5019 410 54501
BSZ 4007 PRODUCTINFORMATIEBLAD
NL BE
1.
Thermostaatknop oven
2.
Keuzeknop ovenfuncties
3.
Indicatielampje thermostaat
OVEN
Eerste...Laatste
: Steunhoogten
1.
Het bedieningspaneel
2.
Verwarmingselement bovenwarmte
3.
Grill-element (kan worden verlaagd)
4.
Ovenlampje
5.
Circulair verwarmingselement
(niet zichtbaar)
6.
Ventilator
7.
Verwarmingselement onderwarmte
(niet zichtbaar)
8.
Ovenlampje zijkant
9.
Scharnieren ovendeur
10.
Ovenkoeldeur
Accessoires:
Rooster
Bakplaat
Opvangbak
BEDIENINGSPANEEL
Laatste
Eerste
0
Uit
Ovenlampje
STATISCHE FUNCTIE
Gebruiken als al de gerechten op dezelfde
steunhoogte geplaatst zijn.
-
De oven voorverwarmen op de gewenste
bereidingstemperatuur en, zodra het rode
indicatielampje van de thermostaat
uitgaat, het gerecht in de oven plaatsen.
-
Wanneer u de statische functie gebruikt, is
het het beste als het schap op de tweede
steunhoogte geschoven wordt.
STATISCHE FUNCTIE + VENTILATOR
Gebruik deze functie als de gerechten op twee
verschillende steunhoogten worden bereid.
-
Het voorverwarmen van de oven is niet
noodzakelijk (behalve voor pizza's en focaccia).
-
Wijzig 10 minuten vóór het einde van de
bereidingstijd, de plaats van de gerechten
in de oven.
-
Verwijder het bereide gerecht en ga, indien
nodig, verder met de bereiding van het
andere gerecht, zo lang als dat nodig is.
GRILLFUNCTIE
Gebruik de Grillfunctie voor het bereiden van
kleine stukjes vlees (steaks, worstjes) en voor
het maken van toast.
Tijdens de bereiding moet de ovendeur
gesloten zijn.
-
De grill ongeveer 5 minuten voorverwarmen.
-
Plaats het vlees op het rooster en plaats de
opvangbak eronder. Giet water in de
opvangbak om de bodem te bedekken,
zodat er minder rook en vetspatten ontstaan.
-
Draai het vlees halverwege de
bereidingstijd om.
GRILL + VENTILATOR-FUNCTIE
Ideaal voor grote stukken vlees, varkensvlees, kip
en rosbief.
-
Tijdens de bereiding moet de ovendeur
gesloten zijn.
-
Plaats het vlees op het rooster en plaats de
opvangbak eronder. Giet water in de
opvangbak om de bodem te bedekken,
zodat er minder rook en vetspatten ontstaan.
-
Draai het vlees halverwege de
bereidingstijd om.
ONTDOOIFUNCTIE
Ideaal voor het ontdooien van bevroren
gerechten tot kamertemperatuur.
-
Het gerecht moet in de (directe) verpakking
in de oven gezet worden, om te
voorkomen dat het uitdroogt
VENTILATOR +
VERWARMINGSFUNCTIE
ONDERWARMTE
Deze functie is zeer geschikt voor:
-
grote vruchtencakes
-
pasteitjes
-
gevulde groenten
-
pizza
-
gevogelte (meer dan 3 kg).
Het voorverwarmen van de oven is niet
noodzakelijk (behalve voor pizza's en focaccia).
VENTILATORFUNCTIE
Gebruik deze functie als er voedsel op
verschillende steunhoogten wordt bereid (b.v.:
vis, groenten, pasta)
-
Kies voedsel dat dezelfde
bereidingstemperatuur vereist.
-
Het voorverwarmen van de oven is niet
noodzakelijk.
-
Verwijder het bereide gerecht en ga, indien
nodig, verder met de bereiding van het
andere gerecht, zo lang als dat nodig is.
VERWARMINGSFUNCTIE
ONDERWARMTE
Gebruik:
- Om het bakken van vruchtencakes en
kwarktaarten af te ronden.
- Om sauzen dikker te maken.
Gebruik de verwarmingsfunctie onderwarmte
gedurende de laatste 10 of 15 minuten van de
bereidingstijd.
Zet de keuzeknop op het gewenste symbool.
Het ovenlicht gaat aan.
Draai de thermostaatknop met de klok mee
op de gewenste bereidingstemperatuur.
Het rode indicatielampje van de thermostaat
gaat branden
Als de gewenste temperatuur is bereikt, gaat
het rode indicatielampje van de thermostaat uit.
Einde van de bereidingstijd:
Zet de knoppen terug op de UIT-stand (
0 -
●
).
OVENFUNCTIES
DE OVEN INSCHAKELEN
-
1
-
2
