CASTOR CM2050F Handleiding

Type
Handleiding
CONGELATEUR
DIEPVRIEZER
CM 2050 F
MODE D’EMPLOI GEBRUIKSAANWIJZING
2222 094-22
12
INHOUD
Waarschuwingen en belangrijke adviezen ......................blz. 13
Installatie ................................blz. 14
Plaats van opstelling ............................blz. 14
Elektrische aansluiting ...........................blz. 14
Eerste reiniging .............................blz. 14
Wijzigen van de deurdraairichting .......................blz. 15
Wijzigen van de draairichting van de deur van het invriesvak..............blz. 15
Het gebruik ...............................blz. 16
Het bedieningspaneel............................blz. 16
Het in bedrijf stellen en het instellen van de temperatuur ...............blz. 16
Invriesstand ...............................blz. 16
Alarmlampje...............................blz. 16
Binnenthermometer ............................blz. 16
Het invriezen van verse levensmiddelen .....................blz. 17
Het bewaren van diepvriesartikelen ......................blz. 18
Het ontdooien van diepvriesartikelen ......................blz. 18
IJslaatjes ................................blz. 18
Het ontdooien van de vriezer .........................blz. 18
Onderhoud ................................blz. 19
Tijdelijk buiten gebruik stellen ........................blz. 19
Periodieke reiniging ............................blz. 19
Storingen ................................blz. 19
Garantiebepalingen en Service ..........................blz. 20
Gedrukt op kringlooppapier
13
WAARSCHUWINGEN EN BELANGRIJKE ADVIEZEN
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende
instruktieboekje bewaard blijft. Zou het apparaat door u aan
iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat
in het huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de
nieuwe gebruik(st)er over het instruktieboekje en de daarin
opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans
veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te hebben, alvorens u het
apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
ª Huishoudelijke koel- en/of vriesapparaten zijn
uitsluitend bedoeld voor het bewaren en/of
invriezen van eet- of drinkbare produkten.
Het gebruik voor andere doeleinden kan schade
of letsel tot gevolg hebben.
ª Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het
gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk om
kinderen het apparaat te laten bedienen of als
speelgoed te laten gebruiken.
ª Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de
elektrische huisinstallatie of het aansluitsnoer,
ten behoeve van de installatie van dit apparaat,
mag uitsluitend door een daartoe bevoegd
persoon uitgevoerd worden.
Het betreffende stopkontakt dient, ook na
eventuele onder- of inbouw, gemakkelijk
bereikbaar te zijn.
Werkzaamheden welke door personen zonder de
noodzakelijke kennis uitgevoerd worden, kunnen
schade of letsel tot gevolg hebben.
ª Laat inspektie- en/of herstelwerkzaamheden
uitvoeren door de servicedienst van de fabrikant
of door een door de fabrikant bevoegd verklaarde
servicedienst en laat geen andere dan originele
DISTRIPARTS onderdelen plaatsen.
ª Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit
apparaat of de eigenschappen daarvan te
veranderen.
ª Overtuig u er van dat het apparaat niet op het
aansluitsnoer staat.
ª De warmte welke het apparaat aan de spijzen en
dranken ontrekt, moet onbelemmerd aan de
omgeving afgestaan kunnen worden. Slechte
ventilatie onder, achter en boven het apparaat
resulteert in slechte koel- en/of vriesprestaties door
ongewild tijdelijk uitschakelen van de kompressor
of onjuiste werking van de absorptie-unit.
ª Plaats het apparaat met z’n achterkant zo dicht
mogelijk bij een muur. Hiermee voorkomt u
verbrandingsletsel door aanraking van hete tot
zeer hete delen.
ª Neem vóór u aan ontdooien,
schoonmaakwerkzaamheden of het verwisselen
van het, eventueel aanwezige, verlichtingslampje
begint altijd de steker uit het stopkontakt.
ª Volg de raadgevingen van de fabrikant op met
betrekking tot waar en hoe u spijzen en dranken
bewaart of invriest.
Ontdooide diepvriesprodukten mogen, om
gezondheidsredenen, niet wederom ingevroren
worden.
ª De vriezende binnenwanden of -vlakken in het
apparaat bevatten koelmiddel. Plaats geen
scherpe voorwerpen tegen zo’n wand of vlak en
schraap evenmin met metalen voorwerpen rijp of
ijs af. Lekkage kan het gevolg zijn, hetgeen een
onherstelbare schade aan het apparaat en bederf
van de levensmiddelen veroorzaakt.
ª Afhankelijk van de wijze van transport kan olie
vanuit de kompressor in het koelcircuit gevloeid
zijn. Wacht, na het plaatsen van het apparaat,
ten minste een half uur alvorens de steker in het
stopkontakt te steken.
Na achteroverliggend vervoer ten minste een
halve dag. Daarmee geeft u de olie de
gelegenheid in de kompressor terug te vloeien.
Apparaten welke van een absorptie-unit voorzien
zijn kunnen direkt in bedrijf genomen worden.
Kontroleer cirka 24 uur na het in bedrijf stellen of
het apparaat naar behoren werkt.
ª Dit apparaat is zwaar. Delen van randen aan
achter- en onderkant kunnen scherp zijn. Wees
voorzichtig bij het tillen.
ª Plaats geen koolzuurhoudende of mousserende
dranken in het vriesvak , het vriesgedeelte of de
vriezer; de blikjes of flesjes kunnen door
bevriezing van de inhoud exploderen.
ª Plaats NOOIT explosieve stoffen in het apparaat,
zoals gasvullingen, benzine, ether aceton enzovoorts.
ª Het direkt vanuit een vriesvak, vriesgedeelte of
vriezer konsumeren van ijslollies en dergelijke,
kan verbranding van de mondhuid tot gevolg
hebben; wacht even.
ª Tracht, in geval van storing of een defekt, dit
apparaat niet zelf te repareren. Reparaties welke
door niet-deskundige personen uitgevoerd
worden, kunnen tot schade of letsel leiden.
Raadpleeg ELGROEP SERVICE of een door de
fabrikant bevoegd verklaarde servicedienst.
AFDANKEN. Verwijder de deur(en) of het deksel en
knip het aansluitsnoer af, zodat, in afwachting van
wegbrengen of weghalen, spelende kinderen er zich
niet in op kunnen sluiten of aan een elektrische
schok bloot kunnen staan.
Belangrijk
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in de isolatie,
geen ozon-onvriendelijke stoffen. Desalniettemin moet het
verschrotten van het apparaat volgens de ten tijde van het
verschrotten en/of recyclen geldende regels gebeuren.
14
INSTALLATIE
Indien deze kast, uitgevoerd met een magnetische
deursluiting, een oud model met veer- of
haaksluiting vervangt, is het raadzaam de sluiting
van het oude apparaat, dat terzijde gezet wordt,
onbruikbaar te maken. Hierdoor wordt voorkomen
dat spelende kinderen er zich in opsluiten, hetgeen
levensgevaarlijk is.
Plaats van opstelling
Plaats het apparaat uit de buurt van
warmtebronnen: centrale verwarming, kachels, felle
zonnestralen enz.
De beste resultaten worden bereikt met een
ruimtetemperatuur tussen +18°C en +43°C
(T-Klasse); +18°C en +38°C (ST-Klasse); +16°C en
+32°C (N-Klasse); +10°C en +32°C (SN-Klasse).
De klasse staat op het typeplaatje vermeld.
De omgevingslucht moet vrij langs de achterkant
kunnen stromen: zorgt u er dus voor dat niets deze
luchtstroming kan belemmeren. De kast mag strak
tussen andere keukenmeubels geplaatst worden,
mits aan het bovenstaande voldaan wordt.
Indien de kast onder een hangkastje geplaatst
wordt, moet tenminste 5 mm ventilatieruimte
gewaarborgd zijn (A - Fig. 1). De beste opstelling is
die volgens B - Fig. 1 (zonder hangkastje).
De kast is aan de onderkant voorzien van één of
meerdere stelvoeten.
Door deze te verdraaien kan de kast waterpas en
stabiel opgesteld worden.
Fig. 1
A
B
D174
5mm
Elektrische aansluiting
Om het apparaat aan te sluiten, kontroleer of de
netspanning overeenstemt met de gegevens op het
identifikatieplaatje. De toelaatbare afwijking van de
netspanning bedraagt ±6%.
Belangrijk
Kontroleer of het stopkontakt in goede staat is en
geschikt voor de stekker van de voedingskabel. De
stekker dient te voldoen aan de huidige normen en
voorzien te zijn van aarding. Deze stekker mag
aangesloten worden op gelijk welk stopkontakt als
deze laatste aangesloten is op de aarding.
Schade of letsel veroorzaakt door het ontbreken van een
goede aarding vallen niet onder de verantwoordelijkheid
van de fabrikant.
Dit apparaat voldoet aan de EEG-richtlijn 87/308
van 2.6.87 met betrekking tot de radio-ontstoring.
Dit apparaat voldoet aan de volgende
EG-richtlijnen:
- 73/23 EG-richtlijn van 19/02/73 (Laagspanning) en
opeenvolgende wijzingen;
- 89/336 EG-richtlijn van 03/05/89
(Elektromagnetische compatibiliteit) en
opeenvolgende wijzingen.
Eerste reiniging
In de nieuw-toestand kan de binnenkant van de kast
enigszins «technisch» ruiken.
Deze geur is eenvoudig weg te nemen:
Neem de wanden van de binnenkant van de kast en
de deur af met lauw water en een neutrale vloeibare
zeep of handafwasmiddel. Met schoon water
nalappen en daarna droog zemen.
Vóór de bedrijfname moeten de binnenwanden
absoluut droog zijn.
Gebruik geen agressieve of schurende
schoonmaakmiddelen.
15
Wijzigen van de deurdraairichting
Neem vóór het wijzigen van de deurdraairichting de
steker uit de wandkontaktdoos. Houd het apparaat
schuin achterover; steun het door een doos, kistje of
iets dergelijks onder de bovenkant te plaatsen; in
ieder geval zodanig dat u aan de achterkant niets
kunt beschadigen.
Ga nu verder als volgt te werk:
Ventilatierooster (D-Fig. 2) verwijderen, dat
vastgeklikt zit.
Onderscharnier (E-Fig. 2) losschroeven en
verwijderen.
Deur van bovenscharnierpen (A-Fig. 3) trekken.
Scharnierpen en ringetje (A+B-Fig. 3) van het
scharnier (C) verwijderen en aan de
tegenovergestelde kant weer monteren.
Deur herplaatsen.
Onderscharnier (E-Fig. 2) aan de
tegenovergestelde kant monteren met behulp van
de eerder verwijderde schroeven.
Afdekstopsel (F-Fig. 2) van het ventilatierooster
(D) nemen en aan de tegenovergestelde kant
plaatsen.
Ventilatierooster (D) weer terugplaatsen.
Handgrepen verwisselen.
Op niet gebruikte gaatjes zitten plastic
afdekstopseltjes.
Gaat u die gaatjes gebruiken, dan dient u de
afdekstopseltjes te verwijderen en op de aan de
andere kant vrijgekomen gaatjes te plaatsen.
Korrigeer eventueel de deuren door middel van het
bovenscharnier.
Gebruik voor het bijstellen een 10-mm sleutel: draai
de moer (A) los en ga te werk als in Fig. 3.
Belangrijk
Na het omkeren van de deurdraairichting moet u
kontroleren of het deurrubber rondom goed op de
sponning sluit. In een koud vertrek (in de winter)
kan het gebeuren dat dat niet het geval is. Na
enkele dagen zal het rubber zich echter aangepast
hebben. Wilt u dat bespoedigen, dan kunt u het
rubber warm maken met een föhn.
Wijzigen van de draairichting van de deur van het
invriesvak
(Fig. 5)
Indien de draairichting van de buitendeur gewijzigd
werd is het raadzaam ook die van het invriesvak te
wijzigen.
Ga daartoe als volgt te werk:
Verwijder de slotvanger (A);
Verwijder de scharniertjes (B) en de deur;
Monteer de slotvanger (A) op z’n kop aan de andere
kant;
Monteer de deur en de scharniertjes (B) op z’n kop,
aan de andere kant.
Kontroleer dat de deur goed sluit.
Fig. 2
Fig. 3
Fig. 4
Fig. 5
F
F
F
F
D
E
D432
C
B
A
D427
D162
D180
A
B
16
HET GEBRUIK
Dit apparaat is voorzien van het 4-sterren symbool , dat wil zeggen dat het bedoeld is voor zowel het bewaren van
diepvriesartikelen als voor het zelf invriezen van verse levensmiddelen als voor het maken van ijsblokjes.
Het bedieningspaneel (Fig. 6)
Fig. 6
A. Kontrolelampje «in bedrijf»
B. Kontrolelampje «invries-stand»
C. Kontrolelampje «te warm»
D. Normaal/Super-schakelaar
E. Temperatuurregelaar
N
S
1
2
3
4
5
6
S
ABC D E
Het in bedrijf stellen en het instellen van de
temperatuur
Steek de steker in de wandkontaktdoos (het lampje
(A) licht op) en draai de thermostaatknop (E)
rechtsom naar stand 4; het lampje (C) licht op.
Voor het veilig bewaren van diepvriesartikelen
dient de inwendige temperatuur niet warmer dan
–18°C te zijn.
Wacht tot lampje (C) uitgaat. Dit betekent dat de
gewenste temperatuur bereikt is.
Bij gebruik onder abnormale omstandigheden, zoals
slechte ventilatie, hoge omgevingstemperatuur en
vaak openen van de deur, kan het gewenst zijn de
thermostaatknop kouder in te stellen. Draai hiertoe
de knop naar een hoger cijfer.
Omgekeerd kan, in veel gunstiger omstandigheden,
de inwendige temperatuur kouder dan nodig zijn.
Draai de knop dan naar een lager cijfer.
U schakelt het apparaat uit door de
temperatuurregelaar op de O-stand te zetten.
Invriesstand
Draai voor het invriezen van verse levensmiddelen
de schakelaarknop (D) in de stand «S» (Super); het
kontrolelampje (B) licht op.
Alarmlampje (C)
Indien het kontrolelampje (C) oplicht, dan wordt
hierdoor aangegeven dat de inwendige temperatuur
onveilig voor het bewaren van diepvriesartikelen
geworden is.
Bij de eerste in gebruikname, of na een
schoonmaakbeurt, licht het kontrolelampje op
totdat de inwendige temperatuur het veilige niveau
bereikt heeft.
Binnenthermometer
Een thermometer geeft de binnentemperatuur van
de diepvriezer aan.
Hij kan een hogere temperatuur dan –18°C
(warmer) aangeven indien u een grote hoeveelheid
in te vriezen levensmiddelen erin plaatst of wanneer
de deur lange tijd open blijft.
Blauw: normaal
Rood: alarm
Fig. 7
D283nl
-30
-18
0
BEIGE
ROODBLAUW
17
Het invriezen van verse levensmiddelen
Indien het invriezen van verse levensmiddelen
direkt na de eerste in gebruikname of na een
schoonmaakbeurt gaat plaatsvinden, draai dan de
knop in de invriesstand en laat de vriezer tenminste
3 uur leeg vriezen.
Is de vriezer reeds in gebruik, draai dan de knop de
avond tevoren in de invriesstand. Voor het
invriezen van zeer kleine hoeveelheden, zoals wat
restanten van een maaltijd of een enkel vers brood,
is het niet nodig om de diepvriezer naar de
invries-stand om te schakelen.
Voor het invriezen van de maximaal toegestane
hoeveelheid ineens,verdient het aanbeveling om de
knop 24 uur van te voren op de invriesstand te
zetten. Met name voor de maximum toegestane
hoeveelheid wordt het invriesproces na 24 uur
geacht beëindigd te zijn. Schakel daarna terug in de
stand voor het bewaren.
De maximum toegestane hoeveelheid ineens vindt u op
het typeplaatje (links onderin de kast) in kilogrammen per
24 uur (22 kg/24 h).
Teneinde de best mogelijke resultaten te verkrijgen
geven wij u hieronder enkele belangrijke tips:
Vries uitsluitend levensmiddelen van eerste
kwaliteit in.
Zie toe dat de levensmiddelen vers zijn en maak ze,
waar nodig, van te voren goed schoon.
Verdeel de levensmiddelen van te voren in
handzame porties. Dat heeft twee voordelen: ze
vriezen sneller in en bij later gebruik hoeft u slechts
zoveel te ontdooien als op dat moment nodig is.
Onthoud dat reeds ontdooide levensmiddelen niet
wederom ingevroren mogen worden. Wel kunt u
reeds ontdooide levensmiddelen eerst koken of
braden en vervolgens invriezen.
Mager vlees is ingevroren langer houdbaar dan vet
vlees; ook zout verkort de houdbaarheid.
Verpak de levensmiddelen in aluminium- of
kunststoffolie of speciale diepvriesdozen, zoals een
en ander in de handel, speciaal voor het invriezen,
verkrijgbaar is.
Te langzaam invriezen verkort de houdbaarheid;
vries dus niet meer dan de maximaal toegestane
hoeveelheid tegelijk in.
Plaats in te vriezen levensmiddelen in het bovenste
en het onderste vak, zodat ze niet in aanraking
komen met al ingevroren levensmiddelen.
Verdeel de pakketten volgens Fig. 8. Plaats daartoe
het rek met de draagranden omhoog gericht.
Verdeel de ingevroren pakketten in de andere
vakken, zodat u in het bovenste en onderste vak
opnieuw kunt invriezen.
Fig. 8
Plaats nooit warme dranken of levensmiddelen in de
vriezer.
Waterijs dat direkt uit het diepvriesvak
gekonsumeerd wordt kan verbranding van de huid
tot gevolg hebben.
Open, tijdens het invriezen, de deur zo weinig en zo
kort mogelijk.
Indien op de binnenkant van de deur tekeningen
van levensmiddelen zijn aangebracht, dan stellen de
cijfers die u daarbij aantreft het aantal maanden
voor dat u globaal de betreffende soort kunt
bewaren.
Schrijf de inhoud en de invriesdatum op de speciale
kaarten in het front van de korven of op de
betreffende pakketten.
Belangrijk
Plaats in te vriezen levensmiddelen nooit tegen of
dichtbij reeds aanwezige ingevroren
levensmiddelen.
Plaats geen koolzuurhoudende dranken in de
vriezer.
Vul af te sluiten dozen niet geheel tot de rand.
Gedurende een korte stroomuitval, minder dan 8
uur, bestaat geen gevaar voor de inhoud van het
vriezer, mits u gedurende die periode de deur
gesloten houdt.
D251
6 Kg
12 Kg
4 Kg
18
Het bewaren van diepvriesartikelen
Indien direkt na de eerste in gebruikname gekochte
diepvriesartikelen in de vriezer geplaatst gaan
worden, draai dan de knop in de invries-stand en
laat de vriezer tenminste 2 uur leeg vriezen.
Is de vriezer reeds in gebruik, dan is deze handeling
niet nodig.
Plaats na 2 uur de diepvriesartikelen in de vriezer
en draai de knop in de stand voor bewaren.
Enkele belangrijke tips:
Overtuig u er tijdens het kopen van diepgevroren
artikelen van dat deze in de winkel ook werkelijk
diepgevroren bewaard worden en vertrouw geen
artikelen waarvan de verpakking bol staat of sterk
beschadigd is. Breng de gekochte artikelen zo snel
mogelijk naar uw diepvriezer over.
Overschrijd de op de verpakking aangegeven
uiterste bewaardatum voor 3- of 4 sterren niet.
Open de deur altijd zo weinig en zo kort mogelijk.
Zie ook wat in het voorgaande onder «belangrijk»
gezegd is.
Het ontdooien van diepvriesartikelen
Met uitzondering van konsumptieijs worden
diepvriesartikelen voor verdere behandeling of het
nuttigen ontdooid.
Het ontdooien kan zowel in de koelkast (vlees,
gerogelte, vis, enz.) als op het aanrecht (andere
levensmiddelen) gebeuren. Het laatste geval gaat
uiteraard sneller dan het eerste.
Frituur-artikelen kunnen direkt vanuit de vriezer in
de frituurpan gedaan worden; de frituurtijd is dan
wel langer dan in reeds ontdooide toestand.
Brood kan in de oven ontdooid worden.
De magnetronoven is uitstekend geschikt voor het
ontdooien van allerlei diepvriesprodukten;
raadpleeg de instrukties voor de betreffende oven.
IJslaatjes
In het apparaat zijn ijslaatjes meegeleverd.
De ijslaatjes zijn bedoeld voor het maken van
ijsblokjes.
Vul ze met drinkwater. Maak de onderkant goed
droog, anders vriezen de laatjes vast aan datgene
waar u ze bovenop zet.
Het ontdooien van de vriezer
Na verloop van tijd ontstaat op de binnenwanden
een rijplaag. De rijplaag stoort de werking niet,
maar kan wel hinderlijk in het gebruik van de
binnenruimte worden.
Gebruik voor het verwijderen de meegeleverde
KUNSTSTOF SCHRAPER. Gebruik nooit metalen
voorwerpen; daarmee kunt u onherstelbare schade
aan de wanden aanrichten.
Het is niet nodig voor het verwijderen van rijp de
vriezer uit te schakelen.
Indien echter de rijplaag dikker dan 4 mm
geworden is of zich op den duur ijs in plaats van rijp
gevormd heeft, dan moet de vriezer geheel ontdooid
worden.
De beste gelegenheid hiervoor is het moment dat
zich weinig of geen levensmiddelen meer in de
vriezer bevinden.
Ga dan als volgt te werk:
Neem de stekker uit de wandkontaktdoos of draai
de thermostaatknop in de «O»- stand. Verwijder
nog resterende pakketten uit de vriezer, verpak ze
in oude kranten en leg ze zolang op een koele plaats;
eventueel in een kartonnen doos met een wollen
deken er omheen.
Gebruik de kunststof schraper als verlenggootje en
plaats daar een opvangschaal onder (zie Fig. 9).
Bewaar de schraper na het ontdooien om hem opnieuw
te kunnen gebruiken; laat de deur open staan.
Fig. 9
Maak, nadat de kast geheel ontdooid is, de
binnenwanden en de binnendeur schoon en zeem ze
goed droog.
Steek de stekker in de wandkontaktdoos of draai de
thermostaatknop in de gewenste stand, schuif de
snelvriesschakelaar in de invries-stand en laat de
vriezer tenminste 2 uur leeg vriezen. Schuif daarna
de schakelaar terug in de stand voor bewaren en
plaats de tijdelijk verwijderde pakketten terug in
de vriezer.
De houdbaarheid van de tijdelijke verwijderde
levensmiddelen kan verkort zijn; wij adviseren u ze
als eerste te konsumeren.
D068
19
ONDERHOUD
Neem vóór het schoonmaken altijd eerst de steker uit de
wandkontaktdoos.
Tijdelijk buiten gebruik stellen
Indien de vriezer tijdelijk niet gebruikt wordt,
bijvoorbeeld gedurende de vakantie, verwijder dan
alle resterende levensmiddelen, maak de
binnenkant goed schoon (zie eerste reiniging), laat
de stekker uit de wandkontaktdoos en laat de deur
op een kier staan.
Periodieke reiniging
Regelmatig uitlappen met lauw water en wat soda
houdt de kast fris en voorkomt het ontstaan van een
onaangename geur.
Maak, afhankelijk van de omgeving, één tot twee
keer per jaar de kondensor en de motor (beide aan
de achterkant van de kast) stofvrij met een borstel
of stofzuiger met borstel. Stof belemmert de
warmte-afgifte en verhoogt zodoende het
energieverbruik. Naar behoefte kunt u de
buitenkant van de kast lappen met lauwwarm water
en een neutraal huishoudschoonmaakmiddel, daarna
afnemen met schoon water. Het verdient
aanbeveling de buitenkant af en toe in de witte
(auto-) was te zetten.
STORINGEN
Indien de vriezer niet funktioneert en ook de
lampjes niet branden, kontroleer dan:
of per vergissing de thermostaatknop in de
«O»-stand gedraaid is;
of de stekker goed in de wandkontaktdoos gestoken
is;
of de huiszekering voor de betreffende groep heel is;
of de wandkontaktdoos funktioneert; probeer dat
uit door er even een ander elektrisch apparaat op
aan te sluiten.
Kontroleer bij trillingen of vreemd geluid of de
vriezer soms tegen de muur of tegen de
keukenkastjes aanstaat.
Kunt u de storing niet zelf lokaliseren en verhelpen,
raadpleeg dan de servicedienst.
Geef daarbij altijd het volledige typenummer van de
kast op dat zich op het typeplaatje of op het
garantiebewijs bevindt en tracht de klacht zo
volledig mogelijk te omschrijven.
20
GARANTIEBEPALINGEN EN SERVICE VOOR DE BENELUX
(B-NL en L)
Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel van de betreffende aankoopnota of kwitantie
te worden getoond of meegezonden.
Algemene garantiebepalingen
1 De fabrikant verleent één jaar garantie op het op de bijbehorende koopnota vermelde apparaat, gerekend
vanaf de koopdatum. Indien zich binnen deze periode een storing voordoet, welke het gevolg is van een
materiaal- en/of konstruktiefout, heeft de koper het recht op kosteloos herstel.
1a Voor stofzuigers, bedoeld voor huishoudelijk gebruik, geldt een algemene garantieperiode van twee jaar.
Accessoires zijn aan direkte slijtage onderhevig; deze verbruiksartikelen zijn derhalve van garantie
uitgesloten.
2 De fabrikant verleent één jaar garantie op door haar servicedienst uitgevoerde herstelwerkzaamheden
en het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, gerekend vanaf de hersteldatum. Indien zich binnen deze
periode een storing voordoet, welke het direkte gevolg is van de uitgevoerde herstelwerkzaamheden of het
daarbij nieuw aangebrachte materiaal, heeft de koper het recht op kosteloos herstel.
Door de uitvoering van herstelwerkzaamheden wordt de algemene garantieperiode, welke het gehele
apparaat omvat, niet verlengd.
3 Servicebezoeken aan huis worden alleen gebracht voor grote, moeilijk transporteerbare apparaten, per
definitie: wasautomaten, droogtrommelautomaten, afwasautomaten, koelkasten, diepvrieskasten/-kisten,
ovens, fornuizen en inbouwapparaten.
3a De regeling als bedoeld onder punt 3 geldt ook voor caravankoelkasten, mits de plaats waar zich het
apparaat bevindt binnen de landsgrenzen ligt en over normale, voor het autoverkeer opengestelde wegen
bereikbaar is. Voorts dient ten tijde van het bezoek het apparaat en de eigenaar, of diens gemachtigde
plaatsvervanger, op de afgesproken bezoekplaats aanwezig te zijn.
4 Indien, naar het oordeel van de fabrikant, het apparaat zoals bedoeld onder punt 3 naar haar
servicewerkplaats getransporteerd moet worden, dan geschiedt dit transport op de door de fabrikant
vastgestelde wijze en voor rekening en risiko van de fabrikant.
5 Alle niet onder punt 3 en 3a genoemde apparaten, alsmede apparaten welke wel de betreffende
funktionele eigenschappen hebben maar daarnaast juist bedoeld zijn voor gemakkelijk transport, dienen
franko aan het adres van de servicedienst verzonden of aangeboden te worden. Binnen de algemene
garantieperiode vindt terugzending voor rekening van de fabrikant plaats.
6 Indien een onder garantie en binnen de algemene garantieperiode vallend defekt aan een apparaat niet
hersteld kan worden, vindt kosteloze vervanging van het apparaat plaats.
Garantie uitbreidingen
7 Voor koel/vries-motorkompressoren (exclusief startrelais en motorbeveiliging) geldt een aflopende
garantieperiode, in gelijke percentages van twintig procent per jaar, van vijf jaar na koopdatum van het op
de bijbehorende koopnota vermelde apparaat, met inachtname van volledig kosteloos herstel binnen de
algemene garantieperiode.
Na de algemene garantieperiode worden bezoek-, arbeidsloon- en bijkomende materiaalkosten in rekening
gebracht.
21
Garantie uitsluitingen
8 Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of vervangingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de betreffende
hieraan voorafgaande punten, is niet van toepassing indien:
de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste de aankoopdatum en de identificatie van het apparaat
blijkt, niet getoond kan worden of meegezonden werd;
het apparaat voor andere, of óók voor andere dan de huishoudelijke doeleinden, waarvoor het apparaat
bestemd is, gebruikt wordt;
het apparaat niet volgens de aanwijzingen in het installatievoorschrift of de gebruiksaanwijzing
geïnstalleerd, bediend, behandeld of gebruikt wordt;
het apparaat op ondeskundige wijze door daartoe niet bevoegde personen hersteld of gewijzigd werd.
8a Indien het apparaat zodanig ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst is dat de benodigde
tijd voor het uit- en inbouwen samen meer dan dertig minuten bedraagt, dan worden de hierdoor ontstane
extra kosten aan de eigenaar in rekening gebracht.
8b Schade welke ontstaat door het, met toestemming van de eigenaar, op abnormale wijze uit- of inbouwen
van een apparaat, kan niet op de fabrikant of haar servicedienst verhaald worden.
8c Beschadigingen, zoals krassen en deuken of zoals breuk van uit- of afneembare delen, welke niet ten
tijde van de aflevering ter kennis van de fabrikant gebracht worden, vallen niet onder garantie.
Belangrijk advies
De konstruktie van dit apparaat is zodanig, dat de veiligheid daarvan gewaarborgd is. Ondeskundige
reparaties kunnen echter de veiligheid in gevaar brengen. Terwille van een blijvende veiligheid, en ook om
mogelijke schade te voorkomen, is het raadzaam dat reparaties uitsluitend verricht worden door personen die
daarvoor de vereiste vakbekwaamheid bezitten. Wij adviseren u herstel- en/of kontrolewerkzaamheden door
uw vakhandelaar of door ELGROEP SERVICE te laten uitvoeren en uitsluitend originele DISTRIPARTS
onderdelen te laten plaatsen.
DISTRI
PARTS
Nederland
Vennootsweg 1
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
Storingsmeldingen:
Tel.: 01720-80300
Fax: 01720-80366
Onderdelenverkoop:
Tel.: 01720-80400
Fax: 01720-80376
Telex: 39906 elgrp
ELGROEP
SERVICE
België
Bergensesteenweg 719
1502 Halle (Lembeek)
Thuisherstellingen:
Tel.: 02-3630444
Fax: 02-3630400
Wisselstukken:
Tel.: 02-3630555
Fax: 02-3630500
Telex: 22915 eluxbe
ELGROEP
SERVICE
Luxembourg/
Luxemburg
3, Route d’Arlon
L-8009 Strassen
Dépannages à domicile:
Kundendienst:
Tel.: 45 33 50
Fax: 45 84 34
Pièces détachées:
Ersatzteile:
Tel.: 45 33 50
Fax: 45 84 34
ELGROEP
SERVICE
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11

CASTOR CM2050F Handleiding

Type
Handleiding