MARYNEN CM 2050F Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

DIEPVRIEZER
CM 2050 F
Gebruiksaanwijzing
2222 237-02
This document was created with FrameMaker 4.0.4
2
INHOUD
Waarschuwingen en belangrijke adviezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 3
Installatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 4
Voorwoord . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 4
Transport . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 4
Plaats van opstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 4
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 4
Eerste reiniging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 4
Wijzigen van de deurdraairichting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 5
Wijzigen van de draairichting van de deur van het invriesvak . . . . . . . . . . . . . . . blz. 5
Het gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 6
Het bedieningspaneel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 6
Het in bedrijf stellen en het instellen van de temperatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 6
Invriesstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 6
Alarmlampje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 6
Thermometer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 6
Het invriezen van verse levensmiddelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 7
Het bewaren van diepvriesartikelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 8
Het ontdooien van diepvriesartikelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 8
IJslaatjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 8
Het ontdooien van de vriezer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 8
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 9
Tijdelijk buiten gebruik stellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 9
Periodieke reiniging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 9
Storingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 9
Garantiebepalingen en Service . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . blz. 10
Gedrukt op kringlooppapier
3
Waarschuwingen en belangrijke adviezen voor koelkasten, koel/vrieskasten,
koelvrieskombinaties en diepvriezers
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat
behorende instruktieboekje bewaard blijft. Zou het
apparaat in het huis van waaruit u verhuist achter-
blijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het
instruktieboekje en de daarin opgenomen waar-
schuwingen te kunnen beschikken.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en
andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen
te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/
of in gebruik neemt.
Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het gebruik
door volwassenen. Het is gevaarlijk om kinderen het
apparaat te laten bedienen of als speelgoed te laten
gebruiken.
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de elektri-
sche huisinstallatie ten behoeve van de installatie van
dit apparaat, mag uitsluitend door een daartoe
bevoegd persoon uitgevoerd worden.
Laat inspektie- en/ of herstelwerkzaamheden uitvoe-
ren door de servicedienst van de fabrikant of door een
door de fabrikant bevoegd verklaarde servicedienst
en laat geen andere dan originele onderdelen plaat-
sen.
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit appa-
raat of de eigenschappen daarvan te veranderen.
Overtuig u ervan dat, na de installatie of het verplaat-
sen, het apparaat niet op het aansluitsnoer staat.
Huishoudelijke koel- en vriesapparaten zijn uitsluitend
bedoeld voor het bewaren en/ of invriezen van eet- of
drinkbare produkten.
Ontdooide diepvriesprodukten mogen niet wederom
ingevroren worden.
Volg de raadgevingen van de fabrikant op met betrek-
king tot waar en hoe u spijzen en dranken bewaart of
invriest.
De warmte die het apparaat aan spijzen en dranken
onttrekt moet onbelemmerd aan de omgeving afge-
staan kunnen worden. Slechte omgevingsventilatie
resulteert in onvoldoende koel- en/of vriesprestaties
of een defekt aan het apparaat. Raadpleeg de aanwij-
zingen voor het installeren.
Trek de steker uit het stopkontakt alvorens u het
apparaat in- of uitwendig gaat schoonmaken of,
indien aanwezig, het lampje van de interieurverlichting
gaat vervangen.
Afhankelijk van de wijze van transport kan olie vanuit
de kompressor in het koelcircuit gevloeid zijn. Wacht,
na het plaatsen van het apparaat, tenminste twee uur
alvorens de steker in het stopkontakt te steken. Daar-
mee geeft u de olie de gelegenheid in de kompressor
terug te vloeien.
In alle koel- en/of vriesapparaten bevinden zich VRIE-
ZENDE vlakken.
Afhankelijk van het model zichtbaar of weggewerkt
achter de binnenwanden. Eveneens afhankelijk van
het model is zo’n vlak zelfontdooiend (automatische
ontdooiing) of juist niet.
Op niet-automatisch-ontdooiende vlakken of wanden
ontstaat RIJP.
Gebruik voor het verwijderen van rijp NOOIT scherpe
voorwerpen, maar uitsluitend de meegeleverde
KUNSTSTOF SCHRAPER. Het gebruik van scherpe
voorwerpen om rijp te verwijderen alsmede het probe-
ren los te wrikken van ijsschollen veroorzaakt
ONHERSTELBARE SCHADE aan vriezende vlakken of
wanden, zodanig dat het apparaat niet meer in funk-
tionerende staat terug te brengen is.
Plaats geen koolzuurhoudende of mousserende dran-
ken in het vriesvak, het vriesgedeelte of de vriezer; de
blikjes of flesjes kunnen door bevriezing van de
inhoud exploderen.
Het direkt vanuit een vriesvak, vriesgedeelte of vriezer
konsumeren van ijslollies en dergelijke, kan verbran-
ding van de mondhuid tot gevolg hebben; wacht
even.
Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig bij het ver-
plaatsen.
Tracht, in geval van storing of een defekt, dit apparaat
niet zelf te repareren. Reparaties welke door niet-des-
kundige personen uitgevoerd worden, kunnen tot
schade of letsel leiden. Raadpleeg de servicedienst
van de fabrikant of een door de fabrikant bevoegd
verklaarde servicedienst.
Belangrijk
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in de
isolatie, geen ozon-onvriendelijke stoffen.
Desalniettemin moet het apparaat volgens de ten tijde
van het verschrotten en/of recyclen geldende regels
gebeuren.
2222 237-0211/95
This document was created with FrameMaker 4.0.4
4
INSTALLATIE
Voorwoord
Indien deze kast in de plaats van een oud model met
haak- of veersluiting opgesteld wordt, dan is het raad-
zaam de sluiting van het oude apparaat, dat terzijde
gezet wordt, onbruikbaar te maken.
Hiermee wordt voorkomen dat spelende kinderen zich
erin opsluiten, hetgeen levensgevaarlijk is.
Transport
Indien de kast, noodzakelijkerwijs, liggend vervoerd
werd, dat wil zeggen met de achterkant horizontaal,
moet met het in bedrijf stellen minstens een halve dag
gewacht worden, teneinde de olie de gelegenheid te
geven in de kompressormotor terug te vloeien.
Plaats van opstelling
In principe kan de kast overal, binnenshuis, geplaatst
worden.
Echter moet vermeden worden dat de kast, welke zelf
ook warmte afgeeft, extra verhit wordt door plaatsing
bij een centrale verwarming, kachel of hete schoor-
steen. Ook plaatsen welke kontinu door de zon be-
schenen kunnen worden zijn minder geschikt.
Het apparaat is volgens klasse N gekonstrueerd, het-
geen zeggen wil dat goede werking gegarandeerd
wordt bij omgevingstemperaturen tot 32
°C.
De omgevingslucht moet vrij langs de achterkant kun-
nen stromen: zorgt u er dus voor dat niets deze lucht-
stroming kan belemmeren. De kast mag strak tussen
andere keukenmeubels geplaatst worden, mits aan
het bovenstaande voldaan wordt.
Indien de kast onder een hangkastje geplaatst wordt,
moet tenminste 5 mm ventilatieruimte gewaarborgd
zijn (A - fig. 1). De beste opstelling is die volgens B -
fig. 1.
De kast is aan de onderkant voorzien van één of
meerdere stelvoeten.
Door deze te verdraaien kan de kast waterpas en sta-
biel opgesteld worden.
Fig. 1
5mm
A
B
D174
Elektrische aansluiting
De kast moet op een lichtnetspanning van 220-230V
aangesloten worden, de toegestane afwijking van
deze spanning bedraagt plus of minus 6%. De licht-
netfrekwentie moet 50Hz zijn.
Men dient zich, vóór het in bedrijf stellen, ervan te
overtuigen dat deze gegevens overeenkomen met die
op het typeplaatje in de kast.
De wandkontaktdoos (stopkontakt) dient van (aange-
sloten en funktionerende) aardkontakten te zijn voor-
zien. Indien dat niet het geval is dient een erkend
installateur de kast, overeenkomstig de geldende
voorschriften, te aarden.
Wij wijzen u er op dat het niet voldoen aan dit voor-
schrift levensgevaarlijk is.
Schade of letsel, veroorzaakt door ondeugdelijke
aarding, vallen niet onder de verantwoordelijkheid
van de fabrikant.
Dit apparaat voldoet aan de EEG-richtlijn 87/308 van
2.6.87 met betrekking tot de radio-ontstoring.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EG-
richtlijnen:
- 73/23 EG-richtlijn van 19/02/73 (Laagspanning) en
opeenvolgende wijzingen;
- 89/336 EG-richtlijn van 03/05/89 (Elektromagneti-
sche compatibiliteit) en opeenvolgende wijzingen.
Eerste reiniging
In de nieuwtoestand kan de binnenkant enigszins
«technisch» ruiken. Deze geur is eenvoudig weg te
nemen: nadat alle verpakkingskleefband is verwijderd,
de wanden van de binnenkasten en -deuren afnemen
met lauw water en een neutrale vloeibare zeep of
soda.
Met schoon water nalappen en goed droogzemen.
Gebruik voor het schoonmaken geen agressieve of
schurende middelen.
5
Wijzigen van de deurdraairichting
Neem vóór u deze handelingen verricht de stekker uit
de wandkontaktdoos.
Nu gaat u als volgt te werk:
Ventilatierooster (D-Fig. 2) verwijderen.
Onderscharnier (E-Fig. 2) losschroeven en verwijde-
ren.
Deur van bovenscharnierpen (A-Fig. 3) trekken.
Fig. 2
Bovenste scharnierpen en ringetje (A+B-Fig. 3) van
het bovenscharnier verwijderen en aan de tegenover-
gestelde kant weer monteren.
Fig. 3
Deur weer terugplaatsen.
Onderscharnier (E-Fig. 2) aan de tegenovergestelde
kant monteren met behulp van de eerder verwijderde
schroeven.
Afdekstopsel (F) van het ventilatierooster (D) nemen
en aan de tegenovergestelde kant weer monteren.
Ventilatierooster weer terugplaatsen.
Verwijder de handgreep en breng hem aan de andere
kant weer aan.
F
F
F
F
D
E
D432
C
B
A
D427
De stopseltjes die u daartoe moet verwijderen ge-
bruikt u om de overblijvende gaatjes te dichten.
Fig. 4
Indien de deur, na het omrichten van de draairichting,
niet uitgericht is t.o.v. het meubel, dient u het boven-
ste scharnier bij te stellen. Gebruik hiervoor een 10 mm-
sleutel en ga te werk als in Fig. 3: draai de moer los,
schuif de deur naar rechts of naar links tot deze uitge-
richt is, draai daarna de moer weer vast.
Belangrijk
Na het omkeren van de deurdraairichting moet u kont-
roleren of het deurrubber rondom goed op de spon-
ning sluit. In een koud vertrek (in de winter) kan het
gebeuren dat dat niet het geval is. Na enkele dagen
zal het rubber zich echter aangepast hebben. Wilt u
dat bespoedigen, dan kunt u het rubber warm maken
met een föhn.
Wijzigen van de draairichting van de deur
van het invriesvak
(Fig. 5)
Indien de draairichting van de buitendeur gewijzigd werd
is het raadzaam ook die van het invriesvak te wijzigen.
Ga daartoe als volgt te werk:
Verwijder, met een kruiskopschroevendraaier, de slot-
vanger (H);
Verwijder de scharniertjes (I) en de deur;
Monteer de slotvanger (H) op z’n kop aan de andere
kant;
Monteer de deur en de scharniertjes (I) op z’n kop,
aan de andere kant.
Fig. 5
D162
D276
H
I
6
HET GEBRUIK
Het in bedrijf stellen en het instellen van
de temperatuur
Steek de steker in de wandkontaktdoos en draai de
thermostaatknop rechtsom uit de
O-stand; het lampje
«in bedrijf» licht op. Indien het apparaat voor de eerste
keer in gebruik genomen wordt, dan adviseren wij om
de thermostaatknop in de stand 4 te draaien.
Met de knop in deze stand wordt de inwendige tem-
peratuur automatisch en voortdurend op een vol-
doende laag niveau gehouden waarbij veilig bewaren
gegarandeerd wordt.
Bij gebruik onder abnormale omstandigheden, zoals
slechte ventilatie, hoge omgevingstemperatuur en
vaak openen van de deur, kan het gewenst zijn de
thermostaatknop kouder in te stellen. Draai hiertoe de
knop naar een hoger cijfer.
Omgekeerd kan, in veel gunstiger omstandigheden,
de inwendige temperatuur kouder dan nodig zijn.
Draai de knop dan naar een lager cijfer.
Invriesstand
Draai voor het invriezen van verse levensmiddelen de
schakelaarknop (D) in de stand «S» (Super); het kont-
rolelampje (B) licht op.
Alarmlampje (C)
Indien het kontrolelampje (C) oplicht, dan wordt hier-
door aangegeven dat de inwendige temperatuur
onveilig voor het bewaren van diepvriesartikelen
geworden is.
Bij de eerste in gebruikname, of na een schoonmaak-
beurt, licht het kontrolelampje op totdat de inwendige
temperatuur het veilige niveau bereikt heeft.
Thermometer
De thermometer informeert u over de temperatuur in
de vriezer.
De thermometer kan een warmere temperatur dan
–18°C aanwijzen als u, bijvoorbeeld, veel in te vrierzen
levensmiddelen tegelijk in de vriezer plaatst of de deur
regelmatig te lang open staat.
De thermometer werkt ook als de stroom uitgevallen is.
Blauw: –18°C ÷ –30°C
Beige: warmer dan –18°C
Rood: alarm, warmer dan –9°C.
Fig. 7
D283nl
-30
-18
0
BEIGE
ROODBLAUW
Dit apparaat is voorzien van het 4-sterren symbool , dat wil zeggen dat het bedoeld is voor zowel het
bewaren van diepvriesartikelen als voor het zelf invriezen van verse levensmiddelen. Voor het veilig bewa-
ren van diepvriesartikelen dient de inwendige temperatuur niet warmer dan –18°C te zijn.
Het bedieningspaneel (Fig. 6)
Fig. 6
A. Kontrolelampje «in bedrijf»
B. Kontrolelampje «invries-stand»
C. Kontrolelampje «te warm»
D. Normaal/Super-schakelaar
E. Temperatuurregelaar
N
S
S
1
2
3
4
5
6
A B C D E
7
Het invriezen van verse levensmiddelen
Indien het invriezen van verse levensmiddelen direkt
na de eerste in gebruikname of na een schoonmaak-
beurt gaat plaatsvinden, draai dan de knop (D) in de
invriesstand en laat de vriezer tenminste 3 uur leeg
vriezen.
Is de vriezer reeds in gebruik, draai dan de knop de
avond tevoren in de invriesstand. Voor het invriezen
van zeer kleine hoeveelheden, zoals wat restanten van
een maaltijd of een enkel vers brood, is het niet nodig
om de diepvriezer naar de invries-stand om te scha-
kelen.
Voor het invriezen van de maximaal toegestane hoe-
veelheid ineens,verdient het aanbeveling om de knop
24 uur van te voren op de invriesstand te zetten. Met
name voor de maximum toegestane hoeveelheid
wordt het invriesproces na 24 uur geacht beëindigd te
zijn. Schakel daarna terug in de stand voor het bewa-
ren.
De maximum toegestane hoeveelheid ineens vindt u
op het typeplaatje (links onderin de kast) in kilogram-
men per 24 uur (22 kg/24 h).
Teneinde de best mogelijke resultaten te verkrijgen
geven wij u hieronder enkele belangrijke tips:
Vries uitsluitend levensmiddelen van eerste kwaliteit
in.
Zie toe dat de levensmiddelen vers zijn en maak ze,
waar nodig, van te voren goed schoon.
Verdeel de levensmiddelen van te voren in handzame
porties. Dat heeft twee voordelen: ze vriezen sneller in
en bij later gebruik hoeft u slechts zoveel te ontdooien
als op dat moment nodig is.
Onthoud dat reeds ontdooide levensmiddelen niet
wederom ingevroren mogen worden. Wel kunt u reeds
ontdooide levensmiddelen eerst koken of braden en
vervolgens invriezen.
Mager vlees is ingevroren langer houdbaar dan vet
vlees; ook zout verkort de houdbaarheid.
Verpak de levensmiddelen in aluminium- of kunststof-
folie of speciale diepvriesdozen, zoals een en ander in
de handel, speciaal voor het invriezen, verkrijgbaar is.
Te langzaam invriezen verkort de houdbaarheid; vries
dus niet meer dan de maximaal toegestane hoeveel-
heid tegelijk in.
Plaats in te vriezen levensmiddelen in de bovenste en
onderste vakken.
Verdeel de pakketten volgens figuur 8. Plaats daartoe
het rek met de draagranden omhoog gericht.
Fig. 8
Open, tijdens het invriezen, de deur zo weinig en zo
kort mogelijk.
Schrijf de inhoud en de invriesdatum op de speciale
kaarten in het front van de korven of, indien bij dit
model niet aanwezig, op de betreffende pakketten.
Belangrijk
Plaats in te vriezen levensmiddelen nooit tegen of
dichtbij reeds aanwezige ingevroren levensmiddelen.
Plaats geen koolzuurhoudende dranken of warm
voedsel in de vriezer.
Vul af te sluiten dozen niet geheel tot de rand.
Gedurende een korte stroomuitval, minder dan 8 uur,
bestaat geen gevaar voor de inhoud van het vriezer,
mits u gedurende die periode de deur gesloten houdt.
D251
6 Kg
12 Kg
4 Kg
8
Het bewaren van diepvriesartikelen
Indien direkt na de eerste in gebruikname gekochte
diepvriesartikelen in de vriezer geplaatst gaan wor-
den, draai dan de knop (D) in de invries-stand en laat
de vriezer tenminste 2 uur leeg vriezen.
Is de vriezer reeds in gebruik, dan is deze handeling
niet nodig.
Plaats na 2 uur de diepvriesartikelen in de vriezer en
draai de knop in de stand voor bewaren.
Enkele belangrijke tips:
Overtuig u er tijdens het kopen van diepgevroren arti-
kelen van dat deze in de winkel ook werkelijk diepge-
vroren bewaard worden en vertrouw geen artikelen
waarvan de verpakking bol staat of sterk beschadigd
is. Breng de gekochte artikelen zo snel mogelijk naar
uw diepvriezer over.
Overschrijd de op de verpakking aangegeven uiterste
bewaardatum voor 3- of 4 sterren niet.
Open de deur altijd zo weinig en zo kort mogelijk.
Zie ook wat in het voorgaande onder «belangrijk»
gezegd is.
Het ontdooien van diepvriesartikelen
Met uitzondering van konsumptieijs worden diepvries-
artikelen voor verdere behandeling of het nuttigen ont-
dooid.
Het ontdooien kan zowel in de koelkast als op het
aanrecht gebeuren. Het laatste geval gaat uiteraard
sneller dan het eerste.
Frituur-artikelen kunnen direkt vanuit de vriezer in de
frituurpan gedaan worden; de frituurtijd is dan wel lan-
ger dan in reeds ontdooide toestand.
Brood kan in de oven ontdooid worden.
De magnetronoven is uitstekend geschikt voor het
ontdooien van allerlei diepvriesprodukten; raadpleeg
de instrukties voor de betreffende oven.
IJslaatjes
In het apparaat zijn ijslaatjes meegeleverd.
De ijslaatjes zijn bedoeld voor het maken van ijsblok-
jes.
Vul ze met drinkwater. Maak de onderkant goed
droog, anders vriezen de laatjes vast aan datgene
waar u ze bovenop zet.
Het ontdooien van de vriezer
Na verloop van tijd ontstaat op de binnenwanden een
rijplaag. De rijplaag stoort de werking niet, maar kan
wel hinderlijk in het gebruik van de binnenruimte wor-
den.
Gebruik voor het verwijderen de meegeleverde
KUNSTSTOF SCHRAPER. Gebruik nooit metalen
voorwerpen; daarmee kunt u onherstelbare schade
aan de wanden aanrichten.
Het is niet nodig voor het verwijderen van rijp de vrie-
zer uit te schakelen.
Indien echter de rijplaag zeer dik geworden is of zich
op den duur ijs in plaats van rijp gevormd heeft, dan
moet de vriezer geheel ontdooid worden.
De beste gelegenheid hiervoor is het moment dat zich
weinig of geen levensmiddelen meer in de vriezer
bevinden.
Ga dan als volgt te werk:
Neem de stekker uit de wandkontaktdoos of draai de
thermostaatknop in de «
O
»- stand. Verwijder nog res-
terende pakketten uit de vriezer, verpak ze in oude
kranten en leg ze zolang op een koele plaats; even-
tueel in een kartonnen doos met een wollen deken er
omheen.
Gebruik de kunststof schraper als verlenggootje en
plaats daar een opvangschaal onder. Bewaar de
schraper na het ontdooien om hem opnieuw te kun-
nen gebruiken; laat de deur open staan.
Fig. 9
Bedenk dat, in verband met uw vloerbedekking, mo-
gelijk wat dooiwater van de deur kan lopen.
Maak, nadat de kast geheel ontdooid is, de binnen-
wanden en de binnendeur schoon en zeem ze goed
droog.
Steek de stekker in de wandkontaktdoos of draai de
thermostaatknop in de gewenste stand, schuif de
snelvriesschakelaar in de invries-stand en laat de vrie-
zer tenminste 2 uur leeg vriezen. Schuif daarna de
schakelaar terug in de stand voor bewaren en plaats
de tijdelijk verwijderde pakketten terug in de vriezer.
9
ONDERHOUD
Neem vóór het schoonmaken altijd eerst de steker
uit de wandkontaktdoos.
Tijdelijk buiten gebruik stellen
Indien de vriezer tijdelijk niet gebruikt wordt, bijvoor-
beeld gedurende de vakantie, verwijder dan alle reste-
rende levensmiddelen, maak de binnenkant goed
schoon (zie eerste reiniging), laat de stekker uit de
wandkontaktdoos en laat de deur op een kier staan.
Periodieke reiniging
Maak, afhankelijk van de omgeving, één tot twee keer
per jaar de kondensor en de motor (beide aan de ach-
terkant van de kast) stofvrij met een borstel of stofzui-
ger met borstel. Stof belemmert de warmte-afgifte en
verhoogt zodoende het energieverbruik. Naar behoef-
te kunt u de buitenkant van de kast lappen met lauw-
warm water en een neutraal huishoudschoonmaak-
middel, daarna afnemen met schoon water. Het ver-
dient aanbeveling de buitenkant af en toe in de witte
(auto-) was te zetten.
STORINGEN
Indien de vriezer niet funktioneert en ook de lampjes
niet branden, kontroleer dan:
of per vergissing de thermostaatknop in de «O»-stand
gedraaid is;
of de stekker goed in de wandkontaktdoos gestoken
is;
of de huiszekering voor de betreffende groep heel is;
of de wandkontaktdoos funktioneert; probeer dat uit
door er even een ander elektrisch apparaat op aan te
sluiten.
Indien, onder normale gebruiksomstandigheden, het
kontrolelampje «te warm» gaat branden en niet meer
uit gaat, schakel dan naar de invries-stand, laat de
deur gesloten en waarschuw direkt de servicedienst.
Geef bij een storingsmelding aan de servicedienst het
volledige typenummer op.
U vindt het typeplaatje links-onderin de kast.
10
GARANTIEBEPALINGEN EN SERVICE VOOR DE BENELUX
(B-NL en L)
Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel van de betreffende aankoop-
nota of kwitantie te worden getoond of meegezonden.
Algemene garantiebepalingen
1
De fabrikant verleent één jaar garantie op het op de bijbehorende koopnota vermelde apparaat, gere-
kend vanaf de koopdatum. Indien zich binnen deze periode een storing voordoet, welke het gevolg is van
een materiaal- en/of konstruktiefout, heeft de koper het recht op kosteloos herstel.
1a
Voor stofzuigers, bedoeld voor huishoudelijk gebruik, geldt een algemene garantieperiode van twee
jaar. Accessoires zijn aan direkte slijtage onderhevig; deze verbruiksartikelen zijn derhalve van garantie uit-
gesloten.
2
De fabrikant verleent één jaar garantie op door haar servicedienst uitgevoerde herstelwerkzaamheden
en het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, gerekend vanaf de hersteldatum. Indien zich binnen deze
periode een storing voordoet, welke het direkte gevolg is van de uitgevoerde herstelwerkzaamheden of
het daarbij nieuw aangebrachte materiaal, heeft de koper het recht op kosteloos herstel.
Door de uitvoering van herstelwerkzaamheden wordt de algemene garantieperiode, welke het gehele ap-
paraat omvat, niet verlengd.
3
Servicebezoeken aan huis worden alleen gebracht voor grote, moeilijk transporteerbare apparaten, per
definitie: wasautomaten, droogtrommelautomaten, afwasautomaten, koelkasten, diepvrieskasten/-kisten,
ovens, fornuizen en inbouwapparaten.
3a
De regeling als bedoeld onder punt 3 geldt ook voor caravankoelkasten, mits de plaats waar zich het
apparaat bevindt binnen de landsgrenzen ligt en over normale, voor het autoverkeer opengestelde wegen
bereikbaar is. Voorts dient ten tijde van het bezoek het apparaat en de eigenaar, of diens gemachtigde
plaatsvervanger, op de afgesproken bezoekplaats aanwezig te zijn.
4
Indien, naar het oordeel van de fabrikant, het apparaat zoals bedoeld onder punt 3 naar haar service-
werkplaats getransporteerd moet worden, dan geschiedt dit transport op de door de fabrikant vastgestel-
de wijze en voor rekening en risiko van de fabrikant.
5
Alle niet onder punt 3 en 3a genoemde apparaten, alsmede apparaten welke wel de betreffende funktio-
nele eigenschappen hebben maar daarnaast juist bedoeld zijn voor gemakkelijk transport, dienen franko
aan het adres van de servicedienst verzonden of aangeboden te worden. Binnen de algemene garantiepe-
riode vindt terugzending voor rekening van de fabrikant plaats.
6
Indien een onder garantie en binnen de algemene garantieperiode vallend defekt aan een apparaat niet
hersteld kan worden, vindt kosteloze vervanging van het apparaat plaats.
Garantie uitbreidingen
7
Voor koel/vries-motorkompressoren (exclusief startrelais en motorbeveiliging) geldt een aflopende ga-
rantieperiode, in gelijke percentages van twintig procent per jaar, van vijf jaar na koopdatum van het op de
bijbehorende koopnota vermelde apparaat, met inachtname van volledig kosteloos herstel binnen de al-
gemene garantieperiode.
Na de algemene garantieperiode worden bezoek-, arbeidsloon- en bijkomende materiaalkosten in reke-
ning gebracht.
3
Garantie uitsluitingen
8
Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of vervangingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de betreffen-
de hieraan voorafgaande punten, is niet van toepassing indien:
de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste de aankoopdatum en de identificatie van het apparaat
blijkt, niet getoond kan worden of meegezonden werd;
het apparaat voor andere, of óók voor andere dan de huishoudelijke doeleinden, waarvoor het appa-
raat bestemd is, gebruikt wordt;
het apparaat niet volgens de aanwijzingen in het installatievoorschrift of de gebruiksaanwijzing geïn-
stalleerd, bediend, behandeld of gebruikt wordt;
het apparaat op ondeskundige wijze door daartoe niet bevoegde personen hersteld of gewijzigd werd.
8a
Indien het apparaat zodanig ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst is dat de benodigde
tijd voor het uit- en inbouwen samen meer dan dertig minuten bedraagt, dan worden de hierdoor ontstane
extra kosten aan de eigenaar in rekening gebracht.
8b
Schade welke ontstaat door het, met toestemming van de eigenaar, op abnormale wijze uit- of inbou-
wen van een apparaat, kan niet op de fabrikant of haar servicedienst verhaald worden.
8c
Beschadigingen, zoals krassen en deuken of zoals breuk van uit- of afneembare delen, welke niet ten
tijde van de aflevering ter kennis van de fabrikant gebracht worden, vallen niet onder garantie.
Belangrijk advies
De konstruktie van dit apparaat is zodanig, dat de veiligheid daarvan gewaarborgd is. Ondeskundige re-
paraties kunnen echter de veiligheid in gevaar brengen. Terwille van een blijvende veiligheid, en ook om
mogelijke schade te voorkomen, is het raadzaam dat reparaties uitsluitend verricht worden door personen
die daarvoor de vereiste vakbekwaamheid bezitten. Wij adviseren u herstel- en/of kontrolewerkzaamhe-
den door uw vakhandelaar of door ELGROEP SERVICE te laten uitvoeren en uitsluitend originele DISTRI-
PARTS onderdelen te laten plaatsen.
DISTRI
PARTS
Nederland
Vennootsweg 1
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
Storingsmeldingen:
Tel.: 01720-80300
Fax: 01720-80366
Onderdelenverkoop:
Tel.: 01720-80400
Fax: 01720-80376
Telex: 39906 elgrp
ELGROEP
SERVICE
België
Bergensesteenweg 719
1502 Halle (Lembeek)
Thuisherstellingen:
Tel.: 02-3630444
Fax: 02-3630400
Wisselstukken:
Tel.: 02-3630555
Fax: 02-3630500
Telex: 22915 eluxbe
ELGROEP
SERVICE
Luxembourg/
Luxemburg
3, Route d’Arlon
L-8009 Strassen
Dépannages à domicile:
Kundendienst:
Tel.: 45 33 50
Fax: 45 84 34
Pièces détachées:
Ersatzteile:
Tel.: 45 33 50
Fax: 45 84 34
ELGROEP
SERVICE
11
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11

MARYNEN CM 2050F Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor