NL 11
OPSPOREN VAN STORINGEN
• Lees en volg de instructies onder “Beschrijving bedieningspaneel”.
• Lees de volgende tabel:
STORINGSBESCHRIJVING MOGELIJKE OORZAKEN MAATREGEL
De kookplaat wordt niet ingeschakeld.
Netvoeding ontbreekt. Controleer of netvoeding is ingeschakeld is.
Incorrecte aansluiting van de hoofdkabel.
Bel een gekwaliceerde monteur om de
kabelaansluiting te controleren.
Storing kookplaat. Bel de klantenservice.
De kookplaat wordt ingeschakeld, maar er wordt
afwisselend “F” en “L” op elk display weergegeven.
Sterk licht boven de kookplaat bij het
opstarten.
Verminder het licht boven het bedieningspaneel,
start de kookplaat opnieuw (koppel de netvoeding
los en sluit deze weer aan).
De kookplaat wordt ingeschakeld, maar er wordt
afwisselend “F” en een van de symbolen “0, A, C, E,
t, H, J, U, 5, 3, 4, r” op de displays weergegeven.
Storing kookplaat.
Start de kookplaat opnieuw (koppel de netvoeding
los en sluit deze weer aan); bel de klantenservice
als de storing aanhoudt.
Verwarmingselement warmt niet op, maar het
display is ingeschakeld.
Storing kookplaat. Bel de klantenservice.
De kookplaat laat 3 geluidssignalen horen en wordt
vervolgens uitgeschakeld.
Er wordt langer dan 3 seconden op een of
meer toetsen gedrukt.
Verwijder eventuele objecten of vloeistoffen op het
bedieningspaneel.
Het is niet mogelijk om de kookplaat uit te
schakelen.
Storing kookplaat.
Ontkoppel de kookplaat van de netvoeding en bel
de klantenservice.
Het verwarmingselement is niet continu aan en
wordt steeds opnieuw in- en uitgeschakeld, zelfs
als het vermogensniveau op het display niet
verandert.
Normale werking van de kookplaat.
De aan/uit-cyclus maakt de vermogensregeling van
het verwarmingselement mogelijk en is normaal.
In sommige gevallen kan het verwarmingselement
enige tijd worden uitgeschakeld door een
thermische beveiliging om beschadiging van het
glas te voorkomen. Voorbeelden van dergelijke
gevallen zijn: langdurig koken met een hoog
vermogensniveau, gebruik van pannen kleinder
dan het verwarmingselement, gebruik van pannen
zonder een platte bodem.
De kookplaat wordt ingeschakeld, maar er wordt
afwisselend “F” en “C” op de displays.
Oververhitting bedieningspaneel.
Wacht tot de temperatuur van het
bedieningspaneel is afgenomen. De kookplaat
wordt automatisch ingeschakeld wanneer
de temperatuur lager is dan de maximale
bedrijfsgrenswaarde.
BELANGRIJK: Om permanente beschadiging van de kookplaat te voorkomen:
• gebruik geen pannen zonder platte bodem;
• gebruik geen metalen pannen met geëmailleerde bodem;
• plaats geen hete pptten/pannen op het bedieningspaneel.
KLANTENSERVICE
Voordat u contact opneemt met de klantenservice:
1. Controleer of u het probleem zelf kunt oplossen aan de hand van de punten die beschreven zijn in
“Opsporen van storingen”.
2. Het apparaat aan- en uitzetten om te controleren of het probleem is opgelost..
Indien het probleem aanhoudt na de bovenstaande controles, neemt u contact op met de
dichtstbijzijnde klantenservice.
Vermeld altijd:
• een korte beschrijving van de storing;
• het producttype en het exacte model;
• de servicenummers (de twee cijferreeksen van elk 12 cijfers na het woord “Service” op het label
aan de onderzijde van de kookplaat of in de SERVICE-brochure);
• uw volledige adres;
• uw telefoonnummer.
Wend u tot een erkend Servicecentrum indien reparatie noodzakelijk is (alleen dan heeft u zekerheid dat originele vervangingsonderdelen worden gebruikt
en de reparatie correct wordt uitgevoerd). Vervangingsonderdelen zijn 10 jaar lang beschikbaar.