HET GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT
BELANGRIJK:
om veiligheidsredenen is de kookplaat voorzien van een automatische uitschakelfunctie.
Langdurig gebruik van dezelfde vermogensstand activeert de automatische uitschakeling van de kookzone (de kookzone
wordt bijvoorbeeld uitgeschakeld nadat deze 1 uur op de maximale stand is ingesteld).
A
Aan/Uit
D
Snel koken
B
Hogere vermogensstand
E
Kinderbeveiliging
C
Verlaging van de hitte-instelling
F
Timer
Houd de toets
“A”
ongeveer 2 seconden ingedrukt om de kookplaat in te schakelen. Op de displays van de 4
kookzones verschijnt
“0”
. Als binnen ca. 20 sec. geen van de kookzones ingeschakeld is, schakelt de kookplaat
om veiligheidsredenen automatisch zelf uit.
Druk op één van de toetsen
“B”
die overeenstemt met de kookzone die u wilt gebruiken.
Stel de gewenste hitte in met de toetsen
“B”
of
“C”
. De hitte-instellingen lopen van 1 tot en met 9.
Belangrijk:
zodra de gewenste vermogensstand is ingesteld, wordt de geselecteerde kookzone binnen 10
seconden uitgeschakeld als er geen pan op wordt geplaatst.
Om het vermogen van een plaat te veranderen drukt u op de toetsen
“B”
of
“C”
.
Door tegelijkertijd op de toetsen
“B”
en
“C”
te drukken wordt de selectie geannuleerd; bovendien wordt de
plaat uitgeschakeld, als deze actief was.
Door op de toets
“A”
te drukken worden alle ingeschakelde platen uitgeschakeld.
De functie
KINDERBEVEILIGING
wordt ingeschakeld door de toets
“E”
ingedrukt te houden totdat een
puntje boven de functietoets oplicht. Deze functie blokkeert alle toetsen, met uitzondering van de aan/uit-toets
van de kookplaat
“A”
. Deze functie blijft ook ingeschakeld nadat de kookplaat uit- en weer ingeschakeld is, en
kan worden geannuleerd door opnieuw op de toets
“E”
te drukken totdat het puntje boven de functietoets
uitgaat.
De functie
TIMER
(indien aanwezig) kan als kookwekker worden gebruikt en voor het programmeren van de
werking van de gewenste kookzones. Om de timer te programmeren voor een bepaalde kookzone, moet eerst
de gewenste kookzone worden geselecteerd met een van de toetsen
“B”
. Om de functie te selecteren, drukt
u op de toets met het kloksymbool
“F”
. Er begint een punt te branden naast het display van de timer, die
aangeeft welke kookzone geselecteerd is. Stel binnen 20 seconden de bereidingstijd in met de toetsen
“F” +/-
(1-99 min). Na 20 seconden start de timerfunctie automatisch en blijft de rode punt branden.
Aan het einde van de ingestelde bereidingstijd klinkt er een geluidssignaal. Als de timer geprogrammeerd is voor
een kookzone, wordt de kookzone uitgeschakeld en verdwijnt ook de rode punt.
De timer kan worden gebruikt om de werking van alle kookzones tegelijkertijd te programmeren.
Om de functie van de “kookwekker” in te stellen moet het vermogen van een plaat op de waarde 0 (nul) worden
ingesteld. Druk op de toetsen
“F” +/-
om de gewenste tijdsduur in te stellen. Als de ingestelde tijd verstreken
is, klinkt er een geluidssignaal.
De
TURBO
-functie stelt een hoger vermogen dan het maximum in om het water snel te laten koken.
Selecteer voor de inschakeling van de functie een kookzone met de toets
“B”
en
druk op de toets
“D”
.
Op het display verschijnt een
P
.
H
RESTWARMTE-INDICATOR.
Nadat de kookzone is uitgeschakeld blijft de signalering
“H”
branden of knippert afgewisseld door de melding
“0”
totdat de temperatuur van de kookplaat onder een acceptabel veiligheidsniveau is gezakt.