37
NL
produkten moet onderbrengen, kunt u alle korven
eruit nemen. Ook bij deze wijze van beladen is
een juist funktioneren van uw toéstel
gewaarborgd.
Ontdooien en reinigen
Tijdens het gebruik en bij het openen van het
deksel slaat de vochtige lucht als rijp op de
binnenruimte neer.
Deze rijp kunt u van tijd tot tijd met een kunststof
schraper, bijv. deegkrabber (niet met een mes of
iets dergelijks) verwijderen. Het toestel hoeft
hiervoor niet te worden uitgeschakeld.
Sterke rijpvorming kunt u voorkomen door de
diepvrieskist niet onnodig lang open te laten
staan. U bespaart daardoor ook stroom, want een
te dikke rijplaag beirivloedt de werking van het
aggregaat. Het verdient aanbeveling uw
diepvrieskist minstens één maal per jaar rasp.
indien zich een te dikke rijplaag gevormd heeft,
te ontdooien, bij voorkeur op een tijdstip waarop
de kist leeg of slechts ten dele beladen is. Elke
temperatuurstijging vermindert de houdbaarheid
van de diepvriesprodukten. Schakelt u daarom
vóór het ontdooien ca. 12 uur de
snelvriesschakelaar in, zodat in de diepvries-
produkten een koudereserve ontstaat.
De diepvriesproduktén die zich nog in de kist
bevinden, worden dan goed verpakt, in enkele
lagen krantenpapier gewikkeld en op een koele
plaats gelegd (bijv. in de koelkast).
Voor het ontdooien schakelt u de diepvrieskist
uit (steker uit de kontaktdoos trekken of zekering
losdraaien), het groene bedrijfskontrolelampje
gaat uit.
U kunt het ontdooiproces bespoedigen door een
schaal of pan met beef water in de kist te zetten
en loskomende stukken ijs reeds te verwijdéren,
voordat ze geheel zijn ontdooid.
Nooit proberen, met behulp van elek’trische
verwarmingstoesteÏlen het ontdooiproces te
bespoedigen!
Daardoor zou voor u een akute kans op
ongevallen en voor de vrieskist kans op
beschadiging ontstaan. Let u er bij het réinigen
op, dat er geen vloeistoffen (bijv. water of sop)
op het bedienings- en kontrolearmatuur en op
de elektrische onderdelen terechtkomen.
Dooiwateruitloop in uitneembare scheiding-
swand (niet bij alle modellen):
Voor het opvangen van het dooiwater vervvijdert
u de afsluitstop in dé bódem van de vrieskist. U
moet echter niet vergetèn, óm eerst de
uitgenomen scheidingswand of een platte schaal
of bak onder de uitloop te zetten (afb. 9).
Na beëindiging van het ontdooiproces moet de
afsluitstop weer op zijn plaats gezet worden.
Binnen- en buitenkant en de accessoires van de
diepvrieskist reinigt u met lauw water met wat
afwasmiddel. Daarna met schoon water afnemen
en goed afdrogen.
De diepvrieskist weer in gébruik nemen. De
diepvriesprodukten kunnen na ca. 10 minuten
weer in de kist gelegd worden (zie ook “In gebruik
nemen”).
Storingen en klantenservice
Uit het oogpunt van veiligheid raden wij u aan
réparaties, vooral aán elektrische onderdelen,
door een elektro-installateur te laten uitvoeren.
In geval van storing dient u zich daarom tót uw
vakhandelaar of direkt tot de klantenservice te
wenden.
Voordat u kontakt opneemt met de
klantenservice, dient u te kontroleren of de
kontrolelampjes branden, het koelaggregaat
werkt en of de binnentemperatuur nog laag
genoeg is:
Gaat bij voorbeeld het groerïe lampje uit, terwijl
de diepvrieskast wel ingeschakeld is, dan
schakelt u de snelvriesschakelaar in.
Gaat nu het gele lampje br.anden, dan is het
groene defekt.
Als bij inschakelen van de snelvriesschakelaar
het gele lampje niet brandt, maar het
koelaggregaat wel funktioneert, is het gele lampje
defekt. Als er helemaal geen lampjes branden,
kontroleert u eerst of de stroomtoevoer
ónderbroken is (steker, zékerin in de
zekeringkást; algehele stroomuitval in het
verzorgingsgebied e.d.). Eventueel direkt kontakt
opnemen met uw elektro-installateur.
Gaat het rode lampje branden en klinkt het
akoestische temperatuursignaal, rasp. is dé
temperatuur binnenin de diepvrieskist sterk
gestegen, zonder dat u verse levensmiddelen in
de kist hebt gelegd of het deksel lange tijd open
heeft .gestaan, dan is er spráke vén een storing.
U schakeÍt de snelvriesschakelaat in, houdt dé
diepvrieskist gesloten en neemt onmiddellijk