5
AANSLUITEN VAN DE WATERTOEVOERSLANG
7.
- Als de watertoevoerslang nog niet
geïnstalleerd is, moet hij aan het apparaat
worden geschroefd.
Als uw wasmachine één toevoerklep aan de
achterkant heeft: sluit deze alleen aan op een
koudwatertoevoer.
8.
- Als uw wasmachine twee toevoerkleppen op
de achterkant heeft,
moet u beide kleppen
aansluiten op de watertoevoer:
• sluit de rode toevoerklep aan op de
warmwatertoevoer en de blauwe toevoerklep op
de koudwatertoevoer.
• of sluit beide toevoerkleppen aan op de
koudwatertoevoer met behulp van een Y-aanpasstuk.
Verzeker u ervan dat alle verbindingen goed
vastgedraaid zijn.
Schroef de watertoevoerslang
met de hand
vast
op de kraan en op de toevoerklep en haal de moer
aan.
Gebruik geen gereedschappen om de
toevoerslang vast te zetten.
Let op
• Zorg ervoor dat er geen knikken in de slang zitten!
• Het apparaat
mag niet
worden aangesloten op de mengkraan van een geiser of boiler
die niet onder druk staat.
• Controleer of de aansluitingen niet lekken door de kraan volledig open te draaien.
• Als de slang te kort is, vervang deze dan door een drukslang van voldoende lengte
(min. 1000 kPa, van het EN 50084 goedgekeurde type).
• Controleer de watertoevoerslang geregeld op barsten of scheuren en vervang hem indien
nodig. Het wordt aanbevolen om de toevoerslang iedere 3 jaar te vernieuwen.
• De wasmachine kan aangesloten worden zonder een terugstroomklep.
- Voor modellen met een waterstopslang:
Als de flexibele slang te kort is, vervang deze dan door een langere
waterstopslang die verkrijgbaar is bij de klantenservice of bij uw
leverancier. De vervanging van de slang moet uitgevoerd worden
door een vakman. Terwijl u de waterstopslang losdraait, moet de
ontgrendelingsknop ingedrukt worden gehouden
Rode toevoerklep
Blauwe toevoerklep
Warmwater-
toevoer
Koudwater-
toevoer
Y-aanpasstuk
Koud-
water-
toevoer
ontgrendelingsknop