Samsung 700DXN-2 Handleiding

Categorie
Lcd-tv's
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

SyncMaster 700DX-2, 700DXN-2
LCD‐scherm
Gebruikershandleiding
Veiligheidsinstructies
Symbolen
Opmerking
U moet deze veiligheidsvoorschriften volgen om te voorkomen dat u risico loopt en het ap-
paraat beschadigd raakt.
Lees de instructies zorgvuldig en gebruik het product op de juiste manier.
Waarschuwing / Voorzichtig
Het niet opvolgen van de aanwijzingen die dit symbool aanduidt kan
resulteren in persoonlijk letsel of schade aan de apparatuur.
Opmerking
Verboden
Op ieder moment belangrijk
om te lezen en begrijpen
Niet demonteren
Haal de stekker uit het stop-
contact
Niet aanraken
Geaard om een elektrische
schok te voorkomen
Stroom
Als uw computer gedurende langere tijd niet gebruikt wordt, stel hem dan
in op DPM.
Als u een schermbeveiliging gebruikt, stelt u deze in op de actieve
schermmodus.
De afbeeldingen zijn alleen ter referentie, en mogelijk niet in alle gevallen
(of landen) van toepassing.
Snelkoppeling naar instructies ter voorkoming van scherminbranding
Gebruik geen beschadigde voedingskabel of stekker, of een
beschadigd of loszittend stopcontact.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Raak de stekker bij het aansluiten of verwijderen niet met natte
handen aan.
Dit zou een elektrische schok kunnen veroorzaken.
Sluit de stekker aan op een geaard stopcontact.
Anders zou u een elektrische schok of persoonlijk letsel kun-
nen veroorzaken.
1
Controleer of de stekker goed en stevig in het stopcontact zit.
Dit kan brand veroorzaken.
Buig de voedingskabel niet, trek er niet aan en plaats er geen
zware spullen op.
Dit kan brand veroorzaken.
Sluit niet meerdere apparaten aan op hetzelfde stopcontact.
Hierdoor kan, door oververhitting, brand ontstaan.
Verwijder het netsnoer niet tijdens het gebruik van het product.
Dit kan een elektrische schok veroorzaken waardoor het prod-
uct beschadigd kan raken.
De stekker moet uit het stopcontact worden gehaald om het
apparaat te ontkoppelen. De stekker moet daarom goed bereik-
baar zijn.
Anders kan dit een elektrische schok of brand veroorzaken.
Gebruik alleen het door ons bedrijf geleverde netsnoer. Gebruik
geen netsnoeren die bij een ander product horen.
Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken.
Installatie
Neem contact op met een geautoriseerd Servicecentrum als u de monitor
installeert in een omgeving waar veel stof, hoge of lage temperaturen of
hoge vochtigheid voorkomt, op een plaats waar gewerkt wordt met chemi-
sche oplossingen of waar de monitor 24 uur per dag in werking is, zoals
een vliegveld of treinstation.
Als u dit niet doet, kan er schade aan het apparaat ontstaan.
Zorg dat u het apparaat met minimaal twee personen optilt en
verplaatst.
Het apparaat zou kunnen vallen, wat zou kunnen leiden tot
persoonlijk letsel en/of beschadiging van het product.
Als u het product in een kast of op een rek plaatst, moet u ervoor
zorgen dat de voorzijde van de onderkant van het product niet
uitsteekt.
Anders kan het product vallen of persoonlijk letsel veroorzak-
en.
Zorg dat de kast of het rek groot genoeg is voor het product.
Veiligheidsinstructies
2
PLAATS GEEN KAARSEN, INSECTENWERENDE MIDDE-
LEN, SIGARETTEN OF VERWARMINGSAPPARATUUR IN DE
BUURT VAN HET PRODUCT.
Dit kan brand veroorzaken.
Houd verwarmingsapparatuur zo veel mogelijk uit de buurt van
de voedingskabel en het product.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Plaats het apparaat niet op een slecht geventileerde plaats,
zoals in een boekenkast.
Dit zou kunnen resulteren in brand door oververhitting.
Wees voorzichtig bij het neerzetten van het product.
Dit kan schade aan het beeldscherm veroorzaken.
Plaats de voorzijde van het product niet op de vloer.
Dit kan schade aan het beeldscherm veroorzaken.
De muurbevestiging moet worden gemonteerd door een geau-
toriseerd installatiebedrijf.
Anders kan het product vallen en persoonlijk letsel veroorzak-
en.
Gebruik de aangegeven muurbevestiging.
Installeer het product op een goed geventileerde plaats. Er moet
minimaal 10 cm ruimte tussen het product en de muur zijn.
Anders zou er brand kunnen ontstaan als gevolg van overver-
hitting.
Houd het verpakkingsmateriaal buiten bereik van kinderen.
Kinderen kunnen letsel oplopen (stikken) als ze hiermee spe-
len.
Steun niet op de standaard en plaats geen voorwerpen op de
standaard wanneer u de hoogte van de monitor verstelt.
Dit kan schade aan het product of persoonlijk letsel veroor-
zaken.
Schoonmaken
U kunt de monitor en het oppervlak van de TFT-LCD afnemen met een
zachte, iets vochtige doek.
Veiligheidsinstructies
3
Spuit geen reinigingsmiddelen rechtstreeks op het oppervlak
van het product.
Dit kan verkleuringen en vervaging van de structuur veroor-
zaken. Ook kan het oppervlak van het scherm losraken.
Gebruik voor het reinigen van de stekkers en het stopcontact
een droge doek.
Anders kan er brand ontstaan.
Haal voor het reinigen van het product de stekker uit het stop-
contact.
Anders kan er een elektrische schok of brand ontstaan.
Haal voor het reinigen van het product eerst de stekker uit het
stopcontact en reinig deze met een zachte, droge doek.
(Gebruik geen chemische middelen zoals was, benzeen, al-
cohol, verdunningsmiddelen, insectenwerende middelen,
smeermiddelen of reinigingsmiddelen.) Hierdoor kan het uiter-
lijk van het oppervlak worden aangetast en kunnen de indica-
tielabels op het product losraken.
De behuizing van het product is gevoelig voor krassen. Gebruik
daarom alleen het soort doek dat wordt voorgeschreven.
Spuit bij het reinigen van het product geen water rechtstreeks
op de behuizing.
Zorg ervoor dat er geen water in het product loopt en dat het
product niet nat wordt.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Overig
Dit product werkt op hoge spanning. Demonteer, repareer of
bewerk het product niet zelf.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Neem contact op met een servicecentrum als het product ger-
epareerd moet worden.
Als er een vreemde geur, een vreemd geluid of rook uit het
product komt, moet u direct de stekker uit het stopcontact halen
en contact opnemen met een Servicecentrum.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Stel het product niet bloot aan vocht, stof, rook of water en in-
stalleer het niet in een auto.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Veiligheidsinstructies
4
Als u het product laat vallen of als de behuizing kapot gaat, moet
u het product uitschakelen en de stekker uit het stopcontact halen.
Neem contact op met een Servicecentrum.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Raak bij onweer het netsnoer en de antennekabel niet aan.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Probeer het beeldscherm niet te verplaatsen door enkel aan het
snoer of de signaalkabel te trekken.
Anders kan het product vallen, wat schade aan de kabel kan
veroorzaken waardoor een elektrische schok, schade aan het
product of brand kan ontstaan.
U kunt het product niet optillen of verplaatsen door alleen het
netsnoer of de signaalkabels vast te houden.
Anders kan het product vallen, wat schade aan de kabel kan
veroorzaken waardoor een elektrische schok, schade aan het
product of brand kan ontstaan.
Voorkom dat de ventilatieopening wordt geblokkeerd door een
tafel of gordijn.
Anders zou er brand kunnen ontstaan als gevolg van overver-
hitting.
Plaats geen voorwerpen die water bevatten, vazen, bloempot-
ten, geneesmiddelen of metalen voorwerpen op het product.
Als er water of vreemde voorwerpen in het product terechtko-
men, moet u de stekker uit het stopcontact halen en contact
opnemen met een Servicecentrum.
Dit kan een defect, elektrische schok of brand veroorzaken.
Gebruik of bewaar geen brandbare sprays of licht ontvlambare
materialen in de buurt van het product.
Dit zou een explosie of brand kunnen veroorzaken.
Steek geen metalen voorwerpen, zoals pennen, munten, naal-
den en draad, of licht ontvlambare voorwerpen als lucifers of
papier in het product (bijvoorbeeld via de ventilatieopeningen, in-
gangen en uitgangen).
Als er water of vreemde voorwerpen in het product terechtko-
men, moet u de stekker uit het stopcontact halen en contact
opnemen met een Servicecentrum.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Als een stilstaand beeld lang wordt weergegeven, kan een na-
beeld of vlek ontstaan.
Zet het product in de slaapstand of gebruik een bewegende
schermbeveiliging als u het product langere tijd niet gebruikt.
Veiligheidsinstructies
5
Stel een resolutie en frequentie in die geschikt zijn voor het
product.
Anders kan schade aan uw ogen ontstaan.
Zet bij het gebruik van een koptelefoon het volume niet te hard.
Dit kan uw gehoor beschadigen.
Ga niet te dicht bij het product zitten om vermoeide ogen te
voorkomen.
Neem minimaal vijf (5) minuten pauze nadat u de monitor één
(1) uur hebt gebruikt.
Hiermee voorkomt u dat uw ogen vermoeid raken.
Installeer het product niet op een instabiele plaats als een in-
stabiel rek of een onregelmatig oppervlak of op een plaats die
blootstaat aan trillingen.
Het apparaat zou kunnen vallen, wat zou kunnen leiden tot
persoonlijk letsel en/of beschadiging van het product.
Als u het product gebruikt op een plaats die blootstaat aan tril-
lingen, kan het product beschadigd raken, wat brand tot gevolg
kan hebben.
Schakel het product voordat u het gaat verplaatsen uit en haal
de stekker uit het stopcontact. Ontkoppel ook de antennekabel en
alle andere kabels die op het product zijn aangesloten.
Anders kan er een elektrische schok of brand ontstaan.
Voorkom dat kinderen aan het product gaan hangen of erop
klimmen.
Het product kan namelijk vallen, wat persoonlijk letsel of zelfs
de dood tot gevolg kan hebben.
Haal de stekker uit het stopcontact als u het product gedurende
langere tijd niet gebruikt.
Anders kan het product oververhit raken of ontbranden als ge-
volg van stofophoping. Ook kan als gevolg van een elektrische
schok of lekkage brand ontstaan.
Plaats geen zware voorwerpen, speelgoed of lekkernijen (bij-
voorbeeld koekjes) op het product die de aandacht van kinderen
kunnen trekken.
Uw kinderen kunnen aan het product gaan hangen waardoor
het kan vallen, wat persoonlijk letsel of zelfs de dood tot gevolg
kan hebben.
Veiligheidsinstructies
6
Voorkom dat kinderen de batterij in hun mond stoppen als deze
uit de afstandsbediening wordt gehaald. Houd de batterij buiten
bereik van kinderen.
Neem direct contact op met uw arts als een kind een batterij in
zijn mond heeft gestopt.
Let bij het vervangen van de batterij op de juiste polariteit (+, ‐).
Anders kan de batterij beschadigd raken of brand, persoonlijk
letsel of schade veroorzaken als gevolg van lekkage van bat-
terijvloeistof.
Gebruik alleen de aangegeven standaardbatterijen en gebruik
nooit tegelijkertijd een nieuwe en een gebruikte batterij.
Anders kunnen de batterijen beschadigd raken of brand, per-
soonlijk letsel of schade veroorzaken als gevolg van lekkage
van batterijvloeistof.
Batterijen (oplaadbaar en niet oplaadbaar) zijn geen standaard
afval en dienen ter recycling te worden aangeboden. Als verbruik-
er is de klant verantwoordelijk voor het op de juiste manier retour-
neren van gebruikte of oplaadbare batterijen.
De klant kan gebruikte of oplaadbare batterijen afgeven bij het
dichtstbijzijnde gemeentelijke afvaldepot of bij een winkel die
eenzelfde type batterijen verkoopt.
Plaats het product niet in direct zonlicht of in de buurt van
warmtebronnen zoals open vuur of een kachel.
Dit kan de levensduur van het product verkorten en brand tot
gevolg hebben.
Laat geen voorwerpen op het product vallen en oefen geen druk
uit op het product.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Gebruik geen luchtbevochtiger in de buurt van het product.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Raak in geval van een gaslek het product en de stekker niet aan
maar zorg direct voor ventilatie.
Een vonk kan een explosie of brand veroorzaken.
Als het product gedurende lange tijd ingeschakeld is, wordt het
beeldscherm heet. Raak het niet aan.
Houd de kleine accessoires buiten bereik van kinderen.
Veiligheidsinstructies
7
Wees voorzichtig bij het instellen van de hoek van het product
of de hoogte van de voet.
Uw hand of vingers kunnen klem raken.
Als u het product te ver kantelt, kan het vallen en persoonlijk
letsel veroorzaken.
Plaats het product niet op een plaats waar kinderen er gemak-
kelijk bij kunnen.
Anders kan het product vallen en persoonlijk letsel veroorzak-
en.
Het voorste deel ven het product is zwaar. Plaats het product
daarom op een vlakke en stabiele ondergrond.
Plaats geen zware voorwerpen op het product.
Dit kan persoonlijk letsel en/of schade aan het product veroor-
zaken.
Instructies voor installatie van de stroomvoorziening
Lees deze instructies zorgvuldig en nauwkeurig door. Het nalaten
hiervan kan resulteren in brand, persoonlijk letsel en kan zelfs fatale
gevolgen hebben.
Instructies voor installatie van de stroomvoorziening
Controleer voordat u het product installeert de voedingsvereisten voor de
plaats van installatie.
Als u het product wilt installeren in een omgeving (voedingskabel, stop-
contact, zekering, enzovoort) waarvan de stroom‐/vermogenscapaciteit
lager is dan de stroom‐/vermogensopname van het product, moet u een
aparte transformator installeren in overeenstemming met de tabel 'Opgeg-
even capaciteit'.
De klant dient de kosten hiervan te dragen.
Sluit het product aan op een vast stopcontact en niet op een verlengsnoer
met een verdeeldoos.
Als het gebruik van een verlengsnoer met verdeeldoos noodzakelijk is,
raadpleegt u de tabel 'Opgegeven capaciteit' voor de stroomopname en
gebruikt u een verdeeldoos met een toegestane stroomcapaciteit die hoger
is dan de totale stroomopname van de producten die erop worden aan-
gesloten.
Als u een verlengsnoer gebruikt, dient u een stroomkabel met hoge ca-
paciteit te gebruiken.
Gebruik een stroomkabel met een toegestane stroomcapaciteit van 12,5 A
of meer.
Opgegeven stroomcapaciteit van de stekker/kabel/koppeling
Gebruik een stroomkabel met een capaciteit van 12,5 A of meer.
Veiligheidsinstructies
8
Opmerking
Raadpleeg de specificaties voor kabelveiligheid.
UL‐specificatie ‐ Gebruik een kabel van 14 AWG of meer
KS‐specificatie ‐ Gebruik een kabel van 20.SQ of meer
IEC‐specificatie ‐ Gebruik een kabel van 2,5 SQ of meer
Veiligheidsinstructies
9
Inleiding
Inhoud van de verpakking
Opmerking
Controleer of de volgende onderdelen bij het LCD‐scherm zijn geleverd.
Neem contact op met uw verkoper als er onderdelen ontbreken.
Neem contact op met een plaatselijke dealer voor de aanschaf van accessoires.
De inhoud van de doos controleren
Verwijder het slot van de doos zoals wordt weergegeven in de bovenstaande af-
beelding.
Til de doos op en houd
deze vast aan de openin-
gen aan weerszijden van
de doos.
Controleer de inhoud van
de doos.
Verwijder het piepschuim
en de beschermingslaag.
Opmerking
Nadat de doos is uitgepakt, dient u de inhoud te controleren.
Bewaar de doos om in de toekomst het product te kunnen vervoeren.
Uitpakken
10
LCD‐scherm
Handleidingen
Handleiding voor snelle in-
stallatie
Garantiekaart
(Niet op alle locaties verk-
rijgbaar)
Gebruikershandleiding
MagicInfo ‐software, Mag-
icInfo ‐handleiding
(Alleen van toepassing op
model DXN-2)
Kabels
Netsnoer
Overig
Afstandsbediening
(BP59‐00138A)
Batterijen (AAA x 2)
(Niet op alle locaties verk-
rijgbaar)
BNC naar RCA‐adapter
Apart verkrijgbaar
D‐Sub‐kabel
DVI‐kabel LAN‐kabel
(Alleen van toepassing op
model DXN-2)
Inleiding
11
BNC‐naar‐BNC‐kabel
Apart verkrijgbaar
Wandmontageset RGB‐naar‐BNC‐kabel
Uw LCD‐scherm
Voorkant
MENU‐knop [MENU]
Het schermmenu openen en sluiten. U kunt hiermee ook het schermmenu
afsluiten of terugkeren naar het vorige menu.
Navigatieknoppen (omhoog/omlaag)
Sprint van de ene menuoptie naar de andere in verticale richting of wijzigt
de geselecteerde menuwaarden.
Instelknoppen (naar links/naar rechts)/volumeknoppen
Sprint van de ene menuoptie naar de andere in horizontale richting of wij-
zigt de geselecteerde menuwaarden. Wanneer het schermmenu niet wordt
weergegeven, drukt u op de knop om het volume aan te passen.
ENTER‐knop [ENTER]
Activeert een gemarkeerd menu‐item.
SOURCE‐knop [SOURCE]
Hiermee schakelt u tussen de PC‐ en Videomodus. Hiermee wordt de in-
voerbron geselecteerd waarop een extern apparaat is aangesloten.
[PC] [DVI] [AV] [Component] [HDMI] [MagicInfo] [BNC]
Opmerking
MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model.
PIP‐toets
Inleiding
12
Druk op de toets PIP om het PIP‐scherm in of uit te schakelen.
PIP‐schermen kunnen elkaar niet overlappen aangezien BNC en de com-
ponent dezelfde aansluiting gebruiken.
PC: DVI / AV / HDMI
BNC : DVI / AV / HDMI
DVI / AV : PC / BNC
Component : PC
HDMI : PC / BNC
Aan/uit‐knop [ ]
Gebruik deze knop om het LCD‐scherm in en uit te schakelen.
Brightness Sensor (Optioneel)
Hiermee wordt automatisch de helderheid in de omgeving gedetecteerd.
Opmerking
This function is activated only on the models equipped with an auto bright-
ness sensor.
Controlelampje stroom
Wanneer deze groen knippert, is de modus PowerSaver ingeschakeld.
Opmerking
Zie het gedeelte PowerSaver in de handleiding voor meer informatie over
energiebesparingsfuncties. Om energie te besparen, kunt u het beste het
LCD‐scherm uitschakelen wanneer u dit gedurende langere tijd niet ge-
bruikt.
Sensor van afstandsbediening
Richt de afstandsbediening op deze plek op het LCD‐scherm.
Achterkant
Opmerking
Voor meer informatie over kabelverbindingen raadpleegt u Kabels aansluiten onder Instel-
lingen. De configuratie van het LCD‐scherm aan de achterkant kan verschillen, afhankelijk
van het model van het LCD‐scherm.
Inleiding
13
Opmerking
Alleen van toepassing op model DXN-2
POWER
U sluit het netsnoer aan op het LCD‐scherm
en het stopcontact.
RS232C OUT/IN (RS232C seriële poort)
MDC (Multiple Display Control)‐programma-
poort
RGB IN (PC‐aansluiting (ingang))
Gebruik een D‐Sub‐kabel (15‐pins D‐
Sub) ‐ PC‐modus (Analoge PC)
Verbind de RGB IN‐poort van het beeld-
scherm via de RGB‐naar‐BNC‐kabel aan
op de BNC‐poort van de pc.
DVI IN (Videoaansluiting voor PC)
Gebruik een DVI‐kabel (DVI‐D naar DVI‐D)
DVI‐modus (Digitale PC)
DVI/RGB AUDIO IN (PC/DVI Aansluitin-
gen voor geluidsverbindingen (ingang))
AV/COMPONENT AUDIO IN [R - AU-
DIO- L]
Sluit de poort van de dvd‐speler, videorecor-
der (dvd/DTV Set‐Top Box) aan op de poort
[ R - AUDIO - L ] van het LCD‐scherm.
DVI OUT
Een monitor aansluiten op een andere
monitor met een DVI‐kabel.
Verbind de DVI OUT‐poort van het beeld-
scherm via de DVI‐naar‐HDMI‐kabel met
Inleiding
14
de HDMI IN‐poort van het andere beeld-
scherm.
DVI‐, HDMI‐ en netwerksignalen die via
de DVI OUT‐poort zijn verzonden, wor-
den op het tweede scherm weergegeven.
Dit is het scherm met de DVI IN‐poort.
Opmerking
Er kunnen maximaal 6 Full HD of 10 HD‐
beeldschermen worden aangesloten (kan af-
wijken afhankelijk van het product).
AV IN [VIDEO]
Verbind de aansluiting [ VIDEO ] van uw
monitor door middel van een VIDEO‐kabel
met de video‐uitgang van het externe appa-
raat.
AUDIO OUT
Aansluitpunt hoofdtelefoon.
HDMI IN
Sluit de HDMI‐aansluiting op de achterkant
van uw LCD‐scherm aan op de HDMI‐aans-
luiting op het digitale uitvoerapparaat door
middel van een HDMI‐kabel.
Er kan maximaal 1 HDMI‐kabel worden on-
dersteund.
BNC OUT [R, G, B, H, V] (BNC-aansluit-
ing (uitgang))
BNC (analoge pc) aansluiting: de R, G, B, H,
V poorten aansluiten.
Het aantal LCD-schermen dat op de loopout
kan worden aangesloten, verschilt afhanke-
lijk van de kabel, signaalbron, enzovoort. Op
kabels zonder degradatie of signaalbron
kunnen maximaal tien LCD-schermen wor-
den aangesloten.
BNC/COMPONENT IN [R/Y, G/P
B
, B/
P
R
, H, V] (BNC/componentaansluiting (in-
gang))
Inleiding
15
Controleer tijdens BNCinvoer de onder-
staande specificaties voor de ingangen.
[R/Y] ‐‐> Rode ingang
[G/P
B
] ‐‐> Groene ingang
[B/P
R
] ‐‐> Blauwe ingang
‐ Controleer tijdens Component‐invoer de
onderstaande specificaties voor de ingan-
gen.
[R/Y] ‐‐> Groene ingang
[G/P
B
] ‐‐> Blauwe ingang
[B/P
R
] ‐‐> Rode ingang
RGB OUT
Opmerking
Alleen van toepassing op model DXN-2
LAN (Aansluiting voor LAN)
Opmerking
Alleen van toepassing op model DXN-2
USB1,USB2 (Aansluiting voor USB)
Compatibel met toetsenbord/muis, opsla-
gapparatuur met grote capaciteit
Opmerking
Alleen van toepassing op model DXN-2
Opmerking
Zie Kabels aansluiten voor meer informatie over kabelverbindingen.
Afstandsbediening
Opmerking
De prestaties van de afstandsbediening worden mogelijk beïnvloed door een tv of ander
elektronisch apparaat dat actief is in de buurt van het LCD‐scherm. Hierdoor kan de fre-
quentie van de afstandsbediening worden gestoord.
Inleiding
16
POWER
OFF
Cijfertoetsen
DEL / GUIDE‐knop
+ VOL -
SOURCE
D.MENU
TOOLS
Toetsen omhoog‐omlaag, naar links‐naar
rechts
INFO
KLEURTOETSEN
TTX/MIX
MTS/DUAL
ENTER/PRE-CH
MUTE
CH/P
TV
MENU
RETURN
EXIT
MagicInfo
1. POWER
Hiermee schakelt u het product in.
2. OFF
Hiermee schakelt u het product uit.
3. Cijfertoetsen Druk hierop om het kanaal te wijzigen.
4. DEL
/ GUIDE‐knop
De knop "‐" dient als selectieknop voor digitale kanalen.
Elektronische programmagids (EPG) weergeven
‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm.
5. + VOL - Past het geluidsniveau aan.
6.
SOURCE
Druk op de knop om de bron van het ingangssignaal
SOURCE te veranderen.
U mag SOURCE alleen veranderen voor externe apparaten
die op dat moment op het LCD‐scherm zijn aangesloten.
7.
D.MENU DTV‐menu weergeven
‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm.
Inleiding
17
8. TOOLS Hiermee kunt u snel veelgebruikte functies selecteren.
‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm.
9. Toetsen omhoog‐omlaag,
naar links‐naar rechts
Springt van het ene item naar het andere in horizontale
richting, in verticale richting, of wijzigt de waarde van de ge-
selecteerde menuoptie.
10. INFO
Informatie over het huidige beeld wordt linksboven op het
scherm weergegeven.
11. KLEURTOETSEN Druk hierop om kanalen toe te voegen en te verwijderen en
om kanalen op te slaan in de lijst met voorkeurkanalen in de
kanalenlijst.
‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm.
12. TTX/MIX
Tv‐kanalen bieden schriftelijke informatiediensten via tele-
tekst.
‐ Teletekstknoppen
‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm.
13. MTS/DUAL ‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm.
MTS‐
U kunt de modus MTS (Multichannel Television Stereo) se-
lecteren.
Type geluid MTS/S_Mode Standaard
FM Stereo Mono Mono Handmatig
wijzigen
Stereo Mono Stereo
SAP Mono SAP Mono
DUAL‐
STEREO/MONO, DUAL l/DUAL ll en MONO/NICAM
MONO/NICAM STEREO kunnen worden gebruikt tijdens
het tv‐kijken, afhankelijk van het uitzendtype, door de knop
DUAL te gebruiken op de afstandsbediening.
14. ENTER/PRE-CH
Met deze knop keert u terug naar het laatst gebruikte ka-
naal.
‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm.
15. MUTE
Pauzeert (dempt) het geluid tijdelijk. Dit wordt weergegeven
linksonder in het scherm. De audio wordt hervat wanneer u
in de modus Mute (Dempen) op MUTE of - VOL + drukt.
16. CH/P Hiermee kunt u tv‐kanalen selecteren in de modus TV.
‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm.
17. TV Hiermee selecteert u rechtstreeks de tv‐modus.
Inleiding
18
‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm.
18. MENU Het schermmenu openen en sluiten, of het menu voor het
afstellen van het scherm sluiten.
19. RETURN
Hiermee keert u terug naar het vorige menu.
20. EXIT
Hiermee verlaat u het menuscherm.
21. MagicInfo MagicInfo ‐snelstartknop
Mechanische indeling
Mechanische indeling
Bovenzijde LCD‐scherm
Inleiding
19
Installatie VESA‐beugel
Let er bij het installeren van VESA op, dat u voldoet aan de internationale VESA‐normen.
Informatie over en aankoop en installatie van de VESA‐steun: Neem contact op met uw
dichtstbijzijnde SAMSUNG‐distributeur om een bestelling te plaatsen. Nadat de bestelling
is geplaatst, zal een professioneel team de steun bij u komen installeren.
Er zijn ten minste twee personen nodig om het LCD‐scherm te verplaatsen.
SAMSUNG is niet verantwoordelijk voor schade aan het product of verwondingen die
tijdens het installeren door onvoorzichtigheid van de klant zijn veroorzaakt.
Inleiding
20
Afmetingen
Opmerking
Gebruik voor het bevestigen van de beugel aan de muur alleen kolomschroeven met een
diameter van 6 mm en een lengte van 8 tot 12 millimeter.
Installatie van de wandsteun
Neem contact op met een technicus alvorens de wandsteun te bevestigen.
SAMSUNG Electronics is niet verantwoordelijk voor enige schade aan het product of letsel
bij de klant wanneer de installatie wordt uitgevoerd door de klant.
Dit product is geschikt voor installatie aan cementen muren. Als het product aan een
gipsen of houten wand wordt geplaatst, blijft het mogelijk niet goed hangen.
Onderdelen
Gebruik alleen de componenten en accessoires die u bijgevoegd bij dit product vindt.
Wandsteun (1) Scharnier (links 1,
rechts 1)
Kunst-
stof
drager
(4)
Schroef
(A)(11)
Schroef
(B)(4)
Plug
(11)
Montage van de wandsteun
Opmerking
Er zijn twee scharnieren (links en rechts). Gebruik een correcte ondergrond.
Inleiding
21
1. Plaats de bevestigingsschroef en draai hem vast in de richting van de pijl.
Bevestig de muurbeugel daarna aan de wand.
Er zijn twee scharnieren (links en rechts). Gebruik een correcte ondergrond.
A ‐ Bevestigingsschroef
B ‐ Wandsteun
C ‐ Scharnier (Links)
D ‐ Scharnier (Rechts)
2. Controleer voordat u in de wand gaat boren of de lengte tussen de twee schroefgaten
aan de achterkant van het product juist is.
Als de afstand te klein of te groot is, maakt u alle of enkele van de vier schroeven van
de wandsteun los om de afstand aan te passen.
A ‐ Afstand tussen de twee schroefgaten
3. Controleer het installatiediagram en markeer de boorpunten op de wand. Gebruik een
bit van 5,0 mm om gaten dieper dan 35 mm te boren. Plaats de pluggen in de betreffende
Inleiding
22
gaten. Plaats de gaten van de beugels en scharnieren voor de bijbehorende pluggaten,
plaats de 11 schroeven A in de gaten en draai deze vast.
Het product op de wandsteun bevestigen
De vorm van het product kan afhankelijk van het model variëren. (de montage van de kunst-
stof drager en de schroeven zijn hetzelfde)
1. Verwijder de 4 schroeven aan de achterkant van het product.
2. Plaats de schroef B in de kunststof drager.
Opmerking
Monteer het product op de wandsteun en controleer dat het goed is bevestigd aan
de linker en rechter kunststof dragers.
Wees voorzichtig bij het installeren van het product op de steun. Vingers kunnen vast
komen te zitten in de gaten.
Controleer dat de wandsteun stevig is bevestigd aan de wand, anders blijft het prod-
uct misschien niet goed zitten na installatie.
3. Draai de vier schroeven uit stap 2 vast (kunststof drager + schroef B) in de gaten op de
achterkant van het product.
Inleiding
23
4. Verwijder de veiligheidspin (3) en plaats de vier producthouders in de bijbehorende beu-
gelgaten (1). Plaats het product (2) zo dat het stevig is bevestigd aan de beugel. Plaats
de veiligheidspin (3) opnieuw en draai deze stevig vast om het product veilig op de beugel
te monteren.
A ‐ LCD‐scherm
B ‐ Wandsteun
C ‐ Muur
Aanpassing van de stand van de wandsteun
Zet de stand van de beugel op ‐2 ˚ voordat u deze aan de muur installeert.
1. Bevestig het product aan de wandsteun.
2. Houd het product bovenop in het midden vast en trek het naar voren (in de richting van
de pijl) om de stand aan te passen.
Opmerking
U kunt de stand van de beugel aanpassen tussen ‐2 ˚ en 15 ˚.
Inleiding
24
Zorg ervoor dat u het midden van het product gebruikt om de stand aan te passen, en niet
de linker‐ of rechterkant.
Inleiding
25
Aansluitingen
Aansluiten op een computer
(700DXN‐2)
(700DX‐2)
Er zijn verschillende manieren om de computer aan te sluiten op het
beeldscherm. Kies uit een van de volgende opties.
De D‐sub‐connector (analoog) op de videokaart gebruiken.
Sluit de D‐sub aan op de 15‐pins RGB‐poort op de achterkant van het
LCD‐scherm en de 15‐pins D‐sub‐poort op de computer.
26
De DVI‐connector (Digitaal) op de videokaart gebruiken.
Sluit de DVI‐kabel aan op de DVI‐poort op de achterkant van het LCD‐
scherm en de DVI‐poort op de computer.
Via de HDMI‐ingang (digitaal) op de grafische kaart.
Verbind de HDMI IN‐poort van het beeldscherm via de HDMI‐kabel met
de HDMI‐poort van de pc.
Opmerking
Controleer bij gebruik van de HDMI‐kabel naar de pc dat u HDMI hebt
geselecteerd in zowel Source List als Edit Name voordat u PC of DVI kiest
als apparaat zodat normaal beeld en geluid kan worden uitgevoerd op het
Aansluitingen
27
pc‐scherm. Opmerking: geluid is alleen beschikbaar bij gebruik van de
aansluiting in optie die volgt.
De BNC‐connector (Analoog) op de videokaart gebruiken.
Verbind de BNC/COMPONENT IN‐poort van het beeldscherm via de
BNC‐naar‐BNC‐kabel aan op de BNC‐poort van de pc.
Sluit de poort [DVI/RGB AUDIO IN] aan de achterzijde van de monitor aan
op de geluidskaart van de PC.
Sluit het netsnoer van het LCD‐scherm aan op de stroomaansluiting op de
achterkant van het LCD‐scherm. Schakel de voeding in.
Opmerking
Schakel zowel de computer als het LCD‐scherm in.
Neem contact op met een plaatselijk SAMSUNG Electronics Servicecentrum voor de
aanschaf van accessoires.
Aansluiten op andere apparatuur
AV‐invoerapparaten zoals dvd‐spelers, videorecorders of camcorders, maar ook com-
puters kunnen op het LCD‐scherm worden aangesloten. Zie Het LCD‐scherm aanpassen
voor meer informatie over het aansluiten van AV‐invoerapparaten.
De configuratie van het LCD‐scherm aan de achterkant kan verschillen, afhankelijk van
het model van het LCD‐scherm.
AV‐apparaten aansluiten
Aansluitingen
28
1. Sluit de poorten Video en [R‐AUDIO‐L] van de dvd‐speler, videorecorder of DTV Set‐
Top Box aan op de poort Video en [R-AUDIO-L] van het LCD‐scherm.
2. Laat de dvd‐speler, videorecorder of camcorder afspelen met een dvd of band erin.
3. Selecteer AV met de knop SOURCE .
Aansluiten op een camcorder
1. Zoek de AV‐uitgangen op de camcorder. Deze bevinden zich doorgaans op de zijkant
of achterkant van de camcorder. Sluit audiokabels aan op de AUDIO‐uitgangen op de
camcorder en de op de AV/COMPONENT AUDIO IN [R-AUDIO-L] op het LCD‐scherm.
2. Sluit een videokabel aan op de VIDEO‐uitgang op de camcorder en op de AV IN [VIDEO]
op het LCD‐scherm.
3. Selecteer AV voor de camcorderaansluiting met de knop Source op de voorkant van het
LCD‐scherm of op de afstandsbediening.
4. Plaats een band in de camcorder en schakel deze in.
Opmerking
De audio‐videokabels die hier worden weergegeven, worden doorgaans bij een camcorder
geleverd. (Indien dit niet het geval is, raadpleegt u een plaatselijke elektronicawinkel.) Als uw
camcorder stereo is, moet u twee kabels aansluiten.
Aansluitingen
29
De BNC‐naar‐BNC‐kabel aansluiten
1. Verbind de BNC/COMPONENT IN‐[R/Y, G/P
B
, B/P
R
]‐poorten van het beeldscherm via
de BNC‐naar‐BNC‐kabel met de BNC‐poort van het externe apparaat.
2. Selecteer BNC voor de camcorderaansluiting met de knop Source op de voorkant van
het LCD‐scherm of op de afstandsbediening.
Aansluiten via een DVI‐kabel
1. Verbind de DVI OUT‐poort op de LCD‐monitor met de ingangspoort van een andere
monitor met behulp van een DVI‐kabel.
2. Verbind de AUDIO OUT‐poort op de LCD‐monitor met de ingangspoort van een andere
monitor met behulp van een stereokabel.
3. Selecteer DVI met behulp van de toets SOURCE aan de voorzijde van het LCD‐scherm
of op de afstandsbediening.
Opmerking
DVI OUT biedt geen ondersteuning voor HDCP.
Aansluitingen
30
Aansluiten via een HDMI‐kabel
1. Sluit invoerapparaten zoals een Blu‐Ray/dvd‐speler aan op de HDMI IN‐aansluiting van
het LCD‐scherm met behulp van een HDMI‐kabel.
2. Selecteer HDMI met behulp van de toets SOURCE aan de voorzijde van het LCD‐
scherm of op de afstandsbediening.
Opmerking
In de modus HDMI wordt alleen audio in PCM‐indeling ondersteund.
Aansluiten met gebruik van een DVI naar HDMI‐kabel
1. Sluit de DVI‐uitgang van een digitaal uitvoerapparaat aan op de HDMI IN‐aansluiting van
het LCD‐scherm met een DVI‐naar‐HDMI‐kabel.
2. Sluit de rode en witte aansluitpunten van een RCA‐naar‐stereo‐kabel (voor pc) aan op
de bijbehorende audiouitgangen van het digitale uitvoerapparaat en sluit de andere
aansluiting aan op de DVI / RGB /HDMI AUDIO IN‐aansluiting van het LCD‐scherm.
3. Selecteer HDMI met behulp van de toets SOURCE aan de voorzijde van het LCD‐
scherm of op de afstandsbediening.
Aansluitingen
31
Een DVD‐speler aansluiten
1. Sluit audiokabels aan AV/COMPONENT AUDIO IN [R-AUDIO-L] op het plasmascherm
en op de AUDIO OUT‐aansluitingen op de dvd‐speler.
2. Sluit een componentkabel aan op de [R/Y, G/P
B
, B/P
R
]‐poorten op het plasmascherm
en de P
R
, Y, P
B
‐aansluitingen op de dvd‐speler.
Opmerking
Selecteer Component met behulp van de toets SOURCE aan de voorzijde van het LCD‐
scherm of op de afstandsbediening om de aangesloten DVD‐speler te selecteren.
Start vervolgens de DVD‐speler met een dvd in het apparaat.
Een componentkabel is optioneel.
Raadpleeg de handleiding van uw DVD voor meer informatie over Component‐video.
Een DTV‐set‐top box (kabel/satelliet) aansluiten
1. Sluit een componentkabel aan op de [R/Y, G/P
B
, B/P
R
]‐poorten op het plasmascherm
en de P
R
, Y, P
B
‐aansluitingen op de dvd‐speler.
Aansluitingen
32
2. Sluit de audiokabel aan op de aansluitingen AV COMPONENT AUDIO IN [R-AUDIO-L]
op het LCD‐scherm en de aansluitingen AUDIO OUT op de set‐top box.
Opmerking
Selecteer Component met behulp van de toets SOURCE aan de voorzijde van het PDP‐
scherm of op de afstandsbediening om de aangesloten set‐top box te selecteren.
Ze de gebruiksaanwijzing van uw set‐top box voor meer informatie over componentvideo.
Aansluiten op een audiosysteem
1. Sluit een set audiokabels aan op de poorten AUX L, R van het AUDIOSYSTEEM en de
poorten AUDIO OUT op het LCD‐scherm.
Een LAN‐kabel aansluiten
Sluit de LAN‐kabel aan.
Opmerking
Alleen van toepassing op model DXN-2
Een USB‐apparaat aansluiten
Aansluitingen
33
U kunt USB‐apparaten zoals een muis of een toetsenbord aansluiten.
Opmerking
Alleen van toepassing op model DXN-2
Aansluitingen
34
Software gebruiken
Stuurprogramma voor de monitor
Opmerking
Als het besturingssysteem vraagt om het stuurprogramma voor de monitor,
plaatst u de CD-ROM die bij deze monitor is meegeleverd. De installatie van
het stuurprogramma kan per besturingssysteem ietwat verschillen. Volg de
instructies voor uw besturingssysteem.
Zorg voor een lege schijf en download het stuurprogramma van de hier weer-
gegeven website op internet.
Internet‐site:
http://www.samsung.com/
Het stuurprogramma voor de monitor installeren (automatisch)
1. Plaats de cd in het CD-ROM‐station.
2. Klik op 'Windows'.
3. Selecteer uw monitor in de lijst van modellen en klik op 'OK''.
4. Als u het volgende scherm ziet, klikt u op de knop 'Continue Anyway' (Toch doorgaan).
Klik vervolgens op 'OK' (Microsoft
®
Windows
®
XP/2000 besturingssysteem).
35
Opmerking
Dit monitorstuurprogramma is gecertificeerd door Microsoft. De installatie veroorzaakt
geen beschadigingen in uw systeem.
Het gecertificeerde stuurprogramma wordt op de startpagina van Samsung Monitor ge-
plaatst.
http://www.samsung.com/
Het stuurprogramma voor de monitor installeren (handmatig)
Microsoft
®
Windows Vista™ besturingssysteem
1. Plaats de cd met de gebruikershandleiding in uw CD-ROM‐station.
2.
Klik op (Start) en op 'Control Panel (Configuratiescherm)'. Dubbelklik vervolgens op
'Appearance and Personalization' (Vormgeving aan persoonlijke voorkeur aanpassen)'.
3. Klik op 'Personalization' (Persoonlijke instellingen) en vervolgens op 'Display Set-
tings' (Beeldscherminstellingen).
4. Klik op 'Advanced Settings...' (Geavanceerde instellingen...).
Software gebruiken
36
5. Klik op 'Properties' (Eigenschappen) op het tabblad 'Monitor'. Als de knop 'Proper-
ties' (Eigenschappen) niet beschikbaar is, is de configuratie van uw monitor voltooid. De
monitor kan zo gebruikt worden.
Als het bericht 'Windows needs...' (Uw toestemming is nodig...) wordt weergegeven (zie
onderstaande afbeelding), klikt u op 'Continue' (Doorgaan).
Opmerking
Dit monitor driver is gecertificeerd onder het MS‐logo. De installatie veroorzaakt geen
beschadigingen in uw systeem.
Het gecertificeerde stuurprogramma wordt op de startpagina van Samsung Monitor ge-
plaatst.
6. Klik op 'Update Driver...' (Stuurprogramma bijwerken...) op het tabblad 'Driver' (Stuur-
programma).
7. Selecteer het vakje 'Browse my computer for driver software' (Op mijn computer naar
stuurprogramma's zoeken) en klik op 'Let me pick from a list of device drivers on my
computer' (Ik wil kiezen uit een lijst met apparaatstuurprogramma's op mijn computer).
Software gebruiken
37
8. Klik op 'Have Disk...' (Bladeren…) en selecteer de map (bijvoorbeeld D:\Drive) waar het
installatiebestand van het stuurprogramma staat. Klik op 'OK'.
9. Selecteer uit de lijst met monitoren het model dat overeenkomt met uw monitor en klik
op 'Next' (Volgende).
10. Klik in de volgende schermen achtereenvolgens op 'Close' (Sluiten) 'Close' (Sluiten)
'OK' 'OK'.
Software gebruiken
38
Microsoft
®
Windows
®
XP besturingssysteem
1. Plaats de cd in het CD-ROM‐station.
2. Klik op 'Start' 'Control Panel' (Configuratiescherm) en klik vervolgens op het pictogram
'Appearance and Themes' (Vormgeving en thema's).
3. Klik op het pictogram 'Display' (Beeldscherm), selecteer de tab 'Settings' (Instellingen)
en klik op 'Advanced...' (Geavanceerd...).
4. Klik op de knop 'Properties' (Eigenschappen) op het tabblad 'Monitor' (Beeldscherm) en
selecteer de tab 'Driver' (Stuurprogramma).
Software gebruiken
39
5. Klik op 'Update Driver...' (Stuurprogramma bijwerken), selecteer 'Install from a list
or...' (Installeren uit een lijst of...) en klik op de knop 'Next' (Volgende).
6. Selecteer'Don't search, I will...' (Niet zoeken, ik wil...), klik op 'Next' (Volgende) en ver-
volgens op 'Have disk' (Bladeren).
7. Klik op de knop 'Browse' (Bladeren), selecteer A:(D:\Driver) en selecteer het model van
uw monitor in de lijst. Klik vervolgens op de knop 'Next' (Volgende).
8. Als u het volgende scherm ziet, klikt u op de knop 'Continue Anyway' (Toch doorgaan).
Klik vervolgens op 'OK'.
Software gebruiken
40
Opmerking
Dit monitor driver is gecertificeerd onder het MS‐logo. De installatie veroorzaakt geen
beschadigingen in uw systeem.
Het gecertificeerde stuurprogramma wordt op de startpagina van Samsung Monitor ge-
plaatst.
http://www.samsung.com/
9. Klik op de knop 'Close' (Sluiten) en vervolgens op 'OK'.
10. De installatie van het stuurprogramma voor de monitor is nu voltooid.
Microsoft
®
Windows
®
2000 besturingssysteem
Als het bericht 'Digital Signature Not Found (Digitale handtekening niet gevonden)' op het
scherm wordt weergegeven, volgt u de onderstaande instructies.
1. Klik op de knop 'OK' in het scherm 'Insert disk' (Schijf plaatsen).
2. Klik op de knop 'Browse' (Bladeren) in het scherm 'File Needed' (Bestand nodig).
3. Selecteer A:(D:\Driver), klik op 'Open' (Openen) en klik vervolgens op 'OK'.
Installeren
1. Klik op 'Start', 'Setting' (Instelling), 'Control Panel' (Configuratiescherm).
Software gebruiken
41
2. Dubbelklik op het pictogram 'Display' (Beeldscherm).
3. Selecteer het tabblad 'Settings' (Instellingen) en klik op de knop 'Advanced Proper-
ties' (Geavanceerd).
4. Selecteer 'Monitor'.
Scenario 1: Als de knop 'Properties' (Eigenschappen) niet actief is, is uw monitor correct
geconfigureerd. Beëindig de installatie.
Scenario 2: Als de knop 'Properties' (Eigenschappen) actief is, klik u op de knop 'Pro-
perties' (Eigenschappen)' en volgt u de onderstaande instructies.
5. Klik op 'Driver' (Stuurprogramma) en vervolgens op 'Update Driver...' (Stuurprogramma
bijwerken) en op 'Next' (Volgende).
6. Selecteer 'Display a list of the known drivers for this device so that I can choose a specific
driver' (Een lijst van bekende stuurprogramma's voor dit apparaat weergeven waaruit ik
kan kiezen) en klik vervolgens op 'Next' (Volgende) en 'Have disk' (Bladeren).
7. Klik op de knop 'Browse' (Bladeren) en selecteer A:(D:\Driver).
8. Klik op de knop 'Open' (Openen) en vervolgens op 'OK'.
9. Selecteer het model van uw monitor en klik op 'Next' (Volgende) en nogmaals op
'Next' (Volgende).
10. Klik op 'Finish' (Voltooien) en vervolgens op 'Close' (Sluiten).
Als het bericht 'Digital Signature Not Found' (Digitale handtekening niet gevonden) wordt
weergegeven, klikt u op 'Yes' (Ja). Klik op 'Finish' (Voltooien) en vervolgens op 'Clo-
se' (Sluiten).
Microsoft
®
Windows
®
Millennium besturingssysteem
1. Klik op 'Start', 'Setting' (Instelling), 'Control Panel' (Configuratiescherm).
2. Dubbelklik op het pictogram 'Display' (Beeldscherm).
3. Selecteer het tabblad 'Settings' (Instellingen) en klik op de knop 'Advanced Proper-
ties' (Geavanceerd).
4. Select het tabblad 'Monitor' (Beeldscherm).
5. Klik op de knop 'Change' (Wijzigen) in het gedeelte 'Monitor Type' (Type monitor).
6. Kies 'Specify the location of the driver' (Geef de locatie van het stuurprogramma op).
7. Kies 'Display a list of all the drivers in a specific location...' (Een lijst weergeven van alle
stuurprogramma’s op een bepaalde locatie) en klik op 'Next' (Volgende).
8. Klik op 'Have Disk' (Bladeren).
9. Typ A:\(D:\driver) en klik op 'OK'.
10. Selecteer 'Show all devices' (Alle apparaten tonen), selecteer de monitor die u hebt
aangesloten op uw computer en klik op 'OK'.
11. Ga verder door op 'Close' (Sluiten) en 'OK' te klikken tot het dialoogvenster Display
Properties (Beeldschermeigenschappen) wordt gesloten.
Microsoft
®
Windows
®
NT besturingssysteem
Software gebruiken
42
1. Klik op 'Start', 'Settings' (Instellingen), 'Control Panel' (Configuratiescherm) en dubbelklik
op het pictogram 'Display' (Beeldscherm).
2. Klik in het scherm Display Registration Information (Registratiegegevens beeldscherm)
op de tab Settings (Instellingen) en klik vervolgens op'All Display Modes' (Alle weerga-
vemodi).
3. Selecteer de gewenste modus (Resolution (Resolutie), Number of colors (Aantal kleu-
ren) en Vertical frequency (Verticale frequentie)) en klik op 'OK''.
4. Klik op 'Apply' (Toepassen) als het scherm normaal werkt nadat u op 'Test' geklikt hebt.
Als het scherm geen normaal beeld vertoont, kiest u een andere modus (geringere res-
olutie, kleuren of frequentie).
Opmerking
Als er onder All Display Modes (Alle weergavemodi) geen modus wordt weergegeven, se-
lecteert u de resolutie en de verticale frequentie door het gedeelte Voorinstelbare timingmodi
in de gebruikershandleiding te raadplegen.
Linux besturingssysteem
Voor het uitvoeren van X-Window moet u een X86Config‐bestand maken, een bepaald sys-
teeminstellingenbestand.
1. Druk op 'Enter' in het eerste en tweede scherm nadat u het X86Config‐bestand hebt
uitgevoerd.
2. Het derde scherm is voor de muis.
3. Hier stelt u een muis in voor uw computer.
4. Het volgende scherm is voor het toetsenbord.
5. Hier stelt u een toetsenbord in voor uw computer.
6. Het volgende scherm is voor de monitor.
7. Stel eerst een horizontale frequentie in voor de monitor (deze kunt u rechtstreeks in-
voeren).
8. Vervolgens stelt u een verticale frequentie voor de monitor in (deze kunt u rechtstreeks
invoeren).
9. Voer de modelnaam van uw monitor in. Deze gegevens hebben geen invloed op de
uitvoering van X-Window.
10. U bent nu klaar met het instellen van de monitor. Voer X-Window uit nadat u de andere
benodigde hardware hebt geïnstalleerd.
Software gebruiken
43
MDC (Multi-Display Channel)
Installatie
1. Plaats de installatie‐cd in het CD-ROM‐station.
2. Klik op het installatiebestand van MDC.
Opmerking
Als het popupvenster voor het installeren van de software voor het hoofdscherm niet
verschijnt, kunt u de installatie uitvoeren met het uitvoerbare bestand van MDC op de
cd.
3. Als het Installation Shield Wizard‐scherm wordt weergegeven, klikt u op 'Next' (Vol-
gende).
4. Selecteer 'I agree to the terms of the license agreement' (Ik accepteer de voorwaarden
van de licentieovereenkomst) om de gebruiksvoorwaarden te accepteren.
5. Klik op 'Install' (Installeren).
6. Het venster 'Installation Status' (Status installatie) wordt weergegeven.
7. Klik op 'Finish' (Voltooien).
8. Als de installatie voltooid is, wordt het pictogram MDC op uw bureaublad weergegeven.
Dubbelklik op het pictogram om het programma te starten.
Het pictogram MDC wordt mogelijk niet weergegeven, afhankelijk van de specifi-
caties van het computersysteem of de monitor. Druk in dit geval op de toets F5.
Problemen bij de installatie
De installatie van MDC kan worden beïnvloed door bijvoorbeeld de videokaart, het moeder-
bord en de netwerkomgeving.
Verwijderen
U kunt het programma MDC alleen verwijderen met behulp van de optie 'Add or Remove
Programs" (Software) in het Windows
®
configuratiescherm.
Ga als volgt te werk om MDC te verwijderen.
Selecteer 'Setting/Control Pane' (Instellingen/Configuratiescherm) in het menu 'Start' en dub-
belklik op 'Add/Delete a program' (Programma toevoegen/verwijderen)'.
Selecteer MDC in de lijst en klik op de knop 'Add/Delete' (Toevoegen/Verwijderen).
Software gebruiken
44
MDC gebruiken
Software gebruiken
45
Inleiding
Multiple Display Control (MDC) is een toepassing waarmee verschillende beeldschermen gemakkelijk en tegelijk op
een pc kunnen worden gebruikt. RS-232C, een standaard voor seriële communicatie, wordt gebruikt voor de
communicatie tussen een computer en een beeldscherm. Daarom moet er een seriële kabel verbonden worden
met de seriële poort van uw computer en de seriële poort van het beeldscherm.
Begin - Hoofdscherm
Klik op Start > Pro
g
ram > Samsun
g
> MDC System, om het pro
g
ramma te starten.
Selecteer een apparaat, om het volume van het
g
eselecteerde apparaat in de schuifbalk te kunnen zien.
Hoofdpictogrammen Selectieknop
Remocon Overzicht
Safety Lock Selectie beeldscherm
Poortselectie Bedieningsgereedschappen
1. Gebruik de hoofdpictogrammen om over te schakelen naar ieder beeldscherm.
2. Met deze optie kunt u de signaalontvangst van de afstandsbediening van de betreffende beeldschermeenheid in- en
uitschakelen.
3. Stelt de slotfunctie in.
Wanneer u de slotfunctie instelt, kunt u de knoppen power <aan/uit> en lock <slot> alleen op de
afstandsbediening en op de set gebruiken.
4. U kunt de instelling voor de seriële poort van de pc wijzigen. De oorspronkelijke waarde is COM1.
5. Klik op Alles selecteren of Wissen, om alle beeldschermen te wissen of te selecteren.
6. In het overzicht vindt u beknopte informatie over het geselecteerde beeldscherm.
7. Selecteer in Display Selection (Weergaveselectie) een weergave.
8. Maak gebruik van de bedieningsgereedschappen om de beeldschermen te bedienen.
<Opmerking> De in- en uitschakelfunctie van de afstandsbediening werkt onafhankelijk van het feit of het
apparaat wel of niet aanstaat. Dit is van toepassing op alle aangesloten beeldschermen die
aangesloten zijn op schermen die wederom aangesloten zijn op de MDC. Echter ongeacht de
status op het moment dat de MDC uitgezet wordt, zal de signaalontvangstfunctie van de
afstandsbediening van alle beeldschermen geactiveerd worden als de MDC wordt afgesloten.
Port Selection
1. De Meervoudige Display Control wordt oorspronkelijk ingesteld op COM1.
2. Als u een andere poort dan COM1 gebruikt, kunt u COM1 tot en met COM4 selecteren in het menu Port selection.
3. Als de exacte poortnaam die op de monitor met een seriële kabel is aangesloten, niet is geselecteerd, is
communicatie niet mogelijk.
4. De geselecteerde poort is in het programma opgeslagen en wordt ook voor het volgende programma gebruikt.
Power Control
1. Klik in de hoofdpictogrammen op de optie Power Control. Naar aanleiding hiervan verschijnt het venster Power
Control.
In het overzicht treft u basisinformatie aan die noodzakelijk is voor Power Control.
1) (Power Status (resterend vermogen))
2) Input
3) Image Size
4) On Timer
5) Off Timer
2. Gebruik de knop Alles selecteren of het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt bedienen.
Met de optie Power Control kunt u sommige functies bedienen van het geselecteerde beeldscherm.
1) Power On/Off
- Schakelt het
g
eselecteerde beeldscherm Aan/Uit.
2) Volume
- Controleert het volumeniveau van het geselecteerde scherm.
Het ontvangt de volumewaarde van het geselecteerde beeldscherm en geeft dit weer in de schuifbalk.
(Als u een selectie annuleert of de optie Alles selecteren selecteert, zal de waarde de standaardwaarde 10
aannemen)
3)
Mute On/Off (Mute Aan/Uit)
- Schakelt de Mute van het geselecteerde beeldscherm Aan/Uit.
Als het geselecteerde apparaat al is ingesteld op MUTE en u één voor één een apparaat selecteert, moet u het
scherm MUTE markeren.
(Als u de selecties ongedaan maakt of de optie Alles selecteren selecteert, zullen de standaardinstellingen
aangenomen worden.)
De Power Control is van toepassing op alle beeldschermen.
De Volume- en Mute-functies zijn alleen beschikbaar voor schermen die AANSTAAN.
Input Source
1. Als u in de hoofdpictogrammen op de optie (Input Source)Ingangsbron klikt, verschijnt het scherm waarin u de
ingangsbron kunt instellen.
Klik op de optie Alles selecteren of maak gebruik van het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt
bedienen.
• TV Mode
• PC Mode
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor de Input Source Control.
1) PC
- Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in PC.
2) BNC
- Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in BNC.
3) DVI
- Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in DVI.
4) TV
- Verandert de in
g
an
g
sbron van het
g
eselecteerde display in TV.
5) DTV
- Verandert de in
g
an
g
sbron van het
g
eselecteerde display in DTV.
6) AV
- Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in AV.
7) S-Video
- Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in S-Video.
8) Component
- Verandert de in
an
sbron van het
eselecteerde display in Component.
9) MagicInfo
- Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
10) HDMI
- Verandert de in
g
an
g
sbron van het
g
eselecteerde display in HDMI.
11) Channel
- De pijl voor het kanaal verschijnt wanneer de tv als Input Source (invoerbron) is ingesteld.
De tv kan alleen als bron worden geselecteerd bij producten met een tv en het besturen van kanalen is
alleen toegestaan wanneer de invoerbron de tv is.
De Input Source Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Image Size
PC, BNC, DVI
1. Als u in de hoofdpictogrammen op de optie Beeldformaat klikt, verschijnt het scherm waarin u het beeldformaat kunt
instellen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het beeldformaat.
1)
(Power Status (resterend vermogen))
- Geeft aan of het huidige beeldscherm in of uitgeschakeld is.
2) Image Size
- Geeft aan of het huidige Image Size in of uitgeschakeld is.
3) Input
- Het overzicht geeft alleen de beeldschermen weer, waarvan de ingangsbron PC, BNC, DVI is.
4) PC Source
- PC Source (pc-bron) is het eerste tabblad aan de linkerzijde wanneer u op het tabblad Image Source (beeldbron)
klikt.
- De knop Beeldformaat instellen, regelt het beeldformaat dat beschikbaar is voor PC, BNC, DVI.
5) Video Source
- Klik op het tabblad Video Source (videobron) om de beeldgrootte voor de respectieve invoerbron te beheren.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
De optie Beeldformaat instellen is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Image Size
TV, AV, S-Video, Component, DVI(HDCP), HDMI, DTV.
1. Als u in de hoofdpictogrammen op de optie Beeldformaat klikt, verschijnt het scherm waarin u het beeldformaat kunt
instellen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het beeldformaat.
1) Klik op het tabblad Video Source (videobron) om de beeldgrootte aan te passen voor TV, AV, S-Video, Component,
HDMI, DTV.
Klik op de optie Alles selecteren of maak gebruik van het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt
bedienen.
2) Het overzicht geeft alleen het beeldscherm weer waarvan Video TV, AV, S-VIDEO, Component, HDMI en DTV de
ingangsbron is.
3) Met deze optie schakelt u willekeurig het beeldformaat van het geselecteerde beeldscherm in.
Opmerking: Auto Wide, Zoom1 en Zoom2 kunnen niet worden geselecteerd wanneer het
ingangssignaaltype voor Component en DVI (HDCP) 720p of 1080i is.
4) De schermmodi kunnen alleen worden gewijzigd wanneer een TV (alleen PAL) is aangesloten en de Image Size
(afbeeldingsgrootte) is ingesteld als Auto Wide (automatisch breed).
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
De optie Beeldformaat instellen is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Time
1. Klik in de hoofdpictogrammen op de optie Time Control (Tijdcontrole). Naar aanleiding hiervan verschijnt het venster
Tijdcontrole.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Tijdcontrole.
1) Current Time
- Stel de huidige tijd in voor het geselecteerde beeldscherm (PC-tijd)
- U moet eerst de PC-tijd veranderen, voordat u de huidige tijd kunt veranderen.
2) On Time Setup
- Stelt de uren, minuten, AM/PM en het volume van het
g
eselecteerde beeldscherm in op de
g
ewenste startti
j
d.
3) Off Time Setup
- Stelt de uren, minuten en AM/PM in op de
g
ewenste eindti
j
d van het
g
eselecteerde beeldscherm.
4) Geeft de instellingen van On Timer (Timer Aan) weer.
5) Geeft de instellingen van Off Timer (Timer Uit) weer.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
De Tijdcontrole is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Bij de On Time Setup (instellingen voor inschakelingsduur), werkt TV Source (tv-bron) alleen voor een
tv-model.
Bij de On Time Setup (instellingen voor inschakelingsduur), werkt MagicInfo Source (MagicInfo-bron)
alleen voor een MagicInfo-model.
PIP
PIP Size
1. Klik in de hoofdpictogrammen op PIP en vervolgens zal het scherm PIP instellen op uw beeldscherm verschijnen.
Klik op de optie Alles selecteren of maak gebruik van het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt
bedienen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het PIP-formaat.
1) PIP Size
- Geeft het huidige PIP-formaat aan van het beeldsherm dat u momenteel gebruikt.
2) OFF
- Schakelt de PIP uit van het geselecteerde display.
3) Large
- Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Large.
4) Small
- Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Small.
5) Double1
- Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Double 1.
6) Double 2
- Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Double 2.
7) Double 3 (Dubbel 3) (beeld per beeld)
– Schakelt de functie PBP (picture by picture) van de geselecteerde weergave in en wijzigt het formaat naar Dubbel
3.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
U kunt het PIP-formaat instellen, zodra u de monitor heeft ingeschakeld.
PIP
PIP Source
1. Klik in de hoofdpictogrammen op PIP en vervolgens zal het scherm PIP instellen op uw beeldscherm verschijnen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het PIP-bron.
1) PIP Source
- U kunt de PIP-bron instellen, zodra u de monitor heeft ingeschakeld.
2) PC
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in PC.
3) BNC
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in BNC.
4) DVI
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in DVI.
5) AV
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in AV.
6) S-Video
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in S-Video.
7) Component
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in Component.
8) HDMI
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in HDMI.
Opmerking: Sommige PIP-bronnen kunnen wellicht niet worden geselecteerd.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Dit is afhankelijk van het ingangsbrontype van het hoofdscherm.
Settings
Picture
1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm
verschijnen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control.
Als iedere functie geselecteerd is, wordt de ingestelde waarde van de geselecteerde functie weergeven op de
schuifbalk. Als u de optie Alles selecteren geselecteerd heeft, verandert de waarde weer in de standaardwaarde 50.
Wanneer u een waarde op dit scherm wijzigt, wordt de modus automatisch gewijzigd in "CUSTOM".
1) Picture
- Alleen beschikbaar voor TV, AV, S-Video, Component, HDMI, DTV.
2) Contrast
- Met deze optie kunt het Contrast instellen van het
g
eselecteerde scherm.
3) Brightness
- Met deze optie kunt de Helderheid instellen van het geselecteerde scherm.
4) Sharpness
- Met deze optie kunt de Scherpte instellen van het
g
eselecteerde beeldscherm.
5) Color
- Met deze optie kunt de Kleur instellen van het
g
eselecteerde beeldscherm.
6)
Tint
- Met deze optie kunt de Kleur instellen van het geselecteerde beeldscherm.
7) Color Tone
-Wi
j
zi
g
t de kleurtoon voor de
g
eselecteerde display.
8) Color Temp
- Pas de Color Temp aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
9) Brightness Sensor
-Pas de Bri
g
htness Sensor aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
10) Dynamic Contrast
- Pas de Dynamic Contrast aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
Deze optie is alleen beschikbaar voor de weergaven met stroomstatus AAN, en indien er geen selectie
is gemaakt, wordt de fabrieksinstelling weergegeven.
Settings
Picture PC
1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm
verschijnen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control. Nadat elke functie is geselecteerd,
wordt de ingestelde waarde voor de geselecteerde functie weergegeven in de schuifbalk. Wanneer de selectie is
gemaakt, zal elke functie de waarde van de instelling ophalen en weergeven in de schuifbalk. Als u de optie Alles
selecteren geselecteerd heeft, verandert de waarde weer in de standaardwaarde 50. Wanneer u een waarde op dit
scherm wijzigt, wordt de modus automatisch gewijzigd in "CUSTOM".
1) Picture PC
- Alleen beschikbaar voor PC, BNC, DVI.
2) Contrast
- Met deze optie kunt het Contrast instellen van het
g
eselecteerde scherm.
3) Brightness
- Met deze optie kunt de Helderheid instellen van het
g
eselecteerde scherm.
4) Red
- De kleurtemperatuur van het
g
eselecteerde beeldscherm instellen.(Red)
5) Green
- De kleurtemperatuur van het
g
eselecteerde beeldscherm instellen.(Green)
6) Blue
- De kleurtemperatuur van het
g
eselecteerde beeldscherm instellen.(Blue)
7) Color Tone
-Ad
j
usts the Color Tone for the selected display.
8) Color Temp
- Pas de Color Temp aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
9) Brightness Sensor
-Pas de Bri
g
htness Sensor aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
10) Dynamic Contrast
- Pas de Dynamic Contrast aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off.
Deze optie is alleen beschikbaar voor de weergaven met stroomstatus AAN, en indien er geen selectie
is gemaakt, wordt de fabrieksinstelling weergegeven.
Settings
Audio
1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm
verschijnen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control. Nadat elke functie is geselecteerd,
wordt de ingestelde waarde voor de geselecteerde functie weergegeven in de schuifbalk. Wanneer de selectie is
gemaakt, zal elke functie de waarde van de instelling ophalen en weergeven in de schuifbalk. Als u de optie Alles
selecteren geselecteerd heeft, verandert de waarde weer in de standaardwaarde 50. Wanneer u een waarde op dit
scherm wijzigt, wordt de modus automatisch gewijzigd in "CUSTOM".
1) Audio
- Bediening van de audio-instellingen van alle ingangsbronnen.
2) Bass
-Ad
j
usts Bass of the selected display.
3) Treble
- Met deze optie kunt u de Treble instellen van het
g
eselecteerde scherm.
4) Balance
- Met deze optie kunt u de Balance instellen van het
g
eselecteerde scherm.
5) SRS TSXT
- SRS TSXT Sound On/Off.
6) Sound Select
- Als de PIP-functie geactiveerd is, kunt u alleen kiezen tussen hoofd- of subscherm (main of sub).
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
Deze optie is alleen beschikbaar voor de weergaven met stroomstatus AAN, en indien er geen selectie
is gemaakt, wordt de fabrieksinstelling weergegeven.
Settings
Image Lock
1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm
verschijnen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control.
1) Image Lock
- Alleen beschikbaar voor PC, BNC.
2) Coarse
- Met deze optie kunt u de Coarse instellen van het geselecteerde beeldscherm.
3) Fine
- Met deze optie kunt u de Fine instellen van het geselecteerde beeldscherm.
4) Position
- Met deze optie kunt u de positie instellen van het
g
eselecteerde beeldscherm.
5) Auto Adjustment
- Als u zelf het binnenkomende signaal wilt aanpassen.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
Indstillinger er kun tilgængelige for skærme, der er slået til (ON).
Maintenance
Lamp Control
1. Klik op het pictogram "Maintenance" in de kolom Main Icon om het scherm Maintenance weer te geven.
Op het informatieraster ziet u een aantal basisgegevens verschijnen.
1) Maintenance
- Hiermee is de functie Maintenance Control mo
g
eli
j
k voor alle in
g
an
g
sbronnen.
2) Auto Lamp Control
- Regelt automatisch de achtergrondverlichting van de geselecteerde display op een specifieke tijd.
De Manual Lamp Control (handmatige lampbediening) wordt automatisch uitgeschakeld als u overschakelt naar de
Auto Lamp Control (automatische lampbediening).
3) Manual Lamp Control
- Hiermee kunt u de achtergrondverlicht van de geselecteerde display regelen, ongeacht het tijdstip.
De functie Auto Lamp Control wordt automatisch uit
g
eschakeld als u de functie Manual Lamp Control re
g
elt.
De functie Maintenance Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
Maintenance
Scroll
1. Klik op het pictogram "Maintenance" in de kolom Main Icon om het scherm Maintenance weer te geven.
1) Scroll
- Met deze functie kunt u ingebrande beelden verwijderen die voorkomen wanneer een stilstaand beeld lange tijd
op het geselecteerde scherm wordt weergegeven.
2) Pixel Shift
- Hiermee kan het scherm precies worden verplaatst op de opgegeven tijdsinterval.
3) Safety Screen
- De functie Safety Screen (Veiligheidsscherm) wordt gebruikt om ingebrande beelden te voorkomen bij het
langdurig weergeven van een stilstaande afbeelding. Interval (interval) wordt gebruikt om de herhalingscyclus
in uren in te stellen. Time (tijd) wordt gebruikt om het tijdstip in te stellen wanneer de functie Safety Screen
(veiligheidsscherm) moet worden uitgevoerd.
U kunt Type (type) instellen als Scroll (verschuiven), Pixel (pixel), Bar (balk), Eraser (wisser), All White (alles
wit) of Pattern (patroon).
4) Safety Screen2
- Deze functie word gebruikt om ingebrande beelden te voorkomen. Er zijn vijf (5) types die u met deze functie kunt
selecteren en beheren.
By het type Scroll (verschuiven) kunt u Time (tijd) instellen als 1, 2, 3, 4 of 5. De tijd kan bij Bar (balk)
en Eraser (wisser) worden in
g
esteld als 10, 20, 30, 40 of 50. Bi
j
de types All White (alles wit) en Pattern
(patroon) kan de tijd worden ingesteld als 20 of 30.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
De functie Maintenance Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Maintenance
Video Wall
1. Klik op het pictogram "Maintenance" in de kolom Main Icon om het scherm Maintenance weer te geven.
1) Video Wall
- Een videomuur is een aantal videoschermen die met elkaar zijn verbonden, zodat op ieder scherm een gedeelte
van het geheel wordt weergegeven of zodat op ieder scherm het beeld wordt herhaald.
2) Video Wall (Screen divider)
- De videomuur kan op verschillende manieren worden ingedeeld.
U kunt gebruikmaken van verschillende schermen en deze op verschillende manieren indelen.
z Selecteer een modus in Screen divider (Schermindeling).
z Selecteer in Display Selection (Weergaveselectie) een weergave.
z U kunt de plaats selecteren door in de geselecteerde modus op een nummer te drukken.
z Het MDC-programma dat Samsung levert ondersteunt maximaal 5x5 LCD-schermen.
3) On / Off
- U kunt de plaats selecteren door in de
g
eselecteerde modus op een nummer te drukken.
4)
Format
-De indelin
g
kan worden
g
eselecteerd om het scherm te splitsen.
z Full
z Natural
U mag deze functie niet gebruiken in MagicInfo.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
De functie Maintenance Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Problemen oplossen
1. Het beeldscherm dat u wilt bedienen, verschijnt niet in het overzicht
- Controleer de verbinding van RS232C. (Controleer of deze goed aangesloten is op de Com1 poort)
- Controleer of andere aangesloten schermen dezelfde ID hebben. Als meer beeldschermen dezelfde ID hebben,
worden deze schermen niet goed waargenomen door het programma. De oorzaak hiervan is een gegevensconflict.
- Controleer of de ID van het beeldscherm tussen een waarde van 0 en 25 ligt. (Instellen via het beeldschermmenu)
Opmerking: Het ID van het beeldscherm moet een waarde hebben tussen de 0 en de 25.
Als deze waarde buiten dit bereik ligt, kan het MDC-systeem het beeldscherm niet bedienen.
2. Het beeldscherm dat u wilt bedienen, verschijnt niet in de andere bedieningsoverzichten.
- Controleer of het scherm AANSTAAT. (Dit kunt u controleren in het overzicht van Power Control)
- Controleer of u de ingangsbron van het beeldscherm kunt veranderen.
3. Het dialoogvenster verschijnt regelmatig.
- Controleer of het beeldscherm dat u wilt bedienen geselecteerd is.
4. Zowel de On Timer als Off Timer is ingesteld, maar er wordt een andere tijd aangegeven.
- Gebruik de huidige tijd om de klok van het beeldscherm te synchroniseren.
5. Het kan zijn dat de afstandsbediening niet goed functioneert, door het uitschakelen van de
afstandsbedieningsfunctie. Haal de RS-232C kabel eruit of sluit het programma af. Start het programma opnieuw op
en schakel de afstandsbedieningsfunctie opnieuw in om de normale functies herstellen.
<Opmerking> Het kan zijn dat dit programma niet werkt door communicatieproblemen of door interferentie van
elektronische apparaten die in de buurt staan.
Settings Value Display (Instellingen waardescherm) in de Multiple
Display (multi-schermmodus)
Als u meer dan vier beeldschermen heeft aangesloten, worden waarden van de instellingen als volgt weergegeven.
1. Geen selectie: Geeft de standaard fabrieksinstellingen weer.
2. Eén beeldscherm geselecteerd: geeft de instellingen van de waarde aan van het geselecteerde beeldscherm.
3. Een beeldscherm is geselecteerd (ID1) en een andere beeldscherm (ID3) : Het programma gaf eerst de instellingen
van de waarde van ID1 weer en de waarde van ID3.
4. Alle apparaten selecteren via de optie Alles selecteren: alle waarden zullen worden ingesteld op de standaard
fabrieksinstellingen.
Het LCD‐scherm aanpassen
Input
Beschikbare modi
PC / DVI / BNC
AV
Component
HDMI
MagicInfo
Opmerking
MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model.
Source List
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee kunt u PC, DVI of een andere externe ingangsbron die op het LCD‐scherm is aan-
gesloten, selecteren. Gebruiken voor het selecteren van het scherm van uw keuze.
1. PC
2. DVI
3. AV
4. Component
5. HDMI
6. MagicInfo
7. BNC
PIP
Opmerking
Beschikbare modi PIP ON
46
Als een extern AV‐apparaat op het LCD‐scherm is aangesloten, zoals een videorecorder of
DVD, maakt de functie PIP het mogelijk het beeld van deze apparaten te bekijken in een klein
venster dat bovenop het videosignaal van de PC wordt weergegeven. (Off/On)
MENU ENTER ENTER
Opmerking
Als u , , kiest in Size, worden Position enTransparency niet geactiveerd.
PIP
MENU ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Het PIP‐scherm instellen op Off/On.
Off
On
Source
MENU ENTER
ENTER ENTER
, ENTER
Selecteert de ingangsbron voor de PIP‐functie.
PC: DVI / AV / HDMI
BNC : DVI / AV / HDMI
DVI / AV : PC / BNC
Component : PC
HDMI : PC / BNC
Swap
MENU ENTER
ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
47
Hiermee wordt de inhoud van de PIP‐afbeelding en de hoofdafbeelding gewisseld.
De afbeelding in het PIP‐venster verschijnt nu in het hoofdvenster, en de hoofdvensteraf-
beelding verschijnt nu in het PIP‐venster.
Size
MENU ENTER
ENTER ENTER
, ENTER
Wijzigt de grootte van het PIP‐scherm.
Position
MENU ENTER
ENTER ENTER
, ENTER
Wijzigt de positie van het PIP‐scherm.
Transparency
MENU ENTER
ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
48
, ENTER
Past de transparantie van het PIP‐scherm aan.
High
Medium
Low
Opaque
Opmerking
De functie PIP schakelt uit als het LCD‐scherm naar een externe bron wordt overgezet.
PC en DVI worden uitgeschakeld als de kabel wordt losgekoppeld.
Edit Name
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Geef het invoerapparaat dat op de ingangsaansluitingen is aangesloten een naam voor een
eenvoudige selectie van de ingangsbron.
VCR / DVD / Cable STB / HD STB / Satellite STB / AV Receiver / DVD Receiver / Game /
Camcorder / DVD Combo / DHR / PC / DVI Device
Opmerking
De weergegeven apparaten variëren, afhankelijk van de externe invoermodus.
Stel bij aansluiting van een pc op de HDMI‐ of DVI‐ingang de optie Edit Name in op PC.
Stel in andere gevallen Edit Name in op AV. Aangezien echter 640x480, 720P (1280x720)
en 1080p (1920x1080) veelvoorkomende signalen voor AV en PC zijn, is het verstandig
om te controleren of de optie Edit Name met het invoersignaal overeenstemt.
Het menu Picture kan verschillen, afhankelijk van het invoersignaal en van de optie Edit
Name.
Het LCD‐scherm aanpassen
49
Picture [PC / DVI / BNC / MagicInfo modus]
Beschikbare modi
PC / DVI / BNC
AV
Component
HDMI
MagicInfo
Opmerking
MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model.
MagicBright
MENU ENTER ENTER
, ENTER
MagicBright is een functie voor een optimale kijkomgeving, afhankelijk van het materiaal dat
u bekijkt. Op dit moment zijn er vier verschillende modi beschikbaar: Entertain, Internet,
Text en Custom. Elke modus heeft zijn eigen vooraf ingestelde helderheidswaarde.
Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On.
1. Entertain
Hoge helderheid
Voor het bekijken van bewegende beelden, bijvoorbeeld op een dvd‐speler of videore-
corder.
2. Internet
Gemiddelde helderheid
Voor combinaties van tekst en afbeeldingen.
3. Text
Normale helderheid
Voor documenten en werk met veel tekst.
4. Custom
Het LCD‐scherm aanpassen
50
De waarden zijn met zorg gekozen door onze technici, maar afhankelijk van uw voor-
keuren is het mogelijk dat u de vooringestelde waarden niet prettig voor uw ogen vindt.
Pas in dat geval de helderheid en het contrast aan via het schermmenu.
Custom
U kunt in de schermmenu's uw persoonlijke voorkeuren instellen voor het contrast en de
helderheid.
MENU ENTER ENTER
Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On.
Opmerking
Als u het beeld instelt met de functie Custom, wordt de modus MagicBright gewijzigd in de
modus Custom.
Contrast
MENU
ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee wordt het contrast aangepast.
Brightness
MENU
ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee wordt de helderheid aangepast.
Sharpness
MENU
ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee wordt de scherpte aangepast.
Color Tone
MENU ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
51
, ENTER
U kunt de kleurtinten aanpassen.
Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On.
1. Off
2. Cool
3. Normal
4. Warm
5. Custom
Opmerking
Als u de Color Tone instelt op Cool, Normal, Warm of Custom, wordt de functie Color
Temp uitgeschakeld.
Als u de Color Tone instelt op Off, wordt de functie Color Control uitgeschakeld.
Color Control
Hiermee wordt de kleurbalans voor de kleuren rood, groen en blauw aangepast.
MENU ENTER ENTER
Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On.
Opmerking
Als u het beeld aanpast met de functie Color Control, wordt de modus Color Tone gewisseld
naar de modus Custom.
Red
MENU ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Green
MENU
ENTER ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
52
, ENTER
Blue
MENU ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Color Temp.
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Color Temp is een maatstaf voor de 'warmte' van de beeldkleuren.
Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On.
Opmerking
Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off.
Image Lock
Image Lock (Beeldvergrendeling) om het beeld fijn af te stemmen en het beste beeld te
verkrijgen door het verwijderen van ruis dat onstabiele beelden met trillingen en flikkeringen
veroorzaakt. Als er geen bevredigende resultaten worden bereikt met de optie Fine (Fijn),
kunt u eerst de optie Coarse (Grof) gebruiken en vervolgens opnieuw de optie Fine.
(Alleen beschikbaar in de modus PC)
MENU ENTER ENTER
Coarse
MENU ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Hiermee worden storende elementen zoals verticale strepen verwijderd. Grof bijstellen kan
het weergavegebied van het scherm verplaatsen. U kunt het weer in het midden plaatsen
met gebruik van het horizontale controlemenu.
Fine
MENU ENTER ENTER
ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
53
, ENTER
Hiermee worden storende elementen zoals horizontale strepen verwijderd. Als er nog steeds
ruis is, zelfs na de fijnafstelling, probeert het nogmaals, maar dan nadat u de frequentie
(kloksnelheid) aangepast hebt.
Position
MENU ENTER ENTER
ENTER
, , , ENTER
Hiermee kunt u de plaats van het scherm horizontaal en verticaal aanpassen.
Auto Adjustment
MENU ENTER ENTER
De waarden voor Fine, Coarse en Position worden automatisch aangepast. Wanneer de
resolutie wordt gewijzigd via het configuratiescherm, wordt de automatische functie uitge-
voerd.
(Alleen beschikbaar in de modus PC)
Signal Balance
Hiermee kunt u een zwak RGB‐signaal dat wordt verzonden via een lange signaalkabel
compenseren.
MENU ENTER ENTER
(Alleen beschikbaar in de modus PC)
Signal Balance
MENU ENTER ENTER
ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
54
, ENTER
U kunt On of Off selecteren met de signaalbesturing.
Signal Control
MENU
ENTER ENTER
ENTER
1. R‐Gain
MENU ENTER ENTER
ENTER ENTER
, ENTER
2. G‐Gain
MENU ENTER ENTER
ENTER ENTER
, ENTER
3. B‐Gain
MENU ENTER ENTER
ENTER ENTER
, ENTER
4. R‐Offset
MENU ENTER ENTER
ENTER ENTER
, ENTER
5. G‐Offset
Het LCD‐scherm aanpassen
55
MENU ENTER ENTER
ENTER ENTER
, ENTER
6. B‐Offset
MENU ENTER ENTER
ENTER ENTER
, ENTER
Size
MENU ENTER ENTER
, ENTER
De Size kan worden geschakeld.
1. 16:9
2. 4:3
HDMI Black Level
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Wanneer u kijkt vanaf een dvd‐speler of settopbox die verbonden is via HDMI,DVI, kan de
beeldkwaliteit verslechteren (zwartniveau, minder contrast, lichtere kleuren, etc.), afhankelijk
van het aangesloten externe apparaat.
Het LCD‐scherm aanpassen
56
1. Normal
2. Low
Opmerking
Bij timing die kan worden gebruikt voor zowel pc als DTV in de modus DVI, HDMI, wordt
HDMI Black Level geactiveerd.
PIP Picture
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Stelt de instellingen van het PIP‐scherm bij.
Opmerking
Beschikbare modi PIP ON
1. Contrast
MENU
ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Past het contrast van het PIP‐venster op uw scherm aan.
2. Brightness
MENU
ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Past de helderheid van het PIP‐venster op uw scherm aan.
3. Sharpness
MENU
ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Past de kleur van het PIP‐venster op uw scherm aan.
4. Color
MENU
ENTER ENTER
ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
57
, ENTER
Past de kleur van het PIP‐venster op uw scherm aan.
Opmerking
Alleen beschikbaar wanneer de PIPinvoer is geselecteerd in de modus AV, HDMI,
Component.
5. Tint
MENU
ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Voegt een natuurlijke tint toe aan het PIP‐venster.
Opmerking
Alleen beschikbaar wanneer de PIPinvoer is geselecteerd in de modus AV, HDMI,
Component. Werkt alleen als het videosignaal NTSC is.
Dynamic Contrast
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Met Dynamic Contrast wordt de spreiding van het visuele signaal automatisch gedetecteerd
en aangepast om een optimale contrastinstelling te verkrijgen.
1. Off
2. On
Lamp Control
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
58
Hiermee wordt het achtergrondlicht aangepast om energie te besparen.
Opmerking
Deze functie werkt niet wanneer Dynamic Contrast is ingesteld op On in de modus PC,
DVI, AV, HDMI, Component, MagicInfo.
Brightness Sensor
MENU ENTER
ENTER
, ENTER
Met Brightness Sensor wordt het ingevoerde videosignaal automatisch gedetecteerd en
aangepast voor optimale helderheid.
1. Off
2. On
Picture [AV / HDMI / Component modus]
Available Modes
PC / DVI / BNC
AV
Component
HDMI
MagicInfo
Opmerking
MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model.
Mode
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
59
Het LCD‐scherm beschikt over vier automatische beeldinstellingen ('Dynamic', 'Standard',
'Movie' en 'Custom') die zijn vooringesteld.
Dynamic, Standard, Movie of Custom kunnen worden geactiveerd.
Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On.
1. Dynamic
2. Standard
3. Movie
4. Custom
Custom
U kunt in de schermmenu's uw persoonlijke voorkeuren instellen voor het contrast en de
helderheid.
MENU ENTER ENTER
Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On.
Contrast
MENU ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee wordt het contrast aangepast.
Brightness
MENU ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee wordt de helderheid aangepast.
Sharpness
MENU ENTER ENTER ENTER
, ENTER
De scherpte van het beeld aanpassen.
Color
MENU
ENTER ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
60
, ENTER
De kleur van het beeld aanpassen.
Tint
MENU
ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Voegt een natuurlijke tint toe aan het PIP‐scherm.
Color Tone
MENU ENTER ENTER
, ENTER
U kunt de kleurtinten aanpassen. De afzonderlijke kleurcomponenten kunnen eveneens door
de gebruiker worden aangepast.
Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On.
1. Off
2. Cool2
3. Cool1
4. Normal
5. Warm1
6. Warm2
Opmerking
Als u de Color Tone instelt op Cool2, Cool1, Normal, Warm1 of Warm2, wordt de functie
Color Temp uitgeschakeld.
Color Temp.
MENU ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
61
, ENTER
Color Temp is een maatstaf voor de 'warmte' van de beeldkleuren.
Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On.
Opmerking
Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off.
Size
MENU ENTER ENTER
, ENTER
De Size kan worden geschakeld.
1. 16:9 ‐ Stelt het beeld in op de beeldverhouding 16:9.
2. Zoom 1: Hiermee vergroot u het beeld op het scherm.
3. Zoom 2: Hiermee vergroot u het formaat van het beeld verder dan "Zoom 1”.
4. 4 : 3 ‐ Hiermee stelt u het beeld in op de normale 4:3‐modus.
5. Screen Fit: Geeft de ingevoerde beelden weer zonder deze bij te snijden, bij invoer van
een HDMI 720p, 1080i of 1080p signaal.
Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On.
Opmerking
Bepaalde externe apparaten voeren mogelijk een signaal naar het scherm dat buiten de
specificaties walt, waardoor een gedeelte van het beeld wegvalt. ze;fs wanneer de functie
Screen Fit wordt gebruikt.
Zoom 1, Zoom 2 zijn niet beschikbaar in de modus HDMI.
De functies Position en Reset zijn beschikbaar wanneer Zoom1 of Zoom2 wordt gedraaid,
Digital NR (Digital Noise Reduction)
MENU ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
62
, ENTER
Schakelt de functie voor digitale ruisonderdrukking Off/On. Met de functie voor digitale rui-
sonderdrukking kunt u altijd genieten van heldere en scherpe beelden.
1. Off
2. On
Opmerking
De functie Digital NR is niet beschikbaar in elke resolutie.
HDMI Black Level
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Wanneer een dvd‐speler of set‐top box op uw tv is aangesloten via HDMI, kan dit de beeldk-
waliteit verslechteren. Afhankelijk van het externe apparaat kan het zwartniveau worden
vergroot, het contrast verlaagd, de kleuren vervagen enz. Pas in dit geval de beeldkwaliteit
van uw tv aan door het HDMI black level te configureren.
1. Normal
2. Low
Opmerking
Bij timing die kan worden gebruikt voor zowel pc als DTV in de modus DVI, HDMI, wordt
HDMI Black Level geactiveerd.
Film Mode
MENU ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
63
, ENTER
De functie Film Mode biedt u een kijkbeleving van theaterkwaliteit.
In de modus HDMI is deze functie beschikbaar wanneer het invoersignaal interlaced scan is.
Wanneer het invoersignaal progressieve scan is, is deze functie niet beschikbaar.
1. Off
2. On
PIP Picture
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Stelt de instellingen van het PIP‐scherm bij.
Opmerking
Beschikbare modi PIP ON
1. Contrast
MENU
ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Past het contrast van het PIP‐venster op uw scherm aan.
2. Brightness
MENU
ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Past de helderheid van het PIP‐venster op uw scherm aan.
3. Sharpness
MENU ENTER ENTER
ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
64
, ENTER
Past de kleur van het PIP‐venster op uw scherm aan.
4. Color
MENU
ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Past de kleur van het PIP‐venster op uw scherm aan.
Opmerking
Deze functie is niet beschikbaar als het pc‐signaal wordt ontvangen in de modus DVI of
HDMI.
5. Tint
MENU
ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Voegt een natuurlijke tint toe aan het PIP‐venster.
Opmerking
Deze functie is niet beschikbaar als het pc‐signaal wordt ontvangen in de modus DVI of
HDMI.
Dynamic Contrast
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Met Dynamic Contrast wordt de spreiding van het visuele signaal automatisch gedetecteerd
en aangepast om een optimale contrastinstelling te verkrijgen.
1. Off
Het LCD‐scherm aanpassen
65
2. On
Lamp Control
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee wordt het achtergrondlicht aangepast om energie te besparen.
Opmerking
Deze functie werkt niet wanneer Dynamic Contrast is ingesteld op On in de modus PC,
DVI, AV, HDMI, Component, MagicInfo.
Brightness Sensor
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Met Brightness Sensor wordt het ingevoerde videosignaal automatisch gedetecteerd en
aangepast voor optimale helderheid.
1. Off
2. On
Sound
Beschikbare modi
PC / DVI / BNC
AV
Component
HDMI
MagicInfo
Opmerking
MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model.
Mode
MENU ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
66
, ENTER
Het LCD‐scherm is voorzien van een ingebouwde hifi‐stereoluidspreker.
1. Standard
Selecteert Standard voor de standaard fabrieksinstellingen.
2. Music
Selecteert Music als u muziekvideo’s of concerten weergeeft.
3. Movie
Selecteert Movie als u films bekijkt.
4. Speech
Selecteert Speech als u een programma bekijkt waarin voornamelijk wordt gesproken
(bijvoorbeeld het nieuws).
5. Custom
Selecteert Custom als u de instellingen wilt aanpassen volgens uw persoonlijke voor-
keuren.
Custom
U kunt de geluidsinstellingen aanpassen aan uw persoonlijke voorkeuren.
MENU ENTER ENTER
Opmerking
U kunt het geluid zelfs horen als de geluidswaarde is ingesteld op 0.
Als u het geluid aanpast met de functie Custom, wordt de modus Mode gewijzigd in de
modus Custom.
Bass
MENU ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee worden tonen met een lage frequentie benadrukt.
Het LCD‐scherm aanpassen
67
Treble
MENU ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee worden tonen met een hoge frequentie benadrukt.
Balance
MENU ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee kunt u de balans tussen de linker‐ en rechterluidsprekers instellen.
Auto Volume
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee worden de volumeverschillen tussen uitzendingen verminderd.
1. Off
2. On
SRS TS XT
MENU ENTER ENTER
, ENTER
SRS TS XT is een gepatenteerde SRS‐technologie die er voor zorgt dat het afspelen van
5,1‐inhoud van meerdere kanalen via twee speakers verloopt. TruSurround XT biedt een
Het LCD‐scherm aanpassen
68
fascinerend virtueel surroundgeluid via een weergavesysteem met twee luidsprekers, waar-
onder ook ingebouwde televisieluidsprekers. Het is volledig compatibel met alle vormen van
multichannel.
1. Off
2. On
Sound Select
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Selecteert Main of Sub wanneer PIP op On staat.
Opmerking
Beschikbare modi PIP ON
1. Main
2. Sub
Speaker Select
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Wanneer u het product gebruikt terwijl het op een thuisbioscoop is aangesloten, schakelt u
de interne luidsprekers uit zodat u het geluid uit de (externe) luidsprekers van de thuisbio-
scoop kunt horen.
1. Internal
Geluid wordt uitgevoerd via zowel de interne luidspreker (Internal) als de externe luid-
spreker (External), maar de volumeregeling is alleen beschikbaar vanaf de interne
luidspreker (Internal).
2. External
Het LCD‐scherm aanpassen
69
Als alleen geluid wordt uitgevoerd via de externe luidsprekers (External), is de volumer-
egeling ook alleen beschikbaar via de externe luidsprekers (External).
Setup
Beschikbare modi
PC / DVI / BNC
AV
Component
HDMI
MagicInfo
Opmerking
MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model.
Language
MENU ENTER ENTER
, ENTER
U kunt kiezen tussen 13 talen.
Opmerking
De taalkeuze is alleen van toepassing op de schermweergave. Deze heeft geen invloed op
software die op uw computer wordt uitgevoerd.
Time
Hiermee selecteert u een van de vier tijdsinstellingen: Clock Set, Sleep Timer, On Timer en
Off Timer.
MENU ENTER ENTER
Clock Set
MENU ENTER ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
70
, , ENTER
Huidige tijdsinstelling.
Sleep Timer
MENU
ENTER ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee wordt het LCD‐scherm op bepaalde tijden automatisch uitgeschakeld.
1. Off
2. 30
3. 60
4. 90
5. 120
6. 150
7. 180
On Timer
MENU
ENTER ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
71
, / , ENTER
Het LCD‐scherm automatisch inschakelen op een vooraf ingestelde tijd. Automatisch de
modus en het volume regelen wanneer het LCD‐scherm wordt ingeschakeld.
Off Timer
MENU
ENTER ENTER ENTER
, / , ENTER
Het LCD‐scherm automatisch uitschakelen op een vooraf ingestelde tijd.
Menu Transparency
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee kunt u de doorzichtigheid van de achtergrond van het schermmenu wijzigen.
1. High
2. Medium
3. Low
4. Opaque
Safety Lock
Change PIN
MENU ENTER ENTER EN-
TER
Het LCD‐scherm aanpassen
72
[09] [09] [09] [09]
Het wachtwoord kan worden gewijzigd.
Opmerking
Het vooraf ingestelde wachtwoord voor het LCD‐scherm is '0000'.
Lock On
MENU ENTER ENTER
ENTER
[09] [09] [09] [09]
Dit is de functie waarmee het schermmenu wordt vergrendeld zodat u de huidige instellingen
kunt behouden en anderen deze instellingen niet per ongeluk kunnen wijzigen.
Energy Saving
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Deze functie past het stroomverbruik van de eenheid aan om stroom te sparen.
1. Off
2. On
Video Wall
Een Video Wall is een set videoschermen die met elkaar zijn verbonden, zodat op ieder
scherm een gedeelte van het geheel wordt weergegeven of zodat op ieder scherm het beeld
wordt herhaald.
Het LCD‐scherm aanpassen
73
Wanneer de functie Video Wall is ingeschakeld, kunt u de opties voor de Video Wall instellen.
MENU ENTER ENTER
Opmerking
Wanneer de functie Video Wall is geactiveerd, zijn de functies Auto Adjustment, Image
Lock, en Size niet beschikbaar. Video Wall werkt niet in de modus MagicInfo.
Video Wall
MENU ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Hiermee schakelt u de functie Video Wall van het geselecteerde scherm aan/uit.
1. Off
2. On
Format
MENU ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Met Format kunt u het scherm splitsen.
1. Full
Zorgt voor een volledig weergegeven scherm zonder marges.
2. Natural
Geeft de kleuren op natuurlijke wijze weer terwijl de originele hoogte‐breedteverhoudin-
gen in tact worden gelaten.
Het LCD‐scherm aanpassen
74
Horizontal
MENU ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Hiermee stelt u in hoeveel delen van het scherm horizontaal moeten worden verdeeld.
Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 1, 2, 3, 4, en 5.
Vertical
MENU
ENTER ENTER
ENTER
, ENTER
Hiermee stelt u in hoeveel delen van het scherm verticaal moeten worden verdeeld.
Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 1, 2, 3, 4, en 5.
Screen Divider
MENU ENTER ENTER
ENTER
Het scherm kan worden opgedeeld in verschillende beelden. U kunt voor enkele schermen
een andere indeling selecteren.
Selecteer een modus in Schermindeling.
Het LCD‐scherm aanpassen
75
Selecteer een weergave in Schermindeling.
U stelt de selectie in door in de geselecteerde modus op een nummer te drukken.
Safety Screen
De functie Safety Screen wordt gebruikt om ingebrande beelden te voorkomen bij het lang-
durig weergeven van een stilstaand beeld.
De functie Safety Screen laat het beeld gedurende de aangegeven tijd over het scherm
schuiven.
Deze functie is niet beschikbaar wanneer de stroom uitgeschakeld is.
MENU ENTER ENTER
Pixel Shift
Pixel Shift
MENU ENTER ENTER
ENTER ENTER , ENTER
U kunt deze functie gebruiken om de pixels op het LCD‐scherm in horizontale of verticale
richting te verplaatsen zodat na‐afdrukken op het scherm worden voorkomen.
1. Off
2. On
Horizontal
MENU
ENTER ENTER
ENTER ENTER , ENTER
Bepaalt hoeveel pixels het scherm horizontaal wordt verplaatst.
Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 0, 1, 2, 3, en 4.
Het LCD‐scherm aanpassen
76
Vertical
MENU ENTER ENTER
ENTER ENTER , ENTER
Bepaalt hoeveel pixels het scherm verticaal wordt verplaatst.
Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 0, 1, 2, 3, en 4.
Time
MENU
ENTER ENTER
ENTER ENTER , ENTER
Stel het tijdinterval in voor respectievelijk de horizontale of verticale verplaatsing.
Timer
Timer
MENU ENTER ENTER
ENTER ENTER , ENTER
U kunt de timer voor de beveiliging tegen scherminbranding instellen.
Als u de bewerking start om een na‐afdruk te wissen, wordt de bewerking voor de ingestelde
periode uitgevoerd en vervolgens automatisch beëindigd.
1. Off
2. On
Het LCD‐scherm aanpassen
77
Mode
MENU ENTER ENTER
ENTER ENTER , ENTER
U kunt het type
Safety Screen wijzigen.
1. Scroll
2. Bar
3. Eraser
Period
MENU
ENTER ENTER
ENTER ENTER , ENTER
Met deze functie kunt u de uitvoeringsperiode voor elke ingestelde modus op de timer in-
stellen.
Time
MENU
ENTER ENTER
ENTER ENTER , ENTER
Geef een uitvoertijdstop op binnen de ingestelde tijdsperiode.
ModeScroll : 1~5 sec
ModeBar, Eraser: 10~50 sec
Het LCD‐scherm aanpassen
78
Scroll
MENU ENTER ENTER
ENTER
Deze functie helpt om na‐afdrukken op het scherm te voorkomen door alle pixels op de LCD
te verplaatsen volgens een ingesteld patroon.
Gebruik deze functie als u na‐afdrukken of symbolen op het scherm ziet, met name wanneer
u voor langere tijd een stilstaand beeld op het scherm weergeeft.
Bar
MENU ENTER ENTER
ENTER
Deze functie voorkomt na‐afdrukken op het scherm door lange zwarte of witte verticale lijnen
over het scherm te laten lopen.
Eraser
MENU ENTER ENTER
ENTER
Deze functie voorkomt na‐afdrukken op het scherm door een rechthoekig patroon over het
scherm te laten lopen.
Side Gray
MENU ENTER ENTER
ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
79
, ENTER
Selecteer de helderheid van het grijs van de schermachtergrond.
1. Off
2. Light
3. Dark
Resolution Select
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Wanneer het beeld niet juist wordt weergegeven op het scherm wanneer u de resolutie van
de grafische kaart van de computer instelt op 1024 x 768 bij 60 Hz, 1280 x 768 bij 60 Hz,
1360 x 768 bij 60 Hz of 1366 x 768 bij 60 Hz, kunt u deze functie gebruiken (Resolution Select)
om het beeld in de opgegeven resolutie weer te geven op het scherm.
Opmerking
Alleen beschikbaar in de modus PC
1. Off
2. 1024 X 768
3. 1280 X 768
4. 1360 x 768
5. 1366 X 768
Opmerking
Het selecteren van het menu is alleen toegestaan wanneer de resolutie is ingesteld op 1024
x 768 bij 60 Hz, 1280 x 768 bij 60 Hz, 1360 x 768 bij 60 Hz of 1366 x 768 bij 60 Hz.
Het LCD‐scherm aanpassen
80
Power On Adjustment
MENU ENTER ENTER
, ENTER
Hiermee past u de tijd van inschakeling voor het scherm aan.
OSD Rotation
MENU ENTER
ENTER
, ENTER
OSD roteren
1. Landscape
2. Portrait
Reset
Hiermee worden de productinstellingen teruggezet naar de standaard fabrieksinstellingen.
De resetfunctie is alleen beschikbaar wanneer PC / DVI wordt gebruikt.
MENU ENTER
ENTER
Image Reset
MENU ENTER
ENTER ENTER
Het LCD‐scherm aanpassen
81
, ENTER
Opmerking
Alleen beschikbaar in de modus PC
Opmerking
De functie voor opnieuw instellen is niet beschikbaar wanneer Video Wall is ingesteld op
On.
Color Reset
MENU ENTER
ENTER ENTER
, ENTER
Multi Control
Beschikbare modi
PC / DVI / BNC
AV
Component
HDMI
MagicInfo
Opmerking
MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model.
Multi Control
Hiermee wordt een individuele ID toegewezen aan het apparaat.
Het LCD‐scherm aanpassen
82
MENU ENTER ENTER
, [0~9]
ID Setup
Hiermee worden onderscheidende ID's toegewezen aan het apparaat.
ID Input
Hiermee kunt u de zenderfuncties per toestel instellen.. Alleen een apparaat waarvan de
ID overeenkomt met de zenderinstelling wordt geactiveerd.
MagicInfo
Beschikbare modi
PC / DVI / BNC
AV
Component
HDMI
MagicInfo
Opmerking
MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model.
Opmerking
De afstandsbediening kan worden gebruikt om MagicInfo te selecteren. Het is echter aan
te bevelen een afzonderlijk USB‐toetsenbord te gebruiken. Alleen dan kunt u optimaal
gebruikmaken van de mogelijkheden van MagicInfo.
Wanneer u met MagicInfo in de apparaatmodus werkt, en een extern apparaat verplaatst
tijdens het opstarten, kunnen er fouten optreden. Stel externe apparaten alleen in als het
LCD‐scherm wordt ingeschakeld.
Haal de LAN‐kabel die voor het netwerk gebruikt wordt (bijv. bij videoweergave). Anders
stopt het programma (MagicInfo) mogelijk. Start het systeem opnieuw op als u de kabel
toch uit het contact haalt.
Koppel de LAN‐kabel die door een USB‐apparaat wordt gebruikt niet los (bijv. bij video-
weergave). Anders stopt het programma (MagicInfo) mogelijk.
Druk op de knop SOURCE in MagicInfo om andere bronnen te gebruiken.
Het LCD‐scherm aanpassen
83
Het vooraf ingestelde wachtwoord voor het LCD‐scherm is '000000'.
De optie Power‐On van het serverprogramma werkt alleen als het LCD‐scherm volledig
is uitgeschakeld.
Gebruik de optie Power‐On niet als het LCD‐scherm bezig is met afsluiten. Dit kan sys-
teemfouten in het LCD‐scherm veroorzaken.
Op het beeld van MagicInfo is de netwerkmodus gelijk aan de apparaatmodus.
Als u MagicInfo gebruikt met het programma MagicNet Server: voer de netwerkmodus
uit.
Wanneer u MagicInfo gebruikt terwijl het apparaat rechtstreeks op het LCD‐scherm is
aangesloten: voer de apparaatmodus uit.
Druk op ESC om rechtstreeks naar het Windows‐scherm MagicInfo te gaan.
Als u MagicInfo wilt instellen op een Windows‐scherm, hebt u een toetsenbord en muis
nodig.
Raadpleeg de MagicInfo Server Help om MagicInfo in te stellen op een Windows‐scherm.
Schakel de stroom tijdens bediening niet uit.
Voor draaibare LCD‐schermen wordt de doorzichtige lichtkrant niet ondersteund.
Voor draaiende LCD‐schermen wordt voor films een maximale schermresolutie van
720*480 (SD) ondersteund.
Op station D: wordt EWF niet toegepast.
U kunt de inhoud van Instellingen opslaan als deze is gewijzigd terwijl EWF is ingesteld
op Enable, door Commit in te stellen.
Wanneer u Disable, Enable of Commit selecteert, wordt het systeem opnieuw gestart.
MagicInfo
1. Select Application - step 1
Het LCD‐scherm aanpassen
84
U kunt een toepassing selecteren die wordt uitgevoerd op de computer als Windows wordt
gestart.
2. Select TCP/IP - step 2
In step 2 van MagicInfo Setup Wizard hoeft u niet naar Netwerkinstelling op het bureaublad
te gaan om uw instelling voor TCP/IP uit te voeren. U kunt dit simpelweg doen bij step 2 van
de installatie van MagicInfo
3. Select Language - step 3
Bij gebruik van meerdere talen kunt u een specifieke taal kiezen en deze instellen.
4. Select Screen Type - step 4
Het LCD‐scherm aanpassen
85
U kunt selecteren welk type rotatie wordt toegepast op uw apparaat.
5. Setup Information
Geeft de instellingen weer die het vaakst zijn geselecteerd door de gebruiker.
Opmerking
Indien het Magicinfo pictogram niet wordt weergegeven in het systeemvak kunt u op het
Magicinfo ‐pictogram op het bureaublad dubbelklikken. Het pictogram verschijnt.
Het LCD‐scherm aanpassen
86
Problemen oplossen
Controle van de zelftestfunctie
Opmerking
Controleer het volgende voordat u telefonisch om ondersteuning vraagt. Neem contact op
met een Service Center voor problemen die u niet zelf kunt oplossen.
Controle van de zelftestfunctie
1. Schakel de computer en het LCD‐scherm uit.
2. Koppel de videokabel los van de achterkant van de computer.
3. Schakel het LCD‐scherm in.
De onderstaande afbeelding ("Check Signal Cable") wordt op een zwarte achtergrond
weergegeven wanneer het LCD‐scherm normaal werkt en er geen videosignaal wordt
gedetecteerd. In de zelftestmodus blijft de indicatie‐LED groen weergegeven en beweegt
de afbeelding over het scherm.
4. Schakel het LCD‐scherm uit en sluit de videokabel opnieuw aan. Schakel zowel de
computer als het LCD‐scherm opnieuw in.
Als het LCD‐scherm zwart blijft weergegeven na deze procedure, controleert u de videocon-
troller en het computersysteem. Uw LCD‐scherm functioneert naar behoren.
Waarschuwingsberichten
U kunt het scherm zelfs bekijken op een resolutie van 1920 x 1080. U krijgt echter wel een
minuut lang de volgende boodschap te zien; Gedurende die tijd kunt u overschakelen naar
een andere schermresolutie of in de huidige modus blijven. Als de resolutie hoger is dan 85
Hz, wordt het scherm zwart weergegeven omdat het LCD‐scherm geen frequenties hoger
dan 85 Hz ondersteunt.
Opmerking
Raadpleeg Specificaties > Voorinstelbare timingmodi voor de resoluties en frequenties die
door het LCD‐scherm worden ondersteund.
Onderhoud en reiniging
1) De behuizing van het LCD‐scherm onderhouden
87
Reinig het product met een zachte doek, nadat u de stekker uit het stopcontact
hebt gehaald.
Gebruik geen wasbenzine, thinner of andere ontv-
lambare middelen.
2) De flatscreenmonitor onderhouden
Reinig het beeldscherm met een zachte doek (katoenflanel).
Gebruik geen aceton, wasbenzine of thinner.
(Deze kunnen het schermoppervlak beschadigen of
vervormen.)
De gebruiker is verantwoordelijk voor de schade die
wordt veroorzaakt door het gebruik van deze stoffen.
Symptomen en aanbevolen stappen
Opmerking
Een LCD‐scherm stelt de visuele signalen die van de computer worden ontvangen, opnieuw
samen. Als er problemen optreden met de computer of de videokaart, is het mogelijk dat het
LCD‐scherm geen beeld heeft, slechte kleuren of ruis weergeeft, de foutmelding weergeeft
dat de videomodus niet wordt ondersteund, enzovoort. Controleer in dit geval eerst de bron
van het probleem en neem vervolgens contact op met een Service Center of uw leverancier.
1. Controleer of het netsnoer en de videokabels goed zijn aangesloten op de computer.
2. Controleer of de computer bij het opstarten meer dan 3 keer piept.
(Als dat gebeurt, vraagt u om hulp.)
3. Indien u een nieuwe videokaart hebt geïnstalleerd of als u de pc hebt samengesteld,
controleert u of het (video‐)station van de adapter is geïnstalleerd.
4. Controleer of de scanratio van het beeldscherm ingesteld is op 50 Hz ~ 85 Hz.
(Overschrijd de frequentie van 60 Hz niet als u de maximale resolutie gebruikt.)
5. Als u problemen ondervindt met het (video‐)stuurprogramma van de adapter, start u de
computer op in de veilige modus. Vervolgens verwijdert u de beeldschermadapter via
'Configuratiescherm −> Systeem −> Apparaatbeheer' en start u de computer opnieuw
op om het (video‐)stuurprogramma van de adapter opnieuw te installeren.
Controlelijst
Opmerking
In de volgende tabel worden mogelijke problemen en oplossingen weergegeven. Con-
troleer voordat u om ondersteuning vraagt eerst de informatie in dit gedeelte, mogelijk
kunt u het probleem zelf oplossen. Als u assistentie nodig hebt, kunt u bellen naar het
telefoonnummer in het gedeelte Informatie of contact opnemen met uw leverancier.
Raadpleeg het gedeelte MagicInfo Probleemoplossing voor meer informatie over net-
werken.
Problemen oplossen
88
Problemen met betrekking tot de installatie (modus PC)
Opmerking
Problemen met de installatie van het LCD‐scherm en de oplossingen hiervoor worden in een
lijst weergegeven.
Q: Het LCD‐scherm flikkert.
A: Controleer of de signaalkabel tussen de computer en het LCD‐scherm goed is aan-
gesloten.
(Zie Aansluiten op een computer)
Problemen met betrekking tot het scherm
Opmerking
Hier worden problemen met betrekking tot het LCD‐scherm en de oplossingen hiervoor
weergegeven.
Q: Het scherm is zwart en het aan/uit‐lampje is uit.
A: Controleer of het netsnoer goed is aangesloten en of het LCD‐scherm is ingeschakeld.
(Zie Aansluiten op een computer)
Q: "Check Signal Cable".
A: Controleer of de signaalkabel goed op de pc of videobron is aangesloten.
(Zie Aansluiten op een computer)
A: Controleer of de pc of videobron is ingeschakeld.
Q: "Not Optimum Mode".
A: Controleer de maximale resolutie en frequentie van de videoadapter.
A: Vergelijk deze waarden met de gegevens in het overzicht Voorinstelbare timingmodi.
Q: Het beeld schuift verticaal.
A: Controleer of de signaalkabel goed is aangesloten. Sluit de kabel indien nodig opnieuw
aan.
(Zie Aansluiten op een computer)
Q: Het beeld is niet helder, het beeld is wazig.
A: Stem de frequentie af met Coarse‐tuning en Fine‐tuning.
A: Schakel het product opnieuw in nadat u alle accessores (videoverlengkabels, enzo-
voort) hebt losgekoppeld.
A: Stel de resolutie en de frequentie in volgens het aanbevolen bereik.
Q: Het beeld is onstabiel en het trilt.
A: Controleer of de resolutie en de frequentie die zijn ingesteld voor de videokaart binnen
het bereik vallen dat door het LCD‐scherm wordt ondersteund. Zo niet, stel deze dan
Problemen oplossen
89
opnieuw in, rekening houdend met de informatie in het LCD‐schermmenu en de Voor-
instelbare timingmodi.
Q: Dubbel beeld.
A: Controleer of de resolutie en de frequentie die zijn ingesteld voor de videokaart binnen
het bereik vallen dat door het LCD‐scherm wordt ondersteund. Zo niet, stel deze dan
opnieuw in, rekening houdend met de informatie in het LCD‐schermmenu en de Voor-
instelbare timingmodi.
Q: Het beeld is te licht of te donker.
A: Pas Brightness en Contrast aan.
(Zie Brightness, Contrast)
Q: De schermkleur is inconsistent.
A: Kleuren aanpassen met Custom onder kleuraanpassing in het schermmenu.
Q: Het kleurbeeld wordt vervormd door donkere schaduwen.
A: Kleuren aanpassen met Custom onder kleuraanpassing in het schermmenu.
Q: De kleur wit is slecht.
A: Kleuren aanpassen met Custom onder kleuraanpassing in het schermmenu.
Q: Het aan/uit‐lampje knippert.
A: Het LCD‐scherm is bezig met het opslaan van de aangebrachte wijzigingen in het OSD‐
geheugen.
Q: Het scherm is zwart en het aan/uit‐lampje knippert elk 0,5 of 1 seconde.
A: Het LCD‐scherm gebruikt een systeem voor energiebeheer. Druk op een toets op het
toetsenbord.
Q: Het scherm is leeg en knippert.
A: Als het bericht 'TEST GOOD' op het scherm wordt weergegeven wanneer u op de knop
MENU drukt, controleert u of de kabelaansluitingen tussen het LCD‐scherm en de
computer goed zijn aangesloten.
Problemen in verband met het geluid
Opmerking
In de onderstaande lijst worden problemen met geluidssignalen en de oplossingen hiervoor
behandeld.
Q: Geen geluid.
A: Controleer of de audiokabel stevig is aangesloten op de audio‐ingang van uw LCD‐
scherm en de audio‐uitgang van uw geluidskaart.
(Zie Aansluiten op een computer)
A: Controleer het volumeniveau.
Q: Geluidsniveau is te laag.
Problemen oplossen
90
A: Controleer het volumeniveau.
A: Als het volume nog steeds te laag is nadat u de bediening op het maximale niveau hebt
ingesteld, moet u de volumeregeling op de geluidskaart of in het softwareprogramma
van de computer controleren.
Q: Het geluidsniveau is te hoog of te laag.
A: Stel Treble en Bass in op de gewenste niveaus.
Problemen met betrekking tot de afstandsbediening
Opmerking
In de onderstaande lijst worden problemen met de afstandsbediening en de oplossingen
hiervoor behandeld.
Q: De knoppen van de afstandsbediening reageren niet.
A: Controleer of de batterijen op de juiste manier zijn geplaatst (+/‐).
A: Controleer of de batterijen leeg zijn.
A: Controleer of de stroomtoevoer is ingeschakeld.
A: Controleer of het netsnoer goed vast zit.
A: Controleer of zich bijzondere TL‐ of neonverlichting in de buurt bevindt.
Vragen en antwoorden
Q: Hoe kan ik de frequentie wijzigen?
A: De frequentie kan worden gewijzigd door de videokaart opnieuw te configureren.
Opmerking
De videokaartondersteuning kan verschillen, afhankelijk van de versie van het ge-
bruikte stuurprogramma. (Raadpleeg de handleiding van de computer of de videokaart
voor meer informatie.)
Q: Hoe kan ik de resolutie wijzigen?
A: Windows XP:
Stel de resolutie in via Control Panel (Configuratiescherm) Appearance and Themes
(Vormgeving en thema's) Display (Beeldscherm) Settings (Instellingen).
A: Windows ME/2000:
Stel de resolutie in via Control Panel (Configuratiescherm) Display (Beeldscherm)
Settings (Instellingen).
* Neem voor meer informatie contact op met de fabrikant van de videokaart.
Q: Hoe stel ik de functie voor energiebesparing in?
A: Windows XP:
Stel de resolutie in via Control Panel (Configuratiescherm) Appearance and Themes
(Vormgeving en thema's) Display (Beeldscherm) Screen Saver (Schermbevei-
liging).
Problemen oplossen
91
Stel de functie in vanuit het BIOS‐setupmenu van de computer. (Raadpleeg de han-
dleiding van Windows of uw computer.)
A: Windows ME/2000:
Stel de resolutie in via Control Panel (Configuratiescherm) Display (Beeldscherm)
Screen Saver (Schermbeveiliging).
Stel de functie in vanuit het BIOS‐setupmenu van de computer. (Raadpleeg de han-
dleiding van Windows of uw computer.)
Q: Hoe kan ik de behuizing en het LCD‐paneel reinigen?
A: Koppel het netsnoer los en reinig het LCD‐scherm met een zachte doek en een reini-
gingsmiddel of gewoon water.
Laat geen reinigingsmiddel op de behuizing achter en zorg dat u geen krassen maakt.
Zorg ervoor dat er geen water in het LCD‐scherm komt.
Q: Hoe kan ik de video afspelen?
A: De video ondersteunt alleen de MPEG1‐ en WMV‐codecs. Installeer de overeenkom-
stige codec om de video af te spelen. Sommige codecs zijn niet compatibel.
Opmerking
Controleer voordat u om ondersteuning vraagt eerst de informatie in dit gedeelte; misschien
kunt u het probleem zelf oplossen. Als u assistentie nodig hebt, kunt u bellen naar het tele-
foonnummer in het gedeelte Informatie of contact opnemen met uw leverancier.
Problemen oplossen
92
Specificaties
Algemeen
Algemeen
Modelnaam SyncMaster 700DX‐2, 700DXN‐2
LCD‐paneel
Grootte 70" (177 cm)
Weergavegebied 1549,44 mm (H) x 871,56 mm (V)
Pixel Pitch 0,807 mm (H) x 0,807 mm (V)
Synchronisatie
Horizontaal 30 ~ 81 kHz
Verticaal 56 ~ 85 Hz
Weergavekleur
16,7 M
Resolutie
Optimale resolu-
tie
1920 x 1080 bij 60 Hz
Maximale resolu-
tie
1920 x 1080 bij 60 Hz
Ingangssignaal, afgesloten
RGB analoog, DVI (Digital Visual Interface), compliant digital RGB.
0,7 Vp‐p ± 5 %
Aparte H/V‐synchronisatie, Composiet, SOG
TTL‐niveau (V hoog 2,0 V, V laag 0,8 V)
Maximale pixelfrequentie
165 MHz (analoog,digitaal)
Stroomtoevoer
Dit product ondersteunt 100 – 240 V.
Controleer het label op de achterkant van het product daar het standaardvoltage
kan verschillen van land tot land.
Signaalaansluitingen
D‐sub, DVI‐D In/Out, VCR, HDMI, RS232C In/Out, BNC In/OutPC Audio In, Audio
In(L/R), Audio Out (L/R), With Network Model : USB, LAN
Afmetingen (B x H x D) / gewicht
1668,0 x 989,0 x 138,0 mm (zonder standaard)
1668,0 x 1094,0 x 500,0 mm (met standaard)/83 kg
93
VESA bevestigingsinterface
800 x 400 mm
Omgevingsvereisten
SyncMas-
ter
700DXN-
2
In bedrijf Temperatuur: 10˚C ~ 40˚C (50˚F ~ 104˚F)
Vochtigheid: 10 % tot 80 %, geen condensvorming
Opslag Temperatuur: ‐20˚C ~ 45˚C (‐4˚F ~ 113˚F)
Vochtigheid: 5 % tot 95 %, geen condensvorming
SyncMas-
ter
700DX-2
In bedrijf Temperatuur: 0˚C ~ 40˚C (32˚F ~ 104˚F)
Vochtigheid: 10 % tot 80 %, geen condensvorming
Opslag Temperatuur: ‐20˚C ~ 45˚C (‐4˚F ~ 113˚F)
Vochtigheid: 5 % tot 95 %, geen condensvorming
Mogelijkheden voor Plug and Play
Dit LCD‐scherm kan worden geïnstalleerd op elk Plug and Play‐systeem. De in-
teractie tussen het LCD‐scherm en de computersystemen biedt de meest optimale
besturingsomstandigheden en LCD‐scherminstellingen. In de meeste gevallen
gaat de installatie van het LCD‐scherm automatisch verder, tenzij de gebruiker
andere instellingen wil toepassen.
Aanvaardbare punten (Dot Acceptable)
De TFT-LCD‐panelen die voor dit product worden gebruikt, zijn gefabriceerd met
geavanceerde halfgeleidertechnologieën met een precisie van 1ppm (een mil-
joenste) of hoger. Pixels in de kleuren ROOD, GROEN, BLAUW of WIT kunnen
echter soms lichter lijken of er kunnen zwarte pixels waargenomen worden. Dit is
geen slechte kwaliteit en u kunt het product zonder problemen gebruiken.
Het aantal TFT-LCD‐subpixels van dit product is bijvoorbeeld 6.220.800.
Opmerking
Vormgeving en specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Opmerking
DX‐2 ‐ Apparaat van klasse B (Informatie‐communicatieapparatuur voor thuisgebruik)
DXN‐2 ‐ Apparaat van klasse A.
PowerSaver
Dit LCD‐scherm is voorzien van het ingebouwde energiebeheersysteem PowerSaver. Als
het LCD‐scherm gedurende lange tijd niet wordt gebruikt, wordt de spaarstand geactiveerd
om energie te besparen. Het LCD‐scherm gaat automatisch weer normaal werken zodra u
op een toets op het toetsenbord drukt. Om energie te besparen, kunt u het beste het LCD‐
scherm uitschakelen wanneer u dit gedurende langere tijd niet gebruikt. Het systeem Pow-
erSaver werkt met een VESA DPM‐compatibele videokaart die op de computer is geïnstal-
leerd. U stelt deze functie in met behulp van het hulpprogramma op uw computer.
Specificaties
94
PowerSaver (bij gebruik als netwerkmonitor)
Toestand Normale werking Energiebespar-
ingsmodus
Uitschakelen
(Aan/uit‐schake-
laar)
Aan/uit‐lampje On (Aan) Knipperend Uit
Stroomver-
bruik
700DXN-2 750 Watt Minder dan 5
Watt
Minder dan 0 Watt
PowerSaver (bij gebruik als normale monitor)
Toestand Normale werking Energiebespar-
ingsmodus
Uitschakelen
(Aan/uit‐schake-
laar)
Aan/uit‐lampje On (Aan) Knipperend Uit
Stroomver-
bruik
700DX-2 680 Watt Minder dan 2
Watt
Minder dan 0 Watt
Voorinstelbare timingmodi
Als het door de computer uitgezonden signaal overeenkomt met de onderstaande voorin-
stelbare timingmodi, wordt het scherm automatisch aangepast. Wanneer het signaal echter
afwijkt, wordt het scherm mogelijk leeg weergegeven terwijl het aan/uit‐lampje brandt. Raad-
pleeg de handleiding bij de videokaart en stel het scherm als volgt in.
Weergavemodus Horizontale
frequentie
(kHz)
Verticale fre-
quentie (Hz)
Pixelfrequen-
tie (MHz)
Sync‐polariteit
(H/V)
IBM, 640 x 350 31,469 70,086 25,175 +/‐
IBM, 640 x 480 31,469 59,940 25,175 ‐/‐
IBM, 720 x 400 31,469 70,087 28,322 ‐/+
MAC, 640 x 480 35,000 66,667 30,240 ‐/‐
MAC, 832 x 624 49,726 74,551 57,284 ‐/‐
MAC, 1152 x 870 68,681 75,062 100,000 ‐/‐
VESA, 640 x 480 37,861 72,809 31,500 ‐/‐
VESA, 640 x 480 37,500 75,000 31,500 ‐/‐
VESA, 800 x 600 35,156 56,250 36,000 +/+
VESA, 800 x 600 37,879 60,317 40,000 +/+
VESA, 800 x 600 48,077 72,188 50,000 +/+
VESA, 800 x 600 46,875 75,000 49,500 +/+
VESA, 848 x 480 31,020 60,000 33,750 +/+
VESA, 1024 x 768 48,363 60,004 65,000 ‐/‐
VESA, 1024 x 768 56,476 70,069 75,000 ‐/‐
VESA, 1024 x 768 60,023 75,029 78,750 +/+
VESA, 1152 x 864 67,500 75,000 108,000 +/+
VESA, 1280 x 768 47,776 59,870 79,500 ‐/+
VESA, 1280 x 960 60,000 60,000 108,000 +/+
VESA, 1280 x 1024 63,981 60,020 108,000 +/+
Specificaties
95
Weergavemodus Horizontale
frequentie
(kHz)
Verticale fre-
quentie (Hz)
Pixelfrequen-
tie (MHz)
Sync‐polariteit
(H/V)
VESA, 1280 x 1024 79,976 75,025 135,000 +/+
VESA, 1366 x 768 47,712 59,790 85,500 +/+
VESA, 1600 x 1200 75,000 60,000 162,000 +/+
VESA, 1920 x 1080 67,500 60,000 148,500 +/+
Horizontale frequentie
De tijd die nodig is om één lijn horizontaal van de
linker‐ naar de rechterrand van het scherm te scan-
nen, wordt de Horizontal Cycle (Horizontale cyclus)
genoemd. Het omgekeerde van deze Horizontal Cy-
cle is de Horizontale frequentie. Eenheid: kHz
Verticale frequentie
Net als een TL‐lamp moet het scherm hetzelfde
beeld vele malen per seconde herhalen om een
beeld voor de gebruiker weer te geven. De frequentie
van deze herhaling wordt de verticale frequentie of
Refresh Rate (vernieuwingsfrequentie) genoemd.
Eenheid: Hz
Specificaties
96
Informatie
Voor betere weergave
Stel voor een optimale beeldkwaliteit de resolutie en de vernieuwingsfrequentie
van de computer in volgens de onderstaande instructies. De beeldkwaliteit kan
instabiel zijn als deze niet optimaal wordt ingesteld voor TFT-LCD.
Resolutie: 1920 x 1080
Verticale frequentie (vernieuwingsfrequentie): 60 Hz
De TFT-LCD‐panelen die voor dit product worden gebruikt, zijn gefabriceerd
met geavanceerde halfgeleidertechnologieën met een precisie van 1ppm (een mil-
joenste) of hoger. Pixels in de kleuren ROOD, GROEN, BLAUW of WIT kunnen
echter soms lichter lijken of er kunnen zwarte pixels waargenomen worden. Dit is
geen slechte kwaliteit en u kunt het product zonder problemen gebruiken.
Het aantal TFT-LCD‐subpixels van dit product is bijvoorbeeld 6.220.800.
Maak bij het reinigen van de monitor en de buitenkant van het paneel gebruik
van de aanbevolen kleine hoeveelheid reinigingsmiddel en een zachte doek. Wrijf
zachtjes bij het schoonmaken van het LCD‐scherm. Bij te hard drukken kunnen
vlekken ontstaan.
Als u niet tevreden bent met de beeldkwaliteit, kunt u de functie 'Auto Adjust-
ment' uitvoeren in het menu dat wordt weergegeven als u op de knop drukt om een
venster te sluiten. Als het beeld na het automatisch afstellen nog steeds verstoord
is, kunt u de afstelfunctie Fine/Coarse gebruiken.
Wanneer u langere tijd naar een stilstaand scherm kijkt, kan er een restbeeld
of wazigheid verschijnen. Schakel om naar de energiebesparende stand of stel
een schermbeveiliging met een bewegend beeld in wanneer u gedurende langere
tijd bij de monitor weg moet.
PRODUCTGEGEVENS (zonder scherminbranding)
Wat is scherminbranding?
Scherminbranding komt niet voor als een LCD‐scherm onder normale omstan-
digheden wordt gebruikt.
Onder normale omstandigheden wordt verstaan continu veranderende videopa-
tronen. Als het LCD‐scherm voor langere tijd wordt gebruikt met een vast patroon
(meer dan 12 uur), is er mogelijk een klein verschil in het voltage tussen de elek-
troden die de vloeibare kristallen in pixels veranderen. Het voltageverschil tussen
de elektroden verhoogt geleidelijk waardoor de vloeibare kristallen overhellen. Als
dit gebeurt, is het mogelijk dat het vorige beeld zichtbaar is wanneer het patroon
wordt gewijzigd. Om dit te voorkomen, moet het vergrote voltageverschil worden
verlaagd.
97
Uitschakelen, schermbeveiliging of energiebesparende modus
Schakel de monitor 4 uur uit nadat deze 20 uur achter elkaar in gebruik is ge-
weest.
Schakel de monitor 2 uur uit nadat deze 12 uur achter elkaar in gebruik is ge-
weest.
Stel de monitor in op uitschakelen met Power Scheme (Energiebeheerschema)
in Display Properties (Eigenschappen beeldscherm) van de computer.
Gebruik indien mogelijk een schermbeveiliging. Schermbeveiliging in één kleur
of een bewegend beeld wordt aanbevolen.
De kleurgegevens regelmatig wijzigen
Informatie
98
Opmerking
Gebruik twee verschillende kleuren
Wissel elke 30 minuten af met twee kleuren.
Vermijd een combinatie van tekens en achtergrondkleur met een groot verschil
in helderheid.
Vermijd grijze kleuren. Deze kunnen gemakkelijk scherminbranding veroorzak-
en.
Vermijd: kleuren met een groot verschil in helderheid (zwart en wit, grijs).
De kleur van de tekens regelmatig wijzigen
Gebruik heldere kleuren met weinig verschil in helderheid.
‐ Cyclus: Wijzig elke 30 minuten de kleur van de tekens en de achtergrond.
Wissel elke 30 minuten de tekens af met bewegende beelden.
Geef periodiek de afbeeldingen en het logo weer.
‐ Cyclus: geef na 4 uur gebruik gedurende 60 seconden een bewegend beeld
met logo weer.
De beste manier om uw monitor te beschermen tegen inbranding is om het
scherm uit te schakelen of uw computer of systeem in te stellen met een
schermbeveiliging wanneer u de monitor niet gebruikt. Als deze richtlijnen niet
worden gevolgd, kan dit gevolgen voor uw garantie hebben.
De schermverschuivingsfunctie van het product toepassen
De schermverschuivingsfunctie toepassen
Symptoom: Horizontale balk met zwarte kleur omhoog en omlaag verplaatsen.
Informatie
99
‐ Methode selecteren
Gebruiksaanwijzingen: OSD‐menu ‐> Instellen ‐> Veiligheidsscherm ‐>
Schermverschuiving.
Time Interval (Tijdsinterval): 1 ~ 10 uur (aanbevolen: 1 )
Tijdsduur: 1 ~ 5 seconden (aanbevolen: 5 )
Opmerking
(Raadpleeg het gedeelte 'OSD‐functie' in de gebruikershandleiding op de cd. Voor
sommige modellen is dit niet beschikbaar.)
De schermpixelfunctie van het product toepassen
De schermpixelfunctie toepassen
‐ Symptoom: Stip met zwarte kleur omhoog en omlaag verplaatsen.
‐ Methode selecteren
Gebruiksaanwijzingen: OSD Menu ‐> Set Up ‐> Safety Screen ‐> Pixel
(OSD‐menu ‐> Instellen ‐> Veiligheidsscherm ‐> Pixel)
Time Interval (Tijdsinterval): 1 ~ 10 uur (aanbevolen: 1 )
Tijdsduur: 10 ~ 50 seconden (aanbevolen: 50 )
De schermbalkfunctie toepassen
Symptoom: Horizontale/verticale balk met zwarte kleur omhoog en omlaag
verplaatsen.
Informatie
100
‐ Methode selecteren
Gebruiksaanwijzingen: OSD Menu ‐> Set Up ‐> Safety Screen ‐> Bar (OSD‐
menu ‐> Instellen ‐> Veiligheidsscherm ‐> Balk)
Time Interval (Tijdsinterval): 1 ~ 10 uur (aanbevolen: 1 )
Tijdsduur: 10 ~ 50 seconden (aanbevolen: 50 )
Opmerking
(Raadpleeg het gedeelte 'OSD‐functie' in de gebruikershandleiding op de cd. Voor
sommige modellen is dit niet beschikbaar.) )
De schermwisfunctie van het product toepassen
De schermwisfunctie toepassen
‐ Symptoom: 2 verticale blokken bewegen terwijl het scherm wordt gewist
‐ Methode selecteren
Gebruiksaanwijzingen: OSD‐menu ‐> Instellen ‐> Veiligheidsscherm ‐>
Wisser.
Time Interval (Tijdsinterval): 1 ~ 10 uur (aanbevolen: 1 )
Tijdsduur: 10 ~ 50 seconden (aanbevolen: 50 )
Opmerking
(Raadpleeg het gedeelte 'OSD‐functie' in de gebruikershandleiding op de cd. Voor
sommige modellen is dit niet beschikbaar.)
Informatie
101
Bijlage
Contact SAMSUNG wereldwijd
Opmerking
Wanneer u suggesties of vragen heeft met betrekking tot Samsung producten, gelieve con-
tact op te nemen met de consumenten dienst van SAMSUNG
North America
U.S.A 1‐800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/us
CANADA 1‐800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/ca
MEXICO 01‐800‐SAMSUNG(726‐
7864)
http://www.samsung.com/mx
Latin America
ARGENTINA 0800‐333‐3733 http://www.samsung.com/ar
BRAZIL 0800‐124‐421
4004‐0000
http://www.samsung.com/br
CHILE 800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/cl
COLOMBIA 01‐8000112112 http://www.samsung.com/co
COSTA RICA 0‐800‐507‐7267 http://www.samsung.com/lat-
in
ECUADOR 1‐800‐10‐7267 http://www.samsung.com/lat-
in
EL SALVADOR 800‐6225 http://www.samsung.com/lat-
in
GUATEMALA 1‐800‐299‐0013 http://www.samsung.com/lat-
in
HONDURAS 800‐7919267 http://www.samsung.com/lat-
in
JAMAICA 1‐800‐234‐7267 http://www.samsung.com/lat-
in
NICARAGUA 00‐1800‐5077267 http://www.samsung.com/lat-
in
PANAMA 800‐7267 http://www.samsung.com/lat-
in
PUERTO RICO 1‐800‐682‐3180 http://www.samsung.com/lat-
in
REP. DOMINICA 1‐800‐751‐2676 http://www.samsung.com/lat-
in
TRINIDAD & TO-
BAGO
1‐800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/lat-
in
VENEZUELA 0‐800‐100‐5303 http://www.samsung.com/lat-
in
Europe
AUSTRIA 0810 ‐ SAMSUNG (7267864,
€ 0.07/min)
http://www.samsung.com/at
102
Europe
BELGIUM 02 201 2418 http://www.samsung.com/be
(Dutch)
http://www.samsung.com/
be_fr (French)
CZECH REPUBLIC 800 SAMSUNG (800‐
726786)
http://www.samsung.com/cz
DENMARK 8 ‐ SAMSUNG (7267864) http://www.samsung.com/dk
EIRE 0818 717 100 http://www.samsung.com/ie
FINLAND 30 ‐ 6227 515 http://www.samsung.com/fi
FRANCE 01 4863 0000 http://www.samsung.com/fr
GERMANY 01805 SAMSUNG
(7267864, € 0.14/Min)
http://www.samsung.de
HUNGARY 06‐80‐SAMSUNG (726‐7864) http://www.samsung.com/hu
ITALIA 800‐SAMSUNG (726‐7864) http://www.samsung.com/it
LUXEMBURG 02 261 03 710 http://www.samsung.com/lu
NETHERLANDS 0900‐SAMSUNG (0900‐
7267864) (€ 0,10/Min)
http://www.samsung.com/nl
NORWAY 3 ‐ SAMSUNG (7267864) http://www.samsung.com/no
POLAND 0 801 1SAMSUNG (172678)
022 ‐ 607 ‐ 93 ‐ 33
http://www.samsung.com/pl
PORTUGAL 808 20‐SAMSUNG
(7267864)
http://www.samsung.com/pt
SLOVAKIA 0800‐SAMSUNG (726‐7864) http://www.samsung.com/sk
SPAIN 902 ‐ 1 SAMSUNG (902 172
678)
http://www.samsung.com/es
SWEDEN 0771 726 7864 (SAMSUNG) http://www.samsung.com/se
SWITZERLAND 0848 SAMSUNG (7267864,
CHF 0.08/min)
http://www.samsung.com/ch
U.K 0845 SAMSUNG (7267864) http://www.samsung.com/uk
CIS
BELARUS 810‐800‐500‐55‐500
ESTONIA 800‐7267 http://www.samsung.com/ee
LATVIA 8000‐7267 http://www.samsung.com/lv
LITHUANIA 8‐800‐77777 http://www.samsung.com/lt
MOLDOVA 00‐800‐500‐55‐500
KAZAKHSTAN 8‐10‐800‐500‐55‐500 http://www.samsung.com/
kz_ru
KYRGYZSTAN 00‐800‐500‐55‐500
RUSSIA 8‐800‐555‐55‐55 http://www.samsung.ru
TADJIKISTAN 8‐10‐800‐500‐55‐500
UKRAINE 8‐800‐502‐0000 http://www.samsung.com/ua
Bijlage
103
CIS
http://www.samsung.com/
ua_ru
UZBEKISTAN 8‐10‐800‐500‐55‐500 http://www.samsung.com/
kz_ru
Asia Pacific
AUSTRALIA 1300 362 603 http://www.samsung.com/au
CHINA 400‐810‐5858
010‐6475 1880
http://www.samsung.com/cn
HONG KONG 3698 ‐ 4698 http://www.samsung.com/hk
http://www.samsung.com/
hk_en/
INDIA 3030 8282
1‐800‐3000‐8282
1800 110011
http://www.samsung.com/in
INDONESIA 0800‐112‐8888 http://www.samsung.com/id
JAPAN 0120‐327‐527 http://www.samsung.com/jp
MALAYSIA 1800‐88‐9999 http://www.samsung.com/my
NEW ZEALAND 0800 SAMSUNG(0800 726
786)
http://www.samsung.com/nz
PHILIPPINES 1‐800‐10‐SAMSUNG(726‐
7864)
1‐800‐3‐SAMSUNG(726‐
7864)
1‐800‐8‐SAMSUNG(726‐
7864)
02‐5805777
http://www.samsung.com/ph
SINGAPORE 1800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/sg
THAILAND 1800‐29‐3232, 02‐689‐3232 http://www.samsung.com/th
TAIWAN 0800‐329‐999 http://www.samsung.com/tw
VIETNAM 1 800 588 889 http://www.samsung.com/vn
Middle East & Africa
SOUTH AFRICA 0860‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/za
TURKEY 444 77 11 http://www.samsung.com/tr
U.A.E 800‐SAMSUNG(726‐7864)
8000‐4726
http://www.samsung.com/ae
Woordenlijst
Dot Pitch Het beeld van een monitor bestaat uit rode, groene en
blauwe punten. Hoe dichter deze punten bij elkaar staan,
des te hoger de resolutie. De afstand tussen twee punten
met dezelfde kleur wordt 'Dot Pitch' genoemd. Eenheid: mm
Bijlage
104
Verticale frequentie Om een beeld voor de gebruiker te kunnen weergeven,
moet het beeld meerdere malen per seconde opnieuw wor-
den opgebouwd. De frequentie van deze herhaling wordt de
verticale frequentie of Refresh Rate (vernieuwingsfrequen-
tie) genoemd. Eenheid: Hz
Voorbeeld: Als hetzelfde lichtje 60 keer per seconde knip-
pert, noemt men dit 60 Hz.
Horizontale frequentie De tijd die nodig is om één lijn horizontaal van de linker‐ naar
de rechterrand van het scherm te scannen, wordt de Hori-
zontal Cycle (Horizontale cyclus) genoemd. Het omge-
keerde van deze Horizontal Cycle is de Horizontale
frequentie. Eenheid: kHz
Interlace en Non‐Interlace
methoden
De achtereenvolgende weergave van boven naar beneden
van de horizontale lijnen in het scherm wordt de Non‐Inter-
lace methode genoemd. Bij de Interlace methode worden
eerst oneven en dan even lijnen weergegeven. Voor een
optimale beeldkwaliteit wordt in de meeste monitoren ge-
bruik gemaakt van de Non‐Interlace methode. Voor tv's
wordt de Interlace methode gebruikt.
Plug & Play Met deze functie wordt de beste beeldkwaliteit verkregen
door de computer en de monitor in staat te stellen automa-
tisch informatie uit te wisselen. Deze monitor voldoet aan
de internationale norm VESA DDC voor Plug & Play.
Resolutie Met resolutie wordt het aantal horizontale en verticale stip-
pen waaruit het beeld is opgebouwd bedoeld. Dit aantal
geeft de nauwkeurigheid van het beeld weer. Een hoge res-
olutie is gunstig voor het uitvoeren van meerdere taken,
omdat er meer beeldinformatie op het scherm kan worden
weergegeven.
Voorbeeld: Een resolutie van 1920 x 1080 betekent dat het
scherm is opgebouwd uit 1920 horizontale punten (horizon-
tale resolutie) en 1080 verticale lijnen (verticale resolutie).
Correcte verwijdering
Correcte verwijdering van dit product (elektrische & elektronische afvalapparatuur)
‐ alleen Europa
Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal
duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires (bv. lader,
headset, USB‐kabel) niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mo-
gen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke schade
aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde af-
valverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten
afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duur-
zame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar
ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om
te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten
recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de
algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen. Dit product
Bijlage
105
Correcte verwijdering van dit product (elektrische & elektronische afvalapparatuur)
‐ alleen Europa
en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor
verwijdering worden gemengd.
Correcte behandeling van een gebruikte accu uit dit product ‐ alleen Europa
Dit merkteken op de accu, handleiding of verpakking geeft aan dat de
accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen met ander
huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische symbolen
Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik‐, cadmium‐ of loodgehalte in de
accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn 2006/66/EC. Indien
de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt behandeld, kunnen deze
stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen of het milieu.
Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van
het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en
batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan te
bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in uw
omgeving.
Opmerking
De oplaadbare accu in dit product kan niet door de gebruiker zelf worden vervangen. Neem
contact op met uw serviceprovider voor informatie over vervanging.
Rechten
De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
© 2009 Samsung Electronics Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden.
Het is strikt verboden het product op welke manier dan ook te reproduceren zonder schrif-
telijke toestemming van Samsung Electronics Co., Ltd.
Samsung Electronics Co., Ltd. stelt zich niet aansprakelijk voor fouten of voor incidentele
schade of gevolgschade die verband houdt met de levering, prestatie en het gebruik van dit
materiaal.
Samsung is een geregistreerd handelsmerk van Samsung Electronics Co., Ltd.; Microsoft,
Windows en Windows NT zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation;
VESA, DPM en DDC zijn geregistreerde handelsmerken van Video Electronics Standard
Association; de naam en het logo van ENERGY STAR
®
zijn geregistreerde handelsmerken
van de Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA). Alle andere genoemde pro-
ductnamen kunnen (geregistreerde) handelsmerken zijn van hun respectievelijke eigenaren.
Bijlage
106

Documenttranscriptie

SyncMaster 700DX-2, 700DXN-2 LCD‐scherm Gebruikershandleiding Veiligheidsinstructies Symbolen Opmerking U moet deze veiligheidsvoorschriften volgen om te voorkomen dat u risico loopt en het apparaat beschadigd raakt. Lees de instructies zorgvuldig en gebruik het product op de juiste manier. Waarschuwing / Voorzichtig Het niet opvolgen van de aanwijzingen die dit symbool aanduidt kan resulteren in persoonlijk letsel of schade aan de apparatuur. Opmerking Verboden Op ieder moment belangrijk om te lezen en begrijpen Niet demonteren Haal de stekker uit het stopcontact Niet aanraken Geaard om een elektrische schok te voorkomen Stroom Als uw computer gedurende langere tijd niet gebruikt wordt, stel hem dan in op DPM. Als u een schermbeveiliging gebruikt, stelt u deze in op de actieve schermmodus. De afbeeldingen zijn alleen ter referentie, en mogelijk niet in alle gevallen (of landen) van toepassing. Snelkoppeling naar instructies ter voorkoming van scherminbranding Gebruik geen beschadigde voedingskabel of stekker, of een beschadigd of loszittend stopcontact. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. Raak de stekker bij het aansluiten of verwijderen niet met natte handen aan. • Dit zou een elektrische schok kunnen veroorzaken. Sluit de stekker aan op een geaard stopcontact. • Anders zou u een elektrische schok of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken. 1 Veiligheidsinstructies Controleer of de stekker goed en stevig in het stopcontact zit. • Dit kan brand veroorzaken. Buig de voedingskabel niet, trek er niet aan en plaats er geen zware spullen op. • Dit kan brand veroorzaken. Sluit niet meerdere apparaten aan op hetzelfde stopcontact. • Hierdoor kan, door oververhitting, brand ontstaan. Verwijder het netsnoer niet tijdens het gebruik van het product. • Dit kan een elektrische schok veroorzaken waardoor het product beschadigd kan raken. De stekker moet uit het stopcontact worden gehaald om het apparaat te ontkoppelen. De stekker moet daarom goed bereikbaar zijn. • Anders kan dit een elektrische schok of brand veroorzaken. Gebruik alleen het door ons bedrijf geleverde netsnoer. Gebruik geen netsnoeren die bij een ander product horen. • Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken. Installatie Neem contact op met een geautoriseerd Servicecentrum als u de monitor installeert in een omgeving waar veel stof, hoge of lage temperaturen of hoge vochtigheid voorkomt, op een plaats waar gewerkt wordt met chemische oplossingen of waar de monitor 24 uur per dag in werking is, zoals een vliegveld of treinstation. Als u dit niet doet, kan er schade aan het apparaat ontstaan. Zorg dat u het apparaat met minimaal twee personen optilt en verplaatst. • Het apparaat zou kunnen vallen, wat zou kunnen leiden tot persoonlijk letsel en/of beschadiging van het product. Als u het product in een kast of op een rek plaatst, moet u ervoor zorgen dat de voorzijde van de onderkant van het product niet uitsteekt. • Anders kan het product vallen of persoonlijk letsel veroorzaken. • Zorg dat de kast of het rek groot genoeg is voor het product. 2 Veiligheidsinstructies PLAATS GEEN KAARSEN, INSECTENWERENDE MIDDELEN, SIGARETTEN OF VERWARMINGSAPPARATUUR IN DE BUURT VAN HET PRODUCT. • Dit kan brand veroorzaken. Houd verwarmingsapparatuur zo veel mogelijk uit de buurt van de voedingskabel en het product. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. Plaats het apparaat niet op een slecht geventileerde plaats, zoals in een boekenkast. • Dit zou kunnen resulteren in brand door oververhitting. Wees voorzichtig bij het neerzetten van het product. • Dit kan schade aan het beeldscherm veroorzaken. Plaats de voorzijde van het product niet op de vloer. • Dit kan schade aan het beeldscherm veroorzaken. De muurbevestiging moet worden gemonteerd door een geautoriseerd installatiebedrijf. • Anders kan het product vallen en persoonlijk letsel veroorzaken. • Gebruik de aangegeven muurbevestiging. Installeer het product op een goed geventileerde plaats. Er moet minimaal 10 cm ruimte tussen het product en de muur zijn. • Anders zou er brand kunnen ontstaan als gevolg van oververhitting. Houd het verpakkingsmateriaal buiten bereik van kinderen. • Kinderen kunnen letsel oplopen (stikken) als ze hiermee spelen. Steun niet op de standaard en plaats geen voorwerpen op de standaard wanneer u de hoogte van de monitor verstelt. • Dit kan schade aan het product of persoonlijk letsel veroorzaken. Schoonmaken U kunt de monitor en het oppervlak van de TFT-LCD afnemen met een zachte, iets vochtige doek. 3 Veiligheidsinstructies Spuit geen reinigingsmiddelen rechtstreeks op het oppervlak van het product. • Dit kan verkleuringen en vervaging van de structuur veroorzaken. Ook kan het oppervlak van het scherm losraken. Gebruik voor het reinigen van de stekkers en het stopcontact een droge doek. • Anders kan er brand ontstaan. Haal voor het reinigen van het product de stekker uit het stopcontact. • Anders kan er een elektrische schok of brand ontstaan. Haal voor het reinigen van het product eerst de stekker uit het stopcontact en reinig deze met een zachte, droge doek. • (Gebruik geen chemische middelen zoals was, benzeen, alcohol, verdunningsmiddelen, insectenwerende middelen, smeermiddelen of reinigingsmiddelen.) Hierdoor kan het uiterlijk van het oppervlak worden aangetast en kunnen de indicatielabels op het product losraken. De behuizing van het product is gevoelig voor krassen. Gebruik daarom alleen het soort doek dat wordt voorgeschreven. Spuit bij het reinigen van het product geen water rechtstreeks op de behuizing. • Zorg ervoor dat er geen water in het product loopt en dat het product niet nat wordt. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. Overig Dit product werkt op hoge spanning. Demonteer, repareer of bewerk het product niet zelf. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. Neem contact op met een servicecentrum als het product gerepareerd moet worden. Als er een vreemde geur, een vreemd geluid of rook uit het product komt, moet u direct de stekker uit het stopcontact halen en contact opnemen met een Servicecentrum. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. Stel het product niet bloot aan vocht, stof, rook of water en installeer het niet in een auto. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. 4 Veiligheidsinstructies Als u het product laat vallen of als de behuizing kapot gaat, moet u het product uitschakelen en de stekker uit het stopcontact halen. Neem contact op met een Servicecentrum. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. Raak bij onweer het netsnoer en de antennekabel niet aan. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. Probeer het beeldscherm niet te verplaatsen door enkel aan het snoer of de signaalkabel te trekken. • Anders kan het product vallen, wat schade aan de kabel kan veroorzaken waardoor een elektrische schok, schade aan het product of brand kan ontstaan. U kunt het product niet optillen of verplaatsen door alleen het netsnoer of de signaalkabels vast te houden. • Anders kan het product vallen, wat schade aan de kabel kan veroorzaken waardoor een elektrische schok, schade aan het product of brand kan ontstaan. Voorkom dat de ventilatieopening wordt geblokkeerd door een tafel of gordijn. • Anders zou er brand kunnen ontstaan als gevolg van oververhitting. Plaats geen voorwerpen die water bevatten, vazen, bloempotten, geneesmiddelen of metalen voorwerpen op het product. • Als er water of vreemde voorwerpen in het product terechtkomen, moet u de stekker uit het stopcontact halen en contact opnemen met een Servicecentrum. • Dit kan een defect, elektrische schok of brand veroorzaken. Gebruik of bewaar geen brandbare sprays of licht ontvlambare materialen in de buurt van het product. • Dit zou een explosie of brand kunnen veroorzaken. Steek geen metalen voorwerpen, zoals pennen, munten, naalden en draad, of licht ontvlambare voorwerpen als lucifers of papier in het product (bijvoorbeeld via de ventilatieopeningen, ingangen en uitgangen). • Als er water of vreemde voorwerpen in het product terechtkomen, moet u de stekker uit het stopcontact halen en contact opnemen met een Servicecentrum. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. Als een stilstaand beeld lang wordt weergegeven, kan een nabeeld of vlek ontstaan. • Zet het product in de slaapstand of gebruik een bewegende schermbeveiliging als u het product langere tijd niet gebruikt. 5 Veiligheidsinstructies Stel een resolutie en frequentie in die geschikt zijn voor het product. • Anders kan schade aan uw ogen ontstaan. Zet bij het gebruik van een koptelefoon het volume niet te hard. • Dit kan uw gehoor beschadigen. Ga niet te dicht bij het product zitten om vermoeide ogen te voorkomen. Neem minimaal vijf (5) minuten pauze nadat u de monitor één (1) uur hebt gebruikt. Hiermee voorkomt u dat uw ogen vermoeid raken. Installeer het product niet op een instabiele plaats als een instabiel rek of een onregelmatig oppervlak of op een plaats die blootstaat aan trillingen. • Het apparaat zou kunnen vallen, wat zou kunnen leiden tot persoonlijk letsel en/of beschadiging van het product. • Als u het product gebruikt op een plaats die blootstaat aan trillingen, kan het product beschadigd raken, wat brand tot gevolg kan hebben. Schakel het product voordat u het gaat verplaatsen uit en haal de stekker uit het stopcontact. Ontkoppel ook de antennekabel en alle andere kabels die op het product zijn aangesloten. • Anders kan er een elektrische schok of brand ontstaan. Voorkom dat kinderen aan het product gaan hangen of erop klimmen. • Het product kan namelijk vallen, wat persoonlijk letsel of zelfs de dood tot gevolg kan hebben. Haal de stekker uit het stopcontact als u het product gedurende langere tijd niet gebruikt. • Anders kan het product oververhit raken of ontbranden als gevolg van stofophoping. Ook kan als gevolg van een elektrische schok of lekkage brand ontstaan. Plaats geen zware voorwerpen, speelgoed of lekkernijen (bijvoorbeeld koekjes) op het product die de aandacht van kinderen kunnen trekken. • Uw kinderen kunnen aan het product gaan hangen waardoor het kan vallen, wat persoonlijk letsel of zelfs de dood tot gevolg kan hebben. 6 Veiligheidsinstructies Voorkom dat kinderen de batterij in hun mond stoppen als deze uit de afstandsbediening wordt gehaald. Houd de batterij buiten bereik van kinderen. • Neem direct contact op met uw arts als een kind een batterij in zijn mond heeft gestopt. Let bij het vervangen van de batterij op de juiste polariteit (+, ‐). • Anders kan de batterij beschadigd raken of brand, persoonlijk letsel of schade veroorzaken als gevolg van lekkage van batterijvloeistof. Gebruik alleen de aangegeven standaardbatterijen en gebruik nooit tegelijkertijd een nieuwe en een gebruikte batterij. • Anders kunnen de batterijen beschadigd raken of brand, persoonlijk letsel of schade veroorzaken als gevolg van lekkage van batterijvloeistof. Batterijen (oplaadbaar en niet oplaadbaar) zijn geen standaard afval en dienen ter recycling te worden aangeboden. Als verbruiker is de klant verantwoordelijk voor het op de juiste manier retourneren van gebruikte of oplaadbare batterijen. • De klant kan gebruikte of oplaadbare batterijen afgeven bij het dichtstbijzijnde gemeentelijke afvaldepot of bij een winkel die eenzelfde type batterijen verkoopt. Plaats het product niet in direct zonlicht of in de buurt van warmtebronnen zoals open vuur of een kachel. • Dit kan de levensduur van het product verkorten en brand tot gevolg hebben. Laat geen voorwerpen op het product vallen en oefen geen druk uit op het product. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. Gebruik geen luchtbevochtiger in de buurt van het product. • Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken. Raak in geval van een gaslek het product en de stekker niet aan maar zorg direct voor ventilatie. • Een vonk kan een explosie of brand veroorzaken. Als het product gedurende lange tijd ingeschakeld is, wordt het beeldscherm heet. Raak het niet aan. Houd de kleine accessoires buiten bereik van kinderen. 7 Veiligheidsinstructies Wees voorzichtig bij het instellen van de hoek van het product of de hoogte van de voet. • Uw hand of vingers kunnen klem raken. • Als u het product te ver kantelt, kan het vallen en persoonlijk letsel veroorzaken. Plaats het product niet op een plaats waar kinderen er gemakkelijk bij kunnen. • Anders kan het product vallen en persoonlijk letsel veroorzaken. • Het voorste deel ven het product is zwaar. Plaats het product daarom op een vlakke en stabiele ondergrond. Plaats geen zware voorwerpen op het product. • Dit kan persoonlijk letsel en/of schade aan het product veroorzaken. Instructies voor installatie van de stroomvoorziening • Lees deze instructies zorgvuldig en nauwkeurig door. Het nalaten hiervan kan resulteren in brand, persoonlijk letsel en kan zelfs fatale gevolgen hebben. Instructies voor installatie van de stroomvoorziening • Controleer voordat u het product installeert de voedingsvereisten voor de plaats van installatie. Als u het product wilt installeren in een omgeving (voedingskabel, stopcontact, zekering, enzovoort) waarvan de stroom‐/vermogenscapaciteit lager is dan de stroom‐/vermogensopname van het product, moet u een aparte transformator installeren in overeenstemming met de tabel 'Opgegeven capaciteit'. De klant dient de kosten hiervan te dragen. • Sluit het product aan op een vast stopcontact en niet op een verlengsnoer met een verdeeldoos. Als het gebruik van een verlengsnoer met verdeeldoos noodzakelijk is, raadpleegt u de tabel 'Opgegeven capaciteit' voor de stroomopname en gebruikt u een verdeeldoos met een toegestane stroomcapaciteit die hoger is dan de totale stroomopname van de producten die erop worden aangesloten. • Als u een verlengsnoer gebruikt, dient u een stroomkabel met hoge capaciteit te gebruiken. Gebruik een stroomkabel met een toegestane stroomcapaciteit van 12,5 A of meer. Opgegeven stroomcapaciteit van de stekker/kabel/koppeling • Gebruik een stroomkabel met een capaciteit van 12,5 A of meer. 8 Veiligheidsinstructies Opmerking • Raadpleeg de specificaties voor kabelveiligheid. • UL‐specificatie ‐ Gebruik een kabel van 14 AWG of meer • KS‐specificatie ‐ Gebruik een kabel van 20.SQ of meer • IEC‐specificatie ‐ Gebruik een kabel van 2,5 SQ of meer 9 Inleiding Inhoud van de verpakking Opmerking Controleer of de volgende onderdelen bij het LCD‐scherm zijn geleverd. Neem contact op met uw verkoper als er onderdelen ontbreken. Neem contact op met een plaatselijke dealer voor de aanschaf van accessoires. De inhoud van de doos controleren Verwijder het slot van de doos zoals wordt weergegeven in de bovenstaande afbeelding. Til de doos op en houd Controleer de inhoud van Verwijder het piepschuim deze vast aan de openinde doos. en de beschermingslaag. gen aan weerszijden van de doos. Opmerking • Nadat de doos is uitgepakt, dient u de inhoud te controleren. • Bewaar de doos om in de toekomst het product te kunnen vervoeren. Uitpakken 10 Inleiding LCD‐scherm Handleidingen Handleiding voor snelle installatie Garantiekaart Gebruikershandleiding (Niet op alle locaties verkrijgbaar) MagicInfo ‐software, MagicInfo ‐handleiding (Alleen van toepassing op model DXN-2) Kabels Netsnoer D‐Sub‐kabel Overig Afstandsbediening Batterijen (AAA x 2) (BP59‐00138A) (Niet op alle locaties verkrijgbaar) BNC naar RCA‐adapter Apart verkrijgbaar BNC‐naar‐BNC‐kabel DVI‐kabel LAN‐kabel (Alleen van toepassing op model DXN-2) 11 Inleiding Apart verkrijgbaar Wandmontageset RGB‐naar‐BNC‐kabel Uw LCD‐scherm Voorkant MENU‐knop [MENU] Het schermmenu openen en sluiten. U kunt hiermee ook het schermmenu afsluiten of terugkeren naar het vorige menu. Navigatieknoppen (omhoog/omlaag) Sprint van de ene menuoptie naar de andere in verticale richting of wijzigt de geselecteerde menuwaarden. Instelknoppen (naar links/naar rechts)/volumeknoppen Sprint van de ene menuoptie naar de andere in horizontale richting of wijzigt de geselecteerde menuwaarden. Wanneer het schermmenu niet wordt weergegeven, drukt u op de knop om het volume aan te passen. ENTER‐knop [ENTER] Activeert een gemarkeerd menu‐item. SOURCE‐knop [SOURCE] Hiermee schakelt u tussen de PC‐ en Videomodus. Hiermee wordt de invoerbron geselecteerd waarop een extern apparaat is aangesloten. [PC] → [DVI] → [AV] → [Component] → [HDMI] → [MagicInfo] → [BNC] Opmerking • MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model. PIP‐toets 12 Inleiding Druk op de toets PIP om het PIP‐scherm in of uit te schakelen. PIP‐schermen kunnen elkaar niet overlappen aangezien BNC en de component dezelfde aansluiting gebruiken. • PC: DVI / AV / HDMI • BNC : DVI / AV / HDMI • DVI / AV : PC / BNC • Component : PC • HDMI : PC / BNC Aan/uit‐knop [ ] Gebruik deze knop om het LCD‐scherm in en uit te schakelen. Brightness Sensor (Optioneel) Hiermee wordt automatisch de helderheid in de omgeving gedetecteerd. Opmerking This function is activated only on the models equipped with an auto brightness sensor. Controlelampje stroom Wanneer deze groen knippert, is de modus PowerSaver ingeschakeld. Opmerking Zie het gedeelte PowerSaver in de handleiding voor meer informatie over energiebesparingsfuncties. Om energie te besparen, kunt u het beste het LCD‐scherm uitschakelen wanneer u dit gedurende langere tijd niet gebruikt. Sensor van afstandsbediening Richt de afstandsbediening op deze plek op het LCD‐scherm. Achterkant Opmerking Voor meer informatie over kabelverbindingen raadpleegt u Kabels aansluiten onder Instellingen. De configuratie van het LCD‐scherm aan de achterkant kan verschillen, afhankelijk van het model van het LCD‐scherm. 13 Inleiding Opmerking Alleen van toepassing op model DXN-2 POWER U sluit het netsnoer aan op het LCD‐scherm en het stopcontact. RS232C OUT/IN (RS232C seriële poort) MDC (Multiple Display Control)‐programmapoort RGB IN (PC‐aansluiting (ingang)) • Gebruik een D‐Sub‐kabel (15‐pins D‐ Sub) ‐ PC‐modus (Analoge PC) • Verbind de RGB IN‐poort van het beeldscherm via de RGB‐naar‐BNC‐kabel aan op de BNC‐poort van de pc. DVI IN (Videoaansluiting voor PC) Gebruik een DVI‐kabel (DVI‐D naar DVI‐D) ‐ DVI‐modus (Digitale PC) DVI/RGB AUDIO IN (PC/DVI Aansluitingen voor geluidsverbindingen (ingang)) AV/COMPONENT AUDIO IN [R - AUDIO- L] Sluit de poort van de dvd‐speler, videorecorder (dvd/DTV Set‐Top Box) aan op de poort [ R - AUDIO - L ] van het LCD‐scherm. DVI OUT • Een monitor aansluiten op een andere monitor met een DVI‐kabel. • Verbind de DVI OUT‐poort van het beeldscherm via de DVI‐naar‐HDMI‐kabel met 14 Inleiding de HDMI IN‐poort van het andere beeldscherm. • DVI‐, HDMI‐ en netwerksignalen die via de DVI OUT‐poort zijn verzonden, worden op het tweede scherm weergegeven. Dit is het scherm met de DVI IN‐poort. Opmerking Er kunnen maximaal 6 Full HD of 10 HD‐ beeldschermen worden aangesloten (kan afwijken afhankelijk van het product). AV IN [VIDEO] Verbind de aansluiting [ VIDEO ] van uw monitor door middel van een VIDEO‐kabel met de video‐uitgang van het externe apparaat. AUDIO OUT Aansluitpunt hoofdtelefoon. HDMI IN Sluit de HDMI‐aansluiting op de achterkant van uw LCD‐scherm aan op de HDMI‐aansluiting op het digitale uitvoerapparaat door middel van een HDMI‐kabel. Er kan maximaal 1 HDMI‐kabel worden ondersteund. BNC OUT [R, G, B, H, V] (BNC-aansluiting (uitgang)) BNC (analoge pc) aansluiting: de R, G, B, H, V poorten aansluiten. Het aantal LCD-schermen dat op de loopout kan worden aangesloten, verschilt afhankelijk van de kabel, signaalbron, enzovoort. Op kabels zonder degradatie of signaalbron kunnen maximaal tien LCD-schermen worden aangesloten. BNC/COMPONENT IN [R/Y, G/PB, B/ PR, H, V] (BNC/componentaansluiting (ingang)) 15 Inleiding ‐ Controleer tijdens BNC‐invoer de onderstaande specificaties voor de ingangen. • [R/Y] ‐‐> Rode ingang • [G/PB] ‐‐> Groene ingang • [B/PR] ‐‐> Blauwe ingang ‐ Controleer tijdens Component‐invoer de onderstaande specificaties voor de ingangen. • [R/Y] ‐‐> Groene ingang • [G/PB] ‐‐> Blauwe ingang • [B/PR] ‐‐> Rode ingang RGB OUT Opmerking Alleen van toepassing op model DXN-2 LAN (Aansluiting voor LAN) Opmerking Alleen van toepassing op model DXN-2 USB1,USB2 (Aansluiting voor USB) Compatibel met toetsenbord/muis, opslagapparatuur met grote capaciteit Opmerking Alleen van toepassing op model DXN-2 Opmerking Zie Kabels aansluiten voor meer informatie over kabelverbindingen. Afstandsbediening Opmerking De prestaties van de afstandsbediening worden mogelijk beïnvloed door een tv of ander elektronisch apparaat dat actief is in de buurt van het LCD‐scherm. Hierdoor kan de frequentie van de afstandsbediening worden gestoord. 16 Inleiding POWER OFF Cijfertoetsen DEL / GUIDE‐knop + VOL SOURCE D.MENU TOOLS Toetsen omhoog‐omlaag, naar links‐naar rechts INFO KLEURTOETSEN TTX/MIX MTS/DUAL ENTER/PRE-CH MUTE CH/P TV MENU RETURN EXIT MagicInfo 1. POWER Hiermee schakelt u het product in. 2. OFF Hiermee schakelt u het product uit. 3. Cijfertoetsen 4. DEL / GUIDE‐knop Druk hierop om het kanaal te wijzigen. De knop "‐" dient als selectieknop voor digitale kanalen. Elektronische programmagids (EPG) weergeven ‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm. 5. + VOL 6. SOURCE Past het geluidsniveau aan. Druk op de knop om de bron van het ingangssignaal SOURCE te veranderen. U mag SOURCE alleen veranderen voor externe apparaten die op dat moment op het LCD‐scherm zijn aangesloten. 7. D.MENU DTV‐menu weergeven ‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm. 17 Inleiding 8. TOOLS Hiermee kunt u snel veelgebruikte functies selecteren. ‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm. 9. Toetsen omhoog‐omlaag, naar links‐naar rechts Springt van het ene item naar het andere in horizontale richting, in verticale richting, of wijzigt de waarde van de geselecteerde menuoptie. 10. INFO Informatie over het huidige beeld wordt linksboven op het scherm weergegeven. 11. KLEURTOETSEN Druk hierop om kanalen toe te voegen en te verwijderen en om kanalen op te slaan in de lijst met voorkeurkanalen in de kanalenlijst. ‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm. TTX/MIX 12. Tv‐kanalen bieden schriftelijke informatiediensten via teletekst. ‐ Teletekstknoppen ‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm. 13. MTS/DUAL ‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm. MTS‐ U kunt de modus MTS (Multichannel Television Stereo) selecteren. FM Stereo Type geluid MTS/S_Mode Standaard Mono Mono Stereo Mono ↔ Stereo Handmatig wijzigen SAP Mono ↔ SAP Mono DUAL‐ STEREO/MONO, DUAL l/DUAL ll en MONO/NICAM MONO/NICAM STEREO kunnen worden gebruikt tijdens het tv‐kijken, afhankelijk van het uitzendtype, door de knop DUAL te gebruiken op de afstandsbediening. ENTER/PRE-CH 14. Met deze knop keert u terug naar het laatst gebruikte kanaal. ‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm. 15. MUTE Pauzeert (dempt) het geluid tijdelijk. Dit wordt weergegeven linksonder in het scherm. De audio wordt hervat wanneer u in de modus Mute (Dempen) op MUTE of - VOL + drukt. 16. CH/P Hiermee kunt u tv‐kanalen selecteren in de modus TV. ‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm. 17. TV Hiermee selecteert u rechtstreeks de tv‐modus. 18 Inleiding ‐ Deze functie werkt niet voor dit LCD‐scherm. 18. MENU Het schermmenu openen en sluiten, of het menu voor het afstellen van het scherm sluiten. 19. RETURN Hiermee keert u terug naar het vorige menu. 20. EXIT Hiermee verlaat u het menuscherm. 21. MagicInfo MagicInfo ‐snelstartknop Mechanische indeling Mechanische indeling Bovenzijde LCD‐scherm 19 Inleiding Installatie VESA‐beugel • Let er bij het installeren van VESA op, dat u voldoet aan de internationale VESA‐normen. • Informatie over en aankoop en installatie van de VESA‐steun: Neem contact op met uw dichtstbijzijnde SAMSUNG‐distributeur om een bestelling te plaatsen. Nadat de bestelling is geplaatst, zal een professioneel team de steun bij u komen installeren. • Er zijn ten minste twee personen nodig om het LCD‐scherm te verplaatsen. • SAMSUNG is niet verantwoordelijk voor schade aan het product of verwondingen die tijdens het installeren door onvoorzichtigheid van de klant zijn veroorzaakt. 20 Inleiding Afmetingen Opmerking Gebruik voor het bevestigen van de beugel aan de muur alleen kolomschroeven met een diameter van 6 mm en een lengte van 8 tot 12 millimeter. Installatie van de wandsteun • Neem contact op met een technicus alvorens de wandsteun te bevestigen. • SAMSUNG Electronics is niet verantwoordelijk voor enige schade aan het product of letsel bij de klant wanneer de installatie wordt uitgevoerd door de klant. • Dit product is geschikt voor installatie aan cementen muren. Als het product aan een gipsen of houten wand wordt geplaatst, blijft het mogelijk niet goed hangen. Onderdelen Gebruik alleen de componenten en accessoires die u bijgevoegd bij dit product vindt. Wandsteun (1) Scharnier (links 1, Kunstrechts 1) stof drager (4) Schroef Schroef Plug (A)(11) (B)(4) (11) Montage van de wandsteun Opmerking Er zijn twee scharnieren (links en rechts). Gebruik een correcte ondergrond. 21 Inleiding 1. Plaats de bevestigingsschroef en draai hem vast in de richting van de pijl. Bevestig de muurbeugel daarna aan de wand. Er zijn twee scharnieren (links en rechts). Gebruik een correcte ondergrond. 2. A‐ Bevestigingsschroef B‐ Wandsteun C‐ Scharnier (Links) D‐ Scharnier (Rechts) Controleer voordat u in de wand gaat boren of de lengte tussen de twee schroefgaten aan de achterkant van het product juist is. Als de afstand te klein of te groot is, maakt u alle of enkele van de vier schroeven van de wandsteun los om de afstand aan te passen. A‐ 3. Afstand tussen de twee schroefgaten Controleer het installatiediagram en markeer de boorpunten op de wand. Gebruik een bit van 5,0 mm om gaten dieper dan 35 mm te boren. Plaats de pluggen in de betreffende 22 Inleiding gaten. Plaats de gaten van de beugels en scharnieren voor de bijbehorende pluggaten, plaats de 11 schroeven A in de gaten en draai deze vast. Het product op de wandsteun bevestigen De vorm van het product kan afhankelijk van het model variëren. (de montage van de kunststof drager en de schroeven zijn hetzelfde) 1. Verwijder de 4 schroeven aan de achterkant van het product. 2. Plaats de schroef B in de kunststof drager. Opmerking 3. • Monteer het product op de wandsteun en controleer dat het goed is bevestigd aan de linker en rechter kunststof dragers. • Wees voorzichtig bij het installeren van het product op de steun. Vingers kunnen vast komen te zitten in de gaten. • Controleer dat de wandsteun stevig is bevestigd aan de wand, anders blijft het product misschien niet goed zitten na installatie. Draai de vier schroeven uit stap 2 vast (kunststof drager + schroef B) in de gaten op de achterkant van het product. 23 Inleiding 4. Verwijder de veiligheidspin (3) en plaats de vier producthouders in de bijbehorende beugelgaten (1). Plaats het product (2) zo dat het stevig is bevestigd aan de beugel. Plaats de veiligheidspin (3) opnieuw en draai deze stevig vast om het product veilig op de beugel te monteren. A‐ LCD‐scherm B‐ Wandsteun C‐ Muur Aanpassing van de stand van de wandsteun Zet de stand van de beugel op ‐2 ˚ voordat u deze aan de muur installeert. 1. Bevestig het product aan de wandsteun. 2. Houd het product bovenop in het midden vast en trek het naar voren (in de richting van de pijl) om de stand aan te passen. Opmerking U kunt de stand van de beugel aanpassen tussen ‐2 ˚ en 15 ˚. 24 Inleiding Zorg ervoor dat u het midden van het product gebruikt om de stand aan te passen, en niet de linker‐ of rechterkant. 25 Aansluitingen Aansluiten op een computer (700DXN‐2) (700DX‐2) Er zijn verschillende manieren om de computer aan te sluiten op het beeldscherm. Kies uit een van de volgende opties. De D‐sub‐connector (analoog) op de videokaart gebruiken. • Sluit de D‐sub aan op de 15‐pins RGB‐poort op de achterkant van het LCD‐scherm en de 15‐pins D‐sub‐poort op de computer. 26 Aansluitingen De DVI‐connector (Digitaal) op de videokaart gebruiken. • Sluit de DVI‐kabel aan op de DVI‐poort op de achterkant van het LCD‐ scherm en de DVI‐poort op de computer. Via de HDMI‐ingang (digitaal) op de grafische kaart. • Verbind de HDMI IN‐poort van het beeldscherm via de HDMI‐kabel met de HDMI‐poort van de pc. Opmerking Controleer bij gebruik van de HDMI‐kabel naar de pc dat u HDMI hebt geselecteerd in zowel Source List als Edit Name voordat u PC of DVI kiest als apparaat zodat normaal beeld en geluid kan worden uitgevoerd op het 27 Aansluitingen pc‐scherm. Opmerking: geluid is alleen beschikbaar bij gebruik van de aansluiting in optie die volgt. De BNC‐connector (Analoog) op de videokaart gebruiken. • Verbind de BNC/COMPONENT IN‐poort van het beeldscherm via de BNC‐naar‐BNC‐kabel aan op de BNC‐poort van de pc. Sluit de poort [DVI/RGB AUDIO IN] aan de achterzijde van de monitor aan op de geluidskaart van de PC. Sluit het netsnoer van het LCD‐scherm aan op de stroomaansluiting op de achterkant van het LCD‐scherm. Schakel de voeding in. Opmerking • Schakel zowel de computer als het LCD‐scherm in. • Neem contact op met een plaatselijk SAMSUNG Electronics Servicecentrum voor de aanschaf van accessoires. Aansluiten op andere apparatuur • AV‐invoerapparaten zoals dvd‐spelers, videorecorders of camcorders, maar ook computers kunnen op het LCD‐scherm worden aangesloten. Zie Het LCD‐scherm aanpassen voor meer informatie over het aansluiten van AV‐invoerapparaten. • De configuratie van het LCD‐scherm aan de achterkant kan verschillen, afhankelijk van het model van het LCD‐scherm. AV‐apparaten aansluiten 28 Aansluitingen 1. Sluit de poorten Video en [R‐AUDIO‐L] van de dvd‐speler, videorecorder of DTV Set‐ Top Box aan op de poort Video en [R-AUDIO-L] van het LCD‐scherm. 2. Laat de dvd‐speler, videorecorder of camcorder afspelen met een dvd of band erin. 3. Selecteer AV met de knop SOURCE . Aansluiten op een camcorder 1. Zoek de AV‐uitgangen op de camcorder. Deze bevinden zich doorgaans op de zijkant of achterkant van de camcorder. Sluit audiokabels aan op de AUDIO‐uitgangen op de camcorder en de op de AV/COMPONENT AUDIO IN [R-AUDIO-L] op het LCD‐scherm. 2. Sluit een videokabel aan op de VIDEO‐uitgang op de camcorder en op de AV IN [VIDEO] op het LCD‐scherm. 3. Selecteer AV voor de camcorderaansluiting met de knop Source op de voorkant van het LCD‐scherm of op de afstandsbediening. 4. Plaats een band in de camcorder en schakel deze in. Opmerking De audio‐videokabels die hier worden weergegeven, worden doorgaans bij een camcorder geleverd. (Indien dit niet het geval is, raadpleegt u een plaatselijke elektronicawinkel.) Als uw camcorder stereo is, moet u twee kabels aansluiten. 29 Aansluitingen De BNC‐naar‐BNC‐kabel aansluiten 1. Verbind de BNC/COMPONENT IN‐[R/Y, G/PB, B/PR]‐poorten van het beeldscherm via de BNC‐naar‐BNC‐kabel met de BNC‐poort van het externe apparaat. 2. Selecteer BNC voor de camcorderaansluiting met de knop Source op de voorkant van het LCD‐scherm of op de afstandsbediening. Aansluiten via een DVI‐kabel 1. Verbind de DVI OUT‐poort op de LCD‐monitor met de ingangspoort van een andere monitor met behulp van een DVI‐kabel. 2. Verbind de AUDIO OUT‐poort op de LCD‐monitor met de ingangspoort van een andere monitor met behulp van een stereokabel. 3. Selecteer DVI met behulp van de toets SOURCE aan de voorzijde van het LCD‐scherm of op de afstandsbediening. Opmerking DVI OUT biedt geen ondersteuning voor HDCP. 30 Aansluitingen Aansluiten via een HDMI‐kabel 1. Sluit invoerapparaten zoals een Blu‐Ray/dvd‐speler aan op de HDMI IN‐aansluiting van het LCD‐scherm met behulp van een HDMI‐kabel. 2. Selecteer HDMI met behulp van de toets SOURCE aan de voorzijde van het LCD‐ scherm of op de afstandsbediening. Opmerking In de modus HDMI wordt alleen audio in PCM‐indeling ondersteund. Aansluiten met gebruik van een DVI naar HDMI‐kabel 1. Sluit de DVI‐uitgang van een digitaal uitvoerapparaat aan op de HDMI IN‐aansluiting van het LCD‐scherm met een DVI‐naar‐HDMI‐kabel. 2. Sluit de rode en witte aansluitpunten van een RCA‐naar‐stereo‐kabel (voor pc) aan op de bijbehorende audiouitgangen van het digitale uitvoerapparaat en sluit de andere aansluiting aan op de DVI / RGB /HDMI AUDIO IN‐aansluiting van het LCD‐scherm. 3. Selecteer HDMI met behulp van de toets SOURCE aan de voorzijde van het LCD‐ scherm of op de afstandsbediening. 31 Aansluitingen Een DVD‐speler aansluiten 1. Sluit audiokabels aan AV/COMPONENT AUDIO IN [R-AUDIO-L] op het plasmascherm en op de AUDIO OUT‐aansluitingen op de dvd‐speler. 2. Sluit een componentkabel aan op de [R/Y, G/PB, B/PR]‐poorten op het plasmascherm en de PR, Y, PB‐aansluitingen op de dvd‐speler. Opmerking • Selecteer Component met behulp van de toets SOURCE aan de voorzijde van het LCD‐ scherm of op de afstandsbediening om de aangesloten DVD‐speler te selecteren. • Start vervolgens de DVD‐speler met een dvd in het apparaat. • Een componentkabel is optioneel. • Raadpleeg de handleiding van uw DVD voor meer informatie over Component‐video. Een DTV‐set‐top box (kabel/satelliet) aansluiten 1. Sluit een componentkabel aan op de [R/Y, G/PB, B/PR]‐poorten op het plasmascherm en de PR, Y, PB‐aansluitingen op de dvd‐speler. 32 Aansluitingen 2. Sluit de audiokabel aan op de aansluitingen AV COMPONENT AUDIO IN [R-AUDIO-L] op het LCD‐scherm en de aansluitingen AUDIO OUT op de set‐top box. Opmerking • Selecteer Component met behulp van de toets SOURCE aan de voorzijde van het PDP‐ scherm of op de afstandsbediening om de aangesloten set‐top box te selecteren. • Ze de gebruiksaanwijzing van uw set‐top box voor meer informatie over componentvideo. Aansluiten op een audiosysteem 1. Sluit een set audiokabels aan op de poorten AUX L, R van het AUDIOSYSTEEM en de poorten AUDIO OUT op het LCD‐scherm. Een LAN‐kabel aansluiten Sluit de LAN‐kabel aan. Opmerking Alleen van toepassing op model DXN-2 Een USB‐apparaat aansluiten 33 Aansluitingen U kunt USB‐apparaten zoals een muis of een toetsenbord aansluiten. Opmerking Alleen van toepassing op model DXN-2 34 Software gebruiken Stuurprogramma voor de monitor Opmerking Als het besturingssysteem vraagt om het stuurprogramma voor de monitor, plaatst u de CD-ROM die bij deze monitor is meegeleverd. De installatie van het stuurprogramma kan per besturingssysteem ietwat verschillen. Volg de instructies voor uw besturingssysteem. Zorg voor een lege schijf en download het stuurprogramma van de hier weergegeven website op internet. Internet‐site: http://www.samsung.com/ Het stuurprogramma voor de monitor installeren (automatisch) 1. Plaats de cd in het CD-ROM‐station. 2. Klik op 'Windows'. 3. Selecteer uw monitor in de lijst van modellen en klik op 'OK''. 4. Als u het volgende scherm ziet, klikt u op de knop 'Continue Anyway' (Toch doorgaan). Klik vervolgens op 'OK' (Microsoft® Windows® XP/2000 besturingssysteem). 35 Software gebruiken Opmerking Dit monitorstuurprogramma is gecertificeerd door Microsoft. De installatie veroorzaakt geen beschadigingen in uw systeem. Het gecertificeerde stuurprogramma wordt op de startpagina van Samsung Monitor geplaatst. http://www.samsung.com/ Het stuurprogramma voor de monitor installeren (handmatig) Microsoft® Windows Vista™ besturingssysteem 1. Plaats de cd met de gebruikershandleiding in uw CD-ROM‐station. 2. (Start) en op 'Control Panel (Configuratiescherm)'. Dubbelklik vervolgens op Klik op 'Appearance and Personalization' (Vormgeving aan persoonlijke voorkeur aanpassen)'. 3. Klik op 'Personalization' (Persoonlijke instellingen) en vervolgens op 'Display Settings' (Beeldscherminstellingen). 4. Klik op 'Advanced Settings...' (Geavanceerde instellingen...). 36 Software gebruiken 5. Klik op 'Properties' (Eigenschappen) op het tabblad 'Monitor'. Als de knop 'Properties' (Eigenschappen) niet beschikbaar is, is de configuratie van uw monitor voltooid. De monitor kan zo gebruikt worden. Als het bericht 'Windows needs...' (Uw toestemming is nodig...) wordt weergegeven (zie onderstaande afbeelding), klikt u op 'Continue' (Doorgaan). Opmerking Dit monitor driver is gecertificeerd onder het MS‐logo. De installatie veroorzaakt geen beschadigingen in uw systeem. Het gecertificeerde stuurprogramma wordt op de startpagina van Samsung Monitor geplaatst. 6. Klik op 'Update Driver...' (Stuurprogramma bijwerken...) op het tabblad 'Driver' (Stuurprogramma). 7. Selecteer het vakje 'Browse my computer for driver software' (Op mijn computer naar stuurprogramma's zoeken) en klik op 'Let me pick from a list of device drivers on my computer' (Ik wil kiezen uit een lijst met apparaatstuurprogramma's op mijn computer). 37 Software gebruiken 8. Klik op 'Have Disk...' (Bladeren…) en selecteer de map (bijvoorbeeld D:\Drive) waar het installatiebestand van het stuurprogramma staat. Klik op 'OK'. 9. Selecteer uit de lijst met monitoren het model dat overeenkomt met uw monitor en klik op 'Next' (Volgende). 10. Klik in de volgende schermen achtereenvolgens op 'Close' (Sluiten) → 'Close' (Sluiten) → 'OK' → 'OK'. 38 Software gebruiken Microsoft® Windows® XP besturingssysteem 1. Plaats de cd in het CD-ROM‐station. 2. Klik op 'Start' → 'Control Panel' (Configuratiescherm) en klik vervolgens op het pictogram 'Appearance and Themes' (Vormgeving en thema's). 3. Klik op het pictogram 'Display' (Beeldscherm), selecteer de tab 'Settings' (Instellingen) en klik op 'Advanced...' (Geavanceerd...). 4. Klik op de knop 'Properties' (Eigenschappen) op het tabblad 'Monitor' (Beeldscherm) en selecteer de tab 'Driver' (Stuurprogramma). 39 Software gebruiken 5. Klik op 'Update Driver...' (Stuurprogramma bijwerken), selecteer 'Install from a list or...' (Installeren uit een lijst of...) en klik op de knop 'Next' (Volgende). 6. Selecteer'Don't search, I will...' (Niet zoeken, ik wil...), klik op 'Next' (Volgende) en vervolgens op 'Have disk' (Bladeren). 7. Klik op de knop 'Browse' (Bladeren), selecteer A:(D:\Driver) en selecteer het model van uw monitor in de lijst. Klik vervolgens op de knop 'Next' (Volgende). 8. Als u het volgende scherm ziet, klikt u op de knop 'Continue Anyway' (Toch doorgaan). Klik vervolgens op 'OK'. 40 Software gebruiken Opmerking Dit monitor driver is gecertificeerd onder het MS‐logo. De installatie veroorzaakt geen beschadigingen in uw systeem. Het gecertificeerde stuurprogramma wordt op de startpagina van Samsung Monitor geplaatst. http://www.samsung.com/ 9. Klik op de knop 'Close' (Sluiten) en vervolgens op 'OK'. 10. De installatie van het stuurprogramma voor de monitor is nu voltooid. Microsoft® Windows® 2000 besturingssysteem Als het bericht 'Digital Signature Not Found (Digitale handtekening niet gevonden)' op het scherm wordt weergegeven, volgt u de onderstaande instructies. 1. Klik op de knop 'OK' in het scherm 'Insert disk' (Schijf plaatsen). 2. Klik op de knop 'Browse' (Bladeren) in het scherm 'File Needed' (Bestand nodig). 3. Selecteer A:(D:\Driver), klik op 'Open' (Openen) en klik vervolgens op 'OK'. Installeren 1. Klik op 'Start', 'Setting' (Instelling), 'Control Panel' (Configuratiescherm). 41 Software gebruiken 2. Dubbelklik op het pictogram 'Display' (Beeldscherm). 3. Selecteer het tabblad 'Settings' (Instellingen) en klik op de knop 'Advanced Properties' (Geavanceerd). 4. Selecteer 'Monitor'. Scenario 1: Als de knop 'Properties' (Eigenschappen) niet actief is, is uw monitor correct geconfigureerd. Beëindig de installatie. Scenario 2: Als de knop 'Properties' (Eigenschappen) actief is, klik u op de knop 'Properties' (Eigenschappen)' en volgt u de onderstaande instructies. 5. Klik op 'Driver' (Stuurprogramma) en vervolgens op 'Update Driver...' (Stuurprogramma bijwerken) en op 'Next' (Volgende). 6. Selecteer 'Display a list of the known drivers for this device so that I can choose a specific driver' (Een lijst van bekende stuurprogramma's voor dit apparaat weergeven waaruit ik kan kiezen) en klik vervolgens op 'Next' (Volgende) en 'Have disk' (Bladeren). 7. Klik op de knop 'Browse' (Bladeren) en selecteer A:(D:\Driver). 8. Klik op de knop 'Open' (Openen) en vervolgens op 'OK'. 9. Selecteer het model van uw monitor en klik op 'Next' (Volgende) en nogmaals op 'Next' (Volgende). 10. Klik op 'Finish' (Voltooien) en vervolgens op 'Close' (Sluiten). Als het bericht 'Digital Signature Not Found' (Digitale handtekening niet gevonden) wordt weergegeven, klikt u op 'Yes' (Ja). Klik op 'Finish' (Voltooien) en vervolgens op 'Close' (Sluiten). Microsoft® Windows® Millennium besturingssysteem 1. Klik op 'Start', 'Setting' (Instelling), 'Control Panel' (Configuratiescherm). 2. Dubbelklik op het pictogram 'Display' (Beeldscherm). 3. Selecteer het tabblad 'Settings' (Instellingen) en klik op de knop 'Advanced Properties' (Geavanceerd). 4. Select het tabblad 'Monitor' (Beeldscherm). 5. Klik op de knop 'Change' (Wijzigen) in het gedeelte 'Monitor Type' (Type monitor). 6. Kies 'Specify the location of the driver' (Geef de locatie van het stuurprogramma op). 7. Kies 'Display a list of all the drivers in a specific location...' (Een lijst weergeven van alle stuurprogramma’s op een bepaalde locatie) en klik op 'Next' (Volgende). 8. Klik op 'Have Disk' (Bladeren). 9. Typ A:\(D:\driver) en klik op 'OK'. 10. Selecteer 'Show all devices' (Alle apparaten tonen), selecteer de monitor die u hebt aangesloten op uw computer en klik op 'OK'. 11. Ga verder door op 'Close' (Sluiten) en 'OK' te klikken tot het dialoogvenster Display Properties (Beeldschermeigenschappen) wordt gesloten. Microsoft® Windows® NT besturingssysteem 42 Software gebruiken 1. Klik op 'Start', 'Settings' (Instellingen), 'Control Panel' (Configuratiescherm) en dubbelklik op het pictogram 'Display' (Beeldscherm). 2. Klik in het scherm Display Registration Information (Registratiegegevens beeldscherm) op de tab Settings (Instellingen) en klik vervolgens op'All Display Modes' (Alle weergavemodi). 3. Selecteer de gewenste modus (Resolution (Resolutie), Number of colors (Aantal kleuren) en Vertical frequency (Verticale frequentie)) en klik op 'OK''. 4. Klik op 'Apply' (Toepassen) als het scherm normaal werkt nadat u op 'Test' geklikt hebt. Als het scherm geen normaal beeld vertoont, kiest u een andere modus (geringere resolutie, kleuren of frequentie). Opmerking Als er onder All Display Modes (Alle weergavemodi) geen modus wordt weergegeven, selecteert u de resolutie en de verticale frequentie door het gedeelte Voorinstelbare timingmodi in de gebruikershandleiding te raadplegen. Linux besturingssysteem Voor het uitvoeren van X-Window moet u een X86Config‐bestand maken, een bepaald systeeminstellingenbestand. 1. Druk op 'Enter' in het eerste en tweede scherm nadat u het X86Config‐bestand hebt uitgevoerd. 2. Het derde scherm is voor de muis. 3. Hier stelt u een muis in voor uw computer. 4. Het volgende scherm is voor het toetsenbord. 5. Hier stelt u een toetsenbord in voor uw computer. 6. Het volgende scherm is voor de monitor. 7. Stel eerst een horizontale frequentie in voor de monitor (deze kunt u rechtstreeks invoeren). 8. Vervolgens stelt u een verticale frequentie voor de monitor in (deze kunt u rechtstreeks invoeren). 9. Voer de modelnaam van uw monitor in. Deze gegevens hebben geen invloed op de uitvoering van X-Window. 10. U bent nu klaar met het instellen van de monitor. Voer X-Window uit nadat u de andere benodigde hardware hebt geïnstalleerd. 43 Software gebruiken MDC (Multi-Display Channel) Installatie 1. Plaats de installatie‐cd in het CD-ROM‐station. 2. Klik op het installatiebestand van MDC. Opmerking Als het popupvenster voor het installeren van de software voor het hoofdscherm niet verschijnt, kunt u de installatie uitvoeren met het uitvoerbare bestand van MDC op de cd. 3. Als het Installation Shield Wizard‐scherm wordt weergegeven, klikt u op 'Next' (Volgende). 4. Selecteer 'I agree to the terms of the license agreement' (Ik accepteer de voorwaarden van de licentieovereenkomst) om de gebruiksvoorwaarden te accepteren. 5. Klik op 'Install' (Installeren). 6. Het venster 'Installation Status' (Status installatie) wordt weergegeven. 7. Klik op 'Finish' (Voltooien). 8. Als de installatie voltooid is, wordt het pictogram MDC op uw bureaublad weergegeven. Dubbelklik op het pictogram om het programma te starten. Het pictogram MDC wordt mogelijk niet weergegeven, afhankelijk van de specificaties van het computersysteem of de monitor. Druk in dit geval op de toets F5. Problemen bij de installatie De installatie van MDC kan worden beïnvloed door bijvoorbeeld de videokaart, het moederbord en de netwerkomgeving. Verwijderen U kunt het programma MDC alleen verwijderen met behulp van de optie 'Add or Remove Programs" (Software) in het Windows® configuratiescherm. Ga als volgt te werk om MDC te verwijderen. Selecteer 'Setting/Control Pane' (Instellingen/Configuratiescherm) in het menu 'Start' en dubbelklik op 'Add/Delete a program' (Programma toevoegen/verwijderen)'. Selecteer MDC in de lijst en klik op de knop 'Add/Delete' (Toevoegen/Verwijderen). 44 Software gebruiken MDC gebruiken 45 Inleiding Multiple Display Control (MDC) is een toepassing waarmee verschillende beeldschermen gemakkelijk en tegelijk op een pc kunnen worden gebruikt. RS-232C, een standaard voor seriële communicatie, wordt gebruikt voor de communicatie tussen een computer en een beeldscherm. Daarom moet er een seriële kabel verbonden worden met de seriële poort van uw computer en de seriële poort van het beeldscherm. Begin - Hoofdscherm Klik op Start > Program > Samsung > MDC System, om het programma te starten. Selecteer een apparaat, om het volume van het geselecteerde apparaat in de schuifbalk te kunnen zien. Hoofdpictogrammen Selectieknop Remocon Overzicht Safety Lock Selectie beeldscherm Poortselectie Bedieningsgereedschappen 1. Gebruik de hoofdpictogrammen om over te schakelen naar ieder beeldscherm. 2. Met deze optie kunt u de signaalontvangst van de afstandsbediening van de betreffende beeldschermeenheid in- en uitschakelen. 3. Stelt de slotfunctie in. Wanneer u de slotfunctie instelt, kunt u de knoppen power <aan/uit> en lock <slot> alleen op de afstandsbediening en op de set gebruiken. 4. U kunt de instelling voor de seriële poort van de pc wijzigen. De oorspronkelijke waarde is COM1. 5. Klik op Alles selecteren of Wissen, om alle beeldschermen te wissen of te selecteren. 6. In het overzicht vindt u beknopte informatie over het geselecteerde beeldscherm. 7. Selecteer in Display Selection (Weergaveselectie) een weergave. 8. Maak gebruik van de bedieningsgereedschappen om de beeldschermen te bedienen. <Opmerking> De in- en uitschakelfunctie van de afstandsbediening werkt onafhankelijk van het feit of het apparaat wel of niet aanstaat. Dit is van toepassing op alle aangesloten beeldschermen die aangesloten zijn op schermen die wederom aangesloten zijn op de MDC. Echter ongeacht de status op het moment dat de MDC uitgezet wordt, zal de signaalontvangstfunctie van de afstandsbediening van alle beeldschermen geactiveerd worden als de MDC wordt afgesloten. Port Selection 1. De Meervoudige Display Control wordt oorspronkelijk ingesteld op COM1. 2. Als u een andere poort dan COM1 gebruikt, kunt u COM1 tot en met COM4 selecteren in het menu Port selection. 3. Als de exacte poortnaam die op de monitor met een seriële kabel is aangesloten, niet is geselecteerd, is communicatie niet mogelijk. 4. De geselecteerde poort is in het programma opgeslagen en wordt ook voor het volgende programma gebruikt. Power Control 1. Klik in de hoofdpictogrammen op de optie Power Control. Naar aanleiding hiervan verschijnt het venster Power Control. In het overzicht treft u basisinformatie aan die noodzakelijk is voor Power Control. 1) (Power Status (resterend vermogen)) 2) Input 3) Image Size 4) On Timer 5) Off Timer 2. Gebruik de knop Alles selecteren of het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt bedienen. Met de optie Power Control kunt u sommige functies bedienen van het geselecteerde beeldscherm. 1) Power On/Off - Schakelt het geselecteerde beeldscherm Aan/Uit. 2) Volume - Controleert het volumeniveau van het geselecteerde scherm. Het ontvangt de volumewaarde van het geselecteerde beeldscherm en geeft dit weer in de schuifbalk. (Als u een selectie annuleert of de optie Alles selecteren selecteert, zal de waarde de standaardwaarde 10 aannemen) 3) Mute On/Off (Mute Aan/Uit) - Schakelt de Mute van het geselecteerde beeldscherm Aan/Uit. Als het geselecteerde apparaat al is ingesteld op MUTE en u één voor één een apparaat selecteert, moet u het scherm MUTE markeren. (Als u de selecties ongedaan maakt of de optie Alles selecteren selecteert, zullen de standaardinstellingen aangenomen worden.) De Power Control is van toepassing op alle beeldschermen. De Volume- en Mute-functies zijn alleen beschikbaar voor schermen die AANSTAAN. Input Source 1. Als u in de hoofdpictogrammen op de optie (Input Source)Ingangsbron klikt, verschijnt het scherm waarin u de ingangsbron kunt instellen. Klik op de optie Alles selecteren of maak gebruik van het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt bedienen. • TV Mode • PC Mode Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor de Input Source Control. 1) PC - Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in PC. 2) BNC - Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in BNC. 3) DVI - Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in DVI. 4) TV - Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in TV. 5) DTV - Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in DTV. 6) AV - Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in AV. 7) S-Video - Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in S-Video. 8) Component - Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in Component. 9) MagicInfo - Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. 10) HDMI - Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in HDMI. 11) Channel - De pijl voor het kanaal verschijnt wanneer de tv als Input Source (invoerbron) is ingesteld. De tv kan alleen als bron worden geselecteerd bij producten met een tv en het besturen van kanalen is alleen toegestaan wanneer de invoerbron de tv is. De Input Source Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN. Image Size PC, BNC, DVI 1. Als u in de hoofdpictogrammen op de optie Beeldformaat klikt, verschijnt het scherm waarin u het beeldformaat kunt instellen. Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het beeldformaat. 1) (Power Status (resterend vermogen)) - Geeft aan of het huidige beeldscherm in of uitgeschakeld is. 2) Image Size - Geeft aan of het huidige Image Size in of uitgeschakeld is. 3) Input - Het overzicht geeft alleen de beeldschermen weer, waarvan de ingangsbron PC, BNC, DVI is. 4) PC Source - PC Source (pc-bron) is het eerste tabblad aan de linkerzijde wanneer u op het tabblad Image Source (beeldbron) klikt. - De knop Beeldformaat instellen, regelt het beeldformaat dat beschikbaar is voor PC, BNC, DVI. 5) Video Source - Klik op het tabblad Video Source (videobron) om de beeldgrootte voor de respectieve invoerbron te beheren. Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. De optie Beeldformaat instellen is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN. Image Size TV, AV, S-Video, Component, DVI(HDCP), HDMI, DTV. 1. Als u in de hoofdpictogrammen op de optie Beeldformaat klikt, verschijnt het scherm waarin u het beeldformaat kunt instellen. Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het beeldformaat. 1) Klik op het tabblad Video Source (videobron) om de beeldgrootte aan te passen voor TV, AV, S-Video, Component, HDMI, DTV. Klik op de optie Alles selecteren of maak gebruik van het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt bedienen. 2) Het overzicht geeft alleen het beeldscherm weer waarvan Video TV, AV, S-VIDEO, Component, HDMI en DTV de ingangsbron is. 3) Met deze optie schakelt u willekeurig het beeldformaat van het geselecteerde beeldscherm in. Opmerking: Auto Wide, Zoom1 en Zoom2 kunnen niet worden geselecteerd wanneer het ingangssignaaltype voor Component en DVI (HDCP) 720p of 1080i is. 4) De schermmodi kunnen alleen worden gewijzigd wanneer een TV (alleen PAL) is aangesloten en de Image Size (afbeeldingsgrootte) is ingesteld als Auto Wide (automatisch breed). Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. De optie Beeldformaat instellen is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN. Time 1. Klik in de hoofdpictogrammen op de optie Time Control (Tijdcontrole). Naar aanleiding hiervan verschijnt het venster Tijdcontrole. Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Tijdcontrole. 1) Current Time - Stel de huidige tijd in voor het geselecteerde beeldscherm (PC-tijd) - U moet eerst de PC-tijd veranderen, voordat u de huidige tijd kunt veranderen. 2) On Time Setup - Stelt de uren, minuten, AM/PM en het volume van het geselecteerde beeldscherm in op de gewenste starttijd. 3) Off Time Setup - Stelt de uren, minuten en AM/PM in op de gewenste eindtijd van het geselecteerde beeldscherm. 4) Geeft de instellingen van On Timer (Timer Aan) weer. 5) Geeft de instellingen van Off Timer (Timer Uit) weer. Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. De Tijdcontrole is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN. Bij de On Time Setup (instellingen voor inschakelingsduur), werkt TV Source (tv-bron) alleen voor een tv-model. Bij de On Time Setup (instellingen voor inschakelingsduur), werkt MagicInfo Source (MagicInfo-bron) alleen voor een MagicInfo-model. PIP PIP Size 1. Klik in de hoofdpictogrammen op PIP en vervolgens zal het scherm PIP instellen op uw beeldscherm verschijnen. Klik op de optie Alles selecteren of maak gebruik van het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt bedienen. Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het PIP-formaat. 1) PIP Size - Geeft het huidige PIP-formaat aan van het beeldsherm dat u momenteel gebruikt. 2) OFF - Schakelt de PIP uit van het geselecteerde display. 3) Large - Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Large. 4) Small - Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Small. 5) Double1 - Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Double 1. 6) Double 2 - Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Double 2. 7) Double 3 (Dubbel 3) (beeld per beeld) – Schakelt de functie PBP (picture by picture) van de geselecteerde weergave in en wijzigt het formaat naar Dubbel 3. Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. U kunt het PIP-formaat instellen, zodra u de monitor heeft ingeschakeld. PIP PIP Source 1. Klik in de hoofdpictogrammen op PIP en vervolgens zal het scherm PIP instellen op uw beeldscherm verschijnen. Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het PIP-bron. 1) PIP Source - U kunt de PIP-bron instellen, zodra u de monitor heeft ingeschakeld. 2) PC - Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in PC. 3) BNC - Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in BNC. 4) DVI - Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in DVI. 5) AV - Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in AV. 6) S-Video - Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in S-Video. 7) Component - Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in Component. 8) HDMI - Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in HDMI. Opmerking: Sommige PIP-bronnen kunnen wellicht niet worden geselecteerd. Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Dit is afhankelijk van het ingangsbrontype van het hoofdscherm. Settings Picture 1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm verschijnen. Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control. Als iedere functie geselecteerd is, wordt de ingestelde waarde van de geselecteerde functie weergeven op de schuifbalk. Als u de optie Alles selecteren geselecteerd heeft, verandert de waarde weer in de standaardwaarde 50. Wanneer u een waarde op dit scherm wijzigt, wordt de modus automatisch gewijzigd in "CUSTOM". 1) Picture - Alleen beschikbaar voor TV, AV, S-Video, Component, HDMI, DTV. 2) Contrast - Met deze optie kunt het Contrast instellen van het geselecteerde scherm. 3) Brightness - Met deze optie kunt de Helderheid instellen van het geselecteerde scherm. 4) Sharpness - Met deze optie kunt de Scherpte instellen van het geselecteerde beeldscherm. 5) Color - Met deze optie kunt de Kleur instellen van het geselecteerde beeldscherm. 6) Tint - Met deze optie kunt de Kleur instellen van het geselecteerde beeldscherm. 7) Color Tone - Wijzigt de kleurtoon voor de geselecteerde display. 8) Color Temp - Pas de Color Temp aan voor de geselecteerde weergave. 9) Brightness Sensor - Pas de Brightness Sensor aan voor de geselecteerde weergave. 10) Dynamic Contrast - Pas de Dynamic Contrast aan voor de geselecteerde weergave. Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. Deze optie is alleen beschikbaar voor de weergaven met stroomstatus AAN, en indien er geen selectie is gemaakt, wordt de fabrieksinstelling weergegeven. Settings Picture PC 1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm verschijnen. Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control. Nadat elke functie is geselecteerd, wordt de ingestelde waarde voor de geselecteerde functie weergegeven in de schuifbalk. Wanneer de selectie is gemaakt, zal elke functie de waarde van de instelling ophalen en weergeven in de schuifbalk. Als u de optie Alles selecteren geselecteerd heeft, verandert de waarde weer in de standaardwaarde 50. Wanneer u een waarde op dit scherm wijzigt, wordt de modus automatisch gewijzigd in "CUSTOM". 1) Picture PC - Alleen beschikbaar voor PC, BNC, DVI. 2) Contrast - Met deze optie kunt het Contrast instellen van het geselecteerde scherm. 3) Brightness - Met deze optie kunt de Helderheid instellen van het geselecteerde scherm. 4) Red - De kleurtemperatuur van het geselecteerde beeldscherm instellen.(Red) 5) Green - De kleurtemperatuur van het geselecteerde beeldscherm instellen.(Green) 6) Blue - De kleurtemperatuur van het geselecteerde beeldscherm instellen.(Blue) 7) Color Tone - Adjusts the Color Tone for the selected display. 8) Color Temp - Pas de Color Temp aan voor de geselecteerde weergave. 9) Brightness Sensor - Pas de Brightness Sensor aan voor de geselecteerde weergave. 10) Dynamic Contrast - Pas de Dynamic Contrast aan voor de geselecteerde weergave. Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off. Deze optie is alleen beschikbaar voor de weergaven met stroomstatus AAN, en indien er geen selectie is gemaakt, wordt de fabrieksinstelling weergegeven. Settings Audio 1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm verschijnen. Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control. Nadat elke functie is geselecteerd, wordt de ingestelde waarde voor de geselecteerde functie weergegeven in de schuifbalk. Wanneer de selectie is gemaakt, zal elke functie de waarde van de instelling ophalen en weergeven in de schuifbalk. Als u de optie Alles selecteren geselecteerd heeft, verandert de waarde weer in de standaardwaarde 50. Wanneer u een waarde op dit scherm wijzigt, wordt de modus automatisch gewijzigd in "CUSTOM". 1) Audio - Bediening van de audio-instellingen van alle ingangsbronnen. 2) Bass - Adjusts Bass of the selected display. 3) Treble - Met deze optie kunt u de Treble instellen van het geselecteerde scherm. 4) Balance - Met deze optie kunt u de Balance instellen van het geselecteerde scherm. 5) SRS TSXT - SRS TSXT Sound On/Off. 6) Sound Select - Als de PIP-functie geactiveerd is, kunt u alleen kiezen tussen hoofd- of subscherm (main of sub). Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. Deze optie is alleen beschikbaar voor de weergaven met stroomstatus AAN, en indien er geen selectie is gemaakt, wordt de fabrieksinstelling weergegeven. Settings Image Lock 1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm verschijnen. Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control. 1) Image Lock - Alleen beschikbaar voor PC, BNC. 2) Coarse - Met deze optie kunt u de Coarse instellen van het geselecteerde beeldscherm. 3) Fine - Met deze optie kunt u de Fine instellen van het geselecteerde beeldscherm. 4) Position - Met deze optie kunt u de positie instellen van het geselecteerde beeldscherm. 5) Auto Adjustment - Als u zelf het binnenkomende signaal wilt aanpassen. Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. Indstillinger er kun tilgængelige for skærme, der er slået til (ON). Maintenance Lamp Control 1. Klik op het pictogram "Maintenance" in de kolom Main Icon om het scherm Maintenance weer te geven. Op het informatieraster ziet u een aantal basisgegevens verschijnen. 1) Maintenance - Hiermee is de functie Maintenance Control mogelijk voor alle ingangsbronnen. 2) Auto Lamp Control - Regelt automatisch de achtergrondverlichting van de geselecteerde display op een specifieke tijd. De Manual Lamp Control (handmatige lampbediening) wordt automatisch uitgeschakeld als u overschakelt naar de Auto Lamp Control (automatische lampbediening). 3) Manual Lamp Control - Hiermee kunt u de achtergrondverlicht van de geselecteerde display regelen, ongeacht het tijdstip. De functie Auto Lamp Control wordt automatisch uitgeschakeld als u de functie Manual Lamp Control regelt. De functie Maintenance Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN. Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. Maintenance Scroll 1. Klik op het pictogram "Maintenance" in de kolom Main Icon om het scherm Maintenance weer te geven. 1) Scroll - Met deze functie kunt u ingebrande beelden verwijderen die voorkomen wanneer een stilstaand beeld lange tijd op het geselecteerde scherm wordt weergegeven. 2) Pixel Shift - Hiermee kan het scherm precies worden verplaatst op de opgegeven tijdsinterval. 3) Safety Screen - De functie Safety Screen (Veiligheidsscherm) wordt gebruikt om ingebrande beelden te voorkomen bij het langdurig weergeven van een stilstaande afbeelding. Interval (interval) wordt gebruikt om de herhalingscyclus in uren in te stellen. Time (tijd) wordt gebruikt om het tijdstip in te stellen wanneer de functie Safety Screen (veiligheidsscherm) moet worden uitgevoerd. U kunt Type (type) instellen als Scroll (verschuiven), Pixel (pixel), Bar (balk), Eraser (wisser), All White (alles wit) of Pattern (patroon). 4) Safety Screen2 - Deze functie word gebruikt om ingebrande beelden te voorkomen. Er zijn vijf (5) types die u met deze functie kunt selecteren en beheren. By het type Scroll (verschuiven) kunt u Time (tijd) instellen als 1, 2, 3, 4 of 5. De tijd kan bij Bar (balk) en Eraser (wisser) worden ingesteld als 10, 20, 30, 40 of 50. Bij de types All White (alles wit) en Pattern (patroon) kan de tijd worden ingesteld als 20 of 30. Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. De functie Maintenance Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN. Maintenance Video Wall 1. Klik op het pictogram "Maintenance" in de kolom Main Icon om het scherm Maintenance weer te geven. 1) Video Wall - Een videomuur is een aantal videoschermen die met elkaar zijn verbonden, zodat op ieder scherm een gedeelte van het geheel wordt weergegeven of zodat op ieder scherm het beeld wordt herhaald. 2) Video Wall (Screen divider) - De videomuur kan op verschillende manieren worden ingedeeld. U kunt gebruikmaken van verschillende schermen en deze op verschillende manieren indelen. z Selecteer een modus in Screen divider (Schermindeling). z Selecteer in Display Selection (Weergaveselectie) een weergave. z U kunt de plaats selecteren door in de geselecteerde modus op een nummer te drukken. z Het MDC-programma dat Samsung levert ondersteunt maximaal 5x5 LCD-schermen. 3) On / Off - U kunt de plaats selecteren door in de geselecteerde modus op een nummer te drukken. 4) Format - De indeling kan worden geselecteerd om het scherm te splitsen. z Full z Natural U mag deze functie niet gebruiken in MagicInfo. Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen. De functie Maintenance Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN. Problemen oplossen 1. Het beeldscherm dat u wilt bedienen, verschijnt niet in het overzicht - Controleer de verbinding van RS232C. (Controleer of deze goed aangesloten is op de Com1 poort) - Controleer of andere aangesloten schermen dezelfde ID hebben. Als meer beeldschermen dezelfde ID hebben, worden deze schermen niet goed waargenomen door het programma. De oorzaak hiervan is een gegevensconflict. - Controleer of de ID van het beeldscherm tussen een waarde van 0 en 25 ligt. (Instellen via het beeldschermmenu) Opmerking: Het ID van het beeldscherm moet een waarde hebben tussen de 0 en de 25. Als deze waarde buiten dit bereik ligt, kan het MDC-systeem het beeldscherm niet bedienen. 2. Het beeldscherm dat u wilt bedienen, verschijnt niet in de andere bedieningsoverzichten. - Controleer of het scherm AANSTAAT. (Dit kunt u controleren in het overzicht van Power Control) - Controleer of u de ingangsbron van het beeldscherm kunt veranderen. 3. Het dialoogvenster verschijnt regelmatig. - Controleer of het beeldscherm dat u wilt bedienen geselecteerd is. 4. Zowel de On Timer als Off Timer is ingesteld, maar er wordt een andere tijd aangegeven. - Gebruik de huidige tijd om de klok van het beeldscherm te synchroniseren. 5. Het kan zijn dat de afstandsbediening niet goed functioneert, door het uitschakelen van de afstandsbedieningsfunctie. Haal de RS-232C kabel eruit of sluit het programma af. Start het programma opnieuw op en schakel de afstandsbedieningsfunctie opnieuw in om de normale functies herstellen. <Opmerking> Het kan zijn dat dit programma niet werkt door communicatieproblemen of door interferentie van elektronische apparaten die in de buurt staan. Settings Value Display (Instellingen waardescherm) in de Multiple Display (multi-schermmodus) Als u meer dan vier beeldschermen heeft aangesloten, worden waarden van de instellingen als volgt weergegeven. 1. Geen selectie: Geeft de standaard fabrieksinstellingen weer. 2. Eén beeldscherm geselecteerd: geeft de instellingen van de waarde aan van het geselecteerde beeldscherm. 3. Een beeldscherm is geselecteerd (ID1) en een andere beeldscherm (ID3) : Het programma gaf eerst de instellingen van de waarde van ID1 weer en de waarde van ID3. 4. Alle apparaten selecteren via de optie Alles selecteren: alle waarden zullen worden ingesteld op de standaard fabrieksinstellingen. Het LCD‐scherm aanpassen Input Beschikbare modi • PC / DVI / BNC • AV • Component • HDMI • MagicInfo Opmerking • MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model. Source List MENU → ENTER → → , → ENTER → → ENTER Hiermee kunt u PC, DVI of een andere externe ingangsbron die op het LCD‐scherm is aangesloten, selecteren. Gebruiken voor het selecteren van het scherm van uw keuze. 1. PC 2. DVI 3. AV 4. Component 5. HDMI 6. MagicInfo 7. BNC PIP Opmerking Beschikbare modi PIP ON 46 Het LCD‐scherm aanpassen Als een extern AV‐apparaat op het LCD‐scherm is aangesloten, zoals een videorecorder of DVD, maakt de functie PIP het mogelijk het beeld van deze apparaten te bekijken in een klein venster dat bovenop het videosignaal van de PC wordt weergegeven. (Off/On) MENU → ENTER → → → ENTER → Opmerking • Als u , , kiest in Size, worden Position enTransparency niet geactiveerd. PIP MENU → ENTER → → , → → ENTER → → ENTER → → ENTER Het PIP‐scherm instellen op Off/On. • Off • On Source MENU → ENTER → → , → →ENTER → → →ENTER → → ENTER Selecteert de ingangsbron voor de PIP‐functie. • PC: DVI / AV / HDMI • BNC : DVI / AV / HDMI • DVI / AV : PC / BNC • Component : PC • HDMI : PC / BNC Swap MENU → ENTER → → →ENTER → 47 → → →ENTER → Het LCD‐scherm aanpassen Hiermee wordt de inhoud van de PIP‐afbeelding en de hoofdafbeelding gewisseld. De afbeelding in het PIP‐venster verschijnt nu in het hoofdvenster, en de hoofdvensterafbeelding verschijnt nu in het PIP‐venster. Size MENU → ENTER → → , → →ENTER → → → → → ENTER → → ENTER Wijzigt de grootte van het PIP‐scherm. Position MENU → ENTER → → , → →ENTER → → → → → → ENTER → → ENTER Wijzigt de positie van het PIP‐scherm. Transparency MENU → ENTER → → → ENTER → 48 → → → → → → ENTER → Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER Past de transparantie van het PIP‐scherm aan. • High • Medium • Low • Opaque Opmerking • De functie PIP schakelt uit als het LCD‐scherm naar een externe bron wordt overgezet. • PC en DVI worden uitgeschakeld als de kabel wordt losgekoppeld. Edit Name MENU → ENTER → → , → ENTER → → → → ENTER Geef het invoerapparaat dat op de ingangsaansluitingen is aangesloten een naam voor een eenvoudige selectie van de ingangsbron. VCR / DVD / Cable STB / HD STB / Satellite STB / AV Receiver / DVD Receiver / Game / Camcorder / DVD Combo / DHR / PC / DVI Device Opmerking • De weergegeven apparaten variëren, afhankelijk van de externe invoermodus. • Stel bij aansluiting van een pc op de HDMI‐ of DVI‐ingang de optie Edit Name in op PC. Stel in andere gevallen Edit Name in op AV. Aangezien echter 640x480, 720P (1280x720) en 1080p (1920x1080) veelvoorkomende signalen voor AV en PC zijn, is het verstandig om te controleren of de optie Edit Name met het invoersignaal overeenstemt. • Het menu Picture kan verschillen, afhankelijk van het invoersignaal en van de optie Edit Name. 49 Het LCD‐scherm aanpassen Picture [PC / DVI / BNC / MagicInfo modus] Beschikbare modi • PC / DVI / BNC • AV • Component • HDMI • MagicInfo Opmerking • MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model. MagicBright MENU → → , → ENTER → → ENTER → → ENTER MagicBright is een functie voor een optimale kijkomgeving, afhankelijk van het materiaal dat u bekijkt. Op dit moment zijn er vier verschillende modi beschikbaar: Entertain, Internet, Text en Custom. Elke modus heeft zijn eigen vooraf ingestelde helderheidswaarde. Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On. 1. Entertain Hoge helderheid Voor het bekijken van bewegende beelden, bijvoorbeeld op een dvd‐speler of videorecorder. 2. Internet Gemiddelde helderheid Voor combinaties van tekst en afbeeldingen. 3. Text Normale helderheid Voor documenten en werk met veel tekst. 4. Custom 50 Het LCD‐scherm aanpassen De waarden zijn met zorg gekozen door onze technici, maar afhankelijk van uw voorkeuren is het mogelijk dat u de vooringestelde waarden niet prettig voor uw ogen vindt. Pas in dat geval de helderheid en het contrast aan via het schermmenu. Custom U kunt in de schermmenu's uw persoonlijke voorkeuren instellen voor het contrast en de helderheid. MENU → → ENTER → → ENTER → → Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On. Opmerking Als u het beeld instelt met de functie Custom, wordt de modus MagicBright gewijzigd in de modus Custom. Contrast MENU → → , → ENTER → → ENTER → → → ENTER→ → ENTER Hiermee wordt het contrast aangepast. Brightness MENU → → , → ENTER → → ENTER → → → → ENTER → → ENTER Hiermee wordt de helderheid aangepast. Sharpness MENU → → , → ENTER → → ENTER → → → ENTER Hiermee wordt de scherpte aangepast. Color Tone MENU → → ENTER → → → 51 →ENTER → → → → ENTER → Het LCD‐scherm aanpassen → → ENTER , U kunt de kleurtinten aanpassen. Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On. 1. Off 2. Cool 3. Normal 4. Warm 5. Custom Opmerking Als u de Color Tone instelt op Cool, Normal, Warm of Custom, wordt de functie Color Temp uitgeschakeld. Als u de Color Tone instelt op Off, wordt de functie Color Control uitgeschakeld. Color Control Hiermee wordt de kleurbalans voor de kleuren rood, groen en blauw aangepast. MENU → → ENTER → → → → → ENTER → Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On. Opmerking Als u het beeld aanpast met de functie Color Control, wordt de modus Color Tone gewisseld naar de modus Custom. Red MENU → → , → ENTER → → → → → ENTER → → ENTER → → ENTER Green MENU → → ENTER → → → → → → ENTER → 52 → → ENTER Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER Blue MENU → → ENTER → ENTER → → , → → → → ENTER → → → → → → → → ENTER Color Temp. MENU → → , → ENTER → → → ENTER → → ENTER Color Temp is een maatstaf voor de 'warmte' van de beeldkleuren. Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On. Opmerking Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off. Image Lock Image Lock (Beeldvergrendeling) om het beeld fijn af te stemmen en het beste beeld te verkrijgen door het verwijderen van ruis dat onstabiele beelden met trillingen en flikkeringen veroorzaakt. Als er geen bevredigende resultaten worden bereikt met de optie Fine (Fijn), kunt u eerst de optie Coarse (Grof) gebruiken en vervolgens opnieuw de optie Fine. (Alleen beschikbaar in de modus PC) MENU → → ENTER → → → → → → → ENTER → Coarse MENU → → ENTER → ENTER → → , → → → → → → ENTER → → → ENTER Hiermee worden storende elementen zoals verticale strepen verwijderd. Grof bijstellen kan het weergavegebied van het scherm verplaatsen. U kunt het weer in het midden plaatsen met gebruik van het horizontale controlemenu. Fine MENU → → ENTER → → ENTER → → → 53 → → → → ENTER → → Het LCD‐scherm aanpassen → ENTER → , Hiermee worden storende elementen zoals horizontale strepen verwijderd. Als er nog steeds ruis is, zelfs na de fijnafstelling, probeert het nogmaals, maar dan nadat u de frequentie (kloksnelheid) aangepast hebt. Position MENU → → ENTER → → ENTER → → , , , → → → → → → ENTER → → → → ENTER Hiermee kunt u de plaats van het scherm horizontaal en verticaal aanpassen. Auto Adjustment MENU → → ENTER → → → → → → → → ENTER → De waarden voor Fine, Coarse en Position worden automatisch aangepast. Wanneer de resolutie wordt gewijzigd via het configuratiescherm, wordt de automatische functie uitgevoerd. (Alleen beschikbaar in de modus PC) Signal Balance Hiermee kunt u een zwak RGB‐signaal dat wordt verzonden via een lange signaalkabel compenseren. MENU → → ENTER → → → → → → → → → → → ENTER → → → ENTER → (Alleen beschikbaar in de modus PC) Signal Balance MENU → → ENTER → → ENTER → 54 → → → → Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER U kunt On of Off selecteren met de signaalbesturing. Signal Control MENU → 1. → ENTER → → ENTER → → , → → → → ENTER → → → ENTER → → ENTER → → → → → → ENTER → → ENTER → → → → → → → → → → → → ENTER → → → ENTER→ → → → → → → → → ENTER → → → → ENTER→ → → → → → ENTER → → ENTER → → → ENTER B‐Gain MENU → → , → ENTER → → ENTER → → → ENTER R‐Offset MENU → → , 5. → G‐Gain → , 4. → → ENTER MENU → 3. → R‐Gain MENU → 2. → → ENTER → → ENTER → → → ENTER G‐Offset 55 → → → → → ENTER → → → → → ENTER→ Het LCD‐scherm aanpassen MENU → → , 6. → ENTER → → ENTER → → → → → → → → → → → ENTER → → → → → ENTER→ → ENTER B‐Offset MENU → → , → ENTER → → ENTER → → → → → → → → → → ENTER → → → → → → → ENTER → → ENTER Size MENU → → , → ENTER → → → → → → → → → → ENTER → → ENTER De Size kan worden geschakeld. 1. 16:9 2. 4:3 HDMI Black Level MENU → → , → ENTER → → → → → → → → ENTER → → ENTER Wanneer u kijkt vanaf een dvd‐speler of settopbox die verbonden is via HDMI,DVI, kan de beeldkwaliteit verslechteren (zwartniveau, minder contrast, lichtere kleuren, etc.), afhankelijk van het aangesloten externe apparaat. 56 Het LCD‐scherm aanpassen 1. Normal 2. Low Opmerking • Bij timing die kan worden gebruikt voor zowel pc als DTV in de modus DVI, HDMI, wordt HDMI Black Level geactiveerd. PIP Picture MENU → → , → ENTER → → → → → → → → → → → ENTER → → ENTER Stelt de instellingen van het PIP‐scherm bij. Opmerking • 1. Beschikbare modi PIP ON Contrast MENU → → , → ENTER → → ENTER→ → → → → → → → → → → ENTER → → ENTER Past het contrast van het PIP‐venster op uw scherm aan. 2. Brightness MENU → → , → ENTER → → → ENTER → → → → → → → → → → → ENTER → → ENTER Past de helderheid van het PIP‐venster op uw scherm aan. 3. Sharpness MENU → → , → ENTER → → → → → ENTER → → → → → → → → → → ENTER → → ENTER Past de kleur van het PIP‐venster op uw scherm aan. 4. Color MENU → → ENTER → → → → → → → ENTER → 57 → → → → → → → → ENTER → Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER Past de kleur van het PIP‐venster op uw scherm aan. Opmerking Alleen beschikbaar wanneer de PIP‐invoer is geselecteerd in de modus AV, HDMI, Component. 5. Tint MENU → → , → ENTER → → → → → → → → ENTER → → → → → → → → → ENTER → → ENTER Voegt een natuurlijke tint toe aan het PIP‐venster. Opmerking Alleen beschikbaar wanneer de PIP‐invoer is geselecteerd in de modus AV, HDMI, Component. Werkt alleen als het videosignaal NTSC is. Dynamic Contrast MENU → → → ENTER → → → → → → → → → → → → ENTER → → ENTER , Met Dynamic Contrast wordt de spreiding van het visuele signaal automatisch gedetecteerd en aangepast om een optimale contrastinstelling te verkrijgen. 1. Off 2. On Lamp Control MENU → → → , → ENTER → → → → ENTER 58 → → → → → → → → → → ENTER Het LCD‐scherm aanpassen Hiermee wordt het achtergrondlicht aangepast om energie te besparen. Opmerking Deze functie werkt niet wanneer Dynamic Contrast is ingesteld op On in de modus PC, DVI, AV, HDMI, Component, MagicInfo. Brightness Sensor MENU → → ENTER → ENTER → → → → → → → → → → → → → → → → ENTER , Met Brightness Sensor wordt het ingevoerde videosignaal automatisch gedetecteerd en aangepast voor optimale helderheid. 1. Off 2. On Picture [AV / HDMI / Component modus] Available Modes • PC / DVI / BNC • AV • Component • HDMI • MagicInfo Opmerking • MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model. Mode MENU → → , → ENTER → → ENTER → → ENTER 59 Het LCD‐scherm aanpassen Het LCD‐scherm beschikt over vier automatische beeldinstellingen ('Dynamic', 'Standard', 'Movie' en 'Custom') die zijn vooringesteld. Dynamic, Standard, Movie of Custom kunnen worden geactiveerd. Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On. 1. Dynamic 2. Standard 3. Movie 4. Custom Custom U kunt in de schermmenu's uw persoonlijke voorkeuren instellen voor het contrast en de helderheid. MENU → → ENTER → → ENTER → → Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On. Contrast MENU → → , → ENTER → → ENTER → → → ENTER→ → ENTER Hiermee wordt het contrast aangepast. Brightness MENU → → , → ENTER → → → ENTER → → → ENTER → → ENTER Hiermee wordt de helderheid aangepast. Sharpness MENU → → , → ENTER → → ENTER → → → → → ENTER → → ENTER De scherpte van het beeld aanpassen. Color MENU → → ENTER → → → ENTER → 60 → → → → ENTER → Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER De kleur van het beeld aanpassen. Tint MENU → → → , → ENTER → → → ENTER → → → → → → ENTER → ENTER Voegt een natuurlijke tint toe aan het PIP‐scherm. Color Tone MENU → → , → ENTER → → → → ENTER → → ENTER U kunt de kleurtinten aanpassen. De afzonderlijke kleurcomponenten kunnen eveneens door de gebruiker worden aangepast. Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On. 1. Off 2. Cool2 3. Cool1 4. Normal 5. Warm1 6. Warm2 Opmerking Als u de Color Tone instelt op Cool2, Cool1, Normal, Warm1 of Warm2, wordt de functie Color Temp uitgeschakeld. Color Temp. MENU → → ENTER → → → → → ENTER → 61 Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER Color Temp is een maatstaf voor de 'warmte' van de beeldkleuren. Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On. Opmerking Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off. Size MENU → → , → ENTER → → → → → → ENTER → → ENTER De Size kan worden geschakeld. 1. 16:9 ‐ Stelt het beeld in op de beeldverhouding 16:9. 2. Zoom 1: Hiermee vergroot u het beeld op het scherm. 3. Zoom 2: Hiermee vergroot u het formaat van het beeld verder dan "Zoom 1”. 4. 4 : 3 ‐ Hiermee stelt u het beeld in op de normale 4:3‐modus. 5. Screen Fit: Geeft de ingevoerde beelden weer zonder deze bij te snijden, bij invoer van een HDMI 720p, 1080i of 1080p signaal. Niet beschikbaar als Dynamic Contrast is ingesteld op On. Opmerking • Bepaalde externe apparaten voeren mogelijk een signaal naar het scherm dat buiten de specificaties walt, waardoor een gedeelte van het beeld wegvalt. ze;fs wanneer de functie Screen Fit wordt gebruikt. • Zoom 1, Zoom 2 zijn niet beschikbaar in de modus HDMI. • De functies Position en Reset zijn beschikbaar wanneer Zoom1 of Zoom2 wordt gedraaid, Digital NR (Digital Noise Reduction) MENU → → ENTER → → → 62 → → → → ENTER → Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER Schakelt de functie voor digitale ruisonderdrukking Off/On. Met de functie voor digitale ruisonderdrukking kunt u altijd genieten van heldere en scherpe beelden. 1. Off 2. On Opmerking De functie Digital NR is niet beschikbaar in elke resolutie. HDMI Black Level MENU → → , → ENTER → → → → → → → → ENTER → → ENTER Wanneer een dvd‐speler of set‐top box op uw tv is aangesloten via HDMI, kan dit de beeldkwaliteit verslechteren. Afhankelijk van het externe apparaat kan het zwartniveau worden vergroot, het contrast verlaagd, de kleuren vervagen enz. Pas in dit geval de beeldkwaliteit van uw tv aan door het HDMI black level te configureren. 1. Normal 2. Low Opmerking Bij timing die kan worden gebruikt voor zowel pc als DTV in de modus DVI, HDMI, wordt HDMI Black Level geactiveerd. Film Mode MENU → → ENTER → → 63 → → → → → → → ENTER → Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER De functie Film Mode biedt u een kijkbeleving van theaterkwaliteit. In de modus HDMI is deze functie beschikbaar wanneer het invoersignaal interlaced scan is. Wanneer het invoersignaal progressieve scan is, is deze functie niet beschikbaar. 1. Off 2. On PIP Picture MENU → → , → ENTER → → → → → → → → → → ENTER → → ENTER Stelt de instellingen van het PIP‐scherm bij. Opmerking • 1. Beschikbare modi PIP ON Contrast MENU → → , → ENTER → → ENTER→ → → → → → → → → → ENTER → → → → → ENTER → → → → → ENTER → → ENTER Past het contrast van het PIP‐venster op uw scherm aan. 2. Brightness MENU → → , → ENTER → → → ENTER→ → → → → → → ENTER Past de helderheid van het PIP‐venster op uw scherm aan. 3. Sharpness MENU → → ENTER → → → → ENTER→ → 64 → → → → Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER Past de kleur van het PIP‐venster op uw scherm aan. 4. Color MENU → → , → ENTER → → → → → → ENTER→ → → → → → → → → ENTER → → ENTER Past de kleur van het PIP‐venster op uw scherm aan. Opmerking Deze functie is niet beschikbaar als het pc‐signaal wordt ontvangen in de modus DVI of HDMI. 5. Tint MENU → → , → ENTER → → → → → → → → ENTER→ → → → → → → → ENTER → → ENTER Voegt een natuurlijke tint toe aan het PIP‐venster. Opmerking Deze functie is niet beschikbaar als het pc‐signaal wordt ontvangen in de modus DVI of HDMI. Dynamic Contrast MENU → → , → ENTER → → → → → → → → → → → ENTER → → ENTER Met Dynamic Contrast wordt de spreiding van het visuele signaal automatisch gedetecteerd en aangepast om een optimale contrastinstelling te verkrijgen. 1. Off 65 Het LCD‐scherm aanpassen 2. On Lamp Control MENU → → → , → ENTER → → → → → → → → → → → → ENTER → ENTER Hiermee wordt het achtergrondlicht aangepast om energie te besparen. Opmerking Deze functie werkt niet wanneer Dynamic Contrast is ingesteld op On in de modus PC, DVI, AV, HDMI, Component, MagicInfo. Brightness Sensor MENU → → ENTER → → → → → → → → → → → → → → → ENTER → ENTER , Met Brightness Sensor wordt het ingevoerde videosignaal automatisch gedetecteerd en aangepast voor optimale helderheid. 1. Off 2. On Sound Beschikbare modi • PC / DVI / BNC • AV • Component • HDMI • MagicInfo Opmerking • MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model. Mode MENU → → → ENTER → → ENTER → 66 Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER Het LCD‐scherm is voorzien van een ingebouwde hifi‐stereoluidspreker. 1. Standard Selecteert Standard voor de standaard fabrieksinstellingen. 2. Music Selecteert Music als u muziekvideo’s of concerten weergeeft. 3. Movie Selecteert Movie als u films bekijkt. 4. Speech Selecteert Speech als u een programma bekijkt waarin voornamelijk wordt gesproken (bijvoorbeeld het nieuws). 5. Custom Selecteert Custom als u de instellingen wilt aanpassen volgens uw persoonlijke voorkeuren. Custom U kunt de geluidsinstellingen aanpassen aan uw persoonlijke voorkeuren. MENU → → → ENTER → → → ENTER → Opmerking • U kunt het geluid zelfs horen als de geluidswaarde is ingesteld op 0. • Als u het geluid aanpast met de functie Custom, wordt de modus Mode gewijzigd in de modus Custom. Bass MENU → → , → → ENTER → → → ENTER → → ENTER Hiermee worden tonen met een lage frequentie benadrukt. 67 →ENTER→ Het LCD‐scherm aanpassen Treble MENU → → → ENTER → → → ENTER → → → ENTER → → ENTER → , Hiermee worden tonen met een hoge frequentie benadrukt. Balance MENU → → → ENTER → → → ENTER → → → → ENTER → → ENTER → , Hiermee kunt u de balans tussen de linker‐ en rechterluidsprekers instellen. Auto Volume MENU → → , → → ENTER → → → → ENTER → → ENTER Hiermee worden de volumeverschillen tussen uitzendingen verminderd. 1. Off 2. On SRS TS XT MENU → → , → → ENTER → → → → → ENTER → → ENTER SRS TS XT is een gepatenteerde SRS‐technologie die er voor zorgt dat het afspelen van 5,1‐inhoud van meerdere kanalen via twee speakers verloopt. TruSurround XT biedt een 68 Het LCD‐scherm aanpassen fascinerend virtueel surroundgeluid via een weergavesysteem met twee luidsprekers, waaronder ook ingebouwde televisieluidsprekers. Het is volledig compatibel met alle vormen van multichannel. 1. Off 2. On Sound Select MENU → → , → ENTER → → → → → → → ENTER → → → → ENTER Selecteert Main of Sub wanneer PIP op On staat. Opmerking Beschikbare modi PIP ON 1. Main 2. Sub Speaker Select MENU → → , → → ENTER → → → → → ENTER → → ENTER Wanneer u het product gebruikt terwijl het op een thuisbioscoop is aangesloten, schakelt u de interne luidsprekers uit zodat u het geluid uit de (externe) luidsprekers van de thuisbioscoop kunt horen. 1. Internal Geluid wordt uitgevoerd via zowel de interne luidspreker (Internal) als de externe luidspreker (External), maar de volumeregeling is alleen beschikbaar vanaf de interne luidspreker (Internal). 2. External 69 Het LCD‐scherm aanpassen Als alleen geluid wordt uitgevoerd via de externe luidsprekers (External), is de volumeregeling ook alleen beschikbaar via de externe luidsprekers (External). Setup Beschikbare modi • PC / DVI / BNC • AV • Component • HDMI • MagicInfo Opmerking • MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model. Language MENU → → , → → → ENTER → → ENTER → → ENTER U kunt kiezen tussen 13 talen. Opmerking De taalkeuze is alleen van toepassing op de schermweergave. Deze heeft geen invloed op software die op uw computer wordt uitgevoerd. Time Hiermee selecteert u een van de vier tijdsinstellingen: Clock Set, Sleep Timer, On Timer en Off Timer. MENU → → → → ENTER → → → ENTER → Clock Set MENU → → → → ENTER → → 70 → ENTER → → ENTER→ Het LCD‐scherm aanpassen → , → , → ENTER Huidige tijdsinstelling. Sleep Timer MENU → → , → → → ENTER → → → ENTER → → → ENTER→ → ENTER Hiermee wordt het LCD‐scherm op bepaalde tijden automatisch uitgeschakeld. 1. Off 2. 30 3. 60 4. 90 5. 120 6. 150 7. 180 On Timer MENU → → → → ENTER → → 71 → ENTER → → → → ENTER→ Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER / , Het LCD‐scherm automatisch inschakelen op een vooraf ingestelde tijd. Automatisch de modus en het volume regelen wanneer het LCD‐scherm wordt ingeschakeld. Off Timer MENU → → → , → → → ENTER → → → ENTER → → → → → ENTER → ENTER / , Het LCD‐scherm automatisch uitschakelen op een vooraf ingestelde tijd. Menu Transparency MENU → → , → → → ENTER → → → → ENTER → → ENTER Hiermee kunt u de doorzichtigheid van de achtergrond van het schermmenu wijzigen. 1. High 2. Medium 3. Low 4. Opaque Safety Lock Change PIN MENU → TER→ → → → ENTER → → → → 72 → ENTER → → EN- Het LCD‐scherm aanpassen → [0∼9] → [0∼9] → [0∼9] → [0∼9] Het wachtwoord kan worden gewijzigd. Opmerking Het vooraf ingestelde wachtwoord voor het LCD‐scherm is '0000'. Lock On MENU → → → → ENTER → ENTER → → → → → ENTER → → → → [0∼9] → [0∼9] → [0∼9] → [0∼9] Dit is de functie waarmee het schermmenu wordt vergrendeld zodat u de huidige instellingen kunt behouden en anderen deze instellingen niet per ongeluk kunnen wijzigen. Energy Saving MENU → → , → → → ENTER → → → → → → ENTER → → ENTER Deze functie past het stroomverbruik van de eenheid aan om stroom te sparen. 1. Off 2. On Video Wall Een Video Wall is een set videoschermen die met elkaar zijn verbonden, zodat op ieder scherm een gedeelte van het geheel wordt weergegeven of zodat op ieder scherm het beeld wordt herhaald. 73 Het LCD‐scherm aanpassen Wanneer de functie Video Wall is ingeschakeld, kunt u de opties voor de Video Wall instellen. MENU → → → → ENTER → → → → → → → → ENTER → Opmerking Wanneer de functie Video Wall is geactiveerd, zijn de functies Auto Adjustment, Image Lock, en Size niet beschikbaar. Video Wall werkt niet in de modus MagicInfo. Video Wall MENU → → → → ENTER → → ENTER → → , → → → → → → → ENTER → → ENTER Hiermee schakelt u de functie Video Wall van het geselecteerde scherm aan/uit. 1. Off 2. On Format MENU → → → → ENTER → → → ENTER → → , → → → → → → → ENTER → → ENTER Met Format kunt u het scherm splitsen. 1. Full Zorgt voor een volledig weergegeven scherm zonder marges. 2. Natural Geeft de kleuren op natuurlijke wijze weer terwijl de originele hoogte‐breedteverhoudingen in tact worden gelaten. 74 Het LCD‐scherm aanpassen Horizontal MENU → → → → ENTER → → → → ENTER → → , → → → → → → → ENTER → → ENTER Hiermee stelt u in hoeveel delen van het scherm horizontaal moeten worden verdeeld. Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 1, 2, 3, 4, en 5. Vertical MENU → → → → ENTER → → → → → ENTER → → , → → → → → → → ENTER → → ENTER Hiermee stelt u in hoeveel delen van het scherm verticaal moeten worden verdeeld. Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 1, 2, 3, 4, en 5. Screen Divider MENU → → → → ENTER → → → → → → ENTER → → → → → → → → ENTER → Het scherm kan worden opgedeeld in verschillende beelden. U kunt voor enkele schermen een andere indeling selecteren. • Selecteer een modus in Schermindeling. 75 Het LCD‐scherm aanpassen • Selecteer een weergave in Schermindeling. • U stelt de selectie in door in de geselecteerde modus op een nummer te drukken. Safety Screen De functie Safety Screen wordt gebruikt om ingebrande beelden te voorkomen bij het langdurig weergeven van een stilstaand beeld. • De functie Safety Screen laat het beeld gedurende de aangegeven tijd over het scherm schuiven. • Deze functie is niet beschikbaar wanneer de stroom uitgeschakeld is. MENU → → → → ENTER → → → → → → → → → → ENTER → → ENTER → → → → → → ENTER → → → → → ENTER → → , → ENTER → → ENTER → Pixel Shift Pixel Shift MENU → U kunt deze functie gebruiken om de pixels op het LCD‐scherm in horizontale of verticale richting te verplaatsen zodat na‐afdrukken op het scherm worden voorkomen. 1. Off 2. On Horizontal MENU → → → → ENTER → → ENTER → → → → → → → → ENTER → Bepaalt hoeveel pixels het scherm horizontaal wordt verplaatst. Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 0, 1, 2, 3, en 4. 76 → → → ENTER → → , → ENTER Het LCD‐scherm aanpassen Vertical MENU → → → → ENTER → → ENTER → → → → ENTER → → , → ENTER → → → → → → → → → → ENTER → → → ENTER → → , → ENTER → → → → → → → → ENTER → Bepaalt hoeveel pixels het scherm verticaal wordt verplaatst. Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 0, 1, 2, 3, en 4. Time MENU → → → → ENTER → → ENTER → Stel het tijdinterval in voor respectievelijk de horizontale of verticale verplaatsing. Timer Timer MENU → → → → ENTER → → → ENTER → → → → → → ENTER → → → → → ENTER → → , → ENTER U kunt de timer voor de beveiliging tegen scherminbranding instellen. Als u de bewerking start om een na‐afdruk te wissen, wordt de bewerking voor de ingestelde periode uitgevoerd en vervolgens automatisch beëindigd. 1. Off 2. On 77 Het LCD‐scherm aanpassen Mode MENU → → → → ENTER → → → ENTER → → → → → → → → ENTER → → → → ENTER → → , → ENTER → → → → → → → ENTER → → → U kunt het type Safety Screen wijzigen. 1. Scroll 2. Bar 3. Eraser Period MENU → → → → ENTER → → → ENTER → → → ENTER → → , → ENTER Met deze functie kunt u de uitvoeringsperiode voor elke ingestelde modus op de timer instellen. Time MENU → → → → ENTER → → → ENTER → → → → → → → → → → → ENTER → Geef een uitvoertijdstop op binnen de ingestelde tijdsperiode. • Mode‐Scroll : 1~5 sec • Mode‐Bar, Eraser: 10~50 sec 78 → → ENTER → → , → ENTER Het LCD‐scherm aanpassen Scroll MENU → → → → ENTER → → → → ENTER → → → → → → → → → ENTER → Deze functie helpt om na‐afdrukken op het scherm te voorkomen door alle pixels op de LCD te verplaatsen volgens een ingesteld patroon. Gebruik deze functie als u na‐afdrukken of symbolen op het scherm ziet, met name wanneer u voor langere tijd een stilstaand beeld op het scherm weergeeft. Bar MENU → → → → ENTER → → → → → → → → →ENTER → → → → → ENTER → Deze functie voorkomt na‐afdrukken op het scherm door lange zwarte of witte verticale lijnen over het scherm te laten lopen. Eraser MENU → → → → ENTER → → → → → → → → → →ENTER → → → → → ENTER → Deze functie voorkomt na‐afdrukken op het scherm door een rechthoekig patroon over het scherm te laten lopen. Side Gray MENU → → → → ENTER → → → → → → → → → → →ENTER → 79 → → → → ENTER → Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER Selecteer de helderheid van het grijs van de schermachtergrond. 1. Off 2. Light 3. Dark Resolution Select MENU → → , → → → ENTER → → → → → → → → → →ENTER → → ENTER Wanneer het beeld niet juist wordt weergegeven op het scherm wanneer u de resolutie van de grafische kaart van de computer instelt op 1024 x 768 bij 60 Hz, 1280 x 768 bij 60 Hz, 1360 x 768 bij 60 Hz of 1366 x 768 bij 60 Hz, kunt u deze functie gebruiken (Resolution Select) om het beeld in de opgegeven resolutie weer te geven op het scherm. Opmerking Alleen beschikbaar in de modus PC 1. Off 2. 1024 X 768 3. 1280 X 768 4. 1360 x 768 5. 1366 X 768 Opmerking Het selecteren van het menu is alleen toegestaan wanneer de resolutie is ingesteld op 1024 x 768 bij 60 Hz, 1280 x 768 bij 60 Hz, 1360 x 768 bij 60 Hz of 1366 x 768 bij 60 Hz. 80 Het LCD‐scherm aanpassen Power On Adjustment MENU → → → , → → → ENTER → → → → → → → → → → → ENTER → → → → → → → → ENTER Hiermee past u de tijd van inschakeling voor het scherm aan. OSD Rotation MENU → → → → ENTER → → → → → → → → ENTER → → , → ENTER OSD roteren 1. Landscape 2. Portrait Reset Hiermee worden de productinstellingen teruggezet naar de standaard fabrieksinstellingen. De resetfunctie is alleen beschikbaar wanneer PC / DVI wordt gebruikt. MENU → → → → ENTER → → ENTER → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → → Image Reset MENU → → → → ENTER → → ENTER → → ENTER → 81 Het LCD‐scherm aanpassen → , → ENTER Opmerking Alleen beschikbaar in de modus PC Opmerking De functie voor opnieuw instellen is niet beschikbaar wanneer Video Wall is ingesteld op On. Color Reset MENU → → → → ENTER → → ENTER → → → ENTER → → , → → → → → → ENTER Multi Control Beschikbare modi • PC / DVI / BNC • AV • Component • HDMI • MagicInfo Opmerking • MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model. Multi Control Hiermee wordt een individuele ID toegewezen aan het apparaat. 82 → → → → → → Het LCD‐scherm aanpassen MENU → → • , → → → → ENTER → → ENTER → [0~9] ID Setup Hiermee worden onderscheidende ID's toegewezen aan het apparaat. • ID Input Hiermee kunt u de zenderfuncties per toestel instellen.. Alleen een apparaat waarvan de ID overeenkomt met de zenderinstelling wordt geactiveerd. MagicInfo Beschikbare modi • PC / DVI / BNC • AV • Component • HDMI • MagicInfo Opmerking • MagicInfo ondersteunt uitsluitend het DXN-2‐model. Opmerking • De afstandsbediening kan worden gebruikt om MagicInfo te selecteren. Het is echter aan te bevelen een afzonderlijk USB‐toetsenbord te gebruiken. Alleen dan kunt u optimaal gebruikmaken van de mogelijkheden van MagicInfo. • Wanneer u met MagicInfo in de apparaatmodus werkt, en een extern apparaat verplaatst tijdens het opstarten, kunnen er fouten optreden. Stel externe apparaten alleen in als het LCD‐scherm wordt ingeschakeld. • Haal de LAN‐kabel die voor het netwerk gebruikt wordt (bijv. bij videoweergave). Anders stopt het programma (MagicInfo) mogelijk. Start het systeem opnieuw op als u de kabel toch uit het contact haalt. • Koppel de LAN‐kabel die door een USB‐apparaat wordt gebruikt niet los (bijv. bij videoweergave). Anders stopt het programma (MagicInfo) mogelijk. • Druk op de knop SOURCE in MagicInfo om andere bronnen te gebruiken. 83 Het LCD‐scherm aanpassen • Het vooraf ingestelde wachtwoord voor het LCD‐scherm is '000000'. • De optie Power‐On van het serverprogramma werkt alleen als het LCD‐scherm volledig is uitgeschakeld. Gebruik de optie Power‐On niet als het LCD‐scherm bezig is met afsluiten. Dit kan systeemfouten in het LCD‐scherm veroorzaken. • Op het beeld van MagicInfo is de netwerkmodus gelijk aan de apparaatmodus. • Als u MagicInfo gebruikt met het programma MagicNet Server: voer de netwerkmodus uit. • Wanneer u MagicInfo gebruikt terwijl het apparaat rechtstreeks op het LCD‐scherm is aangesloten: voer de apparaatmodus uit. • Druk op ESC om rechtstreeks naar het Windows‐scherm MagicInfo te gaan. • Als u MagicInfo wilt instellen op een Windows‐scherm, hebt u een toetsenbord en muis nodig. • Raadpleeg de MagicInfo Server Help om MagicInfo in te stellen op een Windows‐scherm. Schakel de stroom tijdens bediening niet uit. • Voor draaibare LCD‐schermen wordt de doorzichtige lichtkrant niet ondersteund. • Voor draaiende LCD‐schermen wordt voor films een maximale schermresolutie van 720*480 (SD) ondersteund. • Op station D: wordt EWF niet toegepast. • U kunt de inhoud van Instellingen opslaan als deze is gewijzigd terwijl EWF is ingesteld op Enable, door Commit in te stellen. • Wanneer u Disable, Enable of Commit selecteert, wordt het systeem opnieuw gestart. MagicInfo 1. Select Application - step 1 84 Het LCD‐scherm aanpassen U kunt een toepassing selecteren die wordt uitgevoerd op de computer als Windows wordt gestart. 2. Select TCP/IP - step 2 In step 2 van MagicInfo Setup Wizard hoeft u niet naar Netwerkinstelling op het bureaublad te gaan om uw instelling voor TCP/IP uit te voeren. U kunt dit simpelweg doen bij step 2 van de installatie van MagicInfo 3. Select Language - step 3 Bij gebruik van meerdere talen kunt u een specifieke taal kiezen en deze instellen. 4. Select Screen Type - step 4 85 Het LCD‐scherm aanpassen U kunt selecteren welk type rotatie wordt toegepast op uw apparaat. 5. Setup Information Geeft de instellingen weer die het vaakst zijn geselecteerd door de gebruiker. Opmerking Indien het Magicinfo ‐pictogram niet wordt weergegeven in het systeemvak kunt u op het Magicinfo ‐pictogram op het bureaublad dubbelklikken. Het pictogram verschijnt. 86 Problemen oplossen Controle van de zelftestfunctie Opmerking Controleer het volgende voordat u telefonisch om ondersteuning vraagt. Neem contact op met een Service Center voor problemen die u niet zelf kunt oplossen. Controle van de zelftestfunctie 1. Schakel de computer en het LCD‐scherm uit. 2. Koppel de videokabel los van de achterkant van de computer. 3. Schakel het LCD‐scherm in. De onderstaande afbeelding ("Check Signal Cable") wordt op een zwarte achtergrond weergegeven wanneer het LCD‐scherm normaal werkt en er geen videosignaal wordt gedetecteerd. In de zelftestmodus blijft de indicatie‐LED groen weergegeven en beweegt de afbeelding over het scherm. 4. Schakel het LCD‐scherm uit en sluit de videokabel opnieuw aan. Schakel zowel de computer als het LCD‐scherm opnieuw in. Als het LCD‐scherm zwart blijft weergegeven na deze procedure, controleert u de videocontroller en het computersysteem. Uw LCD‐scherm functioneert naar behoren. Waarschuwingsberichten U kunt het scherm zelfs bekijken op een resolutie van 1920 x 1080. U krijgt echter wel een minuut lang de volgende boodschap te zien; Gedurende die tijd kunt u overschakelen naar een andere schermresolutie of in de huidige modus blijven. Als de resolutie hoger is dan 85 Hz, wordt het scherm zwart weergegeven omdat het LCD‐scherm geen frequenties hoger dan 85 Hz ondersteunt. Opmerking Raadpleeg Specificaties > Voorinstelbare timingmodi voor de resoluties en frequenties die door het LCD‐scherm worden ondersteund. Onderhoud en reiniging 1) De behuizing van het LCD‐scherm onderhouden 87 Problemen oplossen Reinig het product met een zachte doek, nadat u de stekker uit het stopcontact hebt gehaald. • Gebruik geen wasbenzine, thinner of andere ontvlambare middelen. 2) De flatscreenmonitor onderhouden Reinig het beeldscherm met een zachte doek (katoenflanel). • Gebruik geen aceton, wasbenzine of thinner. (Deze kunnen het schermoppervlak beschadigen of vervormen.) • De gebruiker is verantwoordelijk voor de schade die wordt veroorzaakt door het gebruik van deze stoffen. Symptomen en aanbevolen stappen Opmerking Een LCD‐scherm stelt de visuele signalen die van de computer worden ontvangen, opnieuw samen. Als er problemen optreden met de computer of de videokaart, is het mogelijk dat het LCD‐scherm geen beeld heeft, slechte kleuren of ruis weergeeft, de foutmelding weergeeft dat de videomodus niet wordt ondersteund, enzovoort. Controleer in dit geval eerst de bron van het probleem en neem vervolgens contact op met een Service Center of uw leverancier. 1. Controleer of het netsnoer en de videokabels goed zijn aangesloten op de computer. 2. Controleer of de computer bij het opstarten meer dan 3 keer piept. (Als dat gebeurt, vraagt u om hulp.) 3. Indien u een nieuwe videokaart hebt geïnstalleerd of als u de pc hebt samengesteld, controleert u of het (video‐)station van de adapter is geïnstalleerd. 4. Controleer of de scanratio van het beeldscherm ingesteld is op 50 Hz ~ 85 Hz. (Overschrijd de frequentie van 60 Hz niet als u de maximale resolutie gebruikt.) 5. Als u problemen ondervindt met het (video‐)stuurprogramma van de adapter, start u de computer op in de veilige modus. Vervolgens verwijdert u de beeldschermadapter via 'Configuratiescherm −> Systeem −> Apparaatbeheer' en start u de computer opnieuw op om het (video‐)stuurprogramma van de adapter opnieuw te installeren. Controlelijst Opmerking • In de volgende tabel worden mogelijke problemen en oplossingen weergegeven. Controleer voordat u om ondersteuning vraagt eerst de informatie in dit gedeelte, mogelijk kunt u het probleem zelf oplossen. Als u assistentie nodig hebt, kunt u bellen naar het telefoonnummer in het gedeelte Informatie of contact opnemen met uw leverancier. • Raadpleeg het gedeelte MagicInfo Probleemoplossing voor meer informatie over netwerken. 88 Problemen oplossen Problemen met betrekking tot de installatie (modus PC) Opmerking Problemen met de installatie van het LCD‐scherm en de oplossingen hiervoor worden in een lijst weergegeven. Q: Het LCD‐scherm flikkert. A: Controleer of de signaalkabel tussen de computer en het LCD‐scherm goed is aangesloten. (Zie Aansluiten op een computer) Problemen met betrekking tot het scherm Opmerking Hier worden problemen met betrekking tot het LCD‐scherm en de oplossingen hiervoor weergegeven. Q: Het scherm is zwart en het aan/uit‐lampje is uit. A: Controleer of het netsnoer goed is aangesloten en of het LCD‐scherm is ingeschakeld. (Zie Aansluiten op een computer) Q: "Check Signal Cable". A: Controleer of de signaalkabel goed op de pc of videobron is aangesloten. (Zie Aansluiten op een computer) A: Controleer of de pc of videobron is ingeschakeld. Q: "Not Optimum Mode". A: Controleer de maximale resolutie en frequentie van de videoadapter. A: Vergelijk deze waarden met de gegevens in het overzicht Voorinstelbare timingmodi. Q: Het beeld schuift verticaal. A: Controleer of de signaalkabel goed is aangesloten. Sluit de kabel indien nodig opnieuw aan. (Zie Aansluiten op een computer) Q: Het beeld is niet helder, het beeld is wazig. A: Stem de frequentie af met Coarse‐tuning en Fine‐tuning. A: Schakel het product opnieuw in nadat u alle accessores (videoverlengkabels, enzovoort) hebt losgekoppeld. A: Stel de resolutie en de frequentie in volgens het aanbevolen bereik. Q: Het beeld is onstabiel en het trilt. A: Controleer of de resolutie en de frequentie die zijn ingesteld voor de videokaart binnen het bereik vallen dat door het LCD‐scherm wordt ondersteund. Zo niet, stel deze dan 89 Problemen oplossen opnieuw in, rekening houdend met de informatie in het LCD‐schermmenu en de Voorinstelbare timingmodi. Q: Dubbel beeld. A: Controleer of de resolutie en de frequentie die zijn ingesteld voor de videokaart binnen het bereik vallen dat door het LCD‐scherm wordt ondersteund. Zo niet, stel deze dan opnieuw in, rekening houdend met de informatie in het LCD‐schermmenu en de Voorinstelbare timingmodi. Q: Het beeld is te licht of te donker. A: Pas Brightness en Contrast aan. (Zie Brightness, Contrast) Q: De schermkleur is inconsistent. A: Kleuren aanpassen met Custom onder kleuraanpassing in het schermmenu. Q: Het kleurbeeld wordt vervormd door donkere schaduwen. A: Kleuren aanpassen met Custom onder kleuraanpassing in het schermmenu. Q: De kleur wit is slecht. A: Kleuren aanpassen met Custom onder kleuraanpassing in het schermmenu. Q: Het aan/uit‐lampje knippert. A: Het LCD‐scherm is bezig met het opslaan van de aangebrachte wijzigingen in het OSD‐ geheugen. Q: Het scherm is zwart en het aan/uit‐lampje knippert elk 0,5 of 1 seconde. A: Het LCD‐scherm gebruikt een systeem voor energiebeheer. Druk op een toets op het toetsenbord. Q: Het scherm is leeg en knippert. A: Als het bericht 'TEST GOOD' op het scherm wordt weergegeven wanneer u op de knop MENU drukt, controleert u of de kabelaansluitingen tussen het LCD‐scherm en de computer goed zijn aangesloten. Problemen in verband met het geluid Opmerking In de onderstaande lijst worden problemen met geluidssignalen en de oplossingen hiervoor behandeld. Q: Geen geluid. A: Controleer of de audiokabel stevig is aangesloten op de audio‐ingang van uw LCD‐ scherm en de audio‐uitgang van uw geluidskaart. (Zie Aansluiten op een computer) A: Controleer het volumeniveau. Q: Geluidsniveau is te laag. 90 Problemen oplossen A: Controleer het volumeniveau. A: Als het volume nog steeds te laag is nadat u de bediening op het maximale niveau hebt ingesteld, moet u de volumeregeling op de geluidskaart of in het softwareprogramma van de computer controleren. Q: Het geluidsniveau is te hoog of te laag. A: Stel Treble en Bass in op de gewenste niveaus. Problemen met betrekking tot de afstandsbediening Opmerking In de onderstaande lijst worden problemen met de afstandsbediening en de oplossingen hiervoor behandeld. Q: De knoppen van de afstandsbediening reageren niet. A: Controleer of de batterijen op de juiste manier zijn geplaatst (+/‐). A: Controleer of de batterijen leeg zijn. A: Controleer of de stroomtoevoer is ingeschakeld. A: Controleer of het netsnoer goed vast zit. A: Controleer of zich bijzondere TL‐ of neonverlichting in de buurt bevindt. Vragen en antwoorden Q: Hoe kan ik de frequentie wijzigen? A: De frequentie kan worden gewijzigd door de videokaart opnieuw te configureren. Opmerking De videokaartondersteuning kan verschillen, afhankelijk van de versie van het gebruikte stuurprogramma. (Raadpleeg de handleiding van de computer of de videokaart voor meer informatie.) Q: Hoe kan ik de resolutie wijzigen? A: Windows XP: Stel de resolutie in via Control Panel (Configuratiescherm) → Appearance and Themes (Vormgeving en thema's) → Display (Beeldscherm) → Settings (Instellingen). A: Windows ME/2000: Stel de resolutie in via Control Panel (Configuratiescherm) → Display (Beeldscherm) → Settings (Instellingen). * Neem voor meer informatie contact op met de fabrikant van de videokaart. Q: Hoe stel ik de functie voor energiebesparing in? A: Windows XP: Stel de resolutie in via Control Panel (Configuratiescherm) → Appearance and Themes (Vormgeving en thema's) → Display (Beeldscherm) → Screen Saver (Schermbeveiliging). 91 Problemen oplossen Stel de functie in vanuit het BIOS‐setupmenu van de computer. (Raadpleeg de handleiding van Windows of uw computer.) A: Windows ME/2000: Stel de resolutie in via Control Panel (Configuratiescherm) → Display (Beeldscherm) →Screen Saver (Schermbeveiliging). Stel de functie in vanuit het BIOS‐setupmenu van de computer. (Raadpleeg de handleiding van Windows of uw computer.) Q: Hoe kan ik de behuizing en het LCD‐paneel reinigen? A: Koppel het netsnoer los en reinig het LCD‐scherm met een zachte doek en een reinigingsmiddel of gewoon water. Laat geen reinigingsmiddel op de behuizing achter en zorg dat u geen krassen maakt. Zorg ervoor dat er geen water in het LCD‐scherm komt. Q: Hoe kan ik de video afspelen? A: De video ondersteunt alleen de MPEG1‐ en WMV‐codecs. Installeer de overeenkomstige codec om de video af te spelen. Sommige codecs zijn niet compatibel. Opmerking Controleer voordat u om ondersteuning vraagt eerst de informatie in dit gedeelte; misschien kunt u het probleem zelf oplossen. Als u assistentie nodig hebt, kunt u bellen naar het telefoonnummer in het gedeelte Informatie of contact opnemen met uw leverancier. 92 Specificaties Algemeen Algemeen Modelnaam SyncMaster 700DX‐2, 700DXN‐2 LCD‐paneel Grootte 70" (177 cm) Weergavegebied 1549,44 mm (H) x 871,56 mm (V) Pixel Pitch 0,807 mm (H) x 0,807 mm (V) Synchronisatie Horizontaal 30 ~ 81 kHz Verticaal 56 ~ 85 Hz Weergavekleur 16,7 M Resolutie Optimale resolu- 1920 x 1080 bij 60 Hz tie Maximale resolu- 1920 x 1080 bij 60 Hz tie Ingangssignaal, afgesloten RGB analoog, DVI (Digital Visual Interface), compliant digital RGB. 0,7 Vp‐p ± 5 % Aparte H/V‐synchronisatie, Composiet, SOG TTL‐niveau (V hoog ≥ 2,0 V, V laag ≤ 0,8 V) Maximale pixelfrequentie 165 MHz (analoog,digitaal) Stroomtoevoer Dit product ondersteunt 100 – 240 V. Controleer het label op de achterkant van het product daar het standaardvoltage kan verschillen van land tot land. Signaalaansluitingen D‐sub, DVI‐D In/Out, VCR, HDMI, RS232C In/Out, BNC In/OutPC Audio In, Audio In(L/R), Audio Out (L/R), With Network Model : USB, LAN Afmetingen (B x H x D) / gewicht 1668,0 x 989,0 x 138,0 mm (zonder standaard) 1668,0 x 1094,0 x 500,0 mm (met standaard)/83 kg 93 Specificaties VESA bevestigingsinterface 800 x 400 mm Omgevingsvereisten SyncMas- In bedrijf ter 700DXN2 Opslag Temperatuur: 10˚C ~ 40˚C (50˚F ~ 104˚F) Vochtigheid: 10 % tot 80 %, geen condensvorming Temperatuur: ‐20˚C ~ 45˚C (‐4˚F ~ 113˚F) Vochtigheid: 5 % tot 95 %, geen condensvorming SyncMas- In bedrijf ter 700DX-2 Opslag Temperatuur: 0˚C ~ 40˚C (32˚F ~ 104˚F) Vochtigheid: 10 % tot 80 %, geen condensvorming Temperatuur: ‐20˚C ~ 45˚C (‐4˚F ~ 113˚F) Vochtigheid: 5 % tot 95 %, geen condensvorming Mogelijkheden voor Plug and Play Dit LCD‐scherm kan worden geïnstalleerd op elk Plug and Play‐systeem. De interactie tussen het LCD‐scherm en de computersystemen biedt de meest optimale besturingsomstandigheden en LCD‐scherminstellingen. In de meeste gevallen gaat de installatie van het LCD‐scherm automatisch verder, tenzij de gebruiker andere instellingen wil toepassen. Aanvaardbare punten (Dot Acceptable) De TFT-LCD‐panelen die voor dit product worden gebruikt, zijn gefabriceerd met geavanceerde halfgeleidertechnologieën met een precisie van 1ppm (een miljoenste) of hoger. Pixels in de kleuren ROOD, GROEN, BLAUW of WIT kunnen echter soms lichter lijken of er kunnen zwarte pixels waargenomen worden. Dit is geen slechte kwaliteit en u kunt het product zonder problemen gebruiken. Het aantal TFT-LCD‐subpixels van dit product is bijvoorbeeld 6.220.800. Opmerking Vormgeving en specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd. Opmerking • DX‐2 ‐ Apparaat van klasse B (Informatie‐communicatieapparatuur voor thuisgebruik) • DXN‐2 ‐ Apparaat van klasse A. PowerSaver Dit LCD‐scherm is voorzien van het ingebouwde energiebeheersysteem PowerSaver. Als het LCD‐scherm gedurende lange tijd niet wordt gebruikt, wordt de spaarstand geactiveerd om energie te besparen. Het LCD‐scherm gaat automatisch weer normaal werken zodra u op een toets op het toetsenbord drukt. Om energie te besparen, kunt u het beste het LCD‐ scherm uitschakelen wanneer u dit gedurende langere tijd niet gebruikt. Het systeem PowerSaver werkt met een VESA DPM‐compatibele videokaart die op de computer is geïnstalleerd. U stelt deze functie in met behulp van het hulpprogramma op uw computer. 94 Specificaties PowerSaver (bij gebruik als netwerkmonitor) Toestand Normale werking Energiebesparingsmodus Uitschakelen (Aan/uit‐schakelaar) Aan/uit‐lampje On (Aan) Knipperend Uit Stroomver- 700DXN-2 bruik 750 Watt Minder dan 5 Watt Minder dan 0 Watt PowerSaver (bij gebruik als normale monitor) Toestand Aan/uit‐lampje Stroomver- 700DX-2 bruik Normale werking Energiebesparingsmodus Uitschakelen (Aan/uit‐schakelaar) On (Aan) Knipperend Uit 680 Watt Minder dan 2 Watt Minder dan 0 Watt Voorinstelbare timingmodi Als het door de computer uitgezonden signaal overeenkomt met de onderstaande voorinstelbare timingmodi, wordt het scherm automatisch aangepast. Wanneer het signaal echter afwijkt, wordt het scherm mogelijk leeg weergegeven terwijl het aan/uit‐lampje brandt. Raadpleeg de handleiding bij de videokaart en stel het scherm als volgt in. Weergavemodus Horizontale Verticale fre- Pixelfrequen- Sync‐polariteit frequentie quentie (Hz) tie (MHz) (H/V) (kHz) IBM, 640 x 350 31,469 70,086 25,175 +/‐ IBM, 640 x 480 31,469 59,940 25,175 ‐/‐ IBM, 720 x 400 31,469 70,087 28,322 ‐/+ MAC, 640 x 480 35,000 66,667 30,240 ‐/‐ MAC, 832 x 624 49,726 74,551 57,284 ‐/‐ MAC, 1152 x 870 68,681 75,062 100,000 ‐/‐ VESA, 640 x 480 37,861 72,809 31,500 ‐/‐ VESA, 640 x 480 37,500 75,000 31,500 ‐/‐ VESA, 800 x 600 35,156 56,250 36,000 +/+ VESA, 800 x 600 37,879 60,317 40,000 +/+ VESA, 800 x 600 48,077 72,188 50,000 +/+ VESA, 800 x 600 46,875 75,000 49,500 +/+ VESA, 848 x 480 31,020 60,000 33,750 +/+ VESA, 1024 x 768 48,363 60,004 65,000 ‐/‐ VESA, 1024 x 768 56,476 70,069 75,000 ‐/‐ VESA, 1024 x 768 60,023 75,029 78,750 +/+ VESA, 1152 x 864 67,500 75,000 108,000 +/+ VESA, 1280 x 768 47,776 59,870 79,500 ‐/+ VESA, 1280 x 960 60,000 60,000 108,000 +/+ VESA, 1280 x 1024 63,981 60,020 108,000 +/+ 95 Specificaties Weergavemodus Horizontale Verticale fre- Pixelfrequen- Sync‐polariteit frequentie quentie (Hz) tie (MHz) (H/V) (kHz) VESA, 1280 x 1024 79,976 75,025 135,000 +/+ VESA, 1366 x 768 47,712 59,790 85,500 +/+ VESA, 1600 x 1200 75,000 60,000 162,000 +/+ VESA, 1920 x 1080 67,500 60,000 148,500 +/+ Horizontale frequentie De tijd die nodig is om één lijn horizontaal van de linker‐ naar de rechterrand van het scherm te scannen, wordt de Horizontal Cycle (Horizontale cyclus) genoemd. Het omgekeerde van deze Horizontal Cycle is de Horizontale frequentie. Eenheid: kHz Verticale frequentie Net als een TL‐lamp moet het scherm hetzelfde beeld vele malen per seconde herhalen om een beeld voor de gebruiker weer te geven. De frequentie van deze herhaling wordt de verticale frequentie of Refresh Rate (vernieuwingsfrequentie) genoemd. Eenheid: Hz 96 Informatie Voor betere weergave Stel voor een optimale beeldkwaliteit de resolutie en de vernieuwingsfrequentie van de computer in volgens de onderstaande instructies. De beeldkwaliteit kan instabiel zijn als deze niet optimaal wordt ingesteld voor TFT-LCD. • Resolutie: 1920 x 1080 • Verticale frequentie (vernieuwingsfrequentie): 60 Hz De TFT-LCD‐panelen die voor dit product worden gebruikt, zijn gefabriceerd met geavanceerde halfgeleidertechnologieën met een precisie van 1ppm (een miljoenste) of hoger. Pixels in de kleuren ROOD, GROEN, BLAUW of WIT kunnen echter soms lichter lijken of er kunnen zwarte pixels waargenomen worden. Dit is geen slechte kwaliteit en u kunt het product zonder problemen gebruiken. • Het aantal TFT-LCD‐subpixels van dit product is bijvoorbeeld 6.220.800. Maak bij het reinigen van de monitor en de buitenkant van het paneel gebruik van de aanbevolen kleine hoeveelheid reinigingsmiddel en een zachte doek. Wrijf zachtjes bij het schoonmaken van het LCD‐scherm. Bij te hard drukken kunnen vlekken ontstaan. Als u niet tevreden bent met de beeldkwaliteit, kunt u de functie 'Auto Adjustment' uitvoeren in het menu dat wordt weergegeven als u op de knop drukt om een venster te sluiten. Als het beeld na het automatisch afstellen nog steeds verstoord is, kunt u de afstelfunctie Fine/Coarse gebruiken. Wanneer u langere tijd naar een stilstaand scherm kijkt, kan er een restbeeld of wazigheid verschijnen. Schakel om naar de energiebesparende stand of stel een schermbeveiliging met een bewegend beeld in wanneer u gedurende langere tijd bij de monitor weg moet. PRODUCTGEGEVENS (zonder scherminbranding) Wat is scherminbranding? Scherminbranding komt niet voor als een LCD‐scherm onder normale omstandigheden wordt gebruikt. Onder normale omstandigheden wordt verstaan continu veranderende videopatronen. Als het LCD‐scherm voor langere tijd wordt gebruikt met een vast patroon (meer dan 12 uur), is er mogelijk een klein verschil in het voltage tussen de elektroden die de vloeibare kristallen in pixels veranderen. Het voltageverschil tussen de elektroden verhoogt geleidelijk waardoor de vloeibare kristallen overhellen. Als dit gebeurt, is het mogelijk dat het vorige beeld zichtbaar is wanneer het patroon wordt gewijzigd. Om dit te voorkomen, moet het vergrote voltageverschil worden verlaagd. 97 Informatie Uitschakelen, schermbeveiliging of energiebesparende modus • Schakel de monitor 4 uur uit nadat deze 20 uur achter elkaar in gebruik is geweest. • Schakel de monitor 2 uur uit nadat deze 12 uur achter elkaar in gebruik is geweest. • Stel de monitor in op uitschakelen met Power Scheme (Energiebeheerschema) in Display Properties (Eigenschappen beeldscherm) van de computer. • Gebruik indien mogelijk een schermbeveiliging. Schermbeveiliging in één kleur of een bewegend beeld wordt aanbevolen. De kleurgegevens regelmatig wijzigen 98 Informatie Opmerking Gebruik twee verschillende kleuren Wissel elke 30 minuten af met twee kleuren. • Vermijd een combinatie van tekens en achtergrondkleur met een groot verschil in helderheid. Vermijd grijze kleuren. Deze kunnen gemakkelijk scherminbranding veroorzaken. Vermijd: kleuren met een groot verschil in helderheid (zwart en wit, grijs). De kleur van de tekens regelmatig wijzigen • Gebruik heldere kleuren met weinig verschil in helderheid. ‐ Cyclus: Wijzig elke 30 minuten de kleur van de tekens en de achtergrond. • Wissel elke 30 minuten de tekens af met bewegende beelden. • Geef periodiek de afbeeldingen en het logo weer. ‐ Cyclus: geef na 4 uur gebruik gedurende 60 seconden een bewegend beeld met logo weer. • De beste manier om uw monitor te beschermen tegen inbranding is om het scherm uit te schakelen of uw computer of systeem in te stellen met een schermbeveiliging wanneer u de monitor niet gebruikt. Als deze richtlijnen niet worden gevolgd, kan dit gevolgen voor uw garantie hebben. De schermverschuivingsfunctie van het product toepassen • De schermverschuivingsfunctie toepassen ‐ Symptoom: Horizontale balk met zwarte kleur omhoog en omlaag verplaatsen. 99 Informatie ‐ Methode selecteren • Gebruiksaanwijzingen: OSD‐menu ‐> Instellen ‐> Veiligheidsscherm ‐> Schermverschuiving. • Time Interval (Tijdsinterval): 1 ~ 10 uur (aanbevolen: 1 ) • Tijdsduur: 1 ~ 5 seconden (aanbevolen: 5 ) Opmerking (Raadpleeg het gedeelte 'OSD‐functie' in de gebruikershandleiding op de cd. Voor sommige modellen is dit niet beschikbaar.) De schermpixelfunctie van het product toepassen • De schermpixelfunctie toepassen ‐ Symptoom: Stip met zwarte kleur omhoog en omlaag verplaatsen. ‐ Methode selecteren • • Gebruiksaanwijzingen: OSD Menu ‐> Set Up ‐> Safety Screen ‐> Pixel (OSD‐menu ‐> Instellen ‐> Veiligheidsscherm ‐> Pixel) • Time Interval (Tijdsinterval): 1 ~ 10 uur (aanbevolen: 1 ) • Tijdsduur: 10 ~ 50 seconden (aanbevolen: 50 ) De schermbalkfunctie toepassen ‐ Symptoom: Horizontale/verticale balk met zwarte kleur omhoog en omlaag verplaatsen. 100 Informatie ‐ Methode selecteren • Gebruiksaanwijzingen: OSD Menu ‐> Set Up ‐> Safety Screen ‐> Bar (OSD‐ menu ‐> Instellen ‐> Veiligheidsscherm ‐> Balk) • Time Interval (Tijdsinterval): 1 ~ 10 uur (aanbevolen: 1 ) • Tijdsduur: 10 ~ 50 seconden (aanbevolen: 50 ) Opmerking (Raadpleeg het gedeelte 'OSD‐functie' in de gebruikershandleiding op de cd. Voor sommige modellen is dit niet beschikbaar.) ) De schermwisfunctie van het product toepassen • De schermwisfunctie toepassen ‐ Symptoom: 2 verticale blokken bewegen terwijl het scherm wordt gewist ‐ Methode selecteren • Gebruiksaanwijzingen: OSD‐menu ‐> Instellen ‐> Veiligheidsscherm ‐> Wisser. • Time Interval (Tijdsinterval): 1 ~ 10 uur (aanbevolen: 1 ) • Tijdsduur: 10 ~ 50 seconden (aanbevolen: 50 ) Opmerking (Raadpleeg het gedeelte 'OSD‐functie' in de gebruikershandleiding op de cd. Voor sommige modellen is dit niet beschikbaar.) 101 Bijlage Contact SAMSUNG wereldwijd Opmerking Wanneer u suggesties of vragen heeft met betrekking tot Samsung producten, gelieve contact op te nemen met de consumenten dienst van SAMSUNG North America U.S.A 1‐800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/us CANADA 1‐800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/ca MEXICO 01‐800‐SAMSUNG(726‐ 7864) http://www.samsung.com/mx Latin America ARGENTINA 0800‐333‐3733 http://www.samsung.com/ar BRAZIL 0800‐124‐421 http://www.samsung.com/br 4004‐0000 CHILE 800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/cl COLOMBIA 01‐8000112112 http://www.samsung.com/co COSTA RICA 0‐800‐507‐7267 http://www.samsung.com/latin ECUADOR 1‐800‐10‐7267 http://www.samsung.com/latin EL SALVADOR 800‐6225 http://www.samsung.com/latin GUATEMALA 1‐800‐299‐0013 http://www.samsung.com/latin HONDURAS 800‐7919267 http://www.samsung.com/latin JAMAICA 1‐800‐234‐7267 http://www.samsung.com/latin NICARAGUA 00‐1800‐5077267 http://www.samsung.com/latin PANAMA 800‐7267 http://www.samsung.com/latin PUERTO RICO 1‐800‐682‐3180 http://www.samsung.com/latin REP. DOMINICA 1‐800‐751‐2676 http://www.samsung.com/latin TRINIDAD & TO- 1‐800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/latBAGO in VENEZUELA 0‐800‐100‐5303 http://www.samsung.com/latin Europe AUSTRIA 0810 ‐ SAMSUNG (7267864, http://www.samsung.com/at € 0.07/min) 102 Bijlage Europe BELGIUM 02 201 2418 http://www.samsung.com/be (Dutch) http://www.samsung.com/ be_fr (French) CZECH REPUBLIC 800 ‐ SAMSUNG 726786) (800‐ http://www.samsung.com/cz DENMARK 8 ‐ SAMSUNG (7267864) http://www.samsung.com/dk EIRE 0818 717 100 http://www.samsung.com/ie FINLAND 30 ‐ 6227 515 http://www.samsung.com/fi FRANCE 01 4863 0000 http://www.samsung.com/fr GERMANY 01805 ‐ SAMSUNG http://www.samsung.de (7267864, € 0.14/Min) HUNGARY 06‐80‐SAMSUNG (726‐7864) http://www.samsung.com/hu ITALIA 800‐SAMSUNG (726‐7864) http://www.samsung.com/it LUXEMBURG 02 261 03 710 http://www.samsung.com/lu NETHERLANDS 0900‐SAMSUNG (0900‐ http://www.samsung.com/nl 7267864) (€ 0,10/Min) NORWAY 3 ‐ SAMSUNG (7267864) POLAND 0 801 1SAMSUNG (172678) http://www.samsung.com/pl http://www.samsung.com/no 022 ‐ 607 ‐ 93 ‐ 33 PORTUGAL 808 (7267864) 20‐SAMSUNG http://www.samsung.com/pt SLOVAKIA 0800‐SAMSUNG (726‐7864) http://www.samsung.com/sk SPAIN 902 ‐ 1 ‐ SAMSUNG (902 172 http://www.samsung.com/es 678) SWEDEN 0771 726 7864 (SAMSUNG) http://www.samsung.com/se SWITZERLAND 0848 ‐ SAMSUNG (7267864, http://www.samsung.com/ch CHF 0.08/min) U.K 0845 SAMSUNG (7267864) http://www.samsung.com/uk CIS BELARUS 810‐800‐500‐55‐500 ESTONIA 800‐7267 http://www.samsung.com/ee LATVIA 8000‐7267 http://www.samsung.com/lv LITHUANIA 8‐800‐77777 http://www.samsung.com/lt MOLDOVA 00‐800‐500‐55‐500 KAZAKHSTAN 8‐10‐800‐500‐55‐500 KYRGYZSTAN 00‐800‐500‐55‐500 RUSSIA 8‐800‐555‐55‐55 TADJIKISTAN 8‐10‐800‐500‐55‐500 UKRAINE 8‐800‐502‐0000 http://www.samsung.com/ kz_ru http://www.samsung.ru http://www.samsung.com/ua 103 Bijlage CIS http://www.samsung.com/ ua_ru UZBEKISTAN 8‐10‐800‐500‐55‐500 http://www.samsung.com/ kz_ru Asia Pacific AUSTRALIA 1300 362 603 http://www.samsung.com/au CHINA 400‐810‐5858 http://www.samsung.com/cn 010‐6475 1880 HONG KONG 3698 ‐ 4698 http://www.samsung.com/hk http://www.samsung.com/ hk_en/ INDIA 3030 8282 http://www.samsung.com/in 1‐800‐3000‐8282 1800 110011 INDONESIA 0800‐112‐8888 http://www.samsung.com/id JAPAN 0120‐327‐527 http://www.samsung.com/jp MALAYSIA 1800‐88‐9999 http://www.samsung.com/my NEW ZEALAND 0800 SAMSUNG(0800 726 http://www.samsung.com/nz 786) PHILIPPINES 1‐800‐10‐SAMSUNG(726‐ 7864) http://www.samsung.com/ph 1‐800‐3‐SAMSUNG(726‐ 7864) 1‐800‐8‐SAMSUNG(726‐ 7864) 02‐5805777 SINGAPORE 1800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/sg THAILAND 1800‐29‐3232, 02‐689‐3232 http://www.samsung.com/th TAIWAN 0800‐329‐999 http://www.samsung.com/tw VIETNAM 1 800 588 889 http://www.samsung.com/vn Middle East & Africa SOUTH AFRICA 0860‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/za TURKEY 444 77 11 http://www.samsung.com/tr U.A.E 800‐SAMSUNG(726‐7864) http://www.samsung.com/ae 8000‐4726 Woordenlijst Dot Pitch Het beeld van een monitor bestaat uit rode, groene en blauwe punten. Hoe dichter deze punten bij elkaar staan, des te hoger de resolutie. De afstand tussen twee punten met dezelfde kleur wordt 'Dot Pitch' genoemd. Eenheid: mm 104 Bijlage Verticale frequentie Om een beeld voor de gebruiker te kunnen weergeven, moet het beeld meerdere malen per seconde opnieuw worden opgebouwd. De frequentie van deze herhaling wordt de verticale frequentie of Refresh Rate (vernieuwingsfrequentie) genoemd. Eenheid: Hz Voorbeeld: Als hetzelfde lichtje 60 keer per seconde knippert, noemt men dit 60 Hz. Horizontale frequentie De tijd die nodig is om één lijn horizontaal van de linker‐ naar de rechterrand van het scherm te scannen, wordt de Horizontal Cycle (Horizontale cyclus) genoemd. Het omgekeerde van deze Horizontal Cycle is de Horizontale frequentie. Eenheid: kHz Interlace en Non‐Interlace methoden De achtereenvolgende weergave van boven naar beneden van de horizontale lijnen in het scherm wordt de Non‐Interlace methode genoemd. Bij de Interlace methode worden eerst oneven en dan even lijnen weergegeven. Voor een optimale beeldkwaliteit wordt in de meeste monitoren gebruik gemaakt van de Non‐Interlace methode. Voor tv's wordt de Interlace methode gebruikt. Plug & Play Met deze functie wordt de beste beeldkwaliteit verkregen door de computer en de monitor in staat te stellen automatisch informatie uit te wisselen. Deze monitor voldoet aan de internationale norm VESA DDC voor Plug & Play. Resolutie Met resolutie wordt het aantal horizontale en verticale stippen waaruit het beeld is opgebouwd bedoeld. Dit aantal geeft de nauwkeurigheid van het beeld weer. Een hoge resolutie is gunstig voor het uitvoeren van meerdere taken, omdat er meer beeldinformatie op het scherm kan worden weergegeven. Voorbeeld: Een resolutie van 1920 x 1080 betekent dat het scherm is opgebouwd uit 1920 horizontale punten (horizontale resolutie) en 1080 verticale lijnen (verticale resolutie). Correcte verwijdering Correcte verwijdering van dit product (elektrische & elektronische afvalapparatuur) ‐ alleen Europa Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires (bv. lader, headset, USB‐kabel) niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen. Dit product 105 Bijlage Correcte verwijdering van dit product (elektrische & elektronische afvalapparatuur) ‐ alleen Europa en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering worden gemengd. Correcte behandeling van een gebruikte accu uit dit product ‐ alleen Europa Dit merkteken op de accu, handleiding of verpakking geeft aan dat de accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen met ander huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik‐, cadmium‐ of loodgehalte in de accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn 2006/66/EC. Indien de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt behandeld, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen of het milieu. Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan te bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in uw omgeving. Opmerking De oplaadbare accu in dit product kan niet door de gebruiker zelf worden vervangen. Neem contact op met uw serviceprovider voor informatie over vervanging. Rechten De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. © 2009 Samsung Electronics Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden. Het is strikt verboden het product op welke manier dan ook te reproduceren zonder schriftelijke toestemming van Samsung Electronics Co., Ltd. Samsung Electronics Co., Ltd. stelt zich niet aansprakelijk voor fouten of voor incidentele schade of gevolgschade die verband houdt met de levering, prestatie en het gebruik van dit materiaal. Samsung is een geregistreerd handelsmerk van Samsung Electronics Co., Ltd.; Microsoft, Windows en Windows NT zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation; VESA, DPM en DDC zijn geregistreerde handelsmerken van Video Electronics Standard Association; de naam en het logo van ENERGY STAR® zijn geregistreerde handelsmerken van de Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA). Alle andere genoemde productnamen kunnen (geregistreerde) handelsmerken zijn van hun respectievelijke eigenaren. 106
1 / 1

Samsung 700DXN-2 Handleiding

Categorie
Lcd-tv's
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor