DAGELIJKS GEBRUIK
AAN EN UITZETTEN VAN DE KOOKPLAAT
Om de kookplaat in te schakelen houdt u de toets circa 2 seconden
ingedrukt, tot de displays van de kookzones oplichten.
Om de kookplaat uit te schakelen, drukt u op dezelfde toets tot de
displays uitgaan Alle kookzones worden uitgeschakeld.
Wanneer de kookplaat eerder gebruikt is, blijft de restwarmte-indicator
“H” actief tot de kookzones zijn afgekoeld.
Als er binnen 10 seconden na het inschakelen van de kookplaat geen enkele
functie wordt geselecteerd, zal de plaat automatisch worden uitgeschakeld.
INSCHAKELING EN INSTELLING KOOKZONES
Plaats de pot op de gewenste
kookzone. Schakel de kookplaat in.
Activeer de gewenste kookzone door
op de betreende toets “+” te drukken.
Er wordt “0” op het display weergegeven.
Het is mogelijk het gewenste
vermogensniveau, van min. 0 tot max.
9, of de booster “P” indien beschikbaar,
te selecteren. Om het vermogensniveau te verhogen, drukt u op de “+” toets.
Om het vermogensniveau te verlagen, drukt u op de “−” toets.
UITSCHAKELING KOOKZONES
Om de kookzone uit te schakelen, drukt u langer dan 3 seconden op de
bijbehorende “+” en “-” toets.
De kookzone wordt uitgeschakeld en indien de zone nog heet is, wordt
de letter “H” op het zonedisplay weergegeven.
BLOKKEREN VAN HET BEDIENINGSPANEEL
De functie blokkeert de bedieningen om te voorkomen dat ze per
ongeluk worden ingeschakeld.
Om de blokkering van het bedieningspaneel te activeren, schakelt u
de kookplaat in en op de vergrendelknop op het bedieningspaneel
drie seconden ingedrukt. Een geluidssignaal en een lampje boven het
slotsymbool geven aan dat de functie geactiveerd is. Het bedieningspaneel
is geblokkeerd, met uitzondering van de uitschakelfunctie.
Om de blokkering van de bedieningen uit te schakelen herhaalt u de
instellings procedure. Het lichtpuntje gaat uit en de kookplaat is weer
actief.
De aanwezigheid van water, vloeistof die overgekookt is uit de pannen
of voorwerpen die op de toets onder het symbool worden gezet, kunnen
ertoe leiden dat de blokkering van het bedieningspaneel onbedoeld in-
of uitgeschakeld wordt.
TIMER
De timer kan worden gebruikt om een bereidingstijd van maximaal 99
minuten (1 uur en 39 minuten) voor alle kookzones in te stellen.
Selecteer de kookzone die in combinatie met de timer gebruikt moet
worden, druk op de Timertoets en een piepsignaal duidt de functie aan.
Het display toont “00” en de LED-indicatie gaat branden. De waarde van
de timer kan worden verhoogd of verlaagd door de toetsen “+” en “−”
ingedrukt te houden.
Zodra de ingestelde tijd is verstreken, klinkt een geluidssignaal en gaat de
kookzone automatisch uit. Druk minstens 3 seconden op de Timertoets
om de timer uit te schakelen.
Display vermogensindicatie
Indicatie geselecteerde kookzone
Plaatsing kookzone
Herhaal bovenstaande punten om de timer voor een andere zone
in te stellen. Het display van de timer toont altijd de timer voor de
geselecteerde zone of de kortste timer.
Druk voor het wijzigen of uitschakelen van de timer op de toets die de
kookzone van de timer in kwestie kiest.
RESTWARMTEINDICATOR
De kookplaat heeft voor iedere kookzone een restwarmte-indicator.
Deze indicator signaleert welke kookzones nog warm zijn.
Als op het display , wordt weergegeven, is de kookzone nog warm.
Als deze signalering voor de zone wordt gegeven is het bijvoorbeeld
mogelijk een gerecht warm te houden of boter te laten smelten.
Wanneer de kookzone afkoelt, gaat het display uit.
INDICATOR “VERKEERDE PAN OF GEEN PAN”
Als de pan niet geschikt is voor uw inductiekookplaat, verkeerd
geplaatst is of niet de juiste afmeting heeft, verschijnt de indicatie “geen
pan” op het display (
). In deze situaties wordt aanbevolen de pan op
de kookplaat te verplaatsen tot u de juiste positie vindt. Als er binnen 60
seconden geen pan gedetecteerd wordt, gaat de kookplaat uit.
SNELKOOKFUNCTIE BOOSTER
Deze functie is slechts op enkele kookzones aanwezig en maakt het
mogelijk het vermogen van de plaat optimaal te benutten (bijvoorbeeld
om snel water aan de kook te brengen).
Om de functie te activeren, selecteert u de kookzone door op de
betreende toets “+” indrukken tot op het display “P” verschijnt.
Nadat de boosterfunctie 5 minuten gebruikt is, stelt het apparaat de zone
automatisch in op niveau 9.
CONNEXION ZONE
Deze functie wordt gebruikt bij grote pannen, waaraan de enkele zone
niet kan voldoen, bv. bij vis, grote vleespan.
Voor het inschakelen van de
CONNEXION ZONE
moet u tegelijkertijd
de “+” en “−” knoppen indrukken, zoals aangegeven in de onderstaande
afbeelding
.
ACTIVERING/DEACTIVERING VAN HET GELUIDSSIGNAAL
Na het inschakelen van de kookplaat houdt u de “−” van de eerste kookzone
en de externe toets aan de rechterzijde tegelijkertijd minstens vijf seconden
ingedrukt (zoals hieronder afgebeeld).
dat ongeveer 2 seconden knippert; waarna de kookplaat een
geluidssignaal afgeeft en dan zichzelf uitschakelt; het is nu klaar
voor gebruik.
Indien er zich tijdens de instelling van het vermogen een storing voordoet,
verschijnt het symbool in het midden, tegelijkertijd klinkt er een continu
geluidssignaal gedurende ongeveer 5 seconden. In dat geval moet de
conguratie procedure vanaf het begin herhaald worden. Als de storing zich
opnieuw voordoet, contact opnemen met de Klantenservice.
Tijdens het normale gebruik, wanneer het maximaal beschikbare
vermogen bereikt is en de gebruiker dit tracht te verhogen, dan gaat het
niveau dat in gebruik is voor de betreende zone knipperen en klinkt er
tweemaal een geluidssignaal.
Indien er voor die zone een hoger vermogen nodig is, dan moet het
vermogensniveau van een of meerdere ingeschakelde kookzones
handmatig verlaagd worden.