LG F10A8TDS de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

HANDLEIDING
WASMACHINE
F14A8TDS(1~9)
F12A8TDS(1~9)
F10A8TDS(1~9)
P/No.: MFL67473450
www.lg.com
Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u
de wasautomaat in gebruik neemt en bewaar de
handleiding om later iets op te zoeken.
Inhoudsopgave
2
Inhoudsopgave.........................2
Productkenmerken...................3
Belangrijke veiligheidsaanwijzingen
Belangrijke veiligheidsaanwijzingen......4
Belangrijke veiligheidsmaatregelen ......5
Bewaar deze aanwijzingen ...................6
Kenmerken................................7
Installatie
Verpakking verwijderen.........................8
Verwijderen van de transport
beveiliging .............................................8
Plaatsen van de wasmachine ..............9
Watertoevoerslang verbinding
specificaties ........................................11
Installatie van de afvoerslang .............13
Horizontaal plaatsen ...........................14
Gebruik van de wasmachine
Werking wasmachine..........................16
Tips voor het wassen ..........................17
Tabel met wasprogramma’s................18
Extra mogelijkheid...............................19
Maximale toerental per
wasprogramma ...................................20
Bedieningspaneel ...............................21
Extra programma's..............................22
- Uitgestelde Start ...............................22
- Stoomwas .........................................22
- Favoriet.............................................22
- Voorwas............................................22
Optie ...................................................23
- Intensief Spoelen .............................23
- Wassen.............................................23
- Spoelen ............................................23
- Watertemp. ......................................23
- Centrif. .............................................23
- Spoelen + Centrif. .............................23
Andere functies ...................................23
- Centrifugeren ....................................23
- Opfrissen ..........................................23
Kinderslot ............................................24
Geluidstoon AAN/UIT..........................24
Trommelreiniging ...............................25
Deur Vergrendeld & Controleren ........25
Gefeliciteerd met uw aankoop.
Lees deze handleiding zorgvuldig door,
deze biedt u informatie in verband met
de veilige installatie, het gebruik en het
onderhoud.
Bewaar de handleiding voor later
gebruik.
Schrijf het model en het serienummer
van uw wasmachine op.
Modelnummer
Serienummer
Aankoopdatum
Zeep toevoegen
Toevoegen van wasmiddel en
wasverzachter.....................................26
Onderhoud
Watertoevoerfilter................................28
Pompfilter spoelen ..............................29
Reinigen van de verdeellade ..............30
De wastrommel ...................................31
De wasmachine reinigen.....................31
Voorzorgsmaatregelen voor de winter
...31
Storingsindex
Het vaststellen van het probleem........32
Foutmelding ........................................34
Gebruiksaanwijzing
SMARTDIAGNOSIS™ .........................35
Garantiebepalingen................36
추가선택 예약
Direct Drive-systeem.
De moderne direct-drive motor drijft de trommel rechtstreeks aan zonder
gebruikt te maken van riem of riemschijf.
Ruisarm snelheidscontrolesysteem.
Door de washoeveelheid en de balans te meten, zorgt het systeem ervoor
dat de was gelijkmatig verdeeld wordt zodat het geluidsniveau bij het
centrifugeren tot een minimum beperkt wordt.
Kinderslot.
Het kinderslot wordt gebruikt om te vermijden dat kinderen het
programma wijzigen door op een knop te drukken terwijl de wasmachine
draait.
Economischer door het Beladingherkenning systeem.
Om het energieverbruik en het waterverbruik tot een minimum te beperken,
detecteert het Beladingherkenning systeem de grootte van de lading en de
watertemperatuur. Op basis hiervan bepaald de machine het optimale
waterniveau en de wastijd.
Ingebouwde thermostaat.
De ingebouwde thermostaat verwarmt het water op de beste
temperatuur voor de ingestelde wascyclus.
Bescherming tegen kreuken.
Door links-/rechtsdraaiende beweging van de trommel wordt het
kreukelen van het wasgoed tot een minimum beperkt.
Productkenmerken
3
6 Motion.
De wasmachine kan diverse trommelacties of een combinatie van
verschillende acties, afhankelijk van het geselecteerde wasprogramma
uitvoeren.
Gecombineerd met een gecontroleerde rotatiesnelheid en de capaciteit
van de trommel zowel links als rechts te roteren, zijn de wasprestaties
van de machine uitstekend met als resultaat een perfect wasresultaat.
4
Belangrijke veiligheidsaanwijzingen
Volg in verband met uw veiligheid de informatie in deze handleiding stipt op om brand-,
explosie- en schokgevaar te vermijden en om materiële schade evenals ernstig of dodelijk
letsel te voorkomen.
LEES ALLE AANWIJZINGEN EN DE UITLEG VAN DE INSTALLATIE VÓÓR
GEBRUIK
WAARSCHUWING
U riskeert een dodelijk of ernstig ongeval als u de aanwijzingen niet stipt opvolgt.
Uw eigen veiligheid en die van anderen is van groot belang.
In deze handleiding en op de wasautomaat zijn een groot aantal
veiligheidswaarschuwingen vermeld.
Lees alle veiligheidswaarschuwingen met aandacht en houd u eraan.
Dit is het waarschuwingssymbool voor veiligheid.
Dit symbool waarschuwt u voor mogelijke gevaren waardoor u en anderen ernstig of
dodelijk gewond kunnen raken.
Alle veiligheidswaarschuwingen worden met dit symbool en de woorden “GEVAAR”,
“WAARSCHUWING” of “LET OP” aangegeven.
Deze woorden betekenen het volgende:
WAARSCHUWING
Betekent: U riskeert een niet-ernstig ongeval of beschadiging van de wasautomaat als u de
aanwijzingen niet opvolgt.
Alle veiligheidswaarschuwingen geven duidelijk aan wat het mogelijke gevaar is, hoe u het
risico van een ongeval kunt vermijden en wat er kan gebeuren als de aanwijzingen niet
worden opgevolgd.
LET OP
U kunt dodelijk of ernstig gewond raken als u de aanwijzingen niet stipt opvolgt.
GEVAAR
5
Belangrijke veiligheidsaanwijzingen
Neem alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen, waaronder de volgende, om brand- en
schokgevaar of persoonlijk letsel door het gebruik van de wasautomaat te voorkomen:
WAARSCHUWING
• Controle de wasautomaat voordat u deze
installeert op uiterlijke beschadigingen. Als u
een of meer beschadigingen opmerkt, mag u
de wasautomaat niet installeren.
• Installeer of bewaar de wasautomaat niet
waar hij aan het weer blootstaat.
• Knoei niet met bedieningsknoppen.
• Repareer of vervang geen onderdelen van de
wasautomaat en voer geen
onderhoudswerkzaamheden uit tenzij dat
uitdrukkelijk wordt aanbevolen in de
onderhoudsvoorschriften of gepubliceerde
gebruikersreparatie-aanwijzingen die u
begrijpt en waarvoor u voldoende vakkundig
bent om ze uit te voeren.
• Zorg ervoor dat zich onder en bij uw
apparaten geen brandbare materialen
rondslingeren zoals pluizen, papier, vodden,
chemicaliën enzovoort.
• Dit apparaat is zonder toezicht van een
volwassene niet geschikt voor gebruik door
kleine kinderen en mindervaliden. Sta
kinderen niet toe om op, met of in dit of
andere huishoudelijke apparaten te spelen.
• Houd kleine huisdieren van het apparaat
vandaan.
• Laat de deur van de wasautomaat niet open
staan.
Een open deur kan kinderen aansporen om aan de
deur te gaan hangen of in de wasautomaat te kruipen.
• Steek nooit uw hand of ander lichaamsdeel in
de wasautomaat als deze in werking is. Wacht
tot de trommel volledig tot stilstand is
gekomen.
• Het wasproces kan de brandwerende eigenschappen
van textiel verminderen.
Om dat te voorkomen
moet u de wasinstructie van de fabrikant van
het kledingstuk nauwkeurig opvolgen.
• Was of droog in de wasautomaat geen
kledingstukken die zijn gereinigd, gewassen
of geweekt in, of die besprenkeld zijn met
brandbare of explosieve stoffen (zoals was,
olie, verf, benzine, ontvettingsmiddel,
oplosmiddelen voor chemisch reinigen,
kerosine enzovoort) en die kunnen
ontbranden of exploderen. Na een volledige
wascyclus kan olie in de kuip achterblijven en tijdens
een droogcyclus ontbranden.
Doe dus geen kledingstukken die olie
bevatten in de wasautomaat.
• Sla de deur van de wasautomaat niet met
kracht dicht en probeer evenmin de
vergrendelde deur met geweld te openen.
Hierdoor kunt u de wasautomaat beschadigen.
• Wanneer de wasautomaat met een hoge
temperatuur werkt, kan de deur aan de
voorkant erg heet zijn. Raak de deur dan niet
aan.
• Om kortsluiting te voorkomen moet u,
voordat u de wasautomaat een
onderhoudsbeurt geeft of schoonmaakt, de
wasautomaat ontkoppelen van het
stopcontact of de wasautomaat in de
zekeringkast ontkoppelen door de
betreffende smeltveiligheid te verwijderen of
de betreffende stroomverbreker uit te
schakelen.
• Pak de netstroomkabel niet bij de kabel maar
bij stekker vast om de kabel uit een
stopcontact te trekken. Anders kan de
netstroomkabel worden beschadigd.
• Schakel dit apparaat nooit in als het
beschadigd, defect of gedeeltelijk
gedemonteerd is of ontbrekende of defecte
onderdelen heeft zoals een beschadigde
netstroomkabel of stekker.
Belangrijke veiligheidsmaatregelen
6
Belangrijke veiligheidsaanwijzingen
Belangrijke veiligheidsmaatregelen
Bewaar deze aanwijzingen
Neem alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen, waaronder de volgende, om brand- en
schokgevaar of persoonlijk letsel door het gebruik van de wasautomaat te voorkomen:
WAARSCHUWING
Door een verkeerde aansluiting van de aardleiding van het apparaat kan kortsluiting ontstaan.
Roep een vakkundige elektricien of servicereparateur erbij als u twijfelt of het apparaat goed
geaard is. Verander de bij het apparaat geleverde stekker niet - als de stekker niet in het
stopcontact past, laat dan een vakkundige elektricien het juiste bijpassende stopcontact
installeren.
AANWIJZINGEN VOOR AARDING
Dit apparaat moet worden geaard. Wanneer het apparaat niet goed werkt of defect raakt,
vermindert aarding de kans op kortsluiting doordat er een pad van de minste weerstand voor een
elektrische stroom aanwezig is.
Dit apparaat is uitgerust met een netstroomkabel die een aardleiding bevat en van een geaarde
stekker is voorzien. De stekker moet worden aangesloten op een daarvoor geschikt stopcontact
dat volgens de plaatselijk geldende voorschriften op de juiste wijze is geïnstalleerd en geaard.
• Gebruik geen stopcontactadapter; deze schakelt de werking van de geaarde stekker uit.
• Als u niet beschikt over een geschikt stopcontact, roep dan de hulp in van een vakkundige
elektricien.
WAARSCHUWING
• Ontkoppel een oud apparaat voordat u
het weg doet. Maak de stekker
onbruikbaar. Knip de netstroomkabel zo
dicht mogelijk op het apparaat af om
misbruik te voorkomen.
• Bel een servicecentrum als een apparaat
onder water heeft gestaan. Bel het
servicecentrum. Doet u dit niet, dan riskeert
u kortsluiting en brand.
• Apparaat met nieuwe slangensets
aangesloten op het waterleidingnet.
Gebruik geen oude slangensets.
• Houd u aan de algemeen gangbare
veiligheidsprocedures, inclusief het
gebruik van handschoenen met een
lange kap en een veiligheidsbril, om het
risico van lichamelijk letsel te
verminderen. Door een of meer
veiligheidswaarschuwingen in deze handleiding
te negeren riskeert u materiële schade evenals
ernstig of dodelijk lichamelijk letsel.
• Druk niet met kracht op de deur als de
deur van de wasautomaat geopend is.
Daardoor kan de wasautomaat omvallen.
7
Kenmerken
Naam : Wasmachine, voorlader
Stroomtoevoer : 220 - 240 V~, 50 Hz
Afmetingen : 600 mm(B)
590 mm(D) 850 mm(H)
Gewicht : 66 kg
Max.vermogen : 2100 W (Wassen) / 1100W (Stoom)
0.33 W (Uit-stand, Ingeschakelde (stand-by) stand)
Wascapaciteit : 8 kg
Toegelaten waterdruk : 100 - 1000 kPa (1.0 - 10.0 kgf / cm
2
)
Uiterlijke kenmerken kunnen afwijken.
Elektrische aansluiting
Om gevaar te vermijden moet
de stroomkabel, in geval van
beschadiging vervangen
worden door de fabrikant, door
een erkende dealers of door
gelijkwaardig gekwalificeerde
personen.
Bedieningspaneel
Deur
Waterafvoerslang
Onderhoudsklep
Wasmiddellade
(voor wasmiddel
en wasverzachter)
Bouten transport
beveilging
Trommel
Vier stelvoeten
Afvoerstop
Filter afvoerpomp
Accessoires
RingsleutelWatertoevoerslang (1EA)
8
Installatie
Verpakking verwijderen
1. Verwijder de kartonnen verpakking van
de wasmachine en piepschuim
verpakking.
2. Til de wasmachine op en verwijder de
onderkant van de verpakking.
3. Verwijder de verpakking rondom de
waterafvoerslang.
4. Verwijder de slang uit de trommel.
1. Draai de drie vergrendelingsbouten los
met de meegeleverde ringsleutel.
2. Verwijder de drie vergrendelingsbouten
samen met de rubberen stoppen door
zachtjes aan de stop te draaien.
3. Sluit de gaten af met de meegeleverde
afdekplaatjes/rubbers.
Om interne schade tijdens het transport te vermijden zijn de drie speciale
vergrendelingsbouten vastgeschroefd. Alvorens de wasmachine in gebruik te nemen, moet
u de bouten en de rubberen stoppen verwijderen. Als deze niet verwijderd worden, zal de
machine hevig schudden, veel geluid veroorzaken en uiteindelijk storingen veroorzaken.
Verwijderen van de transport beveiliging
vergrendelingsbouten
Wasmachine
Verpakking
onderkant
Ringsleutel
OPMERKING
• Bewaar de ringsleutel voor het
waterpas plaatsen van de
wasmachine.
OPMERKING
Bewaar de drie vergrendelingsbouten
en de ringsleutel voor eventueel
gebruik in de toekomst.
WAARSCHUWING
• Het verpakkingsmateriaal (bijvoorbeeld folie en styrofoam) kan voor kinderen
gevaarlijk zijn. Er is gevaar voor verstikking!
Houd verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen.
9
Installatie
Waterpas afstellen:
De toegelaten hellingsgraad onder de wasmachine bedraagt 1°.
Stopcontact:
Moet geplaatst zijn op maximaal 1.5 meter links of rechts van
de wasmachine. Niet meer dan één toestel aansluiten op het
stopcontact.
Bijkomende vrije ruimte:
Voor inbouw tegen muur, deur en vloer is volgende vrije
ruimte noodzakelijk.
(10 cm: achterzijde / 2 cm: rechter- en linkerzijde)
Plaats of bewaar nooit wasproducten op de wasmachine.
Deze kunnen de afwerkinglaag of de bedieningstoetsen
beschadigen.
Plaatsen van de wasmachine
Positioneren
Plaats
Installeer de wasmachine op een vlakke harde vloer.
Zorg ervoor dat de luchtcirculatie rond de wasmachine niet wordt gehinderd door tapijten,
matten enz.
• Probeer nooit om een oneffenheid in de vloer te corrigeren door stukken hout, karton of
soortgelijke materialen onder de wasmachine te plaatsen.
• Als de wasmachine naast een gasfornuis of een kolenkachel geplaatst moet worden,
voorzie dan een isolatie (85x60cm), bedekt met aluminiumfolie, op de zijkant van het
fornuis of de kachel tussen de twee toestellen.
• Installeer de wasmachine niet in ruimtes waar de temperatuur tot onder 0°C kan dalen.
• Zorg ervoor dat de wasmachine ook na de installatie nog gemakkelijk bereikbaar is voor
de technicus in geval van een defect.
• Zodra de wasmachine is geïnstalleerd, de vier stelvoeten stellen met de meegeleverde
ringsleutel zodat het toestel stabiel staat en er een open ruimte is van ongeveer 20mm
tussen de bovenkant van de wasmachine en de onderkant van het werkblad.
Om gevaar te vermijden moet de stroomkabel, in geval van beschadiging vervangen
worden door de fabrikant, door een erkende dealers of door gelijkwaardig
gekwalificeerde personen.
Trek de stekker na gebruik steeds uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht.
Sluit de wasmachine aan op een geaard stopcontact.
Volg hierbij de geldende voorschriften.
Het toestel moet zo geplaatst worden dat de stekker gemakkelijk toegankelijk is.
• Herstellingen aan de wasmachine mogen alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd
personeel. Herstellingen die zijn uitgevoerd door onervaren personen kunnen lichamelijk
letsel of ernstige defecten veroorzaken. Neem contact op met uw plaatselijke
onderhoudsdienst
• Als de wasmachine tijdens de wintermaanden wordt geleverd bij een temperatuur onder
nul: moet u de wasmachine eerst enkele uren op kamertemperatuur laten komen
alvorens u de wasmachine in gebruik neemt.
Elektrische aansluiting
wasmachine
ong.
2 cm
10
Installatie
LET OP
Het netsnoer
Het wordt aanbevolen de meeste machines aan te sluiten op een stroomgroep, dat wil
zeggen, een circuit met stopcontact dat alleen voor die machine gebruikt wordt; zonder
verdere stopcontacten of aansluitingen op een stroomgroep.
U mag de stopcontacten niet overbelasten. Overbelaste/losse/beschadigde
stopcontacten of verlengsnoeren, versleten netsnoeren, of beschadigde snoerisolatie
vormen een gevaar. Dit kan leiden tot brand of een elektrische schok. Kijk regelmatig
het netsnoer van uw machine na; indien dit er beschadigd uitziet, haalt u dan de stekker
uit het stopcontact en laat het snoer vervangen door een authentiek snoer aangeleverd
door een bevoegde dealer, alvorens de machine opnieuw te gebruiken. Zorg ervoor dat
het snoer niet beschadigd raakt: zorg ervoor dat het b.v. niet in de knoop ligt of
afgeknepen wordt, of dat men erop kan lopen. Let vooral op stekkers, stopcontacten, en
de snoeruitgang op de machine.
Als de wasautomaat door een verlengkabel of een draagbaar aggregaat van stroom
wordt voorzien, moeten de verlengkabel of het aggregaat zodanig worden geplaatst dat
er geen (was)water op geknoeid kan worden.
LET OP
• Het verpakkingsmateriaal (bijvoorbeeld folie en styrofoam) kan voor kinderen gevaarlijk
zijn. Er is gevaar voor verstikking! Houd verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen.
11
• De toegeleverde waterdruk moet tussen 1 en 10 bar liggen (1.0 - 10.0 kgf / cm
2
).
• Ontbloot of kruis de leiding niet wanneer u de toevoerleiding aansluit op de klep.
• Wanneer de toegeleverde waterdruk hoger is dan 10 bar, moet u een decompressietoestel
laten installeren.
• Controleer regelmatig de toestand van de leiding en vervang deze indien nodig.
Watertoevoerslang verbinding specificaties
Installatie
1. Schroef het adapterringplaatje en de
vier bevestigingsschroeven van de
adapter los.
2. Duw de adapter op het eind van de
kraan zodat de rubberverbinding een
waterdichte verbinding vormt.
Schroef het verbindingstuk en de vier
bevestigingsschroeven vast.
Type-A : Het verbinden van een slang met schroefdraad bevestiging aan een kraan met
schroefdraad
• Schroef de slangschakelaar op
watervoorzieningskraan.
Step1 : Controleer of de rubberen aansluitring goed aansluit en niet lekt.
Step2 : Sluit de toevoerslang aan op de kraan.
Om lekkage te vermijden zijn twee
ringen geplaatst op het aansluitpunt in
de aansluiting van de
watertoevoerslang. Controleer de
waterdichtheid van de aansluiting tussen
wasmachine en watertoevoerslang door
de kraan helemaal open te draaien.
Type-2: Het verbinden van een slang met schroefdraad bevestiging aan een kraan zonder
schroefdraad
hogere
schakelaar
bevestigende
schroef
rubber
verpakking
watervoor
zieningsslang
plaat
aansluiting
rubberen ringen
aansluiting
rubberen ringen
12
1. Schroef het adapterringplaatje en de
vier bevestigingsschroeven van de
adapter los.
2. Verwijder het geleideplaatje als de
kraan zo breed is dat hij niet op de
adapter past.
3. Duw de adapter op het einde van de
kraan zodat de rubber afsluiting een
waterdichte verbinding vormt.
4. Trek de houderplaat van het
aansluitstuk naar beneden, druk de
toevoerslang op de adapter en laat de
houderplaat van het aansluitstuk los.
Zorg ervoor de dat de adapter vast
klikt.
Type-3: Het verbinden van één type slang met kraan zonder draad
Step3: Sluit de toevoerslag aan op de wasmachine.
Zorg ervoor dat er geen knik zit in de
leiding en dat deze niet geklemd is.
rings plaat
gids plaat
gebruikte de horizontale kraan
Horizontale kraan Uitbreidings kraan Vierkante kraan
Installatie
OPMERKING
• Na het aansluiten van de
waterslang op de kraan, draai de
kraan open om de waterslang
schoon te spoelen. Verwijder vuil,
zand, stofresten en vang het
overtollig water op in een emmer en
controleer de watertemperatuur.
OPMERKING
Als na de aansluiting er zich een lek voordoet en water uit de slang komt, herhaal dan
dezelfde stappen opnieuw. Maak gebruik van een gewone waterkraan. Als de kraan vierkant
of te groot is, verwijder dan de afstandsring, alvorens de kraan in de adapter te plaatsen.
13
Installatie van de afvoerslang
• De afvoerslang mag niet hoger dan
100cm boven de vloer geplaatst worden.
Het water in de wasmachine zal anders
langzaam afvoeren.
• Een goede bevestiging van de
afvoerslang voorkomt lekkage.
• Wanneer de afvoerleiding te lang is, kan
dit een vreemd geluid veroorzaken.
• Wanneer de afvoerleiding aan een wasbak
bevestigd wordt, maak ze dan stevig vast
met een kettinkje.
• Een goede bevestiging van de
afvoerleiding zal ervoor zorgen dat de
vloer niet beschadigd wordt door
waterlekkage.
ong. 100 cm
ong. 145 cm
ong. 105 cm
max. 100 cm
leiding
houder
kabel
binder
waskuip
max.100cm
max.100cm
Installatie
14
Horizontaal plaatsen
Stabiliteits / waterpas controle
Wanneer u op de hoeken van de
bovenplaat van de wasmachine drukt, mag
de wasmachine absoluut niet op en neer
bewegen (controleer alle hoeken).
Wanneer de machine bij één van deze
drukbewegingen wel beweegt, moet u de
stelvoeten weer aanpassen.
2. Wanneer de vloer Ongelijk, kunt u de vier
stelvoeten aanpassen tot op de gewenste
hoogte (gebruik geen stukjes hout en
dergelijke onder de stelvoeten).
Zorg ervoor dat alle vier de stelvoeten
stevig op de vloer rusten, en controleer of
het toestel waterpas staat (gebruik een
waterpas).
1.
Door een wasmachine goed waterpas op te
stellen voorkomt u Geluidsoverlast en
trillingen. Plaats het toestel op een stevige
vloer die waterpas is, bij voorkeur in een
hoek van de kamer.
Zet na het stellen van de vier stelvoeten,
de borgmoeren vast door tegen de wijzers
van de klok in te draaien.
hoger lager
borgmoer
Schroef veilig alle 4
borgmoeren aan
Installatie
OPMERKING
Houtenvloeren kunnen bovenmatige
trillingen en balansfouten veroorzaken.
OPMERKING
Als de wasmachine op een verhoogd platform geïnstalleerd is, moet de machine veilig
worden vastgemaakt om vallen te voorkomen.
15
Betonnen vloeren
Houten vloeren
• Het installatieoppervlak moet schoon, droog en waterpas zijn.
• Installeer de wasmachine op een vlakke harde vloer.
Tegelvloeren (gladde vloeren)
• Gebruik bij gladde vloeren een zelfklevend antislip materiaal, om Verschuiven tegen te gaan.
• Houten vloeren zijn bijzonder gevoelig voor trillingen.
• Om trillingen te voorkomen, raden wij aan rubber doppen van ten
minste 15 mm dik te plaatsen onder elk pootje van de wasmachine
en deze met behulp van schroeven te bevestigen aan ten minste
2 vloerbalken.
• Indien mogelijk de wasmachine installeren op een locatie waar de vloer
Egaal/gelijk is.
• Gebruik rubber doppen om de trillingen te verminderen.
• Rubber doppen (onderdeelnr. 4620ER4002B) kunt u verkrijgen bij de LG-afdeling
onderdelen
.
Rubber dop
Installatie
OPMERKING
• Correcte plaatsing van de wasmachine verzekert een lange, duurzamer en
betrouwbare werking.
• De wasmachine moet volledig waterpas en stevig vast staan.
• De wasmachine mag niet gaan schommelen tijdens het wassen.
• Het installatieoppervlak moet schoon, vrij van vloerwas en andere
smeermiddelen zijn.
• Zorg ervoor dat de onderkant van de wasmachine niet nat wordt.
16
Werking wasmachine
2. Open de deur en laad wasgoed in de
trommel.
1. Wasgoed sorteren
(zie pagina 17).
3. Druk op de “aan/uit” -knop.
4. Selecteer een programma
(zie pagina 18 - 20).
5. Toevoegen wasmiddel
(zie pagina 26 – 27).
6. Druk de “Start/Pauze”-knop in.
Selecteer het programma
(zie pagina 22 – 25).
Extra programma’s
Watertemperatuur
Centrifugeren
Andere functies
Gebruik van de wasmachine
17
Tips voor het wassen
3. Aandacht bij het vullen
Combineer grote en kleine stukken in één waslading. Laad
de grote stukken eerst. Grote stukken mogen niet meer dan
de helft van de gehele wasgoed beslaan. Laat de machine
niet draaien met slechts één kledingstuk erin. Dit kan
instabiliteit veroorzaken. Voeg één of twee gelijksoortige
stukken toe.
• Controleer alle zakken en zorg ervoor dat ze leeg zijn.
Spijkers, lucifers, papier, potloden, schuifspelden,
muntstukken en sleutels kunnen zowel uw wasmachine
als uw kleding beschadigen.
• Sluit ritsen, haken, koorden en klittenband om ervoor te
zorgen dat deze geen andere kledingstukken
beschadigen.
• Behandel vuil en plekken voor, door een beetje in water
opgeloste zeep op boord- en omslagplekken aan te
brengen. Dit om het vuil reeds gedeeltelijk op te lossen.
2. Wasgoed sorteren
Voor de beste wasresultaten, sorteert u uw kledingstukken
op ladingen die met hetzelfde wasprogramma gewassen
kunnen worden. De watertemperatuur en de
centrifugesnelheid zijn afhankelijk van het soort stof van de
kledingstukken.
Sorteer donkere was van lichte was en witgoed. Was
afzonderlijk als kleuren kunnen doorlopen of als
pluis/materiaal in elkaar kan klitten. Indien mogelijk was
zwaar bevuilde wasgoed apart van licht vervuild wasgoed.
• Vuil (zwaar, normaal, licht)
• Kleur (witte was, lichte was, donkere was).
Sorteer witgoed van gekleurde was.
• Pluis (pluis producerende was, pluis aantrekkende was
(bijvoorbeeld klittenband). Was pluis producerende was
afzonderlijk van pluis aantrekkende was.
1. Controleer de labels
Controleer of uw kledingstuk een label heeft met
wasinstructies. Dit zal aangeven uit welke stoffen het
stuk gemaakt is en hoe het gewassen moet worden
Wastemperatuur
Niet wassen
Delicaat
Handwas
Permanente
pers
Normale machinewas
Sorteer het wasgoed als volgt:
Meer of
minder vuil
wastempera
tuur
Textielsoort
(Katoen, kunststof,
wol enz.)
kleur
Gebruik van de wasmachine
OPMERKING
• Kies een wascyclus ( Katoen 60 °C, voeg een halve hoeveelheid wasmiddel toe), zet de
machine in werking (zonder kleding). Hiermee verwijdert u eventueel in de trommel
resterende aanslag.
18
Gebruik van de wasmachine
Katoen
Eco
Easy care
Mix
Biedt optimale wasprestatie met
minder energie consumptie
Dit programma is geschikt voor
hemden die na het wassen niet meer
gestreken hoeven worden
Mogelijk om verschillende textielen
samen te wassen.
Programma
beschrijving
Soort weefsel
Watertemperatuur
(Keuzemogelijkheid)
Maximale
lading
Katoen
Zorgt voor betere prestatie door de
combinatie van verschillende
trommelbewegingen.
Katoen (shirts, nachtkleding en
pyjama's, etc) en vervuild katoen
(ondergoed).
Polyamid, Acryl, Polyester
Diverse soorten textielen, behalve
speciale kledingstukken.
(zijde/delicate, sportkleding, donkere
kleding, wol, donsdeken/gordijnen)
Anti-
allergie
Verwijderd allergieën zoals huismijten,
stuifmeel en dierenhaar.
Katoen, ondergoed, kussenslopen,
beddengoed, babybekleding
Nacht-
programma
Maakt minder lawaai en trillingen en
bespaart geld door te gebruiken van
nacht stroom.
Kleurvaste kledingstukken
(shirts en pyjama's) en licht bevuilde
witkatoenen kledingstukken
(ondergoed)
Opfrissen
Verwijderd kreukels binnen 20
minuten door middel van stoom.
Samengesteld weefsel met katoen,
samengesteld weefsel met polyester,
jurken, hemden, blouses
Donsdeken
Dit programma is speciaal voor groot
wasgoed zoals dekenbedovertrekken,
kussens, grand foulards, enz.
Katoen bedlinnen, donsdeken,
kussen, deken, grand foulard met
lichte bevuiling.
Sportkleding
Dit programma is geschikt voor
sportkleding.
Coolmax, Goretex, Fleece en
Sympatex
Donkere
was
Geschikt wasprogramma voor het
reduceren van ontkleuring van uw
kleding (Gelieve kleurenwasmiddel te
gebruiken voor gekleurde textielen)
Donkere kledingstukken van katoen
of gemengde textielen
Delicaat
Dit programma is voor delicate
kleding zoals ondergoed, blousen
enz.
Delicate was die snel beschadigd
Het wassen van wol is mogelijk
(Gelieve specifiek wasmiddel te
gebruiken voor wol)
Machine wasbare wol.
Snelwas 30
Dit is een snel wasprogramma voor
een kleine lading van licht bevuilde
kleding.
Licht bevuild, gekleurd wasgoed.
Intensief
60
In 60 minuten betere wasprestatie en
energiebesparing
Katoen en gemengde textielen.
(Speciaal 60 minuten programma
voor normaal vervuilde was)
40°C
(Koud tot 95°C)
60°C
(Koud tot 60°C)
40°C
(Koud tot 60°C)
40°C
(Koud tot 60°C)
40°C
(Koud tot 40°C)
40°C
(Koud tot 40°C)
40°C
(Koud tot 40°C)
30°C
(Koud tot 40°C)
30°C
(Koud tot 40°C)
60°C
(Koud tot 60°C)
60°C
Evaluatie
Minder
dan
4.0 kg
Minder
dan
4.5 kg
3 kleding-
stukken
Geen
selectie
1 enkel
stuk
Minder
dan
2.0 kg
Minder
dan
4.0 kg
Tabel met wasprogramma’s
Aanbevolen wasprogramma's rekening houdende met het type wasgoed
Wol
19
Gebruik van de wasmachine
Extra mogelijkheid
Het wolwasprogramma van deze machine is goedgekeurd door het
Wolmerksecretariaat voor het wassen van machinewasbare
Wolmerkproducten, vooropgesteld dat de producten worden gewassen
overeenkomstig de instructies op het kledinglabel en de instructies die zijn
verstrekt door de fabrikant van deze M1009 wasmachine.
• Watertemperatuur: kies de watertemperatuur in overeenstemming met het wasprogramma.
• Stel het programma in op "Katoen Eco 40°C + Intensief (Halve Lading)", "Katoen Eco 60°C
+Intensief (Halve Lading)", "Katoen Eco 60°C + Intensief (Volle Lading)" voor test volgens
EN60456.
(Dit zijn de meest efficiënte programma's wat betreft gecombineerd energie- en waterverbruik
voor het wassen van dat type katoenen wasgoed.)
* De werkelijke watertemperatuur kan afwijken van de opgegeven cyclustemperatuur.
• De testresultaten zijn afhankelijk van de waterdruk, de hardheid van het water, de
waterinlaattemperatuur, de kamertemperatuur, de soort en hoeveelheid belading, mate van
vervuiling, gebruikt wasmiddel, netspanningsfluctuaties en de gekozen extra opties.
* :
Deze mogelijkheid is een onderdeel van de wascyclus en kan niet worden overgeslagen.
OPMERKING
Houd waspoeder en reinigingsproducten buiten het bereik van kinderen.
Vergiftigingsgevaar.
Katoen
Katoen Eco
Easy care
Mix
Anti-allergie
Nachtprogramma
Opfrissen
Donsdeken
Sportkleding
Donkere was
Delicaat
Wol
Snelwas 30
Intensief 60
*
Uitgestelde
Start
Stoomwas
Favoriet
Programma
Voorwas
Intensief
Spoelen
Spoelen+
Centrifugeren
Tijdsbe-
sparing
Intensief
*
*
20
Maximale toerental per wasprogramma
Gebruik van de wasmachine
F12** F10**
1200
1200
1000
1200
1200
1000
1000
800
1200
800
800
1200
1200
1000
1000
1000
1000
1000
1000
1000
800
1000
800
800
1000
1000
Max. toerental
Katoen
Katoen Eco
Easy care
Mix
Anti-allergie
Nachtprogramma
Opfrissen
Donsdeken
Sportkleding
Donkere was
Delicaat
Wol
Snelwas 30
Intensief 60
F14**
1400
1400
1000
1400
1400
1000
1000
800
1400
800
800
1400
1400
Programma
Programma
Katoen (40°C)
Katoen Eco (60°C)
95
120
44 %
44 %
53 %
53 %
53 %
53 %
42
55
0.77
0.96
Tijd in
minuten
Resterend vochtgehalte
1400 rpm 1200 rpm 1000 rpm
Water
in Liter
Energie
in kWh
OPMERKING
• Informatie over hoofdwasprogramma's bij halve lading.
21
Start/Pauze OptieInschakelen Pieptoon
AAN/UIT
Inschakelen
• Druk de “Inschakelen” -knop in om de
stroom in- en uit te schakelen
• Hij kan ook gebruikt worden om de
functie “Voorprogramma” te onderbreken.
Tijdsindicatie
• Het display toont de instellingen van de
overgebleven geschatte tijd, opties en
statusberichten voor uw wasmachine.
Het display zal tijdens de wascyclus
aanblijven.
Programmaknop
• Afhankelijk van het type wasgoed kan u
kiezen uit programma’s.
• Wanneer u de “start/pauze” -knop indrukt,
wordt automatisch het bontewas
programma geselecteerd.
Extra programma's
• Gebruik deze knopen om de gewenste
cyclusopties voor de geselecteerde cyclus
te selecteren.
Optie
• Dit staat u toe om opties te selecteren en
zal oplichten na een keuze in het display.
Start/Pauze
• Deze “start/pauze” -knop wordt gebruikt
om de wascyclus en andere programma’s te
starten of de cyclus tijdelijk te onderbreken.
• Druk op de “start/pauze” -knop wanneer u
de wascyclus tijdelijk wenst te onderbreken.
• Nadat u de pauzeknop heeft ingedrukt wordt
de machine na vier minuten automatisch
uitgeschakeld.
Bedieningspaneel
Extra
programma's Tijdsindicatie
De SMARTDIAGNOSIS™ functie is
alleen aanwezig voor producten
met een SMARTDIAGNOSIS™ logo.
Programmaknop
Gebruik van de wasmachine
22
1. Druk de Inschakelen -knop in.
2. Draai aan de Programma -knop om het
programma te selecteren.
3. Druk op de Uitgestelde Start -knop en stel
het gewenste uur in.
4. Druk de “Start/Pauze” -knop in.
U kunt een tijdsvertraging instellen zodat de
wasmachine automatisch begint na
een gespecificeerde tijdinterval.
- Met het Favoriete programma kunt u uw
favoriete wasprogramma instellen en door
middel van 1 simpele selectie het
programma de volgende keer weer
gebruiken
- Het instellen van een favoriet programma:
1. Druk de Inschakelen -knop in.
2. Draai aan de Programma -knop om het
programma te selecteren.
3. Selecteer vervolgens de specificaties zoals
het programma, hoeveelheid was,
centrifuge snelheid, watertemperatuur etc.
4. Druk de favoriet -knop in voor 3 sec. totdat
u 2 geluidstonen hoort.
Nu is het favoriete programma opgeslagen.
Als u het programma wilt gebruiken,
selecteert u de Favoriet -knop en drukt
vervolgens de “Start/Pauze” -knop in.
Favoriet
Uitgestelde Start
Als het wasgoed erg bevuild is, is het
“Voorwas” -programma erg effectief.
1. Druk de Inschakelen -knop in.
2. Draai aan de Programma -knop om het
programma te selecteren.
3. Druk de Voorwas -knop in.
4. Druk de “Start/Pauze” -knop in.
Voorwas
Extra programma's
Gebruik van de wasmachine
OPMERKING
De vertragingstijd is de tijd aan het
eind van het programma, niet het
begin. De daadwerkelijke tijd kan
wegens watertemperatuur, waslading
enz. variëren.
De optie stoomwas levert bij lager
stroomverbruik een beter wasresultaat op.
Het opfrissen beperkt kreukels in de
kledingstukken.
1. Druk op de Inschakelen knop.
2. Selecteer een Stoomwas programma.
3. Druk de “Stoomwas” -knop in.
4. Druk de “Start/Pauze” -knop in.
Stoomwas
- Voor kleding, ondergoed of
babybekleding met heel veel vlekken.
- Stoomwas is beschikbaar voor het
Katoen, Katoen Eco, Mix, Easy Care,
Donsdeken, Anti-allergie en Opfrissen.
- Het opfrissen gaat steeds gepaard met
stomen.
- Stop geen delicate kledingstukken van
wol of zijde of kleding die gemakkelijk
verkleurt in de machine.
Stoomwas
Voor de beste resultaten of voor grondiger
spoelen kunt u Intensief Spoelen kiezen.
1. Druk de Inschakelen -knop in.
2. Draai aan de Programma -knop om het
programma te selecteren.
3. Druk op de Intensief Spoelen -knop en stel
het gewenste uur in.
4. Druk de “Start/Pauze” -knop in.
Intensief Spoelen
Tijdsbesparing:
Deze optie kan gebruikt worden voor het
reduceren van de tijd van het wasprogramma.
Intensief:
Als de was normaal en hardnekkig bevuild is,
is de optie ‘intensief‘ effectief.
Wassen
23
Dit kan voorkomen dat verse vlekken in de
stof trekken.
1. Druk op de Inschakelen knop.
2. selecteer een cyclus.
3. Druk op optie (Spoelen+Centrifugeren).
4. Druk de “Start/Pauze” -knop in.
1. Druk op de Inschakelen knop.
2. Selecteer het gewenste toerental
centrifugeren.
3. Druk de “Start/Pauze” -knop in.
Spoelen+Centrif.
Centrifugeren
Spoelen
+
+Spoelstop:
Voeg het spoelen een extra keer toe nadat
het spoelprogramma is afgelopen, het
programma is gepauseerd totdat de
consument weer op de startknop drukt.
Normaal+Spoelstop:
Het programma is gepauseerd totdat de
consument weer op de startknop drukt zodra
het spoelen is beeindigd.
Spoelen
++
:
Voeg spoelen twee keer toe.
Spoelen
+
:
Voeg spoelen toe.
Spoelen
Door op de temperatuurknop te drukken,
kan u de watertemperatuur instellen.
- Koud
- 30°C, 40°C, 60°C, 95°C
Watertemp.
Optie
Andere functies
Gebruik van de wasmachine
OPMERKING
Wanneer u “Geen centrifuge”
selecteerd, zal het nog even door
roteren op lage toeren om het water
sneller af te voeren.
OPMERKING
Wanneer u “geen centrifuge”
selecteert, zal de trommel nog even
door roteren op lage toeren om het
water sneller af te voeren.
1. Druk op de Inschakelen knop.
2. Selecteer het programma opfrissen.
3. Druk nogmaals op stoomwas tot het
benodigde en correcte aantal stukken
wasgoed wordt weergegeven.
4. Druk de “Start/Pauze”-knop in.
Opfrissen
• Door op de centrifugeerknop te drukken kan
de centrifugeersnelheid ingesteld worden.
Centrif.
Het ontgrendelen van het display
1. Houd de twee selectieknoppen gelijktijdig
ingedrukt voor 3 sec.
2. Na 3 sec zal u een geluidstoon horen en
vervolgens verschijnt de resterende tijd
voor de huidige wascyclus op het LED
display.
24
1. Druk de Inschakelen -knop in.
2. Druk de “Start/Pauze” -knop in.
3. Houd de volgende twee selectieknoppen
gelijktijdig ingedrukt voor 3 sec:
Watertemp. en Spoelen.
De geluidstoon in ingeschakeld. Ook het
uitschakelen van de stroom heeft geen
invloed op de geluidstoon.
De geluidstoon kan alleen worden geactiveerd tijdens het wassen:
Vergrendelen van het display
1. Houd de twee selectieknoppen gelijktijdig
ingedrukt voor 3 sec.
2. Na 3 sec zal u een geluidstoon horen en
vervolgens verschijnt de code “ ” op het
LED display. Wanneer het kinderslot wordt
geactiveerd, zijn alle knoppen vergrendeld
behalve de “Start/Pauze” – knop.
Selecteer deze functie om de bedieningselementen te blokkeren en Aanpassingen in het
programma te voorkomen. “Kinderslot” kan alleen tijdens de wascyclus worden gebruikt.
Kinderslot
Geluidstoon AAN/UIT
Gebruik van de wasmachine
OPMERKING
• Wanneer het kinderslot wordt
geactiveerd zal de code “ ” op het
LED display blijven knipperen.
Ook het uitschakelen van de stroom
heeft geen invloed op het kinderslot.
OPMERKING
• Als u de geluidstoon wilt uitschakelen
herhaal dan dit proces.
25
De TROMMELREINIGING is een bijzondere wasbeurt om de binnenkant van de wasmachine
te reinigen. Tijdens die wasbeurt worden een hoger waterniveau en een hoger
centrifugeertoerental toegepast. Voer de wasmachine reiniging regelmatig uit.
1. Verwijder kleding en andere voorwerpen uit de
wasmachine en sluit de deur.
2. Open het zeepbakje en giet bleekwater in het
bleekcompartiment.
3. Sluit het zeepbakje langzaam.
4. Schakel de stroom in en houd de knoppen
voor de Trommelreiniging .
3 seconden ingedrukt. Vervolgens verschijnt
" " op het LED-display.
5. Houd de Start/Pauze-knop ongeveer drie
seconden ingedrukt.
6. Laat de deur openstaan als het
wasprogramma voltooid is zodat de
deuropening, de rubberen ring en het glas van
de deur kunnen drogen.
"Deur Vergrendeld (Deurslot)"
Om veiligheidsredenen wordt de deur
vergrendeld wanneer de machine in werking
is waarbij het statuslampje "Deur
Vergrendeld (Deurslot)" oplicht. Nadat het
statuslampje "Deur Vergrendeld (Deurslot)"
is gedoofd, kunt u de deur veilig openen.
Het 'Controleren' pictogram licht op
wanneer de wastrommel langzaam draait en
de wasautomaat kan vaststellen hoeveel
wasgoed u in de trommel hebt geladen.
Dit duurt een paar seconden.
Trommelreiniging
Deur Vergrendeld & Controleren
Gebruik van de wasmachine
OPMERKING
• Doe tijdens het trommelreiniging programma geen wasmiddel in de
wasmiddelcompartimenten.
LET OP
• Laat de deur niet te lang en onbewaakt openstaan als er een klein kind in de
buurt is.
26
Zeep toevoegen
• Hoofdwas alleen
• Voorwas + hoofdwas
Niet hoger vullen dan tot aan het maximale
vulstreepje. Als het bakje overvol is kan de
wasverzachter te vroeg vrijkomen, waardoor er
vlekken op de kleding kunnen ontstaan.
Laat wasverzachter niet langer dan 2 dagen in
de zeeplade (wasverzachter kan uitharden)
De wasverzachter wordt automatisch
toegevoegd gedurende de laatste spoelcyclus.
De lade niet openen wanneer er water wordt
aangevoerd.
Solventen (benzeen, enz.) zijn niet toegelaten.
De verdeellade
Wasverzachter toevoegen
Toevoegen van wasmiddel en wasverzachter
WAARSCHUWING
• Houd waspoeder en reinigingsproducten
buiten het bereik van kinderen i.v.m.
vergiftigingsgevaar.
• Bij te veel wasmiddel en of wasverzachter
bestaat het risico dat er water overstroomt.
• Gebruik alleen de aanbevolen hoeveelheid
wasmiddel.
OPMERKING
• Geen wasverzachter rechtstreek op het wasgoed gieten.
27
Zeep toevoegen
• Het wasmiddel moet worden gebruikt volgens de instructies van de wasmiddelenproducent.
• Als u meer wasmiddel gebruikt dan is voorgeschreven, ontstaat er veel schuim waardoor het
wasresultaat afneemt en zal de motor te sterk belast worden (oorzaak van storing).
• Het is aan te raden geconcentreerd wasmiddel te gebruiken voor het beste resultaat.
• Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel neem dan de aanwijzingen van de
wasmiddelfabrikant in acht.
• U kunt gebruik maken van vloeibaar wasmiddel in de wasmiddeldoseerlade zodra het wascyclus
direct van start gaat.
• Vloeibaar wasmiddel kan uitharden, gebruik daarom geen vloeibaar wasmiddel tijdens uitgestelde start.
• Heeft u last van zeepsop resten, verminder dan de hoeveelheid wasmiddel.
• De hoeveelheid wasmiddel moet mogelijk aangepast worden aan het programma, watertemperatuur,
de hardheid van het water, de was hoeveelheid, en de vuilheid van het wasgoed. Zorg ervoor dat er
niet te veel schuim ontstaat.
• Een water verzachter, zoals Calgon, kan
worden gebruikt in regio’s met extreem hard
water. Voeg toe volgens de aanwijzingen op de
verpakking.
Voeg eerst wasmiddel toe en vervolgens de
water verzachter.
• Gebruik de hoeveelheid wasmiddel voor zacht
water.
• Het wasmiddel wordt bij het begin van de wascyclus uit de verdeler gespoeld.
1. Open de deur en stop de tabletten in de
trommel.
Hoeveelheid wasmiddel
Waterverzachter
Gebruik van wastabletten
2. Laad het wasgoed in de trommel.
OPMERKING
• Volle lading: volgens de aanbevelingen van de producent.
• Gedeeltelijke lading: 3/4 van de normale hoeveelheid.
• Minimumlading: 1/2 van een volle lading.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat vloeibaar wasmiddel niet uithard.
Dit kan leiden tot blokkeringen, verminderde spoeling en geurtjes.
28
Onderhoud
Watertoevoerfilter
de " "-foutcode verschijnt op het bedieningspaneel wanneer er geen water verschijnt
in de zeeplade.
Wanneer uw water zeer hard is of sporen draagt van kalkafzetting, kan de
watertoevoerfilter dichtslibben. Het is daarom noodzakelijk om de filter regelmatig te
reinigen.
Verwijder het wasgoed uit de wasmachine zodra de wascyclus beëindigd is.
Wasgoed die in de wasmachine achterblijven kunnen erg kreuken en verkleuren en ze
kunnen allerlei geuren opnemen.
Om elektrische schokken te vermijden trekt u eerst de stekker uit de stopcontact voordat
u de binnenzijde van de wasmachine reinigt.
1. Draai de waterkraan dicht.
2. Draai de watertoevoer- leiding los.
3. Reinig de filter met een harde
borstel.
4. Breng de toevoerleiding weer aan.
29
Onderhoud
Wacht totdat het water is afgekoeld voordat u de afvoerkanaalpomp schoonmaakt, of de
deur opent in een noodgeval.
De afvoerfilter verzamelt draadjes en andere kleine voorwerpen die in de was zijn
achtergebleven. Door regelmatig te controleren of de filter nog zuiver is, zal uw
machine beter blijven draaien.
Pompfilter spoelen
1. Afdekkap openen. Afvoerschroef
losmaken. Slang eruit trekken.
2. Open dan de filter door hem naar links te
draaien.
3. Verwijder alle vreemde voorwerpen uit de
pompfilter.
4. Draai de pompfilter er na de reiniging opnieuw
in.
5. Sluit de onderste afdekkap.
1
2
Opvangbak
voor geloosd
water.
LET OP
• Laat de filter eerst leeglopen via de afvoerleiding, open vervolgens de pomp en
verwijder alles wat de filter eventueel heeft kunnen verstoppen.
30
Reinigen van de verdeellade
• Na een tijdje zullen de wasmiddelen en de wasverzachters sporen nalaten in de lade.
• De lade moet regelmatig onder stromend water gereinigd worden.
• Indien nodig kan de lade volledig uit de machine verwijderd worden door de klep naar
beneden te drukken en de lade eruit te nemen.
• Om het reinigen te vergemakkelijken kan het bovenste gedeelte van het compartiment
voor de wasverzachter verwijderd worden.
1. Trek het wasmiddelvak eruit.
4. Wasmiddelvak er opnieuw inzetten.
2. Reinig het wasmiddelvak onder stromend water.
3. Console reinigen (bijv. met tandenborstel).
Onderhoud
31
De wasmachine reinigen
Buitenzijde
Een goede zorg voor uw wasmachine kan de levensduur in aanzienlijk verlengen.
De buitenzijde van de machine kan het beste worden gereinigd met warm water en een
neutraal niet-agressief huishoudmiddel.
Poets gemorst waspoeder e.d. onmiddellijk af met een vochtige doek. Stoot niet tegen het
oppervlak of bewerkt het niet met scherpe voorwerpen.
Gebruik geen methylalcohol, verdunners of gelijkwaardige producten.
Binnenzijde
Droog de ronde flexibele ring in de opening van de wasmachinedeur en het glas.
Deze plaatsen moeten altijd goed schoon zijn om een waterdichte afsluiting te kunnen
garanderen.
Voer een volledige wascyclus met warm water uit.
Herhaal deze procedure indien nodig.
Voorzorgsmaatregelen voor de winter
Als de machine zich bevindt in een ruimte waar het kan vriezen of verplaatst wordt wanneer het
vriest, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen getroffen worden om te vermijden dat de
wasmachine beschadigd wordt:
Sluit de watertoevoerkraan af.
Koppel de leidingen van de watertoevoer en de afvoer los, en laat ze leeglopen.
Steek de stekker van de elektrische stroomkabel in een goed geaard stopcontact.
Giet 3,8 liter van een niet-toxisch antivriesmiddel in de lege wastrommel. Sluit de deur.
Stel de centrifugeercyclus in en laat de wasmachine 1 minuut centrifugeren om al het water uit
de machine af te voeren. Een beetje antivries zal in de machine blijven zitten.
Trek de stekker uit het stopcontact, droog de binnenzijde van de trommel, en sluit de deur.
Verwijder de verdeellade. Spoel al het water uit de compartimenten weg en maak ze droog.
Plaats de lade terug.
Bewaar de machine rechtopstaand.
Om het antivriesmiddel na opslag uit de machine te verwijderen, laat u de machine een
volle cyclus doorlopen met zeep zonder een. waslading toe te voegen.
De wastrommel
• Als u in een gebied met hard water woont, kan er zich op den duur kalkaanslag vormen op plekken
waar u het niet kunt zien en niet gemakkelijk kunt verwijderen. Na een tijd kan de kalkaanslag de
machine verstoppen en als dit niet goed in de gaten wordt gehouden, moet de machine worden
vervangen.
• Hoewel de wastrommel uit roestvrij staal bestaat, kunnen er kleine roestvlekken ontstaan die
worden veroorzaakt door kleine metalen voorwerpen (paperclips, veiligheidsspelden) die in de
trommel zijn achtergebleven.
• De wastrommel moet af en toe worden gereinigd.
• Zorg, als u anti-kalkmiddel, verf of bleekmiddel gebruikt, dat deze geschikt zijn voor gebruik in een
wasmachine.
Anti-kalkmiddel kan chemicaliën bevatten die delen van uw wasmachine kunnen beschadigen.
Verwijder eventuele vlekken met een reinigingsmiddel voor roestvrij staal.
Gebruik nooit staalwol.
Onderhoud
OPMERKING
• Verwijder hardwaterafzettingen alleen met reinigingsmiddelen die wasmachineveilig zijn.
32
Storingsindex
De meeste problemen waar u in het dagelijks gebruik mee te maken kan krijgen kunt u zelf
oplossen door naar onderstaande punten te kijken.
Dit kan u tijd en kosten besparen.
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
Rammelend geluid.
Bonkend geluid.
Trillend geluid.
Waterlekkage.
Te veel schuim.
Het water komt niet of
te traag in de machine.
Het water wordt niet of
te traag uit de machine
afgevoerd.
• Vreemde voorwerpen zoals
muntstukken of veiligheidsspelden
kunnen in de trommel of in de pomp
zitten.
• Een zware lading kan een bonkend
geluid produceren. Dit is meestal
normaal.
• Zijn alle vergrendelingsbouten en
verpakkingen verwijderd?
• Rusten alle stelvoetjes stevig op de
grond?
• De aansluiting van de
toevoerleiding is los aan de zijde
van het kraantje of aan de zijde van
de wasmachine.
• De afvoerleidingen van de woning
zijn verstopt.
• Onvoldoende watertoevoer in de
regio.
• Watertoevoerkraan niet helemaal
opengedraaid.
• Watertoevoerleiding geplooid.
• Filter van de toevoerleiding is
verstopt.
• De afvoerleiding is geklemd of
verstopt.
• De afvoerfilter is verstopt.
Leg de wasmachine stil en controleer
de trommel en de afvoerfilter.
Als het geluid blijft voorduren nadat de
wasmachine opnieuw is opgestart
neemt
u contact op met de klantenservice.
Als het geluid doorgaat, is de
wasmachine waarschijnlijk uit balans.
Stop de machine en herverdeel de was.
Als u hem niet verwijderd heeft bij de
installatie: zie “Installatie” voor het
vergrendelingsbouten.
Controleer de stelvoeten, zorg ervoor
dat alle vier de stelvoeten stevig op de
vloer rusten, en controleer of het toestel
waterpas staat (gebruik een waterpas).
Controleer en draai de
leidingaansluitingen vast.
Ontstop de afvoerpijpen.
Contacteer indien nodig een loodgieter.
Te veel wasmiddel of een verkeerd
wasmiddel? De vorming van schuim
kan waterlekkage veroorzaken.
Controleer een andere kraan in huis.
Draai de kraan helemaal open.
Leg de leiding recht.
Controleer de filter van de
toevoerleiding.
Reinig de afvoerleiding en leg hem
recht.
Reinig de afvoerfilter.
Het vaststellen van het probleem
33
De wasmachine wil
niet starten.
De wasmachine wil
niet centrifugeren.
De deur gaat niet
open.
De wascyclus wordt
vertraagd.
Wasverzachter
overstroomt.
Wasverzachter is te
vroeg toegediend.
• De stekker zit niet in het
stopcontact of de aansluiting is
los.
• De zekering is doorgeslagen, de
stroomonderbreker is
aangeslagen of er was een
stroompiek.
• De watertoevoer is niet aangesloten.
Controleer of de deur goed
gesloten is.
Bij te veel wasverzachter bestaat
het risico dat er water overstroomt.
Zorg ervoor dat de stekker stevig in
het stopcontact zit.
Reset de stroomonderbreker of vervang de
zekering.
De capaciteit van de zekering niet verhogen.
Indien het een probleem van overlading is,
moet dit worden hersteld door een erkend
elektricien.
Draai de watertoevoerkraan open.
Sluit de deur en druk de
"Start/Pause"-knop in.
Nadat u op de "Start/Pause"-knop gedrukt
heeft kan het een aantal minuten duren
vooraleer de kleding in de wasmachine
begint te centrifugeren.
De deur moet vergrendeld zijn vooraleer het
centrifugeren kan beginnen.
Voeg 1 of 2 gelijke items toe aan de
waslading om uit te balanseren.
Herschik de waslading voor juiste
centrifuge.
Wanneer de machine ingeschakeld is, kan de
deur, om veiligheidsredenen, niet geopend
worden.
Wacht één of twee minuten vooraleer u de
deur opent.
Hierdoor heeft het elektrisch
deurmechanisme voldoende tijd om de deur
vrij te geven.
De wastijd kan verschillen naargelang de
washoeveelheid, de druk van de waterleiding,
de watertemperatuur en andere
gebruiksvoorwaarden.
Wanneer instabiliteit wordt vastgesteld of
wanneer het programma voor de verwijdering
van schuim actief is, zal de wastijd de
verwachte tijd overschrijden.
Gebruik alleen de in de handleiding
aanbevolen hoeveelheid
wasverzachter.Maximale vullevel niet
overschrijden.
Schuif de wasmiddellade zachtjes dicht.
Houd de wasmiddellade gedurende het
wascyclus gesloten.
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
Storingsindex
34
Storingsindex
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
• Het watertoevoer is niet
voldoende.
• Watertoevoerkraan is niet
volledig open.
• Watertoevoerslang is verstopt.
• Als er een lekkage ontstaat in
de toevoerslang licht de
indicator
rood op.
• De afvoerslang is verstopt.
• Het afvoerfilter is verstopt.
• Lading was te klein
• Lading uit balans
• De wasmachine heeft een balans en correctie
systeem. Als individuele zware items (zoals
badmat, kamerjas, etc) in de trommel worden
gestopt, kan dit systeem ervoor zorgen dat het
centrifugeren stopt.
• Als de was nog te nat is aan het einde van het
wasprogramma, voeg dan kleinere items toe
om de waslading te balanseren en herhaal het
centrifuge programma.
• Zorg er voor dat de deur
dicht is.
• Te veel water vanwege lekkage bij waterklep.
• Storing in waterlevelsensor.
• Motor overbelast.
• De wasmachine heeft een energiestoring.
• Waterlekkage.
Controleer andere kranen in het huis.
Open kraan volledig.
Buig slangen recht.
Controleer het filter van de
toevoerslang.
Maak afvoerslang schoon en buig recht.
Maak filter schoon.
Voeg 1 of 2 gelijke items toe aan de
waslading om uit te balanseren.
Herschik de waslading voor juiste
centrifuge.
Sluit de deur volledig.
• Als “ ” niet is vrijgegeven, bel Service.
(Klantenservice for Nederlandse kl : 0031 (0)
900-5435454 or 0031 (0) 36-5377780)
Trek de stekker eruit en bel Service
Centrum
(Klantenservice for Nederlandse
kl : 0031 (0) 900-5435454 or 0031
(0) 36-5377780)
Sluit de waterkraan.
Trek de stekker eruit. Bel Service
(Klantenservice for Nederlandse kl : 0031
(0) 900-5435454 or 0031 (0) 36-5377780)
Geef de wasmachine 30minuten om
de motor af te laten koelen; herstart
dan het wasprogramma
Herstart het wasprogramma.
Bel Service.
(Klantenservice for Nederlandse kl : 0031
(0) 900-5435454 or 0031 (0) 36-5377780)
Foutmelding
<Fig 1>
35
Gebruiksaanwijzing SMARTDIAGNOSIS™
1. Druk op de aan/uit knop om de wasmachine aan
te zetten.
Druk of draai niet aan andere knoppen.
2. Zodra service aangeeft kunt u de microfoon van
uw telefoon vlakbij de aan/uit knop houden.
3. Houd de temperatuur knop voor 3 seconde ingedrukt terwijl u de microfoon van uw telefoon
vlakbij de aan/uit knop houdt.
4. Houd de microfoon van uw telefoon bij de aan/uit knop totdat de data overdracht is voltooid. De
data overdracht duurt ongeveer 17 seconde, dit kunt u op het wasmachine display volgen.
• Voor het beste data overdracht adviseren wij de telefoon niet te bewegen.
• Wanneer de data overdracht mislukt kunt u gevraagd worden de voorgaande stappen te
herhalen.
• Wanneer u de aan/uit knop tijdens de data overdracht indrukt zal de data overdracht via
SMARTDIAGNOSIS™ geannuleerd worden.
5. Zodra het aftellen voorbij is en u geen geluid meer hoort, kunt u het gesprek met service
hervatten. Service kan u verder adviseren en assisteren middels de ontvangen data.
Max. 10 mm
• Gebruik deze functie alleen wanneer service erom vraagt.
De informatie overdracht werkt hetzelfde als een fax, en werkt alleen wanneer u belt naar service.
• SMARTDIAGNOSIS™ kan alleen geactiveerd worden wanneer de wasmachine aan staat.
Wanneer de wasmachine uit staat kan SMARTDIAGNOSIS™ niet worden gebruikt.
Wanneer er een probleem optreedt met uw wasmachine, belt u service.
Volg de instructie van service, en de stappen die service aangeeft.
Storingsindex
OPMERKING
De SMARTDIAGNOSIS™ functie is alleen aanwezig voor producten met een
SMARTDIAGNOSIS™ logo. Sommige mobiele telefoon toestellen kunnen het geluid
onderdrukken waardoor de SMARTDIAGNOSIS™ functie niet werkt.
36
Garantiebepalingen
De garantie geldt niet in geval van:
• Voorrijkosten worden in rekening gebracht zodra de storing te herstellen was aan de
hand van de gebruiksaanwijzing.
• Als het product aangesloten is op een ander net dan het aangegeven op de plaat.
• Als de fout veroorzaakt is door ongeluk, nalatigheid, misbruik of bovenmachtige
redenen.
• Als de fout veroorzaakt is door een ander dan het gewoon huishoudelijk gebruik of niet
volgens de gebruikershandleiding.
• De gebruikinstructies van het product aanpassen of de instelling van het product
veranderen.
• Als de fout veroorzaakt is door ongedierte, zoals ratten, kakkerlakken, enz.
• Lawaai of vibratie als normaal beschouwd, zoals water afvoeren, centrifugeren of de
inname van warm water.
• De installatie corrigeren, bijvoorbeeld het product waterpas stellen etc.
• Het normale in de handleiding beschreven onderhoud.
• Verwijderen van vreemde voorwerpen/stoffen uit de machine, pomp of filter, zoals
gruis, nagels, bh-beugels, knopen, enz.
• Verwijderen van zekeringen of veranderen van kabels of waterleidingen.
• Niet toegestane reparaties.
• Directe of indirecte schade aan persoonlijke eigendom veroorzaakt door eventuele
gebreken aan dit apparaat.
• Als dit product voor commerciële doeleinden is, wordt hij niet gewaarborgd.
(bijvoorbeeld, voor verkoop-en marketing activiteiten, zoals in openbare toiletten,
sportscholen, hotels, enz.)
Als het product is geïnstalleerd buiten het normale servicegebied, zullen alle
transportkosten die betrokken zijn bij de reparatie van het product of het vervangen van
een onderdeel in rekening gebracht worden.
Uw oude toestel wegdoen
1. Als het symbool met de doorgekruiste verrijdbare afvalbak
op een product staat, betekent dit dat het product valt
onder de Europese Richtlijn 2002/96/EC.
2. Elektrische en elektronische producten mogen niet worden
meegegeven met het huishoudelijk afval, maar moeten
worden ingeleverd bij speciale inzamelingspunten die door
de lokale of landelijke overheid zijn aangewezen.
3. De correcte verwijdering van uw oude toestel helpt
negatieve gevolgen voor het milieu en de menselijke
gezondheid voorkomen.
4. Wilt u meer informatie over de verwijdering van uw oude
toestel? Neem dan contact op met uw gemeente, de
afvalophaaldienst of de winkel waar u het product hebt
gekocht.

Documenttranscriptie

HANDLEIDING WASMACHINE Lees deze handleiding zorgvuldig voordat u de wasautomaat in gebruik neemt en bewaar de handleiding om later iets op te zoeken. F14A8TDS(1~9) F12A8TDS(1~9) F10A8TDS(1~9) P/No.: MFL67473450 www.lg.com Inhoudsopgave Inhoudsopgave.........................2 Productkenmerken...................3 Gefeliciteerd met uw aankoop. Lees deze handleiding zorgvuldig door, Belangrijke veiligheidsaanwijzingen Belangrijke veiligheidsaanwijzingen......4 Belangrijke veiligheidsmaatregelen ......5 Bewaar deze aanwijzingen ...................6 Kenmerken................................7 Installatie Verpakking verwijderen.........................8 Verwijderen van de transport beveiliging .............................................8 Plaatsen van de wasmachine ..............9 Watertoevoerslang verbinding specificaties ........................................11 Installatie van de afvoerslang .............13 Horizontaal plaatsen ...........................14 deze biedt u informatie in verband met de veilige installatie, het gebruik en het onderhoud. Bewaar de handleiding voor later gebruik. Schrijf het model en het serienummer van uw wasmachine op. Modelnummer Serienummer Aankoopdatum Gebruik van de wasmachine Werking wasmachine..........................16 Tips voor het wassen ..........................17 Tabel met wasprogramma’s................18 Extra mogelijkheid...............................19 Maximale toerental per wasprogramma ...................................20 Bedieningspaneel ...............................21 Extra programma's..............................22 - Uitgestelde Start ...............................22 - Stoomwas .........................................22 - Favoriet.............................................22 - Voorwas............................................22 Optie ...................................................23 - Intensief Spoelen .............................23 - Wassen.............................................23 - Spoelen ............................................23 - Watertemp. ......................................23 - Centrif. .............................................23 - Spoelen + Centrif. .............................23 Andere functies ...................................23 - Centrifugeren ....................................23 - Opfrissen ..........................................23 Kinderslot ............................................24 Geluidstoon AAN/UIT..........................24 Trommelreiniging ...............................25 Deur Vergrendeld & Controleren ........25 2 Zeep toevoegen Toevoegen van wasmiddel en wasverzachter.....................................26 Onderhoud Watertoevoerfilter................................28 Pompfilter spoelen ..............................29 Reinigen van de verdeellade ..............30 De wastrommel ...................................31 De wasmachine reinigen.....................31 Voorzorgsmaatregelen voor de winter ...31 Storingsindex Het vaststellen van het probleem........32 Foutmelding ........................................34 Gebruiksaanwijzing SMARTDIAGNOSIS™ .........................35 Garantiebepalingen................36 Productkenmerken Direct Drive-systeem. De moderne direct-drive motor drijft de trommel rechtstreeks aan zonder gebruikt te maken van riem of riemschijf. 6 Motion. De wasmachine kan diverse trommelacties of een combinatie van verschillende acties, afhankelijk van het geselecteerde wasprogramma uitvoeren. Gecombineerd met een gecontroleerde rotatiesnelheid en de capaciteit van de trommel zowel links als rechts te roteren, zijn de wasprestaties van de machine uitstekend met als resultaat een perfect wasresultaat. Bescherming tegen kreuken. Door links-/rechtsdraaiende beweging van de trommel wordt het kreukelen van het wasgoed tot een minimum beperkt. Ingebouwde thermostaat. De ingebouwde thermostaat verwarmt het water op de beste temperatuur voor de ingestelde wascyclus. Economischer door het Beladingherkenning systeem. Om het energieverbruik en het waterverbruik tot een minimum te beperken, detecteert het Beladingherkenning systeem de grootte van de lading en de watertemperatuur. Op basis hiervan bepaald de machine het optimale waterniveau en de wastijd. 추가선택 예약 Kinderslot. Het kinderslot wordt gebruikt om te vermijden dat kinderen het programma wijzigen door op een knop te drukken terwijl de wasmachine draait. Ruisarm snelheidscontrolesysteem. Door de washoeveelheid en de balans te meten, zorgt het systeem ervoor dat de was gelijkmatig verdeeld wordt zodat het geluidsniveau bij het centrifugeren tot een minimum beperkt wordt. 3 Belangrijke veiligheidsaanwijzingen LEES ALLE AANWIJZINGEN EN DE UITLEG VAN DE INSTALLATIE VÓÓR GEBRUIK WAARSCHUWING Volg in verband met uw veiligheid de informatie in deze handleiding stipt op om brand-, explosie- en schokgevaar te vermijden en om materiële schade evenals ernstig of dodelijk letsel te voorkomen. Uw eigen veiligheid en die van anderen is van groot belang. In deze handleiding en op de wasautomaat zijn een groot aantal veiligheidswaarschuwingen vermeld. Lees alle veiligheidswaarschuwingen met aandacht en houd u eraan. Dit is het waarschuwingssymbool voor veiligheid. Dit symbool waarschuwt u voor mogelijke gevaren waardoor u en anderen ernstig of dodelijk gewond kunnen raken. Alle veiligheidswaarschuwingen worden met dit symbool en de woorden “GEVAAR”, “WAARSCHUWING” of “LET OP” aangegeven. Deze woorden betekenen het volgende: GEVAAR U kunt dodelijk of ernstig gewond raken als u de aanwijzingen niet stipt opvolgt. WAARSCHUWING U riskeert een dodelijk of ernstig ongeval als u de aanwijzingen niet stipt opvolgt. LET OP Betekent: U riskeert een niet-ernstig ongeval of beschadiging van de wasautomaat als u de aanwijzingen niet opvolgt. Alle veiligheidswaarschuwingen geven duidelijk aan wat het mogelijke gevaar is, hoe u het risico van een ongeval kunt vermijden en wat er kan gebeuren als de aanwijzingen niet worden opgevolgd. 4 Belangrijke veiligheidsaanwijzingen ■ Belangrijke veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING Neem alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen, waaronder de volgende, om brand- en schokgevaar of persoonlijk letsel door het gebruik van de wasautomaat te voorkomen: • Controle de wasautomaat voordat u deze installeert op uiterlijke beschadigingen. Als u een of meer beschadigingen opmerkt, mag u de wasautomaat niet installeren. • Installeer of bewaar de wasautomaat niet waar hij aan het weer blootstaat. • Knoei niet met bedieningsknoppen. • Repareer of vervang geen onderdelen van de wasautomaat en voer geen onderhoudswerkzaamheden uit tenzij dat uitdrukkelijk wordt aanbevolen in de onderhoudsvoorschriften of gepubliceerde gebruikersreparatie-aanwijzingen die u begrijpt en waarvoor u voldoende vakkundig bent om ze uit te voeren. • Zorg ervoor dat zich onder en bij uw apparaten geen brandbare materialen rondslingeren zoals pluizen, papier, vodden, chemicaliën enzovoort. • Dit apparaat is zonder toezicht van een volwassene niet geschikt voor gebruik door kleine kinderen en mindervaliden. Sta kinderen niet toe om op, met of in dit of andere huishoudelijke apparaten te spelen. • Houd kleine huisdieren van het apparaat vandaan. • Laat de deur van de wasautomaat niet open staan. • Was of droog in de wasautomaat geen kledingstukken die zijn gereinigd, gewassen of geweekt in, of die besprenkeld zijn met brandbare of explosieve stoffen (zoals was, olie, verf, benzine, ontvettingsmiddel, oplosmiddelen voor chemisch reinigen, kerosine enzovoort) en die kunnen ontbranden of exploderen. Na een volledige wascyclus kan olie in de kuip achterblijven en tijdens een droogcyclus ontbranden. Doe dus geen kledingstukken die olie bevatten in de wasautomaat. • Sla de deur van de wasautomaat niet met kracht dicht en probeer evenmin de vergrendelde deur met geweld te openen. Hierdoor kunt u de wasautomaat beschadigen. • Wanneer de wasautomaat met een hoge temperatuur werkt, kan de deur aan de voorkant erg heet zijn. Raak de deur dan niet aan. • Om kortsluiting te voorkomen moet u, voordat u de wasautomaat een onderhoudsbeurt geeft of schoonmaakt, de wasautomaat ontkoppelen van het stopcontact of de wasautomaat in de zekeringkast ontkoppelen door de betreffende smeltveiligheid te verwijderen of de betreffende stroomverbreker uit te schakelen. Een open deur kan kinderen aansporen om aan de • Pak de netstroomkabel niet bij de kabel maar deur te gaan hangen of in de wasautomaat te kruipen. bij stekker vast om de kabel uit een • Steek nooit uw hand of ander lichaamsdeel in stopcontact te trekken. Anders kan de de wasautomaat als deze in werking is. Wacht netstroomkabel worden beschadigd. tot de trommel volledig tot stilstand is • Schakel dit apparaat nooit in als het gekomen. beschadigd, defect of gedeeltelijk gedemonteerd is of ontbrekende of defecte • Het wasproces kan de brandwerende eigenschappen onderdelen heeft zoals een beschadigde van textiel verminderen. Om dat te voorkomen netstroomkabel of stekker. moet u de wasinstructie van de fabrikant van het kledingstuk nauwkeurig opvolgen. 5 Belangrijke veiligheidsaanwijzingen ■ Belangrijke veiligheidsmaatregelen WAARSCHUWING Neem alle noodzakelijke voorzorgsmaatregelen, waaronder de volgende, om brand- en schokgevaar of persoonlijk letsel door het gebruik van de wasautomaat te voorkomen: • Ontkoppel een oud apparaat voordat u • Houd u aan de algemeen gangbare het weg doet. Maak de stekker veiligheidsprocedures, inclusief het onbruikbaar. Knip de netstroomkabel zo gebruik van handschoenen met een dicht mogelijk op het apparaat af om lange kap en een veiligheidsbril, om het misbruik te voorkomen. risico van lichamelijk letsel te • Bel een servicecentrum als een apparaat verminderen. Door een of meer veiligheidswaarschuwingen in deze handleiding onder water heeft gestaan. Bel het te negeren riskeert u materiële schade evenals servicecentrum. Doet u dit niet, dan riskeert u kortsluiting en brand. • Apparaat met nieuwe slangensets aangesloten op het waterleidingnet. Gebruik geen oude slangensets. ernstig of dodelijk lichamelijk letsel. • Druk niet met kracht op de deur als de deur van de wasautomaat geopend is. Daardoor kan de wasautomaat omvallen. ■ Bewaar deze aanwijzingen AANWIJZINGEN VOOR AARDING Dit apparaat moet worden geaard. Wanneer het apparaat niet goed werkt of defect raakt, vermindert aarding de kans op kortsluiting doordat er een pad van de minste weerstand voor een elektrische stroom aanwezig is. Dit apparaat is uitgerust met een netstroomkabel die een aardleiding bevat en van een geaarde stekker is voorzien. De stekker moet worden aangesloten op een daarvoor geschikt stopcontact dat volgens de plaatselijk geldende voorschriften op de juiste wijze is geïnstalleerd en geaard. • Gebruik geen stopcontactadapter; deze schakelt de werking van de geaarde stekker uit. • Als u niet beschikt over een geschikt stopcontact, roep dan de hulp in van een vakkundige elektricien. WAARSCHUWING Door een verkeerde aansluiting van de aardleiding van het apparaat kan kortsluiting ontstaan. Roep een vakkundige elektricien of servicereparateur erbij als u twijfelt of het apparaat goed geaard is. Verander de bij het apparaat geleverde stekker niet - als de stekker niet in het stopcontact past, laat dan een vakkundige elektricien het juiste bijpassende stopcontact installeren. 6 Kenmerken Bouten transport beveilging Elektrische aansluiting Om gevaar te vermijden moet de stroomkabel, in geval van beschadiging vervangen worden door de fabrikant, door een erkende dealers of door gelijkwaardig gekwalificeerde personen. Wasmiddellade (voor wasmiddel en wasverzachter) Bedieningspaneel Waterafvoerslang Trommel Filter afvoerpomp Deur Afvoerstop Onderhoudsklep Vier stelvoeten ■ Naam : Wasmachine, voorlader ■ Stroomtoevoer : 220 - 240 V~, 50 Hz ■ Afmetingen : 600 mm(B) ■ Gewicht : 66 kg ■ Max.vermogen : 2100 W (Wassen) / 1100W (Stoom) 590 mm(D) 850 mm(H) 0.33 W (Uit-stand, Ingeschakelde (stand-by) stand) ■ Wascapaciteit : 8 kg ■ Toegelaten waterdruk : 100 - 1000 kPa (1.0 - 10.0 kgf / cm2) Uiterlijke kenmerken kunnen afwijken. ■ Accessoires Watertoevoerslang (1EA) Ringsleutel 7 Installatie ■ Verpakking verwijderen 1. Verwijder de kartonnen verpakking van de wasmachine en piepschuim verpakking. 2. Til de wasmachine op en verwijder de onderkant van de verpakking. 3. Verwijder de verpakking rondom de waterafvoerslang. 4. Verwijder de slang uit de trommel. Wasmachine Verpakking onderkant OPMERKING Ringsleutel • Bewaar de ringsleutel voor het waterpas plaatsen van de wasmachine. WAARSCHUWING • Het verpakkingsmateriaal (bijvoorbeeld folie en styrofoam) kan voor kinderen gevaarlijk zijn. Er is gevaar voor verstikking! Houd verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen. ■ Verwijderen van de transport beveiliging Om interne schade tijdens het transport te vermijden zijn de drie speciale vergrendelingsbouten vastgeschroefd. Alvorens de wasmachine in gebruik te nemen, moet u de bouten en de rubberen stoppen verwijderen. Als deze niet verwijderd worden, zal de machine hevig schudden, veel geluid veroorzaken en uiteindelijk storingen veroorzaken. 1. Draai de drie vergrendelingsbouten los met de meegeleverde ringsleutel. 2. Verwijder de drie vergrendelingsbouten samen met de rubberen stoppen door zachtjes aan de stop te draaien. OPMERKING • Bewaar de drie vergrendelingsbouten en de ringsleutel voor eventueel gebruik in de toekomst. 3. Sluit de gaten af met de meegeleverde afdekplaatjes/rubbers. vergrendelingsbouten 8 Installatie ■ Plaatsen van de wasmachine Plaats wasmachine ong. 2 cm Positioneren • Waterpas afstellen: De toegelaten hellingsgraad onder de wasmachine bedraagt 1°. • Stopcontact: Moet geplaatst zijn op maximaal 1.5 meter links of rechts van de wasmachine. Niet meer dan één toestel aansluiten op het stopcontact. • Bijkomende vrije ruimte: Voor inbouw tegen muur, deur en vloer is volgende vrije ruimte noodzakelijk. (10 cm: achterzijde / 2 cm: rechter- en linkerzijde) Plaats of bewaar nooit wasproducten op de wasmachine. Deze kunnen de afwerkinglaag of de bedieningstoetsen beschadigen. Installeer de wasmachine op een vlakke harde vloer. Zorg ervoor dat de luchtcirculatie rond de wasmachine niet wordt gehinderd door tapijten, matten enz. • Probeer nooit om een oneffenheid in de vloer te corrigeren door stukken hout, karton of soortgelijke materialen onder de wasmachine te plaatsen. • Als de wasmachine naast een gasfornuis of een kolenkachel geplaatst moet worden, voorzie dan een isolatie (85x60cm), bedekt met aluminiumfolie, op de zijkant van het fornuis of de kachel tussen de twee toestellen. • Installeer de wasmachine niet in ruimtes waar de temperatuur tot onder 0°C kan dalen. • Zorg ervoor dat de wasmachine ook na de installatie nog gemakkelijk bereikbaar is voor de technicus in geval van een defect. • Zodra de wasmachine is geïnstalleerd, de vier stelvoeten stellen met de meegeleverde ringsleutel zodat het toestel stabiel staat en er een open ruimte is van ongeveer 20mm tussen de bovenkant van de wasmachine en de onderkant van het werkblad. Elektrische aansluiting • Om gevaar te vermijden moet de stroomkabel, in geval van beschadiging vervangen worden door de fabrikant, door een erkende dealers of door gelijkwaardig gekwalificeerde personen. • Trek de stekker na gebruik steeds uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht. • Sluit de wasmachine aan op een geaard stopcontact. Volg hierbij de geldende voorschriften. • Het toestel moet zo geplaatst worden dat de stekker gemakkelijk toegankelijk is. • Herstellingen aan de wasmachine mogen alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel. Herstellingen die zijn uitgevoerd door onervaren personen kunnen lichamelijk letsel of ernstige defecten veroorzaken. Neem contact op met uw plaatselijke onderhoudsdienst • Als de wasmachine tijdens de wintermaanden wordt geleverd bij een temperatuur onder nul: moet u de wasmachine eerst enkele uren op kamertemperatuur laten komen alvorens u de wasmachine in gebruik neemt. 9 Installatie LET OP Het netsnoer Het wordt aanbevolen de meeste machines aan te sluiten op een stroomgroep, dat wil zeggen, een circuit met stopcontact dat alleen voor die machine gebruikt wordt; zonder verdere stopcontacten of aansluitingen op een stroomgroep. U mag de stopcontacten niet overbelasten. Overbelaste/losse/beschadigde stopcontacten of verlengsnoeren, versleten netsnoeren, of beschadigde snoerisolatie vormen een gevaar. Dit kan leiden tot brand of een elektrische schok. Kijk regelmatig het netsnoer van uw machine na; indien dit er beschadigd uitziet, haalt u dan de stekker uit het stopcontact en laat het snoer vervangen door een authentiek snoer aangeleverd door een bevoegde dealer, alvorens de machine opnieuw te gebruiken. Zorg ervoor dat het snoer niet beschadigd raakt: zorg ervoor dat het b.v. niet in de knoop ligt of afgeknepen wordt, of dat men erop kan lopen. Let vooral op stekkers, stopcontacten, en de snoeruitgang op de machine. Als de wasautomaat door een verlengkabel of een draagbaar aggregaat van stroom wordt voorzien, moeten de verlengkabel of het aggregaat zodanig worden geplaatst dat er geen (was)water op geknoeid kan worden. LET OP • Het verpakkingsmateriaal (bijvoorbeeld folie en styrofoam) kan voor kinderen gevaarlijk zijn. Er is gevaar voor verstikking! Houd verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen. 10 Installatie ■ Watertoevoerslang verbinding specificaties • De toegeleverde waterdruk moet tussen 1 en 10 bar liggen (1.0 - 10.0 kgf / cm2). • Ontbloot of kruis de leiding niet wanneer u de toevoerleiding aansluit op de klep. • Wanneer de toegeleverde waterdruk hoger is dan 10 bar, moet u een decompressietoestel laten installeren. • Controleer regelmatig de toestand van de leiding en vervang deze indien nodig. Step1 : Controleer of de rubberen aansluitring goed aansluit en niet lekt. aansluiting rubberen ringen • Om lekkage te vermijden zijn twee ringen geplaatst op het aansluitpunt in de aansluiting van de watertoevoerslang. Controleer de waterdichtheid van de aansluiting tussen wasmachine en watertoevoerslang door de kraan helemaal open te draaien. aansluiting rubberen ringen Step2 : Sluit de toevoerslang aan op de kraan. Type-A : Het verbinden van een slang met schroefdraad bevestiging aan een kraan met schroefdraad • Schroef de slangschakelaar op watervoorzieningskraan. Type-2: Het verbinden van een slang met schroefdraad bevestiging aan een kraan zonder schroefdraad 1. Schroef het adapterringplaatje en de hogere rubber schakelaar vier bevestigingsschroeven van de verpakking adapter los. 2. Duw de adapter op het eind van de kraan zodat de rubberverbinding een waterdichte verbinding vormt. Schroef het verbindingstuk en de vier bevestigingsschroeven vast. bevestigende schroef plaat watervoor zieningsslang 11 Installatie Type-3: Het verbinden van één type slang met kraan zonder draad 1. Schroef het adapterringplaatje en de vier bevestigingsschroeven van de adapter los. 2. Verwijder het geleideplaatje als de kraan zo breed is dat hij niet op de adapter past. 3. Duw de adapter op het einde van de kraan zodat de rubber afsluiting een waterdichte verbinding vormt. 4. Trek de houderplaat van het aansluitstuk naar beneden, druk de toevoerslang op de adapter en laat de houderplaat van het aansluitstuk los. Zorg ervoor de dat de adapter vast klikt. rings plaat gids plaat OPMERKING • Na het aansluiten van de waterslang op de kraan, draai de kraan open om de waterslang schoon te spoelen. Verwijder vuil, zand, stofresten en vang het overtollig water op in een emmer en controleer de watertemperatuur. Step3: Sluit de toevoerslag aan op de wasmachine. • Zorg ervoor dat er geen knik zit in de leiding en dat deze niet geklemd is. OPMERKING • Als na de aansluiting er zich een lek voordoet en water uit de slang komt, herhaal dan dezelfde stappen opnieuw. Maak gebruik van een gewone waterkraan. Als de kraan vierkant of te groot is, verwijder dan de afstandsring, alvorens de kraan in de adapter te plaatsen. gebruikte de horizontale kraan Horizontale kraan 12 Uitbreidings kraan Vierkante kraan Installatie  Installatie van de afvoerslang • De afvoerslang mag niet hoger dan 100cm boven de vloer geplaatst worden. Het water in de wasmachine zal anders langzaam afvoeren. ong. 100 cm • Een goede bevestiging van de afvoerslang voorkomt lekkage. ong. 145 cm max. 100 cm • Wanneer de afvoerleiding te lang is, kan dit een vreemd geluid veroorzaken. ong. 105 cm • Wanneer de afvoerleiding aan een wasbak bevestigd wordt, maak ze dan stevig vast met een kettinkje. • Een goede bevestiging van de afvoerleiding zal ervoor zorgen dat de vloer niet beschadigd wordt door waterlekkage. waskuip leiding houder max.100cm max.100cm kabel binder 13 Installatie ■ Horizontaal plaatsen 1. Door een wasmachine goed waterpas op te stellen voorkomt u Geluidsoverlast en trillingen. Plaats het toestel op een stevige vloer die waterpas is, bij voorkeur in een hoek van de kamer. OPMERKING • Houtenvloeren kunnen bovenmatige trillingen en balansfouten veroorzaken. hoger lager borgmoer Schroef veilig alle 4 borgmoeren aan 2. Wanneer de vloer Ongelijk, kunt u de vier stelvoeten aanpassen tot op de gewenste hoogte (gebruik geen stukjes hout en dergelijke onder de stelvoeten). Zorg ervoor dat alle vier de stelvoeten stevig op de vloer rusten, en controleer of het toestel waterpas staat (gebruik een waterpas). • Zet na het stellen van de vier stelvoeten, de borgmoeren vast door tegen de wijzers van de klok in te draaien. • Stabiliteits / waterpas controle Wanneer u op de hoeken van de bovenplaat van de wasmachine drukt, mag de wasmachine absoluut niet op en neer bewegen (controleer alle hoeken). Wanneer de machine bij één van deze drukbewegingen wel beweegt, moet u de stelvoeten weer aanpassen. OPMERKING Als de wasmachine op een verhoogd platform geïnstalleerd is, moet de machine veilig worden vastgemaakt om vallen te voorkomen. 14 Installatie Betonnen vloeren • Het installatieoppervlak moet schoon, droog en waterpas zijn. • Installeer de wasmachine op een vlakke harde vloer. Tegelvloeren (gladde vloeren) • Gebruik bij gladde vloeren een zelfklevend antislip materiaal, om Verschuiven tegen te gaan. Houten vloeren • Houten vloeren zijn bijzonder gevoelig voor trillingen. Rubber dop • Om trillingen te voorkomen, raden wij aan rubber doppen van ten minste 15 mm dik te plaatsen onder elk pootje van de wasmachine en deze met behulp van schroeven te bevestigen aan ten minste 2 vloerbalken. • Indien mogelijk de wasmachine installeren op een locatie waar de vloer Egaal/gelijk is. • Gebruik rubber doppen om de trillingen te verminderen. • Rubber doppen (onderdeelnr. 4620ER4002B) kunt u verkrijgen bij de LG-afdeling onderdelen. OPMERKING • Correcte plaatsing van de wasmachine verzekert een lange, duurzamer en betrouwbare werking. • De wasmachine moet volledig waterpas en stevig vast staan. • De wasmachine mag niet gaan schommelen tijdens het wassen. • Het installatieoppervlak moet schoon, vrij van vloerwas en andere smeermiddelen zijn. • Zorg ervoor dat de onderkant van de wasmachine niet nat wordt. 15 Gebruik van de wasmachine  Werking wasmachine 1. Wasgoed sorteren (zie pagina 17). 2. Open de deur en laad wasgoed in de trommel. 3. Druk op de “aan/uit” -knop. 4. Selecteer een programma (zie pagina 18 - 20). Selecteer het programma (zie pagina 22 – 25). ■ Extra programma’s ■ Watertemperatuur ■ Centrifugeren ■ Andere functies 5. Toevoegen wasmiddel (zie pagina 26 – 27). 6. Druk de “Start/Pauze”-knop in. 16 Gebruik van de wasmachine ■ Tips voor het wassen Wastemperatuur Normale machinewas Permanente pers Delicaat Handwas Niet wassen Sorteer het wasgoed als volgt: Meer of minder vuil kleur wastempera tuur Textielsoort (Katoen, kunststof, wol enz.) 1. Controleer de labels Controleer of uw kledingstuk een label heeft met wasinstructies. Dit zal aangeven uit welke stoffen het stuk gemaakt is en hoe het gewassen moet worden 2. Wasgoed sorteren Voor de beste wasresultaten, sorteert u uw kledingstukken op ladingen die met hetzelfde wasprogramma gewassen kunnen worden. De watertemperatuur en de centrifugesnelheid zijn afhankelijk van het soort stof van de kledingstukken. Sorteer donkere was van lichte was en witgoed. Was afzonderlijk als kleuren kunnen doorlopen of als pluis/materiaal in elkaar kan klitten. Indien mogelijk was zwaar bevuilde wasgoed apart van licht vervuild wasgoed. • Vuil (zwaar, normaal, licht) • Kleur (witte was, lichte was, donkere was). Sorteer witgoed van gekleurde was. • Pluis (pluis producerende was, pluis aantrekkende was (bijvoorbeeld klittenband). Was pluis producerende was afzonderlijk van pluis aantrekkende was. 3. Aandacht bij het vullen Combineer grote en kleine stukken in één waslading. Laad de grote stukken eerst. Grote stukken mogen niet meer dan de helft van de gehele wasgoed beslaan. Laat de machine niet draaien met slechts één kledingstuk erin. Dit kan instabiliteit veroorzaken. Voeg één of twee gelijksoortige stukken toe. • Controleer alle zakken en zorg ervoor dat ze leeg zijn. Spijkers, lucifers, papier, potloden, schuifspelden, muntstukken en sleutels kunnen zowel uw wasmachine als uw kleding beschadigen. • Sluit ritsen, haken, koorden en klittenband om ervoor te zorgen dat deze geen andere kledingstukken beschadigen. • Behandel vuil en plekken voor, door een beetje in water opgeloste zeep op boord- en omslagplekken aan te brengen. Dit om het vuil reeds gedeeltelijk op te lossen. OPMERKING • Kies een wascyclus ( Katoen 60 °C, voeg een halve hoeveelheid wasmiddel toe), zet de machine in werking (zonder kleding). Hiermee verwijdert u eventueel in de trommel resterende aanslag. 17 Gebruik van de wasmachine  Tabel met wasprogramma’s Aanbevolen wasprogramma's rekening houdende met het type wasgoed Programma beschrijving Zorgt voor betere prestatie door de combinatie van verschillende trommelbewegingen. Katoen Biedt optimale wasprestatie met Eco minder energie consumptie Dit programma is geschikt voor Easy care hemden die na het wassen niet meer gestreken hoeven worden Katoen Mix Antiallergie Mogelijk om verschillende textielen samen te wassen. Verwijderd kreukels binnen 20 Opfrissen minuten door middel van stoom. Dit programma is speciaal voor groot Donsdeken wasgoed zoals dekenbedovertrekken, kussens, grand foulards, enz. Dit programma is geschikt voor Sportkleding sportkleding. Geschikt wasprogramma voor het Donkere reduceren van ontkleuring van uw kleding (Gelieve kleurenwasmiddel te was gebruiken voor gekleurde textielen) Wol 18 Watertemperatuur Maximale (Keuzemogelijkheid) lading 40°C (Koud tot 95°C) Evaluatie 60°C (Koud tot 60°C) Polyamid, Acryl, Polyester 40°C (Koud tot 60°C) Diverse soorten textielen, behalve speciale kledingstukken. (zijde/delicate, sportkleding, donkere kleding, wol, donsdeken/gordijnen) 40°C (Koud tot 40°C) Minder dan 4.0 kg 60°C Kleurvaste kledingstukken (shirts en pyjama's) en licht bevuilde witkatoenen kledingstukken (ondergoed) 40°C (Koud tot 60°C) Minder dan 4.5 kg Samengesteld weefsel met katoen, samengesteld weefsel met polyester, jurken, hemden, blouses Geen selectie 3 kledingstukken Katoen bedlinnen, donsdeken, kussen, deken, grand foulard met lichte bevuiling. Coolmax, Goretex, Fleece en Sympatex Donkere kledingstukken van katoen of gemengde textielen 40°C (Koud tot 40°C) 1 enkel stuk 30°C (Koud tot 40°C) Dit programma is voor delicate kleding zoals ondergoed, blousen enz. Delicate was die snel beschadigd Het wassen van wol is mogelijk (Gelieve specifiek wasmiddel te gebruiken voor wol) Machine wasbare wol. 40°C (Koud tot 40°C) Licht bevuild, gekleurd wasgoed. 30°C (Koud tot 40°C) Katoen en gemengde textielen. In 60 minuten betere wasprestatie en (Speciaal 60 minuten programma energiebesparing voor normaal vervuilde was) 60°C (Koud tot 60°C) Dit is een snel wasprogramma voor Snelwas 30 een kleine lading van licht bevuilde kleding. Intensief 60 Katoen (shirts, nachtkleding en pyjama's, etc) en vervuild katoen (ondergoed). Verwijderd allergieën zoals huismijten, Katoen, ondergoed, kussenslopen, beddengoed, babybekleding stuifmeel en dierenhaar. Maakt minder lawaai en trillingen en Nachtprogramma bespaart geld door te gebruiken van nacht stroom. Delicaat Soort weefsel Minder dan 2.0 kg Minder dan 4.0 kg Gebruik van de wasmachine • Watertemperatuur: kies de watertemperatuur in overeenstemming met het wasprogramma. • Stel het programma in op "Katoen Eco 40°C + Intensief (Halve Lading)", "Katoen Eco 60°C +Intensief (Halve Lading)", "Katoen Eco 60°C + Intensief (Volle Lading)" voor test volgens EN60456. (Dit zijn de meest efficiënte programma's wat betreft gecombineerd energie- en waterverbruik voor het wassen van dat type katoenen wasgoed.) * De werkelijke watertemperatuur kan afwijken van de opgegeven cyclustemperatuur. • De testresultaten zijn afhankelijk van de waterdruk, de hardheid van het water, de waterinlaattemperatuur, de kamertemperatuur, de soort en hoeveelheid belading, mate van vervuiling, gebruikt wasmiddel, netspanningsfluctuaties en de gekozen extra opties. Het wolwasprogramma van deze machine is goedgekeurd door het Wolmerksecretariaat voor het wassen van machinewasbare Wolmerkproducten, vooropgesteld dat de producten worden gewassen overeenkomstig de instructies op het kledinglabel en de instructies die zijn verstrekt door de fabrikant van deze M1009 wasmachine. OPMERKING • Houd waspoeder en reinigingsproducten buiten het bereik van kinderen. • Vergiftigingsgevaar.  Extra mogelijkheid Programma Uitgestelde Stoomwas Favoriet Start Voorwas Intensief Spoelen+ TijdsbeSpoelen Centrifugeren sparing Intensief Katoen Katoen Eco Easy care Mix Anti-allergie * Nachtprogramma Opfrissen * Donsdeken Sportkleding Donkere was Delicaat Wol Snelwas 30 Intensief 60 * * : Deze mogelijkheid is een onderdeel van de wascyclus en kan niet worden overgeslagen. 19 Gebruik van de wasmachine  Maximale toerental per wasprogramma Max. toerental Programma F14** F12** F10** Katoen 1400 1200 1000 Katoen Eco 1400 1200 1000 Easy care 1000 1000 1000 Mix 1400 1200 1000 Anti-allergie 1400 1200 1000 Nachtprogramma 1000 1000 1000 Opfrissen – – – Donsdeken 1000 1000 1000 Sportkleding 800 800 800 Donkere was 1400 1200 1000 Delicaat 800 800 800 800 800 800 Snelwas 30 1400 1200 1000 Intensief 60 1400 1200 1000 Wol OPMERKING • Informatie over hoofdwasprogramma's bij halve lading. Resterend vochtgehalte Water in Liter Energie in kWh 53 % 42 0.77 53 % 55 0.96 Programma Tijd in minuten 1400 rpm 1200 rpm 1000 rpm Katoen (40°C) 95 44 % 53 % Katoen Eco (60°C) 120 44 % 53 % 20 Gebruik van de wasmachine ■ Bedieningspaneel De SMARTDIAGNOSIS™ functie is alleen aanwezig voor producten met een SMARTDIAGNOSIS™ logo. Inschakelen Programmaknop Start/Pauze Inschakelen • Druk de “Inschakelen” -knop in om de stroom in- en uit te schakelen • Hij kan ook gebruikt worden om de functie “Voorprogramma” te onderbreken. Programmaknop • Afhankelijk van het type wasgoed kan u kiezen uit programma’s. • Wanneer u de “start/pauze” -knop indrukt, wordt automatisch het bontewas programma geselecteerd. Start/Pauze • Deze “start/pauze” -knop wordt gebruikt om de wascyclus en andere programma’s te starten of de cyclus tijdelijk te onderbreken. • Druk op de “start/pauze” -knop wanneer u de wascyclus tijdelijk wenst te onderbreken. • Nadat u de pauzeknop heeft ingedrukt wordt de machine na vier minuten automatisch uitgeschakeld. Extra programma's Tijdsindicatie Pieptoon AAN/UIT Optie Extra programma's • Gebruik deze knopen om de gewenste cyclusopties voor de geselecteerde cyclus te selecteren. Tijdsindicatie • Het display toont de instellingen van de overgebleven geschatte tijd, opties en statusberichten voor uw wasmachine. Het display zal tijdens de wascyclus aanblijven. Optie • Dit staat u toe om opties te selecteren en zal oplichten na een keuze in het display. 21 Gebruik van de wasmachine ■ Extra programma's Uitgestelde Start U kunt een tijdsvertraging instellen zodat de wasmachine automatisch begint na een gespecificeerde tijdinterval. OPMERKING • De vertragingstijd is de tijd aan het eind van het programma, niet het begin. De daadwerkelijke tijd kan wegens watertemperatuur, waslading enz. variëren. 1. Druk de Inschakelen -knop in. 2. Draai aan de Programma -knop om het programma te selecteren. 3. Druk op de Uitgestelde Start -knop en stel het gewenste uur in. 4. Druk de “Start/Pauze” -knop in. Stoomwas De optie stoomwas levert bij lager stroomverbruik een beter wasresultaat op. Het opfrissen beperkt kreukels in de kledingstukken. 1. Druk op de Inschakelen knop. 2. Selecteer een Stoomwas programma. 3. Druk de “Stoomwas” -knop in. 4. Druk de “Start/Pauze” -knop in. Stoomwas - Voor kleding, ondergoed of babybekleding met heel veel vlekken. - Stoomwas is beschikbaar voor het Katoen, Katoen Eco, Mix, Easy Care, Donsdeken, Anti-allergie en Opfrissen. - Het opfrissen gaat steeds gepaard met stomen. - Stop geen delicate kledingstukken van wol of zijde of kleding die gemakkelijk verkleurt in de machine. 22 Favoriet - Met het Favoriete programma kunt u uw favoriete wasprogramma instellen en door middel van 1 simpele selectie het programma de volgende keer weer gebruiken - Het instellen van een favoriet programma: 1. Druk de Inschakelen -knop in. 2. Draai aan de Programma -knop om het programma te selecteren. 3. Selecteer vervolgens de specificaties zoals het programma, hoeveelheid was, centrifuge snelheid, watertemperatuur etc. 4. Druk de favoriet -knop in voor 3 sec. totdat u 2 geluidstonen hoort. Nu is het favoriete programma opgeslagen. Als u het programma wilt gebruiken, selecteert u de Favoriet -knop en drukt vervolgens de “Start/Pauze” -knop in. Voorwas Als het wasgoed erg bevuild is, is het “Voorwas” -programma erg effectief. 1. Druk de Inschakelen -knop in. 2. Draai aan de Programma -knop om het programma te selecteren. 3. Druk de Voorwas -knop in. 4. Druk de “Start/Pauze” -knop in. Gebruik van de wasmachine ■ Optie Intensief Spoelen Voor de beste resultaten of voor grondiger spoelen kunt u Intensief Spoelen kiezen. 1. Druk de Inschakelen -knop in. 2. Draai aan de Programma -knop om het programma te selecteren. 3. Druk op de Intensief Spoelen -knop en stel het gewenste uur in. 4. Druk de “Start/Pauze” -knop in. Wassen • Tijdsbesparing: Deze optie kan gebruikt worden voor het reduceren van de tijd van het wasprogramma. • Intensief: Als de was normaal en hardnekkig bevuild is, is de optie ‘intensief‘ effectief. Spoelen • Spoelen++Spoelstop: Voeg het spoelen een extra keer toe nadat het spoelprogramma is afgelopen, het programma is gepauseerd totdat de consument weer op de startknop drukt. • Normaal+Spoelstop: Het programma is gepauseerd totdat de consument weer op de startknop drukt zodra het spoelen is beeindigd. • Spoelen++ : Voeg spoelen twee keer toe. • Spoelen+ : Spoelen+Centrif. Dit kan voorkomen dat verse vlekken in de stof trekken. 1. Druk op de Inschakelen knop. 2. selecteer een cyclus. 3. Druk op optie (Spoelen+Centrifugeren). 4. Druk de “Start/Pauze” -knop in. ■ Andere functies Centrifugeren 1. Druk op de Inschakelen knop. 2. Selecteer het gewenste toerental centrifugeren. 3. Druk de “Start/Pauze” -knop in. OPMERKING Wanneer u “Geen centrifuge” selecteerd, zal het nog even door roteren op lage toeren om het water sneller af te voeren. Opfrissen 1. Druk op de Inschakelen knop. 2. Selecteer het programma opfrissen. 3. Druk nogmaals op stoomwas tot het benodigde en correcte aantal stukken wasgoed wordt weergegeven. 4. Druk de “Start/Pauze”-knop in. Voeg spoelen toe. Watertemp. • Door op de temperatuurknop te drukken, kan u de watertemperatuur instellen. - Koud - 30°C, 40°C, 60°C, 95°C OPMERKING Wanneer u “geen centrifuge” selecteert, zal de trommel nog even door roteren op lage toeren om het water sneller af te voeren. Centrif. • Door op de centrifugeerknop te drukken kan de centrifugeersnelheid ingesteld worden. 23 Gebruik van de wasmachine ■ Kinderslot Selecteer deze functie om de bedieningselementen te blokkeren en Aanpassingen in het programma te voorkomen. “Kinderslot” kan alleen tijdens de wascyclus worden gebruikt. Vergrendelen van het display 1. Houd de twee selectieknoppen gelijktijdig ingedrukt voor 3 sec. 2. Na 3 sec zal u een geluidstoon horen en vervolgens verschijnt de code “ ” op het LED display. Wanneer het kinderslot wordt geactiveerd, zijn alle knoppen vergrendeld behalve de “Start/Pauze” – knop. OPMERKING • Wanneer het kinderslot wordt geactiveerd zal de code “ ” op het LED display blijven knipperen. Ook het uitschakelen van de stroom heeft geen invloed op het kinderslot. Het ontgrendelen van het display 1. Houd de twee selectieknoppen gelijktijdig ingedrukt voor 3 sec. 2. Na 3 sec zal u een geluidstoon horen en vervolgens verschijnt de resterende tijd voor de huidige wascyclus op het LED display. ■ Geluidstoon AAN/UIT De geluidstoon kan alleen worden geactiveerd tijdens het wassen: 1. Druk de Inschakelen -knop in. 2. Druk de “Start/Pauze” -knop in. 3. Houd de volgende twee selectieknoppen gelijktijdig ingedrukt voor 3 sec: Watertemp. en Spoelen. De geluidstoon in ingeschakeld. Ook het uitschakelen van de stroom heeft geen invloed op de geluidstoon. OPMERKING • Als u de geluidstoon wilt uitschakelen herhaal dan dit proces. 24 Gebruik van de wasmachine ■ Trommelreiniging De TROMMELREINIGING is een bijzondere wasbeurt om de binnenkant van de wasmachine te reinigen. Tijdens die wasbeurt worden een hoger waterniveau en een hoger centrifugeertoerental toegepast. Voer de wasmachine reiniging regelmatig uit. 1. Verwijder kleding en andere voorwerpen uit de wasmachine en sluit de deur. 2. Open het zeepbakje en giet bleekwater in het bleekcompartiment. 3. Sluit het zeepbakje langzaam. 4. Schakel de stroom in en houd de knoppen voor de Trommelreiniging . 3 seconden ingedrukt. Vervolgens verschijnt " " op het LED-display. 5. Houd de Start/Pauze-knop ongeveer drie seconden ingedrukt. 6. Laat de deur openstaan als het wasprogramma voltooid is zodat de deuropening, de rubberen ring en het glas van de deur kunnen drogen. OPMERKING • Doe tijdens het trommelreiniging programma geen wasmiddel in de wasmiddelcompartimenten. LET OP • Laat de deur niet te lang en onbewaakt openstaan als er een klein kind in de buurt is. ■ Deur Vergrendeld & Controleren • "Deur Vergrendeld (Deurslot)" Om veiligheidsredenen wordt de deur vergrendeld wanneer de machine in werking is waarbij het statuslampje "Deur Vergrendeld (Deurslot)" oplicht. Nadat het statuslampje "Deur Vergrendeld (Deurslot)" is gedoofd, kunt u de deur veilig openen. • Het 'Controleren' pictogram licht op wanneer de wastrommel langzaam draait en de wasautomaat kan vaststellen hoeveel wasgoed u in de trommel hebt geladen. Dit duurt een paar seconden. 25 Zeep toevoegen ■ Toevoegen van wasmiddel en wasverzachter De verdeellade • Hoofdwas alleen ➔ • Voorwas + hoofdwas ➔ WAARSCHUWING • Houd waspoeder en reinigingsproducten buiten het bereik van kinderen i.v.m. vergiftigingsgevaar. • Bij te veel wasmiddel en of wasverzachter bestaat het risico dat er water overstroomt. • Gebruik alleen de aanbevolen hoeveelheid wasmiddel. Wasverzachter toevoegen • Niet hoger vullen dan tot aan het maximale vulstreepje. Als het bakje overvol is kan de wasverzachter te vroeg vrijkomen, waardoor er vlekken op de kleding kunnen ontstaan. • Laat wasverzachter niet langer dan 2 dagen in de zeeplade (wasverzachter kan uitharden) • De wasverzachter wordt automatisch toegevoegd gedurende de laatste spoelcyclus. • De lade niet openen wanneer er water wordt aangevoerd. • Solventen (benzeen, enz.) zijn niet toegelaten. OPMERKING • Geen wasverzachter rechtstreek op het wasgoed gieten. 26 Zeep toevoegen Hoeveelheid wasmiddel • Het wasmiddel moet worden gebruikt volgens de instructies van de wasmiddelenproducent. • Als u meer wasmiddel gebruikt dan is voorgeschreven, ontstaat er veel schuim waardoor het wasresultaat afneemt en zal de motor te sterk belast worden (oorzaak van storing). • Het is aan te raden geconcentreerd wasmiddel te gebruiken voor het beste resultaat. • Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel neem dan de aanwijzingen van de wasmiddelfabrikant in acht. • U kunt gebruik maken van vloeibaar wasmiddel in de wasmiddeldoseerlade zodra het wascyclus direct van start gaat. • Vloeibaar wasmiddel kan uitharden, gebruik daarom geen vloeibaar wasmiddel tijdens uitgestelde start. • Heeft u last van zeepsop resten, verminder dan de hoeveelheid wasmiddel. • De hoeveelheid wasmiddel moet mogelijk aangepast worden aan het programma, watertemperatuur, de hardheid van het water, de was hoeveelheid, en de vuilheid van het wasgoed. Zorg ervoor dat er niet te veel schuim ontstaat. WAARSCHUWING • Zorg ervoor dat vloeibaar wasmiddel niet uithard. Dit kan leiden tot blokkeringen, verminderde spoeling en geurtjes. OPMERKING • Volle lading: volgens de aanbevelingen van de producent. • Gedeeltelijke lading: 3/4 van de normale hoeveelheid. • Minimumlading: 1/2 van een volle lading. • Het wasmiddel wordt bij het begin van de wascyclus uit de verdeler gespoeld. Waterverzachter • Een water verzachter, zoals Calgon, kan worden gebruikt in regio’s met extreem hard water. Voeg toe volgens de aanwijzingen op de verpakking. Voeg eerst wasmiddel toe en vervolgens de water verzachter. • Gebruik de hoeveelheid wasmiddel voor zacht water. Gebruik van wastabletten 1. Open de deur en stop de tabletten in de trommel. 2. Laad het wasgoed in de trommel. 27 Onderhoud • Verwijder het wasgoed uit de wasmachine zodra de wascyclus beëindigd is. Wasgoed die in de wasmachine achterblijven kunnen erg kreuken en verkleuren en ze kunnen allerlei geuren opnemen. • Om elektrische schokken te vermijden trekt u eerst de stekker uit de stopcontact voordat u de binnenzijde van de wasmachine reinigt.  Watertoevoerfilter • de " "-foutcode verschijnt op het bedieningspaneel wanneer er geen water verschijnt in de zeeplade. • Wanneer uw water zeer hard is of sporen draagt van kalkafzetting, kan de watertoevoerfilter dichtslibben. Het is daarom noodzakelijk om de filter regelmatig te reinigen. 1. Draai de waterkraan dicht. 2. Draai de watertoevoer- leiding los. 3. Reinig de filter met een harde borstel. 4. Breng de toevoerleiding weer aan. 28 Onderhoud  Pompfilter spoelen • De afvoerfilter verzamelt draadjes en andere kleine voorwerpen die in de was zijn achtergebleven. Door regelmatig te controleren of de filter nog zuiver is, zal uw machine beter blijven draaien. LET OP • Laat de filter eerst leeglopen via de afvoerleiding, open vervolgens de pomp en verwijder alles wat de filter eventueel heeft kunnen verstoppen. • Wacht totdat het water is afgekoeld voordat u de afvoerkanaalpomp schoonmaakt, of de deur opent in een noodgeval. 1. Afdekkap openen. Afvoerschroef losmaken. Slang eruit trekken. 2 Opvangbak voor geloosd water. 2. Open dan de filter door hem naar links te draaien. 1 3. Verwijder alle vreemde voorwerpen uit de pompfilter. 4. Draai de pompfilter er na de reiniging opnieuw in. 5. Sluit de onderste afdekkap. 29 Onderhoud  Reinigen van de verdeellade • Na een tijdje zullen de wasmiddelen en de wasverzachters sporen nalaten in de lade. • De lade moet regelmatig onder stromend water gereinigd worden. • Indien nodig kan de lade volledig uit de machine verwijderd worden door de klep naar beneden te drukken en de lade eruit te nemen. • Om het reinigen te vergemakkelijken kan het bovenste gedeelte van het compartiment voor de wasverzachter verwijderd worden. 1. Trek het wasmiddelvak eruit. 2. Reinig het wasmiddelvak onder stromend water. 3. Console reinigen (bijv. met tandenborstel). 4. Wasmiddelvak er opnieuw inzetten. 30 Onderhoud  De wastrommel • Als u in een gebied met hard water woont, kan er zich op den duur kalkaanslag vormen op plekken waar u het niet kunt zien en niet gemakkelijk kunt verwijderen. Na een tijd kan de kalkaanslag de machine verstoppen en als dit niet goed in de gaten wordt gehouden, moet de machine worden vervangen. • Hoewel de wastrommel uit roestvrij staal bestaat, kunnen er kleine roestvlekken ontstaan die worden veroorzaakt door kleine metalen voorwerpen (paperclips, veiligheidsspelden) die in de trommel zijn achtergebleven. • De wastrommel moet af en toe worden gereinigd. • Zorg, als u anti-kalkmiddel, verf of bleekmiddel gebruikt, dat deze geschikt zijn voor gebruik in een wasmachine. • Anti-kalkmiddel kan chemicaliën bevatten die delen van uw wasmachine kunnen beschadigen. • Verwijder eventuele vlekken met een reinigingsmiddel voor roestvrij staal. • Gebruik nooit staalwol. ■ De wasmachine reinigen Buitenzijde • Een goede zorg voor uw wasmachine kan de levensduur in aanzienlijk verlengen. • De buitenzijde van de machine kan het beste worden gereinigd met warm water en een neutraal niet-agressief huishoudmiddel. • Poets gemorst waspoeder e.d. onmiddellijk af met een vochtige doek. Stoot niet tegen het oppervlak of bewerkt het niet met scherpe voorwerpen. • Gebruik geen methylalcohol, verdunners of gelijkwaardige producten. Binnenzijde • Droog de ronde flexibele ring in de opening van de wasmachinedeur en het glas. • Deze plaatsen moeten altijd goed schoon zijn om een waterdichte afsluiting te kunnen garanderen. • Voer een volledige wascyclus met warm water uit. • Herhaal deze procedure indien nodig. OPMERKING • Verwijder hardwaterafzettingen alleen met reinigingsmiddelen die wasmachineveilig zijn. ■ Voorzorgsmaatregelen voor de winter Als de machine zich bevindt in een ruimte waar het kan vriezen of verplaatst wordt wanneer het vriest, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen getroffen worden om te vermijden dat de wasmachine beschadigd wordt: • Sluit de watertoevoerkraan af. • Koppel de leidingen van de watertoevoer en de afvoer los, en laat ze leeglopen. • Steek de stekker van de elektrische stroomkabel in een goed geaard stopcontact. • Giet 3,8 liter van een niet-toxisch antivriesmiddel in de lege wastrommel. Sluit de deur. • Stel de centrifugeercyclus in en laat de wasmachine 1 minuut centrifugeren om al het water uit de machine af te voeren. Een beetje antivries zal in de machine blijven zitten. • Trek de stekker uit het stopcontact, droog de binnenzijde van de trommel, en sluit de deur. • Verwijder de verdeellade. Spoel al het water uit de compartimenten weg en maak ze droog. Plaats de lade terug. • Bewaar de machine rechtopstaand. • Om het antivriesmiddel na opslag uit de machine te verwijderen, laat u de machine een 31 volle cyclus doorlopen met zeep zonder een. waslading toe te voegen. Storingsindex • De meeste problemen waar u in het dagelijks gebruik mee te maken kan krijgen kunt u zelf oplossen door naar onderstaande punten te kijken. Dit kan u tijd en kosten besparen.  Het vaststellen van het probleem Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing Rammelend geluid. • Vreemde voorwerpen zoals muntstukken of veiligheidsspelden kunnen in de trommel of in de pomp zitten. Leg de wasmachine stil en controleer de trommel en de afvoerfilter. Als het geluid blijft voorduren nadat de wasmachine opnieuw is opgestart neemt u contact op met de klantenservice. Bonkend geluid. • Een zware lading kan een bonkend geluid produceren. Dit is meestal normaal. Als het geluid doorgaat, is de wasmachine waarschijnlijk uit balans. Stop de machine en herverdeel de was. Trillend geluid. • Zijn alle vergrendelingsbouten en verpakkingen verwijderd? Als u hem niet verwijderd heeft bij de installatie: zie “Installatie” voor het vergrendelingsbouten. Controleer de stelvoeten, zorg ervoor dat alle vier de stelvoeten stevig op de vloer rusten, en controleer of het toestel waterpas staat (gebruik een waterpas). • Rusten alle stelvoetjes stevig op de grond? Waterlekkage. • De aansluiting van de toevoerleiding is los aan de zijde van het kraantje of aan de zijde van de wasmachine. Controleer en draai de leidingaansluitingen vast. • De afvoerleidingen van de woning zijn verstopt. Ontstop de afvoerpijpen. Contacteer indien nodig een loodgieter. Te veel schuim. Het water komt niet of te traag in de machine. Het water wordt niet of te traag uit de machine afgevoerd. 32 Te veel wasmiddel of een verkeerd wasmiddel? De vorming van schuim kan waterlekkage veroorzaken. • Onvoldoende watertoevoer in de regio. Controleer een andere kraan in huis. • Watertoevoerkraan niet helemaal opengedraaid. Draai de kraan helemaal open. • Watertoevoerleiding geplooid. • Filter van de toevoerleiding is verstopt. Leg de leiding recht. Controleer de filter van de toevoerleiding. • De afvoerleiding is geklemd of verstopt. • De afvoerfilter is verstopt. Reinig de afvoerleiding en leg hem recht. Reinig de afvoerfilter. Storingsindex Symptoom De wasmachine wil niet starten. Mogelijke oorzaak • De stekker zit niet in het stopcontact of de aansluiting is los. Zorg ervoor dat de stekker stevig in het stopcontact zit. • De zekering is doorgeslagen, de stroomonderbreker is aangeslagen of er was een stroompiek. Reset de stroomonderbreker of vervang de zekering. De capaciteit van de zekering niet verhogen. Indien het een probleem van overlading is, moet dit worden hersteld door een erkend elektricien. Draai de watertoevoerkraan open. • De watertoevoer is niet aangesloten. De wasmachine wil niet centrifugeren. Oplossing • Controleer of de deur goed gesloten is. Sluit de deur en druk de "Start/Pause"-knop in. Nadat u op de "Start/Pause"-knop gedrukt heeft kan het een aantal minuten duren vooraleer de kleding in de wasmachine begint te centrifugeren. De deur moet vergrendeld zijn vooraleer het centrifugeren kan beginnen. Voeg 1 of 2 gelijke items toe aan de waslading om uit te balanseren. Herschik de waslading voor juiste centrifuge. De deur gaat niet open. Wanneer de machine ingeschakeld is, kan de deur, om veiligheidsredenen, niet geopend worden. Wacht één of twee minuten vooraleer u de deur opent. Hierdoor heeft het elektrisch deurmechanisme voldoende tijd om de deur vrij te geven. De wascyclus wordt vertraagd. De wastijd kan verschillen naargelang de washoeveelheid, de druk van de waterleiding, de watertemperatuur en andere gebruiksvoorwaarden. Wanneer instabiliteit wordt vastgesteld of wanneer het programma voor de verwijdering van schuim actief is, zal de wastijd de verwachte tijd overschrijden. Wasverzachter overstroomt. Wasverzachter is te vroeg toegediend. Bij te veel wasverzachter bestaat het risico dat er water overstroomt. Gebruik alleen de in de handleiding aanbevolen hoeveelheid wasverzachter.Maximale vullevel niet overschrijden. Schuif de wasmiddellade zachtjes dicht. Houd de wasmiddellade gedurende het wascyclus gesloten. 33 Storingsindex  Foutmelding Symptoom Mogelijke oorzaak • Het watertoevoer is niet voldoende. • Watertoevoerkraan is niet volledig open. • Watertoevoerslang is verstopt. • Als er een lekkage ontstaat in de toevoerslang licht de indicator “ ” rood op. Oplossing <Fig 1> Buig slangen recht. Controleer het filter van de toevoerslang. • De afvoerslang is verstopt. • Het afvoerfilter is verstopt. Maak afvoerslang schoon en buig recht. Maak filter schoon. • Lading was te klein • Lading uit balans • De wasmachine heeft een balans en correctie systeem. Als individuele zware items (zoals badmat, kamerjas, etc) in de trommel worden gestopt, kan dit systeem ervoor zorgen dat het centrifugeren stopt. • Als de was nog te nat is aan het einde van het wasprogramma, voeg dan kleinere items toe om de waslading te balanseren en herhaal het centrifuge programma. Voeg 1 of 2 gelijke items toe aan de waslading om uit te balanseren. Herschik de waslading voor juiste centrifuge. • Zorg er voor dat de deur dicht is. • Te veel water vanwege lekkage bij waterklep. • Storing in waterlevelsensor. 34 Controleer andere kranen in het huis. Open kraan volledig. Sluit de deur volledig. • Als “ ” niet is vrijgegeven, bel Service. (Klantenservice for Nederlandse kl : 0031 (0) 900-5435454 or 0031 (0) 36-5377780) Trek de stekker eruit en bel Service Centrum (Klantenservice for Nederlandse kl : 0031 (0) 900-5435454 or 0031 (0) 36-5377780) Sluit de waterkraan. Trek de stekker eruit. Bel Service (Klantenservice for Nederlandse kl : 0031 (0) 900-5435454 or 0031 (0) 36-5377780) • Motor overbelast. Geef de wasmachine 30minuten om de motor af te laten koelen; herstart dan het wasprogramma • De wasmachine heeft een energiestoring. Herstart het wasprogramma. • Waterlekkage. Bel Service. (Klantenservice for Nederlandse kl : 0031 (0) 900-5435454 or 0031 (0) 36-5377780) Storingsindex OPMERKING • De SMARTDIAGNOSIS™ functie is alleen aanwezig voor producten met een SMARTDIAGNOSIS™ logo. Sommige mobiele telefoon toestellen kunnen het geluid onderdrukken waardoor de SMARTDIAGNOSIS™ functie niet werkt.  Gebruiksaanwijzing SMARTDIAGNOSIS™ • Gebruik deze functie alleen wanneer service erom vraagt. De informatie overdracht werkt hetzelfde als een fax, en werkt alleen wanneer u belt naar service. • SMARTDIAGNOSIS™ kan alleen geactiveerd worden wanneer de wasmachine aan staat. Wanneer de wasmachine uit staat kan SMARTDIAGNOSIS™ niet worden gebruikt. Wanneer er een probleem optreedt met uw wasmachine, belt u service. Volg de instructie van service, en de stappen die service aangeeft. 1. Druk op de aan/uit knop om de wasmachine aan te zetten. Druk of draai niet aan andere knoppen. 2. Zodra service aangeeft kunt u de microfoon van uw telefoon vlakbij de aan/uit knop houden. Max. 10 mm 3. Houd de temperatuur knop voor 3 seconde ingedrukt terwijl u de microfoon van uw telefoon vlakbij de aan/uit knop houdt. 4. Houd de microfoon van uw telefoon bij de aan/uit knop totdat de data overdracht is voltooid. De data overdracht duurt ongeveer 17 seconde, dit kunt u op het wasmachine display volgen. • Voor het beste data overdracht adviseren wij de telefoon niet te bewegen. • Wanneer de data overdracht mislukt kunt u gevraagd worden de voorgaande stappen te herhalen. • Wanneer u de aan/uit knop tijdens de data overdracht indrukt zal de data overdracht via SMARTDIAGNOSIS™ geannuleerd worden. 5. Zodra het aftellen voorbij is en u geen geluid meer hoort, kunt u het gesprek met service hervatten. Service kan u verder adviseren en assisteren middels de ontvangen data. 35 Garantiebepalingen Uw oude toestel wegdoen 1. Als het symbool met de doorgekruiste verrijdbare afvalbak op een product staat, betekent dit dat het product valt onder de Europese Richtlijn 2002/96/EC. 2. Elektrische en elektronische producten mogen niet worden meegegeven met het huishoudelijk afval, maar moeten worden ingeleverd bij speciale inzamelingspunten die door de lokale of landelijke overheid zijn aangewezen. 3. De correcte verwijdering van uw oude toestel helpt negatieve gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid voorkomen. 4. Wilt u meer informatie over de verwijdering van uw oude toestel? Neem dan contact op met uw gemeente, de afvalophaaldienst of de winkel waar u het product hebt gekocht. De garantie geldt niet in geval van: • Voorrijkosten worden in rekening gebracht zodra de storing te herstellen was aan de hand van de gebruiksaanwijzing. • Als het product aangesloten is op een ander net dan het aangegeven op de plaat. • Als de fout veroorzaakt is door ongeluk, nalatigheid, misbruik of bovenmachtige redenen. • Als de fout veroorzaakt is door een ander dan het gewoon huishoudelijk gebruik of niet volgens de gebruikershandleiding. • De gebruikinstructies van het product aanpassen of de instelling van het product veranderen. • Als de fout veroorzaakt is door ongedierte, zoals ratten, kakkerlakken, enz. • Lawaai of vibratie als normaal beschouwd, zoals water afvoeren, centrifugeren of de inname van warm water. • De installatie corrigeren, bijvoorbeeld het product waterpas stellen etc. • Het normale in de handleiding beschreven onderhoud. • Verwijderen van vreemde voorwerpen/stoffen uit de machine, pomp of filter, zoals gruis, nagels, bh-beugels, knopen, enz. • Verwijderen van zekeringen of veranderen van kabels of waterleidingen. • Niet toegestane reparaties. • Directe of indirecte schade aan persoonlijke eigendom veroorzaakt door eventuele gebreken aan dit apparaat. • Als dit product voor commerciële doeleinden is, wordt hij niet gewaarborgd. (bijvoorbeeld, voor verkoop-en marketing activiteiten, zoals in openbare toiletten, sportscholen, hotels, enz.) Als het product is geïnstalleerd buiten het normale servicegebied, zullen alle transportkosten die betrokken zijn bij de reparatie van het product of het vervangen van een onderdeel in rekening gebracht worden. 36
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76

LG F10A8TDS de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen