Smeg SF4140MCN de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Inhoudsopgave
269
NL
1 Waarschuwingen 270
1.1 Algemene veiligheidswaarschuwingen 270
1.2 Waarschuwingen voor het gebruik van de magnetron 271
1.3 Aansprakelijkheid van de fabrikant 273
1.4 Beoogd gebruik 273
1.5 Identificatieplaatje 273
1.6 Verwerking 273
1.7 Deze gebruiksaanwijzing 274
1.8 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing 274
2 Beschrijving 275
2.1 Algemene beschrijving 275
2.2 Bedieningspaneel 275
2.3 Andere onderdelen 276
2.4 Magnetron 276
2.5 Beschikbare accessoires 277
3 Gebruik 278
3.1 Waarschuwingen 278
3.2 Eerste gebruik 280
3.3 Gebruik van de accessoires 280
3.4 Het gebruik van de oven 281
3.5 Speciale functies 297
3.6 Programma’s 304
3.7 Eigen programma’s 313
3.8 Instellingen 317
4 Reiniging en onderhoud 323
4.1 Waarschuwingen 323
4.2 Reiniging van de oppervlakken 323
4.3 Dagelijkse gewone reiniging 323
4.4 Voedselresten of -vlekken 324
4.5 Drogen 324
4.6 Reiniging van de ruiten van de deur 324
4.7 De reiniging van de binnenkant van de oven 324
4.8 Vapor Clean 326
5 Installatie 330
5.1 Elektrische aansluiting 330
5.2 Vervanging van de kabel 330
5.3 Plaatsing 331
We raden aan deze handleiding aandachtig door te lezen, omdat ze alle aanwijzingen
bevat om de esthetische en functionele kwaliteiten van het apparaat te behouden.
Raadpleeg de website voor verdere informatie over dit product: www.smeg.com
Waarschuwingen
270
1 Waarschuwingen
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
AANDACHTIG DOORLEZEN EN VOOR NASLAG BEWAREN.
1.1 Algemene
veiligheidswaarschuwingen
Persoonlijk letsel
• AANDACHT: Gebruik de
magnetron niet als de deur of de
deurpakking beschadigd is, tot u
deze door ervaren personeel hebt
laten repareren.
• AANDACHT: Voor iedereen - met
uitzondering van ervaren personeel
- is het gevaarlijk om onderhoud of
reparaties te verrichten waarvoor
een afscherming, die bescherming
tegen de microgolven biedt,
gedemonteerd moet worden.
AANDACHT: Vloeistoffen en ander
voedsel mogen niet in verzegelde
houders worden opgewarmd,
aangezien ze zouden kunnen
ontploffen.
• AANDACHT: Het apparaat en de
bereikbare delen ervan worden
heel warm tijdens het gebruik.
• Raak geen warmte-elementen
delen aan tijdens gebruik van het
apparaat.
• Houd kinderen jonger dan 8 jaar
die niet onder toezicht staan
verwijderd van het apparaat.
• Gebruik van dit apparaat door
kinderen vanaf 8 jaar, personen met
beperkte fysieke, zintuiglijke of
mentale capaciteiten of met een
gebrek aan ervaring of kennis is
alleen toegestaan onder toezicht en
begeleiding van volwassenen die
verantwoordelijk zijn voor hun
veiligheid.
• Laat kinderen niet spelen met het
apparaat.
• Werkzaamheden voor
schoonmaak en onderhoud van het
apparaat mogen niet worden
uitgevoerd door kinderen die niet
onder toezicht staan.
Schakel het apparaat uit na gebruik
ervan.
• Schakel het apparaat uit of koppel
het van de voeding af en houd de
deur gesloten om eventuele
vlammen te doven, als rook uit het
apparaat komt.
• Probeer nooit om vlammen/brand
met water te blussen.
• Laat de installatie en technische
interventies uitvoeren door
gekwalificeerd personeel
overeenkomstig de geldende
normen.
• Voer geen wijzigingen uit op het
apparaat.
Waarschuwingen
271
NL
• Plaats geen metalen en puntige
voorwerpen (bestek of
gereedschappen) in de spleten van
het apparaat.
• Probeer nooit om zelf het apparaat
te repareren, zonder tussenkomst
van een gekwalificeerde technicus.
• Als de stroomkabel beschadigd is,
moet men onmiddellijk contact
opnemen met de technische dienst
die voor de vervanging van de
kabel zal zorgen.
Beschadiging van het apparaat
• Gebruik geen schurende of
bijtende middelen op de glazen
onderdelen (bijv. poeders,
ontvlekkers of metaalsponsjes).
• Gebruik eventueel houten of plastic
gereedschappen.
• Reinig het apparaat niet met een
stoomreiniger.
• Zorg er voor dat de openingen en
de spleten voor de ventilatie en de
warmte-afvoer niet verstopt raken.
• Laat het apparaat niet onbewaakt
achter tijdens bereidingen waarbij
vetten en oliën kunnen vrijkomen.
• Gebruik het apparaat nooit om de
ruimte te verwarmen.
• Ga niet steunen of zitten op de
geopende deur van het apparaat.
• Controleer of er geen voorwerpen
in de deur vastzitten.
1.2 Waarschuwingen voor het
gebruik van de magnetron
• Controleer het apparaat tijdens
de bereiding van levensmiddelen
in houders van plastic of papier.
• Gebruik de magnetron uitsluitend
voor het bereiden van
levensmiddelen. Andere
toepassingen (bijv. het opdrogen
van kleding, het opwarmen van
Oneigenlijk gebruik
Explosiegevaar
• Tijdens het gebruik van de
magnetron voor het
(her)opwarmen van vloeistoffen
kan het kookproces worden
vertraagd. De kooktemperatuur
wordt bereikt zonder dat de
normale bellen worden gevormd.
Het vertraagde kookproces kan
tot een ontploffing in de oven
leiden. Bij het verwijderen van de
houder uit de oven kan kokend
hete vloeistof blijven overkoken.
Om deze gevaren te vermijden,
dient u tijdens het opwarmen altijd
het meegeleverde kookstaafje (of
een plastic, hittebestendige lepel)
in de houder aan te brengen.
Waarschuwingen
272
sloffen, sponsen, vochtige doeken
enz., het drogen van voedsel) zijn
absoluut verboden en kunnen
letsel of brand veroorzaken.
• Maak het apparaat continu
schoon en verwijder eventuele
voedselresten.
• Gebruik de magnetron niet om
voedsel te drogen.
• Gebruik de magnetron niet voor
het opwarmen van of bakken met
olies.
• Gebruik het apparaat niet voor
het opwarmen van
alcoholhoudende levensmiddelen
of dranken.
• Babyvoeding mag niet in
gesloten houders in de magnetron
worden opgewarmd. Verwijder de
deksel of de speen (in het geval
van een fles). Verifieer aan het
einde van de bereiding altijd de
temperatuur, deze mag niet te
hoog zijn. Meng of roer de inhoud
goed door om voor een
gelijkmatige temperatuur te
zorgen, en brandwonden te
vermijden.
• Warm eieren in een schaal of
hele, hardgekookte eieren niet op
aangezien ze na het opwarmen
zouden kunnen ontploffen.
• Prik de schil door alvorens u
levensmiddelen met huid of harde
schil bereid (bijv. aardappels,
appels, enz.).
• Verwarm verpakte
levensmiddelen niet op.
• Gebruik de functies microgolven
niet als de magnetron leeg is.
Gebruik vaatwerk en instrumenten
die voor de magnetron geschikt
zijn.
• Gebruik geen aluminium bakjes
voor de bereiding van voedsel.
• Gebruik geen vaatwerk met
decoraties van metaal (goud,
zilver).
• Het apparaat werkt op een ISM-
golflengte van 2.4 Ghz.
• Overeenkomstig de bepalingen
van de elektromagnetische
compatibiliteit behoort het
apparaat tot groep 2 en klasse B
(EN 55011).
• Dit apparaat voldoet aan de
actueel toepasselijke normen en
richtlijnen inzake
elektromagnetische compatibiliteit
en veiligheid. Desondanks raden
we personen met een pacemaker
aan om een afstand van 20-30
cm tussen de werkende
magnetron en de pacemaker te
behouden. Raadpleeg de
fabrikant van de pacemaker voor
overige informatie.
Waarschuwingen
273
NL
1.3 Aansprakelijkheid van de
fabrikant
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld voor schade aan personen en
voorwerpen tengevolge:
• een ander gebruik van het apparaat
dan wordt voorzien;
• het niet in acht nemen van de
voorschriften van de gebruiksaanwijzing;
• het forceren van ook slechts één deel
van het apparaat;
• gebruik van niet-originele
reserveonderdelen.
1.4 Beoogd gebruik
• Dit apparaat is bestemd voor het
bereiden van voedsel in een
huishoudelijke omgeving. Elk ander
gebruik is oneigenlijk. Bovendien kan dit
apparaat niet worden gebruikt:
• in de keuken van werknemers in
winkels, kantoren en andere
werkomgevingen.
• op (vakantie)boerderijen.
• door gasten in hotels en motels en in
residences.
• in bed en breakfasts.
• Het apparaat is niet ontworpen om te
functioneren met externe kookwekkers of
afstandsbedieningystemen.
1.5 Identificatieplaatje
Het identificatieplaatje bevat de technische
gegevens, het serienummer en de
merknaam van het apparaat. Het plaatje
mag in geen geval worden verwijderd.
1.6 Verwerking
Het apparaat moet gescheiden
ingezameld worden (richtlijnen
2002/95/EG, 2002/96/EG,
2003/108/EG). Het product bevat geen
delen die als gevaarlijk voor de
gezondheid en het milieu worden
beschouwd, conform de actuele Europese
Richtlijnen.
Verwijdering van het apparaat:
• Snijd de voedingskabel af en verwijder
de elektrische kabel en de stekker
(indien aanwezig).
• De gebruiker moet het apparaat dus
aan het einde van het gebruik toekennen
aan geschikte centra voor de
gescheiden inzameling van elektrisch en
elektronisch afval, of het overhandigen
aan de verkoper wanneer een nieuw
gelijkaardig apparaat wordt gekocht.
Het apparaat zit verpakt in
milieuvriendelijke en recyclebare
materialen.
Breng het verpakkingsmateriaal naar de
betreffende centra voor afvalverwerking.
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Schakel de stroomtoevoer uit.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
Plastic verpakking
Gevaar voor verstikking
• Laat de verpakking, of delen ervan, niet
onbewaakt achter.
• Laat kinderen niet spelen met de plastic
zakken van de verpakking.
Waarschuwingen
274
1.7 Deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is een belangrijk
onderdeel van het apparaat en dient
gedurende de volledige levensduur intact
en op een eenvoudig te bereiken plaats
worden bewaard.
• Lees deze gebruiksaanwijzing
aandachtig vóór installatie.
1.8 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing
In deze gebruiksaanwijzing komen de
volgende begrippen voor:
1. Volgorde van de gebruiksaanwijzingen.
• Enkele gebruiksaanwijzing.
Waarschuwingen
Algemene waarschuwingen in
verband met de
gebruiksaanwijzing, veiligheid en
verwerking van afgedankte
producten.
Beschrijving
Beschrijving van het apparaat en de
accessoires.
Gebruik
Informatie over het gebruik van het
apparaat en de accessoires,
kooktips.
Reiniging en onderhoud
Informatie over correcte
schoonmaak en onderhoud van het
apparaat.
Installatie
Informatie voor gekwalificeerde
technici: installatie, inbedrijfstelling
en keuring.
Veiligheidswaarschuwingen
Informatie
Advies
Beschrijving
275
NL
2 Beschrijving
2.1 Algemene beschrijving
1 Bedieningspaneel
2 Lamp L
3 Pakking
4 Deur
5 Ventilator van de oven
6 Frame voor roosters/ovenschalen
Niveau van het frame
2.2 Bedieningspaneel
1 Display
Aan het hand van het touchscreen display
kan met het apparaat worden
gecommuniceerd. Druk op de iconen voor
toegang tot de verschillende beschikbare
functies. Het display toont alle parameters
die aan de functionering zijn verbonden,
zoals: geselecteerde functie, instellingen
verbonden aan de tijd/temperatuur en
vooraf opgeslagen
bereidingsprogramma’s.
Druk doorgaans op om naar het
vorige programma terug te keren of om een
functie te beëindigen; bevestig de
geselecteerde opties door op te
drukken.
Beschrijving
276
2.3 Andere onderdelen
Plaatsbare vlakken
Het apparaat beschikt over vlakken om
roosters en ovenschalen op verschillende
hoogtes te plaatsen. De plaatsbare
hoogtes worden begrepen van laag naar
hoog (zie 2.1 Algemene beschrijving).
Koelventilator
De ventilator koelt de oven en treedt in
werking tijdens de bereiding.
De werking van de ventilator veroorzaakt
een normale luchtstroom die boven de deur
naar buiten komt, en die nog even kan
doorgaan nadat de oven werd
uitgeschakeld.
Interne verlichting
De interne verlichting van het apparaat
wordt ingeschakeld:
• als de deur wordt geopend;
• als een willekeurige functie wordt
gekozen, met uitzondering van de
functie Sabbat bereiding en Vapor
Clean ;
druk tijdens een functie op of op
om de binnenverlichting met de hand te
activeren of te deactiveren.
Om energie te besparen gaat de lamp aan
het begin van elke bereiding na één minuut
uit (deze functie kunt u in het secundaire
menu deactiveren).
2.4 Magnetron
Het apparaat is voorzien van een
microgolfgenerator, magnetron genaamd.
De geproduceerde microgolven worden
gelijkmatig over de ovenruimte verdeeld,
bereiken de gerechten en warmen ze op.
Het opwarmen vindt plaats door middel
van de wrijving van de moleculen (en met
name de watermoleculen) in het voedsel,
waardoor warmte wordt geproduceerd.
De warmte die direct in het voedsel wordt
geproduceerd, maakt het mogelijk om in
weinig tijd - minder dan voor een normale
bereidingswijze nodig is - voedsel te
bereiden, te ontdooien of op te warmen.
Door het gebruik van houders die voor de
bereiding in de magnetron geschikt zijn,
kunnen de microgolven het voedsel
gelijkmatig bereiken (zie Materialen die
voor de magnetron geschikt zijn).
Beschrijving
277
NL
2.5 Beschikbare accessoires
Rooster
Nuttig voor het plaatsen van recipiënten
met voedsel in bereiding.
Glazen schaal
Nuttig voor elke type bereiding en voor het
opvangen van vet dat afkomstig is van het
voedsel op het rooster erboven.
Rooster voor ovenschaal
Om op een ovenschaal te zetten, voor het
bereiden van voedsel dat kan lekken.
Kookstaafje
Tijdens het opwarmen van vloeistoffen in de
houder plaatsen om het vertraagde
kookproces te voorkomen.
Op sommige modellen zijn niet
alle accessoires aanwezig.
De ovenaccessoires die in contact
kunnen komen met het voedsel zijn
gemaakt van materialen conform
de van kracht zijnde
wetsbepalingen.
De originele bijgeleverde of
optionele accessoires kunnen
worden aangevraagd bij erkende
servicecentra. Gebruik enkel de
originele accessoires van de
fabrikant.
Gebruik
278
3 Gebruik
3.1 Waarschuwingen
Materialen die voor de magnetron
geschikt zijn
Doorgaans geldt dat de materialen die
voor de bereiding met de magnetron
gebruikt worden de microgolven moeten
doorlaten, zodat de microgolven het
voedsel kan bereiken.
De temperatuur in de oven is
hoog tijdens gebruik
Gevaar op verbranding
• Houd de deur dicht tijdens gebruik.
• Bescherm de handen met ovenwanten
bij het hanteren van voedsel in de oven.
• Let op dat u de warmte-elementen in de
oven niet aanraakt.
• Giet geen water rechtstreeks op hete
ovenschalen.
• Houd kinderen verwijderd van de oven
tijdens gebruik ervan.
De temperatuur in de oven is
hoog tijdens gebruik
Brand- en ontploffingsgevaar
Sproei geen spuitbussen in de nabijheid
van de oven.
• Laat geen ontvlambaar materiaal in de
nabijheid van de oven.
• Gebruik geen vaatwerk of plastic
houders om voedsel te bereiden (met
uitzondering van de magnetronfunctie).
Plaats geen dichte schotels of houders in
de oven.
• Laat het apparaat niet onbewaakt
achter tijdens bereidingen waar vetten
en oliën kunnen vrijkomen.
• Verwijder alle ongebruikte ovenschalen
en roosters uit de ovenruimte tijdens
gebruik.
Incorrect gebruik
Beschadiging van geëmailleerde
oppervlakken
• Bedek de bodem van de ovenruimte
niet met aluminiumfolie.
• Bij gebruik van bakpapier moet u er
voor zorgen dat de circulatie van de
warme lucht in de oven er niet door
wordt verhinderd.
• Pannen niet over de gelakte bodem
slepen of er tegen laten stoten.
• Giet geen water rechtstreeks op hete
ovenschalen.
Gebruik
279
NL
Hieronder geven we een tabel van de
materialen die wel of niet kunt gebruiken:
Het vaatwerk testen
Aan de hand van de volgende eenvoudige
test kunt u nagaan of het vaatwerk voor de
bereiding in de magnetron geschikt is:
1. Verwijder alle accessoires uit de oven.
2. Plaats het te testen vaatwerk op het
rooster op het eerste niveau.
3. Selecteer de magnetronfunctie op
maximaal vermogen (bijv. 1000W).
4. Stel een bereidingsduur van 30
seconden in.
5. Start de bereiding.
6. Aan het einde van de test moet het
bord/de schaal koud of lauwwarm zijn.
We raden u aan om het bord/de schaal
niet voor de bereiding met de magnetron
te gebruiken als deze warm is.
BRUIKBAAR
Glas*
Vuurvaste schalen
Glazen
Glazen potten
De deksels altijd
verwijderen.
Porselein
Terracotta
Kunststof*
Houders
Plastic folie
Alleen voor
magnetron.
De gebruikte folie
mag de
levensmiddelen niet
raken.
*uitsluitend hittebestendig
NIET BRUIKBAAR
Metaal
Aluminiumfolie
Aluminium schalen
Borden
Metalen instrumenten
Diepvrieszakjes
sluitstrips
Kunnen bogen of
vonken
veroorzaken.
Hout
Kristallen glazen
Papier
Brandgevaar
Houders van
geëxpandeerd
polystyreen
Gevaar voor de
contaminatie van
voedsel.
*uitsluitend hittebestendig
Het vaatwerk mag geen
decoraties van metaal bevatten.
Gebruik voor deze test de
magnetronfunctie zonder dat u
voedsel in de magnetron plaatst.
Ongeschikt vaatwerk
Gevaar voor beschadiging van
het apparaat
• Onderbreek de test onmiddellijk als u
merkt dat het vaatwerk vonken of
geknetter produceert. In dit geval is het
vaatwerk niet voor de bereiding met de
magnetron geschikt.
Gebruik
280
3.2 Eerste gebruik
1. Verwijder eventuele beschermfolie aan
de binnen- en buitenzijde van het
apparaat en de accessoires.
2. Verwijder eventuele etiketten (behalve
het plaatje met de technische gegevens)
van de accessoires of uit de ovenruimte.
3. Verwijder en was alle accessoires van
het apparaat (zie 4 Reiniging en
onderhoud).
4. Verwarm de lege oven op de maximale
temperatuur (met traditionele functies)
om eventuele productieresten te
verwijderen.
3.3 Gebruik van de accessoires
Roosters en ovenschalen
Roosters en ovenschalen moeten in de
zijgeleiders worden geplaatst tot aan het
eindpunt.
De mechanische veiligheidsblokkeringen
om ongewenste verwijdering van de
roosters te voorkomen moeten naar
beneden en naar de binnenzijde van de
oven gericht zijn.
Rooster voor ovenschaal
Het rooster voor de ovenschaal wordt in de
schaal geplaatst. Zo wordt het vet apart
van het voedsel opgevangen tijdens de
bereiding.
Gebruik voor de eerste
opwarming de traditionele functie
en dus geen magnetronfunctie.
Hoge temperatuur
Gevaar op verbranding
• Bij gebruik van de magnetron kan het
rooster erg warm worden. Gebruik
ovenwanten om het rooster te
verplaatsen.
Plaats de roosters en de schalen
helemaal in de oven, tot ze vast
komen te zitten.
Maak de ovenschalen schoon
voor het eerste gebruik, om
eventuele productieresten te
verwijderen.
Gebruik
281
NL
Kookstaafje
Tijdens het gebruik van de magnetron voor
het (her)opwarmen van vloeistoffen kan een
vertraagd kookproces zich voordoen. Om
dit fenomeen te voorkomen, dient u tijdens
het opwarmen het meegeleverde
kookstaafje (of een plastic, hittebestendige
lepel) in de houder aan te brengen.
3.4 Het gebruik van de oven
Eerste gebruik
Bij het eerste gebruik of na een
stroomonderbreking zal op de display van
het apparaat het symbool
knipperen. Voor u een willekeurige
bereiding opstart, moet u de huidige tijd
instellen (u moet tevens de gewenste taal
instellen als u het apparaat voor de eerste
keer heeft ingeschakeld).
Open het menu instellingen door het
display aan te raken.
Oneigenlijk gebruik
Explosiegevaar/gevaar voor
brandwonden
• Om het gevaar voor een ontploffing in
het apparaat of het blijven overkoken
van de kokend hete vloeistof te
voorkomen, dient u tijdens het
opwarmen altijd het kookstaafje in de
vloeistof te plaatsen.
Hoge temperatuur
Gevaar voor schade aan het
apparaat
• Gebruik het kookstaafje uitsluitend met
de magnetronfuncties. Gebruik het
kookstaafje niet met gecombineerde of
traditionele functies.
Bij het eerste gebruik is het
apparaat ingesteld op de
standaardtaal “Engels”.
Bij de eerste inschakeling en na
een stroomonderbreking moet u
een aantal seconden wachten
voor u het apparaat gebruikt.
Gebruik
282
Home screen
Druk op het weergegeven tijdstip op het
display. Op het “home screen” van het
apparaat kunnen nu de verschillende
beschikbare functies worden geselecteerd.
1 Instellingen
2 Programma’s
3 Bereidingsfuncties
4 Speciale functies
5 Eigen programma’s
Magnetronfuncties
Incorrect gebruik
Gevaar voor beschadiging van
het apparaat
Tijdens het gebruik van de magnetron
moeten de gerechten worden
aangebracht in een geschikte houder die
op het rooster op het eerste niveau is
geplaatst.
TIJDENS HET GEBRUIK GEEN ENKELE
HOUDER/ACCESSOIRE (ovenschalen,
glazen schalen, enz.) AANBRENGEN OP
DE BODEM VAN DE OVENRUIMTE.
Voor optimale resultaten met
langdurige bereidingen met de
functies magnetron en
gecombineerd wordt aanbevolen
om de levensmiddelen één of
twee keer door te roeren.
Gebruik
283
NL
1. Plaats het gerecht in de ovenruimte.
2. Selecteer bereidingsfuncties op het
“home screen”.
3. Selecteer de gewenste functie.
4. Druk op om de bereidingsduur te
wijzigen.
5. Toets de gewenste bereidingsduur in
(bijvoorbeeld 5 minuten druk eerst op het
hokje behorende bij de minuten en
vervolgens op de cijfers 0 en 5).
6. Druk ter bevestiging op .
Het apparaat verricht geen
voorverwarming in het geval van
een bereiding met uitsluitend de
magnetron. Het gerecht kan
onmiddellijk in de ovenruimte
worden geplaatst.
Gebruik
284
7. Druk op om het vermogen van de
magnetron (van 100W tot 1000W) te
wijzigen.
8. Stel de gewenste temperatuur (bijv. 900
W) in met en .
9. Druk ter bevestiging op .
10. Start de bereiding met de magnetron
op door op te drukken.
11. Op het display worden de gekozen
functie, het ingestelde vermogen, de
actuele tijd en de resterende tijd tot het
einde van de functie weergegeven.
Gebruik
285
NL
12. Aan het einde van de bereiding wordt
op het display het bericht
“magnetronfunctie beëindigd”
weergegeven en hoort u een
geluidssignaal dat u met een druk op
of kunt uitschakelen.
Magnetronvermogen
Hieronder geven we de vermogens die u
kunt selecteren:
Functie QUICK START magnetron
1. Druk op het “home screen“ op
.
2. Bevestig de QUICK START-functie door
op het symbool te drukken.
Het apparaat start de magnetron met de
standaardparameters op.
Houd het symbool terug een
enkele seconde lang ingedrukt om
de bereiding onmiddellijk op elk
gewenst moment te onderbreken
en naar het hoofdmenu terug te
keren.
Vermogen (W) Nuttig voor
100
Ontdooien van voedsel200
300
400
Bereiding van vlees of
delicate bereidingen
500
600
Opwarmen of bereiding
van voedsel
700
800
900
Opwarmen van
vloeistoffen
1000
Met de functie QUICK START kunt
u snel de magnetron activeren. Dit
is nuttig voor het opwarmen van
kleine hoeveelheden vloeistof of
voedsel.
Gebruik
286
Gecombineerde functies
Lijst van gecombineerde functies
1. Selecteer bereidingsfuncties op het
“home screen”.
2. Selecteer de gewenste
“gecombineerde“ functie.
Het display heeft het scherm weer waarop
de parameters van de gekozen
gecombineerde bereiding kunnen worden
ingesteld.
De gecombineerde bereiding is
een combinatie van een
traditionele bereiding en
magnetron
.
Oneigenlijk gebruik
Gevaar voor beschadiging van
het apparaat
Gebruik de gecombineerde functies niet
voor het opwarmen of laten koken van
vloeistoffen.
Magnetron + grill
Door het gebruik van de grill kleurt
de buitenkant van het voedsel
goudbruin. De magnetron maakt het
echter mogelijk om de binnenkant
van het voedsel in korte tijd te
bereiden.
Magnetron + statisch + ventilator
De werking van de ventilator,
gecombineerd met de traditionele
bereiding, verzekert ook voor
ingewikkelde recepten homogene
bereidingen. De magnetron maakt
het echter mogelijk om de
binnenkant van het voedsel in korte
tijd te bereiden.
Magnetron + circulatie
Voor een bereiding in combinatie
met geventileerde warmte. Dankzij
de roterende lucht en de
microgolven kan voedsel in korte
tijd worden bereid.
In het geval van de gecombineerde
functie magnetron + grill wordt de
voorverwarming niet toegepast
wegens het type bereiding en om
een grotere snelheid te
waarborgen.
Gebruik
287
NL
Nu kunt u het volgende wijzigen:
• de bereidingsduur (druk op het symbool
);
• de bereidingstijd (druk op de
temperatuurwaarde, 170° in het
voorbeeld van de afbeelding);
• het magnetronvermogen (druk op het
symbool ).
3. Druk aan het einde van de gewenste
wijzigingen op het symbool om de
ingestelde gecombineerde bereiding te
activeren.
Het apparaat start de voorverwarmingsfase
op. Op het display worden de gekozen
functie, de vooringestelde temperatuur, de
huidige tijd en de voortgang tot de
bereiking van de temperatuur
(voorverwarmfase) weergegeven.
Wanneer de oven voorverwarmd is, wordt
een geluidssignaal geproduceerd dat
aangeeft dat het voedsel in de oven
geplaatst kan worden.
4. Start de bereiding door op de
bedieningsknop te drukken als u het
voedsel in de oven heeft geplaatst.
Houd het symbool terug een
enkele seconde lang ingedrukt om
de bereiding onmiddellijk op elk
gewenst moment te onderbreken
en naar het hoofdmenu terug te
keren.
Gebruik
288
Traditionele functies
1. Selecteer bereidingsfuncties op het
“home screen”.
2. Open het menu met traditionele functies
door op te drukken.
3. Selecteer de gewenste functie.
4. Het apparaat start de
voorverwarmingsfase op. Op het display
worden de gekozen functie, de
vooringestelde temperatuur, de huidige
tijd en de voortgang tot de bereiking van
de temperatuur (voorverwarmfase)
weergegeven.
5. Wanneer de oven is voorverwarmd,
wordt een geluidssignaal geproduceerd
dat aanduidt dat het voedsel in de
ovenruimte geplaatst kan worden.
Houd het symbool terug een
enkele seconde lang ingedrukt om
de bereiding onmiddellijk op elk
gewenst moment te onderbreken
en naar het hoofdmenu terug te
keren.
Gebruik
289
NL
Wijziging van een functie tijdens de
bereiding
1. Wijzig de functie door op het
desbetreffende symbool te drukken.
2. Open het menu met traditionele functies
door op te drukken.
3. Druk op het symbool van de gewenste
nieuwe functie.
4. Op het display worden de gekozen
nieuwe functie, de vooringestelde
temperatuur, de huidige tijd en de
voortgang tot de bereiking van de
nieuwe vooraf ingestelde temperatuur
weergegeven.
Wijziging van de ingestelde temperatuur
1. Wijzig de temperatuur door op de
waarde te drukken.
2. Stel de gewenste temperatuur in met
en .
Gebruik
290
3. Druk ter bevestiging op .
Onderbreking van een functie
Onderbreek een bereidingsfunctie door het
symbool ongeveer 2 seconden lang
ingedrukt te houden. Selecteer de
gewenste optie.
Lijst van de traditionele functies
Houd het symbool terug een
enkele seconde lang ingedrukt om
de bereiding onmiddellijk op elk
gewenst moment te onderbreken
en naar het hoofdmenu terug te
keren.
Eco
De combinatie van de ventilator en
het luchtcirculatie element wordt in
de stand ECO vooral aanbevolen
voor de bereiding op één niveau,
met laag energieverbruik.
Statisch
De warmte wordt gelijktijdig
bovenaan en onderaan afgegeven,
en maakt dit systeem geschikt voor
het bereiden van speciale types van
voedsel. De traditionele bereiding,
die ook statisch wordt genoemd, is
geschikt voor het klaarmaken van
één gerecht per keer. Ideaal voor
gevulde taarten, brood en
stoofgerechten. Ook geschikt voor
vet vlees zoals gans en eend.
Grill
Met de warmte die van het grill
element komt, kunnen uitstekende
resultaten bereikt worden zoals het
roosteren van dun en iets dikker
vlees, en in combinatie met het
draaispit (waar voorzien) wordt op
het einde van de bereiding een
uniforme goudbruine kleur
verkregen. Ideaal voor toast of
kaastopping. Met deze functie kan
een grote hoeveelheid voedsel, en
vooral vlees, uniform gegrild
worden.
Gebruik
291
NL
Statisch+ventilator
De werking van de ventilator,
gecombineerd met de traditionele
bereiding, verzekert ook voor
ingewikkelde recepten homogene
bereidingen. Ideaal voor
geroosterd vlees.
Geventileerde grill
De lucht afkomstig van de ventilator
verzacht de warmtegolven die
worden verkregen door de grill,
zodat ook dik vlees, zoals
biefstukken, karbonades, enz.
uitstekend wordt gegrild.
Geventileerde onderwarmte
Met de combinatie van de
ventilator en enkel de onderwarmte
zal de bereiding sneller klaar zijn.
Dit systeem wordt aanbevolen voor
het steriliseren of voor het voltooien
van voedsel dat reeds goed
oppervlakkig gaar is, maar nog niet
binnenin, en waarvoor dus een
gematigde bovenwarmte nodig is.
Ideaal voor elk type van voedsel.
Circulatie
Met de combinatie van de
ventilator en het luchtcirculatie
element (ingebouwd aan de
achterkant van de oven) kan
verschillend voedsel op meerdere
niveaus bereid worden mits
dezelfde temperatuur en hetzelfde
type bereiding gebruikt moeten
worden. De warmeluchtcirculatie
verzekert een onmiddellijke en
uniforme verdeling van de warmte.
Het zal bijvoorbeeld mogelijk zijn
om gelijktijdig (op meerdere
vlakken) vis, groenten en koekjes
klaar te maken, zonder dat de geur
en de smaak zal vermengd worden.
Turbo
Met de combinatie van de
geventileerde bereiding en de
traditionele bereiding kan erg snel
en doeltreffend verschillend voedsel
op meerdere niveaus klaargemaakt
worden, zonder het mengen van
geuren of smaken. Ideaal voor
omvangrijk voedsel waarvoor een
intense bereiding nodig is.
Stel voor een traiteureffect de
maximale temperatuur in. Stel de
normale temperatuur in als het
apparaat de maximale temperatuur
heeft bereikt. Deze procedure zorgt
ervoor dat alle vleessappen in het
vlees worden ingesloten, waardoor
het vlees minder slinkt.
Gebruik
292
Timer tijdens de functionering
1. Druk tijdens een bereidingsfunctie op het
symbool .
2. Druk op timer.
3. Toets de gewenste bereidingsduur in
(bijvoorbeeld 25 minuten druk eerst op
het hokje behorende bij de minuten en
vervolgens op de cijfers 2 en 5).
4. Druk ter bevestiging op .
5. Het aftellen wordt gestart.
6. Wacht tot het geluidssignaal de
gebruiker meedeelt dat de tijd is
verstreken. Het symbool
knippert.
Deze functie zal de bereiding niet
onderbreken, maar enkel het
geluidssignaal activeren.
De duur van de timer loopt van 1
minuut tot 4 uur.
Schakel het geluidssignaal uit door
op het symbool of te
drukken. Druk opnieuw op het
symbool om een extra timer te
selecteren.
Gebruik
293
NL
Bereiding met tijdinstelling
1. Druk tijdens een bereidingsfunctie op het
symbool .
2. Druk op duur.
3. Toets de gewenste bereidingsduur in
(bijvoorbeeld 25 minuten druk eerst op
het hokje behorende bij de minuten en
vervolgens op de cijfers 2 en 5).
4. Druk ter bevestiging op .
5. De bereiding met tijdinstelling wordt
gestart.
6. Aan het einde van de bereiding wordt
op het display het bericht “functie
beëindigd” weergegeven en hoort u een
geluidssignaal dat u met een druk op
of kunt uitschakelen.
Met bereiding met tijdinstelling
wordt de functie bedoeld
waarmee u met de bereiding kunt
beginnen, en deze na een
ingestelde tijd kan doen eindigen.
De activering van een bereiding
met tijdinstelling annuleert de
eventuele timer die eerder werd
ingesteld.
De duur van de timer loopt van 1
minuut tot 13 uur.
Om de bereiding in handmatige
modus te verlengen drukt u
opnieuw op het symbool en
vervolgens op . Het apparaat
zal de normale werking hervatten
met de instellingen van de
bereiding die eerder geselecteerd
werden.
Gebruik
294
De ingestelde gegevens in de bereiding
met tijdinstelling wijzigen
Tijdens de bereiding met tijdinstelling kan
de ingestelde tijdsduur worden gewijzigd:
1. Druk op het symbool .
2. Druk op duur.
3. Toets opnieuw de gewenste duur in en
druk ter bevestiging op het symbool .
Delay timer
1. Druk op het symbool zodra u een
bereidingsduur heeft ingesteld.
2. Druk op delay timer.
3. Toets het gewenste tijdstip in waarop de
bereiding moet eindigen (bijv. 19.30:
druk eerst op het hokje van de uren en
vervolgens op de cijfers 1 en 9; druk op
het hokje van de minuten en vervolgens
op de cijfers 3 en 0).
4. Druk ter bevestiging op .
5. Het apparaat wacht het begin van de
vertraagde bereidingstijd af.
6. Afhankelijk van de ingestelde waarden
start het apparaat een voorverwarming
van circa 10 minuten op...
Met geprogrammeerde bereiding
wordt de functie bedoeld
waarmee u de bereiding kan doen
eindigen op een door u ingesteld
tijdstip, met automatische
uitschakeling van de oven.
Gebruik
295
NL
7. ... en verricht vervolgens de gekozen
functie.
8. Aan het einde van de bereiding wordt
op het display het bericht “functie
beëindigd” weergegeven en hoort u een
geluidssignaal dat u met een druk op
of kunt uitschakelen.
Wijziging van de ingestelde gegevens
van de geprogrammeerde bereiding
Tijdens de werking kan de tijdsduur van de
geprogrammeerde bereiding gewijzigd
worden:
1. Druk op het symbool .
2. Toets opnieuw de gewenste duur in (bijv.
35 minuten) en druk ter bevestiging op
het symbool .
3. Druk opnieuw op het symbool .
4. Toets het gewenste nieuwe tijdstip
waarop de bereiding moet eindigen
(bijv. 19.00) en druk ter bevestiging op
het symbool .
Om de bereiding in handmatige
modus te verlengen drukt u
opnieuw op het symbool en
vervolgens op . Het apparaat
zal de normale werking hervatten
met de instellingen van de
bereiding die eerder geselecteerd
werden.
Uit veiligheidsoverwegingen is het
niet mogelijk om enkel het tijdstip
van het einde van de kooktijd in te
stellen, zonder dat de tijdsduur
ervan wordt ingesteld.
Nadat de tijdsduur van de
bereiding is gewijzigd, moet het
uur van het einde van de kooktijd
weer ingesteld worden.
Gebruik
296
Advies voor traditionele bereidingen
Algemeen advies
• Gebruik de geventileerde functie om
een gelijkmatige bereiding te bekomen
op verschillende niveaus.
Algemeen gezien is het niet mogelijk om
de bereidingstijden te verkorten door de
temperatuur te verhogen (het voedsel
zou aan de buitenkant goed gebakken
kunnen zijn, maar binnenin minder).
Advies voor het bereiden van
vleesgerechten
• De bereidingstijden hangen af van de
dikte en van de kwaliteit van het voedsel,
en van de smaak van de consument.
• Gebruik een vleesthermometer voor
gebraad, of druk met een lepel op het
gebraad. Als het gebraad stevig
aanvoelt is het klaar, anders moet de
bereiding nog een aantal minuten
doorgaan.
Advies voor bereidingen met de grill en
de geventileerde grill
• Het grillen van vlees kan zowel
uitgevoerd worden bij koude als bij
voorverwarmde oven, als het resultaat
van de bereiding moet gewijzigd
worden.
• Bij de functie van de geventileerde grill
wordt daarentegen aanbevolen om de
oven eerst voor te verwarmen.
• Er wordt aanbevolen om het voedsel in
het midden van het rooster te plaatsen.
Advies voor het bereiden van gebak en
koekjes
• Gebruik bij voorkeur metalen en
donkerkleurige bakvormen; deze helpen
de warmte beter te absorberen.
• De temperatuur en de tijdsduur van de
bereiding hangen af van de kwaliteit en
de dikte van het deeg.
• U kunt nagaan of het gebak voldoende
gebakken is binnenin door een
tandenstoker in het hoogste deel te
prikken. Wanneer het deeg niet aan de
tandenstoker blijft plakken, is het gebak
klaar.
• Wanneer het gebak verslapt wanneer
het uit de oven wordt gehaald, moet bij
de volgende bereiding de temperatuur
ongeveer 10°C lager worden ingesteld,
en moet eventueel een langere kooktijd
geselecteerd worden.
Om energie te besparen
• Stop de bereiding enkele minuten
voordat de normale kooktijd verstrijkt. De
bereiding zal voortgezet worden door
de warmte die zich in de oven heeft
opgehoopt.
• Open de deur van de oven zo weinig
mogelijk, zodat de warmte niet verloren
gaat.
• Houd de binnenkant van het apparaat
constant rein.
Gebruik
297
NL
3.5 Speciale functies
Het menu speciale functies bevat een
aantal functies zoals de timer bij
uitgeschakelde oven, ontdooien of
reiniging...
Selecteer de icoon speciale functies
op het “home screen“.
Lijst van speciale functies
Timer
Deze functie activeert een
geluidssignaal als de ingestelde
minuten zijn verstreken.
Ontdooien op gewicht
Met deze functie kunt u afhankelijk
van het gewicht en het type
levensmiddel levensmiddelen
ontdooien.
Ontdooien op tijd
Met deze functie kunt u met een
instelbare tijd levensmiddelen
ontdooien.
Rijzen
Het rijzen, dat wordt bevorderd
door de warmte die van boven
komt, doet deeg van eender welk
type rijzen zodat een optimaal
resultaat op korte tijd wordt
gegarandeerd.
Verwarmen
Met deze functie kunnen reeds
bereide gerechten die in de koeling
of de koelkast geplaatst waren
worden opgewarmd.
Sabbat bereiding
Aan de hand van deze functie kunt
u levensmiddelen bereiden volgens
de voorschriften die voor de Joodse
rustdag gelden.
Vapor clean
Deze functie vereenvoudigt de
reiniging aan de hand van stoom
afkomstig van een kleine
hoeveelheid water in de houder op
de bodem. (Raadpleeg “Reiniging
en onderhoud”)
Hieronder beschrijven we het
gebruik van de meest complexe
speciale functies. Zie “4 Reiniging
en onderhoud“ voor de functie
Vapor Clean.
Gebruik
298
Timer
1. Selecteer timer in het menu “speciale
functies“.
2. Toets de gewenste bereidingsduur in
(bijvoorbeeld 25 minuten druk eerst op
het hokje behorende bij de minuten en
vervolgens op de cijfers 2 en 5).
3. Druk ter bevestiging op .
4. Het aftellen wordt gestart.
5. Wacht tot het geluidssignaal de
gebruiker meedeelt dat de tijd is
verstreken. Het symbool
knippert.
6. Als u het scherm met de instellingen van
de timer afsluit, wordt het symbool
links bovenaan weergegeven ter
indicatie dat u een timer heeft
geactiveerd.
De duur van de timer loopt van 1
minuut tot 4 uur.
Schakel het geluidssignaal uit door
op het symbool of te
drukken. Druk opnieuw op het
symbool om een extra timer te
selecteren.
U kunt de speciale timer elimineren
door de tijd op nul in te stellen.
Als u een functie activeert nadat u
de timer heeft ingesteld, zal deze
tijd automatisch als de timer van de
functie worden gezien, met
uitzondering van bepaalde
speciale functies, automatische
programma’s en eigen recepten.
Deze functie zal de bereiding niet
onderbreken, maar enkel het
geluidssignaal activeren.
Gebruik
299
NL
Ontdooien op gewicht
1. Plaats het gerecht in het apparaat.
2. Selecteer ontdooien op gewicht in het
menu “speciale functies“.
3. Selecteer het te ontdooien type
levensmiddel.
4. Stel met de symbolen en het
gewicht (in kilogram) in van het
levensmiddel dat u wilt ontdooien.
5. Druk ter bevestiging op .
6. Selecteer start om het ontdooien te
starten of selecteer wijzigen om de
ingestelde parameters verder te
wijzigen.
7. Start het ontdooien op gewicht met een
druk op het symbool .
8. Het ontdooien op gewicht wordt gestart.
9. Aan het einde wordt op het display het
bericht “functie beëindigd”
weergegeven. U hoort een
geluidssignaal dat u met een druk op het
symbool kunt uitschakelen.
Gebruik
300
Ingestelde parameters:
Ontdooien op tijd
1. Plaats het gerecht in het apparaat.
2. Selecteer ontdooien op tijd in het menu
“speciale functies“.
3. Toets de gewenste duur in (bijv. 1 uur:
druk eerst op het hokje van de uren en
druk vervolgens op de cijfers 0 en 1).
4. Druk ter bevestiging op .
5. Druk opnieuw op het symbool om
het ontdooien op tijd te starten.
6. Het ontdooien op tijd wordt gestart.
7. U kunt de duur van het ontdooien verder
wijzigen als de functie is gestart (zie
“Bereiding met tijdinstelling”). Druk op
het symbool om de gewenste
wijzigingen te verrichten.
8. Aan het einde wordt op het display het
bericht “functie beëindigd”
weergegeven. U hoort een
geluidssignaal dat u met een druk op het
symbool kunt uitschakelen.
Type Gewicht (kg) Tijd
Vlees 0.5 01h 45m
Vis 0.4 00h 40m
Fruit 0.3 00h 45m
Brood 0.3 00h 20m
De duur van het ontdooien op tijd
loopt van 1 minuut tot maximaal
13 uur.
Gebruik
301
NL
Procedure “Turn”
Voor optimaal ontdooien geeft het
apparaat aan wanneer u het gerecht in de
ovenruimte moet draaien.
1. Plaats het gerecht parallel aan de deur in
de oven.
2. U moet het gerecht draaien als op het
display van het apparaat “open de deur
en draai het gerecht” wordt
weergegeven.
3. Open de deur en draai het gericht 90° .
4. Sluit de deur van het apparaat en hervat
de functie door op het symbool te
drukken.
5. Het apparaat kan u opnieuw vragen om
het gerecht te draaien als dit nodig is.
Op het display wordt het bericht “open
de deur en draai het gerecht
weergegeven.
6. Voor een tweede rotatie moet u de deur
openen en het gerecht 180° draaien.
7. Sluit de deur en hervat de functie door
op het symbool te drukken.
Het apparaat wacht een minuut en
voltooit het ontdooien automatisch
als u het gerecht niet draait.
Gebruik
302
Rijzen
1. Plaats het de rijzen deeg op het tweede
niveau in het apparaat.
2. Selecteer rijzen in het menu “speciale
functies“.
3. Druk op het symbool om het rijzen te
starten.
4. Het apparaat start de
voorverwarmingsfase op...
5. ... en verricht vervolgens de gekozen
functie.
6. Als de functie is gestart kunt u een timer
met een tijdsduur van maximaal 4 uur
(zie “Magnetronfuncties”), een tijdsduur
voor het rijzen (zie “Bereiding met
tijdinstelling”) of vertraagd rijzen (zie
“Delay timer”) instellen. Druk op het
symbool om de gewenste
wijzigingen te verrichten.
Aan het einde wordt op het display het
bericht “functie beëindigd” weergegeven.
U hoort een geluidssignaal dat u met een
druk op het symbool kunt uitschakelen.
Voor het rijzen wordt aanbevolen
om onderin de oven een bakje met
water te zetten.
Het rijzen duurt maximaal 13 uur,
tenzij anders is ingesteld.
Voor optimaal rijzen wordt de
lamp in de oven uitgeschakeld. De
lamp kan echter op elk gewenst
moment worden ingeschakeld
door op het symbool te
drukken.
In de functie rijzen kunt u de
standaardtemperatuur (40°C) niet
wijzigen.
Gebruik
303
NL
Verwarmen
1. Plaats het op te warmen gerecht in de
ovenruimte.
2. Selecteer verwarmen in het menu
“speciale functies“.
3. Druk op het symbool om de duur
van het verwarmen te wijzigen.
4. Start het verwarmen op met een druk
op .
Sabbat bereiding
Met deze functie kunnen reeds
bereide gerechten die in de
koeling of de koelkast
geconserveerd waren worden
opgewarmd.
Het apparaat vertoont een
bepaald gedrag:
• De bereiding kan een
onbepaalde tijd duren. Het is
niet mogelijk om een
bereidingsduur in te stellen.
• De oven verricht geen enkele
vorm van voorverwarming.
• De bereidingstemperatuur die u
kunt selecteren, varieert van 60
tot 100 °C.
• De lamp in de oven is
uitgeschakeld. Bij het openen
van de deur of de handmatige
inschakeling gaat de lamp niet
branden.
• De interne ventilator is
gedeactiveerd.
• Geluidssignalen zijn
gedeactiveerd.
U kunt geen enkele parameter
wijzigen als de functie Sabbat
bereiding geactiveerd is.
Geen elke handeling heeft een
uitwerking. Uitsluitend het
terugkeersymbool blijft
geactiveerd zodat naar het
hoofdmenu kan worden
teruggekeerd.
Gebruik
304
1. Selecteer sabbat bereiding in het menu
“speciale functies“.
2. Druk op het symbool om de functie
“sabbat bereiding“ te starten, of druk op
de waarde om de vooringestelde
temperatuur te wijzigen (van 60° naar
100°).
3. Keer aan het einde naar het hoofdmenu
terug door het terugkeersymbool
ingedrukt te houden.
3.6 Programma’s
In deze stand kunt u een programma kiezen
dat voor de bereiding van gerechten is
geprogrammeerd. Aan de hand van het
gekozen gewicht zal het apparaat
automatisch de optimale
bereidingsparameters berekenen.
Selecteer de icoon programma’s
op het “home screen“.
In deze functie wordt de bereiding
voorafgegaan door een
voorverwarmingsfase, waardoor
de oven sneller op temperatuur
wordt gebracht.
Aan het einde van de
voorverwarming hoort u een
geluidssignaal dat aangeeft dat
het gerecht in de ovenruimte
geplaatst kan worden. Plaats het
gerecht in de oven en hervat de
bereiding door op de functieknop
te drukken.
Gebruik
305
NL
Een programma starten
1. Selecteer het gewenste gerecht uit het
menu “programma's“ met een druk op
de symbolen en . Bevestig
vervolgens door op de naam van het
gerecht te drukken.
2. Selecteer het subtype gerecht dat u wilt
bereiden en druk ter bevestiging op de
naam.
3. Selecteer het type bereiding (indien
mogelijk, afhankelijk van het gekozen
gerecht) en druk ter bevestiging op de
naam.
4. Wijzig het gewicht van het gerecht met
een druk op het symbool .
5. Stel met de symbolen en het
gewicht (in kilogram) in van het gerecht.
6. Druk ter bevestiging op .
7. Druk opnieuw op het symbool om
over te gaan naar het volgende scherm.
8. Nu kunt u het gekozen programma
opstarten, de instellingen permanent
wijzigen of een vertraagde bereiding
laten verrichten.
Gebruik
306
9. Als u kiest voor start, zal de bereiding
worden opgestart met de instellingen
van het programma. Het display toont
daarbij de ingestelde parameters.
10. Een geluidssignaal en een speciaal
bericht geven het moment aan waarop u
het gerecht in de oven moet plaatsen en
u de bereiding moet opstarten.
11. Druk op het symbool om de
bereiding te starten.
De weergegeven tijd houdt geen
rekening met de tijd die voor het
opwarmen van de oven nodig is.
U kunt de bereidingsparameters
op ieder gewenst moment
wijzigen, ook als de bereiding al is
opgestart.
Gebruik
307
NL
Een programma beëindigen
1. Het apparaat geeft het einde van het
programma aan met een geluidssignaal
en het knipperende symbool
.
2. Druk op voor een nieuwe bereiding
met de eerder ingestelde parameters
(druk tweemaal op dit symbool als het
geluidssignaal geactiveerd is). Het
apparaat hervat automatisch de
bereiding als het nog warm is. Als dit niet
het geval is, wordt de voorverwarmfase
opgestart.
3. Beëindig het programma en sluit het af
door het terugkeersymbool
ingedrukt te houden.
Een programma permanent wijzigen
1. In het geselecteerde programma,
selecteer wijzigen in het menu van het
gekozen gerecht.
Alle parameters die gewijzigd kunnen
worden, zullen geel op het hoofdscherm
worden weergegeven.
2. Druk op de parameter die u wilt wijzigen:
• bereidingstemperatuur
De sequentiële bereiding is handig
voor het achtereenvolgens
bereiden van hetzelfde type
gerechten. Zoals bijvoorbeeld het
achtereenvolgens bakken van
diverse pizza's.
We raden u aan om tijdens de
voorverwarmfase geen gerechten
in de oven te plaatsen. Wacht tot
het bericht wordt weergegeven.
Gebruik
308
• bereidingsfunctie
• duur van de bereiding
• niveau van het frame
• gewicht van het gerecht
3. Verricht de gewenste wijzigingen.
4. Sla het programma op met een druk op
het symbool . U wordt gevraagd om
de gekozen wijzigingen te bevestigen.
5. Het display toont een bevestiging als de
wijziging is bevestigd.
Het programma wordt niet
gewijzigd als u de wijzigingen niet
bevestigt.
Gebruik
309
NL
Tabellen van ingestelde programma’s
VLEES
Subtype Behandeling
Gewicht
(Kg)
Functie
MW
(W)
Niveau
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Rosbief
rood
1 - 1 200 50
medium
1 - 1 200 60
doorbakken 1
-
1 200 90
Varkensrugstuk vers 1
300
1 190 60
Lamsvlees
medium 1,2
300
1 190 55
doorbakken 1,2
300
1 190 60
Kalf vers
1 300 1 190 70
Varkensribben vers
1 - 3 250 16
Varkenskoteletten vers
1 - 3 250 15
Varkensworst vers
1 - 3 250 12
Varkensspek vers
0,5 - 3 250 7
Gebraden kalkoen vers
1 300 2 200 55
Gebraden kip vers
1 300 2 200 50
Gebraden konijn vers
1 300 2 190 400
Gebruik
310
VIS
GROENTE
Subtype Behandeling
Gewicht
(Kg)
Functie
MW
(W)
Niveau
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Vis vers
0,5 300 1 160 30
Vis ingevroren
0,5 300 1 160 40
Zeebaars vers 0,5
300 1
160 20
Zeeduivel vers
0,5 300 1 160 35
Brasem vers 1
300 1
160 40
Tarbot vers 0,5
300
1 160 30
Subtype Behandeling
Gewicht
(Kg)
Functie
MW
(W)
Niveau
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Geroosterde groenten vers
0,5 - 3 250 25
Gegrilde groenten vers
1 - 2 200 45
Gebakken aardappels vers
1 300 2 220 30
Frietjes diepgevroren
0,5 - 2 220 13
Gebruik
311
NL
GEBAK
BROOD
Subtype Behandeling
Gewicht
(Kg)
Functie
MW
(W)
Niveau
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Tulband/donut vers
1 - 1 160 60
Koekjes vers
0,6 - 1 160 18
Muffin vers
0,5 - 1 160 18
Soezen/beignets vers
0,5 - 1 180 70
Merengue vers
0,3 - 1 120 90
Cake vers
1 - 1 160 60
Strudel vers
0,5 300 1 180 15
Confituurtaart vers
0,8 - 1 170 40
Pain brioche vers
1 - 1 180 40
Croissant vers
0,6 - 1 160 30
Subtype Behandeling
Gewicht
(Kg)
Functie
MW
(W)
Niveau
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Gerezen witbrood vers
1 - 1 200 30
Focaccia vers
0,5 - 1 190 20
Gebruik
312
PIZZA
PASTA
BEREIDING LAGE TEMP.
Subtype Behandeling
Gewicht
(Kg)
Functie
MW
(W)
Niveau
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Dieppan pizza vers
1 - 1 250 9
Pizza diepgevroren
0,3 - 1 250 8
Pizza op steen vers
0,5 - 1 250 6
Subtype Behandeling
Gewicht
(Kg)
Functie
MW
(W)
Niveau
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Pasta uit de oven vers
2 - 1 220 40
Lasagne vers
2 - 1 230 35
Lasagne bevroren
0,3 500 1 230 9
Paella vers
0,5 - 1 190 25
Quiche lorraine vers 1
-
1 200 40
Soufflé vers
0,5 - 1 180 25
Subtype Behandeling
Gewicht
(Kg)
Functie
MW
(W)
Niveau
Temp.
(°C)
Tijd
(minuten)
Kalf vers
1 - 1 90 360
Rundvlees rood
1 - 1 90 105
Rundvlees doorbakken
1 - 1 90 380
Varkenslende vers
1 - 1 90 330
Lamsvlees vers
1 - 1 90 360
Gebruik
313
NL
3.7 Eigen programma’s
Met dit menu kunt u een eigen programma
invoeren aan de hand van door u gekozen
parameters. De eerste keer dat u deze
functie benut wordt u gevraagd een nieuw
recept in te voeren. Als u de recepten heeft
ingevoerd, worden ze in het
desbetreffende menu weergegeven.
Selecteer de icoon eigen
programma’s op het “home
screen“.
Een recept toevoegen
1. Selecteer toevoegen in het menu “eigen
programma’s”.
Alle parameters die gewijzigd kunnen
worden, zullen geel op het hoofdscherm
worden weergegeven.
2. Druk op de parameter die u wilt wijzigen:
• bereidingstemperatuur
U kunt in totaal ongeveer 10 eigen
recepten invoeren.
Gebruik
314
• bereidingsfunctie
• duur van de bereiding
• niveau van het frame
• gewicht van het gerecht
3. Verricht de gewenste wijzigingen.
4. Sla het programma op met een druk op
het symbool . U wordt gevraagd om
de naam van het zojuist gecreëerde
recept in te voeren.
5. Voer de naam van het recept in. Het
teken wist de vorige letter (in het
voorbeeld is het recept recept 1
opgeslagen).
6. Voer de naam van het nieuwe recept in
en druk ter bevestiging op het
symbool .
De naam van het recept kan
maximaal 10 tekens, inclusief
spaties, lang zijn.
Om het recept op te kunnen slaan,
moet de naam minstens een teken
bevatten.
Gebruik
315
NL
7. U wordt gevraagd om de gekozen
wijzigingen te bevestigen. Selecteer ja
als u het recept wilt opslaan.
8. Het display toont een bevestiging als het
opslaan van het recept wordt bevestigd.
Een eigen recept opstarten
1. Selecteer in het menu “eigen
programma’s“ een eigen recept dat u
eerder heeft opgeslagen (in het
voorbeeld is dit het recept recept 1).
2. Selecteer start.
3. De bereiding wordt opgestart met de
parameters die u eerder voor het recept
heeft ingesteld.
De verrichte wijzigingen worden
geannuleerd als u echter nee
selecteert.
Tijdens de bereiding kunt u altijd
de temperatuur en de
bereidingstijd wijzigen. Deze
wijzigingen worden echter niet
voor een volgend gebruik van het
recept opgeslagen.
Gebruik
316
Een eigen recept wijzigen
1. Selecteer in het menu “eigen
programma’s“ een eigen recept dat u
eerder heeft opgeslagen (in het
voorbeeld is dit het recept recept 1).
2. Selecteer wijzigen.
3. Herhaal dezelfde stappen, beginnende
bij punt 2 van hoofdstuk “Een recept
toevoegen”.
Een eigen recept wissen
1. Selecteer in het menu “eigen
programma’s“ een eigen recept dat u
eerder heeft opgeslagen (in het
voorbeeld is dit het recept recept 1).
2. Selecteer annuleren.
3. Bevestig dat u het recept wilt wissen.
Selecteer ja om het recept definitief te
elimineren.
4. Het display toont een bevestiging als het
wissen is bevestigd.
Gebruik
317
NL
Delay timer
1. Selecteer in het menu “eigen
programma’s“ een eigen recept dat u
eerder heeft opgeslagen (in het
voorbeeld is dit het recept recept 1).
2. Selecteer delay timer.
3. Toets het gewenste tijdstip in waarop de
bereiding moet eindigen (bijv. 19.30:
druk eerst op het hokje van de uren en
vervolgens op de cijfers 1 en 9; druk op
het hokje van de minuten en vervolgens
op de cijfers 3 en 0).
4. Druk ter bevestiging op .
5. Het apparaat wacht het begin van de
vertraagde bereidingstijd af.
3.8 Instellingen
Met dit menu kunt u de configuratie van het
product instellen.
Selecteer de icoon instellingen op
het “home screen”.
De persoonlijke instellingen blijven
geactiveerd bij een tijdelijke
stroomuitval.
Gebruik
318
Taal
1. Selecteer taal in het menu “instellingen“.
2. Druk op de symbolen en tot de
gewenste taal is geselecteerd.
3. Bevestig de gekozen taal.
Klok
1. Druk op het symbool of en
selecteer klok in het menu “instellingen“.
2. Toets de huidige tijd in.
3. Druk ter bevestiging op .
Hiermee kunt u uit de beschikbare
talen de gewenste taal kiezen.
Hiermee kunt u het weergegeven
tijdstip wijzigen.
Gebruik
319
NL
Toetsblokkering
1. Druk op het symbool of en
selecteer toetsblokkering in het menu
“instellingen“.
2. Bevestig de activering van de
toetsblokkering door ja te selecteren.
Bij normale werking wordt deze aangeduid
door de controlelamp
.
Demo stand (uitsluitend voor
exposanten)
1. Druk op het symbool of en
selecteer demo stand in het menu
“instellingen“.
2. Bevestig de activering van de demo
stand door ja te selecteren.
Deze functie blokkeert de
bedieningen van het apparaat
automatisch na een minuut
normale werking als de gebruiker
geen handelingen verricht.
Om de blokkering tijdelijk uit te
schakelen tijdens een bereiding,
moet de toets minstens 3
seconden ingedrukt gehouden
worden. De blokkering zal één
minuut na de laatste instelling weer
actief worden.
Deze stand deactiveert de
verwarmingselementen, terwijl men
toch gebruik kan maken van het
bedieningspaneel.
Als de stand geactiveerd is, wordt
op het display het bericht “demo
stand” weergegeven.
Om de oven normaal te
gebruiken, moet deze modus op
OFF ingesteld worden.
Gebruik
320
Eco-Logic
1. Druk op het symbool of en
selecteer eco-logic in het menu
“instellingen“.
2. Bevestig de activering van de stand eco-
logic door ja te selecteren.
Geluid
1. Druk op het symbool of en
selecteer geluiden in het menu
“instellingen“.
2. Selecteer nee om het geluid dat bij elke
druk op de symbolen op het display
wordt gegeven, uit te schakelen.
Deze stand beperkt het verbruik
van de oven. Ideaal om meerdere
huishoudelijke apparaten
tegelijkertijd te kunnen gebruiken.
Als deze optie is geactiveerd,
wordt op het display naast de
functie het symbool
weergegeven.
Wanneer de eco-logic stand
wordt geactiveerd, kan de
tijdsduur van de voorverwarming
en van de bereiding langer duren.
Iedere keer dat u op de symbolen
op het display drukt laat het
apparaat een geluid horen. Met
deze instelling kunt u dit
deactiveren.
Gebruik
321
NL
Warmte behouden
1. Druk op het symbool of en
selecteer warmte behouden in het menu
“instellingen“.
2. Bevestig de activering van de
warmhoudfunctie door ja te selecteren.
Eco-Light
1. Druk op het symbool of en
selecteer eco-light in het menu
“instellingen“.
In deze stand kan het apparaat
aan het einde van een bereiding,
waarvan de duur is ingesteld, (als
deze niet handmatig wordt
onderbroken) het zojuist bereide
voedsel (op lage temperatuur)
warmhouden, zonder dat de
organoleptische eigenschappen
en de smaak die u tijdens de
bereiding heeft verkregen verloren
gaan.
De warmhoudfunctie wordt
onmiddellijk aan het einde van de
bereiding gestart. Dit wordt
aangegeven middels een reeks
geluidssignalen (zie “bereiding“ of
“functie beëindigd“). Na een
enkele minuut wordt het
onderstaande scherm op het
display weergegeven.
Voor een verdere besparing van
de energie wordt de lamp
automatisch één minuut na het
begin van de bereiding
gedeactiveerd.
Gebruik
322
2. Bevestig de activering van de stand eco-
light door ja te selecteren.
Digitale klok
1. Druk op het symbool of en
selecteer digitale klok in het menu
“instellingen“.
2. Bevestig de activering van de digitale
klok door ja te selecteren.
Als geen enkele functie van het apparaat
geactiveerd is, zal het display de actuele
tijd digitaal weergeven.
Stel deze stand in op OFF om te
voorkomen dat het apparaat de
lamp automatisch na een minuut
deactiveert.
De handmatige in-/uitschakeling is
altijd mogelijk. Wanneer mogelijk
kunt u met een druk op het
symbool de binnenverlichting
inschakelen; met een druk op
schakelt u de verlichting uit.
In de fabriek is de functie “eco-
light“ op “on“ ingesteld.
Maakt de digitale weergave van
de tijd mogelijk.
De digitale versie blijft geactiveerd
bij een tijdelijke stroomuitval.
Reiniging en onderhoud
323
NL
4 Reiniging en onderhoud
4.1 Waarschuwingen
4.2 Reiniging van de oppervlakken
Om de oppervlakken in goede staat te
houden, moeten ze na elk gebruik
gereinigd worden nadat ze afgekoeld zijn.
4.3 Dagelijkse gewone reiniging
Gebruik steeds en uitsluitend specifieke
producten, die geen schurende of zure
stoffen op chloorbasis bevatten.
Giet het product op een vochtige doek en
wrijf het over het oppervlak, spoel
zorgvuldig af, en droog met een zachte
doek of met een microvezeldoek.
Hoge temperatuur in de oven na
het gebruik
Gevaar op verbranding
Laat het apparaat afkoelen en maak het
daarna pas schoon.
Incorrect gebruik
Beschadiging van de
oppervlakken
• Reinig het apparaat niet met een
stoomreiniger.
• Gebruik op de stalen delen of de delen
waarvan het oppervlak met metalen
afwerkingen werd behandeld (bijv.
elektrolytische oxidatie, vernikkeling,
verchroming) geen producten die
chloor, ammoniak of bleekmiddel
bevatten.
• Gebruik geen schurende of bijtende
middelen op de glazen onderdelen
(bijv. poeders, ontvlekkers of
metaalsponsjes).
• Gebruik geen ruw, schurend of scherp
materiaal.
• Nalatige reiniging van de ovenruimte
kan de levensduur van het apparaat op
negatieve wijze beïnvloeden en kan
een gevaar vormen.
• Verwijder voedselresten altijd uit de
ovenruimte.
Oneigenlijk gebruik
Explosiegevaar/gevaar voor
brandwonden
• Gebruik geen reinigingsmiddelen met
een hoog alcoholpercentage of die
ontvlambare dampen kunnen afgeven.
Bij een volgende verwarming zouden
ze explosies in de oven kunnen
veroorzaken.
Wend u voor de vervanging tot de
technische assistentie als de lamp
beschadigd is. Dit defect is niet van
invloed op de status van het
apparaat. U kunt het apparaat
blijven gebruiken.
Reiniging en onderhoud
324
4.4 Voedselresten of -vlekken
Gebruik absoluut geen metalen sponzen of
scherpe krabbers zodat de oppervlakken
niet worden beschadigd.
Gebruik normale en niet-schurende
producten, en eventueel houten of plastic
gerei. Spoel zorgvuldig, en droog met een
zachte doek of met een microvezeldoek.
Vermijd om etensresten op basis van suiker
(bijv. marmelade) te laten drogen, dit kan
het email binnenin aantasten.
4.5 Drogen
Door de bereiding van gerechten ontstaat
vocht in de ovenruimte. Dit is normaal en is
niet van invloed op de correcte werking
van het apparaat.
Aan het einde van elke bereiding:
1. laat het apparaat afkoelen;
2. verwijder vuil uit de ovenruimte;
3. maak de ovenruimte droog met een
zachte doek;
4. laat de deur lang genoeg open staan
zodat de ovenruimte volledig kan
opdrogen.
4.6 Reiniging van de ruiten van de
deur
Er wordt aangeraden om deze steeds
schoon te houden. Gebruik absorberend
keukenpapier. Bij hardnekkig vuil moet u
schoonmaken met een vochtige spons en
een gewoon reinigingsmiddel.
4.7 De reiniging van de binnenkant
van de oven
Om de oven in goede staat te houden,
moet hij na afkoeling regelmatig gereinigd
worden.
Verwijder alle verwijderbare delen.
Reinig de ovenroosters met warm water en
niet-schurende reinigingsmiddelen; spoel
en droog ze daarna.
Er wordt aanbevolen om
reinigingsproducten van de
fabrikant te gebruiken.
Er wordt aangeraden om de oven
ongeveer 15/20 minuten
maximaal te verwarmen nadat
specifieke producten gebruikt
werden, om eventuele resten in de
oven te elimineren.
Reiniging en onderhoud
325
NL
Verwijdering van de geleiderframes voor
de roosters/ovenschalen
Als de geleiderframes worden verwijderd,
kan de reiniging van de zijdelen makkelijker
uitgevoerd worden. Deze handeling moet
uitgevoerd worden wanneer de
automatische reinigingscyclus wordt
gebruikt (enkel op sommige modellen).
Verwijder de geleiderframes:
1. Schroef de twee bevestigingspinnen van
het geleiderframe los.
2. Schuif het frame naar binnen.
3. Herhaal na de reiniging de net
beschreven handelingen om de
geleiderframes weer aan te brengen. Let
goed op de afstandsbussen die binnen
de omtrek van het geleiderframe
aangebracht moeten worden.
De bovenkant reinigen
Het apparaat is voorzien van een
weerstand die u voor een eenvoudigere
reiniging van de bovenkant van de oven
kunt kantelen.
1. Hef de bovenste weerstand voorzichtig
op en draai de pal 90° zodat de
weerstand vrijkomt.
2. Beweeg de weerstand voorzichtig
helemaal omlaag.
3. Plaats aan het einde van de reiniging de
weerstand terug en blokkeer hem door
aan de pal te draaien.
Incorrect gebruik
Gevaar voor beschadiging van
het apparaat
• Laat tijdens de reiniging de weerstand
niet teveel buigen.
Reiniging en onderhoud
326
4.8 Vapor Clean
Voorbereiding
Voordat de reinigingscyclus Vapor Clean
wordt gestart:
• Verwijder alle accessoires uit de oven.
• Giet ongeveer 40cc water op de
bodem van de ovenruimte. Let op dat het
water niet uit de insnijding komt.
Sproei met een spray een oplossing van
water en afwasmiddel op de
binnenzijde van de ovenruimte. Sproei
op de zijwanden, de bovenwand, het
bodemvlak en de deflector.
• Sluit de deur.
Instelling van de reinigingscyclus Vapor
Clean
Vapor Clean is een
reinigingsprocedure die de
verwijdering van vuil
vergemakkelijkt. Dankzij deze
procedure is het mogelijk om de
binnenkant van de oven zeer
makkelijk te reinigen. De vuilresten
worden verzacht door de warmte
en door de waterdamp, zodat ze
makkelijker kunnen verwijderd
worden.
Incorrect gebruik
Beschadiging van de
oppervlakken
• Verwijder voedselresten of gemorste
sporen van vroegere bereidingen
binnenin de oven.
Voer deze reinigingsprocedure enkel uit
als de oven koud staat.
Er wordt aanbevolen om
maximaal 20 maal te sproeien.
De cyclus wordt automatisch tot
stilstand gebracht en op het
display wordt het bericht
“Binnentemperatuur te hoog wacht
op afkoeling” weergegeven als de
temperatuur in de oven hoger is
dan voor de Vapor clean
reinigingscyclus is ingesteld. Laat
de oven afkoelen voor u de
gestuurde reinigingsfunctie
activeert.
Reiniging en onderhoud
327
NL
1. Selecteer in het menu “speciale functies“
de functie Vapor Clean.
2. Op het display verschijnen de tijdsduur
en de temperatuur van de
reinigingscyclus.
3. Druk ter bevestiging op . De
ondersteunde reinigingscyclus wordt
gestart.
4. Als de temperatuur in de ovenruimte te
hoog is, geven een geluidssignaal en
een bericht op het display aan dat u
moet wachten tot de temperatuur is
gedaald.
5. Nadat de reinigingscyclus Vapor Clean
is uitgevoerd, wordt een geluidssignaal
geproduceerd.
De parameters van de temperatuur
en de tijdsduur kunnen niet
gewijzigd worden door de
gebruiker.
Reiniging en onderhoud
328
Instelling van de geprogrammeerde
functie Vapor Clean
Het tijdstip waarop Vapor Clean begint kan
net zoals de andere functies worden
geprogrammeerd.
1. Selecteer de speciale functie Vapor
Clean met een druk op het symbool .
2. Toets het gewenste tijdstip in waarop de
functie Vapor Clean moet eindigen (bijv.
19.30: druk eerst op het hokje van de
uren en vervolgens op de cijfers 1 en 9;
druk op het hokje van de minuten en
vervolgens op de cijfers 3 en 0).
3. Druk ter bevestiging op .
4. Het apparaat wacht tot het ingestelde
tijdstip voor het starten van de
reinigingscyclus is bereikt.
Einde van de reinigingscyclus Vapor
Clean
1. Open de deur en verwijder het minst
hardnekkige vuil met een
microvezeldoek.
2. Gebruik een sponsje met messingdraden
voor het hardnekkige vuil.
3. Voor vetresten kunt u een specifiek
ovenreinigingsproduct gebruiken.
4. Verwijder het resterende water uit de
oven.
Voor een betere hygiëne en om te
vermijden dat het voedsel een
onaangename geur krijgt, wordt
aanbevolen om de oven te drogen door
een geventileerde functie ongeveer 10
minuten in te schakelen op 160 °C.
Draag rubberen handschoenen
tijdens deze bewerkingen.
Het is aanbevolen om de deur te
verwijderen om moeilijk
bereikbare delen makkelijker
schoon te maken.
Reiniging en onderhoud
329
NL
Oplossingen voor problemen…
De display is volledig uitgeschakeld:
• Controleer de stroomtoevoer.
Controleer of een eventuele meerpolige
schakelaar vóór de stroomtoevoer van
de oven zich op “On” bevindt.
De oven verwarmt niet:
Controleer of de stand “demo” ingesteld
werd (raadpleeg voor meer informatie
de paragraaf “Demo stand (uitsluitend
voor exposanten)”).
De bedieningen reageren niet:
Controleer of de stand “Toetsblokkering”
ingesteld werd (raadpleeg voor meer
informatie de paragraaf
“Toetsblokkering”).
De bereidingstijden blijken te hoog
tegenover diegene die worden aangeduid
in de tabel:
• Controleer of de stand “Eco-logic”
ingesteld werd (raadpleeg voor meer
informatie de paragraaf “Eco-Logic”).
De ventilator stopt met draaien wanneer de
deur wordt geopend tijdens een
geventileerde functie:
• Dit is geen defect, maar de normale
werking van het product. Ze is nuttig
wanneer u tijdens de bereiding het
voedsel wilt controleren, zodat niet te
veel warmte verloren gaat. Wanneer de
deur wordt gesloten, zal de ventilator
weer gaan draaien.
Wanneer het probleem niet wordt
opgelost, of voor andere types
van defecten, neem contact op
met het dichtstbijzijnde
servicecentrum.
Indien andere foutberichten ERRx
worden gesignaleerd:
noteer het foutmelding, en de
ingestelde functie en temperatuur,
en neem contact op met het
plaatselijke servicecentrum.
Installatie
330
5 Installatie
5.1 Elektrische aansluiting
Algemene informatie
Controleer of de kenmerken van het
stroomnet overeenstemmen met de
gegevens op het identificatieplaatje.
Het identificatieplaatje bevat de technische
gegevens, het serienummer en de
merknaam van het apparaat.
Dit plaatje mag nooit verwijderd worden.
Het apparaat functioneert op 220-240 V~.
Gebruik een driepolige kabel (3 x 1,5 mm
2
,
voor de diameter van de interne geleider).
Voorzie de aarding met een kabel van
minimaal 20 mm langer dan de andere.
Vaste aansluiting
Voorzie een meerpolige onderbreking voor
de voeding, overeenkomstig de
installatienormen.
De meerpolige schakelaar dient volgens de
voorschriften op een eenvoudig te bereiken
plaats en in de nabijheid van het apparaat
te zijn aangebracht.
Aansluiting met stekker en stopcontact
Controleer of de stekker en het stopcontact
van hetzelfde type zijn.
Gebruik geen verloopstekkers, adapters of
aftakkingen, omdat ze oververhitting of
brand zouden kunnen veroorzaken.
5.2 Vervanging van de kabel
1. Schroef de schroeven van het carter
achteraan los en verwijder het carter om
toegang te krijgen tot het klemmenbord.
2. Vervang de kabel.
3. Controleer of de kabels (oven of
eventuele kookplaat) een optimaal
traject hebben, zodat eender welk
contact met het apparaat wordt
vermeden.
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Laat het apparaat aansluiten door
gekwalificeerd technisch personeel.
De aarding moet verplicht aangebracht
worden volgens de voorziene
veiligheidsnormen van de elektrische
installatie.
• Schakel de stroomtoevoer uit.
Elektrische spanning
Gevaar voor elektrische schok
• Schakel de stroomtoevoer uit.
Installatie
331
NL
5.3 Plaatsing
Positie van de voedingskabel
(achteraanzicht)
Pakking frontpaneel
Plak de meegeleverde pakking op de
achterkant van het frontpaneel om de
eventuele infiltratie van water of andere
vloeistoffen te voorkomen.
Zwaar apparaat
Pletgevaar
• Plaats het apparaat op het meubel
samen met een tweede persoon.
Druk op de open deur
Gevaar voor beschadiging van
het apparaat
• Gebruik de deur niet als hefboom om
het apparaat in het meubel te plaatsen.
• Oefen niet te veel kracht uit op de
geopende deur.
Warmteontwikkeling tijdens
werking van het apparaat
Brandgevaar
• Controleer of het materiaal van het
meubel brandbestendig is.
• Controleer of het meubel voorzien is
van de vereiste openingen.
• Installeer het apparaat niet in een
afgesloten nis of in een keukenkastje.
Installatie
332
Draagpotten
Verwijder de doppen aan de voorzijde van
de oven.
Plaats het apparaat in het meubel.
Bevestig het apparaat aan het meubel met
de schroeven.
Bedek de draagpotten met de voorheen
verwijderde doppen.
Afmetingen van het apparaat (mm)
(vooraanzicht)
(bovenaanzicht)
Installatie
333
NL
(zijaanzicht)
Plaatsing onder een werkblad (mm)
Ga na of het achterste/onderste
deel van het meubel voorzien is
van een opening van ongeveer
60 mm.
Installatie
334
Inbouw in een kolom (mm)
Ga na of het bovenste/achterste
deel van het meubel voorzien is
van een opening van ongeveer
35-40 mm diep.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66

Smeg SF4140MCN de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor