Documenttranscriptie
47.1
Instrucciones de seguridad.............................................................................. 178
47.2
Causas de error y tratamiento ......................................................................... 178
48
Eliminación del aparato usado....................................... 179
49
Garantía ............................................................................ 180
50
Datos técnicos ................................................................. 180
51
Gebruiksaanwijzing ......................................................... 182
51.1
Algemeen ........................................................................................................... 182
51.2
Waarschuwingsinstructies ............................................................................... 182
51.3
Algemene veiligheidsaanwijzingen ................................................................. 183
51.4
Bronnen van gevaar .......................................................................................... 186
51.4.1
Gevaar door microgolven ........................................................................... 186
51.4.2
Verbrandingsgevaar ................................................................................... 186
51.4.3
Brandgevaar ............................................................................................... 188
51.4.4
Ontploffingsgevaar...................................................................................... 189
51.4.5
Gevaar door elektrische stroom .................................................................. 190
51.5
Informatie over deze gebruiksaanwijzing ....................................................... 190
51.6
Aansprakelijkheid ............................................................................................. 191
51.7
Auteurswet......................................................................................................... 191
52
Veiligheid.......................................................................... 191
52.1
Gebruik volgens de voorschriften ................................................................... 191
53
Ingebruikname ................................................................. 192
53.1
Veiligheidsvoorschriften .................................................................................. 192
53.2
Leveringsomvang en transportinspectie ........................................................ 192
53.3
Auitpakken ......................................................................................................... 192
53.4
Verwijderen van de verpakking........................................................................ 192
53.5
Plaatsen ............................................................................................................. 193
53.5.1
Eisen aan de plek van plaatsing ................................................................. 193
53.5.2
Opstelling van het apparaat ........................................................................ 193
53.5.3
Voorkomen van frequentiestoring ............................................................... 194
53.6
Montage van onderdelen .................................................................................. 194
53.6.1
Glazen draaiplateau.................................................................................... 194
53.6.2
Grillrooster .................................................................................................. 195
53.7
43.1.1
Elektrische aansluiting ..................................................................................... 195
Verlengsnoer .............................................................................................. 196
54
Opbouw en functie .......................................................... 196
54.1
Algemeen overzicht .......................................................................................... 196
12
54.2
Bedieningspaneel en display ........................................................................... 197
54.3
Pieptonen ........................................................................................................... 198
54.4
Veiligheidsvoorzieningen ................................................................................. 198
54.4.1
Waarschuwingsinstructies op apparaat ...................................................... 198
54.4.2
Deurvergrendeling ...................................................................................... 198
54.4.3
Kinderslot .................................................................................................... 198
54.5
Typeplaatje ........................................................................................................ 199
55
Bediening en gebruik ...................................................... 199
55.1
Basis van het magnetron koken ...................................................................... 199
55.2
Soorten gebruik................................................................................................. 200
55.3
Aanwijzingen magnetron kookgerei ................................................................ 200
55.4
Deur openen/sluiten .......................................................................................... 201
55.5
Inschakelen naar programmakeuze ................................................................ 201
55.6
Snelstart ............................................................................................................. 202
55.7
Uitschakelen/onderbreken ............................................................................... 202
55.8
Instellen van de klok ......................................................................................... 202
55.9
Keukenwekker functie ..................................................................................... 203
55.10
Gebruik “Magnetron” ........................................................................................ 203
55.11
Gebruik "Grill" en combinatieprogramma's ................................................... 204
55.12
Gebruik “Hete lucht” ......................................................................................... 206
43.1.2
Gebruik "hete lucht" zonder opwarmen ...................................................... 206
55.13
Gebruik “Meerdere fases koken” ..................................................................... 207
55.14
Gebruik "automatisch kookprogramma" ........................................................ 208
55.15
Gebruik “Automatisch ontdooien” .................................................................. 209
43.1.3
Gebruik "ontdooien" naar gewicht............................................................... 209
43.1.4
Gebruik "ontdooien" op tijd ......................................................................... 210
55.16
Functieoproep ................................................................................................... 210
56
Reiniging en onderhoud ................................................. 210
56.1
Veiligheidsvoorschriften .................................................................................. 210
56.2
Reiniging ............................................................................................................ 211
57
Storingen verhelpen ........................................................ 212
57.1
Veiligheidsvoorschriften .................................................................................. 212
57.2
Oorzaken van de storingen en het verhelpen ................................................. 212
58
Afvoer van het oude apparaat ....................................... 213
59
Garantie ............................................................................ 213
60
Technische gegevens ..................................................... 214
13
Originele
Gebruiksaanwijzing
Magnetron, Grill en Heteluchtoven
HCMG 25
Artikelnummer 3354
181
51 Gebruiksaanwijzing
51.1 Algemeen
Lees de hier vermelde informatie, zodat u snel vertrouwd raakt met uw apparaat en al zijn
functies in volle omvang kunt gebruiken. U heeft jaren lang plezier van uw magnetron als u
hem vakkundig behandelt en onderhoudt. Wij wensen u veel plezier met het gebruik.
51.2 Waarschuwingsinstructies
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende waarschuwingsinstructies gebruikt:
GEVAAR
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een dreigende, gevaarlijke
situatie.
Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, leidt deze tot de dood of zware
verwondingen.
► De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om het gevaar van dood
of zware verwondingen bij personen te voorkomen.
WAARSCHUWING
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie.
Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, kan dit tot zware verwondingen
leiden.
► De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om verwondingen bij
personen te voorkomen.
VOORZICHTIG
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie.
Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, kan dit tot lichte of matige
verwondingen leiden.
► De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om verwondingen bij
personen te voorkomen.
Tip
Een tip duidt op extra informatie, die de omgang met het apparaat lichter maakt.
182
51.3 Algemene veiligheidsaanwijzingen
Tip
Neem voor een veiligere omgang met het apparaat de
volgende algemene veiligheidsaanwijzingen in acht:
► Vóór het gebruik van het apparaat moeten de
gebruiksaanwijzingen zorgvuldig worden gelezen.
► Controleer het apparaat voor het gebruik op zichtbare
schade. Gebruik een beschadigd apparaat niet.
► Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder, mits ze onder toezicht staan of wanneer hun de
veilige gebruik van het apparaat is uitgelegd en ze de
mogelijke gevaren hebben begrepen.
► Reiniging en onderhoud mag niet door kinderen worden
uitgevoerd, tenzij ze 8 jaar of ouder zijn en ze onder toezicht
staan. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
► Het apparaat en zijn aansluiting moet buiten het bereik
blijven van kinderen jonger dan 8 jaar.
► Het apparaat kan door personen met verminderde fysieke,
zintuiglijke of mentale vermogens of gebrek aan ervaring
en/of kennis worden gebruikt, wanneer ze onder toezicht
staan of hen het veilige gebruik van het apparaat is uitgelegd
en ze de mogelijke gevaren hebben begrepen.
► Het apparaat is niet geschikt voor het drogen, opwarmen of
verhitten van levende dieren.
► Voedingsthermometers zijn niet geschikt voor de magnetron.
► Gebruik uitsluitend keukenapparaten en voorwerpen, die in
een magnetron kunnen worden gebruikt.
► Reparaties mogen alleen door gekwalificeerd, door de
fabrikant opgeleid, personeel worden uitgevoerd. Door
ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke gevaren voor
de gebruiker ontstaan.
183
Tip
► Een reparatie van het apparaat tijdens de garantieperiode
mag alleen door een door de fabrikant erkende klantenservice
worden uitgevoerd, anders vervalt bij volgende schade de
garantie.
► Defecte onderdelen mogen alleen tegen originele
reserveonderdelen worden vervangen. Alleen met deze
onderdelen is gegarandeerd dat aan de veiligheidseisen
wordt voldaan.
► Het apparaat moet alleen voor het in deze
bedieningshandleiding beschreven doel worden gebruikt.
Bijtende chemicaliën of dampen mogen niet worden gebruikt.
Dit apparaat is speciaal ontwikkeld voor het verhitten, koken
en drogen van voedingsmiddelen en niet voor industriële
doeleinden of het gebruik in een laboratorium.
► Het apparaat mag niet in gebruik worden genomen, als de
netkabel of de stekker beschadigd is, als het niet volgens de
voorschriften werkt, op de grond is gevallen of beschadigd is.
Indien de netkabel of de stekker beschadigd is, moet deze
door de fabrikant of servicepersoneel dat daar opdracht toe
heeft van de fabrikant worden vervangen om gevaren te
voorkomen.
► Thermometers voor gerechten zijn niet geschikt voor
magnetrongebruik.
► De magnetron mag alleen vrijstaand in gebruik worden
genomen.
► Let op: Het apparaat mag niet boven een kookplaat of
andere warmtebron worden geplaatst, omdat het anders kan
worden beschadigd en de garantie dan vervalt.
► Het apparaat is niet geschikt voor gebruik via een externe
tijdschakelaar of afstandsbediening.
184
Tip
► Dit apparaat is een ISM-apparaat van de groep 2 klasse B.
Bij deze apparaten horen alle industriële, wetenschappelijke
of medisch gebruikte apparaten waarbij met opzet
hogefrequentie-energie als elektromagnetische straling voor
de behandeling van materialen geproduceerd of gebruikt
wordt, zoals apparaten met een vonkeroderende werking.
Apparaten van de klasse B zijn geschikt voor gebruik in het
huishouden en voor gebruik met een aansluiting op een
huishoudelijke stroomvoorziening, zoals
laagspanningsinrichtingen in gebouwen.
► De magnetron mag niet in een kast worden gebruikt.
► Het apparaat moet met de achterkant tegen een wand
worden geplaatst.
► De magnetron is alleen geschikt voor huishoudelijk gebruik,
niet voor industrieel gebruik.
► Nooit de afstandshouders aan de achterzijde of de zijkanten
van het apparaat verwijderen, omdat deze de nodige
minimale afstand voor de luchtcirculatie garanderen.
► De toerenteller vóór het transport beveiligen om schade te
voorkomen.
► De magnetron is alleen geschikt voor koken, ontdooien en
verdampen van voedingsmiddelen.
► Het apparaat mag niet met een stoomreiniger worden
gereinigd.
185
51.4 Bronnen van gevaar
51.4.1 Gevaar door microgolven
Waarschuwing
De inwerking van microgolven op het menselijk lichaam
kan tot lichamelijk letsel leiden.
Neem de volgende veiligheidsinstructies in acht om uzelf en
anderen niet bloot te stellen aan microgolven.
► Het apparaat nooit met open deur laten werken. Door een
foutief of gemanipuleerde veiligheidsschakelaar bestaat het
gevaar dat u zich direct aan microgolven blootstelt.
► WAARSCHUWING: onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden waarbij de beschermkap voor de
straling van microgolven wordt verwijderd, kunnen gevaar
opleveren voor iedereen en mogen alleen door vakmensen
worden uitgevoerd.
► Dit geldt ook voor de vervanging van de verlichting en de
netkabels. Het apparaat moet hiervoor naar het servicecenter
worden gestuurd.
► Wanneer de deur of de deurafdichting beschadigd zijn, mag
het apparaat niet worden bediend, totdat het door een
geautoriseerde vakkracht is gerepareerd.
51.4.2 Verbrandingsgevaar
Waarschuwing
Het in dit apparaat verwarmde voedingsmiddel, het
gebruike keukengerei en de oppervlakken van het
apparaat, kunnen heel heet worden.
Raadpleeg de volgende veiligheidsaanwijzingen om uzelf of
anderen niet te verbranden.
► De deur en de buitenoppervlakken kunnen tijdens het
gebruik heel heet worden.
186
Waarschuwing
► Let op: Als het apparaat in de combi-stand draait, mag het
door de daarbij ontstane hoge temperaturen alleen onder
toezicht van een volwassene door kinderen worden gebruikt.
► Bij het verhitten van dranken in de magnetron kunnen deze
plotseling gaan koken (kookvertraging), daarom moeten de
bakken voorzichtig worden vastgepakt.
► Geen voedingsmiddelen in de oven frituren. Hete olie kan
onderdelen van apparaten en keukengerei beschadigen en
verbrandingen veroorzaken.
► Vooral de inhoud van babyflesjes en potjes met
babyvoedesel moet worden doorgeroerd of geschud, en de
temperatuur moet voor het gebruik worden gecontroleerd, om
verbrandingen te voorkomen.
► Kooktoestellen kunnen door hitteoverdraging van de
voedingsmiddelen heet worden. Als bescherming wordt het
gebruik van pannenlappen aangeraden.
► De buitenvlakken kunnen bij het gebruik heel heet worden.
► Als het apparaat in gebruik is, kunnen de aanraakvlakken
een hoge temperatuur bereiken.
► Gebruik voor het eruit halen van voedingsmiddelen
pannenlappen of keukenhandschoenen.
► Let op! Bij het openen van deksels of afdekfolie kan hete
damp ontsnappen.
► Waarschuwing: Het apparaat en delen binnen handbereik
raken tijdens het gebruik sterk verhit. De
verwarmingselementen mogen daarom niet worden
aangeraakt, en kinderen onder 8 jaar moeten op afstand of
onder toezicht worden gehouden.
187
51.4.3 Brandgevaar
Waarschuwing
Bij ondeskundig gebruik van het apparaat bestaat
brandgevaar omdat de inhoud kan gaan branden.
Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht om
brandgevaar te vermijden:
► Laat het apparaat niet onbeheerd als u levensmiddelen in
bak uit kunststof, papier of andere brandbare materialen
verwarmt of gaar wil laten worden.
► Gebruik het apparaat nooit voor het bewaren of drogen van
ontvlambare materialen.
► Verhit geen alcohol in onverdunde toestand.
► Het apparaat mag niet in lege toestand gebruikt worden.
► Voor de beperking van brandgevaar in de oven:
a) Bij het verwarmen van voedingsmiddelen in plastic en
papieren bakken moet het apparaat bewaakt worden omdat
er brandgevaar bestaat.
b) Afsluitclips van plastic of papieren zakken moeten voor het
verwarmen worden verwijderd.
c) Wanneer er sprake is van rookontwikkeling moet het
apparaat worden uitgeschakeld of de stekker uit het
stopcontact worden getrokken en de deur gesloten, om
eventueel optredende vlammen te verstikken.
d) Niets bewaren in de oven. Als het apparaat niet wordt
gebruikt, mag het niet worden gebruikt voor het bewaren van
papieren voorwerpen, keukengerei of voedingsmiddelen.
► Bij alle keukenapparaten en bakken moet worden
gecontroleerd of die voor het gebruik in magnetrons geschikt
zijn.
188
Waarschuwing
► Wegwerpbakken van kunststof moeten voldoen aan de
onder "Aanwijzingen voor keukengerei" aangegeven
eigenschappen.
► Bij rookontwikkeling moet het apparaat worden
uitgeschakeld, de netstekker uitgetrokken en de deur (voor
het smoren van eventuele vlammen) gesloten blijven.
► De magnetron is uitsluitend bestemd voor het verwarmen
van gerechten en dranken. Het drogen van gerechten en
kleding en het verwarmen van warmtekussens, pantoffels,
sponzen, vochtige doeken en dergelijke loopt het risico
lichamelijk letsel, ontstekingen of brand te veroorzaken.
► Verwijder altijd vetresten uit het apparaat, omdat deze
licht ontvlambaar zijn.
51.4.4 Ontploffingsgevaar
Waarschuwing
Bij ondeskundig gebruik van het apparaat bestaat
ontploffingsgevaar door ontstane overdruk.
Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht om
explosiegevaar te vermijden:
► Vloeistoffen en andere voedingsmiddelen mogen niet in
afgesloten potten worden verhit, omdat deze kunnen
exploderen.
► Eieren met schaal en hele hard gekookte eieren niet in het
apparaat opwarmen, omdat ze ook na de behandeling in de
magnetron nog exploderen kunnen.
► Voedingsmiddelen met dikke schillen bijv. aardappelen, hele
pompoenen, appels of kastanjes moeten voor het garen in het
apparaat worden ingeprikt.
189
51.4.5 Gevaar door elektrische stroom
Levensgevaar door elektrische spanning!
Het contact met leidingen of onderdelen die onder spanning
staan kan levensgevaarlijk zijn!
Neem de volgende veiligheidsaanwijzingen in acht om gevaar
door elektrische stroom te voorkomen.
► Open in geen geval de behuizing van het apparaat. Als
aansluitingen die onder stroom staan worden aangeraakt en
de elektrische of mechanische opbouw veranderd, bestaat
gevaar voor elektrische schokken. Daarnaast kunnen
functionele storingen in het apparaat optreden.
► Het apparaat mag niet in gebruik worden genomen, als de
netkabel of de stekker beschadigd is, als het niet volgens de
voorschriften werkt, op de grond is gevallen of beschadigd is.
Indien de netkabel of de stekker beschadigd is, moet deze
door de fabrikant of servicepersoneel dat daar opdracht toe
heeft van de fabrikant worden vervangen om gevaren te
voorkomen.
► Opgelet: Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden waarbij
de beschermende afdekking tegen microgolven wordt
verwijderd, moeten alleen door een vakman worden
uitgevoerd. Dit geldt ook voor de vervanging van de
verlichting en de netkabels. Het apparaat moet hiervoor naar
het servicecenter worden gestuurd.
51.5 Informatie over deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is onderdeel van de magnetron (vanaf hier ‘apparaat’ genoemd)
en geeft u belangrijke aanwijzingen voor de ingebruikname, de veiligheid, het doelgerichte
gebruik en het onderhoud van het apparaat.
De gebruiksaanwijzing moet altijd bij het apparaat voorhanden zijn en voor iedereen te
lezen en te gebruiken die met de
ingebruikname
bediening
oplossing van een storing en/of
reiniging
van het apparaat belast is.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef hem samen met het apparaat door aan een
eventuele volgende eigenaar.
190
51.6 Aansprakelijkheid
Alle in deze gebruiksaanwijzing aanwezige technische informatie, gegevens en instructies
voor installatie, ingebruikname en onderhoud beantwoorden aan de laatste stand bij het in
druk gaan en vinden plaats met inachtneming van onze tot nu toe opgedane ervaringen en
kennis naar eer en geweten. Aan de informatie, afbeeldingen en beschrijvingen in deze
gebruiksaanwijzingen kunnen geen rechten worden ontleend.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schaden op grond van:
Niet-naleving van de gebruiksaanwijzing
Ondeskundige reparaties
Niet volgens de voorschriften geldend gebruik
Technische veranderingen, modificaties van het apparaat
Toepassing van niet goedgekeurde onderdelen
Modificaties van het apparaat worden niet aanbevolen en vallen niet onder de garantie.
Vertalingen worden naar beste weten uitgevoerd. Wij zijn niet verantwoordelijk voor
vertaalfouten, ook niet in het geval dat de vertaling door ons of in opdracht van ons is
gemaakt. Bindend blijft alleen de oorspronkelijke Duitse tekst.
51.7 Auteurswet
Dit documentatiemateriaal is auteursrechtelijk beschermd.
Alle rechten, ook die van de fotomechanische reproductie, de verveelvoudiging en de
verbreiding door bijzondere handelswijzen (bijvoorbeeld gegevensverwerking,
informatiedragers en datanetwerken), ook ten dele, zijn de firma Braukmann GmbH
voorbehouden. Inhoudelijke en technische veranderingen voorbehouden.
52 Veiligheid
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke veiligheidsinstructies betreffende de omgang met het
apparaat. Dit apparaat beantwoordt aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften. Een
ondeskundig gebruik kan echter tot materiële schade en schade aan personen leiden.
52.1 Gebruik volgens de voorschriften
Dit apparaat is alleen voor het gebruik in het huishouden in een gesloten ruimte ter
Ontdooien, Verwarmen, Koken, Grillen, Inkoken en bakken van levensmiddelen en
dranken bestemd. Dit apparaat is bedoeld voor het huishouden en in soortgelijke
toepassingen zoals bijvoorbeeld:
in keukens voor medewerkers in winkels,
kantoren en andere commerciële toepassingen;
op boerderijen;
door klanten in hotels, motels en dergelijke; in pensions met ontbijt.
Een ander of er van afwijkend gebruik geldt als niet volgens de voorschriften.
WAARSCHUWING
Gevaar door gebruik niet volgens de voorschriften!
Bij onreglementair gebruik van het apparaat en/of gebruik op een andere wijze
kunnen gevaren ontstaan.
Het apparaat uitsluitend volgens de voorschriften gebruiken.
► De in deze gebruiksaanwijzing beschreven handelswijzen in acht nemen.
Aanspraken van welke aard dan ook wegens niet reglementair gebruik zijn uitgesloten.
Het risico draagt alleen de gebruiker.
191
53 Ingebruikname
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie omtrent de ingebruikname van het apparaat.
Neem de aanwijzingen in acht om gevaren en beschadigingen te voorkomen.
53.1 Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Bij de ingebruikneming van het apparaat kan materiële schade en letsel aan
personen ontstaan!
► Neemt u de volgende veiligheidsvoorschriften in acht om de gevaren te voorkomen:
► Verpakkingsmateriaal mag niet als speelgoed gebruikt worden. Er bestaat kans op
verstikking.
► Vanwege het hoge gewicht van het apparaat het transport als ook het uitpakken en
plaatsen met twee personen uitvoeren.
53.2 Leveringsomvang en transportinspectie
De magnetron HCMG 25 wordt standaard met de volgende onderdelen geleverd:
Magnetron HCMG 25
Draairing
Glazen draaiplateau
Grillrooster
Gebruiksaanwijzing
Tip
► Controleer de levering op volledigheid en op zichtbare beschadigingen.
► Waarschuw de expediteur, de verzekering en de leverancier bij een onvolledige
levering of bij beschadiging als gevolg van gebrekkige verpakking of als gevolg van het
transport.
53.3 Auitpakken
Bij het uitpakken van het apparaat gaat u als volgt te werk:
Verwijder alle verpakkingsonderdelen en de accessoires.
Controleer het apparaat op mogelijke beschadigingen (deuken, beschadigde deur, etc.).
Beschadigde apparaten mogen niet in gebruik worden genomen.
Behuizing: Verwijder het beschermfolie aan de buitenkant van de magnetronbehuizing.
De lichtbruine/zilver afdeklaag aan de binnenkant beschermt de magnetron en mag niet
worden verwijderd.
53.4 Verwijderen van de verpakking
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. De verpakkingsmaterialen
zijn uitgezocht vanuit milieuvriendelijke en verwijderingtechnische gezichtspunten en
daarom recyclebaar.
192
Het terugbrengen van de verpakking in de materiaalkringloop bespaart grondstoffen en
verkleint de afvalhoop. Lever niet meer benodigd verpakkingsmateriaal in bij een
afvalbrengstation, dat zorgdraagt voor de recycling.
Tip
► Bewaar indien mogelijk het originele verpakkingsmateriaal gedurende de
garantieperiode, zodat u het apparaat indien nodig weer volgens de voorschriften kunt
inpakken.
53.5 Plaatsen
53.5.1
Eisen aan de plek van plaatsing
Voor een veilig en foutloos functioneren van het apparaat moet de plek waar het apparaat
komt te staan aan de volgende eisen voldoen:
Het apparaat moet op een vaste, vlakke, horizontale (waterpas) en hittebestendige
ondergrond met voldoende draagkracht voor de oven en het volgens de verwachtingen
zwaarste in de oven bereidde gerecht neergezet worden.
Kies de plek dusdanig dat kinderen hete oppervlakken van het apparaat niet kunnen
aanraken.
Het apparaat is niet geschikt voor inbouw in een wand of in een inbouwkast. Het
apparaat heeft voor een correcte werking voldoende luchtstroming nodig.
Plaatst u het apparaat niet in een hete, natte of zeer vochtige omgeving of in de buurt
van brandbare materialen.
Laat het snoer niet over de rand van een tafel of werkplek naar beneden hangen.
Het stopcontact moet makkelijk toegankelijk zijn, zodat de voedingskabel er in geval
van nood ongecompliceerd uitgehaald kan worden.
De inbouw en montage van dit apparaat op niet stationaire plekken (bijvoorbeeld
schepen) mogen alleen door vakzaken/vakmensen uitgevoerd worden, als ze de
voorwaarden voor een veilig gebruik van dit apparaat garanderen.
53.5.2
Opstelling van het apparaat
1) Plaats het apparaat op een vlakke ondergrond en zorg voor voldoende
beluchtingsruimte.
a) Het oppervlak moet zich
minstens 85 cm boven de
vloer bevinden.
b) Het apparaat moet met de
achterzijde naar een muur
toe staan. Boven het
apparaat moet er een
afstand van 30 cm worden
vrijgehouden, de afstand
aan de zijkant naar de
andere muren of elementen
moet minstens 20 cm
bedragen.
193
c) Verwijder NIET de voeten aan de onderkant van het apparaat.
d) Bedek geen openingen van het apparaat en blokeer deze niet.
e) Het bedekken van de beluchtingsgleuven kan leiden tot beschadiging van het
apparaat.
f) Plaats de magnetron zo ver mogelijk uit de buurt van radio- of televivisietoestellen,
omdat de radio- of televisieontvangst door de magnetron kunnen worden verstoord.
2) Steek de stekker van het apparaat in een normaal stopcontact. Let erop, dat de
spanning en netfrequentie van het apparaat (zie typeplaatje) overeenkomen met de
stroomvoorziening in huis.
53.5.3
Voorkomen van frequentiestoring
Door het apparaat kunnen storingen bij radio’s, televisies of soortgelijke apparaten
optreden.
Door de volgende maatregelen kunnen storingen weggenomen of gereduceerd worden:
Reinig de deur en de afdichtingen van het apparaat.
Plaats de radio, de televisie, etc. op een zo groot mogelijke afstand van het apparaat.
Gebruik voor het apparaat een ander stopcontact, zodat het apparaat en de gestoorde
ontvanger van verschillende stroomketens gebruik maken.
Gebruik een volgens de voorschriften geïnstalleerde antenne voor de ontvanger, om zo
zeker te zijn van een goede ontvangst.
53.6 Montage van onderdelen
53.6.1
Glazen draaiplateau
1 Naaf (onderkant)
2 Glazen draaiplateau
3 Draaikruis
4 Draairing
Het glazen draaiplateau als volgt monteren:
De draairing plaatsen
Het glazen draaiplateau zodanig plaatsen, dat de uitsteeksels aan de
onderkant in het draaikruis komen te zitten.
Het draaiplateau nooit verkeerd om plaatsen. Hij moet vrij kunnen draaien.
Bij het koken moeten altijd de draaiplateau en de bijbehorende draairing worden
gebruikt.
Alles wat u in de magnetron zet wordt voor het verhitten altijd op het draaiplateau of het
grillrooster geplaatst.
Wanneer de glazen draaiplateau of de bijbehorende draairing scheuren of breken,
neem dan direct contact op het uw Service Center.
194
53.6.2
Grillrooster
Het grillrooster op het glazen draaiplateau zetten.
Tip
► Het grillrooster alleen in de grill-, hete lucht- en combinatiemodus C3 gebruiken.
53.7 Elektrische aansluiting
GEVAAR
► Gevaar door stroomstoten
► Het aanraken van interne delen kan leiden tot ernstige verwonderingen of de dood.
► Het apparaat mag niet uit elkaar worden gehaald.
► Door een onvakkundige aarding kan er sprake zijn van stroomstoten. Gebruik geen
stopcontact, die niet vakkundig is geïnstalleerd en geaard.
Voor een veilig en feilloos gebruik van het apparaat moeten bij de elektrische aansluiting
de volgende aanwijzingen in acht genomen worden:
Controleer voor het aansluiten van het apparaat de aansluitingsgegevens (spanning en
frequentie) op het typeplaatje met de gegevens van uw stroomnet. Deze gegevens
moeten overeenkomen, zodat het apparaat niet beschadigd kan raken. In geval van
twijfel vraagt u een vakkundige elektricien.
Het stopcontact moet via een 16A veiligheidsschakelaar, gescheiden van andere
stroomverbruikers, zijn beveiligd.
Bij gebruik van een verlengsnoer mag voor aansluiting van het apparaat op het
stroomnet alleen een uitgerold verlengsnoer van maximaal 3 meter lengte en een
doorsnede van 1,5 mm² gebruikt worden. Het gebruik van een stekker of stekkerdoos
met meerdere aansluitingen is vanwege het daarmee verbonden brandgevaar
verboden.
Vergewis u er van dat de voedingskabel onbeschadigd is en niet onder de oven of over
hete of scherpte oppervlakten gelegd is.
Dit apparaat moet geaard zijn. Bij kortsluiting beschermt de aarding tegen stroomstoten,
doordat de elektrische stroom over een extra leiding wordt afgevoerd. Het apparaat is
voorzien van een passend snoer met aarding en een veiligheidsstopcontact. De
stekker moet in een vakkundig geïnstalleerd en geaard stopcontact worden gestoken.
De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen dan gegarandeerd wanneer het is
aangesloten aan een reglementair geïnstalleerd systeem met aardkabels en
veiligheidschakelaars. Het in werking stellen via een stopcontact zonder
veiligheidsschakelaar is verboden. Laat u in geval van twijfel de huisinstallatie
controleren door een erkende elektricien.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schaden, die door een
gebrekkige of onderbroken aardingskabel veroorzaakt worden.
195
43.1.1
Verlengsnoer
Het aansluitingssnoer is kort gehouden, zodat hij niet in de knoop raakt en om
struikelgevaar te voorkomen,
Indien een langer snoer of een verlengsnoer wordt gebruikt:x
1) De belastbaarheid van het snoer of het verlengsnoer moet minstens overeenkomen
met het elektrische vermogen van het apparaat.
2) Een verlengsnoer moet een geaarde drie-aderige snoer zijjn.
3) Het lange snoer moet zo worden geplaatst, dat het niet van de rand van een tafel of
werkplek naar beneden hangt, waar kinderen eraan kunnen trekken, en zodanig, dat er
geen struikelgevaar is.
54 Opbouw en functie
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke aanwijzingen m.b.t. de opbouw en het functioneren van
het apparaat.
54.1 Algemeen overzicht
A) Bedieningspaneel
Kooktijd, vermogen,
functieaanduiding en actuele tijd
worden getoond.
B) Draaikruis
C) Draairing
D) Glazen draaiplateau
E) Ovenraam
F) Deur
G) Veiligheidsvergrendeling
H) Grillrooster
TIP
►
De ventilator kan blijven draaien, om het apparaat af te koelen.
196
54.2 Bedieningspaneel en display
MICROWAVE: Instellen van het magnetronprogramma.
GRILL/COMBI.: Instellen van het grill- en combinatieprogramma.
CONVECTION: Programmeren van de hete lucht-temperatuur en
voorverwarmfunctie.
WEIGHT/TIME DEFROST: Instellen van het ontdooiprogramma.
CLOCK/KITCHENTIMER: Instellen van de tijd en de timer.
STOP/CLEAR: Tijdelijk onderbreken van het kookprogramma of
wissen van alle vorige instellingen.
UP, DOWN: Selecteren van de kooktijd, vermogen en keuze van
de combinatie- en kookprogramma's.
START: Bevestigen en starten van het kookprogramma of instellen
van het snelstart-kookprogramma.
DOOR: Drukken om de deur te openen.
197
54.3 Pieptonen
Het apparaat geeft de volgende akoestische signalen:
Een signaaltoon: Het apparaat heeft de invoer geaccepteerd
Twee signaaltonen: Geeft aan dat u het eten moet omdraaien of bij de
voorverwarmingsfunctie het eten in de oven moet plaatsen.
Vijf signaaltonen: Het einde van de kooktijd is bereikt.
Geen signaaltoon: Het apparaat heeft de invoer niet geaccepteerd. De invoer
controleren en opnieuw proberen.
54.4 Veiligheidsvoorzieningen
54.4.1
Waarschuwingsinstructies op apparaat
VOORZICHTIG
Gevaar door hete oppervlakte!
Boven aan de achterkant bevindt zich een waarschuwing voor het gevaar door hete
oppervlakten. De oppervlakte van het apparaat kan zeer heet worden.
► De hete oppervlakte van het apparaat niet aanraken.
Brandgevaar!
► Zet of leg geen voorwerpen op het apparaat.
► Plaats de magnetron niet boven een kookveld of een ander apparaat dat hitte
genereert, omdat de magnetron hierdoor beschadigd kan raken en de garantie vervalt.
54.4.2
Deurvergrendeling
In de deurvergrendeling van het apparaat is een veiligheidsschakelaar ingebouwd, die de
werking van het apparaat bij een openstaande deur verhindert.
VOORZICHTIG
Gevaar door microgolven!
Is deze veiligheidsinrichting defect of wordt deze veiligheidsinrichting vermeden,
dan bent u en zijn ook anderen blootgesteld aan microgolven
► Het apparaat niet gebruiken als de veiligheidsschakelaar defect is.
► Deze veiligheidsinrichting niet buiten werking stellen.
54.4.3
Kinderslot
Het kinderslot verhindert gebruik van het apparaat door kinderen zonder toezicht.
Activeren van het kinderslot
Drukt u de knop STOP/CLEAR drie seconden lang in, totdat u een pieptoon
hoort en de functie zichtbaar is in het display
toestand zijn alle knoppen gedeactiveerd.
. In vergrendelde
198
Deactiveren van het kinderslot
Drukt u de knop STOP/CLEAR lang in, totdat u een pieptoon hoort en de
functie zichtbaar is in het display
knoppen weer geactiveerd.
. In ontgrendelde stand zijn alle
54.5 Typeplaatje
Het typeplaatje met de aansluit- en vermogensgegevens bevindt zich aan de achterkant
van het apparaat.
55 Bediening en gebruik
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke aanwijzingen m.b.t. de bediening van het apparaat.
Neem de aanwijzingen in acht om gevaren en beschadigingen te voorkomen.
WAARSCHUWING
► Het apparaat tijdens gebruik niet uit het oog verliezen, zodat er bij gevaren snel
ingegrepen kan worden.
55.1 Basis van het magnetron koken
De voor de verwarming van de gerechten benodigde tijd en het vermogen hangt onder
andere af van de eindtemperatuur, de hoeveelheid en de soort en toestand van het
gerecht. Gebruik de kortst aangegeven kooktijd en verleng de tijd naar behoefte.
Sorteer de te bereiden etenswaren zorgvuldig. Plaats de dikste stukken op de rand van
de vorm.
Dek het gerecht tijdens het koken af. Een deksel verhindert spatten en draagt bij tot een
gelijkmatig garen/verhitten.
Tijdens het verwarmen dient u het gerecht meermaals om te draaien, anders te leggen of
om te roeren, zodat uw een gelijkmatige temperatuurverdeling krijgt.
Eventueel aanwezige kiemen in het gerecht worden alleen bij een voldoende hoge
temperatuur (>70°C) en bij een voldoende lange tijd (>10 min.) gedood.
Levensmiddelen met vaste huid of schaal zoals tomaten, worsten, schilaardappelen en
aubergines meermaals prikken ofwel inkerven, zodat ontstane damp ontsnappen kan en
de levensmiddelen niet uit elkaar spatten.
Eieren zonder schaal mogen alleen dan in de magnetron opgewarmd worden, wanneer er
in het vel van de eierdooier van tevoren meermaals geprikt is. De eierdooier kan anders
na het verwarmen met hoge druk naar buiten spuiten.
Verleg gerechten zoals gehaktballetjes na de helft van de kooktijd van boven naar
beneden en van het midden tot aan de uiterste rand.
199
55.2 Soorten gebruik
Het apparaat kan op verschillende manier gebruikt worden. De volgende opsomming geeft
de mogelijkheden van gebruik van het apparaat aan:
Gebruik “Magnetron”
Dit gebruik is geschikt voor normaal verhitten van gerechten.
Gebruik "grill en combinatieprogramma's"
De modus grill (G-1) is geschikt voor braden en bakken van eten.
De combinatieprogramma's zijn geschikt voor het gelijktijdig koken in de magnetron, grillen
en koken met hete lucht.
De volgende combinatieprogramma's zijn beschikbaar:
Display
Combinatieprogramma
Magnetron
C-1
X
C-2
X
C-3
C-4
X
Grill
Convectie
X
X
X
X
X
X
Gebruik “hete lucht”
Bij dit gebruik circuleert de hete lucht in de binnenkant van het apparaat, om zo een snelle
en gelijkmatige verwarming van het gerecht te verkrijgen.
Gebruik “Meerdere fasen koken”
Bij dit gebruik kunnen tot 2 automatische fasen geprogrammeerd worden. De volgorde en
duur van het ontdooien, magnetron koken en grill en hete lucht gebruik, kunt u zelf
instellen.
Gebruik "automatisch kookprogramma"
Bij dit gebruik kan het kookprogramma uit 10 verschillende menu’s uitgekozen worden.
Automatisch ontdooien
Dit gebruik is geschikt voor het ontdooien van bevroren gerechten. U kunt kiezen tussen
ontdooien naar gewicht en ontdooien naar tijd.
55.3 Aanwijzingen magnetron kookgerei
Het ideale materiaal voor magnetronkookgerei is dusdanig gemaakt, dat de microgolven
doorgelaten worden en de energie kan doordringen in de vormen, zodat de gerechten
opwarmen.
Neem de volgende aanwijzingen in acht bij de keuze van passend kookgerei:
Microgolven kunnen niet door metaal.Gereedschap uit metaal en kookgerei met metalen
ornamenten dienen daarom niet gebruikt te worden.
► Gebruik bij het koken in de magnetron geen producten uit recycling papier, omdat hierin
kleine metaalfragmenten kunnen zitten, die vonken en/of brand kunnen veroorzaken.
200
► Gebruik bij voorkeur rond of ovaal kookgerei in plaats van vierkant of rechthoekig,
omdat voedsel in de hoeken er toe neigt oververhit te raken.
► Smalle stroken aluminiumpapier kunnen gebruikt worden om kwetsbare delen tegen
overmatig verhitten te beschermen. Gebruik niet te veel folie en houdt een afstand van
crica 2,5 cm. aan tussen het folie en de zijkanen van het apparaat.
► Gebruik geen aluminiumfolie bij gebruik van de magnetronfunctie of bij combinaties met
de magnetron (zie tabel).
De volgende tabel dient als houvast bij de keuze van het juiste kookgerei:
Kookgerei
Magnetron
Grill
Hetelucht
Combinatie
Hittebestendig glasservies
Niet hittebestendig glasservies
Hittebestendig keramisch servies
Magnetronbestendige
kunststofvormen
Keukenpapier
Metaalblik
Voetstuk uit metaal, metalen bak
Aluminiumfolie en - vormen
55.4 Deur openen/sluiten
Deur openen
Druk op de knop deur openen om de deur van het apparaat te openen.
Mocht het apparaat ingeschakeld zijn, dan wordt het actuele kookprogramma
onderbroken
Tip
► Laat de deur een moment open voordat u in de binnenruimte tast, om zo de
opgehoopte hitte te laten ontsnappen.
Deur sluiten
Sluit de deur totdat de deurvergrendeling hoorbaar sluit. Mocht een lopend
programma door het openen van de deur onderbroken zijn, dan wordt het
actuele kookprogramma na drukken op de knop START voortgezet.
55.5 Inschakelen naar programmakeuze
Druk na de gemaakte programmakeuze met de draairegelaar op de knop
START om het ingestelde kookprogramma te starten.
201
55.6 Snelstart
Snelstart van de magnetron:
1) U kunt voor een willekeurige tijdsduur de magnetron direct met 100 %
vermogen starten. Stel daarvoor met de
de tijd in en start
dan met START direct de magnetron met 100 % vermogen.
2) In de standby-modus drukt u op START om bij 100 % vermogen
gerechten gedurende 30 seconden op te warmen. Iedere keer dat u op
START drukt verlengt de verwarmingstijd met 30 seconden. Het
maximum is 95 minuten.
3) In alle magnetron-, grill- hete lucht en combinatieprogramma kan na
reeds bevestigde programma-instelling, de tijd door iedere druk op de
knop START met 30 seconden worden verlengd.
Let op: Deze functie staat noch bij het ontdooingsprogramma, noch bij de automatische
kookprogramma's ter beschikking.
55.7 Uitschakelen/onderbreken
Om een lopend kookprogramma te onderbreken kunt u als volgt te werk
gaan:
Druk eenmaal op de knop STOP/CLEAR Het lopende kookprogramma wordt
onderbroken.
Open de deur van het apparaat. Het lopende kookprogramma wordt
onderbroken.
Tip
►
Om het onderbroken kookprogramma voort te zetten, drukt u na het
sluiten van de deur op de knop START.
Om het onderbroken programma te beëindigen, drukt u voor de tweede keer
op de knop STOP/CLEAR.
Tip
►
Bij aanvang van een ander kookprogramma drukt u op de knop
STOP/CLEAR waarbij de aanwijzing op het display verdwijnt en het systeem
wordt teruggezet.
55.8 Instellen van de klok
Zodra het apparaat aan de netstroom is aangesloten, toont het display 0:00
en klinkt de zoemer een keer.
1) Druk een keer op CLOCK/KITCHENTIMER, u ziet 00:00.
202
2) Druk
of
klok) in te stellen.
om de uren in het bereik 0-23 (24-uurs
3) Druk op CLOCK/KITCHENTIMER en het minutendisplay blinkt.
4) Druk op
te stellen.
of
om de minuten in het bereik 0-59 in
5) Druk op CLOCK/KITCHENTIMER om de instelling van de klok af te
sluiten. De dubbele punt van het tijd-display blinkt.
Let op: Wanneer de klok niet wordt ingesteld, kan deze later niet worden gebruikt.
Wanneer u tijdens het instellen van de tijd op STOP/CLEAR drukt, gaat het apparaat terug
naar de vorige instelling.
55.9 Keukenwekker functie
1) Druk twee keer op CLOCK/KITCHEN TIMER, het display toont 00:00.
2) Druk op
95 minuten).
of
om de wektijd in te stellen (maximaal
3) Druk op START om de instelling te bevestigen.
4) Wanneer de wektijd is bereikt, klinkt te zoemer vijf keer. Wanneer de
tijd is ingesteld, geeft het display de actuele tijd aan. Let op: De timer is
niet afhankelijk van uw tijd-instelling, het is een onafhankelijke
keukenwekker.
55.10 Gebruik “Magnetron”
Bij koken in de magnetron kunt u het vermogen en de kooktijd (maximaal 95 minuten)
aanpassen.
1) Druk op MICROWAVE en het display toont "P100".
2) Druk meermaals op MICROWAVE of de knoppen
of
tot het gewenste vermogen wordt getoond (P100, P80,
P50, P30, P10).
3) Druk dan op START ter bevestiging.
203
4) Druk op
of
om de kooktijd tussen 0:05 (5
seconden) en 95:00 (95 minuten) in te stellen. Door opnieuw op
START te drukken begint het kookproces.
5) Wanneer de kooktijd is verstreken, geeft het systeem vijf signaaltonen.
Voorbeeld: Wanneer u iets gedurende 20 minuten bij 80 % van het
magnetronvermogen willen koken, gaat u als volgt te werk:
1) Druk een keer op MICROWAVE, het display toont "P100".
of om het
2) Druk opnieuw op MICROWAVE of druk op
magnetronvermogen te kiezen.
3) Druk op START om de instelling te bevestigen, "P80" wordt getoond.
4) Druk
of
display 20:00 weergeeft.
om de kooktijd in te stellen, totdat het
5) Druk op START om het kookproces te starten.
6) Wanneer de kooktijd is verstreken, geeft het systeem vijf signaaltonen.
Let op: de trappen van de instelling van de kooktijd zijn als volgt:
0 -1 Minuut: 5 seconden
1 – 5 minuten: 10 seconden
5 – 10 minuten: 30 seconden
10 – 30 minuten: 1 minuut
30 – 95 minuten: 5 minuten
Overzicht magnetronvermogen:
Aantal knopdrukken
1
2
3
4
5
Magnetronvermogen
100 %
80 %
50 %
30 %
10 %
55.11 Gebruik "Grill" en combinatieprogramma's
Het gebruik van “Grill” is speciaal geschikt voor dunne plakjes vlees, steaks, koteletten,
kebab, worsten en stukjes kip.
Kies het kookprogramma„Grill“, door een keer op de knop GRILL/COMBI. te
drukken. Het display toont "G-1 voor de grill-functie.
204
1) Druk nog een keer op GRILL/COMBI of druk op
of
om het gewenste combinatieprogramma te kiezen, er wordt
„G-1“, „C-1“, „C-2“, „C-3“ of „C-4“ getoond.
2) Druk op START voor bevestiging.
3) Druk op
of
om de kooktijd tusen 0:05 (5
seconden) en 95:00 (95 minuten) in te stellen. Druk op START om het
kookproces te starten.
4) Wanneer de kooktijd is verstreken, geeft het systeem vijf signaaltonen.
Voorbeeld: Wanneer u iets 10 minuten lang wilt grillen, gaat u als volgt te werk:
1) Druk een keer op GRILL/COMBI, het display toont "G-1".
2) Druk op START voor bevestiging.
3) Druk op
of
het apparaat 10:00 toont.
om de kooktijd in te stellen, totdat
4) Druk op START om het kookproces te starten.
Tip
► Na afloop van de halve grilltijd zoemt het apparaat twee keer, om u te laten
weten, dat u het eten nu kunt omdraaien. Open daartoe de deur, draai het te
koken product om en sluit de deur. Druk op START om het kookproces te
vervolgen.
► LET OP: Het apparaat houdt niet op met zoemen.
Let op: Instructies voor combinaties
Aantal knopdrukken
Display
Magnetron
1
C-1
X
2
C-2
X
3
C-3
4
C-4
X
Grill
Hete lucht
X
X
X
X
X
X
205
55.12 Gebruik “Hete lucht”
Bij koken met hete lucht circuleert de hete lucht door de binnenruimte, om het gerecht snel
en gelijkmatig te bruinen en knapperig te bereiden. Deze oven kan op tien verschillende
bereidingstemperaturen worden ingesteld. De maximale bereidingstijd bedraagt 95
minuten.
Gebruik "hetelucht" met voorverwarming
1) Druk een keer op CONVECTION; er "150" knippert op het display.
2) Druk herhaald op CONVECTION of druk op
of
om de gewenste temperatuur tussen 150 – 240 ° te kiezen.
3) Druk op START om de temperatuur te bevestigen.
4) Druk nog een keer op START en het apparaat begint met
voorverwarmen. Zodra de voorverwarmtemperatuur is bereikt, klinkt de
zoemer twee keer, en kunt u het gerecht in het apparaat plaatsen. De
voorverwarmtemperatuur wordt getoond en knippert. Plaats het
gerecht in het apparaat en sluit de deur.
5) Stel met
of
nu de kooktijd in op maximaal 95
minuten en bevestig dit met START.
Wanneer de kooktijd is verstreken, geeft het systeem vijf signaaltonen.
Tip
► U kunt de kooktijd pas invoeren, wanneer de voorverwarmtemperatuur is bereikt. U
moet de deur dan een keer openen, zodat de kooktijd kan worden ingevoerd. Wanneer
de kooktijd niet binnen 5 minuten na het twee keer klinken van de zoemer
wordt ingevoerd, gaat het apparaat op standby.
► U kunt de temperatuur van de hete lucht tijdens het koken controleren, door
op de knop CONVECTION te drukken.
Knop-drukken
Temperatuur Knopdrukken
Temperatuur
1
150 °C
6
200 °C
2
160 °C
7
210 °C
3
170 °C
8
220 °C
4
180 °C
9
230 °C
5
190 °C
10
240 °C
43.1.2
Gebruik "hete lucht" zonder opwarmen
1) Druk een keer op CONVECTION; er "150" knippert op het display.
206
2) Druk meermaals op CONVECTION of druk op
of
om de gewenste temperatuur tussen 150 –240 °C in te
stellen.
3) Druk op START om de temperatuur te bevestigen.
4) Druk op
of
minuten in te stellen.
om de kooktijd op maximaal 95
5) Druk op START om het kookproces te starten.
6) Wanneer de kooktijd is verstreken, geeft het systeem vijf signaaltonen.
55.13 Gebruik “Meerdere fases koken”
Bij dit gebruik kunnen tot 2 automatische fasen geprogrammeerd worden.
De volgorde en duur van ontdooien, koken in de magnetron, grill(combinatie)- of
heteluchtgebruik kan worden ingesteld.
Wanneer u de ontdooifunctie wilt gebruiken, moet deze als eerste functie worden gekozen.
Tip
► De automatische kookprogramma'sen de voorverwarmingsfunctie kunnen niet voor het
koken in meerdere fasen worden gebruikt.
Voorbeeld: Wanneer u gerechten 5 minuten wilt ontdooien en deze dan bij 80%
magnetronvermogen 7 minuten wilt koken, gaat u als volgt te werk:
1) Druk twee keer
2) Druk op
; op het display verschijnt "d-2" voor het ontdooien op tijd.
of
om de ontdooitijd op 5 minuten in te stellen.
3) Druk op MICROWAVE en stel het vermogen van de magnetron met
of
op 80% in, het display toont P80.
4) Druk op START voor bevestiging.
5) Stel met
of
de kooktijd op 7 minuten in.
6) Druk op START om het kookproces te starten.
207
7) Wanneer de kooktijd is verstreken, geeft het systeem vijf signaaltonen.
Tip
► Bevestig tussen het instellen van het eerste en tweede kookprogramma niet de tijd,
want daardoor zou het eerste kookprogramma direct worden gestart. Ga na het
instellen van de tijd voor het eerste kookprogramma direct door met het instellen van
het tweede kookprogramma.
55.14 Gebruik "automatisch kookprogramma"
Bij gebruik van dit kookprogramma kunt u uit 10 verschillende menu’s kiezen. Meer
informatie vindt u in de tabel.
1) In de standby-modus drukt u
om de gewenste functie te kiezen. Er
verschijnt „A1“, „A2“, „A3“ … „A10“ op het display.
2) Druk op START om het gewenste programma te bevestigen.
3) Kies met
of
het gewicht c.q. het gewenste aantal porties
uit. Het display toont het aantal porties of het gewicht in gram (zie tabel).
4) Druk op START om het kookproces te starten.
5) Wanneer de kooktijd is verstreken, geeft het systeem vijf signaaltonen.
Auto meu overzicht
Menu
Gewicht (g)
Display
Vermogen
A1 pizza
200
200
C-4
300
300
400
400
1 (ongeveer 230g)
1
2 (ongeveer 460g)
2
3 (ongeveer 690g)
3
150
150
300
300
450
450
600
600
150
150
250
250
350
350
450
450
650
650
A2 aardappelen
A3 vlees
A4 vis
100 %
100 %
80 %
208
A5 groente
150
150
350
350
500
500
1 kop (240 ml)
1
2 kojes (480 ml)
2
3 kopjes (720 ml)
3
50 (voeg 450 ml
koud water toe)
50
100 (voeg 800 ml
koud water toe)
100
150 (voeg 1200 ml
koud water toe)
150
50
50
100
100
A9 taarten
475
475
Op 180°
voorverwarmen
A10 kip
500
500
C-4
750
750
1000
1000
1200
1200
A6 dranken / koffie
A7 pasta
A8 popcorn
100 %
100 %
80 %
100 %
A9 taarten
► Wanneer u het taartprogramma A9 kiest, verwarm het apparaat dan eerst voor. Plaats
de taart niet direct in het apparaat. Pas wanneer de zoemer twee keer
klinkt, is de oven voorverwarmd op 180 °. Plaats nu de taart in het
apparaat. Sluit de deur weer en begin het bakproces met START. De
timer blijft lopen en de taart wordt gebakken.
55.15 Gebruik “Automatisch ontdooien”
Met behulp van het menu “Automatisch ontdooien” kunt u bevroren gerechten
ontdooien.
43.1.3
Gebruik "ontdooien" naar gewicht
1) Druk een keer op WEIGHT/TIME DEFROST, het display toont "d-1".
2) Stel met
of
het gewicht van het eten in. Het
display toont eerst "100g". U kunt het gewicht instellen tussen 100 2000 g.
3) Begin het ontdooiproces met START.
4) Wanneer de kooktijd is verstreken, geeft het systeem vijf signaaltonen.
209
43.1.4
Gebruik "ontdooien" op tijd
1) Druk twee keer op WEIGHT/TIME DEFROST, het display toont "d-2".
of
2) Druk op
minuten in te stellen.
op de ontdooitijd op maximaal 95
3) Begin het ontdooiproces met START.
4) Wanneer de kooktijd is verstreken, geeft het systeem vijf signaaltonen.
55.16 Functieoproep
1) Wanneer u tijdens het kookproces op CLOCK/KITCHEN TIMER
drukt, wordt de ingestelde tijd weergegeven.
2) Wanneer u tijdens het kookproces op MICROWAVE, GRILL/COMBI
of CONVECTION drukt, wordt het actuele vermogen getoond.
56 Reiniging en onderhoud
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t de reiniging en het onderhoud van het
apparaat. Neem de aanwijzingen in acht om beschadigingen door verkeerde reiniging van
het apparaat te voorkomen en een storingvrij gebruik te waarborgen.
56.1 Veiligheidsvoorschriften
VOORZICHTIG
Schenkt u eerst aandacht aan de volgende veiligheidsvoorschriften voordat u met de
reiniging van het apparaat begint:
► Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en restanten van voedsel moeten
worden verwijderd. Wanneer het apparaat niet schoon wordt gehouden kan het
oppervlak beschadigd raken, wat kan leiden tot een kortere levensduur van het
apparaat, gevaar voor de gebruiker en schimmel- en bacteriële infecties.
► Schakelt u de oven vóór het reinigen uit en trek de stekker uit het stopcontact.
► De binnenkant van de oven is na gebruik heet. Er is daardoor kans op verbranden!
Wacht u totdat het apparaat is afgekoeld.
► Reinigt u de binnenkant na gebruik, zodra hij is afgekoeld. Te lang wachten verzwaart
de reiniging onnodig en maakt het in extreme gevallen onmogelijk. Te sterke
verontreinigingen kunnen onder omstandigheden het apparaat beschadigen.
► Als er vloeistof het apparaat binnendringt, kunnen elektronische componenten
beschadigd raken. Let u er op dat er geen vloeistof door de ventilatiegleuven in het
binnenste van het apparaat terecht komt.
► Gebruik geen agressieve of schurende reinigingsmiddelen en geen oplosmiddelen.
► Kras niet met een hard voorwerp over hardnekkige verontreinigingen.
210
VOORZICHTIG
► Vanwege de daarmee samenhangende gevaren mogen reparaties en
servicewerkzaamheden, waarbij de stralingsbeveiligingskap wordt verwijderd,
uitsluitend door een vakman worden uitgevoerd.
56.2 Reiniging
Binnenkant en binnenkant deur
Brandgevaar
► Verwijder altijd vetresten uit het apparaat, omdat deze licht ontvlambaar zijn.
Houd de binnenkant van de oven schoon. Veeg gemorste en door spetteren ontstane
maaltijdresten met een vochtige doek van de wanden aan de binnenkant. Bij sterke
vervuiling van de oven kan een mild reinigingsmiddel gebruikt worden. Veeg de deur,
het raam en de deurdichtingen met een vochtige doek af, om zo door spetteren en
morsen ontstane maaltijdresten te verwijderen. Maaltijdresten aan de deurdichting
kunnen er toe leiden dat de deur niet meer goed sluit en dat daardoor microgolven
vrijkomen.
Veeg de neergeslagen damp op de ovendeur met een vochtige doek af. Dit kan het
geval zijn als het apparaat in een zeer vochtige omgeving gebruikt is en is normaal.
Luchtjes kunt u uit de oven verwijderen door een kopje water te vullen met sap en schil
van een citroen, het vervolgens in een magnetronbestendige schotel te gieten en dan
vijf minuten in de magnetron stand te koken. Veeg de oven daarna grondig met een
zachte doek droog.
Laat na reiniging de binnenkant van de ovendeur open, totdat het apparaat droog is.
Reinigingstip - De binnenwanden, waaraan gekookt voedsel kleeft, kunt u als volgt
gemakkelijker reinigen: Leg een halve citroen in een schaaltje, voeg 300 ml water toe
en verwarm dit 10 minuten bij 100% magnetronvermogen. Daarna maakt u het
apparaat met een zachte, droge doek schoon.
Voorkant en bedieningspaneel
Reinig de voorkant van het apparaat en het bedieningspaneel met een zachte, licht
vochtige doek.
Let er op dat het bedieningspaneel niet nat wordt. Gebruik om het te reinigen een
zachte, vochtige doek.
Tip
► Laat de ovendeur open om te voorkomen dat het apparaat per vergissing wordt
ingeschakeld.
Buitenkant
De oppervlakte aan de buitenkant van het apparaat met een vochtige doek reinigen.
211
Draaiplateau, grillrooster en draairing
De accessoires (draaiplateau, grillrooster en draairing) moeten regelmatig worden
losgemaakt en gereinigd. Was de accessoires in een warme zeepoplossing.
De draairing moet regelmatig schoongemaakt worden om te veel geluidsontwikkeling of
een storing van de draaibeweging te voorkomen.
De draairing kan in een milde zeepoplossing. Let u er op dat de draairing na het
reinigen weer volgens voorschrift wordt teruggelegd.
Veegt u de bodem van de oven met een mild reinigingsmiddel af. Bij sterke vervuiling
van de ovenbodem kan een mild reinigingsmiddel gebruikt worden.
57 Storingen verhelpen
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t. het lokaliseren van storingen en het
verhelpen van storingen. Let u op de aanwijzingen om gevaren en beschadigingen te
voorkomen.
57.1 Veiligheidsvoorschriften
VOORZICHTIG
► Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen uitgevoerd worden door
gekwalificeerd vakpersoneel dat door de fabrikant is geschoold.
► Door ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke gevaren voor de gebruiker ontstaan,
evenals schaden aan het apparaat.
57.2 Oorzaken van de storingen en het verhelpen
De volgende tabel helpt bij het lokaliseren en het verhelpen van kleinere storingen
Storing
Mogelijke oorzaak
Verhelpen
Het gekozen
programma start niet
Apparaatdeur niet gesloten
Apparaatdeur sluiten
Stekker niet in stopcontact
Stekker in stopcontact doen
Zekering niet ingeschakeld
Zekering inschakelen
Vuil tussen het draaiplateau en
de bodem van het apparaat
Verontreinigingen
verwijderen
Het draaiplateau draait
schoksgewijs
Vuilresten aan draairing
Schaal te groot
Ander vaartuig gebruik
Gerecht na afloop van
de ingestelde tijd niet
genoeg ontdooid,
verwarmd ofwel gaar
geworden.
Tijd ofwel vermogen verkeerd
gekozen
Tijd en vermogen opnieuw
instellen
Het gebeuren herhalen
Het apparaat
functioneert, maar de
binnenverlichting niet
Binnenverlichting kapot
Binnenverlichting door
Servicedienst laten
repareren
212
Tijdens inschakeling van Gerechten met aluminium
de magnetron ontstaan
afgedekt
niet normale geluiden
Het servies bevat metaal en er
ontstaan vonken
Aluminiumfolie verwijderen
De tijd in het display
klop niet
Tijd opnieuw instellen
Stroomuitval
Adviezen gebruik servies
lezen
VOORZICHTIG
► Als u met de bovengenoemde stappen het probleem niet kunt verhelpen, neem dan
contact op met de klantendienst.
58 Afvoer van het oude apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten vaak nog waardvolle
materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen, die voor hun
functioneren en veiligheid noodzakelijk waren.
In het huishoudelijk afval of bij verkeerde behandeling kunnen deze stoffen de menselijke
gezondheid en het milieu schade aanbrengen. Zet uw oude apparaat daarom nooit bij het
gewone huishoudelijk vuil.
Tip
► Maak gebruik van de in uw woonplaats voorhanden zijnde inzamelplek voor teruggave
en verwerking van oude elektrische en elektronische apparaten. Haal eventueel
informatie bij uw gemeentehuis, de vuilnisophaaldienst of bij uw winkelier.
► Zorg ervoor dat uw oude apparaat tot het moment van transport op een kinderveilige
plek wordt bewaard.
59 Garantie
Voor dit product geven we vanaf de dag van aankoop 24 maanden garantie op gebreken,
die te herleiden zijn tot productie- of materiaalfouten.
Garantieclaims volgens §439 ff. BGB-E blijven hiervan van kracht.
Onder de garantie vallen niet de schaden die door onjuiste behandeling of ingebruikname
ontstaan zijn, zoals gebreken die de functie of de waarde van het apparaat slechts gering
beïnvloeden. Verder zijn aan slijtage onderhevige onderdelen, transportschade zo lang wij
deze niet te verantwoorden hebben, als ook schaden, die door niet door ons verrichtte
reparaties ontstaan zijn, uitgesloten van aanspraak op garantieclaim.
Dit apparaat is vervaardigd voor huishoudelijk gebruik (kleinverbruik) en voorzien van een
overeenkomstig vermogen.
Een eventueel gebruik voor bedrijfsdoeleinden valt alleen onder de garantie, als de mate
van gebruik te vergelijken is met het gebruik in een particulier kleinhuishouden. Het is niet
voor de verdere bedrijfsdoeleinden bestemd.
Bij rechtmatige reclamaties zullen wij het defecte apparaat naar ons bevinden repareren of
tegen een apparaat vrij van gebreken omwisselen.
213
Zichtbare defecten moeten binnen 14 dagen na levering aangetoond worden. Verdere
claims zijn uitgesloten.
Stelt u zich voor het indienen van een garantieclaim en het terugsturen van uw apparaat
via onderstaand adres (altijd met bewijs van koop!) met ons in verbinding.
60 Technische gegevens
Apparaat
Magnetron, grill en heteluchtoven
Naam
HCMG25
Artikel nr.
3354
Aansluitgegevens
230V~ 50Hz
1450W (Magnetron)
Vermogensopname
2500W (Hetelucht)
1100W (Grill)
< 1W (Standby)
Magnetron uitgangsvermogen
900W
Optimale frequentie
2450MHz
Afmetingen buitenkant
515 x 305 x 465 mm
Afmetingen binnenkant
325 x 200 x 335 mm
Ovencapaciteit
ca. 25 L
Netto gewicht
18,74 kg
214