Caso IMCG 25 Handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
Handleiding
12
49.1 Gebruik volgens de voorschriften ..................................................................... 187
49.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen ................................................................... 188
49.3 Bronnen van gevaar ............................................................................................ 191
49.3.1 Gevaar door microgolven ................................................................................ 191
49.3.2 Verbrandingsgevaar ........................................................................................ 191
49.3.3 Brandgevaar ................................................................................................... 193
49.3.4 Ontploffingsgevaar .......................................................................................... 194
49.3.5 Gevaar door elektrische stroom ...................................................................... 195
50 Ingebruikname ................................................................................................ 195
50.1 Veiligheidsvoorschriften .................................................................................... 196
50.2 Leveringsomvang en transportinspectie .......................................................... 196
50.3 Auitpakken ........................................................................................................... 196
50.4 Verwijderen van de verpakking.......................................................................... 196
50.5 Plaatsen ............................................................................................................... 197
50.5.1 Eisen aan de plek van plaatsing ..................................................................... 197
50.5.2 Voorkomen van frequentiestoring ................................................................... 197
50.6 Montage van onderdelen .................................................................................... 197
50.6.1 Grillrooster .................................................................................................... 198
50.6.2 Bakblik ............................................................................................................ 200
50.7 Elektrische aansluiting ....................................................................................... 200
51 Opbouw en functie .......................................................................................... 200
51.1 Algemeen overzicht ............................................................................................ 201
51.2 Bedieningspaneel en display ............................................................................. 202
51.3 Sensor Touch velden: ......................................................................................... 203
51.4 Pieptonen ............................................................................................................. 203
52 Veiligheidsvoorzieningen ............................................................................... 203
52.1.1 Waarschuwingsinstructies op apparaat .......................................................... 203
52.1.2 Deurvergrendeling .......................................................................................... 203
52.1.3 Kinderslot ........................................................................................................ 204
52.2 Typeplaatje .......................................................................................................... 204
53 Bediening en gebruik ...................................................................................... 204
53.1 Basis van het magnetron koken ........................................................................ 204
53.2 Soorten gebruik ................................................................................................... 205
53.3 Aanwijzingen magnetron kookgerei .................................................................. 205
53.4 Deur openen/sluiten ............................................................................................ 206
53.5 Inschakelen naar programmakeuze .................................................................. 206
53.6 Herstellen van de programmakeuze .................................................................. 207
53.7 Snelstart ............................................................................................................... 207
13
53.8 Pauze/Beëindigen ............................................................................................... 207
53.9 Instellen van de klok ........................................................................................... 207
53.10 Functie +30sec ................................................................................................. 207
53.11 Timer ................................................................................................................. 207
53.12 Gebruik “Magnetron” ...................................................................................... 208
53.13 Gebruik “Grill” ................................................................................................. 209
53.14 Gebruik “Magnetron en grill” ......................................................................... 209
53.14.1 “Combinatie 1” ................................................................................................ 209
53.14.2 “Combinatie 2” ................................................................................................ 210
53.15 Gebruik “Hete lucht” ....................................................................................... 210
53.15.1 Gebruik “Voorverwarmen en “hete lucht koken”.............................................. 211
53.16 Gebruik “Magnetron en hete lucht koken” .................................................... 211
53.17 Gebruik “Kookprogramma“ ............................................................................ 212
53.18 Ontdooien ........................................................................................................ 214
53.18.1 Ontdooien op tijd. ............................................................................................ 214
53.18.2 Ontdooien naar gewicht: “Automatisch ontdooien” ......................................... 214
53.19 Modus "Koken in meerdere stappen" ............................................................ 215
54 Reiniging en onderhoud ................................................................................. 215
54.1 Veiligheidsvoorschriften .................................................................................... 215
54.2 Reiniging .............................................................................................................. 216
55 Storingen verhelpen ....................................................................................... 217
55.1 Veiligheidsvoorschriften .................................................................................... 217
55.2 Storingmeldingen ................................................................................................ 217
55.3 Oorzaken van de storingen en het verhelpen ................................................... 217
56 Afvoer van het oude apparaat ........................................................................ 218
57 Garantie ........................................................................................................... 218
58 Technische gegevens ..................................................................................... 219
185
Originele
Gebruiksaanwijzing
Magnetron, grill en heteluchtoven
IMCG25
Artikelnummer 3359
186
48 Gebruiksaanwijzing: Algemeen
Lees de hier vermelde informatie, zodat u snel vertrouwd raakt met uw apparaat en al zijn
functies in volle omvang kunt gebruiken. U heeft jaren lang plezier van uw magnetron als u
hem vakkundig behandelt en onderhoudt. Wij wensen u veel plezier met het gebruik.
48.1 Informatie over deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is onderdeel van de magnetron (vanaf hier ‘apparaat’ genoemd)
en geeft u belangrijke aanwijzingen voor de ingebruikname, de veiligheid, het doelgerichte
gebruik en het onderhoud van het apparaat. De gebruiksaanwijzing moet altijd bij het
apparaat voorhanden zijn en voor iedereen te lezen en te gebruiken die met de
ingebruikname bediening oplossing van een storing en/of reiniging
van het apparaat belast is. Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef hem samen met het
apparaat door aan een eventuele volgende eigenaar.
48.2 Waarschuwingsinstructies
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende waarschuwingsinstructies gebruikt:
Gevaar
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een dreigende, gevaarlijke
situatie. Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, leidt deze tot de dood of
zware verwondingen.
De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om het gevaar van dood
of zware verwondingen bij personen te voorkomen.
Waarschuwing
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie.
Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, kan dit tot zware verwondingen leiden.
De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om verwondingen bij
personen te voorkomen.
Voorzichtig
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie.
Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, kan dit tot lichte of matige
verwondingen leiden.
De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om verwondingen bij
personen te voorkomen.
Tip
Een tip duidt op extra informatie, die de omgang met het apparaat lichter maakt.
187
48.3 Aansprakelijkheid
Alle in deze gebruiksaanwijzing aanwezige technische informatie, gegevens en instructies
voor installatie, ingebruikname en onderhoud beantwoorden aan de laatste stand bij het in
druk gaan en vinden plaats met inachtneming van onze tot nu toe opgedane ervaringen en
kennis naar eer en geweten. Aan de informatie, afbeeldingen en beschrijvingen in deze
gebruiksaanwijzingen kunnen geen rechten worden ontleend.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schaden op grond van:
Niet-naleving van de gebruiksaanwijzing
Niet volgens de voorschriften geldend gebruik Ondeskundige reparaties
Technische veranderingen, modificaties van het apparaat
Toepassing van niet goedgekeurde onderdelen
Modificaties van het apparaat worden niet aanbevolen en vallen niet onder de garantie.
Vertalingen worden naar beste weten uitgevoerd. Wij zijn niet verantwoordelijk voor
vertaalfouten, ook niet in het geval dat de vertaling door ons of in opdracht van ons is
gemaakt. Bindend blijft alleen de oorspronkelijke Duitse tekst.
48.4 Auteurswet
Dit documentatiemateriaal is auteursrechtelijk beschermd. Alle rechten, ook die van de
fotomechanische reproductie, de verveelvoudiging en de verbreiding door bijzondere
handelswijzen (bijvoorbeeld gegevensverwerking, informatiedragers en datanetwerken),
ook ten dele, zijn de firma Braukmann GmbH voorbehouden. Inhoudelijke en technische
veranderingen voorbehouden.
49 Veiligheid
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke veiligheidsinstructies betreffende de omgang met het
apparaat. Dit apparaat beantwoordt aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften. Een
ondeskundig gebruik kan echter tot materiële schade en schade aan personen leiden.
49.1 Gebruik volgens de voorschriften
Dit apparaat is alleen voor het gebruik in het huishouden in een gesloten ruimte ter
Ontdooien Verwarmen Koken Grillen Inkoken Bakken
van levensmiddelen en dranken bestemd. Dit apparaat is bedoeld voor het huishouden en
in soortgelijke toepassingen zoals bijvoorbeeld: in keukens voor medewerkers in
winkels, kantoren en andere commerciële toepassingen; op boerderijen;
door klanten in hotels, motels en dergelijke; in pensions met ontbijt.
Een ander of er van afwijkend gebruik geldt als niet volgens de voorschriften.
Waarschuwing
Gevaar door gebruik niet volgens de voorschriften! Bij onreglementair gebruik van het
apparaat en/of gebruik op een andere wijze kunnen gevaren ontstaan.
Het apparaat uitsluitend volgens de voorschriften gebruiken.
188
Waarschuwing
De in deze gebruiksaanwijzing beschreven handelswijzen in acht nemen.
Aanspraken van welke aard dan ook wegens niet reglementair gebruik zijn uitgesloten.
Het risico draagt alleen de gebruiker.
49.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen
Tip
Neem voor een veiligere omgang met het apparaat de
volgende algemene veiligheidsaanwijzingen in acht:
► Vóór het gebruik van het apparaat moeten de
gebruiksaanwijzingen zorgvuldig worden gelezen.
► Controleer het apparaat voor het gebruik op zichtbare
schade. Gebruik een beschadigd apparaat niet.
► Het apparaat is niet geschikt voor het drogen, opwarmen of
verhitten van levende dieren.
► Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder, mits ze onder toezicht staan of wanneer hun de
veilige gebruik van het apparaat is uitgelegd en ze de
mogelijke gevaren hebben begrepen.
► Reiniging en onderhoud mag niet door kinderen worden
uitgevoerd, tenzij ze 8 jaar of ouder zijn en ze onder toezicht
staan. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
► Het apparaat en zijn aansluiting moet buiten het bereik
blijven van kinderen jonger dan 8 jaar.
► Het apparaat kan door personen met verminderde fysieke,
zintuiglijke of mentale vermogens of gebrek aan ervaring
en/of kennis worden gebruikt, wanneer ze onder toezicht
staan of hen het veilige gebruik van het apparaat is uitgelegd
en ze de mogelijke gevaren hebben begrepen.
Gebruik uitsluitend keukenapparaten en voorwerpen, die in
een magnetron kunnen worden gebruikt.
189
Tip
► Reparaties mogen alleen door gekwalificeerd, door de
fabrikant opgeleid, personeel worden uitgevoerd. Door
ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke gevaren voor
de gebruiker ontstaan.
► Een reparatie van het apparaat tijdens de garantieperiode
mag alleen door een door de fabrikant erkende klantenservice
worden uitgevoerd, anders vervalt bij volgende schade de
garantie.
► Defecte onderdelen mogen alleen tegen originele
reserveonderdelen worden vervangen. Alleen met deze
onderdelen is gegarandeerd dat aan de veiligheidseisen
wordt voldaan.
► Voedingsthermometers zijn niet geschikt voor de magnetron.
► Het apparaat moet alleen voor het in deze
bedieningshandleiding beschreven doel worden gebruikt.
Bijtende chemicaliën of dampen mogen niet worden gebruikt.
Dit apparaat is speciaal ontwikkeld voor het verhitten, koken
en drogen van voedingsmiddelen en niet voor industriële
doeleinden of het gebruik in een laboratorium.
► Het apparaat mag niet in gebruik worden genomen, als de
netkabel of de stekker beschadigd is, als het niet volgens de
voorschriften werkt, op de grond is gevallen of beschadigd is.
Indien de netkabel of de stekker beschadigd is, moet deze
door de fabrikant of servicepersoneel dat daar opdracht toe
heeft van de fabrikant worden vervangen om gevaren te
voorkomen.
► Thermometers voor gerechten zijn niet geschikt voor
magnetrongebruik.
► De magnetron mag alleen vrijstaand in gebruik worden
genomen.
190
Tip
Let op: Het apparaat mag niet boven een kookplaat of
andere warmtebron worden geplaatst, omdat het anders kan
worden beschadigd en de garantie dan vervalt.
► Dit apparaat is een ISM-apparaat van de groep 2 klasse B.
Bij deze apparaten horen alle industriële, wetenschappelijke
of medisch gebruikte apparaten waarbij met opzet
hogefrequentie-energie als elektromagnetische straling voor
de behandeling van materialen geproduceerd of gebruikt
wordt, zoals apparaten met een vonkeroderende werking.
Apparaten van de klasse B zijn geschikt voor gebruik in het
huishouden en voor gebruik met een aansluiting op een
huishoudelijke stroomvoorziening, zoals
laagspanningsinrichtingen in gebouwen.
► De magnetron mag niet in een kast worden gebruikt.
► Het apparaat moet met de achterkant tegen een wand
worden geplaatst.
► Het apparaat is niet geschikt voor gebruik via een externe
tijdschakelaar of afstandsbediening.
► De magnetron is alleen geschikt voor huishoudelijk gebruik,
niet voor industrieel gebruik.
► Nooit de afstandshouders aan de achterzijde of de zijkanten
van het apparaat verwijderen, omdat deze de nodige
minimale afstand voor de luchtcirculatie garanderen.
► De magnetron is alleen geschikt voor koken, ontdooien en
verdampen van voedingsmiddelen.
► Het apparaat mag niet met een stoomreiniger worden
gereinigd.
191
49.3 Bronnen van gevaar
49.3.1 Gevaar door microgolven
Waarschuwing
De inwerking van microgolven op het menselijk lichaam
kan tot lichamelijk letsel leiden. Neem de volgende
veiligheidsinstructies in acht om uzelf en anderen niet bloot te
stellen aan microgolven.
► Het apparaat nooit met open deur laten werken. Door een
foutief of gemanipuleerde veiligheidsschakelaar bestaat het
gevaar dat u zich direct aan microgolven blootstelt.
► WAARSCHUWING: onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden waarbij de beschermkap voor de
straling van microgolven wordt verwijderd, kunnen gevaar
opleveren voor iedereen en mogen alleen door vakmensen
worden uitgevoerd.
► Dit geldt ook voor de vervanging van de verlichting en de
netkabels. Het apparaat moet hiervoor naar het servicecenter
worden gestuurd.
► Wanneer de deur of de deurafdichting beschadigd zijn, mag
het apparaat niet worden bediend, totdat het door een
geautoriseerde vakkracht is gerepareerd.
49.3.2 Verbrandingsgevaar
Waarschuwing
Het in dit apparaat verwarmde voedingsmiddel, het
gebruike keukengerei en de oppervlakken van het
apparaat, kunnen heel heet worden.
Raadpleeg de volgende veiligheidsaanwijzingen om uzelf of
anderen niet te verbranden.
192
Waarschuwing
Let op: Als het apparaat in de combi-stand draait, mag het
door de daarbij ontstane hoge temperaturen alleen onder
toezicht van een volwassene door kinderen worden gebruikt.
► Bij het verhitten van dranken in de magnetron kunnen deze
plotseling gaan koken (kookvertraging), daarom moeten de
bakken voorzichtig worden vastgepakt.
► Geen voedingsmiddelen in de oven frituren. Hete olie kan
onderdelen van apparaten en keukengerei beschadigen en
verbrandingen veroorzaken.
► Vooral de inhoud van babyflesjes en potjes met
babyvoedesel moet worden doorgeroerd of geschud, en de
temperatuur moet voor het gebruik worden gecontroleerd, om
verbrandingen te voorkomen.
► Kooktoestellen kunnen door hitteoverdraging van de
voedingsmiddelen heet worden. Als bescherming wordt het
gebruik van pannenlappen aangeraden.
► De buitenvlakken kunnen bij het gebruik heel heet worden.
► De deur en de buitenoppervlakken kunnen tijdens het
gebruik heel heet worden. Als het apparaat in gebruik is,
kunnen de aanraakvlakken een hoge temperatuur bereiken.
► Gebruik voor het eruit halen van voedingsmiddelen
pannenlappen of keukenhandschoenen.
► Let op! Bij het openen van deksels of afdekfolie kan hete
damp ontsnappen.
► Waarschuwing: Het apparaat en delen binnen handbereik
raken tijdens het gebruik sterk verhit. De
verwarmingselementen mogen daarom niet worden
aangeraakt, en kinderen onder 8 jaar moeten op afstand of
onder toezicht worden gehouden.
193
49.3.3 Brandgevaar
Waarschuwing
Bij ondeskundig gebruik van het apparaat bestaat
brandgevaar omdat de inhoud kan gaan branden.
Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht om
brandgevaar te vermijden:
► Laat het apparaat niet onbeheerd als u levensmiddelen in
bak uit kunststof, papier of andere brandbare materialen
verwarmt of gaar wil laten worden.
► Gebruik het apparaat nooit voor het bewaren of drogen van
ontvlambare materialen.
► Voor de beperking van brandgevaar in de oven:
a) Bij het verwarmen van voedingsmiddelen in plastic en
papieren bakken moet het apparaat bewaakt worden omdat er
brandgevaar bestaat.
b) Afsluitclips van plastic of papieren zakken moeten voor het
verwarmen worden verwijderd.
c) Wanneer er sprake is van rookontwikkeling moet het
apparaat worden uitgeschakeld of de stekker uit het stopcontact
worden getrokken en de deur gesloten, om eventueel
optredende vlammen te verstikken.
d) Niets bewaren in de oven. Als het apparaat niet wordt
gebruikt, mag het niet worden gebruikt voor het bewaren van
papieren voorwerpen, keukengerei of voedingsmiddelen.
► Wegwerpbakken van kunststof moeten voldoen aan de
onder "Aanwijzingen voor keukengerei" aangegeven
eigenschappen.
► Verhit geen alcohol in onverdunde toestand.
► Het apparaat mag niet in lege toestand gebruikt worden.
194
Waarschuwing
► Bij alle keukenapparaten en bakken moet worden
gecontroleerd of die voor het gebruik in magnetrons geschikt
zijn.
► Bij rookontwikkeling moet het apparaat worden
uitgeschakeld, de netstekker uitgetrokken en de deur (voor
het smoren van eventuele vlammen) gesloten blijven.
► De magnetron is uitsluitend bestemd voor het verwarmen
van gerechten en dranken. Het drogen van gerechten en
kleding en het verwarmen van warmtekussens, pantoffels,
sponzen, vochtige doeken en dergelijke loopt het risico
lichamelijk letsel, ontstekingen of brand te veroorzaken.
Verwijder altijd vetresten uit het apparaat, omdat deze
licht ontvlambaar zijn.
49.3.4 Ontploffingsgevaar
Waarschuwing
Bij ondeskundig gebruik van het apparaat bestaat
ontploffingsgevaar door ontstane overdruk.
Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht om
explosiegevaar te vermijden:
► Vloeistoffen en andere voedingsmiddelen mogen niet in
afgesloten potten worden verhit, omdat deze kunnen
exploderen.
► Eieren met schaal en hele hard gekookte eieren niet in het
apparaat opwarmen, omdat ze ook na de behandeling in de
magnetron nog exploderen kunnen.
► Voedingsmiddelen met dikke schillen bijv. aardappelen, hele
pompoenen, appels of kastanjes moeten voor het garen in het
apparaat worden ingeprikt.
195
49.3.5 Gevaar door elektrische stroom
Gevaar
Levensgevaar door elektrische spanning!
Het contact met leidingen of onderdelen die onder spanning
staan kan levensgevaarlijk zijn!
Neem de volgende veiligheidsaanwijzingen in acht om gevaar
door elektrische stroom te voorkomen.
► Open in geen geval de behuizing van het apparaat. Als
aansluitingen die onder stroom staan worden aangeraakt en
de elektrische of mechanische opbouw veranderd, bestaat
gevaar voor elektrische schokken. Daarnaast kunnen
functionele storingen in het apparaat optreden.
► Het apparaat mag niet in gebruik worden genomen, als de
netkabel of de stekker beschadigd is, als het niet volgens de
voorschriften werkt, op de grond is gevallen of beschadigd is.
Indien de netkabel of de stekker beschadigd is, moet deze
door de fabrikant of servicepersoneel dat daar opdracht toe
heeft van de fabrikant worden vervangen om gevaren te
voorkomen.
Opgelet: Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden waarbij
de beschermende afdekking tegen microgolven wordt
verwijderd, moeten alleen door een vakman worden
uitgevoerd. Dit geldt ook voor de vervanging van de
verlichting en de netkabels. Het apparaat moet hiervoor naar
het servicecenter worden gestuurd.
50 Ingebruikname
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie omtrent de ingebruikname van het apparaat.
Neem de aanwijzingen in acht om gevaren en beschadigingen te voorkomen.
196
50.1 Veiligheidsvoorschriften
Waarschuwing
Bij de ingebruikneming van het apparaat kan materiële schade en letsel aan
personen ontstaan!
Neemt u de volgende veiligheidsvoorschriften in acht om de gevaren te voorkomen:
Verpakkingsmateriaal mag niet als speelgoed gebruikt worden. Er bestaat kans op
verstikking.
Vanwege het hoge gewicht van het apparaat het transport als ook het uitpakken en
plaatsen met twee personen uitvoeren.
50.2 Leveringsomvang en transportinspectie
De magnetron en grill IMCG25 wordt standaard met de volgende onderdelen geleverd:
Magnetron en grill IMCG25 Grillrooster Bakblik Gebruiksaanwijzing
Tip
Controleer de levering op volledigheid en op zichtbare beschadigingen.
Waarschuw de expediteur, de verzekering en de leverancier bij een onvolledige
levering of bij beschadiging als gevolg van gebrekkige verpakking of als gevolg van het
transport.
50.3 Auitpakken
Bij het uitpakken van het apparaat gaat u als volgt te werk:
Neem het apparaat uit de doos en verwijder het verpakkingsmateriaal. Neem de
accessoires uit de binnenkant van het apparaat en verwijder het verpakkingsmateriaal.
Tip
De beschermende film op de binnenkant van de deur (indien aanwezig) niet verwijderd,
aangezien dit een eenvoudig reinigen apparaat.
50.4 Verwijderen van de verpakking
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. De
verpakkingsmaterialen zijn uitgezocht vanuit milieuvriendelijke en
verwijderingtechnische gezichtspunten en daarom recyclebaar.
Het terugbrengen van de verpakking in de materiaalkringloop bespaart grondstoffen en
verkleint de afvalhoop. Lever niet meer benodigd verpakkingsmateriaal in bij een
afvalbrengstation, dat zorgdraagt voor de recycling.
Tip
Bewaar indien mogelijk het originele verpakkingsmateriaal gedurende de
garantieperiode, zodat u het apparaat indien nodig weer volgens de voorschriften kunt
inpakken.
197
50.5 Plaatsen
50.5.1 Eisen aan de plek van plaatsing
Voor een veilig en foutloos functioneren van het apparaat moet de plek waar het apparaat
komt te staan aan de volgende eisen voldoen:
Het apparaat moet op een vaste, vlakke, horizontale (waterpas) en hittebestendige
ondergrond met voldoende draagkracht voor de oven en het volgens de verwachtingen
zwaarste in de oven bereidde gerecht neergezet worden.
Kies de plek dusdanig dat kinderen hete oppervlakken van het apparaat niet kunnen
aanraken. Verwijder de pootjes van het apparaat niet.
Het apparaat is niet geschikt voor inbouw in een wand of in een inbouwkast.
Plaatst u het apparaat niet in een hete, natte of zeer vochtige omgeving of in de buurt
van brandbare materialen.
Het apparaat heeft voor een correcte werking voldoende luchtstroming nodig. Laat u 20
cm. vrije ruimte boven de apparaat, 10 cm. aan de achterkant en 5 cm. aan beide
zijden.
Dek geen openingen van het apparaat af en blokkeer de openingen niet.
Het stopcontact moet makkelijk toegankelijk zijn, zodat de voedingskabel er in geval
van nood ongecompliceerd uitgehaald kan worden.
De inbouw en montage van dit apparaat op niet stationaire plekken (bijvoorbeeld
schepen) mogen alleen door vakzaken/vakmensen uitgevoerd worden, als ze de
voorwaarden voor een veilig gebruik van dit apparaat garanderen.
50.5.2 Voorkomen van frequentiestoring
Door het apparaat kunnen storingen bij radio’s, televisies of soortgelijke apparaten
optreden.
Door de volgende maatregelen kunnen storingen weggenomen of gereduceerd worden:
Reinig de deur en de afdichtingen van het apparaat.
Plaats de radio, de televisie, etc. op een zo groot mogelijke afstand van het apparaat.
Gebruik voor het apparaat een ander stopcontact, zodat het apparaat en de gestoorde
ontvanger van verschillende stroomketens gebruik maken.
Gebruik een volgens de voorschriften geïnstalleerde antenne voor de ontvanger, om zo
zeker te zijn van een goede ontvangst.
50.6 Montage van onderdelen
Tip
Het apparaat kan met grillrooster en/of bakblik worden gebruikt.
Het bakblik alleen gebruiken in de grillstand.
198
50.6.1 Grillrooster
Plaats het grillrooster in de richting, die op foto A is te zien in het apparaat.
199
Grillrooster schuin plaatsen, zoals op foto B is te zien.
Vervolgens het grillrooster naar beneden drukken, zoals op foto C is te zien.
Controleer of het grillrooster orrect is geplaatst.
Voorzichtig
De rubbernoppen mogen niet van het grillrooster worden verwijderd.
Plaats het grillrooster alleen in de afgebeelde richting.
Het grillrooster mag niet op de keramische bodem worden gelegd.
200
50.6.2 Bakblik
Het bakblik op de keramische bodem of het grillrooster plaatsen.
50.7 Elektrische aansluiting
Voor een veilig en feilloos gebruik van het apparaat moeten bij de elektrische aansluiting de
volgende aanwijzingen in acht genomen worden:
Controleer voor het aansluiten van het apparaat de aansluitingsgegevens (spanning en
frequentie) op het typeplaatje met de gegevens van uw stroomnet. Deze gegevens moeten
overeenkomen, zodat het apparaat niet beschadigd kan raken. In geval van twijfel vraagt u
een vakkundige elektricien.
Het stopcontact moet beschermd zijn met een zekering of automatische schakelaar van 16
ampère.
Bij gebruik van een verlengsnoer mag voor aansluiting van het apparaat op het stroomnet
alleen een uitgerold verlengsnoer van maximaal 3 meter lengte en een doorsnede van 1,5
mm² gebruikt worden. Het gebruik van een stekker of stekkerdoos met meerdere
aansluitingen is vanwege het daarmee verbonden brandgevaar verboden.
Vergewis u er van dat de voedingskabel onbeschadigd is en niet onder de oven of over
hete of scherpte oppervlakten gelegd is.
De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen dan gegarandeerd wanneer het is
aangesloten aan een reglementair geïnstalleerd systeem met aardkabels en
veiligheidschakelaars. Het in werking stellen via een stopcontact zonder
veiligheidsschakelaar is verboden. Laat u in geval van twijfel de huisinstallatie controleren
door een erkende elektricien.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schaden, die door een gebrekkige
of onderbroken aardingskabel veroorzaakt worden.
51 Opbouw en functie
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke aanwijzingen m.b.t. de opbouw en het functioneren van het
apparaat. Door de invertertechnologie van het apparaat wordt de energie constant
overgedragen, wat leidt tot meer energie-efficiëntie en het voedsel wordt verwarmd zonder
kwaliteitsverlies.
201
51.1 Algemeen overzicht
1) Veiligheidsvergrendeling 2) Ovenraam
3) Bodemplaat 4) Bedieningspaneel
2) Bakblik 6) Grillelement
Tip
De ventilator kan blijven draaien, om het apparaat af te koelen.
Voorzichtig
De keramische bodemplaat kan na het kookproces heet zijn: Raak de keramische
bodemplaat niet aan!
202
51.2 Bedieningspaneel en display
Display: De kooktijd, vermogen, functie, en actuele tijd
worden getoond.
Automatisch koken
Drukken om een automatisch kookprogramma of het
ontdooiprogramma te kiezen.
Bevestiging van het automatische kookprogramma
Gewichtsaanpassing
Drukken om het gewicht van de etenswaren of het aantal
porties uit te kiezen.
Timer
Functie voor het uitvoeren van het kookproces op een later
tijdstip.
10 Min / 1 Min / 10 Sec
Drukken om de klok of de kooktijd in te stellen.
Inverter magnetron
Drukken om het vermogen van de magnetron in te stellen
Grill - Drukken om het grillprogramma in te stellen.
Combinatie (1 en 2)
Drukken om het gecombineerde magnetron/grillprogramma
in te stellen
Klok - Drukken om de digitale klok in te stellen
(Knop zonder functie)
Hete lucht: Ter programmering van de hete lucht
temperatuur en functie voorverwarmen.
Magnetron+hete lucht: Indrukken bij het kiezen van
een van de vier instellingen tot combinatiekoken.
Snel Ontdooien
Reset
203
51.3 Sensor Touch velden:
+30 sec
Met deze functie kunt u de reeds ingestelde programmering in
stappen van 30 seconden verlengen.
Pauze/Afbreken
Om de instellingen te onderbreken en te herstellen.
Start/Snelstart
Drukken om de tijd in te stellen en het apparaat op vol vermogen te
starten.
Drukken om een kookprogramma te starten.
51.4 Pieptonen
Het apparaat geeft ter kennisgeving de volgende akoestische signalen af:
Een zachte pieptoon: Het apparaat heeft de input geaccepteerd.
Beltoon: Het einde van de kooktijd is bereikt.
52 Veiligheidsvoorzieningen
52.1.1 Waarschuwingsinstructies op apparaat
Voorzichtig
Gevaar door hete oppervlakte!
Boven aan de achterkant bevindt zich een waarschuwing voor het gevaar door hete
oppervlakten. De oppervlakte van het apparaat kan zeer heet worden.
De hete oppervlakte van het apparaat niet aanraken.
Brandgevaar!
Zet of leg geen voorwerpen op het apparaat.
52.1.2 Deurvergrendeling
In de deurvergrendeling van het apparaat is een veiligheidsschakelaar ingebouwd, die de
werking van het apparaat bij een openstaande deur verhindert.
Voorzichtig
Gevaar door microgolven!
Is deze veiligheidsinrichting defect of wordt deze veiligheidsinrichting vermeden, dan bent
u en zijn ook anderen blootgesteld aan microgolven
Het apparaat niet gebruiken als de veiligheidsschakelaar defect is.
Deze veiligheidsinrichting niet buiten werking stellen.
204
52.1.3 Kinderslot
Het kinderslot verhindert gebruik van het apparaat door kinderen zonder toezicht.
Activeren van het kinderslot
Drukt u de knop Pause/Cancel drie seconden lang in, totdat u een pieptoon hoort en de
functie zichtbaar „ “ is in het display. In vergrendelde toestand zijn alle knoppen
gedeactiveerd.
Deactiveren van het kinderslot
Drukt u de knop Pause/Cancel lang in, totdat u een pieptoon hoort en de functie
zichtbaar is in het display. In ontgrendelde stand zijn alle knoppen weer geactiveerd.
52.2 Typeplaatje
Het typeplaatje met de aansluit- en vermogensgegevens bevindt zich aan de achterkant
van het apparaat.
53 Bediening en gebruik
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke aanwijzingen m.b.t. de bediening van het apparaat.
Neem de aanwijzingen in acht om gevaren en beschadigingen te voorkomen.
Waarschuwing
Het apparaat tijdens gebruik niet uit het oog verliezen, zodat er bij gevaren snel
ingegrepen kan worden.
53.1 Basis van het magnetron koken
De voor de verwarming van de gerechten benodigde tijd en het vermogen hangt onder
andere af van de eindtemperatuur, de hoeveelheid en de soort en toestand van het
gerecht. Gebruik de kortst aangegeven kooktijd en verleng de tijd naar behoefte.
Sorteer de te bereiden etenswaren zorgvuldig. Plaats de dikste stukken op de rand van
de vorm.
Dek het gerecht tijdens het koken af. Een deksel verhindert spatten en draagt bij tot een
gelijkmatig garen/verhitten.
Tijdens het verwarmen dient u het gerecht meermaals om te draaien, anders te leggen
of om te roeren, zodat uw een gelijkmatige temperatuurverdeling krijgt.
Eventueel aanwezige kiemen in het gerecht worden alleen bij een voldoende hoge
temperatuur (>70°C) en bij een voldoende lange tijd (>10 min.) gedood.
Levensmiddelen met vaste huid of schaal zoals tomaten, worsten, schilaardappelen en
aubergines meermaals prikken ofwel inkerven, zodat ontstane damp ontsnappen kan
en de levensmiddelen niet uit elkaar spatten.
Eieren zonder schaal mogen alleen dan in de magnetron opgewarmd worden, wanneer
er in het vel van de eierdooier van tevoren meermaals geprikt is. De eierdooier kan
anders na het verwarmen met hoge druk naar buiten spuiten.
205
Verleg gerechten zoals gehaktballetjes na de helft van de kooktijd van boven naar
beneden en van het midden tot aan de uiterste rand.
53.2 Soorten gebruik
Het apparaat kan op verschillende manier gebruikt worden. De volgende opsomming geeft
de mogelijkheden van gebruik van het apparaat aan:
Gebruik “Magnetron”
Dit gebruik is geschikt voor normaal verhitten van gerechten.
Gebruik “Grill”
Dit gebruik is geschikt voor braden en gratineren van gerechten.
Gebruik “magnetron en grill”
Dit gebruik is geschikt voor gelijktijdig magnetron koken en grillen.
Combinatie 1: Bij dit gebruik werkt het apparaat 30% van de kooktijd als magnetron en
70% van de kooktijd als grill.
Combinatie 2: In deze modus werkt het apparaat tegelijkertijd als magnetron en als grill.
Gebruik “hete lucht”
Bij dit gebruik circuleert de hete lucht in de binnenkant van het apparaat, om zo een snelle
en gelijkmatige verwarming van het gerecht te verkrijgen.
Gebruik “Magnetron en hete lucht”
Dit gebruik is geschikt voor gelijktijdig gebruik van magnetron koken en het gebruik van
hete lucht.
Gebruik “Kookprogramma’
Bij dit gebruik kan het kookprogramma uit 14 verschillende menu’s uitgekozen worden.
Automatisch ontdooien
Deze modus is voor het voorgeprogrammeerde ontdooien naar gewicht.
Modus ontdooien
Deze modus is geschikt voor het ontdooien van bevroren etenswaren. U kunt kiezen
tussen ontdooien naar gewicht (automatisch ontdooien) en ontdooien op tijd.
Gebruik „Meerdere fasen koken“
Bij dit gebruik kunnen tot 2 automatische fasen geprogrammeerd worden.
53.3 Aanwijzingen magnetron kookgerei
Het ideale materiaal voor magnetronkookgerei is dusdanig gemaakt, dat de microgolven
doorgelaten worden en de energie kan doordringen in de vormen, zodat de gerechten
opwarmen.
206
Neem de volgende aanwijzingen in acht bij de keuze van passend kookgerei:
Microgolven kunnen niet door metaal.Gereedschap uit metaal en kookgerei met
metalen ornamenten dienen daarom niet gebruikt te worden.
Gebruik bij het koken in de magnetron geen producten uit recycling papier, omdat hierin
kleine metaalfragmenten kunnen zitten, die vonken en/of brand kunnen veroorzaken.
Gebruik geen aluminiumfolie bij gebruik van de magnetronfunctie of bij combinaties met
de magnetron (zie tabel).
De volgende tabel dient als houvast bij de keuze van het juiste kookgerei:
Kookgerei Magnetron Grill Hetelucht Combinatie
Hittebestendig glasservies
Niet hittebestendig glasservies
Hittebestendig keramisch servies
Magnetronbestendige kunststofvormen
Keukenpapier
Metaalblik
Voetstuk uit metaal
Metalen bak
Aluminiumfolie en - vormen
53.4 Deur openen/sluiten
Deur openen
Open de deur. Mocht het apparaat ingeschakeld zijn, dan wordt het actuele
kookprogramma onderbroken.
Tip
Laat de deur een moment open voordat u in de binnenruimte tast, om zo de
opgehoopte hitte te laten ontsnappen.
Deur sluiten
Sluit de deur totdat de deurvergrendeling hoorbaar sluit. Mocht een lopend programma
door het openen van de deur onderbroken zijn, dan wordt het actuele kookprogramma na
drukken op de knop Start/Quick Start voortgezet.
53.5 Inschakelen naar programmakeuze
Druk na de gemaakte programmakeuze met de draairegelaar op de knop
Start/Quick Start om het ingestelde kookprogramma te starten.
207
53.6 Herstellen van de programmakeuze
Indien nodig drukt u op de knop om de instellingen van het apparaat te herstellen.
53.7 Snelstart
Gebruik deze functie om de oven voor het comfortabele koken bij 100% magnetron
gebruik te programmeren. Druk snel achter elkaar op de Start/Quick Start knop om de
kooktijd (max. 10 Minuten) in te stellen. De oven start na twee seconden automatisch.
53.8 Pauze/Beëindigen
Om een lopend kookprogramma te onderbreken kunt u als volgt te werk
gaan: Druk eenmaal op de knop Pause/Cancel. Het lopende kookprogramma
wordt onderbroken.
Of: Open de deur van het apparaat. Het lopende kookprogramma wordt onderbroken.
Tip
Om het onderbroken kookprogramma voort te zetten, drukt u na het sluiten van de deur
op de knop Start/Quick Start.
Om het onderbroken programma te beëindigen, drukt u voor de tweede keer op de knop
Pause/Cancel.
U kunt het onderbroken programma ook beëindigen door op de knop te drukken
wanneer de deur open staat.
53.9 Instellen van de klok
Om de klok van het apparaat in te stellen, gaat u als volgt te werk:
Druk op de knop . Kies tussen het 24- of 12-uurssysteem door op de knop te
drukken. Voorbeeld: U wilt de klok instellen op 8:30: Kies tussen het 24- of 12-
uurssysteem door op de knop
te drukken. Druk op10Min/1Min/10Sec, om 8:30 in te
stellen. Drukken
, om de ingestelde tijd op te slaan.
53.10 Functie +30sec
In het gebruik magnetron, grill, hete lucht en combinatie kunt u de kooktijd met 30
seconden verlengen door op +30sec te drukken. Deze functie kan niet voor de snelstart
of voor automatische kookprogramma's worden gebruikt.
53.11 Timer
U kunt de magnetron zo programmeren, dat een programma op een later moment wordt
gestart (timerfunctie). U gaat als volgt te werk:
Voorbeeld: De klok toont 11:10 en het kookproces moet om 11:30 beginnen.
Stel een kookprogramma in en druk op de toets P.
208
Tijd instellen
Druk op10Min/1Min/10Sec, om de tijd op 11:10 in te stellen. Sluit de deur van het
apparaat. Druk op de knopStart/Quick Start om de instelling op te slaan.
Tip
Wanneer de ingestelde tijd is bereikt, start het apparaat het geselecteerde
kookprogramma
Na de start van de timerfunctie, kunt u op P drukken om de ingestelde tijd te
controleren; druk up pauze/annuleren om de timer af te breken.
U kunt de timer niet voor de snelstart- of ontdooifunctie gebruiken.
53.12 Gebruik “Magnetron”
Beim Mikrowellengaren können Sie die Leistungsstufe und die Garzeit anpassen. De
langste kooktijd is 99 minuten en 50 seconden (99:50).
Voorbeeld: U wilt 5 minuten op 60% vermogen koken.
Instellen van het vermogen
Kies de gewenste vermogensstand,waarbij u de knop overeenkomstig vaak indrukt P-
60 (zie tabel).
Instellen van de kooktijd
Druk op10Min/1Min/10Sec, om de tijd in te stellen op „5:00“.
Sluit de deur van het apparaat.
Kookprogramma starten
Druk na de programmakeuze op de knop Start/Quick Start op het apparaat, om het
ingestelde kookprogramma te starten.
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon.
Aantal
knopdrukken
Display Vermogen Toepassing
1
P100
100 %
900 Watt
Hoog
Snel koken en verwarmen
2
P-80
80 %
720 Watt
Koken en verwarmen zonder
kwaliteitsverlies
3
P-60
60 %
540 Watt
gemiddeld-hoog
Verwarmen van kleine
hoeveelheden en gevoelige
etenswaren
209
4
P-40
40 %
360 Watt
gemiddeld Laten sudderen
5
P-20
20 %
180 Watt
gemiddeld-laag/
Ontdooien
Ontdooien van gevoelige
etenswaren zonder
kwaliteitsverlies
6
P-00 laag warmhouden
53.13 Gebruik “Grill”
Het gebruik van “Grill” is speciaal geschikt voor dunne plakjes vlees, steaks, koteletten,
kebab, worsten en stukjes kip De langste kooktijd is 99 minuten en 50 seconden (99:50).
Voorbeeld: Het grillprogramma moet 5 minuten lopen.
Keuze van het kookprogramma
Kies het kookprogramma “Grill” door twee maal op de knop te drukken.
Instellen van de kooktijd
Druk op10Min/1Min/10Sec, om de tijd in te stellen op „5:00“.
Sluit de deur van het apparaat.
Kookprogramma starten
Druk na de programmakeuze op de knopStart/Quick Start op het apparaat, om het
ingestelde kookprogramma te starten.
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon.
53.14 Gebruik “Magnetron en grill”
Deze functie stelt u in staat om met twee verschillende instellingen gecombineerd te grillen
en met de magnetron te koken. De langste kooktijd is 99 minuten en 50 seconden (99:50).
53.14.1 Combinatie 1”
Bij dit gebruik werkt het apparaat 30% van de kooktijd als magnetron en 70% van de
kooktijd als grill. Voorbeeld: Het combinatieprogramma 1 moet 25 minuten lopen.
Keuze van het kookprogramma
Kies het kookprogramma “Combinatie. 1” door eenmaal op de knop te drukken
Instellen van de kooktijd
Druk op 10Min/1Min/10Sec, om te tijd op „25:00“ in te stellen.
Sluit de deur van het apparaat.
210
Kookprogramma starten
Druk na het kiezen van het programma op de toets Start/Quick Start, om het ingestelde
kookprogramma te starten.
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon.
53.14.2
Combinatie 2”
In deze modus werkt het apparaat tegelijkertijd als magnetron en als grill.
Keuze van het kookprogramma
Kies het kookprogramma „Combinatie 2“, door twee keer op de toets te drukken.
De rest van de beschrijving is identiek aan het boven beschreven gebruik van
“Combinatie 1”.
53.15 Gebruik “Hete lucht”
Bij koken met hete lucht circuleert de hete lucht door de binnenruimte, om het gerecht snel
en gelijkmatig te bruinen en knapperig te bereiden.
Deze oven kan op tien verschillende bereidingstemperaturen worden ingesteld.
De langste kooktijd is 99 minuten en 50 seconden (99:50). Voorbeeld: het
heteluchtprogramma moet 5 minuten draaien.
Instellen van de temperatuur
Kies de gewenste temperatuur waarbij u de knop overeenkomstig vaak indrukt (zie
tabel).
Instellen van de kooktijd
Druk op 10Min/1Min/10Sec, om te tijd op „5:00“ in te stellen. Sluit de deur van het
apparaat.
Kookprogramma starten
Druk na het kiezen van het programma op de toets Start/Quick Start, om het ingestelde
kookprogramma te starten.
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon.
Tip
U kunt de hete lucht temperatuur tijdens het koken controleren als u de
knop indrukt.
211
Aantal x drukken op knop Temperatuur Aantal x drukken op knop Temperatuur
1 110 °C 6 160 °C
2 120 °C 7 170 °C
3 130 °C 8 180 °C
4 140 °C 9 190 °C
5 150 °C 10 200 °C
53.15.1 Gebruik “Voorverwarmen en “hete lucht koken”
Het apparaat kan geprogrammeerd worden om voor te verwarmen en te koken met hete
lucht. Voorbeeld: U wilt de oven op 170° voorverwarmen en daarna het gerecht in 35
minuten laten gaar worden.
Kies de gewenste temperatuur (170°) waarbij u de knop overeenkomstig vaak indrukt
(zie tabel). Sluit de deur van het apparaat.
Instellen van de temperatuur
Druk nadat u de temperatuur hebt geselecteerd (170°C) op de toets Start/Quick Start. Er
klinkt een signaaltoon als de gewenste temperatuur is bereikt.
Gerecht plaatsen
Plaats het te bereiden gerecht in het apparaat.
Instellen van de kooktijd
Druk op 10Min/1Min/10Sec, om te tijd op „35:00“ in te stellen.
Sluit de deur van het apparaat.
Kookprogramma starten
Druk na het kiezen van het programma op de toets Start/Quick Start, om het ingestelde
kookprogramma te starten.
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon.
53.16 Gebruik “Magnetron en hete lucht koken”
Het apparaat biedt vier voorgeprogrammeerde instellingen die het gecombineerd koken
met hete lucht en de magnetron mogelijk maken. De langste kooktijd is 99 minuten en 50
seconden (99:50). Voorbeeld: Het combiprogramma 2 moet 5 minuten draaien.
Instellen van de temperatuur
Kies de gewenste temperatuur door de knop overeenkomstig vaak in te drukken
(zie tabel).
212
Instellen van de kooktijd
Druk op 10Min/1Min/10Sec, om te tijd op „5:00“ in te stellen. Sluit de deur van het
apparaat.
Kookprogramma starten
Druk na het kiezen van het programma op de toets Start/Quick Start, om het ingestelde
kookprogramma te starten.
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon.
Tip
U kunt de hete lucht temperatuur tijdens het koken controleren als u de knop
indrukt.
Aantal x drukken op knop Display Temperatuur
1 110 110 °C
2 140 140 °C
3 170 170 °C
4 200 200 °C
53.17 Gebruik “Kookprogramma“
Bij gebruik van dit kookprogramma kunt u uit 14 verschillende menu’s kiezen. Meer
informatie vindt u in de tabel.
Keuze van het programma
Druk op
, om het gewenste programma uit te kiezen. Bevestig met .
Instellen van de hoeveelheid / het gewicht
Kies het gewenste aantal porties of het gewicht uit, door een aantal keer op de toets
te drukken (zie tabel). Sluit de deur van het apparaat.
Kookprogramma starten
Druk na het kiezen van het programma op de toets Start/Quick Start, om het ingestelde
kookprogramma te starten.
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon.
213
Menu-
automatisering
Aantal keer drukken op
Menu Functie 1 2 3 4 5 6 7
A-1 Verwarmen
200 g 300 g 400 g 500 g 600 g 700 g 800 g
A-2
Thee/warme
dranken
1 (200
ml)
2
(400 ml)
3
(600 ml)
A-3 Soep
1
(300 ml)
2
(600 ml)
3
(900 ml)
A-4
Pizza van vers
deeg
150 g 300 g 450 g
A-6 Pasta
100 g 200 g 300 g
A-6 Taart
475g
A-7 Popcorn
100 g
A-8 Gegrilde ham
100 g 200 g 300 g 400 g 500 g
A-9 Gegrild spek
100 g 200 g 300 g
A-
10
Gegrilde
varkenskotelett
en
200 g 300 g 400 g 500 g 600 g
A-
11
Gegrilde
biefstuk
200 g 300 g 400 g 500 g 600 g
A-
12
Gegrilde
stukjes kip
200 g 300 g 400 g 500 g 600 g
A-
13
Gegrilde vis
200 g 300 g 400 g 500 g 600 g
A-
14
Automatisch
ontdooien
Zie "Automatisch ontdooien"
Tip
Voor de pizza-programma, gebruik dan de bakblik.
Bij pasta voor het kookproces water toevoegen.
Bij het koken in de grill- of combinatiestand dient u de etenswaren, indien nodig, na de
2/3 van de kooktijd om te draaien, zodat alles gelijkmatig gaar wordt.
Bij de menu's 8-14) stopt het apparaat tijdens het koken, zodat u de etenswaren kunt
omdraaien, zodat alles gelijkmatig gaar wordt. Druk daarna op de knop Start/Quick
Start, om de bereiding voort te zetten.
214
53.18 Ontdooien
U kunt kiezen uit ontdooien naar gewicht en ontdooien op tijd.
Tip
Wanneer 2/3 van de ontdooitijd is verstreken, stopt het programma, zodat u het voedsel
kunt omroeren en het gelijkmatig wordt ontdooid.
Het programma wordt dan voortgezet door op Start/Quick Start te drukken.
53.18.1 Ontdooien op tijd.
De langste ontdooitijd bedraagt 99 minuten en 50 seconden (99:50).
Het apparaat kan het voedsel, afhankelijke van de ingestelde tijd, snel ontdooien.
1. Druk op en het display toont "d E F".
2. Druk op de knoppen 10Min/1Min/10Sec om de gewenste tijd in te stellen.
3. Sluit de deur van het apparaat.
4. Start het programma met Start/Quick Start.
53.18.2 Ontdooien naar gewicht: “Automatisch ontdooien”
Met behulp van het menu„Automatisch ontdooien“ kunnen bevroren etenswaren zonder
kwaliteitsverlies worden ontdooid.
Keuze van “Automatisch ontdooien”
Kiezen tweemaal, om het gewenste programma A-14 in te stellen. Bevestig met .
Ontdooitijd instellen
Kies het gewenste gewicht, door vaak genoeg op de toets
te drukken (100g - 1800g).
Sluit de deur van het apparaat.
Automatisch ontdooien starten
Druk na het instellen van de ontdooitijd op de knop Start/Quick Start, om het automatisch
ontdooien te starten.
Tip
Stop af en toe om het ontdooide gerecht eruit te nemen ofwel apart te zetten als het na
de geschatte ontdooitijd niet is ontdooid.
Programmeer de oven in stappen van 1 minuut, totdat het diepvriesgerecht volledig is
ontdooid.
Bij het gebruik van kunststof bakjes uit de vriezer moet de ontdooitijd zo lang duren
totdat het gerecht uit het bakje genomen kan worden en daarna in een
magnetronbestendige vorm gedaan kan worden.
215
53.19 Modus "Koken in meerdere stappen"
U kunt 2 kookprogramma's programmeren.
Koken in meerdere stappen is alleen mogelijk voor de functies magnetron, grill, hete lucht
en gecombineerd. Voorbeeld: U wilt twee magnetron-kookfuncties programmeren.
1. Kies het magnetronvermogen met .
2. Druk op 10Min/1Min/10Sec, om de tijd in te stellen.
3. Kies het magnetronvermogen voor de tweede fase met
4. Druk op 10Min/1Min/10Sec, om de tijd in te stellen
5. Start het programma met Start/Quick Start.
54 Reiniging en onderhoud
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t de reiniging en het onderhoud van het
apparaat. Neem de aanwijzingen in acht om beschadigingen door verkeerde reiniging van
het apparaat te voorkomen en een storingvrij gebruik te waarborgen.
54.1 Veiligheidsvoorschriften
Voorzichtig
Schenkt u eerst aandacht aan de volgende veiligheidsvoorschriften voordat u met de
reiniging van het apparaat begint:
Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en restanten van voedsel moeten
worden verwijderd. Wanneer het apparaat niet schoon wordt gehouden kan het
oppervlak beschadigd raken, wat kan leiden tot een kortere levensduur van het
apparaat, gevaar voor de gebruiker en schimmel- en bacteriële infecties.
Schakelt u de oven vóór het reinigen uit en trek de stekker uit het stopcontact.
De binnenkant van de oven is na gebruik heet. Er is daardoor kans op verbranden!
Wacht u totdat het apparaat is afgekoeld.
Reinigt u de binnenkant na gebruik, zodra hij is afgekoeld. Te lang wachten verzwaart
de reiniging onnodig en maakt het in extreme gevallen onmogelijk. Te sterke
verontreinigingen kunnen onder omstandigheden het apparaat beschadigen.
Als er vloeistof het apparaat binnendringt, kunnen elektronische componenten
beschadigd raken. Let u er op dat er geen vloeistof door de ventilatiegleuven in het
binnenste van het apparaat terecht komt.
Gebruik geen agressieve of schurende reinigingsmiddelen en geen oplosmiddelen.
Kras niet met een hard voorwerp over hardnekkige verontreinigingen.
216
54.2 Reiniging
Binnenkant en binnenkant deur
Brandgevaar
Verwijder altijd vetresten uit het apparaat, omdat deze licht ontvlambaar zijn.
Houd de binnenkant van de oven schoon. Veeg gemorste en door spetteren ontstane
maaltijdresten met een vochtige doek van de wanden aan de binnenkant. Bij sterke
vervuiling van de oven kan een mild reinigingsmiddel gebruikt worden.
Veeg de deur, het raam en de deurdichtingen met een vochtige doek af, om zo door
spetteren en morsen ontstane maaltijdresten te verwijderen. Maaltijdresten aan de
deurdichting kunnen er toe leiden dat de deur niet meer goed sluit en dat daardoor
microgolven vrijkomen.
Veeg de neergeslagen damp op de ovendeur met een vochtige doek af. Dit kan het
geval zijn als het apparaat in een zeer vochtige omgeving gebruikt is en is normaal.
Luchtjes kunt u uit de oven verwijderen door een kopje water te vullen met sap en schil
van een citroen, het vervolgens in een magnetronbestendige schotel te gieten en dan
vijf minuten in de magnetron stand te koken. Veeg de oven daarna grondig met een
zachte doek droog.
Laat na reiniging de binnenkant van de ovendeur open, totdat het apparaat droog is.
Voorkant en bedieningspaneel
Reinig de voorkant van het apparaat en het bedieningspaneel met een zachte, licht
vochtige doek.
Let er op dat het bedieningspaneel niet nat wordt. Gebruik om het te reinigen een
zachte, vochtige doek.
Tip
Laat de ovendeur open om te voorkomen dat het apparaat per vergissing wordt
ingeschakeld.
Buitenkant
De oppervlakte aan de buitenkant van het apparaat met een vochtige doek reinigen.
Bakblik en ovenbodem
Het bakblik moet regelmatig worden gereinigd. Was het bakblik in een warme
zeepoplossing.
Veegt u de bodem van de oven met een mild reinigingsmiddel af. Bij sterke vervuiling
van de ovenbodem kan een mild reinigingsmiddel gebruikt worden.
217
55 Storingen verhelpen
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t. het lokaliseren van storingen en het
verhelpen van storingen. Let u op de aanwijzingen om gevaren en beschadigingen te
voorkomen.
55.1 Veiligheidsvoorschriften
Voorzichtig
Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen uitgevoerd worden door
gekwalificeerd vakpersoneel dat door de fabrikant is geschoold.
Door ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke gevaren voor de gebruiker ontstaan,
evenals schaden aan het apparaat.
55.2 Storingmeldingen
In het geval van een storing geeft het display een foutcode aan, die de oorzaak van de
storing beschrijft.
Display Beschrijving
E01 Temperatuur in de binnenkant overschreden
De thermische beveiliging bij oververhitting heeft het lopende programma
beëindigd. Drukt u op de knop Pause/Cancel om op de storing te reageren.
Na de afkoelfase kan het apparaat weer ingeschakeld worden.
E02 Technische fout:
Er is een technische fout opgetreden. Druk op de toets Pause/Cancel om de
storing te bevestigen. Neem contact op met de klantenservice!
E03 Sensorstoring: Het apparaat heeft een storing aan een sensor vastgesteld en
het lopende programma beëindigd.
Drukt u op de knop Pause/Cancel om op de storing te reageren.
Als u met de bovengenoemde stappen het probleem niet kunt verhelpen, neem dan
contact op met de klantendienst.
55.3 Oorzaken van de storingen en het verhelpen
De volgende tabel helpt bij het lokaliseren en het verhelpen van kleinere storingen
Storing Mogelijke oorzaak Verhelpen
Het gekozen programma
start niet
Apparaatdeur niet gesloten Apparaatdeur sluiten
Stekker niet in stopcontact
Stekker in stopcontact doen
Zekering niet ingeschakeld
Zekering inschakelen
Gerecht na afloop van de
ingestelde tijd niet
genoeg ontdooid,
verwarmd ofwel gaar
geworden.
Tijd ofwel vermogen verkeerd
gekozen
Tijd en vermogen opnieuw
instellen.
Het gebeuren herhalen
218
Het apparaat
functioneert, maar de
binnenverlichting niet
Binnenverlichting kapot Binnenverlichting door
Servicedienst laten
repareren
Tijdens inschakeling van
de magnetron ontstaan
niet normale geluiden
Gerechten met aluminium
afgedekt
Aluminiumfolie verwijderen
Het servies bevat metaal en er
ontstaan vonken
Adviezen gebruik servies
lezen
De tijd in het display klop
niet
Stroomuitval Tijd opnieuw instellen
Voorzichtig
Als u met de bovengenoemde stappen het probleem niet kunt verhelpen, neem dan
contact op met de klantendienst.
56 Afvoer van het oude apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten vaak nog waardvolle
materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen, die voor hun
functioneren en veiligheid noodzakelijk waren.In het huishoudelijk afval of bij
verkeerde behandeling kunnen deze stoffen de menselijke gezondheid en het
milieu schade aanbrengen. Zet uw oude apparaat daarom nooit bij het gewone
huishoudelijk vuil.
Tip
Maak gebruik van de in uw woonplaats voorhanden zijnde inzamelplek voor teruggave
en verwerking van oude elektrische en elektronische apparaten. Haal eventueel
informatie bij uw gemeentehuis, de vuilnisophaaldienst of bij uw winkelier.
Zorg ervoor dat uw oude apparaat tot het moment van transport op een kinderveilige
plek wordt bewaard.
57 Garantie
Voor dit product geven we vanaf de dag van aankoop 24 maanden garantie op gebreken,
die te herleiden zijn tot productie- of materiaalfouten. Garantieclaims volgens §439 ff.
BGB-E blijven hiervan van kracht. Onder de garantie vallen niet de schaden die door
onjuiste behandeling of ingebruikname ontstaan zijn, zoals gebreken die de functie of de
waarde van het apparaat slechts gering beïnvloeden. Verder zijn aan slijtage onderhevige
onderdelen, transportschade zo lang wij deze niet te verantwoorden hebben, als ook
schaden, die door niet door ons verrichtte reparaties ontstaan zijn, uitgesloten van
aanspraak op garantieclaim. Dit apparaat is vervaardigd voor huishoudelijk gebruik
(kleinverbruik) en voorzien van een overeenkomstig vermogen. Een eventueel gebruik
voor bedrijfsdoeleinden valt alleen onder de garantie, als de mate van gebruik te
vergelijken is met het gebruik in een particulier kleinhuishouden. Het is niet voor de
verdere bedrijfsdoeleinden bestemd. Bij rechtmatige reclamaties zullen wij het defecte
apparaat naar ons bevinden repareren of tegen een apparaat vrij van gebreken
omwisselen. Zichtbare defecten moeten binnen 14 dagen na levering aangetoond worden.
219
Verdere claims zijn uitgesloten. Stelt u zich voor het indienen van een garantieclaim en het
terugsturen van uw apparaat via onderstaand adres (altijd met bewijs van koop!) met ons
in verbinding.
58 Technische gegevens
Apparaat Magnetron, grill en heteluchtoven
Naam IMCG25
Artikel nr. 3359
Aansluitgegevens 230 V, 50 Hz
Vermogensopname
1400 W (Magnetron)
2050 W (Heteluchtoven)
2050 W (Grill)
< 1 W (Standby)
Magnetron uitgangsvermogen 900 W
Optimale frequentie 2450 MHz
Afmetingen buitenkant 510 x 305 x 497 mm
Afmetingen binnenkant 308 x 183 x 323 mm
Ovencapaciteit Ca. 25 L
Netto gewicht 13,95 kg

Documenttranscriptie

49.1 Gebruik volgens de voorschriften ..................................................................... 187 49.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen ................................................................... 188 49.3 Bronnen van gevaar............................................................................................ 191 49.3.1 Gevaar door microgolven ................................................................................ 191 49.3.2 Verbrandingsgevaar ........................................................................................ 191 49.3.3 Brandgevaar ................................................................................................... 193 49.3.4 Ontploffingsgevaar .......................................................................................... 194 49.3.5 Gevaar door elektrische stroom ...................................................................... 195 50 Ingebruikname ................................................................................................ 195 50.1 Veiligheidsvoorschriften .................................................................................... 196 50.2 Leveringsomvang en transportinspectie .......................................................... 196 50.3 Auitpakken ........................................................................................................... 196 50.4 Verwijderen van de verpakking.......................................................................... 196 50.5 Plaatsen ............................................................................................................... 197 50.5.1 Eisen aan de plek van plaatsing ..................................................................... 197 50.5.2 Voorkomen van frequentiestoring ................................................................... 197 50.6 Montage van onderdelen .................................................................................... 197 50.6.1 Grillrooster .................................................................................................... 198 50.6.2 Bakblik ............................................................................................................ 200 50.7 51 Elektrische aansluiting ....................................................................................... 200 Opbouw en functie .......................................................................................... 200 51.1 Algemeen overzicht ............................................................................................ 201 51.2 Bedieningspaneel en display ............................................................................. 202 51.3 Sensor Touch velden:......................................................................................... 203 51.4 Pieptonen ............................................................................................................. 203 52 Veiligheidsvoorzieningen ............................................................................... 203 52.1.1 Waarschuwingsinstructies op apparaat .......................................................... 203 52.1.2 Deurvergrendeling .......................................................................................... 203 52.1.3 Kinderslot ........................................................................................................ 204 52.2 53 Typeplaatje .......................................................................................................... 204 Bediening en gebruik...................................................................................... 204 53.1 Basis van het magnetron koken ........................................................................ 204 53.2 Soorten gebruik................................................................................................... 205 53.3 Aanwijzingen magnetron kookgerei .................................................................. 205 53.4 Deur openen/sluiten............................................................................................ 206 53.5 Inschakelen naar programmakeuze .................................................................. 206 53.6 Herstellen van de programmakeuze .................................................................. 207 53.7 Snelstart ............................................................................................................... 207 12 53.8 Pauze/Beëindigen ............................................................................................... 207 53.9 Instellen van de klok ........................................................................................... 207 53.10 Functie +30sec ................................................................................................. 207 53.11 Timer ................................................................................................................. 207 53.12 Gebruik “Magnetron” ...................................................................................... 208 53.13 Gebruik “Grill” ................................................................................................. 209 53.14 Gebruik “Magnetron en grill” ......................................................................... 209 53.14.1 “Combinatie 1” ................................................................................................ 209 53.14.2 “Combinatie 2” ................................................................................................ 210 53.15 Gebruik “Hete lucht” ....................................................................................... 210 53.15.1 Gebruik “Voorverwarmen en “hete lucht koken”.............................................. 211 53.16 Gebruik “Magnetron en hete lucht koken” .................................................... 211 53.17 Gebruik “Kookprogramma“ ............................................................................ 212 53.18 Ontdooien ........................................................................................................ 214 53.18.1 Ontdooien op tijd. ............................................................................................ 214 53.18.2 Ontdooien naar gewicht: “Automatisch ontdooien” ......................................... 214 53.19 Modus "Koken in meerdere stappen" ............................................................ 215 54 Reiniging en onderhoud ................................................................................. 215 54.1 Veiligheidsvoorschriften .................................................................................... 215 54.2 Reiniging .............................................................................................................. 216 55 Storingen verhelpen ....................................................................................... 217 55.1 Veiligheidsvoorschriften .................................................................................... 217 55.2 Storingmeldingen................................................................................................ 217 55.3 Oorzaken van de storingen en het verhelpen ................................................... 217 56 Afvoer van het oude apparaat ........................................................................ 218 57 Garantie ........................................................................................................... 218 58 Technische gegevens ..................................................................................... 219 13 Originele Gebruiksaanwijzing Magnetron, grill en heteluchtoven IMCG25 Artikelnummer 3359 185 48 Gebruiksaanwijzing: Algemeen Lees de hier vermelde informatie, zodat u snel vertrouwd raakt met uw apparaat en al zijn functies in volle omvang kunt gebruiken. U heeft jaren lang plezier van uw magnetron als u hem vakkundig behandelt en onderhoudt. Wij wensen u veel plezier met het gebruik. 48.1 Informatie over deze gebruiksaanwijzing Deze gebruiksaanwijzing is onderdeel van de magnetron (vanaf hier ‘apparaat’ genoemd) en geeft u belangrijke aanwijzingen voor de ingebruikname, de veiligheid, het doelgerichte gebruik en het onderhoud van het apparaat. De gebruiksaanwijzing moet altijd bij het apparaat voorhanden zijn en voor iedereen te lezen en te gebruiken die met de  ingebruikname  bediening  oplossing van een storing en/of  reiniging van het apparaat belast is. Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef hem samen met het apparaat door aan een eventuele volgende eigenaar. 48.2 Waarschuwingsinstructies In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende waarschuwingsinstructies gebruikt: Gevaar Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een dreigende, gevaarlijke situatie. Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, leidt deze tot de dood of zware verwondingen. ► De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om het gevaar van dood of zware verwondingen bij personen te voorkomen. Waarschuwing Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie. Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, kan dit tot zware verwondingen leiden. ► De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om verwondingen bij personen te voorkomen. Voorzichtig Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie. Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, kan dit tot lichte of matige verwondingen leiden. ► De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om verwondingen bij personen te voorkomen. Tip Een tip duidt op extra informatie, die de omgang met het apparaat lichter maakt. 186 48.3 Aansprakelijkheid Alle in deze gebruiksaanwijzing aanwezige technische informatie, gegevens en instructies voor installatie, ingebruikname en onderhoud beantwoorden aan de laatste stand bij het in druk gaan en vinden plaats met inachtneming van onze tot nu toe opgedane ervaringen en kennis naar eer en geweten. Aan de informatie, afbeeldingen en beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzingen kunnen geen rechten worden ontleend. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schaden op grond van:  Niet-naleving van de gebruiksaanwijzing  Niet volgens de voorschriften geldend gebruik  Ondeskundige reparaties  Technische veranderingen, modificaties van het apparaat  Toepassing van niet goedgekeurde onderdelen Modificaties van het apparaat worden niet aanbevolen en vallen niet onder de garantie. Vertalingen worden naar beste weten uitgevoerd. Wij zijn niet verantwoordelijk voor vertaalfouten, ook niet in het geval dat de vertaling door ons of in opdracht van ons is gemaakt. Bindend blijft alleen de oorspronkelijke Duitse tekst. 48.4 Auteurswet Dit documentatiemateriaal is auteursrechtelijk beschermd. Alle rechten, ook die van de fotomechanische reproductie, de verveelvoudiging en de verbreiding door bijzondere handelswijzen (bijvoorbeeld gegevensverwerking, informatiedragers en datanetwerken), ook ten dele, zijn de firma Braukmann GmbH voorbehouden. Inhoudelijke en technische veranderingen voorbehouden. 49 Veiligheid In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke veiligheidsinstructies betreffende de omgang met het apparaat. Dit apparaat beantwoordt aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften. Een ondeskundig gebruik kan echter tot materiële schade en schade aan personen leiden. 49.1 Gebruik volgens de voorschriften Dit apparaat is alleen voor het gebruik in het huishouden in een gesloten ruimte ter  Ontdooien  Verwarmen  Koken Grillen  Inkoken  Bakken van levensmiddelen en dranken bestemd. Dit apparaat is bedoeld voor het huishouden en in soortgelijke toepassingen zoals bijvoorbeeld:  in keukens voor medewerkers in winkels, kantoren en andere commerciële toepassingen;  op boerderijen;  door klanten in hotels, motels en dergelijke;  in pensions met ontbijt. Een ander of er van afwijkend gebruik geldt als niet volgens de voorschriften. Waarschuwing Gevaar door gebruik niet volgens de voorschriften! Bij onreglementair gebruik van het apparaat en/of gebruik op een andere wijze kunnen gevaren ontstaan. ► Het apparaat uitsluitend volgens de voorschriften gebruiken. 187 Waarschuwing ► De in deze gebruiksaanwijzing beschreven handelswijzen in acht nemen. Aanspraken van welke aard dan ook wegens niet reglementair gebruik zijn uitgesloten. Het risico draagt alleen de gebruiker. 49.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen Tip Neem voor een veiligere omgang met het apparaat de volgende algemene veiligheidsaanwijzingen in acht: ► Vóór het gebruik van het apparaat moeten de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig worden gelezen. ► Controleer het apparaat voor het gebruik op zichtbare schade. Gebruik een beschadigd apparaat niet. ► Het apparaat is niet geschikt voor het drogen, opwarmen of verhitten van levende dieren. ► Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder, mits ze onder toezicht staan of wanneer hun de veilige gebruik van het apparaat is uitgelegd en ze de mogelijke gevaren hebben begrepen. ► Reiniging en onderhoud mag niet door kinderen worden uitgevoerd, tenzij ze 8 jaar of ouder zijn en ze onder toezicht staan. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. ► Het apparaat en zijn aansluiting moet buiten het bereik blijven van kinderen jonger dan 8 jaar. ► Het apparaat kan door personen met verminderde fysieke, zintuiglijke of mentale vermogens of gebrek aan ervaring en/of kennis worden gebruikt, wanneer ze onder toezicht staan of hen het veilige gebruik van het apparaat is uitgelegd en ze de mogelijke gevaren hebben begrepen. ► Gebruik uitsluitend keukenapparaten en voorwerpen, die in een magnetron kunnen worden gebruikt. 188 Tip ► Reparaties mogen alleen door gekwalificeerd, door de fabrikant opgeleid, personeel worden uitgevoerd. Door ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke gevaren voor de gebruiker ontstaan. ► Een reparatie van het apparaat tijdens de garantieperiode mag alleen door een door de fabrikant erkende klantenservice worden uitgevoerd, anders vervalt bij volgende schade de garantie. ► Defecte onderdelen mogen alleen tegen originele reserveonderdelen worden vervangen. Alleen met deze onderdelen is gegarandeerd dat aan de veiligheidseisen wordt voldaan. ► Voedingsthermometers zijn niet geschikt voor de magnetron. ► Het apparaat moet alleen voor het in deze bedieningshandleiding beschreven doel worden gebruikt. Bijtende chemicaliën of dampen mogen niet worden gebruikt. Dit apparaat is speciaal ontwikkeld voor het verhitten, koken en drogen van voedingsmiddelen en niet voor industriële doeleinden of het gebruik in een laboratorium. ► Het apparaat mag niet in gebruik worden genomen, als de netkabel of de stekker beschadigd is, als het niet volgens de voorschriften werkt, op de grond is gevallen of beschadigd is. Indien de netkabel of de stekker beschadigd is, moet deze door de fabrikant of servicepersoneel dat daar opdracht toe heeft van de fabrikant worden vervangen om gevaren te voorkomen. ► Thermometers voor gerechten zijn niet geschikt voor magnetrongebruik. ► De magnetron mag alleen vrijstaand in gebruik worden genomen. 189 Tip ► Let op: Het apparaat mag niet boven een kookplaat of andere warmtebron worden geplaatst, omdat het anders kan worden beschadigd en de garantie dan vervalt. ► Dit apparaat is een ISM-apparaat van de groep 2 klasse B. Bij deze apparaten horen alle industriële, wetenschappelijke of medisch gebruikte apparaten waarbij met opzet hogefrequentie-energie als elektromagnetische straling voor de behandeling van materialen geproduceerd of gebruikt wordt, zoals apparaten met een vonkeroderende werking. Apparaten van de klasse B zijn geschikt voor gebruik in het huishouden en voor gebruik met een aansluiting op een huishoudelijke stroomvoorziening, zoals laagspanningsinrichtingen in gebouwen. ► De magnetron mag niet in een kast worden gebruikt. ► Het apparaat moet met de achterkant tegen een wand worden geplaatst. ► Het apparaat is niet geschikt voor gebruik via een externe tijdschakelaar of afstandsbediening. ► De magnetron is alleen geschikt voor huishoudelijk gebruik, niet voor industrieel gebruik. ► Nooit de afstandshouders aan de achterzijde of de zijkanten van het apparaat verwijderen, omdat deze de nodige minimale afstand voor de luchtcirculatie garanderen. ► De magnetron is alleen geschikt voor koken, ontdooien en verdampen van voedingsmiddelen. ► Het apparaat mag niet met een stoomreiniger worden gereinigd. 190 49.3 Bronnen van gevaar 49.3.1 Gevaar door microgolven Waarschuwing De inwerking van microgolven op het menselijk lichaam kan tot lichamelijk letsel leiden. Neem de volgende veiligheidsinstructies in acht om uzelf en anderen niet bloot te stellen aan microgolven. ► Het apparaat nooit met open deur laten werken. Door een foutief of gemanipuleerde veiligheidsschakelaar bestaat het gevaar dat u zich direct aan microgolven blootstelt. ► WAARSCHUWING: onderhouds- en reparatiewerkzaamheden waarbij de beschermkap voor de straling van microgolven wordt verwijderd, kunnen gevaar opleveren voor iedereen en mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. ► Dit geldt ook voor de vervanging van de verlichting en de netkabels. Het apparaat moet hiervoor naar het servicecenter worden gestuurd. ► Wanneer de deur of de deurafdichting beschadigd zijn, mag het apparaat niet worden bediend, totdat het door een geautoriseerde vakkracht is gerepareerd. 49.3.2 Verbrandingsgevaar Waarschuwing Het in dit apparaat verwarmde voedingsmiddel, het gebruike keukengerei en de oppervlakken van het apparaat, kunnen heel heet worden. Raadpleeg de volgende veiligheidsaanwijzingen om uzelf of anderen niet te verbranden. 191 Waarschuwing ► Let op: Als het apparaat in de combi-stand draait, mag het door de daarbij ontstane hoge temperaturen alleen onder toezicht van een volwassene door kinderen worden gebruikt. ► Bij het verhitten van dranken in de magnetron kunnen deze plotseling gaan koken (kookvertraging), daarom moeten de bakken voorzichtig worden vastgepakt. ► Geen voedingsmiddelen in de oven frituren. Hete olie kan onderdelen van apparaten en keukengerei beschadigen en verbrandingen veroorzaken. ► Vooral de inhoud van babyflesjes en potjes met babyvoedesel moet worden doorgeroerd of geschud, en de temperatuur moet voor het gebruik worden gecontroleerd, om verbrandingen te voorkomen. ► Kooktoestellen kunnen door hitteoverdraging van de voedingsmiddelen heet worden. Als bescherming wordt het gebruik van pannenlappen aangeraden. ► De buitenvlakken kunnen bij het gebruik heel heet worden. ► De deur en de buitenoppervlakken kunnen tijdens het gebruik heel heet worden. Als het apparaat in gebruik is, kunnen de aanraakvlakken een hoge temperatuur bereiken. ► Gebruik voor het eruit halen van voedingsmiddelen pannenlappen of keukenhandschoenen. ► Let op! Bij het openen van deksels of afdekfolie kan hete damp ontsnappen. ► Waarschuwing: Het apparaat en delen binnen handbereik raken tijdens het gebruik sterk verhit. De verwarmingselementen mogen daarom niet worden aangeraakt, en kinderen onder 8 jaar moeten op afstand of onder toezicht worden gehouden. 192 49.3.3 Brandgevaar Waarschuwing Bij ondeskundig gebruik van het apparaat bestaat brandgevaar omdat de inhoud kan gaan branden. Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht om brandgevaar te vermijden: ► Laat het apparaat niet onbeheerd als u levensmiddelen in bak uit kunststof, papier of andere brandbare materialen verwarmt of gaar wil laten worden. ► Gebruik het apparaat nooit voor het bewaren of drogen van ontvlambare materialen. ► Voor de beperking van brandgevaar in de oven: a) Bij het verwarmen van voedingsmiddelen in plastic en papieren bakken moet het apparaat bewaakt worden omdat er brandgevaar bestaat. b) Afsluitclips van plastic of papieren zakken moeten voor het verwarmen worden verwijderd. c) Wanneer er sprake is van rookontwikkeling moet het apparaat worden uitgeschakeld of de stekker uit het stopcontact worden getrokken en de deur gesloten, om eventueel optredende vlammen te verstikken. d) Niets bewaren in de oven. Als het apparaat niet wordt gebruikt, mag het niet worden gebruikt voor het bewaren van papieren voorwerpen, keukengerei of voedingsmiddelen. ► Wegwerpbakken van kunststof moeten voldoen aan de onder "Aanwijzingen voor keukengerei" aangegeven eigenschappen. ► Verhit geen alcohol in onverdunde toestand. ► Het apparaat mag niet in lege toestand gebruikt worden. 193 Waarschuwing ► Bij alle keukenapparaten en bakken moet worden gecontroleerd of die voor het gebruik in magnetrons geschikt zijn. ► Bij rookontwikkeling moet het apparaat worden uitgeschakeld, de netstekker uitgetrokken en de deur (voor het smoren van eventuele vlammen) gesloten blijven. ► De magnetron is uitsluitend bestemd voor het verwarmen van gerechten en dranken. Het drogen van gerechten en kleding en het verwarmen van warmtekussens, pantoffels, sponzen, vochtige doeken en dergelijke loopt het risico lichamelijk letsel, ontstekingen of brand te veroorzaken. ► Verwijder altijd vetresten uit het apparaat, omdat deze licht ontvlambaar zijn. 49.3.4 Ontploffingsgevaar Waarschuwing Bij ondeskundig gebruik van het apparaat bestaat ontploffingsgevaar door ontstane overdruk. Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht om explosiegevaar te vermijden: ► Vloeistoffen en andere voedingsmiddelen mogen niet in afgesloten potten worden verhit, omdat deze kunnen exploderen. ► Eieren met schaal en hele hard gekookte eieren niet in het apparaat opwarmen, omdat ze ook na de behandeling in de magnetron nog exploderen kunnen. ► Voedingsmiddelen met dikke schillen bijv. aardappelen, hele pompoenen, appels of kastanjes moeten voor het garen in het apparaat worden ingeprikt. 194 49.3.5 Gevaar door elektrische stroom Gevaar Levensgevaar door elektrische spanning! Het contact met leidingen of onderdelen die onder spanning staan kan levensgevaarlijk zijn! Neem de volgende veiligheidsaanwijzingen in acht om gevaar door elektrische stroom te voorkomen. ► Open in geen geval de behuizing van het apparaat. Als aansluitingen die onder stroom staan worden aangeraakt en de elektrische of mechanische opbouw veranderd, bestaat gevaar voor elektrische schokken. Daarnaast kunnen functionele storingen in het apparaat optreden. ► Het apparaat mag niet in gebruik worden genomen, als de netkabel of de stekker beschadigd is, als het niet volgens de voorschriften werkt, op de grond is gevallen of beschadigd is. Indien de netkabel of de stekker beschadigd is, moet deze door de fabrikant of servicepersoneel dat daar opdracht toe heeft van de fabrikant worden vervangen om gevaren te voorkomen. ► Opgelet: Onderhouds- en reparatiewerkzaamheden waarbij de beschermende afdekking tegen microgolven wordt verwijderd, moeten alleen door een vakman worden uitgevoerd. Dit geldt ook voor de vervanging van de verlichting en de netkabels. Het apparaat moet hiervoor naar het servicecenter worden gestuurd. 50 Ingebruikname In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie omtrent de ingebruikname van het apparaat. Neem de aanwijzingen in acht om gevaren en beschadigingen te voorkomen. 195 50.1 Veiligheidsvoorschriften Waarschuwing Bij de ingebruikneming van het apparaat kan materiële schade en letsel aan personen ontstaan! Neemt u de volgende veiligheidsvoorschriften in acht om de gevaren te voorkomen: ► Verpakkingsmateriaal mag niet als speelgoed gebruikt worden. Er bestaat kans op verstikking. ► Vanwege het hoge gewicht van het apparaat het transport als ook het uitpakken en plaatsen met twee personen uitvoeren. 50.2 Leveringsomvang en transportinspectie De magnetron en grill IMCG25 wordt standaard met de volgende onderdelen geleverd:  Magnetron en grill IMCG25  Grillrooster  Bakblik  Gebruiksaanwijzing Tip ► Controleer de levering op volledigheid en op zichtbare beschadigingen. ► Waarschuw de expediteur, de verzekering en de leverancier bij een onvolledige levering of bij beschadiging als gevolg van gebrekkige verpakking of als gevolg van het transport. 50.3 Auitpakken Bij het uitpakken van het apparaat gaat u als volgt te werk: Neem het apparaat uit de doos en verwijder het verpakkingsmateriaal. Neem de accessoires uit de binnenkant van het apparaat en verwijder het verpakkingsmateriaal. Tip ► De beschermende film op de binnenkant van de deur (indien aanwezig) niet verwijderd, aangezien dit een eenvoudig reinigen apparaat. 50.4 Verwijderen van de verpakking De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. De verpakkingsmaterialen zijn uitgezocht vanuit milieuvriendelijke en verwijderingtechnische gezichtspunten en daarom recyclebaar. Het terugbrengen van de verpakking in de materiaalkringloop bespaart grondstoffen en verkleint de afvalhoop. Lever niet meer benodigd verpakkingsmateriaal in bij een afvalbrengstation, dat zorgdraagt voor de recycling. Tip ► Bewaar indien mogelijk het originele verpakkingsmateriaal gedurende de garantieperiode, zodat u het apparaat indien nodig weer volgens de voorschriften kunt inpakken. 196 50.5 Plaatsen 50.5.1 Eisen aan de plek van plaatsing Voor een veilig en foutloos functioneren van het apparaat moet de plek waar het apparaat komt te staan aan de volgende eisen voldoen:  Het apparaat moet op een vaste, vlakke, horizontale (waterpas) en hittebestendige ondergrond met voldoende draagkracht voor de oven en het volgens de verwachtingen zwaarste in de oven bereidde gerecht neergezet worden.  Kies de plek dusdanig dat kinderen hete oppervlakken van het apparaat niet kunnen aanraken.  Verwijder de pootjes van het apparaat niet.  Het apparaat is niet geschikt voor inbouw in een wand of in een inbouwkast.  Plaatst u het apparaat niet in een hete, natte of zeer vochtige omgeving of in de buurt van brandbare materialen.  Het apparaat heeft voor een correcte werking voldoende luchtstroming nodig. Laat u 20 cm. vrije ruimte boven de apparaat, 10 cm. aan de achterkant en 5 cm. aan beide zijden.  Dek geen openingen van het apparaat af en blokkeer de openingen niet.  Het stopcontact moet makkelijk toegankelijk zijn, zodat de voedingskabel er in geval van nood ongecompliceerd uitgehaald kan worden.  De inbouw en montage van dit apparaat op niet stationaire plekken (bijvoorbeeld schepen) mogen alleen door vakzaken/vakmensen uitgevoerd worden, als ze de voorwaarden voor een veilig gebruik van dit apparaat garanderen. 50.5.2 Voorkomen van frequentiestoring Door het apparaat kunnen storingen bij radio’s, televisies of soortgelijke apparaten optreden. Door de volgende maatregelen kunnen storingen weggenomen of gereduceerd worden:  Reinig de deur en de afdichtingen van het apparaat.  Plaats de radio, de televisie, etc. op een zo groot mogelijke afstand van het apparaat.  Gebruik voor het apparaat een ander stopcontact, zodat het apparaat en de gestoorde ontvanger van verschillende stroomketens gebruik maken.  Gebruik een volgens de voorschriften geïnstalleerde antenne voor de ontvanger, om zo zeker te zijn van een goede ontvangst. 50.6 Montage van onderdelen Tip ► Het apparaat kan met grillrooster en/of bakblik worden gebruikt. ► Het bakblik alleen gebruiken in de grillstand. 197 50.6.1 Grillrooster Plaats het grillrooster in de richting, die op foto A is te zien in het apparaat. 198 Grillrooster schuin plaatsen, zoals op foto B is te zien. Vervolgens het grillrooster naar beneden drukken, zoals op foto C is te zien. Controleer of het grillrooster orrect is geplaatst. Voorzichtig ► De rubbernoppen mogen niet van het grillrooster worden verwijderd. ► Plaats het grillrooster alleen in de afgebeelde richting. ► Het grillrooster mag niet op de keramische bodem worden gelegd. 199 50.6.2 Bakblik Het bakblik op de keramische bodem of het grillrooster plaatsen. 50.7 Elektrische aansluiting Voor een veilig en feilloos gebruik van het apparaat moeten bij de elektrische aansluiting de volgende aanwijzingen in acht genomen worden:  Controleer voor het aansluiten van het apparaat de aansluitingsgegevens (spanning en frequentie) op het typeplaatje met de gegevens van uw stroomnet. Deze gegevens moeten overeenkomen, zodat het apparaat niet beschadigd kan raken. In geval van twijfel vraagt u een vakkundige elektricien.  Het stopcontact moet beschermd zijn met een zekering of automatische schakelaar van 16 ampère.  Bij gebruik van een verlengsnoer mag voor aansluiting van het apparaat op het stroomnet alleen een uitgerold verlengsnoer van maximaal 3 meter lengte en een doorsnede van 1,5 mm² gebruikt worden. Het gebruik van een stekker of stekkerdoos met meerdere aansluitingen is vanwege het daarmee verbonden brandgevaar verboden.  Vergewis u er van dat de voedingskabel onbeschadigd is en niet onder de oven of over hete of scherpte oppervlakten gelegd is.  De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen dan gegarandeerd wanneer het is aangesloten aan een reglementair geïnstalleerd systeem met aardkabels en veiligheidschakelaars. Het in werking stellen via een stopcontact zonder veiligheidsschakelaar is verboden. Laat u in geval van twijfel de huisinstallatie controleren door een erkende elektricien.  De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schaden, die door een gebrekkige of onderbroken aardingskabel veroorzaakt worden. 51 Opbouw en functie In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke aanwijzingen m.b.t. de opbouw en het functioneren van het apparaat. Door de invertertechnologie van het apparaat wordt de energie constant overgedragen, wat leidt tot meer energie-efficiëntie en het voedsel wordt verwarmd zonder kwaliteitsverlies. 200 51.1 Algemeen overzicht 1) Veiligheidsvergrendeling 2) Ovenraam 3) Bodemplaat 2) Bakblik 4) Bedieningspaneel 6) Grillelement Tip ► De ventilator kan blijven draaien, om het apparaat af te koelen. Voorzichtig ► De keramische bodemplaat kan na het kookproces heet zijn: Raak de keramische bodemplaat niet aan! 201 51.2 Bedieningspaneel en display Display: De kooktijd, vermogen, functie, en actuele tijd worden getoond. Automatisch koken Drukken om een automatisch kookprogramma of het ontdooiprogramma te kiezen. Bevestiging van het automatische kookprogramma Gewichtsaanpassing Drukken om het gewicht van de etenswaren of het aantal porties uit te kiezen. Timer Functie voor het uitvoeren van het kookproces op een later tijdstip. 10 Min / 1 Min / 10 Sec Drukken om de klok of de kooktijd in te stellen. Inverter magnetron Drukken om het vermogen van de magnetron in te stellen Grill - Drukken om het grillprogramma in te stellen. Combinatie (1 en 2) Drukken om het gecombineerde magnetron/grillprogramma in te stellen Klok - Drukken om de digitale klok in te stellen (Knop zonder functie) Hete lucht: Ter programmering van de hete lucht temperatuur en functie voorverwarmen. Magnetron+hete lucht: Indrukken bij het kiezen van een van de vier instellingen tot combinatiekoken. Snel Ontdooien Reset 202 51.3 Sensor Touch velden: +30 sec Met deze functie kunt u de reeds ingestelde programmering in stappen van 30 seconden verlengen. Pauze/Afbreken Om de instellingen te onderbreken en te herstellen. Start/Snelstart Drukken om de tijd in te stellen en het apparaat op vol vermogen te starten. Drukken om een kookprogramma te starten. 51.4 Pieptonen Het apparaat geeft ter kennisgeving de volgende akoestische signalen af:  Een zachte pieptoon: Het apparaat heeft de input geaccepteerd.  Beltoon: Het einde van de kooktijd is bereikt. 52Veiligheidsvoorzieningen 52.1.1 Waarschuwingsinstructies op apparaat Voorzichtig Gevaar door hete oppervlakte! Boven aan de achterkant bevindt zich een waarschuwing voor het gevaar door hete oppervlakten. De oppervlakte van het apparaat kan zeer heet worden. ► De hete oppervlakte van het apparaat niet aanraken. Brandgevaar! ► Zet of leg geen voorwerpen op het apparaat. 52.1.2 Deurvergrendeling In de deurvergrendeling van het apparaat is een veiligheidsschakelaar ingebouwd, die de werking van het apparaat bij een openstaande deur verhindert. Voorzichtig Gevaar door microgolven! Is deze veiligheidsinrichting defect of wordt deze veiligheidsinrichting vermeden, dan bent u en zijn ook anderen blootgesteld aan microgolven ► Het apparaat niet gebruiken als de veiligheidsschakelaar defect is. ► Deze veiligheidsinrichting niet buiten werking stellen. 203 52.1.3 Kinderslot Het kinderslot verhindert gebruik van het apparaat door kinderen zonder toezicht.  Activeren van het kinderslot Drukt u de knop Pause/Cancel drie seconden lang in, totdat u een pieptoon hoort en de functie zichtbaar „ “ is in het display. In vergrendelde toestand zijn alle knoppen gedeactiveerd.  Deactiveren van het kinderslot Drukt u de knop Pause/Cancel lang in, totdat u een pieptoon hoort en de functie zichtbaar is in het display. In ontgrendelde stand zijn alle knoppen weer geactiveerd. 52.2 Typeplaatje Het typeplaatje met de aansluit- en vermogensgegevens bevindt zich aan de achterkant van het apparaat. 53 Bediening en gebruik In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke aanwijzingen m.b.t. de bediening van het apparaat. Neem de aanwijzingen in acht om gevaren en beschadigingen te voorkomen. Waarschuwing ► Het apparaat tijdens gebruik niet uit het oog verliezen, zodat er bij gevaren snel ingegrepen kan worden. 53.1 Basis van het magnetron koken  De voor de verwarming van de gerechten benodigde tijd en het vermogen hangt onder andere af van de eindtemperatuur, de hoeveelheid en de soort en toestand van het gerecht. Gebruik de kortst aangegeven kooktijd en verleng de tijd naar behoefte.  Sorteer de te bereiden etenswaren zorgvuldig. Plaats de dikste stukken op de rand van de vorm.  Dek het gerecht tijdens het koken af. Een deksel verhindert spatten en draagt bij tot een gelijkmatig garen/verhitten.  Tijdens het verwarmen dient u het gerecht meermaals om te draaien, anders te leggen of om te roeren, zodat uw een gelijkmatige temperatuurverdeling krijgt.  Eventueel aanwezige kiemen in het gerecht worden alleen bij een voldoende hoge temperatuur (>70°C) en bij een voldoende lange tijd (>10 min.) gedood.  Levensmiddelen met vaste huid of schaal zoals tomaten, worsten, schilaardappelen en aubergines meermaals prikken ofwel inkerven, zodat ontstane damp ontsnappen kan en de levensmiddelen niet uit elkaar spatten.  Eieren zonder schaal mogen alleen dan in de magnetron opgewarmd worden, wanneer er in het vel van de eierdooier van tevoren meermaals geprikt is. De eierdooier kan anders na het verwarmen met hoge druk naar buiten spuiten. 204  Verleg gerechten zoals gehaktballetjes na de helft van de kooktijd van boven naar beneden en van het midden tot aan de uiterste rand. 53.2 Soorten gebruik Het apparaat kan op verschillende manier gebruikt worden. De volgende opsomming geeft de mogelijkheden van gebruik van het apparaat aan:  Gebruik “Magnetron” Dit gebruik is geschikt voor normaal verhitten van gerechten.  Gebruik “Grill” Dit gebruik is geschikt voor braden en gratineren van gerechten.  Gebruik “magnetron en grill” Dit gebruik is geschikt voor gelijktijdig magnetron koken en grillen. Combinatie 1: Bij dit gebruik werkt het apparaat 30% van de kooktijd als magnetron en 70% van de kooktijd als grill. Combinatie 2: In deze modus werkt het apparaat tegelijkertijd als magnetron en als grill.  Gebruik “hete lucht” Bij dit gebruik circuleert de hete lucht in de binnenkant van het apparaat, om zo een snelle en gelijkmatige verwarming van het gerecht te verkrijgen.  Gebruik “Magnetron en hete lucht” Dit gebruik is geschikt voor gelijktijdig gebruik van magnetron koken en het gebruik van hete lucht.  Gebruik “Kookprogramma’ Bij dit gebruik kan het kookprogramma uit 14 verschillende menu’s uitgekozen worden.  Automatisch ontdooien Deze modus is voor het voorgeprogrammeerde ontdooien naar gewicht.  Modus ontdooien Deze modus is geschikt voor het ontdooien van bevroren etenswaren. U kunt kiezen tussen ontdooien naar gewicht (automatisch ontdooien) en ontdooien op tijd.  Gebruik „Meerdere fasen koken“ Bij dit gebruik kunnen tot 2 automatische fasen geprogrammeerd worden. 53.3 Aanwijzingen magnetron kookgerei Het ideale materiaal voor magnetronkookgerei is dusdanig gemaakt, dat de microgolven doorgelaten worden en de energie kan doordringen in de vormen, zodat de gerechten opwarmen. 205 Neem de volgende aanwijzingen in acht bij de keuze van passend kookgerei: ► Microgolven kunnen niet door metaal.Gereedschap uit metaal en kookgerei met metalen ornamenten dienen daarom niet gebruikt te worden. ► Gebruik bij het koken in de magnetron geen producten uit recycling papier, omdat hierin kleine metaalfragmenten kunnen zitten, die vonken en/of brand kunnen veroorzaken. ► Gebruik geen aluminiumfolie bij gebruik van de magnetronfunctie of bij combinaties met de magnetron (zie tabel). De volgende tabel dient als houvast bij de keuze van het juiste kookgerei: Kookgerei Magnetron Grill Hetelucht Combinatie Hittebestendig glasservies     Niet hittebestendig glasservies     Hittebestendig keramisch servies     Magnetronbestendige kunststofvormen     Keukenpapier     Metaalblik     Voetstuk uit metaal     Metalen bak     Aluminiumfolie en - vormen     53.4 Deur openen/sluiten  Deur openen Open de deur. Mocht het apparaat ingeschakeld zijn, dan wordt het actuele kookprogramma onderbroken. Tip ► Laat de deur een moment open voordat u in de binnenruimte tast, om zo de opgehoopte hitte te laten ontsnappen.  Deur sluiten Sluit de deur totdat de deurvergrendeling hoorbaar sluit. Mocht een lopend programma door het openen van de deur onderbroken zijn, dan wordt het actuele kookprogramma na drukken op de knop Start/Quick Start voortgezet. 53.5 Inschakelen naar programmakeuze Druk na de gemaakte programmakeuze met de draairegelaar op de knop Start/Quick Start om het ingestelde kookprogramma te starten. 206 53.6 Herstellen van de programmakeuze Indien nodig drukt u op de knop om de instellingen van het apparaat te herstellen. 53.7 Snelstart Gebruik deze functie om de oven voor het comfortabele koken bij 100% magnetron gebruik te programmeren. Druk snel achter elkaar op de Start/Quick Start knop om de kooktijd (max. 10 Minuten) in te stellen. De oven start na twee seconden automatisch. 53.8 Pauze/Beëindigen Om een lopend kookprogramma te onderbreken kunt u als volgt te werk gaan: Druk eenmaal op de knop Pause/Cancel. Het lopende kookprogramma wordt onderbroken. Of: Open de deur van het apparaat. Het lopende kookprogramma wordt onderbroken. Tip ► Om het onderbroken kookprogramma voort te zetten, drukt u na het sluiten van de deur op de knop Start/Quick Start. Om het onderbroken programma te beëindigen, drukt u voor de tweede keer op de knop Pause/Cancel. U kunt het onderbroken programma ook beëindigen door op de knop wanneer de deur open staat. te drukken 53.9 Instellen van de klok Om de klok van het apparaat in te stellen, gaat u als volgt te werk: Druk op de knop . Kies tussen het 24- of 12-uurssysteem door op de knop te drukken. Voorbeeld: U wilt de klok instellen op 8:30: Kies tussen het 24- of 12te drukken. Druk op10Min/1Min/10Sec, om 8:30 in te uurssysteem door op de knop stellen. Drukken , om de ingestelde tijd op te slaan. 53.10 Functie +30sec In het gebruik magnetron, grill, hete lucht en combinatie kunt u de kooktijd met 30 seconden verlengen door op +30sec te drukken. Deze functie kan niet voor de snelstart of voor automatische kookprogramma's worden gebruikt. 53.11 Timer U kunt de magnetron zo programmeren, dat een programma op een later moment wordt gestart (timerfunctie). U gaat als volgt te werk: Voorbeeld: De klok toont 11:10 en het kookproces moet om 11:30 beginnen. Stel een kookprogramma in en druk op de toets P. 207  Tijd instellen Druk op10Min/1Min/10Sec, om de tijd op 11:10 in te stellen. Sluit de deur van het apparaat. Druk op de knopStart/Quick Start om de instelling op te slaan. Tip ► Wanneer de ingestelde tijd is bereikt, start het apparaat het geselecteerde kookprogramma ► Na de start van de timerfunctie, kunt u op P drukken om de ingestelde tijd te controleren; druk up pauze/annuleren om de timer af te breken. ► U kunt de timer niet voor de snelstart- of ontdooifunctie gebruiken. 53.12 Gebruik “Magnetron” Beim Mikrowellengaren können Sie die Leistungsstufe und die Garzeit anpassen. De langste kooktijd is 99 minuten en 50 seconden (99:50). Voorbeeld: U wilt 5 minuten op 60% vermogen koken.  Instellen van het vermogen Kies de gewenste vermogensstand,waarbij u de knop 60 (zie tabel).  overeenkomstig vaak indrukt P- Instellen van de kooktijd Druk op10Min/1Min/10Sec, om de tijd in te stellen op „5:00“. Sluit de deur van het apparaat.  Kookprogramma starten Druk na de programmakeuze op de knop Start/Quick Start op het apparaat, om het ingestelde kookprogramma te starten.  Einde van het kookprogramma Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon. Aantal knopdrukken 1 Display P100 2 P-80 3 P-60 Vermogen Toepassing 100 % Snel koken en verwarmen 900 Watt 80 % Hoog Koken en verwarmen zonder kwaliteitsverlies 720 Watt 60 % 540 Watt gemiddeld-hoog Verwarmen van kleine hoeveelheden en gevoelige etenswaren 208 4 P-40 5 P-20 6 P-00 40 % 360 Watt 20 % 180 Watt gemiddeld Laten sudderen gemiddeld-laag/ Ontdooien Ontdooien van gevoelige etenswaren zonder kwaliteitsverlies laag warmhouden 53.13 Gebruik “Grill” Het gebruik van “Grill” is speciaal geschikt voor dunne plakjes vlees, steaks, koteletten, kebab, worsten en stukjes kip De langste kooktijd is 99 minuten en 50 seconden (99:50). Voorbeeld: Het grillprogramma moet 5 minuten lopen.  Keuze van het kookprogramma Kies het kookprogramma “Grill” door twee maal op de knop  te drukken. Instellen van de kooktijd Druk op10Min/1Min/10Sec, om de tijd in te stellen op „5:00“. Sluit de deur van het apparaat.  Kookprogramma starten Druk na de programmakeuze op de knopStart/Quick Start op het apparaat, om het ingestelde kookprogramma te starten.  Einde van het kookprogramma Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon. 53.14 Gebruik “Magnetron en grill” Deze functie stelt u in staat om met twee verschillende instellingen gecombineerd te grillen en met de magnetron te koken. De langste kooktijd is 99 minuten en 50 seconden (99:50). 53.14.1 “Combinatie 1” Bij dit gebruik werkt het apparaat 30% van de kooktijd als magnetron en 70% van de kooktijd als grill. Voorbeeld: Het combinatieprogramma 1 moet 25 minuten lopen.  Keuze van het kookprogramma Kies het kookprogramma “Combinatie. 1” door eenmaal op de knop  te drukken Instellen van de kooktijd Druk op 10Min/1Min/10Sec, om te tijd op „25:00“ in te stellen. Sluit de deur van het apparaat. 209  Kookprogramma starten Druk na het kiezen van het programma op de toets Start/Quick Start, om het ingestelde kookprogramma te starten.  Einde van het kookprogramma Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon. 53.14.2 “Combinatie 2” In deze modus werkt het apparaat tegelijkertijd als magnetron en als grill.  Keuze van het kookprogramma Kies het kookprogramma „Combinatie 2“, door twee keer op de toets te drukken. De rest van de beschrijving is identiek aan het boven beschreven gebruik van “Combinatie 1”. 53.15 Gebruik “Hete lucht” Bij koken met hete lucht circuleert de hete lucht door de binnenruimte, om het gerecht snel en gelijkmatig te bruinen en knapperig te bereiden. Deze oven kan op tien verschillende bereidingstemperaturen worden ingesteld. De langste kooktijd is 99 minuten en 50 seconden (99:50). Voorbeeld: het heteluchtprogramma moet 5 minuten draaien.  Instellen van de temperatuur Kies de gewenste temperatuur waarbij u de knop tabel).  overeenkomstig vaak indrukt (zie Instellen van de kooktijd Druk op 10Min/1Min/10Sec, om te tijd op „5:00“ in te stellen. Sluit de deur van het apparaat.  Kookprogramma starten Druk na het kiezen van het programma op de toets Start/Quick Start, om het ingestelde kookprogramma te starten.  Einde van het kookprogramma Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon. Tip ► U kunt de hete lucht temperatuur tijdens het koken controleren als u de knop indrukt. 210 Aantal x drukken op knop 53.15.1 Temperatuur Aantal x drukken op knop Temperatuur 1 110 °C 6 160 °C 2 120 °C 7 170 °C 3 130 °C 8 180 °C 4 140 °C 9 190 °C 5 150 °C 10 200 °C Gebruik “Voorverwarmen en “hete lucht koken” Het apparaat kan geprogrammeerd worden om voor te verwarmen en te koken met hete lucht. Voorbeeld: U wilt de oven op 170° voorverwarmen en daarna het gerecht in 35 minuten laten gaar worden. Kies de gewenste temperatuur (170°) waarbij u de knop (zie tabel). Sluit de deur van het apparaat. overeenkomstig vaak indrukt  Instellen van de temperatuur Druk nadat u de temperatuur hebt geselecteerd (170°C) op de toets Start/Quick Start. Er klinkt een signaaltoon als de gewenste temperatuur is bereikt.  Gerecht plaatsen Plaats het te bereiden gerecht in het apparaat.  Instellen van de kooktijd Druk op 10Min/1Min/10Sec, om te tijd op „35:00“ in te stellen. Sluit de deur van het apparaat.  Kookprogramma starten Druk na het kiezen van het programma op de toets Start/Quick Start, om het ingestelde kookprogramma te starten.  Einde van het kookprogramma Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon. 53.16 Gebruik “Magnetron en hete lucht koken” Het apparaat biedt vier voorgeprogrammeerde instellingen die het gecombineerd koken met hete lucht en de magnetron mogelijk maken. De langste kooktijd is 99 minuten en 50 seconden (99:50). Voorbeeld: Het combiprogramma 2 moet 5 minuten draaien.  Instellen van de temperatuur Kies de gewenste temperatuur door de knop (zie tabel). overeenkomstig vaak in te drukken 211  Instellen van de kooktijd Druk op 10Min/1Min/10Sec, om te tijd op „5:00“ in te stellen. Sluit de deur van het apparaat.  Kookprogramma starten Druk na het kiezen van het programma op de toets Start/Quick Start, om het ingestelde kookprogramma te starten.  Einde van het kookprogramma Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon. Tip ► U kunt de hete lucht temperatuur tijdens het koken controleren als u de knop indrukt. Aantal x drukken op knop Display Temperatuur 1 110 110 °C 2 140 140 °C 3 170 170 °C 4 200 200 °C 53.17 Gebruik “Kookprogramma“ Bij gebruik van dit kookprogramma kunt u uit 14 verschillende menu’s kiezen. Meer informatie vindt u in de tabel.  Keuze van het programma Druk op  , om het gewenste programma uit te kiezen. Bevestig met . Instellen van de hoeveelheid / het gewicht Kies het gewenste aantal porties of het gewicht uit, door een aantal keer op de toets te drukken (zie tabel). Sluit de deur van het apparaat.  Kookprogramma starten Druk na het kiezen van het programma op de toets Start/Quick Start, om het ingestelde kookprogramma te starten.  Einde van het kookprogramma Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon. 212 Menuautomatisering Menu Aantal keer drukken op Functie 1 2 3 4 5 6 7 500 g 600 g 700 g 800 g 400 g 500 g A-1 Verwarmen 200 g 300 g 400 g A-2 Thee/warme dranken 1 (200 ml) 2 3 (400 ml) (600 ml) A-3 Soep 1 2 3 (300 ml) (600 ml) (900 ml) A-4 Pizza van vers deeg 150 g 300 g 450 g A-6 Pasta 100 g 200 g 300 g A-6 Taart 475g A-7 Popcorn 100 g A-8 Gegrilde ham 100 g 200 g 300 g A-9 Gegrild spek 100 g 200 g 300 g A10 Gegrilde varkenskotelett en 200 g 300 g 400 g 500 g 600 g A11 Gegrilde biefstuk 200 g 300 g 400 g 500 g 600 g A12 Gegrilde stukjes kip 200 g 300 g 400 g 500 g 600 g A13 Gegrilde vis 200 g 300 g 400 g 500 g 600 g A14 Automatisch ontdooien Zie "Automatisch ontdooien" Tip ► Voor de pizza-programma, gebruik dan de bakblik. ► Bij pasta voor het kookproces water toevoegen. ► Bij het koken in de grill- of combinatiestand dient u de etenswaren, indien nodig, na de 2/3 van de kooktijd om te draaien, zodat alles gelijkmatig gaar wordt. ► Bij de menu's 8-14) stopt het apparaat tijdens het koken, zodat u de etenswaren kunt omdraaien, zodat alles gelijkmatig gaar wordt. Druk daarna op de knop Start/Quick Start, om de bereiding voort te zetten. 213 53.18 Ontdooien U kunt kiezen uit ontdooien naar gewicht en ontdooien op tijd. Tip ► Wanneer 2/3 van de ontdooitijd is verstreken, stopt het programma, zodat u het voedsel kunt omroeren en het gelijkmatig wordt ontdooid. ► Het programma wordt dan voortgezet door op Start/Quick Start te drukken. 53.18.1 Ontdooien op tijd. De langste ontdooitijd bedraagt 99 minuten en 50 seconden (99:50). Het apparaat kan het voedsel, afhankelijke van de ingestelde tijd, snel ontdooien. 1. Druk op en het display toont "d E F". 2. Druk op de knoppen 10Min/1Min/10Sec om de gewenste tijd in te stellen. 3. Sluit de deur van het apparaat. 4. Start het programma met Start/Quick Start. 53.18.2 Ontdooien naar gewicht: “Automatisch ontdooien” Met behulp van het menu„Automatisch ontdooien“ kunnen bevroren etenswaren zonder kwaliteitsverlies worden ontdooid.  Keuze van “Automatisch ontdooien” Kiezen  tweemaal, om het gewenste programma A-14 in te stellen. Bevestig met . Ontdooitijd instellen Kies het gewenste gewicht, door vaak genoeg op de toets te drukken (100g - 1800g). Sluit de deur van het apparaat.  Automatisch ontdooien starten Druk na het instellen van de ontdooitijd op de knop Start/Quick Start, om het automatisch ontdooien te starten. Tip ► Stop af en toe om het ontdooide gerecht eruit te nemen ofwel apart te zetten als het na de geschatte ontdooitijd niet is ontdooid. ► Programmeer de oven in stappen van 1 minuut, totdat het diepvriesgerecht volledig is ontdooid. ► Bij het gebruik van kunststof bakjes uit de vriezer moet de ontdooitijd zo lang duren totdat het gerecht uit het bakje genomen kan worden en daarna in een magnetronbestendige vorm gedaan kan worden. 214 53.19 Modus "Koken in meerdere stappen" U kunt 2 kookprogramma's programmeren. Koken in meerdere stappen is alleen mogelijk voor de functies magnetron, grill, hete lucht en gecombineerd. Voorbeeld: U wilt twee magnetron-kookfuncties programmeren. 1. Kies het magnetronvermogen met . 2. Druk op 10Min/1Min/10Sec, om de tijd in te stellen. 3. Kies het magnetronvermogen voor de tweede fase met 4. Druk op 10Min/1Min/10Sec, om de tijd in te stellen 5. Start het programma met Start/Quick Start. 54Reiniging en onderhoud In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t de reiniging en het onderhoud van het apparaat. Neem de aanwijzingen in acht om beschadigingen door verkeerde reiniging van het apparaat te voorkomen en een storingvrij gebruik te waarborgen. 54.1 Veiligheidsvoorschriften Voorzichtig Schenkt u eerst aandacht aan de volgende veiligheidsvoorschriften voordat u met de reiniging van het apparaat begint: ► Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en restanten van voedsel moeten worden verwijderd. Wanneer het apparaat niet schoon wordt gehouden kan het oppervlak beschadigd raken, wat kan leiden tot een kortere levensduur van het apparaat, gevaar voor de gebruiker en schimmel- en bacteriële infecties. ► Schakelt u de oven vóór het reinigen uit en trek de stekker uit het stopcontact. ► De binnenkant van de oven is na gebruik heet. Er is daardoor kans op verbranden! Wacht u totdat het apparaat is afgekoeld. ► Reinigt u de binnenkant na gebruik, zodra hij is afgekoeld. Te lang wachten verzwaart de reiniging onnodig en maakt het in extreme gevallen onmogelijk. Te sterke verontreinigingen kunnen onder omstandigheden het apparaat beschadigen. ► Als er vloeistof het apparaat binnendringt, kunnen elektronische componenten beschadigd raken. Let u er op dat er geen vloeistof door de ventilatiegleuven in het binnenste van het apparaat terecht komt. ► Gebruik geen agressieve of schurende reinigingsmiddelen en geen oplosmiddelen. ► Kras niet met een hard voorwerp over hardnekkige verontreinigingen. 215 54.2 Reiniging  Binnenkant en binnenkant deur Brandgevaar ► Verwijder altijd vetresten uit het apparaat, omdat deze licht ontvlambaar zijn.  Houd de binnenkant van de oven schoon. Veeg gemorste en door spetteren ontstane maaltijdresten met een vochtige doek van de wanden aan de binnenkant. Bij sterke vervuiling van de oven kan een mild reinigingsmiddel gebruikt worden.  Veeg de deur, het raam en de deurdichtingen met een vochtige doek af, om zo door spetteren en morsen ontstane maaltijdresten te verwijderen. Maaltijdresten aan de deurdichting kunnen er toe leiden dat de deur niet meer goed sluit en dat daardoor microgolven vrijkomen.  Veeg de neergeslagen damp op de ovendeur met een vochtige doek af. Dit kan het geval zijn als het apparaat in een zeer vochtige omgeving gebruikt is en is normaal.  Luchtjes kunt u uit de oven verwijderen door een kopje water te vullen met sap en schil van een citroen, het vervolgens in een magnetronbestendige schotel te gieten en dan vijf minuten in de magnetron stand te koken. Veeg de oven daarna grondig met een zachte doek droog.  Laat na reiniging de binnenkant van de ovendeur open, totdat het apparaat droog is.  Voorkant en bedieningspaneel  Reinig de voorkant van het apparaat en het bedieningspaneel met een zachte, licht vochtige doek.  Let er op dat het bedieningspaneel niet nat wordt. Gebruik om het te reinigen een zachte, vochtige doek. Tip ► Laat de ovendeur open om te voorkomen dat het apparaat per vergissing wordt ingeschakeld.  Buitenkant  De oppervlakte aan de buitenkant van het apparaat met een vochtige doek reinigen.  Bakblik en ovenbodem  Het bakblik moet regelmatig worden gereinigd. Was het bakblik in een warme zeepoplossing.  Veegt u de bodem van de oven met een mild reinigingsmiddel af. Bij sterke vervuiling van de ovenbodem kan een mild reinigingsmiddel gebruikt worden. 216 55 Storingen verhelpen In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t. het lokaliseren van storingen en het verhelpen van storingen. Let u op de aanwijzingen om gevaren en beschadigingen te voorkomen. 55.1 Veiligheidsvoorschriften Voorzichtig ► Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen uitgevoerd worden door gekwalificeerd vakpersoneel dat door de fabrikant is geschoold. ► Door ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke gevaren voor de gebruiker ontstaan, evenals schaden aan het apparaat. 55.2 Storingmeldingen In het geval van een storing geeft het display een foutcode aan, die de oorzaak van de storing beschrijft. Display Beschrijving E01 Temperatuur in de binnenkant overschreden De thermische beveiliging bij oververhitting heeft het lopende programma beëindigd. Drukt u op de knop Pause/Cancel om op de storing te reageren. Na de afkoelfase kan het apparaat weer ingeschakeld worden. E02 Technische fout: Er is een technische fout opgetreden. Druk op de toets Pause/Cancel om de storing te bevestigen. Neem contact op met de klantenservice! E03 Sensorstoring: Het apparaat heeft een storing aan een sensor vastgesteld en het lopende programma beëindigd. Drukt u op de knop Pause/Cancel om op de storing te reageren. ► Als u met de bovengenoemde stappen het probleem niet kunt verhelpen, neem dan contact op met de klantendienst. 55.3 Oorzaken van de storingen en het verhelpen De volgende tabel helpt bij het lokaliseren en het verhelpen van kleinere storingen Storing Mogelijke oorzaak Verhelpen Het gekozen programma start niet Apparaatdeur niet gesloten Apparaatdeur sluiten Stekker niet in stopcontact Stekker in stopcontact doen Zekering niet ingeschakeld Zekering inschakelen Tijd ofwel vermogen verkeerd gekozen Tijd en vermogen opnieuw instellen. Het gebeuren herhalen Gerecht na afloop van de ingestelde tijd niet genoeg ontdooid, verwarmd ofwel gaar geworden. 217 Het apparaat functioneert, maar de binnenverlichting niet Binnenverlichting kapot Binnenverlichting door Servicedienst laten repareren Tijdens inschakeling van de magnetron ontstaan niet normale geluiden Gerechten met aluminium afgedekt Aluminiumfolie verwijderen Het servies bevat metaal en er ontstaan vonken Adviezen gebruik servies lezen De tijd in het display klop niet Stroomuitval Tijd opnieuw instellen Voorzichtig ► Als u met de bovengenoemde stappen het probleem niet kunt verhelpen, neem dan contact op met de klantendienst. 56 Afvoer van het oude apparaat Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten vaak nog waardvolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen, die voor hun functioneren en veiligheid noodzakelijk waren.In het huishoudelijk afval of bij verkeerde behandeling kunnen deze stoffen de menselijke gezondheid en het milieu schade aanbrengen. Zet uw oude apparaat daarom nooit bij het gewone huishoudelijk vuil. Tip ► Maak gebruik van de in uw woonplaats voorhanden zijnde inzamelplek voor teruggave en verwerking van oude elektrische en elektronische apparaten. Haal eventueel informatie bij uw gemeentehuis, de vuilnisophaaldienst of bij uw winkelier. ► Zorg ervoor dat uw oude apparaat tot het moment van transport op een kinderveilige plek wordt bewaard. 57 Garantie Voor dit product geven we vanaf de dag van aankoop 24 maanden garantie op gebreken, die te herleiden zijn tot productie- of materiaalfouten. Garantieclaims volgens §439 ff. BGB-E blijven hiervan van kracht. Onder de garantie vallen niet de schaden die door onjuiste behandeling of ingebruikname ontstaan zijn, zoals gebreken die de functie of de waarde van het apparaat slechts gering beïnvloeden. Verder zijn aan slijtage onderhevige onderdelen, transportschade zo lang wij deze niet te verantwoorden hebben, als ook schaden, die door niet door ons verrichtte reparaties ontstaan zijn, uitgesloten van aanspraak op garantieclaim. Dit apparaat is vervaardigd voor huishoudelijk gebruik (kleinverbruik) en voorzien van een overeenkomstig vermogen. Een eventueel gebruik voor bedrijfsdoeleinden valt alleen onder de garantie, als de mate van gebruik te vergelijken is met het gebruik in een particulier kleinhuishouden. Het is niet voor de verdere bedrijfsdoeleinden bestemd. Bij rechtmatige reclamaties zullen wij het defecte apparaat naar ons bevinden repareren of tegen een apparaat vrij van gebreken omwisselen. Zichtbare defecten moeten binnen 14 dagen na levering aangetoond worden. 218 Verdere claims zijn uitgesloten. Stelt u zich voor het indienen van een garantieclaim en het terugsturen van uw apparaat via onderstaand adres (altijd met bewijs van koop!) met ons in verbinding. 58 Technische gegevens Apparaat Magnetron, grill en heteluchtoven Naam IMCG25 Artikel nr. 3359 Aansluitgegevens 230 V, 50 Hz 1400 W (Magnetron) Vermogensopname 2050 W (Heteluchtoven) 2050 W (Grill) < 1 W (Standby) Magnetron uitgangsvermogen 900 W Optimale frequentie 2450 MHz Afmetingen buitenkant 510 x 305 x 497 mm Afmetingen binnenkant 308 x 183 x 323 mm Ovencapaciteit Ca. 25 L Netto gewicht 13,95 kg 219
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219

Caso IMCG 25 Handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
Handleiding