Atag VA6011ETUU/A01 Handleiding

Categorie
Vaatwassers
Type
Handleiding
gebruiksaanwijzing
afwasautomaat
mode d’emploi
lave-vaisselle
Bedienungsanleitung
Geschirrspüler
instructions for use
dishwasher
VA6011GT
COP04
deel 1: algemeen
partie 1: universal
Teil 1: algemein
part 1: general
2
Inhoud
Waarschuwingen en belangrijke adviezen 3
Installatie 4
Watertoevoer 4
Waterafvoer 5
Elektrische aansluiting 5
Vóór het in gebruik nemen 6
Waterontharder instellen 6
Zoutreservoir vullen 7
Glansmiddel 8
Afwasmiddel 9
Praktische tips voor het afwassen 10
Onderhoud 11
Binnenkant van het apparaat 11
Reiniging van de zeven 11
Buitenkant van het apparaat 12
Als de machine lange tijd niet wordt gebruikt 12
Bescherming tegen vorst 12
Vervoeren van de machine 12
Herstellen van eenvoudige storingen 13
Service en onderdelen 14
Bescherming tegen overstroming 14
Toelichtingen voor testinstituten 15
Technische gegevens 15
Zo is de gebruiksaanwijzing opgezet
Het eerste gedeelte bestaat uit algemene gegevens, het tweede gedeelte legt uit hoe de afwasautomaat moet
worden gebruikt.
Onderstaande symbolen wijzen u de weg in de gebruiksaanwijzing:
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
1. 2. 3. De bediening stap voor stap
Tips en adviezen
Informatie m.b.t. het milieu
3
Installatie
Indien u tijdens de aflevering een schade aan het
apparaat hebt vastgesteld, meldt u dit dan, voor u
het apparaat installeert en/of in gebruik neemt,
direct aan uw leverancier.
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit
apparaat of de eigenschappen daarvan te
veranderen.
Overtuig u ervan dat na de installatie of het
verplaatsen het apparaat niet op het
aansluitsnoer staat.
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de
elektrische huisinstallatie ten behoeve van de
installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door
een daartoe bevoegd persoon worden uitgevoerd.
Een eventueel noodzakelijke wijziging van de
watertoe- en/of afvoervoorzieningen ten behoeve
van de installatie van dit apparaat, mag uitsluitend
door een daartoe bevoegd persoon worden
uitgevoerd.
Raak het verwarmingselement niet aan tijdens of
direct na het afwerken van het programma.
Indien het installatievoorschrift aangeeft dat het
apparaat aan het keukenmeubel moet worden
vastgeschroefd dan moet u zich daaraan houden
om te voorkomen dat het apparaat voorover kiept
als de beladen onderkorf op de deur staat.
Veiligheid van kinderen
Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het
gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk om
kinderen het apparaat te laten bedienen of als
speelgoed te laten gebruiken.
Houd alle verpakkingsmateriaal uit de buurt van
kinderen.
Houd afwasmiddel, glansmiddel en speciaal zout
uit de buurt van kinderen.
Tijdens het gebruik
De afwasautomaat is bedoeld en gemaakt voor
het afwassen van huishoudelijk kook-, eet- en
drinkgerei. Attributen welke bevuild zijn met verf,
chemicaliën, agressieve zuren en dergelijke,
mogen niet in de afwasautomaat.
Tenzij de gebruiksaanwijzing anders
vermeldt,mag tijdens het in werking zijn de
vuldeur niet worden geopend. Mocht dat
onverhoopt toch gebeuren schakel het apparaat
dan direct uit, eventueel door de steker uit de
wandcontactdoos te trekken.
Gebruik alleen speciale afwasmiddelen voor
huishoud-afwasmachines.
Sluit na gebruik altijd direct de vuldeur, teneinde
te voorkomen dat iemand over de openstaande
deur struikelt.
Ga niet op de open deur zitten of staan.
Schakel, tenzij de gebruiksaanwijzing anders
aangeeft, het apparaat na gebruik volledig uit en
draai de watertoevoerkraan dicht. Het verdient
aanbeveling om het apparaat door middel van
een tegen barsten beveiligde toevoerslang op de
waterkraan aan te sluiten. Een stijve polythyleen
slang is barstbestendig.
Wees voorzichtig bij het schoonmaken van de
binnenkant van de machine. U zou zich kunnen
bezeren aan uitstekende metalen delen.
Tracht in geval van een storing of defect, dit
apparaat niet zelf te repareren. Reparaties welke
door niet deskundige personen uitgevoerd
worden, kunnen tot schade of letsel leiden.
Afdanken
Materiaal met symbool kan gerecycled
worden.
Maak het oude apparaat dat u, in afwachting
van het weghalen of wegbrengen zolang
terzijde zet, onbruikbaar. Knip het netsnoer eraf
en verwijder de deursluiting.
Informeer bij de gemeente wie het oude
apparaat ophaalt of waar u het moet bezorgen,
teneinde er zeker van te zijn dat het apparaat
zorgvuldig verschrot wordt.
Waarschuwingen en belangrijke
adviezen
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het
apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het huis van
waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het instructieboekje en de
daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te
hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
4
Installatie
Plaats de machine, indien mogelijk, zo dicht mogelijk
bij aansluitingen voor de watertoe- en afvoer.
De machine mag met zowel een zijwand als met de
achterkant tegen een muur staan.
Watertoevoer
De afwasautomaat mag niet worden aangesloten op
een geyser of een elektrisch doorstroomapparaat.
Wij adviseren u koud water te gebruiken voor het
beste wasresultaat.
Indien u de machine aansluit op warm water mag de
temperatuur van het water niet hoger zijn dan 60°C.
De slangwartel van de toevoerslang sluit u aan op een
kraan met 3/4" schroefdraad, of op een watertoevoer
met snelaansluiting (press block).
De dubbele slang is voorzien van een
veiligheidsinrichting om de waterstroom te stoppen als
de interne slang vanwege slijtage stuk gaat.
Het water wordt opgevangen in de buitenslang en
door de opgebouwde druk stopt het toevoeren van
water.
Als de bevailiging ingesprongen is, kunt u dat zien bij
B. Of het venstertje is rood, of er steekt een rood stiftje
uit.
In dit geval moet u de waterkraan sluiten en de slang
vervangen.
Draai de slangwartel (A) stevig vast om waterlekken te
voorkomen.
Opmerking: Onderstaande alleen voor
toevoerslangen met een borghendel tegen het uit
zichzelf losschroeven .
Wanneer u de toevoerslang wilt losmaken, druk dan
op de geelgekleurede borghendel (C) en draai de
wartel los tegen de wijzers van de klok in.
Zie erop toe dat de waterleidingdruk niet de bij de
technische gegevens vermelde waarde overschrijdt.
De slang mag nimmer kunnen knikken, want dat
wateropname.
Belangrijk:
De slang mag nooit kunnen knikken. Ook niet tijdens
het op z'n plaats schuiven van de machine. De slang
mag niet verlengd worden. U kunt echter wel een
langere, complete en voor dit doel gemaakte slang
kopen.
B
A
B
A
C
CA13
1
2
5
Waterafvoer
De waterafvoerslang kan op de volgende manieren
worden gemonteerd
1. In een sifon, zorg er dan wel voor dat de slang niet
kan wegglijden.
2. In een afvoerpijp met ventilatie, binnendiameter
min. 4 cm.
De hoogte van de afvoerslang moet tussen 30 cm
(min.) en 100 cm (max.) boven de onderkant van het
toestel liggen. De afvoerslang kan links of rechts van
de afwasmachine worden gedraaid.
Zorg ervoor dat de slang niet geknikt, platgedrukt of
ineengestrengeld wordt, dat kan de waterafvoer
verstoren.
Als u een verlengde slang gebruikt, mag deze niet
langer dan 2 meter zijn en de binnendiameter mag
niet kleiner zijn dan die van de oorspronkelijke
afvoerslang. Ook de binnendiameter van de
koppelingen die u gebruikt voor aansluiting aan de
afvoerpijp mag niet kleiner zijn.
Elektrische aansluiting
De machine is gemaakt voor 230V met een frequentie
van 50Hz. Het gebruik op 60Hz (verhuizing naar
dienovereenkomstig land) is uitgesloten, daar de
machine ist uitgerust met synchroonmotoren.
De aansluitwaarde is circa 2,30 kW, hetgeen een
groepzekering van minimaal 10A vereist.
De machine is voorzien van een 3-aderig
aansluitsnoer en een steker met aardcontacten.
De steker mag u alleen plaatsen in een stopcontact
met (aangesloten en functionerende) aardcontacten.
De aardverbinding dient deugdelijk te zijn.
Het stopcontact dient altijd bereikbaar te zijn, ook
nadat de machine is onder-of ingebouwd.
Indien het aansluitsnoer te kort blijkt te zijn, laat dan
de installateur het betreffende stopcontact verplaatsen
of een langer, op de aansluitwaarde van de machine
aangepast, aansluitsnoer aan de machine monteren.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor
schade of letsel, ontstaan door het niet
voldoen aan deze veiligheidsvoorschriften.
CS13
min 30 cm
max 100 cm
min 4 cm
Ø 21
Ø 18
1 2
CS14
min 30 cm
max 100 cm
+ 2 m max
Ø 18
Ø 21
Dit apparaat voldoet aan de volgende richtlijnen van de Europese Gemeenschap:
- 73/23/EG van 19/02/73 (Laag spanning) en daaropvolgende wijzigingen;
- 89/336/EG van 03/05/89 (Elektromagnetische compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen.
Let op!
Al onze afwasmachine zijn voorzien van
een beveiliging die verhindert dat
afvalwater in de machine kan
terugstromen. Als de sifon (afvoerpijp,
zwanenhals) van de gootsteen is
voorzien van een eenrichtingsklep, dan
kan deze klep de waterlozing van de
afwasmachine storen. daarom raden wij
aan de klep te verwijderen.
6
Voordat u de machine in gebruik neemt moet u:
1. eerst controleren of alle transportbeveiligingen uit
de machine zijn verwijderd
2. controleren of de machine volgens de aanwijzingen
is aangesloten
3. de waterontharder instellen
4. 1 liter water in het zoutreservoir gieten en het dan
met zout vullen
5. het glansmiddelreservoir vullen
6. start het programma "Voorspoelen"
Waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een automatisch
werkende ontharder die kalkafzetting op het servies
en in de machine voorkomt. Hoe meer kalk het
leidingwater bevat, des te harder is het.
De waterhardheid wordt gemeten in verschillende
schalen (zie tabel).
Stel de waterontharder op de plaatselijke
waterhardheid in. Informatie daarover kunt u krijgen bij
het waterleidingbedrijf.
De machine is in de fabriek op stand 4 ingesteld. Als
de waterhardheid in uw woonplaats afwijkt, moet u de
ontharder verstellen.
De instelling van de waterontharder kan
alleen voor een wasbeurt, dat wil zeggen
tijdens het instellen van het
afwasprogramma, worden veranderd.
Ga als volgt te werk bij het instellen van een
nieuwe stand:
1. Houd de toetsen "halve belading" en "drogen-
keuze" samen minstens 5 seconden ingedrukt. Op
de display verschijnt de letter "L" met een cijfer
erachter dat de huidige hardheidsstand aangeeft.
2. Druk nu binnen 5 seconden op de toets "drogen-
keuze" (de led "niet drogen" knippert) totdat de
display de gewenste hardheidsstand aangeeft.
Iedere keer dat u de drogen-keuze toets indrukt,
wordt de hardheidsstand 1 niveau hoger.
3. 5 seconden nadat de toets "drogen-keuze" voor
het laatst is gedrukt, slaat de afwasmachine de
nieuwe hardheidsstand op in het geheugen,
waarna hij terugkeert naar de programmeerfase.
Waterhardheid
0 - 4
5 - 8
9 - 11
12 - 17
18 - 22
23 - 28
29 - 33
34 - 39
40 - 45
46 - 67
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
NEE
JA
JA
JA
JA
JA
JA
JA
JA
JA
in °dH
Stand zout
gebruiken
Als de hardheid van het leidingwater in
uw woning overeenstemt met peil 0, dan
hoeft u geen zout te gebruiken omdat
het water al zacht is (met de
waterontharder op stand 0 brandt de led
"zout bijvullen" nooit).
Gebruik zout bij stand "1" en hoger.
SO335
Vóór het in gebruik nemen
7
Zoutreservoir vullen
Voordat u het toestel in gebruik neemt, moeten het
zoutreservoir en het glansmiddelreservoir worden
gevuld. Bij het gebruiken van de machine moeten
beiden van tijd tot tijd worden bijgevuld.
Houd de reinigingsmiddelen en het zout altijd uit de
buurt van kinderen!
Gebruik alleen speciaal onthardingszout
voor voor afwasmachines. Alle andere
soorten zout beschadigen ernstig de
waterontharder.
Let op. Gebruik dus nooit keuken- en/of
tafelzout.
Wij ontraden echter ook speciaal zout voor
de afwasmachine, dat heel fijnkorrelig is.
Zout dat tijdens het vullen van het reservoir
wordt gemorst kan corrosie bevorderen. Vul
daarom alleen kort voor het begin van een
afwasprogramma zout bij.
Vullen:
1. Draai de dop van het zoutreservoir.
2. Giet een liter water in het zoutreservoir (dat is
alleen bij de eerste keer nodig).
3. Vul m.b.v. de trechter het zoutreservoir.
4. Het is normaal dat tijdens het zout vullen het
water overloopt.
5. Verwijder gemorst zout van het schroefdraad en de
dop.
6. Draai de dop weer stevig vast.
Om u eraan te herinneren dat u moet bijvullen, brandt
het lampje.
Het speciale lampje zout bijvullen op het
bedieningspaneel blijft, als de afwasmachine
ingeschakeld is, nog 2 à 6 uur branden,
nadat het zout is bijgevuld. Bij gebruik van
langzaam smeltend zout kan het nog langer
duren. Dit heeft echter geen negatieve
invloed op de werking van het apparaat.
SALE
SALT
SALZ
SEL
SR06
8
Glansmiddel
Het glansmiddel is een "waterontspanner".
Het wordt, automatisch, vóór het drogen aan het
spoelwater toegevoegd.
Het glansmiddelreservoir, in de binnendeur, heeft een
inhoud van circa 110 ml. Dat is, al naar gelang de
doseer-instelling, voldoende voor 16 tot 40
afwasbeurten.
Vullen van het glansmiddelreservoir
1. Draai de dop (A), linksom, van het reservoir.
2. Giet het glansmiddel in het reservoir tot de
indicator (B) geheel donker (vol) is.
Zodra het controlelampje op het bedieningspaneel
gaat branden, moet u glansmiddel bijvullen.
Draai de dop weer op het reservoir.
Giet nooit afwasmiddel in het glansmiddelreservoir.
Veeg gemorst glansmiddel altijd met een doekje weg,
anders wordt tijdens het afwassen te veel schuim
gevormd.
Dosering
De instelling van de dosering is afhankelijk van de
bereikte glans en van het droogresultaat. In de
vulopening van het glansmiddelreservoir vindt u een
zes-standen regelschijfje en de markeringen 1 tot 6
(stand 1 is de laagste, stand 6 de hoogste dosering).
Het beste is met stand 3 te beginnen.
Het schijfje (C) kunt u met een schroevendraaier of
een mes verdraaien.
Verhoog de dosering als op het serviesgoed druppels
of druppelvlekken achterblijven. Verlaag de dosering
als het serviesgoed witte, kleverige strepen vertoont.
BR01
A
m
a
x
6
5
4
3
2
1
B
BR03
BR02
C
m
a
x
6
5
4
3
2
1
9
Afwasmiddel
Gebruik uitsluitend speciale middelen voor
huishoud-afwasmachines.
Afwasmiddel doseren
Handel als volgt als u afwaspoeder gebruikt:
1. Open het afwasmiddelbakje door aan het palletje
(D) te trekken.
2. Doseer afwasmiddel volgens de aanwijzingen in de
programmatabel (zie "Programma-overzicht").
Lees ook de aanwijzingen op de verpakking van
het afwasmiddel.
3. Sluit het dekseltje.
4. Voor een programma met voorspoelen moet u ook
een kleine hoeveelheid afwasmiddel bovenop het
klepje strooien (zie "Programma-overzicht").
Handel als volgt als u afwastabletten gebruikt:
1. Leg voor ieder programma 1 hele tablet in het
afwasmiddelbakje.
2. Sluit het dekseltje.
3. Leg voor programma’s met voorwas een stuk
van een andere tablet op het deksel van het
afwasmiddelbakje.
Als u onvoldoende afwasmiddel doseert,
veroorzaakt dat een slecht afwasresultaat.
Te veel afwasmiddel geeft geen beter
resultaat, maar alleen onnodige verspilling
en belast het milieu.
Het gebruik van drie in een-tabletten kan
minder efficient zijn.
Fosfaatvrije afwasmiddelen met
enzymen
Dit model afwasmachine biedt u naast de traditionele
programma’s ook nieuwe Bio-programma’s, die
speciaal voor deze nieuwe geconcentreerde
afwasmiddelen zijn ontworpen. Temperatuur en duur
van deze programma’s zijn gekozen om een optimale
werking van de enzymen te bevorderen. Met een
50°C-programma bereikt u dezelfde resultaten als met
een 65°C-programma met traditionele afwasmiddelen.
Door de nieuwe Bio-programma’s en geconcentreerde
afwasmiddelen te gebruiken helpt u niet alleen het
milieu, maar spaart u dus ook uw serviesgoed.
D
MIN
MAX
DE17
Min = 15 g
Max = 30 g
DE02
10
Voor een goed resultaat
Plats potten, pannen, kopjes, glazen en dergelijke
altijd met de opening naar beneden.
In principe plaatst u alles scheef in de korven opdat
het afwaswater niet langs maar op en in het
serviesgoed wordt gesproeid.
Aangekoekte en aangebrande pannen moeten eerst
worden afgespoeld.
Leg lange messen en lepels horizontaal, bij voorkeur
in de bovenste korf.
Hoe minder het serviesgoed tegen elkaar staat hoe
beter het afwasresultaat.
Staat er echter heel licht, bijvoorbeeld kunststof,
serviesgoed tussen, zorg er dan voor dat deze niet
van hun plaats kunnen worden gesproeid.
Water-, tijd- en energiebesparing
Het is niet nodig om normaal vuil serviesgoed en
bestek eerst onder de stromende kraan voor te
spoelen. Plaats na de maaltijd alles meteen in de
machine en kies eventueel het voorspoelen
programma (zie het programma-overzicht). Dat zorgt
ervoor dat de resten alvast wat worden weggespoeld.
Zet alleen een goed gevulde machine in werking.
Kies de optie economisch drogen of niet drogen als
u zich tevreden stelt met minder glansrijke
afwasresultaten.
Voor een kleine hoeveelheid vaat kunt u de optie
halve belading kiezen. In dat geval moet u alle vaat
in de geselecteerde korf plaatsen.
Niet alles is geschikt voor
machinaal afwassen
Tenzij de fabrikant van het artikel anders aangeeft,
zijn de volgende artikelen in de regel niet voor
machinaal afwassen geschikt:
Bestek met houten of hoornen aangelijmde
grepen.
Houten borden en schalen, ongeglazuurd
aardewerk en handbeschilderd porselein.
Decoraties op porselein kunnen vervagen of
verdwijnen.
Kristal en kunststof.
Indien niet uitdrukkelijk door de fabrikant is
aangegeven dat het artikel
afwasmachinebestendig is, kunt u het beter met
de hand afwassen. Mocht u ze toch in de machine
willen wassen, plaats ze dan in de bovenste korf
en kies een kort programma. Na vele keren in de
machine afwassen kunnen sommige glassoorten
mat worden.
Zilver bestek kan uitstekend in de machine worden
afgewassen, onder voorbehoud dat het tijdens het
afwassen niet met andere metalen in aanraking
kan komen.
IJzer of gietijzer kan roest veroorzaken, waardoor
andere voorwerpen verkleuren.
Aluminium verkleurt. Koper, tin en messing
kunnen vlekken gaan vertonen.
Bij aankoop van nieuw
serviesgoed
Onder glazuur gebakken motiefjes op serviesgoed
van porselein of aardewerk kunnen in de machine
worden afgewassen, terwijl op glazuur gebakken
motiefjes op den duur verbleken.
Ook goudversieringen kunnen tegenwoordig in de
machine. Zij moeten wel van een garantiemerk
van de fabrikant zijn voorzien.
Kies altijd serviesgoed met een vlakke bodem,
zodat er geen water in kan blijven staan (glazen,
kopjes, kommen).
Praktische tips voor het afwassen
11
Onderhoud
Binnenkant van het apparaat
Maak de deurafdichting, het afwasmiddelbakje en het
glansmiddelreservoir regelmatig schoon met een
vochtige doek.
Laat de machine elke drie maanden een
65°C-programma afwerken, zonder servies, met
afwasmiddel.
Reiniging van de afvoerzeef
(Na iedere afwasbeurt)
Voedselresten kunnen zich in de afvoerzeef (A)
ophopen; daarom dient u de zeef regelmatig onder
stromend water schoon te maken.
- U tilt de zeef met behulp van het handgreepje uit de
machine.
Na het reinigen klikt u de zeef weer in de
machinebodem terug.
Reiniging van de bodemzeef
(iedere week)
Maak, indien noodzakelijk, de grote zeef (B) aan beide
kanten onder stromend water met een borsteltje
schoon.
Grote zeef losnemen:
1. Verwijder hiertoe de sproeiarm door deze omhoog
te trekken
2. Draai het asje (C) 90° naar links en haal de zeef uit
de machine.
3. Na het reinigen de zeef in omgekeerde volgorde
weer terugplaatsen.
4. Controleer of de zeef weer goed op z’n plek zit. De
hendel moet naar de voorkant van het toestel
wijzen.
Gebruik de machine nooit zonder de zeven.
Zorg er bovendien voor dat de zeven correct
op hun plaats zitten.
Het is belangrijk de zeven te reinigen om een
goede werking van de machine te
garanderen.
C
90°
B
MA05
MA20
MA21
MA18
A
MA04
MA19
12
Buitenkant van het apparaat
Reinig de buitenkant van het apparaat en het
bedieningspaneel met een vochtig doekje. In geen
geval agressieve reinigingsmiddelen of
schuurmiddelen gebruiken.
Als de machine lange tijd niet wordt
buiten gebruikt
Wordt de machine voor een lange tijd niet gebruikt,
dan:
1. Kraan dichtdraaien.
2. Steker uit het stopcontact trekken.
3. Deur op een kier laten staan om het ontstaan van
een onaangename geur te vermijden.
4. Binnenkant en accessoires reinigen.
Bescherming tegen vorst
Plaats de afwasmachine nooit in een ruimte waar de
temperatuur onder het vriespunt kan zakken. Mocht
dat toch het geval zijn, maak de machine dan leeg,
draai de kraan dicht, verwijder de waterafvoerslang en
laat deze leeg lopen door deze laag te houden.
Vervoeren van de machine
Als u de machine gaat vervoeren (bijv. bij het
verhuizen):
1. Steker uit het stopcontact trekken.
2. Waterkraan dichtdraaien.
3. Watertoevoerslang van de waterkraan
losschroeven en leeg laten lopen.
4. De machine samen met de slangen vervoeren.
Zorg ervoor dat de machine tijdens het transport
rechtop blijft staan.
13
Herstellen van eenvoudige storingen
Een storing is vaak het gevolg van een kleinigheid die u zelf kunt verhelpen. Wij adviseren u eerst
onderstaande tabel te raadplegen voordat u de servicedienst belt.
Wanneer de beveiliging heeft ingegrepen, start de afwasmachine niet of hij stopt tijdens het afwassen, alle leds
zijn gedoofd en alle toetsen zijn buiten werking, behalve de "Aan/uit" toets. Op het display knippert een van de
volgende alarmmeldingen: AL1, AL2, AL3, AL4, AL5, AL6, AL7, AL8. Ook een geluidssignaal geeft aan dat de
beveiliging heeft ingegrepen.
Schakel de afwasmachine uit met de Aan/Uit toets en ga na of u de storing kunt verhelpen met behulp van
onderstaande tabel. Kies en start een programma nadat u bovenstaande controles heeft uitgevoerd. Neem
contact op met de servicedienst als de afwasmachine opnieuw een alarmsignaal geeft.
Storing Foutcode Oplossing
De machine start niet De machinedeur is niet goed dicht.
De steker zit niet in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
De machine neemt geen Waarschuwingssignaal De kraan is dichtgedraaid.
water in AL5 Er is geen druk op de kraan.
De toevoerslang is geknikt.
Het zeefje in de toevoer is verstopt.
De machine pompt Waarschuwingssignaal De afvoerslang is geknikt.
niet af AL6 De afvoermogelijkheid is verstopt.
De verlengde afvoerslang ligt niet goed.
De afvoer is niet belucht.
Algemeen Waarschuwingssignaal Schakel de afwasmachine uit en weer in en start
AL1, AL2, AL3, AL4, een programma; bel de servicedienst als de
AL7, AL8 alarmmelding wederom verschijnt.
Teveel geluid Er slaan serviesdelen tegen elkaar.
Een sproeiarm stoot tegen serviesgoed.
De deur gaat moeilijk De machine staat niet waterpas of is niet op de
dicht juiste wijze ingebouwd.
Kalkvlekken, strepen, Kijk in alle gevallen zowel het zout- als het
waas op het glansmiddelreservoir na. In beide moet voldoende
serviesgoed aanwezig zijn.
De afwas is niet droog Het serviesgoed is na het beëindigen van het
programma te lang in de machine gebleven.
Het afwasresultaat is De korven zijn te vol beladen.
niet goed Het serviesgoed is onjuist geplaatst.
Een of beide sproeiarmen kan (kunnen) niet
draaien.
Een of enkele gaatjes in één of beide sproeiarmen
is of zijn verstopt.
Uiteinde van de afvoerslang steekt onder water
(inspoelbak).
Een of meerdere zeven is of zijn verstopt.
Een zeef zit niet goed op z’n plaats.
Verkeerd of te weinig afwasmiddel gebruikt, het is te
oud en/of te klonterig en/of van slechte kwaliteit.
De draaidop van het zoutreservoir zit los.
Het gekozen programma was niet geschikt voor
de aard en/of hoeveelheid van de bevuiling.
14
Kunt u de oorzaak van een storing niet zelf opsporen
en verhelpen, belt u dan de servicedienst. Houd merk
en modelnummer van uw machine bij de hand; de
servicedienst zal u erom vragen. U vindt het merk en
modelnummer op het typeplaatje van de machine. Zie
de afbeelding.
Service en onderdelen
Reparaties aan elektrische toestellen mogen
alleen door vakmensen worden uitgevoerd.
Er mogen alleen originele onderdelen
worden gebruikt.
Onvakkundige reparaties kunnen tot
aanzienlijke risico’s voor de gebruiker
leiden.
Bescherming tegen overstroming
De machine is voorzien van twee beveiligingen tegen
overstroming van water, met de volgende
eigenschappen:
1. Aan de toevoerslang (zie wateraansluiting)
Deze werkt als de toevoerslang kapot gaat doordat
hij de waterstroom blokkeert. Deze beveiliging is
ook met uitgeschakelde machine werkzaam.
2. Op de bodem van de machine
De machine is voorzien van een beveiliging
geplaatst op de bodemplaat van de machine, die
ervoor zorgt, dat bij interne lekken de watertoevoer
stopt.
Deze beveiliging werkt alleen bij een machine "in
bedrijf".
Wanneer deze veiligheidsinrichting heeft
ingegrepen, verschijnt de melding "AL4" op het
display.
Sluit in dat geval de waterkraan en waarschuw de
servicedienst.
Om de machine te laten repareren moet u de
servicedienst bellen.
Prod.No.
........
Ser. No.
.........
Mod.
........
RA01
15
Toelichtingen voor testinstituten
Voor het begin van de test moeten het zoutreservoir van de ontkalkingsinrichting en het glansmiddelreservoir
volledig worden gevuld.
Testnorm: EN 50242
Vergelijkend programma: Bio 50°C met voorspoelen
Laadvermogen: 12 couverts
Glansmiddelhouder: stand 5
Dosering afwasmiddel: 25 g in bakje
5 g op het dekseltje
US50
UI49
Rangschikking in de
bovenste korf
Rangschikking in de
onderste korf
UI72
Rangschikking in de
bestekmand
Afmetingen Breedte 59.6 cm
Hoogte 81.8 - 87.8 cm
Maximale diepte 55.5 cm
Maximale diepte bij open deur 111.4 cm
Lichtspanning/frequentie 230V - 50Hz - 10A
Opgenomen motorvermogen 200 W
Opgenomen vermogen verwarmingselement 2100 W
Aansluitwaarde 2300 W
Waterleidingdruk Minimum 50 kPa (0.5 bar)
Maximum 800 kPa (8 bar)
Capaciteit 12 couverts
Technische gegevens
Postbus 1033 • 6920 BA Duiven • Nederland
152978 22/1
Nederland Home Product Service (ATAG)
Postbus 249
6920 AE DUIVEN
tel: 0900 - 5550001
fax: 026 - 8821444
België
ATAG België NV
9420 Erpe-Mere
tel: 053 - 806208
fax: 053 - 806057

Documenttranscriptie

gebruiksaanwijzing afwasautomaat mode d’emploi lave-vaisselle Bedienungsanleitung Geschirrspüler instructions for use dishwasher VA6011GT deel 1: algemeen partie 1: universal Teil 1: algemein part 1: general COP04 Inhoud Waarschuwingen en belangrijke adviezen 3 Installatie Watertoevoer Waterafvoer Elektrische aansluiting 4 4 5 5 Vóór het in gebruik nemen Waterontharder instellen Zoutreservoir vullen Glansmiddel Afwasmiddel 6 6 7 8 9 Praktische tips voor het afwassen 10 Onderhoud Binnenkant van het apparaat Reiniging van de zeven Buitenkant van het apparaat Als de machine lange tijd niet wordt gebruikt Bescherming tegen vorst Vervoeren van de machine 11 11 11 12 12 12 12 Herstellen van eenvoudige storingen Service en onderdelen Bescherming tegen overstroming 13 14 14 Toelichtingen voor testinstituten Technische gegevens 15 15 Zo is de gebruiksaanwijzing opgezet Het eerste gedeelte bestaat uit algemene gegevens, het tweede gedeelte legt uit hoe de afwasautomaat moet worden gebruikt. Onderstaande symbolen wijzen u de weg in de gebruiksaanwijzing: Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid 1. 2. 3. De bediening stap voor stap Tips en adviezen Informatie m.b.t. het milieu 2 Waarschuwingen en belangrijke adviezen Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het huis van waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het instructieboekje en de daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken. Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt. Installatie ● ● ● ● ● ● ● Tijdens het gebruik Indien u tijdens de aflevering een schade aan het apparaat hebt vastgesteld, meldt u dit dan, voor u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt, direct aan uw leverancier. Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit apparaat of de eigenschappen daarvan te veranderen. Overtuig u ervan dat na de installatie of het verplaatsen het apparaat niet op het aansluitsnoer staat. Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de elektrische huisinstallatie ten behoeve van de installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door een daartoe bevoegd persoon worden uitgevoerd. Een eventueel noodzakelijke wijziging van de watertoe- en/of afvoervoorzieningen ten behoeve van de installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door een daartoe bevoegd persoon worden uitgevoerd. Raak het verwarmingselement niet aan tijdens of direct na het afwerken van het programma. Indien het installatievoorschrift aangeeft dat het apparaat aan het keukenmeubel moet worden vastgeschroefd dan moet u zich daaraan houden om te voorkomen dat het apparaat voorover kiept als de beladen onderkorf op de deur staat. ● ● ● ● ● ● ● ● Veiligheid van kinderen ● ● ● Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk om kinderen het apparaat te laten bedienen of als speelgoed te laten gebruiken. Houd alle verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen. Houd afwasmiddel, glansmiddel en speciaal zout uit de buurt van kinderen. De afwasautomaat is bedoeld en gemaakt voor het afwassen van huishoudelijk kook-, eet- en drinkgerei. Attributen welke bevuild zijn met verf, chemicaliën, agressieve zuren en dergelijke, mogen niet in de afwasautomaat. Tenzij de gebruiksaanwijzing anders vermeldt,mag tijdens het in werking zijn de vuldeur niet worden geopend. Mocht dat onverhoopt toch gebeuren schakel het apparaat dan direct uit, eventueel door de steker uit de wandcontactdoos te trekken. Gebruik alleen speciale afwasmiddelen voor huishoud-afwasmachines. Sluit na gebruik altijd direct de vuldeur, teneinde te voorkomen dat iemand over de openstaande deur struikelt. Ga niet op de open deur zitten of staan. Schakel, tenzij de gebruiksaanwijzing anders aangeeft, het apparaat na gebruik volledig uit en draai de watertoevoerkraan dicht. Het verdient aanbeveling om het apparaat door middel van een tegen barsten beveiligde toevoerslang op de waterkraan aan te sluiten. Een stijve polythyleen slang is barstbestendig. Wees voorzichtig bij het schoonmaken van de binnenkant van de machine. U zou zich kunnen bezeren aan uitstekende metalen delen. Tracht in geval van een storing of defect, dit apparaat niet zelf te repareren. Reparaties welke door niet deskundige personen uitgevoerd worden, kunnen tot schade of letsel leiden. Afdanken ● ● ● 3 Materiaal met symbool kan gerecycled worden. Maak het oude apparaat dat u, in afwachting van het weghalen of wegbrengen zolang terzijde zet, onbruikbaar. Knip het netsnoer eraf en verwijder de deursluiting. Informeer bij de gemeente wie het oude apparaat ophaalt of waar u het moet bezorgen, teneinde er zeker van te zijn dat het apparaat zorgvuldig verschrot wordt. Installatie Plaats de machine, indien mogelijk, zo dicht mogelijk bij aansluitingen voor de watertoe- en afvoer. De machine mag met zowel een zijwand als met de achterkant tegen een muur staan. Watertoevoer De afwasautomaat mag niet worden aangesloten op een geyser of een elektrisch doorstroomapparaat. Wij adviseren u koud water te gebruiken voor het beste wasresultaat. Indien u de machine aansluit op warm water mag de temperatuur van het water niet hoger zijn dan 60°C. De slangwartel van de toevoerslang sluit u aan op een kraan met 3/4" schroefdraad, of op een watertoevoer met snelaansluiting (press block). De dubbele slang is voorzien van een veiligheidsinrichting om de waterstroom te stoppen als de interne slang vanwege slijtage stuk gaat. Het water wordt opgevangen in de buitenslang en door de opgebouwde druk stopt het toevoeren van water. Als de bevailiging ingesprongen is, kunt u dat zien bij B. Of het venstertje is rood, of er steekt een rood stiftje uit. In dit geval moet u de waterkraan sluiten en de slang vervangen. Draai de slangwartel (A) stevig vast om waterlekken te voorkomen. Opmerking: Onderstaande alleen voor toevoerslangen met een borghendel tegen het uit zichzelf losschroeven ➁. Wanneer u de toevoerslang wilt losmaken, druk dan op de geelgekleurede borghendel (C) en draai de wartel los tegen de wijzers van de klok in. A 1 Zie erop toe dat de waterleidingdruk niet de bij de technische gegevens vermelde waarde overschrijdt. 2 B A C B De slang mag nimmer kunnen knikken, want dat wateropname. CA13 Belangrijk: De slang mag nooit kunnen knikken. Ook niet tijdens het op z'n plaats schuiven van de machine. De slang mag niet verlengd worden. U kunt echter wel een langere, complete en voor dit doel gemaakte slang kopen. 4 Waterafvoer 1 min 30 cm max 100 cm Ø 18 Ø 21 1. In een sifon, zorg er dan wel voor dat de slang niet kan wegglijden. 2. In een afvoerpijp met ventilatie, binnendiameter min. 4 cm. 2 min 4 cm De waterafvoerslang kan op de volgende manieren worden gemonteerd De hoogte van de afvoerslang moet tussen 30 cm (min.) en 100 cm (max.) boven de onderkant van het toestel liggen. De afvoerslang kan links of rechts van de afwasmachine worden gedraaid. Ø 18 Ø 21 Zorg ervoor dat de slang niet geknikt, platgedrukt of ineengestrengeld wordt, dat kan de waterafvoer verstoren. Als u een verlengde slang gebruikt, mag deze niet langer dan 2 meter zijn en de binnendiameter mag niet kleiner zijn dan die van de oorspronkelijke afvoerslang. Ook de binnendiameter van de koppelingen die u gebruikt voor aansluiting aan de afvoerpijp mag niet kleiner zijn. + 2 m max min 30 cm max 100 cm CS13 CS14 Elektrische aansluiting De machine is gemaakt voor 230V met een frequentie van 50Hz. Het gebruik op 60Hz (verhuizing naar dienovereenkomstig land) is uitgesloten, daar de machine ist uitgerust met synchroonmotoren. De aansluitwaarde is circa 2,30 kW, hetgeen een groepzekering van minimaal 10A vereist. De machine is voorzien van een 3-aderig aansluitsnoer en een steker met aardcontacten. De steker mag u alleen plaatsen in een stopcontact met (aangesloten en functionerende) aardcontacten. De aardverbinding dient deugdelijk te zijn. Het stopcontact dient altijd bereikbaar te zijn, ook nadat de machine is onder-of ingebouwd. Indien het aansluitsnoer te kort blijkt te zijn, laat dan de installateur het betreffende stopcontact verplaatsen of een langer, op de aansluitwaarde van de machine aangepast, aansluitsnoer aan de machine monteren. Let op! Al onze afwasmachine zijn voorzien van een beveiliging die verhindert dat afvalwater in de machine kan terugstromen. Als de sifon (afvoerpijp, zwanenhals) van de gootsteen is voorzien van een eenrichtingsklep, dan kan deze klep de waterlozing van de afwasmachine storen. daarom raden wij aan de klep te verwijderen. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade of letsel, ontstaan door het niet voldoen aan deze veiligheidsvoorschriften. Dit apparaat voldoet aan de volgende richtlijnen van de Europese Gemeenschap: - 73/23/EG van 19/02/73 (Laag spanning) en daaropvolgende wijzigingen; - 89/336/EG van 03/05/89 (Elektromagnetische compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen. 5 Vóór het in gebruik nemen Voordat u de machine in gebruik neemt moet u: 1. eerst controleren of alle transportbeveiligingen uit de machine zijn verwijderd 2. controleren of de machine volgens de aanwijzingen is aangesloten Waterhardheid 3. de waterontharder instellen in °dH Stand 4. 1 liter water in het zoutreservoir gieten en het dan met zout vullen zout gebruiken 0-4 0 NEE 5. het glansmiddelreservoir vullen 5-8 1 JA 6. start het programma "Voorspoelen" 9 - 11 2 JA 12 - 17 3 JA 18 - 22 4 JA 23 - 28 5 JA 29 - 33 6 JA 34 - 39 7 JA 40 - 45 8 JA 46 - 67 9 JA Waterontharder instellen De afwasmachine is uitgerust met een automatisch werkende ontharder die kalkafzetting op het servies en in de machine voorkomt. Hoe meer kalk het leidingwater bevat, des te harder is het. De waterhardheid wordt gemeten in verschillende schalen (zie tabel). Stel de waterontharder op de plaatselijke waterhardheid in. Informatie daarover kunt u krijgen bij het waterleidingbedrijf. De machine is in de fabriek op stand 4 ingesteld. Als de waterhardheid in uw woonplaats afwijkt, moet u de ontharder verstellen. Als de hardheid van het leidingwater in uw woning overeenstemt met peil 0, dan hoeft u geen zout te gebruiken omdat het water al zacht is (met de waterontharder op stand 0 brandt de led "zout bijvullen" nooit). Gebruik zout bij stand "1" en hoger. De instelling van de waterontharder kan alleen voor een wasbeurt, dat wil zeggen tijdens het instellen van het afwasprogramma, worden veranderd. Ga als volgt te werk bij het instellen van een nieuwe stand: 1. Houd de toetsen "halve belading" en "drogenkeuze" samen minstens 5 seconden ingedrukt. Op de display verschijnt de letter "L" met een cijfer erachter dat de huidige hardheidsstand aangeeft. 2. Druk nu binnen 5 seconden op de toets "drogenkeuze" (de led "niet drogen" knippert) totdat de display de gewenste hardheidsstand aangeeft. Iedere keer dat u de drogen-keuze toets indrukt, wordt de hardheidsstand 1 niveau hoger. SO335 3. 5 seconden nadat de toets "drogen-keuze" voor het laatst is gedrukt, slaat de afwasmachine de nieuwe hardheidsstand op in het geheugen, waarna hij terugkeert naar de programmeerfase. 6 Zoutreservoir vullen Voordat u het toestel in gebruik neemt, moeten het zoutreservoir en het glansmiddelreservoir worden gevuld. Bij het gebruiken van de machine moeten beiden van tijd tot tijd worden bijgevuld. Houd de reinigingsmiddelen en het zout altijd uit de buurt van kinderen! Gebruik alleen speciaal onthardingszout voor voor afwasmachines. Alle andere soorten zout beschadigen ernstig de waterontharder. Let op. Gebruik dus nooit keuken- en/of tafelzout. Wij ontraden echter ook speciaal zout voor de afwasmachine, dat heel fijnkorrelig is. Zout dat tijdens het vullen van het reservoir wordt gemorst kan corrosie bevorderen. Vul daarom alleen kort voor het begin van een afwasprogramma zout bij. Vullen: 1. Draai de dop van het zoutreservoir. LE SA LT SA LZ SA L SE 2. Giet een liter water in het zoutreservoir (dat is alleen bij de eerste keer nodig). 3. Vul m.b.v. de trechter het zoutreservoir. 4. Het is normaal dat tijdens het zout vullen het water overloopt. 5. Verwijder gemorst zout van het schroefdraad en de dop. SR06 6. Draai de dop weer stevig vast. Om u eraan te herinneren dat u moet bijvullen, brandt het lampje. Het speciale lampje zout bijvullen op het bedieningspaneel blijft, als de afwasmachine ingeschakeld is, nog 2 à 6 uur branden, nadat het zout is bijgevuld. Bij gebruik van langzaam smeltend zout kan het nog langer duren. Dit heeft echter geen negatieve invloed op de werking van het apparaat. 7 Glansmiddel Het glansmiddel is een "waterontspanner". Het wordt, automatisch, vóór het drogen aan het spoelwater toegevoegd. Het glansmiddelreservoir, in de binnendeur, heeft een inhoud van circa 110 ml. Dat is, al naar gelang de doseer-instelling, voldoende voor 16 tot 40 afwasbeurten. Vullen van het glansmiddelreservoir A 1. Draai de dop (A), linksom, van het reservoir. BR01 2. Giet het glansmiddel in het reservoir tot de indicator (B) geheel donker (vol) is. Zodra het controlelampje op het bedieningspaneel gaat branden, moet u glansmiddel bijvullen. Draai de dop weer op het reservoir. B m a x 6 5 4 3 2 1 Giet nooit afwasmiddel in het glansmiddelreservoir. Veeg gemorst glansmiddel altijd met een doekje weg, anders wordt tijdens het afwassen te veel schuim gevormd. BR03 Dosering De instelling van de dosering is afhankelijk van de bereikte glans en van het droogresultaat. In de vulopening van het glansmiddelreservoir vindt u een zes-standen regelschijfje en de markeringen 1 tot 6 (stand 1 is de laagste, stand 6 de hoogste dosering). Het beste is met stand 3 te beginnen. Het schijfje (C) kunt u met een schroevendraaier of een mes verdraaien. BR02 Verhoog de dosering als op het serviesgoed druppels of druppelvlekken achterblijven. Verlaag de dosering als het serviesgoed witte, kleverige strepen vertoont. 8 x 6 5 4 3 2 1 m a C Afwasmiddel Gebruik uitsluitend speciale middelen voor huishoud-afwasmachines. Afwasmiddel doseren Min = 15 g Max = 30 g D Handel als volgt als u afwaspoeder gebruikt: 1. Open het afwasmiddelbakje door aan het palletje (D) te trekken. 2. Doseer afwasmiddel volgens de aanwijzingen in de programmatabel (zie "Programma-overzicht"). Lees ook de aanwijzingen op de verpakking van het afwasmiddel. M M IN AX 3. Sluit het dekseltje. DE17 4. Voor een programma met voorspoelen moet u ook een kleine hoeveelheid afwasmiddel bovenop het klepje strooien (zie "Programma-overzicht"). Handel als volgt als u afwastabletten gebruikt: 1. Leg voor ieder programma 1 hele tablet in het afwasmiddelbakje. 2. Sluit het dekseltje. 3. Leg voor programma’s met voorwas een stuk van een andere tablet op het deksel van het afwasmiddelbakje. DE02 Als u onvoldoende afwasmiddel doseert, veroorzaakt dat een slecht afwasresultaat. Te veel afwasmiddel geeft geen beter resultaat, maar alleen onnodige verspilling en belast het milieu. Het gebruik van drie in een-tabletten kan minder efficient zijn. Fosfaatvrije afwasmiddelen met enzymen Dit model afwasmachine biedt u naast de traditionele programma’s ook nieuwe Bio-programma’s, die speciaal voor deze nieuwe geconcentreerde afwasmiddelen zijn ontworpen. Temperatuur en duur van deze programma’s zijn gekozen om een optimale werking van de enzymen te bevorderen. Met een 50°C-programma bereikt u dezelfde resultaten als met een 65°C-programma met traditionele afwasmiddelen. Door de nieuwe Bio-programma’s en geconcentreerde afwasmiddelen te gebruiken helpt u niet alleen het milieu, maar spaart u dus ook uw serviesgoed. 9 Praktische tips voor het afwassen Niet alles is geschikt voor machinaal afwassen Voor een goed resultaat Plats potten, pannen, kopjes, glazen en dergelijke altijd met de opening naar beneden. Tenzij de fabrikant van het artikel anders aangeeft, zijn de volgende artikelen in de regel niet voor machinaal afwassen geschikt: In principe plaatst u alles scheef in de korven opdat het afwaswater niet langs maar op en in het serviesgoed wordt gesproeid. Aangekoekte en aangebrande pannen moeten eerst worden afgespoeld. ● Bestek met houten of hoornen aangelijmde grepen. ● Houten borden en schalen, ongeglazuurd aardewerk en handbeschilderd porselein. Decoraties op porselein kunnen vervagen of verdwijnen. ● Kristal en kunststof. Leg lange messen en lepels horizontaal, bij voorkeur in de bovenste korf. Hoe minder het serviesgoed tegen elkaar staat hoe beter het afwasresultaat. Staat er echter heel licht, bijvoorbeeld kunststof, serviesgoed tussen, zorg er dan voor dat deze niet van hun plaats kunnen worden gesproeid. Indien niet uitdrukkelijk door de fabrikant is aangegeven dat het artikel afwasmachinebestendig is, kunt u het beter met de hand afwassen. Mocht u ze toch in de machine willen wassen, plaats ze dan in de bovenste korf en kies een kort programma. Na vele keren in de machine afwassen kunnen sommige glassoorten mat worden. Water-, tijd- en energiebesparing Het is niet nodig om normaal vuil serviesgoed en bestek eerst onder de stromende kraan voor te spoelen. Plaats na de maaltijd alles meteen in de machine en kies eventueel het voorspoelen programma (zie het programma-overzicht). Dat zorgt ervoor dat de resten alvast wat worden weggespoeld. Zet alleen een goed gevulde machine in werking. Zilver bestek kan uitstekend in de machine worden afgewassen, onder voorbehoud dat het tijdens het afwassen niet met andere metalen in aanraking kan komen. IJzer of gietijzer kan roest veroorzaken, waardoor andere voorwerpen verkleuren. Kies de optie economisch drogen of niet drogen als u zich tevreden stelt met minder glansrijke afwasresultaten. Aluminium verkleurt. Koper, tin en messing kunnen vlekken gaan vertonen. Voor een kleine hoeveelheid vaat kunt u de optie halve belading kiezen. In dat geval moet u alle vaat in de geselecteerde korf plaatsen. Bij aankoop van nieuw serviesgoed Onder glazuur gebakken motiefjes op serviesgoed van porselein of aardewerk kunnen in de machine worden afgewassen, terwijl op glazuur gebakken motiefjes op den duur verbleken. Ook goudversieringen kunnen tegenwoordig in de machine. Zij moeten wel van een garantiemerk van de fabrikant zijn voorzien. Kies altijd serviesgoed met een vlakke bodem, zodat er geen water in kan blijven staan (glazen, kopjes, kommen). 10 Onderhoud Binnenkant van het apparaat Maak de deurafdichting, het afwasmiddelbakje en het glansmiddelreservoir regelmatig schoon met een vochtige doek. Laat de machine elke drie maanden een 65°C-programma afwerken, zonder servies, met afwasmiddel. Reiniging van de afvoerzeef (Na iedere afwasbeurt) Voedselresten kunnen zich in de afvoerzeef (A) ophopen; daarom dient u de zeef regelmatig onder stromend water schoon te maken. - U tilt de zeef met behulp van het handgreepje uit de machine. A Na het reinigen klikt u de zeef weer in de machinebodem terug. MA04 MA19 Reiniging van de bodemzeef (iedere week) Maak, indien noodzakelijk, de grote zeef (B) aan beide kanten onder stromend water met een borsteltje schoon. 90° B Grote zeef losnemen: 1. Verwijder hiertoe de sproeiarm door deze omhoog te trekken C MA05 MA20 2. Draai het asje (C) 90° naar links en haal de zeef uit de machine. 3. Na het reinigen de zeef in omgekeerde volgorde weer terugplaatsen. 4. Controleer of de zeef weer goed op z’n plek zit. De hendel moet naar de voorkant van het toestel wijzen. MA21 Gebruik de machine nooit zonder de zeven. Zorg er bovendien voor dat de zeven correct op hun plaats zitten. Het is belangrijk de zeven te reinigen om een goede werking van de machine te garanderen. 11 MA18 Buitenkant van het apparaat Reinig de buitenkant van het apparaat en het bedieningspaneel met een vochtig doekje. In geen geval agressieve reinigingsmiddelen of schuurmiddelen gebruiken. Als de machine lange tijd niet wordt buiten gebruikt Wordt de machine voor een lange tijd niet gebruikt, dan: 1. Kraan dichtdraaien. 2. Steker uit het stopcontact trekken. 3. Deur op een kier laten staan om het ontstaan van een onaangename geur te vermijden. 4. Binnenkant en accessoires reinigen. Bescherming tegen vorst Plaats de afwasmachine nooit in een ruimte waar de temperatuur onder het vriespunt kan zakken. Mocht dat toch het geval zijn, maak de machine dan leeg, draai de kraan dicht, verwijder de waterafvoerslang en laat deze leeg lopen door deze laag te houden. Vervoeren van de machine Als u de machine gaat vervoeren (bijv. bij het verhuizen): 1. Steker uit het stopcontact trekken. 2. Waterkraan dichtdraaien. 3. Watertoevoerslang van de waterkraan losschroeven en leeg laten lopen. 4. De machine samen met de slangen vervoeren. Zorg ervoor dat de machine tijdens het transport rechtop blijft staan. 12 Herstellen van eenvoudige storingen Een storing is vaak het gevolg van een kleinigheid die u zelf kunt verhelpen. Wij adviseren u eerst onderstaande tabel te raadplegen voordat u de servicedienst belt. Wanneer de beveiliging heeft ingegrepen, start de afwasmachine niet of hij stopt tijdens het afwassen, alle leds zijn gedoofd en alle toetsen zijn buiten werking, behalve de "Aan/uit" toets. Op het display knippert een van de volgende alarmmeldingen: AL1, AL2, AL3, AL4, AL5, AL6, AL7, AL8. Ook een geluidssignaal geeft aan dat de beveiliging heeft ingegrepen. Schakel de afwasmachine uit met de Aan/Uit toets en ga na of u de storing kunt verhelpen met behulp van onderstaande tabel. Kies en start een programma nadat u bovenstaande controles heeft uitgevoerd. Neem contact op met de servicedienst als de afwasmachine opnieuw een alarmsignaal geeft. Storing Foutcode De machine start niet Oplossing De machinedeur is niet goed dicht. De steker zit niet in het stopcontact. ● Er staat geen spanning op het stopcontact. ● ● De kraan is dichtgedraaid. ● Er is geen druk op de kraan. ● De toevoerslang is geknikt. ● Het zeefje in de toevoer is verstopt. De machine neemt geen water in Waarschuwingssignaal AL5 ● De machine pompt niet af Waarschuwingssignaal AL6 ● Algemeen Waarschuwingssignaal AL1, AL2, AL3, AL4, AL7, AL8 ● De afvoerslang is geknikt. ● De afvoermogelijkheid is verstopt. ● De verlengde afvoerslang ligt niet goed. ● De afvoer is niet belucht. Schakel de afwasmachine uit en weer in en start een programma; bel de servicedienst als de alarmmelding wederom verschijnt. Er slaan serviesdelen tegen elkaar. ● Een sproeiarm stoot tegen serviesgoed. Teveel geluid ● De deur gaat moeilijk dicht ● De machine staat niet waterpas of is niet op de juiste wijze ingebouwd. Kalkvlekken, strepen, waas op het serviesgoed ● Kijk in alle gevallen zowel het zout- als het glansmiddelreservoir na. In beide moet voldoende aanwezig zijn. De afwas is niet droog ● Het serviesgoed is na het beëindigen van het programma te lang in de machine gebleven. Het afwasresultaat is niet goed ● De korven zijn te vol beladen. ● Het serviesgoed is onjuist geplaatst. ● Een of beide sproeiarmen kan (kunnen) niet draaien. ● Een of enkele gaatjes in één of beide sproeiarmen is of zijn verstopt. ● Uiteinde van de afvoerslang steekt onder water (inspoelbak). ● Een of meerdere zeven is of zijn verstopt. ● Een zeef zit niet goed op z’n plaats. ● Verkeerd of te weinig afwasmiddel gebruikt, het is te oud en/of te klonterig en/of van slechte kwaliteit. ● De draaidop van het zoutreservoir zit los. ● Het gekozen programma was niet geschikt voor de aard en/of hoeveelheid van de bevuiling. 13 Kunt u de oorzaak van een storing niet zelf opsporen en verhelpen, belt u dan de servicedienst. Houd merk en modelnummer van uw machine bij de hand; de servicedienst zal u erom vragen. U vindt het merk en modelnummer op het typeplaatje van de machine. Zie de afbeelding. Service en onderdelen Prod.No. ........ Ser. No. ......... RA01 Reparaties aan elektrische toestellen mogen alleen door vakmensen worden uitgevoerd. Er mogen alleen originele onderdelen worden gebruikt. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico’s voor de gebruiker leiden. Bescherming tegen overstroming De machine is voorzien van twee beveiligingen tegen overstroming van water, met de volgende eigenschappen: 1. Aan de toevoerslang (zie wateraansluiting) Deze werkt als de toevoerslang kapot gaat doordat hij de waterstroom blokkeert. Deze beveiliging is ook met uitgeschakelde machine werkzaam. 2. Op de bodem van de machine De machine is voorzien van een beveiliging geplaatst op de bodemplaat van de machine, die ervoor zorgt, dat bij interne lekken de watertoevoer stopt. Deze beveiliging werkt alleen bij een machine "in bedrijf". Wanneer deze veiligheidsinrichting heeft ingegrepen, verschijnt de melding "AL4" op het display. Sluit in dat geval de waterkraan en waarschuw de servicedienst. Om de machine te laten repareren moet u de servicedienst bellen. 14 Mod. ........ Toelichtingen voor testinstituten Voor het begin van de test moeten het zoutreservoir van de ontkalkingsinrichting en het glansmiddelreservoir volledig worden gevuld. Testnorm: EN 50242 Vergelijkend programma: Bio 50°C met voorspoelen Laadvermogen: 12 couverts Glansmiddelhouder: stand 5 Dosering afwasmiddel: 25 g in bakje 5 g op het dekseltje US50 UI72 UI49 Rangschikking in de bovenste korf Rangschikking in de onderste korf Rangschikking in de bestekmand Technische gegevens Afmetingen Breedte Hoogte Maximale diepte Maximale diepte bij open deur Lichtspanning/frequentie Opgenomen motorvermogen Opgenomen vermogen verwarmingselement Aansluitwaarde Waterleidingdruk 59.6 cm 81.8 - 87.8 cm 55.5 cm 111.4 cm 230V - 50Hz - 10A 200 W 2100 W 2300 W Minimum Maximum Capaciteit 50 kPa (0.5 bar) 800 kPa (8 bar) 12 couverts 15 Nederland Home Product Service (ATAG) Postbus 249 6920 AE DUIVEN tel: 0900 - 5550001 fax: 026 - 8821444 Postbus 1033 • 6920 BA Duiven • Nederland 152978 22/1 België ATAG België NV 9420 Erpe-Mere tel: 053 - 806208 fax: 053 - 806057
1 / 1

Atag VA6011ETUU/A01 Handleiding

Categorie
Vaatwassers
Type
Handleiding