Elektron E60LS-E Handleiding

Type
Handleiding
Geebruiksaanwijzing
Afwasautomaat
E 60 LS-E
2
Inhoud
Voor de gebruiker
Waarschuwingen en belangrijke adviezen 3
Beschrijving van het apparaat 4
Het bedieningspaneel 4
Vóór het in gebruik nemen 6
Waterontharder instellen 6
Glansmiddel 8
Beladen van de korven 9
Gebruik van de onderste korf 9
Gebruik van het bestekmandje 10
Gebruik van de bovenste korf 11
Regeling hoogte bovenste korf 11
Afwasmiddel 12
Praktische tips voor het afwassen 13
Programma-overzicht 14
Zo gaat u te werk 15
Onderhoud 17
Binnenkant van het apparaat 17
Reiniging van de zeven 17
Buitenkant van het apparaat 18
Als de machine langere tijd buiten gebruik is 18
Bescherming tegen vorst 18
Vervoeren van de machine 18
Herstel van eenvoudige storingen 19
Service en onderdelen 20
Bescherming tegen overstroming 20
Toelichtingen voor testinstituten 21
Technische gegevens 21
Installatie
Installatie 22
Watertoevoer 22
Waterafvoer 23
Elektrische aansluiting 23
Zo is de gebruiksaanwijzing opgezet
Onderstaande symbolen wijzen u de weg in de gebruiksaanwijzing:
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
1. 2. 3. De bediening stap voor stap
Tips en adviezen
Informatie m.b.t. het milieu
3
Installatie
Indien u tijdens de aflevering een schade aan het
apparaat hebt vastgesteld, meldt u dit dan, voor u
het apparaat installeert en/of in gebruik neemt,
direct aan uw leverancier.
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit
apparaat of de eigenschappen daarvan te
veranderen.
Overtuig u ervan dat na de installatie of het
verplaatsen het apparaat niet op het
aansluitsnoer staat.
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de
elektrische huisinstallatie ten behoeve van de
installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door
een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd
worden.
Een eventueel noodzakelijke wijziging van de
watertoe- en/of afvoervoorzieningen ten behoeve
van de installatie van dit apparaat, mag uitsluitend
door een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd
worden.
Raak het verwarmingselement niet aan tijdens of
direct na het afwerken van het programma.
Indien het installatievoorschrift aangeeft dat het
apparaat aan het keukenmeubel moet worden
vastgeschroefd dan moet u zich daaraan houden
om te voorkomen dat het voorover kiept als de
beladen onderkorf op de deur staat.
Veiligheid van kinderen
Dit apparaat is bedoeld en gemaakt voor het
gebruik door volwassenen. Het is gevaarlijk om
kinderen het apparaat te laten bedienen of als
speelgoed te laten gebruiken.
Houd alle verpakkingsmateriaal uit de buurt van
kinderen.
Houd afwasmiddel, glansmiddel en speciaal zout
uit de buurt van kinderen.
Tijdens het gebruik
De afwasautomaat is bedoeld en gemaakt voor
het afwassen van huishoudelijk kook-, eet- en
drinkgerei. Attributen welke bevuild zijn met verf,
chemicaliën, agressieve zuren en dergelijke,
mogen niet in de afwasautomaat.
Tenzij de gebruiksaanwijzing anders
vermeldt,mag tijdens het in werking zijn de
vuldeur niet geopend worden; mocht dat
onverhoopt toch gebeuren, schakel het
apparaat dan voortijds geheel uit, eventueel
door de stekker uit het stopcontact te trekken.
Gebruik alleen speciale afwasmiddelen voor
huishoud-afwasmachines.
Sluit na gebruik altijd direct de vuldeur, teneinde
te voorkomen dat iemand over de openstaande
deur struikelt.
Ga niet op de open deur zitten of staan.
Schakel, tenzij de gebruiksaanwijzing anders
aangeeft, het apparaat na gebruik volledig uit en
draai de watertoevoerkraan dicht.Het verdient
aanbeveling om het apparaat door middel van
een tegen barsten beveiligde toevoerslang op de
waterkraan aan te sluiten.Een stijve polyethyleen
slang is barstbestendig.
Wees voorzichtig bij het schoonmaken van de
binnenkant van de machine.U zou zich kunnen
bezeren aan uitstekende metalen delen.
Tracht in geval van een storing of defect, dit
apparaat niet zelf te repareren. Reparaties welke
door niet deskundige personen uitgevoerd
worden, kunnen tot schade of letsel leiden.
Afdanken
Materiaal met symbool kan gerecycled
worden.
Maak het oude apparaat dat u, in afwachting
van het weghalen of wegbrengen zolang
terzijde zet, onbruikbaar.Knip het netsnoer eraf
en verwijder de deursluiting.
Informeer bij de gemeente wie het oude
apparaat ophaalt of waar u het moet bezorgen,
teneinde er zeker van te zijn dat het apparaat
zorgvuldig verschrot wordt.
Waarschuwingen en belangrijke
adviezen
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het
apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het huis van
waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het instructieboekje en de
daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te
hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
4
Beschrijving van het apparaat
Het bedieningspaneel
1
2
3
4
5
7
8
9
10
11
IN86
12
6
1. Waterpasnokje
2. Vergrendeling bovenste korf
3. Schroefdop van zoutreservoir
4. Onderste sproeiarm
5. Afwasmiddelbakje
6. Bedieningspaneel
7. Typeplaatje
8. Glansmiddelreservoir
9. Bodemzeef
10. Afvoerzeef
11. Bovenste sproeiarm
12. Bovenste korf
1. Aan/uit toets
2. Lampje zout bijvullen
3. Lampje glansmiddel bijvullen
4. Digitale display
5. Lampje SID
Brandt wanneer er een programma met
voorspoelen is gekozen.
6. Programmakeuze toets
7. Halve belading toets
Door op deze toets te drukken kan het
afwassen worden beperkt tot één in plaats
van twee korven.Het lampje geeft aan
welke: de bovenste of de onderste.
Deze manier van afwassen is zeer
economisch in het geval er niet meer afwas
is dan voor één korf welke u daarvoor
geselecteerd hebt.
Vergeet niet dat u alle vaat in de
geselecteerde korf moet plaatsen.
Zijn beide lampjes uit, dan wordt in belde
korven afgewassen.
Bij programma 1 (Voorspoelen) en
programma 10 (Borden Warmen) is deze
keuzemogelijkheid automatisch
uitgesloten.
1 2
3
5
4
6 7 8 9 10
5
8. Drogen-keuze toets
Wanneer u deze toets indrukt, kunt u kiezen
voor het warm naspoelen met een lagere
watertemperatuur of zonder verwarming van
het water, waardoor u een aanzienlijke
hoeveelheid energie bespaart.
De led die bij uw keuze hoort gaat branden.
Als geen van beide leds brandt, dan zal de
droogfase volledig worden uitgevoerd.
economisch drogen
niet drogen
Wanneer er "niet drogen" is gekozen,
wordt de afgifte van spoelglansmiddel
automatisch uitgeschakeld.
Bij programma 1 (Voorspoelen) en
programma 10 (Borden Warmen) is deze
keuzemogelijkheid niet aanwezig.
9. Uitgestelde start toets
Hiermee kunt u de start van het programma
uitstellen met een tijd van minimaal 1 uur en
maximaal 12 uur.
10. "Annuleren" toets
Geluidssignalen
De afwasmachine geeft de belangrijkste
gebeurtenissen aan met de volgende
geluidssignalen.
Kort geluidssignaal betekent "opdracht
geaccepteerd"
Wanneer u op een knop drukt bevestigt de
machine door middel van een kort geluidssignaal
dat de opdracht geaccepteerd is.
Lang geluidssignaal betekent
"uitvoering programma"
Een lang geluidssignaal, dat hoorbaar is na het
sluiten van de deur, betekent dat het programma
start.
Onderbroken geluidssignaal betekent
"einde programma"
Een onderbroken geluidssignaal betekent dat het
programma klaar is.
Onderbroken "alarmsignaal"
De afwasmachine is voorzien van een
alarmsysteem dat storingen en defecten meldt
door middel van een onderbroken geluidssignaal
met een tijdsduur van ca. 15 seconden.
U kunt deze geluidssignalen uitschakelen door de
toetsen programmakeuze en drogen-keuze samen
minstens 5 seconden ingedrukt te houden. Na 5
seconden hoort u 3 korte geluidssignalen, die
aangeven dat de geluidssignalen uitgeschakeld zijn.
U kunt de geluidssignalen weer inschakelen door de
toetsen programmakeuze en drogen-keuze samen
minstens 5 seconden ingedrukt te houden. Na 5
seconden hoort u 3 korte geluidssignalen, die
aangeven dat de geluidssignalen ingeschakeld zijn.
Het in- en uitschakelen van de geluidssignalen is
zowel vóór als na het begin van het programma
mogelijk.
SO303
6
Vóór het in gebruik
nemen
Voordat u de machine in gebruik neemt moet u:
1. controleren of de machine volgens de aanwijzingen
is aangesloten
2. alle transportbeveiligingen uit de machine
verwijderen
3. de waterontharder instellen
4. 1 liter water in het zoutreservoir gieten en het dan
met zout vullen
5. het glansmiddelreservoir vullen
6. start het prograamma "Voorspoelen"
Waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een automatisch
werkende ontharder die kalkafzetting op het servies
en in de machine voorkomt. Hoe meer kalk het
leidingwater bevat, des te harder is het.
De waterhardheid wordt gemeten in verschillende
schalen (zie tabel).
Stel de waterontharder op de plaatselijke
waterhardheid in.Informatie daarover kunt u krijgen bij
het waterleidingbedrijf.
De machine is in de fabriek op stand 4 ingesteld. Als
de waterhardheid is uw woonplaats afwijkt, moet u de
ontharder verstellen.
De instelling van de waterontharder kan
alleen voor een wasbeurt, dat wil zeggen
tijdens het instellen van het
afwasprogramma, veranderd worden.
Ga als volgt te werk bij het instellen van een
nieuwe stand:
1. Houd de toetsen "halve belading" en "drogen-
keuze" samen minstens 5 seconden ingedrukt. Op
de display verschijnt de letter "L" met een cijfer
erachter dat de huidige hardheidsstand aangeeft.
2. Druk nu binnen 5 seconden op de toets drogen-
keuze (de led "drogen uitgeschakeld" knippert)
totdat de display de gewenste hardheidsstand
aangeeft. Iedere keer dat u de drogen-keuze toets
indrukt, wordt de hardheidsstand 1 niveau hoger.
3. 5 seconden nadat de toets drogen-keuze voor het
laatst is ingedrukt, slaat de afwasmachine de
nieuwe hardheidsstand op in het geheugen,
waarna hij terugkeert naar de programmeerfase.
De geprogrammeerde hardheidsstand wordt in het
geheugen bewaard. Ook wanneer de
afwasmachine wordt uitgeschakeld.
Waterhardheid
0 - 4
5 - 8
9 - 11
12 - 17
18 - 22
23 - 28
29 - 33
34 - 39
40 - 45
46 - 67
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
NEE
JA
JA
JA
JA
JA
JA
JA
JA
JA
in °dH
Stand zout
gebruiken
Als de hardheid van het leidingwater in
uw woning overeenstemt met peil 0, dan
hoeft u geen zout te gebruiken omdat
het water al zacht is (met de
waterontharder op stand 0 brandt de led
"zout bijvullen" nooit).
Gebruik zout bij stand "1" en hoger.
SO304
7
Zoutreservoir vullen
Voordat u het toestel in gebruik neemt, moeten het
zoutreservoir en het glansmiddelreservoir gevuld
worden.Tijdens het gebruik moeten ze van tijd tot tijd
worden bijgevuld.
Houd de reinigingsmiddelen en het zout altijd uit de
buurt van kinderen!
Gebruik alleen speciaal zout voor
afwasmachines.
Alle andere soorten zout, vooral tafelzout,
beschadigen de waterontharder.
Zout dat tijdens het vullen van het reservoir
wordt gemorst kan corrosie bevorderen.Vul
daarom alleen kort voor het begin van een
afwasprogramma zout bij.
Vullen:
1. Draai de dop van het zoutreservoir.
2. Giet een liter water in het zoutreservoir (dat is
alleen voor het eerste gebruik nodig).
3. Vul m.b.v. de trechter het zoutreservoir.
4. Het is normaal dat tijdens het zout vullen het
water overloopt.
5. Verwijder gemorst zout van het schroefdraad en de
dop.
6. Draai de dop weer stevig vast.
Om u eraan te herinneren dat u moet bijvullen, brandt
het lampje.
Het speciale lampje zout bijvullen op het
bedieningspaneel blijft, als de afwasmachine
ingeschakeld is, nog 2 à 6 uur branden,
nadat het zout is bijgevuld. Bij gebruik van
langzaam smeltend zout kan het nog langer
duren. Dit heeft echter geen negatieve
invloed op de werking van het apparaat.
SALE
SALT
SALZ
SEL
SR06
8
Glansmiddel
Het glansmiddel is een "waterontspanner".
Het wordt, automatisch, vóór het drogen aan het
spoelwater toegevoegd.
Het glansmiddelreservoir, in de binnendeur, heeft een
inhoud van circa 110 ml. Dat is, al naar gelang de
doseer-instelling, voldoende voor 16 tot 40
afwasbeurten.
Vullen van het glansmiddelreservoir
1. Draai de dop (A), linksom, van het reservoir.
2. Giet het glansmiddel in het reservoir tot de
indicator (B) geheel donker (vol) is.
Zodra het controlelampje op het bedieningspaneel
gaat branden, moet u glansmiddel bijvullen.
Draai de dop weer op het reservoir.
Giet nooit afwasmiddel in het glansmiddelreservoir.
Veeg gemorst glansmiddel altijd met een doekje weg,
anders wordt tijdens het afwassen te veel schuim
gevormd.
Dosering
De instelling van de dosering is afhankelijk van de
bereikte glans en van het droogresultaat. In de
vulopening van het glansmiddelreservoir vindt u een
zes-standen regelschijfje en de markeringen 1 tot 6
(stand 1 is laagste, stand 6 hoogste dosering).
Het beste is met stand 3 te beginnen.
Het schijfje (C) kunt u met een schroevendraaier of
een mes verdraaien.
Verhoog de dosering als op het serviesgoed druppels
of druppelvlekken achterblijven.Verlaag de dosering
als het serviesgoed witte, kleverige strepen vertoont.
BR01
A
m
a
x
6
5
4
3
2
1
B
BR03
BR02
C
m
a
x
6
5
4
3
2
1
9
Beladen van de
korven
Trek de korven naar buiten om ze te beladen.
Vóór het plaatsen in de korven moet het serviesgoed
ontdaan worden van grove resten, zoals botjes,
graten, tandenstokers, groente- en vleesresten en
fruitschillen.
Daarmee voorkomt u verstoppen van de zeven en
bevordert u een optimale reiniging.
Was in de machine geen kleine voorwerpen
af die makkelijk door de korf kunnen vallen.
Gebruik van de onderste korf
In de onderste korf kunt u pannen, deksels, borden,
schalen en bestek kwijt. Plaats ze naar het voorbeeld
in de afbeeldingen. Dienschalen en grote deksels zo
veel mogelijk aan de rand van de korf plaatsen en er
op toezien dat de bovenste sproeiarm niet belemmerd
kan worden.
De achterste rekken kunnen tevens snel en
gemakkelijk neergeklapt worden, zodat het laden van
pannen en schalen eenvoudiger gaat.
U klapt de rekken neer door ze voorzichtig omhoog te
trekken en dan te laten zakken; u zet ze weer op door
ze verticaal te plaatsen.
UI49
UI19
UI18
10
Gebruik van het bestekmandje
Waarschuwing!
Lang bestek, vooral scherpe messen, moet u
in het speciale messenmandje zetten. Het
messenmandje plaatst u achterin de
bovenste korf.
Scherpe messen en lang bestek kunnen
gevaarlijk zijn als zij op een andere plaats
worden gezet.
Pas op bij het in- en uitladen van scherp
bestek.
Bestek in het speciale bestekmandje, met de grepen
naar beneden. Is een greep zo dun dat hij door het
mandje heen steekt, dan dat bestek met de greep
naar boven.
Lepels zoveel mogelijk tussen ander bestek in
plaatsen, om te voorkomen dat ze aan elkaar kleven.
Was zilver bestek niet tegelijkertijd met andere
metalen.
Om het afwasresultat te verbeteren, raden wij aan de
meegeleverde bestekverdeler(s) te gebruiken als de
vorm en afmetingen van het bestek dat toestaan.
UI53
UI04
UI71
11
Gebruik van de bovenste korf
De bovenste korf is hoofdzakelijk bedoeld voor kopjes,
schoteltjes, dessertbordjes, kleine borden (max. 24 cm
diameter) en glazen.
Als u borden in de bovenste korf laadt, plaats de
borden dan zodanig dat zij voorover hellen.
Glazen met lange steel kunnen in het hoge gedeelte
opgehangen worden.
Plaats servies zodanig op en onder de opklapbare
kopjesrekken, dat het water overal bij kan.
Probeer, vóór u de machine inschakelt, of
beide sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien.
Regeling hoogte bovenste korf
Mocht u erg grote borden willen afwassen (diameter
tussen 27-31 cm), dan kunt u deze in de onderste korf
plaatsen, nadat u de bovenste korf hoger geplaatst
heeft.
Ga als volgt te werk:
- haal de korf eruit;
- trek de korf door middel van de twee handgrepen
aan de zijkant omhoog.
U kunt in de bovenste korf nu geen borden
meer plaatsen die een diameter van meer
dan 20 cm hebben. Het kopjesrekje is tevens
onbruikbaar.
Om de korf weer op de lage stand te plaatsen, dient u
de twee handgrepen aan de zijkant nog meer naar
boven te trekken om de korf vervolgens onder
begeleiding naar beneden te laten zakken.
Pas op: trek de korf nooit aan één kant omhoog of
omlaag.
Sluit de deur nadat u de machine hebt
beladen. Een open deur kan gevaarlijk zijn.
US29
US70
RC04
12
Afwasmiddel
Gebruik uitsluitend speciale middelen voor
huishoud-afwasmachines.
Afwasmiddel doseren
Handel als volgt als u afwaspoeder gebruikt:
1. Open het afwasmiddelbakje door aan het palletje
(D) te trekken.
2. Doseer afwasmiddel volgens de aanwijzingen in de
programmtabel (zie "Programma-overzicht").Lees
ook de aanwijzingen op de verpakking van het
afwasmiddel.
3. Sluit het dekseltje.
4. Voor een programma met voorspoelen moet u ook
een kleine hoeveelheid afwasmiddel bovenop het
klepje strooien. (Zie "Programma-overzicht").
Handel als volgt als u afwastabletten gebruikt:
1. Leg voor ieder programma 1 hele tablet in het
afwasmiddelbakje.
2. Sluit het dekseltje.
3. Leg voor programma’s met voorspoelen een stuk
van een andere tablet op het deksel van de
afwasmiddelbakje.
Als u onvoldoende afwasmiddel doseert,
veroorzaakt dat een slecht afwasresultaat.Te
veel afwasmiddel geeft geen beter resultaat,
maar alleen onnodige verspilling en belast
het milieu.
Fosfaatvrije afwasmiddelen met
enzymen
Dit model afwasmachine biedt u naast de traditionele
programma’s ook nieuwe Bio-programma’s, die
speciaal voor deze nieuwe geconcentreerde
wasmiddelen zijn ontworpen.Temperatuur en duur van
deze programma’s zijn gekozen om een optimale
werking van de enzymen te bevorderen.Met een
50°C-programma bereikt u dezelfde resultaten als met
een 65°C-programma met traditionele wasmiddelen.
D
MIN
MAX
DE17
Min = 15 g
Max = 30 g
DE02
13
Voor een goed resultaat
Potten, pannen, kopjes, glazen en dergelijke altijd met
de opening naar beneden.
In principe plaatst u alles scheef in de korven opdat
het afwaswater niet langs maar op en in het
serviesgoed wordt gesproeid.
Aangekoekte en aangebrande pannen moeten eerst
worden afgespoeld.
Lange messen en lepels horizontaal, bij voorkeur in de
bovenste korf.
Hoe minder het serviesgoed tegen elkaar staat hoe
beter het afwasresultaat.
Staat er echter heel licht, bijvoorbeeld kunststof,
serviesgoed tussen, probeer dan een zodanige
opstelling dat de lichte stukken niet van hun plaats
kunnen worden gesproeid.
Water-, tijd- en energiebesparing
Het is niet nodig om normaal vuil serviesgoed en
bestek eerst onder de stromende kraan voor te
spoelen. Plaats na de maaltijd alles meteen in de
machine en kies eventueel het voorspoelen
programma (zie het programma-overzicht). Dat zorgt
ervoor dat de resten alvast wat weggespoeld worden.
Zet alleen een goed gevulde machine in werking.
Voor een kleine hoeveelheid vaat kunt u de optie
halve belading kiezen.In dat geval moet u alle vaat in
de geselecteerde korf plaatsen.
Kies de optie economisch drogen of niet drogen als
u zich tevreden stelt met minder glansrijke
afwasresultaten.
Niet alles is geschikt voor
machinaal afwassen
Tenzij de fabrikant van het artikel anders aangeeft,
zijn de volgende artikelen in de regel niet voor
machinaal afwassen geschikt:
Bestek met houten of hoornen aangelijmde
grepen.
Houten borden en schalen, ongeglazuurd
aardewerk en handbeschilderd porselein.
Decoraties op porselein kunnen vervagen of
verdwijnen.
Kristal en kunststof.
Indien niet uitdrukkelijk door de fabrikant
aangegeven is dat het artikel
afwasmachinebestendig is, kunt u het beter met
de hand afwassen.Mocht u ze toch in de machine
willen wassen, plaats ze dan in de bovenste korf
en kies een snel programma.Na vele keren in de
machine afwassen kunnen sommige glassoorten
mat worden.
Zilver bestek kan uitstekend in de machine
afgewassen worden, onder voorbehoud dat het
tijdens het afwassen niet met andere metalen in
aanraking kan komen.
IJzer of gietijzer kan roest veroorzaken, waardoor
andere voorwerpen verkleuren.
Aluminium verkleurt. Koper, tin en messing kunnen
vlekken gaan vertonen.
Bij aankoop van nieuw
serviesgoed
Onder glazuur gebakken motiefjes op serviesgoed
van porselein of aardewerk kunnen in de machine
afgewassen worden, terwijl op glazuur gebakken
motiefjes op den duur verbleken.
Ook goudversieringen kunnen tegenwoordig in de
machine.Zij moeten wel van een garantiemerk
van de fabrikant voorzien zijn.
Kies altijd serviesgoed met een vlakke bodem,
zodat er geen water in kan blijven staan (glazen,
kopjes, kommen).
Praktische tips voor het afwassen
14
Programma-overzicht
Programma
Mate van verontreiniging en soort
belading
Programma
beschrijving
Aanbevolen hoeveelheid
afwasmiddel
3.
Normaal Plus 65°C
met
voorspoelen
4.
Normaal 65°C
met
voorspoelen
5.
Spaar 50°C
met
voorspoelen
*
6.
Bio 50°C
met
voorspoelen
7.
Bio 50°C
zonder
voorspoelen
9.
Delicaat 45°C
met
voorspoelen
10.
Borden Warmen
**
8.
Snel programma
55°C
1.
Voorspoelen
**
Dit is een bijzonder programma bedoeld om binnen korte tijd een volle lading, bestaande uit borden, glazen
en nauwelijks bevuild serviesgoed (met uitzondering van pannen) te spoelen waardoor het weer snel
opnieuw kan worden gebruikt. Aangezien het om een snelprogramma gaat, wordt er niet heet gedroogd.
Sterk verontreinigd.
Servies, bestek, pannen.
Normaal verontreinigd.
Servies, bestek.
Licht verontreinigd.
Servies, bestek.
Licht verontreinigd.
Servies, bestek, kristal en
porcelein
Dit programma kunt u gebruiken voor
het warmen van borden of voor het
verwijderen van stof van lang niet
gebruikt serviesgoed.
Licht verontreinigd.
Servies, bestek.
Normaal verontreinigd.
Servies, bestek, pannen
Normaal verontreinigd.
Servies, bestek.
Normaal verontreinigd.
Servies, bestek.
Servies dat u pas later gaat afwassen.
2.
Intensief 70°C
Warm voorspoelen
70°C afwassen
3 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Turbo drogen
Lauw voorspoelen
65°C afwassen
2 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Turbo drogen
Koud voorspoelen
65°C afwassen
2 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen
Koud voorspoelen
50°C afwassen
2 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen
Koud voorspoelen
50°C afwassen
2 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen
Koud voorspoelen
45°C afwassen
2 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen
1 x warm spoelen
50°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x warm spoelen
Drogen
55°C afwassen
1 x koud spoelen
1 x warm spoelen
1 x koud spoelen (om te
voorkomen dat
voedselresten
opdrogen).
Afwassen
Voorspoelen
/ /
/ /
25 g 10 g
25 g 10 g
25 g 5 g
25 g 5 g
25 g 5 g
25 g 5 g
30 g /
30 g /
*
Testnorm programma EN 50242. (Zie "Toelichtingen voor testinstituten").
15
1. Controleer of de zeven schoon
zijn
(zie het hoofstuk "Onderhoud")
2. Druk op de Aan/uit-toets
De display geeft het laatste uitgevoerde
programma aan.(Als er bij het laatste
uitgevoerde programma opties zijn gekozen, dan
gaan de bijbehorende leds branden).
3. Controleer of zout en
glansmiddel aanwezig zijn
Op het bedieningspaneel branden de leds "zout
bijvullen" en "glansmiddel bijvullen" bij gebrek
aan zout respectievelijk glansmiddel.
4. Vullen van de korven
Verwijder grove resten uit schalen en borden.
Trek de onderste korf naar voren en plaats
daarin pannen, schalen, grote borden en bestek.
Trek de bovenste korf naar voren en plaats
daarin kleine borden, schotetjes, kopjes en
glazen.
Schuif de korven terug in de machine.
5. Controleer of beide sproeiarmen
vrij kunnen draaien
6. Afwasmiddel doseren
Strooi of giet afwasmiddel in het
afwasmiddelbakje.
Sluit het dekseltje.
Belangrijk!
Gebruik een kleinere dosis afwasmiddel als
u de optie "halve belading" heeft gekozen.
7a. Een programma zonder
"uitgestelde start" kiezen en
starten
U kiest het programma met de deur op een
kier.
Druk herhaaldelijk op de
programmakeuzetoets totdat de display het
gewenste programma aangeeft (zie tabel
"Programmaoverzicht").
Kies desgewenst de volgende opties:
Halve belading als alle vaat in één korf is
geplaatst. De led van de gekozen korf gaat
branden.
Verzeker u ervan dat u alle vaat in de
gekozen korf heeft geplaatst.
Economisch drogen of niet drogen. De led
van de gekozen optie gaat branden.
Sluit de deur. Het programma start
automatisch. Een geluidssignaal bevestigt dat
het programma is gestart en alle leds doven.
Op de display wordt de tijdsduur van het
programma afgeteld.
Zo gaat u te werk
16
7b. Een programma met
"uitgestelde start" kiezen en
starten
Nadat u een programma en eventueel opties
heeft gekozen (zie punt 7a) gaat u als volgt te
werk om een uitgestelde start te programmeren.
Druk op de toets "uitgestelde start". De display
geeft "h 0" aan.
Als u de optie halve lading en/of droogopties
heeft gekozen, dan doven de bijbehorende leds,
maar de opties worden niet gewist.
Kies de gewenste tijd door (meermaals) te
drukken op de toets "uitgestelde start". De start
van het programma kan maximaal 12 uur
uitsteld worden.
U kunt de tijdsduur van het uitstel naar nul
terugbrengen door op de toets te drukken totdat
de display "h 0" aangeeft.
Sluit de deur. Een geluidssignaal bevestigt dat
de tijdaftelling voor de uitgestelde start is
begonnen.
De display telt de tijd tot de programmastart af
met stappen van 1 uur. De display geeft door
middel van een knipperende punt na het getal
aan dat de aftelling bezig is.
Wanneer de tijdaftelling klaar is, start het
gekozen programma en de display begint de
tijdsduur van het gestarte programma af te
tellen.
De tijdaftelling voor de uitgestelde start
wordt niet onderbroken door het openen van
de deur.
8. Een programma dat bezig is
wissen
Open de deur en druk op de toets "annuleren".
Een geluidssignaal geeft aan dat het
programma geannuleerd is.Op de display zijn
ca. 2 seconden lang 3 horizontale balkjes te
zien, en daarna het nummer van het eerder
gekozen programma en de bijbehorende opties.
Nu kunt u een nieuw programma kiezen.
Een uitgestelde start kan worden geannuleerd
door de deur te openen en dan op de toets
"annuleren" te drukken.Het annuleren van een
uitgestelde start annuleert niet de overige
keuzen. Op de display verschijnt het nummer
van het gekozen programma.
9. Machine is klaar
De afwasmachine stopt automatisch en
waarschuwt door middel van een
geluidssignaal dat het programma klaar is (bij
een uitgestelde start wordt het geluidssignaal
‘programma klaar’automatisch geannuleerd).
Alle leds doven en op de display verschijnen
drie horizontale balkjes.
Open de deur en druk op de "Aan/uit" toets
om de afwasmachine uit te schakelen.
Wacht een paar minuten, want het servies is
zeer heet.Bovendien is het droogresultaat
beter als u de deur niet direct opent.
Om te voorkomen dat druppels uit de
bovenste korf op serviesgoed in de onderste
korf vallen, adviseren wij om eerst de
onderste korf naar buiten te trekken en leeg
te maken.
Het is af te raden om de deur te openen
als de machine in werking is. Gebeurt
dat toch, dan zal een
veiligheidsschakelaar ervoor zorgen dat
de machine direct stopt.
Voorzichtig!
Als u de deur direct na beëindiging van
een programma opent, kan er hete stoom
naar buiten komen.
17
Onderhoud
Binnenkant van het apparaat
Maak de deurafdichting, het afwasmiddelbakje en het
glansmiddelreservoir regelmatig schoon met een
vochtige doek.
Laat de machine elke drie maanden een
65°C-programma afwerken, zonder servies, met
afwasmiddel.
Reiniging van de afvoerzeef
(Na iedere afwasbeurt)
Voedselresten kunnen zich in de afvoerzeef (A)
ophopen; daarom dient u de zeef regelmatig onder
stromend water schoon te maken.
- U tilt de zeef met behulp van het handgreepje uit de
machine.
Na het reinigen klikt u de zeef weer in de
machinebodem terug.
Reiniging van de bodemzeef
(iedere week)
Maak, indien noodzakelijk, de grote zeef (B) aan beide
kanten onder stromend water met een borsteltje
schoon.
Grote zeef losnemen:
1. Verwijder hiertoe de sproeiarm door deze omhoog
te trekken
2. Draai het asje (C) 90° naar links en haal de zeef uit
de machine.
3. Na het reinigen de zeef in omgekeerde volgorde
weer terugplaatsen.
4. Controleer of de zeef weer goed op z’n plek zit. De
hendel moet naar de voorkant van het toestel
wijzen.
Gebruik de machine nooit zonder de zeven.
Zorg er bovendien voor dat de zeven correct
op hun plaats zitten.
Het is belangrijk de zeven te reinigen om een
goede werking van de machine te
garanderen.
C
90°
B
MA05
MA20
MA21
MA18
A
MA04
MA19
18
Buitenkant van het apparaat
Reinig de buitenkant van de machine en het
bedieningspaneel met een vochtig doekje.In geen
geval agressieve reinigingsmiddelen of
schuurmiddelen gebruiken.
Als de machine langere tijd buiten
gebruik is
Wordt de machine voor langere tijd niet gebruikt, dan:
1. Kraan dichtdraaien.
2. Stekker uit het stopcontact trekken.
3. Deur op een kier laten staan om het ontstaan van
een onaangename geur te vermijden.
4. Binnenkant en accessoires reinigen.
Bescherming tegen vorst
Plaats de afwasmachine nooit in een ruimte waar de
temperatuur onder het vriespunt kan zakken.Mocht
dat toch het geval zijn, maak de machine dan leeg,
draai de kraan dicht, verwijder de waterafvoerslang en
laat deze leeg lopen.
Vervoeren van de machine
Als u de machine gaat vervoeren (bijv. bij verhuizing):
1. Stekker uit het stopcontact trekken.
2. Waterkraan dichtdraaien.
3. Watertoevoerslang van de waterkraan
losschroeven en leeg laten lopen.
4. De machine samen met de slangen vervoeren.
Zorg ervoor dat de machine tijdens het transport
rechtop blijft staan.
19
Herstel van eenvoudige storingen
Een storing is vaak het gevolg van een kleinigheid die u zelf kunt verhelpen.Wij adviseren u eerst
onderstaande aanwijzingen te lezen voordat u contact opneemt met de servicedienst.
Wanneer de veiligheidsinrichting heeft ingegrepen, start de afwasmachine niet of hij stopt tijdens het afwassen,
alle leds zijn gedoofd en alle toetsen zijn buiten werking, behalve de "Aan/uit" toets. Op de display knippert een
van de volgende alarmmeldingen: AL1, AL2, AL3, AL4, AL5, AL6, AL7, AL8. Ook een geluidssignaal geeft aan
dat de veiligheidsinrichting heeft ingegrepen.
Schakel de afwasmachine uit met de Aan/uit toets en ga na of u de storing kunt verhelpen met behulp van
onderstaande tabel. Start een programma om te controleren of u de storing verholpen heeft; bel de
servicedienst als de alarmmelding nog steeds aanwezig is.
Storing Foutcode Oplossing
De machine start niet De machinedeur is niet goed dicht.
De stekker zit niet in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
De machine neemt geen Waarschuwingssignaal De kraan is dichtgedraaid.
water in AL5 Er is geen druk op de kraan.
De toevoerslang is geknikt.
Het zeefje in de toevoer is verstopt.
De machine pompt Waarschuwingssignaal De afvoerslang is geknikt.
niet AL6 De afvoermogelijkheid is verstopt.
De verlenging van de afvoerslang ligt niet goed.
De afvoer is niet belucht.
Algemeen Waarschuwingssignaal Schakel de afwasmachine uit en weer in en
AL1, AL2, AL3, AL4, start een programma;bel de servicedienst als
AL7, AL8 de alarmmelding wederom verschijnt.
Teveel geluid Er slaan serviesdelen tegen elkaar.
Een sproeiarm stoot tegen serviesgoed.
De deur gaat moeilijk De machine staat niet waterpas of is niet op de
dicht juiste wijze ingebouwd.
Kalkvlekken, strepen, Kijk in alle gevallen naar zowel het zout- als het
waas op het serviesgoed glansmiddelreservoir. In beide moet
voldoende aanwezig zijn.
De afwas is niet droog Het serviesgoed is na het beëindigen van het
programma te lang in de machine gebleven.
Het afwasresultaat is De korven zijn te vol beladen.
niet goed Het serviesgoed is onjuist geplaatst.
Een of beide sproeiarmen kan (kunnen) niet
draaien.
Een of enkele gaatjes in één of beide
sproeiarmen is of zijn verstopt.
Uiteinde van de afvoerslang steekt onder water
(inspoelbak).
Een of meerdere zeven verstopt.
Een zeef zit niet goed op z’n plaats.
Verkeerd of te weinig afwasmiddel gebruikt, het
is te oud en/of te klonterig en/of van slechte
kwaliteit.
De draaidop van het zoutreservoir zit los.
Het gekozen programma was niet geschikt
voor de aard en/of hoeveelheid van de
bevuiling.
20
Kunt u de oorzaak van een storing niet zelf opsporen
en verhelpen, belt u dan de servicedienst. Houd merk
en modelnummer van uw machine bij de hand; de
servicedienst zal u erom vragen.U vindt het merk en
modelnummer op het typeplaatje van de machine. Zie
de afbeelding.
Service en onderdelen
Reparaties aan elektrische toestellen mogen
alleen door vakmensen worden uitgevoerd.
Er mogen alleen originele onderdelen
worden gebruikt.
Onvakkundige reparaties kunnen tot
aanzienlijke risico’s voor de gebruiker
leiden.
Bescherming tegen overstroming
De machine is voorzien van een bescherming tegen
overstroming van water op de bodem van de machine;
hij gaat werken als er waterlekken binnen de machine
zijn.
Deze inrichting is bij functionerende machine
werkzaam.
Wanneer deze veiligheidsinrichting heeft ingegrepen,
verschijnt de melding "AL4" op de display. Sluit in dat
geval de waterkraan en wend u tot de servicedienst.
Beveiliging
Toevoerslang
De toevoerslang is uiterst drukbestendig.Deze slang
verdraagt een druk tm 6000 kPa (60 bar), ofwel 6 maal
zoveel als een normale slang.
Voor een nog grotere veiligheid heeft de slang een
extra wand die hem tegen schade beschermt.
Wanneer de binnenste wand scheurt, wordt het water
in de slang blauw gekleurd. Dit is door de speciale
doorzichtige buitenwand te zien.
Sluit in dat geval de waterkraan en wend u tot de
servicedienst.
De toevoerslang is voorzien van een
veiligheidskoppeling (zie "Watertoevoer").
Prod.No.
........
Ser. No.
.........
Mod.
........
RA01
21
Toelichtingen voor testinstituten
Voor het begin van de test moeten het zoutreservoir van de ontkalkingsinrichting en het glansmiddelreservoir
volledig gevuld worden.
Testnorm: EN 50242
Vergelijkend programma: Programma 6 (Bio 50°C met voorspoelen)
Laadvermogen: 12 couverts
Glansmiddelhouder: stand 5
Dosering afwasmiddel: 30 g in bakje
US66
UI49
Rangschikking in de
bovenste korf
US67
Rangschikking in de
messenmand
Rangschikking in de
onderste korf
Rangschikking in de
bestekmand
Afmetingen Breedte 59.6 cm
Hoogte 81.8 - 89.8 cm
Maximale diepte 55.5 cm
Maximale diepte bij open deur 111.4 cm
Lichtspanning/frequentie 230V - 50Hz - 10A
Opgenomen motorvermogen 200 W
Opgenomen vermogen verwarmingselement 2100 W
Aansluitwaarde 2300 W
Waterleidingdruk Minimum 50 kPa (0.5 bar)
Maximum 800 kPa (8 bar)
Capaciteit 12 couverts
Technische gegevens
22
Installatie
Plaats de machine, indien mogelijk, zo dicht mogelijk
bij aansluitingen voor de watertoe- en afvoer.
De machine mag met zowel een zijwand als de
achterkant tegen een muur staan.
Watertoevoer
De machine mag op warm water, tot maximaal 60°C,
aangesloten worden.
Wij adviseren u echter dat niet te doen omdat dan de
afwasresultaten niet altijd goed zullen zijn en
daarnaast ook de koude spoelgangen met warm water
gebeuren, zodat van besparing nauwelijks sprake is.
Wel is de programmaduur aanzienlijk korter, omdat de
noodzakelijke opwarmtijd ontbreekt.Dat is echter
tevens één van de redenen waarom, met name bij
sterk bevuilde afwas, de resultaten niet altijd goed
zullen zijn.
De slangwartel van de toevoerslang sluit u aan op een
kraan met 3/4" schroefdraad, of op een watertoevoer
met snelaansluiting (press block).
Zie erop toe dat de waterleidingdruk niet de bij de
technische gegevens vermelde waarde overschrijdt.
Belangrijk!
De slang mag nooit geknikt kunnen raken, ook niet
tijdens het op z'n plaats schuiven van de machine. De
slang mag niet verlengd worden. U kunt echter wel
een langere, complete en voor dit doel gemaakte
slang kopen.
De toevoerslang is voorzien van een
veiligheidskoppeling.
Verplaats het hendeltje "B" en draai de wartel "A"
tegen de klok in om de slang los te maken.
A
CA14
B
23
Waterafvoer
De waterafvoerslang kan op de volgende manieren
gemonteerd worden
1. In een sifon, zorg er dan wel voor dat de slang niet
kan wegglijden.
Let op!
Al onze afwasmachines zijn voorzien van
een beveiliging die verhindert dat afvalwater
in de machine kan terugstromen. Als de
sifon (afvoerpijp, zwanenhals) van de
gootsteen is voorzien van een
eenrichtingsklep, dan kan deze klep de
waterlozing van de afwasmachine storen.
daarom raden wij aan de klep te verwijderen.
2. In een afvoerpijp met ventilatie, binnendiameter
min. 4 cm.
De hoogte van de afvoerslang moet tussen 30 cm
(min.) en 100 cm (max.) boven de onderkant van het
toestel liggen. De afvoerslang kan links of rechts van
de afwasmachine gedraaid worden.
Zorg ervoor dat de slang niet geknikt, platgedrukt of
ineengestrengeld is, dat kan de waterafvoer verstoren.
Als u een verlengslang gebruikt, mag deze niet langer
dan 2 meter zijn en de binnendiameter mag niet
kleiner zijn dan die van de oorspronkelijke
afvoerslang. Ook de binnendiameter van de
koppelingen die u gebruikt voor aansluiting aan de
afvoerpijp mag niet kleiner zijn.
Elektrische aansluiting
De machine is gemaakt voor 230V met een frequentie
van 50Hz.Het gebruik op 60Hz (verhuizing naar
dienovereenkomstig land) is uitgesloten, daar de
machine met synchroonmotoren uitgerust is.
De aansluitwaarde is circa 2,30 kW, hetgeen een
groepzekering van minimaal 10A vereist.
De machine is voorzien van een 3-aderig
aansluitsnoer en een steker met aardcontacten.
De steker mag u alleen plaatsen in een stopcontact
met (aangesloten en functionerende) aardcontacten.
De aardverbinding dient deugdelijk te zijn.
Het stopcontact dient altijd bereikbaar te zijn, ook
nadat de machine onder- of ingebouwd is.
Indien het aansluitsnoer te kort blijkt te zijn, laat dan
de installateur het betreffende stopcontact verplaatsen
of een langer, op de aansluitwaarde van de machine
aangepast, aansluitsnoer aan de machine monteren.
CS14
min 30 cm
max 100 cm
+ 2 m max
Ø 18
Ø 21
Dit apparaat voldoet aan de volgende richtlijnen van de Europese Gemeenschap:
- 73/23/EG van 19/02/73 (Laag spanning) en daaropvolgende wijzigingen;
- 89/336/EG van 03/05/89 (Elektromagnetische compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor
schade of letsel, ontstaan door het niet
voldoen aan deze
veiligheidsvoorschriften.
152980 21/0
NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24

Elektron E60LS-E Handleiding

Type
Handleiding