Indesit I6I6C6A(W)/FR Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Français, 1
NLFR
Polski, 39
PL
Nederlands,
Français, 1Français, 1
Inhoud
Installatie,
Plaatsen en waterpas zetten
Elektrische aansluiting
Tabel eigenschappen
Beschrijving van het apparaa
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Starten en gebruik
De klok instellen
De timer instellen
Gebruik van de oven
Handmatige kookprogrammas
Automatische kookprogrammas
De bereiding programmeren
Praktische kooktips
Kooktabel oven
Gebruik van de kookplaat
Inschakelen kookplaat
Inschakelen kookzones
Boosterfunctie
Uitschakelen kookzones
Programmering kooktijd
Blokkering van het bedieningspaneel
Uitschakelen kookplaat
Praktische tips voor het gebruik van het apparaat
Veiligheidsmechanismen
Technische beschrijving van de kookzones
Voorzorgsmaatregelen en advies,
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubehoud
Onderhoud en verzorging,
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
Vervangen van het ovenlampje
Automatische reiniging FAST CLEAN
Service,
NL
Gebruiksaanwijzing
FORNUIS EN OVEN
I6I6C6A/FR
I6I6C6A.T/FR
I6I6C6A/FR
I6I6C6A.T/FR
I6I6C6A/FR
I6I6C6A.T/FR
Français, 1
202020
22-23
,24-25
,26-29
,30-34
,35-36
37-38
38
Demonteren en weer monteren van de ovendeur
Zorg ervoor dat kinderen die kleiner dan
8 jaar oud zijn niet dichtbij het apparaat
kunnen komen, tenzij onder constant
toezicht.
Het huidige apparaat mag alleen door
kinderen van 8 jaar en ouder en door
personen met een beperkt lichamelijk,
sensorieel of geestelijk vermogen,
of zonder ervaring en kennis worden
gebruikt, mits ze onder adequaat
toezicht zijn, of mits ze zijn onderricht
m.b.t. het veilige gebruik van het
apparaat en zich bewust zijn van de
betreffende gevaren. Voorkom dat
kinderen met het apparaat spelen. De
reinigings- en onderhoudshandelingen
mogen niet door kinderen worden
uitgevoerd, tenzij onder toezicht.
PAS OP: Het kan gevaarlijk zijn een
fornuis met vet of olie onbewaakt te
laten. Er kan brand ontstaan.
U moet NOOIT proberen een vlam/
brand te blussen met water. U dient
daarentegen het apparaat uit te
schakelen en de vlam te bedekken met
bijvoorbeeld een (blus)deken.
Gebruik geen schurende producten,
noch snijdende metalen spatels om de
glazen deur van de oven te reinigen,
aangezien deze het oppervlak zouden
kunnen krassen, en als gevolg het glas
doen verbrijzelen.
De interne oppervlakken van de
lade (indien aanwezig) kunnen warm
worden.
Voor het activeren van de functie
automatische reiniging:
• reinig de ovendeur
• verwijder met een natte spons het
ergste vuil uit de oven. Gebruik geen
schoonmaakmiddelen;
• verwijder alle accessoires en de kit
met de geleiders (indien aanwezig);
• laat geen keukendoeken of
pannenlappen aan het handvat hangen.
Gedurende de automatische reiniging
kunnen de oppervlakken zeer heet
worden: houd kinderen op afstand.
Gebruik nooit huishoudapparaten met
stoom of hoge druk voor het reinigen
van de kookplaat.
Plaats geen metalen voorwerpen
(messen, lepels, deksels enz.) op de
kookplaat aangezien zij heet kunnen
worden.
Verwijder eventuele geknoeide
vloeistoffen van de dekplaat voordat
u hem opent. Doe het glazen deksel
(waar aanwezig) niet omlaag als de
gasbranders of de elektrische plaat nog
warm zijn.
Na het gebruik dient u de kookplaat
uit te schakelen door middel van
het bedieningsmechanisme en niet
uitsluitend te vertrouwen op de
pannensensor.
PAS OP: Controleer of het apparaat uit
staat voor u de lamp vervangt, om te
voorkomen dat u een elektrische schok
krijgt.
! Bij het inbrengen van de grill
erop letten dat de bevestigingsklem
omhoog gericht is en zich achterin
de oven bevindt.
PAS OP: Brandgevaar: laat nooit voor-
werpen op het kookoppervlak liggen.
PAS OP: Als het oppervlak van de gla-
skeramische kookplaat gebarsten is,
moet u het apparaat uitschakelen om te
voorkomen dat u een elektrische schok
krijgt.
Plaats geen metalen voorwerpen (mes-
sen, lepels, deksels enz.) op de kookpla-
at aangezien zij heet kunnen worden.
Na het gebruik dient u de kookplaat uit
te schakelen door middel van het bedie-
ningsmechanisme en niet uitsluitend te
vertrouwen op de pannensensor.
PAS OP: Brandgevaar: laat nooit voor-
werpen op het kookoppervlak liggen.
PAS OP: Als het oppervlak van de gla-
skeramische kookplaat gebarsten is,
moet u het apparaat uitschakelen om te
voorkomen dat u een elektrische schok
krijgt.
Plaats geen metalen voorwerpen (mes-
sen, lepels, deksels enz.) op de kookpla-
at aangezien zij heet kunnen worden.
Na het gebruik dient u de kookplaat uit
te schakelen door middel van het bedie-
ningsmechanisme en niet uitsluitend te
vertrouwen op de pannensensor.
PAS OP: Brandgevaar: laat nooit voor-
werpen op het kookoppervlak liggen.
PAS OP: Als het oppervlak van de gla-
skeramische kookplaat gebarsten is,
moet u het apparaat uitschakelen om te
voorkomen dat u een elektrische schok
krijgt.
Plaats geen metalen voorwerpen (mes-
sen, lepels, deksels enz.) op de kookpla-
at aangezien zij heet kunnen worden.
Na het gebruik dient u de kookplaat uit
te schakelen door middel van het bedie-
ningsmechanisme en niet uitsluitend te
vertrouwen op de pannensensor.
PAS OP: Brandgevaar: laat nooit voor-
werpen op het kookoppervlak liggen.
PAS OP: Als het oppervlak van de gla-
skeramische kookplaat gebarsten is,
moet u het apparaat uitschakelen om te
voorkomen dat u een elektrische schok
krijgt.
Plaats geen metalen voorwerpen (mes-
sen, lepels, deksels enz.) op de kookpla-
at aangezien zij heet kunnen worden.
Na het gebruik dient u de kookplaat uit
te schakelen door middel van het bedie-
ningsmechanisme en niet uitsluitend te
vertrouwen op de pannensensor.
WAARSCHUWING
NL
22
50
NL
Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor
eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u
het apparaat verkoopt of u verhuist, moet u het
boekje bij het apparaat bewaren.
Lees de instructies aandachtig door: er staat
belangrijke informatie in over installatie, gebruik en
veiligheid.
De installatie van het apparaat moet volgens deze
instructies worden uitgevoerd door een bevoegde
installateur.
Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u
tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat.
Plaatsen en waterpas zetten
Het apparaat kan naast meubels worden geplaatst
die niet hoger zijn dan het werkvlak.
Controleer dat de wand die in contact komt met de
achterkant van het apparaat van niet ontvlambaar
materiaal is gemaakt en bestand is tegen hoge
temperaturen (T 90°C).
Voor een correcte installatie:
plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer
of in een eenkamerappartement (niet in de
badkamer);
als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten
zij op minstens 600 mm van het apparaat vandaan
worden geplaatst;
als het fornuis onder
een keukenkastje wordt
gnstalleerd, moet de
afstand tussen de twee
minstens 420 mm zijn.
Deze afstand moet 700
mm worden als de
keukenkastjes zijn
vervaardigd uit
ontvlambaar materiaal
(zie afbeelding);
hang geen gordijnen achter het fornuis, of op
minder dan 200 mm vanaf de zijkant;
eventuele afzuigkappen moeten volgens de
instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing
worden geïnstalleerd.
Waterpas zetten
Indien het nodig is het
apparaat te nivelleren, kunnen
de bijgeleverde stelvoetjes in
de daarvoor geschikte
openingen in de hoeken van
het onderstuk van het fornuis
worden geschroefd (zie
afbeelding).
De poten* moeten aan het
onderstuk van het fornuis
worden vastgeklemd.
Elektrische aansluiting
Monteren voedingskabel
Opening klemmenbord:
Licht de lipjes aan
de zijkant van het
deksel van het
klemmenbord op met
een schroevendraaier;
Trek het deksel van
het klemmenbord open.
Voor het aansluiten van de kabel moet u de
volgende handelingen uitvoeren:
draai de schroef van de kabelklem en de
schroeven van de contacten los
De jumpers zijn door de fabriek voorbestemd voor
aansluiting op eenfase 230V (zie afbeelding).
NL
230V ~
H05RR-F 3x4 CEI-UNEL 35363
1
3
2
4
5
voor het uitvoeren van de elektrische
aansluitingen van de afbeeldingen worden de
twee jumpers gebruikt die zich in de doos
bevinden (zie afbeelding referentie P)
N
L2
L1
L3
P
Installatie
HOOD
420
Min.
min.
650
mm. with hood
min.
700
mm. without hood
mm.
600
Min. mm.
420
Min. mm.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
23
NL2L1
400V 2N~
H05RR-F 4x4 CEI-UNEL 35363
1
3
2
4
5
NL3L1L2
400V 3N~
H05RR-F 5x2.5 CEI-UNEL 35363
1
3
2
4
5
zet de kabel vast in de speciale kabelklem en
sluit het deksel.
Het aansluiten van de voedingskabel aan het net
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het
elektrische net wordt aangesloten, moet u tussen het
apparaat en het net een meerpolige schakelaar
aanbrengen met een afstand tussen de contacten
van minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische
vermogen en voldoend aan de geldende nationale
normen (de aarding mag niet worden onderbroken
door de schakelaar). De voedingskabel moet
zodanig worden geplaatst dat hij nergens een
temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de
kamertemperatuur.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
het stopcontact in staat is het maximale
vermogen van het apparaat te dragen, zoals
aangegeven op het typeplaatje;
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje;
Gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.
Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
De kabel mag niet gebogen of samengedrukt
worden.
De kabel moet van tijd tot tijd worden
gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs
worden vervangen.
De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor
worden gesteld als deze normen niet worden
nageleefd.
TABEL EIGENSCHAPPEN
Afmetingen Oven
HxBxD
32x43,5x40 cm
Inhoud liter 58
Afmetingen van de
verwarmingslade
breedte 42 cm
diepte 44 cm
hoogte 8,5 cm
Spanning en
frequentie van de
elektrische voeding
zie typeplaatje
ENERGY LABEL
Richtlijn 2002/40/EG op het etiket
van elektrische ovens.
Norm EN 50304
Energieverbruikverklaring Klasse
convectie -
verwarmingsfunctie:
EU Richtlijnen: 2006/95/EEG van
12/12/06 (Laagspanning) en
daaropvolgende wijzigingen -
2004/108/EEG van 15/12/04
(Elektromagnetische
Compatibiliteit) en daaropvolgende
wijzigingen -90/369/EEG van
29/06/90 (Gas) en daaropvolgende
wijzigingen - 93/68/EEG van
22/07/93 en daaropvolgende
wijzigingen - 2002/96/EG.
NL
Energieverbruikverklaring Klasse
geforceerde convectie -
verwarmingsfunctie:
TRADITIONELE OVEN
GEBAK OVEN
1275/2008 (Stand-by/ Off mode)
24
NL
Beschrijving van het apparaat
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
THERMOSTAATKNOP
PROGRAMMAKNOP
Bedieningspaneel
Rooster GRILL
Rooster LEKPLAAT
GELEIDERS
van de roosters
stand 3
stand 2
stand 1
Glaskeramische
kookplaat
Stelvoetje
stand 5
stand 4
Stelvoetje
DE ELEKTRONISCHE PROGRAMMERINGDE ELEKTRONISCHE PROGRAMMERING
DE ELEKTRONISCHE PROGRAMMERINGDE ELEKTRONISCHE PROGRAMMERING
THERMOSTAATKNOP
PROGRAMMAKNOP
Het controlelampjeHet controlelampje
Het controlelampjeHet controlelampje
b
o o st e r
b
o o st e r
b
o o st e r
b
o o st e r
25
10
13
14
NL
1 Toets TOENAME VERMOGEN om de kookplaat aan te zetten
en het vermogen ervan te regelen (zie Starten en gebruik).
2 Toets AFNAME VERMOGEN om het vermogen te regelen en
de kookplaat uit te zetten (zie Starten en gebruik).
3 Controlelampje GESELECTEERD KOOKGEDEELTE geeft
aan dat het betreffende kookgedeelte geselecteerd is en dat u
het kunt regelen.
4 Toets SELECTEREN KOOKGEDEELTE om het gewenste
kookgedeelte te selecteren
5 AanwijzerVERMOGEN: geeft het bereikte warmteniveau aan.
6 Toets ON/OFF voor het in- en uitschakelen van het apparaat.
7 Controlelampje ON/OFF: geeft aan of het apparaat in- of
uitgeschakeld is.
8 Toets PROGRAMMERINGSTIMER* om de programmering
van de kookduur te regelen (zie Starten en gebruik).
9 Display PROGRAMMERINGSTIMER*: toont de keuzes
betreffende de programmering aan (zie Starten en gebruik).
10 Controlelampjes GEPROGRAMMEERD KOOKGEDEELTE*:
tonen de kookgedeeltes aan als u een programmering start
(zie Starten en gebruik).
11 Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL om te voorkomen
dat er ongewilde wijzigingen aan de regeling van het kookvlak
worden uitgevoerd (zie Starten en gebruik).
12 Controlelampje BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL:
toont dat de blokkering van het bedieningspaneel heeft
plaatsgevonden (zie Starten en gebruik).
13 BOOSTER* toets om het extra vermogen - 3000 W - van de
kookzone in te schakelen (zie Starten en gebruik).
14 BOOSTER* controlelampje, geeft aan dat het ‚booster’ extra
vermogen actief is.
15 Controlelampje TIMER* geeft aan dat de timer actief is.
Bedieningspaneel kookplaat
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
3
5
4
2
9
11
7
12
6
8
15
1
26
NL
Starten en gebruik
Gebruik van de oven
! Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven
minstens een uur leeg te laten functioneren, op
maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u
de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur en
lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het
verdampen van de middelen die worden gebruikt om
de oven te beschermen.
! Vóór gebruik is het absoluut noodzakelijk het plastic
folie aan de zijkanten van het apparaat te verwijderen.
! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
riskeert hiermee het email te beschadigen.
1. Selecteer het gewenste kookprogramma door aan
de PROGRAMMAKNOP te draaien.
2. Kies de aangeraden temperatuur voor het
betreffende programma of de door u gewenste
temperatuur door aan de THERMOSTAATKNOP te
draaien.
Een lijst met kooktijden en aanbevolen
kooktemperaturen kunt u terugvinden in de speciale
tabel (zie Kooktabel oven).
Tijdens het koken kunt u nog altijd:
het kookprogramma veranderen met behulp van de
PROGRAMMAKNOP;
de temperatuur veranderen met behulp van de
THERMOSTAATKNOP;
het koken onderbreken door de knop
PROGRAMMA’S weer op stand 0 te zetten;
! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde roosters.
Controlelampje THERMOSTAAT
Het oplichten van dit lampje geeft aan dat de oven
in werking is. Het licht gaat uit als de geselecteerde
temperatuur is bereikt. Vanaf dit moment gaat het
controlelampje aan en uit, hetgeen aangeeft dat
de thermostaat werkt en de temperatuur in de oven
constant houdt.
Ovenverlichting
Dit licht gaat aan als u de PROGRAMMAKNOP op
een stand zet die niet “0” is. Hij blijft aan totdat de
oven in werking is. Door met de knop
te selecteren
gaat het licht aan zonder dat de verwarming wordt
ingeschakeld.
Timer
Voor het activeren van de Timer gaat u als volgt te
werk:
1. draai de TIMERKNOP bijna 360° rechtsom om de
wekker op te laden;
2. draai de TIMERKNOP linksom en stel de
gewenste tijd in.
Kookprogramma’s
! U kunt voor alle programma’s een temperatuur tussen
de 50°C en MAX instellen, behalve:
GRILL (hierbij is het aanbevolen alleen MAX te
gebruiken);
GRATINEREN (hierbij is het aanbevolen niet meer
dan 200°C in te stellen).
Programma TRADITIONELE OVEN
De onderste en bovenste verwarmingselementen gaan
aan. Met deze traditionele kookwijze is het beter een
enkel rooster te gebruiken: met meerdere roosters
riskeert u een slechte temperatuursverspreiding te
veroorzaken.
Programma GEBAK OVEN
Het achterste verwarmingselement gaat aan en de
ventilator gaat werken zodat een gelijkmatige, zachte
warmte wordt gecreëerd. Deze functie is aanbevolen
voor het bakken van fijne gerechten (bijvoorbeeld
taarten die moeten rijzen) en kleine gerechten die u op
3 roosters tegelijkertijd wilt koken.
Programma MULTIKOKEN
Alle verwarmingselementen gaan aan (onder, boven en
cirkelvormig) en de ventilator gaat draaien. Aangezien
de warmte in de hele oven constant is, zorgt de lucht
dat de gerechten op gelijkmatige wijze gekookt en
gebakken worden. Het is mogelijk maximaal twee
roosters tegelijk te gebruiken.
Programma PIZZA OVEN
De onderste en cirkelvormige verwarmingselementen
gaan aan en de ventilator gaat draaien. Met deze
combinatie wordt de oven snel warm dankzij het
aanzienlijke vermogen dat voornamelijk van onderaf
komt. Indien u meerdere roosters gebruikt moet u de
gerechten halverwege de kooktijd omwisselen.
Programma GRILL
Het centrale gedeelte van het bovenste
verwarmingselement gaat aan en het draaispit (waar
27
NL
aanwezig) begint te draaien. Het koken onder de
grill is vooral aan te raden voor gerechten die een
hoge en directe temperatuur aan de buitenkant nodig
hebben (kalfs- en runderbiefstuk, biefstuk van de
haas, entrecote). Dit programma heeft een beperkt
energieverbruik en is ideaal voor het grillen van kleine
hoeveelheden etenswaren. Plaats het voedsel in het
midden van de grill, omdat het in de hoeken niet gaar
zal worden.
Programma GRATINEREN
Het bovenste verwarmingselement gaat aan en de
ventilator en het braadspit (waar aanwezig) gaan
draaien. Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte
van de grill gecombineerd met de circulatie van
de lucht in de oven. Eventueel verbranden van de
buitenkant wordt zo vermeden; de warmte dringt
gemakkelijker door naar de binnenkant.
! Bij GRILL en GRATINEREN moet de ovendeur dicht
zijn.
Praktische kooktips
! Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit
de standen 1 en 5: de hete lucht zou fijne gerechten
kunnen verbranden.
MULTIKOKEN
Gebruik de roosterstanden 2 en 4, en plaats de
gerechten die de meeste warmte nodig hebben op
stand 2.
Plaats de lekplaat op de onderste stand en het
rooster op de hoogste.
GRILL
Bij de functie GRILL raden wij u aan het rooster
op stand 5 te zetten en de lekplaat op stand 1 om
eventueel vet of jus op te vangen. Bij de functie
GRATINEREN raden wij u aan het rooster op stand
2 of 3 te zetten en de lekplaat op stand 1 om
eventueel vet of jus op te vangen.
We raden u aan het vermogen op de maximale
stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste
verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn
werking wordt geregeld door een thermostaat.
PIZZA OVEN
Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet hem
op het bijgeleverde ovenrooster.
Bij gebruik van de lekplaat is de bereidingstijd
langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante pizza.
Bij zeer gevulde pizza’s raden wij aan de mozzarella
of andere kaas pas halverwege de kooktijd toe te
voegen.
B E LANGRIJK! De oven
is uitgerust
met een blokkeringssyste-
em voor de
grill dat het mogelijk maakt
om de gril
naar buiten te trekken
zonder dat deze
buiten de oven komt(1).
Om de grill volledig te verwijderen,
de grill aan de voorkant optillen en naar
buiten trekken, zoals op de tekening
afgebeeld is (2).
28
Deze maakt het mogelijk de oven of grill te programmeren
in de functies:
uitgestelde start met vastgestelde kooktijd;
onmiddelijke start met vastgestelde kooktijd;
timer.
Functies van de knoppen:
: timer
: kooktijd
: einde kooktijd
: instelling tijd achteruit
: instelling tijd vooruit
Het gelijkzetten van het klokje
Na het aansluiten aan het net of na uitvallen van de stroom
knippert op de display 0.00.
Druk tegelijkertijd op de knoppen
en en zet
dan de klok gelijk (binnen 4 seconden) met de
knoppen en .
Met de knop gaat de tijd vooruit.
Met de knop gaat de tijd achteruit.
Op dezelfde wijze kunt u eventuele verdere gelijkzettingen
uitvoeren.
Handmatig gebruik van de oven
Nadat u de klok gelijk heeft gezet gaat de programmeur
automatisch in de handmatige positie.
N.B.: Voor het oproepen van de handmatige functie na
een "automatische" kooktijd drukt u tegelijkertijd op de
knoppen
en .
Uitgestelde start met vastgestelde kooktijd
De kooktijd en het einde van de kooktijd worden ingesteld.
Laten we aannemen dat het uur op de display 10:00 uur
aangeeft.
1. Zet de ovenknop op de gewenste funtie en temperatuur
(b.v.: statische oven, 200°C).
2. Druk op de knop en stel vervolgens (binnen de 4
seconden) met de knoppen en de gewenste
kooktijd in. Laten we een kooktijd van 30 minuten
nemen; u ziet:
A
Als u de knop loslaat verschijnt na 4 seconden de
huidige tijd met het symbool en de letter "A"
(AUTO).
3. Druk op de knop en vervolgens op de knoppen
en voor het instellen van het einde van de
kooktijd, laten we zeggen 13:00
A
4. Als u de knop loslaat verschijnt na 4 seconden de
huidigen tijd op de display:
A
LDe letter "A" geeft aan dat de programmering van de
kooktijd en het einde van de kooktijd in de automatische
functie is ingesteld. De oven gaat automatisch aan om
12:30 en gaat uit na 30 minuten. Als de oven aan is
verschijnt het verlichte pannetje
gedurende de
gehele kooktijd. U kunt met de knop
op ieder
willekeurig moment de ingestelde kooktijd zien; met de
knop
kunt u het einde van de kooktijd zien.
Aan het einde van de kooktijd hoort u een
geluidssignaal; om dit af te zetten drukt u op een
willekeurige knop, behalve op de knoppen en
.
Onmiddelijke start met vastgestelde kooktijd
Door alleen de kooktijd vast in te stellen (punten 1 en 2
van paragraaf "Uitgestelde start met vastgestelde
kooktijd") begint deze onmiddelijk.
Het ongedaan maken van een reeds ingesteld
programma
Druk tegelijkertijd op de knoppen
en
Timer
Met de timer stelt u een tijd in waarvandaan het terugtellen
begint. Deze functie heeft niets te maken met het aan of
uitgaan van de oven, hij geeft alleen een geluidssignaal
als de tijd verlopen is.
Druk op de knop er verschijnt:
Stel nu met de knoppen en de gewenste tijd in.
Zodra u de knop loslaat begint de tijd af te tellen; op de
display verschijnt de huidige tijd
AAls de tijd is afgelopen hoort u een geluidssignaal, dat
kan worden afgezet door op een willekeurige knop te
drukken (behalve de knoppen
en ) het symbool
gaat uit.
Correctie/ongedaanmaken van de instelling
De instelling kan op ieder willekeurig moment worden
veranderd. Druk op de betreffende knop en op de
knop of
.
Als de kooktijd ongedaan wordt gemaakt wordt
automatisch ook het einde hiervan ongedaan gemaakt
en viceversa.
Bij geprogrammeerd functioneren accepteert de oven
geen einde kooktijd die eerder is dan het begin kooktijd
dat door het apparaat zelf is gesteld.
Het regelen van het volume van het geluidssignaal
Nadat u de instellingen van de klok heeft gekozen en
bevestigd, kunt u met behulp van de toets
het volume
van het geluidssignaal regelen.
DE ELEKTRONISCHE PROGRAMMERING
29
NL
Kooktabel oven
Programma's
Gerechten
Gewicht
(kg)
Roosterstanden
Voorverwarming
(minuten)
Aanbevolen
temperatuur
Duur bereiding
(minuten)
Traditionele
oven
Eend
Gebraden kalfs- of rundvlees
Gebraden varkensvlees
Koekjes (kruimeldeeg)
Taarten
1
1
1
-
1
3
3
3
3
3
15
15
15
15
15
200
200
200
180
180
65-75
70-75
70-80
15-20
30-35
Gebak oven
Taarten
Vruchtentaart
Plumcake
Cake
Gevulde flensjes (op 2 roosters)
Kleine cakejes (op 2 roosters)
Kaaskoekjes (op 2 roosters)
Soesjes (op 3 roosters)
Koekjes (op 3 roosters)
Meringues (op 3 roosters)
0.5
1
0.7
0.5
1.2
0.6
0.4
0.7
0.7
0.5
3
2 of 3
3
3
2 en 4
2 en 4
2 en 4
1 en 3 en 5
1 en 3 en 5
1 en 3 en 5
15
15
15
15
15
15
15
15
15
15
180
180
180
160
200
190
210
180
180
90
20-30
40-45
40-50
25-30
30-35
20-25
15-20
20-25
20-25
180
Multikoken
Pizza (op 2 roosters)
Lasagne
Lamsvlees
Gebraden kip + aardappels
Makreel
Plumcake
Soesjes (op 2 roosters)
Koekjes (op 2 roosters)
Cake (op 1 rooster)
Cake (op 2 roosters)
Hartige taarten
1
1
1
1+1
1
1
0.5
0.5
0.5
1
1.5
2 en 4
3
2
2 en 4
2
2
2 en 4
2 en 4
2
2 en 4
3
15
10
10
15
10
10
10
10
10
10
15
230
180
180
200
180
170
190
180
170
170
200
15-20
30-35
40-45
60-70
30-35
40-50
20-25
10-15
15-20
20-25
25-30
Pizza oven
Pizza
Gebraden kalfs- of rundvlees
Kip
0.5
1
1
3
2
2 of 3
15
10
10
220
220
180
15-20
25-30
60-70
Tong en inktvis
Calamari- en garnalenspiesjes
Inktvis
Kabeljauwfilet
Gegrilde groenten
Kalfsbiefstuk
Saucijzen
Hamburgers
Makreel
Tosti (of geroosterd brood)
0.7
0.6
0.6
0.8
0.4
0.8
0.6
0.6
1
4 en 6
4
4
4
4
3 of 4
4
4
4
4
4
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Max
Max
Max
Max
Max
Max
Max
Max
Max
Max
10-12
8-10
10-15
10-15
15-20
15-20
15-20
10-12
15-20
3-5
Grill
Met braadspit (waar aanwezig)
Kalfsvlees aan het spit
Kip aan het spit
Lamsvlees aan het spit
1.0
1.5
1.0
-
-
-
5
5
5
Max
Max
Max
80-90
70-80
70-80
Gegrilde kip
Inktvis
1.5
1.5
2
2
10
10
200
200
55-60
30-35
Gratineren
Met braadspit (waar aanwezig)
Kalfsvlees aan het spit
Lamsvlees aan het spit
Kip (aan het spit) + aardappelen (op
de lekplaat)
1.5
1.5
1.5
-
-
2
2
2
5
5
5
5
200
200
200
200
70-80
70-80
70-75
70-75
30
NL
Gebruik van de kookplaat
!
De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat
vetvlekjes achter op het glas. Voordat u het apparaat
gebruikt raden wij u aan de vlekken te verwijderen
met een speciaal niet-schurend schoonmaakmiddel.
Gedurende de eerste paar uur dat u het apparaat
gebruikt kan het zijn dat u een rubbergeur ruikt. Deze
zal echter snel wegtrekken.
!
Als de kookplaat elektrisch wordt aangesloten hoort
u na enkele seconden een kort geluidssignaal afgaan.
Alleen dan kunt u de kookplaat aanzetten.
!
Als u lang op de toetsen drukt
-
en
+
kunt u de
stroomsterkte en de minuten van de timer snel laten
toenemen.
Inschakelen kookplaat
Druk ongeveer 1 seconde op de knop voor het
inschakelen van de kookplaat.
Inschakelen kookzones
Iedere kookzone wordt in werking gesteld door middel
van een selectietoets en een regelsysteem voor
de stroomsterkte, bestaande uit een dubbele toets
-
en
+
.
Voor het in werking stellen van een kookzone drukt
u op de betreffende toets en stelt u de gewenste
stroomsterkte in met de toetsen
-
en
+
.
Booster functie*
Om de verwarmingstijd te versnellen kunt u in enkele
kookzones de booster functie activeren door op de
Booster
toets te drukken. Het controlelampje boven de
toets gaat aan. Deze functie verhoogt het vermogen tot
2000 W of 3000 W, aan de hand van de grootte van de
gekozen kookzone.
De boosterfunctie stopt na 4 minuten automatisch.
Zolang de booster van een van de kookzones actief
is, zal het gedeelte daarvoor of daarachter slechts
over een beperkt vermogen beschikken (bv.: als in
de kookzone linksachter de booster actief is, zal het
vermogen in de kookzone linksvoor afnemen). Voor
verdere informatie kunt u de Technische beschrijving van
de modellen raadplegen.
Uitschakelen kookgedeeltes
Voor het uitschakelen van een kookgedeelte kiest u dit
door middel van de selectietoets en:
Druk op de toets
-
: het vermogen van het
kookgedeelte wordt langzaam minder totdat het
uitgaat.
Programmering kookduur
! Alle kookgedeeltes kunnen tegelijkertijd
geprogrammeerd worden voor een tijdsduur van
tussen de 1 en de 99 minuten.
1. Kies het kookgedeelte door middel van de
betreffende selectietoets.
2. De stroomsterkte instellen.
3. Druk op de programmeertoets
.
Het controlelampje voor het betreffende kookgedeelte
begint te knipperen.
4. Stel de gewenste kookduur in door middel van de
toetsen
-
en
+
.
5. Bevestigen door op toets
te drukken, of na 10
seconden vindt automatische selectie plaats.
De timer begint gelijk met aftellen. Het einde van
de geprogrammeerde kooktijd wordt aangegeven
door een geluidssignaal (van 1 minuut) waarna het
kookgedeelte uitgaat.
Herhaal de hierboven beschreven procedure voor
iedere kookplaat die u wilt programmeren.
Visualisatie bij een meervoudige programmering.
Indien een of meer kookplaten zijn geprogrammeerd
vertoont het display de resterende tijd van de
kookplaat die als eerste eindigt, terwijl hij de positie
ervan aanduidt door middel van het betreffende
controlelampje dat knippert. De controlelampjes van
de andere geprogrammeerde kookplaten zijn aan.
Om de resterende tijd van de andere
geprogrammeerde kookplaten te visualiseren moet
u een aantal keren op de toets drukken: met
de klok mee zullen, de een na de
ander, de tijden van de timer alle
geprogrammeerde kookplaten worden
getoond, te beginnen met de kookplaat
linksvoor.
Het wijzigen van een programmering
1. Druk een aantal keer op de toets
totdat de tijd
van de kookplaat die u wilt wijzigen verschijnt.
2. Druk op de toetsen
-
en
+
voor het instellen van
de nieuwe tijd.
* Slechts op enkele modellen aanwezig.
31
NL
3. Bevestig door op de toets te drukken.
Om een programmering te annuleren moet u
bovenstaande handelingen uitvoeren. Bij punt
2 drukt u op de toets
-
: de duur vermindert
langzaamaan tot aan de uitschakeling 0. De
programmering wordt gewist en het display verlaat de
programmeringsmodus.
De timer
De kookplaat moet aan zijn.
Met de timer kunt u een duur tot aan 99 minuten
instellen.
1. Druk op de toets programmering
totdat het
controlelampje van de timer aangaat.
2. Stel de gewenste kookduur in door middel van de
toetsen
-
en
+
.
3. Bevestig door op de toets te drukken.
De timer begint gelijk met aftellen. Als de tijd
verstreken is hoort u voor de duur van 1 minuut een
geluidssignaal.
Blokkering van het bedieningspaneel
Als de kookplaat in werking is kunt u het
bedieningspaneel blokkeren om een
ongewenst aanraken te vermijden (kinderen,
schoonmaakhandelingen, enz.). Door op de toets
te drukken zal het bedieningspaneel worden
geblokkeerd. Het controlelampje boven de toets gaat
aan.
Als u het bedieningspaneel weer wilt gebruiken (bv.
als u wilt stoppen met koken) moet u de blokkering
uitschakelen: druk even op de toets
. Het
controlelampje gaat uit en het bedieningspaneel wordt
weer geactiveerd.
Uitschakelen kookplaat
Druk op de toets ; het apparaat gaat uit.
Als het bedieningspaneel is geblokkeerd, blijft dit ook
geblokkeerd nadat u de kookplaat opnieuw inschakelt.
Als u de kookplaat opnieuw wilt inschakelen moet u
eerst het bedieningspaneel deblokkeren.
“Demo” modus
Het is mogelijk een demomodus in te stellen
waarbij het bedieningspaneel normaal functioneert
(de opdrachten betreffende de programmering
inbegrepen), maar waarbij de verwarmingselementen
niet aangaan. Om de “demo” modus te activeren moet
de kookplaat aanstaan en alle stralingselementen uit:
Druk tegelijkertijd 6 seconden lang op de toetsen
+
en
-
. Zodra de 6 seconden zijn verstreken
zullen de controlelampjes ON/OFF en BLOKKERING
BEDIENINGSPANEEL een seconde lang knipperen.
Laat de toetsen
+
en
-
los en druk op de toets
;
het display toont om de beurt de tekst DE en MO en
het kookvlak gaat uit;
de volgende keer dat u de kookplaat inschakelt zal
hij zich in de “demo” modus bevinden.
Om deze modus te verlaten volgt u de boven
beschreven procedure. Het display toont om de beurt
de tekst DE en OF en het kookvlak gaat uit. Als u het
kookvlak weer inschakelt zal het gewoon functioneren.
Praktische tips voor het gebruik van het
apparaat
! Gebruik pannen die gemaakt zijn van materiaal dat
geschikt is voor inductie (ferromagnetisch materiaal).
Wij raden het gebruik aan van pannen van: gietijzer,
geëmailleerd staal of speciaal inductie roestvrij staal. U
kunt zelf testen of een pan geschikt is door hem uit te
proberen met een magneet.
*
GESCHIKTE MATERIALEN
ONGESCHIKTE MATERIALEN
Gietijzer
Ge‘mailleerd staal
Speciaal roestvrij staal
Koper, 
Aluminium, Glas, Terracotta, 
Aardewerk, Niet magnetisch roestvrij staal
Om optimale resultaten te bereiken met de kookplaat:
Gebruik alleen pannen met een dikke, platte bodem
zodat ze perfect aansluiten op het verwarmingsvlak.
Gebruik pannen die groot genoeg zijn om
de kookplaat geheel te bedekken zodat alle
beschikbare hitte wordt benut.
32
NL
Houd de bodem van de pannen altijd goed schoon
en droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak.
Dit verlengt de levensduur van zowel de pannen als
het kookvlak zelf.
Vermijd dezelfde pannen te gebruiken die
u ook op een gasfornuis heeft gebruikt: de
warmteconcentratie van gasbranders kan de bodem
van pannen vervormen, waardoor ze niet goed meer
aansluiten.
Veiligheidssystemen
Pannensensor
Ieder kookgedeelte is voorzien van een systeem
dat waarneemt of er een pan op staat. De plaat
straalt alleen warmte uit als er een pan van de juiste
afmetingen op staat. Het knipperende controlelampje
kan betekenen:
dat de pan niet geschikt is
dat de pan een te kleine diameter heeft
dat de pan niet goed aansluit
Aanwijzers van de resterende warmte
Ieder kookgedeelte is voorzien van een aanwijzer van
de resterende warmte. Deze aanwijzer geeft aan welke
kookzones nog heet zijn. Als het vermogensdisplay
toont dan is het kookgedeelte nog warm. Het is
bijvoorbeeld mogelijk een gerecht warm te houden of
boter of chocolade te laten smelten. Met het afkoelen
van het kookgedeelte zal het vermogensdisplay
tonen. Het display gaat uit wanneer de kookzone
voldoende is afgekoeld.
Oververhitting
In het geval van oververhitting van de elektronische
onderdelen gaat de kookplaat automatisch uit
en verschijnt op het display
F
gevolgd door een
knipperend nummer. Deze boodschap verdwijnt
en u kunt de kookplaat weer gebruiken zodra de
temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt.
Veiligheidsschakelaar
Het apparaat beschikt over een veiligheidsschakelaar
die de kookgedeeltes automatisch uitschakelt als
de tijdslimiet voor een bepaald vermogensniveau is
bereikt. Tijdens deze veiligheidsonderbreking vertoont
het display het cijfer “0”.
B.v.: de kookplaat rechtsachter staat op 5, terwijl de
plaat linksvoor op 2 staat. De plaat rechtsachter zal
automatisch na 5 uur uitgaan, de plaat linksvoor na 8
uur.
Geluidssignaal
Enkele storingen, zoals:
een voorwerp (pan, bestek, enz.) dat meer dan 10
seconden op het bedieningspaneel ligt,
gemors op het bedieningspaneel,
een lange druk op een toets, kunnen een
geluidssignaal veroorzaken. Verwijder de oorzaak
van de storing en het geluidssignaal houdt op. Als
de oorzaak van de storing niet wordt verwijderd
blijft het geluidssignaal gaan en wordt het kookvlak
uitgeschakeld.
Vermogensniveau
Begrenzing van de
werkingsduur in uren
19
28
37
46
55
64
73
82
91
33
NL
Technische beschrijving van het
kookgedeelte
Het inductiesysteem is het snelste kooksysteem dat er
bestaat. In tegenstelling tot conventionele kookplaten
wordt niet het kookgedeelte verwarmd: de warmte
wordt rechtstreeks binnenin de pan gecreëerd, die
daarom een bodem van ferromagnetisch materiaal
moet bezitten.
Legenda:
I = kookgedeelte met eenvoudige inductie
B = booster: inschakelen van het extra vermogen tot
3000 W in het kookgedeelte
* = het maximale vermogen wordt beperkt tot 600 W
terwijl de booster in het kookgedeelte erachter actief
is (zie Starten en gebruik).
Kookplaten
Kookgedeeltes
Vermogen (in W)
Linksachter
I 1400
Rechtsachter
I 2200 – B 3000*
Linksvoor
I 2200 – B 3000*
Rechtsvoor
Totaal vermogen
7200
I 1400
I 6I6C6A/FR
I 6I6C6A.T/FR
34
NL
Praktische kooktips
ª
Koken met een
snelkookpan
Snelkookpan
Frituren
Koken op zeer hoog
vuur
Grillen
Koken
Koken op
hoog vuur
Crêpes
Koken op hoog vuur en bruin bakken
(Braadstukken, biefstukken, kalfslappen,
visfilets, gebakken eieren)
§
Snel indikken (vloeibare sauzen)
Koken van water (pasta, rijst, groente)
Melk
§
S
Langzaam indikken (gebonden sauzen)
S
Koken op middelmatig vuur
¢
Au bain-marie koken
Koken met snelkookpan, na het sissen
¢
£
Koken op laag
vuur
Koken op laag vuur
(stoofschotels)
Opwarmen van gerechten
Koken op
zeer laag
vuur
¡
Chocoladesaus
Warm houden van gerechten
35
NL
! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften.
Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid
en u dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg
gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of
onweer.
Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of
met natte of vochtige handen of voeten.
Het apparaat dient gebruikt te worden om
voedsel te bereiden. Het mag uitsluitend door
volwassenen worden gebruikt en alleen volgens
de instructies die in deze handleiding beschreven
staan. Elk ander gebruik (bv.: verwarming van
ruimten) is als oneigenlijk te beschouwen en dus
gevaarlijk. De fabrikant kan niet aansprakelijk
worden gesteld voor eventuele schade die te
wijten is aan onjuist, verkeerd of onredelijk
gebruik.
Deze handleiding betreft een apparaat van klasse
1 (losstaand) of klasse 2 - subklasse 1 (ingebouwd
tussen 2 meubels).
Gedurende het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de
ovendeur heet. Raak ze niet aan en houd kinderen
op een afstand.
Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen
mechanische stoten. Het kan echter worden
beschadigd (of barsten) als het wordt geraakt door
een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap.
Als dit gebeurt moet u onmiddellijk het apparaat
afsluiten van de elektrische stroom en contact
opnemen met de Technische Dienst.
Als het oppervlak van de kookplaat gebarsten is
moet u het apparaat uitschakelen om te voorkomen
dat u een elektrische schok krijgt.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van het apparaat
terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven
te zetten en eruit te halen.
Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol,
benzine enz.) in de buurt van het apparaat als het in
gebruik is.
Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste
opberglade of in de oven: als de oven plotseling aan
zou worden gezet, zou dit materiaal vlam kunnen
vatten.
De interne oppervlakken van de lade (indien
aanwezig) kunnen warm worden.
Controleer altijd dat de knoppen in de stand
staan
als het apparaat niet gebruikt wordt.
Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan
het snoer te trekken, maar altijd door de stekker
direct beet te pakken.
Maak het apparaat niet schoon of voer geen
onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact
zit.
Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne
mechanismen van het apparaat te repareren. Neem
contact op met de Technische Dienst.
Plaats geen zware voorwerpen op de open
ovendeur.
Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte
aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten
nadat u het uitschakelt. De resterende warmte
wordt aangeduid door een aanwijzer (zie Starten en
gebruik).
Houd voorwerpen die kunnen smelten op afstand
van de kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of
suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic
of aluminium verpakkingen en folie: als u ze op het
nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u zware
schade aanrichten.
Richt de handvaten van de pannen altijd naar de
binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per
ongeluk tegenaan stoot.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door
personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt
lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of
personen die niet de nodige ervaring of kennis
hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht
van een persoon die verantwoordelijk is voor
hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het
apparaat werkt.
Als het fornuis op een voetstuk wordt geplaatst moet
u er voor zorgen dat het er niet af kan schuiven.
Voor het gebruik dient u de kookplaat
uit te schakelen door middel van het
bedieningsmechanisme en niet uitsluitend te
vertrouwen op de pannensensor.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
Mededeling voor dragers van een pacemaker of een
ander actief ingeplant medisch apparaat:
De kookplaat voldoet aan alle geldende normen
betreffende elektromagnetische storing.
Dit product is aldus in volkomen overeenstemming
met de voorschriften van de wet (richtlijn 89/336/
EEG). Het ontwerp is zodanig gepland dat het
geen storingen veroorzaakt bij andere elektrische
apparaten die worden gebruikt, mits ook dezen
voldoen aan bovengenoemde normen.
De inductieplaat creëert elektromagnetische velden
op korte afstand.
Teneinde ieder risico van storing tussen de
kookplaat en de pacemaker te vermijden moet deze
laatste ook voldoen aan de geldende normen.
Wat dat betreft kunnen wij slechts de conformiteit
Voorzorgsmaatregelen
en advies
36
NL
van ons eigen product garanderen. Voor informatie
omtrent conformiteit of eventuele problemen
verzoeken wij u zich tot uw behandelende arts te
wenden of tot de fabrikant van de pacemaker.
Afvalverwijdering
Verwijdering van het verpakkingsmateriaal:
houdt u aan de plaatselijke normen, zodat het
verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden.
De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging
van Electrische en Electronische Apparatuur
(WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische
apparaten niet mogen vernietigd via de normale
ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten
apart worden ingezameld om zo het hergebruik
van de gebruikte materialen te optimaliseren en
de negatieve invloed op de gezondheid en het
milieu te reduceren. Het symbool op het product
van de “afvalcontainer met een kruis erdoor”
herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u het
apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden
ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de
locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze
van vernietiging van hun oude apparaat.
Energiebesparing en milieubehoud
Door de oven te gebruiken vanaf het late
middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u
ervoor dat de elektriciteitscentrales minder worden
belast tijdens het ‘spitsuur’. De optie waarmee u
programma’s voorprogrammeert, in het bijzonder
de “uitgestelde kooktijd” (zie Programmas) en de
“verlate automatische reiniging” (zie Onderhoud en
verzorging), kunnen u hierbij helpen.
Houd bij de functies BARBECUE en GRATINEREN
altijd de ovendeur dicht: u bereikt betere
kookresultaten en een aanzienlijke energiebesparing
(circa 10%).
Houd de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed
aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan
komen.
! Dit product voldoet aan de eisen die gesteld
worden door de nieuwe Europese Richtlijn voor
energiebesparing voor apparaten in de standby-stand.
OVEN
Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden
uitgevoerd, gaat het apparaat automatisch in de
standy-stand. De standby-stand wordt weergegeven
middels het „klokpictogram” op een lage
verlichtingssterkte. Wanneer weer een handeling
aan het apparaat wordt uitgevoerd, gaat het systeem
onmiddellijk weer over in de operationele stand.
COOKPLAAT
Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden
uitgevoerd gaat het apparaat, na het uitgaan van de
waarschuwingslampjes voor restwarmte en voor de
ventilator (indien aanwezig), automatisch in de “off
mode”.
Door op de ON/OFF toets te drukken, keert het
apparaat weer terug in de operationele stand.
37
NL
Onderhoud en verzorging
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u tot
enige handeling overgaat.
Reinigen van het apparaat
! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
Reinig het glas van de deur met een spons en
niet schurende producten. Droog met een zachte
doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen
of scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden
kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou
kunnen barsten.
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij
staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met
een spons en een sopje worden afgenomen. Als
de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een
speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en
droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik
geen schuurmiddelen of bijtende producten.
De binnenkant van de oven kunt u het beste direct
na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is.
Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel,
spoel vervolgens af en droog met een zachte doek.
Gebruik geen schuurmiddelen.
De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen
(eventueel ook in de vaatwasser).
Het bedieningspaneel moet worden gereinigd met
een niet schurende spons of een zachte doek.
Roestvrij staal kan vlekken vertonen als er
langere tijd kalkhoudend water of fosforhoudende
schoonmaakmiddelen op hebben gelegen. We
raden u dus aan alles goed af te spoelen en te
drogen.
Het controleren van de afdichtingen van de oven
Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen
rondom de ovendeur. In het geval de afdichting
beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde
Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven
niet voordat de reparatie is uitgevoerd.
Vervangen van het ovenlampje
Voor het vervangen van het ovenlampje:
1. Verwijder
het glazen
lampenkapje met
behulp van een
schroevendraaier.
2. Schroef het
lampje los en
vervang het met
eenzelfde soort lampje: vermogen 15 W, fitting E 14.
Zet het deksel weer op zijn plaats en let erop dat de
afdichting goed is bevestigd (zie afbeelding).
! Gebruik de ovenlamp nooit om een vertrek te
verlichten.
Het reinigen van de glaskeramische
kookplaat
! Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of
bijtende middelen, zoals vlekkenmiddelen en
roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen
in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het
oppervlak onherstelbaar krassen.
Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat
met een vochtige spons reinigen en afdrogen met
keukenpapier.
Als de plaat erg vuil is moet hij worden
schoongemaakt met een speciaal middel voor
keramiekplaten. Daarna moet u hem afspoelen en
afdrogen.
Voor het verwijderen van hardnekkig vuil kunt u een
hiervoor bestemd schrapertje gebruiken. Doe dit zo
snel mogelijk zonder te wachten tot het apparaat
koud is geworden, om het hard worden van de
resten te vermijden Uitstekende resultaten kunnen
ook worden bereikt met een speciaal roestvrij
staalwolsponsje voor keramiekplaten in een sopje
gedoopt.
Als er op de kookplaat onverhoopt voorwerpen of
plastic materiaal of suiker zouden smelten, moet
u ze onmiddellijk met het schrapertje verwijderen
zolang het oppervlak nog warm is.
Als de plaat is schoongemaakt, kan hij worden
behandeld met een speciaal product voor
onderhoud en bescherming: het onzichtbare laagje
dat dit product achterlaat beschermt de plaat in
het geval er iets overkookt. Dit soort handelingen
moeten worden uitgevoerd als de plaat lauw of koud
is.
Vergeet niet de kookplaat altijd met schoon
water af te spoelen en goed af te drogen: restjes
schoonmaakmiddel kunnen de volgende keer dat u
kookt aankoeken.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
Deksel
Afdichting
Lamp
Holte
Speciale producten voor het
reinigen van keramisch glas
Waar het te
krijgen is
Radeermesje of scheermesje Hobby-shop en
Ijzerhandel
Stahl-Fix
SWISSCLEANER
WK TOP
Andere producten voor
keramisch glas
Huishoudwinkel
Doe-het-zelf winkel
Ijzerhandel
Supermarkt
38
S
ervicedienst
Belangrijk:
Het apparaat is voorzien van een diagnostisch systeem dat eventuele storingen opspoort. Deze kunt u op het
display aflezen met berichten zoals: F gevolgd door enkele nummers.
In dit geval moet u de technische dienst inschakelen.
Wendt u nooit tot niet erkende monteurs.
Dit dient u door te geven:
Het soort storing;
Het model apparaat (Mod.)
Het serienummer (S/N)
Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat.
1.Open de deur
2.Laat de haken van de scharnieren van de ovendeur
helemaal naar achter draaien (zie foto)
3. Sluit de deur tot de uiterste stand van de haak (de
deur blijft ongeveer 40° geopend) (zie foto)
4.Druk op de twee knoppen op het bovenste profiel en
neem het profiel uit (zie foto) da fare
5.Verwijder de glazen plaat en reinig de plaat zoals
aangegeven in het hoofdstuk: "Onderhoud en verzorging".
6.Plaats de glazen plaat weer terug.
7.Plaats het profiel weer terug: wanneer het onderdeel
juist geplaatst is hoort u een klikgeluid.
8.Open de deur volledig.
9.Sluit de haakbouten weer (zie foto)
10.Nu kan de deur volledig gesloten worden en de oven
voor normaal gebruik gestart worden.
Demonteren en weer monteren van de ovendeur Demonteren en weer monteren van de ovendeur
WAARSCHUWING! Oven mag niet worden bediend
met innerlijke glazen deur verwijderd!
WAARSCHUWING! Bij de montage van de binnendeur
glas plaatst u de glazen paneel correct zodat de
waarschuwing geschreven op het paneel wordt
niet teruggenomen enkan gemakkelijk leesbaar zijn.
WAARSCHUWING! Oven mag niet worden bediend
met innerlijke glazen deur verwijderd!
WAARSCHUWING! Bij de montage van de binnendeur
glas plaatst u de glazen paneel correct zodat de
waarschuwing geschreven op het paneel wordt
niet teruggenomen enkan gemakkelijk leesbaar zijn.
°
404040

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing FORNUIS EN OVEN NL FR Français, 1 NL Nederlands, 20 PL Polski, 39 Inhoud Installatie, 22-23 Plaatsen en waterpas zetten Elektrische aansluiting Tabel eigenschappen Beschrijving van het apparaa ,24-25 I6I6C6A/FR I6I6C6A.T/FR Aanzichttekening Bedieningspaneel Starten en gebruik,26-29 De klok instellen De timer instellen Gebruik van de oven Handmatige kookprogramma’s Automatische kookprogramma’s De bereiding programmeren Praktische kooktips Kooktabel oven Gebruik van de kookplaat,30-34 Inschakelen kookplaat Inschakelen kookzones Boosterfunctie Uitschakelen kookzones Programmering kooktijd Blokkering van het bedieningspaneel Uitschakelen kookplaat Praktische tips voor het gebruik van het apparaat Veiligheidsmechanismen Technische beschrijving van de kookzones Voorzorgsmaatregelen en advies,,35-36 Algemene veiligheid Afvalverwijdering Energiebesparing en milieubehoud Onderhoud en verzorging, 37-38 De elektrische stroom afsluiten Reinigen van het apparaat Vervangen van het ovenlampje Automatische reiniging FAST CLEAN Demonteren en weer monteren van de ovendeur Service, 38 WAARSCHUWING NL Zorg ervoor dat kinderen die kleiner dan 8 jaar oud zijn niet dichtbij het apparaat kunnen komen, tenzij onder constant toezicht. Het huidige apparaat mag alleen door kinderen van 8 jaar en ouder en door personen met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen, of zonder ervaring en kennis worden gebruikt, mits ze onder adequaat toezicht zijn, of mits ze zijn onderricht m.b.t. het veilige gebruik van het apparaat en zich bewust zijn van de betreffende gevaren. Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. De reinigings- en onderhoudshandelingen mogen niet door kinderen worden uitgevoerd, tenzij onder toezicht. PAS OP: Het kan gevaarlijk zijn een fornuis met vet of olie onbewaakt te laten. Er kan brand ontstaan. U moet NOOIT proberen een vlam/ brand te blussen met water. U dient daarentegen het apparaat uit te schakelen en de vlam te bedekken met bijvoorbeeld een (blus)deken. Gebruik geen schurende producten, noch snijdende metalen spatels om de glazen deur van de oven te reinigen, aangezien deze het oppervlak zouden kunnen krassen, en als gevolg het glas doen verbrijzelen. De interne oppervlakken van de lade (indien aanwezig) kunnen warm worden. Voor het activeren van de functie automatische reiniging: • reinig de ovendeur • verwijder met een natte spons het ergste vuil uit de oven. Gebruik geen schoonmaakmiddelen; • verwijder alle accessoires en de kit met de geleiders (indien aanwezig); • laat geen keukendoeken of pannenlappen aan het handvat hangen. Gedurende de automatische reiniging kunnen de oppervlakken zeer heet worden: houd kinderen op afstand. Gebruik nooit huishoudapparaten met stoom of hoge druk voor het reinigen van de kookplaat. Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels, deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet kunnen worden. Verwijder eventuele geknoeide vloeistoffen van de dekplaat voordat u hem opent. Doe het glazen deksel (waar aanwezig) niet omlaag als de gasbranders of de elektrische plaat nog warm zijn. Na het gebruik dient u de kookplaat uit te schakelen door middel van het bedieningsmechanisme en niet uitsluitend te vertrouwen op de pannensensor. PAS OP: Controleer of het apparaat uit staat voor u de lamp vervangt, om te voorkomen dat u een elektrische schok krijgt. PAS OP: Brandgevaar: laat nooit voorwerpen op het kookoppervlak liggen. PAS OP: Als het oppervlak van de glaskeramische kookplaat gebarsten is, moet u het apparaat uitschakelen om te voorkomen dat u een elektrische schok krijgt. Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels, deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet kunnen worden. Na het gebruik dient u de kookplaat uit te schakelen door middel van het bedieningsmechanisme en niet uitsluitend te vertrouwen op de pannensensor. ! Bij het inbrengen van de grill erop letten dat de bevestigingsklem omhoog gericht is en zich achterin de oven bevindt. Installatie De poten* moeten aan het onderstuk van het fornuis worden vastgeklemd.  Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u het apparaat verkoopt of u verhuist, moet u het boekje bij het apparaat bewaren.  Lees de instructies aandachtig door: er staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid.  De installatie van het apparaat moet volgens deze instructies worden uitgevoerd door een bevoegde installateur. Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat. Elektrische aansluiting Monteren voedingskabel Opening klemmenbord: • Licht de lipjes aan de zijkant van het deksel van het klemmenbord op met een schroevendraaier; • Trek het deksel van het klemmenbord open. Plaatsen en waterpas zetten  Het apparaat kan naast meubels worden geplaatst die niet hoger zijn dan het werkvlak.  Controleer dat de wand die in contact komt met de achterkant van het apparaat van niet ontvlambaar materiaal is gemaakt en bestand is tegen hoge temperaturen (T 90°C). 420 mm. Min. min. 650 mm. with hood min. 700 mm. without hood 2 420 mm. 1 4 50 22 Indien het nodig is het apparaat te nivelleren, kunnen de bijgeleverde stelvoetjes in de daarvoor geschikte openingen in de hoeken van het onderstuk van het fornuis worden geschroefd (zie afbeelding). 230V ~ H05RR-F 3x4 CEI-UNEL 35363 N L 3 Waterpas zetten Voor het aansluiten van de kabel moet u de volgende handelingen uitvoeren: • draai de schroef van de kabelklem en de schroeven van de contacten los  De jumpers zijn door de fabriek voorbestemd voor aansluiting op eenfase 230V (zie afbeelding). 5 Voor een correcte installatie: • plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer of in een eenkamerappartement (niet in de badkamer); • als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten zij op minstens 600 mm van het apparaat vandaan worden geplaatst; • als het fornuis onder een keukenkastje wordt HOOD geïnstalleerd, moet de Min. 600 mm. afstand tussen de twee minstens 420 mm zijn. Deze afstand moet 700 mm worden als de keukenkastjes zijn vervaardigd uit ontvlambaar materiaal (zie afbeelding); • hang geen gordijnen achter het fornuis, of op minder dan 200 mm vanaf de zijkant; • eventuele afzuigkappen moeten volgens de instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing worden geïnstalleerd. Min. NL • voor het uitvoeren van de elektrische aansluitingen van de afbeeldingen worden de twee jumpers gebruikt die zich in de doos bevinden (zie afbeelding – referentie “P”) P N L1 L2 L3 * Slechts op enkele modellen aanwezig. 400V 2N~ H05RR-F 4x4 CEI-UNEL 35363 N L2 L1  Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te bereiken zijn. NL  De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden. 1 3 5 2 4  De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen. 400V 3N~ H05RR-F 5x2.5 CEI-UNEL 35363 N L3 L2 L1 1 3 5 2 4 • zet de kabel vast in de speciale kabelklem en sluit het deksel. Het aansluiten van de voedingskabel aan het net Wanneer het apparaat rechtstreeks op het elektrische net wordt aangesloten, moet u tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de contacten van minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende nationale normen (de aarding mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de kamertemperatuur. Vóór het aansluiten moet u controleren dat: • de contactdoos geaard is en voldoet aan de geldende normen; • het stopcontact in staat is het maximale vermogen van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op het typeplaatje; • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje; • Gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.  De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden gesteld als deze normen niet worden nageleefd. TABEL EIGENSCHAPPEN Afmetingen Oven 32x43,5x40 cm HxBxD Inhoud liter 58 breedte 42 cm Afmetingen van de diepte 44 cm verwarmingslade hoogte 8,5 cm Spanning en frequentie van de zie typeplaatje elektrische voeding Richtlijn 2002/40/EG op het etiket van elektrische ovens. Norm EN 50304 ENERGY LABEL Energieverbruikverklaring Klasse convectie verwarmingsfunctie: TRADITIONELE OVEN Energieverbruikverklaring Klasse geforceerde convectie verwarmingsfunctie: GEBAK OVEN EU Richtlijnen: 2006/95/EEG van 12/12/06 (Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen 2004/108/EEG van 15/12/04 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen -90/369/EEG van 29/06/90 (Gas) en daaropvolgende wijzigingen - 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen - 2002/96/EG. 1275/2008 (Stand-by/ Off mode) 23 Beschrijving van het apparaat NL Aanzichttekening Glaskeramische kookplaat Bedieningspaneel Rooster GRILL Rooster LEKPLAAT Stelvoetje GELEIDERS van de roosters stand 5 stand 4 stand 3 stand 2 stand 1 Stelvoetje Bedieningspaneel DE ELEKTRONISCHE PROGRAMMERING Het controlelampje PROGRAMMAKNOP THERMOSTAATKNOP DE ELEKTRONISCHE PROGRAMMERING Het controlelampje PROGRAMMAKNOP 24 THERMOSTAATKNOP 5 3 13 b o o ste r 14 1 15 8 10 6 b o o ste r 7 12 9 4 NL Bedieningspaneel kookplaat 1 Toets TOENAME VERMOGEN om de kookplaat aan te zetten en het vermogen ervan te regelen (zie Starten en gebruik). 2 Toets AFNAME VERMOGEN om het vermogen te regelen en de kookplaat uit te zetten (zie Starten en gebruik). 3 Controlelampje GESELECTEERD KOOKGEDEELTE geeft aan dat het betreffende kookgedeelte geselecteerd is en dat u het kunt regelen. 4 Toets SELECTEREN KOOKGEDEELTE om het gewenste kookgedeelte te selecteren 5 AanwijzerVERMOGEN: geeft het bereikte warmteniveau aan. 6 Toets ON/OFF voor het in- en uitschakelen van het apparaat. 7 Controlelampje ON/OFF: geeft aan of het apparaat in- of uitgeschakeld is. 8 Toets PROGRAMMERINGSTIMER* om de programmering van de kookduur te regelen (zie Starten en gebruik). 2 11 9 Display PROGRAMMERINGSTIMER*: toont de keuzes betreffende de programmering aan (zie Starten en gebruik). 10 Controlelampjes GEPROGRAMMEERD KOOKGEDEELTE*: tonen de kookgedeeltes aan als u een programmering start (zie Starten en gebruik). 11 Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL om te voorkomen dat er ongewilde wijzigingen aan de regeling van het kookvlak worden uitgevoerd (zie Starten en gebruik). 12 Controlelampje BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL: toont dat de blokkering van het bedieningspaneel heeft plaatsgevonden (zie Starten en gebruik). 13 BOOSTER* toets om het extra vermogen - 3000 W - van de kookzone in te schakelen (zie Starten en gebruik). 14 BOOSTER* controlelampje, geeft aan dat het ‚booster’ extra vermogen actief is. 15 Controlelampje TIMER* geeft aan dat de timer actief is. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 25 Starten en gebruik Gebruik van de oven ! Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven minstens een uur leeg te laten functioneren, op maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het verdampen van de middelen die worden gebruikt om de oven te beschermen. ! Vóór gebruik is het absoluut noodzakelijk het plastic folie aan de zijkanten van het apparaat te verwijderen. ! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u riskeert hiermee het email te beschadigen. 1. Selecteer het gewenste kookprogramma door aan de PROGRAMMAKNOP te draaien. 2. Kies de aangeraden temperatuur voor het betreffende programma of de door u gewenste temperatuur door aan de THERMOSTAATKNOP te draaien. Een lijst met kooktijden en aanbevolen kooktemperaturen kunt u terugvinden in de speciale tabel (zie Kooktabel oven). Tijdens het koken kunt u nog altijd: • het kookprogramma veranderen met behulp van de PROGRAMMAKNOP; • de temperatuur veranderen met behulp van de THERMOSTAATKNOP; • het koken onderbreken door de knop PROGRAMMA’S weer op stand 0 te zetten; ! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde roosters. Controlelampje THERMOSTAAT Het oplichten van dit lampje geeft aan dat de oven in werking is. Het licht gaat uit als de geselecteerde temperatuur is bereikt. Vanaf dit moment gaat het controlelampje aan en uit, hetgeen aangeeft dat de thermostaat werkt en de temperatuur in de oven constant houdt. Ovenverlichting Dit licht gaat aan als u de PROGRAMMAKNOP op een stand zet die niet “0” is. Hij blijft aan totdat de oven in werking is. Door met de knop  te selecteren gaat het licht aan zonder dat de verwarming wordt ingeschakeld. Timer Voor het activeren van de Timer gaat u als volgt te werk: 1. draai de TIMERKNOP bijna 360° rechtsom  om de wekker op te laden; 2. draai de TIMERKNOP linksom  en stel de gewenste tijd in. Kookprogramma’s ! U kunt voor alle programma’s een temperatuur tussen de 50°C en MAX instellen, behalve: • GRILL (hierbij is het aanbevolen alleen MAX te gebruiken); • GRATINEREN (hierbij is het aanbevolen niet meer dan 200°C in te stellen). Programma TRADITIONELE OVEN De onderste en bovenste verwarmingselementen gaan aan. Met deze traditionele kookwijze is het beter een enkel rooster te gebruiken: met meerdere roosters riskeert u een slechte temperatuursverspreiding te veroorzaken. Programma GEBAK OVEN Het achterste verwarmingselement gaat aan en de ventilator gaat werken zodat een gelijkmatige, zachte warmte wordt gecreëerd. Deze functie is aanbevolen voor het bakken van fijne gerechten (bijvoorbeeld taarten die moeten rijzen) en kleine gerechten die u op 3 roosters tegelijkertijd wilt koken. Programma MULTIKOKEN Alle verwarmingselementen gaan aan (onder, boven en cirkelvormig) en de ventilator gaat draaien. Aangezien de warmte in de hele oven constant is, zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze gekookt en gebakken worden. Het is mogelijk maximaal twee roosters tegelijk te gebruiken. Programma PIZZA OVEN De onderste en cirkelvormige verwarmingselementen gaan aan en de ventilator gaat draaien. Met deze combinatie wordt de oven snel warm dankzij het aanzienlijke vermogen dat voornamelijk van onderaf komt. Indien u meerdere roosters gebruikt moet u de gerechten halverwege de kooktijd omwisselen. Programma GRILL Het centrale gedeelte van het bovenste verwarmingselement gaat aan en het draaispit (waar 26 NL NL aanwezig) begint te draaien. Het koken onder de grill is vooral aan te raden voor gerechten die een hoge en directe temperatuur aan de buitenkant nodig hebben (kalfs- en runderbiefstuk, biefstuk van de haas, entrecote). Dit programma heeft een beperkt energieverbruik en is ideaal voor het grillen van kleine hoeveelheden etenswaren. Plaats het voedsel in het midden van de grill, omdat het in de hoeken niet gaar zal worden. Programma GRATINEREN Het bovenste verwarmingselement gaat aan en de ventilator en het braadspit (waar aanwezig) gaan draaien. Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de grill gecombineerd met de circulatie van de lucht in de oven. Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar de binnenkant. ! Bij GRILL en GRATINEREN moet de ovendeur dicht zijn. Praktische kooktips ! Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit de standen 1 en 5: de hete lucht zou fijne gerechten kunnen verbranden. MULTIKOKEN • Gebruik de roosterstanden 2 en 4, en plaats de gerechten die de meeste warmte nodig hebben op stand 2. • Plaats de lekplaat op de onderste stand en het rooster op de hoogste. GRILL • Bij de functie GRILL raden wij u aan het rooster op stand 5 te zetten en de lekplaat op stand 1 om eventueel vet of jus op te vangen. Bij de functie GRATINEREN raden wij u aan het rooster op stand 2 of 3 te zetten en de lekplaat op stand 1 om eventueel vet of jus op te vangen. • We raden u aan het vermogen op de maximale stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn werking wordt geregeld door een thermostaat. PIZZA OVEN • Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet hem op het bijgeleverde ovenrooster. Bij gebruik van de lekplaat is de bereidingstijd langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante pizza. • Bij zeer gevulde pizza’s raden wij aan de mozzarella of andere kaas pas halverwege de kooktijd toe te voegen. B E LANGRIJK! De oven is uitgerust met een blokkeringssysteem voor de grill dat het mogelijk maakt om de gril naar buiten te trekken zonder dat deze buiten de oven komt(1). Om de grill volledig te verwijderen, de grill aan de voorkant optillen en naar buiten trekken, zoals op de tekening afgebeeld is (2). 27 DE ELEKTRONISCHE PROGRAMMERING Deze maakt het mogelijk de oven of grill te programmeren in de functies: • uitgestelde start met vastgestelde kooktijd; • onmiddelijke start met vastgestelde kooktijd; • timer. Functies van de knoppen: : timer : kooktijd : einde kooktijd : instelling tijd achteruit : instelling tijd vooruit Het gelijkzetten van het klokje Na het aansluiten aan het net of na uitvallen van de stroom knippert op de display 0.00. • Druk tegelijkertijd op de knoppen en en zet dan de klok gelijk (binnen 4 seconden) met de en . knoppen Met de knop gaat de tijd vooruit. gaat de tijd achteruit. Met de knop Op dezelfde wijze kunt u eventuele verdere gelijkzettingen uitvoeren. Handmatig gebruik van de oven Nadat u de klok gelijk heeft gezet gaat de programmeur automatisch in de handmatige positie. N.B.: Voor het oproepen van de handmatige functie na een "automatische" kooktijd drukt u tegelijkertijd op de en . knoppen Uitgestelde start met vastgestelde kooktijd De kooktijd en het einde van de kooktijd worden ingesteld. Laten we aannemen dat het uur op de display 10:00 uur aangeeft. 1. Zet de ovenknop op de gewenste funtie en temperatuur (b.v.: statische oven, 200°C). 2. Druk op de knop en stel vervolgens (binnen de 4 seconden) met de knoppen en de gewenste kooktijd in. Laten we een kooktijd van 30 minuten nemen; u ziet: A Als u de knop loslaat verschijnt na 4 seconden de huidige tijd met het symbool en de letter "A" (AUTO). 3. Druk op de knop en vervolgens op de knoppen en voor het instellen van het einde van de kooktijd, laten we zeggen 13:00 A 4. Als u de knop loslaat verschijnt na 4 seconden de huidigen tijd op de display: A 28 LDe letter "A" geeft aan dat de programmering van de kooktijd en het einde van de kooktijd in de automatische functie is ingesteld. De oven gaat automatisch aan om 12:30 en gaat uit na 30 minuten. Als de oven aan is verschijnt het verlichte pannetje gedurende de gehele kooktijd. U kunt met de knop op ieder willekeurig moment de ingestelde kooktijd zien; met de kunt u het einde van de kooktijd zien. knop Aan het einde van de kooktijd hoort u een geluidssignaal; om dit af te zetten drukt u op een en willekeurige knop, behalve op de knoppen . Onmiddelijke start met vastgestelde kooktijd Door alleen de kooktijd vast in te stellen (punten 1 en 2 van paragraaf "Uitgestelde start met vastgestelde kooktijd") begint deze onmiddelijk. Het ongedaan maken van een reeds ingesteld programma Druk tegelijkertijd op de knoppen en Timer Met de timer stelt u een tijd in waarvandaan het terugtellen begint. Deze functie heeft niets te maken met het aan of uitgaan van de oven, hij geeft alleen een geluidssignaal als de tijd verlopen is. Druk op de knop er verschijnt: Stel nu met de knoppen en de gewenste tijd in. Zodra u de knop loslaat begint de tijd af te tellen; op de display verschijnt de huidige tijd AAls de tijd is afgelopen hoort u een geluidssignaal, dat kan worden afgezet door op een willekeurige knop te ) het symbool drukken (behalve de knoppen en gaat uit. Correctie/ongedaanmaken van de instelling • De instelling kan op ieder willekeurig moment worden veranderd. Druk op de betreffende knop en op de knop of . • Als de kooktijd ongedaan wordt gemaakt wordt automatisch ook het einde hiervan ongedaan gemaakt en viceversa. • Bij geprogrammeerd functioneren accepteert de oven geen einde kooktijd die eerder is dan het begin kooktijd dat door het apparaat zelf is gesteld. Het regelen van het volume van het geluidssignaal Nadat u de instellingen van de klok heeft gekozen en het volume bevestigd, kunt u met behulp van de toets van het geluidssignaal regelen. NL Kooktabel oven Programma's Traditionele oven Gebak oven Multikoken Pizza oven Grill Gratineren Gerechten Eend Gebraden kalfs- of rundvlees Gebraden varkensvlees Koekjes (kruimeldeeg) Taarten Taarten Vruchtentaart Plumcake Cake Gevulde flensjes (op 2 roosters) Kleine cakejes (op 2 roosters) Kaaskoekjes (op 2 roosters) Soesjes (op 3 roosters) Koekjes (op 3 roosters) Meringues (op 3 roosters) Pizza (op 2 roosters) Lasagne Lamsvlees Gebraden kip + aardappels Makreel Plumcake Soesjes (op 2 roosters) Koekjes (op 2 roosters) Cake (op 1 rooster) Cake (op 2 roosters) Hartige taarten Pizza Gebraden kalfs- of rundvlees Kip Tong en inktvis Calamari- en garnalenspiesjes Inktvis Kabeljauwfilet Gegrilde groenten Kalfsbiefstuk Saucijzen Hamburgers Makreel Tosti (of geroosterd brood) Met braadspit (waar aanwezig) Kalfsvlees aan het spit Kip aan het spit Lamsvlees aan het spit Gegrilde kip Inktvis Met braadspit (waar aanwezig) Kalfsvlees aan het spit Lamsvlees aan het spit Kip (aan het spit) + aardappelen (op de lekplaat) 3 3 3 3 3 3 2 of 3 3 3 2 en 4 2 en 4 2 en 4 Voorverwarming (minuten) 15 15 15 15 15 15 15 15 15 15 15 15 Aanbevolen temperatuur 200 200 200 180 180 180 180 180 160 200 190 210 Duur bereiding (minuten) 65-75 70-75 70-80 15-20 30-35 20-30 40-45 40-50 25-30 30-35 20-25 15-20 0.7 0.7 0.5 1 1 1 1+1 1 1 0.5 0.5 0.5 1 1.5 0.5 1 1 0.7 0.6 0.6 0.8 0.4 0.8 0.6 0.6 1 4 en 6 1 en 3 en 5 1 en 3 en 5 1 en 3 en 5 2 en 4 3 2 2 en 4 2 2 2 en 4 2 en 4 2 2 en 4 3 3 2 2 of 3 4 4 4 4 3 of 4 4 4 4 4 4 15 15 15 15 10 10 15 10 10 10 10 10 10 15 15 10 10 - 180 180 90 230 180 180 200 180 170 190 180 170 170 200 220 220 180 Max Max Max Max Max Max Max Max Max Max 20-25 20-25 180 15-20 30-35 40-45 60-70 30-35 40-50 20-25 10-15 15-20 20-25 25-30 15-20 25-30 60-70 10-12 8-10 10-15 10-15 15-20 15-20 15-20 10-12 15-20 3-5 1.0 1.5 1.0 1.5 1.5 2 2 5 5 5 10 10 Max Max Max 200 200 80-90 70-80 70-80 55-60 30-35 1.5 1.5 1.5 - 2 2 2 5 5 5 5 200 200 200 200 70-80 70-80 70-75 70-75 Gewicht (kg) 1 1 1 1 0.5 1 0.7 0.5 1.2 0.6 0.4 Roosterstanden 29 Gebruik van de kookplaat ! De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat vetvlekjes achter op het glas. Voordat u het apparaat gebruikt raden wij u aan de vlekken te verwijderen met een speciaal niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste paar uur dat u het apparaat gebruikt kan het zijn dat u een rubbergeur ruikt. Deze zal echter snel wegtrekken. ! Als de kookplaat elektrisch wordt aangesloten hoort u na enkele seconden een kort geluidssignaal afgaan. Alleen dan kunt u de kookplaat aanzetten. ! Als u lang op de toetsen drukt - + en kunt u de stroomsterkte en de minuten van de timer snel laten toenemen. Inschakelen kookplaat Druk ongeveer 1 seconde op de knop inschakelen van de kookplaat. voor het Inschakelen kookzones Iedere kookzone wordt in werking gesteld door middel van een selectietoets en een regelsysteem voor de stroomsterkte, bestaande uit een dubbele toets - + en . • Voor het in werking stellen van een kookzone drukt u op de betreffende toets en stelt u de gewenste stroomsterkte in met de toetsen - + en . Booster functie* Om de verwarmingstijd te versnellen kunt u in enkele kookzones de booster functie activeren door op de Booster toets te drukken. Het controlelampje boven de toets gaat aan. Deze functie verhoogt het vermogen tot 2000 W of 3000 W, aan de hand van de grootte van de gekozen kookzone. De boosterfunctie stopt na 4 minuten automatisch. Zolang de booster van een van de kookzones actief is, zal het gedeelte daarvoor of daarachter slechts over een beperkt vermogen beschikken (bv.: als in de kookzone linksachter de booster actief is, zal het vermogen in de kookzone linksvoor afnemen). Voor verdere informatie kunt u de Technische beschrijving van de modellen raadplegen. Uitschakelen kookgedeeltes Voor het uitschakelen van een kookgedeelte kiest u dit - door middel van de selectietoets en: • Druk op de toets : het vermogen van het kookgedeelte wordt langzaam minder totdat het uitgaat. Programmering kookduur ! Alle kookgedeeltes kunnen tegelijkertijd geprogrammeerd worden voor een tijdsduur van tussen de 1 en de 99 minuten. 1. Kies het kookgedeelte door middel van de betreffende selectietoets. 2. De stroomsterkte instellen. . 3. Druk op de programmeertoets Het controlelampje voor het betreffende kookgedeelte begint te knipperen. 4. Stel de gewenste kookduur in door middel van de toetsen - + en . te drukken, of na 10 5. Bevestigen door op toets seconden vindt automatische selectie plaats. De timer begint gelijk met aftellen. Het einde van de geprogrammeerde kooktijd wordt aangegeven door een geluidssignaal (van 1 minuut) waarna het kookgedeelte uitgaat. Herhaal de hierboven beschreven procedure voor iedere kookplaat die u wilt programmeren. Visualisatie bij een meervoudige programmering. Indien een of meer kookplaten zijn geprogrammeerd vertoont het display de resterende tijd van de kookplaat die als eerste eindigt, terwijl hij de positie ervan aanduidt door middel van het betreffende controlelampje dat knippert. De controlelampjes van de andere geprogrammeerde kookplaten zijn aan. Om de resterende tijd van de andere geprogrammeerde kookplaten te visualiseren moet u een aantal keren op de toets drukken: met de klok mee zullen, de een na de ander, de tijden van de timer alle geprogrammeerde kookplaten worden getoond, te beginnen met de kookplaat linksvoor. Het wijzigen van een programmering totdat de tijd 1. Druk een aantal keer op de toets van de kookplaat die u wilt wijzigen verschijnt. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 30 2. Druk op de toetsen de nieuwe tijd. - + en voor het instellen van NL NL 3. Bevestig door op de toets te drukken. Om een programmering te annuleren moet u bovenstaande handelingen uitvoeren. Bij punt 2 drukt u op de toets : de duur vermindert langzaamaan tot aan de uitschakeling 0. De programmering wordt gewist en het display verlaat de programmeringsmodus. - “Demo” modus Het is mogelijk een demomodus in te stellen waarbij het bedieningspaneel normaal functioneert (de opdrachten betreffende de programmering inbegrepen), maar waarbij de verwarmingselementen niet aangaan. Om de “demo” modus te activeren moet de kookplaat aanstaan en alle stralingselementen uit: • Druk tegelijkertijd 6 seconden lang op de toetsen + - De timer en . Zodra de 6 seconden zijn verstreken zullen de controlelampjes ON/OFF en BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL een seconde lang knipperen. De kookplaat moet aan zijn. Met de timer kunt u een duur tot aan 99 minuten instellen. 1. Druk op de toets programmering controlelampje van de timer aangaat. totdat het 2. Stel de gewenste kookduur in door middel van de toetsen - + en . Laat de toetsen + en los en druk op de toets ; • het display toont om de beurt de tekst DE en MO en het kookvlak gaat uit; • de volgende keer dat u de kookplaat inschakelt zal hij zich in de “demo” modus bevinden. te drukken. 3. Bevestig door op de toets De timer begint gelijk met aftellen. Als de tijd verstreken is hoort u voor de duur van 1 minuut een geluidssignaal. Om deze modus te verlaten volgt u de boven beschreven procedure. Het display toont om de beurt de tekst DE en OF en het kookvlak gaat uit. Als u het kookvlak weer inschakelt zal het gewoon functioneren. Blokkering van het bedieningspaneel Praktische tips voor het gebruik van het apparaat Als de kookplaat in werking is kunt u het bedieningspaneel blokkeren om een ongewenst aanraken te vermijden (kinderen, schoonmaakhandelingen, enz.). Door op de toets te drukken zal het bedieningspaneel worden geblokkeerd. Het controlelampje boven de toets gaat aan. Als u het bedieningspaneel weer wilt gebruiken (bv. als u wilt stoppen met koken) moet u de blokkering . Het uitschakelen: druk even op de toets controlelampje gaat uit en het bedieningspaneel wordt weer geactiveerd. Uitschakelen kookplaat Druk op de toets ; het apparaat gaat uit. Als het bedieningspaneel is geblokkeerd, blijft dit ook geblokkeerd nadat u de kookplaat opnieuw inschakelt. Als u de kookplaat opnieuw wilt inschakelen moet u eerst het bedieningspaneel deblokkeren. ! Gebruik pannen die gemaakt zijn van materiaal dat geschikt is voor inductie (ferromagnetisch materiaal). Wij raden het gebruik aan van pannen van: gietijzer, geëmailleerd staal of speciaal inductie roestvrij staal. U kunt zelf testen of een pan geschikt is door hem uit te proberen met een magneet. GESCHIKTE MATERIALEN * Gietijzer Ge‘mailleerd staal Speciaal roestvrij staal ONGESCHIKTE MATERIALEN Koper, Aluminium, Glas, Terracotta, Aardewerk, Niet magnetisch roestvrij staal Om optimale resultaten te bereiken met de kookplaat: • Gebruik alleen pannen met een dikke, platte bodem zodat ze perfect aansluiten op het verwarmingsvlak. • Gebruik pannen die groot genoeg zijn om de kookplaat geheel te bedekken zodat alle beschikbare hitte wordt benut. 31 • Houd de bodem van de pannen altijd goed schoon en droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit verlengt de levensduur van zowel de pannen als het kookvlak zelf. • Vermijd dezelfde pannen te gebruiken die u ook op een gasfornuis heeft gebruikt: de warmteconcentratie van gasbranders kan de bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet goed meer aansluiten. de tijdslimiet voor een bepaald vermogensniveau is bereikt. Tijdens deze veiligheidsonderbreking vertoont het display het cijfer “0”. B.v.: de kookplaat rechtsachter staat op 5, terwijl de plaat linksvoor op 2 staat. De plaat rechtsachter zal automatisch na 5 uur uitgaan, de plaat linksvoor na 8 uur. Vermogensniveau Begrenzing van de werkingsduur in uren 1 9 Veiligheidssystemen 2 8 Pannensensor 3 7 Ieder kookgedeelte is voorzien van een systeem dat waarneemt of er een pan op staat. De plaat straalt alleen warmte uit als er een pan van de juiste afmetingen op staat. Het knipperende controlelampje kan betekenen: • dat de pan niet geschikt is • dat de pan een te kleine diameter heeft • dat de pan niet goed aansluit 4 6 5 5 6 4 7 3 8 2 9 1 Aanwijzers van de resterende warmte Ieder kookgedeelte is voorzien van een aanwijzer van de resterende warmte. Deze aanwijzer geeft aan welke kookzones nog heet zijn. Als het vermogensdisplay toont dan is het kookgedeelte nog warm. Het is bijvoorbeeld mogelijk een gerecht warm te houden of boter of chocolade te laten smelten. Met het afkoelen van het kookgedeelte zal het vermogensdisplay tonen. Het display gaat uit wanneer de kookzone voldoende is afgekoeld. Oververhitting In het geval van oververhitting van de elektronische onderdelen gaat de kookplaat automatisch uit F en verschijnt op het display gevolgd door een knipperend nummer. Deze boodschap verdwijnt en u kunt de kookplaat weer gebruiken zodra de temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt. Veiligheidsschakelaar Het apparaat beschikt over een veiligheidsschakelaar die de kookgedeeltes automatisch uitschakelt als 32 Geluidssignaal Enkele storingen, zoals: • een voorwerp (pan, bestek, enz.) dat meer dan 10 seconden op het bedieningspaneel ligt, • gemors op het bedieningspaneel, • een lange druk op een toets, kunnen een geluidssignaal veroorzaken. Verwijder de oorzaak van de storing en het geluidssignaal houdt op. Als de oorzaak van de storing niet wordt verwijderd blijft het geluidssignaal gaan en wordt het kookvlak uitgeschakeld. NL NL Technische beschrijving van het kookgedeelte Het inductiesysteem is het snelste kooksysteem dat er bestaat. In tegenstelling tot conventionele kookplaten wordt niet het kookgedeelte verwarmd: de warmte wordt rechtstreeks binnenin de pan gecreëerd, die daarom een bodem van ferromagnetisch materiaal moet bezitten. Legenda: I = kookgedeelte met eenvoudige inductie B = booster: inschakelen van het extra vermogen tot 3000 W in het kookgedeelte * = het maximale vermogen wordt beperkt tot 600 W terwijl de booster in het kookgedeelte erachter actief is (zie Starten en gebruik). Kookplaten I 6I6C6A/FR I 6I6C6A.T/FR Kookgedeeltes Linksachter Rechtsachter Linksvoor Rechtsvoor Totaal vermogen Vermogen (in W) I 1400 I 2200 – B 3000* I 2200 – B 3000* I 1400 7200 33 Koken op zeer laag vuur Koken op laag vuur Koken op middelmatig vuur Koken op hoog vuur Koken op zeer hoog vuur Praktische kooktips 34 ª • • ¶ ¶ § § S S ¢ ¢ £ ™ ™ ¡ NL Koken met een snelkookpan Snelkookpan Frituren Grillen Koken Crêpes Koken op hoog vuur en bruin bakken (Braadstukken, biefstukken, kalfslappen, visfilets, gebakken eieren) Snel indikken (vloeibare sauzen) Koken van water (pasta, rijst, groente) Melk Langzaam indikken (gebonden sauzen) Au bain-marie koken Koken met snelkookpan, na het sissen Koken op laag vuur (stoofschotels) Opwarmen van gerechten Chocoladesaus Warm houden van gerechten Voorzorgsmaatregelen en advies NL ! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Algemene veiligheidsmaatregelen • Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of onweer. • Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of met natte of vochtige handen of voeten. • Het apparaat dient gebruikt te worden om voedsel te bereiden. Het mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen volgens de instructies die in deze handleiding beschreven staan. Elk ander gebruik (bv.: verwarming van ruimten) is als oneigenlijk te beschouwen en dus gevaarlijk. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade die te wijten is aan onjuist, verkeerd of onredelijk gebruik. • Deze handleiding betreft een apparaat van klasse 1 (losstaand) of klasse 2 - subklasse 1 (ingebouwd tussen 2 meubels). • Gedurende het gebruik van de oven worden de verwarmingselementen en enkele delen van de ovendeur heet. Raak ze niet aan en houd kinderen op een afstand. • Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen mechanische stoten. Het kan echter worden beschadigd (of barsten) als het wordt geraakt door een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit gebeurt moet u onmiddellijk het apparaat afsluiten van de elektrische stroom en contact opnemen met de Technische Dienst. • Als het oppervlak van de kookplaat gebarsten is moet u het apparaat uitschakelen om te voorkomen dat u een elektrische schok krijgt. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van het apparaat terechtkomen. • Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij. • Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te zetten en eruit te halen. • Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol, benzine enz.) in de buurt van het apparaat als het in gebruik is. • Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste opberglade of in de oven: als de oven plotseling aan zou worden gezet, zou dit materiaal vlam kunnen vatten. • De interne oppervlakken van de lade (indien aanwezig) kunnen warm worden. • Controleer altijd dat de knoppen in de stand • staan als het apparaat niet gebruikt wordt. • Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer te trekken, maar altijd door de stekker direct beet te pakken. • Maak het apparaat niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne mechanismen van het apparaat te repareren. Neem contact op met de Technische Dienst. • Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur. • Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat u het uitschakelt. De resterende warmte wordt aangeduid door een aanwijzer (zie Starten en gebruik). • Houd voorwerpen die kunnen smelten op afstand van de kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of aluminium verpakkingen en folie: als u ze op het nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u zware schade aanrichten. • Richt de handvaten van de pannen altijd naar de binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk tegenaan stoot. • Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het apparaat werkt. • Als het fornuis op een voetstuk wordt geplaatst moet u er voor zorgen dat het er niet af kan schuiven. • Voor het gebruik dient u de kookplaat uit te schakelen door middel van het bedieningsmechanisme en niet uitsluitend te vertrouwen op de pannensensor. • Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. • Mededeling voor dragers van een pacemaker of een ander actief ingeplant medisch apparaat: De kookplaat voldoet aan alle geldende normen betreffende elektromagnetische storing. Dit product is aldus in volkomen overeenstemming met de voorschriften van de wet (richtlijn 89/336/ EEG). Het ontwerp is zodanig gepland dat het geen storingen veroorzaakt bij andere elektrische apparaten die worden gebruikt, mits ook dezen voldoen aan bovengenoemde normen. De inductieplaat creëert elektromagnetische velden op korte afstand. Teneinde ieder risico van storing tussen de kookplaat en de pacemaker te vermijden moet deze laatste ook voldoen aan de geldende normen. Wat dat betreft kunnen wij slechts de conformiteit 35 van ons eigen product garanderen. Voor informatie omtrent conformiteit of eventuele problemen verzoeken wij u zich tot uw behandelende arts te wenden of tot de fabrikant van de pacemaker. Afvalverwijdering • Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen, zodat het verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden. • De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging van Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool op het product van de “afvalcontainer met een kruis erdoor” herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden ingezameld. Consumenten moeten contact opnemen met de locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van vernietiging van hun oude apparaat. Energiebesparing en milieubehoud • Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat de elektriciteitscentrales minder worden belast tijdens het ‘spitsuur’. De optie waarmee u programma’s voorprogrammeert, in het bijzonder de “uitgestelde kooktijd” (zie Programma’s) en de “verlate automatische reiniging” (zie Onderhoud en verzorging), kunnen u hierbij helpen. • Houd bij de functies BARBECUE en GRATINEREN altijd de ovendeur dicht: u bereikt betere kookresultaten en een aanzienlijke energiebesparing (circa 10%). • Houd de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen. ! Dit product voldoet aan de eisen die gesteld worden door de nieuwe Europese Richtlijn voor energiebesparing voor apparaten in de standby-stand. OVEN Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden uitgevoerd, gaat het apparaat automatisch in de standy-stand. De standby-stand wordt weergegeven middels het „klokpictogram” op een lage verlichtingssterkte. Wanneer weer een handeling aan het apparaat wordt uitgevoerd, gaat het systeem onmiddellijk weer over in de operationele stand. 36 COOKPLAAT Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden uitgevoerd gaat het apparaat, na het uitgaan van de waarschuwingslampjes voor restwarmte en voor de ventilator (indien aanwezig), automatisch in de “off mode”. Door op de ON/OFF toets te drukken, keert het apparaat weer terug in de operationele stand. NL Onderhoud en verzorging NL De elektrische stroom afsluiten Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. Reinigen van het apparaat ! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. • Reinig het glas van de deur met een spons en niet schurende producten. Droog met een zachte doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou kunnen barsten. • De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met een spons en een sopje worden afgenomen. Als de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik geen schuurmiddelen of bijtende producten. • De binnenkant van de oven kunt u het beste direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is. Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog met een zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen. • De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser). • Het bedieningspaneel moet worden gereinigd met een niet schurende spons of een zachte doek. • Roestvrij staal kan vlekken vertonen als er langere tijd kalkhoudend water of fosforhoudende schoonmaakmiddelen op hebben gelegen. We raden u dus aan alles goed af te spoelen en te drogen. Het controleren van de afdichtingen van de oven Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen rondom de ovendeur. In het geval de afdichting beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd. Vervangen van het ovenlampje Voor het vervangen van het ovenlampje: Holte 1. Verwijder het glazen lampenkapje met Afdichting behulp van een schroevendraaier. Deksel 2. Schroef het lampje los en vervang het met eenzelfde soort lampje: vermogen 15 W, fitting E 14. Lamp Zet het deksel weer op zijn plaats en let erop dat de afdichting goed is bevestigd (zie afbeelding). ! Gebruik de ovenlamp nooit om een vertrek te verlichten. Het reinigen van de glaskeramische kookplaat ! Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende middelen, zoals vlekkenmiddelen en roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het oppervlak onherstelbaar krassen. • Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met een vochtige spons reinigen en afdrogen met keukenpapier. • Als de plaat erg vuil is moet hij worden schoongemaakt met een speciaal middel voor keramiekplaten. Daarna moet u hem afspoelen en afdrogen. • Voor het verwijderen van hardnekkig vuil kunt u een hiervoor bestemd schrapertje gebruiken. Doe dit zo snel mogelijk zonder te wachten tot het apparaat koud is geworden, om het hard worden van de resten te vermijden Uitstekende resultaten kunnen ook worden bereikt met een speciaal roestvrij staalwolsponsje voor keramiekplaten in een sopje gedoopt. • Als er op de kookplaat onverhoopt voorwerpen of plastic materiaal of suiker zouden smelten, moet u ze onmiddellijk met het schrapertje verwijderen zolang het oppervlak nog warm is. • Als de plaat is schoongemaakt, kan hij worden behandeld met een speciaal product voor onderhoud en bescherming: het onzichtbare laagje dat dit product achterlaat beschermt de plaat in het geval er iets overkookt. Dit soort handelingen moeten worden uitgevoerd als de plaat lauw of koud is. • Vergeet niet de kookplaat altijd met schoon water af te spoelen en goed af te drogen: restjes schoonmaakmiddel kunnen de volgende keer dat u kookt aankoeken. Speciale producten voor het Waar het te reinigen van keramisch glas krijgen is Radeermesje of scheermesje Hobby-shop en Ijzerhandel Stahl-Fix SWISSCLEANER WK TOP Andere producten voor keramisch glas Huishoudwinkel Doe-het-zelf winkel Ijzerhandel Supermarkt * Slechts op enkele modellen aanwezig. 37 Demonteren en weer monteren van de ovendeur 5.Verwijder de glazen plaat en reinig de plaat zoals aangegeven in het hoofdstuk: "Onderhoud en verzorging". 1.Open de deur 2.Laat de haken van de scharnieren van de ovendeur helemaal naar achter draaien (zie foto) 6.Plaats de glazen plaat weer terug. WAARSCHUWING! Oven mag niet worden bediend met innerlijke glazen deur verwijderd! 3. Sluit de deur tot de uiterste stand van de haak (de deur blijft ongeveer 40° geopend) (zie foto) 40 ° WAARSCHUWING! Bij de montage van de binnendeur glas plaatst u de glazen paneel correct zodat de waarschuwing geschreven op het paneel wordt niet teruggenomen enkan gemakkelijk leesbaar zijn. 7.Plaats het profiel weer terug: wanneer het onderdeel juist geplaatst is hoort u een klikgeluid. 8.Open de deur volledig. 9.Sluit de haakbouten weer (zie foto) 4.Druk op de twee knoppen op het bovenste profiel en neem het profiel uit (zie foto) da fare 10.Nu kan de deur volledig gesloten worden en de oven voor normaal gebruik gestart worden. Servicedienst Belangrijk: Het apparaat is voorzien van een diagnostisch systeem dat eventuele storingen opspoort. Deze kunt u op het display aflezen met berichten zoals: “F” gevolgd door enkele nummers. In dit geval moet u de technische dienst inschakelen.  Wendt u nooit tot niet erkende monteurs. Dit dient u door te geven: • Het soort storing; • Het model apparaat (Mod.) • Het serienummer (S/N) Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat. 38
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

Indesit I6I6C6A(W)/FR Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor