NL36
Uitschakeling kookzones
Selecteer de kookzone die u uit wilt schakelen. Door op de betreffende toets te drukken (het puntje van het vermogensniveau wordt rechtsonder op het display
weergegeven).
Druk op de toets “-” tot het niveau “0” is.
Houd de zonekeuzetoets 3 sec. ingedrukt om de zone onmiddellijk uit te schakelen. De kookzone wordt uitgeschakeld en de restwarmte-indicator “H” verschijnt.
Blokkeren van het bedieningspaneel
De functie blokkeert de bedieningen om te voorkomen dat ze per ongeluk worden ingeschakeld. Om de blokkering van het bedieningspaneel te activeren schakelt u de kookplaat
in en houdt u de toets drie seconden ingedrukt. Een geluidssignaal en een lichtindicator onder het symbool van de sleutel geven aan dat de beveiliging geactiveerd is. Het
bedieningspaneel is geblokkeerd, met uitzondering van de uitschakelfunctie. Om de blokkering van de bedieningen uit te schakelen herhaalt u de Instellingsprocedure. Het
lichtpuntje gaat uit en de kookplaat is weer actief.
De aanwezigheid van water, vloeistof die overgekookt is uit de pannen of voorwerpen die op de toets onder het symbool worden gezet, kunnen ertoe leiden dat de
blokkering van het bedieningspaneel onbedoeld in- of uitgeschakeld wordt.
Timer
De timer is een tijdschakelaar die de mogelijkheid biedt om voor alle kookzones een bereidingsduur in te stellen van maximaal 99 minuten
(1 uur en 39 minuten).
Selecteer de kookzone waarvoor u de timer wilt instellen (rechts onder de indicator van het vermogensniveau op het display verschijnt een
lichtpuntje), druk op de knop met het kloksymbool en stel vervolgens de gewenste tijd in met de toetsen “+” en “-” van de timerfunctie (zie de
afbeelding). Enkele seconden nadat de knop voor het laatst is ingedrukt, begint de timer af te tellen (er gaat een lichtpuntje branden naast de
zone waarvoor de timer is ingeschakeld). Wanneer de ingestelde tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en wordt de kookzone automatisch uitgeschakeld.
Om de timer te deactiveren, drukt u op de toets “-” tot het display “0:0” aangeeft of drukt u gedurende 3 sec. op de toets met het kloksymbool.
Om de timer voor een andere zone in te stellen, bovenstaande punten herhalen. Op het display van de timer wordt altijd de tijd van de gekozen zone weergegeven of de kortste tijd.
Om de instelling van de timer te veranderen of om de timer uit te schakelen moet de bijbehorende zonekeuzetoets worden ingedrukt.
Waarschuwingen van het bedieningspaneel
Restwarmte-indicator.
De kookplaat heeft voor iedere kookzone een restwarmte-indicator. Deze indicator signaleert welke kookzones nog warm zijn.
Als op het display wordt weergegeven, is de kookzone nog warm. Als deze signalering voor de zone wordt gegeven is het bijvoorbeeld mogelijk een gerecht
warm te houden of boter te laten smelten
Wanneer de kookzone afkoelt, gaat het display uit.
Indicator ’verkeerde pan of geen pan’.
Als de pan niet geschikt is voor uw inductiekookplaat, verkeerd geplaatst is of niet de juiste afmeting heeft, verschijnt de indicatie “geen pan” op het
display (afbeelding hiernaast). Als er binnen 60 seconden geen pan gedetecteerd wordt, gaat de kookplaat uit.
Speciale functies
Sommige modellen zijn uitgerust met speciale functies:
Snelkookfunctie (booster indien beschikbaar)
Deze functie is slechts op enkele kookzones aanwezig en maakt het mogelijk het vermogen van de plaat optimaal te benutten (bijvoorbeeld om snel water aan de kook
te brengen). Om de functie te activeren, toets “+” indrukken tot op het display “P” verschijnt. Nadat de boosterfunctie 10 minuten gebruikt is, stelt het apparaat de
zone automatisch in op niveau 9 (behalve wanneer de functie Flexi cook wordt gebruikt).
Eco Booster
Selecteer, met de kookplaat ingeschakeld, de kookzone waarin het EcoBoostersymbool is afgebeeld .
Om de functie in of uit te schakelen, drukt u op de toets
Met de EcoBoosterfunctie kan het water aan de kook gebracht worden en, zonder morsen, aan de kook gehouden worden, met een beperking van energieverbruik.
Om deze regeling te optimaliseren en de beste energiebesparing te garanderen, wordt geadviseerd een pan te gebruiken met een bodem met ongeveer dezelfde
doorsnede als de kookzone. De kwaliteit van de gebruikte pan, de aan- of afwezigheid van de deksel of zout, kan van invloed zijn op de prestatie van de functie. 2 tot
3 liter water (bij voorkeur op kamertemperatuur) wordt aanbevolen, en het wordt geadviseerd geen deksel te gebruiken.
Het wordt in ieder geval aanbevolen de kookomstandigheden en de hoeveelheid restwater in de gaten te houden.