32
f) Als het kookvlak niet wordt geïnstalleerd op een
inbouwoven, dan is het noodzakelijk een houten paneel
aan te brengen als isolatie. Dit Moet geplaatst worden op
een minimum afstand van 20 mm van de onderkant van
het kookvlak.
N.B: Als het fornuis boven een ingebouwde oven wordt
geinstalleerd, dan moet men de oven zodanig installeren
dat hij op twee houten lijsten rust; mocht hij op een
doorlopende plank rusten, dan moet deze aan de aschterkant
tenminste 45x560 mm ruimte laten.
560 mm.
45 mm.
In het geval dat het fornuis wordt geinstalleerd boven een
ingebouwde oven zonder geforceerde afkoelingsventilatie,
dan moet men in een luchtingang en uitgang voorzien om
voldoende ventilatie te garanderen.
Aansluiten gas
L
G
R
De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen moet
worden uitgevoerd zoals voorgeschreven door de geldende
normen, en nadat men er zeker van is dat het fornuis is
ingesteld voor het type gas dat men gaat gebruiken. In het
omgekeerde geval (voor België) gaat u te werk zoals
beschreven in de paragraaf “Aanpassing aan verschillende
types gas”. Om het apparaat aan de gasbuizen aan te sluiten
(natuurlijk gas II2E+3+ voor Belgie en I2L voor Nederland),
dient men eerst de verbinder te monteren.”R” (Deze is op
aanvraag verkrijgbaar bij de technische-service-dienst
Ariston) Tevens dient men zijn pakking op de verbinder “G”,die
er uit ziet als een “L” , van de voedings-struktuur te monteren.
De verbinder is gedraad: rond mannelijk 1/2 gas.
De aansluiting voert men uit met behulp van:
- een onbuigbare buis (voor Belgie volgens de normen NBN
D51-003)
- of met een flexibile buis van roestvrij staal die in de muur
zit en voortzet met bedradingsverbinder.
Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een
gaskraantje (voor Belgie A.G.B.) die gemakkelijk draaibaar
dient te zijn. Voor Nederland dient dit gaskraantje aan de
huidige Nationale Normen te voldoen.
Aansluiting met harde buis (koper of staal)
De aansluiting aan het gas moet zodanig worden uitgevoerd
dat het geen enkele druk uitoefent op het apparaat. Op de
voedingsingang van het fornuis zit een L-aansluiting, die
gericht kan worden, met pakking. Als men de aansluiting
moet draaien, dan moet men de pakking vervangen
(bijgeleverd bij het fornuis). De aansluiting van het gas aan
het formuis is gedraad: rond mannelijk 1/2 gas.
Aansluiting met stalen flexibile buis
Verwijder het rubberbuisje, dat zich op het apparaat bevindt.
Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het
apparaat is gedraad: kegelvormig mannelijk 1/2 gas. Gebruik
uitsluitend buizen en pakkingen, die voldoen aan de
voorgeschreven nationale normen. Het in werking stellen van
deze buizen moet zodanig worden uitgevoerd dat de lengte
van de buizen, geheel uitgestrekt, niet meer dan 2000 mm
is. Nadat de aansluiting heeft plaats gevonden moet U
kontroleren dat de metalen slang niet in kontakt is met
beweegbare delen of dat hij knel zit.
Controle van de dichting
Als het apparaat geinstalleerd is moet men de perfekte
luchtdichtheid van de aansluitingen kontroleren met zeepsop,
nooit met een vlam.
Elektrische aansluiting
De fornuizen met een drie-polige voedingskabel zijn ingesteld
op het gebruik van wisselstroom met een
verzorgingsspanning en frequentie zoals aangegeven op het
typeplaatje (aan de onderkant van het apparaat). De geel/
groene draad is voor het aarden. In het geval van installeren
boven een ingebouwde oven, moet de elektrische aansluiting
van het apparaat en van de oven apart worden uitgevoerd,
zowel voor veiligheidsredenen als om het eventueel uittrekken
van de oven mogelijk te maken.
Het aansluiten aan het net
Monteer een stekker die genormaliseerd is voor de lading
aangegeven op het typeplaatje; bij direkte aansluiting aan
het net moet men een veel-polige schakelaar aanbrengen
tussen het net en het fornuis met een minimum afstand van
3 mm tussen de kontaktpunten, die is aangepast aan de
lading en aan de geldende normen (de draad voor het aarden
mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig geplaatst worden dat hij
nergens een temperatuur bereikt van meer dan 50°C. Voor
het aansluiten kontroleert men dat:
• de zekering en het net de lading van het apparaat kunnen
verdragen (zie typeplaatje);
• het net op efficiënte wijze is geaard volgens de normen
en voor-schriften van de wet;e e le disposizioni di legge;
• het stopkontakt of de schakelaar gemakkelijk bereikbaar
zijn.
N.B: gebruik geen adaptors, dubbelstekkers of dergelijke,
aangezien deze oververhitting en branden kunnen