Bauknecht BLVD 6250/IN Gebruikershandleiding

Categorie
Magnetrons
Type
Gebruikershandleiding
Manuel d’utilisation et d’entretien
Handleiding voor gebruik en onderhoud
Manual del Usuario y de Mantenimiento
Manuale d’uso e manutenzione
IT
BLVD 6250
NL16
UW VEILIGHEID EN DIE VAN ANDEREN IS ERG BELANGRIJK
Deze handleiding en het apparaat zelf zijn voorzien van belangrijke veiligheidsaanwijzigen, die te allen
tijde moeten worden gelezen en opgevolgd.
Alle veiligheidswaarschuwingen geven specifieke details van het mogelijke
risico dat aanwezig is en geven aan hoe het risico op letsel, schade en elektrische
schokken voortvloeiend uit het onjuiste gebruik van het apparaat beperkt kan
worden. Houd u strikt aan de volgende instructies:
- Koppel het apparaat los van het elektriciteitsnet alvorens
installatiewerkzaamheden te verrichten.
- Installatie en onderhoud moeten worden uitgevoerd door een
gespecialiseerd monteur, volgens de instructies van de fabrikant en in
overeenstemming met de plaatselijke veiligheidsvoorschriften. Geen enkel
deel van het apparaat mag gerepareerd of vervangen worden, tenzij dit
specifiek in de gebruikshandleiding is beschreven.
- De voedingskabel moet door een gespecialiseerd elektricien worden
vervangen. Wend u tot erkende servicecentra.
- De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht
- De voedingskabel moet lang genoeg zijn om het apparaat na plaatsing in
zijn behuizing op het stopcontact aan te sluiten.
- Om de installatie conform de geldende veiligheidsnormen te laten zijn is er
een meerpolige schakelaar nodig met een minimum afstand van 3 mm
tussen de contacten
- Gebruik voor de aansluiting geen meervoudige contactdozen of
verlengsnoeren.
- Trek niet aan de voedingskabel om de stekker uit het stopcontact te halen.
- De elektrische onderdelen mogen na de installatie niet toegankelijk zijn
voor de gebruiker.
- Raak het apparaat niet aan met natte lichaamsdelen en gebruik het niet op
blote voeten.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Dit is het waarschuwingssymbool waarmee mogelijke risico’s voor de gebruiker en voor anderen
worden aangegeven.
Alle veiligheidsberichten worden voorafgegaan door het waarschuwingssymbool en door de
volgende termen:
GEVAAR
Geeft een gevaarlijke situatie aan, die ernstig letsel veroorzaakt als deze
niet wordt vermeden.
WAARSCHUWING
Geeft een gevaarlijke situatie aan, die ernstig letsel zou kunnen
veroorzaken als deze niet wordt vermeden.
NL17
- Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor het gebruik als huishoudelijk
apparaat voor het bereiden van voedsel. Elk ander gebruik is verboden (bijv.
verwarming van de omgeving). De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor schade die het gevolg is van oneigenlijk gebruik of een foute
instelling van de bedieningsknoppen.
- Dit apparaat mag gebruikt worden door kinderen van 8 jaar of ouder en
door personen met lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke beperkingen of
met onvoldoende ervaring en kennis, mits ze onder toezicht staan of hen is
geleerd hoe het apparaat veilig moet worden gebruikt en ze zich bewust
zijn van de mogelijke gevaren. Kinderen mogen niet met het apparaat
spelen. De reiniging en het onderhoud mogen niet door kinderen worden
uitgevoerd, tenzij ze onder toezicht van volwassenen staan.
- De toegankelijke onderdelen van het apparaat kunnen zeer heet worden
tijdens het gebruik. Houd kinderen uit de buurt van het apparaat en zorg
dat ze er niet mee spelen.
- Het apparaat en zijn toegankelijke onderdelen worden warm tijdens het
gebruik. Let erop de verwarmende elementen niet aan te raken. Kinderen
jonger dan 8 jaar moeten uit de buurt van het apparaat worden gehouden,
tenzij ze altijd onder toezicht staan.
- Raak de verwarmingselementen of de binnenkant van het apparaat tijdens
en na het gebruik niet aan om brandwonden te voorkomen. Zorg dat het
apparaat niet in contact komt met kleding of ander brandbaar materiaal
zolang de onderdelen niet voldoende afgekoeld zijn.
- Open de deur van het apparaat na afloop van de bereiding voorzichtig, en
laat de warme lucht of de damp geleidelijk ontsnappen voordat u het
gerecht uit de oven haalt. Wanneer de deur van het apparaat gesloten is,
komt er warme lucht uit de opening boven het bedieningspaneel. Blokkeer
de ventilatieopeningen nooit.
- Gebruik ovenhandschoenen om schalen en accessoires uit de oven te halen,
en let erop dat u de verwarmingselementen niet aanraakt.
- Plaats geen brandbaar materiaal in het apparaat of in de buurt ervan. Het
apparaat kan dan in brand vliegen als het per ongeluk wordt ingeschakeld.
- Blikken of hermetisch afgesloten houders mogen niet in het apparaat
verwarmd of bereid worden. Door de zich ophopende druk kan het blik
ontploffen en het apparaat beschadigen.
- Gebruik geen schalen of houders van synthetisch materiaal.
- Oververhit vet of oververhitte olie vat gemakkelijk vlam. Houd de bereiding
van gerechten met veel vet of olie in de gaten.
- Laat het apparaat nooit onbewaakt achter tijdens het droogproces van
gerechten.
NL18
- Als er bij de bereiding alcoholische dranken (bijv. rum, cognac, wijn) worden
gebruikt, bedenk dan dat alcohol op hoge temperatuur verdampt. De
alcoholdamp kan vlam vatten wanneer deze in contact komt met het
elektrische verwarmingselement.
- Gebruik nooit stoomreinigers.
- Raak de oven niet aan tijdens de pyrolysecyclus. Kinderen moeten tijdens
de pyrolysecyclus uit de buurt van de oven worden gehouden (alleen voor
ovens met pyrolysefunctie).
- Gebruik alleen de standaard bijgeleverde of de voor deze oven aanbevolen
temperatuurvoeler.
- Gebruik geen agressieve schuurmiddelen of scherpe metalen
keukengereedschappen om het glas van de ovendeur schoon te maken,
omdat ze krassen in het oppervlak kunnen maken en het glas kunnen doen
breken.
- Controleer of het apparaat uitgeschakeld is, voordat u het lampje vervangt
om elektrische schokken te voorkomen.
Afvalverwerking van huishoudelijke apparaten
- Dit product is vervaardigd van materiaal dat gerecycled of opnieuw gebruikt kan worden. Afdanken
moet plaatsvinden in overeenstemming met de plaatselijke milieuvoorschriften voor
afvalverwerking. Voordat u het apparaat afdankt moet de voedingskabel worden afgesneden, zodat
het apparaat onbruikbaar wordt.
- Voor meer informatie over behandeling, terugwinning en recycling van huishoudelijke apparaten
kunt u contact opnemen met uw plaatselijke instantie, de vuilnisophaaldienst of de winkel waar u dit
product hebt gekocht.
Controleer na het uitpakken van de oven of het apparaat tijdens het transport geen beschadigingen heeft
opgelopen en of de ovendeur goed sluit. Neem in geval van twijfel contact op met uw leverancier of de
klantenservice. Om eventuele schade te voorkomen wordt geadviseerd om de oven pas voor de installatie
van de piepschuim bodem te halen.
VOORBEREIDING VAN HET MEUBEL VOOR INBOUW
De keukenkastjes naast de oven moeten tegen hitte bestand zijn (min. 90°C).
Voer eerst alle zaagwerkzaamheden uit voordat u de oven plaatst, en verwijder nauwgezet alle
spaanders en zaagresten.
Het onderste gedeelte van de oven mag niet meer toegankelijk zijn na de installatie.
Voor een correcte functionering van het product mag de minimale opening tussen het werkblad en
de bovenkant van de oven niet geblokkeerd worden.
AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET
Controleer of de elektrische spanning die aangegeven staat op het typeplaatje van het product
overeenkomt met de voedingsspanning van uw woning. Het typeplaatje bevindt zich op de voorrand van
de oven (zichtbaar wanneer de ovendeur openstaat).
Eventuele vervangingen van de voedingskabel (type H05 RR-F 3 x 1,5 mm
2
) mogen uitsluitend
worden uitgevoerd door erkende technici. Wend u tot erkende servicecentra.
ALGEMENE AANBEVELINGEN
Voor het gebruik:
- Verwijder de kartonnen beschermingen, transparante folie en stickers van de accessoires.
- Haal de accessoires uit de oven en verwarm hem ongeveer een uur lang op 200°C om de geur van het
isolatiemateriaal en de beschermende vetlaag te verwijderen.
INSTALLATIE
NL19
Tijdens het gebruik:
- Leg geen zware voorwerpen op de deur, omdat deze de deur kunnen beschadigen.
- Steun niet op de deur en hang geen voorwerpen aan de handgreep.
- Bedek de binnenkant van de oven niet met aluminiumfolie.
- Giet geen water in de warme oven; de lak kan beschadigd raken.
- Schuif niet met pannen of schalen over de bodem van de oven, omdat dit krassen op de lak kan
geven.
- Zorg ervoor dat de elektrische kabels van andere apparatuur niet in contact komen met hete
onderdelen van de oven en niet vast komen te zitten tussen de ovendeur.
- Stel de oven niet bloot aan weersinvloeden.
Verwerking van de verpakking
De verpakking kan volledig gerecycled worden, zoals wordt aangegeven door het symbool ( ). De
verschillende onderdelen van de verpakking mogen niet terechtkomen in het milieu, maar moeten als
afval verwerkt worden volgens de plaatselijke voorschriften.
Afvalverwerking van het product
- Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake
Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparatuur (AEEA).
- Door ervoor te zorgen dat dit product op de juiste wijze als afval wordt verwerkt, helpt u mogelijke
schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te voorkomen.
- Het symbool op het product of op de begeleidende documentatie bij het product geeft aan dat dit
apparaat niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden, maar naar een speciaal verzamelpunt
voor recycling van elektrische en elektronische apparaten moet worden gebracht.
Energiebesparing
- Verwarm de oven alleen voor als dit speciaal wordt vermeld in de bereidingstabel of in het recept.
- Gebruik donkere, zwart gelakte of geëmailleerde bakvormen, omdat deze de warme beter opnemen.
- Schakel de oven 10/15 minuten voor het einde van de ingestelde bereidingstijd uit. Gerechten die lang
in de oven moeten staan, blijven dan nog doorgaren.
- Dit apparaat is bedoeld om in aanraking te komen met voedingsmiddelen en is in overeenstemming
met de Europese richtlijn ( ) n. 1935/2004 en is ontworpen, vervaardigd en op de markt gebracht in
overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften van de “Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG
(die 73/23/EEG en daaropvolgende amendementen vervangt), de beschermingsvoorschriften van de
“EMC”-richtlijn 2004/108/EG.
Oven verwarmt niet:
Controleer of het elektriciteitsnet spanning heeft en of de oven is aangesloten.
Zet de oven uit en weer aan, om te controleren of het probleem verdwenen is.
MILIEUTIPS
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
OPSPOREN VAN STORINGEN
NL20
Voordat u contact opneemt met de Klantenservice:
1. Controleer of het niet mogelijk is het probleem zelf op te lossen aan de hand van punten die
beschreven worden in “Het opsporen van storingen.
2. Het apparaat aan- en uitzetten om te controleren of het probleem is opgelost.
Als na het uitvoeren van deze controles de storing nog steeds aanwezig is, contact opnemen met de
dichtstbijzijnde Klantenservice.
Vermeld altijd:
de aard van de storing;
het type en het exacte model van de oven;
het servicenummer (dat is het nummer na het woord Service op het typeplaatje) op de rechter binnenrand van
de ovenruimte (zichtbaar als de deur open is). Het servicenummer bevindt zich ook op het garantieboekje;
uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Wend u, in het geval dat reparatie noodzakelijk is, tot een erkende klantenservice (alleen dan heeft u
zekerheid dat originele vervangingsonderdelen worden gebruikt en de reparatie correct wordt uitgevoerd).
Buitenkant van de oven
BELANGRIJK: gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen. Als een dergelijk product per
ongeluk in contact komt met het apparaat, verwijder het dan onmiddellijk met een vochtig doekje.
Reinig de oppervlakken met een vochtig doekje. Als de buitenkant zeer vuil is, voeg dan een paar
druppels afwasmiddel toe aan het water. Afdrogen met een droge doek.
Binnenkant van de oven
BELANGRIJK: gebruik geen schuursponsjes, sponsjes van staalwol of metalen schrapers. Hierdoor
kunnen de gelakte oppervlakken en het glas van de deur op den duur beschadigd raken.
Laat de oven na elk gebruik afkoelen en reinig het apparaat bij voorkeur als het nog lauw is om
aangekoekte etensresten (bijv. voedsel met veel suiker) makkelijker te kunnen verwijderen.
Gebruik speciale ovenreinigingsmiddelen en houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant.
Reinig het glas van de deur met een speciaal vloeibaar glasreinigingsmiddel. Om de deur
gemakkelijker te kunnen reinigen kunt u deze verwijderen (zie ONDERHOUD).
Het bovenste verwarmingselement van de grill (zie ONDERHOUD) kan omlaag worden gezet (alleen
bij bepaalde modellen) om de bovenkant van de ovenruimte te kunnen reinigen.
OPMERKING: tijdens het langdurig bakken van gerechten die veel water bevatten (bijv. pizza,
groenten etc.) kan er condens worden gevormd op de deur en op de afdichting. Neem de condens
af met een doek of een spons als de oven afgekoeld is.
Accessoires:
Laat de accessoires na gebruik weken in water met afwasmiddel. Pak ze vast met handschoenen als
ze nog heet zijn.
Voedselresten kunnen met een afwasborstel of met een sponsje worden verwijderd.
Reiniging van de achterwand en de katalytische zijpanelen (indien aanwezig):
BELANGRIJK: gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen, ruwe borstels,
pannensponsjes of ovensprays die het katalytische oppervlak zouden kunnen beschadigen,
waardoor dit zijn zelfreinigende eigenschappen verliest.
Laat de oven ongeveer een uur leeg werken op een temperatuur van 200°C, met de heteluchtfunctie.
Laat het apparaat afkoelen en gebruik een spons om eventuele etensresten te verwijderen.
KLANTENSERVICE
REINIGING
WAARSCHUWING
- Gebruik geen stoomreinigers.
- Maak het apparaat schoon als het afgekoeld is.
- Koppel het apparaat los van het elektriciteitsnet.
NL21
VERWIJDEREN VAN DE DEUR
De deur verwijderen:
1. Open de deur helemaal.
2. Til de twee vergrendelingen van de scharnieren omhoog en naar voren tot ze niet verder kunnen (Fig. 1)
3. Sluit de deur tot de blokkering (A), til hem op (B) en draai hem (C) tot de deur loshaakt (D) (Fig. 2)
De deur weer terugplaatsen:
1. Plaats de scharnieren in de zittingen.
2. Open de deur helemaal.
3. Duw de twee vergrendelingen omlaag.
4. Sluit de deur.
OMLAAGBRENGEN VAN HET BOVENSTE VERWARMINGSELEMENT (ALLEEN BIJ
BEPAALDE MODELLEN)
1. Verwijder de roosters van de accessoiresteunen van de zijkant.
2. Trek voorzichtig Fig. 3 het verwarmingselement naar buiten en breng het naar beneden (Fig. 4).
3. Om het verwarmingselement terug te plaatsen tilt u het op, trekt u het voorzichtig naar u toe en legt
u het op de daarvoor bestemde zittingen aan de zijkant.
ONDERHOUD
WAARSCHUWING
- Draag beschermende handschoenen.
- Voer de aangegeven werkzaamheden uit als het apparaat afgekoeld is.
- Koppel het apparaat los van het elektriciteitsnet.
Fig. 1 Fig. 2
Fig. 3 Fig. 4
NL22
VERVANGEN VAN HET LAMPJE
Vervangen van het lampje aan de achterkant (indien aanwezig):
1. Koppel de oven los van de netvoeding.
2. Draai het beschermkapje los (Fig. 5), vervang het lampje (zie de opmerking voor het type lampje) en
draai het beschermkapje weer vast
3. Sluit de oven weer aan op de netvoeding.
Vervangen van het lampje aan de zijkant (indien aanwezig):
1. Koppel de oven los van het elektriciteitsnet.
2. Verwijder de zijroosters, indien aanwezig.
3. Duw het beschermkapje met een platte schroevendraaier naar buiten en verwijder het.
4. Vervang het lampje (zie de opmerking hieronder voor het type lampje).
5. Zet het beschermkapje weer op zijn plaats en duw het tegen de wand om het op de juiste manier
vast te laten haken.
6. Monteer de roosters van de accessoiresteunen weer op de zijkant.
7. Sluit de oven weer aan op de netvoeding.
OPMERKING:
- Gebruik alleen gloeilampen van 25-40W/230V type E-14, T300°C, of halogeenlampen van
20-40W/230 V type G9, T300°C.
- De lampjes zijn verkrijgbaar bij de Klantenservice.
BELANGRIJK:
- Raak halogeenlampjes niet met blote handen aan om te voorkomen dat ze beschadigd worden
door uw vingerafdrukken.
- Gebruik de oven niet voordat het beschermkapje is teruggeplaatst.
Fig. 5 Fig. 6 Fig. 7 Fig. 8
NL23
RAADPLEEG VOOR DE ELEKTRISCHE AANSLUITING HET HOOFDSTUK OVER DE INSTALLATIE
1. Bedieningspaneel
2. Bovenste verwarmingselement/grill
3. Koelventilator (niet zichtbaar)
4. Typeplaatje (verwijder dit nooit)
5. Ovenlampje
6. Ventilator
7. Draaispit (indien bijgeleverd)
8. Onderste verwarmingselement (niet zichtbaar)
9. Deur
10. Positie van de roosters (de steunhoogte staat aangegeven op de voorkant van de oven)
11. Schot
OPMERKING:
- Tijdens de bereiding kan de koelventilator afwisselend ingeschakeld worden om het energieverbruik
te verminderen.
- Na afloop van de bereiding, nadat de oven is uitgeschakeld, kan de koelventilator nog een tijdje
blijven werken.
- Als de deur wordt geopend tijdens de bereiding worden de verwarmingselementen uitgeschakeld.
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES
A. ROOSTER (1): kan gebruikt worden om voedsel op te grillen of als draagrooster voor pannen, bak- en
cakevormen en ovenvaste schalen.
B. BAKPLAAT (1): kan gebruikt worden voor het bereiden van brood of gebak, maar ook voor gegrild
vlees, vis in folie, enz.
C. SCHUIFRAILS: om het plaatsen en verwijderen van de accessoires te vergemakkelijken.
NIET-BIJGELEVERDE ACCESSOIRES
Bij de klantenservice kunt u andere accessoires aanschaffen.
INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK VAN DE OVEN
Fig. A Fig. B Fig. C
NL24
PLAATSEN VAN DE ROOSTERS EN ANDERE ACCESSOIRES IN DE OVEN
Het rooster en de andere accessoires zijn voorzien van een blokkeersysteem, zodat ze niet per ongeluk naar
buiten kunnen worden getrokken.
1. Schuif het rooster horizontaal in de oven, met het verhoogde gedeelte “A” omhoog gericht (Fig. 1).
2. Houd het rooster schuin op de blokkeerpositie “B” (Fig. 2).
3. Houd het rooster weer horizontaal en duw tot het helemaal in de oven zit “C” (Fig. 3).
4. Ga in omgekeerde volgorde te werk om het rooster uit de oven te halen.
Het plaatsen van de andere accessoires, zoals de opvangbak en de bakplaat, gebeurt op precies dezelfde
manier. Het uitstekende gedeelte op de bak en de plaat zorgt voor de blokkering.
BESCHRIJVING BEDIENINGSPANEEL
1. FUNCTIEKNOP: in-/uitschakelen en selecteren van functies
2. THERMOSTAATKNOP: keuze van de temperatuur
OPMERKING:de knoppen zijn verzonken. Druk op het midden van de knop om ze uit hun zitting
te laten komen.
3. ELEKTRONISCHE PROGRAMMEERFUNCTIE
4. THERMOSTAATLAMPJE
WERKING VAN DE OVEN
Draai de functieknop op de gewenste functie.
Het ovenlampje gaat branden.
Draai de thermostaatknop naar rechts op de gewenste temperatuur.
Het thermostaatlampje gaat branden en gaat uit als de geselecteerde temperatuur bereikt is.
Draai de knoppen aan het einde van de bereidingstijd op “0”.
Fig. 1
Fig. 2 Fig. 3
1 3 24
NL25
GEBRUIK VAN DE ELEKTRONISCHE PROGRAMMEERFUNCTIE
Beschrijving functies
Detail display
De oven inschakelen
Nadat de oven voor het eerst is aangesloten op het elektriciteitsnet of na een stroomuitval verschijnt er
” op het display.
De klok instellen en wijzigen
1. Druk op de toets “ok”. Op het display knippert de dagtijd.
2. Druk op de toets “-” of “+” om het uur in te stellen.
3. Druk op “ok” en “-” of “+” om de minuten in te stellen.
4. Druk op de toets “ok” om te bevestigen.
Wijzigen van de tijd
Houd de toets “ok” 2 sec. ingedrukt tot het uur op het display knippert. Herhaal de bovenstaande
handelingen.
De bereidingsfunctie instellen
1. Draai de knop 1 op de gewenste functie.
2. Draai de knop 5 om de temperatuur in te stellen.
3. Bevestig door op de toets “ok” te drukken; de oven treedt in werking. Het indicatielampje bij
gaat uit zodra de ingestelde temperatuur bereikt is.
De temperatuur wijzigen
1. Draai de knop 5 en stel de nieuwe gewenste temperatuur in.
Waarschuwing: Om een willekeurige instelling te annuleren draait u de knop 1 op “0”. Anders drukt u op
“ok” om de oven uit te schakelen en de eerder ingestelde functies te behouden.
De bereidingsduur instellen
Stel de bereidingsduur in (beschikbaar voor alle functies, behalve van de speciale functies) om de oven
voor een bepaalde tijdsduur te starten. Aan het eind van de ingestelde tijd gaat de oven automatisch uit.
De bereidingsduur kan maximaal worden geprogrammeerd op 6 uur.
1. Stel de functie en de temperatuur in (zie het hoofdstuk: “De bereidingsfunctie instellen”) tot aan punt
2 zonder te bevestigen met de toets “ok”.
2. Druk op de toets “set” (het indicatielampje op het display naast het symbool van de bereidingstijd
gaat branden) en kies binnen 8 minuten de gewenste bereidingsduur met de toetsen “-” of “+”.
3. Bevestig door op de toets “ok” te drukken; de oven treedt in werking en op het display verschijnt de
tijd die nog resteert tot het einde van de bereiding.
4. Om de eerder ingestelde temperatuur te wijzigen draait u de knop 5.
Na 5 seconden verschijnt de resterende tijd weer.
1. Functieknop
2. Programmeertoets: (“set”)
3. Bevestigingstoets (“ok”)
4. Wijzigingstoetsen tijdswaarden (“-” e “+”)
5. Temperatuurknop
A. Kookwekker
B. Toetsenblokkering (key-lock)
C. Temperatuurlampje
D. Bereidingsduur
E. Tijdstip einde bereiding
1 2 3 4 5
A
C
D
B
E
NL26
Op het display verschijnt
Bij het verstrijken van de eerder ingestelde tijd verschijnt op het display en klinkt er een
geluidssignaal.
De oven gaat automatisch uit.
De bereidingsduur kan met de toetsen “-” en “+” worden gewijzigd. Ga naar punt 3 van hoofdstuk “De
bereidingsduur instellen”.
1. Draai knop 1 op “0”.
Op het display verschijnt weer de tijd van de dag.
Om de bereidingsduur te verlengen gebruikt u de toets “-” of “+”.
Programmeren van het einde van de bereidingstijd
Hiermee kan van te voren het tijdstip voor het einde van de bereiding worden ingesteld. De tijd kan
maximaal worden geprogrammeerd op 23 uur en 59 minuten.
1. Volg de punten 1 en 2 van hoofdstuk “De bereidingsduur instellen.
2. Druk op de toets “set” om het tijdstip van het einde van de bereidingsduur in te stellen: het
indicatielampje bij het symbool gaat branden.
3. Stel het tijdstip van het einde van de bereidingsduur in met toetsen “- en “+”.
4. Druk op “ok” om het tijdstip voor het einde van de bereiding in te stellen.
De oven begint automatisch te werken op het tijdstip van het einde van de bereiding min de
bereidingsduur: op het display gaan de indicatielampjes boven de symbolen branden.
Kookwekker
De kookwekker kan alleen worden gebruikt als de oven uitgeschakeld is, en er kan een tijd van maximaal
6 uur op worden ingesteld.
Instellen van de kookwekker:
1. Houd de knop 1 op “0”. Op het display verschijnt de tijd van de dag.
2. Druk op de toets “set. Het indicatielampje bij het symbool gaat branden.
Bedien de toetsen “-” of “+” om de gewenste tijd in te stellen.
3. Druk op de toets “ok” om te bevestigen.
Bij het verstrijken van de ingestelde tijd:
klinkt er een geluidssignaal en knippert op het display.
Druk op de toets “ok”: het geluidssignaal wordt onderbroken. Op het display verschijnt weer de tijd van de
dag.
Toetsenblokkering (key-lock)
Met deze functie kunt u de toetsen van de programmeerfunctie en de knoppen van de oven blokkeren.
1. Om de functie in te schakelen zet u de knoppen 1 en 5 op “0”, druk tegelijkertijd 3 sec. op de toetsen
“ok en “-”. Het indicatielampje gaat branden bij het symbool .
2. Na inschakeling kan er geen enkele ovenfunctie worden gebruikt.
3. Herhaal de handelingen onder punt 1 om de blokkering weer uit te schakelen.
NL27
TABEL OVENFUNCTIES
FUNCTIEKNOP
OFF Om de bereiding te onderbreken en de oven uit te schakelen.
LAMP Om het lampje in de oven in/uit te schakelen.
CONVENTIONEEL
Voor het bereiden van gerechten op één steunhoogte. Gebruik de tweede
steunhoogte. Verwarm de oven voor op de gewenste temperatuur. Als het
thermostaatlampje uitgaat, kan het gerecht in de oven worden gezet.
TURBO HETE
LUCHT
Voor het bereiden van vlees en taarten met een vloeibare vulling (hartig of
zoet) op één steunhoogte en pizzas op één of twee steunhoogtes. Met deze
functie worden de korst en de bodem gelijkmatig goudbruin en krokant. Bij
bereiding op twee steunhoogtes wordt geadviseerd om de gerechten
halverwege de bereiding van plaats te verwisselen voor een gelijkmatiger
resultaat. Geadviseerd wordt om het tweede niveau te gebruiken voor
bereidingen op één steunhoogte. Gebruik het eerste en derde niveau voor
bereidingen op twee bakplaten. De oven voorverwarmen op de gewenste
temperatuur en het gerecht in de oven plaatsen zodra wordt aangegeven dat
de ingestelde temperatuur is bereikt.
GRILL
Voor het grillen van karbonades, spiezen, worstjes, het gratineren van
groente of het roosteren van brood. Zet het gerecht op de vierde
steunhoogte. Voor het grillen van vlees wordt geadviseerd de opvangbak te
gebruiken om het braadvet op te vangen. Plaats de opvangbak op de derde
steunhoogte en giet er ongeveer een halve liter water in. Verwarm de oven 3-
5minuten voor. Tijdens de bereiding moet de ovendeur dicht blijven.
TURBO GRILL
Voor het grillen van grote stukken vlees (lamsbouten, rosbief, hele kip). Zet het
vlees op de middelste steunhoogtes. Geadviseerd wordt de opvangbak te
gebruiken om het braadvet op te vangen. Plaats de opvangbak op de eerste of
tweede steunhoogte en giet er ongeveer een halve liter water in. Aanbevolen
wordt om het vlees tijdens de bereiding om te keren om een gelijkmatige
bruining aan beide kanten te verkrijgen. De oven hoeft niet voorverwarmd te
worden. Tijdens de bereiding moet de deur van de oven dicht blijven.
ONTDOOIEN
Voor het versnellen van het ontdooien van voedsel. Plaats het voedsel op de
middelste steunhoogte. Laat het voedsel in de verpakking zitten zodat het
niet uitdroogt.
TURBOFAN
Voor voedsel met een krokante bodem en een zachte korst. Ideaal voor het
bereiden op één steunhoogte van taarten met een vloeibare vulling zonder
voorgebakken bodem (bv. vlaaien, pruimentaarten, ricottataarten en rijk
belegde pizzas). Plaats het voedsel op de tweede steunhoogte. Verwarm de
oven eerst voor.
Deze functie is ook ideaal voor diepvriesproducten (bv. pizza, patat, strudel,
lasagne). Volg de aanwijzingen op de verpakking.
HETE LUCHT
Voor het gelijktijdig bereiden van verschillende gerechten op maximaal twee
steunhoogtes die dezelfde bereidingstemperatuur hebben (bv. vis, groenten,
gebak). Met deze functie worden er geen geuren van het ene naar het andere
gerecht overgebracht. Geadviseerd wordt om het tweede niveau te
gebruiken voor bereidingen op één steunhoogte. Voor bereidingen op twee
steunhoogtes wordt geadviseerd om de eerste en derde steunhoogte te
gebruiken. Verwarm de oven eerst voor.
ONDERWARMTE +
VENTILATOR
Voor het afbakken van erg vloeibare gerechten en voor een krokante en
goudbruine bodem. Ook handig voor het indikken van sauzen. Plaats het voedsel
op de tweede steunhoogte. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden.
ONDERWARMTE
Voor het bruin bakken van de bodem van het gerecht aan het einde van de
bereiding. Plaats het voedsel op de eerste/tweede steunhoogte. De functie
kan ook worden gebruikt voor langzame bereidingen, zoals gestoofde vlees-
en groentegerechten; gebruik in dit geval de tweede steunhoogte. De oven
hoeft niet voorverwarmd te worden.
NL28
BEREIDINGSTABEL
Recept Functie Voorver-
warmen
Steun-
hoogte
(van onder)
Temp.
(°C)
Tijd
(min)
Accessoires en
opmerkingen
Luchtig gebak
Ja 2 150-175 35-90 Taartvorm op rooster
Ja 1-3 150-170 30-90
Niv. 3: taartvorm op rooster
Niv. 1: taartvorm op rooster
Gevulde taarten
(cheesecake, strudel,
appeltaart)
Ja 2 150-190 30-85
Opvangbak / bakplaat of
taartvorm op rooster
Ja 1-3 150-190 35-90
Niv. 3: taartvorm op rooster
Niv. 1: taartvorm op rooster
Koekjes / taartjes
Ja 2 160-175 20-45 Opvangbak / bakplaat
Ja 1-3 150-175 20-45
Niv. 3: rooster
Niv. 1: opvangbak / bakplaat
Soesjes
Ja 2 175-200 30-40 Opvangbak / bakplaat
Ja 1-3 170-190 35-45
Niv. 3: ovenschaal op rooster
Niv. 1: opvangbak / bakplaat
Meringues
Ja 2 100 110-150 Opvangbak / bakplaat
Ja 1-3 100 130-150
Niv. 3: ovenschaal op rooster
Niv. 1: opvangbak / bakplaat
Brood / pizza / focac-
cia
Ja 2 225-250 12-50 Opvangbak / bakplaat
Ja 1-3 225-250 25-50
Niv. 3: ovenschaal op rooster
Niv. 1: opvangbak / bakplaat
Diepvriespizzas
Ja 2 250 10-15
Niv. 2: opvangbak / bakplaat
of rooster
Ja 1-3 250 10-20
Niv. 3: ovenschaal op rooster
Niv. 1: opvangbak / bakplaat
Hartige taarten
(groentetaart, qui-
che)
Ja 2 175-200 40-50 Taartvorm op rooster
Ja 1-3 175-190 55-65
Niv. 3: taartvorm op rooster
Niv. 1: taartvorm op rooster
Pasteitjes / blader-
deeghapjes
Ja 2 175-200 20-30 Opvangbak / bakplaat
Ja 1-3 175-200 25-45
Niv. 3: ovenschaal op rooster
Niv. 1: opvangbak / bakplaat
Lasagne / pasta uit de
oven / cannelloni /
ovenschotels
Ja 2 200 45-55 Ovenschaal op rooster
Lamsvlees / kalfs-
vlees / rundvlees /
varkensvlees 1kg
Ja 2 200 80-110
Opvangbak of ovenschaal
op rooster
NL29
Kip / konijn / eend
1kg
Ja 2 200 50-100
Opvangbak of ovenschaal
op rooster
Kalkoen / Gans 3kg Ja 1/2 200 80-130
Opvangbak of ovenschaal
op rooster
Vis uit de oven / in
folie (filet, heel)
Ja 2 175-200 40-60
Opvangbak of ovenschaal
op rooster
Gevulde groenten
(tomaten, courget-
tes, aubergines)
Ja 2 175-200 50-60 Ovenschaal op rooster
Geroosterd brood Ja 4 200 3-5 Rooster
Visfilet / moten vis Ja 4 200 20-30
Niv. 3: rooster (draai het
voedsel halverwege de
bereidingstijd om)
Niv. 2: opvangbak met water
Worstjes / spiezen /
spareribs / hambur-
gers
Ja 4 200 30-40
Niv. 4: rooster (draai het
voedsel halverwege de
bereidingstijd om)
Niv. 3: opvangbak met water
Gebraden kip 1 - 1,3
kg
- 2 200 55-70
Niv. 2: rooster (draai het
voedsel indien nodig na
tweederde van de
bereidingstijd om)
Niv. 1: opvangbak met water
Rosbief rosé 1kg - 2 200 35-45
Ovenschaal op rooster
(draai het voedsel indien
nodig na tweederde van de
bereidingstijd om)
Lamsbout / schenkel - 2 200 60-90
Opvangbak of ovenschaal
op rooster (draai het voedsel
indien nodig na tweederde
van de bereidingstijd om)
Aardappelen uit de
oven
- 2 200 45-55
Opvangbak / bakplaat (draai
het voedsel indien nodig na
tweederde van de
bereidingstijd om)
Gegratineerde groen-
ten
- 2 200 20-30 Ovenschaal op rooster
Lasagne en vlees Ja 1-3 200 50-100
Niv. 3: ovenschaal op rooster
Niv. 1: opvangbak of
ovenschaal op rooster
Vlees en aardappelen Ja 1-3 200 45-100
Niv. 3: ovenschaal op rooster
Niv. 1: opvangbak of
ovenschaal op rooster
Vis en groente Ja 1-3 175 30-50
Niv. 3: ovenschaal op rooster
Niv. 1: opvangbak of
ovenschaal op rooster
Recept Functie Voorver-
warmen
Steun-
hoogte
(van onder)
Temp.
(°C)
Tijd
(min)
Accessoires en
opmerkingen
NL30
Lezen van de bereidingstabel
De tabel geeft aan welke functie het best gebruikt kan worden voor een bepaald gerecht, dat op één of
meerdere steunhoogtes tegelijk kan worden bereid. De bereidingstijden gelden vanaf het moment dat het
gerecht in de oven wordt gezet, zonder de voorverwarmingstijd (indien nodig). De temperaturen en de
bereidingstijden zijn indicatief en hangen af van de hoeveelheid voedsel en het type schaal. Gebruik eerst
de laagste aanbevolen waarden. Als de bereiding niet naar wens is, kunt u hogere waarden gebruiken.
Geadviseerd wordt om de bijgeleverde accessoires te gebruiken en indien mogelijk taartvormen of
ovenschalen van donker metaal. U kunt ook pannen of vuurvaste of aardewerk schalen gebruiken; de
bereidingstijden zijn dan iets langer. Volg voor de beste resultaten zorgvuldig de aanwijzingen in de
bereidingstabel met betrekking tot de bijgeleverde schalen en de verschillende steunhoogtes.
Het tegelijkertijd bereiden van verschillende gerechten
Met de functie “TURBO HETE LUCHT” kunt u gelijktijdig verschillende gerechten bereiden (bijvoorbeeld: vis
en groenten) die dezelfde temperatuur vereisen, op verschillende steunhoogtes. Haal de gerechten die
klaar zijn uit de oven en laat de gerechten die meer tijd nodig hebben in de oven staan.
Gebak
- Bak fijn gebak met de statische functie op één niveau. Gebruik taartvormen van zwart metaal en zet
deze altijd op het bijgeleverde rooster. Voor bereiding op meerdere steunhoogtes selecteert u de
functie met ventilatie en zet u de taartvormen in zigzagvorm op de roosters, zodat de lucht goed kan
circuleren.
- Om te controleren of de taart gaar is steekt u een satéprikker in het dikste gedeelte van de taart. Als
de prikker er droog uitkomt, is de taart klaar.
- Als u taartvormen met antiaanbaklaag gebruikt, vet dan niet de randen in, omdat de taart dan
mogelijk niet goed rijst aan de zijkanten.
- Als het gebak “inzakt” tijdens het bakken, gebruik dan de volgende keer een lagere temperatuur,
verminder bijvoorbeeld de hoeveelheid vocht of meng het beslag voorzichtiger.
- Bij taarten met een vochtige vulling (kaastaarten of vruchtentaarten) moet de functie “TURBO HETE
LUCHT” worden gebruikt. Als de bodem van de taart te vochtig blijft, zet de taart dan op een lager
niveau en bestrooi de bodem met paneermeel of verkruimelde koekjes voordat u de vulling erin
schenkt.
Vlees
- U kunt elke soort schaal gebruiken die geschikt is voor de afmetingen van het vlees. Schenk bij
gebraden vlees bij voorkeur wat bouillon in de schaal, waardoor het vlees tijdens de bereiding
vochtig wordt gehouden en meer smaak krijgt. Laat het gebraden vlees na afloop van de bereiding
10-15 min. in de oven rusten, of dek het af met aluminiumfolie.
- Als u stukken vlees wilt grillen, kies dan stukken met een gelijke dikte, zodat het vlees gelijkmatig
gaar wordt. Zeer dikke stukken vlees hebben een langere bereidingstijd. Zet het rooster op een
lagere steunhoogte om te voorkomen dat de korst verbrandt. Draai het vlees om na tweederde van
de bereidingstijd.
Geadviseerd wordt om een opvangbak met een halve liter water direct onder het rooster te plaatsen
waarop u het vlees heeft gelegd, om het bakvet op te vangen. Vul indien nodig bij met water tijdens het
grillen.
Draaispit (alleen bij bepaalde modellen)
Dit accessoire dient voor het gelijkmatig grillen van grote stukken vlees en gevogelte. Steek het vlees aan
het spit. Zet kip vast met keukentouw en controleer of het vlees goed vastzit voordat u het spit in de
houder aan de voorwand van de oven steekt en op de steun legt. Om vorming van dampen te voorkomen
en bakvet op te vangen, adviseren wij om een opvangbak met een halve liter water op de eerste
steunhoogte te plaatsen. Het spit is voorzien van een plastic handvat dat verwijderd moet worden voordat
de bereiding begint. Het handvat dient om het vlees na afloop van de bereiding uit de oven de halen
zonder uw handen te branden.
Pizza
Vet de pizzavorm licht in voor een knapperige bodem. Verdeel na tweederde van de bereidingstijd de
mozzarella over de pizza.
GEBRUIKSADVIEZEN EN -SUGGESTIES

Documenttranscriptie

BLVD 6250 Manuel d’utilisation et d’entretien Handleiding voor gebruik en onderhoud Manual del Usuario y de Mantenimiento IT Manuale d’uso e manutenzione BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES UW VEILIGHEID EN DIE VAN ANDEREN IS ERG BELANGRIJK Deze handleiding en het apparaat zelf zijn voorzien van belangrijke veiligheidsaanwijzigen, die te allen tijde moeten worden gelezen en opgevolgd. Dit is het waarschuwingssymbool waarmee mogelijke risico’s voor de gebruiker en voor anderen worden aangegeven. Alle veiligheidsberichten worden voorafgegaan door het waarschuwingssymbool en door de volgende termen: GEVAAR Geeft een gevaarlijke situatie aan, die ernstig letsel veroorzaakt als deze niet wordt vermeden. WAARSCHUWING Geeft een gevaarlijke situatie aan, die ernstig letsel zou kunnen veroorzaken als deze niet wordt vermeden. Alle veiligheidswaarschuwingen geven specifieke details van het mogelijke risico dat aanwezig is en geven aan hoe het risico op letsel, schade en elektrische schokken voortvloeiend uit het onjuiste gebruik van het apparaat beperkt kan worden. Houd u strikt aan de volgende instructies: - Koppel het apparaat los van het elektriciteitsnet alvorens installatiewerkzaamheden te verrichten. - Installatie en onderhoud moeten worden uitgevoerd door een gespecialiseerd monteur, volgens de instructies van de fabrikant en in overeenstemming met de plaatselijke veiligheidsvoorschriften. Geen enkel deel van het apparaat mag gerepareerd of vervangen worden, tenzij dit specifiek in de gebruikshandleiding is beschreven. - De voedingskabel moet door een gespecialiseerd elektricien worden vervangen. Wend u tot erkende servicecentra. - De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht - De voedingskabel moet lang genoeg zijn om het apparaat na plaatsing in zijn behuizing op het stopcontact aan te sluiten. - Om de installatie conform de geldende veiligheidsnormen te laten zijn is er een meerpolige schakelaar nodig met een minimum afstand van 3 mm tussen de contacten - Gebruik voor de aansluiting geen meervoudige contactdozen of verlengsnoeren. - Trek niet aan de voedingskabel om de stekker uit het stopcontact te halen. - De elektrische onderdelen mogen na de installatie niet toegankelijk zijn voor de gebruiker. - Raak het apparaat niet aan met natte lichaamsdelen en gebruik het niet op blote voeten. NL16 - - - - - - - - Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor het gebruik als huishoudelijk apparaat voor het bereiden van voedsel. Elk ander gebruik is verboden (bijv. verwarming van de omgeving). De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die het gevolg is van oneigenlijk gebruik of een foute instelling van de bedieningsknoppen. Dit apparaat mag gebruikt worden door kinderen van 8 jaar of ouder en door personen met lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke beperkingen of met onvoldoende ervaring en kennis, mits ze onder toezicht staan of hen is geleerd hoe het apparaat veilig moet worden gebruikt en ze zich bewust zijn van de mogelijke gevaren. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. De reiniging en het onderhoud mogen niet door kinderen worden uitgevoerd, tenzij ze onder toezicht van volwassenen staan. De toegankelijke onderdelen van het apparaat kunnen zeer heet worden tijdens het gebruik. Houd kinderen uit de buurt van het apparaat en zorg dat ze er niet mee spelen. Het apparaat en zijn toegankelijke onderdelen worden warm tijdens het gebruik. Let erop de verwarmende elementen niet aan te raken. Kinderen jonger dan 8 jaar moeten uit de buurt van het apparaat worden gehouden, tenzij ze altijd onder toezicht staan. Raak de verwarmingselementen of de binnenkant van het apparaat tijdens en na het gebruik niet aan om brandwonden te voorkomen. Zorg dat het apparaat niet in contact komt met kleding of ander brandbaar materiaal zolang de onderdelen niet voldoende afgekoeld zijn. Open de deur van het apparaat na afloop van de bereiding voorzichtig, en laat de warme lucht of de damp geleidelijk ontsnappen voordat u het gerecht uit de oven haalt. Wanneer de deur van het apparaat gesloten is, komt er warme lucht uit de opening boven het bedieningspaneel. Blokkeer de ventilatieopeningen nooit. Gebruik ovenhandschoenen om schalen en accessoires uit de oven te halen, en let erop dat u de verwarmingselementen niet aanraakt. Plaats geen brandbaar materiaal in het apparaat of in de buurt ervan. Het apparaat kan dan in brand vliegen als het per ongeluk wordt ingeschakeld. Blikken of hermetisch afgesloten houders mogen niet in het apparaat verwarmd of bereid worden. Door de zich ophopende druk kan het blik ontploffen en het apparaat beschadigen. Gebruik geen schalen of houders van synthetisch materiaal. Oververhit vet of oververhitte olie vat gemakkelijk vlam. Houd de bereiding van gerechten met veel vet of olie in de gaten. Laat het apparaat nooit onbewaakt achter tijdens het droogproces van gerechten. NL17 - - - - Als er bij de bereiding alcoholische dranken (bijv. rum, cognac, wijn) worden gebruikt, bedenk dan dat alcohol op hoge temperatuur verdampt. De alcoholdamp kan vlam vatten wanneer deze in contact komt met het elektrische verwarmingselement. Gebruik nooit stoomreinigers. Raak de oven niet aan tijdens de pyrolysecyclus. Kinderen moeten tijdens de pyrolysecyclus uit de buurt van de oven worden gehouden (alleen voor ovens met pyrolysefunctie). Gebruik alleen de standaard bijgeleverde of de voor deze oven aanbevolen temperatuurvoeler. Gebruik geen agressieve schuurmiddelen of scherpe metalen keukengereedschappen om het glas van de ovendeur schoon te maken, omdat ze krassen in het oppervlak kunnen maken en het glas kunnen doen breken. Controleer of het apparaat uitgeschakeld is, voordat u het lampje vervangt om elektrische schokken te voorkomen. Afvalverwerking van huishoudelijke apparaten - - Dit product is vervaardigd van materiaal dat gerecycled of opnieuw gebruikt kan worden. Afdanken moet plaatsvinden in overeenstemming met de plaatselijke milieuvoorschriften voor afvalverwerking. Voordat u het apparaat afdankt moet de voedingskabel worden afgesneden, zodat het apparaat onbruikbaar wordt. Voor meer informatie over behandeling, terugwinning en recycling van huishoudelijke apparaten kunt u contact opnemen met uw plaatselijke instantie, de vuilnisophaaldienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht. INSTALLATIE Controleer na het uitpakken van de oven of het apparaat tijdens het transport geen beschadigingen heeft opgelopen en of de ovendeur goed sluit. Neem in geval van twijfel contact op met uw leverancier of de klantenservice. Om eventuele schade te voorkomen wordt geadviseerd om de oven pas voor de installatie van de piepschuim bodem te halen. VOORBEREIDING VAN HET MEUBEL VOOR INBOUW • • • • De keukenkastjes naast de oven moeten tegen hitte bestand zijn (min. 90°C). Voer eerst alle zaagwerkzaamheden uit voordat u de oven plaatst, en verwijder nauwgezet alle spaanders en zaagresten. Het onderste gedeelte van de oven mag niet meer toegankelijk zijn na de installatie. Voor een correcte functionering van het product mag de minimale opening tussen het werkblad en de bovenkant van de oven niet geblokkeerd worden. AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET Controleer of de elektrische spanning die aangegeven staat op het typeplaatje van het product overeenkomt met de voedingsspanning van uw woning. Het typeplaatje bevindt zich op de voorrand van de oven (zichtbaar wanneer de ovendeur openstaat). • Eventuele vervangingen van de voedingskabel (type H05 RR-F 3 x 1,5 mm2) mogen uitsluitend worden uitgevoerd door erkende technici. Wend u tot erkende servicecentra. ALGEMENE AANBEVELINGEN Voor het gebruik: - Verwijder de kartonnen beschermingen, transparante folie en stickers van de accessoires. Haal de accessoires uit de oven en verwarm hem ongeveer een uur lang op 200°C om de geur van het isolatiemateriaal en de beschermende vetlaag te verwijderen. NL18 Tijdens het gebruik: - Leg geen zware voorwerpen op de deur, omdat deze de deur kunnen beschadigen. Steun niet op de deur en hang geen voorwerpen aan de handgreep. Bedek de binnenkant van de oven niet met aluminiumfolie. Giet geen water in de warme oven; de lak kan beschadigd raken. Schuif niet met pannen of schalen over de bodem van de oven, omdat dit krassen op de lak kan geven. Zorg ervoor dat de elektrische kabels van andere apparatuur niet in contact komen met hete onderdelen van de oven en niet vast komen te zitten tussen de ovendeur. Stel de oven niet bloot aan weersinvloeden. MILIEUTIPS Verwerking van de verpakking De verpakking kan volledig gerecycled worden, zoals wordt aangegeven door het symbool ( ). De verschillende onderdelen van de verpakking mogen niet terechtkomen in het milieu, maar moeten als afval verwerkt worden volgens de plaatselijke voorschriften. Afvalverwerking van het product - Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparatuur (AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit product op de juiste wijze als afval wordt verwerkt, helpt u mogelijke schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te voorkomen. Het symbool op het product of op de begeleidende documentatie bij het product geeft aan dat dit apparaat niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden, maar naar een speciaal verzamelpunt voor recycling van elektrische en elektronische apparaten moet worden gebracht. Energiebesparing - Verwarm de oven alleen voor als dit speciaal wordt vermeld in de bereidingstabel of in het recept. Gebruik donkere, zwart gelakte of geëmailleerde bakvormen, omdat deze de warme beter opnemen. Schakel de oven 10/15 minuten voor het einde van de ingestelde bereidingstijd uit. Gerechten die lang in de oven moeten staan, blijven dan nog doorgaren. VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING - Dit apparaat is bedoeld om in aanraking te komen met voedingsmiddelen en is in overeenstemming met de Europese richtlijn ( ) n. 1935/2004 en is ontworpen, vervaardigd en op de markt gebracht in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften van de “Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG (die 73/23/EEG en daaropvolgende amendementen vervangt), de beschermingsvoorschriften van de “EMC”-richtlijn 2004/108/EG. OPSPOREN VAN STORINGEN Oven verwarmt niet: • • Controleer of het elektriciteitsnet spanning heeft en of de oven is aangesloten. Zet de oven uit en weer aan, om te controleren of het probleem verdwenen is. NL19 KLANTENSERVICE Voordat u contact opneemt met de Klantenservice: 1. Controleer of het niet mogelijk is het probleem zelf op te lossen aan de hand van punten die beschreven worden in “Het opsporen van storingen”. 2. Het apparaat aan- en uitzetten om te controleren of het probleem is opgelost. Als na het uitvoeren van deze controles de storing nog steeds aanwezig is, contact opnemen met de dichtstbijzijnde Klantenservice. Vermeld altijd: • de aard van de storing; • het type en het exacte model van de oven; • het servicenummer (dat is het nummer na het woord Service op het typeplaatje) op de rechter binnenrand van de ovenruimte (zichtbaar als de deur open is). Het servicenummer bevindt zich ook op het garantieboekje; • uw volledige adres; • uw telefoonnummer. Wend u, in het geval dat reparatie noodzakelijk is, tot een erkende klantenservice (alleen dan heeft u zekerheid dat originele vervangingsonderdelen worden gebruikt en de reparatie correct wordt uitgevoerd). REINIGING WAARSCHUWING - Gebruik geen stoomreinigers. Maak het apparaat schoon als het afgekoeld is. Koppel het apparaat los van het elektriciteitsnet. Buitenkant van de oven BELANGRIJK: gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen. Als een dergelijk product per ongeluk in contact komt met het apparaat, verwijder het dan onmiddellijk met een vochtig doekje. • Reinig de oppervlakken met een vochtig doekje. Als de buitenkant zeer vuil is, voeg dan een paar druppels afwasmiddel toe aan het water. Afdrogen met een droge doek. Binnenkant van de oven BELANGRIJK: gebruik geen schuursponsjes, sponsjes van staalwol of metalen schrapers. Hierdoor kunnen de gelakte oppervlakken en het glas van de deur op den duur beschadigd raken. • Laat de oven na elk gebruik afkoelen en reinig het apparaat bij voorkeur als het nog lauw is om aangekoekte etensresten (bijv. voedsel met veel suiker) makkelijker te kunnen verwijderen. • Gebruik speciale ovenreinigingsmiddelen en houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant. • Reinig het glas van de deur met een speciaal vloeibaar glasreinigingsmiddel. Om de deur gemakkelijker te kunnen reinigen kunt u deze verwijderen (zie ONDERHOUD). • Het bovenste verwarmingselement van de grill (zie ONDERHOUD) kan omlaag worden gezet (alleen bij bepaalde modellen) om de bovenkant van de ovenruimte te kunnen reinigen. OPMERKING: tijdens het langdurig bakken van gerechten die veel water bevatten (bijv. pizza, groenten etc.) kan er condens worden gevormd op de deur en op de afdichting. Neem de condens af met een doek of een spons als de oven afgekoeld is. Accessoires: • • Laat de accessoires na gebruik weken in water met afwasmiddel. Pak ze vast met handschoenen als ze nog heet zijn. Voedselresten kunnen met een afwasborstel of met een sponsje worden verwijderd. Reiniging van de achterwand en de katalytische zijpanelen (indien aanwezig): BELANGRIJK: gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen, ruwe borstels, pannensponsjes of ovensprays die het katalytische oppervlak zouden kunnen beschadigen, waardoor dit zijn zelfreinigende eigenschappen verliest. • Laat de oven ongeveer een uur leeg werken op een temperatuur van 200°C, met de heteluchtfunctie. • Laat het apparaat afkoelen en gebruik een spons om eventuele etensresten te verwijderen. NL20 ONDERHOUD WAARSCHUWING - Draag beschermende handschoenen. Voer de aangegeven werkzaamheden uit als het apparaat afgekoeld is. Koppel het apparaat los van het elektriciteitsnet. VERWIJDEREN VAN DE DEUR De deur verwijderen: 1. 2. 3. Open de deur helemaal. Til de twee vergrendelingen van de scharnieren omhoog en naar voren tot ze niet verder kunnen (Fig. 1) Sluit de deur tot de blokkering (A), til hem op (B) en draai hem (C) tot de deur loshaakt (D) (Fig. 2) De deur weer terugplaatsen: 1. 2. 3. 4. Plaats de scharnieren in de zittingen. Open de deur helemaal. Duw de twee vergrendelingen omlaag. Sluit de deur. Fig. 1 Fig. 2 OMLAAGBRENGEN VAN HET BOVENSTE VERWARMINGSELEMENT (ALLEEN BIJ BEPAALDE MODELLEN) 1. 2. 3. Verwijder de roosters van de accessoiresteunen van de zijkant. Trek voorzichtig Fig. 3 het verwarmingselement naar buiten en breng het naar beneden (Fig. 4). Om het verwarmingselement terug te plaatsen tilt u het op, trekt u het voorzichtig naar u toe en legt u het op de daarvoor bestemde zittingen aan de zijkant. Fig. 3 Fig. 4 NL21 VERVANGEN VAN HET LAMPJE Vervangen van het lampje aan de achterkant (indien aanwezig): 1. Koppel de oven los van de netvoeding. 2. Draai het beschermkapje los (Fig. 5), vervang het lampje (zie de opmerking voor het type lampje) en draai het beschermkapje weer vast 3. Sluit de oven weer aan op de netvoeding. Vervangen van het lampje aan de zijkant (indien aanwezig): 1. Koppel de oven los van het elektriciteitsnet. 2. Verwijder de zijroosters, indien aanwezig. 3. Duw het beschermkapje met een platte schroevendraaier naar buiten en verwijder het. 4. Vervang het lampje (zie de opmerking hieronder voor het type lampje). 5. Zet het beschermkapje weer op zijn plaats en duw het tegen de wand om het op de juiste manier vast te laten haken. 6. Monteer de roosters van de accessoiresteunen weer op de zijkant. 7. Sluit de oven weer aan op de netvoeding. Fig. 5 Fig. 6 Fig. 7 Fig. 8 OPMERKING: Gebruik alleen gloeilampen van 25-40W/230V type E-14, T300°C, of halogeenlampen van 20-40W/230 V type G9, T300°C. De lampjes zijn verkrijgbaar bij de Klantenservice. BELANGRIJK: Raak halogeenlampjes niet met blote handen aan om te voorkomen dat ze beschadigd worden door uw vingerafdrukken. Gebruik de oven niet voordat het beschermkapje is teruggeplaatst. NL22 INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK VAN DE OVEN RAADPLEEG VOOR DE ELEKTRISCHE AANSLUITING HET HOOFDSTUK OVER DE INSTALLATIE 1. Bedieningspaneel 2. Bovenste verwarmingselement/grill 3. Koelventilator (niet zichtbaar) 4. Typeplaatje (verwijder dit nooit) 5. Ovenlampje 6. Ventilator 7. Draaispit (indien bijgeleverd) 8. Onderste verwarmingselement (niet zichtbaar) 9. Deur 10. Positie van de roosters (de steunhoogte staat aangegeven op de voorkant van de oven) 11. Schot OPMERKING: Tijdens de bereiding kan de koelventilator afwisselend ingeschakeld worden om het energieverbruik te verminderen. Na afloop van de bereiding, nadat de oven is uitgeschakeld, kan de koelventilator nog een tijdje blijven werken. Als de deur wordt geopend tijdens de bereiding worden de verwarmingselementen uitgeschakeld. BIJGELEVERDE ACCESSOIRES Fig. A Fig. B Fig. C A. ROOSTER (1): kan gebruikt worden om voedsel op te grillen of als draagrooster voor pannen, bak- en cakevormen en ovenvaste schalen. B. BAKPLAAT (1): kan gebruikt worden voor het bereiden van brood of gebak, maar ook voor gegrild vlees, vis in folie, enz. C. SCHUIFRAILS: om het plaatsen en verwijderen van de accessoires te vergemakkelijken. NIET-BIJGELEVERDE ACCESSOIRES Bij de klantenservice kunt u andere accessoires aanschaffen. NL23 PLAATSEN VAN DE ROOSTERS EN ANDERE ACCESSOIRES IN DE OVEN Het rooster en de andere accessoires zijn voorzien van een blokkeersysteem, zodat ze niet per ongeluk naar buiten kunnen worden getrokken. Fig. 1 1. 2. Schuif het rooster horizontaal in de oven, met het verhoogde gedeelte “A” omhoog gericht (Fig. 1). Houd het rooster schuin op de blokkeerpositie “B” (Fig. 2). Fig. 2 Fig. 3 3. Houd het rooster weer horizontaal en duw tot het helemaal in de oven zit “C” (Fig. 3). 4. Ga in omgekeerde volgorde te werk om het rooster uit de oven te halen. Het plaatsen van de andere accessoires, zoals de opvangbak en de bakplaat, gebeurt op precies dezelfde manier. Het uitstekende gedeelte op de bak en de plaat zorgt voor de blokkering. BESCHRIJVING BEDIENINGSPANEEL 1 1. 2. 3. 4. 3 4 2 FUNCTIEKNOP: in-/uitschakelen en selecteren van functies THERMOSTAATKNOP: keuze van de temperatuur OPMERKING: de knoppen zijn verzonken. Druk op het midden van de knop om ze uit hun zitting te laten komen. ELEKTRONISCHE PROGRAMMEERFUNCTIE THERMOSTAATLAMPJE WERKING VAN DE OVEN • Draai de functieknop op de gewenste functie. Het ovenlampje gaat branden. • Draai de thermostaatknop naar rechts op de gewenste temperatuur. Het thermostaatlampje gaat branden en gaat uit als de geselecteerde temperatuur bereikt is. Draai de knoppen aan het einde van de bereidingstijd op “0”. NL24 GEBRUIK VAN DE ELEKTRONISCHE PROGRAMMEERFUNCTIE Beschrijving functies 1 2 3 4 1. 2. 3. 4. 5. Functieknop Programmeertoets: (“set”) Bevestigingstoets (“ok”) Wijzigingstoetsen tijdswaarden (“-” e “+”) Temperatuurknop A. B. C. D. E. Kookwekker Toetsenblokkering (key-lock) Temperatuurlampje Bereidingsduur Tijdstip einde bereiding 5 Detail display B A C D E De oven inschakelen Nadat de oven voor het eerst is aangesloten op het elektriciteitsnet of na een stroomuitval verschijnt er “ ” op het display. De klok instellen en wijzigen 1. Druk op de toets “ok”. Op het display knippert de dagtijd. 2. Druk op de toets “-” of “+” om het uur in te stellen. 3. Druk op “ok” en “-” of “+” om de minuten in te stellen. 4. Druk op de toets “ok” om te bevestigen. Wijzigen van de tijd Houd de toets “ok” 2 sec. ingedrukt tot het uur op het display knippert. Herhaal de bovenstaande handelingen. De bereidingsfunctie instellen 1. 2. 3. Draai de knop 1 op de gewenste functie. Draai de knop 5 om de temperatuur in te stellen. Bevestig door op de toets “ok” te drukken; de oven treedt in werking. Het indicatielampje bij gaat uit zodra de ingestelde temperatuur bereikt is. De temperatuur wijzigen 1. Draai de knop 5 en stel de nieuwe gewenste temperatuur in. Waarschuwing: Om een willekeurige instelling te annuleren draait u de knop 1 op “0”. Anders drukt u op “ok” om de oven uit te schakelen en de eerder ingestelde functies te behouden. De bereidingsduur instellen Stel de bereidingsduur in (beschikbaar voor alle functies, behalve van de speciale functies) om de oven voor een bepaalde tijdsduur te starten. Aan het eind van de ingestelde tijd gaat de oven automatisch uit. De bereidingsduur kan maximaal worden geprogrammeerd op 6 uur. 1. Stel de functie en de temperatuur in (zie het hoofdstuk: “De bereidingsfunctie instellen”) tot aan punt 2 zonder te bevestigen met de toets “ok”. 2. Druk op de toets “set” (het indicatielampje op het display naast het symbool van de bereidingstijd gaat branden) en kies binnen 8 minuten de gewenste bereidingsduur met de toetsen “-” of “+”. 3. Bevestig door op de toets “ok” te drukken; de oven treedt in werking en op het display verschijnt de tijd die nog resteert tot het einde van de bereiding. 4. Om de eerder ingestelde temperatuur te wijzigen draait u de knop 5. Na 5 seconden verschijnt de resterende tijd weer. NL25 Op het display verschijnt Bij het verstrijken van de eerder ingestelde tijd verschijnt op het display en klinkt er een geluidssignaal. De oven gaat automatisch uit. De bereidingsduur kan met de toetsen “-” en “+” worden gewijzigd. Ga naar punt 3 van hoofdstuk “De bereidingsduur instellen”. 1. Draai knop 1 op “0”. Op het display verschijnt weer de tijd van de dag. Om de bereidingsduur te verlengen gebruikt u de toets “-” of “+”. Programmeren van het einde van de bereidingstijd Hiermee kan van te voren het tijdstip voor het einde van de bereiding worden ingesteld. De tijd kan maximaal worden geprogrammeerd op 23 uur en 59 minuten. 1. Volg de punten 1 en 2 van hoofdstuk “De bereidingsduur instellen”. 2. Druk op de toets “set” om het tijdstip van het einde van de bereidingsduur in te stellen: het indicatielampje bij het symbool gaat branden. 3. Stel het tijdstip van het einde van de bereidingsduur in met toetsen “-” en “+”. 4. Druk op “ok” om het tijdstip voor het einde van de bereiding in te stellen. De oven begint automatisch te werken op het tijdstip van het einde van de bereiding min de bereidingsduur: op het display gaan de indicatielampjes boven de symbolen branden. Kookwekker De kookwekker kan alleen worden gebruikt als de oven uitgeschakeld is, en er kan een tijd van maximaal 6 uur op worden ingesteld. Instellen van de kookwekker: 1. Houd de knop 1 op “0”. Op het display verschijnt de tijd van de dag. 2. Druk op de toets “set”. Het indicatielampje bij het symbool gaat branden. Bedien de toetsen “-” of “+” om de gewenste tijd in te stellen. 3. Druk op de toets “ok” om te bevestigen. Bij het verstrijken van de ingestelde tijd: klinkt er een geluidssignaal en knippert op het display. Druk op de toets “ok”: het geluidssignaal wordt onderbroken. Op het display verschijnt weer de tijd van de dag. Toetsenblokkering (key-lock) Met deze functie kunt u de toetsen van de programmeerfunctie en de knoppen van de oven blokkeren. 1. Om de functie in te schakelen zet u de knoppen 1 en 5 op “0”, druk tegelijkertijd 3 sec. op de toetsen “ok” en “-”. Het indicatielampje gaat branden bij het symbool . 2. Na inschakeling kan er geen enkele ovenfunctie worden gebruikt. 3. Herhaal de handelingen onder punt 1 om de blokkering weer uit te schakelen. NL26 TABEL OVENFUNCTIES FUNCTIEKNOP OFF LAMP Om de bereiding te onderbreken en de oven uit te schakelen. Om het lampje in de oven in/uit te schakelen. Voor het bereiden van gerechten op één steunhoogte. Gebruik de tweede CONVENTIONEEL steunhoogte. Verwarm de oven voor op de gewenste temperatuur. Als het thermostaatlampje uitgaat, kan het gerecht in de oven worden gezet. Voor het bereiden van vlees en taarten met een vloeibare vulling (hartig of zoet) op één steunhoogte en pizza’s op één of twee steunhoogtes. Met deze functie worden de korst en de bodem gelijkmatig goudbruin en krokant. Bij bereiding op twee steunhoogtes wordt geadviseerd om de gerechten TURBO HETE halverwege de bereiding van plaats te verwisselen voor een gelijkmatiger resultaat. Geadviseerd wordt om het tweede niveau te gebruiken voor LUCHT bereidingen op één steunhoogte. Gebruik het eerste en derde niveau voor bereidingen op twee bakplaten. De oven voorverwarmen op de gewenste temperatuur en het gerecht in de oven plaatsen zodra wordt aangegeven dat de ingestelde temperatuur is bereikt. Voor het grillen van karbonades, spiezen, worstjes, het gratineren van groente of het roosteren van brood. Zet het gerecht op de vierde steunhoogte. Voor het grillen van vlees wordt geadviseerd de opvangbak te GRILL gebruiken om het braadvet op te vangen. Plaats de opvangbak op de derde steunhoogte en giet er ongeveer een halve liter water in. Verwarm de oven 35minuten voor. Tijdens de bereiding moet de ovendeur dicht blijven. Voor het grillen van grote stukken vlees (lamsbouten, rosbief, hele kip). Zet het vlees op de middelste steunhoogtes. Geadviseerd wordt de opvangbak te gebruiken om het braadvet op te vangen. Plaats de opvangbak op de eerste of TURBO GRILL tweede steunhoogte en giet er ongeveer een halve liter water in. Aanbevolen wordt om het vlees tijdens de bereiding om te keren om een gelijkmatige bruining aan beide kanten te verkrijgen. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden. Tijdens de bereiding moet de deur van de oven dicht blijven. Voor het versnellen van het ontdooien van voedsel. Plaats het voedsel op de ONTDOOIEN middelste steunhoogte. Laat het voedsel in de verpakking zitten zodat het niet uitdroogt. Voor voedsel met een krokante bodem en een zachte korst. Ideaal voor het bereiden op één steunhoogte van taarten met een vloeibare vulling zonder voorgebakken bodem (bv. vlaaien, pruimentaarten, ricottataarten en rijk TURBOFAN belegde pizza’s). Plaats het voedsel op de tweede steunhoogte. Verwarm de oven eerst voor. Deze functie is ook ideaal voor diepvriesproducten (bv. pizza, patat, strudel, lasagne). Volg de aanwijzingen op de verpakking. Voor het gelijktijdig bereiden van verschillende gerechten op maximaal twee steunhoogtes die dezelfde bereidingstemperatuur hebben (bv. vis, groenten, gebak). Met deze functie worden er geen geuren van het ene naar het andere HETE LUCHT gerecht overgebracht. Geadviseerd wordt om het tweede niveau te gebruiken voor bereidingen op één steunhoogte. Voor bereidingen op twee steunhoogtes wordt geadviseerd om de eerste en derde steunhoogte te gebruiken. Verwarm de oven eerst voor. ONDERWARMTE + Voor het afbakken van erg vloeibare gerechten en voor een krokante en goudbruine bodem. Ook handig voor het indikken van sauzen. Plaats het voedsel VENTILATOR op de tweede steunhoogte. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden. Voor het bruin bakken van de bodem van het gerecht aan het einde van de bereiding. Plaats het voedsel op de eerste/tweede steunhoogte. De functie ONDERWARMTE kan ook worden gebruikt voor langzame bereidingen, zoals gestoofde vleesen groentegerechten; gebruik in dit geval de tweede steunhoogte. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden. NL27 BEREIDINGSTABEL Recept Functie Voorverwarmen SteunTemp. hoogte (°C) (van onder) Tijd Accessoires en (min) opmerkingen Ja 2 150-175 35-90 Taartvorm op rooster Ja 1-3 Ja 2 Ja 1-3 Ja 2 Ja 1-3 Ja 2 Ja 1-3 Ja 2 100 110-150 Opvangbak / bakplaat Ja 1-3 100 130-150 Ja 2 Ja 1-3 Ja 2 250 Ja 1-3 250 Ja 2 Ja 1-3 Ja 2 Ja 1-3 Ja 2 200 45-55 Ovenschaal op rooster Ja 2 200 80-110 Luchtig gebak Gevulde taarten (cheesecake, strudel, appeltaart) 150-170 30-90 Niv. 1: taartvorm op rooster Opvangbak / bakplaat of 150-190 30-85 taartvorm op rooster Niv. 3: taartvorm op rooster 150-190 35-90 Niv. 1: taartvorm op rooster 160-175 20-45 Opvangbak / bakplaat Koekjes / taartjes 150-175 20-45 170-190 35-45 Meringues Pasteitjes / bladerdeeghapjes Lasagne / pasta uit de oven / cannelloni / ovenschotels Lamsvlees / kalfsvlees / rundvlees / varkensvlees 1kg NL28 Niv. 1: opvangbak / bakplaat Niv. 3: ovenschaal op rooster Niv. 1: opvangbak / bakplaat Niv. 3: ovenschaal op rooster Niv. 1: opvangbak / bakplaat 225-250 12-50 Opvangbak / bakplaat 225-250 25-50 Diepvriespizza’s Hartige taarten (groentetaart, quiche) Niv. 3: rooster 175-200 30-40 Opvangbak / bakplaat Soesjes Brood / pizza / focaccia Niv. 3: taartvorm op rooster Niv. 3: ovenschaal op rooster Niv. 1: opvangbak / bakplaat Niv. 2: opvangbak / bakplaat 10-15 of rooster Niv. 3: ovenschaal op rooster 10-20 Niv. 1: opvangbak / bakplaat 175-200 40-50 Taartvorm op rooster 175-190 55-65 Niv. 3: taartvorm op rooster Niv. 1: taartvorm op rooster 175-200 20-30 Opvangbak / bakplaat 175-200 25-45 Niv. 3: ovenschaal op rooster Niv. 1: opvangbak / bakplaat Opvangbak of ovenschaal op rooster Recept Functie Voorverwarmen SteunTemp. hoogte (°C) (van onder) Kip / konijn / eend 1kg Ja 2 Kalkoen / Gans 3kg Ja 1/2 Ja 2 Ja 2 Ja 4 Vis uit de oven / in folie (filet, heel) Gevulde groenten (tomaten, courgettes, aubergines) Geroosterd brood Tijd Accessoires en (min) opmerkingen Opvangbak of ovenschaal op rooster Opvangbak of ovenschaal 200 80-130 op rooster Opvangbak of ovenschaal 175-200 40-60 op rooster 200 50-100 175-200 50-60 Ovenschaal op rooster 200 3-5 Rooster Niv. 3: rooster (draai het voedsel halverwege de bereidingstijd om) Niv. 2: opvangbak met water Niv. 4: rooster (draai het voedsel halverwege de bereidingstijd om) Niv. 3: opvangbak met water Niv. 2: rooster (draai het voedsel indien nodig na tweederde van de bereidingstijd om) Niv. 1: opvangbak met water Ovenschaal op rooster (draai het voedsel indien nodig na tweederde van de bereidingstijd om) Opvangbak of ovenschaal op rooster (draai het voedsel indien nodig na tweederde van de bereidingstijd om) Opvangbak / bakplaat (draai het voedsel indien nodig na tweederde van de bereidingstijd om) Visfilet / moten vis Ja 4 200 20-30 Worstjes / spiezen / spareribs / hamburgers Ja 4 200 30-40 Gebraden kip 1 - 1,3 kg - 2 200 55-70 Rosbief rosé 1kg - 2 200 35-45 Lamsbout / schenkel - 2 200 60-90 Aardappelen uit de oven - 2 200 45-55 Gegratineerde groenten - 2 200 20-30 Ovenschaal op rooster Lasagne en vlees Ja 1-3 200 50-100 Niv. 3: ovenschaal op rooster Niv. 1: opvangbak of ovenschaal op rooster Niv. 3: ovenschaal op rooster Vlees en aardappelen Ja 1-3 200 45-100 Vis en groente Ja 1-3 175 30-50 Niv. 1: opvangbak of ovenschaal op rooster Niv. 3: ovenschaal op rooster NL29 Niv. 1: opvangbak of ovenschaal op rooster GEBRUIKSADVIEZEN EN -SUGGESTIES Lezen van de bereidingstabel De tabel geeft aan welke functie het best gebruikt kan worden voor een bepaald gerecht, dat op één of meerdere steunhoogtes tegelijk kan worden bereid. De bereidingstijden gelden vanaf het moment dat het gerecht in de oven wordt gezet, zonder de voorverwarmingstijd (indien nodig). De temperaturen en de bereidingstijden zijn indicatief en hangen af van de hoeveelheid voedsel en het type schaal. Gebruik eerst de laagste aanbevolen waarden. Als de bereiding niet naar wens is, kunt u hogere waarden gebruiken. Geadviseerd wordt om de bijgeleverde accessoires te gebruiken en indien mogelijk taartvormen of ovenschalen van donker metaal. U kunt ook pannen of vuurvaste of aardewerk schalen gebruiken; de bereidingstijden zijn dan iets langer. Volg voor de beste resultaten zorgvuldig de aanwijzingen in de bereidingstabel met betrekking tot de bijgeleverde schalen en de verschillende steunhoogtes. Het tegelijkertijd bereiden van verschillende gerechten Met de functie “TURBO HETE LUCHT” kunt u gelijktijdig verschillende gerechten bereiden (bijvoorbeeld: vis en groenten) die dezelfde temperatuur vereisen, op verschillende steunhoogtes. Haal de gerechten die klaar zijn uit de oven en laat de gerechten die meer tijd nodig hebben in de oven staan. Gebak - - Bak fijn gebak met de statische functie op één niveau. Gebruik taartvormen van zwart metaal en zet deze altijd op het bijgeleverde rooster. Voor bereiding op meerdere steunhoogtes selecteert u de functie met ventilatie en zet u de taartvormen in zigzagvorm op de roosters, zodat de lucht goed kan circuleren. Om te controleren of de taart gaar is steekt u een satéprikker in het dikste gedeelte van de taart. Als de prikker er droog uitkomt, is de taart klaar. Als u taartvormen met antiaanbaklaag gebruikt, vet dan niet de randen in, omdat de taart dan mogelijk niet goed rijst aan de zijkanten. Als het gebak “inzakt” tijdens het bakken, gebruik dan de volgende keer een lagere temperatuur, verminder bijvoorbeeld de hoeveelheid vocht of meng het beslag voorzichtiger. Bij taarten met een vochtige vulling (kaastaarten of vruchtentaarten) moet de functie “TURBO HETE LUCHT” worden gebruikt. Als de bodem van de taart te vochtig blijft, zet de taart dan op een lager niveau en bestrooi de bodem met paneermeel of verkruimelde koekjes voordat u de vulling erin schenkt. Vlees - U kunt elke soort schaal gebruiken die geschikt is voor de afmetingen van het vlees. Schenk bij gebraden vlees bij voorkeur wat bouillon in de schaal, waardoor het vlees tijdens de bereiding vochtig wordt gehouden en meer smaak krijgt. Laat het gebraden vlees na afloop van de bereiding 10-15 min. in de oven rusten, of dek het af met aluminiumfolie. Als u stukken vlees wilt grillen, kies dan stukken met een gelijke dikte, zodat het vlees gelijkmatig gaar wordt. Zeer dikke stukken vlees hebben een langere bereidingstijd. Zet het rooster op een lagere steunhoogte om te voorkomen dat de korst verbrandt. Draai het vlees om na tweederde van de bereidingstijd. Geadviseerd wordt om een opvangbak met een halve liter water direct onder het rooster te plaatsen waarop u het vlees heeft gelegd, om het bakvet op te vangen. Vul indien nodig bij met water tijdens het grillen. Draaispit (alleen bij bepaalde modellen) Dit accessoire dient voor het gelijkmatig grillen van grote stukken vlees en gevogelte. Steek het vlees aan het spit. Zet kip vast met keukentouw en controleer of het vlees goed vastzit voordat u het spit in de houder aan de voorwand van de oven steekt en op de steun legt. Om vorming van dampen te voorkomen en bakvet op te vangen, adviseren wij om een opvangbak met een halve liter water op de eerste steunhoogte te plaatsen. Het spit is voorzien van een plastic handvat dat verwijderd moet worden voordat de bereiding begint. Het handvat dient om het vlees na afloop van de bereiding uit de oven de halen zonder uw handen te branden. Pizza Vet de pizzavorm licht in voor een knapperige bodem. Verdeel na tweederde van de bereidingstijd de mozzarella over de pizza. NL30
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62

Bauknecht BLVD 6250/IN Gebruikershandleiding

Categorie
Magnetrons
Type
Gebruikershandleiding