195
Nederlands
Verklarende woordenlijst
Analoog geluid: Geluid dat niet is omgezet in getallen.
Analoog geluid varieert, terwijl digitaal geluid bepaalde
numerieke waarden heeft. Bij deze aansluiting wordt het
geluid via een linker- en een rechterkanaal verzonden.
Beeldverhouding: De verhouding van de hoogte en
de breedte van een weergegeven beeld. De verhouding
tussen de hoogte en breedte bij conventionele TV's is
4:3 en bij breedbeeld-TV's 16:9.
AUDIO OUT: aansluitingen: Aansluitingen op de
achterzijde van het DVD-systeem voor het verzenden
van geluid naar een ander systeem (TV, stereo, enz.).
Bit-rate: De hoeveelheid gegevens die wordt gebruikt
om een bepaalde lengte van muziek aan te geven. De
bit-rate wordt gemeten in kilobits per seconde, ofwel
kbps. Dit kan ook de snelheid zijn waarmee u opneemt.
Over het algemeen geldt dat een hogere bit-rate
resulteert in een hogere geluidskwaliteit. Hogere bit-
rates nemen echter meer ruimte beslag op een disc.
Hoofdstuk: Delen van een film of muziekstuk op een
DVD die kleiner zijn dan de titel. Een titel bestaat uit
meerdere hoofdstukken. Elk hoofdstuk heeft een
nummer waarmee u het gewenste hoofdstuk kunt
opzoeken.
Component Video Out-aansluitingen: Uitgangen
aan de achterzijde van het DVD-systeem waarmee
video van hoge kwaliteit naar de Component Video-
ingangen (R/G/B, Y/Pb/Pr, enz.) van een TV wordt
verzonden.
Discmenu: Een scherm waarin de verschillende
mogelijkheden die op de DVD zijn opgenomen voor
beeld, geluid, ondertitels, camerahoeken enzovoort,
kunnen worden gekozen.
Digitaal geluid: geluid dat is omgezet in numerieke
waarden. Digitaal geluid is beschikbaar bij de
aansluitingen DIGITAL AUDIO OUT COAXIAL of
OPTICAL. Bij deze aansluitingen wordt het geluid in
meerdere kanalen opgesplitst en niet in twee kanalen
zoals bij analoog geluid.
Dolby Digital: Een Surround Sound-systeem dat is
ontwikkeld door Dolby Laboratories en bestaat uit zes
kanalen (luidsprekers) digitaal geluid (links- en
rechtsvoor, links- en rechtsachter, midden).
JPEG: Een systeem voor het comprimeren van foto's
dat is ontwikkeld door de Joint Photographic Expert
Group. De bestanden worden door de compressie
aanzienlijk kleiner zonder merkbaar verlies van kwaliteit.
MP3: Een bestandsindeling met een systeem voor het
comprimeren van geluidsgegevens. "MPE" is de afkorting
van Motion Picture Experts Group 1 (of MPEG-1)
Audio Layer 3. Dankzij het MP3-formaat kan een CD-R
of CD-RW tien keer meer gegevens bevatten dan een
gewone CD.
Meerkanaals: DVD's worden zodanig ingedeeld dat
elk geluidsspoor uit één geluidsveld bestaat.
Meerkanaals verwijst naar een structuur van
geluidssporen met drie of meer kanalen.
Kinderslot: Een functie van de DVD waarmee u discs
die niet geschikt zijn voor kinderen, conform de
instellingen per land kunt vergrendelen zodat ze niet
kunnen worden afgespeeld. De instelling kan per schijf
verschillen. Als het kinderslot is ingesteld, kan de schijf
niet worden afgespeeld als het niveau van de software
hoger is dan het niveau dat door de gebruiker is
ingesteld.
PCM (Pulse Code Modulation): Een systeem voor
het converteren van analoge signalen naar digitale
signalen voor latere bewerking zonder
gegevenscompressie.
Playback control (PBC): Verwijst naar het signaal dat
op Video-CD's of SVCD's is opgenomen en waarmee
het afspelen kan worden bepaald. Via menuschermen
die zijn opgenomen op een Video-CD of SVCD die
PBC ondersteunt, kunt u interactief afspelen en zoeken.
Progressive Scan (P-Scan): Geeft alle horizontale
lijnen van een beeld tegelijk weer in een enkel beeld. Dit
systeem kan geïnterlinieerde video van DVD omzetten
in Progressive-formaat voor aansluiting op een
Progressive-display. De verticale resolutie wordt
aanzienlijk verhoogd. U hebt een TV nodig die beschikt
over de Progressive Scan-functie om progressieve
signalen van het systeem te kunnen ontvangen.
Regiocode: Een systeem waardoor discs alleen in
vooraf ingestelde regio's kunnen worden afgespeeld. Dit
apparaat kan alleen discs afspelen die dezelfde
regiocode als het apparaat hebben. De regiocode voor
het apparaat staat op het productlabel. Sommige discs
kunnen in meerdere regio's (of alle regio's) worden
afgespeeld.
S-Video: Geeft een helder beeld door de signalen voor
helderheid en kleur van elkaar te scheiden. U kunt S-
Video alleen gebruiken als uw TV een S-Video-
aansluiting heeft.
Samplefrequentie: De frequentie waarmee gegevens
worden gesampled wanneer analoge gegevens worden
omgezet in digitale gegevens. De samplefrequentie geeft
op numerieke wijze aan hoe vaak het originele signaal
en het analoge signaal per seconde worden gesampled.
Surround: Een systeem van meerdere luidsprekers
rondom de luisteraar waardoor een realistisch,
driedimensionaal geluid wordt bereikt.
Titel: Het langste gedeelte van een film of een
muziekstuk op DVD, muziek enz. in videosoftware of het
volledige album in audiosoftware. Elke titel heeft een
nummer waarmee u de gewenste titel kunt opzoeken.
VIDEO OUT : aansluiting: De aansluiting aan de
achterzijde van het DVD-systeem voor het versturen
van beelden naar een TV.
pg 175-195_MCD710_Dut 2007.11.29, 14:49195