Scholtes TIS 632 CD L S Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruiksaanwijzing
Inhoud
Installatie, 29-30
Plaatsing
Elektrische aansluiting
Beschrijving van het apparaat, 31
Bedieningspaneel
Verlengbare kookgedeeltes
Starten en gebruik, 32-36
Inschakelen kookplaat
Inschakelen kookzones
Medium functie
Boosterfunctie
Uitschakelen kookzones
Programmering kookduur
De timer
Blokkering van het bedieningspaneel
Uitschakelen kookplaat
“Demo” modus
EXTENSO TECHNOLOGY modus
Praktische tips voor het gebruik van het apparaat
Veiligheidsmechanismen
Kooktips
Voorzorgsmaatregelen en advies, 37
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Onderhoud en verzorging, 38
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
De kookplaat verwijderen
Technische beschrijving van de
modellen, 39
KOOKPLAAT
NL
PLPT
TIS 632 CDL S
TIS 62 CL S
Português,1
RS
, 14
, 40
Nederlands,27
PAS OP ! 28
,
28
NL
PAS OP: Dit apparaat en zijn
bereikbare onderdelen worden
tijdens gebruik zeer heet.
Zorg ervoor de verwarmende
elementen niet aan te raken.
Zorg ervoor dat kinderen die kleiner
dan 8 jaar oud zijn niet dichtbij het
apparaat kunnen komen, tenzij onder
constant toezicht.
Het huidige apparaat mag alleen
door kinderen van 8 jaar en ouder
en door personen met een beperkt
lichamelijk, sensorieel of geestelijk
vermogen, of zonder ervaring en
kennis worden gebruikt, mits ze
onder adequaat toezicht zijn, of
mits ze zijn onderricht m.b.t. het
veilige gebruik van het apparaat en
zich bewust zijn van de betreffende
gevaren. Voorkom dat kinderen met
het apparaat spelen. De reinigings-
en onderhoudshandelingen
mogen niet door kinderen worden
uitgevoerd, tenzij onder toezicht.
PAS OP: Het kan gevaarlijk zijn een
fornuis met vet of olie onbewaakt te
laten. Er kan brand ontstaan.
U moet NOOIT proberen een vlam/
brand te blussen met water. U dient
daarentegen het apparaat uit te
schakelen en de vlam te bedekken
met bijvoorbeeld een (blus)deken.
PAS OP: Brandgevaar: laat nooit
voorwerpen op het kookoppervlak
liggen.
PAS OP: Als het oppervlak van de
glaskeramische kookplaat gebarsten
is, moet u het apparaat uitschakelen
om te voorkomen dat u een
elektrische schok krijgt.
Gebruik nooit huishoudapparaten met
stoom of hoge druk voor het reinigen
van de kookplaat.
Het apparaat is niet geschikt om te
worden ingeschakeld m.b.v. een
externe timer of door een gescheiden
afstandsbedieningssysteem.
Plaats geen metalen voorwerpen
(messen, lepels, deksels enz.) op de
kookplaat aangezien zij heet kunnen
worden.
Na het gebruik dient u de kookplaat
uit te schakelen door middel van
het bedieningsmechanisme en
niet uitsluitend te vertrouwen op de
pannensensor.
PAS OP ! PAS OP !
29
NL
Installatie
VOORZIJDE VAN
DE KOOKPLAAT
KEUKENBLAD
30
40
KOOKPLAAT
ONDERSTEBOVEN
5 mm
min. 20 mm
min. 20 mm
min. 40 mm
LADE
5 mm
min. 40 mm
HETELUCHTOVEN
!
Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor eventuele
raadpleging in de toekomst. Wanneer u het product
weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit
boekje bij het apparaat te bewaren zodat waarschuwingen
en informatie betreffende werking voorhanden blijven.
!
Lees de instructies aandachtig door: u vindt er
belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik en
veiligheid.
Plaatsing
!
Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen
en dient daarom te worden verwijderd volgens de
geldende normen voor gescheiden afvalverzameling (
zie
Voorzorgsmaatregelen en advies
).
!
De installatie moet worden uitgevoerd door een
bevoegde installateur en volgens de instructies van de
fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade berokkenen
aan personen, dieren of dingen.
Inbouw
Voor een goede werking van het apparaat moet het
keukenmeubel de juiste kenmerken hebben:
het keukenblad moet uit hittebestendig materiaal zijn
vervaardigd en een temperatuur van circa 100°C
kunnen verdragen;
als de kookplaat boven een oven wordt geïnstalleerd
moet deze zijn voorzien van een geforceerd
geventileerd afkoelingssysteem;
installeer de kookplaat nooit boven een afwasautomaat:
indien u dit toch doet, breng dan een waterdichte
afscheiding aan tussen de twee apparaten;
naar gelang het type kookplaat dat u wenst te
installeren (
zie afbeeldingen
), moet het keukenmeubel
de volgende afmetingen hebben:
Ventilatie
Teneinde een correcte ventilatie te bereiken en een
oververhitting van de oppervlakken rondom het apparaat te
voorkomen, moet de kookplaat geïnstalleerd worden op:
een minimum afstand van 40 mm van de achterwand of
van elk ander verticaal oppervlak;
op zodanige wijze dat er een minimum afstand overblijft
van 20 mm tussen het inbouwmeubel en het
onderstaande meubel.
• De meubels die direct naast de kookplaat staan en
hierboven uitsteken, moeten op minstens 600 mm van
de rand van de plaat staan.
560 +/- 1
490 +/- 1
48
600
520
NL
Bevestigen
Het apparaat moet op een
absoluut horizontaal oppervlak
worden geïnstalleerd. Eventuele door onjuiste installatie
veroorzaakte vervormingen kunnen de eigenschappen en
de prestaties van de kookplaat aantasten.
De lengte van de regelschroef van de
bevestigingshaken
moet op basis van de dikte van het keukenblad worden
ingesteld
voordat de haken worden gemonteerd:
als de dikte 30 mm is: schroef 23 mm;
als de dikte 40 mm is: schroef 13 mm.
Voor het bevestigen moet u als volgt te werk gaan:
1. Draai met korte, puntloze schroeven de 4
centreringsklemmen in de openingen in het midden van
elke zijde van het blad vast;
2. zet de kookplaat in het midden van de opening van het
keukenmeubel door gelijke druk uit te oefenen op de hele
omtrek totdat de kookplaat perfect aansluit op het
keukenblad.
3. voor een blad met zijprofielen: nadat u de kookplaat in
het keukenmeubel heeft geplaatst moet u de 4
bevestigingshaken aan de onderste rand van de
kookplaat vastschroeven met gepunte, lange schroeven,
net zolang tot het glas goed aan het blad vastzit.
!
De schroeven van de centreringsklemmen moeten te
allen tijde bereikbaar blijven.
!
Volgens de veiligheidsnormen mag er geen contact meer
mogelijk zijn met de elektrische onderdelen nadat het
apparaat is ingebouwd.
!
Alle beschermende onderdelen moeten zodanig worden
bevestigd dat ze niet kunnen worden verwijderd zonder
gereedschap te gebruiken.
Elektrische aansluiting
!
De elektrische aansluitingen van de kookplaat en de
eventuele inbouwoven moeten apart worden uitgevoerd,
zowel om elektrische veiligheidsredenen als om de oven
eventueel eenvoudiger te kunnen verwijderen.
Eenfasige aansluiting
De kookplaat is voorzien van een voedingskabel bestemd
voor een eenfasige aansluiting. Voer de draadverbinding
uit zoals aangegeven in de volgende tabel en tekeningen:
Spanningstype
en netfrequentie
Elektrische kabel Draadverbinding
220-240V 1+N ~
50 Hz
: geel/groen;
N
: de 2 blauwe draden samen
L
: bruin en zwart samen
Andere soorten aansluitingen
Als het elektrische net overeenkomt met een van de
volgende karakteristieken:
Spanningstype en netfrequentie
• 400V - 2+N ~ 50 Hz
• 220-240V 3 ~ 50 Hz
• 400V 3 - N ~ 50 Hz
• 400V - 2+2N ~ 50 Hz
Scheid de kabels en voer de draadverbinding uit zoals
aangegeven in de volgende tabel en tekeningen:
Spanningstype
en netfrequentie
Elektrische kabel Draadverbinding
400V - 2+N ~
50 Hz
220-240V 3 ~
50 Hz
400V 3-N ~
50 Hz
: geel/groen;
N: de 2 blauwe
draden samen
L1: zwart
L2: bruin
400V - 2+2N ~
50 Hz
: geel/groen;
N1: blauw
N2: blauw
L1: zwart
L2: bruin
Het aansluiten van de voedingskabel aan het
elektrische net
Bij een rechtstreekse aansluiting op het net moet u tussen het
apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen
met een minimum afstand van 3 mm tussen de contacten.
!
De installateur is verantwoordelijk voor een correcte elektrische
aansluiting en de inachtneming van de veiligheidsnormen.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de geldende
normen;
het stopcontact in staat is het maximale vermogen van
het apparaat te verdragen, zoals aangegeven op het
typeplaatje dat zich op het apparaat bevindt;
de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan
aangegeven op het typeplaatje;
de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als dat
niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de contactdoos
te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of
dubbelstekkers.
!
Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
!
De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden.
!
De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en
mag alleen door erkende monteurs worden vervangen.
!
De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden
gesteld als deze normen niet worden nageleefd.
! Verwijder of vervang de voedingskabel voor geen enkele
reden. De eventuele verwijdering of vervanging doet de
garantie en de CE markering vervallen. INDESIT kan niet
aansprakelijk worden gesteld voor ongelukken of schade
die het resultaat zijn van de vervanging/verwijdering van
de originele voedingskabel. De vervanging met een
origineel onderdeel is alleen toegestaan indien uitgevoerd
door een erkende INDESIT technicus.
30
NL
Beschrijving van het
apparaat
Bedieningspaneel
Het bedieningspaneel dat hier wordt beschreven en afgebeeld geldt alleen als voorbeeld: het is mogelijk dat
het niet exact overeenkomt met het door u aangeschafte model.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
Controlelampje
ON/OFF
Controlelampje
BLOKKERING
BEDIENINGSPANEEL
Toets
BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL
Toets
TOENAME TIJD*
Controlelampje
GEPROGRAMMEERDE KOOKZONE*
Display
PROGRAMMERINGSTIMER*
Toets
PROGRAMMERINGSTIMER
Toets
AFNAME TIJD*
Aanwijzers
STROOMSTERKTE
en RESTERENDE WARMTE
Toets
ON/OFF
Aanwijzing
KOOKZONE
Controlelampje
TIMER*
Toets
BOOSTER*
Toets
Controlelampje
BOOSTER*
ZONE
X
Toets
Toets
"SCHUIFREGELAAR"
EXTENSO TECHNOLOGY
EXTENSO TECHNOLOGY
Toets
Controlelampje
ZONE "SCHUIFREGELAAR"- ZONE "SCHUIFREGELAAR"-
ZONE "SCHUIFREGELAAR"- ZONE "SCHUIFREGELAAR"-
ZONE "SCHUIFREGELAAR"- om de kookplaat
aan- of uit te zetten of de Stroomsterkte te regelen
(Zie Starten en gebruik)
Aanwijzing KOOKZONE, geeft de
overeenkomende kookzone aan.
AanwijzerVERMOGEN: geeft het bereikte
warmteniveau aan.
Toets ON/OFF voor het in- en uitschakelen van het
apparaat.
Controlelampje ON/OFF: geeft aan of het apparaat
in- of uitgeschakeld is.
Toets PROGRAMMERINGSTIMER* om de
programmering van de kookduur te regelen (
zie
Starten en gebruik
).
Display PROGRAMMERINGSTIMER*: toont de
keuzes betreffende de programmering aan (
zie
Starten en gebruik
).
Controlelampjes GEPROGRAMMEERD
KOOKGEDEELTE*: tonen de kookgedeeltes aan
als u een programmering start (
zie Starten en
gebruik
).
Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL om te
voorkomen dat er ongewilde wijzigingen aan de
regeling van het kookvlak worden uitgevoerd (
zie
Starten en gebruik
).
Controlelampje BLOKKERING
BEDIENINGSPANEEL: toont dat de blokkering
van het bedieningspaneel heeft plaatsgevonden
(
zie Starten en gebruik
).
BOOSTER* toets om het extra vermogen - 3000
W - van de kookzone in te schakelen
(zie Starten
en gebruik).
BOOSTER* controlelampje, geeft aan dat het
'booster' extra vermogen actief is.
Controlelampje TIMER* geeft aan dat de timer
actief is.
• TOETS MAX - om de kookzone in te schakelen op
het maximale niveau 16 (zie Starten en gebruik).
• TOETS MED - om de kookzone in te schakelen op
het middelmatige niveau 8 (zie Starten en
gebruik).
• TOETS MIN - om de kookzone in te schakelen op
het minimale niveau 1 (zie Starten en gebruik).
Toets TOENAME TIJD* om de tijd van de timer of
van de programmering toe te laten nemen
(zie
Starten en gebruik).
Toets AFNAME TIJD* om de tijd van de timer of
van de programmering af te laten nemen
(zie
Starten en gebruik)
.
Toets EXTENSO TECHNOLOGY -om de kookzone
EXTENSO TECHNOLOGY
Controlelampje EXTENSO TECHNOLOGY geeft
aan dat de EXTENSO TECHNOLOGY actief is.
! Dit product voldoet aan de eisen die gesteld
worden door de nieuwe Europese Richtlijn voor
energiebesparing voor apparaten in de standby-
stand.
Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden
uitgevoerd gaat het apparaat, na het uitgaan van de
waarschuwingslampjes voor restwarmte en voor de
ventilator (indien aanwezig), automatisch in de “off
mode”.
Door op de ON/OFF toets te drukken, keert het
apparaat weer terug in de operationele stand.
31
NL
Starten en gebruik
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
!
De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat
vetvlekjes achter op het glas. Voordat u het apparaat
gebruikt raden wij u aan de vlekken te verwijderen met een
speciaal niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de
eerste paar uur dat u het apparaat gebruikt kan het zijn dat
u een rubbergeur ruikt. Deze zal echter snel wegtrekken.
!
Als de kookplaat elektrisch wordt aangesloten hoort u na
enkele seconden een kort geluidssignaal afgaan. Alleen
dan kunt u de kookplaat aanzetten.
Geluiden normale werking kookplaat:
Zoemen:Zoemen:
Zoemen:Zoemen:
Zoemen: geluid geproduceerd door het trillen van de
metalen onderdelen waarvan de inductor en de pan zijn
gemaakt en wordt gevormd door het
elektromagnetische veld dat noodzakelijk is voor de
verwarming. Dit neemt toe bij het toenemen van het
vermogen van de inductor.
Zacht fluiten:Zacht fluiten:
Zacht fluiten:Zacht fluiten:
Zacht fluiten: dit hoort u als een lege pan op de
kookplaat wordt gezet. Het geluid verdwijnt zodra u
voedsel of water in de pan doet.
Knetteren:Knetteren:
Knetteren:Knetteren:
Knetteren: dit geluid wordt geproduceerd door het
trillen van het materiaal van de bodem van de pan als
er parasitaire stromingen plaatsvinden gevormd door
het elektromagnetische veld (inductie). De intensiteit
kan variëren aan de hand van het materiaal waarmee de
bodem van de pan gemaakt is en wordt minder
naarmate de afmetingen van de pan toenemen.
Hard fluiten:Hard fluiten:
Hard fluiten:Hard fluiten:
Hard fluiten: u hoort dit geluid als de twee inductoren
op dezelfde verticale lijn tegelijkertijd op maximum
vermogen werken en/of als op de grootste de
boosterfunctie is ingesteld en de ander op zelfregeling
staat. Het geluid wordt minder als u het vermogen van
de zelfregelende inductor lager zet. Dit doet zich vooral
voor als de bodem van de pan bestaat uit verschillende
lagen van verschillende materialen.
Geluid van de ventilator:Geluid van de ventilator:
Geluid van de ventilator:Geluid van de ventilator:
Geluid van de ventilator: voor een juist gebruik van
de kookplaat en om de veiligheid van het elektronische
gedeelte te behoeden voor eventuele oververhitting is
het noodzakelijk de ventilator in te schakelen. De
ventilator draait op maximaal vermogen als de grote
inductor op maximaal vermogen staat of als de
boosterfunctie is ingeschakeld. In alle andere gevallen
draait hij op middelmatig vermogen aan de hand van
de waargenomen temperatuur. Het is bovendien
mogelijk dat de ventilator blijft draaien nadat u de
kookplaat heeft uitgezet, als de waargenomen
temperatuur zeer hoog is.
De genoemde geluiden zijn het resultaat van de
inductietechnologie en zijn niet noodzakelijkerwijs
functioneringsdefecten.
Inschakelen kookplaat
Druk ongeveer 1 seconde op de knop voor het
inschakelen van de kookplaat.
Inschakelen kookzones
Om een kookzone in werking te stellen, de toets van
de gewenste zone selecterenen de gewenste
stroomsterkte instellen door op de schuifregelaar te
drukken en met de vinger naar rechts te bewegen
om de stroomsterkte te verhogen of naar links om
de stroomsterkte te verlagen
Er kan ook direct op de min/med/max toetsen
gedrukt worden om de vooringestelde
stroomsterktes te selecteren: min (1) / med (8) / max
(16), en om de kookplaat uit te zetten zoals
hieronder beschreven.
Functies MIN/MED/MAX
Door op de toets MED te drukken gaat de kookzone
naar het middelste niveau van stroomsterkte 8
Door op de toets MIN te drukken gaat de kookzone
naar het laagste niveau van stroomsterkte 1
Door op de toets MAX te drukken gaat de kookzone
naar het hoogste niveau van stroomsterkte 16.
Booster functie*
Om de verwarmingstijd te versnellen kunt u in enkele
kookzones de booster functie activeren door op de
bb
oost er
bb
ooostost erer
.
toets te drukken. Het controlelampje boven de toets gaat
aan. Deze functie verhoogt het vermogen tot 2000 W of
3000 W, aan de hand van de grootte van de gekozen
kookzone.
De boosterfunctie stopt na 4 minuten automatisch. Zolang
de booster van een van de kookzones actief is, zal het
gedeelte daarvoor of daarachter slechts over een beperkt
vermogen beschikken (bv.: als in de kookzone links achter
de booster actief is, zal het vermogen in de kookzone links
voor verminderen). Voor verdere informatie kunt u de
Technische beschrijving van de modellen raadplegen.
Uitschakelen kookgedeeltes
Om de kookplaat uit te schakelen, de toets van de
gewenste zone selecteren,
drukken en de
schuifregelaar naar links bewegen om terug te keren
naar niveau 0, of direct op de toets Off van de
schuifregelaar drukken.
! De eerste druk op de schuifregelaar zorgt voor een
kort geluidssignaal dat aangeeft dat de aanraking
waargenomen is. Als, en alleen als, de
stroomsterkte gewijzigd wordt, zal bij het loslaten
van de schuifregelaar een ander kort geluidssignaal
afgegeven worden.
! De led voor selectie van de plaat gaan aan
gedurende de tijd die nodig is voor het instellen van
de stroomsterkte (10 seconden): binnen deze tijd
hebben de schuifregelaar (of de min/med/max
toetsen)* van invloed op de geselecteerde plaat zijn.
32
NL
Programmering kookduur
! Als u lang op de toetsen
en drukt kunt u de
minuten van de timer snel laten toenemen.
! Alle kookgedeeltes kunnen tegelijkertijd geprogrammeerd
worden voor een tijdsduur van tussen de 1 en de 99 minuten.
1. Kies het kookgedeelte door middel van de betreffende
selectietoets.
2. De gewenste stroomsterkte van het kookgedeelte instellen.
3. Druk op de programmeertoets . Het controlelampje
voor het betreffende kookgedeelte begint te knipperen.
3. Stel de gewenste kookduur in door middel van de
toetsen en .
4. Bevestig door op de toets
te drukken, of na 10
seconden vindt automatische selectie plaats.
De timer begint gelijk met aftellen. Het einde van de
geprogrammeerde kooktijd wordt aangegeven door een
geluidssignaal (van 1 minuut) waarna het kookgedeelte
uitgaat. Herhaal de hierboven beschreven procedure voor
iedere kookplaat die u wilt programmeren.
Visualisatie bij een meervoudige programmering.
Indien een of meer kookplaten zijn geprogrammeerd
vertoont het display de resterende tijd van de kookplaat
die als eerste eindigt, terwijl hij de positie
ervan aanduidt door middel van het
betreffende controlelampje dat knippert.
De controlelampjes van de andere
geprogrammeerde kookplaten zijn aan. Om de resterende
tijd van de andere geprogrammeerde kookplaten te
visualiseren moet u een aantal keren op de toets
drukken: met de klok mee zullen, de een na de ander, de
tijden van de timer alle geprogrammeerde kookplaten
worden getoond, te beginnen met de kookplaat linksvoor.
Het wijzigen van een programmering
1. Druk een aantal keer op de toets
totdat de tijd van
de kookplaat die u wilt wijzigen verschijnt.
2. Druk op de toetsen en voor het instellen van de
nieuwe tijd.
3. Bevestig door op de toets
te drukken.
Om een programmering te annuleren moet u
bovenstaande handelingen uitvoeren. Bij punt 2 drukt u op
de toets : de duur vermindert langzaamaan tot aan de
uitschakeling 0. De programmering wordt gewist en het
display verlaat de programmeringsmodus.
De timer
De kookplaat moet aan zijn.
Met de timer kunt u een duur tot aan 99 minuten instellen.
1. Druk op de toets programmering
totdat het
controlelampje van de timer aangaat .
2. Stel de gewenste kookduur in door middel van de
toetsen
en .
3. Bevestig door op de toets te drukken.
De timer begint gelijk met aftellen. Als de tijd verstreken is
hoort u voor de duur van 1 minuut een geluidssignaal.
Blokkering van het bedieningspaneel
Als de kookplaat in werking is kunt u het bedieningspaneel
blokkeren om een ongewenst aanraken te vermijden
(kinderen, schoonmaakhandelingen, enz.). Door op de
toets te drukken zal het bedieningspaneel worden
geblokkeerd. Het controlelampje boven de toets gaat aan.
Als u het bedieningspaneel weer wilt gebruiken (bv. als u
wilt stoppen met koken) moet u de blokkering uitschakelen:
druk even op de toets
. Het controlelampje gaat uit en
het bedieningspaneel wordt weer geactiveerd.
Uitschakelen kookplaat
Met de toets ; wordt het apparaat uitgeschakeld.
Vertrouw niet op de pannendetector.
Als het bedieningspaneel is geblokkeerd, blijft dit ook
geblokkeerd nadat u de kookplaat opnieuw inschakelt. Als
u de kookplaat opnieuw wilt inschakelen moet u eerst het
bedieningspaneel deblokkeren.
“Demo” modus
Het is mogelijk een demomodus in te stellen waarbij het
bedieningspaneel normaal functioneert (de opdrachten
betreffende de programmering inbegrepen), maar waarbij
de verwarmingselementen niet aangaan. Om de “demo”
modus te activeren moet de kookplaat aanstaan en alle
stralingselementen uit:
Druk tegelijkertijd 6 seconden lang op de toetsen
en
. Zodra de 6 seconden zijn verstreken zullen de
controlelampjes ON/OFF en BLOKKERING
BEDIENINGSPANEEL een seconde lang knipperen.
Laat de toetsen en los en druk op de toets ;
het display toont om de beurt de tekst DE en MO en het
kookvlak gaat uit;
33
NL
de volgende keer dat u de kookplaat inschakelt zal hij
zich in de “demo” modus bevinden.
Om deze modus te verlaten volgt u de boven beschreven
procedure. Het display toont om de beurt de tekst DE en
OF en het kookvlak gaat uit. Als u het kookvlak weer
inschakelt zal het gewoon functioneren.
Praktische tips voor het gebruik van het
apparaat
! Gebruik pannen die gemaakt zijn van materiaal dat
geschikt is voor inductie (ferromagnetisch materiaal). Wij
raden het gebruik aan van pannen van: gietijzer,
geëmailleerd staal of speciaal inductie roestvrij staal. U
kunt zelf testen of een pan geschikt is door hem uit te
proberen met een magneet.
*
GESCHIKTE MATERIALEN
ONGESCHIKTE MATERIALEN
Gietijzer
Ge‘mailleerd staal
Speciaal roestvrij staal
Koper,
Aluminium, Glas, Terracotta,
Aardewerk, Niet magnetisch roestvrij staal
Om optimale resultaten te bereiken met de kookplaat:
Gebruik alleen pannen met een dikke, platte bodem
zodat ze perfect aansluiten op het verwarmingsvlak.
Gebruik pannen die groot genoeg zijn om de kookplaat
geheel te bedekken zodat alle beschikbare hitte wordt
benut.
Houd de bodem van de pannen altijd goed schoon en
droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit
verlengt de levensduur van zowel de pannen als het
kookvlak zelf.
Vermijd dezelfde pannen te gebruiken die u ook op een
gasfornuis heeft gebruikt: de warmteconcentratie van
gasbranders kan de bodem van pannen vervormen,
waardoor ze niet goed meer aansluiten.
Veiligheidssystemen
Pannensensor
Ieder kookgedeelte is voorzien van een systeem dat
waarneemt of er een pan op staat. De plaat straalt alleen
warmte uit als er een pan van de juiste afmetingen op
staat. Het knipperende display met de aanwijzer van de
stroomsterkte kan aangeven:
dat de pan niet geschikt is
dat de pan een te kleine diameter heeft
dat de pan niet goed aansluit
Oververhitting
In het geval van oververhitting van de elektronische
onderdelen gaat de kookplaat automatisch uit en verschijnt
op het display
F
gevolgd door een knipperend nummer.
Deze boodschap verdwijnt en u kunt de kookplaat weer
gebruiken zodra de temperatuur tot op een acceptabel
niveau is gezakt.
Veiligheidsschakelaar
Het apparaat beschikt over een veiligheidsschakelaar die
de kookgedeeltes automatisch uitschakelt als de
tijdslimiet voor een bepaald vermogensniveau is bereikt.
Tijdens deze veiligheidsonderbreking vertoont het display
het cijfer “
00
00
0”.
B.v.: de kookplaat rechtsachter staat op 5, terwijl de plaat
linksvoor op 2 staat. De plaat rechtsachter zal automatisch
na 7 en half uur uitgaan, de plaat linksvoor na 9 en half uur.
Vermogensniveau
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
Begrenzing van de werkingsduur in uren
10
9,5
9
8,5
7,5
7
6,5
6
5,5
5
4
3,5
3
2,5
2
1
Geluidssignaal
Enkele storingen, zoals:
een voorwerp (pan, bestek, enz.) dat meer dan 10
seconden op het bedieningspaneel ligt,
gemors op het bedieningspaneel,
een lange druk op een toets, kunnen een geluidssignaal
veroorzaken. Verwijder de oorzaak van de storing en het
geluidssignaal houdt op. Als de oorzaak van de storing
niet wordt verwijderd blijft het geluidssignaal gaan en
wordt het kookvlak uitgeschakeld.
34
NL
EXTENSO TECHNOLOGY modus
M.b.v. de EXTENSO TECHNOLOGY zone kunt u
dezelfde stroomsterkte instellen op twee
"aaneengesloten" kookplaten. U kunt deze functie
activeren door op de EXTENSO TECHNOLOGY toets
) te drukken mits de twee kookplaten zich in de
OFF stand bevinden.
Het is mogelijk de EXTENSO TECHNOLOGY functie
te activeren terwijl de kookplaat aan is, door een
enkele keer op de EXTENSO TECHNOLOGY toets te
drukken. De leds op de aaneengesloten platen gaan
beide aan.
De 2 leds blijven aan zodra de platen met elkaar zijn
verbonden (als u weer op EXTENSO TECHNOLOGY
drukt worden ze losgekoppeld en wordt het
vermogen op beide platen op 0 gezet).
Als u op een van de twee FLEXI platen op de
toetsen +, - of max drukt verschijnt het effect zowel
op de ene als op de andere plaat.
Als u de EXTENSO TECHNOLOGY zone wilt
uitschakelen dient u op de EXTENSO TECHNOLOGY
toets
te drukken.
U kunt ook een timer instellen voor de EXTENSO
TECHNOLOGY
zone. Deze wordt getoond op het
display, waarna de leds van beide aaneengesloten
platen zullen aangaan. Als u op de "timer" toets
drukt zullen de twee aaneengesloten platen zich als
één gedragen.
Selectie en gebruik Selectie en gebruik
Selectie en gebruik Selectie en gebruik
Selectie en gebruik EXTENSO TECHNOLOGY
Om de kookzone FLEXI ZONE te gebruiken drukt u
op de toets
Om de stroomsterkte in te stellen (zie boven).
Werking van de EXTENSO TECHNOLOGYWerking van de EXTENSO TECHNOLOGY
Werking van de EXTENSO TECHNOLOGYWerking van de EXTENSO TECHNOLOGY
Werking van de EXTENSO TECHNOLOGY
Zodra u de EXTENSO TECHNOLOGY heeft
geselecteerd en u drukt op de toets
gaan de 2
leds van de EXTENSO TECHNOLOGY op beide
platen aan en is het dus mogelijk beide zones te
regelen als ware het een enkele zone. De
stroomsterkte wordt op beide displays getoond. Als
u alleen de bovenzijde of alleen de onderzijde
gebruikt zal het display van de zone die niet wordt
gebruikt beginnen te knipperen. Na een gebruik van
3 min zal de bereiding automatisch naar de
standaard modus overgaan. (niet EXTENSO
TECHNOLOGY).
! Zodra hij geactiveerd is, is het ook mogelijk de
EXTENSO TECHNOLOGY te programmeren met
dezelfde modus die is beschreven voor de enkele
platen.
! Accessoires
Voor de juiste werking van de kookzoneEXTENSO
TECHNOLOGY raden wij u aan pannen te gebruiken
met een elliptische of verlengde bodem en met een
lengte van minstens 250 mm. Als u pannen gebruikt
met een kleinere diameter raden wij u aan ze aan de
boven- of onderzijde te gebruiken, welke is
aangegeven door het symbool X.
Als de gebruikte pan niet gecentreerd is t.o.v. de
serigrafie zou u een fluittoon of een zacht geruis
kunnen horen. Dit signaleert geen slechte werking
van de kookplaat. We raden u aan de pan op het
centrum van de zone EXTENSO TECHNOLOGY te
plaatsen.
35
NL
Praktische kooktips
Koken met een snelkookpan
Snelkookpan
Frituren
Grillen Koken
Koken op zeer hoog vuurKoken op
hoog vuur
Koken op middelmatig vuurKoken op
laag vuur
Koken op
zeer laag
vuur
Crêpes Koken op hoog vuur en bruin bakken
(Braadstukken, biefstukken, kalfslappen,
visfilets, gebakken eieren)
Snel indikken (vloeibare sauzen)
Koken van water (pasta, rijst, groente)
Melk
Langzaam indikken (gebonden sauzen)
Au bain-marie koken
Koken met snelkookpan, na het sissen
Koken op laag vuur
(stoofschotels)
Opwarmen van gerechten
Chocoladesaus Warm houden van gerechten
36
NL
Voorzorgsmaatregelen en
advies
!
Dit apparaat is ontwikkeld en gefabriceerd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze
aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient
ze derhalve goed door te nemen.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU
Richtlijnen:
- 2006/95/EEG van 12/12/06 (Laagspanning) en
daaropvolgende wijzigingen
- 2004/108/EEG van 15/12/04 (Elektromagnetische
Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen
- 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen.
- 1275/2008 stand-by/off mode.
Algemene veiligheidsmaatregelen
!
Controleer dat de luchttoevoeropening van het rooster van
de ventilator niet verstopt is. De inbouwkookplaat moet
voorzien zijn van een goede ventilatie voor het afkoelen
van de elektronische componenten.
!
Het is niet aan te raden de inductiekookplaat boven een
koelkast te plaatsen (hitte) of boven een wasautomaat
(trillingen). Er zou geen voldoende ruimte zijn voor de
ventilatie van de elektronische elementen.
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst,
ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als
het in aanraking komt met regen of onweer.
Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of
met natte of vochtige handen of voeten.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag
uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen
volgens de instructies die beschreven staan in deze
handleiding. Gebruik het kookvlak niet om voorwerpen
op te plaatsen en ook niet als snijplank.
Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen
mechanische stoten. Het kan echter worden
beschadigd (of barsten) als het wordt geraakt door een
puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit
gebeurt moet u onmiddellijk het apparaat afsluiten van
de elektrische stroom en contact opnemen met de
Technische Dienst.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de kookplaat
terechtkomen.
Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte
aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat u
het heeft uitgeschakeld. De resterende warmte wordt
aangeduid door een aanwijzer (
zie Starten en gebruik
).
Houd voorwerpen die kunnen smelten op afstand van
de kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of
suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of
aluminium verpakkingen en folie: als u ze op het nog
warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u zware schade
aanrichten.
Richt de handvaten van de pannen altijd naar de
binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per
ongeluk tegenaan stoot.
Trek nooit de stekker aan het snoer uit het stopcontact,
maar pak altijd de stekker direct beet.
Maak het apparaat niet schoon of voer geen onderhoud
uit als de stekker nog in het stopcontact zit.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen
(kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk,
sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet
de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat,
tenzij onder toezicht van een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is
uitgelegd hoe het apparaat werkt.
Mededeling voor dragers van een pacemakerMededeling voor dragers van een pacemaker
Mededeling voor dragers van een pacemakerMededeling voor dragers van een pacemaker
Mededeling voor dragers van een pacemaker
of een ander actief ingeplant medischof een ander actief ingeplant medisch
of een ander actief ingeplant medischof een ander actief ingeplant medisch
of een ander actief ingeplant medisch
apparaat:apparaat:
apparaat:apparaat:
apparaat:
De kookplaat voldoet aan alle geldende normen
betreffende elektromagnetische storing.
Dit product is aldus in volkomen overeenstemming met
de voorschriften van de wet (richtlijn 89/336/EEG). Het
ontwerp is zodanig gepland dat het geen storingen
veroorzaakt bij andere elektrische apparaten die worden
gebruikt, mits ook dezen voldoen aan bovengenoemde
normen.
De inductieplaat creëert elektromagnetische velden op
korte afstand.
Teneinde ieder risico van storing tussen de kookplaat
en de pacemaker te vermijden moet deze laatste ook
voldoen aan de geldende normen.
Wat dat betreft kunnen wij slechts de conformiteit van
ons eigen product garanderen. Voor informatie omtrent
conformiteit of eventuele problemen verzoeken wij u
zich tot uw behandelende arts te wenden of tot de
fabrikant van de pacemaker.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels,
deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet
kunnen worden..
Het apparaat is niet geschikt om te worden
ingeschakeld m.b.v. een externe timer ofwel door
een gescheiden afstandsbedieningssysteem.
Afvalverwijdering
Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u
aan de plaatselijke normen zodat het materiaal
hergebruikt kan worden.
De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende
afgedankte elektrische en elektronische apparatuur
(AEEA), voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met
het normale afval mag worden meegegeven. De
verwijderde apparaten moeten apart worden opgehaald
om het terugwinnen en recyclen van de materialen
waaruit ze bestaan te optimaliseren en te voorkomen
dat er eventuele schade voortvloeit voor de gezondheid
en het milieu. Het symbool van de afvalemmer met een
kruis staat op alle producten om de consument eraan te
herinneren dat dit gescheiden afval is.
Om meer informatie te verkrijgen betreffende een juiste
verwijdering van huishoudapparaten kan de consument
zich richten tot de gemeentelijke reinigingsdienst of de
verkopers.
37
NL
Onderhoud en verzorging
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige
handeling overgaat.
Reinigen van het apparaat
!
Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of
bijtende middelen, zoals sprays voor barbecues en
ovens, vlekkenmiddelen, roestverwijderende
producten, schoonmaakmiddelen in poedervorm of
schuursponzen: deze kunnen het oppervlak
onherstelbaar krassen.
!
Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met
een vochtige spons reinigen en afdrogen met
keukenpapier.
Als de plaat erg vuil is moet hij worden
schoongemaakt met een speciaal middel voor
keramiekplaten. Daarna moet u hem afspoelen en
afdrogen.
Voor het verwijderen van hardnekkig vuil gebruikt
u het bijgeleverde schrapertje. Doe dit zo snel
mogelijk voordat het apparaat afkoelt zodat de
etensresten niet aankoeken. Uitstekende
resultaten bereikt u ook met een speciaal voor
keramiekplaten vervaardigd roestvrij staal
sponsje dat u in een sopje doopt.
! Het bijgeleverde schrapertje is erg scherp: wees
voorzichtig in het gebruik.
Als er op de kookplaat onverhoopt voorwerpen of
plastic materiaal of suiker zouden smelten, moet
u ze onmiddellijk met het schrapertje verwijderen
zolang het oppervlak nog warm is.
Als de plaat is schoongemaakt, kan hij worden
behandeld met een speciaal product voor
onderhoud en bescherming: het onzichtbare
laagje dat dit product achterlaat beschermt de
plaat in het geval er iets overkookt. Dit soort
handelingen moeten worden uitgevoerd als de
plaat lauw of koud is.
Vergeet niet de kookplaat altijd met schoon water
af te spoelen en goed af te drogen: restjes
schoonmaakmiddel kunnen de volgende keer dat
u kookt aankoeken.
Raamwerk van roestvrij staal(alleen bij modellen
met lijst)
Roestvrij staal kan vlekken gaan vertonen als er voor
langere tijd kalkhoudend water op blijft liggen of als
gevolg van gebruik van schoonmaakmiddelen die
fosfor bevatten.
Spoel en droog de kookplaat altijd goed af nadat u
hem heeft schoongemaakt. Droog gemorst water
altijd meteen goed af.
!
Enkele kookplaten hebben een lijst van aluminium
die lijkt op roestvrij staal. Gebruik voor het reinigen
en ontvetten geen producten die niet geschikt zijn
voor aluminium.
De kookplaat verwijderen
Als u de kookplaat uit elkaar moet halen:
1. verwijder de schroeven die de
centreringsklemmen aan de zijkant vasthouden;
2. maak de schroeven van de bevestigingshaken op
de hoeken los;
3. haal de kookplaat uit het meubel.
!
U mag nooit aan het interne systeem sleutelen om
een reparatie proberen uit te voeren. Als er een
storing is moet u contact opnemen met de Service
Dienst.
38
NL
Technische beschrijving
van de modellen
Het inductiesysteem is het snelste kooksysteem dat er bestaat. In tegenstelling tot conventionele kookplaten
wordt niet het kookgedeelte verwarmd: de warmte wordt rechtstreeks binnenin de pan gecreëerd, die daarom
een bodem van ferromagnetisch materiaal moet bezitten.
Legenda:
I = kookzone met eenvoudige inductie
IDD = kookzone met inductie dubbele diameter
B = booster: de kookzone kan beschikken over een extra vermogen van 3000 W
* = het maximale vermogen wordt beperkt terwijl de booster in het kookgedeelte erachter actief is
(zie Starten
en gebruik).
Kookplaten
TIS 62 C L S TIS 632 CD L S
Kookgedeeltes
Vermogen
(in W)
Vermogen
(in W)
Linksachter
I 1400 I 1400 – 600 als Linksvoor*
Rechtsachter
I 1400 IDD 2200 – B 3000* - 1600 als Linkssachter*
Linksvoor
I 1400 IDD 2200 – B 3000* - 1600 als Rechtsvoor*
Rechtsvoor
I 1400 I 1400 – B 2000* – 600 als Rechtsachter*
Totaal vermogen
5600 7200
39

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing KOOKPLAAT Inhoud PT PL Português,1 , 14 NL Nederlands,27 PAS OP ! , 28 Installatie, 29-30 Plaatsing Elektrische aansluiting RS , 40 Beschrijving van het apparaat, 31 Bedieningspaneel Verlengbare kookgedeeltes Starten en gebruik, 32-36 TIS 632 CDL S TIS 62 CL S Inschakelen kookplaat Inschakelen kookzones Medium functie Boosterfunctie Uitschakelen kookzones Programmering kookduur De timer Blokkering van het bedieningspaneel Uitschakelen kookplaat “Demo” modus EXTENSO TECHNOLOGY modus Praktische tips voor het gebruik van het apparaat Veiligheidsmechanismen Kooktips Voorzorgsmaatregelen en advies, 37 Algemene veiligheid Afvalverwijdering Onderhoud en verzorging, 38 De elektrische stroom afsluiten Reinigen van het apparaat De kookplaat verwijderen Technische beschrijving van de modellen, 39 PAS OP ! • PAS OP: Dit apparaat en zijn bereikbare onderdelen worden tijdens gebruik zeer heet. • Zorg ervoor de verwarmende elementen niet aan te raken. • Zorg ervoor dat kinderen die kleiner dan 8 jaar oud zijn niet dichtbij het apparaat kunnen komen, tenzij onder constant toezicht. • Het huidige apparaat mag alleen door kinderen van 8 jaar en ouder en door personen met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen, of zonder ervaring en kennis worden gebruikt, mits ze onder adequaat toezicht zijn, of mits ze zijn onderricht m.b.t. het veilige gebruik van het apparaat en zich bewust zijn van de betreffende gevaren. Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. De reinigingsen onderhoudshandelingen mogen niet door kinderen worden uitgevoerd, tenzij onder toezicht. • PAS OP: Het kan gevaarlijk zijn een fornuis met vet of olie onbewaakt te laten. Er kan brand ontstaan. 28 • U moet NOOIT proberen een vlam/ brand te blussen met water. U dient daarentegen het apparaat uit te schakelen en de vlam te bedekken met bijvoorbeeld een (blus)deken. • PAS OP: Brandgevaar: laat nooit voorwerpen op het kookoppervlak liggen. • PAS OP: Als het oppervlak van de glaskeramische kookplaat gebarsten is, moet u het apparaat uitschakelen om te voorkomen dat u een elektrische schok krijgt. • Gebruik nooit huishoudapparaten met stoom of hoge druk voor het reinigen van de kookplaat. • Het apparaat is niet geschikt om te worden ingeschakeld m.b.v. een externe timer of door een gescheiden afstandsbedieningssysteem. • Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels, deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet kunnen worden. • Na het gebruik dient u de kookplaat uit te schakelen door middel van het bedieningsmechanisme en niet uitsluitend te vertrouwen op de pannensensor. NL ! Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor eventuele raadpleging in de toekomst. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij het apparaat te bewaren zodat waarschuwingen en informatie betreffende werking voorhanden blijven. ! Lees de instructies aandachtig door: u vindt er belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik en veiligheid. min. 20 mm LADE Plaatsing HETELUCHTOVEN min. 40 mm VOORZIJDE VAN DE KOOKPLAAT KEUKENBLAD 30 Inbouw Voor een goede werking van het apparaat moet het keukenmeubel de juiste kenmerken hebben: • het keukenblad moet uit hittebestendig materiaal zijn vervaardigd en een temperatuur van circa 100°C kunnen verdragen; • als de kookplaat boven een oven wordt geïnstalleerd moet deze zijn voorzien van een geforceerd geventileerd afkoelingssysteem; • installeer de kookplaat nooit boven een afwasautomaat: indien u dit toch doet, breng dan een waterdichte afscheiding aan tussen de twee apparaten; • naar gelang het type kookplaat dat u wenst te installeren (zie afbeeldingen), moet het keukenmeubel de volgende afmetingen hebben: min. 20 mm 40 ! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen en dient daarom te worden verwijderd volgens de geldende normen voor gescheiden afvalverzameling ( zie Voorzorgsmaatregelen en advies). ! De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde installateur en volgens de instructies van de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade berokkenen aan personen, dieren of dingen. 5 mm min. 40 mm KOOKPLAAT ONDERSTEBOVEN 600 48 NL 5 mm Installatie 0 52 56 0+ /- 1 /- 0+ 1 49 Ventilatie Teneinde een correcte ventilatie te bereiken en een oververhitting van de oppervlakken rondom het apparaat te voorkomen, moet de kookplaat geïnstalleerd worden op: • een minimum afstand van 40 mm van de achterwand of van elk ander verticaal oppervlak; • op zodanige wijze dat er een minimum afstand overblijft van 20 mm tussen het inbouwmeubel en het onderstaande meubel. • De meubels die direct naast de kookplaat staan en hierboven uitsteken, moeten op minstens 600 mm van de rand van de plaat staan. 29 • 400V - 2+2N ~ 50 Hz Bevestigen Het apparaat moet op een absoluut horizontaal oppervlak worden geïnstalleerd. Eventuele door onjuiste installatie veroorzaakte vervormingen kunnen de eigenschappen en de prestaties van de kookplaat aantasten. Scheid de kabels en voer de draadverbinding uit zoals aangegeven in de volgende tabel en tekeningen: De lengte van de regelschroef van de bevestigingshaken Spanningstype en netfrequentie moet op basis van de dikte van het keukenblad worden ingesteld voordat de haken worden gemonteerd: • als de dikte 30 mm is: schroef 23 mm; • als de dikte 40 mm is: schroef 13 mm. Voor het bevestigen moet u als volgt te werk gaan: 1. Draai met korte, puntloze schroeven de 4 centreringsklemmen in de openingen in het midden van elke zijde van het blad vast; 2. zet de kookplaat in het midden van de opening van het keukenmeubel door gelijke druk uit te oefenen op de hele omtrek totdat de kookplaat perfect aansluit op het keukenblad. 3. voor een blad met zijprofielen: nadat u de kookplaat in het keukenmeubel heeft geplaatst moet u de 4 bevestigingshaken aan de onderste rand van de kookplaat vastschroeven met gepunte, lange schroeven, net zolang tot het glas goed aan het blad vastzit. ! De schroeven van de centreringsklemmen moeten te allen tijde bereikbaar blijven. ! Volgens de veiligheidsnormen mag er geen contact meer mogelijk zijn met de elektrische onderdelen nadat het apparaat is ingebouwd. ! Alle beschermende onderdelen moeten zodanig worden bevestigd dat ze niet kunnen worden verwijderd zonder gereedschap te gebruiken. Elektrische aansluiting ! De elektrische aansluitingen van de kookplaat en de eventuele inbouwoven moeten apart worden uitgevoerd, zowel om elektrische veiligheidsredenen als om de oven eventueel eenvoudiger te kunnen verwijderen. Eenfasige aansluiting De kookplaat is voorzien van een voedingskabel bestemd voor een eenfasige aansluiting. Voer de draadverbinding uit zoals aangegeven in de volgende tabel en tekeningen: Spanningstype en netfrequentie Elektrische kabel 220-240V 1+N ~ 50 Hz Draadverbinding : geel/groen; N: de 2 blauwe draden samen L: bruin en zwart samen Andere soorten aansluitingen Als het elektrische net overeenkomt met een van de volgende karakteristieken: Spanningstype en netfrequentie • 400V - 2+N ~ 50 Hz • 220-240V 3 ~ 50 Hz • 400V 3 - N ~ 50 Hz 30 400V - 2+N ~ 50 Hz 220-240V 3 ~ 50 Hz 400V 3-N ~ 50 Hz Elektrische kabel Draadverbinding : geel/groen; N: de 2 blauwe draden samen L1: zwart L2: bruin : geel/groen; 400V - 2+2N ~ 50 Hz N1: blauw N2: blauw L1: zwart L2: bruin Het aansluiten van de voedingskabel aan het elektrische net Bij een rechtstreekse aansluiting op het net moet u tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een minimum afstand van 3 mm tussen de contacten. ! De installateur is verantwoordelijk voor een correcte elektrische aansluiting en de inachtneming van de veiligheidsnormen. Vóór het aansluiten moet u controleren dat: • de contactdoos geaard is en voldoet aan de geldende normen; • het stopcontact in staat is het maximale vermogen van het apparaat te verdragen, zoals aangegeven op het typeplaatje dat zich op het apparaat bevindt; • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje; • de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de contactdoos te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. ! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te bereiken zijn. ! De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden. ! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen. ! De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden gesteld als deze normen niet worden nageleefd. ! Verwijder of vervang de voedingskabel voor geen enkele reden. De eventuele verwijdering of vervanging doet de garantie en de CE markering vervallen. INDESIT kan niet aansprakelijk worden gesteld voor ongelukken of schade die het resultaat zijn van de vervanging/verwijdering van de originele voedingskabel. De vervanging met een origineel onderdeel is alleen toegestaan indien uitgevoerd door een erkende INDESIT technicus. NL Beschrijving van het apparaat NL Bedieningspaneel Het bedieningspaneel dat hier wordt beschreven en afgebeeld geldt alleen als voorbeeld: het is mogelijk dat het niet exact overeenkomt met het door u aangeschafte model. Controlelampje EXTENSO TECHNOLOGY Toets EXTENSO TECHNOLOGY Display PROGRAMMERINGSTIMER* Toets BOOSTER* Controlelampje BOOSTER* Controlelampje GEPROGRAMMEERDE KOOKZONE* Aanwijzers STROOMSTERKTE en RESTERENDE WARMTE Toets TOENAME TIJD* Toets ON/OFF Aanwijzing KOOKZONE Controlelampje ON/OFF ZONE "SCHUIFREGELAAR" Controlelampje BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL Toets X Toets Toets Toets PROGRAMMERINGSTIMER Controlelampje TIMER* • ZONE "SCHUIFREGELAAR"- om de kookplaat aan- of uit te zetten of de Stroomsterkte te regelen (Zie Starten en gebruik) • Aanwijzing KOOKZONE, geeft de overeenkomende kookzone aan. • AanwijzerVERMOGEN: geeft het bereikte warmteniveau aan. • Toets ON/OFF voor het in- en uitschakelen van het apparaat. • Controlelampje ON/OFF: geeft aan of het apparaat in- of uitgeschakeld is. • Toets PROGRAMMERINGSTIMER* om de programmering van de kookduur te regelen (zie Starten en gebruik). • Display PROGRAMMERINGSTIMER*: toont de keuzes betreffende de programmering aan (zie Starten en gebruik). • Controlelampjes GEPROGRAMMEERD KOOKGEDEELTE*: tonen de kookgedeeltes aan als u een programmering start (zie Starten en gebruik). • Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL om te voorkomen dat er ongewilde wijzigingen aan de regeling van het kookvlak worden uitgevoerd (zie Starten en gebruik). • Controlelampje BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL: toont dat de blokkering van het bedieningspaneel heeft plaatsgevonden (zie Starten en gebruik). • BOOSTER* toets om het extra vermogen - 3000 W - van de kookzone in te schakelen (zie Starten en gebruik). Toets BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL Toets AFNAME TIJD* • BOOSTER* controlelampje, geeft aan dat het 'booster' extra vermogen actief is. • Controlelampje TIMER* geeft aan dat de timer actief is. • TOETS MAX - om de kookzone in te schakelen op het maximale niveau 16 (zie Starten en gebruik). • TOETS MED - om de kookzone in te schakelen op het middelmatige niveau 8 (zie Starten en gebruik). • TOETS MIN - om de kookzone in te schakelen op het minimale niveau 1 (zie Starten en gebruik). • Toets TOENAME TIJD* om de tijd van de timer of van de programmering toe te laten nemen (zie Starten en gebruik). • Toets AFNAME TIJD* om de tijd van de timer of van de programmering af te laten nemen (zie Starten en gebruik). • Toets EXTENSO TECHNOLOGY -om de kookzone EXTENSO TECHNOLOGY • Controlelampje EXTENSO TECHNOLOGY geeft aan dat de EXTENSO TECHNOLOGY actief is. ! Dit product voldoet aan de eisen die gesteld worden door de nieuwe Europese Richtlijn voor energiebesparing voor apparaten in de standbystand. Wanneer 2 minuten lang geen handelingen worden uitgevoerd gaat het apparaat, na het uitgaan van de waarschuwingslampjes voor restwarmte en voor de ventilator (indien aanwezig), automatisch in de “off mode”. Door op de ON/OFF toets te drukken, keert het apparaat weer terug in de operationele stand. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 31 Starten en gebruik ! De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat vetvlekjes achter op het glas. Voordat u het apparaat gebruikt raden wij u aan de vlekken te verwijderen met een speciaal niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste paar uur dat u het apparaat gebruikt kan het zijn dat u een rubbergeur ruikt. Deze zal echter snel wegtrekken. ! Als de kookplaat elektrisch wordt aangesloten hoort u na enkele seconden een kort geluidssignaal afgaan. Alleen dan kunt u de kookplaat aanzetten. Geluiden normale werking kookplaat: • Zoemen: geluid geproduceerd door het trillen van de metalen onderdelen waarvan de inductor en de pan zijn gemaakt en wordt gevormd door het elektromagnetische veld dat noodzakelijk is voor de verwarming. Dit neemt toe bij het toenemen van het vermogen van de inductor. • Zacht fluiten: dit hoort u als een lege pan op de kookplaat wordt gezet. Het geluid verdwijnt zodra u voedsel of water in de pan doet. • Knetteren: dit geluid wordt geproduceerd door het trillen van het materiaal van de bodem van de pan als er parasitaire stromingen plaatsvinden gevormd door het elektromagnetische veld (inductie). De intensiteit kan variëren aan de hand van het materiaal waarmee de bodem van de pan gemaakt is en wordt minder naarmate de afmetingen van de pan toenemen. • Hard fluiten: u hoort dit geluid als de twee inductoren op dezelfde verticale lijn tegelijkertijd op maximum vermogen werken en/of als op de grootste de boosterfunctie is ingesteld en de ander op zelfregeling staat. Het geluid wordt minder als u het vermogen van de zelfregelende inductor lager zet. Dit doet zich vooral voor als de bodem van de pan bestaat uit verschillende lagen van verschillende materialen. • Geluid van de ventilator: voor een juist gebruik van de kookplaat en om de veiligheid van het elektronische gedeelte te behoeden voor eventuele oververhitting is het noodzakelijk de ventilator in te schakelen. De ventilator draait op maximaal vermogen als de grote inductor op maximaal vermogen staat of als de boosterfunctie is ingeschakeld. In alle andere gevallen draait hij op middelmatig vermogen aan de hand van de waargenomen temperatuur. Het is bovendien mogelijk dat de ventilator blijft draaien nadat u de kookplaat heeft uitgezet, als de waargenomen temperatuur zeer hoog is. De genoemde geluiden zijn het resultaat van de inductietechnologie en zijn niet noodzakelijkerwijs functioneringsdefecten. Inschakelen kookplaat Druk ongeveer 1 seconde op de knop voor het inschakelen van de kookplaat. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 32 Inschakelen kookzones Om een kookzone in werking te stellen, de toets van de gewenste zone selecterenen de gewenste stroomsterkte instellen door op de schuifregelaar te drukken en met de vinger naar rechts te bewegen om de stroomsterkte te verhogen of naar links om de stroomsterkte te verlagen Er kan ook direct op de min/med/max toetsen gedrukt worden om de vooringestelde stroomsterktes te selecteren: min (1) / med (8) / max (16), en om de kookplaat uit te zetten zoals hieronder beschreven. Functies MIN/MED/MAX Door op de toets MED te drukken gaat de kookzone naar het middelste niveau van stroomsterkte 8 Door op de toets MIN te drukken gaat de kookzone naar het laagste niveau van stroomsterkte 1 Door op de toets MAX te drukken gaat de kookzone naar het hoogste niveau van stroomsterkte 16. Booster functie* Om de verwarmingstijd te versnellen kunt u in enkele kookzones de booster functie activeren door op de ost oster er . b oooster toets te drukken. Het controlelampje boven de toets gaat aan. Deze functie verhoogt het vermogen tot 2000 W of 3000 W, aan de hand van de grootte van de gekozen kookzone. De boosterfunctie stopt na 4 minuten automatisch. Zolang de booster van een van de kookzones actief is, zal het gedeelte daarvoor of daarachter slechts over een beperkt vermogen beschikken (bv.: als in de kookzone links achter de booster actief is, zal het vermogen in de kookzone links voor verminderen). Voor verdere informatie kunt u de Technische beschrijving van de modellen raadplegen. Uitschakelen kookgedeeltes Om de kookplaat uit te schakelen, de toets van de gewenste zone selecteren, drukken en de schuifregelaar naar links bewegen om terug te keren naar niveau 0, of direct op de toets Off van de schuifregelaar drukken. ! De eerste druk op de schuifregelaar zorgt voor een kort geluidssignaal dat aangeeft dat de aanraking waargenomen is. Als, en alleen als, de stroomsterkte gewijzigd wordt, zal bij het loslaten van de schuifregelaar een ander kort geluidssignaal afgegeven worden. ! De led voor selectie van de plaat gaan aan gedurende de tijd die nodig is voor het instellen van de stroomsterkte (10 seconden): binnen deze tijd hebben de schuifregelaar (of de min/med/max toetsen)* van invloed op de geselecteerde plaat zijn. NL NL Programmering kookduur ! Als u lang op de toetsen De timer en drukt kunt u de minuten van de timer snel laten toenemen. ! Alle kookgedeeltes kunnen tegelijkertijd geprogrammeerd worden voor een tijdsduur van tussen de 1 en de 99 minuten. 1. Kies het kookgedeelte door middel van de betreffende selectietoets. 2. De gewenste stroomsterkte van het kookgedeelte instellen. . Het controlelampje 3. Druk op de programmeertoets voor het betreffende kookgedeelte begint te knipperen. 3. Stel de gewenste kookduur in door middel van de toetsen en . 4. Bevestig door op de toets te drukken, of na 10 seconden vindt automatische selectie plaats. De timer begint gelijk met aftellen. Het einde van de geprogrammeerde kooktijd wordt aangegeven door een geluidssignaal (van 1 minuut) waarna het kookgedeelte uitgaat. Herhaal de hierboven beschreven procedure voor iedere kookplaat die u wilt programmeren. Visualisatie bij een meervoudige programmering. Indien een of meer kookplaten zijn geprogrammeerd vertoont het display de resterende tijd van de kookplaat die als eerste eindigt, terwijl hij de positie ervan aanduidt door middel van het betreffende controlelampje dat knippert. De controlelampjes van de andere geprogrammeerde kookplaten zijn aan. Om de resterende tijd van de andere geprogrammeerde kookplaten te visualiseren moet u een aantal keren op de toets drukken: met de klok mee zullen, de een na de ander, de tijden van de timer alle geprogrammeerde kookplaten worden getoond, te beginnen met de kookplaat linksvoor. totdat de tijd van de kookplaat die u wilt wijzigen verschijnt. 2. Druk op de toetsen en voor het instellen van de nieuwe tijd. 3. Bevestig door op de toets te drukken. Om een programmering te annuleren moet u bovenstaande handelingen uitvoeren. Bij punt 2 drukt u op de toets 1. Druk op de toets programmering totdat het controlelampje van de timer aangaat . 2. Stel de gewenste kookduur in door middel van de toetsen en . 3. Bevestig door op de toets te drukken. De timer begint gelijk met aftellen. Als de tijd verstreken is hoort u voor de duur van 1 minuut een geluidssignaal. Blokkering van het bedieningspaneel Als de kookplaat in werking is kunt u het bedieningspaneel blokkeren om een ongewenst aanraken te vermijden (kinderen, schoonmaakhandelingen, enz.). Door op de toets te drukken zal het bedieningspaneel worden geblokkeerd. Het controlelampje boven de toets gaat aan. Als u het bedieningspaneel weer wilt gebruiken (bv. als u wilt stoppen met koken) moet u de blokkering uitschakelen: druk even op de toets . Het controlelampje gaat uit en het bedieningspaneel wordt weer geactiveerd. Uitschakelen kookplaat Met de toets ; wordt het apparaat uitgeschakeld. Vertrouw niet op de pannendetector. Als het bedieningspaneel is geblokkeerd, blijft dit ook geblokkeerd nadat u de kookplaat opnieuw inschakelt. Als u de kookplaat opnieuw wilt inschakelen moet u eerst het bedieningspaneel deblokkeren. “Demo” modus Het wijzigen van een programmering 1. Druk een aantal keer op de toets De kookplaat moet aan zijn. Met de timer kunt u een duur tot aan 99 minuten instellen. : de duur vermindert langzaamaan tot aan de uitschakeling 0. De programmering wordt gewist en het display verlaat de programmeringsmodus. Het is mogelijk een demomodus in te stellen waarbij het bedieningspaneel normaal functioneert (de opdrachten betreffende de programmering inbegrepen), maar waarbij de verwarmingselementen niet aangaan. Om de “demo” modus te activeren moet de kookplaat aanstaan en alle stralingselementen uit: • Druk tegelijkertijd 6 seconden lang op de toetsen en . Zodra de 6 seconden zijn verstreken zullen de controlelampjes ON/OFF en BLOKKERING BEDIENINGSPANEEL een seconde lang knipperen. Laat de toetsen en los en druk op de toets ; • het display toont om de beurt de tekst DE en MO en het kookvlak gaat uit; 33 • de volgende keer dat u de kookplaat inschakelt zal hij zich in de “demo” modus bevinden. Om deze modus te verlaten volgt u de boven beschreven procedure. Het display toont om de beurt de tekst DE en OF en het kookvlak gaat uit. Als u het kookvlak weer inschakelt zal het gewoon functioneren. Praktische tips voor het gebruik van het apparaat ! Gebruik pannen die gemaakt zijn van materiaal dat geschikt is voor inductie (ferromagnetisch materiaal). Wij raden het gebruik aan van pannen van: gietijzer, geëmailleerd staal of speciaal inductie roestvrij staal. U kunt zelf testen of een pan geschikt is door hem uit te proberen met een magneet. ONGESCHIKTE MATERIALEN GESCHIKTE MATERIALEN * Gietijzer Ge‘mailleerd staal Speciaal roestvrij staal Koper, Aluminium, Glas, Terracotta, Aardewerk, Niet magnetisch roestvrij staal Om optimale resultaten te bereiken met de kookplaat: • Gebruik alleen pannen met een dikke, platte bodem zodat ze perfect aansluiten op het verwarmingsvlak. • Gebruik pannen die groot genoeg zijn om de kookplaat geheel te bedekken zodat alle beschikbare hitte wordt benut. • Houd de bodem van de pannen altijd goed schoon en droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit verlengt de levensduur van zowel de pannen als het kookvlak zelf. • Vermijd dezelfde pannen te gebruiken die u ook op een gasfornuis heeft gebruikt: de warmteconcentratie van gasbranders kan de bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet goed meer aansluiten. Veiligheidssystemen Pannensensor Ieder kookgedeelte is voorzien van een systeem dat waarneemt of er een pan op staat. De plaat straalt alleen warmte uit als er een pan van de juiste afmetingen op staat. Het knipperende display met de aanwijzer van de stroomsterkte kan aangeven: 34 • dat de pan niet geschikt is • dat de pan een te kleine diameter heeft • dat de pan niet goed aansluit Oververhitting In het geval van oververhitting van de elektronische onderdelen gaat de kookplaat automatisch uit en verschijnt op het display F gevolgd door een knipperend nummer. Deze boodschap verdwijnt en u kunt de kookplaat weer gebruiken zodra de temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt. Veiligheidsschakelaar Het apparaat beschikt over een veiligheidsschakelaar die de kookgedeeltes automatisch uitschakelt als de tijdslimiet voor een bepaald vermogensniveau is bereikt. Tijdens deze veiligheidsonderbreking vertoont het display 0”. het cijfer “0 B.v.: de kookplaat rechtsachter staat op 5, terwijl de plaat linksvoor op 2 staat. De plaat rechtsachter zal automatisch na 7 en half uur uitgaan, de plaat linksvoor na 9 en half uur. Vermogensniveau Begrenzing van de werkingsduur in uren 1 10 2 9,5 3 9 4 8,5 5 7,5 6 7 7 6,5 8 6 9 5,5 10 5 11 4 12 3,5 13 3 14 2,5 15 2 16 1 Geluidssignaal Enkele storingen, zoals: • een voorwerp (pan, bestek, enz.) dat meer dan 10 seconden op het bedieningspaneel ligt, • gemors op het bedieningspaneel, • een lange druk op een toets, kunnen een geluidssignaal veroorzaken. Verwijder de oorzaak van de storing en het geluidssignaal houdt op. Als de oorzaak van de storing niet wordt verwijderd blijft het geluidssignaal gaan en wordt het kookvlak uitgeschakeld. NL EXTENSO TECHNOLOGY modus NL M.b.v. de EXTENSO TECHNOLOGY zone kunt u dezelfde stroomsterkte instellen op twee "aaneengesloten" kookplaten. U kunt deze functie activeren door op de EXTENSO TECHNOLOGY toets ) te drukken mits de twee kookplaten zich in de OFF stand bevinden. Het is mogelijk de EXTENSO TECHNOLOGY functie te activeren terwijl de kookplaat aan is, door een enkele keer op de EXTENSO TECHNOLOGY toets te drukken. De leds op de aaneengesloten platen gaan beide aan. De 2 leds blijven aan zodra de platen met elkaar zijn verbonden (als u weer op EXTENSO TECHNOLOGY drukt worden ze losgekoppeld en wordt het vermogen op beide platen op 0 gezet). Als u op een van de twee FLEXI platen op de toetsen +, - of max drukt verschijnt het effect zowel op de ene als op de andere plaat. Als u de EXTENSO TECHNOLOGY zone wilt uitschakelen dient u op de EXTENSO TECHNOLOGY toets ! Zodra hij geactiveerd is, is het ook mogelijk de EXTENSO TECHNOLOGY te programmeren met dezelfde modus die is beschreven voor de enkele platen. ! Accessoires Voor de juiste werking van de kookzoneEXTENSO TECHNOLOGY raden wij u aan pannen te gebruiken met een elliptische of verlengde bodem en met een lengte van minstens 250 mm. Als u pannen gebruikt met een kleinere diameter raden wij u aan ze aan de boven- of onderzijde te gebruiken, welke is aangegeven door het symbool X. Als de gebruikte pan niet gecentreerd is t.o.v. de serigrafie zou u een fluittoon of een zacht geruis kunnen horen. Dit signaleert geen slechte werking van de kookplaat. We raden u aan de pan op het centrum van de zone EXTENSO TECHNOLOGY te plaatsen. te drukken. U kunt ook een timer instellen voor de EXTENSO TECHNOLOGY zone. Deze wordt getoond op het display, waarna de leds van beide aaneengesloten platen zullen aangaan. Als u op de "timer" toets drukt zullen de twee aaneengesloten platen zich als één gedragen. Selectie en gebruik EXTENSO TECHNOLOGY Om de kookzone FLEXI ZONE te gebruiken drukt u op de toets Om de stroomsterkte in te stellen (zie boven). Werking van de EXTENSO TECHNOLOGY Zodra u de EXTENSO TECHNOLOGY heeft geselecteerd en u drukt op de toets gaan de 2 leds van de EXTENSO TECHNOLOGY op beide platen aan en is het dus mogelijk beide zones te regelen als ware het een enkele zone. De stroomsterkte wordt op beide displays getoond. Als u alleen de bovenzijde of alleen de onderzijde gebruikt zal het display van de zone die niet wordt gebruikt beginnen te knipperen. Na een gebruik van 3 min zal de bereiding automatisch naar de standaard modus overgaan. (niet EXTENSO TECHNOLOGY). 35 Praktische kooktips 36 Koken met een snelkookpan Snelkookpan Frituren Grillen Koken Crêpes Koken op hoog vuur en bruin bakken (Braadstukken, biefstukken, kalfslappen, visfilets, gebakken eieren) Snel indikken (vloeibare sauzen) Koken van water (pasta, rijst, groente) Melk Au bain-marie koken Koken met snelkookpan, na het sissen Koken op laag vuur Langzaam indikken (gebonden sauzen) Koken op laag vuur (stoofschotels) Opwarmen van gerechten Koken op zeer laag vuur Koken op middelmatig vuur Koken op hoog vuur Koken op zeer hoog vuur NL Chocoladesaus Warm houden van gerechten Voorzorgsmaatregelen en advies NL ! Dit apparaat is ontwikkeld en gefabriceerd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Dit apparaat voldoet aan de volgende EU Richtlijnen: - 2006/95/EEG van 12/12/06 (Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen - 2004/108/EEG van 15/12/04 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen - 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen. - 1275/2008 stand-by/off mode. Algemene veiligheidsmaatregelen !Controleer dat de luchttoevoeropening van het rooster van de ventilator niet verstopt is. De inbouwkookplaat moet voorzien zijn van een goede ventilatie voor het afkoelen van de elektronische componenten. !Het is niet aan te raden de inductiekookplaat boven een koelkast te plaatsen (hitte) of boven een wasautomaat (trillingen). Er zou geen voldoende ruimte zijn voor de ventilatie van de elektronische elementen. • Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of onweer. • Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of met natte of vochtige handen of voeten. • Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen volgens de instructies die beschreven staan in deze handleiding. Gebruik het kookvlak niet om voorwerpen op te plaatsen en ook niet als snijplank. • Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen mechanische stoten. Het kan echter worden beschadigd (of barsten) als het wordt geraakt door een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit gebeurt moet u onmiddellijk het apparaat afsluiten van de elektrische stroom en contact opnemen met de Technische Dienst. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van de kookplaat terechtkomen. • Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat u het heeft uitgeschakeld. De resterende warmte wordt aangeduid door een aanwijzer (zie Starten en gebruik). • Houd voorwerpen die kunnen smelten op afstand van de kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of aluminium verpakkingen en folie: als u ze op het nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u zware schade aanrichten. • Richt de handvaten van de pannen altijd naar de binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk tegenaan stoot. • Trek nooit de stekker aan het snoer uit het stopcontact, maar pak altijd de stekker direct beet. • Maak het apparaat niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het apparaat werkt. • Mededeling voor dragers van een pacemaker of een ander actief ingeplant medisch apparaat: De kookplaat voldoet aan alle geldende normen betreffende elektromagnetische storing. Dit product is aldus in volkomen overeenstemming met de voorschriften van de wet (richtlijn 89/336/EEG). Het ontwerp is zodanig gepland dat het geen storingen veroorzaakt bij andere elektrische apparaten die worden gebruikt, mits ook dezen voldoen aan bovengenoemde normen. De inductieplaat creëert elektromagnetische velden op korte afstand. Teneinde ieder risico van storing tussen de kookplaat en de pacemaker te vermijden moet deze laatste ook voldoen aan de geldende normen. Wat dat betreft kunnen wij slechts de conformiteit van ons eigen product garanderen. Voor informatie omtrent conformiteit of eventuele problemen verzoeken wij u zich tot uw behandelende arts te wenden of tot de fabrikant van de pacemaker. • Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. • Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels, deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet kunnen worden.. • Het apparaat is niet geschikt om te worden ingeschakeld m.b.v. een externe timer ofwel door een gescheiden afstandsbedieningssysteem. Afvalverwijdering • Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal hergebruikt kan worden. • De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA), voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met het normale afval mag worden meegegeven. De verwijderde apparaten moeten apart worden opgehaald om het terugwinnen en recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele schade voortvloeit voor de gezondheid en het milieu. Het symbool van de afvalemmer met een kruis staat op alle producten om de consument eraan te herinneren dat dit gescheiden afval is. Om meer informatie te verkrijgen betreffende een juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de consument zich richten tot de gemeentelijke reinigingsdienst of de verkopers. 37 Onderhoud en verzorging Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. • Vergeet niet de kookplaat altijd met schoon water af te spoelen en goed af te drogen: restjes schoonmaakmiddel kunnen de volgende keer dat u kookt aankoeken. Reinigen van het apparaat Raamwerk van roestvrij staal(alleen bij modellen met lijst) De elektrische stroom afsluiten ! Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende middelen, zoals sprays voor barbecues en ovens, vlekkenmiddelen, roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het oppervlak onherstelbaar krassen. ! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. • Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met een vochtige spons reinigen en afdrogen met keukenpapier. • Als de plaat erg vuil is moet hij worden schoongemaakt met een speciaal middel voor keramiekplaten. Daarna moet u hem afspoelen en afdrogen. • Voor het verwijderen van hardnekkig vuil gebruikt u het bijgeleverde schrapertje. Doe dit zo snel mogelijk voordat het apparaat afkoelt zodat de etensresten niet aankoeken. Uitstekende resultaten bereikt u ook met een speciaal voor keramiekplaten vervaardigd roestvrij staal sponsje dat u in een sopje doopt. ! Het bijgeleverde schrapertje is erg scherp: wees voorzichtig in het gebruik. • Als er op de kookplaat onverhoopt voorwerpen of plastic materiaal of suiker zouden smelten, moet u ze onmiddellijk met het schrapertje verwijderen zolang het oppervlak nog warm is. • Als de plaat is schoongemaakt, kan hij worden behandeld met een speciaal product voor onderhoud en bescherming: het onzichtbare laagje dat dit product achterlaat beschermt de plaat in het geval er iets overkookt. Dit soort handelingen moeten worden uitgevoerd als de plaat lauw of koud is. 38 Roestvrij staal kan vlekken gaan vertonen als er voor langere tijd kalkhoudend water op blijft liggen of als gevolg van gebruik van schoonmaakmiddelen die fosfor bevatten. Spoel en droog de kookplaat altijd goed af nadat u hem heeft schoongemaakt. Droog gemorst water altijd meteen goed af. ! Enkele kookplaten hebben een lijst van aluminium die lijkt op roestvrij staal. Gebruik voor het reinigen en ontvetten geen producten die niet geschikt zijn voor aluminium. De kookplaat verwijderen Als u de kookplaat uit elkaar moet halen: 1. verwijder de schroeven die de centreringsklemmen aan de zijkant vasthouden; 2. maak de schroeven van de bevestigingshaken op de hoeken los; 3. haal de kookplaat uit het meubel. ! U mag nooit aan het interne systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te voeren. Als er een storing is moet u contact opnemen met de Service Dienst. NL Technische beschrijving van de modellen NL Het inductiesysteem is het snelste kooksysteem dat er bestaat. In tegenstelling tot conventionele kookplaten wordt niet het kookgedeelte verwarmd: de warmte wordt rechtstreeks binnenin de pan gecreëerd, die daarom een bodem van ferromagnetisch materiaal moet bezitten. Legenda: I = kookzone met eenvoudige inductie IDD = kookzone met inductie dubbele diameter B = booster: de kookzone kan beschikken over een extra vermogen van 3000 W * = het maximale vermogen wordt beperkt terwijl de booster in het kookgedeelte erachter actief is (zie Starten en gebruik). Kookplaten Kookgedeeltes Linksachter Rechtsachter Linksvoor Rechtsvoor Totaal vermogen TIS 62 C L S Vermogen (in W) I 1400 I 1400 I 1400 I 1400 5600 TIS 632 CD L S Vermogen (in W) I 1400 – 600 als Linksvoor* IDD 2200 – B 3000* - 1600 als Linkssachter* IDD 2200 – B 3000* - 1600 als Rechtsvoor* I 1400 – B 2000* – 600 als Rechtsachter* 7200 39
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52

Scholtes TIS 632 CD L S Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen