Documenttranscriptie
LET OP:LEES EERST DEZE AANWIJZINGEN ALVORENS
HET␣ APPARAAT IN GEBRUIK TE NEMEN.
1
Om u van de beste prestaties te verzekeren, dient u
deze gebruiksaanwijzing aandachtig door te lezen.
Bewaar deze op een veilige plaats voor eventuele
latere naslag.
2
Stel dit apparaat op een goed geventileerde, koele,
droge en schone plaats op, met minimaal 10 cm vrije
ruimte boven, achter en aan beide zijkanten van dit
apparaat, zonder blootstelling aan direct zonlicht,
warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of koude.
3
Stel het apparaat op afstand van andere elektrische
apparatuur, motors, en transformators op om
bromgeluiden te voorkomen. Stel dit apparaat niet op
plaatsen op waar het blootgesteld kan worden aan
regen of enige andere soort vloeistof om brand of
elektrische schokken te voorkomen.
4
Vermijd extreme temperatuurschommelingen of
overmatig gebruik van een luchtbevochtiger in het
vertrek waar dit apparaat staat opgesteld, om
condensvorming in dit apparaat te voorkomen,
waardoor weer elektrische schokken, brand, schade
aan dit apparaat en/of persoonlijk letsel kunnen
worden veroorzaakt.
5
Bedek dit apparaat niet met een krant, een tafelkleed,
een gordijn, enz., om de warmte-uitstraling niet te
belemmeren. Als de temperatuur binnenin dit
apparaat stijgt, kunnen brand, schade aan dit
apparaat en/of persoonlijk letsel worden veroorzaakt.
6
Vermijd opstelling van dit apparaat op plaatsen waar
vreemde voorwerpen en vloeistoffen erin zouden
kunnen vallen. Hierdoor kunnen brand, schade aan
dit apparaat en/of persoonlijk letsel worden
veroorzaakt. Plaats de volgende voorwerpen niet op
dit apparaat:
• Andere componenten, omdat deze schade aan en/
of verkleuring van het buitenpaneel van dit
apparaat kunnen veroorzaken.
• Brandende voorwerpen (d.w.z. kaarsen), omdat
deze brand, schade aan dit apparaat en/of
persoonlijk letsel kunnen veroorzaken.
• Voorwerpen waarin een vloeistof zit, omdat deze
een elektrische schok aan de gebruiker en/of
schade aan dit apparaat kunnen veroorzaken.
7
Gebruik dit apparaat niet ondersteboven. Hierdoor
kan het oververhit raken waardoor mogelijkerwijs
brand kan worden veroorzaakt.
LET OP
8
Wanneer u dit apparaat wilt verplaatsen, zorgt u
ervoor dat u eerst de stekker van het netsnoer uit het
stopcontact trekt en vervolgens alle aansluitkabels
losmaakt waarmee dit apparaat op andere apparatuur
is aangesloten.
9
Oefen geen kracht uit op de schakelaars, knoppen,
toetsen of aansluitkabels. Trek nooit aan de kabels
wanneer u deze los maakt.
10 Alleen de op dit apparaat aangegeven netspanning
mag worden gebruikt. Het is gevaarlijk dit apparaat
met een hogere dan de aangegeven netspanning te
gebruiken omdat hierdoor brand en/of andere
ongelukken kunnen worden veroorzaakt. YAMAHA
aanvaardt geen enkele verantwoordelijkheid voor
enigerlei schade als gevolg van het gebruik van dit
apparaat met een hogere netspanning dan welke is
aangegeven.
11 Probeer dit apparaat niet te reinigen met chemische
oplosmiddelen, omdat hierdoor de afwerklaag kan
worden beschadigd. Gebruik een schone, droge
doek.
12 Trek de stekker van het netsnoer uit het
muurstopcontact wanneer u dit apparaat gedurende
een lange tijd niet denkt te gebruiken of tijdens een
onweersbui, omdat de kans op beschadiging door
blikseminslag aanwezig is.
13 Probeer dit apparaat niet te veranderen of te
repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA
onderhoudspersoneel als dit apparaat onderhoud
behoeft. De buitenpanelen mogen onder geen enkel
beding worden verwijderd.
14 Lees altijd eerst het hoofdstuk “FOUTOPSPORING”
voor oplossingen van alledaagse bedieningsfouten
alvorens de conclusie te trekken dat dit apparaat
defect is.
Alleen voor klanten in Nederland
Bij dit product zijn batterijen
geleverd. Wanneer deze leeg zijn,
moet u ze niet weggooien maar
inleveren als KCA.
VOORBEREIDING
KENMERKEN
INHOUD
● Geluid van huisbioscoop
● Inclusief Dolby Digital, Dolby Pro
Logic en DTS decoder
VOORBEREIDING
KENMERKEN ............................................................. 1
VOORBEREIDINGEN ............................................... 2
NAMEN VAN ALLE ONDERDELEN ...................... 4
OPSTELLING VAN DE LUIDSPREKERS .............. 6
INSTALLEREN ........................................................... 7
AANSLUITINGEN ...................................................... 9
INSTELLEN VAN HET UITGANGSNIVEAU VAN
DE LUIDSPREKERS ............................................. 15
VOORBEREIDING
Dit systeem levert een realistisch en krachtig geluid
zoals in een bioscoop. Daarvoor hoeft u alleen maar
de VS-10 aan te sluiten op uw TV. U kunt ook
genieten van sterkere basklanken en surround-effecten
door het aansluiten van de los verkrijgbare YAMAHA
NX-SW10 die bestaat uit een subwoofer, een
middenluidspreker en twee achterluidsprekers.
Dit systeem kan het geluidsveld van software met het
logo g, sof
weergeven.
Bij weergave van software met het g,
logo kan de VS-10 een
sof
virtueel surround-geluidsveld produceren zodat u kunt
genieten van surround-effecten waarbij u het gevoel
krijgt dat het geluid beweegt en u een onderdeel van
het geluid bent.
BEDIENING
BEDIENING VAN HET APPARAAT ...................... 17
GEBRUIK VAN HANDIGE FUNCTIES ................ 19
DSP-PROGRAMMA (EFFECT VAN DIGITALE
GELUIDSVELDPROCESSOR) ........................... 21
MENUFUNCTIES ..................................................... 24
Door de YAMAHA NX-SW10 (los verkrijgbaar) aan
te sluiten kunt u acht verschillende DSP-programma’s
gebruiken waarmee diverse bronnen, van films tot
concerten, sportwedstrijden en spelletjes, krachtig en
realistisch worden weergegeven. Daarbij heeft u
SILENT CINEMA voor een virtueel surround-effect
via een aangesloten hoofdtelefoon.
AFSTANDSBEDIENING
BEDIENING VAN ANDERE COMPONENTEN
MET DE AFSTANDSBEDIENING ...................... 27
● Instelbare afstandsbediening
AFSTANDSBEDIENING
● Acht DSP-programma’s, inclusief
YAMAHA CINEMA DSP
BEDIENING
● Virtueel geluid (beschikbaar voor
Virtual Dolby Digital)
Met de afstandsbediening kunt u niet alleen de
regeleenheid bedienen, maar ook componenten van
andere merken. Daarvoor hoeft u alleen maar de code
van het betreffende merk in te stellen.
Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories.
“Dolby”, “Pro Logic” en het dubbele D-symbool
zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
Vertrouwelijke onuitgegeven werken. ©1992–
1997 Dolby Laboratories Inc. Alle rechten
voorbehouden.
Het symbool y heeft betrekking op een bedieningstip.
Nederlands
Gefabriceerd onder licentie van Digital Theater Systems, Inc.
US Pat. No. 5,451,942 en overige wereldwijde patenten
geregistreerd en in aanvraag. “DTS”, “DTS Digital Surround”
zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc.
Auteursrecht 1996 Digital Theater Systems, Inc. Alle rechten
voorbehouden.
WOORDENLIJST ..................................................... 31
FOUTOPSPORING ................................................... 32
SPECIFICATIES ....................................................... 33
INDEX ........................................................................ 34
ADDENDUM
ADDENDUM
1
VOORBEREIDINGEN
Controle op de inhoud van de verpakking
Controleer na het uitpakken of de volgende accessoires aanwezig zijn:
Afstandsbediening Batterijen (AAA, R03, type UM-4)
Aansluitgids (Connection guide)
Connecting to a TV (monitor), DVD player, Satellite tuner and VCR
Onderdelen voor bevestiging
regeleenheid
Connection Guide
Control center VS-10 (rear panel)
VIDEO SIGNAL
MONITOR
OUT
V
+
–
DO NOT CONNECT THIS UNIT TO
SPEAKERS OTHER THAN NX-VS10M
+
Ondersteunende standaard
MARK
MAIN SPEAKERS
DIGITAL 1 VIDEO 1
(V/PCM)
ON/OFF
OUT
TV
SUBWOOFER
SYSTEM
CONNECTOR
INPUT
V
DVD player
EFFECT
V R L
VIDEO
OUT
VS10
TV
VCR
R L
V
OPTICAL DIGITAL
OUTPUT
SAT
TV (monitor)
P
– VOL
VOL
V R L
+
Satellite tuner
VCR
VIDEO
OUT
L
P
AUDIO
OUT
R
VIDEO
OUT
L
AUDIO
OUT
R
SET
DSP
V
INPUT
MEMORY
1
2
4
5
6
7
8
9
Audio-aansluitkabel (2-pens, 1,5 m)
3
Supplied cords
V
L
L R
R
1
Audio connection cord (2 pin) (x 1)
L
2
L
L
R
R
R
VIDEO
IN
AUDIO AUDIO
IN
OUT
Video connection cord (x 1)
V
V
V
L
R
Commercially available cable
Optical fiber cable
Kussentjes voor
zijpaneel (x 2)
MENU
–
-/--
+
0
SUBWOOFER
–
C/P
SUBWOOFER
TEST
+
NIGHT MODE
Video-aansluitkabel (1,5 m)
Kussentjes voor
onderpaneel (x 4)
Gereedmaken van de afstandsbediening
■ Plaatsen van de batterijen
1
2
3
2
Verwijder het deksel van het batterijvak.
Plaats de vier batterijen (AAA, R03, type UM-4)
met de polen + en – op de juiste plaats.
Sluit het deksel van het batterijvak.
■ Voorzorgsmaatregelen bij gebruik
van batterijen
Bij verkeerd gebruik kunnen batterijen gaan lekken of
barsten. Zorg daarom dat u altijd de onderstaande
voorzorgsmaatregelen in acht neemt:
• Plaats de batterijen met de polen + en – op de juiste
plaats zoals in het batterijvak staat aangegeven.
• Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
• Gebruik geen verschillende soorten batterijen door
elkaar. De spanning en prestaties hiervan kunnen
namelijk verschillen, ook al hebben ze dezelfde vorm.
• Verwijder alle batterijen wanneer deze niet langer
gebruikt kunnen worden of wanneer u de
afstandsbediening lange tijd niet denkt te gebruiken.
• Gebruik geen oplaadbare batterijen.
• Bij lekkage dient u alle batterijvloeistof uit het
batterijvak te verwijderen.
Opslaan van de merkcode
Vernieuw de batterijen nog voordat deze onbruikbaar
worden. Wanneer de batterijen leeg raken of worden
verwijderd, zal de door de gebruiker ingestelde
merkcode nog circa twee minuten bewaard blijven.
Wanneer er meer dan twee minuten zijn verstreken, is de
kans aanwezig dat de merkcode verloren gaat.
VOORBEREIDINGEN
Effectief bereik van de afstandsbediening
■ Tijdstip voor vernieuwing van
batterijen
Regeleenheid
STANDBY
D I G I T A L
OPEN
DOLBY
D I G I T A L
NATURAL SOUND HOME THEATER SYSTEM VS-10
SURROUND
Circa. 20 cm – 6 m
30°
30°
■ Voorzorgsmaatregelen bij het
omgaan met de afstandsbediening
• Wanneer de afstandsbedieningssensor van de
regeleenheid wordt geblokkeerd door een obstakel, heeft
de afstandsbediening soms geen effect op de
voorluidspreker.
• Stel de afstandsbediening niet bloot aan schokken. Pas
op dat de afstandsbediening niet nat kan worden en leg
deze niet neer op een plaats die is blootgesteld aan hoge
vochtigheid.
• Bediening op afstand kan moeilijk worden wanneer de
sensor wordt blootgesteld aan direct zonlicht of aan
ander fel licht (zoals van een fluorescerende lamp met
gelijkstroom-wisselstroomomzetter). Indien dit gebeurt,
verplaats de regeleenheid dan zodanig dat de sensor niet
langer aan dit licht wordt blootgesteld.
• Bediening op afstand is soms niet mogelijk wanneer er
tegelijkertijd nog een andere afstandsbediening wordt
gebruikt.
VOORBEREIDING
Vernieuw alle vier batterijen wanneer het effectieve bereik
van de afstandsbediening korter begint te worden.
POWER
Nederlands
3
NAMEN VAN ALLE ONDERDELEN
Regeleenheid (Voorpaneel)
STANDBY-indicator
Wanneer deze indicator
oplicht, zal dit toestel een zeer
kleine hoeveelheid stroom
DSP-keuzetoets (blz. 22)
blijven verbruiken om te
kunnen reageren op eventuele
infraroods-signalen van de
VOLUME N/B (blz. 17)
INPUT-keuzetoets
afstandsbediening.
(blz. 17)
POWER (blz. 17)
Met deze toets wordt de
regeleenheid in- en
uitgeschakeld. De stroom van de
subwoofer wordt tevens
ingeschakeld indien u de
YAMAHA NX-SW10 (los
verkrijgbaar) heeft aangesloten.
De STANDBY-indicator licht op
wanneer de stroom wordt
uitgeschakeld met p van de
afstandsbediening.
POWER
STANDBY
DIGITAL2
VIDEO2
INPUT
PHONES
DIGITAL 2 optische
digitale ingangsaansluiting
DSP
VOLUME
SILENT
DIGITAL 2/VIDEO 2
video ingangsaansluiting
POWER
VIDEO 2 audio
ingangsaansluitingen
PHONES-aansluiting
U kunt hierop een hoofdtelefoon
aansluiten. U zult geen geluid via
de luidsprekers horen wanneer een
hoofdtelefoon is aangesloten.
OPEN
NATURAL SOUND HOME THE
Openen van de klep
Druk “OPEN” links onder aan de voorklep
naar beneden. Wanneer de bedieningsorganen
achter de voorklep niet gebruikt worden, kunt
u de klep weer dicht duwen.
Display
U kunt altijd goed zien wat u aan het doen bent, omdat het display bij elke uitgevoerde handeling een paar seconden oplicht.
Verwerkingsindicators (blz. 23)
EFFECT OFF-indicator
Licht op waneer er geen
geluidsveldeffect is
ingeschakeld.
4
VIRTUAL-indicator
TRUBASS-indicator (blz. 19)
Hoofdtelefoon-indicator
Licht op wanneer een hoofdtelefoon is aangesloten.
Toont diverse informatie, bijvoorbeeld de naam
en het niveau van een DSP-programma of de
bedieningsstand.
NAMEN VAN ALLE ONDERDELEN
Afstandsbediening
VOORBEREIDING
p (aan/uit)-toets (blz. 17)
EFFECT ON/OFF (blz. 23)
Verzendindicator
ON/OFF
EFFECT
Afstandsbedieningskeuzetoetsen
(blz. 27)
VS10
TV
VCR
SAT
P
VOL – (blz. 17)
– VOL
VOL +
P
m (blz. 19)
Niet van toepassing op dit apparaat.
(blz. 29 en 30)
VOL + (blz. 17)
c (blz. 27)
SET
DSP
SET/DSP (blz. 22 en 27)
INPUT
INPUT-keuzetoets (blz. 17)
MEMORY
Cijfertoetsen (blz. 27)
MENU (blz. 24)
MENU – (blz. 24)
1
2
3
4
5
6
7
8
9
MEMORY (blz. 20)
MENU
–
-/--
+
0
SUBWOOFER
–
C/P
SUBWOOFER
TEST
+
MENU + (blz. 24)
SUBWOOFER + (blz. 19)
SUBWOOFER – (blz. 19)
NIGHT MODE
TEST (blz. 15)
NIGHT MODE (blz. 19)
t (blz. 19)
Niet van toepassing op dit apparaat.
(blz. 30)
Nederlands
5
OPSTELLING VAN DE LUIDSPREKERS
De luidsprekers dienen bij voorkeur te worden opgesteld zoals op de onderstaande afbeelding is aangegeven. Ook indien u
deze richtlijnen niet strikt in acht neemt, kan er echter een bevredigend resultaat worden verkregen.
Hoofdluidsprekers
Plaats de luidsprekers aan beide kanten van de TV.
Middenluidspreker (los verkrijgbaar)
Plaats in het midden op de TV.
Rechter
achterluidspreker
1,5 - 1,8 m
Linker
achterluidspreker
Achterluidsprekers (los verkrijgbaar)
Plaats deze achter of aan weerszijden van het punt dat u
als luisterpositie gebruikt.
Subwoofer (los verkrijgbaar)
Plaats naast de linker of rechter hoofdluidspreker.
■ Hoofdluidsprekers NX-VS10M
Plaats de hoofdluidsprekers op gelijke afstand aan beide
kanten van de TV.
Plaats de hoofdluidsprekers bij voorkeur op oorhoogte voor
een optimale geluidsweergave.
■ YAMAHA middenluidspreker
NX-VS10C (los verkrijgbaar)
Plaats de middenluidspreker op de TV en zorg dat de
voorkant van deze luidspreker in lijn met de voorkant van
de TV is. Indien de luidspreker niet op de TV kan worden
geplaatst, moet u deze in een rek onder de TV installeren.
Zorg echter wel dat deze luidspreker zo dicht als mogelijk
bij de TV is geplaatst.
■ YAMAHA achterluidsprekers
NX-VS10E (los verkrijgbaar)
Afhankelijk van uw kamer kunt u de YAMAHA NX-VS10E
achterluidsprekers op een plank plaatsen of aan een muur
hangen. De luidsprekers moeten ongeveer op een hoogte
van 1,5 meter worden geplaatst wanneer u op de vloer zit of
op ongeveer 1,8 meter hoogte wanneer u op een stoel of
bank zit.
Circa 1,5 m
Wanneer u op de vloer zit.
6
Circa 1,8 m
Wanneer u op een stoel
of bank zit.
■ YAMAHA subwoofer SW-VS10
(los verkrijgbaar)
Plaast de subwoofer rechts of links van de hoofdluidspreker
en draai enigszins naar het midden van de kamer zodat het
via de muren weerkaatste geluid wordt geminimaliseerd.
De plaats van de subwoofer heeft een grote invloed op de
weergave van de lage tonen. Probeer daarom verschillende
plaatsen even uit terwijl u muziek op uw luisterpositie
beluistert.
LET OP
Hoewel deze hoofdluidsprekers magnetisch afgeschermd
zijn, kunnen deze van invloed zijn op de kleuren van het
TV-beeld wanneer de luidsprekers bij de TV zijn
geplaatst. In dat geval dient u de positie van de
luidsprekers ten opzichte van de TV aan te passen. Bij
gebruikmaking van een magnetisch afgeschermde TV
dient u de volgende stappen te verrichten:
1 Schakel de TV uit.
2 Wacht een poosje en schakel daarna de TV weer in.
U kunt ook de schroefgaten op de onderkant van de
luidsprekers gebruiken om de luidsprekers te monteren op
in de handel verkrijgbare luidsprekersteunen.
60 mm
U kunt hiervoor een schroef met een diameter
van 4 mm gobruiken.
(diepto van gat: 8 mm)
INSTALLEREN
U kunt de regeleenheid als gewenst zowel verticaal als horizontaal installeren.
Horizontaal installeren van de regeleenheid
VOORBEREIDING
Voorzorgen voor het installeren
• Raak de plakkant niet aan nadat u de beschermstrook heeft verwijderd. De plakkracht van de kussentjes zal anders minder
worden.
• Reinig het oppervlak waar de kussentjes komen goed. De plakkracht van de kussentjes zal minder worden wanneer u de
kussentjes op een stoffig, vet of nat oppervlak plakt.
Plak de vier bijgeleverde kussentjes voor het onderpaneel op de onderkant van de regeleenheid.
Verwijder de beschermstrookjes van de kussentjes en plak de kussentjes op de vier uitsparingen (met de
schroeven) die u op het onderpaneel van de regeleenheid ziet.
Plak op de uitsparing.
Verwijder het
beschermstrookje.
Kussentje voor
onderpaneel
Onderpaneel
LET OP
• Gebruik beslist de kussentjes voor het onderpaneel wanneer u de regeleenheid horizontaal plaatst omdat anders de klep
van het voorpaneel van de regeleenheid niet kan worden geopend.
• U moet de kussentjes voor het onderpaneel op de juiste plekken (met de schroeven) plakken. Bevestig ze niet aan de
overeenkomstige plekken bovenop de regeleenheid.
Nederlands
7
INSTALLEREN
Verticaal installeren van de regeleenheid
Plak de twee bijgeleverde kussentjes voor het zijpaneel op de zijkant van de regeleenheid en bevestig de bijgeleverde
ondersteunende standaard.
1
Verwijder de beschermstrookjes van de kussentjes en plak de kussentjes op de twee uitsparingen
(aan de kant van het voorpaneel) die u op het linker-zijpaneel van de regeleenheid ziet.
Verwijder het
beschermstrookje.
Voorpaneel
Kussentje voor
zijpaneel
2
Plak op de uitsparing.
Plaats de regeleenheid met de zijkant waarop u de kussentjes heeft geplakt omlaag in de
ondersteunende standaard zoals u in de afbeelding hieronder ziet.
Onderpaneel
Achterpaneel
Voorpaneel
Druk in de uitsparing.
Til in deze richting
omhoog.
Ondersteunende
standaard
Opmerking
• De regeleenheid is niet stabiel geplaatst en de voorklep zal niet open kunner wanneer u uitsluitend de bijgeleverde ondersteunende
standaard gebruikt. U moet beslist de kussentjes op het zijpaneel plakken.
LET OP
• Plaats de regeleenheid beslist met de linkerzijkant omlaag.
• Wanneer u de regeleenheid verticaal zet op een hoge plek, bijvoorbeeld op een plank, mag u deze niet te dicht bij de
rand zetten.
8
AANSLUITINGEN
LET OP
Om verzekerd te zijn van de juiste aansluitingen
• Steek de witte stekker van de aansluitkabel in de linker “L” (witte) audiosignaalaansluiting, en steek de rode stekker in de
rechter “R” (rode) aansluiting.
• Steek de stekkers er stevig in. Indien de stekkers er niet stevig inzitten, is er soms ruis of helemaal geen geluid te horen.
• Omdat de aansluitmethode en de namen van de aansluitingen afhankelijk zijn van de componenten die u wilt gaan
aansluiten, dient u altijd de gebruiksaanwijzing van alle betreffende componenten te raadplegen.
• Nadat de aansluitingen zijn gemaakt, dient u nogmaals te controleren of de bedrading op de juiste wijze is aangesloten.
Blz. 12
VOORBEREIDING
Alvorens u aansluitingen gaat maken, dient u altijd de regeleenheid en eventuele componenten uit te schakelen.
Blz. 10 en 11
Videogame-speler,
DVD-speler,
Camcorder, etc.
TV (monitor)
Videorecorder, enz.
DVD-speler, enz.
Blz. 14
Regeleenheid
D I G I T A L
NATURAL SOUND HOME THEATER SYSTEM VS-10
DOLBY
D I G I T A L
SURROUND
Hoofdluidsprekers
Naar stopcontact
Nederlands
Blz. 13 en 14
YAMAHA subwoofer, middenluidspreker
en achterluidsprekers NX-SW10
(los verkrijgbaar)
9
AANSLUITINGEN
Aansluiting op een TV of videorecorder
■ Aansluiting op een TV (monitor)
Regeleenheid (achterpaneel)
VIDEO SIGNAL
MONITOR
OUT
VIDEO OUT
+
–
–
DO NOT CONNECT THIS UNIT TO
SPEAKERS OTHER THAN NX-VS10M
+
MARK
Video-aansluitkabel
(bijgeleverd)
MAIN SPEAKERS
DIGITAL 1 VIDEO 1
(V/PCM)
TV
OUT
SUBWOOFER
SYSTEM
CONNECTOR
INPUT
AUDIO
IN L
L
Sluit hierop geen apparatuur aan; deze
aansluiting wordt uitsluitend gebruikt
voor controle in de fabriek.
R AUDIO
IN R
Audio-aansluitkabel (bijgeleverd)
AUDIO
OUT R
R
L AUDIO
OUT L
R
L
OUTPUT
AUDIO/VIDEO
OUT
Videorecorder, etc.
VIDEO IN
INPUT
AUDIO/VIDEO
IN
TV (monitor)
Verbind met de bijgeleverde audio-aansluitkabel de audio-uitgangsaansluitingen van de TV (monitor) met de TV audioingangsaansluitingen van de regeleenheid. Verbind met de bijgeleverde video-aansluitkabel de video-ingangsaansluitingen
van de TV (monitor) met de MONITOR OUT-aansluiting van de regeleenheid.
y
• Het geluid van de TV wordt weergegeven via de luidsprekers die met de regeleenheid zijn verbonden. (Het geluid van de TV wordt tevens
via de luidspreker(s) van de TV weergegeven, maar voor een optimale weergave met de VS-10 dient u echter het volume van de TV te
verlagen.)
• Voor het bekijken van beelden van componenten als een DVD-speler, satelliettuner, videogame-speler, etc. waarvan de videouitgangsaansluiting met de video-ingangsaansluiting van de regeleenheid is verbonden (zoals op bladzijde 11 en 12 wordt beschreven),
moet u de video-ingang voor de TV kiezen die met de MONITOR OUT-aansluiting van de regeleenheid is verbonden.
• Een TV (monitor) zonder audio-uitgangsaansluitingen kan niet met de regeleenheid worden verbonden.
10
AANSLUITINGEN
■ Aansluiting van een DVD-speler, satelliettuner, etc.
Regeleenheid (achterpaneel)
Stofdop
VIDEO SIGNAL
MONITOR
OUT
VIDEO IN
VIDEO IN
+
–
VOORBEREIDING
Stofdop
–
DO NOT CONNECT THIS UNIT TO
SPEAKERS OTHER THAN NX-VS10M
Verwijder de dop van de
DIGITAL 1-aansluiting (optisch)
wanneer u een optische
glasvezelkabel wilt verbinden.
Bewaar de dop goed en plaats
weer terug op de aansluiting
indien u deze niet gebruikt.
(Deze dop voorkomt dat er stof
in de aansluiting komt.)
MAIN SPEAKERS
DIGITAL 1 VIDEO 1
(V/PCM)
Videoaansluitkabel
(in de handel
verkrijgbaar)
OUT
TV
SUBWOOFER
INPUT
Videoaansluitkabel
(in de handel
verkrijgbaar)
AUDIO IN R
R
L
AUDIO IN L
Audio-aansluitkabel
(in de handel verkrijgbaar)
Optische glasvezelkabel
(EIA standaard, in de handel
verkrijgbaar)
VIDEO OUT
AUDIO
OUT R
OPTICAL DIGITAL
OUTPUT
OUTPUT
R
L
R
L
OUTPUT
DVD-speler, etc.
AUDIO
OUT L
VIDEO
OUT
OUTPUT
Satelliettuner, etc.
Verbind de optische digitale uitgangsaansluiting van de DVD-speler, etc. middels een los verkrijgbare optische
glasvezelkabel met de DIGITAL 1 (optische) digitale ingangsaansluiting van de regeleenheid. Voor weergave van digitaal
geluid moet deze verbinding zijn gemaakt.
Bij het verbinden van een satelliettuner, etc. zonder een digitale uitgangsaansluiting, moet u de audio-uitgangsaansluitngen
met de VIDEO 1 audio-ingangsaansluitingen van de regeleenheid verbinden. Gebruik hiervoor een los verkrijgbare audioaansluitkabel (2-pens).
Verbind tevens middels een los verkrijgbare video-aansluitkabel de video-uitgangsaansluiting van de DVD-speler met de
DIGITAL 1 video-ingangsaansluiting van de regeleenheid, en verbind tevens met een los verkrijgbare video-aansluitkabel de
video-uitgangsaansluiting van de satelliettuner met de VIDEO 1 video-ingansgaansluiting van de regeleenheid. Indien de
DVD-speler, satelliettuner, etc. echter een S-video uitgangsaansluiting heeft, moet u deze met de S-video ingangsaansluiting
van de TV verbinden zodat weergave van kwalitatief hoogwaardige beelden mogelijk is.
• Het geluid van een DVD-speler, satelliettuner, etc. wordt via de luidsprekers van de regeleenheid weergegeven. Het is niet mogelijk om het
geluid via de luidsprekers van de TV te beluisteren. U zult geen geluid van de DVD-speler, satelliettuner, etc. horen wanneer de
regeleenheid is uitgeschakeld.
• Opname van geluid of beelden is niet mogelijk met de VS-10.
11
Nederlands
y
AANSLUITINGEN
■ Aansluiting van een camcorder, videogame-speler, etc.
Stofdop
Stofdop
Regeleenheid (voorpaneel)
Verwijder de dop van de DIGITAL 2-aansluiting
(optisch) wanneer u een optische glasvezelkabel
wilt verbinden. Bewaar de dop goed en plaats
weer terug op de aansluiting indien u deze niet
gebruikt. (Deze dop voorkomt dat er stof in de
aansluiting komt.)
POWER
Optische glasvezelkabel
STANDBY
Kleiner dan 14 mm
DIGITAL2
VIDEO2
PHONES
SILENT
Gebruik een optische glasvezelkabel met een
stekker die kleiner is dan 14 mm.
VIDEO IN
Videoaansluitkabel
(in de handel
verkrijgbaar)
Optische
glasvezelkabel
(EIA standaard, in de
handel verkrijgbaar)
VIDEO IN
OPTICAL DIGITAL
OUTPUT
OUTPUT
Videogame-speler of DVDspeler, etc. met een optische
digitale uitgangsaansluiting
L
R AUDIO
IN R
Videoaansluitkabel
(in de handel
verkrijgbaar) AUDIO
Sluit een van
beide aan.
VIDEO OUT
AUDIO
IN L
OUT R
VIDEO OUT
OUTPUT
R
Audioaansluitkabel
(in de handel
verkrijgbaar)
L AUDIO
OUT L
R
L
OUTPUT
Camcorder, videogamespeler, etc. zonder optisch
digitale uitgangsaansluiting
Verbind de optische digitale uitgangsaansluiting van de videogame-speler, DVD-speler, etc. middels een los verkrijgbare
optische glasvezelkabel met de DIGITAL 2 (optische) digitale ingangsaansluiting van de regeleenheid. Voor weergave van
digitaal geluid moet deze verbinding zijn gemaakt.
Bij het verbinden van een camcorder, videogame-speler, etc. zonder een digitale uitgangsaansluiting, moet u de audiouitgangsaansluitngen met de VIDEO 2 audio-ingangsaansluitingen op het voorpaneel van de regeleenheid verbinden.
Gebruik hiervoor een los verkrijgbare audio-aansluitkabel (2-pens).
Verbind tevens middels een los verkrijgbare video-aansluitkabel de video-uitgangsaansluiting van de camcorder, videogamespeler, etc. met de DIGITAL 2 (VIDEO 2) video-ingangsaansluiting van de regeleenheid. Indien de camcorder, videogamespeler, etc. echter een S-video uitgangsaansluiting heeft, moet u deze met de S-video ingangsaansluiting van de TV verbinden
zodat weergave van kwalitatief hoogwaardige beelden mogelijk is.
y
• Het geluid van een camcorder, videogame-speler, etc. wordt via de luidsprekers van de regeleenheid weergegeven. Het is niet mogelijk om
het geluid via de luidsprekers van de TV te beluisteren. U zult geen geluid van de camcorder, videogame-speler, etc. horen wanneer de
regeleenheid is uitgeschakeld.
• Opname van geluid of beelden is niet mogelijk met de VS-10.
12
AANSLUITINGEN
Aansluiting van de hoofdluidsprekers
Verbind de hoofdluidsprekers met de regeleenheid.
Opmerking
Linker hoofdluidspreker
(achterpaneel)
VOORBEREIDING
• Sluit geen andere luidsprekers dan de bijgeleverde hoofdluidsprekers (NX-VS10M) op de regeleenheid aan. Het gebruik van andere
luidsprekers kan de apparatuur beschadigen.
Rechter hoofdluidspreker
(achterpaneel)
Ontblote
draadkern
1
2
2
3
Open het lipje.
Steek de ontblote draadkern van de
luidsprekerkabel in het gat.
3
1
+
–
–
Lipje
DO NOT CONNECT THIS UNIT TO
SPEAKERS OTHER THAN NX-VS10M
MAIN SPEAKERS
+
Doe het lipje terug tot dit inklikt.
• Verbind de witte draad met de + aansluiting (rood) en de
zwarte draad met de – aansluiting (zwart).
• Trek na het aansluiten lichtjes aan de luidsprekerkabels
om te controleren dat deze goed zijn aangesloten.
Regeleenheid (achterpaneel)
VIDEO SIGNAL
MONITOR
OUT
+
–
–
DO NOT CONNECT THIS UNIT TO
SPEAKERS OTHER THAN NX-VS10M
+
MAINS
MARK
MAIN SPEAKERS
DIGITAL 1 VIDEO 1
(V/PCM)
TV
OUT
SUBWOOFER
SYSTEM
CONNECTOR
INPUT
LET OP
13
Nederlands
• Zorg dat de blootgelegde draden niet met elkaar in aanraking kunnen komen, en zorg dat ze ook niet in aanraking
kunnen komen met metalen onderdelen van de luidsprekers. Hierdoor kunnen de luidsprekers beschadigd raken.
• Zorg dat u bij het aansluiten van de luidsprekerkabels de positief (+) en negatief (–) aansluitingen niet door elkaar haalt.
• Steek de luidsprekerkabels er stevig in zodat de positief (+) en negatief (–) niet worden kortgesloten. Indien de
luidsprekerkabels niet stevig in de aansluitingen zitten, komt er mogelijk ruis of mogelijk helemaal geen geluid uit de
luidspreker waardoor de luidsprekers beschadigd raken.
• Steek van de luidsprekerkabels alleen het blootgelegde gedeelte van de draad in de gaten. Indien u de plastic isolatie
van de kabel er insteekt, komt er geen geluid uit de luidspreker.
• Maak de luidsprekerkabels goed vast zodat niemand eraan blijfthaken.
AANSLUITINGEN
Aansluiting van de regeleenheid op de subwoofer
Hoewel ook met de VS-10 een vol en natuurgetrouw geluid kan worden weergegeven, kunt u daarnaast een subwoofer
aansluiten om te genieten van krachtige basklanken.
Door het aansluiten van een YAMAHA subwoofer, middenluidspreker en achterluidsprekers NX-SW10 (los verkrijgbaar)
wordt niet alleen de basgevoeligheid vergroot, maar ook het surround-effect verbeterd.
YAMAHA subwoofer, middenluidspreker
en achterluidsprekers NX-SW10
(los verkrijgbaar)
Regeleenheid
VIDEO SIGNAL
Naar SYSTEM
CONNECTORaansluiting
MONITOR
OUT
+
–
–
DO NOT CONNECT THIS UNIT TO
SPEAKERS OTHER THAN NX-VS10M
+
MARK
MAIN SPEAKERS
DIGITAL 1 VIDEO 1
(V/PCM)
OUT
TV
SUBWOOFER
SYSTEM
CONNECTOR
INPUT
Voor het verbinden van een subwoofer, moet u de
ingangsaansluiting van de subwoofer met de
SUBWOOFER OUT-aansluiting van de regeleenheid
verbinden. Gebruik hiervoor een los verkrijgbare
audio-aansluitkabel (1-pens).
Systeemaansluitkabel
bijgeleverd met de
YAMAHA NX-SW10
Naar SYSTEM
CONNECTOR-aansluiting
Steek de stekker met de
aanduiding
in de
aansluiting met de
aanduiding .
Opmerking
• Wanneer u de regeleenheid uitschakelt, zal tevens de stroom naar de YAMAHA SW-VS10 subwoofer worden uitgeschakeld.
y
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw subwoofer of de gebruiksaanwijzing van de YAMAHA subwoofer, middenluidspreker en
achterluidsprekers NX-SW10 (los verkrijgbaar) voor nadere bijzonderheden over de aansluitingen.
Aansluiting van het netsnoer
Regeleenheid
Nadat alle aansluitingen zijn gemaakt, dient u deze
nogmaals te controleren. Steek pas daarna de stekker van de
regeleenheid in het stopcontact. Indien u het apparaat lange
tijd niet denkt te gebruiken, dient u de stekker uit het
stopcontact te trekken.
MAINS
Naar stopcontact
14
INSTELLEN VAN HET UITGANGSNIVEAU VAN DE LUIDSPREKERS
Het uitgangsniveau van de luidsprekers kan vóór weergave worden ingesteld met de afstandsbediening door de onderstaande
stappen te verrichten:
2
ON/OFF
1
EFFECT
VS10
TV
VCR
Druk op TEST.
Een testtoon (korte pieptoon) wordt in de onderstaande
volgorde voortgebracht:
VOORBEREIDING
Bij weergave van een bron die met Dolby Digital, Dolby Surround of DTS is gecodeerd, is het uitermate belangrijk dat het
uitgangsniveau, oftewel het volume, van iedere luidspreker op de luisterplaats even hard is. De weergave met deze digitale
geluidsvelden zal dan optimaal zijn. Het ingestelde uitgangsniveau voor een geluidsveld is tevens effectief wanneer u een
ander geluidsveld kiest.
SAT
P
– VOL
VOL
+
P
SET
DSP
INPUT
MEMORY
1
2
3
4
5
6
7
8
9
● Wanneer uitsluitend de VS-10 is aangesloten of
VIRTUAL SURROUND is gekozen:
Hoofdluidspreker
Hoofdluidspreker
LEFT
RIGHT
MENU
–
-/--
2
+
0
SUBWOOFER
–
C/P
SUBWOOFER
TEST
+
LEFT
SURROUND
RIGHT
SURROUND
(Virtueel)
(Virtueel)
NIGHT MODE
● Wanneer de NX-SW10 is aangesloten:
Hoofdluidspreker
1
Druk op p om het apparaat in te schakelen.
LEFT
CENTER
LEFT
SURROUND
Indien de STANDBY-indicator brandt, dient u het
apparaat in te schakelen door gebruikmaking van p
op de afstandsbediening. Indien het hoofdapparaat is
uitgeschakeld (en de STANDBY-indicator niet brandt),
dient u het apparaat in te schakelen door indrukken van
POWER op de regeleenheid.
Hoofdluidspreker
RIGHT
RIGHT
SURROUND
Achterluidsprekers
LET OP
Nederlands
Wanneer de NX-SW10 (los verkrijgbaar) is aangesloten
op de regeleenheid, dient u eerst de stekker van het
netsnoer van de subwoofer SW-VS10 in het stopcontact
te doen en vervolgens de stroom voor de regeleenheid in
te schakelen.
15
INSTELLEN VAN HET UITGANGSNIVEAU VAN DE LUIDSPREKERS
y
• Wanneer uitsluitend de VS-10 is aangesloten:
Stel de uitgangsniveaus van de virtuele achterluidsprekers en de
hoofdluidsprekers zodanig in dat het niveau min of meer gelijk is.
• Wanneer de NX-SW10 is aangesloten:
Stel de uitgangsniveaus van de middenluidspreker en de
achterluidsprekers zodanig in dat het niveau min of meer gelijk is
aan het niveau van de hoofdluidsprekers.
ON/OFF
EFFECT
VS10
TV
VCR
SAT
P
– VOL
VOL +
P
SET
DSP
INPUT
Opmerkingen
3
MEMORY
1
2
3
4
5
6
8
9
7
MENU
–
-/--
+
0
SUBWOOFER
–
4
C/P
SUBWOOFER
TEST
+
5
NIGHT MODE
• Wanneer de uitgangsniveaus van de hoofdluidsprekers opnieuw
worden ingesteld, moet u de niveaus van de middenluidspreker,
achterluidsprekers en virtuele achterluidsprekers tevens opnieuw
instellen.
• De uitgangsniveaus van de virtuele rechter en linker luidsprekers
kunnen niet afzonderlijk worden ingesteld. Het voor de ene
luidspreker ingestelde niveau wordt tevens voor de andere
luidspreker gebruikt.
• Met een hoofdtelefoon aangesloten, zal de volgorde van
luidsprekers voor de weergave van de testtoon hetzelfde zijn als
met de VS-10. Het uitgangsniveau van de hoofdluidsprekers kan
echter niet worden ingesteld. U kunt uitsluitend het
uitgangsniveau van de achterluidsprekers instellen, hetgeen echter
niet apart kan worden bijgesteld voor de rechter en linker
achterluidspreker. (Instelbereik: –3 t/m +3 dB)
5
3
4
16
Stel het niveau van de testtoon in door
gebruikmaking van VOL +/–. (Stel op het
gewenste luisterniveau in.)
Door indrukken van VOL + wordt het niveau verhoogd,
en door indrukken van VOL – wordt het niveau
verlaagd.
Stel het geluidsniveau van iedere luidspreker
in terwijl u naar de testtoon luistert.
Door indrukken van f wordt het niveau verhoogd,
en door indrukken van w wordt het niveau verlaagd.
Wanneer u klaar bent met instellen, drukt u op
TEST.
De testtoon zal stoppen.
y
Het geluidsniveau kan binnen het volgende bereik worden
ingesteld:
• Wanneer uitsluitend de VS-10 is aangesloten of VIRTUAL
SURROUND is gekozen:
– Rechter en linker hoofdluidsprekers: van –10 tot ±0 dB
– Virtuele achterluidsprekers: –3 tot +3 dB
– Het minimumniveau van de hoofdluidsprekers is –10 dB en dat
van de virtuele achterluidsprekers –3 dB.
• Wanneer de NX-SW10 is aangesloten:
– Rechter en linker hoofdluidsprekers: van –10 tot ±0 dB
– Middenluidspreker: –20 dB tot +6 dB
– Rechter en linker achterluidsprekers: –20 tot +6 dB
– Het minimumniveau van de hoofdluidsprekers is –10 dB en dat
van de midden-achterluidsprekers –20 dB.
BEDIENING VAN HET APPARAAT
Luisteren naar het huisbioscoop-geluidssysteem
Dit gedeelte beschrijft het kiezen van de gewenste ingangsbron voor weergave van een TV, videorecorder, DVD,
satelliettuner of videogame-speler met gebruik van de VS-10 en het instellen van het volume.
Schakel eerst de stroom van de weergavecomponent en de TV in en voer daarna de hieronder beschreven stappen uit.
3
2
1
1
ON/OFF
EFFECT
VS10
TV
VCR
SAT
P
– VOL
3
POWER
STANDBY
VIDEO2
INPUT
PHONES
DSP
VOLUME
SET
DSP
SILENT
1
1
Druk op POWER van de regeleenheid en druk
vervolgens op p van de afstandsbediening
om de apparatuur in te schakelen.
Voorpaneel
INPUT
MEMORY
2
2
2
BEDIENING
DIGITAL2
VOL +
P
3
Druk op de INPUT-keuzetoets.
Bij elke druk op deze toets verandert de ingang in deze
volgorde: VIDEO 1 → TV → VIDEO 2 →
DIGITAL 1 → DIGITAL 2.
Wanneer de
STANDBY indicator
oplicht of knippert.
of
Afstandsbediening
• Wanneer de STANDBY indicator oplicht of knippert,
kan de stroom worden ingeschakeld met p op de
afstandsbediening. De stroom kan ook worden
ingeschakeld door op de regeleenheid zelf op de
INPUT keuzetoets te drukken.
• De VS-10 onthoudt de instelling op het moment dat
het toestel werd uitgeschakeld. Als u de stroom heeft
uitgeschakeld met POWER terwijl de regeleenheid
zelf standby stond (de STANDBY indicator
brandde), dan zal het toestel standby gaan wanneer u
de volgende keer op POWER op de regeleenheid zelf
drukt.
Als u het toestel uitschakelt met POWER op de
regeleenheid zelf terwijl de stroom was ingeschakeld
(de STANDBY indicator was uit), dan zal de stroom
worden ingeschakeld wanneer u de volgende keer op
POWER op de regeleenheid zelf drukt.
Voorpaneel
3
Afstandsbediening
Stel het niveau van de testtoon in door
gebruikmaking van VOLUME B/N (of VOL +/–
op de afstandsbediening).
Door indrukken van VOLUME B (of VOL + op de
afstandsbediening) wordt het niveau verhoogd, en door
indrukken van VOLUME N (of VOL – op de
afstandsbediening) wordt het niveau verlaagd.
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
LET OP
17
Nederlands
Wanneer u op de “TV”, “VCR” of “SAT” toets op de
afstandsbediening drukt om een ander apparaat te
bedienen, is de afstandsbediening niet in staat de VS-10
te bedienen. Druk in een dergelijk geval eerst op de
“VS10” toets op de afstandsbediening om de VS-10 te
kunnen bedienen.
BEDIENING VAN HET APPARAAT
Veranderen van de ingangsfunctie
Met deze functie kunt u de ingangsfunctie van het met de
DIGITAL 1- of DIGITAL 2-aansluiting verbonden
component naar “Auto Mode” of “dts Fix” schakelen.
Auto Mode : Het PCM signaal zoals bijvoorbeeld van een
CD, Dolby Digital signaal of DTS signaal
wordt automatisch herkend.
dts Fix:
Vastgesteld voor een DTS signaal.
Normaliter kunt u gewoon “Auto Mode” gebruiken. Als u
een DTS gecodeerde CD afspeelt met de “Auto Mode”
instelling, zal er een eerst kort geruis klinken terwijl het
toestel het DTS aan het herkennen is en de DTS decoder aan
het inschakelen is. Dit duidt niet op een storing en kan
vermeden worden door van te voren de ingangsfunctie op
“dts Fix” te zetten.
Wanneer u een DTS gecodeerde CD met de “Auto Mode”
instelling aan het afspelen bent en vervolgens stopt, zal de
geluidsweergave worden uitgeschakeld, ook al laat u een
PCM signaal zoals een normale CD weergeven, en de
indicator zal ongeveer 30 seconden lang blijven knipperen.
Deze toestand wordt echter na ongeveer 30 seconden weer
opgeheven.
1
Druk op de INPUT-keuzetoets om DIGITAL 1 of
DIGITAL 2 te kiezen.
of
Voorpaneel
2
Afstandsbediening
Houd vervolgens de INPUT-keuzetoets
ongeveer 3 seconden ingedrukt om de
ingangsfunctie te kiezen.
Iedere keer dat u de toets ongeveer 3 seconden indrukt,
wordt afwisselend “Auto Mode” en “dts Fix” ingesteld
en ziet u de overeenkomende aanduiding op het
display.
“D1$dts Fix”
“D1$Auto Mode”
• “D1” of “D2” wordt voor de gekozen ingangsfunctie
getoond afhankelijk of u DIGITAL 1 of DIGITAL 2
heeft gekozen.
18
Opmerkingen
• De
-indicator licht op wanneer “dts Fix” is gekozen en dooft
wanneer een met DTS gecodeerd digitaal signaal niet wordt
ingevoerd met de “Auto Mode” functie.
• De “Auto Mode” ingangsfunctie wordt weer ingesteld wanneer u
de regeleenheid uitschakelt.
• Voor weergave van een bron die met DTS is gecodeerd, moet u de
speler met de DIGITAL 1- of DIGITAL 2-ingangsaansluiting van
de regeleenheid verbinden middels een optische glasvezelkabel.
• Indien de digitale uitgangssignalen van de speler via een
processor zijn verwerkt, kunnen de DTS signalen niet worden
gedecodeerd, zelfs wanneer een digitale verbinding tussen de
speler en de regeleenheid is gemaakt.
LET OP
De variatie in geluidsintensiteit is zeer groot wanneer u
een CD of MD afspeelt. Als er daarom langere tijd en bij
hogere volumes een bronsignaal wordt weergegeven met
plotse wisselingen tussen zachte en harde passages, is het
mogelijk dat de luidsprekers beschadigd raken.
GEBRUIK VAN HANDIGE FUNCTIES
Tijdens geluidsweergave kunt u met de afstandsbediening
gebruikmaken van een aantal handige functies.
ON/OFF
EFFECT
VS10
TV
VCR
SAT
*
TruBass en het
symbool zijn geregistreerde handelsmerken van
SRS Labs., Inc. in de Verenigde Staten en bepaalde andere landen.
TruBass-techniek is onder licentie van SRS Labs., Inc.
ı Luisteren naar heldere weergave
op een laag niveau
Druk op NIGHT MODE.
P
– VOL
VOL
+
P
D
E
SET
DSP
2
3
4
5
6
8
9
(Met de subwoofer
aangesloten.)
B
A
MENU
–
-/--
+
0
SUBWOOFER
–
C/P
SUBWOOFER
TEST
• De klanken zijn helder.
• Gebruik deze functie wanneer het volume moeilijk
op een hoog niveau kan worden ingesteld, zoals laat
in de avond.
Om NIGHT MODE te annuleren, drukt u nogmaals op
NIGHT MODE.
+
BEDIENING
1
7
C
INPUT
MEMORY
Opmerkingen
NIGHT MODE
Å Versterken van de lage tonen
Druk op t.
• NIGHT MODE functioneert niet wanneer u een hoofdtelefoon
heeft aangesloten.
• Met deze toets kan het volume niet worden verlaagd. Om het
volume te verlagen, drukt u op VOLUME N (of VOL – op de
afstandsbediening).
Ç Instellen van het niveau van de
subwoofer
Het niveau van de subwoofer kan worden ingesteld wanneer
er een subwoofer is aangesloten.
Door indrukken van SUBWOOFER + wordt het
niveau verhoogd, en door indrukken van
SUBWOOFER – wordt het niveau verlaagd.
• De TRUBASS*-indicator gaat branden op het
display.
• De functie versterkt de lage tonen door het niveau
van de frequenties uit het lage bereik te verhogen.
Wanneer de SW-VS10 is aangesloten, zullen ook de
lage tonen van de subwoofer worden verbeterd.
Om de TRUBASS-modus te annuleren, drukt u nogmaals
op t.
Opmerkingen
• Het niveau kan worden ingesteld binnen een bereik van –20 dB t/
m +10 dB.
Opmerking
• Als u een bonzend geluid kunt horen uit de subwoofer wanneer de
TRUBASS functie wordt ingeschakeld, of wanneer een
bronsignaal met versterkte lage tonen, zoals een 5.1 kanaals
Dolby Digital of DTS signaal met Lage Frequentie Effecten wordt
weergegeven, dient u het uitgangsniveau van de subwoofer te
verlagen. Doet u dit niet, dan kan de subwoofer door een te sterk
ingangssignaal van de lage bastonen beschadigd raken.
19
Nederlands
• TRUBASS functioneert niet wanneer u een hoofdtelefoon heeft
aangesloten.
• Als u een bonzend geluid kunt horen uit de subwoofer wanneer
deze functie wordt ingeschakeld, dient u het uitgangsniveau van
de subwoofer te verlagen. Doet u dit niet, dan kan de subwoofer
door een te sterk ingangssignaal van de lage bastonen beschadigd
raken.
y
GEBRUIK VAN HANDIGE FUNCTIES
Î Tijdelijk dempen van het geluid
Druk op m.
y
• Zolang het geluid gedempt is, wordt “Mute ON” op het display
getoond.
Om terug te keren naar het oorspronkelijke geluidsvolume,
drukt u nogmaals op m.
Door op VOL +/– te drukken wordt zowel de tijdelijke
uitschakeling van de geluidsweergave geannuleerd als het
volume ingesteld.
‰ Oproepen van uw favoriete
instellingen
U kunt de huidige ingang en de instellingen van de
DSP-functie, het SUBWOOFER niveau, TRUBASS en
NIGHT MODE onder de MEMORY 1, 2 of 3 toets
vastleggen.
Nadat de instellingen eenmaal zijn vastgelegd onder
een van de MEMORY-toetsen, kunt u deze door een
druk op de gewenste MEMORY 1, 2 of 3 toets
eenvoudig oproepen.
Vastleggen van de instellingen onder de
MEMORY 1, 2 of 3 toets
Houd de MEMORY 1, 2 of 3 toets waaronder u
instellingen wilt vastleggen ongeveer 3 seconden
ingedrukt.
1
2
3
Het nummer van de ingedrukte toets wordt achter
“Memory” getoond en de huidige instellingen worden
vastgelegd.
Voorbeeld : “Memory 1” wordt getoond wanneer u
de MEMORY 1-toets heeft ingedrukt.
Oproepen van de vastgelegde instellingen
Druk op de MEMORY 1, 2 of 3 toets om de gewenste
instellingen op te roepen.
Het nummer van de ingedrukte toets wordt achter
“Memory” getoond en de daaronder vastgelegde
instellingen worden opgeroepen.
• Indien u de toets langer dan 3 seconden indrukt,
zullen de hiervoor vastgelegde instellingen worden
gewist en de huidige instellingen hier voor in de
plaats worden vastgelegd.
20
Wissen van de vastgelegde instellingen
Houd de MEMORY 1, 2 of 3 toets waarvan u de
instellingen wilt wissen ongeveer 10 seconden
ingedrukt. Het nummer van de ingedrukte toets wordt
achter “MemoryClear” getoond en de daaronder
vastgelegde instellingen worden gewist. (Bij het
indrukken van de toets zal na ongeveer 3 seconden
“Memory 1 (2 of 3)” worden getoond, maar u moet
voor het wissen de toets gewoon ingedrukt houden.)
• De instellingen worden niet gewist indien u de toets
loslaat voordat de aanduiding van “Memory” naar
“MemoryClear” is veranderd.
DSP-PROGRAMMA (EFFECT VAN DIGITALE GELUIDSVELDPROCESSOR)
U kunt het geluid en de sfeer van een bioscoop, concertzaal of andere locatie weergeven door het kiezen van één van de acht
DSP-programma’s dat het meest geschikt is voor de bron die wordt weergegeven. Hierdoor kunt u volop genieten van de
geluidsbeleving van digitale systemen zoals DOLBY DIGITAL, DOLBY PRO LOGIC, DTS of YAMAHA CINEMA DSP
(Digital Soundfield Processor).
Beschrijving van DSP-programma’s
■ Wanneer de VS-10 is aangesloten zonder de YAMAHA NX-SW10:
Programmanaam
Bijzonderheden en toepasselijke bronnen
1
VIRTUAL SURROUND
(ingangsbron: Dolby Digital, Dolby Surround of DTS)
Dit programma levert een virtueel geluidsveld met Dolby
Digital, Dolby Pro Logic of DTS bij gebruik van uitsluitend
hoofdluidsprekers.
4
GAME
Met dit programma worden de geluiden van spelletjes dieper en
met een surround-effect weergegeven voor een realistischer en
krachtiger geluid.
5
HALL
Dit programma reproduceert een rijk en vol geluid. Het
geluidsveld geeft een surround-effect alsof u in het midden van
een groot theater zit.
6
CONCERT/SPORTS
Dit programma is bruikbaar voor verschillende soorten muziek,
sportverslagen, etc. De nagalm van geluiden wordt zodanig
geregeld dat u ook bij lang luisteren niet het gevoel krijgt dat u
naar onnatuurlijk geluid luistert.
7
MONO MOVIE
Dit programma is speciaal ontworpen voor een levendigere
weergave van mono-bronnen, bijvoorbeeld oude films.
BEDIENING
Nr.
■ Wanneer de VS-10 samen met de YAMAHA NX-SW10 is aangesloten:
Programmanaam
Bijzonderheden en toepasselijke bronnen
1
VIRTUAL SURROUND
(ingangsbron: Dolby Digital, Dolby Surround of DTS)
Dit programma levert een virtueel geluidsveld met Dolby
Digital, Dolby Pro Logic of DTS bij gebruik van uitsluitend
hoofdluidsprekers.
2
DOLBY DIGITAL (ingangsbron: Dolby Digital)
DOLBY PRO LOGIC (ingangsbron: Dolby Surround)
DTS (ingangsbron: DTS)
Dit programma reproduceert op een directe manier het geluid
van films dat juist met een Dolby Digital, Dolby Pro Logic of
DTS decoder is verwerkt.
3
DIGITAL MOVIE THEATER
(ingangsbron: Dolby Digital)
70mm MOVIE THEATER
(ingangsbron: Dolby Surround)
DTS MOVIE THEATER
(ingangsbron: DTS)
Dit programma geeft het rijke en volle geluid dat u
bijvoorbeeld van een bioscoop gewend bent. De dialoog en
geluidseffecten worden apart verwerkt.
4
GAME
Met dit programma worden de geluiden van spelletjes dieper en
met een surround-effect weergegeven voor een realistischer en
krachtiger geluid.
5
HALL
Dit programma levert het grote geluidsveld van een theater met
een lange nagalm, rijk en vol geluid en een sterk surroundeffect.
6
CONCERT/SPORTS
Dit programma is bruikbaar voor verschillende soorten muziek,
sportverslagen, etc., bijvoorbeeld shows, live-uitzendingen, etc.
De nagalm van geluiden worden zodanig geregeld dat u ook bij
lang luisteren niet het gevoel krijgt dat u naar onnatuurlijk
geluid luistert.
21
Nederlands
Nr.
DSP-PROGRAMMA (EFFECT VAN DIGITALE GELUIDSVELDPROCESSOR)
Nr.
7
Programmanaam
Bijzonderheden en toepasselijke bronnen
MONO MOVIE
Dit programma is speciaal ontworpen voor een volle weergave
van mono-bronnen, bijvoorbeeld oude films. Er worden
geluidsveld-effecten en een matige nagalm gebruikt voor een
levendige weergave van mono-geluid.
Opmerking
• Met “GAME” of “HALL” voor een 2-kanaals bron gekozen, zult u geen geluid via de middenluidspreker horen, ookal heeft u de
YAMAHA NX-SW10 aangesloten.
■ Wanneer een hoofdtelefoon is aangesloten:
Nr.
8
Programmanaam
Bijzonderheden en toepasselijke bronnen
SILENT CINEMA
Dit programma kunt u gebruiken voor een drie-dimensionale
virtuele surroundweergave via de hoofdtelefoon. Dit
geluidsveld is geschikt voor multi-kanaal software,
bijvoorbeeld een DVD.
Genieten van DSP-programma’s
DSP-keuzetoets
ON/OFF
EFFECT ON/OFF
EFFECT
VS10
TV
VCR
SAT
P
– VOL
POWER
VOL
STANDBY
DIGITAL2
+
P
VIDEO2
INPUT
PHONES
DSP
SET
VOLUME
DSP
SILENT
INPUT
DSP
MEMORY
1
Druk op de DSP-keuzetoets (op de
regeleenheid) of DSP (op de
afstandsbediening).
2
● Wanneer de VS-10 samen met de YAMAHA NXSW10 is aangesloten:
VIRTUAL SURROUND
MONO MOVIE
Afstandsbediening
Bij elke druk op deze toets verandert het DSPprogramma in de onderstaande volgorde en wordt het
op dat moment gekozen DSP-programma op het
display weergegeven.
● Wanneer de VS-10 is aangesloten zonder de
YAMAHA NX-SW10:
VIRTUAL SURROUND
22
DOLBY DIGITAL/
DOLBY PRO LOGIC/DTS
EFFECT OFF *
of
Voorpaneel
3
GAME
EFFECT OFF *
HALL
MONO MOVIE
CONCERT/SPORTS
DIGITAL MOVIE THEATER/
70 mm MOVIE THEATER/
DTS MOVIE THEATER
CONCERT/SPORTS
HALL
GAME
* “EFFECT OFF” verschijnt uitsluitend bij gebruik van de DSPkeuzetoets van de regeleenheid.
● Wanneer een hoofdtelefoon is aangesloten:
SILENT CINEMA
EFFECT OFF
Opmerkingen
• Kies altijd het DSP-programma dat het meest geschikt is voor de
bron waarnaar u luistert.
• Het laatst gekozen DSP-programma voor iedere ingangsbron
(VIDEO 1, TV, VIDEO 2, DIGITAL 1 en DIGITAL 2) wordt in
het geheugen opgeslagen.
Wanneer u van ingangsbron verandert, zal het voor deze bron
laatst ingestelde DSP-programma automatisch worden ingesteld.
DSP-PROGRAMMA (EFFECT VAN DIGITALE GELUIDSVELDPROCESSOR)
■ Annuleren van de
geluidsveldeffecten
(met de afstandsbediening)
Druk op EFFECT ON/OFF.
Het gewone stereogeluid wordt weergegeven en
“EFFECT OFF” wordt getoond wanneer u het
geluidsveldeffect annuleert. Door een volgende druk op
deze toets wordt het geluidsveldeffect weer
ingeschakeld.
■ Verwerkingsindicators
BEDIENING
Een verwerkingsindicator toont het soort ingangssignaal bij
weergave van een bron met een DSP-programma.
q DIGITAL:
Deze gaat branden bij weergave van
een met Dolby Digital gecodeerde bron.
q PRO LOGIC: Deze gaat branden bij weergave van een
met Dolby Digital gecodeerde 2-kanaals
bron, PCM audio of een analoge bron
met gebruik van DSP-programma nr. 2.
:
Licht op bij weergave van een met DTS
gecodeerde bron.
DSP:
Deze gaat branden bij weergave van een
bron met gebruik van DSP-programma
nr. 3 t/m 7.
Opmerkingen
• VIRTUAL SURROUND, DOLBY DIGITAL/DOLBY PRO
LOGIC/DTS, DIGITAL MOVIE THEATER/70 mm MOVIE
THEATER/DTS MOVIE THEATER zijn de meest geschikte
DSP-programma’s voor weergave van software die met Dolby of
DTS is gecodeerd en het g, sof
logo
heeft.
• Het volumeniveau van de linker en rechter hoofdluidsprekers
verschilt afhankelijk van de ingestelde ingangsbron omdat de
geluidsveldgegevens, met uitzondering van Dolby Digital en
DTS, worden gebruikt zoals deze in werkelijkheid worden
gemeten.
• Kies het DSP-programma dat volgens u voor een bepaalde bron
het meest geschikt is, ongeacht de naam ervan. Bovendien
ondervindt het geluidsveldeffect van het DSP programma invloed
van de resonantie van de luisterruimte. Om ten volle te kunnen
profiteren van de prestaties van het DSP programma, dient u de
aankleding van uw luisterruimte zo aan te passen dat er zo min
mogelijk resonantie optreedt.
y
• Om bij weergave van een bron met het programma VIRTUAL
SURROUND het virtuele geluidseffect optimaal te doen
uitkomen, dient u het volumeniveau van de TV te verlagen.
• Raadpleeg de woordenlijst op blz. 31.
Nederlands
23
MENUFUNCTIES
De menufuncties zijn: “Auto Power” voor het instellen van
de functie voor automatisch in- en uitschakelen, “Dimmer”
voor het instellen van de helderheid van het display, “Input
Name” voor het invoeren van namen, “Center Delay” voor
het instellen van de vertragingstijd voor het geluid van de
middenluidspreker en “Delay Time” voor het instellen van
de bij surround-geluid gebruikte vertragingstijd.
De instellingen van de menufuncties moeten worden
gemaakt met de afstandsbediening.
Door elke druk op MENU van de afstandsbediening
verandert de functie in de volgende volgorde: “Auto
Power”, “Dimmer”, “Input Name”, “Center Delay”, “Delay
Time” en het invoerdisplay.
ON/OFF
Instellen van de functie voor
automatisch in- en uitschakelen
“Auto Power” voor het automatisch in- en uitschakelen
werkt als hieronder beschreven.
Geen signaal wordt ontvangen en er wordt gedurende
ongeveer 30 minuten niet op een toets gedrukt.
@
De Auto Power Off functie wordt geactiveerd.
(De STANDBY-indicator knippert langzaam.)
@
Wanneer een signaal wordt ontvangen* (of op p van de
afstandsbediening of de INPUT-keuzetoets op de
regeleenheid wordt gedrukt) wordt Auto Power On
geactiveerd en de regeleenheid dus automatisch
ingeschakeld.
EFFECT
VS10
TV
VCR
* Indien de regeleenheid wordt uit- en ingeschakeld met POWER
van de regeleenheid en een signaal tijdens de STANDBY-functie
wordt ontvangen, zal de regeleenheid na ongeveer 5 seconden
worden ingeschakeld.
(De regeleenheid wordt tevens bij ontvangst van signalen na een
stroomonderbreking na ongeveer 5 seconden ingeschakeld.)
SAT
P
– VOL
VOL +
P
INPUTkeuzetoets
SET
DSP
INPUT
U kunt de gevoeligheid van de functie voor automatisch inen uitschakelen instellen of de functie voor automatisch inen uitschakelen uitzetten.
MEMORY
MENU +/–
1
2
3
4
5
6
8
9
7
1
Druk op MENU zodat “Auto Power” op het
display verschijnt.
MENU
MENU
–
-/--
0
SUBWOOFER
–
NIGHT MODE
0
+
C/P
SUBWOOFER
TEST
+
MENU
2
Om de functie voor het automatisch in- en
uitschakelen te activeren, kiest u “Auto Power
2” met MENU +/–. Kies met MENU – “OFF” om
deze functie te annuleren.
Afhankelijk van het signaaluitgangsniveau van de
aangesloten component zal de functie voor automatisch inen uitschakelen niet altijd naar behoren werken. In
dergelijke gevallen kunt u de gevoeligheid van de functie
voor automatisch in- en uitschakelen wijzigen door
raadpleging van de onderstaande tabel.
Door indrukken van + verandert het display van boven naar
beneden, en door indrukken van – verandert het display van
beneden naar boven.
24
MENUFUNCTIES
Display
OFF
1
2
3
Instelling/Symptoom
De functie voor automatisch in- en uitschakelen
wordt geannuleerd.
[Zwak signaal] De functie voor het automatisch
inschakelen wordt niet geactiveerd ookal wordt een
signaal ontvangen, of de functie voor het
automatisch uitschakelen wordt geactiveerd ookal
wordt een signaal ontvangen.
[Normaal signaal] Kies normaal gesproken voor
deze stand om de Auto Power functie in te
schakelen.
[Sterk signaal] De functie voor het automatisch
inschakelen wordt geactiveerd, ookal wordt geen
signaal ontvangen, of de functie voor het
automatisch uitschakelen wordt niet geactiveerd
ookal wordt geen signaal ontvangen.
Druk op MENU na het instellen van de menufuncties. Het
invoerdisplay verschijnt weer.
De helderheid van het display van de regeleenheid kan als
volgt worden ingesteld:
1
1
MENU
0
2
3
Druk op MENU zodat “Dimmer” op het display
verschijnt.
Het helderheidsniveau van dat moment (zoals
“Dimmer: ±0”) wordt weergegeven.
Druk op de INPUT-keuzetoets en kies de
ingang die u een naam wilt geven (VIDEO 2,
DIGITAL 1 of DIGITAL 2).
Druk op MENU + of – om de naam te kiezen.
Indien u in stap 2 hierboven VIDEO 2 hebt gekozen,
veranderen de namen bij elke druk op + in de
onderstaande volgorde:
MENU
0
2
Druk op MENU zodat “Input Name” op het
display verschijnt.
BEDIENING
Instellen van de helderheid van het
display
Nadat u eenmaal een naam heeft ingevoerd, kunt u zien
welke componenten met welke aansluitingen zijn verbonden
en zo dus gemakkelijk een ingangsbron kiezen. Indien er op
VIDEO 2 bijvoorbeeld een videogame-speler is
aangesloten, kunt u die bron de naam “GAME” geven.
Indien er op aansluiting DIGITAL 1 een DVD-speler is
aangesloten, kunt u die bron “DVD” noemen.
VIDEO 2
VIDEO 2: CABLE
VIDEO 2: GAME
Druk op MENU + of – om de helderheid in te
stellen.
Door indrukken van + wordt het display helderder, en
door indrukken van – wordt het display donkerder. De
helderheid kan worden ingesteld op een waarde van –3
(donkerst) tot +3 (helderst). Het helderheidsniveau +3
(het helderst) is hetzelfde als de helderheid van het
display direct nadat de VS-10 bediend werd.
VIDEO 2: MD
VIDEO 2: SAT
VIDEO 2: DVD
VIDEO 2: CD
VIDEO 2: LD
Indien u in stap 2 hierboven DIGITAL 1 of 2 hebt
gekozen, veranderen de namen bij elke druk op + in de
onderstaande volgorde:
DIGITAL 1
D1: GAME
D1: DVD
D1: MD
D1: CD
D1: LD
D1: SAT
Opmerkingen
Druk op MENU na het instellen van de menufuncties. Het
invoerdisplay verschijnt weer.
Invoeren van namen voor de
ingangsaansluitingen
4
Herhaal de stappen 1 t/m 3 om een naam te
geven aan de ingangsaansluitingen VIDEO 2,
DIGITAL 1 en DIGITAL 2.
Druk op MENU na het instellen van de menufuncties. Het
invoerdisplay verschijnt weer.
25
Nederlands
Desgewenst kunt u de ingangsaansluitingen VIDEO 2,
DIGITAL 1 en DIGITAL 2 een naam geven. (De namen die
zijn gegeven aan (ingangsaansluitingen) TV of VIDEO
kunnen niet worden gewijzigd.)
• “D1:” verschijnt vóór de naam wanneer DIGITAL 1 is gekozen,
en “D2:” verschijnt vóór de naam wanneer DIGITAL 2 is
gekozen.
• Door indrukken van – worden de namen in de omgekeerde
volgorde weergegeven.
MENUFUNCTIES
Instellen van de vertragingstijd voor
de middenluidspreker
De vertraging voor de middenluidspreker is het tijdsverschil
tussen het begin van de weergave van het geluid door de
hoofdluidsprekers en het begin van de weergave van
hetzelfde geluid door de middenluidspreker. U kunt de
vertragingstijd voor de middenluidspreker instellen voor
gebruik met andere DSP-programma’s dan SILENT
CINEMA. De vertraging tussen het geluid van de
middenluidspreker en de dialoog, etc. van de
middenluidspreker wordt hierdoor geregeld.
Deze functie is bedoeld om ervoor te zorgen dat de geluiden
uit de linker hoofdluidspreker, middenluidspreker en rechter
hoofdluidspreker uw luisterpositie op hetzelfde moment
bereiken. Dit wordt bewerkstelligd door het geluid van de
middenluidspreker te vertragen indien de afstand van de
middenluidspreker tot uw luisterpositie korter is dan de
afstand van de linker of rechter hoofdluidspreker tot uw
luisterpositie. Telkens wanneer de waarde van de midden
vertraging met 1 ms wordt verhoogd, zal het lijken alsof de
middenluidspreker ongeveer 30 cm verder van uw
luisterplek staat.
1
Druk op MENU zodat “Cntr Delay” op het
display verschijnt.
MENU
0
2
Druk op MENU + of – om de vertragingstijd in
te stellen.
Instellen van de vertragingstijd
Wanneer als DSP-programma VIRTUAL SURROUND,
DOLBY DIGITAL/DOLBY PRO LOGIC/DTS of SILENT
CINEMA is gekozen, kunt u de vertragingstijd instellen. De
vertragingstijd is het tijdsverschil tussen weergave van het
geluid van de hoofdluidsprekers en weergave van het
surround-geluid.
Door een hogere waarde in te voeren, wordt het
geluidsveldeffect later gereproduceerd.
1
Druk op MENU zodat “Delay Time” op het
display verschijnt.
MENU
0
2
Druk op MENU + of – om de vertragingstijd in
te stellen.
y
• Instelbereik
– Voor Dolby Digital-invoer (behalve 2 ch)/DTS: 0 tot 15 ms
– Voor andere invoer: 15 tot 30 ms
Als de vertraging van een ingangssignaal wordt bijgesteld,
zal ook die van andere signalen worden veranderd. Wanneer
bijvoorbeeld de vertraging voor Dolby Digital (behalve 2
kanaals) /DTS signalen wordt veranderd van 0 ms
(minimum) naar 5 ms, dan zal de vertraging voor andere
ingangssignalen automatisch worden bijgesteld van 15 ms
(minimum) naar 20 ms.
Druk op MENU na het instellen van de menufuncties. Het
invoerdisplay verschijnt weer.
y
• Instelbereik
0 tot 5 ms
Druk op MENU na het instellen van de menufuncties. Het
invoerdisplay verschijnt weer.
26
AFSTANDSBEDIENING
BEDIENING VAN ANDERE COMPONENTEN MET DE AFSTANDSBEDIENING
Wanneer u op de afstandsbediening de merkcode van uw TV, videorecorder of satelliettuner/kabel-TV programmeert, kunt u
daarmee niet alleen de VS-10 maar tevens uw TV, videorecorder of satelliettuner/kabel-TV met de afstandsbediening
bedienen.
Opmerkingen
• Al naar gelang het model en het jaar van fabricage kunnen bepaalde componenten niet op afstand worden bediend, ook al staat het merk
vermeld op blz. i (achterin deze gebruiksaanwijzing).
• Al naar gelang het model kunnen bepaalde componenten van andere merken niet worden bediend, of kan slechts een beperkt aantal functies
worden bediend, ook al is de juiste merkcode ingesteld. Indien u met dit probleem geconfronteerd wordt, dient u gebruik te maken van de
afstandsbediening die met de betreffende component is meegeleverd.
• Indien de te bedienen component niet op afstand bediend kan worden, kan de merkcode niet worden ingesteld.
Instellen van de merkcode
2
Verzendindicator
ON/OFF
4
Houd SET ingedrukt en druk op c totdat de
verzendindicator gaat branden.
EFFECT
VS10
TV
VCR
SAT
P
– VOL
VOL
+
P
SET
DSP
1
2
3
INPUT
MEMORY
2
3
4
5
6
7
8
3
Terwijl de verzendindicator brandt, voert u met
de cijfertoetsen de 4-cijferige merkcode van de
te bedienen component in.
De indicator gaat uit.
9
1
2
3
4
5
6
7
8
9
MENU
–
-/--
+
0
SUBWOOFER
–
C/P
SUBWOOFER
TEST
0
+
NIGHT MODE
1
4
Druk op p en controleer of de te bedienen
component wordt in- en uitgeschakeld.
Nederlands
Druk op de afstandsbedieningskeuzetoets (TV,
VCR of SAT) waarvoor u de merkcode wilt
instellen.
Aangezien de signalen voor het bedienen van de
regeleenheid reeds zijn ingesteld voor de VS10, hoeft u
alleen nog maar de merkcode voor de TV,
videorecorder of satelliettuner in te stellen. Er kunnen
aparte merkcodes worden ingesteld voor de “TV”,
“VCR” en “SAT” toetsen om respectievelijk uw TV,
videorecorder of satelliet/kabel-ontvanger te kunnen
bedienen.
De verzendindicator dooft, ten teken dat de code goed
is ingesteld. (Indien de verzendindicator eerst knippert
en vervolgens uitgaat, is de code niet goed ingesteld.)
Raadpleeg blz. i (achterin deze gebruiksaanwijzing)
voor het overzicht van de merkcodes.
AFSTANDSBEDIENING
1
De indicator gaat branden.
27
BEDIENING VAN ANDERE COMPONENTEN MET DE AFSTANDSBEDIENING
■ Voorzorgsmaatregelen bij het
voorprogrammeren
Nadat de merkcode goed is ingesteld, gaat de
verzendindicator uit.
Indien de verzendindicator niet uitgaat of indien deze eerst
knippert en vervolgens uitgaat, dient u de procedure vanaf
stap 1 te herhalen.
Let op de volgende punten wanneer u de procedure voor het
voorprogrammeren herhaalt.
• Controleer de merkcode.
• Controleer of bij het instellen van de merkcode de juiste
afstandsbedieningskeuzetoets is gekozen.
• Indien er voor een bepaald merk meer dan één code
vermeld staat, probeer dan elke code in de aangegeven
volgorde.
• Verwijder en vernieuw de batterijen van de
afstandsbediening (voltooi deze stap binnen 2 minuten)
en herhaal daarna de procedure.
■ Indien de afstandsbediening niet
goed functioneert
Probeer een andere relevante merkcode indien de
afstandsbediening niet juist werkt.
■ Om een merkcode te wissen
Verricht de procedure “Instellen van de merkcode” op blz.
27 en voer bij stap 3 de volgende codes in:
• Om de toets “TV” te wissen: 0000
• Om de toets “VCR” te wissen: 0000
• Om de toets “SAT” te wissen: 0000
• Om alle toetsen te wissen: 9990.
28
BEDIENING VAN ANDERE COMPONENTEN MET DE AFSTANDSBEDIENING
Bediening van een TV
Om deze afstandsbediening te gebruiken voor uw TV, dient u de merkcode in te stellen voor de afstandsbedieningskeuzetoets
“TV”.
Druk op TV.
ON/OFF
EFFECT
TV in- en uitschakelen
VS10
TV
VCR
SAT
Kanaal hoger kiezen
P
TV-volume verlagen
– VOL
VOL
+
TV-volume verhogen
P
Kanaal lager kiezen
SET
TV-volume dempen
DSP
INPUT
TV-invoer kiezen
MEMORY
2
3
Kanaal kiezen
4
5
6
Kanaal/programma kiezen
8
9
7
AFSTANDSBEDIENING
1
MENU
2-cijferig kanaal kiezen
–
-/--
+
0
SUBWOOFER
–
C/P
SUBWOOFER
TEST
+
Videoband* terugspoelen
Videoband* snel
vooruitspoelen
Videoband* weergeven
NIGHT MODE
Videoband* stopzetten
Op videoband*
opnemen
Videoband* tijdelijk stopzetten
y
• Nadat de merkcode voor een videorecorder is ingesteld voor
afstandsbedieningskeuzetoets “VCR”, kan de betreffende
videorecorder worden bediend door middel van de toetsen die zijn
voorzien van een sterretje (*).
Nederlands
29
BEDIENING VAN ANDERE COMPONENTEN MET DE AFSTANDSBEDIENING
Bediening van een videorecorder
Om deze afstandsbediening te gebruiken voor uw videorecorder, dient u de merkcode instellen voor de
afstandsbedieningskeuzetoets “VCR”.
Druk op VCR.
ON/OFF
Videorecorder in- en uitschakelen
EFFECT
VS10
TV-volume* verlagen
TV
VCR
SAT
Kanaal hoger kiezen
P
– VOL
VOL
Kanaal lager kiezen
P
TV-volume* dempen
DSP
+
TV-volume* verhogen
SET
INPUT
TV-invoer* kiezen
MEMORY
1
2
3
4
5
6
8
9
7
Kanaal kiezen
MENU
–
-/--
+
0
SUBWOOFER
–
C/P
SUBWOOFER
Snel vooruitspoelen
+
TEST
Terugspoelen
Weergeven
NIGHT MODE
Stopzetten
Opnemen
Bij sommige modellen videorecorders moet
deze toets tweemaal worden ingedrukt
voordat er met opname wordt begonnen.
Tijdelijk stopzetten
y
• Nadat de merkcode voor een TV is ingesteld voor
afstandsbedieningskeuzetoets “TV”, kan de betreffende TV
worden bediend door middel van de toetsen die zijn voorzien van
een sterretje (*).
30
ADDENDUM
WOORDENLIJST
■ Coderen/Decoderen
Wanneer een signaal of andere informatie wordt verwerkt,
gecomprimeerd of gedigitaliseerd, noemt men dat coderen.
Men kan gebruikmaken van coderen om een zeer grote
hoeveelheid informatie op te nemen op één CD of DVD. Een
gecodeerd signaal kan niet rechtstreeks worden beluisterd. Het
moet eerst in zijn oorspronkelijke toestand, (d.w.z. hoorbaar
geluid,) worden teruggebracht en dat noemt men decoderen.
■ Geluidsveld
Niet alle geluid verplaatst zich rechtstreeks van de geluidsbron
naar het menselijk oor, maar weerkaatst van muren, plafonds en
andere voorwerpen waardoor het met enige vertraging het oor
bereikt (vroegtijdige weerkaatsing). Het geluid kan ook op een
gecompliceerde manier met herhaling worden weerkaatst
voordat dit het oor bereikt (nagalm). De mens is in staat om op
basis van de verschillende geluiden die op deze manier worden
gehoord, de grootte en de vorm van een ruimte te bepalen. De
specifieke akoestische ruimte van een bepaald gebouw noemt
men een geluidsveld.
■ Dolby Surround
In bioscopen en theaters worden de toeschouwers omringd door
vele luidsprekers en geluidseffecten die op de afzonderlijke
scènes zijn afgestemd waardoor het geluid zich van voren naar
achteren en van rechts naar links verplaatst. Hierdoor krijgt het
geluid een driedimensionaal effect dat het gehele lichaam
omringd. Om dit realistische effect tot stand te brengen, wordt
gebruikgemaakt van Dolby Surround. Oorspronkelijk bestond
het systeem Dolby Surround uit in totaal vier kanalen: twee
voorkanalen (rechts en links), één middenkanaal en één
achterkanaal. Later werd het uitgebreid met 2-kanaals
stereogeluid voor uitzend- en videomedia voor de huiskamer.
De mogelijkheid om eenvoudig een audio- en videosysteem
voor de huiskamer op te zetten dat ook stereogeluid kan
weergeven, is één van de belangrijkste kenmerken van Dolby
Surround.
■ Dolby Digital
■ DTS (Digital Theater Systems) Digital
Surround
Wij bepalen de richting waaruit geluiden afkomstig zijn in
beginsel op basis van het verschil in de tijd waarop deze het
rechter en linker oor bereiken, en de verschillen in
geluidsniveau. De virtuele technologie is gebaseerd op deze
eigenschap van het menselijk oor. Een DSP (digitale
geluidsveldprocessor, een vorm van digitale signaalverwerking)
en de rechter en linker hoofdluidspreker worden gebruikt om de
luisteraar het gevoel te geven alsof hij of zij geluiden hoort die
afkomstig zijn uit virtuele luidsprekers welke zich op een
andere plaats bevinden dan de twee fysieke luidsprekers.
Hierdoor kan de luisteraar surround-effecten ervaren waardoor
het lijkt alsof er achterluidsprekers aanwezig zijn, zoals bij een
systeem met vijf luidsprekers.
■ YAMAHA DSP
(Digital Sound Field Processor)
Technici van YAMAHA hebben bezoeken gebracht aan
wereldberoemde concertzalen, operagebouwen en andere
locaties met als enig doel het opmeten van akoestische
informatie, zoals de richting, intensiteit, golfbandkenmerken en
vertragingstijd van weerkaatste geluiden. Deze rijkdom aan
informatie is vervolgens op een ROM gezet. Door
gebruikmaking van een ingebouwde YAMAHA DSP (digitale
geluidsveldprocessor) voor het tot stand brengen van
geluidsvelden kunt u met dit toestel één van de verschillende
geluidsveldprogramma’s kiezen die werden gecreëerd op basis
van deze in werkelijkheid gemeten akoestische gegevens.
Hierdoor kunt u in uw huiskamer het geluidsveld van
concertgebouwen en theaters reproduceren.
Filmregisseurs maken geluiden voor een film zodanig dat
geluid en scherm één geheel vormen. De dialoog wordt op het
scherm gepositioneerd, de geluidseffecten achter het scherm, en
de muziek daarachter, terwijl de surround-effecten het publiek
omringen. CINEMA DSP is een programma voor audio- en
videoweergave dat is ontstaan uit YAMAHA DSP. Door de
filmgeluid-decoderingssystemen Dolby Pro Logic, Dolby
Digital en DTS te combineren met YAMAHA DSP kunt u een
surround-geluidsveld creëren van een kwaliteit zoals u die
aantreft in een geluidsstudio waar de laatste hand wordt gelegd
aan het creëren van optimale voorwaarden voor het surroundfilmgeluid (laatste mixage van het geluid voor een film).
Door YAMAHA DSP-verwerkingstechnologie toe te voegen
aan zowel het rechter als het linker voorkanaal en het
middenkanaal, zorgt het CINEMA DSP-programma ervoor dat
het publiek wordt omringd door een surround-geluidsveld dat
niet alleen de dialoog echt maakt, maar ook het scherm
binnendringt en omringt om de nodige diepte te geven aan de
geluidseffecten en de muziek, en om de diverse geluidsbronnen
soepel in elkaar te doen overvloeien.
31
Nederlands
DTS werd ontwikkeld om de analoge sound-tracks van films te
vervangen door digitale sound-tracks in zes afzonderlijke
kanalen. Dit systeem wordt nu gebruikt in vele bioscopen over
de hele wereld. Het DTS digitale weergavesysteem in zes
onafhankelijke kanalen met voortreffelijk digitaal geluid biedt
de bioscoopbezoeker een totaal nieuwe ervaring van films.
Intensief wetenschappelijk onderzoek heeft het mogelijk
gemaakt om de coderings-/decoderingstechnologie van het DTS
■ Virtual Surround
ADDENDUM
Dolby Digital bestaat uit in totaal vijf kanalen: drie voorkanalen
(links, midden en rechts) en twee achterkanalen (links en
rechts), plus een speciaal LFE-kanaal voor het lage
frequentieëffect. Het wordt dan ook gewoonlijk aangeduid als
een 5.1-kanaals systeem. Door toepassing van digitale
compressietechnologie voor alle 5.1 kanalen kan Dolby Digital
worden gebruikt voor volledig onafhankelijke geluidsweergave.
In vergelijking met het oudere systeem Dolby Surround,
waarbij vier kanalen (drie voorkanalen en één achterkanaal)
worden vermengd tot 2-kanaals stereoweergave en door een
matrixketen worden gescheiden, biedt Dolby Digital een betere
scheiding tussen de diverse kanalen en een meer
driedimensionaal surround-effect.
bioscoopsysteem ook aan te wenden voor
surroundgeluidsweergave in de huiskamer.
DTS Digital Surround is een coderings-/decoderingssysteem
dat 20-bit geluid weergeeft in zes kanalen met een kwaliteit die
gelijk is aan die van de oorspronkelijke studio-opname.
Technisch gesproken bestaat het systeem uit 5.1 kanalen,
namelijk 5 kanalen met geluid over het volle frequentiebereik
(linkerkanaal, middenkanaal, rechter kanaal en twee
surroundkanalen), plus een “0.1” subwooferkanaal (LFEkanaal). Het systeem kan worden gebruikt met de 5.1
luidsprekerconfiguraties voor huisbioscoopsystemen die
momenteel op de markt verkrijgbaar zijn.
FOUTOPSPORING
Controleer altijd grondig de volgende punten alvorens u contact opneemt voor reparatie of afterservice. Indien u het probleem
niet zelf kunt verhelpen of indien het probleem niet vermeld staat in de kolom “STORINGSINDICATIE”, dient u de stekker
uit het stopcontact te trekken en contact op te nemen met uw erkende YAMAHA-dealer of servicecentrum.
Opmerkingen
• Soms worden bedieningshandelingen niet langer door het systeem herkend omdat er een verkeerde handeling is uitgevoerd of omdat er
sprake is van sterke externe ruis (zoals een onregelmatige spanning als gevolg van een schok, overmatige statische elektriciteit of
blikseminslag). In dergelijke gevallen moet u eerst de stekker uit het stopcontact trekken, circa 30 seconden wachten, de stekker weer in het
stopcontact steken en vervolgens de gewenste bedieningshandeling opnieuw uitvoeren.
• Voor reparatie of afterservice dient u de YAMAHA subwoofer en achterluidsprekers NX-SW10 (los verkrijgbaar) altijd mee te nemen.
■ Algemeen
STORINGSINDICATIE
Er is helemaal geen geluid.
CONTROLE
• Zit de stekker in het stopcontact?
Zie blz.
14
• Is de TV of videorecorder goed aangesloten?
10
• Zijn de hoofdluidsprekers goed aangesloten?
13
• Is de juiste ingangsbron gekozen?
17
• Wordt het geluid tijdelijk gedempt?
19
• Is er een hoofdtelefoon aangesloten?
4
Er is sprake van een
“brommend” geluid.
• Mogelijk wordt er een brommend geluid voortgebracht als gevolg van
externe elektromagnetische golven. Keer de linker en rechter polen van
het netsnoer om en steek daarna de stekker opnieuw in het stopcontact.
14
De STANDBY-indicator
knippert langzaam.
• De functie voor automatisch uitschakelen is geactiveerd.
Trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact indien u het apparaat
lange tijd niet denkt te gebruiken.
24
Er zit ruis in de tuner of het
beeld van de TV of
videorecorder is onstabiel.
• Bevindt er zich in de nabijheid van het apparaat een tuner of TV die
gebruikmaakt van een binnenantenne?
Gebruikmaking van een buitenantenne wordt aanbevolen.
—
■ Bij gebruik van een DSP-programma
STORINGSINDICATIE
De filmdialoog en ander
geluid is moeilijk te horen.
CONTROLE
Zie blz.
• Gebruikt u HALL, CONCERT/SPORTS of GAME? Kies een ander DSPprogramma.
21-22
■ Bij gebruik van de afstandsbediening
STORINGSINDICATIE
De afstandsbediening werkt
niet goed.
Een andere component kan
niet worden bediend.
32
CONTROLE
• Zijn de batterijen leeg?
Zie blz.
3
• Wordt de afstandsbediening in de richting van de sensor gehouden?
3
• Bevindt de afstandsbediening zich te ver van de sensor, of te dicht bij de
sensor?
3
• Wordt de sensor blootgesteld aan direct zonlicht of ander fel licht (zoals
van een fluorescerende lamp met gelijkstroom-wisselstroomomzetter)?
3
• Wordt er tegelijkertijd een andere afstandsbediening gebruikt?
3
• Zitten de batterijen met de polen op de juiste plaats?
2
• Is de afstandsbedieningskeuzetoets “VS10” ingedrukt? Druk op “VS10”
indien u dit apparaat wilt bedienen nadat u een andere component hebt
bediend.
—
• Is de merkcode goed ingesteld?
27
• Is de afstandsbedieningskeuzetoets voor de te bedienen component
ingedrukt?
29-30
SPECIFICATIES
Regeleenheid
■ Versterker gedeelte
Minimum RMS-uitgangsvermogen
Hoofd ....................................................................... 25W + 25 W
(1 kHz, 10% totale harmonische vervorming, 6 ohm)
Algemeen
Signaal/ruis-verhouding ........................... 90 dB (VIDEO 1, IHF-A)
Voeding
[Modellen voor Europa en Verenigd Koninkrijk]
....................................................... 230 V wisselstroom, 50 Hz
[Modellen voor de V.S. en Canada] .. 120 V wisselstroom, 60 Hz
[Modellen voor Australië] ................. 240 V wisselstroom, 50 Hz
Totale harmonische vervorming
.......................... 0,07% (invoer: VIDEO 1, 1 kHz, 10 W/6 ohm)
Stroomverbruik ......................................................................... 60 W
Stroomverbruik (standby-modus) ............................................ 5,5 W
Ingansgevoeligheid/Impedantie .......... VIDEO 1, 200 mV/50 k-ohm
Afmetingen (B x H x D)
Regeleenheid ................................................. 302 x 82 x 300 mm
Bij verticale opstelling (inclusief de steun en zijblokjes)
.............................................................. 124 x 302,5 x 300 mm
Bij horizontale opstelling (inclusief de onderzettertjes)
................................................................ 302 x 88,5 x 300 mm
Hoofdluidspreker ........................................ 125 x 185 x 145 mm
■ Video gedeelte
Videosignaal-niveau .................................................. 1 Vp-p/75 ohm
Hoofdluidsprekers
Type ...................................................................... 2 weg Bass-reflex
Luidsprekers ................. conus van 10 cm, magnetisch afgeschermd
2 cm Super-tweeter
Maximaal ingangsvermogen .................................................... 25 W
Impedantie ............................................................................... 6 ohm
Gewicht
Regeleenheid ...................................................................... 4,7 kg
Hoofdluidspreker ............................................................... 1,4 kg
Accessoires .......................................................... Afstandsbediening
UM-4 batterijen (x 4)
Audio-aansluitkabel (2-pens, 1,5 m)
Video-aansluitkabel (1,5 m)
Ondersteunende standaard (x 1)
Kussentjes voor onderpaneel (x 4)
Kussentjes voor zijpaneel (x 2)
Aansluitgids (Connection guide)
Alle specificaties zijn onder voorbehoud en kunnen zonder nadere
kennisgeving worden gewijzigd.
ADDENDUM
Nederlands
33
INDEX
A
I
Aansluiten van camcorder ................................................. 12
Aansluiten van de YAMAHA NX-SW10 .......................... 14
Aansluiten van DVD-speler .............................................. 11
Aansluiten van hoofdluidsprekers ..................................... 13
Aansluiten van netsnoer .................................................... 14
Aansluiten van subwoofer ................................................. 14
Aansluiten van TV ............................................................. 10
Aansluiten van videorecorder ............................................ 10
Afstandsbediening gebruiken voor TV ............................. 29
Afstandsbediening gebruiken voor videorecorder ............. 30
Instellen van bas (subwoofer-niveau) ................................ 19
Instellen van de vertragingstijd voor
de middenluidspreker .................................................. 26
Instellen van functie voor
automatisch in- en uitschakelen ................................. 24
Instellen van helderheid van display ................................. 25
Instellen van merkcode ...................................................... 27
Instellen van vertragingstijd .............................................. 26
Instellen van volumeniveau ............................................... 17
Invoer kiezen ..................................................................... 17
C
K
Center Delay → Instellen van de vertragingstijd
voor de middenluidspreker .......................................... 26
CINEMA DSP → DSP-programma ............................. 21-23
Kiezen van ingangsfunctie ................................................ 18
D
Delay Time → Instellen van vertragingstijd ..................... 26
DIGITAL-ingangsaansluiting ...................................... 11, 12
Dimmer → Instellen van helderheid van display .............. 25
Display ................................................................................. 4
DOLBY DIGITAL, DOLBY PRO LOGIC,
DTS .................................................................. 21-23, 31
DSP-programma’s ........................................................ 21-23
G
Geheugen ........................................................................... 20
Geluidsveld kiezen ............................................................ 22
M
Menufuncties ..................................................................... 24
Merkcodes ................... i (achterin deze gebruiksaanwijzing)
N
Naam invoeren voor ingangsaansluitingen ....................... 25
NIGHT MODE .................................................................. 19
O
Opstelling van luidsprekers ................................................. 6
T
Testtoon ............................................................................. 15
Tijdelijk dempen van het geluid ........................................ 20
TRUBASS-modus ............................................................. 19
V
VIRTUAL SURROUND .............................................. 21-23
34