PRODUCTINFORMATIEBLAD
NL
5019 437 01012
A. Koelvak
2. Thermostaat/Controlelampjes
3. Ruimte met schappen/schap
3a. Flessenrek (afhankelijk van het model)
4. Typeplaatje
6. Scheider (afhankelijk van het model)
7. Deurvakken
B. Lagetemperatuurvak
8. Bovenste korf (invrieszone)
9. Bakje voor ijsblokjes en/of koudeaccu (afhankelijk van het model)
10. Schappen (afhankelijk van het model)
11. Korf voor het bewaren van ingevroren voedsel
12. Deurvakken van het vriesvak voor pizza en andere
diepvriesproducten met een korte conserveringsduur (afhankelijk
van het model)
Bacteriële bescherming (afhankelijk van het model):
1. Hygiëne+-filter in de ventilator (afhankelijk van het model)
5. Hygiene groenten- en fruitlade
13. Pakkingen
Opmerking:
• De pakkingen van de groente- en fruitlade en van de deuren
zijn vervaardigd van materialen die bacteriegroei tegengaan.
• In geval van stroomuitval helpt de koudeaccu om langer de
optimale bewaartemperatuur te behouden.
• De omgevingstemperatuur, de frequentie waarmee de deur
wordt geopend en de plaats van het apparaat kunnen van invloed
zijn op de binnentemperatuur van de koelkast. Bij het instellen van
de thermostaatknop moet rekening gehouden worden met deze
factoren.
• Het aantal en het type schappen en de vorm van de accessoires
kunnen van model tot model verschillen. Alle planken en schappen
kunnen worden verwijderd.
• De accessoires van het apparaat mogen niet in de
afwasmachine gewassen worden.
Bedieningen voor de instelling van het koelvak/
vriesvak
A. Thermostaatknop
B. Nok lichtknop
C. Instelling van de thermostaat
D. Lampje (max. 15 W)
Met de thermostaat kan de temperatuur in beide vakken
worden ingesteld.
Inst. Thermostaat op 1/MIN: lage intensiteit koeling.
Inst. thermostaat op 2-3/MED: gemiddelde koeling.
Inst. thermostaat op 7/MAX: maximale koeling.
Inst. Thermostaat op ●: koeling en verlichting uitgeschakeld.
Aanbevolen stand van de thermostaat: Stand 2-3/MED.
Ventilator (afhankelijk van het model)
De ventilator draagt bij aan een betere verdeling van de
temperatuur in het koelvak en aan het optimaliseren van de
bewaaromstandigheden van de voedingsmiddelen.
Opmerking:
Zet geen voedsel voor de afzuigzone (1a).
Ventilator met schakelaar
Druk op de schakelaar (1b) om de ventilator aan te zetten wanneer
de omgevingstemperatuur hoger is dan 27/28°C, wanneer er
condens op de schappen is ontstaan of in geval van verhoogde
luchtvochtigheid.
Opmerking:
De ventilator gaat UITSLUITEND draaien als de compressor
in werking is.
Schakel de ventilator uit als de omgevingstemperatuur
gedaald is.
Ventilator zonder schakelaar
Een elektrisch systeem schakelt de ventilator automatisch in en uit.
Opmerking:
De ventilator gaat UITSLUITEND draaien als de compressor
in werking is.
Terwijl de ventilator draait, kunt u het Hygiëne+ filter monteren,
dat bijdraagt aan het opvangen en elimineren van schadelijke micro-
organismes die in de lucht aanwezig zijn.
Haal het filter uit de doos (in de groente- en fruitlade (artikel 5) en
plaats het in het rooster (artikel 1c).
Voor optimale prestaties van het Hygiëne+ filter, dit om de 6
maanden vervangen.
1. Verwijder het filter en dank het geheel af (omhulsel rooster +
patroon).
2. Vervang het filter door een nieuw exemplaar.
3. De instructies voor de vervanging zijn bij het filter gevoegd.
Dit type filter is verkrijgbaar bij onze Klantenservice.
Licht - Vervangen van het lampje
Haal altijd de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u
het lampje gaat vervangen. Vervolgens:
1. Controleer het lampje. Indien nodig draait u het kapotte
lampje los en vervangt het door een nieuw lampje (met een
maximaal vermogen van 15W).
D
A
C
B