www.sentera.eu
MIW-RSMFXB-2R-NL-000 - 13 / 07 / 2022 6 - 10
terug naar de inhoudsopgave
RSMFXB-2R MULTIFUNCTIONELE
RUIMTESENSOR MET ZOEMER
BEDRADING EN AANSLUITINGEN
Artikeltype RSMFFB-2R RSMFGB-2R
VIN 18—34 VDC 18—34 VDC 15—24 VAC ±10%
GND Massa Gemeenschappelijke
massa AC ~
AModbus RTU (RS485), signaal A Modbus RTU (RS485), signaal A
/B Modbus RTU (RS485), signaal /B Modbus RTU (RS485), signaal /B
AO1 Analoge / modulerende uitgang 1 voor
temperatuurmeting (0-10 VDC / 0-20 mA / PWM)
Analoge / modulerende uitgang 1 voor
temperatuurmeting (0-10 VDC / 0-20 mA / PWM)
GND Massa AO1 Gemeenschappelijke massa
AO2 Analoge / modulerende uitgang 2 voor relatieve
vochtigheidsmeting (0-10 VDC / 0-20 mA / PWM)
Analoge / modulerende uitgang 2 voor relatieve
vochtigheidsmeting (0-10 VDC / 0-20 mA / PWM)
GND Massa AO2 Gemeenschappelijke massa
AO3 Analoge / modulerende uitgang 3 voor CO2-
meting (0-10VDC / 0-20mA / PWM)
Analoge / modulerende uitgang 3 voor CO2-meting
(0-10VDC / 0-20mA / PWM)
GND Massa AO3 Gemeenschappelijke massa
Aansluitingen Veercontactklemmen, kabeldoorsnede: 1,5 mm2
OPGELET De -F-versie van het product is niet geschikt voor 3-draads aansluiting. Ze heeft
aparte massa's voor voeding en analoge uitgang. Het verbinden van beide
massa's kan leiden tot onjuiste metingen. Er zijn minimaal 4 draden nodig om
sensoren van het type F aan te sluiten.
De -G versie is bedoeld voor 3-draads aansluiting en beschikt over een 'common
ground'. Dit betekent dat de massa van de analoge uitgang intern verbonden
is met de massa van de voeding. Om deze reden kunnen de typen -G en -F niet
samen op hetzelfde netwerk worden gebruikt. Sluit nooit de gemeenschappelijke
massa van -G-type artikelen aan op andere apparaten die worden aangedreven
door een gelijkspanning. Als u dit doet, kan dit permanente schade aan de
aangesloten apparaten veroorzaken.
INSTALLATIEHANDLEIDING IN STAPPEN EN GEBRUIKSAANWIJZING
Lees, voordat u begint met het installeren van het toestel, zorgvuldig de "Veiligheid
en voorzorgsmaatregelen". Kies een glad oppervlak voor installatie (een muur,
paneel of dergelijke).
OPGELET Plaats de sensor in een goed geventileerde ruimte, waar voldoende luchtstroom
aanwezig is voor een goede werking en waar het toestel beschermd is tegen direct
zonlicht. Zorg ervoor dat hij gemakkelijk toegankelijk is voor service en onderhoud.
Volg onderstaande stappen:
1. Schakel de voeding uit.
2. Verwijder met behulp van een platte schroevendraaier het witte deksel door de
snelsluitingen aan beide zijden te openen (zie Fig. 1 Snelsluitingen openen).
3. Steek de kabels door de opening in de achterzijde (zie fig. 2 Afmetingen.)
4. Gebruik geschikte bevestigingsmaterialen (niet meegeleverd) en plaats de
ruimtesensor op ten minste 1,5 m boven de vloer. Houd bij het plannen van de
installatie rekening met voldoende ruimte voor onderhoud en service. Zie fig. 2
en fig. 3.