www.sentera.eu
MIW-RSMFX-2R-NL-000 - 08 / 11 / 2021 6 - 7
terug naar inhoudstafel
RSMFX-2R MULTIFUNCTIONELE CO2
RUIMTESENSOR
BEKABELING EN AANSLUITING
Artikelcode RSMFF-2R RSMFG-2R
VIN 18—34 VDC 18—34 VDC 15—24 VAC ±10%
GND Massa Gemeenschappelijke
massa AC ~
AModbus RTU (RS485), signaal A Modbus RTU (RS485), signaal A
/B Modbus RTU (RS485), signaal /B Modbus RTU (RS485), signaal /B
AO1 Analoge / modulerende uitgang 1 voor
temperatuurmeting (0—10 VDC / 0—20 mA / PWM)
Analoge / modulerende uitgang 1 voor
temperatuurmeting (0—10 VDC / 0—20 mA / PWM)
GND Massa AO1 Gemeenschappelijke massa
AO2 Analoge / modulerende uitgang 2 voor meting van de
relatieve vochtigheid (0—10 VDC / 0—20 mA / PWM)
Analoge / modulerende uitgang 2 voor meting van de
relatieve vochtigheid (0—10 VDC / 0—20 mA / PWM)
GND Massa Ao2 Gemeenschappelijke massa
AO3 Analoge / modulerende uitgang 3 voor CO2 (0—10
VDC / 0—20 mA / PWM)
Analoge / modulerende uitgang 3 voor CO2
(0—10 VDC / 0—20 mA / PWM)
GND Massa Ao3 Gemeenschappelijke massa
Aansluiting Klemmenblokken met veercontacten, kabeldoorsnede: 1,5 mm2
ATTENTIE De -F versie van dit product is niet geschikt voor 3-draads aansluiting. Ze heeft
afzonderlijke massa's voor voeding en analoge uitgang. Beide massa's verbinden
kan resulteren in onjuiste metingen. Er zijn minstens 4 draden nodig voor het
aansluiten van -F type sensoren.
De -G versie is bedoeld voor 3-draads aansluiting en beschikt over een
gemeenschappelijke massa. Dit wil zeggen dat de massa's van de analoge uitgang
inwendig verbonden zijn met de massa van de voeding. Omwille van deze reden
kunnen -F en -G type sensoren niet gemengd worden binnen één netwerk. Verbind
nooit de gemeenschappelijke massa van G-type-artikelen met andere apparaten
die op gelijkstroom werken. Door dit toch te doen kan mogelijk permanente schade
aangebracht worden aan de aangesloten toestellen.
MONTAGE & GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN IN STAPPEN
Lees aandachtig "Veiligheids- & voorzorgsmaatregelen" voordat u begint met het
monteren van het apparaat. Zoek een egale ondergrond uit waar u op monteert
(muur, paneel enz.).
ATTENTIE Monteer de sensor in een goed geventileerde ruimte, waar voldoende luchtstroom
is voor een correcte meting en plaats de sensor niet in direct zonlicht. Zorg bij het
plannen van de installatie voor voldoende ruimte voor onderhoud en service.
Volg volgende stappen:
1. Verwijder met een platte schroevendraaier het witte deksel door de snelsluitingen
aan beide zijden los te maken (zie Fig. 1 Ontgrendeling van de snelsluitingen).
2. Haal de kabels door de opening aan de achterzijde (zie Fig. 2 Afmetingen).
3. Gebruik geschikte bevestigingsmaterialen (niet meegeleverd) om de kamersensor
op minimaal 1,5 m van de vloer te monteren. Let op de correcte montage positie
en de inbouwmaten van het toestel. Zie Fig. 2 en Fig. 3.