Juno JKSN301R6 Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Juno JKSN301R6 Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
JKSN301R6
Gebruik‐
saanwijzing
Kookplaat
User Manual
Hob
Notice d'utili‐
sation
Table de
cuisson
Benutzerin‐
formation
Kochfeld
INHOUDSOPGAVE
Veiligheidsinformatie 2
Veiligheidsvoorschriften 4
Beschrijving van het product 6
Dagelijks gebruik 8
Aanwijzingen en tips 9
Onderhoud en reiniging 10
Probleemoplossing 11
Montage 13
Technische gegevens 15
Energiezuinigheid 16
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en
gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie
of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige
en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke,
zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan
ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of
instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van
het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het
op passende wijze weg.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat
als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
Als het apparaat is voorzien van een kinderbeveiliging, dan
dient dit geactiveerd te worden.
Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet worden
uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de werking van
dit apparaat altijd uit te buurt worden gehouden.
Algemene veiligheid
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient op te
2
passen dat u de verwarmingselementen niet aanraakt. Houd
kinderen jonger dan 8 jaar uit de buurt of onder permanent
toezicht.
Bedien het apparaat niet met een externe timer of een apart
afstandbedieningssysteem.
WAARSCHUWING: Zonder toezicht koken op een kookplaat
met vet of olie kan gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren.
Probeer brand NOOIT met water te blussen, maar schakel in
plaats daarvan het apparaat uit en bedek de vlam bijv. met
een deksel of blusdeken.
LET OP: Er dient toezicht te worden gehouden op het
bereidingsproces. Een kort bereidingsproces moet onder
constant toezicht staan.
WAARSCHUWING: Brandgevaar: Bewaar geen voorwerpen
op de kookplaten.
Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en
deksels mogen niet op de kookplaat worden geplaatst,
aangezien ze heet kunnen worden.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te
maken.
Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten is,
schakel het apparaat dan uit om het risico op elektrische
schokken te voorkomen.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze
vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
WAARSCHUWING: Gebruik alleen kookplaatbeschermers
die door de fabrikant van het kookapparaat zijn ontworpen
of door de fabrikant van het apparaat in de
gebruiksinstructies als geschikt zijn aangegeven of
kookplaatbeschermers die in het apparaat zijn geïntegreerd.
Het gebruik van ongeschikte kookplaatbeschermers kan
ongelukken veroorzaken.
3
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Montage
WAARSCHUWING! Alleen een
erkende installatietechnicus mag
het apparaat installeren.
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel of schade aan het
apparaat.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Houd de minimumafstand naar andere
apparaten en units in acht.
Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
Dicht de oppervlakken af met kit om te
voorkomen dat ze gaan opzetten door
vocht.
Bescherm de bodem van het apparaat
tegen stoom en vocht.
Installeer het apparaat niet naast een
deur of onder een raam. Dit voorkomt
dat heet kookgerei van het apparaat valt
als de deur of het raam wordt geopend.
Als het apparaat geïnstalleerd is boven
lades zorg er dan voor dat de ruimte
tussen de onderkant van het apparaat
en de bovenste lade voldoende is voor
luchtcirculatie.
De onderkant van het apparaat kan heet
worden. Wij raden aan om een
onbrandbaar scheidingspaneel te
plaatsen onder het apparaat om te
voorkomen dat de onderkant kan
worden aangeraakt.
Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING! Gevaar
voor brand en elektrische
schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd elektromonteur
worden gemaakt.
Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact.
Verzeker u ervan dat de stekker uit het
stopcontact is getrokken, voordat u
welke werkzaamheden dan ook uitvoert.
Controleer of de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
Zorg ervoor dat het apparaat correct is
geïnstalleerd. Losse en onjuiste
stroomkabels of stekkers (indien van
toepassing) kunnen ervoor zorgen dat
de contactklem te heet wordt.
Gebruik de juiste stroomkabel.
Voorkom dat de stroomkabels verstrikt
raken.
Zorg ervoor dat er een
schokbescherming wordt geïnstalleerd.
Gebruik het klem om spanning op het
snoer te voorkomen.
Zorg ervoor dat de stroomkabel of
stekker (indien van toepassing) het hete
apparaat of heet kookgerei niet aanraakt
als u het apparaat op de nabijgelegen
contactdozen aansluit
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker (indien van
toepassing) of kabel niet beschadigt.
Neem contact op met onze service-
afdeling of een elektromonteur om een
beschadigde hoofdkabel te vervangen.
De schokbescherming van delen onder
stroom en geïsoleerde delen moet op
zo'n manier worden bevestigd dat het
niet zonder gereedschap kan worden
verplaatst.
Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
dat het netsnoer na installatie bereikbaar
is.
Sluit de stroomstekker niet aan op een
losse stroomaansluiting.
4
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd aan
de stekker.
Gebruik alleen de juiste isolatie-
apparaten: stroomonderbrekers,
zekeringen (schroefzekeringen moeten
uit de houder worden verwijderd),
aardlekschakelaars en contactgevers.
De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor het
apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
Gebruik
WAARSCHUWING! Gevaar op
letsel, brandwonden of
elektrische schokken.
Verwijder voor gebruik (indien van
toepassing) de verpakking, labels en
beschermfolie.
Gebruik dit apparaat in een
huishoudelijke omgeving.
De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen
niet geblokkeerd zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik niet
onbeheerd achter.
Zet de kookzone op "uit" na elk gebruik.
Leg geen bestek of pannendeksels op
de kookzones. Deze kunnen heet
worden.
Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
Het apparaat mag niet worden gebruikt
als werkblad of aanrecht.
Sluit het apparaat direct af van de
stroomtoevoer als het oppervlak van het
apparaat gebroken is. Dit om elektrische
schokken te voorkomen.
Als u eten in de hete olie doet, kan het
spatten.
WAARSCHUWING! Risico op
brand en explosie
Verhitte vetten en olie kunnen
ontvlambare damp afgeven. Houd
vlammen of verwarmde voorwerpen uit
de buurt van vet en olie als u er mee
kookt.
De dampen die hete olie afgeeft kunnen
spontane ontbranding veroorzaken.
Gebruikte olie die voedselresten bevat
kan brand veroorzaken bij een lagere
temperatuur dan olie die voor de eerste
keer wordt gebruikt.
Plaats geen ontvlambare producten of
gerechten die vochtig zijn gemaakt met
ontvlambare producten in, bij of op het
apparaat.
WAARSCHUWING! Risico op
schade aan het apparaat.
Zet geen heet kookgerei op het
bedieningspaneel.
Leg geen hete deksel op het glazen
oppervlak van de kookplaat.
Laat kookgerei niet droogkoken.
Laat geen voorwerpen of kookgerei op
het apparaat vallen. Het oppervlak kan
beschadigen.
Activeer de kookzones niet met lege
pannen of zonder pannen erop.
Geen aluminiumfolie op het apparaat
leggen.
Pannen van gietijzer, aluminium of met
beschadigde bodems kunnen krassen
veroorzaken in het glas / glaskeramiek.
Til deze voorwerpen altijd op als u ze
moet verplaatsen op de kookplaat.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd om
mee te koken. Het mag niet worden
gebruikt voor andere doeleinden, zoals
het verwarmen van een kamer.
Onderhoud en reiniging
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
Schakel het apparaat uit en laat het
afkoelen voordat u het schoonmaakt.
Trek voor onderhoudswerkzaamheden
de stekker uit het stopcontact.
Gebruik geen waterstralen of stoom om
het apparaat te reinigen.
5
Reinig het apparaat met een vochtige
zachte doek. Gebruik alleen neutrale
reinigingsmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Verwijdering
WAARSCHUWING! Gevaar
voor letsel of verstikking.
Neem contact met uw plaatselijke
overheid voor informatie m.b.t. correcte
afvalverwerking van het apparaat.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat
af en gooi het weg.
Servicedienst
Neem contact op met een erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Indeling kookplaat
120/180
mm
120/180
mm
145 mm
1
1
2
1
Kookzone
2
Bedieningspaneel
Indeling Bedieningspaneel
1 2 43 5 6 7
8910
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes en
geluiden tonen welke functies worden gebruikt.
6
Tip-
toets
Functie Opmerking
1
AAN/UIT De kookplaat in- en uitschakelen.
2
Toetsblokkering / Het kin-
derslot
Het bedieningspaneel vergrendelen/ontgren-
delen.
3
STOP+GO De functie in- en uitschakelen.
4
- Het in- en uitschakelen van de buitenste ring.
5
- Kookstanddisplay De kookstand weergeven.
6
- Timerindicatie voor de
kookzones
Geeft aan voor welke zone u de tijd instelt.
7
- Timerdisplay De tijd in minuten weergeven.
8
- Om de kookzone te selecteren.
9
/
- De tijd verlengen of verkorten.
10
/
- Het instellen van de kookstand.
Kookstanddisplays
Display Beschrijving
De kookzone is uitgeschakeld.
-
De kookzone wordt gebruikt.
STOP+GO-functie is in werking.
+ cijfer
Er is een storing.
Er is nog een kookzone heet (restwarmte).
Toetsblokkering / Het kinderslot functie is in werking.
Automatisch uitschakelen-functie is in werking.
Restwarmte-indicatie
WAARSCHUWING! Er
bestaat verbrandingsgevaar
door restwarmte.
7
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
In- of uitschakelen
Raak 1 seconde aan om de kookplaat
in– of uit te schakelen.
Automatisch uitschakelen
De functie schakelt de kookplaat
automatisch uit als:
alle kookzones zijn uitgeschakeld.
u de kookstand niet instelt nadat u de
kookplaat hebt ingeschakeld.
u iets hebt gemorst of iets langer dan 10
seconden op het bedieningspaneel hebt
gelegd (een pan, doek, etc.). Er klinkt
een geluidssignaal en de kookplaat
wordt uitgeschakeld. Verwijder het
voorwerp of reinig het bedieningspaneel.
u een kookzone niet uitschakelt of de
kookstand verandert. Na enige tijd gaat
branden en wordt de kookplaat
uitgeschakeld.
De verhouding tussen kookstand en de
tijd waarna de kookplaat uitschakelt:
Kookstand
De kookplaat
wordt uitgescha-
keld na
, 1 - 2
6 uur
3 - 4 5 uur
5 4 uur
6 - 9 1,5 uur
De kookstand
aanraken om te verhogen. aanraken
om te verlagen. Raak
en tegelijkertijd
aan om de kookzone uit te schakelen.
In- en uitschakelen van de
buitenste ringen
Het verwarmingsvlak kan worden
aangepast aan de grootte van de pannen.
Tiptoets gebruiken:
Om de buitenste ring in te schakelen:
raak de tiptoets aan. Het controlelampje
gaat branden.
Om de buitenste ring uit te schakelen:
raak de tiptoets aan tot het indicatielampje
uit gaat.
Timer
Timer met aftelfunctie
U kunt deze functie gebruiken om in te
stellen hoe lang de kookzone moet werken
voor een kooksessie.
Stel eerst de warmtestand voor de
kookzone in en dan de functie.
Kookzone instellen:raak
meerdere
malen aan tot het lampje van de gewenste
kookzone brandt.
Om de functie in te schakelen of de tijd
te wijzigen: raak of van de timer aan
om de tijd in te stellen (00 - 99 minuten). Als
het lampje van de kookzone langzaam gaat
knipperen, wordt de tijd afgeteld.
Resterende tijd weergeven:selecteer de
kookzone met . Het indicatielampje van
de kookzone gaat sneller knipperen. Op het
display wordt de resterende tijd
weergegeven.
De functie uitschakelen: stel de
kookzone in met en raak aan. De
resterende tijd telt af naar 00. Het
indicatielampje van de kookzone gaat uit.
Als de tijd verstreken is, klinkt er
een geluidssignaal en knippert
00. De kookzone wordt
uitgeschakeld.
Het geluidssignaal stopzetten: raak
aan.
8
Kookwekker
U kunt deze functie gebruiken als
kookwekker terwijl de kookplaat is
ingeschakeld en de kookzones niet werken.
De warmtestand op het display toont
.
De functie inschakelen: raak aan.
Raak of van de timer aan om de tijd
in te stellen. Als de tijd verstreken is, klinkt
er een geluidssignaal en knippert 00.
Het geluidssignaal stopzetten: raak
aan.
De functie heeft geen invloed op
de werking van de kookzones.
STOP+GO
Deze functie stelt alle kookzones die in
werking zijn in op de laagste kookstand.
Als de functie in gebruik is, kunt u de
kookstand niet wijzigen.
De functie stopt de timerfunctie niet.
Om de functie in te schakelen: raak
aan. gaat branden.
Om de functie uit te schakelen: raak
aan. De vorige kookstand gaat aan.
Toetsblokkering
U kunt het bedieningspaneel vergrendelen
terwijl de kookzones in werking zijn.
Hiermee wordt voorkomen dat de
kookstand per ongeluk wordt veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Om de functie in te schakelen: raak
aan. gaat gedurende 4 seconden
aan.De timer blijft aan.
Om de functie uit te schakelen: raak
aan. De vorige kookstand gaat aan.
Als u de kookplaat uitzet, stopt
u deze functie ook.
Het kinderslot
Deze functie voorkomt dat de kookplaat
onbedoeld wordt gebruikt.
Om de functie in te schakelen: schakel
de kookplaat in met . Stel geen
kookstand in. Raak
4 seconden aan.
gaat aan. Schakel de kookplaat uit met .
Om de functie uit te schakelen: schakel
de kookplaat in met
. Stel geen
kookstand in. Raak 4 seconden aan.
gaat aan. Schakel de kookplaat uit met .
De functie gedurende één kooksessie
onderdrukken: zet de kookplaat aan met
. gaat aan. Raak 4 seconden aan.
Stel de kookstand in binnen 10
seconden. U kunt de kookplaat bedienen.
Als u de kookplaat uitschakelt met ,
treedt de functie weer in werking.
AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Kookgerei
De bodem van het kookgerei
moet zo dik en vlak mogelijk zijn.
Kookgerei gemaakt van
geëmailleerd staal of met
aluminium of koperen bodems,
kunnen tot verkleuringen leiden
van de glazen keramische
kookplaat.
9
Voorbeelden van
kooktoepassingen
De gegevens in de volgende
tabel dienen slechts als richtlijn.
Kookstand Gebruik om: Tijd
(min)
Tips
- 1
Bereide gerechten warmhou-
den.
zoals
nodig
Een deksel op het kookgerei
doen.
1 - 2 Hollandaisesaus, smelten: bo-
ter, chocolade, gelatine.
5 - 25 Van tijd tot tijd mengen.
1 - 2 Stollen: luchtige omeletten, ge-
bakken eieren.
10 -
40
Met deksel bereiden.
2 - 3 Zachtjes aan de kook brengen
van rijst en gerechten op melk-
basis, reeds bereide gerechten
opwarmen.
25 -
50
Voeg minstens tweemaal zo-
veel vloeistof toe als rijst, melk-
gerechten tijdens het bereiden
tussendoor roeren.
3 - 4 Stomen van groenten, vis en
vlees.
20 -
45
Een paar eetlepels vocht toe-
voegen.
4 - 5 Aardappelen stomen. 20 -
60
Gebruik max. ¼ l water voor
750 g aardappelen.
4 - 5 Bereiden van grotere hoeveel-
heden voedsel, stoofschotels
en soepen.
60 -
150
Tot 3 l vloeistof plus ingrediën-
ten.
6 - 7 Lichtjes braden: kalfsoester,
cordon bleu van kalfsvlees, ko-
teletten, rissoles, worstjes, le-
ver, roux, eieren, pannenkoe-
ken, donuts.
zoals
nodig
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
7 - 8 Door-en-door gebraden, opge-
bakken aardappelen, lenden-
biefstukken, steaks.
5 - 15 Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
9 Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees (goulash,
stoofvlees), frituren van friet.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Algemene informatie
Maak de kookplaat na ieder gebruik
schoon.
Gebruik altijd pannen met een schone
bodem.
10
Krassen of donkere vlekken op de
oppervlakte hebben geen invloed op de
werking van de kookplaat.
Gebruik een specifiek
schoonmaakmiddel voor het oppervlak
van de kookplaat.
Gebruik een speciale schraper voor de
glazen plaat.
De kookplaat schoonmaken
Verwijder direct: gesmolten plastic,
gesmolten folie, suiker en
suikerhoudende gerechten. Anders kan
het vuil de kookplaat beschadigen. Doe
voorzichtig om brandwonden te
voorkomen. Plaats de speciale schraper
schuin op de glazen plaat en verwijder
resten door het blad over het oppervlak
te schuiven.
Verwijder nadat de kookplaat
voldoende is afgekoeld: kalk- en
waterkringen, vetspatten en
metaalachtig glanzende verkleuringen.
Reinig de kookplaat met een vochtige
doek en een beetje niet-schurend
reinigingsmiddel. Droog de kookplaat na
reiniging af met een zachte doek.
Verkleuring glanzende metalen
verwijderen: reinig het glazen oppervlak
met een doek en een oplossing van
water met azijn.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
U kunt de kookplaat niet in-
schakelen of bedienen.
De kookplaat is niet aange-
sloten op een stopcontact of
is niet goed geïnstalleerd.
Controleer of de kookplaat
goed is aangesloten op het
elektriciteitsnet. Raadpleeg
het aansluitingsschema.
De zekering is doorgeslagen. Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende installa-
teur.
Schakel de kookplaat op-
nieuw in en stel de kook-
stand binnen 10 seconden
in.
U hebt twee of meer tiptoet-
sen tegelijk aangeraakt.
Raak slechts één tiptoets te-
gelijk aan.
STOP+GO Functie is in werk-
ing.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
Er ligt water of er zitten vet-
spatten op het bedieningspa-
neel.
Reinig het bedieningspaneel.
11
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er klinkt een geluidssignaal
en de kookplaat wordt uitge-
schakeld.
Er weerklinkt een geluidssig-
naal als de kookplaat uit
staat.
U hebt een of meer tiptoet-
sen afgedekt.
Verwijder het voorwerp van
de tiptoetsen.
De kookplaat schakelt uit.
U hebt iets op de tiptoets
geplaatst.
Verwijder het object van de
tiptoets.
Het indicatielampje van rest-
warmte gaat niet aan.
De zone is niet heet, omdat
hij slechts kortstondig is ge-
bruikt.
Als het lang duurt alvorens
de zone voldoende heet is,
neem dan contact op met de
klantenservice.
U kunt de buitenste ring niet
inschakelen.
Schakel eerst de binnenring
in.
Er bevindt zich een
donker gebied op de meer-
voudige zone.
Het is normaal dat er zich
een donker gebied op de
meervoudige zone bevindt.
De tiptoetsen worden warm. Het kookgerei is te groot of
staat te dicht bij het bedie-
ningspaneel.
Plaats groter kookgerei op de
achterste zones indien mo-
gelijk.
gaat branden.
De automatische uitschake-
ling is in werking getreden.
Schakel de kookplaat uit en
weer in.
gaat branden.
Het kinderbeveiliging of de
vergrendelfunctie is actief.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Dagelijks gebruik'.
en een getal gaan bran-
den.
Er is een fout in de kookplaat
opgetreden.
Ontkoppel de kookplaat eni-
ge tijd van de stroomtoevoer.
Maak de zekering los in de
meterkast van het huis. Sluit
het apparaat opnieuw aan.
Als weer gaat branden,
neem dan contact op met de
klantenservice.
E6 gaat branden. De tweede fase van de
stroomtoevoer ontbreekt.
Controleer of de kookplaat
goed is aangesloten op het
elektriciteitsnet. Verwijder de
zekering, wacht een minuut,
en plaats de zekering weer
terug.
12
Als u het probleem niet kunt
oplossen...
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen,
neem dan contact op met uw verkoper of
de serviceafdeling. Zie voor deze gegevens
het typeplaatje. Geef ook de driecijferige
code voor het glaskeramiek (bevindt zich
op de hoek van het glazen oppervlak) en de
foutmelding die wordt weergegeven.
Verzeker u ervan dat u de kookplaat correct
gebruikt heeft. Bij onjuist gebruik van het
apparaat wordt het bezoek van de
onderhoudstechnicus van de klantenservice
of de vakhandelaar in rekening gebracht,
zelfs tijdens de garantieperiode. De
instructies over het service center en de
garantiebepalingen vindt u in het
garantieboekje.
Labels meegeleverd in de zak
met accessoires
Bevestig de stickers zoals hieronder
weergegeven:
MOD.
PROD.NO.
SER.NO
DATA
MOD.
PROD.NO.
SER.NO
DATA
MOD.
PROD.NO.
SER.NO.
03 IT
MADE IN ITALY
TYPE
IP20
0049
A B C
A. Plak het op de garantiekaart en verstuur
dit deel (indien van toepassing).
B. Plak het op de garantiekaart en bewaar
dit deel (indien van toepassing).
C. Plak het op het instructieboekje.
MONTAGE
WAARSCHUWING! Raadpleeg
de hoofdstukken Veiligheid.
Voor montage
Voordat u de kookplaat installeert, dient u
de onderstaande informatie van het
typeplaatje te noteren. Het typeplaatje
bevindt zich onderop de kookplaat.
Model .......................................
Productnummer
(PNC) ........................................
Serienummer ...........................
Ingebouwde kookplaten
Inbouwkookplaten mogen alleen worden
gebruikt nadat zij ingebouwd zijn in
13
geschikte inbouwunits of werkbladen die
aan de normen voldoen.
Aansluitkabel
De kookplaat is voorzien van een
aansluitsnoer.
Vervang de beschadigde voedingskabel
door het volgende netsnoer (of hoger):
H05V2V2-F T min. 90°C. Neem contact
op met een klantenservice bij u in de
buurt.
De afdichting bevestigen
1.
Reinig het werkblad rond de plek waar
het gat moet worden uitgezaagd.
2. Bevestig de meegeleverde afdichtstrip
tegen de onderrand van de kookplaat
langs de buitenrand van de keramische
plaat. Rek het afdichtband daarbij niet
uit. Zorg dat de uiteinden van de
afdichtstrip zich in het midden van een
van de zijden van de kookplaat
bevinden.
3. Tel een paar mm bij de af te knippen
lengte van de afdichtstrip.
4. Duw de twee uiteinden van de
afdichtstrip samen.
Montage
min.
50mm
min.
500mm
270
+1
mm
R 5mm
min.
55mm
490
+1
mm
min.
28 mm
min.
12 mm
min.
20 mm
14
De montage van meer dan één
kookplaat
40-50 mm
55 mm
30 mm
min. 650 mm
490 mm
270 mm
Als er meerdere kookplaten van 30 cm
naast elkaar in dezelfde opening
gemonteerd worden is hiervoor een
montageset verkrijgbaar - bestaande uit
een draagbeugel aan de zijkant en
aanvullende afdichtingen - bij onze
Klantenservice. De bijbehorende installatie-
instructies zitten in de verpakking van deze
set.
TECHNISCHE GEGEVENS
Specificatie kookzones
Kookzone
Nominaal vermogen (max warm-
te-instelling) [W]
Diameter van de kookzone
[mm]
Middenvoor 1200 145
Middenachter 700 / 1700 120 / 180
Gebruik voor optimale kookresultaten
kookgerei dat niet groter is dan de diameter
van de kookzone.
15
ENERGIEZUINIGHEID
Productinformatie volgens EU 66/2014
Modelidentificatie JKSN301R6
Type kooktoestel Ingebouwde
kookplaat
Aantal kookzones 2
Verwarmingstechnologie Stralingswarmte
Diameter ronde kookzones
(Ø)
Middenvoor
Middenachter
14,5 cm
18,0 cm
Energieverbruik per kookzo-
ne (EC electric cooking)
Middenvoor
Middenachter
205,3 Wh / kg
182,7 Wh / kg
Energieverbruik van de
kookplaat (EC electric hob)
194,0 Wh / kg
EN 60350-2 - Huishoudelijke elektrische
kookapparaten - deel 2: Kookplaten -
Methodes voor het meten van de prestatie
Energiebesparing
U kunt elke dag energie besparen tijdens
het koken door de onderstaande tips te
volgen.
Warm alleen de hoeveelheid water op
die u nodig heeft.
Doe indien mogelijk altijd een deksel op
de pan.
Zet uw kookgerei op de kookzone
voordat u deze activeert.
De bodem van het kookgerei moet
dezelfde afmeting hebben als de
kookzone.
Zet kleiner kookgerei op kleinere
kookzones.
Plaats het kookgerei precies in het
midden van de kookzone.
Gebruik de restwarmte om het eten
warm te houden of te smelten.
MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool .
Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen. Help
om het milieu en de volksgezondheid te
beschermen en recycle het afval van
elektrische en elektronische apparaten.
Gooi apparaten gemarkeerd met het
symbool niet weg met het huishoudelijk
afval. Breng het product naar het
milieustation bij u in de buurt of neem
contact op met de gemeente.
16
/