Sony STR-DG510 de handleiding

Categorie
Lcd-tv's
Type
de handleiding
2
NL
Stel dit apparaat niet bloot aan regen of
vocht. Zo kunt u het risico op brand of
elektrische schokken verkleinen.
Om oververhitting en brandgevaar te vermijden,
mag u de ventilatie-openingen van het apparaat niet
afdekken met kranten, een tafelkleed, gordijnen e.d.
Plaats nooit een brandende kaars bovenop het
apparaat.
Om gevaar voor brand of een elektrische schok te
voorkomen, mag u geen met vloeistof gerulde
voorwerpen zoals vazen op het apparaat zetten.
Installeer het systeem zo dat u in geval van
problemen het netsnoer gemakkelijk uit het
stopcontact kunt halen.
Gooi de batterij niet weg maar
lever deze in als klein chemisch
afval (KCA).
Voor klanten in Europa
Verwijdering van oude elektrische en
elektronische apparaten (Toepasbaar
in de Europese Unie en andere
Europese landen met gescheiden
ophaalsystemen)
WAARSCHUWING
Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte,
zoals een boekenrek of ingebouwde kast.
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product
niet als huishoudelijk afval mag
worden behandeld. Het moet echter
naar een plaats worden gebracht waar
elektrische en elektronische
apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de
correcte manier wordt verwijderd,
voorkomt u voor mens en milieu
negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalbehandeling. De
recycling van materialen draagt bij tot
het vrijwaren van natuurlijke bronnen.
Voor meer details in verband met het
recyclen van dit product, neemt u
contact op met de gemeentelijke
instanties, het bedrijf of de dienst
belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
3
NL
Over deze gebruiksaanwijzing
• De aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing
gelden voor het model STR-DG510. Controleer
uw modelnummer, dat rechtsonder op het
voorpaneel staat vermeld. De afbeeldingen in deze
gebruiksaanwijzing tonen het model met landcode
U, behalve waar anders vermeld staat. Verschillen
in bediening worden in de tekst duidelijk
aangegeven, bijvoorbeeld "Alleen modellen met
landcode CEL".
• De aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing
beschrijven de bediening met de toetsen op de
bijgeleverde afstandsbediening. U kunt echter ook
de toetsen van de receiver zelf gebruiken, met
dezelfde of soortgelijke namen als die op de
afstandsbediening.
Deze receiver is voorzien van Dolby* Digital en Pro
Logic Surround en het DTS** Digital Surround-
systeem.
* Gefabriceerd onder licentie van Dolby
Laboratories.
"Dolby", "Pro Logic" en het symbool double-D
zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
** "DTS" en "DTS Digital Surround" zijn
gedeponeerde handelsmerken van DTS, Inc.
Deze receiver beschikt over HDMI
TM
-technologie
(High-Definition Multimedia Interface).
HDMI, het logo van HDMI en High-Definition
Multimedia Interface zijn handelsmerken of
gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing
LLC.
Opmerking over de bijgeleverde
afstandsbediening
(RM-AAU013)
De toets VIDEO 3 op de afstandsbediening is
niet beschikbaar voor de bediening van de
receiver.
Over de landcodes
De landcode van de receiver die u hebt
aangeschaft, wordt rechts onder op achterpaneel
weergegeven (zie de onderstaande afbeelding).
Verschillen in bediening die samenhangen met de
landcode staan in de tekst duidelijk aangegeven,
bijvoorbeeld "Alleen modellen met landcode AA".
SPEAKERS
FRONT B
LR
CENTER
SURROUND
L
R
–
SPEAKERS
FRONT A
L
R
+
–
+
–
+
Landcode
NL
4
NL
Inhoudsopgave
Aan de slag
Beschrijving en positie van onderdelen.........5
1: De luidsprekers installeren......................14
2: De luidsprekers aansluiten.......................15
3a: De audiocomponenten aansluiten..........16
3b: De videocomponenten aansluiten..........17
4: De antennes aansluiten............................25
5: De receiver en de afstandsbediening
voorbereiden...........................................26
6: Het luidsprekersysteem selecteren ..........27
7: De juiste instellingen automatisch
kalibreren (AUTO CALIBRATION)......28
8: De niveaus en de balans van de luidsprekers
aanpassen (TEST TONE).......................32
Afspelen
Een component selecteren...........................33
Een component beluisteren/bekijken...........34
Versterkerfuncties
De menu's gebruiken ...................................36
Het niveau aanpassen (Menu LEVEL)........39
De toon aanpassen (Menu TONE)...............40
Instellingen voor surround sound
(Menu SUR) ...........................................40
Tuner-instellingen (Menu TUNER) ............41
Audio-instellingen (Menu AUDIO) ............41
Systeem-instellingen (Menu SYSTEM)......42
De juiste instellingen automatisch kalibreren
(Menu A. CAL) ......................................46
Surround sound beluisteren
Dolby Digital en DTS surround sound
beluisteren
(AUTO FORMAT DIRECT)..................46
Een voorgeprogrammeerd geluidsveld
selecteren................................................48
Alleen de voorluidsprekers gebruiken
(2CH STEREO) ..................................... 51
Het geluid zonder aanpassingen beluisteren
(ANALOG DIRECT)............................. 51
De oorspronkelijke instellingen van de
geluidsvelden herstellen......................... 52
Tunerfuncties
FM-/AM-radio beluisteren.......................... 52
Radiozenders instellen ................................ 54
RDS (Radio Data System) gebruiken ......... 57
(Alleen modellen met landcode
CEL, CEK)
Overige functies
Schakelen tussen digitaal en analoog geluid
(INPUT MODE) .................................... 58
Ingangen benoemen .................................... 59
Het display wijzigen ................................... 59
De slaaptimer gebruiken ............................. 60
Opnemen met de receiver ........................... 60
De afstandsbediening
gebruiken
Toetsinstellingen wijzigen .......................... 61
Aanvullende informatie
Woordenlijst................................................ 62
Voorzorgsmaatregelen................................. 63
Problemen oplossen .................................... 64
Technische gegevens................................... 68
Index ........................................................... 71
5
NL
Aan de slag
Beschrijving en positie van onderdelen
Aan de slag
Voorpaneel
?/1
AUTO CAL MIC
SPEAKERS
(OFF/A/B)
PHONES
MEMORY/
ENTER
TUNING
MODE
TUNING
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
AUTO CAL DIRECT
DISPLAY INPUT MODE
INPUT SELECTOR
MASTER VOLUME
89
qf
q;qs qaqd
1325764
Naam Functie
A ?/1
(aan/stand-
bystand)
Druk op deze toets om de
receiver in of uit te
schakelen (pagina 26, 34,
35, 52, 69).
B SPEAKERS
(OFF/A/B)
Druk op deze toets om het
voorluidsprekersysteem te
selecteren (pagina 27).
C Display Hier wordt de huidige
status van de
geselecteerde component
of een lijst met
keuzemogelijkheden
weergegeven (pagina 7).
D Afstandsbedie-
ningssensor
Voor ontvangst van de
signalen van de
afstandsbediening.
E DISPLAY Druk op deze toets om de
informatie te selecteren
die in het display wordt
weergegeven (pagina 57,
59).
Naam Functie
F INPUT MODE Druk op deze toets om de
ingangsstand te selecteren
wanneer dezelfde
componenten op zowel de
digitale als de analoge
aansluitingen zijn
aangesloten (pagina 58).
G MASTER
VOLUME
Draai deze regelaar om het
volume van alle
luidsprekers tegelijkertijd
aan te passen (pagina 32,
33, 34, 35).
H DIRECT Druk op deze toets om
naar analoog geluid van
hoge kwaliteit te luisteren
(pagina 51).
I AUTO CAL Druk op deze toets om de
functie voor Automatische
Kalibratie in te schakelen
(pagina 29).
wordt vervolgd
6
NL
J INPUT
SELECTOR
Draai deze regelaar om de
ingangsbron voor
weergave te selecteren
(pagina 33, 34, 35, 51, 53,
56, 58, 59, 60).
K 2CH Druk op deze toets om een
geluidsveld te selecteren
(pagina 46).
A.F.D.
MOVIE
MUSIC
L MEMORY/
ENTER
Druk op deze toets om de
tuner te bedienen
(FM/AM) (pagina 52).
TUNING MODE
TUNING +/–
M AUTO CAL MIC-
aansluiting
Hier kunt u de
bijgeleverde
optimalisatiemicrofoon
aansluiten voor de functie
voor Automatische
Kalibratie (pagina 28).
N PHONES-
aansluiting
Hier kunt u een
hoofdtelefoon aansluiten
(pagina 65).
Naam Functie
7
NL
Aan de slag
Betekenis van de aanduidingen in het display
SW
LFE
SP A
SP B
LCR
SL S SR
;
D
;
PLII
;
PL OPT DTS MEMORY RDS ST
MONOD.RANGECOAX
1 2 3 4 5 6 7 98
q;qaqsqd
Naam Functie
A SW Gaat branden als de
subwooferselectie is ingesteld
op "YES" (pagina 38) en het
geluidssignaal via de SUB
WOOFER-aansluiting wordt
uitgevoerd.
B LFE Gaat branden wanneer de disc
die wordt afgespeeld, een LFE
(Low Frequency Effect)-kanaal
bevat en het LFE-signaal wordt
weergegeven.
C SP A/SP B Gaat branden afhankelijk van
het gebruikte
luidsprekersysteem. Deze
aanduidingen gaan echter niet
branden als de
luidsprekeruitvoer is
uitgeschakeld of als een
hoofdtelefoon is aangesloten.
D ; D Gaat branden wanneer de
receiver Dolby Digital-signalen
decodeert.
Opmerking
Wanneer u een disc met Dolby
Digital-indeling afspeelt, moet
u ervoor zorgen dat u digitale
aansluitingen hebt gemaakt en
dat INPUT MODE niet is
ingesteld op "ANALOG"
(pagina 58).
Naam Functie
E ; PL/
; PLII
"; PL" gaat branden wanneer
de receiver Pro Logic-
geluidsverwerking toepast op
2-kanaals signalen om de
midden- en surroundkanalen uit
te voeren. "; PLII" gaat
branden wanneer de Pro Logic
II Movie/Music-decoder is
ingeschakeld. De aanduidingen
gaan echter niet branden
wanneer zowel de midden- als
surroundluidsprekers zijn
ingesteld op "NO" (pagina 38)
en u een geluidsveld selecteert
met de toets A.F.D.
F OPT Gaat branden wanneer VIDEO
2-invoer is geselecteerd.
"UNLOCK" wordt echter in het
display weergegeven als er geen
digitaal signaal wordt ingevoerd
via de OPTICAL-aansluiting.
"OPT" gaat ook branden
wanneer SAT-invoer is
geselecteerd als
- INPUT MODE is ingesteld op
"AUTO IN" en het
bronsignaal een digitaal
signaal is dat wordt ingevoerd
via de OPTICAL-aansluiting.
- INPUT MODE is ingesteld
op "OPT IN" (pagina 58).
wordt vervolgd
8
NL
Naam Functie
G DTS Gaat branden wanneer de
receiver DTS-signalen
decodeert.
Opmerking
Wanneer u een disc met DTS-
indeling afspeelt, moet u ervoor
zorgen dat u digitale
aansluitingen hebt gemaakt en
dat INPUT MODE niet is
ingesteld op "ANALOG"
(pagina 58).
H MEMORY Gaat branden wanneer een
geheugenfunctie, zoals
geheugen voor eigen
instellingen (pagina 55),
enzovoort is ingeschakeld.
I Tuneraan-
duidingen
Gaat branden wanneer u de
receiver gebruikt om af te
stemmen op radiozenders
(pagina 52), enzovoort.
Opmerking
"RDS" wordt alleen
weergegeven voor modellen
met de landcode CEL, CEK.
J Aanduidin-
gen voor
voorkeur-
zenders
Gaat branden wanneer u de
receiver gebruikt om af te
stemmen op uw
voorkeurzenders. Zie pagina 54
voor meer informatie over het
instellen van voorkeurzenders.
K D.RANGE Gaat branden wanneer
compressie van het dynamische
bereik is ingeschakeld (pagina
37).
L COAX Gaat branden wanneer DVD-
invoer is geselecteerd.
"UNLOCK" wordt echter in het
display weergegeven als er geen
digitaal signaal wordt ingevoerd
via de COAXIAL-aansluiting.
Naam Functie
M Weergaveka-
naalaandui-
dingen
L
R
C
SL
SR
S
De letters (L, C, R, enzovoort)
geven aan welke kanalen
worden weergegeven. De vakjes
rond de letters verschillen om
aan te geven hoe de receiver het
brongeluid mengt (op basis van
de luidsprekerinstellingen).
Voor links
Voo r r ec ht s
Midden (mono)
Surround links
Surround rechts
Surround (mono of de
surroundcomponenten
verkregen door Pro Logic-
geluidsverwerking)
Bijvoorbeeld:
Opname-indeling (voor/
surround): 3/2.1
Uitvoerkanaal:
surroundluidsprekers ingesteld
op "NO" (pagina 38)
Geluidsveld: A.F.D. AUTO
SW
LCR
SL SR
9
NL
Aan de slag
Achterpaneel
1 2
3456
FRONT B
LR
HDMI
OPTICAL
SAT
IN
VIDEO 2/
BD IN
DVD
IN
COAXIAL
AM
ANTENNA
SA-CD
/
CD
L
R
AUDIO IN
TV
AUDIO IN
SAT
SUB
WOOFER
AUDIO IN
AUDIO IN
VIDEO 1
AUDIO OUT
AUDIO OUT
SAT
VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT
VIDEO OUT
VIDEO IN
DVD VIDEO 1
SAT IN DVD IN MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
Y
P
B
/C
B
P
R
/C
R
SPEAKERS
CENTER
SURROUND
L
R
–
SPEAKERS
VIDEO 2 /BD IN
L
R
L
R
FRONT A
L
R
+
–
+
–
+
DIGITAL
DVD IN OUT
MONITOR
A Het gedeelte DIGITAL INPUT/
OUTPUT
OPTICAL
IN-aansluiting
Hier kan een DVD-
speler, enzovoort
worden
aangesloten. De
COAXIAL-
aansluiting biedt
een hogere
geluidskwaliteit
(pagina 21, 23).
COAXIAL
IN-aansluiting
HDMI IN/
OUT -
aansluiting*
Hier kan een DVD-
speler worden
aangesloten. Het
beeld en geluid
worden uitgevoerd
naar een televisie
of projector
(pagina 18).
B Het gedeelte COMPONENT VIDEO
INPUT/OUTPUT
COMPONENT
VIDEO
INPUT/
OUTPUT-
aansluiting*
Hier kan een DVD-
speler, televisie of
satelliettuner
worden
aangesloten. U
kunt genieten van
een hoge
beeldkwaliteit
(pagina 20, 21, 23).
C Het gedeelte SPEAKER
Hier kunnen
luidsprekers
worden
aangesloten
(pagina 15).
Hier kan een
subwoofer worden
aangesloten
(pagina 15).
Groen (Y)
Blauw
(P
B/CB)
Rood
(P
R/CR)
wordt vervolgd
10
NL
* U kunt de geselecteerde beelden bekijken wanneer
u de MONITOR OUT- of HDMI OUT-aansluiting
op een televisie of projector aansluit (pagina 20).
U kunt de bijgeleverde afstandsbediening
RM-AAU013 gebruiken om de receiver te
bedienen en om de Sony-audio-
videocomponenten te bedienen waaraan de
afstandsbediening is toegewezen (pagina 61).
D Het gedeelte VIDEO/AUDIO INPUT/
OUTPUT
AUDIO IN/
OUT-
aansluiting
Hier kunnen de
videorecorder,
DVD-speler
worden
aangesloten
(pagina 20, 23,
24).
VIDEO IN/
OUT-
aansluiting*
E Het gedeelte AUDIO INPUT
AUDIO IN
aansluiting
Hier kan een CD-
speler, enzovoort
worden
aangesloten
(pagina 24).
F Het gedeelte ANTENNA
FM
ANTENNA-
aansluiting
Hier kan de
bijgeleverde FM-
draadantenne
worden
aangesloten
(pagina 25).
AM
ANTENNA-
aansluiting
Hier kan de
bijgeleverde AM-
kaderantenne
worden
aangesloten
(pagina 25).
Wit
(L-links)
Rood
(R-rechts)
Geel
Wit
(L-links)
Rood
(R-rechts)
Afstandsbediening
123
46
78
0/10
ENTER
9
SYSTEM STANDBY
TV INPUT
SLEEP
AUTO
CAL
TV
?/1
AV
?/1
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
TV CH –
PRESET –
TV CH +
PRESET +
TUNING –
TV
TUNING +
REPLAY ADVANCE
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
?/1
-
F
Gg
f
.
HmM
Xx
<
<
>
5
>10/
ws
qg
qj
qk
qh
qf
ql
w;
wa
qd
1
3
2
5
6
7
8
q;
9
qs
qa
4
11
NL
Aan de slag
Naam Functie
A TV ?/1
(aan/stand-
bystand)
Druk tegelijkertijd op TV ?/
1 en TV (M) om de
televisie in of uit te
schakelen.
AV ?/1
(aan/stand-
bystand)
Druk op deze toets om de
Sony-audio-/
videocomponenten in of uit
te schakelen waaraan de
afstandsbediening is
toegewezen (pagina 61).
Als u tegelijkertijd op ?/1
(B) drukt, worden de
receiver en de andere
componenten uitgeschakeld
(SYSTEM STANDBY).
Opmerking
De functie van AV ?/1 wordt
automatisch gewijzigd
wanneer u op de
ingangstoetsen drukt (C).
B ?/1
(aan/stand-
bystand)
Druk op deze toets om de
receiver in of uit te
schakelen.
Als u alle componenten wilt
uitschakelen, drukt u
tegelijkertijd op ?/1 en AV
?/1 (A) (SYSTEM
STANDBY).
Naam Functie
C Ingangstoetsen Druk op een van deze
toetsen om de gewenste
componenten te selecteren.
Wanneer u op een van de
ingangstoetsen drukt, wordt
de receiver ingeschakeld. De
toetsen zijn als volgt in de
fabriek ingesteld voor de
bediening van Sony-
componenten. Zie
"Toetsinstellingen wijzigen"
op pagina 61 voor meer
informatie over het wijzigen
van de toetsinstellingen.
D 2CH Druk op deze toets om een
geluidsveld te selecteren.
A.F.D.
MOVIE
MUSIC
E AMP MENU
Druk op deze toets om het
menu van de receiver weer te
geven.
Gebruik vervolgens
V, v, B, b en (P) om de
menubewerkingen uit te
voeren.
F FM MODE Druk op deze toets om FM-
mono- of -stereo-ontvangst
te selecteren.
Toets Toegewezen
Sony-
component
VIDEO 1 Videorecorder
(VTR-stand 3)
VIDEO 2 Videorecorder
(VTR-stand 2)
VIDEO 3 Niet toegewezen
DVD DVD-speler
SAT Digital Satellite
Receiver
TV Televisie
SA-CD/CD Super Audio CD-
speler/CD-speler
TUNER Ingebouwde tuner
wordt vervolgd
12
NL
Naam Functie
G D.TUNING Druk op deze toets om de
stand voor handmatig
afstemmen te openen.
D.SKIP Druk op deze toets om een
disc over te slaan wanneer u
een discwisselaar gebruikt.
H DVD MENU
Druk op deze toets om het menu
van de DVD-speler op de
televisie weer te geven.
Gebruik vervolgens V, v, B, b
en (P) om de
menubewerkingen uit te
voeren.
I ENTER Druk op deze toets om de
waarde in te voeren als u een
kanaal, disc of track hebt
geselecteerd met de
cijfertoetsen van de televisie,
videorecorder of
satelliettuner.
MEMORY Druk op deze toets om een
zender op te slaan.
J MUTING Druk op deze toets om de
functie voor dempen te
activeren.
Druk tegelijkertijd op
MUTING en TV (M) om de
functie voor dempen van de
televisie te activeren.
K TV VOL
+
a)
/–
Druk tegelijkertijd op TV
VOL +/– en TV (M) om het
volume van de televisie aan te
passen.
MASTER
VOL +
a)
/–
Druk op deze toets om het
volume van alle luidsprekers
tegelijkertijd aan te passen.
Naam Functie
L ./> Druk op deze toets om een
track op de CD-speler, DVD-
speler of blu-ray-discspeler
over te slaan.
REPLAY /
ADVANCE
Druk hierop om de vorige
scène opnieuw af te spelen of
de huidige scène snel vooruit
te spoelen op de
videorecorder, DVD-speler of
blu-ray-discspeler.
m/M Druk op deze toets om
– vooruit of achteruit naar
tracks te zoeken op de
DVD-speler.
– snel vooruit-/terugspoelen te
starten op de videorecorder,
CD-speler of blu-ray-
discspeler.
H
a)
Druk op deze toets om het
afspelen op de videorecorder,
CD-speler, DVD-speler of
blu-ray-discspeler te starten.
X Druk op deze toets om het
afspelen of opnemen op de
videorecorder, CD-speler,
DVD-speler of blu-ray-
discspeler te onderbreken.
(Met deze toets kunt u ook de
opname starten bij
componenten die in de
opnamepauzestand staan.)
x Druk op deze toets om het
afspelen op de videorecorder,
CD-speler, DVD-speler of
blu-ray-discspeler te stoppen.
TV CH +/– Druk tegelijkertijd op TV CH
+/– en TV (M) om vooraf
ingestelde televisiekanalen te
selecteren.
PRESET +/– Druk op deze toets om
– zenders vooraf in te stellen.
– kanalen op de videorecorder
of satelliettuner vooraf in te
stellen.
TUNING +/– Druk op deze toets om naar
een zender te zoeken.
<
<
13
NL
Aan de slag
Naam Functie
M TV Druk tegelijkertijd op TV en
de gewenste toets om de
toetsen met oranje tekst te
activeren.
N MENU Druk op deze toets om het
menu van de videorecorder,
DVD-speler, satelliettuner of
blu-ray-discspeler op de
televisie weer te geven.
Druk tegelijkertijd op MENU
en TV (M) om het menu van
de televisie weer te geven.
Gebruik vervolgens V, v, B, b
en (P) om de
menubewerkingen uit te
voeren.
O RETURN/
EXIT O
Druk op deze toets om
– terug te gaan naar het vorige
menu.
– het menu te sluiten wanneer
het menu of de on-screen
gids van de videorecorder,
DVD-speler, satelliettuner
of blu-ray-discspeler op de
televisie wordt
weergegeven.
Druk tegelijkertijd op
RETURN/EXIT en TV (M)
om terug te gaan naar het
vorige menu of het menu van
de televisie te verlaten terwijl
het menu op het
televisiescherm wordt
weergegeven.
P
V/v/B/b
Nadat u op AMP MENU
(E), DVD MENU (H) of
MENU (N) hebt gedrukt,
kunt u op V, v, B of b drukken
om de instellingen te
selecteren. Druk vervolgens
op om de selectie voor
DVD MENU of MENU in te
voeren.
Druk ook op om de
selectie van de receiver,
videorecorder, satelliettuner,
CD-speler, DVD-speler of
blu-ray-discspeler in te
voeren.
Naam Functie
Q DISPLAY Druk op deze toets om de
informatie te selecteren die
door de videorecorder,
satelliettuner, CD-speler,
DVD-speler of blu-ray-
discspeler op de televisie
wordt weergegeven.
Druk tegelijkertijd op
DISPLAY en TV (M) om de
televisie-informatie op de
televisie weer te geven.
R TOOLS Druk op deze toets om opties
weer te geven die van
toepassing zijn op de hele disc
(zoals discbeveiliging),
recorder (zoals audio-
instellingen tijdens het
opnemen), of meerdere items
in een keuzemenu (zoals het
wissen van meerdere titels).
Druk tegelijkertijd op TOOLS
en TV (M) om beschikbare
opties voor de televisie weer
te geven.
S -/-- Druk tegelijkertijd op -/-- en
TV (M) om de invoerstand
voor kanalen (met een of twee
cijfers) op de televisie te
selecteren.
>10/
x
Druk op deze toets om
– tracknummers boven de 10
op de videorecorder,
satelliettuner of CD-speler
te selecteren.
– kanaalnummers voor de
digitale CATV-aansluiting
te selecteren.
CLEAR Druk op deze toets om een
fout ongedaan te maken
wanneer u op de verkeerde
cijfertoets hebt gedrukt.
wordt vervolgd
14
NL
a)
Op de cijfertoets 5 en op de toetsen MASTER
VOL +, TV VOL + en H zijn voelstippen
aangebracht. Gebruik de voelstippen als
herkenning bij de bediening.
Opmerkingen
• Afhankelijk van het model kunnen sommige
functies mogelijk niet worden gebruikt.
• De bovenstaande uitleg is slechts een voorbeeld.
Afhankelijk van de component is de bovenstaande
bediening mogelijk niet uitvoerbaar of wijkt deze
af van wat hier beschreven is.
• De toets VIDEO 3 op de afstandsbediening is niet
beschikbaar voor de bediening van de receiver.
1: De luidsprekers
installeren
Met deze receiver kunt u een 5.1-kanaals
systeem gebruiken (5 luidsprekers en een
subwoofer).
Als u wilt luisteren naar meerkanaals surround
sound, zoals in de bioscoop, hebt u vijf
luidsprekers (twee voorluidsprekers, een
middenluidspreker en twee
surroundluidsprekers) en een subwoofer
(5.1-kanaals) nodig.
Voorbeeld van een opstelling
van een 5.1-kanaals
luidsprekersysteem
AVoorluidspreker (links)
BVoorluidspreker (rechts)
CMiddenluidspreker
DSurroundluidspreker (links)
ESurroundluidspreker (rechts)
FSubwoofer
Tip
Aangezien de subwoofer niet richtingsgevoelig is,
kunt u deze plaatsen waar u wilt.
Naam Functie
T Cijfertoetsen
(nummer 5
a)
)
Druk op deze toets om
– voorkeurzenders in te stellen
en hierop af te stemmen.
– tracknummers op de CD-
speler, DVD-speler of blu-
ray-discspeler te selecteren.
Druk op 0/10 om
tracknummer 10 te
selecteren.
– kanaalnummers op de
videorecorder of
satelliettuner te selecteren.
Druk tegelijkertijd op de
cijfertoetsen en de toets TV
(M) om televisiekanalen te
selecteren.
U TV INPUT Druk tegelijkertijd op TV
INPUT en TV (M) om het
ingangssignaal te selecteren
(televisie of video).
SLEEP Druk op deze toets om de
slaaptimer in te schakelen en
in te stellen wanneer de
receiver automatisch wordt
uitgeschakeld.
V AUTO CAL Druk op deze toets om de
functie voor Automatische
Kalibratie in te schakelen.
15
NL
Aan de slag
2: De luidsprekers aansluiten
AVoorluidspreker A (links)
BVoorluidspreker A (rechts)
CMiddenluidspreker
DSurroundluidspreker (links)
ESurroundluidspreker (rechts)
FSubwoofer
b)
a)
Als u een extra voorluidsprekersysteem hebt, kunt
u dit aansluiten op de SPEAKERS FRONT B-
aansluiting. U kunt de gewenste voorluidsprekers
selecteren met SPEAKERS (OFF/A/B) op de
receiver (pagina 27).
b)
Als u een subwoofer met een automatische stand-
byfunctie aansluit, moet u deze functie
uitschakelen bij het bekijken van films. Als de
automatische stand-byfunctie is ingeschakeld, kan
de subwoofer automatisch op stand-by worden
gezet, afhankelijk van het ingangssignaal naar de
subwoofer, zodat er geen geluid wordt uitgevoerd.
HDMI
TV
AUDIO IN
SAT
SUB
WOOFER
AUDIO IN
AUDIO IN
VIDEO 1
AUDIO OUT
SAT
VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT
VIDEO OUT
VIDEO IN
DVD VIDEO 1
SAT IN DVD IN MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
Y
P
B/CB
PR/CR
VIDEO 2 /BD IN
L
R
L
R
IN OUT
MONITOR
CENTER
L
R
–
L
R
+
–
+
SPEAKERS
FRONT B
LR
SPEAKERS
–
+
SURROUND FRONT A
AUDIO OUT
FC
B
E
D
A
SPEAKERS FRONT B-aansluiting
a)
A Mono-audiokabel (niet bijgeleverd)
B Luidsprekerkabels (niet bijgeleverd)
A
B
B
16
NL
3a: De audiocomponenten aansluiten
De volgende afbeelding toont hoe u een Super
Audio CD-speler/CD moet aansluiten.
Nadat u de Super Audio CD-speler/CD-speler
hebt aangesloten, gaat u verder met "3b: De
videocomponenten aansluiten" (pagina 17).
Een Super Audio CD-speler/CD
aansluiten
HDMI
OPTICAL
SAT
IN
VIDEO 2/
BD IN
DVD
IN
COAXIAL
AM
ANTENNA
R
TV
AUDIO IN
SAT
SUB
WOOFER
AUDIO IN
AUDIO IN
VIDEO 1
AUDIO OUT
AUDIO OUT
SAT
VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT
VIDEO OUT
VIDEO IN
DVD VIDEO 1
SAT IN DVD IN MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
Y
P
B/CB
PR/CR
SPEAKERS
FRONT B
LR
CENTER
SURROUND
L
R
–
SPEAKERS
VIDEO 2 /BD IN
L
R
L
R
FRONT A
L
R
+
–
+
–
+
DIGITAL
DVD IN OUT
MONITOR
SA-CD
/
CD
AUDIO IN
L
Super Audio CD-
speler/CD-speler
A
A Audiokabel (niet bijgeleverd)
17
NL
Aan de slag
3b: De videocomponenten aansluiten
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de
video componenten op deze receiver aansluit.
Voordat u begint, moet u de onderstaande lijst
"Aan te sluiten component" doornemen om te
zien op welke pagina u aanwijzingen vindt
voor de verschillende componenten.
Ga door met "4: De antennes aansluiten"
(pagina 25) als u alle componenten hebt
aangesloten.
Aan te sluiten component
De beeldkwaliteit is afhankelijk van de
gebruikte aansluiting. Bekijk de volgende
afbeelding. Selecteer de aansluiting die
overeenkomt met de aansluitingen van de
componenten.
De componenten aansluiten
Component Pagina
Met HDMI-aansluiting 18
Televisie 20
DVD-speler/DVD-recorder 21
Satelliettuner/Settopbox 23
Videorecorder 24
Aan te sluiten video-ingang/-
uitgang
?/1
AUTO CAL MIC
SPEAKERS
(OFF/A/B)
PHONES
MEMORY/
ENTER
TUNING
MODE
TUNING
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
AUTO CAL DIRECT
DISPLAY INPUT MODE
INPUT SELECTOR
MASTER VOLUME
Televisie, enzovoort
INPUT-aansluiting
Receiver
MONITOR OUT,
HDMI OUT-
aansluiting
Receiver INPUT-
aansluiting
Videocomponent
OUTPUT-aansluiting
Hoge beeldkwaliteit
COMPONENT
VIDEO
HDMI VIDEO
COMPONENT
VIDEO
HDMI
VIDEO
COMPONENT
VIDEO
HDMI VIDEO
COMPONENT
VIDEO
HDMI
VIDEO
18
NL
HDMI is de afkorting voor High-Definition
Multimedia Interface. Met deze interface
worden video- en audiosignalen in digitale
indeling verzonden.
Componenten met HDMI-
aansluitingen aansluiten
AM
ANTENNA
SA-CD
/
CD
L
R
AUDIO IN
TV
AUDIO IN
SAT
SUB
WOOFER
AUDIO IN
AUDIO IN
VIDEO 1
AUDIO OUT
AUDIO OUT
SAT
VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT
VIDEO OUT
VIDEO IN
DVD VIDEO 1
SAT IN DVD IN MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
Y
P
B/CB
PR/CR
SPEAKERS
FRONT B
LR
CENTER
SURROUND
L
R
–
SPEAKERS
L
R
L
R
FRONT A
L
R
+
–
+
–
+
MONITOR
OPTICAL
SAT
IN
VIDEO 2/
BD IN
COAXIAL
DIGITAL
HDMI
VIDEO 2 /BD INDVD IN OUT
DVD
IN
DVD-speler
B
A Digitale coaxkabel (niet bijgeleverd)
B HDMI-kabel (niet bijgeleverd)
U kunt het beste een HDMI-kabel van Sony gebruiken.
C Optisch digitale kabel (niet bijgeleverd)
Audiosignalen
Audio/
videosignalen
CA
Blu-ray-discspeler
Televisie,
projector, enzovoort
Audio/
videosignalen
Audiosignalen
Audio/
videosignalen
B
B
19
NL
Aan de slag
Opmerkingen over HDMI-
aansluitingen
• Het geluid wordt alleen uitgevoerd via de
luidspreker van de televisie wanneer een
afspeelcomponent en deze receiver, en deze
receiver en de televisie zijn aangesloten met
een
HDMI-aansluiting. Als u het geluid via
de bijgeleverde luidsprekers wilt uitvoeren
en het meerkanaals surround sound volledig
wilt benutten, zorgt u ervoor dat.
– de digitale audioaansluitingen op de
afspeelcomponent zijn aangesloten op de
receiver.
– het volume van de televisie is
uitgeschakeld of is gedempt.
• Het meerkanaals gedeelte/stereogedeelte
van de audiosignalen van een Super Audio
CD worden niet uitgevoerd.
• Videosignalen die worden ingevoerd via de
HDMI IN-aansluiting, kunnen alleen
worden uitgevoerd via de HDMI OUT-
aansluiting. De ingevoerde videosignalen
kunnen niet worden uitgevoerd via de
VIDEO OUT-aansluitingen of de
MONITOR OUT-aansluitingen.
• Audiosignalen (bemonsteringsfrequentie,
bitlengte, enzovoort) die worden verzonden
via een HDMI-aansluiting kunnen worden
beperkt door de aangesloten component.
Controleer de instellingen van de component
die is aangesloten wanneer het beeld van
slechte kwaliteit is of het geluid niet wordt
uitgevoerd door een component die is
aangesloten via de HDMI-kabel.
• Voor bepaalde componenttypen kan deze
receiver wellicht geen video- of
audiosignalen overbrengen.
• Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de
aangesloten componenten voor meer
informatie.
Opmerkingen
• Schakel de receiver in wanneer de video- en
audiosignalen van een afspeelcomponent worden
uitgevoerd naar een televisie via de receiver. Er
worden geen video- of audiosignalen verzonden,
tenzij de receiver is ingeschakeld.
• Wanneer u optisch digitale kabels aansluit, moet u
de stekkers recht in de aansluitingen steken tot deze
vastklikken.
• Buig de optisch digitale kabels niet en bind deze
niet vast.
• Zorg ervoor dat u de fabrieksinstelling van de
VIDEO 2-ingangstoets op de afstandsbediening
wijzigt, zodat u de toets kunt gebruiken voor de
Blu-raydiscspeler. Zie "Toetsinstellingen
wijzigen" (pagina 61) voor meer informatie.
• U kunt de VIDEO 2-ingang ook opnieuw
benoemen, zodat deze kan worden weergegeven in
het display van de receiver. Zie "Ingangen
benoemen" (pagina 59) voor meer informatie.
Tip
Alle digitale audioaansluitingen zijn compatibel met
bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz,
48 kHz en 96 kHz.
20
NL
Het beeld afkomstig van een beeldcomponent
die op deze receiver is aangesloten, kan op een
televisie worden weergegeven.
Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten.
Sluit de audio-en videokabels aan die
overeenkomen met de aansluitingen van de
componenten.
Opmerking
Schakel de receiver in wanneer de video- en
audiosignalen van een afspeelcomponent worden
uitgevoerd naar een televisie via de receiver. Er
worden geen video- of audiosignalen verzonden,
tenzij de receiver is ingeschakeld.
Tips
• U kunt de geselecteerde beelden bekijken wanneer
u de MONITOR OUT- of HDMI OUT-aansluiting
op een televisie of projector aansluit.
• Als u het geluid van de televisie wilt uitvoeren via
de luidsprekers die zijn aangesloten op de receiver,
moet u het volgende doen:
– sluit de audio-uitgangen van de televisie aan op
de TV AUDIO IN-aansluitingen van de receiver.
– het volume van de televisie is uitgeschakeld of is
gedempt.
Een televisie aansluiten
HDMI
OPTICAL
SAT
IN
VIDEO 2/
BD IN
DVD
IN
COAXIAL
AM
ANTENNA
SA-CD
/
CD
L
R
AUDIO IN
TV
AUDIO IN
SAT
SUB
WOOFER
AUDIO IN
AUDIO IN
VIDEO 1
AUDIO OUT
AUDIO OUT
SAT
VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN
DVD VIDEO 1
SPEAKERS
FRONT B
LR
CENTER
SURROUND
L
R
–
SPEAKERS
VIDEO 2 /BD IN
L
R
L
R
FRONT A
L
R
+
–
+
–
+
DIGITAL
DVD IN OUT
VIDEO OUT
SAT IN DVD IN MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
MONITOR
Y
P
B/CB
PR/CR
Televisie
AAudiokabel (niet bijgeleverd)
B Videokabel (niet bijgeleverd)
C Componentvideokabel (niet bijgeleverd)
Audiosignalen Videosignalen
AB C
21
NL
Aan de slag
De volgende afbeelding toont hoe u een DVD-
speler/DVD-recorder moet aansluiten.
Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten.
Sluit de audio- en videokabels aan die
overeenkomen met de aansluitingen van de
componenten.
Opmerkingen
• Als u meerkanaals digitaal geluid van de DVD-
speler wilt invoeren, stelt u de instelling voor
digitale geluidsuitvoer op de DVD-speler in.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de DVD-
speler voor meer informatie.
• Aangezien deze receiver niet beschikt over analoge
audio-ingangen voor DVD, sluit u de DVD-speler
aan op de DIGITAL COAXIAL DVD IN-
aansluiting van de receiver. Druk op 2CH om het
geluid alleen via de linker- en
rechtervoorluidsprekers uit te voeren.
Tip
Alle digitale audioaansluitingen zijn compatibel met
bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz,
48 kHz en 96 kHz.
Een DVD-speler aansluiten
Een DVD-speler/DVD-recorder
aansluiten
HDMI
AM
ANTENNA
SA-CD
/
CD
L
R
AUDIO IN
TV
AUDIO IN
SAT
SUB
WOOFER
AUDIO IN
AUDIO IN
VIDEO 1
AUDIO OUT
AUDIO OUT
SAT
VIDEO IN VIDEO OUT
VIDEO OUT
VIDEO IN
VIDEO 1
SPEAKERS
FRONT B
LR
CENTER
SURROUND
L
R
–
SPEAKERS
VIDEO 2 /BD IN
L
R
L
R
FRONT A
L
R
+
–
+
–
+
DVD IN OUT
MONITOR
OPTICAL
SAT
IN
VIDEO 2/
BD IN
DVD
IN
COAXIAL
DIGITAL
VIDEO IN
DVD
SAT IN DVD IN MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
Y
P
R/CR
PB/CB
DVD-speler
A Digitale coaxkabel (niet bijgeleverd)
B Videokabel (niet bijgeleverd)
C Componentvideokabel (niet bijgeleverd)
Videosignalen
AB C
Audiosignalen
wordt vervolgd
22
NL
Een DVD-recorder
aansluiten
Opmerkingen
• Zorg ervoor dat u de fabrieksinstelling van de
VIDEO 1-ingangstoets op de afstandsbediening
wijzigt, zodat u de toets kunt gebruiken voor de
DVD-recorder. Zie "Toetsinstellingen wijzigen"
(pagina 61) voor meer informatie.
• U kunt de VIDEO 1-ingang ook opnieuw
benoemen, zodat deze kan worden weergegeven in
het display van de receiver. Zie "Ingangen
benoemen" (pagina 59) voor meer informatie.
HDMI
OPTICAL
SAT
IN
VIDEO 2/
BD IN
DVD
IN
COAXIAL
AM
ANTENNA
SA-CD
/
CD
L
R
AUDIO IN
TV
AUDIO IN
SAT
SUB
WOOFER
AUDIO IN
AUDIO OUT
SAT
VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT
VIDEO OUT
VIDEO IN
DVD VIDEO 1
SAT IN DVD IN MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
Y
P
B/CB
PR/CR
SPEAKERS
FRONT B
LR
CENTER
SURROUND
L
R
–
SPEAKERS
VIDEO 2 /BD IN
L
R
L
R
FRONT A
L
R
+
–
+
–
+
DIGITAL
DVD IN OUT
MONITOR
AUDIO IN
VIDEO 1
AUDIO OUT
DVD-recorder
A Videokabel (niet bijgeleverd)
B Audiokabel (niet bijgeleverd)
B
A
AudiosignalenVideosignalen
23
NL
Aan de slag
In de volgende afbeelding wordt weergegeven
hoe u een satelliettuner of settopbox kunt
aansluiten.
Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten.
Sluit de audio- en videokabels aan die
overeenkomen met de aansluitingen van de
componenten.
Opmerkingen
• Wanneer u optisch digitale kabels aansluit, moet u
de stekkers recht in de aansluitingen steken tot deze
vastklikken.
• Buig de optisch digitale kabels niet en bind deze
niet vast.
Tip
Alle digitale audioaansluitingen zijn compatibel met
bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz,
48 kHz en 96 kHz.
Een satelliettuner aansluiten/
Settopbox
HDMI
VIDEO 2/
BD IN
DVD
IN
COAXIAL
AM
ANTENNA
SA-CD
/
CD
L
R
AUDIO IN
TV
AUDIO IN
SAT
SUB
WOOFER
AUDIO IN
AUDIO IN
VIDEO 1
AUDIO OUT
AUDIO OUT
VIDEO IN VIDEO OUT
VIDEO OUT
VIDEO IN
DVD VIDEO 1
SPEAKERS
FRONT B
LR
CENTER
SURROUND
L
R
–
SPEAKERS
VIDEO 2 /BD IN
R
L
R
FRONT A
L
R
+
–
+
–
+
DIGITAL
DVD IN OUT
MONITOR
SAT
VIDEO IN
SAT IN DVD IN MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
Y
P
B/CB
PR/CR
OPTICAL
SAT
IN
L
Satelliettuner/Settopbox
A Optisch digitale kabel (niet bijgeleverd)
B Audiokabel (niet bijgeleverd)
C Videokabel (niet bijgeleverd)
D Componentvideokabel (niet bijgeleverd)
AB
C
D
Audiosignalen
Videosignalen
24
NL
De volgende afbeelding toont hoe u een
component met analoge aansluitingen, zoals
een videorecorder, enzovoort aansluit.
Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten.
Sluit de audio- en videokabels aan die
overeenkomen met de aansluitingen van de
componenten.
Componenten met analoge
video- en audioaansluitingen
aansluiten
HDMI
OPTICAL
SAT
IN
VIDEO 2/
BD IN
DVD
IN
COAXIAL
AM
ANTENNA
SA-CD
/
CD
L
R
AUDIO IN
TV
AUDIO IN
SAT
SUB
WOOFER
AUDIO IN
AUDIO OUT
SAT
VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT
VIDEO OUT
VIDEO IN
DVD VIDEO 1
SAT IN DVD IN MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
Y
P
B/CB
PR/CR
SPEAKERS
FRONT B
LR
CENTER
SURROUND
L
R
–
SPEAKERS
VIDEO 2 /BD IN
L
R
L
R
FRONT A
L
R
+
–
+
–
+
DIGITAL
DVD IN OUT
MONITOR
AUDIO IN
VIDEO 1
AUDIO OUT
Videorecorder
A Videokabel (niet bijgeleverd)
B Audiokabel (niet bijgeleverd)
BA
AudiosignalenVideosignalen
25
NL
Aan de slag
4: De antennes aansluiten
Sluit de bijgeleverde AM-kaderantenne en
FM-draadantenne aan.
* De vorm van de stekker is afhankelijk van de
landcode van deze receiver.
Opmerkingen
• Houd de AM-kaderantenne uit de buurt van de
receiver en andere componenten om te voorkomen
dat deze stoorsignalen opvangt.
• Strek de FM-draadantenne volledig uit.
• Houd de FM-draadantenne zo horizontaal
mogelijk na het aansluiten.
HDMI
OPTICAL
SAT
IN
VIDEO 2/
BD IN
DVD
IN
COAXIAL
SA-CD
/
CD
L
R
AUDIO IN
TV
AUDIO IN
SAT
SUB
WOOFER
AUDIO IN
AUDIO IN
VIDEO 1
AUDIO OUT
AUDIO OUT
SAT
VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT
VIDEO OUT
VIDEO IN
DVD VIDEO 1
SAT IN DVD IN MONITOR OUT
COMPONENT VIDEO
Y
P
B/CB
PR/CR
SPEAKERS
FRONT B
LR
CENTER
SURROUND
L
R
–
SPEAKERS
VIDEO 2 /BD IN
L
R
L
R
FRONT A
L
R
+
–
+
–
+
DIGITAL
DVD IN OUT
MONITOR
AM
ANTENNA
FM-draadantenne (bijgeleverd)
AM-kaderantenne
(bijgeleverd)
26
NL
5: De receiver en de
afstandsbediening
voorbereiden
Als de receiver een voltagekeuzeschakelaar op
het achterpaneel heeft, moet de
voltagekeuzeschakelaar zijn ingesteld op het
voltage van de plaatselijke netvoeding. Is dit
niet het geval, dan zet u met een
schroevendraaier de schakelaar in de juiste
positie voordat u het netsnoer aansluit op een
stopcontact.
Sluit het netsnoer aan op een stopcontact.
Voordat u de receiver voor de eerste keer
gebruikt, moet u deze initialiseren door de
volgende procedure uit te voeren. U kunt deze
procedure ook gebruiken wanneer u de
fabrieksinstellingen wilt herstellen.
Gebruik hiervoor de toetsen op de receiver.
1 Druk op ?/1 om de receiver uit
te schakelen.
2 Houd ?/1 5 seconden
ingedrukt.
"PUSH" en "ENTER" verschijnen
afwisselend in het display.
3 Druk op MEMORY/ENTER.
"CLEARING" wordt enige tijd in het
display weergegeven. Vervolgens wordt
"CLEARED" weergegeven.
De fabrieksinstellingen voor de volgende
items worden hersteld.
• Alle instellingen in de menu's LEVEL,
TONE, SUR, TUNER, AUDIO en
SYSTEM.
• Het opgeslagen geluidsveld voor elke
ingang en voorkeurzender.
• Alle geluidsveldparameters.
• Alle voorkeurzenders.
• Alle indexnamen voor ingangen en
voorkeurzenders.
• MASTER VOLUME wordt ingesteld
op "VOL MIN".
• Ingang wordt ingesteld op "DVD".
De voltagekeuzeschakelaar
instellen
Het netsnoer aansluiten
VOLTAGE SELECTOR
120V 220V 240V
SPEAKERS
FRONT B
LR
Netsnoer
Naar het stopcontact
De eerste instellingen uitvoeren
?/1
AUTO CAL MIC
SPEAKERS
(OFF/A/B)
PHONES
MEMORY/
ENTER
TUNING
MODE
TUNING
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
AUTO CAL DIRECT
DISPLAY INPUT MODE
INPUT SELECTOR
MASTER VOLUME
1,2
3
27
NL
Aan de slag
Plaats twee R6-batterijen (AA-formaat) in de
afstandsbediening RM-AAU013.
Let op de juiste richting van de polen bij het
plaatsen van de batterijen.
Opmerkingen
• Bewaar de afstandsbediening niet in een zeer
warme of vochtige omgeving.
• Gebruik geen combinatie van oude en nieuwe
batterijen.
• Gebruik geen combinatie van alkalinebatterijen en
andere typen batterijen.
• Stel de afstandsbedieningssensor niet bloot aan
direct zonlicht of andere lichtbronnen. Hierdoor
kan de werking worden verstoord.
• Als u de afstandsbediening gedurende langere tijd
niet gebruikt, moet u de batterijen verwijderen om
mogelijke schade door batterijlekkage en corrosie
te voorkomen.
• Wanneer u de batterijen vervangt, kunnen de
fabrieksinstellingen voor de toetsen op de
afstandsbediening worden hersteld. Als dit
gebeurt, moet u de toetsen opnieuw toewijzen
(pagina 61).
Tip
Onder normale omstandigheden is de levensduur
van de batterijen ongeveer 3 maanden. Als de
afstandsbediening niet meer werkt, moet u alle
batterijen vervangen door nieuwe.
6: Het
luidsprekersysteem
selecteren
U kunt de voorluidsprekers selecteren die u
wilt gebruiken.
Gebruik hiervoor de toetsen op de receiver.
Druk herhaaldelijk op SPEAKERS
(OFF/A/B) om het gewenste
voorluidsprekersysteem te
selecteren.
Als u de luidsprekeruitvoer wilt uitschakelen,
drukt u herhaaldelijk op SPEAKERS (OFF/A/
B) tot de aanduidingen "SP A" en "SP B" in
het display niet branden.
Opmerking
U kunt niet overschakelen naar het
voorluidsprekersysteem door op SPEAKERS
(OFF/A/B) te drukken wanneer de hoofdtelefoon is
aangesloten op de receiver.
Batterijen in de
afstandsbediening plaatsen
Selectie Gaat
branden
De luidsprekers aangesloten op
SPEAKERS FRONT A.
SP A
De luidsprekers aangesloten op
SPEAKERS FRONT B.
SP B
?/1
AUTO CAL MIC
SPEAKERS
(OFF/A/B)
PHONES
MEMORY/
ENTER
TUNING
MODE
TUNING
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
AUTO CAL DIRECT
DISPLAY INPUT MODE
INPUT SELECTOR
MASTER VOLUME
SPEAKERS (OFF/A/B)
28
NL
7: De juiste instellingen
automatisch kalibreren
(AUTO CALIBRATION)
Met de D.C.A.C.-functie (Digital Cinema
Auto Calibration) kunt u de volgende
automatische kalibratie uitvoeren:
• De aansluiting tussen elke luidspreker en de
receiver controleren.
• Het luidsprekerniveau aanpassen.
• De afstand van elke luidspreker tot uw
luisterpositie meten.
U kunt het niveau en de balans van de
luidsprekers ook handmatig aanpassen. Zie
"8: De niveaus en de balans van de
luidsprekers aanpassen (TEST TONE)"
(pagina 32).
Voordat u Automatische Kalibratie uitvoert,
moet u de luidsprekers installeren en
aansluiten (pagina 14, 15).
• De AUTO CAL MIC-aansluiting wordt
alleen gebruikt voor de bijgeleverde
optimalisatiemicrofoon. Sluit geen andere
microfoons aan op deze aansluiting. Als u
dit wel doet, kunnen de receiver en de
microfoon worden beschadigd.
• Tijdens de kalibratie is het geluid dat uit de
luidsprekers komt, erg hard. Let op of er
kinderen aanwezig zijn en welke invloed dit
geluid op uw omgeving heeft.
• Voer Automatische Kalibratie uit in een
stille omgeving om storing te voorkomen en
om een nauwkeurigere meting te krijgen.
• Als er zich obstakels tussen de
optimalisatiemicrofoon en de luidsprekers
bevinden, kan de kalibratie niet correct
worden uitgevoerd. Verwijder eventuele
obstakels uit het metingsgebied om
metingsfouten te voorkomen.
Opmerkingen
• De functie Automatische Kalibratie functioneert
niet als de hoofdtelefoon is aangesloten.
• Zorg ervoor dat SPEAKERS (OFF/A/B) niet is
uitgeschakeld.
1 Sluit de bijgeleverde
optimalisatiemicrofoon aan op
de AUTO CAL MIC-aansluiting.
2 Stel de optimalisatiemicrofoon
op.
Plaats de optimalisatiemicrofoon bij de
luisterpositie. U kunt ook een krukje of
statief gebruiken zodat de
optimalisatiemicrofoon zich op dezelfde
hoogte als uw oren bevindt.
Voordat u Automatische
Kalibratie uitvoert
?/1
AUTO CAL MIC
SPEAKERS
(OFF/A/B)
PHONES
MEMORY/
ENTER
TUNING
MODE
TUNING
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
AUTO CAL DIRECT
DISPLAY INPUT MODE
INPUT SELECTOR
MASTER VOLUME
Optimalisatiemicrofoon
29
NL
Aan de slag
1 Druk op AMP MENU.
2 Druk op AUTO CAL.
De meting start na 5 seconden en het display
wordt als volgt gewijzigd:
A.CAL [5] t A.CAL [4] t A.CAL [3] t
A.CAL [2] t A.CAL [1]
Terwijl de tijd wordt afgeteld, moet u uit de
buurt van het metingsgebied blijven om
metingsfouten te voorkomen.
3 De meting wordt gestart.
De meting duurt enkele minuten.
De onderstaande tabel toont het display
tijdens de meting.
* De bijbehorende luidsprekeraanduiding gaat
branden in het display tijdens de meting.
4 De meting wordt beëindigd.
"COMPLETE" wordt in het display
weergegeven en de instellingen worden
geregistreerd.
5 Koppel de
optimalisatiemicrofoon los van
de AUTO CAL MIC-aansluiting.
Opmerking
De subwoofer wordt niet herkend door
Automatische Kalibratie. Alle instellingen voor de
subwoofer worden behouden.
Tips
Tijdens het metingsproces wordt Automatische
Kalibratie geannuleerd als u een van de volgende
handelingen uitvoert.
– Druk op ?/1 de ingangstoetsen of op MUTING.
– Wijzig het volume.
– Druk nogmaals op AUTO CAL.
Automatische Kalibratie
uitvoeren
123
46
78
0/10
ENTER
9
SYSTEM STANDBY
TV INPUT
SLEEP
AUTO
CAL
TV
?/1
AV
?/1
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
?/1
-
F
Gg
f
5
>10/
?/1
schakelaar
MUTING
MASTER
VOL +/–
2
Ingangs-
toetsen
1
Meting voor Display
Niveau van
omgevingsruis
NOISE.CHK
Luidsprekeraan-
sluiting
MEASURE en SP DET.
verschijnen
afwisselend*
Niveau van
luidspreker
MEASURE en GAIN
verschijnen
afwisselend*
Luidsprekerafstand MEASURE en
DISTANCE
verschijnen
afwisselend*
30
NL
Als er foutcodes worden
weergegeven
Als er een fout wordt ontdekt tijdens
Automatische Kalibratie, wordt na elk
metingsproces als volgt een foutcode in het
display weergegeven:
Foutcode t leeg display t (foutcode t
leeg display)
a)
t PUSH t leeg display t
ENTER
a)
Wordt weergegeven wanneer er meer dan één
foutcode is.
De fout verhelpen
1 Noteer de foutcode.
2 Druk op de .
3 Druk op ?/1 om de receiver uit te schakelen.
4 Verhelp de fout.
Zie "Foutcodes en oplossingen" hierna voor
meer informatie.
5 Schakel de receiver in en voer Automatische
Kalibratie opnieuw uit (pagina 29).
Foutcodes en oplossingen
Als er waarschuwingscodes
worden weergegeven
Tijdens Automatische Kalibratie wordt met de
waarschuwingscode informatie gegeven over
het metingsresultaat. De waarschuwingscode
wordt als volgt in het display weergegeven:
Waarschuwingscode t leeg display t
(waarschuwingscode t leeg display)
b)
t
PUSH t leeg display t ENTER
b)
Wordt weergegeven wanneer er meer dan één
waarschuwingscode is.
U kunt de waarschuwingscode negeren omdat
de instellingen automatisch worden aangepast
met de functie voor Automatische Kalibratie.
U kunt de instellingen ook handmatig
aanpassen.
Foutcodes en
waarschuwingscodes
Foutcode Oorzaak en oplossing
ERROR 10 De omgevingsruis is te luid. Zorg
ervoor dat de omgeving stil is tijdens
Automatische Kalibratie.
ERROR 11 De luidsprekers zijn te dicht bij de
optimalisatiemicrofoon geplaatst.
Plaats de luidsprekers verder bij de
optimalisatiemicrofoon
vandaan.
ERROR 12 De luidsprekers zijn niet gevonden.
Controleer of de
optimalisatiemicrofoon correct is
aangesloten en voer Automatische
Kalibratie nogmaals uit.
ERROR 20 De voorluidsprekers worden niet
herkend of er wordt maar één
voorluidspreker herkend. Controleer
de aansluiting van de
voorluidsprekers.
ERROR 21 Er is maar één surroundluidspreker
gevonden.
Controleer de aansluiting
van de surroundluidsprekers.
31
NL
Aan de slag
De instellingen handmatig
aanpassen
1 Noteer de waarschuwingscode.
2 Druk op de .
3 Druk op ?/1 om de receiver uit te schakelen.
4 Voer de oplossing uit die hierna wordt
gegeven bij ""Waarschuwingscodes en
oplossingen"".
5 Schakel de receiver in en voer Automatische
Kalibratie opnieuw uit (pagina 29).
Waarschuwingscodes en
oplossingen
c)
Zie "Afstand voorluidspreker" (pagina 44).
d)
Zie "Afstand middenluidspreker"(pagina 44).
e)
Zie "Afstand surroundluidspreker links"
(pagina 44).
f)
Zie "Afstand surroundluidspreker rechts"
(pagina 44).
Waar-
schuwings-
code
Uitleg en oplossing
WARN. 40 De omgevingsruis is te luid. Zorg
ervoor dat de omgeving stil is tijdens
Automatische Kalibratie.
WARN. 60 De balans van de voorluidspreker
valt buiten het bereik. Wijzig de
positie van de voorluidsprekers.
c)
WARN. 62 Het niveau van de
middenluidspreker valt buiten het
bereik. Wijzig de positie van de
midden-luidspreker.
d)
WARN. 63 Het niveau van de surround-
luidspreker links valt buiten het
bereik. Wijzig de positie van de
surround-luidspreker links.
e)
WARN. 64 Het niveau van de surround-
luidspreker rechts valt buiten het
bereik. Wijzig de positie van de
surround-luidspreker rechts.
f)
WARN. 70 De afstand van de voorluidspreker
valt buiten het bereik. Wijzig de
positie van de voorluidsprekers.
c)
WARN. 72 De afstand van de
middenluidspreker valt buiten het
bereik. Wijzig de positie van de
middenluidspreker.
d)
WARN. 73 De afstand van de surround-
luidspreker links valt buiten het
bereik. Wijzig de positie van de
surround-luidspreker links.
e)
WARN. 74 De afstand van de surround-
achterluidspreker rechts valt buiten
het bereik. Wijzig de positie van de
surroundachterluidspreker rechts.
f)
wordt vervolgd
32
NL
8: De niveaus en de
balans van de
luidsprekers aanpassen
(TEST TONE)
U kunt de niveaus en de balans van de
luidsprekers aanpassen terwijl u vanuit uw
luisterpositie de testtoon beluistert.
Tip
De receiver voert een testtoon uit met een frequentie
van gemiddeld 800 Hz.
1 Druk op AMP MENU.
"1-LEVEL" wordt in het display
weergegeven.
2 Druk op of b om het menu
te openen.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
"T. TONE" te selecteren.
4 Druk op of b om de
parameter in te voeren.
5 Druk herhaaldelijk op V/v om
"T. TONE Y" te selecteren.
De testtoon wordt uitgevoerd via elke
luidspreker in deze volgorde:
Vo or lin k s t Midden t Voo r re chts t
Surround rechts t Surround links t
Subwoofer
6 Pas de niveaus en de balans
van de luidsprekers aan met het
menu LEVEL zodat het niveau
van de testtoon gelijk klinkt uit
elke luidspreker.
Zie "Het niveau aanpassen (Menu
LEVEL)" (pagina 39) voor meer
informatie.
Tips
• Druk op MASTER VOL +/– om het niveau
van alle luidsprekers tegelijkertijd aan te
passen. U kunt ook MASTER VOLUME op
de receiver gebruiken.
• Tijdens het aanpassen wordt de aangepaste
waarde in het display weergegeven.
7 Herhaal stap 1 tot en met 5 om
"T. TONE N" te selecteren.
U kunt ook op een van de ingangstoetsen
drukken.
De testtoon wordt uitgeschakeld.
Als er geen testtoon wordt
uitgevoerd via de luidsprekers
• De luidsprekerkabels zijn wellicht niet goed
aangesloten.
• Er is wellicht kortsluiting opgetreden in de
luidsprekerkabels.
Opmerking
De testtoon werkt niet wanneer ANALOG DIRECT
is geselecteerd.
123
46
78
0/10
ENTER
9
SYSTEM STANDBY
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
TV CH –
PRESET –
TV CH +
PRESET +
REPLAY ADVANCE
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
-
F
Gg
f
.
<
<
>
5
>10/
2-5
1
MASTER
VOL +/–
Ingangs-
toetsen
33
NL
Afspelen
Een component selecteren
1 Druk op de ingangstoets om
een component te selecteren.
U kunt ook INPUT SELECTOR op de
receiver gebruiken.
De geselecteerde ingang wordt in het
display weergegeven.
* "VIDEO 2/BD" rolt over het display en
vervolgens wordt "VIDEO 2" weergegeven.
2 Schakel de component in en
start het afspelen.
3 Druk op MASTER VOL +/– om
het volume aan te passen.
U kunt ook MASTER VOLUME op de
receiver gebruiken.
De functie voor dempen
activeren
Druk op MUTING.
De functie voor dempen wordt geannuleerd
wanneer u de volgende handelingen uitvoert.
• Druk nogmaals op MUTING.
• Verhoog het volume.
• Schakel de receiver uit.
Beschadiging van de
luidsprekers voorkomen
Voordat u de receiver uitschakelt, moet u het
volume verlagen.
Afspelen
Geselecteerde
ingang
[Display]
Componenten die kunnen
worden afgespeeld
VIDEO 1
[VIDEO 1]
Videorecorder, enzovoort
aangesloten op VIDEO 1
VIDEO 2
[VIDEO 2/
BD]*
Blu-raydiscspeler, enzovoort
aangesloten op VIDEO 2/BD
DVD
[DVD]
DVD-speler, enzovoort
aangesloten op DVD
SAT
[SAT]
Satelliettuner, enzovoort
aangesloten op SAT
TV
[TV]
Televisiescherm. enzovoort
aangesloten op TV
123
46
78
0/10
ENTER
9
SYSTEM STANDBY
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
-
F
Gg
f
5
>10/
1
3
MUTING
SA-CD/CD
[SA-CD/CD]
Super Audio CD-speler/CD-
speler, enzovoort
aangesloten op SA-CD/CD
TUNER
[FM- of AM-
band]
Ingebouwde radiotuner
Geselecteerde
ingang
[Display]
Componenten die kunnen
worden afgespeeld
34
NL
Een component beluisteren/bekijken
Een Super Audio CD/CD beluisteren
?/1
AUTO CAL MIC
SPEAKERS
(OFF/A/B)
PHONES
MEMORY/
ENTER
TUNING
MODE
TUNING
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
AUTO CAL DIRECT
DISPLAY INPUT MODE
INPUT SELECTOR
MASTER VOLUME
123
46
78
0/10
ENTER
9
SYSTEM STANDBY
TV INPUT
SLEEP
AUTO
CAL
TV
?/1
AV
?/1
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
TV CH –
PRESET –
TV CH +
PRESET +
TUNING –
TV
TUNING +
REPLAY ADVANCE
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
?/1
-
F
Gg
f
.
HmM
Xx
<
<
>
5
>10/
5
5
3
2
3
Opmerkingen
• De bediening voor een Sony
Super Audio CD-speler wordt
beschreven.
• Raadpleeg ook de
gebruiksaanwijzing bij de Super
Audio CD-speler of CD-speler.
Tips
U kunt het geluidsveld aanpassen
aan de muziek. Zie pagina 48 voor
meer informatie.
Aanbevolen geluidsvelden:
Klassiek: HALL
Jazz: JAZZ
Live concert: CONCERT
1 Schakel de Super Audio CD-speler/CD-
speler in en plaats de disc in de lade.
2 Schakel de receiver in.
3 Druk op SA-CD/CD.
U kunt ook INPUT SELECTOR op de receiver gebruiken
om "SA-CD/CD" te selecteren.
4 Speel de disc af.
5 Stel een geschikt volume in.
6 Als u de Super Audio CD/CD hebt beluisterd,
verwijdert u de disc en schakelt u de receiver
en de Super Audio CD-speler/CD-speler uit.
35
NL
Afspelen
Een DVD bekijken
?/1
AUTO CAL MIC
SPEAKERS
(OFF/A/B)
PHONES
MEMORY/
ENTER
TUNING
MODE
TUNING
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
AUTO CAL DIRECT
DISPLAY INPUT MODE
INPUT SELECTOR
MASTER VOLUME
123
46
78
0/10
ENTER
9
SYSTEM STANDBY
TV INPUT
SLEEP
AUTO
CAL
TV
?/1
AV
?/1
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
TV CH –
PRESET –
TV CH +
PRESET +
TUNING –
TV
TUNING +
REPLAY ADVANCE
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
?/1
-
F
Gg
f
.
HmM
Xx
<
<
>
5
>10/
2
3
7
7
3
Opmerkingen
• Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing bij de
televisie en DVD-speler voor
meer informatie.
• Controleer het volgende als u
niet naar meerkanaals geluid
kunt luisteren.
– Zorg ervoor dat de receiver is
aangesloten op de DVD-
speler via een digitale
aansluiting.
– Zorg ervoor dat de digitale
geluidsuitvoer van de DVD-
speler juist is ingesteld.
Tips
• Selecteer indien nodig de
geluidsindeling van de disc die u
wilt afspelen.
• U kunt het geluidsveld
aanpassen aan de film/muziek.
Zie pagina 48 voor meer
informatie.
Aanbevolen geluidsvelden:
Film: C.ST.EX
Muziek: CONCERT
1 Schakel de televisie en DVD-speler in.
2 Schakel de receiver in.
3 Druk op DVD.
U kunt ook INPUT SELECTOR op de receiver gebruiken
om "DVD" te selecteren.
4 Wijzig de ingang van de televisie zodat het
beeld van de DVD wordt weergegeven.
5 Stel de DVD-speler in.
Raadpleeg ook de "Beknopte installatiegids" die bij de
receiver wordt geleverd.
6 Speel de disc af.
7 Stel een geschikt volume in.
8 Als u de DVD hebt bekeken, verwijdert u de
disc en schakelt u de receiver, de televisie en
de DVD-speler uit.
36
NL
De menu's gebruiken
Met de versterkermenu's kunt u verschillende
instellingen wijzigen om de receiver aan te
passen.
1 Druk op AMP MENU.
"1-LEVEL" wordt in het display
weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op V/v om
het gewenste menu te
selecteren.
3 Druk op of b om het menu te
openen.
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
de parameter te selecteren die
u wilt aanpassen.
5 Druk op of b om de
parameter in te voeren.
6 Druk herhaaldelijk op V/v om
de gewenste instelling te
selecteren.
De instelling wordt automatisch
ingevoerd.
Terugkeren naar het vorige
display
Druk op B.
Het menu sluiten
Druk op AMP MENU.
Opmerking
Bepaalde parameters en instellingen worden gedimd
weergegeven in het display. Dit houdt in dat deze
niet beschikbaar zijn of zijn vastgelegd en niet
kunnen worden gewijzigd.
Versterkerfuncties
123
46
78
0/10
ENTER
9
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
TV CH –
PRESET –
TV CH +
PRESET +
REPLAY ADVANCE
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
-
F
Gg
f
.
<
<
>
5
>10/
2-6
1
37
NL
Versterkerfuncties
De volgende opties zijn beschikbaar in elk
menu. Zie pagina 36 voor meer informatie
over het gebruik van de menu's.
Overzicht van de menu's
Menu
[Display]
Parameters
[Display]
Instellingen Oorspronkelijke
instelling
LEVEL
[1-LEVEL]
(pagina 39)
Testtoon
a)
[T. TONE]
T. TONE Y, T. TONE N T. TONE N
Balans voorluidspreker
a)
[FRT BAL]
BAL. L +1 tot BAL. L +8, BALANCE,
BAL. R +1 tot BAL. R +8
BALANCE
Niveau middenluidspreker
[CNT LVL]
CNT –10 dB tot CNT +10 dB
(stap van 1 dB)
CNT 0 dB
Niveau surroundluidspreker
links
[SL LVL ]
SUR L –10 dB tot SUR L +10 dB
(stap van 1 dB)
SUR L 0 dB
Niveau surroundluidspreker
rechts
[SR LVL]
SUR R –10 dB tot SUR R +10 dB
(stap van 1 dB)
SUR R 0 dB
Niveau subwoofer
[SW LVL]
SW –10 dB tot SW +10 dB
(stap van 1 dB)
SW 0 dB
Compressiemethode
dynamisch bereik
a)
[D. RANGE]
COMP. OFF, COMP. STD,
COMP. MAX
COMP. OFF
TONE
[2-TONE]
(pagina 40)
Niveau lage tonen
voorluidspreker
[BASS LVL]
BASS –6 dB tot BASS +6 dB
(stap van 1 dB)
BASS 0 dB
Niveau hoge tonen
voorluidspreker
[TRE LVL]
TRE –6 dB tot TRE +6 dB
(stap van 1 dB)
TRE 0 dB
SUR
[3-SUR]
(pagina 40)
Selectie geluidsveld
a)
[S.F. SELCT]
2CH ST., A.F.D. AUTO, DOLBY PL,
PLII MV, PLII MS, MULTI ST.,
C.ST.EX A, C.ST.EX B, C.ST.EX C,
HALL, JAZZ, CONCERT
2CH ST. voor:
TUNER,
SA-CD/CD, TV;
A.F.D. AUTO
voor:
DVD, SAT,
VIDEO 1, 2
Effectniveau
a)
[EFFECT]
EFCT. MIN, EFCT. STD,
EFCT. MAX
EFCT. STD
TUNER
[4-TUNER]
(pagina 41)
Ontvangststand FM-zenders
a)
[FM MODE]
FM AUTO, FM MONO FM AUTO
Voorkeurzenders benoemen
a)
[NAME IN]
wordt vervolgd
38
NL
a)
Zie de pagina's tussen haakjes voor meer informatie.
Menu
[Display]
Parameters
[Display]
Instellingen Oorspronkelijke
instelling
AUDIO
[5-AUDIO]
(pagina 41)
Decoderingsprioriteit digitale
audio-invoer
a)
[DEC. PRI.]
DEC. AUTO, DEC. PCM DEC. AUTO voor:
SAT,
VIDEO 2;
DEC. PCM voor:
DVD
Taalselectie digitale
uitzendingen
a)
[DUAL]
DUAL M/S, DUAL M, DUAL S,
DUAL M+S
DUAL M
Audio- en video-uitvoer
synchroniseren
a)
[A.V. SYNC.]
A.V.SYNC. Y, A.V.SYNC. N A.V. SYNC. N
Ingangen benoemen
a)
[NAME IN]
SYSTEM
[6-SYSTEM]
(pagina 42)
Subwoofer
a)
[SW SPK]
YES, NO YES
Voorluidsprekers
a)
[FRT SPK]
LARGE, SMALL LARGE
Middenluidsprekers
a)
[CNT SPK]
LARGE, SMALL, NO LARGE
Surroundluidsprekers
a)
[SUR SPK]
LARGE, SMALL, NO LARGE
Afstand voorluidsprekers
a)
[FRT DIST.]
DIST. 1.0 m tot DIST. 7.0 m
(stap van 0,1 m)
DIST. 3.0 m
Afstand middenluidspreker
a)
[CNT DIST.]
DIST. xx m
tussen de afstand van de
voorluidspreker en 1,5 m
(stap van 0,1 m)
DIST. 3.0 m
Afstand surroundluidspreker
links
a)
[SL DIST.]
DIST. xx m
tussen de afstand van de
voorluidspreker en 4,5 m
(stap van 0,1 m)
DIST. 3.0 m
Afstand surroundluidspreker
rechts
a)
[SR DIST.]
DIST. xx m
tussen de afstand van de
voorluidspreker en 4,5 m
(stap van 0,1 m)
DIST. 3.0 m
Positie surroundluidspreker
a)
[SUR POS.]
SIDE/LO, SIDE/HI, BEHD/LO,
BEHD/HI
SIDE/LO
Crossoverfrequentie
luidspreker
a)
[CRS. FREQ]
CRS > 40 Hz tot CRS > 160 Hz CRS > 100 Hz
Helderheid display
a)
[DIMMER]
0% dim, 40% dim, 70% dim 0% dim
A. CAL
[7-A. CAL]
(pagina 46)
Automatische Kalibratie
a)
[AUTO CAL]
A.CAL YES, A.CAL NO A.CAL NO
39
NL
Versterkerfuncties
Het niveau aanpassen
(Menu LEVEL)
U kunt het menu LEVEL gebruiken om de
balans en het niveau van elke luidspreker aan
te passen. Deze instellingen worden op alle
geluidsvelden toegepast.
Selecteer "1-LEVEL" in de versterkermenu's.
Zie "De menu's gebruiken" (pagina 36) en
"Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor
meer informatie over het aanpassen van de
parameters.
Parameters van het menu
LEVEL
x T. TONE (Testtoon)
Hiermee kunt u de niveaus en de balans van de
luidsprekers aanpassen terwijl u vanuit de
luisterpositie de testtoon beluistert. Zie "8: De
niveaus en de balans van de luidsprekers
aanpassen (TEST TONE)" (pagina 32) voor
meer informatie.
x FRT BAL (Balans
voorluidspreker)
Hiermee kunt u de balans tussen de linker- en
rechtervoorluidsprekers aanpassen.
x CNT LVL (Niveau
middenluidspreker)
x SL LVL (Niveau
surroundluidspreker links)
x SR LVL (Niveau
surroundluidspreker rechts)
x SW LVL (Niveau subwoofer)
x D. RANGE (Compressiemethode
dynamisch bereik)
Hiermee kunt u het dynamische bereik van het
geluidsspoor comprimeren. Dit kan handig
zijn als u 's avonds laat films bekijkt met het
geluid zacht. Compressie van het dynamische
bereik is alleen mogelijk met Dolby Digital-
bronnen.
• COMP. OFF
Het dynamische bereik wordt niet
gecomprimeerd.
•COMP. STD
Het dynamische bereik wordt
gecomprimeerd zoals bedoeld door de
opnametechnicus.
•COMP. MAX
Het dynamische bereik wordt aanzienlijk
gecomprimeerd.
Tip
Met de compressiemethode voor het dynamische
bereik kunt u het dynamische bereik van het
geluidsspoor comprimeren op basis van de gegevens
voor het dynamische bereik in het Dolby Digital-
signaal.
"COMP. STD" is de standaardinstelling, maar biedt
weinig compressie. Daarom kunt u het beste de
instelling "COMP. MAX" gebruiken. Hiermee
wordt het dynamische bereik aanzienlijk
gecomprimeerd en kunt u 's avonds laat films
bekijken met het geluid zacht. In tegenstelling tot
analoge beperkingsmethoden zijn de niveaus vooraf
vastgelegd en bieden een natuurlijke compressie.
40
NL
De toon aanpassen
(Menu TONE)
Met het menu TONE kunt u de toonkwaliteit
(lage/hoge tonen) van de voorluidsprekers
aanpassen. Deze instellingen worden op alle
geluidsvelden toegepast.
Selecteer "2-TONE" in de versterkermenu's.
Zie "De menu's gebruiken" (pagina 36) en
"Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor
meer informatie over het aanpassen van de
parameters.
Parameters van het menu TONE
x BASS LVL (Niveau lage tonen
voorluidspreker)
x TRE LVL (Niveau hoge tonen
voorluidspreker)
Instellingen voor
surround sound
(Menu SUR)
U kunt het menu SUR gebruiken om het
gewenste geluidsveld te selecteren.
Selecteer "3-SUR" in de versterkermenu's. Zie
"De menu's gebruiken" (pagina 36) en
"Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor
meer informatie over het aanpassen van de
parameters.
Parameters van het menu SUR
x S.F. SELCT (Selectie geluidsveld)
Hiermee kunt u het gewenste geluidsveld
selecteren. Zie "Surround sound beluisteren"
(pagina 46) voor meer informatie over het
geluidsveld.
Opmerking
Met de receiver kunt u het laatstgeselecteerde
geluidsveld toepassen op een ingang wanneer deze
wordt geselecteerd (Sound Field Link). Als u
bijvoorbeeld "HALL" selecteert voor de
SA-CD/CD-ingang en vervolgens overschakelt naar
een andere ingang en weer terugkeert naar SA-CD/
CD, wordt "HALL" automatisch opnieuw toegepast.
x EFFECT (Effectniveau)
Hiermee kunt u de "aanwezigheid" van het
surroundeffect aanpassen voor geluidsvelden
die zijn geselecteerd met de toetsen MOVIE en
MUSIC en voor het geluidsveld "HP THEA".
•EFCT. MIN
Het surroundeffect is minimaal.
• EFCT. STD
Het surroundeffect is standaard.
•EFCT. MAX
Het surroundeffect is maximaal.
41
NL
Versterkerfuncties
Tuner-instellingen
(Menu TUNER)
U kunt het menu TUNER gebruiken om de
ontvangststand voor FM-zenders in te stellen
en om voorkeurzenders te benoemen.
Selecteer "4-TUNER" in de versterkermenu's.
Zie "De menu's gebruiken" (pagina 36) en
"Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor
meer informatie over het aanpassen van de
parameters.
Parameters van het menu
TUNER
x FM MODE (Ontvangststand FM-
zenders)
•FM AUTO
Met deze receiver wordt het signaal als
stereosignaal gedecodeerd als de
radiozender in stereo wordt uitgezonden.
• FM MONO
Met deze receiver wordt het signaal als
monosignaal gedecodeerd, ongeacht het
ontvangstsignaal.
x NAME IN (Voorkeurzenders
benoemen)
Hiermee kunt u de naam voor voorkeurzenders
opgeven. Zie "Voorkeurzenders benoemen"
(pagina 56) voor meer informatie.
Audio-instellingen
(Menu AUDIO)
U kunt het menu AUDIO gebruiken om de
gewenste audio-instellingen op te geven.
Selecteer "5-AUDIO" in de versterkermenu's.
Zie "De menu's gebruiken" (pagina 36) en
"Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor
meer informatie over het aanpassen van de
parameters.
Parameters van het menu
AUDIO
x DEC. PRI. (Decoderingsprioriteit
digitale audio-invoer)
Hiermee kunt u de ingangsstand opgeven voor
de digitale signaalinvoer naar de DIGITAL IN-
aansluitingen.
•DEC. AUTO
De ingangsstand wordt automatisch
geschakeld tussen DTS, Dolby Digital of
PCM.
•DEC. PCM
PCM-signalen krijgen prioriteit (om
onderbreking te voorkomen als het afspelen
wordt gestart).
Als er echter andere signalen worden
ingevoerd, wordt er wellicht geen geluid
uitgevoerd, afhankelijk van de indeling. Stel
in dit geval "DEC. AUTO" in.
Opmerking
Als "DEC. AUTO" is ingesteld en het geluid via de
digitale audioaansluitingen (voor een CD,
enzovoort) is onderbroken wanneer het afspelen
wordt gestart, stelt u "DEC. PCM" in.
wordt vervolgd
42
NL
x DUAL (Taalselectie digitale
uitzendingen)
Hiermee selecteert u de taal waarnaar u tijdens
digitale uitzendingen wilt luisteren. Deze
functie werkt alleen voor Dolby Digital-
bronnen.
• DUAL M/S (Hoofd/Sub)
Het geluid van de hoofdtaal wordt
uitgevoerd via de linkervoorluidspreker en
het geluid van de subtaal wordt tegelijkertijd
via de rechtervoorluidspreker uitgevoerd.
• DUAL M (Hoofd)
Geluid van de hoofdtaal wordt uitgevoerd.
• DUAL S (Sub)
Geluid van de subtaal wordt uitgevoerd.
• DUAL M+S (Hoofd + Sub)
Gecombineerd geluid van de hoofd- en
subtalen wordt uitgevoerd.
x A.V. SYNC. (Audio- en video-
uitvoer synchroniseren)
• A.V.SYNC. Y (Ja) (Vertragingstijd: 68 ms)
De audio-uitvoer wordt vertraagd om het
tijdsinterval tussen de audio-uitvoer en de
visuele weergave te beperken.
• A.V.SYNC. N (Nee) (Vertragingstijd: 0 ms)
De audio-uitvoer wordt niet vertraagd.
Opmerkingen
• Deze parameter is handig wanneer u een grote
LCD- of plasmatelevisie of een projector gebruikt.
• Deze parameter is alleen geldig als u een
geluidsveld gebruikt dat u hebt geselecteerd met de
toetsen 2CH of A.F.D.
• In de volgende gevallen is deze parameter niet
geldig
– Er worden PCM 96 kHz- of DTS 2048-signalen
ingevoerd.
– De functie ANALOG DIRECT is geselecteerd.
x NAME IN (Ingangen benoemen)
Hiermee kunt u de naam voor ingangen
opgeven. Zie "Ingangen benoemen" (pagina
59) voor meer informatie.
Systeem-instellingen
(Menu SYSTEM)
U kunt met het menu SYSTEM het formaat en
de afstand instellen van de luidsprekers die
zijn aangesloten op dit systeem.
Selecteer "6-SYSTEM" in de
versterkermenu's. Zie "De menu's gebruiken"
(pagina 36) en "Overzicht van de menu's"
(pagina 37) voor meer informatie over het
aanpassen van de parameters.
Parameters van het menu
SYSTEM
x SW SPK (Subwoofer)
•YES
Selecteer "YES" als u een subwoofer hebt
aangesloten.
•NO
Selecteer "NO" als u geen subwoofer hebt
aangesloten. Hiermee wordt het
omleidingssysteem voor lage tonen
ingeschakeld en worden de LFE-signalen
via andere luidsprekers uitgevoerd.
Tip
Wilt u het omleidingssysteem voor lage tonen van
Dolby Digital volledig benutten, dan kunt u het beste
de kantelfrequentie op de subwoofer zo hoog
mogelijk zetten.
43
NL
Versterkerfuncties
x FRT SPK (Voorluidsprekers)
•LARGE
Als u grote luidsprekers aansluit waarmee
lage frequenties zonder problemen worden
weergegeven, selecteert u "LARGE". In de
meeste gevallen selecteert u "LARGE". Is de
subwoofer ingesteld op "NO", dan worden
de voorluidsprekers automatisch ingesteld
op "LARGE".
•SMALL
Wordt het geluid vervormd of zijn de
surroundeffecten niet naar wens als u
meerkanaals surround sound gebruikt, dan
selecteert u "SMALL" om het
omleidingssysteem voor lage tonen in te
schakelen en de lage frequenties van de
voorkanalen uit te voeren via de subwoofer.
Als de voorluidsprekers zijn ingesteld op
"SMALL", worden de midden- en surround-
luidsprekers ook automatisch ingesteld op
"SMALL" (tenzij deze eerder zijn ingesteld
op "NO").
x CNT SPK (Middenluidspreker)
•LARGE
Als u een grote luidspreker aansluit waarmee
lage frequenties zonder problemen worden
weergegeven, selecteert u "LARGE". In de
meeste gevallen selecteert u "LARGE". Zijn
de voorluidsprekers echter ingesteld op
"SMALL", dan kunt u de middenluidspreker
niet instellen op "LARGE".
•SMALL
Wordt het geluid vervormd of zijn de
surroundeffecten niet naar wens als u
meerkanaals surround sound gebruikt, dan
selecteert u "SMALL" om het
omleidingssysteem voor lage tonen in te
schakelen en de lage frequenties van het
middenkanaal uit te voeren via de
voorluidsprekers (indien ingesteld op
"LARGE") of subwoofer.
•NO
Selecteer "NO" als u geen
middenluidspreker hebt aangesloten. Het
geluid van het middenkanaal wordt
uitgevoerd via de voorluidsprekers.
x SUR SPK
(Surroundluidsprekers)
• LARGE
Als u grote luidsprekers aansluit waarmee
lage frequenties zonder problemen worden
weergegeven, selecteert u "LARGE". In de
meeste gevallen selecteert u "LARGE". Zijn
de voorluidsprekers echter ingesteld op
"SMALL", dan kunt u de
surroundluidsprekers niet instellen op
"LARGE".
•SMALL
Wordt het geluid vervormd of zijn de
surroundeffecten niet naar wens als u
meerkanaals surround sound gebruikt, dan
selecteert u "SMALL" om het
omleidingssysteem voor lage tonen in te
schakelen en de lage frequenties van het
surroundkanaal uit te voeren via de
subwoofer of andere luidsprekers met de
instelling "LARGE".
•NO
Selecteer "NO" als u geen
surroundluidsprekers hebt aangesloten.
Tip
De instellingen "LARGE" en "SMALL" voor elke
luidspreker bepalen of de interne geluidsprocessor
de lage tonen uit het betreffende kanaal verwijdert.
Als de lage tonen uit een kanaal worden verwijderd,
verzendt het omleidingssysteem voor lage tonen de
bijbehorende lage frequenties naar de subwoofer of
andere luidsprekers met de instelling "LARGE".
Aangezien lage tonen echter enigszins gericht zijn,
kunt u deze het beste, indien mogelijk, niet
verwijderen. Daarom kunt u zelfs kleine
luidsprekers instellen op "LARGE" als u de lage
frequenties wilt uitvoeren via deze luidspreker.
Gebruikt u echter een grote luidspreker en wilt u de
lage frequenties niet uitvoeren via deze luidspreker,
dan stelt u deze in op "SMALL".
Als het totale geluidsniveau lager is dan gewenst,
stelt u alle luidsprekers in op "LARGE". Als er te
weinig lage tonen zijn, kunt u met de toon de niveaus
van de lage tonen versterken. Zie pagina 37 voor
meer informatie.
wordt vervolgd
44
NL
x FRT DIST. (Afstand
voorluidspreker)
Hiermee kunt u de afstand van de luisterpositie
tot de voorluidsprekers instellen (A). Als
beide voorluidsprekers niet op gelijke afstand
van uw luisterpositie zijn geplaatst, stelt u de
afstand in als de gemiddelde afstand tussen de
voorluidsprekers.
x CNT DIST. (Afstand
middenluidspreker)
Hiermee kunt u de afstand van de luisterpositie
tot de middenluidspreker instellen. U moet de
afstand van de middenluidspreker instellen
tussen de afstand van de voorluidspreker (A)
en 1,5 meter dichter bij de luisterpositie (B).
x SL DIST. (Afstand
surroundluidspreker links)
Hiermee kunt u de afstand van de luisterpositie
tot de surroundluidspreker links instellen. U
moet de afstand van de surroundluidspreker
links instellen tussen de afstand van de
voorluidspreker (A) en 4,5 meter dichter bij
de luisterpositie (C).
x SR DIST. (Afstand
surroundluidspreker rechts)
Hiermee kunt u de afstand van de luisterpositie
tot de surroundluidspreker rechts instellen. U
moet de afstand van de surroundluidspreker
rechts instellen tussen de afstand van de
voorluidspreker (A) en 4,5 meter dichter bij
de luisterpositie (D).
Tip
Op de receiver kunt u de luidsprekerpositie op
basis van afstand invoeren. U kunt de
middenluidspreker echter niet verder weg
zetten dan de voorluidsprekers. Bovendien
kunt u de middenluidspreker niet meer dan 1,5
meter dichter bij de luisterpositie zetten dan de
voorluidsprekers.
U kunt evenmin de surroundluidsprekers
verder van de luisterpositie zetten dan de
voorluidsprekers. Deze kunnen bovendien niet
meer dan 4,5 meter dichter bij de luisterpositie
worden gezet dan de voorluidsprekers. Deze
beperkingen gelden omdat een onjuiste
opstelling van de luidsprekers een negatieve
invloed heeft op surround sound.
Als u de luidsprekerafstand dichter bij instelt
dan de werkelijke locatie van de luidsprekers,
wordt het geluid met vertraging uitgevoerd via
de betreffende luidspreker. Dit houdt in dat de
luidspreker verder weg klinkt.
Als u bijvoorbeeld de afstand van de
middenluidspreker 1-2 meter dichter bij instelt
dan de werkelijke afstand, geeft dit een
natuurgetrouw effect alsof u zich "in" het
beeldscherm bevindt. Als u geen goed
surroundeffect krijgt omdat de
surroundluidsprekers te dichtbij staan, stelt u
de afstand van de surroundluidspreker dichter
bij (korter) in dan de werkelijke afstand om
een groter geluidsgebied te maken.
Als u deze parameter aanpast terwijl u naar het
geluid luistert, kunt u het surround sound
aanzienlijk verbeteren. Probeer het maar!
x SUR POS.
(Positie surroundluidspreker)
Hiermee kunt u de locatie van de
surroundluidsprekers opgeven voor de juiste
uitvoering van de surroundeffecten in de
Cinema Studio EX-standen (pagina 49). Dit
instelitem is niet beschikbaar als de
surroundluidspreker is ingesteld op "NO"
(pagina 38).
30Ëš30Ëš
100Ëš-120Ëš100Ëš-120Ëš
A
CD
A
B
45
NL
Versterkerfuncties
• SIDE/LO
Selecteer deze optie als de locatie van de
surroundluidsprekers overeenkomt met
gedeelte A en C.
•SIDE/HI
Selecteer deze optie als de locatie van de
surroundluidsprekers overeenkomt met
gedeelte A en D.
•BEHD/LO
Selecteer deze optie als de locatie van de
surroundluidsprekers overeenkomt met
gedeelte B en C.
•BEHD/HI
Selecteer deze optie als de locatie van de
surroundluidsprekers overeenkomt met
gedeelte B en D.
Tip
De positie van de surroundluidspreker is speciaal
ontworpen voor de uitvoering van de Cinema Studio
EX-standen. Voor andere geluidsvelden is de
luidsprekerpositie niet zo belangrijk.
Deze geluidsvelden zijn ontworpen in de
veronderstelling dat de surroundluidsprekers achter
de luisterpositie worden geplaatst, maar de
uitvoering blijft ongeveer net zo constant als de
surroundluidsprekers in een bredere hoek zijn
geplaatst. Als de luidsprekers echter naar de
luisteraar zijn gericht, direct links en rechts van de
luisterpositie, worden de surroundeffecten
onduidelijk tenzij deze zijn ingesteld op "SIDE/LO"
of "SIDE/HI".
Desondanks kent elke luisterpositie verschillen,
bijvoorbeeld door weerkaatsing van het geluid op de
muur. U krijgt wellicht een beter resultaat met
"BEHD/HI" als de luidsprekers ver boven de
luisterpositie zijn geplaatst, zelfs als deze zich direct
links en rechts van de luisterpositie bevinden.
Hoewel u hiervoor wellicht een andere instelling
nodig hebt dan hierboven is uitgelegd, kunt u het
beste gecodeerde software voor meerkanaals
surround sound afspelen en een instelling selecteren
die een goed ruimtelijk effect biedt en waarmee u de
beste overgang krijgt tussen het surround sound van
de surroundluidsprekers en het geluid van de
voorluidsprekers. Als u niet zeker weet wat het beste
klinkt, selecteert u "BEHD/LO" of "BEHD/HI" en
gebruikt u de parameter voor de luidsprekerafstand
en de aanpassingen van het luidsprekerniveau om de
juiste balans te krijgen.
x CRS. FREQ
(Crossoverfrequentie
luidspreker)
Hiermee kunt u de crossoverfrequentie voor
lage tonen instellen voor de luidsprekers die
zijn ingesteld op "SMALL" in het menu
SYSTEM. Dit instelitem is alleen beschikbaar
wanneer ten minste één luidspreker is
ingesteld op "SMALL" en de bijbehorende
luidsprekeraanduiding knippert in het display.
x DIMMER (Helderheid display)
Hiermee kunt u de helderheid in 3 stappen
aanpassen.
46
NL
De juiste instellingen
automatisch kalibreren
(Menu A. CAL)
Zie "7: De juiste instellingen automatisch
kalibreren (AUTO CALIBRATION)" (pagina
28) voor meer informatie.
Dolby Digital en DTS
surround sound
beluisteren
(AUTO FORMAT DIRECT)
Met de stand Auto Format Direct (A.F.D.)
kunt u geluid met hoge kwaliteit beluisteren en
de decodeerstand voor het beluisteren van
2-kanaals stereogeluid als meerkanaals geluid
selecteren.
Druk herhaaldelijk op A.F.D. om het
gewenste geluidsveld selecteren.
Zie "A.F.D.-standen" (pagina 47) voor meer
informatie.
Surround sound beluisteren
123
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
A.F.D.
47
NL
Surround sound beluisteren
A.F.D.-standen
Decodeerstand
A.F.D.-stand
[Display]
Meerkanaals
geluid na
decodering
Effect
(Automatische
herkenning)
A.F.D. AUTO
[A.F.D. AUTO]
(Automatische
herkenning)
Het geluid wordt weergegeven alsof dit is
opgenomen/gecodeerd zonder
toegevoegde surroundeffecten. Deze
receiver genereert een signaal met lage
frequentie voor uitvoer naar de subwoofer
als er geen LFE-signalen zijn.
Dolby Pro Logic PRO LOGIC
[DOLBY PL]
4-kanaals Decodering in de Dolby Pro Logic-stand
wordt uitgevoerd. De bron die in 2-kanaals
indeling is opgenomen, wordt gedecodeerd
in 4.1-kanaals indeling.
Dolby Pro Logic
II
PRO LOGIC II MOVIE
[PLII MV]
5-kanaals Decodering in de Dolby Pro Logic II
Movie-stand wordt uitgevoerd. Deze
instelling is ideaal voor films die zijn
gecodeerd met Dolby Surround. Bovendien
kan deze stand het geluid reproduceren in
5.1-kanaals indeling wanneer u video's met
oude of nagesynchroniseerde films bekijkt.
PRO LOGIC II MUSIC
[PLII MS]
5-kanaals Decodering in de Dolby Pro Logic II
Music-stand wordt uitgevoerd. Deze
instelling is ideaal voor gewone
stereobronnen, zoals CD's.
(Multi Stereo) MULTI STEREO
[MULTI ST.]
(Multi Stereo) 2-kanaals linker-/rechtersignalen worden
via alle luidsprekers uitgevoerd. Het geluid
wordt wellicht niet via bepaalde
luidsprekers uitgevoerd, afhankelijk van de
luidsprekerinstellingen.
wordt vervolgd
48
NL
Als u een subwoofer aansluit
Deze receiver genereert een signaal met lage
frequentie voor uitvoer naar de subwoofer
wanneer er geen LFE-signaal is. Het LFE-
signaal is een geluidseffect voor lage tonen
uitgevoerd via een subwoofer naar een
2-kanaals signaal.
Opmerking
Deze functie werkt niet als
– ANALOG DIRECT is geselecteerd.
– signalen met een bemonsteringsfrequentie van
meer dan 48 kHz worden uitgevoerd.
Een voorgeprogrammeerd
geluidsveld selecteren
U kunt genieten van surround sound door een
van de voorgeprogrammeerde geluidsvelden
van de receiver te selecteren. Hiermee krijgt u
thuis het geweldige en krachtige geluid van
bioscopen en concertzalen.
Druk herhaaldelijk op MOVIE om
een geluidsveld voor films te
selecteren of druk herhaaldelijk op
MUSIC om een geluidsveld voor
muziek te selecteren.
Zie "Beschikbare geluidsvelden" (pagina 49)
voor meer informatie.
123
46
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
FM MODE
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
5
MUSIC
MOVIE
2CH
A.F.D.
49
NL
Surround sound beluisteren
Beschikbare geluidsvelden
* U kunt dit geluidsveld alleen selecteren als de hoofdtelefoon is aangesloten op de receiver.
Geluidsveld
voor
Geluidsveld
[Display]
Effect
Film CINEMA STUDIO EX A
DCS [C.ST.EX A]
Reproduceert de geluidskenmerken van de Sony Pictures
Entertainment "Cary Grant Theater" filmstudio. Dit is de
standaardinstelling die voor bijna elk type film geschikt is.
CINEMA STUDIO EX B
DCS [C.ST.EX B]
Reproduceert de geluidskenmerken van de Sony Pictures
Entertainment "Kim Novak Theater" filmstudio. Deze stand is
ideaal voor sciencefictionfilms of actiefilms met veel
geluidseffecten.
CINEMA STUDIO EX C
DCS [C.ST.EX C]
Reproduceert de geluidskenmerken van de Sony Pictures
Entertainment geluidsstudio. Deze stand is ideaal voor het
bekijken van musicals of films met orkestmuziek in de
soundtrack.
Muziek HALL [HALL] Reproduceert de akoestiek van een klassieke concertzaal.
JAZZ CLUB [JAZZ] Reproduceert de akoestiek van een jazzclub.
LIVE CONCERT
[CONCERT]
Reproduceert de akoestiek van een live concert in een zaal met
300 plaatsen.
Hoofdtelefoon* HEADPHONE 2CH
[HP 2CH]
Deze stand wordt automatisch geselecteerd als u de
hoofdtelefoon gebruikt wanneer de 2-kanaals stand (pagina
51)/A.F.D.-stand (pagina 47) is geselecteerd. Bij standaard 2-
kanaals stereobronnen wordt er helemaal geen geluidsveld
verwerkt. Meerkanaals surroundindelingen worden
gereduceerd tot 2 kanalen.
HEADPHONE DIRECT
[HP DIR]
De analoge signalen worden zonder verwerking per toon,
geluidsveld, enzovoort uitgevoerd.
HEADPHONE THEATER
DCS [HP THEA]
Deze stand wordt automatisch geselecteerd als u de
hoofdtelefoon gebruikt wanneer een geluidsveld voor film/
muziek is geselecteerd. Hiermee lijkt het net alsof u zich in de
bioscoop bevindt als u via een hoofdtelefoon naar het geluid
luistert.
wordt vervolgd
50
NL
DCS (Digital Cinema Sound)
Geluidsvelden met het teken DCS maken
gebruik van de DCS-technologie.
DCS is een unieke technologie voor
geluidsreproductie in thuisbioscopen die
ontwikkeld is door Sony, in
samenwerking met Sony Pictures
Entertainment, zodat u thuis kunt genieten van
het uitstekende en krachtige geluid dat u in de
bioscoop hoort. Met dit "Digital Cinema
Sound", dat is ontwikkeld door de integratie
van een DSP (digitale signaalprocessor) en
gemeten gegevens, kunt u thuis het ideale
geluidsveld tot stand brengen zoals dit is
bedoeld door de filmmakers.
CINEMA STUDIO EX-standen
CINEMA STUDIO EX-standen zijn geschikt
voor het bekijken van DVD's met films
(enzovoort) met meerkanaals
surroundeffecten. U kunt thuis de
geluidskenmerken van de montagestudio van
Sony Pictures Entertainment reproduceren.
De CINEMA STUDIO EX-standen bestaan
uit de volgende drie elementen.
• Virtual Multi Dimension
Er worden 5 sets virtuele luidsprekers
gemaakt van één paar echte
surroundluidsprekers.
• Screen Depth Matching
Met deze optie lijkt het geluid vanuit het
scherm te komen, net zoals in de bioscoop.
• Cinema Studio Reverberation
Hiermee wordt het nagalmeffect in
bioscopen gereproduceerd.
De CINEMA STUDIO EX-standen integreren
deze drie elementen tegelijkertijd.
Opmerkingen
• De effecten die worden verkregen met de virtuele
luidsprekers, kunnen wellicht ruis veroorzaken in
het weergavesignaal.
• Als u geluidsvelden beluistert die werken met de
virtuele luidsprekers, hoort u geen rechtstreeks
geluid uit de surroundluidsprekers.
• Deze functie werkt niet als
– ANALOG DIRECT is geselecteerd.
– signalen met een bemonsteringsfrequentie van
meer dan 48 kHz worden uitgevoerd.
• Als een van de geluidsvelden voor muziek is
geselecteerd, wordt er geen geluid uitgevoerd via
de subwoofer als alle luidsprekers zijn ingesteld op
"LARGE" in het menu SYSTEM. Het geluid wordt
echter uitgevoerd via de subwoofer als
– het digitale invoersignaal LFE-signalen bevat.
– de voor- en surroundluidsprekers zijn ingesteld
op "SMALL".
– het geluidsveld voor film is geselecteerd.
Tip
De coderingsindeling van de DVD-software,
enzovoort wordt aangegeven bij het logo op de
verpakking.
• : Dolby Digital-discs
• : programma's die
zijn gecodeerd met Dolby Surround
• : programma's die zijn gecodeerd met
DTS Digital Surround
Het surroundeffect voor film/
muziek uitschakelen
Druk op 2CH om "2CH ST." te selecteren of
druk herhaaldelijk op A.F.D. om "A.F.D.
AUTO" te selecteren.
51
NL
Surround sound beluisteren
Alleen de
voorluidsprekers
gebruiken
(2CH STEREO)
In deze stand voert de receiver het geluid
alleen uit via de linker-/
rechtervoorluidsprekers. Er komt geen geluid
uit de subwoofer.
Bij standaard 2-kanaals stereobronnen wordt
er helemaal geen geluidsveld verwerkt.
Meerkanaals surroundindelingen worden
gereduceerd tot 2 kanalen.
Druk op 2CH.
Opmerking
Er komt geen geluid uit de subwoofer in de stand
2CH STEREO. Wilt u 2-kanaals stereobronnen
beluisteren via de linker-/rechtervoorluidsprekers en
een subwoofer, dan selecteert u "A.F.D. AUTO"
(pagina 47).
Het geluid zonder
aanpassingen
beluisteren
(ANALOG DIRECT)
U kunt het geluid van de geselecteerde ingang
wijzigen in 2-kanaals analoge invoer. Met deze
functie kunt u analoge bronnen van hoge
kwaliteit beluisteren.
Als u deze functie gebruikt, kunt u alleen het
volume en de balans van de voorluidspreker
aanpassen.
1 Draai INPUT SELECTOR op de
receiver om de ingang te
selecteren die u met analoog
geluid wilt beluisteren.
U kunt ook de ingangstoetsen op de
afstandsbediening gebruiken.
2 Druk op DIRECT op de receiver.
Het analoge geluid wordt uitgevoerd.
ANALOG DIRECT annuleren
Druk nogmaals op DIRECT op de receiver.
U kunt ook op een van de geluidsveldtoetsen
drukken.
Opmerking
Als de hoofdtelefoon is aangesloten, wordt
"HP DIR" in het display weergegeven.
123
46
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
FM MODE
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
5
2CH
?/1
AUTO CAL MIC
SPEAKERS
(OFF/A/B)
PHONES
MEMORY/
ENTER
TUNING
MODE
TUNING
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
AUTO CAL DIRECT
DISPLAY INPUT MODE
INPUT SELECTOR
MASTER VOLUME
12
Geluidsveldtoetsen
52
NL
De oorspronkelijke
instellingen van de
geluidsvelden herstellen
Gebruik hiervoor de toetsen op de receiver.
1 Druk op ?/1 om de stroom uit te
schakelen.
2 Houd 2CH ingedrukt en druk op
?/1.
"S.F. CLR." wordt in het display
weergegeven en alle oorspronkelijke
instellingen van de geluidsvelden worden
hersteld.
FM-/AM-radio
beluisteren
U kunt naar FM- en AM-uitzendingen
luisteren via de ingebouwde tuner. Voordat u
de tuner gebruikt, moet u de FM- en AM-
antennes op de receiver aansluiten (pagina 25).
Tip
Het afsteminterval voor handmatig afstemmen
verschilt, afhankelijk van de landcode die in de
volgende tabel wordt weergegeven. Zie pagina 3
voor meer informatie over landcodes.
* Het AM-afsteminterval kan worden gewijzigd
(pagina 69).
?/1
AUTO CAL MIC
SPEAKERS
(OFF/A/B)
PHONES
MEMORY/
ENTER
TUNING
MODE
TUNING
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
AUTO CAL DIRECT
DISPLAY INPUT MODE
INPUT SELECTOR
MASTER VOLUME
1,2
2
Tunerfuncties
Landcode FM AM
U, CA 100 kHz 10 kHz*
CEL, CEK, AU, TW,
KR, TH6, SP
50 kHz 9 kHz
E2 50 kHz 9 kHz*
53
NL
Tunerfuncties
1 Druk herhaaldelijk op TUNER
om de FM- of AM-band te
selecteren.
2 Druk op TUNING + of TUNING –.
Druk op TUNING + om van laag naar
hoog te zoeken en druk op TUNING – om
van hoog naar laag te zoeken.
Het zoeken wordt onderbroken als een
zender wordt ontvangen.
De bedieningselementen op de
receiver gebruiken
1 Draai INPUT SELECTOR om de FM- of
AM-band te selecteren.
2 Druk herhaaldelijk op TUNING MODE om
"AUTO T." te selecteren.
3 Druk op TUNING + of TUNING –.
Bij slechte stereo-FM-ontvangst
Als de stereo-FM-ontvangst slecht is en "ST"
knippert in het display, selecteert u
monogeluid zodat het geluid minder wordt
vervormd.
Druk herhaaldelijk op FM MODE tot de
aanduiding "MONO" in het display gaat
branden.
Als u wilt terugkeren naar stereo, drukt u
herhaaldelijk op FM MODE tot de aanduiding
"MONO" in het display niet meer brandt.
Geef de zenderfrequentie handmatig op met de
cijfertoetsen.
1 Druk herhaaldelijk op TUNER
om de FM- of AM-band te
selecteren.
U kunt ook INPUT SELECTOR op de
receiver gebruiken.
2 Druk op D.TUNING.
3 Druk op de cijfertoetsen om de
frequentie op te geven.
Voorbeeld 1: FM 102,50 MHz
Selecteer 1 b 0 b 2 b 5 b 0
Voorbeeld 2: AM 1.350 kHz
Selecteer 1 b 3 b 5 b 0
Als u hebt afgestemd op een AM-zender,
past u de richting van de AM-
kaderantenne aan voor een optimale
ontvangst.
Automatisch afstemmen
123
46
78
0/10
ENTER
9
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
TV CH –
PRESET –
TV CH +
PRESET +
TUNING –
TV
TUNING +
REPLAY ADVANCE
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
-
F
Gg
f
.
HmM
Xx
<
<
>
5
>10/
2
1
FM MODE
Handmatig afstemmen
123
46
78
0/10
ENTER
9
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D. MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
-
5
>10/
1
2
4
3
wordt vervolgd
54
NL
4 Druk op ENTER.
U kunt ook MEMORY/ENTER op de
receiver gebruiken.
Als u niet kunt afstemmen op
een zender
Controleer of u de juiste frequentie hebt
ingevoerd. Zo niet, dan herhaalt u stap 2 tot en
met 4. Als u nog steeds niet op een zender kunt
afstemmen, wordt de frequentie niet gebruikt
in uw regio.
Radiozenders instellen
U kunt maximaal 30 FM-zenders en 30 AM-
zenders vooraf instellen. Zo kunt u
gemakkelijk afstemmen op de zenders die u
vaak beluistert.
1 Druk herhaaldelijk op TUNER
om de FM- of AM-band te
selecteren.
U kunt ook INPUT SELECTOR op de
receiver gebruiken.
2 Stem automatisch (pagina 53)
of handmatig (pagina 53) af op
de zender die u wilt instellen.
Wijzig, indien nodig, de FM-
ontvangststand (pagina 53).
Radiozenders instellen
123
46
78
0/10
ENTER
9
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
TV CH –
PRESET –
TV CH +
PRESET +
TUNING –
TV
TUNING +
REPLAY ADVANCE
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
-
F
Gg
f
.
HmM
Xx
<
<
>
5
>10/
1
3,5
4
PRESET
+/–
55
NL
Tunerfuncties
3 Druk op MEMORY.
U kunt ook MEMORY/ENTER op de
receiver gebruiken.
"MEMORY" brandt een aantal seconden.
Voer stap 4 en 5 uit voordat "MEMORY"
uitgaat.
4 Druk op de cijfertoetsen om een
voorinstelnummer te
selecteren.
U kunt ook op de PRESET + of
PRESET – drukken om een
voorinstelnummer te selecteren.
Als "MEMORY" uitgaat voordat u het
voorinstelnummer selecteert, moet u de
procedure nogmaals uitvoeren vanaf stap
3.
5 Druk op ENTER.
U kunt ook MEMORY/ENTER op de
receiver gebruiken.
De zender wordt opgeslagen onder het
geselecteerde voorinstelnummer.
Als "MEMORY" uitgaat voordat u op
ENTER drukt, moet u de procedure
nogmaals uitvoeren vanaf stap 3.
6 Herhaal stap 1 tot en met 5 om
nog een zender in te stellen.
1 Druk herhaaldelijk op TUNER
om de FM- of AM-band te
selecteren.
2 Druk herhaaldelijk op PRESET
+ of PRESET – om de gewenste
voorkeurzender te selecteren.
Wanneer u op de toets drukt, kunt u de
voorkeurzender als volgt selecteren:
U kunt ook op de cijfertoetsen drukken
om de gewenste voorkeurzender te
selecteren. Druk vervolgens op ENTER
om de selectie op te geven.
Afstemmen op voorkeurzenders
123
46
78
0/10
ENTER
9
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
TV CH –
PRESET –
TV CH +
PRESET +
REPLAY ADVANCE
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
-
F
Gg
f
.
<
<
>
5
>10/
2
1
ENTER
Cijfer-
toetsen
01 02 03 04 05 27...
30 29 28
wordt vervolgd
56
NL
De bedieningselementen op de
receiver gebruiken
1 Draai INPUT SELECTOR om de FM- of
AM-band te selecteren.
2 Druk herhaaldelijk op TUNING MODE om
"PRESET T." te selecteren.
3 Druk herhaaldelijk op TUNING + of
TUNING – om de gewenste voorkeurzender
te selecteren.
1 Druk herhaaldelijk op TUNER
om de FM- of AM-band te
selecteren.
U kunt ook INPUT SELECTOR op de
receiver gebruiken.
2 Stem af op de voorkeurzender
waarvoor u een indexnaam wilt
maken (pagina 55).
3 Druk op AMP MENU.
"1-LEVEL" wordt in het display
weergegeven.
4 Druk herhaaldelijk op V/v om
"4-TUNER" te selecteren.
5 Druk op of b om het menu te
openen.
6 Druk herhaaldelijk op V/v om
"NAME IN" te selecteren.
7 Druk op of b om de
parameter in te voeren.
De cursor knippert en u kunt een teken
selecteren. Voer de procedure bij "Een
indexnaam maken" hieronder uit.
Een indexnaam maken
1 Gebruik V/v/B/b om een indexnaam te
maken.
Druk op V/v om een teken te selecteren en
druk vervolgens op B/b om de cursor naar
de volgende positie te verplaatsen.
Als u een fout hebt gemaakt
Druk op B/b tot het teken knippert dat u wilt
wijzigen en druk vervolgens op V/v om het
juiste teken te selecteren.
Tip
U kunt het tekentype als volgt selecteren door op
V/v te drukken.
Alfabet (hoofdletters) t Cijfers t Symbolen
2 Druk op .
De opgegeven naam wordt vastgelegd.
Opmerking (Alleen modellen met
landcode CEL, CEK)
Als u een RDS-zender een naam geeft en afstemt op
de zender, wordt de naam van de programmaservice
weergegeven in plaats van de naam die u hebt
opgegeven. (U kunt de naam van de
programmaservice niet wijzigen. De naam die u hebt
opgegeven, wordt overschreven door de naam van de
programmaservice.)
Voorkeurzenders benoemen
123
46
78
0/10
ENTER
9
VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD
2CH A.F.D.
RETURN/EXIT
MENU
MOVIE MUSIC
MEMORY DVD MENU
CLEAR
TOOLSDISPLAY
MUTING
TV VOL
MASTER VOL
FM MODE
D.TUNING
D.SKIP
AMP MENU
SAT TV SA-CD/CD TUNER
-
F
Gg
f
5
>10/
3
1
4-7
57
NL
Tunerfuncties
RDS (Radio Data System)
gebruiken
(Alleen modellen met landcode
CEL, CEK)
Op deze receiver kunt u ook gebruikmaken
van RDS (Radio Data System), waarmee
radiozenders aanvullende informatie kunnen
verzenden met het gewone programmasignaal.
U kunt RDS-informatie weergeven.
Opmerkingen
• RDS is alleen beschikbaar voor FM-zenders.
• Niet alle FM-zenders bieden de RDS-service, en ze
bieden ook niet allemaal hetzelfde type services.
Als u niet vertrouwd bent de RDS-services in uw
regio, neemt u contact op met de lokale
radiozenders voor meer informatie.
Stem handmatig (pagina 53) of
automatisch (pagina 53) af op een
zender in de FM-band of selecteer
een voorkeurzender (pagina 55).
Als u afstemt op een zender die RDS-services
biedt, gaat "RDS" branden en wordt de naam
van de programmaservice in het display
weergegeven.
Opmerking
RDS functioneert wellicht niet goed als het
ontvangstsignaal zwak is of als de zender waarop u
hebt afgestemd, geen RDS-gegevens uitzendt.
Druk herhaaldelijk op DISPLAY op
de receiver tijdens de ontvangst
van een RDS-zender.
Wanneer u op de toets drukt, wordt de RDS-
informatie in het display als volgt gewijzigd:
Naam van programmaservice t Frequentie
t Aanduiding van programmatype
a)
t
Aanduiding van radiotekst
b)
t Aanduiding
van huidige tijd (in 24-uurs notatie) t
Geluidsveld dat momenteel wordt toegepast
a)
Het programmatype dat wordt uitgezonden.
b)
Tekstberichten die door de RDS-zender worden
verzonden.
Opmerkingen
• Als er een noodbericht door de overheid wordt
uitgezonden, knippert "ALARM" in het display.
• Wanneer het bericht bestaat uit 9 tekens of meer,
rolt het bericht in het display.
• Als een zender een bepaalde RDS-service niet
biedt, wordt "NO XXXX" (zoals "NO TEXT") in
het display weergegeven.
RDS-uitzendingen ontvangen
RDS-informatie weergeven
Beschrijving van
programmatypen
Aanduiding van
programmatype
Beschrijving
NEWS Nieuwsprogramma's
AFFAIRS Actualiteitenprogramma's waarin
wordt ingegaan op het huidige
nieuws
INFO Programma's die informatie
bieden over een breed scala aan
onderwerpen, zoals
consumentenzaken en medisch
advies
SPORT Sportprogramma's
EDUCATE Educatieve programma's, zoals
"hoe kan ik..." en
adviesprogramma's
DRAMA Hoorspelen en series
CULTURE Programma's over nationale of
regionale cultuur, zoals taal en
sociale zaken
wordt vervolgd
58
NL
Schakelen tussen digitaal
en analoog geluid
(INPUT MODE)
Wanneer u componenten aansluit op de
digitale en analoge audio-ingangen (SAT) op
de receiver, kunt u de audio-ingangsstand
vastleggen.
1 Draai INPUT SELECTOR op de
receiver om de ingang te
selecteren.
U kunt ook de ingangstoetsen op de
afstandsbediening gebruiken.
2 Druk herhaaldelijk op INPUT
MODE op de receiver om de
audio-ingangsstand te
selecteren.
De geselecteerde audio-ingangsstand
wordt in het display weergegeven.
Audio-ingangsstanden
• AUTO IN
Er wordt voorrang gegeven aan digitale
audiosignalen als er zowel digitale als
analoge aansluitingen zijn. Als er geen
digitale audiosignalen zijn, worden analoge
audiosignalen geselecteerd.
•OPT IN
Geeft de invoer van digitale audiosignalen
aan naar de DIGITAL OPTICAL-
aansluiting.
•ANALOG
Geeft de invoer van analoge audiosignalen
aan naar de AUDIO IN (L/R)-aansluitingen.
Opmerkingen
• Bepaalde audio-ingangsstanden worden niet
ingesteld afhankelijk van de invoer.
• Wanneer de functie ANALOG DIRECT wordt
gebruikt, wordt de audio-ingangsstand automatisch
ingesteld op "ANALOG". U kunt geen andere
standen selecteren.
SCIENCE Programma's over
natuurwetenschappen en
technologie
VARIED Andere typen programma's, zoals
interviews met sterren, spellen
met een panel en comedy's
POP M Programma's met populaire
muziek
ROCK M Programma's met rockmuziek
EASY M Easy Listening
LIGHT M Instrumentale muziek, zang en
koormuziek
CLASSICS Concerten van grote orkesten,
kamermuziek, opera, enzovoort
OTHER M Muziek die niet in de
bovengenoemde categorieën past,
zoals Rhythm & Blues en Reggae
WEATHER Weerberichten
FINANCE Programma's over aandelen en
beurzen, enzovoort
CHILDREN Programma's voor kinderen
SOCIAL Programma's over mensen en de
dingen die hen raken
RELIGION Religieuze programma's
PHONE IN Programma's waarin leden van het
publiek hun standpunten onder
woorden kunnen brengen via de
telefoon of in een openbaar forum
TRAVEL Reisprogramma's. Niet voor
aankondigingen die vallen onder
TP/TA.
LEISURE Programma's over
vrijetijdsbesteding, zoals
tuinieren, vissen, koken,
enzovoort
JAZZ Programma's met jazzmuziek
COUNTRY Programma's met countrymuziek
NATION M Programma's met populaire
nationale/regionale muziek
OLDIES Programma's met golden oldies
FOLK M Programma's met folkmuziek
DOCUMENT Documentaires
NONE Andere programma's die
hierboven niet worden genoemd
Aanduiding van
programmatype
Beschrijving
Overige functies
59
NL
Overige functies
Ingangen benoemen
U kunt een naam van maximaal 8 tekens geven
aan ingangen en deze weergeven in het display
van de receiver.
Dit is handig om de aansluitingen de namen
van de aangesloten apparaten te geven.
1 Druk op de ingangstoets om de
ingang te selecteren waarvoor
u een indexnaam wilt maken.
U kunt ook INPUT SELECTOR op de
receiver gebruiken.
2 Druk op AMP MENU.
"1-LEVEL" wordt in het display
weergegeven.
3 Druk herhaaldelijk op V/v om
"5-AUDIO" te selecteren.
4 Druk op of b om het menu te
openen.
5 Druk op V/v om "NAME IN" te
selecteren.
6 Druk op of b om de
parameter in te voeren.
De cursor knippert en u kunt een teken
selecteren. Voer de procedure bij "Een
indexnaam maken" (pagina 56) uit.
Het display wijzigen
U kunt het geluidsveld, enzovoort controleren
door de informatie in het display te wijzigen.
Gebruik hiervoor de toetsen op de receiver.
Druk herhaaldelijk op DISPLAY.
Wanneer u op de toets drukt, wordt het display
als volgt gewijzigd.
Alle ingangen behalve de FM-
en AM-band
Indexnaam van de ingang
a)
t Geselecteerde
ingang t Geluidsveld dat momenteel wordt
toegepast
FM- en AM-band
Naam van programmaservice
b)
of naam van
voorkeurzender
a)
t Frequentie t
Aanduiding van programmatype
b)
t
Aanduiding van radiotekst
b)
t Aanduiding
van huidige tijd (in 24-uurs notatie)
b)
t
Geluidsveld dat momenteel wordt toegepast
a)
De indexnaam wordt alleen weergegeven als u een
indexnaam aan de ingang of voorkeurzender hebt
toegewezen (pagina 56, 59). De indexnaam wordt
niet weergegeven als alleen lege spaties zijn
ingevoerd of als de naam gelijk is aan de naam van
de ingang.
b)
Alleen tijdens RDS-ontvangst (alleen modellen
met landcode CEL, CEK) (pagina 57).
Opmerking
Sommige tekens of symbolen kunnen wellicht niet
worden weergegeven voor bepaalde talen.
60
NL
De slaaptimer gebruiken
U kunt instellen dat de receiver op een
bepaalde tijd automatisch wordt
uitgeschakeld.
Druk herhaaldelijk op SLEEP
terwijl de stroom is ingeschakeld.
Wanneer u op de toets drukt, wordt het display
als volgt gewijzigd:
2-00-00 t 1-30-00 t 1-00-00 t 0-30-00
t OFF
Als de slaaptimer is geactiveerd, wordt het
display gedimd.
Opmerking
Als u op een toets op de afstandsbediening of
receiver drukt nadat het display is gedimd, wordt het
display weer verlicht. Na enige tijd wordt het display
opnieuw gedimd als er niet op een toets wordt
gedrukt.
Tip
Druk op SLEEP als u de resterende tijd wilt
controleren voordat de receiver wordt uitgeschakeld.
De resterende tijd wordt in het display weergegeven.
Als u nogmaals op SLEEP drukt, wordt de
slaaptimer uitgeschakeld.
Opnemen met de receiver
U kunt met de receiver opnemen van een
videocomponent. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing bij de opnamecomponent
voor meer informatie.
1 Druk op een van de
ingangstoetsen om de
afspeelcomponent te
selecteren.
U kunt ook INPUT SELECTOR op de
receiver gebruiken.
2 Maak de afspeelcomponent
gereed voor afspelen.
Plaats bijvoorbeeld de videoband die u
wilt kopiëren in de videorecorder.
3 Bereid de opnamecomponent
voor.
Plaats een lege videoband, enzovoort in
de opnamecomponent (VIDEO 1) voor de
opname.
4 Start het opnemen op de
opnamecomponent en start het
afspelen op de
afspeelcomponent.
Opmerking
Bepaalde bronnen bevatten kopieerbeveiliging tegen
opnemen. In dat geval kunt u niet opnemen van deze
bron.
Opnemen op een
opnamemedium
61
NL
De afstandsbediening gebruiken
Toetsinstellingen
wijzigen
U kunt de fabrieksinstellingen van de
ingangstoetsen aanpassen aan de
componenten in het systeem. Als u
bijvoorbeeld een DVD-recorder aansluit op de
VIDEO 1-aansluitingen op de receiver, kunt u
de toets VIDEO 1 op deze afstandsbediening
instellen om de DVD-recorder te bedienen.
1 Houd de ingangstoets
ingedrukt waarvoor u de
instelling wilt wijzigen.
Bijvoorbeeld: Voorbeeld: houd VIDEO 1
ingedrukt.
2 Druk op de bijbehorende toets
voor de gewenste categorie. Zie
hiervoor de tabel hieronder.
Bijvoorbeeld: Druk op 4.
U kunt nu de toets VIDEO 1 gebruiken
om de DVD-recorder te bedienen.
Categorieën en de bijbehorende
toetsen
a)
Videorecorders van Sony worden bediend met de
instelling VTR 2 of VTR 3 die respectievelijk
overeenkomen met 8 mm en VHS.
b)
DVD-recorders van Sony worden bediend met de
instelling DVD1 of DVD3. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing bij de DVD-recorder voor
meer informatie.
c)
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die wordt
geleverd bij de Blu-raydiscspeler of de Blu-
rayrecorder voor meer informatie over de
instelling BD1 of BD3.
Alle toetsinstellingen voor de
afstandsbediening wissen
Druk tegelijkertijd op ?/1, AUTO CAL en
MASTER VOL –.
De fabrieksinstellingen van de
afstandsbediening worden hersteld.
De afstandsbediening gebruiken
Categorieën Druk op
VCR (bedieningsstand VTR 3)
a)
1
VCR (bedieningsstand VTR 2)
a)
2
DVD-speler/DVD-recorder
(bedieningsstand DVD1)
b)
3
DVD-recorder
(bedieningsstand DVD3)
b)
4
CD-speler 5
Europese digitale satellietreceiver 6
DVR (Digitale CATV-
aansluiting)
7
DSS (Digital Satellite Receiver) 8
Blu-ray discspeler
(bedieningsstand BD1)
c)
9
Blurayrecorder
(bedieningsstand BD3)
c)
0/10
Televisie -/--
Niet toegewezen ENTER/
MEMORY
62
NL
Woordenlijst
x Bemonsteringsfrequentie
Analoge gegevens moeten worden
gekwantificeerd om analoog geluid om te
zetten naar digitaal geluid. Dit proces wordt
bemonsteren genoemd en het aantal keer per
seconde dat de analoge gegevens worden
gekwantificeerd, is de zogenaamde
bemonsteringsfrequentie. Een gewone
muziek-CD bevat gegevens die 44.100 keer
per seconde zijn gekwantificeerd. Dit levert
een bemonsteringsfrequentie van 44,1 kHz op.
In het algemeen betekent een hogere
bemonsteringsfrequentie een betere
geluidskwaliteit.
x Componentvideo
Een indeling voor de overdracht van
videosignaalgegevens die bestaan uit drie
afzonderlijke signalen: luminantie Y,
chrominantie Pb en chrominantie Pr. Beelden
van hoge kwaliteit, zoals DVD-video of
HDTV-beelden, worden beter overgebracht.
De drie aansluitingen zijn gemarkeerd in de
kleuren groen, blauw en rood.
x Composietvideo
Een standaardindeling voor het overbrengen
van videosignaalgegevens. Het
luminatiesignaal Y en chrominatiesignaal C
worden gecombineerd en samen overgebracht.
x Dolby Digital
Codeer-/decodeertechnologie voor digitaal
geluid ontwikkeld door Dolby Laboratories,
Inc. Deze technologie bestaat uit voor- (links/
rechts), midden-, surround- (links/rechts) en
subwooferkanalen. Het is een
overeengekomen geluidsnorm voor DVD-
video en staat ook bekend als 5.1-kanaals
surround. Aangezien surroundinformatie
wordt opgenomen en weergegeven in stereo, is
de geluidsweergave natuurgetrouwer en bevat
een vollere klank dan bij Dolby Surround.
x Dolby Pro Logic II
Met deze technologie wordt 2-kanaals
stereogeluid omgezet naar 5.1-kanaals geluid
voor weergave. Er is een MOVIE-stand voor
films en een MUSIC-stand voor
stereobronnen, zoals muziek. Oude films die
zijn opgenomen in de traditionele stereo-
indeling, kunnen worden verbeterd naar
5.1-kanaals surround sound.
x Dolby Surround (Dolby Pro
Logic)
Technologie voor geluidsbewerking
ontwikkeld door Dolby Laboratories, Inc.
Midden- en mono-surroundinformatie wordt
volgens een matrix weggeschreven als twee
stereokanalen. Het geluid wordt gedecodeerd
en uitgevoerd als 4-kanaals surround sound.
Dit is de meest algemene methode voor
geluidsverwerking van DVD-video.
x DTS Digital Surround
Codeer-/decodeertechnologie voor digitaal
geluid voor bioscopen ontwikkeld door DTS,
Inc. Het geluid wordt minder gecomprimeerd
dan bij Dolby Digital, waardoor een
geluidsweergave van hogere kwaliteit wordt
geleverd.
x DTS-ES
Indeling voor 6.1-kanaals geluidsweergave
met surround-achterinformatie. Er zijn twee
standen: "Discrete 6.1" waarmee alle kanalen
afzonderlijk worden opgenomen en "Matrix
6.1" waarbij het surround-achterkanaal
volgens een matrix wordt weggeschreven in
LS- en RS-kanalen. Dit is ideaal voor de
weergave van filmgeluid.
Aanvullende informatie
63
NL
Aanvullende informatie
x HDMI (High-Definition
Multimedia Interface)
HDMI is een interface die zowel video en
audio ondersteunt via één digitale aansluiting.
De HDMI-aansluiting brengt standaard- tot
high-definitionvideosignalen en meerkanaalse
audiosignalen over naar audio-/
videocomponenten, zoals televisies met
HDMIaansluiting, in digitale vorm zonder
kwaliteitsverlies. De HDMI-specificatie
ondersteunt HDCP (High-bandwidth Digital
Contents Protection; beveiliging van digitale
inhoud op hoge bandbreedte), een
kopieerbeveiligingstechnologie die
coderingstechnologie bevat voor digitale
videosignalen.
Voorzorgsmaatregelen
Veiligheid
Als een voorwerp of vloeistof in de behuizing
terechtkomt, moet u de receiver loskoppelen
en laten nakijken door bevoegde
servicetechnici voordat u deze weer gebruikt.
Stroombronnen
• Voordat u de receiver gebruikt, moet u
controleren of de werkspanning
overeenkomt met de plaatselijke netvoeding.
De werkspanning vindt u op het naamplaatje
aan de achterkant van de receiver.
• Het apparaat blijft onder netspanning staan
als de stekker in het stopcontact zit, zelfs als
het apparaat zelf is uitgeschakeld.
• Als u de receiver langere tijd niet wilt
gebruiken, moet u de stekker van de receiver
uit het stopcontact halen. Trek altijd aan de
stekker en nooit aan het netsnoer als u het
netsnoer uit het stopcontact haalt.
• (Alleen modellen met landcode U en CA)
Eén uiteinde van de stekker is uit
veiligheidsoverwegingen breder dan het
andere uiteinde en kan maar op één manier
in het stopcontact worden gestoken. Neem
contact op met uw handelaar als u de stekker
niet volledig in het stopcontact kunt steken.
• Het netsnoer mag alleen door bevoegde
servicetechnici worden vervangen.
Oververhitting
De receiver kan tijdens gebruik warm worden.
Dit duidt niet op een storing. Als u deze
receiver doorlopend met hoog volume
gebruikt, kunnen de boven-, zij- en
onderpanelen van de behuizing na verloop van
tijd heet worden. Raak de behuizing niet aan.
U kunt zichzelf branden.
wordt vervolgd
64
NL
Plaatsing
• Zet de receiver op een goed geventileerde
plaats om te voorkomen dat deze te warm
wordt. De levensduur van de receiver wordt
hierdoor verlengd.
• Plaats de receiver niet in de buurt van
warmtebronnen of op een plaats waar deze is
blootgesteld aan direct zonlicht, overmatige
hoeveelheden stof of mechanische
schokken.
• Plaats geen voorwerpen boven op de
behuizing waardoor de ventilatieopeningen
worden afgesloten en storingen kunnen
worden veroorzaakt.
• Plaats de receiver niet in de buurt van
apparatuur, zoals een televisie,
videorecorder of cassetterecorder. Als de
receiver wordt gebruikt in combinatie met
een televisie, videorecorder of
cassetterecorder en te dicht bij dergelijke
apparatuur staat, kan er ruis ontstaan en kan
de beeldkwaliteit verslechteren. De kans
hierop is groot bij een binnenantenne.
Daarom kunt u het beste een buitenantenne
gebruiken.
• Ga voorzichtig te werk als u de receiver en
luidsprekers op speciaal behandelde
oppervlakken (met was of olie behandeld,
gepolijst, enzovoort) plaatst, anders kunnen
er vlekken of verkleuringen optreden.
Werking
Schakel de receiver uit en trek de stekker uit
het stopcontact voordat u andere componenten
aansluit.
Reiniging
Reinig de behuizing, het voorpaneel en de
bedieningselementen met een zachte doek die
licht is bevochtigd met een mild zeepsopje.
Gebruik geen schuursponsje, schuurpoeder of
oplosmiddelen, zoals alcohol of benzine.
Met alle vragen over of eventuele problemen
met de receiver kunt u terecht bij de
dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Problemen oplossen
Als u problemen ondervindt bij het gebruik
van deze receiver, probeert u deze eerst zelf op
te lossen aan de hand van de onderstaande lijst.
Audio
Er wordt geen geluid uitgevoerd,
ongeacht de geselecteerde
component, of het geluid is nauwelijks
hoorbaar.
• Controleer of de luidsprekers en
componenten goed zijn aangesloten.
• Controleer of de receiver en de
componenten zijn ingeschakeld.
• Controleer of MASTER VOLUME niet is
ingesteld op "VOL MIN".
• Controleer of SPEAKERS (OFF/A/B) niet
is ingesteld op "OFF".
• Zorg ervoor dat de hoofdtelefoon niet is
aangesloten.
• Druk op MUTING om de functie voor
dempen te annuleren.
• Controleer of u de juiste component hebt
geselecteerd met de ingangstoetsen.
• De beveiliging van de receiver is
geactiveerd. Schakel de receiver uit, los
het kortsluitingsprobleem op en schakel de
receiver weer in.
Er wordt geen geluid uit een bepaalde
component uitgevoerd.
• Controleer of de component goed is
aangesloten op de audio-ingangen voor
deze component.
• Controleer of de kabels goed zijn
aangesloten op de aansluitingen van de
receiver en de component.
65
NL
Aanvullende informatie
Er komt geen geluid uit een van de
voorluidsprekers.
• Sluit een hoofdtelefoon aan op de
PHONES-aansluiting om te controleren of
er geluid via de hoofdtelefoon wordt
uitgevoerd. Als er slechts via één kanaal
geluid wordt uitgevoerd uit de
hoofdtelefoon, is de component wellicht
niet goed aangesloten op de receiver.
Controleer of de kabels goed zijn
aangesloten op de aansluitingen van de
receiver en de component. Als beide
kanalen worden uitgevoerd uit de
hoofdtelefoon, is de voorluidspreker
wellicht niet goed aangesloten op de
receiver. Controleer de aansluiting van de
voorluidspreker die geen geluid uitvoert.
• Zorg ervoor dat u zowel de L- als R-
aansluiting van een analoge component
hebt aangesloten en niet alleen de L- of
R-aansluiting. Gebruik een audiokabel
(niet bijgeleverd).
Er komt geen geluid uit analoge 2-
kanaals bronnen wanneer SAT-invoer
wordt geselecteerd.
• Controleer of INPUT MODE niet is
ingesteld op "OPT IN" (pagina 58).
Er komt geen geluid uit digitale
bronnen (via de OPTICAL-ingang)
wanneer SAT-invoer wordt
geselecteerd.
• Controleer of INPUT MODE niet is
ingesteld op "ANALOG" (pagina 58).
• Zorg ervoor dat ANALOG DIRECT niet is
ingeschakeld.
Het linker- en rechtergeluid zijn niet in
balans of zijn omgewisseld.
• Controleer of de luidsprekers en
componenten goed en stevig zijn
aangesloten.
• Pas de balansparameters aan met het menu
LEVEL.
Er is een sterke brom of ruis hoorbaar.
• Controleer of de luidsprekers en
componenten goed zijn aangesloten.
• Zorg ervoor dat de verbindingskabels zich
niet in de buurt van een transformator of
motor bevinden en ten minste 3 meter uit
de buurt van een televisie of
fluorescerende lamp zijn geplaatst.
• Plaats de audiocomponent verder van de
televisie vandaan.
• De stekkers en aansluitingen zijn vuil.
Maak deze schoon met een doek die licht
is bevochtigd met alcohol.
Er komt geen geluid of alleen een zwak
geluid uit de midden-/surround-
luidsprekers.
• Selecteer een CINEMA STUDIO EX-
stand (pagina 49).
• Pas het niveau van de luidsprekers aan
(pagina 32).
• Zorg ervoor dat de midden-/
surroundluidsprekers zijn ingesteld op
"SMALL" of "LARGE" (pagina 38).
Er komt geen geluid uit de subwoofer.
• Controleer of de subwoofer goed en stevig
is aangesloten.
• Zorg ervoor dat u de subwoofer hebt
ingeschakeld.
• Controleer of de subwoofer is ingesteld op
"YES" (pagina 38).
• Er komt geen geluid uit de subwoofer
afhankelijk van het geluidsveld.
Er komt geen geluid uit de luidsprekers
van de receiver wanneer u de receiver
en de afspeelcomponent aansluit via
een HDMI-aansluiting.
• Zorg ervoor dat u de digitale
audioaansluitingen op de
afspeelcomponent hebt aangesloten op de
receiver. Vervolgens moet u het volume
van de televisie uitschakelen of dempen.
wordt vervolgd
66
NL
Het surroundeffect werkt niet.
• Zorg ervoor dat de geluidsveldfunctie is
ingeschakeld (druk op MOVIE of
MUSIC).
• Geluidsvelden werken niet voor signalen
met een bemonsteringsfrequentie van
hoger dan 48 kHz.
Er wordt geen Dolby Digital of DTS
meerkanaals geluid weergegeven.
• Controleer of de DVD, enzovoort die u
afspeelt, is opgenomen in de Dolby
Digital- of DTS-indeling.
• Als u de DVD-speler, enzovoort aansluit
op de digitale ingangen van deze receiver,
controleert u de audio-instelling
(instellingen voor de audio-uitgang) van
de aangesloten component.
Video
Er verschijnt geen of een onduidelijk
beeld op de televisie.
• Selecteer de juiste ingang met de
ingangstoetsen.
• Stel de televisie in op de juiste
ingangsstand.
• Plaats de audiocomponent verder van de
televisie vandaan.
De beeldinvoer naar de HDM-
aansluiting op de receiver wordt niet
uitgevoerd via de televisie.
• Controleer de HDMI-aansluiting.
• Afhankelijk van de afspeelcomponen
moet u de component wellicht instellen.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die
wordt geleverd bij de componenten.
Er kan niet worden opgenomen.
• Controleer of de componenten goed zijn
aangesloten.
• Selecteer de broncomponent met de
ingangstoetsen.
Tuner
De FM-ontvangst is slecht.
• Gebruik een coaxkabel van 75 ohm (niet
bijgeleverd) om de receiver aan te sluiten
op een FM-buitenantenne, zoals hieronder
wordt aangegeven. Als u de receiver op
een buitenantenne aansluit, moet u de
receiver aarden om deze te beschermen
tegen blikseminslag. Verbind de
aardingsdraad niet met een gasleiding om
een gasexplosie te voorkomen.
Er kan niet worden afgestemd op
radiozenders.
• Controleer of de antennes goed zijn
aangesloten. Pas de antennes aan en sluit
eventueel een externe antenne aan.
• Het signaal van de zenders is te zwak (bij
automatisch afstemmen). Stem handmatig
af.
• Controleer of het afsteminterval correct is
ingesteld (als u handmatig afstemt op AM-
zenders).
• Er zijn geen zenders ingesteld of de
voorkeurzenders zijn gewist (bij het
zoeken naar voorkeurzenders). Stel de
zenders in (pagina 54).
• Druk herhaaldelijk op DISPLAY op de
receiver zodat de frequentie in het display
wordt weergegeven.
AM
ANTENNA
Receiver
Naar een aardingspunt
Aardingsdraad
(niet bijgeleverd)
FM-buitenantenne
67
NL
Aanvullende informatie
RDS werkt niet.*
• Controleer of u hebt afgestemd op een
FM-RDS-zender.
• Selecteer een FM-zender met een sterker
signaal.
De gewenste RDS-informatie wordt niet
weergegeven.*
• Neem contact op met de radiozender en
informeer of de service wordt geleverd. Is
dit het geval, dan kan de service tijdelijk
buiten gebruik zijn.
* Alleen modellen met landcode CEL, CEK.
Afstandsbediening
De afstandsbediening werkt niet.
• Richt de afstandsbediening op de
afstandsbedieningssensor van de receiver.
• Verwijder obstakels tussen de
afstandsbediening en de receiver.
• Vervang de batterijen van de
afstandsbediening door nieuwe als deze
bijna leeg zijn.
• Zorg ervoor dat u de juiste ingang
selecteert op de afstandsbediening.
• De toets VIDEO 3 op de
afstandsbediening is niet beschikbaar voor
de bediening van de receiver.
Foutberichten
Bij een storing wordt een bericht in het display
weergegeven. U kunt de staat van het systeem
controleren in het bericht. Zie de volgende
tabel voor het oplossen van het probleem. Als
het probleem blijft optreden, neemt u contact
op met de dichtstbijzijnde Sony-handelaar.
Als er een foutbericht wordt weergegeven
tijdens het uitvoeren van Automatische
Kalibratie, raadpleegt u "Foutcodes en
waarschuwingscodes" (pagina 30) om het
probleem te verhelpen.
DEC. EROR
Wordt weergegeven als een signaal wordt
ingevoerd dat de receiver niet kan decoderen
(bijvoorbeeld DTS-CD) en "DEC. PRI." in
het menu AUDIO is ingesteld op "DEC.
PCM". Stel dit item in op "DEC. AUTO"
(pagina 38).
PROTECT
Onregelmatige uitvoer via de luidsprekers.
De receiver wordt na enkele seconden
automatisch uitgeschakeld. Controleer de
luidsprekeraansluiting en schakel de stroom
opnieuw in.
Als u de problemen niet kunt
oplossen met de handleiding
voor problemen oplossen
U lost het probleem wellicht op als u het
geheugen van de receiver wist (pagina 26).
Houd er rekening mee dat de fabriekswaarden
voor de instellingen in het geheugen worden
hersteld en dat u dus alle instellingen op de
receiver opnieuw moet aanpassen.
Als het probleem blijft optreden
Neem contact op met de dichtstbijzijnde Sony-
handelaar. Houd er rekening mee dat als de
onderhoudsmonteur bepaalde onderdelen
wijzigt tijdens de reparatie, deze gewijzigde
onderdelen bewaard kunnen blijven.
Referentie voor het wissen van
het geheugen van de receiver
Wissen Zie
Alle instellingen in het geheugen pagina 26
Aangepaste geluidsvelden pagina 52
68
NL
Technische gegevens
Versterkergedeelte
Voor modellen met landcode U, CA
1)
Minimaal RMS-uitgangsvermogen (8 ohms,
20 Hz – 20 kHz, THD 0,09%)
90 W + 90 W
Uitgangsvermogen stereomodus (8 ohm, 1 kHz,
THD 1%)
100 W + 100 W
Uitgangsvermogen surroundmodus
2)
(8 ohm, 1
kHz, THD 10%)
130 W/k
Voor modellen met landcode CEL, CEK
1)
Minimaal RMS-uitgangsvermogen (8 ohms,
20 Hz – 20 kHz, THD 0,09%)
85 W + 85 W
Uitgangsvermogen stereomodus (8 ohm, 1 kHz,
THD 1%)
100 W + 100 W
Uitgangsvermogen surroundmodus
2)
(8 ohm, 1 kHz, THD 10%)
130 W/k
Voor modellen met landcode E2, AU, TW, KR
1)
Minimaal RMS-uitgangsvermogen (8 ohms,
20 Hz – 20 kHz, THD 0,09%)
70 W + 70 W
Uitgangsvermogen stereomodus (8 ohm, 1 kHz,
THD 1%)
90 W + 90 W
Uitgangsvermogen surroundmodus
2)
(8 ohm,
1 kHz, THD 10%)
120 W/k
Voor modellen met landcode SP, TH6
1)
Minimaal RMS-uitgangsvermogen (8 ohms,
20 Hz – 20 kHz, THD 0,09%)
60 W + 60 W
Uitgangsvermogen stereomodus (8 ohm, 1 kHz,
THD 1%)
80 W + 80 W
Uitgangsvermogen surroundmodus
2)
(8 ohm,
1 kHz, THD 10%)
120 W/k
1)
Onder de volgende omstandigheden gemeten:
2)
Referentie-uitgangsvermogen voor voor, midden
en surround. Afhankelijk van de instellingen voor
het geluidsveld en de bron wordt er wellicht geen
geluid weergegeven.
Frequentiebereik
Analoog 10 Hz – 70 kHz
+0,5/–2 dB (geluidsveld en
toon overgeslagen)
Ingangen
Analoog Gevoeligheid: 500 mV/
50 kilo-ohm
Signaal/ruis-verhouding
3)
:
96 dB
(A, 500 mV
4)
)
Digitaal (Coaxiaal)
Impedantie: 75 ohm
Signaal/ruis-verhouding:
100 dB
(A, 20 kHz LPF)
Digitaal (
Optisch) Signaal/ruis-verhouding:
100 dB
(A, 20 kHz LPF)
Landcode Stroomvereisten
U, CA 120 V wisselstroom, 60 Hz
CEL, CEK, TH6, SP 230 V wisselstroom, 50 Hz
E2, AU 240 V wisselstroom, 50 Hz
TW 110 V wisselstroom, 60 Hz
KR 220 V wisselstroom, 60 Hz
69
NL
Aanvullende informatie
Uitgangen (Analoog)
AUDIO OUT Spanning: 500 mV/
10 kilo-ohm
SUB WOOFER Spanning: 2 V/1 kilo-ohm
Toon
Versterking ±6 dB, in stappen van 1 dB
3)
INPUT SHORT (geluidsveld en toon
overgeslagen).
4)
Belast netwerk, ingangsniveau.
FM-tunergedeelte
Afstembereik 87,5 - 108,0 MHz
Antenne FM-draadantenne
Antenne-aansluitingen
75 ohm, symmetrisch
Tussenfrequentie 10,7 MHz
AM-tunergedeelte
Afstembereik
Antenne Kaderantenne
Tussenfrequentie 450 kHz
5)
U kunt het AM-afsteminterval schakelen tussen
9 kHz en 10 kHz. Als u hebt afgestemd op een
AM-zender, schakelt u de receiver uit. Houd
TUNING MODE ingedrukt en druk op ?/1. Alle
voorkeurzenders worden gewist uit het geheugen
wanneer u het afsteminterval wijzigt. Herhaal deze
procedure om het afsteminterval opnieuw op
10 kHz (of 9 kHz) in te stellen.
Videogedeelte
Ingangen/uitgangen
Video: 1 Vp-p/75 ohm
COMPONENT VIDEO:
Y: 1 Vp-p/75 ohm
P
B/CB: 0,7 Vp-p/75 ohm
P
R/CR: 0,7 Vp-p/75 ohm
80 MHz HD doorvoer
Algemeen
Stroomvereisten
Stroomverbruik
Stroomverbruik (in de stand-bystand)
0,3 W
Afmetingen (b/h/d) (ongeveer)
430 × 157,5 × 310mm
inclusief uitstekende
onderdelen en
bedieningselementen
Gewicht (ongeveer) 7,7 kg
Landcode Afsteminterval
10 kHz 9 kHz
U, CA 530 –
1.710 kHz
5)
531 –
1.710 kHz
5)
CEL, CEK, AU, TW,
KR, TH6, SP
– 531 –
1.602 kHz
E2 530 –
1.610 kHz
5)
531 –
1.602 kHz
5)
Landcode Stroomvereisten
U, CA 120 V wisselstroom, 60 Hz
CEL, CEK 230 V wisselstroom,
50/60 Hz
AU 240 V wisselstroom, 50 Hz
KR 220 – 230 V wisselstroom,
50/60 Hz
E2 120/220/240 V
wisselstroom,
50/60 Hz
TW 110 V wisselstroom, 60 Hz
SP, TH6 230 – 240 V wisselstroom,
50/60 Hz
Landcode Stroomverbruik
U, CEL, CEK, AU,
KR, E2
220 W
CA 300 VA
TH6, SP 200 W
TW 500 W
wordt vervolgd
70
NL
Bijgeleverde accessoires
FM-draadantenne (1)
AM-kaderantenne (1)
Afstandsbediening RM-AAU013 (1)
R6-batterijen (AA-formaat) (2)
Optimalisatiemicrofoon (ECM-AC2 of
ECM-AC2a) (1)
Ontwerp en technische gegevens kunnen
zonder voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd.
Zie pagina 3 voor meer informatie over de
landcode van de component die u gebruikt.
71
NL
Aanvullende informatie
Index
Cijfers
2CH STEREO 51
2-kanaals 51
5.1-kanaals 14
A
Afstemmen
automatisch 53
handmatig 53
op voorkeurzenders 55
AUTO CALIBRATION 28
AUTO FORMAT DIRECT
(A.F.D.) 46
B
Benoemen 56, 59
Blu-ray-discspeler
aansluiten 18
C
CD-speler
aansluiten 16
afspelen 34
D
Dempen 33
Digital Cinema Sound
(DCS) 49
Dolby Digital 62
DTS 62
DVD-recorder
aansluiten 21
DVD-speler
aansluiten 21
afspelen 35
E
Eerste instellingen 26
F
Foutberichten 67
G
Geluidsvelden
herstellen 52
selecteren 48
H
HDMI
aansluiten 18
I
INPUT MODE 58
L
Luidsprekers
aansluiten 15
M
Menu
A. CAL 46
AUDIO 41
LEVEL 39
SUR 40
SYSTEM 42
TONE 40
TUNER 41
O
Opnemen op een
opnamemedium 60
R
RDS 57
S
Satelliettuner
aansluiten 23
Selecteren
component 33
geluidsveld 48
luidsprekersysteem 27
Settopbox
aansluiten 23
Slaaptimer 60
Super Audio CD-speler
afspelen 34
installeren 16
T
Televisie
aansluiten 20
TEST TONE 32
Tuner
aansluiten 25
V
Videorecorder
aansluiten 24

Documenttranscriptie

WAARSCHUWING Stel dit apparaat niet bloot aan regen of vocht. Zo kunt u het risico op brand of elektrische schokken verkleinen. Om oververhitting en brandgevaar te vermijden, mag u de ventilatie-openingen van het apparaat niet afdekken met kranten, een tafelkleed, gordijnen e.d. Plaats nooit een brandende kaars bovenop het apparaat. Om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen, mag u geen met vloeistof gerulde voorwerpen zoals vazen op het apparaat zetten. Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals een boekenrek of ingebouwde kast. Installeer het systeem zo dat u in geval van problemen het netsnoer gemakkelijk uit het stopcontact kunt halen. Gooi de batterij niet weg maar lever deze in als klein chemisch afval (KCA). 2NL Voor klanten in Europa Verwijdering van oude elektrische en elektronische apparaten (Toepasbaar in de Europese Unie en andere Europese landen met gescheiden ophaalsystemen) Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. Over deze gebruiksaanwijzing • De aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing gelden voor het model STR-DG510. Controleer uw modelnummer, dat rechtsonder op het voorpaneel staat vermeld. De afbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing tonen het model met landcode U, behalve waar anders vermeld staat. Verschillen in bediening worden in de tekst duidelijk aangegeven, bijvoorbeeld "Alleen modellen met landcode CEL". • De aanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing beschrijven de bediening met de toetsen op de bijgeleverde afstandsbediening. U kunt echter ook de toetsen van de receiver zelf gebruiken, met dezelfde of soortgelijke namen als die op de afstandsbediening. Opmerking over de bijgeleverde afstandsbediening (RM-AAU013) De toets VIDEO 3 op de afstandsbediening is niet beschikbaar voor de bediening van de receiver. Over de landcodes De landcode van de receiver die u hebt aangeschaft, wordt rechts onder op achterpaneel weergegeven (zie de onderstaande afbeelding). NL + – CENTER SURROUND L FRONT A L R + – R SPEAKERS + L – R FRONT B SPEAKERS Landcode Verschillen in bediening die samenhangen met de landcode staan in de tekst duidelijk aangegeven, bijvoorbeeld "Alleen modellen met landcode AA". Deze receiver is voorzien van Dolby* Digital en Pro Logic Surround en het DTS** Digital Surroundsysteem. * Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories. "Dolby", "Pro Logic" en het symbool double-D zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. ** "DTS" en "DTS Digital Surround" zijn gedeponeerde handelsmerken van DTS, Inc. Deze receiver beschikt over HDMITM-technologie (High-Definition Multimedia Interface). HDMI, het logo van HDMI en High-Definition Multimedia Interface zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC. 3NL Inhoudsopgave Aan de slag Beschrijving en positie van onderdelen.........5 1: De luidsprekers installeren ......................14 2: De luidsprekers aansluiten.......................15 3a: De audiocomponenten aansluiten ..........16 3b: De videocomponenten aansluiten..........17 4: De antennes aansluiten ............................25 5: De receiver en de afstandsbediening voorbereiden ...........................................26 6: Het luidsprekersysteem selecteren ..........27 7: De juiste instellingen automatisch kalibreren (AUTO CALIBRATION)......28 8: De niveaus en de balans van de luidsprekers aanpassen (TEST TONE) .......................32 Alleen de voorluidsprekers gebruiken (2CH STEREO) ..................................... 51 Het geluid zonder aanpassingen beluisteren (ANALOG DIRECT)............................. 51 De oorspronkelijke instellingen van de geluidsvelden herstellen......................... 52 Tunerfuncties FM-/AM-radio beluisteren.......................... 52 Radiozenders instellen ................................ 54 RDS (Radio Data System) gebruiken ......... 57 (Alleen modellen met landcode CEL, CEK) Overige functies Afspelen Een component selecteren ...........................33 Een component beluisteren/bekijken...........34 Versterkerfuncties De menu's gebruiken ...................................36 Het niveau aanpassen (Menu LEVEL) ........39 De toon aanpassen (Menu TONE)...............40 Instellingen voor surround sound (Menu SUR) ...........................................40 Tuner-instellingen (Menu TUNER) ............41 Audio-instellingen (Menu AUDIO) ............41 Systeem-instellingen (Menu SYSTEM)......42 De juiste instellingen automatisch kalibreren (Menu A. CAL) ......................................46 Surround sound beluisteren Dolby Digital en DTS surround sound beluisteren (AUTO FORMAT DIRECT)..................46 Een voorgeprogrammeerd geluidsveld selecteren ................................................48 4NL Schakelen tussen digitaal en analoog geluid (INPUT MODE) .................................... 58 Ingangen benoemen .................................... 59 Het display wijzigen ................................... 59 De slaaptimer gebruiken ............................. 60 Opnemen met de receiver ........................... 60 De afstandsbediening gebruiken Toetsinstellingen wijzigen .......................... 61 Aanvullende informatie Woordenlijst ................................................ 62 Voorzorgsmaatregelen................................. 63 Problemen oplossen .................................... 64 Technische gegevens................................... 68 Index ........................................................... 71 Aan de slag Aan de slag Beschrijving en positie van onderdelen Voorpaneel 1 2 3 4 5 6 7 ?/1 MASTER VOLUME DISPLAY INPUT MODE INPUT SELECTOR SPEAKERS (OFF/A/B) AUTO CAL MIC MEMORY/ ENTER TUNING MODE TUNING 2CH A.F.D. MOVIE MUSIC AUTO CAL DIRECT 9 8 PHONES qf qd qs qa q; Naam Functie Naam Functie A ?/1 (aan/standbystand) Druk op deze toets om de receiver in of uit te schakelen (pagina 26, 34, 35, 52, 69). F INPUT MODE B SPEAKERS (OFF/A/B) Druk op deze toets om het voorluidsprekersysteem te selecteren (pagina 27). Druk op deze toets om de ingangsstand te selecteren wanneer dezelfde componenten op zowel de digitale als de analoge aansluitingen zijn aangesloten (pagina 58). C Display Hier wordt de huidige status van de geselecteerde component of een lijst met keuzemogelijkheden weergegeven (pagina 7). G MASTER VOLUME Draai deze regelaar om het volume van alle luidsprekers tegelijkertijd aan te passen (pagina 32, 33, 34, 35). H DIRECT Druk op deze toets om naar analoog geluid van hoge kwaliteit te luisteren (pagina 51). I AUTO CAL Druk op deze toets om de functie voor Automatische Kalibratie in te schakelen (pagina 29). D Afstandsbedie- Voor ontvangst van de ningssensor signalen van de afstandsbediening. E DISPLAY Druk op deze toets om de informatie te selecteren die in het display wordt weergegeven (pagina 57, 59). wordt vervolgd 5NL Naam Functie J INPUT SELECTOR Draai deze regelaar om de ingangsbron voor weergave te selecteren (pagina 33, 34, 35, 51, 53, 56, 58, 59, 60). K 2CH Druk op deze toets om een geluidsveld te selecteren (pagina 46). A.F.D. MOVIE MUSIC L MEMORY/ ENTER TUNING MODE Druk op deze toets om de tuner te bedienen (FM/AM) (pagina 52). TUNING +/– M AUTO CAL MIC- Hier kunt u de aansluiting bijgeleverde optimalisatiemicrofoon aansluiten voor de functie voor Automatische Kalibratie (pagina 28). N PHONESaansluiting 6NL Hier kunt u een hoofdtelefoon aansluiten (pagina 65). Betekenis van de aanduidingen in het display 2 3 SW LFE SP A ; D SP B L C R SL S SR 4 5 ; PLII 6 ; PL qd 7 8 OPT DTS COAX MEMORY D.RANGE qs qa 9 RDS ST MONO q; Naam Functie Naam Functie A SW Gaat branden als de subwooferselectie is ingesteld op "YES" (pagina 38) en het geluidssignaal via de SUB WOOFER-aansluiting wordt uitgevoerd. E ; PL/ ; PLII B LFE Gaat branden wanneer de disc die wordt afgespeeld, een LFE (Low Frequency Effect)-kanaal bevat en het LFE-signaal wordt weergegeven. C SP A/SP B Gaat branden afhankelijk van het gebruikte luidsprekersysteem. Deze aanduidingen gaan echter niet branden als de luidsprekeruitvoer is uitgeschakeld of als een hoofdtelefoon is aangesloten. "; PL" gaat branden wanneer de receiver Pro Logicgeluidsverwerking toepast op 2-kanaals signalen om de midden- en surroundkanalen uit te voeren. "; PLII" gaat branden wanneer de Pro Logic II Movie/Music-decoder is ingeschakeld. De aanduidingen gaan echter niet branden wanneer zowel de midden- als surroundluidsprekers zijn ingesteld op "NO" (pagina 38) en u een geluidsveld selecteert met de toets A.F.D. F OPT Gaat branden wanneer VIDEO 2-invoer is geselecteerd. "UNLOCK" wordt echter in het display weergegeven als er geen digitaal signaal wordt ingevoerd via de OPTICAL-aansluiting. "OPT" gaat ook branden wanneer SAT-invoer is geselecteerd als - INPUT MODE is ingesteld op "AUTO IN" en het bronsignaal een digitaal signaal is dat wordt ingevoerd via de OPTICAL-aansluiting. - INPUT MODE is ingesteld op "OPT IN" (pagina 58). D; D Gaat branden wanneer de receiver Dolby Digital-signalen decodeert. Opmerking Wanneer u een disc met Dolby Digital-indeling afspeelt, moet u ervoor zorgen dat u digitale aansluitingen hebt gemaakt en dat INPUT MODE niet is ingesteld op "ANALOG" (pagina 58). wordt vervolgd 7NL Aan de slag 1 Naam Functie Naam G DTS Gaat branden wanneer de receiver DTS-signalen decodeert. Opmerking Wanneer u een disc met DTSindeling afspeelt, moet u ervoor zorgen dat u digitale aansluitingen hebt gemaakt en dat INPUT MODE niet is ingesteld op "ANALOG" (pagina 58). H MEMORY Gaat branden wanneer een geheugenfunctie, zoals geheugen voor eigen instellingen (pagina 55), enzovoort is ingeschakeld. I Tuneraanduidingen Gaat branden wanneer u de receiver gebruikt om af te stemmen op radiozenders (pagina 52), enzovoort. Opmerking "RDS" wordt alleen weergegeven voor modellen met de landcode CEL, CEK. M Weergaveka- De letters (L, C, R, enzovoort) naalaandui- geven aan welke kanalen dingen worden weergegeven. De vakjes rond de letters verschillen om aan te geven hoe de receiver het brongeluid mengt (op basis van de luidsprekerinstellingen). L Voor links R Voor rechts C Midden (mono) SL Surround links SR Surround rechts S Surround (mono of de surroundcomponenten verkregen door Pro Logicgeluidsverwerking) Bijvoorbeeld: Opname-indeling (voor/ surround): 3/2.1 Uitvoerkanaal: surroundluidsprekers ingesteld op "NO" (pagina 38) Geluidsveld: A.F.D. AUTO J Aanduidingen voor voorkeurzenders Gaat branden wanneer u de receiver gebruikt om af te stemmen op uw voorkeurzenders. Zie pagina 54 voor meer informatie over het instellen van voorkeurzenders. K D.RANGE Gaat branden wanneer compressie van het dynamische bereik is ingeschakeld (pagina 37). L COAX Gaat branden wanneer DVDinvoer is geselecteerd. "UNLOCK" wordt echter in het display weergegeven als er geen digitaal signaal wordt ingevoerd via de COAXIAL-aansluiting. 8NL Functie SW L SL C R SR Achterpaneel Aan de slag 1 2 OPTICAL Y DVD IN SAT IN VIDEO 2 /BD IN OUT HDMI + PB/CB VIDEO 2/ BD IN – PR/CR AM DVD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT SAT DVD VIDEO 1 MONITOR SAT IN DVD IN MONITOR OUT CENTER COMPONENT VIDEO SURROUND L COAXIAL DIGITAL R L L + L – + L – AUDIO OUT R 6 FRONT A L ANTENNA R AUDIO IN AUDIO IN SA-CD/CD TV 5 R AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN SAT VIDEO 1 R SPEAKERS SUB WOOFER 4 FRONT B SPEAKERS 3 A Het gedeelte DIGITAL INPUT/ OUTPUT OPTICAL Hier kan een DVDIN-aansluiting speler, enzovoort worden aangesloten. De COAXIAL COAXIALIN-aansluiting aansluiting biedt een hogere geluidskwaliteit (pagina 21, 23). HDMI IN/ OUT aansluiting* R Hier kan een DVDspeler worden aangesloten. Het beeld en geluid worden uitgevoerd naar een televisie of projector (pagina 18). B Het gedeelte COMPONENT VIDEO INPUT/OUTPUT Groen (Y) Blauw (PB/CB) Rood (PR/CR) COMPONENT VIDEO INPUT/ OUTPUTaansluiting* Hier kan een DVDspeler, televisie of satelliettuner worden aangesloten. U kunt genieten van een hoge beeldkwaliteit (pagina 20, 21, 23). C Het gedeelte SPEAKER Hier kunnen luidsprekers worden aangesloten (pagina 15). Hier kan een subwoofer worden aangesloten (pagina 15). wordt vervolgd 9NL D Het gedeelte VIDEO/AUDIO INPUT/ OUTPUT AUDIO IN/ Wit OUT(L-links) aansluiting Rood (R-rechts) Geel VIDEO IN/ OUTaansluiting* Hier kunnen de videorecorder, DVD-speler worden aangesloten (pagina 20, 23, 24). Afstandsbediening U kunt de bijgeleverde afstandsbediening RM-AAU013 gebruiken om de receiver te bedienen en om de Sony-audiovideocomponenten te bedienen waaraan de afstandsbediening is toegewezen (pagina 61). 1 ws TV INPUT SLEEP E Het gedeelte AUDIO INPUT AUTO CAL TV ?/1 AV ?/1 2 wa SYSTEM STANDBY VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 AUDIO IN Wit aansluiting (L-links) Rood (R-rechts) ?/1 Hier kan een CDspeler, enzovoort worden aangesloten (pagina 24). SAT TV 2CH A.F.D. DVD SA-CD/CD TUNER MOVIE MUSIC AMP MENU 1 F Het gedeelte ANTENNA FM ANTENNAaansluiting AM ANTENNAaansluiting Hier kan de bijgeleverde FMdraadantenne worden aangesloten (pagina 25). Hier kan de bijgeleverde AMkaderantenne worden aangesloten (pagina 25). 2 3 FM MODE w; 4 7 ql qk qj qh 9 8 >10/ - 6 5 0/10 D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER CLEAR TOOLS MUTING DISPLAY F 10NL 4 5 6 7 8 9 q; TV VOL MASTER VOL G g qa qg qf f RETURN/EXIT MENU TV CH – TV CH + PRESET – REPLAY ADVANCE PRESET + < < . > TUNING – * U kunt de geselecteerde beelden bekijken wanneer u de MONITOR OUT- of HDMI OUT-aansluiting op een televisie of projector aansluit (pagina 20). D.TUNING 3 m TUNING + H M X x TV qd qs Functie Naam Druk tegelijkertijd op TV ?/ 1 en TV (M) om de televisie in of uit te schakelen. C Ingangstoetsen Druk op een van deze toetsen om de gewenste componenten te selecteren. Wanneer u op een van de ingangstoetsen drukt, wordt de receiver ingeschakeld. De toetsen zijn als volgt in de fabriek ingesteld voor de bediening van Sonycomponenten. Zie "Toetsinstellingen wijzigen" op pagina 61 voor meer informatie over het wijzigen van de toetsinstellingen. AV ?/1 (aan/standbystand) B ?/1 (aan/standbystand) Druk op deze toets om de Sony-audio-/ videocomponenten in of uit te schakelen waaraan de afstandsbediening is toegewezen (pagina 61). Als u tegelijkertijd op ?/1 (B) drukt, worden de receiver en de andere componenten uitgeschakeld (SYSTEM STANDBY). Opmerking De functie van AV ?/1 wordt automatisch gewijzigd wanneer u op de ingangstoetsen drukt (C). Druk op deze toets om de receiver in of uit te schakelen. Als u alle componenten wilt uitschakelen, drukt u tegelijkertijd op ?/1 en AV ?/1 (A) (SYSTEM STANDBY). Functie Toets Toegewezen Sonycomponent VIDEO 1 Videorecorder (VTR-stand 3) VIDEO 2 Videorecorder (VTR-stand 2) VIDEO 3 Niet toegewezen DVD DVD-speler SAT Digital Satellite Receiver TV Televisie SA-CD/CD Super Audio CDspeler/CD-speler TUNER D 2CH A.F.D. Ingebouwde tuner Druk op deze toets om een geluidsveld te selecteren. MOVIE MUSIC E AMP MENU Druk op deze toets om het menu van de receiver weer te geven. Gebruik vervolgens V, v, B, b en (P) om de menubewerkingen uit te voeren. F FM MODE Druk op deze toets om FMmono- of -stereo-ontvangst te selecteren. wordt vervolgd 11NL Aan de slag Naam A TV ?/1 (aan/standbystand) Naam Functie Naam Functie G D.TUNING Druk op deze toets om de stand voor handmatig afstemmen te openen. L ./> Druk op deze toets om een track op de CD-speler, DVDspeler of blu-ray-discspeler over te slaan. D.SKIP H DVD MENU I ENTER MEMORY Druk op deze toets om een disc over te slaan wanneer u een discwisselaar gebruikt. Druk op deze toets om het menu van de DVD-speler op de televisie weer te geven. Gebruik vervolgens V, v, B, b en (P) om de menubewerkingen uit te voeren. Druk op deze toets om de waarde in te voeren als u een kanaal, disc of track hebt geselecteerd met de cijfertoetsen van de televisie, videorecorder of satelliettuner. REPLAY < / Druk hierop om de vorige ADVANCE < scène opnieuw af te spelen of de huidige scène snel vooruit te spoelen op de videorecorder, DVD-speler of blu-ray-discspeler. m/M Druk op deze toets om – vooruit of achteruit naar tracks te zoeken op de DVD-speler. – snel vooruit-/terugspoelen te starten op de videorecorder, CD-speler of blu-raydiscspeler. Ha) Druk op deze toets om het afspelen op de videorecorder, CD-speler, DVD-speler of blu-ray-discspeler te starten. X Druk op deze toets om het afspelen of opnemen op de videorecorder, CD-speler, DVD-speler of blu-raydiscspeler te onderbreken. (Met deze toets kunt u ook de opname starten bij componenten die in de opnamepauzestand staan.) Druk op deze toets om een zender op te slaan. J MUTING Druk op deze toets om de functie voor dempen te activeren. Druk tegelijkertijd op MUTING en TV (M) om de functie voor dempen van de televisie te activeren. K TV VOL +a)/– Druk tegelijkertijd op TV VOL +/– en TV (M) om het volume van de televisie aan te passen. x Druk op deze toets om het volume van alle luidsprekers tegelijkertijd aan te passen. Druk op deze toets om het afspelen op de videorecorder, CD-speler, DVD-speler of blu-ray-discspeler te stoppen. TV CH +/– Druk tegelijkertijd op TV CH +/– en TV (M) om vooraf ingestelde televisiekanalen te selecteren. PRESET +/– Druk op deze toets om – zenders vooraf in te stellen. – kanalen op de videorecorder of satelliettuner vooraf in te stellen. TUNING +/– Druk op deze toets om naar een zender te zoeken. MASTER VOL +a)/– 12NL Functie Naam Functie Druk tegelijkertijd op TV en de gewenste toets om de toetsen met oranje tekst te activeren. Q DISPLAY N MENU Druk op deze toets om het menu van de videorecorder, DVD-speler, satelliettuner of blu-ray-discspeler op de televisie weer te geven. Druk tegelijkertijd op MENU en TV (M) om het menu van de televisie weer te geven. Gebruik vervolgens V, v, B, b en (P) om de menubewerkingen uit te voeren. Druk op deze toets om de informatie te selecteren die door de videorecorder, satelliettuner, CD-speler, DVD-speler of blu-raydiscspeler op de televisie wordt weergegeven. Druk tegelijkertijd op DISPLAY en TV (M) om de televisie-informatie op de televisie weer te geven. R TOOLS Druk op deze toets om opties weer te geven die van toepassing zijn op de hele disc (zoals discbeveiliging), recorder (zoals audioinstellingen tijdens het opnemen), of meerdere items in een keuzemenu (zoals het wissen van meerdere titels). Druk tegelijkertijd op TOOLS en TV (M) om beschikbare opties voor de televisie weer te geven. S -/-- Druk tegelijkertijd op -/-- en TV (M) om de invoerstand voor kanalen (met een of twee cijfers) op de televisie te selecteren. O RETURN/ EXIT O P V/v/B/b Druk op deze toets om – terug te gaan naar het vorige menu. – het menu te sluiten wanneer het menu of de on-screen gids van de videorecorder, DVD-speler, satelliettuner of blu-ray-discspeler op de televisie wordt weergegeven. Druk tegelijkertijd op RETURN/EXIT en TV (M) om terug te gaan naar het vorige menu of het menu van de televisie te verlaten terwijl het menu op het televisiescherm wordt weergegeven. Nadat u op AMP MENU (E), DVD MENU (H) of MENU (N) hebt gedrukt, kunt u op V, v, B of b drukken om de instellingen te selecteren. Druk vervolgens op om de selectie voor DVD MENU of MENU in te voeren. Druk ook op om de selectie van de receiver, videorecorder, satelliettuner, CD-speler, DVD-speler of blu-ray-discspeler in te voeren. >10/ x CLEAR Druk op deze toets om – tracknummers boven de 10 op de videorecorder, satelliettuner of CD-speler te selecteren. – kanaalnummers voor de digitale CATV-aansluiting te selecteren. Druk op deze toets om een fout ongedaan te maken wanneer u op de verkeerde cijfertoets hebt gedrukt. wordt vervolgd 13NL Aan de slag Naam M TV Naam Functie T Cijfertoetsen Druk op deze toets om (nummer 5a)) – voorkeurzenders in te stellen en hierop af te stemmen. – tracknummers op de CDspeler, DVD-speler of bluray-discspeler te selecteren. Druk op 0/10 om tracknummer 10 te selecteren. – kanaalnummers op de videorecorder of satelliettuner te selecteren. Druk tegelijkertijd op de cijfertoetsen en de toets TV (M) om televisiekanalen te selecteren. U TV INPUT Druk tegelijkertijd op TV INPUT en TV (M) om het ingangssignaal te selecteren (televisie of video). SLEEP Druk op deze toets om de slaaptimer in te schakelen en in te stellen wanneer de receiver automatisch wordt uitgeschakeld. V AUTO CAL 1: De luidsprekers installeren Met deze receiver kunt u een 5.1-kanaals systeem gebruiken (5 luidsprekers en een subwoofer). Als u wilt luisteren naar meerkanaals surround sound, zoals in de bioscoop, hebt u vijf luidsprekers (twee voorluidsprekers, een middenluidspreker en twee surroundluidsprekers) en een subwoofer (5.1-kanaals) nodig. Voorbeeld van een opstelling van een 5.1-kanaals luidsprekersysteem Druk op deze toets om de functie voor Automatische Kalibratie in te schakelen. a) Op de cijfertoets 5 en op de toetsen MASTER VOL +, TV VOL + en H zijn voelstippen aangebracht. Gebruik de voelstippen als herkenning bij de bediening. Opmerkingen • Afhankelijk van het model kunnen sommige functies mogelijk niet worden gebruikt. • De bovenstaande uitleg is slechts een voorbeeld. Afhankelijk van de component is de bovenstaande bediening mogelijk niet uitvoerbaar of wijkt deze af van wat hier beschreven is. • De toets VIDEO 3 op de afstandsbediening is niet beschikbaar voor de bediening van de receiver. AVoorluidspreker (links) BVoorluidspreker (rechts) CMiddenluidspreker DSurroundluidspreker (links) ESurroundluidspreker (rechts) FSubwoofer Tip Aangezien de subwoofer niet richtingsgevoelig is, kunt u deze plaatsen waar u wilt. 14NL 2: De luidsprekers aansluiten C Aan de slag F A B A SPEAKERS FRONT B-aansluitinga) Y IN VIDEO 2 /BD IN OUT HDMI PB/CB + – PR/CR VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT SAT DVD VIDEO 1 MONITOR SAT IN DVD IN MONITOR OUT CENTER COMPONENT VIDEO SURROUND L FRONT A L R + L L – + L – AUDIO OUT R AUDIO IN TV R AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN SAT VIDEO 1 SUB WOOFER R SPEAKERS FRONT B R SPEAKERS B D E B A Mono-audiokabel (niet bijgeleverd) B Luidsprekerkabels (niet bijgeleverd) AVoorluidspreker A (links) BVoorluidspreker A (rechts) CMiddenluidspreker DSurroundluidspreker (links) ESurroundluidspreker (rechts) FSubwooferb) a) Als u een extra voorluidsprekersysteem hebt, kunt u dit aansluiten op de SPEAKERS FRONT Baansluiting. U kunt de gewenste voorluidsprekers selecteren met SPEAKERS (OFF/A/B) op de receiver (pagina 27). b) Als u een subwoofer met een automatische standbyfunctie aansluit, moet u deze functie uitschakelen bij het bekijken van films. Als de automatische stand-byfunctie is ingeschakeld, kan de subwoofer automatisch op stand-by worden gezet, afhankelijk van het ingangssignaal naar de subwoofer, zodat er geen geluid wordt uitgevoerd. 15NL 3a: De audiocomponenten aansluiten Een Super Audio CD-speler/CD aansluiten De volgende afbeelding toont hoe u een Super Audio CD-speler/CD moet aansluiten. Nadat u de Super Audio CD-speler/CD-speler hebt aangesloten, gaat u verder met "3b: De videocomponenten aansluiten" (pagina 17). Super Audio CDspeler/CD-speler A OPTICAL Y DVD IN SAT IN VIDEO 2 /BD IN OUT HDMI PB/CB VIDEO 2/ BD IN AM DVD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT SAT DVD VIDEO 1 MONITOR SAT IN DVD IN MONITOR OUT CENTER COMPONENT VIDEO FRONT A L ANTENNA R L + L L – + L – AUDIO OUT R R AUDIO IN AUDIO IN SA-CD/CD TV R AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN SAT VIDEO 1 SUB WOOFER A Audiokabel (niet bijgeleverd) 16NL – SURROUND L COAXIAL DIGITAL + PR/CR R SPEAKERS R FRONT B SPEAKERS 3b: De videocomponenten aansluiten In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de video componenten op deze receiver aansluit. Voordat u begint, moet u de onderstaande lijst "Aan te sluiten component" doornemen om te zien op welke pagina u aanwijzingen vindt voor de verschillende componenten. Ga door met "4: De antennes aansluiten" (pagina 25) als u alle componenten hebt aangesloten. Aan de slag De componenten aansluiten Aan te sluiten video-ingang/uitgang De beeldkwaliteit is afhankelijk van de gebruikte aansluiting. Bekijk de volgende afbeelding. Selecteer de aansluiting die overeenkomt met de aansluitingen van de componenten. Televisie, enzovoort INPUT-aansluiting HDMI COMPONENT VIDEO VIDEO HDMI COMPONENT VIDEO VIDEO HDMI COMPONENT VIDEO VIDEO HDMI COMPONENT VIDEO VIDEO Aan te sluiten component Component Pagina Met HDMI-aansluiting 18 Televisie 20 DVD-speler/DVD-recorder 21 Satelliettuner/Settopbox 23 Receiver MONITOR OUT, HDMI OUTaansluiting ?/1 MASTER VOLUME DISPLAY INPUT MODE INPUT SELECTOR SPEAKERS (OFF/A/B) AUTO CAL MIC MEMORY/ ENTER Videorecorder 24 TUNING MODE TUNING 2CH A.F.D. MOVIE MUSIC AUTO CAL DIRECT PHONES Receiver INPUTaansluiting Videocomponent OUTPUT-aansluiting Hoge beeldkwaliteit 17NL Componenten met HDMIaansluitingen aansluiten HDMI is de afkorting voor High-Definition Multimedia Interface. Met deze interface worden video- en audiosignalen in digitale indeling verzonden. DVD-speler Audiosignalen Audio/ videosignalen A Audio/ videosignalen B B C B Y DVD IN SAT IN VIDEO 2 /BD IN OUT HDMI PB/CB VIDEO 2/ BD IN + – PR/CR AM DVD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT SAT DVD VIDEO 1 MONITOR SAT IN DVD IN MONITOR OUT CENTER COMPONENT VIDEO SURROUND L COAXIAL FRONT A L ANTENNA R L L + L – + L – AUDIO OUT R R AUDIO IN AUDIO IN SA-CD/CD TV R AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN SAT VIDEO 1 SUB WOOFER A Digitale coaxkabel (niet bijgeleverd) B HDMI-kabel (niet bijgeleverd) U kunt het beste een HDMI-kabel van Sony gebruiken. C Optisch digitale kabel (niet bijgeleverd) 18NL Audio/ videosignalen Audiosignalen OPTICAL DIGITAL Televisie, projector, enzovoort Blu-ray-discspeler R SPEAKERS R FRONT B SPEAKERS Opmerkingen over HDMIaansluitingen • Schakel de receiver in wanneer de video- en audiosignalen van een afspeelcomponent worden uitgevoerd naar een televisie via de receiver. Er worden geen video- of audiosignalen verzonden, tenzij de receiver is ingeschakeld. • Wanneer u optisch digitale kabels aansluit, moet u de stekkers recht in de aansluitingen steken tot deze vastklikken. • Buig de optisch digitale kabels niet en bind deze niet vast. • Zorg ervoor dat u de fabrieksinstelling van de VIDEO 2-ingangstoets op de afstandsbediening wijzigt, zodat u de toets kunt gebruiken voor de Blu-raydiscspeler. Zie "Toetsinstellingen wijzigen" (pagina 61) voor meer informatie. • U kunt de VIDEO 2-ingang ook opnieuw benoemen, zodat deze kan worden weergegeven in het display van de receiver. Zie "Ingangen benoemen" (pagina 59) voor meer informatie. Tip Alle digitale audioaansluitingen zijn compatibel met bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz en 96 kHz. 19NL Aan de slag • Het geluid wordt alleen uitgevoerd via de luidspreker van de televisie wanneer een afspeelcomponent en deze receiver, en deze receiver en de televisie zijn aangesloten met een HDMI-aansluiting. Als u het geluid via de bijgeleverde luidsprekers wilt uitvoeren en het meerkanaals surround sound volledig wilt benutten, zorgt u ervoor dat. – de digitale audioaansluitingen op de afspeelcomponent zijn aangesloten op de receiver. – het volume van de televisie is uitgeschakeld of is gedempt. • Het meerkanaals gedeelte/stereogedeelte van de audiosignalen van een Super Audio CD worden niet uitgevoerd. • Videosignalen die worden ingevoerd via de HDMI IN-aansluiting, kunnen alleen worden uitgevoerd via de HDMI OUTaansluiting. De ingevoerde videosignalen kunnen niet worden uitgevoerd via de VIDEO OUT-aansluitingen of de MONITOR OUT-aansluitingen. • Audiosignalen (bemonsteringsfrequentie, bitlengte, enzovoort) die worden verzonden via een HDMI-aansluiting kunnen worden beperkt door de aangesloten component. Controleer de instellingen van de component die is aangesloten wanneer het beeld van slechte kwaliteit is of het geluid niet wordt uitgevoerd door een component die is aangesloten via de HDMI-kabel. • Voor bepaalde componenttypen kan deze receiver wellicht geen video- of audiosignalen overbrengen. • Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de aangesloten componenten voor meer informatie. Opmerkingen Opmerking Een televisie aansluiten Schakel de receiver in wanneer de video- en audiosignalen van een afspeelcomponent worden uitgevoerd naar een televisie via de receiver. Er worden geen video- of audiosignalen verzonden, tenzij de receiver is ingeschakeld. Het beeld afkomstig van een beeldcomponent die op deze receiver is aangesloten, kan op een televisie worden weergegeven. Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten. Sluit de audio-en videokabels aan die overeenkomen met de aansluitingen van de componenten. Tips • U kunt de geselecteerde beelden bekijken wanneer u de MONITOR OUT- of HDMI OUT-aansluiting op een televisie of projector aansluit. • Als u het geluid van de televisie wilt uitvoeren via de luidsprekers die zijn aangesloten op de receiver, moet u het volgende doen: – sluit de audio-uitgangen van de televisie aan op de TV AUDIO IN-aansluitingen van de receiver. – het volume van de televisie is uitgeschakeld of is gedempt. Televisie Audiosignalen Videosignalen A B C OPTICAL Y DVD IN SAT IN VIDEO 2 /BD IN OUT HDMI PB/CB VIDEO 2/ BD IN DVD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT SAT DVD VIDEO 1 MONITOR SAT IN DVD IN MONITOR OUT CENTER COMPONENT VIDEO SURROUND L COAXIAL FRONT A L ANTENNA R + L L L – + L – AUDIO OUT R R AUDIO IN AUDIO IN SA-CD/CD TV R AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN SAT VIDEO 1 SUB WOOFER AAudiokabel (niet bijgeleverd) B Videokabel (niet bijgeleverd) C Componentvideokabel (niet bijgeleverd) 20NL – PR/CR AM DIGITAL + R SPEAKERS R FRONT B SPEAKERS Opmerkingen • Als u meerkanaals digitaal geluid van de DVDspeler wilt invoeren, stelt u de instelling voor digitale geluidsuitvoer op de DVD-speler in. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de DVDspeler voor meer informatie. • Aangezien deze receiver niet beschikt over analoge audio-ingangen voor DVD, sluit u de DVD-speler aan op de DIGITAL COAXIAL DVD INaansluiting van de receiver. Druk op 2CH om het geluid alleen via de linker- en rechtervoorluidsprekers uit te voeren. De volgende afbeelding toont hoe u een DVDspeler/DVD-recorder moet aansluiten. Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten. Sluit de audio- en videokabels aan die overeenkomen met de aansluitingen van de componenten. Tip Alle digitale audioaansluitingen zijn compatibel met bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz en 96 kHz. Een DVD-speler aansluiten DVD-speler Videosignalen Audiosignalen A B C OPTICAL Y DVD IN SAT IN VIDEO 2 /BD IN OUT HDMI PB/CB VIDEO 2/ BD IN – PR/CR AM DVD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT SAT DVD VIDEO 1 MONITOR SAT IN DVD IN MONITOR OUT CENTER COMPONENT VIDEO SURROUND L COAXIAL DIGITAL + FRONT A L ANTENNA R L L + L – + L – AUDIO OUT R R AUDIO IN AUDIO IN SA-CD/CD TV R AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN SAT VIDEO 1 SUB WOOFER R SPEAKERS R FRONT B SPEAKERS A Digitale coaxkabel (niet bijgeleverd) B Videokabel (niet bijgeleverd) C Componentvideokabel (niet bijgeleverd) wordt vervolgd 21NL Aan de slag Een DVD-speler/DVD-recorder aansluiten Een DVD-recorder aansluiten DVD-recorder Videosignalen Audiosignalen A B OPTICAL Y DVD IN SAT IN VIDEO 2 /BD IN OUT HDMI PB/CB VIDEO 2/ BD IN DVD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT SAT DVD VIDEO 1 MONITOR SAT IN DVD IN MONITOR OUT CENTER COMPONENT VIDEO SURROUND L COAXIAL FRONT A L ANTENNA R + L L L – + L – AUDIO OUT R R AUDIO IN AUDIO IN SA-CD/CD TV R AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN SAT VIDEO 1 SUB WOOFER A Videokabel (niet bijgeleverd) B Audiokabel (niet bijgeleverd) Opmerkingen • Zorg ervoor dat u de fabrieksinstelling van de VIDEO 1-ingangstoets op de afstandsbediening wijzigt, zodat u de toets kunt gebruiken voor de DVD-recorder. Zie "Toetsinstellingen wijzigen" (pagina 61) voor meer informatie. • U kunt de VIDEO 1-ingang ook opnieuw benoemen, zodat deze kan worden weergegeven in het display van de receiver. Zie "Ingangen benoemen" (pagina 59) voor meer informatie. 22NL – PR/CR AM DIGITAL + R SPEAKERS R FRONT B SPEAKERS Opmerkingen • Wanneer u optisch digitale kabels aansluit, moet u de stekkers recht in de aansluitingen steken tot deze vastklikken. • Buig de optisch digitale kabels niet en bind deze niet vast. In de volgende afbeelding wordt weergegeven hoe u een satelliettuner of settopbox kunt aansluiten. Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten. Sluit de audio- en videokabels aan die overeenkomen met de aansluitingen van de componenten. Tip Alle digitale audioaansluitingen zijn compatibel met bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz en 96 kHz. Satelliettuner/Settopbox Videosignalen Audiosignalen A D C B OPTICAL Y DVD IN SAT IN VIDEO 2 /BD IN OUT HDMI PB/CB VIDEO 2/ BD IN – PR/CR AM DVD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT SAT DVD VIDEO 1 MONITOR SAT IN DVD IN MONITOR OUT CENTER COMPONENT VIDEO SURROUND L COAXIAL DIGITAL + FRONT A L ANTENNA R L + L L – + L – AUDIO OUT R R AUDIO IN AUDIO IN SA-CD/CD TV R AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN SAT VIDEO 1 SUB WOOFER R SPEAKERS R FRONT B SPEAKERS A Optisch digitale kabel (niet bijgeleverd) B Audiokabel (niet bijgeleverd) C Videokabel (niet bijgeleverd) D Componentvideokabel (niet bijgeleverd) 23NL Aan de slag Een satelliettuner aansluiten/ Settopbox Componenten met analoge video- en audioaansluitingen aansluiten De volgende afbeelding toont hoe u een component met analoge aansluitingen, zoals een videorecorder, enzovoort aansluit. Het is niet nodig om alle kabels aan te sluiten. Sluit de audio- en videokabels aan die overeenkomen met de aansluitingen van de componenten. Videorecorder Videosignalen Audiosignalen A B OPTICAL Y DVD IN SAT IN VIDEO 2 /BD IN OUT HDMI PB/CB VIDEO 2/ BD IN DVD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT SAT DVD VIDEO 1 MONITOR SAT IN DVD IN MONITOR OUT CENTER COMPONENT VIDEO SURROUND L COAXIAL FRONT A L ANTENNA R L + L L – + L – AUDIO OUT R R AUDIO IN AUDIO IN SA-CD/CD TV R AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN SAT VIDEO 1 SUB WOOFER A Videokabel (niet bijgeleverd) B Audiokabel (niet bijgeleverd) 24NL – PR/CR AM DIGITAL + R SPEAKERS R FRONT B SPEAKERS 4: De antennes aansluiten Aan de slag Sluit de bijgeleverde AM-kaderantenne en FM-draadantenne aan. FM-draadantenne (bijgeleverd) AM-kaderantenne (bijgeleverd) OPTICAL Y DVD IN SAT IN VIDEO 2 /BD IN OUT HDMI PB/CB VIDEO 2/ BD IN – PR/CR AM DVD IN VIDEO IN VIDEO IN VIDEO OUT VIDEO IN VIDEO OUT SAT DVD VIDEO 1 SAT IN MONITOR DVD IN MONITOR OUT CENTER COMPONENT VIDEO SURROUND L COAXIAL DIGITAL + FRONT A L ANTENNA R + L L L – + L – AUDIO OUT R R AUDIO IN AUDIO IN SA-CD/CD TV R AUDIO IN AUDIO OUT AUDIO IN SAT VIDEO 1 SUB WOOFER R SPEAKERS R FRONT B SPEAKERS * De vorm van de stekker is afhankelijk van de landcode van deze receiver. Opmerkingen • Houd de AM-kaderantenne uit de buurt van de receiver en andere componenten om te voorkomen dat deze stoorsignalen opvangt. • Strek de FM-draadantenne volledig uit. • Houd de FM-draadantenne zo horizontaal mogelijk na het aansluiten. 25NL 5: De receiver en de afstandsbediening voorbereiden De voltagekeuzeschakelaar instellen Als de receiver een voltagekeuzeschakelaar op het achterpaneel heeft, moet de voltagekeuzeschakelaar zijn ingesteld op het voltage van de plaatselijke netvoeding. Is dit niet het geval, dan zet u met een schroevendraaier de schakelaar in de juiste positie voordat u het netsnoer aansluit op een stopcontact. 120V 220V 240V VOLTAGE SELECTOR De eerste instellingen uitvoeren Voordat u de receiver voor de eerste keer gebruikt, moet u deze initialiseren door de volgende procedure uit te voeren. U kunt deze procedure ook gebruiken wanneer u de fabrieksinstellingen wilt herstellen. Gebruik hiervoor de toetsen op de receiver. 1,2 ?/1 MASTER VOLUME DISPLAY SPEAKERS (OFF/A/B) AUTO CAL MIC MEMORY/ ENTER Netsnoer R TUNING 2CH A.F.D. MOVIE MUSIC AUTO CAL DIRECT 3 1 Druk op ?/1 om de receiver uit te schakelen. 2 Houd ?/1 5 seconden ingedrukt. "PUSH" en "ENTER" verschijnen afwisselend in het display. 3 Druk op MEMORY/ENTER. "CLEARING" wordt enige tijd in het display weergegeven. Vervolgens wordt "CLEARED" weergegeven. De fabrieksinstellingen voor de volgende items worden hersteld. • Alle instellingen in de menu's LEVEL, TONE, SUR, TUNER, AUDIO en SYSTEM. • Het opgeslagen geluidsveld voor elke ingang en voorkeurzender. • Alle geluidsveldparameters. • Alle voorkeurzenders. • Alle indexnamen voor ingangen en voorkeurzenders. • MASTER VOLUME wordt ingesteld op "VOL MIN". • Ingang wordt ingesteld op "DVD". L FRONT B SPEAKERS Naar het stopcontact 26NL TUNING MODE PHONES Het netsnoer aansluiten Sluit het netsnoer aan op een stopcontact. INPUT MODE INPUT SELECTOR Plaats twee R6-batterijen (AA-formaat) in de afstandsbediening RM-AAU013. Let op de juiste richting van de polen bij het plaatsen van de batterijen. 6: Het luidsprekersysteem selecteren U kunt de voorluidsprekers selecteren die u wilt gebruiken. Gebruik hiervoor de toetsen op de receiver. SPEAKERS (OFF/A/B) ?/1 MASTER VOLUME DISPLAY INPUT MODE INPUT SELECTOR SPEAKERS (OFF/A/B) AUTO CAL MIC MEMORY/ ENTER TUNING MODE TUNING 2CH A.F.D. MOVIE MUSIC AUTO CAL DIRECT PHONES Opmerkingen • Bewaar de afstandsbediening niet in een zeer warme of vochtige omgeving. • Gebruik geen combinatie van oude en nieuwe batterijen. • Gebruik geen combinatie van alkalinebatterijen en andere typen batterijen. • Stel de afstandsbedieningssensor niet bloot aan direct zonlicht of andere lichtbronnen. Hierdoor kan de werking worden verstoord. • Als u de afstandsbediening gedurende langere tijd niet gebruikt, moet u de batterijen verwijderen om mogelijke schade door batterijlekkage en corrosie te voorkomen. • Wanneer u de batterijen vervangt, kunnen de fabrieksinstellingen voor de toetsen op de afstandsbediening worden hersteld. Als dit gebeurt, moet u de toetsen opnieuw toewijzen (pagina 61). Druk herhaaldelijk op SPEAKERS (OFF/A/B) om het gewenste voorluidsprekersysteem te selecteren. Tip U kunt niet overschakelen naar het voorluidsprekersysteem door op SPEAKERS (OFF/A/B) te drukken wanneer de hoofdtelefoon is aangesloten op de receiver. Onder normale omstandigheden is de levensduur van de batterijen ongeveer 3 maanden. Als de afstandsbediening niet meer werkt, moet u alle batterijen vervangen door nieuwe. Selectie Gaat branden De luidsprekers aangesloten op SPEAKERS FRONT A. SP A De luidsprekers aangesloten op SPEAKERS FRONT B. SP B Als u de luidsprekeruitvoer wilt uitschakelen, drukt u herhaaldelijk op SPEAKERS (OFF/A/ B) tot de aanduidingen "SP A" en "SP B" in het display niet branden. Opmerking 27NL Aan de slag Batterijen in de afstandsbediening plaatsen Opmerkingen 7: De juiste instellingen automatisch kalibreren • De functie Automatische Kalibratie functioneert niet als de hoofdtelefoon is aangesloten. • Zorg ervoor dat SPEAKERS (OFF/A/B) niet is uitgeschakeld. (AUTO CALIBRATION) ?/1 MASTER VOLUME DISPLAY INPUT MODE Optimalisatiemicrofoon INPUT SELECTOR SPEAKERS (OFF/A/B) Met de D.C.A.C.-functie (Digital Cinema Auto Calibration) kunt u de volgende automatische kalibratie uitvoeren: • De aansluiting tussen elke luidspreker en de receiver controleren. • Het luidsprekerniveau aanpassen. • De afstand van elke luidspreker tot uw luisterpositie meten. U kunt het niveau en de balans van de luidsprekers ook handmatig aanpassen. Zie "8: De niveaus en de balans van de luidsprekers aanpassen (TEST TONE)" (pagina 32). AUTO CAL MIC MEMORY/ ENTER TUNING MODE TUNING 2CH A.F.D. MOVIE MUSIC AUTO CAL DIRECT PHONES Voordat u Automatische Kalibratie uitvoert Voordat u Automatische Kalibratie uitvoert, moet u de luidsprekers installeren en aansluiten (pagina 14, 15). • De AUTO CAL MIC-aansluiting wordt alleen gebruikt voor de bijgeleverde optimalisatiemicrofoon. Sluit geen andere microfoons aan op deze aansluiting. Als u dit wel doet, kunnen de receiver en de microfoon worden beschadigd. • Tijdens de kalibratie is het geluid dat uit de luidsprekers komt, erg hard. Let op of er kinderen aanwezig zijn en welke invloed dit geluid op uw omgeving heeft. • Voer Automatische Kalibratie uit in een stille omgeving om storing te voorkomen en om een nauwkeurigere meting te krijgen. • Als er zich obstakels tussen de optimalisatiemicrofoon en de luidsprekers bevinden, kan de kalibratie niet correct worden uitgevoerd. Verwijder eventuele obstakels uit het metingsgebied om metingsfouten te voorkomen. 28NL 1 Sluit de bijgeleverde optimalisatiemicrofoon aan op de AUTO CAL MIC-aansluiting. 2 Stel de optimalisatiemicrofoon op. Plaats de optimalisatiemicrofoon bij de luisterpositie. U kunt ook een krukje of statief gebruiken zodat de optimalisatiemicrofoon zich op dezelfde hoogte als uw oren bevindt. 3 2 TV INPUT SLEEP AUTO CAL TV ?/1 AV ?/1 De meting wordt gestart. De meting duurt enkele minuten. De onderstaande tabel toont het display tijdens de meting. Meting voor Display Niveau van omgevingsruis NOISE.CHK Ingangstoetsen Luidsprekeraansluiting MEASURE en SP DET. verschijnen afwisselend* 1 Niveau van luidspreker MEASURE en GAIN verschijnen afwisselend* Luidsprekerafstand MEASURE en DISTANCE verschijnen afwisselend* ?/1 ?/1 schakelaar SYSTEM STANDBY VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 SAT TV 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 DVD SA-CD/CD TUNER MUSIC AMP MENU FM MODE >10/ - 0/10 D.TUNING D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER CLEAR TOOLS MUTING DISPLAY G TV VOL MASTER VOL g f RETURN/EXIT 1 2 * De bijbehorende luidsprekeraanduiding gaat branden in het display tijdens de meting. MUTING F MASTER VOL +/– 4 "COMPLETE" wordt in het display weergegeven en de instellingen worden geregistreerd. MENU Druk op AMP MENU. Druk op AUTO CAL. De meting start na 5 seconden en het display wordt als volgt gewijzigd: A.CAL [5] t A.CAL [4] t A.CAL [3] t A.CAL [2] t A.CAL [1] Terwijl de tijd wordt afgeteld, moet u uit de buurt van het metingsgebied blijven om metingsfouten te voorkomen. De meting wordt beëindigd. 5 Koppel de optimalisatiemicrofoon los van de AUTO CAL MIC-aansluiting. Opmerking De subwoofer wordt niet herkend door Automatische Kalibratie. Alle instellingen voor de subwoofer worden behouden. Tips Tijdens het metingsproces wordt Automatische Kalibratie geannuleerd als u een van de volgende handelingen uitvoert. – Druk op ?/1 de ingangstoetsen of op MUTING. – Wijzig het volume. – Druk nogmaals op AUTO CAL. 29NL Aan de slag Automatische Kalibratie uitvoeren Foutcodes en waarschuwingscodes Als er foutcodes worden weergegeven Als er een fout wordt ontdekt tijdens Automatische Kalibratie, wordt na elk metingsproces als volgt een foutcode in het display weergegeven: Foutcode t leeg display t (foutcode t leeg display)a) t PUSH t leeg display t ENTER a) Wordt weergegeven wanneer er meer dan één foutcode is. Foutcodes en oplossingen Foutcode Oorzaak en oplossing ERROR 10 De omgevingsruis is te luid. Zorg ervoor dat de omgeving stil is tijdens Automatische Kalibratie. ERROR 11 De luidsprekers zijn te dicht bij de optimalisatiemicrofoon geplaatst. Plaats de luidsprekers verder bij de optimalisatiemicrofoon vandaan. ERROR 12 De luidsprekers zijn niet gevonden. Controleer of de optimalisatiemicrofoon correct is aangesloten en voer Automatische Kalibratie nogmaals uit. ERROR 20 De voorluidsprekers worden niet herkend of er wordt maar één voorluidspreker herkend. Controleer de aansluiting van de voorluidsprekers. ERROR 21 Er is maar één surroundluidspreker gevonden. Controleer de aansluiting van de surroundluidsprekers. De fout verhelpen 1 Noteer de foutcode. 2 Druk op de . 3 Druk op ?/1 om de receiver uit te schakelen. 4 Verhelp de fout. Zie "Foutcodes en oplossingen" hierna voor meer informatie. 5 Schakel de receiver in en voer Automatische Kalibratie opnieuw uit (pagina 29). Als er waarschuwingscodes worden weergegeven Tijdens Automatische Kalibratie wordt met de waarschuwingscode informatie gegeven over het metingsresultaat. De waarschuwingscode wordt als volgt in het display weergegeven: Waarschuwingscode t leeg display t (waarschuwingscode t leeg display)b) t PUSH t leeg display t ENTER b) Wordt weergegeven wanneer er meer dan één waarschuwingscode is. U kunt de waarschuwingscode negeren omdat de instellingen automatisch worden aangepast met de functie voor Automatische Kalibratie. U kunt de instellingen ook handmatig aanpassen. 30NL De instellingen handmatig aanpassen Zie "Afstand voorluidspreker" (pagina 44). Zie "Afstand middenluidspreker"(pagina 44). e) Zie "Afstand surroundluidspreker links" (pagina 44). f) Zie "Afstand surroundluidspreker rechts" (pagina 44). d) Aan de slag 1 Noteer de waarschuwingscode. 2 Druk op de . 3 Druk op ?/1 om de receiver uit te schakelen. 4 Voer de oplossing uit die hierna wordt c) gegeven bij ""Waarschuwingscodes en oplossingen"". 5 Schakel de receiver in en voer Automatische Kalibratie opnieuw uit (pagina 29). Waarschuwingscodes en oplossingen WaarUitleg en oplossing schuwingscode WARN. 40 De omgevingsruis is te luid. Zorg ervoor dat de omgeving stil is tijdens Automatische Kalibratie. WARN. 60 De balans van de voorluidspreker valt buiten het bereik. Wijzig de positie van de voorluidsprekers.c) WARN. 62 Het niveau van de middenluidspreker valt buiten het bereik. Wijzig de positie van de midden-luidspreker.d) WARN. 63 Het niveau van de surroundluidspreker links valt buiten het bereik. Wijzig de positie van de surround-luidspreker links.e) WARN. 64 Het niveau van de surroundluidspreker rechts valt buiten het bereik. Wijzig de positie van de surround-luidspreker rechts.f) WARN. 70 De afstand van de voorluidspreker valt buiten het bereik. Wijzig de positie van de voorluidsprekers.c) WARN. 72 De afstand van de middenluidspreker valt buiten het bereik. Wijzig de positie van de middenluidspreker.d) WARN. 73 De afstand van de surroundluidspreker links valt buiten het bereik. Wijzig de positie van de surround-luidspreker links.e) WARN. 74 De afstand van de surroundachterluidspreker rechts valt buiten het bereik. Wijzig de positie van de surroundachterluidspreker rechts.f) wordt vervolgd 31NL 5 8: De niveaus en de balans van de luidsprekers aanpassen De testtoon wordt uitgevoerd via elke luidspreker in deze volgorde: Voor links t Midden t Voor rechts t Surround rechts t Surround links t Subwoofer (TEST TONE) U kunt de niveaus en de balans van de luidsprekers aanpassen terwijl u vanuit uw luisterpositie de testtoon beluistert. 6 Tip De receiver voert een testtoon uit met een frequentie van gemiddeld 800 Hz. SAT TV 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 DVD SA-CD/CD TUNER Ingangstoetsen Tips • Druk op MASTER VOL +/– om het niveau van alle luidsprekers tegelijkertijd aan te passen. U kunt ook MASTER VOLUME op de receiver gebruiken. • Tijdens het aanpassen wordt de aangepaste waarde in het display weergegeven. MUSIC AMP MENU 1 FM MODE >10/ - 0/10 D.TUNING D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER 7 CLEAR TOOLS MUTING DISPLAY F 2-5 G TV VOL MASTER VOL g f MASTER VOL +/– RETURN/EXIT MENU TV CH – TV CH + PRESET – REPLAY ADVANCE PRESET + < < . > 1 Druk op AMP MENU. "1-LEVEL" wordt in het display weergegeven. Herhaal stap 1 tot en met 5 om "T. TONE N" te selecteren. U kunt ook op een van de ingangstoetsen drukken. De testtoon wordt uitgeschakeld. Als er geen testtoon wordt uitgevoerd via de luidsprekers • De luidsprekerkabels zijn wellicht niet goed aangesloten. • Er is wellicht kortsluiting opgetreden in de luidsprekerkabels. Opmerking 2 Druk op of b om het menu te openen. 3 Druk herhaaldelijk op V/v om "T. TONE" te selecteren. 4 Druk op of b om de parameter in te voeren. 32NL Pas de niveaus en de balans van de luidsprekers aan met het menu LEVEL zodat het niveau van de testtoon gelijk klinkt uit elke luidspreker. Zie "Het niveau aanpassen (Menu LEVEL)" (pagina 39) voor meer informatie. SYSTEM STANDBY VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 Druk herhaaldelijk op V/v om "T. TONE Y" te selecteren. De testtoon werkt niet wanneer ANALOG DIRECT is geselecteerd. Geselecteerde Componenten die kunnen ingang worden afgespeeld [Display] Afspelen Een component selecteren SAT TV 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 DVD SA-CD/CD TUNER 1 FM MODE - 0/10 D.TUNING D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER CLEAR TOOLS MUTING DISPLAY F G f RETURN/EXIT 1 MUTING TV VOL MASTER VOL g TUNER [FM- of AMband] Ingebouwde radiotuner * "VIDEO 2/BD" rolt over het display en vervolgens wordt "VIDEO 2" weergegeven. MUSIC AMP MENU >10/ Super Audio CD-speler/CDspeler, enzovoort aangesloten op SA-CD/CD 3 MENU Druk op de ingangstoets om een component te selecteren. U kunt ook INPUT SELECTOR op de receiver gebruiken. De geselecteerde ingang wordt in het display weergegeven. Geselecteerde Componenten die kunnen ingang worden afgespeeld [Display] VIDEO 1 [VIDEO 1] Videorecorder, enzovoort aangesloten op VIDEO 1 VIDEO 2 [VIDEO 2/ BD]* Blu-raydiscspeler, enzovoort aangesloten op VIDEO 2/BD DVD [DVD] DVD-speler, enzovoort aangesloten op DVD SAT [SAT] Satelliettuner, enzovoort aangesloten op SAT TV [TV] Televisiescherm. enzovoort aangesloten op TV 2 Schakel de component in en start het afspelen. 3 Druk op MASTER VOL +/– om het volume aan te passen. U kunt ook MASTER VOLUME op de receiver gebruiken. De functie voor dempen activeren Druk op MUTING. De functie voor dempen wordt geannuleerd wanneer u de volgende handelingen uitvoert. • Druk nogmaals op MUTING. • Verhoog het volume. • Schakel de receiver uit. Beschadiging van de luidsprekers voorkomen Voordat u de receiver uitschakelt, moet u het volume verlagen. 33NL Afspelen SYSTEM STANDBY VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 SA-CD/CD [SA-CD/CD] Een component beluisteren/bekijken Een Super Audio CD/CD beluisteren TV INPUT SLEEP AUTO CAL TV ?/1 AV ?/1 ?/1 SYSTEM STANDBY VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 SAT TV 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 DVD SA-CD/CD TUNER MUSIC AMP MENU 2 3 ?/1 MASTER VOLUME FM MODE >10/ - 0/10 DISPLAY D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER 5 INPUT SELECTOR SPEAKERS (OFF/A/B) CLEAR TOOLS MUTING DISPLAY F TV VOL MASTER VOL G g f RETURN/EXIT MENU TV CH – TV CH + PRESET – REPLAY ADVANCE PRESET + < < . > TUNING – m INPUT MODE D.TUNING 5 AUTO CAL MIC MEMORY/ ENTER TUNING MODE TUNING 2CH A.F.D. MOVIE MUSIC AUTO CAL DIRECT PHONES 3 TUNING + H M X x TV Opmerkingen • De bediening voor een Sony Super Audio CD-speler wordt beschreven. • Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing bij de Super Audio CD-speler of CD-speler. 1 Schakel de Super Audio CD-speler/CDspeler in en plaats de disc in de lade. 2 3 Schakel de receiver in. U kunt ook INPUT SELECTOR op de receiver gebruiken om "SA-CD/CD" te selecteren. Tips U kunt het geluidsveld aanpassen aan de muziek. Zie pagina 48 voor meer informatie. Aanbevolen geluidsvelden: Klassiek: HALL Jazz: JAZZ Live concert: CONCERT 34NL Druk op SA-CD/CD. 4 5 6 Speel de disc af. Stel een geschikt volume in. Als u de Super Audio CD/CD hebt beluisterd, verwijdert u de disc en schakelt u de receiver en de Super Audio CD-speler/CD-speler uit. Een DVD bekijken TV INPUT SLEEP AUTO CAL TV ?/1 AV ?/1 ?/1 SYSTEM STANDBY VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 TV SA-CD/CD TUNER 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 MUSIC 2 3 AMP MENU ?/1 MASTER VOLUME FM MODE >10/ - 0/10 DISPLAY D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER 7 INPUT SELECTOR SPEAKERS (OFF/A/B) CLEAR TOOLS MUTING DISPLAY F TV VOL MASTER VOL G g f RETURN/EXIT MENU TV CH – TV CH + PRESET – REPLAY ADVANCE PRESET + < < . > TUNING – m INPUT MODE D.TUNING 7 AUTO CAL MIC MEMORY/ ENTER TUNING MODE TUNING 2CH A.F.D. MOVIE MUSIC AUTO CAL DIRECT PHONES 3 TUNING + H M X x TV Opmerkingen • Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de televisie en DVD-speler voor meer informatie. • Controleer het volgende als u niet naar meerkanaals geluid kunt luisteren. – Zorg ervoor dat de receiver is aangesloten op de DVDspeler via een digitale aansluiting. – Zorg ervoor dat de digitale geluidsuitvoer van de DVDspeler juist is ingesteld. Tips • Selecteer indien nodig de geluidsindeling van de disc die u wilt afspelen. • U kunt het geluidsveld aanpassen aan de film/muziek. Zie pagina 48 voor meer informatie. Aanbevolen geluidsvelden: Film: C.ST.EX Muziek: CONCERT 1 2 3 Schakel de televisie en DVD-speler in. Schakel de receiver in. Druk op DVD. U kunt ook INPUT SELECTOR op de receiver gebruiken om "DVD" te selecteren. 4 Wijzig de ingang van de televisie zodat het beeld van de DVD wordt weergegeven. 5 Stel de DVD-speler in. Raadpleeg ook de "Beknopte installatiegids" die bij de receiver wordt geleverd. 6 7 8 Speel de disc af. Stel een geschikt volume in. Als u de DVD hebt bekeken, verwijdert u de disc en schakelt u de receiver, de televisie en de DVD-speler uit. 35NL Afspelen SAT DVD 6 Versterkerfuncties De instelling wordt automatisch ingevoerd. De menu's gebruiken Met de versterkermenu's kunt u verschillende instellingen wijzigen om de receiver aan te passen. 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 FM MODE - 0/10 D.TUNING D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER CLEAR TOOLS MUTING DISPLAY F 2-6 G TV VOL MASTER VOL g f RETURN/EXIT MENU TV CH – TV CH + PRESET – REPLAY ADVANCE PRESET + < < . > 1 Druk op AMP MENU. "1-LEVEL" wordt in het display weergegeven. 2 Druk herhaaldelijk op V/v om het gewenste menu te selecteren. 3 Druk op openen. 4 Druk herhaaldelijk op V/v om de parameter te selecteren die u wilt aanpassen. 5 Druk op of b om de parameter in te voeren. 36NL Terugkeren naar het vorige display Druk op B. MUSIC AMP MENU >10/ Druk herhaaldelijk op V/v om de gewenste instelling te selecteren. of b om het menu te Het menu sluiten Druk op AMP MENU. Opmerking Bepaalde parameters en instellingen worden gedimd weergegeven in het display. Dit houdt in dat deze niet beschikbaar zijn of zijn vastgelegd en niet kunnen worden gewijzigd. Overzicht van de menu's De volgende opties zijn beschikbaar in elk menu. Zie pagina 36 voor meer informatie over het gebruik van de menu's. Parameters [Display] Instellingen Oorspronkelijke instelling LEVEL [1-LEVEL] (pagina 39) Testtoona) [T. TONE] T. TONE Y, T. TONE N T. TONE N Balans voorluidsprekera) [FRT BAL] BAL. L +1 tot BAL. L +8, BALANCE, BALANCE BAL. R +1 tot BAL. R +8 Niveau middenluidspreker [CNT LVL] CNT –10 dB tot CNT +10 dB (stap van 1 dB) CNT 0 dB Niveau surroundluidspreker links [SL LVL ] SUR L –10 dB tot SUR L +10 dB (stap van 1 dB) SUR L 0 dB Niveau surroundluidspreker rechts [SR LVL] SUR R –10 dB tot SUR R +10 dB (stap van 1 dB) SUR R 0 dB Niveau subwoofer [SW LVL] SW –10 dB tot SW +10 dB (stap van 1 dB) SW 0 dB Compressiemethode dynamisch bereika) [D. RANGE] COMP. OFF, COMP. STD, COMP. MAX COMP. OFF Niveau lage tonen voorluidspreker [BASS LVL] BASS –6 dB tot BASS +6 dB (stap van 1 dB) BASS 0 dB Niveau hoge tonen voorluidspreker [TRE LVL] TRE –6 dB tot TRE +6 dB (stap van 1 dB) TRE 0 dB Selectie geluidsvelda) [S.F. SELCT] 2CH ST., A.F.D. AUTO, DOLBY PL, PLII MV, PLII MS, MULTI ST., C.ST.EX A, C.ST.EX B, C.ST.EX C, HALL, JAZZ, CONCERT 2CH ST. voor: TUNER, SA-CD/CD, TV; A.F.D. AUTO voor: DVD, SAT, VIDEO 1, 2 Effectniveaua) [EFFECT] EFCT. MIN, EFCT. STD, EFCT. MAX EFCT. STD Ontvangststand FM-zendersa) [FM MODE] FM AUTO, FM MONO FM AUTO TONE [2-TONE] (pagina 40) SUR [3-SUR] (pagina 40) TUNER [4-TUNER] (pagina 41) Versterkerfuncties Menu [Display] Voorkeurzenders benoemena) [NAME IN] wordt vervolgd 37NL Menu [Display] Parameters [Display] Instellingen Oorspronkelijke instelling AUDIO [5-AUDIO] (pagina 41) Decoderingsprioriteit digitale audio-invoera) [DEC. PRI.] DEC. AUTO, DEC. PCM DEC. AUTO voor: SAT, VIDEO 2; DEC. PCM voor: DVD Taalselectie digitale uitzendingena) [DUAL] DUAL M/S, DUAL M, DUAL S, DUAL M+S DUAL M Audio- en video-uitvoer synchroniserena) [A.V. SYNC.] A.V.SYNC. Y, A.V.SYNC. N A.V. SYNC. N Subwoofera) [SW SPK] YES, NO YES Voorluidsprekersa) [FRT SPK] LARGE, SMALL LARGE Middenluidsprekersa) [CNT SPK] LARGE, SMALL, NO LARGE Surroundluidsprekersa) [SUR SPK] LARGE, SMALL, NO LARGE Afstand voorluidsprekersa) [FRT DIST.] DIST. 1.0 m tot DIST. 7.0 m (stap van 0,1 m) DIST. 3.0 m Afstand middenluidsprekera) [CNT DIST.] DIST. xx m tussen de afstand van de voorluidspreker en 1,5 m (stap van 0,1 m) DIST. 3.0 m Afstand surroundluidspreker linksa) [SL DIST.] DIST. xx m tussen de afstand van de voorluidspreker en 4,5 m (stap van 0,1 m) DIST. 3.0 m Afstand surroundluidspreker rechtsa) [SR DIST.] DIST. xx m tussen de afstand van de voorluidspreker en 4,5 m (stap van 0,1 m) DIST. 3.0 m Positie surroundluidsprekera) [SUR POS.] SIDE/LO, SIDE/HI, BEHD/LO, BEHD/HI SIDE/LO Crossoverfrequentie luidsprekera) [CRS. FREQ] CRS > 40 Hz tot CRS > 160 Hz CRS > 100 Hz Helderheid displaya) [DIMMER] 0% dim, 40% dim, 70% dim 0% dim Automatische Kalibratiea) [AUTO CAL] A.CAL YES, A.CAL NO A.CAL NO Ingangen benoemena) [NAME IN] SYSTEM [6-SYSTEM] (pagina 42) A. CAL [7-A. CAL] (pagina 46) a) Zie de pagina's tussen haakjes voor meer informatie. 38NL Het niveau aanpassen (Menu LEVEL) Parameters van het menu LEVEL Hiermee kunt u het dynamische bereik van het geluidsspoor comprimeren. Dit kan handig zijn als u 's avonds laat films bekijkt met het geluid zacht. Compressie van het dynamische bereik is alleen mogelijk met Dolby Digitalbronnen. • COMP. OFF Het dynamische bereik wordt niet gecomprimeerd. • COMP. STD Het dynamische bereik wordt gecomprimeerd zoals bedoeld door de opnametechnicus. • COMP. MAX Het dynamische bereik wordt aanzienlijk gecomprimeerd. x T. TONE (Testtoon) Tip Hiermee kunt u de niveaus en de balans van de luidsprekers aanpassen terwijl u vanuit de luisterpositie de testtoon beluistert. Zie "8: De niveaus en de balans van de luidsprekers aanpassen (TEST TONE)" (pagina 32) voor meer informatie. Met de compressiemethode voor het dynamische bereik kunt u het dynamische bereik van het geluidsspoor comprimeren op basis van de gegevens voor het dynamische bereik in het Dolby Digitalsignaal. "COMP. STD" is de standaardinstelling, maar biedt weinig compressie. Daarom kunt u het beste de instelling "COMP. MAX" gebruiken. Hiermee wordt het dynamische bereik aanzienlijk gecomprimeerd en kunt u 's avonds laat films bekijken met het geluid zacht. In tegenstelling tot analoge beperkingsmethoden zijn de niveaus vooraf vastgelegd en bieden een natuurlijke compressie. x FRT BAL (Balans voorluidspreker) Hiermee kunt u de balans tussen de linker- en rechtervoorluidsprekers aanpassen. x CNT LVL (Niveau middenluidspreker) x SL LVL (Niveau surroundluidspreker links) x SR LVL (Niveau surroundluidspreker rechts) x SW LVL (Niveau subwoofer) 39NL Versterkerfuncties U kunt het menu LEVEL gebruiken om de balans en het niveau van elke luidspreker aan te passen. Deze instellingen worden op alle geluidsvelden toegepast. Selecteer "1-LEVEL" in de versterkermenu's. Zie "De menu's gebruiken" (pagina 36) en "Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor meer informatie over het aanpassen van de parameters. x D. RANGE (Compressiemethode dynamisch bereik) De toon aanpassen (Menu TONE) Met het menu TONE kunt u de toonkwaliteit (lage/hoge tonen) van de voorluidsprekers aanpassen. Deze instellingen worden op alle geluidsvelden toegepast. Selecteer "2-TONE" in de versterkermenu's. Zie "De menu's gebruiken" (pagina 36) en "Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor meer informatie over het aanpassen van de parameters. Instellingen voor surround sound (Menu SUR) U kunt het menu SUR gebruiken om het gewenste geluidsveld te selecteren. Selecteer "3-SUR" in de versterkermenu's. Zie "De menu's gebruiken" (pagina 36) en "Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor meer informatie over het aanpassen van de parameters. Parameters van het menu SUR Parameters van het menu TONE x BASS LVL (Niveau lage tonen voorluidspreker) x TRE LVL (Niveau hoge tonen voorluidspreker) x S.F. SELCT (Selectie geluidsveld) Hiermee kunt u het gewenste geluidsveld selecteren. Zie "Surround sound beluisteren" (pagina 46) voor meer informatie over het geluidsveld. Opmerking Met de receiver kunt u het laatstgeselecteerde geluidsveld toepassen op een ingang wanneer deze wordt geselecteerd (Sound Field Link). Als u bijvoorbeeld "HALL" selecteert voor de SA-CD/CD-ingang en vervolgens overschakelt naar een andere ingang en weer terugkeert naar SA-CD/ CD, wordt "HALL" automatisch opnieuw toegepast. x EFFECT (Effectniveau) Hiermee kunt u de "aanwezigheid" van het surroundeffect aanpassen voor geluidsvelden die zijn geselecteerd met de toetsen MOVIE en MUSIC en voor het geluidsveld "HP THEA". • EFCT. MIN Het surroundeffect is minimaal. • EFCT. STD Het surroundeffect is standaard. • EFCT. MAX Het surroundeffect is maximaal. 40NL Audio-instellingen (Menu TUNER) (Menu AUDIO) U kunt het menu TUNER gebruiken om de ontvangststand voor FM-zenders in te stellen en om voorkeurzenders te benoemen. Selecteer "4-TUNER" in de versterkermenu's. Zie "De menu's gebruiken" (pagina 36) en "Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor meer informatie over het aanpassen van de parameters. U kunt het menu AUDIO gebruiken om de gewenste audio-instellingen op te geven. Selecteer "5-AUDIO" in de versterkermenu's. Zie "De menu's gebruiken" (pagina 36) en "Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor meer informatie over het aanpassen van de parameters. Parameters van het menu TUNER x FM MODE (Ontvangststand FMzenders) • FM AUTO Met deze receiver wordt het signaal als stereosignaal gedecodeerd als de radiozender in stereo wordt uitgezonden. • FM MONO Met deze receiver wordt het signaal als monosignaal gedecodeerd, ongeacht het ontvangstsignaal. x NAME IN (Voorkeurzenders benoemen) Hiermee kunt u de naam voor voorkeurzenders opgeven. Zie "Voorkeurzenders benoemen" (pagina 56) voor meer informatie. Parameters van het menu AUDIO x DEC. PRI. (Decoderingsprioriteit digitale audio-invoer) Hiermee kunt u de ingangsstand opgeven voor de digitale signaalinvoer naar de DIGITAL INaansluitingen. • DEC. AUTO De ingangsstand wordt automatisch geschakeld tussen DTS, Dolby Digital of PCM. • DEC. PCM PCM-signalen krijgen prioriteit (om onderbreking te voorkomen als het afspelen wordt gestart). Als er echter andere signalen worden ingevoerd, wordt er wellicht geen geluid uitgevoerd, afhankelijk van de indeling. Stel in dit geval "DEC. AUTO" in. Opmerking Als "DEC. AUTO" is ingesteld en het geluid via de digitale audioaansluitingen (voor een CD, enzovoort) is onderbroken wanneer het afspelen wordt gestart, stelt u "DEC. PCM" in. wordt vervolgd 41NL Versterkerfuncties Tuner-instellingen x DUAL (Taalselectie digitale uitzendingen) Hiermee selecteert u de taal waarnaar u tijdens digitale uitzendingen wilt luisteren. Deze functie werkt alleen voor Dolby Digitalbronnen. • DUAL M/S (Hoofd/Sub) Het geluid van de hoofdtaal wordt uitgevoerd via de linkervoorluidspreker en het geluid van de subtaal wordt tegelijkertijd via de rechtervoorluidspreker uitgevoerd. • DUAL M (Hoofd) Geluid van de hoofdtaal wordt uitgevoerd. • DUAL S (Sub) Geluid van de subtaal wordt uitgevoerd. • DUAL M+S (Hoofd + Sub) Gecombineerd geluid van de hoofd- en subtalen wordt uitgevoerd. x A.V. SYNC. (Audio- en videouitvoer synchroniseren) • A.V.SYNC. Y (Ja) (Vertragingstijd: 68 ms) De audio-uitvoer wordt vertraagd om het tijdsinterval tussen de audio-uitvoer en de visuele weergave te beperken. • A.V.SYNC. N (Nee) (Vertragingstijd: 0 ms) De audio-uitvoer wordt niet vertraagd. Opmerkingen • Deze parameter is handig wanneer u een grote LCD- of plasmatelevisie of een projector gebruikt. • Deze parameter is alleen geldig als u een geluidsveld gebruikt dat u hebt geselecteerd met de toetsen 2CH of A.F.D. • In de volgende gevallen is deze parameter niet geldig – Er worden PCM 96 kHz- of DTS 2048-signalen ingevoerd. – De functie ANALOG DIRECT is geselecteerd. x NAME IN (Ingangen benoemen) Hiermee kunt u de naam voor ingangen opgeven. Zie "Ingangen benoemen" (pagina 59) voor meer informatie. 42NL Systeem-instellingen (Menu SYSTEM) U kunt met het menu SYSTEM het formaat en de afstand instellen van de luidsprekers die zijn aangesloten op dit systeem. Selecteer "6-SYSTEM" in de versterkermenu's. Zie "De menu's gebruiken" (pagina 36) en "Overzicht van de menu's" (pagina 37) voor meer informatie over het aanpassen van de parameters. Parameters van het menu SYSTEM x SW SPK (Subwoofer) • YES Selecteer "YES" als u een subwoofer hebt aangesloten. • NO Selecteer "NO" als u geen subwoofer hebt aangesloten. Hiermee wordt het omleidingssysteem voor lage tonen ingeschakeld en worden de LFE-signalen via andere luidsprekers uitgevoerd. Tip Wilt u het omleidingssysteem voor lage tonen van Dolby Digital volledig benutten, dan kunt u het beste de kantelfrequentie op de subwoofer zo hoog mogelijk zetten. x FRT SPK (Voorluidsprekers) x CNT SPK (Middenluidspreker) • LARGE Als u een grote luidspreker aansluit waarmee lage frequenties zonder problemen worden weergegeven, selecteert u "LARGE". In de meeste gevallen selecteert u "LARGE". Zijn de voorluidsprekers echter ingesteld op "SMALL", dan kunt u de middenluidspreker niet instellen op "LARGE". • SMALL Wordt het geluid vervormd of zijn de surroundeffecten niet naar wens als u meerkanaals surround sound gebruikt, dan selecteert u "SMALL" om het omleidingssysteem voor lage tonen in te schakelen en de lage frequenties van het middenkanaal uit te voeren via de voorluidsprekers (indien ingesteld op "LARGE") of subwoofer. • NO Selecteer "NO" als u geen middenluidspreker hebt aangesloten. Het geluid van het middenkanaal wordt uitgevoerd via de voorluidsprekers. x SUR SPK (Surroundluidsprekers) • LARGE Als u grote luidsprekers aansluit waarmee lage frequenties zonder problemen worden weergegeven, selecteert u "LARGE". In de meeste gevallen selecteert u "LARGE". Zijn de voorluidsprekers echter ingesteld op "SMALL", dan kunt u de surroundluidsprekers niet instellen op "LARGE". • SMALL Wordt het geluid vervormd of zijn de surroundeffecten niet naar wens als u meerkanaals surround sound gebruikt, dan selecteert u "SMALL" om het omleidingssysteem voor lage tonen in te schakelen en de lage frequenties van het surroundkanaal uit te voeren via de subwoofer of andere luidsprekers met de instelling "LARGE". • NO Selecteer "NO" als u geen surroundluidsprekers hebt aangesloten. Tip De instellingen "LARGE" en "SMALL" voor elke luidspreker bepalen of de interne geluidsprocessor de lage tonen uit het betreffende kanaal verwijdert. Als de lage tonen uit een kanaal worden verwijderd, verzendt het omleidingssysteem voor lage tonen de bijbehorende lage frequenties naar de subwoofer of andere luidsprekers met de instelling "LARGE". Aangezien lage tonen echter enigszins gericht zijn, kunt u deze het beste, indien mogelijk, niet verwijderen. Daarom kunt u zelfs kleine luidsprekers instellen op "LARGE" als u de lage frequenties wilt uitvoeren via deze luidspreker. Gebruikt u echter een grote luidspreker en wilt u de lage frequenties niet uitvoeren via deze luidspreker, dan stelt u deze in op "SMALL". Als het totale geluidsniveau lager is dan gewenst, stelt u alle luidsprekers in op "LARGE". Als er te weinig lage tonen zijn, kunt u met de toon de niveaus van de lage tonen versterken. Zie pagina 37 voor meer informatie. wordt vervolgd 43NL Versterkerfuncties • LARGE Als u grote luidsprekers aansluit waarmee lage frequenties zonder problemen worden weergegeven, selecteert u "LARGE". In de meeste gevallen selecteert u "LARGE". Is de subwoofer ingesteld op "NO", dan worden de voorluidsprekers automatisch ingesteld op "LARGE". • SMALL Wordt het geluid vervormd of zijn de surroundeffecten niet naar wens als u meerkanaals surround sound gebruikt, dan selecteert u "SMALL" om het omleidingssysteem voor lage tonen in te schakelen en de lage frequenties van de voorkanalen uit te voeren via de subwoofer. Als de voorluidsprekers zijn ingesteld op "SMALL", worden de midden- en surroundluidsprekers ook automatisch ingesteld op "SMALL" (tenzij deze eerder zijn ingesteld op "NO"). x FRT DIST. (Afstand voorluidspreker) Hiermee kunt u de afstand van de luisterpositie tot de voorluidsprekers instellen (A). Als beide voorluidsprekers niet op gelijke afstand van uw luisterpositie zijn geplaatst, stelt u de afstand in als de gemiddelde afstand tussen de voorluidsprekers. B A 30Ëš 100Ëš-120Ëš 30Ëš A 100Ëš-120Ëš C D x CNT DIST. (Afstand middenluidspreker) Hiermee kunt u de afstand van de luisterpositie tot de middenluidspreker instellen. U moet de afstand van de middenluidspreker instellen tussen de afstand van de voorluidspreker (A) en 1,5 meter dichter bij de luisterpositie (B). x SL DIST. (Afstand surroundluidspreker links) Hiermee kunt u de afstand van de luisterpositie tot de surroundluidspreker links instellen. U moet de afstand van de surroundluidspreker links instellen tussen de afstand van de voorluidspreker (A) en 4,5 meter dichter bij de luisterpositie (C). x SR DIST. (Afstand surroundluidspreker rechts) Hiermee kunt u de afstand van de luisterpositie tot de surroundluidspreker rechts instellen. U moet de afstand van de surroundluidspreker rechts instellen tussen de afstand van de voorluidspreker (A) en 4,5 meter dichter bij de luisterpositie (D). 44NL Tip Op de receiver kunt u de luidsprekerpositie op basis van afstand invoeren. U kunt de middenluidspreker echter niet verder weg zetten dan de voorluidsprekers. Bovendien kunt u de middenluidspreker niet meer dan 1,5 meter dichter bij de luisterpositie zetten dan de voorluidsprekers. U kunt evenmin de surroundluidsprekers verder van de luisterpositie zetten dan de voorluidsprekers. Deze kunnen bovendien niet meer dan 4,5 meter dichter bij de luisterpositie worden gezet dan de voorluidsprekers. Deze beperkingen gelden omdat een onjuiste opstelling van de luidsprekers een negatieve invloed heeft op surround sound. Als u de luidsprekerafstand dichter bij instelt dan de werkelijke locatie van de luidsprekers, wordt het geluid met vertraging uitgevoerd via de betreffende luidspreker. Dit houdt in dat de luidspreker verder weg klinkt. Als u bijvoorbeeld de afstand van de middenluidspreker 1-2 meter dichter bij instelt dan de werkelijke afstand, geeft dit een natuurgetrouw effect alsof u zich "in" het beeldscherm bevindt. Als u geen goed surroundeffect krijgt omdat de surroundluidsprekers te dichtbij staan, stelt u de afstand van de surroundluidspreker dichter bij (korter) in dan de werkelijke afstand om een groter geluidsgebied te maken. Als u deze parameter aanpast terwijl u naar het geluid luistert, kunt u het surround sound aanzienlijk verbeteren. Probeer het maar! x SUR POS. (Positie surroundluidspreker) Hiermee kunt u de locatie van de surroundluidsprekers opgeven voor de juiste uitvoering van de surroundeffecten in de Cinema Studio EX-standen (pagina 49). Dit instelitem is niet beschikbaar als de surroundluidspreker is ingesteld op "NO" (pagina 38). Tip x CRS. FREQ (Crossoverfrequentie luidspreker) Hiermee kunt u de crossoverfrequentie voor lage tonen instellen voor de luidsprekers die zijn ingesteld op "SMALL" in het menu SYSTEM. Dit instelitem is alleen beschikbaar wanneer ten minste één luidspreker is ingesteld op "SMALL" en de bijbehorende luidsprekeraanduiding knippert in het display. x DIMMER (Helderheid display) Hiermee kunt u de helderheid in 3 stappen aanpassen. 45NL Versterkerfuncties • SIDE/LO Selecteer deze optie als de locatie van de surroundluidsprekers overeenkomt met gedeelte A en C. • SIDE/HI Selecteer deze optie als de locatie van de surroundluidsprekers overeenkomt met gedeelte A en D. • BEHD/LO Selecteer deze optie als de locatie van de surroundluidsprekers overeenkomt met gedeelte B en C. • BEHD/HI Selecteer deze optie als de locatie van de surroundluidsprekers overeenkomt met gedeelte B en D. De positie van de surroundluidspreker is speciaal ontworpen voor de uitvoering van de Cinema Studio EX-standen. Voor andere geluidsvelden is de luidsprekerpositie niet zo belangrijk. Deze geluidsvelden zijn ontworpen in de veronderstelling dat de surroundluidsprekers achter de luisterpositie worden geplaatst, maar de uitvoering blijft ongeveer net zo constant als de surroundluidsprekers in een bredere hoek zijn geplaatst. Als de luidsprekers echter naar de luisteraar zijn gericht, direct links en rechts van de luisterpositie, worden de surroundeffecten onduidelijk tenzij deze zijn ingesteld op "SIDE/LO" of "SIDE/HI". Desondanks kent elke luisterpositie verschillen, bijvoorbeeld door weerkaatsing van het geluid op de muur. U krijgt wellicht een beter resultaat met "BEHD/HI" als de luidsprekers ver boven de luisterpositie zijn geplaatst, zelfs als deze zich direct links en rechts van de luisterpositie bevinden. Hoewel u hiervoor wellicht een andere instelling nodig hebt dan hierboven is uitgelegd, kunt u het beste gecodeerde software voor meerkanaals surround sound afspelen en een instelling selecteren die een goed ruimtelijk effect biedt en waarmee u de beste overgang krijgt tussen het surround sound van de surroundluidsprekers en het geluid van de voorluidsprekers. Als u niet zeker weet wat het beste klinkt, selecteert u "BEHD/LO" of "BEHD/HI" en gebruikt u de parameter voor de luidsprekerafstand en de aanpassingen van het luidsprekerniveau om de juiste balans te krijgen. De juiste instellingen automatisch kalibreren (Menu A. CAL) Zie "7: De juiste instellingen automatisch kalibreren (AUTO CALIBRATION)" (pagina 28) voor meer informatie. Surround sound beluisteren Dolby Digital en DTS surround sound beluisteren (AUTO FORMAT DIRECT) Met de stand Auto Format Direct (A.F.D.) kunt u geluid met hoge kwaliteit beluisteren en de decodeerstand voor het beluisteren van 2-kanaals stereogeluid als meerkanaals geluid selecteren. VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 SAT TV 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 DVD SA-CD/CD TUNER A.F.D. MUSIC AMP MENU Druk herhaaldelijk op A.F.D. om het gewenste geluidsveld selecteren. Zie "A.F.D.-standen" (pagina 47) voor meer informatie. 46NL A.F.D.-standen Meerkanaals geluid na decodering Effect (Automatische herkenning) (Automatische herkenning) Het geluid wordt weergegeven alsof dit is opgenomen/gecodeerd zonder toegevoegde surroundeffecten. Deze receiver genereert een signaal met lage frequentie voor uitvoer naar de subwoofer als er geen LFE-signalen zijn. Dolby Pro Logic PRO LOGIC [DOLBY PL] 4-kanaals Decodering in de Dolby Pro Logic-stand wordt uitgevoerd. De bron die in 2-kanaals indeling is opgenomen, wordt gedecodeerd in 4.1-kanaals indeling. Dolby Pro Logic PRO LOGIC II MOVIE II [PLII MV] 5-kanaals Decodering in de Dolby Pro Logic II Movie-stand wordt uitgevoerd. Deze instelling is ideaal voor films die zijn gecodeerd met Dolby Surround. Bovendien kan deze stand het geluid reproduceren in 5.1-kanaals indeling wanneer u video's met oude of nagesynchroniseerde films bekijkt. PRO LOGIC II MUSIC [PLII MS] 5-kanaals Decodering in de Dolby Pro Logic II Music-stand wordt uitgevoerd. Deze instelling is ideaal voor gewone stereobronnen, zoals CD's. MULTI STEREO [MULTI ST.] (Multi Stereo) 2-kanaals linker-/rechtersignalen worden via alle luidsprekers uitgevoerd. Het geluid wordt wellicht niet via bepaalde luidsprekers uitgevoerd, afhankelijk van de luidsprekerinstellingen. (Multi Stereo) A.F.D. AUTO [A.F.D. AUTO] wordt vervolgd 47NL Surround sound beluisteren Decodeerstand A.F.D.-stand [Display] Als u een subwoofer aansluit Deze receiver genereert een signaal met lage frequentie voor uitvoer naar de subwoofer wanneer er geen LFE-signaal is. Het LFEsignaal is een geluidseffect voor lage tonen uitgevoerd via een subwoofer naar een 2-kanaals signaal. Opmerking Deze functie werkt niet als – ANALOG DIRECT is geselecteerd. – signalen met een bemonsteringsfrequentie van meer dan 48 kHz worden uitgevoerd. Een voorgeprogrammeerd geluidsveld selecteren U kunt genieten van surround sound door een van de voorgeprogrammeerde geluidsvelden van de receiver te selecteren. Hiermee krijgt u thuis het geweldige en krachtige geluid van bioscopen en concertzalen. 2CH SAT TV 2CH A.F.D. SA-CD/CD TUNER MOVIE MUSIC MUSIC AMP MENU A.F.D. 1 2 3 4 5 6 FM MODE MOVIE Druk herhaaldelijk op MOVIE om een geluidsveld voor films te selecteren of druk herhaaldelijk op MUSIC om een geluidsveld voor muziek te selecteren. Zie "Beschikbare geluidsvelden" (pagina 49) voor meer informatie. 48NL Beschikbare geluidsvelden Geluidsveld voor Geluidsveld [Display] Effect Film CINEMA STUDIO EX A DCS [C.ST.EX A] Reproduceert de geluidskenmerken van de Sony Pictures Entertainment "Cary Grant Theater" filmstudio. Dit is de standaardinstelling die voor bijna elk type film geschikt is. CINEMA STUDIO EX B DCS [C.ST.EX B] Reproduceert de geluidskenmerken van de Sony Pictures Entertainment "Kim Novak Theater" filmstudio. Deze stand is ideaal voor sciencefictionfilms of actiefilms met veel geluidseffecten. CINEMA STUDIO EX C DCS [C.ST.EX C] Reproduceert de geluidskenmerken van de Sony Pictures Entertainment geluidsstudio. Deze stand is ideaal voor het bekijken van musicals of films met orkestmuziek in de soundtrack. HALL [HALL] Reproduceert de akoestiek van een klassieke concertzaal. JAZZ CLUB [JAZZ] Reproduceert de akoestiek van een jazzclub. LIVE CONCERT [CONCERT] Reproduceert de akoestiek van een live concert in een zaal met 300 plaatsen. Hoofdtelefoon* HEADPHONE 2CH [HP 2CH] Deze stand wordt automatisch geselecteerd als u de hoofdtelefoon gebruikt wanneer de 2-kanaals stand (pagina 51)/A.F.D.-stand (pagina 47) is geselecteerd. Bij standaard 2kanaals stereobronnen wordt er helemaal geen geluidsveld verwerkt. Meerkanaals surroundindelingen worden gereduceerd tot 2 kanalen. HEADPHONE DIRECT [HP DIR] De analoge signalen worden zonder verwerking per toon, geluidsveld, enzovoort uitgevoerd. HEADPHONE THEATER DCS [HP THEA] Deze stand wordt automatisch geselecteerd als u de hoofdtelefoon gebruikt wanneer een geluidsveld voor film/ muziek is geselecteerd. Hiermee lijkt het net alsof u zich in de bioscoop bevindt als u via een hoofdtelefoon naar het geluid luistert. * U kunt dit geluidsveld alleen selecteren als de hoofdtelefoon is aangesloten op de receiver. wordt vervolgd 49NL Surround sound beluisteren Muziek DCS (Digital Cinema Sound) Opmerkingen Geluidsvelden met het teken DCS maken gebruik van de DCS-technologie. DCS is een unieke technologie voor geluidsreproductie in thuisbioscopen die ontwikkeld is door Sony, in samenwerking met Sony Pictures Entertainment, zodat u thuis kunt genieten van het uitstekende en krachtige geluid dat u in de bioscoop hoort. Met dit "Digital Cinema Sound", dat is ontwikkeld door de integratie van een DSP (digitale signaalprocessor) en gemeten gegevens, kunt u thuis het ideale geluidsveld tot stand brengen zoals dit is bedoeld door de filmmakers. • De effecten die worden verkregen met de virtuele luidsprekers, kunnen wellicht ruis veroorzaken in het weergavesignaal. • Als u geluidsvelden beluistert die werken met de virtuele luidsprekers, hoort u geen rechtstreeks geluid uit de surroundluidsprekers. • Deze functie werkt niet als – ANALOG DIRECT is geselecteerd. – signalen met een bemonsteringsfrequentie van meer dan 48 kHz worden uitgevoerd. • Als een van de geluidsvelden voor muziek is geselecteerd, wordt er geen geluid uitgevoerd via de subwoofer als alle luidsprekers zijn ingesteld op "LARGE" in het menu SYSTEM. Het geluid wordt echter uitgevoerd via de subwoofer als – het digitale invoersignaal LFE-signalen bevat. – de voor- en surroundluidsprekers zijn ingesteld op "SMALL". – het geluidsveld voor film is geselecteerd. CINEMA STUDIO EX-standen CINEMA STUDIO EX-standen zijn geschikt voor het bekijken van DVD's met films (enzovoort) met meerkanaals surroundeffecten. U kunt thuis de geluidskenmerken van de montagestudio van Sony Pictures Entertainment reproduceren. De CINEMA STUDIO EX-standen bestaan uit de volgende drie elementen. • Virtual Multi Dimension Er worden 5 sets virtuele luidsprekers gemaakt van één paar echte surroundluidsprekers. • Screen Depth Matching Met deze optie lijkt het geluid vanuit het scherm te komen, net zoals in de bioscoop. • Cinema Studio Reverberation Hiermee wordt het nagalmeffect in bioscopen gereproduceerd. De CINEMA STUDIO EX-standen integreren deze drie elementen tegelijkertijd. 50NL Tip De coderingsindeling van de DVD-software, enzovoort wordt aangegeven bij het logo op de verpakking. • : Dolby Digital-discs • : programma's die zijn gecodeerd met Dolby Surround • : programma's die zijn gecodeerd met DTS Digital Surround Het surroundeffect voor film/ muziek uitschakelen Druk op 2CH om "2CH ST." te selecteren of druk herhaaldelijk op A.F.D. om "A.F.D. AUTO" te selecteren. Het geluid zonder aanpassingen beluisteren (2CH STEREO) (ANALOG DIRECT) In deze stand voert de receiver het geluid alleen uit via de linker-/ rechtervoorluidsprekers. Er komt geen geluid uit de subwoofer. Bij standaard 2-kanaals stereobronnen wordt er helemaal geen geluidsveld verwerkt. Meerkanaals surroundindelingen worden gereduceerd tot 2 kanalen. U kunt het geluid van de geselecteerde ingang wijzigen in 2-kanaals analoge invoer. Met deze functie kunt u analoge bronnen van hoge kwaliteit beluisteren. Als u deze functie gebruikt, kunt u alleen het volume en de balans van de voorluidspreker aanpassen. SAT TV ?/1 SA-CD/CD TUNER MASTER VOLUME DISPLAY INPUT MODE INPUT SELECTOR SPEAKERS (OFF/A/B) 2CH A.F.D. MOVIE MUSIC 2CH AUTO CAL MIC MEMORY/ ENTER TUNING MODE TUNING 2CH A.F.D. MOVIE AUTO CAL MUSIC DIRECT PHONES AMP MENU 1 2 3 4 5 6 FM MODE Druk op 2CH. Opmerking Geluidsveldtoetsen 1 Er komt geen geluid uit de subwoofer in de stand 2CH STEREO. Wilt u 2-kanaals stereobronnen beluisteren via de linker-/rechtervoorluidsprekers en een subwoofer, dan selecteert u "A.F.D. AUTO" (pagina 47). 1 2 Draai INPUT SELECTOR op de receiver om de ingang te selecteren die u met analoog geluid wilt beluisteren. U kunt ook de ingangstoetsen op de afstandsbediening gebruiken. 2 Druk op DIRECT op de receiver. Het analoge geluid wordt uitgevoerd. ANALOG DIRECT annuleren Druk nogmaals op DIRECT op de receiver. U kunt ook op een van de geluidsveldtoetsen drukken. Opmerking Als de hoofdtelefoon is aangesloten, wordt "HP DIR" in het display weergegeven. 51NL Surround sound beluisteren Alleen de voorluidsprekers gebruiken De oorspronkelijke instellingen van de geluidsvelden herstellen Gebruik hiervoor de toetsen op de receiver. 1,2 ?/1 MASTER VOLUME DISPLAY TUNING 2CH A.F.D. MOVIE MUSIC AUTO CAL DIRECT PHONES 2 1 Druk op ?/1 om de stroom uit te schakelen. 2 Houd 2CH ingedrukt en druk op ?/1. "S.F. CLR." wordt in het display weergegeven en alle oorspronkelijke instellingen van de geluidsvelden worden hersteld. 52NL U kunt naar FM- en AM-uitzendingen luisteren via de ingebouwde tuner. Voordat u de tuner gebruikt, moet u de FM- en AMantennes op de receiver aansluiten (pagina 25). Tip AUTO CAL MIC TUNING MODE FM-/AM-radio beluisteren INPUT MODE INPUT SELECTOR SPEAKERS (OFF/A/B) MEMORY/ ENTER Tunerfuncties Het afsteminterval voor handmatig afstemmen verschilt, afhankelijk van de landcode die in de volgende tabel wordt weergegeven. Zie pagina 3 voor meer informatie over landcodes. Landcode FM AM U, CA 100 kHz 10 kHz* CEL, CEK, AU, TW, KR, TH6, SP 50 kHz 9 kHz E2 50 kHz 9 kHz* * Het AM-afsteminterval kan worden gewijzigd (pagina 69). Bij slechte stereo-FM-ontvangst Automatisch afstemmen VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 SAT TV 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 4 5 6 DVD SA-CD/CD TUNER 1 MUSIC AMP MENU FM MODE 7 - 9 8 >10/ 0/10 FM MODE D.TUNING D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER Als de stereo-FM-ontvangst slecht is en "ST" knippert in het display, selecteert u monogeluid zodat het geluid minder wordt vervormd. Druk herhaaldelijk op FM MODE tot de aanduiding "MONO" in het display gaat branden. Als u wilt terugkeren naar stereo, drukt u herhaaldelijk op FM MODE tot de aanduiding "MONO" in het display niet meer brandt. Handmatig afstemmen CLEAR TOOLS MUTING DISPLAY F Geef de zenderfrequentie handmatig op met de cijfertoetsen. TV VOL MASTER VOL G g VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 DVD RETURN/EXIT MENU TV CH – TV CH + PRESET – REPLAY ADVANCE PRESET + < < . > TUNING – m TUNING + H M TV X 1 2 2 Druk op TUNING + of TUNING –. Druk op TUNING + om van laag naar hoog te zoeken en druk op TUNING – om van hoog naar laag te zoeken. Het zoeken wordt onderbroken als een zender wordt ontvangen. De bedieningselementen op de receiver gebruiken 1 Draai INPUT SELECTOR om de FM- of AM-band te selecteren. 2 Druk herhaaldelijk op TUNING MODE om "AUTO T." te selecteren. 3 Druk op TUNING + of TUNING –. TV SA-CD/CD TUNER 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 1 MUSIC AMP MENU x Druk herhaaldelijk op TUNER om de FM- of AM-band te selecteren. SAT Tunerfuncties f 3 FM MODE >10/ - 0/10 D.TUNING D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER CLEAR 1 2 4 Druk herhaaldelijk op TUNER om de FM- of AM-band te selecteren. U kunt ook INPUT SELECTOR op de receiver gebruiken. 2 3 Druk op D.TUNING. Druk op de cijfertoetsen om de frequentie op te geven. Voorbeeld 1: FM 102,50 MHz Selecteer 1 b 0 b 2 b 5 b 0 Voorbeeld 2: AM 1.350 kHz Selecteer 1 b 3 b 5 b 0 Als u hebt afgestemd op een AM-zender, past u de richting van de AMkaderantenne aan voor een optimale ontvangst. wordt vervolgd 53NL 4 Druk op ENTER. U kunt ook MEMORY/ENTER op de receiver gebruiken. Als u niet kunt afstemmen op een zender Controleer of u de juiste frequentie hebt ingevoerd. Zo niet, dan herhaalt u stap 2 tot en met 4. Als u nog steeds niet op een zender kunt afstemmen, wordt de frequentie niet gebruikt in uw regio. Radiozenders instellen U kunt maximaal 30 FM-zenders en 30 AMzenders vooraf instellen. Zo kunt u gemakkelijk afstemmen op de zenders die u vaak beluistert. Radiozenders instellen VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 SAT TV 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 DVD SA-CD/CD TUNER 1 MUSIC AMP MENU 4 FM MODE >10/ - 0/10 D.TUNING D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER CLEAR TOOLS MUTING DISPLAY F 3,5 TV VOL MASTER VOL G g f RETURN/EXIT MENU TV CH – TV CH + PRESET – REPLAY ADVANCE PRESET + < < . > TUNING – m PRESET +/– TUNING + H M X x TV 1 Druk herhaaldelijk op TUNER om de FM- of AM-band te selecteren. U kunt ook INPUT SELECTOR op de receiver gebruiken. 2 Stem automatisch (pagina 53) of handmatig (pagina 53) af op de zender die u wilt instellen. Wijzig, indien nodig, de FMontvangststand (pagina 53). 54NL 3 Druk op MEMORY. U kunt ook MEMORY/ENTER op de receiver gebruiken. "MEMORY" brandt een aantal seconden. Voer stap 4 en 5 uit voordat "MEMORY" uitgaat. 4 Druk op de cijfertoetsen om een voorinstelnummer te selecteren. U kunt ook op de PRESET + of PRESET – drukken om een voorinstelnummer te selecteren. Als "MEMORY" uitgaat voordat u het voorinstelnummer selecteert, moet u de procedure nogmaals uitvoeren vanaf stap 3. SAT TV 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Herhaal stap 1 tot en met 5 om nog een zender in te stellen. DVD SA-CD/CD TUNER 1 MUSIC AMP MENU FM MODE Cijfertoetsen >10/ - 0/10 D.TUNING D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER CLEAR ENTER TOOLS MUTING DISPLAY F TV VOL MASTER VOL G g f Druk op ENTER. U kunt ook MEMORY/ENTER op de receiver gebruiken. De zender wordt opgeslagen onder het geselecteerde voorinstelnummer. Als "MEMORY" uitgaat voordat u op ENTER drukt, moet u de procedure nogmaals uitvoeren vanaf stap 3. 6 VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 RETURN/EXIT MENU TV CH – TV CH + PRESET – REPLAY ADVANCE PRESET + < < . > 2 1 Druk herhaaldelijk op TUNER om de FM- of AM-band te selecteren. 2 Druk herhaaldelijk op PRESET + of PRESET – om de gewenste voorkeurzender te selecteren. Wanneer u op de toets drukt, kunt u de voorkeurzender als volgt selecteren: 01 02 03 30 04 29 05 ... 27 28 U kunt ook op de cijfertoetsen drukken om de gewenste voorkeurzender te selecteren. Druk vervolgens op ENTER om de selectie op te geven. wordt vervolgd 55NL Tunerfuncties 5 Afstemmen op voorkeurzenders De bedieningselementen op de receiver gebruiken 5 Druk op openen. 1 Draai INPUT SELECTOR om de FM- of 6 Druk herhaaldelijk op V/v om "NAME IN" te selecteren. 7 Druk op of b om de parameter in te voeren. AM-band te selecteren. 2 Druk herhaaldelijk op TUNING MODE om "PRESET T." te selecteren. 3 Druk herhaaldelijk op TUNING + of TUNING – om de gewenste voorkeurzender te selecteren. Voorkeurzenders benoemen of b om het menu te De cursor knippert en u kunt een teken selecteren. Voer de procedure bij "Een indexnaam maken" hieronder uit. Een indexnaam maken VIDEO 1 VIDEO 2 VIDEO 3 SAT TV 2CH A.F.D. MOVIE 1 2 3 DVD SA-CD/CD TUNER 1 Gebruik V/v/B/b om een indexnaam te 1 MUSIC AMP MENU 3 FM MODE 4 5 6 7 8 9 >10/ - 0/10 D.TUNING D.SKIP MEMORY DVD MENU ENTER CLEAR TOOLS MUTING DISPLAY F 4-7 G TV VOL MASTER VOL g f RETURN/EXIT 1 Druk herhaaldelijk op TUNER om de FM- of AM-band te selecteren. 2 Stem af op de voorkeurzender waarvoor u een indexnaam wilt maken (pagina 55). 3 Druk op AMP MENU. "1-LEVEL" wordt in het display weergegeven. 56NL Als u een fout hebt gemaakt Druk op B/b tot het teken knippert dat u wilt wijzigen en druk vervolgens op V/v om het juiste teken te selecteren. Tip U kunt het tekentype als volgt selecteren door op V/v te drukken. Alfabet (hoofdletters) t Cijfers t Symbolen 2 Druk op MENU U kunt ook INPUT SELECTOR op de receiver gebruiken. 4 maken. Druk op V/v om een teken te selecteren en druk vervolgens op B/b om de cursor naar de volgende positie te verplaatsen. Druk herhaaldelijk op V/v om "4-TUNER" te selecteren. . De opgegeven naam wordt vastgelegd. Opmerking (Alleen modellen met landcode CEL, CEK) Als u een RDS-zender een naam geeft en afstemt op de zender, wordt de naam van de programmaservice weergegeven in plaats van de naam die u hebt opgegeven. (U kunt de naam van de programmaservice niet wijzigen. De naam die u hebt opgegeven, wordt overschreven door de naam van de programmaservice.) RDS (Radio Data System) gebruiken (Alleen modellen met landcode CEL, CEK) Op deze receiver kunt u ook gebruikmaken van RDS (Radio Data System), waarmee radiozenders aanvullende informatie kunnen verzenden met het gewone programmasignaal. U kunt RDS-informatie weergeven. Opmerkingen RDS-uitzendingen ontvangen Stem handmatig (pagina 53) of automatisch (pagina 53) af op een zender in de FM-band of selecteer een voorkeurzender (pagina 55). Als u afstemt op een zender die RDS-services biedt, gaat "RDS" branden en wordt de naam van de programmaservice in het display weergegeven. Opmerking RDS functioneert wellicht niet goed als het ontvangstsignaal zwak is of als de zender waarop u hebt afgestemd, geen RDS-gegevens uitzendt. Druk herhaaldelijk op DISPLAY op de receiver tijdens de ontvangst van een RDS-zender. Wanneer u op de toets drukt, wordt de RDSinformatie in het display als volgt gewijzigd: Naam van programmaservice t Frequentie t Aanduiding van programmatypea) t Aanduiding van radiotekstb) t Aanduiding van huidige tijd (in 24-uurs notatie) t Geluidsveld dat momenteel wordt toegepast a) Het b) programmatype dat wordt uitgezonden. Tekstberichten die door de RDS-zender worden verzonden. Opmerkingen • Als er een noodbericht door de overheid wordt uitgezonden, knippert "ALARM" in het display. • Wanneer het bericht bestaat uit 9 tekens of meer, rolt het bericht in het display. • Als een zender een bepaalde RDS-service niet biedt, wordt "NO XXXX" (zoals "NO TEXT") in het display weergegeven. Beschrijving van programmatypen Aanduiding van Beschrijving programmatype NEWS Nieuwsprogramma's AFFAIRS Actualiteitenprogramma's waarin wordt ingegaan op het huidige nieuws INFO Programma's die informatie bieden over een breed scala aan onderwerpen, zoals consumentenzaken en medisch advies SPORT Sportprogramma's EDUCATE Educatieve programma's, zoals "hoe kan ik..." en adviesprogramma's DRAMA Hoorspelen en series CULTURE Programma's over nationale of regionale cultuur, zoals taal en sociale zaken wordt vervolgd 57NL Tunerfuncties • RDS is alleen beschikbaar voor FM-zenders. • Niet alle FM-zenders bieden de RDS-service, en ze bieden ook niet allemaal hetzelfde type services. Als u niet vertrouwd bent de RDS-services in uw regio, neemt u contact op met de lokale radiozenders voor meer informatie. RDS-informatie weergeven Aanduiding van Beschrijving programmatype SCIENCE Programma's over natuurwetenschappen en technologie VARIED Andere typen programma's, zoals interviews met sterren, spellen met een panel en comedy's POP M Programma's met populaire muziek ROCK M Programma's met rockmuziek EASY M Easy Listening LIGHT M Instrumentale muziek, zang en koormuziek CLASSICS Concerten van grote orkesten, kamermuziek, opera, enzovoort OTHER M Muziek die niet in de bovengenoemde categorieën past, zoals Rhythm & Blues en Reggae WEATHER Weerberichten FINANCE Programma's over aandelen en beurzen, enzovoort CHILDREN Programma's voor kinderen SOCIAL Programma's over mensen en de dingen die hen raken RELIGION Religieuze programma's PHONE IN Programma's waarin leden van het publiek hun standpunten onder woorden kunnen brengen via de telefoon of in een openbaar forum Overige functies Schakelen tussen digitaal en analoog geluid (INPUT MODE) Wanneer u componenten aansluit op de digitale en analoge audio-ingangen (SAT) op de receiver, kunt u de audio-ingangsstand vastleggen. 1 Draai INPUT SELECTOR op de receiver om de ingang te selecteren. U kunt ook de ingangstoetsen op de afstandsbediening gebruiken. 2 Druk herhaaldelijk op INPUT MODE op de receiver om de audio-ingangsstand te selecteren. De geselecteerde audio-ingangsstand wordt in het display weergegeven. Audio-ingangsstanden JAZZ Programma's met jazzmuziek COUNTRY Programma's met countrymuziek NATION M Programma's met populaire nationale/regionale muziek • AUTO IN Er wordt voorrang gegeven aan digitale audiosignalen als er zowel digitale als analoge aansluitingen zijn. Als er geen digitale audiosignalen zijn, worden analoge audiosignalen geselecteerd. • OPT IN Geeft de invoer van digitale audiosignalen aan naar de DIGITAL OPTICALaansluiting. • ANALOG Geeft de invoer van analoge audiosignalen aan naar de AUDIO IN (L/R)-aansluitingen. OLDIES Programma's met golden oldies Opmerkingen FOLK M Programma's met folkmuziek DOCUMENT Documentaires NONE Andere programma's die hierboven niet worden genoemd • Bepaalde audio-ingangsstanden worden niet ingesteld afhankelijk van de invoer. • Wanneer de functie ANALOG DIRECT wordt gebruikt, wordt de audio-ingangsstand automatisch ingesteld op "ANALOG". U kunt geen andere standen selecteren. TRAVEL Reisprogramma's. Niet voor aankondigingen die vallen onder TP/TA. LEISURE Programma's over vrijetijdsbesteding, zoals tuinieren, vissen, koken, enzovoort 58NL Ingangen benoemen Het display wijzigen U kunt een naam van maximaal 8 tekens geven aan ingangen en deze weergeven in het display van de receiver. Dit is handig om de aansluitingen de namen van de aangesloten apparaten te geven. U kunt het geluidsveld, enzovoort controleren door de informatie in het display te wijzigen. Gebruik hiervoor de toetsen op de receiver. 1 Wanneer u op de toets drukt, wordt het display als volgt gewijzigd. Druk op de ingangstoets om de ingang te selecteren waarvoor u een indexnaam wilt maken. U kunt ook INPUT SELECTOR op de receiver gebruiken. 2 Druk op AMP MENU. "1-LEVEL" wordt in het display weergegeven. Druk herhaaldelijk op V/v om "5-AUDIO" te selecteren. 4 Druk op openen. 5 Druk op V/v om "NAME IN" te selecteren. 6 Druk op of b om de parameter in te voeren. of b om het menu te De cursor knippert en u kunt een teken selecteren. Voer de procedure bij "Een indexnaam maken" (pagina 56) uit. Alle ingangen behalve de FMen AM-band Indexnaam van de inganga) t Geselecteerde ingang t Geluidsveld dat momenteel wordt toegepast FM- en AM-band Naam van programmaserviceb) of naam van voorkeurzendera) t Frequentie t Aanduiding van programmatypeb) t Aanduiding van radiotekstb) t Aanduiding van huidige tijd (in 24-uurs notatie)b) t Geluidsveld dat momenteel wordt toegepast a) De indexnaam wordt alleen weergegeven als u een indexnaam aan de ingang of voorkeurzender hebt toegewezen (pagina 56, 59). De indexnaam wordt niet weergegeven als alleen lege spaties zijn ingevoerd of als de naam gelijk is aan de naam van de ingang. b) Alleen tijdens RDS-ontvangst (alleen modellen met landcode CEL, CEK) (pagina 57). Opmerking Sommige tekens of symbolen kunnen wellicht niet worden weergegeven voor bepaalde talen. 59NL Overige functies 3 Druk herhaaldelijk op DISPLAY. De slaaptimer gebruiken U kunt instellen dat de receiver op een bepaalde tijd automatisch wordt uitgeschakeld. Druk herhaaldelijk op SLEEP terwijl de stroom is ingeschakeld. Wanneer u op de toets drukt, wordt het display als volgt gewijzigd: 2-00-00 t 1-30-00 t 1-00-00 t 0-30-00 Opnemen met de receiver Opnemen op een opnamemedium U kunt met de receiver opnemen van een videocomponent. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de opnamecomponent voor meer informatie. 1 t OFF Als de slaaptimer is geactiveerd, wordt het display gedimd. Opmerking Als u op een toets op de afstandsbediening of receiver drukt nadat het display is gedimd, wordt het display weer verlicht. Na enige tijd wordt het display opnieuw gedimd als er niet op een toets wordt gedrukt. Tip Druk op een van de ingangstoetsen om de afspeelcomponent te selecteren. U kunt ook INPUT SELECTOR op de receiver gebruiken. 2 Maak de afspeelcomponent gereed voor afspelen. Plaats bijvoorbeeld de videoband die u wilt kopiëren in de videorecorder. 3 Druk op SLEEP als u de resterende tijd wilt controleren voordat de receiver wordt uitgeschakeld. De resterende tijd wordt in het display weergegeven. Als u nogmaals op SLEEP drukt, wordt de slaaptimer uitgeschakeld. Bereid de opnamecomponent voor. Plaats een lege videoband, enzovoort in de opnamecomponent (VIDEO 1) voor de opname. 4 Start het opnemen op de opnamecomponent en start het afspelen op de afspeelcomponent. Opmerking Bepaalde bronnen bevatten kopieerbeveiliging tegen opnemen. In dat geval kunt u niet opnemen van deze bron. 60NL De afstandsbediening gebruiken Categorieën en de bijbehorende toetsen Categorieën Toetsinstellingen wijzigen U kunt de fabrieksinstellingen van de ingangstoetsen aanpassen aan de componenten in het systeem. Als u bijvoorbeeld een DVD-recorder aansluit op de VIDEO 1-aansluitingen op de receiver, kunt u de toets VIDEO 1 op deze afstandsbediening instellen om de DVD-recorder te bedienen. 1 Houd de ingangstoets ingedrukt waarvoor u de instelling wilt wijzigen. Bijvoorbeeld: Voorbeeld: houd VIDEO 1 ingedrukt. 2 Druk op de bijbehorende toets voor de gewenste categorie. Zie hiervoor de tabel hieronder. 1 a) VCR (bedieningsstand VTR 2) 2 DVD-speler/DVD-recorder (bedieningsstand DVD1)b) 3 DVD-recorder (bedieningsstand DVD3)b) 4 CD-speler 5 VCR (bedieningsstand VTR 3) Europese digitale satellietreceiver 6 DVR (Digitale CATVaansluiting) 7 DSS (Digital Satellite Receiver) 8 Blu-ray discspeler (bedieningsstand BD1)c) 9 Blurayrecorder (bedieningsstand BD3)c) 0/10 Televisie -/-- Niet toegewezen ENTER/ MEMORY a) Videorecorders van Sony worden bediend met de instelling VTR 2 of VTR 3 die respectievelijk overeenkomen met 8 mm en VHS. b) DVD-recorders van Sony worden bediend met de instelling DVD1 of DVD3. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de DVD-recorder voor meer informatie. c) Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die wordt geleverd bij de Blu-raydiscspeler of de Blurayrecorder voor meer informatie over de instelling BD1 of BD3. Alle toetsinstellingen voor de afstandsbediening wissen Druk tegelijkertijd op ?/1, AUTO CAL en MASTER VOL –. De fabrieksinstellingen van de afstandsbediening worden hersteld. 61NL De afstandsbediening gebruiken Bijvoorbeeld: Druk op 4. U kunt nu de toets VIDEO 1 gebruiken om de DVD-recorder te bedienen. Druk op a) x Dolby Pro Logic II Aanvullende informatie Woordenlijst x Bemonsteringsfrequentie Analoge gegevens moeten worden gekwantificeerd om analoog geluid om te zetten naar digitaal geluid. Dit proces wordt bemonsteren genoemd en het aantal keer per seconde dat de analoge gegevens worden gekwantificeerd, is de zogenaamde bemonsteringsfrequentie. Een gewone muziek-CD bevat gegevens die 44.100 keer per seconde zijn gekwantificeerd. Dit levert een bemonsteringsfrequentie van 44,1 kHz op. In het algemeen betekent een hogere bemonsteringsfrequentie een betere geluidskwaliteit. x Componentvideo Een indeling voor de overdracht van videosignaalgegevens die bestaan uit drie afzonderlijke signalen: luminantie Y, chrominantie Pb en chrominantie Pr. Beelden van hoge kwaliteit, zoals DVD-video of HDTV-beelden, worden beter overgebracht. De drie aansluitingen zijn gemarkeerd in de kleuren groen, blauw en rood. x Composietvideo Een standaardindeling voor het overbrengen van videosignaalgegevens. Het luminatiesignaal Y en chrominatiesignaal C worden gecombineerd en samen overgebracht. x Dolby Digital Codeer-/decodeertechnologie voor digitaal geluid ontwikkeld door Dolby Laboratories, Inc. Deze technologie bestaat uit voor- (links/ rechts), midden-, surround- (links/rechts) en subwooferkanalen. Het is een overeengekomen geluidsnorm voor DVDvideo en staat ook bekend als 5.1-kanaals surround. Aangezien surroundinformatie wordt opgenomen en weergegeven in stereo, is de geluidsweergave natuurgetrouwer en bevat een vollere klank dan bij Dolby Surround. 62NL Met deze technologie wordt 2-kanaals stereogeluid omgezet naar 5.1-kanaals geluid voor weergave. Er is een MOVIE-stand voor films en een MUSIC-stand voor stereobronnen, zoals muziek. Oude films die zijn opgenomen in de traditionele stereoindeling, kunnen worden verbeterd naar 5.1-kanaals surround sound. x Dolby Surround (Dolby Pro Logic) Technologie voor geluidsbewerking ontwikkeld door Dolby Laboratories, Inc. Midden- en mono-surroundinformatie wordt volgens een matrix weggeschreven als twee stereokanalen. Het geluid wordt gedecodeerd en uitgevoerd als 4-kanaals surround sound. Dit is de meest algemene methode voor geluidsverwerking van DVD-video. x DTS Digital Surround Codeer-/decodeertechnologie voor digitaal geluid voor bioscopen ontwikkeld door DTS, Inc. Het geluid wordt minder gecomprimeerd dan bij Dolby Digital, waardoor een geluidsweergave van hogere kwaliteit wordt geleverd. x DTS-ES Indeling voor 6.1-kanaals geluidsweergave met surround-achterinformatie. Er zijn twee standen: "Discrete 6.1" waarmee alle kanalen afzonderlijk worden opgenomen en "Matrix 6.1" waarbij het surround-achterkanaal volgens een matrix wordt weggeschreven in LS- en RS-kanalen. Dit is ideaal voor de weergave van filmgeluid. x HDMI (High-Definition Multimedia Interface) HDMI is een interface die zowel video en audio ondersteunt via één digitale aansluiting. De HDMI-aansluiting brengt standaard- tot high-definitionvideosignalen en meerkanaalse audiosignalen over naar audio-/ videocomponenten, zoals televisies met HDMIaansluiting, in digitale vorm zonder kwaliteitsverlies. De HDMI-specificatie ondersteunt HDCP (High-bandwidth Digital Contents Protection; beveiliging van digitale inhoud op hoge bandbreedte), een kopieerbeveiligingstechnologie die coderingstechnologie bevat voor digitale videosignalen. Voorzorgsmaatregelen Veiligheid Als een voorwerp of vloeistof in de behuizing terechtkomt, moet u de receiver loskoppelen en laten nakijken door bevoegde servicetechnici voordat u deze weer gebruikt. Stroombronnen Oververhitting De receiver kan tijdens gebruik warm worden. Dit duidt niet op een storing. Als u deze receiver doorlopend met hoog volume gebruikt, kunnen de boven-, zij- en onderpanelen van de behuizing na verloop van tijd heet worden. Raak de behuizing niet aan. U kunt zichzelf branden. wordt vervolgd 63NL Aanvullende informatie • Voordat u de receiver gebruikt, moet u controleren of de werkspanning overeenkomt met de plaatselijke netvoeding. De werkspanning vindt u op het naamplaatje aan de achterkant van de receiver. • Het apparaat blijft onder netspanning staan als de stekker in het stopcontact zit, zelfs als het apparaat zelf is uitgeschakeld. • Als u de receiver langere tijd niet wilt gebruiken, moet u de stekker van de receiver uit het stopcontact halen. Trek altijd aan de stekker en nooit aan het netsnoer als u het netsnoer uit het stopcontact haalt. • (Alleen modellen met landcode U en CA) Eén uiteinde van de stekker is uit veiligheidsoverwegingen breder dan het andere uiteinde en kan maar op één manier in het stopcontact worden gestoken. Neem contact op met uw handelaar als u de stekker niet volledig in het stopcontact kunt steken. • Het netsnoer mag alleen door bevoegde servicetechnici worden vervangen. Plaatsing • Zet de receiver op een goed geventileerde plaats om te voorkomen dat deze te warm wordt. De levensduur van de receiver wordt hierdoor verlengd. • Plaats de receiver niet in de buurt van warmtebronnen of op een plaats waar deze is blootgesteld aan direct zonlicht, overmatige hoeveelheden stof of mechanische schokken. • Plaats geen voorwerpen boven op de behuizing waardoor de ventilatieopeningen worden afgesloten en storingen kunnen worden veroorzaakt. • Plaats de receiver niet in de buurt van apparatuur, zoals een televisie, videorecorder of cassetterecorder. Als de receiver wordt gebruikt in combinatie met een televisie, videorecorder of cassetterecorder en te dicht bij dergelijke apparatuur staat, kan er ruis ontstaan en kan de beeldkwaliteit verslechteren. De kans hierop is groot bij een binnenantenne. Daarom kunt u het beste een buitenantenne gebruiken. • Ga voorzichtig te werk als u de receiver en luidsprekers op speciaal behandelde oppervlakken (met was of olie behandeld, gepolijst, enzovoort) plaatst, anders kunnen er vlekken of verkleuringen optreden. Werking Schakel de receiver uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u andere componenten aansluit. Reiniging Reinig de behuizing, het voorpaneel en de bedieningselementen met een zachte doek die licht is bevochtigd met een mild zeepsopje. Gebruik geen schuursponsje, schuurpoeder of oplosmiddelen, zoals alcohol of benzine. Met alle vragen over of eventuele problemen met de receiver kunt u terecht bij de dichtstbijzijnde Sony-handelaar. 64NL Problemen oplossen Als u problemen ondervindt bij het gebruik van deze receiver, probeert u deze eerst zelf op te lossen aan de hand van de onderstaande lijst. Audio Er wordt geen geluid uitgevoerd, ongeacht de geselecteerde component, of het geluid is nauwelijks hoorbaar. • Controleer of de luidsprekers en componenten goed zijn aangesloten. • Controleer of de receiver en de componenten zijn ingeschakeld. • Controleer of MASTER VOLUME niet is ingesteld op "VOL MIN". • Controleer of SPEAKERS (OFF/A/B) niet is ingesteld op "OFF". • Zorg ervoor dat de hoofdtelefoon niet is aangesloten. • Druk op MUTING om de functie voor dempen te annuleren. • Controleer of u de juiste component hebt geselecteerd met de ingangstoetsen. • De beveiliging van de receiver is geactiveerd. Schakel de receiver uit, los het kortsluitingsprobleem op en schakel de receiver weer in. Er wordt geen geluid uit een bepaalde component uitgevoerd. • Controleer of de component goed is aangesloten op de audio-ingangen voor deze component. • Controleer of de kabels goed zijn aangesloten op de aansluitingen van de receiver en de component. Er komt geen geluid uit een van de voorluidsprekers. • Sluit een hoofdtelefoon aan op de PHONES-aansluiting om te controleren of er geluid via de hoofdtelefoon wordt uitgevoerd. Als er slechts via één kanaal geluid wordt uitgevoerd uit de hoofdtelefoon, is de component wellicht niet goed aangesloten op de receiver. Controleer of de kabels goed zijn aangesloten op de aansluitingen van de receiver en de component. Als beide kanalen worden uitgevoerd uit de hoofdtelefoon, is de voorluidspreker wellicht niet goed aangesloten op de receiver. Controleer de aansluiting van de voorluidspreker die geen geluid uitvoert. • Zorg ervoor dat u zowel de L- als Raansluiting van een analoge component hebt aangesloten en niet alleen de L- of R-aansluiting. Gebruik een audiokabel (niet bijgeleverd). Er komt geen geluid uit analoge 2kanaals bronnen wanneer SAT-invoer wordt geselecteerd. • Controleer of INPUT MODE niet is ingesteld op "OPT IN" (pagina 58). Het linker- en rechtergeluid zijn niet in balans of zijn omgewisseld. • Controleer of de luidsprekers en componenten goed en stevig zijn aangesloten. • Pas de balansparameters aan met het menu LEVEL. Er komt geen geluid of alleen een zwak geluid uit de midden-/surroundluidsprekers. • Selecteer een CINEMA STUDIO EXstand (pagina 49). • Pas het niveau van de luidsprekers aan (pagina 32). • Zorg ervoor dat de midden-/ surroundluidsprekers zijn ingesteld op "SMALL" of "LARGE" (pagina 38). Er komt geen geluid uit de subwoofer. • Controleer of de subwoofer goed en stevig is aangesloten. • Zorg ervoor dat u de subwoofer hebt ingeschakeld. • Controleer of de subwoofer is ingesteld op "YES" (pagina 38). • Er komt geen geluid uit de subwoofer afhankelijk van het geluidsveld. Er komt geen geluid uit de luidsprekers van de receiver wanneer u de receiver en de afspeelcomponent aansluit via een HDMI-aansluiting. • Zorg ervoor dat u de digitale audioaansluitingen op de afspeelcomponent hebt aangesloten op de receiver. Vervolgens moet u het volume van de televisie uitschakelen of dempen. wordt vervolgd 65NL Aanvullende informatie Er komt geen geluid uit digitale bronnen (via de OPTICAL-ingang) wanneer SAT-invoer wordt geselecteerd. • Controleer of INPUT MODE niet is ingesteld op "ANALOG" (pagina 58). • Zorg ervoor dat ANALOG DIRECT niet is ingeschakeld. Er is een sterke brom of ruis hoorbaar. • Controleer of de luidsprekers en componenten goed zijn aangesloten. • Zorg ervoor dat de verbindingskabels zich niet in de buurt van een transformator of motor bevinden en ten minste 3 meter uit de buurt van een televisie of fluorescerende lamp zijn geplaatst. • Plaats de audiocomponent verder van de televisie vandaan. • De stekkers en aansluitingen zijn vuil. Maak deze schoon met een doek die licht is bevochtigd met alcohol. Het surroundeffect werkt niet. • Zorg ervoor dat de geluidsveldfunctie is ingeschakeld (druk op MOVIE of MUSIC). • Geluidsvelden werken niet voor signalen met een bemonsteringsfrequentie van hoger dan 48 kHz. Er wordt geen Dolby Digital of DTS meerkanaals geluid weergegeven. • Controleer of de DVD, enzovoort die u afspeelt, is opgenomen in de Dolby Digital- of DTS-indeling. • Als u de DVD-speler, enzovoort aansluit op de digitale ingangen van deze receiver, controleert u de audio-instelling (instellingen voor de audio-uitgang) van de aangesloten component. Tuner De FM-ontvangst is slecht. • Gebruik een coaxkabel van 75 ohm (niet bijgeleverd) om de receiver aan te sluiten op een FM-buitenantenne, zoals hieronder wordt aangegeven. Als u de receiver op een buitenantenne aansluit, moet u de receiver aarden om deze te beschermen tegen blikseminslag. Verbind de aardingsdraad niet met een gasleiding om een gasexplosie te voorkomen. FM-buitenantenne Receiver AM Aardingsdraad (niet bijgeleverd) Video Er verschijnt geen of een onduidelijk beeld op de televisie. • Selecteer de juiste ingang met de ingangstoetsen. • Stel de televisie in op de juiste ingangsstand. • Plaats de audiocomponent verder van de televisie vandaan. De beeldinvoer naar de HDMaansluiting op de receiver wordt niet uitgevoerd via de televisie. • Controleer de HDMI-aansluiting. • Afhankelijk van de afspeelcomponen moet u de component wellicht instellen. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing die wordt geleverd bij de componenten. Er kan niet worden opgenomen. • Controleer of de componenten goed zijn aangesloten. • Selecteer de broncomponent met de ingangstoetsen. 66NL ANTENNA Naar een aardingspunt Er kan niet worden afgestemd op radiozenders. • Controleer of de antennes goed zijn aangesloten. Pas de antennes aan en sluit eventueel een externe antenne aan. • Het signaal van de zenders is te zwak (bij automatisch afstemmen). Stem handmatig af. • Controleer of het afsteminterval correct is ingesteld (als u handmatig afstemt op AMzenders). • Er zijn geen zenders ingesteld of de voorkeurzenders zijn gewist (bij het zoeken naar voorkeurzenders). Stel de zenders in (pagina 54). • Druk herhaaldelijk op DISPLAY op de receiver zodat de frequentie in het display wordt weergegeven. RDS werkt niet.* • Controleer of u hebt afgestemd op een FM-RDS-zender. • Selecteer een FM-zender met een sterker signaal. De gewenste RDS-informatie wordt niet weergegeven.* • Neem contact op met de radiozender en informeer of de service wordt geleverd. Is dit het geval, dan kan de service tijdelijk buiten gebruik zijn. DEC. EROR Wordt weergegeven als een signaal wordt ingevoerd dat de receiver niet kan decoderen (bijvoorbeeld DTS-CD) en "DEC. PRI." in het menu AUDIO is ingesteld op "DEC. PCM". Stel dit item in op "DEC. AUTO" (pagina 38). PROTECT Onregelmatige uitvoer via de luidsprekers. De receiver wordt na enkele seconden automatisch uitgeschakeld. Controleer de luidsprekeraansluiting en schakel de stroom opnieuw in. * Alleen modellen met landcode CEL, CEK. Afstandsbediening Foutberichten Bij een storing wordt een bericht in het display weergegeven. U kunt de staat van het systeem controleren in het bericht. Zie de volgende tabel voor het oplossen van het probleem. Als het probleem blijft optreden, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde Sony-handelaar. Als er een foutbericht wordt weergegeven tijdens het uitvoeren van Automatische Kalibratie, raadpleegt u "Foutcodes en waarschuwingscodes" (pagina 30) om het probleem te verhelpen. U lost het probleem wellicht op als u het geheugen van de receiver wist (pagina 26). Houd er rekening mee dat de fabriekswaarden voor de instellingen in het geheugen worden hersteld en dat u dus alle instellingen op de receiver opnieuw moet aanpassen. Als het probleem blijft optreden Neem contact op met de dichtstbijzijnde Sonyhandelaar. Houd er rekening mee dat als de onderhoudsmonteur bepaalde onderdelen wijzigt tijdens de reparatie, deze gewijzigde onderdelen bewaard kunnen blijven. Referentie voor het wissen van het geheugen van de receiver Wissen Zie Alle instellingen in het geheugen pagina 26 Aangepaste geluidsvelden pagina 52 67NL Aanvullende informatie De afstandsbediening werkt niet. • Richt de afstandsbediening op de afstandsbedieningssensor van de receiver. • Verwijder obstakels tussen de afstandsbediening en de receiver. • Vervang de batterijen van de afstandsbediening door nieuwe als deze bijna leeg zijn. • Zorg ervoor dat u de juiste ingang selecteert op de afstandsbediening. • De toets VIDEO 3 op de afstandsbediening is niet beschikbaar voor de bediening van de receiver. Als u de problemen niet kunt oplossen met de handleiding voor problemen oplossen Technische gegevens Versterkergedeelte Voor modellen met landcode U, CA1) Minimaal RMS-uitgangsvermogen (8 ohms, 20 Hz – 20 kHz, THD 0,09%) 90 W + 90 W Uitgangsvermogen stereomodus (8 ohm, 1 kHz, THD 1%) 100 W + 100 W Uitgangsvermogen surroundmodus2) (8 ohm, 1 kHz, THD 10%) 130 W/k Voor modellen met landcode SP, TH61) Minimaal RMS-uitgangsvermogen (8 ohms, 20 Hz – 20 kHz, THD 0,09%) 60 W + 60 W Uitgangsvermogen stereomodus (8 ohm, 1 kHz, THD 1%) 80 W + 80 W Uitgangsvermogen surroundmodus2) (8 ohm, 1 kHz, THD 10%) 120 W/k 1) Onder de volgende omstandigheden gemeten: Landcode Stroomvereisten U, CA 120 V wisselstroom, 60 Hz CEL, CEK, TH6, SP 230 V wisselstroom, 50 Hz Voor modellen met landcode CEL, CEK1) Minimaal RMS-uitgangsvermogen (8 ohms, 20 Hz – 20 kHz, THD 0,09%) 85 W + 85 W Uitgangsvermogen stereomodus (8 ohm, 1 kHz, THD 1%) 100 W + 100 W Uitgangsvermogen surroundmodus2) (8 ohm, 1 kHz, THD 10%) 130 W/k Voor modellen met landcode E2, AU, TW, KR1) Minimaal RMS-uitgangsvermogen (8 ohms, 20 Hz – 20 kHz, THD 0,09%) 70 W + 70 W Uitgangsvermogen stereomodus (8 ohm, 1 kHz, THD 1%) 90 W + 90 W Uitgangsvermogen surroundmodus2) (8 ohm, 1 kHz, THD 10%) 120 W/k 68NL E2, AU 240 V wisselstroom, 50 Hz TW 110 V wisselstroom, 60 Hz KR 220 V wisselstroom, 60 Hz 2) Referentie-uitgangsvermogen voor voor, midden en surround. Afhankelijk van de instellingen voor het geluidsveld en de bron wordt er wellicht geen geluid weergegeven. Frequentiebereik Analoog Ingangen Analoog 10 Hz – 70 kHz +0,5/–2 dB (geluidsveld en toon overgeslagen) Gevoeligheid: 500 mV/ 50 kilo-ohm Signaal/ruis-verhouding3): 96 dB (A, 500 mV4)) Digitaal (Coaxiaal) Impedantie: 75 ohm Signaal/ruis-verhouding: 100 dB (A, 20 kHz LPF) Digitaal (Optisch) Signaal/ruis-verhouding: 100 dB (A, 20 kHz LPF) Uitgangen (Analoog) AUDIO OUT Spanning: 500 mV/ 10 kilo-ohm SUB WOOFER Spanning: 2 V/1 kilo-ohm Toon Versterking ±6 dB, in stappen van 1 dB 3) INPUT SHORT (geluidsveld en toon overgeslagen). 4) Belast netwerk, ingangsniveau. Videogedeelte Ingangen/uitgangen Video: 1 Vp-p/75 ohm COMPONENT VIDEO: Y: 1 Vp-p/75 ohm PB/CB: 0,7 Vp-p/75 ohm PR/CR: 0,7 Vp-p/75 ohm 80 MHz HD doorvoer Algemeen Stroomvereisten FM-tunergedeelte Afstembereik 87,5 - 108,0 MHz Antenne FM-draadantenne Antenne-aansluitingen 75 ohm, symmetrisch Tussenfrequentie 10,7 MHz Landcode Stroomvereisten U, CA 120 V wisselstroom, 60 Hz CEL, CEK 230 V wisselstroom, 50/60 Hz AU 240 V wisselstroom, 50 Hz KR 220 – 230 V wisselstroom, 50/60 Hz E2 120/220/240 V wisselstroom, 50/60 Hz TW 110 V wisselstroom, 60 Hz SP, TH6 230 – 240 V wisselstroom, 50/60 Hz AM-tunergedeelte Afstembereik Landcode Afsteminterval 10 kHz U, CA 531 – 530 – 1.710 kHz5) 1.710 kHz5) CEL, CEK, AU, TW, – KR, TH6, SP E2 5) 531 – 1.602 kHz 531 – 530 – 1.610 kHz5) 1.602 kHz5) Kaderantenne 450 kHz U kunt het AM-afsteminterval schakelen tussen 9 kHz en 10 kHz. Als u hebt afgestemd op een AM-zender, schakelt u de receiver uit. Houd TUNING MODE ingedrukt en druk op ?/1. Alle voorkeurzenders worden gewist uit het geheugen wanneer u het afsteminterval wijzigt. Herhaal deze procedure om het afsteminterval opnieuw op 10 kHz (of 9 kHz) in te stellen. Stroomverbruik Landcode Stroomverbruik U, CEL, CEK, AU, KR, E2 220 W CA 300 VA TH6, SP 200 W TW 500 W Aanvullende informatie Antenne Tussenfrequentie 9 kHz Stroomverbruik (in de stand-bystand) 0,3 W Afmetingen (b/h/d) (ongeveer) 430 × 157,5 × 310mm inclusief uitstekende onderdelen en bedieningselementen Gewicht (ongeveer) 7,7 kg wordt vervolgd 69NL Bijgeleverde accessoires FM-draadantenne (1) AM-kaderantenne (1) Afstandsbediening RM-AAU013 (1) R6-batterijen (AA-formaat) (2) Optimalisatiemicrofoon (ECM-AC2 of ECM-AC2a) (1) Zie pagina 3 voor meer informatie over de landcode van de component die u gebruikt. Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. 70NL Index Cijfers E R 2CH STEREO 51 2-kanaals 51 5.1-kanaals 14 Eerste instellingen 26 RDS 57 F S Foutberichten 67 Satelliettuner aansluiten 23 Selecteren component 33 geluidsveld 48 luidsprekersysteem 27 Settopbox aansluiten 23 Slaaptimer 60 Super Audio CD-speler afspelen 34 installeren 16 A Afstemmen automatisch 53 handmatig 53 op voorkeurzenders 55 AUTO CALIBRATION 28 AUTO FORMAT DIRECT (A.F.D.) 46 B Benoemen 56, 59 Blu-ray-discspeler aansluiten 18 C CD-speler aansluiten 16 afspelen 34 D Geluidsvelden herstellen 52 selecteren 48 H HDMI aansluiten 18 I INPUT MODE 58 T L Televisie aansluiten 20 TEST TONE 32 Tuner aansluiten 25 Luidsprekers aansluiten 15 M Menu A. CAL 46 AUDIO 41 LEVEL 39 SUR 40 SYSTEM 42 TONE 40 TUNER 41 V Videorecorder aansluiten 24 Aanvullende informatie Dempen 33 Digital Cinema Sound (DCS) 49 Dolby Digital 62 DTS 62 DVD-recorder aansluiten 21 DVD-speler aansluiten 21 afspelen 35 G O Opnemen op een opnamemedium 60 71NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212

Sony STR-DG510 de handleiding

Categorie
Lcd-tv's
Type
de handleiding