Whirlpool AKZM 8920/GK Gebruikershandleiding

Categorie
Magnetrons
Type
Gebruikershandleiding
NL1
Deze instructies vindt u tevens op de volgende website: www.whirlpool.eu
UW EIGEN VEILIGHEID EN DIE VAN ANDEREN IS ZEER BELANGRIJK
Deze handleiding en het apparaat zelf zijn voorzien van belangrijke veiligheidsaanwijzigen, die te allen tijde moeten worden
gelezen en opgevolgd.
Alle veiligheidswaarschuwingen geven specifieke details van het
mogelijke risico dat aanwezig is en geven aan hoe het risico op letsel,
schade en elektrische schokken voortvloeiend uit het onjuiste gebruik
van het apparaat beperkt kan worden. Houd u strikt aan de volgende
instructies:
- Gebruik beschermende handschoenen voor het uitpakken en
installeren.
- Het apparaat moet worden losgekoppeld van het elektriciteitsnet
voordat u installatiewerkzaamheden uitvoert.
- Installatie en onderhoud moeten worden uitgevoerd door een
gespecialiseerd monteur, volgens de instructies van de fabrikant en
in overeenstemming met de plaatselijke veiligheidsvoorschriften.
Repareer of vervang geen enkel onderdeel van het apparaat, behalve
als dit expliciet aangegeven wordt in de gebruikershandleiding.
- Het vervangen van het netsnoer moet door een erkend elektricien
gebeuren Wend u tot erkende servicecentra.
- De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht
- Het netsnoer van het apparaat moet lang genoeg zijn om het
apparaat vanuit de inbouwpositie in het meubel te kunnen
aansluiten op het stopcontact van de netvoeding.
- Om ervoor te zorgen dat de installatie voldoet aan de geldende
veiligheidsvoorschriften, is er een omnipolaire schakelaar met een
afstand van minstens 3 mm.
- Gebruik geen meervoudige contactdozen als de oven is voorzien
van een stekker.
- Gebruik geen verlengkabels.
- Trek niet aan het netsnoer.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Dit is het waarschuwingssymbool waarmee mogelijke risico's voor de gebruiker en voor anderen worden aangegeven.
Alle veiligheidswaarschuwingen worden voorafgegaan door het gevarensymbool en door de volgende termen:
GEVAAR
Duidt op een gevaarlijke situatie die tot ernstig letsel zal leiden.
WAARSCHUWING
Duidt op een gevaarlijke situatie die tot ernstig letsel kan leiden.
NL2
- Als de installatie voltooid is, mogen de elektrische onderdelen niet
meer toegankelijk zijn voor de gebruiker.
- Wanneer het oppervlak is gebarsten, schakel dan het apparaat uit
om het risico op een elektrische schok te voorkomen (uitsluitend
voor modellen met inductiefunctie).
- Raak het apparaat niet aan met vochtige lichaamsdelen en gebruik
het niet op blote voeten.
- Het apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik en
alleen voor het bereiden van voedsel. Elk ander gebruik is verboden
(bijv. het verwarmen van de ruimte). De fabrikant kan niet
aansprakelijk gesteld worden voor schade die het gevolg is van
oneigenlijk gebruik of een foute programmering van de
bedieningsknoppen.
- Het apparaat en de toegankelijke onderdelen worden heet tijdens
het gebruik. Voorkom aanraking van hete onderdelen. Heel jonge
(0-3 jaar) en jonge kinderen (3-8 jaar) dienen op afstand gehouden
te worden, tenzij ze onder voortdurend toezicht staan.
- Kinderen vanaf 8 jaar en personen met verminderde fysieke,
sensorische of mentale vermogens of gebrek aan ervaring en
kennis, mogen dit apparaat gebruiken indien ze onder toezicht
staan of instructies hebben ontvangen over het gebruik van het
apparaat en de mogelijke gevaren ervan begrijpen. Kinderen
mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en
gebruikersonderhoud mogen niet door kinderen zonder toezicht
worden uitgevoerd.
- Raak de verwarmingselementen of de binnenkant van de oven
tijdens en na het gebruik niet aan, omdat dit letsel kan veroorzaken.
Vermijd contact met doeken of andere brandbaar materiaal tot alle
onderdelen van het apparaat voldoende zijn afgekoeld.
- Open de deur van het apparaat na afloop van de bereiding
voorzichtig, en laat de warme lucht of de damp geleidelijk
ontsnappen voordat u het gerecht uit de oven haalt. Als de deur
van het apparaat gesloten is, komt de warme lucht naar buiten
door de opening boven het bedieningspaneel. Blokkeer de
ventilatieopeningen nooit.
NL3
- Gebruik ovenhandschoenen om schalen en accessoires uit de oven
te halen, en let erop dat u de verwarmingselementen niet aanraakt.
- Plaats geen brandbaar materiaal in het apparaat of in de buurt
ervan. Het apparaat kan dan in brand vliegen als het per ongeluk
wordt ingeschakeld.
- Verwarm of bereid geen voedsel in gesloten potten of blikken in
het apparaat. De druk in het blik of de pot kan door de warmte hoog
oplopen, waardoor het explodeert en het apparaat beschadigt.
- Gebruik geen schalen of houders van synthetisch materiaal.
- Oververhit vet of oververhitte olie vat gemakkelijk vlam. Houd de
bereiding van gerechten met veel vet of olie in de gaten.
- Laat het apparaat nooit onbewaakt achter tijdens het droogproces
van gerechten.
- Als er bij de bereiding alcoholische dranken (bijv. rum, cognac,
wijn) worden gebruikt, bedenk dan dat alcohol op hoge
temperatuur verdampt. De alcoholdamp kan vlam vatten wanneer
deze in contact komt met het elektrische verwarmingselement.
- Gebruik geen stoomreinigers.
- Raak de oven niet aan tijdens de pyrolysecyclus. Houd de kinderen
uit de buurt van de oven tijdens de pyrolysecyclus. Zorg dat gemorste
etenswaar voorafgaand aan de reinigingscyclus uit de
oven
verwijderd wordt (uitsluitend voor ovens met pyrolysefunctie).
- Houd dieren uit de buurt van het apparaat tijdens en na de
pyrolysecyclus (uitsluitend voor ovens met pyrolysefunctie).
- Gebruik uitsluitend de temperatuursonde die voor deze oven
wordt aanbevolen.
- Gebruik geen schurende reinigingsmiddelen of scherpe metalen
schrapers voor het reinigen van de ruit van de ovenklep aangezien
het glas daardoor bekrast kan raken, waardoor het kan breken.
- Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat de lamp wordt
vervangen om de kans op een elektrische schok te voorkomen.
- Gebruik geen aluminium folie om voedsel in de pan af te dekken
(alleen voor ovens met meegeleverde pan).
Afvalverwerking van huishoudelijke apparaten
- Dit product is vervaardigd van recyclebaar of herbruikbaar materiaal. Dank het apparaat af in
overeenstemming met plaatselijke milieuvoorschriften voor afvalverwerking. Snijd het netsnoer door
voordat u het apparaat afdankt.
NL4
- Voor meer informatie over behandeling, terugwinning en recycling van dit apparaat kunt u contact
opnemen met uw plaatselijke instantie, de vuilnisophaaldienst of de winkel waar u dit product hebt
gekocht.
Controleer na het uitpakken van de oven of het apparaat tijdens het transport geen beschadigingen heeft
opgelopen en of de ovendeur goed sluit. Neem in geval van twijfel contact op met uw leverancier of het
dichtstbijzijnde servicecentrum. Om eventuele schade te voorkomen, wordt geadviseerd om de oven pas
voor de installatie van de piepschuim bodem te halen.
Gebruik de meegeleverde handgreep in het accessoirepakket om de oven veilig te verplaatsen.
1. Breng de handgreep correct in de zijgaten aan (Fig. 1).
2. Til de handgreep op zoals afgebeeld in Fig. 2.
GEREEDMAKING VAN HET MEUBEL VOOR INBOUW VAN DE OVEN
De keukenkastjes naast de oven moeten tegen hitte bestand zijn (min. 90 °C).
Voer eerst alle zaagwerkzaamheden uit voordat u de oven plaatst, en verwijder nauwgezet alle
spaanders en zaagresten.
Het onderste gedeelte van de oven mag niet meer toegankelijk zijn na de installatie.
Voor een correcte functionering van het product mag de minimale opening tussen het werkblad en
de bovenkant van de oven niet geblokkeerd worden.
ELEKTRISCHE AANSLUITING (alleen bij bepaalde modellen)
Controleer of de elektrische spanning die aangegeven staat op het typeplaatje van het apparaat
overeenkomt met de voedingsspanning van uw woning. Het typeplaatje bevindt zich op de voorrand van
de oven (zichtbaar wanneer de ovendeur openstaat).
Het vervangen van het netsnoer (type H05 RR-F 3 x 1,5 mm
2
) moet uitgevoerd worden door een
erkend elektricien. Wend u tot erkende servicecentra.
De oven is geprogrammeerd voor een werking met een vermogensopname van meer dan 2,5 kW
(aangeduid door “HOOG” in de instellingen), hetgeen compatibel is met gewone huishoudstroom
met een energie van meer dan 3 kW. Bij een huishoudstroom met een lagere energie moet de
instellingen worden verlaagd (“LAAG” in de instelling). In de onderstaande tabel worden de
aanbevolen energieinstellingen voor de diverse landen aangeduid.
INSTALLATIE
Fig. 1 Fig. 2
Land Instelling
Duitsland Hoog
Spanje Laag
Finland Hoog
Frankrijk Hoog
Ital Laag
Nederland Hoog
Noorwegen Hoog
Zweden Hoog
Verenigd Koninkrijk Laag
België Hoog
NL5
ALGEMENE AANBEVELINGEN
Voor het gebruik:
- Verwijder de kartonnen beschermingen, transparante folie en stickers van de accessoires,
inductieplaat en schaal.
- Verwijder de accessoires uit de oven. Breng de inductieplaat op de derde steunhoogte aan en zorg
dat de plaat verbinding maakt met de elektrische aansluiting. Zet de schaal op de inductieplaat en
vul de schaal met 200 g water. Selecteer de functie Afwerken bovenkant en laat de oven ongeveer
een uur lang werken om de geur van het isolatiemateriaal en de beschermende vetlaag te
verwijderen.
Tijdens het gebruik:
- Leg geen zware voorwerpen op de deur, omdat deze de deur kunnen beschadigen.
- Steun niet op de deur en hang geen voorwerpen aan de handgreep.
- Bedenk de binnenkant van de oven niet met aluminiumfolie.
- Giet nooit water in de binnenkant van een hete oven; hierdoor kan de lak beschadigd raken.
- Schuif niet met pannen of schalen over de bodem van de oven, omdat dit krassen op de lak kan
geven.
- Verzeker u ervan dat de elektrische kabels van andere apparaten niet in contact komen met hete
onderdelen van de oven en niet vast komen te zitten tussen de ovendeur.
- Stel de oven niet bloot aan weersinvloeden.
- Giet nooit water op de inductieplaat wanneer deze in de oven is aangebracht of wanneer de plaat
heet is; hierdoor kan het glas of de lak beschadigd raken.
- Plaats en verwijder de inductieplaat voorzichtig om eventuele beschadigingen van het glas en/of de
elektrische aansluiting te voorkomen.
- Voordat de oven in de standaardmodus (zonder inductie) wordt gebruikt, dient de inductieplaat uit
de oven verwijderd te worden. De inductieplaat kan beschadigd raken als deze in de oven wordt
achtergelaten.
Na gebruik:
- Als de inductieplaat verwijderd moet worden om de plaat te reinigen, laat deze dan eerst afkoelen.
Wanneer de inductieplaat uit de oven verwijderd wordt, zorg dan dat de meegeleverde afdekking
van de elektrische aansluiting wordt gebruikt om te voorkomen dat er vuil binnendringt (Fig. 1).
Verwerking van de verpakking
Het verpakkingsmateriaal kan volledig gerecycled worden en is voorzien van het recyclingsymbool ( ). De
diverse onderdelen van de verpakking mogen daarom niet met het gewone huisvuil worden weggegooid
maar moeten worden ingeleverd bij het plaatselijke milieustraat
Afvalverwerking van het product
- Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese Richtlijn 2012/19/EG inzake
Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA).
- Door ervoor te zorgen dat dit product op de juiste manier als afval wordt verwerkt, helpt u mogelijk
schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te voorkomen, die veroorzaakt zouden
kunnen worden door onjuiste verwerking van dit product als afval.
- Het symbool op het product of op de begeleidende documentatie geeft aan dat dit apparaat niet
als huishoudelijk afval behandeld mag worden, maar dat het ingeleverd moet worden bij een
speciaal inzamelingscentrum voor de recycling van elektrische en elektronische apparatuur.
Fig. 1
MILIEUTIPS
NL6
Tips voor energiebesparing
- Verwarm de oven alleen voor als dit speciaal wordt vermeld in de bereidingstabel of in het recept.
Voorverwarmen is bij inductiefuncties niet nodig.
- Bij een bereiding in de inductiemodus dient u de meegeleverde schaal te gebruiken, die ontworpen
is om de energiebesparing te maximaliseren.
- Gebruik donkere, zwart gelakte of geëmailleerde bakvormen, omdat deze de warme beter opnemen.
- Schakel de oven in de standaardmodus (geen inductie) 10/15 minuten voor het einde van de
geprogrammeerde bereidingstijd uit. Gerechten die lang in de oven moeten staan, blijven dan nog
doorgaren.
- Dit apparaat is bedoeld om in aanraking te komen met voedingsmiddelen en is in overeenstemming
met de richtlijn ( ) n.1935/2004 en is ontworpen, vervaardigd en op de markt gebracht in
overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften van de “Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG (die
73/23/EEG en daaropvolgende amendementen vervangt), de beschermingsvoorschriften van de
“EMC”-richtlijn 2004/108/EG.
- Dit apparaat voldoet aan de ecodesign-vereisten van Europese richtlijnen n. 65/2014 en n. 66/2014,
in
overeenstemming met de Europese norm EN 60350-1.
De oven werkt niet:
Controleer of het elektriciteitsnet spanning heeft en of de oven is aangesloten.
Zet de oven uit en weer aan, om te controleren of het probleem opgelost is.
De elektronische programmeerfunctie werkt niet:
Als op het display een “ ” met een cijfer verschijnt, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde
Klantenservice. Vermeld in dat geval het nummer dat volgt op de letter “ ”.
De inductieplaat werkt niet:
De inductieplaat mag alleen op de derde steunhoogte gebruikt worden; controleren of de plaat
correct gepositioneerd is en een goede verbinding met de elektrische aansluiting maakt.
Oven uitzetten en vervolgens weer aanzetten. Controleren of het probleem is opgelost.
Voordat u contact opneemt met de Klantenservice:
1. Controleren of u het probleem zelf kunt oplossen aan de hand van de punten die beschreven zijn in
“Opsporen van storingen.
2. Het apparaat aan- en uitzetten om te controleren of het probleem is opgelost.
Als na het uitvoeren van deze controles de storing nog steeds aanwezig is, contact opnemen met de
dichtstbijzijnde Klantenservice.
Vermeld altijd:
een korte beschrijving van de storing;
het type en het exacte model van de oven;
het servicenummer (dit is het nummer na het woord Service op het typeplaatje), rechts aan de
binnenkant van de ovenruimte (zichtbaar met de deur open). Het servicenummer staat ook in het
garantieboekje;
uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Wend u tot een erkend Servicecentrum indien reparatie noodzakelijk is (alleen dan heeft u zekerheid dat
originele vervangingsonderdelen worden gebruikt en de reparatie correct wordt uitgevoerd).
CONFORMITEITSVERKLARING
OPSPOREN VAN STORINGEN
KLANTENSERVICE
NL7
Buitenkant van de oven
BELANGRIJK: gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen. Als een dergelijk product per
ongeluk in contact komt met het apparaat, verwijder het dan onmiddellijk met een vochtige doek.
Reinig de oppervlakken met een vochtige doek. Als de buitenkant zeer vuil is, voeg dan een paar
druppels afwasmiddel toe aan het water. Afdrogen met een droge doek.
Binnenkant van de oven: STARCLEAN™ reinigingscyclus
BELANGRIJK: Gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen. Gebruik geen andere
schuursponsjes, metalen schrapers of schuurmatjes dan het meegeleverde sponsje. Door het
gebruik hiervan kunnen de gelakte oppervlakken uiteindelijk beschadigd raken. Gebruik alleen
niet-schurende sponsjes om het glas van de deur schoon te maken.
De binnenkant van de oven is voorzien van een laklaag met een special formule (nikkelvrij), waardoor deze
met alleen water en de meegeleverde cellulosedoek eenvoudig te reinigen is. De cellulosedoek is wasbaar
en kan gebruikt worden tot deze versleten is. De cellulosedoek is verkrijgbaar bij de Klantenservice. Het
wordt afgeraden de doek in een wasmachine te wassen en in een wasdroger te drogen.
STARCLEAN™ reinigingscyclus
Voer na elk gebruik van de overn de STARCLEAN™ reinigingscyclus uit om de oven in de beste staat te
houden. De cyclus duurt 35 minuten, inclusief een koelfase, en dient als volgt te worden uitgevoerd:
1. Begin wanneer de oven is afgekoeld.
2. Maak de meegeleverde cellulosedoek nat onder stromend water en wring de doek uit tot er geen
water meer vanaf druppelt.
3. Open de deur van de oven en verwijder de geëmailleerde accessoires.
4. Bedek de bodem van de oven helemaal met de cellulosedoek.
5. Verdeel 350 ml water gelijmatig over de cellulosedoek. Een kleinere of grotere hoeveelheid water kan
de correcte werking van de cyclus negatief beïnvloeden.
6. Sluit de ovendeur.
7. Selecteer het symbool met behulp van de functietoets: op het display verschijnt het woord
STARCLEAN™.
8. Druk op de toets om de keuze te bevestigen en de reinigingscyclus te starten. Om te voorkomen
dat er stoom ontsnapt, mag de deur niet tijdens de cyclus geopend worden.
9. Aan het einde van de cyclus dient de cellulosedoek en eventueel resterend water uit de oven
verwijderd te worden.
10. Bevochtig de meegeleverde spons met heet water en reinig hiermee de oven (de reiniging is minder
effectief als hiermee meer dan 15 minuten wordt gewacht).
Zeer hardnekkig vuil
Om zeer hardnekkig vuil te verwijderen, herhaalt u de STARCLEAN™ cyclus en voegt u bij het verwijderen
van het vuil enkele druppels neutraal reinigingsmiddel toe.
Glas aan binnenzijde reinigen
De binnenzijde van het glas van de deur heeft een speciale laag die de reiniging vergemakkelijkt.
Om het glas van de deur in de beste staat te houden, dient het na elke STARCLEAN™ reinigingscyclus met
alleen water en een niet-schurend sponsje gereinigd te worden.
Voeg enkele druppels neutraal reinigingsmiddel aan het water toe om eventuele vetresten te verwijderen.
OPMERKINGEN:
Om de deur gemakkelijker te kunnen reinigen kunt u deze verwijderen (zie ONDERHOUD).
Het bovenste verwarmingselement van de grill (zie ONDERHOUD) kan omlaag worden gezet om de
bovenkant van de ruimte in het apparaat te kunnen reinigen.
Tijdens langdurige bereidingen van gerechten die veel water bevatten (pizza, groenten, etc.)
kan zich condens vormen op de binnenkant van de deur en op de afdichting. Verwijder het
vocht met een doek of spons wanneer de oven is afgekoeld.
REINIGING
WAARSCHUWING
- Gebruik geen stoomreinigers.
- Maak de oven alleen schoon als hij afgekoeld is.
- Trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact.
NL8
Accessoires:
Laat de accessoires na gebruik weken in water met afwasmiddel. Pak ze vast met handschoenen als
ze nog heet zijn.
Voedselresten kunnen met een afwasborstel of met een sponsje worden verwijderd.
Inductieplaat:
Gebruik wanneer de plaat is afgekoeld een spons en een geschikt vloeibaar reinigingsmiddel voor
ovens en kookplaten. De inductieplaat mag niet in een afwasmachine worden gereinigd.
Interne elektrische aansluiting:
Verwijder de metalen afdekking van de elektrische aansluiting; gebruik een bevochtigde spons om
de aansluiting te reinigen. Gebruik geen metalen en/of scherp gereedschap.
Schaal:
Geschikt voor in de afwasmachine. Er kan ook een zachte spons en geschikt vloeibaar
reinigingsmiddel gebruikt worden.
VERWIJDEREN VAN DE DEUR
De deur verwijderen:
1. Open de deur helemaal.
2. Til de twee vergrendelingen van de scharnieren omhoog en naar voren tot ze niet verder kunnen
(Fig. 1).
3. Sluit de deur tot de blokkering (A), til hem op (B) en draai hem (C) tot de deur loshaakt (D) (Fig. 2).
De deur weer terugplaatsen:
1. Plaats de scharnieren in de zittingen.
2. Open de deur helemaal.
3. Breng aan weerszijden de vergrendelingen omlaag.
4. Sluit de deur.
ZIJROOSTERS VERWIJDEREN
De roosters die als accessoirehouders worden gebruikt, zijn voorzien van twee bevestigingsschroeven
(Fig.
1) voor optimale stabiliteit.
1. Verwijder de schroeven en bevestigingsplaten aan de linker- en rechterkant met een muntstuk of
gereedschap.
2. Om de roosters te verwijderen, dient u deze op te tillen (1) en te draaien (2), zoals weergegeven in Fig. 3.
ONDERHOUD
WAARSCHUWING
- Draag beschermende handschoenen.
- Voer de aangegeven werkzaamheden uit als het apparaat afgekoeld is.
- Trek de stekker van het apparaat uit het stopcontact.
Fig. 1 Fig. 2
Fig. 1 Fig. 2 Fig. 3
NL9
OMLAAGBRENGEN VAN HET BOVENSTE VERWARMINGSELEMENT (ALLEEN BIJ
BEPAALDE MODELLEN)
1. Verwijder de zijroosters (Fig. 4).
2. Trek het verwarmingselement voorzichtig naar buiten (Fig. 5) en breng het omlaag (Fig. 6).
3. Om het verwarmingselement terug te plaatsen tilt u het op, trekt u het voorzichtig naar u toe en legt
u het op de daarvoor bestemde steunen aan de zijkant.
VERVANGEN VAN HET LAMPJE
Vervangen van het lampje aan de achterzijde (indien aanwezig):
1. Koppel de oven los van de netvoeding.
2. Draai het beschermkapje los (Fig. 7), vervang het lampje (zie de opmerking voor het type lampje) en
draai het beschermkapje weer vast.
3. Sluit de oven weer aan op de netvoeding.
Vervangen van het lampje aan de zijkant (indien aanwezig):
1. Koppel de oven los van de netvoeding.
2. Verwijder de zijroosters, indien aanwezig (Fig. 4).
3. Duw het beschermkampje met een platte schroevendraaier naar buiten en verwijder het (Fig. 8).
4. Vervang het lampje (zie de opmerking hieronder voor het type lampje) (Fig. 9).
5. Plaats het beschermkapje terug en duw het tegen de wand om het op de juiste manier te bevestigen
(Fig. 10).
6. Monteer de zijroosters weer.
7. Sluit de oven weer aan op de netvoeding.
OPMERKING:
- Gebruik alleen gloeilampen van 25-40 W/230 V type E-14, T300 °C, of halogeenlampen van
20-40 W/230 V type G9, T300 °C
- De lamp die in het apparaat wordt gebruikt is specifiek ontworpen voor elektrische apparaten en is
niet geschikt voor ruimteverlichting (EC Richtlijn Nr. 244/2009).
- De lampjes zijn verkrijgbaar bij de Klantenservice.
BELANGRIJK:
- Raak halogeenlampjes niet met blote handen aan om te voorkomen dat ze beschadigd worden
door uw vingerafdrukken.
- Gebruik de oven niet voordat het beschermkapje is teruggeplaatst
Fig. 4 Fig. 5 Fig. 6
Fig. 7 Fig. 8 Fig. 9 Fig. 10
NL10
RAADPLEEG VOOR DE ELEKTRISCHE AANSLUITING HET HOOFDSTUK OVER DE INSTALLATIE
De inductieoven is uitgerust met een elektrische aansluiting aan de achterwand om het verwarmingselement
in de inductieplaat van spanning te voorzien wanneer deze op het stopcontact is aangesloten.
De inductieplaat is ontworpen om samen te werken met de bij de oven meegeleverde inductieschaal. Door
het gebruik van de schaal en de inductieplaat kunnen betere kookresultaten en een lager energieverbruik
verkregen worden.
1. Bedieningspaneel
2. Bovenste verwarmingselement/grill
3. Koelventilator (niet zichtbaar)
4. Typeplaatje (verwijder dit nooit)
5. Lampjes
6. Circulair verwarmingselement (niet zichtbaar)
7. Ventilator
8. Onderste verwarmingselement (niet zichtbaar)
9. Deur
10. Positie van de roosters (de steunhoogte staat aangegeven op de voorkant van de oven)
11. Schot
12. Elektrische aansluiting (in oven)
13. Inductieplaat
14. Positie inductieplaat
OPMERKING:
- Tijdens de bereiding kan de koelventilator afwisselend ingeschakeld worden om het energieverbruik
te verminderen.
- Na afloop van de bereiding, nadat de oven is uitgeschakeld, kan de koelventilator nog een tijdje
blijven werken.
- Wanneer de ovendeur tijdens de bereiding wordt geopend, worden de verwarmingselementen
uitgeschakeld.
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES
A. ROOSTER: kan gebruikt worden om voedsel op te grillen of als draagrooster voor pannen, bak- en
cakevormen en ovenvaste schalen.
B. OPVANGBAK: is bedoeld om vet op te vangen wanneer hij onder het rooster wordt geplaatst, of als
bakplaat voor het bereiden van vlees, vis, groenten, focaccia enz.
C. SCHAAL: de schaal is ontworpen voor gebruik in combinatie met de inductieplaat en moet volgens
de positiemarkeringen op het glas van de inductieplaat geplaatst worden.
INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK VAN DE OVEN
Fig. A Fig. B Fig. C Fig. D Fig. E
NL11
D. INDUCTIEPLAAT: alleen te gebruiken in de inductiemodus door de plaat op de derde steunhoogte
te gebruiken en ervoor te zorgen dat de plaat goede verbinding maakt met de elektrische aansluiting
(zie “Roosters en andere accessoires in de oven aanbrengen”).
E. CELLULOSEDOEK: te gebruiken voor de STARCLEAN™ reinigingscyclus.
IMPORTANT:Gebruik alleen de meegeleverde cellulosedoek.
Het aantal accessoires is afhankelijk van het aangeschafte model.
NIET-BIJGELEVERDE ACCESSOIRES
Bij de Klantenservice kunt u apart andere accessoires aanschaffen.
PLAATSEN VAN DE ROOSTERS EN ANDERE ACCESSOIRES IN DE OVEN
1. Schuif het rooster horizontaal in de oven, met het verhoogde gedeelte “A” omhoog gericht (Fig.1).
2. Het plaatsen van de andere accessoires, zoals de opvangbak en de bakplaat, gebeurt met het
verhoogde gedeelte op vlak “B” omhoog gericht (Fig.2).
INDUCTIEPLAAT:
De inductieplaat moet op de derde steunhoogte worden gebruikt om verbinding met de elektrische
aansluiting te maken.
1. Gebruik beide handen om de inductieplaat correct op de derde steunhoogte aan te brengen (Fig. 1).
2. Gebruik beide handen om de inductieplaat in de elektrische aansluiting te drukken (Fig. 2).
3. Zorg dat de plaat verbinding maakt met de aansluiting door de inductieplaat stevig aan te drukken
(Fig. 3).
Fig.1 Fig.2
Fig. 1 Fig. 2 Fig. 3
NL12
SCHAAL:
Plaats de schaal op de inductieplaat en zorg dat de bodem van de schaal zich binnen de rechthoekige
markeringen op het glas van de inductieplaat bevindt.
1. Gebruik beide handen om de schaal op de inductieplaat te zetten (Fig. 4).
2. Plaats de schaal in het midden van de markeringen op het glas (Fig. 5).
SCHAAL EN INDUCTIEPLAAT VERWIJDEREN
SCHAAL VERWIJDEREN:
BELANGRIJK: De inductieschaal kan zeer heet worden. Gebruik altijde ovenwanten/-handschoenen om
de schaal vast te pakken en te verplaatsen.
1. Pak de voorste handgreep met beide handen vast en schuif de schaal gedeeltelijk naar buiten (Fig. 1).
2. Gebruik vervolgens de zijhandgrepen om de schaal beter vast te pakken en uit de oven te
verwijderen (Fig. 2).
INDUCTIEPLAAT VERWIJDEREN:
BELANGRIJK: De inductieplaat is goed vastgedrukt voor een goede verbinding met de elektrische
aansluiting. Er is daarom iets meer kracht nodig om de plaat los te trekken. Verwijder de inductieplaat niet
als er nog een schaal of ander accessoire aanwezig is.
Gebruik altijd ovenwanten/-handschoenen als de inductieplaat of oven heet is.
1. Pak de inductieplaat met beide handen vast en verwijder de plaat uit de oven. Er is iets meer kracht
nodig om de plaat van de elektrische aansluiting los te trekken (Fig. 3).
2. Verwijder de inductieplaat met beide handen en berg de plaat op. Voorkom stoten die tot
beschadiging van het glas of de elektrische aansluiting kunnen leiden (Fig. 4).
Fig. 4 Fig. 5
Fig. 1 Fig. 2
Fig. 3 Fig. 4
NL13
BESCHRIJVING BEDIENINGSPANEEL
AANRAAKTOETSEN: druk gewoon op het betreffende symbool om de functie te gebruiken (er is slechts
een lichte aanraking nodig).
Aan/Uit (wanneer u op de aan/uit-toets drukt om de oven uit te schakelen, klinkt er een geluidssignaal;
dit geluidssignaal kan niet worden uitgeschakeld).
om toegang tot het hoofdmenu te krijgen of naar het startscherm terug te keren
om directe toegang tot het menu Inductie te krijgen
om terug te keren naar het vorige scherm
om door de functies/opties te bladeren en de voorgeselecteerde waarden te wijzigen
om instellingen te selecteren en te bevestigen
om de bereiding te starten
OVERZICHT FUNCTIES
Druk na het inschakelen van de oven op het symbool en de volgende aanwijzing verschijnt op het
display.
Druk op een willekeurige toets om het bericht over te slaan.
OPMERKING: De eerste waarschuwing voor de inductiemodus kan uitgeschakeld/ingeschakeld worden
via het menu Instellingen.
Als de inductieplaat reeds met de elektrische aansluiting verbonden is wanneer de oven ingeschakeld
wordt, dan wordt de eerste waarschuwing voor de inductiemodus niet weergegeven.
Nadat de eerste waarschuwing voor de inductiemodus is overgeslagen, worden de volgende aanwijzingen
weergegeven:
A. Pictogram van de gemarkeerde functie
B. Gemarkeerde functie die geselecteerd kan worden door te drukken op
C. Beschrijving van de gemarkeerde functie
D. Meer beschikbare, selecteerbare informatie
Traditional manual cooking functions
Specials
Recipes
Traditional
A
D
C
B
NL14
DETAILS VAN DE FUNCTIE
Nadat u de gewenste functie heeft geselecteerd, drukt u op de toets en worden er meer opties en
bijhorende details weergegeven.
Om tussen de verschillende zones heen en weer te gaan gebruikt u de toetsen en : de cursor gaat
langs de waarden die veranderd kunnen worden, in de hierboven beschreven volgorde. Druk op om
de waarde te selecteren, deze aan te passen met behulp van en dit te bevestigen door op de toets
te drukken.
OPMERKING: In de inductiemodus kunnen alleen Zone 3 en Zone 4 worden aangepast.
EERSTE GEBRUIK - SELECTEREN VAN DE TAAL EN INSTELLEN VAN DE TIJD
Voor een correct gebruik van de oven moet u bij de eerste inschakeling de gewenste taal selecteren en de
actuele tijd instellen.
Ga als volgt te werk:
1. Druk op : het display geeft een lijst met de eerste drie beschikbare talen weer.
2. Druk op de toetsen en om door de lijst te scrollen.
3. Als u de gewenste taal gemarkeerd heeft, drukt u op om deze te selecteren.
Nadat u de taal geselecteerd heeft, geeft het display knipperend 12:00 aan.
4. Stel de tijd in met behulp van de toetsen en . Om sneller door de cijfers te scrollen, houd u de
toets ingedrukt.
5. Bevestig de instelling door op te drukken; op het display wordt de lijst met functies
weergegeven.
KEUZE VAN DE BEREIDINGSFUNCTIES
1. Als de oven uitgeschakeld is, drukt u op de toets ; op het display verschijnen de bereidingsfuncties.
2. Om door de diverse mogelijkheden te bladeren, drukt u op de toetsen : de geselecteerde
functie wordt in het wit aangegeven in het midden van het display.
OPMERKING:zie voor het overzicht en de beschrijving van de functies de specifieke tabel op
page82 en op page87.
Als de inductieplaat reeds met de elektrische aansluiting verbonden is of wanneer de
inductieplaat wordt aangebracht, zijn alleen de Inductiefuncties en Instellingen toegankelijk
via het hoofdmenu.
Als de inductieplaat niet met de elektrische aansluiting in de oven verbonden is, zijn zowel het
menu Standaardfuncties als het menu Inductiefuncties toegankelijk.
Bij het aanbrengen of verwijderen van de inductieplaat, wordt een bericht op het display
weergegeven dat aanduidt of de verbinding of ontkoppeling correct is.
3. Selecteer de functie door op de toets te drukken: de bereidingsinstellingen verschijnen op het
scherm. Als de juiste voorgeselecteerde waarden gekozen zijn, drukt u op de starttoets ; is dit niet
het geval, ga dan zoals hierboven aangegeven verder met het wijzigen van de waarden.
PREHEAT
No
GRILL POWER
Medium
COOK TIME
END TIME
Grill
--:--
--:--
Zone 1 Zone 3
Cursor
Zone 4
Zone 2
NL15
INSTELLEN VAN TEMPERATUUR/GRILLVERMOGEN (alleen Standaardfuncties)
Ga als volgt te werk om de temperatuur of het grillvermogen te wijzigen:
1. Controleer of de cursor naast de temperatuurwaarde staat (zone 1); druk op toets om de
parameter te selecteren die u wilt wijzigen: de temperatuurwaarden gaan knipperen.
2. Gebruik de toetsen om de gewenste waarde in te stellen.
3. Druk op de toets om de waarde te bevestigen en druk vervolgens op . Het display geeft aan op
welk niveau het gerecht geplaatst moet worden.
4. Druk op om de bereiding te starten.
De ingestelde temperatuur kan op dezelfde manier ook tijdens de bereiding veranderd worden.
5. Als de bereiding voltooid is, verschijnt het bericht “einde bereiding. Nu kan de oven uitgeschakeld
worden door op te drukken of kan de bereiding verlengd worden door op te drukken. Bij het
uitschakelen verschijnt er een balk op het display die de huidige temperatuur in de oven aangeeft.
Opmerking: in de inductiemodus wordt de temperatuur automatisch door de oven aangepast en
hoeft niet handmatig te worden ingesteld.
OVEN VOORVERWARMEN (alleen Standaardfuncties)
Als u de oven wilt voorverwarmen moet u de voorselectie van de oven als volgt wijzigen:
1. Gebruik de toetsen en om de cursor op voorverwarmen te plaatsen.
2. Druk op toets om de parameter te selecteren: “Nee” knippert op het display.
3. OM de instelling te wijzigen, drukt u op of : op het display wordt “Ja” weergegeven.
4. Bevestig de instelling met de toets .
Opmerking: in de inductiemodus is voorverwarmen niet nodig. In de inductiemodus moeten alle
bereidingen koud gestart worden.
SNEL VOORVERWARMEN (alleen Standaardfuncties)
Als u de oven snel wilt voorverwarmen alvorens voedsel te plaatsen moet u de voorselectie van de oven
als volgt wijzigen:
1. Selecteer de functie snel voorverwarmen met behulp van de toetsen .
2. Bevestig met de toets : de instellingen verschijnen op het scherm.
3. Als de voorgestelde temperatuur de gewenste is, drukt u op ; is dit niet het geval, ga dan zoals in de
voorgaande paragrafen aangegeven verder met het wijzigen van de temperatuur. Een geluidssignaal
geeft aan dat de oven de ingestelde temperatuur heeft bereikt.
Na afloop van de voorverwarmingsfase selecteert de oven automatisch de statische functie .
Zet het gerecht in de oven.
4. Als u een andere bereidingsfunctie wilt instellen, druk dan op en selecteer de gewenste functie.
PREHEAT
No
TEMPERATURE
200°C
COOK TIME
END TIME
Forced Air
--:--
--:--
PREHEAT
No
TEMPERATURE
180°C
COOK TIME
END TIME
Forced Air
--:--
--:--
Insert food on level 3
Press when done
PREHEAT
No
TEMPERATURE
180°C
COOK TIME
END TIME
Forced Air
--:--
--:--
PREHEAT
No
TEMPERATURE
180°C
COOK TIME
END TIME
Forced Air
--:--
--:--
PREHEAT
Yes
TEMPERATURE
180°C
COOK TIME
END TIME
Forced Air
--:--
--:--
TEMPERATURE
180°C
INSERT IN
Fast Preheating
- 00:02
TEMPERATURE
180°C
INSERT IN
Preheating
- 00:02
TEMPERATURE
180°C
INSERT IN
Oven is Hot!
- 00:02
NL16
INSTELLING VAN DE BEREIDINGSDUUR
Met deze functie kunt u gerechten gedurende een ingestelde tijd bereiden, van minimaal 1 minuut tot de
maximale tijd van de geselecteerde functie, waarna de oven automatisch uitgeschakeld wordt.
1. Om de functie te selecteren, positioneert u de cursor naast “bereidingsduur” met behulp van de
toetsen .
2. Druk op toets om de parameter te selecteren; “00:00” gaat knipperen op het display.
3. Wijzig de waarde met behulp van de toetsen en om de gewenste bereidingsduur weer te
geven.
4. Bevestig de gekozen waarde met .
EEN BRUIN KORSTJE GEVEN (alleen Standaardfuncties)
Na afloop van de bereiding wordt, voor de functies waarbij dat kan, op het display de mogelijkheid
weergegeven om uw gerecht een oppervlakkig bruin korstje te geven. Deze functie kan alleen geactiveerd
worden als u een bereidingsduur hebt ingesteld.
Als de bereidingsduur is afgelopen, verschijnt “^ om te verlengen, voor een bruin korstje” op het display.
Door op de toets te drukken, start de oven een bruiningsfase voor de duur van 5 minuten. Deze functie
kan slechts éénmaal geactiveerd worden.
INSTELLEN VAN HET TIJDSTIP EINDE BEREIDING/UITGESTELDE START
U kunt de gewenste eindtijd instellen en het starten van de oven met maximaal 23 uur en 59 minuten
uitstellen, te beginnen vanaf het huidige tijdstip. Dit is alleen mogelijk na het instellen van een
bereidingsduur. Deze instelling is alleen beschikbaar als u de oven niet wilt voorverwarmen bij de
gekozen functie.
Na het instellen van de bereidingsduur verschijnt de tijd waarop de bereiding eindigt op het display
(bijvoorbeeld 19:20). Om het einde van de bereiding uit te stellen en daarmee ook het starten van de oven,
gaat u als volgt te werk:
1. Positioneer de cursor aan het einde van de bereidingsduur met behulp van de toetsen .
2. Druk op toets om de parameter te selecteren: de eindtijd gaat knipperen.
3. Verander het tijdstip voor het einde van de bereiding door de gewenste waarde in te stellen met
behulp van de toetsen
en .
4. Bevestig de gekozen waarde met .
5. Druk op toets . Het display geeft aan op welk niveau het gerecht geplaatst moet worden.
6. Druk op de toets om de functie te activeren. De oven begint met de bereiding na een wachttijd
die berekend wordt op basis van de ingestelde eindtijd (bijvoorbeeld: als een gerecht een
bereidingsduur van 20 minuten heeft en als eindtijd 20:10 is ingesteld, dan begint de oven om
19:50 met de bereiding).
OPMERKING:tijdens de wachtfase kunt u de oven ook handmatig starten door op de toets te
drukken.
U kunt de ingestelde waarden (temperatuur, grillniveau, bereidingsduur) op ieder gewenst
moment tijdens de bereiding wijzigen met behulp van de toetsen en de toets zoals
beschreven in de voorgaande paragrafen.
PREHEAT
No
TEMPERATURE
180°C
COOK TIME
END TIME
Forced Air
--:--
--:--
PREHEAT
No
TEMPERATURE
180°C
HH:MM
END TIME
Forced Air
--:--
- 00:00
PREHEAT
No
TEMPERATURE
180°C
HH:MM
END TIME
Forced Air
19:20
- 00:20
Browning
COOK TIME
END TIME
20:05
- 00:05
Cooking nished at 20:00
^ to prolong,
to brown
Browning nished at 20:05
PREHEAT
No
TEMPERATURE
180°C
HH:MM
END TIME
Forced Air
19:20
- 00:20
PREHEAT
No
TEMPERATURE
180°C
HH:MM
END TIME
Forced Air
19:20
- 00:20
PREHEAT
No
TEMPERATURE
180°C
HH:MM
END TIME
Forced Air
20:10
- 00:20
NL17
KOOKWEKKER
Deze functie kan alleen gebruikt worden als de oven uitstaat en is bijvoorbeeld handig om de kooktijd van
pasta in te stellen. De maximale tijd die ingesteld kan worden is 1 uur en 30 minuten.
1. Druk op als de oven uitgeschakeld is: op het display verschijnt “00:00:00”.
2. Druk op de toetsen en om de gewenste tijd te selecteren.
3. Druk op toets om het aftellen te starten. Als de ingestelde tijd is verstreken, verschijnt “00:00:00”
op het display en klinkt er een geluidssignaal. U kunt de tijd verlengen door deze opnieuw in te
stellen, of de kookwekker uitschakelen door op toets te drukken (op het display verschijnt de
huidige tijd).
RECEPTEN
Dankzij de “Sixth sense” technologie kunt u 30 vooraf ingestelde recepten gebruiken met de ideale
bereidingsfunctie en temperatuur.
U hoeft zich alleen aan de ingrediënten en de bereiding van het gerecht in het bijgeleverde kookboek te
houden. Volg voor de rest de volgende instructies:
1. Selecteer “RECEPTEN” met behulp van de toetsen en bevestig met .
2. Kies het gewenste gerecht uit de lijst.
3. Bevestig uw keuze met de toets .
4. Selecteer het gewenste recept met behulp van de toetsen .
5. Bevestig met de toets : op het display verschijnt de indicatieve bereidingsduur.
6. Plaats de etenswaar in de oven en druk op de toets . Het display geeft aan op welk niveau het
gerecht geplaatst moet worden.
7. Druk op de toets om de bereiding te starten. Zie de betreffende paragraaf voor het uitstellen van
de start van de bereiding.
OPMERKING:Sommige gerechten moeten halverwege de bereidingsduur omgekeerd of
doorgeroerd worden: de oven geeft een geluidssignaal en op het display verschijnt wat u moet doen.
De aanvankelijk weergegeven bereidingsduur is zuiver indicatief: deze kan tijdens de bereiding
automatisch worden verlengd.
Voordat de bereidingsduur afloopt, vraagt de oven om te controleren of het gerecht de door u gewenste
bereidingsgraad heeft. Als dit niet het geval is, kunt u handmatig extra tijd toevoegen met behulp van de
toetsen
.
Press to set Timer, to Start
00 : 00 : 00
(HH) (MM) (SS)
Press to set Timer, to Start
01 : 10 : 00
(HH) (MM) (SS)
Timer
01 : 09 : 00
Fully automatic 6th Sense recipes
Traditional
Settings
Recipes
6th Sense: Press to view recipes
Vegetables
Fish
Poultry
6th Sense: See cookbook for description
Chicken Breasts
Roast Chicken
CONTROL
Automatic
COOK TIME
END TIME
Roast Chicken
19:45
- 00:45
CONTROL
Automatic
COOK TIME
END TIME
Cooking
19:45
- 00:44
Insert food on level 3
Press when done
Please turn food
Cooking nearly nished
Please check on food
Cooking Finished at 19:45
Press to Prolong Cooking
NL18
INDUCTIEFUNCTIES
Danzij de inductieverwarmingstechnologie biedt de oven diverse bereidingsfuncties (zie de tabel
Functies) die goede kookresultaten garanderen in combinatie met een zeer snel bereidingsproces en een
laag energieverbruik.
Voor optimale werking dient de inductieplaat in combinatie met de meegeleverde roestvrijstalen schaal
gebruikt te worden (zie Roosters en andere accessoires in de oven aanbrengen voor informatie over het
aanbrengen van de inductieplaat en de schaal).
Om de Inductiefuncties, etc. te starten, navigeert u naar het hoofdmenu menu (zie Bereidingsfuncties
selecteren of drukt u op het symbool voor directe toegang tot inductie).
Voor toegang tot de inductiefuncties van de gebruikersinterface moet de inductieplaat correct in de oven
zijn aangebracht.
Als een inductiebereidingscyclus gewenst is, maar er geen inductieplaat of -schaal is aangebracht, dan stelt
het apparaat de afwezigheid van een van beiden of van allebei vast en geeft vervolgens het advies deze
eerst aan te brengen:
1. Selecteer Inductiefuncties met behulp van de toetsen en bevestig dit met , of druk op .
2. Selecteer de voedselcategorie voor bereiding uit de lijst en bevestig dit met behulp van .
3. Op basis van de voedselcategorie kan er een subcategorie en/of gewicht geselecteerd worden door
te scrollen in het submenu met behulp van en dit te bevestigen met .
4. Druk op de toets om te bevestigen.
5. Plaats de etenswaar in de oven en druk op .
6th Sense Inductiefuncties
Sommige bereidingsfuncties (Gebraden vlees, Gebraden gevogelte en Vis) worden ondersteund door 6th
Sense. Op basis van het gewicht van de te bereiden etenswaar, stelt de 6th Sense-technologie de
bereidingstijd voor. De bereidingstijd kan naar wens worden aangepast en bij sommige vleescategorieën
wordt verwezen naar een licht gebakken/rood bereiding (zie Bereidingstabellen inductieoven voor meer
informatie).
INSTELLINGEN
1. Om parameters op het display te wijzigen, selecteert u “INSTELLINGEN” in het hoofdmenu met
behulp van de toetsen .
2. Bevestig met de toets : op het display worden de parameters weergegeven die u kunt wijzigen
(taal, tijd, volume geluidssignaal, helderheid van het display, energiebesparing, vermogen, eerste
waarschuwing voor inductiemodus).
3. Selecteer de instelling die u wilt wijzigen met behulp van de toetsen .
4. Druk op de toets om te bevestigen.
5. Volg de aanwijzingen op het display om de parameter te veranderen.
6. Druk op ; op het display verschijnt een bevestigingsbericht.
OPMERKING: Als de oven uitgeschakeld is en de functie ECOMODE (energiebesparing) geactiveerd is
(AAN), dan gaat het display na enkele minuten uit en wordt de klok weergegeven. Om de informatie op het
display weer te geven en het lampje weer in te schakelen, hoeft u alleen maar op een willekeurige toets te
drukken of aan een van de knoppen te draaien. Als tijdens een bereidingsfunctie de ECOMODE-functie
actief is, wordt de lamp na één minuut bereiden uitgeschakeld en opnieuw geactiveerd voor iedere
gebruikersinteractie. Als de functie niet geactiveerd is (UIT), dan wordt na enkele minuten alleen de
helderheid van het display verminderd.
NL19
TOETSENBLOKKERING (KEY-LOCK)
Deze functie kan gebruikt worden om de toetsen van het bedieningspaneel te blokkeren.
Druk minstens 3 seconden tegelijkertijd op en om deze optie te activeren. Als de blokkering actief
is, werken de toetsen niet en verschijnen er een waarschuwingsbericht en het symbool op het display.
Deze functie kan ook tijdens het bereidingsproces worden ingeschakeld. Om deze functie uit te schakelen,
moet de bovenste procedure worden herhaald. Wanneer de toetsenblokkering geactiveerd is, kan de oven
worden uitgeschakeld met behulp van de toets .
STARCLEAN™ REINIGINGSCYCLUS
Voer na elk gebruik van de overn de STARCLEAN™ reinigingscyclus uit om de oven in de beste staat te
houden. De cyclus duurt 35 minuten, inclusief een koelfase, en dient als volgt te worden uitgevoerd:
Zie het hoofdstuk REINIGING en de functietabel op page82 voor de beschrijving van deze functie.
1. Begin wanneer de oven is afgekoeld.
2. Maak de meegeleverde cellulosedoek nat onder stromend water en wring de doek uit tot er geen
water meer vanaf druppelt.
3. Open de deur van de oven en verwijder de geëmailleerde accessoires, de schaal en de inductieplaat.
4. Breng de afdekking van de elektrische aansluiting aan (zie Algemene adviezen voor meer informatie).
5. Bedek de bodem van de oven helemaal met de cellulosedoek.
6. Verdeel 350 ml water gelijmatig over de cellulosedoek. Een kleinere of grotere hoeveelheid water kan
de correcte werking van de cyclus negatief beïnvloeden.
7. Sluit de ovendeur.
Ga als volgt te werk om de reinigingscyclus van de oven te starten:
1. Selecteer STARCLEAN™ in het hoofdmenu met behulp van de toetsen en .
2. Druk op de toets ; het volgende wordt op het display weergegeven:
3. Druk op toets : het helpbericht wordt weergegeven; druk op de toets om dit te bevestigen en
de reinigingscyclus begint.
BELANGRIJK: Om te voorkomen dat er stoom ontsnapt, mag de deur niet tijdens de cyclus geopend
worden.
4. Aan het einde van de cyclus dient de cellulosedoek en eventueel resterend water uit de oven
verwijderd te worden.
5. Bevochtig de meegeleverde spons met heet water en reinig hiermee de oven (de reiniging is minder
effectief als hiermee meer dan 15 minuten wordt gewacht).
Zeer hardnekkig vuil
Om zeer hardnekkig vuil te verwijderen, herhaalt u de STARCLEAN™ cyclus en voegt u bij het verwijderen
van het vuil enkele druppels neutraal reinigingsmiddel toe.
1/1
Insert the cloth
& press
TIME
Cleaning
02:59
END TIME
15:00
TIME
Cleaning
00:00
END TIME
15:00
NL20
TABEL FUNCTIES
HOOFDMENU
INSTELLINGEN
Voor het instellen van het display (taal, tijd, helderheid, volume van
het geluidssignaal, energiebesparing).
RECEPTEN
Voor het selecteren van 30 verschillende vooringestelde recepten (zie
het bijgeleverde kookboek). De oven stelt automatisch de optimale
temperatuur, functie en bereidingsduur in. Het is belangrijk om de
aanwijzingen m.b.t. de bereiding, de te gebruiken accessoires en
steunhoogtes van het gerecht in het kookboek exact op te volgen.
STARCLEAN™
Voor het verwijderen van door bereiding ontstaan vuil door middel
van een lage-temperatuurcyclus. De gecombineerde actie van de
laklaag en het water dat vrijkomt uit de natgemaakte cellulosedoek
tijdens de cyclus, vergemakkelijkt de verwijdering van vuil. Activeer de
functie wanneer de oven koud is.
TRADITIONEEL Zie TRADITIONELE FUNCTIES.
SPECIAAL Zie SPECIALE FUNCTIES.
INDUCTIEFUNCTIES Zie INDUCTIEFUNCTIES.
TRADITIONELE FUNCTIES
SNEL
VOORVERWARMEN
Om de oven snel voor te verwarmen.
STATISCH
Voor het bereiden van gerechten op één steunhoogte. Gebruik
steunhoogte 3. Gebruik steunhoogte 1 of 2 om pizza's, hartige hapjes
en zoetigheid met vloeibare vullingen te bereiden. De oven hoeft niet
voorverwarmd te worden.
GRILL
Om biefstukken, kebabs en saucijzen te grillen, om gegratineerde
groenten te bereiden en brood te roosteren. Zet het gerecht op
steunhoogte 4 of 5. Voor het grillen van vlees wordt geadviseerd de
opvangbak te gebruiken om het braadvet op te vangen. Plaats de
opvangbak op steunhoogte 3/4 en giet er ongeveer een halve liter
water in. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden. Tijdens de
bereiding moet de deur van de oven dicht blijven.
TURBO GRILL
Voor het grillen van grote stukken vlees (lamsbouten, rosbief, hele kip).
Zet
het vlees op de middelste steunhoogtes. Geadviseerd wordt de
opvangbak te gebruiken om het braadvet op te vangen. Plaats de
opvangbak op de eerste of tweede steunhoogte en giet er ongeveer
een halve liter water in. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden.
Tijdens de bereiding moet de deur van de oven dicht blijven. Met deze
functie kunt u het draaispit gebruiken, als u dit hebt.
TURBO GEVENTILEERD
Voor het gelijktijdig bereiden van verschillende gerechten op meerdere
steunhoogtes (maximaal drie) die dezelfde bereidingstemperatuur
hebben (bijv.: vis, groenten, gebak). Met deze functie worden er geen
geuren van het ene naar het andere gerecht overgebracht. Geadviseerd
wordt om het tweede niveau te gebruiken voor bereidingen op één
steunhoogte, de eerste en vierde voor bereidingen op twee
steunhoogtes en de eerste, derde en vijfde voor bereidingen op drie
steunhoogtes. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden.
GEVENTILEERD
Vlees en stukken met vloeibare vulling (hartig of zoet) bereiden op één
steunhoogte; gebruik het derde niveau. De oven hoeft niet
voorverwarmd te worden.
NL21
SPECIAAL
ONTDOOIEN
Voor het versnellen van het ontdooien van voedsel. Plaats het voedsel
op de middelste steunhoogte. Laat het voedsel in de verpakking zitten
zodat het niet uitdroogt.
WARMHOUDEN
Voor het warm en krokant houden van zojuist bereide gerechten
(bijv: vlees, gefrituurde gerechten, ovenschotels). Plaats het voedsel
op de middelste steunhoogte. De functie kan niet ingeschakeld
worden als de temperatuur in de oven hoger dan 65 °C is.
LATEN RIJZEN
Voor het optimaal laten rijzen van zoet of hartig deeg. Om de kwaliteit
van het rijzen te behouden kan de functie niet geactiveerd worden als
de temperatuur in de oven hoger dan 40 °C is. Plaats het deeg op de
tweede steunhoogte. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden.
GELIJKTIJDIG BEREIDEN
OP MEERDERE NIVEAU'S
Voor het bereiden van kant-en-klare gerechten, die bij
kamertemperatuur of in de koeling bewaard worden (koekjes,
vloeibare taartvullingen, muffins, voorgerechten en broodproducten).
Met deze functie worden alle gerechten snel en voorzichtig bereid;
kan ook gebruikt worden voor het opwarmen van reeds bereide
gerechten. Volg de aanwijzingen op de verpakking. De oven hoeft
niet voorverwarmd te worden.
MAXI COOKING
Voor het braden van grote stukken vlees (meer dan 2,5 kg). Gebruik de
eerste of de tweede steunhoogte, afhankelijk van de grootte van het
vlees. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden. Aanbevolen wordt
om het vlees tijdens de bereiding om te keren om een gelijkmatige
bruining aan beide kanten te verkrijgen. Het verdient de voorkeur
het vlees zo nu en dan vochtig te maken om het niet te erg te laten
uitdrogen.
DIEPVRIESP-
RODUCTEN
Lasagne
Bij deze functie worden automatisch de beste temperatuur en
bereidingsmodus geselecteerd voor vijf verschillende categorieën
kant-en-klare diepvriesproducten. Gebruik de tweede of derde
steunhoogte. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden.
Pizza
Apfel-
strudel
Frites
Brood
Anders
Naar wens kan een temperatuur tussen de 50 en 250 °C worden
ingesteld voor het bereiden van andere soorten producten.
ECO HETE LUCHT
Gevulde braadstukken en stukken vlees op één niveau bereiden.
Deze functie maakt gebruik van discontinue, delicate ventilatorhulp,
waardoor overmatig drogen van voedsel wordt voorkomen. In deze
ECO-functie blijft het lampje uit tijdens de bereiding en kan tijdelijk
opnieuw worden ingeschakeld door de bevestigingstoets in te
drukken. Om de efficiëntie van het vermogen te maximaliseren, is het
raadzaam om tijdens de bereiding niet de deur te openen.
Aanbevolen wordt de derde steunhoogte te gebruiken. De oven hoeft
niet voorverwarmd te worden.
NL22
INDUCTIEFUNCTIES
ETENSWAAR
Gebraden
vlees
Rosbief
4 stappen:
van 0,6 tot 2 kg
De functie selecteert automatisch de ideale
bereidingstemperatuur en -modus voor
verschillende gewichtscategorieën (zie
ovendisplay). Alle soorten vlees kunnen gebraden
worden (bijv. rundvlees, kalfsvlees, varkensvlees,
spareribs, lamsvlees, etc.) De functie “Afwerken
bovenkant” is optimaal voor het verkrijgen van
een extra bruin korstje.
Braadstuk
3 stappen:
van 1 tot 4 kg
filet / stuk
Gebraden
gevogelte
Heel
5 stappen:
van 0,6 tot 3 kg
De functie selecteert automatisch de ideale
bereidingstemperatuur en -modus voor
verschillende gewichtscategorieën (zie
ovendisplay). Alle soorten gevogelte kunnen
gebraden worden (bijv. kip, kalkoen, eend, etc.)
De functie “Afwerken bovenkant” is optimaal voor
het verkrijgen van een extra bruin korstje.
filet / stuk
Vis
Heel
3 stappen: van 0,2
tot 1 kg
De functie selecteert automatisch de ideale
bereidingstemperatuur en -modus voor
verschillende gewichtscategorieën (zie
ovendisplay). Alle vissoorten kunnen bereid
worden (bijv. zwaardvis, zeebaard, zeebrasem, etc.).
filet / stuk
Groenten
Gegrilde groenten
Deze functie is ideaal voor de bereiding van
verschillende soorten groenten met de optie van
het grillen of bereiden van groenten gevuld met
andere ingrediënten, zoals vlees, kaas,
bechamelsaus, etc.
Gevulde groenten
Koekjes/
Muffins
Muffins
Deze functie is ideaal voor de bereiding van
koekjes of muffins, van klassieke koekjes tot klein
gebak gevuld met jam, chocolade of andere
ingrediënten. Kies de functie “Muffins” wanneer
een rijsfase vereist is.
Koekjes
Taarten
Gebak
Deze functie is ideaal voor de bereiding van
gebak, taarten en ovenschotels. Van klassieke
vruchtentaart tot veel verschillende soorten
hartige ovenschotels, waaronder quiche.
Hartige taart/
ovenschotel
Pizza
Dunne pizza
Deze functie is ideaal voor de bereiding van alle
soorten pizza.
Dikke pizza
Brood
Deze functie is ideaal voor de bereiding van brood
met allerlei smaken, vormen en aroma's.
Stoofschotel / Hoofdgerecht
Deze functie is ideaal voor de bereiding van
gerechten op basis van pasta, met saus, room,
vlees, groenten (bijv. lasagna).
AANGEPAST
Laag vermogen
Deze functie is ideaal voor de bereiding van
etenswaar die niet in een bepaalde
voedselcategorie valt. Deze functie is
onderverdeeld in drie vermogensniveaus, zodat u
kunt kiezen tussen de lage, medium en hoge
combinatie van grill en plaat. TIjdens de bereiding
kan er gewisseld worden tussen het lage,
middelhoge en hoge vermogensniveau.
Middelhoog vermogen
Hoog vermogen
OPWARMEN -
Deze functie is ideaal voor het warm en krokant
houden van zojuist bereide gerechten en het
opwarmen van eerder bereide gerechten met
behulp van een geleidelijke overdracht van warmte.
NL23
EINDE
BEREIDING
Afwerken
bovenkant
Grill laag
Deze functies zijn ideaal voor het afwerken van
een gerecht dat een bereidingsmodus zoals
grillen of gratineren vereist. Het vermogen of de
snelheid van deze bereidingsmodus kan worden
geregeld met behulp van drie verschillende
grillniveaus. Tijdens het afwerken van de
bovenkant werkt de plaat niet.
Grill medium
Grill hoog
Afwerken
onderkant
Laag vermogen
Deze functies zijn ideaal voor het afwerken van
gerechten die slechts een warmtebron aan de
onderzijde vereisen. Het vermogen of de snelheid
van het vermogen en de snelheid van de
afwerking van de onderkant kan worden geregeld
met behulp van drie verschillende
vermogensniveaus van de inductieplaat. Tijdens
het afwerken van de onderkant werkt de grill niet.
Middelhoog
vermogen
Hoog vermogen
Recept met schaal
(meegeleverd)
Functie
Voorver-
warmen
Niveau
Tempera -
tuur
Tijdsbereik
(min.-max.)
LAAG*
Tijdsbereik
(min.-max.)
HOOG*
Lasagna
Stoofschotel /
Hoofd
Nee 3 Automatisch 30 45 30 45
Pasta pasticciata/
cannelloni
Nee 3 Automatisch 30 45 30 45
Rosbief rood 48°
(0,6-0,8 kg)
Rosbief
Nee 3 Automatisch 30 35 25 35
Rosbief rood 48°
(0,9-1,2 kg)
Nee 3 Automatisch 40 55 30 40
Rosbief rood 48°
(1,3-1,5 kg)
Nee 3 Automatisch 40 65 45 55
Rosbief rood 48°
(1,6-2 kg)
Nee 3 Automatisch 65 80 55 70
Gebraden varkensvlees /
kalfsvlees
(1-2 kg)
Gebraden vlees –
heel
Nee 3 Automatisch 60 80 55 70
Gebraden varkensvlees /
kalfsvlees
(2-3 kg)
Nee 3 Automatisch 65 85 60 75
Gebraden varkensvlees /
kalfsvlees
(3-4 kg)
Nee 3 Automatisch 70 90 65 80
Varkensribjes
Gebraden vlees –
filet / stuk
Nee 3 Automatisch 25 45 25 35
Gebraden kip
(0,6-0,8 kg)
Gebraden
gevogelte – heel
Nee 3 Automatisch 35 45 25 35
Gebraden kip
(0,9-1,2 kg)
Nee 3 Automatisch 65 80 40 50
Gebraden kip
(1,3-1,5 kg)
Nee 3 Automatisch 75 95 55 70
Gebraden kip
(1,6-2 kg)
Nee 3 Automatisch 85 110 65 120
Gebraden kip
(2-3 kg)
Nee 3 Automatisch 120 155 105 130
NL24
* Aan het begin van de bereidingscyclus wordt een indicatieve tijd weergegeven. De bereidingstijd kan
naar wens en voor verschillende soorten vlees/vis worden aangepast. Bij Gebraden vlees – Rosbief heeft
de aangeduide bereidingstijd betrekking op een licht gebakken/rood bereiding.
Raadpleeg de tabel om het juiste tijdsbereik te kiezen (op basis van de vermogensinstelling LAAG/HOOG).
Zie de paragraaf Elektrische aansluiting voor meer informatie. Als de instelling Elektrische aansluiting niet
beschikbaar is, wordt standaard de vermogensinstelling HOOG gebruikt.
Kippenbouten
Gebraden
gevogelte – filet /
stuk
Nee 3 Automatisch 35 50 30 35
Kippenbouten met
aardappelen
Nee 3 Automatisch 35 50 30 35
Forel (0,2-0,4 kg)
Vis – heel
Nee 3 Automatisch 35 35 15 25
Forel (0,5-0,8 kg) Nee 3 Automatisch 35 45 25 35
Forel (0,8-1,0 kg) Nee 3 Automatisch 45 45 35 45
Kabeljauw Vis – filet / stuk Nee 3 Automatisch 20 35 20 30
Gebakken aardappelen
Groenten – gegrild
Nee 3 Automatisch 35 45 25 35
Gemengde groenten Nee 3 Automatisch 35 45 25 35
Gevulde courgette
Groenten – gevuld
Nee 3 Automatisch 20 30 20 30
Gevulde tomaten Nee 3 Automatisch 20 30 20 30
Kleine taartjes (Small
cakes)
Koekjes – muffins Nee 3 Automatisch 25 35 25 35
Biscuit / Sablè Koekjes Nee 3 Automatisch 15 25 15 25
Vruchtentaart Gebak en taarten Nee 3 Automatisch 30 40 25 35
Quiche Hartige taarten Nee 3 Automatisch 35 45 25 35
Brood Brood Nee 3 Automatisch 30 40 30 40
Zelfgemaakte pizza Dikke pizza Nee 3 Automatisch 30 40 25 30
Krokante pizza Dunne pizza Nee 3 Automatisch 20 25 15 20
Land Instelling
Duitsland Hoog
Spanje Laag
Finland Hoog
Frankrijk Hoog
Ital Laag
Nederland Hoog
Noorwegen Hoog
Zweden Hoog
Verenigd Koninkrijk Laag
België Hoog
Recept met schaal
(meegeleverd)
Functie
Voorver-
warmen
Niveau
Tempera -
tuur
Tijdsbereik
(min.-max.)
LAAG*
Tijdsbereik
(min.-max.)
HOOG*
NL25
BEREIDINGSTABEL
Recept Functie Voorver
warmen
Steunhoog
te (van
onder)
Temp.
(°C)
Tijd
(min)
Accessoires en opmerkingen
Luchtig gebak
- 2/3 160-180 30-90 Taartvorm op rooster
- 1-4 160-180 30-90
Niveau 4: taartvorm op
rooster
Niveau 1: taartvorm op
rooster
Taarten met vulling
(cheesecake, strudel,
appeltaart)
- 3 160-200 35-90
Opvangbak/bakplaat of
taartvorm op rooster
- 1-4 160-200 40-90
Niveau 4: taartvorm op
rooster
Niveau 1: taartvorm op
rooster
Koekjes / taartjes
- 3 170-180 20-45 Opvangbak of bakplaat
- 1-4 160-170 20-45
Niveau 4: rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
- 1-3-5 160-170 20-45*
Niveau 5: pan op rooster
Niveau 3: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
Soesjes
- 3 180-200 30-40 Opvangbak of bakplaat
- 1-4 180-190 35-45
Niveau 4: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
- 1-3-5 180-190 35-45*
Niveau 5: pan op rooster
Niveau 3: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
Meringues
- 3 90 110-150 Opvangbak of bakplaat
- 1-4 90 140-160
Niveau 4: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
- 1-3-5 90 140-160*
Niveau 5: pan op rooster
Niveau 3: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
Brood / pizza /
focaccia
- 1/2 190-250 15-50 Opvangbak of bakplaat
- 1-4 190-250 20-50
Niveau 4: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
- 1-3-5 190-250 25-50*
Niveau 5: pan op rooster
Niveau 3: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
NL26
Hartige taarten
(groentetaart,
quiche)
- 3 180-190 40-55 Taartvorm op rooster
- 1-4 180-190 45-70
Niveau 4: taartvorm op
rooster
Niveau 1: taartvorm op
rooster
- 1-3-5 180-190 45-70*
Niveau 5: taartvorm op
rooster
Niveau 3: taartvorm op
rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat + taartvorm
Pasteitjes /
bladerdeeghapjes
- 3 190-200 20-30 Opvangbak of bakplaat
- 1-4 180-190 20-40
Niveau 4: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
- 1-3-5 180-190 20-40*
Niveau 5: pan op rooster
Niveau 3: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
Lasagne / pasta uit
de oven / cannelloni /
ovenschotels
- 3 190-200 45-65 Opvangbak of pan op rooster
Lamsvlees /
kalfsvlees /
rundvlees /
varkensvlees 1 kg
- 3 190-200 80-110 Opvangbak of pan op rooster
Kip / konijn / eend
1 kg
- 3 200-230 50-100 Opvangbak of pan op rooster
Kalkoen / gans 3 kg - 2 190-200 80-130 Opvangbak of pan op rooster
Vis uit de oven / in
folie (filet, heel)
- 3 180-200 40-60 Opvangbak of pan op rooster
Gevulde groenten
(tomaten,
courgettes,
aubergines)
- 2 180-200 50-60 Pan op rooster
Toas t - 5 Hoog 3-6 Rooster
Visfilet/moten vis - 4 Medium 20-30
Niveau 4: rooster (draai het
voedsel halverwege de
bereidingstijd om)
Niveau 3: opvangbak met
water
Worstjes/spiezen/
spareribs/
hamburgers
- 5
Medium-
Hoog
15-30
Niveau 5: rooster (draai het
voedsel halverwege de
bereidingstijd om)
Niveau 4: opvangbak met
water
Recept Functie Voorver
warmen
Steunhoog
te (van
onder)
Temp.
(°C)
Tijd
(min)
Accessoires en opmerkingen
NL27
Gebraden kip
1-1,3 kg
- 2 Medium 55-70
Niveau 2: rooster (draai het
voedsel om na tweederde
van de bereidingstijd)
Niveau 1: opvangbak met
water
- 2 Hoog 60-80
Niveau 2: draaispit (indien
bijgeleverd)
Niveau 1: opvangbak met
water
Rosbief rosé 1 kg - 3 Medium 35-50
Pan op rooster (draai het
voedsel indien nodig na
tweederde van de
bereidingstijd om)
Lamsbout /schenkel - 3 Medium 60-90
Opvangbak of pan op rooster
(draai het voedsel indien
nodig na tweederde van de
bereidingstijd om)
Geb. aardappelen - 3 Medium 45-55
Opvangbak of bakplaat (draai
het voedsel indien nodig na
tweederde van de
bereidingsduur om)
Gegratineerde
groenten
- 3 Hoog 10-25 Opvangbak of pan op rooster
Lasagne en vlees - 1-4 200 50-100*
Niveau 4: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of pan
op rooster
Vlees en
aardappelen
- 1-4 200 45-100*
Niveau 4: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of pan
op rooster
Vis en groente - 1-4 180 30-50*
Niveau 4: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of pan
op rooster
Complete maaltijd:
Taart (niveau 5) /
Lasagna (niveau 3) /
Vlees (Level 1)
- 1-3-5 190 40-120*
Niveau 5: pan op rooster
Niveau 3: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of pan
op rooster
Recept Functie Voorver
warmen
Steunhoog
te (van
onder)
Temp.
(°C)
Tijd
(min)
Accessoires en opmerkingen
NL28
* Bereidingsduur bij benadering. Gerechten kunnen op verschillende tijdstippen afhankelijk van de
persoonlijke voorkeur uit de oven worden verwijderd.
Diepvriespizza's
- 3 Auto 10-15
Opvangbak / bakplaat of
rooster
- 1-4 Auto 15-20
Niveau 4: pan op rooster
Niveau 1: opvangbak of
bakplaat
- 1-3-5 Auto 20-30
Niveau 5: pan op rooster
Niveau 3: opvangbak of
bakplaat
Niveau 1: pan op rooster
- 1-3-4-5 Auto 20-30
Niveau 5: pan op rooster
Niveau 4: opvangbak of
bakplaat
Niveau 3: opvangbak of
bakplaat
Niveau 1: pan op rooster
Gevulde
braadstukken
- 3 200 80-120* Opvangbak of pan op rooster
Gesneden vlees
(konijn, kip, lam)
- 3 200 50-100* Opvangbak of pan op rooster
Recept Functie Voorver
warmen
Steunhoog
te (van
onder)
Temp.
(°C)
Tijd
(min)
Accessoires en opmerkingen
NL29
GETESTE RECEPTEN in overeenstemming met de norm IEC 60350-1:2011-12 en DIN 3360-12:07:07
Recept Functie Voorver-
warmen
Steun-
hoogte
(van onder)
Temp.
(°C)
Tijd
(min)
Accessoires en
opmerkingen
IEC 60350-1:2011-12 § 7.5.2
Koekjes van kruimeldeeg
(Shortbread)
- 3 170 15-30 Opvangbak/bakplaat
- 1-4 160 25-40
Niveau 4: bakplaat
Niveau 1: opvangbak/
bakplaat
IEC 60350-1:2011-12 § 7.5.3
Kleine taartjes (Small
cakes)
- 3 170 25-35 Opvangbak/bakplaat
- 1-4 160 30-40
Niveau 4: bakplaat
Niveau 1: opvangbak/
bakplaat
IEC 60350-1:2011-12 § 7.6.1
Cake zonder vet (Fatless
sponge cake)
- 2 170 30-40 Taartvorm op rooster
- 1-4 160 35-45
Steunhoogte 4: taartvorm op
rooster
Steunhoogte 1: taartvorm op
rooster
IEC 60350-1:2011-12 § 7.6.2
Twee appeltaarten (Two
apple pies)
- 2/3 185 70-90 Taartvorm op rooster
- 1-4 175 75-95
Niveau 4: taartvorm op
rooster
Niveau 1: taartvorm op
rooster
IEC 60350-1:2011-12 § 9.2
Toast** - 5 Hoog 3-6 Rooster
IEC 60350-1:2011-12 § 9.3
Hamburgers (Burgers)** - 5 Hoog 18-30
Niveau 5: rooster (draai het
voedsel halverwege de
bereidingstijd om)
Niveau 4: opvangbak met
water
DIN 3360-12:07 § 6.5.2.3
Appeltaart, vruchtenvlaai
(Apple cake, yeast tray
cake)
- 3 180 35-45 Opvangbak/bakplaat
- 1-4 160 55-65
Niveau 4: bakplaat
Niveau 1: opvangbak/
bakplaat
DIN 3360-12:07 § 6.6
Varkensbraadstuk (Pork
Roast)
- 2 170 110-150 Niveau 2: opvangbak
DIN 3360-12:07 annex C
Platte taart (Flat cake)
- 3 170 35-45 Opvangbak/bakplaat
- 1-4 160 40-50
Niveau 4: bakplaat
Niveau 1: opvangbak/
bakplaat
NL30
In de bereidingstabel worden de ideale functies en temperaturen gegeven voor de beste resultaten voor
elk type recept. Als u een gerecht wilt bereiden met de geventileerde functie op één steunhoogte, wordt
geadviseerd de tweede steunhoogte te gebruiken en dezelfde temperatuur als voor “HETE LUCHT” op
meerdere steunhoogtes.
De indicaties in de tabel zijn van toepassing zonder gebruik van de looprails. Voer de tests uit
zonder de looprails.
** Laat bij het grillen van voedsel 3-4 cm van de voorste rand van het rooster vrij om dit na afloop van de
bereiding makkelijker eruit te kunnen halen.
Energiezuinigheidsklasse (volgens de norm EN 60350-1:2013-07)
Gebruik de betreffende tabel om de test uit te voeren.
Energieverbruik en voorverwarmtijd
Selecteer de functie en voer de test alleen uit met de optie “Voorverwarmen” geactiveerd
(“Voorverwarmen ja”).
Nauwkeurigheidstest regeling
Selecteer de functie en voer de test alleen uit met de optie “Voorverwarmen” gedeactiveerd (wanneer
voorverwarmen geactiveerd is, brengt de ovenregeling met opzet een schommeling van het
temperatuurprofiel tot stand).
Lezen van de bereidingstabel
De tabel geeft aan welke functie het best gebruikt kan worden voor een bepaald gerecht, dat op één of
meerdere steunhoogtes tegelijk kan worden bereid. De bereidingsduren gelden vanaf het moment dat het
gerecht in de oven wordt gezet, zonder de voorverwarmingstijd (indien nodig). De temperaturen en de
bereidingsduren zijn indicatief en hangen af van de hoeveelheid voedsel en het type schaal. Gebruik eerst
de laagste aanbevolen waarden. Als de bereiding niet naar wens is, kunt u hogere waarden gebruiken.
Geadviseerd wordt om de bijgeleverde accessoires te gebruiken en indien mogelijk taartvormen of
ovenschalen van donker metaal. U kunt ook pannen of vuurvaste of aardewerk schalen gebruiken; de
bereidingsduren zijn dan iets langer. Volg voor de beste resultaten zorgvuldig de aanwijzingen in de
bereidingstabel met betrekking tot de bijgeleverde schalen en de verschillende steunhoogtes.
Het tegelijkertijd bereiden van verschillende gerechten
Als u de functie “HETE LUCHT” gebruikt, kunt u verschillende gerechten die dezelfde
bereidingstemperatuur vereisen tegelijkertijd bereiden (bijvoorbeeld: vis en groenten) die dezelfde
bereidingsduur hebben, op verschillende steunhoogtes. Haal de gerechten die klaar zijn uit de oven en laat
de gerechten die meer tijd nodig hebben in de oven staan.
Gebak
- Bak fijn gebak met de statische functie op één niveau. Gebruik taartvormen van zwart metaal en zet
deze altijd op het bijgeleverde rooster. Voor bereiding op meerdere steunhoogtes selecteert u de
functie met ventilatie en zet u de taartvormen in zigzagvorm op de roosters, zodat de lucht goed kan
circuleren.
- Om te controleren of de taart gaar is steekt u een satéprikker in het dikste gedeelte van de taart. Als
de prikker er droog uitkomt, is de taart klaar.
- Als u taartvormen met antiaanbaklaag gebruikt, vet dan niet de randen in, omdat de taart dan
mogelijk niet goed rijst aan de zijkanten.
- Als het gebak “inzakt” tijdens het bakken, gebruik dan de volgende keer een lagere temperatuur,
verminder bijvoorbeeld de hoeveelheid vocht of meng het beslag voorzichtiger.
- Gebruik, voor taarten met vochtige vulling (kwarktaart of vruchtentaarten) de functie “TURBO HETE
LUCHT. Als de bodem van de taart te vochtig blijft, zet de taart dan op een lager niveau en bestrooi
de bodem met paneermeel of verkruimelde koekjes voordat u de vulling erin schenkt.
GEBRUIKSADVIEZEN EN -SUGGESTIES
NL31
Vlees
- U kunt elke soort schaal gebruiken die geschikt is voor de afmetingen van het vlees. Schenk bij
gebraden vlees bij voorkeur wat bouillon in de schaal, waardoor het vlees tijdens de bereiding
vochtig wordt gehouden en meer smaak krijgt. Laat het gebraden vlees na afloop van de bereiding
10-15 min. in de oven rusten, of dek het af met aluminiumfolie.
- Als u stukken vlees wilt grillen, kies dan stukken met een gelijke dikte, zodat het vlees gelijkmatig
gaar wordt. Zeer dikke stukken vlees hebben een langere bereidingsduur. Zet het rooster op een
lagere steunhoogte om te voorkomen dat de korst verbrandt. Draai het vlees om na tweederde van
de bereidingsduur.
Geadviseerd wordt om een opvangbak met een halve liter water direct onder het rooster te plaatsen
waarop u het vlees heeft gelegd, om het bakvet op te vangen. Vul indien nodig bij met water tijdens het
grillen.
Pizza
Vet de pizzavorm licht in voor een knapperige bodem. Verdeel na tweederde van de bereidingsduur de
mozzarella over de pizza.
Rijsfunctie
Dek het deeg altijd af met een vochtige doek voordat u het in de oven legt. Deze functie verkort de rijstijd
met ongeveer eenderde, vergeleken met rijzen op kamertemperatuur (20-25 °C). De rijstijd bij een
hoeveelheid pizzadeeg van 1 kg is ongeveer één uur.
Bereiding in inductiemodus
- Plaats de schaal altijd in het midden van de inductieplaats voor een uniforme verwarming.
- De inductieplaat kan naar buiten geschoven worden om het gerecht te controleren of door te roeren
en de deur kan hierbij geopend blijven.
- Geadviseerd wordt om bij vlees- of visgerechten bakpapier te gebruiken, want naast het verkrijgen
van optimale bereidingsresultaten kan de inductieplaat ook beter en sneller gereinigd worden,
vooral bij het gebruik van sauzen.
- Wanneer de functies Braadstuk en Hele gebraden kip worden gebruikt, hoeft het vlees niet
omgedraaid te worden.
- Voor de functie “Rosbief”: na 15 minuten bereiding wordt geadviseerd het vlees om te draaien
voor een gelijkmatig bruin korstje. Wanneer het rundvlees naar wens bereid is, haalt u het uit
de oven en laat u het rusten.
- Bij vruchtentaart en andere delicate gerechten wordt geadviseerd om eerst gaatjes in de deeg te
prikken voordat deze wordt gevuld, zodat de vorming van luchtbellen wordt voorkomen, en om het
gerecht na de bereiding in de schaal te laten afkoelen.
- Pizzatoppings moeten worden toegevoegd op basis van de dikte van de deegbodem en de
hoeveelheid saus die wordt gebruikt.
- Pizza's met een zeer dunne bodem en weinig toppings kunnen koud bereid worden; in andere
gevallen wordt geadviseerd de meest geschikte tijd voor het toevoegen van de toppings in acht te
nemen, d.w.z. halverwege of aan het einde van de bereidingstijd.
- Indien de schaal voorafgaand aan de bereiding van delicate gerechten, zoals taarten, voor de
bereiding van een ander gerecht is gebruikt, dan wordt geadviseerd de schaal eerst te laten afkoelen
voordat hierin nieuwe etenswaar wordt aangebracht.
- Opeenvolgende bereiding is mogelijk voor grotere gerechten (bijv.: pizza's, braadstukken, etc.).
- Bij gegrilde groenten of kleine stukken vlees wordt geadviseerd het gerecht tijdens de bereiding
door te roeren voor een gelijkmatig bruin korstje. Het voor de categorie aangeduide gewicht heeft
betrekking op één enkel stuk, niet naar het totale gewicht (er kunnen bijv. meerdere stukken van
600 gram tegelijkertijd bereid worden in de categorie 0,6-0,8 kg).
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31

Whirlpool AKZM 8920/GK Gebruikershandleiding

Categorie
Magnetrons
Type
Gebruikershandleiding