Bauknecht WATE 9775 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
NL 1
GEBRUIKSAANWIJZINGEN
VOORDAT U DE WASMACHINE IN GEBRUIK
NEEMT
EERSTE WASPROGRAMMA
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN
ADVIEZEN
BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE
VOORBEREIDING VAN HET WASSEN
WASMIDDELEN EN
NABEHANDELINGSPRODUCTEN
PROGRAMMAKEUZE
REINIGEN VAN HET FILTER VOOR VREEMDE
VOORWERPEN
AFVOEREN VAN HET RESTWATER
ONDERHOUD EN REINIGING
HET OPSPOREN VAN STORINGEN
KLANTENSERVICE
TRANSPORT EN BEHANDELING
INSTALLATIE
4nl10039.fm Page 1 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 2
VOORDAT U DE WASMACHINE IN GEBRUIK
NEEMT
1.Verwijder de verpakking en controleer
a.
Snijd de krimpfolie open en verwijder hem.
b.
Verwijder het bovenste beschermdeel en de
beschermende hoeken.
c.
Verwijder de bodembescherming door het
apparaat te kantelen en op een van de hoeken
van de achterkant te laten rusten.
d.
Open de afsluitklep door deze licht neer te drukken
terwijl u de handgreep omhoog beweegt. Verwijder
het polystyreen kussen (afhankelijk van het model).
e.
Verwijder de blauwe beschermfolie van het
bedieningspaneel (afhankelijk van het model).
Controleer na het uitpakken of de wasmachine niet
beschadigd is. Gebruik de wasmachine in geval van
twijfel niet. Neem contact op met deKlantenservice
of uw plaatselijke leverancier.
Bewaar het verpakkingsmateriaal (plastic zakken,
polystyreen enz.) buiten bereik van kinderen; dit
kan gevaarlijk zijn.
2.Verwijder de transportsteun
De wasmachine is uitgerust met transportschroeven
en een transportsteun om schade tijdens het vervoer
te voorkomen.
Voordat u de wasmachine in
gebruik neemt, moet u de transportsteun
verwijderen
(zie “Installatie/De transportsteun verwijderen”).
3.Installeren van de wasmachine
Plaats de wasmachine op een vlak en stabiel
vloeroppervlak.
Stel de pootjes bij zodat de machine stabiel
en vlak staat (zie “Installatie/De voetjes
afstellen”).
4.Watertoevoer
Sluit de watertoevoerslang aan volgens de
voorschriften van het Waterleidingbedrijf (zie
“Installatie/De watertoevoerslang aansluiten”).
5.Afvoerslang
Sluit de afvoerslang aan op de sifon of haak hem
met de “U”-bocht aan de rand van een wasbak of
badkuip (zie “Installatie/De waterafvoerslang
aansluiten”).
Als de wasmachine op een ingebouwd
afpompsysteem is aangesloten, dient u zich ervan
te verzekeren dat dit systeem is uitgerust met
een ventiel, zodat er niet tegelijkertijd water aan-
en afgevoerd kan worden (sifoneffect).
Vaste afvoerstandpijp.
De afvoerpijp moet een doorsnede van minimaal
3 cm hebben. Om een sifoneffect te vermijden
moet het einde van de afvoerslang zich minimaal
55 cm boven de vloer bevinden.
6.Elektrische aansluiting
Elektrische aansluitingen moeten tot stand gebracht
worden door een bevoegd technicus en in
overeenstemming met de instructies van de fabrikant
en de geldende standaardveiligheidsvoorsch-
riften.
De technische gegevens (voltage, netvoeding en
zekeringen) staan vermeld op het typeplaatje aan de
achterkant van de wasmachine.
Het apparaat mag uitsluitend worden aangesloten
door middel van een stopcontact dat
overeenkomstig de geldende verordeningen geaard
is. Het is wettelijk verplicht de apparatuur te aarden.
De fabrikant aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid
voor schade aan voorwerpen of voor letsel aan
personen die/dat direct of indirect veroorzaakt is
door het niet in acht nemen van deze voorschriften.
Gebruik geen verlengkabels of meervoudige
stopcontacten.
Haal altijd de stekker uit het stopcontact of koppel
het apparaat van het elektriciteitsnet voordat u
onderhouds- of reinigingswerkzaamheden uitvoert.
Na de installatie moeten de stekker of de
afkoppeling van het elektriciteitsnet via een
tweepolige schakelaar altijd toegankelijk zijn.
Gebruik de wasmachine niet als deze tijdens
transport is beschadigd. Neem in dat geval contact op
met de Klantenservice.
Het netsnoer mag alleen vervangen worden door
deKlantenservice.
Het apparaat moet worden aangesloten op een
deugdelijke aarding, overeenkomstig de geldende
voorschriften. Wasmachines die geïnstalleerd zijn in
ruimtes waar tevens een douche of bad is, moeten in
het bijzonder beschermd worden door een
differentiaal reststroomapparaat van tenminste 30
mA. Aarding van de wasmachine is volgens de wet
verplicht. De fabrikant aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid voor schade aan voorwerpen of
voor letsel aan personen die/dat direct of indirect
veroorzaakt is door het niet in acht nemen van deze
voorschriften.
De wasmachine mag alleen gebruikt worden
voor de voorgeschreven huishoudelijke
doeleinden.
Afmetingen:
Breedte: 400 mm
Hoogte: 900 mm
Diepte: 600 mm
Watertoevoer: Uitsluitend koud water
Waterkraan: 3/4” slang
met schroefdraadaansluiting
Druk: 100-1000 kPa
(1-10 bar).
4nl10039.fm Page 2 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 3
EERSTE WASPROGRAMMA
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN
ADVIEZEN
1.Verpakking
Het verpakkingsmateriaal is 100% recyclebaar en
draagt het recyclingsymbool . Voor de
verwerking dienen de plaatselijke voorschriften
te worden nageleefd.
2.Tips voor het besparen van energie
Gebruik energie, water, wasmiddel en tijd op de
beste manier, door de trommel altijd zo veel
mogelijk te laden.
Overschrijd de op de verpakking door de
fabrikant aangegeven dosering wasmiddel niet.
De ecobal - een speciaal systeem in de afvoer -
voorkomt dat er wasmiddel uit de trommel
verloren gaat, om verspreiding van wasmiddel in
het milieu te vermijden.
Gebruik de “Voorwas” alleen voor sterk
vervuilde was! Bespaar wasmiddel, tijd, water en
energiedoor “Voorwas” niet te selecteren voor
normaal vervuilde was.
Behandel vlekken eerst met een vlekkenmiddel
of maak ingedroogde vlekken nat voor het
wassen, om niet op hoge temperatuur te hoeven
wassen.
Bespaar energie door een wasprogramma op 60°C
te kiezen in plaats van een programma op 90°C, of
een wasprogramma op 40°C in plaats van een
programma op 60°C.
Bespaar energie en tijd door een hoge
centrifugeersnelheid in te stellen, zodat het
watergehalte in de was wordt teruggebracht,
voordat u een droogprogramma gaat gebruiken
(voor wasmachines met een instelbare
centrifugeersnelheid).
3.De verpakking en oude apparaten als
afval verwerken
De wasmachine is gemaakt met herbruikbare
materialen. De wasmachine moet worden
verwerkt als afval in overeenstemming met de
plaatselijke voorschriften.
Snijd de voedingskabel van het apparaat door
voordat u dit afdankt, zodat de wasmachine niet
meer bruikbaar is.
Verwijder wasmiddel uit het bakje, als u het
apparaat wilt afdanken.
4.Kinderbeveiliging
Laat kinderen niet met de wasmachine spelen of
in het apparaat klimmen.
5.Algemene adviezen
Trek de stekker uit het stopcontact wanneer het
apparaat niet wordt gebruikt. Draai de kraan
dicht.
Zet de wasmachine altijd uit en haal altijd de
stekker uit het stopcontact of koppel het
apparaat van het elektriciteitsnet voordat u
onderhouds- of reinigingswerkzaamheden
uitvoert.
Gebruik een neutraal schoonmaakmiddel en een
vochtige doek om de buitenkant van de
wasmachine schoon te maken.
Gebruik geen schuurmiddelen.
Forceer de afsluitklep niet bij het openen.
Indien nodig kan het netsnoer vervangen worden
door een identiek snoer dat verkrijgbaar is via de
Klantenservice. Het netsnoer mag alleen worden
vervangen door een bevoegd technicus.
6.EG-Verklaring van overeenstemming
Deze wasmachine is ontworpen, gemaakt en
gedistribueerd in overeenstemming met de
veiligheidseisen van EG-Richtlijnen:
73/23/EEG Laagspanningsrichtlijn
89/336/EEG EMC-richtlijn
93/68/EEG Richtlijn inzake CE-markering .
Wij bevelen het aan om de eerste wasbeurt met een lege trommel te doen. Zo wordt eventueel
overblijvend water dat is gebruikt om de machine te testen, verwijderd.
1.
Draai de kraan open.
2.
Sluit de kleppen van de trommel.
3.
Doe een beetje wasmiddel (ongeveer 30 ml) in het doseerbakje voor wasmiddel .
4.
Kies een kort programma (zie de programmakaart).
5.
Druk op de
“Start/Pauze”
-knop.
4nl10039.fm Page 3 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 4
BESCHRIJVING VAN DE WASMACHINE
VOORBEREIDING VAN HET WASSEN
Het wasgoed sorteren
1.
Het wasgoed sorteren naar
Textielsoort/symbool op het etiket
Katoen, gemengde weefsels, easy care/
synthetische weefsels, wol, textiel dat met de
hand gewassen moet worden.
Kleur
Witte en bonte was scheiden. Nieuw, gekleurd
wasgoed de eerste keer apart wassen.
Afmeting
Was stukken van verschillende afmetingen samen
voor betere wasresultaten en een optimale
verdeling van de belading in de trommel.
Tere weefsels
Teer wasgoed apart wassen: gebruik een speciaal
programma voor zuiver scheerwol ,
gordijnen en andere tere weefsels. Haal de
ringen van de gordijnen of doe de gordijnen met
ringen in een katoenen zak. Gebruik het speciale
programma voor de handwas. Was kleine
stukken zoals kousen, riemen of stukken met
haakjes (bijvoorbeeld. bh’s) in speciale katoenen
waszakken of in kussenslopen met ritssluiting.
2.
Maak zakken leeg
Muntstukken, veiligheidsspelden en dergelijke
kunnen het wasgoed, de trommel en het
waterreservoir beschadigen.
3.
Sluitingen
Doe ritssluitingen, knopen of haken dicht; knoop
de uiteinden van ceintuurs bijeen.
Behandeling van vlekken
Vlekken van bloed, melk, eieren en andere
organische stoffen worden normaal gesproken
tijdens de enzymenfase van het wasprogramma
verwijderd.
Voeg voor wijn-, koffie-, thee-, gras-, fruitvlekken
enz. een vlekkenmiddel toe in het wasmiddelbakje
van de lade of een bleekmiddel in de lade
(afhankelijk van het model).
Bij hardnekkige vlekken het wasgoed vooraf
behandelen.
Verven en bleken
De in de handel verkrijgbare producten bestaan
gewoonlijk uit een kleurstof, een fixeermiddel en
zout. Doe de kleurstof, het fixeermiddel en
vervolgens het zout rechtstreeks in de lege
trommel. Laad het wasgoed pas daarna.
Gebruik alleen verf en bleekmiddelen die worden
aanbevolen voor wasmachines.
Volg de aanwijzingen van de fabrikant.
Na het verven en bleken kunnen de plastic en
rubberen onderdelen van de wasmachine
gekleurd en gevlekt zijn.
Stijven
Het stijfsel (in poedervorm of vloeibaar) oplossen/
verdunnen in ongeveer één liter water, buiten de
wasmachine in een kleine houder. Vul de
wasmachine, sluit de kleppen van de trommel en
giet het opgeloste stijfsel direct op de trommel. Sluit
vervolgens de wasmachine, kies het programma
“Spoelen + centrifugeren” en start de machine.
1.
Afsluitklep
2.
Doseerbakje wasmiddel
3.
Kleppen van de trommel
4.
Pomp en filter voor vreemde voorwerpen
5.
Servicesticker (achter het deurtje van het filter voor
vreemde voorwerpen)
6.
Hendel (afhankelijk van het model)
Het apparaat verplaatsen: trek de hendel met de
hand een beetje naar buiten en trek hem met de
voet verder uit tot hij niet verder kan.
7.
Verstelbare pootjes
1
3
2
4
5
6
7
1
3
2
4
5
6
7
4nl10039.fm Page 4 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 5
Wasgoed in de machine doen
1.
Doe de klep van de wasmachine open.
2.
Open de trommel door op de knop te drukken en houd uw
andere hand tegelijkertijd tegen de deur van de grote
trommeldeur.
3.
Doe de stukken wasgoed één voor één in de trommel zonder
ze aan te drukken. Volg de aanwijzingen voor beladingen op
de “programmakaart”: Als de trommel te vol is, wordt het
wasgoed minder goed gewassen en kreukt het meer.
4.
Om de trommel te sluiten dient u beide trommeldeuren
weer in het midden vast te houden.
Let op: Controleer of de trommeldeuren goed
vergrendeld zijn, zodat de knop voorbij de rand van de
grote deur uitsteekt.
1
2
4
4nl10039.fm Page 5 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 6
Wasgoed in de machine doen
1.
Open de klep.
2.
Open de trommel door aan de knop te draaien.
3.
Doe de stukken wasgoed één voor één in de trommel
zonder ze aan te drukken. Volg de aanwijzingen voor
beladingen op de "programmakaart": als de trommel te
vol is, wordt het wasgoed minder goed gewassen en
kreukt het meer.
4.
Om de trommel te sluiten drukt u eerst op de voordeur
en vervolgens op de achterdeur (zonder aan de knop te
draaien) totdat u weerstand voelt.
2
1
3
4
5
4nl10039.fm Page 6 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 7
WASMIDDELEN EN
NABEHANDELINGSPRODUCTEN
Keuze van het juiste wasmiddel en
nabehandelingsproducten
De keuze van het wasmiddel is afhankelijk van:
de textielsoort (katoen, easy care/synthetisch,
tere weefsels, wol).
Opmerking: gebruik voor wol uitsluitend speciale
wasmiddelen.
de kleur;
de temperatuur van het wasprogramma;
het soort vuil.
Opmerkingen:
witte resten op donkere weefsels zijn het gevolg
van onoplosbare wasmiddelbestanddelen in
moderne fosfaatvrije waspoeders. Als u deze resten
ziet, de stukken schudden of borstelen of een
vloeibaar wasmiddel gebruiken.
Bewaar wasmiddelen en nabehandelingsproducten
op een droge plaats, buiten het bereik van
kinderen.
Gebruik alleen wasmiddelen en
nabehandelingsproducten die bedoeld zijn voor
apparaten voor huishoudelijk gebruik.
Let erop dat ontkalkingsmiddelen, textielverf en
bleekmiddelen, als u ze gebruikt, geschikt zijn voor
de wasmachine. Ontkalkingsmiddelen kunnen
componenten bevatten die onderdelen van uw
wasmachine kunnen aantasten.
Gebruik geen oplosmiddelen (bijvoorbeeld
terpentine of wasbenzine).
Was geen stoffen in de wasmachine die behandeld
zijn met oplosmiddelen of ontvlambare
vloeistoffen.
Dosering
Volg de aanwijzingen op de verpakking met
betrekking tot:
het soort vuil;
de belading;
-
volledig beladen trommel: volg de
aanwijzingen van de fabrikant op;
-
halve belading: 3/4 van de hoeveelheid voor
een volledige belading;
-
kleine belading (ca. 1 kg): de helft van de
hoeveelheid voor een volledige belading;
de waterhardheid bij u in de buurt (vraag
hieromtrent informatie bij het
waterleidingbedrijf): bij zacht water heeft u
minder wasmiddel nodig dan bij hard water.
Opmerkingen:
een te hoge dosering wasmiddel kan tot sterke
schuimvorming leiden. Het wasgoed wordt
hierdoor minder goed gewassen. Als zich teveel
schuim heeft gevormd, kan dit ertoe leiden dat de
wasmachine niet centrifugeert.
Onvoldoende wasmiddel kan leiden tot: grauw
wasgoed, restanten in de trommel, het
waterreservoir en het verwarmingselement.
Wanneer u een geconcentreerde wasverzachter
gebruikt, voeg dan water toe in de wasmiddellade
tot aan het teken
“MAX”
.
Om bij het gebruik van geconcentreerde
waspoeders en vloeibare wasmiddelen problemen
bij de verdeling te voorkomen, gebruikt u het bij het
wasmiddel geleverde doseringshulpmiddel en
plaatst u dit rechtstreeks in de trommel.
WATERHARDHEIDSGRAFIEK
WATERHARDHEIDS-
CATEGORIE
KENMERKEN DUITS
°dH
FRANS
°fH
ENGELS
°eH
1
2
3
4
zacht
medium
hard
zeer hard
0-7
7-14
14-21
meer dan 21
0-12
12-25
25-37
meer dan 37
0-9
9-17
17-26
meer dan 26
Vullen met wasmiddelen en nabehandelingsproducten
De lade heeft, afhankelijk van het model, drie of vier
bakjes. Wasmiddel toevoegen:
Waspoeder voor voorwas en hoofdwas
Waspoeder voor hoofdwas zonder voorwas
Wasverzachters en stijfsel, niet meer dan het merkteken
“MAX”
.
Chloorbleekmiddel, niet meer dan het merkteken
“MAX”
.
(alleen bij het model met vier bakjes)
Vlekkenmiddelen
Waterontharders (waterhardheid 4)
Stijfsel (in water opgelost)
Let er bij het vullen op dat het middel niet boven het
merkteken
“MAX”
komt.
Gebruik geen vloeibare wasmiddelen voor programma's
met voorwas.
Voor programma’s zonder voorwas en op temperaturen
van koud tot 40° C, wordt het aanbevolen om vloeibare
wasmiddelen te gebruiken om witte resten op het
wasgoed te voorkomen.
4nl10039.fm Page 7 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 8
PROGRAMMAKEUZE
Het programma kiezen
1.
Draai de
programmakeuzeknop
naar het gewenste programma.
Het display resttijd (afhankelijk van het model) geeft bij benadering de duur van het gekozen programma aan
(in uren en minuten) en het lampje van de knop
“Start/Pauze”
knippert. De temperatuur en de vooringestelde
centrifugesnelheid van het geselecteerde programma worden weergegeven.
2.
De geselecteerde temperatuur kan worden veranderd door op de knop “+” of “-” te drukken
(afhankelijk van het model).
3.
Een extra functie instellen
Wanneer u een extra functie instelt gaat het corresponderende indicatielampje branden, behalve
als de gekozen combinatie van programma, extra functies en temperatuur niet mogelijk is.
Startselectie
(afhankelijk van model)
“Start selectie” is een optie waarmee de start van het programma kan worden uitgesteld tot een voordelig
tijdstip voor de gebruiker, bijvoorbeeld om gebruik te maken van lagere elektriciteitstarieven (b.v. 's
avonds laat).
Stel het programma, de temperatuur en de extra functies in.
Druk op de knop “Start selectie” om het gewenste aantal uren (van 1 tot 19) te selecteren;
Druk op de knop
Start/Pauze
”. Het indicatielampje van de “
Start/Pauze
”-knop gaat branden en het lampje
van de knop “Start selectie” knippert.
De tijdsaanduiding van het uitstel tot aan de start verdwijnt wanneer het programma start, en wordt vervangen
door de resterende tijd van het wasprogramma.
Het aantal ingestelde uren kan later worden verminderd door opnieuw op de knop “Start selectie” te drukken.
De “Start selectie” wissen.
Draai de programmakeuzeknop naar de stand “ ”.
Selecteer opnieuw het gewenste programma en de extra functies en druk op de knop
“Start/Pauze”
.
Een programma starten
Draai de kraan open en druk op de
“Start/Pauze”
-knop. Het indicatielampje van de
“Start/Pauze”
-knop gaat
branden.
Nadat het programma gestart is, geeft de programmafasewijzer de was-, spoel- en centrifugeerfases weer.
Opmerking:
bij een stroomuitval of als het apparaat tijdens het programma wordt afgekoppeld, zal het
programma weer starten vanaf het punt waarop het onderbroken werd.
Vergrendeling afsluitklep
Om veiligheidsredenen wordt de afsluitklep tijdens bepaalde fasen van het programma vergrendeld.
Op het einde van het wasprogramma of bij een onderbreking, wordt de afsluitklep na ca. 1 minuut
automatisch ontgrendeld.
Einde programma
De resttijdindicator geeft “0.00” weer en de lampjes van de programmafasewijzer zijn allemaal uit.
1.
Draai de programmakeuzeknop naar stand “ ”.
2.
Draai de kraan dicht.
3.
Open de afsluitklep en de kleppen van de trommel en haal het wasgoed uit de machine.
Programma of functies wijzigen tijdens een wascyclus
1.
Selecteer het nieuwe programma met de programmakeuzeknop. Stel indien nodig de extra functies en de
centrifugeersnelheid in. Het indicatielampje van de “
Start/Pauze
”-knop knippert.
Opmerking:
de extra functies “Start selectie” en “Voorwas” kunnen niet worden ingesteld nadat het
programma gewijzigd is.
2.
Druk op de knop “
Start/Pauze
”. Het nieuwe programma gaat verder waar het vorige programma werd afgebroken.
Opmerking
: voeg geen extra wasmiddel voor dit programma toe.
Onderbreking / pauze van het programma
Als u het programma om wat voor reden dan ook voor een bepaalde periode wilt onderbreken en het
later wilt afmaken:
1.
druk op de knop “
Start/Pauze
”. Het waarschuwingslampje knippert.
2.
Druk na de gewenste onderbreking opnieuw op de “
Start/Pauze
” knop.
Het programma afbreken
Als het actuele programma voortijdig beëindigd en geannuleerd moet worden, dient u als volgt te werk te gaan:
1.
zet de programmakeuzeknop op “Afpompen”.
2.
Druk op de “
Start/Pauze
”-knop om het “Afpompen” te starten.
4nl10039.fm Page 8 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 9
REINIGEN VAN HET FILTER VOOR VREEMDE
VOORWERPEN
Het apparaat is voorzien van een zelfreinigende pomp.
Het filter voor vreemde voorwerpen houdt voorwerpen
als knopen, munten, veiligheidsspelden etc. achter. die
achtergebleven zijn in het wasgoed.
1.
Haal de stekker uit het stopcontact.
2.
Open het deurtje van het filter voor vreemde
voorwerpen met een muntstuk.
3.
Zet een bak onder het filter.
4.
Draai het deurtje van het filter voor vreemde
voorwerpen langzaam tegen de klok in tot de
handgreep verticaal staat; verwijder het nog niet.
5.
Wacht tot al het water in de bak gestroomd is.
6.
Schroef het filter nu helemaal los en haal het weg.
7.
Verwijder eventuele vreemde voorwerpen uit het
filter.
8.
Verzeker u ervan dat de pomprotor (in de behuizing
achter het filter) niet verstopt is.
9. Plaats het filter voor vreemde voorwerpen terug
en schroef het geheel vast met de klok mee, tot
de stop (tot de handgreep horizontaal staat).
10.
Giet een halve liter water in de wasmachine via de
trommel en controleer of dit water niet lekt uit het
filter voor vreemde voorwerpen.
11.
Sluit het deurtje van het filter voor vreemde
voorwerpen.
12.
Sluit de wasmachine weer aan op het stopcontact.
Controleer het filter voor vreemde voorwerpen als de
wasmachine niet goed pompt of centrifugeert.
Controleer het filter regelmatig, twee of drie maal per
jaar, en reinig het indien nodig.
BELANGRIJK:
Zorg ervoor dat het water is afgekoeld
voordat u het filter voor vreemde voorwerpen leegt.
4nl10039.fm Page 9 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 10
AFVOEREN VAN HET RESTWATER
ONDERHOUD EN REINIGING
Wanneer moet het restwater worden afgevoerd (afvoerprobleem)?
Voordat u de wasmachine wilt transporteren.
In een ruimte waarin de temperatuur soms onder het nulpunt
zakt. Het is het beste om het water in dit geval na elke was af te
pompen.
Als “FP” (afvoerprobleem) op het display verschijnt.
1.
Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het stopcontact.
2.
Draai de kraan dicht, koppel de watertoevoerslang los van de machine
en laat het water in een bak lopen.
3.
Open het filter voor vreemde voorwerpen, laat het water in een klein
ondiep bakje lopen en sluit het filter.
4.
Haal de afvoerslang los en open vervolgens de bevestigingsklem aan
de achterkant van de machine (zie pijl A).
5.
Laat het restwater in een ondiepe bak lopen.
6.
Wacht tot al het water eruitgestroomd is.
7.
Bevestig de afvoerslang opnieuw met de klem en plaats hem met de
U-bocht.
8.
Sluit de watertoevoerslang en de stekker opnieuw aan.
Belangrijk:
Schroef de watertoevoerslang van de machine na het afpompen
van restwater met de hand aan. Controleer of de aansluitingen van
het apparaat niet lekken door de kraan volledig open te draaien.
Doseerbakje wasmiddel
1.
Duw de knoppen aan beide zijden van het doseerbakje in.
2.
Trek het doseerbakje naar u toe en verwijder het.
Er kan een klein beetje water in het doseerbakje achterblijven. Het
is raadzaam het doseerbakje rechtop te dragen.
3.
Was het doseerbakje met stromend water.
U kunt ook de sifondopjes in het doseerbakje verwijderen om te
reinigen.
4.
Plaats de dopjes terug in het doseerbakje (als ze verwijderd waren).
Zorg ervoor dat ze goed op hun plaats zitten.
5.
Plaats het doseerbakje terug door de onderste lipjes in de gaatjes van
de klep te plaatsen en schuif ze tot de beide bovenste knoppen
vergrendeld zijn.
Opmerking: zorg ervoor dat het doseerbakje op de juiste
manier geherinstalleerd is.
A
4nl10039.fm Page 10 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 11
Filter van de watertoevoerslang
Controleer en reinig het filter regelmatig (tenminste twee of
drie keer per jaar).
1.
Haal de stekker uit het stopcontact.
2.
Draai de kraan dicht.
3.
Schroef de watertoevoerslang van de kraan.
4.
Reinig het filter aan het eind van de slang zorgvuldig, zonder het uit elkaar
te halen, bijvoorbeeld met behulp van een tandenborstel.
Opmerking
: Voor machines die uitgerust zijn met het slangtype
A
”: deze mag niet ondergedompeld worden in water.
5.
Schroef de flexibele slang met de hand terug op de kraan. Gebruik geen
combinatietang (risico van pletten van het verbindingsstuk).
6. Open de waterkraan en controleer of de verbindingen niet
lekken.
7.
Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact.
Voorwerpen terughalen die tussen de trommel en de
kuip gevallen zijn
Als er per ongeluk een voorwerp tussen de trommel en de kuip
valt, kunt u dit eruithalen dankzij de verwijderbare trommelbladen:
1.
Haal de stekker uit het stopcontact.
2.
Haal het wasgoed uit de trommel.
3.
Sluit de trommelkleppen en draai de trommel een halve slag.
4.
Druk op het plastic uiteinde met behulp van een moersleutel, terwijl
u het blad van links naar rechts schuift.
5.
Het blad valt in de trommel.
6.
Open de trommel: U kunt het voorwerp door de opening in de
trommel eruithalen.
7.
Plaats het blad terug binnenin de trommel:
plaats het plastic uiteinde boven de opening aan de rechterkant van
de trommel.
8.
Schuif vervolgens het plastic blad van rechts naar links tot het klemt.
9.
Sluit de trommelkleppen opnieuw, draai de trommel een halve slag
en controleer de plaatsing van het blad bij alle ankerpunten.
10.
Steek de stekker van het apparaat weer in het stopcontact.
A
7
4
3
4
4nl10039.fm Page 11 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 12
Behuizing en bedieningspaneel
Reinig deze met een zachte vochtige doek.
Indien nodig kan een neutraal schoonmaakmiddel
gebruikt worden (gebruikt geen agressieve
middelen of schuurmiddelen).
Afsluitklep
Reinig deze af en toe met een vochtige doek.
Watertoevoerslang(en)
Controleer de watertoevoerslang regelmatig op
barsten of scheuren. Vervang hem als dat nodig
is.
HET OPSPOREN VAN STORINGEN
Deze wasmachine is uitgerust met automatische
veiligheidssystemen die storingen in het
beginstadium herkennen en signaleren, zodat u
daar op een geschikte manier op kunt reageren.
Het gaat daarbij vaak om kleine storingen die snel
opgelost kunnen worden.
Bijvoorbeeld:
De wasmachine start niet en er brandt
geen lampje.
Controleer of:
de stekker goed in het stopcontact zit;
het wandstopcontact goed functioneert
(sluit bijvoorbeeld een tafellamp aan);
er een goede programmakeuze is gemaakt.
Het apparaat start niet, maar het lampje
“Start/Pauze” knippert.
Controleer of:
het programma is gewijzigd;
de afsluitklep van het apparaat goed dicht zit.
Maak hem open en weer dicht.
de wasautomaat blokkeert tijdens een
programma.
Controleer of:
het lampje
“Spoelstop”
aan is. Schakel deze
extra functie uit door nogmaals op de knop te
drukken;
er een ander programma is geselecteerd.
Selecteer het gewenste programma opnieuw en
druk op de knop
“Start/Pauze”
;
het
“Start/Pauze”
-lampje knippert. Druk op
de knop
“Start/Pauze”
;
het veiligheidssysteem van het apparaat is
geactiveerd.
Zie de storingsbeschrijving.
Er zitten resten van wasmiddel en
nabehandelingsproducten in de
wasmiddellade.
Controleer of:
het wasmiddelbakje correct geïnstalleerd is en
niet verstopt is (zie “Onderhoud en reiniging”);
het filter in de watertoevoerslang verstopt is (zie
“Onderhoud en reiniging”).
De wasmachine trilt tijdens het
centrifugeren.
Controleer of:
het apparaat horizontaal staat en alle vier de
pootjes goed zijn ingesteld (zie “Installatie”);
de transportsteun verwijderd is. Voordat u de
wasmachine in gebruik neemt, MOET de
veiligheidsbeugel voor het transport verwijderd
worden (zie “Installatie”).
Na afloop van het wasprogramma is het
wasgoed niet of niet voldoende
gecentrifugeerd.
Controleer of:
de pomprotor niet vast zit (zie “Reinigen van het
filter voor vreemde voorwerpen”).
als het wasgoed na het centrifugeren nog te nat is
op het eind van het programma: voeg indien
mogelijk andere stukken wasgoed toe en herhaal
de centrifugeercyclus.
er is schuim op het wasgoed: herhaal een spoel-
centrifugeercyclus en vermijd het toevoegen van
grote hoeveelheden wasmiddel.
Opmerking:
De wasmachine heeft een detectie- en
correctiesysteem voor het geval de lading uit balans
is. Als u enkele zware stukken wasgoed in de
machine wast (bv. een badjas), is het mogelijk dat
dit systeem de centrifugeersnelheid automatisch
verlaagt om het apparaat te beschermen of de
centrifugeercyclus zelfs onderbreekt, als de lading
ook na verschillende startpogingen te zeer uit
evenwicht blijft.
Sterke schuimvorming kan de centrifugeercyclus
eveneens blokkeren.
4nl10039.fm Page 12 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 13
Wat te doen als het veiligheidssysteem van de wasmachine een storing constateert?
Het programma wordt onderbroken en de storing wordt door verschillende indicatoren (afhankelijk van het
model) gesignaleerd.
Tabel omschrijvingen storingen.
a.Storing in de watertoevoer (er wordt geen
of onvoldoende water toegevoerd)
Op het display verschijnt afwisselend “FH”.
Schakel het apparaat uit door de
programmakeuzeknop op de stand “ ” te
draaien en haal de stekker uit het stopcontact.
Controleer of:
de waterkraan helemaal open is en de
watertoevoerdruk hoog genoeg is;
de watertoevoerslang bekneld zit;
het filter in de watertoevoerslang verstopt is (zie
“Onderhoud en reiniging”);
het water in de watertoevoerslang bevroren is.
het apparaat is voorzien van een veiligheidsslang
en de veiligheidsklep is open gegaan (rode
indicator in het inspectievenster van de
veiligheidsklep).
Vervang de veiligheidsslang in dit geval door een
nieuw exemplaar.
Sluit de wasmachine weer aan op het stopcontact.
Stel het gewenste programma weer in en druk op de
knop “Start/Pauze” om het programma opnieuw te
laten starten.
Als de storing aanhoudt, contact opnemen met de
klantenservice (zie “Klantenservice”).
b.Storing in de waterafvoer
Op het display verschijnt afwisselend “FP”. Schakel
het apparaat uit door de programmakeuzeknop op
de stand “ ” te draaien en haal de stekker uit het
stopcontact.
Controleer of:
de afvoerslang geknikt is (zie “Installatie”);
de pomprotor niet vastzit (zie “Reinigen van het
filter voor vreemde voorwerpen”).
het water in de afvoerslang niet bevroren is.
Als er water is blijven staan in de trommel, kunt
u dit afvoeren door de instructies te volgen in het
hoofdstuk “Afvoeren van het restwater”.
BELANGRIJK: laat het waswater afkoelen
voordat u het afvoert.
Sluit de wasmachine weer aan op het stopcontact.
Selecteer het gewenste programma weer en druk
op de knop “Start/Pauze” om het programma
opnieuw te laten starten.
Als de storing aanhoudt, contact opnemen met de
klantenservice (zie “Klantenservice”).
c. Storing elektrische module
Op het display verschijnt “F4 tot F15”.
Selecteer een programma en druk nogmaals op de
knop “Start/Pauze”.
Als de storing aanhoudt, neem dan contact op met
de klantenservice (zie “Klantenservice”).
d.Storing waterstop
(afhankelijk van het model)
De pomp werkt. Het indicatielampje van de
Waterstop brandt of op het display verschijnt “FA”.
Schakel het apparaat uit door de
programmakeuzeknop op de stand “ ” te
zetten, haal de stekker uit het stopcontact en draai
de waterkraan dicht.
De storing “Waterstop” kan veroorzaakt
zijn door:
1. te veel schuim.
2.een lek in de toevoerslang of in het apparaat.
Kantel het apparaat voorzichtig voorover om het
water weg te laten stromen.
Vervolgens:
1. sluit de wasmachine weer aan op het
stopcontact,
2.Draai de watertoevoer open (als de “Start/
Pauze” knop niet is ingedrukt maar de machine
zich begint te vullen met water, draai dan de
kraan dicht en neem contact op met de
Klantenservice),
3.stel het gewenste programma weer in en druk op
de knop “Start/Pauze”.
Als de storing aanhoudt, contact opnemen met
de Klantenservice (zie “Klantenservice”).
Het lampje gaat branden. Omschrijving storing
“Waterkraan “Storing in de watertoevoer
- “Storing in de afvoer
- “Storing in de elektrische onderdelen
Waterstop “Storing waterstop”
4nl10039.fm Page 13 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 14
KLANTENSERVICE
Voordat u contact opneemt met de
klantenservice:
1.
Probeer of u de storing zelf kunt verhelpen (zie
“Het opsporen van storingen”).
2.
Start het programma opnieuw om te controleren
of het probleem is opgelost.
3.
Als de machine nog steeds niet goed werkt, bel
dan de Klantenservice.
Vermeld:
uw volledige adres.
uw telefoonnummer en netnummer.
de aard van de storing.
het model.
het servicenummer (achter het woord
'SERVICE').
De servicesticker bevindt zich in het deurtje
van het filter voor vreemde voorwerpen of aan
de achterkant van de machine.
Neem bij voorkeur contact op met de
Klantenservice van de leverancier waarbij u de
wasmachine gekocht heeft.
TRANSPORT EN BEHANDELING
1.
Haal de stekker uit het stopcontact.
2.
Draai de kraan dicht.
3.
Maak de toevoer- en afvoerslangen los.
4.
Laat het restwater uit de wasmachine en de slangen
wegstromen (zie “Afvoeren van het restwater”).
Wacht tot het water afgekoeld is, om ongelukken te
voorkomen.
5.
Om het verplaatsen van de machine te vergemakkelijken, trekt
u de hendel onder aan de voorkant (optioneel voor sommige
modellen) een beetje met de hand naar buiten en duwt u hem
verder met de voet, tot hij niet verder kan. Duw de hendel na
het verplaatsen terug in de oorspronkelijke positie.
6.
Bevestig de transportsteun weer als het apparaat verhuisd of
over langere afstand getransporteerd moet worden.
7.
Vervoer de wasmachine in rechtopstaande positie.
BELANGRIJK:
Gebruik de wasmachine niet als de hendel
naar buiten getrokken is.
4nl10039.fm Page 14 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 15
INSTALLATIE
Verwijderen van de transportsteun
De wasmachine is voorzien van een transportsteun om mogelijke
schade tijdens het transport te voorkomen.
Voordat u de wasmachine in gebruik neemt, MOET de
transportsteun verwijderd worden.
1.
Draai de twee schroeven
A
en de vier schroeven
B
los met een
platte schroevendraaier of een moersleutel nr. 8.
2.
Verwijder de transportsteun.
3.
Plaats de vier buitenste schroeven
B
opnieuw in de machine en
draai ze vast.
4.
Verwijder de twee afdichtingen
C
uit de houder van de slang en
klik ze in de openingen
D
in de machine.
Opmerking: vergeet niet de vier buitenste schroeven
terug te plaatsen en vast te draaien.
2
1
1
4
C
A
B
D
1
4
D
4nl10039.fm Page 15 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 16
Stel nu de pootjes af
Installeer de wasmachine op een vlakke ondergrond, in de buurt
van de aansluitingen voor elektriciteit, water en afvoer.
Indien de vloer onregelmatig is, moeten de pootjes worden
bijgesteld (leg geen stukken hout, karton enz. onder de pootjes):
1.
Draai de tegenmoer los met behulp van de bijgeleverde sleutel.
2.
Stel de hoogte van de pootjes met de hand in.
3.
Draai de tegenmoer vast door hem tegen de klok in te draaien.
Controleer of alle pootjes goed op de vloer rusten en of
het apparaat exact horizontaal en stabiel staat (gebruik
hiervoor een waterpas).
Het apparaat kan geïnstalleerd worden in een ruimte van 40 cm
breed en 63 cm diep.
Opmerking:
als u de machine op een dik tapijt installeert, stel
de pootjes dan zodanig bij dat er voldoende ruimte onder de
machine is voor luchtcirculatie.
Sluit de watertoevoerslang aan.
1.
Schroef de watertoevoerslang met de hand zorgvuldig vast aan de
kraan.
2.
Let erop of er geen knikken in de kabel zitten.
3.
Controleer of de kraan en de aansluitingen van het apparaat niet
lekken door de kraan volledig open te draaien.
Als de slang te kort is, vervang hem dan door een drukslang (min.
1000 kPa, conform de norm EN 50084) van de juiste lengte.
Controleer de watertoevoerslang geregeld op barsten of
scheuren. Vervang hem als dat nodig is.
De wasmachine kan aangesloten worden zonder een
terugstroomklep.
4nl10039.fm Page 16 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
NL 17
Waterstopsysteem tegen overstroming
(afhankelijk van het model)
Schroef de slang aan de watertoevoerkraan. Open de
waterkraan volledig en controleer of het aansluitpunt waterdicht
is.
Het apparaat mag niet worden aangesloten op de mengkraan van
een waterverwarmer die niet onder druk staat!
De toevoerslang en de plastic doos van de wateraansluiting
bevatten elektrische onderdelen:
snijd de slang niet in en dompel de doos niet onder in water.
Koppel bij beschadiging van de slang de wasmachine onmiddellijk
los van het elektriciteitsnet en vervang de slang.
Als de flexibele slang te kort is, vervang hem dan door een
waterstopslang van 3 m lengte (verkrijgbaar bij de Klantenservice
of bij uw leverancier). Deze handeling mag uitsluitend door een
gekwalificeerd technicus worden uitgevoerd.
Sluit de watertoevoerslang aan
1.
Haak de afvoerslang los van de linker en rechter slangaansluitingen,
zie pijl
A
op de illustratie.
Min. afvoerhoogte: 55 cm.
Als u de afvoerslang in een afvoerstandpijp bevestigt, moet de
afvoerpijp een doorsnede hebben van minimaal 3 cm. Om een
sifoneffect te vermijden moet het einde van de afvoerslang zich
minimaal 55 cm boven de vloer bevinden.
Belangrijk:
Maak de aansluiting van de afvoerslang NIET los van de
rechterkant, zie pijl B op afbeelding.
Anders bestaat er
gevaar voor lekkage en brandwonden door heet water.
2.
Bevestig de “U”-bocht (
C
) aan het vrije uiteinde van de
afvoerslang.
3.
Sluit de afvoerslang aan op de sifon of haak hem met de “U”-bocht
aan de rand van een wasbak of badkuip.
Kleine handwasbakken zijn niet geschikt.
De rand van de wasbak mag niet hoger zijn dan 100 cm vanaf de
vloer.
Als het nodig is een verlengstuk te gebruiken, gebruik dan een
slang van dezelfde maat en zet de aansluitpennen vast met
klemmen.
Max. lengte van de afvoerslang: 2,50 m.
Max. afvoerhoogte
(“U”-bocht): 100 cm.
Min. afvoerhoogte: 55 cm.
Belangrijk:
let erop of er geen knikken in de afvoerslang zitten en neem
maatregelen om te voorkomen dat de slang kan vallen terwijl het
apparaat werkt.
A
B
C
4nl10039.fm Page 17 Thursday, August 5, 2004 6:55 PM
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17

Bauknecht WATE 9775 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding