Documenttranscriptie
WEERSTATION
Handleiding
Cat. No. 35.1078.10.IT
Hartelijk dank dat u voor dit radiografisch weerstation van de firma TFA hebt
gekozen.
Voor u met het apparaat gaat werken, leest u a.u.b. de gebruiksaanwijzing
aandachtig door.
Zo raakt u vertrouwd met uw nieuw apparaat en leert u alle functies en
onderdelen kennen, komt u belangrijke details te weten met het oog op het in
bedrijf nemen van het apparaat en de omgang ermee en krijgt u tips voor het
geval van een storing.
Door rekening te houden met wat er in de handleiding staat vermijdt u ook
beschadigingen van het apparaat en riskeert u niet dat uw wettelijke rechten bij
gebreken niet meer gelden door verkeerd gebruik.
Voor schade die wordt veroorzaakt door het negeren van de handleiding
aanvaarden wij geen aansprakelijkheid.
Neem in elk geval acht op de veiligheidsinstructies!
Bewaar deze instructies a.u.b. goed!
LEVERING
Radiografisch weerstation (basisapparaat)
Buitenzender
Gebruiksaanwijzing
HOE U UW NIEUW APPARAAT KUNT GEBRUIKEN EN ALLE
VOORDELEN ERVAN IN ÉÉN OOGOPSLAG:
DCF-zendergestuurde tijd met mogelijkheid tot manuele regeling
Tijdontvangst AAN/UIT (instelbaar)
12/24-urige tijdweergave
Tijdzone instelbaar op ±12 uur
Weergave dag van de week en kalender (jaar en maand enkel in
regelstand)
Weersvoorspelling met prognosepijltjes
Weergave temperatuur in ºC/ºF
Weergave binnenshuis en buitenshuis met MIN/MAX-registraties en
ontvangsttijd
Weergave vochtigheidsgegevens in RH%
Weergave vochtigheid binnenshuis en buitenshuis met MIN/MAXregistraties
Relatieve luchtdruk in hPa of inHg met instelbare referentiewaarde
Weerplaatjes met instelbare gevoeligheid
59
Verloop relatieve luchtdruk van afgelopen 24 uur (elektronische barometer
met luchtdrukverloop)
Instelbaar schermcontrast
Kan ten hoogste 3 buitenzenders ontvangen
Draadloze transmissie via 868 MHz
Meetinterval van signaal ongeveer 4 seconde
Indicator lege batterijen
Voor op tafel of aan de muur
VOOR UW VEILIGHEID:
Het product is uitsluitend geschikt voor de hierboven beschreven
doeleinden. Gebruik het product niet anders dan in deze handleiding is
aangegeven.
Het eigenmachtig repareren, verbouwen of veranderen van het apparaat is
niet toegestaan.
Opgelet!
Letselgevaar:
Bewaar het apparaat en de batterijen buiten de reikwijdte van kinderen.
Batterijen niet in het vuur gooien, niet kortsluiten, niet uit elkaar halen of
opladen. Kans op explosie!
Batterijen bevatten zuren die de gezondheid schaden. Zwakke batterijen
moeten zo snel mogelijk worden vervangen om lekkage van de batterijen
te voorkomen. Gebruik nooit tegelijkertijd oude en nieuwe batterijen of
batterijen van verschillende types. Draag keukenhandschoenen die
bestand zijn tegen chemicaliën en een beschermbril wanneer u met
uitgelopen batterijen hanteert!
Belangrijke informatie over de productveiligheid!
Stel het apparaat niet bloot aan extreme temperaturen, trillingen en
schokken.
De buitensensor is tegen spatwater beschermd maar niet waterdicht. Zoek
een tegen regen beschermde plaats uit voor de zender.
60
ONDERDELEN
Het weerstation
Ophanggaatje
Batterijvak
LCD-scherm
Standaard
Functietoetsen
Thermohygrozender
Buitentemperatuur en buitenvochtigheid worden via 868MHz
naar weerstation verzonden
Regenbestendig omhulsel
Houder voor bevestigen aan de muur
Bevestigen op een beschutte plek. Vermijd regen of direct
zonlicht.
PLAATSEN EN VERVANGEN VAN BATTERIJEN IN DE
THERMOHYGROZENDER
De thermohygro-buitenzender werkt op 2 x AA, IEC LR6,
1.5V batterijen. Volg de onderstaande stappen om de
batterijen te plaatsen of te vervangen:
1.
Verwijder m.b.v. een kleine schroevendraaier het deksel
van het batterijvak.
2.
Plaats de batterijen, daarbij lettend op de juiste polariteit
(zie markeringen in batterijvak).
3.
Hersluit deksel van batterijvak.
PLAATSEN EN VERVANGEN VAN BATTERIJEN IN HET
WEERSTATION
Het weerstaton werkt op 3 x AA, IEC LR6, 1.5V batterijen. Volg onderstaande
stappen om de batterijen te plaatsen of te vervangen:
61
1.
2.
3.
Steek een vinger of een stevig voorwerp in de
ruimte onder het batterijvak en licht het deksel
op.
Plaats de batterijen in het vak; zorg ervoor dat
de polariteit klopt (zie markering).
Sluit batterijvak weer.
Vervanging batterijen
Vervang de batterijen zodra het batterij-symbool naast de
binnenvochtigheid verschijnt
Als de batterijen van de zender leeg zijn, verschijnt het batterij-symbool
naast de weergave van de buitentemperatuur.
Let op:
Als de batterijen in een van de toestellen vervangen worden, dienen alle
toestellen opnieuw te worden opgestart volgens de opstartprocedure. Dit is
vanwege het feit dat de zender bij het opstarten een bepaalde beveiligingscode
toekent. Deze code moet door het weerstation worden ontvangen en opgeslagen
tijdens de eerste 3 minuten van werking van de zender.
INSTELLEN
BIJ GEBRUIK VAN ÉÉN ZENDER
1.
Plaats de batterijen in de zender (zie “Plaatsen en vervangen van
batterijen in de thermohygrozender” boven).
2.
Binnen 2 minuten na het opstarten van de zender de batterijen in het
weerstation plaatsen (zie “Plaatsen en vervangen van batterijen in het
weerstation” boven). Zodra de batterijen op hun plaats liggen lichten alle
delen van het scherm even op en klinkt. Vervolgens wordt de
binnentemperatuur, binnenvochtigheid en de tijd 0:00 weergegeven en
begint het pictogram van de signaalontvangst te knipperen. Als dit na 60
seconden nog niet het geval is, verwijder dan de batterijen en wacht
tenminste 60 seconden alvorens deze weer te plaatsen. Zodra de
binnendata worden weergegeven kan worden verder gegaan met de
volgende stap.
3.
Nadat de batterijen zijn geplaatst begint het weerstation data van de
zender te ontvangen. De buitentemperatuur en buitenvochtigheid dienen
nu door het weerstation te worden weergegeven. Als dit na 2 minuten nog
steeds niet het geval is dienen de batterijen uit beide toestellen te worden
verwijderd en herstart te worden vanaf stap 1.
4.
In verband met de goede ontvangst van het 868 MHz-zendsignaal dient de
62
uiteindelijke afstand tussen het temperatuurstation en de zender onder
goede omstandigheden nooit meer te zijn dan 100 meter (zie opmerkingen
onder “Positioneren” en “868 MHz-ontvangst”).
Let op:
Let er bij het verwisselen van de batterijen in de toestellen goed op dat de
batterijen niet los springen van de contactpinnetjes. Wacht na het uitnemen van
de batterijen altijd tenminste 1 minuut alvorens deze weer te plaatsen, anders
kunnen zich zendproblemen voordoen.
BIJ GEBRUIK VAN MEERDERE ZENDERS
1.
Als opstarten voordien met een zender gebeurd is, zo moeten alle
batterijen uit het weerstation en de zenders worden gehaald; wacht
vervolgens 60 seconden.
2.
Plaats de batterijen in de eerste buitenzender.
3.
Plaats binnen 2 minuten na het opstarten van de eerste zender de
batterijen in het weerstation. Zodra de batterijen op hun plaats liggen
lichten alle delen van het scherm even op. Vervolgens worden de
binnentemperatuur, binnenvochtigheid, en de tijd 0:00 weergegeven. Als dit
na 60 seconden nog niet het geval is, verwijder dan de batterijen en wacht
tenminste 60 seconden alvorens deze weer terug in te brengen.
4.
De buitentemperatuur van de eerste zender (kanaal 1) dient nu door het
weerstation te worden weergegeven. Tevens moet het pictogram van de
signaalontvangst worden weergegeven. Als dit na 2 minuten nog niet het
geval is dienen de batterijen uit beide toestellen gehaald te worden en
herstart te worden vanaf stap 1.
5.
Plaats de batterijen in de tweede zender zodra de registraties van de
buitentemperatuur van de eerste zender op het weerstation kunnen worden
afgelezen.
Let op: Plaats binnen 45 seconden na ontvangst van de eerste zender de
batterijen in de tweede zender.
6.
De buitentemperatuur en vochtigheid van de tweede zender en het
pictogram "kanaal 2" dienen nu door het weerstation te worden
weergegeven. Als dit na 2 minuten niet het geval is dienen de batterijen uit
alle toestellen te worden gehaald en herstart te worden vanaf stap 1.
7.
Plaats de batterijen in de derde zender zodra het pictogram “kanaal 2” en
de buitendata door het weerstation worden weergegeven. Vervolgens
worden binnen 2 minuten de kanaal 3-buitengegevens van de derde
zender weergegeven. Zodra het gelukt is de derde zender te ontvangen
springt het pictogram weer op “1”. Gebeurt dit niet dan dient herstart te
worden vanaf stap 1.
Let op: Plaats binnen 45 seconden na weergave op het weerstation van de
informatie van de eerste zender de batterijen in de derde zender. Ofwel
meteen na ontvangst van de tweede zender.
63
8.
In verband met de goede ontvangst van het 868 MHz-zendsignaal dient de
uiteindelijke afstand tussen het weerstation en de zenders onder goede
omstandigheden nooit meer te zijn dan 100 meter (zie opmerkingen onder
“Positioneren” en “868 MHz-ontvangst”).
BELANGRIJK:
Als de hierboven beschreven instructies voor het instellen van extra sensors niet
correct worden uitgevoerd kunnen zendproblemen optreden. Bij zendproblemen
dienen de batterijen uit alle toestellen te worden verwijderd en herstart te
worden vanaf stap 1.
DCF-77 ZENDERBESTUURDE TIJD:
De tijdbasis voor de radiografisch bestuurde tijd is een Cesium Atomic Klok van
het Duitse Rijksinstituut voor Physica en Techniek in Braunschweig met een
afwijking van minder dan één seconde per één miljoen jaar. De tijd wordt
gecodeerd uitgezonden vanuit Mainflingen bij Frankfurt via het frekwentiesignaal
DCF-77 (77.5 kHz) en heeft een zendbereik van ongeveer 1500 km. Het
zenderbestuurde weerstation ontvangt dit signaal en zet het om in de preciese
zomer- of wintertijd. De ontvangstkwaliteit hangt in hoge mate af van de
geografische ligging. Normaliter zijn er in een straal van 1500 km rond Frankfurt
geen ontvangstproblemen.
Zodra de test is voltooid voor de externe gegevens, begint het DCF
Pictogram in de linker bovenhoek van het LCD scherm te knipperen.
Dit betekent, dat de klok een DCF 77 signaal heeft gevonden en het probeert te
ontvangen. Als de tijdcode ontvangen is, komt het
DCF torentje permanent op het scherm en de tijd wordt weergegeven.
DCF-ontvangst vindt tweemaal per dag plaats: om 02:00 en 03:00 ‘s morgens.
Als de ontvangst om 2:00 ’s morgens nog niet gelukt is, dan wordt een uur later
nogmaals een poging gedaan, enzovoorts tot 06:00 uur, totdat de ontvangst
gelukt is. Als de ontvangst om 06:00 ’s morgens nog steeds niet geslaagd is, dan
wordt de volgende dag om 02:00 uur weer een poging gedaan
Als het torentje knippert maar de tijd noch het DCF-torentje verschijnen,
controleer dan het volgende:
Aanbevolen afstand van storingsbronnen zoals computerschermen of TVtoestellen is tenminste 1.5-2 meter.
In ruimten met gewapend beton (kelders, torenflats) wordt het signaal
uiteraard verzwakt ontvangen. In extreme gevallen moet man het toestel
dichter bij het raam zetten met de voor- of achterkant in de richting van de
Frankfurt-zender.
’s Nachts zijn atmosferische storingen gewoonlijk minder hevig en is
ontvangst in de meeste gevallen wel mogelijk. Een enkele ontvangst per
dag volstaat om de tijdsafwijking onder 1 seconde te houden.
64
FUNCTIETOETSEN:
Weerstation:
Het weerstation heeft 4 praktische functietoetsen:
SET-knop
CH-knop
IN-knop
OUT/+ knop
SET-toets
Houd de toets ingedrukt om in de handbediende regelstanden te komen:
schermcontrast, tijdzone, tijdontvangst AAN/UIT, 12/24-urige tijdsweergave,
handbediende regelstand tijd, kalender, temperatuur in °C of °F, druk in
hPa of inHg, waarde relatieve druk, en regelstand van de gevoeligheid van
de weerplaatjes.
Alle MIN/MAX-registraties wissen
IN-toets
Drukken om te verspringen tussen MAX/MIN en huidige gegevens van de
binnentemperatuur/vochtigheid.
Waarde van relatieve druk verminderen (in handbediende regelstand)
OUT/+ toets
Even indrukken om te verspringen tussen MAX/MIN en huidige gegevens
van de buitentemperatuur/vochtigheid
In handbediende regelstand alle waarden verhogen of wijzigen
CH-toets
Handbediende regelstand
Wisselen tussen weergave van kanalen (als meer dan één zender wordt
gebruikt)
Manuele regeling verlaten
LCD-SCHERM
Het scherm is onderverdeeld in 5 secties die informatie weergeven over de
tijd/kalender, binnengegevens, weersvoorspelling, verloop relatieve luchtdruk, en
buitengegevens.
65
Pictogram
tijdontvangst
(voor DCF-tijd)
Tijd
Kalender
Relatieve
binnenvochtigheid
in RH%
Batterij-indicator
Binnentemperatuur
in ºC/ ºF
Weerplaatje
Prognosepijltje
Relatieve luchtdruk
in hPa / inHg
Staafdiagram
met verloop
van de
relatieve
luchtdruk
Indicator ontvangst
van buitensignaal*
Relatieve buitenvochtigheid in RH%
Buitentemperatuur
in ºC/ ºF
* Als het weerstation erin geslaagd is het signaal te ontvangen, blijft het symbool
van signal buitenontvangst op het scherm staan (zoniet dan verdwijnt het). Er
kan dus altijd worden afgelezen of ontvangst gelukt is (pictogram aan) of niet
(pictogram uit). Daarbij geeft een knipperend pictogram aan dat een
ontvangstpoging aan de gang is.
HANDBEDIENDE REGELSTAND:
De volgende instellingen kunnen handbediend gewijzigd worden door op SET te
drukken:
Regelstand schermcontrast
Regelstand tijdzone
Regelstand tijdontvangst AAN/UIT
Regelstand 12/24-urige tijdweergave
Handbediende regelstand tijd
Regelstand kalender
Regelstand temperatuur in °C/°F
Regelstand luchtdruk in hPa/inHg
Regelstand relatieve luchtdruk
Regelstand gevoeligheid van weerplaatjes
REGELSTAND SCHERMCONTRAST:
Laatste cijfer knippert
66
Voor het schermcontrast kan gekozen worden uit 8 standen, van LCD 0 t/m
LCD7 (standaardinstelling: LCD 4):
1.
Houd de SET-knop ingedrukt totdat de cijfers gaan knipperen.
2.
Gebruik de OUT/+ toets om alle niveaus te bekijken.
3.
Selecteer het gewenste schermcontrast. Druk op de SET-toets om te
bevestigen en verder te gaan naar de regelstand tijdzone.
REGELSTAND TIJDZONE:
Knippert
De standaardinstelling van de tijdzone van het weerstation is “0”. Wijzig de
tijdzone als volgt:
1.
De waarde van de huidige tijdzone begint te knipperen.
2.
Stel met de OUT/+ toets de tijdzone in. Het bereik loopt van 0 t/m -12 en
vervolgens van +12 terug naar 0 in stappen van 1 uur.
3.
Druk op de SET-toets om te bevestigen en verder te gaan met de
regelstand tijdontvangst AAN/UIT.
REGELSTAND TIJDONTVANGST AAN/UIT:
Knippert
In gebieden waar ontvangst van de DCF-tijd niet mogelijk is, kan de
ontvangstfunctie van de DCF-tijd UIT worden gezet. De klok werkt dan als een
gewone kwartsklok (standaardinstelling: AAN).
1.
De letters “ON” gaan knipperen op het scherm.
2.
Gebruik de OUT/+ toets om de ontvangstfunctie UIT te zetten.
3.
Druk op de SET-toets om te bevestigen en verder te gaan naar de
regelstand 12/24-urige tijdweergave.
Let op:
Als de functie van de tijdontvangst handmatig UIT is gezet, zal de klok geen
enkele ontvangstpoging doen zolang de functie van de tijdontvangst op OFF
staat. Het pictogram van de tijdontvangst en “DCF” verschijnen niet op het
scherm.
REGELSTAND 12/24-URIGE TIJDWEERGAVE:
Knippert
Bij de urenstand kan gekozen worden tussen tijdweergave in 12-uren of 24-uren
tijd (standaardinstelling: 24-uren)
67
1.
2.
Kies met de OUT/+ toets tussen “12H” of “24H”.
Druk op de SET-toets om te bevestigen en verder te gaan naar de
handbediende regelstand tijd.
HANDBEDIENDE REGELSTAND TIJD:
Als het weerstation het DCF-signaal niet kan ontvangen (b.v. door storingen,
zendafstand, enz.) kan de tijd handmatig worden ingesteld. De klok werkt dan als
een gewone kwartsklok.
Uren knipperen
Minuten knipperen
1.
2.
3.
4.
5.
De uren gaat knippeen
Stel met de OUT/+ toets de uren in.
Druk opnieuw op de SET-toets om de minuten in te stellen. De minuten
gaan knipperen.
Stel met de OUT/+ toets de minuten in.
Druk ter bevestiging op de SET-toets en ga verder met de regelstand van
de kalender.
Let op:
Ondanks het feit dat het apparaat handmatig is ingesteld zal het proberen het
signaal te ontvangen. Als het signaal is ontvangen wordt de handmatig
ingevoerde tijd vervangen door de ontvangen tijd. Tijdens ontvangstpogingen
gaat het DCF-torentje knipperen. Als ontvangst niet gelukt is wordt het DCFtorentje niet weergegeven, maar worden de volgende dag nieuwe pogingen tot
ontvangst gedaan.
REGELSTAND KALENDER:
Jaar
Datum en maand (24u-tijdweergave)
Maand en datum (12u-tijdweergave)
Het weerstation is standaard ingesteld op de datum 1. 1. van het jaar 2011.
Zodra het radiografisch gestuurde tijdsignaal ontvangen is, wordt de datum
vanzelf geactualiseerd. Wordt het signaal echter niet ontvangen, dan kan de
datum ook met de hand worden ingesteld.
1.
Het jaartal gaat knipperen.
2.
Stel met de OUT/+ toets het jaar in (tussen jaar 2011-2029).
3.
Druk op de SET-toets om te bevestigen en verder te gaan met de maand.
De maand gaat knipperen.
4.
Stel met de OUT/+ toets de maand in.
68
5.
6.
7.
Druk opnieuw op de SET-toets om te bevestigen en verder te gaan naar de
regelstand van de datum. De datum gaat knipperen.
Stel met de OUT/+ toets de datum in.
Druk op de SET-toets om alle kalenderinstellingen te bevestigen en verder
te gaan met de regelstand temperatuur.
REGELSTAND TEMPERATUUR IN °C/°F:
Knippert
De stand van de temperatuur kan worden weergegeven in °C of °F
(standaardinstelling: °C).
1.
Gebruik de OUT/+ toets om te verspringen tussen “°C” en “°F”.
2.
Druk op de SET-toets om te bevestigen en verder te gaan naar de
regelstand luchtdruk.
REGELSTAND LUCHTDRUKMAAT IN hPa / inHg:
Bij relatieve luchtdruk kan gekozen worden voor weergave in hPa of inHg
(standaardinstelling is “hPa”).
Knippert
1.
2.
Gebruik de OUT/+ toets om te verspringen tussen “hPa” en “inHg”
Druk ter bevestiging op de SET-toets en ga verder met de regelstand van
de luchtdrukeenheid.
Let op:
Dit heeft geen consequenties voor de eenheden van de gevoeligheid van de
pictogrammen van de weersvoorspelling en de luchtdruk; deze worden altijd
uitgedrukt in hPa.
REGELSTAND RELATIEVE LUCHTDRUK
De standaardinstelling van de relatieve druk is 1013 hPa (29.92 inHg).
Handmatig kan een andere waarde worden ingesteld binnen het bereik van
960 – 1040 hPa (28.35 – 30.72 inHg) voor betere referentie.
Knippert
1.
De waarde van de huidige relatieve druk gaat knipperen
69
2.
3.
Gebruik de OUT/+ knop om de waarde te verhogen en de IN-knop om de
waarde te verminderen. Door de knop ingedrukt te houden verspringen de
waarden sneller.
Druk de SET-knop in om te bevestigen en verder te gaan naar de
regelstand van de gevoeligheid van de weerplaatjes.
REGELSTAND GEVOELIGHEID VAN DE WEERPLAATJES:
Voor locaties met plotselinge wijzigingen in de weersomstandigheden kan een
andere drempelwaarde voor de weerplaatjes worden ingesteld. Dit om de
plotselinge weersveranderingen sneller te kunnen weergeven.
Knippert
1.
2.
3.
De huidige waarde van de gevoeligheid gaat knipperen.
Stel met de OUT/+ knop het niveau van gevoeligheid in. Er zijn 3 niveaus:
2, 3 en 4. De waarde correspondeert met de verandering in luchtdruk in
hPa voordat het weerplaatje verspringt naar een ander. Niveau 2 is de
meest gevoelige stand, niveau 4 is de traagste stand (standaardwaarde is
"3").
Druk ter bevestiging op de SET knop en verlaat de handbediende
regelstand.
HANDBEDIENDE REGELSTAND VERLATEN:
Druk in handbediende regelstand op de CH-toets om deze regelstand te verlaten,
of wacht totdat het scherm vanzelf terugspringt naar normale weergavestand.
RELATIEVE BINNENVOCHTIGHEID EN BINNENTEMPERATUUR:
De gegevens van de binnentemperatuur en binnenvochtigheid worden
automatisch geactualiseerd en weergegeven op het tweede deel van het scherm.
Binnentemperatuur
in °C of ºF
Relatieve binnenvochtigheid in RH%
MAX-symbool
VRIJSTELLING EN ANNULEREN VAN DE BINNENGEGEVENS:
1.
Druk op de IN-knop om te verspringen tussen de gegevens van de huidige
binnentemperatuur en MAX/MIN-temperatuur en vochtigheid. Het tijdstip
van de registraties wordt ook weergegeven in de tijd- en kalendersectie van
het scherm (enkel voor temperatuurgegevens).
70
Eenmaal drukken voor weergave van de gegevens van de MAX
binnentemperatuur en vochtigheid, met registratietijdstip.
Tweemaal drukken voor weergave van gegevens van MIN
binnentemperatuur en vochtigheid, met registratietijdstip.
Driemaal drukken om terug te keren naar weergave van huidige waarden.
2.
Zodra de MIN- of MAX-gegevens worden weergegeven de SET-knop 3
seconden ingedrukt houden om de respectievelijke MIN- of MAXregistraties terug te stellen op de huidige temperatuur en vochtigheid, met
weergave van huidige tijd en datum.
Let op: De MIN of MAX gegevens dienen apart te worden teruggesteld.
WEERSVOORSPELLING EN PROGNOSEPIJLTJES:
WEERPLAATJES:
De weerplaatjes kunnen in één van de volgende combinaties op het derde deel
van het scherm verschijnen:
Zonnig
Bewolkt met zonnige perioden
Regenachtig
Bij elke plotselinge of aanzienlijke luchtdrukverandering wijzigen de
weersymbooltjes overeenkomstig de weersverandering. Als de weerplaatjes
niet veranderen betekent dit dat de luchtdruk niet veranderd is, of dat de wijziging
te traag is geweest om door het weerprojectiestation te kunnen worden
geregistreerd. Als het vertoonde weersymbooltje een zon of regenwolk is, zal het
niet veranderen als het weer beter (zonnetje) of slechter (regenwolkje) wordt,
omdat de weersymbooltjes dan reeds in hun uiterste positie staan.
De vertoonde weersymbooltjes voorspellen het weer in de zin van verbeteren of
verslechteren, niet noodzakelijkerwijs als zonnig of regenachtig, waar de plaatjes
letterlijk genomen voor staan. Als bijvoorbeeld het huidige weer bewolkt is en het
weersymbooltje van regen wordt afgebeeld, dan betekent dit niet dat het toestel
defect is, maar laat het zien dat de luchtdruk gedaald is en dat het weer verwacht
wordt slechter te worden; het hoeft niet noodzakelijkerwijs te gaan regenen.
Let op:
Na het opstarten dienen de weersvoorspellingen van de volgende 12-24 uur te
worden geannuleerd. Het weerprojectiestation heeft nl. enige tijd nodig om op
constante hoogte te functioneren en accurate voorspellingen te doen.
Zoals normaal bij weersvoorspellingen kan geen absolute precisie gegarandeerd
worden. De weersvoorspellingen hebben een geschatte precisie van ongeveer
75% vanwege de verschillende functies waarvoor het weerprojectiestation
ontworpen is. In gebieden die onderhevig zijn aan plotselinge
71
weersveranderingen (bijvoorbeeld van zonnig naar regen) zal het
weerprojectiestation precieser zijn dan in gebieden waar het weer stabiel is (b.v.
hoofdzakelijk zonnig).
Als het weerprojectiestation naar een andere locatie verhuisd die aanzienlijk
hoger of lager is dan de vorige (b.v. van de parterre van een huis naar de eerste
verdieping), annuleer dan de weersvoorspelling van de eerstkomende 12-24 uur.
Hierdoor zal het weerprojectiestation de hoogtewijziging niet verkeerd
interpreteren als een wijziging in luchtdruk.
PROGNOSEPIJLTJES
De weerplaatjes werken in combinatie met de prognosepijltjes (zie links en rechts
van de weerplaatjes). Wanneer de indicator naar boven wijst betekent dit dat de
luchtdruk stijgt en het weer verwacht wordt te verbeteren. Wijst het pijltje echter
naar beneden, dan betekent dit dat de luchtdruk daalt en het weer verwacht
wordt te verslechteren.
Zo kunnen we aflezen in welke mate het weer veranderd is en nog verwacht
wordt te zullen veranderen. Als bijvoorbeeld het weerpijltje naar beneden wijst en
het wolkje met het zonnetje worden vertoond, dan was de laatst merkbare
weersverandering toen het nog zonnig weer was (enkel weersymbooltje van zon).
De volgende verandering zal dus het symbooltje van het regenwolkje zijn want
het pijltje wijst naar beneden.
Let op:
Als de weerpijltjes een verandering in luchtdruk hebben geregistreerd, blijft deze
permanent op het scherm staan.
LUCHTDRUKVERLOOP (ELECTRONISCHE BAROMETER)
Op het vierde deel van het scherm wordt tevens de waarde van de relatieve
luchtdruk en het luchtdrukverloop weergegeven.
Luchtdruk van
afgelopen 24 uur
Het staafdiagram geeft een indicatie van het luchtdrukverloop van de afgelopen
24 uur in 7 stappen: 0u, -3u, -6u, -9u, -12u, -18u en –24u. De “0u” staat voor de
meest recente uurmeting van de luchtdruk. De staven representeren de “hPa” (0,
±2, ±4, ±6) op een bepaald moment. De “0” in het midden van de schaal is gelijk
aan de huidige druk en elke wijziging (±2, ±4, ±6) toont hoe veel “hPA” de
afgelopen druk gedaald of gestegen is in vergelijking met de huidige druk.
Oplopende staven geven aan dat het weer verbetert vanwege de verhoogde
luchtdruk. Aflopende staven betekenen dat de luchtdruk gedaald is en het weer
verwacht wordt te verslechteren vergeleken met de huidige “0u” tijd.
72
Let op:
Het weerstation geeft de meest accurate verloop van de barometrische druk als
het op constante hoogte functioneert; het mag dus niet van de begane grond
naar de tweede verdieping van een huis worden verplaatst. Als het toestel
verhuist, negeer dan de metingen van de eerste 12-24 uur.
GEGEVENS BUITENTEMPERATUUR EN BUITENVOCHTIGHEID
Het laatste deel van het scherm geeft de buitentemperatuur en buitenvochtigheid
weer, alsmede de ontvangstindicator, het kengetal van de zender en de
MIN/MAX-buitengegevens.
Kengetal van buitenzender
MIN-symbool
Buitentemperatuur
in °C/ °F
Relatieve buitenvochtigheid in RH%
AFLEZEN EN WISSEN VAN BUITENGEGEVENS
1.
Druk op de OUT/+ knop om te verspringen tussen weergave van de
buitengegevens van de huidige, MAX/MIN temperatuur en vochtigheid, en
de desbetreffende registratietijdstip (enkel voor temperatuurgegevens):
Druk eenmaal voor weergave van gegevens van de MAX
buitentemperatuur en buitenvochtigheid met het tijdstip van registratie.
Druk tweemaal voor weergave van de gegevens van de MIN
buitentemperatuur en buitenvochtigheid met het tijdstip van registaratie.
Druk driemaal om terug te keren naar de huidige waarden.
2.
Zodra de MIN of MAX gegevens worden weergegeven de SET-knop 3
seconden ingedrukt houden om de respectievelijke MIN of MAX registratie
terug te stellen op de waarde van de huidige temperatuur en vochtigheid,
en weergave van de huidige tijd en datum.
Let op: De MIN-of MAX-gegevens moeten apart worden geannuleerd.
BIJ GEBRUIK VAN 1 ZENDER:
1.
2.
3.
Druk de toets KANAAL in om te wisselen tussen de zenders:
Eenmaal voor weergave van zender 2
Tweemaal voor weergave van zender 3
Driemaal om terug te keren naar zender 1
Gebruik de toets OUT/+ voor weergave van de MIN/MAX-data van de
temperatuur en vochtigheid data van de geselecteerde zender.
Houd de SET-toets 3 seconden ingedrukt om de registraties van de
minimum en maximum temperatuur en vochtigheid en de tijdstippen ervan
te annuleren. Hierdoor worden de MIN/MAX-data teruggesteld op de
huidige tijd, datum, temperatuur en vochtigheid. De huidige tijd betreft de
normaal weergegeven tijd en houdt geen rekening met de voor het toestel
ingestelde tijdzone.
73
Let op: de MIN/MAX-data van elke zender moeten apart worden geannuleerd.
OVER DE BUITENZENDER
Het bereik van de thermohygro-buitenzender kan beïnvloedt worden door de
temperatuur. Lage temperaturen kunnen de zendafstand verkorten. Houd
hiermee rekening bij het plaatsen van de zender. Ook kunnen hierdoor de
batterijen van de thermohygrozender verzwakt raken.
CONTROLE VAN 868MHz-ONTVANGST
Als de gegevens van de buitentemperatuur en vochtigheid drie minuten na het
opstarten nog niet kunnen worden afgelezen (of als scherm bij normaal
functioneren steeds “- -. -” weergeeft op de buitensectie van het weerstation)
controleer dan de volgende punten:
1. Aanbevolen afstand van mogelijke storingsbronnen zoals
computermonitoren of TV-toestellen dient tenminste 2 meter te zijn.
2. Plaats de thermohygrozender niet in de onmiddelijke nabijheid van metalen
raamkozijnen.
3. Het gebruik van electrische producten zoals hoofdtelefoon en luidsprekers
die op hetzelfde frekwentie-signaal werken (868 MHz) kan de goede
ontvangst belemmeren. Interferentie kan ook veroorzaakt worden door
naburige bewoners die electronische artikelen gebruiken die ook via het 868
MHz signaal functioneren.
Let op:
Nadat het 868 MHz-signaal ontvangen is, is het beter het batterijvak van het
weerstation of de zender niet meer te openen. De batterijen kunnen hierdoor per
ongeluk los schieten van de contactpinnetjes, zodat het toestel gedwongen
wordt te herstarten. Gebeurt dit per ongeluk toch, herstart dan beide toestellen
(zie Instellen hierboven) anders kunnen zendproblemen optreden.
Het zendbereik is ongeveer 100 meter van de thermohygro-zender naar het
weerstation (in vrije veld). Dit hangt echter af van interferentieniveaus in de
omgeving. Als ontvangst -ondanks inachtneming van deze factoren- niet mogelijk
is, dienen alle toestellen van het systeem opnieuw te worden opgestart (zie
“Instellen” hierboven).
POSITIONEREN VAN HET WEERSTATION
Het weerstation biedt de keuze op tafel te worden gezet of aan de muur te
worden opgehangen. Alvorens aan de muur op te hangen a.u.b. controleren of
de buitengegevens van de gewenste posities kunnen worden ontvangen.
74
Ophangen aan muur:
1.
Draai een schroef (niet meegeleverd) in de muur en laat
de kop ongeveer 5mm uitsteken.
2.
Hang het weerstation op aan de schroef via het gaatje in
de achterkant. Trek het weerstation voorzichtig naar
beneden op de schroef.
Uitvouwbare standaard:
De uitvouwbare standaard bevindt zich aan de achterkant. Trek
de standaard los van de rand middenonder het batterijvak van
het weerstation. Als de standaard is uitgevouwen kan het
weerstation op de gewenste plaats worden neergezet.
POSITIONEREN VAN DE THERMOHYGROZENDER
De thermohygro-zender kan op een plat oppervlak geplaatst worden of aan de
muur worden opgehangen met de houder die ook dienst doet als standaard of
muurklamp.
Bevestigen aan muur:
1.
Maak de houder met schroefjes en
pluggen aan de muur vast.
2.
Klik de zender vast in de houder.
Let op:
Alvorens de zenderhouder voorgoed vast te
maken, eerst controleren of van alle
toestellen de buitentemperatuur en
Houder voor aan
vochtigheid wel vanuit de gekozen posities
muur of op tafel
kunnen worden ontvangen. Wordt het
signaal niet ontvangen, verplaats de zender(s) dan om ontvangst te verbeteren.
SCHOONMAKEN EN ONDERHOUD
Maak het apparaat en de voeler met een zachte, enigszins vochtige doek
schoon. Geen schuur- of oplosmiddelen gebruiken! Tegen vocht
beschermen.
Verwijder de batterijen, als u het apparaat langere tijd niet gebruikt.
STORINGSWIJZER
Probleem
Geen display op het
basisapparaat
Oplossing
Batterijen met de juiste poolrichtingen plaatsen
Batterijen vervangen
75
Geen zender
ontvangst
Indicatie „---“
Batterijen van de buitenzender controleren
(geen accu’s gebruiken!)
Zender en basisapparaat opnieuw volgens de
handleiding in bedrijf stellen
Zoek een nieuwe opstellingsplaats voor zender
en/of ontvanger.
Afstand tussen zender en basisapparaat
verminderen
Geen DCF
ontvangst
Verwijder stoorbronnen
DCF ontvangst instelling “AAN”
Zoek een nieuwe opstellingsplaats voor
ontvanger
Geen correcte
display
Tijd handmatig instellen
Ontvangstpoging in de nacht afwachten
Batterijen vervangen
VERWIJDEREN
Dit product is vervaardigd van hoogwaardige materialen en onderdelen, die
kunnen worden gerecycled en hergebruikt.
Batterijen en accu's mogen niet met het huisvuil worden weggegooid.
Als consument bent u wettelijk verplicht om gebruikte batterijen en
accus's bij uw dealer af te geven of naar de daarvoor bestemde
containers volgens de nationale of lokale bepalingen te brengen
om een milieuvriendelijk verwijderen te garanderen.
De benamingen voor de zware metalen zijn: Cd=cadmium,
Hg=kwikzilver, Pb=lood
Dit apparaat is gemarkeerd in overeenstemming met de EU-richtlijn
(WEEE) over het verwijderen van elektrisch en elektronisch afval.
Dit product mag niet met het huisvuil wordt weggegooid. De
gebruiker is verplicht om de apparatuur af te geven bij een als
zodanig erkende plek van afgifte voor het verwijderen van
elektrische en elektronische apparatuur om een milieuvriendelijk
verwijderen te garanderen.
SPECIFICATIES:
Aanbevolen gebruikstemperatuur: 0°C tot +50°C
Meetbereik temperatuur:
Binnen
: -9.9ºC t/m +59.9ºC met 1.0°C resolutie
14.2ºF t/m 139.8ºF met 2.0ºF resolutie
(“OF.L” verschijnt indien buiten dit bereik)
Buiten
: -39.9ºC t/m +59.9ºC met 0.1°C resolutie
76
-39.8ºF t/m +139.8ºF met 0.2ºF resolutie
(“OF.L” verschijnt indien buiten dit bereik)
Bereik binnenvochtigheid
: 20% t/m 95% met 1% resolutie (“- -“ wordt
weergegeven als binnentemperatuur buiten weergavebereik ligt; “19%-“ wordt
weergegeven < 20% en “96%” indien > 95%)
Bereik buitenvochtigheid
: 1% t/m 99% met 1% resolutie ( “- -“ wordt
weergegeven als buitentemperatuur buiten weergavebereik ligt; 1% wordt
weegegeven indien < 1% en 99% indien > 99%)
Meetinterval binnengegevens:
Binnentemperatuur
: Elke 15 seconden
Vochtigheid
: Elke 20 seconden
Luchtdruk
: Elke 15 seconden
Meetinterval buitentemperatuur en vochtigheid: Elke 4 seconden
(of elke 15 minuten als data verloren zijn en “--.-“ wordt weergegeven)
Zendbereik
: Maximaal 100 meter (vrije veld)
Voeding: (alkaline batterijen aanbevolen)
Weerstation
: 3 x AA, IEC LR6, 1.5V
Thermohygrozender : 2 x AA, IEC LR6, 1.5V
Levensduur batterij
: ongeveer 24 maanden
Afmetingen (L x B x H):
Weerstation
: 101 x 31 x 179 mm
Thermohygrozender : 57.3 x 62 x 135.6 mm (inclusief muurklamp)
Transmissie frequentie
: 868 MHz
Maximaal radiofrequentie vermogen uitgezonden
: < 25mW
Deze gebruiksaanwijzing of gedeelten eruit mogen alleen met toestemming van
TFA Dostmann worden gepubliceerd. De technische gegevens van dit apparaat
zijn actueel bij het ter perse gaan en kunnen zonder voorafgaande informatie
worden gewijzigd.
De nieuwste technische gegevens en informatie over uw product kunt u vinden
door het invoeren van het artikelnummer op onze homepage.
EU-conformiteitsverklaring
Hierbij verklaar ik, TFA Dostmann, dat het type radioapparatuur 35.1078 conform
is met Richtlijn 2014/53/EU. De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring
kan worden geraadpleegd op het volgende internetadres:
www.tfa-dostmann.de
E-Mail:
[email protected]
TFA Dostmann GmbH & Co.KG, Zum Ottersberg 12, D-97877 Wertheim
10/16
77