AEG Electrolux 41056 VI MN Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

41056VI-MN
Gebruiksaanwijzing Fornuis
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige
kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van
optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in
staat stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten
verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan
kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een
eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
INHOUD
VEILIGHEIDSINFORMATIE 2
Veiligheid van kinderen en kwetsbare
personen 3
Algemene veiligheid 3
Gebruik 3
Onderhoud en reiniging 4
Installatie 5
Elektrische aansluiting 5
Service 6
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 6
Algemeen overzicht 6
Accessoires 7
VOOR HET EERSTE GEBRUIK 7
Eerste reiniging 7
Tijd instellen 7
KOOKPLAAT - DAGELIJKS GEBRUIK 8
Kookstanden 8
Gebruik van de dubbele zone 8
KOOKPLAAT - HANDIGE AANWIJZINGEN EN
TIPS 9
KOOKPLAAT - ONDERHOUD EN REINIGING
10
OVEN - DAGELIJKS GEBRUIK 10
Oven in- en uitschakelen 10
Veiligheidsthermostaat 10
Ovenfuncties 11
Telescopische, uittrekbare steunen 11
Display 12
De klokfuncties instellen 13
De klokfuncties uitschakelen 13
OVEN - NUTTIGE AANWIJZINGEN, TIPS EN
BEREIDINGSTABELLEN 13
Bakken 13
Braden 18
Grilleren 19
Ontdooien 20
Drogen 21
Inmaken 21
OVEN - ONDERHOUD EN REINIGING 22
Inschuifrails 23
Plafond oven 23
Ovendeur en glasplaten 24
Ovenlampje 25
De lade verwijderen 26
PROBLEMEN OPLOSSEN 26
MONTAGE 27
Waterpas zetten 27
Elektrische installatie 28
MILIEUBESCHERMING 28
Wijzigingen voorbehouden
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees voor uw eigen veiligheid en een correcte werking van het apparaat eerst deze hand-
leiding aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren en te gebruiken. Bewaar de-
2
Inhoud
ze instructies altijd bij het apparaat, zelfs wanneer u het verplaatst of verkoopt. Gebrui-
kers moeten volledig op de hoogte zijn van de bediening en veiligheidsfuncties van het
apparaat.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die veroorzaakt is door onjuiste installatie
en gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare personen
Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door perso-
nen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek
aan ervaring en kennis, mits zij onder toezicht staan of instructies hebben ontvangen
over het veilige gebruik van het apparaat, en de gevaren van het apparaat begrijpen.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Er bestaat een gevaar voor
verstikking.
Houd kinderen uit de buurt van het apparaat. Er bestaat gevaar voor letsel of andere
blijvende invaliditeit.
Als het apparaat een inschakelvergrendeling of toetsenvergrendeling heeft, gebruik de-
ze dan. Hiermee wordt voorkomen dat kinderen en kleine huisdieren het apparaat per
ongeluk gebruiken.
Algemene veiligheid
Verander de specificaties van dit product niet en wijzig het niet. Er bestaat een gevaar
voor letsel en schade aan het apparaat.
Verwijder al het verpakkingsmateriaal, stickers en folie van het apparaat voordat u het
in gebruik neemt.
Schakel de kookzones na ieder gebruik uit.
Gebruik
Het apparaat is uitsluitend ontworpen voor huishoudelijke kookhandelingen.
Gebruik het apparaat niet als werkblad of aanrecht.
Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter. Schakel het apparaat bij
brand uit. Doof het vuur met een pannendeksel , gebruik nooit water.
Gevaar voor brandwonden! Leg geen metalen voorwerpen, zoals bestek of deksels op
de kookplaat; deze kunnen zeer heet worden.
Het oppervlak van de kookplaat kan beschadigd raken als er voorwerpen of pannen op
vallen.
Pannen van gietijzer, aluminium of met beschadigde bodem kunnen krassen veroorza-
ken op de kookplaat als u ze over het oppervlak schuift.
Als er een scheur in het oppervlak zit, trek dan de stekker uit het stopcontact om elek-
trische schokken te voorkomen.
Laat pannen niet droogkoken om schade aan de pan en de kookplaat te voorkomen.
Gebruik de kookzones niet met lege pannen of zonder pannen erop.
Verkleuring van het email heeft geen invloed op de werking van het apparaat. De ga-
rantie komt hierdoor niet te vervallen.
Oefen geen kracht uit op de deur van het apparaat.
De binnenkant van het apparaat wordt heet tijdens gebruik. Er kunnen brandwonden
ontstaan. Gebruik ovenwanten wanneer u de accessoires en pannen in de oven zet of
deze uit de oven haalt.
Veiligheidsinformatie
3
Ga altijd achteruit als u de deur van het apparaat opent tijdens de bereiding (met na-
me bij Bereiden met stoom). Hierdoor kan stoom of hitte ontsnappen.
Om schade of verkleuring van het email voorkomen:
zet geen voorwerpen rechtstreeks op de bodem van het apparaat en dek de bodem
niet af met aluminiumfolie.
schenk geen heet water rechtstreeks in het apparaat
laat vochtige gerechten en voedsel niet in het apparaat staan als u klaar bent met
de bereiding
Gebruik dit apparaat niet als het in contact is met water. Bedien het apparaat niet met
natte handen.
Laat geen vochtige gerechten en voedsel in de oven staan nadat u klaar bent met de
bereiding, omdat het vocht het email kan beschadigen of in de inbouwmeubels kan
dringen.
Plaats geen brandbare vloeistoffen, licht ontvlambare materialen of voorwerpen die
kunnen smelten (bijv. plastic folie, plastic, aluminium) op of in de buurt van het apparaat.
In de lade onder de oven mogen alleen accessoires worden bewaard die hittebestendig
zijn. Bewaar hier geen brandbare materialen in.
Zorg ervoor dat de ventilatieopening van de oven, in het midden achter de kookplaat
altijd vrij blijft, zodat de ovenruimte geventileerd wordt.
Informatie over acrylamide
Volgens recente wetenschappelijke informatie kan het intensief bruinen van levensmidde-
len (met name in producten die zetmeel bevatten), een gezondheidsrisico vormen tenge-
volge van acrylamides. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel mogelijk bij la-
ge temperaturen gaar te laten worden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Onderhoud en reiniging
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhouds-
werkzaamheden verricht. Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld.
Houd het apparaat altijd schoon. Vet- of voedselresten in de oven kunnen brand ver-
oorzaken.
Door het apparaat regelmatig te reinigen voorkomt u dat het oppervlakmateriaal ach-
teruitgaat.
Reinig het apparaat alleen met water en zeep. Scherpe voorwerpen, schuurmiddelen,
schuursponsjes en vlekkenverwijderaars kunnen schade aan het apparaat veroorzaken.
Reinig het apparaat niet met stoom- of hogedrukreinigers.
Reinig de glazen ovendeur niet met schuurmiddelen of metalen schrapers. Het hittebe-
stendige oppervlak van de binnenruit kan hierdoor breken en verbrijzelen.
Zorg ervoor dat de glaspanelen afgekoeld zijn voordat u deze reinigt. Het glas kan an-
ders barsten.
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
Als de glaspanelen van de deur beschadigd zijn, worden ze zwak en kunnen ze breken.
In dat geval moeten ze vervangen worden. Neem voor meer instructies contact op
met de Klantenservice.
Volg de aanwijzingen van de ovenfabrikant op als u een ovenspray gebruikt. Spuit
nooit iets op het vetfilter (indien aanwezig), de verwarmingselementen en de thermo-
staatsensor.
4
Veiligheidsinformatie
Tijdens pyrolitische reiniging (indien aanwezig) kan hardnekkig vuil de kleur van het
oppervlak beschadigen.
Reinig katalytisch email niet (indien aanwezig).
Wees voorzichtig bij het verwisselen van de ovenlamp. Gevaar voor elektrische schokken!
Installatie
Het apparaat mag alleen worden geïnstalleerd, aangesloten of gerepareerd door een
erkende servicemonteur.
De wetten, voorschriften, richtlijnen en normen die van kracht zijn in het land waar
het apparaat wordt gebruikt, moeten volledig in acht genomen worden (veiligheids-
voorschriften, correcte recycling overeenkomstig de voorschriften, veiligheidsvoor-
schriften met betrekking tot elektrische installaties en/of gas, enz.)!
Als u zich niet aan de installatie-instructies houdt, dan vervalt de garantie bij het ont-
staan van schade.
Controleer of het apparaat niet beschadigd is tijdens het transport. Sluit een bescha-
digd apparaat niet aan. Neem indien nodig contact op met de leverancier.
Installeer het apparaat niet in de buurt van licht ontvlambaar materiaal (b.v. gordijnen,
theedoeken enz.)
Verwijder al het verpakkingmateriaal voordat u het apparaat in gebruik neemt.
Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig wanneer u het verplaatst. Gebruik altijd be-
schermende handschoenen. Trek nooit aan het apparaat bij de handgreep of bij de kook-
plaat.
Houd de minimumafstanden naar andere apparaten en meubels in acht!
Belangrijk! Zet het fornuis niet op een extra sokkel of ander verhogend meubel. Hier-
door ontstaat het risico dat het apparaat kantelt!
Elektrische aansluiting
Het apparaat moet geaard worden.
Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de netvoe-
ding in uw woning.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd schokvrij stopcontact.
Gebruik geen meerwegsstekkers, -aansluitingen en verlengkabels. Er kan brand ontstaan.
Vervang of wijzig het netsnoer niet zelf. Neem contact op het de Klantenservice.
Er moet een voorziening in de elektrische installatie aanwezig zijn die het mogelijk
maakt om het apparaat los te koppelen van alle polen van de netvoeding, met een con-
tactopening van minstens 3 mm.
Zorg ervoor dat het netsnoer en de stekker niet platgedrukt of beschadigd worden
door de achterkant van het apparaat.
Zorg ervoor dat de hoofdstekker na installatie toegankelijk is.
Trek niet aan het snoer om het apparaat los te koppelen van de netvoeding. Trek altijd
aan de stekker.
U dient te beschikken over de juiste scheidingsvoorzieningen: stroomonderbrekers, ze-
keringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekstrips
en contacten.
Informatie over het voltage staat op het typeplaatje.
Veiligheidsinformatie
5
Service
Dit apparaat mag alleen worden gerepareerd door een erkend servicemonteur. Gebruik
alleen originele reserveonderdelen. Neem contact op met de klantenservice.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Algemeen overzicht
1
2 3 27
9
10
11
12
13
14
8
5
4
3
2
1
4 65
1 Bedieningspaneel
2 Indicatielampjes kookzone
3 Functielampje van de oven
4 Functieknop van de oven
5 Display
6 Temperatuurknop van de oven
7 Indicatielampje van de temperatuur
8 Kookplaat bedieningsknoppen
9 Verwarmingselement
10 Ovenlampje
11 Ventilator
12 Onderwarmte
13 Typeplaatje
14 Rekgeleiders
6
Beschrijving van het product
Indeling kookplaat
170
mm
265
mm
145
mm
145
mm
120/210
mm
1 2 3
456
1 Enkele kookzone 1200 W
2 Stoomuitlaat oven
3 Ovale kookzone 2300 W
4 Enkele kookzone 1200 W
5 Restwarmte-indicatie
6 Tweekringskookzone 2200 W
Accessoires
Ovenrek
Voor servies, bak- en braadvormen.
Vlakke bakplaat
Voor gebak en koekjes
Braadpan
Om te bakken en te braden of om vet op te vangen.
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Verwijder al het verpakkingsmateriaal binnenin en aan de buitenkant van de oven, voor-
dat u de oven in gebruik neemt. Verwijder het typeplaatje niet.
LET OP!
Pak, om de deur te openen, altijd de handgreep in het midden vast.
Eerste reiniging
Verwijder alle onderdelen van het apparaat.
Reinig het apparaat voor het eerste gebruik
LET OP!
Gebruik geen schuurmiddelen! De oppervlakken zouden beschadigd kunnen worden. Zie
het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Tijd instellen
De oven werkt alleen nadat u de tijd hebt ingesteld.
Voor het eerste gebruik
7
Wanneer u het apparaat op de netvoeding aan-
sluit of na een stroomstoring gaat het symbool
van de tijdfunctie automatisch knipperen.
Gebruik de " + " of " - " toets om de huidige tijd
in te stellen.
Na ongeveer 5 seconden stopt het knipperen en
geeft de klok de ingestelde tijd van de dag weer.
Om het tijdstip te veranderen mag u niet tegelij-
kertijd een automatische functie (Duur
of Ein-
de
) instellen.
KOOKPLAAT - DAGELIJKS GEBRUIK
Restwarmte-indicatie
De restwarmte-indicatie gaat branden wanneer een kookzone heet is.
WAARSCHUWING!
Verbrandingsgevaar door restwarmte!
Wanneer een kookzone werkt, maakt hij gedurende korte tijd een zoemend geluid. Dit is
kenmerkend voor alle glaskeramische kookzones en betekent niet dat het apparaat niet
correct werkt.
Kookstanden
Bedieningsknop Functie
0
Uit-stand
1-9
Kookstanden
(1 = laagste kookstand; 9= hoogste kookstand)
1. Draai de bedieningsknop in de gewenste kookstand.
2. Zet de bedieningsknop op stand 0 om het kookproces uit te schakelen.
Gebruik van de dubbele zone
WAARSCHUWING!
Draai de bedieningsknop met de dubbele zone naar rechts om de dubbele zone aan te
zetten (draai het niet door naar de stoppositie).
1. Draai de bedieningsknop naar rechts - in stand '9'.
2. Draai de bedieningsknop langzaam naar symbool
totdat u een klik hoort.
Op dit moment zijn de twee kookzones aan.
3. Raadpleeg 'Kookstanden' om de nodige kookstanden in te stellen.
8
Kookplaat - Dagelijks gebruik
KOOKPLAAT - HANDIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
Kookgerei
De bodem van het kookgerei moet zo dik en vlak mogelijk zijn.
Kookgerei gemaakt van geëmailleerd staal of met aluminium of kopperen bodems, kun-
nen tot verkleuringen leiden van de glazen keramische kookplaat.
Energie besparen
Plaats, indien mogelijk, altijd een deksel op het kookgerei.
Plaats het kookgerei altijd op de kookzone voordat u deze inschakelt.
Schakel voor het einde van de bereidingstijd de kookzones uit, om gebruik te maken
van de restwarmte.
De bodems van de pannen en kookzones dienen dezelfde afmeting te hebben.
Voorbeelden van kooktoepassingen
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Tem-
pera-
tuurin-
stel-
ling
Gebruik om: Tijdstip Tips
1 Bereide gerechten warmhouden naar be-
hoefte
Afdekken
1-2 Hollandaise saus, smelten: boter, cho-
colade, gelatine
5-25
min
Tussendoor mengen
1-2 Stollen: luchtige omeletten, gebakken
eieren
10-40
min
Met deksel bereiden
2-3 Zachtjes aan de kook brengen van rijst
en gerechten op melkbasis Reeds berei-
de gerechten opwarmen
25-50
min
Voeg minstens tweemaal zoveel
vloeistof toe als rijst, melkgerech-
ten tijdens het bereiden tussen-
door roeren
3-4 Groenten stomen, vis smoren vlees 20-45
min
Voeg een paar eetlepels vocht toe
4-5 Aardappelen stomen 20-60
min
Gebruik max. ¼ l water voor 750 g
aardappelen
4-5 Bereiden van grotere hoeveelheden
voedsel, stoofschotels en soepen
60-150
min
Tot 3 l vloeistof plus ingrediënten
6-7 Licht gebraden: kalfsoester, kalfs cor-
donbleu, koteletten, rissoles, worstjes,
lever, roux, eieren, pannenkoeken, do-
nuts
naar be-
hoefte
Halverwege de bereidingstijd om-
draaien
7-8 Door-en-door gebraden, opgebakken
aardappelen, lendenbiefstukken, steaks
5-15
min
Halverwege de bereidingstijd om-
draaien
Kookplaat - Handige aanwijzingen en tips
9
Tem-
pera-
tuurin-
stel-
ling
Gebruik om: Tijdstip Tips
9 Aan de kook brengen van grotere hoeveelheden water, pasta koken, aanbraden van
vlees (goulash, stoofvlees), frituren van patates frites
KOOKPLAAT - ONDERHOUD EN REINIGING
Reinig het apparaat na elk gebruik.
Gebruik altijd kookgerei met een schone bodem.
Krassen of donkere vlekken in de glaskeramiek hebben geen invloed op de werking van
het apparaat.
Vuil verwijderen:
1.
Verwijder direct: gesmolten plastic, gesmolten folie en suikerhoudende gerech-
ten. Anders kan het vuil het apparaat beschadigen. Gebruik een speciale schraper
voor de glazen plaat. Plaats de schraper schuin op de glazen plaat en verwijder
resten door het blad over het oppervlak te schuiven.
Verwijder nadat het apparaat voldoende is afgekoeld: kalkvlekken, waterkrin-
gen, vetvlekken, glimmende metaalachtige verkleuringen. Gebruik een speciaal
schoonmaakmiddel voor glaskeramiek of roestvrij staal.
2. Reinig het apparaat met een vochtige doek en een beetje afwasmiddel.
3.
Wrijf het apparaat ten slotte droog met een schone doek.
Reinig de voorkant van het apparaat met een zachte doek en een warm sopje.
Gebruik voor de metalen voorkanten wat schoonmaakmiddel voor roestvrijstaal.
Gebruik geen schuurmiddelen of schuursponsjes.
OVEN - DAGELIJKS GEBRUIK
Oven in- en uitschakelen
1. Draai de functieknop van de oven op een ovenfunctie.
2. Zet de thermostaatknop op de gewenste temperatuur.
Het bedrijfscontrolelampje is aan zolang de oven in gebruik is.
Het temperatuurdisplay is aan zolang de oventemperatuur toeneemt.
3. Voor het uitschakelen van de oven de schakelaar Ovenfuncties en de temperatuur-
knop in de stand Uit draaien.
Veiligheidsthermostaat
Om te voorkomen dat de oven oververhit raakt (door onjuist gebruik van het apparaat of
vanwege defecte onderdelen), heeft de oven een veiligheidsthermostaat die indien nodig
de stroomtoevoer onderbreekt. Zodra de temperatuur is gedaald, wordt de oven automa-
tisch weer ingeschakeld.
10
Kookplaat - Onderhoud en reiniging
Ovenfuncties
Ovenfunctie Toepassing
LICHT Gebruik deze functie om de binnenkant van de oven te ver-
lichten.
Hetelucht Met Ring Voor het maximaal bakken op drie ovenniveaus tegelijker-
tijd. Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in
dan bij boven-/onderwarmte. En om te roosteren.
Pizza Hetelucht Voor het bakken op één niveau van gerechten die een in-
tensievere bruining en knapperigheid van de bodem nodig
hebben. Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C la-
ger in dan bij boven-/onderwarmte.
Conventioneel Voor het bakken en braden op één ovenniveau.
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een knapperige bodem
en het bewaren van voedsel
Ontdooien Voor het ontdooien van ingevroren voedsel.
Grill Klein Voor het grillen van plat voedsel in het midden van het
rooster en voor het maken van toast.
Grill Groot Voor het grillen van plat voedsel in grotere hoeveelheden
en voor het maken van toast.
Infratherm Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte
op één niveau. Ook om te gratineren en te bruinen.
Telescopische, uittrekbare steunen
Op niveau 1 en 3 van de laden zijn de telescopische reksteunen bevestigd. Met de telesco-
pische reksteunen kunt u de lades er gemakkelijker in- en uitschuiven.
1. Trek de rechter en linker telescopische
reksteunen naar buiten.
°C
Oven - Dagelijks gebruik
11
2. Plaats het rek op de telescopische rek-
steunen en duw het rek voorzichtig de
oven in.
WAARSCHUWING!
Probeer niet om de ovendeur te sluiten als
de telescopische geleiders niet volledig in de
oven zitten Hierdoor kunnen het emaille en
het glas van de deur beschadigd raken.
WAARSCHUWING!
Telescopische reksteunen en andere assessoi-
res worden erg heet wanneer u de oven ge-
bruikt. Gebruik ovenhandschoenen of een ver-
gelijkbare bescherming.
Display
1 2 3
456
1 Functie-indicatielampjes
2 Tijdindicatie
3 Functie-indicatielampjes
4
Toets " + "
5 Keuzetoets
6
Toets '' - "
Klokfunctie Toepassing
Tijdstip van de dag Toont de tijd. Met deze functie kunt u de tijd instellen, veranderen
of opvragen.
Kookwekker Voor het instellen van een afteltijd.
Als de ingestelde tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal.
Deze functie is niet van invloed op de werking van de oven.
Duur Om in te stellen hoelang de oven gebruikt moet worden.
Einde Hier stelt u de tijd in waarna u wilt dat de oven uitschakelt.
Bereidingsduur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt, wanneer de oven op
een later tijdstip automatisch wordt in- en uitgeschakeld. Stel in dit geval eerst de Berei-
dingsduur
in en daarna Einde .
°C
12
Oven - Dagelijks gebruik
De klokfuncties instellen
1. Druk meerdere malen op de keuzetoets
tot het gewenste functielampje gaat knip-
peren.
2. Om de tijd voor de kookwekker in te stel-
len
, Duur of Einde , gebruik " +
" of toets " - " indrukken.
Het bijbehorende functielampje gaat
branden.
Als de ingestelde tijdsduur afgelopen is,
knippert het functielampje en klinkt er
gedurende 2 minuten een geluidssignaal.
Met de functies Duur en Einde wordt de oven automatisch uitgeschakeld.
3. Druk op een willekeurige toets om het geluidssignaal uit te schakelen.
De klokfuncties uitschakelen
1. Druk meerdere malen op de keuzetoets tot het gewenste functielampje knippert.
2.
Houd de " - " toets ingedrukt.
Na enkele seconden gaat de klokfunctie uit.
OVEN - NUTTIGE AANWIJZINGEN, TIPS EN BEREIDINGSTABELLEN
De temperaturen en baktijden in de tabellen zijn slechts als richtlijn bedoeld. Deze zijn
afhankelijk van de recepten en de kwaliteit en de hoeveelheid van de gebruikte ingrediënten.
Bakken
Algemene aanwijzingen
Uw nieuwe oven kan een andere bak-/braadverhouding hebben dan het apparaat dat
u tot nu toe gebruikt heeft. Pas uw normale instellingen (temperatuur, gaartijden) en
de ovenniveaus aan de tabelwaarden aan.
Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit-
schakelen, om te profiteren van de restwarmte.
Wanneer u diepgevroren levensmiddelen gebruikt, kunnen de platen in de oven
tijdens het bakken vervormen. Wanneer de platen afkoelen, verdwijnt de vervor-
ming.
Aanwijzigen bij de baktabellen
Wij raden aan om de eerste keer de lagere temperatuur in te stellen.
Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u dan bij een
soortgelijk product.
Bij het bakken van gebak op meerdere niveaus kan de baktijd ca. 10-15 minuten lan-
ger zijn.
Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces
niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. De verschil-
len verminderen tijdens het bakproces.
Oven - Nuttige aanwijzingen, tips en bereidingstabellen
13
Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van het
gebak is te licht van
kleur
Onjuist inzetniveau Plaats de cake op een lager inzetniveau
Het gebak zakt in
(wordt klef, papperig,
vochtig)
Te hoge baktemperatuur Stel de baktemperatuur lager in
Het gebak zakt in
(wordt klef, papperig,
vochtig)
Te korte baktijd Baktijd verlengen
Stel geen hogere baktemperaturen in
voor kortere baktijden
Het gebak zakt in
(wordt klef, papperig,
vochtig)
Te veel vocht in het deeg Minder vocht gebruiken Houdt de roertij-
den aan, in het bijzonder die van huishou-
delijke apparaten
Gebak is te droog Te lage baktemperatuur Stel een hogere oventemperatuur in
Gebak is te droog Te lange baktijd De baktijd verkorten
Cake wordt niet overal
even bruin
Te hoge baktemperatuur en
te korte baktijd
De baktemperatuur lager instellen en de
baktijd verlengen
Cake wordt niet overal
even bruin
Geen gelijkmatig mengsel Het deeg gelijkmatig over de bakplaat ver-
delen
Cake wordt niet overal
even bruin
Het vetfilter is geplaatst Verwijder het vetfilter
Gebak wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd
Te lage temperatuur Stel de baktemperatuur iets hoger in
Gebak wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd
Het vetfilter is geplaatst Verwijder het vetfilter
Bakken op één ovenniveau - Bakken in bakblikken
Soort gebak Oven-
functie
Niveau Temperatuur (°C) Tijd (u:min)
Tulband 1 150 - 160 0:50 - 1:10
Zandgebak/koningstaart 1 140 - 160 1:10 - 1:30
Biscuitgebak 1 140 0:25 - 0:40
Biscuitgebak 1 160 0:25 - 0:40
Taartbodem van zandtaart-
deeg
1)
3 170-180 0:10 - 0:25
Taartbodem van roerdeeg 3 150 - 170 0:20 - 0:25
Appeltaart 1 170 - 190 0:50 - 1:00
14
Oven - Nuttige aanwijzingen, tips en bereidingstabellen
Soort gebak Oven-
functie
Niveau Temperatuur (°C) Tijd (u:min)
Appeltaart (2 vormen Ø 20 cm,
diagonaal geplaatst)
1 160 1:10 - 1:30
Appeltaart (2 vormen Ø 20 cm,
diagonaal geplaatst)
1 180 1:10 - 1:30
1) Oven voorverwarmen
Bakken op één ovenniveau - Taarten/gebak/brood op bakplaten
Soort gebak Oven-
functie
Niveau Temperatuur (°C) Tijd (u:min)
Gistbroodje/krans 3 170 - 190 0:30 - 0:40
Kerststol
1)
3 160 - 180 0:40 - 1:00
Brood (roggebrood) 1
- eerst
1)
230 0:25
- Vervolgens 160 - 180 0:30 - 1:00
Roomsoezen/tompoezen
1)
3 160 - 170 0:15 - 0:30
Opgerolde cake met jam
1)
3 180 - 200 0:10 - 0:20
Kruimelgebak droog 3 150 - 160 0:20 - 0:40
Boter-/suikerkoek
1)
3 190 - 210 0:15 - 0:30
Vruchtentaart (op gistdeeg/
roerdeeg)
2)
3 150 0:35 - 0:50
Vruchtentaart (op gistdeeg/
roerdeeg)
2)
3 170 0:35 - 0:50
Vruchtencake op slap deeg 3 160 - 170 0:40 - 1:20
Plaatkoek met kwetsbare garne-
ring (bijvoorbeeld kwark, room,
puddingvulling)
1)
3 160 - 180 0:40 - 1:20
Ongedesemd brood 1 200 - 200 0:08 - 0:15
1) Oven voorverwarmen
2) Gebruik de diepe braadpan
Bakken op één ovenniveau - Koekjes
Soort gebak Oven-
functie
Niveau Temperatuur (°C) Tijd (u:min)
Zandkoekjes 3 150 - 160 0:06 - 0:20
Spritsgebak 3 140 0:20 - 0:30
Spritsgebak
1)
3 160 0:20 - 0:30
Roerdeegkoekjes 3 150 - 160 0:15 - 0:20
Oven - Nuttige aanwijzingen, tips en bereidingstabellen
15
Soort gebak Oven-
functie
Niveau Temperatuur (°C) Tijd (u:min)
Eiwitgebak, schuimgebak 3 80 - 100 2:00 - 2:30
Bitterkoekjes 3 100 - 120 0:30 - 0:60
Klein gerezen gebak 3 150 - 160 0:20 - 0:40
Koekjes van bladerdeeg
1)
3 170 - 180 0:20 - 0:30
Broodjes
1)
3 160 0:20 - 0:35
Broodjes
1)
3 180 0:20 - 0:35
Kleine cakejes (20 per bakblik)
1)
3 140 0:20 - 0:30
Kleine cakejes (20 per bakblik)
1)
3 170 0:20 - 0:30
1) Oven voorverwarmen
Bakken op meer dan één niveau - Taarten/gebak/brood op bakplaten
Soort gebak
2 niveaus 3 niveaus
Temperatuur (°C)
Tijd (u:min)
Roomsoezen /Éclairs
1)
1 / 4 --- 160 - 180 0:35 - 0:60
Kruimeltaart 1 / 3 --- 140 - 160 0:30 - 0:60
1) Oven voorverwarmen
Bakken op meer dan één niveau - Koekjes/kleine cakejes/gebakjes/broodjes
Soort gebak
2 niveaus 3 niveaus
Temperatuur
(°C)
Tijd (u:min)
Zandkoekjes 1 / 3 1 / 3 /5 150 - 160 0:15 - 0:35
Spritsgebak 1 / 3 1 / 3 /5 140 0:20 - 0:60
Roerdeegkoekjes 1 / 3 --- 160 - 170 0:25 - 0:40
Koekjes met eiwit, me-
ringues
1 / 3 --- 80 - 100 2:10 - 2:50
Bitterkoekjes 1 / 3 --- 100 - 120 0:40 - 1:20
Klein gerezen gebak 1 / 3 --- 160 - 170 0:30 - 0:60
Koekjes van blader-
deeg
1)
1 / 3 --- 170 - 180 0:30 - 0:50
Broodjes 1 /4 --- 160 0:30 - 0:45
Kleine cakejes (20 per
bakblik)
1)
1 /4 --- 140 0:25 - 0:40
1) Oven voorverwarmen
Baktabel voor hete lucht
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'.
16
Oven - Nuttige aanwijzingen, tips en bereidingstabellen
Soort gebak Rekstand Temperatuur °C Tijd in min
Pizza (dunne bodem)
1)
1 180 - 200 20 - 30
Pizza (met veel garne-
ring)
1 180 - 200 20 - 30
Taarten 1 180 - 200 45 - 60
Spinazietaart 1 160 - 180 45 - 60
Quiche lorraine 1 170 - 190 40 - 50
Kwarktaart, rond 1 140 - 160 60 - 90
Kwarktaart op plaat 1 140 - 160 50 - 60
Appeltaart, bedekt 1 150 - 170 50 - 70
Groentetaart 1 160 - 180 50 - 60
Ongedesemd brood
1)
1 250 - 270 10 - 20
Bladerdeegtaart
1)
1 160 - 180 40 - 50
Flammekuchen (pizza-
achtig gerecht uit de
Elzas)
1)
1 250 - 270 12 - 20
Piroggen (Russische
variant op calzone)
1)
1 180 - 200 15 - 25
1) Oven voorverwarmen
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Schotel Ovenfunc-
tie
Rek-
stand
Temperatuur °C Tijd in uren : Mini-
maal
Pastaschotel 1 180-200 0:45-1:00
Lasagne 1 180-200 0:25-0:40
Groentegratin
1)
1 160-170 0:15-0:30
Stokbrood bedekt met smelt-
kaas
1)
1 160-170 0:15-0:30
Zoete ovenschotels 1 180-200 0:40-0:60
Visschotels 1 180-200 0:30-1:00
Gevulde groente 1 160-170 0:30-1:00
1) Oven voorverwarmen
Kant-en-klaargerechten
Gerecht Oven-
functie
Rekstand Temperatuur °C TIJDSINSTELLING
Diepvriespizza 3 Zie de instructies van de
fabrikant
Zie de instructies van de
fabrikant
Oven - Nuttige aanwijzingen, tips en bereidingstabellen
17
Gerecht Oven-
functie
Rekstand Temperatuur °C TIJDSINSTELLING
Friet
1)
3 200-220 Zie de instructies van de
fabrikant
Baguettes 3 Zie de instructies van de
fabrikant
Zie de instructies van de
fabrikant
Vruchtentaart 3 Zie de instructies van de
fabrikant
Zie de instructies van de
fabrikant
1) Opmerking: Patates frites tussendoor 2 tot 3 keer keren
Braden
Braadservies
Gebruik hittebestendig servies om te braden (lees de instructies van de fabrikant).
Grote braadstukken kunt u direct in de diepe braadpan braden of op een rooster met
boven een braadpan. (Indien aanwezig)
Braad mager vlees in een braadpan met deksel. Op die manier blijft het vlees sappiger.
Alle soorten vlees, die een korst moeten krijgen, kunt u in de braadschaal zonder dek-
sel braden.
Rundvlees
Soort vlees Hoeveelheid Oven-
functie
Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd (u:min)
Suddervlees 1 – 1.5 kg 1 200 - 250 2:00 - 2:30
Rosbief of ossehaas per cm dikte
- van binnen rood
1)
per cm dikte 1 190 - 200 0:05 - 0:06
- binnen roze (medium) per cm dikte 1 180 - 190 0:06 - 0:08
- helemaal gaar per cm dikte 1 170 - 180 0:08 - 0:10
1) Oven voorverwarmen
Varkensvlees
Soort vlees Hoeveelheid Oven-
functie
Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd (u:min)
Schouderstuk, nekstuk,
hamlap
1 – 1.5 kg 1 160 - 180 1:30 - 2:00
Tussenribstuk, casselerrib 1 – 1.5 kg 1 170 - 180 1:00 - 1:30
Gehaktbrood 750 g - 1 kg 1 160 - 170 0:45 - 1:00
Varkensribstuk (voorge-
kookt)
750 g - 1 kg 1 150 - 170 1:30 - 2:00
Kalfsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Oven-
functie
Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd (u:min)
Geroosterd kalfsvlees 1 kg 1 160 - 180 1:30 - 2:00
18
Oven - Nuttige aanwijzingen, tips en bereidingstabellen
Soort vlees Hoeveelheid Oven-
functie
Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd (u:min)
Kalfsbout 1,5 -2 kg 1 160 - 180 2:00 - 2:30
Lamsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Oven-
functie
Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd (u:min)
Lamsbout, lamsgebraad 1 – 1.5 kg 1 150 - 170 1:15 - 2:00
Lamsrug 1 – 1.5 kg 1 160 - 180 1:00 - 1:30
Wild
Soort vlees Hoeveelheid Oven-
functie
Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd (u:min)
Hazenrug, hazenbout
1)
tot 1 kg 3 220 - 250 0:25 - 0:40
Reerug, hertenrug 1.5 – 2 kg 1 210 - 220 1:15 - 1:45
Reebout, hertenbout 1.5 – 2 kg 1 200 - 210 1:30 - 2:15
1) Oven voorverwarmen
Gevogelte
Soort vlees Hoeveelheid Oven-
functie
Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd (u:min)
Stukken vleugel 200 – 250 g
p.p.
1 200 - 220 0:35 - 0:50
Halve kip 400 – 500 g
p.p.
1 190 - 210 0:35 - 0:50
Kip, braadkip 1 – 1.5 kg 1 190 - 210 0:45 - 1:15
Eend 1.5 – 2 kg 1 180 - 200 1:15 - 1:45
Gans 3.5 – 5 kg 1 160 - 180 2:30 - 3:30
Kalkoen 2.5 – 3.5 kg 1 160 - 180 1:45 - 2:30
Kalkoen 4 – 6 kg 1 140 - 160 2:30 - 4:00
Vis (stoven)
Soort vlees Hoeveelheid Oven-
functie
Rek-
stand
Temperatuur
°C
Tijd (u:min)
Hele vissen 1 – 1.5 kg 1 210 - 220 0:45 - 1:15
Grilleren
Gebruik de grilfunctie altijd met maximale temperatuurinstelling
Tijdens het grillen moet de ovendeur altijd gesloten zijn
Oven - Nuttige aanwijzingen, tips en bereidingstabellen
19
Lege oven met grilfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen.
Bakplaat op inzetniveau plaatsen, zoals aangeraden in grilleertabel.
Altijd de pan plaatsen om vet op te vangen op het eerste inzetniveau.
Alleen platte stukken vlees of vis grillen.
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'.
Voedsel om te grillen Rekstand TIJDSINSTELLING
1e kant 2e kant
Burgers 4 8 - 10 min. 6 - 8 min.
Varkenshaas 4 10 - 12 min. 6 - 10 min.
Worstjes 4 8 - 10 min. 6 - 8 min.
Runderhaas, kalfsfilet 4 6 - 7 min. 5 - 6 min.
Runderfilet, rosbief
(ca. 1 kg)
3 10 - 12 min. 10 - 12 min.
Geroosterd brood
1)
3 4 - 6 min. 3 - 5 min.
Sandwiches 3 6 - 8 min. -------
1) Niet voorverwarmen
Ontdooien
Haal de etenswaren uit de verpakking en leg deze op een plaat op het rooster.
Gebruik voor het afdekken geen borden of schotels. Hierdoor kan de ontdooitijd aan-
zienlijk worden verlengd.
Zet het rooster op het eerste inzetniveau vanaf de bodem.
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Schotel Ontdooitijd in min. Verdere ontdooitijd in
min.
Opmerkingen
Kip 1000 g 100-140 20-30 Kip op een omge-
draaid schoteltje in
een groot bord leg-
gen, halverwege de
tijd omdraaien
Vlees, 1000 g 100-140 20-30 Halverwege de berei-
dingstijd omdraaien
Vlees, 500 g 90-120 20-30 Halverwege de berei-
dingstijd omdraaien
Forel, 150 g 25-35 10-15 -------
Aardbeien, 300 g 30-40 10-20 -------
Boter, 250 g 30-40 10-15 -------
20
Oven - Nuttige aanwijzingen, tips en bereidingstabellen
Schotel Ontdooitijd in min. Verdere ontdooitijd in
min.
Opmerkingen
Room, 2 x 200 g 80-100 10-15 Room kan ook met
nog licht bevroren
deeltjes goed worden
geklopt
Taart, 1400 g 60 60 -------
Drogen
Dek de roosters met bakpapier af
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'.
Groenten
Gerecht Temperatuur
in °C
Rekstand Tijd in uren (richt-
waarde)
1 niveau 2 nivo's
Bonen 60 - 70 3 1 / 4 6 - 8
Paprika (reepjes) 60 - 70 3 1 / 4 5 - 6
Soepgroenten 60 - 70 3 1 / 4 5 - 6
Paddenstoelen 50 - 70 3 1 / 4 6 - 8
Zuurkool 40 - 50 3 1 / 4 2 - 3
Fruit
Gerecht Temperatuur
in °C
Rekstand Tijd in uren (richt-
waarde)
1 niveau 2 nivo's
Pruimen 60 - 70 3 1 / 4 8 - 10
Abrikozen 60 - 70 3 1 / 4 8 - 10
Schijfjes appel 60 - 70 3 1 / 4 6 - 8
Peren 60 - 70 3 1 / 4 6 - 9
Inmaken
Gebruik uitsluitend normale wekglazen van dezelfde afmeting.
Gebruik geen wekglazen met een draai- of bajonetsluiting en metalen bakken.
Gebruik het eerste inzetniveau vanaf de bodem.
Gebruik de bakplaat. U kunt max. zes 1 liter wekglazen plaatsen.
Vul alle wekglazen tot hetzelfde niveau en sluit deze correct.
Plaats de wekglazen los van elkaar op het rooster.
Vul ca. 1/2 liter water op de plaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste wekglazen begint te borrelen (na. ca. 35-60 minuten bij
1 liter glazen) de oven uitschakelen of de temperatuur verlagen tot 100°C (zie tabel).
Oven - Nuttige aanwijzingen, tips en bereidingstabellen
21
Lees voor de juiste ovenfunctie de ovenfunctielijst in het hoofdstuk "Dagelijks gebruik".
Bessen
In te maken eetwaar Temperatuur in °C Tijd in min. tot aan
sudderen
Doorkoken bij 100
°C in min.
Aardbeien, bosbessen, frambo-
zen, rijpe kruisbessen
160 - 170 35 - 45 ---
Onrijpe kruisbessen 160 - 170 35 - 45 10 - 15
Steenvruchten
In te maken eetwaar Temperatuur in °C Tijd in min. tot aan
sudderen
Doorkoken bij 100
°C in min.
Peren, kweeperen, pruimen 160 - 170 35 - 45 10 - 15
Groenten
In te maken eetwaar Temperatuur in °C Tijd in min. tot aan
sudderen
Doorkoken bij 100
°C in min.
Wortelen
1)
160 - 170 50 -60 5 - 10
Komkommers 160 - 170 50 - 60 ---
Gemengde pickles 160 - 170 50 - 60 15
Koolrabi, erwten, asperges 160 - 170 50 - 60 15 - 20
1) In de uitgeschakelde oven laten staan
OVEN - ONDERHOUD EN REINIGING
Maak de voorkant van het apparaat schoon met een zachte doek en een warm sopje.
Gebruik voor de metalen oppervlakken een universeel reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van de oven na elk gebruik. Verontreinigingen laten zich dan het
makkelijkst verwijderen en kunnen dan niet aanbranden.
Verwijder hardnekkig vuil met een speciale ovenreiniger.
Maak alle oventoebehoren na elk gebruik schoon met een zachte doek en een warm
sopje en een reinigingsmiddel en laat ze drogen.
Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet worden schoon gemaakt met een agres-
sieve reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen of afwasautomaat. Hierdoor
kan de antiaanbaklaag onherstelbaar worden beschadigd!
22
Oven - Onderhoud en reiniging
Inschuifrails
Inschuifrails uitnemen
1. Trek de rails bij de voorkant uit de zijwand.
2. Trek de rails bij de achterkant uit de zij-
wand en verwijder deze.
Installeren van de inschuifrails
Installeer de inschuifrails in omgekeerde volgorde.
BELANGRIJK De afgeronde uiteinden van de inschuifrails moeten naar voren wijzen!
Plafond oven
U kunt het verwarmingselement bovenin de oven naar beneden klappen om de boven-
kant van de oven makkelijk schoon te maken.
WAARSCHUWING!
Voordat u het verwarmingselement naar beneden klapt, het apparaat uitschakelen. Verze-
ker u ervan dat het apparaat is afgekoeld.
Er bestaat kans op brandwonden!
Oven - Onderhoud en reiniging
23
Het verwarmingselement naar beneden klappen
1. Verwijder de geleiderails.
2. Houd het verwarmingselement met bei-
de handen aan de voorkant vast
3. Duw het tegen de veerkracht naar voren
en trek het aan beide kanten langs de
rails naar buiten.
4. Het verwarmingselement klapt naar be-
neden.
De bovenkant van de oven klaar om
schoongemaakt te worden.
Het verwarmingselement weer op zijn plaats
zetten
1. Monteer het verwarmingselement in omgekeerde volgorde.
Monteer het verwarmingselement op de juiste manier aan beide kanten boven de steun
op de binnenwand van de oven.
2. Plaats de geleiderails.
Ovendeur en glasplaten
Verwijder de ovendeur om deze te verwijderen.
LET OP!
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
Uitnemen van de ovendeur
1. Zet de ovendeur helemaal open.
2. Til de hendels (A) op de twee scharnieren
volledig omhoog.
3. Sluit de ovendeur in de eerste openings-
stand (ongeveer 45°).
4. Pak de ovendeur aan de zijkanten met
beide handen vast en trek deze onder
een opwaartse hoek van de oven weg.
5. U kunt de binnenste ruiten nu verwijde-
ren om schoon te maken.
Om de deur te installeren volgt u de pro-
cedure in omgekeerde volgorde.
LET OP!
Wees voorzichtig met het glas, aangezien dit
kan breken.
A
A
45°
24
Oven - Onderhoud en reiniging
De ovendeur beschikt over 2, 3 of 4 glasplaten (afhankelijk van het model)
Plaats de ovendeur met de buitenkant omlaag op een zachte en egale ondergrond om
krassen te voorkomen
Verwijderen en reinigen van de deurglazen
1. Deurafdekking (B) aan de bovenkant van
de deur aan beide kanten vastpakken en
naar binnen drukken om de klemsluiting
te ontgrendelen.
2. Trek de deur naar voor om deze te verwij-
deren.
3. Houd de glasplaten aan de bovenkant vast en trek deze een voor een omhoog uit de
geleiding
4. Reinigen van de glasplaten.
Om de platen te installeren volgt u de procedure in omgekeerde volgorde. Plaats de
kleinste glasplaat eerst, daarna de grotere glasplaten.
Ovenlampje
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken!
Voordat u het ovenlampje vervangt:
•Schakel de oven uit.
Verwijder de zekeringen in de zekeringenkast of schakel de stroomonderbreker uit.
Leg een doek op de bodem van de oven om het ovenlampje en het afdekglaasje te be-
schermen.
Het ovenlampje vervangen/afdekglaasje schoonmaken
1. Draai het afdekglaasje naar links en verwijder het.
2. Reinig het glazen kapje
3. Vervang het ovenlampje door een geschikt 300°C hittebestendig ovenlampje.
4. Plaats het afdekglaasje terug.
B
Oven - Onderhoud en reiniging
25
De lade verwijderen
De lade onder de oven kan worden verwijderd om gemakkelijker te worden schoongemaakt.
De lade verwijderen
1. Trek de lade er zo ver mogelijk uit.
2. Til de lade enigszins op, zodat het naar
boven kan worden getild in een hoek van
de ladegeleiders.
De lade plaatsen
1. Plaats de lade op de steunrails van de la-
de. Zorg ervoor dat de middengeleider
van de lade op de middenrail zit.
2. Laat de lade tot horizontale stand zakken
en duw de lade naar binnen.
WAARSCHUWING!
Wanneer de oven in gebruik is, kan de lade
heet worden. Houd daarom geen ontvlamba-
re dingen in de oven zoals schoonmaakmid-
delen, plastic zakken, ovenhandschoenen, papier, reinigingssprays, enz.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De restwarmte-indicatoren
gaan niet aan.
De kookzone is niet heet, om-
dat deze slechts kortstondig is
bediend.
Als de kookzone heet moet
zijn, neem dan contact op met
de klantenservice.
Het apparaat werkt helemaal
niet.
De zekering in de zekeringen-
kast is uitgeschakeld
Controleer de zekering. Als de
zekering meer dan een keer is
uitgeschakeld, raadpleeg dan
een gekwalificeerd elektricien.
De oven wordt niet warm De oven is niet ingeschakeld Schakel de oven in
De oven wordt niet warm De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld
Controleer de kookstand
Het ovenlampje brandt niet Het ovenlampje is stuk Vervang het ovenlampje
Stoom en condens slaan neer
op de gerechten en in de oven-
ruimte
U heeft het gerecht te lang in
de oven laten staan
Laat gerechten na afloop van
de bereiding niet langer dan
15-20 minuten in de oven
staan.
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of
met de serviceafdeling.
WAARSCHUWING!
De reparatie aan het apparaat mag uitsluitend worden uitgevoerd door een gekwalifi-
ceerd en deskundig persoon.
1
2
26
Problemen oplossen
Bij foutieve bediening van het apparaat wordt het bezoek van de technicus van de klan-
tenservice of de vakhandelaar in rekening gebracht, zelfs tijdens de garantieperiode.
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of
met de serviceafdeling.
Deze gegevens zijn nodig om u snel en juist te helpen. Deze gegevens vindt u op het
typeplaatje (raadpleeg 'Productbeschrijving').
Modelbeschrijving ............
Productnummer (PNC) .............
Serienummer (S.N.)..............
Aanwijzing voor apparaten met metalen voorkant:
Als u de deur opent gedurende of direct na het bakken of braden, kan er het glas beslaan.
MONTAGE
Lees eerst het hoofdstuk Veiligheid aandachtig door.
Apparaat klasse 2, subklasse 1 en klasse 1.
Afmeting
Hoogte 850 mm
Breedte 600 mm
Diepte 600 mm
Ovencapaciteit 50 l
WAARSCHUWING!
Zet het apparaat niet op een voetstuk
Waterpas zetten
Gebruik kleine pootjes onder de lade om het koo-
koppervlak gelijk te houden met andere opper-
vlakken.
1. Verwijder de lade (Zie het hoofdstuk 'Onder-
houd en reiniging').
2. Draai de schroef naar links of naar rechts
voor het juiste niveau van elke voet.
3. Plaats de lade weer terug.
Houd het apparaat enigszins schuin om het ge-
makkelijker waterpas te zetten.
Montage
27
Elektrische installatie
WAARSCHUWING!
De elektrische installatie mag uitsluitend worden uitgevoerd door een gekwalificeerd en
deskundig persoon.
De fabrikant is niet verantwoordelijk indien u deze veiligheidsmaatregelen uit hoofdstuk
'Veiligheidsinformatie' niet opvolgt.
Dit apparaat wordt geleverd zonder stekker en netsnoer.
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke
negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit
product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel
waar u het product hebt gekocht.
Verpakkingsmateriaal
Het verpakkingsmateriaal is milieuvriendelijk en geschikt voor hergebruik. Kunststofon-
derdelen worden aangeduid met internationale afkortingen, zoals PE, PS, etc. Gooi het
verpakkingsmateriaal weg in de daarvoor bestemde containers van uw vuilnisophaaldienst.
WAARSCHUWING!
Om ervoor te zorgen dat het apparaat geen gevaar oplevert, moet het onklaar gemaakt
worden voordat u het weggooit.
Trek de stekker uit het stopcontact en verwijder de voedingskabel van het apparaat.
28
Milieubescherming
29
30
31
www.aeg-electrolux.com/shop
892938767-B-052010
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

AEG Electrolux 41056 VI MN Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor