Liebherr IRBci 5170 Peak Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
Gebruikshandleiding
Quality, Design and Innovation
home.liebherr.com/fridge-manuals
Inhoudsopgave
1 Het apparaat in vogelvlucht.................................. 3
1.1 Leveringsomvang......................................................... 3
1.2 Apparaat- en uitrustingsoverzicht............................ 3
1.3 SmartDevice.................................................................. 3
1.4 Toepassingsgebied van het apparaat....................... 4
1.5 Conformiteit.................................................................. 4
1.6 SVHC-stoffen volgens de REACH-verordening....... 4
1.7 EPREL-database........................................................... 4
2 Algemene veiligheidsvoorschriften...................... 4
3 Werking van het Touch & Swipe-display.............. 6
3.1 Navigatie en verklaring van symbolen..................... 6
3.2 Menu's............................................................................ 7
3.3 Slaapstand.................................................................... 7
4 In gebruik nemen................................................... 7
4.1 Apparaat inschakelen (eerste inbedrijfstelling)...... 7
4.2 InfinitySpring in bedrijf stellen*................................ 8
4.3 HydroBreeze in gebruik nemen.................................. 8
5 Opslag.................................................................... 8
5.1 Instructies voor opslag............................................... 8
5.2 Koelgedeelte................................................................. 8
5.3 BioFresh......................................................................... 8
5.4 ****-Vriesvak*.............................................................. 9
5.5 Opslagtijden.................................................................. 9
6 Energie sparen....................................................... 10
7 Bediening............................................................... 11
7.1 Bedienings- en weergave-elementen....................... 11
7.1.1 Status-weergave....................................................... 11
7.1.2 Symbolen.................................................................... 11
7.2 Apparaatfuncties......................................................... 11
7.2.1 Opmerkingen over de functies van het apparaat....
11
Apparaat uitschakelen..............................................11
WLAN.......................................................................... 11
Temperatuur...............................................................12
Temperatuureenheid.................................................13
BioFresh B-Value......................................................13
C-Value*......................................................................13
D-Value....................................................................... 13
SuperCool................................................................... 13
PartyMode.................................................................. 13
HolidayMode.............................................................. 13
SabbathMode............................................................14
EnergySaver............................................................... 14
HydroBreeze...............................................................15
CleaningMode............................................................15
Helderheid display.................................................... 15
Deuralarm...................................................................15
Invoerblokkering........................................................15
Taal.............................................................................. 15
Info...............................................................................15
herinnering................................................................. 16
Demomodus.............................................................. 16
Resetten......................................................................17
7.3 Foutmeldingen.............................................................. 17
7.3.1 Waarschuwingen.......................................................17
8 Uitrusting.............................................................. 17
8.1 Vriesvak 4 sterren*...................................................... 17
8.2 Deurafsteller................................................................. 18
8.3 Draagplateaus.............................................................. 19
8.4 Deelbaar draagplateau............................................... 19
8.5 VarioSafe*..................................................................... 19
8.6 InfinitySpring*.............................................................. 22
8.7 Plaats voor de bakplaat.............................................. 22
8.8 Variabele flessenplank................................................ 22
8.9 Laden.............................................................................. 23
8.10 Deksel Fruit & Vegetable-Safe................................... 23
8.11 Vochtregeling................................................................ 24
8.12 HydroBreeze.................................................................. 24
8.13 Botervloot...................................................................... 25
8.14 Eierhouder..................................................................... 25
8.15 Flessenhouder.............................................................. 25
8.16 FlexSystem.................................................................... 25
8.17 IJsblokjeshouder met deksel*................................... 26
9 Onderhoud............................................................. 26
9.1 FreshAir-actiefkoolfilter.............................................. 26
9.2 Waterreservoir*............................................................ 27
9.3 Waterfilter*................................................................... 27
9.4 Uitschuifsystemen demonteren/monteren............. 28
9.5 Apparaat ontdooien..................................................... 28
9.6 Vriesvak handmatig ontdooien*................................ 28
9.7 Apparaat reinigen......................................................... 28
10 Klantenhulp........................................................... 29
10.1 Technische gegevens.................................................. 29
10.2 Bedrijfsgeluiden........................................................... 30
10.3 Technische storing....................................................... 30
10.4 Klantenservice.............................................................. 32
10.5 Typeplaatje.................................................................... 32
11 Buiten bedrijf stellen............................................ 32
12 Afvalverwijdering.................................................. 32
12.1 Apparaat op afvoer voorbereiden.............................. 32
12.2 Apparaat volgens milieuvoorschriften afvoeren.... 32
De fabrikant werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling
van alle typen en modellen. Daarom vragen wij uw begrip
dat wij ons het recht voorbehouden veranderingen in vorm,
inrichting en technologie aan te brengen.
2 * afhankelijk van model en uitvoering
Symbool Uitleg
Gebruiksaanwijzing lezen
Om alle voordelen van uw nieuwe apparaat te
leren kennen, moet u de instructies in deze
gebruiksaanwijzing aandachtig doorlezen.
Volledige gebruiksaanwijzing op internet
U vindt de uitvoerige gebruiksaanwijzing op
internet via de QR-code aan de voorkant van
de gebruiksaanwijzing, op door het service‐
nummer in te voeren op home.liebherr.com/
fridge-manuals.
Het servicenummer vindt u op het typeplaatje:
Fig. Voorbeeld
Apparaat controleren
Controleer alle onderdelen op transportschade.
Neem bij op- of aanmerkingen contact op met
de distributeur of de klantenservice.
Afwijkingen
De gebruiksaanwijzing geldt voor verschillende
modellen, afwijkingen zijn mogelijk. Secties die
alleen van toepassing zijn op bepaalde appa‐
raten worden met een sterretje (*) aangeduid.
Instructies voor actie en resultaten van de
actie
Instructies voor actie worden aangeduid met
een .
De resultaten van de actie worden aangeduid
met een .
Videos
Video’s over de apparaten vindt u op het
YouTube-kanaal van Liebherr-Hausgeräte.
Deze gebruiksaanwijzing geldt voor:
IRB..i 41.. / 45.. / 51..
IRBbsbi 41.. / 45..
IRBbsci 51..
1 Het apparaat in vogelvlucht
1.1 Leveringsomvang
Controleer alle onderdelen op transportschade. Neem bij
klachten contact op met de dealer of de klantenservice.
(zie 10.4 Klantenservice)
De levering bestaat uit de volgende onderdelen:
-Inbouwapparaat
-Uitrusting (afhankelijk van het model)
-Montagemateriaal (afhankelijk van het model)
-„Quick Start Guide”
-„Installation Guide
-Servicebrochure
1.2 Apparaat- en uitrustingsoverzicht
Fig. 1 Voorbeeld
Temperatuurbereik
(A) Koelgedeelte (B) BioFresh
(C) Koelste zone
Uitrusting
(1) Bedieningselementen (12) Deksel Fruit & Vegetable-
safe
(2) 4-sterren-vriesvak* (13) Fruit & Vegetable-safe
(3) Ventilator met Fres‐
hAir-actievekoolfilters
(14) Afvoeropening
(4) Droge achterwand (15) Fish & Seafood-safe*
(5) Deelbaar draagplateau (16) Meat & Dairy-safe
(6) Draagplateaus (17) Typeplaatje
(7) InfinitySpring* (18) Deurrekken
(8) VarioSafe* (19) Flessenhouder
(9) Ruimte voor bakplaat (20) VarioBoxen
(10) Variabel flessenrek (21) Sluitdempers
(11) HydroBreeze (22) Stelvoeten
Aanwijzing
uDraagplateaus, laden of manden zijn in de leveringstoe‐
stand geplaatst voor een optimale energie-efficiëntie.
Veranderingen in de opstelling binnen de gegeven
inschuifmogelijkheden van bijv. draagplateaus in het
koelgedeelte, hebben echter geen effect op het energie‐
verbruik.
1.3 SmartDevice
SmartDevice is de netwerkoplossing voor uw koelapparaat.
Als uw apparaat compatibel is met SmartDevice is of hier
voor is voorbereid, kunt u uw apparaat snel en eenvoudig
in uw WLAN integreren. Met de SmartDevice-app kunt u
Het apparaat in vogelvlucht
* afhankelijk van model en uitvoering 3
uw apparaat vanaf een mobiel eindapparaat bedienen. In
de SmartDevice-app zijn aanvullende functies en instelmo‐
gelijkheden beschikbaar.
SmartDevice-
compatibel appa‐
raat:
Uw apparaat is SmartDevice-compa‐
tibel. Om uw apparaat met WiFi te
kunnen verbinden, moet u de Smart‐
Device-app downloaden.
Meer informatie
over SmartDevice:
smartdevice.liebherr.com
SmartDevice-app
downloaden:
Na installatie en configuratie van de
SmartDevice-app kunt u uw apparaat
met de SmartDevice-app en de appa‐
raatfunctie WLAN (zie WLAN) in uw
WLAN integreren.
Aanwijzing
In de volgende landen is de SmartDevice-functie niet
beschikbaar: Rusland, Belarus, Kazachstan.
1.4 Toepassingsgebied van het apparaat
Gebruik volgens de voorschriften
Het apparaat is uitsluitend geschikt voor het
koelen van levensmiddelen voor huishoude‐
lijke of soortgelijke doeleinden. Hieronder valt
bijv. het gebruik
-in privékeukens, ontbijtgelegenheden,
-door gasten in landhuizen, hotels, motels
en andere accommodaties,
-bij catering en vergelijkbare service in de
groothandel.
Het apparaat is niet geschikt voor het
invriezen van levensmiddelen.*
Alle andere toepassingen zijn niet toege‐
staan.
Voorzienbaar verkeerd gebruik
De volgende toepassingen zijn uitdrukkelijk
verboden:
-Opslag en koeling van medicijnen, bloed‐
plasma, laboratoriumpreparaten of verge‐
lijkbare, overeenkomstig de Europese
richtlijn 2007/47/EG medische hulpmid‐
delen, ten grondslag liggende stoffen en
producten
-Gebruik in explosiegevaarlijke gebieden
Verkeerd gebruik van het apparaat kan tot
beschadigingen van de opgeslagen goederen
of het bederf hiervan leiden.
Klimaatklassen
Het apparaat kan afhankelijk van de klimaat‐
klasse, bij begrensde omgevingstempera‐
turen, worden gebruikt. De voor uw apparaat
betreffende klimaatklasse staat op het type‐
plaatje vermeld.
Aanwijzing
uOm een probleemloze werking te waar
borgen, moet de aangegeven omgevings‐
temperatuur worden aangehouden.
Klimaatklasse voor omgevingstemperaturen van
SN 10 °C tot 32 °C
N 16 °C tot 32 °C
ST 16 °C tot 38 °C
T 16 °C tot 43 °C
SN-ST 10 °C tot 38 °C
SN-T 10 °C tot 43 °C
1.5 Conformiteit
De koelmiddelkringloop is gecontroleerd op lekkage. Het
apparaat voldoet in ingebouwde toestand aan de geldende
veiligheidsvoorschriften en de desbetreffende richtlijnen.
Voor EU-
markt:
het apparaat voldoet aan de richtlijn
2014/53/EU.
Voor GB-
markt:
het apparaat voldoet aan de Radio Equi‐
pment Regulations 2017 SI 2017 No. 1206.
De volledige tekst van de EU-verklaring van overeen‐
stemming is beschikbaar op het volgende internetadres:
www.Liebherr.com
Het BioFresh-vak voldoet aan de eisen van een koelvak
volgens DIN EN 62552:2020.
1.6 SVHC-stoffen volgens de REACH-
verordening
Onder de volgende link kunt u controleren
of uw apparaat SVHC-stoffen volgens de REACH-
verordening bevat: home.liebherr.com/de/deu/de/liebherr-
erleben/nachhaltigkeit/umwelt/scip/scip.html
1.7 EPREL-database
Vanaf 1 maart 2021 zijn informatie over etikettering inzake
energieverbruik en vereisten inzake ecologisch ontwerp
te vinden in de Europese productdatabase (EPREL). U
krijgt toegang tot de productdatabase via de link https://
eprel.ec.europa.eu/. Hier wordt u gevraagd de modelidenti‐
ficatie in te voeren. De modelidentificatie vindt u op het
typeplaatje.
2 Algemene veiligheidsvoor
schriften
Bewaar deze handleiding zorgvuldig, zodat u
hem te allen tijde kunt raadplegen.
Algemene veiligheidsvoorschriften
4 * afhankelijk van model en uitvoering
Als u het apparaat doorgeeft, geef dan ook de
handleiding door aan de volgende eigenaar.
Om het apparaat goed en veilig te kunnen
gebruiken, moet u deze handleiding vóór
gebruik aandachtig doorlezen. Volg altijd
de instructies, veiligheidsvoorschriften en
waarschuwingen die hierin zijn opgenomen.
Deze zijn belangrijk om het apparaat veilig
en probleemloos te kunnen installeren en
gebruiken.
Gevaren voor de gebruiker:
-Dit apparaat kan door kinderen alsmede
door personen met verminderde psychi‐
sche, sensorische of mentale bekwaam‐
heden of een gebrek aan ervaring en
kennis worden gebruikt onder toezicht
van een derde of met betrekking tot het
veilige gebruik van het apparaat zijn onder
wezen en de gevaren kennen en begrijpen.
Kinderen mogen niet met het apparaat
spelen. De reiniging en het onderhoud mag
niet door kinderen zonder toezicht worden
uitgevoerd. Kinderen van 3-8 jaar mogen
het apparaat inladen en uitladen. Kinderen
jonger dan 3 jaar dienen uit de buurt van
het apparaat te worden gehouden, als het
apparaat niet continu onder toezicht staat.
-De contactdoos moet eenvoudig toeganke‐
lijk zijn, zodat het apparaat in noodgevallen
snel van de stroomvoorziening kan worden
losgekoppeld. Deze moet zich buiten de
achterkant van het apparaat bevinden.
-Als u het stroomsnoer van het apparaat uit
het stopcontact trekt, altijd bij de stekker
nemen. Niet aan het snoer trekken.
-Trek, in geval van een storing, de stekker uit
het stopcontact of schakel de beveiliging
uit.
-Beschadig het netsnoer niet. Gebruik het
apparaat niet wanneer het netsnoer defect
is.
-Reparaties en ingrepen aan het apparaat
alleen door de klantenservice of ander hier
voor opgeleid vakpersoneel laten uitvoeren.
-Het apparaat alleen conform de beschrij‐
ving in de handleiding inbouwen,
aansluiten en afvoeren.
-Het apparaat alleen in ingebouwde
toestand in gebruik nemen.
-De fabrikant is niet aansprakelijk voor
schade die door een verkeerde aansluiting
aan de watervoorziening is ontstaan.*
Brandgevaar:
-Het gebruikte koelmiddel (gegevens op
het typeplaatje) is milieuvriendelijk maar
brandbaar. Koelmiddel dat ontsnapt kan
ontbranden.
Pijpleidingen van het koelcircuit niet
beschadigen.
Vermijd het hanteren van ontstekings‐
bronnen in de binnenkant van het appa‐
raat.
Binnen het apparaat geen elektrische
toestellen gebruiken (bijv. stoomreini‐
gers, verwarmingen, ijsmakers, enz.).
Als koudemiddel weglekt: Open vuur
of ontstekingsbronnen vlakbij het lek
verwijderen. Vertrek goed ventileren.
Informeer de klantendienst.
-Geen explosieve stoffen of spuitbussen
met brandbare drijfgassen, zoals b.v.
butaan, propaan, pentaan enz. in het
apparaat bewaren. Zulke spuitbussen zijn
herkenbaar aan de op de verpakking
vermelde inhoudsstoffen of een vlammen‐
symbool. Eventueel ontsnappende gassen
kunnen door elektrische componenten vlam
vatten.
-Brandende kaarsen, lampen en andere
voorwerpen met open vuur uit de buurt van
het apparaat houden, zodat ze het apparaat
niet in brand kunnen steken.
-Alkoholische dranken of andere verpak
kingen die alcohol bevatten, mogen uitslui‐
tend goed afgesloten worden bewaard.
Eventueel uittredende alcohol kan door
elektrische componenten vlam vatten.
Gevaar voor vallen en omkiepen:
-Plint, laden, deuren enz. niet als voeten‐
steun of om te leunen misbruiken. Dit geldt
in het bijzonder voor kinderen.
Gevaar voor voedselvergiftiging:
-Te lang opgeslagen levensmiddelen niet
meer nuttigen.
Gevaar voor bevriezingen, gevoelloosheid en
pijn:
-Vermijd permanent contact van de huid met
koude oppervlakken of gekoelde/bevroren
producten of tref beschermende maatre‐
gelen, gebruik bijvoorbeeld handschoenen.
Gevaar voor verwonding en beschadiging:
-Hete stoom kan letsel tot gevolg hebben.
Voor het ontdooien geen elektrische
kacheltjes of stoomreinigers, open vuur of
ontdooispray gebruiken.
-IJs niet met scherpe voorwerpen verwij‐
deren.
Algemene veiligheidsvoorschriften
* afhankelijk van model en uitvoering 5
Knelgevaar:
-Bij het openen en sluiten van de deur niet
in het scharnier grijpen. De vingers kunnen
ingeklemd raken.
Symbolen op het apparaat:
Het symbool kan zich op de compressor
bevinden. Het heeft betrekking op de olie
in de compressor en wijst op het volgende
gevaar: Kan bij het inslikken en indringen
in de luchtwegen dodelijk zijn. Deze aanwij‐
zing is alleen voor het recyclingproces van
belang. In de normale modus bestaat er
geen gevaar.
Het symbool bevindt zich op de compressor
en wijst op het gevaar van ontvlambare
stoffen. De sticker niet verwijderen.
Deze of een vergelijkbare sticker kan op
de achterkant van het apparaat zijn aange‐
bracht. Deze wijst erop dat er zich vacuüm-
isolatiepanelen (VIP) of perlietpanelen in
de deur en/of de behuizing bevinden.
Deze aanwijzing is alleen van belang voor
het recyclingproces. De sticker niet verwij‐
deren.
Neem de specifieke waarschuwingen en de
andere specifieke instructies in de andere
hoofdstukken in acht:
GEVAAR duidt een direct gevaar aan, die de
dood of ernstig lichamelijk letsel
tot gevolg kan hebben wanneer dit
gevaar niet vermeden wordt.
WAAR‐
SCHUWING
duidt een gevaarlijke situatie aan,
die de dood of ernstig lichame‐
lijk letsel tot gevolg kan hebben
wanneer dit gevaar niet vermeden
wordt.
VOORZICHTI
G
duidt een gevaarlijke situatie aan,
die licht of middelzwaar lichame‐
lijk letsel tot gevolg kan hebben
wanneer dit gevaar niet vermeden
wordt.
LET OP duidt een gevaarlijke situatie aan,
die materiële schade tot gevolg
kan hebben wanneer dit gevaar
niet vermeden wordt.
Aanwijzing duidt op nuttige informatie en tips.
3 Werking van het Touch & Swipe-
display
U bedient uw apparaat met het Touch & Swipe-display. Met
het Touch & Swipe-display (verder display genoemd) selec‐
teert u de functies van het apparaat door te tikken of te
vegen. Als u gedurende 10 seconden geen actie op het
display uitvoert, gaat het display terug naar het bovenlig‐
gende menu of rechtstreeks naar de statusweergave.
3.1 Navigatie en verklaring van
symbolen
In de afbeeldingen worden verschillende symbolen voor
navigatie op het display gebruikt. Deze symbolen worden
in de volgende tabel beschreven.
Symbool Beschrijving
Display kort aanraken:
Functie activeren/deactiveren.
Keuze bevestigen.
Submenu openen.
Display een bepaalde tijd
(bijv. 3 seconden) aanraken:
Functie of waarde activeren/deacti‐
veren.
Naar rechts of links vegen:
In het menu navigeren.
Terugsymbool kort aanraken:
Eén menuniveau terugspringen.
Terugsymbool 3 seconden aanraken:
Terugspringen naar de statusweer
gave.
Pijl met klok:
Het duurt meer dan 10 seconden
voordat de volgende weergave op het
display verschijnt.
Pijl met tijdweergave:
Het duurt de aangegeven tijd voordat
de volgende weergave op het display
verschijnt.
Symbool "Instellingenmenu" openen:
Naar het instellingsmenu navigeren
en het instellingsmenu openen.
Indien vereist: In het instellingsmenu
naar de gewenste functie navigeren.
(zie 3.2.1 Instellingenmenu openen)
Symbool "Uitgebreid menu" openen:
Naar het uitgebreide menu navigeren
en het uitgebreide menu openen.
Indien vereist: In het uitgebreide menu
naar de gewenste functie navigeren.
(zie 3.2.2 Uitgebreid menu)
Geen actie gedu‐
rende 10 seconden
Als u gedurende 10 seconden geen
actie op het display uitvoert, gaat het
display terug naar het bovenliggende
menu of rechtstreeks naar de status‐
weergave.
Werking van het Touch & Swipe-display
6 * afhankelijk van model en uitvoering
Symbool Beschrijving
Deur openen en
sluiten.
Als u de deur opent en direct weer
sluit, springt het display direct terug
naar de statusweergave.
Opmerking: Afbeeldingen van het display worden met
Engelse begrippen weergegeven.
3.2 Menu's
De functies van het apparaat zijn over verschillende menu's
verdeeld:
Menu Beschrijving
Hoofdmenu Wanneer u het apparaat inschakelt,
bevindt u zich automatisch in het
hoofdmenu.
Vanaf hier navigeert u naar de belang‐
rijkste functies van het apparaat, het
instellingenmenu en het uitgebreide
menu.
Instellingenmenu
Het instellingenmenu bevat de overige
apparaatfuncties voor het instellen van
uw apparaat.
Uitgebreid menu Het uitgebreide menu bevat speciale
apparaatfuncties voor het instellen van
uw apparaat. De toegang tot het uitge‐
breide menu wordt beveiligd met de
cijfercode 1 5 1.
3.2.1 Instellingenmenu openen
Fig. 2 Voorbeeld
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wInstellingenmenu is geopend.
uIndien vereist: Naar de gewenste functie navigeren.
3.2.2 Uitgebreid menu
Fig. 3
Fig. 4 Voorbeeldweergave, toegang met cijfercode 151
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wUitgebreid menu is geopend.
uIndien vereist: Naar de gewenste functie navigeren.
3.3 Slaapstand
Als u het display 1 minuut niet aanraakt, schakelt het
display over naar de slaapstand. In de slaapstand is de
helderheid van het display gedimd.
3.3.1 Slaapstand beëindigen
uDisplay kort met de vinger aanraken.
wSlaapstand is beëindigd.
4 In gebruik nemen
4.1 Apparaat inschakelen (eerste inbe‐
drijfstelling)
Ervoor zorgen dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:
qApparaat is overeenkomstig de montage-instructies inge‐
bouwd en aangesloten.
qAlle plakstroken, plak- en beschermfolies alsook de
transportbeveiligingen in en op het apparaat zijn verwij‐
derd.
qAlle reclame-inserts zijn uit de laden verwijderd.
qWerking van het Touch & Swipe-display is bekend.
(zie 3 Werking van het Touch & Swipe-display)
Apparaat via het Touch & Swipe-display inschakelen:
uAls het scherm in de slaapstand staat: Display kort
aanraken.
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
In gebruik nemen
* afhankelijk van model en uitvoering 7
Fig. 5 Voorbeeld
wStatusweergave verschijnt.
wApparaat koelt af tot de in de fabriek ingestelde doeltem‐
peratuur.
wApparaat start in de demomodus (statusweergave met
DEMO verschijnt): Als het apparaat in de demomodus
start, kunt u de demomodus binnen de volgende 5
minuten deactiveren. (zie Demomodus)
Meer informatie:
-InfinitySpring in gebruik nemen. (zie 4.2 InfinitySpring in
bedrijf stellen*) *
-HydroBreeze in gebruik nemen. (zie 4.3 HydroBreeze in
gebruik nemen)
-SmartDevice in gebruik nemen. (zie 1.3 SmartDevice) en
(zie WLAN)
Aanwijzing
De fabrikant adviseert het volgende:
uLevensmiddelen plaatsen: ca. 6 uur wachten tot de inge‐
stelde temperatuur is bereikt.
uDiepvriesproducten bij -18 °C of kouder in de diepvriezer
leggen.*
uBewaarinstructies in acht nemen. (zie 5.1 Instructies voor
opslag)
Aanwijzing
Toebehoren zijn verkrijgbaar in de Liebherr-Hausgeräte-shop
op home.liebherr.com/shop/de/deu/zubehor.html.
4.2 InfinitySpring in bedrijf stellen*
Als uw apparaat een InfinitySpring heeft, moet u voor het
eerste gebruik het watersysteem voor de InfinitySpring
ontluchten en de InfinitySpring reinigen.
Ervoor zorgen dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:
qWateraansluiting is gemaakt. Zie Installation Guide of
montagehandleiding.
qWatertank is aangebracht. Zie Installation Guide of
montagehandleiding.
qWaterfilter is geplaatst. Zie Installation Guide of monta‐
gehandleiding.*
qHet apparaat is volledig ingebouwd en aangesloten.
4.2.1 Watersysteem ontluchten
uApparaatdeur openen.
uDrinkglas tegen het onderste deel van de InfinitySpring-
dispenser drukken.
wBovenste deel beweegt eruit en lucht stroomt eruit of
water stroomt in het glas.
uProces voortzetten tot het water als een gelijkmatige
straal in het glas stroomt.
wHet watersysteem is ontlucht.
4.2.2 InfinitySpring reinigen
(zie 9.7.4 InfinitySpring reinigen*)
4.3 HydroBreeze in gebruik nemen
Als uw apparaat is uitgerust met een HydroBreeze moet u
voor het eerste gebruik de HydroBreeze reinigen.
Ervoor zorgen dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:
qHet apparaat is volledig ingebouwd en aangesloten.
uHydroBreeze reinigen. (zie 9.7.5 HydroBreeze reinigen)
uWaterreservoir vullen. (zie 8.12.1 Waterreservoir vullen)
uHydroBreeze activeren. (zie HydroBreeze)
5 Opslag
5.1 Instructies voor opslag
WAARSCHUWING
Brandgevaar
uGeen elektrische apparaten in het levensmiddelenge‐
deelte van het apparaat gebruiken, wanneer deze daar
voor niet door de fabrikant zijn aanbevolen.
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en het koelvermogen neemt af als
de ontluchting niet toereikende is.
uHoud de luchtopening altijd vrij.
De volgende bewaarvoorschriften in acht nemen:
-Luchtspleten binnen bij de achterwand vrijhouden.
-Luchtspleten bij de ventilator vrijhouden.
-In het vriesvak: Levensmiddelen goed verpakken.*
-Levensmiddelen die gemakkelijk geur of smaak
aannemen of afgeven, in gesloten containers verpakken
of afdekken.
-Rauw vlees of rauwe vis in schone, gesloten containers
bewaren. Zo voorkomt u dat vlees of vis in contact komen
met andere levensmiddelen.
-Vloeistoffen in gesloten houders bewaren.
-Levensmiddelen met tussenafstand bewaren zodat de
lucht goed kan circuleren.
-Levensmiddelen overeenkomstig de aanwijzingen op de
verpakking bewaren.
-Altijd de op de verpakking vermelde minimale houdbaar
heidsdatum in acht nemen.
Aanwijzing
Het niet opvolgen van deze gegevens kan leiden tot bederf
van levensmiddelen.
5.2 Koelgedeelte
Door de luchtcirculatie in het apparaat kunnen verschillende
temperatuurzones worden ingesteld. U vindt de verschil‐
lende temperatuurzones in het apparaat- en uitrustings‐
overzicht. (zie 1.2 Apparaat- en uitrustingsoverzicht)
5.2.1 Levensmiddelen sorteren
uBovenste gedeelte en deur: Boter, kaas, conserven en
tubes bewaren.
uKoudste temperatuurzone: Licht bederfelijke levensmid‐
delen zoals kant-en-klare maaltijden bewaren.
5.3 BioFresh
BioFresh verlengt bij sommige verse levensmiddelen de
versheid in vergelijking met gebruikelijke koelmethodes.
Aanwijzing
Als de temperatuur onder 0 °C daalt, kunnen levensmid‐
delen bevriezen.
uGroenten die gevoelig zijn voor kou, zoals komkommer,
aubergine, courgette en zuidvruchten, moeten in het
koelgedeelte worden bewaard.
Opslag
8 * afhankelijk van model en uitvoering
5.3.1 Fruit & Vegetable-safe
Hier wordt een bewaarklimaat rond 0 °C ingesteld. Het
dichte deksel zorgt voor een constante luchtvochtigheid.
Dit klimaat is geschikt voor het bewaren van onverpakte
levensmiddelen met een hoog vochtgehalte (bijv. sla,
groenten, fruit).
De luchtvochtigheid in het vak is afhankelijk van het vocht
gehalte van de bewaarde producten en hoe vaak het
vak wordt geopend. U kunt de luchtvochtigheid regelen.
(zie 8.11 Vochtregeling)
Levensmiddelen sorteren
uOnverpakte groenten en fruit bewaren.
Als de luchtvochtigheid te hoog is:
uLuchtvochtigheid regelen. (zie 8.11 Vochtregeling)
5.3.2 Meat & Dairy-safe
Hier wordt een bewaarklimaat rond 0 °C ingesteld. Dit
klimaat is geschikt voor gevoelige levensmiddelen (bijv.
zuivelproducten, vlees, vis, worst).*
Hier wordt een bewaarklimaat rond 0 °C ingesteld. Dit
klimaat is geschikt voor gevoelige levensmiddelen (bijv.
zuivelproducten, vlees, worst).*
Levensmiddelen sorteren
uDroge of verpakte levensmiddelen bewaren.
5.3.3 Fish & Seafood-safe
*
Hier wordt een klimaat van -2 °C en 0 °C ingesteld. Dit
klimaat is geschikt voor droge of verpakte levensmiddelen
(bijv. zuivelproducten, vlees, vis, zeevruchten, worst).
Het vak bevat een Fish & Seafood-schaal die u kunt
verplaatsen of verwijderen.
U kunt de temperatuur instellen via het Touch & Swipe-
display. Een indeling in verschillende temperatuurzones is
alleen mogelijk als de Fish & Seafood-schaal is geplaatst.
(zie Temperatuur)
De volgende temperatuurcombinaties zijn mogelijk:
Fig. 6
Levensmiddelen sorteren
Fig. 7
uVoor een optimale koelfunctie: Fish & Seafood-schaal
volgens de afbeelding (zie Fig. 7) plaatsen.
uTemperatuurzone -2 °C: Verse zeevruchten of vis
bewaren.
uTemperatuurzone 0 °C: Zuivelproducten of verpakt vlees
bewaren.
Aanwijzing
Het beste energieverbruik bereikt u bij de temperatuurcom‐
binatie 0 °C / 0 °C.
Bij de temperatuurcombinatie -2 °C / 0 °C en -2 °C / -2 °C
wordt het energieverbruik iets hoger.
5.4 ****-Vriesvak*
Hier heerst bij -18 °C een droog, ijskoud klimaat. Een
ijskoud klimaat is geschikt voor het bewaren van diepvries‐
producten gedurende meerdere maanden, voor het maken
van ijsblokjes en voor het invriezen van verse levensmid‐
delen.
De luchttemperatuur in het vriesvak, gemeten met een
thermometer of andere meetapparatuur, kan variëren. De
temperatuurschommelingen zijn in een halfvol of leeg
vriesvak groter en het is mogelijk dat temperaturen hoger
dan -18 °C worden bereikt.
5.4.1 Levensmiddelen invriezen
U kunt binnen 24 uur maximaal zoveel verse levensmiddelen
invriezen als op het typeplaatje (zie 10.5 Typeplaatje) onder
"Invriescapaciteit ... kg/24h" wordt aangegeven.
Houd u aan de volgende hoeveelheden per verpakking zodat
de levensmiddelen snel tot de kern bevriezen:
-Groenten en fruit tot 1 kg
-Vlees tot 2,5 kg
Levensmiddelen sorteren
VOORZICHTIG
Gevaar voor verwonding door glasscherven!
Flessen en blikjes drinken kunnen bij het invriezen springen.
Dit geldt met name voor koolzuurhoudend drinken.
uFlessen en blikjes met drinken niet invriezen!
uVoor maximaal vriesvermogen: De glasplaat vóór het
invriezen verwijderen.*
uVerpakte levensmiddelen in het vriesvak leggen zodat ze
contact hebben met de bodem of de zijwanden.
Levensmiddelen ontdooien
WAARSCHUWING
Gevaar voor voedselvergiftiging!
uOntdooide levensmiddelen nooit weer terug invriezen.
uVerwerk ontdooide levensmiddelen zo snel mogelijk.
U kunt levensmiddelen op verschillende manieren
ontdooien:
-In het koelgedeelte
-In de magnetron
-In de oven/heteluchtoven
-Bij kamertemperatuur
uSlechts zoveel levensmiddelen verwijderen als nodig is.
5.5 Opslagtijden
De aangegeven opslagtijden zijn richtwaarden.
Bij levensmiddelen met gegevens over de minimale houd‐
baarheid geldt altijd de op de verpakking aangegeven
datum.
5.5.1 Koelgedeelte
De minimale houdbaarheidsdatum op de verpakking is van
toepassing.
5.5.2 BioFresh
Richtwaarden voor de opslagduur in Meat & Dairy-Safe
boter bij 1 °C tot 90 dagen
Opslag
* afhankelijk van model en uitvoering 9
Richtwaarden voor de opslagduur in Meat & Dairy-Safe
harde kaas bij 1 °C tot 110 dagen
melk bij 1 °C tot 12 dagen
worst, beleg bij 1 °C tot 8 dagen
gevogelte bij 1 °C tot 6 dagen
varkensvlees bij 1 °C tot 6 dagen
rundvlees bij 1 °C tot 6 dagen
wild bij 1 °C tot 6 dagen
Aanwijzing
uLet op: eiwitrijkere levensmiddelen bederven sneller.
d.w.z. schaaldieren bederven sneller dan vis en vis sneller
dan vlees.
Richtwaarden voor de opslagduur in Fruit & Vegetable-
Safe
groenten, salade
artisjokken bij 1 °C tot 14 dagen
selderij bij 1 °C tot 28 dagen
bloemkool bij 1 °C tot 21 dagen
Broccoli bij 1 °C tot 13 dagen
chicorée bij 1 °C tot 27 dagen
veldsla bij 1 °C tot 19 dagen
erwten bij 1 °C tot 14 dagen
boerenkool bij 1 °C tot 14 dagen
wortels bij 1 °C tot 80 dagen
knoflook bij 1 °C tot 160 dagen
koolrabi bij 1 °C tot 14 dagen
kropsla bij 1 °C tot 13 dagen
kruiden bij 1 °C tot 13 dagen
prei bij 1 °C tot 29 dagen
champignons bij 1 °C tot 7 dagen
radijsjes bij 1 °C tot 10 dagen
spruitjes bij 1 °C tot 20 dagen
asperge bij 1 °C tot 18 dagen
spinazie bij 1 °C tot 13 dagen
savooiekool bij 1 °C tot 20 dagen
Fruit
abrikozen bij 1 °C tot 13 dagen
appels bij 1 °C tot 80 dagen
peren bij 1 °C tot 55 dagen
braambessen bij 1 °C tot 3 dagen
dadels bij 1 °C tot 180 dagen
aardbeien bij 1 °C tot 7 dagen
vijgen bij 1 °C tot 7 dagen
blauwe bosbessen bij 1 °C tot 9 dagen
frambozen bij 1 °C tot 3 dagen
rode bessen bij 1 °C tot 7 dagen
Richtwaarden voor de opslagduur in Fruit & Vegetable-
Safe
kersen, zoet bij 1 °C tot 14 dagen
kiwi bij 1 °C tot 80 dagen
perziken bij 1 °C tot 13 dagen
pruimen bij 1 °C tot 20 dagen
vossenbessen bij 1 °C tot 60 dagen
rabarber bij 1 °C tot 13 dagen
kruisbessen bij 1 °C tot 13 dagen
druiven bij 1 °C tot 29 dagen
Richtwaarden voor de opslagduur in Fish & Seafood-
Safe*
zeevruchten
kreeften bij -2 °C tot 4 dagen
mosselen bij -2 °C tot 6 dagen
sushi bij -2 °C tot 4 dagen
vis bij -2 °C tot 4 dagen
5.5.3 Vriesvak*
Richtwaarden voor de opslagduur van verschillende
levensmiddelen
IJs bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Worst, ham bij -18 °C 2 tot 3 maanden
Brood, bakkerijpro‐
ducten
bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Wild, varkensvlees bij -18 °C 6 tot 9 maanden
Vis, vet bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Vis, mager bij -18 °C 6 tot 8 maanden
Kaas bij -18 °C 2 tot 6 maanden
Gevogelte, rundvlees bij -18 °C 6 tot 12 maanden
Groente, fruit bij -18 °C 6 tot 12 maanden
6 Energie sparen
-Let altijd op de be- en ontluchting. Dek de ventilatieope‐
ningen resp. -roosters niet af.
-Houd de ventilatieluchtopeningen altijd vrij.
-Plaats het apparaat niet naast een fornuis, verwarming
of dergelijke en stel het apparaat niet bloot aan direct
zonlicht.
-Het energieverbruik is afhankelijk van de plaatsings‐
omstandigheden zoals bijv. de omgevingstemperatuur
(zie 1.4 Toepassingsgebied van het apparaat) . Bij een
warmere omgevingstemperatuur kan het energieverbruik
toenemen.
-Open het apparaat, indien mogelijk zo kort mogelijk.
-Hoe lager de temperatuur wordt ingesteld, hoe hoger het
energieverbruik.
-Levensmiddelen gesorteerd rangschikken:
home.liebherr.com/food.
-Alle levensmiddelen goed verpakt en afgedekt bewaren.
Condensvorming wordt voorkomen.
-Levensmiddelen zolang als nodig eruit halen, zodat ze
niet te warm worden.
-Warme gerechten plaatsen: eerst tot op kamertempera‐
tuur laten afkoelen.
Energie sparen
10 * afhankelijk van model en uitvoering
-Diepvriesproducten in de koelruimte ontdooien.*
-Als in het apparaat een dikke ijsaanslag aanwezig is:
Apparaat ontdooien.*
-Bij langere vakantieperioden de HolidayMode gebruiken
(zie HolidayMode) gebruiken.
7 Bediening
7.1 Bedienings- en weergave-elementen
7.1.1 Status-weergave
Fig. 8
(1) Temperatuurweergave
van het koelgedeelte*
(2) Temperatuurindicatie
BioFresh
(Fish & SeaFood-Safe)*
Fig. 9
(1) Temperatuurweergave
van het koelgedeelte*
(2) Temperatuurindicatie
BioFresh*
De Status-weergave toont de ingestelde temperaturen en
is de beginweergave. Van hieruit vindt de navigatie naar de
functies en instellingen plaats.
7.1.2 Symbolen
De symbolen geven informatie over de actuele staat van het
apparaat.
Symbool Toestand van het apparaat
Stand-by
Apparaat of temperatuurzone is
uitgeschakeld.
Knipperend cijfer
Apparaat werkt. Temperatuur knip‐
pert tot de ingestelde waarde is
bereikt.
Knipperend symbool
Apparaat werkt. Instelling wordt
uitgevoerd.
7.2 Apparaatfuncties
7.2.1 Opmerkingen over de functies van het
apparaat
De apparaatfuncties zijn af fabriek zo ingesteld dat uw
apparaat volledig functioneel is.
Voordat u de functies van het apparaat wijzigt, activeert of
deactiveert, controleert u of aan de volgende voorwaarden
is voldaan:
qU hebt de beschrijvingen over de werking van het display
gelezen en begrepen.
qU hebt kennisgemaakt met de bedienings- en weergave-
elementen van uw apparaat.
Apparaat uitschakelen
Deze instelling maakt het mogelijk om het complete appa‐
raat uit te schakelen.
Complete apparaat uitschakelen
Fig. 10
Fig. 11
uActiveren / deactiveren .
wGedeactiveerd: Display wordt zwart.
WLAN
Met deze functie verbindt u uw apparaat met WiFi. U
kunt uw apparaat vervolgens op een mobiel eindapparaat
bedienen via de SmartDevice-app. Met deze functie kunt u
de WiFi-verbinding ook weer verbreken of herstellen.
Meer informatie over SmartDevice: (zie 1.3 SmartDevice)
Aanwijzing
In de volgende landen is de SmartDevice-functie niet
beschikbaar: Rusland, Belarus, Kazachstan.
Voor de eerste keer verbinding maken met WiFi
Ervoor zorgen dat aan de volgende voorwaarden is voldaan:
qSmartDevice-app is geïnstalleerd (zie
apps.home.liebherr.com).
qRegistratie in de SmartDevice-app is afgesloten.
Fig. 12
Bediening
* afhankelijk van model en uitvoering 11
WiFi
On Off Re
WiFi
fo On Of
Fig. 13
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wVerbinding is gemaakt.
WLAN-verbinding verbreken
Fig. 14
Fig. 15
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wVerbinding is verbroken.
WLAN-verbinding resetten
Fig. 16
Fig. 17
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wWiFi-verbinding en andere WiFi-instellingen zijn terug‐
gezet naar de fabrieksinstellingen.
Informatie over de WiFi-verbinding weergeven
Fig. 18
Fig. 19 *
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
Temperatuur
Met deze functie stelt u de temperatuur in.
De temperatuur is afhankelijk van de volgende factoren:
-hoe vaak de deur wordt geopend
-hoe lang de deur geopend blijft
-de ruimtetemperatuur op de plaats van opstelling
-type, temperatuur en hoeveelheid van de levensmiddelen
Temperatuurzone Aanbevolen instelling
Koelgedeelte 5 °C
BioFresh*
(zie Temperatuur in de BioFresh
instellen) *
Temperatuur instellen in het koelgedeelte
Fig. 20
Bediening
12 * afhankelijk van model en uitvoering
Fig. 20
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wTemperatuur is ingesteld.
Temperatuur in de BioFresh instellen
De temperatuur stelt u in via de BioFresh B-Value in het
klantmenu.
Temperatuureenheid
Met deze instelling kan tussen de temperatuureenheden
Celsius - Fahrenheit worden gewisseld.
Instelling selecteren
uWaarde instellen .
BioFresh B-Value
De temperatuur in de BioFresh is bij levering ingesteld op
B5. De statusindicatie op het display toont de bijhorende
temperatuurinstelling in de BioFresh.
U kunt deze waarde iets wijzigen, als dit door hogere of
lagere omgevingstemperatuur nodig is. Bij de instelling van
de waarde in acht nemen:
Waarde Beschrijving
B1 laagste temperatuur
B1-B4 De temperatuur kan onder 0 °C dalen, waardoor
de levensmiddelen snel kunnen bevriezen.
B5 vooraf ingestelde temperatuur
B9 hoogste temperatuur
BioFresh B-Value
Instelling kiezen
uWaarde instellen in het klantenmenu .
C-Value*
Met de C-Value kan het 4*-vak iets warmer of kouder
worden ingesteld.*
De C-Value is standaard ingesteld op C5.*
Bij alle waarden lager dan C5 wordt het 4*-vak kouder. Bij
alle waarden hoger dan C5 wordt het 4*-vak warmer.*
Instelling kiezen*
uWaarde instellen in het klantenmenu .
D-Value
De D-Value is voor uw apparaat vooringesteld en mag niet
worden gewijzigd.
SuperCool
Met deze functie schakelt u naar het hoogste afkoelver
mogen. Daardoor kunt u lagere koeltemperaturen bereiken.
De functie heeft betrekking op het koelgedeelte Fig. 1 (A)
Bovendien bereikt u lagere temperaturen in het 4-sterren
vriesvak.*
Toepassing:
-Grotere hoeveelheden levensmiddelen snel afkoelen.
-Levensmiddelen invriezen.*
Functie activeren / deactiveren
uProducten in het 4-sterren vriesvak leggen: Functie 3 uur
vooraf activeren.*
uProducten in het koelgedeelte leggen: Functie bij het
plaatsen van de producten activeren.
uActiveren / deactiveren .
-of-
uActiveren/deactiveren via de SmartDevice-app.
De functie wordt automatisch gedeactiveerd. Daarna draait
het apparaat in de normale modus verder. De temperatuur
stelt zich op de ingestelde waarde in.
PartyMode
Deze functie biedt een verzameling van speciale functies en
instellingen die tijdens een feest handig zijn.
De volgende functies worden geactiveerd:
-SuperCool
-InfinitySpring*
Alle functies kunnen flexibel en individueel worden inge‐
steld. Wijzigingen worden verworpen wanneer de functie
wordt gedeactiveerd.
Functie activeren / deactiveren
uActiveren / deactiveren .
wGeactiveerd: Alle functies zijn gelijktijdig geactiveerd.
wGedeactiveerd: Vooraf ingestelde temperaturen zijn
hersteld.
Na 24 uur wordt de functie automatisch gedeactiveerd.
HolidayMode
Deze functie zorgt voor een minimaal energieverbruik
tijdens langdurige afwezigheid. De temperatuur van het
koeldeel wordt op 15 °C ingesteld en bij het bereiken op
het statusbeeldscherm weergegeven.
Toepassing:
-Energie sparen tijdens een langere afwezigheid.
-Voorkomen van slechte geuren en schimmelvorming
tijdens een langere afwezigheid.
Functie activeren / deactiveren
uKoelgedeelte volledig leegmaken.
uActiveren / deactiveren.
wGeactiveerd: Koeltemperatuur wordt verhoogd.
wGedeactiveerd: eerder ingestelde temperatuur wordt
hersteld.
Bediening
* afhankelijk van model en uitvoering 13
SabbathMode
Met deze functie activeert of deactiveert u de
SabbathMode. Als u deze functie activeert, worden sommige
elektronische functies uitgeschakeld. Hierdoor voldoet het
apparaat aan de religieuze eisen op Joodse feestdagen
zoals sabbat en aan de Star-K Kosher Certification.
Apparaatstatus bij actieve SabbathMode
De statusweergave toont continu SabbathMode.
Alle functies op het display behalve de functie
SabbathMode deactiveren zijn geblokkeerd.
Actieve functies blijven actief.
Het display blijft verlicht, als de deur wordt gesloten.
De binnenverlichting is gedeactiveerd.
Herinneringen worden niet uitgevoerd. Het ingestelde
tijdsinterval wordt gestopt.
Herinneringen en waarschuwingen worden niet weerge‐
geven.
Er is geen deuralarm.
Er is geen temperatuuralarm.
De InfinitySpring is buiten bedrijf.*
De ontdooicyclus werkt alleen tot de ingestelde tijd,
zonder rekening te houden met het gebruik van de koel
kast.
Na een stroomuitval keert het apparaat terug naar de
SabbathMode.
Apparaatstatus
Aanwijzing
Dit apparaat is gecertificeerd door het „Institute for Science
and Halacha”. (www.machonhalacha.co.il)
Een lijst met STAR-K-gecertificeerde apparaten vindt u op
www.star-k.org/appliances.
SabbathMode activeren
WAARSCHUWING
Vergiftigingsgevaar door verdorven levensmiddelen!
Als u de SabbathMode geactiveerd hebt en de stroom
uitvalt, verschijnt er geen melding in de statusweergave
over de stroomuitval. Als de stroomuitval voorbij is, werkt
het apparaat verder in SabbathMode. Stroomuitval kan ertoe
leiden dat levensmiddelen bederven. De consumptie ervan
kan voedselvergiftiging veroorzaken.
Na een stroomuitval:
uLevensmiddelen die bevroren waren en ontdooid zijn niet
meer consumeren.
Fig. 21
Fig. 22
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wSabbathMode is geactiveerd.
wStatusweergave toont continu SabbathMode.
SabbathMode deactiveren
Fig. 23
Fig. 24
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wSabbathMode is gedeactiveerd.
EnergySaver
Deze functie activeert of deactiveert de energiebesparings‐
modus. Als u deze functie activeert, daalt het energiever
bruik en stijgt de temperatuur in het apparaat met 2 °C. De
levensmiddelen blijven vers, maar de houdbaarheid wordt
korter.
Temperatuurzone Aanbevolen
instelling
Temperatuur bij
actieve EnergySaver
Koelgedeelte
5 °C 7 °C
Temperaturen
EnergySaver activeren
Fig. 25
Fig. 26
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wEnergiebesparingsmodus is geactiveerd.
EnergySaver deactiveren
Fig. 27
Fig. 28
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
Bediening
14 * afhankelijk van model en uitvoering
wDe energiebesparingsmodus is gedeactiveerd.
HydroBreeze
HydroBreeze genereert bij een gesloten deur iedere 90
minuten 4 seconden lang een fijne nevel in de schuiflade.
De functie wordt eveneens tijdens de opening van de deur
geactiveerd. De functie is bij de levering van het apparaat
niet geactiveerd.
Toepassing:
-Voor de opslag van onverpakte sla, groenten en fruit met
een hoog vochtgehalte.
De volgende instellingen zijn mogelijk:
1: Functieduur bij openen deur 4 s
2: Functieduur bij openen deur 6 s
3: Functieduur bij openen deur 8 s
Uit: HydroBreeze is gedeactiveerd.
Functie activeren / deactiveren
uActiveren / deactiveren .
-of-
uActiveren / deactiveren via Liebherr SmartDevice-App.
CleaningMode
Deze instelling maakt een comfortabele reiniging van het
apparaat mogelijk.
Deze instelling heeft betrekking op het koelgedeelte
Fig. 1 (A).
Toepassing:
-Koelgedeelte handmatig reinigen.
-InfinitySpring reinigen.*
Gedrag van het apparaat wanneer de instelling is geacti‐
veerd:
-Het display toont continu CleaningMode.
-Het koelgedeelte is uitgeschakeld.
-De binnenverlichting is actief.
-De herinneringen en waarschuwingen worden niet weer
gegeven. Er klinkt geen geluidssignaal.
-De InfinitySpring is uitgeschakeld.*
Instelling activeren / deactiveren
uInstelling activeren / deactiveren .
wGeactiveerd: Het koelgedeelte is uitgeschakeld. Licht
blijft aan.
wGedeactiveerd: de vooraf ingestelde temperatuur is weer
hersteld.
Na 60 minuten wordt de instelling automatisch gedeacti‐
veerd. Daarna blijft het apparaat in normaal bedrijf werken.
Helderheid display
Deze instelling maakt de trapsgewijze instelling van de
helderheid van het display mogelijk.
De volgende helderheidsniveaus kunnen worden ingesteld:
-40%
-60%
-80%
-100%
Instelling kiezen
uWaarde instellen .
Deuralarm
Deze instelling maakt het instellen van de tijd tot het deur
alarm (zie Deur sluiten) klinkt mogelijk.
De volgende waarden kunnen ingesteld worden:
-1 min.
-2 min.
-3 min.
-Uit
Instelling kiezen
uWaarde instellen (zie 7.3 Foutmeldingen) .
Invoerblokkering
Deze instelling voorkomt de abusievelijk bediening van het
apparaat, bijv. door kinderen.
Toepassing:
-Onbedoelde wijzigingen van instellingen en functies
voorkomen.
-Onbedoeld uitschakelen van het apparaat voorkomen.
-Onbedoelde temperatuurinstelling voorkomen.
Instelling activeren / deactiveren
uActiveren / deactiveren.
Taal
Met deze instelling kan de taal van de weergave worden
ingesteld.
De volgende talen kunnen worden geselecteerd:
-Duits
-Engels
-Frans
-Spaans
-Italiaans
-Nederlands
-Tsjechisch
-Pools
-Portugees
-Russisch
-Chinees
Instelling activeren / deactiveren
uActiveren / deactiveren.
Info
Deze instelling maakt het aflezen van apparaatinformatie en
de toegang tot het klantenmenu mogelijk.
De volgende gegevens kunnen afgelezen worden:
-Modelnaam
-Index
-Serienummer
-Servicenummer
Bediening
* afhankelijk van model en uitvoering 15
Apparaatgegevens oproepen
uOp het display vegen totdat instellingen wordt weer
gegeven.
uWeergave bevestigen.
uOp het display vegen tot de informatie wordt weerge‐
geven.
uApparaatgegevens aflezen.
herinnering
Herinneringen worden akoestisch door een geluidssignaal
en optisch door een symbool op het display weergegeven.
Het geluidssignaal versterkt zich en wordt luider, totdat de
melding wordt beëindigd.
Waterfilter vervangen*
Deze melding wordt weergegeven als het waterfilter
vervangen moet worden.
uWaterfilter iedere zes maanden vervangen.
uMelding bevestigen.
wOnderhoudsinterval begint opnieuw.
wHet waterfilter garandeert een optimale waterkwaliteit.
FreshAir-actiefkoolfilter vervangen
Deze melding wordt weergegeven als het luchtfilter
vervangen moet worden.
uIedere zes maanden het luchtfilter vervangen.
uMelding bevestigen.
wOnderhoudsinterval begint opnieuw.
wHet luchtfilter garandeert een optimale luchtkwaliteit in
het koelapparaat.
Instelling activeren
uActiveren / deactiveren .
Demomodus
De demomodus is een speciale functie voor dealers die
apparaatfuncties willen demonstreren. Als u de demomodus
activeert, zijn alle koudetechnische functies gedeactiveerd.
Als u uw apparaat inschakelt en in de statusweergave
"Demo" verschijnt, is de demomodus al geactiveerd.
Als u de demomodus activeert en vervolgens weer deacti‐
veert, wordt het apparaat teruggezet naar de fabrieksinstel
lingen. (zie Resetten)
Demomodus activeren
Fig. 29
Fig. 30
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wDemomodus is geactiveerd.
wApparaat is uitgeschakeld.
uApparaat inschakelen. (zie 4.1 Apparaat inschakelen
(eerste inbedrijfstelling))
wIn de statusweergave verschijnt "DEMO".
Demomodus deactiveren
Fig. 31
Bediening
16 * afhankelijk van model en uitvoering
Fig. 32
uStappen volgens de afbeelding uitvoeren.
wDemomodus is gedeactiveerd.
wApparaat is uitgeschakeld.
uApparaat inschakelen. (zie 4.1 Apparaat inschakelen
(eerste inbedrijfstelling))
wApparaat is teruggezet naar de fabrieksinstellingen.
Resetten
Met deze functie kunnen alle instellingen op de fabrieksin‐
stellingen worden teruggezet. Alle instellingen die u tot nu
toe heeft uitgevoerd worden teruggezet op hun oorspronke‐
lijke instelling.
Instelling activeren
uActiveren .
7.3 Foutmeldingen
Foutmeldingen worden op het display weergegeven. Er zijn
twee categorieën van foutmeldingen:
Categorie Betekenis
Melding Herinnert aan algemene procedures. U kunt
deze procedures uitvoeren en zo de melding
opheffen.
Waarschu‐
wing
Verschijnt bij functiestoringen. Naast de
weergave op het display klinkt een signaal.
De signaaltoon wordt luider tot de weergave
door aantikken wordt bevestigd. Eenvoudige
storingen kunt u zelf verhelpen. Voor ernstige
storingen moet u contact met de klantenser
vice opnemen.
7.3.1 Waarschuwingen
Deur sluiten
De melding wordt weergegeven als de deur te lang open‐
staat.
De tijd totdat de melding wordt weergegeven kan worden
ingesteld .
uAlarm beëindigen: Melding bevestigen.
-of-
uDeur sluiten.
Storing
Deze melding wordt weergegeven als er een storing van het
apparaat optreedt. In een onderdeel van het apparaat is een
storing opgetreden.
uDeur openen.
uFoutcode noteren.
uMelding bevestigen.
wSignaaltoon dempt.
wStatusweergave verschijnt.
uDeur sluiten.
uContact met de klantenservice opnemen. (zie 10.4 Klan‐
tenservice)
8 Uitrusting
8.1 Vriesvak 4 sterren*
8.1.1 Vriesvak openen / sluiten
Fig. 33
Vriesvak openen:
uGreepbereik van onder pakken.
uGrijpplaat indrukken en gelijktijdig de deur naar voren
trekken.
Vriesvak sluiten:
uDeur sluiten en gelijktijdig vanaf de voorkant drukken.
wDeur is vastgeklikt.
Uitrusting
* afhankelijk van model en uitvoering 17
8.2 Deurafsteller
8.2.1 Deurafsteller verplaatsen / verwijderen
Fig. 34
uAfsteller naar boven schuiven.
uNaar voren trekken.
uIn omgekeerde volgorde weer aanbrengen.
Fig. 35
U kunt gebruikmaken van een of van beide VarioBoxen. Als
zeer hoge flessen geplaatst moeten worden, moet u slechts
één bakje boven het flessenrek aanbrengen.
Afsteller met VarioBoxen verplaatsen:
Fig. 36
uVanaf de bovenkant eruit halen.
uOp een willekeurige positie weer aanbrengen.
wAfsteller voor 4-sterren vriesvak: Een optimale luchtver
deling in het apparaat is niet meer gegarandeerd. Er kan
zich condens in het vriesvak vormen.*
Aanwijzing
Liebherr adviseert:*
uAfsteller met VarioBoxen, zoals op de locatie geleverd,
op een hoogte onder het 4-sterren vriesvak plaatsen.
Zo ontstaat er een optimale luchtverdeling in het koelge‐
deelte.*
VarioBoxen omzetten:
Fig. 37
Wanneer deurafsteller is verwijderd:
uBakjes eruit halen.
Fig. 38
uOpbergvak op tafel leggen.
Fig. 39
uMiddelste vasthouddeel lostrekken Fig. 39 (1).
uMiddelste vasthouddeel in tweede positie inzetten
Fig. 39 (2).
Fig. 40
uBakjes vervangen.
8.2.2 Deurafsteller demonteren
De deurafstellers kunnen voor het reinigen worden gede‐
monteerd.
Fig. 41
Uitrusting
18 * afhankelijk van model en uitvoering
Fig. 42
uDeurafsteller demonteren.
8.3 Draagplateaus
8.3.1 Draagplateaus verplaatsen / verwijderen
De draagplateaus moeten worden beveiligd tegen het per
ongelijk omlaag vallen door uittrekaanslagen.
Fig. 43
uDraagplateau omhoog tillen en naar voren trekken.
wZijdelingse uitsparing op positie van de steun.
uDraagplateau verplaatsen: Tot willekeurige hoogte
optillen of neerlaten en er inschuiven.
-of-
Fig. 44
uDraagplateau volledig uitnemen: Naar voren uittrekken.
uGemakkelijk verwijderbaar: Draagplateaus schuin zetten.
uDraagplateau weer inzetten: Er helemaal inschuiven.
wUittrekaanslagen zijn naar onder gericht.
wUittrekaanslagen bevinden zich achter het voorste draag‐
plateau.
8.4 Deelbaar draagplateau
8.4.1 Deelbaar draagplateau gebruiken
De draagplateaus moeten worden beveiligd tegen het per
ongelijk omlaag vallen door uittrekaanslagen.
Fig. 45
uDeelbare draagplateaus overeenkomstig de afbeelding
eronder schuiven.
Fig. 46
In de hoogte verstellen:
uGlasplaten afzonderlijk vanaf de voorkant eruit trekken
Fig. 46 (1).
uSteunrails uit de vergrendeling trekken en op de
gewenste hoogte vastklikken.
uGlasplaten afzonderlijk achtereenvolgens erin schuiven.
wVlakke uittrekaanslagen aan de voorkant, direct achter de
steunrail.
wHoge uittrekaanslagen achter.
Beide oppervlakken gebruiken:
uMet een hand de onderste glasplaat vasthouden en naar
voren trekken.
wGlasplaat Fig. 46 (1) met sierlijst ligt voor.
wStops Fig. 46 (3) zijn naar onder gericht.
Apparaten met vriesvak:*
uSteunrails en deelbare draagplateaus niet voor de venti‐
lator aanbrengen.*
8.5 VarioSafe*
De VarioSafe biedt in het koelgedeelte ruimte voor bijv.
kleine levensmiddelen, verpakkingen, tubes en glazen.
Fig. 47
(1) VarioSafe-lade (3) Uitsparingen op de
linker- en rechterzijwand
Uitrusting
* afhankelijk van model en uitvoering 19
(2) Zijwanden met ribben
voor VarioSafe-schuif
lade
8.5.1 VarioSafe plaatsen
Fig. 48
uVarioSafe schuin in het koelgedeelte schuiven Fig. 48 (1),
tot de uitsparingen aan de zijkant Fig. 48 (2) van de Vario‐
Safe op de hoogte van de rib in het koelgedeelte zitten.
Fig. 49
uVarioSafe recht zetten. Fig. 49 (1)
uVarioSafe aan voorkant optillen. Fig. 49 (2)
Fig. 50
uVarioSafe naar voren toe optillen.
uVarioSafe naar achteren toe inzetten.
uVarioSafe laten zakken.
wVarioSafe klikt aan de voorkant hoorbaar vast.
wVarioSafe is geplaatst.
8.5.2 VarioSafe verplaatsen
U kunt de VarioSafe als geheel in het koeldeel zetten.
Fig. 51
uVarioSafe aan voorkant optillen.
Fig. 52
uVarioSafe naar voren trekken tot de uitsparingen aan de
zijkant van de VarioSafe zich ter hoogte van de rib in het
koelgedeelte bevinden. Fig. 52 (1)
uVarioSafe in het koelgedeelte omhoog of omlaag
bewegen tot de gewenste hoogte is bereikt. Fig. 52 (2)
Fig. 53
uVarioSafe aan voorkant optillen.
uVarioSafe naar achteren toe inzetten.
wVarioSafe klikt aan de voorkant hoorbaar vast.
wVarioSafe is op de gewenste hoogte geplaatst.
Uitrusting
20 * afhankelijk van model en uitvoering
8.5.3 VarioSafe-lade verplaatsen
U kunt de VarioSafe-lade op twee verschillende hoogten
plaatsen. Als u in de VarioSafe-lade grote levensmiddelen
wilt bewaren, zet u de VarioSafe-lade in op de onderste
rib. Als u in de VarioSafe-lade kleine levensmiddelen wilt
bewaren, zet u de VarioSafe-lade in op de bovenste rib.
Fig. 54
uVarioSafe-lade tot de aanslag eruit trekken.
uVarioSafe-lade aan de voorkant optillen.
uVarioSafe-lade naar voren toe verwijderen.
Fig. 55
uVarioSafe-lade aan de voorkant optillen.
uVarioSafe-lade achter de stoppers op de gewenste rib
Fig. 55 (1) of Fig. 55 (2) plaatsen.
wVarioSafe-lade is op de gewenste hoogte geplaatst.
8.5.4 VarioSafe verwijderen
U kunt de VarioSafe als geheel verwijderen.
Fig. 56
uVarioSafe aan voorkant optillen.
Fig. 57
uVarioSafe naar voren trekken Fig. 57 (1), tot de uitspa‐
ringen aan de zijkant van de VarioSafe zich ter hoogte
van de rib in het koelgedeelte bevinden. Fig. 57 (2)
Fig. 58
uVarioSafe in het koelgedeelte schuin zetten. Fig. 58 (1)
uVarioSafe naar voren toe verwijderen. Fig. 58 (2)
wVarioSafe is verwijderd.
8.5.5 VarioSafe uit elkaar halen
U kunt de onderdelen van de VarioSafe uit elkaar halen
als u de VarioSafe wilt reinigen of als u onderdelen wilt
aanbrengen of verwijderen.
Fig. 59
uVarioSafe als geheel verwijderen. (zie 8.5.4 VarioSafe
verwijderen)
uVarioSafe demonteren volgens de afbeelding.
Uitrusting
* afhankelijk van model en uitvoering 21
8.6 InfinitySpring*
De geïntegreerde waterdispenser is geschikt voor een
comfortabele drinkwateropname. De watertemperatuur is
afhankelijk van de temperatuur in het koelgedeelte.
Fig. 60
uDrinkglas tegen de onderste drukknop van de dispenser
drukken.
wUitvoereenheid komt naar buiten: Water stroomt in het
glas.
uWaterspetters voorkomen: Drinkglas langzaam verwij‐
deren.
Veel water aftappen:
uWanneer geen water meer stroomt, waterreservoir
verwijderen en opnieuw tegen de onderste drukknop van
de dispenser drukken.
8.7 Plaats voor de bakplaat
Boven de schuifladen is plaats voor een bakplaat Fig. 1 (9).
Fig. 61
Zorg ervoor dat aan de volgende eisen zijn voldaan:
qMaximale maten voor de bakplaat zijn in acht genomen
(zie 10.1 Technische gegevens) .
qDe bakplaat is afgekoeld tot kamertemperatuur.
qOnderste deurafsteller is minimaal een positie hoger
ingesteld.
Wanneer de deur 90° is geopend:
uBakplaat op de onderste zijdelingse steunen schuiven.
-of-
Wanneer de bakplaat ongelijkmatig ligt:
uSteunrails uit het pakket gebruiken.
Fig. 62
uSteunrails op de onderste steunen vastklikken.
Wanneer de deur 90° is geopend:
uBakplaat op steunrails schuiven.
8.8 Variabele flessenplank
8.8.1 Flessenplank gebruiken
In het koelgedeelte van de bodem kan naar keuze de varia‐
bele flessenplank of de glasplaat worden gebruikt.
Fig. 63
uDe glasplaat eruit halen en afzonderlijk bewaren.
uFlessen met de bodem naar de achterkant gericht erin
leggen.
Aanwijzing
Als de flessen voorbij de flessenplank aan de voorkant eruit
steken:
uOnderste deurafsteller een positie hoger zetten.
8.8.2 Flessenplank eruit halen
De flessenplank kan voor het reinigen uit elkaar worden
gehaald.
uGasplaat boven de flessenplank eruit halen.
Fig. 64
uDe flessenplank aan de voorkant optillen en eruit trekken.
Aanwijzing
Liebherr adviseert:
Op de eronder liggende deksel van het vak geen producten
neerzetten.
8.8.3 Flessenplank aanbrengen
Fig. 65
uFlessenplank tot de aanslag erin schuiven en naar onder
drukken.
wStekkers aan de achterkant van de flessenplank zijn
automatisch verbonden.
wLED brandt.
Uitrusting
22 * afhankelijk van model en uitvoering
8.9 Laden
U kunt de laden voor reiniging verwijderen.
De wijze van verwijderen en aanbrengen van de laden
is afhankelijk van het uitschuifsysteem. Uw apparaat kan
verschillende uitschuifsystemen bevatten.
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en het koelvermogen neemt af als
de ontluchting niet toereikende is.
uLaat de ventilatieopeningen aan de binnenkant van de
achterwand altijd vrij!
8.9.1 Lade op telescooprails
De lade loopt op uitschuifbare rails (telescooprails). Er
zijn volledig uitschuifbare telescooprails en gedeeltelijk
uitschuifbare telescooprails. Volledig uitschuifbare laden
kunnen helemaal uit het apparaat getrokken worden.
Gedeeltelijk uitschuifbare laden kunnen niet helemaal uit
het apparaat worden getrokken. Welk systeem in uw appa‐
raat zit, hangt af van het type apparaat.
Volledig uitschuifbaar*
U kunt de volledige uitschuifbaarheid herkennen aan een
klem die zich links en rechts achteraan de rail bevindt.
Lade verwijderen
Fig. 66
uLade tot de aanslag eruit trekken.
uLinker klem optillen en gelijktijdig lade links naar voren
trekken. Fig. 66 (1)
uRechter klem optillen en gelijktijdig lade rechts naar
voren trekken. Fig. 66 (2)
uLade naar voren toe verwijderen. Fig. 66 (3)
uRails erin schuiven.
Lade plaatsen
Fig. 67
uRails erin schuiven.
uLade op rails plaatsen.
uLade naar achteren erin schuiven.
wLade klikt aan de achterkant hoorbaar vast.
Gedeeltelijk uitschuifbaar koelgedeelte*
Lade verwijderen
Fig. 68
uLade er half uittrekken. Fig. 68 (1)
uLade aan de onderkant optillen. Fig. 68 (2)
uLade naar boven gedrukt houden en tegelijkertijd naar
voren trekken.
uLinker rail erin schuiven. Fig. 68 (3)
uRechter rail erin schuiven. Fig. 68 (4)
uLade naar voren toe verwijderen. Fig. 68 (5)
Fig. 69
Als de rails na het verwijderen van de lade nog niet
volledig zijn ingeschoven:
uRails er volledig inschuiven.
Lade plaatsen
Fig. 70
uRails erin schuiven.
uLade op rails plaatsen.
uLade naar achteren erin schuiven.
8.10 Deksel Fruit & Vegetable-Safe
De deksel van het vak kan voor het reinigen worden verwij‐
derd.
8.10.1 Deksel van het vak verwijderen
Zorg ervoor dat aan de volgende eisen zijn voldaan:
qFlessenplank is verwijderd (zie 8.8 Variabele flessen‐
plank) .
Fig. 71
Wanneer de schuifladen zijn verwijderd:
uDeksel tot de opening in de vasthouddelen naar voren
trekken Fig. 71 (1).
uAan de achterkant vanaf de onderkant omhoog tillen en
vanaf de bovenkant verwijderen Fig. 71 (2).
Uitrusting
* afhankelijk van model en uitvoering 23
8.10.2 De deksel van het vak aanbrengen
Fig. 72
Als de tekst THIS SIDE UP boven is:
uDekselranden via de opening van de achterste houder
Fig. 72 (1) aanbrengen en van voren in de houder
Fig. 72 (2) klikken.
uDeksel in de gewenste positie brengen (zie 8.11 Vochtre‐
geling) .
8.11 Vochtregeling
U kunt het vochtgehalte in de schuiflade via de afstelling
van de deksel van het vak zelf instellen.
De deksel van het vak bevindt zich direct op de schuiflade
en kan door draagplateaus of extra schuifladen afgedekt
zijn.
Fig. 73
Geringe luchtvochtigheid
uSchuiflade openen.
uDe deksel van het vak naar voren trekken.
wBij een gesloten schuiflade: Spleet tussen de deksel en
het vak.
uHydroBreeze uitschakelen.
wLuchtvochtigheid in Safe wordt verlaagd.
Hoge luchtvochtigheid
uSchuiflade openen.
uDeksel van het vak naar achter schuiven.
wBij een gesloten schuiflade: Deksel sluit het vak niet af.
uHydroBreeze inschakelen.
wLuchtvochtigheid in Safe wordt verhoogd.
Als er te veel vocht in het vak zit:
uInstelling „te lage luchtvochtigheid” kiezen.
-of-
uVocht met een doek verwijderen.
Aanwijzing
Met de instelling „lage luchtvochtigheid” kan de Fruit &
Vegetable-Safe ook als Meat & Dairy-Safe worden gebruikt.
u„Lage luchtvochtigheid” instellen.
8.12 HydroBreeze
De HydroBreeze beneveld het koelgoed en zorgt voor vocht
in het vak.
De HydroBreeze en het bijbehorende waterreservoir
bevinden zich in de variabele flessenplank.
Zorg ervoor dat aan de volgende eisen zijn voldaan:
-Waterreservoir is gereinigd (zie 9.7.3 Uitrusting reinigen) .
-Waterreservoir is correct vastgeklikt.
-De vochtigheid is ingesteld op „hoge luchtvochtigheid”
(zie 8.11 Vochtregeling) .
-HydroBreeze is ingeschakeld (zie HydroBreeze) .
8.12.1 Waterreservoir vullen
WAARSCHUWING
Verontreinigd water!
Vergiftigingen.
uUitsluitend met drinkwater vullen.
uHydroBreeze is uitgeschakeld: Waterreservoir leegmaken.
uHydroBreeze wordt langer niet gebruikt: Waterreservoir
leegmaken.
LET OP
Suikerhoudende vloeistoffen!
Beschadiging van de HydroBreeze.
uUitsluitend met drinkwater vullen.
Aanwijzing
Door het gebruik van water dat gefilterd en gedecarboni‐
seerd is, wordt drinkwater in uitstekende kwaliteit voor de
storingsvrije functie van de HydroBreeze gerealiseerd.
Deze waterkwaliteit kan met een in de handel verkrijgbaar
drinkwaterfilter worden bereikt.
uWaterreservoir met drinkwater vullen dat gefilterd en
gedecarboniseerd is.
Het waterreservoir is in de variabele flessenplank inge‐
bouwd (zie 1.2 Apparaat- en uitrustingsoverzicht) .
Fig. 74
uOp de achterste, linkerhoek van de voorste glasplaat
drukken.
wGlasplaat klapt aan de voorkant omhoog.
uGlasplaat heffen en tot de aanslag naar achter klappen
Fig. 74 (1).
wGlasplaat staat rechtop.
uSchuif Fig. 74 (2) naar links schuiven.
wWaterreservoir springt uit de uitsparing.
uWaterreservoir eruit halen Fig. 74 (3).
uWatertank reinigen (zie 9.7.3 Uitrusting reinigen) .
Hoekige opening:
uDrinkwater tot de markering vullen.
uWaterreservoir, met de onderkant eerst, in de uitsparing
plaatsen.
uVoorste deel langzaam laten zakken en het reservoir erin
drukken.
wWaterreservoir is vastgeklikt.
8.12.2 Waterreservoir demonteren
Het waterreservoir kan voor het reinigen uit elkaar worden
gehaald.
Uitrusting
24 * afhankelijk van model en uitvoering
Fig. 75
uWaterreservoir demonteren.
8.13 Botervloot
8.13.1 Botervloot openen / sluiten
Fig. 76
8.13.2 Botervloot uit elkaar halen
De botorvloot kan voor het reinigen uit elkaar worden
gehaald.
Fig. 77
uBotervloot uit elkaar halen.
8.14 Eierhouder
De eierhouder kan eruit getrokken worden en is draaibaar.
De beide delen van de eierhouder kunnen bijvoorbeeld
worden gebruikt om verschillen qua aankoopdatum aan te
geven.
8.14.1 Eierhouder gebruiken
Fig. 78
uBovenkant: Kippeneieren opslaan.
uOnderkant: Kwarteleieren opslaan.
8.15 Flessenhouder
8.15.1 Flessenhouder gebruiken
Fig. 79
uFlessenhouder op de flessen schuiven.
wFlessen vallen niet om.
8.15.2 Flessenhouder verwijderen
Fig. 80
uFlessenhouder volledig naar rechts tot de rand schuiven.
uVanaf de achterkant eruit halen.
8.16 FlexSystem
8.16.1 FlexSystem gebruiken
Het FlexSystem ondersteunt de overzichtelijke, flexibele
opslag en sortering van levensmiddelen. Het systeem biedt
een duidelijke onderverdeling in bijvoorbeeld fruit, groente
of houdbaarheid.
Uitrusting
* afhankelijk van model en uitvoering 25
Fig. 81
uBinnenbakje verplaatsen.
8.16.2 FlexSystem verwijderen
Fig. 82
uFlexSystem aan de achterkant omhoog tillen.
uVanaf de bovenkant eruit halen.
8.16.3 FlexSystem aanbrengen
Fig. 83
uFlexSystem aan de voorkant het eerste aanbrengen.
uAchterste deel omlaag laten zakken.
8.16.4 FlexSystem uit elkaar halen
Het FlexSystem kan voor het reinigen uit elkaar worden
gehaald.
Fig. 84
uFlexSystem uit elkaar halen.
8.17 IJsblokjeshouder met deksel*
8.17.1 IJsblokjeshouder gebruiken
Fig. 85
Als water is bevroren:
uIJsblokjesbakje kort onder warm water houden.
uDeksel eraf halen.
ubeide uiteinden van de ijsblokjeshouder licht in tegenge‐
stelde richting draaien.
uIJsblokjes eruit halen.
8.17.2 IJsblokjeshouder uit elkaar halen
De ijsblokjeshouder kan voor het reinigen uit elkaar worden
gehaald.
Fig. 86
uijsblokjeshouder uit elkaar halen.
9 Onderhoud
9.1 FreshAir-actiefkoolfilter
Het FreshAir-actiefkoolfilter bevindt zich in de lade boven de
ventilator.
De waarborgt een optimale luchtkwaliteit.
qActiefkoolfilter iedere 6 maanden vervangen.
Wanneer de herinnering is geactiveerd, vraagt een
bericht op het display u om het filter te vervangen.
qHet actiefkoolfilter kan bij het normale huisafval worden
gegooid.
Aanwijzing
Het FreshAir-actievekoolfilter is verkrijgbaar in de Liebherr-
Hausgeräte-shop op home.liebherr.com/shop/de/deu/
zubehor.html.
Onderhoud
26 * afhankelijk van model en uitvoering
9.1.1 FreshAir-actiefkoolfilter verwijderen
Fig. 87
uLade vanaf de voorkant eruit trekken Fig. 87 (1).
uActiefkoolfilter verwijderen Fig. 87 (2).
9.1.2 FreshAir-actiefkoolfilter aanbrengen
Fig. 88
uActiefkoolfilter overeenkomstig afbeelding aanbrengen
Fig. 88 (1).
wActiefkoolfilter klikt niet vast.
Als het actiefkoolfilter naar onder wijst:
uLade erin schuiven Fig. 88 (2).
wHet actiefkoolfilter is nu gereed voor gebruik.
9.2 Waterreservoir*
Het InfinitySpring-waterreservoir bevindt zich achter de
onderste schuiflade.
9.2.1 Waterreservoir eruit halen
uWaterkraan sluiten.
uInfinitySpring 30 s lang aftappen en restwater in een glas
opvangen.
uSchuiflade eruit halen.
uHet waterreservoir tot de aanslag naar links draaien en
eruit trekken.
wHet water dat eruit druppelt wordt opgevangen in de
wateropvangbak.
uWater uit de wateropvangbak weggooien.
uWateropvangbak reinigen met een doek of in de vaat‐
wasser.
9.2.2 Waterreservoir gebruiken
Fig. 89
uSchuiflade eruit halen.
uWaterreservoir aanbrengen en ca. 90° tot de aanslag
naar rechts draaien.
uControleer of het waterreservoir dicht is en er geen water
uit loopt.
uSchuiflade aanbrengen.
uWaterkraan openen.
uWatersysteem ontluchten. (zie 4.2.1 Watersysteem
ontluchten)
In plaats van het waterfilter kan een extra waterreservoir
worden gebruikt.
Aanwijzing
Het waterreservoir is als reserveonderdeel verkrijgbaar.
9.2.3 Wateropvangbak eruit halen / terug‐
plaatsen
Om te reinigen kan de wateropvangbak eruit worden
gehaald.
Fig. 90
uWateropvangbak er naar voren uittrekken.
9.3 Waterfilter*
Het waterfilter bevindt zich achter de onderste schuiflade.
Deze neemt afzettingen in het water op en vermindert de
chloorsmaak.
qHet waterfilter bij de aangegeven capaciteit uiterlijk
iedere 6 maanden of als zich een duidelijke verlaging van
de doorstroomsnelheid voordoet, vervangen.
qHet waterfilter bevat een actiefkoolfilter en kan bij het
normale huisafval worden gegooid.
Aanwijzing
Het waterfilter is verkrijgbaar in de Liebherr-Hausgeräte-
shop op home.liebherr.com/shop/de/deu/zubehor.html.
Onderhoud
* afhankelijk van model en uitvoering 27
9.3.1 Waterfilter eruit halen
uSchuiflade eruit halen.
uHet waterfilter tot de aanslag naar links draaien en eruit
trekken.
wHet water dat eruit druppelt wordt opgevangen in de
wateropvangbak.
uWateropvangbak reinigen met een doek of in de vaat‐
wasser.
9.3.2 Waterfilter aanbrengen
Fig. 91
uSchuiflade eruit halen.
uWaterfilter aanbrengen en ca. 90° tot de aanslag naar
rechts draaien.
uControleer of het filter dicht is en er geen water uit loopt.
uSchuiflade aanbrengen.
VOORZICHTIG
Nieuwe waterfilters kunnen zwevende stoffen bevatten.
u3 l Water bij de InfinitySpring aftappen en afvoeren.
wWaterfilter is nu gereed voor gebruik.
9.4 Uitschuifsystemen demonteren/
monteren
9.4.1 Opmerkingen over demontage
U kunt enkele uitschuifsystemen voor de reiniging demon‐
teren. Uw apparaat kan verschillende uitschuifsystemen
bevatten.
De volgende uitschuifsystemen kunnen worden gedemon‐
teerd of niet worden gedemonteerd:
Uitschuifsysteem demonteerbaar /
niet demonteerbaar
Geheel uitschuifbare lade* niet demonteerbaar*
Gedeeltelijk uitschuifbaar koelge‐
deelte*
niet demonteerbaar*
9.5 Apparaat ontdooien
WAARSCHUWING
Apparaat op de verkeerde manier ontdooid!
Verwondingen en beschadigingen.
uOm het ontdooiproces te versnellen, geen mechanische
hulpmiddelen of andere middelen gebruiken die niet door
de fabrikant worden aanbevolen.
uGebruik voor het ontdooien geen elektrische verwar
mings- of stoomreinigingsapparaten, open vuur of
ontdooisprays.
uIJs niet met scherpe voorwerpen verwijderen.
Het ontdooien gebeurt automatisch. Het dooiwater wordt
via de afvoeropening afgevoerd en verdampt.
uAfvoeropening regelmatig reinigen (zie 9.7 Apparaat
reinigen) .
9.6 Vriesvak handmatig ontdooien*
Na langdurig gebruik vormt zich een laagje vorst of ijs.
De volgende factoren versnellen de vorming van rijp- of
ijslagen:
- Apparaat wordt vaak geopend.
- Er worden warme levensmiddelen in het apparaat gelegd.
uApparaat uitschakelen .
uNetstekker eruit trekker of zekering uitschakelen.
uBevroren levensmiddelen in kranten of dekens wikkelen
en op een koele plaats bewaren.
uPan met heet, niet kokend water op een tableau in het
midden zetten.
wZo gaat het ontdooien sneller.
uDe deur van de vakken en het apparaat tijdens het
ontdooien openlaten.
uLosse stukken ijs verwijderen.
uErop letten dat het dooiwater niet in de meubelombouw
terechtkomt.
uIndien nodig dooiwater meerdere keren met een spons of
doek opnemen.
uApparaat reinigen (zie 9.7 Apparaat reinigen) .
9.7 Apparaat reinigen
9.7.1 Voorbereiden
WAARSCHUWING
Gevaar voor elektrische schok!
uTrek de stekker van de koelkast uit het stopcontact of
onderbreek de stroomtoevoer.
WAARSCHUWING
Brandgevaar
uDe buisleidingen van het koelmiddelcircuit niet bescha‐
digen.
uApparaat leegmaken.
uNetstekker eruit halen.
-of-
uCleaningMode activeren. (zie CleaningMode)
Onderhoud
28 * afhankelijk van model en uitvoering
9.7.2 Binnenruimte reinigen
LET OP
Ondeskundige reiniging!
Beschadigingen aan het apparaat.
uUitsluitend zachte poetsdoekjes en een ph-neutrale
allesreiniger gebruiker.
uGebruik geen schurende of krassende sponzen of
staalwol.
uGebruik geen scherpe, schurende, zand-, chloor- of zuur
houdende schoonmaakmiddelen.
uKunststof vlakken: met een zachte, schone doek, lauw‐
warm water en een beetje spoelmiddel met de hand
reinigen.
uMetalen vlakken: met een zachte, schone doek, lauw‐
warm water en een beetje spoelmiddel met de hand
reinigen.
uAfvoeropening: afzettingen verwijderen met een dun
hulpmiddel, bijv. wattenstaafje.
9.7.3 Uitrusting reinigen
LET OP
Ondeskundige reiniging!
Beschadigingen aan het apparaat.
uUitsluitend zachte poetsdoekjes en een ph-neutrale
allesreiniger gebruiker.
uGebruik geen schurende of krassende sponzen of
staalwol.
uGebruik geen scherpe, schurende, zand-, chloor- of zuur
houdende schoonmaakmiddelen.
Reinigen met een zachte, schone doek, lauwwarm water en
een beetje spoelmiddel:
- Draagplateaus
- Deelbaar draagplateau
- VarioSafe*
- Deksel Fruit & Vegetable-Safe
- Schuiflade
- Variabele flessenplank
- FlexSystem
Reinigen met een vochtige doek:
- Telescooprails
Let op: Het vet in de geleiders dient voor de smering en
mag niet worden verwijderd!
Reinigen in de vaatwasser tot 60 °C:
- Deurafsteller
- VarioBox
- Flessenhouder
- Draagplateaus
- Deelbaar draagplateau
- Vasthouddeel deelbaar draagplateau
- HydroBreeze-waterreservoir en deksel waterreservoir
- Wateropvangbak*
- Eierhouder
- Botervloot
- IJsblokjeshouder*
uUitrusting demonteren: zie betreffende hoofdstuk.
uUitrusting reinigen.
9.7.4 InfinitySpring reinigen*
De uitvoereenheid van de InfinitySpring en de omliggende
omgeving kunnen gereinigd worden, zonder het apparaat
van het stroomnet los te koppelen.
De reiniging moet worden uitgevoerd bij:
qEerste inbedrijfname
qNiet gebruik langer dan 5 dagen.
uOnderste drukknop van de dispenser indrukken.
wUitvoereenheid komt naar buiten.
uWateruitlaat en omgeving met een zachte, schone doek,
lauwwarm water en een beetje spoelmiddel reinigen.
uOnderste drukknop loslaten.
u2 l Water bij de InfinitySpring aftappen en afvoeren.*
9.7.5 HydroBreeze reinigen
De reiniging moet worden uitgevoerd bij:
qEerste inbedrijfname
qHydroBreeze is langer dan 48 uur gedeactiveerd.
qNieuwe vulling van de watertank.
Zorg ervoor dat aan de volgende eisen zijn voldaan:
qHydroBreeze is uitgeschakeld (zie HydroBreeze) .
qDe watertank is verwijderd en in de vaatwasser gereinigd.
uUitsparing met een vochtige doek uitvegen.
uWaterreservoir aanbrengen.
uHydroBreeze inschakelen.
9.7.6 Na het reinigen
uApparaat en uitrustingsdelen droogwrijven.
uApparaat aansluiten en inschakelen.
Wanneer de temperatuur voldoende koud is:
uLevensmiddelen plaatsen.
uReiniging regelmatig herhalen.
10 Klantenhulp
10.1 Technische gegevens
Temperatuurbereik
Koelen 3 °C tot 9 °C
BioFresh  0 °C tot 3 °C
BioFresh Professi‐
onal*
(Fish & SeaFood)*
 -2 °C tot 0 °C*
Mogelijke instellingen :*
 0 °C | 0 °C*
 -2 °C | 0 °C*
 -2 °C | -2 °C*
Maximale invrieshoeveelheid/24 h
Vriesvak* zie typeplaatje onder „invriescapaci‐
teit …/24 h”*
Maximale afmeting bakplaat
Breedte  466 mm
Diepte  386 mm
Hoogte  50 mm
Verlichting
Energie-efficiëntieklasse1Lichtbron
Dit product bevat een of meerdere lichtbronnen
van energie-efficiëntieklasse G.
LED
1 Het apparaat kan lichtbronnen met verschillende energie-
efficiëntieklassen bevatten. De laagste energie-efficiëntie‐
klasse is aangegeven.
Voor apparaten met WLAN-verbinding:
Frequentievermelding
Frequentieband 2,4 GHz
Klantenhulp
* afhankelijk van model en uitvoering 29
Frequentievermelding
Maximum uitge‐
straald vermogen
< 100 mW
Beoogd gebruik van
de radioapparatuur
Integratie in het plaatselijke WLAN-
netwerk voor gegevenscommunicatie
10.2 Bedrijfsgeluiden
Het apparaat veroorzaakt tijdens de werking verschillende
loopgeluiden.
-Bij een lage koelcapaciteit werkt het apparaat zuiniger,
maar langer. De geluidssterkte is lager.
-Bij een krachtige koelcapaciteit worden levensmiddelen
sneller gekoeld. De geluidssterkte is hoger.
Voorbeelden:
Geactiveerde functies (zie 7.2 Apparaatfuncties)
Draaiende ventilator
Vers erin gelegde levensmiddelen
Hoge omgevingstemperatuur
Lang geopende deur
Geluiden Mogelijke oorzaak Type geluid
Borrelen en ruisen Koelmiddel
stroomt in het
koelcircuit.
Normaal
werkingsgeluid
Blazen en sissen Koelmiddel spuit in
het koelcircuit.
Normaal
werkingsgeluid
Brommen Het apparaat koelt.
De geluidssterkte
is afhankelijk van
de koelcapaciteit.
Normaal
werkingsgeluid
Slurpgeluiden De deur met
sluitdemper wordt
geopend en
gesloten.
Normaal
werkingsgeluid
Geluiden Mogelijke oorzaak Type geluid
Zoemen en ruisen De ventilator
draait.
Normaal bedrijfs‐
geluid
Klikken Componenten
worden in- en
uitgeschakeld.
Normaal schakel
geluid
Ratelen of
zoemen
Ventielen of
klappen zijn actief.
Normaal schakel
geluid
Geluiden Mogelijke
oorzaak
Type geluid Oplossen
Trilling Ongeschikte
inbouw
Foutgeluid Inbouw
controleren.
Apparaat
uitlijnen.
Klapperen Uitrusting,
Voorwerpen
aan de
binnenkant
van het
apparaat
Foutgeluid Uitrustings‐
delen beves‐
tigen.
Afstand
tussen de
voorwerpen
laten.
10.3 Technische storing
Uw apparaat is zo geconstrueerd en gemaakt dat de func‐
tionele veiligheid en een lange levensduur gegarandeerd
zijn. Mocht er tijdens het bedrijf toch een storing optreden,
controleer dan a.u.b. of de storing te wijten is aan een
bedieningsfout. In dat geval moet u tijdens de garantiepe‐
riode de ontstane kosten zelf betalen.
De volgende storingen kunt u zelf oplossen.
10.3.1 Apparaatfunctie
Probleem Oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt
niet.
Het apparaat is niet ingeschakeld. uApparaat inschakelen.
De netstekker zit niet correct in het
stopcontact.
uDe netstekker controleren.
De zekering van de netstekker is
niet in orde.
uZekering controleren.
→ Stroomuitval uApparaat gesloten houden.
uLevensmiddelen beschermen: Koelaccu's boven op de
levensmiddelen leggen of een decentrale vrieskast
gebruiken als de stroomuitval langer duurt.
uOntdooide levensmiddelen niet meer invriezen.
De apparaatstekker is niet correct
in het apparaat gestoken.
uApparaatstekker controleren.
Temperatuur is
niet voldoende
koud.
De apparaatdeur is niet correct
gesloten.
uApparaat sluiten.
De be- en ontluchting is niet toerei‐
kend.
uVentilatieroosters vrijmaken en reinigen.
De omgevingstemperatuur is te
hoog.
uProbleemoplossing: (zie 1.4 Toepassingsgebied van het
apparaat) .
Klantenhulp
30 * afhankelijk van model en uitvoering
Probleem Oorzaak Oplossing
Het apparaat werd te vaak of te
lang geopend.
uAfwachten of de vereiste temperatuur vanzelf terug‐
keert. Als dit niet gebeurt, contact opnemen met de
klantenservice. (zie 10.4 Klantenservice)
De temperatuur is verkeerd inge‐
steld.
uStel de temperatuur lager in en controleer deze na 24
uur.
Het apparaat staat te dicht bij een
warmtebron (fornuis, verwarming
enz.).
uVerander de standplaats van het apparaat of van de
warmtebron.
Het apparaat werd niet correct in
de nis ingebouwd.
uControleer of het apparaat correct werd ingebouwd en
de deur goed sluit.
Het deurrubber is
defect of moet om
een andere reden
worden vervangen.
Het deurrubber kan worden
vervangen. Er kan zonder gereed‐
schap een nieuw deurrubber
worden geplaatst.
uContact opnemen met de klantenservice. (zie 10.4 Klan‐
tenservice)
Het apparaat
is bevroren
of er heeft
zich condenswater
gevormd.
Het deurrubber kan uit de groef
geschoven zijn.
uHet deurrubber op een correcte passing in de groef
controleren.
10.3.2 Uitrusting
Probleem Oorzaak Oplossing
De InfinitySpring
werkt niet.*
Er is lucht in het watersysteem. uWatersysteem ontluchten (zie montagehandleiding,
wateraansluiting).
De wateraansluiting is niet open. uDe wateraansluiting openen.*
De waterdoor
stroom op Infinity
Spring is ongelijk
matig.*
De perlator is vuil. uPerlator vervangen. Contact opnemen met de klanten‐
service. (zie 10.4 Klantenservice)
HydroBreeze
bevochtigt het
koelgoed niet.
De HydroBreeze is niet geactiveerd. uHydroBreeze inschakelen.
Er is niet voldoende water in het
waterreservoir.
uWaterreservoir vullen.
Er zit vuil voor de concentrator. uHydroBreeze reinigen.
Het waterreservoir is niet correct in
de desbetreffende uitsparing vast‐
geklikt.
uWaterreservoir correct vastklikken.
De deksel van de Fruit & Vegetable-
Safe is in de instelling „geringe
luchtvochtigheid”.
uDeksel van de Fruit & Vegetable-Safe op een „hoge
luchtvochtigheid” instellen.
De binnenverlich‐
ting brandt niet.
Het apparaat is niet ingeschakeld. uApparaat inschakelen.
De deur was langer dan 15 min.
open.
uDe binnenverlichting schakelt zich bij een geopende
deur na ca. 15 min. automatisch uit.
De LED-verlichting is defect of de
afdekking is beschadigd.
uContact opnemen met de klantenservice. (zie 10.4 Klan‐
tenservice)
Het vriesvak
kan niet worden
gesloten.*
De vergrendeling is bij geopende
deur vastgeklikt.
uHandgreep opnieuw bedienen.
Klantenhulp
* afhankelijk van model en uitvoering 31
10.4 Klantenservice
Controleer eerst of u de fout zelf kunt oplossen (zie 10 Klan‐
tenhulp) . Als dit niet het geval is, dient u contact op te
nemen met de klantenservice.
U vindt het adres in de bijgevoegde brochure „Liebherr
Service” of op home.liebherr.com/service.
WAARSCHUWING
Ondeskundige reparatie!
Verwondingen.
uReparaties en ingrepen aan het apparaat en de stroom‐
aansluiting die niet uitdrukkelijk genoemd worden
(zie 9 Onderhoud) , uitsluitend door de Technische Dienst
laten uitvoeren.
uBeschadigde netaansluiting alleen door de fabrikant, de
klantenservice of een dergelijk gekwalificeerde persoon
laten vervangen.
uBij apparaten met stekker voor koelapparaten mag ook de
klant zelf de vervanging uitvoeren.
10.4.1 Contact opnemen met de klantenservice
Controleren of de volgende apparaatinformatie beschikbaar
is:
qApparaataanduiding (model en index)
qServicenr. (Service)
qSerienr. (S-Nr.)
uApparaatinformatie via het display oproepen. (zie Info)
-of-
uApparaatinformatie van het typeplaatje aflezen.
(zie 10.5 Typeplaatje)
uApparaatinformatie noteren.
uDe klantenservice informeren: Fout en apparaatinformatie
mededelen.
wDit maakt een snelle en doelgerichte service mogelijk.
uVerdere instructies van de klantenservice opvolgen.
10.5 Typeplaatje
Het typeplaatje bevindt zich aan de achterkant van de
schuifladen, aan de binnenkant van het apparaat.
Fig. 92
(1) Apparaatbeschrijving (3) Serienr.
(2) Servicenr.
uInformatie van het typeplaatje lezen.
11 Buiten bedrijf stellen
uApparaat leegmaken.
uApparaat uitschakelen. (zie Apparaat uitschakelen)
uNetstekker eruit halen.
uIndien nodig de apparaatstekker eruit halen: Eruit halen
en gelijktijdig van links naar rechts bewegen.
uApparaat reinigen. (zie 9.7 Apparaat reinigen)
uDeur open laten, zodat geen slechte geur kan ontstaan.
12 Afvalverwijdering
12.1 Apparaat op afvoer voorbereiden
Liebherr maakt bij sommige apparaten gebruik
van batterijen. In de EU is het nu voor de
consument wettelijk verplicht deze batterijen
voor de afvoer van apparaten te verwijderen.
Als uw apparaat batterijen bevat, wordt dit op
het apparaat aangegeven.
Lampen Als u lampen zelfstandig en zonder kapot te
maken kunt verwijderen, verwijder deze dan
eveneens voor het voeren.
uApparaat buiten bedrijf stellen.
uApparaat met batterijen: verwijder batterijen. Beschrij‐
ving zie hoofdstuk Onderhoud.
uIndien mogelijk: verwijder lampen zonder deze kapot te
maken.
12.2 Apparaat volgens milieuvoor
schriften afvoeren
Het apparaat bevat waardevolle
materialen en moet gescheiden
van het ongesorteerde, huishou‐
delijke afval worden afgevoerd.
Voer batterijen gescheiden van
het apparaat af. Batterijen
kunnen gratis worden ingeleverd
bij de winkel en bij andere inle‐
verpunten zoals het gemeente‐
lijk depot en de chemokar.
Lampen Lever gedemonteerde lampen in
bij een daarvoor bestemd inle‐
verpunt.
Voor Duitsland: U kunt het apparaat gratis inle‐
veren bij de milieustraat. Bij de
aankoop van een nieuwe koel‐
kast of vriezer en een verkoop‐
oppervlak > 400 m2 neemt de
dealer het oude apparaat ook
gratis terug.
WAARSCHUWING
Vrijkomend koudemiddel en olie!
Brand. Het gebruikte koelmiddel is milieuvriendelijk maar
wel brandbaar. De gebruikte olie is ook brandbaar. Vrij‐
komend koelmiddel en vrijkomende olie kunnen bij hoge
concentratie en in contact met een externe warmtebron
ontvlammen.
uBuisleidingen van de koelmiddelkringloop en compressor
niet beschadigen.
uVoer het apparaten af zonder het te beschadigen.
uVoer batterijen, lampen en het apparaat af zoals hier
boven beschreven.
Buiten bedrijf stellen
32 * afhankelijk van model en uitvoering
Afvalverwijdering
* afhankelijk van model en uitvoering 33
home.liebherr.com/fridge-manuals
Inbouwkoelkast met BioFresh
Datum van uitgave: 20231018 Artikelnr.-index: 7088409-00
Liebherr-Hausgeräte GmbH
Memminger Straße 77-79
88416 Ochsenhausen
Deutschland
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34

Liebherr IRBci 5170 Peak Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding