Nikon COOLPIX S9700 de handleiding

Type
de handleiding
Nl
DIGITALE CAMERA
Naslaggids
i
Inleiding
Onderdelen van de camera
Beginselen van opname en weergave
Opnamefuncties
Weergavefuncties
Films opnemen en afspelen
Basisinstellingen
Locatiegegevensfuncties gebruiken/Kaarten weergeven
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken
Camera aansluiten op een tv, computer of printer
Referentiegedeelte
Technische opmerkingen en index
ii
Inleiding
Inleiding
Gefeliciteerd met de aanschaf van de Nikon COOLPIX S9700 digitale camera. Lees
voordat u de camera in gebruik neemt de informatie onder “Voor uw veiligheid”
(Avii-ix), “<Belangrijk> Opmerkingen over locatiegegevensfuncties (GPS/
GLONASS, elektronisch kompas)” (Axi) en “Wi-Fi (draadloos LAN-netwerk)”
(Axiii) en maak uzelf vertrouwd met de informatie in deze handleiding. Houd
deze handleiding na het lezen bij de hand en gebruik deze als naslagwerk om
nog meer plezier aan uw nieuwe camera te beleven.
Lees dit eerst
iii
Inleiding
Over deze handleiding
Als u de camera onmiddellijk wilt gebruiken, zie “Beginselen van opname en
weergave” (A10).
Als u meer wilt weten over de onderdelen van de camera en de informatie die
op de monitor wordt weergegeven, raadpleegt u “Onderdelen van de camera”
(A1).
Overige informatie
Symbolen en conventies
De volgende symbolen en conventies worden in deze handleiding gebruikt
om u in staat te stellen snel de informatie te vinden die u zoekt:
Met “geheugenkaarten” worden in deze handleiding SD- en SDHC/SDXC-
geheugenkaarten bedoeld.
Met “standaardinstelling” wordt de instelling bij aankoop bedoeld.
De namen van de menuopties die op het scherm verschijnen en de namen
van knoppen of meldingen die op een computermonitor verschijnen,
worden vet weergegeven.
In sommige schermvoorbeelden in deze handleiding zijn afbeeldingen
weggelaten om aanduidingen op de monitor duidelijker weer te geven.
De afbeeldingen van monitorinhoud en camera kunnen verschillen van het
eigenlijke product.
Symbool Beschrijving
B
Dit pictogram duidt waarschuwingen en informatie aan die vóór
het gebruik van de camera gelezen moeten worden
C
Dit symbool staat bij opmerkingen en informatie die moeten worden
gelezen voordat u de camera gaat gebruiken.
A/E/F
Deze pictogrammen duiden andere pagina’s met relevante
informatie aan;
E:“Referentiegedeelte, F: “Technische opmerkingen en
index”.
iv
Inleiding
Informatie en voorzorgsmaatregelen
Permanente kennisoverdracht
Als onderdeel van Nikon's streven naar permanente kennisoverdracht via continue
productondersteuning en -informatie is er altijd nieuwe, bijgewerkte informatie
online beschikbaar op de volgende websites:
Voor gebruikers in de VS: http://www.nikonusa.com/
Voor gebruikers in Europa en Afrika: http://www. europe- nikon.com/support/
Voor gebruikers in Azië, Oceanië en het Midden-Oosten:
http://www.nikon-asia.com/
Bezoek deze sites voor de nieuwste productinformatie, tips, antwoorden op
veelgestelde vragen (FAQ's) en algemeen advies over digitale beeldverwerking en
fotografie. Neem voor meer informatie contact op met de dichtstbijzijnde Nikon
vertegenwoordiging. Bezoek de website voor de contactgegevens:
http://imaging.nikon.com/
Gebruik uitsluitend elektronische accessoires van het
merk Nikon
Nikon COOLPIX-camera's zijn ontwikkeld volgens de hoogste technologische
normen en bevatten complexe elektronische circuits. Alleen elektronische
accessoires van het merk Nikon (inclusief batterijladers, batterijen,
lichtnetlaadadapters, lichtnetadapters en kabels), die door Nikon speciaal zijn
ontwikkeld om binnen de operationele eisen en veiligheidseisen van deze
elektronische circuits te werken en zijn met het oog daarop getest en goedgekeurd.
HET GEBRUIK VAN ELEKTRONISCHE ACCESSOIRES DIE NIET DOOR NIKON ZIJN
VERVAARDIGD, KAN DE CAMERA BESCHADIGEN EN DE
NIKON-GARANTIE DOEN
VERVALLEN.
Het gebruik van oplaadbare Li-ion batterijen van derden zonder het Nikon hologram
kan de werking van de camera negatief beïnvloeden en/of resulteren in
oververhitting, ontbranding, breuk of lekkage van de batterijen.
Neem voor meer informatie over originele Nikon accessoires contact op met een
door Nikon goedgekeurde leverancier.
Voordat u belangrijke foto's gaat maken
Voordat u foto's gaat maken van belangrijke gelegenheden (zoals een huwelijk of
reis), kunt u het beste enkele proefopnamen maken om te controleren of de camera
goed werkt. Nikon is niet aansprakelijk voor schade of gederfde inkomsten als gevolg
van een defect aan de camera.
Holografisch zegel: Dit zegel duidt aan dit
apparaat een origineel Nikon product is.
v
Inleiding
Over de handleidingen
Geen enkel onderdeel van de bij dit product geleverde handleidingen mag
worden gereproduceerd, overgedragen, getranscribeerd, worden opgeslagen in
een archiefsysteem of in enige vorm worden vertaald naar enige taal, met enig
middel, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nikon.
Nikon behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande aankondiging de
specificaties van de hardware en software die in deze handleidingen worden
beschreven op elk gewenst moment te wijzigen.
Nikon is niet aansprakelijk voor enige schade die voortvloeit uit het gebruik van
dit product.
Nikon heeft alles in het werk gesteld om te zorgen dat de informatie in deze
handleidingen juist en volledig is en zou het op prijs stellen als u de Nikon-
importeur op de hoogte brengt van eventuele onjuistheden of omissies
(zie de overige documentatie voor de adresgegevens).
Mededelingen aangaande het verbod op kopiëren
of reproduceren
Houd er rekening mee dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd
of gereproduceerd met behulp van een scanner, digitale camera of ander apparaat
wettelijk strafbaar kan zijn.
Materiaal dat niet mag worden gekopieerd of gereproduceerd
Kopieer of reproduceer geen papiergeld, munten, waardepapieren of obligaties van
(plaatselijke) overheden, zelfs niet als dergelijke kopieën of reproducties zijn voorzien
van een stempel “Voorbeeld” of “Specimen”. Het kopiëren of reproduceren van
papiergeld, munten of waardepapieren die in het buitenland in omloop zijn, is
verboden. Tenzij vooraf door de overheid toestemming is verleend, is het kopiëren of
reproduceren van ongebruikte, door de overheid uitgegeven postzegels of
briefkaarten verboden.
Het kopiëren of reproduceren van door de overheid uitgegeven (post)zegels en
gecertificeerde wettelijke documenten is verboden.
Waarschuwingen met betrekking tot bepaalde kopieën en reproducties
De overheid heeft waarschuwingen uitgevaardigd met betrekking tot het kopiëren
of reproduceren van waardepapieren uitgegeven door commerciële instellingen
(aandelen, wissels, cheques, cadeaubonnen en dergelijke), vervoerspassen of
coupons, behalve wanneer het gaat om een minimaal benodigd aantal kopieën voor
zakelijk gebruik door een bedrijf. Eveneens niet toegestaan is het kopiëren of
reproduceren van door de overheid uitgegeven paspoorten, door
overheidsinstanties en andere instellingen afgegeven vergunningen,
identiteitsbewijzen en kaartjes, zoals pasjes en maaltijdbonnen.
Auteursrechten
Het kopiëren of reproduceren van auteursrechtelijk beschermde creatieve werken,
zoals boeken, muziek, schilderijen, houtgravures, kaarten, tekeningen, films en foto's,
wordt gereguleerd door de nationale en internationale auteurswetgeving. Gebruik
dit product niet voor het maken van illegale kopieën of voor andere activiteiten die
het auteursrecht schenden.
vi
Inleiding
Wegwerpen van opslagmedia
Houd er rekening mee dat bij het wissen van foto's of het formatteren van
opslagmedia, zoals geheugenkaarten of het interne camerageheugen, de
oorspronkelijke beeldgegevens niet volledig worden verwijderd. Met behulp van in
de handel verkrijgbare software is het soms mogelijk verwijderde bestanden op
weggeworpen opslagmedia alsnog te herstellen, wat misbruik van persoonlijke
beeldgegevens tot gevolg kan hebben. De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor de
privacybescherming met betrekking tot dergelijke gegevens.
Wis alle gegevens met behulp van speciale software, alvorens een opslagmedium
weg te werpen of aan een ander over te doen. U kunt het medium ook eerst
formatteren en Locatiegeg. opnemen in het Optiesmenu locatiegeg. (A91)
instellen op Uit en vervolgens het medium geheel vullen met beelden die geen
persoonlijke informatie bevatten (bijvoorbeeld foto’s van de lucht). Vergeet niet
eventuele foto's die u voor de optie Selecteer beeld in het Welkomstscherm
(A83) hebt geselecteerd te vervangen. Wees voorzichtig bij het fysiek vernietigen
van opslagmedia en voorkom letsel en beschadiging van eigendommen.
Bij de COOLPIX S9700 wordt er op dezelfde manier met de loggegevens op de
geheugenkaart gewerkt als met andere gegevens. Selecteer Log aanmaken
Log beëindigen Log wissen om de loggegevens te wissen die worden
verkregen van maar niet zijn opgeslagen op de geheugenkaart.
U kunt de Wi-Fi-instelling wissen met behulp van Standaardw. herstellen in het
menu Wi-Fi-opties (E89).
vii
Inleiding
Om schade aan het Nikon product of letsel bij uzelf of anderen te voorkomen,
verzoeken wij u de volgende veiligheidsvoorschriften goed door te lezen
alvorens dit product in gebruik te nemen. Bewaar deze veiligheidsinstructies
op een plaats waar alle gebruikers van dit product deze kunnen lezen.
De mogelijke gevolgen van het niet in acht nemen van de in dit hoofdstuk
vermelde veiligheidsvoorschriften worden aangeduid door middel van het
volgende symbool:
WAARSCHUWINGEN
Zet de camera bij storing uit
Indien er rook of een ongewone geur
uit de camera of de lichtnetlaadadapter
komt, koppel de lichtnetlaadadapter
dan los en verwijder de batterij
onmiddellijk. Let hierbij op dat u geen
brandwonden oploopt. Als u de
camera blijft gebruiken, kan dit tot
letsel leiden. Nadat de batterij is
verwijderd, dient het apparaat door
een door Nikon erkende servicedienst
te worden nagekeken.
Demonteer het apparaat niet
Het aanraken van de interne
delen van de camera of de
lichtnetlaadadapter kan leiden tot
letsel. Reparaties mogen uitsluitend
door bevoegde technici worden
uitgevoerd. Als de camera of de
lichtnetlaadadapter door een val of
ander ongeluk openbreekt, haalt u de
stekker uit het stopcontact en/of
verwijdert u de batterij en laat u het
product nakijken door een door Nikon
erkende servicedienst.
Gebruik de camera of
lichtnetlaadadapter niet in de
buurt van ontvlambare gassen
Gebruik elektronische apparatuur niet
in de buurt van ontvlambare gassen,
omdat dit kan leiden tot
ontploffingen of brand.
Wees voorzichtig met de
camerariem
Hang de camerariem nooit om de nek
van een baby of kind.
Buiten bereik van kinderen
houden
Zorg ervoor dat kleine kinderen de
batterij of andere kleine onderdelen
niet in hun mond kunnen stoppen.
Vermijd langdurig contact
met de camera,
lichtnetlaadadapter of
lichtnetadapter terwijl de
apparaten zijn ingeschakeld
of in gebruik zijn
Delen van de apparaten worden heet.
Laat u de apparaten voor langere tijd
in direct contact komen met de huid,
dan kan dit lichte brandwonden tot
gevolg hebben.
Voor uw veiligheid
Dit symbool staat bij waarschuwingen die moeten worden gelezen
voordat dit Nikon product in gebruik wordt genomen, zodat mogelijk
letsel wordt voorkomen.
viii
Inleiding
Gebruik het product niet bij
extreem hoge temperaturen
zoals bijvoorbeeld in een
afgesloten auto of direct
zonlicht
Als u deze voorzorgsmaatregel niet in
acht neemt, kan dit beschadiging of
brand veroorzaken.
Gebruik de geschikte
stroombron (batterij,
lichtnetlaadadapter,
lichtnetadapter, USB-kabel)
Wanneer u een stroombron gebruikt
die niet door Nikon wordt geleverd of
verkocht, kan dit schade of storingen
veroorzaken.
Ga voorzichtig om met de
batterij
Bij onjuist gebruik kan de batterij gaan
lekken, oververhit raken of ontploffen.
Let op de volgende punten bij het
gebruik van de batterij in combinatie
met dit product:
Schakel het apparaat uit voordat u
de batterij verwisselt. Als u de
lichtnetlaadadapter/lichtnetadapter
gebruikt, haalt u eerst de stekker
uit het stopcontact.
Gebruik enkel een oplaadbare
Li-ionbatterij EN-EL12 (meegeleverd).
Laad de batterij op door een camera
te gebruiken die het opladen van
batterijen ondersteunt. Daartoe
gebruikt u de lichtnetlaadadapter
EH-71P (meegeleverd) en
USB-kabel UC-E21 (meegeleverd).
De batterijlader MH-65 (apart
verkrijgbaar) kan ook worden
gebruikt om de batterij zonder
camera op te laden.
Probeer de batterij niet
ondersteboven of achterstevoren
in de camera te plaatsen.
U mag de batterij niet kortsluiten
of uit elkaar halen, of de isolatie of
het omhulsel verwijderen of
openbreken.
Stel de batterij niet bloot aan vuur
of bovenmatige hitte.
Dompel de batterij niet onder in
water en zorg dat deze niet
vochtig wordt.
Om de aansluiting te beschermen,
dient u de batterij voor transport in
een plastic tas, etc. te doen.
Vervoer of bewaar de batterij niet
bij metalen voorwerpen, zoals
halskettingen of haarspelden.
Een volledig ontladen batterij kan
gaan lekken. Om schade aan het
product te voorkomen, dient u de
batterij te verwijderen wanneer
deze leeg is.
Stop onmiddellijk met het gebruik
van de batterij wanneer zich een
verandering voordoet, zoals
verkleuring of vervorming.
Spoel kleding of huid die in
contact is gekomen met vloeistof
uit een beschadigde batterij
onmiddellijk af met ruim water.
Neem bij gebruik van de
lichtnetlaadadapter de
onderstaande
voorzorgsmaatregelen in acht
Houd de batterijlader droog. Als u
deze voorzorgsmaatregel niet in
acht neemt, kan dit leiden tot
brand of een elektrische schok.
Verwijder stof op of bij de metalen
onderdelen van de stekker met
een droge doek. Als u dit nalaat en
het product blijft gebruiken, kan dit
brand veroorzaken.
Raak de stekker niet aan en blijf uit
de buurt van de lichtnetlaadadapter
tijdens onweer. Als u deze
voorzorgsmaatregel niet in acht
neemt, kan dit leiden tot een
elektrische schok.
ix
Inleiding
Voorkom beschadigingen of
veranderingen aan de USB-kabel.
Trek de kabel niet met kracht los en
buig deze niet. Plaats geen zware
voorwerpen op de kabel en stel de
kabel niet bloot aan hitte of vuur.
Als de isolatie beschadigd raakt en
de draden bloot komen te liggen,
laat het netsnoer dan door een
door Nikon erkende servicedienst
nakijken. Als u deze voorzorgs-
maatregel niet in acht neemt, kan
dit leiden tot een elektrische schok.
Raak de stekker of de lichtnet-
laadadapter niet met natte handen
aan. Als u deze voorzorgsmaatregel
niet in acht neemt, kan dit leiden tot
een elektrische schok.
Niet gebruiken in combinatie met
reisstekkers, adapters bedoeld om
de ene spanning om te vormen
naar de andere of met DC/AC-
omvormers. Als u deze
voorzorgsmaatregel niet in acht
neemt, kan dat leiden tot schade
aan het product resp.
oververhitting of zelfs brand.
Gebruik de juiste kabels
Gebruik voor aansluitingen uitsluitend
de voor dit doel meegeleverde of bij
Nikon verkrijgbare kabels, zodat wordt
voldaan aan de productvoorschriften.
Wees voorzichtig met de
bewegende delen
Pas op dat uw vingers of andere
voorwerpen niet bekneld raken
tussen de objectiefbescherming of
andere bewegende delen.
Als u een flitser dicht bij
de ogen van een te
fotograferen persoon
gebruikt, kan dit tijdelijk
oogletsel veroorzaken
De flitser mag niet dichterbij worden
gehouden dan 1 m van het
onderwerp.
Wees extra voorzichtig bij het
fotograferen van kleine kinderen.
Flits niet als het flitsvenster
met een persoon of
voorwerp in aanraking komt
Als u deze voorzorgsmaatregel niet in
acht neemt, kan dit brand of
brandwonden veroorzaken.
Zorg dat de camera uit staat in
een vliegtuig of ziekenhuis
Zet de camera uit als u zich in een
vliegtuig bevindt en dit gaat opstijgen
of landen. Zet voordat u aan boord
van het vliegtuig gaat de functie
Locatiegeg. opnemen op UIT. Log
opname beëindigen. Gebruik geen
draadloze neterkfuncties tijdens het
vliegen. Volg de instructies van het
ziekenhuis bij gebruik binnen de
muren daarvan. De
elektromagnetische straling
veroorzaakt door deze camera kan de
elektronische systemen van het
vliegtuig resp. de instrumenten in het
ziekenhuis van slag brengen. Als u
gebruik maakt van een Eye-Fi-kaart,
verwijder deze dan uit de camera
voordat u aan boord van een vliegtuig
gaat of een ziekenhuis binnengaat.
x
Inleiding
Mededeling voor Europese
klanten
WAARSCHUWINGEN
GEVAAR VOOR EXPLOSIE ALS
BATTERIJ WORDT VERVANGEN
VOOR EEN ONJUIST TYPE.
VOER BATTERIJEN AF VOLGENS
DE INSTRUCTIES.
Dit pictogram geeft aan
dat elektrische en
elektronische apparaten
via gescheiden inzameling
moet worden afgevoerd.
Het volgende is alleen van
toepassing op gebruikers
in Europese landen:
Dit product moet gescheiden
van het overige afval worden
ingeleverd bij een daarvoor
bestemd inzamelingspunt.
Gooi dit product niet weg als
huishoudafval.
Gescheiden inzameling en
recycling helpt bij het behoud van
natuurlijke bronnen en voorkomt
negatieve consequenties voor
mens en milieu die kunnen
ontstaan door onjuist weggooien
van afval.
Neem voor meer informatie
contact op met de leverancier of
de gemeentelijke reinigingsdienst.
Dit symbool op de batterij
duidt aan dat de batterij
afzonderlijk moet
ingezameld worden.
Het volgende is alleen van
toepassing op gebruikers
in Europese landen:
Alle batterijen, al dan niet voorzien
van dit symbool, moeten
afzonderlijk worden ingezameld
op een geschikt inzamelpunt. Gooi
niet samen met het huishoudelijk
afval weg.
Neem voor meer informatie
contact op met de leverancier of
de gemeentelijke reinigingsdienst.
Mededelingen
xi
Inleiding
bGegevens van kaarten/informatie over locaties van deze camera
Lees “GEBRUIKERSLICENTIEOVEREENKOMST VOOR KAARTGEGEVENS EN
LOCATIENAAMGEGEVENS” (F19) en ga akkoord met de voorwaarden
voordat de locatiegegevensfuncties gebruikt kunnen worden.
De informatie betreffende kaarten en locatienaam (Points of interest: POI)
geldt vanaf april 2013.
De kaarten en informatie over locaties wordt niet bijgewerkt.
De details van geologische formaties worden vereenvoudigd weergegeven,
afhankelijk van de schaal van de kaart. De schaal van de kaart en het niveau
van de locatiegegevens verschillen per land en per regio.
Bij een hogere breedtegraad varieert de horizontale en verticale
schaalweergave op de monitor. De weergegeven geologische formaties
wijken dan ook af van de feitelijke formaties.Gebruik de kaart- en
plaatsnaaminformatie puur als richtlijn.
De gedetailleerde kaartgegevens en de informatie betreffende locatienaam
(Points of interest: POI) voor China en Korea worden niet verstrekt voor de
COOLPIX S9700.
bOpmerkingen over functies Locatiegeg. opnemen en opnemen
van logs
Als Locatiegeg. opnemen onder Optiesmenu locatiegeg. in het
optiesmenu locatiegegevens is ingesteld op Aan of bij het opnemen van
logs, werken de functies voor het opnemen van locatiegegevens en de
functie voor logopname verder, zelfs nadat de camera wordt uitgeschakeld
(A86).
De elektromagnetische straling veroorzaakt door deze camera kan de
elektronische systemen van het vliegtuig resp. de instrumenten in het
ziekenhuis van slag brengen. Als het gebruik van de camera verboden of
beperkt is tijdens het opstijgen of landen van een vliegtuig of in een
ziekenhuis, moet u het opnemen van de log beëindigen, Locatiegeg.
opnemen op Uit zetten en de camera uitschakelen.
Personen kunnen herkend worden aan de hand van foto's of films die zijn
opgenomen met locatiegegevens. Wees daarom altijd voorzichtig als u foto's of
films met locatiegegevens of logbestanden naar een derde verzendt of als u ze
wilt uploaden naar een netwerk zoals internet waar iedereen ze kan bekijken. Lees
“Wegwerpen van opslagmedia” (Avi).
<Belangrijk> Opmerkingen over
locatiegegevensfuncties (GPS/GLONASS,
elektronisch kompas)
xii
Inleiding
bOpmerkingen over meetfuncties
De COOLPIX S9700 is een camera. Gebruik deze camera niet als navigatie-
apparaat of meetinstrument.
Gebruik informatie (zoals richting) gemeten door de camera alleen als
richtlijn. Deze informatie kan niet worden gebruikt voor
navigatiedoeleinden in een vliegtuig of auto, persoonlijke toepassingen of
landmetingen.
Als u de camera gebruikt tijdens bergbeklimmen of een trektocht, moet u
altijd een aparte kaart, navigatiesysteem of meetinstrument gebruiken.
bDe camera in het buitenland gebruiken
Raadpleeg uw reisbureau of de ambassade van het land waar u naar toegaat
om te controleren of er restricties gelden voor het gebruik van camera's,
voordat u de camera met locatiegegevensfuncties meeneemt naar het
buitenland.
Zo mag u in China bijvoorbeeld geen locatiegegevenslogs vastleggen met
informatie over locaties, zonder toestemming van de Chinese regering.
Zet Locatiegeg. opnemen op Uit.
De locatiegegevensfunctie kan misschien niet correct werken in China en de
grenzen tussen China en aangrenzende landen (vanaf december 2013).
xiii
Inleiding
Dit product wordt geregeld door de voorschriften van het Ministerie van
Export van de Verenigde Staten en u dient toelating te krijgen van de overheid
van de Verenigde Staten als u dit product exporteert of herexporteert naar een
land waarvoor de Verenigde Staten een embargo op goederen hebben
afgekondigd. De volgende landen werden onderworpen aan een embargo:
Cuba, Iran, Noord-Korea, Soedan en Syrië. Omdat deze lijst met landen kan
wijzigen, dient u voor de recentste informatie contact op te nemen met het
Ministerie van Handel van de Verenigde Staten.
Beperkingen voor draadloze apparaten
De draadloze zender/ontvanger die in dit product is inbegrepen, voldoet aan
de voorschriften voor draadloze toepassingen in het land van aankoop en is
niet bedoeld voor gebruik in andere landen (producten die werden
aangeschaft in de EU of in de EFTA, kunnen gelijk waar in de EU en de EFTA
worden gebruikt). Nikon is niet aansprakelijk voor gebruik in andere landen.
Gebruikers die niet zeker zijn wat het oorspronkelijke land van aankoop is,
dienen contact op te nemen met hun lokaal Nikon-servicecenter of met een
door Nikon erkende servicedienst. Deze beperking geldt alleen voor de
draadloze werking en niet voor enig ander gebruik van het product.
Wi-Fi (draadloos LAN-netwerk)
xiv
Inleiding
Conformiteitsverklaring (Europa)
Hierbij verklaart Nikon Corporation dat COOLPIX S9700 voldoet aan de
essentiële vereisten en overige relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EC.
De conformiteitsverklaring kan worden geraadpleegd op
http://imaging.nikon.com/support/pdf/DoC_S9700.pdf.
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van radiotransmissies
Merk op dat de radiotransmissie of -ontvangst van gegevens altijd kan worden
onderschept door derden. Nikon is niet verantwoordelijk voor gegevens- of
informatielekken die zich tijdens de gegevensoverdracht kunnen voordoen.
Gebruik van persoonlijke informatie en disclaimer
Gebruikersinformatie die op het product is geregistreerd en geconfigureerd,
zoals de verbindingsinstellingen voor draadloos LAN en andere persoonlijke
informatie, kan blootstaan aan veranderingen en verlies ten gevolge van
bedieningsfouten, statische elektriciteit, ongevallen, storingen, reparaties of
andere handelingen. Bewaar altijd een kopie van belangrijke informatie op
een andere plaats. Nikon is niet verantwoordelijk voor directe of indirecte
schade of winstderving ten gevolge van een verandering of verlies van
informatie waarvoor Nikon niet aansprakelijk kan worden gesteld.
Voordat dit product wordt weggegooid of aan een andere eigenaar wordt
overgedragen, is het raadzaam dat u de optie Standaardw. herstellen in
het menu Wi-Fi-opties (E89) gebruikt om alle gebruikersgegevens
geregistreerd en geconfigureerd op het product, met inbegrip van
verbindingsinstellingen voor draadloos LAN en andere persoonlijke
informatie, te verwijderen.
xv
Inleiding
Inleiding........................................................................................................................ ii
Lees dit eerst............................................................................................................................... ii
Over deze handleiding............................................................................................................................ iii
Informatie en voorzorgsmaatregelen ............................................................................................ iv
Voor uw veiligheid ................................................................................................................. vii
WAARSCHUWINGEN ............................................................................................................................... vii
Mededelingen............................................................................................................................ x
<Belangrijk> Opmerkingen over locatiegegevensfuncties
(GPS/GLONASS, elektronisch kompas) ............................................................................ xi
Wi-Fi (draadloos LAN-netwerk)......................................................................................... xiii
Onderdelen van de camera ................................................................................... 1
De camerabody ......................................................................................................................... 1
De camerariem bevestigen ................................................................................................................... 3
Menu's gebruiken (de d knop)....................................................................................... 4
De monitor .................................................................................................................................. 6
Opnamestand ................................................................................................................................................ 6
Weergavestand ............................................................................................................................................. 8
Beginselen van opname en weergave ............................................................ 10
Voorbereiding 1 De batterij plaatsen.............................................................................. 10
Voorbereiding 2 De batterij opladen .............................................................................. 12
Voorbereiding 3 Een geheugenkaart plaatsen............................................................ 14
Intern geheugen en geheugenkaarten ...................................................................................... 15
Voorbereiding 4 Taal, datum en tijd instellen.............................................................. 16
Stap 1 De camera aanzetten............................................................................................... 20
Stap 2 Een opnamestand selecteren ............................................................................... 22
Beschikbare opnamestanden............................................................................................................ 23
Stap 3 Het beeld kadreren................................................................................................... 24
De zoom gebruiken................................................................................................................................. 25
Stap 4 Scherpstellen en afdrukken................................................................................... 26
De ontspanknop........................................................................................................................................ 27
Stap 5 Afbeeldingen weergeven ...................................................................................... 28
Stap 6 Foto's wissen............................................................................................................... 29
Inhoudsopgave
xvi
Inleiding
Opnamefuncties...................................................................................................... 31
A (auto) stand ....................................................................................................................... 31
Onderwerpstand (aangepast op onderwerp fotograferen).................................... 32
Tips en opmerkingen.............................................................................................................................. 33
Slim portret-stand (glimlachende gezichten fotograferen).................................... 39
Stand speciale effecten (effecten toepassen tijdens opname).............................. 41
Stand j, k, l en m (belichting voor opname instellen) ....................................... 43
Sneleffecten gebruiken......................................................................................................................... 44
Het regelbereik van de sluitertijd.................................................................................................... 48
Functies die ingesteld kunnen worden met de multi-selector.............................. 49
De flitser gebruiken.................................................................................................................................. 50
Zelfontspanner gebruiken................................................................................................................... 53
Macro-stand gebruiken......................................................................................................................... 54
Helderheid (belichtingscompensatie), Levendigheid en
Kleurtoon (creatieve schuifbalk) instellen.................................................................................. 55
Helderheid instellen (belichtingscompensatie)..................................................................... 58
Standaardinstellingen ............................................................................................................................ 59
Functies die ingesteld kunnen worden met de
d knop (opnamemenu) .................................................................................................. 61
Beschikbare opties in het opnamemenu................................................................................... 62
Functies die niet tegelijkertijd gebruikt kunnen worden ........................................ 64
Scherpstellen............................................................................................................................ 68
AF met doelopsporing gebruiken.................................................................................................. 68
Gezichtsdetectie gebruiken ............................................................................................................... 69
Huid verzachten gebruiken................................................................................................................ 70
Onderwerpen die niet geschikt zijn voor autofocus .......................................................... 70
Scherpstelvergrendeling...................................................................................................................... 71
Weergavefuncties ................................................................................................... 72
Zoomweergave ....................................................................................................................... 72
Miniatuurweergave, Kalenderweergave ........................................................................ 73
Functies die ingesteld kunnen worden met de
d knop (weergavemenu) ............................................................................................... 74
Films opnemen en afspelen ................................................................................ 76
Films opnemen........................................................................................................................ 76
Functies die ingesteld kunnen worden met de d knop (filmmenu) ................. 80
Films afspelen .......................................................................................................................... 81
xvii
Inleiding
Basisinstellingen...................................................................................................... 83
Functies die ingesteld kunnen worden met de d knop (setup-menu) ......... 83
Locatiegegevensfuncties gebruiken/Kaarten weergeven....................... 85
Opname van locatiegegevens starten............................................................................ 85
Kaarten weergeven ................................................................................................................ 88
Bij gebruik van de opnamestand.................................................................................................... 88
Bij gebruik van de weergavestand................................................................................................. 89
Functies die ingesteld kunnen worden met de d knop (optiesmenu
locatiegegevens)....................................................................................................................................... 91
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken ................................................ 93
Functies die uitgevoerd kunnen worden met Wi-Fi .................................................. 93
Neem foto’s .................................................................................................................................................. 93
Bekijk foto’s ................................................................................................................................................... 93
De software installeren op het smart-toestel ............................................................... 93
Het smart-toestel verbinden met de camera ............................................................... 94
Camera aansluiten op een tv, computer of printer..................................... 96
Aansluitmethodes .................................................................................................................. 96
ViewNX 2 gebruiken .............................................................................................................. 98
Installeren van ViewNX 2...................................................................................................................... 98
Foto's naar een computer kopiëren.............................................................................................. 99
Foto's bekijken ......................................................................................................................................... 101
Referentiegedeelte............................................................................................ E1
Eenvoudig panorama gebruiken (opname en weergave).................................. E2
Opname met eenvoudig panorama....................................................................................... E2
Met eenvoudig panorama gemaakte foto's weergeven ........................................... E4
Stand favoriete beelden.................................................................................................. E5
Foto's aan albums toevoegen .................................................................................................... E5
Foto's in albums weergeven........................................................................................................ E6
Foto's uit albums verwijderen..................................................................................................... E7
Albumpictogram favorieten wijzigen .................................................................................... E8
Stand automatisch sorteren .......................................................................................... E9
Stand sorteer op datum ............................................................................................... E10
Met continu-opname gemaakte foto's weergeven en wissen (reeks) ........ E11
xviii
Inleiding
Foto's in een reeks weergeven................................................................................................ E11
Foto's in een reeks wissen .......................................................................................................... E12
Foto's bewerken.............................................................................................................. E13
Voor het bewerken van foto's .................................................................................................. E13
Sneleffecten: Kleurtoon of sfeer wijzigen ......................................................................... E14
Snel retoucheren: Contrast en verzadiging verbeteren .......................................... E15
D-Lighting: Helderheid en contrast verbeteren .......................................................... E15
Rode-ogencorrectie: Rode ogen corrigeren bij gebruik van de flitser ........... E16
Glamour-retouchering: Gezichten van mensen retoucheren ............................. E17
Kleine afbeelding: Het beeldformaat verkleinen ........................................................ E18
Uitsnede: Een uitgesneden kopie maken......................................................................... E19
Camera aansluiten op een tv (foto's op een tv bekijken)................................. E20
De camera aansluiten op een printer (Direct Print) ........................................... E21
De camera aansluiten op een printer.................................................................................. E22
Afzonderlijke foto's afdrukken.................................................................................................. E23
Meerdere foto's afdrukken ......................................................................................................... E25
Films bewerken ............................................................................................................... E27
Alleen de gewenste delen van de film kopiëren ......................................................... E27
Een beeld uit een film opslaan als foto .............................................................................. E28
De algemene opties voor opname (beeldkwaliteit en beeldformaat)........ E29
Beeldkwaliteit ..................................................................................................................................... E29
Beeldformaat ...................................................................................................................................... E30
Het opnamemenu (stand j, k, l of m)............................................................... E31
Witbalans (kleurinstelling) ......................................................................................................... E31
Lichtmeting ......................................................................................................................................... E33
Continu-opname.............................................................................................................................. E34
ISO-waarde........................................................................................................................................... E37
AF-veldstand ....................................................................................................................................... E38
Au
tofocus-
stand ............................................................................................................................... E41
Sneleffecten ....................................................................................................................................... E41
M belichtingsvoorbeeld............................................................................................................... E42
Het slim portret-menu .................................................................................................. E43
Huid verzachten .............................................................................................................................. E43
Glimlachtimer..................................................................................................................................... E44
Knipperdetectie ................................................................................................................................ E45
Het weergavemenu ....................................................................................................... E46
Afdrukopdracht (een DPOF-afdrukopdracht maken) .............................................. E46
Diashow ................................................................................................................................................. E49
Beveiligen.............................................................................................................................................. E50
Beeld draaien ...................................................................................................................................... E51
xix
Inleiding
Spraakmemo....................................................................................................................................... E52
Kopiëren (kopiëren tussen het interne geheugen en de
geheugenkaart)................................................................................................................................. E53
Reeksweergaveopties .................................................................................................................. E54
Hoofdfoto kiezen ............................................................................................................................ E54
Het filmmenu ................................................................................................................... E55
Filmopties ............................................................................................................................................. E55
Openen met HS-beelden............................................................................................................ E59
AF-veldstand ...................................................................................................................................... E59
Autofocus-stand ............................................................................................................................... E60
Film VR .................................................................................................................................................... E61
Windruisreductie.............................................................................................................................. E62
Beeldsnelheid .................................................................................................................................... E62
Het setup-menu .............................................................................................................. E63
Welkomstscherm ............................................................................................................................. E63
Tijdzone en datum .......................................................................................................................... E64
Monitorinstellingen ........................................................................................................................ E66
Datumstempel (Datum en tijd weergeven).................................................................... E68
Foto VR.................................................................................................................................................... E69
Bewegingsdetectie......................................................................................................................... E70
AF-hulplicht ........................................................................................................................................ E70
Digitale zoom ..................................................................................................................................... E71
Geluidsinstellingen ......................................................................................................................... E72
Automatisch uit ............................................................................................................................... E72
Geheugen formatteren/Geheugenkaart formatteren .............................................. E73
Taal ........................................................................................................................................................... E74
Tv-instellingen.................................................................................................................................... E74
Opladen via computer.............................................................................................................
.....
E75
Knipperwaarschuwing.................................................................................................................. E76
Uploaden via Eye-Fi........................................................................................................................ E77
Standaardwaarden.......................................................................................................................... E78
Firmware-versie ................................................................................................................................ E78
Het optiesmenu locatiegegevens............................................................................. E79
Locatiegegevensopties................................................................................................................ E79
Afstandseenheden ......................................................................................................................... E80
Afstand berekenen.......................................................................................................................... E81
Points of interest (POI) (locatienaaminformatie opnemen
en weergeven)................................................................................................................................... E82
Log aanmaken (log van verplaatsingsinformatie opnemen)............................... E83
Log weergeven ................................................................................................................................. E85
xx
Inleiding
Klok instellen via satelliet ........................................................................................................... E86
Elektronisch kompas ...................................................................................................................... E87
Het menu Wi-Fi-opties .................................................................................................. E89
Foutmeldingen................................................................................................................ E91
Bestandsnamen............................................................................................................... E96
Optionele accessoires ................................................................................................... E97
Technische opmerkingen en index .............................................................. F1
Verzorgen van het product............................................................................................. F2
De camera ................................................................................................................................................. F2
De batterij .................................................................................................................................................. F3
Lichtnetlaadadapter............................................................................................................................ F4
Geheugenkaarten................................................................................................................................. F5
Reinigen en opslag............................................................................................................. F6
Reinigen ...................................................................................................................................................... F6
Opslag.......................................................................................................................................................... F7
Problemen oplossen.......................................................................................................... F8
GEBRUIKERSLICENTIEOVEREENKOMST VOOR KAARTGEGEVENS EN
LOCATIENAAMGEGEVENS ............................................................................................. F19
Specificaties ........................................................................................................................ F25
Goedgekeurde geheugenkaarten........................................................................................... F29
Index...................................................................................................................................... F32
1
Onderdelen van de camera
Onderdelen van de camera
De camerabody
21345
10
6
8
97
Objectiefbeschermi
Flitser uitgeschoven
1
Zoomknop..............................................25
f : groothoekstand...............25
g : telestand ..............................25
h : miniatuurweergave.......73
i : zoomweergave ................72
j : help .........................................33
2 Keuzeknop..............................................22
3 Ontspanknop........................................26
4
Hoofdschakelaar/camera-aan-
lampje
........................................................20
5 Antenne positiebepaling .............. 85
6 Flitser.......................................................... 50
7 Microfoon (stereo) ..................... 74, 76
8
Zelfontspannerlampje .................... 53
AF-hulpverlichting............................. 83
9 Objectief
10 Objectiefbescherming
2
Onderdelen van de camera
1
Wordt in deze handleiding ook wel de “monitor” genoemd.
2
Wordt in deze handleiding ook wel de “multi-selector” genoemd.
124356897
181714 15 1613121110
1 OLED-monitor (monitor)
1
........6, 20
2 d (menu) knop .................................4
3 l (wissen) knop..........................29, 82
4
Draaibare multi-selector (multi-
selector)
2
.....................................................4
5 k (selectie toepassen) knop.........4
6 c (weergave) knop.........................28
7 U (kaart) knop .....................................88
8
Laadlampje.............................................12
Flitserlampje ..........................................50
9
b (e filmopname) knop
........................................................................76
10 Luidspreker.....................................81, 83
11 Statiefaansluiting
12
Deksel voedingsaansluiting (voor
aansluiting van optionele
lichtnetadapter)...........................E97
13
Deksel batterijvak/kaartsleuf
............................................................... 10, 14
14 Deksel HDMI-aansluiting ............... 96
15
Oogje voor camerariem
......................3
16 Deksel USB-aansluiting... 12, 96, 99
17 USB-microaansluiting ...... 12, 96, 99
18
HDMI-microaansluiting (type D)
....................................................................... 96
3
Onderdelen van de camera
De camerariem bevestigen
4
Onderdelen van de camera
Gebruik de multi-selector en k knop om in de menu's te navigeren.
1 Druk op de d knop.
Het menu wordt
weergegeven.
2 Druk op de multi-
selector J.
Het huidige
menupictogram wordt
geel weergegeven.
3 Selecteer het
gewenste
menupictogram.
Het menu is gewijzigd.
De menupictogrammen
kunnen ook geselecteerd
worden door de multi-
selector te draaien.
4 Druk op de k knop.
De menu-opties kunnen
geselecteerd worden.
Menu's gebruiken (de d knop)
25
m
0s
25
m
0s
880
880
F3.71/250
1/250 F3.7
Opnamemenu
Beeldformaat
Beeldkwaliteit
Menupictogrammen
Bewegingsdetectie
Foto VR
Datumstempel
Monitorinstellingen
Tijdzone en datum
Welkomstscherm
AF
-
hulplicht
Set-up
Bewegingsdetectie
Foto VR
Datumstempel
Monitorinstellingen
Tijdzone en datum
Welkomstscherm
AF
-
hulplicht
5
Onderdelen van de camera
5 Selecteer een menu-
optie.
De menu-opties kunnen
ook geselecteerd worden
door de multi-selector te
draaien.
6 Druk op de k knop.
De instellingen voor de
geselecteerde optie
worden weergegeven.
7 Selecteer een
instelling.
De instellingen kunnen
ook geselecteerd worden
door de multi-selector te
draaien.
8 Druk op de k knop.
De geselecteerde instelling wordt toegepast.
Als u klaar bent met het menu, drukt u op d knop.
C Opmerkingen over menu-opties instellen
Bepaalde menu-opties kunnen niet worden ingesteld, afhankelijk van de huidige
opnamestand of de status van de camera. Opties die niet beschikbaar zijn, worden
grijs weergegeven en kunnen niet geselecteerd worden.
Als een menu wordt weergegeven, kunt u naar de opnamestand schakelen door
op de ontspanknop of b (e filmopname) knop te drukken.
Bewegingsdetectie
Foto VR
Datumstempel
Monitorinstellingen
Tijdzone en datum
Welkomstscherm
AF
-
hulplicht
Foto VR
Aan (hybride)
Aan
Uit
Foto VR
Aan (hybride)
Aan
Uit
6
Onderdelen van de camera
De informatie op de monitor tijdens opnamen en afspelen verandert, afhankelijk
van de instellingen en de status van de camera.
Standaard wordt informatie weergegeven als de camera voor het eerst wordt
aangezet en als u de camera bedient, en verdwijnt na enkele seconden (indien
Foto-informatie is ingesteld op Automatische info in Monitorinstellingen
(A83)).
Opnamestand
De monitor
1 4
2
35
6
7
8
9
10
11
14
15
16
17
1824
25
26 a
b
37
27
1920212223
1312
2829
30
31
34
35
39
40
36
41
42
43
44
45
38
33 32
999
999
9999
9999
HD R
HDR
AF
AF
999
999
29
m
0s
29
m
0s
10
10
F3.7
F3.7
1/2 50
1/250
+ 1 .0
+1.0
400
400
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
29
m
0s
999
29
m
0s
999
48
47
46 a
b
7
Onderdelen van de camera
1 Opnamestand............................... 22, 23
2 Flitsstand..................................................50
3 Macro-stand...........................................54
4 Zoomaanduiding .......................25, 54
5 Scherpstelaanduiding .....................26
6
Filmopties (films op normale
snelheid).................................. 80, E55
7
Filmopties (HS-films)
....................................................... 80, E56
8 Beeldkwaliteit....................... 62, E29
9 Beeldformaat........................ 62, E30
10 Eenvoudig panorama......................37
11 Vibratiereductiepictogram...80, 83
12 Bewegingsdetectiepictogram....83
13 Windruisreductie ................................80
14
Belichtingscompensatiewaarde
................................................................ 56, 58
15 Resterende filmopnametijd.........76
16
Aantal resterende opnamen
(foto's)........................................................20
17 Aanduiding intern geheugen.....20
18 Diafragmawaarde....................... 27, 43
19
Scherpstelveld (AF met
doelopsporing) ............................62, 68
20
Scherpstelveld (voor handmatig
of centrum)..................................... 62, 71
21
Scherpstelveld (gezichtsdetectie,
huisdierdetectie)......... 38, 39, 62, 69
22
Scherpstelveld (onderwerp
volgen) ..................................... 62, E40
23 Centrumgericht meetveld............62
24 Sluitertijd.......................................... 27, 43
25 ISO-waarde.............................................62
26
(a) Aanduiding
batterijniveau .............................. 20
(b) Aanduiding aansluiting
lichtnetlaadadapter
27 Datumstempel..................................... 83
28
Reisbestemmingspictogram
...............................................................E65
29
Aanduiding “datum niet
ingesteld” ................................................ 16
30
Eye-Fi communicatie-aanduiding
....................................................................... 84
31
Wi-Fi communicatie-aanduiding
....................................................................... 93
32 Logweergave ........................................ 91
33 Locatiegegevensontvangst.........87
34 Witbalansstand .................................... 62
35 Huid verzachten.................................. 63
36 Kleurtoon................................................. 57
37 Levendigheid........................................ 57
38 Pictogram sneleffecten .......... 44, 62
39 Continu-opnamestand................... 62
40 Pictogram knipperdetectie .......... 63
41 Uit de hand/statief..................... 34, 35
42 Tegenlicht (HDR) ................................ 36
43 Aanduiding zelfontspanner......... 53
44 Glimlachtimer....................................... 63
45
Dierenportret automatisch
ontspannen ........................................... 38
46
Kompasweergave ..............................92
(a) Richtingsmeter
(b) Kompas
47
Locatienaaminformatie
(POI-informatie) ...................................87
48 Belichtingsaanduiding.................... 46
8
Onderdelen van de camera
Weergavestand
14
15 16
17
18
a
b
4 5 6 7 8 9 1110
22
24
23
13
1
12
23
25
27
29
28
30
31
26 a
b
19
2120
29
m
00s
29
m
00s
999
/
999
9999
/
9999
15/05/2014 15:30
9999.
JPG
999
/
999
9
Onderdelen van de camera
1
Albumpictogram in stand
favoriete beelden ......................... E5
2
Categoriepictogram in stand
automatisch sorteren................. E9
3
Pictogram sorteer op datum
............................................................... E10
4 Pictogram beveiliging.... 74, E50
5
Reeksweergave (als Individuele
foto's is geselecteerd)... 75, E54
6
Pictogram afdrukopdracht
....................................................... 74, E46
7
Aanduiding spraakmemo
....................................................... 74, E52
8
Pictogram glamour-retouchering
....................................................... 74, E17
9
Pictogram sneleffecten
................................................28, 44, E14
10 Pictogram D-Lighting ..... 74, E15
11
Pictogram snel retoucheren
....................................................... 74, E15
12 Rode-ogencorrectie......... 74, E16
13 Aanduiding intern geheugen.....20
14
(a) Nummer huidige foto/ totaal
aantal foto's
(b) Filmduur
15 Beeldkwaliteit....................... 62, E29
16 Beeldformaat........................ 62, E30
17 Eenvoudig panorama...................... 37
18 Filmopties ...............................80, E55
19 Aanduiding volume..........81, E52
20
Pictogram kleine afbeelding
.......................................................74, E18
21 Pictogram uitsnede ..........72, E19
22 Aanduiding sneleffecten............... 28
23
Aanduiding eenvoudig panorama
weergeven................................ 37, E4
Aanduiding weergave reeks
.......................................................75, E11
Aanduiding weergave film........... 81
24 Opnametijdstip
25 Opnamedatum
26
(a) Aanduiding
batterijniveau .............................. 20
(b) Aanduiding aansluiting
lichtnetlaadadapter
27
Bestandsnummer en -type
...............................................................E96
28
Eye-Fi communicatie-aanduiding
.......................................................84, E77
29
Aanduiding opgenomen
locatiegegevens.................................. 87
30 Kompasweergave (kompas)........ 92
31
Locatienaaminformatie
(POI-informatie) ...................................87
10
Beginselen van opname en weergave
Beginselen van opname en
weergave
1 Open het deksel van het
batterijvak/de kaartsleuf.
2 Plaats de batterij.
Duw de oranje batterijvergrendeling in de
met de pijl aangegeven richting (1) en
duw de batterij volledig in de camera (2).
De batterij wordt op zijn plaats vergrendeld
wanneer deze correct is geplaatst.
B De batterij in de correcte richting
plaatsen
Als u probeert de batterij ondersteboven of
achterstevoren te plaatsen, kan dit schade
aan de camera veroorzaken.
3 Sluit het deksel van het
batterijvak/de kaartsleuf.
Voorbereiding 1 De batterij plaatsen
Batterijvergrendeling
11
Beginselen van opname en weergave
De batterij verwijderen
Zet de camera uit en controleer of het camera-
aan-lampje en de monitor uit zijn. Open
vervolgens het deksel van het batterijvak/de
kaartsleuf.
Duw de batterijvergrendeling in de met de pijl
aangegeven richting (1) om de batterij te
verwijderen (2).
B Waarschuwing voor hoge temperaturen
De camera, batterij en geheugenkaart kunnen heet zijn direct na gebruik van de
camera.
12
Beginselen van opname en weergave
1 Maak de meegeleverde lichtnetlaadadapter
gereed voor gebruik.
Als een lader met losse stekkeradapter* is meegeleverd bij
uw camera, verbind de stekkeradapter dan met de
lichtnetlaadadapter. Duw de stekkeradapter stevig aan
totdat deze goed vast zit. Zodra beiden met elkaar zijn
verbonden, probeer dan niet om de stekkeradapter met
kracht te verwijderen, om beschadiging te voorkomen.
* De vorm van de stekkeradapter varieert afhankelijk van
het land of regio waar de camera is gekocht.
Deze stap kan overgeslagen worden als de
stekkeradapter permanent aan de lichtnetlaadadapter
bevestigd is.
2 Zorg dat de batterij in de camera is aangebracht en sluit de
camera vervolgens in de volgorde 1 tot 3 op de
lichtnetlaadadapter aan.
Zorg dat de camera uitgeschakeld blijft.
Zorg ervoor dat de stekkers in de juiste richting worden aangesloten. Zorg dat
het aansluiten of losmaken van de stekkers niet onder een hoek gebeurt.
B Opmerkingen
Gebruik geen andere USB-kabel dan de UC-E21. Het gebruik van een andere USB-kabel
dan de UC-E21 kan oververhitting, brand of een elektrische schok tot gevolg hebben.
Het laadlampje knippert langzaam groen om aan te geven dat de batterij wordt
opgeladen.
Voorbereiding 2 De batterij opladen
Laadlampje
Stopcontact
USB-kabel (meegeleverd)
13
Beginselen van opname en weergave
3 Trek de lichtnetlaadadapter uit het stopcontact en trek
vervolgens de USB-kabel los.
B Opmerkingen over opladen
Gebruik in geen geval een lichtnetadapter van een ander merk of model dan de
lichtnetlaadadapter EH-71P, en gebruik geen in de handel verkrijgbare USB-
lichtnetadapter of batterijlader voor een mobiele telefoon. Als u deze waarschuwing
niet in acht neemt, kan dat leiden tot oververhitting van of schade aan de camera.
C Opladen met een computer of batterijlader
U kunt de batterij ook opladen door de camera op een computer aan te sluiten
(A96, E75).
U kunt de batterijlader MH-65 (apart verkrijgbaar; E97) om de batterij op te laden
zonder de camera te gebruiken.
Laadlampje Beschrijving
Knippert
langzaam
(groen)
De batterij wordt opgeladen.
Uit
Als het opladen is voltooid, stopt het laadlampje met groen
knipperen en gaat uit. Een volledige lege batterij wordt
opgeladen in circa 2 uur en 20 minuten.
Knippert snel
(groen)
De omgevingstemperatuur is niet geschikt voor opladen.
Laad de batterij binnen op bij een omgevingstemperatuur
tussen 5 en 35 °C.
De USB-kabel of lichtnetlaadadapter is niet correct
aangesloten of er is een probleem met de batterij. Trek de
USB-kabel of de lichtnetlaadadapter los en sluit deze correct
aan, of vervang de batterij.
14
Beginselen van opname en weergave
1 Zet de camera uit en open het
deksel van het batterijvak/de
kaartsleuf.
2 Plaats de geheugenkaart.
Duw de geheugenkaart in de sleuf tot deze
op zijn plaats klikt.
B De geheugenkaart in de correcte
richting plaatsen
Als u de geheugenkaart ondersteboven of
achterstevoren plaatst, kan dit de camera en
de kaart beschadigen.
3 Sluit het deksel van het
batterijvak/de kaartsleuf.
B Een geheugenkaart formatteren
Als u een geheugenkaart die in een ander apparaat is gebruikt voor het eerst in deze
camera plaatst, moet u deze kaart voor gebruik in combinatie met deze camera
formatteren. Plaats de kaart in de camera, druk op de d knop en selecteer
Geheugenkaart form. in het setup-menu.
Voorbereiding 3 Een geheugenkaart
plaatsen
Kaartsleuf
15
Beginselen van opname en weergave
Een geheugenkaart verwijderen
Zet de camera uit en controleer of het camera-
aan-lampje en de monitor uit zijn. Open
vervolgens het deksel van het batterijvak/de
kaartsleuf.
Druk de geheugenkaart voorzichtig in de camera
(1) om de kaart gedeeltelijk te verwijderen (2).
B Waarschuwing voor hoge temperaturen
De camera, batterij en geheugenkaart kunnen heet zijn direct na gebruik van de
camera.
Intern geheugen en geheugenkaarten
De gegevens op de camera, inclusief foto's en films, kunnen opgeslagen
worden in het interne geheugen van de camera of op een geheugenkaart.
Verwijder de geheugenkaart om het intern geheugen te gebruiken.
16
Beginselen van opname en weergave
Als de camera voor de eerste keer wordt ingeschakeld, worden het
taalselectiescherm en het instelscherm voor de datum en de tijd voor de
cameraklok weergegeven.
Als u het scherm verlaat zonder de datum en tijd op te slaan, knippert O als
het opnamescherm wordt getoond.
1 Druk op de hoofdschakelaar om
de camera aan te zetten.
2 Gebruik de multi-
selector HI om de
gewenste taal te
selecteren en druk op
de k knop.
3 Selecteer Ja en druk op de k
knop.
Voorbereiding 4 Taal, datum en tijd
instellen
Annuleren
Taal/Language
Ελληνικά
Français
Indonesia
Italiano
Magyar
Nederlands
Tijdzone kiezen en datum en
tijd instellen?
Nee
Ja
Annuleren
17
Beginselen van opname en weergave
4 Selecteer uw eigen
tijdzone en druk op
de k knop.
Om de zomertijdfunctie te
activeren, drukt u op H.
Wanneer de
zomertijdfunctie
geactiveerd is, wordt W
boven de kaart weergegeven. Om de zomertijdfunctie te deactiveren, drukt
u op I.
5 Selecteer het datumformaat en
druk op de k knop.
6 Stel de datum en tijd in, en druk
op de k knop.
Veld selecteren: Druk op JK (wisselt
tussen D, M, J, u en m).
Bewerk de datum en tijd: Druk op HI.
De datum en tijd kunnen ook worden
gewijzigd door de multi-selector te
verdraaien.
Instelling bevestigen: Selecteer het veld m en druk op de k knop.
7 Selecteer Ja en druk op de k
knop.
Wanneer de instellingen voltooid zijn,
schuift het objectief uit en schakelt de
camera naar de opnamestand.
Terug
London, Casablanca
Dag/maand/jaar
Maand/dag/jaar
Jaar/maand/dag
Datumnotatie
Bewerk.
Datum en tijd
2014
0515 15 30
muDM J
15/05/2014 15:30
Nee
Ja
OK?
18
Beginselen van opname en weergave
C De taalinstelling en de datum- en tijdinstelling wijzigen
U kunt deze instellingen wijzigen met de instellingen van Taal/Language en
Tijdzone en datum in het z setup-menu (A83).
U kunt de zomertijdfunctie in het z setup-menu activeren of deactiveren door
Tijdzone en datum te selecteren gevolgd door Tijdzone. Door het activeren van
de zomertijdfunctie wordt de klok een uur vooruitgezet en door het deactiveren
van de functie wordt de klok een uur teruggezet.
C De klokbatterij
De klok van de camera wordt gevoed door een ingebouwde back-up batterij.
De back-up batterij wordt opgeladen wanneer de hoofdbatterij in de camera is
geplaatst of wanneer de camera op een optionele lichtnetadapter is aangesloten
en kan na ongeveer 10 uur opladen de klok gedurende enkele dagen laten werken.
Als de back-up batterij van de camera leegraakt, wordt het instelscherm voor de
datum en tijd weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld. Stel de
datum en tijd opnieuw in. Zie stap 3 van (A16) van “Voorbereiding 4 Taal, datum
en tijd instellen” voor meer informatie.
C De opnamedatum op foto's weergeven
U kunt de opnamedatum permanent op foto's weergeven door Datumstempel
in het setup-menu in te stellen (A83).
Als u de opnamedatum wilt weergeven zonder de instelling Datumstempel te
gebruiken, kunt u de foto's afdrukken met behulp van de meegeleverde ViewNX 2
software (A98).
19
20
Beginselen van opname en weergave
1 Druk op de hoodschakelaar.
De monitor wordt aangezet.
U zet de camera uit door nogmaals op de
hoofdschakelaar te drukken.
Neem in acht dat de hoofdschakelaar
enkele seconden ingeschakeld is nadat de
batterij in de camera wordt geplaatst.
Wacht enkele seconden voordat u op de
hoofdschakelaar drukt.
2 Controleer de aanduiding van het batterijniveau en het
aantal resterende opnamen.
Aanduiding batterijniveau
Aantal resterende opnamen
Het aantal foto's dat gemaakt kan worden, wordt weergegeven.
C wordt weergegeven wanneer er geen geheugenkaart in de camera is
geplaatst en de foto's in het interne geheugen worden opgeslagen.
Stap 1 De camera aanzetten
Weergave Beschrijving
b Het batterijniveau is hoog.
B Het batterijniveau is laag.
N
Batterij is leeg.
De camera kan geen opnamen maken. Laad de
batterij op.
880
880
25
m
0s
25
m
0s
1/ 2 5 0
1/250
F3.7
F3.7
Aanduiding batterijniveau
Aantal resterende opnamen
21
Beginselen van opname en weergave
C De functie Automatisch uit
De tijdsduur waarna de camera zichzelf in de stand-by-stand zet, is ongeveer
1 minuut. Deze tijdsduur kan worden gewijzigd via de instelling Automatisch uit
in het setup-menu (A83).
Als de camera in de standby-stand staat, wordt de monitor weer aangezet
wanneer u een van de volgende handelingen uitvoert:
- Druk op de hoofdschakelaar, ontspanknop, c knop of b (e filmopname)
knop.
- Verdraai de keuzeknop.
Als de lichtnetlaadadapter is aangesloten op de camera, wordt na inschakelen van
de voeding de monitor weer aangezet.
De camera wordt uitgeschakeld als u op de ontspanknop, de keuzeknop, de c
knop of de b (e filmopname) knop drukt.
25
m
0s
25
m
0s
880
880
1/ 25 0
1/250
F3 .7
F3.7
Knippert
Geen bediening Geen bediening
3 min
Camera wordt in
standby-stand gezet.
Camera wordt
uitgezet.
22
Beginselen van opname en weergave
Draai de keuzeknop om een opnamestand te kiezen.
In dit voorbeeld wordt de A (auto) stand
gebruikt. Draai de keuzeknop naar A.
Stap 2 Een opnamestand selecteren
23
Beginselen van opname en weergave
Beschikbare opnamestanden
A Autostand A31
Gebruikt voor algemene opname.
y Onderwerpstand A32
De instellingen van de camera worden geoptimaliseerd voor het
onderwerp dat u selecteert.
Als u de automatische scènekeuzeknop gebruikt, selecteert de camera
automatisch de optimale onderwerpstand wanneer u een beeld
kadreert; hierdoor wordt het nog eenvoudiger foto's te maken met
behulp van instellingen die geschikt zijn voor het onderwerp.
F Slim portret A39
De camera herkent glimlachende gezichten en bedient de sluiter
automatisch.
u Speciale effecten A41
Er kunnen effecten op foto's toegepast worden tijdens het fotograferen.
j, k, l, m standen A43
Selecteer deze standen voor meer instelmogelijkheden voor sluitertijd
en diafragmawaarde.
24
Beginselen van opname en weergave
1 Houd de camera goed stil.
Houd vingers en andere voorwerpen uit de
buurt van het objectief, de flitser, de AF-
hulpverlichting, microfoons en de
luidspreker.
Tijdens het maken van foto's in de
portretstand (“staand”), draait u de camera
zo dat de flitser zich boven het objectief
bevindt.
2 Kadreer het beeld.
C Een statief gebruiken
In de volgende situaties adviseren we een statief te gebruiken om de camera te
stabliseren.
- Bij fotograferen op een donkere plaats
- Bij fotograferen met de flitsstand (A52) ingesteld op W (uit)
- Bij het gebruik van de telestand
Wanneer van een statief gebruik wordt gemaakt om de camera tijdens opname te
stabilseren, stelt u de Foto VR in het setup-menu (A83) in op Uit om eventuele
fouten door deze functie te voorkomen.
Stap 3 Het beeld kadreren
25
m
0s25
m
0s
880880
1/ 2 5 0
1/250
F
3.7
F3.7
25
Beginselen van opname en weergave
De zoom gebruiken
Wanneer u de zoomknop bedient, verandert de
positie van het zoomobjectief.
Dichter op het onderwerp inzoomen:
Verplaatsen richting g (telestand)
Uitzoomen en een groter deel van het beeld
bekijken: Verplaatsen richting f
(groothoekstand)
Wanneer u de camera aanzet, wijzigt de
zoompositie naar de uiterste groothoekstand.
Wanneer de zoomknop wordt bediend,
wordt bovenaan op het opnamescherm een
zoomaanduiding weergegeven.
Als de camera is ingezoomd tot de
maximale optische zoom kunt u door de
zoomknop naar g te bewegen en vast te houden de digitale zoom,
waarmee u het onderwerp verder kunt vergroten tot ongeveer 4× de
maximale optische zoomfactor, activeren.
C Opmerkingen over digitale zoom
De zoomaanduiding wordt blauw wanneer de digitale zoom wordt geactiveerd, en
wordt geel wanneer de zoomvergroting verder toeneemt.
Zoomaanduiding is blauw: De beeldkwaliteit is niet merkbaar gedaald door
gebruik te maken van de dynamische fijne zoom.
Zoomaanduiding is geel: De beeldkwaliteit is merkbaar gedaald.
De aanduiding blijft blauw over een breder gebied wanneer het beeldformaat
kleiner is.
Uitzoomen Inzoomen
Optische
zoom
Digitale
zoom
26
Beginselen van opname en weergave
1 Druk de ontspanknop half in.
Als het onderwerp is scherpgesteld,
licht het scherpstelveld dat het
onderwerp omvat of de
scherpstelaanduiding (A7) groen op
(er kunnen meerdere scherpstelvelden
groen oplichten).
Als u digitale zoom gebruikt, stelt de
camera scherp op het onderwerp in
het midden van het kader; het
scherpstelveld wordt niet
weergegeven. Wanneer de camera
heeft scherpgesteld, licht de
scherpstelaanduiding (A7) groen op.
Als het scherpstelveld of de
scherpstelaanduiding rood knippert, kan de camera niet scherpstellen. Pas
de compositie aan en probeer de ontspanknop opnieuw half in te drukken.
2 Druk de ontspanknop verder in
zonder uw vinger van de knop te
halen.
Stap 4 Scherpstellen en afdrukken
F 3 .71 / 2 5 0
1/250 F3.7
27
Beginselen van opname en weergave
De ontspanknop
B Opmerkingen over foto's opslaan en films opnemen
De aanduiding voor het aantal resterende foto's of de aanduiding voor de maximale
filmduur terwijl er foto's worden opgeslagen of een film wordt opgenomen. Open
het deksel van het batterijvak/de kaartsleuf niet en verwijder de batterij of
geheugenkaart niet terwijl er een aanduiding knippert. Gebeurt dit wel, dan
kunnen gegevens verloren gaan, of de camera of geheugenkaart beschadigd raken.
C Flitser
Als het onderwerp onvoldoende verlicht is, wordt
de flitser automatisch uitgeschoven wanneer u de
ontspanknop half indrukt als de flitsstand is
ingesteld op U (auto; standaardinstelling). De
flitser gaat af wanneer u de ontspanknop volledig
indrukt. Zie “De flitser gebruiken” (A50) voor
meer informatie.
Schuif de flitser naar binnen door deze zachtjes omlaag te drukken. Schuif de flitser
naar binnen als u geen foto's maakt.
Half indrukken
Om de scherpstelling en belichting (sluitertijd en
diafragmawaarde) in te stellen, drukt u de
ontspanknop iets in totdat u een lichte weerstand
voelt.
De scherpstel- en belichtingsinstellingen blijven
geblokkeerd zolang u de ontspanknop half
ingedrukt houdt.
Helemaal
indrukken
Druk de ontspanknop helemaal in om de sluiter te
ontspannen en een foto te maken.
Gebruik niet te veel kracht bij het indrukken van
de ontspanknop, want dit cameratrillingen en
wazige foto's tot gevolg hebben. Druk de knop
zachtjes in.
28
Beginselen van opname en weergave
1 Druk op de c (weergave)
knop.
Als u de c (weergave) knop
ingedrukt houdt terwijl de camera
uitgeschakeld is, schakelt de
camera de weergavestand in.
2 Gebruik de multi-selector om een
foto voor weergave te selecteren.
Houd HIJK ingedrukt om snel door de
foto's te scrollen.
Foto's kunnen ook geselecteerd worden
door de multi-selector te draaien.
Druk op de c knop of op de ontspanknop
om terug te keren naar de opnamestand.
C Opmerkingen over de sneleffectfunctie
Als e in de schermvullende weergave wordt
getoond, kunt u op de k knop drukken om een
effect op een foto toe te passen.
Wanneer het effectselectiescherm wordt
weergegeven, gebruikt u de multi-selector JK
of verdraait u deze om een effect te selecteren,
drukt u op de k knop, selecteert u vervolgens Ja
in het bevestigingsvenster en drukt u op de k
knop om e foto als een afzonderlijk bestand op te slaan.
Zie “Sneleffecten: Kleurtoon of sfeer wijzigen” (E14) voor meer informatie.
Stap 5 Afbeeldingen weergeven
Vorige foto weergeven
Volgende foto
15/05/2014 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
4
/
4
4
/
4
15/05/2014 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
4
/
4
4
/
4
15/05/2014 15:30
15/05/2014 15:30
29
Beginselen van opname en weergave
1 Druk op de l knop om de
foto te wissen die op de
monitor wordt
weergegeven.
2 Gebruik de multi-selector HI
om de gewenste wismethode te
selecteren en druk op de k knop.
Druk op de d knop om het menu te
verlaten zonder te wissen.
3 Selecteer Ja en druk op de k
knop.
Gewiste foto's kunnen niet worden
hersteld.
Om te annuleren, selecteert u Nee en drukt
u op de k knop.
Stap 6 Foto's wissen
Alle beelden
Wis gesel. beeld(en)
Huidig beeld
Wissen
Nee
Ja
1 beeld wissen?
30
Beginselen van opname en weergave
Bedienen van het scherm geselecteerde foto's wissen
1 Gebruik de multi-selector JK om
een foto te selecteren die u wilt
wissen en gebruik vervolgens H
om K weer te geven.
Voor het ongedaan maken van de selectie,
drukt u op I om K te verwijderen.
Beweeg de zoomknop (A1) in de richting
van g (i) om naar schermvullende
weergave of f (h) om naar miniatuurweergave te wisselen.
2 Voeg K aan alle foto's toe die u wilt wissen en druk
vervolgens op de k knop om de selectie te bevestigen.
Er wordtneen bevestigingsvenster weergegeven. Volg de instructies die op
de monitor worden weergegeven.
B Foto's in een reeks wissen
Als u op de l knop drukt en een hoodfoto wist terwijl alleen hoofdfoto's voor
foto's in reeksen (A75) worden weergegeven, dan worden alle foto's in de reeks
inclusief de hofdfoto gewist.
Om afzonderlijke foto's in een reeks te wissen, drukt u op de k knop om de foto's
een voor een weer te geven en drukt u vervolgens op de l knop.
C Laatst gemaakte beelden wissen in opnamestand
Druk in de opnamestand op l om het laatste beeld te wissen dat opgeslagen is.
Terug
Wis gesel. beeld(en)
31
Opnamefuncties
Opnamefuncties
Gebruikt voor algemene opname.
Als de camera het hoofdonderwerp herkent,
wordt een gele rand (scherpstelveld) rondom
het onderwerp weergegeven (AF met
doelopsporing (A68)).
Beschikbare functies in A (auto) stand
Flitsstand (A50)
Zelfontspanner (A53)
Macro-stand (A54)
Belichtingscompensatie (A58)
Opnamemenu (A61)
A (auto) stand
32
Opnamefuncties
Wanneer een onderwerp geselecteerd wordt, worden de camera-instellingen
automatisch geselecteerd voor het geselecteerde onderwerp.
Druk op de d knop om het onderwerpmenu weer te geven en een
onderwerp te selecteren met de multi-selector.
1
De camera stelt scherp op oneindig.
2
De camera stelt scherp op het gebied in het midden van het beeld.
3
Het gebruik van een statief wordt aanbevolen, omdat de sluitertijd lang is. Stel
Foto VR in het setup-menu (A83) in op Uit wanneer bij fotograferen gebruik
wordt gemaakt van een statief om de camera te stabiliseren.
Onderwerpstand (aangepast op
onderwerp fotograferen)
x
Autom. scènekeuzekn.
(standaardinstelling) (A33)
j Nachtlandschap (A35)
1
b Portret k Close-up (A35)
c Landschap
1
u Voedsel (A35)
d Sport (A34)
2
l Museum (A36)
2
e Nachtportret (A34) m Vuurwerk (A36)
1, 3
f Party/binnen (A34)
2
n Zwart-wit-kopie (A36)
2
Z Strand
2
o Tegenlicht (A36)
2
z Sneeuw
2
p Eenvoudig panorama (A37)
h Zonsondergang
2, 3
O Dierenportret (A38)
i Schemering
1, 3
Strand
Autom. scènekeuzekn.
Party/binnen
Nachtportret
Sport
Landschap
Portret
33
Opnamefuncties
Een beschrijving (helpweergave) van elk onderwerp
bekijken
Selecteer een onderwerp en draai de zoomknop (A1) naar g (j) om de
beschrijving van dat onderwerp weer te geven. Om terug te keren naar het
vorige scherm, draait u de zoomknop nogmaals naar g (j).
Tips en opmerkingen
Wanneer u de camera op het onderwerp richt, selecteert de camera
automatisch de meest optimale onderwerpstand uit de onderstaande lijst
en past de opname-instellingen dienovereenkomstig aan.
Het scherpstelveld hangt af van de compositie van de foto. Wanneer de
camera een gezicht herkent, wordt hierop scherpgesteld (A69).
Onder bepaalde opname-omstandigheden, is het mogelijk dat de camera
niet altijd de gewenste onderwerpstand kiest. Als dit gebeurt, schakel dan
om naar de A (auto) stand of selecteer de onderwerpstand die u wilt
gebruiken bij het maken van foto's (A22).
x Autom. scènekeuzekn.
e
Portret (voor het maken van close-up portretten van een of twee
personen)
b
Portret (voor het maken van portretten van drie of meer personen of het
kadreren van beelden met een met een groot achtergrondgebied)
f Landschap
h
Nachtportret (voor het maken van close-up portretten van een of twee
personen)
c
Nachtportret (voor het maken van portretten van drie of meer personen
of het kadreren van beelden met een met een groot achtergrondgebied)
g Nachtlandschap
i Close-up
j
Tegenlicht (voor het maken van foto's van andere onderwerpen dan
mensen)
d Tegenlicht (voor het maken van portretfoto's)
d Andere onderwerpen
34
Opnamefuncties
Als u de ontspanknop helemaal ingedrukt houdt, maakt de camera max. 5 foto's
met een snelheid van ongeveer 6,9 beelden per seconde (bps) wanneer de
beeldkwaliteit is ingesteld op Normal en het beeldformaat op i 4608×3456).
Het aantal beelden per seconde bij continu-opnamen kan laag zijn, afhankelijk van
de instelling voor beeldkwaliteit en beeldformaat, de gebruikte geheugenkaart of
opnameomstandigheden.
Bij alle foto's uit de reeks wordt de scherpstelling, belichting en kleurinstelling
aangehouden die de camera voor de eerste foto uit de reeks heeft ingesteld.
Selecteer Uit de hand of Statief in het scherm dat wordt weergegeven na het
selecteren van e Nachtportret.
Uit de hand (standaardinstelling):
-Als het e pictogram links bovenaan op de monitor groen oplicht, drukt u de
ontspanknop helemaal in om een reeks beelden vast te leggen die tot een
enkele foto gecombineerd en opgeslagen worden.
- Wanneer de ontspanknop helemaal is ingedrukt, houdt u de camera stil tot een
foto wordt weergegeven. Zet de camera niet uit direct nadat u de foto heeft
gemaakt, maar wacht totdat de monitor weer het opnamescherm weergeeft.
- Als het onderwerp beweegt terwijl de camera continu foto's maakt, kan de foto
vervormingen, overlappingen of onscherpte vertonen.
Statief:
- Wanneer de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, wordt een foto met een
langere sluitertijd gemaakt.
- De vibratiereductie wordt uitgeschakeld, ongeacht de instelling voor Foto VR
(A83) in het setup-menu.
Houd de camera goed stil om de effecten van cameratrillingen te voorkomen. Stel
Foto VR in het setup-menu (A83) in op Uit wanneer bij fotograferen gebruik
wordt gemaakt van een statief om de camera te stabiliseren.
d Sport
e Nachtportret
f Party/binnen
35
Opnamefuncties
Selecteer Uit de hand of Statief in het scherm dat wordt weergegeven na het
selecteren van j Nachtlandschap.
Uit de hand (standaardinstelling):
-Als het j pictogram links bovenaan op de monitor groen oplicht, drukt u de
ontspanknop helemaal in om een reeks beelden vast te leggen die tot een
enkele foto gecombineerd en opgeslagen worden.
- Wanneer de ontspanknop helemaal is ingedrukt, houdt u de camera stil tot een
foto wordt weergegeven. Zet de camera niet uit direct nadat u de foto heeft
gemaakt, maar wacht totdat de monitor weer het opnamescherm weergeeft.
- De beeldhoek (d.w.z. het zichtbare deel in het beeld) die op de opgeslagen
afbeelding zichtbaar is, is kleiner dan die op de monitor zichtbaar is op het
moment van opname.
Statief:
- Wanneer de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, wordt een foto met een
langere sluitertijd gemaakt.
- De vibratiereductie wordt uitgeschakeld, ongeacht de instelling voor Foto VR
(A83) in het setup-menu.
Macro-stand (A54) wordt ingeschakeld en de camera zoomt automatisch in op
de kortste afstand waarop scherpgesteld kan worden.
U kunt het scherpstelveld verplaatsen. Druk op de k knop, gebruik de multi-
selector HIJK of draai deze om het scherpstelveld te verplaatsen en druk op
de k knop om de instelling toe te passen.
Macro-stand (A54) wordt ingeschakeld en de camera zoomt automatisch in op
de kortste afstand waarop scherpgesteld kan worden.
U kunt de kleurinstelling aanpassen met de multi-
selector HI. De kleurinstelling wordt opgeslagen
in het geheugen van de camera en blijven
bewaard, ook als de camera wordt uitgeschakeld.
U kunt het scherpstelveld verplaatsen. Druk op de
k knop, gebruik de multi-selector HIJK of
draai deze om het scherpstelveld te verplaatsen en
druk op de k knop om de instelling toe te passen.
j Nachtlandschap
k Close-up
u Voedsel
25
m
0s25
m
0s
880880
1/ 2 5 01/250 F3.7F3.7
36
Opnamefuncties
De camera maakt een reeks van maximaal tien foto's terwijl de ontspanknop
helemaal ingedrukt wordt gehouden en de scherpste foto uit de reeks wordt
automatisch geselecteerd en opgeslagen (BSS (Best Shot Selector)).
De flitser ontsteekt niet.
De sluitertijd is vastgezet op ongeveer 4 seconden.
De zoom is beperkt tot 10 vaste posities.
Gebruik samen met macro-stand (A54) bij het fotograferen van onderwerpen
dicht bij de camera.
Selecteer Aan of Uit van de HDR (high dynamic range) compositie op basis van
het soort foto dat u wilt maken in het scherm dat wordt weergegeven na het
selecteren van o Tegenlicht.
Uit (standaardinstelling): De flitser treedt in werking om te voorkomen dat het
onderwerp in de schaduw blijft.
- Als de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, wordt één foto gemaakt.
Aan: Gebruik deze stand als er zeer heldere delen en zeer donkere delen in
eenzelfde beeld zijn.
- Wanneer de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, maakt de camera continu
foto's met hoge snelheid en slaat deze de volgende twee beelden op.
- Een niet-HDR samengesteld beeld
- Een HDR samengesteld beeld waarin het verlies van detail in hoge lichten of
schaduwpartijen tot een minimum wordt beperkt
- Als er slechts genoeg geheugen beschikbaar is voor het opslaan van één beeld,
dan wordt alleen een beeld opgeslagen dat bij de opname via D-Lighting
(A74) is verwerkt, waarbij de donkere delen van het beeld gecorrigeerd zijn.
- Wanneer de ontspanknop helemaal is ingedrukt, houdt u de camera stil tot een
foto wordt weergegeven. Zet de camera niet uit direct nadat u de foto heeft
gemaakt, maar wacht totdat de monitor weer het opnamescherm weergeeft.
- De beeldhoek (d.w.z. het zichtbare deel in het beeld) die op de opgeslagen
afbeelding zichtbaar is, is kleiner dan die op de monitor zichtbaar is op het
moment van opname.
l Museum
m Vuurwerk
n Zwart-wit-kopie
o Tegenlicht
37
Opnamefuncties
Selecteer Normaal (180°) of Breed (360°) in het scherm dat wordt weergegeven
na selecteren van p Eenvoudig panorama.
De zoom is vast ingesteld op de groothoekstand.
Druk de ontspanknop volledig in, haal uw vinger van de knop en kantel de camera
langzaam horizontaal. Het fotograferen wordt beëindigd wanneer de camera het
gespecificeerde opnamebereik heeft verkregen.
Zowel de scherpstelling als de belichting worden geblokkeerd wanneer de
opname begint.
Als u op de k knop drukt wanneer een gemaakte foto wordt weergegeven in de
schermvullende weergave, scrolt de foto automatisch.
U kunt op deze camera alleen de beeldbewerkingsfunctie gebruiken voor het
uitsnijden van met eenvoudig panorama gemaakte foto's.
Zie “Eenvoudig panorama gebruiken (opname en weergave)” (E2) voor meer
informatie.
B Opmerkingen over panoramafoto's afdrukken
Afhankelijk van de printerinstellingen is het mogelijk dat niet de hele foto kan
worden afgedrukt. Bovendien is het mogelijk dat de afdrukfunctie, afhankelijk van de
printer, niet werkt.
p Eenvoudig panorama
38
Opnamefuncties
Wanneer u de camera op een hond of kat richt, herkent de camera het gezicht van
het huisdier en stelt hierop scherp. Zodra de camera het gezicht van een hond of
kat herkent (dierenportret automatisch ontspannen), ontspant de sluiter
automatisch in de standaardinstelling.
Selecteer Enkelvoudig of Continu in het scherm dat wordt weergegeven na
selecteren van O Dierenportret.
- Enkelvoudig: Wanneer de camera het gezicht van een hond of kat herkent,
maakt de camera 1 foto.
- Continu: Wanneer de camera het gezicht van een hond of kat herkent, maakt de
camera 3 foto's continu.
B Dierenportret automatisch ontspannen
Druk op de multi-selector J(n) om de instellingen voor Dierenp. autom. ontsp.
te wijzigen.
- Y: Wanneer de camera het gezicht van een hond of kat herkent, ontspant de
camera de sluiter automatisch.
- k: De camera ontspant de sluiter niet automatisch, ook al wordt het gezicht
van de hond of kat herkend. Druk de ontspanknop in. De camera herkent tevens
gezichten van mensen wanneer k wordt geselecteerd.
Dierenp. autom. ontsp. wordt ingesteld op k nadat er vijf serieopnamen zijn
gemaakt.
Fotograferen is ook mogelijk door de ontspanknop in te drukken, ongeacht de
instelling voor Dierenp. autom. ontsp..
B Scherpstelveld
Als de camera een gezicht herkent, wordt een
gele rand om het gezicht weergegeven. Wanneer
de camera heeft scherpgesteld op een gezicht
binnen een dubbele rand (scherpstelveld), dan
wordt de dubbele rand groen. Als de camera
geen gezicht herkent, wordt scherpgesteld op
het onderwerp in het midden van het beeld.
Onder bepaalde opname-omstandigheden
wordt het gezicht van het huisdier mogelijk niet herkend en kunnen andere
onderwerpen binnen een rand worden weergegeven.
O Dierenportret
25
m
0s
25
m
0s
880
880
1/ 2 5 0
1/250
F3.7
F3.7
39
Opnamefuncties
Wanneer de camera een lachend gezicht
herkend, kunt u automatisch een foto maken
zonder de ontspanknop in te drukken
(glimlachtimer (A63)). U kunt de functie huid
verzachten om de huidtinten van gezichten te
verzachten.
1 Kadreer het beeld.
Richt de camera op een gezicht.
2 Wacht tot de persoon glimlacht zonder de ontspanknop in
te drukken.
Zodra de camera detecteert dat een glimlach verschijnt op het gezicht van
degene die zich in het kader met dubbele rand bevindt, ontspant de sluiter
automatisch.
Wanneer de camera een lachend gezicht herkend, wordt de sluiter
automatisch ontspannen.
3 Automatisch fotograferen beëindigen.
Voer een van de volgende handelingen uit om het fotograferen te
beëindigen.
-Stel Glimlachtimer in op Uit.
- Draai de keuzeknop om naar een andere opnamestand te schakelen dan
F (slim portret) stand.
-Zet de camera uit.
B Opmerkingen over slim portret-stand
Onder bepaalde opname-omstandigheden kan de camera mogelijk geen gezicht of
glimlach herkennen (A69). Om te fotograferen, kan ook de ontspanknop gebruikt
worden.
Slim portret-stand (glimlachende
gezichten fotograferen)
40
Opnamefuncties
C Als het zelfontspannerlampje knippert
Als de glimlachtimer wordt gebruikt, knippert het zelfontspannerlampje wanneer de
camera een gezicht herkent en knippert dit snel nadat de sluiter wordt ontspannen.
Beschikbare functies in slim portret-stand
Flitsstand (A50)
Zelfontspanner (A53)
Belichtingscompensatie (A58)
Opnamemenu (A61)
41
Opnamefuncties
Er kunnen effecten op foto's toegepast worden tijdens het fotograferen.
Druk op de d knop om het menu speciale effecten weer te geven en een
effect te selecteren met de multi-selector.
Stand speciale effecten (effecten
toepassen tijdens opname)
Categorie Beschrijving
O Zacht
(standaardinstelling)
Verzacht de foto door het beeld iets te vervagen.
P Nostalgisch
sepia
Voegt een sepiatint toe en vermindert het contrast om
een oude foto na te bootsen.
F Hoogcontrast
monochr.
Verandert de foto naar zwart-wit en geeft de foto een
scherp contrast.
G High-key Geeft de hele foto een heldere tint.
H Low-key Geeft de hele foto een donkere tint.
I Selectieve kleur
Maakt een zwart-wit foto waarin alleen de aangegeven
kleur bewaard wordt.
l Pop
Verhoogt de kleurverzadiging van de hele foto om een
heldere uitstraling te verkrijgen.
k Superlevendig
Verhoogt de kleurverzadiging van de hele foto en
verscherpt het contrast.
Speciale eecten
Beeldformaat
Beeldkwaliteit
Speciale eecten
Selectieve kleur
Selectieve kleur
Low-key
Low-key
High-key
High-key
Hoogcontrast monochr.
Hoogcontrast monochr.
Nostalgisch sepia
Nostalgisch sepia
PopPopPop
Selectieve kleur
Low-key
High-key
Hoogcontrast monochr.
Nostalgisch sepia
Zacht
42
Opnamefuncties
De camera stelt scherp op het gebied in het midden van het beeld.
Als Selectieve kleur of Cross-process is
geselecteerd, gebruikt u de multi-selector
HI om de gewenste kleur via de schuifbalk
te selecteren.
Om de instellingen van een van de volgende
functies te wijzigen, drukt u op de k knop
om de kleurselectie te stoppen.
- Flitsstand (A50)
- Zelfontspanner (A53)
-Macro-stand (A54)
- Belichtingscompensatie (A58)
Om terug te keren naar het kleurselectiescherm, drukt u nogmaals op de k
knop.
o Cross-process
Geeft de foto een mysterieus uiterlijk op basis van een
specifieke kleur.
m
Speelgoedcamera-
eff. 1
Geeft de hele foto een gelige kleurtoon en maakt de
randen van de foto donkerder.
n
Speelgoedcamera-
eff. 2
Verlaagt de kleurverzadiging van de hele foto en maakt de
randen van de foto donkerder.
Categorie Beschrijving
Opslaan
1/ 2 5 0
1/250
F3.7
F3.7
Schuifbalk
43
Opnamefuncties
Images Foto's kunnen gecontroleerder gemaakt
worden door de sluitertijd of de
diafragmawaarde handmatig in te stellen. De
instellingen kunnen ook aangepast worden aan
de opnamecondities en het type opname dat u
wilt maken.
U kunt wijzigen hoe de camera het gebied van
het kader selecteert waarop moet worden
scherpgesteld door het wijzigen van de
instelling AF-veldstand (A62).
De standaardinstelling is AF met doelopsporing (A68).
Draai de multi-selector om de sluitertijd en de diafragmawaarde in te stellen.
Stand j, k, l en m (belichting voor
opname instellen)
Belichtingsstand Sluitertijd (A48) Diafragmawaarde (A45)
j
Programma-
automatiek (A46)
Automatisch ingesteld (flexibel programma door multi-
selector).
k
Sluitertijdvoorkeuze
(A46)
Ingesteld via de multi-
selector.
Automatisch ingesteld.
l
Diafragmavoorkeuze
(A46)
Automatisch ingesteld.
Ingesteld via de multi-
selector.
m Handmatig (A46)
Ingesteld via de multi-
selector wanneer de
sluitertijd wordt
geselecteerd met
behulp van K.
Ingesteld via de multi-
selector wanneer de
diafragmawaarde wordt
geselecteerd met behulp
van K.
1/250
1/250
1/250
880
880
25
m
0s
25
m
0s
F3.7
F3.7
F3.7
Multi-selector
Sluitertijd
Diafragmawaarde
44
Opnamefuncties
Sneleffecten gebruiken
In de j, k, l of m stand kunt u effecten op de foto's toepassen direct nadat u
de sluiter ontspant.
De bewerkte foto wordt als een afzonderlijk bestand met een andere naam
opgeslagen.
1 Druk op de k knop wanneer de
foto wordt weergegeven nadat
deze in de j, k, l of m stand is
gemaakt.
Als u op de d knop drukt of als de
camera ongeveer 5 seconden niet wordt
bediend, keert de monitor weer terug naar
het opnamescherm.
Om het scherm aan de rechterzijde niet weer te geven, stelt u Sneleffecten
in op Uit in het opnamemenu (A61).
2 Gebruik de multi-selector JK of
draai deze om het gewenste effect
te selecteren en druk op de k
knop.
Beweeg de zoomknop (A1) in de richting
van g (i) om een bevestigingsvenster voor
het toegepaste effect weer te geven.
Beweeg de zoomknop in de richting van
f (h) om terug te keren naar het selectiescherm voor effecten.
Om het scherm te verlaten zonder de bewerkte foto op te slaan, drukt u op
de d knop. Als een bevestigingsvenster wordt weergegeven, selecteert u
Ja en drukt u op de k knop.
Zie “Sneleffecten: Kleurtoon of sfeer wijzigen” (E14) voor meer informatie
over de effectsoorten.
3 Selecteer Ja en druk op de k knop.
Kies het eect
Annuleren
Sneleecten
Annuleren
camera-eect 2
Speelgoed-
camera-eect 1
Speelgoed-
High-key
Schilderij
Superlevendig
Pop
Sneleecten
45
Opnamefuncties
Belichting
De procedure voor fotograferen bij de gewenste helderheid (belichting) door
de sluitertijd of de diafragmawaarde in te stellen wordt “belichting bepalen”
genoemd.
Het gevoel van dynamiek en de hoeveelheid onscherpte op de achtergrond op
foto's verschilt, afhankelijk van de combinatie van sluitertijd en
diafragmawaarde, zelfs als de belichting hetzelfde is.
De sluitertijd instellen
In stand k en m ligt het bereik tussen maximaal 1/2000 tot 8 seconden.
Zie “Het regelbereik van de sluitertijd” (A48) voor meer informatie.
De diafragmawaarde instellen
In stand l en m ligt het bereik tussen f/3.7 en f/8 (groothoekstand) en tussen
f/6.4 en f/8 (telezoomstand).
C Diafragmawaarde (F-getal) en zoom
Bij een groot diafragma (laag fgetal) valt er meer licht in de camera, terwijl bij een
klein diafragma (hoog f-getal) minder licht binnenkomt.
De diafragmawaarde van het zoomobjectief van deze camera kan gewijzigd worden,
afhankelijk van de zoomstand. Als gezoomd wordt op de groothoekstand en de
telezoomstand, zijn de diafragmawaarden respectievelijk f/3.7 en f/6.4.
Sneller dan 1/1000 s Langzamer dan 1/30 s
Groter diafragma (laag f-getal)
f/3.7
Kleiner diafragma (groot f-getal)
f/8
46
Opnamefuncties
j (Programma-automatiek)
Wordt gebruikt voor automatische regeling van de
belichting door de camera.
U kunt verschillende combinaties van sluitertijd
en diafragmawaarde selecteren zonder de
belichting te wijzigen door aan de multi-
selector te draaien (“flexibel programma”). Als
het flexibele programma is geactiveerd,
verschijnt er linksboven op de monitor een markering van het flexibel
programma (A) naast de aanduiding van de opnamestand (j).
Draai de multi-selector totdat de markering van het flexibel programma (A)
niet meer wordt getoond om het flexibel programma te annuleren Door
een andere stand te kiezen of de camera uit te zetten, wordt het flexibele
programma eveneens geannuleerd.
k (Sluitertijdvoorkeuze)
Gebruik deze optie voor het fotograferen van snel
bewegende onderwerpen met een korte sluitertijd
of om de beweging van een bewegend
onderwerp te benadrukken met een lange
sluitertijd.
De sluitertijd kan worden ingesteld door de
multi-selector te draaien.
l (Diafragmavoorkeuze)
Gebruik deze stand om onderwerpen, inclusief
voorgrond en achtergrond, scherp vast te leggen
of voor een bewust onscherpe achtergrond.
De diafragmawaarde kan worden ingesteld
door de multi-selector te draaien.
m (Handmatig)
Gebruik deze stand om de belichting in te stellen
op de betreffende situatie.
Tijdens het instellen van de diafragmawaarde
en de sluitertijd wordt de afwijking van uw
belichtingsinstelling ten opzichte van de
belichting die de camera meet, aangegeven in
de belichtingsaanduiding van de monitor.
Hoeveel de belichting afwijkt, wordt
aangegeven in LW (van –2 tot +2 LW in stappen van 1/3 LW).
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
25
m
0s
25
m
0s
880
880
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
25
m
0s
25
m
0s
880
880
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
25
m
0s
25
m
0s
880
880
1/2501/2501/250
F3.7F3.7F3.7
25
m
0s25
m
0s
880880
Belichtingsaanduiding
47
Opnamefuncties
Gebruik de multi-selector K om de sluitertijd of diafragmawaarde te
selecteren en draai de multi-selector om ze in te stellen.
B Opmerkingen over fotograferen
Als zoomen wordt uitgevoerd nadat de belichting is ingesteld, kunnen
belichtingscombinatie of diafragmawaarde worden gewijzigd.
Als het onderwerp te donker of te licht is, kan misschien niet de juiste belichting
worden ingesteld. In dit geval knippert de sluitertijdindicatie of de diafragma-
indicatie (in de j, k en l stand), of de belichtingsaanduiding wordt rood
weergegeven (in de m stand) als de ontspanknop half ingedrukt wordt. Wijzig de
instelling van de sluitertijd of de diafragmawaarde.
B Opmerkingen over ISO-waarde
Als ISO-waarde (A62) is ingesteld op Automatisch (standaardinstelling),
ISO 125-400 of ISO 125-800, wordt de ISO-waarde in stand m vastgezet op
ISO 125.
Beschikbare functies in j, k, l, m standen
Flitsstand (A50)
Zelfontspanner (A53)
Macro-stand (A54)
Creatieve schuifbalk (A55)
Opnamemenu (A62)
48
Opnamefuncties
Het regelbereik van de sluitertijd
Het regelbereik van de sluitertijd verschilt, afhankelijk van de diafragmawaarde
of de ingestelde ISO-waarde. Daarnaast verandert het regelbereik in de
volgende continu-opnamestanden.
1
In stand m is de ISO-waarde vast ingesteld op ISO 125.
2
In de l stand varieert de maximale sluitertijd afhankelijk van de diafragmawaarde. Als
de diafragmawaarde is ingesteld op f/3.7 tot f/5.3 in de uiterste groothoekstand of op
f/6.4 tot 8 in de telezoomstand, is de maximale sluitertijd 1/1000 seconde.
Instelling
Regelbereik (seconde)
j stand k stand l stand m stand
ISO-waarde
(A62)
Automatisch
1
1/2000 - 1 s
1/2000
2
- 2 s
1/2000 - 8 s
ISO 125-400
1
,
ISO 125-800
1
1/2000
2
- 4 s
ISO 125, 200 1/2000
2
- 8 s
ISO 400, 800 1/2000
2
- 4 s
ISO 1600 1/2000
2
- 2 s
ISO 3200, 6400 1/2000
2
- 1 s
Continu
(A62)
Continu H,
Continu L, BSS
1/2000
2
- 1 s
Vooropnamec
ache
1/4000 -
1/120 s
1/4000 -
1/125 s
1/4000 -
1/120 s
1/4000 -
1/125 s
Continu H:
120 bps
Continu H:
60 bps
1/4000 - 1/60 s
Multi-shot 16
1/4000 - 1/30 s
49
Opnamefuncties
De beschikbare functies variëren afhankelijk van de opnamestand, zoals
hieronder aangeduid.
1
De beschikbaarheid hangt af van de instelling. Zie “Standaardinstellingen” (A59)
voor meer informatie.
2
o Helderheid (Bel. +/-) kan niet worden ingesteld in de m stand.
Functies die ingesteld kunnen worden met
de multi-selector
Functie A y F u j, k, l, m
1
m Flitsstand (A50) w
1
w
1
ww
2
n Zelfontspanner (A53) ww
1
ww
3
D Macro-stand (A54) w - ww
4
o
Creatieve schuifbalk
(o Helderheid (Bel. +/-)/
G Levendigheid/F
Kleurtoon) (A55)
---w
2
Belichtingscompensatie
(A58)
www-
1
3
42
50
Opnamefuncties
De flitser gebruiken
U kunt de flitsstand selecteren die geschikt is voor de opname-
omstandigheden.
1 Druk op de multi-selector H (m).
2 Selecteer de gewenste flitsstand
(A52) en druk op de k knop.
Als er geen instelling wordt toegepast door
binnen een paar seconden op de k knop
te drukken, wordt de selectie geannuleerd.
B Het flitserlampje
De status van de flitser kan worden
bevestigd door de ontspanknop half in
te drukken.
- Aan: De flitser gaat af wanneer u de
ontspanknop volledig indrukt.
- Knippert: De flitser is aan het laden.
De camera kan geen opnamen
maken.
- Uit: De flitser gaat niet af wanneer een foto wordt gemaakt.
Als het batterijniveau laag is, wordt de monitor uitgeschakeld terwijl de flitser aan
het laden is.
Automatisch
51
Opnamefuncties
De flitser uitschuiven
Als u de ontspanknop half indrukt, schuift de flitser automatisch uit als er aan
de vereiste omstandigheden voor fotograferen met flitser wordt voldaan.
Automatisch flitsen (U auto,
V automatisch met rode-
ogenreductie of Y lange
sluitertijd): Bij weinig licht wordt de
flitser automatisch uitgeschoven
wanneer de ontspanknop half
wordt ingedrukt. De camera bepaalt
of de flitser wel of niet wordt uitgeschoven op basis van de helderheid van
het onderwerp en de gebruikte instellingen tijdens het fotograferen.
W uit: De flitser wordt niet uitgeschoven, zelfs niet als de ontspanknop half
wordt ingedrukt. De camera kan foto's maken met de flitser ingeschoven.
V rode-ogenreductie, X invulflits/standaardflits: De flitser wordt
uitgeschoven wanneer de ontspanknop bij het fotograferen half wordt
ingedrukt.
Flitser inschuiven
Als u de flitser niet wilt gebruiken, duw deze dan
voorzichtig omlaag totdat deze vastklikt.
52
Opnamefuncties
Beschikbare flitsstanden
C De flitsstandinstelling
In bepaalde opnamestanden is de instelling mogelijk niet beschikbaar.
Voor opnamestand j, k, l en m, wordt de instelling opgeslagen in het geheugen
van de camera en blijft daarin opgeslagen, ook als de camera wordt uitgeschakeld.
C Automatisch met rode-ogenreductie/Rode-ogenreductie
Voorafgaand aan de hoofdflits worden voorflitsen van een lage lichtsterkte afgegeven
om rode ogen in de foto te verminderen. Als de camera rode ogen detecteert bij het
opslaan van een foto, dan wordt het betreffende gedeelte bewerkt om rode ogen te
reduceren voordat de foto wordt opgeslagen.
Neem het volgende in acht bij het fotograferen:
Omdat er voorflitsen worden afgegeven, treedt een kleine vertraging op tussen het
indrukken van de ontspanknap en het moment dat de foto wordt gemaakt.
Er is meer tijd nodig voor het opslaan van foto's dan gebruikelijk.
Rode-ogenreductie zal niet in alle situaties het gewenste resultaat opleveren.
In sommige gevallen kan op gedeeltes van een foto onnodig rode-ogenreductie
worden toegepast. Selecteer in deze gevallen een andere flitsstand en maak de foto
opnieuw.
U Automatisch
Indien nodig treedt de flitser in werking, zoals bij weinig licht.
Het pictogram van de flitsstand op het opnamescherm wordt alleen direct
na het instellen weergegeven.
Niet beschikbaar in opnamestand j, k, l en m en in sommige
onderwerpstanden.
V Autom. met rode-ogenred./Rode-ogenreductie
Reduceer “rode ogen” door de flitser in portretten.
Rode-ogenreductie wordt gebruikt in de j, k, l en m opnamestand om
de flitser te ontsteken wanneer er een foto wordt gemaakt.
W Uit
De flitser ontsteekt niet.
Bij het fotograferen in een donkere omgeving adviseren we een statief te
gebruiken om de camera te stabliseren.
X Invulflits/Standard flash
De flitser ontsteekt altijd wanneer er een foto wordt gemaakt.
Standard flash wordt weergegeven in opnamestand j, k, l en m.
Y Lange sluitertijd
Geschikt voor avond- en nachtportretten met achtergronden.
Indien nodig verlicht de flitser het hoofdonderwerp. De lange sluitertijd wordt
gebruikt om de achtergrond vast te leggen.
Niet beschikbaar in opnamestand k en l en in sommige
onderwerpstanden.
53
Opnamefuncties
Zelfontspanner gebruiken
De camera is uitgerust met een zelfontspanner die de sluiter, nadat u de
ontspanknop indrukt, na ongeveer 10 seconden of 2 seconden ontspant. Stel
Foto VR in het setup-menu (A83) in op Uit wanneer bij fotograferen gebruik
wordt gemaakt van een statief om de camera te stabiliseren.
1 Druk op de multi-selector J (n).
2 Selecteer het opnamebereik n 10s
or n 2s en druk op de k knop.
n 10s (10 seconden): Gebruik bij belangrijke
gelegenheden zoals bruiloften.
n 2s (2 seconden): Gebruik om
cameratrillingen te voorkomen.
Als er geen instelling wordt toegepast door
binnen een paar seconden op de k knop te
drukken, wordt de selectie geannuleerd.
Als de opnamestand is ingesteld op Dierenportret in onderwerpstand, wordt
Y (dierenportret automatisch ontspannen) weergegeven (A38). De
zelfontspanner kan niet worden gebruikt.
3 Kadreer het beeld en druk de ontspanknop half in.
De scherpstelling en belichting worden ingesteld.
4 Druk de ontspanknop
helemaal in.
Het aftellen wordt gestart. Het
zelfontspannerlampje knippert
en blijft ongeveer één seconde
branden voordat de sluiter wordt
ontspannen.
Nadat de opname is gemaakt,
wordt de zelfontspanner
ingesteld op k.
Om het aftellen te stoppen, drukt
u nogmaals op de ontspanknop.
Zelfontspanner
99
54
Opnamefuncties
Macro-stand gebruiken
Gebruik de macro-stand bij het maken van close-up foto's.
1 Druk op de multi-selector I (p).
2 Selecteer o en druk op de k
knop.
Als er geen instelling wordt toegepast door
binnen een paar seconden op de k knop
te drukken, wordt de selectie geannuleerd.
3 Beweeg de zoomknop om de
zoomfactor in te stellen op een
stand waarbij F en de
zoomaanduiding groen oplichten.
Als de zoomfactor is ingesteld op een stand waarbij de zoomaanduiding groen
oplicht, kan de camera scherpstellen op onderwerpen tot op een afstand van
circa 10 cm tot het objectief.
Wanneer de zoom op een stand staat waarbij G wordt weergegeven, kan de
camera scherpstellen tot op een afstand van circa 1 cm tot het objectief.
B Opmerkingen over de flitser gebruiken
De flitser kan onderwerpen op minder dan 50 cm afstand mogelijk niet geheel uitlichten.
C De macro-standinstelling
In bepaalde opnamestanden is de instelling mogelijk niet beschikbaar.
Voor opnamestand j, k, l en m, wordt de instelling opgeslagen in het geheugen
van de camera en blijft daarin opgeslagen, ook als de camera wordt uitgeschakeld.
Macro-stand
55
Opnamefuncties
Helderheid (belichtingscompensatie), Levendigheid
en Kleurtoon (creatieve schuifbalk) instellen
Als de opnamestand is ingesteld op de j, k, l of m stand, gebruikt u de creatieve
schuifbalk om de helderheid (belichtingscompensatie), levendigheid en kleurtoon
voor het fotograferen in te stellen.
De creatieve schuifbalk bedienen
1 Druk op de multi-selector K (o).
Gebruik in de m stand K om B (creatieve
schuifbalk) te selecteren en druk op de k
knop.
2 Selecteer de optie die u wilt
instellen en pas deze naar wens aan.
JK: Een optie selecteren.
- o: “Helderheid instellen
(belichtingscompensatie)” (A56)
- G: “Levendigheid instellen (verzadiging
instellen)” (A57)
- F: “Kleurtoon instellen (witbalans
instellen)” (A57)
HI of draaien: De schuifbalk beweegt. Het effect kan worden ingesteld terwijl
de resultaten op de monitor worden bevestigd.
Om de effecten van de creatieve schuifbalk uit te schakelen, selecteert u P en
drukt u op de k knop.
3 Wanneer de instelling is voltooid,
selecteert u y en drukt u op de k
knop.
Als de k knop (behalve als P is geselecteerd)
of de ontspanknop wordt ingedrukt bij stap 2,
wordt de geselecteerde mate van het effect
toegepast. Wanneer het effect is toegepast,
keert de camera terug naar het
opnamescherm.
C Instellingen creatieve schuifbalk
De instellingen voor Helderheid (Bel. +/-), Levendigheid en Kleurtoon worden
opgeslagen in het geheugen van de camera en blijven bewaard, ook als de camera
wordt uitgeschakeld.
+ 0.3
+ 2.0
- 2.0
Helderheid (Bel. +/-)
Schuif
Sluiten
56
Opnamefuncties
Helderheid instellen (belichtingscompensatie)
Stel de helderheid van het complete beeld in.
Om het beeld lichter te maken, stelt u een
positieve (+) waarde in.
Om het beeld donkerder te maken, stelt u
een negatieve (–) waarde in.
B Opmerkingen over belichtingscompensatie
Helderheidsaanpassing (belichtingscompensatie) kan niet gebruikt worden in de m
stand.
C Het histogram gebruiken
Een histogram is een grafiek waarin de verdeling van tinten in het beeld wordt
aangeduid. Gebruik als een hulpmiddel wanneer u gebruik maakt van
belichtingscompensatie en fotograferen zonder flitser.
De horizontale as geeft het helderheidsniveau van de pixels aan, van links naar
rechts oplopend van donker naar licht. De verticale as geeft aan hoeveel pixels van
elk helderheidsniveau er in het beeld voorkomen.
Door de belichtingscompensatie te verhogen, verschuift de toonverdeling naar
rechts en door de belichtingscompensatie te verlagen, verschuift de toonverdeling
naar links.
+ 0.3
+ 2.0
- 2.0
Helderheid (Bel. +/-)
Schuifbalk
Histogram
Belichtings-
compensatie-
waarde
57
Opnamefuncties
Levendigheid instellen (verzadiging instellen)
Stel de levendigheid van het complete beeld in.
De levendigheid van het complete beeld
neemt toe naarmate de schuifbalk omhoog
wordt verplaatst. De levendigheid van het
complete beeld neemt af naarmate de
schuifbalk omlaag wordt verplaatst.
Kleurtoon instellen (witbalans instellen)
Stel de kleurtoon van het complete beeld in.
Het complete beeld wordt roder naarmate
de schuifbalk omhoog wordt verplaatst. Het
complete beeld wordt blauwer naarmate de
schuifbalk omlaag wordt verplaatst.
B Opmerkingen over witbalans instellen
De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of andere
functies gebruikt worden.
Levendigheid
Schuifbalk
Kleurtoon
Schuifbalk
58
Opnamefuncties
Helderheid instellen (belichtingscompensatie)
Als de opnamestand is ingesteld op de A (auto) stand, onderwerpstand, slim
portret-stand of stand speciale effecten, kunt u de helderheid
(belichtingscompensatie) instellen.
1 Druk op de multi-selector K (o).
2 Selecteer een compensatiewaarde
en druk op de k knop.
Om het beeld lichter te maken, stelt u een
positieve (+) waarde in.
Om het beeld donkerder te maken, stelt u
een negatieve (–) waarde in.
De compensatiewaarde wordt toegepast,
zelfs zonder de k knop in te drukken.
C Belichtingscompensatiewaarde
Als de opnamestand in de onderwerpstand Vuurwerk (A36) is, kan de
belichtingscompensatie niet worden gebruikt.
Als de belichtingscompensatie wordt ingesteld tijdens gebruik van de flitser, wordt
de compensatie toegepast op de achtergrondbelichting en de flitssterkte.
+ 0.3
+ 2.0
- 2.0
Belichtingscompensatie
Histogram
59
Opnamefuncties
Standaardinstellingen
De standaardinstellingen voor elke opnamestand worden hieronder beschreven.
Opnamestand
Flitser
(A50)
Zelfont-
spanner
(A53)
Macro
(A54)
Creatieve
schuifbalk
(A55)
j, k, l, m W kkUit
Opnamestand
Flitser
(A50)
Zelfont-
spanner
(A53)
Macro
(A54)
Belichtings-
compensatie
(A58)
A (auto) U kk0.0
F (slim portret-
stand)
U
1
k
2
k
3
0.0
u (speciale
effecten)
W kk0.0
Opnamestand
Flitser
(A50)
Zelfont-
spanner
(A53)
Macro
(A54)
Belichtings-
compensatie
(A58)
y
x (automatische
scènekeuze)
U
4
kk
5
0.0
b (portret) V kk
3
0.0
c (landschap) W
3
kk
3
0.0
d (sport) W
3
k
3
k
3
0.0
e (nachtportret) V
3
kk
3
0.0
f (party/binnen) V
6
kk
3
0.0
Z (strand) U kk
3
0.0
z (sneeuw) U kk
3
0.0
h (zonsondergang) W
3
kk
3
0.0
i (schemering/
dageraad)
W
3
kk
3
0.0
j (nachtlandschap) W
3
kk
3
0.0
k (close-up) W k o
3
0.0
u (voedsel) W
3
k o
3
0.0
l (museum) W
3
kk0.0
60
Opnamefuncties
1
Kan niet worden gebruikt als Knipperdetectie is ingesteld op Aan of als
Glimlachtimer is ingesteld op Aan (continu) of Aan (BSS).
2
Kan worden ingesteld als Glimlachtimer is ingesteld op Uit.
3
Deze instelling kan niet worden gewijzigd.
4
De camera kiest automatisch de meest geschikte flitsstand voor het onderwerp
dat de camera zelf heeft gekozen. W (uit) kan handmatig worden geselecteerd.
5
Kan niet gewijzigd worden. De camera schakelt over naar de macro-stand als i
geselecteerd wordt.
6
Schakelt mogelijk over naar synchronisatie met lange sluitertijd met rode-
ogenreductie als flitsstand.
7
Flitser is vast ingesteld op X (invulflits) als HDR is ingesteld op Uit, en is vast
ingesteld op W (uit) als HDR is ingesteld op Aan.
8
Zelfontspanner kan niet worden gebruikt. Dierenportret automatisch ontspannen
kan in- of uitgeschakeld worden (A38).
Opnamestand
Flitser
(A50)
Zelfont-
spanner
(A53)
Macro
(A54)
Belichtings-
compensatie
(A58)
m (vuurwerk) W
3
k
3
k
3
0.0
3
n (zwart-wit
kopie)
W kk0.0
o (tegenlicht) X
7
/W
7
kk
3
0.0
p (eenvoudig
panorama)
W
3
k
3
k
3
0.0
O (dierenportret) W
3
Y
8
k 0.0
61
Opnamefuncties
De onderstaande instellingen kunnen gewijzigd worden door bij de opname
op de d knop te drukken (A4).
Beschikbare functies kunnen variëren afhankelijk van de opnamestand, zoals
hieronder aangegeven.
1
De instelling kan ook worden toegepast in andere opnamestanden (behalve de
onderwerpstand Eenvoudig panorama).
2
Er zijn extra instellingen beschikbaar voor bepaalde opnamestanden. Zie “Tips en
opmerkingen” (A33) voor meer informatie.
Functies die ingesteld kunnen worden met
de d knop (opnamemenu)
Functie
A y
2
F u j, k, l, m
Beeldkwaliteit
1
ww w ww
Beeldformaat
1
ww w ww
Witbalans
––
w
Lichtmeting
–––w
Continu
––
w
ISO-waarde
––
w
AF-veldstand
––
w
Autofocus-stand
––
w
Sneleffecten
––
w
M belichtings-
voorbeeld
–– w
Huid verzachten
––w
––
Glimlachtimer
––w
––
Knipperdetectie
––w
––
AF
-
veldstand
ISO-waarde
Continu
Lichtmeting
Witbalans
Beeldformaat
Beeldkwaliteit
25
m
0s
25
m
0s
880
880
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
62
Opnamefuncties
Beschikbare opties in het opnamemenu
Optie Beschrijving A
Beeldkwaliteit
Hiermee kunt u de gebruikte beeldkwaliteit
(compressieverhouding) instellen bij het opslaan van
foto's.
Standaardinstelling: Normal
E29
Beeldformaat
Hiermee kunt u het gebruikte beeldformaat instellen bij
het opslaan van foto's.
Standaardinstelling: i 4608×3456
E30
Witbalans
Hiermee kunt u de witbalans aanpassen aan de
weersomstandigheden of lichtbron om de kleuren van
de foto's overeen te laten komen met datgene dat
uziet.
Standaardinstelling: Automatisch
E31
Lichtmeting
Hiermee kunt u de methode instellen die de camera
gebruikt om de helderheid van het onderwerp te
meten.
Standaardinstelling: Matrix
E33
Continu
Hiermee kunt u enkelvoudige of continu-opname
selecteren.
Standaardinstelling: Enkelvoudig
E34
ISO-waarde
Hiermee kun u de lichtgevoeligheid van de camera
regelen.
Standaardinstelling: Automatisch
Als Automatisch geselecteerd is, wordt er tijdens het
fotograferen E op de monitor weergegeven
wanneer de ISO-waarde toeneemt.
E37
AF-veldstand
Hiermee kunt u bepalen hoe de camera het
scherpstelveld voor de autofocus selecteert.
Standaardinstelling: AF met doelopsporing (A68)
E38
Autofocus-stand
Hiermee kunt u de methode instellen waarmee de
camera scherpstelt.
Standaardinstelling: Pre-scherpstelling
E41
Sneleffecten
Hiermee kunt u de sneleffectfunctie in- of uitschakelen
(A44).
Standaardinstelling: Aan
E41
M belichtings-
voorbeeld
Hiermee kunt u selecteren of wijzigingen van de
helderheid tevens op het opnamescherm moeten
worden aangeduid wanneer de belichting wordt
gewijzigd in de stand m (handmatig).
Standaardinstelling: Aan
E42
63
Opnamefuncties
Huid verzachten
Hiermee kunt u de mate van huid verzachten voor
gezichten selecteren.
Standaardinstelling: Normaal
E43
Glimlachtimer
Hiermee kunt u selecteren of de camera de sluiter wel of
niet automatisch ontspant wanneer er een lachend
gezicht wordt herkend.
Standaardinstelling: Aan (enkelvoudig)
E44
Knipperdetectie
De camera ontspant de sluiter automatisch tweemaal
bij elke opname en slaat de foto op waarop de ogen van
het onderwerp open zijn.
Standaardinstelling: Uit
E45
Optie Beschrijving A
64
Opnamefuncties
Sommige functies kunnen niet worden gebruikt in combinatie met andere
menu-opties.
Functies die niet tegelijkertijd gebruikt
kunnen worden
Beperkte functie Optie Beschrijving
Flitsstand
Continu (A62)
Als een andere instelling dan
Enkelvoudig is geselecteerd, kan de
flitser niet gebruikt worden.
Knipperdetectie
(A63)
Als Knipperdetectie is ingesteld op
Aan, kan de flitser niet gebruikt
worden.
Zelfontspanner
Glimlachtimer
(A63)
Als Glimlachtimer is geselecteerd, kan
de zelfontspanner niet gebruikt
worden.
AF-veldstand
(A62)
Als Onderwerp volgen is
geselecteerd, kan de zelfontspanner
niet gebruikt worden.
Macro-stand
AF-veldstand
(A62)
Als Onderwerp volgen is
geselecteerd, kan de macro-stand niet
gebruikt worden.
Beeldkwaliteit Continu (A62)
Als Vooropnamecache, Continu H:
120 bps, Continu H: 60 bps of Multi-
shot 16 geselecteerd is, is de instelling
vast ingesteld op Normal.
Beeldformaat Continu (A62)
Beeldformaat is als volgt vast
ingesteld, afhankelijk van de instelling
voor continu-opname:
Vooropnamecache:
A (beeldformaat: 1280 × 960 pixels)
Continu H: 120 bps:
f 640×480
Continu H: 60 bps:
A (beeldformaat: 1280 × 960 pixels)
Multi-shot 16:
D (beeldformaat: 2560 × 1920
pixels)
65
Opnamefuncties
Witbalans
Kleurtoon (met
de creatieve
schuifbalk)
(A55)
Als de kleurtoon wordt ingesteld met
de creatieve schuifbalk, kan de
Witbalans in het opnamemenu niet
worden ingesteld. Om de Witbalans
in te stellen, selecteert u P in het
instellingenscherm van de creatieve
schuifbalk om de helderheid,
levendigheid en kleurtoon te resetten.
Continu
Zelfontspanner
(A53)
Als de zelfontspanner wordt gebruikt
wanneer Vooropnamecache is
geselecteerd, werkt Continu met de
instelling Enkelvoudig.
ISO-waarde Continu (A62)
Als Vooropnamecache, Continu H:
120 bps, Continu H: 60 bps of Multi-
shot 16 is geselecteerd, wordt de
instelling ISO-waarde automatisch
gespecificeerd op basis van de
helderheid.
AF-veldstand
Witbalans
(A62)
Als een andere instelling dan
Automatisch is geselecteerd voor
Witbalans in de AF met
doelopsporing stand, dan detecteert
de camera het hoofdonderwerp niet.
Sneleffecten Continu (A62)
De sneleffectfunctie kan niet worden
gebruikt voor foto's gemaakt met
continu-opname.
Glimlachtimer
Knipperdetectie
(A63)
Als Knipperdetectie is ingesteld op
Aan, werkt Glimlachtimer met de
instelling Aan (enkelvoudig) indien
Aan (continu) of Aan (BSS) is
ingesteld.
Knipperdetectie
Glimlachtimer
(A63)
Als
Glimlachtimer is
i
ngesteld op Aan
(continu) of Aan (BSS), werkt
Knipperdetectie met de instelling
Uit.
Beperkte functie Optie Beschrijving
66
Opnamefuncties
Monitorinstellingen
Sneleffecten
(A62)
Als Sneleffecten is ingesteld op Aan,
wordt de gemaakte foto na elke
opname weergegeven, ongeacht de
instelling voor Beeld terugspelen.
Datumstempel
Continu (A62)
Als Continu H, Continu L,
Vooropnamecache, Continu H:
120 bps, Continu H: 60 bps of BSS
geselecteerd is, kunnen de foto's niet
van datum en tijd worden voorzien.
Glimlachtimer
(A63)
Als Glimlachtimer is ingesteld op Aan
(continu) of Aan (BSS), kunnen de
foto's niet van datum en tijd worden
voorzien.
Knipperdetectie
(A63)
Als Knipperdetectie is ingesteld op
Aan, kunnen de foto's niet van datum
en tijd worden voorzien.
Foto VR
Flitsstand
(A50)
Als de flitser afgaat wanneer Aan
(hybride) is geselecteerd, werkt Foto
VR met de instelling Aan.
Zelfontspanner
(A53)
Als de zelfontspanner wordt gebruikt
wanneer Aan (hybride) is
geselecteerd, werkt Foto VR met de
instelling Aan.
Continu (A62)
Als Continu is ingesteld op een andere
stand dan Enkelvoudig wanneer Aan
(hybride) geseleceerd is, werkt Foto
VR met de instelling Aan
.
ISO-waa
rd
e
(A62)
Als ISO-waarde is ingesteld Vast
bereik automatisch of ISO 400 of
hoger wanneer Aan (hybride)
geseleceerd is, werkt Foto VR met de
instelling Aan.
Bewegingsdete
ctie (A83)
Als Bewegingsdetectie is ingesteld
op Automatisch wanneer Aan
(hybride) is geselecteerd, dan werkt
Foto VR met de instelling Aan.
Beperkte functie Optie Beschrijving
67
Opnamefuncties
B Opmerkingen over digitale zoom
Afhankelijk van de opnamestand of de huidige instellingen is digitale zoom
mogelijk niet beschikbaar (E71).
Als digitale zoom wordt toegepast, stelt de camera scherp op het midden van het
kader.
Bewegingsdetectie
Flitsstand
(A50)
Als de flitser afgaat, wordt
Bewegingsdetectie uitgeschakeld.
Continu (A62)
Als Vooropnamecache, Continu H:
120 bps, Continu H: 60 bps of Multi-
shot 16 wordt ingesteld, is
Bewegingsdetectie uitgeschakeld.
ISO-waarde
(A62)
Als ISO-waarde wordt ingesteld op
een andere stand dan Automatisch,
dan wordt Bewegingsdetectie
uitgeschakeld.
Knipperwaarsch. Continu (A62)
Als een andere stand dan
Enkelvoudig wordt ingesteld, is
Knipperwaarsch. uitgeschakeld.
Digitale zoom
Continu (A62)
Als Multi-shot 16 is ingesteld, kan de
digitale zoom niet gebruikt worden.
AF-veldstand
(A62)
Als Onderwerp volgen is ingesteld,
kan de digitale zoom niet gebruikt
worden.
Sluitergeluid Continu (A62)
Als een andere stand dan
Enkelvoudig wordt geselecteerd, is
het sluitergeluid uitgeschakeld.
Beperkte functie Optie Beschrijving
68
Opnamefuncties
Het scherpstelveld varieert afhankelijk van de opnamestand.
AF met doelopsporing gebruiken
In de autostand of als AF-veldstand (A62) in de j, k, l of m stand is
ingesteld op AF met doelopsporing, dan voert de camera de scherpstelling
op de hieronder beschreven manier uit
Als de camera het hoofdonderwerp herkent,
wordt een gele rand (scherpstelveld) rondom
het onderwerp weergegeven. Als een gezicht
herkend wordt, stelt de camera automatisch
met prioriteit hierop scherp. Als u de
ontspanknop half indrukt, licht het
scherpstelveld waarop is scherpgesteld
groen op.
Als er geen hoofdonderwerp wordt herkend,
selecteert de camera automatisch een of
meer van de scherpstelvelden waarin zich het
onderwerp het dichtste bij de camera
bevindt wanneer u de ontspanknop half
indrukt. Als het onderwerp is scherpgesteld,
lichten de scherpstelvelden waarop is
scherpgesteld groen op.
B Opmerkingen over AF met doelopsporing
Het onderwerp dat de camera als het hoofdonderwerp beschouwt, kan afhankelijk
van de opname-omstandigheden verschillen.
Het hoofdonderwerp wordt mogelijk niet herkend wanneer bepaalde instellingen
voor Witbalans gebruikt worden.
In de volgende situaties herkent de camera het hoofdondwerp mogelijk niet
correct:
- Als het onderwerp zeer donker of licht is
- Als het hoofdonderwerp geen duidelijk gedefinieerde kleuren heeft
- Als de opname zodanig gekadreerd is dat het hoofdonderwerp zich bij de rand
van de monitor bevindt
- Als het hoofdonderwerp is samengesteld uit een herhalend patroon
Scherpstellen
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
25
m
0s
25
m
0s
880
880
Scherpstelvelden
F3.71/ 2 5 0
1/250 F3.7
Scherpstelveld
69
Opnamefuncties
Gezichtsdetectie gebruiken
In de volgende opnamestanden gebruikt de
camera gezichtsdetectie om automatisch
scherp te stellen op gezichten.
Autom. scènekeuzekn., Portret of
Nachtportret onderwerpstand (A32)
Slim portret-stand (A39)
Als AF-veldstand (A62) in de j, k, l of
m stand (A43) is ingesteld op
Gezichtprioriteit.
Als de camera meer dan één gezicht herkent, wordt een dubbele rand
weergegeven om het gezicht waarop de camera scherpstelt en enkele randen
om de andere gezichten.
Als de ontspanknop half wordt ingedrukt wanneer er geen gezichten worden
herkend:
Wanneer Autom. scènekeuzekn. geselecteerd wordt, verandert het
scherpstelveld afhankelijk van het onderwerp.
In de onderwerpstand Portret en Nachtportret of de slim portret-stand
stelt de camera scherp op het gebied in het midden van het beeld.
In de j, k, l of m stand selecteert de camera het scherpstelveld dat zich
het dichtst bij de camera bevindt.
B Opmerkingen over gezichtsdetectie
Of de camera gezichten herkent, hangt af van diverse factoren, bijvoorbeeld de
richting waarin de gezichten kijken.
In de volgende situaties kan de camera mogelijk geen gezichten herkennen:
- Als een gezicht deels verscholen gaat achter een zonnebril of een ander
voorwerp
- Als een gezicht te veel of te weinig ruimte beslaat in het beeld
C Gezichtsdetectie tijdens filmopname
Als AF-veldstand (A80) in het filmmenu is ingesteld op Gezichtprioriteit, stelt
de camera tijdens filmopname scherp op gezichten.
Als de b (e filmopname ) knop wordt ingedrukt wanneer er geen gezichten
worden herkend, stelt de camera scherp op het gebied in het midden van het beeld.
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
25
m
0s
25
m
0s
880
880
70
Opnamefuncties
Huid verzachten gebruiken
Als de sluiter wordt ontspannen in een van de onderstaande opnamestanden, dan
herkent de camera gezichten en bewerkt de camera de foto om de huid van de
gezichten te verzachten (maximaal 3 gezichten).
Slim portret-stand (A39)
- De mate van huid verzachten kan worden ingesteld.
Autom. scènekeuzekn., Portret of Nachtportret onderwerpstand (A32)
Bewerkingsfuncties zoals Huid verzachten kunnen op opgeslagen foto's worden
toegepast door gebruik te maken van Glamour-retouchering (A74), zelfs na
de opname.
B Opmerkingen over huid verzachten
Er is meer tijd nodig voor het opslaan van foto's na de opname dan gebruikelijk.
Onder bepaalde omstandigheden kunnen de gewenste resultaten niet bereikt worden
en kan huid verzachten toegepast worden op delen van de foto zonder gezichten.
Onderwerpen die niet geschikt zijn voor autofocus
In de volgende situaties stelt de camera mogelijk niet scherp als verwacht. Het kan
soms voorkomen dat niet wordt scherpgesteld op het onderwerp ondanks het feit
dat het actieve scherpstelveld of de scherpstelaanduiding groen oplicht:
Het onderwerp is zeer donker
Er zijn voorwerpen met sterk verschillende helderheid in beeld (bijvoorbeeld
wanneer de zon achter het onderwerp staat en het onderwerp zelf daardoor
erg donker wordt)
Er is geen contrast tussen het onderwerp en de omgeving (bijvoorbeeld
wanneer de persoon op de foto een wit overhemd draagt en voor een witte
muur staat)
Meerdere voorwerpen bevinden zich op verschillende afstanden van de
camera (bijvoorbeeld het onderwerp bevindt zich in een kooi)
Onderwerpen met herhalende patronen (zoals zonneschermen, gebouwen
met meerdere rijen ramen van gelijke afmetingen, etc.)
Het onderwerp beweegt snel
Druk in de bovenstaande situaties de ontspanknop enkele malen half in om
opnieuw scherp te stellen of stel scherp op een ander onderwerp dat zich op
dezelfde afstand van de camera bevindt als het daadwerkelijke gewenste
onderwerp en gebruik de scherpstelvergrendeling (A71).
71
Opnamefuncties
Scherpstelvergrendeling
Fotograferen met scherpstelvergrendeling wordt aanbevolen wanneer de
camera het scherpstelveld met het gewenste onderwerp niet activeert.
1 Stel AF-veldstand in op Centrum (A61).
AF-veldstand kan worden ingesteld als de opnamestand is ingesteld op j,
k, l of m.
2 Positioneer het onderwerp
in het midden van het
beeld en druk de
ontspanknop half in.
Bevestig dat het scherpstelveld
groen oplicht.
De scherpstelling en belichting
worden vergrendeld.
3 Pas de kadrering aan zonder uw
vinger van de knop te halen.
Zorg dat de afstand tussen de camera en
het onderwerp hetzelfde blijft.
4 Druk de ontspanknop helemaal in
om de foto te maken.
1 / 2 5 0
1/250
F 3 .7
F3.7
F 3 .71 / 2 5 0
1/250 F3.7
72
Weergavefuncties
Weergavefuncties
Door de zoomknop naar g (i) te bewegen in de schermvullende weergave
(A28), wordt op de foto ingezoomd.
U kunt de zoomfactor wijzigen door de zoomknop richting f (h) of g (i)
te bewegen.
Druk op de multi-selector HIJK om een ander deel van de foto te
bekijken.
Als u een foto bekijkt die met gezichtsdetectie of huisdierdetectie is
gemaakt, dan zoomt de camera in op het gezicht dat bij de opname
herkend werd (behalve bij foto's die in een reeks gemaakt zijn). Pas de
zoomfactor aan en druk vervolgens op HIJK om in te zoomen op een
gedeelte van de foto zonder gezichten.
Wanneer een ingezoomde foto wordt weergegeven, drukt u op de k knop
om naar de schermvullende weergave terug te keren.
C Foto's uitsnijden
Wanneer een ingezoomde foto wordt weergegeven, kunt u op d knop drukken
om alleen het weergegeven gedeelte van de foto uit te snijden en op te slaan als een
apart bestand (E19).
Zoomweergave
15/05/2014 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
4
/
4
4
/
4
15/05/2014 15:30
3.0
3.0
De foto wordt
ingezoomd.
Schermvullende
weergave
Aanduiding weergegeven gebied
73
Weergavefuncties
Door de zoomknop naar f (h) te bewegen in de schermvullende weergave
(A28), worden de foto's als miniatuurweergaven weergegeven.
U kunt het aantal weergegeven miniatuurweergaven wijzigen door de
zoomknop richting f (h) of g (i) te bewegen.
Gebruik de multi-selector HIJK of draai deze in de miniatuurweergave
om een foto te selecteren en druk vervolgens op de k knop voor een
schermvullende weergave van de betreffende foto.
Gebruik de multi-selector HIJK of draai deze in de kalenderweergave
om een datum te selecteren en druk vervolgens op de k knop om de foto's
weer te geven die op de betreffende datum zijn gemaakt.
B Kalenderweergave
Foto's die worden gemaakt terwijl geen cameradatum is ingesteld, worden
gemarkeerd als foto's gemaakt op 1 januari 2014.
Miniatuurweergave, Kalenderweergave
1
/
201
/
20
1
/
201
/
20
15/05/ 20 14 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
15/05/2014 15:30
Sun Mon Tue Wed Thu Fri Sat
2
1
8
15
22
29
7
14
21
28
6
13
2 0
27
5
12
19
26
4
11
18
2 5
3
10
17
2 4
2
9
16
23
30 31
151 5
1
15
20
5
24
8
76
25
9
2014
05
MiniatuurweergaveSchermvullende
weergave
Kalenderweergave
74
Weergavefuncties
Als foto's worden bekeken in de schermvullende weergave of
miniatuurweergave, kunt u de onderstaande menufuncties configureren door
op de d knop (A4) te drukken.
Functies die ingesteld kunnen worden met
de d knop (weergavemenu)
Optie Beschrijving A
Snel
retoucheren
*
Hiermee kunt u geretoucheerde kopieën maken
waarin contrast en verzadiging zijn verhoogd.
E15
D-Lighting
*
Hiermee kunt u kopieën maken met een verbeterde
helderheid en contrast, waardoor donkere gedeeltes
van een foto lichter worden.
E15
Rode-
ogencorrectie
*
Corrigeert eventuele “rode ogen” bij foto's die met
een flitser zijn gemaakt.
E16
Glamour-
retouchering
*
Herkent gezichten op foto's en voert een glamur-
retouchering op de herkende gezichten uit.
E17
Afdrukopdracht
Hiermee kunt u voorafgaand aan het printen
selecteren welke foto's geprint moeten worden en
hoeveel kopieën er gemaakt moeten worden.
E46
Diashow
Hiermee kunt u foto's bekijken in een automatische
diashow.
E49
Beveiligen Beveiligt geselecteerde foto's tegen ongewild wissen. E50
Beeld draaien
Hiermee kunt u het weergegeven beeld draaien in de
staande (portret) of liggende (landschap) stand.
E51
Kleine
afbeelding
*
Maakt een kleine kopie van foto's. E18
Spraakmemo
Hiermee kunt u de microfoons van de camera
gebruiken om spraakmemo's op te nemen en ze als
bijlage toevoegen aan een foto.
E52
Kopiëren
Hiermee kunt u foto's kopiëren tussen het interne
geheugen en een geheugenkaart.
E53
Beveiligen
Diashow
Afdrukopdracht
Glamour-retouchering
Rode-ogencorrectie
D-Lighting
Snel retoucheren
15/ 05/2 014 15: 30
000 4.
JPG
0004.
JPG
4
/
4
4
/
4
15/05/2014 15:30
75
Weergavefuncties
* Bewerkte foto's worden als aparte bestanden opgeslagen. Sommige foto's kunnen
niet bewerkt worden.
Reeksweergave-
opties
Hiermee kunt u selecteren of alleen de hoofdfoto van
een reeks continu gemaakte foto's of de reeks als
afzonderlijke beelden weergegeven moet worden.
Als alleen de hoofdfoto van een reeks wordt
weergegeven, drukt u op de k knop om elke foto
in de reeks weer te geven. Druk op de multi-
selector H om naar de weergave van de hoofdfoto
terug te gaan.
E54
Kies hoofdfoto
Hiermee kunt u de hoofdfoto van een reeks gemaakte
foto's wijzigen.
E54
Favoriete
beelden
Hiermee kunt foto's aan een album toevoegen.
Deze optie wordt niet weergegeven in de stand
favoriete beelden.
E5
Verwijderen uit
favor.
Hiermee kunt foto's uit een album verwijderen.
Deze optie wordt alleen weergegeven in de stand
favoriete beelden.
E7
Optie Beschrijving A
76
Films opnemen en afspelen
Films opnemen en afspelen
1 Geef het opnamescherm weer.
Controleer de resterende filmopnametijd.
Als Foto-informatie onder de
Monitorinstellingen (A83) in het setup-
menu is ingesteld op Filmbeeld+autom.
info, kan het zichtbare veld in de film
bevestigd worden voordat de fimopname
wordt gestart.
2 Druk op de b (e filmopname)
knop om de filmopname te starten.
Het scherpstelveld voor autofocus verschilt
afhankelijk va de instelling van de AF-
veldstand (A80).
De standaardinstelling is Gezichtprioriteit.
Druk op de multi-selector K om de opname
te pauzeren en druk nogmaals op K om de
opname te hervatten (behalve als p
iFrame 720/30p of p iFrame 720/25p
of een filmoptie met hoge snelheid (HS)
geselecteerd is in Filmopties). De opname
wordt automatisch gestopt als deze
ongeveer vijf minuten gepauzeerd blijft.
3 Druk nogmaals op de b (e filmopname) knop om de
filmopname te stoppen.
Films opnemen
25
m
0s25
m
0s
880880
1/ 2 5 0
1/250
F
3.7
F3.7
Resterende
filmopnametijd
14
m
3
0s
14
m
3
0s
77
Films opnemen en afspelen
B Maximale filmduur
De afzonderlijke filmbestanden kunnen niet groter dan 4 GB of langer dan 29 minuten
zijn, ook al is er voldoende ruimte op de geheugenkaart.
De maximale opnamelengte voor een enkele film wordt weergegeven op het
opnamescherm.
Als de cameratemperatuur te hoog wordt, kan de filmopname worden beëindigd
voordat de grenswaarden zijn bereikt.
De daadwerkelijke filmduur kan variëren afhankelijk van de filminhoud, beweging van
het onderwerp of type geheugenkaart.
B Opmerkingen over foto's opslaan en films opnemen
De aanduiding voor het aantal resterende foto's of de aanduiding voor de maximale
filmduur terwijl er foto's worden opgeslagen of een film wordt opgenomen. Open het
deksel van het batterijvak/de kaartsleuf niet en verwijder de batterij of
geheugenkaart niet terwijl er een aanduiding knippert. Gebeurt dit wel, dan kunnen
gegevens verloren gaan, of de camera of geheugenkaart beschadigd raken.
B Opmerkingen over films opnemen
Voor het opnemen van films wordt een geheugenkaart aanbevolen met een SD-
snelheidsklasse van 6 of hoger (F29). Als geheugenkaarten met een lagere
snelheidsklasse worden gebruikt, kan de filmopname plotseling worden onderbroken..
Als het interne geheugen van de camera wordt gebruikt, kan het opslaan van films
enige tijd in beslag nemen.
De film kan, afhankelijk van het bestandsformaat van de film, mogelijk niet in het
interne geheugen worden opgeslagen of van een geheugenkaart naar het interne
geheugen worden gekopieerd.
Er kan enige afname in beeldkwaliteit optreden wanneer de digitale zoom gebruikt
wordt.
Geluiden van de zoomregeling, zoom, autofocus, vibratiereductie of diafragmaregeling
als de helderheid wijzigt, kunnen worden opgenomen.
De volgende zaken kunnen tijdens het opnemen van films op de monitor zichtbaar
zijn. Deze zaken worden in de opgenomen films opgeslagen.
- Er kunnen strepen optreden in opnamen die in de buurt van tl-lampen,
kwikdamplampen of natriumlampen zijn gemaakt.
- Onderwerpen die snel van de ene naar de andere zijde van het beeld bewegen, zoals
een bewegende trein of auto, kunnen vervormd lijken.
- De hele film kan vervormd lijken als de camera bewogen wordt.
- Verlichting of andere heldere delen kunnen restbeelden achterlaten wanneer de
camera bewogen wordt.
Afhankelijk van de afstand tot het onderwerp of de hoeveelheid zoom die wordt
toegepast, kunnen bij onderwerpen met herhalende patronen (stoffen, vensters met
kleine ruiten, etc.) gekleurde strepen verschijnen (interferentiepatronen, moiré, etc.) bij
de opname en weergave van de film. Dit gebeurt wanneer het patroon in het
onderwerp en de layout van de beeldsensor onderling voor interferentie zorgen; dit is
geen storing.
78
Films opnemen en afspelen
B Opmerkingen over vibratiereductie tijdens filmopname
Als Film VR (A80) in het filmmenu is ingesteld op Aan (hybride), dan wordt de
beeldhoek (d.w.z. het zichtbare deel in het beeld) tijdens de filmopname kleiner.
Wanneer van een statief gebruik wordt gemaakt om de camera tijdens opname te
stabilseren, stelt u de Film VR in op Uit om eventuele fouten door deze functie te
voorkomen.
B Cameratemperatuur
Het is mogelijk dat de camera warm wordt tijdens het opnemen van films
gedurende een langere tijd resp. bij gebruik van de camera in een warme
omgeving.
Als de temperatuur in de camera extreem hoog wordt tijdens het opnemen van
een film, kan de opname automatisch stoppen.
De resterende tijd tot de camera de opname stopt (B10s) wordt weergegeven.
Nadat de camera de opname heeft gestopt, wordt de camera automatisch
uitgezet.
Laat de camera uitgeschakeld totdat de binnenkant van de camera is afgekoeld.
B Opmerkingen over autofocus
Het is mogelijk dat autofocus niet werkt zoals verwacht (A70). Indien dit gebeurt,
probeer dan het volgende:
1. Stel AF-veldstand in op Centrum en Autofocus-stand op Enkelvoudige AF
(standaardinstelling) in het filmmenu voordat de filmopname wordt gestart.
2. Kadreer een ander onderwerp dat zich op dezelfde afstand van de camera bevindt
als het daadwerkelijke gewenste onderwerp, druk op de b (e filmopname)
knop om de opname te starten en pas vervolgens de compositie aan.
79
Films opnemen en afspelen
Foto's opslaan tijdens filmopname
Als de ontspanknop tijdens de filmopname
helemaal wordt ingedrukt, wordt een beeld als
foto opgeslagen. De filmopname gaat verder
terwijl de foto wordt opgeslagen.
Bovenaan op de monitor wordt aan de
linkerzijde Q weergegeven. Als z wordt
weergegeven, kan geen foto worden
opgeslagen.
Het beeldformaat van de foto's die worden
opgeslagen, is hetzelfde als de instelling in Filmopties (A80).
B Opmerkingen over foto's opslaan tijdens filmopname
Foto's kunnen niet tijdens de filmopname worden opgeslagen in de volgende
situaties.
- Als de filmopname gepauzeerd is
- Als de resterende filmduur minder dan 5 seconden is
-Als Filmopties is ingesteld op Z 1080/60i, U 1080/50i, g 480/30p,
W 480/25p of HS-film
Beelden van een film die werden opgenomen terwijl een foto werd gemaakt,
worden mogelijk niet naadloos weergegeven.
Het bedieningsgeluid van de ontspanknop bij het maken van een foto kan te
horen zijn in de opgenomen film.
Als de camera beweegt wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, kan de foto
onscherp zijn.
14
m
3
0s
14
m
3
0s
80
Films opnemen en afspelen
Functies die ingesteld kunnen worden met de d
knop (filmmenu)
De onderstaande instellingen van de menu-
opties kunnen geconfigureerd worden.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M k knop
Optie Beschrijving A
Filmopties
Selecteer het filmtype.
Selecteer normale snelheid voor het opnemen van films
op normale snelheid of hoge snelheid (HS) voor het
opnemen van films die vertraagd (slow motion) of
versneld (fast motion) kunnen worden weergegeven.
Standaardinstelling: e 1080/30p (S
1080/25p)
E55
Openen met HS-
beelden
Stel HS-films opnemen of Films op normale snelheid
opnemen in wanneer de filmopname begint, bij het
opnemen van HS-films.
Standaardinstelling: Aan
E59
AF-veldstand
Stel de methode in waarmee de camera tijdens de
filmopname het scherpstelveld voor de autofocus
selecteert.
Standaardinstelling: Gezichtprioriteit
E59
Autofocus-stand
Selecteer Enkelvoudige AF, waarbij de scherpstelling
wordt vergrendeld wanneer de filmopname begint, of
Fulltime-AF, waarbij de scherpstelling tijdens de
filmopname wordt voortgezet.
Standaardinstelling: Enkelvoudige AF
E60
Film VR
Selecteer de instelling van de vibratiereductie die bij de
filmopname wordt gebruikt.
Standaardinstelling: Aan (hybride)
E61
Windruisreductie
Stel in of windruis wel of niet onderdrukt moeten
worden tijdens de filmopname.
Standaardinstelling: Uit
E62
Beeldsnelheid
Selecteer de beeldsnelheid die bij de filmopname wordt
gebruikt.
E62
Beeldsnelheid
Windruisreductie
Film VR
Autofocus-stand
AF-veldstand
Openen met HS-beelden
Filmopties
81
Films opnemen en afspelen
Druk op de c knop om de weergavestand in te
schakelen.
Films worden aangeduid met het pictogram
voor filmopties (A80).
Druk op de k knop om films af te spelen.
Om het volume aan te passen, beweegt u de
zoomknop (A1).
Films afspelen
15/05/2014 15:3015/05/2014 15:30
0010.
MOV0010.
MOV
10s10s
Filmopties
Aanduiding volume
82
Films opnemen en afspelen
Beschikbare functies tijdens afspelen
Draai de multi-selector om snel vooruit of terug
te spoelen.
Onderaan de monitor worden
bedieningsknoppen weergegeven.
De onderstaande functies kunnen met de multi-
selector JK uitgevoerd worden voor het
selecteren van een bedieningsknop en
vervolgens de k knop in te drukken.
* De film kan ook vooruit- of teruggespoeld worden door de multi-selector of
hoofdinstelschijf te draaien.
Films wissen
Gebruik als u een film wilt wissen de schermvullende weergave (A28) of de
miniatuurweergave (A73) om een film te selecteren en druk vervolgens op
de l knop (A29).
Functie
Picto-
gram
Beschrijving
Terugs-
poelen
A Houd de k knop ingedrukt om de film terug te spoelen.
Vooruits
poelen
B Houd de k knop ingedrukt om de film vooruit te spoelen.
Pauzeren E
Pauzeer de weergave. De onderstaande functies kunnen
worden uitgevoerd terwijl de weergave gepauzeerd is.
C
Film één beeld terugspoelen. Houd de k knop
ingedrukt om continu terug te spoelen.*
D
Film één beeld vooruitspoelen. Houd de k knop
ingedrukt om continu vooruit te spoelen.*
F Afspelen hervatten.
I
Kopieer het gewenste deel van een film en sla dit als
een apart bestand op.
H
Een enkel beeld van een film kopiëren en als foto
opslaan.
Stoppen G Terug naar de schermvullende weergave.
Gepau-
zeerd
83
Basisinstellingen
Basisinstellingen
De onderstaande instellingen van de menu-
opties kunnen geconfigureerd worden.
Functies die ingesteld kunnen worden met
de d knop (setup-menu)
Druk op de d knop M z (setup) menupictogram M k knop
Optie Beschrijving A
Welkomstscherm
Hiermee kunt u kiezen of het welkomstscherm wel
of niet op de monitor moet worden getoond als de
camera wordt ingeschakeld.
E63
Tijdzone en datum Hiermee kunt u de cameraklok instellen. E64
Monitorinstellingen
Hiermee kunt u de weergaveinstellingen voor foto-
informatie, de beeldcontrole na opname en de
helderheid van de monitor aanpassen.
E66
Datumstempel
Hiermee kunt u de datum en tijd van een opname
op foto's weergeven.
E68
Foto VR
Hiermee kunt u de instelling van de
vibratiereductie selecteren die bij het fotograferen
wordt gebruikt.
E69
Bewegingsdetectie
Hiermee kunt u instellen of de camera de sluitertijd
wel of niet automatisch verkort om onscherpte als
gevolg van cameratrilling tijdens het fotograferen
te verminderen indien er beweging wordt
vastgesteld.
E70
AF-hulplicht
Hiermee kunt u de AF-hulpverlichting in- of
uitschakelen.
E70
Digitale zoom
Hiermee kunt u de digitale zoom in- en
uitschakelen.
E71
Geluidsinstellingen Hiermee kunt u de geluidsinstellingen aanpassen. E72
Bewegingsdetectie
Foto VR
Datumstempel
Monitorinstellingen
Tijdzone en datum
Welkomstscherm
AF
-
hulplicht
84
Basisinstellingen
Automatisch uit
Hiermee kunt u de lengte van de tijd instellen
voordat de monitor uitschakelt om energie te
besparen.
E72
Geheug.
formatteren/
Geheugenkaart
form.
Hiermee kunt u het interne geheugen of de
geheugenkaart formatteren.
E73
Taal/Language Hiermee kunt u de taal van de camera wijzigen. E74
TV-instellingen
Hiermee kunt u de instellingen van de tv-
aansluiting aanpassen.
E74
Opladen via
computer
Hiermee kunt u instellen of de batterij in de camera
wel of niet wordt opgeladen wanneer de camera
op een computer wordt aangesloten.
E75
Knipperwaarsch.
Hiermee kunt u instellen of gesloten ogen wel of
niet gedetecteerd worden bij het fotograferen van
mensen met behulp van gezichtsdetectie.
E76
Uploaden via
Eye-Fi
Hiermee kunt u het activeren of te deactiveren van
de functie instellen voor het zenden van beelden
naar een computer met een normaal in de handel
verkrijgbaar Eye-Fi-kaart.
E77
Standaardwaarden
Hiermee kunt u de camera-instellingen naar de
standaardwaarden resetten.
E78
Firmware-versie
Weergeven van de huidige firmware-versie van de
camera.
E78
Optie Beschrijving A
85
Locatiegegevensfuncties gebruiken/Kaarten weergeven
Locatiegegevensfuncties
gebruiken/Kaarten weergeven
Deze camera ontvangt signalen vanaf de satellieten voor positiebepaling en
verkrijgt de actuele tijd en locatiegegevens.
De verkregen locatiegegevens (breedtegraad en lengtegraad) kan worden
opgenomen op de foto's die gemaakt worden.
De locatiegegevensfuncties inschakelen
Stel Tijdzone en datum (A83) correct in voordat de
locatiegegevensfuncties gebruikt worden.
1 Gebruik de multi-selector HI
om Locatiegeg. opnemen te
selecteren en druk op de k knop.
2 Selecteer Aan en druk op de k
knop.
Signalen worden ontvangen vanaf de
satellieten voor positiebepaling en de
positiebepaling begint.
3 Druk op de d knop.
De camera keert terug naar de opnamestand.
Bedien in de open lucht als er met het ontvangen van signalen vanaf
satellieten voor positiebepaling begonnen wordt.
Opname van locatiegegevens starten
Druk op de d knop M z (locatiegegevensopties) menupictogram M
Optiesmenu locatiegeg. M k knop
Locatiegegevens wissen
A-GPS-best. bijwerken
Locatiegeg. opnemen
Optiesmenu locatiegeg.
Uit
Aan
Locatiegegevens opnemen
86
Locatiegegevensfuncties gebruiken/Kaarten weergeven
B Opmerkingen over locatiegegevensfuncties
Lees “<Belangrijk> Opmerkingen over locatiegegevensfuncties (GPS/GLONASS,
elektronisch kompas)” (Axi) voordat u de locatiegegevensfuncties gebruikt.
Het duurt enkele minuten om de locatiegegevens te verkrijgen wanneer de
positiebepaling voor het eerst wordt uitgevoerd of in een situatie waarbij de
positiebepaling langere tijd niet kan worden uitgevoerd, of net nadat de batterij is
aangebracht.
De posities van de satellieten voor positiebepaling veranderen voortdurend.
U kunt de positie mogelijk niet vaststellen of dit kan enige tijd duren afhankelijk van uw
locatie en de tijd.
Om gebruik te maken van de locatiegegevensfuncties dient u de camera in de open
lucht met zo min mogelijk obstakels te bedienen.
De signaalontvangst verloopt soepeler als de antenner voor positiebepaling (A1)
omhoog gericht is.
De volgende locaties die signalen blokkeren of weerkaatsen kunnen een mislukte of
onnauwkeurige positiebepaling tot gevolg hebben.
- In gebouwen of ondergrondse locaties
- Tussen hoge gebouwen
-Onder viaducten
- In tunnels
- Bij hoogspanningskabels
- Tussen groepen bomen
Het gebruik van een mobiele telefoon op de 1,5 GHz band in de buurt van de camera
kan de positiebepaling verstoren.
Wanneer u de camera tijdens de positiebepaling bij u draagt, plaats deze dan niet in
een metalen tas.
De positiebepaling kan niet worden uitgevoerd als de camera wordt afgedekt door
metalen materialen.
Bij een aanzienlijk verschil in de signalen vanaf de satellieten voor positiebepaling kan
er een afwijking van enkele honderden meters ontstaan.
Let op uw omgeving bij het bepalen van de positie.
De datum en tijd die wordt getoond bij het weergeven van foto's wordt geregistreerd
door de interne klok van de camera op het moment van de opname.
De tijd die wordt verkregen door de locatiegegevens en op foto's wordt opgenomen,
wordt niet op de camera weergegeven.
De locatiegegevens worden opgenomen op het eerste beeld van foto's die in de
continu-opnamestand zijn gemaakt.
B Leegraken van batterij tijdens opname van locatiegegevens en
logopname
Als Locatiegeg. opnemen is ingesteld op Aan, werken de functies voor het
opnemen van locatiegegevens ongeveer 6 uur met het gespecificeerde interval
verder, zelfs nadat de camera wordt uitgeschakeld. De functies voor het opnemen van
locatiegegevens en logopname werken ook verder tijdens logopname (A91), zelfs
nadat de camera wordt uitgeschakeld.
Als Locatiegeg. opnemen is ingesteld op Aan of tijdens logopname, raakt de batterij
sneller leeg dan normaal.
87
Locatiegegevensfuncties gebruiken/Kaarten weergeven
C Aanduiding locatiegegevensontvangst en Points of interest (POI)-
informatie
De ontvangst van locatiegegevens kan op het
opnamescherm gecontroleerd worden.
- n: De signalen worden ontvangen van vier of
meer satellieten en de positiebepaling wordt
uitgevoerd. De locatiegegevens worden op de
foto opgenomen.
- o: De signalen worden ontvangen van drie
satellieten en de positiebepaling wordt
uitgevoerd. De locatiegegevens worden op de
foto opgenomen.
- z: De signalen worden ontvangen van de
satellieten, maar positionering is niet mogelijk. De
locatiegegevens worden niet op de foto
opgenomen.
- y: De signalen kunnen niet van de satellieten worden ontvangen en positionering is
niet mogelijk. De locatiegegevens worden niet op de foto opgenomen.
POI-informatie is locatienaaminformatie voor herkenningspunten (faciliteiten) en
andere gegevens.
-Als POI weergeven onder Points of interest (POI) van het optiesmenu
locatiegegevens (A91) is ingesteld op Aan, wordt de informatie van de
dichtstbijzijnde locatienaam voor de huidige positie tijdens het fotograferen
weergegeven.
-Als POI inbedden is ingesteld op Aan, kan de locatienaaminformatie tijdens het
fotograferen op de foto worden opgenomen.
- Als de locatienaaminformatie tijdens het fotograferen op de foto werd
opgenomenon, wordt deze informatie tijdens de weergave getoond indien POI
weergeven is ingesteld op Aan.
Afhankelijk van het ingestelde niveau onder Detailleringsniveau van Points of
interest (POI) wordt de locatienaaminformatie mogelijk niet weergegeven. Daarnaast
is het mogelijk dat bepaalde namen van herkenningspunten niet geregistreerd
worden of dat de naam van het herkenningspunt anders is.
C Foto's met opgenomen locatiegegevens
Het z pictogram wordt weergegeven tijdens de weergave van foto's met
opgenomen locatiegegevens (A8).
De locatiegegevens die op een foto zijn opgenomen, kunnen met ViewNX 2 op een
kaart gecontroleerd worden nadat de foto naar een computer is overgebracht (A98).
De daadwerkelijke plaats van opname kan afwijken van de locatiegegevens die op de
afbeeldingsbestanden is opgenomen door de nauwkeurigheid van de verkregen
locatiegegevens en een verschil in het gebruikte geodesiesysteem.
De locatiegegevens en POI-informatie die op foto's zijn opgenomen, kunnen gewist
worden met Locatiegegevens wissen in Optiesmenu locatiegeg. (A91). De
gewiste informatie kan niet meer worden hersteld.
25
m
0s25
m
0s
880880
1/ 2 5 01/250 F3.7F3.7
Locatiegegevens ontvangst
Locatienaaminformatie
(POI-informatie)
88
Locatiegegevensfuncties gebruiken/Kaarten weergeven
De huidige positie of opnamelocatie
van de foto kan op het scherm worden
weergegeven met behulp van de
interne kaartinformatie van de camera.
Om de kaart weer te geven, drukt u op
de U (kaart) knop in de opnamestand
of weergavestand.
Kaarten kunnen niet worden weergegeven terwijl de camera wordt
opgeladen met behulp van de lichtnetlaadadapter.
Bij gebruik van de opnamestand
Om de huidige positie op het scherm
weer te geven, drukt u in de
opnamestand op de U (kaart) knop
indien Locatiegeg. opnemen in
Optiesmenu locatiegeg. van het
optiesmenu locatiegegevens is
ingesteld op Aan.
Om de huidige positie weer te geven,
moeten de locatiegegevens vooraf
verkregen zijn.
Om de schaal van de kaart aan te
passen, gebruikt u de zoomknop
(f (h)/g (i)).
Om de kaartweergave te verplaatsen,
gebruikt u de multi-selector.
De volgende bewerkingen kunnen
worden uitgevoerd wanneer u op de k
knop drukt.
- Centrum op huidige locatie:
Geef de huidige positie in het midden van de kaart weer.
- Locatie opslaan: Selecteer een locatie op de kaart en sla deze op door op de
k knop te drukken.
- Centrum op opgeslagen locatie: Verplaats de kaart door een locatie te
selecteren die u heeft opgeslagen (A90). Een locatie die u heeft opgeslagen,
kunt u annuleren.
Als het objectief van de camera naar beneden is gericht, wordt een kompas
weergegeven. Een kompas wordt ook weergegeven als Kompasweergave
in het optiesmenu locatiegegevens is ingesteld op Uit.
Kaarten weergeven
Huidige stand
500m
Schaal
Locatiegegevens ontvangst
Huidige
positie
89
Locatiegegevensfuncties gebruiken/Kaarten weergeven
B Kaartweergave
De kaartweergave kan niet gedraaid worden. Alleen de weergave met het noorden
boven (de bovenzijde van het scherm duidt het noorden aan) is beschikbaar.
De schaal van de kaartweergave verschilt afhankelijk van het land dat op de kaart wordt
weergegeven.
In de opnamestand, indien Locatiegeg. opnemen in Optiesmenu locatiegeg. van
het optiesmenu locatiegegevens is ingesteld op Uit of indien er geen positiebepaling
kon worden uitgevoerd, wordt een wereldkaart getoond met in het midden de regio
die bij Tijdzone onder Tijdzone en datum in het setup-menu werd ingesteld (A83)
of de laatst getoonde kaart wordt weergegeven.
Bij gebruik van de weergavestand
Als een foto geselecteerd is waarbij z in de
schermvullende weergave wordt getoond
en op de U (kaart) knop wordt gedrukt,
wordt de opnamelocatie van de foto op het
scherm weergegeven.
Om de kaart en de opnamelocatie van de
foto weer te geven, moeten de
locatiegegevens op de weergegeven
foto zijn opgenomen.
Om de schaal van de kaart aan te
passen, gebruikt u de zoomknop
(f (h)/g (i)).
Om de kaartweergave te verplaatsen,
gebruikt u de multi-selector.
Als op de k knop wordt gedrukt, kan een andere foto geselecteerd worden.
Alleen foto's met opgenomen locatiegegevens worden in de
miniatuurweergave weergegeven.
500m
Schaal
Locatienaam informatie
(A87)
500m
MAP
500m
Kaartweergave Kaartweergave
(Een miniatuurweergave
selecteren)
90
Locatiegegevensfuncties gebruiken/Kaarten weergeven
De volgende bewerkingen kunnen worden uitgevoerd wanneer u op de k
knop drukt terwijl miniatuurweergeven worden weergegeven.
- Scrollen door kaarten: Keer terug naar het kaartweergavescherm.
- Locatie opslaan: Sla de opnamelocatie van de weergegeven foto als een
locatie op.
- Centrum op opgeslagen locatie: Verplaats de kaart door een locatie te
selecteren die u heeft opgeslagen (A90). Een locatie die u heeft opgeslagen,
kunt u annuleren.
De opnamelocatie van de foto en een ruwe
richting worden door C aangeduid op de
kaart (C duidt het noorden aan) en de
geselecteerde foto wordt geel gemarkeerd.
Druk op de multi-selector JK om een foto
te selecteren.
Beweeg de zoomknop in de richting van
g (i) om de foto te vergroten. Beweeg de
zoomknop in de richting van f (h) om
terug te keren naar de kaartweergave.
C Opmerkingen over locaties opslaan
Er kunnen maximaal 30 locaties worden opgeslagen.
Als u Centrum op opgeslagen locatie
selecteert, scrollt de kaart naar de dichtstbijzijnde
opgesalgen locatie vanaf het midden van het
scherm.
Gebruik de multi-selector HIJK om naar
andere opgeslagen locaties te gaan.
Druk op de l knop om een locatie te annuleren.
Als u op de k knop drukt, keert de weergave van de monitor terug naar het vorige
scherm.
Opnamelocatie en
richting van foto
Miniatuurweergave
500m
MAP
MAP
91
Locatiegegevensfuncties gebruiken/Kaarten weergeven
Functies die ingesteld kunnen worden met de d
knop (optiesmenu locatiegegevens)
De onderstaande instellingen van de menu-
opties kunnen geconfigureerd worden.
Het optiesmenu locatiegegevens kan ook
worden weergegeven door op de d knop
te drukken terwijl de kaart wordt
weergegeven.
Druk op de d knop M z (locatiegegevensopties) menupictogram M
k knop
Optie Beschrijving A
Optiesmenu
locatiegeg.
Hiermee kunt u de locatiegegevensfuncties
inschakelen. Om het A-GPS-bestand bij te werken,
gaat u naar de onderstaande website:
http://nikonimglib.com/agps3/
Standaardinstelling:
- Locatiegeg. opnemen: Uit
E79
Afstandseenheden
Hiermee kunt u de afstandseenheden van de
kaartweergave instellen.
Standaardinstelling: km (m)
E80
Afstand berekenen
Hiermee kunt u de lineaire afstand berekenen van de
huidige positie tot de opnamelocatie van de foto of
tussen de opnamelocaties van twee foto's.
E81
Points of interest
(POI)
Hiermee kunt u de instellingen voor de POI (points of
interest, locatienaaminformatie) maken.
Standaardinstelling:
- POI inbedden: Uit
- POI weergeven: Uit
- Detailleringsniveau: Niveau 6
(gedetailleerd)
E82
Log aanmaken
Hiermee kunt u de instellingen maken voor de
logopname van verkregen locatiegegevens.
U kunt de loggegevens wissen of opslaan op een
geheugenkaart.
Standaardinstelling:
- Loginterval: 15 sec.
- Log starten: Geg. vr. volg. 24 u loggen
E83
Klok instellen via satelliet
Log weergeven
Log aanmaken
Points of interest (POI)
Afstand berekenen
Afstandseenheden
Optiesmenu locatiegeg.
92
Locatiegegevensfuncties gebruiken/Kaarten weergeven
Log weergeven
Hiermee kunt u de opgeslagen loggegevens op een
geheugenkaart controleren of wissen.
E85
Klok instellen via
satelliet
Hiermee kunt u de signalen vanaf de satellieten voor
positiebepaling gebruiken voor het instellen van de
datum en tijd in de interne klok van de camera.
E86
Elektronisch
kompas
Hiermee kunt u instellen of het elektronische kompas
wel of niet moet worden weergegeven.
U kunt het elektronische kompas weergeven en
kalibreren als het niet de juiste richtingen weergeeft.
Standaardinstelling:
- Kompasweergave: Uit
E87
Optie Beschrijving A
93
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie
gebruiken
U kunt de volgende functies uitvoeren wanneer u de bijbehorende software
“Wireless Mobile Utility” installeert op uw smart-toestel dat draait op Android
OS of iOS en dit aansluit op de camera.
Neem foto’s
U kunt foto's maken met behulp van de twee hieronder beschreven
methoden.
Ontspan de sluiter op de camera en sla de genomen foto's op een smart-
toestel op.
Gebruik een smart-toestel om de camerasluiter op afstand* te ontspannen
en foto's op te slaan op het smart-toestel.
* Tijdens het gebruik van de afstandsbediening kunnen geen andere
bewerkingen met de camera worden uitgevoerd.
Bekijk foto’s
U kunt de op de geheugenkaart van de camera opgeslagen foto's kopiëren en
bekijken op uw smart-toestel.
1 Gebruik uw smart-toestel om te verbinden met
Google Play Store, App Store of andere online apps en te
zoeken naar “Wireless Mobile Utility”.
Controleer de bij het smart-toestel geleverde gebruikshandleiding voor
meer informatie.
2 Controleer de beschrijving en de overige informatie en
installeer de software.
Download voor meer informatie over het gebruik van de software de
gebruikshandleiding van de onderstaande website.
- Android OS: http://nikonimglib.com/ManDL/WMAU/
- iOS: http://nikonimglib.com/ManDL/WMAU-ios/
Functies die uitgevoerd kunnen worden
met Wi-Fi
De software installeren op het smart-
toestel
94
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken
1 Gebruik de multi-selector HI om
Verbind. met smart app. te
selecteren en druk op de k knop.
Als Verbind. met smart app. niet
geselecteerd kan worden, zie dan
“Opmerkingen over Wi-Fi-verbinding” (A95).
Als de Wi-Fi-functie ingeschakeld is, worden
de SSID en het wachtwoord van de camera
weergegeven.
Wanneer binnen 3 minuten geen
verbindingsbevestiging is ontvangen van het
smart-toestel, wordt het bericht “Geen
toegang.” weergegeven en keert de camera
terug naar het scherm Wi-Fi-opties.
2 Zet de Wi-Fi-instelling op het smart-toestel in de stand Aan.
Controleer de bij het smart-toestel geleverde gebruikshandleiding voor meer
informatie.
Selecteer de op de camera weergegeven SSID nadat de netwerknaam (SSID)
wordt weergegeven die voor de camera kan worden gebruikt.
Wanneer het bericht voor invoeren van het wachtwoord wordt weergegeven,
voer dan het op de camera weergegeven wachtwoord in.
Wanneer de camera met succes is verbonden met een Wi-Fi-netwerk, wordt het
opnamescherm op de camera weergegeven met de aanduiding Wi-Fi
communicatie (A7).
3 Start de “Wireless Mobile Utility” die is geïnstalleerd op het
smart-toestel.
Het scherm voor selecteren van “Neem foto’s” of “Bekijk foto’s” wordt
weergegeven.
Wanneer het bericht “Kan geen verbinding met de camera maken.” wordt
weergegeven, ga dan terug naar stap 1 en herhaal de procedure.
Het smart-toestel verbinden met de
camera
Druk op de d knop M q menupictogram M k knop
Standaardw. herstellen
Huidige instellingen
Opties
Wi-Fi uitschakelen
Verbind. met smart app.
XXXXXXXXXXXXXXXXXX
XXXXXXXXXXXXXXXXXX
XXXXXXXXXXXXXXXXXX
Annuleren
Terug
Wachtwoord:
SSID:
Verbinden met smart apparaat
95
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken
De Wi-Fi-verbinding verbreken
Voer een van de volgende handelingen uit.
Zet de camera uit.
Selecteer Wi-Fi uitschakelen in het menu Wi-Fi-opties op de camera
(behalve wanneer de camera wordt bediend via de afstandsbediening).
Zet de Wi-Fi-instelling op het smart-toestel in de stand Uit.
B Opmerkingen over Wi-Fi-verbinding
Verbind. met smart app. kan niet worden geselecteerd in de volgende gevallen:
- Als geen geheugenkaart is geplaatst in de camera.
- Als een Eye-Fi-kaart (E77) is geplaatst in de camera.
- Wanneer de camera wordt aangesloten op een tv, computer of printer.
- Wanneer de aanduiding van het batterijniveau op de monitor B aangeeft
Wanneer bovendien e B wordt aangegeven terwijl een Wi-Fi-verbinding tot
stand is gebracht, wordt de verbinding verbroken.
Selecteer Wi-Fi uitschakelen op een locatie waar het gebruik van radiogolven
verboden is.
Wanneer een Wi-Fi-verbinding tot stand is gebracht, wordt Automatisch uit
uitgeschakeld.
Wanneer een Wi-Fi-verbinding tot stand is gebracht, zal de batterij eerder
leegraken dan normaal.
C Opmerkingen over beveiligingsinstellingen
Wanneer de camera is geïnstalleerd met de Wi-Fi-functie zonder de correcte
beveiligingsinstellingen (beveiliging en wachtwoord), dan kunnen onbevoegden
toegang verkrijgen tot het netwerk en schade aanrichten. Daarom wordt ten
strengste aangeraden de benodigde beveiligingsinstellingen uit te voeren alvorens
de Wi-Fi-functie te gebruiken.
Gebruik Opties van het menu Wi-Fi-opties (E89) om de beveiligingsinstellingen
uit te voeren.
96
Camera aansluiten op een tv, computer of printer
Camera aansluiten op een tv,
computer of printer
U kunt meer plezier hebben van foto's en films door de camera aan te sluiten
op een tv, computer of printer.
Voordat de camera op een extern apparaat wordt aangesloten, moet u
controleren of het batterijniveau voldoende is en moet u de camera
uitzetten. Zorg dat de camera uitgeschakeld is voordat deze van het
apparaat losgekoppeld wordt.
Als de lichtnetadapter EH-62F (apart verkrijgbaar) wordt gebruikt, kan deze
camera gevoed worden via een stopcontact. Gebruik geen lichtnetadapter
van een ander merk of model, want dit kan tot oververhitting of storing van
de camera leiden.
Zie voor informatie over aansluitmethodes en procedures de documentatie
die bij het externe apparaat hoort.
Aansluitmethodes
Open het deksel van
de aansluitingen.
HDMI-microstekker
(type D)
Steek de stekker recht in
het apparaat.
USB-microstekker
97
Camera aansluiten op een tv, computer of printer
Foto's op een tv bekijken E20
Foto's en films die met de camera gemaakt zijn, kunnen op
een tv bekeken worden.
Aansluitmethode: Sluit een apart verkrijgbare HDMI-kabel op
de HDMI-aansluiting van de tv aan.
Foto's bekijken en beheren op een computer A99
U kunt foto's naar een computer kopiëren om eenvoudig
foto's te retoucheren en fotogegevens te beheren.
Aansluitmethode: Sluit de camera aan op de USB-poort van de
computer met de USB-kabel.
Installeer eerst ViewNX 2 op de computer (A98) voordat u
de camera op een computer aansluit.
Als er USB-apparaten zijn aangesloten die hun voeding van
de computer ontvangen, maak deze dan los van de
computer voordat u de camera hierop aansluit. Het
tegelijkertijd aansluiten van de camera en andere aparaten
die hun voeding via een USB-poort ontvangen op dezelfde
computer, kan een functiestoring van de camera of een
overmatige voeding vanaf de computer veroorzaken,
hetgeen tot schade aan de camera of geheugenkaart kan
leiden.
Foto's afdrukken zonder computer E22
Als u de camera op een PictBridge-compatibele printer
aansluit, kunt u foto's afdrukken zonder een computer te
gebruiken.
Aansluitmethode: Sluit de camera direct op de USB-poort van
de computer aan met de USB-kabel.
98
Camera aansluiten op een tv, computer of printer
Installeer ViewNX 2 voor het uploaden, bekijken, bewerken en delen van foto's
en films.
Installeren van ViewNX 2
Een internetverbinding is vereist. Raadpleeg de Nikon website in uw land voor
de systeemvereisten en andere informatie.
1 Download het ViewNX 2 installatieprogramma.
Start de computer en download het installatieprogramma van de
onderstaande website:
http://nikonimglib.com/nvnx/
2 Dubbelklik op het gedownloade bestand.
3 Volg de aanwijzingen op het scherm.
4 Sluit het installatieprogramma af.
Klik op Ja (Windows) of OK (Mac).
ViewNX 2 gebruiken
Uw toolbox voor beeldbewerking
ViewNX 2™
99
Camera aansluiten op een tv, computer of printer
Foto's naar een computer kopiëren
1 Kies hoe foto's naar een computer gekopieerd worden.
Kies van de onderstaande methodes:
Rechtstreekse USB-aansluiting: Schakel de camera uit en zorg dat de
geheugenkaart in de camera zit. Sluit de camera aan op de computer met de
USB-kabel. De camera wordt automatisch ingeschakeld.
Verwijder voordat de camera op de computer wordt aangesloten eerst de
geheugenkaart uit de camera om de foto's in het interne geheugen van de
camera te kopiëren.
SD-kaartsleuf: Als uw computer een SD-kaartsleuf heeft, kan de kaart
rechtstreeks in de sleuf geplaatst worden.
SD-kaartlezer: Sluit een kaartlezer (apart verkrijgbaar bij derden) aan op de
computer en plaats de geheugenkaart in de lezer.
Als een bericht verschijnt met de vraag om een programma te kiezen, selecteer dan
Nikon Transfer 2.
Voor Windows 7
Als het dialoogvenster rechts
verschijnt, moet u de
onderstaande stappen volgen
om Nikon Transfer 2 te
selecteren.
1Klik onder Afbeeldingen
en video's importeren op
Ander programma. Er
verschijnt Een programmakeuze-dialoogvenster Bestand importeren met
Nikon Transfer 2 en klik op OK.
2 Dubbelklik op Bestand importeren.
Als de geheugenkaart een groot aantal foto's bevat, kan het even duren voordat
Nikon Transfer 2 wordt opgestart. Wacht totdat Nikon Transfer 2 is opgestart.
B De USB-kabel aansluiten
De verbinding wordt mogelijk niet herkend als de camera via een USB-hub op de
computer is aangesloten.
100
Camera aansluiten op een tv, computer of printer
2 Kopieer de foto's naar de computer.
Klik op Overspelen starten.
Als de standaardinstellingen zijn ingesteld, worden alle foto's op de
geheugenkaart naar de computer gekopieerd.
3 Verbreek de verbinding.
Als de camera is aangesloten op de computer, moet de camera uitgezet
worden en de USB-kabel losgetrokken worden.
Als u een kaartlezer of kaartsleuf gebruikt, moet u de juiste optie kiezen in
het besturingssysteem van de computer om de verwisselbare schijf te
verwijderen die bij de geheugenkaart hoort en vervolgens moet u de kaart
uit de kaartlezer of kaartsleuf verwijderen.
Overspelen starten
101
Camera aansluiten op een tv, computer of printer
Foto's bekijken
Start ViewNX 2.
Foto's worden weergegeven in
ViewNX 2 als het kopiëren
voltooid is.
Raadpleeg de on-line helpfunctie
voor meer informatie over het
gebruik van ViewNX 2.
C ViewNX 2 handmatig starten
•Windows: Dubbelklik op de ViewNX 2 snelkoppeling op het bureaublad.
•Mac: Klik op het ViewNX 2 pictogram op het bureaublad.
102
E1
Het referentiegedeelte bevat gedetailleerde informatie en hints voor het
gebruik van de camera.
Opname
Eenvoudig panorama gebruiken (opname en weergave)..... E2
Weergave
Stand favoriete beelden................................................................... E5
Stand automatisch sorteren ........................................................... E9
Stand sorteer op datum .................................................................E10
Met continu-opname gemaakte foto's weergeven en wissen
(reeks) ...................................................................................................E11
Foto's bewerken................................................................................E13
Camera aansluiten op een tv (foto's op een tv bekijken).....E20
De camera aansluiten op een printer (Direct Print) .............E21
Films bewerken .................................................................................E27
Menu
De algemene opties voor opname (beeldkwaliteit en
beeldformaat) ....................................................................................E29
Het opnamemenu (stand j, k, l of m) ................................E31
Het slim portret-menu....................................................................E43
Het weergavemenu .........................................................................E46
Het filmmenu .....................................................................................E55
Het setup-menu................................................................................E63
Het optiesmenu locatiegegevens ..............................................E79
Het menu Wi-Fi-opties....................................................................E89
Aanvullende informatie
Foutmeldingen..................................................................................E91
Bestandsnamen ................................................................................E96
Optionele accessoires.....................................................................E97
Referentiegedeelte
Referentiegedeelte
E2
Opname met eenvoudig panorama
1 Selecteer het opnamebereik
Normaal (180°) of Breed (360°)
en druk op de k knop.
Wanneer de camera gereed wordt
gehouden in de horizontale positie, dan is
het beeldformaat (breedte × hoogte) als
volgt.
- Normaal (180°):
4800 × 920 wanneer horizontaal wordt bewogen,
1536 × 4800 wanneer verticaal wordt bewogen
- Breed (360°):
9600 × 920 wanneer horizontaal wordt bewogen,
1536 × 9600 wanneer verticaal wordt bewogen
2 Kadreer de eerste rand van het
panorama en druk vervolgens de
ontspanknop half in om scherp te
stellen.
De zoom is vast ingesteld op de
groothoekstand.
De camera stelt scherp op het gebied in het
midden van het beeld.
3 Druk de ontspanknop helemaal in
en haal vervolgens uw vinger van
de ontspanknop.
KLJI worden weergegeven om de
richting van de camerabeweging aan te
duiden.
Eenvoudig panorama gebruiken (opname
en weergave)
Draai de keuzeknop naar y M d knop M p Eenvoudig
panorama M k knop
Breed (360°)
Normaal (180°)
Eenvoudig panorama
25
m
0s25
m
0s
880880
1/ 2 5 01/250 F3.7F3.7
Referentiegedeelte
E3
4 Beweeg de camera in een van de
vier richtingen tot de aanduiding
van de opnamepositie het einde
heeft bereikt.
Zodra de camera detecteert in welke
richting bewogen wordt, begint de
opname.
Voorbeeld van camerabeweging
Gebruik uw lichaam als de draaias
en beweeg de camera langzaam in
een boog in de richting van de
markering (KLJI).
De opname wordt gestopt als de
aanduiding niet binnen circa
15 seconden de rand bereikt
(wanneer Normaal (180°)
geselecteerd is) of binnen circa
30 seconden (wanneer Breed (360°) geselecteerd is) vanaf het begin van
de opname.
B Opmerkingen over opname met eenvoudig panorama
Het zichtbare bereik van de opgeslagen afbeelding is kleiner dan dat op de
monitor zichtbaar is op het moment van de opname.
Bij een te snelle camerabeweging, overmatig veel cameratrilling of te weinig
verandering in het onderwerp (zoals een muur of in het donker), wordt de opname
gestopt.
Wanneer de opname wordt gestopt voordat de camera de helft van het
panoramabereik heeft bereikt, dan wordt er geen panoramafoto opgeslagen.
Wanneer meer dan de helft van het panoramabereik wordt vastgelegd, maar de
opname voor de rand van het bereik wordt gestopt, dan wordt het niet
vastgelegde bereik als grijs gebied opgeslagen opgeslagen.
Aanduiding
Referentiegedeelte
E4
Met eenvoudig panorama gemaakte foto's
weergeven
Schakel naar de weergavestand (A28), geef de
foto gemaakt met eenvoudig panorama weer in
de schermvullende weergave en druk
vervolgens op de k knop om de foto in de
richting te scrollen die bij de opname werd
gebruikt.
Draai de multi-selector om snel vooruit of
achteruit te scrollen.
Onderaan op de monitor worden tijdens de
weergave bedieningsknoppen getoond.
Gebruik de multi-selector JK om een
bedieningsknop te selecteren en druk
vervolgens op de k knop om de volgende
functies uit te voeren.
* Deze functies kunnen ook worden uitgevoerd door de multi-selector te draaien.
B Opmerkingen over weergave scrollen
Het scrollen of inzoomen van eenvoudig panorama foto's die met een digitale
camera van een ander merk of model zijn gemaakt, is met deze camera wellicht niet
mogelijk.
Functie
Picto-
gram
Beschrijving
Terugs-
poelen
A Houd de k knop ingedrukt om snel terug te scrollen.*
Vooruits-
poelen
B Houd de k knop ingedrukt om snel vooruit te scrollen.*
Pauzeren E
Pauzeer de weergave. De onderstaande functies kunnen
worden uitgevoerd terwijl de weergave gepauzeerd is.
C
Houd de k knop ingedrukt om terug te
spoelen.*
D Houd de k knop ingedrukt om te scrollen.*
F Automatisch scrollen hervatten.
Stoppen G Schakel naar de schermvullende weergave.
0004.
JPG0004.
JPG
4
/
44
/
4
15/05/2014 15:3015/05/2014 15:30
Referentiegedeelte
E5
Door foto's toe te voegen (geen films) aan albums zoals favoriete beelden, kunt
u alleen de toegevoegde foto's weergeven.
Foto's kunnen gesorteerd worden in negen albums. Er kunnen maximaal
200 foto's aan elk album worden toegevoegd.
De originele foto's worden niet gekopieerd of verplaatst.
Dezelfde foto kan aan meerdere albums worden toegevoegd.
Foto's aan albums toevoegen
* Foto's kunnen niet worden toegevoegd in de weergavestand favoriete beelden.
1 Gebruik de multi-selector JK om
een foto te selecteren en gebruik
H om L weer te geven.
U kunt L aan meerdere foto's toevoegen.
Om L te verwijderen, drukt u op I.
Beweeg de zoomknop (A1) in de richting
van g (i) om naar schermvullende
weergave of f (h) om naar
miniatuurweergave te wisselen.
2 Druk na het configureren van de instellingen op de k
knop.
3 Selecteer het gewenste album en
druk op de k knop.
De geselecteerde foto's worden
toegevoegd.
Stand favoriete beelden
Druk op de c knop (weergavestand*) M d knop M c , F of C
menupictogram M Favoriete beelden M k knop
Terug
Favoriete beelden
Toev.Terug
Favoriete beelden
Referentiegedeelte
E6
Foto's in albums weergeven
Gebruik de multi-selector om een album te
selecteren en druk vervolgens op de k knop
om de foto's in het geselecteerde album weer te
geven.
De functies in het weergavemenu (A74)
kunnen gebruikt worden voor de foto's in het
geselecteerde album (met uitzondering van
Kopiëren en Favoriete beelden).
De volgende functies zijn beschikbaar in het
albumselectiescherm.
- d knop: Verandert het albumpictogram (E8).
- l knop: Wist alle originele foto's die aan het geselecteerde album zijn
toegevoegd.
B Opmerkingen over wissen
Als een foto wordt gewist in de stand favoriete beelden, wordt de originele foto
gewist. Zie “Foto's uit albums verwijderen” (E7) voor het verwijderen van foto's uit
albums.
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M N
menupictogram M h Favoriete beelden M k knop
Kies pictogram
Favoriete beelden
Referentiegedeelte
E7
Foto's uit albums verwijderen
1 Gebruik de multi-selector JK om
een foto te selecteren en gebruik
H om L te verbergen.
Om de pictogrammen opnieuw weer te
geven, drukt u op I.
Beweeg de zoomknop (A1) in de richting
van g (i) om naar schermvullende
weergave of f (h) om naar
miniatuurweergave te wisselen.
2 Druk na het configureren van de instellingen op de k
knop.
3 Selecteer Ja en druk op de k knop.
Selecteer Nee om de verwijdering te annuleren.
Schakel de stand favoriete beelden in M selecteer het album met de foto
die u wilt verwijderen M k knop M d knop M Verwijderen uit favor.
M k knop
Terug
Verwijderen uit favor.
Referentiegedeelte
E8
Albumpictogram favorieten wijzigen
1 Gebruik de multi-selector om een
album te selecteren en druk op de
d knop.
2 Gebruik JK om een
pictogramkleur te selecteren en
druk op de k knop.
3 Selecteer een pictogram en druk
op de k knop.
Het pictogram wordt gewijzigd.
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M N
menupictogram M h Favoriete beelden M k knop
Kies pictogram
Favoriete beelden
Terug
Kies pictogram
Terug
Kies pictogram
Referentiegedeelte
E9
Foto's worden automatisch in categorieën zoals portretten, landschappen en
films gesorteerd op basis van de camera-instellingen op het moment van
opname.
Gebruik de multi-selector om een categorie te
selecteren en druk vervolgens op de k knop
om de foto's in de geselecteerde categorie weer
te geven.
De functies in het weergavemenu (A74)
kunnen gebruikt worden voor de foto's in de
geselecteerde categorie (met uitzondering
van Kopiëren en Verwijderen uit favor.).
Druk bij weergave van het
categorieselectiescherm op de l knop om alle originele foto's in de
geselecteerde categorie te wissen.
B Opmerkingen over de stand automatisch sorteren
In de stand automatisch sorteren kunnen er maximaal 999 foto- en filmbestanden
in elke categorie gesorteerd worden.
Foto's en films die met een andere camera dan deze zijn gemaakt, kunnen niet
worden weergegeven in de stand automatisch sorteren.
Stand automatisch sorteren
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M N
menupictogram M F Automatisch sorteren M k knop
Andere onderwerpen
Portretten
Referentiegedeelte
E10
Gebruik de multi-selector om een datum te
selecteren en druk vervolgens op de k knop om
de foto's weer te geven die op de geselecteerde
datum zijn gemaakt.
De functies in het weergavemenu (A74)
kunnen gebruikt worden voor de foto's met de
geselecteerde datum (met uitzondering van
Kopiëren en Verwijderen uit favor.).
De volgende functies zijn beschikbaar bij de
weergave van het selectiescherm voor de opnamedatum.
- d knop: De onderstaande functies zijn beschikbaar.
Afdrukopdracht*
Diashow
Beveiligen*
* Dezelfde instellingen kunnen worden toegepast op alle foto's die op de
geselecteerde datum zijn gemaakt.
- l knop: Wist alle foto's die op de geselecteerde datum zijn gemaakt.
B Opmerkingen over de stand sorteer op datum
De 29 meest recente data kunnen geselecteerd worden. Als er foto's van meer dan
29 data zijn, worden alle foto's die eerder dan de 29 meest recente data zijn
opgeslagen onder Overige gecombineerd.
De 9.000 meest recente foto's kunnen worden weergegeven.
Foto's die worden gemaakt terwijl geen cameradatum is ingesteld, worden
gemarkeerd als foto's gemaakt op 1 januari 2014.
Stand sorteer op datum
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M N
menupictogram M C Sorteer op datum M k knop
3
20/05/2014
2
15/05/2014
1
10/05/2014
05/05/2014
10
Sorteer op datum
Referentiegedeelte
E11
Foto's in een reeks weergeven
Met continu-opname gemaakte foto's worden als een reeks opgeslagen.
De eerste foto van een reeks wordt als de
hoofdfoto gebruikt om de de reeks aan te duiden
wanneer deze in de schermvullende weergave of
miniatuurweergave (standaardinstelling) wordt.
Druk op de k knop om elke foto in de reeks
afzonderlijk weer te geven.
Na het indrukken van de k knop zijn de
onderstaande functies beschikbaar.
Draai de multi-selector of druk op JK om de
vorige of volgende foto weer te geven.
Om foto's weer te geven die niet in de reeks zijn
opgenomen, drukt u op H om terug te gaan
naar de weergave van de hoofdfoto.
Om de foto's in een reeks in miniatuurweergave
of diashow te bekijken, stelt u
Reeksweergaveopties in op Individuele foto's in het weergavemenu
(E54).
B Reeksweergaveopties
Een reeks foto's die met de continu-opname van een andere camera dan deze zijn
gemaakt, kunnen niet als een reeks worden weergegeven.
C Beschikbare opties in het weergavemenu bij het gebruik van een
reeks
Als foto's in een reeks in de schermvullende weergave worden bekeken, drukt u op de
d knop om functies in het weergavemenu te selecteren (A74).
Als u op de d knop drukt wanneer een hoofdfoto wordt weergegeven, kunnen de
volgende instellingen op alle foto's in de reeks worden toegepast:
- Favoriete beelden, Afdrukopdracht, Beveiligen, Kopiëren
Met continu-opname gemaakte foto's
weergeven en wissen (reeks)
15/05/2014 15:30
15/05/2014 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
1
/
5
1
/
5
1
/
5
1
/
5
15/05/2014 15:30
15/05/2014 15:30
Terug
Referentiegedeelte
E12
Foto's in een reeks wissen
Welke foto's er gewist worden als bij foto's in een reeks de l knop wordt
ingedrukt, verschilt afhankelijk van hoe de reeksen worden weergegeven.
Bij weergave van de hoofdfoto:
Bij schermvullende weergave van foto's in een reeks:
- Huidig beeld: Alle foto's in de weergegeven reeks worden
gewist.
- Wis gesel.
beeld(en):
Als een hoofdfoto op het scherm geselecteerde
foto's wissen (A30) geselecteerd wordt,
worden alle foto's in de betreffende reeks
gewist.
- Alle beelden: Alle foto's in het interne geheugen of op de
geheugenkaart worden gewist.
- Huidig beeld: De momenteel weergegeven foto wordt gewist.
- Wis gesel.
beeld(en):
Foto's die in de reeks geselecteerd zijn, worden
gewist.
- Volledige reeks: Alle foto's in de weergegeven reeks worden
gewist.
Referentiegedeelte
E13
Voor het bewerken van foto's
U kunt foto's eenvoudig op deze camera bewerken. Bewerkte kopieën worden
als aparte bestanden opgeslagen.
Bewerkte kopieën worden met dezelfde opnamedatum en -tijd opgeslagen als
het origineel.
C Beperkingen m.b.t. foto's bewerken
Een foto kan maximaal tien keer worden bewerkt.
Foto's bewerken
Referentiegedeelte
E14
Sneleffecten: Kleurtoon of sfeer wijzigen
1 Geef de foto waarop u een effect
wilt toepassen weer in de
schermvullende weergave en druk
op de k knop.
2 Gebruik de multi-selector JK of
draai deze om het gewenste effect
te selecteren en druk op de k
knop.
Beweeg de zoomknop (A1) in de richting
van g (i) om een bevestigingsvenster voor
het toegepaste effect weer te geven.
Beweeg de zoomknop in de richting van
f (h) om terug te keren naar het selectiescherm voor effecten.
Om het scherm te verlaten zonder de bewerkte foto op te slaan, drukt u op
de d knop.
3 Selecteer Ja en druk op de k knop.
Er wordt een bewerkte kopie gemaakt.
Sneleffectopties Beschrijving
Pop en Superlevendig
Verbetert hoofdzakelijk de
kleurverzadiging.
Schilderij, High-key, Speelgoed-
camera-effect 1, Speelgoed- camera-
effect 2, Low-key, Cross-process
(rood), Cross-process (geel), Cross-
process (groen) en Cross-process
(blauw)
Past hoofdzakelijk de kleurtoon aan en
geeft de foto een ander uiterlijk.
Zacht, Zacht portret, Fisheye, Ster en
Miniatuureffect
Bewerkt foto's met diverse effecten.
Hoogcontrast monochr., Sepia,
Koelblauw en Selectieve kleur
Verandert meerkleurige foto's in foto's
van één kleur. Selectieve kleur
transformeert alle kleuren, behalve één
specifieke kleur, in zwart-wit.
0004.
JPG
0004.
JPG
15/05/2014 15:30
15/05/2014 15:30
Annuleren
camera-eect 2
Speelgoed-
camera-eect 1
Speelgoed-
High-key
Schilderij
Superlevendig
Pop
Sneleecten
Referentiegedeelte
E15
Snel retoucheren: Contrast en verzadiging
verbeteren
Gebruik de multi-selector HI om de
gewenste mate van effecttoepassing
te selecteren en druk op de k knop.
De bewerkte versie wordt aan de rechterzijde
weergegeven.
Om het scherm te verlaten zonder de kopie op te
slaan, drukt u op J.
D-Lighting: Helderheid en contrast verbeteren
Gebruik de multi-selector HI om
Uitvoeren te selecteren en druk op de
k knop.
De bewerkte versie wordt aan de rechterzijde
weergegeven.
Om het scherm te verlaten zonder de kopie op te
slaan, selecteert u Annuleren en drukt u op de
k knop.
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M Snel retoucheren M k knop
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M D-Lighting M k knop
Waarde
Normaal
Snel retoucheren
Annuleren
Uitvoeren
D-Lighting
Referentiegedeelte
E16
Rode-ogencorrectie: Rode ogen corrigeren bij
gebruik van de flitser
Bekijk het resultaat en druk op de k
knop.
Om het scherm te verlaten zonder de kopie op te
slaan, drukt u op de multi-selector J.
B Opmerkingen over rode-ogencorrectie
Rode-ogencorrectie kan alleen op foto's worden toegepast wanneer rode ogen
gedetecteerd worden.
Rode-ogencorrectie kan ook op huisdieren (honden of katten) worden toegepast,
zelfs als hun ogen niet rood zijn.
Rode-ogencorrectie zal niet bij alle foto's het gewenste resultaat opleveren.
In sommige gevallen kan op gedeeltes van een foto onnodig rode-ogencorrectie
worden toegepast.
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M Rode-ogencorrectie M k knop
Opslaan
Terug
Rode-ogencorrectie
Referentiegedeelte
E17
Glamour-retouchering: Gezichten van mensen
retoucheren
1 Gebruik de multi-selector HIJK
om het gezicht te selecteren dat u
wilt retoucheren en druk op de k
knop.
Als er slechts één gezicht wordt gedetecteerd,
gaat u verder met stap 2.
2 Gebruik JK om het effect te
selecteren, gebruik HI om de ma te
van het effect te selecteren en druk
op de k knop.
U kunt meerdere effecte tegelijkertijd
toepassen.
Wijzig of controleer de instellingen voor alle
effecten voordat u op de k knop drukt.
F (klein gezicht), B (huid verzachten), C
(poeder), m (glansreductie), E (wallen onder ogen verbergen), A (grote ogen),
G (ogen witter maken), n (oogschaduw), o (mascara), H (tanden witter
maken), p (lippenstift), D (wangen roder maken)
Druk op de d knop om om terug te keren naar het scherm voor het selecteren
van een gezicht.
3 Bekijk het resultaat en druk op de
k knop.
Voor het wijzigen van de instellingen, drukt u
op J om naar stap 2 terug te keren.
Om het scherm te verlaten zonder de
bewerkte foto op te slaan, drukt u op de d
knop.
4 Selecteer Ja en druk op de k knop.
Er wordt een bewerkte kopie gemaakt.
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M Glamour-retouchering M k knop
Terug
Onderwerpselectie
Terug
Huid verzachten
3
2
1
Opslaan
Voorbeeld
Opslaan OK?
Nee
Ja
Referentiegedeelte
E18
B Opmerkingen over glamour-retouchering
Met de functie glamour-retouchering kan slechts één gezicht per keer bewerkt
worden. De functie kan bij dezelfde foto voor maximaal tien gezichten (maximaal
tien keer) gebruikt worden als u elke keer een ander gezicht retoucheert.
Afhankelijk van de richting waarin de gezichten kijken of de helderheid van de
gezichten, kan het gebeuren dat de camera gezichten niet nauwkeurig detecteert
of dat de functie glamour-retouchering niet als verwacht wordt uitgevoerd.
Wanneer geen gezichten worden gedetecteerd, wordt een waarschuwing
weergegeven en keert het scherm terug naar het weergavemenu.
De functie glamour-retouchering is alleen beschikbaar voor foto's die zijn gemaakt
met een ISO-waarde van 1600 of lager.
Kleine afbeelding: Het beeldformaat verkleinen
1 Gebruik de multi-selector HI
om het gewenste kopieformaat te
selecteren en druk op de k knop.
Foto's die zijn gemaakt met een
beeldformaatinstelling van j 4608×2592
worden opgeslagen met 640 × 360 pixels.
Ga verder met stap 2.
2 Selecteer Ja en druk op de k
knop.
Er wordt een bewerkte kopie gemaakt
(compressieverhouding van circa 1:8).
B Opmerkingen over kleine afbeelding
Foto's met een hoogte/breedte-verhouding van 1:1 kunnen niet bewerkt worden.
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M Kleine afbeelding M k knop
160×120
320×240
640×480
Kleine afbeelding
Nee
Ja
Kleine kopie maken?
Referentiegedeelte
E19
Uitsnede: Een uitgesneden kopie maken
1 Beweeg de zoomknop om de foto te vergroten (A72).
2 Pas de compositie van de kopie
aan en druk op de d knop.
Om de zoomfactor in te stellen, beweegt u
de zoomknop naar g (i) of f (h). Stel
een zoomfactor in waarbij u wordt
weergegeven.
Gebruik de multi-selector HIJK om
alleen het gedeelte van de foto dat u wilt
kopiëren op de monitor weer te geven.
3 Selecteer Ja en druk op de k
knop.
Er wordt een bewerkte kopie gemaakt.
C Beeldformaat
Wanneer het beeldformaat van de uitgesneden kopie 320 × 240 of kleiner is, wordt
er in de weergavestand een kleiner beeldformaat weergegeven.
C De foto uitsnijden in de actuele “staande” stand
Gebruik de Beeld draaien optie (E51) om de foto zo te draaien, dat deze in
liggende stand wordt weergegeven. Draai de foto na uitsnijden terug naar de
“staande” stand.
3.0
3.0
3.0
3.0
Nee
Ja
getoond?
Dit beeld opslaan als
Referentiegedeelte
E20
1 Zet de camera uit en sluit deze op de tv aan.
Zorg ervoor dat de stekkers in de juiste richting worden aangesloten. Zorg
dat het aansluiten of losmaken van de stekkers niet onder een hoek gebeurt.
2 Stel de ingang van de tv in op externe ingang.
Raadpleeg de documentatie van uw tv voor meer informatie.
3 Houd de c knop ingedrukt om de
camera aan te zetten.
De foto's worden op de tv weergegeven.
De monitor van de camera wordt niet
aangezet.
C De afstandsbediening van de tv gebruiken (regeling HDMI-
apparaat)
De afstandsbediening van een HDMI-CEC-compatibele tv kan gebruikt worden voor het
selecteren van foto's, het afspelen en pauzeren van films, het wisselen tussen
schermvullende weergave en miniatuurweergave van vier foto's, etc.
Stel de HDMI-apparaatbestur. instelling (E74) van TV-instellingen in op Aan
(standaardinstelling) en sluit vervolgens de camera met een HDMI-kabel op de tv aan.
Richt de afstandsbediening op de tv wanneer deze gebruikt wordt.
Camera aansluiten op een tv (foto's op een
tv bekijken)
HDMI-microstekker
(type D)
naar HDMI-aansluiting
Referentiegedeelte
E21
Gebruikers van een PictBridge-compatibele printer kunnen de camera
rechtstreeks op de printer aansluiten en foto's afdrukken zonder gebruik te
maken van een computer.
De camera aansluiten op een printer
(Direct Print)
Maak foto's
Selecteer de af te drukken
foto's en het aantal kopieën
met behulp van de
Afdrukopdracht optie
(E46)
Sluit aan op de printer (E22)
Druk foto's een voor een
af (E23)
Druk meerdere foto's af
(E25)
Zodra het afdrukken gereed is, kunt u de camera uitzetten en de USB-kabel
lostrekken
Referentiegedeelte
E22
De camera aansluiten op een printer
1 Zet de camera uit.
2 Zet de printer aan.
Controleer de printerinstellingen.
3 Sluit de camera aan op de printer met de USB-kabel.
Zorg ervoor dat de stekkers in de juiste richting worden aangesloten. Zorg
dat het aansluiten of losmaken van de stekkers niet onder een hoek gebeurt.
4 De camera wordt automatisch ingeschakeld.
Het PictBridge opstartscherm (
1
) wordt op de monitor van de camera
weergegeven, gevolgd door het Afdrukselectie scherm (
2
).
B Als het PictBridge opstartscherm niet wordt weergegeven
Indien Automatisch is geselecteerd bij Opladen via computer (E75), dan
kunnen foto's mogelijk niet op bepaalde printers afgedrukt worden via een directe
aansluiting van de camera. Als het PictBridge opstartscherm niet wordt
weergegeven nadat de camera is aangezet, zet de camera dan uit en trek de USB-
kabel los. Stel Opladen via computer in op Uit en sluit de camera weer op de
printer aan.
32
15/05/2014
Afdrukselectie
No. 32
12
Referentiegedeelte
E23
Afzonderlijke foto's afdrukken
1 Gebruik de multi-selector om de
gewenste foto te selecteren en
druk op de k knop.
Beweeg de zoomknop in de richting van
f (h) om naar miniatuurweergave of
g (i) om naar schermvullende weergave
te wisselen.
2 Gebruik HI om Kopieën te
selecteren en druk op de k knop.
3 Selecteer het gewenste aantal
kopieën (max. 9) en druk op de k
knop.
32No. 32
15/05/2014
Afdrukselectie
Papierformaat
Kopieën
Afdrukken starten
1 afdrukken
PictBridge
4
Kopieën
Referentiegedeelte
E24
4 Selecteer Papierformaat en druk
op de k knop.
5 Selecteer het gewenste
papierformaat en druk op de k
knop.
Om de voor de printer geconfigureerde
instelling van het papierformaat toe te
passen, selecteert u Standaard als de
papierformaatoptie.
De beschikbare papierformaatopties op de
camera verschillen afhankelijk van de printer die u gebruikt.
6 Selecteer Afdrukken starten en
druk op de k knop.
Het afdrukken begint.
Om het afdrukken te annuleren, drukt u op
de k knop.
Papierformaat
Kopieën
Afdrukken starten
PictBridge
4 afdrukken
8×10 in.
4×6 in.
100×150 mm
5×7 in.
3,5×5 in.
Standaard
Papierformaat
Letter
Papierformaat
Kopieën
Afdrukken starten
PictBridge
4 afdrukken
Referentiegedeelte
E25
Meerdere foto's afdrukken
1 Als het Afdrukselectie scherm
wordt weergegeven, drukt u op
de d knop.
2 Gebruik de multi-selector HI
om Papierformaat te selecteren
en druk op de k knop.
Druk op de d knop om het afdrukmenu
te verlaten.
3 Selecteer het gewenste
papierformaat en druk op de k
knop.
Om de voor de printer geconfigureerde
instelling van het papierformaat toe te
passen, selecteert u Standaard als de
papierformaatoptie.
De beschikbare papierformaatopties op de
camera verschillen afhankelijk van de printer die u gebruikt.
4 Selecteer Afdrukselectie, Druk
alle beelden af of DPOF-
afdrukken en druk op de k knop.
32No. 32
15/05/2014
Afdrukselectie
Papierformaat
DPOF-afdrukken
Druk alle beelden af
Afdrukselectie
Afdrukmenu
8×10 in.
4×6 in.
100×150 mm
5×7 in.
3,5×5 in.
Standaard
Papierformaat
Letter
Papierformaat
DPOF-afdrukken
Druk alle beelden af
Afdrukselectie
Afdrukmenu
Referentiegedeelte
E26
Afdrukselectie
Selecteer foto's (max. 99) en het aantal
kopieën (max. 9) van elke foto.
Gebruik de multi-selector JK om foto's
te selecteren en gebruik HI om het
aantal te af te drukken kopieën te
specificeren.
Foto's die zijn geselecteerd voor
afdrukken, worden aangeduid door M
en het getal dat het gewenste aantal
kopieën aangeeft. Als er geen kopieën voor foto's zijn opgegeven, wordt
de selectie geannuleerd.
Beweeg de zoomknop in de richting van g (i) om naar schermvullende
weergave of f (h) om naar miniatuurweergave te wisselen.
Druk op de k knop wanneer u alle instellingen hebt voltooid.
Wanneer het scherm zoals rechts
afgebeeld wordt weergeven, selecteert u
Afdrukken starten en drukt u op de k
knop om het afdrukken te starten.
Druk alle beelden af
Er wordt een kopie afgedrukt van alle foto's
die in het interne geheugen of op de
geheugenkaart zijn opgeslagen.
Wanneer het scherm zoals rechts
afgebeeld wordt weergeven, selecteert u
Afdrukken starten en drukt u op de k
knop om het afdrukken te starten.
DPOF-afdrukken
Druk foto's af waarvoor een afdrukopdracht
gemaakt werd met de optie
Afdrukopdracht (E46).
Wanneer het scherm zoals rechts
afgebeeld wordt weergeven, selecteert u
Afdrukken starten en drukt u op de k
knop om het afdrukken te starten.
Als u de huidige afdrukopdracht wilt
bekijken, selecteert u Bek. beelden en
drukt u op de k knop. Om het afdrukken te starten, drukt u nogmaals op
de k knop.
311
10
Terug
Afdrukselectie
Annuleren
Afdrukken starten
10 afdrukken
Afdrukselectie
Annuleren
Afdrukken starten
18 afdrukken
Druk alle beelden af
Annuleren
Bek. beelden
Afdrukken starten
10 afdrukken
DPOF-afdrukken
Referentiegedeelte
E27
Alleen de gewenste delen van de film kopiëren
De gewenste delen van een opgenomen film kunnen als apart bestand worden
opgeslagen.
1 Speel de gewenste film af en stop op het beginpunt van het
gedeelte dat moet worden gekopieerd (A81).
2 Gebruik de multi-selector JK om
I in de weergavefuncties te
selecteren en druk vervolgens op de
k knop.
3 Gebruik HI om M (Kies
beginpunt) in de
bewerkingsfuncties te selecteren.
Gebruik de multi-selector JK of draai deze
om het beginpunt te verplaatsen.
Om de bewerking te annuleren, selecteert u
O (Terug) en drukt u op de k knop.
4 Gebruik HI om N (Kies eindpunt)
te selecteren.
Gebruik de multi-selector JK of draai deze
om het eindpunt te verplaatsen.
Selecteer G en druk vervolgens op de k
knop om het gespecificeerde deel te bekijken.
Druk nogmaals op de k knop om te stoppen
met kijken.
5 Gebruik HI om m (Opslaan) te
selecteren en druk op de k knop.
Volg de aanwijzingen op het scherm om de
film op te slaan.
Films bewerken
1
m
30
s
1
m
30
s
Kies beginpunt
Kies eindpunt
Opslaan
Referentiegedeelte
E28
B Opmerkingen over films bewerken
Gebruik een voldoende opgeladen batterij: zo voorkomt u dat de camera wordt
uitgeschakeld tijdens bewerken.
Er kan niet opnieuw een uitsnede gemaakt worden van een door bewerking
gemaakte film.
Het uitgesneden deel van een film kan iets afwijken van het deel dat met het
begin- en eindpunt geselecteerd is.
Films met een duur van minder dan 2 seconden kunnen niet worden uitgesneden.
Een beeld uit een film opslaan als foto
Het gewenste beeld uit een filmopname kan geselecteerd en als foto
opgeslagen worden.
Pauzeer de film en geef het te selecteren
beeld weer (A82).
Gebruik de multi-selector JK om H te
selecteren en druk op de k knop.
Selecteer Ja als een bevestigingsvenster
wordt weergegeven en druk op de k knop
om de foto op te slaan.
De beeldkwlaiteit van de opgeslagen foto is
Normal. Het beeldformaat wordt bepaald
door het type film (beeldformaat) (E55).
Een opgeslagen foto uit een film opgenomen
met e 1080/30p (of S 1080/25p)
bijvoorbeeld is i (1920 × 1080 pixels).
B Opmerkingen over foto's opslaan
Beelden van films die zijn opgenomen met Z 1080/60i of U 1080/50i, of
g 480/30p of W 480/25p, en HS-films (E55) kunnen niet als foto's worden
opgeslagen.
1
m
30
s
1
m
30
s
1
m
30
s
1
m
30
s
Nee
Ja
kopiëren?
Dit beeld als stilstaand beeld
Referentiegedeelte
E29
Beeldkwaliteit
Stel de gebruikte beeldkwaliteit (compressieverhouding) in bij het opslaan van
foto's.
Bij een lage compressieverhouding krijgt u weliswaar de beste fotokwaliteit,
maar het aantal foto's dat kan worden opgeslagen is lager.
C Instelling beeldkwaliteit
De beeldkwaliteit kan in elke opnamestand worden ingesteld. De instelling kan
ook worden toegepast in andere opnamestanden.
De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of
andere functies gebruikt worden.
C Aantal beelden dat kan worden opgeslagen
Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen, kan tijdens het fotograferen op de
monitor gecontroleerd worden (A20).
Neem in acht dat vanwege de JPEG-compressie het aantal beelden dat kan
worden opgeslagen afhankelijk van de beeldinhoud aanzienlijk kan verschillen,
zelfs bij gebruik van geheugenkaarten met dezelfde capaciteit en dezelfde
instellingen voor beeldkwaliteit en beeldformaat. Daarnaast is het aantal beelden
dat kan worden opgeslagen afhankelijk van het merk geheugenkaart.
Als het aantal resterende opnamen 10.000 of meer is, geeft de aanduiding voor het
aantal resterende opnamen “9999”. aan.
De algemene opties voor opname
(beeldkwaliteit en beeldformaat)
Schakel de opnamestand in M d knop M Beeldkwaliteit M k knop
Optie Beschrijving
a Fine
Hogere beeldkwaliteit dan Normal.
Compressieverhouding: Circa 1:4
b
Normal
(standaardinstelling)
Normale beeldkwaliteit, geschikt voor de
meeste toepassingen.
Compressieverhouding: Circa 1:8
Referentiegedeelte
E30
Beeldformaat
Stel het beeldformaat (aantal pixels) voor het opslaan van beelden in.
Hoe groter het beeldformaat, hoe groter het formaat is dat afgedrukt kan
worden, maar er kunnen minder beelden worden opgeslagen.
* Het totale aantal pixels en het aantal pixels horizontaal en verticaal.
Voorbeeld: i 4608×3456 = circa 16 megapixels, 4608 × 3456 pixels
C Instelling beeldformaat
Het beeldformaat kan in elke opnamestand worden ingesteld. De instelling kan
ook worden toegepast in andere opnamestanden.
De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of
andere functies gebruikt worden.
C Beelden in formaat 1:1 afdrukken
Stel de printer in op “Rand”. Het is mogelijk dat op sommige printers de beelden niet
in formaat 1:1 kunnen worden afgedrukt.
Schakel de opnamestand in M d knop M Beeldformaat M k knop
Optie*
Hoogte/breedte-verhouding
(horizontaal tot verticaal)
i
4608×3456
(standaardinstelling)
4:3
E 3264×2448 4:3
L 2272×1704 4:3
B 1600×1200 4:3
f 640×480 4:3
j 4608×2592 16:9
H 3456×3456 1:1
Referentiegedeelte
E31
Zie “Beeldkwaliteit” (E29) en “Beeldformaat” (E30) voor informatie over
Beeldkwaliteit en Beeldformaat.
Witbalans (kleurinstelling)
Pas de witbalans aan de lichtbron of weersomstandigheden aan om de kleuren
van de foto's overeen te laten komen met datgene dat u ziet.
Voor de meeste omstandigheden kunt u Automatisch gebruiken. Wijzig de
instelling wanneer u de tint van de foto wilt aanpassen.
B Opmerkingen over witbalans
Stel de flitser ijn op W (uit) wanneer de witbalans een andere instelling heeft dan
Automatisch en Flitser (A50).
De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of
andere functies gebruikt worden.
Het opnamemenu (stand j, k, l of m)
Selecteer j, k, l of m stand M d knop M j, k, l of m
menupictogram M Witbalans M k knop
Optie Beschrijving
a Automatisch
(standaardinstelling)
De witbalans wordt automatisch aan de
lichtomstandigheden aangepast.
b Handm.
voorinstelling
Gebruik deze optie als niet het gewenste resultaat verkregen
wordt met Automatisch, Gloeilamplicht, etc. (E32).
c Daglicht Witbalans afgestemd op direct zonlicht.
d Gloeilamplicht Voor opnamen bij gloeilamplicht.
e TL-licht Voor opnamen bij tl-licht.
f Bewolkt Voor het fotograferen bij een bewolkte hemel.
g Flitser Voor opnamen in flitsstand.
Referentiegedeelte
E32
Handmatig instellen gebruiken
Volg de onderstaande procedure om de witbalanswaarde onder het
opnamelicht te meten.
1 Plaats een wit of grijs referentievoorwerp onder de
verlichting die voor de foto wordt gebruikt.
2 Gebruik de multi-selector HI
om Handm. voorinstelling in het
Witbalans menu te selecteren en
druk op de k knop.
De camera zoomt in tot de positie voor het
meten van de witbalans.
3 Selecteer Meten.
Om de laatst gemeten waarde toe te
passen, selecteert u Annuleren en drukt u
op de k knop.
4 Kadreer een referentievoorwerp in
het meetvenster.
5 Druk op k knop om de waarde te meten.
De sluiter wordt ontspannen en de meting is voltooid. Er wordt geen foto
opgeslagen.
B Opmerkingen over handmatig instellen
Er kan geen waarde voor flitsverlichting worden gemeten met Handm.
voorinstelling. Bij gebruik van de flitser, stel Witbalans in op Automatisch of
Flitser.
Witbalans
FlitserFlitser
Bewolkt
Bewolkt
TL-licht
TL-licht
Gloeilamplicht
Gloeilamplicht
Daglicht
Daglicht
Automatisch
Automatisch
Flitser
Bewolkt
TL-licht
Gloeilamplicht
Daglicht
Automatisch
Handm. voorinstelling
Meten
Annuleren
Handm. voorinstelling
Meten
Annuleren
Handm. voorinstelling
Meetvenster
Referentiegedeelte
E33
Lichtmeting
Het proces waarbij de helderheid van het onderwerp wordt gemeten om de
belichting te bepalen, wordt lichtmeting genoemd.
Gebruik deze optie om in te stellen te bepalen hoe de camera de belichting meet.
B Opmerkingen over lichtmeting
Zodra u de digitale zoom activeert, wordt Centrum-gericht of spotmeting
(waarbij het midden van het kader gemeten wordt) geselecteerd afhankelijk van
de vergroting van een vergrote foto.
De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of
andere functies gebruikt worden.
C Lichtmeetveld
Als Centrum-gericht voor Lichtmeting is geselecteerd, wordt de aanduiding van
het lichtmetingsbereik (A7) weergegeven (behalve wanneer digitale zoom wordt
gebruikt).
Selecteer j, k, l of m stand M d knop M j, k, l of m
menupictogram M Lichtmeting M k knop
Optie Beschrijving
G
Matrix
(standaardinstelling)
De camera gebruikt een groot deel van het scherm
voor de meting.
Aanbevolen voor fotograferen onder normale
omstandigheden.
q Centrum-gericht
De camera meet het hele beeld maar houdt vooral
rekening met het onderwerp in het midden van het
beeld. Deze stand is ideaal voor portretten, omdat
de achtergronddetails behouden blijven terwijl de
lichtomstandigheden in het midden van het beeld
de belichting bepalen. Deze stand kunt u bij
scherpstelvergrendeling (A71) ook gebruiken om
de belichting van onderwerpen te meten die zich
niet in het midden van het beeld bevinden.
Referentiegedeelte
E34
Continu-opname
Selecteer j, k, l of m stand M d knop M j, k, l of m
menupictogram M Continu M k knop
Optie Beschrijving
U Enkelvoudig
(standaardinstelling)
Telkens als u de ontspanknop indrukt, maakt de camera
één foto.
k Continu H
Als de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, worden
continu foto's gemaakt.
De beeldsnelheid bij continu-opname is ongeveer
6,9 bps en het maximale aantal foto's met continu-
opname is ongeveer 5 (indien de beeldkwaliteit is
ingesteld op Normal en het beeldformaat is ingesteld
op i 4608×3456).
m Continu L
Als de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, worden
continu foto's gemaakt.
De beeldsnelheid bij continu-opname is ongeveer
2,2 bps en het maximale aantal foto's met continu-
opname is ongeveer 36 (indien de beeldkwaliteit is
ingesteld op Normal en het beeldformaat is ingesteld
op i 4608×3456).
q
Vooropnamecache
Wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt, begint de
opname in het vooropnamecache. Als de ontspanknop
volledig wordt ingedrukt, slaat de camera de huidige foto
en de foto's die direct voor het indrukken van de knop zijn
vastgelegd op (E36). Deze functie helpt om te
voorkomen dat u de opname mist.
De beeldsnelheid voor continu-opname is ongeveer
20 bps en het maximale aantal continu-opnamen is
25 (inclusief een maximum van 5 beelden gemaakt in
het vooropnamecache).
De beeldkwaliteit is vast ingesteld op Normal en het
beeldformaat is vast ingesteld op A (1280 × 960 pixels).
n Continu H:
120 bps
Elke keer dat de ontspanknop helemaal ingedrukt wordt,
worden met hoge snelheid foto's gemaakt.
De beeldsnelheid voor continu-opname is ongeveer
120 bps en het maximale aantal continu-opnamen is
50.
De beeldkwaliteit is vast ingesteld op Normal en het
beeldformaat is vast ingesteld op f 640×480.
Referentiegedeelte
E35
B Opmerkingen over continu-opname
Bij alle opnamen uit de reeks wordt de scherpstelling, belichting en witbalans
aangehouden die de camera voor de eerste foto uit de reeks heeft ingesteld.
Het opslaan van een foto nadat deze is gemaakt, kan enige tijd in beslag nemen.
Naarmate de ISO-waarde hoger wordt, kan ruis verschijnen in de foto's.
Het aantal beelden per seconde bij continu-opnamen kan laag zijn, afhankelijk van
de instelling voor beeldkwaliteit en beeldformaat, de gebruikte geheugenkaart of
opnameomstandigheden.
Als Vooropnamecache, Continu H: 120 bps, Continu H: 60 bps of
Multi-shot 16 wordt gebruikt, kunnen er strepen of afwijkingen in helderheid of
kleurinstelling optreden bij foto's die zijn gemaakt bij lichtbronnen die met een
hoge frequentie knipperen, zoals tl-lampen, kwikdamplampen of natriumlampen.
j Continu H:
60 bps
Elke keer dat de ontspanknop helemaal ingedrukt wordt,
worden met hoge snelheid foto's gemaakt.
De beeldsnelheid voor continu-opname is ongeveer
60 bps en het maximale aantal continu-opnamen is 25.
De beeldkwaliteit is vast ingesteld op Normal en het
beeldformaat is vast ingesteld op A (1280 × 960 pixels).
j BSS
(Best Shot Selector)
De camera maakt een reeks van maximaal tien foto's
terwijl de ontspanknop helemaal ingedrukt wordt
gehouden en de scherpste foto wordt automatisch
opgeslagen.
Gebruik deze optie wanneer een stilstaand onderwerp
wordt gefotografeerd op een plek waar geen flitser
gebruikt mag worden en de kans op cameratrillingen
groot is.
W Multi-shot 16
Elke keer dat de ontspanknop
helemaal ingedrukt wordt, maakt
de camera een reeks van 16 foto's
en slaat deze als één foto op.
De beeldsnelheid voor continu-
opname is ongeveer 30 bps.
De beeldkwaliteit is vast
ingesteld op Normal en het beeldformaat is vast
ingesteld op D (2560 × 1920 pixels).
De digitale zoom kan niet gebruikt worden.
Optie Beschrijving
Referentiegedeelte
E36
C Vooropnamecache
Als de ontspanknop volledig of half wordt ingedrukt, worden de beelden
opgeslagen zoals hieronder beschreven.
Het vooropnamecache-pictogram (Q) op de monitor licht groen op zolang u de
ontspanknop half ingedrukt houdt.
Beelden opgeslagen
door half indrukken
Beelden opgeslagen
door volledig
indrukken
Half indrukken
Helemaal indrukken
Referentiegedeelte
E37
ISO-waarde
Met een hogere ISO-waarde kunt u donkere onderwerpen fotograferen.
Bovendien kunt u nu zelfs van onderwerpen met vergelijkbare helderheid
foto's maken met snellere sluitertijden, waarbij onscherpte veroorzaakt door
cameratrilling en beweging van het onderwerp kunnen worden gereduceerd.
Als een hogere ISO-waarde is ingesteld, kunnen de foto's ruis bevatten.
B Opmerkingen over ISO-waarde
De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of andere
functies gebruikt worden.
C Aanduiding ISO-waarde op het opnamescherm
Wanneer Automatisch is geselecteerd, wordt E weergegeven als de ISO-
waarde automatisch wordt verhoogd.
Als Vast bereik automatisch is geselecteerd, wordt de maximale ISO-waarde
weergegeven.
Selecteer j, k, l of m stand M d knop M j, k, l of m
menupictogram M ISO-waarde M k knop
Optie Beschrijving
a Automatisch
(standaardinstelling)
De ISO-waarde wordt automatisch geselecteerd binnen
een bereik van ISO 125 tot 1600.
I Vast bereik
automatisch
Selecteer het bereik waarbinnen de camera de ISO-
waarde automatisch kan instellen, van ISO 125-400 of
ISO 125-800.
125, 200, 400, 800,
1600, 3200, 6400
De ISO-waarde wordt vastgezet op de vastgestelde
waarde.
Referentiegedeelte
E38
AF-veldstand
Gebruik deze optie om in te stellen hoe de camera bij het fotograferen het
scherpstelveld voor de autofocus selecteert.
Selecteer j, k, l of m stand M d knop M j, k, l of m
menupictogram M AF-veldstand M k knop
Optie Beschrijving
a Gezichtpriori
teit
Wanneer de camera een
gezicht herkent, wordt hierop
scherpgesteld. Zie
“Gezichtsdetectie gebruiken”
(A69) voor meer informatie.
Bij het kadreren van een
compositie zonder
menselijke onderwerpen of
herkende gezichten,
selecteert de camera
automatisch een of meer van
de 9 scherpstelvelden met
het onderwerp het dichtst bij
de camera wanneer de
ontspanknop half wordt
ingedrukt.
x Handmatig
Gebruik de multi-selector
HIJK om het
scherpstelveld te verplaatsen
naar de plaats waarop u wilt
scherpstellen.
Om de multi-selector te
gebruiken voor het
configureren van de
flitsstand of andere
instellingen, drukt u op de
k knop. Om terug te
keren naar het verplaatsen
van het scherpstelveld,
drukt u nogmaals op de k
knop.
1/2501/2501/250
F3.7F3.7F3.7
25
m
0s25
m
0s
880880
Scherpstelve
F 3 .71 / 2 5 01/250 F3.7
Scherpstelvelden
Omvang van verplaatsbaar
scherpstelveld
Scherpstelveld
Referentiegedeelte
E39
B Opmerkingen over AF-veldstand
Als digitale zoom wordt toegepast, stelt de camera scherp op het gebied in het
midden van het beeld, ongeacht de instelling van de AF-veldstand.
De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of
andere functies gebruikt worden.
C AF-veldstand voor filmopname
De AF-veldstand voor filmopname kan worden ingesteld met AF-veldstand (E59)
in het filmmenu.
y Centrum
De camera stelt scherp op het
onderwerp in het midden
van het beeld.
s Onderwerp
volgen
Gebruik deze functie om
foto's van bewegende
onderwerpen te maken.
Registreer het onderwerp
waarop de camera
scherpstelt. Het
scherpstelveld wordt
automatisch verplaatst om
het onderwerp te volgen. Zie
“Gebruiken van onderwerp volgen” (E40) voor meer
informatie.
M AF met
doelopsporing
(standaard-
instelling)
Als de camera het
hoofdonderwerp detecteert,
stelt deze daarop scherp.
Zie “AF met doelopsporing
gebruiken” (A68) voor meer
informatie.
Optie Beschrijving
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
25
m
0s
25
m
0s
880
880
Scherpstelvel
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
Start
25
m
0s
25
m
0s
880
880
1/2501/2501/250
F3.7F3.7F3.7
25
m
0s25
m
0s
880880
Scherpstelvelden
Referentiegedeelte
E40
Gebruiken van onderwerp volgen
1 Registreer een onderwerp.
Lijn het onderwerp uit dat u wilt volgen
met de rand in het midden van de monitor
en druk op de k knop.
Wanneer het onderwerp geregistreerd is,
wordt een gele rand (scherpstelveld)
rondom het onderwerp weergegeven en
begint de camera het betreffende
onderwerp te volgen.
Als het onderwerp niet geregistreerd kan
worden, licht de rand rood op. Wijzig de compositie en probeer het
onderwerp opnieuw te registreren.
Om de registratie van het onderwerp te annuleren, drukt u op de k knop.
Als de camera het geregistreerde onderwerp niet meer kan volgen,
verdwijnt het scherpstelveld. Registreer het onderwerp opnieuw.
2 Druk de ontspanknop helemaal in
om de foto te maken.
Als de ontspanknop wordt ingedrukt terwijl
geen scherpstelveld wordt weergegeven,
stelt de camera scherp op het onderwerp in
het midden van het beeld.
B Opmerkingen over onderwerp volgen
Als u bewerkingen zoals inzoomen uitvoert terwijl de camera het onderwerp volgt,
dan wordt de registratie geannuleerd.
Onder bepaalde opname-omstandigheden kan onderwerp volgen mogelijk niet
worden uitgevoerd.
Selecteer j, k, l of m stand M d knop M j, k, l of m
menupictogram M AF-veldstand M k knop M s Onderwerp volgen
M k knop M d knop
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
Start
25
m
0s
25
m
0s
880
880
F 3 .71 / 2 5 0
1/250 F3.7
Referentiegedeelte
E41
Autofocus-stand
Selecteer hoe de camera scherpstelt bij het maken van foto's.
C Autofocus-stand voor filmopname
De autofocus-stand voor filmopname kan worden ingesteld met Autofocus-stand
(E60) in het filmmenu.
Sneleffecten
B Opmerkingen over sneleffecten
De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of andere
functies gebruikt worden.
Selecteer j, k, l of m stand M d knop M j, k, l of m
menupictogram M Autofocus-stand M k knop
Optie Beschrijving
A Enkelvoudige AF
De camera stelt scherp wanneer u de ontspanknop
half indrukt.
B Fulltime-AF
De camera gaat verder met scherpstellen zelfs als de
ontspanknop niet half ingedrukt is. Het geluid van de
objectiefaandrijving is hoorbaar terwijl de camera
scherpstelt.
a Pre-scherpstelling
(standaardinstelling)
Zelfs als de ontspanknop niet half ingedrukt wordt,
stelt de camera automatisch scherp als de compositie
van het gekadreerde beeld aanzienlijk verandert.
Selecteer j, k, l of m stand M d knop M j, k, l of m
menupictogram M Sneleffecten M k knop
Optie Beschrijving
p Aan
(standaardinstelling)
Druk in de j, k, l of m stand direct nadat u de sluiter
ontspant op de k knop om het effectselectiescherm
weer te geven en de sneleffectfunctie (A44) te
gebruiken.
Uit Schakelt de sneleffectfunctie (tijdens de opname) uit.
Referentiegedeelte
E42
M belichtingsvoorbeeld
Selecteer of wijzigingen van de helderheid tevens op het opnamescherm
moeten worden aangeduid wanneer de belichting wordt gewijzigd in de stand
m (handmatig).
Selecteer j, k, l of m stand M d knop M j, k, l of m
menupictogram M M belichtingsvoorbeeld M k knop
Optie Beschrijving
Aan
(standaardinstelling)
Wijzigingen van de helderheid worden aangeduid op het
opnamescherm.
Uit
Wijzigingen van de helderheid worden niet aangeduid op
het opnamescherm.
Referentiegedeelte
E43
Zie “Beeldkwaliteit” (E29) en “Beeldformaat” (E30) voor informatie over
Beeldkwaliteit en Beeldformaat.
Huid verzachten
De effecten van huid verzachten zijn niet zichtbaar bij het kadreren van
beelden voor de opname. Controleer de resultaten in de weergavestand nadat
de foto's genomen zijn.
Het slim portret-menu
Selecteer de slim portret-stand in M d knop M F menupictogram M
Huid verzachten M k knop
Optie Beschrijving
S Hoog Als de sluiter wordt ontspannen, dan herkent de
camera (maximaal 3) gezichten en bewerkt de camera
de foto om de huid van de gezichten te verzachten
voordat de foto wordt opgeslagen. U kunt de mate van
het effect dat wordt toegepast selecteren.
R Normaal
(standaardinstelling)
Q Laag
Uit Schakelt huid verzachten uit.
Referentiegedeelte
E44
Glimlachtimer
De camera registreert gezichten en ontspant vervolgens de sluiter zodre er een
glimlach herkend wordt.
B Opmerkingen over glimlachtimer
De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of andere
functies gebruikt worden.
Selecteer de slim portret-stand in M d knop M F menupictogram M
Glimlachtimer M k knop
Optie Beschrijving
a Aan (enkelvoudig)
(standaardinstelling)
Zodra een glimlach wordt herkend, maakt de camera
één foto.
aC Aan (continu)
Zodra een glimlach wordt herkend, maakt de camera
maximaal 5 foto's continu en slaat ze allemaal op.
aD Aan (BSS)
Zodra een glimlach wordt herkend, maakt de camera
maximaal 5 foto's continu en slaat alleen de foto op
waarop de glimlach het beste is vastgelegd.
Uit Schakelt de glimlachtimer uit.
Referentiegedeelte
E45
Knipperdetectie
B Opmerkingen over knipperdetectie
De instelling wordt mogelijk niet gewijzigd wanneer bepaalde instellingen of andere
functies gebruikt worden.
Selecteer de slim portret-stand in M d knop M F menupictogram M
Knipperdetectie M k knop
Optie Beschrijving
y Aan
De camera ontspant
de sluiter
automatisch
tweemaal bij elke
opname en slaat de
foto op waarop de
ogen van het
onderwerp open zijn.
Als de camera een
foto heeft opgeslagen waarop de ogen van het
onderwerp mogelijk gesloten zijn, dan wordt het
dialoogvenster aan de rechterzijde enkele seconden
weergeven.
Uit (standaardinstelling) Schakelt de knipperdetectie uit.
die zojuist werd genomen.
Er werd geknipperd op de foto
Referentiegedeelte
E46
Zie “Foto's bewerken” (E13) voor meer informatie over de
beeldbewerkingsfuncties.
Zie “Stand favoriete beelden” (E5) voor informatie over Favoriete
beelden en Verwijderen uit favor..
Afdrukopdracht (een DPOF-afdrukopdracht
maken)
Als u de afdrukopdrachtinstellingen vooraf configureert, kunt u deze gebruiken
bij de hieronder vermelde afdrukmethodes.
De geheugenkaart naar een digitale fotoservice brengen die DPOF (Digital
Print Order Format (Digitaal afdrukformaat voor digitale camera’s))-
afdrukken ondersteunt.
De geheugenkaart in de kaartsleuf van een DPOF-compatibele printer
plaatsen.
De camera op een PictBridge-compatible printer aansluiten (E21).
1 Gebruik de multi-selector HI
om Beelden selecteren te
selecteren en druk op de k knop.
In de stand favoriete beelden, automatisch
sorteren of sorteer op datum, wordt het
scherm aan de rechterzijde niet
weergegeven. Ga verder met stap 2.
Het weergavemenu
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M Afdrukopdracht M
k knop
Afdrukopdracht wissen
Beelden selecteren
Afdrukopdracht
Referentiegedeelte
E47
2 Selecteer foto's (max. 99) en het
aantal kopieën (max. 9) van elke
foto.
Gebruik de multi-selector JK om foto's te
selecteren en gebruik HI om het aantal te
af te drukken kopieën te specificeren.
Foto's die zijn geselecteerd voor afdrukken,
worden aangeduid door M en het getal dat het gewenste aantal kopieën
aangeeft. Als er geen kopieën voor foto's zijn opgegeven, wordt de selectie
geannuleerd.
Beweeg de zoomknop in de richting van g (i ) om naar schermvullende
weergave of f (h) om naar miniatuurweergave te wisselen.
Druk op de k knop wanneer u alle instellingen hebt voltooid.
3 Geef aan of u de opnamedatum
en -informatie wilt afdrukken.
Selecteer Datum en druk op de k knop
om de opnamedatum op alle foto's af te
drukken.
Selecteer Info en druk op de k knop om
de sluitertijd en diafragmawaarde op alle
foto's af te drukken.
Selecteer ten slotte Gereed en druk op de k knop om de afdrukopdracht af
te ronden.
B Opmerkingen over afdrukken van opnamedatum en -informatie
Sommige printers kunnen mogelijk geen opnamedatum en -informatie afdrukken.
Opname-informatie wordt niet afgedrukt indien de camera op een printer is
aangesloten.
De instellingen voor Datum en Info worden elke keer gereset als de optie
Afdrukopdracht wordt weergegeven.
De datum die afgedrukt wordt is de datum die
opgeslagen werd toen de foto werd gemaakt.
Bij foto's gemaakt met de optie Datumstempel
(E68) ingeschakeld, wordt alleen de
geregistreerde datum op het moment van
opname afgedrukt, zelfs als de datumoptie van de
Afdrukopdracht voor de foto's ingeschakeld is.
311
Terug
Afdrukselectie
Info
Datum
Gereed
Afdrukopdracht
15 .05. 201 4
15.05.2014
Referentiegedeelte
E48
B Opmerkingen over afdrukopdracht
Als een afdrukopdracht wordt gemaakt in de stand favoriete beelden, automatisch
sorteren of sorteer op datum, wordt het onderstaande scherm weergegeven indien
er andere foto's voor afdrukken gemarkeerd zijn dan die van het geselecteerde
album, de categorie of opnamedatum.
Ja: Verwijdert geen afdrukmarkeringen van andere foto's en voegt de huidige
instellingen van de afdrukopdracht toe.
Nee: Verwijdert afdrukmarkeringen van andere foto's en gebruikt alleen de huidige
instellingen van de afdrukopdracht.
Als het totaal aantal foto's in de afdrukopdracht hoger is dan 99 wanneer de nieuwe
instellingen worden toegepast, wordt het onderstaande scherm weergegeven.
Ja: Verwijdert afdrukmarkeringen van andere foto's en gebruikt alleen de huidige
instellingen van de afdrukopdracht.
Annuleren: Verwijdert geen afdrukmarkeringen van andere foto's en annuleert de
huidige instellingen van de afdrukopdracht.
C Bestaande afdrukopdracht annuleren
Selecteer Afdrukopdracht wissen in stap 1 (E46) van “Afdrukopdracht (een
DPOF-afdrukopdracht maken)”.
C Meer informatie
Zie “Beelden in formaat 1:1 afdrukken” (E30) voor meer informatie.
Stand sorteer op datumStand favoriete beelden
of automatisch sorteren
Nee
Ja
beelden opslaan?
Afdrukmarkering voor andere
Nee
Ja
andere data opslaan?
Afdrukmarkering voor
Stand sorteer op datumStand favoriete beelden
of automatisch sorteren
Ja
Annuleren
beelden verwijderen?
Afdrukmarkering van andere
Teveel geselecteerde beelden.
Ja
Annuleren
andere data verwijderen?
beelden. Afdrukmarkering voor
Teveel geselecteerde
Referentiegedeelte
E49
Diashow
Foto's een voor een weergeven in een automatische “diashow”. Wanneer
filmbestanden worden weergegeven in de diashow, dan wordt alleen het
eerste beeld van elke film weergegeven.
1 Gebruik de multi-selector HI
om Start te selecteren en druk op
de k knop.
De diashow begint.
Als u de pauze tussen foto's wilt aanpassen,
selecteer Tussenpauze, druk op de k
knop en specificeer de gewenste duur
voordat u Start selecteert.
Om de diashow automatisch te herhalen, selecteert u Herhalen en drukt u
op de k knop alvorens Start te selecteren.
De maximale afspeeltiijd is ongeveer 30 minuten, zelfs als Herhalen
ingeschakeld is.
2 Selecteer Einde of Herstarten.
Het scherm aan de rechterzijde wordt
weergegeven nadat de diashow beëindigd
of gepauzeerd is. Selecteer G en druk
vervolgens op de k knop om de show te
verlaten. Selecteer F en druk vervolgens
op de k knop om de show te hervatten.
Functies tijdens de weergave
Gebruik JK om de vorige/volgende foto weer te geven. Houd ingedrukt
om terug/vooruit te spoelen.
Druk op de k knop om de diashow te pauzeren of beëindigen.
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M Diashow M k
knop
Pauzeren
Herhalen
Tussenpauze
Start
Diashow
Referentiegedeelte
E50
Beveiligen
De camera beveiligt geselecteerde foto's tegen ongewild wissen.
Selecteer de foto's die u wilt beveiligen of waarvan u de beveiliging ongedaan wil
maken in het fotoselectiescherm (E50).
Let op: Wanneer het interne geheugen van de camera of de geheugenkaart wordt
geformatteerd, worden beveiligde bestanden permanent gewist (E73).
Het fotoselectiescherm
Wanneer een fotoselectiescherm zoals het scherm
aan de rechterzijde wordt weergegeven bij het
bedienen van de camera, volgt u de hieronder
beschreven procedures om de foto's te selecteren.
1 Gebruik de multi-selector JK om
een foto te selecteren.
Beweeg de zoomknop (A1) in de richting
van g (i) om naar schermvullende
weergave of f (h) om naar
miniatuurweergave te wisselen.
Er kan slechts een foto geselecteerd
worden voor Beeld draaien, Kies
hoofdfoto en Welkomstscherm. Ga verder met stap 3.
2 Gebruik HI om te selecteren of
deselecteren (of het aantal
kopieën aan te geven).
Als een foto geselecteerd is, wordt een
pictogram onder de foto weergegeven.
Herhaal stap 1 en 2 als u nog meer foto's
wilt selecteren.
3 Druk op de k knop om de fotoselectie toe te passen.
Als Geselecteerde beelden geselecteerd is, wordt een bevestigingsvenster
weergegeven. Volg de instructies die op de monitor worden weergegeven.
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M Beveiligen M
k knop
Terug
Beveiligen
Terug
Beveiligen
Terug
Beveiligen
Referentiegedeelte
E51
Beeld draaien
Geef aan in welke richting de opgeslagen foto's bij weergave getoond moeten
worden. Foto's kunnen 90 graden rechtsom of 90 graden linksom gedraaid
worden.
Selecteer een foto in het fotoselectiescherm (E50). Als het scherm Beeld
draaien wordt weergegeven, gebruikt u de multi-selector JK of draait u deze
om de foto 90 graden te draaien.
Druk op de k knop om de oriëntatie van de weergave definitef te maken en
de informatie samen met de foto op te slaan.
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M Beeld draaien M k
knop
Beeld draaien Beeld draaienBeeld draaien
Draaien
Terug
Draaien
Ter ug
Draaien
Terug
90 graden linksom
draaien
90 graden
rechtsom draaien
Referentiegedeelte
E52
Spraakmemo
Spraakmemo's kunnen opgenomen en aan foto's worden toegevoegd.
Spraakmemo's opnemen
Druk op de k knop om op te nemen (tot circa
20 seconden).
Raak de microfoons niet aan.
Tijdens de opname knipperen o en p op de
monitor.
Nadat het opnemen is beëindigd, wordt het
scherm voor het afspelen van een spraakmemo
weergegeven. Druk op de k knop en houd
deze ingedrukt om de spraakmemo af te spelen.
Wis de actuele spraakmemo voordat een nieuwe spraakmemo wordt
opgenomen (E52).
In de schermvullende weergave worden foto's met een spraakmemo met p
aangeduid.
Spraakmemo's afspelen
Selecteer een foto met de aanduiding p voordat
u op de d knop drukt.
Druk op de k knop om de spraakmemo af te
spelen. Druk nogmaals op de knop om het
afspelen te stoppen.
Beweeg de zoomknop tijdens de weergave om
het afspeelvolume aan te passen.
Spraakmemo's wissen
Druk op de l knop terwijl het scherm beschreven
in “Spraakmemo's afspelen” (E52) wordt
weergegeven.
Gebruik wanneer het bevestigingsvenster wordt
weergegeven de multi-selector HI om Ja te
selecteren en druk op de k knop.
Om een spraakmemo van een beveiligde foto
te wissen, moet eerst de instelling Beveiligen
worden uitgeschakeld.
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M Spraakmemo M k knop
17s
17s
Terug
Nee
Ja
Bestand wordt gewist. OK?
Referentiegedeelte
E53
Kopiëren (kopiëren tussen het interne geheugen
en de geheugenkaart)
Kopieer foto's tussen het interne geheugen en een geheugenkaart.
1 Gebruik de multi-selector HI
om een bestemmingsoptie te
selecteren voor het kopiëren van
de foto's en druk op de k knop.
2 Selecteer een kopieeroptie en druk
op de k knop.
Als u de optie Geselecteerde beelden kiest,
gebruik dan het fotoselectiescherm om foto's
te specificeren (E50).
Als u de optie Kaart camera kiest, is de
optie Alle beelden niet beschikbaar.
B Opmerkingen over foto's kopiëren
Alleen bestanden met formaten die deze camera kan opnemen, kunnen
gekopieerd worden.
De werking kan niet worden gegarandeerd voor foto's die met een ander merk of
model camera zijn gemaakt of op een computer zijn bewerkt.
De geconfigureerde Afdrukopdracht (E46) instellingen voor foto's worden
niet gekopieerd.
Gekopieerde foto's of films kunnen niet worden weergegeven in de stand
automatisch sorteren (E9).
Als een aan een album toegevoegde foto (E5) gekopieerd wordt, wordt de
gekopieerde foto niet aan het album toegevoegd.
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M Kopiëren M
k knop
Kaart
camera
Camera
kaart
Kopiëren
Alle beelden
Geselecteerde beelden
Camera
kaart
Referentiegedeelte
E54
C Opmerkingen over foto's in een reeks kopiëren
Als u een hoofdfoto van een reeks selecteert in Geselecteerde beelden, dan
worden alle foto's in de reeks gekopieerd.
Als u op de d knop drukt wanneer foto's in een reeks worden weergegeven, is
alleen de kopieeroptie Kaart camera beschikbaar. Alle foto's in de reeks worden
gekopieerd wanneer u Huidige reeks selecteert.
C Kopiëren naar een geheugenkaart die geen foto's bevat
Als de camera in de weergavestand wordt gezet, wordt Geheugen bevat geen
beelden. weergegeven. Druk op de d knop om Kopiëren te selecteren.
Reeksweergaveopties
Selecteer de methode die wordt gebruikt om foto's in de reeks weer te geven
(E11).
De instellingen worden op alle reeksen toegepast en de instelling wordt
opgeslagen in het geheugen van de camera, zelfs als de camera uitgeschakeld
wordt.
Hoofdfoto kiezen
Specificeer een andere foto in de reeks als de hoofdfoto.
Als het selectiescherm voor de hoofdfoto wordt weergegeven, selecteert u
een foto (E50).
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M
Reeksweergaveopties M k knop
Optie Beschrijving
Q Individuele foto's
Geeft elke foto in een reeks afzonderlijk weer. Op het
weergavemenu wordt F weergegeven.
C Enkel hoofdfoto
(standaardinstelling)
Geeft alleen de hoofdfoto voor een reeks foto's weer.
Druk op de c knop (weergavestand) M geef een reeks weer waarvan u
de hoofdfoto wilt wijzigen M d knop M Kies hoofdfoto M k knop
Referentiegedeelte
E55
Filmopties
Selecteer de gewenste filmoptie voor opname.
Selecteer een filmoptie met normale snelheid voor het opnemen van films of
een filmoptie met hoge snelheid (HS) voor het opnemen van films die
vertraagd (slow motion) of versneld (fast motion) kunnen worden
weergegeven (E56).
Voor het opnemen van films worden geheugenkaarten (Class 6 of hoger)
aanbevolen (F29).
Filmopties met normale snelheid
1
De opties en beeldsnelheid die ingesteld kunnen worden, verschillen afhankelijk
van de instelling van de Beeldsnelheid in het filmmenu (E62).
2
iFrame is een formaat dat ondersteund wordt door Apple Inc.. Wanneer films in
het interne geheugen worden opgenomen, kan de opname stoppen voordat de
maximale filmduur is bereikt.
Het filmmenu
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Filmopties M k knop
Optie
(Beeldformaat/
Beeldsnelheid
1
,
Bestandsformaat)
Beeldformaat
Hoogte/breedte-
verhouding
(horizontaal tot
verticaal)
e 1080/30p
S 1080/25p
(standaardinstelling)
1920 × 1080 16:9
Z 1080/60i
U 1080/50i
1920 × 1080 16:9
f 720/30p
V 720/25p
1280 × 720 16:9
p iFrame 720/30p
2
p iFrame 720/25p
2
1280 × 720 16:9
g 480/30p
W 480/25p
640 × 480 4:3
Referentiegedeelte
E56
HS-filmopties
Opgenomen films kunnen in fast of slow motion worden afgespeeld.
Zie “Films opnemen in slow motion en fast motion (HS-film)” (E57).
* Bij het opnemen van films kan de camera omschakelen tussen filmopname met
normale snelheid en filmopname met slow motion of fast motion.
De maximale filmopnametijd die hier wordt weergegeven, verwijst alleen naar het
deel van de film dat in slow motion of fast motion.
B Opmerkingen over HS-film
Er wordt geen geluid opgenomen.
Zoomstand, scherpstelling, belichting en witbalans worden vergrendeld wanneer
wordt begonnen met de filmopname.
Optie
Beeldformaat
Hoogte/breedte-
verhouding
(horizontaal tot
verticaal)
Beschrijving
k
k
HS 240/8×
320 × 240
4:3
Slow motion films op 1/8 van de
snelheid
Max. opnametijd*: 10 seconden
(afspeeltijd: 1 minuut
20 seconden)
h
a
HS 480/4×
640 × 480
4:3
Slow motion films op 1/4 van de
snelheid
Max. opnametijd*: 15 seconden
(afspeeltijd: 1 minuut)
i
X
HS 720/2×
1280 × 720
16:9
Slow motion films op 1/2 van de
snelheid
Max. opnametijd*: 30 seconden
(afspeeltijd: 1 minuut)
j
Y
HS 1080/0,5×
1920 × 1080
16:9
Fast motion films op 2× de normale
snelheid
Max. opnametijd*: 2 minuten
(afspeeltijd: 1 minuut)
Referentiegedeelte
E57
Films opnemen in slow motion en fast motion (HS-film)
Films opgenomen met HS-film kunnen in slow motion worden afgespeeld op
1/8, 1/4 of 1/2 van de normale afspeelsnelheid, of worden afgespeeld in fast
motion op twee keer de normale snelheid.
1 Gebruik de multi-selector HI
om een HS-filmoptie (E56) te
selecteren en druk op de k knop.
Druk na het toepassen van de optie op de
d knop om naar het opnamescherm
terug te keren.
2 Druk op de b (e filmopname)
knop om de filmopname te
stoppen.
De filmopname wordt met hoge snelheid
gestart als de optie Openen met
HS-beelden in het filmmenu is ingesteld
op Aan, of met normale snelheid als deze is
ingesteld op Uit.
Telkens als de k knop wordt ingedrukt,
schakelt de camera om tussen filmopname met normale snelheid en HS-
filmopname.
Het pictogram voor filmopties verandert wanneer er tussen HS-filmopname
en filmopname met normale snelheid wordt omgeschakeld.
Wanneer de maximale filmopnametijd voor HS-films (E56) is bereikt,
schakelt de camera automatisch om naar filmopname met normale
snelheid.
3 Druk op de b (e filmopname) knop om de filmopname
te stoppen.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Filmopties M k knop
HS 1080/0,5×
HS 720/2×
HS 480/4×
Filmopties
5s5s
Referentiegedeelte
E58
C Films afspelen in slow motion en fast motion
Bij opnemen van films op normale snelheid:
Bij opnemen met h HS 480/4× (a HS 480/4×):
Films worden opgenomen met 4× de normale snelheid.
Ze worden 4× langzamer afgespeeld in slow motion.
Bij opnemen met j HS 1080/0,5× (Y HS 1080/0,5×):
Films worden opgenomen op 1/2 van de normale snelheid.
Ze worden 2× sneller afgespeeld in fast motion.
Opnametijd 10 sec.
Afspeeltijd 10 sec.
Opnametijd 10 sec.
Afspelen in slow motion
Afspeeltijd
40 sec.
Opnametijd 10 sec.
Afspelen in fast motion
Afspeeltijd 5 sec.
Referentiegedeelte
E59
Openen met HS-beelden
Stel HS-films opnemen of Films op normale snelheid opnemen in wanneer de
filmopname begint, bij het opnemen van HS-films.
AF-veldstand
Gebruik deze optie om in te stellen hoe de camera bij de filmopname het
scherpstelveld voor de autofocus selecteert.
B Opmerkingen over AF-veldstand voor filmopname
AF-veldstand is ingesteld om scherp te stellen op het midden in de volgende
situaties, zelfs wanneer Gezichtprioriteit geselecteerd is.
Als Film VR is ingesteld op Aan (hybride) en Filmopties is ingesteld op Z
1080/60i of U 1080/50i.
Als Autofocus-stand in het filmmenu is ingesteld op Enkelvoudige AF en er
geen gezichten worden gedetecteerd voordat er op de b (e filmopname) knop
wordt gedrukt.
Als een filmoptie met hoge snelheid (HS) geselecteerd is in Filmopties.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Openen met HS-beelden M k knop
Optie Beschrijving
Aan
(standaardinstelling)
HS-films opnemen wanneer de filmopname begint.
Uit
Films op normale snelheid opnemen wanneer de
filmopname begint.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
AF-veldstand M k knop
Optie Beschrijving
a Gezichtprioriteit
(standaardinstelling)
Wanneer de camera een gezicht herkent, wordt hierop
scherpgesteld. Zie “Gezichtsdetectie gebruiken” (A69)
voor meer informatie.
y Centrum
De camera stelt scherp op het onderwerp in het
midden van het beeld.
Referentiegedeelte
E60
Autofocus-stand
Stel in hoe de camera scherpstelt in de filmstand.
Als een filmoptie met hoge snelheid (HS) geselecteerd is in Filmopties, is
de instelling vast ingesteld op Enkelvoudige AF.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Autofocus-stand M k knop
Optie Beschrijving
A Enkelvoudige
AF
(standaardinstelling)
De scherpstelling wordt vergrendeld wanneer er op de b
(e filmopname) knop wordt gedrukt om de filmopname
te starten.
Kies deze optie als de afstand tussen de camera en het
onderwerp nagenoeg gelijk blijft.
B Fulltime-AF
Camera stelt voortdurend scherp.
Kies deze optie als de afstand tussen de camera en het
onderwerp tijdens de opname aanzienlijk verandert. Het
geluid van de scherpstelling kan te horen zijn in de
opgenomen film. Het gebruik van Enkelvoudige AF
wordt aanbevolen om te voorkomen dat het geluid van
de scherpstelling de opname verstoort.
Referentiegedeelte
E61
Film VR
Stel in om de effecten van cameratrilling tijdens filmopname te reduceren.
Stel deze optie in op Uit wanneer bij de opname gebruik wordt gemaakt van
een statief om de camera te stabiliseren.
B Opmerkingen over film VR
In sommige gevallen kunnen de effecten van cameratrillingen niet helemaal
opgeheven worden.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M Film
VR M k knop
Optie Beschrijving
V Aan (hybride)
(standaardinstelling)
Voert optische compensatie van cameratrillingen uit
met behulp van de objectiefverschuivingsmethode.
Voert ook elektronische VR uit met behulp van
beeldverwerking. De beeldhoek (d.w.z. het zichtbare
deel in het beeld) wordt kleiner.
g Aan
Compenseert cameratrillingen met behulp van de
objectiefverschuivingsmethode.
Uit Compensatie wordt niet uitgevoerd.
Referentiegedeelte
E62
Windruisreductie
Stel in of windruis wel of niet onderdrukt moeten worden tijdens de
filmopname.
Als een filmoptie met hoge snelheid (HS) geselecteerd is in Filmopties, is
de instelling vast ingesteld op Uit.
Beeldsnelheid
Selecteer de beeldsnelheid die bij de filmopname wordt gebruikt.
Wanneer de beeldsnelheid wordt omgeschakeld, veranderen de beschikbare
beeldsnelheden in Filmopties (E55).
30 bps (30p/60i) is geschikt voor een tv waarbij gebruik wordt gemaakt
van het NTSC-systeem en 25 bps (25p/50i) voor een tv waarbij gebruik
wordt gemaakt van het PAL-systeem om films af te spelen.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Windruisreductie M k knop
Optie Beschrijving
Y Aan
Reduceert het geluid dat geproduceerd wanneer
wind de microfoons passeert. Andere geluiden
kunnen hierdoor bij de weergave moeilijk te
horen zijn.
Uit (standaardinstelling) Windruisreductie is niet ingeschakeld.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Beeldsnelheid M k knop
Referentiegedeelte
E63
Welkomstscherm
Configureer het welkomstscherm dat wordt weergegeven wanneer u de
camera inschakelt.
Het setup-menu
Druk op de d knop M z menupictogram M Welkomstscherm M
k knop
Optie Beschrijving
Geen
(standaardinstelling)
Geeft het welkomstscherm niet weer.
COOLPIX Geeft een welkomstscherm met het COOLPIX-logo.
Selecteer beeld
Geeft een geselecteerde foto als het welkomstscherm
weer.
Het fotoselectiescherm wordt weergegeven. Selecteer
een foto (E50) en druk op de k knop.
Omdat er een kopie van de geselecteerde foto in de
camera wordt opgeslagen, wordt deze weergegeven
wanneer de camera wordt ingeschakeld, ook als de
oorspronkelijke foto wordt gewist.
Foto's gemaakt met eenvoudig panorama kunnen niet
worden geselecteerd.
Een foto kan niet geselecteerd worden als het
beeldformaat zeer klein is nadat de functie kleine
afbeelding of uitsnede toegepast is.
Referentiegedeelte
E64
Tijdzone en datum
Stel de cameraklok in.
Druk op de d knop M z menupictogram M Tijdzone en datum M k
knop
Optie Beschrijving
Datum en tijd
Selecteer een optie: Druk op
de multi-selector JK (wisselt
tussen D, M, J, u en m).
Bewerk de datum en tijd:
Druk op HI. De datum en
tijd kunnen ook worden
gewijzigd door de multi-
selector te verdraaien.
Pas de instelling toe:
Selecteer de instelling m en druk op de k knop.
Datumnotatie
Selecteer Jaar/maand/dag, Maand/dag/jaar of Dag/maand/
jaar.
Tijdzone
Stel tijdzone en zomertijd in.
Als de Reisbestemming (x) wordt ingesteld nadat de eigen
tijdzone is ingesteld (w ), dan wordt het tijdsverschil tussen de
reisbestemming en de eigen tijdzone automatisch berekend,
en worden de datum en tijd voor de geselecteerde regio
opgeslagen.
Bewerk.
Datum en tijd
2014
05 15 10
mu
15
DM J
Referentiegedeelte
E65
De tijdzone instellen
1 Gebruik de multi-selector HI
om Tijdzone te selecteren en druk
op de k knop.
2 Selecteer w Eigen tijdzone of x
Reisbestemming en druk op de
k knop.
De datum en tijd die op de monitor
weergegeven wordt, verandert afhankelijk
van of de eigen tijdzone of de
reisbestemming geselecteerd is.
3 Druk op K.
4 Gebruik JK om de tijdzone te
selecteren.
Druk op H om de zomertijdfunctie te
activeren en W wordt weergegeven. Druk
op I om de zomertijdfunctie te
deactiveren.
Druk op de k knop om de tijdzone toe te
passen.
Als niet de correcte tijd wordt
weergegeven voor thuis of de
reisbestemming, stel de juiste tijd dan in
onder Datum en tijd.
15/05/2014 15:30
Tijdzone
Datumnotatie
Datum en tijd
Tijdzone en datum
London, Casablanca
Reisbestemming
Eigen tijdzone
Tijdzone
Tokyo, Seoul
15/05/2014 23:30
Reisbestemming
Eigen tijdzone
Tijdzone
Tokyo, Seoul
15/05/2014 23:30
New York, Toronto, Lima
10:30
–5:00
Terug
Reisbestemming
Eigen tijdzone
Tijdzone
New York, Toronto, Lima
15/05/2014 10:30
Referentiegedeelte
E66
Monitorinstellingen
B Opmerkingen over monitorinstellingen
Als Sneleffecten (E41) is ingesteld op Aan, wordt de gemaakte foto na elke
opname weergegeven, ongeacht de instelling voor Beeld terugspelen.
Foto-informatie
Druk op de d knop M z menupictogram M Monitorinstellingen M
k knop
Optie Beschrijving
Foto-
informatie
Stel in of er wel of niet informatie op de monitor moet worden
weergegeven.
Beeld
terugspelen
Met deze instelling wordt vastgelegd of de gemaakte foto wel of
niet na de opname op de monitor weergegeven.
Standaardinstelling: Aan
Helderheid
Kies uit 5 instellingen.
Standaardinstelling: 3
Opnamestand Weergavestand
Info tonen
Automatische
info
(standaard-
instelling)
De huidige instellingen en functieaanduiding worden
weergegeven zoals bij Info tonen.
Als er enkele seconden geen bewerkingen worden uitgevoerd,
wordt de informatie verborgen zoals bij Info verbergen. De
informatie wordt weer weergegeven wanneer de volgende
bewerking wordt uitgevoerd.
Info
verbergen
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
25
m
0s
25
m
0s
880
880
4
/
4
4
/
4
15/05/2014 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
15/05/2014 15:30
Referentiegedeelte
E67
Raster+
autom. info
Naast de informatie die met
Automatische info wordt
weergegeven, wordt een raster
weergegeven als hulp bij het
kadreren van beelden.
Het raster wordt niet
weergegeven tijdens
filmopname.
De huidige instellingen of
functieaanduiding wordt
weergegeven als bij
Automatische info.
Filmbeeld+
autom. info
Naast de informatie die met
Automatische info wordt
weergegeven, wordt er vóór de
opname een beeld
weergegeven die het veld
aanduidt dat bij de
filmopname wordt vastgelegd.
Het filmbeeld wordt tijdens
filmopname niet weergegeven.
De huidige instellingen of
functieaanduiding wordt
weergegeven als bij
Automatische info.
Opnamestand Weergavestand
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
25
m
0s
25
m
0s
880
880
4
/
4
4
/
4
15/05/2014 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
15/05/2014 15:30
1/250
1/250
1/250
F3.7
F3.7
F3.7
25
m
0s
25
m
0s
880
880
4
/
4
4
/
4
15/05/2014 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
15/05/2014 15:30
Referentiegedeelte
E68
Datumstempel (Datum en tijd weergeven)
De opnamedatum en -tijd kan bij het maken van
foto's worden vastgelegd, waardoor deze
informatie ook geprint kan worden op printers die
het printen van data niet ondersteunen (E47).
B Opmerkingen over datumstempel
Data die worden opgenomen in een foto maken permanent deel uit van de
fotogegevens en kunnen niet gewist worden. De datum en tijd kunnen niet op
foto's worden opgenomen nadat ze zijn gemaakt.
De datum en tijd kunnen niet worden opgenomen in het fotobestand in de
volgende gevallen:
- Als de onderwerpstand is ingesteld op Sport, Nachtportret (indien ingesteld
op Uit de hand), Nachtlandschap (indien ingesteld op Uit de hand),
Museum, Tegenlicht (indien HDR Aan is), Eenvoudig panorama of
Dierenportret (indien ingesteld op Continu)
-Als Knipperdetectie is ingesteld op Aan of als Glimlachtimer is ingesteld op
Aan (continu) of Aan (BSS) in slim portret-stand
-Als Continu H, Continu L, Vooropnamecache, Continu H: 120 bps,
Continu H: 60 bps of BSS is geselecteerd voor Continu (E34)
- Als films worden opgenomen
- Als foto's worden opgeslagen tijdens filmopname
De opgenomen datum en tijd kunnen moeilijk af te lezen zijn wanneer een klein
beeldformaat wordt gebruikt.
Druk op de d knop M z menupictogram M Datumstempel M k knop
Optie Beschrijving
f Datum Datum wordt op foto's weergegeven.
S Datum en tijd Datum en tijd worden op foto's weergegeven.
Uit
(standaardinstelling)
Datum en tijd worden niet op foto's weergegeven.
15 .05. 201 4
15.05.2014
Referentiegedeelte
E69
Foto VR
Stel in om de effecten van cameratrilling tijdens fotograferen te reduceren.
Stel deze optie in op Uit wanneer bij het fotograferen gebruik wordt gemaakt
van een statief om de camera te stabiliseren.
B Opmerkingen over foto VR
Wacht na het aanzetten van de camera of na het overschakelen van de
weergavestand naar de opnamestand tot het opnamescherm helemaal wordt
weergegeven voordat er foto's worden gemaakt.
Foto's die direct na opname op het opnamescherm worden weergegeven, kunnen
wazig lijken.
In sommige gevallen kunnen de effecten van cameratrillingen niet helemaal
opgeheven worden.
Wanneer de sluitertijd zeer langzaam is, is compensatie van de foto's met behulp
van beeldverwerking niet mogelijk, zelfs niet als Aan (hybride) is ingesteld.
Druk op de d knop M z menupictogram M Foto VR M k knop
Optie Beschrijving
V Aan (hybride)
Voert optische compensatie van cameratrillingen uit met
behulp van de objectiefverschuivingsmethode. Onder de
volgende omstandigheden wordt ook electronische VR
uitgevoerd met behulp van beeldverwerking.
Flitser: Treedt niet in werking
Sluitertijd: Langzamer dan 1/30 seconde in de uiterste
groothoekstand en 1/250 seconde in de uiterste
telestand.
Zelfontspanner: k
Continu-instelling: Enkelvoudig
ISO-waarde: ISO 200 of lager
De opnametijd van de foto kan langer zijn dan
gebruikelijk.
g Aan
(standaardinstelling)
Compenseert cameratrillingen met behulp van de
objectiefverschuivingsmethode.
Uit Compensatie wordt niet uitgevoerd.
Referentiegedeelte
E70
Bewegingsdetectie
Stel bewegingsdetectie in om de effecten van een bewegend onderwerp of
cameratrilling tijdens fotograferen te reduceren.
B Opmerkingen over bewegingsdetectie
In sommige gevallen kan bewegingsdetectie de effecten van een bewegend
onderwerp en cameratrilling niet helemaal opheffen.
De bewegingsdetectie kan worden uitgeschakeld als het onderwerp aanzienlijk
beweegt of als het te donker is.
De foto's die met bewegingsdetectie zijn gemaakt, kunnen er enigszins “korrelig”
uitzien.
AF-hulplicht
Schakel de AF-hulpverlichting in of uit. De AF-hulplichtverlichting assisteert de
werking van de autofocus.
Druk op de d knop M z menupictogram M Bewegingsdetectie M
k knop
Optie Beschrijving
U Automatisch
(standaardinstelling)
De bewegingsdetectie is bij sommige opnamestanden of
instellingen ingesteld, wanneer r op het opnamescherm
wordt weergegeven.
Wanneer de camera beweging van het onderwerp of
cameratrillingen registreert, wordt r groen weergegeven en
worden de ISO-waarde en sluitertijd automatisch verhoogd
om onscherpte te verminderen.
Stel ISO-waarde (E37) in op Automatisch in de j, k,
l of m stand.
Uit Bewegingsdetectie is uitgeschakeld.
Druk op de d knop M z menupictogram M AF-hulplicht M k knop
Optie Beschrijving
a Automatisch
(standaardinstelling)
De AF-hulpverlichting licht automatisch op wanneer het
onderwerp onvoldoende verlicht is. De hulpverlichting heeft
een bereik van circa 5,0 m in de uiterste groothoekstand en
van circa 4,5 m in de uiterste telestand.
Neem in acht dat de AF-hulpverlichting in sommige
onderwerpstanden of scherpstelvelden mogelijk niet
oplicht.
Uit De AF-hulpverlichting licht niet op.
Referentiegedeelte
E71
Digitale zoom
B Opmerkingen over digitale zoom
Digitale zoom kan niet gebruikt worden in de volgende situaties.
- Als de onderwerpstand is ingesteld op Autom. scènekeuzekn., Portret,
Nachtportret, Nachtlandschap, Tegenlicht (indien HDR Aan is), Eenvoudig
panorama of Dierenportret
- Als de slim portret-stand is geselecteerd
-Als Continu (E34) is ingesteld op Multi-shot 16 in de j, k, l of m stand
-Als AF-veldstand (E38) is ingesteld op Onderwerp volgen in de j, k, l of m
stand
Zodra u de digitale zoom activeert, wordt Lichtmeting (E33) ingesteld op
Centrum-gericht of spotmeting (waarbij het midden van het kader gemeten wordt)
geselecteerd afhankelijk van de vergroting van een vergrote foto.
Druk op de d knop M z menupictogram M Digitale zoom M k knop
Optie Beschrijving
Aan
(standaardinstelling)
Digitale zoom is ingeschakeld.
Z Uitsnede
De zoomfactor wordt beperkt binnen een bereik waarin
de beeldkwaliteit niet verslechtert (A25).
Digitale zoom is niet beschikbaar als het beeldformaat
i 4608×3456, j 4608×2592 of H 3456×3456 is.
Deze instelling werkt op dezelfde manier als de
instelling Aan bij filmopname.
Uit Digitale zoom is uitgeschakeld.
Referentiegedeelte
E72
Geluidsinstellingen
Automatisch uit
Stel de tijdsduur in waarna de camera zichzelf in de stand-bystand (A21).
U kunt 30 sec., 1 min. (standaardinstelling), 5 min. of 30 min. selecteren.
C Opmerkingen over automatisch uit
De tijdsduur waarna de camera zichzelf in de standby-stand zet, is in de volgende
situaties vast ingesteld:
Als gefotografeerd wordt met Dierenp. autom. ontsp.: 5 minuten (als Automatisch
uit is ingesteld op 30 sec. of 1 min.)
Als gefotografeerd wordt met Glimlachtimer: 5 minuten (als Automatisch uit is
ingesteld op 30 sec. of 1 min.)
Als een menu wordt weergegeven: 3 minuten (als Automatisch uit is ingesteld op
30 sec. of 1 min.)
Als de lichtnetadapter is aangesloten: 30 minuten
Druk op de d knop M z menupictogram M Geluidsinstellingen M
k knop
Optie Beschrijving
Knopgeluid
Als Aan (standaardinstelling) geselecteerd is, produceert
de camera een pieptoon wanneer er bewerkingen
worden uitgevoerd, twee pieptonen wanneer op het
onderwerp is scherpgesteld en drie pieptonen wanneer
een fout optreedt. Ook het opstartgeluid wordt
geproduceerd.
De geluiden worden uitgeschakeld in de
onderwerpstand Dierenportret.
Sluitergeluid
Als Aan (standaardinstelling) is geselecteerd, wordt het
sluitergeluid geproduceerd wanneer de sluiter ontspant.
Het sluitergeluid wordt niet geproduceerd bij het
gebruik van de continu-opnamestand, bij het opnemen
van films en bij het gebruik van de onderwerwerp
Dierenportret.
Druk op de d knop M z menupictogram M Automatisch uit M k
knop
Referentiegedeelte
E73
Geheugen formatteren/Geheugenkaart
formatteren
Gebruik deze optie om het interne geheugen of een geheugenkaart te
formatteren.
Als u het interne geheugen of een geheugenkaart formatteert, worden
alle gegevens voorgoed gewist. Gewiste gegevens kunnen niet meer
worden hersteld. Zet daarom belangrijke foto's over naar de computer
voordat u gaat formatteren.
Zet de camera niet uit en open het deksel van het batterijvak/de kaartsleuf
niet tijdens het formatteren.
Het interne geheugen formatteren
Verwijder de geheugenkaart uit de camera. De
optie Geheug. formatteren wordt in het
setup-menu weergegeven.
Een geheugenkaart formatteren
Plaats een geheugenkaart in de camera. De
optie Geheugenkaart form. wordt in het
setup-menu weergegeven.
Druk op de d knop M z menupictogram M Geheug. formatteren/
Geheugenkaart form. M k knop
Nee
Formatteren
OK?
Alle beelden worden gewist!
Nee
Formatteren
OK?
Alle beelden worden gewist!
Referentiegedeelte
E74
Taal
Selecteer een taal voor de weergave van cameramenu's en meldingen.
Tv-instellingen
Stel de instellingen in voor het aansluiten op een tv.
C HDMI en HDMI-CEC
HDMI (High-Definition Multimedia Interface) is een multimedia-interface. HDMI-CEC
(HDMI-Consumer Electronics Control) maakt een onderlinge bediening van
compatibele apparaten mogelijk.
Druk op de d knop M z menupictogram M Taal/Language M k knop
Druk op de d knop M z menupictogram M TV-instellingen M k knop
Optie Beschrijving
HDMI
Selecteer een resolutie voor HDMI-uitgang. Als de
Automatisch (standaardinstellingen) wordt geselecteerd,
dan wordt de meest geschikte optie voor de tv waarop de
camera wordt aangesloten automatisch gekozen uit
480p, 720p of 1080i.
HDMI-
apparaatbestur.
Wanneer Aan (standaardinstelling) wordt geselecteerd,
kan de afstandsbedieining van de HDMI-CEC-compatible
tv gebruikt worden om de camera tijdens de weergave te
bedienen (E20).
Referentiegedeelte
E75
Opladen via computer
B Opmerkingen over opladen met een computer
Als de camera op een computer wordt aangesloten, wordt deze automatisch
ingeschakeld en wordt de batterij opgeladen. Als de camera uitgeschakeld wordt,
stopt het opladen van de batterij.
Een volledige lege batterij wordt opgeladen in circa 4 uur en 10 minuten. De
oplaadtijd neemt toe als er foto's worden overgezet terwijl de batterij opgeladen
wordt.
Nadat de batterij opgeladen is, wordt de camera na 30 minuten automatisch
uitgeschakeld indien er geen communicatie plaatsvindt.
B Als het oplaadlampje snel groen knippert
Het opladen kan niet worden uitgevoerd, mogelijk vanwege een van de
onderstaande redenen.
De omgevingstemperatuur is niet geschikt voor opladen. Laad de batterij binnen
op bij een omgevingstemperatuur tussen 5 en 35 °C.
De USB-kabel is niet correct aangesloten of de batterij is defect. Controleer of de
USB-kabel correct is aangesloten en vervang de batterij indien nodig.
De computer bevindt zich in de slaapstand en levert geen voeding. Haal de
computer uit de slaapstand.
De batterij kan niet opgeladen worden, omdat de computer de camera niet van
voeding kan voorzien vanwege de instellingen of specificaties van de computer.
Druk op de d knop M z menupictogram M Opladen via computer M
k knop
Optie Beschrijving
a Automatisch
(standaardinstelling)
Wanener de camera op een ingeschakelde computer
wordt aangesloten (A96), wordt de batterij in de camera
automatisch opgeladen via de voeding vanaf de
computer.
Uit
De batterij in de camera wordt niet opgeladen wanneer
de camera op een computer wordt aangesloten.
Referentiegedeelte
E76
Knipperwaarschuwing
Selecteer of de camera wel of niet met behulp van gezichtsdetectie mensen
registreert die met de ogen knipperen (A69) bij het fotograferen in de
volgende standen:
In de volgende onderwerpstanden: Autom. scènekeuzekn. (A33),
Portret, Nachtportret (indien Statief is geselecteerd) (A34)
j, k, l of m stand (indien Gezichtprioriteit (E38) is geselecteerd voor
de optie AF-veldstand)
Het knipperwaarschuwingsscherm
Gezichten die door de knipperwaarschuwing
herkend worden, worden binnen een rand
weergegeven.
De onderstaande bewerkingen zijn beschikbaar.
Om een gezicht te vergroten: Beweeg de
zoomknop naar g (i). Als er meerdere
gezichten herkend worden, gebruik dan de
multi-selector JK om het gewenste gezicht
te selecteren.
Om naar schermvullende weergave te wisselen: Beweeg de zoomknop naar
f (h).
Als u op de k knop drukt of als er enkele seconden geen bewerkingen
worden uitgevoerd, keert de camera terug naar de opnamestand.
B Opmerkingen over knipperwaarschuwing
De knipperwaarschuwing is uitgeschakeld bij andere instellingen voor continu-
opname dan Enkelvoudig (E34).
De knipperwaarschuwing werkt mogelijk niet correct onder bepaalde opname-
omstandigheden.
Druk op de d knop M z menupictogram M Knipperwaarsch. M k knop
Optie Beschrijving
Aan
Als er mogelijk een of meer mensen met hun ogen
geknipperd hebben terwijl een foto met gezichtsdetectie
werd gemaakt, wordt het scherm Knipperde er iemand?
op de monitor weergegeven.
Controleer de foto en bepaal of er wel of niet een andere
foto moet worden gemaakt.
Uit
(standaardinstelling)
Knipperwaarschuwing is uitgeschakeld.
Sluiten
Inzoomen
Knipperde er iemand?
Referentiegedeelte
E77
Uploaden via Eye-Fi
B Opmerkingen over Eye-Fi-kaarten
Houd er rekening mee dat beelden niet worden geüpload als de signaalsterkte
onvoldoende is, ook al is Inschakelen geselecteerd.
Verwijder uw Eye-Fi-kaart uit de camera op plekken waar draadloze apparaten
verboden zijn. Zelfs als Uitschakelen geselecteerd is, kunnen signalen verstuurd
worden.
Raadpleeg de handleiding van uw Eye-Fi-kaart voor meer informatie. Neem in
geval van een storing contact op met de kaartfabrikant.
De camera kan worden gebruikt om Eye-Fi-kaarten in en uit te schakelen, maar niet
om andere Eye-Fi-functies te ondersteunen.
De camera is niet compatibel met de Endless Memory functie. Als deze functie is
ingesteld op een computer, schakel deze dan uit. Als de Endless Memory functie
geactiveerd is, kan het zijn dat het aantal genomen foto's niet correct
weergegeven wordt.
Eye-Fi-kaarten mogen alleen worden gebruikt in het land van aanschaf. Neem alle
plaatselijke regelgeving m.b.t. draadloze apparaten in acht.
Door de instelling op Inschakelen te laten staan, raakt wel de batterij sneller leeg.
C Eye-Fi communicatie-aanduiding
De communicatiestatus van de Eye-Fi-kaart in de camera kan worden bevestigd op
de monitor (A7).
w: Uploaden via Eye-Fi is ingesteld op Uitschakelen.
x (licht op): Eye-Fi-upload ingeschakeld; wachten op start upload.
x (knippert): Eye-Fi-upload ingeschakeld; bezig met uploaden gegevens.
y: Eye-Fi-upload ingeschakeld, maar geen foto's beschikbaar voor upload.
z: Er is een fout opgetreden. De camera kan de Eye-Fi-kaart niet regelen.
Druk op de d knop M z menupictogram M Uploaden via Eye-Fi M
k knop
Optie Beschrijving
b Inschakelen
(standaardinstelling)
Uploaden van beelden gemaakt met de camera naar een
vooraf bepaalde bestemming.
c Uitschakelen Geen upload van beelden.
Referentiegedeelte
E78
Standaardwaarden
Als Standaard geselecteerd wordt, worden de camera-instellingen gereset
naar de standaardwaarden.
Sommige instellingen, zoals Tijdzone en datum of Taal/Language,
worden niet gereset.
C Bestandnummer resetten
Om het bestandnummer naar “0001” te resetten, wist u alle foto's die in het interne
geheugen of op de geheugenkaart zijn opgeslagen (A29) voordat u
Standaardwaarden selecteert.
Firmware-versie
Weergeven van de huidige firmware-versie van de camera.
Druk op de d knop M z menupictogram M Standaardwaarden M
k knop
Druk op de d knop M z menupictogram M Firmware-versie M
k knop
Referentiegedeelte
E79
Locatiegegevensopties
Het A-GPS-bestand bijwerken
Download het meest recente A-GPS-bestand van de onderstaande website en
gebruik dit om het bestand bij te werken.
http://nikonimglib.com/agps3/
Het A-GPS-bestand voor de COOLPIX S9700 is alleen beschikbaar via de
bovenstaande website.
Om het A-GPS-bestand bij te werken, stelt u Locatiegeg. opnemen in op
Uit. Als Aan is geselecteerd, kan het A-GPS-bestand niet worden bijgewerkt.
1 Download het meest recente A-GPS-bestand van de
website naar uw computer.
2 Gebruik een kaartlezer of andere apparaat om het
gedownloade bestand naar de map “NCFL” op de
geheugenkaart te kopiëren.
De map “NCFL” bevondt zich direct onder de hoofddirectory van de
geheugenkaart. Als de geheugenkaart niet beschikt over de map “NCFL”, maak
dan een nieuwe map aan.
Het optiesmenu locatiegegevens
Druk op de d knop M z (locatiegegevensopties) menupictogram M
Optiesmenu locatiegeg. M k knop
Optie Beschrijving
Locatiegeg. opnemen
Indien ingesteld op Aan, worden signalen ontvangen van
de satellieten voor positiebepaling en wordt de
positiebepaling gestart (A85).
Standaardinstelling: Uit
A-GPS-best. bijwerken
Er wordt een geheugenkaart gebruikt voor het bijwerken
van het A-GPS-bestand (ondersteuning GPS). Door
gebruik te maken van het meest recente A-GPS-bestand
kan het verkrijgen van de locatiegegevens minder tijd in
beslag nemen.
Zie “Het A-GPS-bestand bijwerken” (E79) voor meer
informatie.
Locatiegegevens wissen
De op foto's opgenomen locatiegegevens en POI-
informatie worden gewist.
De gewiste locatiegegevens en POI-informatie kunnen
niet meer worden hersteld.
De locatiegegevens van foto's die met een andere
camera zijn gemaakt, kunnen niet gewist worden.
Referentiegedeelte
E80
3 Breng de geheugenkaart met het gekopieerde bestand in
de camera aan.
4 Zet de camera aan.
5 Druk op de d knop om het optiesmenu locatiegegevens
weer te geven en selecteer Optiesmenu locatiegeg. met
de multi-selector.
6 Selecteer A-GPS-best. bijwerken en werk het bestand bij.
Het duurt ongeveer 2 minuten om het A-GPS-bestand bij te werken.
B Opmerkingen over A-GPS-bestand bijwerken
Het A-GPS-bestand is bij de eerste positiebepaling na aanschaf van de camera
uitgeschakeld. Het A-GPS-bestand wordt geactiveerd bij de tweede bewerking
voor het bepalen van een locatie.
De geldigheidsperiode van het A-GPS-bestand kan gecontroleerd worden op het
update-scherm. Als de geldigheidsperiode verstreken is, wordt deze grijs
weergegeven.
Nadat de geldigheidsperiode van het A-GPS verstreken is, wordt het verkrijgen van
locatiegegevens niet meer sneller. Het wordt aanbevolen het A-GPS-bestand bij te
werken voordat de locatiegegevensfuncties worden gebruikt.
Afstandseenheden
De afstandseenheden van de kaartweergave kan geselecteerd worden uit km
(m) (kilometers, meters) (standaardinstelling) of mi (yd) (mijlen, yards).
Druk op de d knop M z (locatiegegevensopties) menupictogram M
Afstandseenheden M k knop
Referentiegedeelte
E81
Afstand berekenen
Bereken de lineaire afstand van de huidige positie tot de opnamelocatie van de
foto of tussen de opnamelocaties van twee foto's.
1 Gebruik de multi-selector HI om
de gewenste optie voor het
berekenen van de afstand te
selecteren en druk op de k knop.
Positie nu beeld: Berekent de afstand van
de huidige positie tot de opnamelocatie van
de foto. De bevestiging van de huidige positie
wordt gestart. Ga verder met stap 3.
Beeld beeld: Berekent de afstand tussen de opnamelocaties van twee foto's.
2 Gebruik JK om de foto te
selecteren die het startpunt is en
druk op de k knop.
Om de schaal van de kaart aan te passen,
gebruikt u de zoomknop (f (h)/g (i)).
3 Druk op JK om de foto te
selecteren die het eindpunt is.
Elke keer dat er een foto geselecteerd wordt,
wordt de afstand op het scherm
weergegeven.
Om de afstandsberekening te beëindigen,
drukt u op de k knop.
B Opmerkingen over afstandsberekening
Als de locatiegegevens niet op de foto zijn opgenomen, kan de afstand niet berekend
worden.
Om de afstand met behulp van Positie nu beeld te berekenen, moet de huidige
positie verkregen zijn (A85).
Druk op de c knop (weergavestand) M Geef een kaart weer (A88) M
d knop M z (locatiegegevensopties) menupictogram M Afstand
berekenen M k knop
Beeld
beeld
Positie nu
beeld
Afstand berekenen
500m
Kies beginpunt
Teru g
Beeld selecteren
100m
Teru g
Kies eindpunt
Beeld selecteren
500m
Afstand
Referentiegedeelte
E82
Points of interest (POI) (locatienaaminformatie
opnemen en weergeven)
Configureer de instellingen voor de POI (points of interest,
locatienaaminformatie).
C POI-weergave
Als er geen locatienaaminformatie in het ingestelde weergaveniveau is, wordt er
mogelijk geen locatienaaminformatie getoond.
Druk op de d knop M z (locatiegegevensopties) menupictogram M
Points of interest (POI) M k knop
Optie Beschrijving
POI inbedden
Stel in of u de locatienaaminformatie wel of niet wilt
opnemen op de foto's die gemaakt worden.
Standaardinstelling: Uit
De locatienaaminformatie kan op zowel foto's als films
worden opgenomen.
POI weergeven
Stel in of de locatienaaminformatie wel of niet op het
opnamescherm of weergavescherm moet worden
weergegeven (A6, 8).
Als POI inbedden bij het maken van een foto op Aan was
ingesteld, wprdt de locatienaaminformatie voor de foto op
het weergavescherm getoond.
Standaardinstelling: Uit
Detailleringsniveau
Stel het weergaveniveau van de locatienaaminformatie in.
Een hoger weergaveniveau toont uitgebreidere regionale
informatie.
Indien ingesteld op niveau 1: landnamen worden
weergegeven.
Indien ingesteld op niveau 2 t/m 5: de getoonde
informatie verschilt afhankelijk van het land.
Indien ingesteld op niveau 6: namen van
herkenningspunten (faciliteiten) worden weergegeven.
POI bewerken
Als in de weergavestand POI bijwerken wordt geselecteerd,
kan de locatienaaminformatie op de foto gewijzigd worden.
Selecteer de foto waarvan u de locatienaaminformatie wilt
wijzigen voordat u op de d knop drukt.
Indien niveau 6 geselecteerd is, drukt u op de multi-
selector JK om de naam van het herkenningspunt te
wijzigen.
Om het niveau van de POI-information te wijzigen, drukt u
op de multi-selector HI.
Als POI verwijderen wordt geselecteerd, wordt de
locatienaaminformatie gewist die op de foto is opgenomen.
Referentiegedeelte
E83
Log aanmaken (log van verplaatsingsinformatie
opnemen)
Wanneer de logopname start, wordt de gemeten verplaatsingsinformatie
opgenomen tot de vooraf ingestelde duur met het ingestelde interval voor
Loginterval verstreken is.
De opgenomen loggegevens kunnen niet afzonderlijk worden gebruikt. Om
van de gegevens gebruik te maken, moet de logopname beëindigd worden
en op een geheugenkaart worden opgeslagen.
1 Gebruik de multi-selector HI
om Log starten te selecteren en
druk op de k knop.
Voordat Log starten wordt geselecteerd,
dient u eerst Loginterval te selecteren en
op de k knop te drukken om de
intervallen van de logopname te selecteren.
De standaardinstelling is 15 sec..
2 Selecteer de duur dat de log
wordt opgenomen en druk op de
k knop.
Logopname start.
De loggegevens worden opgenomen met
het ingestelde interval voor Loginterval
tot de vooraf ingestelde duur verstreken is.
Tijdens de logopname wordt D op het
scherm weergegeven (A7).
3 Wanneer de logopname voltooid
is, selecteert u Log beëindigen op
het scherm bij stap 1 en drukt u op
de k knop.
Druk op de d knop M z (locatiegegevensopties) menupictogram M
Log aanmaken M k knop
24h
15s
Log aanmaken
Log beëindigen
Loginterval
Log starten
Geg. vr. volg. 72 u loggen
Geg. vr. volg. 24 u loggen
Geg. vr. volg. 12 u loggen
Geg. vr. volg. 6 u loggen
Log starten
Log aanmaken
24h
15s
Log beëindigen
Loginterval
Log starten
Referentiegedeelte
E84
4 Selecteer Log opslaan en druk op
de k knop.
De loggegevens worden op een
geheugenkaart opgeslagen.
B Opmerkingen over logopname
Als er geen datum en tijd zijn ingesteld, kan de log niet worden opgenomen.
Gebruik een volledig opgeladen batterij: zo voorkomt u dat de camera wordt
uitgeschakeld tijdens logopname. Als de batterij leeg raakt, wordt de logopname
beëindigt.
Zelfs wanneer de camera wordt uitgeschakeld, wordt de logopname continu
voortgezet tot de vooraf ingestelde duur verstreken is als er nog tijd voor logopname
over is.
De logopname wordt beëindigd bij de onderstaande bewerkingen, zelfs als er nog tijd
voor lopgopname over is.
- De batterij wordt verwijderd
- Locatiegegevens opnemen onder Optiesmenu locatiegeg. wordt ingesteld
op Uit wanneer de locatielog wordt opgenomen
- Standaardwaarden in het setup-menu wordt uitgevoerd
- De instelling van de interne klok (tijdzone of datum en tijd) wordt gewijzigd
- Log beëindigen wordt geselecteerd onder Log aanmaken (E83) in het
optiesmenu locatiegegevens
De logopname wordt gepauzeerd tijdens de onderstaande bewerkingen.
- Tijdens continu-opname
- Tijdens een filmopname
- Indien verbonden met een USB-kabel of HDMI-kabel
De logopname wordt hervat wanneer de bovenstaande bewerkingen voltooid zijn.
Om echter de logopname te hervatten na het gebruik van de lichtnetlaadadapter,
moet u de camera inschakelen nadat de USB-kabel is losgemaakt.
De loggevens worden tijdelijk in de camera opgeslagen. Er kunnen geen nieuwe logs
opgenomen worden als de loggegevens in de camera opgeslagen blijven. Sla de
loggegevens na opname op een geheugenkaart op.
Zie “Op geheugenkaarten opgeslagen loggegevens” (E96) voor meer informatie.
C Loggegevens wissen
Voor het wissen van loggegevens die tijdelijk in de camera zijn opgeslagen, selecteert u
Log wissen bij stap 4.
Voor het wissen van loggegevens die op de geheugenkaart zijn opgeslagen, drukt u
op de knop l in Log weergeven (E85).
Log beëindigen
Log wissen
Log opslaan
Referentiegedeelte
E85
Log weergeven
Controleer of wis de loggegevens die op de geheugenkaart zijn opgeslagen
met behulp van Log aanmaken (E83).
1 Selecteer de loggegevens voor
weergave en druk op de k knop.
Zie “Op geheugenkaarten opgeslagen
loggegevens” (E96) voor meer informatie.
Zie “Loggegevens wissen” (E86) voor meer
informatie.
2 Controleer de verplaatsingsroute.
Uw verplaatsingsroute wordt op de kaart
weergegeven.
Om de schaal van de kaart aan te passen,
gebruikt u de zoomknop (f (h)/g (i)).
Om de kaartweergave te verplaatsen,
gebruikt u de multi-selector.
Om de weergegeven loggegevens te wissen,
drukt u op de l knop.
De volgende bewerkingen kunnen worden uitgevoerd wanneer u op de k
knop drukt.
- Locatielogs: Het scherm uit stap 1 wodt weer op de monitor weergegeven.
- Locatie opslaan: U kunt de locatie opslaan door de locatie op een kaart te
selecteren en op de k knop te drukken.
- Centrum op opgeslagen locatie: U kunt de opgeslagen locatie in het
midden van het scherm weergeven door deze te selecteren (A90).
Druk op de d knop M z (locatiegegevensopties) menupictogram M
Log weergeven M k knop
Locatielogs
2014/05/20
2014/05/26 [1]
2014/05/26 [2]
2014/05/15
2014/05/18
500m
Referentiegedeelte
E86
Loggegevens wissen
Druk op de l knop bij stap 1 om een van de functies te selecteren.
Geselecteerd log: De geselecteerde loggegevens worden gewist.
Alle logs: Alle op de geheugenkaart opgeslagen loggegevens worden gewist.
C Loggegevens locatie-informatie
De loggegevens zijn compatibel met het NMEA-formaat. Weergave met behulp van
software of een camera die compatibel is met het NMEA-formaat kan echter niet
gegarandeerd worden.
Klok instellen via satelliet
Signalen vanaf de satellieten voor positiebepaling worden gebruikt voor het
instellen van de datum en tijd in de interne klok van de camera. Controleer de
status van de positiebepaling voordat de klok met behulp van deze optie wordt
ingesteld.
B Opmerkingen over klok instellen via satelliet
Om de interne klok van de camera te kunnen instellen, moet de positiebepaling met
succes zijn uitgevoerd (A85).
De aanpassing van de datum/tijd door Klok instellen via satelliet wordt ingesteld
op basis van de tijdzone die is ingesteld in Tijdzone en datum (A83, E64) van het
setup-menu. Controleer de tijdzone voordat Klok instellen via satelliet wordt
ingesteld.
Datum/tijd-synchronisatie via Klok instellen via satelliet is niet zo nauwkeurig als
synchronisatie via radioklokken. Gebruik Tijdzone en datum in het setup-menu om
de tijd in te stellen als deze in Klok instellen via satelliet niet nauwkeurig is.
Druk op de d knop M z (locatiegegevensopties) menupictogram M
Klok instellen via satelliet M k knop
Referentiegedeelte
E87
Elektronisch kompas
Druk op de d knop M z (locatiegegevensopties) menupictogram M
Elektronisch kompas M k knop
Optie Beschrijving
Kompasweergave
Stel in of er wel of niet een kompas op het opnamescherm
moet worden weergegeven.
Standaardinstelling: Uit
De richting waarin de camera wijst wordt weergegeven
op basis van gemeten richtingsinformatie.
Wanneer het objectief van de camera naar beneden is
gericht, schakelt de kompasweergave over op een
cirkelvormig kompas met een rode pijl die naar het
noorden wijst.
- Weergavestijl: noorden, oosten, zuiden en westen
- Weergavebereik: 16 windrichtingen
Kompascorrectie
Corrigeer het kompas wanneer de kompasrichting niet
correct wordt weergegeven.
Wanneer het rechts
getoonde scherm wordt
weergegeven, beweeg de
camera dan in de vorm
van een acht in de lucht
en draai uw pols hierbij
om de camera vooruit en
achteruit, van zij naar zij of
op en neer te richten.
Kompascorrectie
verplaatsen.
Camera in vorm van acht
Referentiegedeelte
E88
B Opmerkingen over het elektronische kompas gebruiken
Het elektronische kompas wordt niet weergegeven wanneer het objectief van de
camera naar boven wordt gericht.
Gebruik het elektronische kompas in deze camera niet voor bergbeklimmen en
andere speciale toepassingen. De weergegeven informatie is slechts bedoeld als
een algemeen hulpmiddel.
De richting wordt mogelijk niet correct gemeten in de buurt van de volgende
objecten:
magneten, metalen, elektromotoren, elektrische huishoudelijke apparaten of
elektriciteitskabels.
De richting wordt mogelijk niet correct gemeten op de volgende plekken:
in auto's, treinen, schepen, vliegtuigen, in gebouwen of in ondergrondse
winkelcentra
De richting wordt mogelijk niet correct gemeten als de locatiegegevens niet
verkregen zijn.
Referentiegedeelte
E89
Configureer de Wi-Fi (draadloos LAN) instellingen om de camera en een
smarttoestel te verbinden.
Het menu Wi-Fi-opties
Druk op de d knop M q menupictogram M k knop
Optie Beschrijving
Verbind. met smart
app.
Selecteer dit tijdens draadloos verbinden van de camera
met een smart-toestel. Zie “De Wi-Fi (draadloos LAN)-
functie gebruiken” (A93) voor meer informatie.
Wi-Fi uitschakelen
Selecteer dit om de draadloze verbinding tussen de
camera en een smart-toestel te verbreken. Zie “De Wi-Fi
(draadloos LAN)-functie gebruiken” (A93) voor meer
informatie.
Opties
SSID:
Wijzig de SSID. De geconfigureerde SSID wordt
weergegeven op het smart-toestel. Stel een alfanumerieke
SSID in van 1-24 karakters.
Verificatie/encryptie:
Selecteer of de communicatie tussen de camera en het
verbonden smart-toestel al dan niet moet worden
beveiligd.
De commnicatie wordt niet beveiligd als Open
(standaardinstelling) is geselecteerd.
Wachtwoord:
Stel het wachtwoord in. Stel een alfanumeriek
wachtwoord in van 8-16 karakters.
Kanaal:
Selecteer het kanaal dat wordt gebruikt voor draadloze
verbindingen.
Subnetmasker:
Gebruik de standaardinstelling (255.255.255.0) onder
normale omstandigheden.
DHCP-server IP-adres:
Gebruik de standaardinstelling (192.168.0.10) onder
normale omstandigheden.
Huidige instellingen Geef de huidige instellingen weer.
Standaardw.
herstellen
Herstel de Wi-Fi-instellingen naar de standaardwaarden.
Referentiegedeelte
E90
Toetsenbord tekstinvoer bedienen
Karakterinvoer voor SSID en Wachtwoord
Gebruik de multi-selector HIJK om
alfanumerieke karakters te selecteren. Druk
op de k knop om het geselecteerde
karakter in het tekstveld in te voeren en
beweeg de cursor naar de volgende ruimte.
Selecteer N of O op het toetsenbord en
druk op de k knop om de cursor in het
tekstveld te bewegen.
Druk op de l knop om een karakter te
wissen.
Selecteer P op het toetsenbord en druk op
de k knop voor het toepassen van de
instelling.
Karakterinvoer voor Kanaal, Subnetmasker en DHCP-server IP-adres
Gebruik de multi-selector HI om de
cijfers in te stellen. Druk op de K of k
knop om naar het volgende cijfer te gaan.
Druk op de J knop om terug te keren
naar het vorige cijfer.
Selecteer het laatste cijfer en druk op de
k knop voor het toepassen van de
instelling.
N i
x x
konS9700xxxxxx
0 1 23456789
ABCDEFGH I J
K LMNOPQ RST
U V WX Y Z@
SSID
Terug
Verwijderen
Toetsenbord
Tekstveld
1 92 . 168 . .
DHCP-server IP-adres
Bewerk.
010
Referentiegedeelte
E91
Raadpleeg de onderstaande tabel als een foutmelding wordt weergegeven.
Foutmeldingen
Weergave Oorzaak/Oplossing A
De
batterijtemperatuur
is te hoog. De
camera wordt
uitgeschakeld.
De camera schakelt automatisch uit. Wacht tot
de camera of de temperatuur van de batterij is
afgekoeld voordat de camera opnieuw wordt
gebruikt.
De camera schakelt
uit om
oververhitting te
voorkomen.
Geheugenkaart
beschermd tegen
overschrijven.
De beveiligingsschakelaar is “vergrendeld”.
Schuif de beveiligingsschakelaar in de
“schrijfstand”.
Deze kaart kan niet
gebruikt worden.
Er is een fout opgetreden bij het verkrijgen van
toegang tot de geheugenkaart.
Gebruik een goedgekeurde kaart.
Controleer of de aansluitingen schoon zijn.
Controleer of de geheugenkaart correct is
geplaatst.
14, F29
Deze geheugenkaart
kan niet gelezen
worden.
Ongeformatteerde
kaart. Kaart
formatteren?
De geheugenkaart is niet geformatteerd voor
gebruik in de camera.
Bij formatteren worden alle gegevens op de
geheugenkaart gewist. Als u kopieën van foto's
wilt bewaren, zorg dan dat u Nee selecteert en
sla de kopieën op een computer of ander
medium op voordat u de geheugenkaart gaat
formatteren. Selecteer Ja en druk op de k
knop om de geheugenkaart te formatteren.
F5
Niet beschikbaar als
Eye-Fi-kaart is
vergrendeld.
De beveiligingsschakelaar van de Eye-Fi-kaart is
“vergrendeld”.
Er is een fout opgetreden bij het verkrijgen van
toegang tot de Eye-Fi-kaart.
Controleer of de aansluitingen schoon zijn.
Controleer of de Eye-Fi-kaart correct is
geplaatst.
14
Geen geheugen
meer.
Wis foto's of plaats een nieuwe geheugenkaart.
14, 29,
82
Referentiegedeelte
E92
Beeld kan niet
worden opgeslagen.
Er is een fout opgetreden bij het opslaan van de
foto.
Plaats een nieuwe geheugenkaart of formatteer
het interne geheugen of de geheugenkaart.
E73
De camera kan geen nieuwe bestandsnummers
genereren.
Plaats een nieuwe geheugenkaart of formatteer
het interne geheugen of de geheugenkaart.
E73
De foto kan niet gebruikt worden voor het
welkomstscherm.
E63
Er is onvoldoende ruimte om de kopie op te
slaan.
Verwijder foto's van het doelmedium.
29
Album is vol. Er
kunnen geen foto’s
worden toegevoegd.
Er zijn reeds 200 foto's aan het album
toegevoegd.
Verwijder enkele foto's uit het album.
Voeg toe aan andere albums.
E7
E5
Geluidsbestand kan
niet worden
opgeslagen.
Het is niet mogelijk om een spraakmemo aan
deze foto toe te voegen.
Spraakmemo's kunnen niet worden
toegevoegd aan films.
Selecteer een foto die met deze camera is
gemaakt.
Beeld kan niet
worden gewijzigd.
Selecteer foto's die de bewerkingsfunctie
ondersteunen.
E13,
F15
Kan film niet
opnemen.
Er is een time-out opgetreden bij het opslaan
van de film op de geheugenkaart.
Selecteer een geheugenkaart met een hogere
schrijfsnelheid.
77, F29
Geheugen bevat
geen beelden.
Er staan geen foto's in het interne geheugen of
op de geheugenkaart.
Verwijder de geheugenkaart uit de camera
om foto's in het interne geheugen van de
camera weer te geven.
Om de foto's in het interne geheugen van de
camera naar de geheugenkaart te kopiëren,
drukt u op de d knop om Kopiëren in het
weergavemenu te selecteren.
15
E53
Er zijn geen foto's toegevoegd aan het
geselecteerde album.
E5,
E6
Er zijn geen foto's aanwezig in de categorie
geselecteerd in de stand automatisch sorteren.
E9
Weergave Oorzaak/Oplossing A
Referentiegedeelte
E93
Bestand bevat geen
beeldgegevens.
Het bestand werd niet met deze camera
gemaakt of bewerkt.
Het bestand kan niet op deze camera worden
bekeken.
Bekijk het bestand op een computer of op het
apparaat waarmee dit bestand is gemaakt of
bewerkt.
Dit bestand kan niet
weergegeven
worden.
Alle beelden zijn
verborgen.
Er zijn geen foto's beschikbaar voor een
diashow, etc.
E49
Dit beeld kan niet
gewist worden.
De foto is beveiligd.
Schakel de beveiliging uit.
E50
Kan klok niet
instellen op basis
van satelliet.
De cameraklok is niet correct ingesteld.
Wijzig de locatie of tijd en bepaal de locatie
opnieuw.
Geen A-GPS-bestand
gevonden op de
kaart.
Er is geen A-GPS-bestand op de geheugenkaart
gevonden dat bijgewerkt kan worden.
Controleer het volgende.
Of de geheugenkaart is aangebracht
Of het A-GPS-bestand op de geheugenkaart
is opgeslagen
Of het A-GPS-bestand dat op de
geheugenkaart is opgeslagen recenter is dan
het A-GPS-bestaand dat in de camers is
opgeslagen
Of het A-GPS-bestand nog geldig is
Bijwerken mislukt.
Het A-GPS-bestand kan niet worden bijgewerkt.
Het A-GPS-bestand is mogelijk corrupt.
Download het bestand nogmaals van de
website.
91,
E79
Kan huidige positie
niet bepalen.
De huidige positie kan niet worden vastgesteld
bij het berekenen van afstand.
Wijzig de locatie of tijd en bepaal de locatie
opnieuw.
Kan niet opslaan op
kaart.
Er is geen geheugenkaart aangebracht.
Breng een geheugenkaart aan.
14
Het maximale aantal loggebeurtenissen dat per
dag kan worden opgeslagen is 36.
Het maximale aantal loggebeurtenissen dat op
een geheugenkaart kan worden opgeslagen,
is 100.
Vervang de geheugenkaart door een nieuwe of
wis loggegevens die niet meer nodig zijn van
een geheugenkaart.
E85
Weergave Oorzaak/Oplossing A
Referentiegedeelte
E94
Kan kompas niet
corrigeren.
Het elektronische kompas kan niet gekalibreerd
worden.
Beweeg de camera in de vorm van een acht in
de lucht en draai uw pols hierbij om de camera
vooruit en achteruit, van zij naar zij of op en
neer te richten.
E87
Geen toegang.
De camera kon het communicatiesignaal van
het smart-toestel niet ontvangen. Selecteer
Verbind. met smart app. in het menu Wi-Fi-
opties en breng opnieuw een draadloze
verbinding tussen de camera en het smart-
toestel tot stand.
94,
E89
Kan geen verbinding
maken.
De camera kon geen verbinding tot stand
brengen tijdens het ontvangen van de
communicatiesignalen van het smart-toestel.
Selecteer een ander kanaal in Kanaal onder
Opties in het menu Wi-Fi-opties en breng de
draadloze verbinding opnieuw tot stand.
94,
E89
Wi-Fi-verbinding
beëindigd.
Er werd een kabel op de camera aangesloten
terwijl de camera en het smart-toestel
draadloos verbonden waren, het batterijniveau
was te laag of de verbinding werd verbroken
vanwege een slechte verbinding. Controleer de
status van de camera en breng opnieuw een
draadloze verbinding tot stand.
94,
E89
Lensfout
Er is een objectieffout opgetreden.
Zet de camera uit en weer aan. Als de fout zich
blijft voordoen, neemt u contact op met de
leverancier of met een door Nikon
geautoriseerde servicevertegenwoordiger.
20
Communicatiefout
Er is een fout opgetreden tijdens de
communicatie met de printer.
Zet de camera uit en sluit de USB-kabel
opnieuw aan.
E22
Systeemfout
Er is een fout opgetreden in de interne
schakelingen van de camera.
Zet de camera uit, verwijder de batterij, plaats
deze weer terug en zet de camera aan. Als de
fout zich blijft voordoen, neemt u contact op
met de leverancier of met een door Nikon
geautoriseerde servicevertegenwoordiger.
10, 20
Weergave Oorzaak/Oplossing A
Referentiegedeelte
E95
* Raadpleeg de documentatie van uw printer voor meer instructies en informatie.
Printerfout:
controleer
printerstatus
Los het probleem op, selecteer Hervatten en
druk op de k knop om het printen te
hervatten.*
Printerfout:
controleer papier.
Plaats het gespecificeerde papierformaat,
selecteer Hervatten en druk op de k knop om
het printen te hervatten.*
Printerfout:
papierstoring.
Verwijder het vastgelopen papier, selecteer
Hervatten en druk op k om het printen te
hervatten.*
Printerfout: geen
papier.
Plaats het gespecificeerde papierformaat,
selecteer Hervatten en druk op de k knop om
het printen te hervatten.*
Printerfout:
controleer inkt.
Er is een probleem met de inkt van de printer.
Controleer de inkt, selecteer Hervatten en druk
op de k knop om het printen te hervatten.*
Printerfout: geen
inkt.
Controleer de inktcartridge, selecteer
Hervatten en druk op de k knop om het
printen te hervatten.*
Printerfout:
beschadigd bestand.
Er is een probleem met het te printen
beeldbestand.
Selecteer Annuleren en druk op de k knop
om het printen te annuleren.
Weergave Oorzaak/Oplossing A
Referentiegedeelte
E96
De namen van foto's, films en spraakmemo's zijn op de volgende manier
opgebouwd.
* Inclusief foto's bewerkt met de sneleffectfunctie (A44) in j, k, l of m stand
De identificatie en het bestandsnummer van de bestandsnaam van de
spraakmemo is hetzelfde als de foto waartoe de spraakmemo behoort.
C Op geheugenkaarten opgeslagen loggegevens
De loggegevens worden opgeslagen in de map “NCFL”.
De bestandsnamen bestaan uit “N”, “datum (laatste twee cijfers van het jaar, en de
maand en datum in het formaat JJMMDD)”, “identificatienummer (0 tot 9 of A tot
Z)” en “extensie (.log)”.
Voorbeeld: het eerste locatiegegevenslog dat op 15 mei 2014 is opgenomen, is
N1405150.log
Er kunnen maximaal 36 bestanden per dag worden opgenomen en maximaal
100 op een geheugenkaart.
Bestandsnamen
DSCN0001.JPG
Identificatie (wordt niet weergegeven op
de monitor)
Originele foto's
(spraakmemobijlage
bijgevoegd) en films
DSCN
Kleine kopieën
(spraakmemobijlage
bijgevoegd)
SSCN
Uitgesneden kopieën
(spraakmemobijlage
bijgevoegd)
RSCN
Foto's gemaakt met een
andere
fotobewerkingsfunctie dan
kleine afbeelding en
uitsnede*
(spraakmemobijlage
bijgevoegd), en films
gemaakt met de
filmbewerkingsfunctie.
FSCN
Extensie (duidt het
bestandsformaat aan)
Foto's .JPG
Films .MOV
Spraakmemo's .WAV
Bestandsnummer (automatisch
toegewezen in oplopende volgorde,
beginnend bij “0001”)
Referentiegedeelte
E97
De beschikbaarheid kan per land of regio verschillen.
Zie onze website of brochures voor de meest recente informatie.
Optionele accessoires
Batterijlader
Batterijlader MH-65
(Oplaadtijd wanneer de batterij leeg is: ca. 2 u 30 min.)
Lichtnetadapter
Lichtnetadapter EH-62F (aansluiten als weergegeven)
Zorg ervoor dat het snoer van de voedingsaansluiting
correct in de voedingsaansluiting is uitgelijnd en voordat
het deksel van het batterijvak/de kaartgleuf wordt gesloten.
Als een deel van het snoer niet in de gleuven zit, kunnen het
deksel en/of snoer beschadigd raken als het deksel wordt
gesloten.
12 3
E98
F1
Verzorgen van het product.............................F2
De camera ...............................................................................................F2
De batterij ...............................................................................................F3
Lichtnetlaadadapter............................................................................F4
Geheugenkaarten ................................................................................F5
Reinigen en opslag ..........................................F6
Reinigen...................................................................................................F6
Opslag.......................................................................................................F7
Problemen oplossen .......................................F8
GEBRUIKERSLICENTIEOVEREENKOMST VOOR
KAARTGEGEVENS EN
LOCATIENAAMGEGEVENS ............................F19
Specificaties ...................................................F25
Goedgekeurde geheugenkaarten............................................... F29
Index...............................................................F32
Technische
opmerkingen
en index
F2
Technische opmerkingen en index
De camera
Als u lang plezier van dit Nikon product wilt hebben, is het belangrijk dat u naast de
waarschuwingen in “Voor uw veiligheid” (Avii-ix) ook de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht neemt wanneer u het apparaat gebruikt of opbergt.
B Laat de camera niet vallen
Als de camera wordt blootgesteld aan sterke schokken of trillingen, kan deze defect
raken.
B Wees voorzichtig bij het hanteren van het objectief en alle
bewegende onderdelen
Oefen geen kracht uit op het objectief, de objectiefbescherming, de monitor, de
kaartsleuf of het batterijvak. Deze onderdelen raken gemakkelijk beschadigd. Als u kracht
uitoefent op de lensdop, kan dit tot gevolg hebben dat de camera niet meer goed werkt
of dat het objectief beschadigd raakt.
B Houd de camera droog
Als de camera in water wordt ondergedompeld of aan vocht wordt blootgesteld, raakt
deze beschadigd.
B Vermijd plotselinge temperatuurverschillen
Plotselinge temperatuurverschillen, die bijvoorbeeld kunnen optreden als u op een
koude dag een verwarmd gebouw binnengaat of verlaat, kunnen condensatie in de
camera veroorzaken. U voorkomt condensatie door de camera in de cameratas of in een
plastic tas te doen voordat u deze aan plotselinge temperatuurverschillen blootstelt.
B Houd de camera uit de buurt van sterke magnetische velden
U mag deze camera niet gebruiken of opbergen in de buurt van apparatuur die een
sterke elektromagnetische straling of magnetische velden produceert. Sterke statische
ladingen en sterke magnetische velden die worden geproduceerd door bijvoorbeeld
een radio of televisie, kunnen storingen veroorzaken in de monitor en gegevens op de
geheugenkaart of de interne schakelingen van de camera beschadigen.
B Richt het objectief niet gedurende langere tijd op een sterke
lichtbron
Richt het objectief niet gedurende langere tijd op de zon of een andere sterke lichtbron
wanneer u de camera gebruikt of opbergt. Door intens licht kan de kwaliteit van de
beeldsensor afnemen, waardoor er een witte waas op de foto's kan ontstaan.
B Schakel de camera uit voordat u de batterij verwijdert of de
lichtnetadapter loskoppelt
Verwijder de batterij niet terwijl de camera aanstaat of terwijl beelden worden
opgeslagen of gewist. Het onderbreken van de stroom kan in dit geval leiden tot
gegevensverlies of beschadiging van de interne schakelingen of het geheugen.
Verzorgen van het product
F3
Technische opmerkingen en index
B Opmerkingen over de monitor
Monitoren en elektronische zoekers worden met een extreme mate van precisie
gemaakt; minimaal 99,99% van de pixels zijn werkende, en minder dan 0,01%
ontbreekt of is defect. Het kan voorkomen dat deze schermen pixels bevatten die
altijd oplichten (wit, rood, blauw of green) of altijd uitstaan (zwart), dit is geen
defect en heeft geen effect op de afbeeldingen vastgelegd door het apparaat.
Vanwege de algemene eigenschappen van OLED-monitors, kan langdurig of
herhaaldelijk weergeven van hetzelfde scherm of beeld leiden tot het inbranden
van het scherm. Het inbranden van het scherm is herkenbaar aan een lagere
helderheid in delen van de monitor of kleurvervaging van de weergave. In
sommige gevallen kan inbranden van het scherm permanent zijn. De foto's en
beelden zelf worden echter niet beïnvloed door het inbranden van het scherm.
Om inbranden van het scherm te voorkomen, dient u de helderheid van de
monitor niet hoger in te stellen dan nodig en hetzelfde scherm of beeld niet
langdurig weer te geven.
Bij helder licht zijn de beelden op de monitor mogelijk niet goed te zien.
De monitor wordt verlicht via een LED-verlichting. Neem contact op met de
servicedienst van Nikon als de monitor zwakker gaat branden of begint te flikkeren.
De batterij
Voor het gebruik dient u de waarschuwingen in “Voor uw veiligheid” (Avii) te
lezen en op te volgen.
Controleer het batterijniveau voordat u de camera gaat gebruiken en laad
de batterij zo nodig op. Verwijder de batterij uit de lader zodra ze volledig is
opgeladen. Doet u dat niet, dan is dat nadelig voor de prestaties van de
batterij. Neem waar mogelijk een volledig geladen reservebatterij mee
wanneer u beelden wilt maken van belangrijke gebeurtenissen.
Laad de batterij niet op als de omgevingstemperatuur lager is dan 0 °C of
hoger dan 40 °C.
Laad de batterij voor gebruik binnenshuis op bij een
omgevingstemperatuur tussen 5 en 35 °C.
Wanneer de batterij die in deze camera is geplaatst wordt geladen met
behulp van de lichtnetlaadadapter of een computer, wordt de batterij niet
geladen bij batterijtemperaturen lager dan 0 °C of hoger dan 45 °C.
Neem in acht dat de batterij tijdens gebruik heet kan worden; wacht tot de
batterij afgekoeld is voordat deze opgeladen wordt. Als u deze
voorzorgsmaatregelen niet in acht neemt, dan kan dit tot beschadiging van
de batterij leiden, de prestaties ervan negatief beïnvloeden of normaal
opladen van de batterij voorkomen.
Bij koud weer neemt de batterijcapaciteit gewoonlijk af. Als een lege batterij
bij lage temperatuur wordt gebruikt, schakelt de camera niet in. Zorg ervoor
dat de batterij volledig is opgeladen voordat u bij koud weer naar buiten
gaat om beelden te maken. Houd reservebatterijen bij de hand op een
warme plaats en verwissel ze zo nodig. Een koude batterij die weer op
temperatuur is gekomen, kan soms een deel van de lading terugkrijgen.
F4
Technische opmerkingen en index
Vuil op de aansluitingen van de batterij kan voorkomen dat de camera
werkt. Als de aansluitingen van de batterij vuil zijn, veeg deze dan voor
gebruik met een schone, droge schoon.
Als de batterij gedurende langere tijd niet wordt gebruikt, plaatst u deze in
de camera totdat de batterij volledig leeg is voordat u deze verwijdert en
opbergt. De batterij moet worden bewaard op een koele plek met een
omgevingstemperatuur van 15 °C tot 25 °C. Bewaar de batterij niet op hete
of extreem koude plekken.
Verwijder altijd de batterij uit de camera of de optionele batterijlader als het
apparaat niet wordt gebruikt. Als de batterij blijft zitten, worden er zelfs als
het apparaat niet wordt gebruikt geringe hoeveelheden stroom van de
batterij verbruikt. Dit kan ertoe leiden dat de batterij zover leeg raakt dat
deze niet meer kan worden gebruikt. Als u de camera aan- of uitzet terwijl
de batterij leeg is, kan dit de gebruiksduur van de batterij verkorten.
Laad de batterij tenminste eenmaal per zes maanden op en maak de batterij
volledig leeg voordat u deze weer opbergt.
Nadat u de batterij uit de camera of optionele batterijlader verwijdert heeft,
dient u de batterij ter bescherming van de aansluiting in een plastic tas etc.
te doen en op een koele plek te bewaren.
Als de tijd die nodig is voordat een volledig opgeladen batterij leeg is
aanzienlijk afneemt bij gebruik op kamertemperatuur betekent dit dat de
batterij moet worden vervangen. Koop een nieuwe EN-EL12 batterij.
Vervang de batterij als deze niet meer kan worden opgeladen. Gebruikte
batterijen bevatten kostbare grondstoffen. Recycle gebruikte batterijen
volgens de plaatselijke voorschriften voor klein chemisch afval.
Lichtnetlaadadapter
Voor het gebruik dient u de waarschuwingen in “Voor uw veiligheid” (Avii-ix)
te lezen en op te volgen.
De lichtnetlaadadapter EH-71P is enkel bedoeld voor gebruik met
compatibele toestellen. Gebruik hem niet met een apparaat van een ander
merk of model.
Gebruik geen andere USB-kabel dan de UC-E21. Als u een andere USB-kabel
dan de UC-E21 gebruikt, kan dit tot oververhitting, brand of elektrische
schok leiden.
Gebruik in geen geval een lichtnetadapter van een ander merk of model
dan de lichtnetlaadadapter EH-71P, en gebruik geen in de handel
verkrijgbare USB-lichtnetadapter of batterijlader voor een mobiele telefoon.
Als u deze waarschuwing niet in acht neemt, kan dat leiden tot
oververhitting van of schade aan de camera.
De EH-71P is compatibel met stopcontacten voor 100 V–240 V AC, 50/60 Hz.
Bij gebruik in andere landen dient u eventueel een stekkeradapter (in de
handel verkrijgbaar) te gebruiken. Neem voor meer informatie over
stekkeradapters contact op met uw reisbureau.
F5
Technische opmerkingen en index
Geheugenkaarten
Gebruik uitsluitend SD-geheugenkaarten (Secure Digital). Zie
“Goedgekeurde geheugenkaarten” (F29) voor aanbevolen
geheugenkaarten.
Houd rekening met de voorzorgsmaatregelen die vermeld zijn in de bij uw
geheugenkaart geleverde documentatie.
Plak geen labels of stickers op de geheugenkaart.
Formatteer de geheugenkaart niet met behulp van een computer.
De eerste keer dat u een geheugenkaart in deze camera plaatst die eerder in
een ander apparaat werd gebruikt, dient u deze kaart met deze camera te
formatteren. Het is aan te bevelen nieuwe geheugenkaarten met deze camera
te formatteren voor u ze met deze camera gebruikt.
Let op: tijdens het formatteren van een geheugenkaart worden alle
beelden en andere gegevens op de geheugenkaart permanent
verwijderd. Als er op de geheugenkaart gegevens opgeslagen zijn die u wilt
bewaren, kopieert u die gegevens naar een computer voor u de
geheugenkaart formatteert.
Als het bericht Ongeformatteerde kaart. Kaart formatteren? wordt
weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld, moet u de
geheugenkaart formatteren. Als er gegevens op de geheugenkaart staan die
u niet wilt wissen, selecteert u Nee en drukt u op de knop k. Kopieer die
gegevens naar een computer voor u de geheugenkaart formatteert. Om een
geheugenkaart te formatteren, selecteert u Ja.
Schenk aandacht aan de volgende waarschuwingen tijdens het
formatteren van de geheugenkaart, het opslaan en wissen van beelden en
het kopiëren van beelden naar een computer, anders kunnen gegevens of
de geheugenkaart zelf beschadigd raken.
- Open het deksel van het batterijvak/de geheugenkaartsleuf niet en
verwijder de geheugenkaart of de batterij niet.
- Zet de camera niet uit.
- Koppel de lichtnetadapter niet los.
F6
Technische opmerkingen en index
Reinigen
Gebruik geen alcohol, thinner of andere vluchtige chemicaliën.
Reinigen en opslag
Objectief
Raak glazen onderdelen niet met uw vingers aan. Verwijder stof of
pluisjes met een blaasbalgje (gewoonlijk een rubberen bal met
een spuitmondje waaruit lucht wordt geblazen). Vingerafdrukken
en ander vuil dat niet met een blaasbalgje kan worden verwijderd,
kunt u met een zachte doek van het objectief vegen, waarbij u
een ronddraaiende beweging maakt vanuit het midden van het
objectief naar de randen toe. Als u het objectief op deze manier
niet kunt reinigen, veegt u het objectief schoon met een doek die
licht is bevochtigd met objectiefreiniger.
Monitor
Verwijder vuil en stof met behulp van een blaasbalgje. Verwijder
vingerafdrukken en andere vlekken van de monitor met een
zachte, droge doek, waarbij u erop let dat u geen druk op de
monitor uitoefent.
Camerabody
Verwijder vuil, stof of zand met behulp van een blaasbalgje en
veeg de camerabody voorzichtig af met een zachte, droge doek.
Na gebruik van de camera aan het strand of in een andere
zanderige of stoffige omgeving dient u zand, stof of zout te
verwijderen met een droge doek die licht is bevochtigd met
water. Droog de camera daarna grondig af. Let erop dat vuil of
stof in de camera schade kan veroorzaken die niet door de
garantie wordt gedekt.
F7
Technische opmerkingen en index
Opslag
Zet de camera uit wanneer u deze niet gebruikt. Controleer of het camera-aan-
lampje uit is, voordat u de camera opbergt. Verwijder de batterij als de camera
voor langere tijd niet wordt gebruikt. Berg de camera niet op bij nafta- of
kamfermottenballen of op de volgende plaatsen:
In de nabijheid van apparaten die sterke elektromagnetische velden
genereren, zoals televisie- of radiotoestellen
Waar het kouder wordt dan –10 °C of warmer dan 50 °C
Plaatsen die slecht geventileerd zijn of waar de luchtvochtigheid hoger is
dan 60%
Haal de camera minstens eenmaal per maand uit de opslag om schimmel te
voorkomen. Schakel de camera in en druk een aantal malen op de
ontspanknop alvorens de camera weer op te bergen.
Om de batterij op te bergen, houdt u rekening met de voorzorgsmaatregelen
in “De batterij” (F3) in “Verzorgen van het product” (F2).
Technische opmerkingen en index
F8
Als de camera niet naar behoren functioneert, raadpleeg dan eerst het volgende
overzicht met de meest voorkomende problemen voordat u zich tot de leverancier
of tot een door Nikon erkende servicedienst wendt.
Problemen met voeding, monitor, instellingen
Problemen oplossen
Probleem Oorzaak/Oplossing A
De camera is
ingeschakeld, maar
reageert niet.
Wacht totdat de opname beëindigd is.
Als het probleem zich blijft voordoen, zet u
de camera uit.
Als de camera niet uitschakelt, verwijder dan
de batterij of batterijen en plaats ze terug, of,
als u een lichtnetadapter gebruikt, koppel de
lichtnetadapter dan los en sluit hem
vervolgens weer aan.
Merk op dat ondanks het feit dat alle
gegevens die op dat moment worden
opgenomen verloren zullen gaan, gegevens
die al werden geregistreerd niet beïnvloed
zullen worden door het verwijderen of
loskoppelen van de stroombron.
20,
E97
De geplaatste batterij
kan niet worden
opgeladen.
Controleer alle aansluitingen.
Als de camera op een computer is aangesloten,
is het mogelijk dat de camera niet oplaadt om
een van de onderstaande redenen.
- Uit is ingesteld voor Opladen via
computer in het setup-menu.
- Het opladen van de batterij stopt als de
camera wordt uitgeschakeld.
- Het opladen van de batterij is niet mogelijk
als de taal, datum en tijd van de camera niet
zijn ingesteld, of als de datum en tijd zijn
gereset door een lege batterij van de
cameraklok. Gebruik de lichtnetlaadadapter
om de batterij op te laden.
- Het opladen van de batterij kan stoppen
als de computer in de slaapstand staat.
- Afhankelijk van de specificaties,
instellingen en status van de computer
kan de batterij mogelijk niet worden
opgeladen.
12
84,
E75
16, 18
Camera kan niet worden
aangezet.
De batterij is leeg.
De hoofdschakelaar is enkele seconden
ingeschakeld nadat de batterij in de camera
wordt geplaatst. Wacht enkele seconden
voordat u op de hoofdschakelaar drukt.
20
Technische opmerkingen en index
F9
Camera gaat zonder
waarschuwing uit.
De camera wordt automatisch uitgeschakeld
om energie te besparen (functie
Automatisch uit).
De camera of batterij is te koud geworden en
werkt niet naar behoren.
De binnenkant van de camera is te warm
geworden. Laat de camera uitgeschakeld
totdat de binnenkant van de camera is
afgekoeld en probeer de camera dan weer in
te schakelen.
De camera wordt uitgeschakeld als de USB-
kabel tussen de camera en de computer of
printer wordt losgetrokken. Sluit de USB-
kabel opnieuw aan.
21
F3
96, 99,
E22
Monitor geeft geen
beeld.
De camera staat uit.
De camera staat in de standby-stand om
energie te besparen. Druk op de
hoofdschakelaar, ontspanknop, c knop
of b (e fimopname) knop, of draai de
keuzeknop.
Het flitserlampje knippert terwijl de flitser
geladen wordt. Wacht tot de flitser geladen is.
De camera is op de computer aangesloten
via de USB-kabel.
De camera is op de tv aangesloten via een
HDMI-kabel.
De camera en het smart-toestel zijn
verbonden via een Wi-Fi-verbinding en de
camera wordt bediend via de
afstandsbediening.
20
1, 21
50
96, 99
96,
E20
93
Monitor is niet goed af te
lezen.
Pas de helderheid van de monitor aan.
De monitor is vies. Reinig de monitor.
83,
E66
F6
Datum en tijd van de
opname zijn onjuist.
Als de cameraklok niet is ingesteld, knippert
de aanduiding “datum niet ingesteld” tijdens
fotograferen en filmen. Foto's en films die
worden opgeslagen voordat de klok is inge-
steld, worden van de datum “00/00/0000
00:00” en “01/01/2014 00:00” voorzien. Stel
de correcte tijd en datum in onder de optie
Tijdzone en datum in het setup-menu.
De cameraklok is niet zo nauwkeurig als
gebruikelijke horloges of klokken. Vergelijk
de tijd van de cameraklok regelmatig met
die van een nauwkeuriger uurwerk en pas de
tijd zo nodig aan.
16, 83,
E64
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen en index
F10
Er worden geen
aanduidingen op de
monitor weergegeven.
Info verbergen is ingesteld voor Foto-
informatie onder Monitorinstellingen in het
setup-menu.
83,
E66
Datumstempel niet
beschikbaar.
Tijdzone en datum zijn niet ingesteld in het
setup-menu.
16, 83,
E64
Datum wordt niet op
foto's weergegeven,
zelfs wanneer
Datumstempel
ingeschakeld is.
De huidige opnamestand ondersteunt geen
Datumstempel.
Er is een functie ingesteld die voor een
beperking van de datumstempel zorgt.
De datum kan niet op films worden
weergegeven.
E68
64
Het instelscherm voor
de datum en tijd wordt
weergegeven als de
camera wordt
ingeschakeld.
De klokbatterij is leeg; alle standaardwaarden
zijn hersteld.
16, 18
Standaardwaarden zijn
hersteld.
De camera wordt warm.
Het is mogelijk dat de camera warm wordt bij
het langdurig opnemen van films of versturen
van foto's met een Eye-Fi-kaart resp. bij gebruik
van de camera in een warme omgeving; dit is
geen storing.
De camera maakt geluid.
Afhankelijk van de instelling van de
Autofocus-stand of de opnamestand, kan de
camera een scherpstelgeluid produceren.
62, 80
Kan geen menu
selecteren
Sommige functies kunnen niet worden
gebruikt in combinatie met andere menu-
opties.
Sommige menu's zijn niet beschikbaar
wanneer een Wi-Fi-verbinding tot stand is
gebracht. Verbreek de Wi-Fi-verbinding.
64
95
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen en index
F11
Opnameproblemen
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Kan niet naar de
opnamestand
schakelen.
Maak de HDMI- of USB-kabel los.
96, 99,
E20,
E22
Er wordt geen foto
gemaakt wanneer de
ontspanknop wordt
ingedrukt.
Als de camera in de weergavestand staat,
drukt u op de c knop, de ontspanknop of
de b (e filmopname) knop.
Als menu's worden weergegeven, drukt u
op d knop.
De batterij is leeg.
Als het flitserlampje knippert, wordt de
flitser geladen.
De camera en het smart-toestel zijn
verbonden via een Wi-Fi-verbinding en de
camera wordt bediend via de
afstandsbediening.
1, 28
4
20
50
93
De camera kan niet
scherpstellen.
Het onderwerp is te dicht bij. Probeer te
fotograferen met de onderwerpstand
Autom. scènekeuzekn. of Close-up of
de macro-stand.
Er kan moeilijk op het onderwerp worden
scherpgesteld.
Stel AF-hulplicht in het setup-menu in op
Automatisch.
Zet de camera uit en weer aan.
33, 35,
54
70
83,
E70
20
De foto's zijn wazig.
Gebruik de flitser.
Verhoog de ISO-waarde.
Schakel vibratiereductie of
bewegingsdetectie in.
Gebruik j (Best Shot Selector).
Gebruik een statief om de camera stevig
neer te zetten (hierbij tegelijkertijd de
zelfontspanner gebruiken is nog
effectiever).
50
62
83
36, 62,
E34
53
Foto's die met flitslicht
zijn gemaakt bevatten
heldere vlekken.
Het flitslicht wordt weerkaatst door deeltjes
in de lucht. Stel de flitsstand op
W (uit)
in.
52
Technische opmerkingen en index
F12
Flitser treedt niet in
werking.
De flitsstand is op W (uit) ingesteld.
Er is een opnamestand geselecteerd
waarbij de flitser niet in werking kan
treden.
Aan is ingesteld voor Knipperdetectie in
het slim portret-menu.
Aan (continu) of Aan (BSS) is ingesteld
voor Glimlachtimer in het slim portret-
menu.
Er is een functie ingesteld die voor een
beperking van de flitser zorgt.
50
59
63
63
64
De digitale zoom kan
niet gebruikt worden.
Digitale zoom is ingesteld op Uit of
Uitsnede in het setup-menu.
Digitale zoom kan niet gebruikt worden in
de volgende situaties.
- Als de onderwerpstand is ingesteld op
Autom. scènekeuzekn., Portret,
Nachtportret, Nachtlandschap,
Tegenlicht met HDR ingesteld op
Aan, Eenvoudig panorama of
Dierenportret
- Als de slim portret-stand is geselecteerd
-Als Continu in het opnamemenu is
ingesteld op Multi-shot 16
-Als AF-veldstand in het opnamemenu
is ingesteld op Onderwerp volgen
Er zijn andere functies ingesteld, die het
gebruik van de digitale zoom beperken.
83,
E71
32
39
62,
E34
62,
E38
64
Beeldformaat niet
beschikbaar.
Er is een functie ingesteld die voor een
beperking van de optie Beeldformaat zorgt.
64
Geen geluid wanneer
de sluiter ontspant.
Uit is ingesteld voor Geluidsinstellingen
>
Sluit
ergeluid in he
t setup-menu. Bij
sommige opnamestanden en instellingen is
geen geluid hoorbaar, zelfs wanneer Aan
geselecteerd is.
83,
E72
AF-hulpverlichting licht
niet op.
Uit is ingesteld voor de optie AF-hulplicht
in het setup-menu. De AF-hulpverlichting
licht mogelijk niet op afhankelijk van het
scherpstelveld of de geselecteerde
onderwerpstand, zelfs wanneer
Automatisch geselecteerd is.
83,
E70
Er lijken vegen op de
foto's te zitten.
Het objectief is vies. Reinig het objectief. F6
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen en index
F13
Kleuren zijn
onnatuurlijk.
De witbalans of kleurtoon is niet correct
afgesteld.
35, 62,
E31
Er verschijnen
willekeurige heldere
pixels (“ruis”) in de foto.
Het onderwerp is donker, de sluitertijd is te
kort of de ISO-waarde is te hoog. Ruis kan
verminderd worden door:
De flitser te gebruiken.
Een lagere ISO-waarde in te stellen.
50
62,
E37
Foto's zijn te donker
(onderbelicht).
De flitsstand is op W (uit) ingesteld.
Het flitsvenster is afgedekt.
Het onderwerp is buiten het bereik van de
flitser.
Pas de belichtingscompensatie aan.
Verhoog de ISO-waarde.
Het onderwerp is gefotografeerd met
tegenlicht. Stel de onderwerpstand in op
Tegenlicht met HDR ingesteld op Uit, of
stel de flitsstand in op X (invulflits).
50
24
50
58
62,
E37
36, 50
Foto's zijn te licht
(overbelicht).
Pas de belichtingscompensatie aan. 58
Onverwachte
resultaten als de flitser
is ingesteld op V
(automatisch met rode-
ogenreductie/rode-
ogenreductie).
Wanneer foto's gemaakt worden met V
(automatisch met rode-ogenreductie/rode-
ogenreductie) of Autom. scènekeuzekn.,
kan in zeer zeldzame gevallen rode-
ogenreductie van de camera worden
toegepast op delen van de foto waarin geen
rode ogen voorkomen. Gebruik een andere
opnamestand dan Nachtportret en
verander de flitsstand naar een andere
instelling dan V (automatisch met rode-
ogenreductie/rode-ogenreductie) en
probeer opnieuw een foto te maken.
33, 34,
50
Huidtinten worden niet
verzacht.
Onder bepaalde opname-
omstandigheden worden huidtinten van
het gezicht mogelijk niet verzacht.
Probeer voor foto's met 4 of meer
gezichten Huid verzachten onder
Glamour-retouchering in het
weergavemenu.
39
74
,
E17
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen en index
F14
Het opslaan van foto's
kost tijd.
Het kan zelfs langer duren om foto's op te
slaan onder de volgende omstandigheden:
Als de ruisreductiefunctie geactiveerd is,
zoals bij het fotograferen in een donkere
omgeving
Als de flitsstand is ingesteld op V
(automatisch met rode-ogenreductie/
rode-ogenreductie)
Als foto's worden gemaakt in de volgende
onderwerpstanden
- Uit de hand in Nachtportret
- Uit de hand in Nachtlandschap
- HDR ingesteld op Aan in Tegenlicht
- Eenvoudig panorama
Als bij het fotograferen de functie huid
verzachten wordt toegepast
Als de continu-opnamestand wordt
gebruikt
52
34
35
36
37
63
62,
E34
Er verschijnt een
ringvormige strook of
regenboogkleurige
streep op de monitor of
foto's.
Als een onderwerp van achter wordt verlicht
of wanneer een opname wordt gemaakt met
een extreem heldere lichtbron (zoals de zon)
in beeld, is het mogelijk dat een ringvormige
strook of regenboogkleurige strepen
(beeldschaduwen) in het beeld verschijnen.
Verander de positie van de lichtbron of zorg
dat deze buiten beeld valt en probeer
nogmaals om de opname te maken.
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen en index
F15
Weergaveproblemen
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Bestand kan niet
worden weergegeven.
Deze camera kan mogelijk geen foto's
weergeven die met een digitale camera
van een ander merk of model zijn
gemaakt.
Deze camera kan geen films weergeven
die met een digitale camera van een ander
merk of model zijn gemaakt.
Deze camera kan mogelijk geen gegevens
weergeven die op een computer bewerkt
zijn.
Kan niet op beeld
inzoomen.
Zoomweergave kan niet worden gebruikt
bij films.
Als ingezoomd wordt op een klein
beeldformaat, kan de zoomfactor die op
het scherm wordt weergegeven van de
daadwerkelijke zoomfactor van het beeld.
Deze camera kan mogelijk niet inzoomen
op foto's die met een digitale camera van
een ander merk of model zijn gemaakt.
Kan geen
spraakmemo's
opnemen.
Spraakmemo's kunnen niet worden
toegevoegd aan films.
Spraakmemo's kunnen niet worden
toegevoegd aan foto's die met andere
camera's zijn gemaakt. Spraakmemo's die
met een andere camera aan foto's zijn
toegevoegd, kunnen niet op deze camera
worden weergegeven.
74,
E52
Foto kan niet worden
bewerkt.
Sommige foto's kunnen niet worden
bewerkt. Foto's die reeds bewerkt zijn,
kunnen mogelijk niet opnieuw bewerkt
worden.
Er is onvoldoende vrije ruimte in het
interne geheugen of op de
geheugenkaart.
Deze camera kan geen foto's bewerken
die met andere camera's zijn gemaakt.
De bewerkingsfuncties die voor foto's
worden gebruikt, zijn niet beschikbaar
voor films.
37,
E13
74,
E13
Foto kan niet worden
gedraaid.
Deze camera kan geen foto's draaien die met
een digitale camera van een ander merk of
model zijn gemaakt.
Technische opmerkingen en index
F16
Foto's worden niet op
tv weergegeven.
HDMI is niet correct ingesteld in het
setup-menu voor TV-instellingen.
De camera is op een computer of printer
aangesloten.
De geheugenkaart bevat geen foto's.
Vervang de geheugenkaart. Verwijder de
geheugenkaart om foto's in het interne
geheugen weer te geven.
84,
E74
96, 99,
E22
15
Nikon Transfer 2 wordt
niet gestart wanneer de
camera wordt
aangesloten op een
computer.
De camera staat uit.
De batterij is leeg.
De USB-kabel is niet correct aangesloten.
De camera wordt niet herkend door de
computer.
De computer is niet zodanig ingesteld dat
Nikon Transfer 2 automatisch wordt
gestart. Voor meer informatie over
Nikon Transfer 2 raadpleegt u de help in
ViewNX 2.
20
20
96, 99
101
Het PictBridge
opstartscherm wordt
niet weergegeven
wanneer de camera op
een printer
aangesloten is.
Bij sommige PictBridge-compatibele printers
wordt het PictBridge opstartscherm mogelijk
niet weergegeven en kunnen foto's mogelijk
niet afgedrukt worden indien Automatisch
is ingesteld als de optie Opladen via
computer in het setup-menu. Stel de optie
Opladen via computer in op Uit en sluit de
camera weer op de printer aan.
84,
E75
De te printen foto's
worden niet
weergegeven.
De geheugenkaart bevat geen foto's.
Vervang de geheugenkaart.
Verwijder de geheugenkaart om foto's in
het interne geheugen te printen.
14
15
Kan het papierformaat
niet selecteren in de
camera.
Papierformaat kan niet worden gekozen
vanuit de camera in de volgende gevallen,
zelfs niet bij printen met een PictBridge-
compatibele printer. Selecteer het
papierformaat met de printer.
De via de camera gespecificeerde
papierformaten worden niet door de
printer ondersteund.
De printer selecteert het papierformaat
automatisch.
96,
E24,
E25
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen en index
F17
Locatiegegevensfuncties
Probleem Oorzaak/Oplossing A
De locatie kan niet
worden vastgesteld of
het vaststellen van de
locatie neemt tijd in
beslag.
Onder sommige omstandigheden kan de
camera de locatie mogelijk niet vaststellen.
Om gebruik te maken van de
locatiegegevensfuncties dient u de camera
zo veel mogelijk in de open lucht te
bedienen.
Wanneer de positie voor het eerst wordt
bepaald of wanneer de positie ongeveer
twee uur niet kon worden bepaald, kan het
enkele minuten duren om de
locatiegegevens te verkrijgen.
86
86
Locatiegegevens
kunnen niet op
gemaakte opgenomen
worden.
Als z of y op het opnamescherm wordt
weergegeven, worden de locatiegegevens
niet opgenomen. Controleer voor het
fotograferen de locatiegegevensontvangst.
87
Verschil tussen de
actuele opnamelocatie
en de opgenomen
locatiegegevens.
De verkregen locatiegegevens kunnen onder
sommige omstandigheden afwijken. Bij een
aanzienlijk verschil in de signalen vanaf de
satellieten voor positiebepaling kan er een
afwijking van enkele honderden meters
ontstaan.
86
De opgenomen
locatienaam verschilt
van de gewenste naam
of wordt niet
weergegeven.
De gewenste naam van het herkenningspunt
wordt mogelijk niet geregistreerd of er wordt
mogelijk een andere herkenningspuntnaam
geregistreerd.
Het A-GPS-bestand kan
niet worden bijgewerkt.
Controleer het volgende.
- Of de geheugenkaart is aangebracht
-Of het A-GPS-bestand op de
geheugenkaart is opgeslagen
- Of het A-GPS-bestand dat op de
geheugenkaart is opgeslagen recenter is
dan het A-GPS-bestand dat in de camers
is opgeslagen
- Of het A-GPS-bestand nog geldig is
Het A-GPS-bestand is mogelijk corrupt.
Download het bestand nogmaals van de
website.
91,
E79
De kaart kan niet
worden weergegeven.
Kaarten kunnen niet worden weergegeven
terwijl de camera wordt opgeladen met
behulp van de lichtnetlaadadapter, zelfs niet
wanneer er op de U (kaart) knop wordt
gedrukt.
Technische opmerkingen en index
F18
Wi-Fi
Log aanmaken in het
optiesmenu
locatiegegevens kan
niet geselecteerd
worden.
Klok niet ingesteld.
Wijzig de datum en tijd.
83,
E64
Log starten kan niet
geselecteerd worden.
Locatiegeg. opnemen in het optiesmenu
locatiegegevens is ingesteld op Uit.
De camera neemt loggegevens op. Om
een nieuw log op te nemen, selecteert u
Log beëindigen en beëindigt u het log
dat momenteel wordt opgenomen.
85
91,
E83
Loggegevens kunnen
niet worden
opgeslagen.
Controleer of er een geheugenkaart in de
camera is aangebracht.
Er kunnen per dag maximaal 36
loggebeurtenissen worden opgenomen
Het totaal aantal loggebeurtenissen die op
een geheugenkaart kunnen worden
opgeslagen is maximaal 100. Wis
loggegevens die niet meer nodig zijn van
een geheugenkaart of vervang de
geheugenkaart door een nieuwe.
E84,
E85
Probleem Oorzaak/Oplossing A
SSID (netwerknaam) van
de camera wordt niet
op het smart-toestel
weergegeven.
Selecteer Verbinden met smart apparaat
in het menu Wi-Fi-opties op de camera voor
de standby-stand voor verbindingen.
Zet de Wi-Fi-functie op het smart-toestel uit
en vervolgens weer aan.
94
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen en index
F19
De
kaartgegevens en locatienaamgegevens die op deze digitale camera zijn
opgeslagen (“Gegevens”) zijn uitsluitend bedoeld voor persoonlijk, intern gebruik en
niet voor wederverkoop. Deze gegevens zijn beschermd door copyright en zijn
onderworpen aan de volgende algemene voorwaarden die door u, enerzijds, en
door Nikon Corporation (“Nikon”) en haar licentiegevers (met inbegrip van hun
licentiegevers en leveranciers) anderzijds, zijn overeengekomen.
Voorwaarden
Uitsluitend voor persoonlijk gebruik. U komt overeen deze Gegevens in combinatie
met deze digitale camera en de fotogegevens die door deze digitale camera zijn
vastgelegd uitsluitend te gebruiken voor de persoonlijke, niet-commerciële
doeleinden waarvoor u een licentie hebt gekregen en niet voor servicebureau-
activiteiten, gezamenlijke of andere soortgelijke doeleinden. Dienovereenkomstig,
maar onderworpen aan de hiernavolgende bepalingen, komt u overeen niets van
deze Gegevens te verveelvoudigen, te kopiëren, te wijzigen, te decompileren, te
disassembleren of daarop reverse-engineering toe te passen, noch mag u de
Gegevens in enige vorm of voor enig doel, anders dan in zoverre toegestaan door
toepasselijk recht, overdragen of verspreiden.
Beperkingen.
Tenzij u hiertoe uitdrukkelijk toestemming hebt gekregen door Nikon
en zonder afbreuk te doen aan hetgeen hiervoor is bepaald, mag u deze Gegevens
niet gebruiken (a) met producten, systemen of toepassingen die zijn geïnstalleerd of
anderszins zijn aangesloten op of in verbinding staan met vervoermiddelen met
autonavigatie, positiebepaling, zendmogelijkheden, realtime routebegeleiding,
beheer van wagenparken of soortgelijke toepassingen; of (b) met of wanneer deze in
verbinding staan met apparaten voor positiebepaling of mobiele of draadloze
elektronische of computerapparatuur, met inbegrip van, maar niet beperkt tot
mobiele telefoons, palmtops en handhelds, pagers en PDA’s.
Waarschuwing.
De Gegevens kunnen onnauwkeurige of onvolledige informatie
bevatten doordat het verstrijken van tijd, veranderende omstandigheden, gebruikte
bronnen en het verzamelen van complexe geografische gegevens, factoren zijn die
op zichzelf onjuiste resultaten kunnen opleveren.
Geen garantie.
Deze Gegevens worden aan u verstrekt “zoals ze zijn” en u komt
overeen deze voor eigen risico te gebruiken. Nikon en haar licentiegevers (en hun
licentiegevers en leveranciers) geven geen garanties, verklaringen of waarborgen
van enig soort, uitdrukkelijk of impliciet, op grond van de wet of anderszins, met
inbegrip van, maar niet beperkt tot, de inhoud, kwaliteit, nauwkeurigheid,
volledigheid, doeltreffendheid, betrouwbaarheid, geschiktheid voor een specifiek
doel, bruikbaarheid of toepassing of ten aanzien van de resultaten die op basis van
de Gegevens kunnen worden verkregen of dat de Gegevens of server
ononderbroken of vrij van fouten zal zijn.
GEBRUIKERSLICENTIEOVEREENKOMST
VOOR KAARTGEGEVENS EN
LOCATIENAAMGEGEVENS
F20
Technische opmerkingen en index
Uitsluiting van garantie: NIKON EN HAAR LICENTIEGEVERS (MET INBEGRIP VAN HUN
LICENTIEGEVERS EN LEVERANCIERS) SLUITEN ALLE GARANTIES UIT, UITDRUKKELIJK
OF IMPLICIET, TEN AANZIEN VAN DE KWALITEIT, PRESTATIES, VERHANDELBAARHEID,
GESCHIKTHEID VOOR EEN SPECIFIEK DOEL OF VAN NIET-INBREUK. In sommige staten,
staatsgebieden en landen is uitsluiting van garantie niet toegestaan en indien zulks
het geval is, is bovengenoemde uitsluiting mogelijk niet op u van toepassing.
Uitsluiting van aansprakelijkheid:
NIKON EN HAAR LICENTIEGEVERS (MET INBEGRIP
VAN HUN LICENTIEGEVERS EN LEVERANCIERS) ZIJN NIET AANSPRAKELIJK JEGENS U:
MET BETREKKING TOT ELKE CLAIM, EIS OF RECHTSVORDERING, ONGEACHT DE AARD
VAN DE AANLEIDING VAN DE CLAIM, EIS OF RECHTSVORDERING, VOOR VERMEENDE
VERLIEZEN, LETSEL OF SCHADE, DIRECT OF INDIRECT, DIE KAN VOORTVLOEIEN UIT
HET GEBRUIKEN OF HET BEZITTEN VAN DE INFORMATIE, OF VOOR VERLIES VAN
WINST, INKOMSTEN, CONTRACTEN OF OPBRENGSTEN OF VOOR ELKE ANDERE
DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE, SPECIFIEKE SCHADE OF GEVOLGSCHADE DIE
VOORTVLOEIT UIT HET GEBRUIKEN VAN OF HET NIET KUNNEN GEBRUIKEN VAN DEZE
INFORMATIE, UIT EEN OMISSIE IN DE INFORMATIE OF HET SCHENDEN VAN DEZE
ALGEMENE VOORWAARDEN, HETZIJ IN EEN CONTRACTUELE VORDERING, EEN
ONRECHTMATIGE DAAD OF GEBASEERD OP EEN GARANTIE, ZELFS ALS NIKON OF
HAAR LICENTIEGEVERS ZIJN GEWEZEN OP DE MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE
SCHADE. In sommige staten, staatsgebieden en landen is uitsluiting van
aansprakelijkheid niet toegestaan en indien zulks het geval is, is bovengenoemde
uitsluiting mogelijk niet op u van toepassing.
Exportbeperking.
U komt overeen om vanaf geen enkele locatie niets van de
Gegevens of een rechtstreeks afgeleid product uit te voeren, tenzij in
overeenstemming met, en met alle vereiste licenties en goedkeuringen, onder
toepasselijke exportwetten, regels en voorschriften, met inbegrip van, maar niet
beperkt tot de wetten, regels en voorschriften die zijn gepubliceerd door de Office of
Foreign Assets Control van de U.S. Department of Commerce en het Bureau of
Industry and Security van de U.S. Department of Commerce. Indien Nikon en de
licentiegevers van Nikon op grond van exportwet- en regelgeving niet kunnen
voldoen aan hun verplichtingen, zijn zij gevrijwaard tegen aansprakelijkheid en
houdt het niet-nakomen van hun verplichtingen, geen schending in van deze
Overeenkomst.
Volledige Overeenkomst
Deze voorwaarden vormen de volledige overeenkomst
tussen Nikon (en haar licentiegevers, met inbegrip van hun licentiegevers en
leveranciers) en u ten aanzien van het onderhavige onderwerp, en vervangen in hun
volledigheid elke en alle schriftelijke of mondelinge overeenkomst(en) tussen ons
met betrekking tot dit onderwerp.
Heersend recht.
Bovengenoemde voorwaarden worden beheerst door Japans recht
en zijn niet (i) strijdig met wettelijke bepalingen of (ii) het Verdrag der Verenigde
Naties inzake internationale koopovereenkomsten betreffende roerende zaken, dat
uitdrukkelijk wordt uitgesloten; op voorwaarde dat, indien om enige reden Japans
recht niet van toepassing wordt geacht voor deze Overeenkomst in het land waar u
de Gegevens hebt verkregen, deze Overeenkomst zal worden beheerst door het
land waar u de Gegevens hebt verkregen. U verklaart zich te zullen onderwerpen aan
de jurisdictie van Japan voor elk(e) en alle geschillen, claims en rechtsvorderingen
die voortvloeien uit of in verband staan met de Gegevens die ingevolge deze
overeenkomst aan u zijn verstrekt.
Technische opmerkingen en index
F21
Government End Users. If the Data supplied by HERE is being acquired by or on
behalf of the United States government or any other entity seeking or applying rights
similar to those customarily claimed by the United States government, the Data is a
“commercial item” as that term is defined at 48 C.F.R. ("FAR") 2.101, is licensed in
accordance with the End-User Terms under which this Data was provided, and each
copy of the Data delivered or otherwise furnished shall be marked and embedded as
appropriate with the following “Notice of Use,” and shall be treated in accordance
with such Notice:
If the Contracting Officer, federal government agency, or any federal official refuses to
use the legend provided herein, the Contracting Officer, federal government agency,
or any federal official must notify HERE prior to seeking additional or alternative rights
in the Data.
NOTICE OF USE
CONTRACTOR (MANUFACTURER/ SUPPLIER) NAME:
HERE
CONTRACTOR (MANUFACTURER/ SUPPLIER) ADDRESS:
425 West Randolph Street, Chicago, Illinois 60606
This Data is a commercial item as defined in
FAR 2.101 and is subject to the End-User
Terms under which this Data was provided.
©
2013 HERE - All rights reserved.
F22
Technische opmerkingen en index
Aankondigingen m.b.t. gelicentieerde software copyright-
houders.
Kaartgegevens en locatienaamgegevens voor Japan
Kaartgegevens en locatienaamgegevens met uitzondering van Japan
© 2013 ZENRIN CO., LTD. All rights reserved.
Deze service maakt gebruik van kaart- en POI-data van
ZENRIN CO., LTD.
“ZENRIN” is a registered trademark of ZENRIN CO., LTD.
© 1987-2013 HERE
All rights reserved.
Austria © Bundesamt für Eich- und Vermessungswesen
Croatia
Cyprus
Estonia
Latvia
Lithuania
Moldova
Poland
Slovenia
Ukraine
© EuroGeographics
France source: © IGN 2009 - BD TOPO
®
Germany
Die Grundlagendaten wurden mit Genehmigung der
zuständigen Behörden entnommen
Great Britain
Contains Ordnance Survey data © Crown copyright and
database right 2010
Contains Royal Mail data © Royal Mail copyright and database
right 2010
Technische opmerkingen en index
F23
Greece Copyright Geomatics Ltd.
Hungary Copyright © 2003; Top-Map Ltd.
Italy
La Banca Dati Italiana è stata prodotta usando quale riferimento
anche cartografia numerica ed al tratto prodotta e fornita dalla
Regione Toscana.
Norway Copyright © 2000; Norwegian Mapping Authority
Portugal Source: IgeoE - Portugal
Spain Información geográfica propiedad del CNIG
Sweden Based upon electronic data © National Land Survey Sweden.
Switzerland Topografische Grundlage: © Bundesamt für Landestopographie
United
Kingdom
Contains public sector information licensed under the Open
Government Licence v1.0 (see for the license
http://www.nationalarchives.gov.uk/doc/open-government-
licence/)
Adapted from data from the office for National Statistics
licensed under the Open Government Licence v.1.0
Canada
This data includes information taken with permission from
Canadian authorities, including © Her Majesty, © Queen’s Printer
for Ontario, © Canada Post, GeoBase
®
, © Department of
Natural Resources Canada. All rights reserved.
Mexico Fuente: INEGI (Instituto Nacional de Estadística y Geografía.)
United States
© United States Postal Service
®
2013. Prices are not
established, controlled or approved by the United States Postal
Service
®
. The following trademarks and registrations are
owned by the USPS: United States Postal Service, USPS, and
ZIP+4.
Australia
Copyright. Based on data provided under license from PSMA
Australia Limited (www.psma.com.au).
Product incorporates data which is © 2013 Telstra Corporation
Limited, Intelematics Australia Pty Ltd and HERE International
LLC.
Nepal Copyright © Survey Department, Government of Nepal.
Sri Lanka
This product incorporates original source digital data obtained
from the Survey Department of Sri Lanka
© 2009 Survey Department of Sri Lanka
The data has been used with the permission of the Survey
Department of Sri Lanka
F24
Technische opmerkingen en index
Israel © Survey of Israel data source
Jordan © Royal Jordanian Geographic Centre.
Mozambique
Certain Data for Mozambique provided by Cenacarta © 2013 by
Cenacarta
Nicaragua
The Pacific Ocean and Caribbean Sea maritime borders have not
been entirely defined.
Northern land border defined by the natural course of the Coco
River (also known as Segovia River or Wangki River) corresponds
to the source of information available at the moment of its
representation.
Réunion source: © IGN 2009 - BD TOPO
®
Ecuador
INSTITUTO GEOGRAFICO MILITAR DEL ECUADRO
AUTORIZACION N° IGM-2011-01- PCO-01 DEL 25 DE ENERO
DE 2011
Guadeloupe source: © IGN 2009 - BD TOPO
®
Guatemala
Aprobado por el INSTITUTO GEOGRAFICO NACIONAL -
Resolución del IGN N° 186-2011
French Guiana source: © IGN 2009 - BD TOPO
®
Martinique source: © IGN 2009 - BD TOPO
®
Technische opmerkingen en index
F25
Nikon COOLPIX S9700 Digitale camera
Specificaties
Type Digitale compactcamera
Aantal effectieve
pixels
16,0 miljoen
Beeldsensor 1/2,3-inch CMOS; circa 16,76 miljoen pixels
Objectief NIKKOR-objectief met 30× optische zoom
Brandpuntsafstand
4,5-135 mm (beeldhoek equivalent aan die van een 25-
750 mm objectief bij kleinbeeldformaat [135])
f-waarde f/3.7-6.4
Constructie 13 elementen in 11 groepen (3 ED objectiefelementen)
Vergroten met
digitale zoom
Tot 4× (beeldhoek equivalent aan die van een ong.
3000 mm objectief in kleinbeeldformaat [135])
Vibratiereductie
Combinatie van objectiefverschuiving en
elektronische VR
Reductie
bewegingsonscherpte
Bewegingsdetectie (foto's)
Autofocus (AF) AF met contrastdetectie
Scherpstelbereik
[W]: Circa 50 cm - ,
[T]: Circa 2,0 m -
Macro-stand: Circa 1 cm -
(groothoekstand)
(Alle afstanden gemeten vanaf het midden van het
voorste objectiefoppervlak)
Selectie
scherpstelveld
Gezichtprioriteit, handmatig met 99 scherpstelvelden,
centrum, onderwerp volgen, AF met doelopsporing
Monitor
7,5 cm (3-inch), circa 921.000 beeldpunten, OLED-
monitor met grote kijkhoek, anti-reflectiecoating en
helderheidsaanpassing met 5 niveaus
Beelddekking
(opnamestand)
Circa 98% horizontaal en 98% verticaal (vergeleken met
werkelijke beeld)
Beelddekking
(weergavestand)
Circa 100% horizontaal en 100% verticaal (vergeleken
met werkelijke beeld)
Opslag
Media
Intern geheugen (circa 329 MB)
SD/SDHC/SDXC-geheugenkaart
Bestandssysteem DCF, Exif 2.3 en DPOF-compatibel
Bestandsindelingen
Foto's: JPEG
Geluidsbestanden (spraakmemo): WAV
Films: MOV (video: H.264/MPEG-4 AVC, Audio: LPCM
stereo)
Technische opmerkingen en index
F26
Beeldformaat (pixels)
16M 4608×3456
8M 3264×2448
4M 2272×1704
2M 1600×1200
VGA 640×480
16:9 12M 4608×2592
1:1 3456×3456
ISO-gevoeligheid
(standaard
uitvoergevoeligheid)
ISO 125 - 1600
ISO 3200, 6400 (beschikbaar bij gebruik van j, k, l
of m stand)
Belichting
Lichtmetingstand
Matrixmeting, centrumgerichte meting of spotmeting
(digital zoom 2× of meer)
Belichtingsregeling
Geprogrammeerde automatische belichting met flexibel
programma, sluitertijdvoorkeuze, diafragmavoorkeuze,
handmatig, en belichtingscompensatie (–2,0 - +2,0 LW
in stappen van 1/3 LW)
Sluiter Mechanische en CMOS elektronische sluiter
Sluitertijd
1/2000 - 1 s
1/2000 - 8 s (wanneer ISO-waarde vast is ingesteld op
125 of 200 in de k, l
*
, of m stand)
1/4000 s (maximale snelheid tijdens HS-continu-
opname)
* Wanneer de diafragmawaarde f/5.6 - 8 in de
groothoekstand
Diafragma Elektronisch geregeld 3-bladig irisdiafragma
Bereik 14 stappen van 1/6 LW (W) (stand l, m)
Zelfontspanner Er kan worden gekozen tussen 10 s en 2 s
Flitser
Bereik (circa)
(ISO-gevoeligheid:
Automatisch)
[W]: 0,5 - 6,0 m
[T]: 1,5 - 3,5 m
Flitserregeling TTL auto flitser met monitorvoorflitsen
Interface Hi-Speed USB-equivalent
Gegevens-
overdrachtprotocol
MTP, PTP
HDMI-uitgang
Er kan worden gekozen tussen Auto, 480p, 720p en
1080i
In-/uitgang
USB-microstekker
HDMI-microaansluiting (type D) (HDMI-uitgang)
Technische opmerkingen en index
F27
Wi-Fi (draadloos LAN)
Standaards
IEEE 802.11b/g/n (standaard draadloos LAN protocol)
ARIB STD-T66 (standaard voor
data communicatiesystemen met laag vermogen)
Communicatie-
protocollen
IEEE 802.11b: DBPSK/DQPSK/CCK
IEEE 802.11g: OFDM
IEEE 802.11n: OFDM
Bereik (zichtlijn) Circa 30 m
Bedrijfsfrequentie 2412 - 2462 MHz (1 - 11 kanalen)
Datasnelheden
(gemeten waarden)
IEEE 802.11b: 5 Mbps
IEEE 802.11g: 15 Mbps
IEEE 802.11n: 15 Mbps
Beveiliging OPEN/WPA2
Toegangs-
protocollen
CSMA/CA
Elektronisch kompas
16 windstreken (positiecorrectie met behulp van 3-
assige versnellingssensor, automatische correctie voor
de afwijkingshoek en automatische
afwijkingsaanpassing)
Locatiegegevens
GPS
Ontvangstfrequentie: 1575,42 MHz
Geodetisch systeem: WGS 84
GLONASS
Ontvangstfrequentie: 1598,0625 MHz - 1605,3750 MHz
Geodetisch systeem: WGS 84
Ondersteunde talen
Arabisch, Bengaals, Bulgaars, Chinees (Vereenvoudigd en
Traditioneel), Deens, Duits, Engels, Fins, Frans, Grieks,
Hindi, Hongaars, Indonesisch, Italiaans, Japans, Koreaans,
Marathi, Nederlands, Noors, Oekraïens, Perzisch, Pools,
Portugees (Europees en Braziliaans), Roemeens, Russisch,
Servisch, Spaans, Tamil, Telugu, Thai, Tsjechisch, Turks,
Vietnamees, Zweeds
Voedingsbronnen
Eén oplaadbare Li-ion batterij EN-EL12 (meegeleverd)
Lichtnetadapter EH-62F (apart verkrijgbaar)
Oplaadtijd
Circa 2 u 20 min (bij gebruik van lichtnetlaadadapter
EH-71P en wanneer de batterij leeg is)
Gebruiksduur batterij
1
foto Circa 300 opnamen als EN-EL12 wordt gebruikt
Films (werkelijke
gebruiksduur van
de batterij voor
opnemen)
2
Circa 1 u 5 min als EN-EL12 wordt gebruikt
Technische opmerkingen en index
F28
Tenzij anders wordt vermeld, wordt er bij alle getallen uitgegaan van een
camera met een volledig opgeladen batterij en een omgevingstemperatuur
van 23±3 °C, zoals gespecificeerd door de CIPA-standaarden (Camera and
Imaging Products Association; Vereniging voor camera- en
beeldvormingsproducten).
1
De gebruiksduur van de batterij kan afwijken afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden, zoals het opname-interval of de tijd dat menu's en
beelden worden weergegeven.
2
Afzonderlijke filmbestanden kunnen niet groter dan 4 GB of langer dan
29 minuten zijn. Als de cameratemperatuur te hoog wordt, kan de filmopname
worden beëindigd voordat de grenswaarden zijn bereikt.
Oplaadbare Li-ion batterij EN-EL12
Lichtnetlaadadapter EH-71P
B Specificaties
Nikon kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele fouten in deze
handleiding.
Het uiterlijk en de specificaties van dit product kunnen zonder kennisgeving
worden gewijzigd.
Statiefaansluiting 1/4 (ISO 1222)
Afmetingen
(B × H × D)
Circa 109,6 × 63,5 × 34,5 mm mm (exclusief uitstekende
delen)
Gewicht Circa 232 g (met batterij en SD-geheugenkaart)
Gebruiksomstandig-
heden
Temperatuur 0 °C - 40 °C
Luchtvochtigheid 85% of lager (niet-condenserend)
Type Oplaadbare Li-ion batterij
Capaciteit DC 3,7 V, 1050 mAh
Gebruikstemperatuur 0 °C - 40 °C
Afmetingen (B × H × D) Circa 32 × 43,8 × 7,9 mm
Gewicht Circa 22,5 g
Invoer AC 100 - 240 V, 50/60 Hz, MAX 0.2 A
Uitvoer DC 5,0 V, 1,0 A
Gebruikstemperatuur 0 °C - 40 °C
Afmetingen (B × H × D) Circa 55 × 22 × 54 mm (exclusief stekkeradapter)
Gewicht Circa 48 g (exclusief stekkeradapter)
Technische opmerkingen en index
F29
Goedgekeurde geheugenkaarten
De volgende Secure Digital (SD) geheugenkaarten zijn getest en goedgekeurd
voor gebruik in deze camera.
Voor het opnemen van films wordt een geheugenkaart aanbevolen met een
SD-snelheidsklasse van 6 of hoger. Als een geheugenkaart met een lagere
snelheidsklasse wordt gebruikt, kan de filmopname plotseling worden
onderbroken.
1
Voordat u de geheugenkaart in een kaartlezer of vergelijkbaar apparaat gebruikt,
controleer of deze geschikt is voor 2 GB kaarten.
Neem contact op met de fabrikant voor meer informatie over bovenvermelde
kaarten. We kunnen de prestaties van de camera niet garanderen wanneer
geheugenkaarten van andere fabrikanten worden gebruikt.
SD-
geheugenkaart
SDHC-geheugenkaart
2
SDXC-
geheugenkaart
3
SanDisk 2GB
1
4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB 64 GB, 128 GB
TOSHIBA 4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB 64 GB
Panasonic 2GB
1
4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB 64 GB
Lexar 4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB 64 GB, 128 GB
2
SDHC-compatibel.
Voordat u de geheugenkaart in een kaartlezer of vergelijkbaar apparaat
gebruikt, controleer of deze geschikt is voor SDHC.
3
SDXC-compatibel.
Voordat u de geheugenkaart in een kaartlezer of vergelijkbaar apparaat
gebruikt, controleer of deze geschikt is voor SDXC.
F30
Technische opmerkingen en index
AVC Patent Portfolio License
Dit product is gelicentieerd onder de AVC Patent Portfolio License voor het
persoonlijk en niet-commercieel gebruik door een consument om (i) video te
coderen in overeenstemming met de AVC-standaard (“AVC-video”) en/of (ii)
AVC-video te decoderen die door een consument werd gecodeerd in het kader
van een persoonlijke en niet-commerciële activiteit en/of werd verkregen van
een videoleverancier die over een licentie beschikt om AVC-video aan te bieden.
Er wordt geen licentie verleend of gesuggereerd voor enig ander gebruik. Voor
meer informatie kunt u terecht bij MPEG LA, L.L.C.
Zie http://www.mpegla.com.
FreeType Licentie (FreeType2)
Delen van deze software zijn beschermd door het auteursrecht © 2012 The
FreeType Project (http://www.freetype.org). Alle rechten voorbehouden.
MIT Licentie (HarfBuzz)
Delen van deze software zijn beschermd door het auteursrecht © 2014 The
HarfBuzz Project (http://www.freedesktop.org/wiki/Software/HarfBuzz). Alle
rechten voorbehouden.
Technische opmerkingen en index
F31
Informatie over handelsmerken
Microsoft, Windows en Windows Vista zijn gedeponeerde handelsmerken of
handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of
andere landen.
Mac, OS X, het iFrame logo en het iFrame symbool zijn handelsmerken of
geregistreerde handelsmerken van Apple Inc. in de Verenigde Staten en
andere landen.
Adobe en Acrobat zijn gedeponeerde handelsmerken van
Adobe Systems Inc.
SDXC, SDHC en SD logo’s zijn handelsmerken van SD-3C, LLC.
PictBridge is een handelsmerk.
HDMI, HDMI logo en High-Definition Multimedia Interface zijn handelsmerken
resp. geregistreerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
Wi-Fi en het Wi-Fi logo zijn handelsmerken resp. geregistreerde
handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
Android en Google Play zijn handelsmerken resp. geregistreerde
handelsmerken van Google Inc.
Alle andere handelsnamen die in deze handleiding of in andere
documentatie bij uw Nikon product worden vermeld, zijn handelsmerken of
geregistreerde handelsmerken van hun respectieve eigenaars.
F32
Technische opmerkingen en index
Symbolen
A Autostand.............................. 22, 31
o Belichtingscompensatie
.............................................................. 56, 58
l Diafragmavoorkeuze auto-stand
............................................................. 43, 46
b (e filmopname) knop ..... 2, 76
m Flitsstand ............................................. 50
j Geprogrammeerd automatisch
............................................................. 43, 46
f (groothoekstand) ......................... 25
m Handmatig ............................ 43, 46
j Help....................................................... 33
U Kaartknop.......................................... 88
p Macro-stand.................................... 54
d Menuknop
...................... 4, 61, 74, 80, 83, 91
h Miniatuurweergave.................... 73
y Onderwerpstand .............. 32
F Slim portret-stand ....................... 39
k Sluitertijdvoorkeuze auto-stand
............................................................. 43, 46
F Stand automatisch sorteren
................................................................... E9
h Stand favoriete beelden..... E5
C Stand sorteer op datum ... E10
u Stand speciale effecten
...................... 41, E5, E9, E10
g (telestand) ........................................... 25
c Weergaveknop...................... 2, 28
c Weergavestand............................. 28
l Wissen-knop ...... 29, 82, E52
n Zelfontspanner............................... 53
i Zoomweergave............................... 72
.JPG....................................................... E96
.log....................................................... E96
.MOV ................................................... E96
.WAV ................................................... E96
A
Aanduiding batterijniveau............. 20
Aanduiding intern geheugen
.................................................................... 7, 9
Aantal resterende opnamen
..................................................... 20, E29
AF met doelopsporing
.......................................... 62, 68, E39
Afdrukken
..... 74, 97, E23, E25, E46
Afdrukopdracht ................ 74, E46
AF-hulplicht ......................... 83, E70
AF-hulpverlichting.................................. 1
Afstand berekenen........... 91, E81
Afstandseenheden .......... 91, E80
AF-veldstand
...................... 62, 80, E38, E59
A-GPS-bestand................... 91, E79
Album.................................................... E5
Autofocus
...................... 62, 80, E41, E60
Automatisch flitsen ............................ 52
Automatisch met rode-
ogenreductie ......................................... 52
Automatisch uit...... 21, 84, E72
Automatische scènekeuze x...... 33
Autostand ...................................... 22, 31
B
Batterij .................................... 10, 12, 18
Batterijlader ........................... 13, E97
Batterijvergrendeling ......................... 10
Beeld draaien ...................... 74, E51
Index
F33
Technische opmerkingen en index
Beeld terugspelen ........... 83, E66
Beeldformaat ...................... 62, E30
Beeldkwaliteit..................... 62, E29
Beeldsnelheid..................... 80, E62
Belichtingscompensatie....... 56, 58
Belichtingsstand .................................. 43
Best Shot Selector............ 36, E35
Bestandsnaam............................... E96
Beveiligen ............................. 74, E50
Bewegingsdetectie......... 83, E70
BSS............................................. 36, E35
C
Camera-aan-lampje................................ 1
Close-up k............................................. 35
Computer....................................... 97, 99
Continu................................... 62, E34
Cross-process o................................ 42
D
Datum en tijd........... 16, 83, E64
Datumformaat ................... 17, E64
Datumoptie afdrukopdracht
.................................. 18, E47, E68
Datumstempel......... 18, 83, E68
Deksel batterijvak/kaartsleuf
....................................................... 2, 10, 14
Deksel HDMI-aansluiting.................... 2
Deksel USB-aansluiting........................ 2
Diafragmavoorkeuze auto-stand
............................................................. 43, 46
Diafragmawaarde ..................... 27, 43
Diashow................................ 74, E49
Dierenportret automatisch
ontspannen ............................................. 38
Digitale zoom........... 25, 83, E71
Direct print ............................ 97, E21
D-Lighting ............................. 74, E15
DPOF-afdrukken........................... E26
Draadloos LAN ................... 93, E89
Draaibare multi-selector
............................................. 2, 4, 28, 49
DSCN.................................................. E96
E
Een geheugenkaart formatteren
.......................................... 14, 84, E73
Eenvoudig panorama p
........................................................ 37, E2
Eenvoudig panorama weergeven
........................................................ 37, E4
Elektronisch kompas ...... 92, E87
Enkelvoudig........................ 62, E34
Enkelvoudige AF
................................. 80, E41, E60
Extensie............................................. E96
F
Favoriete beelden............... 75, E5
Film VR..................................... 80, E61
Filmduur......................................... 76, 77
Filmmenu.............................. 80, E55
Filmopties.............................. 80, E55
Films afspelen......................................... 81
Films bewerken ................. 82, E27
Films opnemen..................................... 76
Firmware-versie ................ 84, E78
Flitser.................................................... 1, 50
Flitser uit.................................................... 52
Flitserlampje .................................... 2, 50
Flitsstand......................................... 50, 52
Formatteren.............. 14, 84, E73
Foto kopiëren ..................... 74, E53
Foto VR.................................... 83, E69
Foto-informatie.................. 83, E66
FSCN ................................................... E96
Fulltime-AF ....... 80, E41, E60
F34
Technische opmerkingen en index
G
Geheugencapaciteit........................... 20
Geheugenkaart...................................... 14
Geluidsinstellingen ......... 83, E72
Geprogrammeerd automatisch
............................................................. 43, 46
Gezichtprioriteit
....................... 69, 80, E38, E59
Gezichtsdetectie.................................. 69
Glamour-retouchering... 74, E17
Glimlachtimer.................... 63, E44
H
Half indrukken........................................ 27
Handmatig ................................... 43, 46
Handmatig instellen.................. E32
HDMI................................................... E74
HDMI-kabel .......................... 97, E20
HDMI-microaansluiting....................... 2
HDR............................................................... 36
Helderheid............................ 83, E66
Helderheid
(belichtingscompensatie).... 56, 58
Help .............................................................. 33
High-key G............................................. 41
Histogram ................................................. 56
Hoofdfoto kiezen
................................... 75, E11, E54
Hoofdschakelaar............................ 1, 20
Hoogcontrast monochroom F
......................................................................... 41
HS-continu ...................................... E34
HS-film ................. 80, E56, E57
Huid verzachten..... 63, 70, E43
I
Identificatie ..................................... E96
Intern geheugen ....................... 15, 20
Intern geheugen formatteren
..................................................... 84, E73
Invulflits ..................................................... 52
Inzoomen ................................................. 25
ISO-waarde........................... 62, E37
K
Kaarten weergeven............................ 88
Kaartsleuf ................................................... 14
Kaartweergave ...................................... 88
Kalenderweergave.............................. 73
Kleine afbeelding.............. 74, E18
Kleurtoon.................................................. 57
Klok instellen via satelliet
..................................................... 92, E86
Knipperdetectie................. 63, E45
Knipperwaarschuwing
.................................................... 84, E76
Knopgeluid...................................... E72
L
Laadlampje....................................... 2, 13
Lader.......................................... 13, E97
Landschap c........................................ 32
Lange sluitertijd.................................... 52
Levendigheid......................................... 57
Lichtnetadapter................. 96, E97
Lichtnetlaadadapter ........................... 12
Locatiegegevensopties
..................................................... 91, E79
Log aanmaken.................... 91, E83
Log weergeven.................. 92, E85
Low-key H............................................... 41
Luidspreker.................................................. 2
M
M belichtingsvoorbeeld
.................................................... 62, E42
Macro-stand............................................ 54
Microfoon..................................................... 1
Miniatuurweergave............................ 73
Monitor ................................... 2, 6, F6
F35
Technische opmerkingen en index
Monitorinstellingen ........ 83, E66
Multi-selector............... 2, 4, 28, 49
Multi-shot 16.................................. E35
Museum l ............................................. 36
N
Nachtlandschap j ............................ 35
Nachtportret e................................... 34
Nikon Transfer 2 ................................... 99
Nostalgisch sepia P................. 41
O
Objectief ....................... 1, F6, F25
Objectiefbescherming.......................... 1
Onderwerp volgen
............................................ E39, E40
Onderwerpstand....................... 32, 33
Ontspanknop................................... 1, 26
Oogje voor camerariem...................... 2
Openen met HS-beelden
.................................. 80, E57, E59
Opladen via computer
..................................................... 84, E75
Opname............................... 22, 24, 26
Opnamemenu .................... 61, E31
Opnamestand ........................................ 22
Optionele accessoires.............. E97
Optische zoom ...................................... 25
P
Papierformaat............ E24, E25
Party/binnen f................................... 34
PictBridge............................... 97, E21
Points of interest (POI)
........................................... 87, 91, E82
Pop l...................................................... 41
Portret b................................................... 32
Portret van huisdier O..................... 38
Printer....................................... 97, E21
R
Reeksweergaveopties
................................... 75, E11, E54
Regeling HDMI-apparaat....... E74
Riem................................................................. 3
Rode-ogencorrectie........ 74, E16
Rode-ogenreductie............................ 52
RSCN................................................... E96
S
Schemering/dageraad i.............. 32
Schermvullende weergave ........... 72
Scherpstelaanduiding .......................... 7
Scherpstelling
........... 26, 62, 80, E38, E59
Scherpstelveld....................................... 26
Scherpstelvergrendeling ................. 71
Selectieve kleur I .............................. 41
Setup-menu......................... 83, E63
Slim portret-menu ........... 61, E43
Slim portret-stand............................... 39
Slow motion films opnemen
................................. 80, E56, E57
Sluitergeluid.................................... E72
Sluitertijd............................. 27, 43, 48
Sluitertijdvoorkeuze auto-stand
............................................................. 43, 46
Sneeuw z............................................... 32
Snel retoucheren.............. 74, E15
Sneleffecten
........... 28, 44, 62, E14, E41
Speelgoedcamera-effect 1 m
........................................................................ 42
Speelgoedcamera-effect 2 n
........................................................................ 42
Sport d..................................................... 34
Spraakmemo....................... 74, E52
SSCN ................................................... E96
Stand automatisch sorteren .... E9
F36
Technische opmerkingen en index
Stand favoriete beelden ............ E5
Stand sorteer op datum........... E10
Stand speciale effecten.................... 41
Standaardflits.......................................... 52
Standaardwaarden.......... 84, E78
Statiefaansluiting................... 2, F28
Strand Z................................................... 32
Superlevendig k.................................. 41
T
Taal........................................... 84, E74
Tegenlicht o ......................................... 36
Tijdsverschil .................................... E65
Tijdzone.................................. 18, E64
Tijdzone en datum
.......................................... 16, 83, E64
Tv................................................ 97, E20
Tv-instellingen .................. 84, E74
U
Uit favorieten verwijderen
......................................................... 75, E7
Uitsnede............................................. E19
Uitzoomen................................................ 25
Uploaden via Eye-Fi........ 84, E77
USB-kabel................... 96, 99, E22
USB-microstekker
.......................................... 96, 99, E22
V
Vast bereik automatisch ......... E37
Vibratiereductie
....................... 80, 83, E61, E69
ViewNX 2.................................................. 98
Voedsel u ................................................. 35
Volume .................................... 81, E52
Vooropnamecache
............................................ E34, E36
Vuurwerk m ........................................... 36
W
Weergave ......... 28, 72, 81, E52
Weergavemenu................ 74, E46
Weergavestand..................................... 28
Welkomstscherm.............. 83, E63
Wi-Fi-opties.......................... 93, E89
Windruisreductie ............. 80, E62
Wissen ....... 29, 82, E12, E52
Witbalans............................... 62, E31
Z
Zacht O............................................ 41
Zelfontspanner ...................................... 53
Zelfontspannerlampje................ 1, 53
Zomertijd..................... 17, 18, E64
Zonsondergang h............................ 32
Zoom........................................................... 25
Zoomknop........................................ 1, 25
Zoomweergave.................................... 72
Zwart-wit kopie n ............................. 36
F37
2014
Deze handleiding mag op geen enkele manier volledig of
gedeeltelijk (behalve voor korte citaten in kritische artikelen
of besprekingen) worden gereproduceerd zonder de
schriftelijke toestemming van NIKON CORPORATION.
FX4C02(1F)
6MN4131F-02
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260

Nikon COOLPIX S9700 de handleiding

Type
de handleiding