Whirlpool WIXXL 126 (EU) Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
85
NL
Gebruiksaanwijzing
WASAUTOMAAT
WIXXL 126
Nederlands
NL
Inhoud
Installatie, 86-87
Het uitpakken, 86
Het verwijderen van de trommelbeveiliging voor
het transport, 86
Waterpas zetten, 86
Aansluiting aan de waterleiding, 86
Afvoer en elektrische aansluiting, 87
Technische gegevens, 87
Beschrijving van de wasautomaat, 88-89
Bedieningspaneel, 88
DE LEDS, 89
Starten en programma’s, 90
In het kort: hoe start u een programma, 90
Programmatabel, 90
Persoonlijke instellingen, 91
Temperatuurregeling, 91
Regeling van het centrifugetoerental, 91
Opties, 91
Wasmiddelen en wasgoed, 92
Wasmiddelbakje, 92
Maximaal laadvermogen, 92
Voorzorgsmaatregelen en advies, 93
Algemene veiligheid, 93
Afvalverwijdering, 93
Energiebesparing en respect voor het milieu, 93
Verzorging en onderhoud, 94
Het water afsluiten en het onderbreken van de elektriciteit, 94
Reinigen, 94
Verzorging van het deurtje en de trommel van
de wasautomaat, 94
Reinigen van de pomp, 94
Controle van de watertoevoerslang, 94
Problemen en oplossingen, 95
Service, 96
Voordat u de servicedienst inschakelt, 96
86
NL
Bewaar dit instructieboekje op een veilige plaats voor
eventuele toekomstige raadpleging. Wanneer u de
wasautomaat verkoopt, verplaatst of wanneer u verhuist,
dient u dit boekje bij de wasautomaat te bewaren zodat
alle nodige informatie voorhanden blijft.
! Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er staat
belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid.
Het uitpakken
1. De wasautomaat uitpakken.
2. Controleer of de wasautomaat niet beschadigd is
tijdens het vervoer. Indien dit het geval is, mag hij niet
worden geïnstalleerd en moet u contact opnemen met
de verkoper.
Het verwijderen van de trommelbeveiliging
voor het transport
BELANGRIJK: Volg deze aanwijzingen op om BEIDE
bevestigingselementen die voor het transport zijn gebruikt
te verwijderen.
BEIDE transportbouten, die zich
op beide zijden van het
achterpaneel bevinden, MOETEN
voor gebruik worden verwijderd.
! Als u dit niet doet kan het
apparaat ernstige schade
ondervinden. Het is van wezenlijk
belang dat zowel de bout als de
afstandsleider die voor het transport
zijn gebruikt (zie afb.)
ongeschonden zijn wanneer u ze
verwijdert.
1. Schroef de bout los met een
sleutel van 13 mm.
2. STOP hiermee wanneer 3
schroefdraden verschijnen.
3. Om het bevestigingselement te
verwijderen moet u de bout
beetpakken, langs de zijkant laten
glijden en er dan aan trekken.
4. Voor veiligheidsredenen moet u
een van de plastic doppen (bij het
apparaat geleverd) op de opening
plaatsen.
! Herhaal de handelingen 1 - 4 om
de tweede transportbout te
verwijderen.
! Het verpakkingsmateriaal is
geen speelgoed voor kinderen.
Waterpas zetten
Regel de twee voorste stelvoetjes zodat het apparaat
stabiel is en volledig waterpas staat. Als dit niet gedaan
wordt kan de automaat tijdens de werking lawaai maken.
! Regel eerst de zijdelingse helling, vervolgens die aan de
voorkant, en uiteindelijk die aan de achterkant.
1. Zet het apparaat op zijn uiteindelijke plek.
- Zorg ervoor de flexibele buizen niet vast te klemmen of
te verdraaien.
2. Draai één of beide voorste
stelvoeten handmatig met de klok
mee tot ze niet meer verder
kunnen.
Gebruik voor het regelen van de
voetjes een luchtbelwaterpas om
de nivellering van het apparaat te
controleren, zowel zijdelings, als
aan de voor- en achterzijde.
- De veer in de voetjes zorgt ervoor dat deze stevig op
hun plaats blijven staan.
! Als de automaat op een tapijt of vloerbedekking wordt
gezet, moet u de stelvoetjes zodanig regelen dat er
voldoende ruimte is voor een goede ventilatie onder de
automaat.
Aansluiting aan de waterleiding
Verbinding van de watertoevoerslang.
Vergeet niet dat dit apparaat voorzien moet worden met
koud water.
! Controleer dat er aan de
binnenkant van de dop aan het
uiteinde van de slang een
pakkingsring zit.
Voordat u de wateraansluiting
uitvoert door middel van de ¾ gas
schroefaansluiting moet u ervoor
zorgen dat er net zolang water uit
de kraan loopt totdat het volledig
schoon is.
Schroef het slanguiteinde met de
blauwe dop op de toevoerkraan
met koud water.
Open de kraan en controleer of er nergens lekkages zijn:
indien noodzakelijk dient u de slang verder vast te
schroeven.
! Zorg ervoor dat de slang niet wordt afgekneld of knikt.
! De waterdruk van de kraan moet zich binnen de
waarden bevinden die aangegeven zijn in de tabel met
de technische gegevens (zie volgende bladzijde).
! Als de watertoevoerslang niet lang genoeg is, moet u
zich tot een bevoegde installateur wenden of naar een
gespecialiseerde winkel gaan.
! Gebruik altijd nieuwe slangen.
! Controleer de waterslang minstens eenmaal per jaar en
vervang hem als hij gebarsten of gescheurd is. Versleten
slangen kunnen stukgaan onder de druk van het water.
Installatie
87
NL
TECHNISCHE GEGEVENS
Model
WIXXL 126
Afmetingen
breedte 59,5 cm
hoogte 85 cm
diepte 52,5 cm
Vermogen
van 1 tot 7 kg
Elektrische
aansluitingen
spanning 220 - 240 Volt 50 Hz
opgenomen vermogen 1700 - 2100 W
Aansluiting aan
de waterleiding
maximale druk 1 MPa (10 bar)
minimale druk 0,05 MPa (0,5 bar)
inhoud trommel 53 liter
Snelheid
centrifuge
Tot 1200 toeren per minuut
Controleprogra
mma’s volgens
de norm IEC456
programma 2 met een ingestelde
temperatuur van 60°C en een lading
van 7 kg.
Deze apparatuur voldoet aan de
volgende EU voorschriften:
-73/23/EEG van 19/02/73
(Laagspanning) en daaropvolgende
wijzigingen
- 89/336/EEG van 03/05/89
(Elektromagnetische Compatibiliteit)
en daaropvolgende wijzigingen
Verbinding van de afvoer
A. Verbindt de
waterafvoerslang zonder
hem te buigen aan een
afvoerleiding of aan een
afvoer in de muur tussen
de 65 en de 100 cm van
de grond af gemeten.
B. U kunt hem eventueel
ook aan de rand van een
wasbak of badkuip
hangen met behulp van
de plastic slanggeleider
dat meegeleverd wordt.
Het vrije uiteinde van de afvoerslang mag nooit onder
water liggen.
! We raden u sterk af verlengstukken te gebruiken.
Mocht dit absoluut noodzakelijk zijn dan moet het
verlengstuk dezelfde diameter hebben als de slang zelf
en mag hij niet langer zijn dan 150 cm.
Elektrische aansluiting
Voordat u de wasautomaat aansluit aan het elektrische
net moet u eerst controleren of:
de contactdoos goed geaard is, volgens de geldende
normen.
de contactdoos het maximum vermogen van de
machine kan dragen, zoals aangegeven in de tabel
technische gegevens (zie rechts).
het voltage correspondeert met de waarden die zijn
aangegeven in de tabel technische gegevens (zie
rechts).
de contactdoos geschikt is voor de stekker van de
wasautomaat. Indien dit niet het geval is moet u of de
stekker of de contactdoos vervangen.
! De wasautomaat mag niet buiten worden geïnstalleerd,
ook niet op een beschutte plaats, aangezien het
gevaarlijk is hem aan regen en onweer bloot te stellen.
! Als de installatie uitgevoerd is, moet de contactdoos
makkelijk te bereiken zijn. Hij moet bovendien aan een
geschikt elektriciteitsnet zijn verbonden.
! Gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.
! De voedingskabel mag niet worden gebogen of
gekneld.
! De elektrische voedingskabel mag alleen door een
bevoegde installateur worden vervangen.
! De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld als
deze normen niet worden nageleefd.
B
A
Eerste wascyclus
Als de wasautomaat is geïnstalleerd, en voordat u hem
voor de eerste keer gaat gebruiken, moet u een
wascyclus starten zonder wasmiddel en zonder
wasgoed. Kies het programma op 90°C zonder
voorwas.
88
NL
Wasmiddelbakje
Bedieningspaneel
Beschrijving van de
wasautomaat
Wasmiddelbakje: om wasmiddel en wasverzachter in
te doen (zie bladzijde 92).
DE LEDS: voor het volgen van het verloop van de
wascyclus.
Als de functie Delay Timer is ingesteld, vertoont het
display de tijd die resteert voordat het programma van
start gaat (zie blz. 89).
Knop CENTRIFUGETOERENTAL: om het
centrifugetoerental te regelen of de centrifuge compleet
uit te schakelen (zie blz. 91).
Knoppen OPTIE: om de beschikbare opties te
selecteren.
De knop die overeenkomt met de geselecteerde optie
blijft aan.
Knop TEMPERATUUR: voor het instellen van de
wastemperatuur of voor een cyclus met koud water (zie
blz. 91).
Knop START/RESET: voor het starten van de
programma’s of het eventueel annuleren van verkeerde
instellingen.
LED AAN-UIT/DEURBLOKKERING: om direct te zien
of de wasautomaat aan of uit is en of het mogelijk is de
deur te openen (zie blz. 89).
Knop AAN/UIT voor het in- en uitschakelen van de
wasautomaat.
Knop PROGRAMMA’S: hiermee kiest u de
wasprogramma’s. De knop blijft gedurende de gehele
cyclus stilstaan.
Knoppen
OPTIE
DE
LEDS
LED AAN-UIT/
DEURBLOKKERING
Knop
START/RESET
Knop
AAN/Uit
Knop
PROGRAMMA’S
Knop
CENTRIFUGETOERENTAL
Knop
TEMPERATUUR
89
NL
DE LEDS
De LEDS geven belangrijke informatie weer.
Ze kunnen het volgende aangeven:
De Delay functie (verlate start):
Als de functie Delay Timer is geactiveerd (zie blz. 91) zal,
nadat het programma is gestart, de LED die bij de
uitgestelde start hoort gaan knipperen.
Terwijl de tijd verstrijkt, zal op het display de resterende
tijd worden aangegeven en zal de bijbehorende LED
gaan knipperen:
Als de wachttijd is verstreken zal de bijbehorende LED
ophouden te knipperen en zal het geselecteerde
programma van start gaan.
Fase die bezig is:
Gedurende het verloop van de wascyclus gaan de LEDS
een voor een aan om weer te geven met welk
programma onderdeel de machine bezig is:
Voorwas
Wassen
Spoelen
Centrifuge
N.B.: als het water wordt afgevoerd zal de LED die bij de
centrifugecyclus hoort aangaan.
OPTIE toetsen:
De OPTIE toetsen dienen ook als controlelampjes.
Als u een optie kiest gaat de bijbehorende toets aan.
Als de gekozen optie niet geschikt is voor het ingestelde
programma, gaat de toets knipperen en wordt de functie
niet geactiveerd.
Als u een optie instelt die niet tegelijk met een andere
eerder ingestelde optie kan worden uitgevoerd, dan
wordt alleen de laatste optie geactiveerd.
LED AAN-UIT/DEURBLOKKERING:
Het branden van deze LED geeft aan dat de deur is geblokkeerd. Hierdoor vermijdt u dat hij per ongeluk wordt geopend
en dat er schade wordt aangericht.
! De snel knipperende LED AAN-UIT/DEURBLOKKERING, samen met één of meerdere andere knipperende LEDS, geeft
aan dat er een storing gaande is. U dient in dit geval de servicedienst in te schakelen.
90
NL
Wasmiddel
Soorten materiaal en soorten vuil Programma’s Temperatuur
Voorwas Wassen
Wasver-
zachter
Duur van
de cyclus
(minuten)
Beschrijving van de wascyclus
Standaard
Zeer vuile witte was (lakens, tafellakens, enz.)
1
90°
135
Voorwassen, wassen, spoelen, centrifuge
halverwege en op het einde
Zeer vuile witte was (lakens, tafellakens, enz.)
2
90°
150
Wassen, spoelen, centrifuge halverwege
en op het einde
Zeer vuil wit en kleurecht bont wasgoed
2
60°
*
140
Wassen, spoelen, centrifuge halverwege
en op het einde
Zeer vuile witte en gekleurde fijne was
2
40°
*
105
Wassen, spoelen, centrifuge halverwege
en op het einde
Niet zo vuil wit wasgoed en fijne bonte was
(overhemden, truien, enz.)
3
40°
70
Wassen, spoelen, centrifuge halverwege
en op het einde
Zeer vuil kleurecht bont wasgoed
(babykleertjes, enz.)
4
60°
75
Wassen, spoelen, spoelstop of lichte
centrifuge.
Zeer vuil kleurecht bont wasgoed
(babykleertjes, enz.)
4
40°
60
Wassen, spoelen, spoelstop of lichte
centrifuge.
Fijne bonte was (niet zo vuil wasgoed)
5
40°
60
Wassen, spoelen, spoelstop of lichte
centrifuge.
Wol
6
40°
50
Wassen, spoelen, spoelstop en lichte
centrifuge.
Zeer fijne stoffen (gordijnen, zijde, viscose,
enz.)
7
30°
45
Wassen, spoelen, spoelstop centrifuge of
afvoeren water.
Time for You
Zeer vuil wit en kleurecht bont wasgoed
8
60°
60
Wassen, spoelen, centrifuge halverwege
en op het einde
Niet zo vuil wit wasgoed en fijne bonte was
(overhemden, truien, enz.)
9
40°
50
Wassen, spoelen, centrifuge halverwege
en op het einde
Fijne bonte was (niet zo vuil wasgoed)
10
40°
40 Wassen, spoelen en lichte centrifuge.
Fijne bonte was (niet zo vuil wasgoed)
11
30°
30 Wassen, spoelen en lichte centrifuge
Sport
Gymschoenen (MAX 2 paar)
12
30°
50
Koud wassen (zonder wasmiddel),
wassen, spoelen en lichte centrifuge
Sportkleding (joggingpakken, korte broeken,
enz.)
13
30°
60
Wassen, spoelen, centrifuge halverwege
en op het einde
GEDEELTELIJKE PROGRAMMA’S
Spoelen
Spoelen en centrifuge.
Centrifuge Waterafvoer en centrifuge
Waterafvoer Waterafvoer
In het kort: hoe start u een programma
1. Schakel de wasautomaat in met de toets .
Alle LEDS gaan tegelijkertijd enkele seconden lang
aan en de LED AAN-UIT/DEURBLOKKERING begint
te knipperen.
2. Laadt het wasgoed in en sluit de deur.
3. Zet de knop PROGRAMMA’S op het gekozen
programma.
4. Stel de wastemperatuur in (zie blz.91).
Starten en programma’s
5. Stel het centrifugetoerental in (zie blz.91).
6. Voeg wasmiddel en eventueel wasverzachter toe (zie
blz.92).
7. Start het programma door minstens 2 seconden op
de knop START/RESET te drukken.
8. Aan het einde van het programma zal de LED AAN-
UIT / DEURBLOKKERING gaan knipperen om aan te
geven dat de deur kan worden geopend. Haal het
wasgoed eruit en laat de deur op een kier staan zodat
de trommel goed kan drogen. Schakel de
wasautomaat uit met de knop
.
N.B.
- Bij de programma’s 8 en 10 raden wij aan niet meer dan 3,5 kg wasgoed tegelijk te wassen.
- Bij de programma’s 13 en 9 raden wij aan niet meer dan 2 kg wasgoed tegelijk te wassen.
- Voor de kreukvrije optie: zie Gemakkelijker strijken (volgende bladzijde). De gegevens in de tabel geven slechts
geschatte waarden weer.
Speciale programma’s
Het programma Dagelijks (programma 11 voor Synthetische stoffen) is bedoeld voor het snel wassen van kledingstukken
die niet zo vuil zijn: het duurt slechts 30 minuten en bespaart daarom elektriciteit en tijd. Met dit programma (11 op 30°C)
kunt u verschillende soorten materialen tegelijk wassen (behalve zijde en wol), met een lading van maximaal 3 kg.
Het beste is om hierbij een vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
* Om een lagere temperatuur te selecteren (60° of 40°) moet u aan de knop van de temperatuurregeling draaien.
Programmatabel
91
NL
Optie Effect Opmerkingen
Actief bij de
programma’s
Delay Timer
Hiermee kunt u het
starten van de
wascyclus tot 9 uur
uitstellen.
Druk meerdere malen op de toets totdat de LED die hoort
bij de uitgestelde start uitgaat.
Bij de vijfde druk op de toets wordt de functie
gedeactiveerd.
N.B. Nadat u op de toets Start/Reset heeft ingedrukt, is
de enige wijziging die u nog kunt aanbrengen het
verminderen van de wachttijd.
Allen
Mini lading
Voor het wassen van
een kleine lading.
Naast een kortere wastijd, vermindert deze optie ook het
waterverbruik en het energieverbruik tot 50%.
N.B.: Met dit programma kunt u bovendien ook de
hoeveelheid wasmiddel verminderen.
1, 2, 3, 4, 5
Spoelen
Gemakkelijk
er strijken
Vermindert het
verkreukelen van het
materiaal en maakt
het strijken
eenvoudiger.
Wanneer deze optie is geselecteerd zullen de
programma’s 4, 5, 6, 7 en Spoelen stoppen, zal de was in
het water blijven staan
spoelstop
(Kreukvrij) en zal de
LED van de Spoelfase gaan knipperen.
- voor het beëindigen van de cyclus drukt u op de
START/RESET knop.
- voor de waterafvoer draait u de knop op het gewenste
symbool en drukt u op de START/RESET toets.
3, 4, 5, 6, 7,
8, 9, 10,
Spoelen
Extra
spoelen
Vergroot de
spoelefficiëntie.
Deze optie wordt aangeraden als de wasautomaat met
een volle lading wordt ingezet of als u een grote
hoeveelheid wasmiddel gebruikt.
1, 2, 3, 4, 5,
8, 9, 10, 12, 13
Spoelen
Temperatuurregeling
Door aan de TEMPERATUUR-knop te draaien kunt u de
wastemperatuur instellen (zie Tabel van de programma’s
op blz. 90).
De temperatuur kan verlaagd worden of op koud worden
ingesteld (
).
Regeling van het
centrifugetoerental
Door aan de knop CENTRIFUGETOERENTAL te draaien
kunt u de snelheid van de centrifuge voor het gekozen
programma instellen.
Voor elk programma is het volgende maximale
centrifugetoerental voorzien:
Programma’s Maximaal centrifugetoerental
Katoen 1200 toeren per minuut.
Synthetisch 800 toeren per minuut.
Wol 600 toeren per minuut.
Zijde geen centrifuge
U kunt de snelheid van de centrifuge verminderen, of
compleet uitsluiten door het symbool
te kiezen.
Persoonlijke instellingen
De wasautomaat zorgt er automatisch voor dat u geen
centrifugetoerental kiest dat hoger is dan de
maximumwaarde van het betreffende programma.
Opties
Voor het activeren van een optie:
1. druk op de knop die bij de gewenste optie hoort,
volgens onderstaande tabel.
2. de optie is actief als de bijbehorende toets verlicht is.
N.B.: Als de toets snel knippert betekent het dat de
bijbehorende optie niet gekozen kan worden voor het
ingestelde programma.
92
NL
Wasmiddelen en wasgoed
Wasmiddelbakje
! In dit bakje mogen alleen die wasmiddelen worden
gedaan die vanuit het bakje naar de trommel stromen;
andere producten zouden schade of blokkeringen
kunnen veroorzaken.
1. Vakje wasmiddel
voorwas.
Maximaal 200 ml poeder
of 100 ml vloeibaar
wasmiddel
2. Vakje wasmiddel
hoofdwas.
Maximaal 400 ml poeder
of 200 ml vloeibaar
wasmiddel
3. Vakje wasverzachter.
Maximaal 120 ml
Dosering poeder wasmiddel
Om optimale wasresultaten te bereiken moet u de
hoeveelheid wasmiddel gebruiken die de fabrikant
aangeeft en het in het vakje voor de hoofdwas doen.
Dosering vloeibaar wasmiddel
We raden u aan een wasbol te gebruiken die de
wasmiddelfabrikant bij het product levert.
Toevoegen wasverzachter
Doe de aangeraden hoeveelheid wasverzachter in het
speciale bakje. Overschrijdt nooit het maximale
vulniveau.
Voorwas (Programma 1)
Als u het programma 1 selecteert moet u het wasmiddel
zowel in het vakje voorwas als in het vakje hoofdwas
doen.
! Met het voorwas programma 1 moet u geen wasbol
gebruiken die in de trommel wordt geplaatst.
Maximaal laadvermogen
Verdeel het wasgoed volgens de volgende criteria:
- het soort materiaal/symbool op het etiket.
- de kleuren: scheidt de bonte was van de witte was.
Leeg alle zakken en controleer of er geen losse
knopen zijn.
Overschrijdt nooit de aangegeven gewichtslimiet
(droge was):
Kleurechte stoffen : max. 7kg
Synthetische stoffen : max. 3kg
Fijne stoffen : max. 2kg
Wol : max. 1 kg
! Om matige wasprestaties te vermijden moet u de
wasautomaat NOOIT teveel laden.
Hoeveel weegt wasgoed?
1 laken 400-500 gr.
1 sloop 150-200 gr.
1 tafellaken 400-500 gr.
1 badjas 900-1200 gr.
1 handdoek 150-250 gr.
3
2
1
93
NL
Voorzorgsmaatregelen
en advies
! Deze wasautomaat is ontworpen en uitgevoerd
volgens de geldende internationale veiligheidsnormen.
De volgende informatie betreft de veiligheid van de
gebruiker en moet derhalve goed worden doorgenomen.
Algemene veiligheid
Dit apparaat is gemaakt voor huishoudelijk niet-
professioneel gebruik en zijn functies mogen niet
worden gewijzigd.
De wasautomaat mag alleen door volwassenen
worden gebruikt, volgens de instructies die in dit
handboek worden beschreven.
Raak de wasautomaat niet blootsvoets aan of met
natte of vochtige handen of voeten.
Trek niet aan de voedingskabel om de stekker uit het
stopcontact te halen. Pak direct de stekker beet.
Open het wasmiddelbakje niet terwijl de wasautomaat
in werking is.
Raak het afvoerwater niet aan aangezien het zeer
warm kan zijn.
Forceer de deur niet daar dit het
veiligheidsmechanisme, dat het per ongeluk openen
van de deur onmogelijk maakt, kan beschadigen.
Probeer in geval van storingen nooit zelf aan het
interne mechanisme van de automaat te sleutelen om
hem proberen te repareren.
Zorg ervoor dat kinderen niet dichtbij de
wasautomaat kunnen komen als deze in werking is.
Tijdens het wassen kan het deurtje heet worden.
Als het apparaat verplaatst moet worden doe dit dan
met twee of drie personen tegelijk en heel voorzichtig.
Doe dit nooit alleen want het apparaat is erg zwaar.
Voordat u het wasgoed in de machine laadt, moet u
controleren of hij leeg is.
Energiebesparing en respect voor
het milieu
Technologie voor een laag energieverbruik
Als u door het glas van de deur ziet dat er weinig water
in de trommel zit, is dat dankzij de vernieuwende Indesit
technologie. Deze wasautomaat verbruikt de helft van
de hoeveelheid water die traditionele systemen
gebruiken en bereikt desondanks dezelfde resultaten: dit
wordt bereikt met het oog op de milieubesparing.
Bezuinigen op wasmiddel, water, energie en
tijd
Om verspilling van energie te vermijden moet u de
wasautomaat altijd met een volle lading laten
draaien. Met één volle lading in plaats van twee half
volle ladingen bespaart u tot 50% energie.
Voorwassen is alleen nodig voor erg vuil wasgoed.
Door een onnodige voorwas te vermijden bespaart u
wasmiddel, tijd, water en ongeveer 5 tot 15% energie.
Als u het wasgoed eerst met een vlekkenmiddel
behandelt of de droge vlekken in water weekt
voordat u gaat wassen, is het minder noodzakelijk
een programma met warm water te kiezen.
Een programma op 60°C in plaats van 90°C, of
40°C in plaats van 60°C zorgt ervoor dat u tot 50%
energie bespaart.
Om onnodige verspillingen te vermijden en het milieu
te besparen moet u de correcte hoeveelheid
wasmiddel gebruiken. Dit hangt af van de hardheid
van het water, de vuilheid van de was en de
hoeveelheid wasgoed: ook al zijn wasmiddelen
biologisch afbreekbaar, toch bevatten ze ingrediënten
die het evenwicht van de natuur kunnen verstoren.
Vermijdt zoveel mogelijk het gebruik van
wasverzachters.
Als u de wasautomaat in de late namiddag en in de
vroege ochtenduren gebruikt, zorgt u ervoor dat het
spitsuur van het energieverbruik minder wordt
beladen. De optie Delay Timer zorgt ervoor dat u het
wassen weloverwogen kunt programmeren.
Als u van plan bent de was ook te drogen moet u een
hoog centrifugetoerental selecteren. Het feit dat er zo
min mogelijk water overblijft in het wasgoed, zorgt
ervoor dat u tijd en geld bespaart tijdens de
droogcyclus.
Afvalverwijdering
Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal:
respecteer de locale normen voor het hergebruik van
het verpakkingsmateriaal.
Het wegdoen van het oude apparaat:
voordat u het apparaat wegdoet moet u het eerst
onklaar maken door de voedingskabel door te snijden
en de deur te verwijderen.
Het verwijderen van oude
huishoudelijke apparatuur
De Europese richtlijn 2002/96/EG betreffende
afgedankte elektrische en elektronische apparatuur
(AEEA) voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met
het normale afval kan worden meegegeven. De
afgedankte apparatuur moet apart worden opgehaald
om het wedergebruik van materialen waarvan het is
gemaakt te optimaliseren en om potentiële schade aan
de gezondheid en het milieu te voorkomen.
Het symbool van de afvalemmer met een kruis staat
op elk product, om aan te geven dat het
apart moet worden weggegooid.
Voor verdere informatie betreffende het
correcte verwijderen van huishoudelijke
apparatuur kunnen de gebruikers zich
wenden tot de speciale gemeentelijke
reinigingsdienst of de verkoper.
94
NL
Het onderbreken van de elektrische
voeding
Sluit de kraan af na iedere wasbeurt. Door dit te doen
beperkt u slijtage van de waterleiding van het
apparaat en vermijdt u lekkage.
Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact
tijdens schoonmaak en onderhoud.
Reinigen
Het reinigen van de buitenkant
Gebruik een vochtige doek of een siliconenlak om de
buitenkant van het apparaat te reinigen.
Het reinigen van het glas van de deur
Reinig geregeld de binnenkant van het glas van de deur
met een zachte doek. Het opgehoopte waspoeder en de
kalkaanslag kunnen lekkages vanuit het deurtje
veroorzaken.
Het reinigen van het wasmiddelbakje en de
verschillende vakjes
We raden u aan geregeld het wasmiddelbakje te
reinigen.
! Doe dit echter nooit als de wasautomaat in werking is.
1. Haal het bakje er helemaal
uit.
2. Druk op de knop om hem los
te halen (zie afbeelding).
3. Was en droog het
wasmiddelbakje, de sifonnetjes,
het rooster en het pijpje waar de
wasverzachter doorheen stroomt
(A). Vergeet bovendien niet het
gedeelte van de afvoerslang
geregeld schoon te maken (B).
4. Duw het wasmiddelbakje weer op zijn plaats.
! Gebruik geen schuurmiddelen, ontvettende of bijtende
producten, chloor of metaallakken voor het reinigen van
de onderdelen van de wasautomaat. U zou hiermee
schade kunnen aanrichten.
Verzorging en onderhoud
B
A
Verzorging van de deur en van de
trommel van de wasautomaat
Laat het deurtje altijd half open staan als u vervelende
luchtjes wilt vermijden.
Reinigen van de pomp
De wasmachine is voorzien van een zelfreinigende pomp
en hoeft dus niet te worden schoongemaakt. Het kan
echter gebeuren dat kleine voorwerpen (geldstukken,
knopen) in het voorvakje, dat de pomp beschermt en
zich aan de onderkant bevindt, terecht komen.
! Verzekert u zich ervan dat de wascycle klaar is en trek
de stekker uit het stopcontact.
Toegang tot het voorvakje:
1. verwijder het paneeltje aan
de voorkant van de wasmachine
met behulp van een
schroevendraaier (zie
afbeelding);
2. draai de deksel eraf, tegen
de klok in draaiend (zie
afbeelding): het is normaal dat er
een beetje water uit komt;
3. maak de binnenkant goed schoon;
4. schroef de deksel er weer op;
5. monteer het paneeltje weer, met de haakjes in de
betreffende openingen voordat u het paneeltje tegen de
machine aan drukt.
Controle van de watertoevoerslang
Controleer minstens een keer per jaar de slang van de
watertoevoer. Als u barsten of scheuren waarneemt
moet u hem direct vervangen. Tijdens het wassen moet
de slang een hoge waterdruk weerstaan die een
plotselinge breuk zou kunnen veroorzaken.
! Gebruik nooit oude slangen.
95
NL
Problemen
en oplossingen
Het kan gebeuren dat de wasautomaat niet werkt. Voordat u de servicedienst inschakelt (zie blz.96), moet u verifiëren of
u de storing niet zelf kunt oplossen door het volgende lijstje na te lopen:
Mogelijke oorzaken / Oplossing:
De stekker zit niet goed in de wandcontactdoos en maakt zodoende geen
contact.
Er is een stroomonderbreking geweest.
De deur is niet goed dicht.
U heeft de toets
niet ingedrukt.
U heeft de toets START/RESET niet ingedrukt.
De kraan is niet open.
Er is een vertraagde start ingesteld door het selecteren van de functie Delay
Timer (zie blz. 91)
De watertoevoerslang is niet op de kraan aangesloten.
De slang is geknikt.
De kraan is niet open.
Er is geen water.
Het water heeft niet voldoende druk.
U heeft de toets START/RESET niet ingedrukt.
De afvoerslang is niet op 65 tot 100 cm afstand van de grond af geïnstalleerd
(zie blz. 87).
Het uiteinde van de afvoerslang ligt onder water (zie blz. 87).
De afvoer in de muur heeft geen ontluchting.
Als na deze controles het probleem nog niet is opgelost, dient u de waterkraan
af te sluiten, de wasautomaat uit te zetten en de servicedienst te bellen. Als u op
een van de hoogste verdiepingen van een flatgebouw woont kunnen zich
problemen met de ontluchting voordoen, waarbij de machine voortdurend water
aan- en afvoert. Om deze storing te verhelpen bestaan er in de handel speciale
ventielen.
Het programma voorziet geen afvoer van het water. Bij enkele programma’s is
het noodzakelijk de waterafvoer handmatig te activeren (zie blz. 90).
De optie “Gemakkelijker strijken” is ingeschakeld: voor het afmaken van het
programma drukt u op de START/RESET toets (zie blz. 91).
De afvoerslang is geknikt (zie blz. 87).
De afvoerleiding is verstopt.
De trommel is tijdens het installeren niet goed losgemaakt (zie blz. 86).
De wasautomaat staat niet goed recht (zie blz. 86).
De wasautomaat staat te nauw tussen meubels en wanden (zie blz. 86).
De slang van de watertoevoer is niet goed vastgeschroefd (zie blz. 86).
Het wasmiddelbakje is verstopt; (om het te reinigen zie blz.94).
De afvoerslang zit niet goed vast (zie blz. 87).
Bel de servicedienst, want er is een storing.
Het wasmiddel is niet bedoeld voor wasautomaten (er moet “voor
wasautomaat” of “voor handwas en machinewas”, of iets dergelijks op staan).
U heeft teveel wasmiddel gebruikt.
Probleem:
De wasautomaat start niet.
Het wasprogramma start niet.
De wasautomaat heeft geen
watertoevoer
De wasautomaat blijft water
aan- en afvoeren
De wasautomaat voert het
water niet af of centrifugeert
niet.
De wasautomaat trilt erg tijdens
het centrifugeren.
De wasautomaat lekt.
De LED AAN-UIT/
DEURBLOKKERING knippert
snel, samen met minstens een
andere LED.
De wasautomaat maakt teveel
schuim
96
NL
Service
Voordat u de servicedienst inschakelt
Lees de aanwijzingen om het probleem op te lossen
goed door en kijk of het mogelijk is de storing zelf op
te lossen (zie Storingen en oplossingen).
Als dat niet het geval is moet u de wasautomaat
uitdoen en de dichtstbijzijnde servicedienst bellen.
Gegevens die u moet doorgeven aan de
Servicedienst:
naam, adres en postcode.
telefoonnummer.
het soort storing.
de aankoopdatum.
het model wasautomaat (Mod.).
het serienummer (S/N).
Deze informatie vindt u op het typeplaatje aan de
binnenkant van de deur.
Onderdelen
Deze wasautomaat is zeer complex. Als u tracht hem
zelf te repareren of wilt laten repareren door niet
gekwalificeerde monteurs, riskeert u de veiligheid van
personen op het spel te zetten, de automaat te
beschadigen en de garantie van de onderdelen te laten
vervallen.
Als u problemen heeft met het gebruik van deze
automaat dient u zich altijd tot een erkende monteur te
wenden.
De onderdelen zijn speciaal voor dit huishoudelijk
apparaat ontworpen en kunnen daarom nergens anders
voor worden gebruikt.
Tr8644tr_WIXXL106-outl.indd 108 01/12/06, 9.21.27
.
.
10/2007 Xerox Business Services
195067409.00
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

Whirlpool WIXXL 126 (EU) Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding