Metabo KH 5-40 Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Metabo KH 5-40 Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
NEDERLANDSnl
18
Originele gebruiksaanwijzing
Wij verklaren op eigen en uitsluitende
verantwoording: Deze boor- en beitelhamers,
geïdentificeerd door type en serienummer *1),
voldoen aan alle relevante bepalingen van de
richtlijnen *2) en normen *3). Technische
documentatie bij *4) - zie pagina 3..
De KH 5-40 is met passende accessoires geschikt
om te hamerboren en te beitelen in beton,
baksteen, steen en gelijksoortige materialen.
Alleen de gebruiker is aansprakelijk voor schade
door oneigenlijk gebruik.
De algemeen erkende
ongevallenpreventievoorschriften en de
bijgevoegde veiligheidsinstructies moeten in acht
worden genomen.
Let ter bescherming van uzelf en de
machine op de met dit symbool aange-
geven passages!
WAARSCHUWING – Lees de gebruiksaan-
wijzing om het risico van letsel te vermin-
deren.
Geef uw elektrisch gereedschap alleen met deze
documenten aan anderen door.
Algemene veiligheidsvoorschriften voor
elektrische gereedschappen
WAARSCHUWING – Lees alle veiligheids-
voorschriften en aanwijzingen. Wanneer
de veiligheidsvoorschriften en aanwijzingen niet in
acht worden genomen, kan dit een elektrische
schok, brand en/of ernstig letsel tot gevolg hebben.
Bewaar alle veiligheidsvoorschriften en
aanwijzingen goed met het oog op toekomstig
gebruik! Het in de veiligheidsvoorschriften
gebruikte begrip "elektrisch gereedschap" heeft
betrekking op elektrische gereedschappen voor
gebruik op het stroomnet (met aansluitkabel) en op
elektrische gereedschappen voor gebruik met een
accu (zonder aansluitkabel).
3.1 Veiligheid op de werkplek
a) Houd uw werkomgeving schoon en goed
verlicht. Een rommelige of onverlichte
werkomgeving kan tot ongevallen leiden.
b) Werk met het elektrisch gereedschap niet in
een omgeving met explosiegevaar waarin zich
brandbare vloeistoffen, gassen of stoffen
bevinden. Elektrische gereedschappen
veroorzaken vonken die het stof of de dampen tot
ontsteking kunnen brengen.
c) Houd kinderen en andere personen tijdens
het gebruik van het elektrische gereedschap
uit de buurt. Wanneer u wordt afgeleid, kunt de
controle over het gereedschap verliezen.
3.2 Elektrische veiligheid
a) De aansluitstekker van het elektrisch
gereedschap moet in het stopcontact passen.
De stekker mag in geen geval worden
veranderd. Gebruik geen adapterstekker in
combinatie met geaarde elektrische
gereedschappen. Onveranderde stekkers en
passende stopcontacten beperken het risico van
een elektrische schok.
b) Voorkom aanraking van het lichaam met
geaarde oppervlakken, bijvoorbeeld van
buizen, verwarmingen, fornuizen en
koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico door
een elektrische schok wanneer uw lichaam geaard
is.
c) Houd de elektrische gereedschappen uit de
buurt van regen en vocht. Het binnendringen van
water in het elektrische gereedschap vergroot het
risico van een elektrische schok.
d) Gebruik de kabel niet voor een verkeerd
doel, om het elektrisch gereedschap te dragen
of op te hangen of om de stekker uit het
stopcontact te trekken. Houd de kabel uit de
buurt van hitte, olie, scherpe randen en
bewegende gereedschapdelen. Beschadigde of
in de war geraakte kabels vergroten het risico van
een elektrische schok.
e) Wanneer u buitenshuis met elektrisch
gereedschap werkt, dient u alleen
verlengkabels te gebruiken die voor gebruik
buitenshuis geschikt zijn. Het gebruik van een
voor gebruik buitenshuis geschikte verlengkabel
beperkt het risico van een elektrische schok.
f) Wanneer het onvermijdelijk is om elektrisch
gereedschap in een vochtige omgeving te
gebruiken, maak dan gebruik van een
aardlekschakelaar. Het gebruik van een
aardlekschakelaar beperkt het risico van een
elektrische schok.
3.3 Veiligheid van personen
a) Wees alert, let goed op wat u doet en ga met
verstand te werk bij het gebruik van het
elektrische gereedschap. Gebruik geen
elektrisch gereedschap wanneer u moe bent of
onder invloed staat van drugs, alcohol of
medicijnen. Een moment van onoplettendheid bij
het gebruik van elektrisch gereedschap kan tot
ernstige verwondingen leiden.
b) Draag persoonlijke beschermende uitrusting
en altijd een veiligheidsbril. Het dragen van
persoonlijke beschermende uitrusting zoals een
stofmasker, slipvaste werkschoenen, een
veiligheidshelm of gehoorbescherming, afhankelijk
van de aard en het gebruik van het elektrische
gereedschap, vermindert het risico van
verwondingen.
1. Conformiteitsverklaring
2. Beoogd gebruik
3. Algemene
veiligheidsinstructies
NEDERLANDS nl
19
c) Voorkom per ongeluk inschakelen. Verzeker
u ervan dat het elektrisch gereedschap
uitgeschakeld is voordat u het op de
stroomvoorziening en/of de accu aansluit, het
oppakt of het draagt. Wanneer u bij het dragen
van het elektrisch gereedschap uw vinger aan de
schakelaar hebt of wanneer u het gereedschap
ingeschakeld op de stroomvoorziening aansluit,
kan dit tot ongevallen leiden.
d) Verwijder instelgereedschappen of
schroefsleutels voordat u het elektrisch
gereedschap inschakelt. Een instelgereed-schap
of sleutel in een draaiend deel van het gereedschap
kan tot verwondingen leiden.
e) Vermijd een abnormale lichaamshouding.
Zorg ervoor dat u stevig staat en steeds in
evenwicht blijft. Daardoor kunt u het elektrisch
gereedschap in onverwachte situaties beter onder
controle houden.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen
loshangende kleding of sieraden. Houd haren,
kleding en handschoenen uit de buurt van
bewegende delen. Loshangende kleding,
sieraden en lange haren kunnen door bewegende
delen worden meegenomen.
g) Wanneer stofafzuigings- of stofopvang-
voorzieningen kunnen worden gemonteerd,
dient u zich ervan te verzekeren dat deze zijn
aangesloten en juist worden gebruikt. Het
gebruik van een stofafzuiging kan het gevaar door
stof verminderen.
3.4 Gebruik en onderhoud van elektrische
gereedschappen
a) Overbelast het gereedschap niet. Gebruik
voor uw werkzaamheden het daarvoor
bestemde elektrische gereedschap. Met het
passende elektrische gereedschap werkt u beter en
veiliger binnen het aangegeven capaciteitsbereik.
b) Gebruik geen elektrisch gereedschap
waarvan de schakelaar defect is. Elektrisch
gereedschap dat niet meer kan worden in- of
uitgeschakeld, is gevaarlijk en moet worden
gerepareerd.
c) Trek de stekker uit het stopcontact en/of
verwijder de accu voordat u het gereedschap
instelt, toebehoren wisselt of het gereedschap
weglegt. Deze voorzorgsmaatregel voorkomt
onbedoeld starten van het elektrisch gereedschap.
d) Bewaar niet-gebruikte elektrische
gereedschappen buiten bereik van kinderen.
Laat het gereedschap niet gebruiken door
personen die er niet mee vertrouwd zijn en
deze aanwijzingen niet hebben gelezen.
Elektrische gereedschappen zijn gevaarlijk
wanneer deze door onervaren personen worden
gebruikt.
e) Verzorg het elektrisch gereedschap
zorgvuldig. Controleer of bewegende delen
correct functioneren en niet vastklemmen en of
onderdelen zodanig gebroken of beschadigd
zijn dat de werking van het elektrisch
gereedschap nadelig wordt beïnvloed. Laat
beschadigde delen repareren voordat u het
gereedschap gebruikt. Veel ongevallen hebben
hun oorzaak in slecht onderhouden elektrische
gereedschappen.
f) Houd snijdende inzetgereedschappen
scherp en schoon. Zorgvuldig onderhouden
snijdende inzetgereedschappen met scherpe
snijkanten klemmen minder snel vast en zijn
gemakkelijker te geleiden.
g) Gebruik elektrisch gereedschappen,
toebehoren, inzetgereedschappen en
dergelijke volgens deze aanwijzingen. Let
daarbij op de arbeidsomstandigheden en de uit
te voeren werkzaamheden. Het gebruik van
elektrische gereedschappen voor andere dan de
voorziene toepassingen kan tot gevaarlijke situaties
leiden.
3.5 Service
a) Laat het elektrisch gereedschap alleen
repareren door gekwalificeerd en vakkundig
personeel en alleen met originele
vervangingsonderdelen. Daarmee wordt
gewaarborgd dat de veiligheid van het
gereedschap in stand blijft.
Draag gehoorbescherming. Lawaai kan leiden
tot gehoorverlies.
Gebruik de extra handgreep die bij de levering
van het apparaat inbegrepen is. Verlies van
controle kan tot letsel leiden.
Houd het apparaat alleen vast aan de
geïsoleerde greepvlakken wanneer u
werkzaamheden uitvoert waarbij het
inzetgereedschap verborgen stroomleidingen
of het eigen netsnoer kan raken. Door het
contact met een onder spanning staande leiding
kunnen ook metalen onderdelen van het apparaat
onder spanning worden gezet, met een elektrische
schok als mogelijk gevolg.
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u het
apparaat instelt, ombouwt, reinigt of er onderhoud
aan pleegt.
Zorg ervoor dat de extra handgreep goed is
aangebracht.
Houd de machine altijd met beide handen aan de
hiervoor bestemde handgrepen vast, zorg ervoor
dat u stevig staat en werk geconcentreerd.
Draag altijd een veiligheidsbril,
werkhandschoenen, een stofmasker en stevig
schoeisel bij het werken met elektrisch
gereedschap!
Zorg er (bijv. met behulp van een metaaldetector)
voor dat zich op de plaats die bewerkt moet worden,
geen stroom-, water- of gasleidingen bevinden.
Werk alleen met gereedschap dat op de juiste
manier is geplaatst. Controleer of het gereedschap
goed is bevestigd door er aan te trekken. (Het
gereedschap dient een paar centimeter in axiale
richting bewogen te kunnen worden.)
4. Speciale
veiligheidsvoorschriften
NEDERLANDSnl
20
Zorg er bij werkzaamheden boven het vloerniveau
voor dat de ruimte daaronder vrij is.
Raak niet direct na het werk het inzetgereedschap
of onderdelen in de buurt van het inzetgereedschap
aan, omdat deze zeer heet kunnen zijn en kunnen
leiden tot huidverbrandingen.
Het netsnoer dient altijd achter de machine te
worden weggeleid.
Een beschadigde of gebarsten extra greep dient te
worden vervangen. De machine niet gebruiken
indien de extra handgreep defect is.
Beveilig het werkstuk tegen verschuiven of draaien
(bijv. door het vast te zetten met bankschroeven):
De stofbelasting verminderen:
Stofdeeltjes die tijdens het werken met deze
machine ontstaan, kunnen stoffen bevatten
die kanker, allergische reacties, aandoeningen aan
de luchtwegen, aangeboren afwijkingen of andere
voortplantingsproblemen kunnen veroorzaken.
Enkele voorbeelden van dergelijke stoffen zijn: lood
(in loodhoudende verf), mineraal stof (uit
bakstenen, beton e.d.), additieven voor de
behandeling van hout (chromaat,
houtverduurzamingsmiddelen), enkele houtsoorten
(zoals eiken- of beukenstof), metalen, asbest.
Het risico is afhankelijk van het feit hoe lang de
gebruiker of in de buurt aanwezige personen aan de
stofbelasting worden blootgesteld.
Deze stofdeeltjes mogen niet in het lichaam
terechtkomen.
Om de belasting met deze stoffen te verminderen:
Zorg voor een goede ventilatie van de werkplek en
draag geschikte beschermingsmiddelen, zoals bijv.
stofmaskers die in staat zijn om de microscopisch
kleine stofdeeltjes uit de lucht te filteren.
Neem de voor uw materiaal, personeel,
toepassingsgeval en locatie geldende richtlijnen in
acht (bijv. arbeidsveiligheidsbepalingen,
afvalbehandeling).
Verzamel de ontstane stofdeeltjes op de plaats
waar deze ontstaan, voorkom dat ze neerslaan in
de omgeving.
Gebruik voor speciale werkzaamheden geschikt
toebehoor. Daardoor komen slechts weinig deeltjes
ongecontroleerd in de omgeving terecht.
Gebruik een geschikte stofafzuiging.
Verminder de stofbelasting door:
- de vrijkomende stofdeeltjes en de af te voeren
luchtstroom van de machine niet op de gebruiker
zelf of in de buurt aanwezige personen of op
neergeslagen stof te richten,
- een afzuiginstallatie en/of een luchtfilter te
plaatsen,
- de werkplek goed te ventileren en door te
stofzuigen schoon te houden. Vegen of blazen
wervelt het stof op.
- Zuig of was de beschermende kleding. Niet
uitblazen, uitslaan of uitborstelen.
Zie pagina 2.
1 Extra handgreep
2Vleugelschroef (om de boordiepteaanslag in te
stellen) *
3Boordiepteaanslag *
4 Stofkap
5 Gereedschapvergrendeling
6Schakelknop
7 Drukschakelaar
8 Handgreep
* afhankelijk van de uitvoering
Controleer voordat de machine in gebruik
wordt genomen, of de op het typeplaatje
aangegeven spanning met de netspanning
overeenkomt.
Schakel altijd een aardlekschakelaar (RCD)
met een max. aanspreekstroom van 30 mA
voor de machine.
Alleen verlengkabels met een minimale doorsnede
van 1,5 mm
2
gebruiken. Verlengkabels dienen voor
het op te nemen vermogen van de machine
geschikt te zijn (zie de technische gegevens). Bij
gebruik van een kabelrol de kabel altijd volledig
afrollen.
6.1 Montage van de extra handgreep
Om veiligheidsredenen altijd de
meegeleverde extra handgreep (1) gebruiken.
Klemring openen door de extra handgreep (1) naar
links te draaien. De extra handgreep kan in de
gewenste hoek worden aangebracht. De extra
handgreep krachtig vastdraaien.
7.1 Instellen van de boordiepteaanslag
Vleugelschroef (2) losdraaien. Boordiepteaanslag
(3) instellen op de gewenste boordiepte.
Vleugelschroef (2) weer vastdraaien.
7.2 Gereedschap plaatsen, uitnemen
Gereedschap-insteekeinde voor het inzetten
reinigen en met het bijgevoegde speciale vet
invetten (toebehoren: best.-nr. 6.31800)! Alleen
SDS-max gereedschappen gebruiken!
De stofkap (4) verhindert het binnendringen
van boorstof tijdens het gebruik. Tijdens het
gebruik van het gereedschap erop letten, dat de
stofkap (4) niet beschadigd is.
Gereedschap plaatsen:
Bij het plaatsen van het gereedschap dient u de
gereedschapsvergrendeling (5) in de voorste
positie te houden. Gereedschap draaien en
insteken tot het vast klikt. Het gereedschap wordt
vergrendeld.
Controleer of het gereedschap goed is
bevestigd door er aan te trekken. (Het
gereedschap dient een paar centimeter in axiale
richting bewogen te kunnen worden.)
5. Overzicht
6. Ingebruikname
7. Gebruik
NEDERLANDS nl
21
Gereedschap verwijderen:
Gereedschapvergrendeling (5) in de pijlrichting
naar achteren trekken (a) en het gereedschap
verwijderen (b). Zie pagina 3.
7.3 Gebruiksmodus en beitelpositie instellen
Hendelbewegingen van de machine met
ingespannen beitel vermijden.
Schakelknop (6) alleen gebruiken wanneer de
motor stilstaat.
U kunt de gewenste functie selecteren door aan de
schakelknop (6) te draaien.
Hamerboren
Beitelen
Stand om de beitel in de gewenste positie te
draaien.
Positie van de beitel instellen:
De beitel kan in
verschillende posities worden vergrendeld.
- De beitel monteren.
- De schakelknop (6) in de tussenstand draaien .
- Aan de beitel draaien tot hij zich in de gewenste
positie bevindt.
- De schakelknop (6) in stand draaien.
- Aan de beitel draaien tot hij vast klikt.
Als u een beitel in de boorhamer aangebracht
hebt, gebruik de machine dan uitsluitend in de
stand Beitelen .
7.4 In-/uitschakelen
Om de machine in te schakelen
de drukschakelaar
(7) van de machine indrukken. Om uit te schakelen
de drukschakelaar (7) loslaten.
Elektrisch gereedschap regelmatig, vaak en
grondig door alle luchtspleten uitzuigen of met
droge lucht uitblazen. Trek eerst de stekker van het
elektrisch gereedschap uit het stopcontact en
draag tijdens het schoonmaken veiligheidsbril en
stofmasker.
Een beschadigde stofkap (4) dient direct te
worden vervangen.
Voor het vervangen van de stofkap (4) de
gereedschapsvergrendeling (5) naar achteren
schuiven. De stofpak vastpakken en stevig schuin
naar voren eraf trekken. De nieuwe stofkap schuin
op de spil plaatsen en stevig vastdrukken.
Gebruik alleen originele Metabo toebehoren.
Gebruik alleen accessoires die voldoen aan de in
deze gebruiksaanwijzing genoemde eisen en
kenmerken.
Compleet toebehorenprogramma, zie
www.metabo.com of de catalogus.
Reparaties aan elektrische gereedschap mogen
uitsluitend door een erkende elektricien worden
uitgevoerd!
Neem voor elektrisch gereedschap van Metabo dat
gerepareerd dient te worden contact op met uw
Metabo-vertegenwoordiging. Zie voor adressen
www.metabo.com.
Lijsten met reserveonderdelen kunt u via
www.metabo.com downloaden.
Neem de nationale voorschriften in acht voor een
milieuvriendelijke verwijdering en de recycling van
afgedankte machines, verpakkingen en
toebehoren.
Alleen voor EU-landen: Geef uw elektrisch
gereedschap nooit met het huisvuil mee!
Volgens de Europese richtlijn 2012/19/Eu
inzake gebruikte elektrische en elektronische appa-
raten en de vertaling hiervan in de nationale wetge-
ving dient oud elektrisch gereedschap gescheiden
te worden ingezameld en op milieuvriendelijke wijze
te worden afgevoerd.
Toelichting op de gegevens van pagina 3.
Wijzigingen en technische verbeteringen
voorbehouden.
P
1
=nominaal vermogen
P
2
=afgegeven vermogen
n
1
=toerental bij onbelast draaien
D
1
=max. boordiameter in beton met
hamerboren
D
2
=max. boordiameter in beton met
hamerboorkronen
s
max
=maximale slagfrequentie
W =energie per slag
C =aantal beitelstanden
m =gewicht zonder netsnoer
Meetgegevens volgens de norm EN 60745.
Machine van beveiligingsklasse II
~ Wisselstroom
De vermelde technische gegevens zijn
tolerantiewaarden (overeenkomstig de betreffende
geldige norm).
Emissiewaarden
Deze waarden maken een beoordeling van de
emissie van het elektrische gereedschap en een
vergelijking van de verschillende elektrische
gereedschappen mogelijk. Afhankelijk van het
gebruik, de toestand van het elektrische
gereedschap of het inzetgereedschap kan de
daadwerkelijke belasting hoger of lager uitvallen.
Neem voor de beoordeling pauzes en fases met
een lagere belasting in aanmerking. Bepaal op
grond van de overeenkomstig aangepaste
taxatiewaarden maatregelen ter bescherming van
de gebruiker, bijv. organisatorische maatregelen.
8. Reiniging, onderhoud
9. Toebehoren
10. Reparatie
11. Milieubescherming
12. Technische gegevens
NEDERLANDSnl
22
Totale trillingswaarde (vectorsom van drie
richtingen) vastgesteld conform EN 60745:
a
h, HD
=trillingsemissiewaarde (hamerboren in
beton)
a
h, Cheq
=trillingsemissiewaarde (beitelen)
K
h,HD/Cheq
= onzekerheid (trilling)
Typisch A-gekwalificeerd geluidsniveau
:
L
pA
= geluidsdrukniveau
L
WA
= geluidsvermogensniveau
K
pA
, K
WA
= onzekerheid
Meetgegevens volgens norm EN 60745.
L
WA(M)
=gemeten geluidsvermogensniveau
conform 2000/14/EG
L
WA(G)
=gegarandeerd geluidsvermogensniveau
conform 2000/14/EG
Tijdens het werken kan het geluidsniveau de
80 dB(A) overschrijden.
Draag gehoorbescherming!
/