Documenttranscriptie
Geachte klant,
Voordat u uw nieuwe apparaat in gebruik neemt, dient u deze
gebruiksaanwijzing aandachtig te lezen. U vindt hierin belangrijke informatie
m.b.t. veilig gebruik, opstelling en onderhoud van het apparaat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing zodat u nog eens iets kunt nalezen. Geef het
boekje door aan een eventuele volgende eigenaar van het apparaat.
Deze gebruiksaanwijzing is bestemd voor meerdere, technisch vergelijkbare
modellen in verschillende uitvoeringen. Let dus op de aanwijzingen die op uw
apparaat betrekking hebben.
Met de waarschuwingsdriehoek en/of door signaalwoorden (Waarschuwing!,
Voorzichtig!, Attentie!) geven wij aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw
veiligheid of voor het functioneren van het apparaat. Let goed op deze
aanwijzingen.
1. Dit symbool en de cijfers voeren u stap voor stap door de bediening van het
apparaat.
2.…
Bij dit symbool vindt u aanvullende informatie m.b.t. bediening en praktisch
gebruik van het apparaat.
Het klaverblad staat voor tips en aanwijzingen m.b.t. economisch en
milieuvriendelijk gebruik van het apparaat.
Mocht er een storing optreden, dan vindt u in dit boekje aanwijzingen om
kleine storingen zelf op te heffen, zie hoofdstuk "Wat te doen als"....
Bij technische problemen kunt u altijd contact opnemen met onze
service-afdeling.
U bent nu in het bezit van een AEG product. Vanzelfsprekend kunt u ook
tijdens het gebruik van uw product op AEG rekenen. Daarom nodigen wij u
van harte uit u te registreren op onze internetsite www.mijnapparaten.nl. Wij
kunnen u dan nog beter van dienst zijn met informatie over producten,
gebruiksaanwijzingen, tips, innovaties, oplossingen voor storingen etc.
Gedrukt op milieuvriendelijk gefabriceerd papier.
Wie milieubewust denkt, handelt ook zo …
24
Inhoud
Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .27
Afvalverwerking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
Informatie over het verpakkingsmateriaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
Oud apparaat verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
Apparaat vervoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
Transportbeveiliging verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
Opstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
Plaats van opstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
Het apparaat heeft lucht nodig . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
Apparaat richten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
Inbouw onder een werkblad . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
Bovenblad verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
Inbouw en bevestiging aan een doorlopend werkblad . . . . . . . . . . . . . . .32
Deurscharnier omzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
Beschrijving van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35
Frontaanzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35
Vóór het in gebruik nemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36
In gebruik nemen en temperatuurregeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .36
Apparaat uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37
Interieur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
Legplateaus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
Op de juiste wijze indelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .39
Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40
De koelruimte wordt automatisch ontdooid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40
Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .40
Tips voor het besparen van energie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .41
Wat te doen als ... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .42
Hulp bij storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .42
Lamp vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .44
Bepalingen, normen, richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .44
Bedrijfsgeluiden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .45
25
Vaktermen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .45
Service . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .46
Garantievoorwaarden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .47
Repartievoorwaarden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .49
26
Veiligheid
De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de Europese en
Nederlandse normen. Toch zien wij ons genoodzaakt, u op het volgende te
wijzen:
Gebruik volgens de voorschriften
Het apparaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden. Het is geschikt
om levensmiddelen te koelen. Als het apparaat voor verkeerde doeleinden
wordt gebruikt of foutief wordt bediend, wordt eventuele schade niet door
de garantiebepalingen gedekt.
Constructieve wijzigingen of veranderingen aan het apparaat zijn uit
veiligheidsoverwegingen niet toegestaan.
Als u dit apparaat gebruikt voor industriële doeleinden of voor andere
doeleinden dan het koelen van levensmiddelen, dient u de daarvoor
geldende wettelijke bepalingen in acht te nemen.
Voor het in gebruik nemen
Controleer of het apparaat geen transportschade heeft. Een beschadigd
apparaat in geen geval aansluiten! Wend u in geval van schade tot uw
leverancier.
Zorg ervoor dat het apparaat niet op het aansluitsnoer staat.
Koelmiddel
Het apparaat bevat in de koelmiddelkringloop het koelmiddel isobutaan
(R600a), een natuurlijk gas dat milieuvriendelijk, maar brandbaar is.
Waarschuwing - Let er bij vervoeren en opstellen van het apparaat op, dat
er geen onderdelen van de koelmiddelkringloop beschadigd raken.
Bij beschadiging van de koelmiddelkringloop:
- open vuur en ontstekingsbronnen beslist vermijden;
- de ruimte waarin het apparaat staat goed ventileren.
Veiligheid van kinderen
Delen van de verpakking (bijv. folie, styropor) kunnen gevaarlijk zijn voor
kinderen. Verstikkingsgevaar! Verpakkingsmateriaal uit de buurt van
kinderen houden.
Afgedankte apparaten onbruikbaar maken voordat u ze wegdoet. Stekker
uit het stopcontact trekken, aansluitsnoer afsnijden, eventuele snap- of
grendelsloten verwijderen of onbruikbaar maken. Daardoor voorkomt u,
dat spelende kinderen elkaar of zichzelf in het apparaat opsluiten
(verstikkingsgevaar) of in andere levensgevaarlijke situaties terechtkomen.
Kinderen zien vaak de gevaren niet die de omgang met elektrische
apparaten met zich meebrengt. Zorg daarom voor het nodige toezicht en
laat kinderen niet met het apparaat spelen.
27
In het dagelijks gebruik
Bussen of flessen met brandbaar gas of vloeistof kunnen door koudeinwerking ondicht worden. Explosiegevaar! Bewaar geen bussen of flessen
met brandbare stoffen, zoals spuitbussen, navullingen voor aanstekers enz.
in het apparaat.
Waarschuwing - Geen elektrische apparaten (bijv. elektrische ijsmachine,
mixer enz.) in het apparaat gebruiken.
Waarschuwing - Om het functioneren van het apparaat niet nadelig te
beïnvloeden, mogen de ventilatie-openingen van het apparaat of het
inbouwmeubel niet worden afgedekt of versperd.
Waarschuwing - Gebruik m.u.v. de in deze gebruiksaanwijzing aanbevolen
hulpmiddelen geen mechanische of kunstmatige hulpmiddelen om het
ontdooiproces te bespoedigen.
Vóór het schoonmaken altijd het apparaat uitschakelen en de stekker uit
het stopcontact trekken of de zekering in de huisinstallatie uitschakelen.
Meerwegstekkers, koppelingen en verlengsnoeren mogen niet worden
gebruikt.
Controleer of het aansluitsnoer niet door de achterkant van het
apparaat wordt afgekneld en beschadigd. Een beschadigd aansluitsnoer
kan oververhit raken en brand veroorzaken.
Geen zware voorwerpen of het apparaat zelf op het aansluitsnoer zetten.
Kans op kortsluiting en brand!
In geval van storing
Mocht er een storing aan het apparaat optreden, kijk dan eerst in deze
gebruiksaanwijzing onder "Wat te doen als...". Als de aanwijzingen daar u
niet verder helpen, voer dan verder zelf geen werkzaamheden uit.
Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor
de gebruiker leiden. Wend u bij reparaties tot uw vakhandelaar of onze
service-afdeling.
De stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact trekken, maar altijd
aan de stekker zelf. Let vooral op als het apparaat uit de nis wordt
getrokken. Beschadiging van het aansluitsnoer kan kortsluiting, brand
en/of elektrische schokken veroorzaken.
Als het aansluitsnoer van dit apparaat beschadigd is, moet het door
onze service-afdeling worden vervangen.
De stekker nooit in een loszittend of beschadigd stopcontact steken. Kans
op elektrische schokken en brand!
28
Afvalverwerking
Informatie over het verpakkingsmateriaal
Gooi het verpakkingsmateriaal van uw apparaat op de juiste wijze weg. Alle
gebruikte materialen zijn niet schadelijk voor het milieu en kunnen
hergebruikt worden.
Over de materialen: De kunststoffen kunnen ook hergebruikt worden en
hebben de volgende aanduidingen:
>PE< voor polyethyleen, bijv. de buitenste verpakking en de zakjes binnenin.
>PS< voor geschuimd polystyreen, bijv. de hoekbeschermers, volkomen cfkvrij.
Oud apparaat verwijderen
Om milieuredenen moeten koelapparaten op deskundige wijze worden
verwerkt. Dat geldt voor uw oude apparaat en ook voor uw nieuwe apparaat
als dat aan vervanging toe is.
Waarschuwing! Afgedankte apparaten onbruikbaar maken voordat u ze
wegdoet. Stekker uit het stopcontact trekken, aansluitsnoer afsnijden,
eventuele snap- of grendelsloten verwijderen of onbruikbaar maken.
Daardoor voorkomt u, dat spelende kinderen elkaar of zichzelf in het
apparaat opsluiten (verstikkingsgevaar) of in andere levensgevaarlijke
situaties terechtkomen.
Aanwijzingen voor het weggooien:
Het apparaat mag niet bij het huisvuil worden gezet.
De koelmiddelkringloop, vooral de warmtewisselaar aan de achterkant van
het apparaat, mag niet beschadigd raken.
Het symbool
op het product of op de verpakking wijst erop dat dit
product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden
afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische
apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de
juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen
voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het
recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht.
Apparaat vervoeren
Om het apparaat te vervoeren zijn twee personen nodig.
Het apparaat rechtop en liefst in de originele verpakking vervoeren.
29
Transportbeveiliging verwijderen
Het apparaat en delen van het interieur zijn voor het transport beveiligd.
1.Alle plakband en kunststof delen uit de binnenruimte van het apparaat
nemen.
Eventuele resten van plakband kunt u met wasbenzine verwijderen.
Opstellen
Plaats van opstelling
Zet het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte.
De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik en het
functioneren van het apparaat.
Daarom moet het apparaat
- niet direct in de zon staan;
- niet naast een fornuis, kachel of andere warmtebron staan;
- alleen op een plaats staan waarvan de omgevingstemperatuur
overeenkomt met de klimaatklasse waarvoor het apparaat is uitgevoerd.
De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje, dat zich links binnenin het
apparaat bevindt.
In onderstaande tabel ziet u, welke omgevingstemperatuur bij welke
klimaatklasse hoort.
klimaatklasse
voor omgevingstemperatuur van
SN
+10 tot +32°C
N
+16 tot +32°C
ST
+18 tot +38°C
T
+18 tot +43°C
Als opstelling naast een warmtebron niet te vermijden is, moet aan de zijkant
van het apparaat de volgende minimale afstand worden aangehouden:
- tot een elektrisch fornuis 3 cm;
- tot een olie- of kolenfornuis 30 cm.
Anders is opstelling van een warmte-isolerende plaat tussen fornuis en
koelapparaat noodzakelijk.
Als het koelapparaat naast een ander koel- of vriesapparaat staat, is een
afstand van 5 cm aan weerszijden aan te bevelen, zodat zich geen condens
vormt aan de buitenkant van de apparaten.
Directe inbouw onder een kookplaat is niet toegestaan. De voor een deel
hoge stralingstemperaturen van de kookplaat kunnen het apparaat
beschadigen.
Als in de buurt van het apparaat een kookplaat wordt ingebouwd, moeten de
betreffende inbouw- en veiligheidsvoorschriften worden opgevolgd. Door het
30
grote aantal mogelijke inbouwsituaties kunnen we hier geen gedetailleerde
aanwijzingen geven.
Door voldoende afstand en aanbrengen van een geschikte warmte-isolerende
plaat moet worden voorkomen dat het koelapparaat wordt verwarmd.
Ventilatie van het koelapparaat volgens de voorschriften moet gewaarborgd
zijn.
Het apparaat heeft lucht nodig
De luchttoevoer vindt plaats
onder de deur via de
ventilatiesleuf tussen apparaat
en vloer, de luchtafvoer via het
bovenste ventilatierooster. Let
erop dat deze openingen niet
door sokkelpanelen e.d. worden
afgedekt.
Attentie! Als het apparaat bijv.
onder een bovenkast wordt
opgesteld, moet een afstand
van minimaal 10 cm tussen de
bovenkant van het apparaat en
het daarboven aangebrachte
meubel worden aangehouden (A).
Apparaat richten
1. Het apparaat moet waterpas en stabiel staan. Eventuele oneffenheden in de
vloer compenseren door in- of uitdraaien van de stelvoeten voor.
Inbouw onder een werkblad
Het koelapparaat kan onder
een doorlopend werkblad
worden ingebouwd. Hiervoor
moet het bovenblad van het
koelapparaat
verwijderd
worden
(zie
"Bovenblad
verwijderen").
De minimaal vereiste hoogte
tot het doorlopende werkblad
bedraagt 820 mm.
Om
een
onberispelijke
ventilatie te garanderen moet
achter in het werkblad een
ventilatie-opening
van
minimaal 200 cm2 gepland
worden.
Een
passend
ventilatierooster in wit is als extra leverbaar accessoire verkrijgbaar.
De snijvlakken van het werkblad met geschikte middelen beschermen (bijv.
lak) om te voorkomen dat ze opzwellen als er vocht binnenkomt.
31
De afstand van het koelapparaat tot de wand moet minimaal 30 mm
bedragen. Componenten van het koelapparaat als compressor en condensor
mogen, om geluid te voorkomen, niet tegen de wand aanliggen. Vóór
inzetten van het ventilatierooster afstand en positie van de componenten
controleren.
Extra leverbaar accessoire:
A ventilatierooster, wit
Bovenblad verwijderen
Om het bovenblad te verwijderen
gaat u als volgt te werk:
1. Bevestigingsschroeven rechts en links
achter uitdraaien.
2. Bovenblad aan de voorkant iets
optillen, ca. 20 mm naar achteren
schuiven en aan de voorkant naar
boven losnemen.
3. Bladhouders rechts en links voor
losschroeven.
4. Bladhouders en schroeven samen
met het bovenblad bewaren.
Inbouw en bevestiging aan een doorlopend werkblad
Vóór het inbouwen eventueel het
deurscharnier
omzetten
(zie
"Deurscharnier omzetten").
Het apparaat voorzichtig in de nis
schuiven.
Erop letten dat het aansluitsnoer
niet afgekneld wordt.
Afstand tot de wand controleren (zie
"Inbouw onder een werkblad").
Het apparaat door in- of uitdraaien
van de twee stelvoeten aan de
voorkant richten zodat het stabiel
staat.
Met een geschikte schroef (keuze afhankelijk van soort werkblad en afstand
apparaat tot werkblad, niet meegeleverd) het apparaat door het bovenste
deurscharnier onder het werkblad bevestigen. Hierbij indien nodig de
tussenruimte tussen deurscharnier en werkblad met een geschikte tussenlaag
(kunststof of hout, niet meegeleverd) compenseren. Hierdoor wordt
voorkomen dat het deurscharnier verbogen wordt waardoor functiestoringen
kunnen ontstaan.
32
Deurscharnier omzetten
Het deurscharnier kan van rechts (leveringstoestand) naar links worden
omgezet, als plaats van opstelling of bedieningsgemak dat vereisen.
U kunt het deurscharnier ook tegen betaling door een vakman laten
omzetten. Neem dan contact op met onze service-afdeling.
Waarschuwing! Bij het omzetten van het deurscharnier mag het apparaat
niet aan het stroomnet aangesloten zijn. Eerst de stekker uit het stopcontact
trekken.
1. Apparaat voorzichtig naar
achteren kantelen en op een
deken op de vloer leggen.
2. Let erop dat de compressor en de
condensor niet in aanraking
komen met de vloer.
3. De twee voorste stelvoeten
losschroeven.
Deurscharnier rechts onder
losschroeven door de drie
schroeven los te draaien en het
deurscharnier
met
de
scharnierbout naar beneden
losnemen.
Schroef op de linker kant
uitdraaien en op de rechter kant
weer indraaien.
4. De deur in licht geopende
toestand
naar
onderen
losnemen.
5. Bovenste
scharnierbout
uitdraaien
en
op
de
tegenoverliggende kant weer
indraaien.
6. De deur weer inzetten.
7. Scharnierbout
volgens
de
afbeelding in het deurscharnier
omzetten.
8. Scharnierbout links onder in de
apparaatdeur
inzetten
en
deurscharnier met de drie
schroeven vastschroeven.
9. De twee voorste stelvoeten aanbrengen en apparaat rechtop zetten.
10. Deurgreep van links naar rechts omzetten en gaten met de afdekstiften
afsluiten.
33
Elektrische aansluiting
Voor de elektrische aansluiting is
een volgens de voorschriften
geïnstalleerd stopcontact met
randaarde noodzakelijk. Dit moet
zodanig aangebracht zijn, dat de
stekker er makkelijk uitgetrokken
kan worden. Als het apparaat
onder een doorlopend werkblad
wordt ingebouwd, moet het
stopcontact
volgens
de
afbeelding worden aangebracht.
De elektrische zekering moet
minstens 10/16 bedragen. Als het
stopcontact na inbouwen van het
apparaat niet meer bereikbaar is,
moet in de elektrische installatie
een inrichting worden aangebracht die het mogelijk maakt om het apparaat
van het net te scheiden (bijv. zekering, hoofdschakelaar, aardlekschakelaar
met een contactopening van min. 3 mm).
Controleer vóór in gebruik nemen op het typeplaatje van het apparaat of
spanning en stroomsoort overeenkomen met spanning en stroomsoort op de
plaats van opstelling.
Bijv. AC 220...240 V 50 Hz of
220...240 V ~ 50 Hz
(d.w.z. 220 tot 240 volt wisselspanning, 50 Hertz)
Het typeplaatje vindt u links binnenin het apparaat.
34
Beschrijving van het apparaat
Frontaanzicht
(verschillende modellen)
1
2
3
4
5
6
7
glazen legplateau
dooiwateruitloop
groente-/fruitbak
typeplaatje
verstelbare voeten
boter-/kaasvak met klepje
temperatuurregelaar en
binnenverlichting
8 deurvak
9
10
11
12
13
14
15
16
deurafdichting
flessenrek
eierrek
luchtafvoer
ventilatierooster
condensor
dooiwateropvangbak
compressor
35
Vóór het in gebruik nemen
Laat het apparaat voordat u het aansluit en in gebruik neemt 2 uur staan,
zodat de olie naar de compressor terug kan stromen. Anders zou de
compressor beschadigd kunnen raken.
1. Reinig vóór het in gebruik nemen de binnenkant en alle accessoires (zie
hoofdstuk "Reiniging en onderhoud").
In gebruik nemen en temperatuurregeling
De temperatuurregelaar bevindt zich rechts boven in de koelruimte en is
tegelijk AAN/UIT-schakelaar.
Stand "0" = koeling uit
Stand "1" = warmste
binnentemperatuur
Stand "5" = koudste
binnentemperatuur
1. Stekker in het stopcontact
steken.
2. Gewenste temperatuur instellen door de temperatuurregelaar te draaien.
De binnenverlichting gaat aan. De compressor start en loopt dan
automatisch.
3. Als u een hogere of een lagere temperatuur wilt, draait u de
temperatuurregelaar op een warmere resp. koudere stand.
Aanwijzing: Bij wijziging van de instelling start de compressor niet direct, als
er op dat moment juist automatisch wordt ontdooid.
Omdat de bewaartemperatuur in de koelruimte snel wordt bereikt, kunt u
direct na het inschakelen de koelruimte vullen.
Uit voedingswetenschappelijk standpunt is +5°C voor de koelruimte koud
genoeg als bewaartemperatuur.
36
De volgende factoren hebben invloed op de binnentemperatuur:
- omgevingstemperatuur;
- hoeveelheid en temperatuur van de opgeslagen levensmiddelen;
- vaak of lang openen van de deur;
- een storing aan het apparaat.
Daarom moet de instelling van de temperatuurregelaar eventueel aan de
omstandigheden worden aangepast.
Belangrijk!
Hoge omgevingstemperatuur (bijv. op hete zomerdagen) en koude instelling
van de temperatuurregelaar (stand "5") kunnen ertoe leiden dat de
compressor continu werkt.
Reden: de compressor moet ononderbroken lopen om bij hoge
omgevingstemperatuur de lage temperatuur in het apparaat te handhaven.
Het apparaat wordt dan niet meer ontdooid - want automatisch ontdooien
is alleen mogelijk als de compressor stilstaat (zie ook hoofdstuk "Ontdooien").
Sterke rijpvorming op de achterwand van de koelruimte is het gevolg.
Zet in dit geval de temperatuurregelaar op een warmere stand (stand "3" tot
"4"). Bij deze instelling wordt de compressor geregeld en het ontdooiproces
begint weer automatisch.
Apparaat uitschakelen
1. Om het apparaat uit te schakelen de temperatuurregelaar op stand "0"
draaien.
Als het apparaat voor langere tijd buiten bedrijf moet worden gesteld:
1. Apparaat uitschakelen door de temperatuurregelaar op stand "0" te draaien.
2. Stekker uit het stopcontact trekken of zekering in de huisinstallatie
uitschakelen.
3. Apparaat grondig reinigen (zie hoofdstuk "Reiniging en onderhoud").
4. Deur open laten staan om reukvorming te voorkomen.
37
Interieur
Legplateaus
Het glazen legplateau moet in de onderste geleiders boven de groente/fruitbak liggen, opdat groente en fruit langer vers blijven.
De overige legplateaus zijn in
hoogte verstelbaar:
1. Legplateau naar voren trekken, tot
het kan worden losgenomen.
2. Legplateau op een andere hoogte
plaatsen.
38
Op de juiste wijze indelen
In de koelruimte heersen verschillende temperaturen. De koudste zone
bevindt zich op het onderste legplateau boven de groente-/fruitbak. Warmere
zones zijn de bovenste legplateaus en de vakken in de deur. Op welke plek in
de koelruimte geschikte temperaturen voor verschillende soorten
levensmiddelen heersen, ziet u in de afbeelding.
1 desserts, gebak, kant-enklare gerechten, afgesloten
levensmiddelen, vers vlees,
vleeswaren
2 melk, zuivelproducten
3 fruit, groente
4 boter, kaas
5 eieren
6 yoghurt e.d.
7 kleine flessen, dranken
8 grote flessen, dranken
Levensmiddelen altijd afgedekt of verpakt in de koelruimte bewaren, om te
voorkomen dat ze uitdrogen en reuk of smaak op andere levensmiddelen
overdragen.
Geschikt om te verpakken zijn:
- vershoudzakjes en -folie van polyethyleen;
- kunststof bakjes met deksel;
- speciale kapjes van kunststof met band van elastiek;
- aluminiumfolie.
39
Ontdooien
De koelruimte wordt automatisch ontdooid
De achterwand van de koelruimte wordt met rijp bedekt als de compressor
loopt en wordt ontdooid als de compressor stilstaat.
Het dooiwater wordt in het afvoergootje aan de achterwand van de
koelruimte opgevangen, door de afvoeropening naar de opvangbak bij de
compressor gevoerd en daar
verdampt.
De dooiwateruitloop regelmatig
controleren en schoonmaken,
anders zou in geval van een
verstopping het verzamelde water in
de isolatie terechtkomen en zo tot
storingen kunnen leiden.
Gebruik bij het reinigen van de
dooiwateruitloop het meegeleverde
reinigingsstaafje (zie afbeelding).
Bewaar het bij de dooiwateruitloop.
Reiniging en onderhoud
Om hygiënische redenen moet de binnenkant van het apparaat, inclusief de
accessoires, regelmatig worden schoongemaakt.
Waarschuwing!
Het apparaat moet vóór het reinigen beslist spanningloos worden
gemaakt. Kans op elektrische schok! Voordat u gaat reinigen apparaat
uitschakelen en stekker uit het stopcontact trekken of zekering in de
huisinstallatie uitschakelen.
Het apparaat nooit met stoomreinigingsapparaten schoonmaken. Er zou
vocht in elektrische delen terecht kunnen komen, kans op elektrische
schok! Hete stoom kan tot beschadiging aan kunststof onderdelen leiden.
Het apparaat moet goed droog zijn voordat u het weer in gebruik neemt.
Attentie!
Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen de kunststof
onderdelen aantasten, bijv.
40
- sap van citroen- of sinaasappelschillen;
- boterzuur;
- reinigingsmiddelen die azijnzuur bevatten.
Zulke stoffen niet met onderdelen van het apparaat in aanraking laten
komen.
Geen schurende reinigingsmiddelen gebruiken.
1. Apparaat uitschakelen en stekker uit het stopcontact trekken of zekering in
de huisinstallatie uitschakelen.
2. Binnenruimte en accessoires met een doekje en lauw water schoonmaken.
Eventueel wat handafwasmiddel toevoegen.
3. Daarna met schoon water afnemen en goed droog wrijven.
4. De dooiwateruitloop in de achterwand van de koelruimte regelmatig
controleren. Een verstopte afvoeropening m.b.v. het reinigingsstaafje of een
stukje ijzerdraad schoonmaken.
Stof op de condensor vermindert het koelvermogen en verhoogt het
energieverbruik. Daarom één maal per jaar de condensor, het metalen rooster
op de achterzijde van het apparaat, met een zachte borstel of met de
stofzuiger voorzichtig schoonmaken.
5. Als alles goed droog is, het apparaat weer in gebruik nemen.
Tips voor het besparen van energie
Zet het apparaat niet in de buurt van een fornuis, kachel of andere
warmtebron. Bij hoge omgevingstemperaturen loopt de compressor vaker
en langer.
Zorg voor een goede ventilatie bij de sokkel en aan de achterkant van het
apparaat. Ventilatie-openingen nooit afdekken.
Geen warme levensmiddelen in het apparaat zetten. Warme
levensmiddelen eerst laten afkoelen.
Deur niet langer dan nodig open laten.
De temperatuur niet kouder dan nodig instellen.
De condensor aan de achterkant van het apparaat altijd schoon houden.
41
Wat te doen als...
Hulp bij storingen
Misschien gaat het bij een storing om een klein defect dat u m.b.v.
onderstaande aanwijzingen zelf kunt opheffen. Voer zelf geen verdere
werkzaamheden uit als onderstaande informatie u niet verder helpt.
Als u toch voor één van de in deze gebruiksaanwijzing vermelde storingen of
vanwege foutieve bediening onze service-afdeling inschakelt, wordt dit
bezoek ook tijdens de garantietermijn niet door onze garantiebepalingen
gedekt.
Waarschuwing! Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen
worden uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's
voor de gebruiker leiden. Wend u bij reparaties tot uw vakhandelaar of onze
service-afdeling.
Storing
Apparaat werkt niet.
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Apparaat is niet ingeschakeld
Stekker zit niet of niet goed in
het stopcontact.
Zekering in de huisinstallatie is
niet in orde.
Stopcontact is defect.
Apparaat inschakelen.
Stekker in het stopcontact
steken.
Zekering controleren, evt.
vervangen.
Storingen aan het stroomnet
kan uw elektro-installateur
verhelpen.
.
Temperatuur
De
temperatuur
in
de
ingesteld.
koelruimte niet laag genoeg.
is
niet
goed Zie hoofdstuk "In gebruik
nemen en
temperatuurregeling".
Deur is lange tijd open geweest. Deur niet langer open laten dan
nodig is.
U hebt in de afgelopen 24 uur Koudere temperatuurinstelling
grote hoeveelheden warme kiezen.
levensmiddelen in het apparaat
gelegd.
Apparaat staat
warmtebron.
Apparaat koelt te sterk.
42
Temperatuur
ingesteld.
is
naast
te
een Zie hoofdstuk "Plaats van
opstelling".
koud Temperatuurregelaar
op
warmere stand draaien.
Storing
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Binnenverlichting werkt niet.
Lamp is defect.
Zie
hoofdstuk
vervangen".
Sterke rijpvorming in het
apparaat, evt. ook aan de
deurafdichting.
Deurafdichting is ondicht (evt.
na omzetten van het
deurscharnier).
De
ondichte
plekken
voorzichtig met een föhn
verwarmen (niet warmer dan
ca. 50°C). Tegelijkertijd de
verwarmde deurafdichting
met de hand zo in vorm
trekken dat hij weer goed
aansluit.
Water op de bodem van de
koelruimte
of
op
de
legplateaus.
Dooiwateruitloop is verstopt
Dooiwateruitloop m.b.v. het
reinigingsstaafj schoonmaken
(zie hoofdstuk "Reiniging en
onderhoud").
Ongewone geluiden.
Apparaat staat niet waterpas.
Voorste stelvoeten bijstellen.
Apparaat heeft contact met
de
wand
of
andere
voorwerpen.
Een onderdeel, bijv. een buis,
aan de achterzijde van het
apparaat komt in aanraking
met een ander onderdeel van
het apparaat of de wand.
Apparaat iets wegtrekken.
Dat is normaal, er is geen
sprake van een storing.
De compressor begint na
enige tijd automatisch weer.
Na
wijziging
van
de
temperatuurinstelling begint
de compressor niet direct.
"Lamp
Dit onderdeel evt. voorzichtig
iets wegbuigen.
43
Lamp vervangen
Waarschuwing! Kans op elektrische schok! Voordat u de lamp gaat vervangen
apparaat uitschakelen en stekker uit het stopcontact trekken of zekering in
de huisinstallatie uitschakelen.
Gegevens van de lamp: 220-240 V, max. 15 W, fitting: E 14
1.Om het apparaat uit te schakelen temperatuurregelaar op stand "0" draaien.
2. Stekker uit het stopcontact trekken.
3. Kruiskopschroef uitdraaien en lampafdekking volgens de afbeelding naar
achteren losnemen.
4. Defecte lamp vervangen.
5. Lampafdekking weer aanbrengen en met kruiskopschroef bevestigen.
Attentie! Zonder lampafdekking mag het apparaat niet worden gebruikt.
Bepalingen, normen, richtlijnen
Dit apparaat is bedoeld voor het huishouden en is met inachtneming van de
voor deze apparaten geldende normen gefabriceerd. Bij de fabricage zijn in
het bijzonder die maatregelen getroffen die worden vereist volgens de Duitse
wet op de veiligheid van apparaten (GSG), de Duitse voorschriften ter
voorkoming van ongevallen bij koude-installaties (VBG 20) en de bepalingen
van de vereniging van Duitse elektrotechnici (VDE).
De koudekringloop is op dichtheid gecontroleerd.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-richtlijnen:
- 73/23/EEG van 19.02.1973 - laagspanningsrichtlijn
- 89/336/EEG van 03.05.1989
(incl. wijzigingsrichtlijn 92/31/EEG - EMC-richtlijn
44
Bedrijfsgeluiden
De volgende geluiden zijn karakteristiek voor koelapparaten:
Klikken
Altijd als de compressor in- of uitschakelt, is een klikken te horen.
Zoemen
Zodra de compressor werkt, kunt u hem horen zoemen.
Borrelen/klotsen
Als koelmiddel in dunne buizen stroomt, kunt u een borrelend of klotsend
geluid horen. Ook na het uitschakelen van de compressor is dit geluid nog
korte tijd hoorbaar.
Vaktermen
Koelmiddel
Vloeistoffen die voor het produceren van koude kunnen worden gebruikt,
noemt men koelmiddelen. Ze hebben een relatief laag kookpunt, zo laag
dat de warmte van de in het koelapparaat opgeslagen levensmiddelen het
koelmiddel tot koken resp. verdampen kan brengen.
Koelmiddelkringloop
Gesloten kringloopsysteem waarin zich het koelmiddel bevindt. De
koelmiddelkringloop bestaat in hoofdzaak uit verdamper, compressor,
condensor en buizen.
Verdamper
In de verdamper verdampt het koelmiddel. Zoals alle vloeistoffen heeft
koelmiddel om te verdampen warmte nodig. Deze warmte wordt
onttrokken aan de binnenruimte van het apparaat, die daardoor afkoelt.
Daarom is de verdamper in de binnenruimte aangebracht of direct achter
de binnenwand ingeschuimd en daardoor niet zichtbaar.
Compressor
De compressor ziet eruit als een tonnetje. Hij wordt door een ingebouwde
elektromotor aangedreven en is achter in de sokkel van het apparaat
ondergebracht. Taak van de compressor is het om dampvormig koelmiddel
uit de verdamper te halen, samen te persen en naar de condensor verder
te leiden.
Condensor
De condensor heeft meestal de vorm van een rooster. In de condensor
wordt het door de compressor samengeperste koelmiddel gecondenseerd.
Daarbij komt warmte vrij die via de oppervlakte van de condensor aan de
omgevingslucht wordt afgegeven. De condensor is daarom buiten
aangebracht, meestal aan de achterkant van het apparaat.
45
Service
Als u vragen hebt waar deze gebruiksaanwijzing geen antwoord op geeft,
kunt u de volgende afdelingen raadplegen:
Service-informatielijn
(0172) 468 300
(voor bezoek servicetechnicus en onderdelen)
Consumentenbelangen
(0172) 468 172
(voor algemene, product- of gebruiksinformatie)
Adres service-afdeling
AEG fabrieksservice
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
www.aeg.nl
Belangrijk!
Houd bij het opgeven van een storing altijd modelaanduiding, PNC-nummer
en S-nummer van uw apparaat bij de hand. Deze nummers vindt u op het
typeplaatje van het apparaat en kunt u het beste hieronder noteren.
Modelaanduiding ...........................…..
PNC-nummer …....................................
S-nummer .............................................
Bereid het gesprek altijd goed voor. Zo vergemakkelijkt u de diagnose en de
beslissing of bezoek van een servicetechnicus nodig is.
Geef zo nauwkeurig mogelijk op:
- Hoe doet de storing zich voor?
- Onder welke omstandigheden treedt de storing op?
Aan de hand van deze informatie kan onze service-afdeling de juiste
voorbereidingen treffen, zodat het apparaat bij het eerste bezoek van de
servicetechnicus weer hersteld kan worden. Op deze manier hoeft u
slechts één maal thuis te blijven.
Wanneer ontstaan er voor u ook tijdens de garantietermijn kosten?
- als u de storing m.b.v. de storingstabel (zie hoofdstuk "Wat te doen als...")
zelf had kunnen opheffen,
- als onze service-technicus u verschillende malen moet bezoeken, omdat
hij voor zijn bezoek niet alle belangrijke informatie heeft gekregen en nu
bijv. onderdelen moet halen. Dit kunt u voorkomen als u uw
telefoongesprek goed voorbereidt zoals boven beschreven.
46
Garantievoorwaarden
Onze producten worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid
geproduceerd. Desondanks kan het voorkomen dat er een defect optreedt.
Onze servicedienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de
garantietermijn. De levensduur van het product wordt daardoor niet negatief
beïnvloed.
Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG
en het Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven
onverlet.
Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven
onaangetast.
Voor dit product verlenen wij garantie volgens onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met
15 gebreken aan het product die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf
de datum van levering aan de eindgebruiker. In geval van professioneel of
daarmee gelijk te stellen gebruik is de garantie beperkt tot 12 maanden. Voor
tweedehands producten geldt eveneens een termijn van 12 maanden.
2. De garantieprestatie houdt in dat het product kosteloos wordt teruggebracht
in de toestand die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen
worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen onderdelen worden ons
eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om mogelijke verdere schade te
voorkomen. De garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet binnen twee
maanden na vaststelling is gemeld.
4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of
leveringsdatum te worden overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander
overtuigend bewijs te worden overlegd.
5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen,
zoals (vitrokeramisch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door
onzorgvuldig gebruik.
6. De garantie heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde
kwaliteit die voor de waarde en deugdelijkheid van het product onbeduidend
zijn.
7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt door:
a) chemische en elektrochemische inwerking van water,
b) abnormale milieuomstandigheden in het algemeen,
c) voor het product oneigenlijke bedrijfsomstandigheden,
d) contact met agressieve stoffen.
8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die
buiten onze verantwoordelijkheid is ontstaan, niet-vakkundige installatie of
montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen
van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
47
9. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door
herstelling of ingrepen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn,
of wanneer het product voorzien werd van toebehoren of onderdelen die niet
origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken.
10. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden
overhandigd aan of gezonden naar onze servicedienst. Herstelling ter plaatse
kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde producten.
11. Indien het product zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of
geplaatst dat de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan
30 minuten bedraagt, worden de hierdoor ontstane extra kosten aan de
gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of
uitbouw komt ten laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van hetzelfde defect
herhaaldelijk mislukt of de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in
overleg met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging geleverd. In geval van
vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen
naar rato van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van de garantietermijn
noch aanvang van een nieuwe garantietermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een garantie van 12 maanden, uitsluitend op
hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder vergoeding van schade
ontstaan buiten het product, zijn uitgesloten voor zover een
aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd.
16. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van
het product niet overtreffen, tenzij wettelijk anders is bepaald.
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland gekochte en/of in
gebruik zijnde producten. Indien een product naar het buitenland wordt
gebracht dient de gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de
technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften,
gassoort, klimaatomstandigheden) in het betreffende land. Voor in het
buitenland aangeschafte producten dient de gebruiker zich te vergewissen
van de bepalingen in Nederland. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen
vallen niet onder de garantie, en kunnen niet altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de garantietermijn staat onze servicedienst u ter
beschikking.
Adres Servicedienst:
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
48
Reparatievoorwaarden
Onze reparatievoorwaarden zijn conform de afspraak tussen de
Consumentenbond en Vlehan*.
Art1. Aan de consument zal na een melding van een storing zo mogelijk direct,
doch uiterlijk binnen één werkdag worden medegedeeld op welke dag het
bezoek van de technicus zal plaatsvinden. De reparatie zal als regel binnen
zeven werkdagen na de melding zijn uitgevoerd.
Art2. a) Alvorens de reparatie wordt verricht zal de technicus een onderzoek
uitvoeren naar de vermoedelijke oorzaak van de gemelde storing. Aan de
hand hiervan zal hij een zo nauwkeurig mogelijke, gespecificeerde begroting
maken van de totale reparatiekosten inclusief voorrijkosten en diagnosekosten. Desgevraagd zal deze begroting door de technicus schriftelijk worden
vastgelegd.
b) Indien de consument met het begrote bedrag niet akkoord gaat, zal op
verzoek het te repareren toestel worden teruggebracht in de staat waarin
het aan de technicus werd aangeboden. Nadat dit is geschied, zullen
alleen de kosten van voorrijden en arbeidsloon in rekening worden
gebracht op basis van de werkelijke bestede tijd, danwel van een vooraf
vastgesteld tarief.
Art3. Indien tijdens het uitvoeren van de reparatie duidelijk wordt dat:
a) de oorspronkelijke reparatie door redelijkerwijs niet te voorziene
omstandigheden niet tegen het begrote bedrag kan worden uitgevoerd, of
b) ook andere dan in de begroting voorziene reparaties noodzakelijk zijn, zal
overleg met de consument plaatsvinden en een herziene kostenbegroting
worden gemaakt.
In geval de consument daarmee alsnog niet akkoord gaat, geldt eveneens het
in artikel 2b bepaalde.
Art4. De reparatie zal zoveel mogelijk tijdens het eerste bezoek worden uitgevoerd.
Indien om het toestel in werkende staat te brengen een tweede bezoek
noodzakelijk is, zal:
a) direct, doch uiterlijk binnen één werkdag door de betreffende serviceorganisatie of door de technicus met de consument de datum voor een
tweede bezoek worden afgesproken.
b) een herhalingsbezoek zal als regel binnen tien werkdagen na de melding
plaatsvinden.
c) voor een tweede of daaropvolgend bezoek zal geen voorrijtarief in
rekening worden gebracht, tenzij de noodzaak voor een herhalingsbezoek
aan de consument is toe te schrijven.
Art5. De consument ontvangt een gespecificeerde rekening met vermelding van
type en serienummer van het apparaat, omschrijving van de diagnose,
toegepaste tarieven, gebruikte onderdelen en materialen en een korte
omschrijving van de verrichte werkzaamheden. De betaling van de rekening
dient tegen afgifte van een reparatienota direct contant of door middel van
een gegarandeerd betaalmiddel plaats te vinden.
49
Art6. Op elke uitgevoerde en betaalde reparatie zal bij normaal huishoudelijk
gebruik een volledige garantie van minimaal 3 maanden worden gegeven.
Deze garantie omvat het kosteloos uitvoeren van een hernieuwde reparatie.
Op de uitgewisselde en betaalde onderdelen geldt een garantietermijn van 12
maanden. Bij een beroep op garantie op de reparatie dient de consument op
verzoek de gespecificeerde rekening van de voorgaande reparatie aan de
technicus te overleggen.
Art7. Indien na driemaal uitvoeren van eenzelfde reparatie hetzelfde defect bij
normaal huishoudelijk gebruik opnieuw optreedt binnen de onder art. 6
bedoelde garantietermijn en redelijkerwijs een afdoend resultaat bij het
opnieuw uitvoeren van de reparatie niet verwacht kan worden, zal aan de
consument een nieuw exemplaar of soortgelijk toestel van hetzelfde merk
worden aangeboden tegen bijbetaling op basis van een per product te
bepalen jaarlijks afschrijvingspercentage.
Art8. Vervangen onderdelen stelt de technicus weer ter beschikking van de
consument, met uitzondering van de onder garantie of tegen een
gereduceerde prijs vervangen onderdelen.
Art9. Een reparatie dient op zodanige wijze te worden uitgevoerd, dat een toestel
daarna weer volledig voldoet aan de veiligheidsvoorschriften, die op grond
van een van fabriekswege aangebracht veiligheidskeurmerk gelden, danwel bij
het ontbreken daarvan, aan de wettelijke vereisten terzake. Dit houdt
ondermeer in, dat reparaties moeten worden uitgevoerd met originele en
door de fabrikant ook terzake van veiligheidskeurmerken en -voorschriften
gegarandeerde onderdelen.
N/AE/24. (06.)
*) Vereniging Leveranciers van Huishoudelijke Apparaten in Nederland.
50
From the Electrolux Group. The world’s No.1 choice.
The Electrolux Group is the world's largest producer of powered appliances for kitchen, cleaning and
outdoor use. More than 55 million Electrolux Group products (such as refrigerators, cookers, washing
machines, vacuum cleaners, chain saws and lawn mowers) are sold each year to a value of approx. USD
14 billion in more than 150 countries around the world.
Das Symbol auf dem Produkt oder seiner Verpackung weist darauf hin, dass dieses Produkt nicht als normaler
Haushaltsabfall zu behandeln ist, sondern an einem Sammelpunkt für das Recycling von elektrischen und
elektronischen Geräten abgegeben werden muss. Durch Ihren Beitrag zum korrekten Entsorgen dieses Produkts
schützen Sie die Umwelt und die Gesundheit Ihrer Mitmenschen. Umwelt und Gesundheit werden durch
falsches Entsorgen gefährdet. Weitere Informationen über das Recycling dieses Produkts erhalten Sie von Ihrem
Rathaus, Ihrer Müllabfuhr oder dem Geschäft, in dem Sie das Produkt gekauft haben.
AEG Hausgeräte GmbH
Postfach 1036
D-90327 Nürnberg
Sie können Ersatzteile, Zubehör und Pflegemittel on-line bestellen bei
http://www.aeg-electrolux.de
© Copyright by AEG
Technische Änderungen vorbehalten
200380465- 00 - 0206
2006. 03. 01.
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden
behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur
wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u
mogelijk voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op
met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de
winkel waar u het product hebt gekocht.