Yamaha RX-V2065 de handleiding

Categorie
AV-ontvangers
Type
de handleiding
LET OP-i Nl
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit
uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te
lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er
later nog eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer deze geluidsinstallatie op een goed geventileerde,
koele, droge, schone plek – uit direct zonlicht, uit de buurt van
warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor
een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de
bovenkant, 20 cm aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan
de achterkant van dit toestel.
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische
apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te
voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het
toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad
(bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te
voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat
zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan
dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel
kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende
of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet
bovenop dit toestel:
Andere componenten, daar deze schade kunnen
veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen
doen verkleuren.
Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen
veroorzaken.
Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische
schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel
kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het
toestel terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz.
zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur
binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand,
schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle
aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst.
Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen
en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de
stekker zelf trekken, niet aan het snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen;
dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone,
droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik
van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is
gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of
persoonlijk letsel. Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid
voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel
met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat.
13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient u de
stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert.
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of
het te repareren. Neem contact op met erkend Yamaha
servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie
behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken
(bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen.
16 Installeer dit toestel in de buurt van een stopcontact op een
plek waar u de stekker en het stopcontact gemakkelijk kunt
bereiken.
17 Lees het hoofdstuk “Oplossen van problemen” over veel
voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de
conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
18 Voordat u dit toestel verplaatst, druk op LMAIN ZONE ON/
OFF om het in de standby-stand te zetten en haal de stekker
uit het stopcontact in de hoofdruimte.
19 VOLTAGE SELECTOR (Alleen modellen voor Azië en
Algemene modellen)
De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit
toestel moet worden ingesteld op de ter plekke gebruikte
netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De
voltages zijn:
.................110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom
(Algemene modellen)
................. 220/230-240 V, 50/60 Hz (Modellen voor Azië)
20 De batterijen mogen niet worden blootgesteld aan hitte, zoals
door direct zonlicht, vuur of iets dergelijks.
21 Een te hoge geluidsdruk (volume) van een oortelefoon of
hoofdtelefoon kan leiden tot gehoorschade.
22 Vergewis u bij het vervangen van de batterijen ervan dat u
batterijen van hetzelfde type gebruikt. Er kan gevaar op
explosie bestaan als de batterijen onjuist vervangen worden.
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT.
WAARSCHUWING
OM HET RISICO OP BRAND OF ELEKTRISCHE
SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT
TOESTEL IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN
AAN VOCHT OF REGEN.
Zolang dit toestel is aangesloten op het stopcontact, is
de stroomvoorziening niet afgesloten, zelfs niet wanneer
u het toestel uitschakelt met LMAIN ZONE ON/OFF.
In deze staat is dit toestel ontworpen om slechts een zeer
kleine hoeveelheid stroom te gebruiken.
LET OP-ii Nl
Beperkte garantie voor de Europese Economische Ruimte (EER) en Zwitserland
Hartelijk dank dat u een Yamaha product heeft gekozen. Mocht uw Yamaha product onverhoopt service of reparatie onder de garantie behoeven, dan
verzoeken wij u contact op te nemen met de dealer van wie u het toestel in kwestie gekocht heeft. Als u problemen ondervindt, kunt u contact opnemen met
de Yamaha vertegenwoordiging in uw land. De volledige gegevens hiervoor kunt u vinden op onze website (http://www.yamaha-hifi.com/ of http://
www.yamaha-uk.com/ voor inwoners van het V.K.).
Wij garanderen dat dit product vrij is van fabricage- en materiaalfouten voor een periode van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van de oorspronkelijke
aankoop. Yamaha zal, onder de hieronder vermelde voorwaarden, het defecte product, onderdeel of de defecte onderdelen laten repareren of, naar keuze van
Yamaha, vervangen, zonder kosten voor materiaal of arbeid in rekening te brengen. Yamaha behoudt zich het recht voor een product te vervangen door een
gelijkwaardig product van hetzelfde soort en/of dezelfde waarde en andere relevante kenmerken, indien het onderhavige model niet meer gefabriceerd
wordt of als reparatie niet economisch verantwoord wordt geacht.
Voorwaarden
1. Het defecte product MOET vergezeld zijn van de originele rekening of het oorspronkelijke reçu (met daarop vermeld de datum van aankoop,
productcode en de naam van de dealer) en van een verklaring waarin het mankement of de storing uiteengezet wordt. Bij afwezigheid van een dergelijk
onweerlegbaar bewijs van aankoop behoudt Yamaha zich het recht voor gratis service of reparatie te weigeren en kan het product op kosten van de klant
aan de klant worden geretourneerd.
2. Het product MOET zijn aangeschaft bij een ERKENDE Yamaha dealer binnen de Europese Economische Ruimte (EER) of in Zwitserland.
3. Het product mag niet onderworpen zijn aan enige modificatie of verandering, behalve indien daartoe uitdrukkelijk schriftelijk toestemming is verkregen
van Yamaha.
4. Uitgesloten van deze garantie zijn:
a. Periodiek onderhoud en reparatie of vervanging van onderdelen als gevolg van normale slijtage.
b. Schade als resultaat van:
(1) Reparaties uitgevoerd door de klant zelf of door onbevoegde derden.
(2) Ondeugdelijke verpakking of fouten bij het hanteren van het product wanneer het product van de klant vandaan onderweg is. Wij wijzen u erop
dat het de verantwoordelijkheid van de klant is ervoor zorg te dragen dat het product deugdelijk verpakt is wanneer het wordt geretourneerd om
nagezien of gerepareerd te worden.
(3) Oneigenlijk gebruik, inclusief maar niet beperkt tot (a) het product niet gebruiken voor de doeleinden waarvoor het normaal gesproken bestemd
is, of niet in overeenstemming met de door Yamaha verstrekte instructies voor correct gebruik, onderhoud en opslag van het product, en (b) het
product installeren of gebruiken op een wijze die niet voldoet aan de technische of veiligheidsnormen zoals die gelden in het land of de jurisdictie
waar het product gebruikt wordt.
(4) Ongelukken, blikseminslag, water, brand, ondeugdelijke ventilatie, lekkende batterijen of enige andere oorzaak waarop Yamaha geen invloed
heeft.
(5) Defecten van het systeem waarbinnen dit product wordt gebruikt en/of incompatibiliteit met producten van derden.
(6) Gebruik van een niet door Yamaha in de EER en/of Zwitserland geïmporteerd product, waar dat product niet voldoet aan de technische of
veiligheidsnormen van het land of de jurisdictie waar het product gebruikt wordt en/of aan de standaard specificaties van het p
roduct zoals
verkocht door Yamaha in de EER en/of Zwitserland.
5. Waar de garantie zoals die geldt in het land van aankoop verschilt van die in land waar het product gebruikt wordt, zal de garantie voor het land waar het
product gebruikt wordt worden toegepast.
6. Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enig verlies of enige schade, zij het directe schade, gevolgschade of anderszins, met uitzondering van
reparatie of vervanging van het product.
7. Maakt u alstublieft reservekopieën van aangepaste instellingen of gegevens, want Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige wijziging aan of
verlies van dergelijke instellingen of gegevens.
8. Deze garantie doet niet af aan de rechten die de consument toegekend worden onder de toepasselijke nationale wetten en regelgeving, noch aan de
rechten die de consument kan laten gelden ten opzichte van de dealer als gevolg van hun verkoop/aankoop contract.
Informatie voor gebruikers over het ophalen en weggooien van oude apparatuur en gebruikte
batterijen
Deze symbolen op de producten, verpakking en/of begeleidende documenten betekenen dat gebruikte
elektrische en elektronische producten en batterijen niet vermengd dienen te worden met algemeen
huidshoudafval.
Voor het op de juiste wijze behandelen, herstellen en recyclen van oude producten en gebruikte
batterijen, breng deze naar de toepasselijke verzamelpunten, in overeenstemming met uw nationale
wetgeving en de richtlijnen 2002/96/EG en 2006/66/EG.
Door u zich op de juiste wijze van deze producten en batterijen te ontdoen, helpt u waardevolle
hulpbronnen te besparen en potentiële negatieve effecten op de menselijke gezondheid en het milieu te
voorkomen die anders zouden kunnen ontstaan door het op de verkeerde wijze verwerken van afval.
Voor meer informatie over het verzamelen en recyclen van oude producten en batterijen, neem contact
op met uw lokale gemeente, uw afvalophaaldienst of het verkooppunt waar u de items gekocht hebt.
[Informatie over verwijdering in andere landen buiten de Europese Unie]
Deze symbolen zijn alleen geldig in de Europese Unie. Als u deze items wilt weggooien, neem contact
op met uw lokale overheid of dealer en vraag om de juiste verwijderingsmethode.
Opmerking ten behoeve van het batterijsymbool (onderste twee symboolvoorbeelden):
Dit symbool kan gebruikt worden in combinatie met een chemisch symbool. In dat geval voldoet het
aan de eis gesteld door de richtlijn voor de betrokken chemische stof.
LET OP-iii Nl
Opmerkingen over afstandsbedieningen en
batterijen
Mors geen water of andere vloeistoffen op de
afstandsbediening.
Laat de afstandsbediening niet vallen.
Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op
de volgende plekken:
zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad
plekken waar de temperatuur hoog kan worden, zoals bij
de verwarming of kachel
zeer koude plekken
stoffige plekken
Voer de batterij in in overeenstemming met de
polariteitsmarkeringen (+ en –).
Verwissel alle batterijen wanneer u het volgende merkt:
het bereik van de afstandsbediening wordt minder
de zendindicator knippert niet of wordt zwakker
Als de batterijen leeg raken, haal ze dan onmiddellijk uit de
vereenvoudigde afstandsbediening om een explosie of
zuurlekkage te voorkomen.
Indien u lekkende batterijen aantreft, dient u deze direct weg
te gooien zonder het lekkende materiaal aan te raken. Als uw
huid, ogen of mond in contact komen met het lekkende
materiaal, dient u het onmiddellijk te spoelen en een dokter te
consulteren. Reinig het batterijvak grondig voordat u nieuwe
batterijen plaatst.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. Dit kan
de levensduur van de nieuwe batterijen verkorten of ervoor
zorgen dat oude batterijen lekken.
Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar
(alkali en gewone batterijen bijvoorbeeld). De specificaties
van batterijen kunnen anders zijn, ook al lijken ze hetzelfde.
Voordat u nieuwe batterijen plaatst, veeg het compartiment
schoon.
Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder
batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het
geheugen gewist worden. In zo’n geval plaatst u de nieuwe
batterijen en stelt u de code van de afstandsbediening in.
Gooi batterijen weg zoals voorgeschreven wordt door de
reguleringen in uw regio.
1 Nl
Nederlands
INLEIDING
ADDITIONAL
INFORMATION APPENDIX
PREPARATION
BASIC
OPERATION
ADVANCED
OPERATION
Kenmerken ..............................................................2
Over deze handleiding............................................3
Meegeleverde accessoires .......................................3
Onderdeelnamen en functies..................................4
Voorpaneel................................................................. 4
Achterpaneel .............................................................. 5
Display voorpaneel ....................................................6
Afstandsbediening ..................................................... 6
Vereenvoudigde afstandsbediening ........................... 8
Snelstartgids ............................................................9
L
Verbindingen.........................................................10
Luidsprekers opstellen ............................................. 10
Aansluiten van luidsprekers..................................... 11
Informatie over aansluitingen en stekkers ...............13
Aansluiten van een beeldscherm of projector.......... 14
Aansluiten van andere componenten .......................16
Aansluiten van een Yamaha iPod universeel dock
of een Bluetoothh™ draadloze
audio-ontvanger................................................... 18
Aansluiten op het netwerk ....................................... 19
Aansluiten van een USB opslagapparaat ................. 19
Gebruiken van de VIDEO AUX aansluitingen........ 19
Aansluiten van de FM en AM antennes................... 20
Aansluiten van het netsnoer.....................................20
Aan en uit zetten van dit toestel............................... 20
Aanpassen van de luidsprekerinstellingen aan
uw kamer (YPAO) ............................................21
Gebruikmaken van Auto Setup................................ 21
Wanneer een foutmelding wordt weergegeven
tijdens meting ......................................................23
Wanneer een waarschuwingsmelding wordt
weergegeven na meting .......................................23
Weergave ...............................................................24
Basisprocedure.........................................................24
Gebruik van de SCENE functie ............................... 24
Selecteren van een bron op het GUI menuscherm... 25
Dempen van audioweergave.................................... 25
Afstemmen van hoge/lage tonenweergave
(toonregeling) ...................................................... 25
Luisteren naar pure hi-fi weergave .......................... 25
Gebruik van uw hoofdtelefoon ................................26
Informatie wijzigen op de display van het
voorpaneel ........................................................... 26
Genieten van de geluidsveldprogramma’s .........27
Selecteren van geluidsveldprogramma’s .................27
Genieten van onverwerkte ingangsbronnen (rechte
decodeerstand) ..................................................... 30
Gebruik van geluidsveldprogramma’s zonder
surround-luidsprekers
(Virtual CINEMA DSP) ...................................... 30
Genieten van geluidsveldprogramma’s met
hoofdtelefoons (SILENT CINEMA™) ...............30
Gebruik van de CINEMA DSP 3D stand ................ 30
FM/AM afstemming .............................................31
Afstemmen op de gewenste FM/AM zender
(Frequentie-afstemming) ..................................... 31
Registreren van FM/AM zenders en afstemmen
(Automatisch afstemmen)....................................31
Radio Data Systeem afstembewerking................33
Tonen van Radio Data Systeem informatie .............33
Selecteren van een Radio Data Systeem
programmatype (PTY Seek)................................ 33
Gebruik van de gegevensservice voor verbetering
van andere netwerken
(Enhanced Other Networks, EON)...................... 34
Gebruik van iPod.............................................. 35
iPod bediening™ ..................................................... 35
Gebruik van Bluetooth™ componenten............. 37
Paren van de Bluetooth™ draadloze
audio-ontvanger en uw Bluetooth component.....37
Weergave van de Bluetooth™ component .............. 37
Gebruik van USB opslagapparaten .................... 38
Afspelen van het USB opslagapparaat..................... 38
Gebruik van PC servers....................................... 39
Windows Media Player 11 setup ............................. 39
Weergave van PC-muziekinhoud ............................ 39
Gebruik van de Internetradio ............................. 41
Luisteren naar Internetradio..................................... 41
Overige functies .................................................... 42
Selecteren van de HDMI OUT aansluiting.............. 42
Gebruik van de HDMI™ regelfunctie ..................... 42
Gebruiken van de slaaptimer ................................... 42
Het optionele menu instellen voor elke
signaalbron (Option menu).............................. 43
Option menu-items .................................................. 43
Selecteren van een weer te geven videosignaal
tijdens een audioweergave................................... 45
Bedienen van diverse instellingen voor dit
toestel (Setup menu) ......................................... 46
Basisbediening van het Setup menu ........................ 48
Gebruik van de multi-zone configuratie............. 58
Aansluiten van Zone2/3 ........................................... 58
Bedienen van Zone2/3 ............................................. 60
Bedienen van andere componenten met de
afstandsbediening ............................................. 61
Instellen van afstandsbedieningscodes .................... 61
Resetten van alle afstandsbedieningscodes.............. 61
Programmeren vanaf andere
afstandsbedieningen............................................. 62
Geavanceerde setup.............................................. 63
Oplossen van problemen...................................... 65
Woordenlijst.......................................................... 76
Geluidsveldprogramma-informatie .................... 79
Informatie over HDMI..................................... 80
Technische gegevens............................................. 81
Index ...................................................................... 82
(aan het eind van deze handleiding)
INHOUD
INLEIDING
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERDE BEDIENING
AANHANGSEL
Informatie over software .......................................i
Lijst met afstandsbedieningscodes......................iii
2 Nl
INLEIDING
Ingebouwde 7-kanaals eindversterker
Minimum RMS uitgangsvermogen (20 Hz t/m 20 kHz,
0,08% THD, 8 Ω)
VOOR L/R: 130 W + 130 W
CENTER: 130 W
SURROUND L/R: 130 W + 130 W
SURROUND-ACHTER L/R: 130 W + 130 W
Luidspreker-/preout uitgangen
Luidspreker-aansluitingen (7-kanaals), extra
luidspreker-aansluitingen (2-kanaals voor
aanwezigheidsluidsprekers of Zone2, 2-kanaals voor
Zone3), preout aansluitingen (7.1-kanaals)
In-/Uitgangsaansluitingen
Ingangsaansluitingen
HDMI ingang x 5 (achterzijde x 4, voorzijde V-AUX x 1)
Audio-/visuele ingang
[Audio] Digitale ingang (coaxiaal) x 2, digitale
ingang (optisch) x 2, analoge ingang x 3 (achterzijde
x 2, voorzijde V-AUX x 1)
[Video] Component video x 2, S-video x 1, Video x 5
(achterzijde x 4, voorzijde V-AUX x 1)
Audio-ingang (analoog) x 2
Phono-ingang (analoog) x 1
Multi-kanaals audio-ingang (7.1-kanaals)
DOCK aansluiting om een Yamaha iPod universeel
dock (zoals YDS-11, los verkrijgbaar) of een Bluetooth
draadloze audio-ontvanger (zoals YBA-10, los
verkrijgbaar) aan te sluiten
USB poort om een USB opslagapparaat aan te sluiten
NETWORK poort voor aansluiting op een PC of voor
toegang tot Internetradio via een LAN
Uitgangsaansluitingen
Beeldschermuitgang
[Audio/Video] HDMI x 2
[Video] Component video x 1, Video x 1
Audio-/Visuele uitgang
[Audio] Analoog x 1
[Video] Video x 1
Audio-uitgang
Digitaal (optisch) x 1, Analoog x 1
Zone2/3 uitgang
Analoog x 2
Overige aansluitingen
Remote ingang x 1, Remote uitgang x 1
Trigger uitgang x 2
Zelf ontwikkelde Yamaha technologie voor de
creatie van geluidsvelden
CINEMA DSP 3D
De Compressed Music Enhancer stand
Virtual CINEMA DSP
SILENT CINEMA
Digitale audiodecoders
Dolby TrueHD, Dolby Digital Plus decoder
DTS-HD Master Audio, DTS-HD High Resolution
Audio, DTS Express
Dolby Digital/Dolby Digital EX decoder
DTS, DTS 96/24 decoder, DTS-ES Matrix 6.1, DTS-ES
Discrete 6.1
Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II/Dolby Pro Logic
IIx decoder
DSD decoder
DTS NEO:6 decoder
Verfijnde FM/AM ontvanger
40 willekeurige en gemakkelijk toegankelijke
voorkeuzezenders
Automatisch voorprogrammeren
Radio Data Systeem afstembewerking
HDMI™ (High-Definition Multimedia Interface)
HDMI interface voor standaard, verbeterde of high-
definition video en multikanaals digitale audio
Automatische audio- en videosynchronisatie (lip
sync) informatiemogelijkheid
Overdracht van Deep Color videosignalen (30/36 bits)
Overdrachtsvermogen van “x.v.Color” videosignalen
Hoge verversingsfrequentie en hoge resolutie
videosignalen
Geschikt voor de verwerking van digitale
audiosignalen met een hoge definitie
Mogelijkheid tot opwaarderen van analoge naar analoge
en HDMI digitale video (video component video
HDMI) voor de monitoruitgang
Analoge video opwaardering voor HDMI digitale
videosignalen 480i(576i) of 480p(576p) 720p, 1080i
of 1080p
HDMI bedieningsfunctie ondersteund
Dual HDMI uitgang (selecteren van afzonderlijk of
gelijktijdige weergave is mogelijk)
Automatische luidsprekerinstellingsfuncties
“YPAO” (Yamaha Parametric Room Acoustic Optimizer)
voor automatische optimalisatie van luidsprekersignalen
die geschikt zijn voor luisteromgevingen
Overige kenmerken
192-kHz/24-bits D/A converter
GUI (grafische gebruikersinterface) menusysteem
waarmee u dit toestel optimaal kunt aanpassen aan uw
audio-/videosysteem
Browsen door bestanden op iPod, USB en PC
Vermogen tot weergeven van album art
Pure Direct stand voor onversneden hi-fi weergave van
alle bronnen
Adaptieve regeling van het dynamisch bereik
SCENE functie voor het veranderen van ingangsbronnen
en geluidsveldprogramma’s met één toets
Mogelijkheid voor bi-amp (tweevoudige versterking)
aansluitingen
Multi-zone functie (Zone2/3)
DHCP automatische of handmatige netwerkconfiguratie
Kenmerken
3 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories.
Dolby, Pro Logic en het dubbele-D symbool zijn handelsmerken van
Dolby Laboratories.
Gefabriceerd onder licentie onder VS octrooinummers:
5451942; 5956674; 5974380; 5978762; 6226616; 6487535 & andere
V.S. en wereldwijde octrooien, reeds uitgegeven & aangevraagd. DTS
is een geregistreerd handelsmerk en de DTS logo’s, symbolen, DTS-
HD en DTS-HD Master Audio zijn handelsmerken van DTS, Inc. ©
1996-2007 DTS, Inc. Alle rechten voorbehouden.
iPod™
“iPod” is een handelsmerk van Apple Inc., geregistreerd in de V.S. en
andere landen.
MPEG Layer-3 audio-coderingstechnologie wordt gebruikt onder
licentie van Fraunhofer IIS en Thomson.
Deze receiver biedt ondersteuning voor netwerkaansluitingen.
Bluetooth
Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk van Bluetooth SIG en
wordt door Yamaha gebruikt volgens een licentieovereenkomst.
“HDMI”, het “HDMI” logo en “High-Definition Multimedia
Interface” zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van
HDMI Licensing LLC.
x.v.Color
“x.v.Color” is een handelsmerk van Sony Corporation.
“SILENT CINEMA is een handelsmerk van Yamaha Corporation.
Windows XP, Windows Vista, Windows Media Audio, Windows
Media Connect en Windows Media Player zijn gedeponeerde
handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de
Verenigde Staten en/of andere landen.
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt.
Afstandsbediening (bladzijde 6)
Vereenvoudigde afstandsbediening (bladzijde 8)
Batterijen (2) (AAA, R03, UM-4) (bladzijde 6)
Netsnoer (bladzijde 20)
Optimalisatiemicrofoon (bladzijde 21)
AM ringantenne (bladzijde 20)
FM binnenantenne (bladzijde 20)
VIDEO AUX ingangskapje (bladzijde 19)
Over deze handleiding
Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het voorpaneel als met de afstandsbediening. Als de naam van een toets op
de afstandsbediening verschilt van die op het voorpaneel, zal de naam van de betreffende toets op de afstandsbediening tussen haakjes vermeld
worden.
Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg van verbeteringen,
enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit.
Om dingen beter te kunnen bekijken, vergroten wij de grootte van tekens die gebruikt worden in afbeeldingen van voorbeeldschermen in deze
handleiding. Daarom is het mogelijk dat de verhouding van de grootte van tekens ten opzichte van andere objecten (zoals pictogrammen) anders is dan
die van de werkelijke weergegeven afbeelding.
LMAIN ZONE ON/OFF” of “dHDMI 1” (voorbeeld) geeft de naam aan van de onderdelen op het voorpaneel of de afstandsbediening.
Raadpleeg het bijgevoegde vel of de “Onderdeelnamen en functies” (bladzijde 4) voor informatie over de locatie van de verschillende onderdelen.
geeft de bladzijde aan waar de betreffende informatie staat beschreven.
y geeft een bedieningstip aan.
Meegeleverde accessoires
4 Nl
A ZONE2 ON/OFF
Zet Zone2 aan en uit (bladzijde 60).
B HDMI THROUGH
Licht op in de volgende gevallen terwijl dit toestel in de standby-
stand staat.
wanneer de HDMI regelfunctie staat ingeschakeld
wanneer de HDMI signaal standby door-functie op dit
moment werkt
C ZONE3 ON/OFF
Zet Zone3 aan en uit (bladzijde 60).
D ZONE CONTROLS
Selecteert een te regelen zone met de hoofdversterkerbediening
(bladzijde 60).
E INFO
Wijzigt informatie (ingang, DSP programma, audio decoder, etc)
weergegeven op de display van het voorpaneel (bladzijde 26).
F PRESET l / h
Selecteert een FM/AM voorkeuzezender (bladzijde 32).
G MEMORY
Registreert FM/AM zenders als voorkeuzezenders (bladzijde 32).
H BAND
Wijzigt de tuner frequentiebanden tussen FM en AM.
I TUNING l / h
Wijzigt FM/AM frequenties.
J Display voorpaneel
Geeft informatie weer op dit toestel (bladzijde 6).
K VOLUME regeling
Regelt het volume van dit toestel (bladzijde 24).
L MAIN ZONE ON/OFF
Zet toestel aan en uit (bladzijde 20).
M PHONES aansluiting
Voor het insteken van de hoofdtelefoon (bladzijde 26).
N USB poort
Voor het aansluiten van een USB geheugenapparaat of
draagbare USB audiospeler (bladzijde 19)
O TONE CONTROL
Past de lage tonen/hoge tonen weergave van de luidsprekers aan
(bladzijde 25).
P PROGRAM keuzeschakelaar
Wijzigt geluidsveldprogramma’s (bladzijde 27).
Q STRAIGHT
Schakelt heen en weer tussen het geselecteerde
geluidsveldprogramma en de rechte decodeerstand
(bladzijde 30).
R SCENE
Schakelt tussen aangesloten sets signaalbronnen en
geluidveldprogramma’s (bladzijde 24).
S PURE DIRECT
Wijzigt de stand naar de Pure Direct stand (bladzijde 25). Deze
toets licht op wanneer de Pure Direct stand staat ingeschakeld.
T INPUT keuzeschakelaar
Selecteert een signaalbron (bladzijde 24).
U OPTIMIZER MIC aansluiting
Voor het aansluiten van de meegeleverde
optimalisatiemicrofoon en voor het instellen van
signaalkenmerken van luidsprekers (bladzijde 21).
V VIDEO AUX aansluitingen
Voor het aansluiten van een spelcomputer, camcorder of digitale
camera op de HDMI IN aansluiting of de analoge AUDIO/
VIDEO aansluitingen (bladzijde 19).
Onderdeelnamen en functies
Voorpaneel
ON/OFF
PHONES
MAIN ZONE
SILENT CINEMA
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT PURE DIRECT
INPUT
OPTIMIZER MIC
VIDEO
HDMI IN
AUDIO
THROUGH
VIDEO
AUX
VOLUME
HDMI
EFFECT
BD/DVD
TV
CD
RADIO
SCENE
INFO
PRESET
l
h
l
h
MEMORY
ZONE2
ON/OFF
ZONE
CONTROLS
ZONE3
ON/OFF
BAND
TUNING
USB
LPSOQ T
ABC D E G HFIJK
UMN R V
5 Nl
Onderdeelnamen en functies
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
a DOCK aansluiting
Voor het aansluiten van een optionele Yamaha iPod universeel
dock (YDS-11) of Bluetooth draadloze audio-ontvanger (YBA-
10) (bladzijde 18).
b PHONO aansluitingen
Voor het aansluiten van een draaitafel (bladzijde 16).
c RS-232C aansluiting
Bedieningsaansluiting uitsluitend bedoeld voor gebruik in de
fabriek. Raadpleeg uw dealer voor details hieromtrent.
d TRIGGER OUT 1/2 aansluitingen
Voor het aansluiten van een externe aansluiting op een trigger
ingangsaansluiting, zodat deze aansluiting bediend kan worden
gekoppeld aan de bediening van dit toestel. Raadpleeg uw dealer
voor details hieromtrent.
e HDMI OUT 1/2 aansluitingen
Voor het aansluiten van HDMI-compatibele beeldschermen
(bladzijde 14).
HDMI 1-4 aansluitingen
Voor het aansluiten van externe componenten voor HDMI
signalen 1-4 (bladzijde 16).
ANTENNA aansluitingen
Voor het aansluiten van meegeleverde FM/AM antennes
(bladzijde 20).
MONITOR OUT aansluitingen
Voor het sturen van visuele signalen van dit apparaat naar een
videomonitor, zoals een TV (bladzijde 14).
REMOTE IN/OUT aansluitingen
Voor het aansluiten van een externe component die de
afstandsbedieningsfunctie ondersteunt (bladzijde 18).
f NETWORK poort
Voor aansluiting op het netwerk (bladzijde 19).
g SPEAKERS aansluitingen
Voor het aansluiten van voor-, midden-, surround- en surround
achter-luidsprekers (bladzijde 11). Sluit de
aanwezigheidsluidsprekers (bladzijde 11) of de luidsprekers
voor Zone2/3 (bladzijde 59) aan op de EXTRA SP
aansluitingen.
h DIGITAL AUDIO aansluiting
Stuurt audiosignalen van een geselecteerde digitale
audiosignaalbron naar een externe component (bladzijde 16).
i AV 1-6 aansluitingen
Voor het aansluiten van externe componenten voor audio/visuele
signalen 1-6 (bladzijde 16).
j AV OUT aansluitingen
Stuurt audio/visuele signalen van een geselecteerde analoge
signaalbron naar een externe component (bladzijde 16).
k AUDIO 1/2 aansluitingen
Voor het aansluiten van externe componenten voor
audiosignalen 1-2 (bladzijde 16).
l MULTI CH INPUT aansluitingen
Voor het aansluiten op een speler die een multikanaals uitgang
ondersteunt (bladzijde 18).
m AUDIO OUT aansluitingen
Stuurt audiosignalen van een geselecteerde analoge signaalbron
naar een externe component (bladzijde 16).
ZONE2/3 OUT aansluitingen
Geven geluid van dit toestel weer op een externe versterker die
in een andere zone staat (bladzijde 58).
n PRE OUT aansluitingen
Geeft multikanaals signalen weer van tot 7.1 kanalen op een
externe versterker (bladzijde 18).
o AC IN
Voor het aansluiten van het geleverde netsnoer (bladzijde 20).
Achterpaneel
DOCK
RS
-
232C
TRIGGER OUT
NETWORK
COMPONENT
VIDEO
P
R
P
B
12
Y
OPTICAL
OPTICAL
OUT
(
TV
)
A
V
1
AV 2
COAXIAL
AV 3
(
CD
)
COAXIAL
OPTICAL
AV 4
AV 5
AV 6
AV
OUT
AUDIO1
AUDIO2
FRONT
SURROUND
SUR.BACK
SUBWOOFER
MULTI CH INPUT
AUDI O
OUT
ZONE3
OUT
ZONE2
OUT
FRONT
SURROUND
SUR. BACK SUBWOOFER
PRE OUT
CENTER
SINGLE
VIDEO
HDMI OUT 2HDMI OUT 1
ANTENNA
PHONO
UNBAL.
FM
GND
S VIDEO
AM
HDMI 1
(
BD/DVD
)
(
HDMI CONTROL
)
HDMI 2
HDMI 3
HDMI 4
VIDEO
IN
OUT
MONITOR OUT
SPEAKERS
12V
0.1A MAX.
FRONT
CENTER
SINGLE
SURROUND
SURROUND BACK/
BI-AMP
ZONE2/PRESENCEZONE3
12
CENTER
P
R
P
B
Y
REMOTE
COMPONENT
VIDEO
DIGITAL
AUDIO
EXTRA SP
SP2 SP1
GND
AC IN
cab
ijhklmno
dfeg
6 Nl
Onderdeelnamen en functies
a HDMI indicator
Licht op tijdens normale communicatie als HDMI is
geselecteerd als een ingangsbron.
OUT 1/OUT 2 indicators
De respectieve indicator licht op wanneer er HDMI signalen
worden weergegeven via de HDMI OUT 1/2 aansluitingen.
b CINEMA DSP indicator
Licht op als een geluidsveldprogramma dat CINEMA DSP
gebruikt, is geselecteerd.
c CINEMA DSP 3D indicator
Licht op wanneer CINEMA DSP 3D in werking is.
d Tuner indicator
Licht op tijdens het ontvangen van uitgezonden radiosignalen
van een FM/AM zender (bladzijde 31).
e ZONE2/ZONE3 indicator
Licht op wanneer Zone2 of Zone3 staat ingeschakeld.
f SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld (bladzijde 42).
g MUTE indicator
Knippert als de audio is gedempt.
VOLUME indicator
Geeft volumeniveaus weer.
h Cursorindicators
Licht op als de bijbehorende cursors op de afstandsbediening
beschikbaar zijn voor handelingen.
i Multi-informatie display
Geeft menu-items en instellingen weer voor de huidige operatie.
j Luidsprekerindicators
Geeft luidsprekeraansluitingen weer van waar de signalen
momenteel worden uitgezonden.
Opmerking
Voordat u batterijen plaatst of de afstandsbediening gebruikt, zorg ervoor dat u “Opmerkingen over afstandsbedieningen en batterijen” leest in de sectie
“Waarschuwingen”.
Inzetten van batterijen
a Verwijder de klep van het batterijvak.
b Doe de twee meegeleverde batterijen (AAA, R03,
UM-4) in het vak met de polen de goede kant op (+
en -), zoals aangegeven aan de binnenkant van het
batterijvak.
c Klik de klep van het batterijvak weer terug op zijn
plaats.
Bedieningsbereik
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal
uit. U moet de afstandsbediening goed op de
afstandsbedieningssensor op dit toestel richten.
Display voorpaneel
STEREO
SLEEP
VOL.
TUNED
PL PR
SW
C
LR
SL SR
SBL SB SBR
MUTE
3
ZONE
2
ZONE
3
OUT 1 OUT 2
acbfedg
hi jh
SW
C
LR
SL SR
SBL SB SBR
PL PR
Subwoofer
Front L
Surround L
Surround achter L
Midden
Front R
Surround R
Surround achter R
Surround achter
Presence L Presence R
Afstandsbediening
a
c
b
30 30
Sensorvenster voor de afstandsbediening
binnen 6 m
7 Nl
Onderdeelnamen en functies
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
a Signaalzender op afstandsbediening
Zendt infraroodsignalen.
b Zonekeuzeschakelaar
Schakelt versterkers (hoofdruimte, Zone2 of Zone3) over om
bediend te worden door de afstandsbediening (bladzijde 60).
c SOURCE POWER
Zet een externe component aan en uit.
d Ingangskeuzetoetsen
e Tunertoetsen
f INFO
Wijzigt de weergegeven informatie op het voorpaneel van de
display (bladzijde 26).
g HDMI OUT
Schakelt de HDMI OUT aansluitingen over om HDMI signalen
weer te geven (bladzijde 42).
h SCENE
Schakelt tussen aangesloten sets signaalbronnen en
geluidsveldprogramma’s (bladzijde 24).
i ON SCREEN
Geeft het GUI menuscherm weer (bladzijde 25).
k Bedieningstoetsen van externe component
Bedient het opnemen, weergeven, etc, van externe componenten
(bladzijde 61).
l Numerieke toetsen
Voeren nummers in.
m TV bedieningstoetsen
Maakt bediening mogelijk van een TV of een projector
(bladzijde 61).
n TRANSMIT
Licht op als een signaal wordt verzonden vanaf de
afstandsbediening.
o CODE SET
Stelt de afstandsbedieningscodes in voor externe
componenthandelingen (bladzijde 61).
p POWER
Zet dit toestel aan en in standby (bladzijde 20).
q SLEEP
Schakelt de slaaptimerhandelingen (bladzijde 42).
r Geluidskeuzetoetsen
Selecteren van geluidsveldprogramma’s (bladzijde 27).
s OPTION
Geeft het Option menu weer (bladzijde 43).
t VOLUME +/
Passen het volume aan van dit toestel (bladzijde 24).
u DISPLAY
Geeft de afspeelinformatie weer op het beeldscherm.
Wanneer er een iPod aangesloten is: Wijzigt de bedieningsstand
van de iPod die is aangesloten op de Yamaha iPod universeel
dock (bladzijde 35).
v MUTE
Schakelt de dempfunctie in en uit (bladzijde 25).
w Sub-ingangskeuzetoetsen
Selecteert USB, NET RADIO of PC wanneer “USB/NET”
geselecteerd is als de ingangsbron.
HDMI 1-4
Selecteert HDMI signalen 1 t/m 4.
AV 1-6
Selecteert AV signalen 1 t/m 6.
AUDIO 1/2
Selecteert AUDIO signalen 1 en 2.
V-AUX
Selecteert een signaalbron van de VIDEO AUX
aansluitingen.
PHONO
Selecteer een signaalbron van de PHONO
aansluitingen.
MULTI
Selecteert een signaalbron van de MULTI CH
INPUT aansluitingen.
DOCK
Selecteert een Yamaha iPod universeel dock/Bluetooth
draadloze audio-ontvanger aangesloten op de DOCK
aansluiting.
TUNER
Selecteert de FM/AM tuner.
USB/NET
Selecteert een USB apparaat of een signaalbron
via netwerk (geselecteerd door wSub-
ingangskeuzetoetsen).
BD
DVD
TV
CD
RADIO
SLEEP
FM AM
INFO
MEMORY
1 2 3
4
1 2 3
4
5 6 1
2
PHONO
MULTI
DOCK
TUNER
V-AUX
HDMI
MUSIC
STEREO
ENHANCER SUR. DECODE
MOVIE
MUTE
STRAIGHT
HDMI OUT
PURE DIRECT
USB/NET
PRESET TUNING
ON SCREEN OPTION
SOURCE
POWER
7 85 6
9 0
1 2 3 4
USB NET RADIO PC
TOP
MENU
SCENE
RETURN
REC
ENT
POWER
TV
INPUT
MUTE
ENTER
VOLUME
DISPLAY
MENU
HDMI
AUDIO
TRANSMIT
CODE SET
10
TV VOL TV CH
MAIN
ZONE 2
ZONE 3
AV
POWER
p
q
s
r
t
u
v
w
o
n
a
c
d
e
g
h
i
k
l
m
b
j
f
FM/AM
Schakelt een band tussen FM en AM.
MEMORY
Stelt radiozenders vooraf in.
PRESET k / n
Selecteert een voorkeuzezender.
TUNING k / n
Wijzigt FM/AM frequenties.
j Cursors k / n / l / h
Selecteren menu-items of wijzigen
instellingen.
ENTER
Bevestigt een geselecteerd item.
RETURN
Keert terug naar het vorige scherm
of eindigt de menuweergave.
8 Nl
Onderdeelnamen en functies
Gebruik de geleverde vereenvoudigde afstandsbediening om de basisbediening van dit toestel uit te voeren. Toetsen op de
vereenvoudigde afstandsbediening functioneren hetzelfde als de identieke toetsen op de hoofdafstandsbediening
(bladzijde 6).
Opmerking
Voordat u de vereenvoudigde afstandsbediening gebruikt of de batterij vervangt, zorg ervoor dat u “Opmerkingen over afstandsbedieningen en batterijen”
leest in de sectie “Waarschuwingen”.
y
Om een ingangsbron te selecteren drukt u herhaaldelijk op INPUT l / h.
De woorden “TAG” en “PRG SELECT” zijn voor het V.S.-model.
Instellen van de bedieningszone
Volg onderstaande procedure om een versterker te selecteren
(hoofdzone, Zone2 of Zone3) die bediend kan worden door
de vereenvoudigde afstandsbediening (bladzijde 60).
Instellen van de afstandsbediening-ID
Volg onderstaande procedure om de afstandsbediening-ID
van de vereenvoudigde afstandsbediening in te stellen.
Voor details over de afstandsbediening-ID, zie
bladzijde 64.
Vervangen van de batterij van de
vereenvoudigde afstandsbediening
Wissel de batterij wanneer het bedieningsbereik van de
vereenvoudigde afstandsbediening vermindert.
Vereenvoudigde afstandsbediening
Te selecteren zone Procedure
Hoofdzone Houd h (rechts van ENTER) en BD/
DVD meer dan 3 seconden ingedrukt.
Zone2 Houd h (rechts van ENTER) en TV
meer dan 3 seconden ingedrukt.
Zone3 Houd h (rechts van ENTER) en CD
meer dan 3 seconden ingedrukt.
Te selecteren zone Procedure
ID1 Houd l (links van ENTER) en BD/
DVD meer dan 3 seconden ingedrukt.
ID2 Houd l (links van ENTER) en TV
meer dan 3 seconden ingedrukt.
MUTE
VOLUME
INPUT
SLEEP
SCENE
BD
DVD
TV CD
RADIO
POWER
ON SCREEN
OPTION
TAG
PRESET
PRG SELECT
ENTER
DISPLAYRETURN
Verwijder het isolatievelletje
Gebruik een
rechte pin om
het kapje eraf
te halen.
Vervang de
batterij door een
nieuwe CR2025
batterij.
Sluit het kapje.
9 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Als u dit product voor de eerste keer gebruikt, voert u een setup uit volgens onderstaande stappen. Zie de betreffende
bladzijde’s voor details over de bediening en instellingen.
Prepareer luidsprekers, DVD-speler, kabels en andere
items die nodig zijn voor de setup.
Prepareer bijvoorbeeld de volgende items voor het
instellen van een 7.1-kanaals geluidssysteem.
y
Hieronder staan de andere luidsprekers gerangschikt op volgorde van
belangrijkheid:
1 Twee surround-luidsprekers
2 Eén midden-luidspreker
3 Eén (of twee) surround achter-luidspreker(s)
Video- en audiokabels zijn niet nodig als u HDMI kabels gebruikt.
Stel uw luidsprekers op in uw kamer en sluit ze aan op dit
toestel.
y
Dit toestel heeft een YPAO (Yamaha Parametric Room Acoustic
Optimizer) die automatisch dit toestel optimaliseert op basis van de
akoestische kenmerken van de ruimte (geluidskenmerken van de
luidsprekers, luidsprekerposities, kamerakoestiek, etc.).
U kunt genieten van goed gebalanceerd geluid zonder speciale kennis
door gebruik te maken van de YPAO technologie (P. 21).
Sluit uw TV, DVD-speler of andere componenten aan.
Sluit de stroomkabel aan en zet het toestel aan.
Selecteer de component die is aangesloten in stap 3 als
signaalbron en start de weergave.
y
Dit toestel ondersteunt de SCENE functie (bladzijde 24) die de
signaalbron en het geluidsveldprogramma op een bepaald moment
wijzigt. Er zijn vier vooraf ingestelde scènes voor verschillende doelen
voor Blu-ray disc, DVD en CD en u kunt een scène selecteren uit de
sjablonen door te drukken op een toets van de afstandsbediening.
Snelstartgids
Stap 1: Items prepareren voor setup
Vereisten hoeveelheid
Luidsprekers Voor-luidspreker 2
Midden-luidspreker 1
Surround-luidspreker 2
Surround achter-
luidspreker
2
Actieve subwoofer 1
Luidsprekerkabel 7
Subwooferkabel 1
Weergavecomponent zoals een DVD-
speler
1
Beeldscherm zoals een TV 1
Videokabel of HDMI kabel 2
Audiokabel 2
Rechter voor-luidspreker
Subwoofer
Linker surround-luidspreker
Rechter surround-
luidspreker
Linker voor-
luidspreker
Beeldscherm
Midden-
luidspreker
Componenten
(zoals een DVD-speler)
Rechter surround
achter-luidspreker
Linker surround
achter-luidspreker
Stap 2: Instellen van uw luidsprekers
Luidsprekers opstellen P. 10
Aansluiten van luidsprekers P. 1 1
Stap 3: Aansluiten van uw componenten
Aansluiten van een beeldscherm of projector P. 1 4
Aansluiten van andere componenten P. 1 6
Aansluiten van een multiformaat-speler of
een externe decoder P. 1 8
Aansluiten van een externe versterker P. 1 8
Aansluiten van een USB opslagapparaat P. 19
Aansluiten van een Yamaha iPod universeel
dock of Bluetooth draadloze audio-ontvanger P. 1 8
Aansluiten op het netwerk P. 1 9
Aansluiten van de FM en AM antennes P. 2 0
Stap 4: Inschakelen van het toestel
Aansluiten van het netsnoer P. 2 0
Aan en uit zetten van dit toestel P. 2 0
Stap 5: Selecteren van de signaalbron en
de weergave starten
Basisprocedure P. 2 4
Selecteren van geluidsveldprogramma’s P. 2 7
10 Nl
VOORBEREIDINGEN
Dit toestel ondersteunt tot 7.1-kanaals surround. We raden de volgende luidsprekeropstelling aan om het beste te halen
uit het surroundeffect.
7.1-kanaals luidsprekeropstelling
6.1-kanaals luidsprekeropstelling
5.1-kanaals luidsprekeropstelling
Linker en rechter voor-luidsprekers (FL en FR)
De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van
het voorkanaalgeluid (stereogeluid) plus effectgeluid.
Plaats deze luidsprekers op gelijke afstand van de ideale
luisterplek. Stel de hoogte van de TV of het scherm bij
zodat ongeveer 1/4 van het scherm vanaf de onderzijde op
één lijn staat met de tweeters van de voor-luidsprekers.
Midden-luidspreker (C)
De midden-luidspreker is voor weergave van het
middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Plaats deze
halverwege de linker en rechterluidsprekers. Bij gebruik
van een TV, plaatst u de luidspreker juist boven of onder
het midden van de TV met de voorkant van de TV en de
luidspreker op één lijn. Bij gebruik van een scherm plaatst
het onder het midden van het scherm.
Linker en rechter surround-luidsprekers (SL
en SR)
De surround-luidsprekers worden gebruikt voor
omhullende surroundweergave en effecten. Plaats deze
links en rechts achter in de richting van de luisterpositie.
Voor een natuurlijke geluidsstroom in de 5.1-kanaals
luidsprekeropstelling, plaatst u ze iets meer naar achteren
dan in de 7.1-kanaals luidsprekeropstelling.
Linker en rechter surround achter-
luidsprekers (SBL en SBR) / Surround achter-
luidspreker (SB)
De linker en rechter surround-luidsprekers worden
gebruikt voor achtereffecten. Plaats ze aan de achterkant
van de kamer in de richting van de luisterpositie en ten
minste 30 cm uit elkaar, idealiter op dezelfde afstand als
de afstand tussen de linker en rechter voor-luidsprekers.
Voor 6.1-kanaals luidsprekeropstelling worden de linker
en rechter surround achterkanalen gemengd en
weergegeven via de enkele surround achter-luidspreker.
Voor 5.1-kanaals luidsprekeropstelling worden de linker
en rechter surround achterkanalen weergegeven via de
linker en rechter surround-luidspreker.
Subwoofer (SW)
De subwoofer luidspreker wordt gebruikt voor lage tonen
en lage frequentie effect (LFE) geluid opgenomen in
Dolby Digital en DTS signalen. Gebruik een subwoofer
met een ingebouwde versterker, zoals de Yamaha Active
Servo Processing Subwoofer System. Plaats het aan de
buitenkant van de linker en rechter voor-luidsprekers iets
naar binnen gericht om reflecties tegen een wand te
verminderen.
Verbindingen
Luidsprekers opstellen
60˚
30˚
SBR
SBL
FL
FR
C
SL
SR
SR
80˚
SL
SW
SW
30 cm of meer
60˚
30˚
SB
FL
FR
C
SL
SR
SR
80˚
SL
SW
SW
60˚
30˚
FL
FR
C
SL
SR
SR
80˚
SL
SW
SW
Luidsprekerkanalen
11 Nl
Verbindingen
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Linker en rechter aanwezigheidsluidsprekers
(PL en PR)
De zogenaamde ‘aanwezigheids’-luidsprekers geven een
aanvulling op de weergave via de voor-luidsprekers met
extra omgevingseffecten geproduceerd door de
geluidsveldprogramma’s (bladzijde 27). We raden u aan de
aanwezigheidsluidsprekers vooral te gebruiken ten behoeve
van de CINEMA DSP geluidsveldprogramma’s. Om de
aanwezigheidsluidsprekers te gebruiken, dient u de
luidsprekers te verbinden met de SP1 aansluitingen en
vervolgens “Extra Speaker Assignment” in te stellen op
“Presence” (bladzijde 49).
Sluit uw luidsprekers op de respective aansluitingen aan volgens uw luidsprekeropstelling. De volgende afbeelding toont
hoe luidsprekers aan te sluiten voor de 7.1-kanaals luidsprekeropstelling.
y
U kunt Zone2/3 luidsprekers aansluiten op de EXTRA SP (SP1/SP2) aansluitingen (bladzijde 59).
U kunt tot twee subwoofers aansluiten. Wanneer er twee subwoofers worden aangesloten, geven deze hetzelfde geluid weer.
FR
PRPL
C
FL
0,5 t/m 1 m0,5 t/m 1 m
1,8 m 1,8 m
1/4 vanaf de
onderzijde
Aansluiten van luidsprekers
a
b
c
d
e
f
g
h
i
j
k
SUBWOOFER
SPEAKERS
FRONT
CENTER
SINGLE
CLASS 2 WIRING
CABLAGE
CLASSE 2
SURROUND
SURROUND BACK/
BI-AMP
ZONE2/PRESENCE
12
SP1
NETW
O
R
K
R.
AC
K
SU
B
W
OO
FE
R
H
INPUT
AU
DI
O
OU
T
Z
O
NE3
OUT
Z
O
NE2
OUT
FR
O
N
T
S
URR
O
UN
D
S
UR
.
BA
C
K
PRE O
U
T
C
ENTER
S
INGL
E
3
HDMI
4
C
ENTER
E
c
g f
h i
e d
b a
k j
Luidsprekers Aansluitingen op dit toestel 7,1-kanaals 6,1-kanaals 5,1-kanaals
a Links voor FRONT (L) ✔✔✔
b Rechts voor FRONT (R) ✔✔
c Midden CENTER ✔✔✔
d Links surround SURROUND (L) ✔✔✔
e Rechts surround SURROUND (R) ✔✔✔
f Linker surround-achter
(Surround-achter voor 6.1-kanaals)
SURROUND BACK (L)
(SINGLE)
✔✔
g Rechts surround-achter SURROUND BACK (R)
h Subwoofer 1 SUBWOOFER 1 ✔✔✔
i Subwoofer 2 SUBWOOFER 2 Optioneel Optioneel Optioneel
j Aanwezigheid links SP1 (L) Optioneel Optioneel Optioneel
k Aanwezigheid rechts SP1 (R) Optioneel Optioneel Optioneel
12 Nl
Verbindingen
Luidsprekerkabels aansluiten
1 Verwijder ongeveer 10 mm van de isolatie
van het uiteinde van elk van de
luidsprekerdraden en draai vervolgens de
blootliggende draadjes netjes in elkaar zodat
deze geen kortsluiting veroorzaken.
2 Open het knopje, voer de ontblote draden in
en doe het knopje vervolgens weer dicht.
Gebruik van bi-amp (tweevoudige
versterking) aansluitingen
Als u geen surround-achter luidsprekers aansluit, kunt u
de SURROUND BACK/BI-AMP aansluitingen gebruiken
om dubbele versterkeraansluitingen te maken op één
luidsprekersysteem dat dubbele bi-amp aansluitingen
ondersteunt zoals hieronder weergegeven.
Om de aansluitingen te activeren, stel “BI-AMP” in op
“ON” in het geavanceerde setup menu (bladzijde 63).
Opmerking
U kunt geen surround achter-luidsprekers of extra luidsprekers
(aanwezigheids- en Zone2 luidsprekers) gebruiken wanneer er dubbele
versterkeraansluitingen gemaakt worden.
Let op
Een luidsprekersnoer bestaat over het algemeen uit twee geïsoleerde draden naast elkaar. Een van de snoeren heeft
een andere kleur of streep om de polariteit aan te geven. Sluit het ene uiteinde van de gekleurde/gestreepte kabel aan
op de “+” (rode) aansluiting van dit toestel en het andere einde aan dat van de luidspreker, en sluit het ene eind van
de andere kabel aan op de “–” (zwarte) aansluiting van dit toestel en het andere einde aan dat van uw luidspreker.
Voordat u de luidsprekers aansluit, moet u het stroomsnoer afkoppelen.
Zorg ervoor dat de blootliggende luidsprekerdraden nergens contact kunnen maken met elkaar of metalen
onderdelen van dit toestel. Hierdoor kunnen het toestel en/of de luidsprekers beschadigd raken. Als er kortsluiting
optreedt, verschijnt “CHECK SP WIRES!” op het voorpaneel van de display als dit toestel wordt aangezet.
Als beelden op de monitor (CRT) vervormd worden, plaats de luidsprekers dan van het beeldscherm vandaan.
Gebruik luidsprekers met een impedantie van 6-ohm of meer. Stel de luidsprekerimpedantie in in het geavanceerde
setup menu voordat u de luidsprekers aansluit (bladzijde 63). U kunt ook gebruik maken van 4-ohm luidsprekers als
de voor-luidsprekers wanneer u “SP IMP.” instelt op “6ΩMIN”.
Aansluiten met bananenstekker(Uitgezonderd
modellen voor Korea, het V.K., Europa,
Rusland en Azië)
Draai het knopje aan en voer vervolgens de
bananenstekker in in het uiteinde van de klem.
10 mm
1
2
3
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
Bananenstekker
Let op
Voordat u dubbele versterkeraansluitingen maakt, dient
u alle beugels of kabels te verwijderen die een woofer
met een combinatiedeel verbinden. Raadpleeg de
handleiding van de luidsprekers in kwestie voor details.
Als u dubbele versterkeraansluitingen maakt, dient u
ervoor te zorgen dat de beugels of kabels zijn
aangesloten voordat u de luidsprekerkabels aansluit.
SURROUND BACK/
BI-AMP
FRONT
Voor-luidsprekers
Rechts Links
Dit toestel
13 Nl
Verbindingen
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Dit toestel heeft de volgende ingang en uitgangaansluitingen. Gebruik aansluitingen en kabels die geschikt zijn voor de
componenten die u aansluit.
Audio-aansluitingen
Video-aansluitingen
Video/audio-aansluitingen
y
We raden u aan een in de handel verkrijgbare 19-pens HDMI kabel te
gebruiken die korter is dan 5 meter en die duidelijk voorzien is van het
HDMI logo.
Gebruik een conversiekabel (HDMI aansluiting DVI-D aansluiting)
om dit toestel aan te sluiten op andere DVI apparatuur.
U kunt potentiële problemen met de HDMI aansluiting controleren
(bladzijde 44).
Informatie over aansluitingen en stekkers
Aansluiting en kabels Beschrijving
Analoge audio-
aansluitingen
Voor het doorzenden van
conventionele analoge stereo
audiosignalen. Gebruik
stereopenkabels.
COAXIAL aansluitingen Voor het doorzenden van coaxiale
digitale audiosignalen. Gebruik
snoeren met pinnen.
OPTICAL aansluitingen Voor het doorzenden van optische
digitale audiosignalen. Gebruik
optische vezelkabels.
Aansluiting en kabels Beschrijving
VIDEO aansluitingen Voor het doorzenden van
conventionele composiet
videosignalen. Gebruik snoeren
met pinnen.
S VIDEO-aansluiting Voor het doorzenden van S-
videosignalen die luminantie (Y)
en chrominantie (C) componenten
bevatten. Gebruik een S-
videokabel.
COMPONENT VIDEO
aansluitingen
Voor het doorzenden van
component videosignalen die
luminantie (Y), chrominantie
blauw (PB) en chrominantie rood
(PR) componenten bevatten.
Gebruik component-videokabels.
L
R
(wit)
(rood)
COAXIAL
C
(oranje)
OPTICAL
O
VIDEO
V
(geel)
S VIDEO
S
PR
PB
Y
COMPONENT
VIDEO
P
B
Y
P
R
(rood)
(blauw)
(groen)
Aansluiting en kabels Beschrijving
HDMI aansluitingen Voor het doorzenden van digitale
video en digitale audiosignalen.
Gebruik HDMI kabels.
HDMI
HDMI
14 Nl
Verbindingen
Kies in overeenstemming met de typen video-ingangsaansluitingen die beschikbaar zijn op uw beeldscherm (zoals een TV
of projector) één van de aansluitingsmethoden zoals hieronder weergegeven. Wanneer u videospelers zoals een DVD-speler
aansluit op dit toestel met een HDMI aansluiting, sluit dan uw beeldscherm aan op dit toestel met een HDMI aansluiting.
Opmerking
Zorg ervoor dat de stekkers van zowel dit toestel als die van de andere apparatuur uit het stopcontact gehaald zijn.
Als uw beeldscherm een HDMI
ingangsaansluiting heeft
y
Dit toestel is uitgerust met twee HDMI OUT aansluitingen. U kunt de
actieve HDMI OUT aansluiting(en) selecteren door te drukken op
gHDMI OUT (bladzijde 42).
Dit toestel ondersteunt de HDMI bedieningsfunctie (bladzijde 42). Als
uw TV de HDMI bedieningsfunctie ondersteunt, sluit de TV aan op de
HDMI OUT 1 aansluiting om dit toestel te bedienen met de
afstandsbediening van uw TV.
Indien uw beeldscherm geen HDMI
ingangsaansluitingen heeft, maar
component video-ingangsaansluitingen
Indien uw beeldscherm noch HDMI noch
component video-ingangsaansluitingen
heeft
Aansluiten van een beeldscherm of projector
Aansluitingen op
componenten
Aansluitingen op dit
toestel
a HDMI ingang HDMI OUT 1
b HDMI ingang HDMI OUT 2
HDMI OUT 2HDMI OUT 1
(
HDMI CONTROL
)
TRI
GG
ER
OU
T
12
H
DMI
1
(
BD
/
DV
D
)
HDMI
2
HDMI
3
VIDEO
IN
O
U
T
MONI
T
O
R OU
T
12
V
0
.1A MAX.
P
REM
OT
E
CO
MP
O
NENT
G
ND
a
HDMI
HDMI
b
TV
Projector
Aansluitingen op
componenten
Aansluitingen op dit
toestel
c Componentvideo-uitgang MONITOR OUT
(COMPONENT VIDEO)
Aansluitingen op
componenten
Aansluitingen op dit
toestel
d Video ingang (tulpstekker) MONITOR OUT (VIDEO)
M
O
NI
T
O
R
OUT
P
R
P
B
Y
COMPONENT
VIDEO
TRI
GG
ER
OU
T
12
2
H
DMI
O
UT
HDMI
1
(
BD
/
DV
D
)
H
DMI
2
H
DMI
3
VIDE
O
IN
OUT
12V
0.1
A
MAX
.
REM
OT
E
c
P
B
YP
R
TV
VIDEO
MO
NIT
OR OUT
T
RI
GG
ER
OU
T
12
VIDE
O
2
H
DMI
OU
T
HDMI
1
(
B
D
/
DV
D
)
HDMI
2
HDMI
3
IN
O
UT
O
O
12V
0
.1A MAX
.
REM
O
T
E
CO
MP
O
NEN
T
V
d
TV
15 Nl
Verbindingen
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Om geluid van een TV weer te geven via dit toestel,
verbind één van de AV 1-6 aansluitingen van dit toestel
met een audio-uitgangsaansluiting van de TV.
Indien de TV een optische digitale uitgang ondersteunt,
raden we aan dat u de AV 1 aansluiting gebruikt.
Aansluiten op de AV 1 aansluiting stelt u in staat een
ingangsbron over te schakelen op de AV 1 aansluiting met
slechts een enkele toetshandeling, met behulp van de
SCENE functie (bladzijde 24).
Weergeven van TV-geluid via dit toestel
OPTICAL
(
TV
)
A
V
A
1
P
R
P
B
Y
AV
2
CO
AXIAL
AV
3
(
C
D
)
CO
AXIAL
AV
6
AV
O
UT
AU
D
I
O1
AU
D
VIDE
O
P
R
P
B
O
Digitale uitgang
(optisch)
TV
16 Nl
Verbindingen
Dit toestel heeft ingang- en uitgangaansluitingen voor betreffende ingang- en uitgangbronnen. U kunt geluiden en films
produceren van de signaalbronnen die zijn geselecteerd met gebruik van de display van het voorpaneel of de
afstandsbediening.
Opmerking
Zorg ervoor dat de stekkers van zowel dit toestel als die van de andere apparatuur uit het stopcontact gehaald zijn.
Audio- en videospeler / Set-top box
Aansluiten van andere componenten
Externe component Signaal
Uitgangsaansluitingen
op componenten
Ingangsaansluitingen op dit toestel
Externe component
met HDMI uitgang
Audio/video HDMI uitgang HDMI 1 (BD/DVD)
HDMI 2
HDMI 3
HDMI 4
Externe component
met component
videouitgang
Audio Optische digitale uitgang AV 1 (TV) OPTICAL
Video Componentvideo-uitgang COMPONENT VIDEO
Audio Coaxiale digitale uitgang AV 2 COAXIAL
Video Componentvideo-uitgang COMPONENT VIDEO
Externe component
met S-video uitgang
Audio Analoog audiosignaal AV 5 Analoge audio
Video S-video uitgang S VIDEO
Externe component
met composiet
videouitgang
Audio Coaxiale digitale uitgang AV 3 (CD) COAXIAL
Video Composiet uitgang VIDEO
Audio Optische digitale uitgang AV 4 OPTICAL
Video Composiet uitgang VIDEO
Audio Analoog audiosignaal AV 5 Analoge audio
Video Composiet uitgang VIDEO
Audio Analoog audiosignaal AV 6 Analoge audio
Video Composiet uitgang VIDEO
COMPONENT
VIDEO
P
R
P
B
Y
OPTICAL
OPTICAL
OUT
(
TV
)
A
V
1
AV 2
COAXIAL
AV 3
(
CD
)
COAXIAL
OPTICAL
AV 4
AV 5
AV 6
AV
OUT
AUDIO1
AUDIO2
FRONT
SURROUND
SUR.BACK
SUBWOOFER
MULTI CH INPUT
AUDIO
OUT
VIDEO
PHONO
S VIDEO
HDMI 1
(
BD/DVD
)
HDMI 2
HDMI 3
HDMI 4
CENTER
DIGITAL
AUDIO
GND
D
OC
K
RS
-
232
C
TRI
GG
ER
O
U
T
N
12
Z
O
N
OU
H
DMI
OU
T
2
HDMI
OU
T
1
ANTENNA
UNB
AL
.
FM
G
N
D
AM
(
HDMI
CO
NT
RO
L
)
V
IDE
O
IN
O
UT
MONITOR OU
T
12
V
0.1
A
MAX.
F
R
O
N
T
P
R
P
B
Y
R
EM
O
T
E
CO
MP
O
NEN
T
VIDE
O
Audio / videouitgang (AV OUT)
Audio-ingang (AUDIO 1/2)
HDMI ingang
(HDMI 1-4)
Audio-uitgang
(AUDIO OUT)
Multikanaals audio-ingang (MULTI CH INPUT)
Audio-uitgang
(DIGITAL AUDIO)
Audio /
videoingang (AV 1-
6)
Audio-ingang (PHONO)
17 Nl
Verbindingen
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
y
Ingangsaansluitingen tussen haakjes geven de aansluitingen aan aan welke de SCENE functie (bladzijde 24) toegewezen is door de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen. Om de SCENE functie te gebruiken met de oorspronkelijke fabrieksinstellingen, sluit u de externe componenten die de SCENE
functie ondersteunen aan op deze aansluitingen.
U kunt de naam van de signaalbron die wordt weergegeven op de display van het voorpaneel zo nodig veranderen (bladzijde 53).
Zie bladzijde 58 over hoe gebruik te maken van de ZONE2/3 OUT aansluitingen.
Wanneer u een externe component aansluit op analoge audio- en component video- (of composiet) uitgangsaansluitingen, sluit dan de analoge audio-
uitgang aan op de AUDIO 1 of AUDIO 2 aansluitingen van dit toestel terwijl u een videoverbinding (component video of composiet) maakt. Selecteer
vervolgens de weer te geven video wanneer “AUDIO 1” of “AUDIO 2” is geselecteerd als de signaalbron (bladzijde 45).
Audiospeler
y
Indien uw CD-speler een coaxiale digitale uitgangsaansluiting heeft, sluit deze aan op de AV3 aansluiting van dit toestel. In dit geval kunt u gebruik
maken van de SCENE functie (bladzijde 24) met de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Als u een draaitafel met een laag-vermogen MC cartridge heeft verbonden met de PHONO aansluitingen, gebruik dan een in-line boost transformator of
een MC-kopversterker.
Verbind uw draaitafel met de GND aansluiting van dit toestel om ruis in het signaal te verminderen.
Interne signaalstroom
Stroomschema videosignalen
Dit toestel converteert automatisch ingangsvideosignalen
en geeft de signalen weer via de HDMI OUT
aansluitingen en MONITOR OUT (COMPONENT
VIDEO en VIDEO) aansluitingen (videoconversie).
Opmerking
De AV OUT (composiet video-) aansluiting geeft alleen videosignalen
weer die binnenkomen via de composiet video-ingangsaansluitingen.
Stroomschema audiosignalen
Opmerkingen
De audiosignalen die binnenkomen via de HDMI ingangsaansluitingen
worden weergegeven via de luidsprekeraansluitingen of de HDMI OUT 1/2
aansluitingen, afhankelijk van de “Audio Output” instelling (bladzijde 51).
De DIGITAL AUDIO (OPTICAL OUT) aansluiting geeft alleen digitale
audiosignalen weer wanneer er signalen binnenkomen via de optische of
coaxiale optische ingangsaansluitingen en de bijbehorende signaalbron
geselecteerd is.
Externe component
Uitgangsaansluitingen
op componenten
Ingangsaansluitingen op dit toestel
Externe component met optische digitale
uitgang
Optische digitale uitgang AV 1 (TV) OPTICAL
AV 4 OPTICAL
Externe component met coaxiale digitale
uitgang
Coaxiale digitale uitgang AV 2 COAXIAL
AV 3 (CD) COAXIAL
Externe component met analoge audio
uitgang
Analoog audiosignaal AV 5 Analoge audio
AV 6 Analoge audio
AUDIO 1 Analoge audio
AUDIO 2 Analoge audio
Draaitafel Analoog audiosignaal PHONO Analoge audio
Over audio-/video-uitgangaansluitingen
Wanneer u de AV OUT aansluitingen gebruikt: sluit deze aansluitingen aan op de composiet video- en analoge
audio-ingangsaansluitingen van een externe component.
Wanneer u de AUDIO OUT aansluitingen gebruikt: sluit deze aansluitingen aan op de analoge audio-
ingangsaansluitingen van een externe component.
Wanneer u de DIGITAL AUDIO (OPTICAL OUT) aansluitingen gebruikt: sluit deze aansluiting aan op de
optische digitale ingangsaansluiting van een externe component.
HDMI
S VIDEO
VIDEO
P
R
P
B
Y
HDMI OUT
VIDEO
P
R
P
B
Y
HDMI
Component
video
S-video
Ingang Uitgang
Composiet
video
HDMI
OPTICAL
HDMI OUT
OPTICAL
OUT
COAXIAL
HDMI
Optisch
digitaal
Analoog
Ingang Uitgang
MULTI CH INPUT
Luidsprekeraanslui-
tingen
Coaxiaal
digitaal
18 Nl
Verbindingen
Aansluiten van een multiformaat-speler of
externe decoder
Dit toestel is voorzien van 8 extra ingangsaansluitingen
(L/R voor, Midden, L/R surround, Surround achter en
Subwoofer) voor analoog multikanaals ingangssignalen
van een multiformaat-speler, externe decoder, etc.
Opmerkingen
Als u “MULTI CH” selecteert als de ingangsbron, wordt de digitale
geluidsveldverwerker automatisch uitgeschakeld.
Daar dit toestel geen signaalinvoer doorzendt naar de MULTI CH INPUT
aansluitingen om ontbrekende luidsprekers te compenseren, sluit tenminste
een 5.1-kanaals luidsprekersysteem aan bij gebruik van deze functie.
U kunt een te reproduceren videosignaal specificeren tijdens een
multikanaals audioweergave (bladzijde 45). Als uw DVD-speler analoge
multikanaals uitgangsaansluitingen heeft, sluit deze aan op de MULTI
CH INPUT aansluitingen bij het maken van een video-aansluiting
(component video of composiet).
Aansluiten van een externe versterker
Indien u nog een versterker wilt gebruiken, sluit dan een
externe versterker aan op de PRE OUT aansluitingen. Elke
PRE OUT aansluiting produceert hetzelfde signaal als de
bijbehorende luidsprekeraansluitingen.
Opmerking
Wanneer u de PRE OUT aansluitingen gebruikt, mag u niets verbinden
met de luidsprekeraansluitingen.
a FRONT PRE OUT aansluitingen
Voorkanaal uitgangsaansluitingen.
b SURROUND PRE OUT aansluitingen
Surroundkanaal uitgangsaansluitingen.
c SUR.BACK PRE OUT aansluitingen
Surround achter-uitgangsaansluitingen. Als u slechts één externe
versterker aansluit voor het surround achter-kanaal, dient u deze
te verbinden met de linker SUR.BACK (SINGLE) aansluiting.
y
Om surround achter-kanaalsignalen te reproduceren via deze
aansluitingen, stel “Surround Speaker” in op een willekeurige
parameter behalve “None” (bladzijde 49).
d CENTER PRE OUT aansluiting
Middenkanaal uitgangsaansluiting.
e SUBWOOFER PRE OUT 1/2 aansluiting
Sluit een subwoofer met een ingebouwde versterker aan.
Zenden/ontvangen van
afstandsbedieningssignalen
Wanneer de componenten de mogelijkheid bieden om
afstandsbedieningssignalen door te sturen, sluit de
REMOTE IN en REMOTE OUT aansluitingen als volgt aan
op de in- en uitgangsaansluitingen van de afstandsbediening
met behulp van het monaurale analoge minikabeltje.
y
Als u een Yamaha component aansluit die de ontvangst van het SCENE
bedieningssignaal via de REMOTE OUT aansluiting van dit toestel
ondersteunt, kunt u de weergave starten op de Yamaha component door
gebruik te maken van de SCENE functie (bladzijde 24).
Als u een andere component dan Yamaha producten aansluit op de
REMOTE OUT aansluiting van dit toestel, stel dan “SCENE IR” in op
“OFF” in het geavanceerde setup menu (bladzijde 63).
Dit toestel heeft de DOCK aansluiting om een Yamaha
iPod universeel dock (YDS-11, los verkrijgbaar) of een
Bluetooth draadloze audio-ontvanger (YBA-10, los
verkrijgbaar) aan te sluiten. U kunt een iPod of een
Bluetooth component afspelen met dit toestel door het aan
te sluiten op de DOCK aansluiting.
FRONT
SURROUND
SUR.BACK
SUBWOOFER
MULTI CH INPUT
CENTER
LRLR RL
Surround-achter
uitgang
Surroundkanaal
uitgang
Voorkanaal uitgang
Subwoofer uitgang
Middenkanaal uitgang
Multi-formaat speler of externe decoder
(7.1-kanaals weergave)
FRONT
SURROUND
SUR. BACK
SUBWOOFER
PRE OUT
CENTERSINGLE
1
2
abc d
e
Aansluiten van een Yamaha iPod
universeel dock of een Bluetoothh™
draadloze audio-ontvanger
IN
OUT
REMOTE
HDMI 1
B
D
/
DVD
)
HDMI
2
HDMI
3
HDMI 4
VIDE
O
MO
NIT
O
R
OU
T
P
R
P
B
Y
CO
MP
O
NEN
T
VIDE
O
Afstandsbedie-
ningsuitgang
Afstandsbedie-
ningsingang
Infraroodontvanger of
Yamaha component
IR flasher of Yamaha
component (CD- of DVD-
speler, etc.)
DOCK
RS
-
2
3
2
C
T
RI
GG
ER
O
CO
MP
O
NENT
VIDE
O
P
R
12
O
PTI
C
A
L
O
U
T
H
DMI OUT
2
HDMI OUT
1
ANTENNA
PH
O
N
O
UNB
AL
.
FM
G
N
D
S
V
IDE
O
HD
(
BD
(
H
DMI
CO
N
T
R
O
L
)
G
N
D
Yamaha iPod universeel dock of Bluetooth
draadloze audio-ontvanger
19 Nl
Verbindingen
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Om dit toestel aan te sluiten op uw netwerk dient u het ene
uiteinde van een netwerkkabel (CAT-5 of hoger
geclassificeerde zg. ‘straight’ kabel met rechtstreekse
doorverbinding) in de NETWORK poort van dit toestel te
steken en het andere uiteinde in één van de LAN poorten
van uw router die ondersteuning biedt voor de DHCP
(Dynamic Host Configuration Protocol) serverfunctie. Om
te genieten van Internetradio of muziekbestanden die
opgeslagen zijn op uw PC, moet elk apparaat in het netwerk
goed aangesloten zijn.
Opmerkingen
U moet een STP (Shielded Twisted Pair) kabel (los verkrijgbaar)
gebruiken om dit toestel aan te sluiten op een netwerkhub of router.
Als de DHCP serverfunctie van uw router uitgeschakeld is, zult u de
netwerkinstellingen met de hand moeten configureren (bladzijde 53).
Sluit uw USB geheugenapparaat of draagbare USB
audiospeler aan op de USB poort op het voorpaneel van
dit toestel. Voor informatie over de USB opslagapparaten
die ondersteund worden door dit toestel, zie bladzijde 38.
Gebruik de HDMI IN aansluiting of analoge AUDIO/
VIDEO aansluitingen op het voorpaneel om een
spelcomputer, camcorder of digitale camera op dit toestel aan
te sluiten. U moet het volume van dit toestel en de andere
componenten laag zetten voor u de aansluitingen gaat maken.
Opmerking
Wanneer er tegelijkertijd signalen binnenkomen via de HDMI IN en
analoge ingangsaansluitingen (AUDIO L/R en VIDEO), heeft de HDMI
aansluiting prioriteit.
Opmerking
Bevestig het geleverde VIDEO AUX ingangskapje op de VIDEO AUX
aansluitingen wanneer u deze aansluitingen niet gebruikt, ter
bescherming tegen stof. Om het kapje te verwijderen drukt u op het
rechter gedeelte ervan.
Aansluiten op het netwerk
Aansluiten van een USB opslagapparaat
NETWORK
T
RI
GG
ER
OU
T
1
2
2
HDMI
1
(
BD
/
DV
D
)
HDMI
2
H
DMI
3
H
DMI 4
IN
M
ONI
T
OR OU
T
12V
0
.1
A
MAX
.
REM
OT
E
CO
MP
O
NEN
T
LAN
WAN
Netwerkkabel
Modem
Router
PC
Internet
ON/OFF
PHONES
MAIN ZONE
SILENT CINEMA
TONE CONTROL
PROGRAM
STRAIGHT PURE DIRECT
EFFECT
BD/DVD
TV
CD
RADIO
SCENE
USB
O
N
/
O
F
F
P
H
O
NE
S
MAIN
Z
O
N
E
S
ILENT
C
INEMA
T
O
NE
CO
NTR
OL
PR
O
GRAM
S
TRAI
G
HT
P
URE DIRE
CT
E
FFE
C
T
BD
/D
VD
TV
C
D
RADI
O
S
CEN
E
USB
USB geheugenapparaat of
draagbare USB
audiospeler
Gebruiken van de VIDEO AUX
aansluitingen
STRAIGHT PURE DIRECT
INPUT
OPTIMIZER MIC
VIDEO
HDMI IN
AUDIO
VIDEO
AUX
EFFECT
B
D/DVD
TV
CD
RADIO
SCENE
STRAIGHT
P
URE DIREC
T
INP
UT
OPTIMIZER MI
C
E
FFE
C
T
B
D/
D
VD
TV
C
D
R
ADI
O
SC
ENE
R
L
AUDIO
VIDEO
HDMI IN
V
L
R
HDMI
Spelcomputer, camcorder of
digitale camera
Analoog
audiosignaal
Video uitgang
HDMI uitgang
IN
P
U
T
O
P
T
IM
IZ
E
R
M
IC
V
ID
E
O
HD
M
I I
N
A
U
D
IO
V
ID
E
O
AU
X
V
O
L
U
M
E
l
h
O
R
Y
B
A
N
D
TUNING
PUSH
Bevestig het kapje
IN
P
U
T
O
P
T
IM
IZ
E
R
M
IC
V
ID
E
O
HDM
I I
N
A
U
D
IO
V
ID
E
O
AU
X
V
O
L
U
M
E
l
h
O
R
Y
B
A
N
D
TUNING
PUSH
Verwijder het kapje
20 Nl
Verbindingen
Een binnen FM antenne en een AM ringantenne worden
bij dit toestel geleverd. Sluit deze antennes op de juiste
wijze aan op de betreffende aansluitingen.
y
De meegeleverde antennes zijn normaal gevoelig genoeg om een goede
ontvangst te krijgen.
Plaats de AM ringantenne weg van dit toestel.
Als u geen goede ontvangst kunt krijgen, raden we het gebruik van een
buitenantenne aan. Neem contact op met de dichtstbijzijnde Yamaha
dealer of het servicecentrum voor meer informatie.
Gebruik altijd de AM ringantenne zelfs als de buitenantenne is
aangesloten.
In elkaar zetten van de meegeleverde AM
ringantenne
Aansluiten van de meegeleverde AM ringantenne
De draden van de AM ringantenne hebben geen polariteit.
U kunt de ene draad verbinden met de AM aansluiting en
de andere met de GND aansluiting.
Nadat alle aansluitingen gereed zijn, steekt u het
bijgeleverde netsnoer in de netstroomingang en
vervolgens steekt u de stekker in het stopcontact.
1 Druk op LMAIN ZONE ON/OFF op het
voorpaneel (of op pPOWER op de
afstandsbediening) om dit toestel aan te
zetten.
2 Druk nogmaals op LMAIN ZONE ON/OFF
(of op pPOWER) om dit toestellen uit (in
standby) te zetten.
y
Het toestel heeft een paar seconden nodig voordat hij klaar is voor
weergave.
U kunt dit apparaat ook aanzetten door te drukken op RSCENE (of
hSCENE).
Dit toestel gebruikt een klein beetje elektriciteit, zelfs in de stand-
bystand. We raden u aan om het stroomsnoer uit het stopcontact te halen.
Aansluiten van de FM en AM antennes
ANTENNA
UNBAL.
FM
GND
AM
CO
MP
O
NEN
T
VIDE
O
P
R
P
B
Y
O
PTI
C
A
L
O
UT
VIDE
O
P
H
O
N
O
S
V
IDEO
(
B
D
/
DV
D
)
(
H
DMI
CO
NTR
O
L
)
VIDE
O
IN
O
U
T
M
O
NI
T
O
R
OUT
P
R
P
B
Y
RE
C
OMPONENT
VIDE
O
D
I
GI
TA
L
AU
DI
O
G
N
D
Aarde (GND aansluiting)
De GND aansluiting is voor
ruisvermindering.
FM binnenantenne
AM ringantenne
Drukken en
vasthouden
LoslatenInbrengen
Aansluiten van het netsnoer
Aan en uit zetten van dit toestel
Let op
Haal de stekker niet uit het stopcontact als het aan is.
Als u dit doet kan het toestel beschadigen of kunnen de
isntellingen van het toestel onjuist worden opgeslagen.
AC IN
Naar het stopcontact
21 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Dit toestel heeft een Yamaha Parametric Acoustic Optimizer (YPAO). Met de YPAO past dit toestel automatisch de
uitgangkenmerken van uw luidsprekers aan op basis van de luidsprekerpositie, de prestatie van de luidspreker en de
akoestische kenmerken van de ruimte. We raden u aan dat u eerst de uitgangkenmerken met de YPAO afstelt als u dit
toestel gebruikt.
1 Controleer de volgende punten.
Voordat de automatische instellingen gestart worden,
controleert u het volgende.
Alle luidsprekers en de subwoofer zijn op de juiste
wijze aangesloten.
Er mag geen hoofdtelefoon zijn aangesloten op dit
toestel.
De videomonitor is op de juiste wijze aangesloten.
Dit toestel en het beeldscherm moeten worden
ingeschakeld.
Dit toestel is geselecteerd als de videosignaalbron
van de videomonitor.
Een eventueel aangesloten subwoofer moet worden
ingeschakeld en het volume moet ongeveer
halverwege (of iets lager) worden ingesteld.
De crossoverfrequentiebediening voor de
aangesloten subwoofer zijn op de maximum stand
ingesteld.
2 Verbind de meegeleverde
optimalisatiemicrofoon met de
UOPTIMIZER MIC aansluiting op het
voorpaneel.
“MIC ON. View GUI MENU” verschijnt op de display
van het voorpaneel.
Het GUI menuscherm verschijnt op de videomonitor.
y
U kunt het bovenstaande menuscherm van het Setup menu weergeven
(bladzijde 48).
3 Plaats de optimalisatie-microfoon op uw
normale luisterplek op een vlak en
horizontaal oppervlak met de omni-
directionele microfoonkop naar boven.
y
Het verdient aanbeveling een statief of iets vergelijkbaars te gebruiken
om de optimalisatie-microfoon vast te zetten op dezelfde hoogte als waar
uw oren zich zouden bevinden wanneer u op uw luisterplek zit. U kunt de
optimalisatiemicrofoon vastmaken aan het statief met de
bevestigingsschroef van het statief.
Aanpassen van de luidsprekerinstellingen aan uw kamer (YPAO)
Let op
Wij wijzen u erop dat het normaal is dat tijdens de
Auto Setup” procedure luide testtonen worden
geproduceerd. Laat kleine kinderen niet de kamer
binnengaan tijdens de procedure.
Om de beste resultaten te bereiken moet u ervoor
zorgen dat de ruimte zo stil mogelijk is tijdens de
Auto Setup” procedure. Als er teveel andere
geluiden zijn, is het mogelijk dat de resultaten
tegenvallen.
y
U kunt de uitgangskarakteristieken van uw luidsprekers manueel
instellen met “Manual Setup” in het Setup menu (bladzijde 48).
Gebruikmaken van Auto Setup
VOLUME
MIN MAX
CROSSOVER/
HIGH CUT
MIN MAX
Subwoofer
INPUT
V
IDE
O
HDMI I
N
A
U
DI
O
V
IDE
O
A
UX
OPTIMIZER MIC
Optimalisatie-microfoon
Auto Setup
Extra Speaker Assignment
Zone2+Zone3Zone2
None
Presence
FrontFlat Natural
EQ Type
Move focus
Start
Start
Optimalisatie-microfoon
22 Nl
Aanpassen van de luidsprekerinstellingen aan uw kamer (YPAO)
4 Wanneer de luidsprekers zijn aangesloten op
de EXTRA SP aansluitingen, druk
herhaaldelijk op jCursor k om “Extra
Speaker Assignment” te selecteren en druk
vervolgens op jCursor l / h om te
selecteren hoe de EXTRA SP aansluitingen
via “Zone2”, “Zone2+Zone3”, “Presence” of
“None” te gebruiken.
Als dit toestel niet werkt als u drukt op jCursor,
druk dan eenmaal op iON SCREEN en gebruik
vervolgens het toestel.
5 Om geluidskenmerken te selecteren die
ingesteld moeten worden, drukt u op
jCursor n om “EQ Type” te selecteren en
vervolgens op jCursor l / h.
Als dit toestel niet werkt als u drukt op jCursor,
druk dan eenmaal op iON SCREEN en gebruik
vervolgens het toestel.
Dit toestel heeft een parametrische equalizer die de
signaalniveaus voor elk frequentiebereik aanpast. De
equalizer is afgesteld om een samenhangend
geluidsveld te produceren op basis van automatisch
gemeten luidsprekerkenmerken.
In “EQ Type” kunt u de volgende parametrische
equalizerkenmerken selecteren die geschikt zijn voor
de gewenste geluidskenmerken.
Flat
Dit stelt elke luidspreker af op het verkrijgen van
dezelfde kenmerken. Selecteer dit als uw luidspreker
vergelijkbare kwaliteiten heeft.
Front
Dit stel elke luidspreker af op het verkrijgen van
dezelfde kenmerken als de linker en rechter voor-
luidsprekers. Selecteer dit als uw linker en rechter
voor-luidsprekers aanzienlijk betere kwaliteit hebben
dan andere luidsprekers.
Natural
Dit stelt alle luidsprekers af op het bereiken van
natuurlijk geluid. Selecteer dit als geluiden in het
hoge tonen-bereik te sterk lijken als “EQ Type” staat
ingesteld op “Flat”.
6 Druk op jCursor n om “Start” te selecteren
en druk vervolgens op jENTER om de
setup procedure te starten.
Er begint een aftelling en een meting in 10 seconden.
Er is een luide testtoon te horen tijdens het meten.
Opmerkingen
Voer geen handelingen uit met dit toestel terwijl de automatische
setup bezig is.
Druk op jCursor k om de automatische setup procedure te
annuleren.
Als de meting is voltooid, verschijnt “YPAO
Complete” op de display van het voorpaneel en
verschijnen de meetresultaten op het GUI menuscherm.
Speaker Config
Geeft het aantal op dit toestel aangesloten luidsprekers aan
in de volgende volgorde:
Totaal van Voor en Midden/Totaal van Surround en
Surround achter/Subwoofer
Distance (Min / Max)
Geeft de luidsprekerafstand weer vanaf de luisterpositie in
de volgende volgorde:
Afstand dichtstbijstaande luidspreker/Afstand verafst
staande luidspreker
Level (Min / Max)
Geeft het luidsprekeruitgangsniveaus weer in de volgende
volgorde:
Laagste luidsprekeruitgangsniveau/Hoogste
luidsprekeruitgangsniveau
Opmerkingen
Indien “Error” op het GUI menuscherm verschijnt tijdens “Auto Setup”,
dan wordt de meting geannuleerd en het type fout weergegeven. Zie
“Wanneer een foutmelding wordt weergegeven tijdens meting” voor
meer informatie (bladzijde 23).
Indien er problemen optreden tijdens de meting, verschijnt “Check xx
warning(s)” (xx geeft het aantal waarschuwingen aan) in het rood. Zie
“Wanneer een foutmelding wordt weergegeven na meting” voor meer
informatie (bladzijde 23).
7 Druk op jENTER om uw instellingen te
bevestigen.
Om de handeling te annuleren, druk op jCursor
l / h om “Cancel” te selecteren en druk op
jENTER.
De kenmerken van de luidspreker worden aangepast
volgens de meetresultaten.
Als het volgende scherm verschijnt, verwijdert u de
optimalisatiemicrofoon. “Auto Setup” is nu voltooid.
y
Indien u de metingsresultaten niet wilt toepassen, selecteert u “Cancel”.
Voer opnieuw “Auto Setup” uit als u het aantal posities van de
luidsprekers wijzigt.
Het meten duurt ongeveer 3 minuten. Om precieze
resultaten te bereiken, dient u te verblijven op een plek
waar u de meting niet verstoort, zoals aan de zijkant of
achter de luidsprekers of buiten de ruimte.
De optimalisatiemicrofoon is niet goed bestand tegen
warmte. Bewaar hem na meting op een koele plaats uit
direct zonlicht. Laat hem niet op een plek waar hij
onderhevig zal zijn aan hoge temperaturen, zoals op
een AV-component.
3 /4 / 0.1
3.00m / 10.50m
-3.5dB / +4.5dB
Auto Setup
Speaker Config :
Distance (Min / Max) :
Level (Min / Max) :
Result
Set
Cancel
Finish
Select items
Auto Setup
Please disconnect the micorphone
(Then this screen will automatically disappear)
Return
Auto Setup Completed !
23 Nl
Aanpassen van de luidsprekerinstellingen aan uw kamer (YPAO)
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Als er een fout wordt gedetecteerd tijdens meting, wordt
de meting geannuleerd en verschijnt “Error” op het GUI
menuscherm. Controleer de fout en los het probleem op.
Voor details over elke foutboodschap, zie bladzijde 74.
Druk eenmaal op jCursor n, druk op jCursor
l / h om “Retry” of “Exit” te selecteren en druk
vervolgens op jENTER.
Retry
Voert “Auto Setup” opnieuw uit.
Exit
Dit beëindigt de meting en “Auto Setup”.
y
Als “E-5:NOISY” verschijnt kunt u doorgaan met meten. Om door te
gaan met meten, selecteert u “Proceed”. Wij raden u echter aan eerst het
probleem op te lossen voordat u wederom met de meting begint.
Als er een probleem optreedt tijdens meting, verschijnt
“Check xx warning(s)” op het GUI menuscherm.
Controleer de fout en los het probleem op. Voor details
over elke foutboodschap, zie bladzijde 75.
y
Optimalisatie wordt niet uitgevoerd als een waarschuwingsbericht wordt
weergegeven. Wij raden u echter aan eerst het probleem op te lossen en
opnieuw “Auto Setup” uit te voeren.
1 Druk op jCursor n / k om “Check xx
warning(s)” te selecteren en druk dan op
jENTER.
Er worden details van het waarschuwingsbericht
weergegeven. Indien er meerdere
waarschuwingsberichten zijn, kunt u het volgende
bericht weergeven met jCursor h.
2 Om terug te keren naar de display met het
eerste resultaat, druk opnieuw op jENTER.
Wanneer een foutmelding wordt
weergegeven tijdens meting
Wanneer een waarschuwingsmelding
wordt weergegeven na meting
Error
FrontL/R channel signals are not detected.
Check wiring and connections of the front L/R speakers.
Move focus
E-1 : No Front Speakers
Retry Exit
3 /4 / 0.1
3.00m / 10.50m
-3.5dB / +4.5dB
Auto Setup
Speaker Config :
Distance (Min / Max) :
Level (Min / Max) :
Result
Set Cancel
See details
Select items
Check 2 warnings
24 Nl
BASISBEDIENING
1 Zet de externe componenten (TV, DVD-speler,
etc.) die zijn aangesloten op dit toestel, aan.
2 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dIngangskeuzetoets) om een
ingangsbron te selecteren.
Indien u op dUSB/NET op de afstandsbediening
drukt, druk op de wSub-ingangskeuze toets
om een sub-ingangsbron te selecteren.
De naam van de geselecteerde ingangsbron verschijnt
een paar seconden.
y
Als u twee beeldschermen aansluit op de HDMI OUT
aansluitingen van dit toestel, druk herhaaldelijk op gHDMI
OUT om het (de) actieve beeldscherm(en) te selecteren
(bladzijde 42).
U kunt een ingangsbron ook selecteren via het GUI menuscherm
(bladzijde 25).
U kunt de naam van de ingangsbron die wordt weergegeven op de
display van het voorpaneel of het GUI menuscherm zo nodig
veranderen (bladzijde 53).
3 Geef het externe component dat u hebt
geselecteerd als signaalbron, of selecteer
een radiozender op de tuner.
Raadpleeg de handleiding van de betreffende
component voor gegevens over weergave. Voor het
selecteren van radiozenders of afspelen van een iPod,
Bluetooth component, USB opslagapparaat of
netwerkinhoud met gebruik van dit toestel, kijkt u bij
het volgende.
FM/AM radio-afstemming (bladzijde 31)
Afspelen van iPod (bladzijde 35)
Afspelen van Bluetooth component (bladzijde 37)
Afspelen van USB opslagapparaat (bladzijde 38)
Afspelen van Internetradio (bladzijde 41)
Afspelen van PC (bladzijde 39)
4 Draai aan de KVOLUME knop (of druk op
tVOLUME +/–) om het volume te regelen.
Dit toestel heeft een SCENE functie waarmee u de
signaalbronnen en de geluidsveldprogramma’s kan
veranderen met één toets. Er zijn vier scènes beschikbaar
voor verschillend gebruik, zoals het afspelen van films of
muziek. De volgende signaalbronnen en
geluidveldprogramma’s worden als oorspronkelijke
fabrieksinstellingen geleverd.
y
Als dit toestel in standby staat, kunt u dit toestel aanzetten door te
drukken op RSCENE (of op hSCENE).
Als u een Yamaha DVD/CD-speler aansluit die de capaciteit van de
SCENE bedieningssignalen ingesteld heeft op de REMOTE OUT
aansluiting van dit toestel, kunt u de weergave starten op de speler door
gebruik te maken van de SCENE functie.
Druk op RSCENE (of op hSCENE).
y
U kunt een SCENE ook selecteren via het GUI menuscherm
(bladzijde 25).
Selecteer de gewenste signaalbron/
geluidsveldprogramma en houd RSCENE (of
hSCENE) ingedrukt totdat “SET Complete” op
de display van het voorpaneel verschijnt.
Weergave
Basisprocedure
VOL.
AV1
Signaalbronnaam
VOL.
SW
C
LR
SL SR
Volume-18.5dB
Volume
Opmerking
Wanneer u DTS-CD afspeelt, kan er in bepaalde omstandigheden
ruis worden uitgezonden waardoor een luidspreker niet goed
functioneert. Zorg dat het volume op laag is ingesteld voordat u de
weergave start. Doe het volgende als ruis wordt weergegeven.
1) Wanneer alleen ruis wordt weergegeven
Indien een DTS bitstreamsignaal niet goed wordt verzonden
naar dit toestel, wordt alleen ruis weergegeven. Sluit een
weergavecomponent aan op dit toestel met een digitale
verbinding en geef de DTS-CD weer. Als de toestand niet
verbeterd kan het probleem voortkomen uit de
weergavecomponent. Neem contact op met de producent van
de weergavecomponent.
2) Als er ruis wordt uitgezonden tijdens weergave of
overslaan
Voordat u de DTS-CD afspeelt, geeft u het Option menu
weer na het selecteren van de signaalbron en stelt u
“Decoder Mode” in op “DTS” (bladzijde 43).
Gebruik van de SCENE functie
Toetsen Signaalbron Geluidsveldprogramma
BD/DVD HDMI 1 Straight
TV AV 1 Straight
CD AV 3 Straight
RADIO TUNER 7ch Enhancer
Selecteren van een SCENE
Registreren van een signaalbron/
geluidsveldprogramma naar SCENE
25 Nl
Weergave
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERD
E BEDIENING
y
Als u de ingangsbroninstelling wijzigt, registreer de
afstandsbedieningscode van een externe component op de ingangsbron
(bladzijde 61).
U kunt een extern component met de afstandsbediening van
dit toetstel bedienen door een afstandsbedieningscode voor
het externe component in te stellen voor elke signaalbron.
Door de afstandsbedieningscodes in te stellen voor de
gewenste signaalbronnen kunt u schakelen tussen de externe
componenten die zijn verbonden met scèneselecties.
1 Registreer de afstandsbedieningscode van
een extern component naar de gewenste
signaalbron (bladzijde 61).
Opmerking
Deze functie is niet beschikbaar voor de TUNER ingangsbron.
2 Terwijl u de gewenste hSCENE toets
ingedrukt houdt, houd de
dIngangskeuzetoets ingedrukt waarop u
een afstandsbedieningscode hebt
geregistreerd in stap 1.
De externe component kan nu op afstand worden
bediend door gewoon een scène te kiezen.
1 Druk op iON SCREEN op de
afstandsbediening.
Het GUI menuscherm verschijnt op de videomonitor.
2 Gebruik jCursor k / n herhaaldelijk om de
bladzijde te verwisselen en jCursor l / h
herhaaldelijk om de gewenste bron te
selecteren.
y
Als een ingangsbron die u wilt selecteren beschikbaar is in “Select
Scene”, kunt u de gewenste ingangsbron en het gewenste
geluidsveldprogramma onmiddellijk selecteren.
3 Druk op jENTER.
1 Druk op vMUTE op de afstandsbediening
om de geluidsweergave te dempen.
2 Druk nog eens op vMUTE om de
geluidsweergave te hervatten.
U kunt de balans van het hoge tonen bereik (Treble) en het
lage tonen bereik (Bass) van de geluidsweergave
afstemmen via de linker en rechter voor-luidsprekers om
de gewenste toon te krijgen.
1 Druk herhaaldelijk op OTONE CONTROL
op het voorpaneel om “Treble” of “Bass” te
selecteren.
2 Verdraai de PPROGRAM schakelaar om het
frequentiebereik te regelen.
Instelbereik: –10,0 dB t/m +10,0 dB
De display keert binnen een paar seconden
automatisch terug naar het vorige scherm.
Opmerking
De toonregelingsinstellingen zijn niet effectief wanneer dit toestel in de
Pure Direct stand staat of als “MULTI CH” geselecteerd is als
ingangsbron.
Gebruik de Pure Direct functie om te luisteren naar de
high fidelity weergave van de geselecteerde bron.
Wanneer de Pure Directfunctie is ingeschakeld, geeft dit
toestel de geselecteerde signaalbron weer met zo min
mogelijk tussenliggende schakelingen.
Druk op SPURE DIRECT (of op rPURE
DIRECT) om de Pure Direct stand uit of aan te
zetten.
SPURE DIRECT licht op als u de Pure Direct stand
aanzet.
De volgende functies zijn uitgeschakeld in de Pure Direct
stand.
geluidsveldprogramma, toonregeling
weergave en werking van het Option menu en Setup
menu
multi-zone functie
y
De display van het voorpaneel wordt automatisch uitgeschakeld terwijl
dit toestel in de Pure Direct stand is.
Het wisselen van afstandbestuurbare
externe componenten die zijn verbonden
met scèneselecties
Selecteren van een bron op het GUI
menuscherm
Categorie Source
Select Scene BD/DVD, TV, CD, RADIO
Select Input HDMI1-4, V-AUX, PHONO, MULTI CH,
DOCK, AV1-6, AUDIO1/2, USB, NET
RADIO, PC, TUNER
Select Scene
BD/DVD TV CD RADIO
Dempen van audioweergave
Afstemmen van hoge/lage
tonenweergave (toonregeling)
Luisteren naar pure hi-fi weergave
Treble
0.0dB
26 Nl
Weergave
Steek uw hoofdtelefoon in de MPHONES
aansluiting op het voorpaneel.
Als u een geluidveldprogramma selecteert tijdens het
gebruik van de hoofdtelefoon, wordt de stand automatisch
ingesteld op SILENT CINEMA.
Opmerkingen
Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, zullen er geen signalen worden
gereproduceerd via de luidspreker-aansluitingen.
Als multi-kanaalssignalen worden verwerkt, worden geluiden in alle
kanalen gescheiden in linker en rechterkanalen. Als “MULTI CH”
geselecteerd is als de ingangsbron, wordt via de hoofdtelefoon alleen het
geluid weergegeven van de L/R voor-kanalen.
Druk herhaaldelijk op EINFO (of op fINFO).
Beschikbare informatie verschilt afhankelijk van de
geselecteerde ingangsbron.
Als u bijvoorbeeld het HDMI1 signaal selecteert en “DSP
Program” weergeeft, verschijnt het volgende scherm op de
display van het voorpaneel.
Gebruik van uw hoofdtelefoon
Informatie wijzigen op de display van
het voorpaneel
Signaalbron Information
HDMI1-4
AV1-6
AUDIO1/2
V-AUX
PHONO
iPod (DOCK)
(eenvoudige
afstandsbedieningsmodus)
BLUETOOTH (DOCK)
Input
DSP Program
Audio Decoder
MULTI CH Input
TUNER Frequency, DSP Program, Audio
Decoder
(voor Radio Data Systeem
informatie)
Program Service, Program Type,
Radio Text, Clock Time, DSP
Program, Audio Decoder,
Frequency
Straight
Signaalbron
Geluidsveldprogramma
iPod (DOCK)
(menubedieningsstand)
USB (USB/NET)
PC (USB/NET)
(op de display voor
afspeelinformatie)
DSP Program, Audio Decoder,
Song, Artist, Album
(op GUI menuscherm)
List
NET RADIO (USB/NET) (op de display voor
afspeelinformatie)
DSP Program, Audio Decoder,
Station Name
(op GUI menuscherm)
List
Signaalbron Information
27 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Dit toestel is ook uitgerust met een Yamaha digitale geluidsveldverwerking (DSP - Digital Sound Processing) chip. U
kutn genieten van multi-kanaalsgeluiden van bijna alle signaalbronnen met gebruik van diverse geluidveldprogramma’s
die zijn opgeslagen op een chip en een diversiteit aan surround recorders.
Het selecteren van een geluidsveldprogramma op het voorpaneel
Verdraai de PPROGRAM schakelaar om een gewenst geluidsveldprogramma te selecteren.
Het selecteren van een geluidsveldprogramma met de afstandsbediening
Voer de volgende handelingen uit afhankelijk van de categorie van de geluidveldprogramma’s.
Geluidsveldprogramma’s voor films/TV programmas.................... Druk herhaaldelijk op rMOVIE.
Geluidveldprogramma’s voor muziek.............................................. Druk herhaaldelijk op rMUSIC.
Stereoreproductie ............................................................................. Druk herhaaldelijk op rSTEREO.
Multi-kanaals stereo reproductie...................................................... Druk herhaaldelijk op rSTEREO.
Compressed Music Enhancer........................................................... Druk herhaaldelijk op rSTEREO.
Surround decoder ............................................................................. Druk herhaaldelijk op rSUR.DECODE.
Als u bijvoorbeeld “Sci-Fi” selecteert, verschijnt het volgende scherm op de display van het voorpaneel.
Opmerkingen
Geluidsveldprogramma’s worden voor elke signaalbron opgeslagen. Als u de signaalbron verandert, dan wordt het geluidsveldprogramma dat eerder voor
die signaalbron is geselecteerd, opnieuw toegepast.
Als u DTS Express bronnen of audiosignalen afspeelt met een bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz, wordt de rechte decodeerstand
(bladzijde 30) automatisch geselecteerd.
Als u Dolby TrueHD bronnen afspeelt met CINEMA DSP, kan in bepaalde gevallen een ander programma automatisch geselecteerd worden.
Als u DTS-HD bronnen afspeelt met CINEMA DSP, wordt de DTS decoder automatisch geselecteerd.
Dit toestel levert geluidsveldprogramma’s voor meerdere categorieën, inclusief muziek, films en stereoreproductie. Kies
een geluidsveldprogramma op basis van uw eigen smaak, niet alleen op basis van de naam van het programma oid.
y
U kunt controleren welke luidsprekers momenteel signalen uitzenden met de luidsprekerindicators op de display van het voorpaneel (bladzijde 6).
Elk programma kan geluidsveldelementen afstellen (geluidsveldparameters). Zie bladzijde 54 voor details.
in de tabel geeft het geluidsveldprogramma met CINEMA DSP aan (bladzijde 79).
Genieten van de geluidsveldprogramma’s
Selecteren van geluidsveldprogramma’s
Beschrijvingen geluidsveldprogramma
Voor film-/TV-programmabronnen (MOVIE)
Programma Beschrijving
Standard Dit programma creëert een geluidsveld dat de nadruk legt op het omhullende surroundgevoel zonder de
oorspronkelijke akoestische positionering van multikanaals audio zoals Dolby Digital en DTS aan te tasten. Het
ontwerp gaat uit van het concept van een “ideale bioscoop” waarin het publiek wordt omhuld door de natrillingen
van links, rechts en van achteren.
Spectacle Dit programma reproduceert de overweldigende ervaring van groots opgezette spektakelfilms.
Het voorziet in een breed geluidsveld dat past bij Cinemascope en andere breedbeeld films, met een uitstekend
dynamisch bereik, van zeer zachte tot verschrikkelijk harde geluiden.
Sci-Fi Dit programma geeft een heldere reproductie van de verfijnde geluidseffecten van de nieuwste science-fiction en
special-effects films. U kunt hierdoor genieten van een cinematografisch gelaagde virtuele ruimte, waarin de
dialogen, de geluidseffecten en achtergrondmuziek duidelijk gescheiden zijn.
Adventure Dit programma is ideaal voor een precieze reproductie van het geluid bij actie- en avonturenfilms.
Het geluidsveld beperkt natrillingen en geeft de nadruk aan het reproduceren van een zich ver naar links en naar
rechts uitstrekkende geluidsruimte. De gereproduceerde diepte wordt ook relatief beperkt om de scheiding tussen
de audiokanalen en de helderheid van de weergave te kunnen waarborgen.
Sci-Fi
Programmanaam
Geluidsveldprogrammacategorie
28 Nl
Genieten van de geluidsveldprogramma’s
y
Wanneer er multi-kanaals signalen binnenkomen, zullen deze worden teruggemengd naar 2 kanalen en worden weergegeven via de linker en rechter voor-
luidsprekers.
Drama Dit geluidsveld biedt stabiele natrillingen die geschikt zijn voor een breed scala aan filmgenres, van serieus drama
tot musicals en komedies. De natrillingen zijn gematigd maar bieden een optimale 3D gewaarwording, effecttonen
en achtergrondmuziek worden zachtjes weergegeven, maar gesproken tekst wordt helder weergegeven en in het
midden gepositioneerd op een manier die de luisteraar niet vermoeit, ook niet na vele uren kijken.
Mono Movie Dit programma is speciaal bedoeld voor de reproductie van mono videomateriaal, zoals klassieke films, en geeft u
het gevoel alsof u in een oude, gezellige bioscoop zit. Dit programma produceert de optimale expansie en
natrillingen voor de originele geluidsweergave en creëert een comfortabele ruimte met een duidelijk bepaalde
diepte.
Sport Dit programma stelt de luisteraar in staat met een rijkere beleving te luisteren naar stereo sportuitzendingen en
amusementsprogramma’s uit de studio. Bij sportuitzendingen worden de stemmen van de commentatoren
duidelijk in het midden geplaatst, terwijl de atmosfeer van het stadion zich rondom uitspant zodat de luisteraar het
gevoel krijgt alsof hij of zij zich middenin het stadion bevindt.
Action Game Dit geluidsveld is geschikt voor actiespellen zoals racespelletjes en FPS games. Er wordt gebruik gemaakt van
weerkaatsingsgegevens die het effectbereik per kanaal beperken voor een krachtige spelomgeving waarin de speler
helemaal op kan gaan zonder een duidelijk gevoel voor richting te verliezen.
Roleplaying Game Dit geluidsveld was geoptimaliseerd voor rollenspellen en avonturen. Het combineert de geluidsveldeffecten voor
films en de geluidsveldontwerpen voor “Action Game” om de diepte en het driedimensionale gevoel van de
spelwereld tijdens het spelen weer te geven, terwijl er ook zoveel mogelijk recht wordt gedaan aan de filmische
surroundeffecten in het spel.
Voor audiomuziekbronnen (MUSIC)
Programma Beschrijving
Hall in Munich Dit geluidsveld simuleert een concertzaal met ongeveer 2500 zitplaatsen in Muenchen, met een stijlvol houten
interieur, zoals normaal is in Europese concertzalen. Verfijnde, mooie natrillingen verspreiden zich door de ruimte
en creëren een kalme sfeer. U bevindt zich virtueel in het midden links in de zaal.
Hall in Vienna Dit is een traditionele middelgrote, doosvormige concertzaal met ongeveer 1700 zitplaatsen in Wenen. De zuilen
en ingewikkelde versieringen zorgen voor zeer complexe reflecties die voor het publiek van alle kanten lijken te
komen en voor een volle en rijke geluidsweergave.
Chamber Dit programma recreëert een relatief brede ruimte met een hoog plafond, zoals een audiëntiezaal in een paleis. Dit
levert plezierige natrillingen op die hof- en kamermuziek ten goede komen.
Cellar Club Dit programma simuleert een ‘live house’ met een laag plafond en een huiselijke atmosfeer. Een realistisch en
levendig geluidsveld met een krachtige weergave alsof de luisteraar zich op de eerste rij voor een klein podium
bevindt.
The Roxy Theatre Dit is het geluidsveld van een rock live house in Los Angeles, met ongeveer 460 plaatsen. U bevindt zich virtueel
in het midden links in de zaal.
The Bottom Line Dit is het geluidsveld vlak voor het podium in The Bottom Line, ooit een befaamde New Yorkse jazzclub. Er is
plaats voor 300 mensen links en rechts en het geluidsveld biedt een realistische en levendige weergave.
Music Video Dit geluidsveld geeft een beeld van een concertzaal voor live optredens van pop-, rock- en jazzmuziek. De
luisteraar kan zich in een hippe livetent wanen dankzij het aanwezigheidsgeluidsveld dat de nadruk legt op de
levendigheid van de vocalen en de solo’s en de beat van de ritmesecties, en dankzij het surroundgeluidsveld dat
zorgt voor de ruimtelijkheid van een grote live zaal.
Voor stereoweergave (STEREO)
Programma Beschrijving
2ch Stereo Gebruik dit programma om multikanaals materiaal terug te brengen naar 2 kanalen.
Programma Beschrijving
29 Nl
Genieten van de geluidsveldprogramma’s
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Selecteer dit programma om bronnen met geselecteerde decoders af te spelen. U kunt 2-kanaals materiaal via meer
kanalen laten weergeven.
y
Een ingangsbron wordt in rechte decodeerstand (bladzijde 30) afgespeeld wanneer “MULTI CH” geselecteerd is als de ingangsbron.
Voor multikanaalse stereoweergave (STEREO)
Programma Beschrijving
7ch Stereo Gebruik dit programma om geluid weer te laten geven door alle luidsprekers. Wanneer u multikanaals materiaal
weergeeft, zal dit toestel het bronsignaal terugbrengen tot 2 kanalen en het geluid vervolgens weergeven via alle
luidsprekers. Dit programma geeft een groter geluidsveld en is ideaal voor achtergrondmuziek bij feesten en
partijen enz.
Compressed Music Enhancer (ENHANCER)
Programma Beschrijving
Straight Enhancer Gebruik dit programma om het geluid te verbeteren tot het zo goed mogelijk de originele diepte en breedte van het
2-kanaals of multikanaals signaal voor compressie benadert.
7ch Enhancer Gebruik dit programma voor weergave met compensatie voor compressie-artefacten in 7-kanaals stereo.
Surround decodeerstand (SUR. DECODE)
Decoder Beschrijving
Pro Logic Dolby Pro Logic decoder geschikt voor alle soorten bronnen.
PLIIx Movie /
PLII Movie
Dolby Pro Logic IIx (of Dolby Pro Logic II) decoder geschikt voor films. Indien uw luisteromgeving als volgt is,
kunt u geen Dolby Pro Logic IIx decoder selecteren.
Als de surround achter luidsprekers niet zijn aangesloten
Als er een hoofdtelefoon is aangesloten
PLIIx Music /
PLII Music
Dolby Pro Logic IIx (of Dolby Pro Logic II) decoder geschikt voor muziek. Indien uw luisteromgeving als volgt is,
kunt u geen Dolby Pro Logic IIx decoder selecteren.
Als de surround achter luidsprekers niet zijn aangesloten
Als er een hoofdtelefoon is aangesloten
PLIIx Game /
PLII Game
Dolby Pro Logic IIx (of Dolby Pro Logic II) decoder geschikt voor games. Indien uw luisteromgeving als volgt is,
kunt u geen Dolby Pro Logic IIx decoder selecteren.
Als de surround achter luidsprekers niet zijn aangesloten
Als er een hoofdtelefoon is aangesloten
Neo:6 Cinema DTS decoder geschikt voor films.
Neo:6 Music DTS decoder geschikt voor muziek.
30 Nl
Genieten van de geluidsveldprogramma’s
In rechte decodeerstand worden geluiden weergegeven
zonder geluidsveldeffect. 2-kanaals stereobronnen worden
weergegeven van slechts de linker en rechter voor-
luidsprekers. Multi-kanaals signaalbronnen worden recht
gedecodeerd in de juiste kanalen en multi-kanaals
geluiden worden gereproduceerd zonder een
geluidsveldeffect.
1 Om rechte decodeerstand mogelijk te maken,
drukt u op QSTRAIGHT (of op
rSTRAIGHT).
“Straight” verschijnt op de display van het
voorpaneel.
2 Om de rechte decodeerstand te annuleren,
drukt u op QSTRAIGHT (of op
rSTRAIGHT).
Een geluidsveldprogrammanaam verschijnt op de
display van het voorpaneel en het geluid wordt
gereproduceerd met dat geluidsveldeffect.
Virtual CINEMA DSP stelt u ook zonder daadwerkelijke
surround-luidsprekers in staat om te profiteren van
surroundeffecten door middel van virtuele surround-
luidsprekers. U kunt Virtual CINEMA DSP zelfs
gebruiken op een minimaal systeem met slechts twee
luidsprekers zonder midden-luidspreker.
Als “Surround SpeakerP” in het Setup menu is ingesteld
op “None” (bladzijde 49), werkt dit toestel in de Virtual
CINEMA DSP modus.
Opmerking
Virtual CINEMA DSP is onder de volgende omstandigheden niet
beschikbaar, zelfs als u “Surround Speaker” hebt ingesteld op “None”
(bladzijde 49).
een hoofdtelefoonstekker is aangesloten op de PHONES aansluiting.
7ch Stereo van het geluidsveldprogramma is geselecteerd.
Pure Direct stand of rechte decodeerstand wordt gebruikt.
SILENT CINEMA stelt u in staat naar multikanaals
bronnen te luisteren met uw hoofdtelefoon. SILENT
CINEMA stand wordt automatisch geselecteerd als u de
hoofdtelefoonstekker insteekt in de PHONES-aansluiting.
Opmerking
SILENT CINEMA-stand is onder de volgende omstandigheden niet
beschikbaar.
2ch Stereo van het geluidsveldprogramma is geselecteerd.
Pure Direct stand of rechte decodeerstand is geselecteerd.
CINEMA DSP 3D stand voor een intensieve en accurate
dieptewerking in het in de luisterruimte gecreëerde
geluidsveld.
Om dit toestel in de CINEMA DSP 3D stand te gebruiken,
zijn aanwezigheidsluidsprekers nodig. Sluit de
aanwezigheidsluidsprekers aan op de SP1 aansluitingen,
voer de volgende instellingen uit en selecteer vervolgens
een met CINEMA DSP gerelateerd
geluidsveldprogramma.
Haal de hoofdtelefoon uit de PHONES aansluiting.
Stel “Extra Speaker Assignment” in op “Presence”
(bladzijde 49).
Stel “3D DSP” in op “On” (bladzijde 55).
Wanneer het geluidsveldprogramma werkt in de CINEMA
DSP 3D stand, licht de 3D indicator op op de display van
het voorpaneel.
Genieten van onverwerkte
ingangsbronnen (rechte decodeerstand)
Gebruik van geluidsveldprogramma’s
zonder surround-luidsprekers (Virtual
CINEMA DSP)
Genieten van geluidsveldprogramma’s
met hoofdtelefoons (SILENT CINEMA™)
Gebruik van de CINEMA DSP 3D stand
31 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERD
E BEDIENING
De FM/AM tuner van dit toestel levert de volgende twee
standen voor afstemmen.
Frequentie-afstemfunctie
U kunt afstemmen op een gewenste FM/AM zender door
te zoeken naar of het specificeren van een frequentie.
Automatische afstemfunctie
U kunt de frequenties van FM/AM zenders vooraf
instellen door ze te registeren met specifieke nummers en
later eenvoudigweg die nummers te selecteren om op af te
stemmen.
Opmerking
Stel de FM/AM antennes die op dit toestel zijn aangesloten af, voor de
beste ontvangst.
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dTUNER) om “TUNER” als de ingangsbron
te selecteren.
2 Druk op HBAND (of op eFM of eAM) om
een band te selecteren.
3 Druk op ITUNING l / h (of op eTUNING
k / n) om de frequentie te specificeren.
De TUNED indicator op de display op het voorpaneel
licht op als de tuner afstemt op een zender. De
STEREO indicator licht ook op als het programma
wordt uitgezonden in stereo.
De frequentie wijzigt op de volgende wijze in
overeenstemming met hoe u drukt op ITUNING l /
h (of op eTUNING k / n).
Als u de toets langer dan 1 seconde indrukt
De tuner zoekt de frequentie van een zender die
detecteerbaar is rond de huidige frequentie. Dit is effectief
als de tuner sterke signalen kan ontvangen zonder storing.
Als de zoekopdracht start, laat u de toets los.
Als u de toets ingedrukt houdt, blijft het zoeken
voortduren zelfs als een zender is gedetecteerd. Dit is
handig als u wilt afstemmen op een bepaald station.
Als u drukt en de toets weer loslaat
De tuner verhoogt of verlaagt de frequentie in stapjes.
Gebruik deze methode als de tuner geen sterke signalen
kan ontvangen en zenders tijdens het zoeken worden
overgeslagen.
y
U kunt wisselen tussen stereo of mono voor FM uitzending in het Option
menu (bladzijde 44).
4 Als u wilt afstemmen volgens directe
frequentie-afstemming, drukt u op de
lNumerieke toetsen om de frequentie
van de zender in te voeren.
Opmerkingen
Als u drukt op lNumerieke toetsen tijdens het
voorprogrammeren, dan wordt een voorkeuzenummer
geselecteerd. Stel de afstemmingsmodus op de frequentie-
afstemmingsmodus met ITUNING l / h (of met
eTUNING k / n) voor aanvang van de handeling.
“Wrong Station!” verschijnt op de display van het voorpaneel als u
een frequentie invoert die niet in een bereikbaar bereik ligt. Zorg
dat de ingevoerde frequentie correct is.
U hoeft geen nul in te voeren als u aan het eind van een decimaal
getal komt. Voer bijvoorbeeld “925” in voor “92.50 MHz” of “94”
voor “94.00 MHz”.
U kunt tot 40 FM/AM zenders registreren (Afstemmen).
De tuner detecteert automatisch FM zenders met
verkeerde signalen en registreert tot 40 zenders. Om AM
zenders te registreren, gebruik manuele instelling van
voorkeuzezenders.
Opmerking
Alleen Radio Data Systeem zenders worden automatisch opgeslagen bij
het automatisch voorprogrammeren.
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dTUNER) om “TUNER” als de ingangsbron
te selecteren.
2 Druk op sOPTION op de
afstandsbediening.
Het Option menu voor “TUNER” wordt weergegeven
(bladzijde 43).
3 Selecteer “Auto Preset” en druk dan op
jENTER.
Automatische zenderafstemming start ongeveer 5
seconden later vanaf de laagste frequentie omhoog.
FM/AM afstemming
Afstemmen op de gewenste FM/AM
zender (Frequentie-afstemming)
STEREO
TUNED
FM92.50MHz
Registreren van FM/AM zenders en
afstemmen (Automatisch afstemmen)
Zenders registreren via automatische
zenderafstemming
Auto Preset
32 Nl
FM/AM afstemming
y
U kunt het voorkeuzenummer selecteren waarop de afstemming
begint door op ePRESET k / n of op jCursor k / n te
drukken, terwijl op de display van het voorpaneel “READY” wordt
weergegeven.
Om de registratie te annuleren, druk op jRETURN.
Tijdens de automatische zenderafstemming verschijnt
“MEMORY” op de display van het voorpaneel
telkens als er een zender wordt geregistreerd.
Wanneer de registratie gereed is, verschijnt “FINISH”
en vervolgens keert het scherm terug naar het Option
menu.
Om de display terug te laten keren naar de
oorspronkelijke staat, druk op sOPTION.
U kunt handmatig AM zenders registreren of FM zenders
met zwakke signalen.
1 Stem af op de gewenste zender (bladzijde 31).
2 Druk op GMEMORY (of op eMEMORY).
“Manual Preset” verschijnt op de display van het
voorpaneel gevolgd door het voorkeuzenummer
waaronder de zender wordt geregistreerd.
y
Door
G
MEMORY
(of
e
MEMORY
) meer dan 2 seconden
ingedrukt te houden, kunt u de volgende stappen overslaan en het
geselecteerde station automatisch registreren onder een leeg
voorkeuzenummer (naast het laatst geregistreerde voorkeuzenummer).
3 Druk op FPRESET l / h (of op ePRESET
k / n) om het voorkeuzenummer te selecteren
waaronder u de zender wilt registreren.
Wanneer u een voorkeuzenummer selecteert waaronder
nog geen zender is geregistreerd, verschijnt “Empty”
op de display. Wanneer u een voorkeuzenummer
selecteert waaronder reeds een zender is geregistreerd,
wordt de frequentie van de zender weergegeven.
y
Ook kunt u een voorkeuzenummer selecteren met behulp van de
lNumerieke toetsen.
4 Druk op GMEMORY (of op eMEMORY).
Als de registratie is voltooid, keert het scherm terug
naar de oorspronkelijke staat.
y
Om de registratie te annuleren drukt u op jRETURN of laat u
het toestel ongeveer 30 seconden met rust zonder enige bewerking
uit te voeren.
U kunt voorkeuzezenders oproepen die zijn geregistreerd
door automatische zenderafstemming of handmatige
zenderafstemming.
Druk op FPRESET l / h (of op ePRESET k /
n) om een voorkeuzenummer te selecteren.
y
Voorkeuzenummers waaronder geen zenders zijn geregistreerd, worden
overgeslagen.
“Indien “No Presets” of “No Presets in Memory” wordt weergegeven,
betekent het dat er geen zenders zijn geregistreerd.
U kunt een voorkeuzenummer direct selecteren door te drukken op de
lNumerieke toetsen tijdens het oproepen van een
voorkeuzezender. “Wanneer u een voorkeuzenummer invoert waaronder
nog geen zender is geregistreerd, verschijnt “Empty” op de display.
“Wrong Num.” verschijnt als u een ongeldig nummer invoert.
Wanneer u op lNumerieke toetsen drukt tijdens normaal
afstemmen, wordt er een frequentie ingevoerd. Stel de
afstemmingsmodus in op voorprogrammeren met FPRESET l / h
(of met ePRESET k / n) voor aanvang van de handeling.
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dTUNER) om “TUNER” als de ingangsbron
te selecteren.
2 Druk op sOPTION op de
afstandsbediening.
Het Option menu voor “TUNER” wordt weergegeven
(bladzijde 43).
3 Druk op jCursor k / n om “Clear Preset” te
selecteren en druk dan op jENTER.
y
Om de handeling te annuleren en terug te keren naar het Option
menu, druk op jRETURN.
4 Druk op jCursor k / n om een
voorkeuzenummer te selecteren en druk dan
op jENTER.
De voorkeuzezender die is geregistreerd onder het
geselecteerde voorkeuzenummer wordt gewist. Om
de registratie van meerdere voorkeuzenummers te
wissen, herhaalt u stap 4.
5 Om het Option menu te verlaten, druk op
sOPTION.
Zenders registreren via handmatige
zenderafstemming
01:FM87.50MHz
Voorkeuzenummer Frequentie
Status
01:Empty
Knippert
Te registreren frequentie
Voorkeuzenummer
Een voorkeuzezender oproepen
(Automatische afstemming)
Wissen van voorkeuzezenders
01:FM92.50MHz
Voorkeuzenummer
33 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Radio Data Systeem is een systeem voor gegevensoverdracht dat door FM zenders in een groot aantal landen worden gebruikt.
Dit toestel kan verschillende Radio Data Systeem gegevens ontvangen zoals “Program Service”, “Program Type”, “Radio
Text”, “Clock Time”, en “EON” (verbeterde andere netwerken) bij het ontvangen van Radio Data Systeem zendstations.
Opmerking
De Radio Data Systeem ontvangstfunctie is alleen beschikbaar in de modellen voor het V.K., Europa en Rusland.
U kunt de 4 typen Radio Data Systeem informatie
(“Program Service”, “Program Type”, “Radio Text” en
“Clock Time”) weergeven op de display van het voorpaneel.
1 Stem af op de gewenste Radio Data Systeem
zender.
Frequentie-afstemming (bladzijde 31)
Automatisch afstemmen (bladzijde 32)
y
U kunt ook met de PTY Seek functie afstemmen op de gewenste
Radio Data Systeem zender via de voorgeprogrammeerde zenders.
2 Druk herhaaldelijk op EINFO (of op fINFO)
om de gewenste Radio Data Systeem
informatieweergavestanden te selecteren.
Terug naar “Program Service
Display voorbeeld (Program Type)
U kunt het gewenste radioprogramma selecteren uit alle
voorgeprogrammeerde Radio Data Systeem zenders door
middel van het programmatype.
y
Om een radioprogramma te selecteren met PTY Seek, moet u eerst de
Radio Data Systeem zenders registreren (bladzijde 31). “Indien “No
Presets” of “No Presets in Memory” wordt weergegeven, betekent het dat
er geen zenders zijn geregistreerd.
U kunt PTY Seek ook bedienen via het GUI menuscherm.
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dTUNER) om “TUNER” als de ingangsbron
te selecteren.
2 Druk op sOPTION op de
afstandsbediening.
Het Option menu voor “TUNER” wordt weergegeven
(bladzijde 43).
3 Druk op jCursor k / n om “PTY Seek” te
selecteren en druk dan op jENTER.
Radio Data Systeem afstembewerking
Tonen van Radio Data Systeem
informatie
Program Service
Programmaservicenaam, frequentie
Program Type
Programmatype, frequentie
Radio Text
Radiotekst, frequentie
Clock Time
Kloktijd, frequentie
DSP Program
Huidig geluidsveldprogramma (bladzijde 27),
frequentie
Audio Decoder
Huidige audio decoder (bladzijde 29), frequentie
Frequency
Frequentie, voorkeuzenummer (als de geselecteerde
zender vooraf geprogrammeerd is)
Selecteren van een Radio Data
Systeem programmatype (PTY Seek)
SPORT
34 Nl
Radio Data Systeem afstembewerking
4 Druk opjCursor l / h om een
programmatype te selecteren voor de
zoekopdracht.
U kunt een programmatype selecteren uit het
volgende.
5 Om een zender te zoeken, drukt u op
jCursor k / n.
Om lager dan de huidige voorkeuzezender te
zoeken, druk op jCursor n.
Om hoger dan de huidige voorkeuzezender te
zoeken, druk op jCursor k.
Als een zender is gedetecteerd, stopt het zoeken.
Indien de zender niet de gewenste is, drukt u op
dezelfde toets om door te gaan met zoeken. Om de
handeling te beëindigen, druk op sOPTION.
U kunt de EON (Enhanced Other Networks) gegevensservice
van het Radio Data Systeem zendernetwerk ontvangen. Als u
een Radio Data Systeem uitzending ontvangt wanneer een
aanverwante zender een programma begint uit te zenden dat u
hebt geselecteerd, wisselt dit toestel automatisch van zender.
Om deze functie te selecteren, selecteer één van de 4 Radio
Data Systeem programmatypen (NEWS, AFFAIRS, INFO of
SPORT) terwijl u de Radio Data Systeem uitzending
ontvangt. Wanneer een aanverwante zender een geselecteerd
programma begint uit te zenden, schakelt dit toestel
automatisch over op die zender en keert het terug naar de
vorige zender wanneer het geselecteerde programma eindigt.
y
Om gebruik te maken van de EON gegevensservice, moet u eerst de
Radio Data Systeem zenders en hun aanverwante zenders registreren
(bladzijde 31).
De EON gegevensservice-instellingen worden gereset wanneer u het
toestel uitschakelt.
U kunt EON ook bedienen via het GUI menuscherm.
1 Stem af op de gewenste Radio Data Systeem
zender.
Frequentie-afstemming (bladzijde 31)
Automatisch afstemmen (bladzijde 32)
2 Druk op sOPTION op de afstandsbediening.
Het Option menu voor “TUNER” wordt weergegeven
(bladzijde 43).
3 Druk op jCursor k / n om “EON” te
selecteren en druk dan op jENTER.
“EON:OFF” verschijnt op de display van het
voorpaneel.
y
“Indien “No Presets” of “No Presets in Memory” wordt
weergegeven, betekent het dat er geen zenders zijn geregistreerd.
“Not Available” wordt weergegeven als de aanverwante zender van
de geselecteerde voorkeuzezender of de EON gegevensservice niet
beschikbaar is.
4 Druk opjCursor l / h om een
programmatype te selecteren.
5 Na een programmatype geselecteerd te
hebben, druk nogmaals op sOPTION.
Als een aanverwant station het geselecteerde
programma begint uit te zenden, stemt dit toestel
automatisch af op die zender. Als het programma
eindigt, wordt er automatisch teruggeschakeld naar
de vorige zender.
y
De EON wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld:
als de EON éénmaal is geactiveerd
als dit toestel in standby is gezet voordat EON is geactiveerd
als een andere zender is geselecteerd voordat EON is geactiveerd
Om de EON te annuleren, selecteer “OFF” in stap 4.
Programmatype Beschrijving
NEWS Nieuws
AFFAIRS Actualiteiten
INFO Algemene informatie
SPORT Sport
EDUCATE Educatief
DRAMA Drama
CULTURE Cultuur
SCIENCE Wetenschap
VARIED Licht amusement
POP M Populaire muziek
ROCK M Rockmuziek
M.O.R. M Middle-of-the-road muziek
(easy-listening)
LIGHT M Licht klassiek
CLASSICS Klassiek
OTHER M Overige muziek
PTY:SPORT
Programmatype
Gebruik van de gegevensservice voor
verbetering van andere netwerken
(Enhanced Other Networks, EON)
NEWS AFFAIRS
INFOSPORTOFF
35 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Wanneer uw iPod is geplaatst in een Yamaha iPod universeel dock (zoals een los verkrijgbare YDS-11) verbonden met de
DOCK aansluiting op het achterpaneel van dit toestel (bladzijde 18), kunt met de meegeleverde afstandsbediening of het
op het GUI menuscherm weergegeven menu de weergave van uw iPod regelen. Tevens kunt u de Compressed Music
Enhancer functie van dit toestel gebruiken om de geluidskwaliteit van gecomprimeerde digitale audiobestanden (zoals
MP3) te verbeteren die op uw iPod (bladzijde 29) staan.
Opmerkingen
Dit toestel ondersteunt iPod touch, iPod (Click and Wheel, inclusief iPod classic), iPod nano en iPod mini.
Afhankelijk van het model of de softwareversie van uw iPod is het mogelijk dat sommige functies daarmee niet compatibel zijn.
Sommige functies zijn mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model van uw Yamaha iPod universeel dock. De volgende hoofdstukken
beschrijven de procedure wanneer er gebruik wordt gemaakt van de YDS-11.
y
Zodra de verbinding tussen uw iPod en dit toestel gereed is, verschijnt er “iPod connected” op de display van het voorpaneel.
Voor een complete lijst met statusmeldingen die op het display van het voorpaneel en op het GUI menuscherm kunnen verschijnen, verwijzen we u naar
het hoofdstuk “iPod” (bladzijde 70).
U kunt uw iPod bedienen als u deze in het iPod universele
dock zet en de ingangsbron wisselt naar DOCK. De
bediening van uw iPod kan gedaan worden via de
videoweergave (menu browsen-stand) of zonder dit
hulpmiddel (eenvoudige afstandsbedieningsstand).
Indien u uw iPod aansluit op dit toestel, dan kunt u de
volgende handelingen uitvoeren met de afstandsbediening.
U kunt de basisfuncties van uw iPod (afspelen, stoppen,
overslaan, enz.) uitvoeren met de meegeleverde
afstandsbediening zonder het menu op het GUI
menuscherm weer te geven. U kunt uw iPod ook direct
bedienen met deze functie.
U kunt via het GUI menuscherm bladeren door op uw
iPod opgeslagen muziek- of videobestanden. U kunt uw
iPod niet direct bedienen met deze functie.
y
“_”(streep) wordt weergegeven voor tekens die dit toestel niet kan
weergeven.
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dDOCK) om “iPod” (DOCK) als de
ingangsbron te selecteren.
2 Druk op uDISPLAY op de
afstandsbediening.
3 Druk op jCursor k / n om “Music” of
“Videos” te selecteren en druk dan op
jCursor h.
Selecteer “Music” om te browsen in de
muziekbestanden.
Selecteer “Videos” om te browsen in de
videobestanden.
Opmerking
Het “Videos” menu verschijnt niet, tenzij zowel uw iPod als
Yamaha iPod universeel dock de video browsen-functie
ondersteunen.
4 Druk op jCursor k / n / l / h om een
menu-item te selecteren en druk dan op
jENTER om de weergave te starten.
Gebruik van iPod™
iPod™ bediening
Toets Functie
j
ENTER Volgende menu
k Menu op
n Menu neer
l Vorige menu
h Volgende menu
k
p
Weergave (menu bedieningsfunctie)
Weergave/pauze (eenvoudige
afstandsbedieningsfunctie)
s Stop
e
Pauze (menu browsen-stand)
Weergave/pauze (eenvoudige
afstandsbedieningsfunctie)
w Terug zoeken (ingedrukt houden)
f Vooruit zoeken (ingedrukt houden)
b Terug springen
a Vooruit springen
u DISPLAY
Schakel tussen de menu browsen-stand en
de eenvoudige afstandsbedieningsfunctie
Bedienen van een iPod in de eenvoudige
afstandsbedieningsstand
Bedienen van een iPod in de menu
browsen-stand
Input
DSP
Music
Videos
iPod
DOCK
STRAIGHT
36 Nl
Gebruik van iPod™
Display voor afspeelinformatie
a Pictogrammen voor willekeurige en herhaalde
weergave
b (weergave), (pauze), (vooruit zoeken) en
(achteruit zoeken)
c Album art (afbeelding van CD-hoes, enz.)
d Verstreken tijd, voortgangsbalk, resterende tijd
e Songtitel, naam artiest, albumtitel
y
U kunt de op de display van het voorpaneel weergegeven informatie
verwisselen door te drukken op EINFO (of op fINFO).
Album arts zijn alleen beschikbaar wanneer het bestand beeldgegevens
bevat.
Willekeurige weergave/herhaalde weergave
Bij het bedienen van een iPod in de eenvoudige
afstandsbedieningsstand, bedien de iPod direct om de
willekeurige en herhaalde weergave in te stellen.
1 Druk op uDISPLAY om de menubrowsen-
stand te wisselen terwijl “DOCK” als
signaalbron is geselecteerd.
2 Druk op sOPTION op de
afstandsbediening.
Het Option menu voor “iPod” wordt weergegeven
(bladzijde 43).
3 Druk op jCursor k / n om “Shuffle” of
“Repeat” te selecteren, druk op jENTER en
druk vervolgens op jCursor l / h om de
gewenste weergavestijl te selecteren.
Shuffle:
Selecteer “Off” indien u niet in willekeurige
volgorde wilt afspelen.
Selecteer “Songs” om songs in willekeurige
volgorde af te spelen.
Selecteer “Albums” om albums in willekeurige
volgorde af te spelen.
Repeat:
Selecteer “Off” indien u niet herhaaldelijk wilt
afspelen.
Selecteer “One” om elke song te herhalen.
Selecteer “All” om alle songs te herhalen.
4 Om het Option menu te verlaten, druk op
sOPTION.
Input
DSP
a
c
b
e
d
Made-to-order
Frankie Zipper
Road to India
Song
Artist
Album
01:04 –02:27
DOCK
Straight
37 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERD
E BEDIENING
U kunt een Yamaha Bluetooth draadloze audio-ontvanger (zoals een los verkrijgbare YBA-10) verbinden met de DOCK
aansluiting van dit toestel en luisteren naar de op uw Bluetooth component (zoals een draagbare muziekspeler)
opgeslagen muziekinhoud, zonder bedrading tussen dit toestel en de Bluetooth component.
Opmerkingen
Dit toestel ondersteunt A2DP (Advanced Audio Distribution Profile) van het Bluetooth profiel.
Voor een complete lijst met statusmeldingen die op het display van het voorpaneel en op het GUI menuscherm kunnen verschijnen, verwijzen we u naar
het hoofdstuk “Bluetooth™” (bladzijde 71).
y
Als de paringsgegevens gewist zijn van de Bluetooth draadloze audio-
ontvanger of uw Bluetooth component, dient u het paren opnieuw uit te
voeren.
Voor informatie over handelingen op uw Bluetooth component, zie de
gebruikshandleiding ervan.
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dDOCK) om “BLUETOOTH” (DOCK) als de
ingangsbron te selecteren.
2 Zet de Bluetooth component aan die u wilt
paren en zet hem in de paringsstand.
3 Druk op sOPTION op de afstandsbediening.
Het Option menu voor “BLUETOOTH” wordt
weergegeven (bladzijde 43).
4 Druk op jCursor n om “Pairing” te
selecteren en druk dan op jENTER.
“Searching” verschijnt en de paringshandeling wordt
gestart.
y
Om de paring te annuleren, druk op jRETURN.
U kunt de paringshandeling ook starten door GMEMORY op het
voorpaneel ingedrukt te houden.
5 Zorg dat de Bluetooth component de
Bluetooth draadloze audio-ontvanger herkent.
Als de Bluetooth component de Bluetooth draadloze
audio-ontvanger detecteert, verschijnt “YBA-10
YAMAHA” (voorbeeld) in de Bluetooth apparatenlijst.
6 Selecteer de Bluetooth draadloze audio-
ontvanger in de Bluetooth apparatenlijst en
voer vervolgens het wachtwoord “0000” in
op de Bluetooth component.
Als de paring is voltooid, verschijnt “Completed” op
de display van het voorpaneel.
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dDOCK) om “BLUETOOTH” (DOCK) als de
ingangsbron te selecteren.
2 Druk op sOPTION op de afstandsbediening.
3 Druk op jCursor n om “Connect” te
selecteren en druk dan op jENTER.
De Bluetooth verbinding wordt gelegd tussen de
Bluetooth draadloze audio-ontvanger en uw Bluetooth
component die de laatste keer aangesloten was.
y
Als de Bluetooth draadloze audio-ontvanger de laatst aangesloten
Bluetooth component niet kan vinden, verschijnt er “Not found” op
de display van het voorpaneel.
Om de verbinding te verbreken tussen de Bluetooth draadloze
audio-ontvanger en de momenteel aangesloten Bluetooth
component, selecteer “Disconnect” en druk vervolgens op
jENTER of voer een handeling uit op de Bluetooth component
om de verbinding te verbreken.
Om een verbinding te maken tussen de Bluetooth draadloze audio-
ontvanger en een andere Bluetooth component (die reeds gepaard
is), voert u een verbindingshandeling uit op de Bluetooth component
terwijl er geen Bluetooth verbinding gemaakt is op de Bluetooth
draadloze audio-ontvanger.
4 Begin met de weergave van de Bluetooth
component.
5 Om het Option menu te verlaten, druk op
sOPTION.
Gebruik van Bluetooth™ componenten
Over “Paring”
Paring (registratie van de Bluetooth apparaten) moet uitgevoerd worden bij het voor de eerste keer maken van Bluetooth
verbindingen tussen de Yamaha Bluetooth draadloze audio-ontvanger en uw Bluetooth componenten. Zodra de paring
voltooid is, kunt u een van de Bluetooth componenten selecteren om te verbinden met de Yamaha Bluetooth draadloze
audio-ontvanger om afgespeeld te worden.
y
De Yamaha Bluetooth draadloze audio-ontvanger YBA-10 kan gepaard worden aan tot maximaal acht Bluetooth componenten. Als er voor de
negende keer paringsgegevens geregistreerd worden, worden de paringsgegevens voor de component die het minst recent gebruikt is gewist.
Paren van de Bluetooth™ draadloze
audio-ontvanger en uw Bluetooth
component
Er is een tijdslimiet van 8 minuten gesteld voor de
paringsbewerking om de veiligheid te garanderen. Het
wordt aanbevolen dat u alle instructies leest en volledig
begrijpt voordat u begint.
Input
DSP
Volume Trim
Connect
Pairing
Option Menu
BLUETOOTH
7ch Enhancer
Weergave van de Bluetooth™ component
38 Nl
U kunt genieten van de weergave van WAV (alleen PCM formaat), MP3, WMA en MPEG-4 AAC bestanden die zijn
opgeslagen op uw USB geheugenapparaat of draagbare USB speler die verbonden is met de USB poort op het voorpaneel
van dit toestel. Dit toestel ondersteunt USB massa-opslagapparaten (FAT 16 of FAT 32 formaat) of USB HDD apparaten.
Opmerkingen
U kunt alleen de bestanden afspelen die opgeslagen zijn in de eerste partitie.
Sommige bestanden kunnen mogelijk niet afgespeeld worden afhankelijk van de modellen en typen USB opslagapparaten.
Voor een complete lijst met statusmeldingen die op het display van het voorpaneel en op het GUI menuscherm kunnen verschijnen, verwijzen we u naar
het hoofdstuk “USB en netwerk” (bladzijde 72).
1 Sluit uw USB opslagapparaat aan op de
NUSB poort op het voorpaneel
(bladzijde 19).
2 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dUSB/NET en dan op wUSB) om “USB”
als de ingangsbron te selecteren.
Als u het USB opslagapparaat eerder op dit toestel
hebt aangesloten, wordt automatisch de weergave van
het muziekbestand dat de laatste keer afgespeeld
werd gestart.
3 Druk op jCursor k / n / l / h om een
muziekbestand te selecteren om
weergegeven te worden.
Om een bestand of map te selecteren, druk op
jCursor k / n.
Om de selectie te bevestigen, druk op jCursor
h of op jENTER.
Om naar het vorige scherm terug te keren, druk op
jCursor l.
4 Druk op jENTER om het paren te beginnen.
U kunt de volgende handelingen ook uitvoeren met
de afstandsbediening.
Display voor afspeelinformatie
a Pictogrammen voor willekeurige en herhaalde weergave
b (weergave)
c Album art (afbeelding van CD-hoes, enz.)
d Verstreken tijd
e Songtitel, naam artiest, albumtitel
y
U kunt de op de display van het voorpaneel weergegeven informatie
verwisselen door te drukken op EINFO (of op fINFO) (bladzijde 26).
Album arts zijn alleen beschikbaar wanneer het bestand beeldgegevens
bevat.
y
Deze instellingen worden ook weergegeven tijdens het afspelen van PC-
inhoud.
1
Druk op
s
OPTION
op de afstandsbediening
terwijl “USB” geselecteerd is als de ingangsbron.
Het Option menu voor “USB” wordt weergegeven
(bladzijde 43).
2 Druk op jCursor k / n om “Shuffle” of
“Repeat” te selecteren, druk op jENTER en
druk vervolgens op jCursor l / h om de
gewenste weergavestijl te selecteren.
Shuffle:
Selecteer “Off” indien u niet in willekeurige
volgorde wilt afspelen.
Selecteer “On” om muziekbestanden in
willekeurige volgorde af te spelen.
Repeat:
Selecteer “Off” indien u niet herhaaldelijk wilt
afspelen.
Selecteer “One” om elk muziekbestand te herhalen.
Selecteer “All” om alle muziekbestanden in de map
te herhalen.
3 Om het Option menu te verlaten, druk op
sOPTION.
Gebruik van USB opslagapparaten
Afspelen van het USB opslagapparaat
Toets Functie
k
p Weergave
s Stop
a Vooruit springen tijdens de weergave
b Achteruit springen tijdens de weergave
Input
DSP
Road to India
Symphony 01
Symphony 02
Symphony 03
Take–Hero
USB
USB
7ch Enhancer
Option Menu
Willekeurige weergave/herhaalde weergave
Input
DSP
a
c
d
b
e
00:30
Made-to-order
Frankie Zipper
Road to India
Song
Artist
Album
USB
7ch Enhancer
Option Menu
39 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERD
E BEDIENING
U kunt audiobestanden afspelen die op via uw netwerk met dit toestel verbonden PCs opgeslagen zijn. Om
audiobestanden op uw PC af te spelen, moet u Windows Media Player 11 op de PC installeren en de instelling voor het
delen van media van Windows Media Player 11 configureren.
Opmerking
Als u geen DHCP server gebruikt, configureer de netwerkparameters (IP-adres, etc) van dit toestel manueel (bladzijde 53)
1 Installeer Windows Media Player 11 op uw PC.
U kunt het Windows Media Player 11
installatieprogramma downloaden van de Microsoft
website, of u kunt gebruik maken van de upgrade-
functie van de geïnstalleerde versie van de Microsoft
Windows Media Player.
2 Zet uw PC aan en laat vervolgens het delen
van media toe.
Activeer eerst Windows Media Player 11, schakel het
delen van media in en selecteer vervolgens dit toestel
als een apparaat waarmee de media gedeeld kunnen
worden.
Opmerkingen
Als het besturingssysteem (OS) van uw PC Windows Vista is, is Windows
Media Player 11 reeds geïnstalleerd (behalve bij sommige producten).
Het is mogelijk dat bepaalde beveiligingssoftware op uw PC
(antivirussoftware, firewall enz.) de toegang van dit toestel tot uw PC
blokkeert. Maak in een dergelijk geval de juiste instellingen in de
betreffende beveiligingssoftware.
U kunt dit toestel aansluiten op maximaal 16 PC servers en elke server
moet zijn aangesloten op hetzelfde subnet als dit toestel.
y
Voor een complete lijst met statusmeldingen die op het display van het
voorpaneel en op het GUI menuscherm kunnen verschijnen, verwijzen
we u naar het hoofdstuk “USB en netwerk” (bladzijde 72).
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dUSB/NET en dan op wPC) om “PC” als de
ingangsbron te selecteren.
2 Druk op jCursor k / n / l / h om een PC
server en een muziekbestand te selecteren
om weergegeven te worden.
Om een PC server, map of bestand te selecteren,
druk op jCursor k / n.
Om de selectie te bevestigen, druk op jCursor
h of op jENTER.
Om naar het vorige scherm terug te keren, druk op
jCursor l.
y
Om de op het GUI menuscherm weergegeven PC serverlijst te
updaten, druk op sOPTION, druk op jCursor k / n om
“Refresh” te selecteren en druk vervolgens op jENTER. Om het
Option menu te verlaten, druk op sOPTION.
3 Druk op jENTER om het paren te beginnen.
U kunt de volgende handelingen ook uitvoeren met
de afstandsbediening.
Display voor afspeelinformatie
a Pictogrammen voor willekeurige en herhaalde
weergave
b (weergave)
c Album art (afbeelding van CD-hoes, enz.)
d Verstreken tijd
e Songtitel, naam artiest, albumtitel
y
U kunt de op de display van het voorpaneel weergegeven informatie
verwisselen door te drukken op EINFO (of op fINFO)
(bladzijde 26).
Album arts zijn alleen beschikbaar wanneer het bestand beeldgegevens
bevat.
Gebruik van PC servers
Windows Media Player 11 setup
Weergave van PC-muziekinhoud
Input
DSP
PC_SERVER01
PC_SERVER02
PC
PC
7ch Enhancer
Option Menu
Toets Functie
k
p Weergave
s Stop
a Vooruit springen tijdens de weergave
b Achteruit springen tijdens de weergave
Input
DSP
a
c
d
b
e
00:13
Made-to-order
Frankie Zipper
Road to India
Song
Artist
Album
PC
7ch Enhancer
Option Menu
40 Nl
Gebruik van PC servers
y
Deze instellingen worden ook weergegeven tijdens het afspelen
van USB-inhoud.
1 Druk op sOPTION op de afstandsbediening
terwijl “PC” geselecteerd is als de
ingangsbron.
Het optiemenu voor “PC” wordt weergegeven
(bladzijde 43).
2 Druk op jCursor k / n om “Shuffle” of
“Repeat” te selecteren, druk op jENTER en
druk vervolgens op jCursor l / h om de
gewenste weergavestijl te selecteren.
Shuffle:
Selecteer “Off” indien u niet in willekeurige
volgorde wilt afspelen.
Selecteer “On” om muziekbestanden in
willekeurige volgorde af te spelen.
Repeat:
Selecteer “Off” indien u niet herhaaldelijk wilt
afspelen.
Selecteer “One” om elk muziekbestand te herhalen.
Selecteer “All” om alle muziekbestanden in de map
te herhalen.
3 Om het Option menu te verlaten, druk op
sOPTION.
Willekeurige weergave/herhaalde weergave
41 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENING
GEAVANCEERD
E BEDIENING
U kunt naar Internetradiozenders luisteren met behulp van de vTuner databaseservice voor Internetradiozenders die
speciaal voor dit toestel is aangepast, met een database van meer dan 2000 radiozenders. Bovendien kunt u uw favoriete
zenders opslaan door middel van ‘bladwijzers’.
Opmerkingen
Om van deze functie gebruik te maken moet uw netwerk op Internet aangesloten zijn.
Een smalband internetverbinding (bijv. 56K modem, ISDN) zal geen goede resultaten opleveren en daarom bevelen we een breedbandaansluiting aan
(bijv. een kabelmodem, xDSL modem, enz.). Neem voor gedetailleerde informatie hieromtrent contact op met uw internet service-provider.
Als u geen DHCP server gebruikt, configureer de netwerkparameters (IP-adres, etc) van dit toestel manueel (bladzijde 53)
Het is mogelijk dat sommige beveligingsvoorzieningen (zoals een firewall) de toegang van dit toestel tot Internetradiozenders blokkeren. Maak in een
dergelijk geval de juiste beveligingsinstellingen.
Deze service kan zonder kennisgeving worden opgeheven.
Sommige Internetradiozenders kunnen mogelijk niet worden beluisterd.
y
Voor een complete lijst met statusmeldingen die op het display van het
voorpaneel en op het GUI menuscherm kunnen verschijnen, verwijzen
we u naar het hoofdstuk “USB en netwerk” (bladzijde 72).
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
dUSB/NET en dan op wNET RADIO) om
“NET RADIO” als de ingangsbron te
selecteren.
2 Druk op jCursor k / n / l / h om een item
te selecteren om weergegeven te worden.
Om een item te selecteren, druk op jCursor k /
n.
Om de selectie te bevestigen, druk op jCursor
h of op jENTER.
Om naar het vorige scherm terug te keren, druk op
jCursor l.
3 Druk op jENTER om het paren te beginnen.
U kunt de volgende handelingen ook uitvoeren met
de afstandsbediening.
Display voor afspeelinformatie
a (weergave)
b Zendernaam
y
U kunt de op de display van het voorpaneel weergegeven informatie
verwisselen door te drukken op EINFO (of op fINFO)
(bladzijde 26).
1 Selecteer de gewenste Internetradiozender.
2 Druk op eMEMORY.
De geselecteerde Internetradiozender wordt
toegevoegd aan de “Bookmarks” lijst in “NET
RADIO” .
y
Om zenders te verwijderen uit de “Bookmarks” lijst, selecteer de zender
onder “Bookmarks” en druk vervolgens op eMEMORY.
U kunt uw favoriete Internetradiozenders ook op dit toestel registreren
door toegang te verkrijgen tot de website via de webbrowser op uw PC.
Om deze functie te gebruiken heeft u de vTuner-ID van dit toestel
(bladzijde 54) en uw e-mailadres nodig om uw eigen account te creëren.
Raadpleeg voor verdere details de informatie op de website zelf. URL:
http://yradio.vtuner.com/
Gebruik van de Internetradio
Luisteren naar Internetradio
Toets Functie
k
p Weergave
s Stop
Input
DSP
Bookmarks
Locations
Genres
New Stations
Popular Stations
Podcasts
Help
NET RADIO
NET RADIO
7ch Enhancer
Option Menu
Opslaan van uw favoriete
Internetradiozenders met behulp van
bladwijzers
1.fm 80s Euro
Input
DSP
NET RADIO
7ch Enhancer
Option Menu
Bookmark
a
b
42 Nl
Gebruik deze functie om de HDMI OUT aansluiting(en)
te selecteren voor de weergave van ingangssignalen.
Druk herhaaldelijk op gHDMI OUT om de
actieve HDMI OUT aansluiting(en) te selecteren.
y
Dit toestel activeert automatisch de HDMI OUT 1 aansluiting bij het
ontvangen van een HDMI bedieningssignaal, via de HDMI OUT 1
aansluiting, terwijl de HDMI OUT 1 aansluiting niet geselecteerd is.
U kunt de volgende functies van dit toestel gebruiken met
de afstandsbediening van uw TV wanneer de TV (waarvan
de HDMI regelfunctie wordt ondersteund) aangesloten is
op de HDMI OUT 1 aansluiting van dit toestel.
Aanzetten van dit toestel of het in de standby-stand
zetten (in samenhang met de TV)
Regelen van het volume
Selecteren van een apparaat om TV-geluiden weer te
geven (dit toestel of de TV)
y
Zelfs als uw TV de HDMI regelfunctie ondersteunt, is het mogelijk dat
sommige functies niet beschikbaar zijn. Zie de bij uw TV geleverde
handleiding voor details.
Als u dit toestel en de Blu-ray speler of DVD-speler (met ondersteunde
HDMI regelfunctie) aansluit op HDMI, kunt u deze apparaten ook
bedienen met de HDMI regelfunctie. Zie de bij elk apparaat geleverde
handleiding voor details.
Wij raden u aan dat u gebruik maakt van producten (TV, Blu-ray/DVD-
speler, etc.) van dezelfde fabrikant.
De HDMI regelcompatibele componenten omvatten Panasonic VIERA
Link compatibele TV, DVD-speler/recorder en Blu-ray Discspeler.
(Stappen 1 t/m 3 zijn vereist voor de setup van de
HDMI regelfunctie.)
1 Zet alle apparaten aan die verbonden zijn met
dit toestel met HDMI.
2 Schakel de HDMI regelfunctie in op elk
apparaat.
Zet voor dit toestel “HDMI Control” op “On”
(bladzijde 51).
Zie de bij elk externe apparaat geleverde handleiding
voor details.
3 Zet de TV eerst uit en dan weer aan.
(Stappen 4 t/m 6 zijn vereist voor het laten leren
van de TV om te gaan met aangesloten
apparaten. Als de aansluitingen of apparaten
verwisseld worden, dient u deze stappen
opnieuw uit te voeren.)
4 Selecteer dit toestel als de ingangsbron van
de TV.
5 Schakel het op dit toestel aangesloten HDMI
regelapparaat (Blu-ray of DVD-speler) in.
6 Selecteer het HDMI regelapparaat (Blu-ray of
DVD-speler) als de ingangsbron van dit
toestel om de video-ingang te controleren.
7 Controleer of de HDMI regelfunctie werkt (zet
dit toestel aan of regel het volumeniveau met
de afstandsbediening van de TV).
Opmerking
<Opmerking>
Ingeval de HDMI regelfunctie niet werkt, controleer de volgende
zaken. Het uitzetten (stekker eruit) en weer aanzetten (stekker er
weer in) van de TV kan ook helpen.
De TV is aangesloten op de HDMI OUT 1 jack van dit toestel.
“HDMI Control” staat ingesteld op “On” op dit toestel.
De HDMI regelfunctie is ingeschakeld op de TV.
y
Dit toestel selecteert automatisch de TV-scène (bladzijde 24)
wanneer u dit toestel selecteert als het apparaat om TV-geluiden
weer te geven met de afstandsbediening van uw TV. Dat wil
zeggen, als u een audio-uitgangsaansluiting van uw TV aansluit op
de AV 1 (OPTICAL) aansluiting van dit toestel, kunt u spoedig
luisteren naar TV-geluiden met het gespecificeerde
geluidsveldprogramma.
Deze slaaptimer is bijvoorbeeld handig wanneer u gaat slapen
terwijl uw installatie nog aan het spelen of opnemen is.
Druk herhaaldelijk op qSLEEP om de
tijdsperiode te selecteren.
De slaaptimerinstelling wijzigt als volgt.
Als de slaaptimer is ingesteld, licht de SLEEP indicator op
de display van het voorpaneel op.
Om de slaaptimer uit te schakelen, selecteer “Sleep Off”.
Overige functies
Selecteren van de HDMI OUT
aansluiting
HDMI OUT1+2
Geeft de signalen gelijktijdig weer via zowel
de HDMI OUT 1 en HDMI OUT 2
aansluitingen.
HDMI OUT 1
Geeft de signalen weer via de HDMI OUT 1
aansluiting.
HDMI OUT 2
Geeft de signalen weer via de HDMI OUT 2
aansluiting.
HDMI OFF
Geeft geen signalen weer via de HDMI OUT
aansluitingen. Selecteer deze instelling
wanneer u geen gebruik gemaakt van het
beeldscherm verbonden met een van de
HDMI OUT aansluitingen.
Gebruik van de HDMI™ regelfunctie
HDMI OUT 1+2 HDMI OUT 1
HDMI OUT 2HDMI OUT OFF
Gebruiken van de slaaptimer
Sleep 120min. Sleep 90min.
Sleep 60min.Sleep 30min.Sleep Off
43 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
GEAVANCEERDE BEDIENING
Het Option menu biedt gebruikers de mogelijkheid verscheidene instellingen te configureren voor elke ingangsbron en,
wanneer er een ingangsbron verwisseld wordt, overeenkomende instellingen automatisch weer te geven. Bovendien kunt
u de signaalinformatie van bepaalde ingangsbronnen bekijken.
De procedure om de Option menu-items in te stellen wordt hieronder beschreven.
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
de dIngangs keuzetoets) om de gewenste
ingangsbron te selecteren.
Als u op dUSB/NET op de afstandsbediening
drukt, druk op de wSub-ingangskeuzetoets
om een sub-ingangsbron te selecteren.
2 Druk op sOPTION op de afstandsbediening.
3 Druk op jCursor k / n om het gewenste
menu-item te selecteren en druk dan op
jENTER.
4 Druk op jCursor k / n / l / h om de
gewenste instelling te selecteren en druk dan
op jENTER.
5 Om het Option menu te verlaten, druk op
sOPTION.
Om naar het vorige menuniveau terug te keren, druk
op jRETURN.
Opmerking
Ingeval
j
Cursor
k
/
n
/
l
/
h
of andere toetsen niet werken na het
sluiten van het Option menu, druk op de
d
Ingangskeuzetoets
om de huidige ingangsbron opnieuw te selecteren.
De volgende menu-items worden geleverd voor elke
signaalbron.
Opmerkingen
*1
Alleen “Volume Trim” is beschikbaar wanneer er geen extern apparaat
is aangesloten op de HDMI IN aansluiting.
*2
“Shuffile” en “Repeat” zijn niet beschikbaar gedurende de eenvoudige
afstandsbedieningsmodus.
Details van de menu-items zijn als volgt. De configuratie
is een weergave van de momenteel geselecteerde
ingangsbron.
y
De standaard instellingen zijn aangegeven met “*”.
Volume Trim
Vermindert een wijziging in volume bij het wisselen van
signaalbronnen door de verschillen in volume tussen de
signaalbronnen te corrigeren.
Decoder Mode
Selecteert DTS of digitale audiosignalen voor reproductie.
Extended Surround
Selecteert het wel of niet reproduceren van multikanaals
(of 2-kanaals) ingangssignalen in 6.1- of 7.1-kanalen als
er surround achter-luidsprekers worden gebruikt.
Het optionele menu instellen voor elke signaalbron (Option menu)
Option menu-items
Signaalbron Menu-item
HDMI1-4
AV1-4
V-AUX
*1
Volume Trim, Decoder Mode,
Extended Surround, Signal Info
AV5-6
PHONO
Vol u m e Tr i m
AUDIO1/2
MULTI CH
Volume Trim, Video Out
iPod (DOCK)
*2
Volume Trim, Shuffle, Repeat
NET RADIO (USB/NET) Volume Trim, Signal Info
USB (USB/NET) Volume Trim, Signal Info, Shuffle,
Repeat
Input
DSP
Volume Trim
Decoder Mode
Extended Surround
Signal Info
Option Menu
HDMI 1
Straight
PC (USB/NET) Volume Trim, Signal Info, Shuffle,
Repeat, Refresh
BLUETOOTH (DOCK) Volume Trim, Connect/Disconnect,
Pairing
TUNER Volume Trim, FM Mode, Auto
Preset, Clear Preset, PTY Seek, EON
Signaalbron: Allen
Instelbaar bereik: –6.0dB tot 0.0dB* tot +6.0dB
(in stapjes van 0,5 dB)
Signaalbron: HDMI1-4, AV1-4, V-AUX
Keuzes: Auto*, DTS
Auto Selecteert automatisch audio signaalbronnen.
DTS Selecteert alleen DTS signalen. Andere
signaalbronnen worden niet gereproduceerd.
Signaalbron: HDMI1-4, AV1-4, V-AUX
Keuzes: Auto*, PLIIxMovie, PLIIxMusic, EX/ES, Off
Auto Selecteert automatisch de meest geschikte
decoder als er signalering aanwezig is voor het
reproduceren van surround achter-kanalen, en
reproduceert de signalen in 6.1- of 7.1-kanalen.
PLIIx
Movie
Reproduceert signalen altijd in 7.1-kanalen met
PLIIxMovie decoder, of het signaal van de
surround achter-kanalen nu aanwezig is of niet.
U kunt deze parameter selecteren als twee
surround achter-luidsprekers zijn aangesloten.
Signaalbron Menu-item
44 Nl
Het optionele menu instellen voor elke signaalbron (Option menu)
Signal Info
Geeft informatie over audio- en videosignalen weer op het
GUI menuscherm en de display van het voorpaneel. U
kunt de weer te geven items wijzigen met behulp van
jCursor k / n.
Audio-informatie
Opmerkingen
“No Signal” wordt weergegeven als er geen signalen worden
weergegeven “---” wordt weergegeven als signalen worden weergegeven
die dit toestel niet kan herkennen.
De bitsnelheid kan tijdens het afspelen variëren.
Video-informatie
HDMI foutmelding
(verschijnt alleen als er een fout is opgetreden)
FM Mode
Stelt de FM zendontvangststand in.
Auto Preset
Detecteert automatisch FM radiozenders en registreert ze
als voorkeuzezenders (bladzijde 31).
Clear Preset
Wist voorkeuzezender (bladzijde 32).
PTY Seek
Zoekt een zender dat een programma uitzendt volgens de
gewenste categorie van de voorkeuzezenders tijdens het
gebruiken van het Radio Data Systeem (bladzijde 33).
EON
Deze functie stelt u in staat te profiteren van de EON
(Enhanced Other Networks) gegevensservice van het
Radio Data Systeem (bladzijde 34).
Shuffle
Wijzigt de willekeurige weergavestijl
y
Deze instelling wordt gedeeld onder de USB/NET sub-ingangsbronnen
(USB and PC).
Repeat
Wijzigt de herhaalde weergavestijl.
y
Deze instelling wordt gedeeld onder de USB/NET sub-ingangsbronnen
(USB and PC).
Refresh
Werkt de op het GUI menuscherm weergegeven PC-
serverlijst bij (bladzijde 39).
Connect / Disconnect
Sluit aan op een Bluetooth component of verbreekt daar de
verbinding mee (bladzijde 37).
PLIIx
Music
Reproduceert signalen altijd in 6.1- of 7.1-
kanalen met PLIIxMusic decoder, of het
signaal van de surround achter-kanalen nu
aanwezig is of niet. U kunt deze parameter
selecteren als één of twee surround-achter
luidsprekers zijn aangesloten.
EX/ES Selecteert automatisch de meest geschikte
decoder voor ingangssignalen, of er nu wel of
niet een signaal voor het reproduceren van
surround achter-kanalen aanwezig is, en
reproduceert de signalen altijd in 6.1-kanalen.
Off Reproduceert altijd originele signalen, of de
signalering voor het reproduceren van surround
achter-kanaal nu wel of niet aanwezig is.
Signaalbron: HDMI1-4, AV1-4, V-AUX, USB (USB/NET), NET
RADIO (USB/NET), PC (USB/NET)
Format
Formaat van digitale audiosignalen.
Channel
Het aantal ingangssignaalkanalen (voor/
surround/LFE).
Bijvoorbeeld, als de ingangsignaalkanalen 3
voor-kanalen, 2 surround kanalen en een
LFE zijn, wordt “3/2/0.1” weergegeven.
Als een kanaal niet kan worden uitgedrukt
zoals hierboven, kan er een totaal aantal
kanalen worden weergegeven zoals “5.1ch”.
Sampling
Frequency
De bemonsteringsfrequentie per seconde in
conversie van analoog naar digitaal.
Bitrate
De bitsnelheid van het ingangssignaal per
seconde.
Video In
Formaat en resolutie van het video-
ingangssignaal.
Video Out
Formaat en resolutie van het
videouitgangsignaal.
Message
Foutmeldingen over HDMI signalen en
HDMI componenten. Zie het volgende voor
details over foutmeldingen.
HDCP Error
HDCP verificatie mislukt.
Device Over
Er zijn teveel HDMI componenten
aangesloten.
Out of Res.
Het aangesloten beeldscherm is niet
compatibel met het video-ingangssignaal.
Signaalbron: TUNER
Keuzes: Stereo*, Mono
Stereo Ontvangt eerst altijd in stereostand.
Mono Ontvangt in monostand. U kunt een betere
ontvangst in mono-stand krijgen.
Signaalbron: TUNER
Signaalbron: TUNER
Signaalbron: TUNER
Signaalbron: TUNER
Signaalbron: iPod (DOCK), USB (USB/NET), PC (USB/NET)
Keuzes: iPod (DOCK): Off*, Songs, Albums
USB (USB/NET), PC (USB/NET): Off*, On
Signaalbron: iPod (DOCK), USB (USB/NET), PC (USB/NET)
Keuzes: Off*, One, All
Signaalbron: PC (USB/NET)
Signaalbron: BLUETOOTH (DOCK)
45 Nl
Het optionele menu instellen voor elke signaalbron (Option menu)
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Pairing
Voert het paren van dit toestel en een Bluetooth
component uit (bladzijde 37).
Video Out
Specificeert een te reproduceren videosignaal tijdens een
audioweergave. Zie “Selecteren van een weer te geven
videosignaal tijdens een audioweergave” op deze
bladzijde voor meer informatie.
Deze functie biedt dit toestel de mogelijkheid
videosignalen weer te geven wanneer “AUDIO 1”,
AUDIO 2” of “MULTI CH” geselecteerd is als de
ingangsbron. Volg de onderstaande procedure om de weer
te geven video te selecteren tijdens een audioweergave.
1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op
de dIngangskeuzetoetsen) om AUDIO
1”, “AUDIO 2” of “MULTI CH” te selecteren
als de ingangsbron.
2 Druk op sOPTION op de
afstandsbediening.
Het Option menu voor de geselecteerde signaalbron
wordt weergegeven.
3 Druk op jCursor k / n om “Video Out” te
selecteren en druk dan op jENTER.
4 Druk op jCursor l / h om een video-
ingangsaansluiting te selecteren die gebruikt
gaat worden tijdens een audioweergave.
AV1-2 (COMPONENT VIDEO)
AV3-6 (VIDEO)
Off (geen videoweergave)
5 Om het Option menu te verlaten, druk op
sOPTION.
Signaalbron: BLUETOOTH (DOCK)
Signaalbron: AUDIO 1/2, MULTI CH
Keuzes: AV 1 t /m AV 6, Of f *
Selecteren van een weer te geven
videosignaal tijdens een
audioweergave.
Video;;;;;;Off
46 Nl
U kunt het Setup menu oproepen met de afstandsbediening en de instellingen van de verschillende menu’s wijzigen.
Voor meer informatie, lees eerst “Basisbediening van het Setup menu” en zie de betreffende pagina’s.
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
Menu/Submenu Functie
Pagina
Speaker Setup Stelt items in voor de luidsprekers.
48
Auto Setup (YPAO) Stelt automatisch de uitgangskenmerken in van de luidsprekers.
48
Manual Setup Stelt handmatig de uitgangskenmerken in van de luidsprekers.
48
Speaker Configuration Stelt de luidsprekerconfiguraties in, zoals de verbindingsstatus van de luidspreker
en een formaat van de aangesloten luidspreker (geluidsreproductievermogen) dat
geschikt is voor de luisteromgeving.
48
Speaker Level Past het volume van elke luidspreker apart aan.
50
Speaker Distance Stelt de timing in waarop bij elk van de luidsprekers geluid wordt weergegeven, op
basis van de afstand tussen de luidsprekers en de luisterpositie.
50
Equalizer Selecteert een equalizer die de kenmerken van het luidsprekersignaal aanpast.
50
Test Tone Genereert testtonen.
50
Sound Setup Stelt verschillende items in voor geluidsweergaven.
51
Dynamic Range Past het dynamisch bereik aan van luidsprekers en hoofdtelefoon.
51
Lipsync Past de vertraging toe in weergavetiming tussen videoweergave en audioweergave.
51
HDMI OUT1 Stelt de vertragingstijd van automatische lipsync fijn af die toegepast wordt
wanneer alleen de HDMI OUT 1 aansluiting gebruikt wordt of wanneer zowel de
HDMI OUT 1 als de HDMI OUT 2 aansluiting gebruikt worden.
51
HDMI OUT2 Stelt de vertragingstijd van automatische lipsync fijn af die toegepast wordt
wanneer alleen de HDMI OUT 2 aansluiting wordt gebruikt.
51
ANALOG MONITOR OUT Stelt de vertragingstijd af die toegepast wordt wanneer alleen de analoge
MONITOR OUT (COMPONENT VIDEO of VIDEO) aansluitingen worden
gebruikt.
51
47 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Function Setup Stelt diverse items in voor HDMI en weergave.
51
HDMI Stelt verschillende items in voor signaalbronnen.
51
HDMI Control Selecteert de HDMI-regelfunctie aan of uit wanneer een component die de HDMI-
regelfunctie ondersteunt aangesloten is op de HDMI OUT 1 aansluiting van dit
toestel.
51
Standby Through Selecteert de weergave van HDMI-signalen aan of uit die binnenkomen via de
HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting en die
weergegeven worden via de actieve HDMI OUT aansluiting(en) wanneer dit
toestel in standby staat.
51
Audio Output Selecteert dit toestel of een component aangesloten op de HDMI OUT 1
aansluiting van dit toestel voor het weergeven van geluidssignalen.
51
Resolution Stelt de resolutie in van de HDMI weergave die wordt geconverteerd vanuit
analoge visuele ingangssignalen.
52
Aspect Stelt een beeldverhouding in van de beelden die zijn gereproduceerd door HDMI
signalen geconverteerd vanuit analoge video ingangssignalen.
52
Display Stelt items in voor een beeldscherm of van de display van het voorpaneel.
52
Dimmer Stelt de helderheid in van de display van het voorpaneel.
52
Front Panel Display Scroll Selecteert de manier om tekens weer te geven op de display van het voorpaneel.
52
GUI Position Past boven- en onderkantposities aan van het GUI menuscherm dat wordt
weergegeven op het beeldscherm.
52
Volume Stelt items in voor de volumes.
52
Adaptive DRC Past het dynamische bereik aan (verschil tussen het maximumvolume en het
minimumvolume) in samenhang met het volumeniveau.
52
Max Volume Stelt het maximum volumeniveau in zodat het volume niet per ongeluk wordt
verhoogd.
53
Initial Volume Stelt het volume in op het moment dat het toestel aan staat.
53
Input Rename Verandert de ingangsbronnamen die worden weergegeven op het GUI menuscherm
of op de display van het voorpaneel.
53
Zone Stelt het maximale volumeniveau en het startvolumeniveau van Zone2/3 in.
53
Zone2 Max Volume Stelt het maximum volumeniveau van Zone2 in.
53
Zone2 Initial Volume Stelt het volumeniveau van Zone2 in die toegepast wordt wanneer dit toestel wordt
aangezet.
53
Zone3 Max Volume Stelt het maximum volumeniveau van Zone3 in.
53
Zone3 Initial Volume Stelt het volumeniveau van Zone3 in die toegepast wordt wanneer dit toestel wordt
aangezet.
53
Network Stelt items voor netwerkfuncties in.
53
IP Address Stelt de netwerkparameters (IP-adres, etc) manueel in.
53
MAC Address Filter Stelt het MAC-adresfilter in om toegang van dit toestel via LAN te beperken.
53
Network Standby Selecteert of de opdrachten via het netwerk worden geaccepteerd of niet wanneer
dit toestel in standby staat.
54
Information Geeft netwerkinformatie weer.
54
DSP Parameter Stelt parameters in voor de geluidsveldprogramma’s.
54
Memory Guard Beschermt bepaalde instellingen tegen onverhoedse verandering.
57
Menu/Submenu Functie
Pagina
48 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
Het Setup menu verschijnt op zowel het GUI menuscherm
als de display van het voorpaneel.
GUI menuscherm
Display van het voorpaneel
In dit hoofdstuk worden procedures beschreven voor het
instellen van menu’s met behulp van de videomonitor.
1 Druk op iON SCREEN op de
afstandsbediening.
Het GUI menuscherm verschijnt op de videomonitor.
2 Druk op jCursor n om “Setup” te
selecteren en druk dan op jENTER.
Het Setup menu verschijnt op het beeldscherm.
3 Druk op jCursor k / n om het gewenste
menu-item te selecteren en druk dan op
jENTER.
Items van het geselecteerde menu worden
weergegeven.
Voorbeeld (Function Setup)
y
Om naar het vorige menuniveau terug te keren, druk op
jRETURN.
4 Indien nodig, druk op jCursor k / n om het
gewenste submenu te selecteren en druk dan
op jENTER.
Voorbeeld (Volume)
5 Druk op jCursor k / n om een item te
selecteren voor bewerking en druk dan op
jCursor l / h om de instelling te wijzigen.
Sommige items in “Manual Setup” van het “Speaker
Setup” menu nemen een volledig scherm in beslag.
Om andere items in “Manual Setup” weer te geven,
druk op jCursor k / n.
Voorbeeld (Speaker Configuration)
y
Om andere items te configureren, herhaal stap 5.
6 Om het GUI menuscherm uit te schakelen
drukt u op iON SCREEN.
Opmerking
Ingeval jCursor k / n / l / h of andere toetsen niet werken
na het sluiten van het Setup menu, druk op de
dIngangskeuzetoets om de huidige ingangsbron opnieuw
te selecteren.
U kunt verschillende items voor de luidsprekers instellen.
Er zijn twee soorten afstellingen beschikbaar. Eén is “Auto
Setup” (YPAO) voor automatische afstelling en de ander
is “Manual Setup” voor handmatige instelling.
y
De standaard instellingen zijn aangegeven met “*”.
Past automatisch de weergavekenmerken van de
luidsprekers aan om de optimale balans voor het
weergegeven geluid te verkrijgen, op basis van posities en
prestaties van de luidsprekers en akoestische kenmerken
van de kamer die automatisch worden gemeten. Voor
details over bedieningen, zie bladzijde 21.
Past weergavekenmerken van de luidsprekers aan op basis
van handmatig ingestelde parameters.
Nadat “Auto Setup” (YPAO) is uitgevoerd, kunt u
automatisch afgestelde parameters controleren onder het
“Manual Setup” menu. Zorg voor een fijnafstelling van de
parameters conform uw voorkeur, indien nodig.
Speaker Configuration
Stelt de luidsprekerconfiguraties in, zoals de
verbindingsstatus van de luidspreker en een formaat van
de aangesloten luidsprekers
(geluidsreproductievermogen), dat geschikt is voor de
luisteromgeving.
y
De luidsprekerconfiguraties bevatten items voor het definiëren van de
luidsprekergrootte: “Large” of “Small”. “Large” en “Small” verwijzen
naar luidsprekers met woofer-diameters van respectievelijk 16 cm of
groter en kleiner dan 16 cm.
Basisbediening van het Setup menu
Speaker Setup
Sound Setup
Function Setup
DSP Parameter
Memory Guard
Setup Menu
;SpeakerSetup
HDMI
Display
Volume
Input Rename
Zone
Network
Function Setup
Off
+16.5dB
Off
Volume
Adaptive DRC
Max Volume
Initial Volume
Speaker Setup
Auto Setup
Manual Setup
Speaker Configuration
Front Speaker
LargeSmall
49 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Extra Speaker Assignment
Selecteert de toepassing voor de EXTRA SP (SP1/SP2)
aansluitingen.
Opmerkingen
Wanneer u “Extra Speaker Assignment” instelt op “Zone2” of “Presence”,
worden de signalen voor de surround achter-kanalen van het hoofdtoestel
gescheiden weergegeven via andere kanalen.
Wanneer u “Extra Speaker Assignment” instelt op “Zone2 + Zone3”, worden de
signalen voor de surround- en surround achter-kanalen van het hoofdtoestel
gescheiden weergegeven via andere kanalen.
LFE / Bass Out
Selecteert luidspreker(s) voor het weergeven van de
componenten met lage tonen van het LFE (lage frequentie
effectgeluid)-kanaal of andere kanalen. De weergavestatus
is als volgt.
LFE kanaalsignalen
Lage frequentie componenten of andere kanaalsignalen
Front Speaker
Stelt de groottes in van de linker en rechter voor-
luidsprekers.
Opmerking
Indien “LFE/Bass Out” staat ingesteld op “Front”, schakelt “Front
Speaker” automatisch naar “Large”, zelfs als deze is ingesteld op “Small”.
Center Speaker
Stelt de grootte in van de midden-luidspreker.
Surround Speaker
Stelt de groottes in van de linker en rechter surround
luidsprekers.
y
Als “None” is geselecteerd, gaan de geluidsveldprogramma’s
automatisch naar de Virtual CINEMA DSP-stand.
Surround Back Speaker
Stelt de groottes in van de linker en rechter surround
achter-luidsprekers.
Keuzes: Zone2*, Zone2 + Zone3, Presence, None
Zone2
Wijst de SP1 aansluitingen toe voor Zone2
luidsprekers en schakelt de SP2 aansluitingen uit.
Zone2 +
Zone3
Wijst de SP1 aansluitingen toe voor Zone2
luidsprekers en de SP2 aansluitingen voor
Zone3 luidsprekers.
Presence Wijst de SP1 aansluitingen voor
aanwezigheidsluidsprekers toe en schakelt de
SP2 aansluitingen uit.
None Schakelt de EXTRA SP (SP1/SP2)
aansluitingen uit.
Keuzes: Subwoofer, Front, Both*
Parameter Subwoofer
Voor-
luidsprekers
Overige
luidsprekers
Subwoofer Uitgang Geen weergave Geen weergave
Front Geen weergave Uitgang Geen weergave
Both Uitgang Geen weergave Geen weergave
Parameter Subwoofer
Voor-
luidsprekers
Overige
luidsprekers
Subwoofer [1] [2] [2]
Front Geen weergave [3] [2]
Both [3] [4] [2]
[1] Geeft lage frequentie componenten weer van het kanaal van de
luidspreker, waarvan de grootte is ingesteld op “Small”.
[2] Geeft lage frequentie componenten weer wanneer de groottes
van de luidsprekers zijn ingesteld op “Large”.
[3] Geeft lage frequentie componenten weer van de linker en rechter
voor-kanalen en het kanaal van de luidspreker, waarvan de
grootte is ingesteld op “Small”.
[4] Geeft lage frequentie componenten van de linker en rechter
voor-kanalen weer.
Keuzes: Small, Large*
Small Selecteer dit als de kleine luidsprekers zijn
aangesloten. De lage frequentie componenten van
de linker en rechter voor-kanalen worden
weergegeven door een subwoofer.
Large
Selecteer dit als de grote luidsprekers zijn aangesloten.
Keuzes: None, Small*, Large
None Selecteer dit wanneer de midden-luidspreker is
aangesloten. De signalen voor het
middenkanaal zullen naar de linker en rechter
voor-luidsprekers worden verspreid.
Small Selecteer dit wanneer een kleine midden-
luidspreker is aangesloten. De lage frequentie
componenten van het middenkanaal worden
weergegeven door een subwoofer. Indien een
subwoofer niet is aangesloten, worden ze
weergegeven via de voor-luidsprekers.
Large Selecteer dit wanneer een grote midden-
luidspreker is aangesloten.
Keuzes: None, Small*, Large
None Selecteer dit als er geen surround luidsprekers
zijn aangesloten. De signalen van het surround
kanaal worden naar de linker en rechter voor-
luidsprekers verspreid. “Surround Back
Speaker” wordt automatisch overgezet naar
“None” als dit is geselecteerd.
Small Selecteer dit als er kleine surround luidsprekers
zijn aangesloten. De lage frequentie
componenten van de surround kanalen worden
weergegeven door een subwoofer. Indien een
subwoofer niet is aangesloten, worden ze
weergegeven via de voor-luidsprekers.
Large Selecteer dit als de grote surround luidsprekers
zijn aangesloten.
Keuzes: None, Large x 1, Small x 1, Large x 2, Small x 2*
None Selecteer dit als er geen surround achter-
luidsprekers zijn aangesloten. Surround achter-
kanaalsignalen worden weergegeven via de L/R
surround luidsprekers en subwoofer. Als de
subwoofer is uitgeschakeld, worden deze
weergegeven via de L/R surround luidsprekers
en voor-luidsprekers.
Large x 1 Selecteer dit wanneer er één grote surround
achter-luidspreker is aangesloten.
Small x 1 Selecteer dit wanneer er één kleine surround
achter-luidspreker is aangesloten.
Large x 2 Selecteer dit als er twee grote surround achter-
luidsprekers zijn aangesloten.
Small x 2 Selecteer dit als er twee kleine surround achter-
luidsprekers zijn aangesloten.
50 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
y
Wanneer “Surround Back Speaker” staat ingesteld op “None”, zijn
“PLIIx Movie”, “PLIIx Music” en “PLIIx Game” van de surround
decodeerstand (bladzijde 29) niet beschikbaar.
Bass Crossover Frequency
Stelt de onderlimiet in van de lage frequentie
componenten die door een luidspreker worden
weergegeven, waarvan de grootte staat ingesteld op
Small” (Small x 1, Small x 2). Geluid met een lagere
frequenttie dan de limiet wordt weergegeven via een
subwoofer of voor-luidsprekers.
Indien uw subwoofer een volumeregeling of een
crossover-frequentieregeling heeft, stelt u het volume in
op de helft of de crossover-frequentie op het maximum.
Subwoofer Phase
Als de lage tonen niet of onduidelijk worden
weergegeven, stelt u hiermee de fase van uw subwoofer in.
Speaker Level
Regelt het volume van elke luidspreker gescheiden, zodat
het geluid dat door de luidsprekers wordt gevormd op
hetzelfde volume is als bij de luisterpositie. Items die
worden weergegeven variëren afhankelijk van het aantal
aangesloten luidsprekers.
y
Als alleen één surround achter-luidspreker is aangesloten, verschijnt
“SB” in plaats van “SBL” en “SBR”.
U kunt het volume regelen door te luisteren naar testtonen wanneer u
“Test Tone” instelt op “On” (op deze pagina).
Indien uw subwoofer een volumeregeling of een crossover-
frequentieregeling heeft, stelt u het volume in op de helft of de crossover-
frequentie op het maximum.
Speaker Distance
Past de timing aan waarop elke luidspreker geluid
weergeeft, zodat het geluid van de luidsprekers de
luisterpositie op hetzelfde moment bereikt. Stel het toestel
eerst in en stel dan de afstand in van elke luidspreker.
Unit
FR.L / FR.R / CNTR / SUR.L / SUR.R / SBL / SBR /
SWFR / PR.L / PR.R
y
Beschikbare items verschillen afhankelijk van de “Speaker
Configuration” instellingen (bladzijde 48).
Als alleen één surround achter-luidspreker is aangesloten, verschijnt
“SB” in plaats van “SBL” en “SBR”.
Equalizer
Past de geluidskwaliteit en toon van de luidspreker aan
met een parametrische grafische equalizer.
EQ Type Select
Selecteert een equalizertype.
GEQ
Past de geluidskwaliteit van elke luidspreker aan met een
grafische equalizer. De grafische equalizer van dit toestel
kan signaalniveaus afstellen in 7 frequentiebereiken.
Om het signaalniveau binnen elk bereik af te stellen, druk
op jCursor l / h om de gewenste luidspreker te
selecteren terwijl “Channel” geselecteerd is, druk op
jCursor k / n om de gewenste frequentieband te
selecteren en druk vervolgens op jCursor l / h om
het signaalniveau in te stellen.
Test Tone
Wisselt tussen aan en uit van een oscillator die testtonen
genereert. Wanneer “On” is geselecteerd, kunt u de
instellingen van “Manual Setup” bijstellen terwijl u
luistert naar een testtoon.
Keuzes: 40Hz, 60Hz, 80Hz*, 90Hz, 100Hz, 110Hz, 120Hz,
160Hz, 200Hz
Keuzes: Normal*, Reverse
Normal Selecteer dit om de fase van uw subwoofer
niet te veranderen.
Reverse Selecteer dit om de fase van uw subwoofer
om te keren.
Instelbaar bereik: –10.0dB tot +10.0dB (stapjes van 0,5 dB)
Standaard instellingen:
0dB (FR.L, FR.R, SWFR, PR.L, PR.R)
–1.0dB (CNTR, SUR.L, SUR.R, SBL,
SBR)
Keuzes: meters (m)*, feet (ft)
meters (m) Geeft de afstanden van de luidsprekers in
meters weer.
feet (ft) Geeft de afstanden van de luidsprekers in
Engelse ‘feet’ weer.
Instelbaar bereik: 0.30m tot 24.00m (1.0ft tot 80.0ft)
Standaard instellingen:
3.00m (10.0ft) (FR.L, FR.R, SWFR, PR.L,
PR.R)
2.60m (8.5ft) (CNTR)
2.40m (8.0ft) (SUR.L, SUR.R, SBL, SBR)
Keuzes: Auto PEQ, GEQ*, Off
Auto PEQ Gebruikt een parametrische equalizer
geselecteerd in “Auto Setup”. Kenmerken
van de huidig gebruikte parametrische
equalizer worden weergegeven onder “Auto
PEQ”.
GEQ Gebruikt een grafische equalizer. Druk op
jENTER om de kenmerken van de
grafische equalizer aan te passen.
Off Gebruik geen grafische equalizer.
Kanalen Front Left, Front Right, Center, Surround Left,
Surround Right, Surround Back Left, Surround
Back Right
Keuzes: 63Hz, 160Hz, 400Hz, 1kHz, 2.5kHz, 6.3kHz,
16kHz
Instelbaar bereik: –6.0dB to 0dB* tot +6.0dB (stapjes van 0,5dB)
Keuzes: Off*, On
Off Genereert geen testtonen.
On Genereert testtonen.
51 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
U kunt verschillende items voor geluidsweergaven
instellen.
Dynamic Range
Selecteer een dynamisch bereikafstellingsmethode voor de
reproductie van bitstreamsignalen.
Lipsync
Past de vertraging aan tussen videoweergave en
audioweergave. Dit toestel stelt automatisch de vertraging
in (automatische lipsync) wanneer er een TV, die de
automatische lipsync ondersteunt, is aangesloten op de
HDMI OUT 1 of HDMI OUT 2 aansluiting van dit toestel
en er alleen HDMI signalen worden weergegeven via de
bijbehorende HDMI OUT aansluiting.
HDMI OUT1
Geeft de vertragingstijd weer ingesteld door automatische
lipsync voor weergave van HDMI signalen via de HDMI
OUT 1 aansluiting. Om de vertragingstijd fijn af te stellen,
stel een offset tijd in het “Offset” veld. Deze offset tijd
wordt ook toegepast op de weergave van signalen via de
HDMI OUT 2 aansluiting wanneer zowel de HDMI OUT
1 als de HDMI OUT 2 aansluiting actief is.
HDMI OUT2
Geeft de vertragingstijd weer ingesteld door automatische
lipsync voor weergave van HDMI signalen via de HDMI
OUT 2 aansluiting. Om de vertragingstijd fijn af te stellen,
stel een offset tijd in het “Offset” veld.
ANALOG MONITOR OUT
Stelt de vertragingstijd af die toegepast wordt wanneer
alleen de analoge MONITOR OUT (COMPONENT
VIDEO of VIDEO) aansluitingen worden gebruikt.
U kunt diverse items instellen voor HDMI en weergave.
U kunt verschillende items instellen voor HDMI.
HDMI Control
Selecteert de HDMI-regelfunctie aan of uit wanneer een
component die de HDMI-regelfunctie ondersteunt
aangesloten is op de HDMI OUT 1 aansluiting van dit toestel.
Wanneer deze parameter staat ingesteld op “On”, geeft dit
toestel signalen weer die binnenkomen via de HDMI 1-4
aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) verbinding met
het beeldscherm, zelfs als dit toestel in standby staat.
y
De BHDMI THROUGH indicator licht op in de volgende gevallen
terwijl dit toestel in standby staat.
wanneer de HDMI regelfunctie staat ingeschakeld
wanneer de functie voor het doorvoeren van HDMI signalen op dit
moment werkt
Wanneer “HDMI Control” staat ingesteld op “On”, verbruikt dit toestel 1
tot 3 Watt vermogen, afhankelijk van de conditie van een HDMI signaal
die door dit toestel heengaat.
Standby Through
Selecteert de weergave van HDMI-signalen aan of uit die
binnenkomen via de HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI
IN (VIDEO AUX) aansluiting en die weergegeven worden
via de actieve HDMI OUT aansluiting(en) wanneer dit
toestel in standby staat. Wanneer deze parameter staat
ingesteld op “On”, geeft dit toestel signalen weer die
binnenkomen via de HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI
IN (VIDEO AUX) verbinding met het (de)
beeldscherm(en), zelfs als dit toestel in standby staat.
y
Deze parameter is niet beschikbaar wanneer “HDMI Control” staat
ingesteld op “On”.
Om doorvoerweergave van HDMI signalen mogelijk te maken, moet één
van de ingangsbronnen die verbonden is met de HDMI 1-4 aansluitingen
of de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting worden geselecteerd alvorens
over te schakelen naar standby.
Wanneer “Standby Through” staat ingesteld op “On”, licht de BHDMI
THROUGH indicator op. In deze toestand neemt de hoeveelheid
stroomverbruik in de standby-stand toe.
Audio Output
Selecteert dit toestel of een component verbonden met de
HDMI OUT 1 aansluiting van dit toestel voor de weergave
van geluidssignalen die binnenkomen via de HDMI 1-4
aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting.
Sound Setup
Keuzes: Min/Auto, STD, Max*
Min/Auto (Min) Stelt het dynamische bereik in dat
geschikt is voor een laag volume of een
rustige omgeving, zoals ’s nachts, voor
bitstreamsignalen, behalve voor Dolby
TrueHD signalen.
(Auto) Past het dynamische bereik aan voor
Dolby TrueHD signalen op basis van
ingangssignaalinformatie.
STD Stelt het standaard dynamische bereik in dat
wordt aanbevolen voor thuisgebruik.
Max Geeft geluid weer zonder het dynamisch
bereik van de ingangssignalen aan te
passen.
Instelbaar bereik: 0* tot 240ms (stapjes van 1 ms)
Instelbaar bereik: 0* tot 240ms (stapjes van 1 ms)
Instelbaar bereik: 0* tot 240ms (stapjes van 1 ms)
Function Setup
HDMI
Keuzes: On, Off*
On Schakelt de HDMI regelfunctie in.
Off Schakelt de HDMI regelfunctie uit.
Keuzes: On, Off*
On Geeft de HDMI signalen weer naar de HDMI
OUT aansluiting(en)
Off Geeft de HDMI signalen niet weer naar de
HDMI OUT 1/2 aansluitingen.
Keuzes: Amplifier*, TV, Amplifier + TV
Amplifier Geeft HDMI geluidssignalen weer van
luidsprekers die zijn aangesloten op dit
toestel.
52 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
Opmerking
Signaalformaten van audio- en videosignalen die via dit toestel op de TV
weergegeven worden, variëren afhankelijk van de specificaties van het
beeldscherm.
y
Deze parameter is niet beschikbaar wanneer “HDMI Control” staat
ingesteld op “On”.
Resolution
Waardeert de resolutie op van HDMI weergave die is
geconverteerd van analoge video-ingangsignalen en die
weergegeven wordt via de HDMI OUT 1/2 aansluitingen.
Opmerkingen
Resolutie van de HDMI weergave geconverteerd van 720p of 1080i
analoge videosignalen kan niet worden opgewaardeerd.
Wanneer er een beeldscherm is aangesloten op één van de HDMI OUT 1/
2 aansluitingen en de bijbehorende HDMI OUT aansluiting is
geselecteerd (bladzijde 42), detecteert dit toestel automatisch een
resolutie die door het beeldscherm ondersteund wordt. Een sterretje (*)
verschijnt aan de linkerkant van de gedetecteerde resolutie.
Wanneer er een beeldscherm is aangesloten op beide HDMI OUT 1/2
aansluitingen en HDMI OUT 1+2 is geselecteerd (bladzijde 42),
detecteert dit toestel automatisch een resolutie afhankelijk van het
beeldscherm met de laagste resolutie.
Indien dit toestel niet de resolutie kan detecteren die door het
beeldscherm ondersteund wordt, dient u “MON.CHK” in het
geavanceerde instellingsmenu in te stellen op “SKIP” (bladzijde 63) en
het opnieuw te proberen.
Aspect
Stelt een horizontale tot verticale verhouding
(beeldverhouding) in van beelden die worden
geproduceerd door HDMI signalen afkomstig van de
HDMI OUT 1/2 aansluitingen, wanneer de HDMI
signalen worden geconverteerd vanuit analoge video-
ingangsignalen door een videoconversiefunctie.
Opmerkingen
U kunt de beeldverhouding van het scherm niet wijzigen als
“Resolution” is ingesteld op “Through”.
De instelling is niet effectief voor signalen met een andere
beeldverhouding dan 4:3.
U kunt geen effect van de beeldverhouding verkrijgen wanneer er visuele
signalen binnenkomen via de HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI IN
(VIDEO AUX) aansluiting of wanneer er 720p, 1080i of 1080p signalen
binnenkomen.
U kunt items instellen voor een beeldscherm en de display
van het voorpaneel.
Dimmer
Stelt de helderheid in van de display van het voorpaneel.
Als de waarde wordt verlaagd, wordt de helderheid van de
display van het voorpaneel donkerder.
Opmerking
De helderheid van de display wordt niet helder in de Pure Direct stand,
zelfs als de waarde wordt verhoogd.
Front Panel Display Scroll
Selecteert de manier om over het scherm te scrollen als
een totaal aantal tekens het weergavegebied van het
voorpaneel overschrijdt.
GUI Position
Past de positie aan van het GUI menuscherm dat wordt
weergegeven op het beeldscherm. Om het scherm naar
boven (of naar rechts) te bewegen, zet u deze waarde
groter. Om het scherm naar boven (of naar links) te
bewegen, zet u deze waarde lager.
U kunt items instellen voor volumes.
Adaptive DRC
Regelt het dynamische bereik aan de hand van het
volumeniveau. Deze functie komt van pas wanneer u bij
een laag volume, bijvoorbeeld ’s nachts, wilt luisteren. Als
deze functie is uitgeschakeld, wordt het dynamische
bereik als volgt aangepast.
Wanneer het volumeniveau laag is:beperk het dynamische
bereik
Wanneer het volumeniveau hoog is:vergroot het
dynamische bereik
y
Deze instelling is ook effectief voor een hoofdtelefoon.
TV
Geeft HDMI geluidssignalen weer via de
luidsprekers van een TV aangesloten op de
HDMI OUT 1/2 aansluitingen van dit toestel.
Geluid dat via de luidsprekers die op dit toestel
zijn aangesloten wordt weergegeven, is gedempt.
Amplifier +
TV
Geeft HDMI geluidssignalen weer via de op dit
toestel aangesloten luidsprekers en via de
luidsprekers van een TV die aangesloten is op de
HDMI OUT 1/2 aansluitingen van dit toestel.
Keuzes: Through*, 480p(576p), 720p, 1080i, 1080p
Keuzes: Through*, 16:9, Smart Zoom
Through Geeft de videosignalen weer zonder de
beeldverhouding te wijzigen.
16:9 Geeft de videosignalen weer die 4:3 beelden
weergeven op een 16:9 monitor, met zwarte
banden aan de rechter- en linkerkant van het
beeldscherm.
Smart Zoom Geeft de videosignalen weer die 4:3 beelden
weergeven op een 16:9 monitor, door de
beelden links en rechts uit te rekken zodat
ze op het beeldscherm passen.
Display
Instelbaar bereik: –4 tot 0*
Keuzes: Continuous*, Once
Continuous Geeft herhaaldelijk alle tekens weer door
deze te scrollen.
Once Geeft alle tekens weer door eenmaal te
scrollen, pauzeert het scrollen en geeft dan
de eerste 14 tekens weer.
Instelbaar bereik: –5 tot 0* tot +5 (verticale/horizontale richting)
Volume
Keuzes: Auto, Off*
Auto Regelt het dynamisch bereik automatisch.
Off Regelt het dynamisch bereik niet
automatisch.
Volume : hoogVolume : laag
IngangsniveauIngangsniveau
Uitgangsniveau
Uitgangsniveau
Auto
Off Off
Auto
53 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Max Volume
Stelt het maximum volumeniveau in zodat het volume niet
per ongeluk wordt verhoogd. U kunt bijvoorbeeld het
volume afstellen tussen –80,0 dB en –5,0 dB (of Mute) als
u deze parameter instelt op “–5.0dB”. Het volume neemt
toe tot het maximale niveau als deze parameter is ingesteld
op +16,5 dB (standaard).
Initial Volume
Stelt het volume in op het moment dat het toestel aan staat.
Wanneer deze parameter staat ingesteld op “Off”, wordt
het volumeniveau toegepast dat gebruikt werd toen dit
toestel in de standby-stand werd gezet.
Opmerking
Wanneer u “Max Volume” en “Initial Volume” instelt, wordt de
instelling “Max Volume” actief. Als u bijvoorbeeld “Max Volume”
instelt op “–30.0dB” en “Init. Volume” op “0.0dB”, wordt het volume de
volgende keer dat dit toestel wordt aangezet automatisch ingesteld op “–
30.0dB”.
Verandert de signaalbronnamen die worden weergegeven
op de display van het voorpaneel.
Een naam selecteren die wordt weergegeven in
sjablonen
Druk op jCursor k / n om de te bewerken
ingangsbronnaam te selecteren en druk dan op jCursor
l / h om een nieuwe naam te selecteren uit de sjablonen
(Blu-ray, DVD, SetTopBox, etc.).
Een originele naam invoeren
Druk op jCursor k / n om de te bewerken
ingangsbronnaam te selecteren en druk dan op
jENTER. Voer maximaal 9 tekens in door één teken
per keer te selecteren met de volgende toetshandelingen.
De volgende tekens kunnen worden ingevoerd.
A tot Z, 0 tot 9, a tot z, symbolen (#, *, –, +, etc.) en spatie
Stelt het maximale volumeniveau en het
startvolumeniveau van Zone2/3 in.
y
De menu-items voor Zone2 zijn alleen beschikbaar wanneer “Extra
Speaker Assignment” staat ingesteld op “Zone2” of “Zone2 + Zone3”
(bladzijde 49).
De menu-items voor Zone2 zijn alleen beschikbaar wanneer “Extra
Speaker Assignment” staat ingesteld op “Zone2 + Zone3” (bladzijde 49).
Zone2/3 Max Volume
Stelt het maximum volumeniveau van Zone2/3 in, zodat
het volume niet per ongeluk wordt verhoogd. U kunt
bijvoorbeeld het volume afstellen tussen –80,0 dB en –5,0
dB als u deze parameter instelt op “–5.0dB”.
Zone2/3 Initial Volume
Gebruik deze functie om het volumeniveau van Zone2/3 in
te stellen wanneer Zone2/3 aan wordt gezet. Wanneer deze
parameter staat ingesteld op “Off”, wordt het
volumeniveau toegepast dat gebruikt werd op het moment
dat Zone2/3 in de standby-stand werd gezet.
Opmerking
De “Zone2 Max Volume” of “Zone3 Max Volume” instelling heeft
voorrang boven de “Zone2 Initial Volume” of “Zone3 Initial Volume”
instelling. Als u bijvoorbeeld “Zone2 Max Volume” instelt op “–30.0dB”
en “Zone2 Initial Volume” op “0.0dB”, dan wordt het volume
automatisch ingesteld op “–30.0dB” de volgende keer dat het Zone2
apparaat wordt aangezet.
U kunt verschillende items instellen voor netwerkfuncties.
IP Address
Stelt de netwerkparameters (IP-adres, etc) in.
DHCP
Selecteer of dit toestel al dan niet de netwerkinstellingen
kan verkrijgen (IP-adres, subnet masker, standaard
gateway, primaire DNS server en secundaire DNS server)
van de DHCP server van het aangesloten netwerk.
IP Address
Gebruik deze parameter om het aan dit toestel toegewezen
IP-adres te specificeren. Deze waarde mag niet hetzelfde
zijn als die die reeds gebruikt wordt voor andere
apparatuur in het beoogde netwerk.
Subnet Mask
Gebruik deze parameter om het aan dit toestel toegewezen
subnet masker te specificeren.
Default Gateway
Gebruik deze parameter om het IP-adres van de standaard
toegewezen gateway te specificeren.
DNS Server (P) / DNS Server (S)
Gebruik deze parameter om de IP-adressen van de
primaire en secundaire DNS (Domain Name System)
servers te specificeren.
y
Als u slechts één DNS-adres heeft, vul dit dan in bij “DNS Server (P)”.
Als u twee of meer DNS-adressen heeft, vul er dan één in bij “DNS
Server (P)” en een andere bij “DNS Server (S)”.
MAC Address Filter
Stelt het MAC-adresfilter in om toegang van dit toestel via
LAN te beperken.
MAC Address Filter
Selecteer of de MAC adresfilterfunctie al dan niet gebruikt
wordt.
Instelbaar bereik: –30.0dB tot +15.0dB/+16.5dB* (stapjes van
5,0 dB)
Instelbaar bereik: Off*, Mute, –80.0dB tot +16.5dB (stapjes van
0,5 dB)
Input Rename
jCursor l / h Selecteert een te bewerken teken.
jCursor k / n Selecteert een in te voeren teken.
jENTER Voert een geselecteerd teken in.
Zone
Instelbaar bereik: –30.0dB tot +15.0dB/+16.5dB* (stapjes van
5,0 dB)
Instelbaar bereik: Off*, Mute, –80.0dB tot +16.5dB (stapjes van
0,5 dB)
Network
Keuzes: On*, Off
On Selecteer deze instelling wanneer dit toestel de
netwerkinstellingen kan verkrijgen van de
DHCP server van het aangesloten netwerk.
Off Selecteer deze instelling wanneer u de
netwerkinstellingen met de hand wilt instellen.
Keuzes: Off*, On
Off Schakelt de MAC adresfilterfunctie uit.
54 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
MAC Address 1-10
Specificeer MAC-adressen van netwerkapparaten die zijn
toegestaan om toegang te krijgen tot dit toestel wanneer
“MAC Address Filter” staat ingesteld op “On”.
Network Standby
Selecteert of de opdrachten via het netwerk worden
geaccepteerd of niet wanneer dit toestel in standby staat.
y
Wanneer “Network Standby” staat ingesteld op “On”, neemt het
stroomverbruik in standby toe.
Information
Geeft de netwerkparameters (IP-adres, etc.) of de aan dit
toestel toegewezen vTuner ID weer.
Hoewel de geluidsveldprogramma’s voldoen zoals ze zijn
met de standaard parameters, kunt u geluidseffecten of
decoders regelen die geschikt zijn voor akoestische
condities van bronnen of kamers door het instellen van de
parameters.
1 Druk op jCursor k / n om “DSP Parameter”
te selecteren en druk dan op jENTER.
2 Druk op jCursor k / n om “Program Name”
te selecteren en druk dan op jCursor l / h
om een geluidsveldprogramma te selecteren
voor bewerking.
3 Druk op jCursor k / n om een parameter te
selecteren voor bewerking en druk dan op
jCursor l / h om de instelling te wijzigen.
y
Herhaal zo nodig stappen 2 en 3 om andere
geluidsveldprogramma’s te wijzigen.
DSP Level
Stelt een effectniveau fijn af (mate van het
geluidsveldeffecct dat kan worden toegevoegd). U kunt
het niveau van het geluidsveldeffect afstemmen als u de
geluidsniveaus controleert. Stel “DSP Level” als volgt af.
Het effectgeluid is te zacht.
Er zijn geen verschillen tussen de effecten van de
geluidsveldprogramma’s.
Verhoog het effectniveau.
De geluidsweergave is dof.
Het geluidsveldeffect dat is toegevoegd is te veel.
Verminder het effectniveau.
On Sta alleen toegang toe tot dit toestel vanaf
netwerkapparaten met de gespecificeerde
MAC-adressen.
Keuzes: Off*, On
Off Accepteert de opdrachten via netwerk niet.
On Accepteert de opdrachten via netwerk.
DSP Parameter
Om de parameters van het geselecteerde
geluidsveldprogramma te initialiseren, druk
herhaaldelijk op jCursor n om “Initialize” te
selecteren en druk dan op jCursor h. Druk
vervolgens opnieuw op jCursor h om de initialisatie
uit te voeren of op jCursor l om deze te annuleren.
CINEMA DSP basisparameters
Instelbaar bereik: –6dB tot 0dB* tot +3dB
Sci-Fi
PLIIx Movie
0dB
16ms
1.0
2ms
1.0
DSP Parameter
Program Name
Decode Type
DSP Level
P. Initial Delay
P. Room Size
Sur. Initial Delay
Sur. Room Size
Geluidsveldparameters Ingestelde waarden
Geluidsveldprogramma
55 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Dialogue Lift
Hiermee kunt u de verticale positie van de gesproken
teksten (dialogen) in films instellen. De ideale positie voor
de dialogen is wanneer ze uit het midden van het
beeldscherm lijken te komen.
Als u de dialogen uit de onderkant van het beeldscherm
hoort komen, verhoog dan de waarde van “Dialogue Lift”.
Als de waarde op nul wordt ingesteld, is de positie op zijn
laagste. De positie wordt hoger naarmate u de waarde
verhoogt.
Opmerkingen
Deze instelling is alleen beschikbaar wanneer “Extra Speaker
Assignment” staat ingesteld op “Presence” (bladzijde 49).
U kunt de dialoogpositie niet lager instellen dan de begininstelling.
3D DSP
Wanneer CINEMA DSP 3D is ingeschakeld, kan bepaald
worden of er geluidsveldprogramma’s in 3D worden
gebruikt of niet.
Opmerking
Deze instelling is alleen beschikbaar wanneer “Extra Speaker
Assignment” staat ingesteld op “Presence” (bladzijde 49).
Parameters voor het regelen van vroeg
weerkaatst geluid
Initial Delay / P. Initial Delay / Sur. Initial Delay /
Sur. Back Initial Delay
Regelt dempingskenmerken van vroeg weerkaatst geluid.
U kunt een levendig geluidsveld (met een hoog natrillend
geluidsniveau) creëren naarmate u de waarde verhoogt, en
een akoestisch dood geluidsveld (met een laag natrillend
geluidsniveau) naarmate u de waarde verlaagt. Het creëren
van een levendig geluidsveld of een dood geluidsveld in
een daadwerkelijke muziekhal wordt bepaald door de
akoestische absorptiekenmerken van de weerkaatsende
oppervlakken. Er wordt een dood geluidsveld gecreëerd
wanneer de dempingstijd kort is, terwijl er een levendig
geluidsveld wordt gecreëerd wanneer de dempingstijd
lang is.
y
Wij bevelen u aan om de grootte van het bijbehorende geluidsveld in te
stellen wanneer u de vertragingstijd instelt.
Parameters voor het specificeren van de
kamergrootte
Room Size / P. Room Size / Sur. Room Size / Sur.
Back Room Size
Produceert verschillende maten van geluidsexpansie in
overeenstemming met de gespecificeerde kamergrootten.
In een grote ruimte zoals een muziekhal, is de duur tussen
het horen van een weergekaatst geluid en het volgende
weergekaatste geluid lang. Dus er kunnen verschillende
maten van geluidsexpansie gecreëerd worden door de duur
te wijzigen. 1,0 is de oorspronkelijke grootte van de
ruimte. Wanneer deze parameter wordt ingesteld op 2,0,
wordt elke zijde van de ruimte als tweemaal groter
gedefinieerd als de oorspronkelijke grootte van de ruimte.
Keuzes: 0* t/m 5
Keuzes: On*, Off
Ideale
dialoogpositie
Verplaats omhoog
naar de ideale
dialoogpositie
Geluidsveldparameters voor geavanceerde
configuraties
Instelbaar bereik: 1 tot 99ms (Initial Delay / P. Initial Delay), 1
tot 49ms (Sur. Initial Delay / Sur. Back Initial
Delay)
Instelbaar bereik: 0.1 t/m 2.0
Vertraging
Tijd
Niveau
Vertraging
Tijd
Niveau
Vroeg
weerkaatst
geluid
Oorspronkelijk
brongeluid
Geluidsbron
Weerkaatsend
oppervlak
Klein = 1 m Groot = 99 m
56 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
Parameters voor het definiëren van
dempingskenmerken van vroeg weerkaatst
geluid.
Liveness / P. Liveness / Sur. Liveness / Sur. Back
Liveness
Stelt de demping in van weerkaatst geluid. U kunt een
levendig geluidsveld (met een hoog natrillend
geluidsniveau) creëren naarmate u de waarde verhoogt, en
een akoestisch dood geluidsveld (met een laag natrillend
geluidsniveau) naarmate u de waarde verlaagt. Het creëren
van een levendig geluidsveld of een dood geluidsveld in
een daadwerkelijke muziekhal wordt bepaald door de
akoestische absorptiekenmerken van de weerkaatsende
oppervlakken. Er wordt een dood geluidsveld gecreëerd
wanneer de dempingstijd kort is, terwijl er een levendig
geluidsveld wordt gecreëerd wanneer de dempingstijd
lang is.
Parameters voor het instellen van natrillend
geluid
Reverb Time
De Reverb Time parameter stelt de dempingstijd van het
natrillende achter-geluid in op basis van de tijd die het
dempen met 60 dB in beslag neemt van ongeveer 1 kHz
natrillend geluid. Natrillend geluid dempt sneller naarmate
u de waarde verlaagt. De Reverb Time instelling stelt u in
staat om een natuurlijk natrillend geluid te creëren, door
een langere dempingstijd in te stellen voor een
geluidsbron of -kamer met minder echo, of een kortere
dempingstijd voor een geluidsbron of -kamer met meer
echo.
Reverb Delay
De Reverb Delay parameter regelt het tijdsverschil tussen
het begin van het directe geluid en het begin van de
natrillingen. Hoe groter deze waarde, hoe later de
natrillingen zullen beginnen. Verhogen van de waarde van
Reverb Delay stelt u in staat om een natrillend geluid te
creëren in een groter gebied voor dezelfde Reverb Time.
Instelbaar bereik: 0 t/m 10
Tijd
Niveau
Niveau
Tijd
Vroege
weerkaatsingen
Brongeluid
Geluidsbron
Klein = 0,1 Groot = 2,0
Tijd
Niveau
Weinig = 0 Veel = 10
Tijd
Niveau
Brongeluid
Levendig
Dood
Veel weerkaatst
geluid
Weinig weerkaatst
geluid
Instelbaar bereik: 1.0 t/m 5.0s
Instelbaar bereik: 0 tot 250ms
Tijd Tijd
Weinig = 1,0 s Veel = 5,0 s
Brongeluid
Achter-natrilling
Achter-
natrilling
Vroege
weerkaatsingen
Korte
natrillingen
Lange
natrillingen
Geluidsbron
Reverb Time Reverb Time
60dB 60dB
Tijd
Niveau
Brongeluid
Natrillingen
(dB)
Reverb Delay Reverb Time
60dB
57 Nl
Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu)
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Reverb Level
De Reverb Level parameter stelt het geluidsniveau van de
natrillingen in. Verhogen van de waarde van Reverb Level
zorgt ervoor dat het geluidsniveau van de natrillingen
hoger is, wat u in staat stelt meer echo te creëren.
Parameter voor MOVIE
geluidsveldprogramma’s
Decode Type
Selecteert het decoder-type voor gebruik met de MOVIE
geluidsveldprogramma’s.
Opmerking
U kunt geen decoder selecteren voor de volgende MOVIE
geluidsveldprogramma’s.
Mono Movie
Sports
Action Game
Roleplaying Game
Parameter voor 2ch Stereo
Direct
Leidt het DSP-circuit en de toonregeling automatisch om
wanneer er een analoge geluidsbron is geselecteerd als de
ingangsbron. U kunt genieten van een hogere kwaliteit
geluid.
Parameters voor 7ch Stereo
Center Level / Surround L Level / Surround R
Level / Surround Back Level / Presence L Level /
Presence R Level
Regelt het volume van de midden-, L/R surround-,
surround achter- en L/R aanwezigheidskanalen in het 7-
kanaals stereoprogramma. Welke parameters beschikbaar
zijn hangt mede af van de luidsprekerinstellingen.
Parameter voor Straight Enhancer en 7ch
Enhancer
Effect Level
Stelt het effectniveau van de Compressed Music Enhancer
bij. Wanneer de hoge frequentie signalen van de bron te
veel worden benadrukt, dient u het effectniveau in te
stellen op “Low”. Om dit effect te verminderen, stelt u de
parameter in op “Low”.
U kunt de decoder-effecten aanpassen door de volgende
parameters in te stellen. Voor details over de typen
decoders, zie “Surround decodeerfunctie” (bladzijde 29).
Parameter voor PLIIx Music en PLII Music
Panorama
Stelt de soundscape van het voor-geluidsveld bij. Stuurt
stereosignalen naar de surround-luidsprekers zowel als
naar de voor-luidsprekers voor een omhullend effect.
Dimension
Stelt een verschil in niveau aan tussen het voor-
geluidsveldniveau en het surround geluidsveldniveau. U
kunt het verschil in niveau dat is gecreëerd door de
software die is afgespeeld bijstellen om een geluidsbalans
naar voorkeur te krijgen. De surroundgeluiden worden
sterker als u de waarde instelt naar de negatieve kant en
het voorgeluid sterker wordt als u de waarde stelt naar de
positieve kant.
Center Width
U kunt het midden-geluid spreiden naar links en rechts
volgens uw voorkeur. Stel deze parameter in op 0 voor het
weergeven van het midden-geluid via alleen de midden-
luidsprekers, of naar 7 voor het weergeven ervan via de
linker of rechter voor-luidspreker.
Parameter voor Neo:6 Music
Center Image
Regelt het volume van de linker en rechter voor-kanalen in
samenhang met het midden-kanaal om het midden-kanaal
meer of minder overheersend te maken.
Beschermt de Setup menu-instellingen tegen onverhoedse
verandering.
Opmerking
Wanneer deze parameter op “On” wordt gezet, verschijnt “ ” links
bovenaan in het Setup menuscherm.
Instelbaar bereik: 0 t/m100%
Parameters voor bepaalde
geluidsveldprogramma’s
Keuzes: PLIIx Movie (PLII Movie), Neo:6 Cinema
Keuzes: Auto*, Off
Auto Geeft geluid weer door het DSP-circuit en de
toonregeling om te leiden wanneer de “Bass” en
“Treble” toonregelaars beide staan ingesteld op
0dB.
Off Leid het DSP-circuit en de toonregeling niet om.
Instelbaar bereik: 0 t/m100%
Tijd
Niveau
Brongeluid
Reverb Level
(dB)
Keuzes: High*, Low
Decoder-parameters
Keuzes: Off*, On
Instelbaar bereik: –3 tot STD* tot +3
Instelbaar bereik: 0 tot 3* tot 7
Instelbaar bereik: 0.0 tot 0.3* tot 1.0
Memory Guard
Keuzes: Off*, On
Off Instellingen niet beschermd.
On Beschermt de Setup menu-instellingen
(behalve “Decode Type” in “DSP Parameter”
en “Memory Guard”).
58 Nl
Dit toestel stelt u in staat een audiosysteem in meerdere zones te configureren. Deze functie stelt u in staat dit toestel zo
in te stellen dat afzonderlijke signaalbronnen worden gereproduceerd in de hoofdzone, de tweede zone (Zone2) en de
derde zone (Zone3). U kunt dit toestel bedienen vanuit de tweede of derde zone met de meegeleverde afstandsbediening.
Om gebruik te maken van de multi-zone functies van dit toestel hebt u de volgende extra apparatuur nodig:
Een infrarood signaalontvanger in de tweede zone en/of derde zone.
Een infrarood signaalzender in de hoofdzone. Deze zender zendt de infrarode signalen uit vanaf de afstandsbediening
naar een CD-speler of een DVD-speler, etc. in de hoofdzone via de infrarood signaalontvanger in de tweede zone en/of
derde zone.
Een versterker en luidsprekers in de tweede zone en/of derde zone.
y
Aangezien er vele mogelijke manieren zijn waarop u dit toestel kunt aansluiten en gebruiken in een multi-zone configuratie, raden we u aan uw
dichtstbijzijnde erkende Yamaha dealer of servicecentrum te raadplegen over de Zone2/3 aansluitingen die het best tegemoet komen aan uw eisen.
Sommige Yamaha modellen kunnen rechtstreeks worden aangesloten op de REMOTE aansluitingen van dit toestel. U heeft mogelijk geen infrarood
signaalzender voor deze producten nodig. Er kunnen maximaal 6 componenten aangesloten worden met behulp van de monaurale analoge minikabeltjes
of via een IR flasher. Voor informatie over aansluitingen, zie “Zenden/ontvangen van afstandsbedieningssignalen” (bladzijde 18).
Sluit als volgt een versterker/ontvanger aan in de tweede zone en/of derde zone en andere componenten op dit toestel.
Gebruik van de multi-zone configuratie
Naar de tweede en derde zone kunnen alleen analoge signalen worden gezonden. Als u geluid wilt weergeven in
Zone2/3, dient u een externe component aan te sluiten op de AV5-6 of AUDIO1-2 aansluitingen (door middel van
analoge verbinding). Als u bijvoorbeeld in de tweede zone geluid wilt weergeven van een HDMI DVD-speler, dient u
de HDMI DVD-speler op dit toestel aan te sluiten via zowel de HDMI als analoge aansluiting.
Aansluiten van Zone2/3
Met externe versterkers
ZONE3
OUT
ZONE2
OUT
IN
OUT
REMOTE
O
1
AUDI
O
2
F
R
O
N
T
SU
RR
OU
N
D
SU
R.BA
C
K
SU
BW
OO
FER
MU
LTI
C
H INP
UT
A
U
DI
O
OUT
FR
O
NT
S
URR
O
UN
D
S
UR.
B
PRE
O
S
IN
G
VIDE
O
MONITOR OUT
SPEAKER
S
FR
O
NT
C
ENTE
R
S
URR
O
UN
D
Z
O
C
ENTER
P
R
P
B
Y
CO
MP
O
NENT
V
IDE
O
S
LR LR
IR flasher of
Yamaha component
(DVD-speler, etc.)
Afstandsbedieningsingang
Afstandsbedieningsuitgang
Analoge
audioweergave
Zone2 versterker
(Yamaha component)
Zone3 versterker
Analoge
audioweergave
IR ontvanger
in Zone2
59 Nl
Gebruik van de multi-zone configuratie
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Als u één interne versterker van dit toestel wilt gebruiken
Sluit de Zone2 luidsprekers direct aan op de SP1 aansluitingen en stel “Extra Speaker Assignment” vervolgens in op
“Zone2” (bladzijde 49).
Als u twee interne versterker van dit toestel wilt gebruiken
Sluit de Zone2 en Zone3 luidsprekers direct aan op de SP1 en SP2 aansluitingen en stel “Extra Speaker Assignment”
vervolgens in op “Zone2 + Zone3” (bladzijde 49).
y
U kunt de op de EXTRA SP (SP1/SP2) aansluitingen aangesloten luidsprekers gebruiken als het voor-luidsprekersysteem van een andere zone.
Wanneer u de interne versterkers voor de Zone2/3 luidsprekers gebruikt, kunt u het volumeniveau regelen en het startvolume en het maximum volume van
de Zone2/3 luidsprekers afstellen (bladzijde 53).
Gebruiken van de interne versterkers van dit toestel
Belangrijke waarschuwing voor uw veiligheid
De EXTRA SP aansluitingen van dit toestel mogen niet worden aangesloten op een zogenaamde Passieve Luidspreker
Schakelkast, of met meer dan één luidspreker per kanaal.
Aansluiting op een Passieve Luidspreker Schakelkast, of met meer dan één luidspreker per kanaal kan leiden tot een
abnormaal lage impedantie, met beschadiging van de versterker als gevolg. Raadpleeg deze handleiding voor correct
gebruik.
Te allen tijde moet de opgegeven minimum impedantie voor alle luidsprekers en kanalen worden gehandhaafd. Deze
informatie kunt u vinden op het achterpaneel van uw toestel.
MAIN
ZONE 2
ZONE 3
Infraroodzender
DVD -speler, etc.
Versterker
Afstandsbediening
Infrarood
ontvanger
Versterker
Tweede zone
(Zone 2)
Derde zone
(Zone 3)
Hoofdruimte
Dit toestel
Van de ZONE2 OUT
aansluitingen
Van de ZONE3 OUT aansluitingen
Naar de REMOTE IN aansluitingVan de REMOTE OUT aansluiting
Alleen analoge audiosignalen
ZONE2/PRESENCE
SP1
ZONE3
SP2
Zone3 luidsprekers
Dit toestel
Zone2 luidsprekers
60 Nl
Gebruik van de multi-zone configuratie
U kunt Zone2/3 selecteren en bedienen met de
bedieningstoetsen op het voorpaneel of op de
afstandsbediening. De beschikbare handelingen zijn als
volgt:
Selecteren van de signaalbron
Afstemmen op de gewenste zender (wanneer “TUNER”
staat geselecteerd als de ingangsbron)
Regelen van het volume van Zone2/3 (als er Zone2/3
luidsprekers zijn aangesloten op de EXTRA SP
aansluitingen).
Voordat u Zone2/3 bedient met behulp van de
bedieningstoetsen op het voorpaneel of op de
afstandsbediening, volg de onderstaande procedure om dit
toestel over te schakelen naar de Zone2/3 bedieningsstand.
Zone2/3 bedienen met behulp van de
bedieningstoetsen van het voorpaneel
Druk herhaaldelijk op DZONE CONTROLS om
de zone te selecteren die u wilt regelen terwijl de
doelzone is ingeschakeld.
De zone-indicator knippert ongeveer 10 seconden lang op
de display van het voorpaneel.
Opmerking
Voltooi elke stap terwijl de zone-indicator knippert op de display van het
voorpaneel. Anders wordt de Zone2 of Zone3 bedieningsstand
automatisch geannuleerd en keert dit toestel terug naar de
bedieningsstand van de hoofdzone.
Zone2/3 bedienen met behulp van de
afstandsbediening
Schakel de bZone selection switch naar de
“ZONE2” of “ZONE3” positie.
Inschakelen of Zone2 in de standby-stand
zetten
Druk op AZONE2 ON/OFF (of op pPOWER).
Inschakelen of Zone3 in de standby-stand
zetten
Druk op CZONE3 ON/OFF (of op pPOWER).
Bedienen van Zone2/3
Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op de
dIngangskeuzetoets) om de gewenste
ingangsbron te selecteren.
Als u op dUSB/NET op de afstandsbediening drukt,
druk op de wSub-ingangskeuzetoets om een sub-
ingangsbron te selecteren.
Selecteer “AV5”,AV6”, AUDIO1”, “AUDIO2” of
“PHONO” om naar de ingangsbron te luisteren in de
geselecteerde zone.
Selecteer “DOCK” om gebruik te maken van de iPod
functies (bladzijde 35) of de Bluetooth functies
(bladzijde 37) in de geselecteerde zone.
Selecteer “TUNER” om gebruik te maken van de FM/
AM afstemfuncties (bladzijde 31) in de geselecteerde
zone.
Selecteer “USB” om gebruik te maken van de USB
functies (bladzijde 38) in de geselecteerde zone.
Selecteer “NET RADIO” om gebruik te maken van de
Internetradiofuncties (bladzijde 41) in de geselecteerde
zone.
Selecteer “PC” om gebruik te maken van de PC functies
(bladzijde 39) in de geselecteerde zone.
Opmerking
De sub-ingangsbron (USB, NET RADIO en PC) voor “USB/NET” wordt
gedeeld onder alle zones (hoofdzone, Zone2 en Zone3). U kunt geen
andere sub-ingangsbron selecteren voor elke zone.
Bedienen van Zone2/3
Overschakelen naar de Zone2/3
bedieningsstand
ZONE
2
Knippert
of
ZONE
3
Knippert
Handelingen in de Zone2/3
bedieningsstand
61 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
U kunt externe componenten bedienen voor een geselecteerde signaalbron met de afstandsbediening. De beschikbare
toesten voor het bedienen van externe componenten zijn als volgt:
cSOURCE POWER
Schakelt een externe component in en uit.
jCursor, ENTER, RETURN
Bedient de menu’s van externe componenten.
kBedieningstoetsen voor externe
component
Functie als een opname- of weergavetoets van een externe
component, of een menuweergavetoets.
lNumerieke toetsen
Funtie als numerieke toetsen van een externe component.
mTV-bedieningstoetsen
uDISPLAY
Schakelt tussen de schermen van externe componenten.
y
U kunt mTV bedieningstoetsen gebruiken om uw TV te
bedienen ongeacht de geselecteerde ingangsbron, als er een
afstandsbedieningscode voor uw TV is toegewezen aan dAV1, dAV4
of dPHONO (in volgorde van afnemende prioriteit).
U dient eerst de code van de afstandsbediening in te stellen voor de
bediening van externe componenten.
De afstandsbedieningstoetsen voor het bedienen van externe
componenten zijn uitsluitend beschikbaar als de externe componenten
overeenkomende bedieningstoetsen hebben.
De volgende afstandsbedieningscodes worden toegewezen
aan signaalbronnen als standaard fabrieksinstellingen.
Standaard afstandsbedieningscode-
instellingen
“—” geeft geen toewijzing aan
y
Een externe component die bediend wordt met de afstandsbediening, wordt
automatisch geselecteerd volgens de selectie van de scènes (bladzijde 24).
U kunt andere componenten bedienen als u de geschikte
afstandsbedieningscodes hebt ingesteld. Raadpleeg de “Lijst
met afstandsbedieningscodes” aan het eind van deze
handleiding voor een complete lijst met de beschikbare
afstandsbedieningscodes.
U dient elke stap binnen 1 minuut na de vorige stap uit te
voeren.
1 Druk op oCODE SET op de
afstandsbediening met een puntig voorwerp,
zoals de punt van een pen.
nTRANSMIT knippert twee keer.
2
Druk op de gewenste
d
Ingangskeuzetoets
.
Om de mTV bedieningstoetsen te gebruiken
om uw TV te bedienen, wijs een
afstandsbedieningscode voor uw TV toe aan dAV1,
dAV4 of dPHONO.
3 Druk op de lNumerieke toetsen om een
afstandsbedieningscode in te voeren.
Zodra de afstandsbedieningcode is geregistreerd,
knippert nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt,
knippert nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf
stap 1.
U kunt alle afstandsbedieningscodes opnieuw instellen op
de standaard fabrieksinstellingen.
Opmerking
Deze bewerking wist ook de geprogrammeerde functie van elke toets
(bladzijde 62).
1 Druk op oCODE SET op de
afstandsbediening met een puntig voorwerp,
zoals een punt van een pen.
nTRANSMIT knippert twee keer.
2 Druk op iON SCREEN.
3 Druk op de lNumerieke toetsen om
“9981” in te voeren.
Zodra de initialisatie voltooid is, knippert
nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt, knippert
nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf stap 1.
Bedienen van andere componenten met de afstandsbediening
INPUT Wisselt visuele signalen van de TV
MUTE Dempt audio van de TV
TV VOL +/– Regelt het volume van de TV
TV CH +/– Wisselt de kanalen van de TV
POWER Zet de TV aan en uit
Ingangsbron Categorie Fabrikant Standaardcode
[HDMI 1] Blu-ray disc Yamaha 2018
[HDMI 2]
[HDMI 3]
[HDMI 4]
[AV 1]———
[AV 2]———
[AV 3] CD Yamaha 5013
[AV 4]———
[AV 5]———
[AV 6]———
[AUDIO 1]
[AUDIO 2]
[V-AUX]
[PHONO]
[MULTI]———
[DOCK] DOCK Yamaha 5011 (vast)
[TUNER] Tuner Yamaha 5007 (vast)
[USB/NET] Yamaha — (vast)
Instellen van afstandsbedieningscodes
Resetten van alle afstandsbedieningscodes
Ingangsbron Categorie Fabrikant Standaardcode
62 Nl
Bedienen van andere componenten met de afstandsbediening
U kunt ook afstandsbedieningscodes programmeren vanaf
andere afstandsbedieningen. Maak gebruik van deze functie als
u functies wilt programmeren die niet zijn opgenomen onder
de door de afstandsbedieningscodes gedekte basishandelingen,
of als er geen geschikte afstandsbedieningscode beschikbaar is.
Opmerking
<Opme rking>
Alle in deze sectie beschreven stappen dienen binnen een minuut na de
laatste stap uitgevoerd te worden. Als de volgende handeling niet binnen
een minuut wordt uitgevoerd, wordt de programmeringsbewerking
geannuleerd. Begin in dit geval opnieuw vanaf het begin.
U kunt de afstandsbediening zodanig programmeren dat functies
van een externe component bediend kunnen worden met de
volgende toetsen. U kunt functies toewijzen aan deze toetsen
voor elke signaalbron zoals bij afstandsbedieningscodes.
c
SOURCE POWER
k
Bedieningstoetsen voor externe component
l
Numerieke toetsen
y
De afstandsbediening maakt gebruik van infrarood stralen. Als de
afstandsbediening van de externe component ook gebruik maakt van
infrarood stralen, kan deze afstandsbediening de meeste functies daarvan
overnemen. De afstandsbediening herkent mogelijk niet speciale of
opeenvolgende signalen.
De toetsen bedienen mogelijk niet de toegewezen functies, afhankelijk
van de bedieningscondities van dit toestel.
1 Druk op oCODE SET op de
afstandsbediening met een puntig voorwerp,
zoals de punt van een pen.
nTRANSMIT knippert twee keer.
2
Druk op de gewenste
d
Ingangskeuzetoets
.
3 Druk op de lNumerieke toetsen om
“9990” in te voeren.
4 Druk op een toets waaraan u de functie wilt
toewijzen.
n
TRANSMIT
licht op, waarop dit toestel in een
wachttoestand terecht komt om afstandsbedieningssignalen
te ontvangen. Voer stap 5 en 6 binnen 10 seconden uit.
Opmerking
<Opme rking>
Als er 10 seconden voorbijgaan nadat dit toestel in de wachttoestand
is gegaan, treedt er een timeout-fout op en wordt nTRANSMIT
uitgeschakeld. Begin in dat geval opnieuw vanaf stap 4.
5 Leg deze afstandsbediening en de
afstandsbediening van de externe
component ongeveer 5 tot 10 cm uit elkaar
op een vlakke ondergrond, zodat hun
infrarood zenders op elkaar gericht zijn.
6 Druk op de toets op de afstandsbediening
van de externe component.
Als het overnameproces voltooid is, knippert
nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt, knippert
nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf stap 4.
y
Herhaal stap 4 t/m 6 om een functie aan een andere toets toe te
wijzen.
7 Om de handeling te beëindigen, druk
nogmaals op oCODE SET.
nTRANSMIT knippert eenmaal.
1 Druk op oCODE SET op de
afstandsbediening met een puntig voorwerp,
zoals de punt van een pen.
nTRANSMIT knippert twee keer.
2 Druk op de gewenste
dIngangskeuzetoets.
3 Druk op de lNumerieke toetsen om
“9991” in te voeren.
4 Druk op een toets die u opnieuw wilt
instellen.
Als de toetstoewijzing gewist is, knippert
nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt, knippert
nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf stap 1.
y
Herhaal stap 4 om nog een toetstoewijzing te wissen.
5 Om de handeling te beëindigen, druk
nogmaals op oCODE SET.
nTRANSMIT knippert eenmaal.
1 Druk op oCODE SET op de
afstandsbediening met een puntig voorwerp,
zoals de punt van een pen.
nTRANSMIT knippert twee keer.
2 Druk op de gewenste
dIngangskeuzetoets.
3 Druk op de lNumerieke toetsen om
“9992” in te voeren.
Als de toetstoewijzingen gewist zijn, knippert
nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt, knippert
nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf stap 1.
Programmeren vanaf andere
afstandsbedieningen
Programmeren van de afstandsbediening
van dit toestel
BD
DVD
TV
CD
RADIO
SLEEP
FM AM
INFO
MEMORY
1 2 3
4
1 2 3
4
5 6 1
2
PHONO
MULTI
DOCK
TUNER
V-AU X
HDMI
MUSIC
STEREO
ENHANCER SUR. DECODE
MOVIE
STRAIGHT
HDMI OUT
PURE DIRECT
USB/NET
PRESET TUNING
ON SCREEN OPTION
SOURCE
POWER
SCENE
RETURN
ENTER
VOLUME
DISPLAY
HDMI
AUDI O
TRANSMIT
CODE SET
MAIN
ZONE 2
ZONE 3
AV
POWER
5 tot 10 cm
Afstandsbediening van externe component
Wissen van de toewijzing van elke toets
Wissen van de toewijzingen van alle
toetsen
63 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANVULLENDE
INFORMATIE APPENDIX
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERDE
BEDIENING
In het geavanceerde setup menu kunt u de basisbediening van
dit toestel instellen, zoals het in- en uitschakelen van een bi-
amp aansluiting of het initialiseren van gebruikersinstellingen.
1 Zet dit toestel in de standby-stand.
2 Terwijl u QSTRAIGHT ingedrukt houdt op
het voorpaneel, drukt u op LMAIN ZONE
ON/OFF.
Houd QSTRAIGHT ingedrukt totdat ADVANCED
SETUP” op de display van het voorpaneel verschijnt.
3 Verdraai de PPROGRAM schakelaar om de
parameter te selecteren die u wilt aanpassen.
De standaard instellingen zijn aangegeven met “*”.
y
Ingestelde waarden voor de volgende parameters worden
weergegeven als XXX op een daadwerkelijk weergavescherm.
SP IMP. -XXX
Selecteer de uitgangsimpedantie van dit toestel in
overeenstemming met de aangesloten luidsprekers.
Wanneer u 4-Ohm luidsprekers aansluit op de
FRONT luidsprekeraansluitingen, stel “SP IMP.” dan
in op “6ΩMIN.”.
RS232C STBY -X
Selecteert of er al dan niet gegevens worden
verzonden via de RS-232C aanlsuiting wanneer dit
toestel in standby staat.
REMOTE ID -XXX
Stelt een afstandsbediening-ID in. Bij het gebruik van
meerdere Yamaha AV-ontvangers, kunt u deze
bedienen met een enkele afstandsbediening door de
ontvanger-ID’s op dezelfde instelling te zetten.
BI AMP - XXX
Schakelt de bi-amp verbinding van de
hoofdluidsprekers in en uit. Voor bi-amp
(tweevoudige versterking) verbinding, zie
bladzijde 12.
SCENE IR -XXX
Selecteert of de bedieningssignalen al dan niet verzonden
worden naar een op de REMOTE OUT aansluiting van
dit toestel aangesloten externe component wanneer de
BD/DVD of CD SCENE functie geselecteerd is.
MON.CHK -XXXX
Voegt een opwaarderingsbeperking op aan de
weergavesignalen naar een videomonitor die is
aangesloten op dit toestel via de HDMI OUT
aansluiting.
INIT-XXXXXXXXX
Initialiseert diverse instellingen die zijn opgeslagen
op dit toestel. U kunt een initialiseringsmethode
selecteren uit de volgende.
DSP PARAM Alle parameters van
geluidsveldprogramma’s
VIDEO Videoconversie-instellingen (resolutie/
verhouding) in het Setup menu en de
stand van de GUI display
NETWORK Netwerkinstellingen in het Setup
menu
ALL Alles
CANCEL Annulering van initialisatie
USB FirmUpdate
NET FirmUpdate
Voert een update uit van de firmware van dit toestel.
Voor details over hoe de firmware te updaten, zie de
met de updates geleverde informatie.
Opmerkingen
Gebruik deze functie niet tenzij u de firmware moet updaten.
Lees eerst de met de updates geleverde informatie alvorens
firmware updates uit te voeren.
VERXXX.XXX.XXX
Geeft de firmware van dit toestel weer.
4 Druk herhaaldelijk op QSTRAIGHT om de
geselecteerde parameterinstelling te
wijzigen.
Om andere instellingen te wijzigen, herhaal stap 3 en
4.
5 Druk op LMAIN ZONE ON/OFF om dit
toestel uit (standby) te zetten.
De gewijzigde instellingen worden van kracht zodra u
dit toestel de volgende keer aanzet.
Geavanceerde setup
Keuzes: 6ΩMIN, 8ΩMIN*
Keuzes: Y (Ja), N (Nee)*
Keuzes: ID1*, ID2
Keuzes: ON, OFF*
Keuzes: ON*, OFF
ADVANCEDSETUP
Keuzes: YES*, SKIP
Keuzes: DSP PARAM, VIDEO, NETWORK, ALL,
CANCEL*
64 Nl
Geavanceerde setup
Er zijn twee ID’s gegeven voor de afstandsbediening van
dit toestel. Als er een andere Yamaha versterker in
dezelfde kamer is, dan voorkomt het instellen van een
andere afstandsbediening-ID naar dit toestel een
ongewenste bediening van de andere versterker.
“ID1” staat standaard ingesteld voor zowel het
hoofdtoestel als de afstandsbediening. Als u de
afstandsbediening-ID hebt gewijzigd, vergewis u er dan
van dat u dezelfde ID selecteert voor het hoofdtoestel in
het geavanceerde setup menu.
y
Voor details over hoe de afstandsbediening-ID van de vereenvoudigde
afstandsbediening in te stellen, zie bladzijde 8.
1 Druk op oCODE SET op de
afstandsbediening met een puntig voorwerp,
zoals de punt van een pen.
nTRANSMIT knippert twee keer.
2 Druk op iON SCREEN.
3 Voer de gewenste code voor de
afstandsbediening-ID in.
Om naar ID1 te schakelen, druk op de
lNumerieke toetsen om “5019” in te voeren.
Om naar ID2 te schakelen, druk op de
lNumerieke toetsen om “5020” in te voeren.
Zodra de afstandsbedieningcode is geregistreerd,
knippert nTRANSMIT twee keer.
Als het mislukt, knippert nTRANSMIT zes keer.
Herhaal vanaf stap 1.
y
Als u de instellingen van dit toestel initialiseert, wordt “REMOTE ID”
(afstandsbedieningscode van dit toestel) ingesteld op “ID1”.
Instellen van een afstandsbediening-ID
65 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANHANGSEL
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
AANHANGSEL
Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld
staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde Yamaha dealer of servicecentrum.
Oplossen van problemen
Algemeen
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
Het toestel
functioneert niet naar
behoren.
De interne microcomputer is vastgelopen
door een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading
van statische elektriciteit) of door een
daling van het voltage van de
stroomvoorziening.
Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na
ongeveer 30 seconden weer terug.
Het toestel gaat
plotseling uit
(standby).
De interne temperatuur is te hoog
opgelopen en de
oververhittingsbeveiliging is in werking
getreden.
Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel afgekoeld is voor
u het weer aan zet.
De beveiliging is in werking getreden
vanwege kortsluiting enz.
Controleer of de luidsprekerimpedantie correct is
ingesteld.
63
Controleer of de luidsprekerbedrading nergens
kortsluiting maakt en zet vervolgens het toestel weer
aan.
De slaaptimer heeft het toestel
uitgeschakeld.
Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron
weer af.
Het toestel gaat niet
aan, of gaat direct
weer uit (standby)
zodra de stroom
wordt ingeschakeld.
Het netsnoer of de stekker is niet of niet
goed aangesloten.
Sluit de stroomkabel op de juiste wijze aan op een
stopcontact.
20
De instelling voor de
luidsprekerimpedantie is niet correct.
Stel de luidsprekerimpedantie in zodat deze
overeenkomt met die van uw luidsprekers.
63
(Wanneer dit toestel weer aan is gezet en
“CHECK SP WIRES!” wordt
weergegeven.) Het beschermingscircuit is
geactiveerd omdit toestel is aangezet
terwijl een luidsprekerkabel kortsluiting
maakte.
Zorg dat alle luidsprekerkabels tussen het toestel en
de luidsprekers op de juiste wijze zijn aangesloten.
11
Dit toestel kan niet
worden uitgezet.
De interne microcomputer is vastgelopen
door een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading
van statische elektriciteit) of door een
daling van het voltage van de
stroomvoorziening.
Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na
ongeveer 30 seconden weer terug.
66 Nl
Oplossen van problemen
Geen beeld. Er is geen juiste video-ingang
geselecteerd op de videomonitor.
Selecteer een juiste video-ingang op de videomonitor.
Er is geen juiste HDMI OUT aansluiting
geselecteerd.
Selecteer de HDMI OUT aansluiting waarmee uw
videomonitor verbonden is.
42
De externe videocomponent is aangesloten
op één van de HDMI 1-4 aansluitingen of
op de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting
terwijl uw videomonitor is verbonden met
de MONITOR OUT (COMPONENT
VIDEO of VIDEO) aansluitingen.
Verbind de externe videocomponent met andere
video-ingangsaansluitingen dan de HDMI 1-4
aansluitingen of verbind de videomonitor met één van
de HDMI OUT aansluitingen of de HDMI IN
(VIDEO AUX) aansluiting.
14, 16
Dit toestel produceert videosignalen die
niet ondersteund worden door het
beeldscherm dat is aangesloten op één van
de HDMI OUT aansluitingen.
Geef het geavanceerde setup menu weer en selecteer
“VIDEO” in “INIT” om de videoparameters te resetten.
63
Geef het geavanceerde setup menu weer en stel
“MON.CHK” in op “YES”.
63
Videosignalen komen binnen via een
spelcomputer terwijl uw beeldscherm is
aangesloten op de HDMI OUT
aansluitingen.
Sluit het beeldscherm aan op de MONITOR OUT
(COMPONENT VIDEO) aansluitingen.
14
Er komen videosignalen binnen die niet
standaard zijn.
Sluit het beeldscherm aan op de MONITOR OUT
(COMPONENT VIDEO of VIDEO) aansluitingen.
14
De beeldweergave
wordt gestoord.
De videosoftware is beschermd tegen
kopiëren.
Geen geluid. In- of uitgangskabels niet op de juiste
manier aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het
probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis
is met de kabels.
16
Er is geen geschikte signaalbron
geselecteerd.
Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op de
dIngangskeuzetoets) om de gewenste
ingangsbron te selecteren.
24
De luidsprekers zijn niet goed
aangesloten.
Sluit de luidsprekers op de juiste manier aan. 11
Het volume staat zacht of is gedempt. Zet het volume hoger. 24
Er worden signalen van een
broncomponent ontvangen die dit toestel
niet kan weergeven, zoals van een CD-
ROM.
Geef “Signal Info” in het Option menu weer en
controleer het formaat van het ingangssignaal.
Indien “No Signal” wordt weergegeven, controleert u
of de weergavecomponent op de juiste wijze op dit
apparaat is aangesloten (of dat er een juiste
signaalbron is geselecteerd).
Indien “___” wordt weergegeven, kan het
ingangsignaal in dat formaat niet worden
gereproduceerd door dit toestel.
De HDMI componenten die zijn
aangesloten op dit toestel bieden geen
ondersteuning voor de HDCP
kopieerbeveiligingsnormen.
Sluit HDMI componenten aan die wel ondersteuning
bieden voor de HDCP kopieerbeveiligingsnormen.
80
Audio Output” in “HDMI” staat
ingesteld op “TV”.
Stel “Audio Output” (Function Setup HDMI
Audio Output) in op de andere instelling.
51
Er is geen goede audiodecoder
geselecteerd.
Geef het Option menu weer en stel “Decoder Mode”
in op “Auto”.
43
Er wordt alleen flink
geluid geproduceerd
door de midden-
luidspreker.
Als een monobron geluidsveldprogramma
wordt toegepast, wordt het geluid van alle
kanalen via de midden luidspreker
weergegeven voor bepaalde surround
decoders.
Probeer een ander geluidsveldprogramma. 27
Het weergavecomponent of de
luidsprekers zijn niet goed aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het
probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis
is met de kabels.
12, 16
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
67 Nl
Oplossen van problemen
Nederlands
INLEIDING
AANHANGSEL
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Er wordt geen geluid
weergegeven van een
specifieke
luidspreker.
De weergave van die luidspreker is
uitgeschakeld.
Controleer de luidsprekerindicators op het display op
het voorpaneel. Als de corresponderende indicator is
uitgezet, probeer dan het volgende.
1) Wijzig de signaalbron naar een andere.
2) Geluid wordt niet weergegeven via die luidspreker,
met het geselecteerde geluidsveldprogramma.
Selecteert een ander geluidsveldprogramma.
3) “None” kan mogelijk zijn geselecteerd voor die
luidspreker op dit toestel. Geef “Speaker Setup” in
het “Setup” weer en activeer de weergave van die
luidspreker.
6, 24, 27,
48
Het volume van die luidspreker is
ingesteld op minimum in “Speaker Setup”
in het “Setup” menu.
Geef “Speaker Setup” in het “Setup” menu weer en
past het volume aan (Manual Setup Speaker
Level).
50
Dit toestel bevindt zich in de rechte
decodeerstand.
Druk op QSTRAIGHT (of op rSTRAIGHT)
om de rechte decodeerstand uit te schakelen.
30
Geluid mag niet worden weergegeven via
bepaalde kanalen afhankelijk van de
signaalbronnen of
geluidsveldprogramma’s.
Probeer een ander geluidsveldprogramma. 27
De luidspreker werkt niet. Controleer de luidsprekerindicators op de display van
het voorpaneel. Als de bijbehorende indicator oplicht,
verbindt dan een andere luidspreker en controleer of
er geluid wordt weergegeven. Als er geen geluid
wordt weergegeven kan het zijn dat dit toestel stoort.
Er klinkt geen geluid
uit de subwoofer.
“LFE / Bass Out” staat ingesteld op
“Front” en er wordt een Dolby Digital,
DTS of AAC signaal weergegeven.
Zet “LFE / Bass Out” op “Subwoofer” of op “Both”. 49
“LFE / Bass Out” staat ingesteld op
“Subwoofer” of op “Front” en er wordt
een 2-kanaals bron afgespeeld.
Zet “LFE/Bass Out” op “Both”. 49
Het bronsignaal bevat geen zeer lage
tonen.
Er klinkt geen geluid
uit de surround
achter-luidsprekers.
“Extended Surround” in het Option menu
is ingesteld op “Off”, of een ingangsignaal
bevat geen surround achter-vlag met
“Extended Surround” ingesteld op “Auto”.
Stel “Extended Surround” anders in dan op “Off” of
Auto”.
43
De audio
signaalbronnen
kunnen niet worden
weergegeven met het
gewenste digitale
audio signaaltype.
De verbonden component is niet ingesteld
om de gewenste digitale audiosignalen te
reproduceren.
Stel het weergavecomponent op de juiste wijze in
waarbij wij verwijzen naar de bedieningsinstructies.
Multikanaals
weergave is niet
beschikbaar.
De aangesloten component staat ingesteld
om 2-kanaals of PCM signalen weer te
geven.
Stel het weergavecomponent op de juiste wijze in
waarbij wij verwijzen naar de bedieningsinstructies.
Audio Output” staat ingesteld op
Amplifier + TV”.
Stel “Audio Output” in op “Amplifier”. 51
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
68 Nl
Oplossen van problemen
Lawaai/ een
hummend geluid kan
worden gehoord.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Sluit de audiobedrading op de juiste manier aan. Als
dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er
iets mis is met de kabels.
Een DTS-CD wordt weergegeven. 1) Wanneer alleen ruis wordt weergegeven
Indien een DTS bitstreamsignaal niet goed wordt
verzonden naar dit toestel, wordt alleen ruis
weergegeven. Sluit een weergavecomponent aan op
dit toestel met een digitale verbinding en geef de
DTS-CD weer. Als de toestand niet verbeterd kan het
probleem voortkomen uit de weergavecomponent.
Neem contact op met de producent van de
weergavecomponent.
2) Als er ruis wordt uitgezonden tijdens weergave of
overslaan
Voordat u de DTS-CD afspeelt, geeft het Option
menu weer na het selecteren van de signaalbron en
stel “Decoder Mode” in op “DTS”.
16, 43
Het volume kan niet
worden verhoogd, of
het geluid klinkt
vervormd.
De op de AUDIO 1/2 aansluitingen van dit
toestel aangesloten component staat uit.
Zet de betreffende component aan. 61
“Memory Guard!”
wordt weergegeven
en de instelling kan
niet worden
gewijzigd.
“Memory Guard” in “Setup Menu” is
ingesteld op “On”.
Zet “Memory Guard” op “Off”. 57
U ondervindt storing
van digitale of andere
apparatuur die
radiogolven
gegenereert.
Dit toestel staat te dicht bij andere digitale
of radiofrequente apparatuur.
Zet het toestel verder bij dergelijke apparatuur
vandaan.
HDMI™
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
Geen beeld of geluid. Er zijn teveel HDMI componenten
aangesloten.
Ontkoppel enkele van de HDMI componenten.
Het aangesloten HDMI component
ondersteunt geen hoge bandbreedte
digitale auteursrecht bescherming
(HDCP).
Sluit een HDMI component aan dat HDCP
ondersteunt.
80
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
69 Nl
Oplossen van problemen
Nederlands
INLEIDING
AANHANGSEL
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Tuner (FM/AM)
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
FM
Veel ruis in de FM
stereo-ontvangst.
U bent te ver van de signaalzender of
het signaal van de antenne is zwak.
Controleer de aansluitingen van de antenne. 20
Vervang de buitenantenne door een
gevoeligere multi-elementantenne.
Schakel over naar mono. 44
Er is vervorming en ook
een betere FM antenne
zorgt niet voor een
betere ontvangst.
U ondervindt interferentie doordat
hetzelfde signaal op verschillende
manieren ontvangen wordt.
Pas de hoogte of richting van de antenne aan
of plaats het op een andere locatie.
Er kan niet automatisch
worden afgestemd op
de gewenste zender.
U bent te ver van de signaalzender of
het signaal van de antenne is zwak.
Vervang een buitenantenne door een
gevoeligere multi-elementantenne.
Stem handmatig af of door directe
frequentieafstemming.
31
AM
Er kan niet automatisch
worden afgestemd op
de gewenste zender.
Het signaal is te zwak of de antenne is
los.
Stem de richting af van de AM ringantenne. 20
Stem met de hand af. 31
U hoort doorlopend
gekraak en gesis.
De meegeleverde AM ringantenne is
niet aangesloten.
Sluit de AM ringantenne correct aan, ook al
gebruikt u een buitenantenne.
20
Deze geluiden kunnen het gevolg zijn
van bliksem, TL verlichting, motoren,
thermostaten en andere elektrische
apparatuur.
Het is moeilijk om ruis geheel te verwijderen,
maar het kan worden verminderd door het
goed installeren en aarden van een buiten AM
antenne.
20
U hoort gezoem en
gefluit.
Er wordt in de buurt van het toestel een
TV gebruikt.
Zet dit toestel verder bij de TV vandaan.
AM zenders kunnen niet
worden
voorgeprogrammeerd
door middel van het
automatisch
voorprogrammeren van
zenders.
Alleen FM Radio Data Systeem
zenders worden automatisch
opgeslagen bij het automatisch
voorprogrammeren van zenders.
Registreer AM zenders via handmatig
voorprogrammeren van zenders.
32
70 Nl
Oplossen van problemen
Opmerking
In geval van een overdrachtsfout zonder dat er een melding verschijnt op de display van het voorpaneel en op het GUI menuscherm, dient u de aansluiting
van uw iPod te controleren (bladzijde 18).
Afstandsbediening
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
De afstandsbediening
werkt niet of niet naar
behoren.
Te ver weg of onder te scherpe hoek
gebruikt.
De afstandsbediening werkt binnen een maximaal
bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten
opzichte van loodrecht op het voorpaneel.
6
Direct zonlicht of sterke verlichting
(vooral van TL lampen, richtlampen enz.)
valt op de sensor voor de
afstandsbediening van dit toestel.
Pas de lichtval af of verplaats het toestel.
De batterijen raken leeg. Vervang alle batterijen. 6, 8
De afstandsbedienings-ID van de
afstandsbediening en dit toestel komen
niet overeen.
Laat de afstandsbedienings-ID van dit toestel
overeenkomen met die van de afstandsbediening.
64
De afstandsbedieningscode is niet juist
ingesteld.
Stel de afstandsbedieningscode op de juiste manier in
met behulp van de “Lijst met afstandsbedieningscodes”
aan het einde van deze handleiding.
61
Stel een andere afstandsbedieningscode in voor
dezelfde fabrikant met behulp van de “Lijst met
afstandsbedieningscodes” aan het eind van deze
handleiding.
61
Indien dit toestel niet werkt als u drukt op
jCursor
,
doe dan het volgende.
Als de toets niet werkt tijdens bediening van het DVD
discmenu: druk nogmaals op de
dIngangskeuzetoetsens
op de
afstandsbediening.
Als de toets niet werkt tijdens bediening van het Option
menu of Setup menu: druk nogmaals op de toets die van
toepassing is op de huidige menubewerking.
Ook als de juiste afstandsbedieningscode
is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde
modellen niet goed reageren op de
afstandsbediening.
De afstandsbediening
kan geen nieuwe
functies leren.
De batterijen van de afstandsbediening
van dit toestel (of de externe component)
zijn zwak.
Vervang de batterijen. 6
De afstand tussen de twee
afstandsbedieningen is te groot of te klein.
Plaats de afstandsbedieningen op de juiste afstand van
elkaar.
62
De signaalcodering of modulatie van de
andere afstandsbediening is niet
compatibel met deze afstandsbediening.
Leren is niet mogelijk.
Het geheugen is vol. Verwijder onnodige functies om wat geheugenruimte
vrij te maken voor de nieuwe functies.
62
iPod™
Statusmelding Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
Loading... Dit toestel is bezig de verbinding met uw
iPod te herkennen.
Dit toestel is bezig songlijsten over te
nemen van uw iPod.
71 Nl
Oplossen van problemen
Nederlands
INLEIDING
AANHANGSEL
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Connect error Er is een probleem met het signaal dat dit
toestel ontvangt van uw iPod.
Zet dit toestel uit en sluit uw Yamaha iPod universeel
dock opnieuw aan op de DOCK aansluiting van dit
toestel.
18
Haal uw iPod uit de Yamaha iPod universele dock en
plaats het terug op het dock.
35
Unknown iPod De gebruikte iPod wordt niet ondersteund
door dit toestel.
Gebruik een door dit toestel ondersteunde iPod.
iPod Connected Uw iPod is goed geplaatst in de Yamaha
iPod universele dock.
Disconnected Uw iPod is verwijderd uit de Yamaha iPod
universele dock.
35
Unable to play Dit toestel kan de op dit moment op uw
iPod opgeslagen muziekstukken niet
weergeven.
Controleer of de muziekstukken op uw iPod
inderdaad weergegeven kunnen worden.
Bluetooth™
Statusmelding Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
Searching... De Bluetooth draadloze audio ontvanger
en de Bluetooth component worden op dit
moment gepaard.
De Bluetooth draadloze audio ontvanger
en de Bluetooth component zijn bezig met
het maken van de verbinding.
Completed Het paren is voltooid.
Cancelled Het paren is geannuleerd.
BT Connected De verbinding tussen de Bluetooth
draadloze audio ontvanger en de
Bluetooth component is voltooid.
Disconnected De Bluetooth component is niet
aangesloten op de Yamaha Bluetooth
draadloze audio-ontvanger.
Not Found Er zijn geen Bluetooth componenten
gevonden tijdens een paringsproces.
Er dient tegelijkertijd paring te worden uitgevoerd op
dit toestel en uw Bluetooth component. Controleer of
uw Bluetooth component ingesteld staat op de
paringsstand en probeer het dan nogmaals.
37
Er zijn geen Bluetooth componenten
gevonden tijdens een Bluetooth
aansluiting.
Controleer of uw Bluetooth component aan staat en
probeer het dan nogmaals.
37
Plaats uw Bluetooth component binnen 10 meter
afstand van dit toestel en probeer het dan nogmaals.
37
Statusmelding Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
72 Nl
Oplossen van problemen
USB en netwerk
Probleem Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
Er kan niet in de
muziekbestanden en -
mappen op het USB
opslagapparaat
gebladerd worden.
De muziekbestanden en mappen staan op
andere geheugenlocaties dan de FAT
partitie.
Plaats de muziekbestanden en mappen in de FAT
partitie.
U probeert dieper dan 8 mapniveaus te
bekijken of een map met meer dan 500
bestanden.
Wijzig de gegevensstructuur op uw USB
opslagapparaat.
Dit toestel kan sommige tekens in de
bestandsnaam of mapsnaam niet
herkennen.
Bewerk de bestandsnaam of mapsnaam met een PC
en probeer het dan nogmaals.
Het USB
opslagapparaat kan
niet worden herkend.
Het USB opslagapparaat is niet
compatibel met de massa-opslagklasse
(behalve USB HDD’s).
Gebruik een USB opslagapparaat dat compatibel is
met de massa-opslagklasse (behalve USB HDD’s).
Dit toestel herkent het USB
opslagapparaat niet goed.
Zet dit toestel eerst uit en dan weer aan. 20
De PC server/
Internetradio
functioneert niet naar
behoren.
De netwerkkabel is niet aangesloten. Sluit de netwerkkabel goed aan. 19
Het IP-adres is niet correct ingesteld. Zet de DHCP serverfunctie van de router aan (ON).
Of voer met 3de hand de vereiste instellingen uit aan
de hand van de huidige gebruiksomgeving.
53
De muziek op de PC
server kan niet
worden weergegeven.
Windows Media Player 11 is niet op de
PC geïnstalleerd.
Installeer Windows Media Player 11 op de PC.
De muziek is opgenomen in een
bestandsindeling of formattering die niet
met dit toestel kan worden weergegeven.
Dit toestel kan geen andere
muziekformaten weergeven dan WAV
(alleen PCM formaat), MP3, WMA,
MPEG-4 AAC of FLAC. We willen u er
ook op wijzen dat enkele
muziekbestanden niet afgespeeld kunnen
worden ongeacht de bestandsformaten.
Kies muziek die is opgeslagen in een formaat dat
compatibel is met dit toestel.
Er kunnen geen
Internetradiozenders
worden weergegeven.
De firewall van het netwerkapparaat is
ingeschakeld. Internetradiozenders
kunnen alleen afgespeeld worden wanneer
de signalen door de door de afzonderlijke
radiozenders toegewezen poort gaan. Het
poortnummer varieert van zender tot
zender.
Controleer de firewall-instelling van het
netwerkapparaat.
Er is geen verbinding met het internet
beschikbaar.
Controleer de configuratie van het netwerkapparaat
en neem contact op met uw Internetprovider.
Statusmelding Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
USB Connected Uw USB opslagapparaat is aangesloten.
USB Disconnected De verbinding van uw USB
opslagapparaat met de USB poort van dit
toestel is verbroken.
Controleer de verbinding tussen dit toestel en uw
USB opslagapparaat.
73 Nl
Oplossen van problemen
Nederlands
INLEIDING
AANHANGSEL
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Access Error Dit toestel kan geen toegang verkrijgen tot
uw USB opslagapparaat.
Probeer een ander USB opslagapparaat.
Er is een probleem met het signaalpad van
uw USB opslagapparaat naar dit toestel.
Zet dit toestel uit en sluit uw USB opslagapparaat
opnieuw aan op de USB poort van dit toestel.
19, 20
Probeer uw USB opslagapparaat te resetten.
Dit toestel kan geen verbinding maken
met de data-server als gevolg van een
netwerkfout, etc.
Controleer de netwerkinstellingen en neem contact op
met uw Internetprovider.
53
Access Denied De PC waarmee u zich poogt te verbinden
heeft aansluiting geweigerd.
Configureer de sharing-instelling van Windows
Media Player 11 en selecteer dit toestel als een
apparaat waarmee muziekinhoud gedeeld wordt.
39
Unable to play Dit toestel kan de op dit moment op uw
PC opgeslagen muziekstukken niet
weergeven.
Zorg ervoor dat Windows Media Player 11 is
geïnstalleerd op uw PC.
Speel muziek af die opgenomen is in een formaat
waarmee dit toestel compatibel is (WAV (alleen PCM
formaat), MP3, WMA, MPEG-4 AAC of FLAC).
License unavailable U probeert gecodeerde DRM (Digital
Rights Management) inhoud af te spelen
die verlopen is.
Selecteer een bestand dat niet beschermd is door
DRM.
Windows Media Player 11 verwerft de
DRM (Digital Rights Management)
licentie voor het bestand niet.
Verwerf de licentie om het bestand op Windows
Media Player 11 af te spelen.
Statusmelding Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
74 Nl
Oplossen van problemen
Opmerkingen
Als er een fout- of waarschuwingsmelding verschijnt, los het probleem op en voer vervolgens “Auto Setup” nogmaals uit.
Waarschuwingsbericht “W-2” of “W-3” geeft aan dat de ingestelde afstellingen niet optimaal zijn.
Afhankelijk van de luidsprekers is het mogelijk dat de waarschuwing “W-1” verschijnt, ook al zijn de luidsprekers correct aangesloten.
Als foutmelding “E-10” herhaaldelijk verschijnt, dient u contact op te nemen met een erkend Yamaha servicecentrum.
Auto Setup (YPAO)
ór Auto Setup
Foutmelding Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
Connect MIC! De optimalisatiemicrofoon is niet
aangesloten.
Verbind de meegeleverde optimalisatiemicrofoon met
de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel.
21
Unplug HP! Er is een hoofdtelefoon aangesloten. Maak de hoofdtelefoon los.
Memory Guard! De parameters van dit toestel zijn
beschermd.
Zet “Memory Guard” op “Off”. 57
Tijdens Auto Setup
Foutmelding Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
E-1:NO FRONT SP Er worden geen L/R voorkanaalsignalen
gedetecteerd.
Controleer de aansluitingen van de L/R voor-
luidsprekers.
11
E-2:NO SUR. SP Alleen een signaal van een van de
surround kanalen is gedetecteerd.
Controleer de aansluitingen van de L/R surround
luidsprekers.
11
E-3:NO PRNS SP Er zijn slechts signalen gedetecteerd van
één van de L/R aanwezigheidskanalen.
Controleer de aansluitingen van de L/R
aanwezigheidsluidsprekers.
11
E-4:SBR->SBL Er wordt alleen een rechter surround
achterkanaal gedetecteerd.
Als u slechts één surround achterkanaal aansluit,
dient u deze te verbinden met de linker SUR.BACK
(SINGLE) aansluiting.
11
E-5:NOISY Meting kan niet goed worden uitgevoerd
door te luide omgevingsruis.
Probeer de “Auto Setup” onder stille
omstandigheden.
Zet lawaaiige elektrische apparatuur zoals
airconditioners uit, of zet ze uit de buurt van de
optimalisatiemicrofoon.
E-6:CHECK SUR. Er zijn wel surround achter-luidsprekers
aangesloten, maar geen L/R surround
luidsprekers.
Bij gebruik van surround achter-luidsprekers, dient u
de L/R surround luidsprekers aan te sluiten.
11
E-7:NO MIC De optimalisatiemicrofoon is losgeraakt
tijdens de “Auto Setup” procedure.
Raak de optimalisatiemicrofoon niet aan tijdens
Auto Setup”.
21
E-8:NO SIGNAL De optimalisatiemicrofoon kan geen
testtonen detecteren.
Controleer of de microfoon correct is geplaatst. 21
Controleer of de luidsprekers correct zijn geplaatst
en aangesloten.
10, 11
De optimalisatiemicrofoon of OPTIMIZER MIC
aansluiting is mogelijk defect. Neem contact op met
de Yamaha dealer of het servicecentrum die/dat het
dichtstbijgelegen is.
E-9:USER CANCEL Auto Setup” is geannuleerd door een
onjuiste gebruikersbediening.
Doe de “Auto Setup” nog eens. 21
E-10:INTERNAL
ERROR
Er is een interne fout opgetreden. Doe de “Auto Setup” nog eens. 21
75 Nl
Oplossen van problemen
Nederlands
INLEIDING
AANHANGSEL
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Na Auto Setup
Foutmelding Oorzaak Oplossing
Zie
bladzijde
W-1:OUT OF PHASE De polariteit van de luidspreker is niet
correct. Deze melding kan, afhankelijk
van de luidspreker in kwestie, ook
verschijnen wanneer deze toch correct is
aangesloten.
Controleer de polariteiten (+, –) van de luidspreker.
Als deze juist zijn, zullen de luidsprekers goed
werken zelfs als dit bericht wordt weergegeven.
12
W-2:OVER 24m (80ft) De afstand tussen de luidspreker en de
luisterplek is meer dan 24 m (80 ft).
Breng de luidspreker binnen 24 m (80 ft) rond de
luisterpositie.
W-3:LEVEL ERROR Er is teveel volumeverschil tussen de
luidsprekers.
Controleer de positie van de luidspreker opnieuw om
ervoor te zorgen dat alle luidsprekers zijn geplaatst
in een soortgelijke omgeving.
Controleer de polariteit (+, –) van de luidsprekers. 12
We raden u aan dat u luidsprekers gebruikt met
dezelfde of vergelijkbare specificaties.
Stel het uitgangsniveau van de subwoofer in.
W-4:CHECK PRNS Er zijn geen aanwezigheidsluidsprekers
gedetecteerd tijdens de meting met
“Extra Speaker Assignment” ingesteld op
“Presence”.
Controleer de aansluitingen van de
aanwezigheidsluidsprekers en voer de meting
opnieuw uit. Indien er geen
aanwezigheidsluidsprekers zijn aangesloten, stelt u
de “Extra Speaker Assignment” in op andere
instellingen dan “Presence”.
11, 49
76 Nl
Audio- en videosynchronisatie (lipsync)
‘Lipsync’ staat voor ‘lipsynchronisatie’ en geeft in deze context zowel
het probleem aan als een technische manier om beeldsignalen en
geluidssignalen tijdens postproductie en uitzending netjes met elkaar
in de pas te laten lopen. De verschillende manieren waarop beeld en
geluid verwerkt worden vereisen ingewikkelde instellingen door de
eindgebruiker, maar HDMI versie 1.3 is nu voorzien van een
automatisch synchronisatie voor audio en video die de apparatuur in
staat stelt automatisch de vereiste correcties uit te voeren, zonder dat
de gebruiker daarmee lastig wordt gevallen.
Bi-amp dubbele versterkeraansluitingen
Bij bi-amp dubbele versterkeraansluitingen worden er twee
versterkers gebruikt voor een luidspreker.
De ene versterker wordt aangesloten op de woofer (lage tonen) van de
box, terwijl de andere wordt aangesloten op het gecombineerde
gedeelte voor de midden- en hoge tonen. In een dergelijk systeem
wordt elk van de luidsprekers slechts voor een beperkt toonbereik
gebruikt. Dit beperkte toonbereik geeft elk van de gebruikte
versterkers minder zwaar werk te doen en levert minder risico op dat
de weergave negatief wordt beïnvloed.
Component videosignaal
In een component video-signaalsysteem wordt het videosignaal
gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en in PB en PR
signalen voor de kleuren. Dit systeem zorgt voor een betere
kleurweergave omdat elk van deze signalen onafhankelijk is van de
andere. Componentsignalen worden ook wel “kleurverschilsignalen”
genoemd omdat het luminantiesignaal wordt afgetrokken van het
kleursignaal. U heeft een monitor met component
ingangsaansluitingen nodig om component videosignalen te kunnen
weergeven.
Composiet videosignaal
Een composiet videosignaal bestaat uit alle drie de basiselementen
van het videobeeld: kleur, helderheid en synchronisatiegegevens. Een
composiet video-aansluiting op een videocomponent geeft deze drie
elementen gecombineerd door.
Deep Color
Deep Color verwijst naar het gebruik van de grotere aantallen kleuren
(‘kleurdiepte’) die door beeldschermen kunnen worden weergegeven,
in vergelijking tot de 24-bits kleurdiepte in eerdere HDMI versies.
Deze extra bitdiepte stelt HDTV’s en andere soorten beeldschermen
in staat om het aantal weer te geven kleuren op te voeren van
miljoenen naar miljarden en zorgt ervoor dat de storende kleurbanden
op het scherm worden vervangen door vloeiende kleurovergangen en
subtiele gradaties tussen kleuren. Een verbeterde contrastverhouding
betekent dat er veel meer grijstonen kunnen worden weergegeven
tussen zwart en wit. Deep Color verhoogt ook het aantal mogelijke
kleuren binnen de door de RGB of YCbCr kleurruimten bepaalde
grenzen.
Dolby Digital
Dolby Digital is een digitaal surround systeem met volledig van elkaar
gescheiden multikanaals audio. Met 3 voorkanalen (links, midden en
rechts), en 2 surround stereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5
audiokanalen met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal
speciaal voor de zeer lage tonen, het zogenaamde LFE (Lage
Frequentie Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal 5.1 kanalen (het
LFE kanaal wordt als 0.1 kanaal geteld). Door 2-kanaals stereo voor
de surround luidsprekers te gebruiken is er een betere weergave van
bewegende geluidsbronnen en een beter algeheel surround effect
mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote dynamische bereik (van
het zachtste tot het hardste geluid dat nog kan worden weergegeven)
van de 5 kanalen met het volle frequentiebereik en de precieze
plaatsing van het geluid door de digitale verwerking biedt de luisteraar
een ongehoord realistische weergave.
Met dit toestel kunt u zelf kiezen wat voor weergave u wilt horen, van
mono tot 5.1 kanaals weergave, u vraagt, wij draaien.
Dolby Digital Surround EX
Dolby Digital EX creëert 6 kanalen met het volledige frequentiebereik
van 5.1-kanaals bronmateriaal.
Voor de beste resultaten moet Dolby Digital EX gebruikt worden met
filmsoundtracks die zijn opgenomen in Dolby Digital Surround EX.
Met dit extra kanaal krijgt u een meer dynamische en realistische
weergave van bewegende geluidsbronnen, vooral bij zogenaamde
“fly-over” en “fly-around” effecten.
Dolby Digital Plus
Dolby Digital Plus is een geavanceerde audiotechnologie die
ontwikkeld is voor high-definition programma’s en media, inclusief
HD uitzendingen en Blu-ray discs. Deze technologie is geselecteerd
als een optionele audiostandaard voor Blu-ray discs en levert
multikanaals geluid via gescheiden kanalen. Dolby Digital Plus biedt
ondersteuning voor bitsnelheden tot 6,0 Mbps en kan maximaal 7.1
gescheiden audiokanalen tegelijk bevatten. Dolby Digital Plus wordt
ondersteund door HDMI versie 1.3 en is ontworpen voor de optische
discspelers en AV receivers/versterkers van de toekomst, maar blijft
ook volledig compatibel met de bestaande multikanaals
audiosystemen die gebruik maken van Dolby Digital.
Dolby Pro Logic II
Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek voor de
grote hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround materiaal. Deze
nieuwe technologie maakt gescheiden 5-kanaals weergave mogelijk
met 2 voorkanalen, links en rechts, 1 middenkanaal en 2 surround
kanalen, links en rechts, in plaats van slechts 1 surround kanaal bij
conventionele Pro Logic weergave. Er zijn drie standen beschikbaar:
een “Music” stand voor muziek, een “Movie” stand voor films en een
“Game” stand voor spelletjes.
Dolby Pro Logic IIx
Dolby Pro Logic IIx is een nieuwe technologie die gescheiden
multikanaals weergave mogelijk maakt van 2-kanaals of multikanaals
bronnen. Er zijn drie standen beschikbaar: een “Music” stand voor
muziek, een “Movie” stand voor films (alleen 2-kanaals materiaal) en
een “Game” stand voor spelletjes.
Dolby Surround
Dolby Surround wordt veel gebruikt op videobanden en laserdiscs en
ook wel bij TV- en kabelprogrammas. Dolby Surround maakt gebruik
van een 4-kanaals analoog opnamesysteem voor de reproductie van
realistische en dynamische geluidseffecten: 2 voorkanalen, links en
rechts (stereo), een middenkanaal voor gesproken tekst (mono) en een
surround kanaal voor speciale geluidseffecten (mono). Het surround
kanaal reproduceert geluid binnen een nauw begrensd
frequentiebereik. De in dit toestel ingebouwde Dolby Pro Logic
decoder maakt gebruik van een digitale signaalverwerking die
automatisch het volume van de verschillende kanalen stabiliseert om
de richtingsgevoeligheid en de weergave van bewegende
geluidsbronnen te verbeteren.
Dolby TrueHD
Dolby TrueHD is een geavanceerde verliesloze audiotechnologie die
speciaal is ontwikkeld voor high-definition media op disc, inclusief
Blu-ray discs. Deze technologie is een optionele audiostandaard voor
Blu-ray discs en levert een weergave die bit-voor-bit identiek is aan de
studio masteropname, waardoor het een zeer hoogstaande
weergavekwaliteit biedt.
Dolby TrueHD biedt ondersteuning voor bitsnelheden tot 18,0 Mbps
en kan maximaal 8 gescheiden 24-bits/96 kHz audiokanalen tegelijk
bevatten.
Dolby TrueHD blijft ook volledig compatibel met bestaande
multikanaals audiosystemen en behoudt de metadatamogelijkheid van
Dolby Digital, wat dialoge normalisatie en dynamisch bereikbesturing
mogelijk maakt.
Woordenlijst
77 Nl
Woordenlijst
Nederlands
INLEIDING
AANHANGSEL
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
DSD
Direct Stream Digital (DSD) technologie wordt gebruikt voor het opslaan
van audiosignalen op digitale media, zoals Super Audio CD’s. Bij DSD
worden signalen opgeslagen als enkele bitwaarden bij een zeer hoge
bemonsteringsfrequentie van 2,8224 MHz, waarbij gebruik wordt
gemaakt van ‘noise shaping’ en overbemonstering om vervorming, een
normaal verschijnsel bij zeer hoge kwantisaties van audiosignalen, te
verminderen. Dankzij de hoge bemonsteringsfrequentie kan er een betere
geluidskwaliteit worden bereikt dan aangeboden wordt door het PCM
formaat van gewone audio-CD’s. De frequentie is gelijk of hoger dan 100
kHz en het dynamische bereik is 120 dB. Dit toestel kan DSD signalen
zenden en ontvangen die binnenkomen via de HDMI aansluiting.
DTS 96/24
DTS 96/24 biedt een ongekend hoog niveau audiokwaliteit voor
multikanaals weergave op DVD video en is volledig compatibel met
alle vroegere DTS decoders. “96” refereert aan de 96 kHz
bemonsteringsfrequentie (vergeleken met een normale waarde van 48
kHz). “24” verwijst naar de gebruikte woordlengte van 24-bits.
DTS 96/24 biedt een geluidskwaliteit die vergelijkbaar is met die van
de originele 96/24 masteropnamen, en 96/24 5.1-kanaals weergave
met video van hoge kwaliteit voor muziekprogramma’s en
soundtracks van speelfilms op DVD video.
DTS Digital Surround
DTS digitale surround weergave is ontwikkeld om de analoge
filmsoundtracks te vervangen door een 5,1-kanaals digitale
soundtrack en is over de hele wereld bezig aan een opmars in de
bioscoop. DTS, Inc. heeft tevens een thuisbioscoopsysteem
ontwikkeld zodat u gewoon thuis kunt profiteren van de verbluffende
DTS digitale surround weergave. Dit systeem produceert een vrijwel
vervormingsvrije weergave via 6 kanalen (dat wil zeggen: links en
rechts voor, midden, links en rechts surround, en een LFE (subwoofer)
kanaal dat als 0.1 geteld wordt, voor in totaal 5.1 kanalen). Dit toestel
is uitgerust met een DTS-ES decoder die 6.1-kanaals weergave
mogelijk maakt door aan het bestaande 5.1-kanaals bronmateriaal het
surround achterkanaal toe te voegen.
DTS Express
Dit is een audioformaat voor volgende generatie optische discs zoals
Blu-ray discs. Het gebruikt geoptimaliseerde lage bitsnelheidsignalen
voor netwerk streaming. In het geval van Blu-ray discs wordt dit
formaat gebruikt met secundaire audio wat het mogelijk maakt om te
genieten van commentaar van de filmproducent via het internet terwijl
u het hoofdprogramma afspeelt.
DTS-HD High Resolution Audio
DTS-HD High Resolution Audio is een audiotechnologie met een
hoge resolutie die speciaal is ontwikkeld voor high-definition media
op disc, inclusief Blu-ray discs. Deze technologie is een optionele
audiostandaard voor Blu-ray discs en levert een weergave die vrijwel
niet te onderscheiden is van het origineel en daardoor een zeer
hoogstaande weergavekwaliteit biedt. DTS-HD High Resolution
Audio biedt ondersteuning voor bitsnelheden tot 6,0 Mbps voor Blu-
ray discs en kan gelijktijdig maximaal 7.1 gescheiden 24-bits/96 kHz
audiokanalen bevatten.
DTS-HD High Resolution Audio blijft ook volledig compatibel met
de bestaande multikanaals audiosystemen die DTS Digital Surround
bevatten.
DTS-HD Master Audio
DTS-HD Master Audio is een geavanceerde verliesloze
audiotechnologie die speciaal is ontwikkeld voor high-definition
media op disc, inclusief Blu-ray discs. Deze technologie is een
optionele audiostandaard voor Blu-ray discs en levert een weergave
die bit-voor-bit identiek is aan de studio masteropname, waardoor het
een zeer hoogstaande weergavekwaliteit biedt. DTS-HD Master
Audio biedt ondersteuning voor bitsnelheden tot 24,5 Mbps voor Blu-
ray discs en kan gelijktijdig maximaal 7.1 gescheiden 24-bits/96 kHz
audiokanalen bevatten. DTS-HD Master Audio wordt ondersteund
door HDMI versie 1.3 en is ontworpen voor de optische discspelers en
AV receivers/versterkers van de toekomst, maar blijft ook volledig
compatibel met de bestaande multikanaals audiosystemen die gebruik
maken van DTS Digital Surround.
FLAC
Dit is een bestandsformaat voor verliesloze audio
gegevenscompressie. FLAC is inferieur aan lossy compressieformaten
qua compressiesnelheid, maar levert een hogere audiokwaliteit.
HDMI
HDMI (High-Definition Multimedia Interface) is de eerste volledig
door de elektronica industrie ondersteunde, ongecomprimeerde en
volledig digitale audiovisuele interface. HDMI biedt ondersteuning
voor standaard, verbeterde of hoge-definitie video en voor
multikanaals digitale audio via één enkele kabel die de verbindingen
verzorgt tussen elke denkbare audiovisuele signaalbron (zoals een
externe ontvanger of AV receiver) en de audio/video monitor (zoals
een digitale televisie). HDMI geeft alle ATSC HDTV standaarden
door en biedt ondersteuning voor 8-kanaals digitale audio, met genoeg
bandbreedte om ruimte te bieden aan toekomstige verbeteringen en
eisen.
Indien gebruikt in combinatie met HDCP (High-bandwidth Digital
Content Protection), biedt HDMI een veilige audio/video interface die
voldoet aan de beveiligingseisen van producenten van weer te geven
materialen en systeembeheerders. Voor meer informatie omtrent
HDMI raden we u aan een bezoek te brengen aan de HDMI website
op “http://www.hdmi.org/”.
LFE 0.1 kanaal
Dit kanaal reproduceert de zeer lage tonen. Het frequentiebereik voor
dit kanaal is 20 Hz t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt meestal als 0.1 geteld
omdat niet het volledige frequentiebereik wordt weergegeven, zoals
de andere 5/6 kanalen in een Dolby Digital of DTS 5.1/6.1-kanaals
systeem.
MP3
Eén van de audiocompressietechnieken gebruikt voor MPEG. Deze
methode maakt gebruik van een onomkeerbare compressietechniek
die een hoge compressie bereikt door onder andere audiogegevens
voor geluiden die niet meer onderscheiden kunnen worden door het
menselijk oor te verwijderen. Deze techniek maakt het mogelijk de
hoeveelheid gegevens tot ongeveer 1/11 te verminderen (bij 128 kbps)
terwijl de geluidskwaliteit vergelijkbaar blijft met die van een muziek-
CD.
MPEG-4 AAC
Een MPEG-4 audio standaard. Aangezien deze standaard compressie
van gegevens mogelijk maakt met een bitsnelheid die lager is dan die
voor MPEG-2 AAC, wordt hij onder andere gebruikt voor mobiele
telefoons, draagbare audio spelers en andere apparaten met lage
capaciteit die een hoge geluidskwaliteit vereisen.
Naast de bovengenoemde typen apparaten wordt MPEG-4 AAC ook
gebruikt om inhoud op het Internet te distribueren, en wordt als
zodanig ondersteund door computers, mediaservers en vele andere
apparaten.
Neo:6
Neo:6 bewerkt conventioneel 2-kanaals bronmateriaal voor 6-kanaals
weergave met een speciale decoder. Hierdoor wordt weergave
mogelijk met kanalen met het volle bereik en met een verbeterde
kanaalscheiding, zoals bij weergave van digitale signalen met
gescheiden kanalen. Er zijn twee standen beschikbaar: een “Music”
stand voor muziek en een “Cinema” stand voor films.
PCM (Lineair PCM)
Lineair PCM is een signaalformaat voor het ongecomprimeerd
digitaliseren, opnemen en overbrengen van analoge audiosignalen. Dit
wordt gebruikt als opnamemethode van CD’s en DVD audio. Het
PCM systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het analoge
signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De afkorting staat voor
“Puls Code Modulatie”, het analoge signaal wordt gecodeerd als
pulsjes en dan gemoduleerd voor opname.
78 Nl
Woordenlijst
Bemonsteringsfrequentie en aantal
kwantisatiebits
Bij het digitaliseren van een analoog audiosignaal wordt het aantal
keren dat het signaal per seconde wordt gemeten de
bemonsteringsfrequentie genoemd en de gedetailleerdheid waarmee
het geluid in een numerieke waarde wordt omgezet, het aantal
kwantisatiebits. Het frequentiebereik dat kan worden weergegeven is
gebaseerd op de bemonsteringsfrequentie, terwijl het dynamisch
bereik, het verschil tussen het zachtste en het hardste geluid, bepaald
wordt door het aantal kwantisatiebits. In principe is het zo dat hoe
hoger de bemonsteringsfrequentie is, hoe groter het aantal tonen is dat
kan worden weergegeven, en hoe hoger het aantal kwantisatiebits is,
hoe precieser het geluidsniveau kan worden gereproduceerd.
WAV
Standaard Windows audiobestandsindeling waarbij geluidssignalen
direct worden omgezet in digitale gegevens. De bestandsindeling
specificeert geen aparte compressiemethode (codering) zodat in
principe de gewenste methode erop kan worden toegepast. Standaard
is deze bestandsindeling compatibel met PCM signalen
(ongecomprimeerd) en met sommige compressiemethoden,
waaronder ADPCM.
WMA
Een door Microsoft Corporation ontwikkelde compressiemethode.
Deze methode maakt gebruik van een onomkeerbare
compressietechniek die een hoge compressie bereikt door onder
andere audiogegevens voor geluiden die niet meer onderscheiden
kunnen worden door het menselijk oor te verwijderen. Deze techniek
maakt het mogelijk de hoeveelheid gegevens tot ongeveer 1/22 te
verminderen (bij 64 kbps) terwijl de geluidskwaliteit vergelijkbaar
blijft met die van een muziek-CD.
“x.v.Color”
Een kleurruimtestandaard die ondersteund wordt door HDMI versie
1.3. Het is een uitgebreidere kleurruimte dan sRGB en biedt de
mogelijkheid tot het uitdrukken van kleuren die eerder niet uitgedrukt
konden worden. Terwijl het nog steeds compatibel is met het
kleurenbereik van sRGB-normen, breidt “x.v.Color” de kleurruimte
uit en kan daarom levendigere, natuurlijkere beelden produceren. Het
is in het bijzonder effectief voor filmfoto’s en grafische
computerafbeeldingen.
79 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANHANGSEL
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
Onderdelen van een geluidsveld
Wat het meeste bijdraagt aan de rijke, volle tonen van een
live voorstelling, zijn de ingewikkelde weerkaatsingen via de
wanden van de ruimte. Naast het feit dat deze
weerkaatsingen het geluid verlevendigen, vertellen ze ons
ook waar de muzikanten zich bevinden, hoe groot de ruimte
is waar we in zitten en welke vorm deze heeft. Naast de door
de muzikanten geproduceerde geluiden die onze oren direct
bereiken zijn er twee verschillende soorten weerkaatsingen
die samen onze waarneming van het geluid bepalen.
Vroege weerkaatsingen
Deze reflecties bereiken onze oren zeer snel (50 ms tot
100 ms na het directe geluid) en zijn slechts door één
enkel oppervlak weerkaatst (bijvoorbeeld door het plafond
of een muur). Deze vroege weerkaatsingen maken het
direct waargenomen geluid voor ons helderder.
Natrillingen
Deze worden veroorzaakt door weerkaatsingen via meer
dan één oppervlak (bijvoorbeeld via de muren en/of het
plafond) en zijn zo talrijk dat ze samensmelten tot een
doorlopende nagalm. Deze natrillingen zijn niet
richtinggevoelig en maken het directe geluid in onze
waarneming minder helder.
CINEMA DSP
Omdat de Dolby Surround en DTS systemen oorspronkelijk bedoeld
waren voor de bioscoop, werken deze systemen het best in een
theatrale ruimte met een heleboel luidsprekers opgesteld voor het
maximale akoestische effect. Maar de omstandigheden bij mensen
thuis, de afmetingen van de kamer, het materiaal waar de muur van
gemaakt is, het aantal luidsprekers enz., zijn zo verschillend, dat de
weergave ook anders wordt.
Gebaseerd op een weelde van daadwerkelijke meetgegevens geeft
Yamaha CINEMA DSP u de audiovisuele ervaring van een echte
bioscoop in uw eigen huiskamer door middel van de door Yamaha zelf
ontwikkelde geluidsveldtechnologie, in combinatie met diverse
digitale audiosystemen.
CINEMA DSP 3D
De daadwerkelijk gemeten geluidsveldgegevens bevatten
ook informatie betreffende de hoogte van het
geluidsbeeld. De CINEMA DSP 3D functie draagt zorg
voor een precieze reproductie van de hoogte van het
geluidsbeeld, zodat er een accurate en intensieve
dieptewerking optreedt in het in de luisterruimte
gecreëerde geluidsveld.
SILENT CINEMA
Yamaha heeft een natuurlijk en realistisch DSP
geluidsveldprogramma ontwikkeld voor hoofdtelefoons. Voor elk
apart geluidsveld zijn parameters voor weergave via een
hoofdtelefoon opgenomen zodat alle geluidsveldprogramma’s
natuurgetrouw kunnen worden weergegeven.
Virtual CINEMA DSP
Yamaha heeft een Virtual CINEMA DSP algoritme ontwikkeld dat u
ook zonder daadwerkelijke surround luidsprekers in staat stelt te
profiteren van DSP geluidsveld surround effecten door middel van
virtuele surround luidsprekers. U kunt Virtual CINEMA DSP zelfs
gebruiken op een minimaal systeem met slechts twee luidsprekers
zonder midden-luidspreker.
Compressed Music Enhancer
De Compressed Music Enhancer functie van dit toestel verbetert uw
geluidservaring door de ontbrekende harmonische signalen in een
compressie-artefact te regenereren. Op deze manier wordt
gecompenseerd voor de soms vlakke weergave als gevolg van het
verlies in het gecomprimeerde bestand van zowel de hoogste als de
laagste tonen, hetgeen de algehele geluidskwaliteit van uw systeem
ten goede komt.
Geluidsveldprogramma-informatie
Het directe geluid, de vroege weerkaatsingen en de
natrillingen samen helpen ons bij het bepalen van onze
indruk van de grootte en de vorm van de ruimte en het
is deze informatie die door de digitale geluidsveld
processor wordt gereproduceerd bij het samenstellen
van het geluidsveld.
Als u in de kamer waar u altijd naar uw muziek luistert
de juiste vroege weerkaatsingen en natrillingen zou
kunnen maken, zou u uw eigen akoestische
luisterparadijs kunnen bouwen.
U zou de akoestiek van uw kamer kunnen veranderen in
die van een concertzaal, een dansvloer of in die van
vrijwel elke ruimte die u zich zou kunnen indenken.
Deze kunst om zelf geluidsvelden samen te stellen is
precies wat Yamaha nu heeft bereikt met de digitale
geluidsveld processor.
80 Nl
HDMI geschikte signalen
Audiosignalen
y
Als de signaalbron van het ingangssignaal de bitstream audiosignalen voor audiocommentaren kan decoderen, kunt u de audiobronnen laten weergeven
met de audiocommentaren teruggemengd via de volgende aansluitingen:
multikanaals analoge audio-ingang (bladzijde 18)
digitale ingang (OPTICAL of COAXIAL)
Raadpleeg de bij de signaalbron behorende handleidingen en stel de apparatuur op de juiste manier in.
Opmerkingen
Wanneer er DVD audio met CPPM kopieerbeveiliging wordt weergegeven, is het mogelijk, afhankelijk van het type DVD-speler, dat er geen video- en
audiosignalen worden gereproduceerd.
Dit toestel is niet geschikt voor niet met HDCP compatibele HDMI of DVI apparatuur.
Om bitstream audiosignalen te decoderen met dit toestel dient u de signaalbron op de juiste manier in te stellen zodat deze de bitstroom audiosignalen
onveranderd reproduceert (en niet zelf decodeert). Raadpleeg de bijbehorende handleidingen voor details.
Dit toestel is niet geschikt voor de audiocommentaarfuncties (bijvoorbeeld speciaal audiomateriaal dat is gedownload via het Internet) van Blu-ray Disc
of HD DVD. Dit toestel is niet in staat de audiocommentaren van Blu-ray Disc of HD DVD materiaal weer te geven.
Videosignalen
Dit toestel is compatibel met videosignalen met de volgende resoluties:
480i/60 Hz
576i/50 Hz
480p/60 Hz
576p/50 Hz
720p/60 Hz, 50 Hz
1080i/60 Hz, 50 Hz
1080p/60 Hz, 50 Hz, 24Hz
Informatie over HDMI™
Audiosignaaltypen Audiosignaalformaten Compatibele media
2-kanaals Lineair PCM 2-kanaals, 32-192 kHz, 16/20/24 bits CD, DVD-Video, DVD-Audio, enz.
Multikanaals Lineair PCM 8-kanaals, 32-192 kHz, 16/20/24 bits DVD-Audio, Blu-ray Disc, HD DVD, enz.
DSD 2/5.1-kanaals, 2,8224 MHz, 1 bit SA-CD, etc.
Bitstream Dolby Digital, DTS DVD-Video, enz.
Bitstream (High definition audio) Dolby TrueHD, Dolby Digital Plus, DTS-HD
Master Audio, DTS-HD High Resolution Audio,
DTS Express
Blu-ray Disc, HD DVD, enz.
81 Nl
Nederlands
INLEIDING
AANHANGSEL
VOORBEREIDIN
GEN
BASISBEDIENIN
G
GEAVANCEERD
E BEDIENING
AUDIO GEDEELTE
Minimum RMS uitgangsvermogen voor voor, midden, surround,
surround achter
20 Hz t/m 20 kHz, 0,08% THD, 8 Ω ....................................130 W
Dynamisch vermogen (IHF)
Voor-luidsprekers 8/6/4/2 Ω ............................160/200/260/330 W
Maximum bruikbaar uitgangsvermogen (JEITA)
[Modellen voor China, Korea, Australië en Azië, en Algemene
modellen]
1 kHz, 10% THD, 8 Ω ..........................................................175 W
Maximale uitgangsvermogen [Modellen voor het Verenigd
Koninkrijk, Europa en Rusland]
1 kHz, 0,7% THD, 4 Ω .........................................................180 W
Dynamisch bereik [Modellen voor de V.S. en Canada]
8 Ω ........................................................................................ 0,9 dB
IEC uitgangsvermogen [Modellen voor het Verenigd Koninkrijk,
Europa en Rusland]
Voor-luidsprekers 1 kHz, 0,08% THD, 8 Ω..........................130 W
Dempingsfactor (IHF)
Voor-luidsprekers, 20 Hz t/m 20 kHz, 8 Ω .................. 100 of meer
Ingangsgevoeligheid/ingangsimpedantie
PHONO ................................................................... 3,5 mV/47 kΩ
AV5, etc. ................................................................. 200 mV/47 kΩ
Maximum ingangsvoltage
PHONO (1 kHz, 0,1% THD)................................. 60 mV of meer
AV5, etc. (1 kHz, 0.5% THD) .................................. 2,3 V of meer
Opgegeven uitgangsvoltage/uitgangsimpedantie
AUDIO OUT ......................................................... 200 mV/1,2 kΩ
PRE OUT....................................................................1,0 V/1,2 kΩ
SUBWOOFER (2ch Stereo, Voor-luidspreker: Small)
.................................................................................1,0 V/1,2 kΩ
ZONE2/3 OUT ...................................................... 200 mV/1,4 kΩ
Opgegeven vermogen/impedantie hoofdtelefoon-aansluiting
AV5, etc. (1 kHz, 50 mV, 8 Ω) ............................... 100 mV/470 Ω
Frequentierespons
AV5 tot FRONT................................ 10 Hz tot 100 kHz, +0/–3 dB
RIAA equalisatiedeviatie
PHONO ..........................................................................0 ± 0,5 dB
Totale harmonische vervorming
PHONO tot AUDIO OUT
(20 Hz t/m 20 kHz, 1 V)....................................0,02% of minder
AV5, etc. tot FRONT, Pure Direct
(20 Hz t/m 20 kHz, 50 W, 8 Ω) .........................0,06% of minder
Signaal-ruis verhouding (IHF-A netwerk)
PHONO Ingang kortgesloten (5,0 mV tot AUDIO OUT)
[Modellen voor de V.S., Canada en China en Algemene Modellen]
...............................................................................86 dB of meer
[Overige modellen] ................................................. 81 dB of meer
AV5, etc. Ingang kortgesloten (250 mV naar voor-luidsprekers)
.............................................................................100 dB of meer
Restruis (IHF-A netwerk)
Voor-luidsprekers................................................ 150 µV of minder
Kanaalscheiding (1 kHz/10 kHz)
PHONO (Ingang kortgesloten) ......................60 dB/55 dB of meer
AV5, etc. (5,1 kΩ kortgesloten).....................60 dB/45 dB of meer
Volumeregeling.................................... Mute / –80 dB t/m +16,5 dB
Toonregeling (Voorluidsprekers)
Bass versterking/drempel..................................... ±10 dB op 50 Hz
Bass turnover frequentie ..................................................... 350 Hz
Treble versterking/drempel.................................. ±10 dB op 20 Hz
Treble turnover frequentie ................................................... 3,5 Hz
Filterkarakteristieken (fc=40/60/80/90/100/110/120/160/200 Hz)
H.P.F. (voor, midden, surround, surround-achter: Klein)
..................................................................................... 12 dB/oct.
L.P.F. (Subwoofer).......................................................... 24 dB/oct.
VIDEOGEDEELTE
Videosignaaltype (Grijze achtergrond)
[Modellen voor de V.S., Canada, Korea en Algemene modellen]
............................................................................................ NTSC
[Overige modellen] ..................................................................PAL
Videosignaaltype (Videoconversie)..................................NTSC/PAL
Signaalniveau
Composiet ...................................................................1 Vp-p/75 Ω
S-video [Modellen voor het V.K., Europa en Rusland]
........................................1 Vp-p/75 Ω (Y), 0,286 Vp-p/75 Ω (C)
Component ..................... 1 Vp-p/75 Ω (Y), 0,7 Vp-p/75Ω (Cb/Cr)
Maximum ingangsniveau (Videoconversie: uitgeschakeld)
..............................................................................1,5 Vp-p of meer
Verhouding signaal tot ruis.......................................... 50 dB of meer
Frequentierespons [MONITOR OUT]
Component (Videoconversie: uitgeschakeld)
.............................................................. 5 Hz t/m 60 MHz, –3 dB
FM GEDEELTE
Afstembereik
[Modellen voor de V.S. en Canada] .............. 87,5 t/m 107,9 MHz
[Modellen voor Azië] ............. 87,5/87,50 t/m 108,0/108,00 MHz
[Overige modellen] ................................... 87,50 t/m 108,00 MHz
50 dB Rustgevoeligheid (IHF)
Mono ...................................................................3,0 µV (20,8 dBf)
Signaal-ruis verhouding (IHF)
Mono/Stereo .............................................................. 74 dB/70 dB
HD [modellen voor de V.S.]...................................................80 dB
Harmonische vervorming (1 kHz)
Mono/Stereo .................................................................... 0,3/0,3%
HD [modellen voor de V.S.]..................................................0,03%
Antenne-aansluiting (ongebalanceerd)....................................... 75 Ω
AM GEDEELTE
Afstembereik
[Modellen voor de V.S. en Canada] ................. 530 t/m 1710 kHz
[Modellen voor Azië] ....................... 530/531 t/m 1710/1611 kHz
[Overige modellen] .......................................... 531 t/m 1611 kHz
ALGEMEEN
Stroomvoorziening
[Modellen voor de V.S. en Canada] ... 120 V, 60 Hz wisselstroom
[Algemene modellen] ..............110/120/220/230–240 V, 50/60 Hz
wisselstroom
[Modellen voor China] ....................... 220 V, 50 Hz wisselstroom
[Modellen voor Korea] ....................... 220 V, 60 Hz wisselstroom
[Modellen voor Australië] .................. 240 V, 50 Hz wisselstroom
[Modellen voor het V.K., Europa en Rusland]
........................................................... 230 V, 50 Hz wisselstroom
[Aziatische modellen] ......220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Stroomverbruik
[Modellen voor de V.S. en Canada] ...................... 450 W/560 VA
[Overige modellen] ............................................................ 450 W
Standby stroomverbruik (referentiegegevens)
(HDMI Control/Standby Through/Network Standby: Off,
RS232C STBY: No)...........................................0,2 W of minder
(HDMI Control/Standby Through/Network Standby: On)
Geen herhalent ...................................................5,6 W of minder
Herhalent..........................................................10,6 W of minder
Maximum stroomverbruik
[Aziatische en Algemene modellen] .................................... 680 W
Afmetingen (B x H x D).................................... 435 x 171 x 365 mm
Gewicht .................................................................................. 12,4 kg
* Technische gegevens kunnen zonder kennisgeving gewijzigd worden.
Technische gegevens
82 Nl
Numerics
2ch Stereo, geluidsveldprogramma ............... 28
5,1-kanaals luidsprekeropstelling .................. 10
6.1-kanaals luidsprekeropstelling .................. 10
7,1-kanaals luidsprekeropstelling .................. 10
7ch Enhancer, geluidsveldprogramma .......... 29
7ch Stereo, geluidsveldprogramma ............... 29
A
Aanpassen van geluid met hoge tonen .......... 25
Aanpassen van geluid met lage tonen ............ 25
Aansluiten op het netwerk ............................. 19
Aansluiten van audio- en videospeler ............ 16
Aansluiten van audiospeler ............................ 17
Aansluiten van de AM-antenne ..................... 20
Aansluiten van de FM-antenne ...................... 20
Aansluiten van de luidsprekerkabel ............... 12
Aansluiten van een beeldscherm ................... 14
Aansluiten van een Bluetooth draadloze
audio-ontvanger ........................................ 18
Aansluiten van een externe decoder .............. 18
Aansluiten van een externe versterker ........... 18
Aansluiten van een iPod universeel dock ...... 18
Aansluiten van een kastje met convertor en
decoder ...................................................... 16
Aansluiten van een multiformaat-speler ........ 18
Aansluiten van een projector ......................... 14
Aansluiten van een USB opslagapparaat ....... 19
Aansluiten van het netsnoer ........................... 20
Aansluiten van luidspreker ............................ 11
Aansluiten van Zone2 .................................... 58
Aansluiten van Zone3 .................................... 58
Aansluiting USB opslagapparaat ................... 19
Aansluiting voor audio- en videospeler ......... 16
Aansluiting voor een multiformaat-speler
Aansluiting voor een externe
decoder ...................................................... 18
Aansluiting voor kastje met convertor en
decoder ...................................................... 16
Aanwezigheid L-niveau, DSP Parameter ...... 57
Aanwezigheid R-niveau, DSP Parameter ...... 57
Aanzetten ....................................................... 20
AC IN, achterpaneel ........................................ 5
Achterpaneel .................................................... 5
Action Game, geluidsveldprogramma ........... 28
Adaptieve DRC, Volume,
Functie-instellingen .................................. 52
Adventure, geluidsveldprogramma ............... 27
Afspelen van Bluetooth componenten ........... 37
Afspelen van Internetradio-inhoud ................ 41
Afspelen van iPod .......................................... 35
Afspelen van USB opslagapparaat ................ 38
Afstandsbediening ........................................... 6
Afstandsbediening,
oplossen van problemen ........................... 70
Afstandsbedieningscode-instelling ................ 61
Afstemming, AM ........................................... 31
Afstemming, FM ........................................... 31
Algemeen, oplossen van problemen .............. 65
AM afstemmen .............................................. 31
AM-antenne-aansluiting ................................ 20
ANALOG MONITOR OUT, Lipsync,
Geluidsinstellingen ................................... 51
Analoge audio-aansluiting ............................. 13
ANTENNA aansluiting, achterpaneel ............. 5
Aspect, HDMI, Functie-instellingen ............. 52
AUDIO 1/2 aansluiting, achterpaneel ............. 5
AUDIO OUT aansluiting, achterpaneel .......... 5
Audio Output, HDMI,
Functie-instellingen .................................. 51
Audio-aansluiting .......................................... 13
Audiospeler aansluiting ................................. 17
Auto Setup (YPAO),
oplossen van problemen ........................... 74
Autom. instelling, Luidsprekerinstellingen ... 48
Automatisch afstemmen ................................ 31
Automatisch voorprogrammeren,
Optiemenu ................................................. 44
Automatische instellingen ............................. 21
AV 1-6 aansluiting, achterpaneel .................... 5
AV OUT aansluiting, achterpaneel ................. 5
B
BAND, voorpaneel ...........................................4
Bedienen van ander component,
afstandsbediening ......................................61
Bedienen van Zone2 .......................................60
Bedienen van Zone3 .......................................60
Bedieningsbereik, afstandsbediening ...............6
Bedieningstoets van externe component,
afstandsbediening ........................................7
Beeldschermaansluiting .................................14
BI AMP, geavanceerde setup .........................63
Bi-amp dubbele versterkeraansluitingen ........12
Bluetooth draadloze audio-ontvanger
aansluiting .................................................18
Bluetooth, oplossen van problemen ...............71
Bronselectie, GUI menuscherm .....................25
C
Cellar Club, geluidsveldprogramma ..............28
Chamber, geluidsveldprogramma ..................28
CINEMA DSP 3D ..........................................30
CINEMA DSP 3D indicator,
display van het voorpaneel ..........................6
CINEMA DSP indicator,
display van het voorpaneel ..........................6
COAXIAL aansluiting ...................................13
CODE SET, afstandsbediening ........................7
COMPONENT VIDEO aansluiting ...............13
Crossover-frequentie voor lage tonen,
Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen .............................50
Cursor k/n/l/h, afstandsbediening ..............7
Cursorindicator, display van het voorpaneel ....6
D
Decodeertype, DSP Parameter .......................57
Decoderstand, optiemenu ...............................43
Dempen van audioweergave ..........................25
Dialoogpositie omhoog, DSP Parameter .......55
DIGITAL AUDIO aansluiting,
achterpaneel .................................................5
Dimensie, DSP Parameter ..............................57
Dimmer, Weergave, Functie-instellingen ......52
Direct, DSP Parameter ...................................57
Display van het voorpaneel ..............................6
Display voorpaneel, voorpaneel .......................4
DISPLAY, afstandsbediening ..........................7
DOCK aansluiting, achterpaneel ......................5
Drama, geluidsveldprogramma ......................28
DSP niveau, DSP Parameter ..........................54
DSP Parameter, Setup menu ..........................54
Dynamisch bereik, Geluidsinstellingen .........51
E
Effectniveau, DSP Parameter .........................57
ENTER, afstandsbediening ..............................7
EON gegevensservice,
Radio Data Systeem afstembewerking ......34
EON, Optiemenu ............................................44
Equalizer, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen .............................50
Extended Surround, Optiemenu .....................43
Externe versterkeraansluiting .........................18
F
FM afstemmen ...............................................31
FM-antenne-aansluiting .................................20
FM-stand, Optiemenu ....................................44
Frequentie-afstemming ..................................31
Functie-instellingen, Setup menu ...................51
G
Geavanceerde setup ........................................63
Geheugenbescherming, Setup menu ..............57
Geluidsaanpassing van hoge tonen ................25
Geluidsaanpassing van lage tonen .................25
Geluidskeuzetoets, afstandsbediening ..............7
Geluidsveldprogramma ..................................27
GEQ, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen .............................50
GUI positie, Weergave,
Functie-instellingen .................................. 52
H
Hall in Munich, geluidsveldprogramma ........ 28
Hall in Vienna, geluidsveldprogramma .........28
Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 48
HDMI 1-4 aansluiting, achterpaneel ................ 5
HDMI aansluiting .......................................... 13
HDMI indicator,
display van het voorpaneel ......................... 6
HDMI informatie ........................................... 80
HDMI OUT 1/2 aansluiting, achterpaneel ....... 5
HDMI OUT aansluiting, selecteren ............... 42
HDMI OUT, afstandsbediening ...................... 7
HDMI OUT1, Lipsync,
Geluidsinstellingen ................................... 51
HDMI OUT2, Lipsync,
Geluidsinstellingen ................................... 51
HDMI regeling .............................................. 42
HDMI regeling, HDMI,
Functie-instellingen .................................. 51
HDMI THROUGH, voorpaneel ...................... 4
HDMI, Functie-instellingen ........................... 51
HDMI, oplossen van problemen .................... 68
Herhalen, Optiemenu ..................................... 44
Hi-fi geluidsweergave .................................... 25
Hoofdtelefoon, gebruik .................................. 26
I
INFO, afstandsbediening ................................. 7
INFO, voorpaneel ............................................ 4
Informatie, Netwerk, Functie-instellingen ..... 54
Ingangshernoeming, Functie-instellingen .....53
Ingangskeuzetoets, afstandsbediening ............. 7
INIT, geavanceerde setup .............................. 63
INPUT keuzeschakelaar, voorpaneel ............... 4
Instellen van de afstandsbedieningcode ......... 61
Instellen van een afstandsbediening-ID .........64
Instelling afstandsbediening-ID ..................... 64
Interne signaalstroom .................................... 17
Inzetten van batterijen, afstandsbediening ....... 6
IP-adres, Netwerk, Functie-instellingen ........ 53
iPod universeel dock aansluiting ...................18
iPod, oplossen van problemen ....................... 70
K
Kamergrootte, DSP Parameter ...................... 55
L
Levendigheid, DSP Parameter ....................... 56
LFE / Bass uitgang, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 49
Linker aanwezigheidsluidspreker .................. 11
Linker surround achter-luidspreker ...............10
Linker surround-luidspreker ..........................10
Linker voor-luidspreker Rechter
voor-luidspreker ........................................ 10
Lipsync, Geluidsinstellingen ......................... 51
Luidspreker opstellen .................................... 10
Luidsprekeraansluiting .................................. 11
Luidsprekerafstand, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 50
Luidsprekerconfiguratie,
Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 48
Luidsprekerindicator,
display van het voorpaneel ......................... 6
Luidsprekerinstelling ..................................... 10
Luidsprekerinstellingen, Setup menu ............ 48
Luidsprekerkabelaansluiting .......................... 12
Luidsprekerniveau, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 50
Luidsprekeropstelling .................................... 10
M
MAC adresfilter, Netwerk,
Functie-instellingen .................................. 53
MAIN ZONE ON/OFF, voorpaneel ................ 4
Index
Index
83 Nl
Nederlands
INTRODUCTION
AANHANGSEL
PREPARATION
BASIC
OPERATION
ADVANCED
OPERATION
Max volume, Volume,
Functie-instellingen ...................................53
MEMORY, voorpaneel ....................................4
Midden-beeld, DSP Parameter .......................57
Midden-breedte, DSP Parameter ....................57
Midden-luidspreker ........................................10
Midden-luidspreker, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen .............................49
Midden-niveau, DSP Parameter .....................57
MON.CHK, geavanceerde setup ....................63
MONITOR OUT aansluiting, achterpaneel .....5
Mono Movie, geluidsveldprogramma ............28
MULTI CH INPUT aansluiting,
achterpaneel .................................................5
Multi-informatie display,
display van het voorpaneel ..........................6
Multi-zone configuratie ..................................58
Music Video, geluidsveldprogramma ............28
MUTE indicator,
display van het voorpaneel ..........................6
MUTE, afstandsbediening ................................7
N
Natrillingsniveau, DSP Parameter .................57
Natrillingstijd, DSP Parameter .......................56
Natrillingsvertraging, DSP Parameter ............56
Neo:6 Cinema, geluidsveldprogramma ..........29
Neo:6 Music, geluidsveldprogramma ............29
NET FirmUpdate, geavanceerde setup ..........63
Netsnoeraansluiting ........................................20
Netwerk standby, Netwerk,
Functie-instellingen ...................................54
Netwerk, Functie-instellingen ........................53
Netwerk, oplossen van problemen .................72
Netwerkaansluiting ........................................19
NETWORK poort, achterpaneel ......................5
Numerieke toetsen, afstandsbediening .............7
O
ON SCREEN, afstandsbediening .....................7
Ontvangen van afstandsbedieningssignaal .....18
Opnieuw instellen van de
afstandsbedieningscode .............................61
OPTICAL aansluiting ....................................13
OPTIMIZER MIC aansluiting, voorpaneel ......4
Option menu ...................................................43
OPTION, afstandsbediening ............................7
OUT 1/OUT 2 indicator,
display van het voorpaneel ..........................6
P
P. kamergrootte, DSP Parameter ....................55
P. levendigheid, DSP Parameter ....................56
P. startvertraging, DSP Parameter ..................55
Panorama, DSP Parameter .............................57
Paren van Bluetooth componenten .................37
Paring, Optiemenu ..........................................45
PHONES aansluiting, voorpaneel ....................4
PHONO aansluiting, achterpaneel ...................5
PLII Game, geluidsveldprogramma ...............29
PLII Movie, geluidsveldprogramma ..............29
PLII Music, geluidsveldprogramma ...............29
PLIIx Game, geluidsveldprogramma .............29
PLIIx Movie, geluidsveldprogramma ............29
PLIIx Music, geluidsveldprogramma .............29
POWER, afstandsbediening .............................7
PRE OUT aansluiting, achterpaneel ................5
PRESET l / h, voorpaneel ...........................4
Pro Logic, geluidsveldprogramma .................29
PROGRAM keuzeschakelaar, voorpaneel .......4
Projectoraansluiting ........................................14
PTY Seek stand,
Radio Data Systeem afstemming ..............33
PTY zoekopdracht, Optiemenu ......................44
PURE DIRECT, voorpaneel ............................4
R
Radio Data Systeem afstembewerking ...........33
Rechte decodeerstand .....................................30
Rechter aanwezigheidsluidspreker .................11
Rechter surround achter-luidspreker ..............10
Rechter surround-luidspreker .........................10
REMOTE ID, geavanceerde setup .................63
REMOTE IN/OUT aansluiting,
achterpaneel ................................................5
Resetten van de afstandsbedieningscode ....... 61
Resolutie, Functie-instellingen ...................... 52
RETURN, afstandsbediening .......................... 7
Roleplaying Game,
geluidsveldprogramma .............................. 28
RS-232C aansluiting, achterpaneel .................. 5
RS232C STBY, geavanceerde setup .............63
S
SCENE functie ............................................... 24
SCENE IR, geavanceerde setup .................... 63
SCENE, afstandsbediening .............................. 7
SCENE, voorpaneel .........................................4
Sci-Fi, geluidsveldprogramma .......................27
Scrollen over de display van het voorpaneel,
Weergave, Functie-instellingen ................ 52
Selecteren van de HDMI OUT aansluiting .... 42
Selecteren van een bron op het GUI
menuscherm .............................................. 25
Selectie van een SCENE ................................ 24
Selectie van EQ Type, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 50
Setuo menu, basisbediening ........................... 48
Setup menu .................................................... 46
Shuffle, Optiemenu ........................................44
Signaalinfo, Optiemenu ................................. 44
Signaalzender op afstandsbediening,
afstandsbediening ........................................ 7
SILENT CINEMA ......................................... 30
Slaaptimer ...................................................... 42
SLEEP indicator,
display van het voorpaneel .........................6
SLEEP, afstandsbediening ............................... 7
Sound Setup, Setup menu ..............................51
SOURCE POWER, afstandsbediening ............7
SP IMP., geavanceerde setup ......................... 63
SPEAKERS aansluiting, achterpaneel ............. 5
Spectacle, geluidsveldprogramma .................27
Sport, geluidsveldprogramma ........................ 28
Standard, geluidsveldprogramma ..................27
Standby Through, HDMI,
Functie-instellingen .................................. 51
Startvertraging, DSP Parameter .....................55
Startvolume, Volume, Functie-instellingen ...53
Straight Enhancer, geluidsveldprogramma ....29
STRAIGHT, voorpaneel .................................. 4
Sub-ingangskeuzetoets, afstandsbediening ...... 7
Subwoofer ...................................................... 10
Subwoofer-fase, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 50
Sur. achter-kamergrootte, DSP Parameter .....55
Sur. achter-levendigheid, DSP Parameter ..... 56
Sur. achter-startvertraging,
DSP Parameter ..........................................55
Sur. kamergrootte, DSP Parameter ................ 55
Sur. levendigheid, DSP Parameter .................56
Sur. startvertraging, DSP Parameter .............. 55
Surround achter-luidspreker ..........................10
Surround achter-luidspreker,
Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 49
Surround achter-niveau, DSP Parameter ....... 57
Surround L-niveau, DSP Parameter .............. 57
Surround luidspreker, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 49
Surround R-niveau, DSP Parameter ..............57
T
Technische gegevens ..................................... 81
Testtoon, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 50
The Bottom Line, geluidsveldprogramma ..... 28
The Roxy Theatre, geluidsveldprogramma ...28
Toestel, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 50
Toewijzing van extra luidsprekers,
Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 49
TONE CONTROL, voorpaneel .......................4
Toonregeling .................................................. 25
TRANSMIT, afstandsbediening ......................7
TRIGGER OUT 1/2 aansluiting,
achterpaneel ................................................ 5
Tuner (FM/AM), oplossen van problemen ... 69
Tuner indicator, display van het voorpaneel ... 6
Tunertoets, afstandsbediening ......................... 7
TUNING l/h ............................................... 4
TV bedieningstoets, afstandsbediening ........... 7
U
Uitzetten ........................................................ 20
USB FirmUpdate, geavanceerde setup .......... 63
USB poort, voorpaneel .................................... 4
USB, oplossen van problemen ...................... 72
V
VER, geavanceerde setup .............................. 63
Verbinden, Optiemenu .................................. 44
Verbinding verbreken, Optiemenu ................ 44
Verbindingen ................................................. 10
Vereenvoudigde afstandsbediening ................. 8
Vervangen van de batterij,
vereenvoudigde afstandsbediening ............. 8
Verversing, Optiemenu ................................. 44
VIDEO aansluiting ........................................ 13
VIDEO AUX aansluiting, voorpaneel ............ 4
Video/audio-aansluiting ................................ 13
Video-aansluiting .......................................... 13
Video-uitgang, Optiemenu ............................ 45
Virtual CINEMA DSP .................................. 30
VOLUME +/-, afstandsbediening ................... 7
VOLUME indicator,
display van het voorpaneel ......................... 6
VOLUME regeling, voorpaneel ...................... 4
Volume Trim, Optiemenu ............................. 43
Volume, Functie-instellingen ........................ 52
Voor-luidspreker, Handmatige instelling,
Luidsprekerinstellingen ............................ 49
Voorpaneel ...................................................... 4
Voorprogrammering wissen, Optiemenu ...... 44
W
Weergave van PC-muziekinhoud .................. 39
Weergave, Functie-instellingen ..................... 52
Weergeven van Radio Data Systeem
informatie ................................................. 33
Wijzigen van informatie op de display van
het voorpaneel .......................................... 26
Y
YPAO ............................................................ 21
Z
Zenden van afstandsbedieningssignaal ......... 18
ZONE CONTROLS, voorpaneel .................... 4
Zone, Functie-instellingen ............................. 53
Zone2 aansluiting .......................................... 58
Zone2 Max volume, Zone,
Functie-instellingen .................................. 53
ZONE2 ON/OFF, voorpaneel ......................... 4
Zone2 Startvolume, Zone,
Functie-instellingen .................................. 53
ZONE2/3 OUT aansluiting, achterpaneel ....... 5
ZONE2/ZONE3 indicator,
display van het voorpaneel ......................... 6
Zone3 aansluiting .......................................... 58
Zone3 Max volume, Zone,
Functie-instellingen .................................. 53
ZONE3 ON/OFF, voorpaneel ......................... 4
Zone3 Startvolume, Zone,
Functie-instellingen .................................. 53
Zonekeuzeschakelaar, afstandsbediening ........ 7
LMAIN ZONE ON/OFF” of
dHDMI” (voorbeeld) geeft
de naam aan van een onderdeel op
het voorpaneel of de
afstandsbediening. Raadpleeg
“Onderdeelnamen en functies” op
bladzijde 4.

Documenttranscriptie

LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT. 1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken. 2 Installeer deze geluidsinstallatie op een goed geventileerde, koele, droge, schone plek – uit direct zonlicht, uit de buurt van warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de bovenkant, 20 cm aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan de achterkant van dit toestel. 3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen. 4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel. 5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet bovenop dit toestel: – Andere componenten, daar deze schade kunnen veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren. – Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken. – Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het toestel terecht komt. 6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz. zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. 7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle aansluitingen gemaakt zijn. 8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade. 9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen en/of snoeren. 10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de stekker zelf trekken, niet aan het snoer. 11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen; dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge doek. 12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat. 13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient u de stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert. 14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of het te repareren. Neem contact op met erkend Yamaha servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken. 15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken (bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen. 16 Installeer dit toestel in de buurt van een stopcontact op een plek waar u de stekker en het stopcontact gemakkelijk kunt bereiken. LET OP-i Nl 17 Lees het hoofdstuk “Oplossen van problemen” over veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont. 18 Voordat u dit toestel verplaatst, druk op LMAIN ZONE ON/ OFF om het in de standby-stand te zetten en haal de stekker uit het stopcontact in de hoofdruimte. 19 VOLTAGE SELECTOR (Alleen modellen voor Azië en Algemene modellen) De VOLTAGE SELECTOR op het achterpaneel van dit toestel moet worden ingesteld op de ter plekke gebruikte netspanning VOOR u de stekker in het stopcontact steekt. De voltages zijn: .................110/120/220/230-240 V, 50/60 Hz wisselstroom (Algemene modellen) ................. 220/230-240 V, 50/60 Hz (Modellen voor Azië) 20 De batterijen mogen niet worden blootgesteld aan hitte, zoals door direct zonlicht, vuur of iets dergelijks. 21 Een te hoge geluidsdruk (volume) van een oortelefoon of hoofdtelefoon kan leiden tot gehoorschade. 22 Vergewis u bij het vervangen van de batterijen ervan dat u batterijen van hetzelfde type gebruikt. Er kan gevaar op explosie bestaan als de batterijen onjuist vervangen worden. WAARSCHUWING OM HET RISICO OP BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN. Zolang dit toestel is aangesloten op het stopcontact, is de stroomvoorziening niet afgesloten, zelfs niet wanneer u het toestel uitschakelt met LMAIN ZONE ON/OFF. In deze staat is dit toestel ontworpen om slechts een zeer kleine hoeveelheid stroom te gebruiken. Informatie voor gebruikers over het ophalen en weggooien van oude apparatuur en gebruikte batterijen Deze symbolen op de producten, verpakking en/of begeleidende documenten betekenen dat gebruikte elektrische en elektronische producten en batterijen niet vermengd dienen te worden met algemeen huidshoudafval. Voor het op de juiste wijze behandelen, herstellen en recyclen van oude producten en gebruikte batterijen, breng deze naar de toepasselijke verzamelpunten, in overeenstemming met uw nationale wetgeving en de richtlijnen 2002/96/EG en 2006/66/EG. Door u zich op de juiste wijze van deze producten en batterijen te ontdoen, helpt u waardevolle hulpbronnen te besparen en potentiële negatieve effecten op de menselijke gezondheid en het milieu te voorkomen die anders zouden kunnen ontstaan door het op de verkeerde wijze verwerken van afval. Voor meer informatie over het verzamelen en recyclen van oude producten en batterijen, neem contact op met uw lokale gemeente, uw afvalophaaldienst of het verkooppunt waar u de items gekocht hebt. [Informatie over verwijdering in andere landen buiten de Europese Unie] Deze symbolen zijn alleen geldig in de Europese Unie. Als u deze items wilt weggooien, neem contact op met uw lokale overheid of dealer en vraag om de juiste verwijderingsmethode. Opmerking ten behoeve van het batterijsymbool (onderste twee symboolvoorbeelden): Dit symbool kan gebruikt worden in combinatie met een chemisch symbool. In dat geval voldoet het aan de eis gesteld door de richtlijn voor de betrokken chemische stof. Beperkte garantie voor de Europese Economische Ruimte (EER) en Zwitserland Hartelijk dank dat u een Yamaha product heeft gekozen. Mocht uw Yamaha product onverhoopt service of reparatie onder de garantie behoeven, dan verzoeken wij u contact op te nemen met de dealer van wie u het toestel in kwestie gekocht heeft. Als u problemen ondervindt, kunt u contact opnemen met de Yamaha vertegenwoordiging in uw land. De volledige gegevens hiervoor kunt u vinden op onze website (http://www.yamaha-hifi.com/ of http:// www.yamaha-uk.com/ voor inwoners van het V.K.). Wij garanderen dat dit product vrij is van fabricage- en materiaalfouten voor een periode van twee jaar, te rekenen vanaf de datum van de oorspronkelijke aankoop. Yamaha zal, onder de hieronder vermelde voorwaarden, het defecte product, onderdeel of de defecte onderdelen laten repareren of, naar keuze van Yamaha, vervangen, zonder kosten voor materiaal of arbeid in rekening te brengen. Yamaha behoudt zich het recht voor een product te vervangen door een gelijkwaardig product van hetzelfde soort en/of dezelfde waarde en andere relevante kenmerken, indien het onderhavige model niet meer gefabriceerd wordt of als reparatie niet economisch verantwoord wordt geacht. Voorwaarden 1. Het defecte product MOET vergezeld zijn van de originele rekening of het oorspronkelijke reçu (met daarop vermeld de datum van aankoop, productcode en de naam van de dealer) en van een verklaring waarin het mankement of de storing uiteengezet wordt. Bij afwezigheid van een dergelijk onweerlegbaar bewijs van aankoop behoudt Yamaha zich het recht voor gratis service of reparatie te weigeren en kan het product op kosten van de klant aan de klant worden geretourneerd. 2. Het product MOET zijn aangeschaft bij een ERKENDE Yamaha dealer binnen de Europese Economische Ruimte (EER) of in Zwitserland. 3. Het product mag niet onderworpen zijn aan enige modificatie of verandering, behalve indien daartoe uitdrukkelijk schriftelijk toestemming is verkregen van Yamaha. 4. Uitgesloten van deze garantie zijn: a. Periodiek onderhoud en reparatie of vervanging van onderdelen als gevolg van normale slijtage. b. Schade als resultaat van: (1) Reparaties uitgevoerd door de klant zelf of door onbevoegde derden. (2) Ondeugdelijke verpakking of fouten bij het hanteren van het product wanneer het product van de klant vandaan onderweg is. Wij wijzen u erop dat het de verantwoordelijkheid van de klant is ervoor zorg te dragen dat het product deugdelijk verpakt is wanneer het wordt geretourneerd om nagezien of gerepareerd te worden. (3) Oneigenlijk gebruik, inclusief maar niet beperkt tot (a) het product niet gebruiken voor de doeleinden waarvoor het normaal gesproken bestemd is, of niet in overeenstemming met de door Yamaha verstrekte instructies voor correct gebruik, onderhoud en opslag van het product, en (b) het product installeren of gebruiken op een wijze die niet voldoet aan de technische of veiligheidsnormen zoals die gelden in het land of de jurisdictie waar het product gebruikt wordt. (4) Ongelukken, blikseminslag, water, brand, ondeugdelijke ventilatie, lekkende batterijen of enige andere oorzaak waarop Yamaha geen invloed heeft. (5) Defecten van het systeem waarbinnen dit product wordt gebruikt en/of incompatibiliteit met producten van derden. (6) Gebruik van een niet door Yamaha in de EER en/of Zwitserland geïmporteerd product, waar dat product niet voldoet aan de technische of veiligheidsnormen van het land of de jurisdictie waar het product gebruikt wordt en/of aan de standaard specificaties van het product zoals verkocht door Yamaha in de EER en/of Zwitserland. 5. Waar de garantie zoals die geldt in het land van aankoop verschilt van die in land waar het product gebruikt wordt, zal de garantie voor het land waar het product gebruikt wordt worden toegepast. 6. Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enig verlies of enige schade, zij het directe schade, gevolgschade of anderszins, met uitzondering van reparatie of vervanging van het product. 7. Maakt u alstublieft reservekopieën van aangepaste instellingen of gegevens, want Yamaha aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige wijziging aan of verlies van dergelijke instellingen of gegevens. 8. Deze garantie doet niet af aan de rechten die de consument toegekend worden onder de toepasselijke nationale wetten en regelgeving, noch aan de rechten die de consument kan laten gelden ten opzichte van de dealer als gevolg van hun verkoop/aankoop contract. LET OP-ii Nl ■ Opmerkingen over afstandsbedieningen en batterijen • Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbediening. Laat de afstandsbediening niet vallen. Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de volgende plekken: – zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad – plekken waar de temperatuur hoog kan worden, zoals bij de verwarming of kachel – zeer koude plekken – stoffige plekken Voer de batterij in in overeenstemming met de polariteitsmarkeringen (+ en –). Verwissel alle batterijen wanneer u het volgende merkt: – het bereik van de afstandsbediening wordt minder – de zendindicator knippert niet of wordt zwakker Als de batterijen leeg raken, haal ze dan onmiddellijk uit de vereenvoudigde afstandsbediening om een explosie of zuurlekkage te voorkomen. Indien u lekkende batterijen aantreft, dient u deze direct weg te gooien zonder het lekkende materiaal aan te raken. Als uw huid, ogen of mond in contact komen met het lekkende materiaal, dient u het onmiddellijk te spoelen en een dokter te consulteren. Reinig het batterijvak grondig voordat u nieuwe batterijen plaatst. Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. Dit kan de levensduur van de nieuwe batterijen verkorten of ervoor zorgen dat oude batterijen lekken. Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar (alkali en gewone batterijen bijvoorbeeld). De specificaties van batterijen kunnen anders zijn, ook al lijken ze hetzelfde. Voordat u nieuwe batterijen plaatst, veeg het compartiment schoon. Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het geheugen gewist worden. In zo’n geval plaatst u de nieuwe batterijen en stelt u de code van de afstandsbediening in. Gooi batterijen weg zoals voorgeschreven wordt door de reguleringen in uw regio. • • • • • • • • • • • LET OP-iii Nl INHOUD INLEIDING Voorpaneel................................................................. 4 Achterpaneel .............................................................. 5 Display voorpaneel .................................................... 6 Afstandsbediening ..................................................... 6 Vereenvoudigde afstandsbediening ........................... 8 Snelstartgids ............................................................ 9 L Verbindingen .........................................................10 Aanpassen van de luidsprekerinstellingen aan uw kamer (YPAO) ............................................21 BASISBEDIENING Weergave ...............................................................24 Genieten van de geluidsveldprogramma’s .........27 Windows Media Player 11 setup ............................. 39 Weergave van PC-muziekinhoud ............................ 39 Gebruik van de Internetradio ............................. 41 Luisteren naar Internetradio..................................... 41 Overige functies .................................................... 42 Selecteren van de HDMI OUT aansluiting.............. 42 Gebruik van de HDMI™ regelfunctie ..................... 42 Gebruiken van de slaaptimer ................................... 42 GEAVANCEERDE BEDIENING Het optionele menu instellen voor elke signaalbron (Option menu).............................. 43 Option menu-items .................................................. 43 Selecteren van een weer te geven videosignaal tijdens een audioweergave................................... 45 Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) ......................................... 46 Basisbediening van het Setup menu ........................ 48 Gebruik van de multi-zone configuratie............. 58 Aansluiten van Zone2/3 ........................................... 58 Bedienen van Zone2/3 ............................................. 60 Bedienen van andere componenten met de afstandsbediening ............................................. 61 Instellen van afstandsbedieningscodes .................... 61 Resetten van alle afstandsbedieningscodes.............. 61 Programmeren vanaf andere afstandsbedieningen............................................. 62 Geavanceerde setup.............................................. 63 AANHANGSEL Oplossen van problemen...................................... 65 Woordenlijst.......................................................... 76 Geluidsveldprogramma-informatie .................... 79 Informatie over HDMI™..................................... 80 Technische gegevens............................................. 81 Index ...................................................................... 82 (aan het eind van deze handleiding) Informatie over software .......................................i Lijst met afstandsbedieningscodes......................iii APPENDIX Selecteren van geluidsveldprogramma’s ................. 27 Genieten van onverwerkte ingangsbronnen (rechte decodeerstand) ..................................................... 30 Gebruik van geluidsveldprogramma’s zonder surround-luidsprekers (Virtual CINEMA DSP) ...................................... 30 Genieten van geluidsveldprogramma’s met hoofdtelefoons (SILENT CINEMA™) ............... 30 Gebruik van de CINEMA DSP 3D stand ................ 30 ADDITIONAL INFORMATION Basisprocedure......................................................... 24 Gebruik van de SCENE functie ............................... 24 Selecteren van een bron op het GUI menuscherm... 25 Dempen van audioweergave .................................... 25 Afstemmen van hoge/lage tonenweergave (toonregeling) ...................................................... 25 Luisteren naar pure hi-fi weergave .......................... 25 Gebruik van uw hoofdtelefoon ................................ 26 Informatie wijzigen op de display van het voorpaneel ........................................................... 26 Afspelen van het USB opslagapparaat..................... 38 Gebruik van PC servers....................................... 39 ADVANCED OPERATION Gebruikmaken van Auto Setup................................ 21 Wanneer een foutmelding wordt weergegeven tijdens meting ...................................................... 23 Wanneer een waarschuwingsmelding wordt weergegeven na meting ....................................... 23 Gebruik van USB opslagapparaten .................... 38 BASIC OPERATION Luidsprekers opstellen ............................................. 10 Aansluiten van luidsprekers..................................... 11 Informatie over aansluitingen en stekkers ............... 13 Aansluiten van een beeldscherm of projector.......... 14 Aansluiten van andere componenten ....................... 16 Aansluiten van een Yamaha iPod universeel dock of een Bluetoothh™ draadloze audio-ontvanger ................................................... 18 Aansluiten op het netwerk ....................................... 19 Aansluiten van een USB opslagapparaat ................. 19 Gebruiken van de VIDEO AUX aansluitingen........ 19 Aansluiten van de FM en AM antennes................... 20 Aansluiten van het netsnoer ..................................... 20 Aan en uit zetten van dit toestel............................... 20 Paren van de Bluetooth™ draadloze audio-ontvanger en uw Bluetooth component..... 37 Weergave van de Bluetooth™ component .............. 37 PREPARATION VOORBEREIDINGEN iPod bediening™ ..................................................... 35 Gebruik van Bluetooth™ componenten............. 37 INLEIDING Kenmerken .............................................................. 2 Over deze handleiding ............................................ 3 Meegeleverde accessoires ....................................... 3 Onderdeelnamen en functies.................................. 4 Gebruik van iPod™.............................................. 35 FM/AM afstemming .............................................31 Afstemmen op de gewenste FM/AM zender (Frequentie-afstemming) ..................................... 31 Registreren van FM/AM zenders en afstemmen (Automatisch afstemmen).................................... 31 Nederlands Radio Data Systeem afstembewerking................33 Tonen van Radio Data Systeem informatie ............. 33 Selecteren van een Radio Data Systeem programmatype (PTY Seek)................................ 33 Gebruik van de gegevensservice voor verbetering van andere netwerken (Enhanced Other Networks, EON)...................... 34 1 Nl INLEIDING Kenmerken ■ Ingebouwde 7-kanaals eindversterker • Minimum RMS uitgangsvermogen (20 Hz t/m 20 kHz, 0,08% THD, 8 Ω) • VOOR L/R: 130 W + 130 W • CENTER: 130 W • SURROUND L/R: 130 W + 130 W • SURROUND-ACHTER L/R: 130 W + 130 W ■ Luidspreker-/preout uitgangen • Luidspreker-aansluitingen (7-kanaals), extra luidspreker-aansluitingen (2-kanaals voor aanwezigheidsluidsprekers of Zone2, 2-kanaals voor Zone3), preout aansluitingen (7.1-kanaals) ■ In-/Uitgangsaansluitingen Ingangsaansluitingen • HDMI ingang x 5 (achterzijde x 4, voorzijde V-AUX x 1) • Audio-/visuele ingang [Audio] Digitale ingang (coaxiaal) x 2, digitale ingang (optisch) x 2, analoge ingang x 3 (achterzijde x 2, voorzijde V-AUX x 1) [Video] Component video x 2, S-video x 1, Video x 5 (achterzijde x 4, voorzijde V-AUX x 1) • Audio-ingang (analoog) x 2 • Phono-ingang (analoog) x 1 • Multi-kanaals audio-ingang (7.1-kanaals) • DOCK aansluiting om een Yamaha iPod universeel dock (zoals YDS-11, los verkrijgbaar) of een Bluetooth draadloze audio-ontvanger (zoals YBA-10, los verkrijgbaar) aan te sluiten • USB poort om een USB opslagapparaat aan te sluiten • NETWORK poort voor aansluiting op een PC of voor toegang tot Internetradio via een LAN Uitgangsaansluitingen • Beeldschermuitgang [Audio/Video] HDMI x 2 [Video] Component video x 1, Video x 1 • Audio-/Visuele uitgang [Audio] Analoog x 1 [Video] Video x 1 • Audio-uitgang Digitaal (optisch) x 1, Analoog x 1 • Zone2/3 uitgang Analoog x 2 Overige aansluitingen Remote ingang x 1, Remote uitgang x 1 Trigger uitgang x 2 ■ • • • • Zelf ontwikkelde Yamaha technologie voor de creatie van geluidsvelden CINEMA DSP 3D De Compressed Music Enhancer stand Virtual CINEMA DSP SILENT CINEMA 2 Nl ■ Digitale audiodecoders • Dolby TrueHD, Dolby Digital Plus decoder • DTS-HD Master Audio, DTS-HD High Resolution Audio, DTS Express • Dolby Digital/Dolby Digital EX decoder • DTS, DTS 96/24 decoder, DTS-ES Matrix 6.1, DTS-ES Discrete 6.1 • Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II/Dolby Pro Logic IIx decoder • DSD decoder • DTS NEO:6 decoder ■ Verfijnde FM/AM ontvanger • 40 willekeurige en gemakkelijk toegankelijke voorkeuzezenders • Automatisch voorprogrammeren • Radio Data Systeem afstembewerking ■ HDMI™ (High-Definition Multimedia Interface) • HDMI interface voor standaard, verbeterde of highdefinition video en multikanaals digitale audio – Automatische audio- en videosynchronisatie (lip sync) informatiemogelijkheid – Overdracht van Deep Color videosignalen (30/36 bits) – Overdrachtsvermogen van “x.v.Color” videosignalen – Hoge verversingsfrequentie en hoge resolutie videosignalen – Geschikt voor de verwerking van digitale audiosignalen met een hoge definitie • Mogelijkheid tot opwaarderen van analoge naar analoge en HDMI digitale video (video ↔ component video → HDMI) voor de monitoruitgang • Analoge video opwaardering voor HDMI digitale videosignalen 480i(576i) of 480p(576p) → 720p, 1080i of 1080p • HDMI bedieningsfunctie ondersteund • Dual HDMI uitgang (selecteren van afzonderlijk of gelijktijdige weergave is mogelijk) ■ Automatische luidsprekerinstellingsfuncties • “YPAO” (Yamaha Parametric Room Acoustic Optimizer) voor automatische optimalisatie van luidsprekersignalen die geschikt zijn voor luisteromgevingen ■ Overige kenmerken • 192-kHz/24-bits D/A converter • GUI (grafische gebruikersinterface) menusysteem waarmee u dit toestel optimaal kunt aanpassen aan uw audio-/videosysteem • Browsen door bestanden op iPod, USB en PC • Vermogen tot weergeven van album art • Pure Direct stand voor onversneden hi-fi weergave van alle bronnen • Adaptieve regeling van het dynamisch bereik • SCENE functie voor het veranderen van ingangsbronnen en geluidsveldprogramma’s met één toets • Mogelijkheid voor bi-amp (tweevoudige versterking) aansluitingen • Multi-zone functie (Zone2/3) • DHCP automatische of handmatige netwerkconfiguratie Over deze handleiding Deze receiver biedt ondersteuning voor netwerkaansluitingen. Bluetooth™ Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk van Bluetooth SIG en wordt door Yamaha gebruikt volgens een licentieovereenkomst. iPod™ “x.v.Color” is een handelsmerk van Sony Corporation. x.v.Color “iPod” is een handelsmerk van Apple Inc., geregistreerd in de V.S. en andere landen. “SILENT CINEMA is een handelsmerk van Yamaha Corporation. Meegeleverde accessoires APPENDIX Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt. • Afstandsbediening (bladzijde 6) • Optimalisatiemicrofoon (bladzijde 21) • Vereenvoudigde afstandsbediening (bladzijde 8) • AM ringantenne (bladzijde 20) • Batterijen (2) (AAA, R03, UM-4) (bladzijde 6) • FM binnenantenne (bladzijde 20) • Netsnoer (bladzijde 20) • VIDEO AUX ingangskapje (bladzijde 19) AANVULLENDE INFORMATIE MPEG Layer-3 audio-coderingstechnologie wordt gebruikt onder licentie van Fraunhofer IIS en Thomson. Windows XP, Windows Vista, Windows Media Audio, Windows Media Connect en Windows Media Player zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. GEAVANCEERD E BEDIENING “HDMI”, het “HDMI” logo en “High-Definition Multimedia Interface” zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC. BASISBEDIENIN G Gefabriceerd onder licentie onder VS octrooinummers: 5451942; 5956674; 5974380; 5978762; 6226616; 6487535 & andere V.S. en wereldwijde octrooien, reeds uitgegeven & aangevraagd. DTS is een geregistreerd handelsmerk en de DTS logo’s, symbolen, DTSHD en DTS-HD Master Audio zijn handelsmerken van DTS, Inc. © 1996-2007 DTS, Inc. Alle rechten voorbehouden. VOORBEREIDIN GEN Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. Dolby, Pro Logic en het dubbele-D symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. INLEIDING • Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het voorpaneel als met de afstandsbediening. Als de naam van een toets op de afstandsbediening verschilt van die op het voorpaneel, zal de naam van de betreffende toets op de afstandsbediening tussen haakjes vermeld worden. • Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg van verbeteringen, enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit. • Om dingen beter te kunnen bekijken, vergroten wij de grootte van tekens die gebruikt worden in afbeeldingen van voorbeeldschermen in deze handleiding. Daarom is het mogelijk dat de verhouding van de grootte van tekens ten opzichte van andere objecten (zoals pictogrammen) anders is dan die van de werkelijke weergegeven afbeelding. • “LMAIN ZONE ON/OFF” of “dHDMI 1” (voorbeeld) geeft de naam aan van de onderdelen op het voorpaneel of de afstandsbediening. Raadpleeg het bijgevoegde vel of de “Onderdeelnamen en functies” (bladzijde 4) voor informatie over de locatie van de verschillende onderdelen. • ☞ geeft de bladzijde aan waar de betreffende informatie staat beschreven. • y geeft een bedieningstip aan. Nederlands 3 Nl Onderdeelnamen en functies Voorpaneel A BC D E F G H I J K HDMI THROUGH VOLUME ZONE3 ON/OFF ZONE2 ON/OFF ZONE CONTROLS l INFO PRESET h l BAND MEMORY TUNING h SCENE BD/DVD TV RADIO CD PROGRAM MAIN ZONE PHONES USB TONE CONTROL INPUT STRAIGHT PURE DIRECT VIDEO AUX OPTIMIZER MIC ON/OFF EFFECT SILENT CINEMA L A M VIDEO N O P Q ZONE2 ON/OFF R S O Zet Zone2 aan en uit (bladzijde 60). B C ZONE3 ON/OFF D ZONE CONTROLS Zet Zone3 aan en uit (bladzijde 60). Selecteert een te regelen zone met de hoofdversterkerbediening (bladzijde 60). E F PRESET l / h Selecteert een FM/AM voorkeuzezender (bladzijde 32). G PROGRAM keuzeschakelaar Q STRAIGHT Wijzigt geluidsveldprogramma’s (bladzijde 27). Schakelt heen en weer tussen het geselecteerde geluidsveldprogramma en de rechte decodeerstand (bladzijde 30). R S I TUNING l / h Wijzigt de tuner frequentiebanden tussen FM en AM. Wijzigt FM/AM frequenties. J Display voorpaneel K VOLUME regeling L MAIN ZONE ON/OFF M PHONES aansluiting N USB poort Geeft informatie weer op dit toestel (bladzijde 6). Regelt het volume van dit toestel (bladzijde 24). Zet toestel aan en uit (bladzijde 20). Voor het insteken van de hoofdtelefoon (bladzijde 26). Voor het aansluiten van een USB geheugenapparaat of draagbare USB audiospeler (bladzijde 19) 4 Nl PURE DIRECT Wijzigt de stand naar de Pure Direct stand (bladzijde 25). Deze toets licht op wanneer de Pure Direct stand staat ingeschakeld. T INPUT keuzeschakelaar U OPTIMIZER MIC aansluiting Selecteert een signaalbron (bladzijde 24). Voor het aansluiten van de meegeleverde optimalisatiemicrofoon en voor het instellen van signaalkenmerken van luidsprekers (bladzijde 21). Registreert FM/AM zenders als voorkeuzezenders (bladzijde 32). BAND SCENE Schakelt tussen aangesloten sets signaalbronnen en geluidveldprogramma’s (bladzijde 24). MEMORY H V TONE CONTROL P INFO Wijzigt informatie (ingang, DSP programma, audio decoder, etc) weergegeven op de display van het voorpaneel (bladzijde 26). U HDMI IN Past de lage tonen/hoge tonen weergave van de luidsprekers aan (bladzijde 25). HDMI THROUGH Licht op in de volgende gevallen terwijl dit toestel in de standbystand staat. • wanneer de HDMI regelfunctie staat ingeschakeld • wanneer de HDMI signaal standby door-functie op dit moment werkt T AUDIO V VIDEO AUX aansluitingen Voor het aansluiten van een spelcomputer, camcorder of digitale camera op de HDMI IN aansluiting of de analoge AUDIO/ VIDEO aansluitingen (bladzijde 19). Onderdeelnamen en functies Achterpaneel a b c d f TRIGGER OUT 1 2 12V NETWORK 0.1A MAX. DOCK HDMI OUT 1 (HDMI CONTROL) PHONO OUT COMPONENT VIDEO HDMI 2 HDMI 1 HDMI OUT 2 (BD/DVD) SPEAKERS SP2 ZONE3 EXTRA SP SP1 ZONE2/PRESENCE SINGLE REMOTE GND AM PR VOORBEREIDIN GEN UNBAL. FM HDMI 4 HDMI 3 MONITOR OUT COMPONENT VIDEO ANTENNA S VIDEO g INLEIDING RS- 232C e IN PR GND OPTICAL OUT DIGITAL AUDIO AC IN VIDEO PB PB VIDEO Y Y FRONT CENTER OPTICAL COAXIAL COAXIAL AV 2 AV 3 ( TV ) AV 1 SINGLE a AV 4 AV 5 AV 6 i AV OUT j FRONT AUDIO1 AUDIO2 SURROUND SUR.BACK SUBWOOFER MULTI CH INPUT k l DOCK aansluiting h i TRIGGER OUT 1/2 aansluitingen e j k l o DIGITAL AUDIO aansluiting AV 1-6 aansluitingen AV OUT aansluitingen AUDIO 1/2 aansluitingen MULTI CH INPUT aansluitingen Voor het aansluiten op een speler die een multikanaals uitgang ondersteunt (bladzijde 18). m AUDIO OUT aansluitingen Stuurt audiosignalen van een geselecteerde analoge signaalbron naar een externe component (bladzijde 16). Voor het aansluiten van externe componenten voor HDMI signalen 1-4 (bladzijde 16). ZONE2/3 OUT aansluitingen Geven geluid van dit toestel weer op een externe versterker die in een andere zone staat (bladzijde 58). ANTENNA aansluitingen n PRE OUT aansluitingen o AC IN Voor het aansluiten van het geleverde netsnoer (bladzijde 20). REMOTE IN/OUT aansluitingen Voor het aansluiten van een externe component die de afstandsbedieningsfunctie ondersteunt (bladzijde 18). f NETWORK poort g SPEAKERS aansluitingen APPENDIX Geeft multikanaals signalen weer van tot 7.1 kanalen op een externe versterker (bladzijde 18). MONITOR OUT aansluitingen Voor het sturen van visuele signalen van dit apparaat naar een videomonitor, zoals een TV (bladzijde 14). n Voor het aansluiten van externe componenten voor audiosignalen 1-2 (bladzijde 16). HDMI 1-4 aansluitingen Voor het aansluiten van meegeleverde FM/AM antennes (bladzijde 20). 1 SUBWOOFER 2 Stuurt audio/visuele signalen van een geselecteerde analoge signaalbron naar een externe component (bladzijde 16). HDMI OUT 1/2 aansluitingen Voor het aansluiten van HDMI-compatibele beeldschermen (bladzijde 14). SUR. BACK PRE OUT AANVULLENDE INFORMATIE Voor het aansluiten van een externe aansluiting op een trigger ingangsaansluiting, zodat deze aansluiting bediend kan worden gekoppeld aan de bediening van dit toestel. Raadpleeg uw dealer voor details hieromtrent. SURROUND Voor het aansluiten van externe componenten voor audio/visuele signalen 1-6 (bladzijde 16). Bedieningsaansluiting uitsluitend bedoeld voor gebruik in de fabriek. Raadpleeg uw dealer voor details hieromtrent. d FRONT Stuurt audiosignalen van een geselecteerde digitale audiosignaalbron naar een externe component (bladzijde 16). PHONO aansluitingen RS-232C aansluiting ZONE3 OUT m Voor het aansluiten van een draaitafel (bladzijde 16). c ZONE2 OUT GEAVANCEERD E BEDIENING Voor het aansluiten van een optionele Yamaha iPod universeel dock (YDS-11) of Bluetooth draadloze audio-ontvanger (YBA10) (bladzijde 18). b AUDIO OUT CENTER BASISBEDIENIN G h OPTICAL (CD) SURROUND BACK/ BI-AMP SURROUND CENTER Voor aansluiting op het netwerk (bladzijde 19). Nederlands Voor het aansluiten van voor-, midden-, surround- en surround achter-luidsprekers (bladzijde 11). Sluit de aanwezigheidsluidsprekers (bladzijde 11) of de luidsprekers voor Zone2/3 (bladzijde 59) aan op de EXTRA SP aansluitingen. 5 Nl Onderdeelnamen en functies Display voorpaneel a b c d e SW PL PR C L R SL SR SBL SB SBR h a i h g HDMI indicator Licht op tijdens normale communicatie als HDMI is geselecteerd als een ingangsbron. De respectieve indicator licht op wanneer er HDMI signalen worden weergegeven via de HDMI OUT 1/2 aansluitingen. MUTE indicator VOLUME indicator Geeft volumeniveaus weer. h Cursorindicators Licht op als de bijbehorende cursors op de afstandsbediening beschikbaar zijn voor handelingen. CINEMA DSP indicator Licht op als een geluidsveldprogramma dat CINEMA DSP gebruikt, is geselecteerd. i Multi-informatie display c CINEMA DSP 3D indicator j Luidsprekerindicators d Tuner indicator Licht op wanneer CINEMA DSP 3D in werking is. Licht op tijdens het ontvangen van uitgezonden radiosignalen van een FM/AM zender (bladzijde 31). e ZONE2/ZONE3 indicator Licht op wanneer Zone2 of Zone3 staat ingeschakeld. f Geeft menu-items en instellingen weer voor de huidige operatie. Geeft luidsprekeraansluitingen weer van waar de signalen momenteel worden uitgezonden. Subwoofer Presence L Front L Surround L SLEEP indicator Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld (bladzijde 42). j Knippert als de audio is gedempt. OUT 1/OUT 2 indicators b g VOL. SLEEP ZONE ZONE 2 3 MUTE STEREO 3 TUNED OUT 1 OUT 2 f Surround achter L SW PL PR C L R SL SR SBL SB SBR Midden Presence R Front R Surround R Surround achter R Surround achter Afstandsbediening Opmerking • Voordat u batterijen plaatst of de afstandsbediening gebruikt, zorg ervoor dat u “Opmerkingen over afstandsbedieningen en batterijen” leest in de sectie “Waarschuwingen”. ■ Inzetten van batterijen a c b a Verwijder de klep van het batterijvak. b Doe de twee meegeleverde batterijen (AAA, R03, UM-4) in het vak met de polen de goede kant op (+ en -), zoals aangegeven aan de binnenkant van het batterijvak. c Klik de klep van het batterijvak weer terug op zijn plaats. 6 Nl ■ Bedieningsbereik De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal uit. U moet de afstandsbediening goed op de afstandsbedieningssensor op dit toestel richten. Sensorvenster voor de afstandsbediening binnen 6 m 30 30 Onderdeelnamen en functies n a ZONE 2 ZONE 3 TRANSMIT MAIN b c POWER SLEEP o p HDMI 2 3 4 4 AV d 1 2 3 5 6 1 PHONO MULTI q f 2 g HDMI DOCK TUNER h AM PRESET INFO MEMORY ENHANCER SUR. DECODE MUSIC g HDMI OUT STEREO STRAIGHT PURE DIRECT i BD DVD TV CD ON SCREEN Geeft het GUI menuscherm weer (bladzijde 25). ENTER RETURN t k MENU MUTE v NET RADIO PC 1 2 3 5 6 7 9 0 10 4 l Numerieke toetsen m TV bedieningstoetsen Voeren nummers in. w 8 Maakt bediening mogelijk van een TV of een projector (bladzijde 61). n ENT m POWER TV VOL TV CH MUTE TRANSMIT Licht op als een signaal wordt verzonden vanaf de afstandsbediening. TV INPUT GEAVANCEERD E BEDIENING USB Bedieningstoetsen van externe component Bedient het opnemen, weergeven, etc, van externe componenten (bladzijde 61). u REC instellingen. Bevestigt een geselecteerd item. Keert terug naar het vorige scherm of eindigt de menuweergave. o CODE SET Stelt de afstandsbedieningscodes in voor externe componenthandelingen (bladzijde 61). p POWER q SLEEP Signaalzender op afstandsbediening b Zonekeuzeschakelaar r Geluidskeuzetoetsen Schakelt versterkers (hoofdruimte, Zone2 of Zone3) over om bediend te worden door de afstandsbediening (bladzijde 60). s OPTION t VOLUME +/– u DISPLAY Zendt infraroodsignalen. c d Schakelt de slaaptimerhandelingen (bladzijde 42). Selecteren van geluidsveldprogramma’s (bladzijde 27). SOURCE POWER Zet een externe component aan en uit. Geeft het Option menu weer (bladzijde 43). Passen het volume aan van dit toestel (bladzijde 24). Ingangskeuzetoetsen PHONO MULTI DOCK Geeft de afspeelinformatie weer op het beeldscherm. Wanneer er een iPod aangesloten is: Wijzigt de bedieningsstand van de iPod die is aangesloten op de Yamaha iPod universeel dock (bladzijde 35). v MUTE w Sub-ingangskeuzetoetsen Schakelt de dempfunctie in en uit (bladzijde 25). Selecteert USB, NET RADIO of PC wanneer “USB/NET” geselecteerd is als de ingangsbron. Nederlands TUNER USB/NET Selecteert HDMI signalen 1 t/m 4. Selecteert AV signalen 1 t/m 6. Selecteert AUDIO signalen 1 en 2. Selecteert een signaalbron van de VIDEO AUX aansluitingen. Selecteer een signaalbron van de PHONO aansluitingen. Selecteert een signaalbron van de MULTI CH INPUT aansluitingen. Selecteert een Yamaha iPod universeel dock/Bluetooth draadloze audio-ontvanger aangesloten op de DOCK aansluiting. Selecteert de FM/AM tuner. Selecteert een USB apparaat of een signaalbron via netwerk (geselecteerd door wSubingangskeuzetoetsen). APPENDIX HDMI 1-4 AV 1-6 AUDIO 1/2 V-AUX AANVULLENDE INFORMATIE Zet dit toestel aan en in standby (bladzijde 20). a BASISBEDIENIN G l Cursors k / n / l / h Selecteren menu-items of wijzigen DISPLAY TOP MENU k j s VOLUME ENTER RETURN ON SCREEN RADIO OPTION j i r MOVIE SCENE h SCENE Schakelt tussen aangesloten sets signaalbronnen en geluidsveldprogramma’s (bladzijde 24). TUNING VOORBEREIDIN GEN FM HDMI OUT Schakelt de HDMI OUT aansluitingen over om HDMI signalen weer te geven (bladzijde 42). USB/NET e f INFO Wijzigt de weergegeven informatie op het voorpaneel van de display (bladzijde 26). AUDIO V-AUX Schakelt een band tussen FM en AM. Stelt radiozenders vooraf in. Selecteert een voorkeuzezender. Wijzigt FM/AM frequenties. INLEIDING 1 Tunertoetsen FM/AM MEMORY PRESET k / n TUNING k / n CODE SET POWER SOURCE e 7 Nl Onderdeelnamen en functies Vereenvoudigde afstandsbediening Gebruik de geleverde vereenvoudigde afstandsbediening om de basisbediening van dit toestel uit te voeren. Toetsen op de vereenvoudigde afstandsbediening functioneren hetzelfde als de identieke toetsen op de hoofdafstandsbediening (bladzijde 6). Opmerking • Voordat u de vereenvoudigde afstandsbediening gebruikt of de batterij vervangt, zorg ervoor dat u “Opmerkingen over afstandsbedieningen en batterijen” leest in de sectie “Waarschuwingen”. ■ POWER SLEEP Vervangen van de batterij van de vereenvoudigde afstandsbediening Wissel de batterij wanneer het bedieningsbereik van de vereenvoudigde afstandsbediening vermindert. SCENE BD DVD TV CD RADIO INPUT ON SCREEN OPTION VOLUME ENTER MUTE RETURN TAG DISPLAY PRG SELECT PRESET Verwijder het isolatievelletje y • Om een ingangsbron te selecteren drukt u herhaaldelijk op INPUT l / h. • De woorden “TAG” en “PRG SELECT” zijn voor het V.S.-model. ■ Instellen van de bedieningszone Volg onderstaande procedure om een versterker te selecteren (hoofdzone, Zone2 of Zone3) die bediend kan worden door de vereenvoudigde afstandsbediening (bladzijde 60). Te selecteren zone Procedure Hoofdzone Houd h (rechts van ENTER) en BD/ DVD meer dan 3 seconden ingedrukt. Zone2 Houd h (rechts van ENTER) en TV meer dan 3 seconden ingedrukt. Zone3 Houd h (rechts van ENTER) en CD meer dan 3 seconden ingedrukt. ■ Instellen van de afstandsbediening-ID Volg onderstaande procedure om de afstandsbediening-ID van de vereenvoudigde afstandsbediening in te stellen. Voor details over de afstandsbediening-ID, zie bladzijde 64. Te selecteren zone Procedure ID1 Houd l (links van ENTER) en BD/ DVD meer dan 3 seconden ingedrukt. ID2 Houd l (links van ENTER) en TV meer dan 3 seconden ingedrukt. 8 Nl Gebruik een rechte pin om het kapje eraf te halen. Vervang de batterij door een nieuwe CR2025 batterij. Sluit het kapje. Snelstartgids Als u dit product voor de eerste keer gebruikt, voert u een setup uit volgens onderstaande stappen. Zie de betreffende bladzijde’s voor details over de bediening en instellingen. Stap 1: Items prepareren voor setup Stap 2: Instellen van uw luidsprekers Rechter voor-luidspreker ☞P. 10 ☞P. 11 y Subwoofer Linker voorluidspreker • Luidsprekers opstellen • Aansluiten van luidsprekers Rechter surroundluidspreker • Dit toestel heeft een YPAO (Yamaha Parametric Room Acoustic Optimizer) die automatisch dit toestel optimaliseert op basis van de akoestische kenmerken van de ruimte (geluidskenmerken van de luidsprekers, luidsprekerposities, kamerakoestiek, etc.). U kunt genieten van goed gebalanceerd geluid zonder speciale kennis door gebruik te maken van de YPAO technologie (☞P. 21). Stap 3: Aansluiten van uw componenten Middenluidspreker Componenten (zoals een DVD-speler) Rechter surround achter-luidspreker Linker surround achter-luidspreker Linker surround-luidspreker Voor-luidspreker 2 Midden-luidspreker 1 Surround-luidspreker 2 Surround achterluidspreker 2 1 Luidsprekerkabel 7 Subwooferkabel 1 Weergavecomponent zoals een DVDspeler 1 Beeldscherm zoals een TV 1 Videokabel of HDMI kabel 2 Audiokabel 2 y • Hieronder staan de andere luidsprekers gerangschikt op volgorde van belangrijkheid: 1 Twee surround-luidsprekers 2 Eén midden-luidspreker 3 Eén (of twee) surround achter-luidspreker(s) • Video- en audiokabels zijn niet nodig als u HDMI kabels gebruikt. ☞P. 18 ☞P. 19 ☞P. 20 ☞P. 20 ☞P. 20 Stap 4: Inschakelen van het toestel Sluit de stroomkabel aan en zet het toestel aan. • Aansluiten van het netsnoer • Aan en uit zetten van dit toestel Stap 5: Selecteren van de signaalbron en de weergave starten Selecteer de component die is aangesloten in stap 3 als signaalbron en start de weergave. • Basisprocedure • Selecteren van geluidsveldprogramma’s ☞P. 24 ☞P. 27 y • Dit toestel ondersteunt de SCENE functie (bladzijde 24) die de signaalbron en het geluidsveldprogramma op een bepaald moment wijzigt. Er zijn vier vooraf ingestelde scènes voor verschillende doelen voor Blu-ray disc, DVD en CD en u kunt een scène selecteren uit de sjablonen door te drukken op een toets van de afstandsbediening. APPENDIX Actieve subwoofer ☞P. 18 ☞P. 18 ☞P. 19 AANVULLENDE INFORMATIE Luidsprekers hoeveelheid ☞P. 14 ☞P. 16 GEAVANCEERD E BEDIENING Vereisten • Aansluiten van een beeldscherm of projector • Aansluiten van andere componenten • Aansluiten van een multiformaat-speler of een externe decoder • Aansluiten van een externe versterker • Aansluiten van een USB opslagapparaat • Aansluiten van een Yamaha iPod universeel dock of Bluetooth draadloze audio-ontvanger • Aansluiten op het netwerk • Aansluiten van de FM en AM antennes BASISBEDIENIN G Sluit uw TV, DVD-speler of andere componenten aan. VOORBEREIDIN GEN Beeldscherm Stel uw luidsprekers op in uw kamer en sluit ze aan op dit toestel. INLEIDING Prepareer luidsprekers, DVD-speler, kabels en andere items die nodig zijn voor de setup. Prepareer bijvoorbeeld de volgende items voor het instellen van een 7.1-kanaals geluidssysteem. Nederlands 9 Nl VOORBEREIDINGEN Verbindingen Luidsprekers opstellen Dit toestel ondersteunt tot 7.1-kanaals surround. We raden de volgende luidsprekeropstelling aan om het beste te halen uit het surroundeffect. 7.1-kanaals luidsprekeropstelling Luidsprekerkanalen C FR FL SW SW 30˚ SL SR 60˚ 80˚ SL SR SBL SBR 30 cm of meer 6.1-kanaals luidsprekeropstelling FR SW ■ Midden-luidspreker (C) De midden-luidspreker is voor weergave van het middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Plaats deze halverwege de linker en rechterluidsprekers. Bij gebruik van een TV, plaatst u de luidspreker juist boven of onder het midden van de TV met de voorkant van de TV en de luidspreker op één lijn. Bij gebruik van een scherm plaatst het onder het midden van het scherm. ■ C FL ■ Linker en rechter voor-luidsprekers (FL en FR) De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van het voorkanaalgeluid (stereogeluid) plus effectgeluid. Plaats deze luidsprekers op gelijke afstand van de ideale luisterplek. Stel de hoogte van de TV of het scherm bij zodat ongeveer 1/4 van het scherm vanaf de onderzijde op één lijn staat met de tweeters van de voor-luidsprekers. SW 30˚ Linker en rechter surround-luidsprekers (SL en SR) De surround-luidsprekers worden gebruikt voor omhullende surroundweergave en effecten. Plaats deze links en rechts achter in de richting van de luisterpositie. Voor een natuurlijke geluidsstroom in de 5.1-kanaals luidsprekeropstelling, plaatst u ze iets meer naar achteren dan in de 7.1-kanaals luidsprekeropstelling. ■ SL SR 60˚ SL 80˚ SR SB 5.1-kanaals luidsprekeropstelling C FR FL SW SW 30˚ SL SR 60˚ SL 10 Nl 80˚ SR Linker en rechter surround achterluidsprekers (SBL en SBR) / Surround achterluidspreker (SB) De linker en rechter surround-luidsprekers worden gebruikt voor achtereffecten. Plaats ze aan de achterkant van de kamer in de richting van de luisterpositie en ten minste 30 cm uit elkaar, idealiter op dezelfde afstand als de afstand tussen de linker en rechter voor-luidsprekers. Voor 6.1-kanaals luidsprekeropstelling worden de linker en rechter surround achterkanalen gemengd en weergegeven via de enkele surround achter-luidspreker. Voor 5.1-kanaals luidsprekeropstelling worden de linker en rechter surround achterkanalen weergegeven via de linker en rechter surround-luidspreker. ■ Subwoofer (SW) De subwoofer luidspreker wordt gebruikt voor lage tonen en lage frequentie effect (LFE) geluid opgenomen in Dolby Digital en DTS signalen. Gebruik een subwoofer met een ingebouwde versterker, zoals de Yamaha Active Servo Processing Subwoofer System. Plaats het aan de buitenkant van de linker en rechter voor-luidsprekers iets naar binnen gericht om reflecties tegen een wand te verminderen. Verbindingen ■ 0,5 t/m 1 m 0,5 t/m 1 m PL PR 1/4 vanaf de onderzijde FL FR 1,8 m 1,8 m C Sluit uw luidsprekers op de respective aansluitingen aan volgens uw luidsprekeropstelling. De volgende afbeelding toont hoe luidsprekers aan te sluiten voor de 7.1-kanaals luidsprekeropstelling. y • U kunt Zone2/3 luidsprekers aansluiten op de EXTRA SP (SP1/SP2) aansluitingen (bladzijde 59). • U kunt tot twee subwoofers aansluiten. Wanneer er twee subwoofers worden aangesloten, geven deze hetzelfde geluid weer. a e d k j k NETWORK j b HDMI 4 3 c e SP1 ZONE2/PRESENCE SPEAKERS SINGLE E CLASS 2 WIRING CABLAGE CLASSE 2 h i d g f FRONT CENTER SINGLE SUBWOOFER AUDIO OUT ZONE2 OUT Aansluitingen op dit toestel FRONT g c Luidsprekers ZONE3 OUT SURROUND SUR. BACK CENTER AANVULLENDE INFORMATIE SUR.BACK H INPUT SURROUND BACK/ BI-AMP SURROUND CENTER 1 SUBWOOFER 2 PRE OUT f GEAVANCEERD E BEDIENING a BASISBEDIENIN G b VOORBEREIDINGEN Aansluiten van luidsprekers INLEIDING Linker en rechter aanwezigheidsluidsprekers (PL en PR) De zogenaamde ‘aanwezigheids’-luidsprekers geven een aanvulling op de weergave via de voor-luidsprekers met extra omgevingseffecten geproduceerd door de geluidsveldprogramma’s (bladzijde 27). We raden u aan de aanwezigheidsluidsprekers vooral te gebruiken ten behoeve van de CINEMA DSP geluidsveldprogramma’s. Om de aanwezigheidsluidsprekers te gebruiken, dient u de luidsprekers te verbinden met de SP1 aansluitingen en vervolgens “Extra Speaker Assignment” in te stellen op “Presence” (bladzijde 49). h i 7,1-kanaals 6,1-kanaals 5,1-kanaals FRONT (L) ✔ ✔ ✔ b Rechts voor FRONT (R) ✔ ✔ ✔ c Midden CENTER ✔ ✔ ✔ d Links surround SURROUND (L) ✔ ✔ ✔ e Rechts surround SURROUND (R) ✔ ✔ ✔ f Linker surround-achter (Surround-achter voor 6.1-kanaals) SURROUND BACK (L) (SINGLE) ✔ ✔ g Rechts surround-achter SURROUND BACK (R) ✔ h Subwoofer 1 SUBWOOFER 1 ✔ ✔ ✔ i Subwoofer 2 SUBWOOFER 2 Optioneel Optioneel Optioneel j Aanwezigheid links SP1 (L) Optioneel Optioneel Optioneel k Aanwezigheid rechts SP1 (R) Optioneel Optioneel Optioneel APPENDIX a Links voor Nederlands 11 Nl Verbindingen Let op • Een luidsprekersnoer bestaat over het algemeen uit twee geïsoleerde draden naast elkaar. Een van de snoeren heeft een andere kleur of streep om de polariteit aan te geven. Sluit het ene uiteinde van de gekleurde/gestreepte kabel aan op de “+” (rode) aansluiting van dit toestel en het andere einde aan dat van de luidspreker, en sluit het ene eind van de andere kabel aan op de “–” (zwarte) aansluiting van dit toestel en het andere einde aan dat van uw luidspreker. • Voordat u de luidsprekers aansluit, moet u het stroomsnoer afkoppelen. • Zorg ervoor dat de blootliggende luidsprekerdraden nergens contact kunnen maken met elkaar of metalen onderdelen van dit toestel. Hierdoor kunnen het toestel en/of de luidsprekers beschadigd raken. Als er kortsluiting optreedt, verschijnt “CHECK SP WIRES!” op het voorpaneel van de display als dit toestel wordt aangezet. • Als beelden op de monitor (CRT) vervormd worden, plaats de luidsprekers dan van het beeldscherm vandaan. • Gebruik luidsprekers met een impedantie van 6-ohm of meer. Stel de luidsprekerimpedantie in in het geavanceerde setup menu voordat u de luidsprekers aansluit (bladzijde 63). U kunt ook gebruik maken van 4-ohm luidsprekers als de voor-luidsprekers wanneer u “SP IMP.” instelt op “6ΩMIN”. ■ Luidsprekerkabels aansluiten 1 Verwijder ongeveer 10 mm van de isolatie van het uiteinde van elk van de luidsprekerdraden en draai vervolgens de blootliggende draadjes netjes in elkaar zodat deze geen kortsluiting veroorzaken. ■ Gebruik van bi-amp (tweevoudige versterking) aansluitingen Als u geen surround-achter luidsprekers aansluit, kunt u de SURROUND BACK/BI-AMP aansluitingen gebruiken om dubbele versterkeraansluitingen te maken op één luidsprekersysteem dat dubbele bi-amp aansluitingen ondersteunt zoals hieronder weergegeven. Om de aansluitingen te activeren, stel “BI-AMP” in op “ON” in het geavanceerde setup menu (bladzijde 63). 10 mm Voor-luidsprekers Rechts 2 Links Open het knopje, voer de ontblote draden in en doe het knopje vervolgens weer dicht. 2 Dit toestel Rood: positief (+) 1 FRONT Zwart: negatief (–) 3 Aansluiten met bananenstekker(Uitgezonderd modellen voor Korea, het V.K., Europa, Rusland en Azië) Draai het knopje aan en voer vervolgens de bananenstekker in in het uiteinde van de klem. SURROUND BACK/ BI-AMP Let op Voordat u dubbele versterkeraansluitingen maakt, dient u alle beugels of kabels te verwijderen die een woofer met een combinatiedeel verbinden. Raadpleeg de handleiding van de luidsprekers in kwestie voor details. Als u dubbele versterkeraansluitingen maakt, dient u ervoor te zorgen dat de beugels of kabels zijn aangesloten voordat u de luidsprekerkabels aansluit. Opmerking Bananenstekker 12 Nl • U kunt geen surround achter-luidsprekers of extra luidsprekers (aanwezigheids- en Zone2 luidsprekers) gebruiken wanneer er dubbele versterkeraansluitingen gemaakt worden. Verbindingen Informatie over aansluitingen en stekkers Dit toestel heeft de volgende ingang en uitgangaansluitingen. Gebruik aansluitingen en kabels die geschikt zijn voor de componenten die u aansluit. ■ Audio-aansluitingen Aansluiting en kabels Analoge audioaansluitingen Beschrijving (wit) Aansluiting en kabels HDMI aansluitingen HDMI Beschrijving Voor het doorzenden van digitale video en digitale audiosignalen. Gebruik HDMI kabels. HDMI L y R (rood) COAXIAL aansluitingen (oranje) BASISBEDIENIN G Voor het doorzenden van coaxiale digitale audiosignalen. Gebruik snoeren met pinnen. • We raden u aan een in de handel verkrijgbare 19-pens HDMI kabel te gebruiken die korter is dan 5 meter en die duidelijk voorzien is van het HDMI logo. • Gebruik een conversiekabel (HDMI aansluiting ↔ DVI-D aansluiting) om dit toestel aan te sluiten op andere DVI apparatuur. • U kunt potentiële problemen met de HDMI aansluiting controleren (bladzijde 44). C COAXIAL OPTICAL aansluitingen O VOORBEREIDINGEN Voor het doorzenden van conventionele analoge stereo audiosignalen. Gebruik stereopenkabels. Video/audio-aansluitingen INLEIDING ■ Voor het doorzenden van optische digitale audiosignalen. Gebruik optische vezelkabels. OPTICAL GEAVANCEERD E BEDIENING ■ Video-aansluitingen Aansluiting en kabels VIDEO aansluitingen VIDEO Voor het doorzenden van conventionele composiet videosignalen. Gebruik snoeren met pinnen. AANVULLENDE INFORMATIE V Beschrijving (geel) S VIDEO-aansluiting S VIDEO S COMPONENT VIDEO aansluitingen PR PR (rood) PB Voor het doorzenden van component videosignalen die luminantie (Y), chrominantie blauw (PB) en chrominantie rood (PR) componenten bevatten. Gebruik component-videokabels. APPENDIX COMPONENT VIDEO Voor het doorzenden van Svideosignalen die luminantie (Y) en chrominantie (C) componenten bevatten. Gebruik een Svideokabel. PB (blauw) Y Y (groen) Nederlands 13 Nl Verbindingen Aansluiten van een beeldscherm of projector Kies in overeenstemming met de typen video-ingangsaansluitingen die beschikbaar zijn op uw beeldscherm (zoals een TV of projector) één van de aansluitingsmethoden zoals hieronder weergegeven. Wanneer u videospelers zoals een DVD-speler aansluit op dit toestel met een HDMI aansluiting, sluit dan uw beeldscherm aan op dit toestel met een HDMI aansluiting. Opmerking • Zorg ervoor dat de stekkers van zowel dit toestel als die van de andere apparatuur uit het stopcontact gehaald zijn. ■ Als uw beeldscherm een HDMI ingangsaansluiting heeft ■ TV Indien uw beeldscherm geen HDMI ingangsaansluitingen heeft, maar component video-ingangsaansluitingen TV a c Y HDMI PB PR TRIGGER OUT 1 2 12V 0.1A MAX. TRIGGER OUT 1 2 12V HDMI OUT 1 (HDMI CONTROL) HDMI OUT 2 HDMI 2 HDMI 1 (BD/DVD) 0.1A MAX. HDMI 3 HDMI OUT 2 HDMI 2 HDMI 1 (BD/DVD) HDMI 3 MONITOR OUT COMPONENT REMOTE MONITOR OUT COMPONENT VIDEO IN REMOTE GND PR OUT P IN VIDEO OUT VIDEO PB HDMI Y b Projector Aansluitingen op componenten Aansluitingen op dit toestel a HDMI ingang HDMI OUT 1 b HDMI ingang HDMI OUT 2 y • Dit toestel is uitgerust met twee HDMI OUT aansluitingen. U kunt de actieve HDMI OUT aansluiting(en) selecteren door te drukken op gHDMI OUT (bladzijde 42). • Dit toestel ondersteunt de HDMI bedieningsfunctie (bladzijde 42). Als uw TV de HDMI bedieningsfunctie ondersteunt, sluit de TV aan op de HDMI OUT 1 aansluiting om dit toestel te bedienen met de afstandsbediening van uw TV. Aansluitingen op componenten Aansluitingen op dit toestel c Componentvideo-uitgang ■ MONITOR OUT (COMPONENT VIDEO) Indien uw beeldscherm noch HDMI noch component video-ingangsaansluitingen heeft TV d V TRIGGER OUT 1 2 12V 0.1A MAX. HDMI OUT 2 HDMI 1 (BD/DVD) HDMI 2 HDMI 3 MONITOR O O OUT COMPONENT REMOTE IN OUT VIDEO VIDEO Aansluitingen op componenten d Video ingang (tulpstekker) 14 Nl Aansluitingen op dit toestel MONITOR OUT (VIDEO) Verbindingen Weergeven van TV-geluid via dit toestel INLEIDING Om geluid van een TV weer te geven via dit toestel, verbind één van de AV 1-6 aansluitingen van dit toestel met een audio-uitgangsaansluiting van de TV. Indien de TV een optische digitale uitgang ondersteunt, raden we aan dat u de AV 1 aansluiting gebruikt. Aansluiten op de AV 1 aansluiting stelt u in staat een ingangsbron over te schakelen op de AV 1 aansluiting met slechts een enkele toetshandeling, met behulp van de SCENE functie (bladzijde 24). VOORBEREIDINGEN TV Digitale uitgang (optisch) BASISBEDIENIN G PR PR PB PB VIDEO Y O COAXIAL COAXIAL AV 2 AV 3 ( TV ) A 1 AV (CD) AV 6 AV OUT AUDIO1 GEAVANCEERD E BEDIENING OPTICAL AUD AANVULLENDE INFORMATIE APPENDIX Nederlands 15 Nl Verbindingen Aansluiten van andere componenten Dit toestel heeft ingang- en uitgangaansluitingen voor betreffende ingang- en uitgangbronnen. U kunt geluiden en films produceren van de signaalbronnen die zijn geselecteerd met gebruik van de display van het voorpaneel of de afstandsbediening. Opmerking • Zorg ervoor dat de stekkers van zowel dit toestel als die van de andere apparatuur uit het stopcontact gehaald zijn. Audio-ingang (PHONO) Audio / videouitgang (AV OUT) RS- 232C TRIGGER OUT 1 2 12V N 0.1A MAX. DOCK HDMI OUT 1 HDMI 2 HDMI 1 HDMI OUT 2 (HDMI CONTROL) (BD/DVD) HDMI 4 HDMI 3 HDMI ingang (HDMI 1-4) PHONO OUT Audio-uitgang (DIGITAL AUDIO) COMPONENT VIDEO MONITOR OUT COMPONENT VIDEO ANTENNA S VIDEO UNBAL. FM REMOTE GND AM PR IN PR GND OPTICAL OUT DIGITAL AUDIO VIDEO PB PB VIDEO Y Y FRONT CENTER Audio-uitgang (AUDIO OUT) Audio / videoingang (AV 16) OPTICAL COAXIAL COAXIAL AV 2 AV 3 ( TV ) AV 1 OPTICAL (CD) AV 4 AV 5 AV 6 AV OUT FRONT AUDIO1 Audio-ingang (AUDIO 1/2) ■ SURROUND SUR.BACK SUBWOOFER MULTI CH INPUT AUDIO2 AUDIO OUT ZON OU Multikanaals audio-ingang (MULTI CH INPUT) Audio- en videospeler / Set-top box Externe component Externe component met HDMI uitgang Signaal Audio/video Uitgangsaansluitingen op componenten HDMI uitgang Ingangsaansluitingen op dit toestel HDMI 1 (BD/DVD) HDMI 2 HDMI 3 HDMI 4 Externe component met component videouitgang Audio Optische digitale uitgang Video Componentvideo-uitgang Audio Coaxiale digitale uitgang Video Componentvideo-uitgang Externe component met S-video uitgang Audio Analoog audiosignaal Video S-video uitgang Externe component met composiet videouitgang Audio Coaxiale digitale uitgang Video Composiet uitgang Audio Optische digitale uitgang Video Composiet uitgang Audio Analoog audiosignaal Video Composiet uitgang Audio Analoog audiosignaal Video Composiet uitgang 16 Nl AV 1 (TV) OPTICAL COMPONENT VIDEO AV 2 COAXIAL COMPONENT VIDEO AV 5 Analoge audio S VIDEO AV 3 (CD) COAXIAL VIDEO AV 4 OPTICAL VIDEO AV 5 Analoge audio VIDEO AV 6 Analoge audio VIDEO Verbindingen y ■ Audiospeler Externe component Uitgangsaansluitingen op componenten Optische digitale uitgang Externe component met coaxiale digitale uitgang Coaxiale digitale uitgang Externe component met analoge audio uitgang Analoog audiosignaal Analoog audiosignaal AV 1 (TV) OPTICAL AV 4 OPTICAL AV 2 COAXIAL AV 3 (CD) COAXIAL AV 5 Analoge audio AV 6 Analoge audio AUDIO 1 Analoge audio AUDIO 2 Analoge audio PHONO Analoge audio y • Indien uw CD-speler een coaxiale digitale uitgangsaansluiting heeft, sluit deze aan op de AV3 aansluiting van dit toestel. In dit geval kunt u gebruik maken van de SCENE functie (bladzijde 24) met de oorspronkelijke fabrieksinstellingen. • Als u een draaitafel met een laag-vermogen MC cartridge heeft verbonden met de PHONO aansluitingen, gebruik dan een in-line boost transformator of een MC-kopversterker. • Verbind uw draaitafel met de GND aansluiting van dit toestel om ruis in het signaal te verminderen. Interne signaalstroom Stroomschema videosignalen Dit toestel converteert automatisch ingangsvideosignalen en geeft de signalen weer via de HDMI OUT aansluitingen en MONITOR OUT (COMPONENT VIDEO en VIDEO) aansluitingen (videoconversie). Opmerking • De AV OUT (composiet video-) aansluiting geeft alleen videosignalen weer die binnenkomen via de composiet video-ingangsaansluitingen. Uitgang HDMI HDMI OUT HDMI Opmerkingen • De audiosignalen die binnenkomen via de HDMI ingangsaansluitingen worden weergegeven via de luidsprekeraansluitingen of de HDMI OUT 1/2 aansluitingen, afhankelijk van de “Audio Output” instelling (bladzijde 51). • De DIGITAL AUDIO (OPTICAL OUT) aansluiting geeft alleen digitale audiosignalen weer wanneer er signalen binnenkomen via de optische of coaxiale optische ingangsaansluitingen en de bijbehorende signaalbron geselecteerd is. Ingang Uitgang HDMI HDMI OUT APPENDIX Ingang Stroomschema audiosignalen HDMI OUT PR Optisch digitaal PR OPTICAL Component video OPTICAL PB PB Y Y Coaxiaal digitaal COAXIAL Analoog VIDEO VIDEO MULTI CH INPUT Luidsprekeraansluitingen 17 Nl Nederlands S VIDEO S-video Composiet video AANVULLENDE INFORMATIE ■ GEAVANCEERD E BEDIENING Over audio-/video-uitgangaansluitingen Wanneer u de AV OUT aansluitingen gebruikt: sluit deze aansluitingen aan op de composiet video- en analoge audio-ingangsaansluitingen van een externe component. Wanneer u de AUDIO OUT aansluitingen gebruikt: sluit deze aansluitingen aan op de analoge audioingangsaansluitingen van een externe component. Wanneer u de DIGITAL AUDIO (OPTICAL OUT) aansluitingen gebruikt: sluit deze aansluiting aan op de optische digitale ingangsaansluiting van een externe component. BASISBEDIENIN G Draaitafel Ingangsaansluitingen op dit toestel VOORBEREIDINGEN Externe component met optische digitale uitgang INLEIDING • Ingangsaansluitingen tussen haakjes geven de aansluitingen aan aan welke de SCENE functie (bladzijde 24) toegewezen is door de oorspronkelijke fabrieksinstellingen. Om de SCENE functie te gebruiken met de oorspronkelijke fabrieksinstellingen, sluit u de externe componenten die de SCENE functie ondersteunen aan op deze aansluitingen. • U kunt de naam van de signaalbron die wordt weergegeven op de display van het voorpaneel zo nodig veranderen (bladzijde 53). • Zie bladzijde 58 over hoe gebruik te maken van de ZONE2/3 OUT aansluitingen. • Wanneer u een externe component aansluit op analoge audio- en component video- (of composiet) uitgangsaansluitingen, sluit dan de analoge audiouitgang aan op de AUDIO 1 of AUDIO 2 aansluitingen van dit toestel terwijl u een videoverbinding (component video of composiet) maakt. Selecteer vervolgens de weer te geven video wanneer “AUDIO 1” of “AUDIO 2” is geselecteerd als de signaalbron (bladzijde 45). Verbindingen ■ Aansluiten van een multiformaat-speler of externe decoder Dit toestel is voorzien van 8 extra ingangsaansluitingen (L/R voor, Midden, L/R surround, Surround achter en Subwoofer) voor analoog multikanaals ingangssignalen van een multiformaat-speler, externe decoder, etc. Opmerkingen • Als u “MULTI CH” selecteert als de ingangsbron, wordt de digitale geluidsveldverwerker automatisch uitgeschakeld. • Daar dit toestel geen signaalinvoer doorzendt naar de MULTI CH INPUT aansluitingen om ontbrekende luidsprekers te compenseren, sluit tenminste een 5.1-kanaals luidsprekersysteem aan bij gebruik van deze functie. • U kunt een te reproduceren videosignaal specificeren tijdens een multikanaals audioweergave (bladzijde 45). Als uw DVD-speler analoge multikanaals uitgangsaansluitingen heeft, sluit deze aan op de MULTI CH INPUT aansluitingen bij het maken van een video-aansluiting (component video of composiet). e SUBWOOFER PRE OUT 1/2 aansluiting Sluit een subwoofer met een ingebouwde versterker aan. ■ Zenden/ontvangen van afstandsbedieningssignalen Wanneer de componenten de mogelijkheid bieden om afstandsbedieningssignalen door te sturen, sluit de REMOTE IN en REMOTE OUT aansluitingen als volgt aan op de in- en uitgangsaansluitingen van de afstandsbediening met behulp van het monaurale analoge minikabeltje. HDMI 2 HDMI 1 HDMI 4 HDMI 3 BD/DVD) MONITOR OUT COMPONENT VIDEO CENTER REMOTE PR IN OUT VIDEO PB FRONT SURROUND SUR.BACK SUBWOOFER MULTI CH INPUT Y R L Middenkanaal uitgang R Subwoofer uitgang L Surround-achter uitgang R Surroundkanaal uitgang Voorkanaal uitgang L Multi-formaat speler of externe decoder (7.1-kanaals weergave) ■ Aansluiten van een externe versterker Indien u nog een versterker wilt gebruiken, sluit dan een externe versterker aan op de PRE OUT aansluitingen. Elke PRE OUT aansluiting produceert hetzelfde signaal als de bijbehorende luidsprekeraansluitingen. Opmerking • Wanneer u de PRE OUT aansluitingen gebruikt, mag u niets verbinden met de luidsprekeraansluitingen. a b c SINGLE FRONT SURROUND SUR. BACK d CENTER Afstandsbedieningsuitgang Afstandsbedieningsingang Infraroodontvanger of Yamaha component IR flasher of Yamaha component (CD- of DVDspeler, etc.) y • Als u een Yamaha component aansluit die de ontvangst van het SCENE bedieningssignaal via de REMOTE OUT aansluiting van dit toestel ondersteunt, kunt u de weergave starten op de Yamaha component door gebruik te maken van de SCENE functie (bladzijde 24). • Als u een andere component dan Yamaha producten aansluit op de REMOTE OUT aansluiting van dit toestel, stel dan “SCENE IR” in op “OFF” in het geavanceerde setup menu (bladzijde 63). Aansluiten van een Yamaha iPod universeel dock of een Bluetoothh™ draadloze audio-ontvanger Dit toestel heeft de DOCK aansluiting om een Yamaha iPod universeel dock (YDS-11, los verkrijgbaar) of een Bluetooth draadloze audio-ontvanger (YBA-10, los verkrijgbaar) aan te sluiten. U kunt een iPod of een Bluetooth component afspelen met dit toestel door het aan te sluiten op de DOCK aansluiting. 1 SUBWOOFER 2 PRE OUT e a RS-232C Voorkanaal uitgangsaansluitingen. b SURROUND PRE OUT aansluitingen c SUR.BACK PRE OUT aansluitingen DOCK Surround achter-uitgangsaansluitingen. Als u slechts één externe versterker aansluit voor het surround achter-kanaal, dient u deze te verbinden met de linker SUR.BACK (SINGLE) aansluiting. HDMI OUT 1 (HDMI CONTROL) Surroundkanaal uitgangsaansluitingen. PHONO OUT COMPONENT VIDEO PR OPTICAL GND • Om surround achter-kanaalsignalen te reproduceren via deze aansluitingen, stel “Surround Speaker” in op een willekeurige parameter behalve “None” (bladzijde 49). CENTER PRE OUT aansluiting Middenkanaal uitgangsaansluiting. 18 Nl HDMI OUT 2 S VIDEO Yamaha iPod universeel dock of Bluetooth draadloze audio-ontvanger HD (BD ANTENNA UNBAL. FM y d TRIGGER O 1 2 FRONT PRE OUT aansluitingen GND Verbindingen Aansluiten op het netwerk Gebruik de HDMI IN aansluiting of analoge AUDIO/ VIDEO aansluitingen op het voorpaneel om een spelcomputer, camcorder of digitale camera op dit toestel aan te sluiten. U moet het volume van dit toestel en de andere componenten laag zetten voor u de aansluitingen gaat maken. Opmerking Opmerkingen SCENE • U moet een STP (Shielded Twisted Pair) kabel (los verkrijgbaar) gebruiken om dit toestel aan te sluiten op een netwerkhub of router. • Als de DHCP serverfunctie van uw router uitgeschakeld is, zult u de netwerkinstellingen met de hand moeten configureren (bladzijde 53). BD/DVD TV RADIO CD INPUT STRAIGHT PURE DIRECT VIDEO AUX OPTIMIZER MIC EFFECT VIDEO AUDIO HDMI IN Internet L AUDIO R V L R HDMI IN BASISBEDIENIN G VIDEO WAN HDMI HDMI uitgang Analoog audiosignaal Video uitgang PC LAN Modem Spelcomputer, camcorder of digitale camera TRIGGER OUT 1 2 12V NETWORK 0.1A MAX. 2 HDMI 2 HDMI 1 (BD/DVD) GEAVANCEERD E BEDIENING Router Netwerkkabel HDMI 3 Opmerking HDMI 4 REMOTE IN Aansluiten van een USB opslagapparaat VOLUME Sluit uw USB geheugenapparaat of draagbare USB audiospeler aan op de USB poort op het voorpaneel van dit toestel. Voor informatie over de USB opslagapparaten die ondersteund worden door dit toestel, zie bladzijde 38. ORY BAND l TUNIN G h AANVULLENDE INFORMATIE • Bevestig het geleverde VIDEO AUX ingangskapje op de VIDEO AUX aansluitingen wanneer u deze aansluitingen niet gebruikt, ter bescherming tegen stof. Om het kapje te verwijderen drukt u op het rechter gedeelte ervan. MONITOR OUT COMPONENT VOORBEREIDINGEN • Wanneer er tegelijkertijd signalen binnenkomen via de HDMI IN en analoge ingangsaansluitingen (AUDIO L/R en VIDEO), heeft de HDMI aansluiting prioriteit. INLEIDING Om dit toestel aan te sluiten op uw netwerk dient u het ene uiteinde van een netwerkkabel (CAT-5 of hoger geclassificeerde zg. ‘straight’ kabel met rechtstreekse doorverbinding) in de NETWORK poort van dit toestel te steken en het andere uiteinde in één van de LAN poorten van uw router die ondersteuning biedt voor de DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) serverfunctie. Om te genieten van Internetradio of muziekbestanden die opgeslagen zijn op uw PC, moet elk apparaat in het netwerk goed aangesloten zijn. Gebruiken van de VIDEO AUX aansluitingen INPUT OPTIMIZE R MIC VIDEO AUX SCENE VIDEO AUDIO BD/DVD TV RADIO CD HDMI IN PROGRAM MAIN ZONE PHONES USB TONE CONTROL STRAIGHT PURE DIRECT APPENDIX ON/OFF Bevestig het kapje PUSH EFFECT SILENT CINEMA USB VOLUME ORY BAND l TUNIN G h INPUT R MIC VIDEO AUX PUSH VIDEO USB geheugenapparaat of draagbare USB audiospeler Nederlands OPTIMIZE AUDIO HDMI IN Verwijder het kapje 19 Nl Verbindingen Aansluiten van de FM en AM antennes Een binnen FM antenne en een AM ringantenne worden bij dit toestel geleverd. Sluit deze antennes op de juiste wijze aan op de betreffende aansluitingen. Aansluiten van het netsnoer Nadat alle aansluitingen gereed zijn, steekt u het bijgeleverde netsnoer in de netstroomingang en vervolgens steekt u de stekker in het stopcontact. FM binnenantenne AM ringantenne (HDMI CONTROL) PHONO OUT COMPONENT VIDEO (BD/DVD) S VIDEO ANTENNA UNBAL. FM MONITOR OUT COMPONENT VIDEO AC IN RE GND AM PR IN PR GND OPTICAL DIGITAL AUDIO OUT PB VIDEO PB VIDEO Y Y Naar het stopcontact Aarde (GND aansluiting) De GND aansluiting is voor ruisvermindering. y • De meegeleverde antennes zijn normaal gevoelig genoeg om een goede ontvangst te krijgen. • Plaats de AM ringantenne weg van dit toestel. • Als u geen goede ontvangst kunt krijgen, raden we het gebruik van een buitenantenne aan. Neem contact op met de dichtstbijzijnde Yamaha dealer of het servicecentrum voor meer informatie. • Gebruik altijd de AM ringantenne zelfs als de buitenantenne is aangesloten. Aan en uit zetten van dit toestel 1 Druk op LMAIN ZONE ON/OFF op het voorpaneel (of op pPOWER op de afstandsbediening) om dit toestel aan te zetten. 2 Druk nogmaals op LMAIN ZONE ON/OFF (of op pPOWER) om dit toestellen uit (in standby) te zetten. In elkaar zetten van de meegeleverde AM ringantenne y • Het toestel heeft een paar seconden nodig voordat hij klaar is voor weergave. • U kunt dit apparaat ook aanzetten door te drukken op RSCENE (of hSCENE). • Dit toestel gebruikt een klein beetje elektriciteit, zelfs in de standbystand. We raden u aan om het stroomsnoer uit het stopcontact te halen. Aansluiten van de meegeleverde AM ringantenne De draden van de AM ringantenne hebben geen polariteit. U kunt de ene draad verbinden met de AM aansluiting en de andere met de GND aansluiting. Drukken en vasthouden 20 Nl Inbrengen Loslaten Let op Haal de stekker niet uit het stopcontact als het aan is. Als u dit doet kan het toestel beschadigen of kunnen de isntellingen van het toestel onjuist worden opgeslagen. Aanpassen van de luidsprekerinstellingen aan uw kamer (YPAO) 2 Verbind de meegeleverde optimalisatiemicrofoon met de UOPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel. VOORBEREIDINGEN Let op • Wij wijzen u erop dat het normaal is dat tijdens de “Auto Setup” procedure luide testtonen worden geproduceerd. Laat kleine kinderen niet de kamer binnengaan tijdens de procedure. • Om de beste resultaten te bereiken moet u ervoor zorgen dat de ruimte zo stil mogelijk is tijdens de “Auto Setup” procedure. Als er teveel andere geluiden zijn, is het mogelijk dat de resultaten tegenvallen. INPUT VIDEO AUX OPTIMIZER MIC VIDEO AUDIO HDMI IN y Optimalisatie-microfoon Gebruikmaken van Auto Setup Auto Setup Extra Speaker Assignment Zone2 Zone2+Zone3 Presence None EQ Type Flat Front Natural Start Move focus Start y 3 Plaats de optimalisatie-microfoon op uw normale luisterplek op een vlak en horizontaal oppervlak met de omnidirectionele microfoonkop naar boven. AANVULLENDE INFORMATIE • U kunt het bovenstaande menuscherm van het Setup menu weergeven (bladzijde 48). Optimalisatie-microfoon CROSSOVER/ HIGH CUT VOLUME MAX MIN APPENDIX MIN “MIC ON. View GUI MENU” verschijnt op de display van het voorpaneel. Het GUI menuscherm verschijnt op de videomonitor. GEAVANCEERD E BEDIENING Controleer de volgende punten. Voordat de automatische instellingen gestart worden, controleert u het volgende. • Alle luidsprekers en de subwoofer zijn op de juiste wijze aangesloten. • Er mag geen hoofdtelefoon zijn aangesloten op dit toestel. • De videomonitor is op de juiste wijze aangesloten. • Dit toestel en het beeldscherm moeten worden ingeschakeld. • Dit toestel is geselecteerd als de videosignaalbron van de videomonitor. • Een eventueel aangesloten subwoofer moet worden ingeschakeld en het volume moet ongeveer halverwege (of iets lager) worden ingesteld. • De crossoverfrequentiebediening voor de aangesloten subwoofer zijn op de maximum stand ingesteld. BASISBEDIENIN G • U kunt de uitgangskarakteristieken van uw luidsprekers manueel instellen met “Manual Setup” in het Setup menu (bladzijde 48). 1 INLEIDING Dit toestel heeft een Yamaha Parametric Acoustic Optimizer (YPAO). Met de YPAO past dit toestel automatisch de uitgangkenmerken van uw luidsprekers aan op basis van de luidsprekerpositie, de prestatie van de luidspreker en de akoestische kenmerken van de ruimte. We raden u aan dat u eerst de uitgangkenmerken met de YPAO afstelt als u dit toestel gebruikt. MAX Subwoofer y 21 Nl Nederlands • Het verdient aanbeveling een statief of iets vergelijkbaars te gebruiken om de optimalisatie-microfoon vast te zetten op dezelfde hoogte als waar uw oren zich zouden bevinden wanneer u op uw luisterplek zit. U kunt de optimalisatiemicrofoon vastmaken aan het statief met de bevestigingsschroef van het statief. Aanpassen van de luidsprekerinstellingen aan uw kamer (YPAO) 4 5 Wanneer de luidsprekers zijn aangesloten op de EXTRA SP aansluitingen, druk herhaaldelijk op jCursor k om “Extra Speaker Assignment” te selecteren en druk vervolgens op jCursor l / h om te selecteren hoe de EXTRA SP aansluitingen via “Zone2”, “Zone2+Zone3”, “Presence” of “None” te gebruiken. Als dit toestel niet werkt als u drukt op jCursor, druk dan eenmaal op iON SCREEN en gebruik vervolgens het toestel. Om geluidskenmerken te selecteren die ingesteld moeten worden, drukt u op jCursor n om “EQ Type” te selecteren en vervolgens op jCursor l / h. Als dit toestel niet werkt als u drukt op jCursor, druk dan eenmaal op iON SCREEN en gebruik vervolgens het toestel. Dit toestel heeft een parametrische equalizer die de signaalniveaus voor elk frequentiebereik aanpast. De equalizer is afgesteld om een samenhangend geluidsveld te produceren op basis van automatisch gemeten luidsprekerkenmerken. In “EQ Type” kunt u de volgende parametrische equalizerkenmerken selecteren die geschikt zijn voor de gewenste geluidskenmerken. Flat Dit stelt elke luidspreker af op het verkrijgen van dezelfde kenmerken. Selecteer dit als uw luidspreker vergelijkbare kwaliteiten heeft. Front Dit stel elke luidspreker af op het verkrijgen van dezelfde kenmerken als de linker en rechter voorluidsprekers. Selecteer dit als uw linker en rechter voor-luidsprekers aanzienlijk betere kwaliteit hebben dan andere luidsprekers. Als de meting is voltooid, verschijnt “YPAO Complete” op de display van het voorpaneel en verschijnen de meetresultaten op het GUI menuscherm. Auto Setup Result Speaker Config : 3 /4 / 0.1 Distance (Min / Max) : 3.00m / 10.50m Level (Min / Max) : -3.5dB / +4.5dB Set Finish Select items Speaker Config Geeft het aantal op dit toestel aangesloten luidsprekers aan in de volgende volgorde: Totaal van Voor en Midden/Totaal van Surround en Surround achter/Subwoofer Distance (Min / Max) Geeft de luidsprekerafstand weer vanaf de luisterpositie in de volgende volgorde: Afstand dichtstbijstaande luidspreker/Afstand verafst staande luidspreker Level (Min / Max) Geeft het luidsprekeruitgangsniveaus weer in de volgende volgorde: Laagste luidsprekeruitgangsniveau/Hoogste luidsprekeruitgangsniveau Opmerkingen • Indien “Error” op het GUI menuscherm verschijnt tijdens “Auto Setup”, dan wordt de meting geannuleerd en het type fout weergegeven. Zie “Wanneer een foutmelding wordt weergegeven tijdens meting” voor meer informatie (bladzijde 23). • Indien er problemen optreden tijdens de meting, verschijnt “Check xx warning(s)” (xx geeft het aantal waarschuwingen aan) in het rood. Zie “Wanneer een foutmelding wordt weergegeven na meting” voor meer informatie (bladzijde 23). 7 Natural Dit stelt alle luidsprekers af op het bereiken van natuurlijk geluid. Selecteer dit als geluiden in het hoge tonen-bereik te sterk lijken als “EQ Type” staat ingesteld op “Flat”. 6 Auto Setup Auto Setup Completed ! Please disconnect the micorphone (Then this screen will automatically disappear) Opmerkingen Het meten duurt ongeveer 3 minuten. Om precieze resultaten te bereiken, dient u te verblijven op een plek waar u de meting niet verstoort, zoals aan de zijkant of achter de luidsprekers of buiten de ruimte. Druk op jENTER om uw instellingen te bevestigen. Om de handeling te annuleren, druk op jCursor l / h om “Cancel” te selecteren en druk op jENTER. De kenmerken van de luidspreker worden aangepast volgens de meetresultaten. Als het volgende scherm verschijnt, verwijdert u de optimalisatiemicrofoon. “Auto Setup” is nu voltooid. Druk op jCursor n om “Start” te selecteren en druk vervolgens op jENTER om de setup procedure te starten. Er begint een aftelling en een meting in 10 seconden. Er is een luide testtoon te horen tijdens het meten. • Voer geen handelingen uit met dit toestel terwijl de automatische setup bezig is. • Druk op jCursor k om de automatische setup procedure te annuleren. Cancel Return De optimalisatiemicrofoon is niet goed bestand tegen warmte. Bewaar hem na meting op een koele plaats uit direct zonlicht. Laat hem niet op een plek waar hij onderhevig zal zijn aan hoge temperaturen, zoals op een AV-component. y • Indien u de metingsresultaten niet wilt toepassen, selecteert u “Cancel”. • Voer opnieuw “Auto Setup” uit als u het aantal posities van de luidsprekers wijzigt. 22 Nl Aanpassen van de luidsprekerinstellingen aan uw kamer (YPAO) Wanneer een foutmelding wordt weergegeven tijdens meting INLEIDING Als er een fout wordt gedetecteerd tijdens meting, wordt de meting geannuleerd en verschijnt “Error” op het GUI menuscherm. Controleer de fout en los het probleem op. Voor details over elke foutboodschap, zie bladzijde 74. Druk eenmaal op jCursor n, druk op jCursor l / h om “Retry” of “Exit” te selecteren en druk vervolgens op jENTER. VOORBEREIDINGEN Error E-1 : No Front Speakers FrontL/R channel signals are not detected. Check wiring and connections of the front L/R speakers. Retry Exit Move focus BASISBEDIENIN G Retry Voert “Auto Setup” opnieuw uit. Exit Dit beëindigt de meting en “Auto Setup”. y GEAVANCEERD E BEDIENING • Als “E-5:NOISY” verschijnt kunt u doorgaan met meten. Om door te gaan met meten, selecteert u “Proceed”. Wij raden u echter aan eerst het probleem op te lossen voordat u wederom met de meting begint. Wanneer een waarschuwingsmelding wordt weergegeven na meting AANVULLENDE INFORMATIE Als er een probleem optreedt tijdens meting, verschijnt “Check xx warning(s)” op het GUI menuscherm. Controleer de fout en los het probleem op. Voor details over elke foutboodschap, zie bladzijde 75. Auto Setup Result Speaker Config : 3 /4 / 0.1 Distance (Min / Max) : 3.00m / 10.50m Level (Min / Max) : -3.5dB / +4.5dB Check 2 warnings Set Cancel See details Select items y APPENDIX • Optimalisatie wordt niet uitgevoerd als een waarschuwingsbericht wordt weergegeven. Wij raden u echter aan eerst het probleem op te lossen en opnieuw “Auto Setup” uit te voeren. Druk op jCursor n / k om “Check xx warning(s)” te selecteren en druk dan op jENTER. Er worden details van het waarschuwingsbericht weergegeven. Indien er meerdere waarschuwingsberichten zijn, kunt u het volgende bericht weergeven met jCursor h. 2 Om terug te keren naar de display met het eerste resultaat, druk opnieuw op jENTER. Nederlands 1 23 Nl BASISBEDIENING Weergave Basisprocedure Opmerking 1 Zet de externe componenten (TV, DVD-speler, etc.) die zijn aangesloten op dit toestel, aan. 2 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dIngangskeuzetoets) om een ingangsbron te selecteren. Indien u op dUSB/NET op de afstandsbediening drukt, druk op de wSub-ingangskeuze toets om een sub-ingangsbron te selecteren. De naam van de geselecteerde ingangsbron verschijnt een paar seconden. Signaalbronnaam Wanneer u DTS-CD afspeelt, kan er in bepaalde omstandigheden ruis worden uitgezonden waardoor een luidspreker niet goed functioneert. Zorg dat het volume op laag is ingesteld voordat u de weergave start. Doe het volgende als ruis wordt weergegeven. 1) Wanneer alleen ruis wordt weergegeven Indien een DTS bitstreamsignaal niet goed wordt verzonden naar dit toestel, wordt alleen ruis weergegeven. Sluit een weergavecomponent aan op dit toestel met een digitale verbinding en geef de DTS-CD weer. Als de toestand niet verbeterd kan het probleem voortkomen uit de weergavecomponent. Neem contact op met de producent van de weergavecomponent. 2) Als er ruis wordt uitgezonden tijdens weergave of overslaan Voordat u de DTS-CD afspeelt, geeft u het Option menu weer na het selecteren van de signaalbron en stelt u “Decoder Mode” in op “DTS” (bladzijde 43). VOL. AV1 Gebruik van de SCENE functie y • Als u twee beeldschermen aansluit op de HDMI OUT aansluitingen van dit toestel, druk herhaaldelijk op gHDMI OUT om het (de) actieve beeldscherm(en) te selecteren (bladzijde 42). • U kunt een ingangsbron ook selecteren via het GUI menuscherm (bladzijde 25). • U kunt de naam van de ingangsbron die wordt weergegeven op de display van het voorpaneel of het GUI menuscherm zo nodig veranderen (bladzijde 53). 3 4 Geef het externe component dat u hebt geselecteerd als signaalbron, of selecteer een radiozender op de tuner. Raadpleeg de handleiding van de betreffende component voor gegevens over weergave. Voor het selecteren van radiozenders of afspelen van een iPod, Bluetooth component, USB opslagapparaat of netwerkinhoud met gebruik van dit toestel, kijkt u bij het volgende. • FM/AM radio-afstemming (bladzijde 31) • Afspelen van iPod (bladzijde 35) • Afspelen van Bluetooth component (bladzijde 37) • Afspelen van USB opslagapparaat (bladzijde 38) • Afspelen van Internetradio (bladzijde 41) • Afspelen van PC (bladzijde 39) Draai aan de KVOLUME knop (of druk op tVOLUME +/–) om het volume te regelen. Volume 24 Nl Toetsen Signaalbron Geluidsveldprogramma BD/DVD HDMI 1 Straight TV AV 1 Straight CD AV 3 Straight RADIO TUNER 7ch Enhancer y • Als dit toestel in standby staat, kunt u dit toestel aanzetten door te drukken op RSCENE (of op hSCENE). • Als u een Yamaha DVD/CD-speler aansluit die de capaciteit van de SCENE bedieningssignalen ingesteld heeft op de REMOTE OUT aansluiting van dit toestel, kunt u de weergave starten op de speler door gebruik te maken van de SCENE functie. Selecteren van een SCENE Druk op RSCENE (of op hSCENE). y • U kunt een SCENE ook selecteren via het GUI menuscherm (bladzijde 25). Registreren van een signaalbron/ geluidsveldprogramma naar SCENE VOL. Volume-18.5dB Dit toestel heeft een SCENE functie waarmee u de signaalbronnen en de geluidsveldprogramma’s kan veranderen met één toets. Er zijn vier scènes beschikbaar voor verschillend gebruik, zoals het afspelen van films of muziek. De volgende signaalbronnen en geluidveldprogramma’s worden als oorspronkelijke fabrieksinstellingen geleverd. L SL SW C R SR Selecteer de gewenste signaalbron/ geluidsveldprogramma en houd RSCENE (of hSCENE) ingedrukt totdat “SET Complete” op de display van het voorpaneel verschijnt. Weergave y • Als u de ingangsbroninstelling wijzigt, registreer de afstandsbedieningscode van een externe component op de ingangsbron (bladzijde 61). 1 Registreer de afstandsbedieningscode van een extern component naar de gewenste signaalbron (bladzijde 61). Opmerking • Deze functie is niet beschikbaar voor de TUNER ingangsbron. U kunt de balans van het hoge tonen bereik (Treble) en het lage tonen bereik (Bass) van de geluidsweergave afstemmen via de linker en rechter voor-luidsprekers om de gewenste toon te krijgen. 1 TV CD RADIO Gebruik jCursor k / n herhaaldelijk om de bladzijde te verwisselen en jCursor l / h herhaaldelijk om de gewenste bron te selecteren. Source Select Scene BD/DVD, TV, CD, RADIO Select Input HDMI1-4, V-AUX, PHONO, MULTI CH, DOCK, AV1-6, AUDIO1/2, USB, NET RADIO, PC, TUNER y Druk op jENTER. 2 0.0dB Verdraai de PPROGRAM schakelaar om het frequentiebereik te regelen. Instelbereik: –10,0 dB t/m +10,0 dB De display keert binnen een paar seconden automatisch terug naar het vorige scherm. Opmerking • De toonregelingsinstellingen zijn niet effectief wanneer dit toestel in de Pure Direct stand staat of als “MULTI CH” geselecteerd is als ingangsbron. Luisteren naar pure hi-fi weergave Gebruik de Pure Direct functie om te luisteren naar de high fidelity weergave van de geselecteerde bron. Wanneer de Pure Directfunctie is ingeschakeld, geeft dit toestel de geselecteerde signaalbron weer met zo min mogelijk tussenliggende schakelingen. Druk op SPURE DIRECT (of op rPURE DIRECT) om de Pure Direct stand uit of aan te zetten. SPURE DIRECT licht op als u de Pure Direct stand aanzet. De volgende functies zijn uitgeschakeld in de Pure Direct stand. – geluidsveldprogramma, toonregeling – weergave en werking van het Option menu en Setup menu – multi-zone functie y • De display van het voorpaneel wordt automatisch uitgeschakeld terwijl dit toestel in de Pure Direct stand is. 25 Nl Nederlands • Als een ingangsbron die u wilt selecteren beschikbaar is in “Select Scene”, kunt u de gewenste ingangsbron en het gewenste geluidsveldprogramma onmiddellijk selecteren. Treble APPENDIX Categorie Druk herhaaldelijk op OTONE CONTROL op het voorpaneel om “Treble” of “Bass” te selecteren. AANVULLENDE INFORMATIE BD/DVD 3 Afstemmen van hoge/lage tonenweergave (toonregeling) GEAVANCEERD E BEDIENING Druk op iON SCREEN op de afstandsbediening. Het GUI menuscherm verschijnt op de videomonitor. Select Scene 2 Druk nog eens op vMUTE om de geluidsweergave te hervatten. Terwijl u de gewenste hSCENE toets ingedrukt houdt, houd de dIngangskeuzetoets ingedrukt waarop u een afstandsbedieningscode hebt geregistreerd in stap 1. De externe component kan nu op afstand worden bediend door gewoon een scène te kiezen. Selecteren van een bron op het GUI menuscherm 1 2 BASISBEDIENING 2 Druk op vMUTE op de afstandsbediening om de geluidsweergave te dempen. VOORBEREIDINGEN U kunt een extern component met de afstandsbediening van dit toetstel bedienen door een afstandsbedieningscode voor het externe component in te stellen voor elke signaalbron. Door de afstandsbedieningscodes in te stellen voor de gewenste signaalbronnen kunt u schakelen tussen de externe componenten die zijn verbonden met scèneselecties. 1 INLEIDING Het wisselen van afstandbestuurbare externe componenten die zijn verbonden met scèneselecties Dempen van audioweergave Weergave Gebruik van uw hoofdtelefoon Steek uw hoofdtelefoon in de MPHONES aansluiting op het voorpaneel. Als u een geluidveldprogramma selecteert tijdens het gebruik van de hoofdtelefoon, wordt de stand automatisch ingesteld op SILENT CINEMA. Opmerkingen iPod (DOCK) (menubedieningsstand) USB (USB/NET) PC (USB/NET) Informatie wijzigen op de display van het voorpaneel Druk herhaaldelijk op EINFO (of op fINFO). Beschikbare informatie verschilt afhankelijk van de geselecteerde ingangsbron. Als u bijvoorbeeld het HDMI1 signaal selecteert en “DSP Program” weergeeft, verschijnt het volgende scherm op de display van het voorpaneel. Signaalbron Straight Geluidsveldprogramma Signaalbron Information HDMI1-4 AV1-6 AUDIO1/2 V-AUX PHONO iPod (DOCK) (eenvoudige afstandsbedieningsmodus) BLUETOOTH (DOCK) Input DSP Program Audio Decoder MULTI CH Input TUNER Frequency, DSP Program, Audio Decoder (voor Radio Data Systeem informatie) Program Service, Program Type, Radio Text, Clock Time, DSP Program, Audio Decoder, Frequency Information (op de display voor afspeelinformatie) DSP Program, Audio Decoder, Song, Artist, Album (op GUI menuscherm) List NET RADIO (USB/NET) • Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, zullen er geen signalen worden gereproduceerd via de luidspreker-aansluitingen. • Als multi-kanaalssignalen worden verwerkt, worden geluiden in alle kanalen gescheiden in linker en rechterkanalen. Als “MULTI CH” geselecteerd is als de ingangsbron, wordt via de hoofdtelefoon alleen het geluid weergegeven van de L/R voor-kanalen. 26 Nl Signaalbron (op de display voor afspeelinformatie) DSP Program, Audio Decoder, Station Name (op GUI menuscherm) List Genieten van de geluidsveldprogramma’s Dit toestel is ook uitgerust met een Yamaha digitale geluidsveldverwerking (DSP - Digital Sound Processing) chip. U kutn genieten van multi-kanaalsgeluiden van bijna alle signaalbronnen met gebruik van diverse geluidveldprogramma’s die zijn opgeslagen op een chip en een diversiteit aan surround recorders. INLEIDING Selecteren van geluidsveldprogramma’s ■ Het selecteren van een geluidsveldprogramma op het voorpaneel Verdraai de PPROGRAM schakelaar om een gewenst geluidsveldprogramma te selecteren. VOORBEREIDIN GEN ■ Het selecteren van een geluidsveldprogramma met de afstandsbediening Voer de volgende handelingen uit afhankelijk van de categorie van de geluidveldprogramma’s. Geluidsveldprogramma’s voor films/TV programma’s.................... Druk herhaaldelijk op rMOVIE. Geluidveldprogramma’s voor muziek .............................................. Druk herhaaldelijk op rMUSIC. Stereoreproductie ............................................................................. Druk herhaaldelijk op rSTEREO. Multi-kanaals stereo reproductie...................................................... Druk herhaaldelijk op rSTEREO. Compressed Music Enhancer ........................................................... Druk herhaaldelijk op rSTEREO. Surround decoder ............................................................................. Druk herhaaldelijk op rSUR.DECODE. Als u bijvoorbeeld “Sci-Fi” selecteert, verschijnt het volgende scherm op de display van het voorpaneel. BASISBEDIENING Geluidsveldprogrammacategorie Sci-Fi Programmanaam Beschrijvingen geluidsveldprogramma • U kunt controleren welke luidsprekers momenteel signalen uitzenden met de luidsprekerindicators op de display van het voorpaneel (bladzijde 6). • Elk programma kan geluidsveldelementen afstellen (geluidsveldparameters). Zie bladzijde 54 voor details. • in de tabel geeft het geluidsveldprogramma met CINEMA DSP aan (bladzijde 79). Voor film-/TV-programmabronnen (MOVIE) Programma AANVULLENDE INFORMATIE Dit toestel levert geluidsveldprogramma’s voor meerdere categorieën, inclusief muziek, films en stereoreproductie. Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw eigen smaak, niet alleen op basis van de naam van het programma oid. y GEAVANCEERD E BEDIENING Opmerkingen • Geluidsveldprogramma’s worden voor elke signaalbron opgeslagen. Als u de signaalbron verandert, dan wordt het geluidsveldprogramma dat eerder voor die signaalbron is geselecteerd, opnieuw toegepast. • Als u DTS Express bronnen of audiosignalen afspeelt met een bemonsteringsfrequentie van meer dan 96 kHz, wordt de rechte decodeerstand (bladzijde 30) automatisch geselecteerd. • Als u Dolby TrueHD bronnen afspeelt met CINEMA DSP, kan in bepaalde gevallen een ander programma automatisch geselecteerd worden. • Als u DTS-HD bronnen afspeelt met CINEMA DSP, wordt de DTS decoder automatisch geselecteerd. Beschrijving Spectacle Dit programma reproduceert de overweldigende ervaring van groots opgezette spektakelfilms. Het voorziet in een breed geluidsveld dat past bij Cinemascope en andere breedbeeld films, met een uitstekend dynamisch bereik, van zeer zachte tot verschrikkelijk harde geluiden. Sci-Fi Dit programma geeft een heldere reproductie van de verfijnde geluidseffecten van de nieuwste science-fiction en special-effects films. U kunt hierdoor genieten van een cinematografisch gelaagde virtuele ruimte, waarin de dialogen, de geluidseffecten en achtergrondmuziek duidelijk gescheiden zijn. Adventure Dit programma is ideaal voor een precieze reproductie van het geluid bij actie- en avonturenfilms. Het geluidsveld beperkt natrillingen en geeft de nadruk aan het reproduceren van een zich ver naar links en naar rechts uitstrekkende geluidsruimte. De gereproduceerde diepte wordt ook relatief beperkt om de scheiding tussen de audiokanalen en de helderheid van de weergave te kunnen waarborgen. 27 Nl Nederlands Dit programma creëert een geluidsveld dat de nadruk legt op het omhullende surroundgevoel zonder de oorspronkelijke akoestische positionering van multikanaals audio zoals Dolby Digital en DTS aan te tasten. Het ontwerp gaat uit van het concept van een “ideale bioscoop” waarin het publiek wordt omhuld door de natrillingen van links, rechts en van achteren. APPENDIX Standard Genieten van de geluidsveldprogramma’s Programma Beschrijving Drama Dit geluidsveld biedt stabiele natrillingen die geschikt zijn voor een breed scala aan filmgenres, van serieus drama tot musicals en komedies. De natrillingen zijn gematigd maar bieden een optimale 3D gewaarwording, effecttonen en achtergrondmuziek worden zachtjes weergegeven, maar gesproken tekst wordt helder weergegeven en in het midden gepositioneerd op een manier die de luisteraar niet vermoeit, ook niet na vele uren kijken. Mono Movie Dit programma is speciaal bedoeld voor de reproductie van mono videomateriaal, zoals klassieke films, en geeft u het gevoel alsof u in een oude, gezellige bioscoop zit. Dit programma produceert de optimale expansie en natrillingen voor de originele geluidsweergave en creëert een comfortabele ruimte met een duidelijk bepaalde diepte. Sport Dit programma stelt de luisteraar in staat met een rijkere beleving te luisteren naar stereo sportuitzendingen en amusementsprogramma’s uit de studio. Bij sportuitzendingen worden de stemmen van de commentatoren duidelijk in het midden geplaatst, terwijl de atmosfeer van het stadion zich rondom uitspant zodat de luisteraar het gevoel krijgt alsof hij of zij zich middenin het stadion bevindt. Action Game Dit geluidsveld is geschikt voor actiespellen zoals racespelletjes en FPS games. Er wordt gebruik gemaakt van weerkaatsingsgegevens die het effectbereik per kanaal beperken voor een krachtige spelomgeving waarin de speler helemaal op kan gaan zonder een duidelijk gevoel voor richting te verliezen. Roleplaying Game Dit geluidsveld was geoptimaliseerd voor rollenspellen en avonturen. Het combineert de geluidsveldeffecten voor films en de geluidsveldontwerpen voor “Action Game” om de diepte en het driedimensionale gevoel van de spelwereld tijdens het spelen weer te geven, terwijl er ook zoveel mogelijk recht wordt gedaan aan de filmische surroundeffecten in het spel. Voor audiomuziekbronnen (MUSIC) Programma Beschrijving Hall in Munich Dit geluidsveld simuleert een concertzaal met ongeveer 2500 zitplaatsen in Muenchen, met een stijlvol houten interieur, zoals normaal is in Europese concertzalen. Verfijnde, mooie natrillingen verspreiden zich door de ruimte en creëren een kalme sfeer. U bevindt zich virtueel in het midden links in de zaal. Hall in Vienna Dit is een traditionele middelgrote, doosvormige concertzaal met ongeveer 1700 zitplaatsen in Wenen. De zuilen en ingewikkelde versieringen zorgen voor zeer complexe reflecties die voor het publiek van alle kanten lijken te komen en voor een volle en rijke geluidsweergave. Chamber Dit programma recreëert een relatief brede ruimte met een hoog plafond, zoals een audiëntiezaal in een paleis. Dit levert plezierige natrillingen op die hof- en kamermuziek ten goede komen. Cellar Club Dit programma simuleert een ‘live house’ met een laag plafond en een huiselijke atmosfeer. Een realistisch en levendig geluidsveld met een krachtige weergave alsof de luisteraar zich op de eerste rij voor een klein podium bevindt. The Roxy Theatre Dit is het geluidsveld van een rock live house in Los Angeles, met ongeveer 460 plaatsen. U bevindt zich virtueel in het midden links in de zaal. The Bottom Line Dit is het geluidsveld vlak voor het podium in The Bottom Line, ooit een befaamde New Yorkse jazzclub. Er is plaats voor 300 mensen links en rechts en het geluidsveld biedt een realistische en levendige weergave. Music Video Dit geluidsveld geeft een beeld van een concertzaal voor live optredens van pop-, rock- en jazzmuziek. De luisteraar kan zich in een hippe livetent wanen dankzij het aanwezigheidsgeluidsveld dat de nadruk legt op de levendigheid van de vocalen en de solo’s en de beat van de ritmesecties, en dankzij het surroundgeluidsveld dat zorgt voor de ruimtelijkheid van een grote live zaal. Voor stereoweergave (STEREO) Programma 2ch Stereo Beschrijving Gebruik dit programma om multikanaals materiaal terug te brengen naar 2 kanalen. y • Wanneer er multi-kanaals signalen binnenkomen, zullen deze worden teruggemengd naar 2 kanalen en worden weergegeven via de linker en rechter voorluidsprekers. 28 Nl Genieten van de geluidsveldprogramma’s Voor multikanaalse stereoweergave (STEREO) Programma Gebruik dit programma om geluid weer te laten geven door alle luidsprekers. Wanneer u multikanaals materiaal weergeeft, zal dit toestel het bronsignaal terugbrengen tot 2 kanalen en het geluid vervolgens weergeven via alle luidsprekers. Dit programma geeft een groter geluidsveld en is ideaal voor achtergrondmuziek bij feesten en partijen enz. INLEIDING 7ch Stereo Beschrijving Compressed Music Enhancer (ENHANCER) Beschrijving Straight Enhancer Gebruik dit programma om het geluid te verbeteren tot het zo goed mogelijk de originele diepte en breedte van het 2-kanaals of multikanaals signaal voor compressie benadert. 7ch Enhancer Gebruik dit programma voor weergave met compensatie voor compressie-artefacten in 7-kanaals stereo. VOORBEREIDINGEN Programma Surround decodeerstand (SUR. DECODE) Decoder Beschrijving PLIIx Movie / PLII Movie Dolby Pro Logic IIx (of Dolby Pro Logic II) decoder geschikt voor films. Indien uw luisteromgeving als volgt is, kunt u geen Dolby Pro Logic IIx decoder selecteren. • Als de surround achter luidsprekers niet zijn aangesloten • Als er een hoofdtelefoon is aangesloten PLIIx Music / PLII Music Dolby Pro Logic IIx (of Dolby Pro Logic II) decoder geschikt voor muziek. Indien uw luisteromgeving als volgt is, kunt u geen Dolby Pro Logic IIx decoder selecteren. • Als de surround achter luidsprekers niet zijn aangesloten • Als er een hoofdtelefoon is aangesloten PLIIx Game / PLII Game Dolby Pro Logic IIx (of Dolby Pro Logic II) decoder geschikt voor games. Indien uw luisteromgeving als volgt is, kunt u geen Dolby Pro Logic IIx decoder selecteren. • Als de surround achter luidsprekers niet zijn aangesloten • Als er een hoofdtelefoon is aangesloten Neo:6 Cinema DTS decoder geschikt voor films. Neo:6 Music DTS decoder geschikt voor muziek. y AANVULLENDE INFORMATIE Dolby Pro Logic decoder geschikt voor alle soorten bronnen. GEAVANCEERD E BEDIENING Pro Logic BASISBEDIENING Selecteer dit programma om bronnen met geselecteerde decoders af te spelen. U kunt 2-kanaals materiaal via meer kanalen laten weergeven. • Een ingangsbron wordt in rechte decodeerstand (bladzijde 30) afgespeeld wanneer “MULTI CH” geselecteerd is als de ingangsbron. APPENDIX Nederlands 29 Nl Genieten van de geluidsveldprogramma’s Genieten van onverwerkte ingangsbronnen (rechte decodeerstand) Genieten van geluidsveldprogramma’s met hoofdtelefoons (SILENT CINEMA™) In rechte decodeerstand worden geluiden weergegeven zonder geluidsveldeffect. 2-kanaals stereobronnen worden weergegeven van slechts de linker en rechter voorluidsprekers. Multi-kanaals signaalbronnen worden recht gedecodeerd in de juiste kanalen en multi-kanaals geluiden worden gereproduceerd zonder een geluidsveldeffect. SILENT CINEMA stelt u in staat naar multikanaals bronnen te luisteren met uw hoofdtelefoon. SILENT CINEMA stand wordt automatisch geselecteerd als u de hoofdtelefoonstekker insteekt in de PHONES-aansluiting. 1 2 Om rechte decodeerstand mogelijk te maken, drukt u op QSTRAIGHT (of op rSTRAIGHT). “Straight” verschijnt op de display van het voorpaneel. Om de rechte decodeerstand te annuleren, drukt u op QSTRAIGHT (of op rSTRAIGHT). Een geluidsveldprogrammanaam verschijnt op de display van het voorpaneel en het geluid wordt gereproduceerd met dat geluidsveldeffect. Gebruik van geluidsveldprogramma’s zonder surround-luidsprekers (Virtual CINEMA DSP) Virtual CINEMA DSP stelt u ook zonder daadwerkelijke surround-luidsprekers in staat om te profiteren van surroundeffecten door middel van virtuele surroundluidsprekers. U kunt Virtual CINEMA DSP zelfs gebruiken op een minimaal systeem met slechts twee luidsprekers zonder midden-luidspreker. Als “Surround SpeakerP” in het Setup menu is ingesteld op “None” (bladzijde 49), werkt dit toestel in de Virtual CINEMA DSP modus. Opmerking • Virtual CINEMA DSP is onder de volgende omstandigheden niet beschikbaar, zelfs als u “Surround Speaker” hebt ingesteld op “None” (bladzijde 49). – een hoofdtelefoonstekker is aangesloten op de PHONES aansluiting. – 7ch Stereo van het geluidsveldprogramma is geselecteerd. – Pure Direct stand of rechte decodeerstand wordt gebruikt. 30 Nl Opmerking • SILENT CINEMA-stand is onder de volgende omstandigheden niet beschikbaar. – 2ch Stereo van het geluidsveldprogramma is geselecteerd. – Pure Direct stand of rechte decodeerstand is geselecteerd. Gebruik van de CINEMA DSP 3D stand CINEMA DSP 3D stand voor een intensieve en accurate dieptewerking in het in de luisterruimte gecreëerde geluidsveld. Om dit toestel in de CINEMA DSP 3D stand te gebruiken, zijn aanwezigheidsluidsprekers nodig. Sluit de aanwezigheidsluidsprekers aan op de SP1 aansluitingen, voer de volgende instellingen uit en selecteer vervolgens een met CINEMA DSP gerelateerd geluidsveldprogramma. • Haal de hoofdtelefoon uit de PHONES aansluiting. • Stel “Extra Speaker Assignment” in op “Presence” (bladzijde 49). • Stel “3D DSP” in op “On” (bladzijde 55). Wanneer het geluidsveldprogramma werkt in de CINEMA DSP 3D stand, licht de 3D indicator op op de display van het voorpaneel. FM/AM afstemming De FM/AM tuner van dit toestel levert de volgende twee standen voor afstemmen. 4 Opmerkingen • Als u drukt op lNumerieke toetsen tijdens het voorprogrammeren, dan wordt een voorkeuzenummer geselecteerd. Stel de afstemmingsmodus op de frequentieafstemmingsmodus met ITUNING l / h (of met eTUNING k / n) voor aanvang van de handeling. • “Wrong Station!” verschijnt op de display van het voorpaneel als u een frequentie invoert die niet in een bereikbaar bereik ligt. Zorg dat de ingevoerde frequentie correct is. • U hoeft geen nul in te voeren als u aan het eind van een decimaal getal komt. Voer bijvoorbeeld “925” in voor “92.50 MHz” of “94” voor “94.00 MHz”. Opmerking • Stel de FM/AM antennes die op dit toestel zijn aangesloten af, voor de beste ontvangst. 1 Registreren van FM/AM zenders en afstemmen (Automatisch afstemmen) U kunt tot 40 FM/AM zenders registreren (Afstemmen). 2 Druk op HBAND (of op eFM of eAM) om een band te selecteren. 3 Druk op ITUNING l / h (of op eTUNING k / n) om de frequentie te specificeren. De TUNED indicator op de display op het voorpaneel licht op als de tuner afstemt op een zender. De STEREO indicator licht ook op als het programma wordt uitgezonden in stereo. De tuner detecteert automatisch FM zenders met verkeerde signalen en registreert tot 40 zenders. Om AM zenders te registreren, gebruik manuele instelling van voorkeuzezenders. Zenders registreren via automatische zenderafstemming Opmerking • Alleen Radio Data Systeem zenders worden automatisch opgeslagen bij het automatisch voorprogrammeren. Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dTUNER) om “TUNER” als de ingangsbron te selecteren. 2 Druk op sOPTION op de afstandsbediening. Het Option menu voor “TUNER” wordt weergegeven (bladzijde 43). 3 Selecteer “Auto Preset” en druk dan op jENTER. STEREO TUNED FM92.50MHz De frequentie wijzigt op de volgende wijze in overeenstemming met hoe u drukt op ITUNING l / h (of op eTUNING k / n). Automatische zenderafstemming start ongeveer 5 seconden later vanaf de laagste frequentie omhoog. Nederlands Als u drukt en de toets weer loslaat De tuner verhoogt of verlaagt de frequentie in stapjes. Gebruik deze methode als de tuner geen sterke signalen kan ontvangen en zenders tijdens het zoeken worden overgeslagen. Auto Preset APPENDIX Als u de toets langer dan 1 seconde indrukt De tuner zoekt de frequentie van een zender die detecteerbaar is rond de huidige frequentie. Dit is effectief als de tuner sterke signalen kan ontvangen zonder storing. Als de zoekopdracht start, laat u de toets los. Als u de toets ingedrukt houdt, blijft het zoeken voortduren zelfs als een zender is gedetecteerd. Dit is handig als u wilt afstemmen op een bepaald station. AANVULLENDE INFORMATIE 1 GEAVANCEERD E BEDIENING Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dTUNER) om “TUNER” als de ingangsbron te selecteren. BASISBEDIENING Afstemmen op de gewenste FM/AM zender (Frequentie-afstemming) VOORBEREIDIN GEN ■ Automatische afstemfunctie U kunt de frequenties van FM/AM zenders vooraf instellen door ze te registeren met specifieke nummers en later eenvoudigweg die nummers te selecteren om op af te stemmen. INLEIDING ■ Frequentie-afstemfunctie U kunt afstemmen op een gewenste FM/AM zender door te zoeken naar of het specificeren van een frequentie. Als u wilt afstemmen volgens directe frequentie-afstemming, drukt u op de lNumerieke toetsen om de frequentie van de zender in te voeren. y • U kunt wisselen tussen stereo of mono voor FM uitzending in het Option menu (bladzijde 44). 31 Nl FM/AM afstemming y y • U kunt het voorkeuzenummer selecteren waarop de afstemming begint door op ePRESET k / n of op jCursor k / n te drukken, terwijl op de display van het voorpaneel “READY” wordt weergegeven. • Om de registratie te annuleren, druk op jRETURN. • Om de registratie te annuleren drukt u op jRETURN of laat u het toestel ongeveer 30 seconden met rust zonder enige bewerking uit te voeren. Status 01:FM87.50MHz Voorkeuzenummer Frequentie Tijdens de automatische zenderafstemming verschijnt “MEMORY” op de display van het voorpaneel telkens als er een zender wordt geregistreerd. Wanneer de registratie gereed is, verschijnt “FINISH” en vervolgens keert het scherm terug naar het Option menu. Om de display terug te laten keren naar de oorspronkelijke staat, druk op sOPTION. Zenders registreren via handmatige zenderafstemming U kunt handmatig AM zenders registreren of FM zenders met zwakke signalen. 1 Stem af op de gewenste zender (bladzijde 31). 2 Druk op GMEMORY (of op eMEMORY). “Manual Preset” verschijnt op de display van het voorpaneel gevolgd door het voorkeuzenummer waaronder de zender wordt geregistreerd. Een voorkeuzezender oproepen (Automatische afstemming) U kunt voorkeuzezenders oproepen die zijn geregistreerd door automatische zenderafstemming of handmatige zenderafstemming. Druk op FPRESET l / h (of op ePRESET k / n) om een voorkeuzenummer te selecteren. y • Voorkeuzenummers waaronder geen zenders zijn geregistreerd, worden overgeslagen. • “Indien “No Presets” of “No Presets in Memory” wordt weergegeven, betekent het dat er geen zenders zijn geregistreerd. • U kunt een voorkeuzenummer direct selecteren door te drukken op de lNumerieke toetsen tijdens het oproepen van een voorkeuzezender. “Wanneer u een voorkeuzenummer invoert waaronder nog geen zender is geregistreerd, verschijnt “Empty” op de display. “Wrong Num.” verschijnt als u een ongeldig nummer invoert. • Wanneer u op lNumerieke toetsen drukt tijdens normaal afstemmen, wordt er een frequentie ingevoerd. Stel de afstemmingsmodus in op voorprogrammeren met FPRESET l / h (of met ePRESET k / n) voor aanvang van de handeling. Wissen van voorkeuzezenders 1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dTUNER) om “TUNER” als de ingangsbron te selecteren. 2 Druk op sOPTION op de afstandsbediening. Het Option menu voor “TUNER” wordt weergegeven (bladzijde 43). 3 Druk op jCursor k / n om “Clear Preset” te selecteren en druk dan op jENTER. y • Door GMEMORY (of eMEMORY) meer dan 2 seconden ingedrukt te houden, kunt u de volgende stappen overslaan en het geselecteerde station automatisch registreren onder een leeg voorkeuzenummer (naast het laatst geregistreerde voorkeuzenummer). 3 Druk op FPRESET l / h (of op ePRESET k / n) om het voorkeuzenummer te selecteren waaronder u de zender wilt registreren. Wanneer u een voorkeuzenummer selecteert waaronder nog geen zender is geregistreerd, verschijnt “Empty” op de display. Wanneer u een voorkeuzenummer selecteert waaronder reeds een zender is geregistreerd, wordt de frequentie van de zender weergegeven. 01:FM92.50MHz Voorkeuzenummer y • Om de handeling te annuleren en terug te keren naar het Option menu, druk op jRETURN. Te registreren frequentie 4 Druk op jCursor k / n om een voorkeuzenummer te selecteren en druk dan op jENTER. De voorkeuzezender die is geregistreerd onder het geselecteerde voorkeuzenummer wordt gewist. Om de registratie van meerdere voorkeuzenummers te wissen, herhaalt u stap 4. 5 Om het Option menu te verlaten, druk op sOPTION. 01:Empty Knippert Voorkeuzenummer y • Ook kunt u een voorkeuzenummer selecteren met behulp van de lNumerieke toetsen. 4 Druk op GMEMORY (of op eMEMORY). Als de registratie is voltooid, keert het scherm terug naar de oorspronkelijke staat. 32 Nl Radio Data Systeem afstembewerking Radio Data Systeem is een systeem voor gegevensoverdracht dat door FM zenders in een groot aantal landen worden gebruikt. Dit toestel kan verschillende Radio Data Systeem gegevens ontvangen zoals “Program Service”, “Program Type”, “Radio Text”, “Clock Time”, en “EON” (verbeterde andere netwerken) bij het ontvangen van Radio Data Systeem zendstations. INLEIDING Opmerking • De Radio Data Systeem ontvangstfunctie is alleen beschikbaar in de modellen voor het V.K., Europa en Rusland. Tonen van Radio Data Systeem informatie 1 Frequentie, voorkeuzenummer (als de geselecteerde zender vooraf geprogrammeerd is) VOORBEREIDIN GEN U kunt de 4 typen Radio Data Systeem informatie (“Program Service”, “Program Type”, “Radio Text” en “Clock Time”) weergeven op de display van het voorpaneel. Frequency Terug naar “Program Service” Stem af op de gewenste Radio Data Systeem zender. • Frequentie-afstemming (bladzijde 31) • Automatisch afstemmen (bladzijde 32) Display voorbeeld (Program Type) • U kunt ook met de PTY Seek functie afstemmen op de gewenste Radio Data Systeem zender via de voorgeprogrammeerde zenders. 2 Druk herhaaldelijk op EINFO (of op fINFO) om de gewenste Radio Data Systeem informatieweergavestanden te selecteren. Programmaservicenaam, frequentie U kunt het gewenste radioprogramma selecteren uit alle voorgeprogrammeerde Radio Data Systeem zenders door middel van het programmatype. y Program Type Programmatype, frequentie • Om een radioprogramma te selecteren met PTY Seek, moet u eerst de Radio Data Systeem zenders registreren (bladzijde 31). “Indien “No Presets” of “No Presets in Memory” wordt weergegeven, betekent het dat er geen zenders zijn geregistreerd. • U kunt PTY Seek ook bedienen via het GUI menuscherm. Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dTUNER) om “TUNER” als de ingangsbron te selecteren. 2 Druk op sOPTION op de afstandsbediening. Het Option menu voor “TUNER” wordt weergegeven (bladzijde 43). 3 Druk op jCursor k / n om “PTY Seek” te selecteren en druk dan op jENTER. Radio Text Radiotekst, frequentie Clock Time Kloktijd, frequentie AANVULLENDE INFORMATIE 1 GEAVANCEERD E BEDIENING Program Service Selecteren van een Radio Data Systeem programmatype (PTY Seek) BASISBEDIENING SPORT y APPENDIX DSP Program Huidig geluidsveldprogramma (bladzijde 27), frequentie Nederlands Audio Decoder Huidige audio decoder (bladzijde 29), frequentie 33 Nl Radio Data Systeem afstembewerking 4 Druk opjCursor l / h om een programmatype te selecteren voor de zoekopdracht. PTY:SPORT Programmatype U kunt een programmatype selecteren uit het volgende. Programmatype Beschrijving NEWS Nieuws AFFAIRS Actualiteiten INFO Algemene informatie SPORT Sport EDUCATE Educatief DRAMA Drama CULTURE Cultuur SCIENCE Wetenschap VARIED Licht amusement POP M Populaire muziek ROCK M Rockmuziek M.O.R. M Middle-of-the-road muziek (easy-listening) LIGHT M Licht klassiek CLASSICS Klassiek OTHER M Overige muziek 5 Om een zender te zoeken, drukt u op jCursor k / n. • Om lager dan de huidige voorkeuzezender te zoeken, druk op jCursor n. • Om hoger dan de huidige voorkeuzezender te zoeken, druk op jCursor k. Als een zender is gedetecteerd, stopt het zoeken. Indien de zender niet de gewenste is, drukt u op dezelfde toets om door te gaan met zoeken. Om de handeling te beëindigen, druk op sOPTION. Gebruik van de gegevensservice voor verbetering van andere netwerken (Enhanced Other Networks, EON) U kunt de EON (Enhanced Other Networks) gegevensservice van het Radio Data Systeem zendernetwerk ontvangen. Als u een Radio Data Systeem uitzending ontvangt wanneer een aanverwante zender een programma begint uit te zenden dat u hebt geselecteerd, wisselt dit toestel automatisch van zender. Om deze functie te selecteren, selecteer één van de 4 Radio Data Systeem programmatypen (NEWS, AFFAIRS, INFO of SPORT) terwijl u de Radio Data Systeem uitzending ontvangt. Wanneer een aanverwante zender een geselecteerd programma begint uit te zenden, schakelt dit toestel automatisch over op die zender en keert het terug naar de vorige zender wanneer het geselecteerde programma eindigt. y • Om gebruik te maken van de EON gegevensservice, moet u eerst de Radio Data Systeem zenders en hun aanverwante zenders registreren (bladzijde 31). • De EON gegevensservice-instellingen worden gereset wanneer u het toestel uitschakelt. • U kunt EON ook bedienen via het GUI menuscherm. 1 Stem af op de gewenste Radio Data Systeem zender. • Frequentie-afstemming (bladzijde 31) • Automatisch afstemmen (bladzijde 32) 2 Druk op sOPTION op de afstandsbediening. Het Option menu voor “TUNER” wordt weergegeven (bladzijde 43). 3 Druk op jCursor k / n om “EON” te selecteren en druk dan op jENTER. “EON:OFF” verschijnt op de display van het voorpaneel. y • “Indien “No Presets” of “No Presets in Memory” wordt weergegeven, betekent het dat er geen zenders zijn geregistreerd. • “Not Available” wordt weergegeven als de aanverwante zender van de geselecteerde voorkeuzezender of de EON gegevensservice niet beschikbaar is. 4 Druk opjCursor l / h om een programmatype te selecteren. NEWS OFF 5 AFFAIRS SPORT INFO Na een programmatype geselecteerd te hebben, druk nogmaals op sOPTION. Als een aanverwant station het geselecteerde programma begint uit te zenden, stemt dit toestel automatisch af op die zender. Als het programma eindigt, wordt er automatisch teruggeschakeld naar de vorige zender. y • De EON wordt in de volgende gevallen uitgeschakeld: – als de EON éénmaal is geactiveerd – als dit toestel in standby is gezet voordat EON is geactiveerd – als een andere zender is geselecteerd voordat EON is geactiveerd • Om de EON te annuleren, selecteer “OFF” in stap 4. 34 Nl Gebruik van iPod™ Opmerkingen • Dit toestel ondersteunt iPod touch, iPod (Click and Wheel, inclusief iPod classic), iPod nano en iPod mini. • Afhankelijk van het model of de softwareversie van uw iPod is het mogelijk dat sommige functies daarmee niet compatibel zijn. • Sommige functies zijn mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het model van uw Yamaha iPod universeel dock. De volgende hoofdstukken beschrijven de procedure wanneer er gebruik wordt gemaakt van de YDS-11. • Zodra de verbinding tussen uw iPod en dit toestel gereed is, verschijnt er “iPod connected” op de display van het voorpaneel. • Voor een complete lijst met statusmeldingen die op het display van het voorpaneel en op het GUI menuscherm kunnen verschijnen, verwijzen we u naar het hoofdstuk “iPod” (bladzijde 70). Bedienen van een iPod in de menu browsen-stand iPod™ bediening Toets j y • “_”(streep) wordt weergegeven voor tekens die dit toestel niet kan weergeven. 1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dDOCK) om “iPod” (DOCK) als de ingangsbron te selecteren. 2 Druk op uDISPLAY op de afstandsbediening. Volgende menu k Menu op n Menu neer l Vorige menu h Volgende menu p Weergave (menu bedieningsfunctie) Weergave/pauze (eenvoudige afstandsbedieningsfunctie) s Stop e Pauze (menu browsen-stand) Weergave/pauze (eenvoudige afstandsbedieningsfunctie) iPod Music Videos Terug zoeken (ingedrukt houden) f Vooruit zoeken (ingedrukt houden) b Terug springen a Vooruit springen DISPLAY 3 • Het “Videos” menu verschijnt niet, tenzij zowel uw iPod als Yamaha iPod universeel dock de video browsen-functie ondersteunen. 4 Druk op jCursor k / n / l / h om een menu-item te selecteren en druk dan op jENTER om de weergave te starten. 35 Nl Nederlands U kunt de basisfuncties van uw iPod (afspelen, stoppen, overslaan, enz.) uitvoeren met de meegeleverde afstandsbediening zonder het menu op het GUI menuscherm weer te geven. U kunt uw iPod ook direct bedienen met deze functie. Druk op jCursor k / n om “Music” of “Videos” te selecteren en druk dan op jCursor h. • Selecteer “Music” om te browsen in de muziekbestanden. • Selecteer “Videos” om te browsen in de videobestanden. Opmerking Schakel tussen de menu browsen-stand en de eenvoudige afstandsbedieningsfunctie Bedienen van een iPod in de eenvoudige afstandsbedieningsstand DOCK STRAIGHT APPENDIX u w DSP AANVULLENDE INFORMATIE Input k GEAVANCEERD E BEDIENING ENTER Functie U kunt via het GUI menuscherm bladeren door op uw iPod opgeslagen muziek- of videobestanden. U kunt uw iPod niet direct bedienen met deze functie. BASISBEDIENING U kunt uw iPod bedienen als u deze in het iPod universele dock zet en de ingangsbron wisselt naar DOCK. De bediening van uw iPod kan gedaan worden via de videoweergave (menu browsen-stand) of zonder dit hulpmiddel (eenvoudige afstandsbedieningsstand). Indien u uw iPod aansluit op dit toestel, dan kunt u de volgende handelingen uitvoeren met de afstandsbediening. VOORBEREIDIN GEN y INLEIDING Wanneer uw iPod is geplaatst in een Yamaha iPod universeel dock (zoals een los verkrijgbare YDS-11) verbonden met de DOCK aansluiting op het achterpaneel van dit toestel (bladzijde 18), kunt met de meegeleverde afstandsbediening of het op het GUI menuscherm weergegeven menu de weergave van uw iPod regelen. Tevens kunt u de Compressed Music Enhancer functie van dit toestel gebruiken om de geluidskwaliteit van gecomprimeerde digitale audiobestanden (zoals MP3) te verbeteren die op uw iPod (bladzijde 29) staan. Gebruik van iPod™ ■ Display voor afspeelinformatie a b c d e 01:04 –02:27 Song Made-to-order Artist Frankie Zipper Album Road to India Input DSP DOCK Straight a Pictogrammen voor willekeurige en herhaalde weergave b (weergave), (pauze), (vooruit zoeken) en (achteruit zoeken) c Album art (afbeelding van CD-hoes, enz.) d Verstreken tijd, voortgangsbalk, resterende tijd e Songtitel, naam artiest, albumtitel y • U kunt de op de display van het voorpaneel weergegeven informatie verwisselen door te drukken op EINFO (of op fINFO). • Album arts zijn alleen beschikbaar wanneer het bestand beeldgegevens bevat. ■ Willekeurige weergave/herhaalde weergave Bij het bedienen van een iPod in de eenvoudige afstandsbedieningsstand, bedien de iPod direct om de willekeurige en herhaalde weergave in te stellen. 1 Druk op uDISPLAY om de menubrowsenstand te wisselen terwijl “DOCK” als signaalbron is geselecteerd. 2 Druk op sOPTION op de afstandsbediening. Het Option menu voor “iPod” wordt weergegeven (bladzijde 43). 3 Druk op jCursor k / n om “Shuffle” of “Repeat” te selecteren, druk op jENTER en druk vervolgens op jCursor l / h om de gewenste weergavestijl te selecteren. Shuffle: • Selecteer “Off” indien u niet in willekeurige volgorde wilt afspelen. • Selecteer “Songs” om songs in willekeurige volgorde af te spelen. • Selecteer “Albums” om albums in willekeurige volgorde af te spelen. Repeat: • Selecteer “Off” indien u niet herhaaldelijk wilt afspelen. • Selecteer “One” om elke song te herhalen. • Selecteer “All” om alle songs te herhalen. 4 Om het Option menu te verlaten, druk op sOPTION. 36 Nl Gebruik van Bluetooth™ componenten U kunt een Yamaha Bluetooth draadloze audio-ontvanger (zoals een los verkrijgbare YBA-10) verbinden met de DOCK aansluiting van dit toestel en luisteren naar de op uw Bluetooth component (zoals een draagbare muziekspeler) opgeslagen muziekinhoud, zonder bedrading tussen dit toestel en de Bluetooth component. • De Yamaha Bluetooth draadloze audio-ontvanger YBA-10 kan gepaard worden aan tot maximaal acht Bluetooth componenten. Als er voor de negende keer paringsgegevens geregistreerd worden, worden de paringsgegevens voor de component die het minst recent gebruikt is gewist. Zorg dat de Bluetooth component de Bluetooth draadloze audio-ontvanger herkent. Als de Bluetooth component de Bluetooth draadloze audio-ontvanger detecteert, verschijnt “YBA-10 YAMAHA” (voorbeeld) in de Bluetooth apparatenlijst. 6 Selecteer de Bluetooth draadloze audioontvanger in de Bluetooth apparatenlijst en voer vervolgens het wachtwoord “0000” in op de Bluetooth component. Als de paring is voltooid, verschijnt “Completed” op de display van het voorpaneel. y • Als de paringsgegevens gewist zijn van de Bluetooth draadloze audioontvanger of uw Bluetooth component, dient u het paren opnieuw uit te voeren. • Voor informatie over handelingen op uw Bluetooth component, zie de gebruikshandleiding ervan. Er is een tijdslimiet van 8 minuten gesteld voor de paringsbewerking om de veiligheid te garanderen. Het wordt aanbevolen dat u alle instructies leest en volledig begrijpt voordat u begint. Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dDOCK) om “BLUETOOTH” (DOCK) als de ingangsbron te selecteren. 2 Zet de Bluetooth component aan die u wilt paren en zet hem in de paringsstand. 3 1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dDOCK) om “BLUETOOTH” (DOCK) als de ingangsbron te selecteren. 2 Druk op sOPTION op de afstandsbediening. 3 Druk op jCursor n om “Connect” te selecteren en druk dan op jENTER. De Bluetooth verbinding wordt gelegd tussen de Bluetooth draadloze audio-ontvanger en uw Bluetooth component die de laatste keer aangesloten was. y Druk op sOPTION op de afstandsbediening. Het Option menu voor “BLUETOOTH” wordt weergegeven (bladzijde 43). Input DSP 4 BLUETOOTH 7ch Enhancer 4 Begin met de weergave van de Bluetooth component. 5 Om het Option menu te verlaten, druk op sOPTION. y • Om de paring te annuleren, druk op jRETURN. • U kunt de paringshandeling ook starten door GMEMORY op het voorpaneel ingedrukt te houden. 37 Nl Nederlands Druk op jCursor n om “Pairing” te selecteren en druk dan op jENTER. “Searching” verschijnt en de paringshandeling wordt gestart. APPENDIX • Als de Bluetooth draadloze audio-ontvanger de laatst aangesloten Bluetooth component niet kan vinden, verschijnt er “Not found” op de display van het voorpaneel. • Om de verbinding te verbreken tussen de Bluetooth draadloze audio-ontvanger en de momenteel aangesloten Bluetooth component, selecteer “Disconnect” en druk vervolgens op jENTER of voer een handeling uit op de Bluetooth component om de verbinding te verbreken. • Om een verbinding te maken tussen de Bluetooth draadloze audioontvanger en een andere Bluetooth component (die reeds gepaard is), voert u een verbindingshandeling uit op de Bluetooth component terwijl er geen Bluetooth verbinding gemaakt is op de Bluetooth draadloze audio-ontvanger. Option Menu Volume Trim Connect Pairing AANVULLENDE INFORMATIE 1 Weergave van de Bluetooth™ component GEAVANCEERD E BEDIENING 5 BASISBEDIENING Paren van de Bluetooth™ draadloze audio-ontvanger en uw Bluetooth component VOORBEREIDIN GEN Over “Paring” Paring (registratie van de Bluetooth apparaten) moet uitgevoerd worden bij het voor de eerste keer maken van Bluetooth verbindingen tussen de Yamaha Bluetooth draadloze audio-ontvanger en uw Bluetooth componenten. Zodra de paring voltooid is, kunt u een van de Bluetooth componenten selecteren om te verbinden met de Yamaha Bluetooth draadloze audio-ontvanger om afgespeeld te worden. y INLEIDING Opmerkingen • Dit toestel ondersteunt A2DP (Advanced Audio Distribution Profile) van het Bluetooth profiel. • Voor een complete lijst met statusmeldingen die op het display van het voorpaneel en op het GUI menuscherm kunnen verschijnen, verwijzen we u naar het hoofdstuk “Bluetooth™” (bladzijde 71). Gebruik van USB opslagapparaten U kunt genieten van de weergave van WAV (alleen PCM formaat), MP3, WMA en MPEG-4 AAC bestanden die zijn opgeslagen op uw USB geheugenapparaat of draagbare USB speler die verbonden is met de USB poort op het voorpaneel van dit toestel. Dit toestel ondersteunt USB massa-opslagapparaten (FAT 16 of FAT 32 formaat) of USB HDD apparaten. Opmerkingen • U kunt alleen de bestanden afspelen die opgeslagen zijn in de eerste partitie. • Sommige bestanden kunnen mogelijk niet afgespeeld worden afhankelijk van de modellen en typen USB opslagapparaten. • Voor een complete lijst met statusmeldingen die op het display van het voorpaneel en op het GUI menuscherm kunnen verschijnen, verwijzen we u naar het hoofdstuk “USB en netwerk” (bladzijde 72). Afspelen van het USB opslagapparaat ■ Display voor afspeelinformatie a 1 Sluit uw USB opslagapparaat aan op de NUSB poort op het voorpaneel (bladzijde 19). 2 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dUSB/NET en dan op wUSB) om “USB” als de ingangsbron te selecteren. USB Road to India Symphony 01 Symphony 02 Symphony 03 Take–Hero Input DSP USB 7ch Enhancer Option Menu Als u het USB opslagapparaat eerder op dit toestel hebt aangesloten, wordt automatisch de weergave van het muziekbestand dat de laatste keer afgespeeld werd gestart. 3 4 Druk op jCursor k / n / l / h om een muziekbestand te selecteren om weergegeven te worden. • Om een bestand of map te selecteren, druk op jCursor k / n. • Om de selectie te bevestigen, druk op jCursor h of op jENTER. • Om naar het vorige scherm terug te keren, druk op jCursor l. b c d e Input DSP Weergave s Stop • U kunt de op de display van het voorpaneel weergegeven informatie verwisselen door te drukken op EINFO (of op fINFO) (bladzijde 26). • Album arts zijn alleen beschikbaar wanneer het bestand beeldgegevens bevat. Willekeurige weergave/herhaalde weergave y • Deze instellingen worden ook weergegeven tijdens het afspelen van PCinhoud. 1 Druk op sOPTION op de afstandsbediening terwijl “USB” geselecteerd is als de ingangsbron. Het Option menu voor “USB” wordt weergegeven (bladzijde 43). 2 Druk op jCursor k / n om “Shuffle” of “Repeat” te selecteren, druk op jENTER en druk vervolgens op jCursor l / h om de gewenste weergavestijl te selecteren. Shuffle: • Selecteer “Off” indien u niet in willekeurige volgorde wilt afspelen. • Selecteer “On” om muziekbestanden in willekeurige volgorde af te spelen. k a Vooruit springen tijdens de weergave b Achteruit springen tijdens de weergave Repeat: • Selecteer “Off” indien u niet herhaaldelijk wilt afspelen. • Selecteer “One” om elk muziekbestand te herhalen. • Selecteer “All” om alle muziekbestanden in de map te herhalen. 3 38 Nl Option Menu y Functie p USB 7ch Enhancer a Pictogrammen voor willekeurige en herhaalde weergave b (weergave) c Album art (afbeelding van CD-hoes, enz.) d Verstreken tijd e Songtitel, naam artiest, albumtitel Druk op jENTER om het paren te beginnen. U kunt de volgende handelingen ook uitvoeren met de afstandsbediening. Toets 00:30 Song Made-to-order Artist Frankie Zipper Album Road to India Om het Option menu te verlaten, druk op sOPTION. Gebruik van PC servers U kunt audiobestanden afspelen die op via uw netwerk met dit toestel verbonden PC’s opgeslagen zijn. Om audiobestanden op uw PC af te spelen, moet u Windows Media Player 11 op de PC installeren en de instelling voor het delen van media van Windows Media Player 11 configureren. Windows Media Player 11 setup 1 Opmerkingen Weergave van PC-muziekinhoud y 1 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dUSB/NET en dan op wPC) om “PC” als de ingangsbron te selecteren. PC PC_SERVER01 PC_SERVER02 Input DSP Weergave s Stop k ■ a Vooruit springen tijdens de weergave b Achteruit springen tijdens de weergave Display voor afspeelinformatie a b c d e 00:13 Song Made-to-order Artist Frankie Zipper Album Road to India Input DSP PC 7ch Enhancer Option Menu a Pictogrammen voor willekeurige en herhaalde weergave b (weergave) c Album art (afbeelding van CD-hoes, enz.) d Verstreken tijd e Songtitel, naam artiest, albumtitel y • U kunt de op de display van het voorpaneel weergegeven informatie verwisselen door te drukken op EINFO (of op fINFO) (bladzijde 26). • Album arts zijn alleen beschikbaar wanneer het bestand beeldgegevens bevat. Option Menu APPENDIX 2 PC 7ch Enhancer p AANVULLENDE INFORMATIE • Voor een complete lijst met statusmeldingen die op het display van het voorpaneel en op het GUI menuscherm kunnen verschijnen, verwijzen we u naar het hoofdstuk “USB en netwerk” (bladzijde 72). Functie GEAVANCEERD E BEDIENING • Als het besturingssysteem (OS) van uw PC Windows Vista is, is Windows Media Player 11 reeds geïnstalleerd (behalve bij sommige producten). • Het is mogelijk dat bepaalde beveiligingssoftware op uw PC (antivirussoftware, firewall enz.) de toegang van dit toestel tot uw PC blokkeert. Maak in een dergelijk geval de juiste instellingen in de betreffende beveiligingssoftware. • U kunt dit toestel aansluiten op maximaal 16 PC servers en elke server moet zijn aangesloten op hetzelfde subnet als dit toestel. Toets BASISBEDIENING Zet uw PC aan en laat vervolgens het delen van media toe. Activeer eerst Windows Media Player 11, schakel het delen van media in en selecteer vervolgens dit toestel als een apparaat waarmee de media gedeeld kunnen worden. Druk op jENTER om het paren te beginnen. U kunt de volgende handelingen ook uitvoeren met de afstandsbediening. VOORBEREIDIN GEN 2 Installeer Windows Media Player 11 op uw PC. U kunt het Windows Media Player 11 installatieprogramma downloaden van de Microsoft website, of u kunt gebruik maken van de upgradefunctie van de geïnstalleerde versie van de Microsoft Windows Media Player. 3 INLEIDING Opmerking • Als u geen DHCP server gebruikt, configureer de netwerkparameters (IP-adres, etc) van dit toestel manueel (bladzijde 53) Nederlands Druk op jCursor k / n / l / h om een PC server en een muziekbestand te selecteren om weergegeven te worden. • Om een PC server, map of bestand te selecteren, druk op jCursor k / n. • Om de selectie te bevestigen, druk op jCursor h of op jENTER. • Om naar het vorige scherm terug te keren, druk op jCursor l. y • Om de op het GUI menuscherm weergegeven PC serverlijst te updaten, druk op sOPTION, druk op jCursor k / n om “Refresh” te selecteren en druk vervolgens op jENTER. Om het Option menu te verlaten, druk op sOPTION. 39 Nl Gebruik van PC servers Willekeurige weergave/herhaalde weergave y • Deze instellingen worden ook weergegeven tijdens het afspelen van USB-inhoud. 1 Druk op sOPTION op de afstandsbediening terwijl “PC” geselecteerd is als de ingangsbron. Het optiemenu voor “PC” wordt weergegeven (bladzijde 43). 2 Druk op jCursor k / n om “Shuffle” of “Repeat” te selecteren, druk op jENTER en druk vervolgens op jCursor l / h om de gewenste weergavestijl te selecteren. Shuffle: • Selecteer “Off” indien u niet in willekeurige volgorde wilt afspelen. • Selecteer “On” om muziekbestanden in willekeurige volgorde af te spelen. Repeat: • Selecteer “Off” indien u niet herhaaldelijk wilt afspelen. • Selecteer “One” om elk muziekbestand te herhalen. • Selecteer “All” om alle muziekbestanden in de map te herhalen. 3 Om het Option menu te verlaten, druk op sOPTION. 40 Nl Gebruik van de Internetradio U kunt naar Internetradiozenders luisteren met behulp van de vTuner databaseservice voor Internetradiozenders die speciaal voor dit toestel is aangepast, met een database van meer dan 2000 radiozenders. Bovendien kunt u uw favoriete zenders opslaan door middel van ‘bladwijzers’. ■ a y • Voor een complete lijst met statusmeldingen die op het display van het voorpaneel en op het GUI menuscherm kunnen verschijnen, verwijzen we u naar het hoofdstuk “USB en netwerk” (bladzijde 72). b 1.fm 80s Euro Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op dUSB/NET en dan op wNET RADIO) om “NET RADIO” als de ingangsbron te selecteren. Input DSP NET RADIO Input DSP Option Menu Druk op jCursor k / n / l / h om een item te selecteren om weergegeven te worden. • Om een item te selecteren, druk op jCursor k / n. • Om de selectie te bevestigen, druk op jCursor h of op jENTER. • Om naar het vorige scherm terug te keren, druk op jCursor l. a (weergave) b Zendernaam y • U kunt de op de display van het voorpaneel weergegeven informatie verwisselen door te drukken op EINFO (of op fINFO) (bladzijde 26). Opslaan van uw favoriete Internetradiozenders met behulp van bladwijzers 1 Selecteer de gewenste Internetradiozender. 2 Druk op eMEMORY. De geselecteerde Internetradiozender wordt toegevoegd aan de “Bookmarks” lijst in “NET RADIO” . Druk op jENTER om het paren te beginnen. U kunt de volgende handelingen ook uitvoeren met de afstandsbediening. Toets Functie Weergave s Stop k y • Om zenders te verwijderen uit de “Bookmarks” lijst, selecteer de zender onder “Bookmarks” en druk vervolgens op eMEMORY. • U kunt uw favoriete Internetradiozenders ook op dit toestel registreren door toegang te verkrijgen tot de website via de webbrowser op uw PC. Om deze functie te gebruiken heeft u de vTuner-ID van dit toestel (bladzijde 54) en uw e-mailadres nodig om uw eigen account te creëren. Raadpleeg voor verdere details de informatie op de website zelf. URL: http://yradio.vtuner.com/ APPENDIX p Option Menu Bookmark AANVULLENDE INFORMATIE 3 NET RADIO 7ch Enhancer NET RADIO 7ch Enhancer GEAVANCEERD E BEDIENING Bookmarks Locations Genres New Stations Popular Stations Podcasts Help 2 BASISBEDIENING 1 Display voor afspeelinformatie VOORBEREIDIN GEN Luisteren naar Internetradio INLEIDING Opmerkingen • Om van deze functie gebruik te maken moet uw netwerk op Internet aangesloten zijn. • Een smalband internetverbinding (bijv. 56K modem, ISDN) zal geen goede resultaten opleveren en daarom bevelen we een breedbandaansluiting aan (bijv. een kabelmodem, xDSL modem, enz.). Neem voor gedetailleerde informatie hieromtrent contact op met uw internet service-provider. • Als u geen DHCP server gebruikt, configureer de netwerkparameters (IP-adres, etc) van dit toestel manueel (bladzijde 53) • Het is mogelijk dat sommige beveligingsvoorzieningen (zoals een firewall) de toegang van dit toestel tot Internetradiozenders blokkeren. Maak in een dergelijk geval de juiste beveligingsinstellingen. • Deze service kan zonder kennisgeving worden opgeheven. • Sommige Internetradiozenders kunnen mogelijk niet worden beluisterd. Nederlands 41 Nl Overige functies Selecteren van de HDMI OUT aansluiting 2 Schakel de HDMI regelfunctie in op elk apparaat. Zet voor dit toestel “HDMI Control” op “On” (bladzijde 51). Zie de bij elk externe apparaat geleverde handleiding voor details. 3 Zet de TV eerst uit en dan weer aan. Gebruik deze functie om de HDMI OUT aansluiting(en) te selecteren voor de weergave van ingangssignalen. Druk herhaaldelijk op gHDMI OUT om de actieve HDMI OUT aansluiting(en) te selecteren. HDMI OUT 1+2 HDMI OUT OFF HDMI OUT 1 HDMI OUT 2 • HDMI OUT1+2 HDMI OUT 1 Geeft de signalen gelijktijdig weer via zowel de HDMI OUT 1 en HDMI OUT 2 aansluitingen. Geeft de signalen weer via de HDMI OUT 1 aansluiting. HDMI OUT 2 Geeft de signalen weer via de HDMI OUT 2 aansluiting. HDMI OFF Geeft geen signalen weer via de HDMI OUT aansluitingen. Selecteer deze instelling wanneer u geen gebruik gemaakt van het beeldscherm verbonden met een van de HDMI OUT aansluitingen. (Stappen 4 t/m 6 zijn vereist voor het laten leren van de TV om te gaan met aangesloten apparaten. Als de aansluitingen of apparaten verwisseld worden, dient u deze stappen opnieuw uit te voeren.) 4 Selecteer dit toestel als de ingangsbron van de TV. 5 Schakel het op dit toestel aangesloten HDMI regelapparaat (Blu-ray of DVD-speler) in. 6 Selecteer het HDMI regelapparaat (Blu-ray of DVD-speler) als de ingangsbron van dit toestel om de video-ingang te controleren. 7 Controleer of de HDMI regelfunctie werkt (zet dit toestel aan of regel het volumeniveau met de afstandsbediening van de TV). y • Dit toestel activeert automatisch de HDMI OUT 1 aansluiting bij het ontvangen van een HDMI bedieningssignaal, via de HDMI OUT 1 aansluiting, terwijl de HDMI OUT 1 aansluiting niet geselecteerd is. Gebruik van de HDMI™ regelfunctie U kunt de volgende functies van dit toestel gebruiken met de afstandsbediening van uw TV wanneer de TV (waarvan de HDMI regelfunctie wordt ondersteund) aangesloten is op de HDMI OUT 1 aansluiting van dit toestel. • Aanzetten van dit toestel of het in de standby-stand zetten (in samenhang met de TV) • Regelen van het volume • Selecteren van een apparaat om TV-geluiden weer te geven (dit toestel of de TV) y • Zelfs als uw TV de HDMI regelfunctie ondersteunt, is het mogelijk dat sommige functies niet beschikbaar zijn. Zie de bij uw TV geleverde handleiding voor details. • Als u dit toestel en de Blu-ray speler of DVD-speler (met ondersteunde HDMI regelfunctie) aansluit op HDMI, kunt u deze apparaten ook bedienen met de HDMI regelfunctie. Zie de bij elk apparaat geleverde handleiding voor details. • Wij raden u aan dat u gebruik maakt van producten (TV, Blu-ray/DVDspeler, etc.) van dezelfde fabrikant. • De HDMI regelcompatibele componenten omvatten Panasonic VIERA Link compatibele TV, DVD-speler/recorder en Blu-ray Discspeler. (Stappen 1 t/m 3 zijn vereist voor de setup van de HDMI regelfunctie.) 1 Zet alle apparaten aan die verbonden zijn met dit toestel met HDMI. 42 Nl Opmerking <Opmerking> • Ingeval de HDMI regelfunctie niet werkt, controleer de volgende zaken. Het uitzetten (stekker eruit) en weer aanzetten (stekker er weer in) van de TV kan ook helpen. – De TV is aangesloten op de HDMI OUT 1 jack van dit toestel. – “HDMI Control” staat ingesteld op “On” op dit toestel. – De HDMI regelfunctie is ingeschakeld op de TV. y • Dit toestel selecteert automatisch de TV-scène (bladzijde 24) wanneer u dit toestel selecteert als het apparaat om TV-geluiden weer te geven met de afstandsbediening van uw TV. Dat wil zeggen, als u een audio-uitgangsaansluiting van uw TV aansluit op de AV 1 (OPTICAL) aansluiting van dit toestel, kunt u spoedig luisteren naar TV-geluiden met het gespecificeerde geluidsveldprogramma. Gebruiken van de slaaptimer Deze slaaptimer is bijvoorbeeld handig wanneer u gaat slapen terwijl uw installatie nog aan het spelen of opnemen is. Druk herhaaldelijk op qSLEEP om de tijdsperiode te selecteren. De slaaptimerinstelling wijzigt als volgt. Sleep 120min. Sleep Off Sleep 90min. Sleep 30min. Sleep 60min. Als de slaaptimer is ingesteld, licht de SLEEP indicator op de display van het voorpaneel op. Om de slaaptimer uit te schakelen, selecteer “Sleep Off”. GEAVANCEERDE BEDIENING Het optionele menu instellen voor elke signaalbron (Option menu) 1 Druk op sOPTION op de afstandsbediening. Option Menu 3 5 Volume Trim, Signal Info, Shuffle, Repeat, Refresh BLUETOOTH (DOCK) Volume Trim, Connect/Disconnect, Pairing TUNER Volume Trim, FM Mode, Auto Preset, Clear Preset, PTY Seek, EON *1 *2 HDMI 1 Straight Druk op jCursor k / n om het gewenste menu-item te selecteren en druk dan op jENTER. Alleen “Volume Trim” is beschikbaar wanneer er geen extern apparaat is aangesloten op de HDMI IN aansluiting. “Shuffile” en “Repeat” zijn niet beschikbaar gedurende de eenvoudige afstandsbedieningsmodus. Details van de menu-items zijn als volgt. De configuratie is een weergave van de momenteel geselecteerde ingangsbron. y • De standaard instellingen zijn aangegeven met “*”. Volume Trim Om het Option menu te verlaten, druk op sOPTION. Om naar het vorige menuniveau terug te keren, druk op jRETURN. Vermindert een wijziging in volume bij het wisselen van signaalbronnen door de verschillen in volume tussen de signaalbronnen te corrigeren. Opmerking • Ingeval jCursor k / n / l / h of andere toetsen niet werken na het sluiten van het Option menu, druk op de dIngangskeuzetoets om de huidige ingangsbron opnieuw te selecteren. Decoder Mode Signaalbron: Keuzes: De volgende menu-items worden geleverd voor elke signaalbron. Menu-item AV5-6 PHONO Volume Trim AUDIO1/2 MULTI CH Volume Trim, Video Out iPod (DOCK)*2 Volume Trim, Shuffle, Repeat NET RADIO (USB/NET) Volume Trim, Signal Info USB (USB/NET) Volume Trim, Signal Info, Shuffle, Repeat Extended Surround Signaalbron: Keuzes: HDMI1-4, AV1-4, V-AUX Auto*, PLIIxMovie, PLIIxMusic, EX/ES, Off Selecteert het wel of niet reproduceren van multikanaals (of 2-kanaals) ingangssignalen in 6.1- of 7.1-kanalen als er surround achter-luidsprekers worden gebruikt. Auto PLIIx Movie Selecteert automatisch de meest geschikte decoder als er signalering aanwezig is voor het reproduceren van surround achter-kanalen, en reproduceert de signalen in 6.1- of 7.1-kanalen. Reproduceert signalen altijd in 7.1-kanalen met PLIIxMovie decoder, of het signaal van de surround achter-kanalen nu aanwezig is of niet. U kunt deze parameter selecteren als twee surround achter-luidsprekers zijn aangesloten. 43 Nl Nederlands Volume Trim, Decoder Mode, Extended Surround, Signal Info Selecteert automatisch audio signaalbronnen. Selecteert alleen DTS signalen. Andere signaalbronnen worden niet gereproduceerd. APPENDIX HDMI1-4 AV1-4 V-AUX*1 HDMI1-4, AV1-4, V-AUX Auto*, DTS Selecteert DTS of digitale audiosignalen voor reproductie. Auto DTS Option menu-items Signaalbron Signaalbron: Allen Instelbaar bereik: –6.0dB tot 0.0dB* tot +6.0dB (in stapjes van 0,5 dB) AANVULLENDE INFORMATIE Druk op jCursor k / n / l / h om de gewenste instelling te selecteren en druk dan op jENTER. GEAVANCEERDE BEDIENING 4 PC (USB/NET) BASISBEDIENIN G DSP Menu-item Opmerkingen Volume Trim Decoder Mode Extended Surround Signal Info Input Signaalbron VOORBEREIDIN GEN 2 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op de dIngangs keuzetoets) om de gewenste ingangsbron te selecteren. Als u op dUSB/NET op de afstandsbediening drukt, druk op de wSub-ingangskeuzetoets om een sub-ingangsbron te selecteren. INLEIDING Het Option menu biedt gebruikers de mogelijkheid verscheidene instellingen te configureren voor elke ingangsbron en, wanneer er een ingangsbron verwisseld wordt, overeenkomende instellingen automatisch weer te geven. Bovendien kunt u de signaalinformatie van bepaalde ingangsbronnen bekijken. De procedure om de Option menu-items in te stellen wordt hieronder beschreven. Het optionele menu instellen voor elke signaalbron (Option menu) PLIIx Music EX/ES Off Reproduceert signalen altijd in 6.1- of 7.1kanalen met PLIIxMusic decoder, of het signaal van de surround achter-kanalen nu aanwezig is of niet. U kunt deze parameter selecteren als één of twee surround-achter luidsprekers zijn aangesloten. Selecteert automatisch de meest geschikte decoder voor ingangssignalen, of er nu wel of niet een signaal voor het reproduceren van surround achter-kanalen aanwezig is, en reproduceert de signalen altijd in 6.1-kanalen. Reproduceert altijd originele signalen, of de signalering voor het reproduceren van surround achter-kanaal nu wel of niet aanwezig is. Device Over Er zijn teveel HDMI componenten aangesloten. Out of Res. Het aangesloten beeldscherm is niet compatibel met het video-ingangssignaal. FM Mode Signaalbron: Keuzes: Stelt de FM zendontvangststand in. Stereo Mono Signal Info Signaalbron: HDMI1-4, AV1-4, V-AUX, USB (USB/NET), NET RADIO (USB/NET), PC (USB/NET) Geeft informatie over audio- en videosignalen weer op het GUI menuscherm en de display van het voorpaneel. U kunt de weer te geven items wijzigen met behulp van jCursor k / n. Ontvangt eerst altijd in stereostand. Ontvangt in monostand. U kunt een betere ontvangst in mono-stand krijgen. Auto Preset Signaalbron: Clear Preset TUNER Wist voorkeuzezender (bladzijde 32). • Format Formaat van digitale audiosignalen. Channel Het aantal ingangssignaalkanalen (voor/ surround/LFE). Bijvoorbeeld, als de ingangsignaalkanalen 3 voor-kanalen, 2 surround kanalen en een LFE zijn, wordt “3/2/0.1” weergegeven. Als een kanaal niet kan worden uitgedrukt zoals hierboven, kan er een totaal aantal kanalen worden weergegeven zoals “5.1ch”. PTY Seek Signaalbron: Sampling Frequency De bemonsteringsfrequentie per seconde in conversie van analoog naar digitaal. Bitrate De bitsnelheid van het ingangssignaal per seconde. TUNER Zoekt een zender dat een programma uitzendt volgens de gewenste categorie van de voorkeuzezenders tijdens het gebruiken van het Radio Data Systeem (bladzijde 33). EON Signaalbron: TUNER Deze functie stelt u in staat te profiteren van de EON (Enhanced Other Networks) gegevensservice van het Radio Data Systeem (bladzijde 34). Shuffle Signaalbron: Keuzes: iPod (DOCK), USB (USB/NET), PC (USB/NET) iPod (DOCK): Off*, Songs, Albums USB (USB/NET), PC (USB/NET): Off*, On Wijzigt de willekeurige weergavestijl Opmerkingen • “No Signal” wordt weergegeven als er geen signalen worden weergegeven “---” wordt weergegeven als signalen worden weergegeven die dit toestel niet kan herkennen. • De bitsnelheid kan tijdens het afspelen variëren. y • Deze instelling wordt gedeeld onder de USB/NET sub-ingangsbronnen (USB and PC). Repeat Signaalbron: Keuzes: • Video-informatie • Video In TUNER Detecteert automatisch FM radiozenders en registreert ze als voorkeuzezenders (bladzijde 31). Signaalbron: • Audio-informatie TUNER Stereo*, Mono Formaat en resolutie van het videoingangssignaal. Video Out Formaat en resolutie van het videouitgangsignaal. Message Foutmeldingen over HDMI signalen en HDMI componenten. Zie het volgende voor details over foutmeldingen. iPod (DOCK), USB (USB/NET), PC (USB/NET) Off*, One, All Wijzigt de herhaalde weergavestijl. y • Deze instelling wordt gedeeld onder de USB/NET sub-ingangsbronnen (USB and PC). Refresh Signaalbron: PC (USB/NET) Werkt de op het GUI menuscherm weergegeven PCserverlijst bij (bladzijde 39). Connect / Disconnect • HDMI foutmelding (verschijnt alleen als er een fout is opgetreden) • HDCP Error 44 Nl HDCP verificatie mislukt. Signaalbron: BLUETOOTH (DOCK) Sluit aan op een Bluetooth component of verbreekt daar de verbinding mee (bladzijde 37). Het optionele menu instellen voor elke signaalbron (Option menu) Pairing Signaalbron: BLUETOOTH (DOCK) Voert het paren van dit toestel en een Bluetooth component uit (bladzijde 37). Signaalbron: Keuzes: INLEIDING Video Out AUDIO 1/2, MULTI CH AV1 t/m AV6, Off* VOORBEREIDIN GEN Specificeert een te reproduceren videosignaal tijdens een audioweergave. Zie “Selecteren van een weer te geven videosignaal tijdens een audioweergave” op deze bladzijde voor meer informatie. Selecteren van een weer te geven videosignaal tijdens een audioweergave. 2 Druk op sOPTION op de afstandsbediening. Het Option menu voor de geselecteerde signaalbron wordt weergegeven. 3 Druk op jCursor k / n om “Video Out” te selecteren en druk dan op jENTER. AANVULLENDE INFORMATIE Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op de dIngangskeuzetoetsen) om “AUDIO 1”, “AUDIO 2” of “MULTI CH” te selecteren als de ingangsbron. GEAVANCEERDE BEDIENING 1 BASISBEDIENIN G Deze functie biedt dit toestel de mogelijkheid videosignalen weer te geven wanneer “AUDIO 1”, “AUDIO 2” of “MULTI CH” geselecteerd is als de ingangsbron. Volg de onderstaande procedure om de weer te geven video te selecteren tijdens een audioweergave. Video;;;;;;Off Druk op jCursor l / h om een videoingangsaansluiting te selecteren die gebruikt gaat worden tijdens een audioweergave. – AV1-2 (COMPONENT VIDEO) – AV3-6 (VIDEO) – Off (geen videoweergave) 5 Om het Option menu te verlaten, druk op sOPTION. APPENDIX 4 Nederlands 45 Nl Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) U kunt het Setup menu oproepen met de afstandsbediening en de instellingen van de verschillende menu’s wijzigen. Voor meer informatie, lees eerst “Basisbediening van het Setup menu” en zie de betreffende pagina’s. Menu/Submenu Speaker Setup Auto Setup (YPAO) Functie Pagina Stelt items in voor de luidsprekers. 48 Stelt automatisch de uitgangskenmerken in van de luidsprekers. 48 Stelt handmatig de uitgangskenmerken in van de luidsprekers. 48 Speaker Configuration Stelt de luidsprekerconfiguraties in, zoals de verbindingsstatus van de luidspreker en een formaat van de aangesloten luidspreker (geluidsreproductievermogen) dat geschikt is voor de luisteromgeving. 48 Speaker Level Past het volume van elke luidspreker apart aan. 50 Speaker Distance Stelt de timing in waarop bij elk van de luidsprekers geluid wordt weergegeven, op basis van de afstand tussen de luidsprekers en de luisterpositie. 50 Equalizer Selecteert een equalizer die de kenmerken van het luidsprekersignaal aanpast. 50 Test Tone Genereert testtonen. 50 Stelt verschillende items in voor geluidsweergaven. 51 Dynamic Range Past het dynamisch bereik aan van luidsprekers en hoofdtelefoon. 51 Lipsync Past de vertraging toe in weergavetiming tussen videoweergave en audioweergave. 51 HDMI OUT1 Stelt de vertragingstijd van automatische lipsync fijn af die toegepast wordt wanneer alleen de HDMI OUT 1 aansluiting gebruikt wordt of wanneer zowel de HDMI OUT 1 als de HDMI OUT 2 aansluiting gebruikt worden. 51 HDMI OUT2 Stelt de vertragingstijd van automatische lipsync fijn af die toegepast wordt wanneer alleen de HDMI OUT 2 aansluiting wordt gebruikt. 51 ANALOG MONITOR OUT Stelt de vertragingstijd af die toegepast wordt wanneer alleen de analoge MONITOR OUT (COMPONENT VIDEO of VIDEO) aansluitingen worden gebruikt. 51 Manual Setup Sound Setup 46 Nl Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) Menu/Submenu Functie Pagina 51 HDMI Control Selecteert de HDMI-regelfunctie aan of uit wanneer een component die de HDMIregelfunctie ondersteunt aangesloten is op de HDMI OUT 1 aansluiting van dit toestel. 51 Standby Through Selecteert de weergave van HDMI-signalen aan of uit die binnenkomen via de HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting en die weergegeven worden via de actieve HDMI OUT aansluiting(en) wanneer dit toestel in standby staat. 51 Audio Output Selecteert dit toestel of een component aangesloten op de HDMI OUT 1 aansluiting van dit toestel voor het weergeven van geluidssignalen. 51 Resolution Stelt de resolutie in van de HDMI weergave die wordt geconverteerd vanuit analoge visuele ingangssignalen. 52 Aspect Stelt een beeldverhouding in van de beelden die zijn gereproduceerd door HDMI signalen geconverteerd vanuit analoge video ingangssignalen. 52 52 Stelt de helderheid in van de display van het voorpaneel. 52 Front Panel Display Scroll Selecteert de manier om tekens weer te geven op de display van het voorpaneel. 52 GUI Position Past boven- en onderkantposities aan van het GUI menuscherm dat wordt weergegeven op het beeldscherm. 52 52 Past het dynamische bereik aan (verschil tussen het maximumvolume en het minimumvolume) in samenhang met het volumeniveau. 52 Max Volume Stelt het maximum volumeniveau in zodat het volume niet per ongeluk wordt verhoogd. 53 Initial Volume Input Rename Stelt het volume in op het moment dat het toestel aan staat. 53 Verandert de ingangsbronnamen die worden weergegeven op het GUI menuscherm of op de display van het voorpaneel. 53 53 Zone2 Initial Volume Stelt het volumeniveau van Zone2 in die toegepast wordt wanneer dit toestel wordt aangezet. 53 Zone3 Max Volume Stelt het maximum volumeniveau van Zone3 in. 53 Zone3 Initial Volume Stelt het volumeniveau van Zone3 in die toegepast wordt wanneer dit toestel wordt aangezet. 53 Stelt items voor netwerkfuncties in. 53 IP Address Stelt de netwerkparameters (IP-adres, etc) manueel in. 53 MAC Address Filter Stelt het MAC-adresfilter in om toegang van dit toestel via LAN te beperken. 53 Network Standby Selecteert of de opdrachten via het netwerk worden geaccepteerd of niet wanneer dit toestel in standby staat. 54 Information Geeft netwerkinformatie weer. 54 DSP Parameter Stelt parameters in voor de geluidsveldprogramma’s. 54 Memory Guard Beschermt bepaalde instellingen tegen onverhoedse verandering. 57 Network APPENDIX 53 Stelt het maximum volumeniveau van Zone2 in. AANVULLENDE INFORMATIE Stelt het maximale volumeniveau en het startvolumeniveau van Zone2/3 in. Zone2 Max Volume Zone GEAVANCEERDE BEDIENING Stelt items in voor de volumes. Adaptive DRC Volume BASISBEDIENIN G Stelt items in voor een beeldscherm of van de display van het voorpaneel. Dimmer Display VOORBEREIDIN GEN 51 Stelt verschillende items in voor signaalbronnen. HDMI INLEIDING Stelt diverse items in voor HDMI en weergave. Function Setup Nederlands 47 Nl Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) Basisbediening van het Setup menu 5 Het Setup menu verschijnt op zowel het GUI menuscherm als de display van het voorpaneel. GUI menuscherm Druk op jCursor k / n om een item te selecteren voor bewerking en druk dan op jCursor l / h om de instelling te wijzigen. Sommige items in “Manual Setup” van het “Speaker Setup” menu nemen een volledig scherm in beslag. Om andere items in “Manual Setup” weer te geven, druk op jCursor k / n. Setup Menu Voorbeeld (Speaker Configuration) Speaker Setup Sound Setup Function Setup DSP Parameter Memory Guard Speaker Configuration Front Speaker Small Display van het voorpaneel y ;SpeakerSetup In dit hoofdstuk worden procedures beschreven voor het instellen van menu’s met behulp van de videomonitor. 1 2 3 Druk op iON SCREEN op de afstandsbediening. Het GUI menuscherm verschijnt op de videomonitor. Druk op jCursor n om “Setup” te selecteren en druk dan op jENTER. Het Setup menu verschijnt op het beeldscherm. Druk op jCursor k / n om het gewenste menu-item te selecteren en druk dan op jENTER. Items van het geselecteerde menu worden weergegeven. Voorbeeld (Function Setup) Function Setup HDMI Display Volume Input Rename Zone Network Large • Om andere items te configureren, herhaal stap 5. 6 Om het GUI menuscherm uit te schakelen drukt u op iON SCREEN. Opmerking • Ingeval jCursor k / n / l / h of andere toetsen niet werken na het sluiten van het Setup menu, druk op de dIngangskeuzetoets om de huidige ingangsbron opnieuw te selecteren. Speaker Setup U kunt verschillende items voor de luidsprekers instellen. Er zijn twee soorten afstellingen beschikbaar. Eén is “Auto Setup” (YPAO) voor automatische afstelling en de ander is “Manual Setup” voor handmatige instelling. y • De standaard instellingen zijn aangegeven met “*”. Auto Setup Past automatisch de weergavekenmerken van de luidsprekers aan om de optimale balans voor het weergegeven geluid te verkrijgen, op basis van posities en prestaties van de luidsprekers en akoestische kenmerken van de kamer die automatisch worden gemeten. Voor details over bedieningen, zie bladzijde 21. Manual Setup y • Om naar het vorige menuniveau terug te keren, druk op jRETURN. 4 Indien nodig, druk op jCursor k / n om het gewenste submenu te selecteren en druk dan op jENTER. Voorbeeld (Volume) Volume Adaptive DRC Max Volume Initial Volume Off +16.5dB Off Past weergavekenmerken van de luidsprekers aan op basis van handmatig ingestelde parameters. Nadat “Auto Setup” (YPAO) is uitgevoerd, kunt u automatisch afgestelde parameters controleren onder het “Manual Setup” menu. Zorg voor een fijnafstelling van de parameters conform uw voorkeur, indien nodig. ■ Speaker Configuration Stelt de luidsprekerconfiguraties in, zoals de verbindingsstatus van de luidspreker en een formaat van de aangesloten luidsprekers (geluidsreproductievermogen), dat geschikt is voor de luisteromgeving. y • De luidsprekerconfiguraties bevatten items voor het definiëren van de luidsprekergrootte: “Large” of “Small”. “Large” en “Small” verwijzen naar luidsprekers met woofer-diameters van respectievelijk 16 cm of groter en kleiner dan 16 cm. 48 Nl Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) Extra Speaker Assignment Keuzes: Large Selecteer dit als de grote luidsprekers zijn aangesloten. Zone2*, Zone2 + Zone3, Presence, None Opmerking • Indien “LFE/Bass Out” staat ingesteld op “Front”, schakelt “Front Speaker” automatisch naar “Large”, zelfs als deze is ingesteld op “Small”. Center Speaker Keuzes: None Keuzes: Subwoofer, Front, Both* Selecteert luidspreker(s) voor het weergeven van de componenten met lage tonen van het LFE (lage frequentie effectgeluid)-kanaal of andere kanalen. De weergavestatus is als volgt. None Subwoofer Voorluidsprekers Overige luidsprekers Geen weergave Geen weergave Subwoofer Uitgang Front Geen weergave Uitgang Geen weergave Both Uitgang Geen weergave Geen weergave Parameter Subwoofer Voorluidsprekers Overige luidsprekers Subwoofer [1] [2] [2] Front Geen weergave [3] [2] Both [3] [4] [2] [1] [2] [4] Front Speaker Keuzes: y • Als “None” is geselecteerd, gaan de geluidsveldprogramma’s automatisch naar de Virtual CINEMA DSP-stand. Surround Back Speaker Keuzes: None, Large x 1, Small x 1, Large x 2, Small x 2* Stelt de groottes in van de linker en rechter surround achter-luidsprekers. None Large x 1 Small, Large* Small x 1 Small Selecteer dit als de kleine luidsprekers zijn aangesloten. De lage frequentie componenten van de linker en rechter voor-kanalen worden weergegeven door een subwoofer. Large x 2 Small x 2 49 Nl Nederlands Stelt de groottes in van de linker en rechter voorluidsprekers. Selecteer dit als er geen surround achterluidsprekers zijn aangesloten. Surround achterkanaalsignalen worden weergegeven via de L/R surround luidsprekers en subwoofer. Als de subwoofer is uitgeschakeld, worden deze weergegeven via de L/R surround luidsprekers en voor-luidsprekers. Selecteer dit wanneer er één grote surround achter-luidspreker is aangesloten. Selecteer dit wanneer er één kleine surround achter-luidspreker is aangesloten. Selecteer dit als er twee grote surround achterluidsprekers zijn aangesloten. Selecteer dit als er twee kleine surround achterluidsprekers zijn aangesloten. APPENDIX [3] Geeft lage frequentie componenten weer van het kanaal van de luidspreker, waarvan de grootte is ingesteld op “Small”. Geeft lage frequentie componenten weer wanneer de groottes van de luidsprekers zijn ingesteld op “Large”. Geeft lage frequentie componenten weer van de linker en rechter voor-kanalen en het kanaal van de luidspreker, waarvan de grootte is ingesteld op “Small”. Geeft lage frequentie componenten van de linker en rechter voor-kanalen weer. Large AANVULLENDE INFORMATIE Lage frequentie componenten of andere kanaalsignalen Small Selecteer dit als er geen surround luidsprekers zijn aangesloten. De signalen van het surround kanaal worden naar de linker en rechter voorluidsprekers verspreid. “Surround Back Speaker” wordt automatisch overgezet naar “None” als dit is geselecteerd. Selecteer dit als er kleine surround luidsprekers zijn aangesloten. De lage frequentie componenten van de surround kanalen worden weergegeven door een subwoofer. Indien een subwoofer niet is aangesloten, worden ze weergegeven via de voor-luidsprekers. Selecteer dit als de grote surround luidsprekers zijn aangesloten. GEAVANCEERDE BEDIENING LFE kanaalsignalen Parameter None, Small*, Large Stelt de groottes in van de linker en rechter surround luidsprekers. BASISBEDIENIN G Surround Speaker LFE / Bass Out Keuzes: Large Selecteer dit wanneer de midden-luidspreker is aangesloten. De signalen voor het middenkanaal zullen naar de linker en rechter voor-luidsprekers worden verspreid. Selecteer dit wanneer een kleine middenluidspreker is aangesloten. De lage frequentie componenten van het middenkanaal worden weergegeven door een subwoofer. Indien een subwoofer niet is aangesloten, worden ze weergegeven via de voor-luidsprekers. Selecteer dit wanneer een grote middenluidspreker is aangesloten. VOORBEREIDIN GEN Small Opmerkingen • Wanneer u “Extra Speaker Assignment” instelt op “Zone2” of “Presence”, worden de signalen voor de surround achter-kanalen van het hoofdtoestel gescheiden weergegeven via andere kanalen. • Wanneer u “Extra Speaker Assignment” instelt op “Zone2 + Zone3”, worden de signalen voor de surround- en surround achter-kanalen van het hoofdtoestel gescheiden weergegeven via andere kanalen. None, Small*, Large Stelt de grootte in van de midden-luidspreker. INLEIDING Selecteert de toepassing voor de EXTRA SP (SP1/SP2) aansluitingen. Zone2 Wijst de SP1 aansluitingen toe voor Zone2 luidsprekers en schakelt de SP2 aansluitingen uit. Zone2 + Wijst de SP1 aansluitingen toe voor Zone2 luidsprekers en de SP2 aansluitingen voor Zone3 Zone3 luidsprekers. Presence Wijst de SP1 aansluitingen voor aanwezigheidsluidsprekers toe en schakelt de SP2 aansluitingen uit. None Schakelt de EXTRA SP (SP1/SP2) aansluitingen uit. Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) y • Wanneer “Surround Back Speaker” staat ingesteld op “None”, zijn “PLIIx Movie”, “PLIIx Music” en “PLIIx Game” van de surround decodeerstand (bladzijde 29) niet beschikbaar. Bass Crossover Frequency Keuzes: 40Hz, 60Hz, 80Hz*, 90Hz, 100Hz, 110Hz, 120Hz, 160Hz, 200Hz Stelt de onderlimiet in van de lage frequentie componenten die door een luidspreker worden weergegeven, waarvan de grootte staat ingesteld op Small” (Small x 1, Small x 2). Geluid met een lagere frequenttie dan de limiet wordt weergegeven via een subwoofer of voor-luidsprekers. Indien uw subwoofer een volumeregeling of een crossover-frequentieregeling heeft, stelt u het volume in op de helft of de crossover-frequentie op het maximum. FR.L / FR.R / CNTR / SUR.L / SUR.R / SBL / SBR / SWFR / PR.L / PR.R Instelbaar bereik: 0.30m tot 24.00m (1.0ft tot 80.0ft) Standaard instellingen: 3.00m (10.0ft) (FR.L, FR.R, SWFR, PR.L, PR.R) 2.60m (8.5ft) (CNTR) 2.40m (8.0ft) (SUR.L, SUR.R, SBL, SBR) y • Beschikbare items verschillen afhankelijk van de “Speaker Configuration” instellingen (bladzijde 48). • Als alleen één surround achter-luidspreker is aangesloten, verschijnt “SB” in plaats van “SBL” en “SBR”. ■ Equalizer Past de geluidskwaliteit en toon van de luidspreker aan met een parametrische grafische equalizer. EQ Type Select Subwoofer Phase Keuzes: Keuzes: Selecteert een equalizertype. Normal*, Reverse Als de lage tonen niet of onduidelijk worden weergegeven, stelt u hiermee de fase van uw subwoofer in. Normal Reverse ■ Selecteer dit om de fase van uw subwoofer niet te veranderen. Selecteer dit om de fase van uw subwoofer om te keren. Auto PEQ GEQ Speaker Level Instelbaar bereik: –10.0dB tot +10.0dB (stapjes van 0,5 dB) Standaard instellingen: 0dB (FR.L, FR.R, SWFR, PR.L, PR.R) –1.0dB (CNTR, SUR.L, SUR.R, SBL, SBR) Regelt het volume van elke luidspreker gescheiden, zodat het geluid dat door de luidsprekers wordt gevormd op hetzelfde volume is als bij de luisterpositie. Items die worden weergegeven variëren afhankelijk van het aantal aangesloten luidsprekers. y • Als alleen één surround achter-luidspreker is aangesloten, verschijnt “SB” in plaats van “SBL” en “SBR”. • U kunt het volume regelen door te luisteren naar testtonen wanneer u “Test Tone” instelt op “On” (op deze pagina). • Indien uw subwoofer een volumeregeling of een crossoverfrequentieregeling heeft, stelt u het volume in op de helft of de crossoverfrequentie op het maximum. ■ Speaker Distance Past de timing aan waarop elke luidspreker geluid weergeeft, zodat het geluid van de luidsprekers de luisterpositie op hetzelfde moment bereikt. Stel het toestel eerst in en stel dan de afstand in van elke luidspreker. Unit Keuzes: meters (m) feet (ft) 50 Nl meters (m)*, feet (ft) Geeft de afstanden van de luidsprekers in meters weer. Geeft de afstanden van de luidsprekers in Engelse ‘feet’ weer. Off Auto PEQ, GEQ*, Off Gebruikt een parametrische equalizer geselecteerd in “Auto Setup”. Kenmerken van de huidig gebruikte parametrische equalizer worden weergegeven onder “Auto PEQ”. Gebruikt een grafische equalizer. Druk op jENTER om de kenmerken van de grafische equalizer aan te passen. Gebruik geen grafische equalizer. GEQ Kanalen Front Left, Front Right, Center, Surround Left, Surround Right, Surround Back Left, Surround Back Right Keuzes: 63Hz, 160Hz, 400Hz, 1kHz, 2.5kHz, 6.3kHz, 16kHz Instelbaar bereik: –6.0dB to 0dB* tot +6.0dB (stapjes van 0,5dB) Past de geluidskwaliteit van elke luidspreker aan met een grafische equalizer. De grafische equalizer van dit toestel kan signaalniveaus afstellen in 7 frequentiebereiken. Om het signaalniveau binnen elk bereik af te stellen, druk op jCursor l / h om de gewenste luidspreker te selecteren terwijl “Channel” geselecteerd is, druk op jCursor k / n om de gewenste frequentieband te selecteren en druk vervolgens op jCursor l / h om het signaalniveau in te stellen. ■ Test Tone Keuzes: Off*, On Wisselt tussen aan en uit van een oscillator die testtonen genereert. Wanneer “On” is geselecteerd, kunt u de instellingen van “Manual Setup” bijstellen terwijl u luistert naar een testtoon. Off On Genereert geen testtonen. Genereert testtonen. Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) Sound Setup U kunt verschillende items voor geluidsweergaven instellen. Dynamic Range Keuzes: Min/Auto, STD, Max* U kunt diverse items instellen voor HDMI en weergave. HDMI INLEIDING ■ Function Setup U kunt verschillende items instellen voor HDMI. ■ Min/Auto Selecteert de HDMI-regelfunctie aan of uit wanneer een component die de HDMI-regelfunctie ondersteunt aangesloten is op de HDMI OUT 1 aansluiting van dit toestel. Wanneer deze parameter staat ingesteld op “On”, geeft dit toestel signalen weer die binnenkomen via de HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) verbinding met het beeldscherm, zelfs als dit toestel in standby staat. STD HDMI OUT1 Instelbaar bereik: 0* tot 240ms (stapjes van 1 ms) HDMI OUT2 Instelbaar bereik: 0* tot 240ms (stapjes van 1 ms) ANALOG MONITOR OUT Instelbaar bereik: 0* tot 240ms (stapjes van 1 ms) Stelt de vertragingstijd af die toegepast wordt wanneer alleen de analoge MONITOR OUT (COMPONENT VIDEO of VIDEO) aansluitingen worden gebruikt. • De BHDMI THROUGH indicator licht op in de volgende gevallen terwijl dit toestel in standby staat. – wanneer de HDMI regelfunctie staat ingeschakeld – wanneer de functie voor het doorvoeren van HDMI signalen op dit moment werkt • Wanneer “HDMI Control” staat ingesteld op “On”, verbruikt dit toestel 1 tot 3 Watt vermogen, afhankelijk van de conditie van een HDMI signaal die door dit toestel heengaat. ■ Standby Through Keuzes: On, Off* Selecteert de weergave van HDMI-signalen aan of uit die binnenkomen via de HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting en die weergegeven worden via de actieve HDMI OUT aansluiting(en) wanneer dit toestel in standby staat. Wanneer deze parameter staat ingesteld op “On”, geeft dit toestel signalen weer die binnenkomen via de HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) verbinding met het (de) beeldscherm(en), zelfs als dit toestel in standby staat. On Geeft de HDMI signalen weer naar de HDMI OUT aansluiting(en) Geeft de HDMI signalen niet weer naar de HDMI OUT 1/2 aansluitingen. Off y • Deze parameter is niet beschikbaar wanneer “HDMI Control” staat ingesteld op “On”. • Om doorvoerweergave van HDMI signalen mogelijk te maken, moet één van de ingangsbronnen die verbonden is met de HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting worden geselecteerd alvorens over te schakelen naar standby. • Wanneer “Standby Through” staat ingesteld op “On”, licht de BHDMI THROUGH indicator op. In deze toestand neemt de hoeveelheid stroomverbruik in de standby-stand toe. ■ Audio Output Keuzes: Amplifier*, TV, Amplifier + TV Geeft HDMI geluidssignalen weer van luidsprekers die zijn aangesloten op dit toestel. 51 Nl Nederlands Selecteert dit toestel of een component verbonden met de HDMI OUT 1 aansluiting van dit toestel voor de weergave van geluidssignalen die binnenkomen via de HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting. Amplifier APPENDIX Geeft de vertragingstijd weer ingesteld door automatische lipsync voor weergave van HDMI signalen via de HDMI OUT 2 aansluiting. Om de vertragingstijd fijn af te stellen, stel een offset tijd in het “Offset” veld. y AANVULLENDE INFORMATIE Geeft de vertragingstijd weer ingesteld door automatische lipsync voor weergave van HDMI signalen via de HDMI OUT 1 aansluiting. Om de vertragingstijd fijn af te stellen, stel een offset tijd in het “Offset” veld. Deze offset tijd wordt ook toegepast op de weergave van signalen via de HDMI OUT 2 aansluiting wanneer zowel de HDMI OUT 1 als de HDMI OUT 2 aansluiting actief is. Schakelt de HDMI regelfunctie in. Schakelt de HDMI regelfunctie uit. GEAVANCEERDE BEDIENING ■ Lipsync Past de vertraging aan tussen videoweergave en audioweergave. Dit toestel stelt automatisch de vertraging in (automatische lipsync) wanneer er een TV, die de automatische lipsync ondersteunt, is aangesloten op de HDMI OUT 1 of HDMI OUT 2 aansluiting van dit toestel en er alleen HDMI signalen worden weergegeven via de bijbehorende HDMI OUT aansluiting. On Off On, Off* BASISBEDIENIN G Max (Min) Stelt het dynamische bereik in dat geschikt is voor een laag volume of een rustige omgeving, zoals ’s nachts, voor bitstreamsignalen, behalve voor Dolby TrueHD signalen. (Auto) Past het dynamische bereik aan voor Dolby TrueHD signalen op basis van ingangssignaalinformatie. Stelt het standaard dynamische bereik in dat wordt aanbevolen voor thuisgebruik. Geeft geluid weer zonder het dynamisch bereik van de ingangssignalen aan te passen. HDMI Control Keuzes: VOORBEREIDIN GEN Selecteer een dynamisch bereikafstellingsmethode voor de reproductie van bitstreamsignalen. Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) TV Geeft HDMI geluidssignalen weer via de luidsprekers van een TV aangesloten op de HDMI OUT 1/2 aansluitingen van dit toestel. Geluid dat via de luidsprekers die op dit toestel zijn aangesloten wordt weergegeven, is gedempt. Amplifier + Geeft HDMI geluidssignalen weer via de op dit toestel aangesloten luidsprekers en via de TV luidsprekers van een TV die aangesloten is op de HDMI OUT 1/2 aansluitingen van dit toestel. ■ Dimmer Instelbaar bereik: –4 tot 0* Stelt de helderheid in van de display van het voorpaneel. Als de waarde wordt verlaagd, wordt de helderheid van de display van het voorpaneel donkerder. Opmerking • De helderheid van de display wordt niet helder in de Pure Direct stand, zelfs als de waarde wordt verhoogd. Opmerking ■ • Signaalformaten van audio- en videosignalen die via dit toestel op de TV weergegeven worden, variëren afhankelijk van de specificaties van het beeldscherm. Keuzes: Front Panel Display Scroll Continuous*, Once • Deze parameter is niet beschikbaar wanneer “HDMI Control” staat ingesteld op “On”. Selecteert de manier om over het scherm te scrollen als een totaal aantal tekens het weergavegebied van het voorpaneel overschrijdt. ■ Continuous y Resolution Keuzes: Geeft herhaaldelijk alle tekens weer door deze te scrollen. Geeft alle tekens weer door eenmaal te scrollen, pauzeert het scrollen en geeft dan de eerste 14 tekens weer. Through*, 480p(576p), 720p, 1080i, 1080p Waardeert de resolutie op van HDMI weergave die is geconverteerd van analoge video-ingangsignalen en die weergegeven wordt via de HDMI OUT 1/2 aansluitingen. Once Opmerkingen ■ • Resolutie van de HDMI weergave geconverteerd van 720p of 1080i analoge videosignalen kan niet worden opgewaardeerd. • Wanneer er een beeldscherm is aangesloten op één van de HDMI OUT 1/ 2 aansluitingen en de bijbehorende HDMI OUT aansluiting is geselecteerd (bladzijde 42), detecteert dit toestel automatisch een resolutie die door het beeldscherm ondersteund wordt. Een sterretje (*) verschijnt aan de linkerkant van de gedetecteerde resolutie. • Wanneer er een beeldscherm is aangesloten op beide HDMI OUT 1/2 aansluitingen en HDMI OUT 1+2 is geselecteerd (bladzijde 42), detecteert dit toestel automatisch een resolutie afhankelijk van het beeldscherm met de laagste resolutie. • Indien dit toestel niet de resolutie kan detecteren die door het beeldscherm ondersteund wordt, dient u “MON.CHK” in het geavanceerde instellingsmenu in te stellen op “SKIP” (bladzijde 63) en het opnieuw te proberen. Instelbaar bereik: –5 tot 0* tot +5 (verticale/horizontale richting) ■ ■ Stelt een horizontale tot verticale verhouding (beeldverhouding) in van beelden die worden geproduceerd door HDMI signalen afkomstig van de HDMI OUT 1/2 aansluitingen, wanneer de HDMI signalen worden geconverteerd vanuit analoge videoingangsignalen door een videoconversiefunctie. Through Geeft de videosignalen weer zonder de beeldverhouding te wijzigen. 16:9 Geeft de videosignalen weer die 4:3 beelden weergeven op een 16:9 monitor, met zwarte banden aan de rechter- en linkerkant van het beeldscherm. Smart Zoom Geeft de videosignalen weer die 4:3 beelden weergeven op een 16:9 monitor, door de beelden links en rechts uit te rekken zodat ze op het beeldscherm passen. Volume U kunt items instellen voor volumes. Adaptive DRC Keuzes: Opmerkingen • U kunt de beeldverhouding van het scherm niet wijzigen als “Resolution” is ingesteld op “Through”. • De instelling is niet effectief voor signalen met een andere beeldverhouding dan 4:3. • U kunt geen effect van de beeldverhouding verkrijgen wanneer er visuele signalen binnenkomen via de HDMI 1-4 aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting of wanneer er 720p, 1080i of 1080p signalen binnenkomen. Display U kunt items instellen voor een beeldscherm en de display van het voorpaneel. 52 Nl Auto, Off* Regelt het dynamische bereik aan de hand van het volumeniveau. Deze functie komt van pas wanneer u bij een laag volume, bijvoorbeeld ’s nachts, wilt luisteren. Als deze functie is uitgeschakeld, wordt het dynamische bereik als volgt aangepast. Wanneer het volumeniveau laag is:beperk het dynamische bereik Wanneer het volumeniveau hoog is:vergroot het dynamische bereik Auto Off Ingangsniveau Volume : laag Auto Off Uitgangsniveau Through*, 16:9, Smart Zoom Past de positie aan van het GUI menuscherm dat wordt weergegeven op het beeldscherm. Om het scherm naar boven (of naar rechts) te bewegen, zet u deze waarde groter. Om het scherm naar boven (of naar links) te bewegen, zet u deze waarde lager. Uitgangsniveau Aspect Keuzes: GUI Position Auto Off Ingangsniveau Volume : hoog Regelt het dynamisch bereik automatisch. Regelt het dynamisch bereik niet automatisch. y • Deze instelling is ook effectief voor een hoofdtelefoon. Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) ■ ■ Max Volume Zone2/3 Initial Volume Instelbaar bereik: Off*, Mute, –80.0dB tot +16.5dB (stapjes van 0,5 dB) Stelt het maximum volumeniveau in zodat het volume niet per ongeluk wordt verhoogd. U kunt bijvoorbeeld het volume afstellen tussen –80,0 dB en –5,0 dB (of Mute) als u deze parameter instelt op “–5.0dB”. Het volume neemt toe tot het maximale niveau als deze parameter is ingesteld op +16,5 dB (standaard). Gebruik deze functie om het volumeniveau van Zone2/3 in te stellen wanneer Zone2/3 aan wordt gezet. Wanneer deze parameter staat ingesteld op “Off”, wordt het volumeniveau toegepast dat gebruikt werd op het moment dat Zone2/3 in de standby-stand werd gezet. ■ Initial Volume Stelt het volume in op het moment dat het toestel aan staat. Wanneer deze parameter staat ingesteld op “Off”, wordt het volumeniveau toegepast dat gebruikt werd toen dit toestel in de standby-stand werd gezet. U kunt verschillende items instellen voor netwerkfuncties. Opmerking DHCP Keuzes: Input Rename Verandert de signaalbronnamen die worden weergegeven op de display van het voorpaneel. Selecteert een te bewerken teken. Selecteert een in te voeren teken. Voert een geselecteerd teken in. De volgende tekens kunnen worden ingevoerd. A tot Z, 0 tot 9, a tot z, symbolen (#, *, –, +, etc.) en spatie Zone • De menu-items voor Zone2 zijn alleen beschikbaar wanneer “Extra Speaker Assignment” staat ingesteld op “Zone2” of “Zone2 + Zone3” (bladzijde 49). • De menu-items voor Zone2 zijn alleen beschikbaar wanneer “Extra Speaker Assignment” staat ingesteld op “Zone2 + Zone3” (bladzijde 49). Zone2/3 Max Volume Stelt het maximum volumeniveau van Zone2/3 in, zodat het volume niet per ongeluk wordt verhoogd. U kunt bijvoorbeeld het volume afstellen tussen –80,0 dB en –5,0 dB als u deze parameter instelt op “–5.0dB”. IP Address Gebruik deze parameter om het aan dit toestel toegewezen IP-adres te specificeren. Deze waarde mag niet hetzelfde zijn als die die reeds gebruikt wordt voor andere apparatuur in het beoogde netwerk. Subnet Mask Gebruik deze parameter om het aan dit toestel toegewezen subnet masker te specificeren. Default Gateway Gebruik deze parameter om het IP-adres van de standaard toegewezen gateway te specificeren. DNS Server (P) / DNS Server (S) Gebruik deze parameter om de IP-adressen van de primaire en secundaire DNS (Domain Name System) servers te specificeren. y • Als u slechts één DNS-adres heeft, vul dit dan in bij “DNS Server (P)”. Als u twee of meer DNS-adressen heeft, vul er dan één in bij “DNS Server (P)” en een andere bij “DNS Server (S)”. ■ MAC Address Filter Stelt het MAC-adresfilter in om toegang van dit toestel via LAN te beperken. MAC Address Filter Keuzes: Off*, On Selecteer of de MAC adresfilterfunctie al dan niet gebruikt wordt. Off Schakelt de MAC adresfilterfunctie uit. 53 Nl Nederlands Instelbaar bereik: –30.0dB tot +15.0dB/+16.5dB* (stapjes van 5,0 dB) Off Selecteer deze instelling wanneer dit toestel de netwerkinstellingen kan verkrijgen van de DHCP server van het aangesloten netwerk. Selecteer deze instelling wanneer u de netwerkinstellingen met de hand wilt instellen. APPENDIX Stelt het maximale volumeniveau en het startvolumeniveau van Zone2/3 in. y On AANVULLENDE INFORMATIE Een originele naam invoeren Druk op jCursor k / n om de te bewerken ingangsbronnaam te selecteren en druk dan op jENTER. Voer maximaal 9 tekens in door één teken per keer te selecteren met de volgende toetshandelingen. On*, Off Selecteer of dit toestel al dan niet de netwerkinstellingen kan verkrijgen (IP-adres, subnet masker, standaard gateway, primaire DNS server en secundaire DNS server) van de DHCP server van het aangesloten netwerk. GEAVANCEERDE BEDIENING Een naam selecteren die wordt weergegeven in sjablonen Druk op jCursor k / n om de te bewerken ingangsbronnaam te selecteren en druk dan op jCursor l / h om een nieuwe naam te selecteren uit de sjablonen (Blu-ray, DVD, SetTopBox, etc.). ■ ■ IP Address Stelt de netwerkparameters (IP-adres, etc) in. BASISBEDIENIN G • Wanneer u “Max Volume” en “Initial Volume” instelt, wordt de instelling “Max Volume” actief. Als u bijvoorbeeld “Max Volume” instelt op “–30.0dB” en “Init. Volume” op “0.0dB”, wordt het volume de volgende keer dat dit toestel wordt aangezet automatisch ingesteld op “– 30.0dB”. jCursor l / h jCursor k / n jENTER Network VOORBEREIDIN GEN Instelbaar bereik: Off*, Mute, –80.0dB tot +16.5dB (stapjes van 0,5 dB) Opmerking • De “Zone2 Max Volume” of “Zone3 Max Volume” instelling heeft voorrang boven de “Zone2 Initial Volume” of “Zone3 Initial Volume” instelling. Als u bijvoorbeeld “Zone2 Max Volume” instelt op “–30.0dB” en “Zone2 Initial Volume” op “0.0dB”, dan wordt het volume automatisch ingesteld op “–30.0dB” de volgende keer dat het Zone2 apparaat wordt aangezet. INLEIDING Instelbaar bereik: –30.0dB tot +15.0dB/+16.5dB* (stapjes van 5,0 dB) Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) On Sta alleen toegang toe tot dit toestel vanaf netwerkapparaten met de gespecificeerde MAC-adressen. DSP Parameter MAC Address 1-10 Specificeer MAC-adressen van netwerkapparaten die zijn toegestaan om toegang te krijgen tot dit toestel wanneer “MAC Address Filter” staat ingesteld op “On”. Hoewel de geluidsveldprogramma’s voldoen zoals ze zijn met de standaard parameters, kunt u geluidseffecten of decoders regelen die geschikt zijn voor akoestische condities van bronnen of kamers door het instellen van de parameters. ■ 1 Network Standby Keuzes: Off*, On Selecteert of de opdrachten via het netwerk worden geaccepteerd of niet wanneer dit toestel in standby staat. Off On Druk op jCursor k / n om “DSP Parameter” te selecteren en druk dan op jENTER. Geluidsveldprogramma Accepteert de opdrachten via netwerk niet. Accepteert de opdrachten via netwerk. DSP Parameter Program Name Decode Type DSP Level P. Initial Delay P. Room Size Sur. Initial Delay Sur. Room Size y • Wanneer “Network Standby” staat ingesteld op “On”, neemt het stroomverbruik in standby toe. ■ Information Geeft de netwerkparameters (IP-adres, etc.) of de aan dit toestel toegewezen vTuner ID weer. Geluidsveldparameters Sci-Fi PLIIx Movie 0dB 16ms 1.0 2ms 1.0 Ingestelde waarden 2 Druk op jCursor k / n om “Program Name” te selecteren en druk dan op jCursor l / h om een geluidsveldprogramma te selecteren voor bewerking. 3 Druk op jCursor k / n om een parameter te selecteren voor bewerking en druk dan op jCursor l / h om de instelling te wijzigen. y • Herhaal zo nodig stappen 2 en 3 om andere geluidsveldprogramma’s te wijzigen. Om de parameters van het geselecteerde geluidsveldprogramma te initialiseren, druk herhaaldelijk op jCursor n om “Initialize” te selecteren en druk dan op jCursor h. Druk vervolgens opnieuw op jCursor h om de initialisatie uit te voeren of op jCursor l om deze te annuleren. CINEMA DSP basisparameters DSP Level Instelbaar bereik: –6dB tot 0dB* tot +3dB Stelt een effectniveau fijn af (mate van het geluidsveldeffecct dat kan worden toegevoegd). U kunt het niveau van het geluidsveldeffect afstemmen als u de geluidsniveaus controleert. Stel “DSP Level” als volgt af. • Het effectgeluid is te zacht. • Er zijn geen verschillen tussen de effecten van de geluidsveldprogramma’s. →Verhoog het effectniveau. • De geluidsweergave is dof. • Het geluidsveldeffect dat is toegevoegd is te veel. →Verminder het effectniveau. 54 Nl Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) Keuzes: 0* t/m 5 Ideale dialoogpositie Initial Delay / P. Initial Delay / Sur. Initial Delay / Sur. Back Initial Delay Instelbaar bereik: 1 tot 99ms (Initial Delay / P. Initial Delay), 1 tot 49ms (Sur. Initial Delay / Sur. Back Initial Delay) Regelt dempingskenmerken van vroeg weerkaatst geluid. U kunt een levendig geluidsveld (met een hoog natrillend geluidsniveau) creëren naarmate u de waarde verhoogt, en een akoestisch dood geluidsveld (met een laag natrillend geluidsniveau) naarmate u de waarde verlaagt. Het creëren van een levendig geluidsveld of een dood geluidsveld in een daadwerkelijke muziekhal wordt bepaald door de akoestische absorptiekenmerken van de weerkaatsende oppervlakken. Er wordt een dood geluidsveld gecreëerd wanneer de dempingstijd kort is, terwijl er een levendig geluidsveld wordt gecreëerd wanneer de dempingstijd lang is. Niveau Opmerkingen • Deze instelling is alleen beschikbaar wanneer “Extra Speaker Assignment” staat ingesteld op “Presence” (bladzijde 49). • U kunt de dialoogpositie niet lager instellen dan de begininstelling. Tijd Vertraging 3D DSP Keuzes: Oorspronkelijk brongeluid Vroeg weerkaatst geluid Tijd Vertraging Geluidsbron On*, Off Weerkaatsend oppervlak Opmerking • Deze instelling is alleen beschikbaar wanneer “Extra Speaker Assignment” staat ingesteld op “Presence” (bladzijde 49). Klein = 1 m Groot = 99 m y • Wij bevelen u aan om de grootte van het bijbehorende geluidsveld in te stellen wanneer u de vertragingstijd instelt. ■ AANVULLENDE INFORMATIE Wanneer CINEMA DSP 3D is ingeschakeld, kan bepaald worden of er geluidsveldprogramma’s in 3D worden gebruikt of niet. GEAVANCEERDE BEDIENING Als de waarde op nul wordt ingesteld, is de positie op zijn laagste. De positie wordt hoger naarmate u de waarde verhoogt. BASISBEDIENIN G Verplaats omhoog naar de ideale dialoogpositie Parameters voor het regelen van vroeg weerkaatst geluid VOORBEREIDIN GEN Als u de dialogen uit de onderkant van het beeldscherm hoort komen, verhoog dan de waarde van “Dialogue Lift”. ■ INLEIDING Hiermee kunt u de verticale positie van de gesproken teksten (dialogen) in films instellen. De ideale positie voor de dialogen is wanneer ze uit het midden van het beeldscherm lijken te komen. Geluidsveldparameters voor geavanceerde configuraties Niveau Dialogue Lift Parameters voor het specificeren van de kamergrootte Instelbaar bereik: 0.1 t/m 2.0 55 Nl Nederlands Produceert verschillende maten van geluidsexpansie in overeenstemming met de gespecificeerde kamergrootten. In een grote ruimte zoals een muziekhal, is de duur tussen het horen van een weergekaatst geluid en het volgende weergekaatste geluid lang. Dus er kunnen verschillende maten van geluidsexpansie gecreëerd worden door de duur te wijzigen. 1,0 is de oorspronkelijke grootte van de ruimte. Wanneer deze parameter wordt ingesteld op 2,0, wordt elke zijde van de ruimte als tweemaal groter gedefinieerd als de oorspronkelijke grootte van de ruimte. APPENDIX Room Size / P. Room Size / Sur. Room Size / Sur. Back Room Size Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) ■ Brongeluid Tijd Tijd Geluidsbron Klein = 0,1 ■ Reverb Time Instelbaar bereik: 1.0 t/m 5.0s Niveau Niveau Vroege weerkaatsingen Parameters voor het instellen van natrillend geluid De Reverb Time parameter stelt de dempingstijd van het natrillende achter-geluid in op basis van de tijd die het dempen met 60 dB in beslag neemt van ongeveer 1 kHz natrillend geluid. Natrillend geluid dempt sneller naarmate u de waarde verlaagt. De Reverb Time instelling stelt u in staat om een natuurlijk natrillend geluid te creëren, door een langere dempingstijd in te stellen voor een geluidsbron of -kamer met minder echo, of een kortere dempingstijd voor een geluidsbron of -kamer met meer echo. Groot = 2,0 Parameters voor het definiëren van dempingskenmerken van vroeg weerkaatst geluid. 60dB Liveness / P. Liveness / Sur. Liveness / Sur. Back Liveness Tijd Dood Tijd Niveau Niveau Levendig Tijd Tijd Reverb Time Korte natrillingen Lange natrillingen Geluidsbron Weinig = 1,0 s Veel = 5,0 s Reverb Delay Instelbaar bereik: 0 tot 250ms De Reverb Delay parameter regelt het tijdsverschil tussen het begin van het directe geluid en het begin van de natrillingen. Hoe groter deze waarde, hoe later de natrillingen zullen beginnen. Verhogen van de waarde van Reverb Delay stelt u in staat om een natrillend geluid te creëren in een groter gebied voor dezelfde Reverb Time. Niveau Brongeluid 60dB Reverb Time Instelbaar bereik: 0 t/m 10 Stelt de demping in van weerkaatst geluid. U kunt een levendig geluidsveld (met een hoog natrillend geluidsniveau) creëren naarmate u de waarde verhoogt, en een akoestisch dood geluidsveld (met een laag natrillend geluidsniveau) naarmate u de waarde verlaagt. Het creëren van een levendig geluidsveld of een dood geluidsveld in een daadwerkelijke muziekhal wordt bepaald door de akoestische absorptiekenmerken van de weerkaatsende oppervlakken. Er wordt een dood geluidsveld gecreëerd wanneer de dempingstijd kort is, terwijl er een levendig geluidsveld wordt gecreëerd wanneer de dempingstijd lang is. Brongeluid Achternatrilling Vroege weerkaatsingen Achter-natrilling Brongeluid (dB) Weinig weerkaatst geluid 60dB Veel weerkaatst geluid Natrillingen Tijd Weinig = 0 Veel = 10 Reverb Delay 56 Nl Reverb Time Bedienen van diverse instellingen voor dit toestel (Setup menu) ■ Reverb Level Instelbaar bereik: 0 t/m100% Niveau Brongeluid Effect Level Keuzes: High*, Low Stelt het effectniveau van de Compressed Music Enhancer bij. Wanneer de hoge frequentie signalen van de bron te veel worden benadrukt, dient u het effectniveau in te stellen op “Low”. Om dit effect te verminderen, stelt u de parameter in op “Low”. Decoder-parameters (dB) ■ Parameter voor PLIIx Music en PLII Music Panorama Tijd Parameter voor MOVIE geluidsveldprogramma’s Decode Type Keuzes: PLIIx Movie (PLII Movie), Neo:6 Cinema Opmerking • U kunt geen decoder selecteren voor de volgende MOVIE geluidsveldprogramma’s. – Mono Movie – Sports – Action Game – Roleplaying Game Parameter voor 2ch Stereo Direct Keuzes: Auto*, Off Leidt het DSP-circuit en de toonregeling automatisch om wanneer er een analoge geluidsbron is geselecteerd als de ingangsbron. U kunt genieten van een hogere kwaliteit geluid. ■ Parameters voor 7ch Stereo Center Level / Surround L Level / Surround R Level / Surround Back Level / Presence L Level / Presence R Level Regelt het volume van de midden-, L/R surround-, surround achter- en L/R aanwezigheidskanalen in het 7kanaals stereoprogramma. Welke parameters beschikbaar zijn hangt mede af van de luidsprekerinstellingen. U kunt het midden-geluid spreiden naar links en rechts volgens uw voorkeur. Stel deze parameter in op 0 voor het weergeven van het midden-geluid via alleen de middenluidsprekers, of naar 7 voor het weergeven ervan via de linker of rechter voor-luidspreker. ■ Parameter voor Neo:6 Music Center Image Instelbaar bereik: 0.0 tot 0.3* tot 1.0 Regelt het volume van de linker en rechter voor-kanalen in samenhang met het midden-kanaal om het midden-kanaal meer of minder overheersend te maken. Memory Guard Keuzes: Off*, On Beschermt de Setup menu-instellingen tegen onverhoedse verandering. Off On Instellingen niet beschermd. Beschermt de Setup menu-instellingen (behalve “Decode Type” in “DSP Parameter” en “Memory Guard”). Opmerking • Wanneer deze parameter op “On” wordt gezet, verschijnt “ bovenaan in het Setup menuscherm. ” links 57 Nl Nederlands Instelbaar bereik: 0 t/m100% Center Width Instelbaar bereik: 0 tot 3* tot 7 APPENDIX Auto Geeft geluid weer door het DSP-circuit en de toonregeling om te leiden wanneer de “Bass” en “Treble” toonregelaars beide staan ingesteld op 0 dB. Off Leid het DSP-circuit en de toonregeling niet om. Stelt een verschil in niveau aan tussen het voorgeluidsveldniveau en het surround geluidsveldniveau. U kunt het verschil in niveau dat is gecreëerd door de software die is afgespeeld bijstellen om een geluidsbalans naar voorkeur te krijgen. De surroundgeluiden worden sterker als u de waarde instelt naar de negatieve kant en het voorgeluid sterker wordt als u de waarde stelt naar de positieve kant. AANVULLENDE INFORMATIE ■ Dimension Instelbaar bereik: –3 tot STD* tot +3 GEAVANCEERDE BEDIENING Selecteert het decoder-type voor gebruik met de MOVIE geluidsveldprogramma’s. Off*, On Stelt de soundscape van het voor-geluidsveld bij. Stuurt stereosignalen naar de surround-luidsprekers zowel als naar de voor-luidsprekers voor een omhullend effect. BASISBEDIENIN G Parameters voor bepaalde geluidsveldprogramma’s Keuzes: VOORBEREIDIN GEN U kunt de decoder-effecten aanpassen door de volgende parameters in te stellen. Voor details over de typen decoders, zie “Surround decodeerfunctie” (bladzijde 29). Reverb Level ■ INLEIDING De Reverb Level parameter stelt het geluidsniveau van de natrillingen in. Verhogen van de waarde van Reverb Level zorgt ervoor dat het geluidsniveau van de natrillingen hoger is, wat u in staat stelt meer echo te creëren. Parameter voor Straight Enhancer en 7ch Enhancer Gebruik van de multi-zone configuratie Dit toestel stelt u in staat een audiosysteem in meerdere zones te configureren. Deze functie stelt u in staat dit toestel zo in te stellen dat afzonderlijke signaalbronnen worden gereproduceerd in de hoofdzone, de tweede zone (Zone2) en de derde zone (Zone3). U kunt dit toestel bedienen vanuit de tweede of derde zone met de meegeleverde afstandsbediening. Naar de tweede en derde zone kunnen alleen analoge signalen worden gezonden. Als u geluid wilt weergeven in Zone2/3, dient u een externe component aan te sluiten op de AV5-6 of AUDIO1-2 aansluitingen (door middel van analoge verbinding). Als u bijvoorbeeld in de tweede zone geluid wilt weergeven van een HDMI DVD-speler, dient u de HDMI DVD-speler op dit toestel aan te sluiten via zowel de HDMI als analoge aansluiting. Aansluiten van Zone2/3 Om gebruik te maken van de multi-zone functies van dit toestel hebt u de volgende extra apparatuur nodig: • Een infrarood signaalontvanger in de tweede zone en/of derde zone. • Een infrarood signaalzender in de hoofdzone. Deze zender zendt de infrarode signalen uit vanaf de afstandsbediening naar een CD-speler of een DVD-speler, etc. in de hoofdzone via de infrarood signaalontvanger in de tweede zone en/of derde zone. • Een versterker en luidsprekers in de tweede zone en/of derde zone. y • Aangezien er vele mogelijke manieren zijn waarop u dit toestel kunt aansluiten en gebruiken in een multi-zone configuratie, raden we u aan uw dichtstbijzijnde erkende Yamaha dealer of servicecentrum te raadplegen over de Zone2/3 aansluitingen die het best tegemoet komen aan uw eisen. • Sommige Yamaha modellen kunnen rechtstreeks worden aangesloten op de REMOTE aansluitingen van dit toestel. U heeft mogelijk geen infrarood signaalzender voor deze producten nodig. Er kunnen maximaal 6 componenten aangesloten worden met behulp van de monaurale analoge minikabeltjes of via een IR flasher. Voor informatie over aansluitingen, zie “Zenden/ontvangen van afstandsbedieningssignalen” (bladzijde 18). Met externe versterkers Sluit als volgt een versterker/ontvanger aan in de tweede zone en/of derde zone en andere componenten op dit toestel. MONITOR OUT COMPONENT VIDEO SPEAKERS S ZO REMOTE PR IN OUT VIDEO PB Y FRONT CENTER SURROUND SING CENTER FRONT O1 SUR.BACK SUBWOOFER ZONE2 OUT FRONT ZONE3 OUT SURROUND SUR. B PRE O L R Zone2 versterker (Yamaha component) L R Analoge audioweergave IR ontvanger in Zone2 AUDIO OUT Analoge audioweergave 58 Nl SURROUND MULTI CH INPUT Afstandsbedieningsuitgang Afstandsbedieningsingang IR flasher of Yamaha component (DVD-speler, etc.) AUDIO2 Zone3 versterker Gebruik van de multi-zone configuratie Van de ZONE3 OUT aansluitingen Van de ZONE2 OUT aansluitingen INLEIDING Versterker Versterker Alleen analoge audiosignalen Dit toestel DVD -speler, etc. Afstandsbediening MAIN Derde zone (Zone 3) ZONE 3 VOORBEREIDIN GEN ZONE 2 Infrarood ontvanger Infraroodzender Tweede zone (Zone 2) Hoofdruimte Van de REMOTE OUT aansluiting Naar de REMOTE IN aansluiting Als u twee interne versterker van dit toestel wilt gebruiken Sluit de Zone2 en Zone3 luidsprekers direct aan op de SP1 en SP2 aansluitingen en stel “Extra Speaker Assignment” vervolgens in op “Zone2 + Zone3” (bladzijde 49). SP1 ZONE2/PRESENCE SP2 ZONE3 APPENDIX Zone2 luidsprekers AANVULLENDE INFORMATIE Als u één interne versterker van dit toestel wilt gebruiken Sluit de Zone2 luidsprekers direct aan op de SP1 aansluitingen en stel “Extra Speaker Assignment” vervolgens in op “Zone2” (bladzijde 49). GEAVANCEERDE BEDIENING Belangrijke waarschuwing voor uw veiligheid De EXTRA SP aansluitingen van dit toestel mogen niet worden aangesloten op een zogenaamde Passieve Luidspreker Schakelkast, of met meer dan één luidspreker per kanaal. Aansluiting op een Passieve Luidspreker Schakelkast, of met meer dan één luidspreker per kanaal kan leiden tot een abnormaal lage impedantie, met beschadiging van de versterker als gevolg. Raadpleeg deze handleiding voor correct gebruik. Te allen tijde moet de opgegeven minimum impedantie voor alle luidsprekers en kanalen worden gehandhaafd. Deze informatie kunt u vinden op het achterpaneel van uw toestel. BASISBEDIENIN G Gebruiken van de interne versterkers van dit toestel Zone3 luidsprekers Dit toestel y • U kunt de op de EXTRA SP (SP1/SP2) aansluitingen aangesloten luidsprekers gebruiken als het voor-luidsprekersysteem van een andere zone. • Wanneer u de interne versterkers voor de Zone2/3 luidsprekers gebruikt, kunt u het volumeniveau regelen en het startvolume en het maximum volume van de Zone2/3 luidsprekers afstellen (bladzijde 53). Nederlands 59 Nl Gebruik van de multi-zone configuratie Handelingen in de Zone2/3 bedieningsstand Bedienen van Zone2/3 U kunt Zone2/3 selecteren en bedienen met de bedieningstoetsen op het voorpaneel of op de afstandsbediening. De beschikbare handelingen zijn als volgt: • Selecteren van de signaalbron • Afstemmen op de gewenste zender (wanneer “TUNER” staat geselecteerd als de ingangsbron) • Regelen van het volume van Zone2/3 (als er Zone2/3 luidsprekers zijn aangesloten op de EXTRA SP aansluitingen). Overschakelen naar de Zone2/3 bedieningsstand Voordat u Zone2/3 bedient met behulp van de bedieningstoetsen op het voorpaneel of op de afstandsbediening, volg de onderstaande procedure om dit toestel over te schakelen naar de Zone2/3 bedieningsstand. ■ Zone2/3 bedienen met behulp van de bedieningstoetsen van het voorpaneel Druk herhaaldelijk op DZONE CONTROLS om de zone te selecteren die u wilt regelen terwijl de doelzone is ingeschakeld. De zone-indicator knippert ongeveer 10 seconden lang op de display van het voorpaneel. ZONE 2 Knippert of ZONE 3 Knippert Opmerking • Voltooi elke stap terwijl de zone-indicator knippert op de display van het voorpaneel. Anders wordt de Zone2 of Zone3 bedieningsstand automatisch geannuleerd en keert dit toestel terug naar de bedieningsstand van de hoofdzone. ■ Zone2/3 bedienen met behulp van de afstandsbediening Schakel de bZone selection switch naar de “ZONE2” of “ZONE3” positie. 60 Nl ■ Inschakelen of Zone2 in de standby-stand zetten Druk op AZONE2 ON/OFF (of op pPOWER). ■ Inschakelen of Zone3 in de standby-stand zetten Druk op CZONE3 ON/OFF (of op pPOWER). ■ Bedienen van Zone2/3 Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op de dIngangskeuzetoets) om de gewenste ingangsbron te selecteren. Als u op dUSB/NET op de afstandsbediening drukt, druk op de wSub-ingangskeuzetoets om een subingangsbron te selecteren. • Selecteer “AV5”, “AV6”, “AUDIO1”, “AUDIO2” of “PHONO” om naar de ingangsbron te luisteren in de geselecteerde zone. • Selecteer “DOCK” om gebruik te maken van de iPod functies (bladzijde 35) of de Bluetooth functies (bladzijde 37) in de geselecteerde zone. • Selecteer “TUNER” om gebruik te maken van de FM/ AM afstemfuncties (bladzijde 31) in de geselecteerde zone. • Selecteer “USB” om gebruik te maken van de USB functies (bladzijde 38) in de geselecteerde zone. • Selecteer “NET RADIO” om gebruik te maken van de Internetradiofuncties (bladzijde 41) in de geselecteerde zone. • Selecteer “PC” om gebruik te maken van de PC functies (bladzijde 39) in de geselecteerde zone. Opmerking • De sub-ingangsbron (USB, NET RADIO en PC) voor “USB/NET” wordt gedeeld onder alle zones (hoofdzone, Zone2 en Zone3). U kunt geen andere sub-ingangsbron selecteren voor elke zone. Bedienen van andere componenten met de afstandsbediening U kunt externe componenten bedienen voor een geselecteerde signaalbron met de afstandsbediening. De beschikbare toesten voor het bedienen van externe componenten zijn als volgt: jCursor, ENTER, RETURN Bedient de menu’s van externe componenten. lNumerieke toetsen Funtie als numerieke toetsen van een externe component. mTV-bedieningstoetsen Wisselt visuele signalen van de TV Dempt audio van de TV Regelt het volume van de TV Wisselt de kanalen van de TV Zet de TV aan en uit uDISPLAY Schakelt tussen de schermen van externe componenten. Fabrikant Standaardcode Yamaha 5011 (vast) [TUNER] Tuner Yamaha 5007 (vast) [USB/NET] — Yamaha — (vast) “—” geeft geen toewijzing aan y • Een externe component die bediend wordt met de afstandsbediening, wordt automatisch geselecteerd volgens de selectie van de scènes (bladzijde 24). Instellen van afstandsbedieningscodes U kunt andere componenten bedienen als u de geschikte afstandsbedieningscodes hebt ingesteld. Raadpleeg de “Lijst met afstandsbedieningscodes” aan het eind van deze handleiding voor een complete lijst met de beschikbare afstandsbedieningscodes. U dient elke stap binnen 1 minuut na de vorige stap uit te voeren. 2 Druk op de gewenste dIngangskeuzetoets. Om de mTV bedieningstoetsen te gebruiken om uw TV te bedienen, wijs een afstandsbedieningscode voor uw TV toe aan dAV1, dAV4 of dPHONO. 3 Druk op de lNumerieke toetsen om een afstandsbedieningscode in te voeren. Zodra de afstandsbedieningcode is geregistreerd, knippert nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt, knippert nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf stap 1. y • U kunt mTV bedieningstoetsen gebruiken om uw TV te bedienen ongeacht de geselecteerde ingangsbron, als er een afstandsbedieningscode voor uw TV is toegewezen aan dAV1, dAV4 of dPHONO (in volgorde van afnemende prioriteit). • U dient eerst de code van de afstandsbediening in te stellen voor de bediening van externe componenten. • De afstandsbedieningstoetsen voor het bedienen van externe componenten zijn uitsluitend beschikbaar als de externe componenten overeenkomende bedieningstoetsen hebben. De volgende afstandsbedieningscodes worden toegewezen aan signaalbronnen als standaard fabrieksinstellingen. ■ Standaard afstandsbedieningscodeinstellingen Fabrikant Standaardcode Yamaha 2018 [HDMI 2] — — — [HDMI 3] — — — [HDMI 4] — — — [AV 1] — — — [AV 2] — — — [AV 3] CD Yamaha 5013 [AV 4] — — — [AV 5] — — — [AV 6] — — — [AUDIO 1] — — — [AUDIO 2] — — — [V-AUX] — — — [PHONO] — — — [MULTI] — — — Resetten van alle afstandsbedieningscodes U kunt alle afstandsbedieningscodes opnieuw instellen op de standaard fabrieksinstellingen. Opmerking • Deze bewerking wist ook de geprogrammeerde functie van elke toets (bladzijde 62). 1 Druk op oCODE SET op de afstandsbediening met een puntig voorwerp, zoals een punt van een pen. nTRANSMIT knippert twee keer. 2 Druk op iON SCREEN. 3 Druk op de lNumerieke toetsen om “9981” in te voeren. Zodra de initialisatie voltooid is, knippert nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt, knippert nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf stap 1. 61 Nl Nederlands Categorie Blu-ray disc APPENDIX Ingangsbron [HDMI 1] AANVULLENDE INFORMATIE Druk op oCODE SET op de afstandsbediening met een puntig voorwerp, zoals de punt van een pen. nTRANSMIT knippert twee keer. GEAVANCEERDE BEDIENING 1 BASISBEDIENIN G INPUT MUTE TV VOL +/– TV CH +/– POWER Categorie DOCK VOORBEREIDIN GEN kBedieningstoetsen voor externe component Functie als een opname- of weergavetoets van een externe component, of een menuweergavetoets. Ingangsbron [DOCK] INLEIDING cSOURCE POWER Schakelt een externe component in en uit. Bedienen van andere componenten met de afstandsbediening Programmeren vanaf andere afstandsbedieningen 6 U kunt ook afstandsbedieningscodes programmeren vanaf andere afstandsbedieningen. Maak gebruik van deze functie als u functies wilt programmeren die niet zijn opgenomen onder de door de afstandsbedieningscodes gedekte basishandelingen, of als er geen geschikte afstandsbedieningscode beschikbaar is. y • Herhaal stap 4 t/m 6 om een functie aan een andere toets toe te wijzen. 7 Opmerking <Opmerking> • Alle in deze sectie beschreven stappen dienen binnen een minuut na de laatste stap uitgevoerd te worden. Als de volgende handeling niet binnen een minuut wordt uitgevoerd, wordt de programmeringsbewerking geannuleerd. Begin in dit geval opnieuw vanaf het begin. Programmeren van de afstandsbediening van dit toestel U kunt de afstandsbediening zodanig programmeren dat functies van een externe component bediend kunnen worden met de volgende toetsen. U kunt functies toewijzen aan deze toetsen voor elke signaalbron zoals bij afstandsbedieningscodes. cSOURCE POWER kBedieningstoetsen voor externe component lNumerieke toetsen y • De afstandsbediening maakt gebruik van infrarood stralen. Als de afstandsbediening van de externe component ook gebruik maakt van infrarood stralen, kan deze afstandsbediening de meeste functies daarvan overnemen. De afstandsbediening herkent mogelijk niet speciale of opeenvolgende signalen. • De toetsen bedienen mogelijk niet de toegewezen functies, afhankelijk van de bedieningscondities van dit toestel. 1 Druk op de gewenste dIngangskeuzetoets. 3 Druk op de lNumerieke toetsen om “9990” in te voeren. 4 Druk op een toets waaraan u de functie wilt toewijzen. nTRANSMIT licht op, waarop dit toestel in een wachttoestand terecht komt om afstandsbedieningssignalen te ontvangen. Voer stap 5 en 6 binnen 10 seconden uit. 1 Druk op oCODE SET op de afstandsbediening met een puntig voorwerp, zoals de punt van een pen. nTRANSMIT knippert twee keer. 2 Druk op de gewenste dIngangskeuzetoets. 3 Druk op de lNumerieke toetsen om “9991” in te voeren. 4 Druk op een toets die u opnieuw wilt instellen. Als de toetstoewijzing gewist is, knippert nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt, knippert nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf stap 1. y • Herhaal stap 4 om nog een toetstoewijzing te wissen. 5 5 • Als er 10 seconden voorbijgaan nadat dit toestel in de wachttoestand is gegaan, treedt er een timeout-fout op en wordt nTRANSMIT uitgeschakeld. Begin in dat geval opnieuw vanaf stap 4. Leg deze afstandsbediening en de afstandsbediening van de externe component ongeveer 5 tot 10 cm uit elkaar op een vlakke ondergrond, zodat hun infrarood zenders op elkaar gericht zijn. Afstandsbediening van externe component MAIN SOURCE 3 3 CODE SET 4 4 USB/NET AUDIO TUNING POWER 2 SLEEP DOCK HDMI 1 2 MULTI AV 6 2 PHONO PRESET RADIO ENHANCER SUR. DECODE ZONE 2 ZONE 3 TRANSMIT POWER 1 1 5 V-AUX AM HDMI MEMORY TUNER FM CD STEREO VOLUME STRAIGHT PURE DIRECT OPTION DISPLAY SCENE TV MOVIE MUSIC ENTER INFO BD DVD HDMI OUT ON SCREEN RETURN 5 tot 10 cm 62 Nl Om de handeling te beëindigen, druk nogmaals op oCODE SET. nTRANSMIT knippert eenmaal. Wissen van de toewijzingen van alle toetsen 1 Druk op oCODE SET op de afstandsbediening met een puntig voorwerp, zoals de punt van een pen. nTRANSMIT knippert twee keer. 2 Druk op de gewenste dIngangskeuzetoets. 3 Druk op de lNumerieke toetsen om “9992” in te voeren. Als de toetstoewijzingen gewist zijn, knippert nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt, knippert nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf stap 1. Opmerking <Opmerking> Om de handeling te beëindigen, druk nogmaals op oCODE SET. nTRANSMIT knippert eenmaal. Wissen van de toewijzing van elke toets Druk op oCODE SET op de afstandsbediening met een puntig voorwerp, zoals de punt van een pen. nTRANSMIT knippert twee keer. 2 Druk op de toets op de afstandsbediening van de externe component. Als het overnameproces voltooid is, knippert nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt, knippert nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf stap 4. Geavanceerde setup MON.CHK -XXXX In het geavanceerde setup menu kunt u de basisbediening van dit toestel instellen, zoals het in- en uitschakelen van een biamp aansluiting of het initialiseren van gebruikersinstellingen. Zet dit toestel in de standby-stand. 2 Terwijl u QSTRAIGHT ingedrukt houdt op het voorpaneel, drukt u op LMAIN ZONE ON/OFF. Houd QSTRAIGHT ingedrukt totdat “ADVANCED SETUP” op de display van het voorpaneel verschijnt. INIT-XXXXXXXXX Keuzes: • Ingestelde waarden voor de volgende parameters worden weergegeven als XXX op een daadwerkelijk weergavescherm. SP IMP. -XXX USB FirmUpdate NET FirmUpdate 6ΩMIN, 8ΩMIN* Voert een update uit van de firmware van dit toestel. Voor details over hoe de firmware te updaten, zie de met de updates geleverde informatie. Opmerkingen RS232C STBY -X Keuzes: • Gebruik deze functie niet tenzij u de firmware moet updaten. • Lees eerst de met de updates geleverde informatie alvorens firmware updates uit te voeren. Y (Ja), N (Nee)* Selecteert of er al dan niet gegevens worden verzonden via de RS-232C aanlsuiting wanneer dit toestel in standby staat. VERXXX.XXX.XXX Keuzes: ID1*, ID2 Druk herhaaldelijk op QSTRAIGHT om de geselecteerde parameterinstelling te wijzigen. Om andere instellingen te wijzigen, herhaal stap 3 en 4. BI AMP - XXX Keuzes: ON, OFF* Schakelt de bi-amp verbinding van de hoofdluidsprekers in en uit. Voor bi-amp (tweevoudige versterking) verbinding, zie bladzijde 12. 5 Druk op LMAIN ZONE ON/OFF om dit toestel uit (standby) te zetten. De gewijzigde instellingen worden van kracht zodra u dit toestel de volgende keer aanzet. SCENE IR -XXX Keuzes: ON*, OFF APPENDIX 4 Stelt een afstandsbediening-ID in. Bij het gebruik van meerdere Yamaha AV-ontvangers, kunt u deze bedienen met een enkele afstandsbediening door de ontvanger-ID’s op dezelfde instelling te zetten. AANVULLENDE INFORMATIE Geeft de firmware van dit toestel weer. REMOTE ID -XXX GEAVANCEERDE BEDIENING Selecteer de uitgangsimpedantie van dit toestel in overeenstemming met de aangesloten luidsprekers. Wanneer u 4-Ohm luidsprekers aansluit op de FRONT luidsprekeraansluitingen, stel “SP IMP.” dan in op “6ΩMIN.”. BASISBEDIENIN G y VOORBEREIDIN GEN Verdraai de PPROGRAM schakelaar om de parameter te selecteren die u wilt aanpassen. De standaard instellingen zijn aangegeven met “*”. Keuzes: DSP PARAM, VIDEO, NETWORK, ALL, CANCEL* Initialiseert diverse instellingen die zijn opgeslagen op dit toestel. U kunt een initialiseringsmethode selecteren uit de volgende. DSP PARAM Alle parameters van geluidsveldprogramma’s VIDEO Videoconversie-instellingen (resolutie/ verhouding) in het Setup menu en de stand van de GUI display NETWORK Netwerkinstellingen in het Setup menu ALL Alles CANCEL Annulering van initialisatie ADVANCEDSETUP 3 YES*, SKIP Voegt een opwaarderingsbeperking op aan de weergavesignalen naar een videomonitor die is aangesloten op dit toestel via de HDMI OUT aansluiting. INLEIDING 1 Keuzes: Selecteert of de bedieningssignalen al dan niet verzonden worden naar een op de REMOTE OUT aansluiting van dit toestel aangesloten externe component wanneer de BD/DVD of CD SCENE functie geselecteerd is. Nederlands 63 Nl Geavanceerde setup Instellen van een afstandsbediening-ID Er zijn twee ID’s gegeven voor de afstandsbediening van dit toestel. Als er een andere Yamaha versterker in dezelfde kamer is, dan voorkomt het instellen van een andere afstandsbediening-ID naar dit toestel een ongewenste bediening van de andere versterker. “ID1” staat standaard ingesteld voor zowel het hoofdtoestel als de afstandsbediening. Als u de afstandsbediening-ID hebt gewijzigd, vergewis u er dan van dat u dezelfde ID selecteert voor het hoofdtoestel in het geavanceerde setup menu. y • Voor details over hoe de afstandsbediening-ID van de vereenvoudigde afstandsbediening in te stellen, zie bladzijde 8. 1 Druk op oCODE SET op de afstandsbediening met een puntig voorwerp, zoals de punt van een pen. nTRANSMIT knippert twee keer. 2 Druk op iON SCREEN. 3 Voer de gewenste code voor de afstandsbediening-ID in. Om naar ID1 te schakelen, druk op de lNumerieke toetsen om “5019” in te voeren. Om naar ID2 te schakelen, druk op de lNumerieke toetsen om “5020” in te voeren. Zodra de afstandsbedieningcode is geregistreerd, knippert nTRANSMIT twee keer. Als het mislukt, knippert nTRANSMIT zes keer. Herhaal vanaf stap 1. y • Als u de instellingen van dit toestel initialiseert, wordt “REMOTE ID” (afstandsbedieningscode van dit toestel) ingesteld op “ID1”. 64 Nl AANHANGSEL Oplossen van problemen Algemeen — Het toestel gaat plotseling uit (standby). De interne temperatuur is te hoog opgelopen en de oververhittingsbeveiliging is in werking getreden. Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel afgekoeld is voor u het weer aan zet. — De beveiliging is in werking getreden vanwege kortsluiting enz. Controleer of de luidsprekerimpedantie correct is ingesteld. 63 Controleer of de luidsprekerbedrading nergens kortsluiting maakt en zet vervolgens het toestel weer aan. — De slaaptimer heeft het toestel uitgeschakeld. Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron weer af. — Het netsnoer of de stekker is niet of niet goed aangesloten. Sluit de stroomkabel op de juiste wijze aan op een stopcontact. 20 De instelling voor de luidsprekerimpedantie is niet correct. Stel de luidsprekerimpedantie in zodat deze overeenkomt met die van uw luidsprekers. 63 (Wanneer dit toestel weer aan is gezet en “CHECK SP WIRES!” wordt weergegeven.) Het beschermingscircuit is geactiveerd omdit toestel is aangezet terwijl een luidsprekerkabel kortsluiting maakte. Zorg dat alle luidsprekerkabels tussen het toestel en de luidsprekers op de juiste wijze zijn aangesloten. 11 De interne microcomputer is vastgelopen door een externe elektrische schok (bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading van statische elektriciteit) of door een daling van het voltage van de stroomvoorziening. Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na ongeveer 30 seconden weer terug. — Dit toestel kan niet worden uitgezet. AANHANGSEL Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na ongeveer 30 seconden weer terug. GEAVANCEERD E BEDIENING De interne microcomputer is vastgelopen door een externe elektrische schok (bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading van statische elektriciteit) of door een daling van het voltage van de stroomvoorziening. BASISBEDIENIN G Het toestel functioneert niet naar behoren. VOORBEREIDIN GEN Oorzaak Het toestel gaat niet aan, of gaat direct weer uit (standby) zodra de stroom wordt ingeschakeld. Oplossing Zie bladzijde Probleem INLEIDING Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde Yamaha dealer of servicecentrum. Nederlands 65 Nl Oplossen van problemen Probleem Geen beeld. Oplossing Zie bladzijde Er is geen juiste video-ingang geselecteerd op de videomonitor. Selecteer een juiste video-ingang op de videomonitor. — Er is geen juiste HDMI OUT aansluiting geselecteerd. Selecteer de HDMI OUT aansluiting waarmee uw videomonitor verbonden is. 42 De externe videocomponent is aangesloten op één van de HDMI 1-4 aansluitingen of op de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting terwijl uw videomonitor is verbonden met de MONITOR OUT (COMPONENT VIDEO of VIDEO) aansluitingen. Verbind de externe videocomponent met andere video-ingangsaansluitingen dan de HDMI 1-4 aansluitingen of verbind de videomonitor met één van de HDMI OUT aansluitingen of de HDMI IN (VIDEO AUX) aansluiting. 14, 16 Dit toestel produceert videosignalen die niet ondersteund worden door het beeldscherm dat is aangesloten op één van de HDMI OUT aansluitingen. Geef het geavanceerde setup menu weer en selecteer “VIDEO” in “INIT” om de videoparameters te resetten. 63 Geef het geavanceerde setup menu weer en stel “MON.CHK” in op “YES”. 63 Videosignalen komen binnen via een spelcomputer terwijl uw beeldscherm is aangesloten op de HDMI OUT aansluitingen. Sluit het beeldscherm aan op de MONITOR OUT (COMPONENT VIDEO) aansluitingen. 14 Er komen videosignalen binnen die niet standaard zijn. Sluit het beeldscherm aan op de MONITOR OUT (COMPONENT VIDEO of VIDEO) aansluitingen. 14 Oorzaak De beeldweergave wordt gestoord. De videosoftware is beschermd tegen kopiëren. Geen geluid. In- of uitgangskabels niet op de juiste manier aangesloten. Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels. 16 Er is geen geschikte signaalbron geselecteerd. Verdraai de TINPUT schakelaar (of druk op de dIngangskeuzetoets) om de gewenste ingangsbron te selecteren. 24 De luidsprekers zijn niet goed aangesloten. Sluit de luidsprekers op de juiste manier aan. 11 Het volume staat zacht of is gedempt. Zet het volume hoger. 24 Er worden signalen van een broncomponent ontvangen die dit toestel niet kan weergeven, zoals van een CDROM. Geef “Signal Info” in het Option menu weer en controleer het formaat van het ingangssignaal. Indien “No Signal” wordt weergegeven, controleert u of de weergavecomponent op de juiste wijze op dit apparaat is aangesloten (of dat er een juiste signaalbron is geselecteerd). Indien “___” wordt weergegeven, kan het ingangsignaal in dat formaat niet worden gereproduceerd door dit toestel. — De HDMI componenten die zijn aangesloten op dit toestel bieden geen ondersteuning voor de HDCP kopieerbeveiligingsnormen. Sluit HDMI componenten aan die wel ondersteuning bieden voor de HDCP kopieerbeveiligingsnormen. 80 “Audio Output” in “HDMI” staat ingesteld op “TV”. Stel “Audio Output” (Function Setup → HDMI → Audio Output) in op de andere instelling. 51 Er is geen goede audiodecoder geselecteerd. Geef het Option menu weer en stel “Decoder Mode” in op “Auto”. 43 Als een monobron geluidsveldprogramma wordt toegepast, wordt het geluid van alle kanalen via de midden luidspreker weergegeven voor bepaalde surround decoders. Probeer een ander geluidsveldprogramma. 27 Het weergavecomponent of de luidsprekers zijn niet goed aangesloten. Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels. Er wordt alleen flink geluid geproduceerd door de middenluidspreker. 66 Nl 12, 16 Oplossen van problemen Probleem Zie bladzijde De weergave van die luidspreker is uitgeschakeld. Controleer de luidsprekerindicators op het display op het voorpaneel. Als de corresponderende indicator is uitgezet, probeer dan het volgende. 1) Wijzig de signaalbron naar een andere. 2) Geluid wordt niet weergegeven via die luidspreker, met het geselecteerde geluidsveldprogramma. Selecteert een ander geluidsveldprogramma. 3) “None” kan mogelijk zijn geselecteerd voor die luidspreker op dit toestel. Geef “Speaker Setup” in het “Setup” weer en activeer de weergave van die luidspreker. 6, 24, 27, 48 Het volume van die luidspreker is ingesteld op minimum in “Speaker Setup” in het “Setup” menu. Geef “Speaker Setup” in het “Setup” menu weer en past het volume aan (Manual Setup → Speaker Level). 50 Dit toestel bevindt zich in de rechte decodeerstand. Druk op QSTRAIGHT (of op rSTRAIGHT) om de rechte decodeerstand uit te schakelen. 30 Geluid mag niet worden weergegeven via bepaalde kanalen afhankelijk van de signaalbronnen of geluidsveldprogramma’s. Probeer een ander geluidsveldprogramma. 27 De luidspreker werkt niet. Controleer de luidsprekerindicators op de display van het voorpaneel. Als de bijbehorende indicator oplicht, verbindt dan een andere luidspreker en controleer of er geluid wordt weergegeven. Als er geen geluid wordt weergegeven kan het zijn dat dit toestel stoort. — “LFE / Bass Out” staat ingesteld op “Front” en er wordt een Dolby Digital, DTS of AAC signaal weergegeven. Zet “LFE / Bass Out” op “Subwoofer” of op “Both”. 49 “LFE / Bass Out” staat ingesteld op “Subwoofer” of op “Front” en er wordt een 2-kanaals bron afgespeeld. Zet “LFE/Bass Out” op “Both”. 49 43 De audio signaalbronnen kunnen niet worden weergegeven met het gewenste digitale audio signaaltype. De verbonden component is niet ingesteld om de gewenste digitale audiosignalen te reproduceren. Stel het weergavecomponent op de juiste wijze in waarbij wij verwijzen naar de bedieningsinstructies. — Multikanaals weergave is niet beschikbaar. De aangesloten component staat ingesteld om 2-kanaals of PCM signalen weer te geven. Stel het weergavecomponent op de juiste wijze in waarbij wij verwijzen naar de bedieningsinstructies. — “Audio Output” staat ingesteld op “Amplifier + TV”. Stel “Audio Output” in op “Amplifier”. 51 Nederlands Stel “Extended Surround” anders in dan op “Off” of “Auto”. AANHANGSEL “Extended Surround” in het Option menu is ingesteld op “Off”, of een ingangsignaal bevat geen surround achter-vlag met “Extended Surround” ingesteld op “Auto”. GEAVANCEERD E BEDIENING Er klinkt geen geluid uit de surround achter-luidsprekers. BASISBEDIENIN G Het bronsignaal bevat geen zeer lage tonen. VOORBEREIDIN GEN Er klinkt geen geluid uit de subwoofer. Oplossing INLEIDING Er wordt geen geluid weergegeven van een specifieke luidspreker. Oorzaak 67 Nl Oplossen van problemen Probleem Lawaai/ een hummend geluid kan worden gehoord. Oorzaak Oplossing Zie bladzijde Bedrading niet op de juiste manier aangesloten. Sluit de audiobedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels. — Een DTS-CD wordt weergegeven. 1) Wanneer alleen ruis wordt weergegeven Indien een DTS bitstreamsignaal niet goed wordt verzonden naar dit toestel, wordt alleen ruis weergegeven. Sluit een weergavecomponent aan op dit toestel met een digitale verbinding en geef de DTS-CD weer. Als de toestand niet verbeterd kan het probleem voortkomen uit de weergavecomponent. Neem contact op met de producent van de weergavecomponent. 2) Als er ruis wordt uitgezonden tijdens weergave of overslaan Voordat u de DTS-CD afspeelt, geeft het Option menu weer na het selecteren van de signaalbron en stel “Decoder Mode” in op “DTS”. 16, 43 Het volume kan niet worden verhoogd, of het geluid klinkt vervormd. De op de AUDIO 1/2 aansluitingen van dit toestel aangesloten component staat uit. Zet de betreffende component aan. 61 “Memory Guard!” wordt weergegeven en de instelling kan niet worden gewijzigd. “Memory Guard” in “Setup Menu” is ingesteld op “On”. Zet “Memory Guard” op “Off”. 57 U ondervindt storing van digitale of andere apparatuur die radiogolven gegenereert. Dit toestel staat te dicht bij andere digitale of radiofrequente apparatuur. Zet het toestel verder bij dergelijke apparatuur vandaan. — HDMI™ Probleem Geen beeld of geluid. 68 Nl Oorzaak Oplossing Zie bladzijde Er zijn teveel HDMI componenten aangesloten. Ontkoppel enkele van de HDMI componenten. — Het aangesloten HDMI component ondersteunt geen hoge bandbreedte digitale auteursrecht bescherming (HDCP). Sluit een HDMI component aan dat HDCP ondersteunt. 80 Oplossen van problemen Tuner (FM/AM) Probleem Zie bladzijde Controleer de aansluitingen van de antenne. 20 Vervang de buitenantenne door een gevoeligere multi-elementantenne. — Schakel over naar mono. 44 — Er kan niet automatisch worden afgestemd op de gewenste zender. U bent te ver van de signaalzender of het signaal van de antenne is zwak. Vervang een buitenantenne door een gevoeligere multi-elementantenne. — Stem handmatig af of door directe frequentieafstemming. 31 Er kan niet automatisch worden afgestemd op de gewenste zender. Het signaal is te zwak of de antenne is los. Stem de richting af van de AM ringantenne. 20 Stem met de hand af. 31 U hoort doorlopend gekraak en gesis. De meegeleverde AM ringantenne is niet aangesloten. Sluit de AM ringantenne correct aan, ook al gebruikt u een buitenantenne. 20 Deze geluiden kunnen het gevolg zijn van bliksem, TL verlichting, motoren, thermostaten en andere elektrische apparatuur. Het is moeilijk om ruis geheel te verwijderen, maar het kan worden verminderd door het goed installeren en aarden van een buiten AM antenne. 20 U hoort gezoem en gefluit. Er wordt in de buurt van het toestel een TV gebruikt. Zet dit toestel verder bij de TV vandaan. — AM zenders kunnen niet worden voorgeprogrammeerd door middel van het automatisch voorprogrammeren van zenders. Alleen FM Radio Data Systeem zenders worden automatisch opgeslagen bij het automatisch voorprogrammeren van zenders. Registreer AM zenders via handmatig voorprogrammeren van zenders. 32 AM AANHANGSEL Pas de hoogte of richting van de antenne aan of plaats het op een andere locatie. GEAVANCEERD E BEDIENING U ondervindt interferentie doordat hetzelfde signaal op verschillende manieren ontvangen wordt. BASISBEDIENIN G Er is vervorming en ook een betere FM antenne zorgt niet voor een betere ontvangst. VOORBEREIDIN GEN FM U bent te ver van de signaalzender of het signaal van de antenne is zwak. Oplossing INLEIDING Veel ruis in de FM stereo-ontvangst. Oorzaak Nederlands 69 Nl Oplossen van problemen Afstandsbediening Probleem De afstandsbediening werkt niet of niet naar behoren. Oorzaak Oplossing Zie bladzijde Te ver weg of onder te scherpe hoek gebruikt. De afstandsbediening werkt binnen een maximaal bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten opzichte van loodrecht op het voorpaneel. 6 Direct zonlicht of sterke verlichting (vooral van TL lampen, richtlampen enz.) valt op de sensor voor de afstandsbediening van dit toestel. Pas de lichtval af of verplaats het toestel. — De batterijen raken leeg. Vervang alle batterijen. 6, 8 De afstandsbedienings-ID van de afstandsbediening en dit toestel komen niet overeen. Laat de afstandsbedienings-ID van dit toestel overeenkomen met die van de afstandsbediening. 64 De afstandsbedieningscode is niet juist ingesteld. Stel de afstandsbedieningscode op de juiste manier in met behulp van de “Lijst met afstandsbedieningscodes” aan het einde van deze handleiding. 61 Stel een andere afstandsbedieningscode in voor dezelfde fabrikant met behulp van de “Lijst met afstandsbedieningscodes” aan het eind van deze handleiding. 61 Indien dit toestel niet werkt als u drukt op jCursor, doe dan het volgende. Als de toets niet werkt tijdens bediening van het DVD discmenu: druk nogmaals op de dIngangskeuzetoetsens op de afstandsbediening. Als de toets niet werkt tijdens bediening van het Option menu of Setup menu: druk nogmaals op de toets die van toepassing is op de huidige menubewerking. — De batterijen van de afstandsbediening van dit toestel (of de externe component) zijn zwak. Vervang de batterijen. 6 De afstand tussen de twee afstandsbedieningen is te groot of te klein. Plaats de afstandsbedieningen op de juiste afstand van elkaar. 62 De signaalcodering of modulatie van de andere afstandsbediening is niet compatibel met deze afstandsbediening. Leren is niet mogelijk. — Het geheugen is vol. Verwijder onnodige functies om wat geheugenruimte vrij te maken voor de nieuwe functies. 62 Ook als de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde modellen niet goed reageren op de afstandsbediening. De afstandsbediening kan geen nieuwe functies leren. iPod™ Opmerking • In geval van een overdrachtsfout zonder dat er een melding verschijnt op de display van het voorpaneel en op het GUI menuscherm, dient u de aansluiting van uw iPod te controleren (bladzijde 18). Statusmelding Loading... Oorzaak Dit toestel is bezig de verbinding met uw iPod te herkennen. Dit toestel is bezig songlijsten over te nemen van uw iPod. 70 Nl Oplossing Zie bladzijde Oplossen van problemen Statusmelding Connect error Zie bladzijde Oplossing Er is een probleem met het signaal dat dit toestel ontvangt van uw iPod. Zet dit toestel uit en sluit uw Yamaha iPod universeel dock opnieuw aan op de DOCK aansluiting van dit toestel. 18 Haal uw iPod uit de Yamaha iPod universele dock en plaats het terug op het dock. 35 Gebruik een door dit toestel ondersteunde iPod. — De gebruikte iPod wordt niet ondersteund door dit toestel. iPod Connected Uw iPod is goed geplaatst in de Yamaha iPod universele dock. Disconnected Uw iPod is verwijderd uit de Yamaha iPod universele dock. Unable to play Dit toestel kan de op dit moment op uw iPod opgeslagen muziekstukken niet weergeven. 35 Controleer of de muziekstukken op uw iPod inderdaad weergegeven kunnen worden. — Statusmelding Searching... Oorzaak Oplossing Zie bladzijde GEAVANCEERD E BEDIENING De Bluetooth draadloze audio ontvanger en de Bluetooth component worden op dit moment gepaard. BASISBEDIENIN G Bluetooth™ VOORBEREIDIN GEN Unknown iPod INLEIDING Oorzaak De Bluetooth draadloze audio ontvanger en de Bluetooth component zijn bezig met het maken van de verbinding. Het paren is voltooid. Cancelled Het paren is geannuleerd. BT Connected De verbinding tussen de Bluetooth draadloze audio ontvanger en de Bluetooth component is voltooid. Disconnected De Bluetooth component is niet aangesloten op de Yamaha Bluetooth draadloze audio-ontvanger. Not Found Er zijn geen Bluetooth componenten gevonden tijdens een paringsproces. Er dient tegelijkertijd paring te worden uitgevoerd op dit toestel en uw Bluetooth component. Controleer of uw Bluetooth component ingesteld staat op de paringsstand en probeer het dan nogmaals. 37 Er zijn geen Bluetooth componenten gevonden tijdens een Bluetooth aansluiting. Controleer of uw Bluetooth component aan staat en probeer het dan nogmaals. 37 Plaats uw Bluetooth component binnen 10 meter afstand van dit toestel en probeer het dan nogmaals. 37 AANHANGSEL Completed Nederlands 71 Nl Oplossen van problemen USB en netwerk Oorzaak Er kan niet in de muziekbestanden en mappen op het USB opslagapparaat gebladerd worden. De muziekbestanden en mappen staan op andere geheugenlocaties dan de FAT partitie. Plaats de muziekbestanden en mappen in de FAT partitie. — U probeert dieper dan 8 mapniveaus te bekijken of een map met meer dan 500 bestanden. Wijzig de gegevensstructuur op uw USB opslagapparaat. — Dit toestel kan sommige tekens in de bestandsnaam of mapsnaam niet herkennen. Bewerk de bestandsnaam of mapsnaam met een PC en probeer het dan nogmaals. — Het USB opslagapparaat is niet compatibel met de massa-opslagklasse (behalve USB HDD’s). Gebruik een USB opslagapparaat dat compatibel is met de massa-opslagklasse (behalve USB HDD’s). — Dit toestel herkent het USB opslagapparaat niet goed. Zet dit toestel eerst uit en dan weer aan. 20 De PC server/ Internetradio functioneert niet naar behoren. De netwerkkabel is niet aangesloten. Sluit de netwerkkabel goed aan. 19 Het IP-adres is niet correct ingesteld. Zet de DHCP serverfunctie van de router aan (ON). Of voer met 3de hand de vereiste instellingen uit aan de hand van de huidige gebruiksomgeving. 53 De muziek op de PC server kan niet worden weergegeven. Windows Media Player 11 is niet op de PC geïnstalleerd. Installeer Windows Media Player 11 op de PC. — De muziek is opgenomen in een bestandsindeling of formattering die niet met dit toestel kan worden weergegeven. Dit toestel kan geen andere muziekformaten weergeven dan WAV (alleen PCM formaat), MP3, WMA, MPEG-4 AAC of FLAC. We willen u er ook op wijzen dat enkele muziekbestanden niet afgespeeld kunnen worden ongeacht de bestandsformaten. Kies muziek die is opgeslagen in een formaat dat compatibel is met dit toestel. — Er kunnen geen Internetradiozenders worden weergegeven. De firewall van het netwerkapparaat is ingeschakeld. Internetradiozenders kunnen alleen afgespeeld worden wanneer de signalen door de door de afzonderlijke radiozenders toegewezen poort gaan. Het poortnummer varieert van zender tot zender. Controleer de firewall-instelling van het netwerkapparaat. — Er is geen verbinding met het internet beschikbaar. Controleer de configuratie van het netwerkapparaat en neem contact op met uw Internetprovider. — Het USB opslagapparaat kan niet worden herkend. Statusmelding Oorzaak USB Connected Uw USB opslagapparaat is aangesloten. USB Disconnected De verbinding van uw USB opslagapparaat met de USB poort van dit toestel is verbroken. 72 Nl Oplossing Zie bladzijde Probleem Oplossing Zie bladzijde — Controleer de verbinding tussen dit toestel en uw USB opslagapparaat. — Oplossen van problemen Statusmelding Access Error Oorzaak Oplossing Probeer een ander USB opslagapparaat. Er is een probleem met het signaalpad van uw USB opslagapparaat naar dit toestel. Zet dit toestel uit en sluit uw USB opslagapparaat opnieuw aan op de USB poort van dit toestel. — 19, 20 Controleer de netwerkinstellingen en neem contact op met uw Internetprovider. 53 Access Denied De PC waarmee u zich poogt te verbinden heeft aansluiting geweigerd. Configureer de sharing-instelling van Windows Media Player 11 en selecteer dit toestel als een apparaat waarmee muziekinhoud gedeeld wordt. 39 Unable to play Dit toestel kan de op dit moment op uw PC opgeslagen muziekstukken niet weergeven. Zorg ervoor dat Windows Media Player 11 is geïnstalleerd op uw PC. — Speel muziek af die opgenomen is in een formaat waarmee dit toestel compatibel is (WAV (alleen PCM formaat), MP3, WMA, MPEG-4 AAC of FLAC). — U probeert gecodeerde DRM (Digital Rights Management) inhoud af te spelen die verlopen is. Selecteer een bestand dat niet beschermd is door DRM. — Windows Media Player 11 verwerft de DRM (Digital Rights Management) licentie voor het bestand niet. Verwerf de licentie om het bestand op Windows Media Player 11 af te spelen. — License unavailable GEAVANCEERD E BEDIENING Dit toestel kan geen verbinding maken met de data-server als gevolg van een netwerkfout, etc. BASISBEDIENIN G — VOORBEREIDIN GEN Probeer uw USB opslagapparaat te resetten. INLEIDING Dit toestel kan geen toegang verkrijgen tot uw USB opslagapparaat. Zie bladzijde AANHANGSEL Nederlands 73 Nl Oplossen van problemen Auto Setup (YPAO) Opmerkingen • • • • Als er een fout- of waarschuwingsmelding verschijnt, los het probleem op en voer vervolgens “Auto Setup” nogmaals uit. Waarschuwingsbericht “W-2” of “W-3” geeft aan dat de ingestelde afstellingen niet optimaal zijn. Afhankelijk van de luidsprekers is het mogelijk dat de waarschuwing “W-1” verschijnt, ook al zijn de luidsprekers correct aangesloten. Als foutmelding “E-10” herhaaldelijk verschijnt, dient u contact op te nemen met een erkend Yamaha servicecentrum. Vóór Auto Setup Foutmelding Oorzaak Oplossing Zie bladzijde Connect MIC! De optimalisatiemicrofoon is niet aangesloten. Verbind de meegeleverde optimalisatiemicrofoon met de OPTIMIZER MIC aansluiting op het voorpaneel. 21 Unplug HP! Er is een hoofdtelefoon aangesloten. Maak de hoofdtelefoon los. — Memory Guard! De parameters van dit toestel zijn beschermd. Zet “Memory Guard” op “Off”. 57 Tijdens Auto Setup Foutmelding Oorzaak Oplossing Zie bladzijde E-1:NO FRONT SP Er worden geen L/R voorkanaalsignalen gedetecteerd. Controleer de aansluitingen van de L/R voorluidsprekers. 11 E-2:NO SUR. SP Alleen een signaal van een van de surround kanalen is gedetecteerd. Controleer de aansluitingen van de L/R surround luidsprekers. 11 E-3:NO PRNS SP Er zijn slechts signalen gedetecteerd van één van de L/R aanwezigheidskanalen. Controleer de aansluitingen van de L/R aanwezigheidsluidsprekers. 11 E-4:SBR->SBL Er wordt alleen een rechter surround achterkanaal gedetecteerd. Als u slechts één surround achterkanaal aansluit, dient u deze te verbinden met de linker SUR.BACK (SINGLE) aansluiting. 11 E-5:NOISY Meting kan niet goed worden uitgevoerd door te luide omgevingsruis. Probeer de “Auto Setup” onder stille omstandigheden. — Zet lawaaiige elektrische apparatuur zoals airconditioners uit, of zet ze uit de buurt van de optimalisatiemicrofoon. — E-6:CHECK SUR. Er zijn wel surround achter-luidsprekers aangesloten, maar geen L/R surround luidsprekers. Bij gebruik van surround achter-luidsprekers, dient u de L/R surround luidsprekers aan te sluiten. 11 E-7:NO MIC De optimalisatiemicrofoon is losgeraakt tijdens de “Auto Setup” procedure. Raak de optimalisatiemicrofoon niet aan tijdens “Auto Setup”. 21 E-8:NO SIGNAL De optimalisatiemicrofoon kan geen testtonen detecteren. Controleer of de microfoon correct is geplaatst. 21 Controleer of de luidsprekers correct zijn geplaatst en aangesloten. 10, 11 De optimalisatiemicrofoon of OPTIMIZER MIC aansluiting is mogelijk defect. Neem contact op met de Yamaha dealer of het servicecentrum die/dat het dichtstbijgelegen is. — E-9:USER CANCEL “Auto Setup” is geannuleerd door een onjuiste gebruikersbediening. Doe de “Auto Setup” nog eens. 21 E-10:INTERNAL ERROR Er is een interne fout opgetreden. Doe de “Auto Setup” nog eens. 21 74 Nl Oplossen van problemen Na Auto Setup Foutmelding Zie bladzijde De polariteit van de luidspreker is niet correct. Deze melding kan, afhankelijk van de luidspreker in kwestie, ook verschijnen wanneer deze toch correct is aangesloten. Controleer de polariteiten (+, –) van de luidspreker. Als deze juist zijn, zullen de luidsprekers goed werken zelfs als dit bericht wordt weergegeven. 12 W-2:OVER 24m (80ft) De afstand tussen de luidspreker en de luisterplek is meer dan 24 m (80 ft). Breng de luidspreker binnen 24 m (80 ft) rond de luisterpositie. — W-3:LEVEL ERROR Er is teveel volumeverschil tussen de luidsprekers. Controleer de positie van de luidspreker opnieuw om ervoor te zorgen dat alle luidsprekers zijn geplaatst in een soortgelijke omgeving. — Controleer de polariteit (+, –) van de luidsprekers. 12 We raden u aan dat u luidsprekers gebruikt met dezelfde of vergelijkbare specificaties. — Stel het uitgangsniveau van de subwoofer in. — W-4:CHECK PRNS Er zijn geen aanwezigheidsluidsprekers gedetecteerd tijdens de meting met “Extra Speaker Assignment” ingesteld op “Presence”. 11, 49 GEAVANCEERD E BEDIENING Controleer de aansluitingen van de aanwezigheidsluidsprekers en voer de meting opnieuw uit. Indien er geen aanwezigheidsluidsprekers zijn aangesloten, stelt u de “Extra Speaker Assignment” in op andere instellingen dan “Presence”. BASISBEDIENIN G W-1:OUT OF PHASE VOORBEREIDIN GEN Oplossing INLEIDING Oorzaak AANHANGSEL Nederlands 75 Nl Woordenlijst ■ Audio- en videosynchronisatie (lipsync) ■ Dolby Digital Surround EX ‘Lipsync’ staat voor ‘lipsynchronisatie’ en geeft in deze context zowel het probleem aan als een technische manier om beeldsignalen en geluidssignalen tijdens postproductie en uitzending netjes met elkaar in de pas te laten lopen. De verschillende manieren waarop beeld en geluid verwerkt worden vereisen ingewikkelde instellingen door de eindgebruiker, maar HDMI versie 1.3 is nu voorzien van een automatisch synchronisatie voor audio en video die de apparatuur in staat stelt automatisch de vereiste correcties uit te voeren, zonder dat de gebruiker daarmee lastig wordt gevallen. Dolby Digital EX creëert 6 kanalen met het volledige frequentiebereik van 5.1-kanaals bronmateriaal. Voor de beste resultaten moet Dolby Digital EX gebruikt worden met filmsoundtracks die zijn opgenomen in Dolby Digital Surround EX. Met dit extra kanaal krijgt u een meer dynamische en realistische weergave van bewegende geluidsbronnen, vooral bij zogenaamde “fly-over” en “fly-around” effecten. ■ Dolby Digital Plus is een geavanceerde audiotechnologie die ontwikkeld is voor high-definition programma’s en media, inclusief HD uitzendingen en Blu-ray discs. Deze technologie is geselecteerd als een optionele audiostandaard voor Blu-ray discs en levert multikanaals geluid via gescheiden kanalen. Dolby Digital Plus biedt ondersteuning voor bitsnelheden tot 6,0 Mbps en kan maximaal 7.1 gescheiden audiokanalen tegelijk bevatten. Dolby Digital Plus wordt ondersteund door HDMI versie 1.3 en is ontworpen voor de optische discspelers en AV receivers/versterkers van de toekomst, maar blijft ook volledig compatibel met de bestaande multikanaals audiosystemen die gebruik maken van Dolby Digital. Bi-amp dubbele versterkeraansluitingen Bij bi-amp dubbele versterkeraansluitingen worden er twee versterkers gebruikt voor een luidspreker. De ene versterker wordt aangesloten op de woofer (lage tonen) van de box, terwijl de andere wordt aangesloten op het gecombineerde gedeelte voor de midden- en hoge tonen. In een dergelijk systeem wordt elk van de luidsprekers slechts voor een beperkt toonbereik gebruikt. Dit beperkte toonbereik geeft elk van de gebruikte versterkers minder zwaar werk te doen en levert minder risico op dat de weergave negatief wordt beïnvloed. ■ Component videosignaal In een component video-signaalsysteem wordt het videosignaal gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en in PB en PR signalen voor de kleuren. Dit systeem zorgt voor een betere kleurweergave omdat elk van deze signalen onafhankelijk is van de andere. Componentsignalen worden ook wel “kleurverschilsignalen” genoemd omdat het luminantiesignaal wordt afgetrokken van het kleursignaal. U heeft een monitor met component ingangsaansluitingen nodig om component videosignalen te kunnen weergeven. ■ Composiet videosignaal Een composiet videosignaal bestaat uit alle drie de basiselementen van het videobeeld: kleur, helderheid en synchronisatiegegevens. Een composiet video-aansluiting op een videocomponent geeft deze drie elementen gecombineerd door. ■ Deep Color Deep Color verwijst naar het gebruik van de grotere aantallen kleuren (‘kleurdiepte’) die door beeldschermen kunnen worden weergegeven, in vergelijking tot de 24-bits kleurdiepte in eerdere HDMI versies. Deze extra bitdiepte stelt HDTV’s en andere soorten beeldschermen in staat om het aantal weer te geven kleuren op te voeren van miljoenen naar miljarden en zorgt ervoor dat de storende kleurbanden op het scherm worden vervangen door vloeiende kleurovergangen en subtiele gradaties tussen kleuren. Een verbeterde contrastverhouding betekent dat er veel meer grijstonen kunnen worden weergegeven tussen zwart en wit. Deep Color verhoogt ook het aantal mogelijke kleuren binnen de door de RGB of YCbCr kleurruimten bepaalde grenzen. ■ Dolby Digital Dolby Digital is een digitaal surround systeem met volledig van elkaar gescheiden multikanaals audio. Met 3 voorkanalen (links, midden en rechts), en 2 surround stereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5 audiokanalen met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal speciaal voor de zeer lage tonen, het zogenaamde LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal 5.1 kanalen (het LFE kanaal wordt als 0.1 kanaal geteld). Door 2-kanaals stereo voor de surround luidsprekers te gebruiken is er een betere weergave van bewegende geluidsbronnen en een beter algeheel surround effect mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote dynamische bereik (van het zachtste tot het hardste geluid dat nog kan worden weergegeven) van de 5 kanalen met het volle frequentiebereik en de precieze plaatsing van het geluid door de digitale verwerking biedt de luisteraar een ongehoord realistische weergave. Met dit toestel kunt u zelf kiezen wat voor weergave u wilt horen, van mono tot 5.1 kanaals weergave, u vraagt, wij draaien. 76 Nl ■ ■ Dolby Digital Plus Dolby Pro Logic II Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek voor de grote hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround materiaal. Deze nieuwe technologie maakt gescheiden 5-kanaals weergave mogelijk met 2 voorkanalen, links en rechts, 1 middenkanaal en 2 surround kanalen, links en rechts, in plaats van slechts 1 surround kanaal bij conventionele Pro Logic weergave. Er zijn drie standen beschikbaar: een “Music” stand voor muziek, een “Movie” stand voor films en een “Game” stand voor spelletjes. ■ Dolby Pro Logic IIx Dolby Pro Logic IIx is een nieuwe technologie die gescheiden multikanaals weergave mogelijk maakt van 2-kanaals of multikanaals bronnen. Er zijn drie standen beschikbaar: een “Music” stand voor muziek, een “Movie” stand voor films (alleen 2-kanaals materiaal) en een “Game” stand voor spelletjes. ■ Dolby Surround Dolby Surround wordt veel gebruikt op videobanden en laserdiscs en ook wel bij TV- en kabelprogramma’s. Dolby Surround maakt gebruik van een 4-kanaals analoog opnamesysteem voor de reproductie van realistische en dynamische geluidseffecten: 2 voorkanalen, links en rechts (stereo), een middenkanaal voor gesproken tekst (mono) en een surround kanaal voor speciale geluidseffecten (mono). Het surround kanaal reproduceert geluid binnen een nauw begrensd frequentiebereik. De in dit toestel ingebouwde Dolby Pro Logic decoder maakt gebruik van een digitale signaalverwerking die automatisch het volume van de verschillende kanalen stabiliseert om de richtingsgevoeligheid en de weergave van bewegende geluidsbronnen te verbeteren. ■ Dolby TrueHD Dolby TrueHD is een geavanceerde verliesloze audiotechnologie die speciaal is ontwikkeld voor high-definition media op disc, inclusief Blu-ray discs. Deze technologie is een optionele audiostandaard voor Blu-ray discs en levert een weergave die bit-voor-bit identiek is aan de studio masteropname, waardoor het een zeer hoogstaande weergavekwaliteit biedt. Dolby TrueHD biedt ondersteuning voor bitsnelheden tot 18,0 Mbps en kan maximaal 8 gescheiden 24-bits/96 kHz audiokanalen tegelijk bevatten. Dolby TrueHD blijft ook volledig compatibel met bestaande multikanaals audiosystemen en behoudt de metadatamogelijkheid van Dolby Digital, wat dialoge normalisatie en dynamisch bereikbesturing mogelijk maakt. Woordenlijst ■ DSD ■ FLAC Dit is een bestandsformaat voor verliesloze audio gegevenscompressie. FLAC is inferieur aan lossy compressieformaten qua compressiesnelheid, maar levert een hogere audiokwaliteit. ■ HDMI ■ DTS 96/24 DTS Digital Surround ■ DTS Express ■ DTS-HD High Resolution Audio DTS-HD High Resolution Audio is een audiotechnologie met een hoge resolutie die speciaal is ontwikkeld voor high-definition media op disc, inclusief Blu-ray discs. Deze technologie is een optionele audiostandaard voor Blu-ray discs en levert een weergave die vrijwel niet te onderscheiden is van het origineel en daardoor een zeer hoogstaande weergavekwaliteit biedt. DTS-HD High Resolution Audio biedt ondersteuning voor bitsnelheden tot 6,0 Mbps voor Bluray discs en kan gelijktijdig maximaal 7.1 gescheiden 24-bits/96 kHz audiokanalen bevatten. DTS-HD High Resolution Audio blijft ook volledig compatibel met de bestaande multikanaals audiosystemen die DTS Digital Surround bevatten. ■ DTS-HD Master Audio MP3 Eén van de audiocompressietechnieken gebruikt voor MPEG. Deze methode maakt gebruik van een onomkeerbare compressietechniek die een hoge compressie bereikt door onder andere audiogegevens voor geluiden die niet meer onderscheiden kunnen worden door het menselijk oor te verwijderen. Deze techniek maakt het mogelijk de hoeveelheid gegevens tot ongeveer 1/11 te verminderen (bij 128 kbps) terwijl de geluidskwaliteit vergelijkbaar blijft met die van een muziekCD. ■ MPEG-4 AAC Een MPEG-4 audio standaard. Aangezien deze standaard compressie van gegevens mogelijk maakt met een bitsnelheid die lager is dan die voor MPEG-2 AAC, wordt hij onder andere gebruikt voor mobiele telefoons, draagbare audio spelers en andere apparaten met lage capaciteit die een hoge geluidskwaliteit vereisen. Naast de bovengenoemde typen apparaten wordt MPEG-4 AAC ook gebruikt om inhoud op het Internet te distribueren, en wordt als zodanig ondersteund door computers, mediaservers en vele andere apparaten. ■ Neo:6 Neo:6 bewerkt conventioneel 2-kanaals bronmateriaal voor 6-kanaals weergave met een speciale decoder. Hierdoor wordt weergave mogelijk met kanalen met het volle bereik en met een verbeterde kanaalscheiding, zoals bij weergave van digitale signalen met gescheiden kanalen. Er zijn twee standen beschikbaar: een “Music” stand voor muziek en een “Cinema” stand voor films. ■ PCM (Lineair PCM) Lineair PCM is een signaalformaat voor het ongecomprimeerd digitaliseren, opnemen en overbrengen van analoge audiosignalen. Dit wordt gebruikt als opnamemethode van CD’s en DVD audio. Het PCM systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het analoge signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De afkorting staat voor “Puls Code Modulatie”, het analoge signaal wordt gecodeerd als pulsjes en dan gemoduleerd voor opname. 77 Nl Nederlands DTS-HD Master Audio is een geavanceerde verliesloze audiotechnologie die speciaal is ontwikkeld voor high-definition media op disc, inclusief Blu-ray discs. Deze technologie is een optionele audiostandaard voor Blu-ray discs en levert een weergave die bit-voor-bit identiek is aan de studio masteropname, waardoor het een zeer hoogstaande weergavekwaliteit biedt. DTS-HD Master Audio biedt ondersteuning voor bitsnelheden tot 24,5 Mbps voor Bluray discs en kan gelijktijdig maximaal 7.1 gescheiden 24-bits/96 kHz audiokanalen bevatten. DTS-HD Master Audio wordt ondersteund door HDMI versie 1.3 en is ontworpen voor de optische discspelers en AV receivers/versterkers van de toekomst, maar blijft ook volledig compatibel met de bestaande multikanaals audiosystemen die gebruik maken van DTS Digital Surround. ■ AANHANGSEL Dit is een audioformaat voor volgende generatie optische discs zoals Blu-ray discs. Het gebruikt geoptimaliseerde lage bitsnelheidsignalen voor netwerk streaming. In het geval van Blu-ray discs wordt dit formaat gebruikt met secundaire audio wat het mogelijk maakt om te genieten van commentaar van de filmproducent via het internet terwijl u het hoofdprogramma afspeelt. LFE 0.1 kanaal Dit kanaal reproduceert de zeer lage tonen. Het frequentiebereik voor dit kanaal is 20 Hz t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt meestal als 0.1 geteld omdat niet het volledige frequentiebereik wordt weergegeven, zoals de andere 5/6 kanalen in een Dolby Digital of DTS 5.1/6.1-kanaals systeem. GEAVANCEERD E BEDIENING DTS digitale surround weergave is ontwikkeld om de analoge filmsoundtracks te vervangen door een 5,1-kanaals digitale soundtrack en is over de hele wereld bezig aan een opmars in de bioscoop. DTS, Inc. heeft tevens een thuisbioscoopsysteem ontwikkeld zodat u gewoon thuis kunt profiteren van de verbluffende DTS digitale surround weergave. Dit systeem produceert een vrijwel vervormingsvrije weergave via 6 kanalen (dat wil zeggen: links en rechts voor, midden, links en rechts surround, en een LFE (subwoofer) kanaal dat als 0.1 geteld wordt, voor in totaal 5.1 kanalen). Dit toestel is uitgerust met een DTS-ES decoder die 6.1-kanaals weergave mogelijk maakt door aan het bestaande 5.1-kanaals bronmateriaal het surround achterkanaal toe te voegen. BASISBEDIENIN G ■ ■ VOORBEREIDIN GEN DTS 96/24 biedt een ongekend hoog niveau audiokwaliteit voor multikanaals weergave op DVD video en is volledig compatibel met alle vroegere DTS decoders. “96” refereert aan de 96 kHz bemonsteringsfrequentie (vergeleken met een normale waarde van 48 kHz). “24” verwijst naar de gebruikte woordlengte van 24-bits. DTS 96/24 biedt een geluidskwaliteit die vergelijkbaar is met die van de originele 96/24 masteropnamen, en 96/24 5.1-kanaals weergave met video van hoge kwaliteit voor muziekprogramma’s en soundtracks van speelfilms op DVD video. HDMI (High-Definition Multimedia Interface) is de eerste volledig door de elektronica industrie ondersteunde, ongecomprimeerde en volledig digitale audiovisuele interface. HDMI biedt ondersteuning voor standaard, verbeterde of hoge-definitie video en voor multikanaals digitale audio via één enkele kabel die de verbindingen verzorgt tussen elke denkbare audiovisuele signaalbron (zoals een externe ontvanger of AV receiver) en de audio/video monitor (zoals een digitale televisie). HDMI geeft alle ATSC HDTV standaarden door en biedt ondersteuning voor 8-kanaals digitale audio, met genoeg bandbreedte om ruimte te bieden aan toekomstige verbeteringen en eisen. Indien gebruikt in combinatie met HDCP (High-bandwidth Digital Content Protection), biedt HDMI een veilige audio/video interface die voldoet aan de beveiligingseisen van producenten van weer te geven materialen en systeembeheerders. Voor meer informatie omtrent HDMI raden we u aan een bezoek te brengen aan de HDMI website op “http://www.hdmi.org/”. INLEIDING Direct Stream Digital (DSD) technologie wordt gebruikt voor het opslaan van audiosignalen op digitale media, zoals Super Audio CD’s. Bij DSD worden signalen opgeslagen als enkele bitwaarden bij een zeer hoge bemonsteringsfrequentie van 2,8224 MHz, waarbij gebruik wordt gemaakt van ‘noise shaping’ en overbemonstering om vervorming, een normaal verschijnsel bij zeer hoge kwantisaties van audiosignalen, te verminderen. Dankzij de hoge bemonsteringsfrequentie kan er een betere geluidskwaliteit worden bereikt dan aangeboden wordt door het PCM formaat van gewone audio-CD’s. De frequentie is gelijk of hoger dan 100 kHz en het dynamische bereik is 120 dB. Dit toestel kan DSD signalen zenden en ontvangen die binnenkomen via de HDMI aansluiting. Woordenlijst ■ Bemonsteringsfrequentie en aantal kwantisatiebits Bij het digitaliseren van een analoog audiosignaal wordt het aantal keren dat het signaal per seconde wordt gemeten de bemonsteringsfrequentie genoemd en de gedetailleerdheid waarmee het geluid in een numerieke waarde wordt omgezet, het aantal kwantisatiebits. Het frequentiebereik dat kan worden weergegeven is gebaseerd op de bemonsteringsfrequentie, terwijl het dynamisch bereik, het verschil tussen het zachtste en het hardste geluid, bepaald wordt door het aantal kwantisatiebits. In principe is het zo dat hoe hoger de bemonsteringsfrequentie is, hoe groter het aantal tonen is dat kan worden weergegeven, en hoe hoger het aantal kwantisatiebits is, hoe precieser het geluidsniveau kan worden gereproduceerd. ■ WAV Standaard Windows audiobestandsindeling waarbij geluidssignalen direct worden omgezet in digitale gegevens. De bestandsindeling specificeert geen aparte compressiemethode (codering) zodat in principe de gewenste methode erop kan worden toegepast. Standaard is deze bestandsindeling compatibel met PCM signalen (ongecomprimeerd) en met sommige compressiemethoden, waaronder ADPCM. ■ WMA Een door Microsoft Corporation ontwikkelde compressiemethode. Deze methode maakt gebruik van een onomkeerbare compressietechniek die een hoge compressie bereikt door onder andere audiogegevens voor geluiden die niet meer onderscheiden kunnen worden door het menselijk oor te verwijderen. Deze techniek maakt het mogelijk de hoeveelheid gegevens tot ongeveer 1/22 te verminderen (bij 64 kbps) terwijl de geluidskwaliteit vergelijkbaar blijft met die van een muziek-CD. ■ “x.v.Color” Een kleurruimtestandaard die ondersteund wordt door HDMI versie 1.3. Het is een uitgebreidere kleurruimte dan sRGB en biedt de mogelijkheid tot het uitdrukken van kleuren die eerder niet uitgedrukt konden worden. Terwijl het nog steeds compatibel is met het kleurenbereik van sRGB-normen, breidt “x.v.Color” de kleurruimte uit en kan daarom levendigere, natuurlijkere beelden produceren. Het is in het bijzonder effectief voor filmfoto’s en grafische computerafbeeldingen. 78 Nl Geluidsveldprogramma-informatie ■ Virtual CINEMA DSP Yamaha heeft een Virtual CINEMA DSP algoritme ontwikkeld dat u ook zonder daadwerkelijke surround luidsprekers in staat stelt te profiteren van DSP geluidsveld surround effecten door middel van virtuele surround luidsprekers. U kunt Virtual CINEMA DSP zelfs gebruiken op een minimaal systeem met slechts twee luidsprekers zonder midden-luidspreker. ■ Compressed Music Enhancer De Compressed Music Enhancer functie van dit toestel verbetert uw geluidservaring door de ontbrekende harmonische signalen in een compressie-artefact te regenereren. Op deze manier wordt gecompenseerd voor de soms vlakke weergave als gevolg van het verlies in het gecomprimeerde bestand van zowel de hoogste als de laagste tonen, hetgeen de algehele geluidskwaliteit van uw systeem ten goede komt. AANHANGSEL ■ GEAVANCEERD E BEDIENING Het directe geluid, de vroege weerkaatsingen en de natrillingen samen helpen ons bij het bepalen van onze indruk van de grootte en de vorm van de ruimte en het is deze informatie die door de digitale geluidsveld processor wordt gereproduceerd bij het samenstellen van het geluidsveld. Als u in de kamer waar u altijd naar uw muziek luistert de juiste vroege weerkaatsingen en natrillingen zou kunnen maken, zou u uw eigen akoestische luisterparadijs kunnen bouwen. U zou de akoestiek van uw kamer kunnen veranderen in die van een concertzaal, een dansvloer of in die van vrijwel elke ruimte die u zich zou kunnen indenken. Deze kunst om zelf geluidsvelden samen te stellen is precies wat Yamaha nu heeft bereikt met de digitale geluidsveld processor. BASISBEDIENIN G Natrillingen Deze worden veroorzaakt door weerkaatsingen via meer dan één oppervlak (bijvoorbeeld via de muren en/of het plafond) en zijn zo talrijk dat ze samensmelten tot een doorlopende nagalm. Deze natrillingen zijn niet richtinggevoelig en maken het directe geluid in onze waarneming minder helder. SILENT CINEMA Yamaha heeft een natuurlijk en realistisch DSP geluidsveldprogramma ontwikkeld voor hoofdtelefoons. Voor elk apart geluidsveld zijn parameters voor weergave via een hoofdtelefoon opgenomen zodat alle geluidsveldprogramma’s natuurgetrouw kunnen worden weergegeven. VOORBEREIDIN GEN Vroege weerkaatsingen Deze reflecties bereiken onze oren zeer snel (50 ms tot 100 ms na het directe geluid) en zijn slechts door één enkel oppervlak weerkaatst (bijvoorbeeld door het plafond of een muur). Deze vroege weerkaatsingen maken het direct waargenomen geluid voor ons helderder. ■ INLEIDING ■ Onderdelen van een geluidsveld Wat het meeste bijdraagt aan de rijke, volle tonen van een live voorstelling, zijn de ingewikkelde weerkaatsingen via de wanden van de ruimte. Naast het feit dat deze weerkaatsingen het geluid verlevendigen, vertellen ze ons ook waar de muzikanten zich bevinden, hoe groot de ruimte is waar we in zitten en welke vorm deze heeft. Naast de door de muzikanten geproduceerde geluiden die onze oren direct bereiken zijn er twee verschillende soorten weerkaatsingen die samen onze waarneming van het geluid bepalen. CINEMA DSP Omdat de Dolby Surround en DTS systemen oorspronkelijk bedoeld waren voor de bioscoop, werken deze systemen het best in een theatrale ruimte met een heleboel luidsprekers opgesteld voor het maximale akoestische effect. Maar de omstandigheden bij mensen thuis, de afmetingen van de kamer, het materiaal waar de muur van gemaakt is, het aantal luidsprekers enz., zijn zo verschillend, dat de weergave ook anders wordt. Gebaseerd op een weelde van daadwerkelijke meetgegevens geeft Yamaha CINEMA DSP u de audiovisuele ervaring van een echte bioscoop in uw eigen huiskamer door middel van de door Yamaha zelf ontwikkelde geluidsveldtechnologie, in combinatie met diverse digitale audiosystemen. Nederlands ■ CINEMA DSP 3D De daadwerkelijk gemeten geluidsveldgegevens bevatten ook informatie betreffende de hoogte van het geluidsbeeld. De CINEMA DSP 3D functie draagt zorg voor een precieze reproductie van de hoogte van het geluidsbeeld, zodat er een accurate en intensieve dieptewerking optreedt in het in de luisterruimte gecreëerde geluidsveld. 79 Nl Informatie over HDMI™ ■ HDMI geschikte signalen Audiosignalen Audiosignaaltypen Audiosignaalformaten Compatibele media 2-kanaals Lineair PCM 2-kanaals, 32-192 kHz, 16/20/24 bits CD, DVD-Video, DVD-Audio, enz. Multikanaals Lineair PCM 8-kanaals, 32-192 kHz, 16/20/24 bits DVD-Audio, Blu-ray Disc, HD DVD, enz. DSD 2/5.1-kanaals, 2,8224 MHz, 1 bit SA-CD, etc. Bitstream Dolby Digital, DTS DVD-Video, enz. Bitstream (High definition audio) Dolby TrueHD, Dolby Digital Plus, DTS-HD Master Audio, DTS-HD High Resolution Audio, DTS Express Blu-ray Disc, HD DVD, enz. y • Als de signaalbron van het ingangssignaal de bitstream audiosignalen voor audiocommentaren kan decoderen, kunt u de audiobronnen laten weergeven met de audiocommentaren teruggemengd via de volgende aansluitingen: – multikanaals analoge audio-ingang (bladzijde 18) – digitale ingang (OPTICAL of COAXIAL) • Raadpleeg de bij de signaalbron behorende handleidingen en stel de apparatuur op de juiste manier in. Opmerkingen • Wanneer er DVD audio met CPPM kopieerbeveiliging wordt weergegeven, is het mogelijk, afhankelijk van het type DVD-speler, dat er geen video- en audiosignalen worden gereproduceerd. • Dit toestel is niet geschikt voor niet met HDCP compatibele HDMI of DVI apparatuur. • Om bitstream audiosignalen te decoderen met dit toestel dient u de signaalbron op de juiste manier in te stellen zodat deze de bitstroom audiosignalen onveranderd reproduceert (en niet zelf decodeert). Raadpleeg de bijbehorende handleidingen voor details. • Dit toestel is niet geschikt voor de audiocommentaarfuncties (bijvoorbeeld speciaal audiomateriaal dat is gedownload via het Internet) van Blu-ray Disc of HD DVD. Dit toestel is niet in staat de audiocommentaren van Blu-ray Disc of HD DVD materiaal weer te geven. Videosignalen Dit toestel is compatibel met videosignalen met de volgende resoluties: • 480i/60 Hz • 576i/50 Hz • 480p/60 Hz • 576p/50 Hz • 720p/60 Hz, 50 Hz • 1080i/60 Hz, 50 Hz • 1080p/60 Hz, 50 Hz, 24Hz 80 Nl Technische gegevens FM GEDEELTE AM GEDEELTE • Afstembereik [Modellen voor de V.S. en Canada] ................. 530 t/m 1710 kHz [Modellen voor Azië] ....................... 530/531 t/m 1710/1611 kHz [Overige modellen] .......................................... 531 t/m 1611 kHz ALGEMEEN 81 Nl Nederlands * Technische gegevens kunnen zonder kennisgeving gewijzigd worden. AANHANGSEL • Stroomvoorziening [Modellen voor de V.S. en Canada] ... 120 V, 60 Hz wisselstroom [Algemene modellen] ..............110/120/220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom [Modellen voor China] ....................... 220 V, 50 Hz wisselstroom [Modellen voor Korea] ....................... 220 V, 60 Hz wisselstroom [Modellen voor Australië] .................. 240 V, 50 Hz wisselstroom [Modellen voor het V.K., Europa en Rusland] ........................................................... 230 V, 50 Hz wisselstroom [Aziatische modellen] ......220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom • Stroomverbruik [Modellen voor de V.S. en Canada] ...................... 450 W/560 VA [Overige modellen] ............................................................ 450 W • Standby stroomverbruik (referentiegegevens) (HDMI Control/Standby Through/Network Standby: Off, RS232C STBY: No) ...........................................0,2 W of minder (HDMI Control/Standby Through/Network Standby: On) Geen herhalent ...................................................5,6 W of minder Herhalent..........................................................10,6 W of minder • Maximum stroomverbruik [Aziatische en Algemene modellen] .................................... 680 W • Afmetingen (B x H x D).................................... 435 x 171 x 365 mm • Gewicht .................................................................................. 12,4 kg GEAVANCEERD E BEDIENING • Afstembereik [Modellen voor de V.S. en Canada] .............. 87,5 t/m 107,9 MHz [Modellen voor Azië] ............. 87,5/87,50 t/m 108,0/108,00 MHz [Overige modellen] ................................... 87,50 t/m 108,00 MHz • 50 dB Rustgevoeligheid (IHF) Mono ...................................................................3,0 µV (20,8 dBf) • Signaal-ruis verhouding (IHF) Mono/Stereo .............................................................. 74 dB/70 dB HD [modellen voor de V.S.]...................................................80 dB • Harmonische vervorming (1 kHz) Mono/Stereo .................................................................... 0,3/0,3% HD [modellen voor de V.S.].................................................. 0,03% • Antenne-aansluiting (ongebalanceerd)....................................... 75 Ω BASISBEDIENIN G • Videosignaaltype (Grijze achtergrond) [Modellen voor de V.S., Canada, Korea en Algemene modellen] ............................................................................................ NTSC [Overige modellen] .................................................................. PAL • Videosignaaltype (Videoconversie)..................................NTSC/PAL • Signaalniveau Composiet ...................................................................1 Vp-p/75 Ω S-video [Modellen voor het V.K., Europa en Rusland] ........................................1 Vp-p/75 Ω (Y), 0,286 Vp-p/75 Ω (C) Component ..................... 1 Vp-p/75 Ω (Y), 0,7 Vp-p/75Ω (Cb/Cr) • Maximum ingangsniveau (Videoconversie: uitgeschakeld) ..............................................................................1,5 Vp-p of meer • Verhouding signaal tot ruis.......................................... 50 dB of meer • Frequentierespons [MONITOR OUT] Component (Videoconversie: uitgeschakeld) .............................................................. 5 Hz t/m 60 MHz, –3 dB VOORBEREIDIN GEN VIDEOGEDEELTE • Minimum RMS uitgangsvermogen voor voor, midden, surround, surround achter 20 Hz t/m 20 kHz, 0,08% THD, 8 Ω .................................... 130 W • Dynamisch vermogen (IHF) Voor-luidsprekers 8/6/4/2 Ω ............................160/200/260/330 W • Maximum bruikbaar uitgangsvermogen (JEITA) [Modellen voor China, Korea, Australië en Azië, en Algemene modellen] 1 kHz, 10% THD, 8 Ω .......................................................... 175 W • Maximale uitgangsvermogen [Modellen voor het Verenigd Koninkrijk, Europa en Rusland] 1 kHz, 0,7% THD, 4 Ω ......................................................... 180 W • Dynamisch bereik [Modellen voor de V.S. en Canada] 8 Ω ........................................................................................ 0,9 dB • IEC uitgangsvermogen [Modellen voor het Verenigd Koninkrijk, Europa en Rusland] Voor-luidsprekers 1 kHz, 0,08% THD, 8 Ω.......................... 130 W • Dempingsfactor (IHF) Voor-luidsprekers, 20 Hz t/m 20 kHz, 8 Ω .................. 100 of meer • Ingangsgevoeligheid/ingangsimpedantie PHONO ................................................................... 3,5 mV/47 kΩ AV5, etc. ................................................................. 200 mV/47 kΩ • Maximum ingangsvoltage PHONO (1 kHz, 0,1% THD)................................. 60 mV of meer AV5, etc. (1 kHz, 0.5% THD) .................................. 2,3 V of meer • Opgegeven uitgangsvoltage/uitgangsimpedantie AUDIO OUT ......................................................... 200 mV/1,2 kΩ PRE OUT....................................................................1,0 V/1,2 kΩ SUBWOOFER (2ch Stereo, Voor-luidspreker: Small) .................................................................................1,0 V/1,2 kΩ ZONE2/3 OUT ...................................................... 200 mV/1,4 kΩ • Opgegeven vermogen/impedantie hoofdtelefoon-aansluiting AV5, etc. (1 kHz, 50 mV, 8 Ω) ............................... 100 mV/470 Ω • Frequentierespons AV5 tot FRONT................................ 10 Hz tot 100 kHz, +0/–3 dB • RIAA equalisatiedeviatie PHONO ..........................................................................0 ± 0,5 dB • Totale harmonische vervorming PHONO tot AUDIO OUT (20 Hz t/m 20 kHz, 1 V) ....................................0,02% of minder AV5, etc. tot FRONT, Pure Direct (20 Hz t/m 20 kHz, 50 W, 8 Ω) .........................0,06% of minder • Signaal-ruis verhouding (IHF-A netwerk) PHONO Ingang kortgesloten (5,0 mV tot AUDIO OUT) [Modellen voor de V.S., Canada en China en Algemene Modellen] ...............................................................................86 dB of meer [Overige modellen] ................................................. 81 dB of meer AV5, etc. Ingang kortgesloten (250 mV naar voor-luidsprekers) .............................................................................100 dB of meer • Restruis (IHF-A netwerk) Voor-luidsprekers................................................ 150 µV of minder • Kanaalscheiding (1 kHz/10 kHz) PHONO (Ingang kortgesloten) ...................... 60 dB/55 dB of meer AV5, etc. (5,1 kΩ kortgesloten)..................... 60 dB/45 dB of meer • Volumeregeling.................................... Mute / –80 dB t/m +16,5 dB • Toonregeling (Voorluidsprekers) Bass versterking/drempel..................................... ±10 dB op 50 Hz Bass turnover frequentie ..................................................... 350 Hz Treble versterking/drempel.................................. ±10 dB op 20 Hz Treble turnover frequentie ................................................... 3,5 Hz • Filterkarakteristieken (fc=40/60/80/90/100/110/120/160/200 Hz) H.P.F. (voor, midden, surround, surround-achter: Klein) ..................................................................................... 12 dB/oct. L.P.F. (Subwoofer) .......................................................... 24 dB/oct. INLEIDING AUDIO GEDEELTE Index ■ Numerics 2ch Stereo, geluidsveldprogramma ............... 28 5,1-kanaals luidsprekeropstelling .................. 10 6.1-kanaals luidsprekeropstelling .................. 10 7,1-kanaals luidsprekeropstelling .................. 10 7ch Enhancer, geluidsveldprogramma .......... 29 7ch Stereo, geluidsveldprogramma ............... 29 ■ A Aanpassen van geluid met hoge tonen .......... 25 Aanpassen van geluid met lage tonen ............ 25 Aansluiten op het netwerk ............................. 19 Aansluiten van audio- en videospeler ............ 16 Aansluiten van audiospeler ............................ 17 Aansluiten van de AM-antenne ..................... 20 Aansluiten van de FM-antenne ...................... 20 Aansluiten van de luidsprekerkabel ............... 12 Aansluiten van een beeldscherm ................... 14 Aansluiten van een Bluetooth draadloze audio-ontvanger ........................................ 18 Aansluiten van een externe decoder .............. 18 Aansluiten van een externe versterker ........... 18 Aansluiten van een iPod universeel dock ...... 18 Aansluiten van een kastje met convertor en decoder ...................................................... 16 Aansluiten van een multiformaat-speler ........ 18 Aansluiten van een projector ......................... 14 Aansluiten van een USB opslagapparaat ....... 19 Aansluiten van het netsnoer ........................... 20 Aansluiten van luidspreker ............................ 11 Aansluiten van Zone2 .................................... 58 Aansluiten van Zone3 .................................... 58 Aansluiting USB opslagapparaat ................... 19 Aansluiting voor audio- en videospeler ......... 16 Aansluiting voor een multiformaat-speler Aansluiting voor een externe decoder ...................................................... 18 Aansluiting voor kastje met convertor en decoder ...................................................... 16 Aanwezigheid L-niveau, DSP Parameter ...... 57 Aanwezigheid R-niveau, DSP Parameter ...... 57 Aanzetten ....................................................... 20 AC IN, achterpaneel ........................................ 5 Achterpaneel .................................................... 5 Action Game, geluidsveldprogramma ........... 28 Adaptieve DRC, Volume, Functie-instellingen .................................. 52 Adventure, geluidsveldprogramma ............... 27 Afspelen van Bluetooth componenten ........... 37 Afspelen van Internetradio-inhoud ................ 41 Afspelen van iPod .......................................... 35 Afspelen van USB opslagapparaat ................ 38 Afstandsbediening ........................................... 6 Afstandsbediening, oplossen van problemen ........................... 70 Afstandsbedieningscode-instelling ................ 61 Afstemming, AM ........................................... 31 Afstemming, FM ........................................... 31 Algemeen, oplossen van problemen .............. 65 AM afstemmen .............................................. 31 AM-antenne-aansluiting ................................ 20 ANALOG MONITOR OUT, Lipsync, Geluidsinstellingen ................................... 51 Analoge audio-aansluiting ............................. 13 ANTENNA aansluiting, achterpaneel ............. 5 Aspect, HDMI, Functie-instellingen ............. 52 AUDIO 1/2 aansluiting, achterpaneel ............. 5 AUDIO OUT aansluiting, achterpaneel .......... 5 Audio Output, HDMI, Functie-instellingen .................................. 51 Audio-aansluiting .......................................... 13 Audiospeler aansluiting ................................. 17 Auto Setup (YPAO), oplossen van problemen ........................... 74 Autom. instelling, Luidsprekerinstellingen ... 48 Automatisch afstemmen ................................ 31 Automatisch voorprogrammeren, Optiemenu ................................................. 44 Automatische instellingen ............................. 21 AV 1-6 aansluiting, achterpaneel .................... 5 AV OUT aansluiting, achterpaneel ................. 5 82 Nl ■ B BAND, voorpaneel ...........................................4 Bedienen van ander component, afstandsbediening ......................................61 Bedienen van Zone2 .......................................60 Bedienen van Zone3 .......................................60 Bedieningsbereik, afstandsbediening ...............6 Bedieningstoets van externe component, afstandsbediening ........................................7 Beeldschermaansluiting .................................14 BI AMP, geavanceerde setup .........................63 Bi-amp dubbele versterkeraansluitingen ........12 Bluetooth draadloze audio-ontvanger aansluiting .................................................18 Bluetooth, oplossen van problemen ...............71 Bronselectie, GUI menuscherm .....................25 ■ C Cellar Club, geluidsveldprogramma ..............28 Chamber, geluidsveldprogramma ..................28 CINEMA DSP 3D ..........................................30 CINEMA DSP 3D indicator, display van het voorpaneel ..........................6 CINEMA DSP indicator, display van het voorpaneel ..........................6 COAXIAL aansluiting ...................................13 CODE SET, afstandsbediening ........................7 COMPONENT VIDEO aansluiting ...............13 Crossover-frequentie voor lage tonen, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen .............................50 Cursor k/n/l/h, afstandsbediening ..............7 Cursorindicator, display van het voorpaneel ....6 ■ D Decodeertype, DSP Parameter .......................57 Decoderstand, optiemenu ...............................43 Dempen van audioweergave ..........................25 Dialoogpositie omhoog, DSP Parameter .......55 DIGITAL AUDIO aansluiting, achterpaneel .................................................5 Dimensie, DSP Parameter ..............................57 Dimmer, Weergave, Functie-instellingen ......52 Direct, DSP Parameter ...................................57 Display van het voorpaneel ..............................6 Display voorpaneel, voorpaneel .......................4 DISPLAY, afstandsbediening ..........................7 DOCK aansluiting, achterpaneel ......................5 Drama, geluidsveldprogramma ......................28 DSP niveau, DSP Parameter ..........................54 DSP Parameter, Setup menu ..........................54 Dynamisch bereik, Geluidsinstellingen .........51 ■ E Effectniveau, DSP Parameter .........................57 ENTER, afstandsbediening ..............................7 EON gegevensservice, Radio Data Systeem afstembewerking ......34 EON, Optiemenu ............................................44 Equalizer, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen .............................50 Extended Surround, Optiemenu .....................43 Externe versterkeraansluiting .........................18 ■ F FM afstemmen ...............................................31 FM-antenne-aansluiting .................................20 FM-stand, Optiemenu ....................................44 Frequentie-afstemming ..................................31 Functie-instellingen, Setup menu ...................51 ■ G Geavanceerde setup ........................................63 Geheugenbescherming, Setup menu ..............57 Geluidsaanpassing van hoge tonen ................25 Geluidsaanpassing van lage tonen .................25 Geluidskeuzetoets, afstandsbediening ..............7 Geluidsveldprogramma ..................................27 GEQ, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen .............................50 GUI positie, Weergave, Functie-instellingen .................................. 52 ■ H Hall in Munich, geluidsveldprogramma ........ 28 Hall in Vienna, geluidsveldprogramma ......... 28 Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 48 HDMI 1-4 aansluiting, achterpaneel ................ 5 HDMI aansluiting .......................................... 13 HDMI indicator, display van het voorpaneel ......................... 6 HDMI informatie ........................................... 80 HDMI OUT 1/2 aansluiting, achterpaneel ....... 5 HDMI OUT aansluiting, selecteren ............... 42 HDMI OUT, afstandsbediening ...................... 7 HDMI OUT1, Lipsync, Geluidsinstellingen ................................... 51 HDMI OUT2, Lipsync, Geluidsinstellingen ................................... 51 HDMI regeling .............................................. 42 HDMI regeling, HDMI, Functie-instellingen .................................. 51 HDMI THROUGH, voorpaneel ...................... 4 HDMI, Functie-instellingen ........................... 51 HDMI, oplossen van problemen .................... 68 Herhalen, Optiemenu ..................................... 44 Hi-fi geluidsweergave .................................... 25 Hoofdtelefoon, gebruik .................................. 26 ■ I INFO, afstandsbediening ................................. 7 INFO, voorpaneel ............................................ 4 Informatie, Netwerk, Functie-instellingen ..... 54 Ingangshernoeming, Functie-instellingen ..... 53 Ingangskeuzetoets, afstandsbediening ............. 7 INIT, geavanceerde setup .............................. 63 INPUT keuzeschakelaar, voorpaneel ............... 4 Instellen van de afstandsbedieningcode ......... 61 Instellen van een afstandsbediening-ID ......... 64 Instelling afstandsbediening-ID ..................... 64 Interne signaalstroom .................................... 17 Inzetten van batterijen, afstandsbediening ....... 6 IP-adres, Netwerk, Functie-instellingen ........ 53 iPod universeel dock aansluiting ................... 18 iPod, oplossen van problemen ....................... 70 ■ K Kamergrootte, DSP Parameter ...................... 55 ■ L Levendigheid, DSP Parameter ....................... 56 LFE / Bass uitgang, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 49 Linker aanwezigheidsluidspreker .................. 11 Linker surround achter-luidspreker ............... 10 Linker surround-luidspreker .......................... 10 Linker voor-luidspreker Rechter voor-luidspreker ........................................ 10 Lipsync, Geluidsinstellingen ......................... 51 Luidspreker opstellen .................................... 10 Luidsprekeraansluiting .................................. 11 Luidsprekerafstand, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 50 Luidsprekerconfiguratie, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 48 Luidsprekerindicator, display van het voorpaneel ......................... 6 Luidsprekerinstelling ..................................... 10 Luidsprekerinstellingen, Setup menu ............ 48 Luidsprekerkabelaansluiting .......................... 12 Luidsprekerniveau, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 50 Luidsprekeropstelling .................................... 10 ■ M MAC adresfilter, Netwerk, Functie-instellingen .................................. 53 MAIN ZONE ON/OFF, voorpaneel ................ 4 Index N ■ O P P. kamergrootte, DSP Parameter ....................55 P. levendigheid, DSP Parameter ....................56 P. startvertraging, DSP Parameter ..................55 Panorama, DSP Parameter .............................57 Paren van Bluetooth componenten .................37 Paring, Optiemenu ..........................................45 PHONES aansluiting, voorpaneel ....................4 PHONO aansluiting, achterpaneel ...................5 PLII Game, geluidsveldprogramma ...............29 PLII Movie, geluidsveldprogramma ..............29 PLII Music, geluidsveldprogramma ...............29 PLIIx Game, geluidsveldprogramma .............29 PLIIx Movie, geluidsveldprogramma ............29 PLIIx Music, geluidsveldprogramma .............29 POWER, afstandsbediening .............................7 PRE OUT aansluiting, achterpaneel ................5 PRESET l / h, voorpaneel ...........................4 Pro Logic, geluidsveldprogramma .................29 PROGRAM keuzeschakelaar, voorpaneel .......4 Projectoraansluiting ........................................14 PTY Seek stand, Radio Data Systeem afstemming ..............33 PTY zoekopdracht, Optiemenu ......................44 PURE DIRECT, voorpaneel ............................4 R Radio Data Systeem afstembewerking ...........33 Rechte decodeerstand .....................................30 Rechter aanwezigheidsluidspreker .................11 Rechter surround achter-luidspreker ..............10 Rechter surround-luidspreker .........................10 REMOTE ID, geavanceerde setup .................63 T Technische gegevens ..................................... 81 Testtoon, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 50 The Bottom Line, geluidsveldprogramma ..... 28 The Roxy Theatre, geluidsveldprogramma ... 28 Toestel, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 50 Toewijzing van extra luidsprekers, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 49 TONE CONTROL, voorpaneel ....................... 4 Toonregeling .................................................. 25 TRANSMIT, afstandsbediening ...................... 7 ■ V VER, geavanceerde setup .............................. 63 Verbinden, Optiemenu .................................. 44 Verbinding verbreken, Optiemenu ................ 44 Verbindingen ................................................. 10 Vereenvoudigde afstandsbediening ................. 8 Vervangen van de batterij, vereenvoudigde afstandsbediening ............. 8 Verversing, Optiemenu ................................. 44 VIDEO aansluiting ........................................ 13 VIDEO AUX aansluiting, voorpaneel ............ 4 Video/audio-aansluiting ................................ 13 Video-aansluiting .......................................... 13 Video-uitgang, Optiemenu ............................ 45 Virtual CINEMA DSP .................................. 30 VOLUME +/-, afstandsbediening ................... 7 VOLUME indicator, display van het voorpaneel ......................... 6 VOLUME regeling, voorpaneel ...................... 4 Volume Trim, Optiemenu ............................. 43 Volume, Functie-instellingen ........................ 52 Voor-luidspreker, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 49 Voorpaneel ...................................................... 4 Voorprogrammering wissen, Optiemenu ...... 44 ■ W Weergave van PC-muziekinhoud .................. 39 Weergave, Functie-instellingen ..................... 52 Weergeven van Radio Data Systeem informatie ................................................. 33 Wijzigen van informatie op de display van het voorpaneel .......................................... 26 ■ Y YPAO ............................................................ 21 ■ Z Zenden van afstandsbedieningssignaal ......... 18 ZONE CONTROLS, voorpaneel .................... 4 Zone, Functie-instellingen ............................. 53 Zone2 aansluiting .......................................... 58 Zone2 Max volume, Zone, Functie-instellingen .................................. 53 ZONE2 ON/OFF, voorpaneel ......................... 4 Zone2 Startvolume, Zone, Functie-instellingen .................................. 53 ZONE2/3 OUT aansluiting, achterpaneel ....... 5 ZONE2/ZONE3 indicator, display van het voorpaneel ......................... 6 Zone3 aansluiting .......................................... 58 Zone3 Max volume, Zone, Functie-instellingen .................................. 53 ZONE3 ON/OFF, voorpaneel ......................... 4 Zone3 Startvolume, Zone, Functie-instellingen .................................. 53 Zonekeuzeschakelaar, afstandsbediening ........ 7 “LMAIN ZONE ON/OFF” of “dHDMI” (voorbeeld) geeft de naam aan van een onderdeel op het voorpaneel of de afstandsbediening. Raadpleeg “Onderdeelnamen en functies” op bladzijde 4. 83 Nl Nederlands ■ ■ U Uitzetten ........................................................ 20 USB FirmUpdate, geavanceerde setup .......... 63 USB poort, voorpaneel .................................... 4 USB, oplossen van problemen ...................... 72 AANHANGSEL ■ SCENE functie ............................................... 24 SCENE IR, geavanceerde setup .................... 63 SCENE, afstandsbediening .............................. 7 SCENE, voorpaneel ......................................... 4 Sci-Fi, geluidsveldprogramma ....................... 27 Scrollen over de display van het voorpaneel, Weergave, Functie-instellingen ................ 52 Selecteren van de HDMI OUT aansluiting .... 42 Selecteren van een bron op het GUI menuscherm .............................................. 25 Selectie van een SCENE ................................ 24 Selectie van EQ Type, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 50 Setuo menu, basisbediening ........................... 48 Setup menu .................................................... 46 Shuffle, Optiemenu ........................................ 44 Signaalinfo, Optiemenu ................................. 44 Signaalzender op afstandsbediening, afstandsbediening ........................................ 7 SILENT CINEMA ......................................... 30 Slaaptimer ...................................................... 42 SLEEP indicator, display van het voorpaneel ......................... 6 SLEEP, afstandsbediening ............................... 7 Sound Setup, Setup menu .............................. 51 SOURCE POWER, afstandsbediening ............ 7 SP IMP., geavanceerde setup ......................... 63 SPEAKERS aansluiting, achterpaneel ............. 5 Spectacle, geluidsveldprogramma ................. 27 Sport, geluidsveldprogramma ........................ 28 Standard, geluidsveldprogramma .................. 27 Standby Through, HDMI, Functie-instellingen .................................. 51 Startvertraging, DSP Parameter ..................... 55 Startvolume, Volume, Functie-instellingen ... 53 Straight Enhancer, geluidsveldprogramma .... 29 STRAIGHT, voorpaneel .................................. 4 Sub-ingangskeuzetoets, afstandsbediening ...... 7 Subwoofer ...................................................... 10 Subwoofer-fase, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 50 Sur. achter-kamergrootte, DSP Parameter ..... 55 Sur. achter-levendigheid, DSP Parameter ..... 56 Sur. achter-startvertraging, DSP Parameter .......................................... 55 Sur. kamergrootte, DSP Parameter ................ 55 Sur. levendigheid, DSP Parameter ................. 56 Sur. startvertraging, DSP Parameter .............. 55 Surround achter-luidspreker .......................... 10 Surround achter-luidspreker, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 49 Surround achter-niveau, DSP Parameter ....... 57 Surround L-niveau, DSP Parameter .............. 57 Surround luidspreker, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen ............................ 49 Surround R-niveau, DSP Parameter .............. 57 ■ ADVANCED OPERATION ON SCREEN, afstandsbediening .....................7 Ontvangen van afstandsbedieningssignaal .....18 Opnieuw instellen van de afstandsbedieningscode .............................61 OPTICAL aansluiting ....................................13 OPTIMIZER MIC aansluiting, voorpaneel ......4 Option menu ...................................................43 OPTION, afstandsbediening ............................7 OUT 1/OUT 2 indicator, display van het voorpaneel ..........................6 S BASIC OPERATION Natrillingsniveau, DSP Parameter .................57 Natrillingstijd, DSP Parameter .......................56 Natrillingsvertraging, DSP Parameter ............56 Neo:6 Cinema, geluidsveldprogramma ..........29 Neo:6 Music, geluidsveldprogramma ............29 NET FirmUpdate, geavanceerde setup ..........63 Netsnoeraansluiting ........................................20 Netwerk standby, Netwerk, Functie-instellingen ...................................54 Netwerk, Functie-instellingen ........................53 Netwerk, oplossen van problemen .................72 Netwerkaansluiting ........................................19 NETWORK poort, achterpaneel ......................5 Numerieke toetsen, afstandsbediening .............7 ■ TRIGGER OUT 1/2 aansluiting, achterpaneel ................................................ 5 Tuner (FM/AM), oplossen van problemen ... 69 Tuner indicator, display van het voorpaneel ... 6 Tunertoets, afstandsbediening ......................... 7 TUNING l/h ............................................... 4 TV bedieningstoets, afstandsbediening ........... 7 PREPARATION ■ REMOTE IN/OUT aansluiting, achterpaneel ................................................ 5 Resetten van de afstandsbedieningscode ....... 61 Resolutie, Functie-instellingen ...................... 52 RETURN, afstandsbediening .......................... 7 Roleplaying Game, geluidsveldprogramma .............................. 28 RS-232C aansluiting, achterpaneel .................. 5 RS232C STBY, geavanceerde setup ............. 63 INTRODUCTION Max volume, Volume, Functie-instellingen ...................................53 MEMORY, voorpaneel ....................................4 Midden-beeld, DSP Parameter .......................57 Midden-breedte, DSP Parameter ....................57 Midden-luidspreker ........................................10 Midden-luidspreker, Handmatige instelling, Luidsprekerinstellingen .............................49 Midden-niveau, DSP Parameter .....................57 MON.CHK, geavanceerde setup ....................63 MONITOR OUT aansluiting, achterpaneel .....5 Mono Movie, geluidsveldprogramma ............28 MULTI CH INPUT aansluiting, achterpaneel .................................................5 Multi-informatie display, display van het voorpaneel ..........................6 Multi-zone configuratie ..................................58 Music Video, geluidsveldprogramma ............28 MUTE indicator, display van het voorpaneel ..........................6 MUTE, afstandsbediening ................................7
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264
  • Page 265 265
  • Page 266 266
  • Page 267 267
  • Page 268 268
  • Page 269 269
  • Page 270 270
  • Page 271 271
  • Page 272 272
  • Page 273 273
  • Page 274 274
  • Page 275 275
  • Page 276 276
  • Page 277 277
  • Page 278 278
  • Page 279 279
  • Page 280 280
  • Page 281 281
  • Page 282 282
  • Page 283 283
  • Page 284 284
  • Page 285 285
  • Page 286 286
  • Page 287 287
  • Page 288 288
  • Page 289 289
  • Page 290 290
  • Page 291 291
  • Page 292 292
  • Page 293 293
  • Page 294 294
  • Page 295 295
  • Page 296 296
  • Page 297 297
  • Page 298 298
  • Page 299 299
  • Page 300 300
  • Page 301 301
  • Page 302 302
  • Page 303 303
  • Page 304 304
  • Page 305 305
  • Page 306 306
  • Page 307 307
  • Page 308 308
  • Page 309 309
  • Page 310 310
  • Page 311 311
  • Page 312 312
  • Page 313 313
  • Page 314 314
  • Page 315 315
  • Page 316 316
  • Page 317 317
  • Page 318 318
  • Page 319 319
  • Page 320 320
  • Page 321 321
  • Page 322 322
  • Page 323 323
  • Page 324 324
  • Page 325 325
  • Page 326 326
  • Page 327 327
  • Page 328 328
  • Page 329 329
  • Page 330 330
  • Page 331 331
  • Page 332 332
  • Page 333 333
  • Page 334 334
  • Page 335 335
  • Page 336 336
  • Page 337 337
  • Page 338 338
  • Page 339 339
  • Page 340 340
  • Page 341 341
  • Page 342 342
  • Page 343 343
  • Page 344 344
  • Page 345 345
  • Page 346 346
  • Page 347 347
  • Page 348 348
  • Page 349 349
  • Page 350 350
  • Page 351 351
  • Page 352 352
  • Page 353 353
  • Page 354 354
  • Page 355 355
  • Page 356 356
  • Page 357 357
  • Page 358 358
  • Page 359 359
  • Page 360 360
  • Page 361 361
  • Page 362 362
  • Page 363 363
  • Page 364 364
  • Page 365 365
  • Page 366 366
  • Page 367 367
  • Page 368 368
  • Page 369 369
  • Page 370 370
  • Page 371 371
  • Page 372 372
  • Page 373 373
  • Page 374 374
  • Page 375 375
  • Page 376 376
  • Page 377 377
  • Page 378 378
  • Page 379 379
  • Page 380 380
  • Page 381 381
  • Page 382 382
  • Page 383 383
  • Page 384 384
  • Page 385 385
  • Page 386 386
  • Page 387 387
  • Page 388 388
  • Page 389 389
  • Page 390 390
  • Page 391 391
  • Page 392 392
  • Page 393 393
  • Page 394 394
  • Page 395 395
  • Page 396 396
  • Page 397 397
  • Page 398 398
  • Page 399 399
  • Page 400 400
  • Page 401 401
  • Page 402 402
  • Page 403 403
  • Page 404 404
  • Page 405 405
  • Page 406 406
  • Page 407 407
  • Page 408 408
  • Page 409 409
  • Page 410 410
  • Page 411 411
  • Page 412 412
  • Page 413 413
  • Page 414 414
  • Page 415 415
  • Page 416 416
  • Page 417 417
  • Page 418 418
  • Page 419 419
  • Page 420 420
  • Page 421 421
  • Page 422 422
  • Page 423 423
  • Page 424 424
  • Page 425 425
  • Page 426 426
  • Page 427 427
  • Page 428 428
  • Page 429 429
  • Page 430 430
  • Page 431 431
  • Page 432 432
  • Page 433 433
  • Page 434 434
  • Page 435 435
  • Page 436 436
  • Page 437 437
  • Page 438 438
  • Page 439 439
  • Page 440 440
  • Page 441 441
  • Page 442 442
  • Page 443 443
  • Page 444 444

Yamaha RX-V2065 de handleiding

Categorie
AV-ontvangers
Type
de handleiding