5
NL
Wanneer de instelling knippert op de display draait u de
instelknop om de instelling te veranderen, druk daarna
op om te bevestigen en ga verder met de instellingen
die volgen (indien aanwezig).
• CATEGORIEËN
Bij het gebruik van de automatische functies moet u
een categorie selecteren voor het te bereiden voedsel.
De weergegeven categorie komt overeen met het
nummer op de display.
Raadpleeg de tabel met beschrijvingen van de functies
voor informatie over alle categorieën.
• MATE VAN GAARHEID
De meeste automatische functies geven aan dat u moet
selecteren hoe doorbakken u het gerecht wilt hebben.
De gewenste graad van gaarheid kan gaan van goed
gebakken (High +2) tot nauwelijks gebakken (Low -2)
en kan veranderd worden binnen de eerste 20 seconden
na de start van de functie: activeer de functie en draai
daarna aan de instelknop om de gewenste instelling te
selecteren.
MEDIU
3. DE FUNCTIE INSCHAKELEN
Als de standaardwaarden de gewenste waarden zijn, of
zodra u de gewenste instellingen heeft ingevoerd, kunt
u op eender welk ogenblik op
drukken om de functie
te starten.
Let op: Stop de ingeschakelde functie wanneer u dat wilt
door te drukken op
.
4. PAUZE TIJDENS DE BEREIDING
Als de deur wordt geopend, wordt de bereiding tijdelijk
onderbroken en worden de verwarmingselementen
uitgeschakeld.
Om de bereiding te hervatten sluit u de deur en drukt u
op
.
Let op: Open bij Auto-functies de deur enkel als dit gevraagd
wordt.
JET START
Wanneer de oven is uitgeschakeld, drukt u op om het
bereiden met de magnetronfunctie in te schakelen, op
volle kracht (1000 W) gedurende 30 seconden.
Telkens wanneer de
toets opnieuw wordt ingedrukt
wordt de bereidingstijd met nog eens 30 seconden
verhoogd.
. AUTO-FUNCTIES
Deze functies selecteren automatisch de beste
bereidingswijze, vermogen en duur voor alle
beschikbare gerechten.
Geef enkel de kenmerken van het voedsel wanneer
dit gevraagd wordt om een optimaal resultaat te
verkrijgen.
• CATEGORIEËN
GEREC
Om de functie correct in te stellen volgt u de
aanwijzingen op de display, als dit gevraagd wordt;
draai aan de instelknop om de gewenste waarde in te
stellen en druk vervolgens op
om te bevestigen.
• VOEDSEL OMDRAAIEN OF DOORROEREN
Bepaalde automatische functies hebben pauzes, zodat
de gebruiker het voedsel kan draaien of roeren.
DRAAI
Zodra de oven de bereiding heeft onderbroken opent
u de deur en voert u de gevraagde actie uit,. Sluit dan
de deur opnieuw en druk op
om door te gaan met de
bereiding.
. KOOKWEKKER
Wanneer de oven uitgeschakeld is, kan het display
gebruikt worden als kookwekker. Om deze functie te
activeren ervoor zorgen dat de oven uitgeschakeld is en
aan de instelknop draaien: Het
symbool knippert op
het display.
Draai aan de instelknop om de gewenste duur in
te stellen en druk dan op
om de kookwekker te
activeren.
U hoort een geluidssignaal en het display toont
wanneer de kookwekker afgeteld heeft tot aan de
geselecteerde bereidingstijd.
Als de kookwekker is ingeschakeld, kunt u ook een
functie selecteren en inschakelen. Draai aan de
selectieknop om de gewenste functie te selecteren.
Zodra de functie is gestart gaat de kookwekker door
met onafhankelijk aftellen, zonder de functie zelf te
verstoren.
Tijdens deze fase kunt u de kookwekker niet zien (alleen
het pictogram wordt weergegeven), die op de
achtergrond verder aftelt.
Om het kookwekkerscherm op te vragen drukt u op
om
de functie uit te schakelen die op dat ogenblik actief is.