Vega VEGACAP 62 Productinformatie

Type
Productinformatie

Deze handleiding is ook geschikt voor

Product information
Capacitief
Niveaudetectie in stortgoed
VEGACAP 62
VEGACAP 65
VEGACAP 66
VEGACAP 67
Document ID: 29982
2
Inhoudsopgave
Capacitief
29982-NL-161027
Inhoudsopgave
1 Beschrijving van het meetprincipe ...................................................................................................................................................................... 3
2 Type-overzicht ........................................................................................................................................................................................................ 5
3 Overzicht behuizingen ...........................................................................................................................................................................................7
4 Montage-instructies ............................................................................................................................................................................................... 8
5 Elektrische aansluiting ........................................................................................................................................................................................11
6 Bediening ..............................................................................................................................................................................................................13
7 Afmetingen ...........................................................................................................................................................................................................14
Veiligheidsinstructies voor Ex-toepassingen aanhouden
Houd bij Ex-toepassingen de Ex-specieke veiligheidsinstructies aan, die u onder www.vega.com vindt en die met ieder instrument worden
meegeleverd. In explosiegevaarlijke omgeving moeten de geldende voorschriften, conformiteits- en typebeproevingscerticaten van de sen-
soren en de voedingsapparaten worden aangehouden. De sensoren mogen alleen op intrinsiekveilige stroomcircuits worden aangesloten. De
toegestane elektrische specicaties zijn vermeld in de certicering.
3
Beschrijving van het meetprincipe
Capacitief
29982-NL-161027
1 Beschrijving van het meetprincipe
Meetprincipe
De VEGACAP-serie zijn capacitieve sensoren voor niveaudetectie.
De instrumenten zijn is ontwikkeld voor industriële toepassing op alle ter-
reinen van de procestechniek en kunnen universeel worden toegepast.
Meetelektrode, product en tankwand vormen een elektrische condensa-
tor. De capaciteit van de condensator wordt in wezen door drie factoren
beïnvloed.
1
2
3
Fig. 1: Werkingsprincipe - plaatcondensator
1 Afstand elektrodenvlakken
2 Grootte elektrodenvlakken
3 Soort diëlektricum tussen de elektroden
De elektrode en de tankwand zijn daarbij de condensatorplaten. Het pro-
duct is het diëlektricum. Vanwege de hogere diëlektrische constante van
het product ten opzicht van lucht neemt de capaciteit van de condensa-
tor bij toenemende bedekking van de elektrode toe.
Verandering van medium veroorzaakt een capaciteitsverandering, die
door de elektronica wordt verwerkt en wordt omgezet in een bijbehorend
schakelcommando.
Des te constanter de geleidbaarheid, het stortgewicht en de temperatuur
van een medium zijn, des te beter zijn de omstandigheden voor de capa-
citieve meting. Veranderingen van de omstandigheden zijn in media met
hoge diëlektrische constante over het algemeen niet kritisch.
De sensoren zijn onderhoudsvrij en robuust en worden op alle terreinen
binnen de industriële meettechniek toegepast.
Terwijl volledig geïsoleerde uitvoeringen voornamelijk in vloeistoen
worden toegepast, worden de deels geïsoleerde varianten overwegend
in stortgoederen gebruikt.
Ook het gebruik van sterk hechtende of agressieve media is geen enkel
probleem. Omdat het capacitieve meetprincipe geen speciale eisen stelt
aan de inbouw, kan een groot aantal toepassingen met de niveauschake-
laar VEGACAP serie 60 worden uitgerust.
1.2 Toepassingsvoorbeelden
Lichte stortgoederen
1 2
3
4
Fig. 2: Niveauschakelaar in lichte stortgoederen
1 Niveauschakelaar VEGACAP 65 voor leegmelding
2 Niveauschakelaar VEGACAP 65 voor volmelding/overvulbeveiliging
3 Niveauschakelaar VEGACAP 62 voor niveaudetectie - zijkant gemonteerd
4 Beschermdak boven de sensor
In principe heeft het gebruik van kabelmeetsonden in stortgoederen de
voorkeur boven het gebruik van staafmeetsonden. Kabelmeetsonden
kunnen de bewegingen van het stortgoed volgen en hebben daardoor
een duidelijk betere standtijd bij abrasieve en sterk bewegende stortgoe-
deren. Het schakelpunt bevindt zich in de regel op het spangewicht, dat
door het grotere oppervlak ook voor een goede meetgevoeligheid zorgt.
Dit is vooral van belang bij media met een lage diëlektrische constante.
Wanneer de niveauschakelaar vanaf de zijkant moet worden ingebouwd,
dan kan een kabelmeetsonde VEGACAP 65 of een staafmeetsonde
VEGACAP 62 worden gemonteerd. Dankzij de inbouw aan de zijkant
realiseert de VEGACAP 62 een zeer hoge schakelnauwkeurigheid, ook
bij wisselende vloeistofeigenschappen. De inbouw moet echter onder
een kleine hoek (ca. 20 ... 30°) worden uitgevoerd, om eventuele afzettin-
gen te verhinderen. Afhankelijk van de tankhoogte en de positie van de
vulstroom moet de VEGACAP 62 met een beschermdak tegen mechani-
sche overbelasting worden beschermd.
Bij veel condensvorming op het silodak en dus aan de meetsonde moet
een mantelbuis van circa 300 mm lang worden gebruikt.
4
Beschrijving van het meetprincipe
Capacitief
29982-NL-161027
Voordelen:
Inkortbare meetsonde
Ongevoelig voor afzettingen
Eenvoudige inbedrijfname
Robuuste constructie
Zware stortgoederen
1
2
Fig. 3: Niveauschakelaar in zware stortgoederen
1 Niveauschakelaar VEGACAP 65 voor volmelding/overvulbeveiliging
2 Niveauschakelaar VEGACAP 65 voor leegmelding
Typische zware stortgoederen zijn bijv. cement, zand, kiezel of meel.
In het bijzonder bij zware stortgoederen heeft het gebruik van kabel-
meetsonden de voorkeur ten opzichte van staafmeetsonden. Kabel-
meetsonden kunnen de stortgoedbewegingen volgen en hebben
daardoor een duidelijk betere standtijd bij abrasieve en sterk bewegende
stortgoederen.
De robuustheid is bij toepassing in zware stortgoederen bijzonder
belangrijk. Daarvoor is de capacitieve meettechniek uitermate geschikt.
De VEGACAP kenmerkt zich in dergelijke toepassingen door de stabiele,
ongevoelige mechanische constructie en de eenvoudige inbedrijfname.
Voordelen:
Zeer robuuste constructie
Eenvoudige inbedrijfname
Inkortbare meetsonde
Ongevoelig voor afzettingen
Verstoppingsdetectie
1
Fig. 4: Verstoppingsdetectie op transportband/inlooptrechter
1 Niveauschakelaar VEGACAP 65 voor volmelding/overvulbeveiliging
Stortgoed komt via transportbanden of -spiralen bij een inlooptrechter
of buervat. Een capacitieve meetsonde VEGACAP meldt en verhindert
een mogelijke verstopping of een overvulling van de inlooptrechter.
Afhankelijk van de temperatuur en het soort medium kan in het buervat
damp of stof worden gevormd. De VEGACAP wordt daardoor niet beïn-
vloed en functioneert betrouwbaar.
De exibele draagkabel voorkomt mechanische belastingen, die door de
stortgoedbewegingen ontstaan.
Bij stortgoederen met een lage diëlektrische constante wordt inbouw
vanaf de zijkant geadviseerd, omdat de horizontale staaf over de gehele
lengte sprongsgewijs wordt bedekt en daardoor een duidelijk betrouw-
baarder schakelfunctie heeft. Daarvoor moet boven de staaf van de
meetsonde een geschikte beschermplaat worden gemonteerd, om de
staaf tegen beschadigingen door vallend medium te beschermen. Wan-
neer de staaf iets schuin naar beneden gericht wordt ingebouwd, kunnen
stortgoedafzettingen gemakkelijker afglijden. Daarvoor moet het medium
niet al te grof en zwaar zijn.
Voordelen:
Eenvoudige montage
Groot toepassingsgebied
Zeer robuuste constructie
Onderhoudsvrij
5
Type-overzicht
Capacitief
29982-NL-161027
2 Type-overzicht
VEGACAP 62 VEGACAP 65 VEGACAP 66
Voorkeurstoepassingen Stortgoederen, niet geleidende vloei-
stoen
Stortgoederen, niet geleidende vloei-
stoen
Stortgoederen, vloeistoen
Uitvoering Staaf - deels geïsoleerd Kabel - deels geïsoleerd Kabel - geïsoleerd
Isolatie PTFE PA PTFE
Lengte 0,2 … 6 m (0.656 … 19.69 ft) 0,4 … 32 m (1.312 … 104.99 ft) 0,4 … 32 m (1.312 … 104.99 ft)
Procesaansluiting Schroefdraad vanaf G¾, ens Schroefdraad vanaf G1, ens Schroefdraad vanaf G¾, ens
Procestemperatuur -50 … +200 °C (-58 … +392 °F) -50 … +200 °C (-58 … +392 °F) -50 … +150 °C (-58 … +302 °F)
Procesdruk -1 … 64 bar/-100 … 6400 kPa (-
14.5 … 928 psig)
-1 … 64 bar/-100 … 6400 kPa (-
14.5 … 928 psig)
-1 … 40 bar/-100 … 4000 kPa (-
14.5 … 580 psig)
6
Type-overzicht
Capacitief
29982-NL-161027
VEGACAP 67
Voorkeurstoepassingen Stortgoederen bij hoge temperaturen
Uitvoering Staaf - deels geïsoleerd, kabel - deels ge-
isoleerd
Isolatie Keramiek
Lengte Staaf: 0,28 … 6 m (0.919 … 19.69 ft)
Kabel: 0,5 … 40 m (1.64 … 131.23 ft)
Procesaansluiting Schroefdraad vanaf G1½
Procestemperatuur -50 … +400 °C (-58 … +752 °F)
Procesdruk -1 … 16 bar/-100 … 1600 kPa (-
14.5 … 232 psig)
7
Overzicht behuizingen
Capacitief
29982-NL-161027
3 Overzicht behuizingen
Kunststof PBT
Beschermingsgraad IP 66/IP 67
Uitvoering Eenkamer
Toepassingsgebied Industriële omgeving
Aluminium
Beschermingsgraad IP 66/IP 67, IP 66/IP 68 (1 bar)
Uitvoering Eenkamer
Toepassingsgebied Industriële omgeving met verhoogde mecha-
nische belasting
RVS 316L
Beschermingsgraad IP 66/IP 67 IP 66/IP 67, IP 66/IP 68 (1 bar)
Uitvoering Eénkamer elektrolytisch gepolijst Eénkamer gietwerk
Toepassingsgebied Agressieve omgeving, levensmiddelen, far-
macie
Agressieve omgeving, sterke mechanische
belasting
8
Montage-instructies
Capacitief
29982-NL-161027
4 Montage-instructies
Schakelpunt
In principe kan de VEGACAP in elke willekeurige positie worden inge-
bouwd.
Bij horizontale inbouw moet de meetsonde zodanig worden gemonteerd,
dat de elektrode zich ter hoogte van het gewenste schakelpunt bevindt.
Bij een verticale inbouw moet de meetsonde zodanig worden gemon-
teerd, dat de elektrode bij het bereiken van het gewenste schakelpunt
circa 50 ... 100 mm in het medium is ondergedompeld.
Aansluitingen
Bij media, die neigen tot afzettingen, moet de elektrode bij horizontale
inbouw vrij in de tank steken, om afzettingen te voorkomen, Vermijd in
deze gevallen sokken voor enzen en inschroefstukken.
Vulopening
Monteer de meetsonde zodanig, dat de elektrode niet direct in de vul-
stroom steekt. Wanneer toch een dergelijke inbouwplaats nodig is, mon-
teer dan een geschikte beschermplaat boven resp. voor de elektrode.
Horizontale inbouw
Om een zo nauwkeurig mogelijk schakelpunt te realiseren, kunt u de
VEGACAP horizontaal inbouwen. Wanneer het schakelpunt zich echter
met een tolerantie van enkele centimeters mag verplaatsen, verdient het
aanbeveling, de VEGACAP ca. 20° schuin naar beneden wijzend in te
bouwen, zodat er geen afzettingen kunnen worden gevormd.
Bouw de staafmeetsonden zodanig in, dat de meetsonde vrij in de silo
steekt. Bij inbouw in een buis of een sok kan het medium zich afzetten,
waardoor de meting wordt beïnvloed. Dit geldt vooral voor aanhechtende
media.
a.
b.
20°
Fig. 13: Horizontale inbouw
Stortgoedtalud
In stortgoedsilo's kunnen stortgoedtaluds worden gevormd, die het scha-
kelpunt veranderen. Let hierop bij de opstelling van de meetsonde in de
silo. Het verdient aanbeveling, de inbouwplaats zodanig te kiezen, dat de
elektrode een gemiddelde waarde van het stortgoedtalud detecteert.
Rekening houdend met de plaats van de vul- en aftapopening in de tank
moet de meetsonde worden gepositioneerd.
Om bij cilindrische silo's de meetfout te compenseren, die door het
stortgoedtalud ontstaat, moet u de meetsonde op een afstand d/6 van de
silowand inbouwen.
dd
d
6
d
6
Fig. 14: Vullen en afvoeren in het midden
d
d
6
1
2
3
Fig. 15: Vullen in het midden, afvoer aan de zijkant
1 VEGACAP
2 Afvoeropening
3 Vulopening
Trekbelasting
Let er bij de kabeluitvoering op, dat de maximaal toegestane trekbelas-
ting van de draagkabel niet wordt overschreden. Let daarbij ook op de
toegestane dakbelasting van uw silo. Dit gevaar bestaat vooral bij bijzon-
der zware stortgoederen en grote meetlengten. De maximaal toegestane
trekbelasting vindt u in het hoofdstuk "Technische gegevens".
Instromend medium
Wanneer VEGACAP in de vulstroom is ingebouwd, kan dit ongewenste
foutieve metingen tot gevolg hebben. Monteer de VEGACAP daarom
op een plaats in de tank, waar geen storende invloeden, zoals bijv. van
vulopeningen, roerwerken enz. kunnen optreden.
Dit geldt vooral voor uitvoeringen met lange elektroden.
9
Montage-instructies
Capacitief
29982-NL-161027
Fig. 16: Instromend medium
Druk/vacuüm
Bij over- of onderdruk in de tank moet u de procesaansluiting afdichten.
Controleer of het afdichtingsmateriaal bestendig is tegen het product en
de procestemperatuur.
Isolerende maatregelen zoals bijv. het omwikkelen van het schroefdraad
met teonband kunnen bij metalen silo's de noodzakelijke elektrische
verbinding met de silo onderbreken. Aard daarom de meetsonde op de
silo.
Lengte van de niveaudetectie-elektrode
Houd er al bij de bestelling van de meetsonde rekening mee, dat de
elektrode bij het gewenste vulniveau overeenkomstig de elektrische ei-
genschappen van het medium (diëlektrische constante) voldoende moet
worden bedekt. Zo heeft bijv. een elektrode voor de niveaudetectie in olie
(diëlektrische constante ~2) een duidelijke grotere bedekking nodig dan
in water (diëlektrische constante ~81).
Als vuistregel geldt:
Niet geleidende media > 50 mm
Geleidende media > 30 mm
Zijwaartse belasting
Let erop, dat de elektrode niet aan sterke zijwaartse krachten wordt
blootgesteld. Monteer de meetsonde op een plaats in de silo, waar geen
storende invloeden zoals bijv. van roerwerken, vulopeningen enz. kunnen
optreden. Dit geldt vooral voor bijzonder lange staaf- en kabelmeetson-
den.
Mediumbeweging
Monteer de meetsonde zodanig, dat de elektrode niet tegen de silowand
aan kan slaan en dat breuk van de mantelbuis met zekerheid kan worden
uitgesloten.
Meetsonde inkorten
Deels geïsoleerde kabel- resp. staafelektroden kunnen naderhand wor-
den ingekort. Let erop, dat vanwege de daardoor ontstane verandering
van de eigen capaciteit ook het schakelpunt kan veranderen.
De meetsonde is tot de betreende elektrodenlengte gecompenseerd.
Daarom moet u al bij de bestelling opgeven, of de elektrode eventueel
moet worden ingekort.
Trekkrachten
Bij sterke trekkrachten zoals die bijv. in geval van pulsgewijs vullen of bij
naglijdend product ontstaan, kunnen hoge trekbelastingen optreden. Ge-
bruik in deze situaties bij korte meetlengten een staafmeetsonde, omdat
een staaf over het algemeen stabieler is.
Wanneer vanwege de lengte of de montagepositie een kabelmeetsonde
nodig is, dan moet deze niet worden afgespannen, omdat de kabel de
mediumbewegingen dan beter kan volgen. Let erop, dat de elektrodeka-
bel daarbij geen contact maakt met de silowand.
Metalen silo
Let erop, dat de mechanische aansluiting van de meetsonde met de tank
elektrisch geleidend is, om voldoende massa te waarborgen.
Gebruik geleidende afdichtingen zoals bijv. koper, lood, enz.
Isolerende maatregelen, zoals bijv. het omwikkelen van het schroefdraad
met teonband, kunnen de noodzakelijke elektrische verbinding onder-
breken. In dit geval gebruikt u de massaklem op de behuizing, om de
meetsonde met de tankwand te verbinden.
Niet geleidende silo
Bij niet geleidende silo's, bijv. van kunststof, moet de tweede pool van de
condensator afzonderlijk worden gerealiseerd, bijv. via de metalen draag-
constructie van de silo o.i.d. Bij het gebruik van een standaardmeetsonde
is het aanbrengen van een geschikt massavlak nodig. Breng daarvoor
buiten op de silowand een zo breed mogelijk massa-oppervlak aan, bijv.
een draadraster, dat in de wand wordt opgenomen resp. een metaalfolie
die op de tankwand wordt gelijmd.
Verbind het massaoppervlak met de massaklem op de behuizing.
Geleidbaarheid van het medium
Deels geïsoleerde elektroden kunnen in bijzondere gevallen in geleiden-
de media voor niveaudetectie worden toegepast. De elektronica van de
meetsonde is kortsluitvast.
Invloedsfactoren
De diëlektrische constante heeft in de praktijk een bepaalde variatie.
De volgende invloedsfactoren kunnen de capacitieve meetmethode
beïnvloeden:
Stortgewicht
Concentratie (mengverhouding van het medium)
Temperatuur
Geleidbaarheid
Des te constanter de voornoemde factoren zijn, des te beter zijn de
omstandigheden voor de capacitieve meting. Veranderingen van de
omstandigheden zijn in media met hoge diëlektrische constante over het
algemeen niet kritisch.
Wanneer het schakelpunt zo exact mogelijk moet zijn, bij wisselende
media of in media met een lage diëlektrische constante, verdient de
horizontale inbouw van de meetsonde aanbeveling, omdat de horizontaal
ingebouwde staaf over de gehele lengte sprongsgewijs wordt bedekt.
Daardoor heeft de meetsonde een meer betrouwbare schakelfunctie.
U kunt de meetsonde daarvoor aan de zijkant monteren of u gebruikt een
haakse meetsonde.
Bedrijfstemperaturen
Wanneer aan de behuizing hoge omgevingstemperaturen optreden,
moet u vanaf een procestemperatuur van 200 °C een temperatuurtus-
senstuk gebruiken of de elektronica van de meetsonde scheiden en in
een separate behuizing op een koelere plaats onderbrengen.
Bij procestemperaturen tot 300 °C kunt u een hogetemperatuurmeets-
onde gebruiken. Bij temperaturen tot 400 °C moet u de elektronica
bovendien in een separate behuizing onderbrengen.
Let erop, dat de meetsonde niet door een eventueel aanwezige isolatie
wordt omsloten.
De temperatuurbereiken van de meetsonden vindt u in het hoofdstuk
"Technische gegevens".
Betonnen silo
Om in betonnen silo's voldoende massa te waarborgen, moet de
massa-aansluiting van de meetsonde met de stalen wapening van de
betonnen silo worden verbonden.
Diëlektrische constante
Bij media met lage diëlektrische constante en kleine niveauveranderin-
gen moet u proberen, de capaciteitsverandering te vergroten. bij een
diëlektrische constante < 1,5 zijn bijzondere maatregelen nodig, zodat
het niveau betrouwbaar kan worden gedetecteerd. voor de niveaudetec-
tie zijn dat bijv. het aanbrengen van extra oppervlakken of het gebruik van
een mantelbuis bij hoge aansluitsokken enz.
10
Montage-instructies
Capacitief
29982-NL-161027
Bij hoge aansluitsokken en media met lage diëlektrische constante kunt
u de sterke invloed van de metalen sok met en mantelbuis compenseren.
Elektrisch geleidende media gedragen zich als media met zeer hoge
diëlektrische constante
Een gedetailleerde lijst met diëlektrische constanten van media vindt u
op onze homepage onder "Services - Downloads- mediumtabellen".
Agressieve, abrasieve media
Voor bijzonder agressieve of abrasieve media staan een aantal isolatie-
materialen ter beschikking. Wanneer metaal chemisch niet bestendig is
tegen het medium, gebruikt u een gecoate ens.
Condensaatvorming
Wanneer aan het silodak condens wordt gevormd, kan de afstromende
vloeistof vooral bij deels geïsoleerde elektroden meetfouten (brugvor-
ming) veroorzaken.
Gebruik daarom een mantelbuis. De mantelbuis is vast op de meetsonde
gemonteerd en moet daarom al bij de bestelling worden opgegeven.
De lengte van de mantelbuis is afhankelijk van de hoeveelheid en het
afdruipgedrag van het condensaat.
Zonnekap
Om de sensor te beschermen tegen vervuiling en sterke opwarming
door de zon bij buitenopstelling, kunt u een zonnekap op het sensorhuis
klikken.
Fig. 17: Zonnekap in verschillende uitvoeringen
11
Elektrische aansluiting
Capacitief
29982-NL-161027
5 Elektrische aansluiting
5.1 Aansluiting voorbereiden
Veiligheidsinstructies aanhouden
Let altijd op de volgende veiligheidsinstructies:
Alleen in spanningsloze toestand aansluiten
Veiligheidsinstructies voor Ex-toepassingen aanhouden
In explosiegevaarlijke omgevingen moeten de geldende voor-
schriften, de conformiteits- en typebeproevingscerticaten van de
sensoren en de voedingen worden aangehouden.
Voedingsspanning kiezen
Sluit de voedingsspanning aan conform de navolgende aansluitsche-
ma's. De elektronica met relaisuitgang en contactloze schakelaar is in
veiligheidsklasse 1 uitgevoerd. Voor het aanhouden van deze veilig-
heidsklasse is het absoluut noodzakelijk, dat de randaarde op de interne
aardklem wordt aangesloten. Houd de algemene installatievoorschriften
aan. Verbindt de VEGACAP in principe met de tankaarde (PA) resp. bij
kunststof tanks met het naastgelegen aardpotentiaal. Aan de zijkant van
de behuizing bevindt zich daarvoor een aardklem tussen de kabelwar-
tels. Deze verbinding dient voor het aeiden van elektrostatische opladin-
gen. Bij Ex-toepassingen moet u als eerste de opstellingsvoorschriften
voor explosiegevaarlijke omgeving aanhouden.
De specicaties betreende de voedingsspanning vindt u in het hoofd-
stuk "Technische gegevens".
Aansluitkabel kiezen
De VEGACAP wordt met standaard kabel met ronde doorsnede aan-
gesloten. Een kabelbuitendiameter van 5 … 9 mm waarborgt de goede
afdichtende werking van de kabelwartel.
Wanneer u kabel toepast met een andere doorsnede, dan moet u de
afdichting vervangen of een geschikte kabelwartel toepassen.
Gebruik voor een VEGACAP in explosiegevaarlijke omgevingen
alleen toegelaten kabelwartels.
Aansluitkabel voor Ex-toepassingen kiezen
Bij Ex-toepassingen moeten de bijbehorende installatievoorschrif-
ten worden aangehouden.
5.2 Aansluitschema
Relaisuitgang
Het verdient aanbeveling de VEGACAP zodanig aan te sluiten, dat het
schakelcircuit bij niveaumelding, kabelbreuk of storing is geopend (fail
safe).
De relais worden altijd in de rusttoestand getoond.
3
2 1
Fig. 18: Aansluitschema eenkamerbehuizing
1 Relaisuitgang
2 Relaisuitgang
3 Voedingsspanning
Transistoruitgang
Het verdient aanbeveling de VEGACAP zodanig aan te sluiten, dat het
schakelcircuit bij niveaumelding, kabelbreuk of storing is geopend (fail
safe).
Voor het aansturen van relais, schakelaars, magneetventielen, signaal-
lampen, claxons en PLC-ingangen.
1
Fig. 19: Aansluitschema eenkamerbehuizing
1 Voedingsspanning
+ -
+-
1234
Fig. 20: NPN-gedrag
+-
+ -
1234
Fig. 21: PNP-gedrag
Contactloze schakelaar
Het verdient aanbeveling de VEGACAP zodanig aan te sluiten, dat het
schakelcircuit bij niveaumelding, kabelbreuk of storing is geopend (fail
safe).
De contactloze schakelaar is altijd in de rusttoestand weergegeven.
Voor het direct aansturen van relais, schakelaars, magneetventielen, sig-
naallampen, claxons, enz. Mag niet zonder tussengeschakelde belasting
worden gebruikt, omdat de elektronica bij directe aansluiting op het net
wordt beschadigd. Niet voor aansluiting op laagspannings PLC-ingangen
geschikt.
De eigenstroom wordt na het afschakelen van de last kortstondig tot
onder 1 mA verlaagd, zodat schakelaars, waarvan de houdstroom min-
der is dan de constant aanwezige eigenstroom van de elektronica, toch
betrouwbaar worden afgeschakeld.
Wanneer de VEGACAP als onderdeel van een overvulbeveiliging con-
12
Elektrische aansluiting
Capacitief
29982-NL-161027
form WHG wordt toegepast, dan moet u de bepalingen van de "Allgemei-
nen bauaufsichtlichen Zulassung" aanhouden.
1
Fig. 22: Aansluitschema eenkamerbehuizing
1 Voedingsspanning
Tweedraadsuitgang
Het verdient aanbeveling de VEGACAP zodanig aan te sluiten, dat het
schakelcircuit bij niveaumelding, kabelbreuk of storing is geopend (fail
safe).
Voor aansluiting op een meetversterker VEGATOR dto. Ex. voedings-
spanning via de aangesloten meetversterker VEGATOR. Meer informatie
vindt u in het hoofdstuk "Technische gegevens", "Ex-technische gege-
vens" vindt u in de meegeleverde "Veiligheidsinstructie".
Het schakelvoorbeeld geldt voor alle toepasbare meetversterkers.
Houdt de gebruiksaanwijzing van de meetversterker aan. Geschikte
meetversterkers vindt u in het hoofdstuk "Technische gegevens".
1
Fig. 23: Aansluitschema eenkamerbehuizing
1 Voedingsspanning
13
Bediening
Capacitief
29982-NL-161027
6 Bediening
6.1 Bediening algemeen
4
5
6
2
1
3
Fig. 24: Bedieningselementen elektronica bijv. relaisuitgang (CP60R)
1 Potentiometer voor aanpassen schakelpunt (niet bij tweedraadselektronica)
2 Bereikomschakelaar
3 DIL-schakelaar voor omschakeling bedrijfsmodus (niet bij tweedraadselektro-
nica)
4 Aardklem
5 Aansluitklemmen
6 Controle-LED
Schakelpuntaanpassing (1)
Met de potentiometer kunt u het schakelpunt van de VEGACAP aanpas-
sen op het medium.
Bij de tweedraadselektronica wordt het schakelpunt op de meetverster-
ker ingesteld. Daarom is de potentiometer niet aanwezig.
Bereikomschakelaar (2)
Met de bereikomschakelaar kiest u het capaciteitsbereik van de meets-
onde.
Met de potentiometer (1) en de bereikomschakelaar (2) kunt u het
schakelpunt van de meetsonde veranderen resp. de gevoeligheid van
de meetsonde aan de elektrische eigenschappen van het medium en de
omstandigheden in de tank aanpassen.
Dat is nodig, zodat de niveauschakelaar bijv. ook media met zeer lage
resp zeer hoge diëlektrische constante nog betrouwbaar kan detecteren.
Capaciteitsbereik
Bereik 1: 0 … 20 pF (gevoeligheid)
Bereik 2: 0 … 85 pF
Bereik 3: 0 … 450 pF (ongevoelig)
Voorbeelden diëlektrische constante: lucht = 1, olie = 2, aceton = 20,
water = 81 enz.
Verdraai de potentiometer (1) linksom, om de meetsonde gevoeliger in
te stellen.
Bedrijfsstandenomschakeling (3)
Met de bedrijfsstandomschakeling (min./max.) kunt u de schakeltoe-
stand van de uitgang veranderen. U kunt daarmee de gewenste bedrijfs-
modus instellen (max. - maximaal niveaudetectie resp. overvulbeveili-
ging, min. - minimaal niveaudetectie resp. droogloopbeveiliging).
Bij de tweedraadselektronica wordt de bedrijfsmodus op de meetverster-
ker gekozen. Daarom is deze schakelaar niet aanwezig.
LED-indicatie (6)
Lichtdiode voor het weergeven van de schakeltoestand (bij kunststof
behuizing van buiten zichtbaar).
14
Afmetingen
Capacitief
29982-NL-161027
7 Afmetingen
Behuizing
32
1
4
~ 69 mm
(2.72")
ø 79 mm
(3.11")
117 mm (4.61")
M20x1,5/
½ NPT
~ 59 mm
(2.32")
ø 80 mm
(3.15")
112 mm (4.41")
M20x1,5/
½ NPT
~ 69 mm
(2.72")
ø 79 mm
(3.03")
112 mm (4.41")
M20x1,5/
½ NPT
~ 116 mm (4.57")
ø 86 mm (3.39")
116 mm (4.57")
M20x1,5
M20x1,5/
½ NPT
Fig. 25: Uitvoeringen behuizing
1 Kunststof behuizing
2 RVS-behuizing
3 RVS-behuizing-jngietstaal
3 Aluminium behuizing
VEGACAP 62
ø 16 mm
(0.63")
100 mm
(3.94")
12 mm
(0.47")
L
G ¾, G 1, G 1½
56 mm
(2.21")
22 mm
(0.87”)
Fig. 26: VEGACAP 62 - schroefdraaduitvoering
L Sensorlengte, zie hoofdstuk "Technische gegevens"
VEGACAP 65
L
G 1
G 1½
56 mm
(2.21")
ø 30 mm
(1.18")
22 mm
(0.87")
200 mm
(7.87")
ø 6 mm
(0.24")
142 mm
(5.59")
Fig. 27: VEGACAP 65 - schroefdraaduitvoering
L Sensorlengte, zie hoofdstuk "Technische gegevens"
VEGACAP 66
177 mm
(7.87")
ø 8 mm
(0.32")
L
G 1
G 1½
56 mm
(2.21")
ø 30 mm
(1.18")
22 mm
(0.87")
Fig. 28: VEGACAP 66 - schroefdraaduitvoering
L Sensorlengte, zie hoofdstuk "Technische gegevens"
15
Afmetingen
Capacitief
29982-NL-161027
VEGACAP 67
242 mm
(9.53")
L
L1
120 mm
(4.72")
23 mm
(0.91")
100 mm
(3.94")
ø 40 mm
(1.58")
ø 38 mm
(1.5")
ø 15 mm
(0.59")
ø 8 mm
(0.32")
200 mm
(7.87")
SW46
G1 ½A/
NPT1 ½
Fig. 29: VEGACAP 67 - schroefdraaduitvoering G1½ en 1½ NPT, -50 … +300 °C
(-58 … +572 °F)
Uitvoering -50 … +400 °C (-58 … +752 °F) alleen met externe behuizing.
Zie aanvullende handleiding "Externe behuizing - VEGACAP, VEGACAL"
L Sensorlengte, zie hoofdstuk "Technische gegevens"
L1 Lengte steunpijp, zie hoofdstuk "Technische gegevens"
VEGA Grieshaber KG
Am Hohenstein 113
77761 Schiltach
Germany
29982-NL-161027
De gegevens omtrent leveromvang, toepassing, gebruik en bedrijfsomstandigheden van de sensoren en weergavesystemen geeft de stand van zaken weer op het
moment van drukken.
Wijzigingen voorbehouden
© VEGA Grieshaber KG, Schiltach/Germany 2016
Phone +49 7836 50-0
Fax +49 7836 50-201
www.vega.com
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16

Vega VEGACAP 62 Productinformatie

Type
Productinformatie
Deze handleiding is ook geschikt voor