8
WAARSCHUWINGEN EN
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Veiligheid van de bediener
• Lees dit handboek aandachtig door en zorg ervoor dat
u alle bedieningsorganen en hun werking begrijpt.
• Bedenk dat de gebruiker van het apparaat
verantwoordelijk is voor ongelukken en beschadiging
van anderen en andermans eigendommen.
• Draag steeds een uit dik materiaal vervaardigde lange
broek, laarzen . Draag nooit shorts, sandalen. Werk nooit
blootsvoets.
• Controleer of er geen stenen, takken of andere
voorwerpen liggen. Die kunnen immers uit de machine
gecatapulteerd worden en iemand verwonden of de
machine beschadigen. Steek geen grindpaden over.
• De motor nooit starten of aanzetten binnen een gesloten
ruimte of gebouw. Uitlaatgassen kunnen dodelijk zijn.
• Laat de gazonmaaier niet bedienen door kinderen of
volwassenen die deze instructies niet gelezen hebben.
• Maai nooit wanneer er mensen, vooral kinderen, of
huisdieren in de buurt zijn.
Veiligheid van het gereedschap
• Inspecteer de volledige eenheid vóór het gebruik.
Vervang be-schadigde onderdelen. Controleer op
brandstoflekken en overtuig u ervan dat alle
bevestigingen goed zjin vastgemaakt.
• Vervang defekte geluiddempers.
• Voor gebruik altijd controleren of snijbladen,
snijbladschroeven en snijcomponenten niet beschadigd
of versleten zijn. Vervang alle versleten of beschadigde
bladen en bouten tegelijk. Dit om het evenwicht niet te
verstoren.
Veiligheid van de brandstof
• Waarschuwing – Benzine is licht ontvlambaar.
• De brandstof in de open lucht mengen en bijvullen. Doe
dit nooit in de nabijheid van vonken of open vlammen.
• Gebruik een gepaste brandstofcontainer.
• Rook niet, en laat niet toe dat er gerookt wordt nabij de
brandstof of het gereedschap, of bij het gebruik van het
gereedschap.
• Gemorste brandstof afvegen vóór u de motor start.
• Bewaar vóór u het gereedschap start, minstens drie
meter abstand van de plaats waar brandstof werd
bijgevuld.
• De motor stillegggen vóór u de brandstofdop verwijderd.
• Geen benzine bijvullen als de motor warm is.
NL
Veiligheid tijdens het gebruik
• Het maaien op hellingen kan gevaarlijk zijn. Maai niet op
steile hellingen. Altijd de helling volgen bij het maaien.
• De grasmaaier niet gebruiken op hellingen of taluds met
een hoek groter dan 30½. Anders komen er problemen
met de smering van de motor
• De maaimachine nooit met draaiende motor vervoeren.
Als de maaier opgetild moet worden in verband met het
transport, dient u erop toe te zien dat het snijblad stil staat.
• De maaier nooit gebruiken met defekte beschermkappen
en schermen, of zonder dat de beveiligingsvoorzieningen
(zoals afbuigers en grasverzamelaar) op hun plaats
zitten.
• Start de motor voorzichtig zoals in de gebruiksaanwijzing
is aangegeven en houdt uw voeten uit de buuurt van de
snijbladen.
• Kantel de maaier niet terwijl u de motor start (behalve
wanneer dit noodzakelijk is. In dat geval niet verder
kantelen dan absoluut noodzakelijk en alleen de zijde
die het verst verwijderd is van de gebruiker).
• De motor niet starten terwijl u voor de uitwerpopening
staat.
• Houdt handen en voeten uit de buurt van de
ronddraaiende bladen. Nooit uw hand in een eventuele
uitwerpopening steken.
• Nooit de maaier optillen of wegdragen met draaiende
motor.
• Stop de motor en maak de bougiekabel los. Doe dit
voordat u verstoppingen weghaalt of de opvangzak
verwijdert en tevens als u het appaarat wilt controleren
of iets aan de motor wilt repareren. Bij in aanraking
komen met een onbekend voorwerp de motor stopzetten
en inspecteren. Eventuele beschadigingen herstellen
voordat u de machine opnieuw start en gebruikt. Als de
maaier abnormaal gaat trillen, dient u de motor stop te
zetten en onmiddellijk te controleren. Zet de motor stop
als u de machine achterlaat of als u brandstof wilt
bijvullen.
Veiligheid bij het onderhoud en opslag
• Controleer regelmatig of alle bouten, schroeven en
moeren goed vastzitten. Beschadigde delen moeten
onmiddellijk vervangen worden. Gebruik alleen originele
onderdelen.
• Het gereedschap en de brandstof moeten worden
opgeslagen in een ruimte waar geen contact mogelijk is
met vonken of open vlammen van waterverwarmers,
elektrische motors, schakelaars, ovens enz.
• Laat de motor afkoelen voordat u de machine binnen zet.
• Om het gevaar voor brand te beperken dient u de motor,
de geluiddemper en de omgeving van de accu en de
brandstoftank vrij te houden van gras, bladeren en
overbodig vet.
• Controleer regelmatig de grasopvangzak op slijtage en
beschadigingen.
Veiligheid bij het vervoer
• De bougiekabel losmaken. Maak de kabel los van de
handgreep voordat u deze voorzichtig inklapt. Voorkom
beschadiging van de kabel. Ledig de benzinetank. Bij
openbaar vervoer dienen zowel olie-als benzinetank
geledigd te worden.