Whirlpool KSN 4T A+ IN Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

67
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN
WAARSCHUWING: om een
gevaarlijke situatie wegens instabiliteit
te voorkomen, moet de plaatsing en
bevestiging van het apparaat uitgevoerd
worden in overeenstemming met de
aanwijzingen van de fabrikant.
WAARSCHUWING: houd de
ventilatieopeningen van het apparaat
vrij van obstructie.
WAARSCHUWING: beschadig de
leidingen van het koelcircuit van het
apparaat niet.
WAARSCHUWING: Gebruik geen
mechanische, elektrische of chemische
middelen die het ontdooiproces
versnellen behalve die door de
fabrikant zijn aanbevolen.
WAARSCHUWING: Gebruik of plaats
geen elektrische apparaten in de
vakken van het apparaat, als hiervoor
geen uitdrukkelijke toestemming door
de fabrikant is gegeven.
WAARSCHUWING: ijsmakers en/of
waterdispensers die niet rechtstreeks
op de waterleiding zijn aangesloten
mogen uitsluitend met drinkwater
gevuld worden.
Informatie: Dit apparaat bevat geen
CFK’s. Het koelcircuit bevat R134a
(HFC) of R600a (HC) (zie het typeplaatje
in het apparaat).
Apparaten met Isobutaan (R600a):
Isobutaan is een natuurlijk gas dat geen
schadelijke invloed heeft op het milieu,
maar wel ontvlambaar is. Controleer
daarom altijd of de leidingen van het
koelcircuit niet beschadigd zijn. Let met
name goed op in geval van beschadigde
leidingen bij het legen van het
koelcircuit.
Dit product bevat mogelijk
broeikasgassen met fluorverbindingen
die vallen onder het Kyoto-protocol;
het koelgas bevindt zich in een
hermetisch gesloten systeem. Koelgas:
R134a heeft een
aardopwarmingsvermogen (GWP) van
1300.
C-Pentaan wordt gebruikt als stuwgas
in het isolatieschuim en is een
ontvlambaar gas. Wees extra
voorzichtig tijdens werkzaamheden
voor het afdanken.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in
huishoudelijke en vergelijkbare
toepassingen zoals
- personeelskeukens in winkels,
kantoren en andere werkomgevingen;
- boerderijen en door klanten in hotels,
motels en andere woonomgevingen;
- omgevingen met “bed and breakfast”;
- catering en vergelijkbare openbare
toepassingen
Bewaar geen explosieve stoffen zoals
spuitbussen met ontvlambare
drijfgassen in dit apparaat.
Dit apparaat kan gebruikt worden door
kinderen van 8 jaar en ouder en
personen met beperkte lichamelijke,
zintuiglijke of verstandelijke vermogens
of gebrek aan ervaring en kennis als zij
onder toezicht staan of aanwijzingen
hebben gekregen over het op veilige
wijze gebruiken van het apparaat en
zich bewust zijn van de bijbehorende
gevaren.
Reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden mogen
niet door kinderen worden uitgevoerd
als er geen toezicht gehouden wordt.
Om het risico op verstikking en
opsluiting te vermijden, mag het
68
kinderen niet worden toegestaan in het
apparaat te spelen of zich erin te
verstoppen.
Het moet mogelijk zijn het apparaat
van het elektriciteitsnet af te koppelen
door de stekker uit het stopcontact te
halen of via een toegankelijke
tweepolige netschakelaar die
bovenstrooms van het stopcontact is
geplaatst in overeenstemming met de
landelijke veiligheidsvoorschriften.
Steek de stekker van het apparaat in
een geaard stopcontact: het apparaat
moet correct aangesloten worden op
een goedgekeurd aardingssysteem.
Gebruik geen verloopstekkers of
verlengkabels.
Zorg ervoor dat het apparaat tijdens de
installatie de voedingskabel niet
beschadigt.
Trek niet aan de voedingskabel van het
apparaat
Het apparaat moet door twee of meer
personen worden verplaatst en
geïnstalleerd.
Installatie en onderhoud, met inbegrip
van het vervangen van de
voedingskabel, moeten uitgevoerd
worden door de fabrikant of een
gekwalificeerd technicus, in
overeenstemming met de aanwijzingen
van de fabrikant en de geldende
plaatselijke veiligheidsvoorschriften.
Om gevaarlijke situaties te voorkomen
geen enkel onderdeel van het apparaat,
met inbegrip van de voedingskabel,
repareren of vervangen, tenzij dit
expliciet in de gebruikershandleiding is
vermeld.
MILIEUTIPS
1. Verpakking
Het verpakkingsmateriaal is volledig recyclebaar, zoals
wordt aangegeven door het recyclingsymbool . Houd
u bij het weggooien ervan aan de plaatselijke
voorschriften. Het verpakkingsmateriaal (plastic zakken,
stukken polystyreen enz.) moet buiten het bereik van
kinderen worden gehouden, omdat het een bron van
gevaar kan vormen.
2. Afdanken/verwerken van het apparaat
Het apparaat is vervaardigd van materiaal dat kan
worden gerecycled. Dit apparaat is voorzien van het
merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG
inzake Afgedankte Elektrische en Elektronische
apparatuur (AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit
apparaat correct wordt afgedankt, helpt u mogelijke
schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te
voorkomen.
Het symbool op het apparaat of op de bijbehorende
documentatie geeft aan dat dit apparaat niet als
huishoudelijk afval mag worden behandeld. In plaats
daarvan moet het worden afgegeven bij een
verzamelpunt voor recycling van elektrische en
elektronische apparaten.
Maak het apparaat op het moment dat het wordt
afgedankt onbruikbaar door de voedingskabel door te
snijden en de deuren en schappen te verwijderen, zodat
kinderen niet gemakkelijk in het apparaat kunnen kruipen
en opgesloten kunnen raken. Volg bij het afdanken van
het apparaat de plaatselijke voorschriften voor
afvalverwerking en breng het naar een speciaal
afvalverwerkingscentrum, en laat het niet onbewaakt
achter, ook niet voor slechts een paar dagen, aangezien
het voor kinderen een bron van gevaar kan opleveren.
Voor nadere informatie over de behandeling,
terugwinning en recycling van dit apparaat wordt u
verzocht contact op te nemen met uw gemeentehuis, uw
afvalophaaldienst of de winkel waar u het apparaat heeft
gekocht.
Verklaring van overeenstemming
Dit apparaat is ontworpen voor het bewaren van
levensmiddelen en is gefabriceerd in overeenstemming
met de Richtlijn (EG) Nr. 1935/2004.
Dit apparaat is ontwikkeld, geproduceerd en in de
handel gebracht in overeenstemming met:
- de veiligheidsvoorschriften van de
“Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG (die 73/23/EEG
en latere amendementen vervangt);
- de beschermingsvereisten van de “EMC”-richtlijn
2004/108/EG.
69
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
Lees de bedieningshandleiding zorgvuldig
door om uw apparaat op de beste manier te
kunnen gebruiken, hierin vindt u een
beschrijving van het apparaat en nuttige tips.
Bewaar deze instructies zodat u ze later nog
eens kunt raadplegen.
1. Controleer na het uitpakken van het apparaat of
het niet beschadigd is en of de deur goed sluit.
Uw leverancier dient binnen 24 uur vanaf de
levering van het apparaat van eventuele schade
op de hoogte te worden gesteld.
2. Wacht minstens twee uur voordat u het apparaat
inschakelt, om het koelcircuit perfect te kunnen
laten functioneren.
3. Reinig de binnenkant van het apparaat alvorens
het in gebruik te nemen.
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN
INSTALLATIE
Let erop dat u de vloeren (bijv. parket) niet
beschadigt wanneer u het apparaat verplaatst.
Installeer het apparaat niet in de buurt van een
warmtebron.
Installeer het apparaat waterpas op een vloer die
het gewicht kan dragen en in een ruimte die
geschikt is voor de afmetingen en het gebruik
van het apparaat.
Het apparaat is afgesteld om te werken in
ruimten waarin de temperatuur binnen de
volgende waarden ligt, afhankelijk van de
klimaatklasse die op het typeplaatje is vermeld.
Het is mogelijk dat het apparaat niet goed
functioneert als het lange tijd in een ruimte staat
bij een hogere of lagere temperatuur dan het
genoemde bereik.
Controleer of de spanning op het typeplaatje
overeenkomt met de netspanning in uw woning.
VEILIG GEBRUIK
Bewaar of gebruik geen benzine, ontvlambare
vloeistoffen of gas in de buurt van dit apparaat of
van andere elektrische huishoudelijke apparatuur.
De dampen kunnen brand of explosies
veroorzaken.
Slik de (niet-giftige) vloeistof uit de
vrieselementen niet in (bij enkele modellen).
Eet geen ijsblokjes of waterijsjes die net uit de
vriezer komen, aangezien deze
vriesbrandwonden kunnen veroorzaken.
Bij producten die ontworpen zijn voor gebruik
met een luchtfilter binnenin een toegankelijk
ventilatordeksel, moet het filter altijd op zijn
plaats zitten als de koelkast in werking is.
Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de
stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden begint.
Gebruik het koelvak alleen voor het bewaren
van verse levensmiddelen en het vriesvak alleen
voor het bewaren van ingevroren
levensmiddelen, het invriezen van
levensmiddelen en het maken van ijsblokjes.
Bewaar geen dranken in glas in het vriesvak,
omdat het glas dan kan breken.
Leg geen onverpakt voedsel direct op de
binnenoppervlakken van de koelkast of het
vriesvak.
“Het lampje binnenin het apparaat is speciaal
ontworpen voor huishoudelijke apparaten en is
niet geschikt voor algemene verlichting van
ruimtes binnenshuis (EG-voorschrift 244/2009)”.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor letsel aan personen of dieren of
schade aan eigendommen als bovenstaand
advies en voorzorgsmaatregelen niet in acht
genomen worden.
Klimaatklasse Omg. T. (°C)
SN Van 10 tot 32
N Van 16 tot 32
ST Van 16 tot 38
T Van 16 tot 43
70
TIPS VOOR ENERGIEBESPARING
Installeer het apparaat in een droge, goed
geventileerde ruimte zo ver mogelijk uit de buurt
van warmtebronnen (bijv. radiator, kookplaat,
enz.) en op een plaats die niet blootstaat aan
direct zonlicht. Gebruik indien nodig een
isolatieplaat.
Volg de installatie-aanwijzingen om geschikte
ventilatie te garanderen.
Onvoldoende ventilatie aan de achterkant van
het apparaat verhoogt het energieverbruik en
vermindert de koelefficiëntie.
De binnentemperatuur van het apparaat kan
beïnvloed worden door de
omgevingstemperatuur, hoe vaak de deur wordt
geopend en de plaats van het apparaat. Bij het
instellen van de temperatuur moet rekening
gehouden worden met deze factoren.
Laat warm voedsel en warme dranken afkoelen
voordat u ze in het apparaat plaatst.
Blokkeer de ventilator (indien aanwezig) niet
met levensmiddelen.
Controleer, nadat u de levensmiddelen geplaatst
hebt, of de deur van de vakken goed sluit, met
name die van het vriesvak.
Beperk het openen van de deur zo veel mogelijk.
Leg diepvriesproducten in de koelkast wanneer u
ze ontdooit. De lage temperatuur van de
diepvriesproducten koelt het voedsel in de
koelkast.
Sommige apparaten kunnen voorzien zijn van
speciale vakken (Vak voor Verse
Levensmiddelen, Nulgradenvak,...). Indien niet
anders aangegeven in het speciale boekje van het
apparaat, kunnen deze verwijderd worden,
terwijl gelijkwaardige prestaties gehandhaafd
blijven.
Plaatsing van de schappen in de koelkast is niet
van invloed op het efficiënte energieverbruik.
Levensmiddelen moeten zodanig op de schappen
geplaatst worden dat goede luchtcirculatie
gegarandeerd is (levensmiddelen mogen elkaar
niet raken en er dient voldoende afstand te
worden bewaard tot de achterwand).
U kunt de opslagcapaciteit van diepgevroren
levensmiddelen vergroten door de korven en,
indien aanwezig, het Stop Frost-schap, te
verwijderen waarbij een gelijkwaardig
energieverbruik gehandhaafd wordt.
Beschadigde pakkingen moeten zo snel mogelijk
vervangen worden.
Producten met een hoge energieklasse zijn
uitgerust met hoog-efficiënte motoren die langer
in werking blijven, maar minder stroom
verbruiken. U hoeft zich geen zorgen te maken
wanneer de motor langdurig blijft lopen.
“Nachtsensor” en “Screensaver” in actieve
modus en “led’s deurhandgreep” in de stand
OFF zullen leiden tot energiebesparing.
71
VOORDAT U DE KOELKAST IN GEBRUIK
NEEMT
Algemene informatie over de nieuwe NO FROST-technologie
Nieuwe No-Frost-koelkasten verschillen van andere statische koelkasten vanwege hun werkingsprincipe.
Bij normale koelkasten leidt het binnendringen van vocht in de deuropeningen en de vochtigheid van de
levensmiddelen tot rijp in het vriesvak.
Om de sneeuw en het ijs in het vriesvak te ontdooien moet u de koelkast uitschakelen, de levensmiddelen
die op een constante temperatuur bewaard moeten worden uit de koelkast halen en al het in het vriesvak
opgehoopte ijs regelmatig verwijderen.
De situatie in de vriesvakken is bij no-frost-koelkasten volledig anders.
Droge en koude lucht wordt met behulp van een ventilator door de vriesvakken geblazen.
Homogeen verdeelde koude lucht tussen de schappen koelt al uw levensmiddelen gelijkmatig en uniform,
waardoor luchtvochtigheid en bevriezing voorkomen wordt.
Het vriesvak wordt statisch gekoeld. De lucht wordt homogeen verdeeld tussen de rekken in het koelvak
en al uw levensmiddelen kunnen gelijkmatig en goed gekoeld worden.
Aangezien er geen luchtdoorgang is tussen de vakken, worden de luchtjes in de 3 verschillende gedeeltes
van uw koelkast niet gemengd.
Daarom biedt uw Nieuwe No-Frost-koelkast u gebruiksgemak, naast het grote volume en de stijlvolle
uiterlijk.
Aanvoer koude lucht
Retour warme lucht
72
BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
A1
4
6
8
10
11
5
B
B112 B2
A. Koelvak
B. Koelkast / Vriesvak
B1. Zone-1
B2. Zone-2
1. Schappen koelkast
2. Chiller (ontbijt) vak
3. Crispers (Groente- en fruitlades)
4. Deksels Kaas-Boterschap
5. Deksels kaas- en boterschap
6. Deurschappen
7. Eierrek
8. Flessenhouders in de deur
9. IJsbakjes
10. Bovenste korven Vriesvak / Koelvak
11. Onderste korven Vriesvak / Koelvak
12. Verstelbare steunen
Het doel van deze presentatie is u te informeren over de onderdelen van uw apparaat. De onderdelen
kunnen verschillen afhankelijk van het model van het apparaat.
3
4
6
8
10
11
5
7
9
2
12
73
DISPLAY
1. Temperatuurweergave Koelvak
2. Temperatuurweergave Linker Vriesvak
3. Temperatuurweergave Rechter Vriesvak
4. Lampje snelkoelmodus
5. Lampje snelvriesmodus
6. Qdrink alarmteller
7. Actieve Chill-modus
8. Economy-modus
9. Holiday-modus
10. Lampje Qdrink
11. Nachtsensor
12. Kinderslot
13. Dealer-Demo modus
14. Waarschuwing lage spanning
15. Alarm
16. Toets screensaver
17. Zone 2 (Rechter vriesvak) toets
18. Modus-toets
19. Koelvak-toets
20. Qdrink modus-toets
21. Zone 1 (Linker vriesvak) toets
De waarden op het scherm geven de door de gebruiker gespecificeerde temperatuurwaarden aan.
74
ACTIEVE CHILL-modus
ACTIEVE CHILL-modus werkt om de smaak,
structuur en het uiterlijk van levensmiddelen te
beschermen. Door het handhaven van ideale
temperatuur- en luchtvochtigheidsniveaus, van te
voren ingesteld om de versheid van fruit en groente
te optimaliseren, worden de omstandigheden
gecreëerd om de levensmiddelen langer te kunnen
bewaren. Om de ACTIVE CHILL-modus te
selecteren, moet de sectie van Zone1 kouder zijn.
Om het apparaat in te schakelen in de ACTIVE
CHILL-modus, de toets [mode] indrukken tot het
symbool “ACTIVE CHILL ” gaat branden. De toets
voor Zone 1 is uit en de gebruiker kan de
temperatuur in het Zone1-vak niet wijzigen.
Indien Zone 1 gebruikt wordt als vriesvak, dient de
gebruiker zich aan deze regels te houden voordat hij
de ACTIVE CHILL-modus kan gebruiken.
Belangrijk: Indien de werking van het vak van
Zone1/Zone2 omgezet wordt van vriesvak in
koelvak:
Moet u alle levensmiddelen uit het betreffende
vak verwijderen en het vak schoonmaken. Moet
u de deur gedurende 4 uur gesloten houden.
Vervolgens kunnen de levensmiddelen in het
betreffende vak geplaatst worden.
Korven en/of schappen die uit het vak verwijderd
zijn moeten weer op hun plaats gezet worden.
Opmerking: DE ACTIEVE CHILL-modus mag niet
ingeschakeld worden als Zone 1 in gebruik is als
vriesvak.
Opmerking: Levensmiddelen mogen niet vóór de
ventilator geplaatst worden.
DE ACTIEVE CHILL-modus houdt fruit en groente
vers en bevordert de bescherming van vitaminen en
voedingswaarden van fruit en groente door ideale
luchtvochtigsheids- en temperatuursomstandigheden
te handhaven.
Maximale bewaaromstandigheden voor
bepaalde vruchten en groenten
FRUIT & GROENTE BEWAARTIJD
Sla 10 dagen
Groene bladgroente 10 dagen
Tomaten 7 dagen
Komkommer 7 dagen
Citroen 15 dagen
Kersen 15 dagen
Sinaasappelen 20 dagen
Aardbeien 5 dagen
Wortelen 20 dagen
Broccoli 10 dagen
Spinazie 10 dagen
Pompoen 15 dagen
Appelen 25 dagen
Druiven 20 dagen
Artisjokken 15 dagen
Opmerking: Deze omstandigheden leiden tot de
maximale houdbaarheid van met de ACTIVE CHILL-
modus op de juiste wijze bewaarde vruchten en
groenten. Alle bewaartijden zijn indicatief.
Bewaartijden van fruit en groente hangen af van de
kwaliteit van de producten, de omstandigheden na
de oogst en de ononderbroken koeling van de oogst
tot het opbergen in een apparaat met ingeschakelde
ACTIEVE CHILL-modus. Afzonderlijke gevallen
kunnen verschillen.
Opmerking: Verpakt fruit en groente mogen
geconsumeerd worden tot de vermelde
houdbaarheidsdatum.
Economy-modus [eco]
Deze garandeert de werking van uw koelkast op de
ideale temperatuur. Om de “ECO”-modus in te
schakelen, op toets [mode] drukken tot “eco en e”
gaan branden.
Holiday-modus (H)
Deze wordt aangegeven met een parasol en een
zonnetje. Als u gedurende lange tijd op vakantie gaat
en het koelvak niet zult gebruiken, kunt u deze
functie inschakelen. Om het apparaat in te schakelen
in de vakantiemodus, op toets [mode] drukken tot
het “vakantiesymbool en H” gaan branden.
Nachtsensor
Dankzij deze functie die ingeschakeld wordt als u
gedurende 3 seconden op de toetsen nachtsensor
[mode] en [s.saver] drukt, zal de verlichting van de
koelkast UIT zijn als er voldoende licht is, op die
manier bespaart u energie.
Kinderslot (Sleutelsymbool)
Om het kinderslot in te schakelen, tegelijk
gedurende 5 seconden op de toetsen
[cooler]+[zone 2] drukken. Wanneer het kinderslot
actief is, zijn de andere toetsen gedeactiveerd en op
die manier kunnen de door u gemaakte instellingen
niet gewijzigd worden. Om het kinderslot uit te
schakelen, nogmaals tegelijk gedurende 5 seconden
op de toetsen [cooler]+[zone 2] drukken.
BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT
75
Dealer Demo-modus
Deze functie wordt gebruikt door de servicedienst
en is niet gekoppeld aan het gebruik van de
koelkast.
Alarm
Wanneer er een alarmlampje gaat branden, moet u
contact opnemen met een servicedienst.
Als u op de toets [s.saver] drukt terwijl er een alarm
actief is en er een uitroepteken op het display wordt
weergegeven, zal het geluidsalarm uitgeschakeld
worden maar blijft het uitroepteken op het digitale
paneel branden tot de storing is verholpen.
Screensaver [s.saver]
Dankzij deze functie, die wordt ingeschakeld als u
gedurende 3 seconden op de toets [s.saver] drukt,
bespaart u energie door gebruik te maken van het
digitale paneel met uitgeschakelde verlichting. Om
de functie uit te schakelen, nogmaals gedurende 3
seconden op de toets [s.saver] drukken.
Zone 2 (Rechter vriesvak)
Dit is de toets voor het instellen van de temperatuur
in het vak rechtsonder. Door op de toets [zone 2] te
drukken kan de temperatuur van het vak
rechtsonder ingesteld worden op -16, -17,
-18, -19, -20, -21, -22, -23, -24 graden Celsius. Als u
het vak rechtsonder wilt gebruiken als vriesvak,
gedurende 3 seconden op de toets [zone 2] drukken
om over te schakelen naar de andere modus, en de
temperatuur instellen op 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 graden
Celsius.
Koelvak [COOLER]
Deze wordt gebruikt voor het instellen van de
temperatuur van het koelvak. Door te drukken op
de toets [cooler], kunt u de temperatuur van het
koelvak instellen op 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 graden Celsius.
Qdrink-modus (QDRINK)
Toets [q.drink] moet ingedrukt worden om de
modus drankenkoelen in te schakelen. Met elke
druk op de toets wordt de tijd in stappen van 5
minuten tot maximaal 30 minuten ingesteld, daarna
keert deze terug naar nul. U kunt het tijdsbestek dat
u in wilt stellen bekijken in het deel “Qdrink
alarmteller”. Met ingeschakelde Qdrink-modus laat
de koelkast alleen een geluidssignaal horen na
verloop van bepaalde tijd.
Belangrijk: Niet te verwarren met koeling.
U moet de tijd instellen op basis van de temperatuur
van de flessen voordat u deze in de vakken van
zone1 en/of zone2 plaatst. U kunt bijvoorbeeld
beginnen met het instellen van de tijd als “5
minuten”. Als de koeling hierna niet voldoende is,
kunt u nogmaals 5 of 10 minuten instellen.
Tijdens het gebruik van deze functie moet u wel
regelmatig de temperatuur van de flessen
controleren. Wanneer de flessen koud genoeg zijn,
moet u ze uit het apparaat halen. Als u flessen in
Q.DRINK-modus vergeet uit het apparaat te halen,
dan kunnen ze ontploffen.
Belangrijk: Als u de vakken in Zone1 en Zone2
gebruikt voor koeling, dan kan deze functie niet
ingeschakeld worden.
Zone 1 (Linker vriesvak)
Dit is de toets voor het instellen van de temperatuur
in het vak linksonder. Door te drukken op de toets
[zone 1], kunt u de temperatuur van het vak
linksonder instellen op -16, -17, -18, -19, -20, -21, -
22, -23, -24 Celsius. Als u het vak linksonder wilt
gebruiken als vriesvak, gedurende 3 seconden op de
toets [zone 1] drukken om over te schakelen naar
de andere modus, en de temperatuur instellen op 2,
3, 4, 5, 6, 7, 8 graden Celsius.
Snel invriezen (SF SUPERFREEZE)
Toetsen [zone1] en/of [zone2] indrukken tot de
letters “sf” worden weergegeven op het display.
Zodra de letters “sf” verschijnen, klinkt er een
piepsignaal, als u geen enkele toets indrukt zal de
functie geselecteerd worden. U kunt deze functie
gebruiken om kant-en-klaar-maaltijden of grote
hoeveelheden levensmiddelen snel in te vriezen. U
moet deze functie 6 uur voordat u de
levensmiddelen in het vak zet inschakelen. De
snelvriesmodus wordt na 30 uur automatisch
uitgeschakeld of zodra de temperatuursensor
vaststelt dat de temperatuur in het vriesvak laag
genoeg is.
Om snel in te vriezen moet u de
levensmiddelen in gelijkmatige porties in de
vakken van zone1 en zone2 verdelen.
Snelkoelen (SC SUPERCOOL)
Druk op de toets koelen tot de letters “sc” op het
display worden weergegeven. Zodra de letters “sc”
verschijnen, klinkt er een piepsignaal, als u geen
enkele toets indrukt zal de functie geselecteerd
worden. U kunt deze functie gebruiken om kant-en-
klaar-maaltijden of grote hoeveelheden
levensmiddelen snel te koelen. De Snelkoelmodus
wordt automatisch na 4 of 6 uur uitgeschakeld,
afhankelijk van de omgevingstemperatuur of
wanneer de temperatuur in het koelvak laag genoeg
is.
76
Deurverlichting Aan/Uit (DEURVERLICHTING
AAN/UIT)
Het in de deurgrepen van het apparaat ingebouwde
verlichtingssysteem moet voor gebruik eerst
ingeschakeld worden. Om het verlichtingssysteem
van de deurgrepen in te schakelen, de toets [mode]
gedurende 3 seconden indrukken. Om uit te
schakelen, de toets [mode] nogmaals gedurende 3
seconden indrukken.
Wanneer de functie is ingeschakeld zal de verlichting
altijd branden.
Het gebruik van het Vriesvak als Koelvak
afhankelijk van uw behoefte
De vakken rechts- en linksonder kunnen zowel als
vriesvak of als koelvak gebruikt worden.
Druk gedurende 3 seconden op de toets [zone 1]
om het vak linksonder als koelvak te gebruiken of
gedurende 3 seconden op de toets [zone 2] om het
vak rechtsonder als koelvak te gebruiken.
Belangrijk: Indien de werking van het vak van
Zone1/Zone2 omgezet wordt van vriesvak in
koelvak:
Moet u alle levensmiddelen uit het betreffende
vak verwijderen en de deur gedurende 4 uur
gesloten houden. Vervolgens kunnen de
levensmiddelen in het betreffende vak geplaatst
worden.
Korven en/of schappen die uit het vak
verwijderd zijn moeten weer op hun plaats
gezet worden.
Op dezelfde manier kunt u de onderste vakken
weer als koel- of vriesvak gebruiken door
gedurende 3 seconden op de betreffende toets te
drukken.
Belangrijk: Indien de werking van het vak van
Zone1/Zone2 omgezet wordt van koelvak in
vriesvak:
Moet u alle levensmiddelen uit het betreffende
vak verwijderen en de deur gedurende 2 uur
gesloten houden. Vervolgens kunnen de
levensmiddelen in het betreffende vak geplaatst
worden.
Wanneer de vakken van zone 1 en zone 2
gebruikt worden als koelvak en de waarde is
ingesteld op Vakantie of Economy, dan blijven
deze werken als koelvakken.
Belangrijk
Als u de zonevakken wilt gebruiken als
koelvakken, Zone 1 prioriteit geven om energie
te besparen.
Gebruik het vak van Zone 2 niet als vriesvak bij
omgevingstemperaturen hoger dan 38 °C.
Aan/Uit-modus Vak
U kunt vakken die u niet wilt gebruiken via het
indicatiepaneel uitschakelen.
Om Zone 2 en het koelvak tegelijk uit te schakelen,
de toetsen [mode] en [zone 2] gedurende 5
seconden tegelijkertijd indrukken, alle symbolen met
betrekking tot het uitgeschakelde vak zullen van het
digitale indicatiepaneel verdwijnen.
Om Zone 1 uit te schakelen, de toetsen [mode] en
[zone 1] gedurende 5 seconden tegelijkertijd
indrukken, alle symbolen met betrekking tot het
uitgeschakelde vak zullen van het digitale
indicatiepaneel verdwijnen.
Om alleen het koelvak uit te schakelen, de toetsen
[mode] en [cooler] gedurende 5 seconden
tegelijkertijd indrukken, alle symbolen met
betrekking tot het uitgeschakelde vak zullen van het
digitale indicatiepaneel verdwijnen.
Om het uitgeschakelde vak weer in te schakelen,
dezelfde toetsencombinatie gebruiken.
77
KOELVAK
Chiller / Ontbijt
Wanneer dit vak gebruikt wordt als 0 °C vak (chiller), dan worden de levensmiddelen gegarandeerd
bewaard op 0 °C. U kunt ingevroren levensmiddelen die u uit het vriesvak hebt genomen hierin bewaren
om ze te laten ontdooien of u kunt vlees en schoongemaakte vis (in plastic zakjes of pakjes) enz. hierin
bewaren als u deze binnen 1-2 dagen zult consumeren zonder ze in te vriezen.
Opmerking: Water bevriest bij 0 °C maar de levensmiddelen die zout of suiker bevatten kunnen
ingevroren worden in koudere omgevingen.
Geen levensmiddelen die u in wilt vriezen of ijsbakjes in dit vak plaatsen.
Chiller / Ontbijt
Groente- en fruitlade
Instellingstoets lucht Crisper
Draai de luchtverdeelknop tussen crisper en chiller in de geopende stand wanneer de crisper heel erg vol
is. Op die manier wordt de luchttoevoer naar de crisper geregeld en blijven levensmiddelen langer vers.
Afbeeldingen en teksten op de accessoires kunnen variëren afhankelijk van het model van uw
apparaat.
78
Aanpassingstoets lucht Crisper
79
Vak voor koeling
Onder normale bedrijfsomstandigheden is het voldoende om de temperatuur van het koelvak in te
stellen
op +4 / +6 °C.
Om bevriezing, hogere luchtvochtigheid en luchtjes te voorkomen, moeten levensmiddelen in de
koelkast geplaatst worden in afgesloten bakjes of afgedekt worden met geschikt materiaal.
Warme levensmiddelen en dranken moet u laten afkoelen tot kamertemperatuur voordat u ze in de
koelkast zet.
Groenten en fruit kan in de crisper geplaatst worden in schone en indien mogelijk vochtopnemende
zakjes.
Het gescheiden bewaren van fruit en groente zorgt ervoor dat ethyleen gevoelige groenten (groene
bladgroente, broccoli, wortelen enz.) niet beïnvloed worden door fruit dat ethyleen afgeeft (bananen,
perziken, abrikozen, vijgen enz.)
Plaats geen natte groenten in de koelkast.
De bewaartijd van alle levensmiddelen is afhankelijk van de oorspronkelijke kwaliteit ervan en
ononderbroken koeling voordat deze in de koelkast worden geplaatst.
Bewaar geen vleesproducten op dezelfde plaats als fruit&groenten om contaminatie te voorkomen.
Water dat uit vlees lekt kan leiden tot contaminatie in de koelkast. Vleesproducten moeten goed
verpakt worden en lekkend vocht op de schappen moet meteen verwijderd worden.
Zet nooit levensmiddelen voor de luchtroosters.
De bewaartijd van alle levensmiddelen is afhankelijk van de oorspronkelijke kwaliteit ervan en
ononderbroken koeling voordat deze in de koelkast worden geplaatst.
Verpakte levensmiddelen moeten geconsumeerd worden voor de vervaldatum.
Belangrijke opmerking:
Dek vloeistoffen en stampotten af wanneer u ze in de koelkast zet. Anders stijgt de luchtvochtigheid in
de koelkast. En dan moet de koelkast harder werken. Door het afdekken van levensmiddelen en
dranken worden bovendien de smaak en geur beschermd.
Aardappelen, uien en knoflook mogen niet in de koelkast bewaard worden. Enkele suggesties voor het
plaatsen en opbergen van levensmiddelen in het koelvak zijn hieronder vermeld.
LEVENSMIDDELEN PLAATSEN
Levensmiddelen Maximale bewaartijd De juiste plaats in het koelvak
Groenten en fruit 1 week Groentelade
Vlees, gevogelte en vis 2 - 3 Dagen
Gewikkeld in plastic folie of in
zakjes of een vleesbakje
(op het glazen schap)
Verse kaas 3 - 4 Dagen In het speciale deurschap
Boter en margarine 1 week In het speciale deurschap
Producten in flessen
melk en yoghurt
Tot de door de fabrikant
aanbevolen houdbaarheidsdatum
In het speciale deurschap
Eieren 1 maand In de eierschaal
Gekookt voedsel Alle schappen
80
VRIESVAK
Het vriesvak wordt gebruikt voor het langdurig bewaren van ingevroren levensmiddelen of het maken van ijs.
Als de deur van het vriesvak langdurig open blijft staan, zal er rijp op de onderkant van het vriesvak ontstaan. Op
die manier wordt de luchtcirculatie gehinderd. Om dit te voorkomen eerst de stekker uit het stopcontact trekken
en wachten tot het vak ontdooid is. Nadat het ijs gesmolten is, het vriesvak schoonmaken.
Om meer ruimte in het vriesvak te krijgen kunt u korven, deksels enz. verwijderen.
Het op het productetiket vermelde volume, toont de waarde zonder korven, deksels, enz.
BELANGRIJK
Nooit reeds ontdooide levensmiddelen opnieuw invriezen.
Dat kan gevaarlijk zijn voor uw gezondheid en kan zelfs leiden tot voedselvergiftiging.
Zet geen warme levensmiddelen in het vriesvak zonder deze eerst af te laten koelen. Hierdoor kunnen reeds
ingevroren levensmiddelen gaan bederven.
Bij het kopen van diepvriesproducten, controleren of deze onder geschikte omstandigheden zijn ingevroren en of
de verpakking niet gescheurd is.
Indien de verpakking van ingevroren levensmiddelen erg nat is en u onaangename luchtjes ruikt, is het mogelijk dat
de levensmiddelen onder ongeschikte omstandigheden bewaard zijn en mogelijk reeds bedorven zijn. Koop
degelijke levensmiddelen niet.
De bewaartijd van diepvriesproducten kan verschillen afhankelijk van de omgevingstemperatuur, frequentie
waarmee de deur geopend wordt, aanpassingen van de thermostaat, type levensmiddel en de tijd tussen de
aanschaf van de levensmiddelen en het plaatsen hiervan in het vriesvak. Volg altijd de aanwijzingen op de
verpakking op en overschrijd de bewaarperiode niet.
Opmerking: Als bevroren levensmiddelen uit het vries- of koelvak gehaald worden en een dag van te voren
geplaatst worden in een van de onderste vakken, dan bevordert dit de werking van het koelvak omdat de
temperatuur gehandhaafd wordt, op die manier wordt energie bespaard. Als u deze uit het vriesvak in een open
ruimte legt, wordt energie verspild.
Sommige kruiden in bereide gerechten (anijszaad, basilicum, dille, azijn, kruidenmengsels, gember, knoflook, ui,
mosterd, tijm, majoraan, zwarte peper, bolognaisesaus enz.) kan onaangenaam smaken als deze te lang bewaard zijn.
Daarom is het beter in te vriezen levensmiddelen slechts licht te kruiden en de kruiden pas toe te voegen nadat het
voedsel is ontdooid.
De bewaartijd van het voedsel hangt af van de gebruikte olie. Margarine, vleesvet, olijfolie en boter zijn geschikt,
pinda-olie en reuzel zijn niet geschikt.
In vloeistof bereid voedsel moet ingevroren worden in plastic bakjes, andere levensmiddelen moeten ingevroren
worden omwikkeld met plastic folie of in plastic zakjes.
Enkele suggesties voor het plaatsen en opbergen van levensmiddelen
in het vriesvak zijn op de volgende pagina’s vermeld.
IJsbakje
Verwijder het ijsbakje door het vast te pakken aan de voorkant.
Vul ¾ van het ijsbakje met water en zet het in het vriesvak.
Na ongeveer 2 uur kunt u het ijs eruit halen. De ijsblokjes kunnen
geserveerd worden door ze uit het ijsbakje te halen.
Opmerking: Bij het plaatsen van het ijsbakje nadat dit gevuld is met
water, controleren of het goed horizontaal staat en niet gekanteld is.
Anders loopt het water uit het ijsbakje in de korf.
IJsbakje
81
LEVENSMIDDELEN PLAATSEN
Vlees en vis Voorbereiding
Maximale bewaartijd
(maand)
Steak Gewikkeld in folie 6 - 8
Lamsvlees Gewikkeld in folie 6 - 8
Kalfsgebraad Gewikkeld in folie 6 - 8
Blokjes kalfsvlees In kleine stukken 6 - 8
Blokjes lamsvlees In stukken 4 - 8
Gehakt
In pakjes zonder toevoeging van
kruiden
1 - 3
Kippenmaagjes en -hartjes
(stukken)
In stukken 1 - 3
Bolognaisesaus/salami
Moet verpakt worden ook als het
botjes bevat
Kip en kalkoen Gewikkeld in folie 4 - 6
Gans en Eend Gewikkeld in folie 4 - 6
Hert, Konijn, Wild Zwijn In porties van 2,5 kg en als filets 6 - 8
Zoetwatervis (Zalm, Karper,
Snoek, Meerval)
Na het verwijderen van de
ingewanden en schubben van de
vis, deze wassen en afdrogen; en
indien nodig, de staart en de kop
eraf snijden.
2
Magere vis; zeebaars, tarbot,
bot
4
Vette vis (Tonijn, Makreel,
Blauwbaars, Anchovis)
2 - 4
Schelpdieren Schoongemaakt en in zakjes 4 - 6
Kaviaar
In oorspronkelijke verpakking,
aluminium of kunststof bakje
2 - 3
Slakken
In zout water, aluminium of
kunststof bakje
3
82
Groenten en Fruit Voorbereiding Maximale bewaartijd (maand)
Prinsessenbonen en bonen
Wassen en in kleine stukken
snijden en koken in water
10 - 13
Bonen
Weken en wassen en koken in
water
12
Kool Schoonmaken en koken in water 6 - 8
Wortelen
Schoonmaken en in plakjes snijden
en koken in water
12
Peper
Steeltje afsnijden, in tweeën
snijden en zaadlijsten verwijderen
en koken in water
8 - 10
Spinazie Wassen en koken in water 6 - 9
Bloemkool
Verwijder de buitenste bladeren, snij
het hart in stukken en laat even
staan in water met citroensap
10 - 12
Aubergine
In stukken van 2 cm snijden na
wassen
10 - 12
Mais
Schoonmaken en inpakken met
kolf of als zoete mais
12
Appelen en peren Schillen en in plakken snijden 8 - 10
Abrikozen en Perziken
Doormidden snijden en pit
verwijderen
4 - 6
Aardbeien en Zwarte bessen Wassen en schoonmaken 8 - 12
Gekookt fruit
10 % suiker in het bakje
toevoegen
12
Pruimen, kersen, kruisbessen Wassen en steeltjes verwijderen 8 - 12
83
Zuivelproducten Voorbereiding
Maximale bewaartijd
(maanden)
Bewaaromstandigheden
Pakje
(Gehomogeniseerde)
Melk
In eigen verpakking 2 - 3 Verse Melk – Los pakje
Kaas-behalve witte kaas In plakken 6 - 8
De oorspronkelijke
verpakking kan korte tijd
gebruikt worden.
Moet gewikkeld zijn in
folie voor langere
periodes.
Boter, margarine In eigen verpakking 6
Maximale bewaartijd
(maanden)
Ontdooitijd op kamer-
temperatuur (uren)
Ontdooitijd in de oven
(minuten)
Brood 4 - 6 2 - 3 4-5 (220-225 °C)
Koekjes 3 - 6 1 - 1,5 5-8 (190-200 °C)
Gebak 1 - 3 2 - 3 5-10 (200-225 °C)
Vlaai 1 - 1,5 3 - 4 5-8 (190-200 °C)
Filodeeg 2 - 3 1 - 1,5 5-8 (190-200 °C)
Pizza 2 - 3 2 - 4 15-20 (200 °C)
REINIGING EN ONDERHOUD
Verzeker u ervan dat de stekker uit het stopcontact is getrokken voordat u reinigingswerkzaamheden
gaat uitvoeren.
De koelkast niet schoonmaken met waterstralen.
U kunt de binnen- en buitenkant van uw apparaat afvegen met een zachte doek of een spons met
warm zeepsop.
Verwijder de afzonderlijke onderdelen en maak ze schoon met zeepsop. Niet in de vaatwasmachine
afwassen.
Gebruik voor het schoonmaken nooit ontvlambare, explosieve of corrosieve stoffen.
De condensor (het achterste deel met zwarte vleugels) moet minstens eenmaal per jaar gereinigd
worden met een stofzuiger of droge borstel. Zo kan de vriezer efficiënter werken en kunt u energie
besparen.
Verdamperbak schoonmaken
Uw koelkast wordt automatisch ontdooid. Dooiwater stroomt naar de houder van de verdamper via
een waterverzamelgoot en verdampt daar vanzelf.
Ledlampjes voor verlichting vervangen
Neem voor het vervangen van ledlampjes voor de verlichting contact op met een erkende servicedienst.
84
INSTALLATIE
Wij zijn niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door gebruik
van een apparaat dat niet geaard is.
Zet uw koelkast op een plaats waar hij niet wordt blootgesteld
aan direct zonlicht.
Installeer het vulstuk van kunststof (het deel met de zwarte
schoepen aan de achterkant) door dit 90 ° te draaien zoals
aangegeven op de afbeelding om te voorkomen dat de condensor
de achterwand raakt.
De koelkast moet tegen een wand geplaatst worden met een vrije
ruimte van maximaal 75 mm.
Uw apparaat moet minstens 50 cm verwijderd zijn van fornuizen,
ovens en hittebronnen, en minstens 5 cm van elektrische ovens.
Het mag nooit buiten gebruikt worden of achtergelaten worden in
de regen.
Wanneer uw koelkast geplaatst wordt naast een vriezer, dan moet er minstens 2 cm vrij gelaten
worden tussen de apparaten om vocht op de buitenkant te voorkomen.
Zet niets bovenop de koelkast, en installeer uw koelkast op een geschikte plaats zodat er minstens 15
cm ruimte aan de bovenkant overblijft.
De verstelbare poten aan de voorkant moeten op geschikte hoogte worden vastgezet zodat uw
koelkast op stabiele en juiste wijze kan werken. U kunt de poten verstellen door ze rechtsom te
draaien (of in tegengestelde richting). Dit moet gedaan worden voordat er levensmiddelen in de
koelkast geplaatst worden.
Voordat u de koelkast in gebruik neemt, alle delen schoonmaken met warm water en een theelepel
natriumbicarbonaat, en vervolgens afspoelen met schoon water en afdrogen. Zet alle onderdelen na
het schoonmaken op hun plaats.
Er mogen geen kleedjes, matten, enz. die de
luchtcirculatie zouden kunnen belemmeren
onder de koelkast gelegd worden.
Verzending en verplaatsing
Het originele verpakkingsmateriaal en
piepschuim mogen bewaard worden voor
eventuele toekomstige verplaatsing
(optioneel).
U dient uw koelkast te verpakken met dikke
stukken karton, bindstrips of sterke touwen en
de aanwijzingen voor transport vermeld op de
verpakking op te volgen voor eventuele
toekomstige verplaatsing.
Verwijder alle loszittende onderdelen
(schappen, accessoires, korven enz.) of zet
deze vast in de koelkast met bindstrips in geval
van verplaatsing en transport.
Voor uw koelkast zijn een
omgevingstemperatuursensor,
bedieningspaneel en scharnierdeksels
verkrijgbaar. Zorg er tijdens het schoonmaken
voor dat er geen vloeistof in deze zone
binnendringt.
Verplaats uw koelkast met 4 mensen zoals
aangegeven op de afbeelding.
Omgevingstemperatuursensor
Doos
hoofdpaneel
Scharnierdeksel
85
Controleer de Waarschuwingen;
Uw koelkast waarschuwt u als de temperaturen in het koel- en vriesvak ongeschikt zijn of wanneer zich
een storing in het apparaat voordoet. Deze waarschuwingen worden weergegeven op het display.
STORINGEN OPSPOREN
WEERGAVE
STORINGEN
TYPE STORING OPMERKING TE DOEN
en geluidssignaal
Storingswaarschuwing
Een of meer onderdelen
van het apparaat is
uitgeschakeld of er is een
probleem met de koeling.
Neem zo spoedig mogelijk
contact op met een
servicedienst.
Vriesvak is niet koud
genoeg
Kan zich voordoen na een
langdurige
stroomonderbreking of
storing in het koelsysteem.
1. In geval van gesmolten
product in het vak, niet
bijvullen en zo spoedig
mogelijk consumeren.
2. Tot de temperatuur in het
vak is teruggekeerd naar
normaal (waarschuwing
verdwijnt), laten werken op
een lagere temperatuur of
met ingeschakelde Snelvries-
modus.
3. Geen verse
levensmiddelen in het vak
plaatsen tot deze
waarschuwing is verdwenen.
Vriesvak is niet koud
genoeg
Koelvak heeft niet langer
de ideale temperatuur.
1. Tot de temperatuur in het
vak is teruggekeerd naar
normaal (waarschuwing
verdwijnt), laten werken op
een lagere temperatuur of
met ingeschakelde Snelkoel-
modus.
2. Deur niet openen tot
deze storing verdwijnt.
Vak voor koeling is te
koud.
Producten in koelvak lopen
het risico te bevriezen.
1. Als Super Cool actief is,
functie uitschakelen.
2. Laten werken onder
lagere instellingswaarde.
Hoofdspanning is lager dan
170V.
Dit is geen storing, het is
bedoeld als waarschuwing
en voorzorgsmaatregel.
Wanneer de hoofdspanning
weer normaal is, zal de
waarschuwing verdwijnen.
_
86
Controleer de Waarschuwingen;
Als uw koelkast niet werkt;
Is er sprake van elektrische storingen?
Zit de stekker van het apparaat in het stopcontact?
Is de zekering van de stekker of van het stopcontact waar de stekker in zit of de hoofdzekering doorgebrand?
Is er een storing in het stopcontact? Controleer dit door de stekker van de koelkast in een ander stopcontact
te steken waarvan u zeker weet dat het goed werkt.
Als uw koelkast te veel lawaai maakt
Normale geluiden;
Kraken (kraken van ijs) Lawaai:
Tijdens automatische ontdooiing.
Wanneer het apparaat kouder of warmer wordt (wegens expansie van materialen van het apparaat).
Kort kraken: Hoorbaar wanneer de thermostaat de compressor aan-/uitschakelt.
Geluid van de klep: Een tikkend geluid is normaal wanneer de koelkast in werking is. Dit geluid is afkomstig van
een klep op de achterkant van uw koelkast.
Vacuümgeluid: Bij het openen en sluiten van de deuren van de koelkast kan een kort geluid hoorbaar zijn dat te
wijten is aan het luchtdrukverschil. Dat is normaal.
Normaal motorgeluid: Dit geluid betekent dat de compressor normaal werkt. De compressor kan korte tijd
meer lawaai maken wanneer hij wordt ingeschakeld.
Geborrel en gespetter: Deze geluiden worden voortgebracht door de stroom van de koelvloeistof in de
leidingen van het systeem.
Geluid van stromend water: Normaal geluid van stromend water dat naar de verdamperbak stroomt tijdens het
ontdooien. Dit geluid kan hoorbaar zijn tijdens het ontdooien.
Luchtstroomlawaai: Kenmerkend geluid van de ventilator. Dit geluid kan hoorbaar zijn bij een No-Frost-koelkast
tijdens de normale werking van het systeem vanwege de luchtcirculatie.
Indien zich vocht ophoopt in de koelkast;
Zijn alle levensmiddelen goed verpakt? Zijn de bakjes afgedroogd voordat ze in de koelkast werden geplaatst?
Worden de deuren van de koelkast vaak geopend? Vocht uit de ruimte dringt de koelkast binnen wanneer de
deuren worden geopend. Er wordt meer vocht opgehoopt als de deuren vaker geopend worden, met name
wanneer de luchtvochtigheid in de ruimte hoog is.
Als de deuren niet goed openen of sluiten;
Verhinderen de levensmiddelenpakjes het sluiten van de deur?
Zijn de deurvakken, schappen en laden goed geplaatst?
Zijn de afdichtingen van de deuren gebroken of gescheurd?
Staat de koelkast op een horizontaal oppervlak?
BELANGRIJKE OPMERKINGEN:
Na onverwachte stroomonderbrekingen of nadat de stekker van het apparaat uit het stopcontact is getrokken,
zal de thermische beveiliging de stroom naar de compressor tijdelijk onderbreken omdat het gas in het
koelsysteem nog niet gestabiliseerd is. U koelkast zal na 4 of 5 minuten weer gaan werken, u hoeft zich
nergens zorgen over te maken.
Als u de koelkast lange tijd niet zult gebruiken (bijv. in de zomervakantie), trek dan de stekker uit het
stopcontact. Na het ontdooien kunt u de koelkast schoonmaken en de deur op een kier laten staan om de
vorming van vocht en luchtjes te voorkomen.
Als het probleem zich blijft voordoen nadat u alle bovenstaande aanwijzingen hebt opgevolgd, neem dan
contact op met de dichtstbijzijnde erkende Servicedienst.
Het door u aangeschafte apparaat is ontworpen voor huishoudelijk gebruik en mag uitsluitend gebruikt worden
in huiselijke omgeving en voor de vermelde doeleinden. Hij is niet geschikt voor commercieel of algemeen
gebruik. Als de gebruiker het apparaat op enigerlei wijze gebruikt die niet in overeenstemming is met deze
kenmerken, dan benadrukken wij dat de fabrikant noch de dealer aansprakelijk gesteld kunnen worden voor
willekeurig welke reparatie of storing binnen de garantieperiode.
87
Voordat u contact opneemt met de
Klantenservice:
1. Ga na of u de storing niet zelf kunt verhelpen
(zie “Storingen opsporen”).
2. Schakel het apparaat opnieuw in om te zien of
het probleem is opgelost.
Als dat het geval is, het apparaat uitschakelen en
één uur wachten voordat u het weer inschakelt.
3. Als ook dat niet helpt, wend u dan tot onze
klantenservice.
Vermeld de volgende gegevens:
de aard van de storing,
het model,
het servicenummer (nummer achter het woord
SERVICE op het typeplaatje binnenin het
apparaat),
uw volledige adres,
uw telefoonnummer.
Opmerking:
De richting waarin de deur opengaat, kan
worden veranderd. Als deze verandering
verricht wordt door de Klantenservice, wordt
dit niet gedekt door de garantie.
KLANTENSERVICE

Documenttranscriptie

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN broeikasgassen met fluorverbindingen die vallen onder het Kyoto-protocol; het koelgas bevindt zich in een hermetisch gesloten systeem. Koelgas: R134a heeft een aardopwarmingsvermogen (GWP) van 1300. • C-Pentaan wordt gebruikt als stuwgas in het isolatieschuim en is een ontvlambaar gas. Wees extra voorzichtig tijdens werkzaamheden voor het afdanken. • Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke en vergelijkbare toepassingen zoals - personeelskeukens in winkels, kantoren en andere werkomgevingen; - boerderijen en door klanten in hotels, motels en andere woonomgevingen; - omgevingen met “bed and breakfast”; - catering en vergelijkbare openbare toepassingen • Bewaar geen explosieve stoffen zoals spuitbussen met ontvlambare drijfgassen in dit apparaat. • Dit apparaat kan gebruikt worden door kinderen van 8 jaar en ouder en personen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis als zij onder toezicht staan of aanwijzingen hebben gekregen over het op veilige wijze gebruiken van het apparaat en zich bewust zijn van de bijbehorende gevaren. • Reinigings- en onderhoudswerkzaamheden mogen niet door kinderen worden uitgevoerd als er geen toezicht gehouden wordt. • Om het risico op verstikking en opsluiting te vermijden, mag het WAARSCHUWING: om een gevaarlijke situatie wegens instabiliteit te voorkomen, moet de plaatsing en bevestiging van het apparaat uitgevoerd worden in overeenstemming met de aanwijzingen van de fabrikant. • WAARSCHUWING: houd de ventilatieopeningen van het apparaat vrij van obstructie. • WAARSCHUWING: beschadig de leidingen van het koelcircuit van het apparaat niet. • WAARSCHUWING: Gebruik geen mechanische, elektrische of chemische middelen die het ontdooiproces versnellen behalve die door de fabrikant zijn aanbevolen. • WAARSCHUWING: Gebruik of plaats geen elektrische apparaten in de vakken van het apparaat, als hiervoor geen uitdrukkelijke toestemming door de fabrikant is gegeven. • WAARSCHUWING: ijsmakers en/of waterdispensers die niet rechtstreeks op de waterleiding zijn aangesloten mogen uitsluitend met drinkwater gevuld worden. Informatie: Dit apparaat bevat geen CFK’s. Het koelcircuit bevat R134a (HFC) of R600a (HC) (zie het typeplaatje in het apparaat). • Apparaten met Isobutaan (R600a): Isobutaan is een natuurlijk gas dat geen schadelijke invloed heeft op het milieu, maar wel ontvlambaar is. Controleer daarom altijd of de leidingen van het koelcircuit niet beschadigd zijn. Let met name goed op in geval van beschadigde leidingen bij het legen van het koelcircuit. • Dit product bevat mogelijk • 67 kinderen niet worden toegestaan in het • Trek niet aan de voedingskabel van het apparaat te spelen of zich erin te apparaat verstoppen. • Het apparaat moet door twee of meer • Het moet mogelijk zijn het apparaat personen worden verplaatst en van het elektriciteitsnet af te koppelen geïnstalleerd. door de stekker uit het stopcontact te • Installatie en onderhoud, met inbegrip halen of via een toegankelijke van het vervangen van de tweepolige netschakelaar die voedingskabel, moeten uitgevoerd bovenstrooms van het stopcontact is worden door de fabrikant of een geplaatst in overeenstemming met de gekwalificeerd technicus, in landelijke veiligheidsvoorschriften. overeenstemming met de aanwijzingen • Steek de stekker van het apparaat in van de fabrikant en de geldende een geaard stopcontact: het apparaat plaatselijke veiligheidsvoorschriften. moet correct aangesloten worden op Om gevaarlijke situaties te voorkomen een goedgekeurd aardingssysteem. geen enkel onderdeel van het apparaat, • Gebruik geen verloopstekkers of met inbegrip van de voedingskabel, verlengkabels. repareren of vervangen, tenzij dit • Zorg ervoor dat het apparaat tijdens de expliciet in de gebruikershandleiding is installatie de voedingskabel niet vermeld. beschadigt. MILIEUTIPS 1. Verpakking Het verpakkingsmateriaal is volledig recyclebaar, zoals wordt aangegeven door het recyclingsymbool . Houd u bij het weggooien ervan aan de plaatselijke voorschriften. Het verpakkingsmateriaal (plastic zakken, stukken polystyreen enz.) moet buiten het bereik van kinderen worden gehouden, omdat het een bron van gevaar kan vormen. afgedankt onbruikbaar door de voedingskabel door te snijden en de deuren en schappen te verwijderen, zodat kinderen niet gemakkelijk in het apparaat kunnen kruipen en opgesloten kunnen raken. Volg bij het afdanken van het apparaat de plaatselijke voorschriften voor afvalverwerking en breng het naar een speciaal afvalverwerkingscentrum, en laat het niet onbewaakt achter, ook niet voor slechts een paar dagen, aangezien het voor kinderen een bron van gevaar kan opleveren. Voor nadere informatie over de behandeling, terugwinning en recycling van dit apparaat wordt u verzocht contact op te nemen met uw gemeentehuis, uw afvalophaaldienst of de winkel waar u het apparaat heeft gekocht. Verklaring van overeenstemming • Dit apparaat is ontworpen voor het bewaren van levensmiddelen en is gefabriceerd in overeenstemming met de Richtlijn (EG) Nr. 1935/2004. • Dit apparaat is ontwikkeld, geproduceerd en in de handel gebracht in overeenstemming met: - de veiligheidsvoorschriften van de “Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG (die 73/23/EEG en latere amendementen vervangt); - de beschermingsvereisten van de “EMC”-richtlijn 2004/108/EG. 2. Afdanken/verwerken van het apparaat Het apparaat is vervaardigd van materiaal dat kan worden gerecycled. Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake Afgedankte Elektrische en Elektronische apparatuur (AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit apparaat correct wordt afgedankt, helpt u mogelijke schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te voorkomen. Het symbool op het apparaat of op de bijbehorende documentatie geeft aan dat dit apparaat niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. In plaats daarvan moet het worden afgegeven bij een verzamelpunt voor recycling van elektrische en elektronische apparaten. Maak het apparaat op het moment dat het wordt 68 ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN Lees de bedieningshandleiding zorgvuldig door om uw apparaat op de beste manier te kunnen gebruiken, hierin vindt u een beschrijving van het apparaat en nuttige tips. Bewaar deze instructies zodat u ze later nog eens kunt raadplegen. 1. Controleer na het uitpakken van het apparaat of het niet beschadigd is en of de deur goed sluit. Uw leverancier dient binnen 24 uur vanaf de levering van het apparaat van eventuele schade op de hoogte te worden gesteld. 2. Wacht minstens twee uur voordat u het apparaat inschakelt, om het koelcircuit perfect te kunnen laten functioneren. 3. Reinig de binnenkant van het apparaat alvorens het in gebruik te nemen. ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN EN ADVIEZEN INSTALLATIE • Let erop dat u de vloeren (bijv. parket) niet beschadigt wanneer u het apparaat verplaatst. • Installeer het apparaat niet in de buurt van een warmtebron. • Installeer het apparaat waterpas op een vloer die het gewicht kan dragen en in een ruimte die geschikt is voor de afmetingen en het gebruik van het apparaat. • Het apparaat is afgesteld om te werken in ruimten waarin de temperatuur binnen de volgende waarden ligt, afhankelijk van de klimaatklasse die op het typeplaatje is vermeld. Het is mogelijk dat het apparaat niet goed functioneert als het lange tijd in een ruimte staat bij een hogere of lagere temperatuur dan het genoemde bereik. Klimaatklasse Omg. T. (°C) SN Van 10 tot 32 N Van 16 tot 32 ST Van 16 tot 38 T Van 16 tot 43 • • • • • • • • • Controleer of de spanning op het typeplaatje overeenkomt met de netspanning in uw woning. De dampen kunnen brand of explosies veroorzaken. Slik de (niet-giftige) vloeistof uit de vrieselementen niet in (bij enkele modellen). Eet geen ijsblokjes of waterijsjes die net uit de vriezer komen, aangezien deze vriesbrandwonden kunnen veroorzaken. Bij producten die ontworpen zijn voor gebruik met een luchtfilter binnenin een toegankelijk ventilatordeksel, moet het filter altijd op zijn plaats zitten als de koelkast in werking is. Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of onderhoudswerkzaamheden begint. Gebruik het koelvak alleen voor het bewaren van verse levensmiddelen en het vriesvak alleen voor het bewaren van ingevroren levensmiddelen, het invriezen van levensmiddelen en het maken van ijsblokjes. Bewaar geen dranken in glas in het vriesvak, omdat het glas dan kan breken. Leg geen onverpakt voedsel direct op de binnenoppervlakken van de koelkast of het vriesvak. “Het lampje binnenin het apparaat is speciaal ontworpen voor huishoudelijke apparaten en is niet geschikt voor algemene verlichting van ruimtes binnenshuis (EG-voorschrift 244/2009)”. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor letsel aan personen of dieren of schade aan eigendommen als bovenstaand advies en voorzorgsmaatregelen niet in acht genomen worden. VEILIG GEBRUIK • Bewaar of gebruik geen benzine, ontvlambare vloeistoffen of gas in de buurt van dit apparaat of van andere elektrische huishoudelijke apparatuur. 69 TIPS VOOR ENERGIEBESPARING • Installeer het apparaat in een droge, goed geventileerde ruimte zo ver mogelijk uit de buurt van warmtebronnen (bijv. radiator, kookplaat, enz.) en op een plaats die niet blootstaat aan direct zonlicht. Gebruik indien nodig een isolatieplaat. • Volg de installatie-aanwijzingen om geschikte ventilatie te garanderen. • Onvoldoende ventilatie aan de achterkant van het apparaat verhoogt het energieverbruik en vermindert de koelefficiëntie. • De binnentemperatuur van het apparaat kan beïnvloed worden door de omgevingstemperatuur, hoe vaak de deur wordt geopend en de plaats van het apparaat. Bij het instellen van de temperatuur moet rekening gehouden worden met deze factoren. • Laat warm voedsel en warme dranken afkoelen voordat u ze in het apparaat plaatst. • Blokkeer de ventilator (indien aanwezig) niet met levensmiddelen. • Controleer, nadat u de levensmiddelen geplaatst hebt, of de deur van de vakken goed sluit, met name die van het vriesvak. • Beperk het openen van de deur zo veel mogelijk. • Leg diepvriesproducten in de koelkast wanneer u ze ontdooit. De lage temperatuur van de diepvriesproducten koelt het voedsel in de koelkast. • Sommige apparaten kunnen voorzien zijn van speciale vakken (Vak voor Verse Levensmiddelen, Nulgradenvak,...). Indien niet anders aangegeven in het speciale boekje van het apparaat, kunnen deze verwijderd worden, terwijl gelijkwaardige prestaties gehandhaafd blijven. • Plaatsing van de schappen in de koelkast is niet van invloed op het efficiënte energieverbruik. Levensmiddelen moeten zodanig op de schappen geplaatst worden dat goede luchtcirculatie gegarandeerd is (levensmiddelen mogen elkaar niet raken en er dient voldoende afstand te worden bewaard tot de achterwand). • U kunt de opslagcapaciteit van diepgevroren levensmiddelen vergroten door de korven en, indien aanwezig, het Stop Frost-schap, te verwijderen waarbij een gelijkwaardig energieverbruik gehandhaafd wordt. • Beschadigde pakkingen moeten zo snel mogelijk vervangen worden. • Producten met een hoge energieklasse zijn uitgerust met hoog-efficiënte motoren die langer in werking blijven, maar minder stroom verbruiken. U hoeft zich geen zorgen te maken wanneer de motor langdurig blijft lopen. • “Nachtsensor” en “Screensaver” in actieve modus en “led’s deurhandgreep” in de stand OFF zullen leiden tot energiebesparing. 70 VOORDAT U DE KOELKAST IN GEBRUIK NEEMT Algemene informatie over de nieuwe NO FROST-technologie Nieuwe No-Frost-koelkasten verschillen van andere statische koelkasten vanwege hun werkingsprincipe. Bij normale koelkasten leidt het binnendringen van vocht in de deuropeningen en de vochtigheid van de levensmiddelen tot rijp in het vriesvak. Om de sneeuw en het ijs in het vriesvak te ontdooien moet u de koelkast uitschakelen, de levensmiddelen die op een constante temperatuur bewaard moeten worden uit de koelkast halen en al het in het vriesvak opgehoopte ijs regelmatig verwijderen. De situatie in de vriesvakken is bij no-frost-koelkasten volledig anders. Droge en koude lucht wordt met behulp van een ventilator door de vriesvakken geblazen. Homogeen verdeelde koude lucht tussen de schappen koelt al uw levensmiddelen gelijkmatig en uniform, waardoor luchtvochtigheid en bevriezing voorkomen wordt. Het vriesvak wordt statisch gekoeld. De lucht wordt homogeen verdeeld tussen de rekken in het koelvak en al uw levensmiddelen kunnen gelijkmatig en goed gekoeld worden. Aangezien er geen luchtdoorgang is tussen de vakken, worden de luchtjes in de 3 verschillende gedeeltes van uw koelkast niet gemengd. Daarom biedt uw Nieuwe No-Frost-koelkast u gebruiksgemak, naast het grote volume en de stijlvolle uiterlijk. Aanvoer koude lucht Retour warme lucht 71 BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT 1 A 7 4 4 5 5 6 6 3 2 8 8 9 10 10 11 11 B 12 B1 B2 A. Koelvak B. Koelkast / Vriesvak B1. Zone-1 B2. Zone-2 1. Schappen koelkast 2. Chiller (ontbijt) vak 3. Crispers (Groente- en fruitlades) 4. Deksels Kaas-Boterschap 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 12 Deksels kaas- en boterschap Deurschappen Eierrek Flessenhouders in de deur IJsbakjes Bovenste korven Vriesvak / Koelvak Onderste korven Vriesvak / Koelvak Verstelbare steunen Het doel van deze presentatie is u te informeren over de onderdelen van uw apparaat. De onderdelen kunnen verschillen afhankelijk van het model van het apparaat. 72 DISPLAY 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. Temperatuurweergave Koelvak Temperatuurweergave Linker Vriesvak Temperatuurweergave Rechter Vriesvak Lampje snelkoelmodus Lampje snelvriesmodus Qdrink alarmteller Actieve Chill-modus Economy-modus Holiday-modus Lampje Qdrink Nachtsensor Kinderslot 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. Dealer-Demo modus Waarschuwing lage spanning Alarm Toets screensaver Zone 2 (Rechter vriesvak) toets Modus-toets Koelvak-toets Qdrink modus-toets Zone 1 (Linker vriesvak) toets De waarden op het scherm geven de door de gebruiker gespecificeerde temperatuurwaarden aan. 73 BESCHRIJVING VAN HET APPARAAT ACTIEVE CHILL-modus ACTIEVE CHILL-modus werkt om de smaak, structuur en het uiterlijk van levensmiddelen te beschermen. Door het handhaven van ideale temperatuur- en luchtvochtigheidsniveaus, van te voren ingesteld om de versheid van fruit en groente te optimaliseren, worden de omstandigheden gecreëerd om de levensmiddelen langer te kunnen bewaren. Om de ACTIVE CHILL-modus te selecteren, moet de sectie van Zone1 kouder zijn. Om het apparaat in te schakelen in de ACTIVE CHILL-modus, de toets [mode] indrukken tot het symbool “ACTIVE CHILL ” gaat branden. De toets voor Zone 1 is uit en de gebruiker kan de temperatuur in het Zone1-vak niet wijzigen. Indien Zone 1 gebruikt wordt als vriesvak, dient de gebruiker zich aan deze regels te houden voordat hij de ACTIVE CHILL-modus kan gebruiken. Belangrijk: Indien de werking van het vak van Zone1/Zone2 omgezet wordt van vriesvak in koelvak: • Moet u alle levensmiddelen uit het betreffende vak verwijderen en het vak schoonmaken. Moet u de deur gedurende 4 uur gesloten houden. Vervolgens kunnen de levensmiddelen in het betreffende vak geplaatst worden. • Korven en/of schappen die uit het vak verwijderd zijn moeten weer op hun plaats gezet worden. Opmerking: DE ACTIEVE CHILL-modus mag niet ingeschakeld worden als Zone 1 in gebruik is als vriesvak. Opmerking: Levensmiddelen mogen niet vóór de ventilator geplaatst worden. DE ACTIEVE CHILL-modus houdt fruit en groente vers en bevordert de bescherming van vitaminen en voedingswaarden van fruit en groente door ideale luchtvochtigsheids- en temperatuursomstandigheden te handhaven. Broccoli Spinazie Pompoen Appelen Druiven Artisjokken Opmerking: Deze omstandigheden leiden tot de maximale houdbaarheid van met de ACTIVE CHILLmodus op de juiste wijze bewaarde vruchten en groenten. Alle bewaartijden zijn indicatief. Bewaartijden van fruit en groente hangen af van de kwaliteit van de producten, de omstandigheden na de oogst en de ononderbroken koeling van de oogst tot het opbergen in een apparaat met ingeschakelde ACTIEVE CHILL-modus. Afzonderlijke gevallen kunnen verschillen. Opmerking: Verpakt fruit en groente mogen geconsumeerd worden tot de vermelde houdbaarheidsdatum. Economy-modus [eco] Deze garandeert de werking van uw koelkast op de ideale temperatuur. Om de “ECO”-modus in te schakelen, op toets [mode] drukken tot “eco en e” gaan branden. Holiday-modus (H) Deze wordt aangegeven met een parasol en een zonnetje. Als u gedurende lange tijd op vakantie gaat en het koelvak niet zult gebruiken, kunt u deze functie inschakelen. Om het apparaat in te schakelen in de vakantiemodus, op toets [mode] drukken tot het “vakantiesymbool en H” gaan branden. Nachtsensor Dankzij deze functie die ingeschakeld wordt als u gedurende 3 seconden op de toetsen nachtsensor [mode] en [s.saver] drukt, zal de verlichting van de koelkast UIT zijn als er voldoende licht is, op die manier bespaart u energie. Maximale bewaaromstandigheden voor bepaalde vruchten en groenten FRUIT & GROENTE Sla Groene bladgroente Tomaten Komkommer Citroen Kersen Sinaasappelen Aardbeien Wortelen 10 dagen 10 dagen 15 dagen 25 dagen 20 dagen 15 dagen BEWAARTIJD 10 dagen 10 dagen 7 dagen 7 dagen 15 dagen 15 dagen 20 dagen 5 dagen 20 dagen Kinderslot (Sleutelsymbool) Om het kinderslot in te schakelen, tegelijk gedurende 5 seconden op de toetsen [cooler]+[zone 2] drukken. Wanneer het kinderslot actief is, zijn de andere toetsen gedeactiveerd en op die manier kunnen de door u gemaakte instellingen niet gewijzigd worden. Om het kinderslot uit te schakelen, nogmaals tegelijk gedurende 5 seconden op de toetsen [cooler]+[zone 2] drukken. 74 Dealer Demo-modus Deze functie wordt gebruikt door de servicedienst en is niet gekoppeld aan het gebruik van de koelkast. minuten”. Als de koeling hierna niet voldoende is, kunt u nogmaals 5 of 10 minuten instellen. Tijdens het gebruik van deze functie moet u wel regelmatig de temperatuur van de flessen controleren. Wanneer de flessen koud genoeg zijn, moet u ze uit het apparaat halen. Als u flessen in Q.DRINK-modus vergeet uit het apparaat te halen, dan kunnen ze ontploffen. Belangrijk: Als u de vakken in Zone1 en Zone2 gebruikt voor koeling, dan kan deze functie niet ingeschakeld worden. Alarm Wanneer er een alarmlampje gaat branden, moet u contact opnemen met een servicedienst. Als u op de toets [s.saver] drukt terwijl er een alarm actief is en er een uitroepteken op het display wordt weergegeven, zal het geluidsalarm uitgeschakeld worden maar blijft het uitroepteken op het digitale paneel branden tot de storing is verholpen. Screensaver [s.saver] Dankzij deze functie, die wordt ingeschakeld als u gedurende 3 seconden op de toets [s.saver] drukt, bespaart u energie door gebruik te maken van het digitale paneel met uitgeschakelde verlichting. Om de functie uit te schakelen, nogmaals gedurende 3 seconden op de toets [s.saver] drukken. Zone 1 (Linker vriesvak) Dit is de toets voor het instellen van de temperatuur in het vak linksonder. Door te drukken op de toets [zone 1], kunt u de temperatuur van het vak linksonder instellen op -16, -17, -18, -19, -20, -21, 22, -23, -24 Celsius. Als u het vak linksonder wilt gebruiken als vriesvak, gedurende 3 seconden op de toets [zone 1] drukken om over te schakelen naar de andere modus, en de temperatuur instellen op 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 graden Celsius. Zone 2 (Rechter vriesvak) Dit is de toets voor het instellen van de temperatuur in het vak rechtsonder. Door op de toets [zone 2] te drukken kan de temperatuur van het vak rechtsonder ingesteld worden op -16, -17, -18, -19, -20, -21, -22, -23, -24 graden Celsius. Als u het vak rechtsonder wilt gebruiken als vriesvak, gedurende 3 seconden op de toets [zone 2] drukken om over te schakelen naar de andere modus, en de temperatuur instellen op 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 graden Celsius. Snel invriezen (SF SUPERFREEZE) Toetsen [zone1] en/of [zone2] indrukken tot de letters “sf” worden weergegeven op het display. Zodra de letters “sf” verschijnen, klinkt er een piepsignaal, als u geen enkele toets indrukt zal de functie geselecteerd worden. U kunt deze functie gebruiken om kant-en-klaar-maaltijden of grote hoeveelheden levensmiddelen snel in te vriezen. U moet deze functie 6 uur voordat u de levensmiddelen in het vak zet inschakelen. De snelvriesmodus wordt na 30 uur automatisch uitgeschakeld of zodra de temperatuursensor vaststelt dat de temperatuur in het vriesvak laag genoeg is. Om snel in te vriezen moet u de levensmiddelen in gelijkmatige porties in de vakken van zone1 en zone2 verdelen. Koelvak [COOLER] Deze wordt gebruikt voor het instellen van de temperatuur van het koelvak. Door te drukken op de toets [cooler], kunt u de temperatuur van het koelvak instellen op 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 graden Celsius. Qdrink-modus (QDRINK) Toets [q.drink] moet ingedrukt worden om de modus drankenkoelen in te schakelen. Met elke druk op de toets wordt de tijd in stappen van 5 minuten tot maximaal 30 minuten ingesteld, daarna keert deze terug naar nul. U kunt het tijdsbestek dat u in wilt stellen bekijken in het deel “Qdrink alarmteller”. Met ingeschakelde Qdrink-modus laat de koelkast alleen een geluidssignaal horen na verloop van bepaalde tijd. Belangrijk: Niet te verwarren met koeling. U moet de tijd instellen op basis van de temperatuur van de flessen voordat u deze in de vakken van zone1 en/of zone2 plaatst. U kunt bijvoorbeeld beginnen met het instellen van de tijd als “5 Snelkoelen (SC SUPERCOOL) Druk op de toets koelen tot de letters “sc” op het display worden weergegeven. Zodra de letters “sc” verschijnen, klinkt er een piepsignaal, als u geen enkele toets indrukt zal de functie geselecteerd worden. U kunt deze functie gebruiken om kant-enklaar-maaltijden of grote hoeveelheden levensmiddelen snel te koelen. De Snelkoelmodus wordt automatisch na 4 of 6 uur uitgeschakeld, afhankelijk van de omgevingstemperatuur of wanneer de temperatuur in het koelvak laag genoeg is. 75 Deurverlichting Aan/Uit (DEURVERLICHTING AAN/UIT) Het in de deurgrepen van het apparaat ingebouwde verlichtingssysteem moet voor gebruik eerst ingeschakeld worden. Om het verlichtingssysteem van de deurgrepen in te schakelen, de toets [mode] gedurende 3 seconden indrukken. Om uit te schakelen, de toets [mode] nogmaals gedurende 3 seconden indrukken. Wanneer de functie is ingeschakeld zal de verlichting altijd branden. Aan/Uit-modus Vak U kunt vakken die u niet wilt gebruiken via het indicatiepaneel uitschakelen. Om Zone 2 en het koelvak tegelijk uit te schakelen, de toetsen [mode] en [zone 2] gedurende 5 seconden tegelijkertijd indrukken, alle symbolen met betrekking tot het uitgeschakelde vak zullen van het digitale indicatiepaneel verdwijnen. Om Zone 1 uit te schakelen, de toetsen [mode] en [zone 1] gedurende 5 seconden tegelijkertijd indrukken, alle symbolen met betrekking tot het uitgeschakelde vak zullen van het digitale indicatiepaneel verdwijnen. Om alleen het koelvak uit te schakelen, de toetsen [mode] en [cooler] gedurende 5 seconden tegelijkertijd indrukken, alle symbolen met betrekking tot het uitgeschakelde vak zullen van het digitale indicatiepaneel verdwijnen. Om het uitgeschakelde vak weer in te schakelen, dezelfde toetsencombinatie gebruiken. Het gebruik van het Vriesvak als Koelvak afhankelijk van uw behoefte De vakken rechts- en linksonder kunnen zowel als vriesvak of als koelvak gebruikt worden. Druk gedurende 3 seconden op de toets [zone 1] om het vak linksonder als koelvak te gebruiken of gedurende 3 seconden op de toets [zone 2] om het vak rechtsonder als koelvak te gebruiken. Belangrijk: Indien de werking van het vak van Zone1/Zone2 omgezet wordt van vriesvak in koelvak: • Moet u alle levensmiddelen uit het betreffende vak verwijderen en de deur gedurende 4 uur gesloten houden. Vervolgens kunnen de levensmiddelen in het betreffende vak geplaatst worden. • Korven en/of schappen die uit het vak verwijderd zijn moeten weer op hun plaats gezet worden. Op dezelfde manier kunt u de onderste vakken weer als koel- of vriesvak gebruiken door gedurende 3 seconden op de betreffende toets te drukken. Belangrijk: Indien de werking van het vak van Zone1/Zone2 omgezet wordt van koelvak in vriesvak: • Moet u alle levensmiddelen uit het betreffende vak verwijderen en de deur gedurende 2 uur gesloten houden. Vervolgens kunnen de levensmiddelen in het betreffende vak geplaatst worden. • Wanneer de vakken van zone 1 en zone 2 gebruikt worden als koelvak en de waarde is ingesteld op Vakantie of Economy, dan blijven deze werken als koelvakken. Belangrijk • Als u de zonevakken wilt gebruiken als koelvakken, Zone 1 prioriteit geven om energie te besparen. • Gebruik het vak van Zone 2 niet als vriesvak bij omgevingstemperaturen hoger dan 38 °C. 76 KOELVAK Chiller / Ontbijt Groente- en fruitlade Chiller / Ontbijt Wanneer dit vak gebruikt wordt als 0 °C vak (chiller), dan worden de levensmiddelen gegarandeerd bewaard op 0 °C. U kunt ingevroren levensmiddelen die u uit het vriesvak hebt genomen hierin bewaren om ze te laten ontdooien of u kunt vlees en schoongemaakte vis (in plastic zakjes of pakjes) enz. hierin bewaren als u deze binnen 1-2 dagen zult consumeren zonder ze in te vriezen. Opmerking: Water bevriest bij 0 °C maar de levensmiddelen die zout of suiker bevatten kunnen ingevroren worden in koudere omgevingen. Geen levensmiddelen die u in wilt vriezen of ijsbakjes in dit vak plaatsen. 77 Instellingstoets lucht Crisper Draai de luchtverdeelknop tussen crisper en chiller in de geopende stand wanneer de crisper heel erg vol is. Op die manier wordt de luchttoevoer naar de crisper geregeld en blijven levensmiddelen langer vers. Aanpassingstoets lucht Crisper Afbeeldingen en teksten op de accessoires kunnen variëren afhankelijk van het model van uw apparaat. 78 LEVENSMIDDELEN PLAATSEN Vak voor koeling • Onder normale bedrijfsomstandigheden is het voldoende om de temperatuur van het koelvak in te stellen op +4 / +6 °C. • Om bevriezing, hogere luchtvochtigheid en luchtjes te voorkomen, moeten levensmiddelen in de koelkast geplaatst worden in afgesloten bakjes of afgedekt worden met geschikt materiaal. • Warme levensmiddelen en dranken moet u laten afkoelen tot kamertemperatuur voordat u ze in de koelkast zet. • Groenten en fruit kan in de crisper geplaatst worden in schone en indien mogelijk vochtopnemende zakjes. • Het gescheiden bewaren van fruit en groente zorgt ervoor dat ethyleen gevoelige groenten (groene bladgroente, broccoli, wortelen enz.) niet beïnvloed worden door fruit dat ethyleen afgeeft (bananen, perziken, abrikozen, vijgen enz.) • Plaats geen natte groenten in de koelkast. • De bewaartijd van alle levensmiddelen is afhankelijk van de oorspronkelijke kwaliteit ervan en ononderbroken koeling voordat deze in de koelkast worden geplaatst. • Bewaar geen vleesproducten op dezelfde plaats als fruit&groenten om contaminatie te voorkomen. Water dat uit vlees lekt kan leiden tot contaminatie in de koelkast. Vleesproducten moeten goed verpakt worden en lekkend vocht op de schappen moet meteen verwijderd worden. • Zet nooit levensmiddelen voor de luchtroosters. • De bewaartijd van alle levensmiddelen is afhankelijk van de oorspronkelijke kwaliteit ervan en ononderbroken koeling voordat deze in de koelkast worden geplaatst. • Verpakte levensmiddelen moeten geconsumeerd worden voor de vervaldatum. Belangrijke opmerking: • Dek vloeistoffen en stampotten af wanneer u ze in de koelkast zet. Anders stijgt de luchtvochtigheid in de koelkast. En dan moet de koelkast harder werken. Door het afdekken van levensmiddelen en dranken worden bovendien de smaak en geur beschermd. • Aardappelen, uien en knoflook mogen niet in de koelkast bewaard worden. Enkele suggesties voor het plaatsen en opbergen van levensmiddelen in het koelvak zijn hieronder vermeld. Levensmiddelen Maximale bewaartijd De juiste plaats in het koelvak Groenten en fruit 1 week Groentelade Vlees, gevogelte en vis 2 - 3 Dagen Gewikkeld in plastic folie of in zakjes of een vleesbakje (op het glazen schap) Verse kaas 3 - 4 Dagen In het speciale deurschap Boter en margarine 1 week In het speciale deurschap Producten in flessen melk en yoghurt Tot de door de fabrikant aanbevolen houdbaarheidsdatum In het speciale deurschap Eieren 1 maand In de eierschaal Gekookt voedsel Alle schappen 79 VRIESVAK • Het vriesvak wordt gebruikt voor het langdurig bewaren van ingevroren levensmiddelen of het maken van ijs. • Als de deur van het vriesvak langdurig open blijft staan, zal er rijp op de onderkant van het vriesvak ontstaan. Op die manier wordt de luchtcirculatie gehinderd. Om dit te voorkomen eerst de stekker uit het stopcontact trekken en wachten tot het vak ontdooid is. Nadat het ijs gesmolten is, het vriesvak schoonmaken. • Om meer ruimte in het vriesvak te krijgen kunt u korven, deksels enz. verwijderen. • Het op het productetiket vermelde volume, toont de waarde zonder korven, deksels, enz. BELANGRIJK Nooit reeds ontdooide levensmiddelen opnieuw invriezen. Dat kan gevaarlijk zijn voor uw gezondheid en kan zelfs leiden tot voedselvergiftiging. • Zet geen warme levensmiddelen in het vriesvak zonder deze eerst af te laten koelen. Hierdoor kunnen reeds ingevroren levensmiddelen gaan bederven. • Bij het kopen van diepvriesproducten, controleren of deze onder geschikte omstandigheden zijn ingevroren en of de verpakking niet gescheurd is. • Indien de verpakking van ingevroren levensmiddelen erg nat is en u onaangename luchtjes ruikt, is het mogelijk dat de levensmiddelen onder ongeschikte omstandigheden bewaard zijn en mogelijk reeds bedorven zijn. Koop degelijke levensmiddelen niet. • De bewaartijd van diepvriesproducten kan verschillen afhankelijk van de omgevingstemperatuur, frequentie waarmee de deur geopend wordt, aanpassingen van de thermostaat, type levensmiddel en de tijd tussen de aanschaf van de levensmiddelen en het plaatsen hiervan in het vriesvak. Volg altijd de aanwijzingen op de verpakking op en overschrijd de bewaarperiode niet. • Opmerking: Als bevroren levensmiddelen uit het vries- of koelvak gehaald worden en een dag van te voren geplaatst worden in een van de onderste vakken, dan bevordert dit de werking van het koelvak omdat de temperatuur gehandhaafd wordt, op die manier wordt energie bespaard. Als u deze uit het vriesvak in een open ruimte legt, wordt energie verspild. Sommige kruiden in bereide gerechten (anijszaad, basilicum, dille, azijn, kruidenmengsels, gember, knoflook, ui, mosterd, tijm, majoraan, zwarte peper, bolognaisesaus enz.) kan onaangenaam smaken als deze te lang bewaard zijn. Daarom is het beter in te vriezen levensmiddelen slechts licht te kruiden en de kruiden pas toe te voegen nadat het voedsel is ontdooid. De bewaartijd van het voedsel hangt af van de gebruikte olie. Margarine, vleesvet, olijfolie en boter zijn geschikt, pinda-olie en reuzel zijn niet geschikt. In vloeistof bereid voedsel moet ingevroren worden in plastic bakjes, andere levensmiddelen moeten ingevroren worden omwikkeld met plastic folie of in plastic zakjes. Enkele suggesties voor het plaatsen en opbergen van levensmiddelen in het vriesvak zijn op de volgende pagina’s vermeld. IJsbakje • Verwijder het ijsbakje door het vast te pakken aan de voorkant. • Vul ¾ van het ijsbakje met water en zet het in het vriesvak. • Na ongeveer 2 uur kunt u het ijs eruit halen. De ijsblokjes kunnen geserveerd worden door ze uit het ijsbakje te halen. Opmerking: Bij het plaatsen van het ijsbakje nadat dit gevuld is met water, controleren of het goed horizontaal staat en niet gekanteld is. Anders loopt het water uit het ijsbakje in de korf. IJsbakje 80 LEVENSMIDDELEN PLAATSEN Vlees en vis Voorbereiding Maximale bewaartijd (maand) Steak Gewikkeld in folie 6-8 Lamsvlees Gewikkeld in folie 6-8 Kalfsgebraad Gewikkeld in folie 6-8 Blokjes kalfsvlees In kleine stukken 6-8 Blokjes lamsvlees In stukken 4-8 Gehakt In pakjes zonder toevoeging van kruiden 1-3 Kippenmaagjes en -hartjes (stukken) In stukken 1-3 Bolognaisesaus/salami Moet verpakt worden ook als het botjes bevat Kip en kalkoen Gewikkeld in folie 4-6 Gans en Eend Gewikkeld in folie 4-6 Hert, Konijn, Wild Zwijn In porties van 2,5 kg en als filets 6-8 Zoetwatervis (Zalm, Karper, Snoek, Meerval) Magere vis; zeebaars, tarbot, bot Vette vis (Tonijn, Makreel, Blauwbaars, Anchovis) Na het verwijderen van de ingewanden en schubben van de vis, deze wassen en afdrogen; en indien nodig, de staart en de kop eraf snijden. 2 4 2-4 Schelpdieren Schoongemaakt en in zakjes 4-6 Kaviaar In oorspronkelijke verpakking, aluminium of kunststof bakje 2-3 Slakken In zout water, aluminium of kunststof bakje 3 81 Groenten en Fruit Voorbereiding Maximale bewaartijd (maand) Prinsessenbonen en bonen Wassen en in kleine stukken snijden en koken in water 10 - 13 Bonen Weken en wassen en koken in water 12 Kool Schoonmaken en koken in water 6-8 Wortelen Schoonmaken en in plakjes snijden en koken in water 12 Peper Steeltje afsnijden, in tweeën snijden en zaadlijsten verwijderen en koken in water 8 - 10 Spinazie Wassen en koken in water 6-9 Bloemkool Aubergine Verwijder de buitenste bladeren, snij het hart in stukken en laat even staan in water met citroensap In stukken van 2 cm snijden na wassen 10 - 12 10 - 12 Mais Schoonmaken en inpakken met kolf of als zoete mais 12 Appelen en peren Schillen en in plakken snijden 8 - 10 Abrikozen en Perziken Doormidden snijden en pit verwijderen 4-6 Aardbeien en Zwarte bessen Wassen en schoonmaken 8 - 12 Gekookt fruit 10 % suiker in het bakje toevoegen 12 Pruimen, kersen, kruisbessen Wassen en steeltjes verwijderen 8 - 12 82 Zuivelproducten Voorbereiding Maximale bewaartijd (maanden) Bewaaromstandigheden Pakje (Gehomogeniseerde) Melk In eigen verpakking 2-3 Verse Melk – Los pakje De oorspronkelijke verpakking kan korte tijd gebruikt worden. Moet gewikkeld zijn in folie voor langere periodes. Kaas-behalve witte kaas In plakken 6-8 Boter, margarine In eigen verpakking 6 Maximale bewaartijd (maanden) Ontdooitijd op kamer- Ontdooitijd in de oven temperatuur (uren) (minuten) Brood 4-6 2-3 4-5 (220-225 °C) Koekjes 3-6 1 - 1,5 5-8 (190-200 °C) Gebak 1-3 2-3 5-10 (200-225 °C) Vlaai 1 - 1,5 3-4 5-8 (190-200 °C) Filodeeg 2-3 1 - 1,5 5-8 (190-200 °C) Pizza 2-3 2-4 15-20 (200 °C) REINIGING EN ONDERHOUD • Verzeker u ervan dat de stekker uit het stopcontact is getrokken voordat u reinigingswerkzaamheden gaat uitvoeren. • De koelkast niet schoonmaken met waterstralen. • U kunt de binnen- en buitenkant van uw apparaat afvegen met een zachte doek of een spons met warm zeepsop. • Verwijder de afzonderlijke onderdelen en maak ze schoon met zeepsop. Niet in de vaatwasmachine afwassen. • Gebruik voor het schoonmaken nooit ontvlambare, explosieve of corrosieve stoffen. • De condensor (het achterste deel met zwarte vleugels) moet minstens eenmaal per jaar gereinigd worden met een stofzuiger of droge borstel. Zo kan de vriezer efficiënter werken en kunt u energie besparen. Verdamperbak schoonmaken • Uw koelkast wordt automatisch ontdooid. Dooiwater stroomt naar de houder van de verdamper via een waterverzamelgoot en verdampt daar vanzelf. Ledlampjes voor verlichting vervangen Neem voor het vervangen van ledlampjes voor de verlichting contact op met een erkende servicedienst. 83 INSTALLATIE • Wij zijn niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt door gebruik van een apparaat dat niet geaard is. • Zet uw koelkast op een plaats waar hij niet wordt blootgesteld aan direct zonlicht. • Installeer het vulstuk van kunststof (het deel met de zwarte schoepen aan de achterkant) door dit 90 ° te draaien zoals aangegeven op de afbeelding om te voorkomen dat de condensor de achterwand raakt. • De koelkast moet tegen een wand geplaatst worden met een vrije ruimte van maximaal 75 mm. • Uw apparaat moet minstens 50 cm verwijderd zijn van fornuizen, ovens en hittebronnen, en minstens 5 cm van elektrische ovens. • Het mag nooit buiten gebruikt worden of achtergelaten worden in de regen. • Wanneer uw koelkast geplaatst wordt naast een vriezer, dan moet er minstens 2 cm vrij gelaten worden tussen de apparaten om vocht op de buitenkant te voorkomen. • Zet niets bovenop de koelkast, en installeer uw koelkast op een geschikte plaats zodat er minstens 15 cm ruimte aan de bovenkant overblijft. • De verstelbare poten aan de voorkant moeten op geschikte hoogte worden vastgezet zodat uw koelkast op stabiele en juiste wijze kan werken. U kunt de poten verstellen door ze rechtsom te draaien (of in tegengestelde richting). Dit moet gedaan worden voordat er levensmiddelen in de koelkast geplaatst worden. • Voordat u de koelkast in gebruik neemt, alle delen schoonmaken met warm water en een theelepel natriumbicarbonaat, en vervolgens afspoelen met schoon water en afdrogen. Zet alle onderdelen na het schoonmaken op hun plaats. Doos • Er mogen geen kleedjes, matten, enz. die de hoofdpaneel luchtcirculatie zouden kunnen belemmeren Scharnierdeksel onder de koelkast gelegd worden. Omgevingstemperatuursensor Verzending en verplaatsing • Het originele verpakkingsmateriaal en piepschuim mogen bewaard worden voor eventuele toekomstige verplaatsing (optioneel). • U dient uw koelkast te verpakken met dikke stukken karton, bindstrips of sterke touwen en de aanwijzingen voor transport vermeld op de verpakking op te volgen voor eventuele toekomstige verplaatsing. • Verwijder alle loszittende onderdelen (schappen, accessoires, korven enz.) of zet deze vast in de koelkast met bindstrips in geval van verplaatsing en transport. • Voor uw koelkast zijn een omgevingstemperatuursensor, bedieningspaneel en scharnierdeksels verkrijgbaar. Zorg er tijdens het schoonmaken voor dat er geen vloeistof in deze zone binnendringt. Verplaats uw koelkast met 4 mensen zoals aangegeven op de afbeelding. 84 STORINGEN OPSPOREN Controleer de Waarschuwingen; Uw koelkast waarschuwt u als de temperaturen in het koel- en vriesvak ongeschikt zijn of wanneer zich een storing in het apparaat voordoet. Deze waarschuwingen worden weergegeven op het display. WEERGAVE STORINGEN TYPE STORING OPMERKING TE DOEN Storingswaarschuwing Een of meer onderdelen Neem zo spoedig mogelijk van het apparaat is contact op met een uitgeschakeld of er is een servicedienst. probleem met de koeling. Vriesvak is niet koud genoeg 1. In geval van gesmolten product in het vak, niet bijvullen en zo spoedig mogelijk consumeren. 2. Tot de temperatuur in het vak is teruggekeerd naar Kan zich voordoen na een normaal (waarschuwing langdurige verdwijnt), laten werken op stroomonderbreking of een lagere temperatuur of storing in het koelsysteem. met ingeschakelde Snelvriesmodus. 3. Geen verse levensmiddelen in het vak plaatsen tot deze waarschuwing is verdwenen. Vriesvak is niet koud genoeg 1. Tot de temperatuur in het vak is teruggekeerd naar normaal (waarschuwing verdwijnt), laten werken op Koelvak heeft niet langer een lagere temperatuur of de ideale temperatuur. met ingeschakelde Snelkoelmodus. 2. Deur niet openen tot deze storing verdwijnt. en geluidssignaal Vak voor koeling is te koud. Producten in koelvak lopen het risico te bevriezen. Dit is geen storing, het is bedoeld als waarschuwing Hoofdspanning is lager dan en voorzorgsmaatregel. Wanneer de hoofdspanning 170V. weer normaal is, zal de waarschuwing verdwijnen. 85 1. Als Super Cool actief is, functie uitschakelen. 2. Laten werken onder lagere instellingswaarde. _ Controleer de Waarschuwingen; Als uw koelkast niet werkt; • Is er sprake van elektrische storingen? • Zit de stekker van het apparaat in het stopcontact? • Is de zekering van de stekker of van het stopcontact waar de stekker in zit of de hoofdzekering doorgebrand? • Is er een storing in het stopcontact? Controleer dit door de stekker van de koelkast in een ander stopcontact te steken waarvan u zeker weet dat het goed werkt. Als uw koelkast te veel lawaai maakt Normale geluiden; Kraken (kraken van ijs) Lawaai: • Tijdens automatische ontdooiing. • Wanneer het apparaat kouder of warmer wordt (wegens expansie van materialen van het apparaat). Kort kraken: Hoorbaar wanneer de thermostaat de compressor aan-/uitschakelt. Geluid van de klep: Een tikkend geluid is normaal wanneer de koelkast in werking is. Dit geluid is afkomstig van een klep op de achterkant van uw koelkast. Vacuümgeluid: Bij het openen en sluiten van de deuren van de koelkast kan een kort geluid hoorbaar zijn dat te wijten is aan het luchtdrukverschil. Dat is normaal. Normaal motorgeluid: Dit geluid betekent dat de compressor normaal werkt. De compressor kan korte tijd meer lawaai maken wanneer hij wordt ingeschakeld. Geborrel en gespetter: Deze geluiden worden voortgebracht door de stroom van de koelvloeistof in de leidingen van het systeem. Geluid van stromend water: Normaal geluid van stromend water dat naar de verdamperbak stroomt tijdens het ontdooien. Dit geluid kan hoorbaar zijn tijdens het ontdooien. Luchtstroomlawaai: Kenmerkend geluid van de ventilator. Dit geluid kan hoorbaar zijn bij een No-Frost-koelkast tijdens de normale werking van het systeem vanwege de luchtcirculatie. Indien zich vocht ophoopt in de koelkast; • Zijn alle levensmiddelen goed verpakt? Zijn de bakjes afgedroogd voordat ze in de koelkast werden geplaatst? • Worden de deuren van de koelkast vaak geopend? Vocht uit de ruimte dringt de koelkast binnen wanneer de deuren worden geopend. Er wordt meer vocht opgehoopt als de deuren vaker geopend worden, met name wanneer de luchtvochtigheid in de ruimte hoog is. Als de deuren niet goed openen of sluiten; • Verhinderen de levensmiddelenpakjes het sluiten van de deur? • Zijn de deurvakken, schappen en laden goed geplaatst? • Zijn de afdichtingen van de deuren gebroken of gescheurd? • Staat de koelkast op een horizontaal oppervlak? BELANGRIJKE OPMERKINGEN: • Na onverwachte stroomonderbrekingen of nadat de stekker van het apparaat uit het stopcontact is getrokken, zal de thermische beveiliging de stroom naar de compressor tijdelijk onderbreken omdat het gas in het koelsysteem nog niet gestabiliseerd is. U koelkast zal na 4 of 5 minuten weer gaan werken, u hoeft zich nergens zorgen over te maken. • Als u de koelkast lange tijd niet zult gebruiken (bijv. in de zomervakantie), trek dan de stekker uit het stopcontact. Na het ontdooien kunt u de koelkast schoonmaken en de deur op een kier laten staan om de vorming van vocht en luchtjes te voorkomen. • Als het probleem zich blijft voordoen nadat u alle bovenstaande aanwijzingen hebt opgevolgd, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde erkende Servicedienst. • Het door u aangeschafte apparaat is ontworpen voor huishoudelijk gebruik en mag uitsluitend gebruikt worden in huiselijke omgeving en voor de vermelde doeleinden. Hij is niet geschikt voor commercieel of algemeen gebruik. Als de gebruiker het apparaat op enigerlei wijze gebruikt die niet in overeenstemming is met deze kenmerken, dan benadrukken wij dat de fabrikant noch de dealer aansprakelijk gesteld kunnen worden voor willekeurig welke reparatie of storing binnen de garantieperiode. 86 KLANTENSERVICE Voordat u contact opneemt met de Klantenservice: 1. Ga na of u de storing niet zelf kunt verhelpen (zie “Storingen opsporen”). 2. Schakel het apparaat opnieuw in om te zien of het probleem is opgelost. Als dat het geval is, het apparaat uitschakelen en één uur wachten voordat u het weer inschakelt. 3. Als ook dat niet helpt, wend u dan tot onze klantenservice. Vermeld de volgende gegevens: • de aard van de storing, • het model, • het servicenummer (nummer achter het woord SERVICE op het typeplaatje binnenin het apparaat), • uw volledige adres, • uw telefoonnummer. Opmerking: De richting waarin de deur opengaat, kan worden veranderd. Als deze verandering verricht wordt door de Klantenservice, wordt dit niet gedekt door de garantie. 87
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21

Whirlpool KSN 4T A+ IN Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor