Nederlands
23
4. De keuze van de juiste boor
䡬 Bij boren in beton of steen
Gebruik maken van de boren, die genoemd werden
bij de extra toebehoren.
䡬 Bij boren in metaal of kunststof
Gebruik maken van een normale metaalboor.
䡬 Bij boren in hout
Gebruik maken van een normale houtboor. Voor gaten
van 6,5 mm of kleiner maakt men gebruik van een
metaalboor.
5. Monteren en verwijderen van de boren
Voor boorkop met sleutel (Afb. 1)
(1) Open de klemmen in de boorkop en steek de boor
naar binnen.
(2) Doe de boorkopsleutel beurtelings in elk van de drie
gaten in de boorkop en draai de sleutel met de klok
mee (van voren gezien). Zet de boor goed vast.
(3) Om de boor te verwijderen dient u de boorkopsleutel
in een van de gaten in de boorkop te doen en
vervolgens tegen de klok in te draaien.
Voor een sleutelloze boorkop (Afb. 2)
(1) Bevestigen van het boorstuk
Draai de huls tegen de klok in en open de boorkop.
Steek het boorstuk zo ver als mogelijk in de boorkop,
houd de borgring vast en sluit de boorkop door de
huls vanaf de voorkant gezien met de klok mee te
draaien.
(2) Verwijderen van het boorstuk
Houd de borgring vast en open de boorkop door de
huls tegen de klok in te draaien.
OPMERKING
Wanneer de huls niet verder los komt, moet u de
zijhendel aan de borgring bevestigen, de zijhendel
stevig vasthouden en dan de huls met de hand
losdraaien. (Afb. 3)
6. Controleer de draairichting (Afb. 4)
De boor draait met de klok mee (van achteren gezien)
wanneer u op de R-kant van de drukknop drukt.
De L-kant van de drukknop dient u in te drukken als u
de boor tegen de klok in wilt laten draaien.
(Op de behuizing bevinden zich de
L
en
R
merktekens.)
VOORZICHTIG
Gebruik de slag-schroefboor altijd met de draairich ting
naar rechts wanneer deze gebruikt wordt als slagboor.
7. Het aanbrengen van de hangreep (Afb. 5)
Monteer de handgreep op het daarvoor bestemde
bevestigingspunt.
Draai de handgreep nu rechtsom om deze vast te zetten.
Zet de handgreep in de gewenste positie voor het
soort werk dat u wilt uitvoeren, en draai de handgreep
vervolgens stevig vast. Voor het aanbrengen van een
diepteaanslag aan de zijhendel, kunt u deze in de U-
vormige groef van de zijhendel doen, stel vervolgens
de gewenste diepte van het gat in en draai tenslotte
de greep van de zijhendel stevig aan. (Afb. 6)
8. Het omschakelen van SLAGBOORROTATIE naar
normale BOORROTATIE (Afb. 7)
Zet de hendel in de rechter of linker stand om te
kiezen tussen respectievelijk IMPACT (boren en
kloppen) en ROTATION (alleen boren).
Om gaten in harde materialen zoals beton, steen of
tegels te boren, dient u de hendel in de rechter stand
(zoals aangegeven door het
teken) te zetten. De
boor zal nu tegelijk kloppen en boren.
Om gaten in metaal, hout en plastic te boren, dient u
de hendel in de linker stand (zoals aangegeven door
het
teken) te zetten. De boor zal nu alleen boren
zoals met een gewone elektrische boormachine.
VOORZICHTIG
䡬 De slagboor niet gebruiken met
SLAGBOORROTATIE, wanneer het materiaal met
de normale boorrotatie geboord kan worden. Men
vermindert daardoor niet alleen het vermogen
van de boor, de boorpunt kan tevens beschadigd
worden.
䡬 Gebruik van de klopboormachine met de hendel in
het midden kan leiden tot schade. Zorg ervoor dat
u de hendel helemaal in de gewenste stand zet.
9. Omschakelen van een hoog toerental naar een laag
toerental:
Voor het veranderen van toerental moet men zich
ervan overtuigen dat de schakelaar op UIT staat en
de boor zich niet meer beweegt.
Voor het veranderen van toerental draait u de
toerentalkiezer in de gewenste richting, zoals
aangeduid wordt in Afb. 8 d.m.v. de pijl. Het op de
kast ingeslagen d.m.v. de pijl. Het op de kast
ingeslagen chijfer “1“ betekent laag toerental, het
cijfer “2“ betekent een hoog toerental.
Indien het moeilijk is om de toerentalkiezer te draaien,
draai de boorkop dan eerst enigszins naar rechts of
links en probeer de toerentalkiezer vervolgens
opnieuw te draaien.
GEBRUIK
1. Bediening van de schakelaar
䡬 Wanneer u de trekker indrukt, gaat het gereedschap
draaien.
Wanneer u de trekker loslaat, stopt het gereedschap.
䡬 Het toerental van de boormachine regelt u door de
trekker meer of minder in te drukken. Het toerental is
laag als u de trekker minder indrukt, en neemt toe
naarmate u de trekker verder indrukt.
䡬 U kunt van tevoren het gewenste toerental instellen
met de toerentalregeling. Draai de toerentalregeling
met de klok mee voor een hoger toerental, of tegen
de klok in voor een lager toerental. (Afb. 9)
䡬 Als u de trekker indrukt en vervolgens de
vergrendeling gebruikt, zal de boormachine met het
ingestelde toerental blijven draaien. Druk de trekker
nog eens een beetje in om de vergrendeling op te
heffen en de boormachine uit te kunnen schakelen.
VOORZICHTIG
De stopper kan niet gebruikt worden wanneer de L-
kant van de drukknop voor de linksregeling is
ingedrukt.
2. Boren
䡬 Bij het boren dient u langzaam te beginnen en het
toerental geleidelijk op te voeren.
䡬 Oefen altijd uitsluiten druk uit in het verlengde van
de boor. Gebruik voldoende druk om voortgang te
boeken, maar niet zo veel dat de boormachine
vastloopt of de boor verbuigt of breekt.
䡬 Om vastlopen en breuk van het materiaal te
voorkomen, dient u de druk op de boor te verminderen
naarmate u het eind nadert.
05Ned_DV18V_WE 3/4/09, 19:2423