-
7
-
❚
3. HET SYSTEEM BEDIENEN
1
7
5
2
8
4
3
6
11
10
9
LET OP
•
Schakel om het apparaat te beschermen aan het begin van het seizoen of nadat de airconditioner voor lange tijd uitgeschakeld is geweest de
stroomvoorziening 12 uur voordat u de airconditioner in gebruik neemt aan. (De krukkast wordt van stroom voorzien en de compressor wordt
opgewarmd.) Schakel gedurende het seizoen de netstroom niet uit. (De krukkast en het verwarmingselement worden van stroom voorzien,
zodat de stilstaande compressor wordt opgewarmd, waardoor de compressor wordt beschermd tegen storingen door stilstaand koelmiddel.)
•
Het gebruik van de afstandsbediening dient langzaam en stabiel plaats te vinden.
■
Instructies voor het
instellen van de
kamertemperatuur
COOL ..... 26 t/m 28°C
DRY ........ 21 t/m 24°C
HEAT ...... 22 t/m 24°C
FAN.........
TEMP-instelling is onnodig
•
De werkingsmodus kan zelfs worden aangepast
als het apparaat stopt.
•
Als u met dezelfde instellingen wilt werken
(werkingsmodus, ingestelde temperatuur,
luchtstroom, lamellen) hoeft u enkel stap 1 op te
volgen en zijn er verder geen andere handelingen
vereist. De instellingen die hiervoor zijn vastgesteld
worden aangegeven op de afstandsbediening.
GEBRUIK
1.
Druk op de ON/OFF-toets.
Het werkingsdisplaylicht (groen) licht op en het apparaat schakelt in.
2.
Druk op de MODE-toets.
De modus verandert in de volgende volgorde door te drukken op de toets.
(AUTO) (COOL) (HEAT)
(FAN) (DRY)
3.
Druk op de TEMP-toets.
Stel de temperatuur door te drukken op de - of -toets.
4.
Druk op de FAN SPEED-toets.
De ventilatorsnelheid wijzigt in de volgende volgorde: 1-snelheid ➞
2-snelheid 3-snelheid ➞ 4-snelheid ➞ AUTO en terug naar 1-snelheid.
5.
Druk op de U/D-toets.
De luchtstroom omhoog/omlaag wijzigt zoals hieronder
getoond telkens als de toets wordt ingedrukt.
OPMERKING
•
De beweging van de lamellen stemt niet overeen met het display
wanneer de lamellen in beweging zijn. Dit is geen fout.
•
De lamellen zijn ingesteld op horizontale bewegingsmodus om te voorkomen
dat u rechtstreeks aan koude lucht wordt blootgesteld tijdens het
voorbereiden van de verwarming of het ontdooien. (De ingestelde positie die
op het display van de afstandsbediening wordt weergegeven, wijzigt niet.)
•
Als u de bewegingsmodus selecteert wanneer de anti-tochtinstelling
is ingeschakeld, is de luchtstroom horizontaal ingesteld.
LET OP
Stel de bewegende lamellen niet langdurig in op omlaag wanneer de
Cool-modus ingeschakeld is. Anders kan het op het zijpaneel
gevormde condenswater vallen. (In het geval van FDE)
6.
Druk op de L/R-toets. (alleen RCN-EK2)
De luchtstroom links/rechts wijzigt zoals hieronder getoond telkens als de toets wordt ingedrukt.
OPMERKING
•
De beweging van de lamellen stemt niet overeen met het display
wanneer de lamellen in beweging zijn. Dit is geen fout.
•
Wanneer er zich links van de airconditioner een muur bevindt, raden we aan
om de luchtstroom naar rechts te richten, en wanneer er zich rechts van de
airconditioner een muur bevindt, de luchtstroom naar links te richten.
Links uitgelijnde installatie Rechts uitgelijnde installatie
7.
Druk op de 3D AUTO-toets. (alleen RCN-EK2)
Hiermee schakelt u de 3D AUTO-modus in of uit.
De 3D AUTO-modus regelt automatisch de ventilatorsnelheid en
uitblaasrichting zodat de gehele ruimte efficiënt geventileerd wordt.
OPMERKING
•
In de 3D AUTO-modus kunt u de luchtstroom omhoog/omlaag of links/rechts niet
wijzigen. Annuleer de 3D AUTO-modus als u deze wilt wijzigen.
•
Als 3D AUTO geselecteerd is wanneer een FDK-model met de verwisselbare functie
luchtstroom links/rechts wordt aangesloten op een binnenunit zonder de verwisselbare functie
luchtstroom links/rechts, wordt de uitblaasrichting van het model zonder deze functie ingesteld
op de richting die geselecteerd was voordat de 3D AUTO-modus werd ingeschakeld.
•
De schakelaar luchtstroom links/rechts of 3D AUTO kan niet worden bediend vanaf de
SC-SL2, SC-SL3 of SC-SL4. Zelfs als de uitblaasrichting wordt gewijzigd vanaf SC-SL2,
SC-SL3 of SC-SL4 tijdens 3D AUTO-modus, wordt 3D AUTO niet geannuleerd.
8.
Druk op de ECO-toets.
Hiermee start of annuleert u de energiebesparingsmodus. (Alleen in de Cool-, Heat- of automatische modus)
De energiebesparingsmodus regelt automatisch de prestaties afhankelijk van de buitentemperatuur
en stelt de standaardtemperatuur in op 28 °C in de Cool-modus en op 22 °C in de Heat-modus. Dit
schakelt de energiebesparingsmodus in zonder in te boeten aan kamercomfort.
9.
Druk op de HI POWER-toets.
Hiermee start of annuleert u de high power modus. (Alleen in de Cool- of Heat-modus)
De high power modus brengt de kamertemperatuur snel naar een comfortabel
niveau. Deze modus versnelt de werking gedurende 15 minuten en keert na
afloop hiervan automatisch terug naar de normale werking.
OPMERKING
•
Wanneer het systeem is verbonden met een gecentraliseerd apparaat en u het
gecentraliseerde apparaat gebruikt om de temperatuur of ventilatorsnelheid in te stellen, dan
wordt de high power modus geannuleerd. In dat geval wordt de met het gecentraliseerde
apparaat ingestelde temperatuur of ventilatorsnelheid mogelijk niet toegepast.
•
High power modus kan niet worden gebruikt als 4-snelheid is
“uitgeschakeld” met behulp van de binnenunit of afstandsbediening.
10.
Druk op de SILENT-toets.
Hiermee start of annuleert u de stille modus cont. De stille modus cont. regelt
bij voorkeur de buitenunit en houdt rekening met een stille werking.
11.
Druk op de NIGHT SETBACK-toets.
Hiermee start of annuleert u de home leave-modus.
De home leave-modus is een functie die voorkomt dat de kamertemperatuur
aanzienlijk hoog of laag wordt wanneer u niet thuis bent.
Bij de fabrieksinstelling is de home leave-modus als volgt ingesteld. Elke instelling
kan worden gewijzigd door de ‘eco touch’-afstandsbediening aan te sluiten.
De temperatuurregel bij koeling bepalen: 35 °C,
De temperatuurregel bij verwarming bepalen: 0 °C,
De temperatuurregel bij koeling instellen: 33 °C,
De temperatuurregel bij verwarming instellen: 10 °C,
Ventilatorsnelheidregel bij koeling: 1-snelheid,
Ventilatorsnelheidregel bij verwarming: 1-snelheid
OPMERKING
Wanneer het systeem is aangesloten op SC-SL4, zorgt het gebruik van SC-SL4
om een binnenunit te selecteren en om de home leave-modus te starten of te
annuleren ervoor dat alle units die verbonden zijn met de draadloze ontvanger
gekoppeld zijn en dat de home leave-modus gestart of geannuleerd wordt.
STOP
Druk op de ON/OFF-toets.
OPMERKING
Wanneer het systeem is aangesloten op een gecentraliseerd apparaat of
bedrade afstandsbediening, zijn de functies die werden vergrendeld met
behulp van een gecentraliseerd apparaat of bedrade afstandsbediening niet
vergrendeld aan de kant van de draadloze afstandsbediening.
PJZ012A128B_D_NL.indd 7PJZ012A128B_D_NL.indd 7 4/25/2018 11:45:34 AM4/25/2018 11:45:34 AM