BHS92360XA

Best BHS92360XA, BHS92350AA, BHS92351AA, BHS94750BA, BHS94750XA, BHS96750AA, BHS96750XA Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Best BHS92360XA Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
Nederlands
! De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde
installateur en volgens de instructies van de fabrikant.
!
Gebruik altijd handschoenen tijdens alle installatie- en
onderhoudswerkzaamheden.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet deze door de fabrikant of de
technische assistentie of door een persoon met soortgelijke kwalificatie
worden vervangen om elk risico te vermijden.
Waarschuwing: Als u de schroeven of bevestiging apparaat te installeren in
overeenstemming met deze instructies kan leiden tot elektrische gevaren.
De wasemkap kan er anders uitzien dan aangegeven in de tekeningen uit dit
instructieboekje, echter blijven de gebruiks-, onderhouds- en installatie
aanwijzingen dezelfde.
LUCHTAFVOER
(Voor afvoer afzuigkappen)
! Opening en afvoerbuis (doorsnede 150mm) voorbereiden.
! De lengte van het afvoerkanaal moet zo kort mogelijk zijn.
! Gebruik zo min mogelijk bochten (maximaal toegestane hoek: 90°).
! Vermijd grote verschillen in doorsnede.
! Gebruik een buis met een zo glad mogelijke binnenkant.
! Het gebruikte materiaal moet volgens norm zijn.
! De afvoer van de afzuigkap mag niet op het rookgasafvoerkanaal (van
CV-ketel, schorsteen of kachel) worden aangesloten.
! Neem de lokale geldende voorschriften voor luchtafvoer in acht.
Bovendien mag de af te voeren lucht niet geëlimineerd worden via een
gat in de muur, tenzij dit gat uitdrukkelijk voor dit doel bestemd is. Verder
mag de lucht niet door een wandholte worden afgevoerd mits deze niet
hiervoor ontworpen of bestemd is.
! De installatieruimte moet van ventilatieopeningen worden voorzien om
negatieve druk te voorkomen (mag niet boven 0,04 mbar); Als de
afzuigkap tegelijkertijd met andere elektrische toestellen (gas- of olie- of
koolgestookte ketels enz.) wordt gebruikt, ontstaat er kans dat de
rookgassen door de warmtebron worden teruggezogen.
AFVOER OF RECIRCULATIE?
De afzuigkap is beschikbaar in verschillende afvoer of recirculatie
uitvoeringen. Beslis op voorhand welke installatie u verkiest (afvoer of
recirculatie). Voor een grotere doeltreffendheid, is het raadzaam de
aanzuigende kap te installeren (indien mogelijk). Voor het beste rendement,
is het raadzaam (indien mogelijk) een afvoer afzuigkap te installeren.
Afvoer afzuigkap
De kap filtert de afgezogen lucht en voert die af door een afvoerbuis
(doorsnede 150 mm).
Recirculatie afzuigkap
De kap filtert en recirculeert de gezuiverde lucht in de binnenruimte. Nodig
voor deze uitvoering: 1 deflector, 1 reductie, 1 koolstoffilter. De
spleetopeningen voor luchtafvoer moeten aan de bovenkant van de
schacht zijn.
Uitsluitend voor kappen met elektronische bediening:
De 4e (intensieve) snelheid wordt automatisch na 5' functionering verlaagd
naar de 3e snelheid om het energieverbruik te optimaliseren; in kappen
met spanning 120V/60Hz is deze functie niet actief en de 4de versnelling
wordt aangeduid met de letter b (Booster).
- Als de afzuigkap ingeschakeld blijft (licht en/of de motor), dan wordt deze
na 10 uur, als er geen opdracht van de gebruiker komt, automatisch in
de OFF-stand gezet, en alle functies worden uitgeschakeld. In kappen met
spanning 120V/60Hz is deze functie niet actief.
- Elke keer als er een opdracht wordt ingevoerd via het toetsenbord of
de afstandsbediening (optioneel), wordt er een geluidssignaal “beep” gegeven
door de zoemer.
- Als er tijdens de werking van de afzuigkap de stroomtoevoer wordt
onderbroken, zet de afzuigkap zich automatisch uit, en de knop gaat over
in de OFF-stand. De motor moet dan weer handmatig aangezet worden.
Geldt alleen voor de machines die uitgerust zijn met infrarood
sensoren besturing: De machine is uitgerust met infrarood sensoren
besturing. Een directe inval van zonlicht, kan de werking van dit soort
sensoren verstoren. Indien nodig, de sonsoren voor het invallende
zonlicht afdekken met bijbehorende kappen of andere hulpmiddelen.
BEDIENINGSELEMENTEN
Bedieningselementen van Afb.14
A) Lampjes uit.
B) Lampjes aan.
C) Verlaagt de snelheid, tot aan de minimum snelheid. Indien gedurende 2"
ingeduwd, valt de motor stil.
D) Start de motor (de laatst gebruikte snelheid wordt opgeroepen) en
versnel maximaal.
E) RESET FILTERALARM / TIMER: de knop indrukken tijdens de weergave
van het filteralarm (bij uitgeschakelde motor) om de timer terug te stellen.
De knop indrukken terwijl de motor draait om de TIMER in te schakelen. De
kap wordt na 5 minuten automatisch uitgeschakeld.
L1) De 4 GROENE leds geven de bedrijfssnelheid weer.
L2) Wanneer de LED rood is (bij uitgeschakelde motor) wijst dit op het
FILTERALARM. Wanneer de LED groen is (knipperend) wijst dit erop dat de
TIMER werd ingeschakeld met de knop E.
FILTERALARM:
Na 30u werking, wordt de led L2 ROOD; betekent dat de vetfilters moeten
worden gereinigd.
Na 120u werking, wordt de led L2 ROOD en gaat hij knipperen; betekent dat
de vetfilters moeten worden gereinigd en de koolstoffilters moeten worden
vervangen.
Wanneer de vetfilters gereinigd zijn (en/of de koolstoffilters vervangen zijn),
wordt tijdens de weergave van het filteralarm gedrukt op de knop E om de
UREN-telling opnieuw te starten (RESET).
Bedieningselementen van Afb.15
A) OFF Lichten: Indien hij wordt ingedrukt, gaan de lichten uit.
B) ON Lichten: Indien hij wordt ingedrukt, gaan de lichten aan.
C) OFF/- Motor: Verlaagt de snelheid totdat de minimumsnelheid wordt
bereikt. Indien hij 2” lang wordt ingedrukt, wordt de motor uitgescha-keld.
Indien hij 2” lang wordt ingedrukt wanneer RESET FILTERS actief is zet hij
de UREN-telling terug op nul.
D) ON/+ Motor: Schakelt de motor in en verhoogt de snelheid van de motor,
totdat de maximumsnelheid wordt bereikt P5) ON/OFF: Activeert/
deactiveert de Sensor (AUTOMATISCHE of HANDBEDIENING). Bij de
bedrijfswijze Automatisch brandt de Led L2 en geeft L1 de snelheid aan. Bij
handbediening is Led L2 uit.
L1) 4 Leds: er zijn 4 GROENE leds. Signaleren de ingestelde snelheid.
L2) 4 Leds: GROEN betekent AUTOMATISCHE BEDIENING UIT betekent
HANDBEDIENING ROOD betekent Reset Filters.
RESET FILTERS: wordt aangegeven als de motor uitstaat, gedurende 30”:
Na 30h led L2 gaat permanent ROOD branden. Na 120h led L2 gaat ROOD
knipperen. Wordt gereset door middel van C.
GEVOELIGHEID: Als bij handbediening tegelijkertijd op E en D wordt
gedrukt, wordt de modus “gevoeligheid” opgeroepen. De ingestelde gevoeli-
gheid wordt aangegeven met de 4 groene leds. Met de knoppen C(-) en D(+)
wordt de ingestelde gevoeligheid ingesteld . Door op E te drukken wordt de
gevoeligheid opgeslagen in het geheugen, en keert het apparaat terug naar
handbediening.
Let op: om te voorkomen dat de sensor beschadigd wordt, dient men geen
siliconenhoudende producten in de buurt van de afzuigkap te gebruiken!
Bedieningselementen van Afb.16
Toets A = schakelaar voor de verlichting.
Toets B = schakelaar AAN/UIT motor I ste snelheid.
Toets C = schakelaar 2 de snelheid.
Toets D = schakelaar 3 de snelheid.
Bedieningselementen van Afb.17
Toets A: lichtschakelaar.
Toets B: aan/uitschakelaar van de motor: eerste snelheid.
Toets C: aan/uitschakelaar van de motor: 2de snelheid.
Toets D: aan/uitschakelaar van de motor: 3de snelheid.
E: controlelampje dat aangeeft dat de motor in werking is.
Bedieningselementen van Afb.18-19-20
Toets A = lampjes aan/uit.
Toets B = TIMER inschakelen/uitschakelen: door 1 keer op deze toets te
drukken wordt de timer ingeschakeld, zodat na 5 minuten de motor stopt
(tegelijkertijd zal op het display het nummer van de gekozen snelheid
knipperen); de timer blijft werken als de snelheid van de motor veranderd
word.
Display C = - laat de gekozen motorsnelheid zien (van 1 tot 4); - laat als het
nummer knippert zien dat de timer ingeschakeld is; - geeft als het middelste
gedeelte brandt of knippert aan dat de filters in alarm zijn.
Toets D = schakelt de motor in. Door de toets nogmaals in te drukken,
worden de motor-snelheden gekozen van 1 tot en met 4 in opeenvolgende
orde. Houdt u de toets circa 2 seconden dan zal de motor stoppen.
Toets R = reset van de vetfilters en koolstoffilters. Als het filteralarm
verschijnt (d.w.z. als het middelste gedeelte van het display gaat branden)
dan moeten de vetfilters gereinigd worden (er zijn 30 werkingsuren
verstreken). Als het middelste gedeelte daarentegen knippert dan moeten
de vetfilters gereinigd worden en de koolstoffilters vervangen worden (er
zijn 120 werkingsuren verstreken). Is uw afzuigkap niet in de filterversie en
zijn de koolstoffilters niet aanwezig dan hoeft u uiteraard alleen de vetfilters
te reinigen, dit geldt zowel als het middelste gedeelte brandt danwel als het
middelste gedeelte knippert. Het filteralarm verschijnt wanneer de motor
uitgeschakeld is en is ongeveer 30 seconden zichtbaar. Om opnieuw te
beginnen moet u de toets 2 seconden gedurende het zichtbaar zijn van het
alarm.
Bedieningselementen van Afb.21
AUTOMATISCHE WERKING MET SENSOR:
Toets A : schakelt de verlichting in/ uit.
Toets B : schakelt de “Automatische” functie in / uit. Door deze functie in te
schakelen verschijnt een “A” op het display C en wordt de snelheid van de
motor automatisch hoger of lager, afhankelijk van de dampen, luchtjes en
gas in de keuken.
Display C : - duidt de automatische werking van de sensor aan (de letter “A”
verschijnt);- het duidt de snelheid van de motor aan die automatisch door
de sensor gekozen is ; - het duidt het filteralarm aan, wanneer het middelste
gedeelte gaat branden of knippert.
Toets D : deze vermindert de snelheid van de motor / Reset; deze
vermindert de snelheid van de motor tot nul (stop), desalniettemin gaat de
afzuigkap na ongeveer 1 minuut weer automatisch werken op de snelheid
die door de sensor bepaald is. Door tijdens het tonen van het filteralarm op
de toets te drukken, wordt de RESET verkregen, waardoor de uurtelling
opnieuw begint.
Toets E : verhoogt de snelheid van de motor, desalniettemin gaat de
afzuigkap na ongeveer 1 minuut weer automatisch werken op de snelheid
die door de sensor bepaald is.
Wijziging van de gevoeligheid van de sensor: het is mogelijk de
gevoeligheid van de sensor te veranderen, door als volgt te werk te gaan: -
stop de afzuigkap door op toets B te drukken. – Druk tegelijkertijd op de
toetsen D en E (op het display verschijnt de gevoeligheidsindex van de
sensor). – Verhoog of verlaag de gevoeligheidsindex door op de toetsen D
of E te drukken (1 : minimum gevoeligheid / 9: maximum gevoeligheid). –
wanneer de stroomvoorziening onderbroken wordt, gaat de sensor weer met
gevoeligheid 5 werken.
Let op: om te voorkomen dat de sensor beschadigd wordt, dient men geen
siliconenhoudende producten in de buurt van de afzuigkap te gebruiken!
WERKING ALS EEN TRADITIONELE AFZUIGKAP:
Toets A : schakelt de verlichting in/ uit.
Display C : - duidt de gekozen snelheid van de motor aan (van 1 tot 4); -
duidt de inwerkingstelling van de Timer aan wanneer het getal knippert; -
duidt het filteralarm aan wanneer het middelste gedeelte gaat branden of
knippert .
Toets D : vermindert de snelheid van de motor / Stop / Reset; vermindert
de snelheid van de motor tot nul (stop). Door tijdens het tonen van het
filteralarm op de toets te drukken, wordt de RESET verkregen, waardoor de
uurtelling opnieuw begint.
Toets E :schakelt de motor in / verhoogt de snelheid van de motor /
TIMER. Door op de toets te drukken wordt de motor ingeschakeld (op de
laatst gekozen snelheid); door er nogmaals op te drukken wordt de snelheid
van de motor verhoogd; door de toets enkele seconden ingedrukt te
houden, wordt de TIMER ingeschakeld, dus stopt de motor na 5 minuten
(tegelijkertijd knippert op het display het nummer van de gekozen snelheid);
de timer blijft ingeschakeld als men de snelheid van de motor verandert.
Om de timer uit te schakelen, dient men opnieuw op de toets te drukken.
Bedieningselementen van Afb. 22
Toets L: lichtschakelaar.
Toets 1: schakelaar ON/OFF motor op Ie snelheid.
Toets 2: schakelaar ON/OFF motor op IIe snelheid.
Toets 3: schakelaar ON/OFF motor op IIIe snelheid.
Toets 4: schakelaar ON/OFF motor op IV e snelheid.
Alarm filters: na circa 30 uur werking, bij afgezette motor, knipperen de
snelheidstoetsen (toetsen 1, 2, 3 en 4) gedurende30 seconden om aan te
geven dat de vetfilters gereinigd moeten worden. Druk, zodra de filters
gereinigd zijn, 2 secondenop een van de toetsen tijdens het knipperen om
de telling van de uren weer op te starten (Reset).
Timer: de timer kan geactiveerd worden (vertraagde uitschakeling van 5
minuten) door 2 seconden op een snelheidstoetste drukken (toetsen 1, 2, 3
of 4) wanneer de motor werkt; de toets van de gekozen snelheid begint te
knipperen.
Bedieningselementen van Afb. 23
Toets L: verlichtingsschakelaar.
Toets 1: Activeert/deactiveert de Sensor (AUTOMATISCH of
HANDBEDIENING).Bij de automatische werking is de sensor actief en
neemt de motorsnelheid automatisch toe of af- meldt het Filteralarm (motor
uitgeschakeld).
Toets 2: schakelaar ON/OFF motor op Ie snelheid.
Toets 3: schakelaar ON/OFF motor op IIe snelheid.
Toets 4: schakelaar ON/OFF motor op IIIe snelheid.
Alarm filters: na circa 30 uur werking, bij afgezette motor, knipperen de
snelheidstoet-sen (toetsen 1, 2, 3 en 4)gedurende 30 seconden om aan te
geven dat de vetfilters gereinigd moeten worden. Druk, zodra de filters
gereinigdzijn, 2 seconden op een van de toetsen tijdens het knipperen om
de telling van de uren weer op te starten (Reset).
GEVOELIGHEID VAN DE SENSOR:Wanneer de sensor ingeschakeld is,
functioneert de kap automatisch als er geuren, dampen, rook of warmte
aanwezig zijn die ontstaan tijdens het koken. De gevoeli-gheid van de
sensor kan naar wens worden gewijzigd. Bijvoorbeeld: zeer gevoelig bij
gebruik van een elektrische kookplaat, minder gevoelig bij het gebruik van
eengaskookplaat. Wijzig de gevoeligheid door tegelijkertijd de toets L en de
toets 1 in te drukken. De geselecteerde gevoeligheid wordt ingesteld.Met de
toetsen 2, 3, 4 kan de gewenste gevoeligheid worden ingesteld. Sla de
nieuwe gevoeligheid op in het geheugen door op de toets 1 te drukken.
Let op: om te voorkomen dat de sensor beschadigd wordt, dient men geen
siliconenhoudende producten in de buurt van de afzuigkap te gebruiken!
Bedieningselementen van Afb. 24
Toets A: Schakelt de lampen in/uit. Indien u de toets ongeveer 2" indrukt
wanneer het alarm van de filters actief is,dan vindt een reset van de
urentelling plaats.
Toets B: Activeert / deactiveert de “Automatische” functie.
Controlelampje S – Alarm filters: Wanneer het controlelampjegaat branden
betekent dit dat 30 gebruiksuren verstreken zijn. Het lampje blijft nog 30"
branden. Wanneer controlelampjeS knippert, betekent dit dat ongeveer 120
werkuren verstreken zijn. De reset van de filters wordt alleen
aangegevenwanneer de motor uitgeschakeld is, zowel in de handmatige als
in de automatische werkwijze.
Automatische werking met sensor: drukt u op toets B dan wordt de
automatische werking geactiveerd. Dit wordt aangegeven door het branden
van deovereenkomstige LED. Het knipperen van LED B betekent dat de
sensor op gegevens wacht.Wijziging van de gevoeligheid van de sensor:In
de handmatige werkwijze en met uitgeschakelde motor drukt u tegelijkertijd
op de toetsen B en C. Nu wordt met hetbranden van LED C, D of E de
reeds ingestelde gevoeligheid weergegeven. Voor het instellen van de
gewenstegevoeligheid drukt u op één van de toetsen C, D, E (min, Med.
MAX); Druk opnieuw op toets B om de instelling tebewaren.
Werking als een traditionele afzuigkap:
Drukt u nu weer op toets B dan gaat u over op de handmatige
werkwijze.Werking als traditionele kap:Wanneer het apparaat op de
automatische werkwijze staat drukt u op toets B, waarna u overgaat op de
handmatigewerkwijze en LED B uitgaat.Drukt u nu op één van de toetsen C,
D, E dan start de motor bij respectievelijk de 1e, 2e en 3e snelheid. Houdt
udezelfde toets 2" ingedrukt dan gaat de motor uit.
Bedieningselementen van Afb.25
P1: kort ingedrukt à de lampen gaan aan/uit, deled P1 gaat aan/uit.
P2: Ingedrukt bij uitgeschakelde motor: de motormotorwordt op de eerste
snelheid opgestart. Ingedruktbij ingeschakelde motor in de 1ste: de motor
wordtuitgeschakeld. Ingedrukt bij ingeschakelde motor opsnelheid 1 vanuit
de 1ste plaatst de motor in de 1ste.Geeft de snelheid aan met de
brandende led.
P3: Ingedrukt bij uitgeschakelde motor: de motorwordt op de 2de snelheid
opgestart. Ingedrukt bij ingeschakeldemotor op snelheid 1 vanuit de 2de
plaatst demotor in de 2de. Geeft de snelheid aan met de brandendeled.
P4: Ingedrukt bij uitgeschakelde motor: de motorwordt op de 3de snelheid
opgestart. Ingedrukt bij ingeschakeldemotor op snelheid 1 vanuit de 3de
plaatst demotor in de 3de. Geeft de snelheid aan met de brandendeled.
P5: Ingedrukt bij uitgeschakelde motor: de motorwordt op de 4de snelheid
opgestart. Ingedrukt bij ingeschakeldemotor op snelheid 1 vanuit de 4de
plaatst demotor in de 4de. Geeft de snelheid aan met de brandendeled.
P6: Activeert/deactiveert de functie timer 5’ aangeduidmet brandende P6.
P7: Reset filters: reset de teller en schakelt debetreffende led uit als het
alarm filters geactiveerd is(30h of 120h).Als bij uitgeschakelde motor de
functie Timer 5’ geactiveerdwordt, plaatst de motor zich in de 1ste.Buzzer:Bij
elke druk op de toets laat de commando een pieptoonhoren.Weergave
filteralarm:Als de motor 30H gefunctioneerd heeft gaat de led P7elke keer
30’’ lang branden als de motor uitgeschakeldwordt à alarm antivetfiltersAls
de motor 120h gefunctioneerd heeft gaat de led P7elke keer 30’’ lang
knipperen als de motor uitgeschakeldwordt àalarm carbonfiltersDruk tijdens
de weergave van het alarm om P7 om hetalarm te resetten.
Bedieningselementen van Afb.26-27
Knop TC1 (Licht)Aan- / uitzetten van de hoofdverlichting ON/OFFAls de
hoofdverlichting aan staat, verandert BL1 van kleur en gaat aan. Na het
indrukken en ingedrukt houden gaat de bijverlichting aan / uit (optioneel).
Knop TC2 (Motor – V1). ON/OFF Motor – Zet de motor aan met de 1e
snelheid.
Knop TC3 (Motor – V2). Zet de motor aan met de 2e snelheid.
Knop TC4 (Motor – V3). Zet de motor aan met de 3e snelheid.
Knop TC5 (Motor – V4). Zet de motor aan met de 4e snelheidDe tijd van de
maximale snelheid staat ingesteld op 5 minuten, na deze tijd wordt de
snelheid automatisch teruggezet naar de 3e snelheid.Als de motor aanstaat,
gaat het LED lampje van de laatst gekozen knop (TC2-TC5) branden om
aan te geven welke snelheid is ingesteld.
Knop TC6 (TIMER zelf uitzetten na 5 min.)Zet de TIMER functie aan met de
eerder ingestelde snelheid.Als de motor NIET aanstaat, wordt de motor
aangezet met de eerste snelheid en de TIMER functie wordt
ingeschakeld.Als de TIMER functie aan staat, verandert BL6 van kleur en
gaat aan.
ALARM filter 30 h.Na 30 uur werken, gaat het alarm af voor het reinigen
van de vetfilters.Als het alarm voor de filters afgaat, wordt deze 30
seconden lang weergegeven elke keer nadat de motor wordt uitgezet.BL6
blijft aan. Gedurende deze tijd is er een mogelijkheid om het alarm te
resetten door TC6 in de drukken en ingedrukt te houden.ALARM filter 120
h.Na 120 uur werken, gaat het alarm af voor de vervanging van de actieve
koolfilters (optioneel). Als het alarm voor de filters afgaat, wordt deze 30
seconden lang weergegeven elke keer nadat de motor wordt uitgezet.BL6
gaat knipperen. Gedurende deze tijd is er een mogelijkheid om het alarm te
resetten door TC6 in de drukken en ingedrukt te houden.
Werktijd limiet : als de afzuigkap ingeschakeld blijft (licht en/of de motor),
dan wordt deze na 10 uur, als er geen opdracht van de gebruiker komt,
automatisch in de OFF-stand gezet, en alle functies worden uitgeschakeld.
Zoemer: elke keer als er een opdracht wordt ingevoerd via het toetsenbord
of de afstandsb diening (optioneel), wordt er een geluidssignaal “beep”
gegeven door de zoemer.
Bedieningselementen van Afb.28-29
Knop TC1 (Licht): zet de hoofdverlichting aan / uit - ON/OFFAls de
hoofdverlichting aan staat, verandert BL1 van kleur en gaat aan.Na het
indrukken en ingedrukt houden gaat de bijverlichting aan / uit (optioneel).
Knop TC2 (Motor – V1): ON/OFF Motor – Zet de motor aan met de 1e
snelheid.
Knop TC3 (Motor – V2): zet de motor aan met de 2e snelheid.
Knop TC4 (Motor – V3): zet de motor aan met de 3e snelheid.
Knop TC5 (Motor – V4): zet de motor aan met de 4e snelheidDe tijd van de
maximale snelheid staat ingesteld op 5 minuten, na deze tijd wordt de
snelheid automatisch teruggezet naar de 3e snelheid. Als de motor
aanstaat, gaat het LED lampje van de laatst gekozen knop (TC2-TC5)
branden om aan te geven welke snelheid is ingesteld.
Knop TC6 (Auto ASC): zet de automatische functie ASC aan/uit.Met deze
functie wordt de snelheid van de motor verhoogd of verlaagd aan de hand
van de hoeveelheid rook en geuren die onder de afzuigkap worden
gevormd.Als deze functie aanstaat, gaat BL6 (onafgebroken) branden.Elke
keer als de snelheid van de motor wordt veranderd, automatisch of
ingevoerd door de gebruiker, gaat BL6 een paar seconden lang knipperen.
ALARM filter 30 h: na 30 uur werken, gaat het alarm af voor het reinigen
van de vetfilters. Als het alarm voor de filters afgaat, wordt deze 30
seconden lang weergegeven elke keer nadat de motor wordt uitgezet.BL6
blijft aan. Gedurende deze tijd is er een mogelijkheid om het alarm te
resetten door TC6 in de drukken en ingedrukt te houden.
ALARM filter 120 h: na 120 uur werken, gaat het alarm af voor de
vervanging van de actieve koolfilters (optie).Als het alarm voor de filters
afgaat, wordt deze 30 seconden lang weergegeven elke keer nadat de motor
wordt uitgezet.BL6 gaat knipperen.Gedurende deze tijd is er een mogelijkheid
om het alarm te resetten door TC6 in de drukken en ingedrukt te houden.
Knoppen TC5 + TC6 (Gevoeligheid ASC): het is mogelijk om de
gevoeligheid van de ASC geursensor te veranderen op 4 verschillende
niveaus, afhankelijk van uw behoeften. Om dit te doen moet u tegelijkertijd
knop TC5 en TC6 indrukken en ingedrukt houden.De motor hoort uit te
staan en de automatische functie mag NIET actief zijn.In het geval dat de
functie om de gevoeligheid te veranderen aan staat, dan:gaan alle BL uit
(geen weergave), vervolgens gaat BL6 ONAFGEBROKEN branden.Na 1
seconde laten de LED lampjes BL2-BL5 zien welke gevoeligheidswaarde
gekozen is, van BL2 voor de kleinste tot BL5 voor de grootste gevoeligheid.
Er bestaat een mogelijkheid om een andere waarde in te stellen, door
gebruik te maken van de knoppen TC2, TC3, TC4 of TC5.Om de nieuwe
waarde op te slaan, dient knop TC6 ingedrukt te worden of moet u wachten
totdat de functie automatisch uitgaat.
Het is mogelijk om het toetsenbord te blokkeren (om schoon te maken) door
tegelijkertijd knop TC1 en TC6 in te drukken en ingedrukt te houden. Als de
schoonmaak mode aanstaat, blijven de knoppen TC1 en TC6 aan. Om de
schoonmaak mode uit te zetten, horen de knoppen TC1 en TC6 opnieuw
aangezet te worden, door ze tegelijkertijd in te drukken (lang indrukken) of 5
minuten te wachten.
Werktijd limit: als de afzuigkap ingeschakeld blijft (licht en/of de motor), dan
wordt deze na 10 uur, als er geen opdracht van de gebruiker komt,
automatisch in de OFF-stand gezet, en alle functies worden uitgeschakeld.
Zoemer: elke keer als er een opdracht wordt ingevoerd via het toetsenbord
of de afstandsbe-diening (optioneel), wordt er een geluidssignaal “beep”
gegeven door de zoemer.
ONDERHOUD.
! Stroomvoorziening uitschakelen alvorens de afzuigkap te reinigen of
onderhouden.
Reiniging van de afzuigkap
WANNEER: minstens 1 keer in de 2 maanden reinigen om brandgevaar te
vermijden.
REINIGING VAN DE BUITENKANT: maak gelakte oppervlakken schoon
m.b.v. een zachte doek, bevochtigd met lauw water en neutraal
reinigingsmiddel; Gebruik specifieke reinigingsmiddelen bestemd voor RVS,
koper of messing.
REINIGING VAN DE BINNENKANT: gebruik een doek/kwast gedrenkt in
gedenatureerde ethylalcohol.
WAARSCHUWING: Gebruik geen schuur- of bijtende middelen (zoals
metaalspons, te harde borstel of agressieve schoonmaakmiddel enz.)
Reiniging van de vetfilters
WANNEER: minstens 1 keer in de 2 maanden reinigen om brandgevaar te
vermijden, met betrekking tot gebruik.
AFNEMEN VAN DE FILTERS: ter hoogte van de handgreep, de grendel
naar achteren duwen en de filter naar beneden trekken.
REINIGING VAN DE FILTERS: Was de filters met de hand of in de
vaatwasser met een neutraal reinigingsmiddel. De vaatwasser kan de kleur
van de filters iets doen vervagen; dit heeft echter geen invloed op de
goede werking van de filters.
Vervanging koolstoffilter
(Alleen voor recirculatie)
WANNEER: minstens 1 keer in de 6 maanden, met betrekking tot gebruik.
AFNEMEN VAN DE FILTER: indien het apparaat in de filterversie gebruikt
wordt, zal het nodig zijn het koolstoffilter te vervangen: om het los te
halen, moet de stop naar binnen toe worden getrokken en het filter
omlaag gedraaid.
Verlichting
- Vervang het door lampjes van hetzelfde type.
- Als het LED licht kapot is, hoort het vervangen te worden door de
producent, een erkende technische dienst of een persoon met vergelijkbare
kwalificaties, waardoor elke vorm van gevaar voorkomen kan worden.
STORINGEN
Bij een storing van de afzuigkap, voer de volgende controles uit alvorens
de Technische Dienst te raadplegen:
Als de afzuigkap niet functioneert:
Controleer of: Controleer dat:
- er geen stroomonderbreking is.
- er een snelheid is geselecteerd.
Bij een laag rendement van de afzuigkap:
Controleer of: Controleer dat:
- de ingestelde snelheid volstaat voor de afgegeven hoeveelheid rook en
dampen.
- de keuken is voldoende geventileerd voor een correcte luchttoevoer.
- de koolstoffilter niet is verzadigd (i.g.v. recirculatie).
Het uitvallen van de afzuigkap tijdens de normale werking heeft
plaatsgevonden.
Controleer of: Controleer dat:
- er geen stroomonderbreking is.
- de omnipolaire schakelaar niet is opgetreden.
Dit apparaat voldoet aan de Europese richtlijnen 2002/96/EC voor
elektrische en elektronische afval. Door dit apparaat correct te verwijderen,
helpt u het potentiële negatieve gevolg voor de omgeving en menselijke
gezondheid te voorkomen., welke anders door onjuiste verwijdering zou
kunnen worden veroorzaakt. Het symbool op het product duidt aan dat dit
product niet behandeld zal worden als huishuidelijk afval. In plaats daarvan
zal het apparaat naar het verzamelpunt voor de recycling van elektrische
en elektronische uitrusting gaan. De verwijdering moet in overeenstemming
met plaatselijke milieuvoorschriften voor afvalverwerking uitgevoerd
worden. Voor meer gedetailleerde informatie over de verwijderingvan dit
product, neemt u contact op met uw gemeenlijke reinigingsdienst of de
dealer waar u het apparaat heeft gekocht.
Niet meegeleverde onderdelen
1/76