13
Om de instelling te bevestigen.
Om het faxtoestel weer in de oorspronkelijke standby-mo-
dus te plaatsen.
VERZENDEN VIA ONE-TOUCH-TOETSEN
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen
de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie-
velijk, NORMAL en (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan
zoals beschreven in "Afstellen van contrast en resolutie".
/ Druk langer dan een seconde op de gewenste nummer-
toets, bijvoorbeeld
. Op het display verschijnt "VOR-
MING FAXNR." en vervolgens de cijfers van het toegewe-
zen faxnummer. Als eveneens de naam werd opgeslagen,
geeft het display de naam weer.
Wanneer het nummer is gekozen, verloopt de verzending
verder op de bekende manier.
VERZENDEN VIA SNELKIESCODES
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen
de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie-
velijk, NORMAL en (standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan
zoals beschreven in "Afstellen van contrast en
resolutie".
Op het display verschijnt:
VORMING FAXNR.
CODE OF < >
/ Vorm de gewenste snelkiescode, bijvoorbeeld .
Op het display verschijnen de cijfers van het toegewezen
faxnummer. Als eveneens de naam werd opgeslagen, geeft
het display de naam weer.
Wanneer het nummer is gekozen, verloopt de verzending
verder op de bekende manier.
VERZENDEN MET ONE-TOUCH-TOETSEN OF SNELKIESCODES
DOOR
OPZOEKEN IN HET ADRESBOEK
Als u zich de one-touch-toets of snelkiescode niet herinnert
die u aan een bepaald faxnummer heeft toegewezen, kunt
u de verzending toch starten door het nummer als volgt
in het adresboek op te zoeken:
Steek het document in de ADF. Op het display verschijnen
de uitgangswaarden voor contrast en resolutie: respectie-
velijk, NORMAL en
(standaard).
Pas eventueel de waarden voor contrast en resolutie aan
zoals beschreven in "Afstellen van contrast en resolutie".
Op het display verschijnt:
VORMING FAXNR.
CODE OF <>
/ Druk op de toetsen
|
/
}
om het gewenste faxnummer of de
naam van de correspondent te vinden aan wie u het docu-
ment wilt sturen.
Om de verzending te starten.
R
APPORTEN
EN
LIJSTEN
AFDRUKKEN
RAPPORTEN
Door het afdrukken van rapporten kunt u het resultaat van alle uitge-
voerde transacties (verzendingen en ontvangsten), het aantal ver-
werkte documenten en andere nuttige informatie controleren.
Het faxtoestel kan de volgende rapporten afdrukken:
• Stroomonderbrekingsrapport: dit rapport wordt altijd auto-
matisch afgedrukt na een stroomonderbreking.
- Als de stroom uitviel tijdens verzending of ontvangst van een
document, zal het faxtoestel bij herstel van de normale werking
automatisch een rapport afdrukken met de gegevens van de be-
treffende verzending of ontvangst.
- Als de stroom uitviel tijdens of na een verzending uit het
geheugen of een ontvangst in het geheugen, zal het faxtoe-
stel bij herstel van de normale werking automatisch eenrapport
afdrukken dat het totale aantal pagina's aangeeft (m.b.t. verzen-
ding en ontvangst) dat uit het geheugen werd gewist.
• Activeringsrapport: bevat de gegevens m.b.t. de laatste 25
transacties (verzendingen en ontvangsten), die in het geheu-
gen opgeslagen blijven en wordt automatisch afgedrukt na
elke 15e transactie of wanneer u dit opvraagt.
• Rapport laatste verzending: dit rapport bevat de gegevens
van de laatste verzending. Het kan, indien zo geprogrammeerd,
altijd automatisch afgedrukt worden na elke verzending, of
wanneer u dit opvraagt.
• Foutberichtenrapport: dit rapport bevat eveneens de gege-
vens van de laatste verzending maar wordt alleen na een
mislukte verzending automatisch afgedrukt. Het faxtoestel
is ingesteld om dit soort rapport automatisch af te drukken. Hoe u
deze functie kunt uitschakelen, wordt beschreven in de betref-
fende paragraaf.
• Rapport laatste circulaire: bevat de gegevens met betrekking
tot de laatste circulaire-verzending en kan indien geprogram-
meerd, altijd automatisch afgedrukt worden na elke circu-
laire-verzending, of op aanvraag op het gewenste moment.
• Beller-ID-rapport: kan alleen op aanvraag worden afgedrukt en
bevat de volgende informatie:
• Naam beller
- Naam van de correspondent door wie u werd gebeld (indien
deze service is voorzien)
of
- PRIVÉ: indien de correspondent ervoor gekozen heeft zijn
identificatie niet weer te geven;
of
- NIET BESCHIKBAAR: indien de correspondent op een tele-
fooncentrale is aangesloten die niet over deze service be-
schikt.