AEG C81700K-ALX06 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

C81700K
Glaskeramik-Kochfeld
Glaskeramische kookplaat
Taque de cuisson vitrocéramique
Ceramic glass hob
Montage- und Gebrauchsanweisung
Montage- en gebruikshandleiding
Instructions de montage et mode d’emploi
Installation and Operating Instructions
32
Geachte klant,
Lees deze gebruiksaanwijzing a.u.b. zorgvuldig door.
Lees in ieder geval hoofdstuk Veiligheid op de eerste paginas. Bewaar
deze gebruikersinformatie om later te kunnen naslaan. Geef deze aan
eventuele volgende eigenaren van het apparaat door.
1
Met de gevarendriehoek en/of door signaalwoorden (Waarschuwing!,
Voorzichtig!, Attentie!) worden aanwijzingen geaccentueerd die voor
Uw veiligheid of het functioneren van het apparaat belangrijk zijn.
Deze absoluut in acht nemen.
0 1. Dit teken begeleidt u stap voor stap bij de bediening van het toestel.
2. ...
3. ...
3
Bij dit symbool vindt u aanvullende informatie m.b.t. bediening en
praktisch gebruik van het toestel.
2
Tips en aanwijzingen m.b.t. de rendabele en milieuvriendelijke toepas-
sing van het toestel zijn met een klaverblad gekenmerkt.
Voor eventuele storingen bevat deze gebruikersinformatie aanwijzin-
gen voor het zelfstandig opheffen, zie hoofdstuk Wat te doen als ....
Bij technische problemen staat onze TECHNISCHE DIENST bij u in de
buurt u te allen tijde ter beschikking (adressen en telefoonnummers
vindt u in hoofdstuk Servicepunten).
Lees daartoe ook hoofdstuk Service.
Gedrukt op milieuvriendelijk gefabriceerd papier.
Wie milieubewust denkt, handelt ook zo ...
33
INHOUD
Gebruiksaanwijzing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Afvalverwerking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
De belangrijkste kenmerken van uw apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
Opbouw van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
Uitrusting kookplaat en bedieningsveld . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
Digitale indicaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
Veiligheidsuitschakeling van de kookzones . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
Voor het in gebruik nemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
Reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
Bediening van de kookplaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
TOUCH-CONTROL-sensorvelden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Apparaat inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Apparaat uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Keuze kookzone . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
Keuze kookstand + en - . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Twee- en driekrings-kookzone in- en uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . 44
Braadzone in- en uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
Kookzone uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Restwarmte-indicatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
Koken met kookautomatiek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Koken zonder kookautomatiek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
Bedieningsveld vergrendelen/ontgrendelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Timer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Toepassingen, tabellen, tips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
Pannen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
Tips voor het koken met en zonder kookautomatiek . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
Kookplaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
Raam van de kookplaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58
Wat is er aan de hand als ... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59
Service . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61
Montage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 126
Gebruiksaanwijzing
34
GEBRUIKSAANWIJZING
1 Veiligheid
De veiligheid van dit apparaat voldoet aan de Europese en Dutche nor-
men. Toch zien wij ons als fabrikant genoodzaakt u met onderstaande
aanwijzingen m.b.t. de veiligheid vertrouwd te maken.
Elektrische veiligheid
Montage en aansluiting van het nieuwe apparaat mogen alleen door
een erkend elektro-installateur worden uitgevoerd.
Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's
leiden. Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling.
3
Volg deze aanwijzingen op, omdat anders bij schade de aanspraak op
garantie vervalt.
Inbouwapparaten mogen alleen worden gebruikt nadat ze zijn inge-
bouwd in passende inbouwkasten en werkbladen die aan de normen
voldoen. Daarmee wordt de vereiste aanrakingsbescherming van elek-
trische apparaten veiliggesteld.
Als zich storingen aan het apparaat, breuken, barsten of scheuren
voordoen:
alle kookzones uitschakelen,
de zekering voor de kookplaat in de huisinstallatie uitschakelen.
Veiligheid voor kinderen
Als u kookt of braadt, worden de kookzones heet. Houd daarom kleine
kinderen altijd uit de buurt.
Gebruiksaanwijzing
35
Veiligheid tijdens het gebruik
Dit apparaat mag alleen voor het normaal koken en braden van
levensmiddelen worden gebruikt.
Gebruik de kookplaat niet om het vertrek te verwarmen.
Voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten aan stopcon-
tacten in de buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet met hete
kookzones in aanraking komen.
Oververhitte vetten en oliën vliegen snel in brand. Als u gerechten in
vet of olie (bijv. patates frites) bereidt, dient u altijd in de buurt te
blijven.
Schakel elke keer na het gebruik de kookzones uit.
Veiligheid bij het reinigen
U moet het apparaat uitschakelen voordat u het gaat reinigen. Het rei-
nigen van het apparaat met een stoomstraal- of hogedrukreiniger is om
veiligheidsredenen verboden.
Gebruiksaanwijzing
36
Zo wordt schade aan het apparaat voorkomen
Gebruik de kookplaat niet als werkplek of aanrecht.
Schakel de kookzones nooit in als er een lege pan of geen pan op
staat.
Glaskeramiek is ongevoelig voor temperatuurschokken en zeer sterk,
maar niet onbreekbaar. Bijzonder scherpe en harde voorwerpen die
op de kookplaat vallen, kunnen beschadiging veroorzaken.
Gebruik geen pannen van gietijzer of pannen met een beschadigde,
ruwe of oneffen bodem. Bij het verschuiven kunnen krassen ontstaan.
Zet geen pannen op het raam van de kookplaat. Er kunnen krassen en
lakschade ontstaan.
Let erop dat er geen zuurhoudende vloeistoffen, bijv. azijn, citroen of
kalkoplossende middelen op het raam van de kookplaat terechtko-
men, omdat anders matte plekken ontstaan.
Als suiker of suikerhoudende stoffen op de hete kookplaat terechtko-
men en smelten, verwijder de plekken dan direct, als ze nog heet zijn,
met een glasschraper. Als de massa afkoelt, kan bij het verwijderen
schade aan de oppervlakte ontstaan.
Houd alle voorwerpen en materialen die kunnen smelten, bijv. kunst-
stof, aluminiumfolie of braadfolie, uit de buurt van de glaskeramische
plaat. Mocht er toch iets op de glaskeramische plaat smelten, dan
moet deze plek direct met een glasschraper worden verwijderd.
Gebruiksaanwijzing
37
2 Afvalverwerking
Verpakkingsmateriaal verwijderen
Alle verpakkingsdelen zijn recyclebaar, folies en piepschuim onderde-
len zijn overeenkomstig gecodeerd. Verpakkingsmateriaal en even-
tuele oude apparaten moeten op de juiste manier weggegooid
worden.
Houd u aan de nationale en regionale voorschriften en let op de
materiaalaanduiding (materiaalscheiding, afvalverzameling, inzamel-
punten).
Aanwijzingen voor het weggooien
Het apparaat mag niet bij het huisvuil worden gezet.
Informatie over afhaaltijden of inzamelplaatsen krijgt u bij de
gemeentelijke reinigingsdienst of het gemeentehuis.
Waarschuwing! Afgedankte apparaten moeten voor het weggooien
onbruikbaar gemaakt worden. Aansluitsnoer verwijderen.
Gebruiksaanwijzing
38
De belangrijkste kenmerken van uw appa-
raat
Glaskeramische kookplaat: Het apparaat heeft een glaskeramische
kookplaat en 4 snel opgloeiende kookzones Hierbij wordt door bij-
zonder sterke stralingselementen de opwarmduur van het verwar-
mingselement aanzienlijk verkort.
Sensorvelden: De bediening van het apparaat geschiedt d.m.v.
TOUCH-CONTROL-sensorvelden.
Reiniging: Het voordeel van de glaskeramische kookplaat en de sen-
sorvelden is de makkelijke reiniging. De gladde oppervlakte is makke-
lijk te reinigen (zie hoofdstuk: Reiniging en onderhoud).
Sensorveld aan/uit: Het apparaat heeft met het sensorveld aan/uit
een aparte hoofdschakelaar, waarmee de stroomverzorging naar het
apparaat compleet in- en uitgeschakeld kan worden.
Indicaties: Digitale indicaties geven u informatie over ingestelde
kookstanden, geactiveerde functies en over evt. nog aanwezige rest-
warmte van de betreffende kookzone.
Veiligheidsuitschakeling: Een veiligheidsuitschakeling zorgt ervoor
dat alle kookzones na een bepaalde tijd worden uitgeschakeld als de
instellingen niet worden veranderd.
Warmhoudstand: ! is de kookstand waarop u gerechten warm
kunt houden.
Restwarmte-indicatie: Een h voor restwarmte brandt in de indica-
tie, als de kookzone nog zo warm is dat verbrandingsgevaar bestaat.
Universele kookzone: De kookplaat is uitgerust met een universele
kookzone/braadzone. Afhankelijk van de instelling kan deze als ronde
of ovale kookzone worden gebruikt, bijv. voor braadpannen of voor
het warmhouden van servies en levensmiddelen.
Tweekrings- en driekrings-kookzone: Bovendien beschikt de kook-
plaat over een tweekrings- en driekrings-kookzone. Daarmee biedt
het apparaat kookzones met variabele grootte, bijv. voor kleine steel-
pannen. Daardoor kan energie worden bespaard.
Timer: Met de geïntegreerde timer kunnen alle kookzones automa-
tisch worden uitgeschakeld. Als het einde van de kooktijd is bereikt,
wordt de kookzone uitgeschakeld.
Gebruiksaanwijzing
39
Opbouw van het apparaat
Uitrusting kookplaat en bedieningsveld
145 mm
170 mm
275/210/145 mm
100/180 mm
265 mm
Gebruiksaanwijzing
40
Digitale indicaties
De vier indicatievelden, die bij de vier kookzones horen, geven aan:
j, na het inschakelen en bij automatische uitschakeling door de vei-
ligheidsfunctie,
= bij het kiezen van een kookzone,
! tot ), afhankelijk van de gekozen kookstand,
a bij kookautomatiek,
h bij restwarmte,
f bij storing.
1
Veiligheidsuitschakeling van de kookzones
Als één van de kookzones na een bepaalde tijd niet wordt uitgeschakeld
of de kookstand niet wordt veranderd, wordt de betreffende kookzone
automatisch uitgeschakeld.
In de indicatie van alle ingeschakelde kookzones verschijnt h en na
het afkoelen j.
De kookzones worden uitgeschakeld bij:
Om in te schakelen de kookzone opnieuw activeren (zie hoofdstuk
Bediening).
Voor het in gebruik nemen
Reinigen
De glaskeramische kookplaat met een vochtige doek afnemen.
1
Attentie: Gebruik geen scherpe, schurende reinigingsmiddelen! De
oppervlakte kan beschadigd worden.
kookstand 1 - 2 na 6 uur
kookstand 3 - 4 na 5 uur
kookstand 5 na 4 uur
kookstand 6 - 9 na 1,5 uur
Gebruiksaanwijzing
41
Bediening van de kookplaat
3
Bij het inschakelen van een kookzone kan deze kort zoemen. Dat is een
eigenschap van alle glaskeramische kookzones en heeft geen negatieve
invloed op het functioneren of de levensduur van het apparaat.
TOUCH-CONTROL-sensorvelden
Om de TOUCH-CONTROL-sensorvelden te bedienen legt u uw vinger
plat op het gewenste veld, tot de betreffende indicaties aan of uit gaan,
resp. de gewenste functie wordt uitgevoerd.
Apparaat inschakelen
Het complete apparaat wordt met het sensorveld aan/uit n inge-
schakeld.
0 Het sensorveld aan/uit ca. twee seconden lang aanraken.
De digitale indicaties geven j aan en de punt knippert.
3
Nadat u d.m.v. sensorveld aan/uit het apparaat hebt ingeschakeld,
moet binnen ca. 10 seconden met de kookzonekeuzetoetsen één van de
kookzones worden geselecteerd. Anders wordt het apparaat om veilig-
heidsredenen weer uitgeschakeld.
Apparaat uitschakelen
Om het apparaat compleet uit te schakelen sensorveld aan/uit n
aanraken.
Gebruiksaanwijzing
42
0 Sensorveld aan/uit ca. een seconde lang aanraken.
3
Na het uitschakelen van een kookzone of van de gehele kookplaat
wordt nog aanwezige restwarmte met h (van heet) in de digitale
indicaties van de betreffende kookzones aangegeven.
Keuze kookzone
Om de gewenste kookzone te selecteren
0 het bijbehorende sensorveld ca. een seconde lang aanraken.
In het indicatieveld van de kookzone gaat de nul met punt branden =.
3
De punt geeft aan dat alleen deze kookzone kan worden ingesteld..
Gebruiksaanwijzing
43
Keuze kookstand + en -
Voor instellen resp. wijzigen van de kookstand (! tot )) voor de
gekozen kookzone.
0 Met sensorveld + de kookstand verhogen.
Met sensorveld - de kookstand verlagen.
3
Als verschillende kookzones tegelijk in gebruik zijn, moet voor wijzigen
van de kookstand de gewenste kookzone worden gekozen door aanra-
ken van het betreffende sensorveld. De punt in het display geeft aan
welke kookzone geselecteerd is.
Gebruiksaanwijzing
44
Twee- en driekrings-kookzone in- en uitschakelen
Afhankelijk van de pangrootte kunnen bij de twee- en driekrings-kook-
zone met het sensorveld inschakelen (X) op de keramische kookplaat
de grotere verwarmingskringen van de kleinere kookzones extra wor-
den ingeschakeld.
3
Deze kunnen alleen worden ingeschakeld, als de kleinere verwarmings-
kring al is ingeschakeld.
1. De betreffende kookzone kiezen.
2. De gewenste kookstand instellen.
0 3. Sensorveld inschakelen (X) aanraken.
Gebruiksaanwijzing
45
De middelste verwarmingskring wordt ingeschakeld. Het controle-
lampje onder symbool II gaat branden.
4. Als u sensorveld inschakelen opnieuw aanraakt, wordt de buitenste
verwarmingskring geactiveerd. Het controlelampje onder symbool III
gaat branden.
5. Om de buitenste verwarmingskringen uit te schakelen sensorveld
inschakelen aanraken, de buitenste verwarmingskring wordt dan uit-
geschakeld.
Gebruiksaanwijzing
46
Braadzone in- en uitschakelen
0 1. De betreffende kookzone kiezen.
2. De gewenste kookstand instellen.
3. Om de braadzone in en uit te schakelen legt u uw vinger plat op het
touch-control-sensorveld inschakelen (X), tot het controlelampje aan
of uit gaat.
Gebruiksaanwijzing
47
Kookzone uitschakelen
0 1. Met de kookzone-sensorvelden gewenste kookzone selecteren.
2. Om uit te schakelen de sensorvelden + en - tegelijk aanraken of met
sensorveld - op nul terugzetten.
3
Een kookzone kan alleen worden uitgeschakeld, als de punt in de indi-
catie brandt.
Gebruiksaanwijzing
48
Restwarmte-indicatie
Na het uitschakelen van een kookzone of van de gehele kookplaat
wordt nog aanwezige restwarmte met h (van heet) in de digitale
indicaties van de betreffende kookzones aangegeven.
Ook na het uitschakelen van de kookzone gaat de restwarmte-indicatie
pas uit als de kookzone is afgekoeld.
2
U kunt de restwarmte gebruiken voor het smelten en warmhouden van
gerechten.
1
Attentie! Zolang de restwarmte-indicatie brandt, bestaat er verbran-
dingsgevaar.
1
Attentie! Bij stroomuitval gaat ook symbool h uit en daarme de
waarschuwing voor aanwezige restwarmte. Er bestaat echter nog
steeds verbrandingsgevaar. Dat kunt u voorkomen door goed op te let-
ten.
Gebruiksaanwijzing
49
Koken met kookautomatiek
Alle vier kookzones van de kookplaat kunnen op negen standen worden
ingesteld en zijn uitgerust met een kookautomatiek:
, laagste kookstand
), hoogste kookstand
a, aankookfunctie.
Als u de door u gewenste kookstand met sensorveld + kiest, werkt de
kookzone een bepaalde tijd met vol vermogen en schakelt dan automa-
tisch op de ingestelde doorkookstand terug.
De duur van de automatische aankookstoot is afhankelijk van de geko-
zen doorkookstand.
0 1. Met de kookzone-sensorvelden de gewenste kookzone kiezen. Sensor-
veld + aanraken, tot de gewenste kookstand ! tot (. De ingestelde
kookstand wordt eerst aangegeven. Na 5 seconden verschijnt i.p.v. de
kookstand de a (= kookautomatiek) in de indicatie. Na afloop van de
aankooktijd wordt weer de kookstand aangegeven.
3
Als u tijdens de automatische functie een hogere stand kiest, bijv. van
# naar %, wordt de aankooktijd aangepast. Als u een lagere stand
kiest, wordt de automatische functie direct beëindigd.
Gebruiksaanwijzing
50
2
Ook bij opnieuw koken op een nog warme kookzone maakt de kookau-
tomatiek gebruik van de restwarmte. Dat bespaart tijd en energie.
3
Als u een kookzone, waarop zich al een hete pan bevindt, opnieuw wilt
inschakelen, moet u de gewenste kookstand altijd met het --sensor-
veld kiezen. Daardoor voorkomt u dat de levensmiddelen door de auto-
matische aankookstoot overkoken.
Koken zonder kookautomatiek
Als u de kookzone zonder kookautomatiek wilt gebruiken, dan kiest u
de gewenste kookstand met het --sensorveld.
0 1. Apparaat inschakelen en met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste
kookzone selecteren.
2. Sensorveld - aanraken, om de gewenste kookstand ) tot ! in te
stellen.
3
Met de toetsen + en - kunt u de stand altijd wijzigen, zolang de
kookzone geselecteerd is.
Kookzone uitschakelen
0 1. Met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste kookzone selecteren.
2. Om uit t schakelen de toetsen + en - tegelijk indrukken.
1
Bij kookzones die nog heet zijn, moet u zonder kookautomatiek koken.
Gebruiksaanwijzing
51
Bedieningsveld vergrendelen/ontgrendelen
Tijdens het gehele kookproces kan het bedieningsveld met uitzondering
van het sensorveld aan/uit worden vergrendeld om te voorkomen dat
instellingen worden gewijzigd, bijv. doordat u er met een doek over
veegt. Deze functie is ook geschikt als kinderbeveiliging
0 1. Sensorveld o zo lang aanraken tot het controlelampje gaat branden.
2. Om de vergrendeling weer op te heffen sensorveld o opnieuw zo lang
aanraken tot het controlelampje uitgaat.
3
Kinderbeveiliging! Als u de kookplaat compleet uitschakelt d.m.v. sen-
sorveld aan/uit, terwijl de vergrendeling is ingeschakeld, dan is bij het
weer inschakelen de vergrendeling nog altijd actief. Om de kookzone
opnieuw in te schakelen moet de vergrendelingsfunctie worden opge-
heven zoals hierboven beschreven.
Gebruiksaanwijzing
52
Timer
Met de geïntegreerde timer kan bij alle kookzones een kooktijd worden
ingesteld. Als het einde van de kooktijd is bereikt, wordt de kookzone
automatisch uitgeschakeld.
0 1. Met het sensorveld kookzone de gewenste kookzone selecteren en
gewenste kookstand instellen.
2. Sensorveld TIMER
W aanraken om de timerfunctie voor deze kook-
zone te activeren. In de indicatie verschijnt
00.
3. Met de sensorvelden + of - de gewenste tijd tot het automatisch uit-
schakelen instellen of veranderen (bijv. 15 minuten).
Na enkele seconden begint de timer automatisch en geeft de reste-
rende tijd tot het uitschakelen aan.
Bovendien brandt de indicatie timer actief van de betreffende kook-
zone, bijv. controlelampje links boven komt overeen met kookzone links
achter.
Na afloop van de ingestelde kookduur wordt de kookzone automatisch
uitgeschakeld en klinkt een akoestisch signaal.
4. Sensorveld TIMER
W aanraken om het signaal en het controlelampje
uit te schakelen.
Gebruiksaanwijzing
53
3
Om sneller in te stellen laat u uw vinger zo lang op het sensorveld + of
- rusten, tot de gewenste waarde is bereikt.
Als eerst sensorveld - wordt aangeraakt, begint de tijdsinstelling bij
99 minuten, als eerst sensorveld + wordt aangeraakt, begint de tijds-
instelling bij 1 minuut.
Resterende kooktijd aangeven
0 Als u een kookzone kiest die op de timer werkt, verschijnt in het timer-
indicatieveld de resterende kookduur.
Timer als kookwekker (eierwekker) gebruiken
3
De timer-functie kan zonder de uitschakelautomatiek ook als kookwek-
ker worden gebruikt, als hij tenminste niet reeds voor één of meer
kookzones wordt gebruikt. Hierbij mag er geen kookzone geselecteerd
zijn. Het sensorveld kookzone met de punt in de indicatie moet dus
opnieuw worden aangeraakt, opdat de punt uitgaat.
De tijdsinstelling geschiedt zoals hierboven beschreven.
Timer-functie voortijdig beëindigen
Er zijn twee mogelijkheden om de schakelklok voortijdig uit te schake-
len:
Kookzone en timer tegelijk uitschakelen
0 1. Met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste kookzone selecteren.
2. Toets + en - tegelijk aanraken: Kookzone en timer worden uitge-
schakeld.
Timer uitschakelen - kookzone blijft actief
0 1. Met de kookzonekeuzetoetsen de gewenste kookzone selecteren.
2. Toets timer opnieuw aanraken
3. Toets + en - tegelijk aanraken:
alleen timer wordt uitgeschakeld.
Kookzone blijft in werking.
Gebruiksaanwijzing
54
Toepassingen, tabellen, tips
Pannen
Hoe beter de pan, des te beter het kookresultaat.
Goede pannen herkent u aan de bodem. De bodem moet zo dik en
vlak mogelijk zijn.
Let bij het kopen van pannen op de diameter van de bodem. Fabri-
kanten geven vaak de diameter van de bovenste rand van de pan aan.
Pannen met een aluminium of koperen bodem kunnen metaalachtige
verkleuringen op de glaskeramische plaat achterlaten die moeilijk of
helemaal niet meer te verwijderen zijn.
Gebruik geen pannen van gietijzer of pannen met een beschadigde
bodem met ruwe plekken en bramen. Bij het verschuiven kunnen blij-
vende krassen ontstaan.
In koude toestand is de panbodem normaliter iets
naar binnen gewelfd (hol). De panbodem mag in
geen geval naar buiten gewelfd (bol) zijn.
Let op de aanwijzingen van de fabrikant, als u spe-
ciale pannen gebruikt (bijv. snelkookpan wok, enz.).
2
Tips voor het besparen van energie
U bespaart waardevolle energie, als u met onderstaande punten reke-
ning houdt:
De kookzone pas inschakelen als er een pan op staat.
Vuile kookzones en panbodems verhogen het
stroomverbruik.
Pannen indien mogelijk tlijd met een deksel afslui-
ten.
Kookzones vóór het einde van de kooktijd uitscha-
kelen om gebruik te maken van de restwarmte, bijv.
om gerechten warm te houden of om levensmiddelen
te smelten.
Panbodem en kookzone moeten
even groot zijn.
Bij gebruik van een snelkookpan
wordt de kooktijd max. 50% kor-
ter.
Gebruiksaanwijzing
55
Tips voor het koken met en zonder kookautomatiek
De automatische aankookfunctie is geschikt voor:
gerechten die koud worden opgezet, op hoog vermogen verhit en op
de doorkookstand niet voortdurend in de gaten hoeven te worden
gehouden.
gerechten die in de hete pan worden worden.
De automatische aankookfunctie is niet geschikt voor:
goulash, rollade en dergelijke suddergerechten die tot het bereiken
van de juiste bruinheidsgraad onder voortdurend omkeren aangebra-
den, bedropen en gaargestoofd moeten worden.
deeggerechten met veel vloeistof,
het koken met snelkookpannen,
zeer grote hoeveelheden soep/éénpansmaaltijden met meer dan
2 liter vloeistof.
Algemene aanwijzingen:
3
Bij het koken zonder kookautomatiek raden wij u aan om voor het
aan de kook brengen/aanbraden van de levensmiddelen een hoge
stand in te stellen (met de --toets) en daarna op de passende door-
kookstand terug te schakelen.
De doorkookstand ! kunt u gebruiken om gerechten warm te hou-
den.
Let de eerste keer goed op! Dan kunt u vaststellen, welke kookstand
voor "uw gerechten" in de "door u gewoonlijk bereide hoeveelheid"
met "uw pannnen" optimaal is. U zult de voordelen van de automa-
tiek al snel waarderen en vol vertrouwen met uw nieuwe kookplaat
kunnen werken.
Gebruiksaanwijzing
56
Richtlijnen voor het koken op de kookzone
De gegevens in de volgende tabellen zijn richtlijnen. Welke schakel-
stand voor een kookproces nodig is, hangt af van de kwaliteit van de
pannen en van soort en hoeveelheid van de levensmiddelen
3
Wij raden u aan om voor het aan de kook brengen of aanbraden stand
9 te kiezen en gerechten met een langere kooktijd daarna op de
betreffende doorkookstand verder gaar te laten worden.
Schakel-
stand
Aankook-
tijd van de
automatiek
1
(min.)
1) bij het koken zonder automatiek kan de aankooktijd individueel worden geko-
zen.
Kookproces Toepassingsvoorbeelden
9
aan de kook
brengen
aanbraden
frituren
aan de kook brengen van grote hoe-
veelheden water, deegwaren koken,
aanbraden van vlees,
(bijv. goulash, suddervlees)
8 4,5
sterk braden
biefstuk, lendestuk,
aardappelkoekjes,
braadworst,
pannenkoeken/flensjes
7 3,5
6 2,5 braden
schnitzel/karbonade,
lever, vis,
gehaktballen, spiegeleieren
5 8,5
koken
koken tot 1,5 l vloeistof,
aardappelen, groente
4 6,5
3 4,8
stoven
stomen
wellen
stoven en stomen van kleinere hoeveel-
heden groente,
wellen van rijst en
melkgerechten
2 3,0
1 1,0
warmhouden
smelten
warmhouden van gerechten,
boter smelten,
gelatine oplossen,
chocolade smelten
Gebruiksaanwijzing
57
Reiniging en onderhoud
Kookplaat
1
Attentie: Reinigingsmiddelen mogen niet op de hete glaskeramische
plaat terechtkomen! Alle reinigingsmiddelen moeten na het schoonma-
ken met ruim schoon water worden verwijderd, omdat ze bij het weer
opwarmen etsend kunnen werken!
Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen, zoals grill- of ovensprays,
grove schuurmiddelen of krassende pannenreinigers.
3
Reinig de glaskeramische kookplaat elke keer na het gebruik als hij
handwarm of koud is. Zo voorkomt u dat verontreinigingen inbranden.
Kalk- en watervlekken, vetspatten en metaalachtig glanzende ver-
kleuringen met een in de handel verkrijgbaar speciaal reinigingsmiddel
voor glaskeramiek of edelstaal verwijderen.
Lichte verontreinigingen
0 1. Glaseramische plaat met een vochtige doek en wat afwasmiddel afne-
men.
2. Daarna met een schone doek droogwrijven. Er mogen geen resten rei-
nigingsmiddel op de oppervlakte achterblijven.
3. De gehele glaskeramische plaat eenmaal per week grondig reinigen met
een speciaal reinigingsmiddel voor glaskeramiek of edelstaal.
4. Dan de kookplaat met ruim schoon water afnemen en met een
schone niet-pluizende doek droogwrijven.
Vastklevende verontreinigingen
0 1. Gebruik voor het verwijderen van
overgekookte levensmiddelen of
vastgekleefde spatten een glas-
schraper.
2. De glasschraper schuin op de glas-
keramische plaat zetten.
3. Verontreinigingen verwijderen met
een glijdende beweging van de
schraper.
3
Glasschrapers en reinigingsmiddelen
voor glaskeramische kookplaten zijn
in de vakhandel verkrijgbaar.
Gebruiksaanwijzing
58
1 Speciale verontreinigingen
0 1. Ingebrande suiker, gesmolten kunst-
stof, aluminiumfolie of andere mate-
rialen die kunnen smelten direct, als
ze nog heet zijn, met een glasschra-
per verwijderen.
1
Attentie: Bij het gebruik van de glas-
schraper op een hete kookzone
bestaat verbrandingsgevaar!
2. Reinig daarna de afgekoelde kook-
plaat op de normale wijze.
3
Mocht de kookzone met daarop
gesmolten materiaal al afgekoeld zijn, verwarm de zone dan nog een
keer voor reinigen.
Krassen en donkere vlekken in de glaskeramische plaat, die bijv. door
scherpe panbodems zijn ontstaan, kunnen niet worden verwijderd. Ze
hebben echter geen nadelige invloed op het functioneren van de kook-
plaat.
Raam van de kookplaat
1
Attentie! Geen azijn, citroen of kalkoplossende middelen op het raam
aanbrengen omdat anders matte plekken ontstaan.
0 1. Raam met een vochtige doek en wat afwasmiddel afnemen.
2. Ingedroogde verontreinigingen met een natte doek verwijderen. Daarna
wegvegen en droogwrijven.
Gebruiksaanwijzing
59
Wat is er aan de hand als ...
Hulp bij storingen
Misschien gaat het om een kleine storing die u aan de hand van de vol-
gende aanwijzingen zelf kunt oplossen. Voer zelf verder geen werk-
zaamheden uit, als onderstaande informatie u niet verder helpt.
1
Waarschuwing! Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vak-
mensen worden uitgevoerd. Door ondeskundige reparaties kunnen aan-
zienlijke gevaren voor de gebruiker ontstaan. Wend u bij reparaties
altijd tot onze service-afdeling.
Wat is er aan de hand als ...
.... de kookzones niet functioneren?
0 Controleer of
de zekering in de huisinstallatie (zekeringkast) in orde is. Mochten de
zekeringen vaker uitschakelen, neem dan contact op met een erkend
elektro-installateur.
het apparaat is ingeschakeld,
controlelampjes in het bedieningsveld branden,
de betreffende kookzone is ingeschakeld,
de kookzones op de gewenste doorkookstand aijn ingesteld (zie
hoofdstuk Koken),
de veiligheidsuitschakeling van de kookzones misschien in werking is
getreden (sie hoofdstuk veiligheidsfuncties).
.... de kookzones niet kunnen worden ingeschakeld?
0 Controleer of
het bedieningsveld misschien vergrendeld is (zie hoofdstuk Bedie-
ningsveld vergrendelen).
tussen aanraken van de aan/uit-toets en inschakelen van de
gewenste kookzone misschien een tijd van meer dan 10 seconden is
verstreken (zie hoofdstuk Apparaat inschakelen).
de sensorvelden misschien voor een deel met een vochtige doek of
met vloeistof zijn bedekt.
Gebruiksaanwijzing
60
.... de indicatie m.u.v. j resp. h voor restwarmte plotseling uit-
valt?
0 Controleer of
misschien per ongeluk de aan/uit-toets is aangeraakt.
de sensorvelden misschien voor een deel met een vochtige doek,
vloeistof o.i.d. zijn bedekt.
de veiligheidsuitschakeling misschien geactiveerd is.
.... na het uitschakelen van de kookzones geen j resp. h voor
restwarmte in de indicatie verschijnt?
0 Controleer of
de kookzone slechts even gebruikt is en daarom nog niet heet genoeg
is.
Mocht de kookzone heet zijn, neem dan contact op met de service-
afdeling van AEG.
.... een kookzone niet kan worden uitgeschakeld?
0 Controleer of
de sensorschakelaars misschien voor een deel met een vochtige doek
of met vloeistof zijn bedekt.
de vergrendeling misschien ingeschakeld is.
.... een kookzone niet kan worden ingeschakeld?
0 Controleer of
de vergrendeling misschien ingeschakeld is.
.... de indicatiee f brandt?
Controleer of de kookzone misschien oververhit is.
Deze indicatie brandt bij oververhitting, storingen in de elektronica of
om veiligheidsredenen.
Als u vanwege bedieningsfouten de service-afdeling inschakelt, wordt
dit bezoek ook tijdens de garantietermijn niet door onze garantiebepa-
lingen gedekt.
Service
61
SERVICE
In het hoofdstuk Wat is er aan de hand als …” vindt u enkele storingen
die u zelf kunt opheffen. Lees in geval van storing eerst dit hoofdstuk.
Gaat het om een technische storing?
Neem dan contact op met onze service-afdeling. (Adres en telefoon-
nummers vindt u in hoofdstuk Adres klantenservice.)
Bereid het gesprek in ieder geval goed voor. Dat vereenvoudigt de dia-
gnose en de vaststelling of bezoek van een servicetechnicus nodig is:
Geef zo nauwkeurig mogelijk op:
Hoe uit de storing zich?
Onder welke omstandigheden
treedt de storing op?
Noteer voor het gesprek beslist de
volgende gegevens van uw apparaat
op het typeplaatje:
PNC-nr. (9 cijfers),
S-nr. (9 cijfers).
Wij raden u aan de nummers hier te noteren zodat u ze altijd bij de
hand hebt.
Wanneer ontstaan er voor u ook tijdens de garantieperiode kos-
ten?
als u de storing m.b.v. de storingstabel (zie hoofdstuk Wat is er aan
de hand als ...) zelf had kunnen opheffen,
als de service-technicus u verschillende malen moet bezoeken, omdat
hij vóór zijn bezoek niet alle belangrijke informatie heeft gekregen en
daarom bijv. onderdelen moet halen. Dit kunt u voorkomen als u uw
telefoongesprek goed voorbereidt zoals boven beschreven.
PNC . . . . . . . . .
S-nr . . . . . . . . .
126
Montage/Assembly
127
Ausbau / Demontage / Démontage / Removal
min.
5 mm
min.
25 mm
1 / 1

AEG C81700K-ALX06 Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor