Chicco YOU & ME de handleiding

Categorie
Draagzakken
Type
de handleiding
36
GEBRUIKSAANWIJ-
ZING
ONDERDELEN DRAAGZAK
A. Draagzak
B. Hoofdsteun
C. Opening waar de armen doorheen moeten
D. Bovenste bevestigingsgesp
E. Onderste bevestigingsgesp
F. Gesp voor zijafstelling
G. Gesp voor hoogteafstelling (afhankelijk van
de groei van het kind)
H. Zitting
I. Knoopsgaten waar de knopen doorheen
moeten
ONDERDELEN SCHOUDERBANDEN
K. Schouderbanden
L. Onderste gesp
M. Bovenste afstelgesp
N. Hoofdafstelgordels
O. Bijafstelgordels
P. Rugleuning ter ondersteuning van de rug
Q. Doorgang gespen in de schouderbanden
BELANGRIJKE MEDEDELINGEN
BELANGRIJK: LEES DEZE GEBRUIKSAANWIJ-
ZING VOOR HET GEBRUIK AANDACHTIG
DOOR, OM GEVAREN BIJ HET GEBRUIK TE
VOORKOMEN. BEWAAR ZE VOOR LATERE
RAADPLEGING.
HOUD U ZORGVULDIG AAN DEZE IN-
STRUCTIES, OM DE VEILIGHEID VAN UW
KIND NIET OP HET SPEL TE ZETTEN.
LET OP: VERWIJDER VOOR HET GEBRUIK
EVENTUELE PLASTIC ZAKKEN EN ALLE
ANDERE VERPAKKINGSONDERDELEN EN
GOOI ZE WEG OF HOUD ZE IN IEDER GE-
VAL BUITEN HET BEREIK VAN BABY’S EN
KINDEREN.
WAARSCHUWINGEN
Gebruiksleeftijd: vanaf de geboorte, van 3,5
kg tot 12 kg.
Gebruik de draagzak alleen als u staat of
loopt.
LET OP: gebruik de draagzak niet tijdens spor-
tactiviteiten.
Deze draagzak mag niet worden gebruikt om
een kind op uw rug te vervoeren.
Verzeker u er voor het gebruik van dat de
gordels goed zijn aangebracht en afgesteld en
dat de gespen goed vastzitten.
Het is raadzaam dat u zit, als u het kind in de
draagzak zet of het kind eruit haalt.
Vanaf het moment dat het kind zijn hoofd
omhoog en de schouders recht kan houden,
ongeveer vanaf de 4e levensmaand, kan het
omgedraaid, dus met zijn gezichtje naar de
straat worden gedragen.
Als het kind eenmaal in de draagzak zit, con-
troleert u zorgvuldig dat de omvangregelaars
goed zijn afgesteld. Verander ze anders even-
tueel.
Gebruik de draagzak voor niet meer dan één
kind tegelijk.
Controleer altijd dat er genoeg ruimte om het
gezicht van het kind is, zodat het voldoende
lucht krijgt.
Gebruik de draagzak niet als onderdelen stuk
of gescheurd zijn of ontbreken.
Breng geen niet door de fabrikant geleverde
accessoires, reserveonderdelen of onderdelen
aan de draagzak aan.
LET OP: u kunt uw evenwicht verliezen door
uw eigen bewegingen en die van het kind.
LET OP: kijk uit als u zich bukt of voorover
buigt. Verzeker u ervan dat de armen het kind
goed ondersteunen.
Denk eraan dat het kind in de draagzak eerder
op klimatologische veranderingen zal reage-
ren dan degene die hem draagt.
LET OP: Laat het kind nooit onbewaakt in de
draagzak als hij niet wordt gedragen.
REINIGINGS- EN ONDERHOUDSTIPS
Reinigen
Houd u aan de instructies op het wasetiket. Con-
troleer de stevigheid van de stof en de gordels na
iedere wasbeurt.
Onderhoud
Controleer de draagzak regelmatig op eventuele
losse naden, beschadigingen of ontbrekende de-
len. Gebruik het product in dit geval niet.
DRAAGWIJZE GEZICHT NAAR MAMA EN
GEZICHT NAAR DE STRAAT
DE SCHOUDERBANDEN DRAGEN
LET OP: doe de schouderbanden altijd om, voor-
dat u het kind in de draagzak zet.
1. Steek de armen één voor één in de twee rin-
gen van de schouderbanden (fi g. 1).
2. Stel de lengte van de schouderbanden af
door de uiteinden van de hoofdafstelgordels
vast te pakken. Trek eraan tot ze goed op de
schouders aansluiten (fi g. 2). Met deze han-
deling wordt de bovenkant van de rug van de
rugleuning afgesteld.
NL
37
3. Pak met de rechterhand beide onderste
gespen vast en trek met de andere hand aan
de secundaire afstelgordels (fi g. 3), zodat de
rugleuning op het bovenlichaam aansluit.
Herhaal deze handeling voor de andere kant.
Met deze handeling wordt de onderkant van
de rug van de rugleuning afgesteld.
4. Voor een maximaal comfort tijdens het ver-
voer moet de rugleuning Ergo System zich in
het midden bevinden, net onder de schouder-
bladen (fi g. 4), zodat hij goed op de rug en de
onderrug van de volwassene aansluit en een
maximaal comfort garandeert.
AFSTELSYSTEEM VOOR DE GROEI VAN
HET KIND
LET OP: deze handeling moet worden verricht,
alvorens het kind in de draagzak te zetten
De draagzak is uitgerust met een speciaal afstel-
systeem voor de groei van het kind, om goed te
kunnen voldoen aan zijn ontwikkeling.
5. Open de twee ritssluitingen, zoals in fi guur 5
wordt getoond.
6. Pak de middelste gesp vast en laat de gordel
lopen tot de draagzak de gewenste afmeting
heeft (fi g. 6).
7. Sluit het paneel weer, zodra u met de hande-
ling klaar bent (fi g. 7).
Uitsluitend als indicatie voor de ouder zijn er in
de buurt van de gesp voor de hoogteafstelling
van de draagzak enkele afmetingen/lengtes aan-
gegeven om de afstelling te vereenvoudigen.
LET OP: verzeker u ervan dat de gesp voor hoog-
teafstelling goed is vastgezet, voordat u het kind
in de draagzak zet.
DE DRAAGZAK AAN DE SCHOUDERBAN-
DEN BEVESTIGEN
8. Om de draagzak aan de schouderbanden te
bevestigen, moeten de onderste gespen van
de schouderbanden worden vastgepakt en
aan de bijbehorende onderste bevestigings-
gespen van de draagzak worden vastgemaakt
(fi g. 8).
LET OP: oefen druk uit tot u een “klik” hoort ten
teken dat de gesp vastzit.
9. Stel de lengte van de schouderbanden één
voor één af, door aan de secundaire afstelg-
ordels te trekken tot de draagzak voldoende
op het lichaam van de ouder aansluit (fi g. 9).
Deze handeling is nodig om een maximaal
comfort voor zichzelf en voor het kind te ga-
randeren en het gewicht zo goed mogelijk te
verdelen en een maximale veiligheid te ver-
zekeren.
AFSTELSYSTEEM LICHAAMSBOUW OUDER
LET OP: Deze handeling moet worden verricht,
alvorens het kind in de draagzak te zetten.
De draagzak is uitgerust met een afstelsysteem
dat een maximaal comfort en de beste aanpas-
sing op elk type lichaamsbouw garandeert.
10. Pak de twee uiteinden van de gespen met de
vingertoppen vast en oefen een lichte zijde-
lingse druk uit om ze los te maken (fi g. 10).
11. Til het lipje op om het uit de gebruiksstand te
halen (fi g. 11).
12. Laat de gespblokkering door de speciale ge-
leiding lopen tot de gewenste hoogte wordt
bereikt (fi g. 12).
13. Laat de gesp zakken en oefen een lichte zij-
delingse druk uit op de lipjes, zodat ze op de
veiligheidsstand wordt vastgezet (fi g. 13).
De hoogteafstelling moet bij beide schoudergor-
dels in spiegelbeeld worden verricht.
14. Voor een correct vervoer van het kind moet
de afstelgesp worden geplaatst zoals in fi guur
14 wordt getoond.
LET OP: Controleer altijd dat de gesp weer vast-
zit, voordat u overgaat tot de andere handelin-
gen. Het zal namelijk niet mogelijk zijn de draag-
zaak aan de schouderbanden te bevestigen als
deze afstelhandeling niet goed is verricht en de
lipjes niet weer volledig zijn vastgezet.
HET KIND IN DE DRAAGZAK ZETTEN
Het is raadzaam dat u zit, als u het kind in de
draagzak zet.
GEZICHT NAAR MAMA
LET OP: Voordat u het kind in de draagzak zet,
controleert u dat de draagzak aan de schouderg-
ordels is bevestigd, zoals voorheen werd beschre-
ven, en dat beide gespen voor zijafstelling en be-
vestiging aan de bovenkant zijn losgemaakt.
15. Na de draagzak aan de schouderbanden te
hebben bevestigd, maakt u de gesp voor zijaf-
stelling ter hoogte van de taille van het kind
aan slechts één kant van de draagzak vast
(fi g. 15).
16. Maak de bijbehorende bovenste bevesti-
gingsgesp vast, door druk uit te oefenen op
het rode lipje (16 A) en de gesp aan de pin op
de schouderband te bevestigen, tot u de “klik”
hoort ten teken dat ze vastzit (fi g. 16 B).
LET OP: controleer dat beide gespen goed zijn
bevestigd.
17. Zet het kind via de geopende kant in de
draagzak (fi g. 17).
LET OP: ondersteun het kind stevig, terwijl u
deze handeling verricht. Verzeker u ervan dat de
benen van het kind zich schrijlings van de zitting
bevinden en dat de arm door de speciale opening
38
is gehaald.
18. Bevestig de gesp voor zijafstelling ter hoogte
van de taille van het kind (fi g. 18 A) en de bij-
behorende bovenste bevestigingsgesp (fi g. 18
B) aan de andere kant van de draagzak.
LET OP: Controleer dat alle gespen goed zijn
vastgemaakt, dat de benen van het kind zich
schrijlings van de zitting bevinden en dat de ar-
men van het kind door de speciale openingen
zijn gehaald.
19. De buikomvang en de opening voor de be-
nen moeten altijd worden afgesteld, opdat
de draagzak nooit te wijd of te nauw is, maar
goed is aangepast aan de lichaamsbouw van
het kind (fi g. 19).
20. Steun de draagzak van onderen en stel de
lengte van de schouderbanden één voor één
af, tot het lichaam van het kind dicht genoeg
tegen dat van de ouder en hoog tegen de
borstkas aan zit. Dit is voor u en voor het kind
de comfortabelste en veiligste manier
(fi g. 20).
GEZICHT NAAR DE STRAAT
Vanaf het moment dat het kind zijn hoofd
omhoog en de schouders recht kan houden,
ongeveer vanaf de 4e levensmaand, kan het om-
gedraaid, dus met zijn gezichtje naar de straat
worden gedragen.
LET OP: Voordat u het kind in de draagzak zet,
controleert u dat de draagzak aan de schouderg-
ordels is bevestigd, zoals voorheen werd beschre-
ven, en dat beide gespen voor zijafstelling en be-
vestiging aan de bovenkant zijn losgemaakt.
21. Na de draagzak aan de schouderbanden te
hebben bevestigd, maakt u de gesp voor zijaf-
stelling ter hoogte van de taille van het kind
aan slechts één kant van de draagzak vast
(fi g. 21).
22. Maak de bijbehorende bovenste bevesti-
gingsgesp vast, door druk uit te oefenen op
het rode lipje (22 A) en de gesp aan de pin op
de schouderband te bevestigen, tot u de “klik”
hoort ten teken dat hij vastzit (fi g. 22 B).
LET OP: controleer dat beide gespen goed zijn
bevestigd.
23. Zet het kind via de geopende kant in de
draagzak (fi g. 23).
LET OP: ondersteun het kind stevig, terwijl u
deze handeling verricht. Verzeker u ervan dat de
benen van het kind zich schrijlings van de zitting
bevinden en dat de arm door de speciale opening
is gehaald.
24. Bevestig de gesp voor zijafstelling ter hoogte
van de taille van het kind (fi g. 24 A) en de bij-
behorende bovenste bevestigingsgesp (fi g. 24
B) aan de andere kant van de draagzak.
LET OP: controleer dat alle gespen goed zijn
vastgemaakt, dat de benen van het kind zich
schrijlings van de zitting bevinden en dat de ar-
men van het kind door de speciale openingen
zijn gehaald.
25. Open het paneel met de speciale ritssluitin-
gen, waardoor de draagwijze gezicht naar de
straat mogelijk wordt (fi g. 25 A), en bevestig
het met de speciale knopen (fi g. 25 B).
LET OP: open de rits, waardoor toegang wordt
verkregen tot de gesp voor hoogteregeling,
niet verder dan dat de andere ritssluiting die de
hoofdsteun opent, mag worden geopend.
26. De buikomvang en de opening voor de benen
moeten altijd worden afgesteld, opdat de
draagzak nooit de wijd of te nauw is, maar
goed is aangepast aan de lichaamsbouw van
het kind (fi g. 26).
27. Steun de draagzak van onderen en stel de
lengte van de schouderbanden één voor één
af, tot het lichaam van het kind dicht genoeg
tegen dat van de ouder en hoog tegen de
borstkas aan zit. Dit is voor u en voor het kind
de comfortabelste en veiligste manier
(fi g. 27).
HET KIND UIT DE DRAAGZAK NEMEN
Het is raadzaam dat u zit, als u het kind uit de
draagzak haalt.
28. Terwijl u het kind goed vasthoudt, maakt u
eerst de bovenste gesp aan één kant los door
op de rode knop op de gesp te drukken (fi g.
28 A) en door de gesp van de schouderban-
den naar voren te trekken (fi g. 28 B).
29. Terwijl u het kind goed vasthoudt, maakt u
de bijbehorende gesp voor zijafstelling ter
hoogte van het middel van het kind los (fi g.
29).
30. Neem het kind uit de draagzak (fi g. 30).
VOOR NADERE INFORMATIE:
Pharsana NV
Maccabilaan 34 – 2660 Hoboken – België
Tel 03/828 08 80 – Fax 03/828 40 59
Website: www.chicco.com

Documenttranscriptie

NL GEBRUIKSAANWIJZING • Het is raadzaam dat u zit, als u het kind in de draagzak zet of het kind eruit haalt. • Vanaf het moment dat het kind zijn hoofd omhoog en de schouders recht kan houden, ongeveer vanaf de 4e levensmaand, kan het omgedraaid, dus met zijn gezichtje naar de straat worden gedragen. • Als het kind eenmaal in de draagzak zit, controleert u zorgvuldig dat de omvangregelaars goed zijn afgesteld. Verander ze anders eventueel. • Gebruik de draagzak voor niet meer dan één kind tegelijk. • Controleer altijd dat er genoeg ruimte om het gezicht van het kind is, zodat het voldoende lucht krijgt. • Gebruik de draagzak niet als onderdelen stuk of gescheurd zijn of ontbreken. • Breng geen niet door de fabrikant geleverde accessoires, reserveonderdelen of onderdelen aan de draagzak aan. • LET OP: u kunt uw evenwicht verliezen door uw eigen bewegingen en die van het kind. • LET OP: kijk uit als u zich bukt of voorover buigt. Verzeker u ervan dat de armen het kind goed ondersteunen. • Denk eraan dat het kind in de draagzak eerder op klimatologische veranderingen zal reageren dan degene die hem draagt. • LET OP: Laat het kind nooit onbewaakt in de draagzak als hij niet wordt gedragen. ONDERDELEN DRAAGZAK Draagzak Hoofdsteun Opening waar de armen doorheen moeten Bovenste bevestigingsgesp Onderste bevestigingsgesp Gesp voor zijafstelling Gesp voor hoogteafstelling (afhankelijk van de groei van het kind) H. Zitting I. Knoopsgaten waar de knopen doorheen moeten A. B. C. D. E. F. G. ONDERDELEN SCHOUDERBANDEN K. Schouderbanden L. Onderste gesp M. Bovenste afstelgesp N. Hoofdafstelgordels O. Bijafstelgordels P. Rugleuning ter ondersteuning van de rug Q. Doorgang gespen in de schouderbanden BELANGRIJKE MEDEDELINGEN • BELANGRIJK: LEES DEZE GEBRUIKSAANWIJZING VOOR HET GEBRUIK AANDACHTIG DOOR, OM GEVAREN BIJ HET GEBRUIK TE VOORKOMEN. BEWAAR ZE VOOR LATERE RAADPLEGING. HOUD U ZORGVULDIG AAN DEZE INSTRUCTIES, OM DE VEILIGHEID VAN UW KIND NIET OP HET SPEL TE ZETTEN. • LET OP: VERWIJDER VOOR HET GEBRUIK EVENTUELE PLASTIC ZAKKEN EN ALLE ANDERE VERPAKKINGSONDERDELEN EN GOOI ZE WEG OF HOUD ZE IN IEDER GEVAL BUITEN HET BEREIK VAN BABY’S EN KINDEREN. REINIGINGS- EN ONDERHOUDSTIPS Reinigen Houd u aan de instructies op het wasetiket. Controleer de stevigheid van de stof en de gordels na iedere wasbeurt. Onderhoud Controleer de draagzak regelmatig op eventuele losse naden, beschadigingen of ontbrekende delen. Gebruik het product in dit geval niet. DRAAGWIJZE GEZICHT NAAR MAMA EN GEZICHT NAAR DE STRAAT WAARSCHUWINGEN • Gebruiksleeftijd: vanaf de geboorte, van 3,5 kg tot 12 kg. • Gebruik de draagzak alleen als u staat of loopt. • LET OP: gebruik de draagzak niet tijdens sportactiviteiten. • Deze draagzak mag niet worden gebruikt om een kind op uw rug te vervoeren. • Verzeker u er voor het gebruik van dat de gordels goed zijn aangebracht en afgesteld en dat de gespen goed vastzitten. DE SCHOUDERBANDEN DRAGEN LET OP: doe de schouderbanden altijd om, voordat u het kind in de draagzak zet. 1. Steek de armen één voor één in de twee ringen van de schouderbanden (fig. 1). 2. Stel de lengte van de schouderbanden af door de uiteinden van de hoofdafstelgordels vast te pakken. Trek eraan tot ze goed op de schouders aansluiten (fig. 2). Met deze handeling wordt de bovenkant van de rug van de rugleuning afgesteld. 36 LET OP: Deze handeling moet worden verricht, alvorens het kind in de draagzak te zetten. De draagzak is uitgerust met een afstelsysteem dat een maximaal comfort en de beste aanpassing op elk type lichaamsbouw garandeert. 10. Pak de twee uiteinden van de gespen met de vingertoppen vast en oefen een lichte zijdelingse druk uit om ze los te maken (fig. 10). 11. Til het lipje op om het uit de gebruiksstand te halen (fig. 11). 12. Laat de gespblokkering door de speciale geleiding lopen tot de gewenste hoogte wordt bereikt (fig. 12). 13. Laat de gesp zakken en oefen een lichte zijdelingse druk uit op de lipjes, zodat ze op de veiligheidsstand wordt vastgezet (fig. 13). De hoogteafstelling moet bij beide schoudergordels in spiegelbeeld worden verricht. 14. Voor een correct vervoer van het kind moet de afstelgesp worden geplaatst zoals in figuur 14 wordt getoond. LET OP: Controleer altijd dat de gesp weer vastzit, voordat u overgaat tot de andere handelingen. Het zal namelijk niet mogelijk zijn de draagzaak aan de schouderbanden te bevestigen als deze afstelhandeling niet goed is verricht en de lipjes niet weer volledig zijn vastgezet. 3. Pak met de rechterhand beide onderste gespen vast en trek met de andere hand aan de secundaire afstelgordels (fig. 3), zodat de rugleuning op het bovenlichaam aansluit. Herhaal deze handeling voor de andere kant. Met deze handeling wordt de onderkant van de rug van de rugleuning afgesteld. 4. Voor een maximaal comfort tijdens het vervoer moet de rugleuning Ergo System zich in het midden bevinden, net onder de schouderbladen (fig. 4), zodat hij goed op de rug en de onderrug van de volwassene aansluit en een maximaal comfort garandeert. AFSTELSYSTEEM VOOR DE GROEI VAN HET KIND LET OP: deze handeling moet worden verricht, alvorens het kind in de draagzak te zetten De draagzak is uitgerust met een speciaal afstelsysteem voor de groei van het kind, om goed te kunnen voldoen aan zijn ontwikkeling. 5. Open de twee ritssluitingen, zoals in figuur 5 wordt getoond. 6. Pak de middelste gesp vast en laat de gordel lopen tot de draagzak de gewenste afmeting heeft (fig. 6). 7. Sluit het paneel weer, zodra u met de handeling klaar bent (fig. 7). Uitsluitend als indicatie voor de ouder zijn er in de buurt van de gesp voor de hoogteafstelling van de draagzak enkele afmetingen/lengtes aangegeven om de afstelling te vereenvoudigen. LET OP: verzeker u ervan dat de gesp voor hoogteafstelling goed is vastgezet, voordat u het kind in de draagzak zet. HET KIND IN DE DRAAGZAK ZETTEN Het is raadzaam dat u zit, als u het kind in de draagzak zet. GEZICHT NAAR MAMA LET OP: Voordat u het kind in de draagzak zet, controleert u dat de draagzak aan de schoudergordels is bevestigd, zoals voorheen werd beschreven, en dat beide gespen voor zijafstelling en bevestiging aan de bovenkant zijn losgemaakt. 15. Na de draagzak aan de schouderbanden te hebben bevestigd, maakt u de gesp voor zijafstelling ter hoogte van de taille van het kind aan slechts één kant van de draagzak vast (fig. 15). 16. Maak de bijbehorende bovenste bevestigingsgesp vast, door druk uit te oefenen op het rode lipje (16 A) en de gesp aan de pin op de schouderband te bevestigen, tot u de “klik” hoort ten teken dat ze vastzit (fig. 16 B). LET OP: controleer dat beide gespen goed zijn bevestigd. 17. Zet het kind via de geopende kant in de draagzak (fig. 17). LET OP: ondersteun het kind stevig, terwijl u deze handeling verricht. Verzeker u ervan dat de benen van het kind zich schrijlings van de zitting bevinden en dat de arm door de speciale opening DE DRAAGZAK AAN DE SCHOUDERBANDEN BEVESTIGEN 8. Om de draagzak aan de schouderbanden te bevestigen, moeten de onderste gespen van de schouderbanden worden vastgepakt en aan de bijbehorende onderste bevestigingsgespen van de draagzak worden vastgemaakt (fig. 8). LET OP: oefen druk uit tot u een “klik” hoort ten teken dat de gesp vastzit. 9. Stel de lengte van de schouderbanden één voor één af, door aan de secundaire afstelgordels te trekken tot de draagzak voldoende op het lichaam van de ouder aansluit (fig. 9). Deze handeling is nodig om een maximaal comfort voor zichzelf en voor het kind te garanderen en het gewicht zo goed mogelijk te verdelen en een maximale veiligheid te verzekeren. AFSTELSYSTEEM LICHAAMSBOUW OUDER 37 B) aan de andere kant van de draagzak. LET OP: controleer dat alle gespen goed zijn vastgemaakt, dat de benen van het kind zich schrijlings van de zitting bevinden en dat de armen van het kind door de speciale openingen zijn gehaald. 25.Open het paneel met de speciale ritssluitingen, waardoor de draagwijze gezicht naar de straat mogelijk wordt (fig. 25 A), en bevestig het met de speciale knopen (fig. 25 B). LET OP: open de rits, waardoor toegang wordt verkregen tot de gesp voor hoogteregeling, niet verder dan dat de andere ritssluiting die de hoofdsteun opent, mag worden geopend. 26.De buikomvang en de opening voor de benen moeten altijd worden afgesteld, opdat de draagzak nooit de wijd of te nauw is, maar goed is aangepast aan de lichaamsbouw van het kind (fig. 26). 27. Steun de draagzak van onderen en stel de lengte van de schouderbanden één voor één af, tot het lichaam van het kind dicht genoeg tegen dat van de ouder en hoog tegen de borstkas aan zit. Dit is voor u en voor het kind de comfortabelste en veiligste manier (fig. 27). is gehaald. 18. Bevestig de gesp voor zijafstelling ter hoogte van de taille van het kind (fig. 18 A) en de bijbehorende bovenste bevestigingsgesp (fig. 18 B) aan de andere kant van de draagzak. LET OP: Controleer dat alle gespen goed zijn vastgemaakt, dat de benen van het kind zich schrijlings van de zitting bevinden en dat de armen van het kind door de speciale openingen zijn gehaald. 19. De buikomvang en de opening voor de benen moeten altijd worden afgesteld, opdat de draagzak nooit te wijd of te nauw is, maar goed is aangepast aan de lichaamsbouw van het kind (fig. 19). 20.Steun de draagzak van onderen en stel de lengte van de schouderbanden één voor één af, tot het lichaam van het kind dicht genoeg tegen dat van de ouder en hoog tegen de borstkas aan zit. Dit is voor u en voor het kind de comfortabelste en veiligste manier (fig. 20). GEZICHT NAAR DE STRAAT Vanaf het moment dat het kind zijn hoofd omhoog en de schouders recht kan houden, ongeveer vanaf de 4e levensmaand, kan het omgedraaid, dus met zijn gezichtje naar de straat worden gedragen. LET OP: Voordat u het kind in de draagzak zet, controleert u dat de draagzak aan de schoudergordels is bevestigd, zoals voorheen werd beschreven, en dat beide gespen voor zijafstelling en bevestiging aan de bovenkant zijn losgemaakt. 21. Na de draagzak aan de schouderbanden te hebben bevestigd, maakt u de gesp voor zijafstelling ter hoogte van de taille van het kind aan slechts één kant van de draagzak vast (fig. 21). 22. Maak de bijbehorende bovenste bevestigingsgesp vast, door druk uit te oefenen op het rode lipje (22 A) en de gesp aan de pin op de schouderband te bevestigen, tot u de “klik” hoort ten teken dat hij vastzit (fig. 22 B). LET OP: controleer dat beide gespen goed zijn bevestigd. 23.Zet het kind via de geopende kant in de draagzak (fig. 23). LET OP: ondersteun het kind stevig, terwijl u deze handeling verricht. Verzeker u ervan dat de benen van het kind zich schrijlings van de zitting bevinden en dat de arm door de speciale opening is gehaald. 24.Bevestig de gesp voor zijafstelling ter hoogte van de taille van het kind (fig. 24 A) en de bijbehorende bovenste bevestigingsgesp (fig. 24 HET KIND UIT DE DRAAGZAK NEMEN Het is raadzaam dat u zit, als u het kind uit de draagzak haalt. 28. Terwijl u het kind goed vasthoudt, maakt u eerst de bovenste gesp aan één kant los door op de rode knop op de gesp te drukken (fig. 28 A) en door de gesp van de schouderbanden naar voren te trekken (fig. 28 B). 29. Terwijl u het kind goed vasthoudt, maakt u de bijbehorende gesp voor zijafstelling ter hoogte van het middel van het kind los (fig. 29). 30. Neem het kind uit de draagzak (fig. 30). VOOR NADERE INFORMATIE: Pharsana NV Maccabilaan 34 – 2660 Hoboken – België Tel 03/828 08 80 – Fax 03/828 40 59 Website: www.chicco.com 38
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64

Chicco YOU & ME de handleiding

Categorie
Draagzakken
Type
de handleiding