Documenttranscriptie
Zie voor het monteren en aansluiten van het
apparaat de bijgeleverde handleiding
"Installatie en aansluitingen".
Microsoft, Windows Media
en het Windows-logo zijn
geregistreerde handelsmerken
van Microsoft Corporation in
de VS en/of andere landen.
Waarschuwing als het contactslot van
de auto geen ACC-positie heeft
Zorg ervoor dat u de functie voor automatisch
uitschakelen instelt (pagina 15).
Het apparaat wordt na de ingestelde tijd
automatisch volledig uitgeschakeld nadat het
apparaat is uitgeschakeld. Zo wordt
voorkomen dat de accu leegloopt.
Als u de functie voor automatisch uitschakelen
niet instelt, moet u (OFF) ingedrukt houden
tot het display verdwijnt telkens wanneer u het
contact uitschakelt.
iPod is een handelsmerk van Apple Computer,
Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en
andere landen.
Dit label bevindt zich aan de onderkant van het
apparaat.
Verwijdering van oude elektrische
en elektronische apparaten
(Toepasbaar in de Europese Unie en
andere Europese landen met
gescheiden ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet
echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische
en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt
verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve
gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen
draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor
meer details in verband met het recyclen van dit product,
neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het
bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het product hebt
gekocht.
Accessoire waarop dit van toepassing is:
Afstandsbediening
"ATRAC", "ATRAC AD", SonicStage en de
bijbehorende logo's zijn handelsmerken van
Sony Corporation.
"WALKMAN" en het "WALKMAN"-logo zijn
gedeponeerde handelsmerken van Sony
Corporation.
2
Inhoudsopgave
Welkom! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
iPod
Aan de slag
Een iPod afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Tracks afspelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Displayitems. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De weergavestand instellen . . . . . . . . . . . . . .
Album, artiest of afspeellijst selecteren . . .
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . .
Scannen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het apparaat opnieuw instellen . . . . . . . . . . . . . 4
De kaartafstandsbediening voorbereiden. . . . . . 4
De klok instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Het voorpaneel verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . 5
Het voorpaneel bevestigen . . . . . . . . . . . . . . 5
Bedieningselementen en algemene
handelingen
Hoofdeenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Kaartafstandsbediening RM-X151 . . . . . . . . 6
CD
Displayitems . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . . 8
Radio
Zenders opslaan en ontvangen. . . . . . . . . . . . . . 9
Automatisch opslaan — BTM . . . . . . . . . . . 9
Handmatig opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
De opgeslagen zenders ontvangen . . . . . . . . 9
Automatisch afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . . 9
RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Overzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
AF en TA instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
PTY selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
CT instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
USB-apparaten
USB-apparaten afspelen . . . . . . . . . . . . . . . 11
Displayitems . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Luisteren naar muziek op een audioapparaat
voor massaopslag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Luisteren naar muziek op een "Walkman"
(ATRAC AD-apparaat (ATRAC Audio
Device)) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
13
13
13
13
13
14
14
Andere functies
De geluidsinstellingen wijzigen . . . . . . . . . . .
De geluidskenmerken aanpassen
— BAL/FAD/SUB. . . . . . . . . . . . . . . . . . .
De equalizercurve aanpassen — EQ3 . . . .
Instelitems aanpassen — SET. . . . . . . . . . . . .
Optionele apparaten gebruiken . . . . . . . . . . . .
Randapparatuur voor audio . . . . . . . . . . . .
CD/MD-wisselaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
14
14
14
15
16
16
16
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Opmerkingen over discs. . . . . . . . . . . . . . .
Informatie over USB-apparaten . . . . . . . . .
Afspeelvolgorde van MP3-/WMA-/AACbestanden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Informatie over MP3-bestanden. . . . . . . . .
Informatie over WMA-bestanden . . . . . . .
Informatie over AAC-bestanden . . . . . . . .
Informatie over ATRAC-bestanden . . . . . .
Informatie over iPod . . . . . . . . . . . . . . . . .
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het apparaat verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . .
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Foutmeldingen/berichten . . . . . . . . . . . . . .
17
17
18
18
18
18
18
19
19
19
20
21
21
23
3
Welkom!
Dank u voor de aankoop van deze Sony Compact
Disc Player. U kunt tijdens het rijden genieten
van de volgende functies.
• CD's afspelen
U kunt CD-DA's (ook met CD TEXT*1),
CD-R's/CD-RW's (MP3-/WMA-/AACbestanden die met Multi Session (meerdere
sessies) zijn opgenomen (pagina 17)) en
ATRAC CD's (ATRAC3- en ATRAC3plusindeling (pagina 19)) afspelen.
Soorten discs
Label op de disc
CD-DA
MP3
WMA
AAC
ATRAC CD
• Radio-ontvangst
– U kunt maximaal 6 zenders per band opslaan
(FM1, FM2, FM3, MW en LW).
– BTM (geheugen voor beste afstemming): met
het apparaat worden zenders met sterke
signalen geselecteerd en opgeslagen.
• RDS-diensten
– U kunt FM-zenders met RDS
(radiogegevenssysteem) gebruiken.
• Geluidsaanpassing
– EQ3 stage2: U kunt kiezen uit 7 ingestelde
equalizercurves.
• Optionele apparaten bedienen
Verschillende soorten audioapparaten kunnen
worden aangesloten en bediend vanaf het
apparaat.
– iPod: Een iPod kan worden aangesloten met
de dockconnectorkabel aan de achterkant van
het apparaat.
– USB-apparaat: Een USB-apparaat voor
massaopslag of een "Walkman" (AAD*2) kan
worden aangesloten op de voorste USBaansluiting. Zie Informatie over USBapparaten (pagina 18) of ga naar de
ondersteuningswebsite van Sony (pagina 24)
voor meer informatie over apparaten die
kunnen worden gebruikt.
– Draagbaar audioapparaat: U kunt een
draagbaar audioapparaat aansluiten op de
AUX-ingang aan de voorkant van het
apparaat (analoge aansluiting).
4
– CD/MD-wisselaars: CD/MD-wisselaars
kunnen worden aangesloten op de SONY
BUS-aansluiting aan de achterkant van het
apparaat.
*1 Een CD TEXT-disc is een CD-DA die informatie
bevat, zoals disc-, artiesten- en tracknaam.
*2 ATRAC AD-apparaat (ATRAC Audio Device)
Aan de slag
Het apparaat opnieuw instellen
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt of
na het vervangen van de accu of het wijzigen van
de aansluitingen, moet u het apparaat opnieuw
instellen.
Maak het voorpaneel los en druk met een puntig
voorwerp, zoals een balpen, op de RESET toets.
RESET
toets
Opmerking
Als u op de RESET toets drukt, worden de
klokinstelling en bepaalde opgeslagen gegevens
gewist.
De kaartafstandsbediening
voorbereiden
Voordat u de kaartafstandsbediening voor het
eerst gebruikt, moet u het isolatievel verwijderen.
De klok instellen
De klok werkt met het 24-uurs systeem.
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het instelvenster wordt weergegeven.
2
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "CLOCK-ADJ" wordt weergegeven.
3
Druk op (SEEK) +.
De aanduiding voor het uur gaat knipperen.
4
Draai de volumeknop om het uur en de
minuten in te stellen.
Als u de digitale aanduiding wilt verplaatsen,
drukt u op (SEEK) –/+.
5
Druk op de selectietoets.
Het instellen is voltooid en de klok begint te
lopen.
Opmerkingen
• Laat het voorpaneel niet vallen en druk niet te hard
op het voorpaneel en het display.
• Stel het voorpaneel niet bloot aan hitte/hoge
temperaturen of vocht. Laat het voorpaneel niet
achter in een geparkeerde auto of op het
dashboard/de hoedenplank.
• Als het voorpaneel wordt verwijderd zonder de
contactschakelaar op OFF te zetten tijdens het
afspelen van een USB-apparaat, kunnen de
gegevens worden beschadigd.
Het voorpaneel bevestigen
Bevestig deel A van het voorpaneel aan deel B
van het apparaat, zoals in de afbeelding wordt
weergegeven, en druk op de linkerkant van het
voorpaneel tot dit vastklikt.
Als u de klok wilt weergeven, drukt u op
(DSPL). Druk nogmaals op (DSPL) om terug te
keren naar het vorige display.
Met de kaartafstandsbediening
Als u in stap 4 het uur en de minuten wilt instellen,
drukt u op M of m.
Tip
U kunt de klok automatisch instellen met de
RDS-functie (pagina 11).
A
B
Het voorpaneel verwijderen
U kunt het voorpaneel van het apparaat
verwijderen om diefstal te voorkomen.
Opmerking
Plaats niets op de binnenkant van het voorpaneel.
Waarschuwingstoon
Wanneer u de contactschakelaar in de stand OFF
zet zonder het voorpaneel te verwijderen, hoort u
de waarschuwingstoon enkele seconden.
U hoort de waarschuwingstoon alleen als de
ingebouwde versterker wordt gebruikt.
1
Druk op (OFF).
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
2
Druk op
en trek het voorpaneel
naar u toe.
5
Bedieningselementen en algemene handelingen
Hoofdeenheid
12 3
4
5
6
7 8
OFF
PUSH SELECT
EQ3
SOURCE
SEEK
SEEK
MODE
PTY
GP/ALBM
DIM
1
DSPL
2
REP
SHUF
3
4
PAUSE
5
6
AUX
AF/ TA
CDX-GT50UI
9 q; qa qs qdqfqg
Kaartafstandsbediening
RM-X151
1
4
ql
OFF
SOURCE
ATT
SEL
MODE
wa
ws
qd
+
wd
–
qf
w;
SCRL
DSPL
1
2
3
4
5
6
+
VOL
–
wf
wg
qh
qj qk
Zie de volgende pagina's voor meer informatie.
De overeenkomstige toetsen op de
kaartafstandsbediening bedienen dezelfde
functies als die op het apparaat.
A OFF toets
Uitschakelen; de bron stoppen.
B EQ3 (equalizer) toets 14
Een equalizertype selecteren (XPLOD,
VOCAL, EDGE, CRUISE, SPACE,
GRAVITY, CUSTOM of OFF).
C Volumeknop/selectietoets 14
Volume aanpassen (draaien); instelitems
selecteren (indrukken en draaien).
D SOURCE toets
Inschakelen; de bron wijzigen (Radio/CD/
MD*1/USB/AUX/PD).
E Discsleuf
Plaats de disc (met het label omhoog) en het
afspelen begint.
F Display
G USB-aansluiting 11
Kan worden aangesloten op het
USB-apparaat.
H Z (uitwerpen) toets
De disc uitwerpen.
I PTY (programmatype) toets 11
PTY in RDS selecteren.
J
6
(voorpaneel losmaken) toets 5
K SEEK –/+ toetsen
CD/MD*1/USB*2/PD*3:
Tracks overslaan (indrukken); tracks blijven
overslaan (indrukken, vervolgens binnen
1 seconde nogmaals indrukken en
vasthouden); een track snel terug-/
vooruitspoelen (ingedrukt houden).
Radio:
Automatisch afstemmen op zenders
(indrukken); handmatig zoeken naar zenders
(ingedrukt houden).
ql < (.)/, (>) toetsen
CD/radio/MD/USB/PD bedienen, heeft
dezelfde functie als (SEEK) –/+ op het
apparaat.
w; VOL (volume) +/– toets
Het volume aanpassen.
wa ATT (dempen) toets
Het geluid dempen. Druk nogmaals op de
toets om te annuleren.
L Ontvanger voor de
kaartafstandsbediening
ws SEL (selecteren) toets
Heeft dezelfde functie als de selectietoets op
het apparaat.
M MODE toets 9, 12, 16
De radioband (FM/MW/LW) selecteren; het
apparaat selecteren*4; de weergavestand
selecteren*3*5.
wd M (+)/m (–) toetsen
De CD bedienen, heeft dezelfde functie als
(1)/(2) (GP/ALBM –/+) op het apparaat.
N DSPL (display)/DIM (dimmer) toets
8, 9, 11, 13
Displayitems wijzigen (indrukken); de
helderheid van het display wijzigen
(ingedrukt houden).
O RESET toets (achter het voorpaneel) 4
P Cijfertoetsen
CD/MD*1/USB*2/PD*3:
(1)/(2): GP*6/ALBM*7 –/+
Groepen/albums overslaan (indrukken);
groepen/albums blijven overslaan
(ingedrukt houden)*8.
(3): REP 8, 12, 14, 16
(4): SHUF 8, 12, 14, 16
(5): 14
(6): PAUSE*9
Afspelen onderbreken. Druk nogmaals
op de toets om te annuleren.
Radio:
De opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken); zenders opslaan (ingedrukt
houden).
Q AF (alternatieve frequenties)/
TA (verkeersinformatie) toets 10
AF en TA in RDS instellen.
R AUX-ingang 16
Voor het aansluiten van een draagbaar
audioapparaat.
De volgende toetsen op de
kaartafstandsbediening verschillen van de
toetsen op het apparaat of hebben andere functies
dan de toetsen op het apparaat. Verwijder het
isolatievel vóór gebruik (pagina 4).
wf SCRL (rollen) toets 8, 11, 13
Het displayitem rollen.
wg Cijfertoetsen
De opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken); zenders opslaan (ingedrukt
houden).
*1
*2
*3
*4
*5
*6
*7
*8
*9
Als een MD-wisselaar is aangesloten.
Als een USB-apparaat is aangesloten.
Als een iPod is aangesloten.
Als een CD/MD-wisselaar is aangesloten.
Als een ATRAC AD-apparaat (ATRAC Audio
Device) is aangesloten.
Bij het afspelen van een ATRAC CD.
Bij het afspelen van een MP3-/WMA-/AACbestand.
Als de wisselaar/iPod is aangesloten, is de werking
anders. Zie pagina 13, 16 voor meer informatie.
Wanneer met dit apparaat wordt afgespeeld.
Opmerkingen
• Wanneer u een disc uitwerpt/plaatst, moet u ervoor
zorgen dat USB-apparaten zijn losgekoppeld om
schade aan de disc te voorkomen.
• Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het display
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de kaartafstandsbediening, tenzij op (SOURCE) op
het apparaat wordt gedrukt of er een disc wordt
geplaatst om het apparaat eerst te activeren.
Tip
Zie "De lithiumbatterij van de kaartafstandsbediening
vervangen" op pagina 19 voor meer informatie over
het vervangen van de batterij.
Informatie over de USB-afdekplug
Wanneer u de USB-aansluiting (G) niet gebruikt,
moet u de bijgeleverde USB-afdekplug in de USBaansluiting steken om te voorkomen dat stof of vuil in
de aansluiting terechtkomt.
Houd de USB-afdekplug buiten het bereik van
kinderen om te voorkomen dat deze per ongeluk wordt
ingeslikt.
7
CD
Zie pagina 16 voor meer informatie over het
selecteren van een CD/MD-wisselaar.
Displayitems
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (3) (REP) of (4) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Track herhaaldelijk
afspelen.
ALBUM*1
Album herhaaldelijk
afspelen.
GROUP*2
Groep herhaaldelijk
afspelen.
A AAC-/WMA-/ATRAC-/MP3-aanduiding
B Bron
C Track-/album-/groepsnummer*, disc-/
artiesten-/album-/groeps-/tracknaam,
verstreken speelduur, tekstinformatie, klok
SHUF ALBUM*1
Album in willekeurige
volgorde afspelen.
* Het album-/groepsnummer wordt alleen
weergegeven als het album wordt gewijzigd.
SHUF GROUP*2
Groep in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF DISC
Disc in willekeurige
volgorde afspelen.
Als u de displayitems C wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL). Wilt u de displayitems C rollen,
dan drukt u op (SCRL) op de
kaartafstandsbediening of stelt u "A.SCRL-ON"
in (pagina 15).
Tip
De weergegeven items zijn afhankelijk van het
disctype, de opname-indeling en de instellingen. Zie
pagina 18 voor meer informatie over MP3-/WMA-/
AAC-bestanden en pagina 19 voor meer informatie
over ATRAC CD's.
8
Actie
TRACK
*1 Bij het afspelen van een MP3-/WMA-/AACbestand.
*2 Bij het afspelen van een ATRAC CD.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF".
Radio
Automatisch afstemmen
Zenders opslaan en ontvangen
1
Let op
Als u afstemt op zenders tijdens het rijden, moet
u de BTM-functie (geheugen voor beste
afstemming) gebruiken om ongelukken te
vermijden.
Automatisch opslaan — BTM
1
Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot
"TUNER" wordt weergegeven.
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band
te wijzigen. U kunt FM1, FM2, FM3, MW of
LW selecteren.
2
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het instelvenster wordt weergegeven.
3
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "BTM" wordt weergegeven.
4
Druk op (SEEK) +.
Het apparaat slaat de zenders in de volgorde
van frequentie op onder de cijfertoetsen.
Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling
is opgeslagen.
Selecteer de band en druk op
(SEEK) –/+ om de zender te zoeken.
Het zoeken stopt zodra een zender wordt
ontvangen. Herhaal deze procedure tot de
gewenste zender wordt ontvangen.
Tip
Als u de frequentie kent van de zender die u wilt
beluisteren, houdt u (SEEK) –/+ ingedrukt tot de
frequentie ongeveer is bereikt en drukt u vervolgens
herhaaldelijk op (SEEK) –/+ om nauwkeurig af te
stemmen op de gewenste frequentie (handmatig
afstemmen).
RDS
Overzicht
FM-zenders met de RDS-dienst
(radiogegevenssysteem) sturen onwaarneembare
digitale informatie mee met het gewone
radioprogrammasignaal.
Displayitems
Handmatig opslaan
1
Als u de zender ontvangt die u wilt
opslaan, houdt u een cijfertoets ((1)
tot en met (6)) ingedrukt tot "MEM"
wordt weergegeven.
De aanduiding voor de cijfertoets wordt
weergegeven in het display.
Opmerking
Als u een andere zender opslaat onder dezelfde
cijfertoets, wordt de eerder opgeslagen zender
vervangen.
Tip
Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de
AF-/TA-instelling ook opgeslagen (pagina 10).
A TA/TP*1
B Radioband, functie
C Frequentie*2 (programmaservicenaam),
voorinstelnummer, klok, RDS-gegevens
*1 "TA" knippert tijdens de verkeersinformatie. "TP"
gaat branden als dergelijke zenders worden
ontvangen.
*2 Als u de RDS-zender ontvangt, wordt " *" links van
de frequentieaanduiding weergegeven.
Als u de displayitems C wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL).
vervolg op volgende pagina t
De opgeslagen zenders ontvangen
1
Selecteer de band en druk vervolgens
op een cijfertoets ((1) tot en met (6)).
9
RDS-diensten
Dit apparaat biedt op de volgende manier
automatisch RDS-diensten:
AF (alternatieve frequenties)
Hiermee wordt de zender met het sterkste
signaal in een netwerk geselecteerd of wordt
opnieuw op deze zender afgestemd. Als u deze
functie gebruikt, kunt u onafgebroken naar
hetzelfde programma luisteren tijdens een lange
rit zonder dat u steeds handmatig op dezelfde
zender hoeft af te stemmen.
TA (verkeersinformatie)/
TP (verkeersprogramma)
Hiermee ontvangt u de huidige
verkeersinformatie/-programma's. De huidige
bron wordt onderbroken door eventuele
verkeersinformatie/-programma's.
PTY (programmatypen)
Hiermee geeft u het ontvangen programmatype
weer. Hiermee zoekt u ook naar het
geselecteerde programmatype.
CT (kloktijd)
Met de CT-gegevens van de RDS-uitzending
wordt de klok ingesteld.
Opmerkingen
• In bepaalde landen/regio's zijn wellicht niet alle
RDS-functies beschikbaar.
• RDS functioneert wellicht niet als het
ontvangstsignaal zwak is of als de zender waarop u
hebt afgestemd, geen RDS-gegevens verzendt.
AF en TA instellen
1
10
Druk herhaaldelijk op (AF/TA) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
AF-ON
AF inschakelen en TA
uitschakelen.
TA-ON
TA inschakelen en AF
uitschakelen.
AF, TA-ON
AF en TA inschakelen.
AF, TA-OFF
AF en TA uitschakelen.
RDS-zenders met de AF- en
TA-instelling opslaan
U kunt RDS-zenders vooraf instellen met de
AF- en TA-instelling. Als u de BTM-functie
gebruikt, worden alleen RDS-zenders met
dezelfde AF-/TA-instelling opgeslagen.
Als u handmatig vooraf instelt, kunt u zowel
RDS- als niet-RDS-zenders instellen met de
AF-/TA-instelling.
1 Stel AF/TA in en sla de zender vervolgens met
BTM of handmatig op.
Het volume van verkeersinformatie
instellen
U kunt het volume van de verkeersinformatie
vooraf instellen, zodat u geen enkel bericht mist.
1 Draai de volumeknop om het gewenste volume
te regelen.
2 Houd (AF/TA) ingedrukt tot "TA" wordt
weergegeven.
Noodberichten ontvangen
Als AF of TA is ingeschakeld, wordt de
geselecteerde bron automatisch onderbroken
door de noodberichten.
Een regionaal programma
beluisteren — REG
Wanneer de AF-functie is ingeschakeld: de
fabrieksinstelling van het apparaat beperkt de
ontvangst tot een bepaalde regio, zodat er niet
wordt overgeschakeld naar een andere regionale
zender met een sterkere frequentie.
Wanneer u het ontvangstgebied van het regionale
programma verlaat, stelt u tijdens FM-ontvangst
"REG-OFF" in bij de instellingen (pagina 15).
Opmerking
Deze functie werkt niet in het Verenigd Koninkrijk en
bepaalde andere gebieden.
Local Link-functie (alleen voor het
Verenigd Koninkrijk)
Met deze functie kunt u andere lokale zenders in
het gebied selecteren, ook als deze niet zijn
opgeslagen onder de cijfertoetsen.
1 Druk tijdens FM-ontvangst op een cijfertoets
((1) tot en met (6)) waaronder een lokale
zender is opgeslagen.
2 Druk binnen 5 seconden nogmaals op de
cijfertoets van de lokale zender.
Herhaal dit tot de lokale zender wordt
ontvangen.
PTY selecteren
1
USB-apparaten
Druk op (PTY) tijdens FM-ontvangst.
USB-apparaten afspelen
De naam van het huidige programmatype
verschijnt als de zender PTY-gegevens
uitzendt.
2
Druk herhaaldelijk op (PTY) tot het
gewenste programmatype wordt
weergegeven.
3
Druk op (SEEK) –/+.
Het apparaat gaat zoeken naar een zender die
het geselecteerde programmatype uitzendt.
Programmatypen
NEWS (Nieuws), AFFAIRS (Actualiteiten),
INFO (Informatie), SPORT (Sport),
EDUCATE (Educatieve programma's),
DRAMA (Toneel), CULTURE (Cultuur),
SCIENCE (Wetenschap), VARIED (Diversen),
POP M (Populaire muziek), ROCK M (Rockmuziek), EASY M (Easy Listening), LIGHT M
(Licht klassiek), CLASSICS (Klassiek),
OTHER M (Ander type muziek), WEATHER
(Weerberichten), FINANCE (Financiën),
CHILDREN (Kinderprogramma's), SOCIAL A
(Sociale zaken), RELIGION (Religie),
PHONE IN (Phone In), TRAVEL (Reizen),
LEISURE (Ontspanning), JAZZ (Jazz-muziek),
COUNTRY (Country-muziek), NATION M
(Nationale muziek), OLDIES (Oldies),
FOLK M (Folk-muziek), DOCUMENT
(Documentaires)
Opmerking
U kunt deze functie niet gebruiken in bepaalde landen/
regio's waar geen PTY-gegevens beschikbaar zijn.
CT instellen
1
Stel "CT-ON" in bij de instellingen
(pagina 15).
Opmerkingen
• Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook al
wordt er wel een RDS-zender ontvangen.
• Er kan een verschil bestaan tussen de tijd van de
CT-functie en de werkelijke tijd.
1
Sluit het USB-apparaat aan op de
USB-aansluiting.
Het afspelen wordt gestart.
Als er al een USB-apparaat is aangesloten, drukt
u herhaaldelijk op (SOURCE) tot "USB" wordt
weergegeven om het afspelen te starten.
Druk op (OFF) om het afspelen te stoppen.
Opmerkingen
• Voordat u een USB-apparaat verwijdert, moet u
eerst het afspelen stoppen. Als u het USB-apparaat
verwijdert terwijl het wordt afgespeeld, kunnen de
gegevens op het USB-apparaat worden beschadigd.
• Gebruik geen USB-apparaten die zo groot of zwaar
zijn dat ze kunnen vallen als ze worden blootgesteld
aan trillingen of een losse aansluiting kunnen
veroorzaken.
Displayitems
A AAC-/WMA-/ATRAC-/MP3-aanduiding
B ATRAC AD-apparaat (ATRAC Audio
Device): ALB, ART, PLY
Apparaat voor massaopslag: USB
C Tracknummer/album-/groepsnummer, disc-/
artiestennaam/album-/groeps-/tracknaam,
verstreken speelduur, tekstinformatie, klok
Als u de displayitems C wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL). Wilt u de displayitems C rollen,
dan drukt u op (SCRL) op de
kaartafstandsbediening of stelt u "A.SCRL-ON"
in (pagina 15).
Tip
De weergegeven items zijn afhankelijk van de
opname-indeling en de instellingen. Zie pagina 18
voor meer informatie over MP3-/WMA-/AACbestanden en pagina 19 voor meer informatie over
ATRAC CD's.
vervolg op volgende pagina t
11
Opmerking
Wat wordt weergegeven, is afhankelijk van het
USB-apparaat voor massaopslag en het ATRAC ADapparaat (ATRAC Audio Device).
Luisteren naar muziek op een
audioapparaat voor massaopslag
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen
1 Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op
(3) (REP) of (4) (SHUF) tot de gewenste
instelling wordt weergegeven.
Selecteer
Actie
TRACK
Track herhaaldelijk
afspelen.
ALBUM
Album herhaaldelijk
afspelen.
Luisteren naar muziek op een
"Walkman" (ATRAC AD-apparaat
(ATRAC Audio Device))
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (MODE) tot de gewenste instelling
wordt weergegeven.
Het item wordt als volgt gewijzigd:
ALB (album) t ART (artiest) t
PLY (afspeellijst)
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen
1 Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op
(3) (REP) of (4) (SHUF) tot de gewenste
instelling wordt weergegeven.
Selecteer
Actie
TRACK
Track herhaaldelijk
afspelen.
SHUF ALBUM
Album in willekeurige
volgorde afspelen.
ALBUM
SHUF DEVICE
Apparaat in willekeurige
volgorde afspelen.
Album herhaaldelijk
afspelen.
ARTIST
Artiest herhaaldelijk
afspelen.
PLAYLIST
Afspeellijst
herhaaldelijk afspelen.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF".
SHUF ALBUM
Album in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF ARTIST
Artiest in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF PLAYLIST
Afspeellijst in
willekeurige volgorde
afspelen.
SHUF DEVICE
Apparaat in willekeurige
volgorde afspelen.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF".
12
iPod
Een iPod afspelen
Door een iPod aan te sluiten op de
dockconnector aan de achterkant van het
apparaat, kunt u het geluid beluisteren via de
autoluidsprekers, terwijl u de iPod bedient vanaf
het apparaat.
Opmerkingen
• Wanneer een iPod is aangesloten op de
dockconnector, kunnen er geen bewerkingen
worden uitgevoerd op de iPod.
• Zet het volume van het apparaat zachter voordat u
de iPod aansluit op de dockconnector.
Tips
• Wanneer de iPod is aangesloten op de
dockconnector, wordt de stand gewijzigd in de stand
Resuming. In de stand Resuming werkt de knop
Repeat, Shuffle of Scan niet. Als u de stand
Resuming annuleert door op (MODE) of (1)/(2)
(GP/ALBM –/+) te drukken, kunt u met de knop
Repeat, Shuffle of Scan de weergavestand wijzigen.
• Wanneer de contactsleutel in de ACC-positie is
gezet, of het apparaat is ingeschakeld, wordt de
iPod opgeladen.
• Als de iPod tijdens het afspelen wordt losgekoppeld,
wordt het afspelen onderbroken.
Opmerking
Er kan geen extra iPod worden aangesloten met de
XA-110IP.
Displayitems
Tracks afspelen
Track-/album-/artiestennaam,
tracknummer, verstreken speelduur, klok
M
U
>
EN
.
1
Sluit de iPod aan op de
dockconnector.
De iPod wordt automatisch ingeschakeld en
het display van de iPod ziet er als volgt uit.
Als u de displayitems wilt wijzigen, drukt u op
(DSPL). Wilt u de displayitems rollen, dan drukt
u op (SCRL) op de kaartafstandsbediening of
stelt u "A.SCRL-ON" in (pagina 15).
Opmerking
Het is mogelijk dat sommige letters die zijn
opgeslagen in de iPod niet juist worden weergegeven.
De weergavestand instellen
Album, artiest of afspeellijst
selecteren
1
2
3
4
Druk op (SOURCE) om de PD te
selecteren.
"PD 1 PORTABLE" wordt weergegeven en
de tracks op de iPod worden automatisch
afgespeeld vanaf het laatst afgespeelde punt.
Druk op (MODE) om de weergavestand
te kiezen.
De stand wordt als volgt gewijzigd:
RESUMING t ALBUM t ARTIST t
PLAYLIST
Pas het volume aan.
Druk tijdens het afspelen op (MODE).
De stand wordt als volgt gewijzigd:
ALBUM t ARTIST t PLAYLIST
Albums, artiesten en afspeellijsten
overslaan
Actie
Druk op
Overslaan
(1)/(2) (GP/ALBM –/+)
[voor alles wat u over wilt
slaan, één keer drukken]
Blijven
overslaan
(1)/(2) (GP/ALBM –/+)
[tot gewenst punt]
Druk op (OFF) om het afspelen te stoppen.
13
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
1
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (3) (REP) of (4) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
Selecteer
Actie
REP TRK
Track herhaaldelijk afspelen.
REP ALB
Album herhaaldelijk afspelen.
REP ART
Artiest herhaaldelijk afspelen.
REP PLY
Afspeellijst herhaaldelijk
afspelen.
SHUF ALB
Album in willekeurige volgorde
afspelen.
SHUF ART
Artiest in willekeurige volgorde
afspelen.
SHUF PLY
Afspeellijst in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF ALL
Alle tracks in willekeurige
volgorde afspelen.
Andere functies
De geluidsinstellingen wijzigen
De geluidskenmerken aanpassen
— BAL/FAD/SUB
U kunt de balans, de fader en het
subwoofervolume regelen.
1
LOW*1 t MID*1 t HI*1 t
BAL (links-rechts) t FAD (voor-achter) t
SUB (subwoofervolume)*2 t AUX*3
*1 Als EQ3 is ingeschakeld (pagina 14).
*2 Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB"
(pagina 15).
"ATT" wordt weergegeven bij de laagste
instelling en u kunt deze instelling maximaal
20 stappen aanpassen.
*3 Als de AUX-bron is geactiveerd (pagina 16).
2
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u "REP OFF" of
"SHUF OFF".
Draai de volumeknop om het
geselecteerde item aan te passen.
Na 3 seconden is het instellen voltooid en
keert het display terug naar de normale
weergave-/ontvangststand.
Opmerking
De toetsen GP/ALBM –/+ werken niet tijdens afspelen
in willekeurige volgorde.
Met de kaartafstandsbediening
Als u in stap 2 het geselecteerde item wilt aanpassen,
drukt u op <, M, , of m.
Scannen
U kunt snel een bepaald punt vinden op de iPod.
De equalizercurve aanpassen
— EQ3
1
Met "CUSTOM" bij EQ3 kunt u zelf
equalizerinstellingen opgeven.
Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (5) tot "SCAN ON" wordt
weergegeven.
Van elke track wordt de eerste 10 seconden
afgespeeld.
Selecteer "SCAN OFF" om terug te keren naar
de normale weergavestand.
Opmerking
Deze functie werkt niet tijdens afspelen in willekeurige
volgorde.
14
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "BAL", "FAD" of "SUB" wordt
weergegeven.
Het item wordt als volgt gewijzigd:
1
Selecteer een bron en druk
herhaaldelijk op (EQ3) om "CUSTOM"
te selecteren.
2
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "LOW", "MID" of "HI" wordt
weergegeven.
3
Draai de volumeknop om het
geselecteerde item aan te passen.
Het volume kan worden aangepast in stappen
van 1 dB, van –10 dB tot +10 dB.
Herhaal stap 2 en 3 om de equalizercurve aan
te passen.
Als u de fabrieksinstelling voor de
equalizercurve wilt herstellen, houdt u de
selectietoets ingedrukt voordat het instellen is
voltooid.
Na 3 seconden is het instellen voltooid en
keert het display terug naar de normale
weergave-/ontvangststand.
Tip
Andere equalizertypen kunnen ook worden
aangepast.
Met de kaartafstandsbediening
Als u in stap 3 het geselecteerde item wilt aanpassen,
drukt u op <, M, , of m.
Instelitems aanpassen — SET
1
Houd de selectietoets ingedrukt.
Het instelvenster wordt weergegeven.
2
Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot het gewenste item wordt
weergegeven.
3
Draai de volumeknop om de instelling
(bijvoorbeeld "ON" of "OFF") te
selecteren.
4
Houd de selectietoets ingedrukt.
Als het instellen is voltooid, keert het display
terug naar de normale weergave-/
ontvangststand.
Opmerking
De weergegeven items zijn afhankelijk van de bron en
de instelling.
Met de kaartafstandsbediening
Als u in stap 3 de instelling wilt selecteren, drukt u op
< of ,.
De volgende instellingen zijn mogelijk (volg de
paginaverwijzing voor meer informatie):
"z" geeft de standaardinstellingen aan.
CLOCK-ADJ (klok aanpassen) (pagina 5)
CT (kloktijd)
"CT-ON" of "CT-OFF" (z) instellen (pagina 10,
11).
BEEP
"BEEP-ON" (z) of "BEEP-OFF" instellen.
AUX-A*1 (AUX-audio)
Het AUX-brondisplay instellen op "AUX-AON" (z) of "AUX-A-OFF" (pagina 16).
A.OFF (automatisch uitschakelen)
Automatisch volledig uitschakelen na de
gewenste tijd wanneer het apparaat is
uitgeschakeld.
– "A.OFF-NO" (z), "A.OFF-30S (seconden)",
"A.OFF-30M (minuten)" of "A.OFF-60M
(minuten)".
SUB/REAR*1
De audio-uitvoer wijzigen.
– "SUB-OUT" (z): het geluid via een subwoofer
weergeven.
– "REAR-OUT": het geluid via een versterker
weergeven.
DEMO*1 (demonstratie)
"DEMO-ON" (z) of "DEMO-OFF" instellen.
DIM (dimmer)
De helderheid van het display regelen.
– "DIM-ON": om het display te dimmen.
– "DIM-OFF" (z): om de dimmer uit te
schakelen.
A.SCRL (automatisch rollen)
Lange displayitems automatisch laten rollen als
de disc/track of het album wordt gewijzigd.
– "A.SCRL-ON" (z): om items te rollen.
– "A.SCRL-OFF": om items niet te rollen.
LOCAL (lokale zoekfunctie)
– "LOCAL-ON": om alleen af te stemmen op
krachtige zenders.
– "LOCAL-OFF" (z): om af te stemmen met
normale ontvangst.
MONO*2 (monostand)
Als u een slechte FM-ontvangst wilt verbeteren,
selecteert u de monostand.
– "MONO-ON": om stereo-uitzendingen in
mono te horen.
– "MONO-OFF" (z): om stereo-uitzendingen in
stereo te horen.
REG*2 (regionaal)
"REG-ON" (z) of "REG-OFF" instellen
(pagina 10).
LPF*3 (laagdoorlaatfilter)
Hiermee selecteert u de kantelfrequentie van de
subwoofer: "LPF OFF" (z), "LPF125Hz" of
"LPF 78Hz".
BTM (pagina 9)
*1 Als het apparaat is uitgeschakeld.
*2 Als FM wordt ontvangen.
*3 Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB".
15
Optionele apparaten gebruiken
Randapparatuur voor audio
Als u een optioneel draagbaar audioapparaat
aansluit op de AUX-ingang (stereo miniaansluiting) van het apparaat en de bron
selecteert, kunt u via de luidsprekers in de auto
luisteren.
Het volumeniveau kan worden aangepast aan het
verschil tussen het apparaat en het draagbare
audioapparaat. Voer de onderstaande procedure
uit:
Het draagbare audioapparaat
aansluiten
1 Schakel het draagbare audioapparaat uit.
2 Zet het volume op het apparaat lager.
3 Sluit het apparaat aan.
CD/MD-wisselaar
De wisselaar selecteren
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "CD" of
"MD" wordt weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) tot de
gewenste wisselaar wordt weergegeven.
Apparaatnummer Discnummer
Het afspelen wordt gestart.
Albums en discs overslaan
1 Druk tijdens het afspelen op (1)/(2)
(GP/ALBM –/+).
Actie
Druk op (1)/(2)
(GP/ALBM –/+)
Album
overslaan
en laat los (kort ingedrukt
houden).
Albums blijven binnen 2 seconden nadat u deze
overslaan
hebt losgelaten.
AUX
Discs overslaan herhaaldelijk.
AUX
Discs blijven
overslaan
en druk binnen 2 seconden
weer op de toets en houd deze
ingedrukt.
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen
Verbindingskabel*
(niet bijgeleverd)
1 Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op
(3) (REP) of (4) (SHUF) tot de gewenste
instelling wordt weergegeven.
Selecteer
* Gebruik een rechte stekker.
Het volume aanpassen
Pas het volume voor elk aangesloten
audioapparaat aan voordat u het afspelen start.
1 Zet het volume op het apparaat lager.
2 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "AUX"
wordt weergegeven.
"AUX FRONT IN" wordt weergegeven.
3 Start het afspelen van het draagbare
audioapparaat met een gemiddeld volume.
4 Stel het volume op het apparaat in op het
niveau waar u normaal naar luistert.
5 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot
"AUX" wordt weergegeven en draai de
volumeknop om het ingangsniveau aan te
passen (–8 dB tot +18 dB).
16
DISC*1
Actie
Een disc herhaaldelijk
afspelen.
SHUF
CHANGER*1
Tracks in de wisselaar in
willekeurige volgorde
afspelen.
SHUF ALL*2
Tracks in alle apparaten in
willekeurige volgorde
afspelen.
*1 Als er een of meer CD/MD-wisselaars zijn
aangesloten.
*2 Als er twee of meer MD-wisselaars zijn
aangesloten.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF".
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
• Wanneer uw auto in de volle zon heeft gestaan,
moet u eerst het apparaat laten afkoelen voordat u
het gebruikt.
• Een elektrische antenne schuift automatisch uit
wanneer het apparaat wordt ingeschakeld.
Condensvorming
Op een regenachtige dag of in een zeer vochtige
omgeving kan vocht condenseren op de lenzen en
het display van het apparaat. In dit geval kan de
werking van het apparaat worden verstoord.
Verwijder de disc en wacht ongeveer een uur tot alle
vocht is verdampt.
Optimale geluidskwaliteit behouden
Let op dat u geen drankjes op het apparaat of de
discs morst.
Opmerkingen over discs
• Raak het oppervlak van de disc niet aan zodat deze
schoon blijft. Pak de disc bij de randen vast.
• Bewaar de discs in het doosje of het discmagazijn
wanneer u deze niet gebruikt.
• Stel discs niet bloot aan hitte/hoge temperaturen.
Laat de discs niet achter in een geparkeerde auto
of op het dashboard/de hoedenplank.
• Plak geen etiketten op de discs en gebruik geen
discs met kleverige inkt/resten. Dergelijke discs
kunnen stoppen met draaien, waardoor de werking
wordt verstoord of de disc kan worden
beschadigd.
• Gebruik geen discs waarop stickers zijn geplakt.
Als u dergelijke discs toch gebruikt, kan dat leiden
tot:
– het niet uitwerpen van een disc (doordat een
sticker losraakt en het uitwerpmechanisme wordt
geblokkeerd);
– het niet correct lezen van audiogegevens
(bijvoorbeeld geluid verspringt of wordt niet
weergegeven) doordat de sticker onder invloed
van de warmte krimpt en de disc krom trekt.
• Discs met afwijkende vormen (bijvoorbeeld hart,
vierkant, ster) kunnen niet met dit apparaat
worden afgespeeld. Als u dit toch probeert, kan
het apparaat worden beschadigd. Gebruik
dergelijke discs niet.
• U kunt geen 8-cm CD's afspelen.
• Reinig een disc voor het
afspelen altijd met een in de
handel verkrijgbare
reinigingsdoek. Veeg de disc
van binnen naar buiten schoon.
Gebruik geen oplosmiddelen
zoals benzine, thinner en in de
handel verkrijgbare
reinigingsmiddelen of
antistatische sprays voor
grammofoonplaten.
Opmerkingen over CD-R's/CD-RW's
• Sommige CD-R's/CD-RW's (afhankelijk van de
opnameapparatuur of de staat van de disc) kunnen
niet met dit apparaat worden afgespeeld.
• U kunt geen CD-R/CD-RW afspelen die niet is
gefinaliseerd.
• Het apparaat is compatibel met het ISO 9660 level
1/level 2-formaat, Joliet/Romeo in
expansieformaat en Multi Session (meerdere
sessies).
• Maximumaantal:
– mappen (albums): 150 (inclusief hoofdmap en
lege mappen).
– bestanden (tracks) en mappen op een disc: 300
(als de naam van een bestand/map veel tekens
bevat, kan dit aantal minder dan 300 worden).
– tekens dat kan worden weergegeven voor de
naam van een map/bestand is 32 (Joliet) of
64 (Romeo).
• Als de disc met Multi Session (meerdere sessies)
is opgenomen, wordt alleen de indeling van de
eerste track van de eerste sessie herkend en
afgespeeld (alle andere indelingen worden
overgeslagen). De prioriteitsvolgorde van de
indeling is CD-DA, ATRAC CD en MP3/WMA/
AAC.
– Als de eerste track CD-DA is, wordt alleen
CD-DA van de eerste sessie afgespeeld.
– Als de eerste track niet de CD-DA-indeling
heeft, worden alleen bestanden met ATRAC CDof MP3-/WMA-/AAC-indeling afgespeeld. Als
de disc geen gegevens met deze indelingen
bevat, wordt "NO MUSIC" weergegeven.
Muziekdiscs die zijn gecodeerd met
copyrightbeveiligingstechnologieën
Dit product is ontworpen om discs af te spelen die
voldoen aan de CD-norm (Compact Disc).
Recentelijk hebben bepaalde platenmaatschappijen
discs op de markt gebracht die zijn gecodeerd met
copyrightbeveiligingstechnologieën. Sommige van
deze discs voldoen niet aan de CD-norm en kunnen
wellicht niet worden afgespeeld met dit apparaat.
Bericht over DualDiscs
Een DualDisc is een tweezijdige disc, waarop aan
de ene kant DVD-materiaal is opgenomen en aan
de andere kant digitaal audiomateriaal. Echter,
aangezien de kant met het audiomateriaal niet
voldoet aan de Compact Disc (CD)-norm, wordt
een juiste weergave op dit apparaat niet
gegarandeerd.
17
Informatie over USB-apparaten
Informatie over MP3-bestanden
• USB-apparaten voor massaopslag en ATRAC ADapparaten (ATRAC Audio Device) die voldoen
aan de USB-standaard, kunnen worden gebruikt.
Dit apparaat kan echter geen USB-apparaten
herkennen via een USB-hub en is niet compatibel
met apparaten die zijn uitgerust met een
hubfunctie. Ga naar de ondersteuningswebsite van
Sony voor meer informatie over de compatibiliteit
van uw USB-apparaat (pagina 24).
• De bijbehorende codecs zijn afhankelijk van het
apparaattype.
– Apparaat voor massaopslag: MP3/WMA/AAC
– ATRAC AD-apparaat (ATRAC Audio Device):
ATRAC/MP3/WMA/AAC
• Andere DRM-bestanden (beheer van digitale
rechten) dan ATRAC-bestanden kunnen niet
worden afgespeeld.
• De volgende gegevens kunnen worden
weergegeven.
Apparaat voor massaopslag:
– Mappen (albums): 512, bestanden (tracks):
65.535
ATRAC AD-apparaat (ATRAC Audio Device):
ATRAC/MP3/WMA/AAC
– Albums/artiesten/afspeellijsten 65.535, tracks:
65.535
• MP3 (MPEG-1 Audio Layer-3) is een compressieindeling voor muziekbestanden. Audio-CDgegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer
1/10e van de oorspronkelijke grootte.
• Versies 1.0, 1.1, 2.2, 2.3 en 2.4 van ID3-tag zijn
alleen van toepassing op MP3-bestanden. ID3-tag
is 15/30 tekens (1.0 en 1.1) of 63/126 tekens (2.2,
2.3 en 2.4).
• Wanneer u een MP3-bestand een naam geeft, moet
u altijd de extensie ".mp3" aan de bestandsnaam
toevoegen.
• Als u een MP3-bestand met VBR (variabele
bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt,
wordt de verstreken speelduur wellicht niet
nauwkeurig weergegeven.
Opmerkingen over USB-apparaten
• Wanneer u een kabel gebruikt, moet u de kabel
gebruiken die bij het USB-apparaat is geleverd voor
de aansluiting.
• Gebruik geen USB-apparaten die zo groot of zwaar
zijn dat ze de bestuurder kunnen hinderen tijdens
het autorijden.
• Laat USB-apparaten niet in een geparkeerde auto
achter, omdat dit een storing tot gevolg kan hebben.
• Het kan enige tijd duren voordat het afspelen wordt
gestart, afhankelijk van het aantal opgenomen
gegevens.
• U kunt het beste een reservekopie van de gegevens
op USB-apparaten maken.
Afspeelvolgorde van MP3-/WMA-/
AAC-bestanden
MP3/WMA/AAC
Map
(album)
MP3-/WMA-/
AAC-bestand
(track)
Opmerking over MP3
Als u een MP3-bestand afspeelt met een hoge
bitsnelheid, zoals 320 kbps, wordt het geluid wellicht
onderbroken.
Informatie over WMA-bestanden
• WMA (Windows Media Audio) is een
compressie-indeling voor muziekbestanden.
Audio-CD-gegevens worden gecomprimeerd tot
ongeveer 1/22e* van de oorspronkelijke grootte.
• Voor WMA-tag geldt een maximum van
63 tekens.
• Wanneer u een WMA-bestand een naam geeft,
moet u altijd de extensie ".wma" aan de
bestandsnaam toevoegen.
• Als u een WMA-bestand met VBR (variabele
bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt,
wordt de verstreken speelduur wellicht niet
nauwkeurig weergegeven.
* alleen voor 64 kbps
Opmerking over WMA
Het afspelen van de volgende WMA-bestanden wordt
niet ondersteund.
– compressie zonder gegevensverlies (lossless)
– auteursrechtelijk beveiligd
Informatie over AAC-bestanden
• AAC (Advanced Audio Coding) is een
compressie-indeling voor muziekbestanden.
Audio-CD-gegevens worden gecomprimeerd tot
ongeveer 1/11e* van de oorspronkelijke grootte.
• Voor AAC-tag geldt een maximum van
126 tekens.
• Wanneer u een AAC-bestand een naam geeft,
moet u altijd de extensie ".m4a" aan de
bestandsnaam toevoegen.
• Als u een AAC-bestand met VBR (variabele
bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt,
wordt de verstreken speelduur wellicht niet
nauwkeurig weergegeven.
* alleen voor 128 kbps
18
Opmerking over AAC
Het afspelen van auteursrechtelijk beveiligde
bestanden wordt niet ondersteund.
Informatie over ATRAC-bestanden
ATRAC3plus-indeling
ATRAC3 (Adaptive Transform Acoustic Coding3)
is een compressietechnologie voor audio. AudioCD-gegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer
1/10e van de oorspronkelijke grootte. Met
ATRAC3plus, een uitgebreide indeling van
ATRAC3, worden audio-CD-gegevens tot ongeveer
1/20e van de oorspronkelijke grootte
gecomprimeerd. Zowel de indeling ATRAC3 als
ATRAC3plus is geschikt voor het apparaat.
• De ATRAC-indeling heeft de hiërarchische
structuur met 2 niveaus: één map (groep), twee
bestanden (tracks).
– ATRAC CD
Het maximumaantal mappen (groepen) is 255 en
het maximumaantal bestanden (tracks) is 999.
– ATRAC AD-apparaat (ATRAC Audio Device)
Het maximumaantal albums/artiesten/
afspeellijsten is 65.535 en het maximumaantal
tracks is 65.535.
• De tekens voor een map-/bestandsnaam en de
tekstinformatie van SonicStage worden
weergegeven.
Raadpleeg de SonicStage-handleiding voor meer
informatie over ATRAC CD en ATRAC Audio
Device.
Opmerking
Zorg ervoor dat u de ATRAC-bestanden maakt met
geautoriseerde software, zoals SonicStage.
Informatie over iPod
Dit apparaat kan worden gebruikt met het type
dockconnector iPod, iPod photo, iPod mini en iPod
nano met de volgende softwareversies. De werking
met alle andere, eerdere versies kan niet worden
gegarandeerd.
– Derde generatie iPod: Ver.2.3.0
– Vierde generatie iPod: Ver.3.1.1
– Vijfde generatie iPod: Ver.1.2
– iPod photo: Ver.1.2.1
– iPod mini: Ver.1.4.1
– Eerste generatie iPod nano: Ver.1.3
– Tweede generatie iPod nano: Ver.1.1
(videofunctie van vijfde generatie iPod en
fotofunctie van iPod photo worden niet
ondersteund).
Met alle vragen of problemen met betrekking tot dit
apparaat die niet aan bod komen in deze
gebruiksaanwijzing, kunt u terecht bij uw Sonyhandelaar.
Onderhoud
De lithiumbatterij van de
kaartafstandsbediening vervangen
In normale omstandigheden gaat de batterij
ongeveer 1 jaar mee. (Afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden kan de levensduur
korter zijn.)
Wanneer de batterij verzwakt, wordt het bereik
van de kaartafstandsbediening kleiner. Vervang
de batterij door een nieuwe CR2025
lithiumbatterij. Bij een andere batterij bestaat er
brand- of explosiegevaar.
+ zijde omhoog
2
c
1
Opmerkingen over de lithiumbatterij
• Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Raadpleeg meteen een arts wanneer een
batterij wordt ingeslikt.
• Veeg de batterij schoon met een droge doek voor
een goed contact.
• Houd bij het plaatsen van de batterij rekening met
de juiste polariteit.
• Houd de batterij niet vast met een metalen tang om
kortsluiting te voorkomen.
WAARSCHUWING
Bij oneigenlijk gebruik kan de batterij
ontploffen.
Probeer niet de batterij op te laden of te
openen; werp ook een lege batterij nooit in
het vuur.
Voor de Klanten in
Nederland
Gooi de batterij niet weg
maar lever deze in als klein
chemisch afval (KCA).
vervolg op volgende pagina t
19
Zekeringen vervangen
Vervang een zekering altijd
door een identiek exemplaar.
Als de zekering doorbrandt,
moet u de voedingsaansluiting
controleren en de zekering
vervangen. Brandt de zekering
vervolgens nogmaals door, dan
kan er sprake zijn van een
defect in het apparaat.
Raadpleeg in dat geval de
dichtstbijzijnde Sonyhandelaar.
Het apparaat verwijderen
1
Verwijder de beschermende rand.
1 Maak het voorpaneel los (pagina 5).
2 Bevestig de ontgrendelingssleutels op de
beschermende rand.
Zekering (10A)
Aansluitingen schoonmaken
Plaats de ontgrendelingssleutels
zoals wordt aangegeven.
De werking van het apparaat kan worden verstoord
als de aansluitingen tussen het apparaat en het
voorpaneel niet schoon zijn. U kunt dit voorkomen
door het voorpaneel (pagina 5) los te maken en de
aansluitingen te reinigen met een wattenstaafje.
Gebruik hierbij niet teveel kracht. Anders kunnen de
aansluitingen worden beschadigd.
3 Trek de ontgrendelingssleutels naar u toe
om de beschermende rand te verwijderen.
2
Hoofdeenheid
Achterkant van
het voorpaneel
Opmerkingen
• Uit veiligheidsoverwegingen moet u het contact
uitschakelen en de sleutel uit het contactslot te
halen voordat u de aansluitingen reinigt.
• Raak de aansluitingen nooit rechtstreeks aan met
uw vingers of een metalen voorwerp.
Verwijder het apparaat.
1 Plaats beide ontgrendelingssleutels
tegelijkertijd en duw hierop tot deze
vastklikken.
Haakje wijst
naar binnen.
2 Trek de ontgrendelingssleutels naar u toe
om het apparaat los te maken.
3 Schuif het apparaat uit de houder.
20
Technische gegevens
CD-speler
Signaal/ruis-afstand: 120 dB
Frequentiebereik: 10 – 20.000 Hz
Snelheidsfluctuaties: Minder dan meetbare waarden
Tuner
FM
Afstembereik: 87,5 – 108,0 MHz
Antenne-aansluiting:
Aansluiting voor externe antenne
Tussenfrequentie: 10,7 MHz/450 kHz
Bruikbare gevoeligheid: 9 dBf
Selectiviteit: 75 dB bij 400 kHz
Signaal/ruis-afstand: 67 dB (stereo), 69 dB (mono)
Harmonische vervorming bij 1 kHz: 0,5 % (stereo),
0,3 % (mono)
Scheiding: 35 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik: 30 – 15.000 Hz
MW/LW
Afstembereik:
MW: 531 – 1.602 kHz
LW: 153 – 279 kHz
Antenne-aansluiting:
Aansluiting voor externe antenne
Tussenfrequentie: 10,7 MHz/450 kHz
Gevoeligheid: MW: 30 µV, LW: 40 µV
USB-speler
Interface: USB (Full-speed)
Maximale voeding: 500 mA
Versterker
Uitgangen: Luidsprekeruitgangen (sure seal)
Luidsprekerimpedantie: 4 – 8 ohm
Maximaal uitgangsvermogen: 52 W × 4 (bij 4 ohm)
Algemeen
Uitgangen:
Audio-uitgangen (schakelen tussen subwoofer/
versterker)
Relaisaansluiting elektrische antenne
Aansluiting versterker
Ingangen:
Telephone ATT-bedieningsaansluiting
BUS-bedieningsingang
BUS-audio-ingang
Antenne-ingang
AUX-ingang (stereo mini-aansluiting)
iPod-signaalingang (dockconnector)
Toonregelingen:
Laag: ±10 dB bij 60 Hz (XPLOD)
Midden: ±10 dB bij 1 kHz (XPLOD)
Hoog: ±10 dB bij 10 kHz (XPLOD)
Voeding: 12 V gelijkstroom accu (negatieve aarde)
Afmetingen: Ongeveer 178 × 50 × 179 mm (b/h/d)
Montageafmetingen: Ongeveer 182 × 53 × 162 mm
(b/h/d)
Gewicht: Ongeveer 1,3 kg
Bijgeleverde accessoires:
USB-afdekplug
Kaartafstandsbediening: RM-X151
Onderdelen voor installatie en aansluitingen (1 set)
Optionele accessoires/apparaten:
BUS-kabel (geleverd met een RCA-kabel):
RC-61 (1 m), RC-62 (2 m)
CD-wisselaar (10 discs): CDX-757MX
CD-wisselaar (6 discs): CDX-T70MX, CDX-T69
Bronkeuzeschakelaar: XA-C40
AUX-IN-keuzeschakelaar: XA-300
Het is mogelijk dat niet alle vermelde accessoires
verkrijgbaar zijn bij uw Sony-handelaar. Neem
contact op met uw Sony-handelaar voor meer
informatie.
Octrooien in de Verenigde Staten en in andere
landen vallen onder de licentie van Dolby
Laboratories.
MPEG Layer-3 audio-codeertechnologie en
-patenten gebruikt onder licentie van Fraunhofer
IIS en Thomson.
Opmerking
Dit apparaat kan niet worden aangesloten op een
digitale voorversterker of een equalizer die compatibel
is met het Sony BUS-systeem.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
• Er werden geen halogene brandvertragende
producten gebruikt in de betreffende
printplaat/printplaten.
• In het omhulsel werden geen halogeen bevattende
brandvertragende producten gebruikt.
• Als beschermings- en opvulmateriaal werd er
papier gebruikt.
• Het karton werd bedrukt met inkt op basis van
plantaardige olie vrij van vluchtige organische
stoffen.
Problemen oplossen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het
oplossen van problemen die zich met het apparaat
kunnen voordoen.
Voordat u de onderstaande controlelijst doorneemt,
moet u eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik controleren.
Algemeen
Het apparaat wordt niet van stroom voorzien.
• Controleer de aansluiting. Controleer de zekering
wanneer alles in orde is.
• Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het display
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de afstandsbediening.
t Schakel het apparaat in.
De elektrische antenne schuift niet uit.
De elektrische antenne heeft geen relaisdoos.
vervolg op volgende pagina t
21
Geen geluid.
• Het volume is te laag.
• De ATT-functie is ingeschakeld of de Telephone
ATT-functie (als de interfacekabel of een
autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel) is
ingeschakeld.
• De positie van de faderregelaar "FAD" is niet
ingesteld op een systeem met 2 luidsprekers.
• De CD-wisselaar is niet compatibel met de
discindeling (MP3/WMA/AAC/ATRAC CD).
t Speel af met dit apparaat.
Geen pieptoon.
• De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 15).
• Er is een optionele versterker aangesloten en u
gebruikt de ingebouwde versterker niet.
De geheugeninhoud is gewist.
• De RESET toets is ingedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu is losgekoppeld.
• De voedingskabel is niet goed aangesloten.
Opgeslagen zenders en tijd zijn gewist.
De zekering is doorgebrand.
Maakt geluid wanneer de positie van het
contact wordt gewijzigd.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
voedingsaansluiting voor accessoires van de auto.
Het display verdwijnt van/verschijnt niet in het
weergavevenster.
• De dimmer is ingesteld op "DIM-ON" (pagina 15).
• Het display verdwijnt als u op (OFF) drukt en deze
toets ingedrukt houdt.
t Druk nogmaals op (OFF) op het apparaat en
houd deze toets ingedrukt tot het display
verschijnt.
• De aansluitingen zijn vuil (pagina 20).
De functie voor automatisch uitschakelen
werkt niet.
Het apparaat is ingeschakeld. De functie voor
automatisch uitschakelen wordt geactiveerd nadat u
het apparaat hebt uitgeschakeld.
t Schakel het apparaat uit.
De kaartafstandsbediening functioneert niet.
Controleer of het isolatievel is verwijderd (pagina 4).
CD's/MD's afspelen
22
De disc kan niet worden geplaatst.
• Er zit al een disc in het apparaat.
• De disc is met kracht omgekeerd of in de verkeerde
richting geplaatst.
De disc wordt niet afgespeeld.
• Disc defect of vuil.
• De CD-R's/CD-RW's zijn niet geschikt voor
audiogebruik (pagina 17).
• De discindeling en bestandsversie zijn niet
compatibel met dit apparaat (zie pagina 4 en 17 voor
meer informatie).
MP3-/WMA-/AAC-bestanden kunnen niet
worden afgespeeld.
De disc is niet compatibel met de MP3-/WMA/AACindeling en -versie (pagina 18).
MP3-/WMA-/AAC-bestanden worden minder
snel afgespeeld dan andere bestanden.
Bij de volgende discs/apparaten duurt het langer
voordat het afspelen wordt gestart:
– discs/apparaten die zijn opgenomen met een
ingewikkelde structuur;
– discs/apparaten die met Multi Session (meerdere
sessies) zijn opgenomen;
– discs/apparaten waaraan gegevens kunnen worden
toegevoegd.
De ATRAC CD kan niet worden afgespeeld.
• De disc is niet gemaakt met geautoriseerde software,
zoals SonicStage of SonicStage Simple Burner.
• Tracks die niet in de groep staan, kunnen niet worden
afgespeeld.
De displayitems rollen niet.
• Bij sommige discs met zeer veel tekens kunnen de
tekens niet rollen.
• "A.SCRL" is ingesteld op "OFF".
t Stel "A.SCRL-ON" in (pagina 15) of druk op
(SCRL) op de kaartafstandsbediening.
Het geluid verspringt.
• Het apparaat is niet goed geïnstalleerd.
t Installeer het apparaat in een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• Disc defect of vuil.
De bedieningstoetsen werken niet.
De disc wordt niet uitgeworpen.
Druk op de RESET toets (pagina 4).
Radio-ontvangst
Radiozenders kunnen niet worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
• Sluit de bedieningskabel van de elektrische antenne
(blauw) of voedingskabel voor accessoires (rood) aan
op de voedingskabel van de auto-antenneversterker
(alleen als uw auto is uitgerust met een FM/MW/LWantenne in de achter- of zijruit).
• Controleer de aansluiting van de auto-antenne.
• De auto-antenne schuift niet uit.
t Controleer de aansluiting van de bedieningskabel
van de elektrische antenne.
• Controleer de frequentie.
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeurzenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op
zenders.
• De lokale zoekfunctie is niet goed ingesteld.
t Het afstemmen wordt te vaak onderbroken:
Stel "LOCAL-ON" in (pagina 15).
t Het afstemmen wordt niet onderbroken bij een
zender:
Stel "MONO-ON" in (pagina 15).
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stem handmatig af.
Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding
"ST".
• Stem nauwkeurig af op de frequentie.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stel "MONO-ON" in (pagina 15).
Een stereo-uitzending van een FM-programma
wordt mono weergegeven.
Het apparaat staat in de mono-ontvangststand.
t Stel "MONO-OFF" in (pagina 15).
RDS
SEEK begint na enkele seconden weergave.
De zender is geen TP-zender of heeft een zwak
signaal.
t Schakel TA uit (pagina 10).
Geen verkeersinformatie.
• Schakel TA in (pagina 10).
• De zender is een TP-zender, maar zendt toch geen
verkeersinformatie uit.
t Stem af op een andere zender.
PTY geeft "- - - - - - - -" weer.
• De huidige zender is geen RDS-zender.
• Geen RDS-gegevens ontvangen.
• De zender geeft het programmatype niet door.
USB afspelen
U kunt items niet via een USB-hub afspelen.
Dit apparaat kan geen USB-apparaten herkennen via
een USB-hub en is niet compatibel met apparaten die
zijn uitgerust met een hubfunctie.
Items kunnen niet worden afgespeeld.
• De muziekbestanden die u wilt afspelen, zijn
beveiligd met DRM-technologie (beheer van digitale
rechten) (pagina 18).
• Speel alleen items op een USB-apparaat zonder
massaopslag af.
• Als een USB-apparaat niet functioneert, sluit u dit
opnieuw aan.
U hoort een pieptoon.
Tijdens het afspelen is het USB-apparaat
losgekoppeld.
t Voordat u een USB-apparaat loskoppelt, moet u
eerst het afspelen stoppen ter bescherming van de
gegevens.
Het geluid wordt onderbroken.
Het geluid kan worden onderbroken bij een hoge
bitsnelheid van meer dan 320 kbps.
Foutmeldingen/berichten
BLANK*1
Er zijn geen tracks opgenomen op de MD.*2
t Speel een MD af waarop tracks zijn opgenomen.
CHECKING
Het apparaat controleert de aansluiting van een
USB-apparaat.
t Wacht tot de controle van de aansluiting is voltooid.
ERROR*1
• De CD is vuil of is omgekeerd geplaatst.*2
t Reinig de disc of plaats deze op de juiste manier.
• Er is een lege disc geplaatst.
• De disc kan niet worden afgespeeld wegens een
probleem.
t Plaats een andere disc.
• Het USB-apparaat is niet automatisch herkend.
t Sluit het opnieuw aan.
FAILURE
De luidsprekers of versterkers zijn niet correct
aangesloten.
t Raadpleeg de installatiehandleiding van dit model
om de aansluitingen te controleren.
HUB NO SUPRT
USB-hub of apparaten met een hubfunctie worden niet
ondersteund op dit apparaat.
LOAD
De disc wordt geladen door de wisselaar.
t Wacht tot het laden is voltooid.
L. SEEK +/–
De lokale zoekfunctie is ingeschakeld tijdens
automatisch afstemmen.
NO AF
Er is geen alternatieve frequentie voor de huidige zender.
t Druk op (SEEK) –/+ terwijl de
programmaservicenaam knippert. Het apparaat gaat
zoeken naar een andere frequentie met dezelfde
PI-gegevens (programma-identificatie). ("PI
SEEK" wordt weergegeven.)
NO DEV (geen apparaat)
(SOURCE) is geselecteerd terwijl er geen USBapparaat is aangesloten. Een USB-apparaat of een
USB-kabel is losgeraakt tijdens het afspelen.
t Zorg ervoor dat u een USB-apparaat en een
USB-kabel aansluit.
NO DISC
De disc is niet in de CD/MD-wisselaar geplaatst.
t Plaats discs in de wisselaar.
NO INFO
Er is geen tekstinformatie aan de MP3-/WMA-/AACbestanden of ATRAC CD toegevoegd.
NO IPOD
Er is geen iPod aangesloten.
t Sluit een iPod aan op de dockconnector.
Als "NO IPOD" wordt weergegeven wanneer u de
iPod aansluit op de dockconnector, koppelt u de iPod
los van de dockconnector en sluit u deze vervolgens
opnieuw aan.
NO MAG
Er is geen discmagazijn in de CD-wisselaar geplaatst.
t Plaats het magazijn in de wisselaar.
NO MUSIC
De disc/het USB-apparaat bevat geen muziekbestanden.
t Plaats een muziek-CD in dit apparaat of de
MP3-compatibele wisselaar.
t Sluit een USB-apparaat met muziekbestanden aan.
NO NAME
Er is geen naam voor disc/album/groep/track/artiest/
afspeellijst aan de track toegevoegd.
vervolg op volgende pagina t
23
NO TP
Het apparaat blijft zoeken naar beschikbare
TP-zenders.
NOT READ
De discgegevens zijn niet gelezen door het apparaat.
t Plaats de disc en selecteer de disc in de lijst.
NOTREADY
De klep van de MD-wisselaar is open of de MD's zijn
niet juist geplaatst.
t Sluit de klep of plaats de MD's op de juiste manier.
OFFSET
Er is wellicht een interne storing.
t Controleer de aansluiting. Als de foutmelding in
het display blijft staan, moet u de dichtstbijzijnde
Sony-handelaar raadplegen.
OVERLOAD
Het USB-apparaat is overbelast.
t Koppel het USB-apparaat los en wijzig de bron met
(SOURCE).
t Dit geeft aan dat het USB-apparaat buiten gebruik
is of dat een apparaat is aangesloten dat niet wordt
ondersteund.
READ
Alle informatie over tracks en groepen/albums op de
disc/het USB-apparaat wordt gelezen.
t Wacht totdat het lezen is voltooid en het afspelen
wordt automatisch gestart. Afhankelijk van de
structuur van de disc/het USB-apparaat kan dit
meer dan een minuut in beslag nemen.
RESET
De CD-speler en CD/MD-wisselaar kunnen niet
worden bediend vanwege een probleem.
t Druk op de RESET toets (pagina 4).
USB NO SUPRT (geen USB-ondersteuning)
Het aangesloten USB-apparaat wordt niet ondersteund.
t Sluit een USB-apparaat voor massaopslag aan
(pagina 18).
"
" of "
"
Tijdens het snel vooruit- of terugspoelen hebt u het
begin of het einde van de disc bereikt en kunt u niet
verder.
" "
Het teken kan niet worden weergegeven met het
apparaat.
*1 Als er een fout optreedt tijdens het afspelen van
een CD of MD, wordt het discnummer van de CD of
MD niet in het display weergegeven.
*2 Het discnummer van de disc met de fout wordt
weergegeven in het display.
Als deze oplossingen niet helpen, moet u de
dichtstbijzijnde Sony-handelaar raadplegen.
Als u het apparaat ter reparatie wegbrengt omdat
een CD niet goed wordt afgespeeld, kunt u het beste
de disc meenemen waarmee het probleem is
begonnen.
24
Ondersteuningssite
Als u vragen hebt of de recentste
ondersteuningsinformatie voor dit product
wilt bekijken, gaat u naar de onderstaande
website:
http://support.sony-europe.com