Aandachtspunten bij de montage
• U moet de sonarmodule instaleren op een locatie met
voldoende ventilatie waar het niet wordt blootgesteld aan
extreme temperaturen.
• De transducer moet niet worden gemonteerd op een plaats
waar deze beschadigd kan raken bij het te water laten,
binnenhalen of opbergen van de boot.
• Plaats de transducer niet achter planken, stijlen, beslag,
waterinlaten of -uitlaten, door-de-huid transducers, of op
plaatsen waar luchtbellen of waterturbulenties ontstaan.
Turbulent water kan de sonarbundel verstoren.
• U moet de transducer bevestigen op een oppervlak waar het
fairingblok niet wordt gehinderd door tussenschotten of
langsliggers aan de binnenkant van de boot.
• De transducer moet zo dicht mogelijk bij de middenlijn van de
boot worden gemonteerd.
• Als de transducer verder uit het midden van de spiegel is
geplaatst, kan de grotere deadrisehoek ertoe leiden dat de
romp van de boot de sonarbundel verstoort , en dat de
detectie aan de andere kant van de boot niet consistent is
.
Deze illustraties tonen de transducer van achteren.
• Op boten met één schroef moet de transducer niet worden
gemonteerd in het pad van de schroef.
• Op boten met twee schroeven moet de transducer zo
mogelijk worden gemonteerd tussen de beide schroeven.
• Monteer de sonarmodule op een locatie waar de LED's
zichtbaar zijn.
• Monteer de sonarmodule op een locatie waar de kabels
eenvoudig kunnen worden aangesloten.
Hoek voor fairingblok bepalen
Met een fairingblok kunt u uw transducer parallel aan de
waterlijn positioneren om de nauwkeurigheid van de
echoloodmetingen te optimaliseren. U dient de deadrisehoek
van de romp van uw boot te meten om te bepalen of een
fairingblok nodig is om de transducer te monteren. Als de
deadrisehoek van de montageplek meer dan 5° bedraagt, dient
u een fairingblok te gebruiken om de transducer te monteren.
Deadrisehoek
Deadrise is de hoek tussen een horizontale lijn en de romp van
een boot op een enkel punt. U kunt de deadrisehoek meten met
een smartphone app, een hoekmeter, een gradenboog of een
digitale waterpas. U kunt ook uw botenbouwer vragen wat de
deadrisehoek is op een bepaald punt op de romp van uw boot.
OPMERKING: Een boot kan verschillende deadrisehoeken
hebben, afhankelijk van de vorm van de romp. Meet de
deadrisehoek alleen op de locatie waar u de transducer wilt
installeren.
Het fairingblok uitzagen
VOORZICHTIG
Draag altijd een veiligheidsbril, oorbeschermers en een
stofmasker tijdens het boren, zagen en schuren.
1
Bevestig het fairingblok met houtschroeven op een stuk hout.
Het stuk hout wordt de zaagvorm voor het fairingblok.
2
Meet de deadrisehoek van de romp op de montageplek.
3
Kantel uw tafelzaagblad gelijk aan de deadrisehoek en zet
de langsgeleider vast.
4
Plaats het fairingblok op de tafel zodat de zaaggeleider tegen
de langsgeleider rust en de hoek overeenkomt met de
hoek op de montageplek.
5
Stel de langsgeleider zo af dat het fairingblok een
minimale dikte heeft van 2 mm (
1
/
16
in.).
OPMERKING: De maximale zaaghoek voor het fairingblok
is 25°.
6
Zaag het fairingblok uit.
7
Vorm het fairingblok met een raspvijl of powertool zo
nauwkeurig mogelijk naar de romp.
8
Gebruik het resterende deel van het fairingblok als steunblok
aan de binnenkant van de romp.
De sonarmodule bevestigen
Het Panoptix LiveScope GLS 10 toestel bevestigen
LET OP
Als u het toestel op glasvezel monteert, is het raadzaam om bij
het boren van de gaten met een kleine verzinkboor alleen in de
bovenste gellaag een kleine verdieping aan te brengen. U
voorkomt hiermee dat er scheuren in de gellaag ontstaan als de
schroeven worden aangedraaid.
OPMERKING: Roestvrijstalen schroeven kunnen zich gaan
binden wanneer ze in het glasvezel worden geschroefd en te
strak worden aangedraaid. Aangeraden wordt om een zuurvrij
smeermiddel op de schroeven aan te brengen voordat u deze
installeert.
OPMERKING: Bij het toestel zijn schroeven geleverd, maar
deze zijn mogelijk niet geschikt voor het montageoppervlak.
Voordat u het toestel installeert, moet u voor het
montageoppervlak geschikte schroeven en andere
bevestigingsmaterialen kiezen.
1
Plaats het toestel op de gewenste montagelocatie en
markeer de locatie van de montagegaten.
2
Boor een montagegat voor één hoek van het toestel.
3
Bevestig deze hoek van het toestel losjes aan het
montageoppervlak en controleer de andere drie markeringen
van de montagegaten.
2