BLACK+DECKER XT de handleiding

Type
de handleiding
31
NEDERLANDS
Gebruik volgens bestemming
Uw Black & Decker cirkelzaag is ontwikkeld voor het zagen
van hout en houtproducten.
Deze machine is uitsluitend bestemd voor consumentengebruik.
Algemene veiligheidsvoorschriften
Waarschuwing! Lees alle voorschriften. Wanneer de
volgende voorschriften niet in acht worden genomen, kan dit
een elektrische schok, brand of ernstig letsel tot gevolg
hebben. Het hierna gebruikte begrip ˙elektrisch gereedschap”
heeft betrekking op elektrische gereedschappen voor gebruik
op het stroomnet (met netsnoer) of op accu (snoerloos).
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN GOED.
1. Werkomgeving
a. Houd uw werkomgeving schoon en opgeruimd.
Een rommelige of onverlichte werkomgeving kan tot
ongevallen leiden.
b. Werk met de machine niet in een omgeving met
explosiegevaar, zoals in de nabijheid van
brandbare vloeistoffen, gassen of stof bevinden.
Elektrische gereedschappen veroorzaken vonken die het
stof of de dampen tot ontsteking kunnen brengen.
c. Houd kinderen en andere personen tijdens het
gebruik van het elektrische gereedschap uit de
buurt. Wanneer u wordt afgeleid, kunt u de controle over
het gereedschap verliezen.
2. Elektrische veiligheid
a. De netstekker van het gereedschap moet in het
stopcontact passen. De stekker mag in geen geval
worden veranderd. Gebruik geen adapterstekkers
in combinatie met geaarde gereedschappen.
Onveranderde stekkers en passende stopcontacten
beperken het risico van een elektrische schok.
b. Voorkom aanraking van het lichaam met geaarde
oppervlakken, bijvoorbeeld buizen, verwarmingen,
fornuizen en koelkasten. Er bestaat een verhoogd
risico voor een elektrische schok wanneer uw lichaam
geaard is.
c. Houd het gereedschap uit de buurt van regen en
vocht. Het binnendringen van water in het elektrische
gereedschap vergroot het risico van een elektrische schok.
d. Gebruik het snoer niet voor een verkeerd doel.
Gebruik het snoer niet om het gereedschap te
dragen of op te hangen of om de stekker uit het
stopcontact te trekken. Houd het snoer uit de buurt
van hitte, olie, scherpe randen of bewegende delen.
Beschadigde of in de war geraakte snoeren vergroten het
risico van een elektrische schok.
e. Wanneer u buitenshuis met elektrisch gereedschap
werkt, dient u alleen verlengsnoeren te gebruiken
die voor gebruik buitenshuis zijn goedgekeurd.
Het gebruik van een voor gebruik buitenshuis geschikt
verlengsnoer beperkt het risico van een elektrische schok.
3. Veiligheid van personen
a. Wees alert, let goed op wat u doet en ga met
verstand te werk bij het gebruik van elektrische
gereedschappen. Gebruik elektrisch gereedschap
niet wanneer u moe bent of onder invloed van
drugs, alcohol of medicijnen. Een moment van
onoplettendheid bij het gebruik van het gereedschap kan
tot ernstige verwondingen leiden.
b. Draag persoonlijke beschermende uitrusting. Draag
altijd een veiligheidsbril. Het dragen van persoonlijke
beschermende uitrusting zoals een stofmasker, slipvaste
werkschoenen, een veiligheidshelm of gehoorbescherming,
afhankelijk van de aard en het gebruik van het elektrische
gereedschap, vermindert het risico van verwondingen.
c. Voorkom per ongeluk inschakelen. Controleer of de
schakelaar in de uit-stand staat voordat u de
stekker in het stopcontact steekt. Wanneer u bij het
dragen van het gereedschap uw vinger aan de schakelaar
hebt of wanneer u het gereedschap ingeschakeld op de
stroomvoorziening aansluit, kan dit tot ongevallen leiden.
d. Verwijder instelgereedschappen of schroefsleutels
voordat u het gereedschap inschakelt.
Een instelgereedschap of sleutel in een draaiend deel van
het gereedschap kan tot verwondingen leiden.
e. Reik niet te ver. Zorg er altijd voor dat u stevig staat
en in evenwicht blijft. Daardoor kunt u het gereedschap
in onverwachte situaties beter onder controle houden.
f. Draag geschikte kleding. Draag geen loshangende
kleding of sieraden. Houd haren, kleding en
handschoenen uit de buurt van bewegende delen.
Loshangende kleding, sieraden en lange haren kunnen
door bewegende delen worden meegenomen.
g. Wanneer stofafzuigings- of stofopvangvoorzieningen
kunnen worden gemonteerd, dient u zich ervan te
verzekeren dat deze zijn aangesloten en juist
worden gebruikt. Het gebruik van deze voorzieningen
beperkt het gevaar door stof.
4. Gebruik en onderhoud van elektrische
gereedschappen
a. Overbelast het gereedschap niet. Gebruik voor uw
toepassing het daarvoor bestemde elektrische
gereedschap. Met het passende elektrische gereedschap
werkt u beter en veiliger binnen het aangegeven
capaciteitsbereik.
32
NEDERLANDS
b. Gebruik geen elektrisch gereedschap waarvan de
schakelaar defect is. Elektrisch gereedschap dat niet
meer kan worden in- of uitgeschakeld, is gevaarlijk en
moet worden gerepareerd.
c. Trek de stekker uit het stopcontact voordat u het
gereedschap instelt, toebehoren wisselt of het
gereedschap weglegt. Deze voorzorgsmaatregel
voorkomt onbedoeld starten van het gereedschap.
d. Bewaar niet-gebruikte elektrische gereedschappen
buiten bereik van kinderen. Laat het gereedschap
niet gebruiken door personen die er niet mee
vertrouwd zijn en deze aanwijzingen niet hebben
gelezen. Elektrische gereedschappen zijn gevaarlijk
wanneer deze door onervaren personen worden gebruikt.
e. Verzorg het gereedschap zorgvuldig. Controleer of
bewegende delen van het gereedschap correct
functioneren en niet vastklemmen en of onderdelen
zodanig gebroken of beschadigd zijn dat de werking
van het gereedschap nadelig wordt beïnvloed.
Laat beschadigde delen repareren voordat u het
gereedschap gebruikt. Veel ongevallen worden
veroorzaakt door slecht onderhouden elektrische
gereedschappen.
f. Houd snijdende inzetgereedschappen scherp en
schoon. Zorgvuldig onderhouden snijdende
inzetgereedschappen met scherpe snijkanten klemmen
minder snel vast en zijn gemakkelijker te geleiden.
g. Gebruik elektrische gereedschappen, toebehoren,
inzetgereedschappen en dergelijke volgens deze
aanwijzingen en zoals voor dit speciale
gereedschapstype voorgeschreven. Let daarbij op
de arbeidsomstandigheden en de uit te voeren
werkzaamheden. Het gebruik van elektrische
gereedschappen voor andere dan de voorziene
toepassingen kan tot gevaarlijke situaties leiden.
5. Service
a. Laat het gereedschap alleen repareren door
gekwalificeerd en vakkundig personeel en alleen
met originele vervangingsonderdelen. Daarmee
wordt de veiligheid van het gereedschap gewaarborgd.
Veiligheidsvoorschriften voor alle zagen
Gevaar:
Houd uw handen uit de buurt van de zaagomgeving
en het zaagblad. Houd met uw andere hand de extra
handgreep of het motorhuis vast. Als u de zaagmachine
met beide handen vasthoudt, kan het zaagblad ze niet
verwonden.
Grijp niet onder het werkstuk. De beschermkap kan u
onder het werkstuk niet tegen het zaagblad beschermen.
Pas de zaagdiepte aan de dikte van het werkstuk
aan. Er dient minder dan een volledige tandhoogte onder
het werkstuk zichtbaar te zijn.
Houdt het te zagen werkstuk nooit in uw hand of op
uw been vast. Klem het werkstuk op een stabiele
ondergrond vast. Het is belangrijk om het werkstuk
goed te ondersteunen om het gevaar van contact met het
lichaam, vastklemmen van het zaagblad of verlies van de
controle te minimaliseren.
Houd de machine alleen aan de geïsoleerde
greepvlakken vast als u werkzaamheden uitvoert
waarbij het zaagblad verborgen stroomleidingen of
de eigen machinekabel kan raken. Het contact met
een onder spanning staande leiding zet ook de zichtbare
metalen machinedelen onder spanning en leidt tot een
elektrische schok.
Gebruik bij het schulpen altijd een parallelaanslag
of een langsgeleider. Dit verbetert de zaagnauwkeurigheid
en verkleint de mogelijkheid dat het zaagblad vastklemt.
Gebruik altijd zaagbladen met de juiste maat en
vorm (stervormig of rond) van het asgat. Zaagbladen
die niet bij de montagedelen van de zaagmachine passen,
lopen niet rond, wat leidt tot controleverlies.
Gebruik nooit beschadigde of verkeerde sluitringen
of borgbout voor het zaagblad. De sluitringen en
borgbout voor het zaagblad zijn speciaal geconstrueerd
voor deze zaagmachine, voor optimaal vermogen en
optimale bedrijfszekerheid.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften voor alle zagen
Oorzaken en voorkoming van een terugslag:
een terugslag is de plotselinge reactie als gevolg van een
vasthakend, klemmend of verkeerd afgesteld zaagblad,
waardoor een ongecontroleerde zaagmachine uit het
werkstuk omhoogkomt en in de richting van de gebruiker
beweegt;
als het zaagblad in de zich sluitende zaagsnede vasthaakt
of vastklemt, wordt het geblokkeerd en slaat de motorkracht
de machine in de richting van de gebruiker terug;
als het zaagblad in de zaagsnede wordt gedraaid of
verkeerd wordt gericht, kunnen de tanden van de
achterste zaagbladrand in het oppervlak van het werkstuk
vasthaken, waardoor het zaagblad uit de zaagsnede
beweegt en achteruitspringt in de richting van de gebruiker.
Een terugslag is het gevolg van het verkeerd gebruik of
onjuiste gebruiksomstandigheden van de zaagmachine.
Terugslag kan worden voorkomen door geschikte
voorzorgsmaatregelen, zoals hieronder beschreven, te nemen.
33
NEDERLANDS
Houd de zaagmachine met beide handen vast en
houd uw armen zo dat u stand kunt houden ten
opzichte van de terugslagkrachten. Blijf altijd opzij
van het zaagblad en breng het zaagblad nooit in één
lijn met uw lichaam. Bij een terugslag kan de
zaagmachine achteruit springen. De bedienende persoon
kan de terugslagkrachten echter beheersen wanneer
geschikte voorzorgsmaatregelen zijn getroffen.
Als het zaagblad vastklemt of het zagen om een
andere reden wordt onderbroken, laat u de aan/uit-
schakelaar los en houdt de zaagmachine in het
materiaal rustig tot het zaagblad volledig stilstaat.
Probeer nooit om de zaagmachine uit het werkstuk
te verwijderen of de machine achteruit te trekken
zolang het zaagblad beweegt of een terugslag kan
optreden. Spoor de oorzaak van het klemmen van het
zaagblad op neem maatregelen om de oorzaak te
voorkomen.
Als u een zaagmachine die in het werkstuk steekt
weer wilt starten, centreert u het zaagblad in de
zaagsnede en controleert of de zaagtanden niet in
het materiaal zijn vastgehaakt. Als het zaagblad
klemt, kan het uit het werkstuk bewegen of een terugslag
veroorzaken als de zaagmachine opnieuw wordt gestart.
Ondersteun grote platen om het risico van een
terugslag door een klemmend zaagblad te beperken.
Grote platen kunnen onder hun eigen gewicht
doorbuigen. Platen moeten aan beide zijden worden
ondersteund, in de buurt van de zaagsnede en aan de rand.
Gebruik geen stompe of beschadigde zaagbladen.
Zaagbladen met stompe of verkeerd gerichte tanden
maken een te nauwe zaagsnede, wat leidt tot een
verhoogde wrijving, vastklemmen van het zaagblad of
terugslag.
Zorg ervoor dat de instellingen voor de zaagdiepte
en de zaaghoek voor het zagen vastgedraaid zijn.
Als tijdens het zagen de instellingen veranderen, kan het
zaagblad vastklemmen kan een terugslag optreden.
Wees extra voorzichtig bij het maken van een
invallende zaagsnede in een bestaande wand of in
een ander verborgen gedeelte. Het invallende zaagblad
kan voorwerpen raken waardoor een terugslag kan optreden.
Veiligheidsvoorschriften voor zagen met een pendulum-
zaagbladbeschermkap
Controleer voor elk gebruik of de onderste
beschermkap correct sluit. Gebruik de zaagmachine
niet als de onderste beschermkap niet vrij kan
bewegen en niet onmiddellijk sluit. Klem of bind de
onderste beschermkap nooit in de geopende stand
vast. Als de zaagmachine op de vloer valt, kan de
onderste beschermkap worden verbogen.
Open de beschermkap met de terugtrekhendel en
controleer of hij vrij beweegt en bij alle zaaghoeken en
zaagdiepten het zaagblad of andere delen niet aanraakt.
Controleer de functie van de veer voor de onderste
beschermkap. Laat voor gebruik de beschermkap
en de veer nakijken als zij niet naar behoren
functioneren. Door beschadigde delen, plakkende
aanslag of ophoping van spanen kan de onderste
beschermkap vertraagd functioneren.
Open de onderste beschermkap alleen met de hand
bij bijzondere zaagwerkzaamheden, zoals invallend
zagen en haaks zagen. Open de onderste beschermkap
met de terugtrekhendel en laat hem los zodra het
zaagblad in het werkstuk is binnengedrongen. Bij
alle andere zaagwerkzaamheden moet de onderste
beschermkap automatisch werken.
Let er altijd op dat de onderste beschermkap het
zaagblad bedekt voordat u de zaagmachine op een
werkbank of op de vloer legt. Een onbeschermd
uitlopend zaagblad beweegt de zaagmachine tegen de
zaagrichting en zaagt wat er in de weg komt. Let op de
uitlooptijd van het zaagblad nadat de machine is
uitgeschakeld.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften voor alle zagen
met een spouwmes
Gebruik het juiste spouwmes bij het toegepaste
zaagblad. Voor een juiste werking moet het spouwmes
dikker zijn dan het zaagblad maar dunner dan de
tandbreedte van het blad.
Stel het spouwmes in zoals in deze
gebruiksaanwijzing beschreven. Verkeerde dikte,
positie en uitlijning kunnen een reden zijn dat het
spouwmes een terugslag niet effectief voorkomt.
Gebruik altijd het spouwmes, behalve bij invallend
zagen. Breng het spouwmes na het invallend zagen weer
aan. Het spouwmes stoort bij invallend zagen en kan een
terugslag veroorzaken.
Voor een juiste werking moet het spouwmes zich in
het werkstuk bevinden. Bij kort zagen is het spouwmes
niet werkzaam ter voorkoming van een terugslag.
Gebruik de zaagmachine niet met een verbogen
spouwmes. Slechts een geringe storing kan het sluiten
van de beschermkap verlangzamen.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften voor cirkelzagen
Draag gehoorbescherming. Blootstelling aan lawaai kan
gehoorbeschadiging veroorzaken.
Draag bij voorkeur een stofmasker.
Gebruik geen zaagblad met een grotere of kleinere
diameter dan is voorgeschreven. Voor de juiste
specificaties van het zaagblad, zie technische gegevens.
34
NEDERLANDS
Gebruik alleen de bladen die in deze handleiding worden
gespecificeerd en voldoen aan EN 847-1.
Gebruik nooit doorslijpschijven.
Elektrische veiligheid
Deze machine is dubbel geïsoleerd; een aardaansluiting
is daarom niet noodzakelijk. Controleer altijd of uw
netspanning overeenkomt met de waarde op het
typeplaatje.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door jonge of
lichamelijk zwakke personen zonder toezicht. Houd toezicht
op kinderen om ervoor te zorgen dat zij niet met het
apparaat gaan spelen.
Indien het netsnoer is beschadigd, dient het ter
voorkoming van gevaren te worden vervangen door de
fabrikant of een erkend servicecentrum.
Overzicht
1. Aan/uit-schakelaar
2. Ontgrendelingsknop
3. Hoofdhandgreep
4. Extra handgreep
5. Asvergrendelingsknop
6. Schoen
7. Zaagblad
8. Beschermkap voor zaagblad
9. Spouwmes
10. Parallel-langsgeleider
11. Laser
12. Zaagbladsleutel
13. Stofafzuigaansluiting
Assemblage
Waarschuwing! Zorg vóór aanvang van de montage dat de
machine is uitgeschakeld en de netstekker van het lichtnet is
losgekoppeld en dat het zaagblad stil staat.
Verwijderen en aanbrengen van een zaagblad (fig. A)
Verwijderen
Houd de asvergrendelingsknop (5) ingedrukt en draai het
blad totdat de asvergrendeling volledig inkomt.
Draai de borgschroef (14) van het zaagblad los en
verwijder de schroef door hem linksom te draaien met
behulp van de meegeleverde steeksleutel (12).
Verwijder de buitenste sluitring (15).
Verwijder het zaagblad (7).
Aanbrengen
Plaats het zaagblad op de binnenste flens (16).
Zorg ervoor dat de pijl op het zaagblad in dezelfde richting
wijst als de pijl op de machine.
Breng de buitenste sluitring (15) aan op de spil, met het
verhoogde gedeelte van het zaagblad af.
Steek de borgschroef (14) van het zaagblad in het gat.
Houd de asvergrendelingsknop (5) ingedrukt.
Draai de borgschroef van het zaagblad goed vast door
hem rechtsom te draaien met behulp van de
meegeleverde steeksleutel (12).
Stel het spouwmes in zoals hieronder beschreven.
Instellen van het spouwmes (fig. B)
Het spouwmes voorkomt dat het zaagblad tijdens
schulpzaaghandelingen vastloopt. Het spouwmes moet na
elke zaagbladverwisseling opnieuw ingesteld worden.
Draai de schroeven (17) los met behulp van de sleutel (12)
terwijl u het spouwmes op zijn plaats houdt. U dient de
zaagdiepte te verminderen om toegang tot de schroeven
te verkrijgen.
Positioneer het spouwmes (9) zoals afgebeeld.
De afstand tussen de zaagtanden en het spouwmes moet
2 - 3 mm bedragen.
Het hoogteverschil tussen de zaagtanden en de onderkant
van het spouwmes moet 2 - 3 mm bedragen.
Draai de schroeven vast.
Aanbrengen en verwijderen van de parallel-
langsgeleider (fig. C)
De parallel-langsgeleider wordt gebruikt om in een rechte
lijn, parallel aan de rand van het werkstuk, te kunnen zagen.
Aanbrengen
Draai de vergrendelingsknop (18) los.
Steek de parallel-langsgeleider (10) door de openingen (19).
Schuif de parallel-langsgeleider naar de gewenste stand.
Draai de vergrendelingsknop vast.
Verwijderen
Draai de vergrendelingsknop los.
Trek de parallel-langsgeleider uit de machine.
Gebruik
Waarschuwing! Laat de machine op haar eigen tempo
werken. Niet overbelasten.
Deze machine kan zowel in de linker- als de rechterhand
worden gebruikt.
35
NEDERLANDS
Instellen van de hoek van het zaagblad (fig. D)
De standaard hoek tussen het zaagblad en de schoen is
90°.
Gebruik een winkelhaak on te controleren of de hoek
tussen het zaagblad en de schoen 90° bedraagt. Verricht
de volgende afstelling wanneer de hoek geen 90° meet:
Draai de vergrendelingsknop (20) los om de zaagschoen te
ontgrendelen.
Schroef de afstelschroef (21) in of uit om een hoek van
90° te verkrijgen.
Draai de vergrendelingsknop vast om de zaagschoen op
zijn plaats vast te zetten.
Instellen van de freesdiepte (fig. F)
De zaagdiepte moet worden ingesteld afhankelijk van de dikte
van het werkstuk. De zaagdiepte moet ongeveer 2 mm groter
zijn dan de dikte van het werkstuk.
Draai de hendel (22) los om de zaagschoen te ontgrendelen.
Beweeg de zaagschoen (6) naar de gewenste stand.
De overeenkomstige zaagdiepte kan worden afgelezen
van de schaalaanduiding (23).
Draai de hendel vast om de zaagschoen op zijn plaats vast
te zetten.
Instelling van de afschuinhoek (fig. F)
Deze machine kan worden ingesteld op afschuinhoeken tussen
0° en 45°.
Draai de vergrendelingsknop (20) los om de zaagschoen te
ontgrendelen.
Beweeg de zaagschoen (6) naar de gewenste stand.
De overeenkomstige afschuinhoek kan worden afgelezen
van de schaalaanduiding (24).
Draai de vergrendelingsknop vast om de zaagschoen op
zijn plaats vast te zetten.
Aan- en uitschakelen
Om de machine in te schakelen, beweegt u de
ontgrendelingsknop (2) naar de ontgrendelde stand en
knijpt u de aan/uitschakelaar (1) in.
Om het apparaat uit te schakelen, laat u de aan/uit-
schakelaar los.
Zagen
Houd de machine altijd met beide handen vast.
Laat het zaagblad een paar seconden vrij draaien voordat
u een zaagsnede maakt.
Oefen alleen een lichte druk uit op de machine tijdens het
maken van de zaagsnede.
Werk met de zaagschoen tegen het werkstuk gedrukt.
Tips voor optimaal gebruik
Omdat er langs de zaaglijn aan de bovenzijde van het
werkstuk altijd enige houtversplintering zal ontstaan,
kunt u het beste zagen aan de zijde waar versplintering
aanvaardbaar is.
Als versplintering geminimaliseerd moet worden, zoals bij
het verzagen van laminaten, kunt u een stuk triplex
bovenop het werkstuk vastklemmen.
Gebruiken van de optische geleider (fig. G)
De zaag is uitgerust met een optische geleider voor recht
zagen (25) en voor het zagen van verstekhoeken van 45° (26).
Stel de optische geleider af zoals hieronder beschreven.
Breng de linkerrand van de geleiders (25) of (26) op één
lijn met de zaaglijn (27).
Houd de optische geleider tijdens het zagen op één lijn
met de zaaglijn.
Werk met de zaagschoen tegen het werkstuk gedrukt.
Afstellen van de optische geleider
Maak een proefzaagsnede tot halverwege in een stuk
afvalhout.
Trek de zaag terug zodat de zaaglijn (27) zichtbaar wordt.
Houd de zaag in deze positie en maak de optische
geleider op de zaagschoen los, zoals afgebeeld.
Breng de 0°-markering (25) op één lijn met de zaaglijn
(27). Bij de instelling voor een verstekhoek van 45° brengt
u de 45°-markering (26) op één lijn met de zaaglijn.
Zet de optische geleider vast met behulp van de
schroeven (28).
De laser gebruiken (fig. H)
De zaagsnede kan gemakkelijk van boven de zaag worden
gevolgd. Mocht de zaagsnede toch niet te zien zijn, dan kan de
laser als alternatieve zaaggeleider worden gebruikt.
Voordat de laser wordt geïnstalleerd, dient de poot aan de
voorkant (29) ingeklapt te worden .
Plaats de eenheid op de optische geleider.
Druk de achterste voeten (30) in de overeenkomstige
bevestigingsgaten (31).
Plaats de zaag boven de lijn.
Schakel de laser in.
Zie ook de handleiding van de laser.
Stofafzuiging (fig. I)
Met de stofafzuigaansluiting kunt u een stofzuiger op de
machine aansluiten.
Sluit de stofzuigermond (11) aan op de aansluiting (13).
36
NEDERLANDS
Onderhoud
Dit gereedschap is ontworpen om gedurende langere periode
te functioneren met een minimum aan onderhoud.
Voortdurend tevreden gebruik is afhankelijk van correct
onderhoud en regelmatig schoonmaken.
Waarschuwing! Zorg vóór aanvang van onderhoudswerk-
zaamheden dat de machine is uitgeschakeld en de netstekker
van het lichtnet is losgekoppeld.
Reinig regelmatig de ventilatieopeningen van uw machine
met een zachte borstel of een droge doek.
Reinig regelmatig de behuizing van de motor met een
vochtige doek. Gebruik geen schuur- of oplosmiddel.
Milieu
Gescheiden inzameling. Dit product mag niet met het
gewone huishoudelijke afval worden weggegooid.
Wanneer uw oude Black & Deckerproduct aan vervanging toe
is of het u niet langer van dienst kan zijn, gooi het dan niet bij
het huishoudelijk afval. Zorg ervoor dat het product gescheiden
kan worden ingezameld.
Door gebruikte producten en verpakkingen
gescheiden in te zamelen, worden de materialen
gerecycled en opnieuw gebruikt. Hergebruik van
gerecyclelde materialen voorkomt milieuvervuiling
en vermindert de vraag naar grondstoffen.
Inzamelpunten voor gescheiden inzameling van electrische
huishoudproducten bij gemeentelijke vuilnisbergen of bij de
verkoper waar u een nieuw product koopt, kunnen aan
plaatselijke voorschriften gebonden zijn.
Black & Decker biedt de mogelijkheid tot inzamelen en
recyclen van afgedankte Black & Decker producten.
Om gebruik van deze service te maken, dient u het product aan
een van onze servicecentra te sturen, die voor ons de
inzameling verzorgen.
U kunt het adres van het dichtstbijzijnde servicecentrum
opvragen via de adressen op de achterzijde van deze
handleiding. U kunt ook een lijst van onze servicecentra en
meer informatie m.b.t. onze klantenservice vinden op het
volgende Internet-adres: www.2helpU.com
Technische gegevens
XTS1660
Spanning V
AC
230
Opgenomen vermogen W 1.600
Onbelast toerental min
-1
5.000
Max. freesdiepte mm 65
Zaagbladdiameter mm 190
Asgat mm 16
Breedte van de zaagbladpunten mm 2,2
Gewicht kg 5,8
EG-conformiteitsverklaring
XTS1660
Black & Decker verklaart dat deze producten in
overeenstemming zijn met:
98/37/EEG , 89/336/EEG, EN 60745, EN 55014, EN 61000
L
pA
(geluidsdruk) 102 dB(A), L
WA
(geluidsvermogen) 113 dB(A),
gewogen kwadratische gemiddelde waarde van de versnelling
1,92 m/s
2
K
pA
(meetonzekerheid geluidsdruk) 3 dB(A),
K
WA
(meetonzekerheid geluidsvermogen) 3 dB(A)
Kevin Hewitt
Director of Consumer Engineering
Spennymoor, County Durham DL16 6JG,
Verenigd Koninkrijk
1-1-2006
Garantie
Black & Decker heeft vertrouwen in zijn producten en biedt
een uitstekende garantie. Deze garantiebepalingen vormen
een aanvulling op uw wettelijke rechten en beperken deze
niet. De garantie geldt in de lidstaten van de Europese Unie en
de Europese Vrijhandelsassociatie.
Mocht uw Black & Decker XT-product (behalve accessoires,
hulpstukken, accu’s, laders en boorhouders) binnen 3 jaar na
datum van aankoop defect raken tengevolge van materiaal- of
constructiefouten, garanderen wij de vervanging van defecte
onderdelen, de reparatie van het product of de vervanging van
deze producten, op voorwaarde dat het product geregistreerd
is via de Black & Decker website voor de garantie van XT-
producten. Indien het product niet geregistreerd is dan geldt
alleen de standaard garantie (2 jaar).
37
NEDERLANDS
De garantie geldt niet wanneer:
Het product is gebruikt voor handelsdoeleinden,
professionele toepassingen of verhuurdoeleinden;
Het product onoordeelkundig is gebruikt;
Het product is beschadigd door invloeden van buitenaf of
door een ongeval;
Poging tot reparatie is uitgevoerd door onbevoegde
personen;
Het product op welke manier dan ook is aangepast op
basis van de oorspronkelijke specificaties;
Ongeschikte accessoires of hulpstukken zijn gebruikt.
De verlengde garantie geldt niet wanneer:
De aankoopbon of het originele garantiecertificaat van
verlenging niet kan worden aangetoond.
Registreer uw product nu on-line via
www.blackanddecker.nl/xt om in aanmerking te komen
voor de verlengde garantie (3 jaar), en om op de hoogte te
blijven van nieuwe producten en speciale aanbiedingen.
Om een beroep op de garantie te doen, dient u een
aankoopbewijs te overhandigen aan de verkoper of een van
onze servicecentra. U kunt het adres van het dichtstbijzijnde
servicecentrum opvragen via de adressen op de achterzijde
van deze handleiding. U kunt ook een lijst van onze
servicecentra en meer informatie m.b.t. onze klantenservice
vinden op het volgende Internet-adres: www.2helpU.com
Verdere informatie over het merk Black & Decker en onze
producten vindt u op www.blackanddecker.nl

Documenttranscriptie

NEDERLANDS Gebruik volgens bestemming Uw Black & Decker cirkelzaag is ontwikkeld voor het zagen van hout en houtproducten. Deze machine is uitsluitend bestemd voor consumentengebruik. e. Wanneer u buitenshuis met elektrisch gereedschap werkt, dient u alleen verlengsnoeren te gebruiken die voor gebruik buitenshuis zijn goedgekeurd. Het gebruik van een voor gebruik buitenshuis geschikt verlengsnoer beperkt het risico van een elektrische schok. Algemene veiligheidsvoorschriften Waarschuwing! Lees alle voorschriften. Wanneer de volgende voorschriften niet in acht worden genomen, kan dit een elektrische schok, brand of ernstig letsel tot gevolg hebben. Het hierna gebruikte begrip ˙elektrisch gereedschap” heeft betrekking op elektrische gereedschappen voor gebruik op het stroomnet (met netsnoer) of op accu (snoerloos). BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN GOED. 1. Werkomgeving a. Houd uw werkomgeving schoon en opgeruimd. Een rommelige of onverlichte werkomgeving kan tot ongevallen leiden. b. Werk met de machine niet in een omgeving met explosiegevaar, zoals in de nabijheid van brandbare vloeistoffen, gassen of stof bevinden. Elektrische gereedschappen veroorzaken vonken die het stof of de dampen tot ontsteking kunnen brengen. c. Houd kinderen en andere personen tijdens het gebruik van het elektrische gereedschap uit de buurt. Wanneer u wordt afgeleid, kunt u de controle over het gereedschap verliezen. 2. Elektrische veiligheid a. De netstekker van het gereedschap moet in het stopcontact passen. De stekker mag in geen geval worden veranderd. Gebruik geen adapterstekkers in combinatie met geaarde gereedschappen. Onveranderde stekkers en passende stopcontacten beperken het risico van een elektrische schok. b. Voorkom aanraking van het lichaam met geaarde oppervlakken, bijvoorbeeld buizen, verwarmingen, fornuizen en koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico voor een elektrische schok wanneer uw lichaam geaard is. c. Houd het gereedschap uit de buurt van regen en vocht. Het binnendringen van water in het elektrische gereedschap vergroot het risico van een elektrische schok. d. Gebruik het snoer niet voor een verkeerd doel. Gebruik het snoer niet om het gereedschap te dragen of op te hangen of om de stekker uit het stopcontact te trekken. Houd het snoer uit de buurt van hitte, olie, scherpe randen of bewegende delen. Beschadigde of in de war geraakte snoeren vergroten het risico van een elektrische schok. 3. Veiligheid van personen a. Wees alert, let goed op wat u doet en ga met verstand te werk bij het gebruik van elektrische gereedschappen. Gebruik elektrisch gereedschap niet wanneer u moe bent of onder invloed van drugs, alcohol of medicijnen. Een moment van onoplettendheid bij het gebruik van het gereedschap kan tot ernstige verwondingen leiden. b. Draag persoonlijke beschermende uitrusting. Draag altijd een veiligheidsbril. Het dragen van persoonlijke beschermende uitrusting zoals een stofmasker, slipvaste werkschoenen, een veiligheidshelm of gehoorbescherming, afhankelijk van de aard en het gebruik van het elektrische gereedschap, vermindert het risico van verwondingen. c. Voorkom per ongeluk inschakelen. Controleer of de schakelaar in de uit-stand staat voordat u de stekker in het stopcontact steekt. Wanneer u bij het dragen van het gereedschap uw vinger aan de schakelaar hebt of wanneer u het gereedschap ingeschakeld op de stroomvoorziening aansluit, kan dit tot ongevallen leiden. d. Verwijder instelgereedschappen of schroefsleutels voordat u het gereedschap inschakelt. Een instelgereedschap of sleutel in een draaiend deel van het gereedschap kan tot verwondingen leiden. e. Reik niet te ver. Zorg er altijd voor dat u stevig staat en in evenwicht blijft. Daardoor kunt u het gereedschap in onverwachte situaties beter onder controle houden. f. Draag geschikte kleding. Draag geen loshangende kleding of sieraden. Houd haren, kleding en handschoenen uit de buurt van bewegende delen. Loshangende kleding, sieraden en lange haren kunnen door bewegende delen worden meegenomen. g. Wanneer stofafzuigings- of stofopvangvoorzieningen kunnen worden gemonteerd, dient u zich ervan te verzekeren dat deze zijn aangesloten en juist worden gebruikt. Het gebruik van deze voorzieningen beperkt het gevaar door stof. 4. Gebruik en onderhoud van elektrische gereedschappen a. Overbelast het gereedschap niet. Gebruik voor uw toepassing het daarvoor bestemde elektrische gereedschap. Met het passende elektrische gereedschap werkt u beter en veiliger binnen het aangegeven capaciteitsbereik. 31 NEDERLANDS b. Gebruik geen elektrisch gereedschap waarvan de schakelaar defect is. Elektrisch gereedschap dat niet meer kan worden in- of uitgeschakeld, is gevaarlijk en moet worden gerepareerd. c. Trek de stekker uit het stopcontact voordat u het gereedschap instelt, toebehoren wisselt of het gereedschap weglegt. Deze voorzorgsmaatregel voorkomt onbedoeld starten van het gereedschap. d. Bewaar niet-gebruikte elektrische gereedschappen buiten bereik van kinderen. Laat het gereedschap niet gebruiken door personen die er niet mee vertrouwd zijn en deze aanwijzingen niet hebben gelezen. Elektrische gereedschappen zijn gevaarlijk wanneer deze door onervaren personen worden gebruikt. e. Verzorg het gereedschap zorgvuldig. Controleer of bewegende delen van het gereedschap correct functioneren en niet vastklemmen en of onderdelen zodanig gebroken of beschadigd zijn dat de werking van het gereedschap nadelig wordt beïnvloed. Laat beschadigde delen repareren voordat u het gereedschap gebruikt. Veel ongevallen worden veroorzaakt door slecht onderhouden elektrische gereedschappen. f. Houd snijdende inzetgereedschappen scherp en schoon. Zorgvuldig onderhouden snijdende inzetgereedschappen met scherpe snijkanten klemmen minder snel vast en zijn gemakkelijker te geleiden. g. Gebruik elektrische gereedschappen, toebehoren, inzetgereedschappen en dergelijke volgens deze aanwijzingen en zoals voor dit speciale gereedschapstype voorgeschreven. Let daarbij op de arbeidsomstandigheden en de uit te voeren werkzaamheden. Het gebruik van elektrische gereedschappen voor andere dan de voorziene toepassingen kan tot gevaarlijke situaties leiden. 5. Service a. Laat het gereedschap alleen repareren door gekwalificeerd en vakkundig personeel en alleen met originele vervangingsonderdelen. Daarmee wordt de veiligheid van het gereedschap gewaarborgd. Veiligheidsvoorschriften voor alle zagen Gevaar: ◆ 32 Houd uw handen uit de buurt van de zaagomgeving en het zaagblad. Houd met uw andere hand de extra handgreep of het motorhuis vast. Als u de zaagmachine met beide handen vasthoudt, kan het zaagblad ze niet verwonden. ◆ ◆ ◆ ◆ ◆ ◆ ◆ Grijp niet onder het werkstuk. De beschermkap kan u onder het werkstuk niet tegen het zaagblad beschermen. Pas de zaagdiepte aan de dikte van het werkstuk aan. Er dient minder dan een volledige tandhoogte onder het werkstuk zichtbaar te zijn. Houdt het te zagen werkstuk nooit in uw hand of op uw been vast. Klem het werkstuk op een stabiele ondergrond vast. Het is belangrijk om het werkstuk goed te ondersteunen om het gevaar van contact met het lichaam, vastklemmen van het zaagblad of verlies van de controle te minimaliseren. Houd de machine alleen aan de geïsoleerde greepvlakken vast als u werkzaamheden uitvoert waarbij het zaagblad verborgen stroomleidingen of de eigen machinekabel kan raken. Het contact met een onder spanning staande leiding zet ook de zichtbare metalen machinedelen onder spanning en leidt tot een elektrische schok. Gebruik bij het schulpen altijd een parallelaanslag of een langsgeleider. Dit verbetert de zaagnauwkeurigheid en verkleint de mogelijkheid dat het zaagblad vastklemt. Gebruik altijd zaagbladen met de juiste maat en vorm (stervormig of rond) van het asgat. Zaagbladen die niet bij de montagedelen van de zaagmachine passen, lopen niet rond, wat leidt tot controleverlies. Gebruik nooit beschadigde of verkeerde sluitringen of borgbout voor het zaagblad. De sluitringen en borgbout voor het zaagblad zijn speciaal geconstrueerd voor deze zaagmachine, voor optimaal vermogen en optimale bedrijfszekerheid. Aanvullende veiligheidsvoorschriften voor alle zagen Oorzaken en voorkoming van een terugslag: – een terugslag is de plotselinge reactie als gevolg van een vasthakend, klemmend of verkeerd afgesteld zaagblad, waardoor een ongecontroleerde zaagmachine uit het werkstuk omhoogkomt en in de richting van de gebruiker beweegt; – als het zaagblad in de zich sluitende zaagsnede vasthaakt of vastklemt, wordt het geblokkeerd en slaat de motorkracht de machine in de richting van de gebruiker terug; – als het zaagblad in de zaagsnede wordt gedraaid of verkeerd wordt gericht, kunnen de tanden van de achterste zaagbladrand in het oppervlak van het werkstuk vasthaken, waardoor het zaagblad uit de zaagsnede beweegt en achteruitspringt in de richting van de gebruiker. Een terugslag is het gevolg van het verkeerd gebruik of onjuiste gebruiksomstandigheden van de zaagmachine. Terugslag kan worden voorkomen door geschikte voorzorgsmaatregelen, zoals hieronder beschreven, te nemen. NEDERLANDS ◆ ◆ ◆ ◆ ◆ ◆ ◆ Houd de zaagmachine met beide handen vast en houd uw armen zo dat u stand kunt houden ten opzichte van de terugslagkrachten. Blijf altijd opzij van het zaagblad en breng het zaagblad nooit in één lijn met uw lichaam. Bij een terugslag kan de zaagmachine achteruit springen. De bedienende persoon kan de terugslagkrachten echter beheersen wanneer geschikte voorzorgsmaatregelen zijn getroffen. Als het zaagblad vastklemt of het zagen om een andere reden wordt onderbroken, laat u de aan/uitschakelaar los en houdt de zaagmachine in het materiaal rustig tot het zaagblad volledig stilstaat. Probeer nooit om de zaagmachine uit het werkstuk te verwijderen of de machine achteruit te trekken zolang het zaagblad beweegt of een terugslag kan optreden. Spoor de oorzaak van het klemmen van het zaagblad op neem maatregelen om de oorzaak te voorkomen. Als u een zaagmachine die in het werkstuk steekt weer wilt starten, centreert u het zaagblad in de zaagsnede en controleert of de zaagtanden niet in het materiaal zijn vastgehaakt. Als het zaagblad klemt, kan het uit het werkstuk bewegen of een terugslag veroorzaken als de zaagmachine opnieuw wordt gestart. Ondersteun grote platen om het risico van een terugslag door een klemmend zaagblad te beperken. Grote platen kunnen onder hun eigen gewicht doorbuigen. Platen moeten aan beide zijden worden ondersteund, in de buurt van de zaagsnede en aan de rand. Gebruik geen stompe of beschadigde zaagbladen. Zaagbladen met stompe of verkeerd gerichte tanden maken een te nauwe zaagsnede, wat leidt tot een verhoogde wrijving, vastklemmen van het zaagblad of terugslag. Zorg ervoor dat de instellingen voor de zaagdiepte en de zaaghoek voor het zagen vastgedraaid zijn. Als tijdens het zagen de instellingen veranderen, kan het zaagblad vastklemmen kan een terugslag optreden. Wees extra voorzichtig bij het maken van een invallende zaagsnede in een bestaande wand of in een ander verborgen gedeelte. Het invallende zaagblad kan voorwerpen raken waardoor een terugslag kan optreden. Veiligheidsvoorschriften voor zagen met een pendulumzaagbladbeschermkap ◆ Controleer voor elk gebruik of de onderste beschermkap correct sluit. Gebruik de zaagmachine niet als de onderste beschermkap niet vrij kan bewegen en niet onmiddellijk sluit. Klem of bind de onderste beschermkap nooit in de geopende stand vast. Als de zaagmachine op de vloer valt, kan de onderste beschermkap worden verbogen. ◆ ◆ ◆ Open de beschermkap met de terugtrekhendel en controleer of hij vrij beweegt en bij alle zaaghoeken en zaagdiepten het zaagblad of andere delen niet aanraakt. Controleer de functie van de veer voor de onderste beschermkap. Laat voor gebruik de beschermkap en de veer nakijken als zij niet naar behoren functioneren. Door beschadigde delen, plakkende aanslag of ophoping van spanen kan de onderste beschermkap vertraagd functioneren. Open de onderste beschermkap alleen met de hand bij bijzondere zaagwerkzaamheden, zoals invallend zagen en haaks zagen. Open de onderste beschermkap met de terugtrekhendel en laat hem los zodra het zaagblad in het werkstuk is binnengedrongen. Bij alle andere zaagwerkzaamheden moet de onderste beschermkap automatisch werken. Let er altijd op dat de onderste beschermkap het zaagblad bedekt voordat u de zaagmachine op een werkbank of op de vloer legt. Een onbeschermd uitlopend zaagblad beweegt de zaagmachine tegen de zaagrichting en zaagt wat er in de weg komt. Let op de uitlooptijd van het zaagblad nadat de machine is uitgeschakeld. Aanvullende veiligheidsvoorschriften voor alle zagen met een spouwmes ◆ Gebruik het juiste spouwmes bij het toegepaste zaagblad. Voor een juiste werking moet het spouwmes dikker zijn dan het zaagblad maar dunner dan de tandbreedte van het blad. ◆ Stel het spouwmes in zoals in deze gebruiksaanwijzing beschreven. Verkeerde dikte, positie en uitlijning kunnen een reden zijn dat het spouwmes een terugslag niet effectief voorkomt. ◆ Gebruik altijd het spouwmes, behalve bij invallend zagen. Breng het spouwmes na het invallend zagen weer aan. Het spouwmes stoort bij invallend zagen en kan een terugslag veroorzaken. ◆ Voor een juiste werking moet het spouwmes zich in het werkstuk bevinden. Bij kort zagen is het spouwmes niet werkzaam ter voorkoming van een terugslag. ◆ Gebruik de zaagmachine niet met een verbogen spouwmes. Slechts een geringe storing kan het sluiten van de beschermkap verlangzamen. Aanvullende veiligheidsvoorschriften voor cirkelzagen ◆ Draag gehoorbescherming. Blootstelling aan lawaai kan gehoorbeschadiging veroorzaken. ◆ Draag bij voorkeur een stofmasker. ◆ Gebruik geen zaagblad met een grotere of kleinere diameter dan is voorgeschreven. Voor de juiste specificaties van het zaagblad, zie technische gegevens. 33 NEDERLANDS ◆ Gebruik alleen de bladen die in deze handleiding worden gespecificeerd en voldoen aan EN 847-1. Gebruik nooit doorslijpschijven. Elektrische veiligheid Deze machine is dubbel geïsoleerd; een aardaansluiting is daarom niet noodzakelijk. Controleer altijd of uw netspanning overeenkomt met de waarde op het typeplaatje. ◆ ◆ Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door jonge of lichamelijk zwakke personen zonder toezicht. Houd toezicht op kinderen om ervoor te zorgen dat zij niet met het apparaat gaan spelen. Indien het netsnoer is beschadigd, dient het ter voorkoming van gevaren te worden vervangen door de fabrikant of een erkend servicecentrum. Overzicht 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. Aan/uit-schakelaar Ontgrendelingsknop Hoofdhandgreep Extra handgreep Asvergrendelingsknop Schoen Zaagblad Beschermkap voor zaagblad Spouwmes Parallel-langsgeleider Laser Zaagbladsleutel Stofafzuigaansluiting Assemblage Waarschuwing! Zorg vóór aanvang van de montage dat de machine is uitgeschakeld en de netstekker van het lichtnet is losgekoppeld en dat het zaagblad stil staat. Verwijderen en aanbrengen van een zaagblad (fig. A) Verwijderen ◆ Houd de asvergrendelingsknop (5) ingedrukt en draai het blad totdat de asvergrendeling volledig inkomt. ◆ Draai de borgschroef (14) van het zaagblad los en verwijder de schroef door hem linksom te draaien met behulp van de meegeleverde steeksleutel (12). ◆ Verwijder de buitenste sluitring (15). ◆ Verwijder het zaagblad (7). 34 Aanbrengen ◆ Plaats het zaagblad op de binnenste flens (16). Zorg ervoor dat de pijl op het zaagblad in dezelfde richting wijst als de pijl op de machine. ◆ Breng de buitenste sluitring (15) aan op de spil, met het verhoogde gedeelte van het zaagblad af. ◆ Steek de borgschroef (14) van het zaagblad in het gat. ◆ Houd de asvergrendelingsknop (5) ingedrukt. ◆ Draai de borgschroef van het zaagblad goed vast door hem rechtsom te draaien met behulp van de meegeleverde steeksleutel (12). ◆ Stel het spouwmes in zoals hieronder beschreven. Instellen van het spouwmes (fig. B) Het spouwmes voorkomt dat het zaagblad tijdens schulpzaaghandelingen vastloopt. Het spouwmes moet na elke zaagbladverwisseling opnieuw ingesteld worden. ◆ Draai de schroeven (17) los met behulp van de sleutel (12) terwijl u het spouwmes op zijn plaats houdt. U dient de zaagdiepte te verminderen om toegang tot de schroeven te verkrijgen. ◆ Positioneer het spouwmes (9) zoals afgebeeld. ◆ De afstand tussen de zaagtanden en het spouwmes moet 2 - 3 mm bedragen. ◆ Het hoogteverschil tussen de zaagtanden en de onderkant van het spouwmes moet 2 - 3 mm bedragen. ◆ Draai de schroeven vast. Aanbrengen en verwijderen van de parallellangsgeleider (fig. C) ◆ De parallel-langsgeleider wordt gebruikt om in een rechte lijn, parallel aan de rand van het werkstuk, te kunnen zagen. Aanbrengen ◆ Draai de vergrendelingsknop (18) los. ◆ Steek de parallel-langsgeleider (10) door de openingen (19). ◆ Schuif de parallel-langsgeleider naar de gewenste stand. ◆ Draai de vergrendelingsknop vast. Verwijderen ◆ Draai de vergrendelingsknop los. ◆ Trek de parallel-langsgeleider uit de machine. Gebruik Waarschuwing! Laat de machine op haar eigen tempo werken. Niet overbelasten. Deze machine kan zowel in de linker- als de rechterhand worden gebruikt. NEDERLANDS Instellen van de hoek van het zaagblad (fig. D) De standaard hoek tussen het zaagblad en de schoen is 90°. ◆ Gebruik een winkelhaak on te controleren of de hoek tussen het zaagblad en de schoen 90° bedraagt. Verricht de volgende afstelling wanneer de hoek geen 90° meet: ◆ Draai de vergrendelingsknop (20) los om de zaagschoen te ontgrendelen. ◆ Schroef de afstelschroef (21) in of uit om een hoek van 90° te verkrijgen. ◆ Draai de vergrendelingsknop vast om de zaagschoen op zijn plaats vast te zetten. Instellen van de freesdiepte (fig. F) De zaagdiepte moet worden ingesteld afhankelijk van de dikte van het werkstuk. De zaagdiepte moet ongeveer 2 mm groter zijn dan de dikte van het werkstuk. ◆ Draai de hendel (22) los om de zaagschoen te ontgrendelen. ◆ Beweeg de zaagschoen (6) naar de gewenste stand. De overeenkomstige zaagdiepte kan worden afgelezen van de schaalaanduiding (23). ◆ Draai de hendel vast om de zaagschoen op zijn plaats vast te zetten. Instelling van de afschuinhoek (fig. F) Deze machine kan worden ingesteld op afschuinhoeken tussen 0° en 45°. ◆ Draai de vergrendelingsknop (20) los om de zaagschoen te ontgrendelen. ◆ Beweeg de zaagschoen (6) naar de gewenste stand. De overeenkomstige afschuinhoek kan worden afgelezen van de schaalaanduiding (24). ◆ Draai de vergrendelingsknop vast om de zaagschoen op zijn plaats vast te zetten. Aan- en uitschakelen ◆ Om de machine in te schakelen, beweegt u de ontgrendelingsknop (2) naar de ontgrendelde stand en knijpt u de aan/uitschakelaar (1) in. ◆ Om het apparaat uit te schakelen, laat u de aan/uitschakelaar los. Zagen Houd de machine altijd met beide handen vast. ◆ Laat het zaagblad een paar seconden vrij draaien voordat u een zaagsnede maakt. ◆ Oefen alleen een lichte druk uit op de machine tijdens het maken van de zaagsnede. ◆ Werk met de zaagschoen tegen het werkstuk gedrukt. Tips voor optimaal gebruik ◆ Omdat er langs de zaaglijn aan de bovenzijde van het werkstuk altijd enige houtversplintering zal ontstaan, kunt u het beste zagen aan de zijde waar versplintering aanvaardbaar is. ◆ Als versplintering geminimaliseerd moet worden, zoals bij het verzagen van laminaten, kunt u een stuk triplex bovenop het werkstuk vastklemmen. Gebruiken van de optische geleider (fig. G) De zaag is uitgerust met een optische geleider voor recht zagen (25) en voor het zagen van verstekhoeken van 45° (26). ◆ Stel de optische geleider af zoals hieronder beschreven. ◆ Breng de linkerrand van de geleiders (25) of (26) op één lijn met de zaaglijn (27). ◆ Houd de optische geleider tijdens het zagen op één lijn met de zaaglijn. ◆ Werk met de zaagschoen tegen het werkstuk gedrukt. Afstellen van de optische geleider ◆ Maak een proefzaagsnede tot halverwege in een stuk afvalhout. ◆ Trek de zaag terug zodat de zaaglijn (27) zichtbaar wordt. ◆ Houd de zaag in deze positie en maak de optische geleider op de zaagschoen los, zoals afgebeeld. ◆ Breng de 0°-markering (25) op één lijn met de zaaglijn (27). Bij de instelling voor een verstekhoek van 45° brengt u de 45°-markering (26) op één lijn met de zaaglijn. ◆ Zet de optische geleider vast met behulp van de schroeven (28). De laser gebruiken (fig. H) De zaagsnede kan gemakkelijk van boven de zaag worden gevolgd. Mocht de zaagsnede toch niet te zien zijn, dan kan de laser als alternatieve zaaggeleider worden gebruikt. Voordat de laser wordt geïnstalleerd, dient de poot aan de voorkant (29) ingeklapt te worden . ◆ Plaats de eenheid op de optische geleider. ◆ Druk de achterste voeten (30) in de overeenkomstige bevestigingsgaten (31). ◆ Plaats de zaag boven de lijn. ◆ Schakel de laser in. Zie ook de handleiding van de laser. Stofafzuiging (fig. I) Met de stofafzuigaansluiting kunt u een stofzuiger op de machine aansluiten. ◆ Sluit de stofzuigermond (11) aan op de aansluiting (13). 35 NEDERLANDS Onderhoud Dit gereedschap is ontworpen om gedurende langere periode te functioneren met een minimum aan onderhoud. Voortdurend tevreden gebruik is afhankelijk van correct onderhoud en regelmatig schoonmaken. Waarschuwing! Zorg vóór aanvang van onderhoudswerkzaamheden dat de machine is uitgeschakeld en de netstekker van het lichtnet is losgekoppeld. ◆ ◆ Reinig regelmatig de ventilatieopeningen van uw machine met een zachte borstel of een droge doek. Reinig regelmatig de behuizing van de motor met een vochtige doek. Gebruik geen schuur- of oplosmiddel. Milieu Gescheiden inzameling. Dit product mag niet met het gewone huishoudelijke afval worden weggegooid. Wanneer uw oude Black & Deckerproduct aan vervanging toe is of het u niet langer van dienst kan zijn, gooi het dan niet bij het huishoudelijk afval. Zorg ervoor dat het product gescheiden kan worden ingezameld. Technische gegevens Spanning Opgenomen vermogen Onbelast toerental Max. freesdiepte Zaagbladdiameter Asgat Breedte van de zaagbladpunten Gewicht Black & Decker biedt de mogelijkheid tot inzamelen en recyclen van afgedankte Black & Decker producten. Om gebruik van deze service te maken, dient u het product aan een van onze servicecentra te sturen, die voor ons de inzameling verzorgen. U kunt het adres van het dichtstbijzijnde servicecentrum opvragen via de adressen op de achterzijde van deze handleiding. U kunt ook een lijst van onze servicecentra en meer informatie m.b.t. onze klantenservice vinden op het volgende Internet-adres: www.2helpU.com 36 XTS1660 230 1.600 5.000 65 190 16 2,2 5,8 EG-conformiteitsverklaring XTS1660 Black & Decker verklaart dat deze producten in overeenstemming zijn met: 98/37/EEG , 89/336/EEG, EN 60745, EN 55014, EN 61000 LpA (geluidsdruk) 102 dB(A), LWA (geluidsvermogen) 113 dB(A), gewogen kwadratische gemiddelde waarde van de versnelling 1,92 m/s2 KpA (meetonzekerheid geluidsdruk) 3 dB(A), KWA (meetonzekerheid geluidsvermogen) 3 dB(A) Door gebruikte producten en verpakkingen gescheiden in te zamelen, worden de materialen gerecycled en opnieuw gebruikt. Hergebruik van gerecyclelde materialen voorkomt milieuvervuiling en vermindert de vraag naar grondstoffen. Inzamelpunten voor gescheiden inzameling van electrische huishoudproducten bij gemeentelijke vuilnisbergen of bij de verkoper waar u een nieuw product koopt, kunnen aan plaatselijke voorschriften gebonden zijn. VAC W min-1 mm mm mm mm kg Kevin Hewitt Director of Consumer Engineering Spennymoor, County Durham DL16 6JG, Verenigd Koninkrijk 1-1-2006 Garantie Black & Decker heeft vertrouwen in zijn producten en biedt een uitstekende garantie. Deze garantiebepalingen vormen een aanvulling op uw wettelijke rechten en beperken deze niet. De garantie geldt in de lidstaten van de Europese Unie en de Europese Vrijhandelsassociatie. Mocht uw Black & Decker XT-product (behalve accessoires, hulpstukken, accu’s, laders en boorhouders) binnen 3 jaar na datum van aankoop defect raken tengevolge van materiaal- of constructiefouten, garanderen wij de vervanging van defecte onderdelen, de reparatie van het product of de vervanging van deze producten, op voorwaarde dat het product geregistreerd is via de Black & Decker website voor de garantie van XTproducten. Indien het product niet geregistreerd is dan geldt alleen de standaard garantie (2 jaar). NEDERLANDS De garantie geldt niet wanneer: ◆ Het product is gebruikt voor handelsdoeleinden, professionele toepassingen of verhuurdoeleinden; ◆ Het product onoordeelkundig is gebruikt; ◆ Het product is beschadigd door invloeden van buitenaf of door een ongeval; ◆ Poging tot reparatie is uitgevoerd door onbevoegde personen; ◆ Het product op welke manier dan ook is aangepast op basis van de oorspronkelijke specificaties; ◆ Ongeschikte accessoires of hulpstukken zijn gebruikt. De verlengde garantie geldt niet wanneer: ◆ De aankoopbon of het originele garantiecertificaat van verlenging niet kan worden aangetoond. Registreer uw product nu on-line via www.blackanddecker.nl/xt om in aanmerking te komen voor de verlengde garantie (3 jaar), en om op de hoogte te blijven van nieuwe producten en speciale aanbiedingen. Om een beroep op de garantie te doen, dient u een aankoopbewijs te overhandigen aan de verkoper of een van onze servicecentra. U kunt het adres van het dichtstbijzijnde servicecentrum opvragen via de adressen op de achterzijde van deze handleiding. U kunt ook een lijst van onze servicecentra en meer informatie m.b.t. onze klantenservice vinden op het volgende Internet-adres: www.2helpU.com Verdere informatie over het merk Black & Decker en onze producten vindt u op www.blackanddecker.nl 37
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84

BLACK+DECKER XT de handleiding

Type
de handleiding